AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Recticel

Annual Report Apr 27, 2012

3993_10-k_2012-04-27_5b3f62a6-0577-44eb-8586-ee2d10935bb4.pdf

Annual Report

Open in Viewer

Opens in native device viewer

JAARVERSLAG 11

Geconsolideerde EBITDA & EBITDA marge (in miljoen EUR)

Netto financiële schuld / Eigen vermogen (inclusief minderheidsbelangen)

41% 20% 16% 23% Samenstelling bedrijfsopbrengsten per segment in 2011 (voor intra-Groep eliminaties) Soepelschuim Isolatie Slaapcomfort Automobiel

2009 2010 2011 26,3% 24,8% 24,2% 10% 15% 20% 25% 30% Personeelskosten / Bedrijfsopbrengsten

Inhoudstafel

01 INLEIDING 02
Profiel 07
Markante feiten van 2011 en begin 2012 09
Gesprek met de CEO en de Voorzitter van de Raad van Bestuur 13
Verslag van de Raad van Bestuur * 17
02 DE GROEP RECTICEL - STRATEGIE EN ACTIVITEITEN 26
Strategie van de Groep 28
Isolatie 29
Slaapcomfort 30
Soepelschuim 31
Automobiel 32
03 ONDERZOEK EN ONTWIKKELING 38
04 HUMAN RESOURCES & PRODUCTIEVESTIGINGEN 42
05 CORPORATE GOVERNANCE * 48
06 LEXICON 64
07 FINANCIEEL RAPPORT * 66
08 KERNCIJFERS 138

* Deze hoofdstukken maken integraal deel uit van het Verslag van de Raad van Bestuur, en bevatten de door het Belgische Wetboek van Vennootschappen vereiste informatie rond de geconsolideerde jaarrekening.

FINANCIËLE KALENDER VOOR AANDEELHOUDERS

Eerste kwartaal 2012 trading update 08 MEI 2012 (voor beursopening)
Algemene Jaarvergadering van Aandeelhouders 29 MEI 2012
Ex-coupon datum 31 MEI 2012
Dividend record date 04 JUNI 2012
Betaling dividend 05 JUNI 2012
Eerste halfjaarresultaten 2012 30 AUGUSTUS 2012 (voor beursopening)
Derde kwartaal 2012 trading update 09 NOVEMBER 2012 (voor beursopening)

Inleiding

Voorwoord

Onlangs heeft Recticel besloten zijn communicatiebeleid ingrijpend te wijzigen, meer bepaald met betrekking tot de publicatie van de jaarverslagen van het bedrijf. Om de informatiestroom te optimaliseren en vooral om altijd de recentste gegevens beschikbaar te stellen, heeft Recticel fors geïnvesteerd in een nieuwe bedrijfswebsite. De Groep meent dat het beter is om alle belanghebbenden zo actueel mogelijk en permanent bijgewerkte informatie te geven. Dat kan uitstekend worden gerealiseerd met behulp van regelmatige persberichten en het voortdurend actueel houden van de bedrijfswebsite. Recticel is er zich ook van bewust dat bepaalde informatie in het jaarverslag snel verouderd is, overbodig wordt of aan belang inboet.

Wie op zoek is naar specifieke en actuele informatie over producten, processen, markten of aandelen doet er dan ook goed aan om geregeld een kijkje te nemen op de bedrijfswebsite van Recticel. Bepaalde informatie die vroeger in het jaarverslag werd opgenomen, is nu bewust weggelaten, niet alleen om te vermijden dat identieke gegevens op meerdere plaatsen tegelijk verschijnen, maar ook om het risico van tegenstrijdigheden te beperken, aangezien de inhoud van de website dynamisch is terwijl het jaarverslag veeleer statische informatie bevat.

Daarnaast heeft Recticel ook beslist om het jaarverslag voortaan niet meer in papieren versie te laten verschijnen. Iedereen die dat wenst kan de jaarverslagen gratis downloaden op de website van Recticel. Op die manier voegt Recticel een extra dimensie toe aan zijn ecologische betrokkenheid. Door de jaarverslagen niet langer te laten drukken, verkleint de Groep zijn ecologische voetafdruk.

www.recticel.com

Toekomstverwachtingen

Dit document bevat bepaalde kwantitatieve en/of kwalitatieve toekomstgerichte verklaringen en verwachtingen betreffende resultaten en de financiële stand van zaken van de Groep Recticel. Het ligt in de aard van dergelijke toekomstgerichte verklaringen dat zij geen garantie vormen voor toekomstige prestaties gezien deze nu eenmaal een aantal risico's en onzekerheden met zich meebrengen die betrekking hebben op toekomstige gebeurtenissen en ontwikkelingen. De lezer wordt erop gewezen om voldoende voorzichtigheid aan de dag te leggen bij de interpretatie van deze toekomstverwachtingen omdat de werkelijke resultaten en gebeurtenissen in de toekomst door een of meerdere, zowel interne als externe, factoren kunnen beïnvloed worden. Bijgevolg kunnen de daadwerkelijke resultaten en prestaties mogelijk aanzienlijk afwijken van de vooropgestelde verwachtingen, doelstellingen en eventueel verklaringen. De belangrijkste en meest relevante risico- en onzekerheidsfactoren worden verder beschreven in het hoofdstuk "Waarde- en risicobeheer" van het financieel gedeelte van dit Jaarverslag. Recticel neemt geen enkele verbintenis op zich om eventuele wijzigingen en ontwikkelingen in deze risicofactoren te actualiseren, noch om de mogelijke impact hiervan op de vooruitzichten, onverwijld of met enige vertraging, publiek te maken.

Profiel

Onder het motto The passion for comfort streeft Recticel ernaar om als producent van polyurethaanschuim een essentieel verschil te maken in het dagelijks comfort van iedereen.

De Groep concentreert zich als een uniek geheel op vier geselecteerde toepassingsdomeinen: Isolatie, Slaapcomfort, Soepelschuim en Automobiel. Hoewel de Groep in hoofdzaak halfafgewerkte producten (Soepelschuim en Automobiel) produceert, is zij in een aantal divisies ook fabrikant van afgewerkte consumptie- en duurzame goederen voor eindgebruikers (Slaapcomfort en Isolatie).

Zo worden binnen de divisie Slaapcomfort matrassen en lattenbodems onder vooral bekende merknamen (o.a. Beka®, Lattoflex®, Literie Bultex®, Schlaraffia®, Sembella®, Superba®, Swissflex® …) gecommercialiseerd.

De divisie Isolatie levert afgewerkte thermische isolatieproducten van hoge kwaliteit die onmiddellijk kunnen gebruikt worden in bouwprojecten en renovaties. Deze isolatieproducten worden onder bekende merknamen (Eurowall®, Powerroof®, Powerdeck® en Powerwall®) gecommercialiseerd.

Daarnaast hecht Recticel veel belang aan vernieuwing en technologische vooruitgang. De verschillende producten van de Groep worden daarom in steeds meer nieuwe en bestaande toepassingen gebruikt en verwerkt.

Als marktleider in de meeste van zijn activiteiten stelt Recticel vandaag in totaal op geconsolideerde basis (joint ventures pro rata opgenomen) 8.186 medewerkers tewerk in 107 vestigingen, verspreid over 28 landen. De Groep is vooral globaal aanwezig in Europa, maar bezit ook een aantal activiteiten in de Verenigde Staten en in Azië. In 2011 realiseerde de Groep een omzet van EUR 1.378 miljoen.

Recticel ambieert op een duurzame en evenwichtige wijze een meerwaarde en gestage rendabele groei te verwezenlijken ten voordele van zijn klanten en zijn aandeelhouders.

Recticel (NYSE EuronextTM: REC.BE – Reuters: RECTt.BR – Bloomberg: REC.BB) is genoteerd op NYSE EuronextTM in Brussel.

Markante feiten van 2011 en begin 2012

Januari 2011

• Proseat, een joint venture (51%) van Recticel, kondigt aan dat het de intentie heeft zijn productievestiging (Automobiel – Zetelkussens) in Hulshout (België) te sluiten. Er wordt een definitief akkoord bereikt over een sociaal plan en de vestiging wordt midden 2011 definitief gesloten.

Januari Februari

Februari 2011

  • Recticel wordt genomineerd voor de productie van de dashboardbekleding voor de nieuwe Mercedes-Benz E-klasse voor de Chinese markt. Deze dashboardbekleding zal in China worden vervaardigd met de gepatenteerde Colo-Fast® Spray-technologie. Tussen eind 2012 en 2016 zullen in totaal ongeveer 255.000 bekledingen worden geproduceerd.
  • Als gevolg van de ernstige economische crisis in Spanje en Portugal kondigt Recticel aan dat het een aantal van zijn productie- en verwerkingseenheden voor comfortschuim (Soepelschuim) in Spanje zal sluiten. Er worden definitieve akkoorden gesloten betreffende de sociale plannen. Het sluitings- en reorganisatieplan was midden 2011 volledig uitgevoerd.
  • Batibouw 2011 betekent voor Recticel Insulation het startschot van een nieuwe campagne, namelijk "Recticel® Insulation Inside". De campagne is gericht op het creëren van meerwaarde voor de eindklant die voor Recticel®-isolatie kiest. Wie optimaal en duurzaam isoleert met Recticel Insulation ontvangt het label "Recticel® Insulation Inside", een isolatiecertificaat en een kwaliteitslabel. Op die manier kan de klant aantonen dat zijn huis op de juiste manier geïsoleerd is.
  • Recticel Insulation wint de Batibouw Communication Award 2011. Deze prijs gaat naar Recticel Insulation als bekroning voor de beste communicatiecampagne voor, tijdens en na Batibouw, de beurs voor bouw en renovatie, in Brussel.

Mei 2011

• Recticel krijgt een nieuwe Chief Procurement Officer. De heer François Petit wordt Chief Procurement Officer bij Recticel en treedt ook toe tot het Managementcomité. Alvorens in dienst te komen bij Recticel deed François Petit heel wat ervaring op in diverse managementfuncties binnen de Rhodia Groep, een mondiale marktleider in de ontwikkeling en productie van gespecialiseerde chemische producten. Zijn laatste functie was deze van Raw Materials Worldwide Purchasing Director.

Mei Augustus

Augustus 2011

  • Schlafkomfort GmbH, de Duitse dochteronderneming van Recticel, wordt door de Duitse mededingingsautoriteit ("Bundeskartellamt") aan een onderzoek onderworpen. Dat gebeurt in het kader van een onderzoek bij alle producenten van matrassen en lattenbodems in Duitsland. Recticel Schlafkomfort GmbH verleent zijn volledige medewerking aan het onderzoek van het Bundeskartellamt.
  • Recticel Limited (VK) kondigt aan dat het de verwerkingseenheid voor comfortschuim "Carobel" in North Shields, in het noordoosten van Engeland, zal sluiten. De vestiging wordt midden 2011 definitief gesloten.
  • Recticel krijgt een nieuwe Group General Manager Flexible Foams. De heer Rik De Vos wordt Group General Manager Flexible Foams bij Recticel en treedt ook toe tot het Managementcomité. Alvorens in dienst te komen bij Recticel deed Rik De Vos heel wat ervaring op in diverse managementfuncties binnen de wereldwijde polyurethaansector. Hij werkte verschillende jaren voor ICI/Huntsman en zijn laatste functie was deze van PU Divisional Director en bestuurslid bij Borsodchem.
  • Recticel wordt genomineerd voor de productie van de dashboardbekleding voor de nieuwe Porsche Cajun. Deze dashboardbekleding zal worden vervaardigd met de gepatenteerde Colo-Sense® Spray-technologie. De start van de productie is gepland voor eind 2013.

December 2011

  • Proseat, de joint venture van Recticel, verkoopt zijn belang van 35% in de joint venture voor zetelkussenproductie JP Foam Manufacturing aan Johnson Controls. JP Foam Manufacturing heeft twee productievestigingen, een in Zory (Polen) en een in Lucenec (Slowakije). Als gevolg van de verkoop van zijn belang van 35% brengt Proseat zijn programma's van de fabrieken van JP Foam Manufacturing over naar zijn eigen bestaande fabrieken.
  • Recticel kondigt aan dat het niet werd genomineerd voor de opvolger van de Mercedes C-klasse. Tot 2014 blijft Recticel echter wel de Colo-Fast®-bekleding voor dashboards en deurpanelen voor de huidige Mercedes C-klasse produceren.
  • Recticel rondt de herfinanciering af met een nieuwe gewaarborgde kredietfaciliteit in meerdere valuta's ten belope van EUR 175 miljoen en met een looptijd van vijf jaar. De nieuwe kredietfaciliteit biedt Recticel de mogelijkheid om liquiditeit te waarborgen en zijn schuldprofiel te verlengen. De onderneming gebruikt de opbrengsten voor de vervroegde terugbetaling van de uitstaande bedragen van de club deal van 2008 ten belope van EUR 230 miljoen, met vervaldatum in februari 2013.
  • Recticel is aanwezig op de beurs "BIG 5" in Dubai (VAE). BIG 5 is een belangrijke beurs voor de bouwsector in het Midden-Oosten en Noord-Afrika. Recticel presenteert een aantal topproducten zoals Recticel Insulation®, Polygrow® en Re-bounce®, en hoopt voor deze producten toegang te krijgen tot deze veelbelovende markten.
  • Polygrow®, het revolutionaire polyurethaanschuim van Recticel voor substraattoepassingen in de glastuinbouw en bij groendaken en -muren, wordt genomineerd als finalist in de categorie "Green Product" voor de Gaia Awards in Dubai. De Gaia Awards zijn de bekendste prijzen voor de bouwsector in het Midden-Oosten. Zij bekronen innovatieve producten die een positieve bijdrage leveren aan duurzaam bouwen.

Oktober 2011

  • Recticel Frankrijk neemt een nieuwe schuiminstallatie in gebruik in de productie- en verwerkingseenheid voor soepelschuim in Mazeyrat-d'Allier (Frankrijk). Deze belangrijke investering maakt deel uit van de strategie van Recticel om zijn sector Soepelschuim te moderniseren.
  • IsofinishTM eindigt als derde in de "Belgian Business Award for the Environment". IsofinishTM is een innovatief concept voor de volledige externe isolatie van nieuwe en bestaande gebouwen in TAUfoam® van Recticel. Zes marktleiders uit de Belgische bouwsector, met name Recticel, Borgh, Deceuninck, Eternit, Umicore (VMZINC) en Wienerberger gaan een opmerkelijke samenwerking aan op het gebied van buitenmuurisolatie en gevelafwerking. Het isoleren en tegelijkertijd herbekleden van oude gebouwen maakt aanzienlijke energiebesparingen mogelijk en draagt meteen bij tot stadsverfraaiing.

November 2011

• In aanwezigheid van Vlaams minister-president Kris Peeters opent Recticel een nieuwe verwerkingseenheid voor soepelschuim in Taloja, Navi Mumbai (India), met een oppervlakte van 6000 m². Met deze fabriek wil Recticel zich nog beter positioneren in een van de snelst groeiende economieën. Voortaan is Recticel niet alleen marktleider in India voor schuim voor luchtfilters voor de automobielindustrie, maar richt de onderneming zich ook op andere veelbelovende marktsegmenten in India voor hoogkwalitatief technisch schuim, zoals de akoestische sector.

• Recticel verwerft twee 'captive' herverzekeringsmaatschappijen in Luxemburg.

December Januari Februari 2012 • Recticel Insulation ontvangt een uitzonderlijke award op Batibouw, de grootste bouw- en renovatiebeurs van België. De jury van de Batibouw Communication Awards bekroonde Recticel Insulation met de bijzondere prijs, de Communciation Award "buiten categorie". Alle juryleden waardeerden unaniem de inspanningen van Recticel Insulation op het gebied van communicatie voor, tijdens en na de beurs. Recticel Insulation won ook tijdens voorgaande edities al twee keer de Batibouw Communication Award, namelijk in 2008 en 2011. Februari 2012 • Soundcoat Company Inc., de in akoestische isolatie gespecialiseerde Amerikaanse dochteronderneming van Recticel, sleept een contract in de wacht voor de akoestische isolatie van de 60 liften in de nieuwe Twin Towers in New York.

Maart 2012

Maart

Januari 2012

• In het kader van de strategie voor de sector Soepelschuim kondigt Recticel bv (Nederland) aan dat het van plan is om de activiteiten met betrekking tot soepelschuim in Nederland te stroomlijnen door de verwerkingseenheid voor comfortschuim in Bladel tegen midden 2012 te sluiten.

  • Eurofoam, de 50/50 joint venture tussen Recticel en de Oostenrijkse groep Greiner, kondigt aan dat ze de activiteiten met betrekking tot soepelschuim in Duitsland zal stroomlijnen door de verlieslatende productie- en verwerkingseenheid voor comfortschuim in Bexbach tegen eind juni 2012 te sluiten. Na de sluiting van de vestiging in Bexbach zal Eurofoam in Duitsland actief blijven via een netwerk van vier vestigingen voor de productie en verwerking van schuim.
  • Op de internationale meubelbeurs van 2011 in Keulen (Duitsland) presenteren Schlaraffia®, Beka® en Lattoflex® verschillende innovatieve matrassen die voorzien zijn van de recent gepatenteerde hoogkwalitatieve schuimtechnologie Geltex®. Dit nieuwe schuim combineert op perfecte wijze diverse comforteigenschappen zoals een optimale verdeling van het lichaamsgewicht, lichaamsondersteuning en een doeltreffende luchtdoorlatendheid en ventilatie. Dankzij dit innovatieve concept versterkt de Groep zijn Europese leiderspositie in het hogere marktsegment voor slaapsystemen.
  • Recticel wordt genomineerd voor de productie van de dashboardbekleding voor de nieuwe Volvo S60 voor de Chinese markt. Deze dashboardbekleding zal in China worden vervaardigd met de gepatenteerde Colo-Fast® Spray-technologie.

Gesprek met de Chief Executive Officer en de Voorzitter van de Raad van Bestuur

Brussel, 2 maart 2012

2011 was een grillig jaar vol uitdagingen. Na een eerste kwartaal dat vanuit macroeconomisch oogpunt positief mag worden genoemd, verschenen wereldwijd de eerste onzekerheden die nog werden versterkt door de financiële crisis waar de eurozone in de zomer mee te kampen kreeg. Bijgevolg werden de groeivooruitzichten diverse keren naar beneden bijgesteld. In deze negatieve omstandigheden realiseerde de Groep een stijging van de bedrijfsopbrengsten met +2,2% en steeg de winst na belastingen met +20,6%, terwijl de netto financiële schuld verder daalde (schuldgraadratio van 60%). In het licht van het onzekere economische klimaat nam de Groep heel wat maatregelen om zich actief op de toekomst voor te bereiden, zoals nieuwe investeringen, herstructureringen en herfinanciering.

Interview met Olivier Chapelle, Chief Executive Officer, en Etienne Davignon, voorzitter van de Raad van Bestuur.

Heeft het jaar 2011 de verwachtingen ingelost?

  • Olivier Chapelle: Wij beseften heel goed dat 2011 geen gemakkelijk jaar zou worden in het licht van de stijgende grondstoffenprijzen, wat de druk op onze commerciële teams verhoogde. De stijging van de bedrijfsopbrengsten met 7,4% in het eerste kwartaal ging gepaard met scherpe stijgingen van de grondstoffenprijzen die nieuwe historische pieken bereikten. Maar wat we niet hadden verwacht was de verslapping op de Europese markt van eindgebruikers, die vanaf het tweede kwartaal tot het einde van het jaar zou blijven duren. De financiële crisis in de eurozone leidde ertoe dat het jaar eindigde met een licht negatief vierde kwartaal. Recticel voerde in de volledige organisatie dan ook preventieve kostenbesparende en kapitaalbeschermende maatregelen in. Tegen de achtergrond van dit ongunstige macro-economische klimaat denk ik dan ook dat Recticel erin is geslaagd om in 2011 de belangrijkste risico's te beperken.
  • Etienne Davignon: Vorig jaar stegen de kosten van de Groep voor grondstoffen met EUR 35,6 miljoen, en ik kan bevestigen dat de teams van Recticel de meeste van die kostenstijgingen in de afgelopen twaalf maanden op succesvolle wijze hebben aangepakt op de diverse eindmarkten van de Groep. Het grootste deel van deze prijsinflatie werd goedgemaakt ondanks de aanhoudende en groeiende onzekerheden over de wereldeconomie.

  • Olivier Chapelle: Ik zou hieraan willen toevoegen dat het Managementcomité hard heeft gewerkt aan de uitvoering van de eerste stappen van het strategische plan. Een onderdeel daarvan was het toewijzen van financiële middelen aan hogere marktsegmenten met extra meerwaarde. Anderzijds vordert de vereenvoudiging van de Groep gunstig, met als gevolg een aanzienlijke rationalisering van onze industriële voetafdruk en een vermindering van het aantal joint ventures.

  • Etienne Davignon: Hoewel het strategische plan duidelijke indicaties biedt over de richting die we op middellange tot lange termijn willen uitgaan, is er ook nood aan praktische acties op korte termijn. Ik denk dat de Groep op de goede weg is wat betreft de uitvoering van de strategie.

Wat waren de belangrijke strategische beslissingen of acties op dat gebied in 2011?

  • Olivier Chapelle: Toen we in 2010 het stappenplan voor de strategie van de komende jaren opstelden, was de verdere ontwikkeling van de sector Isolatie duidelijk de belangrijkste prioriteit. Daarom zijn we in 2011 gestart met de bouw van een nieuwe productievestiging in Frankrijk, die naar verwachting in het vierde kwartaal van 2012 operationeel zal zijn. Daarnaast heeft de Groep zijn investeringen in de sector Automobiel verminderd. Recticel investeerde ook in de herstructurering van de vestigingen voor Soepelschuim in Spanje, het Verenigd Koninkrijk en Griekenland, terwijl ook onze grootste schuimfabriek in Frankrijk werd gemoderniseerd. Wat betreft de beoogde geografische expansie bleef de Groep verder investeren in de ontwikkeling van de schuimverwerkende activiteiten in China, en werd een eerste schuimverwerkende fabriek gebouwd in India.
  • Etienne Davignon: Wij kijken met tevredenheid terug op deze ontwikkelingen, maar wij blijven waakzaam met het oog op de grotere concurrentie in de toekomst. De nieuwe fabriek in Frankrijk is in het licht van de marktsituatie de juiste stap die we moesten nemen. Bovendien worden op die manier de operationele en geografische risico's van de Groep beperkt. Net als andere bedrijven moeten wij ons voortdurend aanpassen aan wijzigende economische situaties. De sector Soepelschuim staat echter niet alleen voor rationalisering en modernisering, wij hebben ook de intentie om gebruik te maken van selectieve groeikansen en uitbreidingsmogelijkheden. Bij het vastleggen van de strategie in 2010 wierp de Raad van Bestuur op dat Recticel te veel was blootgesteld aan de Europese markt en te weinig gebruik maakte van kansen in andere veelbelovende regio's. Wij zijn dan ook verheugd te merken dat de Groep tijdens het afgelopen jaar de eerste succesvolle stappen in die richting heeft gezet met enkele productie- en verwerkende activiteiten in India en een sterkere aanwezigheid in China.

Heeft het gebrek aan consumentenvertrouwen een invloed gehad op de sectoren Slaapcomfort en Automobiel?

Olivier Chapelle: Wij kunnen niet ontkennen dat het zwakke consumentenvertrouwen een negatieve invloed heeft gehad op onze activiteiten, vooral in de tweede jaarhelft. Dat was het geval voor de deelactiviteit comfortschuim van de sector Soepelschuim, maar logischerwijze ook voor de sector Slaapcomfort. Toch mogen we dat niet dramatiseren, want de situatie was in geen geval vergelijkbaar met de terugval in de herfst van 2008 en in 2009. Op jaarbasis lag de netto omzet in deze sectoren slechts lichtjes lager. In de sector Automobiel hield de verkoop goed stand dankzij onze brede positionering bij Duitse oorspronkelijke fabrikanten (OEM's), die ook zeer actief zijn in de export van auto's naar Azië.

Etienne Davignon: De grotere uitdagingen in de tweede jaarhelft zijn eenvoudig te verklaren. Door de euroschuldencrisis werden ondernemingen en consumenten in het midden van het jaar nog voorzichtiger, wat invloed had op het verbruik van consumenten- en investeringsgoederen. De ontwikkelingen met betrekking tot de euro brachten extra onzekerheid met zich mee, wat de Raad van Bestuur er in augustus toe aanzette zich te onthouden van prognoses en richtlijnen.

Was de Europese schuldencrisis ook de reden waarom Recticel het grootste deel van zijn bankschuld herfinancierde?

  • Olivier Chapelle: De wereldwijde beroering die al sinds 2008 op de kapitaalmarkten aanwezig is, samen met de sterk toegenomen onzekerheid op de meeste eindmarkten, heeft ons gesterkt in de overtuiging dat de Groep zijn financiering pro-actief moet beheren, meer bepaald met betrekking tot de herfinanciering van de "club deal" van 2008 ten belope van EUR 230 miljoen die in februari 2013 zou aflopen. Hoewel er geen urgentie in het spel was, hebben we in mei 2011 toch besloten om de herfinanciering van Recticel te vervroegen, omdat de algemene situatie zou kunnen leiden tot een forse vermindering van het beschikbare krediet. In december 2011 was de herfinanciering rond en op die manier garandeerden wij de liquiditeiten van de Groep en verlengden wij ons schuldprofiel tot december 2016.
  • Etienne Davignon: Dat was een wijze beslissing ondanks het feit dat de kosten voor de nieuwe kredietfaciliteit lichtjes hoger liggen dan voor de vroegere lening. Maar anderzijds is er nu minder financieringsrisico in het licht van de onzekerheid op de kredietmarkten. Het was ook een meevaller dat het totale bedrag van de nieuwe kredietfaciliteit tot EUR 175 miljoen kon worden beperkt, dankzij de algemene schuldenvermindering van de Groep. De netto financiële schuld verminderde inderdaad en de schuldratio verbeterde tot 60%. Wij blijven ernaar streven om de schuldratio in de komende twee jaar onder 50% te brengen.

Wat heeft het jaar 2012 in petto?

  • Olivier Chapelle: Hoewel de Europese schuldencrisis stilaan afneemt, denk ik dat de onzekerheid op de meeste van onze eindmarkten in het komende jaar zal voortduren, samen met grotere schommelingen van de grondstoffenprijzen. 2012 zal dus opnieuw een jaar vol uitdagingen worden. Wanneer we wat verder in de toekomst kijken, zien we echter nieuwe initiatieven in de steigers staan. De Groep zal tegen die achtergrond dan ook alle noodzakelijke stappen blijven nemen met het oog op de verdere vereenvoudiging van de activiteiten en de organisatie, daarbij gesteund door Human Resources zodat ons menselijke kapitaal, met alle talenten en competenties, beter kan worden ontwikkeld met het oog op de toekomst.
  • Etienne Davignon: Er zijn dus heel wat initiatieven gepland om de Groep te versterken en optimaal te positioneren zodat we sterker uit deze onzekere periode komen, zowel operationeel als op het gebied van marktpositie en focus. De expansie van de sector Isolatie met de nieuwe fabriek in Frankrijk zal daar in 2012 vast en zeker een belangrijke rol in spelen. Wat betreft de andere sectoren blijft de Groep nieuwe innovatieve producten introduceren en nieuwe veelbelovende markten aansnijden. Het Managementcomité en de Raad van Bestuur zijn ervan overtuigd dat de Groep de toekomstige uitdagingen met vertrouwen tegemoet kan zien.

Verslag van de Raad van Bestuur

Recticel – Jaarresultaten 2011

  • Bedrijfsopbrengsten van EUR 1.378,1 miljoen (+2,2%), aangestuurd door groei in Isolatie (+19,0%)
  • REBITDA van EUR 88,6 miljoen (-14,8%), vooral beïnvloed door grondstofprijsevoluties
  • EBIT van EUR 42,0 miljoen (+52,2%)
  • Winst over de periode (aandeel van de Groep) stijgt met 20,6% tot EUR 17,4 miljoen
  • Netto financiële schuld: van EUR 158,7 miljoen tot EUR 150,1 miljoen
  • Voorstel tot uitbetaling van een bruto dividend van EUR 0,28 per aandeel

1. KERNCIJFERS

in miljoen EUR
2H/2010 2H/2011 Δ 2H FY 2010 FY 2011 Δ FY
Bedrijfsopbrengsten 678,1 678,4 0,0% 1 348,4 1 378,1 2,2%
Bruto winst 102,0 105,0 2,9% 216,9 211,3 -2,6%
als % van de bedrijfsopbrengsten 15,0% 15,5% 16,1% 15,3%
REBITDA (1) 46,9 41,1 -12,3% 104,0 88,6 -14,8%
als % van de bedrijfsopbrengsten 6,9% 6,1% 7,7% 6,4%
EBITDA (2) 30,3 41,7 37,4% 83,5 88,8 6,3%
als % van de bedrijfsopbrengsten 4,5% 6,1% 6,2% 6,4%
REBIT (1) 23,6 20,8 -11,8% 58,9 47,1 -20,0%
als % van de bedrijfsopbrengsten 3,5% 3,1% 4,4% 3,4%
EBIT (0,1) 16,2 n.r. 27,6 42,0 52,2%
als % van de bedrijfsopbrengsten 0,0% 2,4% 2,0% 3,0%
Winst of verlies over de periode toerekenbaar aan de Groep 1,2 5,1 312,0% 14,4 17,4 20,6%
Winst of verlies over de periode toerekenbaar aan de Groep per aandeel
(in EUR)
0,04 0,18 311,6% 0,50 0,60 20,6%
Bruto dividend per aandeel (in EUR) (6) - - 0,27 0,28 3,7%
Totaal Eigen Vermogen 241,7 248,8 2,9% 241,7 248,8 2,9%
Netto financiële schuld (5) 158,7 150,1 -5,4% 158,7 150,1 -5,4%
Schuldgraadratio 66% 60% 66% 60% -8,1%
Gemiddelde ingezette middelen (capital employed) (3) 416,7 404,5 -2,9% 422,5 408,9 -3,2%
ROCE = Return on capital employed (4) -0,1% 8,0% 6,4% 10,3%
ROE = Return on equity (4) 1,0% 4,1% 6,3% 7,1%

(1) REBITDA = EBITDA voor niet-recurrente elementen; REBIT = EBIT voor niet-recurrente elementen.

Niet-recurrente elementen omvatten het operationeel resultaat, uitgaven of provisies verbonden aan herstructureringsprogramma's, bijzondere waardeverminderingen op activa, meer- of minwaarden op desinvesteringen en op de liquidatie van verbonden ondernemingen, en overige evenementen of transacties die duidelijk afwijken van de normale activiteiten van de Groep.

(2) EBITDA = EBIT + afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen/en -vermeerderingen op activa.

(3) Capital Employed = netto immateriële activa + goodwill + netto materiële vaste activa + werkkapitaal.

Werkkapitaal = vlottende activa (zonder geldbeleggingen) - niet-financiële korte termijn passiva.

(4) Halfjaarlijks gemiddelde = [Capital employed op het einde van de vorige periode + Capital employed op het einde van de afgelopen periode] / 2. Voor Return on Equity (ROE), idem dito op basis van Eigen Vermogen (aandeel van de Groep). De jaargemiddelden worden berekend als gewone gemiddelden van de halfjaargegevens.

(5) Netto financiële schuld = Rentedragende financiële verplichtingen – Geldmiddelen en overige beleggingen – Activa beschikbaar voor verkoop. De rentedragende financiële verplichtingen omvatten niet de opgenomen bedragen onder de factoring/forfeiting programma's zonder verhaal. (2011: EUR 45,5 miljoen versus EUR 19,7 miljoen in 2010).

(6) Voorstel dividend over 2011.

2. TOELICHTINGEN BIJ DE GECONSOLIDEERDE RESULTATEN

Sales: from EUR 1,348.4 million to EUR 1,378.1 million (+2.2%) Bedrijfsopbrengsten: van EUR 1.348,4 miljoen tot EUR 1.378,1 miljoen (+2,2%)

Na een sterk 1ste kwartaal 2011 (+7,4%) werd de waargenomen tendens van het 2de (+1,3%) en 3de kwartaal 2011 (+1,3%) bevestigd tijdens het 4de kwartaal 2011 (-1,2%) met als gevolg een algemeen zwakkere vraag in de meeste markten, wat tegen het jaareinde nog benadrukt werd door voorraadafbouw in de toeleveringsketen. De globale stijging van de bedrijfsopbrengsten kan volledig toegeschreven worden aan het segment Isolatie.

Voor wisselkoersverschillen (ten belope van +0,17%) en netto wijzigingen in de consolidatiekring (-0,09%) bedroeg de omzetgroei 2,12%.

De enige wijziging in de consolidatiekring in 2011 betrof:

• de dochteronderneming Enipur b.v. (Nederland) dat, met ingang vanaf 1 juli 2011, volgens de integrale consolidatiemethode wordt verwerkt (in plaats van voorheen 50% volgens de proportionele consolidatiemethode).

Wijzigingen in de consolidatiekring in 2010:

  • Met ingang vanaf 1 januari 2010 werd Recticel Foams (Shanghai) Co. Ltd. voor het eerst integraal geconsolideerd.
  • Met ingang vanaf 1 juli 2010 verkocht de Groep haar lattenbodem-activiteiten (Slaapcomfort) in Masevaux (Frankrijk).
in miljoen EUR
2H/2010 2H/2011 Δ 2H FY2010 FY2011 Δ FY
304,1 294,0 -3,3% Soepelschuim 602,7 596,2 -1,1%
150,6 150,6 0,0% Slaapcomfort 293,3 292,2 -0,4%
99,0 114,4 15,6% Isolatie 187,4 223,1 19,0%
156,9 149,7 -4,6% Automobiel (1) 324,9 324,8 0,0%
(32,4) (30,3) -6,5% Eliminaties (59,9) (58,1) -3,0%
678,1 678,4 0,0% TOTAAL 1 348,4 1 378,1 2,2%

Opsplitsing bedrijfsopbrengsten per segment

(1) De FY2010 cijfers omvatten een ontvangen compensatie in relatie tot de Amerikaanse activiteiten in 2009. Deze compensatie werd bekomen via een overeenkomst, als gevolg van dewelke twee Amerikaanse dochterondernemingen in april 2010 niet langer onder Chapter 11-bescherming vielen. (zie pagina 16 van het IAS34 Interim Report 1H/2011)

in miljoen EUR
3Q/2010 3Q/2011 Δ 3Q 4Q/2010 4Q/2011 Δ 4Q
147,3 147,3 0,0% Soepelschuim 156,7 146,6 -6,4%
73,7 76,8 4,3% Slaapcomfort 76,9 73,8 -4,1%
53,4 54,8 2,6% Isolatie 45,6 59,7 30,9%
73,1 74,3 1,6% Automobiel 83,8 75,4 -10,0%
(15,3) (16,6) 9,1% Eliminaties (17,2) (13,7) -20,4%
332,2 336,6 1,3% TOTAAL 345,8 341,8 -1,2%

REBITDA: from EUR 104.0 million to EUR 88.6 million (-14.8%) REBITDA: van EUR 104,0 miljoen tot EUR 88,6 miljoen (-14,8%)

Na recordniveaus te hebben bereikt in juni 2011, hebben de grondstofprijzen zich in het derde kwartaal van 2011 gestabiliseerd, om daarna in het vierde kwartaal terug te vallen. Over het hele jaar is de grondstofkost met EUR 36,5 miljoen gestegen. De lagere REBITDA wordt hoofdzakelijk verklaard door de onvermijdbare tijdsspanne die nodig is om de stijgingen door te rekenen naar de klanten en door het feit dat in de REBITDA van 2010 een éénmalig compensatiebedrag was inbegrepen dat de Amerikaanse Interiors dochterondernemingen ontvingen toen ze niet langer onder de Chapter 11-bescherming vielen.

in miljoen EUR
2H/2010 2H/2011 Δ 2H FY2010 FY2011 Δ FY
12,3 10,1 -18,3% Soepelschuim 30,6 23,6 -22,9%
12,7 9,2 -27,8% Slaapcomfort 20,3 16,9 -16,8%
18,1 21,3 17,5% Isolatie 35,5 39,5 11,2%
11,8 8,9 -24,4% Automobiel (1) 33,7 25,3 -25,1%
(8,0) (8,4) 4,6% Corporate (16,2) (16,6) 2,8%
47,0 41,1 -12,6% TOTAAL 104,0 88,6 -14,8%

Opsplitsing REBITDA per segment

(1) De FY2010 cijfers omvatten een ontvangen compensatie in relatie tot de Amerikaanse activiteiten in 2009. Deze compensatie werd bekomen via een overeenkomst, als gevolg van dewelke twee Amerikaanse dochterondernemingen in april 2010 niet langer onder Chapter 11-bescherming vielen. (zie pagina 16 van het IAS34 Interim Report 1H/2011)

REBIT: from EUR 58.9 million to EUR 47.1 million (-20.0%) REBIT: van EUR 58,9 miljoen tot EUR 47,1 miljoen (-20,0%)

Opsplitsing REBIT per segment

in miljoen EUR
2H/2010 2H/2011 Δ 2H FY2010 FY2011 Δ FY
5,2 3,7 -29,1% Soepelschuim 15,7 10,4 -34,1%
9,7 6,5 -33,5% Slaapcomfort 14,6 11,2 -23,6%
16,4 19,4 18,5% Isolatie 32,1 35,8 11,5%
0,8 0,0 -95,7% Automobiel (1) 13,0 7,0 -46,3%
(25,0) (25,7) 3,2% Corporate (16,6) (17,3) 3,8%
7,1 3,8 -46,1% TOTAAL 58,9 47,1 -20,0%

(1) De FY2010 cijfers omvatten een ontvangen compensatie in relatie tot de Amerikaanse activiteiten in 2009. Deze compensatie werd bekomen via een overeenkomst, als gevolg van dewelke twee Amerikaanse dochterondernemingen in april 2010 niet langer onder Chapter 11-bescherming vielen. (zie pagina 16 van het IAS34 Interim Report 1H/2011)

Niet-recurrente elementen

in miljoen EUR
2010 1H/2011 2H/2011 2011
Bijzondere waardeverminderingen (10,8) (0,1) (5,2) (5,3)
Reorganisatielasten en -voorzieningen (19,8) 0,7 (1,3) (0,6)
Verlies op de liquidatie of vervreemding van
financiële activa
(3,5) 0,0 (0,2) (0,2)
Winst op de liquidatie of vervreemding
van financiële activa
1,6 0,0 0,1 0,1
Reële waarde meerwaarde op
vastgoedbeleggingen
0,0 0,0 2,8 2,8
Overige 1,2 (1,1) (0,8) (1,9)
Totaal (31,3) (0,5) (4,6) (5,1)

Het resultaat werd beïnvloed door een aantal ongunstige niet-recurrente elementen ten belope van EUR –5,1 miljoen, in vergelijking met EUR –31,3 miljoen in 2010.

Voor 2011 hadden deze elementen voornamelijk betrekking op:

  • − bijzondere waardeverminderingen op activa geboekt in Soepelschuim (Turkije) en in Automobiel Interiors (in verband met het bankroet van Saab)
  • − gemaakte kosten en netto voorzieningen voor herstructureringsprogramma's en hiermee verbonden bezwarende contracten in Soepelschuim (Nederland en het Verenigd Koninkrijk), Automobiel - Interiors (Duitsland), en Proseat (België, Frankrijk en Duitsland).
  • − in Soepelschuim en Slaapcomfort: de in 2011 opgelopen juridische kosten (EUR –1,1 miljoen) in het kader van de lopende onderzoeken (zie hieronder); en
  • − in Corporate: een reële waarde (fair value) meerwaarde op gronden in België voor EUR +2,8 miljoen.

EBITDA: from EUR 83.5 million to EUR 88.8 million (+6.3%) EBITDA: van EUR 83,5 miljoen tot EUR 88,8 miljoen (+6,3%)

in miljoen EUR
2H/2010 2H/2011 Δ 2H FY2010 FY2011 Δ FY
4,3 8,7 100,3% Soepelschuim 22,2 22,6 1,9%
10,6 9,2 -13,6% Slaapcomfort 17,3 16,6 -3,6%
18,1 21,3 17,5% Isolatie 35,5 39,5 11,2%
7,5 8,7 15,8% Automobiel (1) 26,9 24,4 -9,2%
(10,2) (6,1) -40,1% Corporate (18,3) (14,3) -21,8%
30,3 41,7 37,4% TOTAAL 83,5 88,8 6,3%

(1) De FY2010 cijfers omvatten een ontvangen compensatie in relatie tot de Amerikaanse activiteiten in 2009. Deze compensatie werd bekomen via een overeenkomst, als gevolg van dewelke twee Amerikaanse dochterondernemingen in april 2010 niet langer onder Chapter 11-bescherming vielen. (zie pagina 16 van het IAS34 Interim Report 1H/2011)

EBIT: from EUR 27.6 million to EUR 42.0 million (+52.2%) EBIT: van EUR 27,6 miljoen tot EUR 42,0 miljoen (+52,2%)

Ondanks de EUR –5,1 miljoen aan niet-recurrente elementen (2010: EUR –31,3 miljoen), droegen alle segmenten positief bij tot het resultaat van 2011.

Opsplitsing EBIT per segment

in miljoen EUR
2H/2010 2H/2011 Δ 2H FY2010 FY2011 Δ FY
(8,8) 0,4 nr Soepelschuim 1,2 7,5 517,8%
7,6 6,5 -15,5% Slaapcomfort 11,5 10,9 -4,9%
16,4 19,4 18,5% Isolatie 32,1 35,8 11,5%
(4,9) (3,5) -28,7% Automobiel (1) 1,6 2,8 76,6%
(10,5) (6,5) -38,0% Corporate (18,8) (15,0) -20,3%
(0,1) 16,2 nr TOTAAL 27,6 42,0 52,2%

(1) De FY2010 cijfers omvatten een ontvangen compensatie in relatie tot de Amerikaanse activiteiten in 2009. Deze compensatie werd bekomen via een overeenkomst, als gevolg van dewelke twee Amerikaanse dochterondernemingen in april 2010 niet langer onder Chapter 11-bescherming vielen. (zie pagina 16 van het IAS34 Interim Report 1H/2011)

Financial result: from EUR –17.1 million to EUR –16.7 million. Financieel resultaat: van EUR –17,1 miljoen tot EUR –16,7 miljoen.

De netto rentelasten (EUR –13,3 miljoen) stegen met EUR 1,5 miljoen in vergelijking met 2010 (EUR –11,8 miljoen). Deze stijging is toe te wijzen aan een hoger gemiddelde uitstaande schuld, inclusief de niet in de balans opgenomen bedragen onder factoring/forfeiting programma's, (van EUR 220,8 miljoen tot EUR 229,9 miljoen) en de afboeking van de niet-afgeschreven arrangement fees (EUR 0,4 miljoen) van de 2008 "club deal" kredietfaciliteit die eind 2011 vervroegd werd terugbetaald.

'Andere financiële opbrengsten en lasten' (EUR –3,4 miljoen, vergeleken met EUR –5,3 miljoen in 2010) omvatten hoofdzakelijk negatieve wisselkoersverschillen (EUR –0,8 miljoen versus EUR +2,9 miljoen in 2010) en de kapitalisatiekost van provisies voor pensioenverplichtingen (EUR –2,1 miljoen versus EUR –2,4 miljoen in 2010).

Income taxes and deferred taxes: from EUR +4.1 million to EUR –7.9 million: Belastingen op het resultaat en uitgestelde belastingen: van EUR +4,1 miljoen tot EUR –7,9 miljoen

  • Courante belastingen (EUR –1,6 miljoen, in vergelijking met EUR –7,7 miljoen in 2010) voornamelijk ten laste van dochterondernemingen in Oost-Europa, Duitsland en Scandinavië;

  • De negatieve uitgestelde belastingen van EUR –6,4 miljoen vergelijken zich met positieve uitgestelde belastingen van EUR +11,8 miljoen in 2010. Deze laatsten waren voornamelijk het resultaat van de realisatie van een aanzienlijk éénmalig fiscaal aftrekbaar verlies voor belastingsdoeleinden op de liquidatie van de Amerikaanse entiteit RUS, Inc.

Resultaat over de periode (deel van de Groep): van EUR 14,4 miljoen tot EUR 17,4 miljoen (+20,6%).

3. MARKTSEGMENTEN

A. Soepelschuim

in miljoen EUR
2H/2010 2H/2011 Δ 2H 2010 2011 Δ FY
Bedrijfsopbrengsten 304,1 294,0 -3,3% 602,7 596,2 -1,1%
REBITDA 12,3 10,1 -18,3% 30,6 23,6 -22,9%
als % van bedrijfsopbrengsten 4,1% 3,4% 5,1% 4,0%
EBITDA 4,3 8,7 100,3% 22,2 22,6 1,9%
als % van bedrijfsopbrengsten 1,4% 3,0% 3,7% 3,8%
REBIT 5,2 3,7 -29,1% 15,7 10,4 -34,1%
als % van bedrijfsopbrengsten 1,7% 1,3% 2,6% 1,7%
EBIT (8,8) 0,4 nr 1,2 7,5 517,8%
als % van bedrijfsopbrengsten -2,9% 0,1% 0,2% 1,3%

Bedrijfsopbrengsten

De bedrijfsopbrengsten in het segment Soepelschuim (EUR 596,2 miljoen) daalden met 1,1% als gevolg van lagere volumes in het sub-segment 'Comfort', dat bijzonder getroffen werd door een zwakkere marktvraag. Daartegenover, kon het sub-segment 'Technische Schuimen' nog steeds genieten van verbeterde activiteitsniveaus in de industriële markten.

Het sub-segment 'Comfort' rapporteerde lagere bedrijfsopbrengsten (EUR 365,8 miljoen; –5,2%) als gevolg van de zwakkere vraag in Scandinavië en Spanje. In the overige landen stabiliseerden zich de bedrijfsopbrengsten in een zeer competitieve markt.

Het sub-segment 'Technische Schuimen' (EUR 207,5 miljoen, +8,6%) bleef genieten van een aanhoudende vraag vanuit de verschillende industriële en automobielmarkten; alhoewel aan een trager ritme dan het voorgaande jaar.

De bedrijfsopbrengsten van het sub-segment 'Composite foams' (EUR 22,8 miljoen, -11,7%) bleven lijden onder de zwakke wereldmarktprijzen voor schuimsnijresten en de lager dan verwachte volumes voor bonded foam producten.

EBITDA

Ondanks lagere bedrijfsopbrengsten verbeterde de EBITDA met 1,9% tot EUR 22,6 miljoen.

Netto niet-recurrente elementen bedroegen EUR –0,98 miljoen (tegenover EUR –8,4 miljoen in 2010) en hebben voornamelijk betrekking op voorzieningen voor herstructureringen en juridische kosten (EUR –0,7 miljoen) in het kader van het lopende onderzoek van de EC (zie hierna).

De tijdsspanne die nodig is om de grondstofprijsstijgingen door te rekenen in een uiterst competitieve markt, alsook tijdelijke operationele prestatieproblemen in het Verenigd Koninkrijk en in Nederland, leidde tot een daling van de REBITDA met 22,9%.

In lijn met haar intentie om de complexiteit te verminderen en de industriële footprint van haar Soepelschuimactiviteiten aan te passen, heeft de Groep de herstructurering van drie productievestigingen in Spanje en de sluiting van haar 'Carobel' comfortschuimverwerkingseenheid in het Verenigd Koninkrijk afgerond. De Groep heeft tevens haar intentie aangekondigd om haar productie-eenheid in Bladel (Nederland) tegen midden 2012 te sluiten. Daarnaast heeft de joint venture vennootschap Eurofoam begin januari 2012 aangekondigd dat het zijn productiesite in Bexbach (Duitsland) zal sluiten (gebeurtenis na balansdatum, geen impact of FY2011 resultaten).

Midden 2011, besloot de Groep om de 50% joint venture partners in de holdingvennootschap Enipur bv (Nederland), dat de operaties in Griekenland (Teknofoam Hellas) en in Turkije (Teknofoam Turkey) controleert, uit te kopen. Deze transactie stelt de Groep in staat om haar strategie in de regio versneld te implementeren. De Groep startte ook haar eerste schuimverwerkingsactiviteiten op in India.

De modernisering van de fabriek in Langeac (Frankrijk), waar een nieuwe schuimmachine werd geïnstalleerd, werd in 2011 afgerond.

B. Slaapcomfort

in miljoen EUR
2H/2010 2H/2011 Δ 2H 2010 2011 Δ FY
Bedrijfsopbrengsten 150,6 150,6 0,0% 293,3 292,2 -0,4%
REBITDA 12,7 9,2 -27,8% 20,3 16,9 -16,8%
als % van bedrijfsopbrengsten 8,5% 6,1% 6,9% 5,8%
EBITDA 10,6 9,2 -13,6% 17,3 16,6 -3,6%
als % van bedrijfsopbrengsten 7,1% 6,1% 5,9% 5,7%
REBIT 9,7 6,5 -33,5% 14,6 11,2 -23,6%
als % van bedrijfsopbrengsten 6,5% 4,3% 5,0% 3,8%
EBIT 7,6 6,5 -15,5% 11,5 10,9 -4,9%
als % van bedrijfsopbrengsten 5,1% 4,3% 3,9% 3,7%

Bedrijfsopbrengsten

De bedrijfsopbrengsten in het segment Slaapcomfort daalden met 0,4% tot EUR 292,2 miljoen.

Lagere bedrijfsopbrengsten in het sub-segment 'Merken' (-2,4%) waren het resultaat van een lagere omzet in Oostenrijk en Zwitserland, waar de Swissflex® export leed onder de sterke Zwitserse Frank.

Het 'Niet-merken' sub-segment (+2,2%) presteerde beter dan vorig jaar.

EBITDA

EBITDA daalde met 3,6% tot EUR 16,6 miljoen.

De combinatie van lagere bedrijfsopbrengsten met een stijging van de grondstofprijzen, zette de winstmarges onder druk. REBITDA omvat een meerwaarde van EUR 1,3 miljoen op de verkoop van een gebouw in Zwitserland.

In 2011 werd het resultaat ook beïnvloed door juridische kosten (EUR –0,4 miljoen) in verband met het lopende onderzoek van het Bundeskartellamt (zie hieronder).

C. Isolatie

in miljoen EUR
2H/2010 2H/2011 Δ 2H 2010 2011 Δ FY
Bedrijfsopbrengsten 99,0 114,4 15,6% 187,4 223,1 19,0%
REBITDA 18,1 21,3 17,5% 35,5 39,5 11,2%
als % van bedrijfsopbrengsten 18,3% 18,6% 18,9% 17,7%
EBITDA 18,1 21,3 17,6% 35,5 39,5 11,2%
als % van bedrijfsopbrengsten 18,3% 18,6% 18,9% 17,7%
REBIT 16,4 19,4 18,5% 32,1 35,8 11,5%
als % van bedrijfsopbrengsten 16,5% 17,0% 17,2% 16,1%
EBIT 16,4 19,4 18,5% 32,1 35,8 11,5%
als % van bedrijfsopbrengsten 16,5% 17,0% 17,2% 16,1%

Bedrijfsopbrengsten

De bedrijfsopbrengsten in het segment Isolatie stegen met 19,0% tot EUR 223,1 miljoen.

Het sub-segment Bouwisolatie was de belangrijkste groeimotor (EUR 206,9 miljoen; +20,8%).

Ondanks een verzwakkende Europese bouwmarkt, bleef de structurele vraag naar hoogwaardige polyurethaanisolatieproducten voor de bouw hoog als gevolg van striktere isolatienormen en -regelgeving, hogere energieprijzen en een groeiend milieubewustzijn die de noodzaak tot een verhoogde en betere isolatie doen toenemen.

Het sub-segment Industriële Isolatie (EUR 16,2 miljoen; + 0,7%) bleef stabiel. De licht lagere omzet tijdens de eerste drie kwartalen werd in 4Q/2011 gecompenseerd door nieuwe LNG exportprojecten.

EBITDA

EBITDA verbeterde met 11,2% dankzij hogere volumes. De marges verbeterden in 2H/2011 omdat hogere grondstofprijzen gradueel doorgerekend werden in de verkoopprijzen.

D. Automobiel

in miljoen EUR
2H/2010 2H/2011 Δ 2H 2010 (1) 2011 Δ FY
Bedrijfsopbrengsten 156,9 149,7 -4,6% 324,9 324,8 0,0%
REBITDA 11,8 8,9 -24,4% 33,7 25,3 -25,1%
als % van bedrijfsopbrengsten 7,5% 6,0% 10,4% 7,8%
EBITDA 7,5 8,7 15,8% 26,9 24,4 -9,2%
als % van bedrijfsopbrengsten 4,8% 5,8% 8,3% 7,5%
REBIT 0,8 0,0 -95,7% 13,0 7,0 -46,3%
als % van bedrijfsopbrengsten 0,5% 0,0% 4,0% 2,2%
EBIT (4,9) (3,5) -28,7% 1,6 2,8 76,6%
als % van bedrijfsopbrengsten -3,1% -2,3% 0,5% 0,8%

(1) De FY2010 cijfers omvatten een ontvangen compensatie in relatie tot de Amerikaanse activiteiten in 2009. Deze compensatie werd bekomen via een overeenkomst, als gevolg van dewelke twee Amerikaanse dochterondernemingen in april 2010 niet langer onder Chapter 11-bescherming vielen. (zie pagina 16 van het IAS34 Interim Report 1H/2011)

Bedrijfsopbrengsten

De bedrijfsopbrengsten in Automobiel stabiliseerden zich op EUR 324,8 miljoen. Lagere volumes in het subsegment 'Interiors' werden volledig gecompenseerd door een hogere omzet in 'Zetelkussens'.

De bedrijfsopbrengsten in 'Interiors' daalden licht tot EUR 164,1 miljoen (-3,6%). Het premium marktsegment bleef sterk in Europa, de VS en in China.

De Groep won verscheidene nieuwe contracten voor BMW, Porsche en Mercedes (E-klasse in China), maar verloor de nieuwe Mercedes C-klasse.

De bedrijfsopbrengsten bij Seating - 'Proseat', de 51%/49% Recticel/Woodbridge joint venture, (EUR 147,0 miljoen; +7,6%) stegen als gevolg van een stijgend marktaandeel en de lancering van het EPP- (Expanded PolyPropylene) project in de Franse vestiging te Trilport.

'Exteriors' daalde met 24,5% tot EUR 13,7 miljoen. Sedert de verkoop van de compounding activiteiten aan BASF in 2008, beperkt de omzet van deze afdeling zich tot de voor rekening van BASF geproduceerde grondstofmengsels.

EBITDA

De EBITDA van het segment Automobiel daalde met 9,2% tot EUR 24,4 miljoen. Rekeninghoudend met de in 1H/2010 ontvangen compensatie (zie voetnoot (1) hierboven) zou de EBITDA met 6,5% gestegen zijn op vergelijkbare basis. De voornaamste niet-recurrente elementen voor EUR –0,9 miljoen (2010: EUR –6,1 miljoen) betreffen herstructureringskosten in Duitsland en de afboeking van een lening die Proseat had verleend aan een dochteronderneming in Rusland.

De rendabiliteit van Automobiel werd ook beïnvloed door hogere grondstofprijzen die gradueel in de verkoopprijzen werden doorgerekend. Tot slot, EBIT werd ook aangetast door bijzondere waardeverminderingen (EUR –3,2 miljoen) op Interiors' activa voor het SAABproject dat ten gevolge van het bankroet van SAAB beëindigd werd.

