AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

KBC Groupe NV

Quarterly Report Aug 6, 2020

3968_ir_2020-08-06_95ff1902-63e6-4857-b40d-71c926e5eb34.pdf

Quarterly Report

Open in Viewer

Opens in native device viewer

KBC GROEP KWARTAALRAPPORT 2KW2020

Verslag over 2KW2020

Samenvatting 3 Financiële hoofdlijnen 4 Overzicht van resultaten en balans 5 Analyse van het kwartaal 6 Analyse van de year-to-date periode 9 Risicoverklaring, economische visie en verwachtingen 10

Geconsolideerde financiële staten

Geconsolideerde winst-en-verliesrekening 13 Vereenvoudigd geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten (comprehensive income) 15 Geconsolideerde balans 16 Geconsolideerde vermogensmutaties 17 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 20 Toelichting bij de grondslagen voor financiële verslaggeving 22 Toelichting bij de segmentinformatie 29 Overige toelichtingen 30 Additionele informatie Details van ratio's en termen 42

U vindt bijkomende detailinformatie (onder meer over kredietrisico, solvabiliteit en divisies) in het Engelstalig Quarterly Report, dat ook beschikbaar is op www.kbc.com

Toekomstgerichte verklaringen

De in dit verslag geformuleerde verwachtingen, prognoses en uitspraken over de toekomstige ontwikkelingen zijn vanzelfsprekend gebaseerd op veronderstellingen en zijn afhankelijk van een aantal toekomstige factoren. Het is dan ook mogelijk dat de werkelijkheid hier (sterk) van afwijkt.

Investor Relations contact

[email protected] KBC Groep NV, Investor Relations Office, Havenlaan 2, 1080 Brussel, België

Dit verslag bevat informatie die is onderworpen aan de transparantievoorschriften voor beursgenoteerde vennootschappen. Publicatiedatum: 6 augustus 2020

KBC GROEP Verslag over 2KW2020

Verklaring van de verantwoordelijke

personen

'Ik, Rik Scheerlinck, chief financial officer van de KBC-groep, verklaar hierbij namens het Directiecomité van KBC Groep NV dat, voor zover mij bekend, de verkorte financiële overzichten die zijn opgenomen in het kwartaalverslag zijn gebaseerd op de relevante boekhoudkundige normen en in alle wezenlijke opzichten de financiële toestand en resultaten van KBC Groep NV, met inbegrip van zijn geconsolideerde dochtermaatschappijen, correct weergeven en dat het kwartaalverslag een getrouw overzicht geeft van de belangrijke gebeurtenissen en de belangrijkste transacties met verbonden partijen tijdens de verslagperiode en het effect daarvan op de verkorte financiële overzichten, alsmede een beschrijving van de voornaamste risico's en onzekerheden voor de resterende maanden van het lopende jaar.'

Resultaat tweede kwartaal van 210 miljoen euro

Overzicht KBC-groep (geconsolideerd, IFRS) 2KW2020 1KW2020 2KW2019 1H2020 1H2019
Nettoresultaat (in miljoenen euro) 210 -5 745 205 1 175
Gewone winst per aandeel (in euro) 0,47 -0,04 1,76 0,43 2,75
Nettoresultaat per divisie (in miljoenen euro)
België 204 -86 388 119 564
Tsjechië 77 88 248 165 425
Internationale Markten -45 35 104 -11 175
Groepscenter -26 -43 4 -68 11
Eigen vermogen van de aandeelhouders per aandeel (in euro, per einde
periode)
44,9 43,8 42,8 44,9 42,8

Het tweede kwartaal begon met de lockdown van de samenleving als gevolg van de coronacrisis. Naast het menselijke leed dat de pandemie zelf heeft veroorzaakt, bracht dat ook ongekende economische gevolgen met zich mee. Hoewel de samenleving nu geleidelijk aan weer opent, is het duidelijk dat de impact van de coronacrisis significant zal zijn, zeker in bepaalde sectoren. De verschillende steunmaatregelen die werden genomen in onze thuismarkten, kunnen evenwel helpen om de totale impact te beperken. Het is duidelijk dat de langetermijngevolgen voor de economie ook afhangen van nieuwe uitbraken van het virus en de intensiteit ervan, nu en in de komende maanden.

Sinds het begin van de coronacrisis werken we intensief samen met overheidsinstellingen om alle klanten te ondersteunen die door het coronavirus worden getroffen, door op efficiënte wijze steunmaatregelen aan te bieden – waaronder uitstel van kredietbetalingen – en die maatregelen waar nodig aan te passen of uit te breiden. In deze moeilijke tijden zijn we er ook in geslaagd om onze klanten in al onze thuismarkten een hoog niveau van dienstverlening te blijven bieden, vooral dankzij de inspanningen en investeringen die we de afgelopen jaren hebben gedaan op het vlak van digitale transformatie, in combinatie met de expertise en de inzet van onze medewerkers in al onze thuismarkten. Ondertussen blijven we werken aan oplossingen om het leven van onze klanten proactief te vergemakkelijken. De interactie tussen mens en machine, tussen kantoor en digitale app, ondersteund door artificiële intelligentie en data-analyse, speelt daarbij een prominente rol. Daarover en over andere onderwerpen zullen we uitvoeriger communiceren tijdens een strategie-update op 12 november.

We geloven dat de wereld na de coronacrisis duurzamer zal moeten zijn en we werken onverminderd verder om bij te dragen aan dat scenario. Met dat in het achterhoofd hebben we in juni met succes onze tweede groene obligatielening uitgegeven voor een bedrag van 500 miljoen euro. Door de uitgifte van groene obligaties willen we een nauwere band creëren met duurzame beleggers, financiering bieden aan klanten die direct betrokken zijn bij duurzame projecten en bijdragen aan de ontwikkeling van een liquide en efficiënte markt voor groene obligaties, wat de overgang naar een koolstofarme economie kan helpen te financieren.

Wat onze financiële resultaten betreft, hebben we in het tweede kwartaal van 2020 een nettowinst van 210 miljoen euro gerealiseerd. Het resultaat werd aanzienlijk beïnvloed door de boeking van 845 miljoen euro aan waardeverminderingen op kredieten, waarvan het grootste deel betrekking had op de mogelijke economische gevolgen van de coronacrisis. In dat verband herhalen we onze guidance voor het boekjaar 2020, namelijk een geschatte 1,1 miljard euro aan waardeverminderingen op kredieten. Zoals verwacht daalden de nettorente-inkomsten en de nettoprovisie-inkomsten in het tweede kwartaal, terwijl in dat kwartaal ons resultaat uit schadeverzekeringen daarentegen heel solide was en we een sterke verkoop zagen in onze levensverzekeringsactiviteiten. Bovendien heeft ons trading- en reëlewaarderesultaat, dat in het eerste kwartaal van het jaar een zware klap kreeg, zich in het tweede kwartaal voor een groot deel hersteld. Last but not least hebben onze strenge kostenbeheersingsmaatregelen, samen met de extra kostenbesparingen die bij de publicatie van de eerstekwartaalresultaten werden aangekondigd, bijgedragen tot een verlaging van onze exploitatiekosten (exclusief bankenheffingen) met 6% tegenover het vorige kwartaal en met 8% jaar-op-jaar.

Onze solvabiliteitspositie bleef heel sterk, met een fully loaded common equity ratio van 16,6%, ruim boven de huidige minimumkapitaalvereiste van 7,95%. Ook onze liquiditeitspositie bleef stevig, met een LCR van 136% en een NSFR van 142% eind

juni 2020. Als gevolg daarvan stellen onze huidige kapitaal- en liquiditeitsbuffers ons in staat om de uitdagingen van vandaag met vertrouwen tegemoet te treden. Noteer dat we, in lijn met de recente aanbeveling van de ECB, ons gebruikelijke dividendbeleid niet kunnen uitvoeren. Dat betekent dat er in november 2020 geen interim-dividend zal worden uitgekeerd.

Tot slot wil ik alle stakeholders uitdrukkelijk bedanken voor het vertrouwen dat ze ons blijven schenken. Ik kan u verzekeren dat we er in deze uitdagende tijden voluit voor blijven gaan om onze positie als referentie in bankverzekeren in al onze thuismarkten te handhaven.

Johan Thijs, Chief Executive Officer

Onze strategie steunt op vier principes:

• Onze klanten staan centraal in alles wat we doen.

• We willen onze klanten een unieke bankverzekeringservaring bezorgen. • We bekijken de ontwikkeling van onze groep op lange termijn en we willen duurzame

en rendabele groei realiseren.

• We nemen onze verantwoordelijkheid in de samenleving en de lokale economieën.

Financiële hoofdlijnen tweede kwartaal van 2020

Het resultaat van het tweede kwartaal van 2020 werd aanzienlijk beïnvloed door de boeking van waardeverminderingen op kredieten die verband hielden met de pandemie.

Daarnaast werden de kosten aanzienlijk verlaagd, was het resultaat uit schadeverzekeringen uitstekend en herstelde het trading- en reëlewaarderesultaat zich na de eerdere daling in het eerste kwartaal. De nettorente-inkomsten en de nettoprovisie-inkomsten daalden ten opzichte van het vorige kwartaal.

  • De nettorente-inkomsten daalden met 9% tegenover het vorige kwartaal en met 4% tegenover het tweede kwartaal van 2019, voornamelijk door het effect van de renteverlagingen door de CNB in Tsjechië, de depreciatie van de Tsjechische kroon en de Hongaarse forint ten opzichte van de euro, de lage herbeleggingsrentes in het algemeen, de lagere marges op de kredietportefeuille in de meeste kernlanden (behalve België) en het lagere positieve netto-effect van ALM FX-swaps. Tegenover hetzelfde kwartaal van vorig jaar werden die negatieve effecten gedeeltelijk gecompenseerd door een goede groei van het kredietvolume, het gunstige effect van de EB-tiering, lagere financieringskosten, een grotere obligatieportefeuille (ook op ten opzichte van het vorige kwartaal) en de volledige consolidatie van ČMSS sinds juni 2019. De kredietvolumes bleven min of meer stabiel ten opzichte van vorig kwartaal en stegen met 4% ten opzichte van een jaar geleden, met een jaarop-jaar groei in alle divisies. De deposito's – exclusief schuldbewijzen – stegen met 5% ten opzichte van vorig kwartaal en met 11% ten opzichte van een jaar geleden, opnieuw met een jaar-op-jaar groei in alle divisies.
  • De technische inkomsten uit onze schadeverzekeringsactiviteiten (premies min lasten, plus het resultaat uit afgestane herverzekering) stegen met 40% ten opzichte van hetzelfde kwartaal vorig jaar, voornamelijk dankzij lagere technische lasten (grotendeels door het effect van de lockdown op de economische activiteit). Bijgevolg bedroeg de gecombineerde ratio voor het eerste halfjaar van 2020 een uitstekende 83%. De verkoop van onze levensverzekeringsproducten steeg met 32% tegenover het vorige kwartaal en met 22% ten opzichte van hetzelfde kwartaal vorig jaar, dankzij een hogere verkoop van tak 23-producten.
  • De nettoprovisie-inkomsten lagen 10% lager dan in het vorige kwartaal en 11% lager dan in hetzelfde kwartaal vorig jaar, ten gevolge van een combinatie van lagere vergoedingen uit onze vermogensbeheeractiviteiten (instapvergoedingen en beheersvergoedingen) en lagere vergoedingen voor onze bankdiensten (lagere vergoedingen voor betaaldiensten, vooral door de lockdown).
  • Het trading- en reëlewaarderesultaat herstelde zich vrij sterk tot 253 miljoen euro na het bijzonder negatieve cijfer (-385 miljoen euro) van het vorige kwartaal, dat zwaar werd beïnvloed door de eerste effecten van de uitbraak van de coronaviruspandemie. Het herstel in het tweede kwartaal werd onder meer gedragen door stijgende beurzen en dalende creditspreads van tegenpartijen en van KBC's funding spread.
  • De overige netto-inkomsten waren min of meer in lijn met het cijfer van het vorige kwartaal, maar daalden jaar-op-jaar omdat het tweede kwartaal van vorig jaar profiteerde van een eenmalige meerwaarde van 82 miljoen euro door de herwaardering van het belang van 55% in ČMSS (als gevolg van de overname van het resterende belang in dat bedrijf).
  • De kosten exclusief de bankenheffing waarvan het grootste deel wordt geboekt in het eerste kwartaal - daalden met 6% ten opzichte van het vorige kwartaal en met 8% jaar-op-jaar, dankzij de aangekondigde kostenbesparingen en het wisselkoerseffect. Wanneer bepaalde niet-operationele posten buiten beschouwing worden gelaten en de bankenheffing gelijkmatig over het jaar zou worden gespreid, bedraagt de kosten-inkomstenratio voor het eerste halfjaar van 2020 59%, tegenover 58% voor het volledige boekjaar 2019.
  • De waardeverminderingen op kredieten bedroegen in het afgelopen kwartaal 845 miljoen euro, waarvan bijna 90% betrekking had op collectieve waardeverminderingen voor de coronacrisis. Als gevolg daarvan bedroeg de kredietkostenratio voor de eerste zes maanden van het jaar 0,64%, een stijging ten opzichte van de 0,12% voor het hele jaar 2019.
  • Onze liquiditeitspositie bleef sterk met een LCR van 136% en NSFR van 142%. Onze kapitaalbasis bleef ook stevig, met een fully loaded common equity ratio van 16,6%.

Bijdrage van de divisies aan het 2KW2020 groepsresultaat (in miljoenen euro)

Overzicht van resultaten en balans

Geconsolideerde winst-en-verliesrekening, IFRS
KBC-groep (in miljoenen euro)
2KW2020 1KW2020 4KW2019 3KW2019 2KW2019 1H2020 1H2019
Nettorente-inkomsten 1 083 1 195 1 182 1 174 1 132 2 278 2 261
Verzekeringen Niet-leven (vóór herverzekering) 255 185 229 192 174 440 335
Verdiende premies 435 443 441 440 425 879 840
Technische lasten -180 -258 -212 -248 -251 -439 -505
Verzekeringen Leven (vóór herverzekering) 6 0 2 -5 1 6 -2
Verdiende premies 276 297 364 291 317 574 668
Technische lasten -271 -297 -363 -297 -316 -568 -669
Nettoresultaat uit afgestane herverzekering -13 -7 -11 -9 1 -21 -5
Dividendinkomsten
Nettoresultaat uit fin.instrumenten tegen reële waarde met
verwerking van waardeveranderingen in de winst-en
verliesrekening1
17
253
12
-385
17
130
14
-46
39
-2
30
-132
51
97
Netto gerealiseerd resultaat uit schuldinstrumenten tegen reële
waarde met verwerking van waardeveranderingen via other
comprehensive income
2 0 0 5 0 3 2
Nettoprovisie-inkomsten 388 429 445 444 435 816 845
Overige netto-inkomsten 53 50 47 43 133 102 192
Totale opbrengsten 2 043 1 479 2 041 1 813 1 913 3 522 3 775
Exploitatiekosten -904 -1 338 -1 045 -975 -988 -2 242 -2 283
Bijzondere waardeverminderingen -857 -141 -82 -26 -40 -997 -109
Waarvan: op financiële activa tegen geamortiseerde kostprijs en tegen
reële waarde via other comprehensive income 2
-845 -121 -75 -25 -36 -966 -103
Aandeel in het resultaat van geassoc. ondernemingen en joint
ventures
-3 -3 -1 0 4 -7 8
Resultaat vóór belastingen 279 -3 912 812 889 276 1 392
Belastingen -69 -2 -210 -200 -144 -71 -217
Resultaat na belastingen 210 -5 702 612 745 205 1 175
toerekenbaar aan minderheidsbelangen 0 0 0 0 0 0 0
toerekenbaar aan de aandeelhouders v/d
moedermaatschappij
210 -5 702 612 745 205 1 175
Gewone winst per aandeel (in euro)
Verwaterde winst per aandeel (in euro)
0,47
0,47
-0.04
-0.04
1.66
1.66
1.44
1.44
1.76
1.76
0,43
0,43
2.75
2.74
Kerncijfers geconsolideerde balans, IFRS
KBC-groep (in miljoenen euro)
30-06-2020 31-03-2020 31-12-2019 30-09-2019 30-06-2019
Balanstotaal 317 388 301 451 290 735 294 830 289 548
Leningen en voorschotten aan klanten (excl. reverse repo's) 157 563 158 364 155 816 154 863 154 169
Effecten (eigenvermogens- en schuldinstrumenten) 72 131 67 176 65 633 65 122 63 746
Deposito's van klanten en schuldpapier (excl. repo's) 210 811 208 293 203 369 205 270 199 138
Technische voorzieningen, vóór herverzekering 18 775 18 816 18 560 18 549 18 652
Schulden m.b.t. beleggingscontracten, verzekeringen 12 505 11 979 13 610 13 456 13 381
Eigen vermogen van de aandeelhouders 18 710 18 220 18 865 18 086 17 799
Selectie van ratio's
KBC-groep (geconsolideerd)
1H2020 FY2019
Rendement op eigen vermogen 2%3 14%
Kosten-inkomstenratio bankactiviteiten
(exclusief bepaalde niet-operationele posten en bij een gelijkmatige
66%
(59%)
58%
(58%)
spreiding van de bankenheffing)
Gecombineerde ratio niet-levensverzekeringen
83% 90%
Common equity ratio, Basel III, Danish Compromise, fully loaded [transitioneel] 16,6% [16,6%] 17,1%
Common equity ratio FICOD, fully loaded [transitioneel] 15,4% [15,5%] 15,8%
Leverage ratio, Basel III, fully loaded [transitioneel] 6,0% [6,0%] 6,8%
Kredietkostenratio 0,64% 0,12%
Ratio impaired kredieten
waarvan impaired kredieten die > 90 dagen achterstallig zijn
3,4%
1,9%
3,5%
1,9%
Net stable funding ratio (NSFR) 142% 136%
Liquidity coverage ratio (LCR) 136% 138%

1 Ook Trading- en reëlewaarderesultaat genoemd.

2 Ook Waardeverminderingen op kredieten genoemd. 3 4% als de bankentaksen gelijkmatig over het jaar gespreid worden.

In het deel 'Geconsolideerde financiële staten' van het kwartaalverslag vindt u een overzicht van onze geconsolideerde winst-enverliesrekening en balans volgens IFRS. In datzelfde deel vindt u ook een vereenvoudigd overzicht van de gerealiseerde en nietgerealiseerde resultaten, van de eigenvermogensmutaties, en verschillende toelichtingen bij de rekeningen. Wat betreft de (wijzigingen in) de definities van de ratio's: zie Details van ratio's en termen in het kwartaalverslag.

Analyse van het kwartaal (2KW2020)

2 043 miljoen euro

Totale opbrengsten De totale opbrengsten stegen met 38% tegenover het vorige kwartaal, bijna volledig dankzij het herstel van ons trading- en reëlewaarderesultaat na de enorme daling in het vorige kwartaal, die werd veroorzaakt door de aanvankelijke onrust op de financiële markten na de uitbraak van de pandemie. Alle andere inkomstenposten samen daalden licht ten opzichte van het vorige kwartaal, waarbij de daling van de nettorente-inkomsten en van de nettoprovisie-inkomsten deels werd gecompenseerd door hogere technische verzekeringsinkomsten en seizoensgebonden hogere dividendinkomsten.

De nettorente-inkomsten bedroegen 1 083 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2020. Dat is 9% minder dan in het vorige kwartaal en 4% minder dan een jaar geleden. In beide gevallen hield de daling vooral verband met het effect van de renteverlaging door de CNB in Tsjechië, de depreciatie van de Tsjechische kroon en de Hongaarse forint ten opzichte van de euro, de lage herbeleggingsrentes in het algemeen, de lagere marges op de kredietportefeuille in de meeste kernlanden (behalve België), het lagere positieve netto-effect van ALM FX-swaps en het feit dat in het vorige kwartaal een positieve eenmalige post was opgenomen. In de vergelijking met hetzelfde kwartaal van vorig jaar werden die negatieve effecten deels gecompenseerd door een goede groei van het kredietvolume (zie volgende paragraaf), het gunstige effect van de ECB-tiering, lagere financieringskosten, een grotere obligatieportefeuille (ook tegenover vorig kwartaal) en de volledige consolidatie van ČMSS sinds juni 2019 (ČMSS werd geconsolideerd voor de volledige drie maanden in het tweede kwartaal van 2020, maar voor slechts één maand in het tweede kwartaal van 2019 - verder aangeduid als het 'ČMSS-effect').

Het totale volume van de kredietverlening aan klanten (158 miljard euro) bleef min of meer stabiel tegenover het vorige kwartaal, maar steeg met 4% jaar-op-jaar, met een jaar-op-jaar groei in alle divisies. De klantendeposito's inclusief schuldpapier (211 miljard euro) stegen met 1% tegenover het vorige kwartaal en met 7% jaar-op-jaar, opnieuw met een jaar-op-jaar groei in alle divisies. Exclusief schuldpapier stegen de deposito's zelfs met 5% tegenover het vorige kwartaal en met 11% jaar-op-jaar. De nettorentemarge voor het tweede kwartaal van 2020 bedroeg 1,82%, 15 basispunten lager dan het vorige kwartaal en 12 basispunten lager dan een jaar geleden.

