Annual Report • Mar 25, 2022
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer
A Window of Opportunity

We staan voor een Window of opportunity. Een kans om een duurzame toekomst te creëren voor onze kinderen en de generaties die volgen.
2 Jaarverslag 2021
Doet u mee?
Jaarverslag 2021
| 01 | 02 | 03 | 04 | 05 |
|---|---|---|---|---|
Chapter



| 1.1 | Boodschap van de Voorzitter en de CEO | 10 |
|---|---|---|
| 1.2 | Kerncijfers 2021 | 16 |
| 1.3 | Mijlpalen 2021 | 20 |
| 2.1 | Wie we zijn | 30 |
|---|---|---|
| 2.2 | Missie | 46 |
| 2.3 | Producten en Innovaties | 50 |
| 2.4 | Risicobeheer en Bestuur | 58 |
| 2.4.1 | Interne Controle en Risicobeheer | 52 |
| 2.4.2 | Verklaring inzake Deugdelijk Bestuur | 68 |
| 2.5 | Duurzaamheid | 108 |
| 2.5.1 | De wereld waarin we actief zijn | 108 |
| 2.5.2 | Duurzaamheidsstrategie | 112 |
| 2.5.3 | Mensen | 116 |
| 2.5.4 | Milieu | 123 |
| 2.5.5 | Maatschappij | 142 |
| 2.6 2.6.1 2.6.2 2.6.3 2.6.4 2.6.5 |
Financiële verslaggeving Deceuninck geconsolideerd Geconsolideerde jaarrekeningen en toelichtingen Deceuninck NV Verslag van de commissaris Verklaring m.b.t. de informatie gegeven in dit jaarverslag |
150 152 155 240 243 251 |
| Deceuninck Aandelen | 252 |
|---|---|
| Adressen | 254 |
| Lexicon | 260 |
| GRI Index | 262 |


1.1 Boodschap van de Voorzitter en de CEO 1.2 Kerncijfers 2021 1.3 Mijlpalen 2021
Interview met onze voormalige Voorzitter, Marcel Klepfisch, onze voormalige CEO en huidige Voorzitter, Francis Van Eeckhout en onze nieuwe CEO, Bruno Humblet
Marcel, jouw naam is sinds meer dan 10 jaar verbonden met Deceuninck, eerst als onafhankelijk bestuurder en later als voorzitter van de raad van bestuur. Hoe heb je het bedrijf zien evolueren?
Marcel: Ik kwam aan boord in het midden van de financiële crisis, toen de wereldeconomie zwaar getroffen werd. Tijdens die periode heeft Deceuninck haar grote veerkracht getoond. Het management handelde daadkrachtig door de vereiste herstructurering door te voeren, met inbegrip van de sluiting van fabrieken en het aantrekken van het nodige kapitaal om haar financiële structuur te versterken. Het toetreden van nieuwe aandeelhouders in 2014 heeft Deceuninck extra financiële slagkracht gegeven waardoor het gerichte investeringen kon doen voor de verdere ontwikkeling van het globale groeiplan, in naambekendheid en, zeer belangrijk, om de recyclagetechnologie te ontwikkelen in haar missie van duurzaamheid.
Tijdens de recente pandemie toonde Deceuninck eens te meer haar veerkracht. Ook in deze crisis reageerde het management snel en doortastend, wat resulteerde in een sterke winstgevende groei toen de economie weer begon aan te trekken.
De voorbije jaren is het mij duidelijk geworden dat we in een zeer stabiele en groeiende markt opereren. Alle nieuwbouw- en renovatieprojecten vereisen ramen en deuren van hoge kwaliteit. Onze producten en technologieën leveren de beste resultaten op het vlak van isolatie, wat steeds belangrijker zal worden om de klimaatdoelstellingen te halen.
Francis: Om als bedrijf te groeien, was het nodig om eerst de winstgevendheid te verbeteren. Dit was moeilijker dan ik had verwacht. Bepaalde structuren liggen vrij vast en zijn moeilijk te veranderen op korte termijn, maar ik denk dat ik kan zeggen dat we de afgelopen 5 jaar succesvol zijn geweest, ondanks de turbulente tijden. De winstgevendheid is de laatste jaren mooi geëvolueerd en onze schuld is tot een comfortabel niveau gedaald. Dat creëerde ruimte om te investeren, en dat hebben we gedaan: in ons merk, in onze recyclage-activiteiten, in de groei van beide, zowel geografisch in - onder meer - de Emerging Markets als via een vernieuwd productgamma in de volgroeide markten.
Francis: Ik ben zeer tevreden over de resultaten: ondanks COVID-19 behaalden we voor het tweede jaar op rij erg mooie cijfers. Ondanks de verstoorde aanvoer van grondstoffen zijn we erin geslaagd een volumegroei te realiseren van 13%. Dat is inderdaad het gevolg van gerichte inspanningen.
Om productie-onderbrekingen door gebrek aan grondstoffen te vermijden, werden we verplicht om maand na maand hogere aankoopprijzen te accepteren, wat ons ertoe noodzaakte onze verkoopprijzen meerdere keren te verhogen. Daarbovenop zagen we de inflatie ook opduiken in onze loonkosten, transportkosten en energieprijzen.
11
"Dankzij teamwerk kunnen we onze missie waarmaken om een duurzame thuis te bouwen en zo waarde te creëren voor al onze stakeholders, onze mensen, de maatschappij waarin we actief zijn en onze investeerders. "
Bruno Humblet, CEO
"De winstgevendheid is de laatste jaren mooi geëvolueerd en onze schuld is tot een comfortabel niveau gedaald. Dat creëerde ruimte om te investeren, en dat hebben we gedaan: in ons merk, in onze recyclage-activiteiten, in de groei van beide, zowel geografisch in de Emerging Markets als via een vernieuwd productgamma in de volgroeide markten."
Mits wat vertraging zijn we er grotendeels in geslaagd om die hogere kosten door te rekenen. Zo konden we de impact op de winst in euro beperken, maar we zien wel een dilutie in de winstmarge.
Los van de cijfers, zijn we er niet altijd in geslaagd onze leveringstermijnen ten opzichte van onze klanten te respecteren, door de uitzonderlijk sterke vraag in combinatie met grondstoffenschaarste. Dat effect was in de hele sector merkbaar, maar wij werken er in al onze fabrieken wereldwijd hard aan om de leveringsprestaties te verbeteren.
Francis: Turkije is een land met volatiliteit op korte ter-
mijn, maar op lange termijn bewezen sterk groeipotentieel. Op lange termijn blijft de groeitrend in omzet en winst intact. Dankzij onze hypermoderne fabrieken, een sterke marktpositie, sterk lokaal leiderschap en onze sterke lokale merken slagen wij erin om veel van die volatiliteit op te vangen. Bij elke crisis in Turkije winnen we bovendien marktaandeel doordat kleinere concurrenten met een zwakkere balans zich terugtrekken. Ik ben fier op de resultaten die we in die regio neerzetten.
Francis: In Europa tonen we een mooie groei met een winstgevendheid die veel robuuster is dan in het verleden. De regio zit ook op schema met de commerciële uitrol van Elegant. Overal waar dit nieuwe gamma gelanceerd wordt, zijn klanten en architecten enthousiast
"Tijdens de recente pandemie toonde Deceuninck eens te meer haar veerkracht. Ook in deze crisis reageerde het management snel en doortastend, wat resulteerde in een sterke winstgevende groei toen de economie weer begon aan te trekken."
over de "look and feel". Dankzij zijn strakke ontwerp ziet niemand nog het verschil met aluminiumprofielen.
In de US kunnen we de vraag niet volgen. Het tekort aan arbeidskrachten heeft ons ook in 2021 parten gespeeld. We hebben wel voldoende machines, maar we vinden onvoldoende mensen om die te bemannen.
Bruno: Deceuninck is een fantastisch bedrijf dat veel mogelijkheden biedt. De voorbije maanden heb ik de kans gekregen om verschillende sites te bezoeken en de lokale teams te ontmoeten. Onze gemotiveerde mensen, wereldwijd, zijn trots op hun werk, op onze producten en op onze missie. Ze dragen onze waarden uit: Candor, Top Performance en Entrepreneurship. Dankzij teamwerk kunnen we onze missie waarmaken om een duurzame thuis te bouwen en zo waarde te creëren voor al onze stakeholders, onze mensen, de maatschappij waarin we actief zijn en onze investeerders.
Ik geloof verder heel sterk in ons duurzaamheidsdiscours:
in de komende jaren zullen wij de koolstofuitstoot ten gevolge van onze eigen activiteiten drastisch verminderen. We leggen momenteel de laatste hand aan concrete plannen en stellen uitdagende doelen om onze milieu-impact te verminderen. Dankzij onze investeringen in recyclage zullen we ook steeds meer gerecycleerd PVC in onze producten kunnen verwerken. Aangezien voor het recycleren van PVC 90% minder energie nodig is dan voor het produceren van nieuw PVC, zal dit de uitstoot verder aanzienlijk verminderen. Ten slotte hebben onze producten superieure isolatiewaarden en zullen ze dus een belangrijke rol spelen in de renovatiegolf die zal komen om de wereldwijde klimaatdoelstellingen te halen.
Zoals Francis vermeldde, is een belangrijk aandachtspunt op korte termijn de verkorting van de leveringstermijnen aan onze klanten. De beschikbaarheid van materialen en arbeidskrachten zal een probleem blijven, maar we optimaliseren ons om die effecten beter op te vangen.
Tot slot blijven we ons richten op het realiseren van winstgevende groei, zodat we verder kunnen investeren in duurzame groei. In de gegeven omstandigheden is onze bruto operationele marge van 11,7% een zeer goed resultaat, maar op langere termijn moeten we hoger durven mikken.

| KERNCIJFERS* (IN € MILJOEN) | 2019 | 2020 | 2021 | EVOLUTIE 2020-2021 |
|---|---|---|---|---|
| Geconsolideerde Resultatenrekening (in € miljoen) | ||||
| Omzet | 633,8 | 642,2 | 838,1 | 31% |
| Adjusted EBITDA | 60,6 | 86,0 | 97,7 | 14% |
| EBIT | 11,2 | 45,9 | 54,3 | 18% |
| Nettowinst / (verlies) | (14,7) | 25,6 | 37,2 | 45% |
| Geconsolideerde balans (in € miljoen) | ||||
| Eigen vermogen | 233,1 | 246,3 | 258,9 | 5% |
| Netto schuld | 140,2 | 55,5 | 61,9 | 12% |
| Totale activa | 589,7 | 599,4 | 675,1 | 13% |
| Investeringen | 35,5 | 23,5 | 43,6 | 85% |
| Werkkapitaal | 94,5 | 74,2 | 84,3 | 14% |
| Kapitaalgebruik | 416,3 | 347,4 | 354,9 | 2% |
| Ratio's | ||||
| Netto resultaat / omzet | (2,3%) | 4,0% | 4,4% | - |
| Adjusted EBITDA / Omzet | 9,6% | 13,4% | 11,7% | - |
| Netto schuld / LTM Adjusted EBITDA | 2,31 | 0,64 | 0,63 | - |
| EBIT / Kapitaalverbruik | 2,7% | 13,2% | 15,3% | - |
| Personeel | ||||
| Totaal voltijdsequivalenten (VTE) | 3.754 | 3.660 | 3.709 | - |
* Definities: Zie Lexicon
| KERNCIJFERS PER AANDEEL | 2019 | 2020 | 2021 |
|---|---|---|---|
| Aantal aandelen per 31 december | 136.732.506 | 136.795.123 | 138.040.929 |
| Beurskapitalisatie per 31 december (in € miljoen) | 280,3 | 264,0 | 463,8 |
| Winst / (verlies) per aandeel per 31 december (in € ) | (0,11) | 0,19 | 0,27 |
| Boekwaarde per aandeel (in €) | 1,70 | 1,80 | 1,88 |
| Bruto dividend per aandeel (in €) | - | 0,05 | 0,06 |
| Koers per 31 december (in €) | 2,05 | 1,93 | 3,36 |

OMZET (IN € MILJOEN)
633,8 642,2 838,1
OMZET 2021 PER REGIO (IN € MILJOEN)

INVESTERINGEN (IN € MILJOEN)


2020
2021
2019



Een greep uit onze duurzaamheidsprestaties
23.500 ton gerecycleerd in onze fabriek
15% gerecycleerde materialen in onze producten
32.500 t CO2-uitstoot vermeden door gebruik van eigen PVC-recyclaat
VinylPlus Product Label voor Elegant, Elegant Thermofibra, Zendow, Zendow#neo en Twinson in Europa
Meest recente innovaties Phoenix / Eos / Zenith
ISO14001 gecertificeerd in productiesites België, Turkije en VK
Ons referentiekader Global Reporting Initiative (GRI)


Deceuninck verwelkomt Serge Piceu als nieuwe CFO Groep.

Deceuninck België werkt samen met #DASGENIAAL, een samenwerking tussen 18 internationale bedrijven en lokale organisaties met één gemeenschappelijk doel: jongeren warm maken voor wetenschap, technologie, engineering, wiskunde, productie en design ("STEM").

Deceuninck Australië verhuist naar zijn 5.500m² groot nieuwe magazijn in Melbourne. Het is het grootste magazijn voor PVC-leveranciers en bedient Deceuninck-fabrikanten in heel Australië en Nieuw-Zeeland

De veiling van een Deceuninck-Quick Step rennerstruitje brengt € 9.733,78 op. Dat bedrag wordt geschonken aan de Belgische vereniging Kom Op Tegen Kanker.

Deceunincks ThermoFibra technologie ontvangt de Poolse IRBS award.


De veiling van een Deceuninck-Quick Step rennerstruitje brengt € 9.733,78 op. Dat bedrag wordt geschonken aan de Belgische vereniging Kom Op Tegen Kanker.

Deceunincks ThermoFibra technologie ontvangt de Poolse IRBS award.

Juni
Deceuninck Duitsland wint twee awards op de Vienna Window Convention in de categorieën "Innovatie" en "Duurzaamheid" met het raamassortiment Elegant.

Augustus
Deceuninck Rusland kondigt de benoeming aan van Evgeny Pchelintsev als nieuwe General Manager.
08

Deceuninck kondigt een wissel aan de top aan met ingang van 1 januari 2022: Bruno Humblet wordt benoemd tot nieuwe CEO Groep, Marcel Klepfisch treedt terug als Voorzitter en blijft onafhankelijk bestuurder en Francis Van Eeckhout wordt benoemd tot Uitvoerend Voorzitter.

Deceuninck verwelkomt Paul Van Oyen als nieuwe onafhankelijke bestuurder.
09

Deceuninck Turkije ontvangt de eerste Passief Huis Certificering van het Duitse Passief Huis Instituut voor PVC-ramen met het Winsa-Revotech gamma.

Deceuninck kondigt sponsordeal aan met het Proteam Alpecin-Fenix vanaf 2022.

Deceuninck Polen behaalt een driedubbele onderscheiding op de prestigieuze 'Building Creator 2021' finale in Warschau.

Deceuninck Duitsland wint de Opleidingsondernemingsprijs van het District Straubing-Bogen voor ondernemingen die uitblinken op het gebied van opleiding en stages.
11

Deceuninck kondigt sponsordeal aan met het Proteam Alpecin-Fenix vanaf 2022.

Deceuninck Polen behaalt een driedubbele onderscheiding op de prestigieuze 'Building Creator 2021' finale in Warschau.