4. FINANCIËLE SITUATIE

Op 31 december 2011 bedroeg de netto financiële schuld EUR 150,1 miljoen (exclusief de niet in de balans opgenomen factoring/forfeiting programma's zonder verhaal: EUR 45,5 miljoen), dit in vergelijking met respectievelijk EUR 158,7 miljoen en EUR 19,7 miljoen op 31 december 2010.

De schuldgraadratio bedraagt 60%, in vergelijking met 66% per eind 2010.

Eind 2011 heeft de Groep met 7 prominente Europese banken een nieuwe EUR 175 miljoen gewaarborgde multi-valuta kredietovereenkomst afgesloten met een looptijd van 5 jaar. Deze nieuwe kredietovereenkomst stelt de Groep in staat om haar liquiditeit verder te verzekeren en de gemiddelde duurtijd van haar kredieten te verlengen. De nieuwe kredietlijn werd gebruikt om de nog uitstaande bedragen onder de EUR 230 miljoen club deal van 2008, die in februari 2013 zou vervallen, vervroegd af te lossen.

5. INSPECTIE DOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL VOOR MEDEDINGING VAN DE EUROPESE COMMISSIE EN DOOR HET DUITSE FEDERAAL KARTELBUREAU ("BUNDESKARTELLAMT")

Met betrekking tot de lopende onderzoeken van de Europese Commissie en het Bundeskartellamt werd bijkomende informatie opgevraagd door de Commissie. Verder zijn er geen bijkomende elementen aan te kondigen dan deze die door de Groep werden publiek gemaakt in haar persbericht van 30 augustus 2011 (1H/2011 resultaten).

6. VOORGESTELD DIVIDEND

De Raad van Bestuur zal aan de Algemene Jaarvergadering van 29 mei 2012 de betaling van een bruto dividend van EUR 0,28 per aandeel voorstellen (2010: EUR 0,27).

7. VOORUITZICHTEN

Ingevolge de aanhoudende onzekerheid omtrent de door nationale en internationale instellingen geuite groeivooruitzichten voor de markten in dewelke Recticel actief is, is het voor de Raad van Bestuur niet mogelijk om het groeipotentieel voor 2012 in te schatten.

In 2012 zal de Groep nieuwe innovatieve producten blijven introduceren op haar belangrijkste markten, en zal zij haar kostenstructuur verder optimaliseren.

8. BESTEMMING VAN HET RESULTAAT

De Algemene Vergadering beslist over de besteding van de voor uitkering vatbare bedragen, op voorstel van de Raad van Bestuur.

Bij het uitwerken van zijn voorstel dienaangaande poogt de Raad van Bestuur het gepaste evenwicht te vinden tussen het garanderen van een stabiel dividend aan de aandeelhouders enerzijds, en het behouden van voldoende investeringsmogelijkheden en mogelijkheden voor autofinanciering anderzijds, dit om de groei van de onderneming op langere termijn niet te hypothekeren.

De Raad van Bestuur heeft besloten om het hierna volgende voorstel van resultaatverdeling voor te leggen aan de Algemene Vergadering:

in EUR
Winst van het boekjaar 12 037 723,14
+ Overgedragen winst van het vorige boekjaar 63 045 822,56
Te bestemment resultaat 75 083 545,70
- Bruto dividend voor de aandelen (8 100 807,68)
Over te dragen winst 66 982 73 8,02

Bruto dividend per aandeel (in EUR)

9. DIVIDENDUITKERING

Onder voorbehoud van goedkeuring van de winstverdeling door de Algemene Vergadering van 29 mei 2012 zal per aandeel een dividend worden uitgekeerd van EUR 0,28 bruto (voor gewone aandelen: EUR 0,21 netto (-25% roerende voorheffing) en voor aandelen + VVPR-strip EUR 0,2212 netto (-21% roerende voorheffing)). Dit dividend zal betaalbaar zijn vanaf 05 juni 2012 tegen afgifte van coupon nr.18 aan de loketten van de bank KBC.

Wat de aandelen op naam betreft, zal de betaling geschieden via overschrijving op de bankrekening van de aandeelhouders.

Brutodividend per aandeel EUR 0,28
Tegen afgifte coupon nr.18
Ex-coupon datum 31 MEI 2012
Record date 04 JUNI 2012
Datum betaling dividend 05 JUNI 2012

De Groep Recticel Strategie en Activiteiten

Strategie van de Groep

Recticel is vandaag wereldwijd een van de top-3 polyurethaanschuim-producenten. Recticel biedt producten en oplossingen aan voor klanten overal ter wereld, hoewel 95% van zijn activiteiten vandaag in Europa gevestigd zijn.

Recticel is sterk vertegenwoordigd in de volgende marktsegmenten:

  • Isolatie: polyurethaan gelamineerde panelen voor thermische isolatie van gebouwen
  • Slaapcomfort: met sterke merken in Europa
  • Soepelschuim: aanbod van schuimblokken of verwerkt schuim voor toepassingen in de meubelmarkten, alsook een ruime variëteit aan technisch onderscheidende oplossingen voor verschillende industrieën
  • Automobiel: polyurethaan elastomeren oplossingen voor dashboard- en deurpaneelhuiden, en schuimstukken voor zetelkussens

De volgende strategie reikt Recticel een duidelijk proces aan inzake de prioritaire allocatie van de werkingsmiddelen naar de verschillende sectoren.

1. KERNCOMPETENTIES EN DOELMARKTEN

De kernactiviteit en de kerncompetentie van Recticel draaien rond de transformatie van polyurethaanchemie in hardschuim, soepelschuim en elastomeerhuiden. Recticel zal gefocust blijven op de transformatie van polyurethaan om de volgende redenen:

  • − Polyurethaan is een uiterst performant en veelzijdig materiaal dat zich perfect leent tot een premium positionering in de meeste van zijn segmenten en/of toepassingen.
  • − De wereldwijde polyurethaanmarkt, die in 2010 zowat EUR 40 miljard bedroeg, groeit 2% sneller dan het BNP in de wereld en is gediversifieerd in verschillende belangrijke eindmarkten zoals meubelen, bouw, transport, kleding, schoenen, apparaten …
  • − Het biedt vele groei-opportuniteiten in toepassingen met een toegevoegde waarde en geeft Recticel de mogelijkheid deel te nemen in verschillende wereldwijde lange termijn onomkeerbare mega-trends, zoals milieubescherming en energiebehoud, luxe en comfort, waterbeheer en –filtratie, nood aan sterkere en lichtere materialen.
  • − Het is een winstgevende markt die de kans biedt een aangepast evenwicht te vinden tussen regio's en toepassingen, en aldus risico's kan beperken in geval van economische crisis.

2. PORTFOLIO MANAGEMENT: STRATEGISCHE POSITIONERING VAN DE SECTOREN

De analyse van de activiteitenportefeuille van Recticel is gebaseerd op:

  • de aantrekkelijkheid van de markt
  • het concurrentievermogen van Recticel in elk van deze markten

geeft de volgende positionering van elke sector weer:

3. ANALYSE PER SECTOR

Isolatie

Aantrekkelijkheid van de markt

  • − Milieubescherming en energiebehoud zijn mega-trends. Verwarming en koeling van gebouwen vertegenwoordigt 22% van het wereldwijde energieverbruik.
  • − Isolatie wordt beschouwd als zijnde dé oplossing om het energieverbruik te verminderen, en die het hoogste investeringsrendement biedt.
  • − Directieven en reglementeringen in de EU en in de lidstaten stuwen de groei van isolatie voor nieuwe gebouwen, terwijl subsidies de groei van de renovatiemarkt bevorderen.

  • − Polyurethaan is hét meest performante thermische isolatiemateriaal, waardoor het marktaandeel wint van oplossingen met polystyreen en rots- of glaswol.

  • − Recticel wordt erkend voor zijn ruim en hoogkwalitatief productengamma, alsook voor zijn efficiënte dienstverlening.
  • − De industriële voetafdruk omvat uiterst efficiënte en ideaal gevestigde productievestigingen.
in miljoen EUR
Bedrijfsopbrengsten 2011 223,1
EBITDA 2011 39,5
EBIT 2011 35,8

Slaapcomfort

Aantrekkelijkheid van de markt

  • Markt gedreven door demografische evolutie.
  • De slaapkwaliteit wordt alsmaar meer geïdentificeerd als een kritische factor voor comfort en gezondheid. Dit leidt tot investeringen in hoogwaardige slaapcomfortsystemen en tot een frequentere vervanging.
  • Kwalitatieve merkproducten vertegenwoordigen het topsegment van de markt.

  • Polyurethaanschuim voor matrassen biedt mogelijkheden voor een ruim en gediversifieerd productengamma waardoor het een toonaangevende oplossing is geworden dat marktaandeel afneemt van oplossingen met veren en latex.

  • Recticel is met sterke merken goed geplaatst in 5 Europese landen.
  • Recticel geniet van zijn integratie met de soepelschuimproductie om zodoende innovaties en de introductie van nieuwe producten te versnellen.
in miljoen EUR
Bedrijfsopbrengsten 2011 292,2
EBITDA 2011 16,6
EBIT 2011 10,9

Soepelschuim

Aantrekkelijkheid van de markt

  • De opsplitsing van de markt tussen volumetoepassingen (commodity) in het Comfortsegment en toepassingen van specialiteiten voor gebruik in een ruime waaier van industrieën in het segment Technische Schuimen.
  • Innovatie en differentiatie van het segment Technische Schuimen.
  • Wereldwijd groeiende markt dankzij de prestaties van polyurethaanchemie(ën).

  • Recticel geniet van zijn Onderzoeks- & Ontwikkelingsmogelijkheden, waardoor het zich kan positioneren in nieuwe niches.

  • Recticel beschikt over een ruime geografische aanwezigheid met een industriële voetafdruk die het mogelijk maakt in verschillende landen aanwezig te zijn. Desalniettemin zijn aanpassingen en herstructureringen nodig.
  • De omvang van Recticel biedt de kans om toegang te hebben tot competitieve grondstofprijzen.
in miljoen EUR
Bedrijfsopbrengsten 2011 569,2
EBITDA 2011 22,6
EBIT 2011 7,5

Automobiel

Aantrekkelijkheid van de markt

  • Zeer competitieve en cyclische markt, die in Europa gekenmerkt wordt door een aanzienlijke overcapaciteit.
  • Het segment zetelkussens (Proseat) is een commoditymarkt, terwijl het segment Interiors zeer kapitaalintensief is.
  • Innovatie en differentiatie is noodzakelijk, maar garandeert zelden een prijspremie.
  • Intellectuele eigendom is moeilijk te behouden en te beschermen.

  • Recticel is met zijn zeer performante producten in Interiors goed gepositioneerd, en wordt gewaardeerd voor zijn innovatieve concepten in Zetelkussens (Proseat).

  • Verbeterde winstgevendheid als gevolg van het effect van herstructurerings- en efficiëntiemaatregelen.
  • Recticel heeft een ideale industriële voetafdruk in Interiors (Europa, VSA en China).
in miljoen EUR
Bedrijfsopbrengsten 2011 324,8
EBITDA 2011 24,4
EBIT 2011 2,8

4. STRATEGIE

Recticel zal gefocust blijven op polyurethaantoepassingen en blijft streven naar groei via innovatie en de introductie van nieuwe producten in snelgroeiende/hoogwaardige marktsegmenten. Recticel zal ook zijn capaciteitsbezetting verbeteren via een optimaal industrieel voetafdrukbeheer. Recticel zal zijn financiële en menselijke middelen toewijzen aan die segmenten met de hoogste groei en beste waardecreatie. Recticel heeft de ambitie om zich verder te ontwikkelen op een bredere internationale basis (BRIC-landen)

Isolatie: Primaire aandacht naar Europa. Versnelde organische groei, ondersteund door innovatie en de
introductie van nieuwe producten, aangevuld door acquisities.
Slaapcomfort: Organische groei en acquisities gebaseerd op sterke merken en productinnovatie.
Soepelschuim: Rationalisatie en modernisering van de industriële voetafdruk in combinatie met selectieve groei
initiatieven gebaseerd op nieuwe producten en geografische expansie in het segment Technische
Schuimen.
Automobiel: Stabilisatie van de twee segmenten, gebaseerd op de introductie van nieuwe innovatieve producten
en continue optimalisatie van de voetafdruk en de capaciteitsbezetting.

5. OBJECTIEVEN

Op deze basis streeft Recticel de volgende middellange termijn objectieven na:

  • realisatie van een gemiddelde jaarlijkse groeivoet van de bedrijfsopbrengsten, bij een zelfde consolidatiekring, van minimum 5%
  • realisatie van een groeivoet met dubbele cijfers (double digit) van zowel resultaten als dividenden
  • behalen van een ROCE (EBIT/gemiddeld aangewende middelen) van minstens 15%
  • behalen van een schuldgraadratio (Netto financiële schulden/ Eigen vermogen) van minder dan 50%
in miljoen EUR
Bedrijfsopbrengsten 2011 1 378,1
EBITDA 2011 88,8
EBIT 2011 42,0

Activiteiten

Recticel is in hoofdzaak actief in de productie en verwerking van polyurethaan, waarvan de finale toepassingsgebieden zeer gevarieerd zijn. De Groep is georganiseerd rond vier segmenten.

Isolatie

Het segment Isolatie concentreert zich op de productie en commercialisatie van duurzaam thermisch isolatiemateriaal in hard geslotencellig polyurethaan- (PU of PUR) en polyisocyanuraatschuim (PIR), en omvat twee divisies: bouwisolatie en industriële isolatie.

in miljoen EUR
Kerncijfers 2009 2010 2011
Bedrijfsopbrengsten (1) 166,5 187,4 223,1
Groeivoet bedrijfsopbrengsten (%) 6,4% 12,6% 19,0%
REBITDA 40,3 35,5 39,5
REBITDA marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 24,2% 18,9% 17,7%
EBITDA 40,3 35,5 39,5
EBITDA marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 24,2% 18,9% 17,7%
REBIT 37,2 32,1 35,8
REBIT marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 22,3% 17,2% 16,1%
EBIT 37,2 32,1 35,8
EBIT marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 22,3% 17,2% 16,1%
Investeringen in immateriële (exclusief goodwill) en materiële vaste activa 7,6 6,7 9,0
Investeringen als % van bedrijfsopbrengsten 4,5% 3,6% 4,1%

(1) Voor eliminaties van intragroep transacties.

Strategie

  • − Primaire aandacht voor Europa.
  • − Versnelde groei door organische ontwikkeling of acquisities.
  • − Ondersteund door innovatie, introductie van nieuwe producten.

Doelstellingen tegen 2014

  • − Gemiddelde jaarlijkse omzetgroei van 10%.
  • − EBITDA/omzetmarge tussen 15% en 20%.

Slaapcomfort

Het segment Slaapcomfort concentreert zich in het bijzonder op de ontwikkeling, de productie en de commercialisatie van volledig afgewerkte matrassen, latten- en bedbodems en bedden. Deze sector heeft bijgevolg een uitgesproken business-to-consumer karakter. Hierbij wenst de Groep zich in haar eindmarkten voornamelijk te onderscheiden via een sterke merkenpolitiek.

in miljoen EUR
Kerncijfers 2009 2009
Her
werkt
(2)
2010 2011
Bedrijfsopbrengsten (1) 312,6 277,2 293,3 292,2
Groeivoet bedrijfsopbrengsten (%) -10,6% 5,8% -6,2% -0,4%
REBITDA 23,2 21,1 20,3 16,9
REBITDA marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 7,4% 7,6% 6,9% 5,8%
EBITDA 41,1 17,9 17,3 16,6
EBITDA marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 13,1% 6,5% 5,9% 5,7%
REBIT 16,5 21,1 14,6 11,2
REBIT marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 5,3% 7,6% 5,0% 3,8%
EBIT 33,8 (3) 11,6 11,5 10,9
EBIT marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 10,8% 4,2% 3,9% 3,7%
Investeringen in immateriële (exclusief goodwill) en
materiële vaste activa
2,5 2,5 4,0 2,0
Investeringen als % van bedrijfsopbrengsten 0,8% 0,9% 1,4% 0,7%

(1) Voor eliminaties van intragroep transacties.

(2) De aangegeven evolutie is gebaseerd op een vergelijkbare consolidatiekring. De FY2009 cijfers werden herwerkt om rekening te houden met de verkoop van het 50% belang in COFEL (Frankrijk) (Slaapcomfort) in juli 2009.

(3) Dit bedrag bevat de netto niet-recurrente opbrengsten (EUR +18,6 miljoen) als gevolg van de verkoop in juli 2009 van het 50% belang in COFEL (Frankrijk) (Slaapcomfort).

Strategie

  • − Organische en externe groei
  • − Gebaseerd op sterke merken
  • − Productinnovatie

Doelstellingen tegen 2014

  • − Gemiddelde jaarlijkse omzetgroei van circa 6%.
  • − EBITDA/omzetmarge van minimum 8%.

Soepelschuim

De activiteiten van het segment Soepelschuim concentreren zich in hoofdzaak op de productie, de transformatie en de commercialisatie van overwegend halfafgewerkte producten in zacht polyurethaanschuim. Deze sector is binnen de Groep historisch gezien steeds de grootste geweest, en omvat vandaag drie deelactiviteiten: Comfort, Technische Schuimen en Composite Foams. De karakteristieke eigenschappen van de schuimsoorten, de eigenheid van het productieproces en/ of de typische toepassingsmogelijkheden van het schuim zijn voornamelijk bepalend voor deze indeling.

in miljoen EUR
Kerncijfers 2009 2010 2011
Bedrijfsopbrengsten (1) 570,6 602,7 596,2
Groeivoet bedrijfsopbrengsten (%) -11,6% 5,6% -1,1%
REBITDA 46,9 30,6 23,6
REBITDA marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 8,2% 5,1% 4,0%
EBITDA 45,1 22,2 22,6
EBITDA marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 7,9% 3,7% 3,8%
REBIT 31,1 15,7 10,4
REBIT marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 5,4% 2,6% 1,7%
EBIT 25,8 1,2 7,5
EBIT marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 4,5% 0,2% 1,3%
Investeringen in immateriële (exclusief goodwill) en
materiële vaste activa
4,9 10,3 12,1
Investeringen als % van bedrijfsopbrengsten 0,9% 1,7% 2,0%

(1) Voor eliminaties van intragroep transacties.

Soepelschuim bedrijfsopbrengsten 2011: EUR 596,2 miljoen

Strategie

  • − Rationalisatie en modernisering van de industriële voetafdruk.
  • − Selectieve groei-initiatieven gebaseerd op nieuwe producten.
  • − Geografische expansie in het segment Technische Schuimen.

Doelstellingen tegen 2014

  • − Gemiddelde jaarlijkse omzetgroei van circa 5%.
  • − EBITDA/omzet marge van 7,5%.

Automobiel

Het segment Automobiel omvat de volgende twee activiteiten:

  • Interiors, dat interieurbekleding (dashboardhuiden en bekleding voor deurpanelen) ontwikkelt, produceert en commercialiseert op basis van de unieke, gebrevetteerde Colo-Fast® Spray technologie.
  • Proseat (een 51/49 joint venture tussen Recticel en Woodbridge), dat zetelkussens in koudvormschuim produceert.

Daarnaast is er de kleine divisie Exteriors, die zich in hoofdzaak toelegt op de productie van de lichtstabiele polyurethaangrondstof Colo-Fast® (compounds) dat vandaag voornamelijk gebruikt wordt in de divisie Interiors.

in miljoen EUR
Kerncijfers 2009 2010 2011
Bedrijfsopbrengsten(1) 289,4 324,9 324,8
Groeivoet bedrijfsopbrengsten (%) -39,0% 12,2% 0,0%
REBITDA 13,7 33,7 25,3
REBITDA marge (als % van bedrijfsopbrengsten) 4,7% 10,4% 7,8%
EBITDA -6,9 26,9 24,4
EBITDA marge (als % van bedrijfsopbrengsten) -2,4% 8,3% 7,5%
REBIT -5,8 13,0 7,0
REBIT marge (als % van bedrijfsopbrengsten) -2,0% 4,0% 2,2%
EBIT -32,2 1,6 2,8
EBIT marge (als % van bedrijfsopbrengsten) -11,1% 0,5% 0,8%
Investeringen in immateriële (exclusief goodwill) en materiële vaste activa 7,0 11,2 7,0
Investeringen als % van bedrijfsopbrengsten 2,4% 3,5% 2,2%

(1) Voor eliminaties van intragroep transacties.

Strategie

  • − Stabilisatie van marktpositie in Interiors en Proseat (zetelkussens).
  • − Continue optimalisatie van de voetafdruk en de capaciteitsbezetting.

Doelstellingen tegen 2014

− Een EBITDA/omzet marge van 8,0%. 0

Automobiel bedrijfsopbrengsten 2011: EUR 324,8 miljoen

Onderzoek en Ontwikkeling

Onderzoek en Ontwikkeling

Kennis en technologie blijven dé basis van veel van onze innovaties, en innovatie staat centraal bij alles wat wij doen om het dagelijks comfort continu te verbeteren. Producten ontwikkelen en verbeteren of performantere processen op punt stellen zijn de finale doelstellingen van ons eigen Onderzoeks- en Ontwikkelingscentrum (het IDC – International Development Center). Hierbij komt de vraag of de inspiratie soms rechtstreeks vanuit de eindmarkten. In andere gevallen wordt vertrokken van de kennis en inzichten van onderzoekers die de (nog) verborgen facetten van het polyurethaan-materiaal verder exploreren. Kennis en kunde is één zaak, het vertalen van deze eigenschappen naar praktische antwoorden en concrete oplossingen een andere. In deze context werd beslist om een nieuwe Business Development functie op te richten die zich als kerntaak zal toeleggen op de identificatie, selectie en ontwikkeling van markten en toepassingen voor de nieuwe producten of technologieën die vanuit het Corporate Innovation Program aangereikt worden.

Om haar lange termijn objectieven te kunnen verwezenlijken, beschikt de Groep reeds sedert vele jaren over een centraal georganiseerd onderzoeksen ontwikkelingsdepartement. Het International Development Center (IDC), gevestigd in Wetteren (België) heeft bewezen dat de beste garantie om tegelijkertijd op een kostefficiënte en flexibele wijze in te spelen op de vele gestelde behoeften en uitdagingen. In de eerste plaats gaat veel aandacht gaat naar de ontwikkeling van nieuwe producten die een antwoord kunnen bieden aan alsmaar populairder wordende behoeften zoals de vraag naar duurzamere en lichtere materialen of producten die verschillende functionaliteiten met elkaar integreren. Daarnaast echter tracht het IDC te focussen op de verbetering van bestaande producten of om bestaande productieprocessen verder te optimaliseren. Bij dit laatste wordt ernaar gestreefd om zowel het algemeen verbruik van grondstoffen te verlagen, het volume van restproducten te reduceren, als de productiestromen efficiënter te laten verlopen.

Evolutie jaarlijks budget Onderzoek & Ontwikkeling

Human Resources & Productievestigingen

Human Resources

De kwaliteit, de toewijding en het enthousiasme van medewerkers zijn onmisbare componenten die doorslaggevend zijn om als organisatie succesvol te zijn. Recticel is zich hiervan zeer bewust en streeft er dan ook naar om de beste en meest competente krachten aan te werven en te behouden. De Groep hecht zeer veel belang aan de ontwikkeling van individuele talenten. In deze context is Recticel in 2010 op Groepsniveau gestart met een grootschalig Talent- & Competentie Ontwikkelingsprogramma.

Door te erkennen dat het personeel de hoeksteen vormt van de Groepsprestaties, en derhalve van kapitaal belang is voor het welslagen van de strategie, werd beslist om te investeren in de identificatie van de talentenvijver binnen de Groep, om kerncompetenties te ontwikkelen, en om bepaalde zwaktes te verbeteren.

In deze context, werd het Talent Management Programma opgestart in juni 2010, gebaseerd op individuele beoordelingen. Hieruit ontvingen 300 managers elk hun Personal Development Guide. In oktober 2010 werd het Compentence Development Programma opgestart. Hierbij werd de nadruk gelegd op twee kernvaardigheden die het Managementcomité als prioritair had aangeduid; met name "Resultaatgerichtheid" en "Bekwaamheid om talenten en teams te ontwikkelen en uit te bouwen". In november 2011 werden de laatste workshops afgerond. In totaal hebben 440 Recticel managers aan deze workshops geparticipeerd.

Frequentie-index arbeidsongevallen

Frequentie = aantal ongevallen x 1.000.000 aantal gepresteerde uren

31 Dec
2011
Duitsland 1 472 18,0%
België 1 229 15,0%
Polen 825 10,1%
Tsjechië 757 9,2%
Verenigd Koninkrijk 682 8,3%
Frankrijk 668 8,2%
Nederland 389 4,8%
Spanje 279 3,4%
Oostenrijk 262 3,2%
VSA 255 3,1%
Zweden 203 2,5%
Roemenië 202 2,5%
Zwitserland 179 2,2%
Volksrepubliek China 166 2,0%
Hongarije 131 1,6%
Finland 103 1,3%
Turkije 85 1,0%
Estland 81 1,0%
Noorwegen 70 0,9%
Italië 61 0,7%
Bulgarije 21 0,3%
Indië 17 0,2%
Litouwen 12 0,1%
Slowakije 11 0,1%
Oekraïne 10 0,1%
Servië 8 0,1%
Rusland 6 0,1%
Griekenland 4 0,0%
Marrokko 1 0,0%
TOTAAL 8 186 100%
31 Dec
2011
West-Europa 5 601 68,4%
Oost-Europa 2 046 25,0%
Rest van de wereld 540 6,6%
TOTAAL 8 186 100%

PERSONEELSBESTAND

Vol- en deeltijds personeel, met uitzondering van tijdelijk personeel en personen die arbeidsongeschikt zijn, en met inbegrip van de proportioneel genomen personeelsbezetting van joint ventures die door Recticel voor minimum 50% worden gecontroleerd.

In 2011 daalde de tewerkstelling met 450 eenheden als gevolg van de economische crisis en de uitvoering van verschillende herstructuringsplannen. Deze maatregelen waren noodzakelijk om de industriële voetafdruk aan te passen aan de nieuwe economische situatie, waarvan het merendeel in West-Europese landen. De meeste jobs (op een pro rata basis voor joint ventures) gingen verloren in Soepelschuim (133 personen) en Automobiel (268 personen) en in verschillende ondersteunende diensten.

Productievestigingen

De bovenstaande tabel lijst de belangrijkste eenheden van de Recticel Groep (inclusief joint venture vennootschappen). Naast deze sites, heeft de Groep nog een 50-tal andere verwerkingseenheden of verkoopkantoren in Europa, de Verenigde Staten en Azië. Eind 2011 beschikte de Groep over 107 productieeenheden. Recticel is actief in 28 landen.

Land Isolatie Slaapcomfort Soepelsch
uim
(1)
Automobiel
OOSTENRIJK Timelkam Kremsmünster
Linz
BELGIE Turnhout
Wevelgem
Geraardsbergen
Hulshout
Wetteren
TSJECHIE Mladá Boleslav
Most
ESTLAND Tallinn
FINLAND Kouvola
FRANKRIJK Langeac
Louviers
Trilport
Trilport
DUITSLAND Hassfurt
Jöhstadt
Wattenscheid
Bexbach
Burkhardtsdorf
Ebersbach
Espelkamp
Rheinbreitbach
Rüsselsheim
Schönebeck
Unterriexingen
Wackersdorf
Mörfelden
HONGARIJE Sajóbábony
INDIA Raigad, Maharashtra
ITALIE Gorla Minore
NOORWEGEN Åndalsnes
VOLKSREPUBLIEK
CHINA
Ningbo
POLEN Łódz Zgierz Bielsko Biala
ROEMENIE Miercurea Sibiului Sibiú
SPANJE Catarroja
Ciudad Rodrigo
La Eliana
Santpedor
ZWEDEN Gislaved
ZWITSERLAND Büron
Flüh
NEDERLAND Kesteren
VERENIGD
KONINKRIJK
Glossop
Stoke-on-Trent
Alfreton Manchester
V.S.A. Deer Park, NY
Irvine, CA
Auburn Hills, MI
Clarkston, MI
Tuscaloosa, Al
(1) Voor Soepelschuim werden in hoofdzaak de schuimerijen opgenomen (situatie per 31 december 2011)

Corporate Governance

1. Referentiecode en regels van kracht

In overeenstemming met de bepalingen van de Belgische Corporate Governance Code 2009 publiceert Recticel haar Corporate Governance Charter op haar website (www.recticel.com). Elke belanghebbende kan het Charter aldaar downloaden, of een exemplaar aanvragen op de maatschappelijke zetel van de vennootschap. Het Charter bevat een gedetailleerde beschrijving van de bestuursstructuur en het governance beleid van de vennootschap. Het Recticel Corporate Governance Charter werd vorig jaar hernieuwd en bekrachtigd door de Raad van Bestuur.

Recticel hanteert de Belgische Governance Code 2009 als haar referentiecode.

Recticel past alle aanbevelingen van de referentiecode toe, met uitzondering van het volgende:

  • principe 5.2. /4. van de Belgische Corporate Governance Code 2009 dat voorschrijft dat minstens de meerderheid van de leden van het Auditcomité onafhankelijk moet zijn. De Raad van Bestuur van Recticel is evenwel van mening dat de heren DAVIGNON en VANDEPOEL hun de facto onafhankelijkheid hebben bewezen, alhoewel zij niet meer voldoen aan alle onafhankelijkheidsvereisten, enkel en alleen omwille van het feit dat hun bestuurdersmandaat de termijn van twaalf jaar overschrijdt.

Dit hoofdstuk bevat meer feitelijke informatie omtrent corporate governance in het algemeen en in het bijzonder, de toepassing van de Code bij Recticel tijdens het afgesloten boekjaar.

Overeenkomstig het Wetboek van Vennootschappen is de Raad van Bestuur bevoegd om alle handelingen te verrichten die nodig of nuttig zijn tot verwezenlijking van het doel van de vennootschap, behoudens die waarvoor volgens de wet alleen de algemene vergadering bevoegd is. De bevoegdheden van de Raad van Bestuur worden niet verder beperkt door de statuten.

Het intern reglement van de Raad van Bestuur wordt beschreven in het Corporate Governance Charter van Recticel.

2. Interne controle en risk management

Elke entiteit bestaat om waarde te creëren voor haar stakeholders en dit vormt de basis van het risicomanagement van elke onderneming. De uitdaging voor de Raad van Bestuur en voor het uitvoerend management bestaat erin om te bepalen hoeveel onzekerheid zij wenst te aanvaarden in haar streven om waarde te creëren. De waardecreatie wordt gemaximaliseerd wanneer het bestuur erin slaagt om een optimale balans te creëren tussen groei en opbrengst enerzijds en de daaraan gekoppelde risico's anderzijds.

Het identificeren en kwantificeren van de risico's en het opzetten en onderhouden van efficiënte controlemechanismen behoort tot de verantwoordelijkheid van de Raad van Bestuur en het uitvoerend management van de Recticel Groep.

Het kader voor de interne controle en risk management toegepast door de Recticel Groep is gebaseerd op het COSO (Committee of Sponsoring Organisations of the Treadway Commission) model en is in lijn met de vereisten opgelegd door de Belgische Corporate Governance Code, dit alles rekening houdend met de grootte en de specifieke noden van de Recticel Groep.

Sinds midden 2010 hebben de Raad van Bestuur en het uitvoerend management het kader voor de interne controle en risk management herbekeken, en een aangepast Compliance programma wordt thans uitgewerkt en geleidelijk geïmplementeerd.

De basis zal worden gevormd door een herziene Code of Conduct, toepasselijk op alle Recticel bestuurders, corporate officers en werknemers.

De daarin gehuldigde principes worden vervolgens verder uitgewerkt in de Business Control Guide, die meer in detail ingaat op de principes, en meer concrete richtlijnen voorziet, zoals onder meer richtlijnen op het vlak van Belastingbeheer, Schatkistbeheer, Boekhoudingregels, Investeringen, Aankoop, Fusies en Overnames, e.d. De financiële rapportering en controle gebeurt op basis van de Group Accounting Manual, Group Accounting Methodology en Cost Accounting Methodology.

Deze Business Control Guide omvat tevens de algemene delegatie van beslissingsmachten en verantwoordelijkheden voor specifieke bevoegdheidsdomeinen.

De Raad van Bestuur en het uitvoerend management evalueren geregeld de belangrijkste risico's waaraan de Recticel Groep blootgesteld wordt en leggen een prioriteitenlijst vast. Een algemene beschrijving van de risico's is terug te vinden in het financieel deel van dit jaarverslag, onder Hoofdstuk VIII.

Een van de oogmerken van het interne controle en risk management systeem is tevens het verzekeren van een tijdige, volledige en precieze communicatie. Daartoe omvat de Business Control Guide en alle verbonden richtlijnen de nodige regels over rollen en verantwoordelijkheden. Tevens wordt de nodige aandacht aan de dag gelegd voor het verzekeren van de beveiliging en vertrouwelijkheid van de gegevensuitwisseling, indien nodig of nuttig.

De Recticel Groep werkt tevens aan een herziening van haar interne rapporteringssystemen in geval van overtreding van de externe of interne wetten en regels.

Het Auditcomité heeft onder meer als taak om de Raad van Bestuur in te lichten en te adviseren omtrent de opvolging die zij minstens jaarlijks doorvoert betreffende de systemen van interne controle en risk management.

De Recticel Groep heeft tevens een Interne Audit dienst ingericht die werkt op basis van een Intern Audit Charter. De Interne Audit heeft als voornaamste opdracht het afleveren van verslagen met opinies and andere informatie in hoeverre de interne controle erin slaagt vooraf bepaalde criteria te halen. De interne controle heeft als doel de redelijke zekerheid te bieden dat de objectieven van de Recticel Groep inzake strategie, bedrijfsactiviteiten, compliance en reporting gerealiseerd kunnen worden op de meest efficiënte wijze. Hiertoe tracht ze volgende doeleinden te verzekeren:

  • − de betrouwbaarheid en integriteit van de informatie; − de naleving van policies, plannen, procedures, wet-
  • ten en overeenkomsten;
  • − het veilig stellen van de activa;
  • − het spaarzaam en efficient gebruik van de middelen;
  • − het bereiken van de vastgelegde doelen van de operaties en programma's.

3. Externe controle

De externe controle van de vennootschappelijke en geconsolideerde jaarrekeningen van Recticel NV werd door de Algemene Vergadering van 2010 toevertrouwd aan de burgerlijke vennootschap onder de vorm van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "DELOITTE Bedrijfsrevisoren", vertegenwoordigd door de heer Kurt DEHOORNE.

De Commissaris voert zijn controles uit overeenkomstig de normen van het Belgisch Instituut der Bedrijfsrevisoren en levert een verslag af waarin bevestigd wordt of de vennootschappelijke jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening van de vennootschap een getrouw beeld geven van het vermogen, de financiële toestand en de resultaten van de vennootschap. Het Auditcomité onderzoekt en bespreekt deze halfjaarlijkse rapporten in aanwezigheid van de Commissaris, en ze worden nadien ook besproken in de Raad van Bestuur.

De bezoldiging van de Commissaris betreffende de controle van de vennootschappelijke en de geconsolideerde jaarrekening van Recticel NV bedoeld in artikel 134, §1 van het Wetboek van Vennootschappen, bedraagt EUR 261.000 voor 2011. Naast deze bezoldiging werd door de Commissaris EUR 42.750 gefactureerd voor bijkomende auditopdrachten en EUR 199.900 voor belastingadviesopdrachten. Het detail van deze vergoedingen is opgenomen in de toelichting op VOL 5.15 in de statutaire jaarrekening.

Het globale bedrag van de bezoldigingen van de Commissaris voor bijkomende diensten bedraagt op het niveau van de Groep Recticel EUR 779.427. Dit globale bedrag omvat een som van EUR 705.927 voor bijkomende auditopdrachten, wettelijke opdrachten en corporate finance. Aangezien de totale honoraria voor de diensten van de Commissaris op groepsniveau EUR 850.323 bedragen, werd de limiet bedoeld in artikel 133 van het Wetboek van Vennootschappen op geconsolideerd niveau niet overschreden.

Het detail van deze vergoedingen is opgenomen in de toelichtingen in het financieel deel van het geconsolideerd jaarverslag.

Het mandaat van de Commissaris werd hernieuwd in 2010 en loopt af na de jaarvergadering van 2013.

Er valt tenslotte te noteren dat "DELOITTE Bedrijfsrevisoren" met ingang van 1 januari 2012 door de heren William BLOMME en/of Kurt DEHOORNE wordt vertegenwoordigd.

4. Samenstelling van de Raad Van Bestuur

De Raad van Bestuur van Recticel bestaat thans uit twaalf leden. Er zijn elf niet-uitvoerende bestuurders, waarvan drie onafhankelijk zijn. Olivier Chapelle BVBA, Gedelegeerd Bestuurder, is uitvoerend bestuurder.

De Gedelegeerd Bestuurder vertegenwoordigt het management en vijf bestuurders vertegenwoordigen referentieaandeelhouders.

Met betrekking tot de wet d.d. 28 juli 2011 die voorziet in de verplichting dat minstens 1/3 van de leden van de Raad van Bestuur van het andere geslacht zijn, verbindt de Raad van Bestuur zich ertoe om die verplichting binnen de gepaste termijn in acht te nemen.

De Raad van Bestuur heeft nu al rekening gehouden met die toekomstige verplichting bij zijn voorstel om een nieuwe vrouwelijke bestuurder aan te stellen ter vervanging van Louis Verbeke BVBA en hij stelt verder voor om een bijkomende vrouwelijke bestuurder te benoemen.

In de hiernavolgende tabel vindt u een overzicht van de leden van de Raad van Bestuur van Recticel tijdens het boekjaar 2011 en tot heden.

Wijzigingen sinds het vorige jaarverslag – statutaire benoemingen – voorstelling nieuwe bestuurders

Op voorstel van de Raad van Bestuur en na advies van het Remuneratie- en Benoemingscomité heeft de algemene vergadering van 10 mei 2011 de bestuurdersmandaten van de heer Vincent DOUMIER hernieuwd voor een periode van vier jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van 2015. Het bestuurdersmandaat van de naamloze vennootschap "POL BAMELIS", vertegenwoordigd door de heer Pol BAMELIS, werd niet hernieuwd. Ter vervanging hiervan werd de heer Pierre Alain DE SMEDT tot bestuurder benoemd voor een periode van vier jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van het jaar 2015.

Bovendien heeft dezelfde algemene vergadering het ontslag van de heer Klaus WENDEL als bestuurder met ingang van 3 maart 2011 en de definitieve vervanging door de gewone commanditaire vennootschap "ANDRE BERGEN", vertegenwoordigd door de heer André BERGEN, voor een periode die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van het jaar 2013, bekrachtigd.

Tevens werden de heer Pierre Alain DE SMEDT en de gewone commanditaire vennootschap "ANDRE BERGEN", vertegenwoordigd door de heer André BERGEN, benoemd tot onafhankelijke bestuurders, in de zin van artikel 524 §2 en 526bis §2 van het Wetboek van Vennootschappen. Zij voldoen aan alle criteria zoals vermeld in artikel 526ter van het Wetboek van Vennootschappen. Zij voldoen tevens aan de onafhankelijkheidsvereisten van de Code Corporate Governance 2009.

1932
1992
2012
Etienne DAVIGNON
Voorzitter
Niet-uitvoerend
Olivier CHAPELLE (1)
Gedelegeerd Bestuurder
Uitvoerend
1964
2009
2012
Luc VANSTEENKISTE (2)
Vice Voorzitter
Niet-uitvoerend
1947
1991
2012
1941
1985
2012
Guy PAQUOT
Vice Voorzitter
Niet-uitvoerend
Bestuurder (vanaf
1950
2011
2013
André BERGEN (3)
Onafhankelijk
3/3/2011)
Pierre Alain DE SMEDT
Bestuurder
Onafhankelijk
1944
2011
2015
1955
2007
2015
Vincent DOUMIER
Bestuurder
Niet-uitvoerend
Onafhankelijk (tot 17/5/2011)
1945
1999
2012
Wilfried VANDEPOEL
Bestuurder
Niet-uitvoerend (vanaf 18/5/2011)
Tonny VAN DOORSLAER
Bestuurder
Niet-uitvoerend
1951
2004
2013
Louis H. VERBEKE (4)
Bestuurder
Niet-uitvoerend
1947
1998
2012
Klaus WENDEL
Bestuurder
Onafhankelijk
1943
2005
3/3/2011
Luc WILLAME (5)
Bestuurder
Onafhankelijk
1940
2008
2012
NAAM FUNCTIE TYPE GEBOORTE
JAAR
BEGIN
MANDAAT
EINDE
MANDAAT
Jacqueline ZOETE
Bestuurder
Niet-uitvoerend
1942
2010
2012

(1) in zijn hoedanigheid van Zaakvoerder van Olivier Chapelle SPRL/BVBA. AC = Auditcomité

(2) in zijn hoedanigheid van Gedelegeerd Bestuurder van Vean NV. MC = Managementcomité

(3) in zijn hoedanigheid van Zaakvoerder van André Bergen Comm. V. RC = Remuneratie- & Benoemingscomité

(4) in zijn hoedanigheid van Zaakvoerder van Louis Verbeke BVBA.

(5) in zijn hoedanigheid van Gedelegeerd Bestuurder van Sogelam SA/NV.

Samenstelling van de Raad Van Bestuur

Etienne Davignon Voorzitter

Olivier Chapelle Chief Executive Officer

Guy Paquot Vice-Voorzitter

Luc Vansteenkiste Vice-Voorzitter

André Bergen Bestuurder

Pierre Alain De Smedt Bestuurder

Vincent Doumier Bestuurder

Wilfried Vandepoel Bestuurder

LIDMAATSCHAPS
COMITé
HOOFDFUNCTIE BUITEN RECTICEL
RC (tot 3/3/2011)
AC
Brussels Airlines Chairman
MC
Sioen Industries NV Chairman
Entreprises et Chemins de Fer en Chine SA/NV
Chairman and Managing Director
RC
AC (vanaf 3/3/2011)
Cofinimmo Chairman
VBO-FEB Chairman
AC Compagnie du Bois Sauvage NV
Managing Director
AC Lessius Corporate Finance NV
Managing Director
AC Spector Photo Group NV Executive Chairman
RC Vlerick Leuven Gent Management School Chairman
AC (tot 3/3/2011)
RC
Sioen Group

Tonny Van Doorslaer Bestuurder

Luc Willame Bestuurder

Louis Verbeke Bestuurder

Jacqueline Zoete Bestuurder

in de zin van artikel 524 §2 en 526bis §2 van het Wetboek van Vennootschappen. Zij voldoen aan alle criteria zoals vermeld in artikel 526ter van het Wetboek van Vennootschappen. Zij voldoen tevens aan de onafhankelijkheidsvereisten van de Code Corporate Governance 2009.

Er valt bovendien hieraan te herinneren dat de heer Wilfried VANDEPOEL als onafhankelijk bestuurder beschouwd bleef tot de datum van 18 mei 2011 waarop hij niet-uitvoerend bestuurder werd, aangezien hij op dat moment de wettelijke maximumtermijn van twaalf jaar had bereikt.

Na de algemene vergadering te houden op 29 mei 2012 vervallen de volgende mandaten:

  • De heer Etienne DAVIGNON, als niet-uitvoerende bestuurder en Voorzitter van de Raad van Bestuur;
  • OLIVIER CHAPELLE BVBA, vertegenwoordigd door de heer Olivier CHAPELLE, als uitvoerende bestuurder en Gedelegeerd Bestuurder;
  • VEAN NV, vertegenwoordigd door de heer Luc VANSTEEN-KISTE, als niet-uitvoerende bestuurder and Vice-Voorzitter van de Raad van Bestuur;
  • De heer Guy PAQUOT, als niet-uitvoerende bestuurder and Vice-Voorzitter van de Raad van Bestuur;
  • De heer Wilfried VANDEPOEL, als niet-uitvoerende bestuurder;
  • LOUIS VERBEKE BVBA, vertegenwoordigd door de heer Louis H. VERBEKE, als niet-uitvoerende bestuurder;
  • SOGELAM NV, vertegenwoordigd door de heer Luc WIL-LAME, als niet-uitvoerende bestuurder;
  • Mevrouw Jacqueline ZOETE, als niet-uitvoerende bestuurder.

Rekening gehouden met het bovenstaande en na advies van het Remuneratie- en Benoemingscomité stelt de Raad van Bestuur aan de algemene vergadering van 29 mei 2012 het volgende voor:

  • Hernieuwing van het mandaat van de heer Etienne DA-VIGNON, als niet-uitvoerende bestuurder en Voorzitter van de Raad van Bestuur, voor een nieuwe periode van vier jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van 2016.
  • Hernieuwing van het mandaat van OLIVIER CHAPELLE BVBA, vertegenwoordigd door de heer Olivier CHAPELLE, als uitvoerende bestuurder en Gedelegeerd Bestuurder, voor een nieuwe periode van vier jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van 2016.
  • Hernieuwing van het mandaat van VEAN NV, vertegenwoordigd door de heer Luc VANSTEENKISTE, als nietuitvoerende bestuurder and Vice-Voorzitter van de Raad van Bestuur, voor een nieuwe periode van vier jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van 2016.
  • Hernieuwing van het mandaat van de heer Guy PAQUOT, als niet-uitvoerende bestuurder and Vice-Voorzitter van de Raad van Bestuur, voor een nieuwe periode van vier jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van 2016.
  • Hernieuwing van het mandaat van Mevrouw Jacqueline ZOETE, als niet-uitvoerende bestuurder, voor een nieuwe periode van vier jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van 2016.

  • Ter vervanging van de heer Wilfried VANDEPOEL, benoeming van REVAM BVBA, vertegenwoordigd door de heer Wilfried VANDEPOEL, tot niet-uitvoerende bestuurder voor een periode van één jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van het jaar 2013.

  • Ter vervanging van SOGELAM NV, vertegenwoordigd door de heer Luc WILLAME, benoeming van de heer Patrick VAN CRAEN tot niet-uitvoerende bestuurder voor een periode van vier jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van het jaar 2016.
  • Ter vervanging van LOUIS VERBEKE BVBA, vertegenwoordigd door de heer Louis H. VERBEKE, benoeming van Mevrouw Marion DEBRUYNE tot niet-uitvoerende bestuurder voor een periode van vier jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van het jaar 2016.
  • Benoeming van Mevrouw Ingrid MERCKX tot bestuurder voor een periode van vier jaar die zal eindigen na de gewone algemene vergadering van het jaar 2016.

De Raad van Bestuur stelt tevens voor om Mevrouw Marion DEBRUYNE te benoemen tot onafhankelijke bestuurder, in de zin van artikel 524 §2 en 526bis §2 van het Wetboek van Vennootschappen, voor de looptijd van haar mandaat. Zij voldoet aan alle criteria zoals vermeld in artikel 526ter van het Wetboek van Vennootschappen. Zij voldoet tevens aan de onafhankelijkheidsvereisten van de Code Corporate Governance 2009.

De Raad van Bestuur stelt tevens voor om Mevrouw Ingrid MERCKX te benoemen tot onafhankelijke bestuurder, in de zin van artikel 524 §2 en 526bis §2 van het Wetboek van Vennootschappen, voor de looptijd van haar mandaat. Zij voldoet aan alle criteria zoals vermeld in artikel 526ter van het Wetboek van Vennootschappen. Zij voldoet tevens aan de onafhankelijkheidsvereisten van de Code Corporate Governance 2009.

Prof. Dr. Ir. Marion DEBRUYNE (1972) is bachelor Chemie en doctor in Toegepaste Economische Wetenschappen (Universiteit van Gent). Ze is tevens Master in Marketing Management (Vlerick Leuven Gent Management School. Mevrouw DEBRUYNE is partner en geassocieerd professor aan de Vlerick Leuven Gent Management School. Ze is Directeur Master Programma's en lid van het Uitvoerend Comité. Haar interesses liggen op het raakvlak tussen marketing strategie, innovatie en concurrentie. Ze is ook een onafhankelijk lid van de raad van bestuur van Kinepolis.

Mevrouw Ingrid MERCKX (1966) behaalde een Master Burgerlijk Ingenieur aan de Katholieke Universiteit Leuven. Van 1990 tot 2002 heeft ze verschillende functies uitgeoefend bij Generale Bank en Telindus Group. In september 2002 was ze Managing Director Europe en CFO EMEA bij Agfa Europe. Van 2006 tot 2010 bekleedde ze de functie van Regional President Region Europe West bij Agfa Graphics, waar ze nu sinds 2011 verantwoordelijk is voor de "Inkjet" activiteiten als Chief Operating Officer.

De heer Patrick VAN CRAEN (1953) is Burgerlijk Ingenieur Architect, afgestudeerd aan de Université Catholique Louvain. Hij oefent sinds 1990 leidinggevende functies in de Groep CFE uit. Sinds 2006 is hij ook lid van het Directiecomité van CFE en oefent hij verschillende mandaten uit als gedelegeerd bestuurder binnen CFE en als bestuurder in andere vennootschappen die in de bouw- en immobiliënsector actief zijn.

De Raad van Bestuur stelt bovendien voor aan de algemene vergadering om de benoeming van de heer William BLOMME goed te keuren als mede-vertegenwoordiger van de commissaris van de Vennootschap, de burgerlijke vennootschap onder de vorm van een coöperatieve vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "DELOITTE Bedrijfsrevisoren", die met ingang van 1 januari 2012 en voor de resterende termijn van het commissarismandaat door de heren Kurt DEHOORNE en/of William BLOMME wordt vertegenwoordigd.

Werking van de Raad van Bestuur

De Raad van Bestuur kwam in 2011 zesmaal samen. Eén vergadering behandelde voornamelijk het budget voor 2011 en twee vergaderingen handelden vooral over de vaststelling van de jaarrekeningen per 31 december 2010 en de halfjaarlijkse rekeningen per 30 juni 2011. Eén vergadering was uitsluitend gewijd aan het uitgestelde stock option plan 2010 and één andere aan de herfinanciering van de Groep.

Op elke vergadering wordt verder aandacht besteed aan de gang van zaken per afdeling, en aan de belangrijkste lopende overname en/of desinvesteringsdossiers. Andere onderwerpen (human resources, externe communicatie, geschillen en juridische vraagstukken, delegatie van bevoegdheden en dergelijke) komen aan bod indien nodig of nuttig.

De schriftelijke besluitvormingsprocedure werd in 2011 niet toegepast.

Het secretariaat van de Raad van Bestuur wordt verzorgd door de heer Dirk VERBRUGGEN, Company Secretary.

Het individuele aanwezigheidspercentage van de bestuurders op de vergaderingen in 2011 bedroeg:

NAAM AANWEZIGHEID IN 2011
Etienne DAVIGNON 6/6
Guy PAQUOT 5/6
Luc VANSTEENKISTE 5/6
Olivier CHAPELLE 6/6
Pol BAMELIS 2/2
André BERGEN 3/4
Pierre Alain DE SMEDT 2/4
Vincent DOUMIER 5/6
Wilfried VANDEPOEL 5/6
Tonny VAN DOORSLAER 5/6
Louis VERBEKE 6/6
Klaus WENDEL 1/2
Luc WILLAME 5/6
Jacqueline ZOETE 5/6

Er dient bovendien op te merken dat een zelfbeoordeling van de werking van de Raad van Bestuur in de eerste helft van 2012 zal worden georganiseerd. Dit zal uitgaan van een vragenlijst die door alle bestuurders zal worden beantwoord. De resultaten uit de vragenlijst zullen dan worden besproken en verder geanalyseerd tijdens een volgende vergadering van de Raad van Bestuur.

5. Comités ingericht door de Raad van Bestuur

a) Het Auditcomité

Het Auditcomité ziet overeenkomstig de Vennootschappenwet toe op het financiële verslaggevingsproces, de doeltreffendheid van de systemen voor interne controle en risicobeheer van de vennootschap, de interne audit, de wettelijke controle van de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening, en de onafhankelijkheid van de Commissaris. Het intern reglement van het Auditcomité is opgenomen in het Corporate Governance Charter.

Het Auditcomité telt vijf leden. Alle leden zijn niet-uitvoerende bestuurders, en één lid, namelijk de Voorzitter, is onafhankelijk in de zin van het Wetboek van Vennootschappen.

Het secretariaat van het Comité wordt verzorgd door de heer Philippe Jous, Corporate General Counsel & General Secretary.

De samenstelling van het Auditcomité voldoet aan de bepalingen van de statuten van Recticel NV en aan de voorschriften terzake van het Wetboek van Vennootschappen maar voldoet niet aan principe 5.2./4. van de Belgische Corporate Governance Code 2009 dat voorziet dat minstens de meerderheid van de leden van het auditcomité onafhankelijk moet zijn. De Raad van Bestuur van Recticel is evenwel van mening dat de heren DAVIGNON en VANDEPOEL hun de facto onafhankelijkheid hebben bewezen, alhoewel zij niet meer voldoen aan alle onafhankelijkheidsvereisten, enkel en alleen omwille van het feit dat hun bestuurdersmandaat de termijn van twaalf jaar overschrijdt.

Conform artikel 526bis van het Wetboek van Vennootschappen verklaart Recticel NV dat de Voorzitter van het Auditcomité, de Heer André Bergen, aan de vereisten van onafhankelijkheid voldoet en dat hij de nodige deskundigheid bezit op het gebied van boekhouding en audit.

De hiernavolgende tabel bevat de leden van het Auditcomité tijdens het boekjaar 2011 en tot heden.

NAAM FUNCTIE AANWEZIGHEID
IN 2011
Klaus WENDEL (1) Voorzitter 1/1
André BERGEN (2) Voorzitter 2/3
Etienne DAVIGNON Lid 4/4
Vincent DOUMIER Lid 4/4
Wilfried VANDEPOEL Lid 3/4
Tonny VAN DOORSLAER Lid 4/4

(1) Ontslag op 3 maart 2011.

(2) Voorzitter sinds 3 maart 2011.

Het Auditcomité kwam viermaal samen in 2011. Twee vergaderingen waren voornamelijk gewijd aan het nazicht van de jaarrekeningen per 31 december 2010 en de halfjaarlijkse rekeningen per 30 juni 2011. Op alle vergaderingen wordt tevens aandacht besteed aan het programma voor de interne audit, risicobeheer, fiscaliteit en boekhoudkundige vragen gelieerd aan IFRS.

Het Auditcomité voert elk jaar tijdens één van zijn vergaderingen een informele zelfbeoordeling van zijn werking en besteedt de nodige tijd aan het bespreken en analyseren ervan.

b) Het Remuneratie- en Benoemingscomité

Het Remuneratie- en Benoemingscomité doet voorstellen aan de Raad van Bestuur over het remuneratiebeleid en de individuele remuneratie van de bestuurders en de leden van het Managementcomité, en zal naar de toekomst toe het remuneratieverslag voorbereiden en toelichten op de Algemene Vergadering. Tevens doet zij de nodige voorstellen betreffende de evaluatie en herbenoeming van bestuurders evenals de benoeming en inductie van nieuwe bestuurders. Het intern reglement van het Remuneratie- en Benoemingscomité is opgenomen in het Recticel Corporate Governance Charter.

Het Remuneratie- en Benoemingscomité heeft drie leden, allen niet-uitvoerende bestuurders, waarvan twee onafhankelijke bestuurders.

Het secretariaat van het Comité wordt verzorgd door de heer Dirk Verbruggen, Company Secretary.