De technische inkomsten uit onze schadeverzekeringsactiviteiten (verdiende premies min technische lasten, plus het nettoresultaat uit afgestane herverzekering) droegen 247 miljoen euro bij aan de totale opbrengsten. Dat is een stijging van 43% ten opzichte van het voorgaande kwartaal en van 40% ten opzichte van hetzelfde kwartaal van vorig jaar. De stijging ten opzichte van het vorige kwartaal was vooral te danken aan lagere technische lasten (in het verslagkwartaal was het positieve effect van de lockdown op de schadegevallen opgenomen, terwijl het vorige kwartaal de aanzienlijke impact van de stormen in België bevatte), die de lichte daling van de verdiende premies ruimschoots compenseerden. De stijging ten opzichte van een jaar geleden was vooral te danken aan een combinatie van lagere lasten (een gevolg van de lockdown in het verslagkwartaal, terwijl het referentiekwartaal negatief werd beïnvloed door stormschadeclaims en een herinschatting van de schadevoorzieningen) en een lichte stijging van de premie-inkomsten, ondanks een lager nettoresultaat uit afgestane herverzekering. In totaal kwam de gecombineerde ratio voor het eerste halfjaar van 2020 uit op een uitstekende 83%, tegenover 90% voor het boekjaar 2019.

De technische inkomsten uit onze levensverzekeringsactiviteiten (verdiende premies min technische lasten, plus het nettoresultaat uit afgestane herverzekering) bedroegen 1 miljoen euro, tegenover 4 miljoen euro in het vorige kwartaal en 0 miljoen euro in hetzelfde kwartaal een jaar geleden. De verkoop van levensverzekeringsproducten in het verslagkwartaal (561 miljoen euro) steeg met 32% ten opzichte van het vorige kwartaal en met 22% tegenover hetzelfde kwartaal vorig jaar (dankzij een hogere verkoop van tak 23-producten in België door de lancering van nieuwe producten), waardoor de lagere verkoop van producten met rentegarantie (tak 21) meer dan gecompenseerd werd. In totaal steeg het aandeel van tak 23-producten in onze totale verkoop van levensverzekeringen naar 58% in het tweede kwartaal van 2020. De overige 42% bestond uit tak 21-producten.

In het tweede kwartaal van 2020 bedroegen de nettoprovisie-inkomsten 388 miljoen euro. In vergelijking met het vorige kwartaal en hetzelfde kwartaal een jaar eerder was dat een aanzienlijke daling van respectievelijk 10% en 11%. In beide gevallen werd de daling voornamelijk veroorzaakt door de effecten van de coronaviruspandemie op de vergoedingen uit vermogensbeheer (lagere instapvergoedingen door een daling van de verkoop en de marges, lagere beheersvergoedingen als gevolg van een lager gemiddeld beheerd vermogen in combinatie met lagere marges). Bovendien daalden ook de vergoedingen voor bankdiensten (de vergoedingen voor betalingsdiensten zijn bijvoorbeeld gedaald, onder meer door een algemeen lagere activiteit als gevolg van de lockdown). Die negatieve elementen werden slechts gedeeltelijk gecompenseerd door de lagere betaalde distributievergoedingen (tegenover het vorige kwartaal) en het ČMSS-effect (jaar-op-jaar). Eind juni 2020 bedroeg ons totale beheerde vermogen 202 miljard euro, een stijging van 4% tegenover het vorige kwartaal maar een daling van 4% jaar-op-jaar. De stijging ten opzichte van het vorige kwartaal was het gevolg van een herstel van de activaprijzen (+5%) in het tweede kwartaal, in combinatie met een beperkte netto-uitstroom van activa (-1%). De daling tegenover een jaar geleden was het gevolg van lagere activaprijzen (-1%) en een netto-uitstroom (-3%).

Het nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde (trading- en reëlewaarderesultaat) bedroeg een positieve 253 miljoen euro, tegenover -385 miljoen euro in het vorige kwartaal (dat werd beïnvloed door de aanvankelijke onrust op de markten na de uitbraak van de coronacrisis) en -2 miljoen euro in hetzelfde kwartaal vorig jaar. Het trading- en reëlewaarderesultaat voor het verslagkwartaal herstelde zich voor een groot deel ten opzichte van het vorige kwartaal, doordat het positief beïnvloed werd door de stijgende beurzen, de dalende creditspreads van tegenpartijen en lagere fundingspread van KBC, deels tenietgedaan door lagere langetermijnrentes.

De andere inkomsten omvatten 17 miljoen euro dividendinkomsten, een stijging ten opzichte van het vorige kwartaal (omdat in het tweede kwartaal van het jaar traditioneel het grootste deel van de dividenden wordt ontvangen), maar minder dan in hetzelfde kwartaal vorig jaar als gevolg van de over het algemeen lagere dividendbetalingen door de coronacrisis. De andere inkomsten bevatten ook 53 miljoen euro aan overige netto-inkomsten. Dat is in overeenstemming met de normale run rate voor deze post, maar lager dan het cijfer dat in hetzelfde kwartaal van vorig jaar werd geboekt, dat profiteerde van een herwaarderingsmeerwaarde van 82 miljoen euro op het belang in ČMSS (door de overname in dat kwartaal van het resterende belang in dat bedrijf).

904 miljoen euro

Exploitatiekosten Zonder de bankenheffing daalden de exploitatiekosten in het tweede kwartaal met 6% tegenover het vorige kwartaal, dankzij een strikte kostenbeheersing. De kosteninkomstenratio voor het eerste halfjaar van 2020 bedroeg 66%, of 59% wanneer bepaalde niet-operationele posten buiten beschouwing worden gelaten en de bankenheffing gelijk gespreid zou worden over het jaar.

De exploitatiekosten bedroegen in het tweede kwartaal van 2020 904 miljoen euro. De vergelijking met het vorige kwartaal wordt vertekend doordat het grootste deel van de bankenheffing voor het hele jaar op voorhand wordt geboekt in het eerste kwartaal (27 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2020, 407 miljoen euro in het eerste kwartaal van 2020, 30 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2019). Laten we die bankenheffing buiten beschouwing, dan daalden de kosten met 6% tegenover het vorige kwartaal en met 8% jaar-op-jaar, voornamelijk dankzij de aangekondigde kostenbesparingen, die onder meer hebben geleid tot een daling van de accruals voor variabele vergoedingen, minder vte's, lagere marketing-, reis-, facilitaire en eventkosten (deze vier kostenposten hielden rechtstreeks verband met de effecten van de lockdown), en daarenboven ook dankzij de depreciatie van de Tsjechische kroon en de Hongaarse forint ten opzichte van de euro. Die elementen compenseerden grotendeels het negatieve effect van factoren zoals loondrift en het ČMSS-effect (jaar-op-jaar).

De kosten-inkomstenratio van onze bankactiviteiten kwam uit op 66% voor het eerste halfjaar van 2020, maar werd vertekend doordat het grootste deel van de bankenheffing in het eerste kwartaal werd geboekt. Als we bepaalde niet-operationele posten buiten beschouwing laten en de bankenheffing gelijkmatig over het jaar zouden spreiden, bedroeg de ratio 59%, tegenover 58% voor heel 2019.

Waardeverminderingen op kredieten

We boekten een nettowaardevermindering op kredieten van 845 miljoen euro, een stijging ten opzichte van de 121 miljoen euro die in het vorige kwartaal werd geboekt. Bijna 90% van de waardeverminderingen op kredieten in het tweede kwartaal had betrekking op collectieve waardeverminderingen voor de effecten van de coronacrisis. De kredietkostenratio voor het eerste halfjaar is gestegen tot 0,64%. 845 miljoen euro

In het tweede kwartaal van 2020 boekten we 845 miljoen euro nettowaardeverminderingen op kredieten, tegenover een nettowaardevermindering van 121 miljoen euro in het vorige kwartaal en 36 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2019. Zo'n 746 miljoen euro van die 845 miljoen euro had betrekking op collectieve waardeverminderingen voor de coronacrisis. Van dat bedrag had 596 miljoen euro betrekking op een expertgebaseerde berekening ('management overlay' op basis van bepaalde stressveronderstellingen afhankelijk van land, segment, sector en probability-gewogen macro-economische scenario's) en 150 miljoen euro via de ECL-modellen als gevolg van geactualiseerde macro-economische variabelen. Een gedetailleerde berekening en achtergrondinformatie over deze berekening vindt u in toelichting 1.4 in het deel Geconsolideerde financiële staten van het kwartaalverslag. De volledige collectieve verwachte kredietverliezen voor de coronacrisis – gebaseerd op de veronderstellingen op het einde van het tweede kwartaal - werden al geboekt in het eerste halfjaar van 2020.

Uitgesplitst per land bedroegen de waardeverminderingen op kredieten in het tweede kwartaal van 2020 458 miljoen euro in België, 170 miljoen euro in Tsjechië, 41 miljoen euro in Slowakije, 55 miljoen euro in Hongarije, 23 miljoen euro in Bulgarije en 97 miljoen euro in Ierland. Voor de hele groep is de kredietkostenratio gestegen tot 0,64% voor het eerste halfjaar van 2020 (0,20% exclusief het bedrag voor de coronaviruspandemie), tegenover 0,12% voor heel 2019.

De ratio van impaired kredieten lag iets lager dan aan het begin van het jaar. Eind juni 2020 stond ongeveer 3,4% van onze totale kredietportefeuille te boek als impaired (categorie 3), tegenover 3,5% eind 2019. De impaired kredieten die meer dan 90 dagen achterstallig zijn, bedroegen 1,9% van de kredietportefeuille, vergelijkbaar met het cijfer van eind 2019.

Voor een indicatie van de verwachte invloed van de waardeverminderingen op kredieten voor heel 2020, zie 'Verwachtingen' op pagina 11 van dit verslag.

De waardeverminderingen op andere activa dan kredieten bedroegen 12 miljoen euro, tegenover 20 miljoen euro in het vorige kwartaal en 4 miljoen euro in het tweede kwartaal van 2019. De cijfers voor het beschouwde kwartaal en het vorige kwartaal hebben hoofdzakelijk betrekking op de boekhoudkundige verwerking van de diverse betalingsmoratoria in onze kernlanden.

Nettoresulaat België Tsjechië Internationale
Markten
Groepscenter
per divisie 204 77 -45 -26
miljoen euro miljoen euro miljoen euro miljoen euro

België: het nettoresultaat (204 miljoen euro) steeg met 290 miljoen euro tegenover het vorige kwartaal. Exclusief de bankenheffing (waarvan het grootste deel in het eerste kwartaal wordt geboekt, wat dus een vertekend beeld geeft van de vergelijking met het vorige kwartaal), steeg het nettoresultaat nog met 75 miljoen euro (58%), omdat de sterke heropleving van het trading- en reëlewaarderesultaat (na de enorme daling in het eerste kwartaal van het jaar), het hogere technische resultaat uit schadeverzekeringen (lagere claims) en de lagere kosten de negatieve impact van de aanzienlijke toename van de waardeverminderingen op kredieten (die grotendeels verband hielden met de impact van de coronacrisis) en de lagere nettoprovisie-inkomsten en nettorente-inkomsten ruimschoots compenseerden.

Tsjechië: het nettoresultaat (77 miljoen euro) daalde met 12% ten opzichte van het voorgaande kwartaal. Exclusief de bankenheffing (waarvan het grootste deel in het eerste kwartaal wordt geboekt) en het effect van de depreciatie van de Tsjechische kroon ten opzichte van de euro, daalde het nettoresultaat met 32% tegenover het vorige kwartaal, omdat de beduidend hogere waardeverminderingen op kredieten (die voornamelijk te maken hebben met de impact van de coronacrisis) en de lagere nettorente-inkomsten (onder meer als gevolg van de rate cuts door de CNB) de heropleving van het trading- en reëlewaarderesultaat (na de daling in het eerste kwartaal) en de daling van de kosten meer dan tenietdeden.

Internationale Markten: het nettoresultaat van -45 miljoen euro is als volgt samengesteld: -6 miljoen euro in Slowakije, 16 miljoen euro in Hongarije, 14 miljoen euro in Bulgarije en -70 miljoen euro in Ierland. Voor de hele divisie daalde het nettoresultaat met 80 miljoen euro tegenover het vorige kwartaal, of 127 miljoen euro als we de bankenheffing buiten beschouwing laten. Die daling is vooral het gevolg van hogere waardeverminderingen op kredieten (in alle landen; grotendeels in verband met de impact van de coronacrisis), die slechts gedeeltelijk werden gecompenseerd door het hogere trading- en reëlewaarderesultaat en lagere kosten.

Groepscenter: het nettoresultaat (-26 miljoen euro) steeg met 17 miljoen euro ten opzichte van het vorige kwartaal, voornamelijk dankzij een hoger trading- en reëlewaarderesultaat en hogere nettorente-inkomsten, die de afwezigheid van terugnames van waardeverminderingen op kredieten in het betreffende kwartaal en het lagere resultaat uit afgestane herverzekering ruimschoots compenseerden.

België Tsjechië Internationale Markten
Selectie van ratio's per divisie 1H2020 FY2019 1H2020 FY2019 1H2020 FY2019
Kosten-inkomstenratio bankactiviteiten exclusief bepaalde niet
operationele elementen en bij een gelijkmatige spreiding van de
bankenheffing over het jaar
58% 60% 48% 47% 68% 68%
Gecombineerde ratio niet-levenverzekeringen 85% 89% 86% 94% 78% 88%
Kredietkostenratio* 0,63% 0,22% 0,62% 0,04% 0,82% -0,07%
Ratio impaired kredieten 2,4% 2,4% 2,2% 2,3% 7,8% 8,5%

* Een negatief cijfer duidt op een terugname van waardeverminderingen (met positieve resultaatsinvloed). Zie Details van ratio's en termen in het kwartaalverslag

In het deel Additional information van het Engelstalig Quarterly report vindt u een volledige resultatentabel. Een korte analyse van de resultaten per divisie vindt u in onze analistenpresentatie op www.kbc.com.

Eigen vermogen, Totaal Common equity Liquidity coverage Net stable funding
solvabiliteit en eigen vermogen ratio (fully loaded) ratio ratio
liquiditeit 20,2 miljard euro 16,6% 136% 142%

Eind juni 2020 bedroeg ons totale eigen vermogen 20,2 miljard euro, bestaande uit 18,7 miljard euro eigen vermogen van de aandeelhouders en 1,5 miljard euro additional tier 1-instrumenten. Het totale eigen vermogen daalde met 0,2 miljard euro ten opzichte van eind 2019, door de combinatie van een aantal factoren, waaronder de winst over het eerste halfjaar (+0,2 miljard euro), een daling van de herwaarderingsreserves voor eigenvermogensinstrumenten van de verzekeringsmaatschappij (de zogenaamde 'insurance overlay approach'; -0,1 miljard euro), omrekeningsverschillen (-0,3 miljard euro, grotendeels door de depreciatie van de Tsjechische kroon en de Hongaarse forint in de verslagperiode) en een aantal andere minder belangrijke posten. We hebben deze wijzigingen toegelicht in het deel Geconsolideerde financiële staten van het kwartaalverslag (onder Geconsolideerde vermogensmutaties).

Op 30 juni 2020 bedroeg onze fully loaded common equity ratio (Basel III, volgens de Deense compromismethode) een solide 16,6%, tegenover 16,3% op 31 maart 2020 en 17,1% eind 2019. Onze leverage ratio (Basel III, fully loaded) bedroeg 6,0%, tegenover 6,8% eind 2019. De solvabiliteitsratio van KBC Verzekeringen volgens het Solvency II-kader bedroeg 198% eind juni 2020, tegenover 202% eind 2019.

Ook onze liquiditeitspositie bleef uitstekend, wat zich uit in een LCR-ratio van 136% en een NSFR-ratio van 142% aan het eind van het tweede kwartaal (tegen respectievelijk 138% en 136% eind 2019).

Analyse van de year-to-date periode (1H2020)

Hoofdlijnen (ten opzichte van het eerste halfjaar van 2019):

  • Iets hogere nettorente-inkomsten (stijging van 1% tot 2 278 miljoen euro), omdat onder meer hogere volumes in commerciële kredietverlening (zie hieronder), iets lagere financieringskosten, het effect van de ECB-tiering, een grotere obligatieportefeuille en het ČMSS-effect (zes maanden geconsolideerd in 2020 tegenover slechts één maand in het eerste halfjaar van 2019) het negatieve effect van de renteverlagingen in Tsjechië, lagere herbeleggingsrentes, de aanhoudende druk op de portefeuillemarges in de meeste kernlanden (behalve België), het lagere netto positieve effect van ALM FX-swaps en de depreciatie van de Tsjechische kroon en de Hongaarse forint ten opzichte van de euro meer dan compenseerden. Het volume van deposito's en schuldbewijzen steeg met 7% (of 11% exclusief schuldbewijzen) en het kredietvolume steeg met 4%, met een groei in alle divisies. De nettorentemarge voor het eerste halfjaar van 2020 bedroeg 1,89%, een daling met 7 basispunten jaar-op-jaar.
  • Een stijging van de bijdrage in de winst door het verzekeringstechnische resultaat (+30% tot 425 miljoen euro). Het technisch resultaat uit schadeverzekeringen steeg met 27% ten opzichte van een jaar geleden, vooral dankzij de lagere technische lasten (wat deels te maken heeft met de lagere schadelasten als gevolg van de lockdown). De year-to-date gecombineerde ratio voor schadeverzekeringen bedroeg 83%, tegenover 90% voor boekjaar 2019. De verkoop van levensverzekeringen (988 miljoen euro) steeg met 1%, waarbij de stijging in de verkoop van tak 23-producten deels werd gecompenseerd door een daling in de verkoop van producten met rentegarantie.
  • Lagere nettoprovisie-inkomsten (-3% tot 816 miljoen euro), voornamelijk toe te schrijven aan een daling van de vergoedingen voor assetmanagementdiensten (lagere verkoop en lager beheerd vermogen). Eind juni 2020 bedroeg het totale beheerde vermogen 202 miljard euro, 4% lager dan een jaar geleden (-1% koersdaling, -3% netto-uitstroom).
  • Lager trading- en reëlewaarderesultaat (van 97 miljoen euro naar -132 miljoen euro). Het cijfer voor de eerste zes maanden van het jaar is het resultaat van een sterke daling in het eerste kwartaal (de uitbraak van de coronacrisis zorgde er in eerste instantie voor dat de beurzen daalden, de creditspreads toenamen en de langetermijnrente daalde), gevolgd door een aanzienlijk, maar nog altijd maar gedeeltelijk, herstel in het tweede kwartaal.
  • Een daling van alle andere inkomstenposten samen (-45% tot 135 miljoen euro), toe te schrijven aan het feit dat in de referentieperiode de ČMSS-gerelateerde eenmalige meerwaarde van 82 miljoen euro was opgenomen en ook - in mindere mate - aan lagere dividendinkomsten.
  • Lagere exploitatiekosten (-2% tot 2 242 miljoen euro). Exclusief de bankenheffing daalden de exploitatiekosten met 3%, onder meer dankzij een vermindering van het aantal vte's, lagere accruals voor variabele vergoedingen, lagere marketing-, reis-, facilitaire en eventkosten en de depreciatie van de Tsjechische kroon en de Hongaarse forint ten opzichte van de euro. Die posten maakten onder meer de hogere afschrijvingen en het ČMSS-effect (zes maanden geconsolideerd in 2020 tegenover slechts één maand in het eerste halfjaar van 2019) meer dan goed. De year-to-date kosten-inkomstenratio bedroeg 66%, of 59% als de bankenheffing gelijk gespreid zou worden over het jaar en bepaalde niet-operationele elementen niet in rekening gebracht zouden worden (tegenover 58% voor boekjaar 2019).
  • Een aanzienlijke toename van de waardeverminderingen op kredieten (nettotoename van 966 miljoen euro, tegenover 103 miljoen euro in het eerste halfjaar van 2019). Meer dan 80% (789 miljoen euro) van die waardeverminderingen op kredieten had betrekking op collectieve waardeverminderingen voor de coronacrisis, waarvan 639 miljoen euro is gebaseerd op een 'management overlay' en 150 miljoen euro is gecapteerd in de ECL-modellen door middel van geactualiseerde macroeconomische variabelen. Daardoor steeg de kredietkostenratio voor de hele groep tot 0,64%, tegenover 0,12% voor heel 2019.
  • Het nettoresultaat van 205 miljoen euro voor het eerste halfjaar van 2020 is als volgt samengesteld: 119 miljoen euro voor divisie België (een daling van 445 miljoen euro ten opzichte van een jaar eerder), 165 miljoen euro voor divisie Tsjechië (een daling van 260 miljoen euro), -11 miljoen euro voor divisie Internationale Markten (een daling van 185 miljoen euro) en -68 miljoen euro voor Groepscenter (een daling van 79 miljoen euro). Het resultaat voor divisie Internationale Markten voor het eerste halfjaar van 2020 omvat -3 miljoen euro voor Slowakije, 25 miljoen euro voor Hongarije, 24 miljoen euro voor Bulgarije en -58 miljoen euro voor Ierland.

Risicoverklaring, economische visie en verwachtingen

Verklaring met betrekking tot risico

Omdat we hoofdzakelijk actief zijn als bank-verzekeraar en vermogensbeheerder, zijn we blootgesteld aan een aantal typische risico's voor de financiële sectoren, zoals – maar zeker niet uitsluitend – kredietrisico, kredietrisico van tegenpartijen, concentratierisico, interestrisico, muntrisico, marktrisico, liquiditeits- en financieringsrisico, risico van aangegane verzekeringsverplichtingen, wijzigingen in de regelgeving, operationeel risico, betwistingen van klanten, concurrentie van andere en nieuwe spelers en de economie in het algemeen. Hoewel KBC al die risico's nauwlettend opvolgt en beheert binnen een strikt risicokader, kunnen ze toch een negatieve invloed hebben op de waarde van activa of bijkomende kosten genereren boven de verwachte niveaus.