Deceuninck Duitsland wint de Opleidingsondernemingsprijs van het District Straubing-Bogen voor ondernemingen die uitblinken op het gebied van opleiding en stages.
11


Deceuninck NV verbindt zich ertoe wetenschappelijk onderbouwde doelstellingen voor CO2-emissievermindering vast te stellen, overeenkomstig de criteria en aanbevelingen van het SBTi, die ter validering aan het SBTi voor te leggen en de goedgekeurde doelstellingen binnen een termijn van maximaal 24 maanden te publiceren.
Deceuninck vernieuwt en verlengt het VinylPlus® Productlabel voor de productfamilies Elegant, Elegant Thermofibra, Zendow, Zendow#neo, Premium en Twinson in Europa.
01
Goeie mensen boeken volgens ons geweldige resultaten. Het is onze ambitie om talent aan te trekken en te behouden door onze mensen aan te moedigen om bij te leren en zich te ontwikkelen, door te investeren in de zorg voor hun gezondheid en veiligheid en door hun fundamentele rechten te beschermen.
Goeie mensen boeken volgens ons geweldige resultaten. Het is onze ambitie om talent aan te trekken en te behouden door onze mensen aan te moedigen om bij te leren en zich te ontwikkelen, door te investeren in de zorg voor hun gezondheid en veiligheid en door hun fundamentele rechten te beschermen.
| 02 | 03 | 04 | 05 |
|---|---|---|---|

"Deceuninck Groep begrijpt het belang van de HR-functie voor het vermogen van de business om haar doelstellingen te bereiken."
Lytia Watson
Vice-president van HR Deceuninck Noord-Amerika


De oorsprong van de Groep gaat terug tot 1937. Benari Deceuninck, vader van Roger Deceuninck, startte een klein bedrijf in Beveren-Roeselare om allerlei knopen, gespen, kammen, enz. te vervaardigen uit plastic platen.
In de jaren 60 koos de Groep ervoor om een nieuwe weg in te slaan in de kunststofproductie en startte met de extrusie van PVCkorrels voor de vervaardiging van profielen voor de bouwsector.
Na de succesvolle introductie in de buurlanden Frankrijk, Nederland en het Verenigd Koninkrijk in het midden van de jaren 70, werd de eerste commerciële dochteronderneming opgericht in Frankrijk, met plaatselijke opslagcapaciteit en plaatselijke kantoren. Dit werd spoedig gevolgd door een dochteronderneming in het VK en in Spanje. Toen de lokale vraag medio jaren 80 sterk toenam, vooral in Frankrijk en het VK, besloot Deceuninck om lokaal te gaan produceren en werden twee nieuwe productiesites opgericht: één in Roye (Frankrijk) en één in Calne (VK).
Op 11 juni 1985 werden de aandelen van Deceuninck genoteerd op de Beurs van Brussel.
Tijdens de tweede helft van de jaren 80 legde Deceuninck zich vooral toe op de verticale integratie van haar processen, met inbegrip van de start van print- en coatingactiviteiten, gevolgd door de start van compounding in het begin van de jaren 90 in Diksmuide (België).
In het midden van de jaren 90 richtte Deceuninck verkoopkantoren en lokale magazijnen op in Polen en Tsjechië. Dit werd snel gevolgd door de start van extrusieactiviteiten in Poznan (Polen) in 1995.
De eerste stappen op de Amerikaanse markt werden gezet met de overname Acro Extrusions in Wilmington, Delaware in 1995. In 1997 volgde de overname van American Dayton Technologies van de Alcoa Groep in Monroe, Ohio, waardoor Deceuninck een leiderspositie verwierf op de Amerikaanse markt voor niet-geïntegreerde PVC raamsystemen.
In het begin van de 21ste eeuw besloot Deceuninck om Ege Profil over te nemen. Turkije was de tweede grootste markt voor PVC-ramen in Europa geworden.
In juni 2003 werd het Duitse bedrijf Thyssen Polymer overgenomen van de Thyssen Krupp Groep. Het bedrijf was op dat ogenblik half zo groot als Deceuninck en had een belangrijke extrusiefabriek in Duitsland en twee productievestigingen in de Verenigde Staten.
Eind 2004 nam de Groep het bedrijf Winsa over. Dankzij haar aanwezigheid in Turkije kon Deceuninck niet alleen profiteren van de groei van de lokale Turkse markt, maar ook van het succes van haar Turkse dochterondernemingen in de ontwikkeling van de verkoop in het Midden-Oosten, de Maghreb landen in Noord-Afrika en in Azië.
Deceuninck was één van de pioniers in de introductie van houtcomposieten in West-Europa. De productielijn voor terrassen en gevels maakt gebruik van een specifieke formule op basis van PVC onder de merknaam Twinson.
Eind 2008 had de wereldwijde financiële crisis een impact op de wereldwijde bouwactiviteiten, waardoor Deceuninck zich in de eerste helft van 2009 genoodzaakt zag haar bedrijfsactiviteiten verder aan te passen aan de nieuwe economische realiteit. Het onrechtstreeks verbonden personeelsbestand werd wereldwijd aanzienlijk ingekrompen en in alle filialen werd het direct verbonden personeel in lijn gebracht met het volume. In september 2009 voerde Deceuninck een financiële herstructurering door.
Begin 2011, lanceerde Deceuninck haar nieuwe missie "Building a Sustainable Home" gebaseerd op de pijlers Innovatie – Ecologie - Design en gelinkt aan de drie kernwaarden van de Groep: Candor, Top Performance en Entrepreneurship.
Vanaf 2010 breidde de Groep verder uit in de Emerging Markets van Azië, Afrika en Latijns- Amerika. In 2014 werd het Turkse beursgenoteerde bedrijf Pimas overgenomen.
Op de site van haar bestaande compoundingfabriek in Diksmuide bouwde de Groep een hoogtechnologische
recyclagefabriek. De recyclagelijn is bedoeld om de toenemende stroom ramen van de eerste generatie op een kwalitatieve manier te verwerken. De lijn is uitgerust met de modernste recyclagetechnieken die ook glasvezel kunnen recycleren. De lijn is sinds december 2018 volledig operationeel.
In 2017 lanceerde de Groep Decalu en Tunal, waarmee het productgamma werd uitgebreid met aluminium ramen en deuren, ventilatie en zonwering, naast de IQ Aluminium lijn die reeds bestond in Turkije.
In 2019 kondigde de Groep zijn One Europe-strategie aan onder één wereldwijd merk, Deceuninck. In datzelfde jaar won Deceunincks nieuwste raamreeks Elegant de prestigieuze Red Dot Award. Elegant is het ultieme raamconcept van Deceuninck. Het is 100% recycleerbaar en de best presterende raam- en deuroplossing zonder staal op de markt. Het is de eerste van vele raamontwerpen aangestuurd door Deceunincks nieuwe universele iCOR-platform.
Ondanks de COVID-19 pandemie kon de Groep zijn winstgevende groeipad hervatten met resultaten die hun hoogste niveau ooit bereikten.



De Groep is actief als ontwerper, fabrikant en recycleerder van raam-, deur- en bouwoplossingen in verschillende materialen (PVC, aluminium, houtcomposiet).
De raam- en deuroplossingen omvatten een brede waaier van raam- en deursysteemprofielen, aangevuld met het gamma zonwering, rolluiken en ventilatie.
De bouwoplossingen omvatten producten voor buitentoepassingen, dakbedekking, gevelbekleding en binnentoepassingen.
De basistechnologie die door de Groep wordt gebruikt, is de extrusie van PVC. Het geïntegreerde productieproces van Deceuninck omvat compounding, tooling, extrusie van dichtingen en profielen, bedrukking, bekleven met decoratieve folie en recyclage.
De hoofdactiviteit van de Groep is de transformatie van een PVC-droogmengsel (poeder) in een hard PVC-profiel. PVC-harsen worden geproduceerd op basis van twee componenten uit natuurlijke grondstoffen, namelijk ethyleen (olie, gas) (43 %) en chloor (zout) (57%). In tegenstelling tot andere kunststoffen, zijn PVC-harsen slechts gedeeltelijk afgeleid van fossiele grondstoffen. Bij de productie van PVC-hars worden drie basisprocessen gebruikt resulterend in suspensie-PVC (S-PVC), emulsie-PVC (E-PVC) en bulkpolymerisatie.
Ons engagement om de kringloop te sluiten blijkt duidelijk uit de investeringen die we hebben gedaan in de ultramoderne recyclagefabriek in Diksmuide (België), waardoor we één van de grootste u-PVCrecyclagebedrijven van West-Europa zijn geworden.



➀
Door samen te werken met lokale partners, scheiden en verzamelen we post-consumer PVC-materialen zoveel mogelijk bij de bron. Dit vergt veel inspanning, maar zorgt ervoor dat we deze materialen op onze recyclagesite krijgen met de hoogst mogelijke kwaliteit en de laagst mogelijke economische en ecologische kost.

➁
Wanneer de oude ramen en deuren op onze recyclagesite aankomen, bevatten ze nog vele andere materialen. Via deze 4 stappen transformeren wij uw oude raam tot grondstof voor de productie van een nieuw raam:
Het PVC-hars wordt in een mengtoren gemengd met additieven tot een homogeen en droog poeder . Elke mengtoren bestaat uit een aantal verdiepingen voor de opslag van de additieven, voor het wegen van de componenten, voor het intensief mengen tot een PVCpoeder en voor het koelen. Er vindt geen chemische reactie plaats, het productieproces omvat alleen het fysisch mengen.
De PVC-poeders worden na het zeven naar de voorraadsilo's en naar de silo's voor "afgewerkt product" getransporteerd. Daarna worden ze vervoerd naar de verschillende vestigingen van de groep.



➄
De PVC-compound wordt in de extruder gesmolten en door een mal geperst die de vorm bepaalt. Het profiel wordt in de juiste vorm gehouden in kalibers, afgekoeld door koelwater en op lengte gesneden.
Naast de klassieke extrusielijnen beschikken wij over co-extrusielijnen om gerecycleerd materiaal te mengen met nieuwe grondstoffen, schuim, thermische versterkingen (met staaldraad) en cofirex-lijnen (met glasvezel).
De profielen krijgen een laklaag door middel van een klassiek verfspuitproces of worden bedekt met een folie door middel van een smeltlijm, die het profiel een structuur geeft.
Productie, distributie & verkoop
Distributie & verkoop
De geografische spreiding van de omzet van de Groep is een van haar sterkste troeven. De Groep bedient klanten in meer dan 90 landen over de hele wereld.
Het grootste aantal klanten binnen de Groep zijn raamfabrikanten (business-to-business model), die de raamoplossingen assembleren tot een raam volgens de montage- en installatievoorschriften van Deceuninck. Deceuninck heeft een evenwichtig klantenbestand van kleine, middelgrote en grote raamfabrikanten. Deze laatste categorie is uitgerust met sterk geautomatiseerde machines voor de fabricage van ramen.
De bouwoplossingen worden geleverd aan professionele bouwmaterialenhandelaars. De professionele bouwmaterialenhandelaars verkopen Deceuninckproducten aan de professionele bouw- en renovatiemarkt of rechtstreeks aan de eindconsument. De montage van het product gebeurt hoofdzakelijk door onafhankelijke gespecialiseerde installateurs.
De klantenbasis van Deceuninck is onderverdeeld in drie geografische regio's:
We bedienen meer dan 4.000 klanten in meer dan 90 landen over de hele wereld

CEO: Bruno Humblet

CFO: Serge Piceu

COO: Luc Vankemmelbeke

General Counsel en Directeur HR Groep: Ann Bataillie


CEO: Joren Knockaert CEO: Ergün Cicekci
Europa Noord-Amerika Turkije & Emerging Markets

| Productie, distributie & verkoop |
8 | Productie, distributie & verkoop |
2 | Productie, distributie & verkoop |
7 |
|---|---|---|---|---|---|
| Distributie & verkoop |
8 | Distributie & verkoop |
8 |
01 02
De geografische spreiding van de Groep is een van haar grootste troeven. Om aan de behoeften van de lokale markten te kunnen voldoen, streven we ernaar wendbaar te zijn met een efficiënte en flexibele productie. Een belangrijk aandachtspunt is de verkorting van de leveringstermijnen aan onze klanten. De beschikbaarheid van middelen blijft van cruciaal belang en vereist flexibiliteit om het vertrouwen van onze klanten als hun echte partner te behouden.
De geografische spreiding van de Groep is een van haar grootste troeven. Om aan de behoeften van de lokale markten te kunnen voldoen, streven we ernaar wendbaar te zijn met een efficiënte en flexibele productie. Een belangrijk aandachtspunt is de verkorting van de leveringstermijnen aan onze klanten. De beschikbaarheid van middelen blijft van cruciaal belang en vereist flexibiliteit om het vertrouwen van onze klanten als hun echte partner

te behouden.
Innovatie, duurzaamheid en betrouwbaarheid zijn de hoekstenen van ons bedrijf. Door middel van innovatieve ontwerpen en productieprocessen, leveren wij de meest duurzame raam-, deur- en bouwoplossingen voor de klanten van vandaag en morgen.
Candor, Top Performance en Entrepreneurship zijn onze kernwaarden. Wij streven ernaar topprestaties te leveren voor al onze stakeholders. Onze openhartige aanpak in combinatie met onze ondernemersgeest stelt ons in staat om gefocust te blijven bij het realiseren van onze doelen.
Ons doel is om een wereldwijde leider te zijn op het gebied van design en technologie, met de nadruk op duurzaamheid, een top 3 speler in de wereld te zijn, alsook de favoriete plek om te werken.
–
| Mens | |
|---|---|
| Onze mensen | 3.709 FTE |
| Onze klanten | + 4.000 |
| Onze leveranciers |
|
| Materiaal | |
| Grondstof | 229.138 ton geëxtrudeerd PVC |
| Gerecycleerde materialen |
15 % gerecycleerde materialen in onze producten |
| Know-How | 0,8 % van verkoop gespendeerd aan R&D |
| Financieel | € 37.2m netto winst |
| Juridisch en ethisch |
49 van onze belangrijkste leveranciers ondertekenden onze Gedragscode voor Leveranciers |
| Onderzoek en productontwikkeling |
|---|
| Raam- en deuroplossingen |
| Gevel- en terrasbekleding |
| Multi-materiaal: PVC, aluminium, houtcomposiet |
| Productie |
| Logistiek en bevoorrading |
| Technische ondersteuning |
| Marketing |
| Investeerdersrelaties |
| Voor onze mensen |
Creatie van werkgelegenheid |
Aanwerving en behoud van talent |
Leren en ontwikkeling |
Veilige werkomgeving |
|---|---|---|---|---|
| Voor onze planeet |
Gebruik van gerecycleerd materiaal in onze producten met optimale thermische isolatie |
Recyclage van afval na consumptie |
Energie- en waterbeheer bij de productie |
Gebruik van hernieuwbare elektriciteit |
| Voor welvaart | Financiële duurzaamheid |
Top 3-speler wereldwijd |
Aandeelhouders rendement |
|
| Voor onze gemeenschap |
Gezondheid en veiligheid van onze producten in de gebruiksfase |
Bedrijfsethiek en compliance |
Maatschappelijke betrokkenheid |




Wat onze PVC en aluminium ramen en deuren kenmerkt: superieure thermische en akoestische prestaties in combinatie met een zo laag mogelijk materiaalverbruik. Energie-efficiënt en met een stijlvol design zijn ze de perfecte finishing touch voor elke gevel. Ook op het vlak van veiligheid behalen onze producten topprestaties na het doorstaan van strenge tests. Bovendien zorgt onze innovatieve Thermofibra-technologie voor extra prestaties op het gebied van stabiliteit, sterkte en isolatie. Met onze schuifdeuren haalt u de buitenwereld in huis.
Wij zorgen voor een comfortabele, zuivere en gezonde leefomgeving dankzij onze speciale oplossingen voor zonwering, rolluiken en ventilatie. Volledige bescherming van het huis is mogelijk dankzij ons rolluikplatform. Gecontroleerde luchtstroom is verzekerd dankzij onze hoogtechnologische raamventilatiesystemen voor opbouw: een constante stroom van frisse lucht gegarandeerd.

Esthetische elegantie en duurzaamheid zijn de twee belangrijkste vereisten waaraan ook onze dakafwerkings- en bekledingsoplossingen volledig voldoen. Onze bekledingen zijn verkrijgbaar in Twinson houtcomposiet, aluminium en PVC voor de hoogste duurzaamheid. De lijst van voordelen is eindeloos: onze gevelbekledingen bieden een uitstekende weerbestendigheid, zijn licht van gewicht en gemakkelijk te installeren. Ze zijn ook rotbestendig en volledig recycleerbaar.

Wij blijven investeren in hoogwaardige houtcomposietmaterialen en -technologieën. Het resultaat: de natuurlijke look van hout en het onderhoudsgemak van PVC. Het Twinson-gamma biedt zowel holle als massieve terrasplanken, in verschillende kleuren en texturen. Onze houtcomposiet terras- oplossingen zijn slip- en scheurbestendig. Alle materialen zijn volledig recycleerbaar en passen door hun natuurlijke look perfect in de omgeving.
"De Elegant-reeks voor ramen en deuren, gebaseerd op het uniek ontwikkelde iCOR-principe, is het resultaat van het in de praktijk brengen van onze kernwaarden voor productontwerp."
Het gamma Elegant is het ultieme raamconcept van Deceuninck. Het is 100% recycleerbaar en de best presterende raam- en deuroplossing zonder staal op de markt.
Het is het eerste van vele concepten die gebruik maken van Deceunincks nieuwe universele platform iCOR. Deze modulaire aanpak maakt standaardisatie van processen mogelijk, wat resulteert in een aanzienlijke vermindering van de complexiteit. De opmerkelijke technologie van Thermofibra vervangt de stalen wapening in raam- en deurprofielen door structurele glasvezels. Het ontwerp en de 100% recycleerbaarheid van Elegant werden al internationaal bekroond met een German Innovation Award, German Design Award en Red Dot Award.
Deceuninck Noord-Amerika's innovatieve eos-raamsysteem is toonaangevend in de residentiële verbouwingsmarkt. Deze productlijn heeft in 2021 een ongekende groei gekend bij huiseigenaars die op zoek zijn naar verbetering op vlak van energie-efficiëntie, esthetiek en die de veiligheid van hun huizen willen verbeteren. Het is ontworpen om te voldoen aan de Energy Starvereisten.
Patio Deur (ADA drempel)
Het eos terrasdeursysteem is een veelzijdig, goed presterend product dat wordt gebruikt bij residentiële en beperkte commerciële verbouwingen en nieuwbouwtoepassingen. Het werd in 2021 verbeterd, met het ontwerp van een nieuwe drempel die voldoet aan de meest recente normen voor Amerikanen met een beperking (ADA).
De Zenith-reeks van Deceuninck Turkije heeft een uniek en intelligent ontwerp dat belangrijke thermische eigenschappen aan het raam verleent.
Het Slim Slide concept werd ontwikkeld en toegepast in een nieuw schuifraam zonder drempel, om de toegang voor mensen met een beperking te vergemakkelijken
–


"In 2020 en 2021 raasde COVID-19 door de wereld en ontwrichtte markten, klanten en teams, maar het management van Deceuninck hield voet bij stuk en stond als een rots achter ons. We werden als team aangemoedigd en ondersteund, om ons nog beter voor te bereiden op de toekomst."
Business Development Manager Azië & Australië Deceuninck India