De samenstelling van het Remuneratie- en Benoemingscomité voldoet aan de nieuwe voorschriften terzake van het Wetboek van Vennootschappen, evenals aan de vereisten van de Belgische Corporate Governance Code.

De samenstelling luidt als volgt:

NAAM FUNCTIE AANWEZIGHEID
IN 2011
Etienne DAVIGNON (1) Voorzitter 2/2
Luc WILLAME (2) Voorzitter 5/5
André BERGEN (3) Lid 2/3
Louis VERBEKE Lid 5/5
(1) Ontslag op 3 maart 2011.

(2) Voorzitter sinds 3 maart 2011.

(3) Lid sinds 3 maart 2011.

Conform artikel 526ter van het Wetboek van Vennootschappen verklaart Recticel dat het Remuneratie- en Benoemingscomité over de nodige deskundigheid beschikt op het gebied van remuneratiebeleid.

Het Remuneratie- en Benoemingscomité kwam vijfmaal samen in 2011.

De eerste twee vergaderingen behandelden de vaste en variabele remuneratie van het uitvoerend management alsook de benoeming en herbenoeming van bestuurders; de vergadering van mei behandelde het Stock Option Plan – Editie 2010 alsook de aanwerving van de heer François PETIT als Chief Procurement Officer; tijdens de laatste twee vergaderingen kwam het volgende aan de orde: aanwerving van de heer Rik DE VOS als nieuwe Group General Manager Flexible Foams, het Stock Option Plan – Editie 2011, uitgegeven in december 2011, benchmarking, successieplanning en beoordeling van de werking van de Raad van Bestuur.

De samenstelling en de werking van het Remuneratie- en Benoemingscomité werden einde 2010 grondig herzien naar aanleiding van de Wet d.d. 6 april 2010 die het Wetboek van Vennootschappen wijzigde door een artikel 526quater in te voeren, waarin het oprichten van een Remuneratiecomité verplicht werd. Dientengevolge zal het comité met ingang van 2012 een zelfbeoordeling van zijn werking organiseren. Deze zelfbeoordeling zal uitgaan van een vragenlijst die door alle leden zal moeten worden beantwoord. De resultaten uit de vragenlijst zullen dan worden besproken en verder geanalyseerd tijdens een volgende vergadering van het Remuneratie- en Benoemingscomité.

6. Het uitvoerend management

De Raad van Bestuur heeft het dagelijks beleid van de vennootschap toevertrouwd aan de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "OLIVIER CHAPELLE", gevestigd te 1180 Brussel, Avenue de la Sapinière 28, vertegenwoordigd door haar Zaakvoerder en vaste vertegenwoordiger, de heer Olivier CHAPELLE.

De Gedelegeerd Bestuurder wordt in zijn taken bijgestaan door het Managementcomité, waarvan de leden (voor de periode 2011 tot heden) opgenomen zijn in de hierna volgende lijst:

NAAM FUNCTIE
Olivier CHAPELLE (1) Chief Executive Officer
Betty BOGAERT Group ICT & Business Support Manager
Marc CLOCKAERTS (2) Group General Manager Automotive
Jean-Pierre DE KESEL Deputy General Manager Bedding
Jan DE MOOR (3) Group Human Resources & Corporate
Communication Manager
Caroline DESCHAUMES (4) Group General Manager Bedding
Edouard DUPONT (5) Group General Manager Flexible Foams
Rik DE VOS (6) Group General Manager Flexible Foams
Philippe JOUS (7) General Secretary & Corporate General
Counsel
Jean-Pierre MELLEN (8) Chief Financial Officer
François PETIT (9) Chief Procurement Officer
Bart WALLAEYS Group Manager Research and
Development
Paul WERBROUCK Group General Manager Insulation
(1) in zijn hoedanigheid van Zaakvoerder en vaste vertegenwoordiger van Olivier

Chapelle BVBA. (2) in zijn hoedanigheid van Zaakvoerder en vaste vertegenwoordiger van Emsee

BVBA. (3) in zijn hoedanigheid van Zaakvoerder en vaste vertegenwoordiger van Cape-3

BVBA. (4) tot 24 april 2012

(5) tot 01 december 2011 (6) sinds 01 september 2011

(7) in zijn hoedanigheid van Zaakvoerder en vaste vertegenwoordiger van Caamous

SCA/Comm.VA. (8) sinds 1 januari 2011 in zijn hoedanigheid van Zaakvoerder en vaste vertegenwoor- diger van De Ster BVBA. (9) sinds 02 mei 2011

Het Managementcomité heeft een adviserende rol ten behoeve van de Raad van Bestuur in zijn geheel en is geen directiecomité in de zin van artikel 524bis van het Wetboek van Vennootschappen.

7. Remuneratieverslag

I. Inleiding

Het Remuneratiebeleid van de Recticel Groep kan teruggevonden worden in het Corporate Governance Charter op de Recticel website.

Er zijn tijdens het jaar 2011 geen verdere wijzigingen aan doorgevoerd.

Op aanbeveling van het Remuneratie- en Benoemingscomité bepaalt de Raad van Bestuur van de Groep de bezoldiging van de bestuurders en de leden van het managementcomité (hierna het "senior management" of de "senior managers" genoemd).

Om het comité bij te staan in zijn analyse van de concurrentiële omgeving in België en Europa, evenals andere factoren die nuttig zijn voor de evaluatie door het comité van bezoldigingsaangelegenheden, kan het comité een beroep doen op de diensten van internationaal erkende bezoldigingsconsulenten.

In dat opzicht werd in de eerste helft van 2011 samen met Towers Watson een benchmarking georganiseerd over de vergoeding van het Managementcomité.

Voor het jaar 2011 en de twee daarop volgende jaren heeft het Remuneratie- en Benoemingscomité de principes van het Remuneratiebeleid herbevestigd.

Bezoldiging van de bestuurders

De bestuurders van de vennootschap worden beloond voor hun diensten met een vaste remuneratie per bijgewoonde vergadering. De remuneratie wordt vastgelegd door de raad, maar kan het maximum dat door de jaarlijkse algemene vergadering van aandeelhouders voor het volgende jaar wordt vastgelegd, niet overschrijden. De voorzitter van de raad ontvangt een remuneratie die 200% bedraagt van de persoonlijk remuneratie bepaald voor de andere leden van de raad.

De raad beslist over de bijkomende bezoldiging voor de leden van het comité. De voorzitters van de comités ontvangen een remuneratie die 150% bedraagt van de persoonlijke remuneratie bepaald voor de andere leden van het comité. Zowel het niveau als de structuur van de bezoldiging van de bestuurders wordt jaarlijks bekeken.

Niet-uitvoerende bestuurders van de vennootschap ontvangen geen enkele bezoldiging, bonus of aandeel-gebonden of andere incentives vanwege de vennootschap en haar verbonden ondernemingen tenzij als bezoldiging voor de door hen gepresteerde diensten als bestuurder van de vennootschap en/of haar verbonden ondernemingen, en met uitzondering van VEAN NV, vertegenwoordigd door de heer Luc VANSTEENKISTE, zoals hierna verder uitgelegd. Ten behoeve van om het even welk lid van de Raad van Bestuur zal de vennootschap noch een krediet toestaan, noch een krediet in stand houden, noch een krediet verlengen in de vorm van een persoonlijke lening.

Bezoldiging van het senior management

De bezoldiging van het senior management is berekend om:

  • ervoor te zorgen dat de vennootschap bestendig uitvoerend talent van hoog kaliber en met groot potentieel kan aantrekken, motiveren en behouden, en met het oog waarop de vennootschap zich regionaal en internationaal meet met de concurrentie;
  • de realisatie van de door de raad goedgekeurde doelstellingen aan te moedigen, met het oog op het opbouwen van een aandeelhouderswaarde op korte, middellange en lange termijn, en,
  • sterke persoonlijke en ploegprestaties te stimuleren, erkennen en belonen.

Zowel het niveau als de structuur van de bezoldiging van het senior management worden jaarlijks herbekeken door het Remuneratie- en Benoemingscomité, dat daarna voorstellen voorlegt aan de Raad van Bestuur ter goedkeuring.

Het bezoldigingspakket voor het senior management combineert drie geïntegreerde elementen die samen de "totale directe bezoldiging" worden genoemd. Deze geïntegreerde elementen zijn het basissalaris, de jaarlijkse incentive bonus en de lange-termijnincentives. Ten behoeve van om het even welk lid van het Senior Management zal de vennootschap noch een krediet toestaan, noch een krediet in stand houden, noch een krediet verlengen, noch de verlenging van een krediet hernieuwen in de vorm van een persoonlijke lening.

Bij het bepalen van de bezoldigingsniveaus ten behoeve van het senior management wordt samen met interne factoren rekening gehouden met de bezoldiging van executives in Belgische multinationale ondernemingen en middelgrote ondernemingen. Het is de bedoeling doelbezoldigingsniveaus tot stand te brengen die, in het algemeen, op of rond het gemiddelde marktniveau liggen, voor zover de resultaten van de vennootschap het toelaten.

Beoordelingscriteria voor de bonusvergoeding van het senior management

De CEO ontvangt een bonusvergoeding op basis van zijn prestatie gedurende het boekjaar. De beoordelingscriteria worden gebaseerd op financiële doelstellingen inzake bepaalde determinerende indicatoren van prestatie (Key Performance Indicators" of "KPI's") met betrekking tot jaarlijks budget en schuldgraad op niveau van de Groep eveneens op niet-financiële doelstellingen met betrekking tot de ontwikkeling van de vennootschap voor de toekomst (bv. structuur, handelspraktijken, nieuwe producten en/of markten, M&A, human resources, compliance, enz.). Het Remuneratieen Benoemingscomité beoordeelt de prestatie in een privézitting en bespreekt dan verder de beoordeling met de CEO alvorens de Raad van Bestuur een voorstel te doen.

Group General Managers (en Deputy General Managers) aan het hoofd van vier verschillende business lines ontvangen een gelijkaardige bonusvergoeding op basis van hun prestatie gedurende het boekjaar. De beoordelingscriteria worden gebaseerd op financiële doelstellingen inzake "KPI's" met betrekking tot jaarlijks budget niet alleen op niveau van de Groep maar ook op niveau van hun respectievelijk business line. Financiële doelstellingen komen in aanmerking voor 60% van de bonus. Niet-financiële doelstellingen komen in aanmerking voor 40% en hebben betrekking op de ontwikkeling van de business line voor de toekomst (bv. structuur, handelspraktijken, nieuwe producten en/of markten, M&A, human resources, compliance, enz.).

Voor de steunfuncties binnen het Managementcomité (CFO, SG, HR, Aankoop, ICT en R&D) komen financiële doelstellingen voor 45% in aanmerking die dan betrekking hebben op Groepsresultaten, departementbudget en/of specifieke projecten. Niet-financiële doelstellingen komen voor 55% in aanmerking en hebben betrekking op de ontwikkeling van hun departement voor de toekomst (bv. structuur, handelspraktijken, nieuwe producten en/of markten, M&A, human resources, compliance, enz.).

De CEO staat in voor de beoordeling van de overige leden van het Managementcomité en bespreekt de resultaten van zijn beoordeling met het Remuneratie- en Benoemingscomité.

Met betrekking tot artikel 520ter van het Wetboek van Vennootschappen dat vereist dat de uitbetaling van de variabele remuneratie over een periode van drie jaar wordt uitgesteld, indien bepaalde criteria worden overschreden, had de Raad van Bestuur aan de Algemene Vergadering van 2011 voorgesteld om een afwijking van deze regel goed te keuren in overstemming met de door de wet voorgeschreven optie, teneinde de Raad van Bestuur de nodige tijd te bezorgen om de situatie van Recticel in dat opzicht na te kijken. De Algemene Vergadering van 2011 keurde dat voorstel goed.

Einde 2011 werd de situatie grondig bekeken en de conclusie was dat het principe van een uitstel over een periode van drie jaar van de uitbetaling van de variabele remuneratie enkel en alleen van toepassing zou zijn op de Gedelegeerd Bestuurder en CEO, OLIVIER CHAPELLE BVBA, terwijl alle andere leden van het Managementcomité beneden de 25%-drempel blijven staan.

Het Remuneratie- en Benoemingscomité en de Raad van Bestuur hebben de verschillende toepassingen bekeken die de wet mogelijk maakt, en hebben uiteindelijk besloten dat het blijft in het belang van de Vennootschap om de structuur voor uitbetaling van de variabele remuneratie op gelijke voet te laten voortbestaan voor alle leden van het Managementcomité. Aangezien de targetbonus als variabele remuneratie voor de Gedelegeerd Bestuurder en CEO de 25%-drempel overschrijdt, stelt de Raad van Bestuur de Algemene Vergadering voor om van het principe van uitstel van betaling over drie jaar af te wijken en dan ook binnen één jaar de volledige uitbetaling van de variabele remuneratie toe te laten.

Tenslotte dient te worden genoteerd dat er geen terugvorderingsrecht bestaat voor het geval dat de variabele vergoeding op basis van onjuiste financiële gegevens zou worden bepaald.

II. Openbaarmaking van de bezoldigingen van de bestuurders en de leden van het uitvoerend management

II.1. Bruto bezoldigingen van de bestuurders

NAAM VASTE
VERGOEDING
2011
AANWEZIG
HEIDSVERGOE
DING 2011
AUDIT COMITé
2011
REMUNERATIE_
EN
BENOEMINGS
COMITé 2011
EMOLUMENTEN
BETAALD
IN 2011
m.b.t. 2010
VERGOEDING
VOOR SPECIALE
OPDRACHTEN
DAVIGNON Etienne 18 000,00 16 500,00 10 000,00 - 21 346,52 -
OLIVIER CHAPELLE BVBA 9 000,00 8 250,00 - - - -
PAQUOT Guy 9 000,00 6 600,00 - - 10 673,26 -
VEAN NV - - - - - -
BERGEN André Comm. Venn. 7 450,00 4 950,00 11 250,00 2 500,00 - -
DE SMEDT Pierre Alain 5 760,99 3 300,00 - - - -
DOUMIER Vincent 9 000,00 6 600,00 10 000,00 - 10 673,26 -
LOUIS VERBEKE BVBA 9 000,00 8 250,00 - 2 500,00 10 673,26 -
MERCATOR Verzekeringen NV - - - - 3 830,68 -
POL BAMELIS NV 3 239,01 3 300,00 - - 10 673,26 -
SOGELAM NV 9 000,00 8 250,00 - 3 750,00 10 673,26 -
VANDEPOEL Wilfried 9 000,00 6 600,00 7 500,00 - 10 673,26 -
VAN DOORSLAER Tonny 9 000,00 6 600,00 10 000,00 - 10 673,26 -
WENDEL Klaus 1 550,00 1 650,00 3 750,00 - 10 673,26 -
ZOETE Jacqueline 9 000,00 6 600,00 - - 6 842,58 -

Sinds 2006 ontvangen de bestuurders een vergoeding van EUR 1.650 per bijgewoonde vergadering, en het dubbele voor de Voorzitter. De leden van het Auditcomité ontvangen EUR 2.500 per bijgewoonde vergadering, en de Voorzitter EUR 3.750. De leden van het Comité voor Bezoldigingen en benoemingen hebben recht op EUR 2.500 per jaar; de Voorzitter op EUR 3.750.

De vergoeding van de uitvoerende bestuurder (Olivier Chapelle SPRL/BVBA), zoals opgenomen in het overzicht hierboven, wordt meeberekend voor de totale remuneratie volgens zijn managementovereenkomst.

Met ingang van 1 april 2010 is het bestuurdersmandaat van Vean NV niet meer bezoldigd. Vean NV ontvangt daarentegen toch nog altijd een remuneratie op basis van zijn managementovereenkomst. Van april 2010 tot mei 2012 ontvangt Vean NV een vaste vergoeding van EUR 66.666,67 per maand of EUR 800.000 per jaar.

De Algemene Vergadering van 2011 schafte het systeem van de tantièmes af (bestuurdersvergoeding gebonden aan winst/dividend van de Vennootschap) aangezien dit niet in overstemming was met de richtlijnen van de Belgische Corporate Governance Code 2009.

Tantièmes werden vervangen door een vaste jaarlijkse vergoeding. Voor 2011 werd een vaste jaarlijkse vergoeding van EUR 9.000 voor een bestuurder en EUR 18.000 voor de Voorzitter goedgekeurd. Voor 2012 bestaat het voorstel aan de Algemene Vergadering erin dat een gelijkaardige vergoeding wordt toegekend.

TOTALE KOST
VOOR DE ONDERNEMING
OLIVIER CHAPELLE SPRL
VERTEGENWOORDIGD
DOOR OLIVIER CHAPELLE
OVERIGE LEDEN
VAN HET MANAGEMENTCOMITé
TOTAAL
2011 2010 2011 2010 2011 2010
Aantal personen 1 1 12 10 13 11
Basissalaris 442 000 442 000 2 842 930 2 172 581 3 284 930 2 614 581
Variable vergoeding 280 000 200 000 614 857 790 935 894 857 990 935
Subtotaal 722 000 642 000 3 457 787 2 963 516 4 179 787 3 605 516
Pensioenen 0 0 101 125 123 183 101 125 123 183
Overige voordelen 95 654 94 284 214 924 263 548 310 578 357 832
Totaal 817 654 736 284 3 773 836 3 350 247 4 591 490 4 086 531

II.2. Bruto bezoldigingen van de CEO en van de overige leden van het Managementcomité

Opmerkingen:

  • De tabel hierboven werd opgemaakt in overeenstemming met de nieuwe richtlijnen van het Belgische Corporate Governance Comité, d.w.z. vermelding van de brutobezoldiging zonder de sociale bijdrage van de werkgever voor alle leden met werknemerstatuut, en totaal gefactureerde vergoeding gedurende het boekjaar voor leden die via een managementvennootschap werkzaam zijn. De bedragen voor 2010 werden dan ook aangepast in vergelijking met de cijfers bekendgemaakt in het Jaarverslag 2010.

  • De variabele vergoeding van Olivier Chapelle SPRL/BVBA voor het jaar 2010 werd vastgelegd bij de ondertekening van de managementovereenkomst einde 2009.

  • Leden van het Managementcomité met een werknemerstatuut beschikken ook over een bedrijfswagen (met tankkaart) en een mobiele telefoon. De kost ervan werd inbegrepen in het hierboven vermelde bedrag onder "overige voordelen". Leden van het Managementcomité die via een managementvennootschap werkzaam zijn, genieten zulke voordelen niet, alhoewel bepaalde kosten apart kunnen worden gefactureerd. In zo'n geval worden die ook in de tabel hierboven opgenomen.

  • Noteer dat EMPA Comm V. op 1 december 2011 het Managementcomité heeft verlaten en dat twee nieuwe leden zich tijdens het boekjaar bij het comité hebben aangesloten, met name de heer François PETIT vanaf mei 2011 en de heer Rik DE VOS vanaf september 2011. In de tabel hierboven worden de kosten voor die drie leden voor de relevante maanden als uitgaven opgenomen.

Met betrekking tot groepsverzekering en pensioenregeling dient er een onderscheid gemaakt te worden tussen leden als werknemer en leden die via een managementvennootschap werkzaam zijn. Laatstgenoemden krijgen geen groepsverzekering of pensioenregeling.

Leden van het Managementcomité met een werknemerstatuut die voor 2001 in dienst werden genomen, maken deel uit van het Recticel Group Defined Benefit Plan. Leden die na 2001 extern werden aangeworven, maken deel uit van het Recticel Group Defined Contribution Plan. De kosten hiervan werden opgenomen in de tabel hierboven.

II.3. Aandelen, aandelenopties en andere rechten om aandelen te verwerven

De Raad van Bestuur had op basis van de Corporate Governance Code aan de Algemene Vergadering van mei 2010 de goedkeuring gevraagd en bekomen voor de uitgifte van een aandelenoptieplan van maximaal 600,000 warranten ten behoeve van de leidinggevende kaderleden van de Groep.

Ingevolge het feit dat de vennootschap zich sinds augustus 2010 gedurende lange tijd in een gesloten periode bevond wegens het Europese kartelonderzoek tegen Recticel, werd noodzakelijkerwijze niet beslist tot de uitgifte van een aandelenoptieplan, doch werd dit plan uitgesteld tot na het einde van deze gesloten periode. Deze periode kon uiteindelijk beëindigd worden met ingang van 7 maart 2011, waarna de procedure voor de uitgifte van de aandelenoptieserie einde mei 2011 heropgestart kon worden.

Het uitgestelde plan 2010 had betrekking op 354.500 aandelenopties voor een totaal van 50 kaderleden. De uitoefenprijs werd vastgelegd op de gemiddelde prijs per aandeel gedurende de voorafgaande 30 dagen, d.w.z. EUR 7,69, en de uitoefeningsperiode loopt van 1 januari 2015 tot 29 mei 2017. De totale kost ten laste van de Vennootschap voor deze reeks 2010 bedraagt EUR 1,227 per aandelenoptie of EUR 434.972 in totaal, verspreid over vier jaar (jaar uitgifte en drie jaar onbeschikbaarheidsperiode).

De volgende leden van het Managementcomité ontvingen de volgende aandelenopties van de reeks 2010:

Naam Totaal
aantal
aandelenopties
Totaal
theoretische
waarde
van
aandelenopties
(in
EUR) (*)
Olivier Chapelle 50 000 61 350
Betty Bogaert 16 500 20 245
Marc Clockaerts 16 500 20 245
Jean-Pierre De Kesel 16 500 20 245
Jan De Moor 16 500 20 245
Caroline Deschaumes 16 500 20 245
Philippe Jous 16 500 20 245
Jean-Pierre Mellen 16 500 20 245
Bart Wallaeys 16 500 20 245
Paul Werbrouck 16 500 20 245

(*) de theoretische waarde werd berekend op basis van de Black & Scholes formule en van bepaalde hypothesen over rendement, rentevoet en volatiliteit.

Voor het Stock Option Plan 2011 heeft de Raad van Bestuur aan de Algemene Vergadering van mei 2011 de goedkeuring gevraagd en bekomen voor de uitgifte van een aandelenoptieplan van maximaal 600,000 warranten ten behoeve van de leidinggevende kaderleden van de Groep.

Het plan 2011 had betrekking op 438.000 aandelenopties voor een totaal van 60 kaderleden. De uitoefenprijs werd vastgelegd op de gemiddelde prijs per aandeel gedurende de voorafgaande 30 dagen, d.w.z. EUR 4,03, en de uitoefeningsperiode loopt van 1 januari 2015 tot 21 december 2017. De totale kost ten laste van de Vennootschap voor deze reeks 2011 bedraagt EUR 0,402 per aandelenoptie of EUR 176.076 in totaal, verspreid over vier jaar (jaar uitgifte en drie jaar onbeschikbaarheidsperiode).

De volgende leden van het Managementcomité ontvingen de volgende aandelenopties van de reeks 2011:

Naam Totaal
aantal
ties
Totaal
theoretische
waarde
van
aandelenopties
(in
EUR) (*)
Olivier Chapelle 50 000 20 100
Betty Bogaert 16 500 6 633
Marc Clockaerts 16 500 6 633
Jean-Pierre De Kesel 16 500 6 633
Jan De Moor 16 500 6 633
Caroline Deschaumes 16 500 6 633
Philippe Jous 16 500 6 633
Jean-Pierre Mellen 16 500 6 633
Bart Wallaeys 16 500 6 633
Paul Werbrouck 16 500 6 633

(*) de theoretische waarde werd berekend op basis van de Black & Scholes formule en van bepaalde hypothesen over rendement, rentevoet en volatiliteit.

Gedurende 2011 werden geen aandelenopties of warranten, aandelen of andere rechten tot verkrijging van aandelen toegekend aan de leden van de Raad van Bestuur.

Gedurende 2011 werden geen aandelenopties uitgeoefend door de leden van het Managementcomité.

II.4. Voornaamste contractuele bepalingen van aanwervings- en vertrekregelingen van de leden van het Managementcomité

De meeste overeenkomsten met de bestaande leden van het Managementcomité bevatten geen eindecontract regeling. Bijgevolg is het gemeen recht terzake bepalend. Een aantal leden beschikken wel over een dergelijke regeling, die in verhouding staat tot hun anciënniteit.

In dat verband vindt u hieronder een overzicht van de opzegtermijn of -vergoeding van elk lid van het Managementcomité.

Naam Opzegtermijn
of
-vergoeding
Commentaar
Olivier Chapelle 12 maanden
Betty Bogaert 12 maanden Wettelijk minimum - Formule
Claeys van toepassing
Marc Clockaerts 18 maanden 12 maanden vanaf 2015
Jean-Pierre De Kesel 18 maanden Wettelijk minimum - Formule
Claeys van toepassing
Jan De Moor 18 maanden
Rik De Vos 6 maanden 12 maanden vanaf september
2012
Philippe Jous 3 maanden
Caroline Deschaumes 18 maanden Wettelijk minimum - Formule
Claeys van toepassing
Jean-Pierre Mellen 15 maanden
François Petit 6 maanden 12 maanden vanaf mei 2012
Bart Wallaeys 15 maanden Wettelijk minimum - Formule
Claeys van toepassing
Paul Werbrouck 21 maanden Wettelijk minimum - Formule
Claeys van toepassing

Tijdens 2011 werden de volgende personen al dan niet opnieuw aangesteld als lid van het Managementcomité:

Een dienstenovereenkomst met EMPA Comm V., vertegenwoordigd door de heer Edouard DUPONT, Group General Manager Flexible Foams, werd begin 2011 ondertekend. In deze managementovereenkomst werd een opzegtermijn van drie maand bepaald. De overeenkomst werd op 30 november 2011 zonder opzegvergoeding in gezamenlijk akkoord beëindigd.

Vanaf 2 mei 2011 werd de heer François PETIT aangesteld als Chief Procurement Officer. Zijn werknemersovereenkomst voorziet in een opzegtermijn van zes maand gedurende het eerste jaar, dan twaalf maand.

Vanaf 1 september 2011 werd de heer Rik DE VOS aangesteld als Group General Manager Flexible Foams. Zijn werknemersovereenkomst voorziet in een opzegtermijn van zes maand gedurende het eerste jaar, dan twaalf maand.

8. Transacties en andere contractuele banden tussen de vennootschap en verbonden vennootschappen en de bestuurders en leden van het Managementcomité

In hoofstuk VII.1. van het Recticel Corporate Governance Charter wordt het beleid van Recticel NV betreffende dergelijke transacties die niet onder de belangenconflictenregeling vallen, toegelicht.

Tussen de Sioen Groep en de Recticel Groep vinden commerciële transacties plaats die voornamelijk het gevolg zijn van een gezamenlijke productontwikkeling.

Meer bepaald hebben vennootschappen van de Recticel Groep in 2011 aankooptransacties ten belope van EUR 1.349.896 en verkooptransacties ten belope EUR 185.069 afgesloten met vennootschappen van de Sioen Groep.

Tijdens het jaar 2011 heeft zich geen belangenconflict tussen een bestuurder en de vennootschap voorgedaan als bedoeld in de artikelen 523 en 524 van het Wetboek van Vennootschappen uitgezonderd in het kader van het Stock Option Plan, edities 2010 en 2011, die resp. in mei en december 2011 werden uitgegeven, waarbij de heer Olivier CHAPELLE een belangenconflict had. De procedure van artikelen 523 en 524 werd toegepast. Er wordt hier verwezen naar het statutair jaarverslag, dat in dit verband een uittreksel van de notulen van 30 mei 2011 en 22 december 2011 bevat.

Er hebben zich in dit verband geen andere toepassingen voorgedaan.

9. Handel met voorkennis en marktmanipulatie

Het beleid van de vennootschap inzake het voorkomen van handel met voorkennis en marktmanipulatie wordt uiteengezet in hoofstuk VII.2 van het Recticel Corporate Governance Charter.

Deze maatregelen omvatten de invoering van beperkingen op het uitvoeren van transacties (« gesloten periodes ») die sinds 2006 van toepassing zijn.

De heer Dirk VERBRUGGEN werd aangesteld als Compliance Officer, belast met het toezicht op de naleving van deze regels.

10. Relaties met de referentieaandeelhouders en andere elementen die verband houden met eventuele openbare overnamebiedingen

Recticel NV werd gecontroleerd door een groep aandeelhouders die verbonden waren door een aandeelhoudersovereenkomst de dato 22 augustus 2007. Deze aandeelhoudersovereenkomst liep voor een eerste periode van drie jaar. Sinds augustus 2010 werd de overeenkomst stilzwijgend verlengd. De overeenkomst kan niettemin op elk moment mits voorafgaande opzegging beëindigd worden.

De aandeelhouders blijven nog altijd gezamenlijk de strategie van Recticel ondersteunen en een gezamenlijke positie innemen op de Algemene Vergaderingen.

Deze aandeelhouders verbonden door een aandeelhoudersovereenkomst handelen eveneens in overleg met Rec-Man & Co S.C.A., vennootschap van enkele Recticel managers, die 295.836 Recticel aandelen aanhoudt (1,02%), en andere Recticel managers via vennootschap en/of in persoonlijke naam. Overeenkomstig artikel 74 van de Wet op de Openbare Overnameaanbiedingen heeft deze groep aandeelhouders aan Recticel en aan de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA - Financial Services and Markets Authority) de wettelijk voorziene mededeling gedaan.

De aldus in onderling overleg handelende aandeelhouders op 31 december 2011 waren:

Naam Aantal
aandelen
%
Compagnie du
Bois Sauvage S.A.
8 447 356 29,20%
Entreprise et
Chemin de Fer en Chine S.A.
308 024 1,06%
Vean N.V.
(Luc Vansteenkiste)
567 188 1,96%
LMCL Comm. VA
(Luc Vansteenkiste)
50 000 0,17%
Sihold N.V. 745 105 2,58%
Debco N.V. 9 766 0,03%
AB Holding SPF SA 2 369 0,01%
Cape-3 BVBA (Jan De Moor) 4 200 0,01%
Sallas (Coopman-De Baedts) 103 377 0,36%
Natuurlijke personen < 1% 103 647 0,36%
Rec-Man & Co S.C.A. 295 836 1,02%
TOTAAL 10 636 868 36,77%

Hierna volgt het overzicht van de aandeelhouders die overeenkomstig de statuten of de wet een kennisgeving hebben gericht aan de vennootschap en aan de FSMA:

Naam Aantal
aandelen
%
Aandeelhoudersgroep rond
Compagnie du Bois
Sauvage NV, gezamelijk op
tredend (detail hierboven)
10 636 868 36,77%
Capfi Delen Asset
Management NV
874 384 3,02%
Publiek 17 420 958 60,21%
TOTAAL 28 932 210 100,00%

De kapitaalstructuur, met het aantal aandelen, strips, converteerbare obligaties en warranten van de vennootschap kan worden teruggevonden in het hoofdstuk "Informatie over het Aandeel" van dit Jaarverslag.

Er zijn geen wettelijke, noch statutaire beperkingen van overdracht van effecten. Er zijn geen effecten waaraan bijzondere zeggenschapsrechten verbonden zijn. Er is geen mechanisme voor de controle van enig aandelenplan voor werknemers. Er is geen wettelijke noch statutaire beperking van de uitoefening van het stemrecht, voor zover de aandeelhouder geldig vertegenwoordigd is op de algemene vergadering, en zijn stemrecht niet om een of andere reden opgeschort is.

Overeenkomstig de machten haar toegekend door de algemene vergadering van 17 juni 2011, en opgenomen in artikel 6 van de statuten, beschikt de Raad van Bestuur over bepaalde bevoegdheden tot uitgifte van nieuwe aandelen, converteerbare obligaties, obligaties of inschrijvingsrechten, met of zonder voorkeurrecht, en deze aanbieden aan aandeelhouders of andere personen, met beperking van het voorkeurrecht, overeenkomstig het Wetboek van Vennootschappen. Zo kan het kapitaal verhoogd worden ten belope van een bedrag gelijk aan het huidig maatschappelijk kapitaal, EUR 72.328.640, en dit op alle mogelijke manieren. De machtiging is geldig voor een periode van drie jaar, en ten gepaste worden voorstellen tot hernieuwing gedaan. Zij kan zelfs uitgeoefend worden na ontvangst van de mededeling gedaan door de FSMA dat bij haar een bericht van openbaar overnamebod werd ingediend.

Overeenkomstig artikel 15 van de statuten is de vennootschap gerechtigd om eigen aandelen van de vennootschap te verkrijgen of te vervreemden, zonder beslissing van de algemene vergadering, wanneer deze verwerving noodzakelijk blijkt te zijn ter vermijding van een dreigend ernstig nadeel voor de vennootschap overeenkomstig artikel 620 of 622 van het Wetboek van Vennootschappen.

Er bestaan geen overeenkomsten tussen de vennootschap en haar bestuurders of werknemers die in vergoedingen zouden voorzien wanneer, naar aanleiding van een openbaar overnamebod, de bestuurders ontslag nemen of zonder geldige reden moeten afvloeien, of de tewerkstelling van de werknemers beëindigd wordt.

Volgende overeenkomsten, waarbij de vennootschap partij is, bevatten clausules die in werking treden, wijzigingen ondergaan of aflopen, in geval van een wijziging van de controle over Recticel:

  • De "Facility Agreement" ondertekend op 9 december 2011 tussen Recticel SA/NV en Recticel International Services NV, aan de ene kant, en BNP Paribas Fortis Bank SA/NV, ING Belgium SA/NV, Commerzbank Aktiengesellschaft Filiale Luxembourg en KBC BANK NV, aan de andere kant, voor een bedrag van EUR 175.000.000, waarbij in geval van een wijziging in controle, het krediet opvraagbaar wordt;
  • De uitgiftevoorwaarden van de 1.150 Converteerbare Obligaties van elk EUR 50.000, voor een totaal bedrag van EUR 57.500.000, uitgegeven op 11 juli 2007, en die voorzien in een putoptie voor de obligatiehouders en een aanpassing van de conversieprijs, in geval van een wijziging van de controle over Recticel.

Deze clausules werden of zullen specifiek worden goedgekeurd door de Algemene Vergadering van Recticel.

Lexicon

Algemene begrippen

Blaasmiddel Uit de reactie van isocyanaat met water wordt koolstofdioxide
verkregen. Dit gas fungeert als blaasmiddel bij de productie van
zacht schuim.
Colo-Fast® Alifatisch polyurethaan dat zich onderscheidt door zijn
kleurvastheid (lichtstabiel).
Colo-Sense® Variant van Colo-Fast®.
Dodecaëder Een regelmatig twaalfvlak of een ruimtelijke figuur met 12
vijfhoekige vlakken, 20 hoekpunten en 30 ribben. Het is een van de
vijf regelmatige veelvlakken in drie dimensies.
Ernstgraad
arbeidsongevallen
Aantal verletdagen per duizend werkuren.
Frequentiegraad
arbeidsongevallen
Aantal arbeidsongevallen met verlet per miljoen werkuren.
IDC International Development Center, de internationale onderzoeks
en ontwikkelingsafdeling van de Groep Recticel.
Isocyanaat Zeer reactieve stof die zich makkelijk bindt met andere stoffen
(zoals alcoholen). De structuur van deze alcoholen bepaalt de
hardheid van het PU-schuim.
Katalysator Versnelt het reactieproces en verzekert het evenwicht in de
polymerisatie en de blaasreactie. Katalysatoren bepalen de
opschuimsnelheid van het proces.
Lambda Uitdrukking van de thermische geleidingscoëfficiënt van
thermische isolatie.
MDI Methyleen difenyl diisocyanaat.
PIR Polyisocyanuraat.
Polyisocyanuraat Is een verbeterde versie van polyurethaan. PIR-schuim heeft
een verbeterde dimensionele stabiliteit, goede mechanische
eigenschappen, zoals druksterkte en is veel sterker
brandvertragend. PIR wordt hoofdzakelijk gebruikt als thermische
isolatie.
Polyol Synoniem voor PU polyalcohol, wat verkregen wordt uit
propyleenoxide.
Polyurethaan Staat voor een belangrijke groep van producten binnen de
grote familie van de polymeren of plastics. Polyurethaan is een
verzamelnaam voor een ruim gamma van schuimvariëteiten.
PU of PUR Afkorting van polyurethaan.
REACH Is een systeem voor Registratie, Evaluatie en Autorisatie van
Chemische stoffen dat in de Europese Unie geproduceerd of
geïmporteerd worden. Deze regelgeving is vanaf 1 juni 2007 van
kracht geworden.
Stabilisator Zorgt bij het reactieproces voor de homegene opbouw en de
stabilisatie van het cellulair netwerk tot en met het volledig oprijzen
van het schuim.
TDI Tolueen difenyl diisocyanaat

Financiële begrippen

Netto immateriële vaste activa + goodwill
+ materiële vaste activa + werkkapitaal.
Aangewend kapitaal Gemiddelde = [Aangewend kapitaal op einde van vorig jaareinde +
Aangewend kapitaal op het einde van afgelopen periode] / 2.
Voor halfjaar: gemiddelde van het aangewend kapitaal
Aangewend kapitaal, aan het begin en aan het einde van de periode.
Gemiddelde Gemiddelde = [Aangewend kapitaal op einde van vorig jaareinde
+ Aangewend kapitaal op het einde van afgelopen periode] / 2.
Voor het volledige jaar: gemiddelde van de halfjaargemiddelden.
Beurskapitalisatie Slotkoers x totaal aantal uitstaande aandelen.
CGU Staat voor Cash Generating Unit of kasstroom genererende
eenheid.
Dochterondernemingen Entiteiten waarover Recticel de zeggenschap heeft en die integraal
worden geconsolideerd.
EBIT Bedrijfsresultaat + winst of verlies uit deelnemingen.
EBITDA EBIT + afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen/-
vermeerderingen op activa
Eigen vermogen Eigen vermogen, inclusief minderheidsbelangen.
Geassocieerde
deelnemingen
Entiteiten waarin Recticel een invloed van betekenis heeft en die
verwerkt worden volgens de equity-methode.
Investeringen Gekapitaliseerde investeringen in immateriële en materiële activa.
Entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt
Joint ventures uitgeoefend en die proportioneel geconsolideerd worden.
Rentedragende financiële schulden op meer dan één jaar +
Netto financiële schuld rentedragende financiële schulden op ten hoogste één jaar –
kasmiddelen en kasequivalenten.
Niet-recurrente elementen omvatten operationele opbrengsten,
lasten en voorzieningen die betrekking hebben op
herstructureringsprogramma's, bijzondere waardeverminderingen
Niet-recurrente elementen op activa, meer- of minwaarden op desinvesteringen en op
liquidaties van verbonden ondernemingen, alsook andere
gebeurtenissen of transacties die duidelijk afwijken van de normale
activiteiten van de Groep.
Recurrente EBIT(DA)
of REBIT(DA)
EBIT(DA) voor niet-recurrente elementen.
Return on Capital
Employed
EBIT / gemiddelde aangewend kapitaal.
ROCE Staat voor Return on Capital Employed.
Return on Equity (ROE) Nettoresultaat voor de periode (aandeel van de Groep) / Gemiddeld
eigen vermogen over de periode (aandeel van de Groep)
Schuldgraadratio Netto financiële schuld / Eigen Vermogen (aandeel van derden
inbegrepen)
Voorraden + handelsvorderingen + overige vorderingen + terug
Werkkapitaal te vorderen belastingen - handelsverplichtingen - te betalen
belastingen - overige verplichtingen.
Winst per aandeel, basis Nettoresultaat voor de periode (aandeel van de Groep) / Gemiddeld
aantal uitstaande aandelen over de periode.
Nettoresultaat voor de periode (aandeel van de Groep) /
[Gemiddeld aantal uitstaande aandelen over de periode –
Winst per aandeel, eigen aandelen + (aantal mogelijke nieuwe aandelen die
verwaterd uitgegeven moeten worden in het kader van de bestaande
uitstaande aandelenoptieplannen x verwateringseffect van de
aandelenoptieplannen)].
VVPR Verminderde Voorheffing / Précompte Réduit.
Geeft de houder het recht tot de inning van een dividend met een
VVPR-strip verminderde roerende voorheffing van 15% (in plaats van 25%).

Financieel Rapport

4. Financieel Rapport Inhoudstafel

I. Jaarrekening a 67
I.1. Geconsolideerde winst- en verliesrekening 67
I.2. Geconsolideerd totaal resultaat 67
I.3. Resultaat per aandeel 67
I.4. Geconsolideerde balans 68
I.5. Geconsolideerd kasstroomoverzicht 69
I.6. Mutatieoverzicht van het eigen vermogen 70
II. Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening voor de verslagperiode
die eindigt op 31 december 2011 a 72
II.1. Samenvatting van de waarderingsregels 72
II.2. Wijzigingen in de consolidatiekring 81
II.3. Bedrijfs- en geografische segmenten 81
II.4. Winst- en verliesrekening 85
II.5. Balans 92
II.6. Diversen 122
III. Recticel n.v. - algemene informatie 128
IV. Recticel n.v. - enkelvoudige jaarrekening 129
V. Verklaring door verantwoordelijken a 131
VI. Verslag van de commissaris over de geconsolideerde jaarrekening
die eindigt op 31 december 2011 a 132
VII. Vergelijkend overzicht van de geconsolideerde jaarrekening (2003-2011) 134
VIII. Waarde- en risicobeheer a 136

a Deze onderdelen maken integraal deel uit van het Verslag van de Raad van Bestuur, en bevatten de door het Belgische Wetboek van Vennootschappen vereiste informatie rond de geconsolideerde jaarrekening.

I. Jaarrekening

De geconsolideerde jaarrekening is door de Raad van Bestuur goedgekeurd voor publicatie op 03 maart 2011.

I.1. Geconsolideerde winst- en verliesrekening

in duizend EUR
Groep Recticel TOELICHTING* 2011 2010
Bedrijfsopbrengsten II.3. 1 378 122 1 348 430
Distributiekosten (65 182) (64 768)
Kostprijs van de omzet (1 101 628) (1 066 780)
Brutowinst 211 312 216 882
Algemene en administratieve kosten (85 059) (80 367)
Verkoop- en marketingkosten II.2. (73 836) (74 331)
Kosten van onderzoek en ontwikkeling (14 820) (15 794)
Bijzondere waardeverminderingen (5 260) (10 800)
Overige bedrijfsopbrengsten (1) 17 430 69 270
Overige bedrijfsuitgaven (2) (9 067) (79 345)
Totaal overige bedrijfsopbrengsten/(-uitgaven) (1)+(2) II.4.1. 8 363 (10 075)
Winst of verlies van entiteiten waarop de 'equity'-methode wordt toegepast 1 741 935
Winst of verlies uit deelnemingen II.4.3. (406) 1 164
Bedrijfresultaat (EBIT) 42 035 27 614
Renteopbrengsten 376 501
Rentelasten (13 646) (12 271)
Andere financiële opbrengsten 18 224 21 823
Andere financiële lasten (21 638) (27 148)
Financieel resultaat II.4.4. (16 684) (17 095)
Winst of verlies van de periode voor belastingen 25 351 10 519
Belastingen op het resultaat II.4.5. (7 933) 4 108
Winst of verlies van de periode na belastingen 17 418 14 627
waarvan toerekenbaar aan minderheidsbelangen 0 (188)
waarvan toerekenbaar aan de Groep 17 418 14 439

* De bijgevoegde toelichtingen maken integraal deel uit van deze winst- en verliesrekening.

I.2. Geconsolideerd totaal resultaat

in duizend EUR
Groep Recticel 2011 2010
Winst of verlies voor de periode na belastingen 17 418 14 627
Hedging reserves (1 396) (1 329)
Wisselkoersverschillen (2 502) 1 760
Reserves voor omrekeningsverschillen opgenomen in de winst- en verliesrekening 551 7 962
Uitgestelde belastingen op reserves voor rente-indekkingen 470 104
Overig totaal resultaat (2 877) 8 497
Totaal resultaat voor de periode, inclusief de opgenomen reserves voor omrekeningsverschillen 14 541 23 124
Totaal resultaat voor de periode, inclusief de opgenomen reserves voor omrekeningsverschillen 14 541 23 124
waarvan toerekenbaar aan de Groep 14 541 22 936
waarvan toerekenbaar aan minderheidsbelangen 0 188

I.3. Resultaat per aandeel

in EUR
Groep Recticel TOELICHTING * 2011 2010
Gewone winst (verlies) per aandeel II.4.7. 0.60 0.50
Verwaterde winst (verlies) per aandeel II.4.8. 0.55 0.49

I.4. Geconsolideerde balans

in duizend EUR
Groep Recticel TOELICHTING * 2011 2010
Immateriële activa II.5.1. 12 580 13 307
Goodwill II.5.2. 34 688 34 365
Materiële vaste activa II.5.3.& II.5.4. 255 347 270 979
Vastgoedbeleggingen II.5.5. 3 331 896
Investeringen in geassocieerde deelnemingen II.5.7. 12 957 15 451
Andere financiële activa II.5.8. 3 399 1 151
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop II.5.9. 121 86
Langlopende vorderingen II.5.10. 8 305 10 070
Uitgestelde belastingen II.4.5. 50 290 55 739
Vaste activa 381 018 402 044
Voorraden en bestellingen in uitvoering II.5.11. & II.5.12. 116 002 113 671
Handelsvorderingen II.5.13. 132 910 141 783
Overige vorderingen II.5.13. 39 567 62 285
Terug te vorderen belastingen II.4.5. 3 847 3 552
Overige beleggingen 205 181
Geldmiddelen en kasequivalenten II.5.14. 54 575 53 938
Vlottende activa 347 106 375 410
Totaal activa 728 124 777 454

* De bijgevoegde toelichtingen maken integraal deel uit van deze balans.

in duizend EUR
Groep Recticel TOELICHTING * 2011 2010
Kapitaal II.5.15. 72 329 72 329
Uitgiftepremies II.5.16. 107 013 107 013
Uitgegeven kapitaal 179 342 179 342
Reserves 85 191 75 179
Indekkings- en omrekeningsverschillen (15 739) (12 853)
Eigen vermogen voor minderheidsbelangen 248 794 241 668
Minderheidsbelangen 0 0
Eigen vermogen, minderheidsbelangen inbegrepen 248 794 241 668
Pensioenen en soortgelijke verplichtingen II.5.17. 35 289 34 988
Voorzieningen II.5.18. 12 964 24 452
Uitgestelde belastingen II.4.5. 9 134 8 800
Obligaties en schuldpapier II.5.19. 44 546 39 780
Financiële leaseverplichtingen II.5.21. 11 024 13 285
Kredietinstellingen II.5.19. 79 534 111 977
Overige leningen II.5.19. 2 111 2 082
Rentedragende financiële verplichtingen II.5.19. 137 215 167 124
Overige verplichtingen II.5.20. 353 510
Langlopende verplichtingen 194 955 235 874
Pensioenen en soortgelijke verplichtingen II.5.17. 3 126 3 846
Voorzieningen II.5.18. 6 328 14 480
Rentedragende financiële verplichtingen II.5.19. 67 680 45 691
Handelsverplichtingen II.5.23. 119 274 141 887
Belastingen II.4.5. 3 974 7 542
Overige verplichtingen II.5.23. 83 993 86 466
Kortlopende verplichtingen 284 375 299 912
Totaal passiva 728 124 777 454

* De bijgevoegde toelichtingen maken integraal deel uit van deze balans.

I.5. Geconsolideerd kasstroomoverzicht

in duizend EUR
Groep Recticel TOELICHTING * 2011 2010
BEDRIJFSRESULTAAT (EBIT) II.1. 42 035 27 614
Afschrijvingen van immateriële vaste activa II.5.1. 3 695 4 184
Afschrijvingen van materiële vaste activa II.5.3. 36 760 39 780
Afschrijvingen van uitgestelde lange termijn betalingen en voorschotten II.4.2. 1 049 1 157
Waardeverminderingen op immateriële vaste activa II.5.1. 41 91
Waardeverminderingen op materiële vaste activa II.5.3. 4 680 10 709
Waardeverminderingen goodwill II.5.2. 539 0
Afboekingen activa 54 (235)
Wijziging in de voorzieningen (21 829) 3 374
Waardevermeerderingen (4 093) 0
(Winst) / Verlies op de vervreemding van activa (1 254) 1 916
Opbrengsten uit geassocieerde deelnemingen II.4.2. (1 740) (935)
BRUTO KASSTROOM UIT BEDRIJFSACTIVITEITEN 59 937 87 655
Voorraden (2 103) (7 515)
Handelsvorderingen 5 440 (1 401)
Overige vorderingen 21 098 (4 145)
Handelsverplichtingen (28 641) 18 424
Overige verplichtingen (3 624) (11 330)
Wijzigingen in het werkkapitaal (7 830) (5 967)
Betaalde inkomstenbelastingen (6 385) (4 330)
NETTO KASSTROOM UIT BEDRIJFSACTIVITEITEN 45 722 77 358
Ontvangen rente-opbrengsten 354 2 208
Ontvangen dividenden 1 991 954
Investeringen in financiële vaste activa en onderschrijven van kapitaalsverhoging (4 239) 0
(Toename) / Afname van verplichtingen en vorderingen 2 329 (657)
Investeringen in immateriële activa II.5.1. (1 030) (3 436)
Investeringen in materiële vaste activa II.5.2. (23 729) (26 646)
Acquisitie van dochterondernemingen II.5.8. 408 (708)
Investeringen in geassocieerde deelnemingen (142) (25)
Opbrengsten uit vervreemding van immateriële activa II.5.1. 55 268
Opbrengsten uit vervreemding van materiële vaste activa II.5.2. 4 941 2 105
Opbrengsten uit vervreemding vastgoedbeleggingen II.5.2. 726 0
Opbrengsten uit vervreemding dochterondernemingen II.5.8. 1 809 143
Opbrengsten uit vervreemding geassocieerde deelnemingen II.5.8. 3 699 704
Opbrengsten uit vervreemding van investeringen beschikbaar voor verkoop 69 0
(Acquisitie)/Vervreemding van andere financiële activa (24) (26)
NETTO KASSTROOM UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN (12 783) (25 116)
Betaalde rentelasten (11 196) (10 552)
NETTO VRIJE KASSTROOM UIT BEDRIJFSACTIVITEITEN 21 743 41 690
Uitgekeerde dividenden (7 707) (7 256)
Toename van financiële verplichtingen 58 146 8 007
(Afname) van financiële verplichtingen (72 093) (33 254)
KASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN (32 850) (43 055)
Effect van wisselkoerswijzigingen (24) (4 859)
Effect van wijziging van de consolidatiekring en reserves voor omrekeningsverschillen
opgenomen in de winst- en verliesrekening
572 8 222
WIJZIGINGEN IN GELDMIDDELEN EN KASEQUIVALENTEN 637 12 550
Netto kaspositie bij aanvang van de verslagperiode 53 938 41 388
Netto kaspositie aan het einde van de verslagperiode 54 575 53 938
WIJZIGING IN NETTO KASPOSITIE 637 12 550

* De bijgevoegde toelichtingen maken integraal deel uit van dit kasstroomoverzicht.

Commentaren bij het geconsolideerde kasstroomoverzicht

De bruto kasstroom voor wijzigingen in het werkkapitaal daalde met EUR 27,7 miljoen of –31,6% in vergelijking met vorig jaar. De variatie is hoofdzakelijk het resultaat van de wijzigingen in voorzieningen (EUR 21,8 miljoen), vooral kasuitgaven voor herstructureringen (EUR 17,0 miljoen). Waardevermeerderingen (EUR 4,1 miljoen) verwijzen naar de herkenning van een meerwaarde op vastgoedbeleggingen (EUR 2,8 miljoen) en op een financiële investering (EUR 1,3 miljoen).

De netto kasstroom uit de bedrijfsactiviteiten daalde met EUR 31,6 miljoen of –40,1% in vergelijking met vorig jaar. Deze negatieve variatie is het resultaat van de lagere bruto operationele kasstroom, een grotere behoefte aan werkkapitaal (EUR –7,8 miljoen versus EUR –6,0 miljoen in 2010) en een hoger bedrag aan betaalde inkomstenbelastingen (EUR –6,4 miljoen versus EUR –4,3 miljoen in 2010).

De wijziging in het werkkapitaal voor EUR –7,8 miljoen werd beïnvloed door de stijging van de waarde van de grondstofvoorraden (EUR 2,1 miljoen), als gevolg van hogere prijsniveau's. Daarnaast was er een substantiële daling van de handelsverplichtingen (EUR –28,6 miljoen versus EUR 18,4 miljoen in 2010) en overige verplichtingen (EUR –3,6 miljoen versus EUR –11,3 miljoen). Dit negatieve effect werd partieel gefinancierd door een daling van de handelsvorderingen (EUR +5,4 miljoen versus EUR –1,4 miljoen) en overige vorderingen (EUR +21,1 miljoen versus EUR –4,1 miljoen), dewelke verbonden zijn met de bijkomende opnames voor EUR 25,8 miljoen onder de factoring/forteiting programma's zonder verhaal in België, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk.

De netto kasstroom uit investeringsactiviteiten bedroeg EUR –12,8 miljoen versus EUR –25,1 miljoen in 2010.

De netto vrije kasstroom uit bedrijfsactiviteiten, dat (i) de netto kasstroom uit de bedrijfsactiviteiten (EUR +45.7 miljoen), (ii) de netto kasstroom uit de investeringsactiviteiten (EUR –12.8 miljoen) en (iii) de betaalde rentelasten (EUR –11.2 miljoen) omvat, bedraagt EUR +21,8 miljoen, in vergelijking met EUR +41.7 miljoen in 2010.

De kasstroom uit financieringsactiviteiten bedroeg EUR –32,9 miljoen versus EUR –43,1 miljoen in 2010. Betaalde rentelasten (EUR –11,2 miljoen versus EUR –10,6 miljoen in 2010) en uitgekeerde dividenden (EUR –7,7 miljoen versus –7,3 miljoen in 2010) waren licht hoger. De bruto financiële schuld daalde verder met een netto bedrag van EUR 13,9 miljoen in 2011, wat in hoofdzaak verklaard wordt door (i) de netto impact van de vervroegde terugbetaling van de vorige "club deal" met de opbrengsten van de nieuwe "club deal" (EUR –48,7 miljoen), (ii) de nieuwe obligaties en schuldpapier uitgegeven door Eurofoam (EUR +20 miljoen) en (iii) andere netto korte termijn schuld en rekening-courant bij kredietinstellingen (EUR +14,5 miljoen).