Momenteel wordt een aantal factoren als de belangrijkste uitdagingen beschouwd voor de financiële sector in het algemeen. Die hebben vooral te maken met de impact van de coronacrisis op de wereldeconomie en in het bijzonder op de financiële sector (inclusief krediet-, markt- en liquiditeitsrisico's en de invloed van de aanhoudend lage rentevoeten op onze resultaten). Die risico's komen boven op de risico's die verband houden met macro-economische en politieke ontwikkelingen, zoals de Brexit en handelsconflicten, die allemaal gevolgen hebben voor de mondiale en Europese economieën, waaronder de thuismarkten van KBC. De onzekerheid over de regelgeving en compliancerisico's (waaronder de antiwitwasregelgeving en GDPR) blijven een overheersend thema in de sector, evenals een betere bescherming van de consument. Digitalisering (met technologie als katalysator) biedt zowel kansen als bedreigingen voor het bedrijfsmodel van traditionele financiële instellingen, terwijl klimaatgerelateerde risico's steeds belangrijker worden. Ten slotte is het cyberrisico de voorbije jaren een belangrijke bedreiging geworden, niet alleen voor de financiële sector, maar voor de economie in haar geheel.

We verstrekken informatie met betrekking tot het risicobeheer in ons jaarverslag, onze kwartaalverslagen en risk reports, die allemaal beschikbaar zijn op www.kbc.com.

Onze kijk op economische groei

De wereldwijde economische groei leed in het tweede kwartaal onder de coronaviruspandemie (Covid-19), die leidde tot een ongeziene daling van de bbp-groei voor het kwartaal in de eurozone en de VS. België volgde de algemene trend in de eurozone, terwijl Ierland het relatief gezien beter deed dan de eurozone. Ook de Centraal- en Oost-Europese landen werden zwaar getroffen. In de loop van het tweede kwartaal gingen de meeste ontwikkelde economieën evenwel weer open na een strenge lockdownperiode, waardoor een sterk herstel op gang kwam. Die opleving was in alle grote economieën zichtbaar, met China dat het voortouw nam en in het tweede kwartaal opnieuw een positieve groei neerzette. De sentimentsindicatoren en andere gegevens wijzen op een vergelijkbaar sterk herstel in de eurozone en de VS. Toch is voorzichtigheid geboden, want het herstelpad zou wel eens lang en hobbelig kunnen zijn en zal sterk afhangen van hoe de situatie met het Covid-19-virus zich ontwikkelt. Nieuwe uitbraken van het virus zullen het herstel ongetwijfeld vertragen. De andere belangrijke risicofactoren zijn een heropleving van het handels- en economische conflict tussen de VS en China en de lopende Brexitonderhandelingen. Ons basisscenario gaat uit van een gestaag maar geleidelijk herstel in zowel Europa als de VS. Voor de Europese en Amerikaanse economie voorspellen we een sterk herstel in het derde en vierde kwartaal van 2020 en een verder herstel in 2021. Er zijn evenwel nog veel neerwaartse risico's. Nieuwe uitbraken van Covid-19, gevolgd door gedeeltelijke of volledige lockdowns, kunnen het verloop van het herstel tijdelijk verstoren. We verwachten dat het reële bbp in de eurozone ten vroegste eind 2023 opnieuw het niveau zal hebben bereikt van vóór de coronacrisis.

Ondanks het verwachte herstel zal de economische schade als gevolg van de pandemie substantieel zijn. Sommige negatieve effecten zijn echter uitgesteld dankzij de tijdelijke werkloosheidsregelingen en tijdelijke betalingsmoratoria voor kredieten die de initiële gevolgen van de Covid-19-crisis hebben verzacht. We verwachten dat de Europese werkloosheidscijfers in de tweede helft van 2020 en in 2021 zullen stijgen. Bovendien verwachten we dat het aantal faillissementen onder Europese bedrijven zal toenemen, maar dat effect zal over een aantal jaren worden gespreid. De non-performing kredietratio's zullen bijgevolg geleidelijk aan stijgen.

Onze kijk op rentevoeten en wisselkoersen

Het herstel wordt sterk ondersteund door monetaire en fiscale stimuli. We verwachten dat de ECB - en de Tsjechische en Hongaarse nationale banken - de beleidsrente in de komende jaren ongewijzigd zullen laten. Bijkomende monetaire stimuli van de ECB zijn waarschijnlijk, in de vorm van bijkomende kwantitatieve versoepeling, met name een verlenging van het Pandemic Emergency Purchase Programme. Die marktinterventies zullen de komende jaren ook zorgen voor een lage rente op langere termijn en beperkte intra-EMU-spreads, ondanks de risico's in bepaalde landen (met name in Zuid-Europa) en een structurele stijging van de overheidstekorten en de overheidsschuldratio's in heel Europa. Bovendien zal de ECB de Europese financiële instellingen blijven steunen via de TLTRO's en het tiered deposit rate instrument. De afgelopen maanden zijn de fiscale stimuli aanzienlijk uitgebreid, zowel op EU-niveau als door de EU-lidstaten zelf. Het "Next Generation EU"-programma, in het leven geroepen door de Europese Commissie en goedgekeurd door de Europese Raad, creëert een instrument voor financiële solidariteit binnen de EU en is er duidelijk in geslaagd de financiële markten tot rust te brengen. Daarnaast blijven het aantal en de reikwijdte van de fiscale stimuli die de nationale EU-regeringen aanbieden, toenemen. Een combinatie van monetaire en fiscale stimuli zal het herstel in Europa ondersteunen, vergelijkbaar met de beleidsinitiatieven die in de VS zijn genomen.

Het recente herstel van de euro ten opzichte van de Amerikaanse dollar moet worden gezien als optimisme van de markt ten aanzien van het economische herstel in Europa en de beleidsinitiatieven om die trend te ondersteunen. We verwachten dat de euro geleidelijk zal blijven stijgen ten opzichte van de dollar, hoewel de mate van appreciatie kan vertragen. De Centraal-Europese munten hebben zich ook hersteld van hun Covid-19-crisisdip. We verwachten met name dat de Tsjechische kroon en de Hongaarse forint de komende tijd relatief stabiel zullen blijven rond hun huidige niveau. De toetreding van Bulgarije tot het wisselkoersmechanisme ERM-II is een welkome en verwachte stap richting lidmaatschap van de eurozone, al wordt dat nog niet verwacht in de volgende drie jaar.

Verwach • Verwachtingen voor het volledige boekjaar 2020:
tingen
Nettorente-inkomsten: ongeveer 4,4 miljard euro (een stijging t.o.v. de 4,3 miljard euro
vermeld in het vorige verslag);

Exploitatiekosten exclusief bankenheffing: daling van ongeveer 3,5% jaar-op-jaar;

Waardeverminderingen op kredieten: ongeveer 1,1 miljard euro. Afhankelijk van een aantal
gebeurtenissen, zoals de duur en diepte van de economische neergang, het aanzienlijke
aantal overheidsmaatregelen in elk van onze kernlanden en het onbekende aantal klanten dat
een beroep zal doen op die steunmaatregelen, schatten we dat de waardeverminderingen op
kredieten voor het boekjaar 2020 zullen liggen tussen ongeveer 0,8 miljard euro (optimistisch
scenario) en ongeveer 1,6 miljard euro (pessimistisch scenario).
• Het effect van de coronalockdown op de digitale verkoop, diensten en digitale ondertekening is tot
nu toe zeer positief geweest. KBC profiteert duidelijk van de inspanningen die het tot nu toe heeft
geleverd op het vlak van digitale transformatie.
• Basel IV is met een jaar uitgesteld (vanaf 1 januari 2023 in plaats van 2022).
• In overeenstemming met de recente aanbeveling van de ECB kunnen we ons gebruikelijke
dividendbeleid niet uitvoeren. Dat betekent dat er in november 2020 geen interim-dividend zal
worden uitgekeerd.
• Samen met de resultaten voor het derde kwartaal van 2020 zullen we een strategie-update geven.
Wanneer we de resultaten over het boekjaar 2020 publiceren, zullen we ook een update geven van
onze guidance op lange termijn en ons kapitaalaanwendingsplan.

Agenda 3KW2020 resultaten en strategie-update: 12 november 2020
4KW2020 resultaten en update van langetermijnguidance en kapitaal-
aanwendingsplan: 11 februari 2021
Meer informatie over
2KW2020
Kwartaalrapport: www.kbc.com / Investor Relations / Rapporten
Bedrijfspresentatie: www.kbc.com / Investor Relations / Presentaties
Gedetaileerde impact
van de coronavirus
crisis
Kwartaalrapport, toelichting 1.4 in 'Geconsolideerde financiële staten volgens IFRS'
Bedrijfspresentatie, section 2 m.b.t. 'Covid-19'
Definitie van ratio's Details van ratio's en termen in het laatste deel van het kwartaalrapport

KBC Groep I Kwartaalverslag – 2KW2020 I p.11

KBC Groep I Kwartaalverslag – 2KW2020 I p.12

KBC Groep

Geconsolideerde financiële staten volgens IFRS

2KW 2020 en 1H 2020

Dit deel werd nagezien door de Commissaris

Terminologie

AC: Geamortiseerde kostprijs

AFS: Voor verkoop beschikbaar (IAS 39)

ALM: Asset Liability Management

ECL: Verwachte kredietverlies

FA: Financiële Activa

FV: Reële waarde

FVA: Funding Value Adjustment

FVOCI: waardering tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen via OCI

FVPL: reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening

FVPL – overlay: reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening overlaybenadering

GCA: Bruto-boekwaarde

HFT: Aangehouden voor handelsdoeleinden

MFVPL: Verplicht aan reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening

OCI: Wijzigingen in de reële waarde van activa en verplichtingen opgenomen in het eigen vermogen

POCI: Aangekochte of uitgegeven activa met verminderde kredietwaardigheid

SPPI: Beoordeling of contractuele kasstromen uitsluitend aflossingen en rentebetalingen op de uitstaande hoofdsom betreffen

SRB: Single Resolution Board

R/E: Overgedragen resultaat

w&v: winst- en verliesrekening

Geconsolideerde winst- en verliesrekening

(in miljoenen euro) Toelichting 1H 2020 1H 2019 2KW 2020 1KW 2020 2KW 2019
Nettorente-inkomsten 3.1 2 2 7 8 2 2 6 1 1 0 8 3 1 1 9 5 1 1 3 2
Rente-inkomsten 3.1 3 3 3 2 3629 1497 1835 1807
Rentelasten 3.1 $-1054$ $-1367$ $-415$ $-640$ 675
÷,
Verzekeringen Niet-leven (vóór herverzekering) 3.7 440 335 255 185 174
Verdiende premies 3.7 879 840 435 443 425
Technische lasten 3.7 $-439$ 505
$\overline{\phantom{a}}$
180 258 251
Verzekeringen Leven (vóór herverzekering) 3.7 6 $-2$ 6 0 $\mathbf{1}$
Verdiende premies 3.7 574 668 276 297 317
Technische lasten 3.7 - 568 669
$\overline{\phantom{0}}$
$-271$ - 297 316
$\blacksquare$
Nettoresultaat uit afgestane herverzekering 3.7 21
$\blacksquare$
- 5 $-13$ $-7$ $\mathbf 1$
Dividendinkomsten 30 51 17 12 39
Nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde via w&v 3.3 132 97 253 385
$\blacksquare$
$-2$
Waarvan resultaat op aandelen (overlaybenadering) 51
۰
48 31 - 82 19
Netto gerealiseerd resultaat uit schuldinstr. tegen reële waarde via OCI 3 2 $\overline{2}$ 0 $\mathbf 0$
Nettoprovisie-inkomsten 3.5 816 845 388 429 435
Provisie-inkomsten 3.5 1 1 8 8 1 203 559 628 616
Provisielasten 3.5 $-371$ - 358 172 199
$\blacksquare$
180
Overige netto-inkomsten 3.6 102 192 53 50 133
TOTALE OPBRENGSTEN 3 5 2 2 3775 2 0 4 3 1479 1913
Exploitatiekosten 3.8 $-2242$ $-2283$ $-904$ $-1338$ 988
$\sim$
Personeelskosten 3.8 $-1139$ $-1170$ $-545$ 594
$\overline{\phantom{0}}$
603
$\overline{a}$
Algemene beheerskosten 3.8 $-925$ - 944 $-270$ 654
$\blacksquare$
298
Afschrijvingen vaste activa 3.8 - 178 - 169 89
$\overline{\phantom{a}}$
89
$\overline{\phantom{a}}$
$-87$
Bijzondere waardeverminderingen 3.10 - 997 $-109$ $-857$ 141
$\sim$
- 40
op financiële activa tegen AC en tegen reële waarde via OCI 3.10 - 966 - 103 - 845 121
$\sim$
$-36$
op goodwill 3.10 0 0 $\boldsymbol{0}$ 0 0
op overige 3.10 32
$\overline{\phantom{0}}$
6
$\overline{\phantom{a}}$
12
$\overline{\phantom{a}}$
20
$\overline{\phantom{a}}$
$-4$
Aandeel in het resultaat van geass. ondernemingen en joint ventures - 7 8 $-3$ - 3 4
RESULTAAT VÓÓR BELASTINGEN 276 1 3 9 2 279 $-3$ 889
Belastingen 3.12 - 71 $-217$ - 69 $-2$ 144
Nettoresultaat na belastingen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten 0 0 $\mathbf 0$ 0 $\mathbf 0$
RESULTAAT NA BELASTINGEN 205 1 1 7 5 210 $-5$ 745
Toerekenbaar aan minderheidsbelangen $\mathbf 0$ 0 $\pmb{0}$ $\mathbf 0$ $\mathbf 0$
Waarvan m.b.t. beëindigde bedrijfsactiviteiten 0 0 0 0 0
Toerekenbaar aan de aandeelhouders van de moedermaatschappij 205 1 1 7 5 210 - 5 745
Waarvan m.b.t. beëindigde bedrijfsactiviteiten 0 0 0 0 0
Winst per aandeel (in euro)
Gewoon 0,43 2,75 0,47 $-0,04$ 1,76
Verwaterd 0,43 2,74 0,47 $-0,04$ 1,76

Overzicht van de impact van de 'overlay' benadering op de geconsolideerde winst-en-verliesrekening

Op de aandelen aangehouden door de verzekeringsondernemingen in de groep wordt de overlaybenadering toegepast. Die aandelen, die volgens IAS 39 voornamelijk werden geclassificeerd als Voor verkoop beschikbaar, zouden volgens IFRS 9 worden gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van de waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening. Zolang IFRS 17 niet is ingevoerd, d.w.z. tot 31 december 2022, herclassificeert de overlaybenadering de extra volatiliteit die resulteert uit de toepassing van IFRS 9 van de winst-en-verliesrekening naar OCI (onderhevig aan EU goedkeuring).

De extra volatiliteit als gevolg van IFRS 9, die wordt geherclassificeerd van het nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening naar de herwaarderingsreserve van aandelen (overlaybenadering), verwijst naar de niet-gerealiseerde reëlewaardeschommelingen voor een bedrag van -87 miljoen euro in 1H 2020. Ze kan worden samengevat als het verschil tussen

  • het IFRS 9-resultaat (zonder toepassing van de overlaybenadering): -137 miljoen euro waarvan -141 miljoen euro aan gerealiseerde en niet-gerealiseerde reëlewaardeschommelingen opgenomen in Nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening en +3 miljoen euro belastingen;
  • het IAS 39-resultaat: -51 miljoen euro, bestaande uit een netto gerealiseerd resultaat van +70 miljoen euro en een bijzondere waardevermindering van -121 miljoen euro.

Vereenvoudigd geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten (comprehensive income)

(in miljoenen euro) 1H 2020 1H 20192KW 20201KW 20202KW 2019
RESULTAAT NA BELASTINGEN 205 1 1 7 5 210 - 5 745
Toerekenbaar aan minderheidsbelangen 0 $\Omega$ 0 $\Omega$ 0
Toerekenbaar aan de aandeelhouders van de moedermaatschappij 205 1 1 7 5 210 - 5 745
OCI DIE NAAR DE W&V KAN WORDEN OVERGEBOEKT $-339$ 467 406 $-745$ 222
Nettowijziging van de herwaarderingsreserve FVOCI schuldinstrumenten 10 419 192 $-182$ 226
Nettowijziging van de herwaarderingsreserve FVPL aandelen - overlay $-87$ 139 138 $-225$ 17
Nettowijziging van de afdekkingsreserve (kasstroomafdekkingen) 19
÷.
100
٠
5 $-24$ $-35$
Nettowijziging van de omrekeningsverschillen $-309$ - 6 86 $-395$ 2
Afdekking van een netto-investering in buitenlandse entiteiten 65 11 $-15$ 80 8
Nettowijziging m.b.t. geassocieerde ondernemingen en joint ventures 2 $\Omega$ 4
Overige mutaties $\Omega$ 2 0
OCI DIE NIET NAAR DE W&V ZAL WORDEN OVERGEBOEKT 3 $-4$ $-110$ 113 $-37$
Nettowijziging van de herwaarderingsreserve FVOCI aandelen ÷. 11 3 $-4$ 4
Nettowijziging van de toegezegdpensioenregelingen $-13$ - 98 100 $-43$
Nettowijziging van het eigen kredietrisico $-2$ $-13$ 17 0
Nettowijziging m.b.t. geassocieerde ondernemingen en joint ventures $-2$ $\Omega$ $-2$ 0
TOTAAL GEREALISEERDE EN NIET-GEREALISEERDE RESULTATEN $-131$ 1637 506 - 637 930
Toerekenbaar aan minderheidsbelangen 0 $\Omega$ $\Omega$ 0
Toerekenbaar aan de aandeelhouders van de moedermaatschappij $-131$ 1637 506 $-637$ 930

De belangrijkste bewegingen in OCI (1H 2020 tegenover 1H 2019):

  • Nettowijziging van de herwaarderingsreserve FVOCI schuldinstrumenten: de +10 miljoen euro in 1H 2020 bevat compenserende effecten in 1KW en 2KW 2020. De -182 miljoen euro in 1KW 2020 was negatief beïnvloed door hogere credit spreads, terwijl de +192 miljoen euro gekenmerkt was door lagere rentevoeten en credit spreads. In 1H 2019 steeg de herwaarderingsreserve (FVOCI schuldinstrumenten) met 419 miljoen euro, positief beïnvloed door een algemene renteverlaging. Dit verklaart ook de negatieve nettowijziging in de afdekkingsreserve (kasstroomafdekking) van -100 miljoen euro in 1H 2019.
  • Nettowijziging van de herwaarderingsreserve (FVPL aandelen overlaybenadering): de -87 miljoen euro in 1H 2020 is te verklaren door negatieve reëlewaardewijzigingen, deels gecompenseerd door overboekingen naar het nettoresultaat (bijzondere waardeverminderingen deels gecompenseerd door meerwaarden op verkopen). In 1H 2019 is de +139 miljoen euro te verklaren door positieve reëlewaardewijzigingen, deels gecompenseerd door overboekingen naar het nettoresultaat (meerwaarden op verkopen deels gecompenseerd door bijzondere waardeverminderingen).
  • De nettowijziging van de omrekeningsverschillen in 1H 2020 (-309 miljoen euro) is voornamelijk veroorzaakt door de substantiële verzwakking van de CZK en HUF t.o.v. de EUR. Dat werd slechts ten dele gecompenseerd door de afdekking van de netto-investeringen in buitenlandse activiteiten (+65 miljoen euro) gezien het hedgingbeleid van FXdeelnemingen sedert midden 2019 er op gericht is om de kapitaalsratio van de groep te stabiliseren (en niet het eigen vermogen van de aandeelhouders).
  • Nettowijziging van toegezegdpensioenregelingen: de +2 miljoen euro in 1H 2020 bevat compenserende effecten in 1KW en 2KW 2020. De +100 miljoen euro voor 1KW 2020 is toe te wijzen aan de herverzekering van het overlijdensrisico van het KBC pensioenfonds vanaf 2020, terwijl de impact van de hogere discontovoet wordt tenietgedaan door het negatieve rendement op fondsbeleggingen. In 2KW 2020 is de nettowijziging van toegezegd pensioenregelingen van -98 miljoen euro te verklaren door de lagere rentevoeten, die maar ten dele wordt gecompenseerd door het positieve rendement op fondsbeleggingen.