01 02 03
Creativiteit heeft altijd in ons DNA gezeten, maar we willen nog een stap verder gaan. We ontwikkelen onze producten en gebruiken onze know-how om design en efficiëntie te combineren met superieure isolatie, wat zowel bijdraagt tot de verhoging van comfort als tot de klimaatdoelstellingen. Het bekroonde Elegant platform is de perfecte illustratie van wat de toekomst in petto heeft.
Jaarverslag 2021
Creativiteit heeft altijd in ons DNA gezeten, maar we willen nog een stap verder gaan. We ontwikkelen onze producten en gebruiken onze know-how om design en efficiëntie te combineren met superieure isolatie, wat zowel bijdraagt tot de verhoging van comfort als tot de klimaatdoelstellingen. Het bekroonde Elegant platform is de perfecte illustratie van wat de toekomst in petto heeft.
Chapter
04 05
Het nemen van berekende risico's maakt onderdeel uit van de bedrijfsvoering. Het doel van risicobeheer is risico's te identificeren en te beheren.
Als kader voor het risicobeheersysteem werd geopteerd voor de ISO 31000 standaard. Volgende stappen kunnen binnen dit proces worden onderscheiden:
• Bepalen van de context
Om de risico's te detecteren, dient de context gekend te zijn waarin Deceuninck Groep operationeel is. Enerzijds is er de externe context met onder meer de sociale, culturele, politieke, juridische, wetgevende, financiële, technologische, economische, natuurlijke en concurrentiële omgeving. Anderzijds is er ook de interne context waarbij vooral de objectieven van Deceuninck als Groep maar ook de objectieven van iedere entiteit afzonderlijk dienen bepaald te worden.
Risico-identificatie is de eerste stap binnen het eigenlijke risico-onderzoek. Aan de hand van afzonderlijke brainstormingsessies worden de risico's geïdentificeerd die mogelijk een impact hebben op het bereiken van de doelstellingen. Deze worden verzameld in een Risicoregister.
• Risicoanalyse
Bij risicoanalyse wordt vooral bekeken wat de kansen zijn dat het risico zich voordoet en wat de impact kan zijn van het desbetreffende risico op het behalen van de doelstellingen. Hierbij wordt rekening gehouden met de impact op de kerndoelstellingen: mensen, planeet, kwaliteit, dienstverlening en kosten..
• Risico-evaluatie
Deze Risico's worden vervolgens geëvalueerd en gerangschikt op basis van de waarschijnlijkheid dat ze zich voordoen en de impact ervan op het bedrijf. Het resultaat hiervan wordt samengevat in een Risicomatrix.
• Risicobeheersing
Interne Audit beheert het Risicoregister en de Risicomatrix voor alle risico's die relevant zijn op Groeps- en regionaal niveau, alsook de lijst van acties die zijn overeengekomen om deze risico's te behandelen. De acties worden toegewezen aan regio-overschrijdende teams en staan onder toezicht van een lid van het Executive Team. Deze worden tweemaal per jaar door het Uitvoerend Management beoordeeld om na te gaan of het Risicoregister volledig is en om ervoor te zorgen dat de overeengekomen acties worden uitgevoerd. Eenmaal per jaar vindt een gelijkaardige evaluatie plaats met het Auditcomité van de Raad van Bestuur, gewoonlijk tijdens een aparte vergadering over risicobeheer of als apart agendapunt tijdens de geplande vergaderingen van het Auditcomité. Interne audit volgt een risicogebaseerde benadering

toe die erop gericht is tijdens de audits op het niveau van de juridische entiteit potentiële nieuwe risico's te identificeren. Dit draagt bij tot de volledigheid.
Risico's kunnen op vier mogelijke manieren worden behandeld:
De belangrijkste kenmerken van de interne controle- en risicobeheersystemen, met inbegrip van de financiële verslaggeving, kunnen als volgt worden samengevat:
financiële prognoses op middellange termijn.
Deceuninck Groep structureert de risico's waarmee ze wordt geconfronteerd als volgt:
De operationele dimensie is opgesplitst in de volgende
| Categorie / Bedrijfsgebied | Risicobeschrijving |
|---|---|
| Operaties | Het niet slagen van sleutelprojecten (bv. SAP) om diverse redenen, met als gevolg een slechte algemene kwaliteit of dienstverlening |
| Operaties | Beschikbaarheid van het product |
| Operaties | Tijd om innovaties op de markt te brengen |
| Operaties | Hoge volatiliteit in de vraag van klanten |
| Operaties | Bedrijfscontinuïteit (bv. uitvallen van kritieke infrastructuur, incl. beleid, BCP, BIA, noodherstel) |
| Sourcing | Tekort aan grondstoffen en/of recycleerbaar materiaal |
| Sourcing | Schommeling van de grondstofprijzen |
| Sourcing | Onvermogen om stijgingen van grondstofprijzen / vervoer / arbeidskosten door te rekenen |
| Personeel | Beschikbaarheid van geschoolde arbeidskrachten |
| Personeel | Tekort aan mensen |
| Personeel | Personeelsfluctuatie / -verloop |
| Financiën | FX-risico's |
| IT | Uitval van kritieke IT-infrastructuur |
| IT | Inbreuk op de IT-beveiliging (bv. cyberveiligheid, gegevensbescherming, enz.) |
| Juridisch | Niet-naleving van regels en voorschriften (mededinging, douane en handel, enz.) |
categorieën: innovatie-, operationele, verkoop-, inkoop-, voorraad-, logistieke, HR-, financiële, ICT- en juridische risico's. De generieke dimensie is opgesplitst in economische, politieke, regelgevings-, klimaatveranderings- en reputatierisico's.
De onderstaande risico's kregen een score als onderdeel van de risicobeoordeling en kregen de hoogste score van alle risico's die in het risicoregister zijn opgenomen.
• Economische risico's
Zoals de meeste ondernemingen is de Groep blootgesteld aan de risico's van een economische recessie, de volatiliteit op de krediet- en kapitaalmarkt en de economische en financiële situatie in het algemeen. Deze factoren hebben een negatieve invloed op de vraag naar producten. De Groep vervaardigt hoofdzakelijk raamprofielen bestemd voor de woningbouwsector en aanverwante producten. Bijgevolg zullen onze toekomstige resultaten hoofdzakelijk afhangen van de evolutie van deze markten. Dusdanig heeft de huidige financiële en economische situatie een aanzienlijke invloed op de economie in het algemeen en op alle markten waarop wij actief zijn. De Groep kan niet voorspellen hoe de markten op korte termijn zullen evolueren. Hoewel de autoriteiten van sommige geografische markten waarin wij actief zijn, beleidsmaatregelen hebben genomen om de economische groei te stimuleren, kan de Groep niet garanderen dat deze maatregelen voldoende zullen zijn om dit effect te bereiken. Bovendien kunnen de genomen maatregelen worden ingetrokken of aangepast.
De markten waarin de Groep actief is, zijn onderhevig aan een sterke concurrentie. Wij concurreren met andere bedrijven op basis van verschillende factoren, zoals kwaliteit en service:
Bovendien kan de concurrentie toenemen door consolidatie of door nieuwe concurrenten die soortgelijke producten aanbieden en de markt betreden. Sterke concurrentie kan leiden tot overcapaciteit op de markt en prijsdruk. Bovendien kunnen contractpartijen, klanten of andere partijen die actief zijn in de markten van de Groep, hun operationele model zodanig wijzigen dat dit van invloed is op onze activiteiten. Met andere woorden, het succes van de Groep hangt af van haar vermogen om concurrerend te blijven in een veranderende marktomgeving. Hoewel de Groep er tot nu toe in geslaagd is zich aan te passen aan een veranderende markt, zouden toekomstige veranderingen een aanzienlijke invloed kunnen hebben op haar activiteiten, bedrijfsresultaat of financiële positie. De activiteiten, het bedrijfsresultaat en de financiële positie van de Groep schommelen naar gelang van het algemene economische klimaat. De beslissing om al dan niet kapitaalgoederen aan te kopen om klanten in staat te stellen haar producten te integreren, brengt een hoog investeringsniveau met zich mee. Een dergelijke investeringsbeslissing kan onder meer verband houden met de algemene economische conjunctuur. De beslissing van eindgebruikers van onze producten om te investeren in onroerend goed kan ook in verband worden gebracht met het algemene economische klimaat en de toegang tot krediet.
De renovatiemarkt is minder gevoelig voor economische schommelingen dan nieuwbouw.
• Operationeel
De eigen compoundfabrieken van de Groep worden beschouwd als essentiële infrastructuur die compound leveren aan de meeste extrusiefabrieken van de Groep. Ze zijn gecentraliseerd in een beperkt aantal landen (Duitsland, België, Polen, de Verenigde Staten, Rusland en Turkije). Hoewel er in het verleden geen aanzienlijke problemen zijn geweest, kan een onderbreking in de activiteiten van een compoundfabriek het productieproces van de extrusiefaciliteiten aanzienlijk verstoren. Een dergelijke verstoring kan een wezenlijk nadelige invloed hebben op de activiteiten, de bedrijfsresultaten of de financiële positie van de Groep.
• Aankoop
De toekomstige winstgevendheid van de Groep wordt gedeeltelijk bepaald door de veranderingen in de inkoopprijzen van grondstoffen (m.n. kunstharsen en additieven), componenten, kapitaalgoederen, salarissen en andere diensten, evenals door verkoopprijzen die de Groep kan aanrekenen voor haar producten en diensten. Voor de meeste van deze elementen zijn er geen hedging-mogelijkheden. Als de stijging van de grondstoffenprijzen aanzienlijk en langdurig is, en als de marktomstandigheden het toestaan, blijkt uit ervaring dat het doorrekenen van hogere grondstoffenkosten aan de markt een periode van 3 tot 6 maanden vereist, met grote verschillen tussen de verkoopsregio's.
• Personeel
Het succes van de Groep zal in grote mate afhankelijk zijn van haar vermogen om bekwaam personeel en managers aan te trekken en in dienst te houden, die een grondige kennis hebben van en bekend zijn met de relevante markten, technologie en producten. De Groep is actief in een concurrentiële arbeidsmarkt en kan daarom de retentie van haar belangrijke medewerkers niet garanderen. Als wij er niet in slagen bekwame mensen aan te trekken en in dienst te houden, zou dit een nadelige invloed kunnen hebben op de activiteiten of bedrijfsresultaten van de Groep.

Als internationaal actieve organisatie met productieeenheden en verkooporganisaties in Noord- en Zuid-Amerika, Europa en Turkije zijn FX-risico's inherent aan de activiteiten. FX-posities worden nauwlettend in het oog gehouden en risico's worden waar mogelijk beperkt.
• IT
IT-risico's worden steeds belangrijker. Inbreuken op de beveiliging en verstoringen van de IT-infrastructuur hebben een directe impact op de continuïteit van de bedrijfsactiviteiten. Daarom zijn cyberbeveiliging en ITinfrastructuur topprioriteiten voor de IT-afdeling.
Intellectuele eigendom. De Groep steunt op een combinatie van handelsmerken, handelsbenamingen, handelsgeheimen, octrooien en knowhow om haar intellectuele-eigendomsrechten in haar producten en operationele processen te definiëren en te beschermen. Het is dan ook van groot belang dat de Groep in staat is om haar intellectuele eigendommen in de toekomst te blijven gebruiken en dat zij alle waardevolle intellectuele eigendommen op toereikende wijze beschermt door op te treden tegen schendingen van haar intellectueleeigendomsrechten, door handelsgeheimen te bewaren en door gebruik te maken van de beschikbare wettelijke middelen zoals handelsmerken, octrooien en ontwerpregistraties. Hoewel de vennootschap geen
belangrijke geschillen heeft lopen, kan niet worden uitgesloten dat ze gerechtelijke procedures moet initiëren om haar rechten te beschermen.
Indien de bovenvermelde methoden niet volstaan om de intellectuele-eigendomsrechten van de Groep volledig te beschermen in haar belangrijkste markten of indien de bescherming vervalt, dan is het mogelijk dat derden (inclusief concurrenten) haar vernieuwingen of producten commercialiseren of haar knowhow gebruiken, wat een wezenlijk nadelige invloed kan hebben op onze activiteiten en/of bedrijfsresultaten.
We kunnen niet garanderen dat alle aangevraagde handelsmerken en octrooien in de toekomst zullen worden goedgekeurd. De Groep kan het risico niet uitsluiten dat bepaalde handelsmerken en octrooien zullen vervallen als het bedrijf er in de toekomst mogelijk niet in slaagt de registratie van dergelijke handelsmerken en octrooien te verlengen. In bepaalde geografische markten is het mogelijk moeilijker om de eigendomsrechten af te dwingen.
Het succes van de Groep zal gedeeltelijk afhangen van haar vermogen om haar activiteiten uit te voeren zonder een inbreuk te plegen op de eigendomsrechten van derden, of zonder zich de eigendomsrechten van anderen wederrechtelijk toe te eigenen. Hoewel er momenteel geen belangrijke claims tegen de Groep lopen waarin wordt beweerd dat intellectuele eigendomsrechten zijn geschonden, kan de Groep niet garanderen dat haar activiteiten van tijd tot tijd geen (onopzettelijke) inbreuk zullen plegen op de octrooien van derden.
De Groep kan mogelijk verplicht zijn veel tijd en inspanningen te besteden en kan juridische kosten oplopen indien de vennootschap zich moet verdedigen in rechtsvorderingen over intellectuele-eigendomsrechten die tegen de Groep worden aangespannen, ongeacht of de vorderingen gerechtvaardigd zijn.
Als blijkt dat de Groep een inbreuk pleegt of heeft gepleegd op de octrooien of andere intellectueleeigendomsrechten van derden, dan kan de Groep onderworpen worden aan aanzienlijke schadeclaims, die een wezenlijke impact kunnen hebben op de cashflow, de activiteiten, de financiële toestand of de bedrijfsresultaten van de Groep. Ook is het mogelijk dat de Groep de ontwikkeling, het gebruik of de verkoop van het relevante product of proces moet stopzetten, of dat de Groep licenties moet verkrijgen om de betwiste rechten te gebruiken, die mogelijk niet, of niet onder commercieel redelijke voorwaarden, beschikbaar zijn. Om de waarschijnlijkheid van een dergelijke schending te beperken, heeft het management een proces ingevoerd om de mogelijke schending van octrooien of intellectuele eigendomsrechten continu te controleren.
Productaansprakelijkheid. De activiteiten van de Groep zijn onderworpen aan mogelijke productaansprakelijkheidsrisico's die inherent zijn aan de productie en distributie van haar producten. Productaansprakelijkheid kan ook gelden voor toekomstige nieuwe producten die door Deceuninck Groep worden vervaardigd en verdeeld. Als de dekking van de productaansprakelijkheidsverzekering van Deceuninck Groep niet volstaat om productaansprakelijkheidsclaims met succes te dekken, dan zou dit een nadelige invloed kunnen hebben op haar activiteiten, financiële toestand of bedrijfsresultaten. Bovendien kan de verdediging tegen dergelijke vorderingen een aanzienlijke druk uitoefenen op het management, kunnen er aanzienlijke juridische vergoedingen verschuldigd zijn en kan de reputatie van de Groep negatief worden beïnvloed, ook wanneer de Vennootschap zich succesvol kan verdedigen tegen een dergelijke claim.
Compliance. Inbreuken op de toepasselijke wetten en regelgeving, alsook op de Gedragscode van de Groep door haar werknemers kunnen een nadelig effect hebben op de activiteiten of de financiële positie van de Groep.
Binnen een internationale onderneming kunnen individuele handelingen van werknemers leiden tot inbreuken. Dat kan een negatieve invloed hebben op het imago van de onderneming, op de activiteiten en op de waarde van het aandeel. Ondanks interne opleiding en de gedragscode van de Groep (die handelt over o.a. mensenrechten, anti-omkoping, anti-corruptie), kan de Groep niet vermijden dat sommige werknemers inbreuken plegen op de toepasselijke wet- en regelgeving of de Gedragscode.
Milieu. Deceuninck Groep is actief in markten met strikte en steeds verder ontwikkelende milieueisen. Productie van compound en opslag van gevaarlijke industriële producten brengen altijd een milieurisico met zich mee. Hoewel de Groep de nodige maatregelen heeft getroffen om dat risico te beperken en er zich in het verleden geen noemenswaardige problemen hebben voorgedaan, kan aansprakelijkheid op milieurechtelijk vlak niet worden uitgesloten. Milieuregelgeving kan namelijk leiden tot een systeem van risicoaansprakelijkheid waardoor de Groep aansprakelijk wordt gesteld, ongeacht of de Groep nalatig is geweest of een andere overtreding heeft begaan. Het niet naleven van bestaande of toekomstige milieuwetgeving en -reglementering kan leiden tot strafrechtelijke of administratieve boetes, die een nadelig effect kunnen hebben op de activiteiten, de bedrijfsresultaten of de financiële positie van de Groep.
_


"Het echte verhaal gaat niet alleen over mijn carrière in het bedrijf, maar om het gevoel deel uit te maken van de Deceuninck familie."
Plant en Supply Chain Manager Deceuninck Roemenië