I.6. Mutatieoverzicht van het eigen vermogen

in duizend EUR
Groep Recticel KAPITAAL UITGIFTE
PREMIES
IFRS 2 OVERIGE
KAPITAAL
RESERVES
RESERVES OMREKENINGS
VERSCHILLEN
INDEKKINGS
RESERVES
EIGEN VERMO
GEN, VOOR
MINDERHEIDS
BELANGEN
MINDERHEIDS
BELANGEN
TOTAAL EIGEN
VERMOGEN,
MINDERHEIDS
BELANGEN
INBEGREPEN
Per einde van de vorige verslagperiode 72 329 107 013 1 801 73 378 ( 6 954) ( 5 899) 241 668 0 241 668
Dividenden 0 0 0 ( 7 812) 0 0 ( 7 812) 0 ( 7 812)
Stock opties (IFRS 2) 0 0 406 0 0 0 406 0 406
Bewegingen toerekenbaar
aan eigenaars van de
moedermaatschappij
0 0 406 ( 7 812) 0 0 ( 7 406) 0 ( 7 406)
Winst of verlies over de
verslagperiode (1)
0 0 0 17 418 0 0 17 418 0 17 418
Meerwaarden (Min-) op indekkingen (1) 0 0 0 0 0 ( 1 384) ( 1 384) 0 ( 1 384)
Uitgestelde belastingen 0 0 0 0 0 470 470 0 470
Omrekeningsverschillen (2) 0 0 0 0 ( 2 503) ( 12) ( 2 515) 0 ( 2 515)
Reserves voor omrekeningsverschillen
opgenomen in de winst- en verliesrekening
0 0 0 0 551 0 551 0 551
Overige totaal inkomsten (2) 0 0 0 0 ( 1 952) ( 926) ( 2 878) 0 ( 2 878)
Totaal inkomsten (1)+(2) 0 0 0 17 418 ( 1 952) ( 926) 14 540 0 14 540
Wijzigingen in de consolidatiekring 0 0 0 0 ( 8) 0 ( 8) 0 ( 8)
Per einde van de verslagperiode 72 329 107 013 2 207 82 984 ( 8 914) ( 6 825) 248 794 0 248 794
(1) rente-indekkingsreserves: EUR -1,384K
(2) netto indekking investering: EUR -12K

Voor de verslagperiode 2011

Voor de verslagperiode 2010

in duizend EUR
Groep Recticel KAPITAAL UITGIFTE
PREMIES
IFRS 2 OVERIGE
KAPITAAL RE- SERVES
RESERVES OMREKENINGS
VERSCHILLEN
INDEKKINGS- RESERVES EIGEN VERMO- GEN, VOOR
MINDERHEIDS- BELANGEN
MINDERHEIDS- BELANGEN TOTAAL EIGEN
VERMOGEN, MINDERHEIDS-
BELANGEN
INBEGREPEN
Per einde van de vorige verslagperiode 72 329 107 013 1 409 66 173 (16 721) (4 674) 225 529 429 225 958
Dividenden 0 0 0 (7 234) 0 0 (7 234) 0 (7 234)
Stock opties (IFRS 2) 0 0 392 0 0 0 392 0 392
Bewegingen toerekenbaar
aan eigenaars van de
moedermaatschappij
0 0 392 (7 234) 0 0 (6 842) 0 (6 842)
Winst of verlies over de
verslagperiode (1)
0 0 0 14 439 0 0 14 439 188 14 627
Meerwaarden (Min-) op indekkingen (1) 0 0 0 0 0 (305) (305) 0 (305)
Uitgestelde belastingen 0 0 0 0 0 104 104 0 104
Omrekeningsverschillen (2) 0 0 0 0 1 760 (1 024) 736 0 736
Reserves voor omrekeningsverschillen
opgenomen in de winst- en verliesrekening
0 0 0 0 7 962 0 7 962 0 7 962
Overige totaal inkomsten (2) 0 0 0 0 9 722 (1 225) 8 497 0 8 497
Totaal inkomsten (1)+(2) 0 0 0 14 439 9 722 (1 225) 22 936 188 23 124
Wijzigingen in de consolidatiekring 0 0 0 0 45 0 45 (617) (572)
Per einde van de verslagperiode 72 329 107 013 1 801 73 378 (6 954) (5 899) 241 668 0 241 668

(1) rente-indekkingsreserves: EUR -305K (2) netto indekking investering: EUR -1.024K

II. Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening van de verslagperiode die eindigt op 31 december 2011

II.1. Samenvatting van de waarderingsregels

II.1.1. Verklaring van overeenstemming – grondslagen voor de opstelling van de jaarrekening

Recticel NV (de "Vennootschap") is een naamloze onderneming gedomicilieerd in België. De geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap bevat de jaarrekeningen van de Vennootschap, haar dochterondernemingen, haar belangen in entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend en die proportioneel geconsolideerd worden en de belangen van de Groep in geassocieerde deelnemingen waarop de equity-methode is toegepast (samen "de Groep" genoemd).

De geconsolideerde jaarrekening werd opgesteld in overeenstemming met de "International Financial Reporting Standards" (IFRS), zoals goedgekeurd binnen de Europese Unie.

Voor het lopende jaar heeft de Groep alle nieuwe en herziene standaarden en interpretaties uitgevaardigd door de International Accounting Standards Board (IASB) en het International Financial Reporting Interpretations Committee (IFRIC) van de IASB aangenomen die relevant zijn voor haar activiteiten en die effectief waren voor de verslagperiode met aanvang 01 januari 2010; en die goedgekeurd waren door de Europese Unie.

Bij het opstellen van de financiële staten van de Groep, werden dezelfde boekhoudprincipes, presentatie en berekeningsmethodes gehanteerd als deze die gebruikt werden voor het boekjaar dat eindigde op 31 december 2010.

Volgende Standaarden en Interpretaties die van toepassing werden voor 2011 hadden geen materiële invloed op de financiële staten:

  • Verbeteringen van IFRS (2009-2010) (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2011)
  • Aanpassingen van IFRS 1 Eerste toepassing van de International Financial Reporting Standards – IFRS 7 uitzonderingen (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 juli 2010)
  • Aanpassingen van IAS 24 Toelichtingen verbonden partijen (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2011). Deze standaard vernietigt IAS 24 Toelichtingen transacties met verbonden partijen, uitgevaardigd in 2003.
  • Aanpassingen van IAS 32 Financiële instrumenten: presentatie – Classificatie van uitgegeven rechten (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 februari 2010)
  • IFRIC 19 Uitdovende financiële verplichtingen met eigen vermogensinstrumenten (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 juli 2010)
  • Aanpassingen aan IFRIC 14 IAS 19 De beperking van toegezegde-pensioenregelingsactiva, Minimale financieringsvereisten en hun interactie – Vooruitbetalingen van minimale financieringsvereisten (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2011)

De Groep heeft in 2011 ervoor gekozen om geen standaarden of interpretaties vervroegd toe te passen:

  • IFRS 9 Financiële Instrumenten en volgende aanpassingen (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2015)
  • IFRS 10 Geconsolideerde financiële staten (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2013)
  • IFRS 11 Gemeenschappelijk Afspraken (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2013)
  • IFRS 12 Toelichtingen bij Belangen in Overige Entiteiten (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2013)
  • IFRS 13 Reële Waarde Bepaling (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2013)
  • Aanpassingen van IFRS 1 Eerste toepassing van de International Financial Reporting Standards – Hyperinflatie en schrapping van vaste data voor de eerste toepassers (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 juli 2011)
  • Aanpassingen van IFRS 7 Financiële instrumenten: Toelichtingen en niet-herkenning (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 juli 2011)
  • Aanpassingen van IFRS 7 Financiële instrumenten: Toelichtingen en Compensatie van Financiële Activa en Financiële Passiva (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2013)
  • Aanpassingen van IAS 1 Voorstelling van Financiële Staten Voorstelling van Elementen van Totaal Resultaat (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 juli 2012)
  • Aanpassingen van IAS 12 Belastingen op het Resultaat Uitgestelde Belastingen: Herstel van Onderliggende Activa (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2012)
  • Aanpassingen van IAS 19 Voordelen voor het Personeel (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2013)
  • Aanpassingen van IAS 27 Afzonderlijke Financiële Staten (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2013)
  • Aanpassingen van IAS 28 Investeringen in Geassocieerde Vennootschappen en in Joint Ventures (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2013)
  • Aanpassingen van IAS 32 Financiële Instrumenten: Presentatie – Compensatie van Financiële Activa en Financiële Passiva (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2014)
  • IFRIC 20 Afgraafkosten in de Productiefase van een Oppervlakte Mijn (van toepassing voor periodes van 12 maanden die starten op of na 01 januari 2013)

Met uitzondering van IFRS 11 - Gemeenschappelijk Afspraken en IAS 19 Voordelen voor uit personeel, verwacht de Groep niet dat de bovenvermelde standaarden en interpretaties een materiële impact zullen hebben op de geconsolideerde financiële staten van Recticel. De toepassing van IFRS 11 vereist om de joint ventures voor te stellen op basis van de 'equity methode'. Hierbij wordt verwezen naar toelichting 11.6.7. voor de bijdrage van de joint ventures in de geconsolideerde rekeningen van Recticel per 31 december 2011 en per 31 december 2010.

II.1.2. Algemene principes

Valuta waarin de jaarrekening is uitgedrukt

De jaarrekening is opgesteld in euro (EUR), afgerond op het dichtste duizendtal (tenzij anders vermeld). De euro is de valuta van de primaire economische omgeving waarin de Groep actief is. De jaarrekeningen van de buitenlandse deelnemingen worden omgerekend in overeenstemming met de principes, beschreven in de paragraaf 'Vreemde valuta'.

Historische kostprijs

De jaarrekening is opgesteld op basis van de historische kostprijs, tenzij hieronder anders wordt toegelicht in de waarderingsregels. Investeringen in eigen-vermogensinstrumenten die niet genoteerd zijn op een actieve markt en waarvan de reële waarde niet op betrouwbare wijze kan bepaald worden aan de hand van alternatieve waarderingsmethodes, worden gewaardeerd tegen kostprijs.

Vreemde valuta

Verrichtingen in vreemde valuta worden omgerekend aan de wisselkoers die op de datum van de verrichting van toepassing is. Op elke balansdatum worden monetaire activa en verplichtingen die in vreemde valuta zijn uitgedrukt, omgerekend aan de slotkoers. De niet-monetaire activa en verplichtingen die tegen hun reële waarde in een vreemde munt zijn opgenomen, worden omgerekend aan de wisselkoers die van toepassing was op het ogenblik dat hun reële waarde werd bepaald. Winsten en verliezen die voortvloeien uit dergelijke omrekeningen worden opgenomen in de winst- en verliesrekening. Wanneer ze echter uitgesteld worden, worden ze opgenomen in het eigen vermogen.

Met het oog op de voorstelling van de geconsolideerde financiële staten, worden activa en verplichtingen van de buitenlandse activiteiten van de Groep omgerekend aan de slotkoers. Baten en lasten worden omgerekend aan de gemiddelde wisselkoers over de periode, tenzij de wisselkoersen erg schommelen. De wisselkoersverschillen die hieruit voortvloeien worden opgenomen in het overige totaal resultaat en toegevoegd in het eigen vermogen (toegewezen aan minderheidsbelangen indien van toepassing). Bij het afstoten van een buitenlandse activiteit (in het bijzonder bij het afstoten van het volledige belang van de Groep in de buitenlandse activiteit, of het afstoten waarbij er een verlies van controle ontstaat over een dochteronderneming dat een buitenlandse activiteit bevat, of het verlies van controle over een joint venture vennootschap dat een buitenlandse activiteit bevat, of het verlies van een significante invloed over een geassocieerde onderneming dat een buitenlandse activiteit bevat) wordt het cumulatieve bedrag van de wisselkoersverschillen, dat was opgenomen in het eigen vermogen, in de winst- en verliesrekening opgenomen.

Daarnaast zal, in relatie met het gedeeltelijk afstoten van een dochteronderneming dat niet resulteert in het verlies van controle van de Groep over deze vennootschap, het proportionele deel van de gecumuleerde wisselkoersverschillen toegewezen worden aan de minderheidsbelangen en niet opgenomen worden in de resultatenrekeningen. Voor alle overige partiële vervreemdingen (in het bijzonder gedeeltelijke vervreemding van geassocieerde vennootschappen en gezamenlijk gecontroleerde vennootschappen waarbij de Groep geen significante invloed of gemeenschappelijke controle verliest) zal het proportionele deel van de gecumuleerde wisselkoersverschillen geherclassificeerd worden in de resultatenrekeningen.

Goodwill en aanpassingen aan de reële waarde die ontstaan bij het verwerven van een buitenlandse entiteit, worden behandeld als activa en passiva van de buitenlandse entiteit en omgerekend aan de slotkoers.

Consolidatieprincipes

De geconsolideerde jaarrekening omvat de dochterondernemingen, de belangen in entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend en die proportioneel geconsolideerd worden en de geassocieerde deelnemingen waarop de equity-methode wordt toegepast.

De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld op basis van uniforme grondslagen voor financiële verslaggeving voor vergelijkbare transacties en gebeurtenissen in soortgelijke omstandigheden. Alle saldi en transacties, baten en lasten binnen de Groep worden geëlimineerd in de consolidatie.

• Dochterondernemingen

Dochterondernemingen zijn entiteiten waarover de Vennootschap direct of indirect de zeggenschap uitoefent. Zeggenschap is de macht om het financiële en operationele beleid van een entiteit te sturen teneinde voordelen te verkrijgen uit haar activiteiten. De consolidatie van dochterondernemingen vangt aan op de datum waarop Recticel de zeggenschap over die entiteiten verkrijgt en stopt wanneer ze de zeggenschap verliest.

Wijzigingen in het belang van de Groep in een dochteronderneming dat niet resulteert in het verlies van de controle, worden als eigen vermogenstransacties geboekt. De boekwaarde van de belangen van de Groep en de minderheidsbelangen worden aangepast om deze wijzigingen in de relatieve belangen in een dochteronderneming weer te geven. Elke afwijking tussen het bedrag waarmee de minderheidsbelangen worden aangepast en de reële waarde van de uitgevoerde of ontvangen betaling wordt onmiddellijk erkend in het eigen vermogen.

Wanneer de Groep echter de controle over een dochteronderneming verliest, dan wordt de winst of het verlies van de verkoop berekend als het verschil tussen (i) de totale reële waarde van de ontvangen betaling en de reële waarde van het overblijvende belang, en (ii) de vroegere boekwaarde van de activa (inclusief goodwill) en de verplichtingen van de dochteronderneming en alle minderheidsbelangen. Bedragen die voordien, voor deze dochterondernemingen, erkend werden in het totaal resultaat worden op dezelfde manier verwerkt (t.t.z. herklassificatie van winst of verlies of rechtstreeks getransfereerd naar de overgedragen resultaten) als zou vereist zijn indien de relevante activa en passiva zouden zijn afgestoten. De reële waarde, op datum van het verlies van de controle, van elke weerhouden investering in de vroegere dochteronderneming, wordt gezien als de reële waarde op het moment van de eerste erkenning onder IAS 39 Financiële instrumenten: Erkenning en Waardebepaling of, indien van toepassing, de kost van de initiële erkenning van een investering in een geassocieerde of gezamenlijk gecontroleerde entiteit.

• Entiteiten waarover gezamenlijk zeggenschap wordt uitgeoefend

De entiteiten waarvoor Recticel contractueel is overeengekomen om de zeggenschap te delen met één of meer andere partijen, zijn entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend. Dergelijke overeenkomst zorgt ervoor dat voor strategische, financiële en operationele beslissingen de unanieme instemming vereist is van de partijen die de zeggenschap delen.

De Groep rapporteert haar belangen entiteiten waarover gezamenlijk zeggenschap wordt uitgeoefend volgens de proportionele consolidatie, behalve wanneer de investering wordt geklasseerd onder beschikbaar voor verkoop, in welk geval het geboekt wordt in overeenstemming met IFRS 5 Vlottende Activa Beschikbaar voor Verkoop en Stopgezette Operaties. Het deel van de Groep van de activa, passiva, inkomsten en lasten van entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend wordt lijn-per-lijn gecombineerd met de equivalente elementen in de geconsolideerde financiële staten.

Elke goodwill uit de acquisitie van het Groepsbelang in entiteiten waarover gezamenlijk zeggenschap wordt uitgeoefend, wordt opgenomen in overeenstemming met de grondslagen voor de opname van goodwill bij de opstelling van de jaarrekeningen in geval van bedrijfscombinaties (zie onder "Bedrijfscombinaties"). Wanneer een groepsentiteit handelt met een entiteit waarover gezamenlijk zeggenschap wordt uitgeoefend, worden de winsten en verliezen uit deze transacties erkend in de geconsolideerde financiële staten van de Groep enkel ten belope van het belang in entiteit waarover gezamenlijk zeggenschap wordt uitgeoefend dat geen betrekking heeft met de Groep.

• Geassocieerde deelnemingen

De resultaten en de activa en passiva van geassocieerde deelnemingen zijn in deze geconsolideerde jaarrekening verwerkt volgens de equity-methode, behalve wanneer de investering geclassificeerd is als aangehouden voor verkoop. In dat geval wordt de investering verwerkt in overeenstemming met IFRS 5 "Vaste activa aangehouden voor verkoop en beëindigde bedrijfsactiviteiten". In overeenstemming met de equity-methode wordt een investering in een geassocieerde deelneming aanvankelijk in de geconsolideerde jaarrekening van de financiële positie opgenomen tegen kostprijs en later aangepast om het aandeel van de Groep in de winst of het verlies en de overige totaalinkomsten ('comprehensive income') van de geassocieerde deelneming weer te geven. Wanneer het aandeel van de Groep in het verlies van een geassocieerde deelneming het belang van de Groep in die geassocieerde deelneming overstijgt (met inbegrip van eventuele langetermijnbelangen die, in hoofdzaak, deel uitmaken van de netto kapitaalsinvesteringen van de Groep in de geassocieerde deelneming) beëindigt de Groep de opname van zijn aandeel in de toekomstige verliezen. Bijkomende verliezen worden alleen gewaardeerd voor zover de Groep juridische of feitelijke verplichtingen heeft opgelopen of betalingen heeft uitgevoerd in naam van de geassocieerde deelneming.

Elk positief verschil tussen de aankoopprijs en het aandeel van de Groep in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen van een geassocieerde deelneming, gewaardeerd op de overnamedatum, wordt gewaardeerd als goodwill, die wordt opgenomen in de boekwaarde van de investering. Elk positief verschil tussen het aandeel van de Groep in de netto reële waarde van de identificeerbare activa, verplichtingen en voorwaardelijke verplichtingen en de aankoopprijs, na herwaardering, wordt direct in de winst- en verliesrekening gewaardeerd.

De vereisten van IAS 39 worden toegepast om te bepalen of het noodzakelijk is om bijzondere waardeverminderingsverliezen op te nemen met betrekking tot de investering van de Groep in een geassocieerde deelneming. Indien nodig wordt de totale boekwaarde van de investering (inclusief goodwill) getoetst op bijzondere waardevermindering overeenkomstig IAS 36 "Bijzondere waardevermindering van activa" als een individueel actief door de realiseerbare waarde ervan (de hoogste van de bedrijfswaarde en de reële waarde min verkoopkosten) te vergelijken met de boekwaarde. Alle opgenomen bijzondere waardeverminderingsverliezen maken deel uit van de boekwaarde van de investering. Alle terugnemingen van bijzondere waardeverminderingsverliezen worden gewaardeerd overeenkomstig IAS 36 voor zover de realiseerbare waarde van de investering vervolgens stijgt.

Bij afstoting van een geassocieerde deelneming waardoor de Groep invloed van betekenis in die geassocieerde deelneming verliest, worden alle overblijvende investeringen gewaardeerd tegen hun reële waarde op die datum en wordt de reële waarde beschouwd als de reële waarde bij de initiële waardering als financieel actief in overeenstemming met IAS 39. Het verschil tussen de eerdere boekwaarde van de geassocieerde deelneming die toewijsbaar is aan het overblijvende belang en zijn reële waarde is opgenomen in de bepaling van de winst of het verlies bij de afstoting van de geassocieerde deelneming. Daarnaast boekt de Groep alle eerder gewaardeerde bedragen in overige totaalinkomsten ('comprehensive income') met betrekking tot die geassocieerde deelneming op dezelfde basis als zou zijn vereist wanneer die geassocieerde deelneming de betreffende activa en verplichtingen meteen zou hebben afgestoten. Daartoe zal de Groep, wanneer winst of verlies die eerder werden gewaardeerd als overige totaalinkomsten ('comprehensive income') door die geassocieerde deelneming zouden worden geherclassificeerd als winst of verlies bij de afstoting van de betreffende activa of verplichtingen, de winst of het verlies herclassificeren vanuit het eigen vermogen naar de winst- en verliesrekening (aanpassing van de herclassificatie) wanneer de Groep invloed van betekenis in die geassocieerde deelneming verliest.

• Bedrijfscombinaties

Overnames van activiteiten worden geboekt volgens de acquisitiemethode. De prijs voor elke overname wordt bepaald als de som van de reële waarden (op datum van de betaling) van de overhandigde activa, de overgenomen of vermoede verplichtingen, en de eigen vermogensinstrumenten uitgegeven door de Groep in ruil voor de controle over de overgenomen partij. Kosten in verband met de overname worden in de resultatenrekeningen opgenomen.

Wanneer Recticel een entiteit of bedrijfsactiviteit overneemt, worden de identificeerbare activa en verplichtingen van de overgenomen partij op datum van de aanschaf opgenomen aan hun reële waarde; behalve voor:

  • Uitgestelde belastingsactiva of –verplichtingen en verplichtingen of activa in verband met personeelsvoordelen worden erkend en bepaald volgens respectievelijk IAS 12 Inkomstenbelastingen en IAS 19 Personeelsvoordelen.
  • Verplichtingen en eigen vermogensinstrumenten in verband met op aandelen gebaseerde betalingstransacties van de overgenomen partij of de vervanging van op aandelen gebaseerde betalingen van de overgenomen partij door op aandelen gebaseerde betalingen door de Groep, worden bepaald in overeenstemming met IFRS 2 Op aandelen gebaseerde betalingen.
  • Activa (of afgestoten groepen) die geclassificeerd werden onder voor verkoop beschikbaar conform IFRS 5 Vaste activa beschikbaar voor verkoop en Stopgezette activiteiten worden volgens deze standaard gewaardeerd.

Goodwill wordt bepaald als het verschil tussen de som van de overgemaakte betalingen, het bedrag van elke minderheidsbelang in de overgenomen partij, en de reële waarde van de door de overnemer voordien aangehouden belang (indien van toepassing) in het eigen vermogen van de overgenomen partij, boven het netto bedrag van de overgenomen activa en verplichtingen op de datum van overname. Wanneer dit verschil negatief is, wordt het surplus, na een herbeoordeling van de reële waarden, onmiddellijk in de winst- en verliesrekening opgenomen als een winst uit een koopje. Minderheidsbelangen die huidige eigendomsbelangen zijn en die de houders een proportioneel recht in de netto activa van de entiteit geeft in geval van liquidatie, mogen initieel bepaald worden aan hun reële waarde of aan het proportioneel deel van de erkende bedragen van de geïdentificeerde netto activa van de overgenomen partij. De bepalingskeuze hangt van transactie tot transactie. Indien Recticel zijn belang verhoogt in een deelneming waarin het nog niet de controle had (in principe verhoging van het deelnemingspercentage kleiner of gelijk aan 50% tot 51% en meer) (bedrijfscombinaties uitgevoerd in verschillende fases), dan wordt het door de Groep aangehouden belang in de overgenomen partij geherwaardeerd aan de reële waarde op datum van de overname (t.t.z. datum waarop de Groep de controle verwerft), en de hieruit resulteerde winst of verlies, indien van toepassing, wordt herkend in de resultatenrekening.

Indien de initiële boekhoudkundige verwerking van bedrijfscombinaties onvolledig is op het einde van de rapporteringsperiode waarin deze hebben plaatsgevonden, dan zal de Groep voorzieningen aanleggen voor deze elementen die nog onvolledig zijn. Deze voorzieningen worden aangepast tijdens de bepalingsperiode (maximum één jaar na de aanschaffingsdatum), of bijkomende activa of verplichtingen zullen worden erkend, opdat zodoende alle nieuw verkregen informatie inzake de bestaande feiten en omstandigheden op datum van de overname; indien gekend; de bedragen zodanig zouden bijstellen als zouden deze gekend zijn geweest op die datum.

II.1.3. Balans

Afzonderlijk verworven immateriële activa

Immateriële activa met bepaalde gebruiksduur die afzonderlijk zijn verworven, worden geboekt tegen kostprijs min de geaccumuleerde afschrijvingen en de geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. Afschrijvingen worden gewaardeerd op lineaire basis over de geschatte gebruiksduur. De geschatte gebruiksduur en de afschrijvingsmethode worden aan het eind van elke verslagperiode beoordeeld, waarbij de gevolgen van eventuele wijzigingen in de schattingen prospectief worden gewaardeerd. Immateriële activa met onbepaalde gebruiksduur die afzonderlijk zijn verworven, worden geboekt tegen kostprijs min de geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen.

Intern gegenereerde immateriële activa - uitgaven voor onderzoek en ontwikkeling

Uitgaven voor onderzoeksactiviteiten worden gewaardeerd als een uitgave in de periode waarin ze zijn gebeurd. Een intern gegenereerd immaterieel actief dat afkomstig is uit ontwikkeling (of uit de ontwikkelingsfase van een intern project) wordt alleen, en alleen dan gewaardeerd als alle hiernavolgende voorwaarden aanwezig zijn:

  • de technische mogelijkheid om het immateriële actief te voltooien zodat het beschikbaar wordt voor gebruik of verkoop;
  • de intentie om het immateriële actief te voltooien en te gebruiken of te verkopen;
  • de bekwaamheid om het immateriële actief te gebruiken of te verkopen;
  • de wijze waarop het immateriële actief wellicht toekomstige economische voordelen zal opleveren;
  • de beschikbaarheid van gepaste technische, financiële en andere middelen om de ontwikkeling van het immateriële actief te voltooien en het te gebruiken of te verkopen; en
  • de bekwaamheid om op betrouwbare wijze de uitgaven te bepalen die aan het immateriële actief toewijsbaar zijn tijdens zijn ontwikkeling.

Het initieel gewaardeerde bedrag voor intern gegenereerde immateriële activa is de som van de opgelopen uitgaven vanaf de datum waarop het immateriële actief voor het eerst voldoet aan de hierboven vermelde waarderingscriteria. Wanneer er geen intern gegenereerd immaterieel actief kan worden gewaardeerd, worden de uitgaven voor ontwikkeling opgenomen in de winsten verliesrekening op het moment dat ze zich voordoen.

Immateriële activa die zijn verworven in het kader van een bedrijfscombinatie

Immateriële activa die zijn verworven in het kader van een bedrijfscombinatie en die afzonderlijk van de goodwill worden gewaardeerd, worden initieel gewaardeerd tegen hun reële waarde op de overnamedatum (die wordt beschouwd als de kostprijs).

Na de eerste opname in de balans worden immateriële activa die zijn verworven in het kader van een bedrijfscombinatie gewaardeerd tegen kostprijs min de geaccumuleerde afschrijvingen en de geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen, op dezelfde basis als immateriële activa die afzonderlijk zijn verworven.

Afboeking van immateriële activa

Een immaterieel actief wordt afgeboekt bij de verkoop, of wanneer er uit het gebruik of de verkoop geen toekomstige economische voordelen worden verwacht. Winst of verlies als gevolg van de afboeking van een immaterieel actief, berekend als het verschil tussen de netto-opbrengsten uit de verkoop en de boekwaarde van het actief, worden in de winst- en verliesrekening opgenomen wanneer het actief wordt afgeboekt.

Goodwill

Goodwill wordt bepaald als het verschil tussen de som van de overgemaakte betalingen, het bedrag van elke minderheidsbelang in de overgenomen partij, en de reële waarde van de door de overnemer voordien aangehouden belang (indien van toepassing) in het eigen vermogen van de overgenomen partij, boven het netto bedrag van de overgenomen activa en verplichtingen op de datum van overname.

Goodwill dat voortkomt uit de overname van een activiteit wordt gewaardeerd aan zijn kostprijs minus alle afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen, indien van toepassing, en wordt apart vermeld in de geconsolideerde financiële staten.

Goodwill wordt minstens jaarlijks onderworpen aan een test op bijzondere waardevermindering. Elk bijzonder waardeverminderingsverlies wordt onmiddellijk opgenomen in de winst- en verliesrekening en wordt nadien niet meer teruggenomen.

Bij afstoting van een dochteronderneming, geassocieerde deelneming of entiteit waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend, wordt de gerelateerde goodwill opgenomen in de bepaling van de winst of het verlies van de afstoting.

Materiële vaste activa

Een materieel vast actief wordt opgenomen indien het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen met betrekking tot het actief naar de Groep zullen vloeien en indien de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald. Na de opname worden alle materiële vaste activa gewaardeerd aan hun kostprijs, verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijvingen en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen, met uitzondering van gronden die niet worden afgeschreven. De kostprijs omvat alle directe kosten en alle rechtstreeks toerekenbare kosten om het actief op de locatie en in de staat te krijgen die noodzakelijk is om te functioneren op de beoogde wijze.

Materieel vast actief in opbouw voor productie-, leverings- of administratieve doeleinden worden opgenomen aan kostprijs, minus eventuele erkende waardeverminderingen. De kostprijs omvat professionele honoraria en, voor gekwalificeerde activa, de gekapitaliseerde financieringskosten in overeenstemming met de boekhoudregels van de Groep. Deze materiële activa worden onder de gepaste categorieën van gebouwen en machines geklasseerd wanneer ze voltooid en klaar voor gebruik zijn. De afschrijvingen van deze activa starten, op dezelfde basis als de overige vaste activa, wanneer deze klaar zijn voor het beoogde gebruik. Latere uitgaven verbonden aan een materieel vast actief worden als last opgenomen wanneer ze gedaan worden.

De verschillende categorieën van materiële vaste activa worden aan de hand van de lineaire methode afgeschreven over hun geschatte gebruiksduur. De afschrijving vangt aan op het moment dat de activa klaar zijn voor hun beoogde gebruik. De geschatte gebruiksduur, restwaarden en afschrijvingsmethode worden op het einde van elke verslagperiode herbekeken met het oog op het inschatten van het effect van elke wijziging hiervan op de verwachte rapportering.

De geschatte gebruiksduur van de belangrijkste materiële vaste activa ligt binnen de volgende vorken:

Grondverbeteringswerken : 25 jaar
Administratieve gebouwen : 25 tot 40 jaar
Industriële gebouwen : 25 jaar
Fabrieken : 10 tot 15 jaar
Machines
Zware installaties : 11 tot 15 jaar
Halfzware installaties : 8 tot 10 jaar
Lichte installaties : 5 tot 7 jaar
Preoperationele kosten : 5 jaar maximum
Uitrustingen : 5 tot 10 jaar
Meubilair : 5 tot 10 jaar
Hardware : 3 tot 10 jaar
Rollend materieel
Wagens : 4 jaar
Vrachtwagens : 7 jaar

De winst of het verlies als gevolg van de buitengebruikstelling of vervreemding van een actief wordt bepaald als zijnde het verschil tussen de netto-opbrengst bij vervreemding en de boekwaarde van het actief. Dit verschil wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening.

Lease-overeenkomsten – Recticel als lessee

• Financiële lease

Lease-overeenkomsten worden ingedeeld als financiële lease indien ze nagenoeg alle aan de eigendom verbonden risico's en voordelen overdragen. Alle andere lease-overeenkomsten worden ingedeeld als operationele lease.

Activa aangehouden onder financiële lease worden opgenomen als activa van de Groep tegen de reële waarde of, indien lager, tegen de contante waarde van de minimale leasebetalingen. Beide worden bepaald op het tijdstip van het aangaan van de lease-overeenkomst.

De overeenkomstige verplichting tegenover de "lessor" wordt in de balans opgenomen als een financiële leaseverplichting. De leasebetalingen worden deels als financieringskosten en deels als aflossing van de uitstaande verplichting opgenomen, zodat een constante periodieke rente bekomen wordt over het resterende saldo van de verplichting.

Geleasde activa worden afgeschreven over hun verwachte gebruiksduur, waarbij de afschrijvingsgrondslagen consistent zijn met de afschrijvingsgrondslagen voor activa in eigendom. Indien de "lessee" aan het einde van de leaseperiode de eigendom niet verkrijgt, wordt het actief volledig afgeschreven over de leaseperiode of de gebruiksduur indien deze laatste korter is.

• Operationele lease

Lease-overeenkomsten waarbij nagenoeg alle aan de eigendom verbonden risico's en voordelen bij de "lessor" blijven, worden ingedeeld als operationele lease. Leasebetalingen op grond van een operationele lease worden op tijdsevenredige basis als last opgenomen gedurende de leaseperiode. Voordelen, ontvangen of te ontvangen, om een operationele lease-overeenkomst aan te gaan, worden lineair opgenomen over de leaseperiode.

Bijzondere waardevermindering van materiële en immateriële activa

Naast de goodwill en immateriële vaste activa met een onbepaalde gebruiksduur, die minstens jaarlijks onderworpen worden aan een test op bijzondere waardevermindering, gebeurt deze toets ook voor immateriële activa en materiële vaste activa wanneer er een indicatie is dat hun boekwaarde lager zou kunnen zijn dan hun realiseerbare waarde. Indien een actief geen instroom van kasmiddelen genereert die onafhankelijk is van andere activa, schat de Groep de realiseerbare waarde van de kasstroomgenererende eenheid waartoe het actief behoort.

De realiseerbare waarde is de hoogste waarde van de reële waarde minus de verkoopkosten en de bedrijfswaarde. Voor de berekening van de bedrijfswaarde worden de geschatte toekomstige kasstromen verdisconteerd naar hun contante waarde aan de hand van een discontovoet die rekening houdt met de huidige marktbeoordelingen van de tijdwaarde van geld en de specifieke risico's van het actief waarvoor de geschatte toekomstige kasstromen niet werden aangepast.

Indien de realiseerbare waarde van een actief (of kasstroomgenererende eenheid) lager geschat wordt dan zijn boekwaarde, wordt de boekwaarde van het actief (of kasstroomgenererende eenheid) verlaagd tot zijn realiseerbare waarde. Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt onmiddellijk als een last opgenomen.

Indien een bijzonder waardeverminderingsverlies daarna wordt teruggenomen, wordt de boekwaarde van het actief (of kasstroomgenererende eenheid) verhoogd tot de herziene schatting van zijn realiseerbare waarde, maar enkel zo dat de verhoogde boekwaarde niet hoger is dan de boekwaarde die zou zijn bepaald als in de voorgaande jaren geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het actief (of kasstroomgenererende eenheid) was opgenomen. Bijzondere waardeverminderingsverliezen op goodwill worden echter nooit teruggenomen.

Vaste activa aangehouden voor verkoop

Vaste activa en beëindigde bedrijfsactiviteiten worden ondergebracht in de rubriek aangehouden voor verkoop indien hun boekwaarde voornamelijk kan gerealiseerd worden door een verkoopstransactie en niet door hun voortgezet gebruik. Deze voorwaarde wordt als voldaan geacht, enkel en alleen wanneer de verkoop een hoge waarschijnlijkheid heeft en de activa (of beëindigde bedrijfsactiviteiten) zich in een toestand van onmiddellijke verkoopbaarheid bevinden. Het management moet daarenboven ervan overtuigd zijn dat de verkoop, in haar geheel, kan gerealiseerd worden binnen het jaar vanaf het tijdstip van deze classificatie.

Vaste activa en beëindigde bedrijfsactiviteiten die gekwalificeerd worden als aangehouden voor verkoop worden gewaardeerd aan de laagste waarde tussen de boekwaarde en de reële waarde (fair value) verminderd met de verkoopskosten.

Belangrijkste beoordelingscriteria bij de toepassing van de waarderingsregels

Bij de toepassing van de waarderingsregels dient in bepaalde gevallen een boekhoudkundige beoordeling gemaakt worden. Deze beoordeling wordt gegeven door een zo juist mogelijke inschatting te maken van waarschijnlijke toekomstige evoluties. Het management bepaalt haar beoordeling op basis van verschillende realistisch ingeschatte parameters, zoals toekomstige marktverwachtingen, sectorgroeivoeten, industriestudies, economische realiteiten, budgetten en meerjarenplannen, verwachte rendabiliteitstudies, edm… De belangrijkste elementen binnen de Groep Recticel die hieraan onderhevig zijn, zijn: bijzondere waardeverminderingen, voorzieningen en uitgestelde belastingsposten. Voor deze elementen wordt er verwezen naar de toelichtingen II.4.5., II.5.1., II.5.3. en II.5.18.

Vastgoedbeleggingen

Een vastgoedbelegging, wat een onroerende belegging is die wordt aangehouden om huuropbrengsten, een waardestijging of beide te realiseren, wordt op balansdatum gewaardeerd aan reële waarde. Winsten of verliezen die voortvloeien uit een wijziging in de reële waarde van een vastgoedbelegging moeten worden opgenomen in de resultaten over de periode waarin ze ontstaan.

Financiële investeringen

Investeringen worden opgenomen of niet langer opgenomen op de transactiedatum, de datum waarop een entiteit zich verbindt om een actief te kopen of te verkopen. Financiële investeringen worden gewaardeerd aan de reële waarde van de betaalde vergoeding, vermeerderd met de transactiekosten.

Investeringen aangehouden voor handelsdoeleinden of "beschikbaar voor verkoop" worden opgenomen aan hun reële waarde. Indien investeringen worden aangehouden voor handelsdoeleinden, worden de winsten en verliezen die voortvloeien uit wijzigingen in de reële waarde opgenomen in de winst- en verliesrekening over die periode. Bij voor verkoop beschikbare investeringen worden winsten en verliezen die voortvloeien uit wijzigingen in de reële waarde rechtstreeks opgenomen in het eigen vermogen totdat het financieel actief wordt verkocht of onderhevig is aan een bijzondere waardevermindering. In dat geval wordt de cumulatieve winst of verlies die voorheen opgenomen was in het eigen vermogen, opgenomen in de winst of het verlies over de periode.

Deelnemingen die niet ingedeeld zijn als beschikbaar voor verkoop, die niet genoteerd zijn op een actieve markt en waarvoor de reële waarde niet betrouwbaar kan worden bepaald aan de hand van alternatieve waarderingsregels, worden aan kostprijs gewaardeerd. Financiële investeringen die tot einde looptijd worden aangehouden, worden gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs, door toepassing van de effectieve-rentemethode. Dit geldt niet voor korte-termijndeposito's, aangezien die gewaardeerd worden tegen hun kostprijs.

Voorraden

Voorraden worden gewaardeerd tegen de laagste waarde van de kostprijs en de opbrengstwaarde. De kostprijs van voorraden omvat directe materiaalkosten en, indien van toepassing, directe arbeidskosten. Daarnaast omvat de kostprijs ook die kosten die gemaakt zijn om de voorraden op hun huidige locatie en in de huidige staat te brengen. De kostprijs wordt berekend aan de hand van de methode van de gewogen gemiddelde kostprijs.

De opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs minus de geschatte kosten tot voltooiing en de kosten nodig om de verkoop te realiseren.

Vorderingen

Kortlopende vorderingen worden opgenomen tegen hun nominale waarde, verminderd met de gepaste voorzieningen voor de geschatte dubieuze vorderingen.

Financiële verplichtingen en eigen-vermogensinstrumenten

Financiële verplichtingen en eigen-vermogensinstrumenten worden geclassificeerd op basis van de economische realiteit van de contractuele overeenkomst. Een eigen-vermogensinstrument is een contract dat het overblijvend recht omvat op een belang in de activa van de Groep, na aftrek van alle verplichtingen.

Eigen-vermogensinstrumenten uitgegeven door de Vennootschap worden opgenomen tegen de ontvangen vergoedingen, verminderd met de directe uitgiftekosten.

Pensioenen en gelijkaardige verplichtingen

In overeenstemming met de wetten en gebruiken van elk land, beschikken de verbonden entiteiten over toegezegd-pensioenregelingen of toegezegde-bijdragenregelingen.

• Toegezegde-bijdragenregelingen

Bijdragen aan toegezegde-bijdragenregelingen worden als een last opgenomen wanneer ze verschuldigd zijn.

• Toegezegde-pensioenregelingen

Het bedrag dat uit hoofde van toegezegde-pensioenregelingen op balans wordt opgenomen, is de contante waarde van de toegezegde-pensioenregelingen aangepast voor de actuariële winsten en verliezen die niet zijn opgenomen, verminderd met de reële waarde van eventuele fondsbeleggingen en pensioenkosten m.b.t. verstreken diensttijd die nog niet opgenomen zijn.

Indien het bedrag dat in de balans wordt opgenomen negatief is, bedraagt het maximaal het totaal van niet-opgenomen cumulatieve actuariële nettoverliezen en pensioenkosten van verstreken diensttijd en de contante waarde van terugbetalingen uit de regeling of verlagingen van toekomstige bijdragen aan de regeling.

In de winst- en verliesrekening worden de aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten en de pensioenkosten m.b.t. verstreken diensttijd opgenomen in de rubriek "overige bedrijfsinkomsten en -uitgaven", terwijl de rentekost en het verwachte rendement op fondsbeleggingen worden opgenomen in de rubriek "andere financiële opbrengsten en kosten".

De contante waarde van de verplichting uit hoofde van toegezegde pensioenregelingen en de gerelateerde aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten en pensioenkosten van verstreken diensttijd worden berekend door erkende actuarissen aan de hand van de 'projected unit credit'-methode.

Elk jaar wordt de discontovoet aangepast aan het marktrendement van hoogwaardige ondernemingsobligaties, waarvan de looptijd consistent is met de geschatte looptijd van de bruto verplichtingen uit hoofde van vergoedingen na uitdiensttreding.

De actuariële winsten en verliezen, die voortvloeien uit verschillen tussen de vroegere actuariële hypothesen en de huidige ervaring of uit wijzigingen in de actuariële hypothesen, worden voor elke toegezegde-pensioenregeling afzonderlijk berekend. De opname gebeurt aan de hand van volgend principe: de actuariële winsten en verliezen die een vork van 10% overschrijden van de hoogste waarde van enerzijds de reële waarde van de fondsbeleggingen en anderzijds de contante waarde van de bruto verplichting uit hoofde van de toegezegde pensioenregelingen, worden opgenomen in de winst- en verliesrekening over de gemiddelde resterende dienstperiode van de werknemers die deelnemen aan de regeling.

Pensioenkosten m.b.t. verstreken diensttijd, die ontstaan uit wijzigingen aan de regeling, worden als een last opgenomen over de gemiddelde periode tot wanneer de vergoedingen onvoorwaardelijk worden toegezegd.

Lasten voor vervroegd pensioen

Vergoedingen voor vervroegde pensioenen in België worden behandeld als vergoedingen na uitdiensttreding van het toegezegde-pensioen type.

Op aandelen gebaseerde betalingen (Share-based payments)

Op aandelen gebaseerde betalingen aan werknemers en anderen die soortgelijke diensten verlenen, worden gewaardeerd aan de reële waarde (fair value) van de eigen vermogensinstrumenten op het moment van hun toekenning. De reële waarde (fair value) wordt bepaald aan de hand van een Black & Scholes model. Overige details over hoe de reële waarde van de op aandelen gebaseerde betalingen werden bepaald wordt verder in de toelichtingen beschreven.

De reële waarde (fair value) zoals bepaald op de datum van toekenning van de op aandelen gebaseerde betalingen worden in kosten genomen, waarbij deze kosten lineair worden gespreid over de wachtperiode (vesting period), dewelke gebaseerd is op de door de Groep verwachte looptijd waarover de aandelen zullen gevestigd worden.

Deze politiek wordt toegepast op alle op aandelen gebaseerde betalingen die werden toegekend na 07 november 2002 en die onvoorwaardelijk zijn geworden na 01 januari 2005. Geen enkel bedrag werd opgenomen in de financiële staten voor eventueel andere op aandelen gebaseerde betalingen.

Voorzieningen

Voorzieningen worden in de balans opgenomen wanneer de Groep een bestaande (in rechte afdwingbare of feitelijke) verplichting heeft ten gevolge van een gebeurtenis uit het verleden die waarschijnlijk zal leiden tot een toekomstige uitstroom van middelen en waarvan het bedrag op betrouwbare wijze kan bepaald worden.

Voorzieningen voor productwaarborgen worden opgenomen op de datum waarop de relevante goederen verkocht worden tegen de beste schatting van de uitgave die nodig is om de verplichting van de Groep af te wikkelen.

Voorzieningen voor reorganisatiekosten worden opgenomen indien de Groep over een gedetailleerd formeel plan voor de reorganisatie beschikt dat reeds voor de balansdatum werd meegedeeld aan de betrokken partijen.

Rentedragende financieringen

Rentedragende financieringen worden opgenomen tegen de ontvangen vergoedingen, verminderd met de opgelopen transactiekosten.

Financieringen worden vervolgens gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs aan de hand van de effectieve-rentemethode. Elk verschil tussen de vergoedingen (na aftrek van de transactiekosten) en de aflossingswaarde (met inbegrip van te betalen premies bij aflossing) wordt opgenomen in de winst- en verliesrekening over de periode van de financiering.

Niet-rentedragende verplichtingen

Handelsverplichtingen die niet-rentedragend zijn worden gewaardeerd aan hun kostprijs, wat overeenkomt met de reële waarde van het te betalen bedrag.

Afgeleide financiële instrumenten

Afgeleide financiële instrumenten worden als volgt verwerkt:

• Kasstroomindekking

Wijzigingen in de reële waarde van afgeleide financiële instrumenten waarvan is vastgesteld dat ze effectieve indekkingen zijn voor toekomstige kasstromen worden direct in het eigen vermogen opgenomen, terwijl het niet-effectieve deel van de winst of het verlies op het indekkingsinstrument in de winst- en verliesrekening wordt opgenomen. Indien de kasstroomindekking van een vaststaande toezegging of een zeer waarschijnlijke toekomstige transactie resulteert in de opname van een actief of een verplichting dan worden, op het ogenblik van de opname, de verbonden winsten en verliezen op het afgeleide instrument die voorheen in het eigen vermogen waren opgenomen, nu opgenomen in de initiële waardering van het actief of de verplichting. Voor indekkingen die niet resulteren in de opname van een actief of een verplichting, worden bedragen die waren uitgesteld in het eigen vermogen opgenomen in de winst- en verliesrekening over dezelfde periode waarin het afgedekte item de winst of het verlies beïnvloedt.

• Reële-waardeindekking

Een afgeleid instrument wordt opgenomen als een reëlewaardeindekking indien het instrument het risico afdekt van wijzigingen in de reële waarde van de opgenomen activa en verplichtingen. Derivaten opgenomen als reële-waardeindekkingen en afgedekte activa en verplichtingen worden opgenomen aan hun reële waarde. De overeenkomstige wijzigingen in de reële waarde worden opgenomen in de winst- en verliesrekening. Wijzigingen in de reële waarde van afgeleide financiële instrumenten die niet voldoen aan de voorwaarden voor indekkingstransacties worden opgenomen in de winst- en verliesrekening wanneer ze zich voordoen.

Hedge accounting wordt gestaakt wanneer het indekkingsinstrument afloopt, wordt verkocht, beëindigd of uitgeoefend of wanneer de indekking niet langer voldoet aan de criteria voor hedge accounting. In dat geval blijft de, direct in het eigen vermogen verwerkte, cumulatieve winst of verlies op het indekkingsinstrument, afzonderlijk in het eigen vermogen opgenomen tot de verwachte toekomstige transactie plaatsvindt. Indien een verwachte toekomstige transactie naar verwachting niet meer zal plaatsvinden, wordt de cumulatieve winst of het cumulatieve verlies, opgenomen in het eigen vermogen, getransfereerd naar de winsten verliesrekening over de periode.

II.1.4. Opbrengsten

Algemeen

Opbrengsten worden gewaardeerd aan de reële waarde van de ontvangen of te ontvangen vergoeding en vertegenwoordigen de te ontvangen bedragen met betrekking tot de verkoop van goederen en het verrichten van diensten over het normale verloop van de bedrijfsvoering, verminderd met kortingen, BTW en andere verkoopgerelateerde belastingen.

Opbrengsten van de verkoop van goederen worden opgenomen wanneer de goederen geleverd zijn en de eigendom is overgedragen, zodat aan alle volgende voorwaarden is voldaan:

  • de Groep heeft aan de koper de belangrijke risico's en eigendomsopbrengsten van de goederen overgedragen;
  • de Groep behoudt geen blijvende beleidsbetrokkenheid dat normaal geassocieerd wordt met eigendom, noch effectieve controle over de verkochte goederen;
  • het bedrag van de opbrengsten kan betrouwbaar bepaald worden;
  • het is mogelijk dat de economische voordelen geassocieerd met de transacties naar de Groep vloeien; en
  • de opgelopen, of op te lopen, kosten met betrekking tot de transactie betrouwbaar kunnen bepaald worden.

Rentebaten worden op een tijdsevenredige basis opgenomen, in functie van de uitstaande som en tegen de effectieve rentevoet die van toepassing is, met name de rentevoet die de verwachte toekomstige kasstromen verdisconteert naar de boekwaarde van de financiële activa over de verwachte gebruiksduur van dat actief. Dividenden worden opgenomen op het moment dat de aandeelhouder het recht heeft verkregen om de betaling te ontvangen.

Onderhanden projecten in opdracht van derden

Indien het resultaat van een onderhanden project in opdracht van derden betrouwbaar kan worden ingeschat, worden de opbrengsten en kosten opgenomen naar rato van het stadium van voltooiing van de projectactiviteiten op de balansdatum.

Dit wordt gewoonlijk bepaald door de verhouding van de tot dat moment in het kader van de verrichte prestaties gemaakte kosten tot de geschatte totale kosten van het project, behalve indien deze methode niet representatief zou zijn voor het stadium van voltooiing. Wijzigingen in projectwerk, claims en aanmoedigingspremies worden enkel opgenomen indien er een kans is dat deze zullen worden aanvaard door de klant and de bedragen betrouwbaar kunnen worden bepaald.

Als het resultaat van een onderhanden project in opdracht van derden niet betrouwbaar kan worden ingeschat, worden opbrengsten enkel opgenomen tot het bedrag van de gemaakte projectkosten, en waarbij deze mogelijk kunnen worden gerecupereerd. De projectkosten worden dan als last opgenomen in de periode waarin ze zijn gemaakt.

Als de totale projectkosten waarschijnlijk hoger zullen liggen dan de totale projectopbrengsten, worden de verwachte verliezen onmiddellijk als last opgenomen.

Overheidssubsidies

Overheidsubsidies worden niet opgenomen tot dat er een redelijke zekerheid is dat de Groep zal voldoen aan de hieraan verbonden voorwaarden en dat de subsidies zullen worden ontvangen. Overheidssubsidies met betrekking tot de opleiding van personeel worden als opbrengst opgenomen over de periodes die nodig zijn om ze te verbinden aan de betrokken lasten en worden in mindering gebracht van de verbonden uitgave.

Overheidssubsidies met betrekking tot materiële vaste activa worden verwerkt door de ontvangen subsidies in mindering te brengen van de boekwaarde van de betrokken activa. Dergelijke subsidies worden als opbrengst opgenomen over de gebruiksduur van de af te schrijven activa.

Winstbelastingen

Belastinglasten omvatten over de verslagperiode verschuldigde belastinglasten en uitgestelde belastinglasten.

De over de verslagperiode verschuldigde belastinglasten zijn gebaseerd op de belastbare winst over de periode. Belastbare winst verschilt van de nettowinst uit de winst- en verliesrekening, omdat ze bepaalde elementen van baten of lasten uitsluit die belastbaar of verrekenbaar zijn in andere jaren of die nooit belastbaar of verrekenbaar zullen worden. De actuele belastingverplichting wordt berekend op basis van de belastingtarieven waarvan het wetgevingsproces (materieel) is afgesloten op de balansdatum.

Uitgestelde belastingen zijn de belastingen, waarvan men verwacht ze te moeten betalen of terug te vorderen, op verschillen tussen de boekwaarde van activa of verplichtingen in de jaarrekening en hun fiscale basis gebruikt voor de berekening van de belastbare winst. Ze worden verwerkt aan de hand van de 'balance sheet liability'-methode. Uitgestelde belastingverplichtingen worden meestal opgenomen voor alle belastbare tijdelijke verschillen en uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen, in zoverre het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee het verrekenbare tijdelijke verschil kan worden verrekend. Dergelijke activa en verplichtingen worden niet opgenomen indien de tijdelijke verschillen voortvloeien uit goodwill of uit de eerste opname (behalve in het kader van een bedrijfscombinatie) van andere activa en verplichtingen in een transactie die geen invloed heeft op de fiscale winst of op de winst vóór belasting.

Uitgestelde belastingverplichtingen worden opgenomen voor belastbare tijdelijke verschillen die verband houden met investeringen in dochterondernemingen, geassocieerde deelnemingen en deelnemingen verwerkt volgens de equity-methode, tenzij de Groep het tijdstip kan bepalen waarop het tijdelijke verschil wordt afgewikkeld of indien het waarschijnlijk is dat het tijdelijke verschil in de nabije toekomst niet zal worden afgewikkeld.

De boekwaarde van de uitgestelde belastingvorderingen wordt beoordeeld op minstens elke balansdatum en verlaagd in zoverre het niet langer waarschijnlijk is dat voldoende fiscale winst beschikbaar zal zijn om het mogelijk te maken het voordeel van die uitgestelde belastingvordering geheel of gedeeltelijk aan te wenden.

Uitgestelde belastingen worden gewaardeerd op basis van de belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn in de periode waarin de vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld. Uitgestelde belastingen worden als baten of lasten opgenomen in de winst of het verlies over de periode, tenzij de belasting voortvloeit uit een transactie of gebeurtenis die direct in het eigen vermogen is opgenomen. In dat geval wordt ook de uitgestelde belasting verwerkt in het eigen vermogen.

II.1.5. Kritische boekhoudkundige beoordelingen en belangrijkste bronnen van onzekerheid

De opstelling van de jaarrekeningen in overeenstemming met IFRS vereist de nodige schattingen en beoordelingen door het management. Het management baseert haar schattingen op historische ervaring en andere redelijke beoordelingselementen. Deze worden periodiek herzien en de effecten van zulke herzieningen worden opgenomen in de jaarrekening van de desbetreffende periode. Ook toekomstige gebeurtenissen die een financiële impact kunnen hebben op de Groep zijn hierin begrepen.

De geschatte resultaten van zulke mogelijke toekomstige gebeurtenissen kunnen dan ook afwijken van de reële toekomstige impact op de resultaten. Beoordelingen en schattingen werden onder andere gemaakt bij:

  • De bijzondere waardeverminderingen op vaste activa, inclusief Goodwill.
  • De bepaling van voorzieningen voor herstructureringen, voorwaardelijke verplichtingen en overige risico's.
  • De bepaling van voorzieningen voor oninbare vorderingen.
  • De bepaling van waardeverminderingen op voorraden.
  • De waardering van voorzieningen voor personeelsvoordelen.
  • De recupereerbaarheid van uitgestelde belastingsactiva.

Het kan niet uitgesloten worden dat toekomstige herzieningen van deze inschattingen en beoordelingen tijdens de volgende boekjaren een aanpassing in de waarde van de activa en passiva zouden kunnen veroorzaken.

II.1.5.1. Bijzondere waardeverminderingen op Goodwill, Immateriële en Materiële vaste activa

De goodwill, de immateriële en materiële vaste activa worden onderworpen aan een onderzoek op bijzondere waardevermindering. Zulk onderzoek wordt jaarlijks uitgevoerd, of frequenter, wanneer er indicaties zijn dat deze posten een bijzondere waardevermindering dienen te ondergaan (zie toelichting II.5.1., II.5.2. en II.5.3.).

De boekwaarde van de activa die weerhouden werden voor onderzoek naar bijzondere waardeverminderingen vertegenwoordigt ongeveer 38,5% van de totale goodwill, 28,7% van de totale materiële vaste activa en 30,8% van de totale immateriële vaste activa. De onderzochte activa hebben betrekking op de Soepelschuim-activiteiten in het Verenigd Koninkrijk en in Spanje, alsook op de Automobiel-activiteiten van de Groep.

De meest relevante resultaten van deze onderzoeken worden hierna besproken.