Geconsolideerde balans

(in miljoenen euro) Toelichting 30-06-2020 31-12-2019
ACTIVA
Geldmiddelen, tegoeden bij centrale banken en andere zichtdeposito's bij kredietinstellingen 23 578 8 3 5 6
Financiële activa 4.0 283 188 273 399
Geamortiseerde kostprijs 4.0 238 198 230 639
Gewaardeerd tegen reële waarde via OCI 4.0 19 288 19 037
Gewaardeerd tegen reële waarde via de winst-en-verliesrekening 4.0 25 4 93 23 563
Waarvan aangehouden voor handelsdoeleinden 4.0 10 321 7 2 6 6
Afdekkingsderivaten 4.0 210 158
Deel van de herverzekeraar in technische voorzieningen, verzekeringen 133 121
Reëlewaardeveranderingen m.b.t. reëlewaardeafdekking van het renterisico van een portefeuille 1623 478
Belastingvorderingen 1656 1 3 9 6
Actuele belastingvorderingen 136 96
Uitgestelde belastingvorderingen 1 5 2 0 1 300
Vaste activa aangehouden voor verkoop en groepen activa die worden afgestoten 17 29
Investeringen in geassocieerde ondernemingen en joint ventures 22 25
Materiële vaste activa en vastgoedbeleggingen 3653 3818
Goodwill en andere immateriële vaste activa 1666 1640
Overige activa 1852 1474
TOTAAL ACTIVA 317 388 290 735
VERPLICHTINGEN EN EIGEN VERMOGEN
Financiële verplichtingen 4.0 274 512 248 400
Tegen geamortiseerde kostprijs 4.0 252 119 224 093
Gewaardeerd tegen reële waarde via de winst-en-verliesrekening 4.0 20 968 23 137
Waarvan aangehouden voor handelsdoeleinden 4.0 6429 6988
Afdekkingsderivaten 4.0 1424 1 1 7 1
Technische voorzieningen vóór herverzekering 18775 18 560
Winst/verlies op afgedekte posities in portfolio hedge voor renterisico 293 $-122$
Belastingverplichtingen 443 478
Actuele belastingverplichtingen 57 98
Uitgestelde belastingverplichtingen 386 380
Voorzieningen voor risico's en kosten 209 227
Overige verplichtingen 2946 2827
TOTAAL VERPLICHTINGEN 297 178 270 371
Totaal eigen vermogen 5.10 20 210 20 365
Eigen vermogen van de aandeelhouders 5.10 18710 18 865
Additionele tier 1-instrumenten opgenomen in eigen vermogen 5.10 1 500 1500
Minderheidsbelangen $\overline{0}$ $\Omega$
TOTAAL VERPLICHTINGEN EN EIGEN VERMOGEN 317 388 290 735

Geconsolideerde vermogensmutaties

(in miljoenen euro) Geplaatst en
volgestort
aandelen-
kapitaal
Uitgifte-
premie
Eigen
aandelen
Overgedragen
resultaat
Totaal
herwaar-
derings-
reserves
Eigen
vermogen van
aandeel-
houders
Additionele
tier 1-
instrumenten
in eigen
vermogen
Minder-
heids-
belangen
Totaal
eigen
vermogen
30-06-2020
Saldo aan het einde van het vorige jaar 1458 5498 $-2$ 11 875 37 18 8 65 1 500 $\overline{0}$ 20 365
Nettoresultaat over de periode 0 $\bf{0}$ $\bf{0}$ 205 $\bf{0}$ 205 $\Omega$ $\Omega$ 205
OCI erkend in eigen vermogen over de periode -0 $\mathbf 0$ $\bf{0}$ $\mathbf 1$ $-337$ 336
$\overline{\phantom{0}}$
$\Omega$ $\Omega$ $-336$
Subtotaal $\Omega$ $\mathbf{0}$ $\mathbf{0}$ 206 $-337$ $-131$ $\Omega$ $\overline{0}$ $-131$
Dividenden $\bf{0}$ $\bf{0}$ 0 $\bf{0}$ $\Omega$ $\Omega$ $\mathbf{0}$
Coupon op AT1 $\Omega$ 25 25 $\Omega$ $-25$
Overboeking van reserve naar ingehouden resultaat bij realisatie $\Omega$ $\Omega$ $\Omega$
Inkoop/verkoop van eigen aandelen $\Omega$ $\Omega$
Wijzigingen in minderheidsbelangen $\Omega$ 0 n
Totaal wijzigingen $\bf{0}$ 183 $-338$ - 154 $\Omega$ $\Omega$ $-154$
Saldo aan het einde van het jaar 1458 5498 $-1$ 12 058 $-302$ 18710 1 500 -0 20 210
Waarvan gerelateerd aan de vermogensmutatiemethode 0 $\boldsymbol{0}$ $\mathcal{O}$ $\mathcal O$ $\mathfrak{o}$
2019
Saldo aan het einde van het vorige jaar 1 4 5 7 5482 $-3$ 10 901 605 17 233 2 4 0 0 $\mathbf 0$ 19 633
Nettoresultaat over de periode 0 0 $\Omega$ 2 4 8 9 0 2 4 8 9 $\Omega$ $\Omega$ 2 4 8 9
OCI erkend in eigen vermogen over de periode 0 0 $\mathbf{0}$ $-3$ 640 637 $\mathbf 0$ $\mathbf{0}$ 637
Subtotaal $\Omega$ $\bf{0}$ $\bf{0}$ 2 4 8 6 640 3 1 2 6 $\Omega$ $\mathbf 0$ 3 1 2 6
Dividenden 0 0 $\bf{0}$ $-1457$ $\mathbf{0}$ $-1457$ $\Omega$ $\mathbf 0$ $-1457$
Coupon op AT1 o $-52$ 0 -52 $\Omega$ $\Omega$ $-52$
Uitgifte/terugkoop van AT1 opgenomen in eigen vermogen 0 2 ŋ $\overline{\mathbf{2}}$
$\blacksquare$
900
$\blacksquare$
ŋ 902
Kapitaalverhoging 15 0 16 $\Omega$ 16
Overboeking van reserve naar overgedragen resultaat bij realisatie O
Inkoop/verkoop van eigen aandelen o
Wijzigingen in minderheidsbelangen O n O O
Totaal wijzigingen 15 O 974 641 1632 $-900$ $\Omega$ 732
Saldo aan het einde van het jaar 1458 5498 $-2$ 11 875 37 18 8 65 1500 $\mathbf 0$ 20 365
Waarvan gerelateerd aan de vermogensmutatiemethode ۰ $\overline{\phantom{a}}$ $\overline{a}$ $\overline{2}$ $\overline{2}$ $\mathcal{O}$ $\mathcal{O}$ $\overline{2}$
(in miljoenen euro) Geplaatst en
volgestort
aandelen-
kapitaal
Uitgifte-
premie
Eigen
aandelen
Overgedragen
resultaat
Totaal
herwaar-
derings-
reserves
Eigen
vermogen van
aandeel-
houders
Additionele
tier $1-$
instrumenten
in eigen
vermogen
Minder-
heids-
belangen
Totaal
eigen
vermogen
30-06-2019
Saldo aan het einde van het vorige jaar 457 5482 $-3$ 10 901 $-605$ 17 233 2 4 0 0 $\Omega$ 19633
Nettoresultaat over de periode 1 1 7 5 0 1 1 7 5 1 1 7 5
OCI erkend in eigen vermogen over de periode 0 0 461 463 $\Omega$ $\Omega$ 463
Subtotaal $\mathbf{0}$ $\bf{0}$ 1 1 7 6 461 1637 0 0 1637
Dividenden n $\Omega$ $-1040$ 0 $-1040$ $\Omega$ $\Omega$ $-1040$
Coupon op AT1 $-29$ 0 $-29$ $-29$
Uitgifte/terugkoop van AT1 opgenomen in eigen vermogen $\blacksquare$ 0 $-2$ 900
$\sim$
$-902$
Overboeking van reserve naar overgedragen resultaat bij realisatie
Inkoop/verkoop van eigen aandelen
Wijzigingen in minderheidsbelangen
Totaal wijzigingen 104 461 566 900
$\sim 10^{-1}$
0 $-334$
Saldo aan het einde van het jaar 1457 5482 $-2$ 11 005 - 144 17 799 1 500 $\Omega$ 19 299
Waarvan gerelateerd aan de toepassing van de vermogensmutatiemethod $\overline{a}$ 9 q 0 n

1H 2020 :

Volledig in overeenstemming met de aanbeveling van de Europese Centrale Bank, heeft de Raad van Bestuur van KBC besloten om :

  • het voorstel aan de Algemene Vergadering van 7 mei 2020 in te trekken om een totaal (bruto) slotdividend over 2019 uit te keren van 2,5 EUR per aandeel (nadat in november 2019 al een interim dividend van 1 EUR per aandeel werd uitgekeerd)
  • het voorgestelde inkoopprogramma van eigen aandelen ten belope van 5,5 miljoen aandelen te annuleren in afwijking van wat werd aangekondigd in het persbericht van 13 februari 2020 ter gelegenheid van de publicatie van de resultaten over het vierde kwartaal van 2019.
  • geen interim dividend uit te betalen in november 2020, in tegenstelling tot onze algemene politiek terzake. Voor meer informatie zie Gebeurtenissen na balansdatum verder in dit verslag.

1H 2019 :

De post 'Dividenden' in 1H 2019 :

• een slotdividend van 2.50 euro per aandeel voor 2018 (in totaal werd 1 040 miljoen euro worden afgetrokken van de ingehouden winst in het tweede kwartaal van 2019). Het slotdividend werd betaald op 9 mei 2019.

De post "Uitgifte of Terugkoop van additioneel tier-1 instrument opgenomen in eigen vermogen" in 1H 2019 bevat :

  • op 26 februari 2019 heeft KBC Groep NV voor 500 miljoen euro Additional tier 1-effecten geplaatst.
  • op 19 maart 2019 werd een call uitgeoefend voor het AT1-instrument dat KBC in 2014 heeft uitgegeven, met een nominaal bedrag van 1,4 miljard euro.
(in miljoenen euro) 30-06-2020 31-12-2019 30-06-2019
Herwaarderingsreserve FVOCI schuldinstrumenten 1 0 0 1 992 1 0 0 8
Herwaarderingsreserve FVPL aandelen - overlay 263 350 298
Herwaarderingsreserve FVOCI aandelen 29 32 34
Afdekkingsreserve kasstroomafdekkingen $-1350$ $-1331$ -363
Contract Contract
Omrekeningsverschillen $-401$ 92
$\sim$
- 79
Afdekking van een netto-investering in een buitenlandse entiteit 154 89 97
Wijziging in toegezegdpensioenregelingen 132
÷.
Eigen kredietrisico via eigen vermogen - 4 $-6$
Totaal herwaarderingsreserves -302 37 144

Geconsolideerd kasstroomoverzicht

(in miljoenen euro) Toelichting (1) 1H 2020 1H 2019
BEDRIJFSACTIVITEITEN
Geconsolideerde winst-
Resultaat vóór belastingen en verliesrekening 276
Aanpassingen voor non-cash items in winst-en-verlies 1 2 1 3
Wijzigingen in bedrijfsactiva (exclusief geldmiddelen en kasequivalenten) $-10236$
Wijzigingen in bedrijfsverplichtingen (exclusief geldmiddelen en kasequivalenten) 27 161
Betaalde belastingen $-303$
Nettokasstromen uit of aangewend bij bedrijfsactiviteiten 18 112 $-4877$
INVESTERINGSACTIVITEITEN
Aankoop en opbrengst van schuldpapier gewaardeerd tegen AC 4.1 $-4958$
Overname van een dochteronderneming of een bedrijfsonderdeel zonder de
overgenomen geldmiddelen (inclusief stijgingen in participatiepercentages) $\mathbf 0$
Opbrengst van de afstoting van een dochteronderneming of bedrijfsonderdeel
zonder de afgestoten geldmiddelen (incl. dalingen in participatiepercentages) 28
Aankoop en opbrengst van de verkoop van immateriële vaste activa (exclusief
goodwill)
- 152
Aankoop en opbrengst van de verkoop van materiële vaste activa (exclusief
goodwill) 25
Overige 43
Nettokasstromen uit of aangewend bij investeringsactiviteiten $-5014$ 848
FINANCIERINGSACTIVITEITEN
Geconsol.
Inkoop of verkoop van eigen aandelen vermogensmut. $\mathbf{1}$
Uitgifte of terugbetaling van promessen en andere schuldbewijzen 4.1 576
Opbrengst van of terugbetaling van achtergestelde schulden 4.1 - 65
Kapitaalaflossingen van financiële leasing $\mathbf 0$
Geconsol.
Opbrengst van de uitgifte van aandelenkapitaal vermogensmut. $\mathbf 0$
Geconsol.
Uitgifte van additionele tier 1-instrumenten vermogensmut. $\Omega$
Opbrengst van de uitgifte van bevoorrechte aandelen Geconsol.
vermogensmut.
$\Omega$
Geconsol.
Uitgekeerde dividenden vermogensmut. $\mathbf 0$
Geconsol.
Coupon op additionele tier 1-instrumenten vermogensmut. - 25
Nettokasstromen uit of aangewend bij financieringsactiviteiten 486 $-685$
(in miljoenen euro) Toelichting (1) 1H 2020 1H 2019
MUTATIE VAN GELDMIDDELEN EN KASEQUIVALENTEN
Nettotoename of -afname van geldmiddelen en kaseguivalenten 13 5 84 $-4715$
Geldmiddelen en kaseguivalenten aan het begin van het boekjaar 29 118 34 354
Gevolgen van wisselkoerswijzigingen op geldmiddelen en kaseguivalenten $-1330$ 222
Geldmiddelen en kaseguivalenten aan het einde van de periode 41 372 29 860
COMPONENTEN VAN GELDMIDDELEN EN KASEQUIVALENTEN
Geldmiddelen en tegoeden bij centrale banken en andere zichtdeposito's bij
kredietinstellingen
Geconsol, Balans 23 578 8046
Termijnleningen aan banken in minder dan drie maanden, excl. reverse repo's
Reverse repo's met kredietinstel. & beleggingsondernemingen in minder dan drie
4.1 1667 696
maanden 4.1 22 307 26 781
Bankdeposito's terugbetaalbaar op verzoek en onmiddellijk terugbetaalbaar 4.1 - 6 180 $-5662$
Geldmiddelen en kaseguivalenten in groepen activa die worden afgestoten $\Omega$
Totaal 41 372 29 860
Waarvan niet beschikbaar 0

Sedert 2020 voorzien we extra details in het kasstroomoverzicht in het interimrapport (niet retroactief).

De nettokasstromen uit bedrijfsactiviteiten in 1H 2020 (+18 112 miljoen euro) wordt grotendeels verklaard door +19,5 miljard euro TLTRO III funding. De negatieve nettokasstromen uit of aangewend bij bedrijfsactiviteiten (-4 877 miljoen euro) in het eerste halfjaar van 2019 omvatten voornamelijk hogere termijn- en hypotheekleningen, deels gecompenseerd door het gerealiseerde resultaat.

De nettokasstromen uit of aangewend bij investeringsactiviteiten in 1H 2020 (-5 014 miljoen euro) wordt grotendeels verklaard door bijkomende investeringen in schuldpapier gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. De nettokasstromen uit of aangewend bij investeringsactiviteiten in het eerste halfjaar van 2019 (+848 miljoen euro) omvatten +439 miljoen euro afkomstig van de overname van het resterende 45% belang in ČMSS (de aanschaffingsprijs van 240 miljoen euro wordt meer dan gecompenseerd door de beschikbare geldmiddelen en kasequivalenten op de balans van ČMSS) en +409 miljoen euro investeringen in schuldpapier dat de vervaldag bereikte.

De nettokasstromen uit financieringsactiviteiten in 1H 2020 (+486 miljoen euro) omvat vooral de uitgifte van Senior Holdco instrumenten voor 1 miljard euro (inclusief de uitgifte van een groene obligatielening ('green bond') voor 500 miljoen euro), gedeeltelijk gecompenseerd door terugbetalingen. De covered bond positie van 1 miljard euro, die op vervaldag kwam in mei, werd volledig hernieuwd in juni.

De nettokasstromen uit financieringsactiviteiten in 1H 2019 omvatten :

  • de call door KBC Groep NV van de in 2014 uitgegeven Additional tier 1-instrumenten, voor een nominaal bedrag van 1,4 miljard euro
  • de uitgifte van Additional tier 1-instrumenten opgenomen in het eigen vermogen voor 500 miljoen euro.
  • de uitbetaling van het slotdividend voor 2018 van 2,50 euro per dividendgerechtigd aandeel (1 040 miljoen euro in totaal)
  • de uitgifte van Senior Holdco instrumenten voor 1 500 miljoen euro.

Toelichting bij de grondslagen voor financiële verslaggeving

Verklaring van overeenstemming (toelichting 1.1 in de jaarrekening 2019)

Het verkorte tussentijdse financiële verslag van de KBC-groep over de periode die eindigde op 30 juni 2020 is opgesteld in overeenstemming met IAS 34, 'Tussentijdse financiële verslaggeving'. Het verkorte tussentijdse financiële verslag moet worden gelezen samen met de jaarrekening voor het boekjaar dat eindigde op 31 december 2019, die is opgesteld volgens de International Financial Reporting Standards, zoals goedgekeurd voor toepassing in de EU (endorsed IFRS).

De volgende IFRS-normen werden van kracht op 1 januari 2020 en werden toegepast in deze rapportering:

  • Wijzigingen aan IAS39/IFRS 9 (vervroegd toegepast in 2019):
  • o In het kader van de IBOR-hervorming heeft de IASB een aantal wijzigingen aan IAS 39 en IFRS 9 aangebracht, in de zogenaamde eerste fase van het project. Deze wijzigingen bieden een tijdelijke vrijstelling van de toepassing van specifieke vereisten inzake hedge accounting op hedge relaties die rechtstreeks worden beïnvloed door de IBOR hervorming. Voor meer informatie verwijzen we naar het 2019 jaarverslag, naar het hoofdstuk 'Hoe beheren we onze risico's'.

De volgende IFRS-normen werden gepubliceerd, maar zijn nog niet van kracht in 2020. KBC zal die normen toepassen zodra dat verplicht wordt:

  • IFRS 17
  • o In mei 2017 publiceerde de IASB IFRS 17 (Verzekeringscontracten), een omvattende nieuwe boekhoudnorm voor verzekeringscontracten die de grondslagen bevat voor opname en waardering, voorstelling en informatieverschaffing. Zodra IFRS 17 van kracht is, zal hij IFRS 4 (Verzekeringscontracten) vervangen, die werd gepubliceerd in 2005. IFRS 17 geldt voor alle types verzekeringscontracten (leven, schade, directe verzekering, herverzekering), ongeacht het type entiteiten waardoor ze worden uitgegeven, en voor bepaalde garanties en financiële instrumenten met discretionaire winstdeling. Daarop zullen enkele uitzonderingen gelden. De algemene doelstelling van IFRS 17 is een boekhoudkundig model voor verzekeringscontracten te bieden dat nuttiger en consistenter is voor verzekeraars. In tegenstelling tot de verplichtingen van IFRS 4, die grotendeels gebaseerd zijn op grandfathering van de vroegere lokale grondslagen van de financiële verslaggeving, biedt IFRS 17 een compleet model voor verzekeringscontracten dat alle relevante boekhoudkundige aspecten omvat. De kern van IFRS 17 is het algemene model, aangevuld met een specifieke aanpassing voor contracten met directe winstdeling (de variabelevergoedingsaanpak) en een vereenvoudigde aanpak (de premie-allocatieaanpak) vooral voor contracten met een korte looptijd. IFRS 17 zal gelden voor de verslagperiodes die beginnen op of na 1 januari 2023 (onder voorbehoud van goedkeuring door de EU), en vergelijkende cijfers zijn vereist. Een impactstudie maakt deel uit van het IFRS 17-project dat momenteel loopt in KBC.
  • Overige
  • o De IASB heeft enkele beperkte aanpassingen aan bestaande IFRS en IFRIC-normen gepubliceerd. Ze zullen worden toegepast zodra dat verplicht is, maar hun impact wordt momenteel als verwaarloosbaar ingeschat.

Belangrijkste grondslagen voor financiële verslaggeving (toelichting 1.2 in de jaarrekening 2019)

Een samenvatting van de belangrijkste grondslagen voor financiële verslaggeving wordt gegeven in het jaarverslag van de KBCgroep op 31 december 2019.

Gebruikte wisselkoersen: tijdens 1H 2020 daalden de wisselkoersen van de CZK en de HUF in belangrijke mate te opzichte van de EUR, met een negatieve impact op het balanstotaal en het resultaat.

  • CZK (1 EUR = … vreemde munt) :
  • de wisselkoers gehanteerd voor de balans daalde ten opzichte van de EUR van 25,408 op jaareinde 2019 naar 26,740 op 30 juni 2020;
  • de gemiddelde wisselkoers gehanteerd voor de winst- en verliesrekening evolueerde van 25,704 in 1H 2019 naar 26,334 in 1H 2020
  • HUF (1 EUR = … vreemde munt) :
  • de wisselkoers gehanteerd voor de balans daalde ten opzichte van de EUR van 330,53 op jaareinde 2019 naar 356,58 op 30 juni 2020;
  • de gemiddelde wisselkoers gehanteerd voor de winst- en verliesrekening evolueerde van 320,40 in 1H 2019 naar 346,61 in 1H 2020

COVID-19 overzicht (toelichting 1.4)

Inleiding:

De toenemende wereldwijde volksgezondheidscrisis heeft de financiële markten in zijn greep door de vrees dat de wereldeconomie, en de economieën van de EU in het bijzonder, over het hele jaar 2020 sterk zullen krimpen. De coronaviruspandemie heeft een opeenvolging van gebeurtenissen in de markten op gang gebracht die heeft geleid tot een sterke toename van de volatiliteit.

De aanzienlijke verslechtering van de economische vooruitzichten heeft geleid tot een ongekende beleidsreactie van de centrale banken en regeringen over de hele wereld.

Laatste overzicht van de verschillende overheids- en sectormaatregelen in elk van onze kernlanden:

België Tsjechië Slowakije Hongarije Bulgarije Ierland
Betalingsuitstel
Opt-in:
3
maanden
voor
consumentenfinanciering,
6-9
maanden voor hypotheken en
niet-particuliere
kredieten,
(maximaal tot 31 oktober 2020,
kan worden verlengd tot 31
december 2020)

Voor particulieren: uitstel van
betaling van kapitaal en rente,
terwijl voor niet-particuliere
klanten alleen uitstel van
betaling van kapitaal geldt

De rente wordt opgebouwd over
de uitstelperiode, behalve voor
gezinnen met een netto
inkomen van minder dan 1 700
euro. Voor die laatste groep
resulteert
dat
in
een
modification verlies voor de
bank. (-11 miljoen euro in het
tweede kwartaal. Zie toelichting
3.10)

Opt-in: 3 of 6 maanden.