Deceuninck leeft de Belgische Corporate Governance Code 2020 (de "Code") na. De Raad van Bestuur onderschrijft de principes van deugdelijk bestuur en transparantie zoals uiteengezet in de Code en past de Code toe als referentiecode.
In haar Corporate Governance Charter (samen met de bijlagen, het "Charter") zet de Vennootschap de voornaamste aspecten van haar governancebeleid uiteen, zoals haar bestuursstructuur, het intern reglement van de Raad en zijn comités, de algemene vergadering, de belangenconflictenregeling en de maatregelen ter voorkoming van marktmisbruik.
Het intern reglement is opgenomen als bijlage bij het Charter. Het Charter moet worden gelezen in aanvulling op de bepalingen die van toepassing zijn op de Vennootschap en waarop het is gebaseerd, met name (i) haar Statuten, (ii) het Belgisch Wetboek van Vennootschappen en Verenigingen (het "WVV"), en (iii) de Code. De toepassing van het beleid inzake deugdelijk bestuur van Deceuninck in 2021 wordt verder uiteengezet in deze Verklaring inzake Deugdelijk Bestuur.
Het is de bedoeling van de Raad van Bestuur om de principes van de Code zo goed mogelijk na te leven. Deceuninck wijkt echter als volgt af van de Code:
| Principe | Verklaring | ||
|---|---|---|---|
| De Raad is van mening dat het, gezien de complexiteit van de onderneming en de sector, moeilijk is om op elk moment een plan te hebben voor de opvolging van de CEO. |
|||
| Principes 2.10 en 2.13 | De Raad is van mening dat het moeilijk is om op elk moment een lijst van kandidaten voor de opvolging van alle leden van de Raad te hebben. Op die lijst moeten kandidaten staan met uiteenlopende bekwaamheden om te voldoen aan de vereisten van diversiteit binnen de Raad. |
||
| Principe 7.6 | De niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur kunnen inschrijvingsrechten krijgen na goedkeuring door de Algemene Vergadering. Om die reden werd besloten het principe om de niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur gedeeltelijk in aandelen te vergoeden, niet toe te passen. |
||
| Principe 7.9 | Hoewel werd besloten geen minimumdrempel vast te stellen, wordt de leden van het Uitvoerend Management aanbevolen aandelen van de Vennootschap aan te houden. |
||
| Principe 9.2 | De Raad besluit dit beginsel niet toe te passen; in plaats daarvan worden exitgesprekken gevoerd met bestuurders die de Raad verlaten en wordt de Raad in het algemeen geëvalueerd |


In 2020 heeft de Raad de monistische bestuursstructuur aangenomen als de nieuwe bestuursstructuur van de Vennootschap. Deze structuur bestaat uit de Raad, die bevoegd is om alle handelingen te verrichten die nodig of dienstig zijn voor de verwezenlijking van het doel van de Vennootschap, met uitzondering van die waarvoor de Algemene Vergadering bij wet gemachtigd is. Ten minste om de vijf jaar zal de Raad evalueren of de gekozen bestuursstructuur nog steeds geschikt is, en zo niet, zal hij een nieuwe bestuursstructuur voorstellen aan de Algemene Vergadering.
De Raad heeft een Auditcomité en een Remuneratie- en Benoemingscomité opgericht, die een adviserende, toezichthoudende en voorbereidende rol hebben voor bepaalde beslissingen die de Raad moet nemen. De bevoegdheid om beslissingen te nemen berust bij de Raad in zijn geheel.
De Raad heeft ook een directiecomité opgericht dat bestaat uit de CEO, de CFO, de General Counsel en de COO (het "DirCo"). Aan de leden van het DirCo werd het dagelijks bestuur van de Vennootschap gedelegeerd overeenkomstig artikel 7:121 WVV. Samen met de drie regionale CEO's vormen zij het Uitvoerend Management van de Vennootschap.
Ten slotte heeft de Raad van Bestuur in zijn vergadering van 16 december 2021 een bijzondere volmacht verleend aan de nieuwe CEO. Deze volmacht zal worden gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.
De Raad van Bestuur bestaat momenteel uit zeven Bestuurders. Eén lid is Uitvoerend Bestuurder ("CEO") en vier leden zijn Onafhankelijke Bestuurders in overeenstemming met de Code. Twee Bestuurders werden benoemd op aanbeveling van belangrijke aandeelhouders.
| Functie | Naam | Lidmaatschap Comités |
Laatste hernieuwing mandaat |
Vervaldatum van het mandaat |
|
|---|---|---|---|---|---|
| Uitvoerend bestuurder |
CEO | Humblebee Partners BV, vertegenwoordigd door Bruno Humblet |
GAV 2021 | GAV 2025 | |
| Niet-uitvoerende bestuurders |
Uitvoerend Voorzitter |
Beneconsult BV vertegenwoordigd door Francis Van Eeckhout |
Auditcomité (lid) Remuneratie- en benoemings comité (Voorzitter) |
GAV 2019 | GAV 2023 |
| Onafhankelijk bestuurder |
Marcel Klepfisch SAS vertegenwoordigd door Marcel Klepfisch |
Remuneratie- en benoemings comité (lid) Auditcomité (lid) |
GAV 2021 | GAV 2025 | |
| Ondervoorzitster | Venture Consult BV vertegenwoordigd door Benedikte Boone |
Remuneratie- en benoemings comité (lid) |
GAV 2019 | GAV 2023 | |
| Ondervoorzitter Onafhankelijk bestuurder |
Homeport Investment Management BV, vertegenwoordigd door Wim Hendrix |
Auditcomité (Voorzitter) |
GAV 2018 | GAV 2022 | |
| Onafhankelijk bestuurder |
Alchemy Partners BV, vertegenwoordigd door Anouk Lagae |
Remuneratie- en benoemings comité (lid) |
GAV 2021 | GAV 2025 | |
| Onafhankelijk bestuurder |
Paul Van Oyen | Remuneratie- en benoemings comité (lid) |
Gecoöpteerd door de Raad op 14/09/2021 |
GAV 2022 |
Op de jaarlijkse algemene vergadering van 2021 werden Marcel Klepfisch SAS, vertegenwoordigd door Marcel Klepfisch, en Alchemy Partners BV, vertegenwoordigd door Anouk Lagae, herbenoemd als onafhankelijke bestuurders tot de jaarlijkse Algemene Vergadering van 2025. Op dezelfde vergadering werd Humblebee Partners BV, vertegenwoordigd door Bruno Humblet, benoemd als Onafhankelijk Bestuurder tot de Algemene Vergadering van 2025 en werd de coöptatie en benoeming tot de jaarlijkse Algemene Vergadering van 2025 van Venture Consult BV, vertegenwoordigd door Benedikte Boone, bevestigd.
Het mandaat van Momentum BV, vertegenwoordigd door
Chris Lebeer, als onafhankelijk bestuurder is geëindigd op de jaarlijkse Algemene Vergadering van 2021.
Op 14 september 2021 heeft de Raad Paul Van Oyen gecoöpteerd als Onafhankelijk Bestuurder tot de jaarlijkse Algemene Vergadering van 2022, waar zijn benoeming officieel zal worden voorgelegd aan de aandeelhouders. Evedec BV, vertegenwoordigd door Mevr. Evelyn Deceuninck, heeft ontslag genomen als Bestuurder op 13 september 2021.
Op 6 september 2021 kondigde Deceuninck een wissel aan de top aan die inging op 1 januari 2022. Marcel Klepfisch, vertegenwoordiger van Marcel Klepfisch

SAS, kondigde aan dat hij eind 2021 zou aftreden als Voorzitter van de Raad van Bestuur. De Raad benoemde Francis Van Eeckhout, vertegenwoordiger van Beneconsult BV, tot Uitvoerend Voorzitter (niet-uitvoerend Bestuurder) met ingang van 1 januari 2022. Tegelijkertijd werd Bruno Humblet, vertegenwoordiger van HumbleBee Partners BV, benoemd als de nieuwe CEO van de Groep, die de verantwoordelijkheden van de heer Van Eeckhout overnam met ingang van 1 januari 2022.
In zijn rol van Uitvoerend Voorzitter zal Beneconsult BV, vertegenwoordigd door Francis Van Eeckhout, de volgende specifieke projecten toegewezen krijgen: aluminium en recyclage activiteiten.
De Raad heeft de gevolgen van de benoeming van zijn voormalige CEO als nieuwe Voorzitter zorgvuldig overwogen. De Raad was ervan overtuigd dat de vereiste autonomie van de nieuwe CEO niet zou worden belemmerd.
Op de jaarlijkse Algemene Vergadering van 26 april 2022 zal het mandaat van Homeport Investment Management BV, vertegenwoordigd door Wim Hendrix, voorgelegd worden ter herbenoeming tot de jaarlijks Algemene Vergadering van 2026.
De ere-bestuurders van Deceuninck zijn † Pierre Alain Baron De Smedt, Arnold Deceuninck en Willy Deceuninck.
Secretaris van de Raad van Bestuur is Ann Bataillie, vertegenwoordiger van Bakor BV, General Counsel.







De Raad heeft gespecialiseerde Comités opgericht om specifieke aangelegenheden te behandelen en de Raad advies te verstrekken. De Comités hebben een adviserende rol. De uiteindelijke beslissingsbevoegdheid berust bij de Raad van Bestuur.
Het huidige Auditcomité bestaat uit drie leden, die allen niet-uitvoerend bestuurder zijn. Twee leden van het Auditcomité worden beschouwd als onafhankelijk zoals bepaald in de Code:
• Homeport Investment Management BV, vertegenwoordigd door Wim Hendrix, Voorzitter
Alle leden van het Auditcomité beschikken over deskundigheid die relevant is voor de sector waarin Deceuninck actief is en ten minste één lid beschikt over deskundigheid op het gebied van boekhouding en het uitvoeren van audits.
De CEO wordt uitgenodigd op de vergaderingen van het Auditcomité.
Het huidige Remuneratie- en Benoemingscomité bestaat uit vijf leden, die allen niet-uitvoerend bestuurder zijn. Drie leden van het Remuneratie- en Benoemingscomité

worden als onafhankelijk beschouwd, zoals bepaald in de Code:
Rekening houdend met hun opleiding en beroepservaring, beschikken de leden over de nodige deskundigheid op het gebied van remuneratiebeleid.
De CEO wordt uitgenodigd op de vergaderingen van het Remuneratie- en Benoemingscomité.
De Raad is zeven keer bijeengekomen en heeft hoofdzakelijk de volgende onderwerpen besproken:
| Raad | Auditcomité | Remuneratie- en Benoemingscomité |
|
|---|---|---|---|
| TOTAAL vergaderingen gehouden in 2021 | 7 | 8 | 3 |
| Beneconsult BV, vertegenwoordigd door Francis Van Eeckhout |
7 | - | - |
| Marcel Klepfisch SAS, vertegenwoordigd door Marcel Klepfisch |
7 | 8 | 3 |
| Venture Consult BV, vertegenwoordigd door Benedikte Boone |
7 | - | 3 |
| Homeport Investment Management BV, vertegenwoordigd door Wim Hendrix |
7 | 8 | - |
| Evedec. BV, vertegenwoordigd door Evelyn Deceuninck |
(tot 13/09/2021) 5 | - | (tot 13/09/2021) 1 |
| Alchemy Partners BV, vertegenwoordigd door Anouk Lagae |
7 | - | 2 |
| Momentum BV, vertegenwoordigd door Chris Lebeer |
(tot 27/04/2021) 3 | - | - |
| HumbleBee Partners BV, vertegenwoordigd door Bruno Humblet |
7 | 8 | - |
| Paul Van Oyen | (vanaf 14/09/2021) 2 | - | (vanaf 14/09/2021) 2 |
Verder nam de Raad ook kennis van de verslagen en de voorstellen van besluiten van het Auditcomité en het Remuneratie- en Benoemingscomité en heeft, waar nodig, beslissingen genomen op basis van de aanbevelingen van deze comités.
Het Auditcomité kwam acht keer bijeen. Het stond de Raad bij in de uitoefening van zijn verantwoordelijkheden in de meest ruime zin en hield zich hoofdzakelijk bezig met de volgende onderwerpen:
Het Remuneratie- en Benoemingscomité kwam drie keer bijeen en heeft zich hoofdzakelijk gebogen over de volgende onderwerpen
Beneconsult BV, vertegenwoordigd door Francis Van Eeckhout, woonde de vergaderingen van het Remuneratieen Benoemingscomité bij, behalve wanneer de benoeming en/of de remuneratie van Venture Consult BV, vertegenwoordigd door Benedikte Boone, en van hemzelf werden besproken.
De Raad is verantwoordelijk voor een regelmatige evaluatie van zijn eigen prestaties met het oog op een voortdurende verbetering van het management van de Groep. Daartoe voert de Raad, onder leiding van de voorzitter, bij voorkeur om de drie jaar een evaluatie uit van zijn werkterrein, samenstelling, activiteiten en interactie met het DirCo. De Raad beoordeelt ook de werking van de Comités en de individuele Bestuurders. Het evaluatieproces heeft vier doelstellingen:
Op basis van de resultaten van de evaluatie bezorgt de Voorzitter een verslag met de zwakke en sterke punten aan de Raad van Bestuur meedelen en eventueel doet hij daarbij een voorstel tot benoeming van nieuwe bestuurders of legt hij de niet-verlenging van een bestuursmandaat voor aan het Remuneratie- en Benoemingscomité.
De geplande evaluatie in 2020 werd uitgesteld tot 2022 wegens COVID-19.

Het Uitvoerend Management van Deceuninck bestaat uit het DirCo en de regionale CEO's.
Het DirCo bestaat uit de volgende leden:
| Naam | Functie |
|---|---|
| HumbleBee Partners BV, vertegenwoordigd door Bruno Humblet |
CEO Groep, Voorzitter van het DirCo |
| Emveco BV, vertegenwoordigd door Serge Piceu |
CFO Groep |
| Value Coaching BV, vertegenwoordigd door Luc Vankemmelbeke |
COO Groep (sinds 1 februari 2022) |
| Bakor BV, vertegenwoordigd door Ann Bataillie |
General Counsel & Directeur HR Groep Secretaris van de Raad van Bestuur |
Het DirCo ondersteunt de CEO bij het dagelijks operationeel management van de Groep en de uitvoering van zijn verantwoordelijkheden in overeenstemming met de waarden, strategieën, beleidslijnen, plannen en budgetten die door de Raad worden bepaald. Aan de leden van het
DirCo werd het dagelijks bestuur van de Vennootschap gedelegeerd overeenkomstig artikel 7:121 BCA
De andere leden van het Uitvoerend Management, die een adviserende rol hebben, zijn:
| Naam | Functie |
|---|---|
| Ergun Cicekci | CEO Turkije & Emerging Markets |
| Déve Consulting BV, vertegenwoordigd door Stijn Vermeulen |
CEO Europa |
| Joren Knockaert | CEO Verenigde Staten |

Deceuninck streeft naar zowel diversiteit als complementariteit in de samenstelling van de Raad van Bestuur en het DirCo. De diversiteitscriteria hebben betrekking op geslacht, leeftijd, opleidings-/ beroepsachtergrond, geografische herkomst, (internationale) ervaring en deskundigheid/knowhow, rekening houdend met de regels en algemeen aanvaarde beginselen van niet-discriminatie.
Het Remuneratie- en Benoemingscomité draagt één of meer kandidaten voor met het oog op benoeming als lid van de Raad van Bestuur, rekening houdend met de behoeften van Deceuninck, de benoemingsprocedures en de selectiecriteria van de Raad van Bestuur. Leden van de Raad van Bestuur worden benoemd door de
algemene vergadering, aan wie de betreffende cv's worden bekendgemaakt. Verder geeft Deceuninck geen gedetailleerde informatie over de diversiteitscriteria en de doelstellingen aan haar aandeelhouders.
De leden van het DirCo worden benoemd door de Raad op voorstel van en na overleg met de CEO en het Remuneratie- en Benoemingscomité.
• Geslacht: Deceuninck leeft de regels inzake genderdiversiteit in de samenstelling van de Raad van Bestuur en het DirCo na. Overeenkomstig de Wet van 28 juli 2011 moet minstens één derde van de leden van de Raad van Bestuur van het andere geslacht zijn. Op 31 december 2021 bestond de raad uit twee vrouwen en vijf mannen, terwijl het DirCo uit één vrouw en twee mannen bestond.
Het beleid van Deceuninck met betrekking tot transacties en andere contractuele relaties tussen de vennootschap (m.i.v. haar verbonden vennootschappen) en haar bestuurders, die niet onder de wettelijke regeling inzake belangenconficten uiteengezet in artikelen 7:96 en 7:97 WVV vallen, is opgenomen in het Corporate Governance Charter.
Volgens het Charter moet elke transactie tussen de vennootschap (of een van haar dochtervennootschappen) en een bestuurder vooraf worden goedgekeurd door de Raad van Bestuur, onafhankelijk van de vraag of die transactie onderworpen is aan de wettelijke bepalingen ter zake. Een dergelijke transactie kan alleen plaatsvinden onder marktconforme voorwaarden.
De Raad van Bestuur heeft een protocol opgemaakt met betrekking tot transacties in aandelen van Deceuninck Groep of in afgeleiden of andere ermee verbonden financiële instrumenten en de openbaarmaking van die transacties door personen met leidinggevende verantwoordelijkheid en bepaalde medewerkers.
De principes van Deceunincks dealing code vormen een bijlage bij het Corporate Governance Charter.
Het remuneratiebeleid van de Vennootschap voor 2021 werd door de aandeelhouders goedgekeurd op de jaarlijkse Algemene Vergadering van 27 april 2021. Het is gepubliceerd op de website van de Vennootschap.
Voor 2022 zal een gewijzigd remuneratiebeleid ter goedkeuring worden voorgelegd aan de aandeelhouders tijdens de jaarlijkse Algemene Vergadering van 26 april 2022.
De voorgestelde wijzigingen zijn:
• De doelstellingen voor de variabele beloning op korte termijn van de leden van het Uitvoerend Management als volgt te wijzigen:

–
Voor 2022 zijn de evaluatiecriteria voor de CEO en de andere leden van het DirCo als volgt: REBITDAgroep (40%), Adjusted Free Cash Flow Groep (40%) en niet-financiële criteria (20%). Voor de andere leden van het Uitvoerend Management: REBITDA-groep (10%), REBITDA-regio (30%), Adjusted Free Cash Flow Groep (10%), Adjusted Free Cash Flow -Regio (30%) en niet-financiële criteria (20%). De niet-financiële criteria hebben betrekking op de bijdrage tot meer duurzaamheid en het uitdragen van de kernwaarden Candor, Top Performance en Entrepreneurship. De variabele remuneratie op korte termijn bedraagt in principe 40% van de jaarlijkse vaste remuneratie voor de leden van het Uitvoerend Management (excl. CEO) en 75% van de jaarlijkse vaste remuneratie voor de CEO. Dit percentage kan worden overschreden in functie van de
prestaties van de vennootschap, maar mag nooit meer bedragen dan 50% (voor de leden van het Uitvoerend Management) of 93,75% (voor de CEO). De variabele remuneratie met betrekking tot de bedrijfsdoelstellingen wordt slechts toegekend indien 90% of meer van de vooraf vastgelegde financiële doelstellingen werd bereikt.
• Toevoeging van de voorwaarden voor afwijking van het remuneratiebeleid tijdens het boekjaar, in overeenstemming met het WVV.
Niet-uitvoerende bestuurders ontvangen als remuneratie voor de uitvoering van hun mandaat een forfaitair bedrag verhoogd met een forfaitair bedrag per zitting van de Raad van Bestuur en begrensd tot een maximumbedrag. Het bedrag van de vergoeding is verschillend voor de voorzitter, ondervoorzitter en de andere niet-uitvoerende bestuurders. Indien de niet-uitvoerende bestuurders bovendien lid zijn van een comité, wordt die vergoeding verhoogd met een vast bedrag per vergadering van het betreffende comité.
VASTE REMUNERATIE (IN €) Min/jaar Max/jaar Voorzitter 40.000 80.000 Ondervoorzit(s)ter 30.000 60.000 Bestuurder 20.000 40.000
Indien aan bestuurders bijzondere taken en projecten zijn toegewezen, kunnen ze een passende remuneratie ontvangen. Prestatiegebonden vergoedingen zoals bonussen en voordelen in natura zijn uitgesloten. Er worden geen verbrekingsvergoedingen of vergoedingen voor pensioenuitgaven voorzien voor niet-uitvoerende bestuurders.
De zitpenning werd opgetrokken tot € 2.000 voor de Voorzitter van het Auditcomité. De overige vaste remuneratie is in 2021 ongewijzigd gebleven.
_
| ZITPENNINGEN (IN €) | Voorzitter | Lid |
|---|---|---|
| Raad van Bestuur | 3.000 | 1.500 |
| Auditcomité | 2.000 | 1.000 |
| Remuneratie- en Benoemingscomité |
1.000 | 1.000 |
De totale bezoldiging (bruto) betaald aan de nietuitvoerende leden van de Raad van Bestuur in het boekjaar 2021 bedroeg € 422.153,88.
In afwijking van de Code kunnen niet-uitvoerende bestuurders inschrijvingsrechten ontvangen na goedkeuring door de Algemene Vergadering. De jaarlijkse Algemene Vergadering van 2021 keurde de toekenning van inschrijvingsrechten onder het Warrantenplan 2021 aan de niet-uitvoerende bestuurders als volgt goed: 30.000 aan de Voorzitter en 15.000 aan elk van de Niet-Uitvoerende Bestuurders (met uitzondering van de toekomstige CEO en de gecoöpteerde niet-uitvoerende bestuurder). De prijs van de inschrijvingsrechten onder Warrantenplan 2021 bedraagt € 3,07. De inschrijvingsrechten dienden te worden aanvaard vóór 15 februari 2022. De uitoefenperiode loopt van 2025 tot 2031 (elk jaar in mei en september). In 2025 zal 1/3 van de inschrijvingsrechten verworven worden, in 2026: 2/3 en in 2027: 3/3.
In 2021 heeft geen enkel lid van de Raad van Bestuur inschrijvingsrechten uitgeoefend.
In 2021 zijn er door de vennootschap of een verbonden onderneming van de Groep geen leningen toegekend aan enige bestuurder, noch zijn er uitstaande betalingen die door de bestuurders verschuldigd zijn aan de vennootschap of een verbonden onderneming van de Groep.
Het lid van het DirCo dat ook lid was van de Raad van Bestuur als uitvoerend bestuurder, Beneconsult BV, vertegenwoordigd door Francis Van Eeckhout, ontving noch een vaste vergoeding, noch een aanwezigheidsvergoeding.
–
| Bestuur | Auditcomité | Remuneratie en Benoemings comité |
Vaste bezoldiging |
Variabele bezoldiging |
Totale brutobezol diging en verhouding vast/variabel |
|
|---|---|---|---|---|---|---|
| Marcel Klepfisch SAS, vertegenwoordigd door Marcel |
€ 21.000 | € 8.000 | € 3.000 | € 40.000 | - | € 72.000 100% vast 0% variabel |
| Klepfisch | ||||||
| Homeport Investment Management BV, vertegenwoordigd door Wim Hendrix |
€ 10.500 | € 16.000 | - | € 30.000 | - | € 56.500 100% vast 0% variabel |
| Venture | € 10.500 | - | € 3.000 | € 30.000 | - | € 43.500 |
| Consult BV, vertegenwoordigd door Benedikte Boone |
100% vast 0% variabel |
|||||
| Evedec. BV, | € 7.500 | - | € 1.000 | € 15.000 | - | € 23.500 |
| vertegenwoordigd door Evelyn Deceuninck |
100% vast 0% variabel |
|||||
| (tot 13/09/21) | ||||||
| Alchemy Partners BV, vertegenwoordigd |
€ 9.000 | - | € 2.000 | € 20.000 | - | € 31.000 100% vast |
| door Anouk Lagae | 0% variabel | |||||
| Momentum BV, vertegenwoordigd |
€ 4.500 | - | - | € 6.667 | - | € 11.167 |
| door Chris Lebeer (tot 27/04/21) |
100% vast 0% variabel |
|||||
| HumbleBee Partners BV, vertegenwoordigd door Bruno |
€ 10.500 | € 8.000 | - | € 20.000 | - | € 38.500 + € 135.987,21 bijzondere opdracht |
| Humblet | 100% vast 0% variabel |
|||||
| Paul Van Oyen | € 3.000 | - | € 2.000 | € 5.000 | - | € 10.000 |
| (vanaf 14/09/21) | 100% vast 0% variabel |
|||||
| Beneconsult BV, vertegenwoordigd |
100% vast 0% variabel |
|||||
| door Francis Van Eeckhout |
- | - | - | - | - | - |
| Totaal | € 76.500 | € 32.000 | € 11.000 | € 166.667 | - | € 422.153,88 |
De totale remuneratie van het Uitvoerend Management bestaat uit de volgende elementen: de vaste remuneratie, de variabele remuneratie op korte termijn en de variabele remuneratie op lange termijn. Het remuneratiepakket beoogt competitief te zijn en is afgestemd op de rol en verantwoordelijkheden van elk lid van het Uitvoerend Management, in een wereldwijd actieve industriële groep.
• Vaste bezoldiging
De vaste bezoldiging wordt vastgesteld op basis van hun individuele verantwoordelijkheden en vaardigheden. Zij wordt onafhankelijk van elk resultaat toegekend. Een deel van deze vaste bezoldiging kan, naar keuze van het managementlid, worden gebruikt voor pensioenopbouw of verzekeringsbijdragen.
• Variabele bezoldiging op korte termijn
Om de belangen van de Vennootschap en haar aandeelhouders op één lijn te brengen met de belangen van de managementleden, wordt een deel van het remuneratiepakket gekoppeld aan de prestaties van de Vennootschap met doelstellingen die verband houden met het jaarlijkse business plan.
Voor 2021 waren de evaluatiecriteria voor de voormalige CEO en de andere leden van de DirCo als volgt: REBITDA-groep (60%), Adjusted Free Cash Flowgroep (35%) en niet-financiële criteria (5%). Voor de andere leden van het Uitvoerend Management: REBITDA Groep (15%), REBITDA Regio (45%), Adjusted Free Cash Flow Groep (10%), Adjusted Free Cash Flow Regio (25%) en niet-financiële criteria (5%). De niet-financiële criteria verschillen per regio en hebben betrekking op hun bijdrage tot meer duurzaamheid. Voor Europa, Noord-Amerika en Rusland was dit het gebruik van gerecycleerd materiaal (met dien verstande dat de doelstellingen per regio verschillen). Turkije en de Emerging Markets

werden gemeten aan de hand van de vermindering van de totale hoeveelheid afval (geen PVC) per ton geproduceerde profielen
De variabele bezoldiging op korte termijn bedraagt in principe 40% van de jaarlijkse vaste bezoldiging voor de leden van het Uitvoerend Management (excl. CEO) en 75% van de jaarlijkse vaste remuneratie voor de voormalige CEO. Dat percentage kan worden overschreden voor wat betreft de bedrijfsprestaties, maar mag nooit meer dan 50% (voor de leden van het Uitvoerend Management) of 93,75% (voor de voormalige CEO) bedragen. De variabele bezoldiging gerelateerd tot de bedrijfsdoelstellingen wordt enkel toegekend indien 85% of meer van de vooropgestelde financiële targets werden gerealiseerd.
De basis voor de variabele bezoldiging is de remuneratie verdiend gedurende het boekjaar. De uitbetaling vindt eind februari van het daaropvolgende jaar plaats. Er is geen spreiding in de tijd van de variabele bezoldiging. De Buitengewone Algemene Vergadering van 16 december 2011 heeft beslist dat de Vennootschap niet gebonden is door de beperkingen betreffende de spreiding in de tijd van de variabele remuneratie van de bestuurders, de CEO en de andere leden van het Uitvoerend Management..
• Variabele bezoldiging op lange termijn
Aandelenopties en inschrijvingsrechten Het bedrijf biedt ook opties en/of inschrijvingsrechten op aandelen van de vennootschap aan. Het doel van die verloningsvorm is het motiveren en behouden van medewerkers die een significante impact (kunnen) hebben op de bedrijfsresultaten op middellange termijn. Bij de toekenning van opties en/ of inschrijvingsrechten wordt rekening gehouden met de strategische impact van de functie die de medewerker vervult en zijn/haar toekomstige (groei) potentieel. De onderliggende filosofie is de waarde van Deceuninck op lange termijn maximaal te verhogen door de belangen van het management te koppelen aan die van de aandeelhouders en de langetermijnvisie van het management te versterken. In dat kader bedraagt de uitoefenperiode van een optie
en warrant maximaal tien jaar. De aandelenopties en inschrijvingsrechten kunnen pas worden uitgeoefend na het derde jaar dat volgt op het jaar waarin de opties en inschrijvingsrechten werden aangeboden. Als de opties en/of inschrijvingsrechten op het einde van de uitoefenperiode niet werden uitgeoefend, verliezen ze alle waarde. Een derde van de warrants/opties wordt voor uitoefening vrijgegeven in het vierde, het vijfde en het zesde kalenderjaar na het jaar waarin de toekenning heeft plaatsgevonden tot aan het einde van de looptijd.
In geval van onvrijwillig vertrek (met uitzondering van een contractbreuk voor dringende reden) kunnen de aanvaarde en uitoefenbare aandelenopties/ inschrijvingsrechten enkel nog uitgeoefend worden tijdens de eerste uitoefenperiode volgend op de datum van de beëindiging. De uitoefenbare opties/ inschrijvingsrechten worden geannuleerd. In geval van onvrijwillig vertrek voor dringende reden worden de al dan niet verworven aanvaarde aandelenopties en inschrijvingsrechten, die nog niet werden uitgeoefend, geannuleerd. Deze voorwaarden omtrent de verwerving en de uitoefening van de opties en inschrijvingsrechten in geval van al dan niet vrijwillig vertrek, zijn toepasbaar zonder afbreuk te doen aan de bevoegdheid van de Raad van Bestuur om ten voordele van de begunstigde, op basis van objectieve en pertinente criteria, wijzigingen aan te brengen aan deze bepalingen. Indien de arbeidsovereenkomst een einde neemt omwille van de wettelijke oppensioenstelling of het einde van de carrière zullen de inschrijvingsrechten/ opties verder uitoefenbaar blijven. De aandelen die kunnen worden verworven in het kader van de uitoefening van de opties/inschrijvingsrechten, zijn genoteerd op Euronext Brussel; ze zijn van dezelfde aard en genieten dezelfde rechten als de bestaande gewone Deceuninck-aandelen.
In 2021 ontving de voormalige CEO een vaste vergoeding van € 551.250 en een variabele vergoeding van € 247.884 (45%). De CFO ontving een vaste vergoeding van € 264.000 en een variabele vergoeding van € 63.314 (24%). De General Counsel ontving een vaste vergoeding
van € 273.941 en een variabele vergoeding van € 65.699 (24%).
Het remuneratiepakket van de leden van het Uitvoerend Management bevat geen langetermijnbonus in contanten. De vaste bezoldiging is een totaalbedrag waarvan een gedeelte kan worden bijgedragen voor pensioenplannen of voor verzekeringen, naar eigen goeddunken van de leden van het DirCo.
Het Remuneratie- en Benoemingscomité evalueerde het behalen van de 2021-doelstellingen voor de leden van het DirCo en stelde aan de Raad van Bestuur voor om een variabele vergoeding op korte termijn te betalen op basis van de prestatiecriteria voor 2021 die werden behaald.
Aangezien de huidige leden van het DirCo handelen via een managementvennootschap, wordt geen bedrijfswagen ter beschikking gesteld.
Het totale bedrag van de vergoeding van de leden van het DirCo is in overeenstemming met het remuneratiebeleid van de onderneming en draagt bij tot de strategische doelstellingen van de onderneming.
De andere leden van het Uitvoerend Management ontvingen samen een vaste vergoeding van € 898.854 en een variabele bezoldiging van € 201.462 (22%). Het remuneratiepakket van de andere leden van het Uitvoerend Management bevat geen langetermijnbonus in contanten. De vaste bezoldiging is een totaalbedrag waarvan een gedeelte kan worden bijgedragen voor pensioenplannen of voor verzekeringen, naar eigen goeddunken van de andere leden van het Uitvoerend Management.
Het Remuneratie- en Benoemingscomité evalueerde het behalen van de 2021-doelstellingen voor de andere leden van het Uitvoerend Management en stelde aan de Raad van Bestuur voor om een variabele vergoeding op korte termijn te betalen op basis van de prestatiecriteria voor 2021 die werden behaald.
Er wordt geen bedrijfswagen ter beschikking gesteld van de andere leden van het Uitvoerend Management.