Boekwaarde in duizend EUR
Groep Recticel SOEPELSCHUIM AUTOMOBIEL TOTAAL
Verenigd Koninkrijk Spanje Andere Interiors Zetelkussens Proseat
Goodwill 4 388 0 539 0 8 977 13 904
Overige immateriële vaste activa 327 155 0 1 451 1 944 3 877
Materiële vaste activa 4 995 10 643 1 367 41 672 16 092 74 769
Totaal 9 710 10 798 1 906 43 123 27 013 92 550
Bijzondere
waardeverminderingen
0 0 (1 906) (3 243) (111) (5 260)
Netto boekwaarde 9 710 10 798 0 39 880 26 902 87 290

Opmerking : Het werkkapitaal is niet opgenomen in de analyse.

Voor het onderzoek op bijzondere waardevermindering van de balansposten in bovenstaande tabel werden bepaalde veronderstellingen gemaakt. Het recupereerbare bedrag van de totale "cash generating unit" ("CGU") wordt bepaald op basis van de bedrijfswaarde.

Op basis van dit onderzoek en de genomen bedrijfsbeslissingen (in het bijzonder de sluiting van een aantal fabrieken (Automobiel en Soepelschuim)), werd besloten tot bijzondere waardeverminderingen voor een totaal bedrag van EUR 5,3 miljoen (zie tabel hierboven).

Bij de bepaling van de verwachte toekomstige kasstromen, houdt de Groep rekening met voorzichtige, doch realistische, veronderstellingen met betrekking tot haar markten, haar omzet, grondstofprijzen, de impact van vorige herstructureringen en bruto marges, dewelke alle gebaseerd zijn op (i) vroegere ervaringen van het management en/of (ii) dewelke in lijn liggen met betrouwbare externe informatiebronnen. Voor de toekomst is het niet uitgesloten dat een herinschatting van de assumpties en van de marktanalyse als gevolg van wijzigingen in de economische omgeving zou kunnen leiden tot de erkenning van bijkomende bijzondere waardeverminderingen.

Voor de verdiscontering van de toekomstige cash flows, wordt een globale disconteringsvoet van 8% gehanteerd voor alle CGUs van de Group. Deze disconteringsvoet is gebaseerd op een gewogen gemiddelde kapitaalkost op basis van de huidige marktverwachtingen inzake de tijdswaarde van geld en de risico's voor dewelke toekomstige kasstromen dienen aangepast te worden.

II.1.5.1.1. Soepelschuim

II.1.5.1.1. 1. Belangrijke veronderstellingen

Kasstromen:

Voor de CGU "Soepelschuim – Verenigd Koninkrijk" worden de voorspellingen van de bedrijfswaarden gebaseerd op budgetten en financiële plannen over een periode van drie jaar. Na deze periode van 3 jaar werd een perpetuïteit, zonder groeivoet, in aanmerking genomen. 2011 was een moeilijk jaar omwille van moeilijkheden in de sector en de verhoging van de grondstofprijzen, die niet volledig konden worden doorgerekend in de verkoopsprijzen. Een aanzienlijk herstructureringsplan werd in 2011 opgestart waarvan de uitvoering wordt gepland over een periode van 3 jaar tot 2014. De sluiting van de 'Carobel' fabriek in 2H/2011 was de eerste fase. Het management verwacht na de herstructurering een gevoelige verbetering van de resultaten als gevolg van betere industriële prestaties en hogere bruto marges.

Voor de CGU "Soepelschuim – Spanje" worden de voorspellingen van de bedrijfswaarden eveneens gebaseerd op budgetten en financiële plannen over een periode van drie jaar. Na deze periode van 3 jaar werd een perpetuïteit, zonder groeivoet, in aanmerking genomen. Een afslanking van het personeelsbestand en de beperking van het aantal fabrieken moeten Spanje in 2014 opnieuw winstgevend maken. De bedrijfswaarde is met andere woorden in belangrijke mate afhankelijk van de succesvolle implementatie van het businessplan. De toekomstige kasstromen houden bijgevolg rekening met het business plan over de periode 2012-2015 en met een perpetuïteit die gebaseerd is op een verwachte operationele cash flow in 2015, zonder groeivoet.

Onder de hoofding "Soepelschuim – Andere", hebben de bijzondere waardeverminderingen van EUR –1,9 miljoen betrekking op een ongebruikte machine in Turkije.

Disconteringsvoet:

De gehanteerde disconteringsvoet bedraagt 8% en is gebaseerd op een gewogen gemiddelde kapitaalkost (WACC) op basis van de huidige marktverwachtingen inzake de tijdswaarde van geld en de risico's voor dewelke toekomstige kasstromen dienen aangepast te worden. Op basis van deze disconteringsvoet bedraagt de bedrijfswaarde van de CGU "Soepelschuim - Verenigd Koninkrijk" 2,1 maal de netto boekwaarde. Bij deze disconteringsvoet bedraagt de bedrijfswaarde van de CGU "Soepelschuim - Spanje" 1,8 maal de netto boekwaarde.

II.1.5.1.1. 2. Sensitiviteitsanalyse

Een sensitiviteitsanalyse werd uitgevoerd om de impact van een wijziging van de gehanteerde disconteringsvoet op de uitkomst van de bijzondere waardeverminderingstest te meten:

  • de bedrijfswaarde van de CGU "Soepelschuim Verenigd Koninkrijk" – verdisconteerd aan 9% bedraagt nog steeds 1,9 maal de boekwaarde, en
  • de bedrijfswaarde van de CGU "Soepelschuim Spanje" verdisconteerd aan 9% bedraagt nog 1,6 maal de boekwaarde.

II.1.5.1.2. Automobiel

II.1.5.1.2.1. Belangrijke veronderstellingen

Kasstromen:

Voor de CGU "Interiors" worden de voorspellingen van de bedrijfswaarde gebaseerd op het budget en de financiële plannen voor de looptijd van elk project/model in combinatie met een globale visie over de totale capaciteitsbenutting. Als gevolg van de economische crisis van 2009 dat vooral de "Interiors"-divisie trof, steeg de rendabiliteit aanzienlijk in 2010 en 2011 als gevolg van de herstructureringen en overige efficiëntieprogramma's. Projectgerelateerde activa worden afgeschreven over de productielooptijd van het project. Bijgevolg zullen, aan het einde van de projecttermijn, deze activa geen residuele boek waarde meer hebben.

De CGU "Interiors" hanteert ook een projectbenadering waardoor waardeverminderingen geboekt worden op materiële en immateriële vaste activa wanneer:

  • Een project onvoldoende kasstromen genereert om de afschrijvingen te dekken van materiële en immateriële vaste activa die toegewezen werden aan het project,
  • Voor bepaalde activa die voor december 2012 zullen beschikbaar komen, werd nog geen herbestemming bepaald. De ervaring leert dat nieuwe projecten ongeveer 2 jaar op voorhand worden toegewezen. Bijgevolg, werd ervan uitgegaan dat de residuele boekwaarde van activa die beschikbaar zullen komen voor december 2012, en waarvoor nog geen herbestemming bepaald werd, volledig dient afgeschreven te worden.

Deze benadering heeft geleid tot een bijzondere waardevermindering in 2011 van EUR 3,2 miljoen.

"Proseat" wordt beschouwd als één CGU. Gebaseerd op het recurrente business model van deze activiteit, werd voor de bijzondere waardeverminderingsanalyse de perpetuele methode gehanteerd. De voorspellingen en het business plan 2012 werden aangepast aan de meeste recent beschikbare informatie wat programma's en volumes betreft. Het plan voor de periode 2013-2017 werd opgesteld op basis van beschikbare informatie over de toekomstige programma's en de rendabiliteit van de huidige programma's. Het plan 2017 diende als basis voor de bepaling van een perpetuïteit zonder groeivoet. De chemische grondstofprijzen werden aangepast voor alle jaren op basis van de huidige grondstofprijzen en de verwachtingen van het management.

Disconteringsvoet:

De gehanteerde disconteringsvoet bedraagt 8% en is gebaseerd op een gewogen gemiddelde kapitaalkost op basis van de huidige marktverwachtingen inzake de tijdswaarde van geld en de risico's voor dewelke toekomstige kasstromen dienen aangepast te worden. Op basis van deze disconteringsvoet bedraagt de bedrijfswaarde van de CGU 'Proseat' 1,8 maal de netto boekwaarde.

II.1.5.1.2.2. Sensitiviteitsanalyse

Met betrekking tot de CGU "Interiors", zou een stijging van de disconteringsvoet tot 9% geen aanleiding geven tot een bijkomende waardevermindering.

Met betrekking tot de CGU "Proseat", zou een stijging van de disconteringsvoet tot 9% een bedrijfswaarde van de CGU "Proseat" geven van 1,6 maal de boekwaarde. Zonder groeivoet bij de bepaling van de perpetuele waarde, en mits inachtname van een disconteringsvoet van 8%, zou de bedrijfswaarde van de CGU 'Proseat' nog steeds 1,7 maal de netto boekwaarde van de vaste activa bedragen.

II.1.5.2. Voorzieningen voor toegezegde-pensioenregelingen

Voorzieningen met betrekking tot toegezegde-pensioenregelingen worden opgenomen in de balans in overeenstemming met de waarderingsregels (IAS 19). Het bedrag dat in de balans wordt opgenomen is gebaseerd op actuariële berekeningen waarva het resultaat bepaald wordt door een aantal veronderstellingen zoals beschreven in toelichting II.5.17. Deze actuariële veronderstellingen worden regelmatig herzien en waar nodig aangepast.

II.1.5.3. Uitgestelde belastingen

Uitgestelde belastingsactiva worden erkend voor de nietgebruikte overgedragen fiscale verliezen en niet-gebruikte belastingskredieten, in de mate dat verwacht wordt dat er toekomstige belastbare winsten zullen beschikbaar zijn tegen dewelke deze niet-gebruikte overgedragen fiscale verliezen en niet-gebruikte belastingskredieten kunnen gebruikt worden. Hiervoor baseert het management zijn oordeel op elementen zoals lange-termijn strategie en opportuniteiten inzake belastingsplanning (zie toelichting II.4.5.)

II.2. Wijzigingen in de consolidatiekring

In 2011 vonden de volgende wijzigingen plaats in de consolidatiekring van de Groep:

  • Met ingang van 01 juli 2011 wordt de dochteronderneming Enipur b.v. (Nederland) integraal geconsolideerd (voorheen 50% volgens de proportionele consolidatiemethode).
  • Op 01 juli 2011 werd Recticel GuKoTech GmbH verkocht.

Om de financiële gegevens van 2011 te kunnen vergelijken met deze van 2010, moet tevens rekening gehouden worden met de volgende wijziging in 2010:

– Met ingang van 01 juli 2010 verkocht de Groep haar "lattenbodem"-activiteiten (Slaapcomfort) in Masevaux (Frankrijk)

De geconsolideerde bedrijfsopbrengsten stegen met EUR 29,7 miljoen (+ 2,2%) tot EUR 1.378,1 miljoen.

Bij gelijke perimeter en bij ongewijzigde wisselkoersen zou de omzet met 2,12% (EUR +28,6 miljoen) toegenomen zijn. De wijzigingen in consolidatiekring resulteerde in een netto daling van de omzet met EUR 1,2 miljoen (-0,09%). Wisselkoerseffecten hadden een positieve impact van EUR 2,4 miljoen (+0,17%).

II.3. Bedrijfs- en geografische segmenten

II.3.1. Bedrijfssegmenten

De Groep heeft IFRS 8 opgenomen met effect vanaf 1 januari 2009. IFRS 8 vereist dat de operationele bedrijfssegmenten worden geïdentificeerd op basis van de interne rapporteringsstructuur van de Groep, dat een regelmatige beoordeling van de prestaties toelaat door de operationele verantwoordelijken alsook een adequate allocatie van de nodige werkingsmiddelen aan elk segment. De identificatie van de rapporteerbare segmenten van de Groep werd niet gewijzigd ingevolge de opname van IFRS 8. De aan de operationele verantwoordelijken gerapporteerde informatie, met het oog op de toewijzing van werkingsmiddelen en de beoordeling van de segmentprestaties, concentreert zich voornamelijk op de Bedrijfsopbrengsten, EBITDA, EBIT, Capital Employed en Operationele Cash Flow per segment. De hoofdsegmenten zijn: Soepelschuim, Slaapcomfort, Isolatie, Automobiel, en Corporate. Voor meer informatie over de sectoren wordt verwezen naar het eerste deel van dit jaarverslag. Segmentinformatie wordt hierna weergegeven. De inter-segment verkopen gebeuren aan de algemeen geldende marktvoorwaarden.

Resultatenrekening voor de verslagperiode 2011

in duizend EUR
Groep Recticel SOEPELSCHUIM SLAAPCOM
FORT
AUTOMOBIEL ISOLATIE ELIMINATIES GECONSOLI
DEERD
BEDRIJFSOPBRENGSTEN
Externe opbrengsten 539 187 291 569 324 324 223 042 1 378 122
Inter-segment opbrengsten 56 974 582 480 34 (58 070) 0
Totale opbrengsten 596 161 292 151 324 804 223 076 (58 070) 1 378 122
BEDRIJFSRESULTAAT (EBIT)
Segmentwinst of -verlies 7 488 10 917 2 755 35 840 0 57 000
Niet-toegewezen bedrijfslasten (1) (14 965)
EBIT 7 488 10 917 2 755 35 840 0 42 035
Financieel resultaat (16 684)
Winst of verlies van de periode voor belastingen 25 351
Belastingen op de winst of het verlies (7 933)
Winst of verlies van de periode na belastingen 17 418
toerekenbaar aan minderheidsbelangen 0
toerekenbaar aan de Groep 17 418

(1) Bevat voornamelijk kosten van het hoofdkantoor (EUR 12,0 miljoen) (2010: EUR 14,5 miljoen)) en kosten van onderzoek en ontwikkeling (Corporate Programme) (EUR 3,0 miljoen (2010: EUR 3,3 miljoen)).

Overige informatie 2011

in duizend EUR
Groep Recticel SOEPELSCHUIM SLAAPCOMFORT AUTOMOBIEL ISOLATIE CORPORATE GECONSOLIDEERD
Afschrijvingen en waardeverminderingen 13 228 5 725 18 269 3 594 688 41 504
Bijzondere waardeverminderingsverliezen
(-terugnames) opgenomen in de winst of het verlies
1 906 0 3 354 0 0 5 260
EBITDA 22 622 16 642 24 378 39 434 (14 277) 88 799
Investeringen 12 068 1 963 6 988 9 041 3 281 33 340

Bijzondere waardevermindering

In 2011 werden in hoofdzaak bijzondere waardeverminderingen erkend op een aantal materiële vaste activa in Tsjechië (Automobiel – Interiors) en Turkije (Soepelschuim).

De Raad van Bestuur heeft de boekwaarde van (i) de immateriële activa, (ii) de goodwill en (iii) de materiële vaste activa, alsook de gehanteerde assumpties voor de bijzondere waardeverminderingstest (zie sectie II.1.5.) bestudeerd en geëvalueerd. Op basis

Balans per 31 december 2011

daarvan heeft ze beslist dat er, naast de hierboven vernoemde gevallen, geen bijkomende bijzondere waardeverminderingen nodig zijn in 2011.

Deze beoordeling kan mogelijk worden herzien in de toekomst, mochten er indicaties komen dat de toekomstige kasstroomgeneratie negatief zou beïnvloed worden als gevolg van nieuwe ontwikkelingen.

in duizend EUR
Groep Recticel SOEPELSCHUIM SLAAPCOMFORT AUTOMOBIEL ISOLATIE CORPORATE GECONSOLIDEERD
ACTIVA
Segmentactiva 320 578 100 984 170 360 102 133 (119 500) 574 555
Geassocieerde deelnemingen 13 436 0 0 (479) 0 12 957
Niet toegewezen activa 140 612
Totaal geconsolideerde activa 728 124
PASSIVA
Segmentverplichtingen 135 982 51 003 73 529 47 519 (119 500) 188 533
Niet toegewezen verplichtingen 290 797
Totaal geconsolideerde passiva
(zonder eigen vermogen)
479 330

De niet toegewezen activa (EUR 140,6 miljoen) omvatten hoofdzakelijk de volgende elementen:

  • Overige vorderingen voor EUR 10,1 miljoen
  • Uitgestelde belastingen voor EUR 50,3 miljoen
  • Geldmiddelen en kasequivalenten voor EUR 54,6 miljoen.

De niet toegewezen verplichtingen (EUR 290,8 miljoen) (zonder eigen middelen) omvatten voornamelijk de volgende elementen: - Voorzieningen voor EUR 66,8 miljoen

  • Rentedragende financiële verplichtingen voor EUR 204,8 miljoen.

Resultatenrekening voor de verslagperiode 2010

in duizend EUR
Groep Recticel SOEPELSCHUIM SLAAPCOMFORT AUTOMOBIEL ISOLATIE ELIMINATIES GECONSOLIDEERD
BEDRIJFSOPBRENGSTEN
Externe opbrengsten 543 973 292 679 324 416 187 362 0 1 348 430
Inter-segment opbrengsten 58 754 604 478 56 (59 892) 0
Totale opbrengsten 602 727 293 283 324 894 187 418 (59 892) 1 348 430
BEDRIJFSRESULTAAT (EBIT)
Segmentwinst of -verlies 1 211 11 485 1 560 32 144 0 46 400
Niet-toegewezen bedrijfslasten (1) (18 786)
EBIT 1 211 11 485 1 560 32 144 0 27 614
Financieel resultaat (17 095)
Winst of verlies van de periode voor belastingen 10 519
Belastingen op de winst of het verlies 4 108
Winst of verlies van de periode na belastingen 14 627
toerekenbaar aan minderheidsbelangen (188)
toerekenbaar aan de Groep 14 439

(1) De externe opbrengsten en bedrijfresultaat (EBIT) dewelke onder Automobiel (Interiors) worden gerapporteerd omvatten een compensatie, in relatie met de Amerikaanse activiteiten in 2009, ten belope van USD 5,7 miljoen. Deze compensatie werd bekomen via een overeenkomst, als gevolg van dewelke twee Amerikaanse dochterondernemingen in april 2010 niet langer onder de Chapter 11-bescherming vielen.

(2) Bevat voornamelijk kosten van het hoofdkantoor (EUR 14,5 miljoen) (2009: EUR 14,3 miljoen)) en kosten van onderzoek en ontwikkeling (Corporate Programme) (EUR 3,3 miljoen (2009: EUR 3,2 miljoen)).

Overige informatie 2010

in duizend EUR
Groep Recticel SOEPELSCHUIM SLAAPCOMFORT AUTOMOBIEL ISOLATIE CORPORATE GECONSOLIDEERD
Afschrijvingen en waardeverminderingen 14 894 5 695 20 695 3 354 483 45 121
Bijzondere waardeverminderingsverliezen
(-terugnames) opgenomen in de winst of het
verlies
6 106 93 4 601 0 0 10 800
EBITDA 22 211 17 273 26 856 35 498 (18 303) 83 535
Investeringen 10 346 4 002 11 239 6 677 2 910 35 174

Bijzondere waardevermindering

In 2010 werden in hoofdzaak bijzondere waardeverminderingen erkend op een aantal materiële vaste activa in Duitsland (Automobiel – Interiors), Spanje (Soepelschuim) en België (Automobiel – Zetelkussens (Proseat)).

De Raad van Bestuur heeft de boekwaarde van (i) de immateriële activa, (ii) de goodwill en (iii) de materiële vaste activa, alsook de gehanteerde assumpties voor de bijzondere waardeverminderingstest (zie sectie II.1.5.) bestudeerd en geëvalueerd. Op basis daarvan heeft ze beslist dat er, naast de hierboven vernoemde gevallen, geen bijkomende bijzondere waardeverminderingen nodig zijn in 2010.

Balans per 31 december 2010

in duizend EUR
Groep Recticel SOEPELSCHUIM SLAAPCOMFORT AUTOMOBIEL ISOLATIE CORPORATE GECONSOLIDEERD
ACTIVA
Segmentactiva 321 582 94 240 206 268 78 780 (115 371) 585 499
Geassocieerde deelnemingen 13 093 0 2 837 (479) 0 15 451
Niet toegewezen activa 176 504
Totaal geconsolideerde activa 777 454
PASSIVA
Segmentverplichtingen 138 831 53 791 97 411 37 713 (115 371) 212 375
Niet toegewezen verplichtingen 323 411
Totaal geconsolideerde passiva
(zonder eigen vermogen)
535 786

De niet toegewezen activa (EUR 176.5 miljoen) omvatten de volgende elementen:

  • Overige vorderingen voor EUR 60,2 miljoen

  • Uitgestelde belastingen voor EUR 55,7 miljoen

  • Geldmiddelen en kasequivalenten voor EUR 51,6 miljoen.

De niet toegewezen verplichtingen (EUR 323,4 miljoen) (buiten Eigen Middelen) omvatten voornamelijk de volgende elementen:

  • Voorzieningen voor EUR 86,6 miljoen

  • Rentedragende financiële verplichtingen voor EUR 220,3 miljoen.

Niet-terugkerende elementen in het bedrijfsresultaat per segment

in duizend EUR
Groep Recticel SOEPELSCHUIM SLAAPCOMFORT AUTOMOBIEL ISOLATIE NIET-TOEGEWEZEN GECONSOLIDEERD
2011
Bijzondere waardeverminderingen (1 906) 0 (3 354) 0 0 (5 260)
Reorganisatielasten (233) 344 (221) 0 (492) (602)
Verlies op de liquidatie of vervreemding van
financiële activa
(115) 0 (38) 0 0 (153)
Winst op de vervreemding van financiële activa 50 0 0 0 0 50
Waardevermeerdering op vastgoedbelegging 0 0 0 0 2 800 2 800
Overige (683) (605) (631) 0 0 (1 919)
TOTAAL (2 886) (261) (4 244) 0 2 308 (5 083)
2010
Bijzondere waardeverminderingen (6 106) (94) (4 600) 0 0 (10 800)
Reorganisatielasten (6 735) (1 585) (11 445) 0 0 (19 765)
Verlies op de liquidatie of vervreemding van
financiële activa
(289) (1 107) 0 0 (2 145) (3 541)
Winst op de vervreemding van financiële activa 1 587 0 0 0 0 1 587
Overige (2 987) (362) 4 563 0 (5) 1 209
TOTAAL (14 530) (3 148) (11 482) 0 (2 150) (31 310)

II.3.2. Geografische informatie

De activiteiten van de Groep vinden voornamelijk plaats in de Europese Unie. De volgende tabel analyseert de verkopen en de vaste activa van de Groep naar de geografische markt.

Bedrijfsopbrengsten (per regio van productie)

in duizend EUR
Groep Recticel 2011 2010
België 160 372 149 990
Frankrijk 151 903 146 126
Duitsland 312 247 317 579
Overige EU landen 594 031 581 069
Europese Unie 1 218 553 1 194 764
Overige 159 569 153 666
Totaal 1 378 122 1 348 430

Afhankelijkheid van grote klanten: de Groep heeft geen belangrijke klanten die meer dan 10% van de totale externe inkomsten vertegenwoordigen.

Immateriële activa – materiële vaste activa & vastgoedbeleggingen

in duizend EUR
TOEVOEGINGEN, INCLUSIEF EIGEN PRODUCTIE
Groep Recticel 31 Dec 2011 31 Dec 2010 2011 2010
België 70 814 66 276 10 779 10 828
Duitsland 49 174 53 284 6 144 9 616
Overige EU landen 138 510 151 135 15 143 13 642
Europese Unie 258 498 270 695 32 066 34 086
Overige 12 760 14 487 1 274 1 088
Totaal 271 258 285 182 33 340 35 174

II.4. Winst- en verliesrekening

II.4.1. Overige bedrijfsopbrengsten en -lasten

in duizend EUR
Groep Recticel 2011 2010
Overige bedrijfsopbrengsten 17 430 69 270
Overige bedrijfslasten (9 067) (79 345)
TOTAAL 8 363 (10 075)
Reorganisatielasten (1 849) (19 765)
Winst (verlies) op vervreemdingen materiële en immateriële vaste activa 2 390 1 066
Winst (verlies) op vervreemdingen financiële vaste activa (93) (2 261)
Waardevermeerderingen 4 094 0
Overige 3 820 10 885
TOTAAL 8 363 (10 075)

Reorganisatielasten

In de loop van 2011 werden in verschillende locaties reorganisaties doorgevoerd of werden de intenties bekend gemaakt om reorganisaties door te voeren in een aantal vestigingen. De netto reorganisatielasten zijn samengesteld uit (i) nieuwe voorzieningen voor herstructureringen en verlieslatende contracten (EUR 3,0 miljoen), (ii) de terugname van voorheen aangelegde voorzieningen voor herstructureringen en verlieslatende contracten (EUR 2,9 miljoen) en (iii) het gebruik in cash van bestaande voorzieningen voor herstructureringen en verlieslatende contracten (EUR 17,3 miljoen). De herstructureringslasten hebben in hoofdzaak betrekking op de Soepelschuim-activiteiten in Spanje en België (gebruik van herstructureringsvoorzieningen aangelegd in 2010), gecompenseerd door nieuwe herstructureringslasten in Finland, Nederland en het Verenigd Koninkrijk. In Automobiel werden nieuwe voorzieningen aangelegd in:

  • (i) Zetelkussens (Proseat): in Frankrijk, Duitsland en Spanje, en
  • (ii) Interiors: in de VSA en Duitsland, gecompenseerd door een terugname van overtollige voorzieningen in België.

In de loop van 2010 werden verscheidene reorganisaties doorgevoerd of werden de intenties bekend gemaakt om reorganisaties door te voeren in een aantal vestigingen. De belangrijkste herstructureringen aangekondigd in 2010 hebben betrekking op Spanje en Scandinavië (Soepelschuim; EUR –6,7 miljoen), op Duitsland en de VS (Automobiel (Interiors; EUR –6,6 miljoen)), op België (Automobiel – Zetelkussens (Proseat); EUR – 4,8 miljoen) en op Duitsland en Zwitserland (Slaapcomfort; EUR –1,6 miljoen).

Winst (verlies) op vervreemding immateriële en materiële vaste activa

In 2011 had deze rubriek betrekking op een meerwaarde op de verkoop van: (i) een kantoorgebouw in Zwitserland (Slaapcomfort) (EUR 1,3 miljoen), (ii) een industrieel gebouw in Nederland (EUR 0,7 miljoen), (iii) grond in België (EUR 0,2 miljoen) en grond in Polen (EUR 0,2 miljoen).

De herstructurering van bepaalde activiteiten in 2009 and 2010, leidde tot de verkoop van een aantal vaste activa die niet meer operationeel waren. Deze verkopen leidden tot de herkenning van een netto meerwaarde van EUR 1,1 miljoen.

Winst (verlies) op vervreemding financiële vaste activa

In 2011 had deze rubriek voornamelijk betrekking op (i) de resterende liquidatielasten voor LeBed SAS en (ii) een verlies op de verkoop van Epeda Werke GmbH aan Cofel (Slaapcomfort – Frankrijk).

In 2010 had deze post betrekking op (i) de verkoop van de activiteiten van Lebed SAS via "asset deal" (EUR –0,7 miljoen) (Slaapcomfort - Frankrijk), (ii) de impact (EUR -2,1 miljoen) van de liquidatie van RUS Inc. (USA holding), (iii) de verwerving (EUR -0,3 miljoen) van een minderheidsbelang in de joint venture JR Interiors GmbH & Co.KG (Automobiel - Duitsland), (iv) de terugname van een voorziening (EUR +1,6 miljoen) in verband met de verkoop van Corpura BV (Soepelschuim) gerealiseerd in 2009, (v) de liquidatie impact (EUR -0,5 miljoen) op Lebed SAS (Slaapcomfort Frankrijk) en op Transfoam (EUR -0,1 miljoen) (Soepelschuim - Spanje). en (vi) de verkoop (EUR -0,2 miljoen) van het belang in Wenfoam (Soepelschuim - Estland).

Waardevermeerderingen

In 2011 hebben de waardevermeerderingen betrekking op de waarde-aanpassing op vastgoedbeleggingen in België (EUR 2,8 miljoen) en op de gerealiseerde meerwaarde op een financiële investering in Luxemburg (EUR 1,3 miljoen).

Overige

In 2011, wordt de lijn "Overige" hoofdzakelijk verklaard door:

  • (i) de impact van de liquidatie van de activiteiten van Proseat (Automobiel - Zetelkussens) in Rusland (EUR -0,6 miljoen)
  • (ii) bijkomende juridische kosten (EUR –1,1 miljoen) in verband met het lopende antitrustonderzoek van de EC (Soepelschuim) en met het onderzoek van het Bundeskartellambt in Duitsland (Slaapcomfort)
  • (iii) subsidies voor onderzoek en ontwikkeling in Soepelschuim in Frankrijk (EUR +0,7 miljoen)
  • (iv) schadevergoeding van verzekeringsmaatschappijen (EUR +0,6 miljoen)
  • (v) de terugname van voorzieningen voor kortingen in Slaapcomfort (EUR +1,3 miljoen)
  • (vi) de terugname van een provisie voor pensioenverplichtingen (EUR 2,3 miljoen)
  • (vii) de doorfacturatie van diensten, goederen en huurinkomsten (EUR +0,3 miljoen)
  • (viii) compensaties voor verschillende projecten die vroegtijdig beëindigd werden (EUR +0,3 miljoen)

In 2010, wordt de lijn "Overige" hoofdzakelijk verklaard door:

  • (i) de terugname van een provisie (EUR +4,4 miljoen) inzake de contractuele verkoopsverplichtingen tegenover BASF in verband met de verkochte klantenportefeuille (cfr 'Automobiel – 'Exteriors' verkoop eind 2008)
  • (ii) de terugname van voorzieningen voor kortingen in Slaapcomfort (EUR +2.9 miljoen)
  • (iii) juridische kosten (EUR –1.9 miljoen) in verband met het antitrust onderzoek van de EC
  • (iv) verlies van een 'vooruitbetalingsgarantie' betaald voor de aankoop van een terrein in Alzhira (Spanje) (EUR –0,7 miljoen) (Soepelschuim), wat inmiddels werd stopgezet
  • (v) compensaties voor verschillende projecten die vroegtijdig beëindigd werden door de klant (EUR +1,1 miljoen) in Automobiel – Interiors (Duitsland)

  • (vi) opbrengsten uit het ontwikkelingsproject voor Saab (Automobiel - Interiors (Duitsland) (EUR +1,5 miljoen)

  • (vii) de regularisatie van de "taxe professionnelle" in Frankrijk (EUR +0,7 miljoen)
  • (viii)de terugname van een provisie voor pensioenverplichtingen in verband met de Splifar-GMS (Automobiel) transactie van 2009 (EUR 0,5 miljoen)
  • (ix) een bijkomende provisie voor milieurisico's in Tertre (België) (EUR –0,5 miljoen)
  • (x) de terugname van een overschot aan voorzieningen voor juridische kosten (EUR +0,5 miljoen) inzake Chapter 11 RINA (Automobiel – Interiors in de VS)
  • (xi) de doorfacturatie van diensten, goederen en huurinkomsten (EUR +1,4 miljoen)

II.4.2. Bedrijfresultaat (EBIT)

in duizend EUR
Groep Recticel 2011 2010
Bedrijfsopbrengsten 1 378 122 100% 1 348 430 100%
Aankopen en voorraadwijzigingen (741 353) -53,8% (698 436) -51,8%
Overige goederen en diensten (243 465) -17,7% (242 042) -17,9%
Personeelslasten (333 505) -24,2% (334 053) -24,8%
Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen van vaste activa (40 455) -2,9% (43 964) -3,3%
Bijzondere waardeverminderingen op vaste activa (5 260) -0,4% (10 800) -0,8%
Waardeverminderingen op voorraden en vorderingen 328 0,0% (59) 0,0%
Overige waardeverminderingen (1 049) -0,1% (1 157) -0,1%
Voorzieningen 1 239 0,1% (15 661) -1,2%
Waardevermeerderingen/(-verminderingen) op deelnemingen 23 0,0% 286 0,0%
Waardevermeerdering op vastgoedbeleggingen 2 800 0,2% 0 0,0%
Gerealiseerde meerwaarde op financiële investering 1 293 0,1% 0 0,0%
Overige inkomsten en uitgaven 21 982 1,6% 22 971 1,7%
Winst of (verlies) van entiteiten waarop de equity-methode wordt toegepast 1 741 0,1% 935 0,1%
Winst of (verlies) van deelnemingen beschikbaar voor verkoop (406) 0,0% 1 164 0,1%
Bedrijfresultaat (EBIT) 42 035 3,1% 27 614 2,0%

II.4.3. Opbrengsten uit deelnemingen

in duizend EUR
Groep Recticel 2011 2010
(Waardevermindering)/Terugname van bijzondere waardeverminderingen op deelnemingen beschikbaar voor
verkoop
(406) 7
Ontvangen dividenden 0 1 157
Totaal (406) 1 164

II.4.4. Financieel resultaat

in duizend EUR
Groep Recticel 2011 2010
Rentelasten op obligaties en schuldpapier ( 2 433) ( 2 088)
Rentelasten op financiële lease-overeenkomsten ( 868) ( 1 012)
Rentelasten op bankverplichtingen ( 4 458) ( 3 480)
Rentelasten op korte-termijn bancaire leningen en rekening-courant ( 1 928) ( 1 570)
Rentelasten op andere lange-termijn leningen ( 115) ( 117)
Rentelasten op andere korte-termijn leningen ( 271) ( 76)
Netto rentelasten op Interest Rate Swaps ( 2 757) ( 3 531)
Netto rentelasten op vreemde valuta swaps ( 472) 0
Totale rentelasten ( 13 302) ( 11 874)
Rente-opbrengsten uit bankdeposito's 170 140
Rente-opbrengsten uit financiële vorderingen 207 357
Rente-opbrengsten uit financiële vorderingen en bankdeposito's 377 497
Rentelasten op overige schulden ( 443) ( 468)
Rente-opbrengsten uit overige financiële vorderingen 98 74
Overige rente-opbrengsten /(-lasten) ( 345) ( 394)
Totaal rente-opbrengsten /(-lasten) ( 13 270) ( 11 771)
Wisselkoersverschillen (1) ( 799) ( 2 810)
Premies op CAP/Floor contracten ( 85) ( 87)
Premies op put/call opties ( 250) ( 149)
Resultaat op afgeleide instrumenten ( 335) ( 236)
Rentelasten op provisies personeelsvoordelen en overige schulden ( 2 111) ( 2 382)
Rente-actualisatie op overige voorzieningen ( 187) 0
Rente-actualisatie op lange-termijn vorderingen 8 73
Rentelasten op provisies personeelsvoordelen en overige schulden ( 2 290) ( 2 309)
Overige financiële resultaten 10 31
Financieel resultaat ( 16 684) ( 17 095)

(1) Voor 2010, wisselkoersverschillen omvatten de non-cash lasten van de impact op de omrekeningsverschillenreserve als gevolg van de liquidatie van de Amerikaanse entiteit RUS Inc (EUR –6,0 miljoen).

II.4.5. Belastingen op het resultaat

  1. Belastingen op het resultaat
in duizend EUR
Groep Recticel 2011 2010
Opgenomen in de winst- en verliesrekening
Courante Belastingen:
Binnenland (5) (7)
Buitenland (1 567) (7 697)
Totaal courante belastingen (1 572) (7 704)
Uitgestelde belastingen:
Belastingseffect op uitgestelde belastingsaanpassingen m.b.t. vorige jaren (2 123) (1 583)
Bewegingen van tijdelijke verschillen (7 718) (19 161)
Aangewende uitgestelde belastingen op verliezen van vorige verslagperiodes (5 646) (9 990)
Uitgestelde belastingen op verliezen huidige verslagperiode en vroegere verliezen die in
het verleden niet werden erkend
9 126 42 545
Totaal uitgestelde belastingen (6 361) 11 811
Algemeen Totaal (7 933) 4 107
Groep Recticel 2011 2010
Aansluiting effectief belastingtarief
Winst voor belastingen 25 352 10 519
Minus winst of verlies van geassocieerde deelnemingen (1 741) (935)
Winst voor belastingen en voor het aandeel in de winst of het verlies van
geassocieerde deelnemingen
23 611 9 584
Belastingen aan het toepasselijke belastingtarief van 33,99% (8 025) 33,99% (3 258) 33,99%
Fiscale impact van niet-verrekenbare uitgaven:
Niet verrekende afschrijvingen op goodwill en immateriële activa 0 0,00% (38) -0,40%
Fiscaal niet verrekenbare uitgaven (4 517) -19,13% (19 829) -206,90%
Overige (238) -1,01% (508) -5,30%
Fiscale impact van niet-belastbare opbrengsten :
Niet-belastbare dividenden ontvangen van niet-geconsolideerde entiteiten 0 0,00% 0 0,00%
Niet-belastbare financiële en andere opbrengsten 12 315 52,16% 17 408 181,64%
Overige 641 2,71% 650 6,78%
Uitgestelde belastingsactiva op liquidatie (1) 0 0,00% 36 594 381,82%
Impact op uitgestelde belastingen van wijzigingen in belastingtarieven entiteiten (885) -3,75% 56 0,58%
Fiscale impact van correcties in uitgestelde actuele belastingen, m.b.t. voorgaande
periodes
(2 123) -8,99% (1 583) -16,52%
Invloed van verschillende belastingtarieven van entiteiten in andere rechtsgebieden 505 2,14% (371) -3,87%
Invloed van het gebruik van fiscale verliezen niet opgenomen in voorgaande periodes 0 0,00% 0 0,00%
Uitdovende uitgestelde belastingen als gevolg van fusie/belastingscontrole 0 0,00% 0 0,00%
Belastingseffect van notionele interestaftrek 4 296 18,19% 4 734 49,39%
Waardevermindering van uitgestelde belastingvorderingen en niet erkende
belastingsactiva (1)
(9 902) -41,94% (29 748) -310,39%
Belastingslast en het effectieve belastingtarief voor de periode (7 933) -33,60% 4 107 42,85%
Groep Recticel 2011 2010
Uitgestelde belastingopbrengsten/(vorderingen) direct opgenomen in eigen vermogen
Impact van wisselkoerswijzigingen 21 (173)
Op het effectief gedeelte van de wijziging in reële waarde van de kasstroomindekkingen 470 104
Total 491 (69)

(1) Recticel heeft de liquidatie van RUS (Recticel US) in 2010 afgerond. Het bedrag van de toekomstige belastingsverminderingen voor kapitaalsverliezen op de RUS aandelen bedraagt EUR 52,2 million. In de erkende belastingsactiva werd EUR 6,5 miljoen opgenomen waardoor het bedrag voor de RUS liquidatie stijgt van EUR 36,6 miljoen in 2010 tot EUR 43,1 miljoen in 2011.

  1. Uitgestelde belastingen
in duizend EUR
Groep Recticel
Opgenomen uitgestelde belastingen
Immateriële activa
Materiële vaste activa
Beleggingen
Voorraden
Vorderingen
Indekkingen (eigen vermogen)
Reële waarde op trading en economische indekking
Andere activa
Voorzieningen voor pensioenen
Andere voorzieningen
Andere verplichtingen
Notionele interestaftrek
Fiscaal overdraagbare verliezen/belastingvorderingen
31 Dec 2011 31 Dec 2010
UITGESTELDE BELAS-
TING-VORDERINGEN
UITGESTELDE
BELASTING-VERPLICH- TINGEN
UITGESTELDE BELAS-
TING-VORDERINGEN
UITGESTELDE
BELASTING-VERPLICH- TINGEN
7 751 (2 598) 5 273 (3 899)
24 337 (25 781) 21 490 (23 040)
263 (455) 268 (274)
572 (29) 448 (1 070)
1 411 (2 411) 1 658 (2 239)
2 320 0 1 850 0
23 0 27 0
1 208 (156) 678 (149)
4 319 (626) 3 589 (421)
7 584 (5 766) 9 958 (5 462)
2 515 (3 636) 2 131 (2 796)
12 877 0 11 585 0
184 979 0 183 773 0
Totaal 250 160 (41 458) 242 728 (39 350)
Waardevermindering op uitgestelde belastingvorderingen (1) (167 547) 0 (156 439) 0
Saldering (2) (32 323) 32 323 (30 550) 30 550
Totaal (zoals aangegeven in de balans) 50 290 (9 134) 55 739 (8 800)

(1) De variatie van EUR 11,1 miljoen (EUR 167,5 miljoen minus EUR 156,4 miljoen) is hoofdzakelijk verklaard door de erkenning van uitgestelde belastingsactiva voor EUR 16,4 miljoen (in Duitsland, Spanje, het Verenigd Koninkrijk

en Tsjechië), de erkenning van een terugname van belastingsactiva voor eUR 6,5 miljoen en de impact van wisselkoersverschillen voor EUR -1,2 miljoen. (2) Volgens IAS 12 (Belasting op inkomen) zouden uitgestelde belastingvorderingen en uitgestelde belastingverplichtingen, onder bepaalde voorwaarden, gesaldeerd moeten worden als ze door een identieke fiscale autoriteit geheven worden.

De fiscale verliezen, gerangschikt volgens vervaldatum, zijn als volgt:

in duizend EUR
2011 2010
Binnen 1 jaar 350 0
Binnen 2 jaar 2 820 360
Binnen 3 jaar 4 074 2 902
Binnen 4 jaar 6 531 3 276
Binnen 5 jaar of meer 259 193 247 688
Zonder tijdslimiet 387 485 397 071
Totaal 660 453 651 297

Actieve uitgestelde belastingen niet opgenomen door de Groep met betrekking tot de volgende elementen op 31 december 2011:

in duizend EUR
Groep Recticel TOTAAL POTENTIËLE
ACTIEVE BELASTINGS
LATENTIES
OPGENOMEN ACTIEVE
BELASTINGS-LATENTIES
NIET OPGENOMEN
ACTIEVE BELASTINGS
LATENTIES
BRUTO BEDRAG AAN
NIET-ERKENDE BELAS
TINGS-VERLIEZEN
Overgedragen fiscale verliezen (*) 184 979 61 028 123 951 428 408
Notionele interestaftrek (*) 12 877 34 12 843 37 784
Materiële vaste activa 24 337 5 701 18 635 57 994
Voorzieningen voor pensioenen 4 319 1 179 3 140 10 344
Andere voorzieningen 7 584 4 338 3 246 9 642
Andere tijdelijke verschillen 16 064 10 332 5 732 21 644
Totaal 250 160 82 613 167 547 565 817

(*) Per 31/12/2011, werden overgedragen fiscale verliezen en notionele interestaftrekken voor EUR 61,1 miljoen (2010: EUR 68,1 miljoen) erkend op een totaal van overdraagbare belastingsverliezen van EUR 660,5 milljoen (2010: EUR 651,3 miljoen). Deze belastingsactiva vertegenwoordigen belastbare winsten die realiseerbaar zijn in een voorzienbare toekomst.

Actieve uitgestelde belastingen niet opgenomen door de Groep met betrekking tot de volgende elementen op 31 december 2010:

in duizend EUR
TOTAAL POTENTIËLE
ACTIEVE BELASTINGS- LATENTIES
OPGENOMEN ACTIEVE
BELASTINGS-LATENTIES
NIET OPGENOMEN
ACTIEVE BELASTINGS- LATENTIES
BRUTO BEDRAG AAN
NIET-ERKENDE BELAS- TINGS-VERLIEZEN
183 773 67 902 115 872 397 324
11 585 154 11 430 33 628
21 492 5 190 16 302 49 225
3 589 1 085 2 505 7 889
9 957 4 508 5 450 16 879
12 332 7 451 4 881 16 753
242 728 86 289 156 439 521 698

(*) Per 31/12/2010, werden overgedragen fiscale verliezen en notionele interestaftrekken voor EUR 86,3 miljoen (2009: EUR 58,1 miljoen) erkend op een totaal van overdraagbare belastingsverliezen van EUR 651,3 milljoen (2009: EUR 529,8 miljoen). Deze belastingsactiva vertegenwoordigen belastbare winsten die realiseerbaar zijn in een voorzienbare toekomst.

II.4.6. Dividenden

Bedragen opgenomen als uitkeringen aan aandeelhouders in de verslagperiode.

Dividend voor de periode die afsluit op 31 december 2010 van EUR 0,27 (2009: EUR 0,25) per aandeel.

Voorgesteld dividend voor de periode die afsluit op 31 december 2011 van EUR 0,28 per aandeel, of in totaal voor alle uitstaande aandelen EUR 8.100.807,68 (2010: EUR 7.811.493,12).

Het voorgestelde dividend moet worden goedgekeurd door de aandeelhouders op de jaarlijkse Algemene Vergadering en is niet opgenomen als een verplichting in deze jaarrekening.

II.4.7. Gewone winst per aandeel

Uit voortgezette en beëindigde bedrijfsactiviteiten

De berekening van de gewone en verwaterde winst per aandeel is gebaseerd op de volgende gegevens:

Groep Recticel 2011 2010
Netto winst (verlies) over de periode (in duizend EUR) 17 418 14 439
Netto winst (verlies) uit voortgezette activiteiten 17 418 14 439
Netto winst (verlies) uit beëindigde activiteiten 0 0
Gewogen gemiddeld aantal uitstaande aandelen
Gewone aandelen (1) 28 931 456 28 571 194
VVPR aandelen (1) 0 360 263
Gewogen gemiddeld aantal aandelen voor gewone winst per aandeel 28 931 456 28 931 457
Gewone aandelen op 01 januari 28 931 456 28 499 141
Gewone aandelen op 31 december 28 931 456 28 931 456
Gewogen gemiddeld aantal gewone uitstaande aandelen 28 931 456 28 571 194
VVPR aandelen op 01 januari 0 432 315
VVPR aandelen op 31 december 0 0
Gewogen gemiddeld aantal VVPR uitstaande aandelen 0 360 263
in EUR
Groep Recticel 2011 2010
Gewone winst (verlies) per aandeel 0,60 0,50
Gewone winst (verlies) per aandeel uit voortgezette activiteiten 0,60 0,50
Gewone winst (verlies) per aandeel uit beëindigde activiteiten 0,00 0,00

(1) Op 29 oktober 2010 (na de sluiting van de beurzen), werden alle 432.315 VVPR aandelen omgeruild tegen een gelijk aantal gewone aandelen, plus een evenredig aantal VVPR strips. Vanaf 01 november 2010 werden deze VVPR strips genoteerd op NYSE Euronext (code: RECS – ISIN: BE0005639134). Houders van de VVPR strips genieten van een verminderde roerende voorheffing van 21% op de op de gewone aandelen uitbetaalde dividenden (in plaats van een roerende voorheffing van 25%).

II.4.8. Verwaterde winst per aandeel

in duizend EUR
Diluted earnings per share computation: 2011 2010
Netto winst (verlies) uit de voortgezette activiteiten
Verwaterende elementen
Netto winst (verlies) uit de voortgezette activiteiten 17 418 14 439
Converteerbare obligatielening (2) 1 198 0
Winst (verlies) toerekenbaar aan de gewone houders van eigen-vermogensinstrumenten van de
moederonderneming inclusief veronderstelde conversies
18 616 14 439
Gewogen gemiddeld aantal uitstaande gewone aandelen (inclusief VVPR aandelen) 28 931 456 28 931 456
Aandelenoptieplannen - warranten (1) 461 643 397 570
Converteerbare obligatielening (2) 4 375 951 0
Gewogen gemiddeld aantal aandelen voor de verwaterde winst per aandeel 33 769 050 29 329 026
in EUR
Groep Recticel 2010 2009
Verwaterde winst (verlies) per aandeel 0,55 0,49
Verwaterde winst (verlies) per aandeel uit voortgezette activiteiten 0,55 0,49
Verwaterde winst (verlies) per aandeel uit stopgezette activiteiten 0,00 0,00
2011 2010
Winstverhogende elementen
Invloed op de resultaten van voortgezette activiteiten
Converteerbare obligatielening (2) 0 2 183
Invloed op gewogen gemiddeld aantal uitstaande gewone aandelen
Aandelenoptieplan - warranten - "out-of-the-money" (1) 465 757 369 907
Converteerbare obligatielening (2) 0 4 284 650

(1) Voor 2011 waren er drie warrantenplannen "in-the-money", m.n. het plan van 2008, van 2009 en het plan van december 2011. Zij werden in rekening gebracht voor de berekening van de verwaterde winst per aandeel. De overige warranten zijn "out-of-the-money" en worden dus ook als winstverhogend toegelicht. In 2010 waren er twee warrantenplannen "out-of-the-money", m.n. het plan van 2008 en van 2009 en bijgevolg winstverhogend bij de berekening van de verwaterde winst per aandeel. (2) Voor 2011 zijn het potentieel bijkomende aantal aandelen uit de converteerbare obligatielening winstverwaterend en worden bijgevolg opgenomen bij de berekening van de verwaterde winst (verlies) per aandeel

(onder de hypothese van volledige conversie). Voor 2010 waren het potentieel bijkomende aantal aandelen uit de converteerbare obligatielening winstverhogend en werden bijgevolg uitgesloten uit de berekening van de verwaterde winst (verlies) per aandeel (onder de hypothese van volledige conversie).

II.5. Balans

II.5.1. Immateriële activa

Voor de verslagperiode 2011:

in duizend EUR
Groep Recticel ONTWIKKELINGS
KOSTEN
CONCESSIES,
OCTROOIEN EN
LICENTIES
CLIËNTEEL
EN HANDELS
FONDSEN
OVERIGE
IMMATERIËLE
ACTIVA
ACTIVA IN
AANBOUW EN
VOORUIT
BETALINGEN
TOTAAL
Per einde van de vorige verslagperiode
Aanschaffingswaarde 20 558 40 368 13 209 708 4 158 79 001
Geaccumuleerde afschrijvingen (19 320) (28 800) (9 996) (384) (58 500)
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen 0 (6 345) 0 0 (849) (7 194)
Netto boekwaarde 1 238 5 223 3 213 324 3 309 13 307
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Wijzigingen in consolidatiekring 0 4 0 0 0 4
Aanschaffingen 0 239 42 0 733 1 014 (1)
Interne productie 0 47 0 0 1 855 1 902 (1)
Bijzondere waardeverminderingen (43) 2 0 0 0 (41)
Afschrijving opgenomen als last (516) (2 351) (755) (73) 0 (3 695)
Overdrachten en buitengebruikstellingen 0 0 0 0 (38) (38) (2)
Getransfereerd van één rubriek naar een andere 235 2 513 0 64 (2 723) 89
Wisselkoersverschillen (19) 13 42 1 1 38
Per einde van het boekjaar 895 5 690 2 542 316 3 137 12 580
Aanschaffingswaarde 19 334 41 791 13 068 768 3 984 78 945
Geaccumuleerde afschrijvingen (18 398) (29 791) (10 526) (452) 0 (59 167)
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen (41) (6 310) 0 0 (847) (7 198)
Netto boekwaarde 895 5 690 2 542 316 3 137 12 580
Gebruiksduur (in jaren) 3-5 3-10 5-10 5 maximum n.v.t.
Aanschaffingen Overdrachten
Cash out voor aanschaffingen immateriële activa (1 030) Cash in uit overdrachten immateriële activa 55
Aanschaffingen opgenomen in werkkapitaal (1 886) Overdrachten opgenomen in werkkapitaal (17)

Totaal aanschaffingen immateriële activa (1) (2 916) Totaal overdrachten immateriële activas (2) 38

Voor de verslagperiode 2010:

in duizend EUR
Groep Recticel ONTWIKKELINGS- KOSTEN CONCESSIES, OCTROOIEN EN
LICENTIES
CLIËNTEEL EN
HANDELS-FONDSEN
OVERIGE IMMATERI- ËLE ACTIVA ACTIVA IN AAN-
BOUW EN VOORUIT- BETALINGEN
TOTAAL
Per einde van de vorige verslagperiode
Aanschaffingswaarde 19 488 38 889 12 873 740 3 040 75 030
Geaccumuleerde afschrijvingen (17 850) (26 164) (8 936) (441) 0 (53 391)
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen 0 (6 489) 0 0 (849) (7 338)
Netto boekwaarde 1 638 6 236 3 937 299 2 191 14 301
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Wijzigingen in consolidatiekring 0 (2) 0 0 0 (2)
Aanschaffingen 0 223 192 0 710 1 125 (1)
Interne productie 11 43 0 0 2 004 2 058 (1)
Bijzondere waardeverminderingen 0 (91) 0 0 0 (91)
Afschrijving opgenomen als last (848) (2 310) (981) (45) 0 (4 184)
Overdrachten en buitengebruikstellingen 0 (1) 0 0 (234) (235) (2)
Getransfereerd van één rubriek naar een andere 371 924 0 30 (1 388) (63)
Wisselkoersverschillen 66 201 65 40 26 398
Per einde van het boekjaar 1 238 5 223 3 213 324 3 309 13 307
Aanschaffingswaarde 20 558 40 368 13 209 708 4 158 79 001
Geaccumuleerde afschrijvingen (19 320) (28 800) (9 996) (384) (58 500)
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen 0 (6 345) 0 0 (849) (7 194)
Netto boekwaarde 1 238 5 223 3 213 324 3 309 13 307
Gebruiksduur (in jaren) 3-5 3-10 5-10 5 maximum n.v.t.
Aanschaffingen Overdrachten
Cash out voor aanschaffingen immateriële activa (3 436) Cash in uit overdrachten immateriële activa 268
Aanschaffingen opgenomen in werkkapitaal 253 Overdrachten opgenomen in werkkapitaal (33)
Totaal aanschaffingen immateriële activa (1) (3 183) Totaal overdrachten immateriële activas (2) 235

Immateriële activa die beantwoorden aan de opnamecriteria van IAS 38 worden opgenomen voor zover toekomstige economische voordelen waarschijnlijk zijn.

Indien de realiseerbare waarde van een immaterieel actief (i.e. de hoogste waarde van de reële waarde minus de verkoopkosten en de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen die naar verwachting zullen voortvloeien uit het voortgezette gebruik van een actief en uit zijn vervreemding) lager is dan zijn boekwaarde, neemt de Groep een bijzonder waardeverminderingsverlies op, in overeenstemming met IAS 36 - Bijzondere waardevermindering van activa.

De realiseerbare waarde van een kasstroomgenererende eenheid wordt bepaald op basis van bedrijfswaarde-berekeningen. Voor bepaalde duidelijk geïdentificeerde activa, kan de prijs in een bindende verkoopovereenkomst in een transactie tussen (onafhankelijke) partijen op zakelijke en objectieve grondslag gebruikt worden als de methode die gebruikt wordt voor het testen op en bijzondere waardevermindering.

Voor de berekening van de bedrijfswaarde worden kasstroomprognoses gebruikt die gebaseerd zijn op het financiële budget dat goedgekeurd is door het management en dat een periode van drie jaren beslaat. Kasstromen na deze periode worden geëxtrapoleerd door gebruik te maken van het meest gerechtvaardigde groeipercentage dat niet hoger kan zijn dan het gemiddelde groeipercentage op lange termijn voor de sector waarin de kasstroomgenererende eenheid actief is.

Het management baseert haar veronderstellingen (prijzen, volumes, rendement) op de prestaties in het verleden en op haar verwachtingen met betrekking tot de ontwikkeling van de markt. De gewogen gemiddelde groeipercentages zijn in overeenstemming met de prognoses opgenomen in de sectorrapporten. De gebruikte discontovoet is de geschatte gewogen gemiddelde vermogenskost van de Groep en houdt rekening met de huidige marktbeoordelingen van de tijdwaarde van geld en de risico's waarvoor de toekomstige kasstromen zijn aangepast. Bij de berekeningen wordt er een disconteringsvoet gebruikt van 8%.