Van toepassing op particuliere en
niet-particuliere klanten

Voor
particulieren
en
ondernemers: uitstel van betaling
van kapitaal en rente, terwijl voor
niet-particuliere klanten alleen
uitstel van betaling van kapitaal
geldt

De rente wordt opgebouwd over
de uitstelperiode, maar moet in de
laatste schijf worden terugbetaald,
wat resulteert in een modification
verlies voor de bank (-5 miljoen
euro in het tweede kwartaal. Zie
toelichting 3.10).

Voor consumentenkredieten mag
de rente tijdens de uitstelperiode
niet hoger zijn dan de reporente op
2 weken + 8%

Opt-in: 9 maanden of 6
maanden
(voor
huurcontracten)

Van
toepassing
op
particuliere klanten, kmo's
en ondernemers

Uitstel van betaling van
kapitaal en rente

De rente wordt opgebouwd
over de uitstelperiode, maar
de klant heeft de keuze om
na het uitstel alle rente in
één keer of lineair terug te
betalen. Deze laatste optie
zou
leiden
tot
een
immaterieel
modification
verlies voor de bank

Opt-out: een algemeen uitstel
tot 31 december 2020

Van toepassing op particuliere
en niet-particuliere klanten

Uitstel van betaling van
kapitaal en rente

De rente wordt opgebouwd
over de uitstelperiode, maar
niet-betaalde rente kan niet
worden gekapitaliseerd en
moet lineair worden geïnd
gedurende de resterende
(verlengde)
looptijd.
Dat
resulteert in een modification
verlies voor de bank (-18
miljoen euro in het eerste
kwartaal; herzien naar -11
miljoen euro in het tweede
kwartaal op basis van de
werkelijke opt-out ratio. Zie
toelichting 3.10)

Opt-in: 6 maanden (maximaal
tot 31 maart 2021)

Van toepassing op particuliere
en niet-particuliere klanten

Uitstel van betaling van
kapitaal en rente

In
het
geval
van
kapitaalsuitstel, wordt de
looptijd verlengt met 6
maanden

De rente wordt opgebouwd
over de uitstelperiode en is
terug betaalbaar in 12
maanden
(consumten
financieringen
en
niet
particuliere klanten) of 60
maanden (hypotheken) in
gelijke aflossingen

Opt-in: 3 tot 6 maanden.

Van toepassing op hypothecaire
leningen,
consumentenkredieten
en
zakelijke bankkredieten met
aflossingsschema

Uitstel van betaling van kapitaal
en rente voor maximaal 6
maanden (met herziening na 3
maanden) voor hypothecaire en
consumentenkredieten en 3
maanden
voor
bedrijfs
financieringen

Optie voor klanten om hun
krediettermijn met maximaal 6
maanden
te
verlengen,
overeenkomstig de betalings
onderbrekingstermijn

De rente wordt opgebouwd over
de uitstelperiode
Garantieregeling
en
Liquiditeitssteun

Een overheidsgarantieregeling
tot 40 miljard euro om de
verliezen
te
dekken
op
toekomstige
niet-particuliere
kredieten die vóór 30 september
2020 worden verstrekt aan
levensvatbare bedrijven, met
een looptijd van maximaal 12
maanden. De garantie dekt 50%
van de verliezen boven 3% van de
totale kredietverliezen en 80%
van de verliezen boven 5%. De
maximale rente bedraagt 1,25%
Vanaf het derde kwartaal is een

aangepaste
overheidsgarantieregeling tot 10
miljard euro uitgegeven om de
verliezen
te
dekken
op
toekomstige kmo-kredieten die
vóór 31 december 2020 worden
verstrekt, met een looptijd van 1
tot 3 jaar. De garantie dekt 80%
van alle verliezen. De maximale
rente bedraagt 2%

De
Tsjechisch-Moravische
garantie- en ontwikkelingsbank
heeft
verschillende
garantie
plannen opgestart (COVID II,
COVID II Praag, COVID III) voor
werkkapitaalkredieten
van
commerciële banken aan niet
particuliere-klanten.
Het
kredietbedrag is gegarandeerd tot
80% of 90% (afhankelijk van het
programma en de omvang van de
onderneming). De interest op deze
kredieten is gesubsidieerd tot 25%

De Export garantie en verzekering
coöperatie onder zijn COVID Plus
programma biedt garanties aan op
leningen van commerciële banken.
De garantie dekt 70% tot 80% van
de lening, afhankelijk van de
kredietscore van de ontlener. Het
programma is gericht op bedrijven
waarvan de export meer dan 20%
van hun 2019 omzet bedroeg

Anti-Corona
garantie
programma
aangeboden
door
de
Slovaakse
Investeringsholding, gericht
op KMO's, bestaat uit 2
componenten: (i) een 80%
staatsgarantie met een 50%
portefeuille limiet en (ii) de
interesten zijn gesubsidieerd
tot 4% per jaar

Bijkomend is er financiële
steun in de vorm van
staatsgaranties met subsidie
van de garantievergoeding,
aangeboden door: (i) Export
Import Bank van Slowakije,
gegarandeerd tot 80% en
voor kredieten minder dan 2
miljoen
euro
en
(ii)
Slovaakse
Investerings
holding voor kredieten
tussen 2 en 20 miljoen euro,
gegarandeerd
tot
90%
zonder portefeuille limiet

Een garantieschema wordt
aangeboden door Garantiqa en
de
Hongaarse
Ontwikkelingsbank.
Deze
garanties kunnen tot 90% van
het krediet met een max.
looptijd van 6 jaar

Verder heeft de Nationale Bank
van Hongarije een Financiering
voor
groei-programma
opgericht met een raambedrag
van 4,2 miljard euro voor kmo's
die leningen kunnen krijgen
voor een krediet op max 20
jaar tegen een rente van max.
2,5%.

De
jaarlijkse
rente
op
persoonlijke leningen verstrekt
door commerciële banken mag
niet meer dan 5 procentpunten
hoger
zijn
dan
de
basisrentevoet van de centrale
bank

0,4
miljard
euro
aan
overheidsgaranties van de
Bulgaarse Ontwikkelingsbank
aan commerciële banken. Van
dat bedrag wordt 0,1 miljard
euro gebruikt voor een
garantie
van
100%
op
consumentenkredieten, terwijl
0,3 miljard euro bedoeld is
voor een garantie van 80% op
niet-particulieren kredieten

De Ierse autoriteiten hebben
substantiële maatregelen
genomen, onder andere via de
SBCI. KBC Bank Ierland is
voornamelijk gefocust op
individuele klanten, daarom zijn
de maatregelen voor niet
particuliere kredieten minder
relevant

Belangrijkste coronagerelateerde elementen die invloed hebben op de resultaten van het eerste jaarhelft van 2020 en op de herwaarderingsreserves:

1. Verwachte kredietverliezen (ECL)

Net als in het eerste kwartaal zijn onze ECL-modellen niet in staat om alle specificiteiten van de COVID-19-crisis adequaat weer te geven, noch de verschillende overheidsmaatregelen die in de verschillende landen zijn genomen om gezinnen, kmo's en bedrijven door deze crisis heen te helpen. Daarom hebben we een expertgebaseerde berekening op portefeuilleniveau uitgevoerd die rekening houdt met de macro-economische omstandigheden en de verschillende overheidsmaatregelen via een management overlay. In het eerste kwartaal werd die oefening gemaakt voor een aantal (sub)sectoren. De belangrijkste reden om de reikwijdte van de oefening te beperken, was de grote onzekerheid over hoe het virus zich zou verspreiden, de omvang van de daaruit voortvloeiende lockdowns en de reactie van de overheden op de economische instabiliteit. De afgelopen maanden zijn de lockdowns geleidelijk aan enigszins versoepeld. De overheden, in de eerste plaats in de EU, en de centrale banken hebben maatregelen aangekondigd om het herstel te ondersteunen. De grote onzekerheid is er nog altijd, vooral rond de mogelijkheid en het tijdstip van een heropflakkering van het virus of zelfs meerdere heropflakkeringen, maar de verstrekkende omvang van de economische crisis is duidelijker geworden. Daarom hebben we in de benadering voor dit kwartaal de scope van de management overlay uitgebreid naar alle sectoren van onze bedrijven- en kmo-portefeuille en naar onze retail portefeuille.

Voor de performing portefeuille op 30 juni werd een 3-stappenbenadering toegepast om de bijkomende COVID-19-impact voor de performing portefeuille in te schatten:

  • 1) Net als in het eerste kwartaal gaat de methode die hiervoor wordt gebruikt uit van de bijgewerkte prognose van de hoofdeconoom van KBC Groep op het einde van het tweede kwartaal van 2020 (zie paragraaf Economische scenario's hieronder voor meer details over die prognoses). Het basisscenario werd vertaald naar expertgebaseerde stressmigratiematrices, per land en per segment. De portefeuille wordt aangepast met behulp van die migratiematrix, waarbij een deel zal overgaan naar een hogere PD-klasse of de status 'wanbetaling' zal krijgen, een deel onveranderd zal blijven en een klein deel zal verbeteren. Na die aanpassing worden de verwachte kredietverliezen opnieuw berekend op basis van de nieuwe portefeuillestructuur, inclusief staging. De impactschatting van de verwachte kredietverliezen volgens het COVID-19-basisscenario is het verschil tussen de verwachte kredietverliezen berekend op de portefeuille voor en na toepassing van de stressmigratiematrix.
  • 2) In de berekening is een sectorgebonden effect opgenomen om de verwachte kredietverliezen ingevolge COVID-19 te verfijnen. Het doel van deze stap is om weer te geven dat sommige sectoren zwaarder zullen worden getroffen dan andere, wat nog niet in de migratiematrices is opgenomen. Alle posities in de kmo- en bedrijvenportefeuille werden geclassificeerd als hoog, gemiddeld of laag risico op basis van de verwachte impact van de COVID-19-crisis op de sector waarin het bedrijf actief is (voor Hypothecaire en Consumentenkredieten werd geen sectorgebonden stress toegepast). Op basis van die classificatie zijn de volgende expertgebaseerde wegingen toegepast op de ECL-impact: 150% voor sectoren met een hoog risico, 100% voor sectoren met een gemiddeld risico en 50% voor sectoren met een laag risico. Dat resulteerde in een sectorgebaseerd verwacht kredietverlies volgens het COVID-19-basisscenario.
  • 3) Er werd een kansgewogen management overlay berekend op basis van het basisscenario, het optimistische en pessimistische scenario en de toegekende wegingen van de hoofdeconoom van KBC Groep. Om de gezamenlijke COVID-19-impact te bepalen in een optimistisch en pessimistisch scenario werd een expertgebaseerde schaalfactor toegepast op het geschatte sectorgebaseerde verwachte kredietverlies volgens het COVID-19-basisscenario. De uiteindelijke overlay werd bepaald door de verwachte kredietverliezen ingevolge COVID-19 te wegen volgens de drie scenario's met de volgende wegingen: 45% voor het basisscenario, 15% voor het optimistische scenario en 40% voor het pessimistische scenario.

* Deze grafiek bevat geen transfers tussen categorieën die onderliggend vervat zijn in de ingeschatte collectieve Covid-19 ECL, die een netto staging van 5%-punten van de totale portefeuille van categorie 1 naar categorie 2 en van 1%-punt van categorie 1 & 2 naar categorie 3 bedragen.

Voor de non-performing portefeuille is op basis van een deskundig oordeel van de dienst Kredietrisicobeheer een bijkomende impactinschatting uitgevoerd op portefeuillebasis voor de gezamenlijke posities in categorie 3. Bijkomende waardeverminderingen als gevolg van COVID-19 op individueel beoordeelde dossiers in categorie 3 zijn al opgenomen in de specifieke voorziening van de positie (dus al opgenomen in de waardeverminderingen in de winst-en-verliesrekening) en worden dus niet in aanmerking genomen in de management overlay.

Sector gedreven Covid-19 ECL (basis-scenario): Collectieve Covid-19 ECL per land:
KBC Groep Performing portefeuille Performing portefeuille
Hoog
risico
Medium
risico
Laag
risico
Hypotheek in m Eur Optimistisch
15%
Basis
45%
Pessimistisch
40%
Toegewezen
waarschijnlijkheid
Non
performing
portefeuille
Totaal
1H20
2KW20 1KW20
sectoren sectoren sectoren leningen &
andere retail
TOTAAL KBC Groep 484 611 870 696 93 789 746 43
in m Eur 150% 100% 50% Per land:
Basis-scenario 175 244 68 124 611 België 285 355 478 393 20 413 378 35
Optimistisch scenario 146 200 52 86 484 Tsjechië 103 129 186 148 10 158 152 6
Pessimistisch scenario 248 337 96 189 870 Slowakije 30 34 50 40 0 40 39 1
Hongarije 37 48 69 55 0 55 54 1
Bulgarije 5 14 19 15 13 28 28 n/a
Ierland 24 32 68 45 50 95 95 n/a

De 3-stappenbenadering voor de performing portefeuille en de additionele impact inschatting van de non-performing portefeuille resulteerde in een gezamenlijk verwacht kredietverlies ingevolge COVID-19 van 789 miljoen euro (P&L kost in 1H20). In het tweede kwartaal van 2020 hebben de ECL-modellen 150 miljoen euro van die impact gecapteerd via de bijgewerkte macroeconomische variabelen die bij de berekening worden gebruikt (36% in categorie 1, 35% in categorie 2 en 29% in categorie 3). De totale COVID-19 management overlay in de boeken per 30-06-2020, bedraagt dus 639 miljoen euro, waarvan 43 miljoen euro werd verwerkt in het eerste kwartaal van 2020 en 596 miljoen euro in het huidige kwartaal. Net als in het vorige kwartaal is de management overlay volledig gepresenteerd in categorie 2, met uitzondering van de management overlay op de bestaande nonperforming portefeuille.

Inclusief het gezamenlijke verwachte kredietverlies ingevolge COVID-19 bedroeg de kredietkostenratio 0,64%.

Kredietkost % 2019 3M20
(geannualiseerd)
1H 20
(geannualiseerd*)
Zonder collectieve COVID-19 ECL 0.12% 0.17% 0.20%
Met collectieve COVID-19 ECL 0.27% 0.64%

Economische scenario's

De hoofdeconoom van KBC Groep heeft drie verschillende prognoses geformuleerd die verschillen op het vlak van de ontwikkeling van het virus en de impact ervan op de lockdownmaatregelen in de verschillende kernlanden. We kunnen die drie scenario's kort samenvatten als volgt:

OPTIMISTISCH
SCENARIO
BASIS
SCENARIO
PESSIMISTISCH
SCENARIO
Virusverspreiding snel en permanent
onder controle, zonder verder risico
op toekomstige lockdowns, snelle
daling van het aantal besmettingen
Virusverspreiding
en
impact
onder
controle
zonder
extra
uitgebreide
lockdownmaatregelen
Verspreiding
gaat
door
tot
vaccinatie
beschikbaar
is,
met
gedeeltelijke
of
volledige
lockdowns
Steil en gestaag herstel vanaf het
derde kwartaal van 2020 met een
snelle
terugkeer
naar
de
activiteitsniveaus van vóór COVID-19
Een gematigder, maar nog altijd
gestaag herstel vanaf het derde
kwartaal
van
2020
met
een
terugkeer
naar
de
activiteitsniveaus
van
vóór
COVID-19 tegen eind 2023
Langdurige stagnatie en negatieve
groei, met een onstabiel herstelpad
Scherp, kort V-patroon Uitgesproken V/U-patroon Meer
L-vormig
patroon
met
rechterbeen licht stijgend

Ondanks een geleidelijke opheffing van de lockdownmaatregelen in veel landen blijft er grote onzekerheid bestaan over de economische gevolgen van de preventieve lockdownmaatregelen en over de beleidsreacties om de gevolgen van de crisis te verzachten. Door die onzekerheid blijft de hoofdeconoom van KBC Groep werken met drie alternatieve scenario's: een basisscenario, een optimistischer scenario en een pessimistischer scenario. De definitie van elk scenario blijft ongeveer dezelfde als in het vorige kwartaal, maar de toegewezen waarschijnlijkheid is de volgende: 45% voor het basisscenario, 40% voor het pessimistische en 15% voor het optimistische scenario.

In de onderstaande tabel (in overeenstemming met de verwachtingen van juni 2020 van de hoofdeconoom van KBC Groep) geven we deze scenario's voor de drie belangrijkste indicatoren (bbp-groei, werkloosheidsgraad en huizenprijzenindex) voor elk van onze kernlanden voor de komende drie jaar. Daarna werken we met een geleidelijke lineaire overgang naar een steady state.

Macroeconomisch basis
scenario - indicatoren
(juni 2020)
2020 2021 2022
Scenario Optimistisch Basis Pessimistisch Optimistisch Basis Pessimistisch Optimistisch Basis Pessimistisch
Reeele BBP groei
Eurozone $-6.0%$ $-9.6%$ $-14.0%$ 6.5% 6.2% $-3.2%$ 1.3% 1.2% 5.0%
België $-5.0%$ $-9.5%$ $-13.2%$ 6.0% 5.7% $-3,2%$ 1.3% 1.3% 5.0%
Tsjechië $-5.0%$ $-10.0%$ $-15.0%$ 4.0% 6.0% 3,0% 2.5% 3.5% 2.7%
Hongarije $-3.0%$ $-6.2%$ $-10.0%$ 4.0% 5.0% 4.0% 3.5% 3.5% 3.5%
Slovakije $-5.0%$ $-10.0%$ $-14.0%$ 4.5% 7.0% 1.5% 2.6% 4.5% 2,5%
Bulgarije $-4.0%$ $-8.0%$ $-12.0%$ 3.0% 5.0% 4.0% 3,0% 3,0% 3.0%
lerland $-2.0%$ $-5.0%$ $-10.0%$ 2.0% 4.0% 1.0% 2.6% 3.5% 2.5%
Werkloosheidsgraad
België 5.9% 7.% 10.0% 5.8% 7.6% 12.0% 5.6% 6.9% 9.5%
Tsjechië 3.1% 5.2% 7.0% 3.5% 5.7% 7.1% 3.0% 4.6% 7.6%
Hongarije 4.8% 6.4% 9.0% 4.2% 5.6% 7,5% 4.0% 4.8% 5,9%
Slovakije 8.0% 9.0% 12.0% 9.2% 10.5% 13.0% 7,7% 8,0% 14.0%
Bulgarije 6.0% 8.0% 11.0% 4.1% 10.0% 13.0% 4.2% 7.0% 12.0%
lerland 8.2% 11.0% 20.0% 6,1% 7.0% 16,0% 5,1% 6,0% 10.0%
Huizenprijsindex
België $-1.0%$ $-3.0%$ $-6.0%$ 0.0% $-2.0%$ $-4.0%$ 1.5% 1.0% $-1.0%$
Tsjechië 0.0% $-2.0%$ $-4.0%$ $-0.8%$ $-3.5%$ $-6,0%$ 2.0% 2.0% 0.0%
Hongarije $-1.0%$ $-5.0%$ $-7.5%$ 0.0% $-3.0%$ $-5.0%$ 2.5% 2.0% 1.0%
Slovakije $-1.0%$ $-5.0%$ $-7.0%$ 0.5% $-2.0%$ $-3.0%$ 2.0% 2.0% 1.0%
Bulgarije 0.5% $-2.0%$ $-4.0%$ 1.0% $-1.0%$ $-3.0%$ 3.0% 3.0% 0.0%
lerland $-6.0%$ $-12.0%$ $-20.0%$ 5.0% 8.0% $-5.0%$ 4.0% 5.0% 3.0%

2. Nettorente-inkomsten:

De nettorente-inkomsten werden in de eerste helft van 2020 negatief beïnvloed door de meervoudige verlagingen van de reporente door de Tsjechische Nationale Bank.

3. Nettoprovisie-inkomsten

De nettoprovisie-inkomsten werden negatief beïnvloed door de coronaviruspandemie voor vergoedingen uit vermogensbeheer (lagere instapvergoedingen door een daling van de verkoop en marges; lagere beheersvergoedingen als gevolg van een lager gemiddeld beheerd vermogen in combinatie met lagere marges). Bovendien daalden ook de vergoedingen voor bankdiensten (de vergoedingen voor betalingsdiensten zijn bijvoorbeeld gedaald, onder meer door een algemeen lagere activiteit als gevolg van de lockdown).

4. Financiële instrumenten tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-enverliesrekening:

Financiële instrumenten tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening werden negatief beïnvloed door de toegenomen volatiliteit op de financiële markten in de eerste helft van 2020, wat heeft geleid tot een nettoresultaat op financiële instrumenten tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-enverliesrekening van -0,1 miljard euro in de eerste helft van 2020 (-0,4 miljard euro in het eerste kwartaal van 2020 als gevolg van de gedaalde aandelenmarkten, bredere creditspreads en een lagere langetermijnrente, waarvan in het tweede kwartaal van 2020 +0,3 miljard euro werd goedgemaakt). Voor meer informatie: zie toelichting 3.3 verderop in dit verslag.

5. Verzekeringscontracten:

Hoog technisch resultaat in Schade in het eerste halfjaar van 2020, ondersteund door een laag schadeniveau als gevolg van de lockdown. De context van COVID-19 is nog uitdagender voor de verkoop van levensverzekeringsproducten met rentegarantie.

6. Exploitatiekosten:

De exploitatiekosten werden gunstig beïnvloed door de COVID-19-crisis, omdat er strikte kostenbesparende maatregelen werden ingevoerd, die onder meer hebben geleid tot een daling van de personeelskosten (waarvan lagere voorzieningen voor variabele vergoedingen en minder vte's), lagere marketing-, reis- en facilitaire kosten.