Het totale bedrag van de vergoeding van de andere leden van het Uitvoerend Management is in overeenstemming met het remuneratiebeleid van de onderneming en draagt bij tot de strategische doelstellingen van de onderneming.
De Buitengewone Algemene Vergadering van oktober 2006 heeft een optieplan op bestaande aandelen goedgekeurd waarbij aan de Raad van Bestuur de bevoegdheid werd verleend om jaarlijks 75.000 opties op bestaande aandelen toe te kennen.
In 2021 werden geen aandelenopties toegekend aan de leden van het Uitvoerend Management, werden geen aandelenopties uitgeoefend en vervielen 1.000 aandelenopties.
Op 29 oktober 2020 keurde de Raad van Bestuur een nieuw inschrijvingsrechtenplan ('Warrantplan 2020') van 1.500.000 inschrijvingsrechten goed. Op 23 december 2020 werden 350.000 inschrijvingsrechten van het Warrantplan 2020 aangeboden aan de voormalige CEO en 60.000 inschrijvingsrechten aan elk van de General Counsel, CEO Europa, CEO Turkije en CEO VS. De prijs van de inschrijvingsrechten bedraagt € 1,78. De inschrijvingsrechten werden allemaal aanvaard vóór 16 februari 2021. De uitoefenperiode loopt van 2024 tot 2030 (elk jaar in mei en september). In 2024 zal 1/3 van de inschrijvingsrechten verworven zijn, in 2025 een volgende 1/3 en in 2026 nog 1/3.
Op 29 juni 2021 keurde de Raad een nieuw inschrijvingsrechtenplan ("Warrantenplan 2021") van 3.000.000 inschrijvingsrechten goed. Op 16 december 2021 werden 350.000 inschrijvingsrechten van het Warrantplan 2021 aangeboden aan de voormalige CEO, 50.000 inschrijvingsrechten werden aangeboden aan de nieuwe CEO en 60.000 inschrijvingsrechten
werden aangeboden aan elk van de CFO, General Counsel, CEO Europa, CEO Turkije en CEO VS. De prijs van de inschrijvingsrechten bedraagt € 3,07. De inschrijvingsrechten dienden uiterlijk op 15 februari 2022 te worden aanvaard. De uitoefenperiode loopt van 2025 tot 2031 (elk jaar in mei en september). In 2025 wordt 1/3 van de inschrijvingsrechten verworven, in 2026 nog 1/3 en in 2027 nog 1/3.
In 2021 hebben de volgende leden van het Uitvoerend Management hun inschrijvingsrechten uitgeoefend:
| Ann Bataillie | |
|---|---|
| Mei 2021: | 27.500 @ € 1,79 |
| 27.500 @ € 1,76 | |
| Sept 2021: | 38.330 @ € 2,40 |
| Ergun Cicekci | |
|---|---|
| Mei 2021: | 27.500 @ € 1,79 |
| 18.334 @ € 1,76 | |
| 9.167 @ € 1,17 |
Hoewel de Raad van Bestuur het recht heeft om terugvorderingsclausules te laten opnemen, bevatten de overeenkomsten tussen de vennootschap en de CEO en de leden van het Uitvoerend Management op dit moment geen terugvorderingsclausules.
In 2021 werden geen vertrekvergoedingen betaald.
| Jaar | Totale jaarlijkse bezoldiging CEO |
Totale jaarlijkse bezoldiging uitvoerend management (excl. CEO) |
Totale jaarlijkse bezoldiging niet uitvoerende |
Gemiddelde personeels bezoldiging (VTE) |
Omzet | EBITDA |
|---|---|---|---|---|---|---|
| bestuurders | ||||||
| 2016 | € 646.934 vast en variabel |
€ 2.521.475 (8 leden) |
€ 259.500 | € 44.958 | € 670,9 mln. | € 65,1 mln. (REBITDA) |
| 2017 | € 460.080 vast |
€ 2.046.940 (7 leden) |
€ 263.500 | € 47.102 | € 687,2 mln. | € 66,7 mln. (REBITDA) |
| 2018 | € 923.185 vast en variabel |
€ 2.147.577 (7 leden) |
€ 253.500 | € 45.985 | € 674,2 mln. | € 72,4 mln. (Adj.) |
| 2019 | € 525.000 vast |
€ 598.570 (2 DirCo leden) |
€ 267.000 | € 47.090 | € 633,8 mln. | € 60,6 mln. (Adj.) |
| 2020 | € 965.781 vast en variabel |
€ 821.038 (2 DirCo-leden) |
€ 296.833 | € 48.417 | € 642,2 mln. | € 86 mln. (Adj.) |
| 2021 | € 799.134 | € 666.954 (2 DirCo leden) |
€ 422.153,88 | € 49.027 | € 838,1 mln. | € 97,7 mln (Adj.) |
De bezoldigingsverhouding tussen de hoogste bezoldiging in het Uitvoerend Management (CEO-vergoeding) en de laagste bezoldiging van de personeelsleden bedraagt 25,36.
PwC Bedrijfsrevisoren BV, met maatschappelijke zetel in 1831 Diegem (Machelen), Culliganlaan 5, met ondernemingsnummer 0429.501.944, vertegenwoordigd door Lien Winne, werd in 2020 benoemd als commissaris voor 3 jaar, tot de sluiting van de jaarlijkse Algemene Vergadering van 2023.
Iedere bestuurder en ieder lid van het DirCo wordt aangemoedigd om zijn persoonlijke en zakelijke belangen zo te regelen dat er geen rechtstreeks of onrechtstreeks belangenconflict is met de Vennootschap. Deceuninck heeft geen kennis van enig mogelijk belangenconflict bij de leden van de Raad van Bestuur en het DirCo tussen hun taken jegens de vennootschap en hun privé- en/of andere taken.
De belangenconflictenregeling van artikel 7:96 van het WVV werd in 2021 eenmaal toegepast.
Op 29 juni 2021 is de Raad van Bestuur bijeengekomen om een nieuw inschrijvingsrechtenplan ("Inschrijvingsrechtenplan 2021") goed te keuren. Voor de vergadering lichtte Beneconsult BV, vertegenwoordigd door Francis Van Eeckhout, de Raad in over zijn mogelijk vermogensrechtelijk belang als uitvoerend bestuurder wat in strijd is met de agenda van de Raad van Bestuur, aangezien hij een begunstigde zou zijn van het nieuwe Inschrijvingsrechtenplan 2021. De uitvoerend bestuurder verliet de vergadering en heeft niet overlegd
noch beslist inzake de goedkeuring van het nieuwe Inschrijvingsrechtenplan 2021. Ook de commissaris werd ingelicht over dit mogelijke vermogensrechtelijke belangenconflict. In overeenkomst met de wettelijke bepalingen bevat dit jaarverslag een uittreksel van de notulen van de raad.
"Alvorens de discussie met betrekking tot dit punt wordt aangevangen, deelt de besloten vennootschap "BENECONSULT", met als vaste vertegenwoordiger de heer VAN EECKHOUT Francis, beiden voornoemd, zijnde de uitvoerende bestuurder van de Vennootschap, vertegenwoordigd als voorzegd, mee dat er in haar hoofde een strijdig belang van vermogensrechtelijke aard kan bestaan met betrekking tot de beslissingen die de raad van bestuur zal nemen met het oog op het goedkeuren van het "Inschrijvingsrechtenplan 2021", aangezien zij er eveneens begunstigde van is. De raad van bestuur heeft akte genomen van dit strijdig belang en van het feit dat dit eveneens werd gesignaleerd door de betrokken bestuurder aan de commissaris van de vennootschap.
Overeenkomstig artikel 7:96 van het WVV en verenigingen mag de betrokken bestuurder, vertegenwoordigd als voorzegd, niet deelnemen aan de beraadslagingen van de raad van bestuur over deze verrichtingen of beslissingen, noch aan de stemming in dat verband.
De betrokken bestuurder heeft bijgevolg, vertegenwoordigd als voorzegd, niet deelgenomen aan de beraadslagingen, noch aan de stemming. De rechtvaardigingsgronden betreffende voornoemd strijdig belang zijn:
Het door de raad van bestuur op voorstel van het remuneratie- en benoemingscomité genomen initiatief om het "Warrantplan 2021" te lanceren heeft tot doel om bepaalde personeelsleden van de Vennootschap en van haar dochtervennootschappen, die uitgenodigd zullen worden om deel te nemen aan dit "Inschrijvingsrechtenplan 2021", te motiveren om bij te dragen tot de groei van de Deceuninck Groep en om hun loyaliteit ten aanzien van de Deceuninck Groep te bevorderen.
Het is voor de Vennootschap van belang een nieuw inschrijvingsrechtenplan uit te geven. De Vennootschap is immers van oordeel dat het werk, het initiatief en de ondernemerszin van elk van de begunstigden van het Inschrijvingsrechtenplan een belangrijke bijdrage levert aan de ontwikkeling van de activiteiten en

_
de resultaten van de Vennootschap. Zij wenst de begunstigden daarom de kans te geven (bijkomende) aandelen van de Vennootschap te verwerven aan een vooraf bepaalde inschrijvingsprijs, zodat zij financieel kunnen participeren in de toegevoegde waarde en de groei van de Vennootschap. De ervaring van de voorbije jaren heeft immers uitgewezen dat aandelenopties, inschrijvingsrechten en deelname in het aandeelhouderschap door de personeelsleden een belangrijk element van motivatie en betrokkenheid t.a.v. het bedrijf uitmaakt. Dergelijk plan heeft immers tot doel de inzet en motivatie op lange termijn van personeelsleden te bevorderen, zodat hun inzet bijdraagt in het realiseren van de groei en desgevallend van herstructureringen. De Vennootschap heeft het voornemen om verder jaarlijks inschrijvingsrechten toe te kennen op aandelen. Het aanbod van deze nieuwe inschrijvingsrechten zal geen verzaking uitmaken in hoofde van de begunstigden aan eerdere opties en/of inschrijvingsrechten op aandelen die door hen werden aanvaard.
Als dusdanig kadert de voorgenomen uitgifte in de belangen van de Vennootschap en acht de raad van bestuur de opheffing van het voorkeurrecht van de bestaande aandeelhouders gerechtvaardigd.
De vermogensrechtelijke gevolgen zijn de volgende: De vermogensrechtelijke gevolgen voor de vennootschap die voortvloeien uit het feit om inschrijvingsrechten toe te kennen aan de uitvoerende bestuurder zijn miniem, rekening houdend met enerzijds het totaal aantal effecten waarop deze verrichting betrekking heeft en met anderzijds het feit dat de uitoefenprijs van de inschrijvingsrechten gebaseerd is op de actuele beurskoers van de aandelen.
De raad van bestuur verklaart dat er in hoofde van de overige bestuurders van de Vennootschap, zijnde de niet-uitvoerende bestuurders van de Vennootschap, geen belangenconflict aanwezig is, gezien het "Inschrijvingsrechtenplan 2021" voorziet dat de eventuele toekenning van de gecreëerde inschrijvingsrechten in hun hoofde het gevolg zal zijn van een beslissing te nemen door de algemene vergadering van de Vennootschap."
De belangenconflictenregeling van artikel 7:97 van het WVV werd in 2021 niet toegepast.
Het maatschappelijk kapitaal (€ 54.441.352,14) is volgestort en wordt vertegenwoordigd door 138.040.929 aandelen zonder nominale waarde.
De vennootschap biedt aandelenopties en inschrijvingsrechten van de vennootschap aan. Aandelenopties en inschrijvingsrechten worden persoonlijk toegekend en zijn niet overdraagbaar, behalve in geval van overlijden van de houder ervan.
Geen
Mechanisme voor de controle van aandelenplannen voor werknemers wanneer de zeggenschapsrechten niet rechtstreeks door de werknemers worden uitgeoefend
Geen
De stemrechten verbonden aan de aandelen die in het bezit zijn van Deceuninck en haar rechtstreekse en onrechtstreekse dochtervennootschappen zijn geschorst. Op 31 december 2021 betrof het 69.769 aandelen (0,05% van de aandelen die op dat ogenblik in omloop waren).
Aan Deceuninck NV bekende aandeelhoudersovereenkomsten die aanleiding kunnen geven tot beperking van de overdracht van effecten en/of van de uitoefening van het stemrecht
Geen
De leden van de Raad van Bestuur worden benoemd door de algemene vergadering van aandeelhouders. Hun initiële mandaat is maximaal vier jaar (gebaseerd op het Corporate Governance Charter van de Vennootschap) en kan worden hernieuwd. Het Remuneratie- en Benoemingscomité draagt één of meer kandidaten tot benoeming voor, rekening houdend met de noden van de vennootschap en overeenkomstig de benoemingsprocedure en selectiecriteria die de Raad van Bestuur daartoe heeft opgesteld. Bij de samenstelling van de Raad van Bestuur wordt rekening gehouden met de noodzakelijke diversiteit en complementariteit inzake (o.a.) gender, bekwaamheden, ervaring en kennis (zie hiervoor 'Diversiteitsbeleid').
Tijdens de herziening van het Corporate Governance Charter van Deceuninck heeft de Raad beslist om de leeftijdsbeperking voor bestuurders op te trekken van 70 naar 75 jaar op het moment van (her)benoeming. In principe eindigt de termijn van een bestuurder bij de afsluiting van de jaarlijkse vergadering die geldt als het einde van zijn of haar mandaat.
Elke wijziging van de statuten van Deceuninck Group
gebeurt in overeenstemming met het WVV.
De buitengewone algemene vergadering van 28 april 2020 heeft de Raad van Bestuur gemachtigd om eigen aandelen te verkrijgen, door aankoop of ruil, rechtstreeks of door een persoon die handelt in eigen naam maar voor rekening van de vennootschap, aan een prijs die niet lager mag zijn dan één euro (€ 1,00) en niet hoger dan de gemiddelde aandelenprijs van de 30 dagen voorafgaand aan de beslissing van de Raad verhoogd met 30%, en dat op zulke wijze dat de vennootschap op geen enkel ogenblik eigen aandelen zal bezitten waarvan de fractiewaarde hoger zal zijn dan twintig procent (20%) van het geplaatste kapitaal van de vennootschap. Er is geen voorafgaand besluit van de Algemene Vergadering vereist wanneer de verkrijging van effecten geschiedt om deze aan te bieden aan het personeel van de vennootschap.
De Raad van Bestuur is bovendien gemachtigd om deze aandelen te verkopen zonder gehouden te zijn aan bovenstaande prijs- en tijdsbeperkingen. De machtiging geldt voor een periode van vijf jaar te rekenen vanaf 15 mei 2020 en kan, overeenkomstig artikel 7:215 van het WVV, hernieuwd worden.
In het boekjaar 2021 werden geen aandelen ingekocht.
De buitengewone algemene vergadering van 28 april 2020 heeft de Raad van Bestuur uitdrukkelijk gemachtigd om, overeenkomstig de bepalingen van de artikelen 7:215 en volgende van het WVV, eigen aandelen, winstbewijzen of certificaten die daarop betrekking hebben, te verkrijgen of te verkopen, indien de verkrijging of vervreemding noodzakelijk is ter vermijding van een dreigend ernstig nadeel voor de vennootschap. Deze machtiging geldt voor een periode van drie jaar vanaf de bekendmaking ervan in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad en kan, overeenkomstig artikel 7:215 van het WVV, worden hernieuwd.
De Raad van Bestuur kan, voor een periode van vijf jaar vanaf 15 mei 2020, het maatschappelijk kapitaal van de vennootschap in een of meerdere malen verhogen ten belope van een maximumbedrag van € 53.925.310,12. Deze kapitaalverhoging kan worden uitgevoerd in overeenstemming met de voorwaarden die zijn vastgesteld door de Raad van Bestuur, zowel door inbreng in geld als door inbreng in natura evenals door incorporatie van reserves of van uitgiftepremies, met of zonder uitgifte van nieuwe aandelen, alsook door in een of meerdere malen in aandelen converteerbare obligaties, obligaties met warrants of warrants die al dan niet verbonden zijn aan een ander effect uit te geven. Evenwel mag de kapitaalverhoging waartoe besloten wordt door de Raad van Bestuur niet vergoed worden door aandelen zonder aanduiding van nominale waarde uitgegeven beneden de fractiewaarde van de oude aandelen.
De buitengewone algemene vergadering van 28 april 2020 heeft de Raad van Bestuur gemachtigd om voor een periode van drie jaar, onder de voorwaarden en binnen de grenzen van artikel 7:202 van het WVV, het toegestane kapitaal te gebruiken in geval van kennisgeving door de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) van een openbaar overnamebod op de aandelen van de Vennootschap. De Raad van Bestuur bepaalt de data en de voorwaarden van de kapitaalverhogingen die hij beveelt
in toepassing van voorgaande, inbegrepen de eventuele betaling van de uitgiftepremies.
Wanneer gebruik wordt gemaakt van voorgaande (en inclusief bij de uitgifte van converteerbare obligaties of warrants), bepaalt de Raad van Bestuur overeenkomstig artikelen 7:191 en volgende van het WVV de termijn en de andere voorwaarden van de uitoefening door de aandeelhouders van het recht van voorkeur wanneer de wet hen dat recht toekent.
Hij kan tevens, overeenkomstig artikelen 7:191 en verder, in het belang van de vennootschap en onder de voorwaarden door de wet vastgesteld, het voorkeurrecht van de aandeelhouders beperken of opheffen, ten gunste van een of meerdere bepaalde personen die hij kiest, ongeacht of deze personen behoren tot het personeel van de Vennootschap of haar dochtervennootschappen. Wanneer een uitgiftepremie wordt betaald ingevolge een kapitaalverhoging, dan wordt deze van rechtswege overgedragen naar een onbeschikbare rekening genaamd 'uitgiftepremies' waarover slechts beschikt kan worden onder de voorwaarden vereist voor de kapitaalvermindering. De premie kan echter steeds ingelijfd worden bij het maatschappelijk kapitaal; deze beslissing kan door de Raad van Bestuur genomen worden zoals hierboven aangegeven.
Door de vermelde buitengewone algemene vergadering van aandeelhouders van de vennootschap werd aan de Raad van Bestuur tevens de bevoegdheid verleend om, met het oog op de coördinatie van de statuten, zodra het toegestane kapitaal of een gedeelte ervan is omgezet in geplaatst kapitaal, het daarop betrekking hebbende artikel van de statuten aan te passen.
In 2021 waren er geen kapitaalverhogingen in het kader
van het toegestaan kapitaal, met uitzondering van twee vaststellingen ten gevolge van de uitoefening van inschrijvingsrechten (op 3 juni 2021 en op 4 oktober 2021), resulterend in een resterend toegestaan nietgeplaatst kapitaal van € 53.409.268.
Tussen Deceuninck NV en haar bestuurders of werknemers gesloten overeenkomsten die in vergoedingen voorzien wanneer, naar aanleiding van een openbaar overnamebod, de bestuurders ontslag nemen of zonder geldige reden moeten afvloeien of de tewerkstelling van de werknemers beëindigd wordt
Geen


Iedere aandeelhouder die minstens 3% van de stemrechten in bezit heeft, moet zich conformeren met de wet van 2 mei 2007 op de openbaarmaking van de belangrijke deelnemingen, van het KB van 14 februari 2008 en het Belgisch WVV.
De betrokkenen dienen daarvoor een kennisgeving op te sturen naar de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) en naar de Vennootschap.
Op basis van de laatst ontvangen participatiemeldingen, in toepassing van de wet van 2 mei 2007, blijkt dat het aandeelhouderschap als volgt is verdeeld op 31 december 2021:
| Aandeelhouder | Aantal aandelen | Percentage |
|---|---|---|
| Gramo BV1 | 24.043.470 | 17,42 |
| Holve NV1 | 16.067.809 | 11,64 |
| H.P. Participaties Comm.V. | 10.400.000 | 7,53 |
| Frank Deceuninck | 7.092.237 | 5,14 |
| Eigen aandelen | 69.769 | 0,05 |
| Andere | 80.367.644 | 58,22 |
| Totaal | 138.040.929 | 100,00 |
1 Holding gecontroleerd door Francis Van Eeckhout

Toenemende grondstoffenschaarste en klimaatverandering zijn de drijfveren achter onze circulaire economie-ambitie. Het recycleren van PVC, het ontwerpen van 100% recycleerbare producten en investeringen in de inzameling van end-of-life producten zullen ons helpen de CO2 uitstoot te verminderen en ons onafhankelijker te maken van nieuwe grondstoffen.
Jaarverslag 2021
05
Toenemende grondstoffenschaarste en klimaatverandering zijn de drijfveren achter onze circulaire economie-ambitie. Het recycleren van PVC, het ontwerpen van 100% recycleerbare producten en investeringen in de inzameling van end-of-life producten zullen ons helpen de CO2 uitstoot te verminderen en ons onafhankelijker te maken van nieuwe grondstoffen.