Jaarlijks worden de immateriële vaste activa onderworpen aan een onderzoek op bijzondere waardevermindering of op frequentere basis wanneer er indicaties zijn dat deze posten een bijzondere waardevermindering dienen te ondergaan. Voor de belangrijkste veronderstellingen en bevindingen en voor de sensitiviteitsanalyse verwijzen we naar II.1.5. Kritische boekhoudkundige beoordelingen en belangrijkste bronnen van onzekerheid.

In 2011, bedroeg de totale aanschaffingen en de interne productie van immateriële activa EUR 2,9 miljoen in vergelijking met EUR 3,2 miljoen in de vorige verslagperiode. De investeringen in immateriële activa hadden in 2011 betrekking op "Activa in aanbouw & vooruitbetalingen" die hoofdzakelijk verband houden met nieuwe ontwikkelings- en licentiekosten voor het uitrollen van het SAP informaticaplatform (EUR 2,6 miljoen).

In december 2011 heeft Recticel NV samen met Recticel International Services NV een nieuwe gezamenlijke kredietovereenkomst ("club deal") afgesloten voor een bedrag van EUR 175 miljoen. In het kader van deze "club deal" hebben Recticel NV en/of haar dochternemingen hun belangrijkste handelsmerken en octrooien als waarborg gegeven aan de banken, voor een totaal maximum bedrag van EUR 175 miljoen plus renten en gerelateerde kosten.

II.5.2. Goodwill

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEc 11 31 DEc 10
Per einde van de vorige verslagperiode
Aanschaffingswaarde 49 882 48 762
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen (15 517) (15 451)
Netto boekwaarde 34 365 33 311
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Aanschaffingen en wijzigingen in de consolidatiekring 539 0
Bijzondere waardeverminderingen * (539) 0
Overdrachten en buitengebruikstellingen 0 (219)
Wisselkoersverschillen 323 1 273
Per einde van de verslagperiode 34 688 34 365
Aanschaffingswaarde 49 443 49 882
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen (14 755) (15 517)
Netto boekwaarde 34 688 34 365
* Zie toelichting II.1.5.1. Bijzondere waardeverminderingen op goodwill, immateriële en materiële vaste activa.

De verdeling van de goodwill per bedrijfssegment luidt als volgt:

in duizend EUR
Groep Recticel 2011 2010
Eurofoam 482 509
Duitsland 808 806
Nederland 253 253
Scandinavië 5 922 5 904
Verenigd Koninkrijk 4 388 4 258
Soepelschuim 11 853 11 730
Duitsland 2 761 2 761
Zwitserland 6 284 6 114
België 845 845
Oostenrijk 941 941
Slaapcomfort 10 831 10 661
Kingspan Tarec Industrial Insulation 413 412
België 1 619 1 619
Verenigd Koninkrijk 994 965
Isolatie 3 026 2 996
Proseat 8 978 8 978
Automobiel 8 978 8 978
Totaal goodwill 34 688 34 365

De boekwaarde van goodwill verworven in een bedrijfscombinatie moet toegewezen worden op een redelijke en consistente basis aan elke kasstroomgenererende eenheid of kleinste groep van kasstroomgenererende eenheden in overeenstemming met IAS 36. De methode van de bedrijfswaarde gebruikt kasstroomprognoses gebaseerd op het financiële budget dat goedgekeurd is door het management en een periode van drie jaren beslaat. Kasstromen na deze periode worden geëxtrapoleerd door gebruik te maken van het meest gerechtvaardigde groeipercentage dat niet hoger kan zijn dan het gemiddelde groeipercentage op lange termijn voor de sector waarin de kasstroomgenererende eenheid actief is.

Het management baseert haar veronderstellingen (prijzen, volumes, rendement) op de prestaties in het verleden en op haar verwachtingen met betrekking tot de ontwikkeling van de markt. De gewogen gemiddelde groeipercentages zijn in overeenstemming met de prognoses opgenomen in de sectorrapporten. De gebruikte disconteringsvoet is de geschatte gewogen gemiddelde vermogenskost van de Groep en houdt rekening met de huidige marktbeoordelingen van de tijdwaarde van geld en de risico's waarvoor de toekomstige kasstromen zijn aangepast. Bij de berekeningen wordt er een disconteringsvoet gebruikt van 8%.

Jaarlijks wordt de goodwill onderworpen aan een onderzoek op bijzondere waardevermindering. Dit onderzoek wordt op frequentere basis doorgevoerd wanneer er indicaties zijn dat deze posten een bijzondere waardevermindering dienen te ondergaan. Voor de belangrijkste veronderstellingen en bevindingen en voor de sensitiviteitsanalyse verwijzen we naar II.1.5. Kritische boekhoudkundige beoordelingen en belangrijkste bronnen van onzekerheid.

II.5.3. Materiële vaste activa

Voor de verslagperiode 2011:

in duizend EUR
Groep Recticel TERREINEN EN
GEBOUWEN
INSTALLATIES,
MACHINES EN
UITRUSTING
MEUBILAIR
EN ROLLEND
MATERIEEL
FINANCIËLE LEASE OVERIGE MATE
RIËLE
VASTE ACTIVA
ACTIVA IN
AANBOUW EN
VOORUIT
BETALINGEN
TOTAAL
Per einde van de vorige verslagperiode
Aanschaffingswaarde 209 241 623 730 33 822 27 560 3 611 21 239 919 203
Geaccumuleerde afschrijvingen (113 085) (457 807) (30 273) (11 375) (2 980) 72 (615 448)
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen (3 019) (29 049) (65) (371) (5) (267) (32 776)
Netto boekwaarde per einde van de vorige
verslagperiode
93 137 136 874 3 484 15 814 626 21 044 270 979
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Wijzigingen in de consolidatiekring 3 87 34 26 10 5 165
Aanschaffingen, inclusief interne productie 1 481 8 932 2 057 82 38 17 834 30 424 (1)
Bijzondere waardeverminderingen (11) (4 375) (58) 0 0 (236) (4 680)
Afschrijving opgenomen als last (6 005) (27 466) (1 552) (1 605) (132) 0 (36 760)
Overdrachten en buitengebruikstellingen (1 023) (1 096) (25) (3) 0 (123) (2 270) (2)
Getransfereerd van één rubriek naar een andere 2 189 17 654 736 (140) 3 711 (24 693) (543)
Wisselkoersverschillen (853) (957) (43) (22) (3) (90) (1 968)
Per einde van de verslagperiode 88 918 129 653 4 633 14 152 4 250 13 741 255 347
Aanschaffingswaarde 201 237 632 866 31 837 27 346 7 151 13 942 914 379
Geaccumuleerde afschrijvingen (111 453) (477 999) (27 112) (12 881) (2 901) 163 (632 183)
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen (866) (25 214) (92) (313) 0 (364) (26 849)
Netto boekwaarde per einde van de vorige
verslagperiode
88 918 129 653 4 633 14 152 4 250 13 741 255 347
Aanschaffingen Overdrachten
Cash out voor aanschaffingen materiële vaste activa (23 729) Cash in van overdrachten materiële vaste activa 4 941
Aanschaffingen opgenomen in werkkapitaal (6 695) Overdrachten opgenomen in werkkapitaal (2 671)
Totaal aanschaffingen materiële vaste activa (1) (30 424) Totaal overdrachten materiële vaste activa (2) 2 270

Voor de verslagperiode 2010:

in duizend EUR
wGroep Recticel TERREINEN EN
GEBOUWEN
INSTALLATIES,
MACHINES EN
UITRUSTING
MEUBILAIR
EN ROLLEND
MATERIEEL
FINANCIËLE LEASE OVERIGE
MATERIËLE
VASTE ACTIVA
ACTIVA IN
AANBOUW EN
VOORUIT
BETALINGEN
TOTAAL
Per einde van de vorige verslagperiode
Aanschaffingswaarde 204 118 592 001 33 114 31 314 4 700 24 882 890 129
Geaccumuleerde afschrijvingen (103 937) (417 236) (29 862) (12 160) (3 778) (3 122) (570 095)
Geaccumuleerde bijzondere
waardeverminderingen
(601) (28 192) (136) (429) 0 (3 887) (33 245)
Netto boekwaarde per einde van de vorige
verslagperiode
99 580 146 573 3 116 18 725 922 17 873 286 789
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Wijzigingen in de consolidatiekring 0 (155) 22 0 0 0 (133)
Aanschaffingen, inclusief interne productie 319 7 503 1 051 121 204 22 794 31 992 (1)
Bijzondere waardeverminderingen (2 835) (7 708) (5) 0 (5) (156) (10 709)
Afschrijving opgenomen als last (6 169) (30 436) (1 293) (1 795) (83) (4) (39 780)
Overdrachten en buitengebruikstellingen (3) (450) (11) (1 072) 0 (65) (1 601) (2)
Getransfereerd van één rubriek naar een andere 1 393 18 423 544 (175) (422) (19 710) 53
Wisselkoersverschillen 852 3 124 60 10 10 312 4 368
Per einde van de verslagperiode 93 137 136 874 3 484 15 814 626 21 044 270 979
Aanschaffingswaarde 209 241 623 730 33 822 27 560 3 611 21 239 919 203
Geaccumuleerde afschrijvingen (113 085) (457 807) (30 273) (11 375) (2 980) 72 (615 448)
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen (3 019) (29 049) (65) (371) (5) (267) (32 776)
Netto boekwaarde per einde van de vorige
verslagperiode
93 137 136 874 3 484 15 814 626 21 044 270 979
Aanschaffingen Overdrachten
Cash out voor aanschaffingen materiële vaste activa (26 646) Cash in van overdrachten materiële vaste activa 2 105
Aanschaffingen opgenomen in werkkapitaal (5 346) Overdrachten opgenomen in werkkapitaal (504)
Totaal aanschaffingen materiële vaste activa (1) (31 992) Totaal overdrachten materiële vaste activa (2) 1 601

De totale aanschaffing van materiële vaste activa bedraagt EUR 30,4 miljoen in vergelijking met EUR 32,0 miljoen tijdens de vorige verslagperiode.

Op 31 december 2010 was de Groep contractuele verbintenissen aangegaan in verband met de verwerving van materiële vaste activa voor EUR 3,7 miljoen.

Op 31 december 2011 was de Groep contractuele verbintenissen aangegaan in verband met de verwerving van materiële vaste activa voor EUR 6,8 miljoen.

De materiële vaste activa zijn onderworpen aan de toepassing van de principes met betrekking tot de bijzondere waardeverminderingsverliezen (IAS 36) en met betrekking tot de gebruiksduur van de belangrijke componenten (IAS 16). In overeenstemming met IFRS 1 werd voor bepaalde activa, zoals terreinen en gebouwen, gebruik gemaakt van de mogelijkheid om hun reële waarde (marktwaarde) te gebruiken als veronderstelde kostprijs (IFRS 1).

De herziening van de gebruiksduur van sommige belangrijke componenten is gebaseerd op een industriële studie, die bevestigd werd door de economische realiteit en door de praktijkervaring van vennootschappen in dezelfde sector die ook hun financiële verslaggeving opstellen in overeenstemming met IFRS.

In overeenstemming met IAS 20 - Administratieve verwerking van overheidssubsidies en informatieverschaffing over overheidssteun, werden overheidssubsidies, die onder de Belgische grondslagen als een post in het eigen vermogen werden opgenomen, in mindering gebracht van de activa waarvoor zij verkregen werden.

De methode van de bedrijfswaarde gebruikt kasstroomprognoses gebaseerd op het financiële budget dat goedgekeurd is door het management en een periode van vier jaren beslaat. Kasstromen na deze periode worden geëxtrapoleerd door gebruik te maken van het meest gerechtvaardigde groeipercentage dat niet hoger kan zijn dan het gemiddelde groeipercentage op lange termijn voor de sector waarin de kasstroomgenererende eenheid actief is.

Het management baseert haar veronderstellingen (prijzen, volumes, rendement) op de prestaties in het verleden en op haar verwachtingen met betrekking tot de ontwikkeling van de markt. De gewogen gemiddelde groeipercentages zijn in overeenstemming met de prognoses opgenomen in de sectorrapporten. De gebruikte disconteringsvoet is de geschatte gewogen gemiddelde vermogenskost van de Groep en houdt rekening met de huidige marktbeoordelingen van de tijdwaarde van geld en de risico's waarvoor de toekomstige kasstromen zijn aangepast. Bij de berekeningen wordt er een disconteringsvoet gebruikt van 8%.

De materiële vaste activa worden onderworpen aan een onderzoek op bijzondere waardevermindering wanneer er indicaties zijn dat deze posten een bijzondere waardevermindering dienen te ondergaan. Voor de belangrijkste veronderstellingen en bevindingen en voor de sensitiviteitsanalyse verwijzen we naar II.1.5. Kritische boekhoudkundige beoordelingen en belangrijkste bronnen van onzekerheid.

Tengevolge van dit onderzoek werden er bijzondere waardeverminderingen geboekt in 2011 voor een bedrag van EUR –4,7 miljoen (in 2010: EUR –10,8 miljoen), dat voornamelijk bestaat uit EUR –3,4 miljoen in Automobiel (in 2010: EUR –4,6 miljoen) en EUR –1,3 miljoen in Soepelschuim (in 2010: EUR –6,1 miljoen).

Zoals reeds vermeld onder Immateriële Activa, hebben Recticel NV samen met Recticel International Services NV, in december 2011 een nieuwe gezamenlijke kredietovereenkomst ("club deal") afgesloten voor een bedrag van EUR 175 miljoen. In het kader van deze "club deal" en de overeenkomst met betrekking tot de achtergestelde leningen hebben Recticel NV en/of haar dochternemingen hun productieterreinen in België, Duitsland, Frankrijk, Nederland en Zweden als waarborg gegeven aan de banken, voor een totaal maximum bedrag van EUR 175 miljoen plus renten en gerelateerde kosten.

II.5.4. Activa onder financiële lease

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEc 2011 31 DEc 2010
Terreinen en gebouwen - Aanschaffingswaarde 25 374 25 447
Terreinen en gebouwen - Geaccumuleerde afschrijvingen (11 520) (10 077)
Terreinen en gebouwen - Bijzondere waardeverminderingen (313) (371)
Totaal terreinen en gebouwen 13 541 14 999
Installaties, machines en uitrusting - Aanschaffingswaarde 1 528 1 538
Installaties, machines en uitrusting - Geaccumuleerde afschrijvingen (1 059) (900)
Installaties, machines en uitrusting - Bijzondere waardeverminderingen 0 0
Totaal installaties, machines en uitrusting 469 638
Meubilair en rollend materieel - Aanschaffingswaarde 444 575
Meubilair en rollend materieel - Geaccumuleerde afschrijvingen (302) (398)
Meubilair en rollend materieel - Bijzondere waardeverminderingen 0 0
Totaal meubilair en rollend materieel 142 177
Totaal activa onder financiële lease 14 152 15 814
Vaste activa onder financiële lease - Bruto 27 346 27 560
Vaste activa onder financiële lease - Geaccumuleerde afschrijvingen (12 881) (11 375)
Vaste activa onder financiële lease - Bijzondere waardeverminderingen (313) (371)
Vaste activa onder financiële lease 14 152 15 814

II.5.5. Vastgoedbeleggingen

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Per einde van de vorige verslagperiode
Aanschaffingswaarde 1 017 1 017
Geaccumuleerde afschrijvingen (121) (121)
Netto boekwaarde per einde van de vorige verslagperiode 896 896
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Aanschaffingen 0 0
Bijzondere waardeverminderingen 0 0
Overdrachten en buitengebruikstellingen (365) 0
Herwaarderingsmeerwaarde 2 800 0
Per einde van de verslagperiode 3 331 896
Aanschaffingswaarde 3 429 1 017
Geaccumuleerde afschrijvingen (98) (121)
Netto boekwaarde per einde verslagperiode 3 331 896

Deze rubriek heeft betrekking op 31,36 hectaren industrieterrein en landbouwgrond in Balen en Lommel (België).

Van deze gronden is 7,35 hectaren industrieterrein het voorwerp van een langlopende lease (tot 2039) aan Ajinomoto Omnichem S.A./N.V. in Balen.

5,58 hectaren van industriële gronden omvatten het permanente stort dat afkomstig is van de opkuiswerken van de hele site (uitgevoerd over de periode 2001-2006), alsook privé wegen, enz.

In 2010 werden 15 hectaren industrieterrein en 5 hectaren landbouwgrond verkocht aan de Stad Lommel.

Ongeveer 17,78 hectaren industrieterreinen in Balen en 0,63 hectaren landbouwgronden in Lommel blijven beschikbaar voor verkoop.

Op basis van een waarderingsrapport van eind 2011, werden deze terreinen beschikbaar voor verkoop gewaardeerd aan marktwaarde, wat leidde tot een herwaarderingsmeerwaarde van EUR 2,8 miljoen.

III.5.6. Dochterondernemingen, entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend en geassocieerde deelnemingen

De hieronder weergegeven deelnemingspercentages komen, tenzij anders aangegeven, overeen met de stemrechtenpercentages.

  1. INTEGRAAL GECONSOLIDEERDE ENTITEITEN (Dochterondernemingen)
Deelnemingspercentage (%)
2011 2010
Oostenrijk
Sembella GmbH Aderstrasse 35 - 4850 Timelkam 100,00 100,00
België
s.c. sous forme de s.a. Balim b.v. onder vorm van n.v. Olympiadenlaan 2 - 1140 Evere 100,00 100,00
s.a. Finapal n.v. Olympiadenlaan 2 - 1140 Evere 100,00 100,00
s.a. Intergroup Coordination Services n.v. Olympiadenlaan 2 - 1140 Evere 100,00 100,00
s.a. Recticel Management Services n.v. Damstraat 2 - 9230 Wetteren 100,00 100,00
s.a. Recticel International Services n.v. Olympiadenlaan 2 - 1140 Evere 100,00 100,00
China
Ningbo RIS Automotive Interiors Solutions Co. Ltd. No. 525, Changxing Road, (C Area of Pioneer Park) Jiangbei District, Ningbo Municipality 100,00 100,00
Recticel Foams (Shanghai) Co Ltd No. 525, Kang Yi Road - Kangyiao Industrial Zone, 201315 Shanghai 100,00 100,00
Tsjechië
RAI Most s.r.o. Moskevska 3055 - Most 100,00 100,00
100,00 100,00
Recticel Czech Automotive s.r.o. Chuderice-Osada 144 - 418,25 Bilina 100,00 100,00
Recticel Interiors CZ s.r.o. Plazy, 115 - PSC 293 01 Mlada Boleslav
Estland
Recticel ou Pune Tee 22 - 12015 Tallin 100,00 100,00
Finland
Recticel oy Nevantie 2, 45100 Kouvola 100,00 100,00
Frankrijk
Lebed s.a.s. Zone d'activité de l'Allmend - Boîte postale 34 - 68290 Masevaux - 100 (f)
Promousse s.a.s. Rue des Canonniers 48, 59000 Lille - 100 (f)
Recticel s.a.s. 7, rue du Fossé blanc, bâtiment C2 - 92622 Gennevilliers 100,00 100,00
Duitsland
J.R. Interiors GmbH & Co. KG Rolandsecker Weg 30 – 53619 Rheinbreitbach - (a)
J.R. Interiors Verwaltungs GmbH Rolandsecker Weg 30 – 53619 Rheinbreitbach - 100,00
Recticel Automobilsysteme GmbH Rolandsecker Weg 30 – 53619 Rheinbreitbach 100,00 100,00
Recticel Beteiligungsmanagement GmbH Rolandsecker Weg 30 – 53619 Rheinbreitbach 100,00 100,00
Recticel Dämmsysteme Gmbh Hagenauer Strasse 42 – 65203 Wiesbaden 100,00 100,00
Recticel Deutschland Beteiligungs GmbH Rolandsecker Weg 30 – 53619 Rheinbreitbach 100,00 100,00
Recticel Grundstücksverwaltung GmbH Rolandsecker Weg 30 – 53619 Rheinbreitbach 100,00 100,00
Recticel GuKoTech GmbH Rolandsecker Weg 30 – 53619 Rheinbreitbach 0 (g) 100,00
Recticel Handel GmbH Rolandsecker Weg 30 – 53619 Rheinbreitbach 100,00 100,00
Recticel Schlafkomfort GmbH Schlaraffiastrasse 1-10 - 44867 Bochum 6 - Wattenscheid 100,00 100,00
Recticel Verwaltung Gmbh & Co. KG Rolandsecker Weg 30 – 53619 Rheinbreitbach 100,00 100,00
Superba-Betten AG Im Bifig 1 - 79650 Schopfheim - - (b)
Griekenland
Teknofoam Hellas
Kosma Etolou Street, 13 - Neo Iraklio - Attica 100,00 (h) 50,00 (PM)
Luxemburg 100,00 100,00
Recticel RE s.a.
Recticel Luxembourg s.a.
23, Avenue Monterey, L-2163 Luxembourg
23, Avenue Monterey, L-2163 Luxembourg
100 (i) -
Rec 2 RE s.a. 534, rue de Neudorf, L - 2220 Luxembourg 100 (i) -
Marocco
Recticel Mousse Maghreb SARL 31 Avenue Prince Héritier, Tanger 100,00 100,00 (NC)

1. INTEGRAAL GECONSOLIDEERDE ENTITEITEN (Dochterondernemingen)

Deelnemingspercentage (%)
2011 2010
Nederland
Akoestikon Geluidsisolatie B.V. Fahrenheitbaan, 4c - 3439 MD Nieuwegein 100.00 100.00
Enipur BV Spoorstraat 69 - 4041 CL Kesteren 100,00 (GM) (j) 50,00 (PM)
Recticel B.V. Spoorstraat 69 - 4041 CL Kesteren 100.00 100.00
Recticel Bedding B.V. Paderbornstraat 2 - 7418 BP Deventer - - (c)
Recticel Holding Noord B.V. Spoorstraat 69 - 4041 CL Kesteren 100.00 100.00
Recticel International B.V. Spoorstraat 69 - 4041 CL Kesteren 100.00 100.00
Rectigro BV Spoorstraat 69 - 4041 CL Kesteren 100.00 100.00
Noorwegen
Westnofa Industrier AS Øysand - 7224 Mehus 100.00 100.00
Polen
Recticel Komfort Snu Sp. z o.o. Ul. Graniczna 60, 93-428 Lodz 100.00 100.00
Recticel Izolacje Sp. z o.o. ul. Lwowska, 19 - PL 00660 Warschau 100,00 (GM) 100 (NC)
Roemenië
Recticel Bedding Romania s.r.l. Miercurea Sibiului, DN1, FN, ground floor room 2 3933 Sibiu County 100.00 100.00
Zweden
AB B. Äkesson & Co Tandstiftet 2 box 94 - 38322 Mönsterås - - (d)
Recticel AB Södra Storgatan 50 b.p. 507 - 33228 Gislaved 100.00 100.00
Spanje
Ingeneria De Poliuretano Flexible s.l. Txiriboteca, 10 A 48330 Lemona (Vizcaya) 100.00 100.00
Recticel Iberica s.l. Carretera B-142km. 2,2 - 08213 Polinya 100.00 100.00
Transfoam s.l. Pol. Ind. Catarroja, C/31 Parc.10A1 46470 Catrarroja (Valencia) - 100 (f)
Transformados Ebaki s.l. Pol.Ind. Txako, 3 - Pta. principal trasera 48480 Arrigorriaga (Vizcaya) 100.00 100.00
Zwitserland
Recticel Bedding (Schweiz) AG Bettenweg 12 Postfach 65 - 6233 Büron - Luzern 100.00 100.00
Turkije
Recfoam Poliuretan sünger sanayi ve ticaret limited sirkati Esentrepe mylangarz Cad., 40 34870 Istanbul 100.00 100.00
Teknofoam Izolasyon Sanayi ve Ticaret a.s. Esentepe Milangaz caddesi 40 Kartal, Istanbul 100,00 (j) 50,00 (PM)
Verenigd Koninkrijk
Carobel Foam Limited Blue Bell Close Clover Nook Industrial Park - DE554RD Alfreton 100.00 100.00
Declon Limited Blue Bell Close Clover Nook Industrial Park - DE554RD Alfreton 100.00 100.00
Gradient Insulations (UK) Limited 1 George Street, Wolverhampton WV2 4DG, UK 100.00 100.00
Recticel (UK) Limited Blue Bell Close Clover Nook Industrial Park - DE554RD Alfreton 100.00 100.00
Recticel Limited Blue Bell Close Clover Nook Industrial Park - DE554RD Alfreton 100.00 100.00
Rochingham Babycrafts Limited Blue Bell Close Clover Nook Industrial Park - DE554RD Alfreton 100.00 100.00
Tarec International Limited Blue Bell Close Clover Nook Industrial Park - DE554RD Alfreton 100.00 100.00
UK Insulation Supplies Limited Blue Bell Close Clover Nook Industrial Park - DE554RD Alfreton 100.00 100.00
Verenigde Staten van Amerika
Recticel Foam Corporation Inc. c/o Wilmington Trust Services Suite 1300 - 1105, North Market street po box 8985 - 19899 Wilmington - Delaware - (m) 100.00
Recticel Interiors North America Llc. 5600 Bow Point Drive - MI 48346-3155 Clarkston 100.00 100.00
Recticel Urepp North America Inc. Metro North Technology Park - Atlantic Boulevard 1653 - MI 48326 Auburn Hills 100.00 100.00
Rus Inc. c/o Wilmington Trust Services Suite 1300 - 1105, North Market street po box 8985 - 19899 Wilmington - Delaware - - (e)
The Soundcoat Company Inc. Burt Drive 1 PO Box 25990 - NY 11729 Deer Park County of Suffolk 100.00 100.00

(a) Gefuseerd in J.R. Interiors Verwaltung GmbH op 07 juli 2010

(b) Gefuseerd in Recticel Schlafkomfort GmbH op 22 december 2010

(c) Gefuseerd in Recticel B.V. op 11 mei 2010 (d) Gefuseerd in Recticel AB op 31 december 2010

(e) Geliquideerd op 31 december 2010

(f) Uit de consolidatiekring verwijderd op 31 december 2010

(g) Verkocht in juli 2011

(h) Tot 30 juni 2011 geconsolideerd volgens de proportionele methode

(i) Verworven in november 2011

(j) Tot 30 juni 2011 geconsolideerd volgens de proportionele methode

(k) Geliquideerd op 31 december 2011

(l) Verkocht in november 2011

(m) Geliquideerd op 15 november 2011

(EM) Geconsolideerd volgens de 'equity method'

(GM) Geconsolideerd volgens de integrale methode

(NC) Niet geconsolideerd (PM) Geconsolideerd volgens de proportionele methode

2. PROPORTIONEEL GECONSOLIDEERDE ENTITEITEN (Joint ventures)

Deelnemingspercentage (%)
2011 2010
Oostenrijk
Eurofoam GmbH Greinerstrasse 70 - 4550 Kremsmünster 50,00 50,00
België
s.a. Kingspan Tarec Industrial Insulation n.v. Olympiadenlaan, 2 - 1140 Evere 50,00 50,00
s.a. Proseat n.v. Olympiadenlaan 2 - 1140 Evere 51,00 51,00
Tsjechië
Proseat Mlada Boleslav s.r.o. Plazy, 115 - PSC 293 01 Mlada Boleslav 51,00 51,00
Frankrijk
51,00 51,00
Proseat s.a.s. Avenue de Verdun, 71, 77470 Trilport
Duitsland
Eurofoam Deutschland GmbH Schaumstoffe Hagenauer Strasse 42 – 65203 Wiesbaden 50,00 50,00
KFM-Schaumstoff GmbH Rosenauer Strasse, 28 - 96487 Dörfles-Esbach 50,00 50,00
Proseat Gmbh & Co. KG Hessenring 32 - 64546 Mörfelden-Walldorf 51,00 51,00
Proseat Verwaltung Gmbh Hessenring 32 - 64546 Mörfelden-Walldorf 51,00 51,00
Griekenland
Teknofoam Hellas Kosma Etolou Street, 13 - Neo Iraklio - Attica 100,00 (GM) (h) 50,00 (PM)
Hongarije
Eurofoam Hungary Kft. Miskolc 16 - 3792 Sajobabony 50,00 50,00
Italië
Proseat s.r.l. Piazza Meda, 5 - 20121 Milano - (k) 50,00
Nederland
Enipur BV Spoorstraat 69 - 4041 CL Kesteren 100,00 (GM) 50 (PM)
Eurofoam B.V. Spoorstraat 69 - 4041 CL Kesteren 50,00 50,00
Polen 50,00 50,00
Eurofoam Polska Sp. z o.o. ul Szczawinska 42 - 95-100 Zgierz 51,00 51,00
Proseat Spolka. z o.o. ul Miedzyrzecka, 16 - 43-382, Bielsko-Biala
Roemenië
Eurofoam s.r.l. Str. Garii nr. 13 Selimbar 2428 - O.P.8 C.P. 802 - Jud. Sibiu 50,00 50,00
Spanje
Proseat Foam Manufacturing SLU Carretera Navarcles s/n, Poligono Industrial Santa Ana II - Santpedor (08251 Barcelona) 51,00 51,00
Turkije
Teknofoam Izolasyon Sanayi ve Ticaret a.s. Esentepe Milangaz caddesi 40 Kartal, Istanbul 100,00 (GM) (j) 50,00 (PM)
Verenigd Koninkrijk
Kingspan Tarec Industrial Insulation Ltd. Charlestown Works, Charlestown - SK13 8LE Glossop (Derbyshire) 50,00 50,00
Proseat LLP Unit A, Stakehill Industrial Estate, Manchester, Lancashire 51,00 51,00

3. ENTITEITEN VERWERKT VOLGENS DE 'EQUITY METHODE' (Geassocieerde ondernemingen)

Deelnemingspercentage (%)
2011 2010
Bulgarije
Eurofoam-BG o.o.d. Raiko Aleksiev Street 40, block n° 215-3 Izgrev district, Sofia 49,76 49,76
Tsjechië
B.P.P. spol s.r.o. ul. Hájecká 11 – 61800 Brno 25,68 25,68
Eurofoam Bohemia s.r.o. Osada 144, Chuderice - 418 25 Bilina 50,00 50,00
Eurofoam TP spol.s.r.o. ul. Hájecká 11 – 61800 Brno 40,00 40,00
Sinfo Souhradi 84 - 391 43 Mlada Vozice 25,50 25,50
Eurofoam Industry ul. Hájecká 11 – 61800 Brno 50,00 (EM) 50,00 (NC)
Italië
ARTE srl Largo Augusto 3 20122 Milano 50,00 50,00
Orsa Foam s.p.a. Via A. Colombo, 60 21055 Gorla Minore (VA) 33,00 33,00
Industria Siracusana Poliuretani Espansi Spa S.S. 114-N. 48 Contrada Targia 96100 Siracusa (SR) 16,67 16,67
Norditalia Resine Spa Via Antoniana, 48 s.p. del Santo 35011 Campodarsego (PD) 16,67 16,67
Sud Italia Poliuretani s.r.l. Zona Industriale la Martella 75100 Matera (MT) 16,67 16,67
Letland
UAB Litfoam Radziunu Village, Alytus Region 30,00 30,00
Polen
Caria Sp. z o.o. ul Jagiellonska 48 - 34 - 130 Kalwaria Zebrzydowska 25,50 25,50
Eurofoam Gdansk Sp. z o.o. ul. Przyrodników 23 - 80-298 Gdansk 50,00 50,00
Eurofoam Poznan Sp. z o.o. ul. Gnieznienska 4 Janikowo K/Poznan - 62-006 Kobylnica 50,00 50,00
JP Foam Manufactoring Sp.z.o.o. al. Ujazdowskie, 51 - 00-536 Warsaw - (l) 17,85
PPHIU Kerko Sp. z o.o. Nr. 366 - 36-073 Strazow 25,86 25,86
Roemenië
Flexi-Mob Trading s.r.l. Interioara Street, 3 Pol. II, Inc. Federalcoop, Nr. 1, Constanta 25,00 25,00
Rusland
Eurofoam Kaliningrad Kaliningrad District, Guierwo Region , 238352 Uszakowo 50,00 (EM) 50,00 (NC)
Slowakije
JP Foam Manufacturing sro Namestie Republiky 26 - 98401 Lucenec - (l) 17,85
Poly Dolné Rudiny 1 - SK-01001 Zilina 50,00 50,00
Servië
Eurofoam Sunder d.o.o. Vojvodanska Str. 127 - 21242 Budisava 50,00 50,00
Oekraïne
Porolon Limited Grodoocka 357 - 290040 - Lviv 47,50 47,50

4. NIET-GECONSOLIDEERDE ENTITEITEN

Sommige entiteiten die voor meer dan 50% worden gecontroleerd worden niet in de consolidatie opgenomen omdat ze (nog) onbeduidend zijn. Van zodra zij een voldoende omvang zullen bereikt hebben, zullen ze echter wel opgenomen worden in de consolidatiekring.

Deelnemingspercentage (%)
2011 2010
China
Recticel Shanghai Ltd No. 518, Fute North Road, Waigaoqiao Free Trade Zone - 200131 Shanghai 100,00 100,00
Shenyang RIS Co Ltd No. 12, Hangtian Road, 110043 Shenyang 100,00 -
Tsjechië
Eurofoam Industry ul. Hájecká 11 – 61800 Brno 50,00 (EM) 50,00 (NC)
Griekenland
Rectiflex e.p.e. Oreokastro-Neochorouda Road Km. 4 Oreokastro - (m) 25,50
Indië
Recticel India Private Limited 407, Kapadia Chambers, 599 JSS Road, Princess Street, Marine Lines (East) 400002 Mumbai Maharashtra 100,00 -
Japan
Inorec Japan KK Imaika-Cho 1-36, Anjo-Shi 50,00 50,00
Luxemburg
Recfin Holding S.A. 412F, route d'Esch, L-2086 Luxembourg 100,00 100,00
Marokko
Recticel Mousse Maghreb SARL 31 Avenue Prince Héritier, Tanger 100,00 (GM) 100,00 (NC)
Moldavië
Eurofoam M srl Independentei Street 30/4 - MD 2072 Chisinau - (g) 25,50
Polen
Recticel Izolacje Sp. z o.o. ul. Lwowska, 19 - PL 00660 Warschau 100,00 (GM) 100 (NC)
Roemenië
BIOFLEX s.r.l. Str. Depozitelor NR 58 - 3900 Satu Mare 50,00 50,00
Eurofoam s.r.l. Baia Mare Str. Margeanulin, 5 - 4800 BAIA MARE 50,00 50,00
Rusland
Eurofoam Kaliningrad Kaliningrad District, Guierwo Region , 238352 Uszakowo 50,00 (EM) 50,00 (NC)
Proseat LLC Domodedovskoye shosse 1/1, Podolsky district, Moskow Region, 142116 Selkhoztekhnica 51,00 51,00
Zweden
Nordflex A.B. Box 507 - 33200 Gislaved 100,00 100,00
Zwitserland
Prefoam AG c/o KPMG Private Steinengraben, 5 - 4003 Basel 50,00 50,00
United Kingdom
Glass Machining Services Limited (in liquidation) 4 Lime Tree Court, The Avenue Hatch End, Pinner Middlesex HA5 4UX 100,00 100,00

II.5.7. Geassocieerde deelnemingen

Een overzicht van de belangrijke geassocieerde deelnemingen is opgenomen in toelichting II.5.6.

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEc 2011 31 DEc 2010
Per einde van de vorige verslagperiode 15 451 15 697
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Wijzigingen in de consolidatiekring (3 055) (629)
Wisselkoersverschillen (424) 149
Winst of verlies (aandeel van de Groep) over de verslagperiode 1 741 935
Uitbetaalde dividenden (898) (726)
Kapitaalverhogingen 142 25
Per einde van de verslagperiode 12 957 15 451

De wijzigingen in de consolidatiekring in 2011 hebben in hoofdzaak betrekking op het afstoten van het belang in JP Foam Manufacturing (Automobiel – Zetelkussens) (EUR –3,1 miljoen), zonder materieel resultaat op de verkoop.

De volgende kerncijfers van de geassocieerde deelnemingen worden weergegeven op een 100% basis:

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEc 2011
ORSAFOAM S.P.A. A.R.T.E. SRL FLEXIMOB LITFOAM UAB EUROFOAM
SÜNDERI
EUROFOAM M-BG
O.O.D.
POLY
Totaal activa 74 706 4 004 303 724 1 385 1 481 1 256
Langlopende verplichtingen en schulden 1 931 0 0 0 0 791 0
Kortlopende verplichtingen en schulden 41 113 4 522 222 678 1 305 727 957
Totaal verplichtingen en schulden 43 044 4 522 222 678 1 305 1 518 957
Netto eigen vermogen 31 662 (518) 81 46 80 (37) 299
Opbrengsten 72 524 1 792 497 2 169 1 811 3 201 2 266
Winst of (verlies) van de periode 2 255 (617) 16 7 30 (124) 10
BPP SPOL S.R.O. EUROFOAM TP SPOL S.R.O. EUROFOAM BOHE- MIA S.R.O. EUROFOAM INDUS- TRY S.R.O. SINFO POROLON LTD CARIA SP.Z.O.O.
Totaal activa 2 497 919 2 736 740 1 451 483 1 031
Langlopende verplichtingen en schulden 0 4 39 0 25 0 129
Kortlopende verplichtingen en schulden 626 75 1 722 390 587 245 559
Totaal verplichtingen en schulden 626 79 1 762 390 611 245 687
Netto eigen vermogen 1 871 841 975 350 840 238 344
Opbrengsten 3 313 2 894 4 201 2 450 3 075 2 655 3 083
Winst of (verlies) van de periode 775 668 102 270 162 97 (65)
EUROFOAM GDANSK SP.Z.O.O. EUROFOAM POZNAN KERKO SP.Z.O.O. EUROFOAM KALI- NINGRAD JP FOAM
MANUFACT-URING SP.Z.O.O.
JP FOAM
MANUFACT-URING S.R.O.
TOTAAL
Totaal activa 1 640 3 340 714 311 20 448 11 158 131 328
Langlopende verplichtingen en schulden 144 1 369 0 29 605 0 5 064
Kortlopende verplichtingen en schulden 771 1 088 496 83 9 165 4 170 69 501
Totaal verplichtingen en schulden 915 2 456 496 112 9 770 4 170 74 565
Netto eigen vermogen 725 884 218 199 10 677 6 988 56 763
Opbrengsten 3 789 6 116 2 066 1 082 16 341 19 002 154 326
Winst of (verlies) van de periode (4) 46 (18) 104 1 412 946 6 075

104 | RECTICEL | Jaarverslag 2011 Financieel rapport | 105

in duizend EUR
31 DEC 2010
Groep Recticel ORSAFOAM S.P.A. A.R.T.E. SRL FLEXIMOB LITFOAM UAB EUROFOAM
SÜNDERI
EUROFOAM
M-BG O.O.D.
POLY
Totaal activa 71 257 4 436 310 814 1 339 1 693 1 184
Langlopende verplichtingen en schulden 3 315 154 0 23 0 793 0
Kortlopende verplichtingen en schulden 37 779 4 551 244 752 1 289 734 893
Totaal verplichtingen en schulden 41 094 4 705 244 775 1 289 1 526 893
Netto eigen vermogen 30 163 (269) 66 39 50 167 291
Opbrengsten 76 769 1 713 338 2 134 1 489 2 410 2 481
Winst of (verlies) van de periode 1 546 (487) 0 (40) (198) (160) 23
BPP SPOL S.R.O. EUROFOAM TP SPOL S.R.O. EUROFOAM BOHEMIA S.R.O. SINFO POROLON LTD CARIA SP.Z.O.O. EUROFOAM GDANSK SP.Z.O.O.
Totaal activa 2 669 1 229 2 835 1 512 348 1 198 1 912
Langlopende verplichtingen en schulden 0 0 0 63 0 0 0
Kortlopende verplichtingen en schulden 821 497 1 936 564 78 744 1 046
Totaal verplichtingen en schulden 821 497 1 936 627 78 744 1 046
Netto eigen vermogen 1 848 732 899 886 270 454 866
Opbrengsten 4 497 2 684 4 928 3 152 1 826 3 574 4 674
Winst of (verlies) van de periode 717 576 22 179 131 (91) 56
EUROFOAM
POZNAN
KERKO SP.Z.O.O. JP FOAM
MANUFACT
URING SP.Z.O.O.
JP FOAM
MANUFACT
URING S.R.O.
TOTAAL
Totaal activa 3 710 650 22 130 8 838 128 063
Langlopende verplichtingen en schulden 1 220 0 0 0 5 567
Kortlopende verplichtingen en schulden 1 537 391 11 738 2 797 68 391
Totaal verplichtingen en schulden 2 757 391 11 738 2 797 73 958
Netto eigen vermogen 953 259 10 392 6 041 54 106
Opbrengsten 7 089 2 302 17 789 18 713 158 562
Winst of (verlies) van de periode 19 (27) (153) 513 2 626

II.5.8. Andere financiële activa

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Reële waarde per einde van de vorige verslagperiode 1 151 1 999
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Wijzigingen in de consolidatiekring (247) (1 096)
Kapitaalverhogingen (-verminderingen) 3 392 (276) (1)
Aanschaffingen 0 994 (1)
Overdrachten (309) (902) (2)
Afboekingen op afstotingen (59) (84)
Terugnemingen op afstotingen 82 370
Getransfereerd naar beleggingen beschikbaar voor verkoop (502) 0
Wisselkoersverschillen (109) 146
Reële waarde per einde van de verslagperiode 3 399 1 151
Aanschaffingswaarde 4 484 2 261
Geaccumuleerde afschrijvingen (1 085) (1 110)
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen 0 0
Reële waarde per einde van de verslagperiode 3 399 1 151
Cash out voor aanschaffingen financiële activa (3 831) (708)
Totaal aanschaffingen financiële activa en kapitaalbewegingen (1) 18 700 (718)
Aanschaffingen opgenomen in werkkapitaal (22 531) 10
Cash in door overdrachten financiële activa 5 508 704
Totaal overdrachten financiële activa (2) 309 902
Overdrachten opgenomen in werkkapitaal (5 199) 198

Deze rubriek omvat alle niet-geconsolideerde investeringen. Deze investeringen betreffen niet-beursgenoteerde entiteiten. De reële waarde is gelijk aan de geaccumuleerde kostprijs aangepast voor bijzondere waardeverminderingen. Kapitaalverhogingen hadden betrekking op (i) Recticel India Private Ltd (Soepelschuim), (ii) Shenyang RIS Co Ltd (People's Republic of China) (Automobiel – Interiors) en Bioflex s.r.l. (Roemenië) (Soepelschuim).

Wijzigingen in de consolidatiekring hadden voornamelijk betrekking op het afstoten van JP Foam Manufacturing (Automobiel – Zetelkussens; Tsjechië en Slowakije).

In 2010 hebben de wijzigingen in de consolidatiekring betrekking op (i) de integratie van Recticel GuKoTech GmbH, Recticel Foams (Shanghai) Co. Ltd. en de verworven minderheidsbelangen (30%) van J.R. Interiors GmbH & Co.KG (EUR 991K) en (ii) de liquidatie van LeBed SAS (Slaapcomfort – Frankrijk) and van Swissflex België BVBA (Slaapcomfort – België).

In 2010 hadden kapitaalverminderingen betrekking op Recfin SA (Luxemburg).

In 2010 werden de overblijvende minderheidsbelangen (30%) van J.R. Interiors GmbH & Co.KG (EUR 991K) overgenomen en werd de participatie in Wenfom AS (Soepelschuim) verkocht.

II.5.9. Deelnemingen beschikbaar voor verkoop

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Aanschaffingswaarde 189 220
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen (103) (135)
Reële waarde per einde van de vorige verslagperiode 86 85
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Overdrachten (69) 0
Bijzondere waardeverminderingen (406) 0
Transfers van andere financiële beleggingen 502 0
Wisselkoersverschillen 8 1
Reële waarde per einde van de verslagperiode 121 86
Aanschaffingswaarde 635 189
Geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen (514) (103)
Reële waarde per einde van de verslagperiode 121 86

II.5.10. Vorderingen op meer dan één jaar

Voor de verslagperiode 2011:

in duizend EUR
Groep Recticel Leningen Voorschotten
en deposito
's
Handelsvorde
- ringen
Overige
vorde
- ringen
Totaal
Reële waarde per einde van de vorige verslagperiode 8 464 4 951 132 1 039 14 586
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Wijzigingen in de consolidatiekring 0 9 0 0 9
Nieuwe leningen 156 15 0 886 1 057
Verdiscontering 0 0 0 8 8
Terugbetalingen (177) (1 609) (58) (47) (1 891)
Getransfereerd naar korte termijn (2) (931) (5) 118 (820)
Wisselkoersverschillen 334 13 0 515 862
Overige (148) 0 0 0 (148)
Reële waarde per einde van de verslagperiode 8 627 2 448 69 2 519 13 663
Bedragen afgeschreven op het einde van de vorige verslagperiode (3 835) (681) 0 0 (4 516)
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Afschrijvingen (621) 0 0 (135) (756)
Getransfereerd naar korte termijn 0 681 0 0 681
Wisselkoersverschillen (386) 0 0 (381) (767)
Bedragen afgeschreven op het einde van de verslagperiode (4 842) 0 0 (516) (5 358)
Reële waarde per einde van de verslagperiode 3 785 2 448 69 2 003 8 305

Voor de verslagperiode 2010:

in duizend EUR
Groep Recticel Leningen Voorschotten
en deposito
's
Handelsvorde

ringen
Overige
vorde

ringen
Totaal
Reële waarde per einde van de vorige verslagperiode 7 277 4 575 208 1 053 13 113
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Wijzigingen in de consolidatiekring 0 4 0 (322) (318)
Nieuwe leningen 806 408 0 167 1 381
Verdiscontering 64 0 0 9 73
Terugbetalingen (12) (65) (76) (88) (241)
Getransfereerd naar korte termijn (11) 0 0 (160) (171)
Wisselkoersverschillen 340 29 0 380 749
Reële waarde per einde van de verslagperiode 8 464 4 951 132 1 039 14 586
Bedragen afgeschreven op het einde van de vorige verslagperiode (3 508) 0 0 0 (3 508)
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Afschrijvingen 0 (681) 0 0 (681)
Wisselkoersverschillen (327) 0 0 0 (327)
Bedragen afgeschreven op het einde van de verslagperiode (3 835) (681) 0 0 (4 516)
Reële waarde per einde van de verslagperiode 4 629 4 270 132 1 039 10 070

Een belangrijke post onder de "Vorderingen op meer dan één jaar" betreft de "Kasvoorschotten en –deposito's", welke als volgt samengesteld is:

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Huur 723 692
Aankopen diensten (water, electriciteit, telecommunicatie, afvalverwerking, …) 103 100
Belastingen op de toegevoegde waarde 26 31
Containers, opslag en meubilair 75 65
Vervroegde pensioneringen 1 485 1 726
Overige 36 1 656
Totaal 2 448 4 270

II.5.11. Voorraden

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Grond- en hulpstoffen - Aanschaffingswaarde 65 701 62 003
Grond- en hulpstoffen - Waardeverminderingen (4 106) (3 726)
Grond- en hulpstoffen 61 595 58 277
Goederen in bewerking - Aanschaffingswaarde 16 158 18 066
Goederen in bewerking - Waardeverminderingen (293) (649)
Goederen in bewerking 15 865 17 417
Gereed product - Aanschaffingswaarde 32 839 33 263
Gereed product - Waardeverminderingen (2 076) (1 953)
Gereed product 30 763 31 310
Handelsgoederen - Aanschaffingswaarde 4 151 3 539
Handelsgoederen - Waardeverminderingen (297) (491)
Handelsgoederen 3 854 3 048
Vooruitbetalingen - Aanschaffingswaarde 145 134
Vooruitbetalingen - Waardeverminderingen 0 0
Vooruitbetalingen 145 134
Bestellingen in uitvoering - Aanschaffingswaarde 3 916 3 636
Bestellingen in uitvoering - Waardeverminderingen (136) (151)
Bestellingen in uitvoering 3 780 3 485
Totaal voorraden 116 002 113 671
Afgeschreven bedragen op voorraden tijdens de verslagperiode -85 -158

Zoals reeds vermeld bij de Immateriële en Materiële Vaste Activa, hebben Recticel NV samen met Recticel International Services NV, in december 2011 een nieuwe gezamenlijke krediet-overeenkomst ("club deal") afgesloten voor een bedrag van EUR 175 miljoen. In het kader van deze "club deal" Recticel NV en/of haar dochternemingen mandaat op het handelsfonds (floating charge mandate) als waarborg gegeven aan de banken, voor een totaal maximum bedrag van EUR 175 miljoen plus renten en gerelateerde kosten.

II.5.12. Onderhanden projecten in opdracht van derden

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Projectopbrengsten opgenomen tijdens de verslagperiode 1 472 10 028
Projectlasten opgelopen en opgenomen winsten min tot dusver opgenomen verliezen 3 539 22 179
Ontvangen vooruitbetalingen 936 323

In de automobielsector heeft Recticel (i) een technologie ontwikkeld op basis van polyurethaan voor de productie van interieurbekledingscomponenten en (ii) produceert ze voorgevormde zetelkussens in polyurethaan voor de autoindustrie. Voor de optimale implementatie van deze twee toepassingen, gebaseerd op de wensen van de klanten, zorgt Recticel er tijdens de pre-operationele fase voor dat de productie van de vormen (moulds) gebeurt bij haar eigen leveranciers voor de productie van de componenten op te starten. Aan het einde van dit proces van onderaanbesteding, worden de vormen verkocht aan de klant.

Omdat dit aanzien wordt als een langetermijncontract gebeurt de opname van de baten en lasten van de vormenactiviteit naar rato van het stadium van voltooiing. Onder de zogenaamde 'procentuele voltooiingmethode' ('percentage of completion'), worden contract baten in overeenstemming gebracht met de reeds opgelopen kosten tot het punt van voltooiing.

II.5.13. Handelsvorderingen en overige vorderingen

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Handelsvorderingen
Handelsvorderingen 142 516 152 766
Afschrijvingen van dubieuze handelsvorderingen (9 606) (10 983)
Totaal handelsvorderingen 132 910 141 783
Overige vorderingen (1) 29 470 23 222
Overige afgeleide producten 408 852
Afgeleide producten in toegewezen boekhoudkundige indekkingsverbanden 0 217
Leningen aan geamortiseerde kost 9 689 37 994
Totaal financiële activa (2) 10 097 39 063
Subtotaal (1)+(2) 39 567 62 285
Totaal vorderingen en overige vorderingen 172 477 204 068

Handelsvorderingen op de balansdatum 2011 omvatten te ontvangen bedragen uit de verkoop van goederen en het leveren van diensten voor EUR 132,9 miljoen (2010: EUR 141,8 miljoen).

Dit netto bedrag van EUR 132,9 miljoen is samengesteld uit: (i) een bruto bedrag aan handelsvorderingen van EUR 181,3 miljoen (2010: EUR 187,2 miljoen), na aftrek van de volgende elementen:

  • − EUR 7,3 miljoen aan nog op te stellen kredietnota's (2010: EUR 6,8 miljoen)
  • − EUR 47,6 miljoen ten gevolge van een factoringprogramma zonder verhaal in België, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk (EUR 34,9 miljoen) en een forfeitingprogramma voor handelsvorderingen in de automobielsector (EUR 12,7 miljoen)
  • − EUR 9,6 miljoen voorzieningen voor oninbaar geachte bedragen voor de verkoop van goederen (2010: EUR 11,0 miljoen), plus

(ii) EUR 16,1 miljoen aan wissels en nog op te maken facturen (2010: EUR 22,4 miljoen).

Handelsvorderingen op de balansdatum 2010 omvatten te ontvangen bedragen uit de verkoop van goederen en het leveren van diensten voor EUR 141,8 miljoen (2009: EUR 142,1 miljoen). Dit netto bedrag van EUR 141,8 miljoen is samengesteld uit:

(i) een bruto bedrag aan handelsvorderingen van EUR 187,2 miljoen (2009: EUR 186.2 miljoen), na aftrek van de volgende elementen:

  • − EUR 6,8 miljoen aan nog op te stellen kredietnota's (2009: EUR 5,8 miljoen)
  • − EUR 49,0 miljoen ten gevolge van een factoringprogramma zonder verhaal in België en Duitsland (EUR 39.8 miljoen) en een forfeitingprogramma voor handelsvorderingen in de automobielsector (EUR 9,2 miljoen)
  • − EUR 11,0 miljoen voorzieningen voor oninbaar geachte bedragen voor de verkoop van goederen (2009: EUR 11,8 miljoen), plus

(ii) EUR 22,4 miljoen aan wissels en nog op te maken facturen (2009: EUR 16,9 miljoen).

De overige vorderingen in 2011 voor EUR 29,5 miljoen omvatten in hoofdzaak (i) nog te ontvangen BTW (EUR 9,0 miljoen), (ii) betaalde voorschotten aan derden voor exploitatiekosten die over verschillende boekjaren verdeeld worden (EUR 9,4 miljoen), alsook (iii) vorderingen ten gevolge van de toewijzing van resultaten van joint ventures (o.a. Kingspan Tarec Industrial Insulation en Proseat) en (iv) contractuele verbintenissen met medecontractanten (EUR 10,4 miljoen).

De overige vorderingen in 2010 voor EUR 23,2 miljoen omvatten in hoofdzaak (i) nog te ontvangen BTW (EUR 5,3 miljoen), (ii) betaalde voorschotten aan derden voor exploitatiekosten die over verschillende boekjaren verdeeld worden (EUR 9,4 miljoen), alsook (iii) vorderingen ten gevolge van de toewijzing van resultaten van joint ventures (o.a. Kingspan Tarec Industrial Insulation en Proseat) en (iv) contractuele verbintenissen met medecontractanten (EUR 8,5 miljoen).

De overige financiële activa in 2011 (EUR 10,1 miljoen) zijn voornamelijk samengesteld uit financiële vorderingen op verbonden ondernemingen die niet worden geconsolideerd (EUR 3,4 miljoen), een vordering van EUR 7,0 miljoen (2010: EUR 35,2 miljoen) verbonden aan het niet opgenomen saldo onder de factoringprogramma's zonder verhaal in België en Duitsland, alsook EUR 0,5 miljoen inzake de herwaardering van indekkingsinstrumenten op renten en wisselkoersen.

De overige financiële activa in 2010 (EUR 39,1 miljoen) zijn voornamelijk samengesteld uit financiële vorderingen op verbonden ondernemingen die niet worden geconsolideerd (EUR 2,5 miljoen), een vordering van EUR 35,2 miljoen (2009: EUR 31.4 miljoen) verbonden aan het niet opgenomen saldo onder de factoringprogramma's zonder verhaal in België en Duitsland, alsook EUR 1,1 miljoen inzake de herwaardering van indekkingsinstrumenten op renten en wisselkoersen.

Zoals reeds eerder vermeld, hebben Recticel NV samen met Recticel International Services NV, in december 2011 een gezamenlijke krediet-overeenkomst ("club deal") afgesloten voor een bedrag van EUR 175 miljoen. In het kader van deze "club deal" hebben Recticel NV en/of haar dochternemingen mandaat op handelsfonds (floating charge mandate) als waarborg gegeven aan de banken, voor een totaal maximum bedrag van EUR 175 miljoen plus renten en gerelateerde kosten.

Kredietrisico

De belangrijkste vlottende financiële activa van de Groep zijn de geldmiddelen en kasequivalenten, handels- en overige vorderingen, en investeringen, die de maximale blootstelling van de Groep vertegenwoordigen aan het kredietrisico met betrekking tot financiële activa.