7. Goodwill:

We hebben een ad-hocbeoordeling uitgevoerd van aanwijzingen van waardeverminderingen op goodwill. Het resultaat daarvan geeft geen aanwijzing van waardeverminderingen.

  • Voor UBB en CMSS toont de gevoeligheidsanalyse dat een structurele daling van de jaarwinst met respectievelijk 17% en 12% over de hele prognoseperiode of een stijging van de jaarlijkse waardeverminderingen met respectievelijk 89% en 180% zou leiden tot waardeverminderingen op goodwill. Die gevoeligheden worden evenwel als te zwaar beschouwd om tot een waardevermindering te leiden in het licht van de recente situatie.
  • Voor K&H, DZI en CSOB Bank CZ is de buffer voor waardeverminderingen voldoende groot en we verwachten niet dat de afwijkingen op korte termijn aanleiding zullen geven tot waardeverminderingen.

8. Uitgestelde belastingen:

We hebben onderzocht of het waarschijnlijk is dat er belastbare winsten beschikbaar zullen zijn waardoor de aftrekbare tijdelijke verschillen kunnen worden gebruikt op basis van ramingen voor een periode van acht tot tien jaar. De conclusie van dat onderzoek is dat er voldoende geschatte belastbare winsten beschikbaar zijn.

9. Herwaarderingsreserves:

De impact van COVID-19 op de financiële markten komt ook tot uiting in een daling van de herwaarderingsreserves in OCI in het eerste halfjaar van 2020, meer bepaald van de herwaarderingsreserve (FVPL eigenvermogensinstrumenten) - overlaybenadering en de omrekeningsverschillen. Voor meer informatie, zie de tekst onder de tabel Niet-gerealiseerde resultaten.

10. Liquiditeit en financiering:

KBC heeft zijn sterke liquiditeitspositie gedurende de hele COVID-19-crisis behouden. De Liquidity Coverage Ratio (LCR) van KBC Bank, die een idee geeft van de liquiditeitspositie van de bank op korte termijn, bleef ongeveer stabiel in het eerste halfjaar van 2020 en bedroeg eind juni 136%. De Net Stable Funding Ratio (NSFR) van KBC Bank, die een idee geeft van de structurele liquiditeitspositie van de bank op lange termijn, bedroeg eind juni 2020 een hoge 142% (tegenover 136% eind december 2019).

11. Impact op de overname van OTP Banka Slovensko:

De goedkeuringsprocedure is nog aan de gang.

Toelichting bij de segmentinformatie

Rapportering volgens de managementstructuur van de groep (toelichting 2.2 in de jaarrekening 2019)

Voor een beschrijving van de managementstructuur en gerelateerde rapporteringspresentatie verwijzen we naar toelichting 2.1 van de jaarrekening 2019.

(in miljoenen euro) Divisie
België
Tsjechië Divisie
Divisie Intenationale
Markten
Waarvan:
Hongarije Slowakije Bulgarije
lerland Groeps-
center
Totaal
1H 2020
Nettorente-inkomsten 1 2 7 5 587 438 127 100 72 140 $-22$ 2 2 7 8
Verzekeringen Niet-leven (vóór herverzekering) 278 69 85 32 15 38 0 $\overline{7}$ 440
Verdiende premies 564 148 161 73 25 62 0 $\overline{7}$ 879
Technische lasten 285 $-79$ - 76 42 - 10 24 0 $\mathbf{1}$ - 439
Verzekeringen Leven (vóór herverzekering) $-37$ 26 17 3 6 8 $\overline{0}$ $\mathbf 0$ 6
Verdiende premies 424 97 53 17 17 19 $\mathcal{O}$ $-1$ 574
Technische lasten $-461$ $-70$ $-36$ $-13$ $-12$ $-11$ $\Omega$ $\mathbf 0$ $-568$
Nettoresultaat uit afgestane herverzekering $-19$ $\mathbf 0$ $-6$ $-2$ $-1$ $-3$ 0 $\overline{4}$ $-21$
Dividendinkomsten 27 1 $\mathbf 0$ $\cal O$ $\boldsymbol{0}$ $\mathcal O$ 0 $\overline{2}$ 30
Nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde via w&v $-68$ $-35$ 9 12 - 1 0 - 2 $-39$ $-132$
Netto gerealiseerd resultaat van schuldinstr. tegen reële waarde via OCI 1 $\mathbf 0$ $\overline{1}$ $\boldsymbol{0}$ $\mathbf{1}$ $\mathcal{O}$ $\mathcal O$ $\mathbf 0$ 3
Nettoprovisie-inkomsten 579 106 135 95 29 12 $-1$ $-3$ 816
Overige netto-inkomsten 79 12 11 $\overline{c}$ 5 $\overline{c}$ $\mathcal O$ $\Omega$ 102
TOTALE OPBRENGSTEN 2 1 1 4 766 692 270 154 129 137 $-51$ 3 5 2 2
Exploitatiekosten $-1349$ $-385$ $-463$ $-170$ $-110$ $-76$ $-107$ $-45$ $-2242$
Bijzondere waardeverminderingen $-586$ $-184$ $-236$ $-66$ $-48$ $-28$ $-95$ 9 $-997$
op financiële activa tegen AC en FVOCI $-574$ 178 $-222$ $-54$ $-48$ $-26$ $-95$ 9 $-966$
op goodwill $\overline{0}$ $\mathbf 0$ $\Omega$ $\mathcal O$ $\overline{0}$ $\mathcal{O}$ $\mathcal{O}$ $\mathbf{0}$ $\Omega$
op overige 6
÷.
$-14$ $-12$ 0 $\overline{c}$ 0 $\pmb{0}$ $-32$
$-11$
$-6$
$\sim$
$\overline{1}$
$\mathbf 0$ 0 0 0 0 $\mathbf 0$ $-7$
Aandeel in het resultaat van geass. ondernemingen en joint ventures 174 196 $-8$ 34 $-4$ 26 $-66$ $-86$ 276
RESULTAAT VÓÓR BELASTINGEN $-55$ $-3$ $\mathbf{1}$ $-3$ 18 $-71$
Belastingen $\mathbf 0$ $-30$ $\mathbf{0}$ $-9$
$\mathcal{O}$
$\Omega$ $\mathcal{O}$ 8 $\mathbf 0$
Nettoresultaat na belastingen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten $\mathbf 0$ $\mathcal{O}$ $\bf{0}$
RESULTAAT NA BELASTINGEN 119 165 $-11$ 25 $-3$ 24 $-58$ $-68$
$\mathbf 0$
205
Toerekenbaar aan minderheidsbelangen
Toerekenbaar aan de aandeelhouders van de moedermaatschappij
$\mathbf 0$
119
$\mathbf 0$
165
$\mathbf 0$
$-11$
$\boldsymbol{0}$
25
0
$\mathcal{S}$
0
24
0
- 58
$-68$ 0
205
1H 2019
Nettorente-inkomsten 1 2 4 5 610 427 126 102 70 130 $-21$ 2 2 6 1
Verzekeringen Niet-leven (vóór herverzekering) 205 56 69 23 14 32 0 5 335
Verdiende premies 545 136 155 73 23 60 0 5 840
Technische lasten 340 $-80$ $-86$ 49 - 9 28 0 0 505
$-49$ 29 18 $\overline{\bf 4}$ 6 8 0 $\mathbf 0$ - 2
Verzekeringen Leven (vóór herverzekering) 501 50 21 20 0 $\mathbf 0$
Verdiende premies 117 8 668
Technische lasten 550 - 88 32 $\overline{4}$ - 15 12 0 0 669
Nettoresultaat uit afgestane herverzekering 12 - 4 - 5 $\mathcal I$ $-1$ $-3$ 0 - 8 - 5
Dividendinkomsten 49 0 $\mathbf 0$ 0 0 0 0 $\overline{2}$ 51
Nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde via w&v 97 $-37$ 20 18 $-2$ 8 $-4$ 17 97
Netto gerealiseerd resultaat van schuldinstr. tegen reële waarde via OCI $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ $\overline{1}$ $\boldsymbol{0}$ $\boldsymbol{\eta}$ 0 0 $\mathbf 0$ $\overline{2}$
Nettoprovisie-inkomsten 578 125 146 104 32 12 $-2$ - 3 845
Overige netto-inkomsten 95 97 $\mathbf 0$ 1 3 0 $-4$ $-1$ 192
TOTALE OPBRENGSTEN 2 2 3 4 875 676 275 155 126 121 $-10$ 3775
Exploitatiekosten $-1383$ 383
÷.
$-472$ $-183$ $-107$ $-76$ $-107$ $-45$ $-2283$
Bijzondere waardeverminderingen $-114$ $-5$ $\mathbf{1}$ $\sqrt{3}$ $-11$ $-3$ 12 10 $-109$
op financiële activa tegen AC en FVOCI $-113$ $-2$ $\overline{2}$ 3 $-11$ $-3$ 12 10 $-103$
op goodwill 0 0 $\bf{0}$ 0 0 0 0 $\bf 0$ 0
op overige $-2$ 3
$\overline{\phantom{a}}$
$-1$ 0 0 0 0 0 - 6
Aandeel in het resultaat van geass. ondernemingen en joint ventures $-2$ 9 $\overline{2}$ 0 0 0 0 0 8
RESULTAAT VÓÓR BELASTINGEN 734 495 207 94 38 47 26 $-45$ 1 3 9 2
Belastingen $-170$ $-70$ $-32$ $-15$ $-9$ $-5$ $-3$ 56 $-217$
Nettoresultaat na belastingen uit beëindigde bedrijfsactiviteiten $\mathbf 0$ 0 $\mathbf 0$ $\mathcal O$ $\mathcal O$ 0 0 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$
RESULTAAT NA BELASTINGEN 564 425 175 79 29 42 22 11 1 1 7 5
Toerekenbaar aan minderheidsbelangen 0 0 $\mathbf 0$ 0 0 0 0 0 0
Toerekenhaar aan de aandeelhouders van de moedermaatschannij 564 175 70 20 $\Lambda$ っっ 11 1175

Overige toelichtingen

Nettorente-inkomsten (toelichting 3.1 in de jaarrekening 2019)

(in miljoenen euro) 1H 2020 1H 2019 2KW 2020 1KW 2020 2KW 2019
Totaal 2 2 7 8 2 2 6 1 1 0 8 3 1 1 9 5 1 1 3 2
Rente-inkomsten 3 3 3 2 3629 1497 1835 1807
Rente-inkomsten op financiële instrumenten berekend volgens de effectieve rentevoet
Financiële activa tegen AC 2 5 6 8 2743 1 1 8 1 1 3 8 6 1 3 8 3
Financiële activa gewaardeerd tegen reële waarde via OCI 163 166 80 83 78
Afdekkingsderivaten 235 247 101 134 128
Financiële verplichtlingen (negatieve rente) 55 24 34 20 11
Overige 11 3 3 4
Rente-inkomsten op andere financiële instrumenten
Financiële activa verplicht aan reële waarde (niet voor handelsdoeleinden) 5 3 3 3 1
Financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden (*) 300 434 95 206 201
Waarvan economische afdekkingen (*) 279 421 82 197 195
Overige financiële activa tegen reële waarde via de winst-en-verliesrekening $\Omega$ 0 $\Omega$ 0 0
Rentelasten $-1054$ $-1.367$ $-415$ $-640$ $-675$
Rentelasten op financiële instrumenten berekend volgens de effectieve rentevoet
Financiële verplichtingen tegen AC $-455$ $-671$ $-171$ $-284$ $-332$
Financiële activa (negatieve rente) $-18$ $-48$ $-8$ $-10$ $-24$
Afdekkingsderivaten $-335$ $-330$ $-158$ $-177$ $-167$
Overige $-3$ - 3 $-1$ $-2$ $-2$
Rentelasten op andere financiële instrumenten
Financiële verplichtingen aangehouden voor handelsdoeleinden (*) $-222$ $-291$ $-67$ $-155$ $-139$
Waarvan economische afdekkingen (*) $-205$ $-274$ $-60$ $-145$ $-130$
Financiële verplichtingen tegen reële waarde via de winst-en-verliesrekening $-19$ $-20$ $-9$ $-10$ $-11$
Nettorentelasten m.b.t. toegezegdpensioenregelingen $-2$ $-4$ $-1$ $-1$ $-2$

(*) 1KW 2020 : gecorrigeerd cijfer zonder impact op de nettorente-inkomsten

De overgrote meerderheid van de negatieve rente op financiële verplichtingen en financiële activa heeft betrekking op transacties met centrale banken, interbancaire en professionele tegenpartijen, en de TLTRO.

Nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-en-verliesrekening (toelichting 3.3 in de jaarrekening 2019)

Het resultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-enverliesrekening in 2KW 2020 ligt 638 miljoen euro hoger dan in 1KW 2020. De stijging ten opzichte van het vorige kwartaal is toe te schrijven aan:

  • Positieve marktwaardeaanpassingen in 2KW 2020 tegenover zeer negatieve marktwaardeaanpassingen in 1KW 2020, voornamelijk door wijzigingen in de onderliggende marktwaarde van de derivatenportefeuille ten gevolge van afgenomen counterparty credit spreads en KBC funding spread, terwijl de verdere daling van de langetermijnrentevoeten geëgaliseerd wordt door de stijgende aandelenmarkten
  • Excellente dealingroominkomsten in 2KW 2020 tegenover negatieve dealingroominkomsten in 1KW 2020
  • Positief nettoresultaat uit aandelen (verzekeringen) in 2KW 2020 tegenover negatief nettoresultaat in 1KW 2020, gedreven door lagere waardeverminderingen op aandelen
  • Licht negatieve MTM ALM derivaten in 2KW 2020 tegenover zeer negatieve MTM ALM derivaten in 1KW 2020

Het resultaat uit financiële instrumenten tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst-enverliesrekening in 2KW 2020 lag 256 miljoen euro hoger dan in 2KW 2019, toe te schrijven aan:

  • Hoge positieve dealingroominkomsten in 2KW 2020 tegenover slechts licht positieve dealingroominkomsten in 2KW 2019
  • Hoge positieve marktwaardeaanpassingen in 2KW 2020 tegenover licht negatieve marktwaardeaanpassingen in 2KW 2019
  • Hoger positief nettoresultaat uit aandelen (verzekeringen) in 2KW 2020 tegenover 2KW 2019, gedreven door hogere gerealiseerde winst op aandelen, dankzij stijgende aandelenmarkten in 2KW 2020
  • Licht negatieve MTM ALM derivaten in 2KW 2020 tegenover meer negatieve MTM ALM derivaten in 2KW 2019

Het resultaat uit financiële instrumenten met verwerking van waardeverminderingen in de winst- en verliesrekening in de eerste jaarhelft van 2020 ligt 229 miljoen euro lager in vergelijking met de eerste jaarhelft van 2019, wat grotendeels te verklaren is door:

  • Negatief nettoresultaat uit aandelen (verzekeringen) in 1H 2020 tegenover positief nettoresultaat uit aandelen (verzekeringen) in 1H 2019, gedreven door hogere waardeverminderingen op aandelen in 1H 2020 ten gevolge van gedaalde aandelenmarkten in 1KW 2020, slechts gedeeltelijk gecompenseerd door hogere gerealiseerde winst op aandelen dankzij gestegen doch niet volledig herstelde aandelenmarkten in 2KW 2020
  • Zeer negatieve marktwaardeaanpassingen in 1H 2020 tegenover slechts licht negatieve marktwaardeaanpassingen in 1H 2019, voornamelijk door wijzigingen in de onderliggende marktwaarde van de derivatenportefeuille ten gevolge van lagere langetermijnrentevoeten, gedaalde aandelenmarkten en toegenomen counterparty credit spreads en KBC funding spread in 1KW 2020. Dit is slechts gedeeltelijk hersteld in 2KW 2020, met afgenomen counterparty credit spreads en funding spreads, terwijl de verdere daling van de langetermijnrentevoeten geëgaliseerd wordt door de stijgende aandelenmarkten

• Zeer negatieve MTM ALM derivaten in 1H 2020 tegenover slechts licht negatieve MTM ALM derivaten in 1H 2019 slechts gedeeltelijk gecompenseerd door

• Hogere dealingroominkomsten in Tsjechië, deels gecompenseerd door lagere dealingroominkomsten in België

Nettoprovisie-inkomsten (toelichting 3.5 in de jaarrekening 2019)

(in miljoenen euro) 1H 2020 1H 2019 2KW 2020 1KW 2020 2KW 2019
Totaal 816 845 388 429 435
Ontvangen provisies 1 1 8 8 1 2 0 3 559 628 616
Betaalde provisies $-371$ $-358$ $-172$ $-199$ $-180$
Indeling naar type
Vermogensbeheerdiensten 507 534 237 270 270
Ontvangen provisies 535 562 250 285 285
Betaalde provisies $-28$ $-28$ $-13$ $-15$ $-14$
Bankdiensten 448 449 219 229 230
Ontvangen provisies 610 609 291 319 315
Betaalde provisies $-162$ $-160$ $-72$ $-90$ $-85$
Distributie $-138$ $-138$ $-68$ $-71$ $-65$
Ontvangen provisies 42 32 19 24 16
Betaalde provisies $-181$ $-170$ $-86$ $-95$ $-82$

Overige netto-inkomsten (toelichting 3.6 in de jaarrekening 2019)

(in miljoenen euro) 1H 2020 1H 2019 2KW 2020 1KW 2020 2KW 2019
Totaal 102 192 53 50 133
waarvan meer- of minderwaarden als gevolg van
verkoop van financiële activa tegen geamortiseerde kostprijs 10 1 4 8 $\mathbf{0}$
terugkoop van financiële verplichtingen tegen geamortiseerde kostprijs 0 $\Omega$
waarvan andere, waaronder: 93 188 51 42 133
inkomsten uit (voornamelijk operationele) leasingactiviteiten, KBC Lease-groep 39 39 20 19 20
inkomsten van Groep VAB 25 22 13 12 11
eenmalig effect 55% aandeel in CMSS 82 0 82
vereffening juridische dossiers 6 0 $\Omega$
voorziening voor tracker mortgage review - 4

Bemerking: in 1H 2019

  • De 82 miljoen eenmalige winst in Tsjechië als gevolg van de herwaardering van het KBC-belang van 55% in ČMSS is gerelateerd aan de verwerving in 2KW 2019 van het resterende belang van 45%.
  • Vereffening van oude juridische dossiers, is gerelateerd aanTsjechië (6 miljoen euro).

Verzekeringsresultaten (toelichting 3.7.1 in de jaarrekening 2019)

(in miljoenen euro) Leven Niet-leven Niet-
technische
rekening
Totaal
1H 2020
Verdiende verzekeringspremies vóór herverzekering 574 888 1461
waarvan wijziging in voorziening voor niet-verdiende verzekeringspremie $-1$ $-188$ - 189
Verzekeringstechnische lasten vóór herverzekering $-568$ - 440 $-1008$
Uitkeringen $-570$ $-416$ - 986
Wijzigingen in technische voorzieningen 16 $\overline{7}$ 24
Ander technisch resultaat $-14$ - 31 $-45$
Nettoprovisie-inkomsten $-1$ - 171 - 172
Nettoresultaat uit afgestane herverzekering $-1$ $-20$ $-21$
Algemene beheerskosten - 81 - 127 -1 - 209
Interne schaderegelingskosten - 4 $-31$ $-35$
Indirecte acquisitiekosten $-17$ - 37 $-54$
Administratiekosten $-61$ $-59$ - 119
Beheerskosten voor beleggingen 0 $\mathbf 0$ $-1$ - 1
Technisch resultaat $-77$ 130 - 1 52
Beleggingsopbrengsten (*) 142 25 22 190
Technisch-financieel resultaat 65 155 21 241
Aandeel in het resultaat van geassocieerde ondernemingen en joint ventures $\mathbf 0$ $\mathbf 0$
RESULTAAT VÓÓR BELASTINGEN 65 155 21 241
Belastingen $-65$
RESULTAAT NA BELASTINGEN ÷ 176
Toerekenbaar aan minderheidsbelangen г. $\sim$ $\mathbf 0$
Toerekenbaar aan de aandeelhouders 176
van de moedermaatschappij
1H 2019
Verdiende verzekeringspremies vóór herverzekering 668 851 $\blacksquare$ 1519
waarvan wijziging in voorziening voor niet-verdiende verzekeringspremie - 1 - 201 - 202
Verzekeringstechnische lasten vóór herverzekering $-669$ $-506$ $-1176$
Uitkeringen $-571$ - 434 $-1005$
Wijzigingen in technische voorzieningen $-136$ - 40 - 176
Ander technisch resultaat 38 $-32$ 6
Nettoprovisie-inkomsten - 13 $-163$ - 176
Nettoresultaat uit afgestane herverzekering - 1 - 4 ÷. - 5
Algemene beheerskosten $-82$ - 127 -1 - 211
Interne schaderegelingskosten - 4 - 30 - 35
Indirecte acquisitiekosten - 15 $-35$ $-51$
Administratiekosten - 63 - 61 $\blacksquare$ $-124$
Beheerskosten voor beleggingen $-1$ $-1$
Technisch resultaat - 98 50 $-1$ $-49$
Beleggingsopbrengsten (*) 249 43 23 315
Technisch-financieel resultaat 151 94 21 266
Aandeel in het resultaat van geassocieerde ondernemingen en joint ventures $\overline{\phantom{0}}$ $\overline{2}$ $\overline{2}$
RESULTAAT VÓÓR BELASTINGEN 151 94 23 268
Belastingen $\equiv$ $\equiv$ $\equiv$ $-47$
RESULTAAT NA BELASTINGEN - $\equiv$ $\qquad \qquad$ 221
Toerekenbaar aan minderheidsbelangen
Toerekenbaar aan de aandeelhouders
van de moedermaatschappij
221

(*) 1H 2020 bestaat uit (in miljoenen euro): Nettorente-inkomsten (218), Netto dividendinkomsten (17), Nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen FV met verwerking van waardeveranderingen in w&v (-47), Overige netto-inkomsten (7) en Bijzondere waardeverminderingen (-6).