Wereldwijde trends beïnvloeden onze huidige en toekomstige activiteiten en creëren zowel risico's als kansen voor ons bedrijf. Hieronder vatten we enkele van de belangrijkste trends samen en hun mogelijke impact op onze activiteiten en onze duurzaamheidsstrategie, nu en de komende tien jaar.
De Europese Unie wil tegen 2050 klimaatneutraal zijn (de Europese "Green Deal"). Als gevolg daarvan wordt in toenemende mate van bedrijven verwacht dat zij rekening houden met impact op de CO2-uitstoot bij het gebruik van energie, water en het beïnvloeden van de biodiversiteit. Deze effecten worden steeds meer gereguleerd.
Wat de aanpassing aan de klimaatverandering betreft, heeft de klimaatverandering nu al gevolgen voor het type huisvesting in sommige regio's (bv. paalwoningen en verplaatsbare huizen) en door de toenemende fysieke gevolgen van de klimaatverandering zal dat in de toekomst steeds meer het geval zijn.
Onze producten met een superieure kwaliteit en lange levensduur zorgen voor energiebesparing dankzij hun optimale thermische isolatie-eigenschappen. Door het recycleren van PVC, besparen we potentiële CO2 emissies aangezien we dan geen nieuwe grondstoffen moeten gebruiken.
Doelstellingen voor koolstofreductie in overeenstemming met de "Science-Based Targets".
De wereld wordt geconfronteerd met ongekende grondstoffentekorten die hebben geleid tot recordprijzen in vele sectoren, waaronder ook de onze. In combinatie met een grote marktvraag hebben deze effecten ook onze productie en logistiek beïnvloed en blijven zij ook in de toekomst een kritiek aandachtspunt.
Investeringen in onze eigen recyclagefabriek en inzameling van producten aan het einde van hun levensduur.
Kunststoffen liggen onder vuur in het maatschappelijke debat omdat er te veel plastic afval in het milieu terechtkomt. Al te vaak wordt echter geen onderscheid gemaakt tussen eenmalig gebruikte kunststoffen en duurzamer gebruik van kunststoffen in producten, zoals die welke wij produceren.
Meer proactieve communicatie over de positieve eigenschappen van onze producten en onze inspanningen om te investeren in een circulaire economie.
We zien de verwachtingen van beleidsmakers en consumenten ten aanzien van de milieuprestaties van producten en de blootstelling aan mogelijk schadelijke chemische stoffen in producten toenemen. Tegelijkertijd verwachten ze meer transparantie en informatie over deze onderwerpen.
Een op risico's gebaseerde aanpak van de blootstelling aan mogelijk gevaarlijke stoffen tijdens het gebruik, die ervoor zorgt dat onze producten veilig kunnen worden gebruikt.
Investeringen in systemen en procedures om de milieuprestaties van producten tijdens de productie en hun levensduur te volgen.
Bedrijven worden geconfronteerd met toenemende concurrentie om geschoolde arbeidskrachten aan te trekken en te behouden. Als antwoord op de druk op de arbeidsmarkt is het niet alleen belangrijk om meer mensen aan te trekken, maar ook om een meer diverse waaier van talenten aan te trekken. In de snel veranderende werkomgeving neemt de behoefte aan opleiding "on-the-job" toe.
HR-beleid gericht op de betrokkenheid van werknemers en een opleidingsprogramma voor werknemers dat zich richt op een welkomstpakket en opleiding "on-the-job".
Een gevarieerd personeelsbestand met gendergelijkheid als een essentieel onderdeel van ons DNA.
De wereldwijde bevolkingsgroei leidt tot een toenemende vraag naar huisvesting. Tegelijkertijd heeft dat gevolgen voor de regelgeving in sommige regio's; bijvoorbeeld: een bouwverbod op nieuwe terreinen wat de renovatie van bestaande woningen aanmoedigt. Geluidsisolerende eigenschappen van woningen worden steeds belangrijker in een context van verstedelijking.
De bouwrenovatiegolf zal naar verwachting een positieve invloed hebben op onze omzet in de komende jaren.
Onze producten hebben optimale akoestische eigenschappen en een superieure thermische isolatie.

De impact van deze trends heeft geleid tot een strategische noodzaak om tegemoet te komen aan de verwachtingen van een breed scala aan belanghebbenden bij het creëren van waarde op lange termijn. Het realiseren van onze ambitie om een duurzaam huis te bouwen kan niet zonder rekening te houden met de belangen en verwachtingen van onze stakeholders.
De Groep is begaan met hun behoeften en voert een open dialoog. In mei 2021 hebben we interviews georganiseerd met een selectie van belangrijke stakeholders in de Belgische markt.
De input die we ontvingen, was van belang voor onze duurzaamheidsstrategie. Het is onze bedoeling om de interactie met stakeholders over duurzaamheid in 2022 te intensiveren, waarbij we ons in eerste instantie zullen richten op stakeholders in België.
| Stakeholder | Verwachtingen | Communicatiekanalen | Acties | |
|---|---|---|---|---|
| Werknemers | Gezondheid, veiligheid en welzijn Loopbaanontwikkeling Werknemersrechten en -voordelen |
Jaarlijkse evaluatie, Deceuninck-intranet, Gedragscode voor Werknemers |
Veiligheidstrainingen en bewustmakingsprogramma's Talentmanagement Loonbenchmarks Teambuilding activiteiten Diversiteitsbeleid |
|
| Klanten | Kwalitatieve producten Service en Technische ondersteuning Delen van informatie Sterke financiële resultaten Circulaire producten |
Klantendienst, Preferred Partnerships, Trainingsprogramma voor klanten Beurzen |
Producten ontwikkelen en produceren die voldoen aan de hoogste kwaliteitsnormen Toegewijde teams voor technische ondersteuning Digitale transformatie Beschikbaarheid van informatie over circulaire producten |
|
| Investeerders | Economische groei Risicobeheer Delen van informatie ESG prestaties en transparantie |
Jaarlijkse Algemene Vergadering Roadshows voor beleggers Persberichten Website www.deceuninck.com/investors |
Financiële duurzaamheid Geïntegreerde rapportering Klimaatreductiestrategie en CDP rapportering |
|
| Leveranciers | Eerlijke handel Gedeelde groei en innovatie Duurzame materialen en productie |
Dagelijkse contacten in het veld Opleidingen Gedragscode voor Leveranciers |
Leveranciersaudits Partnerschappen (bvb: om uitstoot gerelateerd aan grondstoffen te verkleinen) |
|
| Lokale gemeenschappen en buren |
Lokale rekrutering Lokale milieubescherming Liefdadigheid |
Sociale en andere media | Lokale rekruteringscampagnes Liefdadigheidsevenementen |
|
| Regelgever, Autoriteiten, Publieke Organisatie |
Naleven van regelgeving Het delen van kennis en ervaringen Veiligheid en milieuprestaties van onze producten Klimaatverandering Deugdelijk bestuur |
Deelname aan werkgroepen en overlegorganen Ad hoc dialoog met lokale besturen Samenwerking op R&D projecten met experten |
Een compliance-cultuur uitbouwen met gedragscode, opleidings en bewustmakingsprogramma's Communiceren over hoe onze producten bijdragen tot de Europese Green Deal doelstellingen Klimaatreductiestrategie |
De Groep heeft een duidelijk engagement om te handelen met respect voor mens, maatschappij en milieu. Duurzaamheid is een integraal onderdeel van ons bedrijfsmodel en onze duurzaamheidsstrategie is dan ook een integraal onderdeel van onze missie. Om onze duurzaamheidsambitie waar te kunnen maken en onze stem in de markt te laten horen, zijn een solide financiële performance en een substantieel marktaandeel essentieel.
Mens, Milieu en Maatschappij zijn de drie belangrijkste pijlers van onze duurzaamheidsstrategie. Voor elke pijler hebben we een overkoepelende missie geformuleerd en die gekoppeld aan de meest relevante materiële onderwerpen.
Bij het bepalen van de materiële onderwerpen voor onze activiteiten hebben we rekening gehouden met de volgende informatie: de wereldwijde trends, de analyse van de referentiemodellen, de verwachtingen van onze stakeholders, onze risicobeoordeling en een aftoetsing met gelijkaardige bedrijven in gelijkaardige sectoren. De referentiemodellen die als inspiratiebron dienden voor het bepalen van de materiële onderwerpen zijn: "UN Sustainable Development Goals" (SDG's), "Sustainability Accounting Standards Board (SASB) Chemical Standard" en het "Global Reporting Initiative" (GRI).
We hebben gedefinieerd hoe de materiële onderwerpen bijdragen aan de Sustainable Development Goals van de Verenigde Naties. De SDG's bestaan uit 17 wereldwijde doelstellingen die tegen 2030 moeten worden bereikt.
Onze aanpak is ons te richten op de - 11 - doelen waar wij de meeste impact kunnen hebben. Daarnaast is SDG 17 (wereldwijde partnerschappen voor duurzame ontwikkeling) voor ons een overkoepelend doel om onze ambitie waar te maken.
De belangrijkste verandering ten opzichte van de materialiteitsanalyse van 2020 bestaat uit een sterkere nadruk op klimaatverandering. In de loop van 2022 zullen wij, in overeenstemming met ons referentiemodel GRI, met onze belanghebbenden overleggen om het belang en de prioriteiten van de door ons vastgestelde materiële thema's, met inbegrip van de doelstellingen en prestaties, verder te beoordelen. Wij zullen ook de overweging van de 'dubbele materialiteit' beoordelen in onze materialiteitsoefening ter voorbereiding op de komende CSRD (Corporate Sustainability Reporting Directive).
–
| Mensen | Milieu | Maatschappij | |
|---|---|---|---|
| Missie | Wij bouwen een duurzaam huis voor onze mensen, gebaseerd op onze kernwaarden. Wij creëren de voorwaarden voor een goede werk omgeving en een inclusieve werkplek. Onze mensen zijn actief in opleiding en persoonlijke ontwikkeling. |
We helpen mee bouwen aan een energie-efficiënt huis. We creëren duurzame, onderhoudsarme bouw producten met top isolerende eigenschappen. Onze producten zijn gemaakt met de kleinste ecologische voetafdruk en kunnen volledig gerecycleerd worden aan het einde van hun levensduur. Wij investeren in het verlagen van de ecologische voetafdruk van onze activiteiten. |
Wij leveren toegevoegde waarde aan onze klanten en eindconsumenten via onze oplossingen en diensten. Wij bieden topprestaties in kwaliteit en service door vertrouwde partnerschappen met klanten. Wij handhaven de hoogste gezondheids en veiligheid productnormen. Onze werknemers en leveranciers respecteren ethische werk normen. |
| Prioriteiten | Tewerkstelling Talentmanagement Gezondheid & veiligheid Diversiteit |
Materialen en recyclage Productontwerp en levensduurbeheer Energiebeheer Waterbeheer Afvalbeheer Uitstoot van broeikasgassen |
Gezondheid & veiligheid van de eindgebruiker Ethiek en compliance Bescherming van persoonsgegevens |
| SDG'S |

Ons governancesysteem is gebaseerd op een duidelijke omschrijving van de rollen en verantwoordelijkheden tussen de volgende actoren:
In 2022 willen wij het governance- en managementsysteem voor duurzaamheid verder ontwikkelen met onder meer een stappenplan om de integratie van duurzaamheid in elke entiteit van onze organisatie te verbeteren.
Het EU-actieplan voor de financiering van duurzame groei heeft geleid tot de oprichting van de 'EU-Taxonomie', een classificatiesysteem voor duurzame economische activiteiten. Door transparantie wil de EU-Taxonomie bijdragen tot de heroriëntering van middelen naar de Europese Green Deal. Het is in wezen een classificatiesysteem dat definieert welke activiteiten ecologisch duurzaam ("groen") zijn en hoe de "groenheid" van de omzet, CAPEX en OPEX van een bedrijf kan worden berekend. De EU-taxonomie omvat een stapsgewijze analyse. In overeenstemming met de wettelijke vereisten rapporteert de Groep momenteel de eerste stap: de geschiktheid op basis van de gedelegeerde EU-taxonomieverordening Klimaat. Vanaf 2022 zullen we de Taxonomie-beoordeling
uitbreiden tot de afstemming op de gedelegeerde EU-taxonomieverordening Klimaat met een meer gedetailleerde analyse van de Technische Screening, de Do No Significant Harm en de Minimale Sociale Waarborg-criteria, evenals de andere milieudoelstellingen van de EU-Taxonomie.
Geschiktheidsanalyse van activiteiten van de Groep die wezenlijk bijdragen tot de beperking van de klimaatverandering voor de EU Taxonomie:
| Deceuninck activiteit | Activiteit die in aanmerking komt voor de taxonomie - Beperking klimaatverandering |
|||
|---|---|---|---|---|
| Sorteren en verwerken van gescheiden Macro-sector 5. Watervoorziening; riolering, afvalbeheer en sanering; ingezamelde afvalstromen van post-consument Activiteit: 5.9. Terugwinning van materiaal uit ongevaarlijk afval ramen en deuren tot secundaire grondstoffen door middel van een mechanisch verwerkingsproces. |
||||
| Geschiktheidsanalyse | Totaal (miljoen €) | Relatief aandeel dat in aanmerking komt (%) |
Relatief aandeel dat niet in aanmerking komt (%) |
|
| Omzet | 838,1 | 4,6% | 95,4% | |
| Capex | 43,6 | 4,1% | 95,9% | |
| Opex | 132,3 | 4,9% | 95,1% |
Omzet is gebaseerd op de intra- en intercompany verkoop van gerecycleerd PVC van onze reyclagefabriek in Diksmuide (België). De verhouding is een berekening van het gerecycleerde volume tegenover het totale verkochte volume. De Capex en Opex cijfers hebben betrekking op de recyclage activiteiten van de recyclagefabriek
| Deceuninck activiteit | Activiteit die niet in aanmerking komt voor de taxonomie - Matiging klimaatverandering |
|---|---|
| Vervaardiging van de ramen en deuren volgens de beste beschikbare technieken voor energie efficiënte uitrustingen voor gebouwen en hun belangrijkste onderdelen |
Macro-sector: 3. Vervaardiging Activiteit: 3.5 Vervaardiging van energie-efficiënte uitrustingen voor gebouwen |
Onze activiteiten komen niet in aanmerking met de Taxonomie-activiteiten, vanwege de Technische Screening Criteria, meer specifiek de U-waarden (U-window/door) die niet in overeenstemming zijn met de U-waarden die wij als systeemhuis hanteren (U-frame). Wij begrijpen dat de U-waarden bedoeld zijn voor volledige ramen, terwijl U-waarden voor raamcomponenten niet zijn gedefinieerd. Wij zijn bereid nader te analyseren of de beschikbare U-waarden kunnen worden aangepast aan de door de Taxonomie vereiste U-waarden, maar op dit moment is dit niet mogelijk gebleken. Bijgevolg zijn er geen financiële cijfers beschikbaar. Deze analyse kan in de loop van de tijd veranderen, wanneer de Europese Commissie meer richtsnoeren of geactualiseerde U-waarden verstrekt.
Het verslag is opgesteld met verwijzing naar de GRI Standaarden.
Bouwen aan een duurzaam huis is een voortdurend proces. Wij zetten ons in om onze rapportering te blijven verbeteren. In 2022-23 zullen wij onze doelstellingen, KPI's, gegevensverzameling en risicobeoordeling herzien in het kader van de komende CSRD (Corporate Sustainability Reporting Directive) die in 2024 van kracht wordt en de Europese standaard voor duurzaamheidsverslaggeving die in 2022 zal worden gepubliceerd.
De resultaten voor Mensen (met uitzondering van Tewerkstelling) zijn beschikbaar voor Europa, Turkije (d.w.z. zonder de Emerging Markets) en Noord-Amerika. De resultaten voor Milieu worden verstrekt voor Europa, Turkije, Noord-Amerika en Colombia. Cijfers voor de referentiejaren 2020 en 2019 worden verstrekt wanneer het mogelijk is gebleken de gegevens te traceren.
Omdat we in 2021 enkele nieuwe KPI's en berekeningsmethoden hebben ingevoerd, is vergelijkbaarheid met voorgaande jaren nog niet altijd mogelijk.