Het kredietrisico van de Groep is voornamelijk toe te schrijven aan haar handelsvorderingen. De bedragen worden in de balans gepresenteerd netto van de voorzieningen voor dubieuze debiteuren, geschat door het management van de Groep op basis van ervaringen uit het verleden en hun inschatting van de huidige economische omgeving.

Het risicoprofiel van de portefeuille handelsvorderingen is gesegmenteerd per activiteitensector, en steunt op de waargenomen verkoopsvoorwaarden in de markt. Het wordt tevens beperkt door de afgesproken limieten van de algemene verkoopsvoorwaarden en de specifiek overeengekomen condities. Deze laatsten hangen verder af van de graad van industriële en commerciële integratie van de klant, alsmede van de concurrentiegraad van de markt.

De portefeuille handelsvorderingen in de sector Soepelschuim, Slaapcomfort en Isolatie bestaat uit een grote hoeveelheid klanten, verdeeld over verschillende markten waarvan het kredietrisico continu wordt geëvalueerd via de commerciële en financiële voorwaarden toegekend aan de klanten. Daarnaast worden de kredietrisico's op handelsvorderingen, met uitzondering van de Automobielsector, meestal gedekt door kredietverzekeringspolissen die de Groep centraal beheert en harmoniseert. Het beheer van de kredietrisico's is verder ondersteund door de implementatie van SAP software modules (FSCM) en best practice processen inzake de inning van vorderingen.

In de sector Automobiel zijn de kredietrisico's redelijk geconcentreerd en wordt er beroep gedaan op solvabiliteitsratio's die door onafhankelijke rating agentschappen worden toegekend.

De gemiddelde kredietperiodes bij verkopen variëren van 45 tot 90 dagen, afhankelijk van de sector en van de landen van operatie.

Met het oog op de beperking van de kredietrisico's, werden factoring-, forfeiting- en verdisconteringsprogramma's zonder verhaal voor een totaal bedrag van EUR 83,1 miljoen (waarvan EUR 45,5 miljoen effectief benut per 31.12.2011) opgezet.

Het gemiddelde aan ongedekte uitstaande bedragen van vervallen vorderingen varieert, afhankelijk van de sector, tussen 1% en 4,5% van de totale verkopen. De Groep oordeelt dat er geen bijzonder risico van niet-inning bestaat, hoewel grote waakzaamheid geboden is.

Ouderdomsanalyse vervallen vorderingen, waarvoor geen voorzieningen zijn aangelegd:

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
30 dagen 10 659 9 991
60 dagen 6 649 6 451
90 dagen 956 1 157
120 dagen 668 1 204
150 dagen 481 506
180 dagen en meer 618 4 051
Totaal 20 031 23 360

Wijzigingen voorzieningen voor dubieuze vorderingen:

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Op het einde van de vorige verslagperiode (10 983) (11 769)
Toewijzingen (1 337) (1 150)
Terugnemingen 2 516 1 020
Niet recupereerbare bedragen 37 324
Herclassificatie 92 318
Wisselkoersverschillen 90 (164)
Wijzigingen in de consolidatiekring (21) 438
Totaal (9 606) (10 983)

II.5.14. Geldmiddelen en kasequivalenten

Geldmiddelen en kasequivalenten omvatten geldmiddelen aangehouden door de Groep en bankdeposito's op korte termijn met een oorspronkelijke looptijd van ten hoogste drie maanden. De boekwaarde van deze activa komt ongeveer overeen met hun reële waarde:

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Opvraagbare bankdeposito's - op ten hoogste 3 maanden 8 700 2 368
Geldmiddelen 45 875 51 570
Totaal geldmiddelen en kasequivalenten 54 575 53 938

II.5.15. Aandelenkapitaal

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Uitgegeven aandelen
28 931 456 gewone aandelen zonder nominale waarde 72 329 73 329
Volledig volstorte aandelen
28 931 456 aandelen zonder nominale waarde 72 329 72 329

II.5.16. Uitgiftepremie

in duizend EUR
Groep Recticel
Balans op 31 december 2010 107 013
Premie op de uitgifte van eigen-vermogensinstrumenten tijdens 2011 0
Lasten van de uitgifte van eigen-vermogensinstrumenten tijdens 2011 0
Balans op 31 december 2011 107 013

II.5.17. Pensioenen en gelijkaardige verplichtingen

Pensioenplannen

Verscheidene Recticel entiteiten hebben toegezegdepensioenregelingen en/of toegezegde-bijdragenregelingen. De belangrijkste toegezegde-pensioenregelingen die typisch een pensioen voorzien in verhouding tot de verloning en de diensttijd, zijn terug te vinden in België, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk.

Bij gefinancierde plannen, worden de fondsbeleggingen geïnvesteerd in een gemengde portefeuille van aandelen en obligaties of verzekeringscontracten.

De fondsbeleggingen omvatten geen rechtstreekse investeringen in Recticel aandelen, Recticel obligaties of in enig eigendom gebruikt door Recticel entiteiten.

Om tegemoet te komen aan het financieringsdeficit van het pensioenplan in het Verenigd Koninkrijk, heeft Recticel ingestemd met de betaling van een totaal bedrag van GBP 9 miljoen onder de vorm van een herstelbijdrage, en over de periode van 1 januari 2010 tot en met 31 december 2023.

Toegezegde-pensioenregelingen - Voorzieningen voor toegezegde-pensioenregelingen

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
De bewegingen in de netto verplichtingen van de huidige periode:
Netto verplichting op 1 januari 33 731 35 391
Uitgaven opgenomen in de winst- en verliesrekening 4 495 2 703
Bestedingen voor betaalde bijdragen (4 406) (4 469)
Wijzigingen in de consolidatiekring 0 0
Wisselkoersverschillen 72 106
Netto verplichting op 31 december 33 892 33 731

De bedragen opgenomen in de winst- en verliesrekening met betrekking tot de toegezegde-pensioenregelingen:

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Aan het dienstjaar toegerekende pensioenlasten 2 091 2 073
Rentelasten 4 389 4 335
Verwachte rendement op fondsbeleggingen (2 493) (2 198)
Pensioenlasten (-baten) van verstreken diensttijd 7 42
Effect van inperkingen 73 (1 926)
Afschrijving van de actuariële verliezen (winsten) 428 377
Uitgaven opgenomen in de winst- en verliesrekening 4 495 2 703

Toegezegde-pensioenregelingen - Voorzieningen voor toegezegde-pensioenregelingen

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
De bedragen opgenomen in de balans met betrekking tot de toegezegde-pensioenregelingen:
Toegezegde-pensioenregelingen - gefinancierde plannen 74 665 72 427
Reële waarde van de fondsbeleggingen (44 641) (44 214)
Tekort voor de gefinancierde plannen (surplus) 30 024 28 213
Toegezegde-pensioenregelingen - niet-gefinancierde plannen 15 748 13 710
Financieringsstatus 45 772 41 923
Niet opgenomen winst met betrekking tot verstreken diensttijd (829) (170)
Niet opgenomen actuariële winsten en (verliezen) (11 051) (8 022)
Netto verplichting op balansdatum 33 892 33 731
Korte termijn 3 529 3 871
Lange termijn 30 363 29 860
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
De voornaamste actuariële veronderstellingen gebruikt op balansdatum (gewogen gemiddelden):
Discontovoet 4,50% 5,10%
Verwacht rendement op fondsbeleggingen 5,74% 5,80%
Toekomstige pensioenverhogingen 2,00% 2,91%
Geschatte loonsverhogingen 2,99% 2,99%
in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Wijzigingen in de fondsbeleggingen:
Reële waarde van de fondsbeleggingen (01 jan) 44 214 36 724
Verwachte rendement op fondsbeleggingen 2 493 2 198
Bijdragen betaald door werkgever 4 406 4 469
Bijdragen betaald door werknemer 0 0
Betaalde vergoedingen (4 943) (150)
Actuariële winsten (verliezen) op fondsbeleggingen (2 048) 951
Regelings-winsten/(-verliezen) (53) (543)
Wijziging in de consolidatiekring 0 0
Wisselkoerseffecten 572 565
Reële waarde van de fondsbeleggingen (31 dec) 44 641 44 214
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Fondsbeleggingen - portefeuille-mix:
Aandelen 32% 27%
Obligaties 7% 10%
Verzekeringscontracten 56% 55%
Cash 0% 2%
Overige 5% 5%

De verwachte rendementen houden rekening met de activa-allocatie.

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Het effectieve rendement op fondsbeleggingen in de huidige periode:
Effectief rendement op fondsbeleggingen 445 3 149
in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Wijzigingen in de toegezegde-pensioenregelingen:
Toegezegde pensioenregelingen (01 jan) 86 137 78 656
Aan het dienstjaar toegerekende pensioenlasten 2 091 2 073
Bijdragen door werknemer 0 0
Rentelasten 4 389 4 335
Betaalde vergoedingen (direct en indirect) (4 943) (150)
Actuariële (winsten)/verliezen op pensioenregelingen 1 337 2 187
Pensioenkosten van verstreken diensttijd 666 (48)
Effect van inperkingen (winsten)/verliezen (182) (1 256)
Regelings-(winsten)/verliezen 182 (551)
Wijzigingen in consolidatiekring 0 0
Wisselkoerseffecten 736 891
Toegezegde pensioenregelingen (31 dec) 90 413 86 137

Ervaringsaanpassingen

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010 31 DEC 2009 31 DEC 2008 31 DEC 2007
Toegezegde pensioenregelingen - alle plannen 90 413 86 137 78 656 78 779 131 891
Reële waarde van de fondsbeleggingen (44 641) (44 214) (36 724) (31 764) (87 935)
Financieringsstatus 45 772 41 923 41 932 47 015 43 956
Ervaringsaanpassingen op toegezegde pensioenregelingen (1 229) 1 778 (1 205) (2 909) 1 292
Ervaringsaanpassingen op fondsbeleggingen (2 048) 951 1 530 (9 462) 1 158
De verwachte toezeggingen bedragen 3 636 3 830 3 738

Toegezegde-bijdragenregelingen

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
De bijdragen betaald door de Entiteit aan de toegezegde-bijdragenregelingen:
Betaalde bijdragen 4 915 3 912

Toegezegde-bijdragenregelingen in België en Zwitserland zijn onderhevig aan een minimum gegarandeerd rendement. Desondanks worden deze plannen ondergebracht onder de toegezegde-bijdragenregelingen. Voor de Belgische plannen worden de gegarandeerde rendementen verstrekt door externe verzekeringsmaatschappijen. Voor de Zwitserse plannen overstijgt de waarde van de fondsbeleggingen (EUR 19,4 miljoen op 31 dec 2011) ruimschoots de gewaarborgde bedragen.

II.5.18. Voorzieningen

Voor de verslagperiode 2011

in duizend EUR
Groep Recticel VOORDELEN
PERSONNEL
BELASTINGS
GESCHILLEN
ANDERE
GESCHILLEN
PRODUCT
DEFECTEN
LEEFMILIEU
RISICO'S
REORGANISA
TIE-LASTEN
VOORZIENIN
GEN VOOR
VERLIESLA
TENDE CON
TRACTEN
OVERIGE
RISICO'S
FINANCIËLE
RISICO'S OP
VERKOOP
DOCHTER
ONDERNE
MINGEN
TOTAAL
Per einde van de vorige verslagperiode 38 835 141 370 3 248 6 653 22 790 4 459 971 300 77 767
Wijzigingen tijdens de verslagperiode
Verwachte opbrengst uit activa (2 493) 0 0 0 0 0 0 0 0 (2 493)
Actualisatie 4 604 180 7 0 4 791
Toevoegingen 4 070 0 0 353 1 2 966 0 184 0 7 574
Bestedingen (5 888) 0 (125) (181) (476) (15 557) (1 779) 0 (300) (24 306)
Terugnemingen (759) (136) (57) (1 358) 0 (2 308) (591) (429) 0 (5 638)
Wisselkoersverschillen 46 (5) 1 (66) 0 46 (4) (6) 0 12
Per einde van de verslagperiode 38 415 0 189 1 996 6 178 7 937 2 265 727 0 57 707
Voorzieningen op meer dan één jaar 35 289 0 169 1 949 5 888 2 067 2 164 727 0 48 253
Voorzieningen op minder dan één jaar 3 126 0 20 47 290 5 870 101 0 0 9 454
Totaal 38 415 0 189 1 996 6 178 7 937 2 265 727 0 57 707

Voor de verslagperiode 2010

in duizend EUR
Groep Recticel VOORDELEN
PERSONNEL
BELASTINGS
GESCHILLEN
ANDERE GESCHILLEN PRODUCT
DEFECTEN
LEEFMILIEU- RISICO'S REORGANISA- TIE-LASTEN VOORZIENIN- GEN VOOR VER-
LIESLATENDE
CONTRACTEN
OVERIGE
RISICO'S
FINANCIËLE
RISICO'S OP
VERKOOP DOCHTER-ON-
DERNEMINGEN
TOTAAL
Per einde van de vorige
verslagperiode
41 102 0 388 3 939 6 121 16 940 1 304 1 041 1 587 72 422
Wijzigingen tijdens de
verslagperiode
Wijzigingen in de consolidatiekring ( 380) 0 0 0 0 ( 285) 0 0 0 ( 665)
Verwachte opbrengst uit activa ( 2 198) 0 0 0 0 0 0 0 0 ( 2 198)
Actualisatie 4 580 0 0 0 0 0 0 0 0 4 580
Toevoegingen 2 477 140 195 531 567 18 348 2 654 197 300 25 409
Bestedingen ( 5 891) 0 ( 131) ( 351) ( 42) ( 6 778) ( 818) ( 134) 0 ( 14 145)
Terugnemingen ( 1 015) 0 ( 82) ( 934) 0 ( 4 288) ( 65) ( 173) ( 1 587) ( 8 144)
Getransfereerd van één rubriek naar
een andere
0 0 0 0 0 ( 1 397) 1 397 0 0 0
Wisselkoersverschille 159 1 0 63 7 250 ( 13) 40 0 507
Per einde van de verslagperiode 38 834 141 370 3 248 6 653 22 790 4 459 971 300 77 766
Voorzieningen op meer dan één jaar 34 988 0 277 3 060 6 359 11 125 2 524 807 300 59 440
Voorzieningen op minder dan één jaar 3 846 141 93 188 294 11 665 1 935 164 0 18 326
Totaal 38 834 141 370 3 248 6 653 22 790 4 459 971 300 77 766

De voorzieningen voor productwaarborgen hebben voornamelijk betrekking op de garanties op producten van de slaapcomfortdivisie. De voorzieningen worden in het algemeen berekend op basis van 1% van de jaarlijkse opbrengsten uit verkoop, wat overeenkomt met de beste schatting van het management van het risico voor de garantie van 12 maanden. Wanneer historische gegevens beschikbaar zijn, worden de voorzieningen vergeleken met de jaarlijkse effectieve verplichtingen en, indien nodig, wordt het bedrag van de voorziening aangepast.

Voorzieningen voor leefmilieurisico's dekken voornamelijk (i) het geïdentificeerde risico met betrekking tot de Tertre terreinen (zie deel II.6.11.1.) en (ii) de vervuilingsrisico's in België en Nederland.

Voorzieningen voor reorganisatie hebben betrekking op de uitstaande bedragen van verwachte uitgaven met betrekking tot (i) de vroeger aangekondigde en bijkomende herstructureringsplannen in België, Frankrijk, Duitsland, Nederland, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten; en (ii) verlieslatende contracten in Duitsland, Spanje en de Verenigde Staten.

II.5.19. Rentedragende financiële en overige verplichtingen

II.5.19.1.Financiële verplichtingen aan geamortiseerde kostprijs

in duizend EUR
LANGLOPENDE VERPLICHTINGEN -
OPGENOMEN
KORTLOPENDE VERPLICHTINGEN -
OPGENOMEN
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Gewaarborgd
Financiële leases 11 024 13 285 2 161 2 063
Kredietinstellingen 75 176 110 516 0 12 500
Kredietinstellingen - factoring met verhaal 0 0 0 1 159
Verdisconteerde wissels 0 0 0 1 987
Totaal gewaarborgd 86 200 123 801 2 161 17 709
Niet-gewaarborgd
Obligaties & schuldpapier 44 546 39 780 14 500 0
Kredietinstellingen - langlopend met kortlopend opeisbaar gedeelte 4 358 1 461 840 5 243
Overige leningen 2 111 2 082 268 334
Kredietinstellingen - kortlopend 0 0 15 924 3 071
Kredietinstellingen - forfeiting 0 0 46 1 513
Voorschotten op lopende rekening 0 0 11 204 9 515
Overige financiële leningen 0 0 22 737 8 306
Totaal niet-gewaarborgd 51 015 43 323 65 519 27 982
Totaal rentedragende verplichtingen aan geamortiseerde kost 137 215 167 124 67 680 45 691
in duizend EUR
LANGLOPENDE VERPLICHTINGEN -
NIET-OPGENOMEN
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Gewaarborgd
Kredietinstellingen 100 000 94 400 0 0
Kredietinstellingen - factoring met verhaal 0 0 0 8 900
Verdisconteerde wissels 0 0 900 8 400
Totaal gewaarborgd 100 000 94 400 900 17 300
Niet-gewaarborgd
Kredietinstellingen 0 0 47 400 66 100
Totaal niet-gewaardborgd 0 0 47 400 66 100
Totaal rentedragende verplichtingen aan geamortiseerde kost 100 000 94 400 48 300 83 400

Per eind 2011 bedroeg de gewogen gemiddelde looptijd van langlopende financiële verplichtingen 4,84 jaar. De obligatieleningen en de financiële lease-overeenkomsten zijn tegen vaste rente.

Naast de opgenomen kredietbedragen onder de "club deal" faciliteit (EUR 75,0 miljoen), beschikt de Groep per 31 december 2011 ook nog over EUR 84,5 miljoen lange termijn krediettoezeggingen, waarvan EUR 18,3 miljoen vervalt binnen het jaar. Daarbovenop beschikt de Groep nog over EUR 100 miljoen onder de "club deal" faciliteit en over EUR 83,6 miljoen niet opgenomen korte termijn kredietlijnen.

De reële waarde van de verplichtingen met variabele rente benaderen de nominale waarde. De rentelast van de leningen aan variabele rente varieert van 1,5% tot 2,5% per jaar in EUR en tot 2,00% per jaar in USD.

Op balansdatum was 72,6% van de totale leningen, direct of indirect (via wisselkoersswaps), uitgedrukt in EUR, 7,6% in GBP, 4,8% in CHF, 4,1% in SEK, 3,6% in CZK, 3,2% in USD, 2,8% in PLN en 1,3% in verschillende andere valuta.

Het grootste deel van de financiële verplichtingen van de Groep worden centraal aangegaan en beheerd door Recticel International Services n.v., dat als interne bank van de Groep handelt.

In juli 2011, sloot de Eurofoam joint venture een nieuwe private plaatsing af voor EUR 40 miljoen over 5 jaar tegen een vaste rentevoet van 4,02%. Deze nieuwe transactie laat tijdelijk de uitstaande bedragen onder de bestaande private plaatsingen bij Eurofoam stijgen tot EUR 69 miljoen. EUR 29 miljoen van dit totaalbedrag zal in mei 2012 worden terugbetaald; waarna het saldo (EUR 40 miljoen) voor 5 jaar blijft uitstaan.

De opnames onder de "club deal" zijn onderhevig aan bankcovenanten op basis van een aangepaste schuldgraadratio, een renteratio en een minimaal eigenvermogensverplichting. Per eind 2011 voldeed Recticel aan al zijn bankcovenanten. Op grond van het beschikbare budget en financieel plan, verwacht het management in staat te zijn om in het komende jaar aan de bankcovenanten te voldoen.

Zoals voorzien in de "club deal", bedraagt het maximaal toegestane dividend beschikbaar voor uitbetaling, het grootste van (i) 50% van de consolideerde netto winst van de Groep tijdens het voorafgaande boekjaar en (ii) EUR 8,0 miljoen.

(i) Converteerbare obligatieleningen

Van de converteerbare obligatielening, uitgegeven in juli 2007 voor een nominaal bedrag van EUR 57,5 miljoen, heeft de Groep in de loop van 2008 EUR 11,2 miljoen; in 2009 EUR 17,3 miljoen en in 2011 EUR 1,4 miljoen, terug ingekocht. Van het uitstaande saldo van EUR 27,7 miljoen, wordt EUR 24,6 miljoen opgenomen onder de financiële schulden. Het overige deel is geboekt in een eigen vermogensrekening. Deze lening heeft een looptijd van 10 jaar, met een "put" optie voor de investeerders in 2014. De coupon bedraagt 5,0% en is jaarlijks betaalbaar.

Deze obligatie is converteerbaar in aandelen. De initiële conversieprijs was vastgelegd op EUR 14,34 per aandeel. De conversieprijs is onderhevig aan aanpassingen in functie van de dividend uitbetalingen. De huidige (31 december 2011) conversieprijs bedraagt EUR 13,14. De obligaties zijn tot en met 16 juli 2017 converteerbaar in gewone aandelen aan de dan geldende conversieprijs.

Tenzij de lening vervroegd wordt teruggekocht, geconverteerd of geannuleerd, zullen de obligaties in cash terugbetaald worden op 23 juli 2017 aan 100% van de nominale waarde, samen met de nog niet betaalde verlopen renten.

(ii) Financiële leases

De daling van deze post wordt verklaard door de contractuele terugbetaling van leasingovereenkomsten. Zie ook toelichting II.5.21.

(iii) Kredietinstellingen – "club deal"

In december 2011 heeft Recticel een "club deal" afgesloten met 7 Europese banken voor een nieuwe multi-valuta lening van EUR 175 miljoen voor vijf jaar. Dit nieuwe krediet werd gebruikt voor de terugbetaling van de nog uitstaande bedragen onder de "club deal" van 2008 werd vervroegd om de lange termijn financiering te verzekeren in het licht van moeilijke marktomstandigheden.

II.5.19.2.Overige financiële verplichtingen

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Rentevoet swaps 6 874 5 545
Premie voor afgeleide instrumenten 1 0
Rentelasten voor deviezenswaps 75 0
Trading/economische indekking 1 687 1 054
Opties op deviezen - verkoper 0 18
Afgeleide producten aan reële waarde 8 637 6 617
Overige financiële verplichtingen 12 732 460
Verlopen renten 1 368 1 229
Totaal 22 737 8 306

II.5.20. Overige verplichtingen

in duizend EUR
Groep Recticel LANGLOPENDE VERPLICHTINGEN KORTLOPENDE VERPLICHTINGEN
31 DEC 2011 31 DEC 2010 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Handelsverplichtingen 64 147 0 0
Voorschotten klanten 162 162 6 6
Overige verplichtingen 127 201 55 72
Totaal overige verplichtingen 353 510 61 78

II.5.21. Financiële leaseverplichtingen

in duizend EUR
MINIMALE LEASE- BETALINGEN CONTANTE WAARDE VAN
DE MINIMALE LEASE- BETALINGEN
MINIMALE LEASE- BETALINGEN CONTANTE WAARDE VAN
DE MINIMALE LEASE- BETALINGEN
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2011 31 DEC 2010 31 DEC 2010
Leasebetalingen vervallend binnen het jaar 2 938 2 161 2 957 2 063
Tussen 1 en 5 jaar 10 392 8 662 10 915 8 709
Meer dan 5 jaar 2 445 2 362 5 103 4 576
Totale leasebetalingen 15 775 13 185 18 975 15 348
Toekomstige financiële lasten (2 591) (3 627)
Contante waarde van de leaseverplichtingen 13 184 13 185 15 348 15 348
Minus betalingen die binnen het jaar vervallen (2 161) (2 063)
Betalingen die na 1 jaar vervallen 11 024 13 285

De financiële leases werden door de dochterondernemingen afgesloten ter financiering van gebouwen en uitrustingen voor een bedrag van EUR 15,8 miljoen met een financiële last die varieert tussen 5% per jaar en 9,5% per jaar.

II.5.22. Financiële derivaten en financiële risico's

Significante boekhoudregels

Details inzake de significante boekhoudregels en –methodes, inclusief de criteria voor de erkenning, de basis van bepaling en de basis waarop inkomsten en uitgaven worden erkend, dit voor elke categorie van financiële activa, financiële verplichtingen en eigen vermogensinstrumenten worden in toelichting III.1.3. uiteengezet.

Categorieën van financiële instrumenten

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Financiële activa
Rëele waarde via winst- en verliesrekening ("RWWV")
Interest rate swaps 0 217
Trading/Economische indekking 408 462
Deviezenopties - koper 0 292
Premie voor afgeleide instrumenten 67 98
Afgeleide instrumenten in toegewezen boekhoudkundige indekkingsverbanden 475 1 069
Handelsvorderingen 132 980 141 915
Overige vorderingen 33 920 28 531
Leningen 13 405 42 623
Geldmiddelen & kasequivalenten 54 575 53 938
Leningen en vorderingen (inclusief geldmiddelen en kasequivalenten) 234 880 267 007
Trading investeringen 205 181
Financiële verplichtingen
Interest rate swaps 6 874 5 545
Rentelasten op deviezen swaps 75 0
Trading/Economische indekking 1 687 1 054
Deviezenopties - verkoper 0 18
Afgeleide instrumenten in toegewezen boekhoudkundige indekkingsverbanden 8 636 6 617
Financiële verplichtingen aan geamortiseerde kost 196 254 206 195

Reële waarde maatregelen erkend in de financiële situatie

in duizend EUR
(NIET AANGEPASTE)
KWOTERINGS-PRIJZEN IN
ACTIEVE MARKTEN
OBSERVEER-BARE
MARKTPRIJS-OPGAVES
(ANDERE DAN
KWOTERINGS-PRIJZEN IN
ACTIEVE MARKTEN)
INPUTS DIE NIET
GEBASEERD ZIJN OP
OBSERVEER-BARE MARKT
GEGEVENS
TOTAAL
0 0 408 408
0 0 408 408
0 0 205 205
0 0 205 205
0
0 0 6 874 6 874
0 0 75 75
0 0 1 687 1 687
0 0 8 636 8 636

Beheer van financiële risico's

De Groep beheert een portefeuille van financiële derivaten om risico's in te dekken met betrekking tot wisselkoers- en renteposities die voortvloeien uit bedrijfs- en financiële activiteiten. Het is het beleid van de Groep niet deel te nemen in speculatieve of hefboomtransacties noch derivaten aan te houden of uit te geven voor handelsdoeleinden.

Beheer van rentevoetrisico's

Recticel dekt op globaal niveau het renterisico af van rentedragende leningen. De belangrijkste gehanteerde instrumenten zijn renteswaps (IRS) of rentecaps (CAPs). De verhouding vastrentende schuld / variabel rentende schuld wordt regelmatig overlopen op het niveau van het Financieel Comité en aangepast indien nodig. In deze, streeft het Financieel Comité ernaar om een aangepast evenwicht te vinden tussen vastrentende akkoorden en overeenkomsten met variabele rente gebaseerd op een filosofie van gezonde spreiding van de renterisico's.

Bij een renteswap-overeenkomst ('IRS') verbindt de Groep er zich toe om het verschil tussen het rentebedrag aan vaste en vlottende rentevoet berekend op een nominaal bedrag te betalen of te ontvangen. Dit type van overeenkomsten laat de Groep toe om schommelingen op te vangen die het gevolg zijn van wijzigingen in de marktwaarde van de schuld aan vaste rentevoet.

De reële waarde van de renteswap-portefeuille op de balansdatum wordt bepaald door de actualisatie van de toekomstige geldstromen uit het contract en dit door gebruikt te maken van de rentecurves van dat moment en mits in acht name van het inherent kredietrisico voor dit soort overeenkomsten.

De huidige portefeuille IRS dekt een deel van dergelijke leningen tot februari 2013 voor EUR 75 miljoen. Het deel van de IRS portefeuille dat op een later tijdstip start, zal de periode van februari 2013 tot februari 2018 (EUR 50 miljoen) indekken. De totale IRS portefeuille (EUR 125 miljoen) valt onder de indekkingsboekouding ('hedge accounting') onder de regels van IAS 39.

De gewogen gemiddelde looptijd van de totale renteswap-portefeuille is 3,8 jaar.

De Groep heeft ook rentevoet CAP opties in EUR afgesloten om zich in te dekken tegen rentevoetrisico's. Een rentevoet CAP optie is een afgeleid product waardoor de koper van de optie betalingen ontvangt op het einde van elke periode tijdens dewelke de referentie-rentevoet de overeengekomen uitoefenprijs overtreft. Dit laat toe om te genieten van lagere korte termijn rentevoeten en ingedekt te zijn in geval de korte termijn rentevoeten zouden stijgen.

In totaal werden er 'Cap' opties voor een referentiebedrag van EUR 40 miljoen afgesloten, met een gewogen uitoefenperiode van 1 jaar. Deze bieden bescherming tegen het risico van een verhoging van de rentevoeten in EUR. De 'Cap' opties zijn "out-ofthe-money" doordat hun uitoefenprijs hoger is dan de korte termijn rentevoeten.

Op 31 december 2011 werd de reële waarde van de renteswaps geschat op EUR –6,8 miljoen. De herwaardering van de IRS portfolio beïnvloedt rechtstreeks het eigen vermogen van de Groep (en niet de winst- & verliesrekening) omdat deze instrumenten genieten van de boekhoudkundige indekking die gebaseerd is op periodieke testen en het feit dat deze indekkingen perfect aansluiten met de karakteristieken van de onderliggende schuld. De reële waarde van de 'cap'-opties werd op EUR –0,1 miljoen ingeschat.

De converteerbare obligatielening (EUR 24,6 miljoen, deel onder financiële schulden geboekt), de private plaatsing bij de joint venture Eurofoam (EUR 34,5 miljoen) en de financiële leases (EUR 11,0 miljoen) werden uitgegeven tegen een vaste rente, terwijl de meeste andere bankverplichtingen werden aangegaan tegen variabele rente. Een huidige portefeuille van derivaten biedt een globale indekkingen voor een totaal bedrag van EUR 75,0 miljoen op balansdatum, wat betekent dat de totale vaste-renteovereenkomsten 67% vertegenwoordigen van de totale verplichtingen (zonder rekening te houden met de CAPs die niet effectief zijn in de context van lage korte termijn rentevoeten).

1. Economische risico-indekking (aangeduid als tegen reële waarde met verwerking in de winst- en verliesrekening)

in duizend EUR
Groep Recticel NOMINALE WAARDE MARKTWAARDE
PER 31 DEC 2011
OPGENOMEN
IN DE RESULTATEN
REKENING 2011
OPGENOMEN
IN DE RESULTATEN
REKENINGEN
VAN VORIGE JAREN
Overzicht van de CAP-contracten
Gekochte "CAP"-opties 40 000 (54) (54) (103)
Op termijn startende opties, gekochte "CAP"-opties 0 0 0 38
Totaal CAP-contracten 40 000 (54) (54) (65)
Overzicht van de IRS-contracten 0 0 0 0

2. Hedge accounting

in duizend EUR
Groep Recticel NOMINALE WAARDE MARKTWAARDE
PER 31 DEC 2011
OPGENOMEN
IN HET EIGEN VERMOGEN 2011
OPGENOMEN
IN HET EIGEN
VERMOGEN VORIGE JAREN
Overzicht van de IRS-contracten
Interest Rate Swaps (IRS) in EUR 75 000 (2 496) (1 196) (1 300)
Op termijn startende IRS in EUR 50 000 (4 378) (178) (4 200)
Totaal IRS contracten 125 000 (6 874) (1 374) (5 500)
in duizend EUR
Groep Recticel UITSTAANDE PORTEFEUILLE IRS PER 31 DEC 2011
START VERVAL-DAG RENTE-VOET 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017
23/12/08 28/02/13 4,32% 35 000 35 000 0 0 0 0 0
23/12/08 28/02/13 4,31% 15 000 15 000 0 0 0 0 0
23/12/11 22/02/13 3,41% 12 500 12 500 0 0 0 0 0
23/12/11 22/02/13 3,47% 12 500 12 500 0 0 0 0 0
22/02/13 22/02/18 3,96% 0 0 25 000 25 000 25 000 25 000 25 000
22/02/13 22/02/18 3,80% 0 0 12 500 12 500 12 500 12 500 12 500
22/02/13 22/02/18 3,64% 0 0 12 500 12 500 12 500 12 500 12 500
Average rate 3,84% 75 000 75 000 50 000 50 000 50 000 50 000 50 000

Sensitiviteit voor 'marked-to-market value' van rentevoetderivaten

De Groep is blootgesteld aan rentevoetrisico's omdat de financieringen van de Groep zowel vaste als variabele rentevoeten hebben. Het renterisico wordt door de Groep centraal beheerd in de mate dat er een aangepaste samenstelling bestaat van leningen aan vaste en variabele rentevoeten en door gebruik te maken van renteswaps (IRS) en "interest rate cap"-contracten (caps). De rentevoetindekkingen worden regelmatig geëvalueerd om ze in lijn te brengen met de visie die de Groep heeft over de evolutie van de rentevoeten op de financiële markten; en dit met het oog op de stabilisatie van de rentelasten doorheen de verschillende economische cycli.

Impact eigen vermogen

Indien de rentecurve met 100 basispunten zou gestegen zijn en alle andere parameters ongewijzigd waren gebleven, dan zou de winst van de Groep in 2011 niet beïnvloed geweest zijn door de wijziging van de 'marked-to-market value' van de afgeleide producten. De reserves in het eigen vermogen zouden met EUR 3,5 miljoen zijn toegenomen als gevolg van de wijziging in de 'marked-to-market value' van de afgesloten renteswaps ter indekking van schulden (in vergelijking met EUR 4,2 miljoen in 2010).

Omgekeerd, indien de rentecurve met 100 basispunten zou gedaald zijn en alle andere parameters ongewijzigd, dan zouden de reserves in het eigen vermogen met EUR 3,5 miljoen zijn afgenomen als gevolg van de wijziging in de 'marked-to-market value' van de afgesloten renteswaps ter indekking van schulden (in vergelijking met EUR 4,2 miljoen in 2010).

De sensibiliteit voor 'marked-to-market value' schommelingen van rentevoetderivaten is in 2011 afgenomen in vergelijking met 2010, door het effect van de wijziging van het nominale bedrag van de totale portefeuille.

Impact resultatenrekening

Indien de rentecurve met 100 basispunten zou gestegen zijn en alle andere parameters ongewijzigd waren gebleven, dan zou de winst van de Groep in 2011 met EUR 0,9 miljoen gedaald zijn (schulden aan variabele rentevoet zonder indekking).

Omgekeerd, indien de rentecurve met 100 basispunten zou gedaald zijn en alle andere parameters ongewijzigd, dan zou winst van de Groep in 2011 met EUR 0,9 miljoen gestegen zijn.

Beheer van wisselkoersrisico's

Het is het beleid van de Groep om valutarisico's die voortvloeien uit financiële en bedrijfsactiviteiten af te dekken via Recticel International Services nv (RIS), die hierbij dienst doet als interne bank van de Groep. Dit wordt voornamelijk gedaan aan de hand van termijnwisselcontracten.

Algemeen sluit de Groep termijnwisselcontracten af om wisselkoersrisico's op betalingen en ontvangen bedragen in vreemde valuta in te dekken. De Groep sluit tevens termijnwisselcontracten af, alsook optiecontracten, om wisselkoersrisico's in te dekken die verbonden zijn aan voorziene verkopen en aankopen van het jaar en voor een percentage dat varieert in functie van de voorspelbaarheid van de betalingsstromen.

Op balansdatum hadden de termijnwisselcontracten betrekking op een referentiebedrag van EUR 45,6 miljoen en een overeenkomstige totale reële waarde van EUR -1,0 miljoen. De valutaswapcontracten, met looptijd van minder dan 12 maanden, hebben betrekking op een referentiebedrag van EUR 52,9 miljoen, wat overeenkomt met een totale reële waarde van EUR -0,36 miljoen. Op balansdatum stonden er verder geen valuta optiecontracten meer open. Recticel past geen 'hedge accounting' behandeling toe voor wisselkoerscontracten, gezien deze alle minder dan 1 jaar bedragen.

Andere indekkingen worden ook selectief genomen voor wisselkoersrisico's die verband houden met netto kapitaalsinvesteringen in vreemde valuta. Op balansdatum was er één indekking voor een netto investering in CHF ten belope van CHF 8 miljoen. In de mate dat deze investeringen en indekkingen van langlopend type zijn, verloopt de herwaardering van deze investeringen en de indekkingen ervan via een eigen vermogensrekening en niet via de winst- en verliesrekening.

in duizend EUR
Groep Recticel NOMINALE WAARDE MARKTWAARDE PER 31
DEC 2011
OPGENOMEN IN DE
RESULTATEN-REKENING
2011
OPGENOMEN IN DE
RESULTATEN-REKENINGEN
VAN VORIGE JAREN
Termijnaankoopcontracten < 6 maanden 23 357 (526) (526) (82)
Termijnaankoopcontracten > 6 maanden 5 400 (34) (34) (1)
Termijnverkoopcontracten < 6 maanden 10 200 (261) (261) (95)
Termijnverkoopcontracten > 6 maanden 6 600 (172) (172) 49
Totaal termijnwisselcontracten 45 557 (993) (993) (129)

Overview of forward exchange contracts

Overzicht van de swapwisselcontracten

in duizend EUR
Groep Recticel NOMINALE WAARDE MARKTWAARDE PER 31
DEC 2011
OPGENOMEN IN DE
RESULTATEN-REKENING
2011
OPGENOMEN IN DE
RESULTATEN-REKENINGEN
VAN VORIGE JAREN
Verkopen / Aankopen 35 757 (382) (382) (249)
Aankopen / Verkopen 17 188 26 26 (35)
Totaal swapwisselcontracten 52 945 (356) (356) (284)

Sensitiviteitsanalyse van de wisselkoersrisico's

De Groep is voornamelijk blootgesteld aan 5 valuta buiten de Eurozone: USD, CZK, SEK, GBP en CHF.

De volgende tabel detailleert de gevoeligheid van de Groep bij een positieve of negatieve variatie, vergelijkbaar met de jaarlijkse variatie van de valutaparen tijdens het vorige boekjaar.

De sensitiviteitsanalyse omvat enkel de financiële bedragen in vreemde valuta die opgenomen zijn in de balans en die verschuldigd zijn en verschuldigd waren. Zij bepaalt hun variaties op de conversievoeten dewelke gebaseerd zijn op de volgende assumpties: USD en GBP 10%; CZK, CHF en SEK 5%.

De sensitiviteitsanalyse omvat zowel de externe leningen als de interne leningen van de Groep waar de valuta van operaties verschillen met de lokale munt van de ontlener en de lener. Een positief bedrag in de onderstaande tabel duidt op een verhoging van de winst wanneer de EUR zich verstevigt met het gegeven historisch jaarlijks gemiddelde. Een even groot maar tegengesteld verlies zal worden opgemeten wanneer de EUR met hetzelfde percentage verzwakt.

De sensibiliteit van de Groep voor wisselkoersverschillen is in 2011 toegenomen in vergelijking met 2010, als gevolg van grotere posities.

in duizend EUR
Groep Recticel EUR/USD EUR/CHF EUR/GBP EUR/CZK EUR/SEK
2011 2010 2011 2010 2011 2010 2011 2010 2011 2010
Historisch gemiddelde variatie 10% 10% 5% 5% 10% 10% 5% 5% 5% 5%
Winst of (verlies) 205 170 50 79 2 284 1 647 889 59 34 126

Liquiditeitsrisico

Ondanks de crisis op de financiële markten sinds de zomer van 2007, blijft het liquiditeitsrisico van de Groep goed onder controle.

De financieringsbronnen zijn goed gediversifieerd en het grootste gedeelte van de schulden is onherroepelijk en op lange termijn afgesloten. Deze schulden omvatten de EUR 57,5 miljoen converteerbare obligatielening afgesloten in juli 2007 met vervaldag in juli 2017 (met een putoptie in 2014) (waarvan EUR 11,2 miljoen werd ingekocht in 2008, EUR 17,3 miljoen in 2009 en EUR 1.4 miljoen in 2011). Deze omvatten ook de "club deal" lening voor 5 jaar die afgesloten werd op 09 december 2011 voor een bedrag van EUR 175 miljoen. Daarnaast beschikt de Groep nog over EUR 55,5 miljoen andere langlopende verplichtingen.

Naast deze langlopende leningen beschikt de Groep ook over een gediversifieerd aantal kortlopende financieringsbronnen, waarvan een belangrijk gedeelte onder de vorm van factoringen forfeitingprogramma's zonder verhaal.

De gediversifieerde financieringsstructuur en de beschikbaarheid van ongebruikte en toegewezen (committed) kredietfaciliteiten voor EUR 183,6 miljoen garanderen de nodige liquiditeit om de toekomstige activiteiten te verzekeren en de financiële verplichtingen op korte en lange termijn na te komen.

De "club deal" is onderhevig aan bankcovenanten op basis van een aangepaste schuldgraadratio, een renteafdekkingsratio en een minimum eigenvermogenverplichting. Per eind 2011 voldeed Recticel aan al zijn bankcovenanten. Op grond van het budget 2012, verwacht het management om in het komende jaar aan de bankcovenanten te zullen voldoen.

Zoals voorzien in de "club deal", bedraagt het maximaal toegestane dividend beschikbaar voor uitbetaling, het hoogste bedrag van (i) 50% van de consolideerde netto winst van de Groep tijdens het voorafgaande boekjaar en (ii) EUR 8,0 miljoen.

De private plaatsing bij de Eurofoam groep alsook de converteerbare obligatie uitgegeven door Recticel zijn niet onderworpen aan financiële covenanten.

Voor de verslagperiode 2011

in duizend EUR
Groep Recticel MET VERVALDAG
BINNEN HET JAAR
MET VERVALDAG
TUSSEN 1 EN 5 JAAR
MET VERVALDAG NA MEER DAN 5 JAAR TOTAAL LANGE TERMIJN TOEKOMSTIGE FI- NANCIËLE LASTEN CONTANTE WAARDE
VAN DE MINIMUM BETALINGEN
Obligaties en schuldpapier 17 337 28 812 25 238 71 387 (12 341) 59 046
Financiële leases 2 938 10 392 2 445 15 775 (2 590) 13 185
Kredietinstellingen 3 499 89 637 0 93 136 (12 762) 80 374
Overige verplichtingen 234 920 1 854 3 008 (629) 2 379
Totaal langlopende rentedragende verplichtingen 24 008 129 761 29 537 183 306 (28 322) 154 984
Kredietinstellingen 15 924
Kredietinstellingen - forfeiting 46
Kredietinstellingen - factoring met vehaal 0
Verdisconteerde wissels 0
Voorschotten op lopende rekeningen 11 204
Overige financiële verplichtingen 10 671
Zichtrekeningen & cash pooling 2 024
Overlopende verplichtingen - financieel korte termijn 264
Uitgestelde baten - financieel korte termijn 1
Totaal kortlopende rentedragende verplichtingen 40 134
Renteswaps 0 2 496 4 378 6 874 0 6 874
Premie afgeleide instrumenten 1
Rente valutaswaps 75
Trading/economische indekking 1 687
Wisselkoersopties - verkoper 0
Totaal afgeleide instrumenten aan reële waarde 1 763 2 496 4 378 6 874 0 6 874
Volledig totaal financiële verplichtingen op korte
termijn
65 905

Voor de verslagperiode 2010

in duizend EUR
Groep Recticel MET VERVALDAG
BINNEN HET JAAR
MET VERVALDAG
TUSSEN 1 EN 5 JAAR
MET VERVALDAG NA MEER DAN 5 JAAR TOTAAL LANGE TERMIJN TOEKOMSTIGE FI- NANCIËLE LASTEN CONTANTE WAARDE
VAN DE MINIMUM BETALINGEN
Obligaties en schuldpapier 2 034 20 734 35 538 58 306 (18 526) 39 780
Financiële leases 2 957 10 915 5 103 18 975 (3 627) 15 348
Kredietinstellingen 18 424 114 557 0 132 981 (3 261) 129 720
Overige verplichtingen 337 920 1 807 3 064 (648) 2 416
Totaal langlopende rentedragende verplichtingen 23 752 147 126 42 448 213 326 (26 062) 187 264
Kredietinstellingen 3 071
Kredietinstellingen - forfeiting 1 513
Kredietinstellingen - factoring met vehaal 1 159
Verdisconteerde wissels 1 987
Voorschotten op lopende rekeningen 9 515
Overige financiële verplichtingen 204
Zichtrekeningen & cash pooling 234
Overlopende verplichtingen - financieel korte termijn 180
Totaal kortlopende rentedragende verplichtingen 17 863
Renteswaps 1 165 3 543 837 5 545 0 5 545
Indekkingscontracten 0
Trading/economic indekking 1 054
Wisselkoersopties - verkoper 18
Totaal afgeleide instrumenten aan reële waarde 2 237 3 543 837 5 545 0 5 545
Volledig totaal financiële verplichtingen op korte
termijn
43 852

II.5.23.Handels- en overige verplichtingen

Handels- en overige verplichtingen omvatten uitstaande bedragen voor handelsaankopen en lopende lasten. De Groep aanvaarde kortere betalingstermijnen onder contracten die een substantiële betalingskorting aanboden. Bijgevolg daalden de handelsverplichtingen in vergelijking met het jaar voordien.

De post "Overige verplichtingen" hebben in hoofdzaak betrekking op de terugneming van verschillende operationele overdrachten.

II.5.24. Bedrijfscombinaties en overdrachten

Tijdens 2011 waren er geen materiële bedrijfscombinaties noch overdrachten.

II.5.25. Beheer van de kapitaalstructuur

Beheer van de kapitaalstructuur

De Groep beheert haar kapitaalstructuur via de optimalisatie van de rentedragende schulden en het eigen vermogen opdat, enerzijds, de entiteiten in de Groep kunnen opereren volgens het continuïteitsbeginsel en, anderzijds, de rendabiliteit voor de aandeelhouder optimaliseert.

De kapitaalstructuur van de Groep omvat de financiële schulden, de geldmiddelen en kasequivalenten en het eigen vermogen (minderheidsbelangen inbegrepen).

Bestaande financieringsovereenkomsten zijn onderhevig aan een aantal financiële covenanten die op het einde van het afgelopen jaar gerespecteerd werden.

Schuldgraad

Eind 2011 bedroeg de netto financiële schuld EUR 150,1 miljoen (eind 2010: EUR 158,7 miljoen). De schuldgraad vertegenwoordigt 60% van het eigen vermogen (2010: 66%). De Groep streeft ernaar om de schuldgraad in de komende jaren gradueel te verbeteren.

II.6. Diversen

II.6.1. Operationele lease-overeenkomsten

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Betalingen vervallend binnen het jaar (26 523) (26 681)
Tussen 1 en 5 jaar (56 069) (53 007)
Na 5 jaar (25 821) (35 243)
Minimale toekomstige
leasebetalingen (niet verdisconteerd)
(108 413) (114 931)

Operationele leasebetalingen vertegenwoordigen de kosten van operationele leases en huur te betalen door de Groep voor bepaalde van haar industriële en/of kantooreigendommen en voor bepaalde uitrustingen met betrekking tot de productie, logistiek en/of administratie.

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
Operationele lease - terreinen en
gebouwen
(21 411) (22 030)
Operationele lease - installaties,
machines en uitrusting
(3 029) (4 125)
Operationele lease - meubilair (1 787) (1 292)
Operationele lease - rollend materieel (7 831) (7 710)
Totaal (34 058) (35 157)

Bovenstaande tabel omvat de erkende huurbedragen van het boekjaar.

II.6.2. Andere niet in de balans opgenomen elementen

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC
2011
31 DEC
2010
Zekerheden die door Recticel NV werden
gesteld of onherroepelijk werden
beloofd als waarborg voor schulden en
verplichtingen
63 805 54 400

Deze zekerheden bevatten in hoofdzaak garanties van de moedermaatschappij en zachte garanties ('letters of comfort') voor engagementen aangegaan door dochterondernemingen met banken (EUR 40,6 miljoen), lessors (EUR 13,0 miljoen), leveranciers (EUR 1,8 miljoen), overheidsinstellingen (EUR 6,4 miljoen) en andere derden (EUR 2,0 miljoen).

Zoals reeds eerder vermeld, hebben Recticel NV samen met Recticel International Services NV, in december 2011 een gezamenlijke krediet-overeenkomst ("club deal") afgesloten voor een bedrag van EUR 175 miljoen. In het kader van deze "club deal" hebben Recticel NV en/of haar dochternemingen mandaat op handelsfonds (floating charge mandate) als waarborg gegeven aan de banken, voor een totaal maximum bedrag van EUR 175 miljoen plus renten en gerelateerde kosten.

II.6.3. Op aandelen gebaseerde betalingen

Sinds 1993 heeft de Recticel Groep een aandelenoptieplan voor haar leidende managers. Alle uitgegeven aandelenopties van voor 2000 (inclusief) zijn ondertussen allemaal uitgeoefend, opgegeven of vervallen.

Overzicht van de uitstaande aandelenopties per 31 december 2011:

UITGIFTE AANTAL UITGEGEVEN
WARRANTEN
AANTAL NIET-UITGEOEFEN
DE WARRANTEN
UITOEFENPRIJS (IN EUR) UITOEFENPERIODE
2006 306 000 306 000 9.65 01/Jan/10 - 21/Dec/17
May-07 48 000 48 000 10.47 01/Jan/11 - 01/Mei/18
Dec 2007 390 000 390 000 9.78 01/Jan/11 - 02/Dec/18
Dec 2008 540 000 540 000 4.29 01/Jan/12 - 23/Dec/14
Dec 2009 584 000 584 000 5.05 01/Jan/13 - 21/Dec/15
Mei 2011 354 500 354 500 7.69 01/Jan/15 - 29/Mei/17
Dec 2011 438 000 438 000 4.03 01/Jan/15 - 21/Dec/17
Totaal 2 660 500 2 660 500

De kost van de op aandelen gebaseerde betalingen opgenomen voor het boekjaar bedraagt EUR 0,405 miljoen.

Een meer algemeen overzicht die de evolutie in 2011 toont, wordt hieronder gepresenteerd.

Aantal 2011 2010
Opties - einde periode 2 660 500 1 968 000
Gewogen gemiddelde uitoefenprijs (in EUR) 6.40 6.85
Uitstaand aan het begin van de periode 1 968 000 2 375 990
Toegekend gedurende de periode 792 500 0
Opgegeven gedurende de periode (1) 100 000 407 990
Uitgeoefend gedurende de periode 0 0
Uitstaand aan het einde van de periode 2 660 500 1 968 000
Uitoefenbaar aan het einde van de periode 744 000 406 000
'In-the-money' op het einde van de periode 978 000 1 124 000

(1) Voor 2011: 100.000 opties uitgegeven in 2002 met een uitoefenprijs van EUR 9,50. Voor 2010: 407.990 opties uitgegeven in 2001 met een uitoefenprijs van EUR 8,67.

De uitstaande opties op 31 december 2011 hadden een gewogen gemiddelde uitoefenprijs van EUR 6,40 en een gewogen gemiddelde resterende contractuele gebruiksduur van 5,00 jaar.

De Groep volgt de overgangsbepalingen voorgeschreven door IFRS 2 (i.e. eigen-vermogensinstrumenten toegekend na 7 november 2002 en nog niet verworven op 1 januari 2008).

In 2011 werden er geen aandelenopties uitgeoefend en werden er twee nieuwe plannen uitgegeven.

Tot op vandaag heeft de Groep geen 'share appreciation rights' uitgegeven aan haar managers of werknemers, noch een aandeleninkoopplan opgestart.

De theoretische waarde van de warranten op het moment van uitgifte wordt berekend met toepassing van de Black & Scholes formule, en met inachtname van bepaalde hypotheses met betrekking van de dividendbetaling (laatste dividend in vergelijking met de aandelenprijs), de rentevoet (Euribor 5 jaar) en de volatiliteit (marktgegevens over het Recticel-aandeel).

II.6.4. Gebeurtenissen na balansdatum

Eind januari 2012 kondigde Eurofoam, de 50/50 joint venture tussen Recticel en de Oostenrijkse groep Greiner, de beslissing aan om haar soepelschuimactiviteiten in Duitsland te stroomlijnen door haar verlieslatende schuimproductie en –verwerkingseenheid in Bexbach te sluiten tegen eind juni 2012. De geplande reorganisatie treft 88 medewerkers. Deze rubriek 'gebeurtenissen na balansdatum' had geen impact op de resultaten van 2011. De noodzakelijke voorzieningen zullen worden opgenomen in de financiële staten van 2012.

II.6.5. Transacties met verbonden partijen

Transacties tussen Recticel n.v. en haar dochterondernemingen, die verbonden partijen zijn, worden geëlimineerd in de consolidatie en worden hier niet toegelicht. Transacties met andere verbonden partijen worden hieronder toegelicht en hebben voornamelijk betrekking op commerciële transacties uitgevoerd aan de heersende marktvoorwaarden. In onderstaande tabellen worden enkel materieel bevonden transacties opgenomen, met andere woorden, transacties die in totaal EUR 1 miljoen overschrijden.

Transacties met entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend en met geassocieerde deelnemingen

in duizend EUR
Groep Recticel VORDERINGEN OP
LANGE TERMIJN
HANDELS-VORDE
RINGEN
OVERIGE VORDE
RINGEN OP KORTE
TERMIJN
FINANCIËLE
SCHULDEN
HANDELS-VER
PLICHTINGEN
BEDRIJFS-OP
BRENGSTEN
AANKOPEN
ARTE srl 0 283 1 613 0 107 218 (610)
BPP Spol sro 0 36 175 0 0 832 0
Caria sp zoo 0 178 0 0 0 1 072 0
Eurofoam Bohemia sro 0 805 0 0 0 1 101 (993)
Eurofoam Deutschland Schaumstoffe GmbH 0 567 0 0 778 8 012 (9 508)
Eurofoam Gdansk 0 333 0 0 0 1 498 (153)
Eurofoam GmbH 0 109 0 10 545 459 1 162 (3 115)
Eurofoam Industry 0 150 0 0 0 1 394 0
Eurofoam Polska 0 86 0 0 333 966 (2 281)
Eurofoam Poznan 544 610 0 0 0 2 227 (120)
Eurofoam TP 0 28 0 0 0 795 0
Group Greiner 0 259 0 0 98 1 375 (525)
Group Kingspan 0 0 0 464 3 0
Group Woodbridge 0 128 114 100 493 (9 292)
Litfoam UAB 0 262 0 0 0 792 0
Porolon Limited 0 110 0 0 0 925 0
Proseat GmbH 0 126 0 0 0 5 465 (86)
Proseat Manufacturing SLU 0 81 0 0 0 6 798 0
Proseat sro 0 67 0 0 0 6 407 0
TOTAAL 544 4 218 1 902 11 109 2 271 41 039 (26 683)

Transacties met bestuurders en vennootschappen verbonden aan bestuurders

TEGENPARTIJ CLASSIFICATIE IN DUIZEND EUR
Groep Sioen Verkopen 185
Groep Sioen Aankopen 1 305

II.6.6. Vergoedingen van leden van Raad van Bestuur van het Managementcomité

De vergoedingen van de leden van de Raad van Bestuur en van het Managementcomité maken deel uit van deze toelichting. Voor meer informatie wordt gerefereerd naar het remuneratierapport in het hoofdstuk "Corporate Governance" van dit verslag.