1H 2019 bestaat uit (in miljoenen euro): Nettorente-inkomsten (232), Netto dividendinkomsten (31), Nettoresultaat uit financiële instrumenten tegen FV met verwerking van waardeveranderingen in w&v (53), Netto gerealiseerd resultaat van schuldinstrumenten tegen reële waarde met verwerking via OCI (1), Overige netto-inkomsten (0) en Bijzondere waardeverminderingen (-2). De niet-technische rekening omvat de resultaten van niet-verzekeraars zoals VAB Groep en ADD.

Opmerking: cijfers m.b.t. de verdiende premies bevatten niet de beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling, die ruwweg overeenkomen met de 'unit-linked' producten. De cijfers zijn vóór eliminatie van transacties tussen de bank- en verzekeringsentiteiten van de groep (meer informatie vindt u in het jaarverslag over 2019).

In 1H 2020 werd het technische resultaat schadeverzekeringen negatief beïnvloed door de stormen in België, Tsjechië en Hongarije in 1KW 2020 voor een bedrag van ongeveer -51 miljoen euro (vóór belasting en vóór invloed van herverzekering). Dit werd gecompenseerd door een laag schadeniveau grotendeels als gevolg van de lockdown in 2KW 2020.

In de eerste jaarhelft 2019 werd het technische resultaat schadeverzekeringen negatief beïnvloed door :

  • de stormen in België en Tsjechië (voor belastingen en voor invloed van herverzekering in 1KW 2019 voor een bedrag van ongeveer -60 miljoen euro; de netto impact in 1H 2019 na invloed van herverzekering bedraagt -50 miljoen euro.
  • grote brandschaden in België in het eerste kwartaal 2019 voor ongeveer -23 miljoen euro (voor belastingen en voor invloed van herverzekering)
  • herinschatting van schadevoorzieningen in het tweede kwartaal 2019 voor een bedrag van -16 miljoen euro (voor belastingen).

Exploitatiekosten – winst-en-verliesrekening (toelichting 3.8 in de jaarrekening 2019)

De exploitatiekosten voor 2KW 2020 bevatten 27 miljoen euro gerelateerd aan banken- en verzekeringsheffingen (407 miljoen euro in 1KW 2020, 30 miljoen euro in 2KW 2019), 434 miljoen euro in 1H 2020 en 413 miljoen euro in 1H2019). Het gevolg van de toepassing van IFRIC 21 (Heffingen) is dat bepaalde heffingen op voorhand geboekt worden in het eerste kwartaal van het jaar.

Bijzondere waardeverminderingen – winst-en-verliesrekening (toelichting 3.10 in de jaarrekening 2019)

(in miljoenen euro) 1H 2020 1H 2019 2KW 2020 1KW 2020 2KW 2019
Totaal $-997$ $-109$ $-857$ $-141$ $-40$
Bijzondere waardeverminderingen op fin. activa tegen AC en reële waarde via OCI $-966$ $-103$ $-845$ $-121$ $-36$
Waarvan bijzondere waardeverminderingen op fin. activa tegen AC $-962$ $-103$ $-842$ $-120$ $-35$
Per product
Leningen en voorschotten $-948$ - 95 $-837$ $-111$ $-33$
Schuldpapier 0 $\sim$ 0 $\Omega$
Verbintenissen en financiële garanties buiten balans $-14$ - 7 - 5 - 9 - 3
Per type
Categorie 1 (ECL over 12 maanden) $-60$ $-17$ $-52$ - 8 $-15$
Categorie 2 (ECL over resterende looptijd) $-663$ $-4$ $-618$ - 46 $-11$
Categorie 3 (non-performing; ECL over resterende looptijd) $-236$ $-88$ $-171$ $-65$ $-18$
Verworven of gecreëerde financiële activa met verminderde kredietwaardigheid $-3$ 6 $-2$ $-1$ 9
Waarvan bijz. waardeverminderingen op fin. activa tegen reële waarde via OCI $-4$ 0 $-3$ $-1$ 0
Schuldpapier - 4 $\Omega$ - 3 - 1 $\Omega$
Categorie 1 (ECL over 12 maanden) - 1 - 1 0 0
Categorie 2 (ECL over resterende looptijd) 3
$\sim$
$-2$ 0
Categorie 3 (non-performing; ECL over resterende looptijd) 0 0 0 0 0
Bijzondere waardeverminderingen op goodwill $\mathbf 0$ 0 $\mathbf{0}$ $\mathbf{0}$ $\mathbf 0$
Bijzondere waardeverminderingen op overige $-32$ $-6$ $-12$ $-20$ $-4$
Immateriële vaste activa (zonder goodwill) 2
ä,
- 3 $-2$ 0 - 3
Materiële vaste activa, inclusief vastgoedbeleggingen 0
Geassocieerde ondernemingen en joint ventures 0 0 0
Overige $-29$ Ξ. - 9 $-19$ 0

De bijzondere waardeverminderingen op financiële activa tegen AC omvatten -789 miljoen euro collectieve Covid-19 ECL (waarvan -43 miljoen euro in 1KW 2020 en -746 miljoen euro in 2KW 2020). Zie toelichting 1.4 van dit rapport voor meer informatie.

De categorie 3 in 1H 2020 en 1H 2019 betreft voornamelijk bijzondere waardeverminderingen in België gerelateerd aan een aantal bedrijfsdossiers.

Bijzondere waardeverminderingen op overige (Overige) omvat -27 miljoen euro in 1H 2020 (respectievelijk -18 en -9 miljoen euro in 1KW en 2KW 2020) gerelateerd aan modification verliezen in België, Tsjechië en Hongarije. Zie toelichting 1.4 van dit rapport voor meer informatie.

Financiële instrumenten, opdeling volgens portefeuille en product (toelichting 4.1 in de jaarrekening 2019)

MFVPL
excl.
HFT en
Afdek-
kings-
deriva-
(in miljoenen euro) AC. FVOCI overlay Overlay HFT FVO ten Totaal
FINANCIËLE ACTIVA, 30-06-2020
Leningen en voorschotten aan kredietinstellingen en 6753 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ $\mathbf{1}$ $\mathbf 0$ 0 6754
beleggingsondernemingen, excl. reverse repo's
waarvan terugbetaalbaar op verzoek en termijnleningen op minder dan drie maanden
1667
157 277 $\mathbf 0$ 286 0 0 $\mathbf 0$ 0 157 563
Leningen en voorschotten aan klanten (excl. reverse repo's) 1689 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 0 0 0 0 1689
Handelsvorderingen 5 300 $\mathbf 0$ 181 0 0 $\mathbf 0$ 0 5481
Afbetalingskredieten
Hypotheekleningen
67835 $\mathbf 0$ 96 0 $\mathbf 0$ $\mathbf{0}$ 0 67931
Termijnkredieten 70 482 $\mathbf 0$ 9 0 $\mathbf 0$ 0 0 70 491
Financiële leasing 5753 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 5753
Voorschotten in rekening-courant 5 1 5 8 $\mathbf 0$ 0 0 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 0 5 1 5 8
Overige 1 0 5 9 $\mathbf 0$ 0 0 0 0 0 1 0 5 9
Reverse repo's 25 3 65 $\mathbf 0$ 0 $\mathbf 0$ 379 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 25744
Met kredietinstell. & beleggingsondernemingen 24 125 $\mathbf 0$ 0 0 379 $\mathbf 0$ 0 24 504
Met klanten 1 2 4 0 $\mathbf 0$ 0 0 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 0 1 2 4 0
Aandelen $\mathbf 0$ 257 $\overline{7}$ 1 1 7 1 430 $\pmb{0}$ $\mathbf 0$ 1864
Beleggingscontracten, verzekeringen 0 $\mathbf 0$ 13 655 0 $\mathbf 0$ $\mathbf{0}$ $\mathbf 0$ 13 655
Schuldpapier 47 510 19 031 53 0 3673 $\mathbf 0$ 0 70 267
Van publiekrechtelijke emittenten 41 136 12 9 29 0 0 3616 0 0 57 680
Van kredietinstell. & beleggingsondernemingen 3 7 5 4 2665 $\mathbf 0$ 0 18 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 6437
Van ondernemingen 2621 3 4 3 7 53 0 39 0 0 6 150
Derivaten $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 0 0 5836 $\mathbf 0$ 210 6046
Overige 1 2 9 3 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 0 3 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 1 2 9 6
Totaal 238 198 19 288 14 001 1 1 7 1 10 321 $\mathbf 0$ 210 283 188
FINANCIËLE ACTIVA, 31-12-2019
Leningen en voorschotten aan kredietinstellingen en
beleggingsondernemingen (excl. reverse repo's)
5 3 9 8 $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 0 $\mathbf 1$ 0 0 5 3 9 9
waarvan terugbetaalbaar op verzoek en termijnleningen op minder dan drie maanden 468
Leningen en voorschotten aan klanten (excl. reverse repo's) 155 598 0 218 0 0 0 0 155 816
Handelsvorderingen 1885 0 0 0 0 0 0 1885
Afbetalingskredieten 5 3 8 3 0 122 0 0 0 0 5505
Hypotheekleningen 67 711 $\Omega$ 85 $\Omega$ 0 $\Omega$ $\Omega$ 67 796
Termijnkredieten 68 867 0 10 0 0 0 0 68 877
Financiële leasing 5926 0 0 0 0 0 0 5926
Voorschotten in rekening-courant 4979 0 0 0 0 0 0 4979
Overige 847 0 0 0 0 0 0 847
Reverse repo's 25 5 96 $\mathbf 0$ 0 0 0 0 0 25 596
Met kredietinstel.& beleggingsondernemingen 25 4 4 5 0 0 0 0 0 0 25 4 45
Met klanten 151 0 0 0 0 0 0 151
Aandelen 0 249 7 1431 833 0 0 2519
Beleggingscontracten, verzekeringen 0 0 14 5 84 0 0 0 0 14 584
Schuldpapier 42 998 18788 58 0 1 2 6 9 0 0 63 114
Van publiekrechtelijke emittenten 37 024 12 370 0 0 1 1 4 9 0 0 50 542
Van kredietinstel. & beleggingsondernemingen 3632 2753 0 0 20 0 0 6405
Van ondernemingen 2 3 4 3 3666 58 0 99 0 0 6 1 6 7
Derivaten 0 0 0 0 5 1 6 3 0 158 5 3 2 2
Overige 1 0 4 9 $\pmb{0}$ 0 0 0 0 0 1 0 4 9
Totaal 230 639 19 037 14 867 1431 7 2 6 6 0 158 273 399
Afdekkings-
(in miljoenen euro) AC HFT FVO derivaten Totaal
FINANCIELE VERPLICHTINGEN, 30-06-2020
Deposito's van kredietinstellingen en 37 401 $\mathbf 0$ $\overline{0}$ 0 37 401
beleggingsondernemingen (excl. repo's)
waarvan terugbetaalbaar op verzoek en onmiddellijk terugbetaalbaar 6 180
Deposito's van klanten en schuldpapier (excl. repo's) 208 594 183 2 0 3 5 0 210 811
Zichtdeposito's 95 792 $\mathbf 0$ 0 0 95 792
Termijndeposito's 14 341 29 173 0 14 543
Spaarrekeningen 71964 0 0 0 71964
Deposito's van bijzondere aard 2478 $\mathbf 0$ 0 0 2478
Overige deposito's 250 $\mathbf 0$ 0 0 250
Depositocertificaten 6 0 8 5 $\mathbf 0$ 6 0 6092
Kasbons 690 $\mathbf 0$ 0 0 690
Niet-converteerbare obligaties 14 737 154 1 7 0 1 0 16 593
Niet-converteerbare achtergestelde schulden 2 2 5 5 $\mathbf 0$ 153 0 2 4 0 8
Repo's 3 2 2 8 $\overline{2}$ $\mathbf 0$ $\mathbf 0$ 3 2 2 9
Met kredietinstel.& beleggingsondernemingen 2 3 4 8 $\mathbf 0$ 0 0 2 3 4 8
Met klanten 880 $\mathbf{1}$ $\overline{0}$ 0 881
Schulden m.b.t. beleggingscontracten $\mathbf{0}$ $\mathbf 0$ 12 505 $\Omega$ 12 505
Derivaten $\mathbf 0$ 5 2 3 8 0 1424 6662
Baisseposities 0 1 0 0 7 0 0 1 0 0 7
In aandelen 0 12 0 0 12
In schuldpapier 0 995 0 0 995
Overige 2897 $\mathbf 0$ $\overline{0}$ 0 2897
Totaal 252 119 6429 14 539 1424 274 512
FINANCIELE VERPLICHTINGEN, 31-12-2019
Deposito's van kredietinstellingen en 18731 0 $\mathbf 0$ 0 18731
beleggingsondernemingen (excl. repo's)
waarvan terugbetaalbaar op verzoek en onmiddellijk terugbetaalbaar 4669
Deposito's van klanten en schuldpapier (excl. repo's) 200 607 223 2 5 3 9 0 203 369
Zichtdeposito's 85 626 0 0 0 85 626
Termijndeposito's 15 271 39 184 0 15 494
Spaarrekeningen 69 057 0 0 0 69 057
Deposito's van bijzondere aard 2465 0 0 0 2465
Overige deposito's 542 0 0 0 542
Depositocertificaten 10 538 0 8 0 10 546
Kasbons 1 0 2 5 0 0 0 1025
Niet-converteerbare obligaties 13756 183 2 2 0 0 0 16 139
Niet-converteerbare achtergestelde schulden 2 3 2 7 0 147 0 2474
Repo's 2 5 6 5 0 $\mathbf 0$ 0 2565
Met kredietinstel.& beleggingsondernemingen 2 262 0 0 0 2 262
Met klanten 302 0 $\mathbf 0$ 0 303
Schulden m.b.t. beleggingscontracten 0 0 13 6 10 0 13 610
Derivaten 0 5 0 5 7 0 1 1 7 1 6 2 2 7
Baisseposities 0 1708 0 0 1708
In aandelen 0 14 0 0 14
In schuldpapier 0 1693 0 0 1693
Overige 2 190 0 $\mathbf 0$ 0 2 190
Totaal 224 093 6988 16 149 1 1 7 1 248 400

Onder "deposito's van kredietinstellingen en beleggingsondernemingen" valt ook financiering die wordt verkregen uit het TLTROprogramma van de ECB. In het tweede kwartaal van 2020 nam KBC deel aan TLTRO III voor een bedrag van 19,5 miljard euro.

Financiële activa waarvoor bijzondere waardeverminderingen zijn geboekt (toelichting 4.2.1 in de jaarrekening 2019)

30-06-2020 31-12-2019
(in miljoenen euro) Boekwaarde
voor
bijzondere
waarde-
verminde-
ringen
waarde-
verminde-
ringen
Boekwaarde
Bijzondere na bijzondere
waarde-
verminde-
ringen
Boekwaarde
voor
bijzondere
waarde-
verminde-
ringen
waarde-
verminde-
ringen
Boekwaarde
Bijzondere na bijzondere
waarde-
verminde-
ringen
FINANCIËLE ACTIVA GEWAARDEERD TEGEN GEAMORTISEERDE KOSTPRIJS
Leningen en voorschotten (*) 193 064 $-3669$ 189 395 189 446 $-2855$ 186 592
Categorie 1 (ECL over 12 maanden) 168 977 $-177$ 168 800 165 326 $-131$ 165 195
Categorie 2 (ECL over resterende looptijd) 18 7 34 $-910$ 17824 18 558 $-254$ 18 304
Categorie 3 (ECL over resterende looptijd) 5 1 9 0 $-2556$ 2 6 3 4 5 3 8 1 $-2444$ 2937
Verworven of gecreëerde financiële activa met verminderde
kredietwaardigheid (POCI)
163 $-26$ 137 182 $-26$ 155
Schuldpapier 47 522 $-12$ 47 510 43 010 $-12$ 42 998
Categorie 1 (ECL over 12 maanden) 47 484 $-5$ 47479 42 934 - 5 42 930
Categorie 2 (ECL over resterende looptijd) 31 $-1$ 30 69 $-2$ 67
Categorie 3 (ECL over resterende looptijd) $\overline{7}$ $-6$ 7 - 6
Verworven of gecreëerde financiële activa met verminderde
kredietwaardigheid (POCI)
$\mathbf{0}$ $\mathbf 0$ 0 0 0
FINANCIËLE ACTIVA GEWAARDEERD TEGEN REËLE WAARDE VIA OCI
Schuldpapier 19 040 $-9$ 19 0 31 18793 $-5$ 18788
Categorie 1 (ECL over 12 maanden) 18 903 $-5$ 18 897 18771 $-4$ 18767
Categorie 2 (ECL over resterende looptijd) 137 $-3$ 134 22 - 1 22
Categorie 3 (ECL over resterende looptijd) 0 0 0 0 0
Verworven of gecreëerde financiële activa met verminderde
kredietwaardigheid (POCI)
0 0 0 0 0 0

De sterke toename van de bijzondere waardeverminderingen wordt voornamelijk verklaard door collectieve Covid-19 ECL. De tabel bevat geen stage transfers die onderliggend vervat zijn in de ingeschatte collectieve Covid-19 ECL. Voor meer informatie, zie toelichting 1.4 in dit rapport.

Financiële instrumenten die tegen reële waarde worden gewaardeerd – waarderingshiërarchie (toelichting 4.5 in de jaarrekening 2019)

Voor meer uitleg over hoe KBC (i) de reële waarde en de waarderingshiërarchie en (ii) niveau 3 waardering definieert en bepaalt, wordt verwezen naar toelichtingen 4.4 tot en met 4.7 in de jaarrekening 2019.

(in miljoenen euro) 30-06-2020 31-12-2019
Waarderingshiërarchie Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal
FINANCIËLE ACTIVA GEWAARDEERD TEGEN REËLE WAARDE
Verplicht tegen reële waarde, niet aangehouden voor
handelsdoeleinden
14 375 409 387 15 172 15 536 441 320 16 298
Aangehouden voor handelsdoeleinden 2 7 1 5 6 5 0 5 1 1 0 1 10 321 685 4 3 8 1 200 7 266
Reële waarde optie 0 $\Omega$ $\Omega$ 0 0 0 0
Tegen reële waarde via OCI 14 853 3859 576 19 288 14 945 3630 463 19 037
Afdekkingsderivaten $\mathbf 0$ 210 $\Omega$ 210 0 158 $\Omega$ 158
Totaal 31 943 10 983 2 0 6 4 44 990 32 166 8611 1982 42759
FINANCIËLE VERPLICHTINGEN GEWAARDEERD TEGEN REËLE WAARDE
Aangehouden voor handelsdoeleinden 1 0 0 9 4 1 4 6 1 2 7 5 6429 1 708 3 2 5 9 2021 6988
Gewaardeerd tegen reële waarde 12 504 598 1437 14 539 13 6 10 657 1883 16 149
Afdekkingsderivaten 0 1424 $\mathbf{0}$ 1424 0 1 1 7 1 0 1 1 7 1
Totaal 13 5 13 6 1 6 7 2 7 1 2 22 3 93 15 3 17 5087 3 9 0 3 24 308

Financiële instrumenten die tegen reële waarde worden gewaardeerd – overdrachten tussen niveau 1 en 2 (toelichting 4.6 in de jaarrekening 2019)

In 1H 2020 herklasseerde KBC voor ongeveer 122 miljoen euro aan financiële instrumenten gewaardeerd tegen FV van niveau 1 naar 2. KBC herklasseerde ook voor ongeveer 323 miljoen euro aan financiële instrumenten van niveau 2 naar 1. Het grootste deel van die herklasseringen gebeurde ten gevolge van een wjiziging in de liquiditeit van overheids- en bedrijfsobligaties.

Financiële instrumenten die tegen reële waarde worden gewaardeerd – focus op niveau 3 (toelichting 4.7 in de jaarrekening 2019)

In 1H 2020 waren er de volgende belangrijke bewegingen met betrekking tot financiële instrumenten geklasseerd in niveau 3 van de waarderingshiërarchie:

  • In de categorie Financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden daalt de reële waarde van derivaten met 100 miljoen euro, voornamelijk door instrumenten die op vervaldag kwamen en reëlewaardeveranderingen, deels gecompenseerd door nieuwe transacties.
  • In de categorie Financiële activa tegen reële waarde via OCI steeg de reële waarde van de schuldinstrumenten met 115 miljoen euro voornamelijk gerelateerd aan schuldinstrumenten, hoofdzakelijk door nieuwe posities en verschuivingen naar niveau 3.
  • In de categorie Financiële activa verplicht gewaardeerd tegen reële waarde steeg de reële waarde van de leningen en voorschotten met 68 miljoen euro, vnl. door nieuwe transacties, deels gecompenseerd door muntschommelingen.
  • In de categorie Financiële verplichtingen aangehouden voor handelsdoeleinden daalde de reële waarde van derivaten met 717 miljoen euro, voornamelijk door een combinatie van verkopen van bestaande posities, instrumenten die op vervaldag kwamen en reëlewaardeveranderingen, deels gecompenseerd door nieuwe transacties.
  • In de categorie Financiële verplichtingen aangewezen als gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst- en verliesrekening daalde de reële waarde van schuldinstrumenten met 445 miljoen euro, voornamelijk door een combinatie van terugkoop van bestaande posities, instrumenten die op vervaldag kwamen en muntschommelingen, deels gecompenseerd door nieuwe transacties.

Voorzieningen voor risico's en kosten (toelichting 5.7 in de jaarrekening 2019)

Op 6 oktober 2011 heeft Irving H. Picard, curator (hierna "Trustee" genaamd) voor de vereffening van Bernard L. Madoff Investments Securities LLC (& Bernard L. Madoff), KBC Investments Ltd (een volledige dochteronderneming van KBC Bank) voor de faillissementsrechtbank in New York gedagvaard voor terugvordering van ongeveer 110 miljoen USD (claw-back) tengevolge van overdrachten van Madoff (via een feederfonds dat KBC had uitgeleend aan Harley) aan KBC-entiteiten. Deze vordering is één van een hele reeks vorderingen van de curator tegen verschillende banken, hedgefondsen, feederfondsen en investeerders (hierna de "gezamenlijke verdedigingsgroep" genaamd).

Er werd een langdurig proces gevoerd op basis van procedurele verweermiddelen met betrekking tot de toepasselijkheid van de 'veilige haven'- ("Safe Habor") en 'goede verdedigings'-regels ("Good defenses") van de faillissementswet op latere cessionarissen (zoals het geval is voor KBC Investments Ltd), zoals uiteengezet in de vorige bekendmakingen. In juni 2015 wijzigde de curator de oorspronkelijke vordering, wat leidde tot een verhoging van het gevorderde bedrag tot 196 miljoen USD.

Op 3 maart 2017 werd een gerechtelijke uitspraak gedaan waarbij de vordering van de Trustee werd afgewezen. De Trustee is in hoger beroep gegaan en de beroepsinstantie ("Court of Appeal") heeft de afwijzing op 28 februari 2019 teruggedraaid. Een op 30 augustus 2019 ingediend verzoekschrift ("Certioriari petition") is op 2 juni 2020 door het Amerikaanse Hooggerechtshof afgewezen. Als gevolg daarvan zal de zaak ten gronde worden behandeld door de faillissementsrechtbank.

KBC gelooft nog steeds dat er een sterke basis is om de vordering tegen KBC te laten afwijzen, aangezien er een aantal andere verdedigingsstellingen zijn die samen met de gezamenlijke verdedigingsgroep kunnen worden opgeworpen. De procedure kan nog enkele jaren duren.

Eigen vermogen van de aandeelhouders en AT1 instrumenten (toelichting 5.10 in de jaarrekening 2019)

In aantal 30-06-2020 31-12-2019
Gewone aandelen 416 394 642 416 394 642
Waarvan gewone aandelen die de houder recht geven op een dividenduitkering 416 394 642 416 394 642
Waarvan eigen aandelen 24 817 38 607
Overige informatie
Fractiewaarde per aandeel (in euro) 3,51 3.51
Aantal uitgegeven maar niet-volgestorte aandelen 0

De gewone aandelen van KBC Groep NV hebben geen nominale waarde en worden genoteerd op NYSE Euronext (Brussels). De eigen aandelen hebben bijna volledig betrekking op aandelen KBC Groep die dienen als indekking voor uitstaande derivaten op indexen/ aandelenkorven waarin aandelen van KBC Groep zijn opgenomen

Belangrijkste wijzigingen in de consolidatiekring (toelichting 6.6 in de jaarrekening 2019)

In 1H 2020:

Op 29 mei 2020 hebben KBC Verzekeringen en Nova Ljubljanska banka ('NLB') de transactie afgerond die op 27 december 2019 werd aangekondigd. In een gezamenlijk proces hebben zij hun respectieve belangen in de Sloveense 50/50 levensverzekeringsonderneming NLB Vita verkocht.

De transactie had een verwaarloosbare impact op de winst- en verliesrekening en de kapitaalratio van KBC Groep

In 2019:

Op 31 mei 2019 heeft ČSOB (het 45%-belang in ČMSS van Bausparkasse Schwäbisch Hall (BSH) verworven voor een totale vergoeding van 240 miljoen euro. Ten gevolge daarvan wordt ČMSS sinds 1 juni 2019 integraal geconsolideerd (voorheen vermogensmutatie).

Gebeurtenissen na balansdatum (toelichting 6.8 in de jaarrekening 2019)

Belangrijke non-adjusting gebeurtenissen tussen de balansdatum (30 juni 2020) en de publicatie van dit rapport (6 augustus 2020):

• Eind juli heeft de ECB haar aanbeveling verlengd om geen dividenden uit te betalen voor januari 2021.

KBC Group

Additionele Informatie 2KW 2020 en 1H 2020

Details van ratio's en termen

Common equity ratio

Een risicogewogen maatstaf van de solvabiliteit van de groep, gebaseerd op het common equity tier 1-kapitaal. De hier vermelde ratio's zijn gebaseerd op de Deense compromismethode. De CRD IV-kapitaalregels worden geleidelijk geïmplementeerd om banken toe te laten de nodige kapitaalbuffers op te bouwen. De kapitaalpositie van een bank, rekening houdend met de overgangsperiode, wordt de phased-in view genoemd. De kapitaalpositie op basis van een volledige toepassing van alle regels zoals geldig na die overgangsperiode, wordt fully loaded genoemd.

Een gedetailleerde berekening is terug te vinden in het hoofdstuk 'Solvency' in het Engelstalig 'quarterly report'.

Dekkingsratio

Geeft weer welk deel van de impaired kredieten (definitie: zie Impaired kredieten) is gedekt door specifieke waardeverminderingen. Waar van toepassing, kunnen teller en noemer in de formule worden beperkt tot de impaired kredieten met meer dan 90 dagen achterstalligheid.

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Specifieke waardeverminderingen op kredieten (A) 'Credit risk loan portfolio overview', tabel in de
Credit risk sectie in het Engelstalig 'quarterly
report'
2 696 2 584 2 714
/
Impaired kredieten (B)
'Credit risk loan portfolio overview', tabel in de
Credit risk sectie in het Engelstalig 'quarterly
report'
6 024 6 160 6 437
= (A) / (B) 44,8% 42,0% 42,2%

Eigen vermogen van de aandeelhouders per aandeel

Weerspiegelt de boekwaarde van een KBC-aandeel, m.a.w. de waarde in euro die elk aandeel vertegenwoordigt in het eigen vermogen van de aandeelhouders van KBC.

Berekening (in miljoenen euro of aantallen) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Eigen vermogen van de aandeelhouders (A) Geconsolideerde balans 18 710 18 865 17 799
Aantal gewone aandelen min eigen aandelen Toelichting 5.10 416 416 416
(per einde periode) (B)
$= (A) / (B)$ (in EUR) 44.94 45.31 42.77

Gecombineerde ratio schadeverzekeringen

Geeft een inzicht in de technische winstgevendheid (d.w.z. onder meer abstractie makend van beleggingsresultaten) van de schadeverzekeringsactiviteiten, meer bepaald in welke mate de verzekeringspremies voldoen om de schade-uitkeringen en kosten te dekken. De gecombineerde ratio houdt rekening met afgestane herverzekering.

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Verzekeringstechnische lasten,
inclusief interne schaderegelingskosten (A)
Toelichting 3.7.1 467 1 0 0 6 519
Verdiende verzekeringspremies (B) Toelichting 3.7.1 862 1693 828
$+$
Bedrijfskosten (C) Toelichting 3.7.1 274 526 269
Geboekte verzekeringspremies (D) Toelichting 3.7.1 962 1728 931
$= (A/B)+(C/D)$ 82,6% 89,9% 91,6%

Impaired kredieten ratio

Deze ratio geeft het aandeel van impaired kredieten in de kredietportefeuille (definitie: zie Kredietportefeuille), en dus een idee van de kredietwaardigheid van die portefeuille. Impaired kredieten zijn leningen waarvoor het onwaarschijnlijk is dat de volledige contractuele hoofdsom en interesten worden (terug)betaald. Het gaat om de leningen met KBC-defaultstatus PD 10, PD 11 en PD 12, wat overeenkomt met de definitie van non-performing zoals gebruikt door de Europese Bankautoriteit (EBA).

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Bedrag van impaired kredieten (A)
/
'Credit risk loan portfolio overview', tabel in de
Credit risk sectie in het Engelstalig 'quarterly
report'
6 024 6 160 6 437
Totale kredietportefeuille (B) 'Credit risk loan portfolio overview', tabel in de
Credit risk sectie in het Engelstalig 'quarterly
report'
179 366 175 431 172 776
= (A) / (B) 3,4% 3,5% 3,7%

Kosten-inkomstenratio

Geeft een beeld van de relatieve kostenefficiëntie (kosten ten opzichte van opbrengsten) van de bankactiviteiten.

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Kosten-inkomstenratio
Exploitatiekosten van de bankactiviteiten (A) Gecons. w-&-v-rekening:
onderdeel van exploitatiekosten
2 0 0 2 3800 2036
Totale opbrengsten van de bankactiviteiten (B) Gecons. w-&-v-rekening: onderdeel van totale
opbrengsten
3 0 3 5 6 5 6 3 3 2 5 5
$= (A) / (B)$ 66,0% 57.9% 62,6%

Waar relevant berekeken we ook de kosten-inkomstenratio zonder uitzonderlijke en/of niet-operationele elementen. De bedoeling van die berekening is een beter idee te geven van de relatieve kostenefficiëntie van de pure business-activiteiten. We sluiten daarbij de volgende zaken uit: invloed van de marked-to-marketwaardering van ALM-derivaten (volledig uitgesloten), bankentax (inclusief de bijdrage tot de 'European Resolution Fund') opgenomen pro-rata en gespreid over de kwartalen van het betrokken jaar in plaats van voorafname (als vereist door IFRIC 21) en uitzonderlijke items. De kosten-inkomstenratio gecorrigeerd voor deze specifieke elementen bedraagt 59% in 1H 2020 (versus 58% in 2019 en 59% in 1H 2019).

Kredietkostenratio

Geeft een idee van de in de winst-en-verliesrekening opgenomen waardeverminderingen op kredieten voor een bepaalde periode, in verhouding tot de totale kredietportefeuille (definitie: zie Kredietportefeuille). Op langere termijn kan deze ratio een indicatie geven van de kredietkwaliteit van de portefeuille.

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Nettowijziging in de waardeverminderingen
voor kredietrisico's (A) (Geannualiseerd)
/
Gecons. w-&-v-rekening: onderdeel van
bijzondere waardeverminderingen
961 204 102
Gemiddelde kredietportefeuille (B) Credit risk loan portfolio overview', tabel in de
Credit risk sectie in het Engelstalig 'quarterly
report'
177 398 170 128 168 800
= (A) (Geannualiseerd) / (B) 0,64% 0,12% 0,12%

De kredietkostenratio vanaf 1H 2020 omvat een collectief Covid-19 verwacht kredietverlies (ECL) van 789 miljoen euro: (i) een management overlay van 43 miljoen euro geboekt in 1KW 2020; (ii) een management overlay van 596 miljoen euro geboekt in 2KW 2020 en (iii) een impact van 150 miljoen euro vastgelegd door onze ECL modellen in 2KW 2020.

Bij de berekening van de kredietkostenratio wordt het effect van het Covid-19 ECL buiten beschouwing gelaten.

Zonder de impact van Covid-19 ECL bedraagt de kredietkostenratio 0,20%.

Kredietportefeuille

Geeft een idee van de omvang van de (voornamelijk pure, traditionele) kredietactiviteiten.

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Leningen en voorschotten aan klanten (A)
$\ddot{}$
Toelichting 4.1, Leningen en voorschotten aan
klanten
157 563 155 816 154 169
Reverse repo's (niet op centrale banken) (B)
$\ddot{}$
Toelichting 4.1, onderdeel van Reverse repo's
met kredietinstellingen en
beleggingsondernemingen
3 4 3 9 1559 1675
Schuldinstrumenten van ondernemingen en van
kredietinstellingen en beleggingsondernemingen (bank) (C)
Toelichting 4.1, onderdeel van
Schuldinstrumenten van ondernemingen en van
Schuldinstrumenten van kredietinstellingen en
beleggingsondernemingen
6 2 3 5 5894 5 5 6 3
$\ddot{}$
Andere blootstelling op kredietinstellingen (D) 4 8 0 8 4629 4670
+
Verstrekte financiële garanties aan klanten en andere
verbintenissen (E)
Toelichting 6.1, onderdeel van
Verstrekte financiële garanties
8 1 7 0 8 1 6 0 8066
$\ddot{}$
Bijzondere waardeverminderingen op kredieten (F) Toelichting 4.2, onderdeel van Bijzondere
waardeverminderingen
3680 2866 3 0 4 7
$\ddot{}$
Verzekeringsentiteiten (G) Toelichting 4.1, onderdeel van Leningen en
voorschotten aan klanten
$-2290$ $-2288$ $-2314$
Niet-kredietgerelateerde vorderingen (H) $-939$ $-738$ $-743$
$\ddot{}$
Overige (I) Onderdeel van Toelichting 4.1 $-1299$ $-468$ $-1356$
Brutoboekwaarde = $(A)+(B)+(C)+(D)+(E)+(F)+(G)+(H)+(I)$ 179 366 175 431 172 776

Leverageratio

Geeft een idee van de solvabiliteit van de groep, gebaseerd op een eenvoudige, niet-risicogewogen ratio. Een gedetailleerde berekening is terug te vinden in het hoofdstuk 'Solvency' in het Engelstalig 'quarterly report'.

Liquiditeitsdekkingsratio (liquidity coverage ratio (LCR))

Geeft een idee over de liquiditeitspositie van de bank op korte termijn, meer bepaald in welke mate de groep in staat is liquiditeitsmoeilijkheden te doorstaan gedurende een maand. Het betreft het gemiddelde van de LCR-cijfers van de 12 maandafsluitingen.

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Liquide activa van hoge kwaliteit (A) Gebaseerd op de EC Delegated Act on LCR en
de EBA-richtlijnen voor LCR disclosure
74 512 74 884 78 050
Totale nettokasuitstroom voor de 54 705 54 4 1 5 55 800
volgende dertig kalenderdagen (B)
$= (A) / (B)$ 136% 138% 140%

Netto stabiele financieringsratio (NSFR)

Geeft een idee van de structurele liquiditeitspositie van de bank op lange termijn, meer bepaald in welke mate de groep in staat is liquiditeitsmoeilijkheden te doorstaan over een periode van één jaar.

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Beschikbaar bedrag stabiele financiering (A) Basel III, net stable funding ratio (Basel Comité,
October 2014)
203 437 174 977 174 250
Vereist bedrag stabiele financiering (B) 143 056 128 845 130 850
$= (A) / (B)$ 142.2% 135.8% 133,2%

Nettorentemarge

Geeft een idee van de relatieve nettorente-opbrengsten van de bankactiviteiten (een van de belangrijkste inkomstenbronnen van de groep) ten opzichte van de gemiddelde totale rentedragende activa van de bankactiviteiten.

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Nettorente-inkomsten van de bankactiviteiten (A) Gecons. w-&-v-rekening: onderdeel van
nettorente-inkomsten
1917 3853 889
Gemiddelde rentedragende activa van de bankactiviteiten (B) Geconsolideerde balans: onderdeel van 'Totaal
activa'
201 557 194 731 191 578
$=$ (A) (Geannualiseerd x360/aantal kalenderdagen) / (B) 1.89% 1.95% l.96%

Vanaf 1KW 2018 is de nettorentemarge definitie gewijzigd, het betreft nettorente-inkomsten van de bankactiviteiten exclusief dealing room en de netto positieve impact van ALM FX swaps en repo's.

Rendement op eigen vermogen

Geeft een idee van de relatieve rendabiliteit van de groep, meer bepaald de verhouding van het nettoresultaat op de ingezette eigen middelen.

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Resultaat na belastingen, toerekenbaar aan de
aandeelhouders
Gecons. w-&-v-rekening 205 2489 1 1 7 5
Coupon op de additional tier 1-instrumenten in het eigen
vermogen (B)
Gecons. vermogensmutaties $-25$ - 56 $-32$
Gemiddeld eigen vermogen van de aandeelhouders, exclusief Gecons. vermogensmutaties
de herwaarderingsreserve voor FVOCI en voor FVPL-overlay
(C)
17454 16 978 16 459
$= (A-B)$ (Geannualiseerd) / (C) 2.1% 14.3% 13.9%

Het rendement op eigen vermogen in 1H 2020 rekening houdend met een gelijkmatige spreiding van de bankentaks over het jaar, bedraagt 4%.

Rendement op toegewezen kapitaal van een divisie (ROAC)

Geeft een idee van de relatieve rendabiliteit van een divisie, meer bepaald de verhouding van het nettoresultaat op het aan de divisie toegewezen kapitaal.

Berekening (in miljoenen euro of aantallen) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
DIVISIE BELGIË
Resultaat na belastingen (inclusief belangen van derden)
van de divisie (A)
Toelichting 2.2: resultaten per segment 119 1 3 4 4 564
Gemiddeld aan de divisie toegewezen kapitaal (gebaseerd op
de risicogewogen activa voor bankactiviteiten (volgens Basel
III) en risicogewogen activa-equivalenten voor
verzekeringsactiviteiten (volgens Solvency II) (B)
6853 6764 6703
$=$ (A) (Geannualiseerd) / (B) 3,5% 19,9% 16,8%
DIVISIE TSJECHIË
Resultaat na belastingen (inclusief belangen van derden) van Toelichting 2.2: resultaten per segment
de divisie (A)
165 789 425
Gemiddeld aan de divisie toegewezen kapitaal (gebaseerd op
de risicogewogen activa voor bankactiviteiten (volgens Basel
III) en risicogewogen activa-equivalenten voor
verzekeringsactiviteiten (volgens Solvency II) (B)
1 7 1 4 1692 1671
$=$ (A) (Geannualiseerd) / (B) 19,2% 46,7% 51.0%
DIVISIE INTERNATIONALE MARKTEN
Resultaat na belastingen (inclusief belangen van derden) van Toelichting 2.2: resultaten per segment
de divisie (A)
11
÷.
379 175
Gemiddeld aan de divisie toegewezen kapitaal (gebaseerd op
de risicogewogen activa voor bankactiviteiten (volgens Basel
III) en risicogewogen activa-equivalenten voor
verzekeringsactiviteiten (volgens Solvency II) (B)
2 3 2 8 2 3 5 4 2 3 4 4
$=$ (A) (Geannualiseerd) / (B) $-0.9%$ 16,1% 14,9%

Solvabiliteitsratio van de verzekeringsactiviteiten

Een maatstaf voor de solvabiliteit van de verzekeringsactiviteiten, berekend volgens Solvency II.

Een gedetailleerde berekening is terug te vinden in het hoofdstuk 'Solvency' in het Engelstalig 'quarterly report'.

Totaal beheerd vermogen

Het totale beheerde vermogen omvat de activa van derden en van de KBC-groep die beheerd worden door de verschillende assetmanagers van de groep (KBC Asset Management, ČSOB Asset Management, enz.) en ook de activa onder adviserend vermogensbeheer bij KBC Bank. De activa betreffen dus vooral KBC-beleggingsfondsen en tak 23-verzekeringsproducten, en activa onder mandaten tot discretionair en adviserend vermogensbeheer van (vooral retail, private banking en institutionele) klanten, en bepaalde groepsactiva. De omvang en de ontwikkeling van het totale beheerde vermogen is een belangrijke bron van nettoprovisie-inkomsten (genereert toetredings- en managementfees) en verklaart bijgevolg een groot deel van de wijziging in die inkomstenlijn. In die optiek wordt het beheerde vermogen van een fonds dat niet direct aan klanten wordt verkocht, maar waarin wordt geïnvesteerd door een ander fonds of via een discretionaire of adviserende vermogensbeheerportefeuille, gezien het ermee gerelateerde werk en de eventuele provisie-inkomsten die daarmee gepaard gaan, ook meegeteld in het totale beheerde vermogen.

Berekening (in miljarden euro) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Divisie België (A) Company presentatie op www.kbc.com 185 200 195
$\pm$
Divisie Tsjechië (B) 11 11 11
$\pm$
Divisie Internationale Markten (C) -5 5
$A)+(B)+(C)$ 202 216 210

Totale verkoop levensverzekeringen

Geeft een idee van de verkoop van levensverzekeringen inclusief de unit-linked produkten.

Berekening (in miljoenen euro of %) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Verzekeringen Leven - Verdiende premies vóór
herverzekering (A)
$\ddot{}$
Gecons. w-&-v-rekening 574 1 3 2 3 668
Verzekeringen Leven: verschil tussen uitgegeven en
verdiende premies vóór herverzekering (B)
Beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling (groot
deel van unit-linked) – margin deposit accounting (C)
413 525 307
Totale verkoop levensverzekeringen $(A)$ + $(B)$ + $(C)$ 988 1849 975

Winst per aandeel, gewoon en verwaterd

Geeft een idee van hoeveel winst van een bepaalde periode toekomt aan één aandeel (en desgevallend inclusief verwaterende instrumenten).

Berekening (in miljoenen euro) Verwijzing 1H 2020 2019 1H 2019
Resultaat na belastingen, toerekenbaar aan de
aandeelhouders van de moedermaatschappij (A)
Geconsolideerde w-&-v-rekening 205 2489 1 175
Coupon op de additional tier 1-instrumenten Gecons. eigenvermogensmutaties
in het eigen vermogen (B) $-25$ - 56 $-32$
Gemiddelde aantal gewone aandelen min eigen aandelen
van de periode, in miljoenen (C)
Toelichting 5.10 416 416 416
of:
Gemiddeld aantal gewone aandelen en verwaterende opties
min eigen aandelen van de periode (D)
416 416 416
Gewoon = $(A-B) / (C)$ (in euro) 0.43 5,85 2,75
Verwaterd = $(A-B) / (D)$ (in euro) 0.43 5,85 2,74

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.