Bruto vergoedingen voor de leden van de Raad van Bestuur

in EUR
NAAM EMOLUMENTEN
2011
AANWEZIGHEIDS
VERGOEDING
AUDIT COMITE COMITÉ VOOR
BEZOLDIGINGEN EN
BENOEMINGEN 2011
BESTUURDERS
VERGOEDING
BETAALD IN 2011
BETREFFENDE 2010
VERGOEDINGEN
VOOR BIJZONDERE
OPDRACHTEN
DAVIGNON
Etienne
18 000,00 16 500,00 10 000,00 - 21 346,52 -
OLIVIER CHAPELLE BVBA 9 000,00 8 250,00 - - - -
PAQUOT Guy 9 000,00 6 600,00 - - 10 673,26 -
VEAN NV - - - - - -
BERGEN André Comm. Venn. 7 450,00 4 950,00 11 250,00 2 500,00 - -
DE SMEDT Pierre-Alain 5 760,99 3 300,00 - - - -
DOUMIER Vincent 9 000,00 6 600,00 10 000,00 - 10 673,26 -
LOUIS VERBEKE BVBA 9 000,00 8 250,00 - 2 500,00 10 673,26 -
MERCATOR Verzekeringen NV - - - - 3 830,68 -
POL BAMELIS NV 3 239,01 3 300,00 - - 10 673,26 -
SOGELAM NV 9 000,00 8 250,00 - 3 750,00 10 673,26 -
VANDEPOEL Wilfried 9 000,00 6 600,00 7 500,00 - 10 673,26 -
VAN DOORSLAER Tonny 9 000,00 6 600,00 10 000,00 - 10 673,26 -
WENDEL Klaus 1 550,00 1 650,00 3 750,00 - 10 673,26 -
ZOETE Jacqueline 9 000,00 6 600,00 - - 6 842,58 -

Vergoeding van leden van het Managementcomité

in EUR
TOTAL KOST AAN DE ONDERNEMING OLIVIER CHAPELLE SPRL VERTEGEN
WOORDIGD DOOR OLIVIER CHAPELLE
OVERIGE LEDEN VAN HET MANAGE
MENTCOMITÉ
TOTAAL
2011 2010 2011 2010 2011 2010
Aantal personen 1 1 12 10 13 11
Basisvergoeding 442 000 442 000 2 842 930 2 172 581 3 284 930 2 614 581
Variable vergoeding 280 000 200 000 614 857 790 935 894 857 990 935
Subtotaal 722 000 642 000 3 457 787 2 963 516 4 179 787 3 605 516
Pensioenen 0 0 101 125 123 183 101 125 123 183
Andere voordelen 95 654 94 284 214 924 263 548 310 578 357 832
Totaal 817 654 736 284 3 773 836 3 350 247 4 591 490 4 086 531

II.6.7. Entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend

Het aandeel van entiteiten waarover gezamenlijk de zeggenschap wordt uitgeoefend in de geconsolideerde jaarrekening is als volgt:

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
ACTIVA
Immateriële vaste activa 2 191 2 872
Goodwill 9 876 9 898
Materiële vaste activa 50 713 54 402
Andere deelnemingen 4 290
Voor verkoop beschikbare deelnemingen 10 10
Vorderingen op meer dan één jaar 1 494 2 488
Uitgestelde belastingen 300 292
Vaste activa 64 588 70 252
Voorraden en bestellingen in uitvoering 24 544 25 294
Handelsvorderingen 43 063 44 878
Overige vorderingen 5 673 4 976
Terug te krijgen belastingen 791 106
Uitgestelde belastingen 0 77
Investeringen beschikbaar voor verkoop 0 2
Geldmiddelen en kasequivalenten 7 224 10 646
Vlottende activa 81 295 85 979
TOTAAL ACTIVA 145 883 156 231
PASSIVA
Indekkings- en omrekeningsreserves (10 563) (8 729)
Geconsolideerde reserves 70 972 70 507
Eigen vermogen, belang van derden inbegrepen 60 409 61 778
Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 6 016 6 046
Voorzieningen 648 592
Uitgestelde belastingen 2 507 2 485
Rentedragende verplichtingen 44 300 41 717
Verplichtingen op meer dan 1 jaar 53 471 50 840
Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 163 173
Voorzieningen 404 5 714
Rentedragende schulden 7 327 5 561
Handelsverplichtingen 19 075 22 008
Belastingen 141 2 479
Overige verplichtingen 4 893 7 678
Verplichtingen op ten hoogste 1 jaar 32 003 43 613
TOTAAL PASSIVA 145 883 156 231
WINST- EN VERLIESREKENING
Opbrengsten 317 291 308 588
Transportlasten (10 891) (11 289)
Lasten van de verkopen (250 390) (244 782)
Brutomarge 56 010 52 517
Algemene en administrieve lasten (14 499) (14 667)
Commerciële lasten (8 588) (9 055)
Lasten van onderzoek en ontwikkeling (2 306) (2 350)
Overige bedrijfsopbrengsten (-lasten) (19 636) (19 432)
Resultaat van beleggingen beschikbaar voor verkoop 0 66
Bedrijfsresultaat (EBIT) 10 981 7 079
Renteopbrengsten 117 280
Rentelasten (2 919) (2 410)
Andere financiële opbrengsten en lasten (1 362) (267)
Financiële resultaat (4 164) (2 397)
Winst of verlies van de periode vóór belastingen 6 817 4 682
Belastingen op de winst of het verlies (1 979) (3 136)
Winst of verlies van de periode na belastingen 4 838 1 546

II.6.8. Wisselkoersen

in EUR
SLOTKOERS GEMIDDELDE KOERS
Groep Recticel 2011 2010 2011 2010
Bulgaarse Lev BGN 0,511300 0,511300 0,511300 0,511300
Zwitserse Frank CHF 0,822639 0,799744 0,811290 0,724457
Yuan Renminbi CNY 0,122567 0,113353 0,111161 0,111467
Tsjechische Kroon CZK 0,038779 0,039903 0,040667 0,039551
Estse Kroon EEK - - 0,063912 0,063912
Pound Sterling GBP 1,197175 1,161778 1,152227 1,165713
Forint HUF 0,003179 0,003598 0,003579 0,003630
Indische Rupee INR 0,014553 0,016734 0,015412 0,016505
Yen JPY 0,009980 0,009204 0,009012 0,008603
Lithouwse Litas LTL 0,289620 0,289620 0,289620 0,289620
Morokaanse Dirham MAD 0,089870 0,089568 0,088695 0,089652
Moldavische Lei MDL 0,065584 0,061967 0,061256 0,061031
Noorse Kroon NOK 0,128966 0,128205 0,128314 0,124933
Poolse Zloty PLN 0,224316 0,251572 0,242682 0,250334
Roemeense Leu (nieuw) RON 0,231305 0,234632 0,235900 0,237408
Servische Dinar RSD 0,009337 0,009486 0,009794 0,009666
Russische Roebel RUB 0,023943 0,024498 0,024459 0,024837
Zweedse Kroon SEK 0,112208 0,111539 0,110744 0,104852
Turkse Lira (nieuw) TRY 0,409299 0,483232 0,427750 0,500865
Oekraïnsche Hryvnia UAH 0,095745 0,094607 0,089597 0,095330
US Dollar USD 0,772857 0,748391 0,718414 0,754309

II.6.9. Personeel

in units
2011 2010
Groep Recticel INTEGRALE
CONSOLIDATIE
PROPORTIONELE
CONSOLIDATIE
TOTAAL INTEGRALE
CONSOLIDATIE
PROPORTIONELE
CONSOLIDATIE
TOTAAL
Management Comité 12 0 12 11 0 11
Bedienden 1 880 596 2 476 1 871 635 2 506
Arbeiders 4 689 1 528 6 217 4 690 1 466 6 156
Gemiddeld aantal personen tewerkgesteld 6 581 2 124 8 705 6 572 2 101 8 673
Gemiddeld aantal personen tewerkgesteld in België 1 238 82 1 320 1 251 134 1 385
Bezoldigingen en andere personeelskosten
(in EUR duizenden)
(267 578) (65 927) (333 505) (270 107) (63 944) (334 051)

II.6.10. Audit- en niet-auditdiensten verleend door de commissaris

Overzicht van de auditvergoedingen en bijkomende diensten aan de Groep verleend door de auditors en verbonden entiteiten aan de auditor voor de verslagperiode die afsluit op 31 december 2011.

in duizend EUR
Groep Recticel DELOITTE OTHERS
Auditvergoedingen 850 448
Andere wettelijke opdrachten 74 9
Fiscaal advies 706 71
Totaal vergoedingen in 2011 1 630 528

In het bovenstaande overzicht worden de vergoedingen van de joint ventures voor 100% opgenomen.

II.6.11. Voorwaardelijke activa en verplichtingen

TERTRE

  1. De entiteit Carbochimique, geïntegreerd in de entiteit Recticel in verschillende fasen in de loop van de jaren '80 en het begin van de jaren '90, was eigenaar van het industrieterrein van Tertre waar diverse activiteiten, meer bepaald op het gebied van de carbochimie, werden ontwikkeld sinds 1928. Deze activiteiten werden geleidelijk gedesinvesteerd en worden tegenwoordig uitgeoefend door verschillende ondernemingen waaronder Yara en Erachem (groep Eramet). Finapal, een dochteronderneming van Recticel, is eigenaar gebleven van verschillende percelen binnen het industrieterrein, hoofdzakelijk stortsite en oude klaringsbekkens die tegenwoordig zijn uitgedroogd.

In 1986 verkocht Recticel zijn divisie "meststoffen" aan de entiteit Kemira, ondertussen overgenomen door Yara. In het kader van dit contract had Recticel zich ertoe verbonden om een oud klaringsbekken (de "Valcke vijver"), in overeenstemming te brengen met de milieureglementeringen. Deze verplichting werd nog niet uitgevoerd omwille van de onderlinge afhankelijkheid van de milieusituaties binnen het industrieterrein van Tertre. Deze verplichting vormt het voorwerp van een voorziening. Yara heeft om conservatoire redenen Recticel gedagvaard tot uitvoering van deze verplichting in de maand juli 2003. De vraag van Yara slaat tevens op andere milieuvraagstukken, die Recticel betwist omdat het van oordeel is dat deze buiten het raam van de verkoopsovereenkomst van 1986 liggen. De Rechtbank heeft haar beslissing uitgesproken tijdens de eerste jaarhelft van 2010. De Rechtbank heeft de verplichting in verband met de oude klaringsbekkens bevestigd en heeft een expert aangeduid voor de overige twee bijkomende eisen. De overige aanklachten van Yara werden verworpen. Na beroep te hebben aangetekend door Yara, werd een verzoeningsakkoord onderhandeld en in 2011 uitgevoerd door de partijen, waardoor er een eind kwam aan het geschil. Onder dit verzoeningsakkoord hebben Yara en Recticel zich geëngageerd om samen een herstelplan uit te werken voor vier vervuilde punten op de Tertre site, waaronder de Valcke vijver en de stortsite, eigendom van Finapal, en hiervoor de kosten onder elkaar te verdelen. Beide partijen zullen hun plan voor akkoord voorleggen aan de Waalse autoriteiten in de loop van 2012.

  1. In gevolge de verkoop van de entiteit Sadacem aan de Franse groep Comilog, die tegenwoordig deel uitmaakt van de groep Eramet, heeft Recticel zich ertoe verbonden om met gedeelde kosten een oude stortplaats van industrieel afval gesitueerd op het terrein van Erachem te renoveren. De aanvang van de uitvoering van deze verbintenis werd bestudeerd in overleg met de entiteit Erachem en vormt het voorwerp van een voorziening in de jaarrekening van de groep Recticel. Een voorstel, dat zowel de Erachem stortsite als het Finapal klaringsbekken omvat, werd in april 2009 aan het Office Wallon des Déchets voorgelegd en is ondertussen goedgekeurd door de Administratie. De implementatie van het plan zal in de loop van 2012 opstarten en moet tegen 2014 afgerond zijn.

INSPECTIE DOOR HET DIRECTORAAT-GENERAAL VOOR MEDEDINGING VAN DE EUROPESE COMMISSIE

Op 27 en 28 juli 2010, hebben vertegenwoordigers van de Europese Commissie en van verschillende nationale anti-trust autoriteiten onaangekondigde inspecties uitgevoerd in de kantoren van Recticel in België, het Verenigd Koninkrijk en Oostenrijk. Het doel van deze inspecties was om informatie te vergaren inzake vermeend

onwettig gedrag dat zou hebben plaats gevonden in de polyurethaanschuimsector binnen de Europese Economische Ruimte. Ook in de Verenigde Staten werden er inspecties uitgevoerd als onderdeel van een gecoördineerd onderzoek. Hierbij dient vermeld te worden dat de Groep Recticel sinds 1991 geen schuimactiviteiten heeft gehad in de Verenigde Staten, en dat het daar niet werd bezocht noch werd gecontacteerd door de Amerikaanse anti-trust autoriteiten. De activiteiten van de Groep in de Verenigde Staten beperken zich enkel tot gespecialiseerde schuimverwerking (akoestische toepassingen) en Automobiel Interiors. Recticel heeft geen enkele aanwijzing dat deze activiteitsgebieden het voorwerp uitmaken van de mededingingsonderzoeken. Recticel heeft dan beslist om mee te werken met de Europese Commissie. De Commissie heeft Recticel nu toegestaan om het feit bekend te maken dat deze medewerking gebeurt in het kader van het Clementieprogramma, zoals uiteengezet in de "Mededeling van de Commissie betreffende immuniteit tegen geldboeten en vermindering van geldboeten in kartelzaken", gepubliceerd in het Publicatieblad C 298, van 08/12/2006, blz.17. Eind december 2011 werd door de Commissie een vraag tot informatie aan de Vennootschap gericht, waarop de antwoorden tijdig werden ingediend.

Tot op heden heeft Recticel geen enkele formele aanklacht van de Commissie ontvangen.

Recticels huidige evaluatie van het potentiële risico voor de Groep kan als volgt worden samengevat:

  • Op EU niveau. De Commissie heeft Recticel geen indicaties gegeven inzake haar bevindingen. Daarom is de Groep op dit ogenblik niet in staat om voorspellingen te doen over de positie die de Commissie inzake deze zaak zal innemen; en bijgevolg verkeert het in de onmogelijkheid om de mogelijke financiële gevolgen in te schatten.
  • Op nationaal niveau. In de regel gaan nationale autoriteiten geen (rechts)zaak aanspannen wanneer deze behandeld wordt door de Commissie. Recticel heeft kennis dat nationale autoriteiten in Spanje en Portugal in februari 2011 onderzoeken zijn opgestart in de polyuretaansector. Recticel heeft een vraag tot informatie ontvangen van de Spaanse autoriteiten, maar de kantoren van Recticel in Spanje werden niet bezocht door de instanties.

ONDERZOEK DOOR HET DUITSE FEDERAAL KARTEL BUREAU ("BUNDESKARTELLAMT")

Op 4 augustus 2011, heeft het Duitse Federaal Kartel Bureau ("Bundeskartellamt") een onderzoek ingesteld tegen de matrassen- en lattenbodemfabrikanten in Duitsland. Recticel's slaapcomfortdochter Recticel Schlaffkomfort GmbH in Bochum werd in dit onderzoek opgenomen.

De vertegenwoordigers van het Federaal Kartel Bureau verzochten bepaalde informaties. Recticel Schlaffkomfort GmbH werkt voluit mee met het onderzoek van het Federaal Kartel Bureau.

Op dit ogenblik heeft Recticel geen verder vraag tot informatie ontvangen, noch enig formeel bezwaar van het Bundeskartellamt ontvangen.

Recticels huidige evaluatie van het potentiële risico voor de Groep kan als volgt worden samengevat:

Het Bureau heeft aan Recticel Schlaffkomfort geen indicaties gegeven inzake haar bevindingen. In het huidige stadium is de Groep derhalve niet in staat om een voorspelling te maken over de positie die het Bureau in deze zaak zal aannemen. Bijgevolg is zij vandaag niet in staat om de potentiële financiële consequentie in te schatten.

III. Recticel nv - Algemene informatie

Recticel NV

Adres: Olympiadenlaan, 2 B-1140 Brussel (Evere)

Opgericht op 19 juni 1896 voor dertig jaar, later verlengd voor onbepaalde duur.

Doel: (artikel 3 van de gecoördineerde statuten) De vennootschap heeft tot doel de ontwikkeling, de productie, de verwerking, de handel, de aankoop, de verkoop en het transport, voor eigen rekening of voor rekening van derden, van alle kunststoffen, polymeren, polyurethanen en andere synthetische componenten, van natuurlijke stoffen, metaalproducten, chemische of andere producten die gebruikt worden door de particulieren of door de industrie, de handel en het transport, met name voor meubilering, slaapcomfort, isolatie, bouwnijverheid, automobielsector, chemie, petrochemie, alsook de producten die horen bij of noodzakelijk zijn voor hun productie of hieruit kunnen voortkomen of hieruit afgeleid kunnen worden.

Zij kan haar doel volledig of gedeeltelijk bereiken, hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks, via dochtermaatschappijen, samenwerkingsverbanden, participaties in andere vennootschappen, partnerships of verenigingen. Teneinde dit doel te bereiken kan zij alle handelingen uitvoeren op industrieel-; immobiliën-, financieel- of commercieel gebied die, hetzij rechtstreeks, hetzij onrechtstreeks, geheel of gedeeltelijk, met haar maatschappelijk doel verband houden, of die van aard zouden zijn haar werking of haar handel, of die van de vennootschappen, partnerships of verenigingen waarin zij een participatie of een belang heeft, te bevorderen, te ontwikkelen of te vergemakkelijken ; zij kan met name alle roerende en onroerende goederen en alle intellectuele eigendommen ontwikkelen, overdragen, verwerven, huren, verhuren en uitbaten.

Rechtsvorm: naamloze vennootschap

Rechtspersonenregister van Brussel Ondernemingsnummer: 0405 666 668

Geplaatst kapitaal: 72.328.640 EUR

Type en aantal aandelen: op 31 december 2011 bestond er slecht één enkel type van aandelen, met name gewone aandelen (28.931.456)

Nog te storten gedeelte van het geplaatste kapitaal: 0 aantal aandelen/EUR 0.

Aard van de niet-volgestorte aandelen: geen.

Volstortingspercentage: 100 %. De aandelen zijn alle volledig volgestort.

De jaarrekening wordt opgesteld volgens de indeling die opgelegd wordt door het Koninklijk Besluit van 8 oktober 1976 over de jaarrekening van handelsvennootschappen, gewijzigd door het Koninklijk Besluit van 6 november 1987.

Deze jaarrekening omvat de balans, de resultatenrekening en de toelichtingen die door de wet worden voorzien. Ze worden hier voorgesteld in een verkorte vorm.

In navolging van de wet zullen het jaarverslag en de jaarrekening van Recticel N.V., samen met het verslag van de Commissaris, worden neergelegd bij de Nationale Bank van België.

Ze zijn op aanvraag verkrijgbaar bij:

Recticel N.V. Corporate Communications Olympiadenlaan, 2 B-1140 Brussel (Evere)

Tel.: +32 (0)2 775 18 11 Fax: +32 (0)2 775 19 90 E-mail: [email protected]

De commentaren die volgen op de rekeningen hebben betrekking op de financiële toestand van het bedrijf zoals die blijkt uit de balans. De resultaten worden eveneens toegelicht in het jaarverslag dat eraan vooraf gaat.

De Commissaris heeft over de statutaire jaarrekening van Recticel N.V. een verklaring zonder voorbehoud met toelichtende paragraaf gegeven.

De statutaire jaarrekeningen van Recticel N.V., als ook het statutaire verslag van de Raad van Bestuur is kosteloos beschikbaar op de web site van de vennootschap (www.recticel.com).

IV. Recticel nv – Verkorte enkelvoudige jaarrekening

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
ACTIVA
VASTE ACTIVA
I. O
prichtingskosten
0 0
II.
Immateriële vaste activa
13 709 5 329
III.
Materiële vaste activa
55 493 53 606
IV.
Financiële vaste activa
589 760 619 424
VLOTTENDE ACTIVA
V.
Vorderingen op meer dan 1 jaar
11 721 11 720
VI.
Voorraden en bestellingen in uitvoering
26 068 24 016
VII.
Vorderingen op ten hoogste 1 jaar
56 684 71 645
VIII. Geldbeleggingen 0 0
IX.
Liquide middelen
320 795
X. O
verlopende rekeningen
1 889 1 713
TOTAAL ACTIVA 755 645 788 248
PASSIVA
I.
Kapitaal
72 329 72 329
II.
Uitgiftepremies
107 013 107 013
III.
Herwaarderingsmeerwaarden
2 551 2 551
IV.
Reserves
9 138 9 138
V. O
vergedragen winst (verlies)
66 983 63 046
VI.
Kapitaalsubsidies
134 170
VII. A
. Voorzieningen voor risico's en kosten
17 798 22 291
B. Uitgestelde belastingen 0 0
VIII. Schulden op meer dan 1 jaar 71 165 79 467
IX.
Schulden op ten hoogste 1 jaar
401 726 422 992
X. O
verlopende rekeningen
6 808 9 251
TOTAAL PASSIVA 755 645 788 248
in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010
RESULTATENREKENING
I.
Bedrijfsopbrengsten
395 953 377 822
II.
Bedrijfskosten
(367 734) (355 202)
III.
Bedrijfsresultaat
28 219 22 620
IV.
Financiële opbrengsten
19 994 43 804
V.
Financiële kosten
(21 110) (16 600)
VI. Resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening voor belastingen 27 103 49 824
VII.
Uitzonderlijke opbrengsten
54 003 4 389
VIII. Uitzonderlijke kosten (69 068) (10 513)
IX. Resultaat voor belastingen 12 038 43 701
X.
Belastingen
0 0
XI.
Resultaat na belastingen
12 038 43 701
XII. O
nttrekking (overboeking) naar de belastingsvrije reserves
0 0
XIII. Te bestemmen winst (verlies) van het boekjaar 12 038 43 701

De statutaire jaarrekeningen van Recticel N.V., als ook het statutaire verslag van de Raad van Bestuur is kosteloos beschikbaar op de web site van de vennootschap (www.recticel.com).

Bestemming van het resultaat

De Algemene Vergadering beslist over de besteding van de voor uitkering vatbare bedragen, op voorstel van de Raad van Bestuur.

Bij het uitwerken van zijn voorstel dienaangaande houdt de Raad van Bestuur rekening met het vinden van een gepaste evenwicht tussen het garanderen van een stabiel dividend aan de aandeelhouders enerzijds, en het behouden van voldoende investeringsmogelijkheden en mogelijkheden voor autofinanciering anderzijds, dit om de groei van de onderneming op langere termijn niet te hypothekeren.

De Raad van Bestuur heeft besloten om het hierna volgende voorstel van resultaatverdeling voor te leggen aan de Algemene Vergadering:

in EUR
Groep Recticel
Winst van het boekjaar 12 037 723,14
Overgedragen winst van het vorige boekjaar + 63 045 822,56
Te bestemmen resultaat = 75 083 545,70
Bruto dividend (1) - 8 100 807,68
Over te dragen winst = 66 982 738,02

(1) Bruto dividend per aandeel van EUR 0,28, te verminderen met de roerende voorheffing, resulterend in een netto dividend van EUR 0,21 per gewoon aandeel en EUR 0,2212 met VVPR-strip.

V. Verklaring door verantwoordelijken

Dhr Etienne Davignon (Voorzitter van de Raad van Bestuur), dhr Olivier Chapelle (Chief Executive Officer) en dhr Jean-Pierre Mellen (Chief Financial Officer), verklaren dat:

  • − De jaarrekeningen, die zijn opgesteld overeenkomstig de toepasselijke standaarden voor jaarrekeningen, een getrouw beeld geven van het vermogen, van de financiële toestand en van de resultaten van Recticel en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen.
  • − Het rapport over 12 maanden eindigend op 31 december 2011 een getrouw overzicht geeft van de ontwikkeling en de resultaten van het bedrijf en van de positie van Recticel en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen, evenals een beschrijving van de voornaamste risico's en onzekerheden waarmee zij geconfronteerd worden.

VI. Verslag van de commissaris over de geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2011

VII. Vergelijkend overzicht van de geconsolideerde jaarrekeningen (2003-2011)

in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010 31 DEC 2009 31 DEC 2008 31 DEC 2007 31 DEC 2006 31 DEC 2005 31 DEC 2004 31 DEC 2003
ACTIVA
Immateriële activa 12 580 13 307 14 301 20 104 19 779 18 838 21 039 25 069 23 881
Goodwill 34 688 34 365 33 311 39 164 37 555 43 616 43 626 42 307 42 197
Materiële vaste activa 255 347 270 979 286 789 336 560 349 381 342 262 381 136 408 294 373 716
Vastgoedbeleggingen 3 331 896 896 896 896 896 11 466 10 894 10 227
Entiteiten waarop de 'equity'-methode
wordt toegepast
12 957 15 451 15 697 13 626 11 078 9 175 6 749 4 804 4 193
Andere financiële activa 3 399 1 151 1 999 11 446 2 565 3 335 3 300 3 433 2 806
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop 121 86 85 197 77 357 356 3 038 5 698
Vorderingen op meer dan één jaar 8 305 10 070 9 605 5 005 5 024 5 164 11 586 3 674 3 913
Uitgestelde belastingen 50 290 55 739 43 365 52 020 56 367 67 158 64 714 63 302 59 306
Vaste activa 381 018 402 044 406 048 479 018 482 722 490 801 543 972 564 815 525 937
Voorraden en bestellingen in uitvoering 116 002 113 671 105 827 120 035 127 852 129 913 118 916 120 138 108 538
Handelsvorderingen 132 910 141 783 142 104 170 117 175 496 183 963 179 282 192 253 188 915
Overige vorderingen 39 567 62 285 58 016 60 095 61 825 88 333 77 558 79 884 44 982
Terug te vorderen belastingen 3 847 3 552 4 367 1 130 1 315 1 032 661 855 2 165
Deelnemingen beschikbaar voor verkoop 205 181 156 293 411 531 483 595 863
Geldmiddelen en kasequivalenten 54 575 53 938 41 388 68 151 41 049 24 723 25 626 26 468 24 096
Vlottende activa 347 106 375 410 351 858 419 821 407 948 428 495 402 526 420 193 369 559
Totaal activa 728 124 777 454 757 906 898 839 890 670 919 296 946 498 985 008 895 496
in duizend EUR
Groep Recticel 31 DEC 2011 31 DEC 2010 31 DEC 2009 31 DEC 2008 31 DEC 2007 31 DEC 2006 31 DEC 2005 31 DEC 2004 31 DEC 2003
PASSIVA
Kapitaal 72 329 72 329 72 329 72 329 72 329 71 572 70 833 70 833 70 833
Uitgiftepremies 107 013 107 013 107 013 107 013 107 013 104 929 103 437 103 437 103 437
Uitgegeven kapitaal 179 342 179 342 179 342 179 342 179 342 176 501 174 270 174 270 174 270
Reserves 85 191 75 179 67 582 51 222 47 453 25 492 47 429 80 739 81 795
Indekkings- en omrekeningsverschillen (15 739) (12 853) (21 395) (19 951) (10 964) (11 793) (10 292) (11 223) (14 467)
Eigen vermogen voor
minderheidsbelangen
248 794 241 668 225 529 210 613 215 831 190 200 211 407 243 786 241 598
Minderheidsbelangen 0 0 429 23 090 32 491 38 203 39 828 37 565 30 066
Eigen vermogen,
minderheidsbelangen inbegrepen
248 794 241 668 225 958 233 703 248 322 228 403 251 235 281 351 271 664
Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 35 289 34 988 37 209 40 155 45 235 48 365 45 218 40 459 38 322
Voorzieningen 12 964 24 452 23 008 17 893 17 681 21 957 14 540 12 298 17 965
Uitgestelde belastingen en
belastingslatenties
9 134 8 800 8 187 9 429 9 549 7 408 6 792 4 934 5 742
Achtergestelde leningen 0 0 0 89 014 97 495 49 614 49 464 49 327 35
Obligaties en schuldpapier 44 546 39 780 39 368 14 500 15 040 14 869 14 500 0 0
Financiële leasingverplichtingen 11 024 13 285 15 986 19 346 21 214 23 424 29 913 12 674 14 571
Kredietinstellingen 79 534 111 977 128 200 140 161 22 085 137 601 177 547 230 988 231 364
Overige leningen 2 111 2 082 2 201 5 123 5 794 2 214 2 302 2 540 2 690
Rentedragende financiële verplichtingen 137 215 167 124 185 755 268 144 161 628 227 722 273 726 295 529 248 660
Overige leningen 353 510 359 1 782 462 3 938 1 159 984 7 694
Verplichtingen op meer dan één jaar 194 955 235 874 254 518 337 403 234 555 309 390 341 435 354 204 318 383
Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 3 126 3 846 3 893 4 674 4 083 4 529 4 073 6 362 6 804
Voorzieningen 6 328 14 480 8 312 8 516 5 443 5 202 3 833 7 798 7 733
Kredietinstellingen 67 680 45 691 47 740 68 872 150 765 99 474 69 878 66 276 83 041
Handelsverplichtingen 119 274 141 887 114 208 146 993 160 443 173 134 179 611 166 900 125 397
Belastingen 3 974 7 542 4 712 3 389 9 659 5 212 1 063 947 1 316
Overige verplichtingen 83 993 86 466 98 565 95 289 77 400 93 952 95 370 101 170 81 158
Verplichtingen op ten hoogste één
jaar
284 375 299 912 277 430 327 733 407 793 381 503 353 828 349 453 305 449
Toaal passiva 728 124 777 454 757 906 898 839 890 670 919 296 946 498 985 008 895 496
in duizend EUR
Groep Recticel 2011 2010 2009 2008 2007 2006 2005 2004 2003
RESULTATENREKENING
Bedrijfsopbrengsten 1 378 122 1 348 430 1 276 662 1 555 450 1 611 788 1 474 422 1 391 558 1 276 319 1 180 773
Distributiekosten (65 182) (64 768) (62 061) (74 528) (76 777) (68 668) (63 782) (63 442) (58 986)
Kostprijs van de omzet (1 101 628) (1 066 780) (982 511) (1 260 090) (1 279 997) (1 170 165) (1 140 184) (1 002 560) (927 416)
Brutowinst 211 312 216 882 232 090 220 832 255 014 235 589 187 592 210 317 194 371
Algemene en administratieve lasten (85 059) (80 367) (82 166) (90 587) (88 537) (88 826) (89 722) (85 121) (76 883)
Verkoop- en marketingkosten (73 836) (74 331) (81 040) (88 077) (89 454) (87 070) (75 845) (75 084) (73 809)
Kosten van onderzoek en ontwikkeling (14 820) (15 794) (13 941) (17 006) (17 936) (18 224) (16 362) (18 055) (17 750)
Bijzondere waardeverminderingen (5 260) (10 800) (10 362) (12 280) (1 400) (32 042) (11 912) - -
Overige bedrijfsopbrengsten/(-uitgaven) 8 363 (10 075) 31 26 367 5 561 5 537 15 893 (799) (13 475)
Winst of verlies van entiteiten waarop
de 'equity'-methode wordt toegepast
1 741 935 1 608 1 899 (24) 1 013 1 538 611 623
Winst of verlies uit deelnemingen (406) 1 164 7 265 2 013 312 (2 291) 684 502
Bedrijfresultaat (EBIT) 42 035 27 614 46 227 41 413 65 237 16 289 8 891 32 553 13 579
Renteopbrengsten en -lasten (13 270) (11 770) (16 919) (24 414) (25 181) (25 441) (25 199) (19 351) (13 976)
Andere financiële opbrengsten en lasten (3 414) (5 325) 3 125 (2 022) (3 566) 479 (2 735) (2 180) (3 964)
Financieel resultaat (16 684) (17 095) (13 794) (26 436) (28 747) (24 962) (27 934) (21 531) (17 940)
Winst of verlies van de periode voor
belastingen
25 351 10 519 32 433 14 977 36 490 (8 673) (19 043) 11 022 (4 361)
Belastingen (7 933) 4 108 (12 396) (10 378) (14 325) (10 380) (6 244) 196 (2 753)
Winst of verlies van de periode na
belastingen
17 418 14 627 20 037 4 599 22 165 (19 053) (25 287) 11 218 (7 114)
Minderheidsbelangen 0 (188) 703 6 949 (626) (2 179) (2 587) (5 851) (2 943)
Winst of verlies toerekenbaar aan de
Groep
17 418 14 439 20 740 11 548 21 539 (21 232) (27 874) 5 367 (10 057)

VIII. Waarde- & risicobeheer

De Raad van Bestuur, hierin bijgestaan door het Auditcomité, bepaalt de politiek van de Groep inzake risicomanagement, waarbij rekening wordt gehouden met de omvang van de algemene ondernemingsrisico's die zij bereid is te aanvaarden.

Bedrijfsvoering en ondernemerschap gaan meestal gepaard met externe en interne onzekerheden. Als gevolg van deze onzekerheden dienen er onvermijdelijk op alle niveaus permanent beslissingen genomen worden die intrinsiek mogelijke risico's inhouden. Daarom en opdat een bedrijf haar doelstellingen zou kunnen realiseren, wordt het alsmaar belangrijker om de verschillende bedrijfsrisico's zo perfect mogelijk te omschrijven, in te schatten, te kwantificeren en prioritair te rangschikken. Een aangepast en adequaat risicomanagementsysteem dat bovendien kan terugvallen op performante controlemechanismen en best practices moet het mogelijk maken om de eventuele nefaste gevolgen van mogelijke risico's op de onderneming en haar bedrijfswaarde te vermijden, of op zijn minst te beheersen of te minimaliseren.

In 2008 heeft het managementcomité een catalogus opgesteld van de voornaamste bedrijfsrisico's waarmee de Groep Recticel in het kader van haar activiteiten geconfronteerd wordt.

In 2010 werd beslist om die catalogus te herzien zodat processen zouden kunnen worden bepaald om de zo geïdentificeerde risico's onder controle te houden en te beperken.

Te dien einde werd een externe consulent met de gepaste expertise terzake aangesteld om het managementcomité bij te staan en de analyse en vaststelling van de risico's te besturen.

De analyse werd uiteindelijk in de loop van 2011 afgewerkt en de nieuwe catalogus bedrijfsrisico's van de Groep Recticel werd toen door het managementcomité vastgelegd en daarna door de Raad van Bestuur goedgekeurd.

Daaruit volgt een lijst van 16 voornaamste risico's waarvoor werkgroepen werden samengesteld die in een eerste fase een geschikt en specifiek actieplan voor elk risico moeten uitwerken dat ze dan in een tweede fase moeten implementeren en controleren.

Er dient nochtans op te merken dat deze selectie geenszins alle risico's, die door de analyse aan het licht werden gebracht, exhaustief opsomt. Het gaat erom dat prioriteit wordt verleend aan de behandeling van welbepaalde risico's zonder alle overige risico's te verwaarlozen die tegelijkertijd constant onder de nodige toezicht en controle worden geplaatst.

Er kunnen zich namelijk risico's voordoen die de onderneming nog niet volledig heeft kunnen beoordelen en die momenteel worden geacht geen wezenlijke invloed te hebben maar die in een later stadium een nadelig effect zouden kunnen hebben op de resultaten van de onderneming. De risicomanagementsystemen van de Groep proberen interne en externe risico's tijdig te onderkennen. Het effect van sommige onder deze wordt opgevangen en beperkt door de bepalingen van de algemene handelsvoorwaarden (General Terms and Conditions (of Trade) - "GTC") van Recticel, dewelke beschikbaar zijn op de website www.recticel.com.

Deze meest relevante risico's zullen daarenboven in 2013 opnieuw worden onderworpen aan een grondige herziening op basis van een duidelijk omschreven methode.

RISICOFACTOREN

De volgende zijn de meest relevante risicofactoren voor de Groep Recticel, zoals blijkt uit de hierboven vermelde analyse.

1. Grondstofprijzen en -bronnen

Als producent en verwerker van polyurethaan is de Groep gevoelig voor schommelingen in de scheikundige grondstofprijzen. Het betreft voornamelijk polyolen en isocyanaten (TDI en MDI). Hoewel deze basisgrondstoffen derivaten zijn van aardolie evolueren hun marktprijzen verschillend tegenover deze van aardolieproducten op de wereldmarkt. Een belangrijke reden hiervoor ligt in het feit dat polyolen en isocyanaten verder verwijderd liggen in de aardolieverwerkende waardeketen. Teveel wijzigingen in de grondstofprijzen, het zeldzaam worden van of het tekort aan de nodige basisstoffen zouden Recticels bedrijfsvoering, bedrijfsresultaten en financiële toestand negatief kunnen beïnvloeden.

Gemiddeld maken de scheikundige grondstoffen ongeveer 40% van de kostprijs uit. Voor sommige toepassingen, zoals in Soepelschuim en Isolatie, kan dit zelfs nog hoger liggen.

Deze grondstoffen worden in de open markt aangekocht. Er bestaan geen mogelijkheden om zich in te dekken tegen grondstofprijsschommelingen.

De aankoop van scheikundige grondstoffen gebeurt gecentraliseerd en de centrale aankoopfunctie onderhandelt over de bevoorradingscontracten.

2. Naleving van wetten en reglementeringen. Contractuele verplichtingen.

De Recticel Groep zou negatief kunnen worden beïnvloed door schendingen van, aansprakelijkheden onder, en/of eenvoudigweg de niet-naleving van de verschillende wetten en reglementeringen die haar wereldwijde activiteiten beheersen.

Deze activiteiten zijn in het bijzonder onderworpen aan diverse milieuwetten en -reglementeringen, waardoor de Recticel Groep substantiële kosten voor naleving of voor geschillen zou kunnen oplopen.

Daarnaast kan de Groep andere belangrijke kosten kunnen oplopen voor het niet-naleven van contractuele verplichtingen alsook als de bepalingen die in de contracten werden bepaald, ontoereikend en zelfs ongeschikt zouden blijken.

3. Reputatie, communicatie, afkeer van chemische industrie.

De reputatie van de Groep Recticel als leverancier van betrouwbare en ethische producten kan te lijden hebben van evenementen of ongevallen buiten de wil van Recticel of ten gevolge van eigen daden. Zo kan het ook zijn bij een golf van wantrouwen van het publiek ten opzichte van chemische producten en hun gevaar die de chemische industrie in haar geheel, en Recticel in het bijzonder, zou kunnen aantasten alsook naar aanleiding van een ongelegen of ongelukkige communicatie.

4. Concurrenten en nieuwe spelers

Er bestaan risico's voor de omzet en de marktaandelen van de Groep Recticel niet alleen ten opzichte van nieuwe spelers die Recticel duidelijk concurrentie aandoen maar ook van de bestaande concurrenten die op elk moment nieuwe of revolutionaire producten op de markt kunnen brengen waardoor de concurrentiepositie van Recticel in het gedrang zou kunnen komen.

5. Activiteitsonderbreking

Het gaat om enige risico tot onderbreking van de productie- of distributieactiviteiten als gevolg van een incident, ongeval of alle mogelijke onverwachte gebeurtenissen in één of verschillende vestigingen.

6. Onevenwichtige structuur en concentratie van activiteiten

Een te hoge concentratie van de activiteiten op bepaalde klanten, technologieën alsook op bepaalde markten of geografische sectoren kan leiden tot nadelige gevolgen, ja zelfs strijdig worden met de ontwikkeling van de activiteiten van de Groep of met het bereiken van de strategische doelstellingen.

7. Analyse van projecten en investeringen

Het gevaar bestaat in een verkeerde of onvoldoende analyse van de projecten en investeringen ten opzichte van strategie en financieel resultaat, alsook van de risico's die ermee gepaard gaan. De analyse gebeurt tot op heden op basis van richtlijnen inzake investeringen die door de Groep werden vastgelegd.

8. Veiligheid - Gezondheid - Milieu

Door de aard van zijn activiteiten blijft Recticel milieurisico's lopen. De Groep gebruikt potentieel gevaarlijke stoffen en chemicaliën bij productontwikkeling en productieprocessen. Er bestaan risico's van accidentele verontreinigingen. Draaiboeken met precieze handelingsprocedures om zulke crisissituaties en de gevolgen ervan te bestrijden, zijn wijd verspreid in de organisatie. Ongetwijfeld vormt de behandeling van die producten een gevaar voor de gezondheid van het personeel of alle andere bezoeker, in het bijzonder in het geval van niet-naleving van de veiligheidsregels die door Recticel zijn opgelegd.

9. Productaansprakelijkheid

Recticel produceert en verkoopt zowel half-afgewerkte producten als volledig afgewerkte duurzame consumptiegoederen (Slaapcomfort en Isolatie). In beide gevallen kan de Groep blootgesteld worden aan vorderingen voor productaansprakelijkheid. De Groep tracht deze risico's op te vangen of te beperken via de productwaarborgen voorzien in de "GTC" en door de toepassing van een strikt kwaliteitscontrolesysteem. Om zich te beschermen tegen nadelige gevolgen van productaansprakelijkheid heeft de Groep tevens een aantal adequaat aangepaste algemene en productgebonden verzekeringspolissen afgesloten.

10. Efficiëntie en capaciteit

Inzake efficiëntie gaat het over het behouden en verbeteren van de activiteiten op het gebied van uitrusting en technologie op de productievestigingen en over de controle en de optimalisering van kosten en concurrentievermogen in de interne diensten.

Inzake capaciteit komt het erop neer dat aan de behoeften van onze klanten wordt beantwoord en dat tegelijkertijd vaste kosten optimaal worden verspreid tussen onze verschillende entiteiten en kosten en marges per éénheid onder controle blijven gehouden.

11. Waardering van prestatie

Door een ontoereikende of slechte selectie, waardering en reporting van de financiële en niet-financiële prestatieindicatoren kunnen de uitvoering en de opvolging van de strategische plannen van de Groep benadeeld worden.

12. Talentmanagement

De Groep heeft tot taak human resources aan te passen aan de behoeften die gepaard gaan met de strategie van de Groep. Geschikte Prestatiemanagement, Successieplanning en Leadershipstijlen dienen dan ook te worden uitgewerkt met het oog op de verwezenlijking van de doelstellingen.

13. Fiscaliteit

Eerst gaat het hier om het risico betreffende de naleving van de fiscale bepalingen en wetten die van kracht zijn in de verschillende landen waar de Groep Recticel aanwezig en actief is.

Dan komt het erop neer dat de fiscale gevolgen correct en nauwkeurig worden bestudeerd die gebonden zijn aan de schommeling van de bedrijfsresultaten en aan de structurele en contractuele reorganisatie van de activiteiten van de Groep.

14. Intellectuele eigendom

Recticel bezit, heeft aanvragen in behandeling voor en heeft tal van patenten die betrekking hebben op een veelheid van producten en softwaresystemen. Daarnaast bezit de Groep ook nog een ruim aantal merkrechten in verschillende landen. Recticel vertrouwt op een combinatie van octrooi-, auteurs- en merkrechten en de wetten op handelsmerken en geheimen, vertrouwelijkheidsprocedures, handelsgeheimen, contractuele bepalingen en licentieregelingen om de eigendomsrechten vast te leggen en te beschermen.

Daartegenover staat dat de Groep ernaar streeft, onder andere via een wachtsysteem voor technologie, om de intellectuele eigendomsrechten van derden scrupuleus te respecteren. Hoewel Recticel ervan overtuigd is dat haar producten de intellectuele eigendomsrechten van derden niet schenden, is het niet uitgesloten dat deze in de toekomst zulke inbreuken niet kunnen aanklagen.

15. Informatie, Communicatie en Technologie (ICT) risico's

Vandaag wordt een zeer grote meerderheid van Recticels handelingen en werkwijzen door centraal beheerde informatiesystemen geleid en opgevolgd. Het risico word gedefinieerd als het ontbreken van of het tekort aan betrouwbaarheid van zulke systemen.

16. Risico's bij joint ventures en geassocieerde ondernemingen

Hoewel ernaar gestreefd wordt om binnen de Groep de verschillende potentiële risico's op eenzelfde (maar aangepast aan de aard) wijze te identificeren en te beheren, is dit niet steeds mogelijk of afdwingbaar. In het geval van joint ventures en geassocieerde ondernemingen of in het geval van coöperatie op middellange en lange termijn kunnen er afwijkende visies bestaan met de andere partner(s), waardoor (een volgens de Groep) soortgelijke behandeling van de risico's kan beperkt, of zelfs verhinderd, worden. De uiteenlopende benaderingen van deze risico's kunnen leiden tot gevolgen die verschillen met deze die de Groep zou hebben ondergaan of willen ondergaan.

RISICO-CONTROLE

Algemene operationele of industriële risico's worden doorgaans afgedekt door verzekeringscontracten die centraal beheerd worden. De voorwaarden van deze contracten worden op regelmatige basis herbekeken om er zeker van te zijn dat de dekkingen afdoende zijn en aangepast aan de risico's. De Groep bezit twee herverzekeringsfilialen met als belangrijkste taak de herverzekering binnen de Groep van het eigen risico verbonden aan de franchises, die de externe verzekeringspolissen ten laste leggen van de Groep.

De risico's en onzekerheden waarvoor voorzieningen werden aangelegd bij toepassing van de IFRS regels worden toegelicht onder noot III.5.18. bij het geconsolideerd financieel jaarverslag. Dit betreft meer bepaald de voorzieningen voor geschillen, productwaarborgen, leefmilieurisico's en reorganisatielasten.

De Interne Auditafdeling van Recticel participeert in de creatie, de implementatie en de naleving van de controleprocedures in brede zin. Daarnaast speelt de afdeling een belangrijke rol in de continue monitoring van de ondernemingsrisico's en verleent zij haar medewerking aan de fundamentele overdenking van de bedrijfsrisico's binnen Recticel.

Kerncijfers

in miljoen EUR
Groep Recticel 2007 2008 2009 2010 2011
Geconsolideerde resultatenrekening
Bedrijfsopbrengsten 1 611,8 1 555,5 1 276,7 1 348,4 1 378,1
Brutowinst 255,0 220,8 232,1 216,9 211,3
REBITDA 123,4 86,8 106,9 104,0 88,6
EBITDA 122,0 108,8 102,3 83,5 88,8
REBIT 67,9 31,7 61,2 58,9 47,1
EBIT 65,2 41,4 46,2 27,6 42,0
Financieel resultaat (28,7) (26,4) (13,8) (17,1) (16,7)
Winst of verlies van de periode voor belastingen 36,5 15,0 32,4 10,5 25,3
Belastingen op het resultaat (14,3) (10,4) (12,4) 4,1 (7,9)
Winst of verlies van de periode na belastingen 22,2 4,6 20,0 14,6 17,4
Waarvan winst of verlies van de periode toerekenbaar aan de Groep 21,5 11,5 20,7 14,4 17,4
Rendabiliteitsratio's
Brutowinst / Bedrijfsopbrengsten 15,8% 14,2% 18,2% 16,1% 15,3%
REBITDA / Bedrijfsopbrengsten 7,7% 5,6% 8,4% 7,7% 6,4%
EBITDA / Bedrijfsopbrengsten 7,6% 7,0% 8,0% 6,2% 6,4%
REBIT / Bedrijfsopbrengsten 4,2% 2,0% 4,8% 4,4% 3,4%
EBIT / Bedrijfsopbrengsten 4,0% 2,7% 3,6% 2,0% 3,0%
Winst of verlies toerekenbaar aan de Groep / Bedrijfsopbrengsten 1,3% 0,7% 1,6% 1,1% 1,3%
ROE = Winst of verlies toerekenbaar aan de Groep / Eigen vermogen
(aandeel Groep) (1)
10,6% 5,4% 9,4% 6,3% 7,1%
ROCE = Rendement op (gemiddeld) aangewend kapitaal 12,3% 7,5% 10,1% 6,4% 10,3%
Jaarlijkse groeipercentages
Bedrijfsopbrengsten 9,3% -3,5% -17,9% 5,6% 2,2%
REBITDA -10,6% -29,7% 23,1% -2,7% -14,8%
EBITDA 15,2% -10,8% -6,0% -18,3% 6,3%
REBIT 35,9% -53,3% 93,1% -3,7% -20,0%
EBIT 300,5% -36,5% 11,6% -40,3% 52,2%
Winst of verlies van de periode toerekenbaar aan de Groep n.r. -46,4% 79,6% -30,4% 20,6%
in miljoen EUR
Geconsolideerde balans
Vaste activa 482,7 479,0 406,0 402,0 381,0
Vlottende activa 407,9 419,8 351,9 375,4 347,1
TOTAAL ACTIVA 890,7 898,8 757,9 777,5 728,1
Eigen vermogen, minderheidsbelangen inbegrepen 248,3 233,7 226,0 241,7 248,8
Verplichtingen op meer dan één jaar 234,6 337,4 254,5 235,9 195,0
Verplichtingen op ten hoogste één jaar 407,8 327,7 277,4 299,9 284,4
TOTAAL PASSIVA 890,7 898,8 757,9 777,5 728,1
Netto werkkapitaal 119,0 105,7 92,8 85,4 85,1
Beurskapitalisatie (31 december) 289,3 118,0 145,5 229,4 131,9
Minderheidsbelangen 32,5 23,1 0,4 0,0 0,0
Netto financiële schuld 270,9 268,6 192,0 158,7 150,1
WAARDE VAN DE ONDERNEMING 592,7 409,7 337,9 388,1 282,0
Gemiddelde ingezette middelen (Capital employed) 531,6 514,5 458,9 422,5 408,9
Ratio's financiële structuur
Netto financiële schuld / Totaal eigen vermogen (minderheidsbelangen
inbegrepen)
109% 115% 85% 66% 60%
Totaal eigen vermogen (minderheidsbelangen inbegrepen) /
Balanstotaalinbegrepen)
28% 26% 30% 31% 34%
Current ratio 1,0 1,3 1,3 1,3 1,2
Waarderingsratio's
Price / Earnings (Beurskapitalisatie (31 dec)/ Winst of verlies toerekenbaar
aan de Groep) (10)
13,4 10,2 7,0 15,9 7,6
Waarde van de onderneming / EBITDA 4,9 3,8 3,3 4,6 3,2
Prijs / Boekwaarde (=Beurskapitalisatie / Boekwaarde (aandeel Groep)) 1,34 0,56 0,65 0,95 0,53
Groep Recticel
2007
2008
2009
2010
2011
Geconsolideerde bedrijfsopbrengsten per segment
Soepelschuim
665,6
645,6
570,6
602,7
596,2
Slaapcomfort
396,4
349,5
312,6
293,3
292,2
Isolatie
139,7
156,4
166,5
187,4
223,1
Automobiel
490,4
474,2
289,4
324,9
324,8
Eliminaties
(80,2)
(70,3)
(62,4)
(59,9)
(58,1)
Totaal bedrijfopbrengsten
1 611,8
1 555,5
1 276,7
1 348,4
1 378,1
in miljoen EUR
EBITDA per segment
Soepelschuim
41,8
31,2
45,1
22,2
22,6
als % van bedrijfopbrengsten
6,3%
4,8%
7,9%
3,7%
3,8%
Slaapcomfort
26,9
16,9
41,1
17,3
16,6
als % van bedrijfopbrengsten
6,8%
4,8%
13,1%
5,9%
5,7%
Isolatie
24,6
27,3
40,3
35,5
39,5
als % van bedrijfopbrengsten
17,6%
17,4%
24,2%
18,9%
17,7%
Automobiel
40,6
50,1
(6,9)
26,9
24,4
als % van bedrijfopbrengsten
8,3%
10,6%
-2,4%
8,3%
7,5%
Corporate
(11,8)
(16,7)
(17,3)
(18,3)
(14,3)
Totaal EBITDA
122,0
108,8
102,3
83,5
88,8
als % van bedrijfopbrengsten
7,6%
7,0%
8,0%
6,2%
6,4%
in miljoen EUR
EBIT per segment
Soepelschuim
26,4
14,5
25,8
1,2
7,5
als % van bedrijfopbrengsten
4,0%
2,2%
4,5%
0,2%
1,3%
Slaapcomfort
19,4
9,1
33,8
11,5
10,9
als % van bedrijfopbrengsten
4,9%
2,6%
10,8%
3,9%
3,7%
Isolatie
22,4
24,5
37,2
32,1
35,8
als % van bedrijfopbrengsten
16,1%
15,7%
22,3%
17,2%
16,1%
Automobiel
10,4
9,7
(32,2)
1,6
2,8
als % van bedrijfopbrengsten
2,1%
2,0%
-11,1%
0,5%
0,8%
Corporate
(13,3)
(16,4)
(18,3)
(18,8)
(15,0)
Totaal EBIT
65,2
41,4
46,2
27,6
42,0
als % van bedrijfopbrengsten
4,0%
2,7%
3,6%
2,0%
3,0%
in miljoen EUR
Investeringen versus Afschrijvingen
Investeringen in immateriële en materiële vaste activa
45,6
48,7
24,1
35,2
33,4
Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen (exclusief
56,8
67,4
56,1
55,9
46,2
afschrijvingen op consolidatieverschillen)
Investeringen / Bedrijfsopbrengsten
2,8%
3,1%
1,9%
2,6%
2,4%
DATA PER AANDEEL
Aantal aandelen (31 december)
28 931 456
28 931 456
28 931 456
28 931 456
28 931 456
Gewogen gemiddeld aantal uitstaande aandelen (voor verwateringseffect)
28 935 874
28 931 456
28 931 456
28 931 456
28 931 456
Gewogen gemiddeld aantal uitstaande aandelen (na verwateringseffect)
31 167 169
29 172 611
28 931 456
29 329 026
33 769 050
in EUR
REBITDA
4,27
3,00
3,69
3,60
3,06
EBITDA
4,22
3,76
3,54
2,89
3,07
REBIT
2,35
1,10
2,11
2,04
1,63
EBIT
2,25
1,43
1,60
0,95
1,45
Winst of verlies van de periode toerekenbaar aan de Groep - Basis (1)
0,74
0,40
0,72
0,50
0,60
Winst of verlies van de periode toerekenbaar aan de Groep - Verwaterd
0,74
0,40
0,72
0,49
0,55
Bruto dividend
0,25
0,17
0,25
0,27
0,28
Uitbetalingsratio
34%
43%
35%
54%
47%
Netto boekwaarde (aandeel Groep)
7,46
7,28
7,80
8,35
8,60
Price / Earnings ratio (2)
13,4
10,2
7,0
15,9
7,6
(1) berekend op het gewogen aantal uitstaande aandelen (voor verwateringseffect)
(2) berekend op de beurskoers per 31 december.
Earnings = Resultaat van de periode (aandeel van de Groep) per aandeel
in miljoen EUR

in EUR Koers van het aandeel op 31 december 10,00 4,08 5,03 7,93 4,56 laagste van het jaar 8,95 4,08 1,95 5,04 3,78 hoogste van het jaar 11,69 9,96 6,00 8,64 8,20

gemiddeld dagvolume (eenheden) 29 462 23 530 31 981 68 246 36 840

Colophon

Recticel N.V.

Olympiadenlaan 2 B - 1140 Brussel T. +32 (0)2 775 18 11 F. +32 (0)2 775 19 90

External Communications & Investor Relations Manager Michel De Smedt T. + 32 (0)2 775 18 09 F. + 32 (0)2 775 19 91

[email protected]

Internal Communications Manager

Paul De Wilde T. + 32 (0)2 775 18 82 F. + 32 (0)9 368 76 04 [email protected]

Dit verslag is beschikbaar in het Nederlands, het Frans en het Engels. Ce rapport est disponible en français, néerlandais et anglais. This report is available in English, French and Dutch.

Dit jaarverslag kan ook gedownload worden op www.recticel.com

Concept & Prepress: Lemon - Carlos Pavez Algemene coördinatie: Michel De Smedt

Dank aan alle collega's die hebben bijgedragen tot de realisatie van dit Jaarverslag.

www.recticel.com

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.