Het succes van onze onderneming hangt af van ons vermogen bekwame medewerkers aan te trekken en te behouden die een grondige kennis hebben van onze markten en daarmee vertrouwd zijn, technologie en producten. Wij willen dat onze mensen het goed hebben, zich goed en veilig voelen terwijl ze bij ons werken. Wij moeten zorgen voor respect ten opzichte van elkaar en wij verwachten dat iedereen handelt in overeenstemming met onze bedrijfswaarden: Candor, Topprestaties en Ondernemerschap.
Openhartigheid: We zeggen wat we menen, we menen wat we zeggen. Dat is onze authenticiteit.
Topprestaties: We zeggen wat we doen en doen wat we zeggen. Dat is onze verantwoordelijkheid en discipline.
Ondernemerschap: Wij denken als een eigenaar. We nemen beslissingen en nemen verantwoordelijkheid.
Onze ambitie is om talent aan te trekken en te behouden door onze mensen aan te moedigen om te leren en zich te ontwikkelen, door te investeren in het verbeteren van hun gezondheid en veiligheid en door hun fundamentele rechten te beschermen. Wij willen een inclusieve werkplek creëren die de diversiteit van onze mensen omarmt.
| Tewerkstelling | |||
|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2019 | |
| Aantal werknemers | 3.709 | 3.660 | 3.754 |
| Nieuwe medewerkers |
1.577 | 1.153 | 481 |
| Personeelsverloop | 39,7% | 30,9% | - |
| Tijdelijke werknemers |
173 | - | - |
Het personeelsverloop werd sterk beïnvloed door het algemene marktomstandigheden in de V.S.
| Talentmanagement | |
|---|---|
| 2021 | |
| Percentage van bedienden die een formeel, geautomatiseerd functioneringsgesprek hebben ontvangen |
70% |
Wij streven naar een cultuur van uitmuntendheid door een tastbaar verband te leggen tussen leren, prestaties en beloning, opvolgingsplanning en kennisoverdracht, door opleidingen te organiseren en aan te bieden die de strategische doelstellingen van de organisatie
ondersteunen en door het bevorderen van een cultuur van voortdurende verbetering die waarde hecht aan organisatorisch leren.
Nieuwe medewerkers en medewerkers die al lang in dienst zijn, technici en verkopers... iedereen krijgt opleidingen op maat gedurende zijn of haar loopbaan bij de Groep. Wij organiseren technische opleidingen, veiligheidstrainingen en taalcursussen.
Op het vlak van persoonlijke ontwikkeling moedigen wij interne en internationale mobiliteit aan, zodat werknemers naar andere landen kunnen gaan om hun ambities binnen de Groep na te streven.
In 2022 zullen we het evaluatieproces en de tools daarvoor beoordelen.
Externe erkenningen:
Opmerking over de beschikbaarheid van gegevens: hoewel onze medewerkers opleidingen volgen, volgen we de opleidingsuren niet structureel op een vergelijkbare manier binnen de Groep. Vanaf 2022 zullen we het gemiddelde aantal opleidingsuren per werknemer bijhouden en rapporteren.
| Veiligheid en gezondheid | |||
|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2019 | |
| Arbeidsongevallen met zware gevolgen Aantal: Ratio: |
1 0,16 |
0 0 |
- |
| Werkgerelateerde verwondingen Aantal: Ratio: |
110 17,4 |
87 14,4 |
- |
| Aantal verloren dagen | 1.808 | 1.260 | 2.044 |
| Aantal dodelijke slachtoffers |
0 | 0 | 0 |
Bouwen aan een duurzaam huis kan alleen in een gezonde en veilige werkomgeving. Ons succes wordt afgemeten aan ons vermogen om een gezonde en veilige werkplek te bieden en een veiligheidscultuur in ons personeel te verankeren. Door te investeren in preventie, opleiding en het ter beschikking stellen van de nodige controle- en rapporteringsinstrumenten, komen we dichter bij het bereiken van ons streefdoel van nul ongevallen.
"Ook in 2021 kreeg de Groep te maken met de COVID-19 pandemie. De nadruk lag daarbij op de bescherming van de gezondheid en het welzijn van onze werknemers en de preventie van uitbraken in onze productiefaciliteiten."
Ons EHS-managementsysteem omvat een duidelijke governancestructuur op regionaal en siteniveau, gecoördineerd door EHS-managers en met betrokkenheid van het management in de regelmatige EHS- en managementvergaderingen om preventieve en corrigerende acties te evalueren en doelstellingen te definiëren. Bovendien past Deceuninck Turkije het ISO 45001 beheerssysteem voor gezondheid en veiligheid op het werk toe en in onze fabrieken in de VS worden de normen van de Federal & State Occupational Safety & Health Administration toegepast.
Risicobeoordeling is een centraal element van ons EHS beheerssysteem. Potentiële risico's worden jaarlijks beoordeeld. Een risicobeoordelingsrapport bevat risico's en hun corrigerende en preventieve maatregelen, die bijvoorbeeld verband houden met elektriciteit, chemicaliën, bewegende delen van machines, laden en lossen van gevaarlijke producten of ergonomie. Elke werknemer moet de nodige voorzorgsmaatregelen nemen om een ongeval, verwonding of onveilige situatie te voorkomen door onveilige of ongezonde situaties te melden en stappen te ondernemen om ze onmiddellijk te corrigeren. EHS-managers op site-niveau geven veiligheidsopleidingen aan alle werknemers en aannemers. Nieuwe werknemers, uitzendkrachten en
stagiairs krijgen een EHS-opleiding tijdens de eerste fase van hun dienstverband. Andere elementen van het EHSbeheersysteem zijn: periodieke opleiding in noodsituaties, controle van elektriciteitsrisico's, werkvergunningen voor onderaannemers, arbeidshygiëne, omgevingsmetingen (lawaai, stof, bliksem, VOS).
Ongevallen die in 2021 verwondingen veroorzaakten, waren ongevallen in verband met zaagsnijwonden, ongevallen met vorkheftrucks en ongevallen als gevolg van uitglijden. Er zijn in 2021 verschillende acties ondernomen en dat zal ook in 2022 gebeuren om die gevaren weg te werken en de risico's tot een minimum te beperken: aanpassing en vervanging van machines, opleiding van operatoren en uitzendkrachten, specifieke monitoring, een bewustmakingscampagne, veiligheidslichten op vorkheftrucks en een project voor het automatisch afremmen van vorkheftrucks.
Naast onze algemene ambitie van nul ongevallen, heeft elke site specifieke doelstellingen in verband met de frequentie en de ernstgraad.
Ook in 2021 kreeg de Groep te maken met de COVID-19 pandemie. De nadruk lag daarbij op de bescherming van de gezondheid en het welzijn van onze werknemers en

de preventie van uitbraken in onze productiefaciliteiten. Dankzij een snelle en strikte managementaanpak en een groot aantal verplichte preventieve regels en maatregelen konden onze medewerkers veilig blijven werken, zowel thuis als op hun werkplek.
| Diversiteit | ||
|---|---|---|
| 2021 | 2020 | |
| Percentage werknemers per geslacht | ||
| Vrouwen | 14% | 16% |
| Mannen | 86% | 84% |
| Percentage werknemers per leeftijdsgroep | ||
| Jonger dan 30 jaar | 22% | - |
| 30-50 jaar | 58% | - |
| Ouder dan 50 jaar | 20% | - |
Wij respecteren culturele verschillen. Wij geloven dat diversiteit van mensen en ideeën de Groep een zakelijk voordeel oplevert. Een inclusieve werkplek biedt ook volledige toegang tot de arbeidsmarkt.
Wij waarderen en respecteren het unieke karakter en de bijdrage van ieder mens. Elkaar met waardigheid, respect en eerlijkheid behandelen is de basis van goed zaken doen. Discriminatie van werknemers of personen met wie wij zaken doen op grond van leeftijd, ras, huidskleur, godsdienst, geslacht, handicap, nationale afkomst of seksuele geaardheid is niet toegestaan. De aanwerving, beloning, toepassing van arbeidsvoorwaarden opleiding, promotie en loopbaanontwikkeling van onze medewerkers zijn uitsluitend gebaseerd op beroepskwalificaties.
Wij hanteren een nultolerantiebeleid tegen discriminatie en intimidatie. Vandaag kunnen werknemers in vertrouwen een overtreding van de gedragscode te melden via een interne procedure. In 2022 is de interne klokkenluidersprocedure verbeterd via een online tool. Elk voorval wordt onderzocht en er wordt voorzien in een herstelprocedure, indien van toepassing.
Onze ambitie is om de diversiteit te vergroten op het vlak van leeftijd (d.w.z. dat medewerkers in alle leeftijdscategorieën vertegenwoordigd zijn), geslacht en nationaliteit. Wij investeren ook in de inclusie van ons diverse personeelsbestand, bijvoorbeeld door taal- en cultuurtrainingen aan te bieden.
Opmerking over beschikbaarheid van gegevens: wij houden het aantal nationaliteiten op groepsniveau niet bij.
"Bij Deceuninck, voel ik dat ik altijd mezelf kan zijn. Het magazijn is een plaats waar gewerkt moet worden, maar ook een plaats waar we kunnen lachen."
Axeli Vancraynest Magazijnmedewerker onderhoud Deceuninck België


_
Het is een strategische prioriteit van de Groep om werknemers geëngageerd en verbonden te houden met ons bedrijf en met elkaar. Wij zijn ons ervan bewust dat een goede betrokkenheid van de werknemers bij de onderneming bijdraagt tot een goede werkcultuur, vermindering van het personeelsverloop, verhoging van de productiviteit en betere relaties met de stakeholders.
Een medewerkersenquête is een middel om de tevredenheid van de medewerkers te meten en te monitoren en waar nodig gerichte actie te ondernemen. In 2021 hebben we niet in elke regio binnen elk onderdeel van de Groep een enquête georganiseerd. Wij streven er echter naar om vanaf 2022 de frequentie van de personeelsenquêtes op te voeren.
Betrokkenheid omvat informatie-uitwisseling en onderhandelingen met vakbonden. 31% van onze werknemers wereldwijd wordt vertegenwoordigd door onafhankelijke vakbondsvertegenwoordigingen of collectieve arbeidsovereenkomsten, deze werknemers bevinden zich in Europa.
In Turkije worden regelmatig vergaderingen gehouden met de werknemers, in het bijzonder met de vertegenwoordigers van de arbeiders, om diverse kwesties te bespreken en er oplossingen voor te vinden. Wanneer werknemers of hun naaste familieleden uitzonderlijke, ernstige economische en/ of gezondheidsproblemen ondervinden, steunen wij hen door de nodige bijstand te verlenen.
In België organiseerden we midden 2021 een personeelsenquête, waardoor we op de hoogte waren van de impact van COVID-19 op het engagement van de werknemers. De belangrijkste conclusies waren dat we gemiddeld genomen in lijn met de benchmark van andere bedrijven presteren, dat onze werknemers veel variatie in hun werk hebben en zich zeker voelen over hun baan, we de interne communicatie moeten verbeteren en rekening moeten houden met de werklast.

Wij begrijpen dat wij een impact hebben op het milieu waarin wij werken. Onze planeet geeft ons voedsel, frisse lucht, zuiver water, enz., maar de druk op de natuurlijke hulpbronnen heeft een negatieve impact. De wereld blijft kampen met toenemende concentraties broeikasgassen, extreme weersomstandigheden, een stijgend zeeniveau en het storten van afval. Aangezien wij de klimaatverandering beïnvloeden via onze activiteiten en producten, en de klimaatverandering invloed kan hebben op onze bedrijfscontinuïteit, hebben wij de verantwoordelijkheid om de milieu-impact van onze activiteiten tot een minimum te beperken.
Historisch gezien lag onze focus vooral op het ontwerpen van en het ontwikkelen van innovatieve producten met hoge isolatiewaarden, om energieverlies te beperken en onze koolstofvoetafdruk in de gebruiksfase te beperken, in combinatie met belangrijke investeringen in recyclage. In de komende maanden en jaren zullen we deze focus combineren met een strategie voor koolstofreductie gekoppeld aan de productieprocessen (energie-efficiëntie en hernieuwbare energie) en de bevoorrading van grondstoffen. We versnellen de weg naar een circulaire markt voor onze bouwproducten, door zorgvuldig om te gaan met hoe we materialen betrekken, hoe we producten ontwerpen, hoe we produceren, hoe we onze producten aan onze klanten leveren en hoe - en hoeveel - ze worden gerecycleerd aan het eind van hun lange levensduur.
Wij zijn actief op markten met verschillende strenge en evoluerende milieueisen. De samenstelling en opslag van gevaarlijke industriële materialen houdt een milieurisico in, vooral omdat milieuwetgeving en -regelgeving in de loop van de tijd veranderen. Niet-naleving van bestaande of toekomstige milieuwetgeving en -regelgeving kan leiden tot strafrechtelijke of administratieve strafrechtelijke of administratieve sancties, die een wezenlijk nadelig effect kunnen hebben op onze financiële resultaten en activiteiten.
| 2021 | 2020 | 2019 | |
|---|---|---|---|
| Gewicht van verwerkt afval (in ton) |
23.500 | 22.000 | 20.000 |
| Gewicht van gerecycleerd PVC (in ton) |
17.400 | 14.000 | 12.000 |
"Onze visie op circulariteit: we ontwerpen producten die 100% recycleerbaar zijn, we recycleren in een gesloten kringloopsysteem met een superieure efficiëntie en we produceren duurzame, onderhoudsarme producten met minder nieuw materiaal."
We investeren in het verankeren van de principes van een circulaire economie als de hartslag van al onze activiteiten, door middel van geavanceerde recyclagetechnologieën of aanvullende inzamelsystemen. Ons leiderschap in de sector op het gebied van circulaire economie blijkt duidelijk uit de investering in de ultramoderne recyclagefabriek in Diksmuide (België). Centraal gelegen in Europa, leveren wij gerecycleerd PVC aan onze extrusiefabrieken met de laagst mogelijke transportimpact.
Het recycleren van post-industriële materialen van onze eigen productiefaciliteiten en klanten is wat we sinds 2012 doen. Al onze fabrieken vermalen hun schroot zoveel mogelijk ter plaatse en hergebruiken het op de productiesite. Op die manier vermijden we transport naar Diksmuide of andere lokale recycleerders.
Een circulaire economie gaat verder dan recycleren van industrieel afval en sluit de kringloop van PVC-profielen na consumptie, afkomstig van sloop- of renovatiewerken. Door het aandeel post-consumer PVC te verhogen, streeft Deceuninck naar een verdere toename van de recyclagevolumes.
Wij beseffen dat onze recyclageactiviteiten een impact hebben op het milieu, hoewel de positieve impact veel groter is dan de negatieve impact. Onze recyclagefabriek maakt volledig deel uit van onze koolstofreductiestrategie.

_
Onze recyclageactiviteiten worden onafhankelijk geauditeerd door EuCertPlast. Deze certificering is gericht op milieuvriendelijke recyclageprocessen voor kunststoffen. Als zodanig bijdragen aan de Europese recyclagedoelstellingen Recovinyl en Vinyl Plus 2030. Voor het afval waarvoor we nog geen circulaire oplossing hebben gevonden, zetten we pilootprojecten op met universiteiten en andere partners om te onderzoeken hoe we die materiaalstromen kunnen valoriseren. Deceuninck heeft zich in 2020 met andere industriële partners en de Universiteit van Gent geëngageerd in het 'PoCoWaste' project om het afval van het recyclageproces verder te verminderen en aanzienlijke volumes te upcyclen en te hergebruiken als nieuwe grondstof voor PVCtoepassingen.
De Groep recycleerde in 2021 23.500 ton postindustrieel en post-consumer hard PVC-afval, wat resulteerde in 17.400 ton hoogwaardige grondstof die we één op één gebruiken in onze productiefaciliteiten. Helaas hebben we onze ambitieuze doelstelling van 30.000 ton input van gerecycleerd materiaal in 2021 niet gehaald. Investeringen in extra capaciteit waren gepland om operationeel te worden in de loop van het jaar operationeel te zijn, maar door de wereldwijde crisis in de toeleveringsketen, waardoor de doorlooptijden voor machines opliepen, konden we de capaciteit niet zoals gepland verhogen.
In 2022 zullen we blijven investeren in onze recyclageactiviteiten om te komen tot een capaciteit van 27.750 ton per jaar, waardoor wij een van de grootste u-PVC-recycleerders van West-Europa zijn. Wij hebben er alle vertrouwen in dat wij deze doelstelling in 2022 zullen halen als er geen grote verstoringen plaatsvinden. De voortdurende focus op de bestaande afvalfracties zal resulteren in een groeiend rendement, waardoor we meer gerecycleerde grondstof kunnen verwerken met dezelfde instroom.
Het gebruik van gerecycleerd materiaal in 2021 stond voor een vermindering van de CO2-uitstoot met 32.500 ton, wat gelijkstaat met de jaarlijkse CO2-uitstoot van 4.400 Europeanen.


| Ontwerp en lifecycle management van onze producten |
|||
|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2019 | |
| Aandeel recycleerbare producten |
100% | 100% | 100% |
| Percentage gerecycleerde PVC gebruikt in productie |
14,9% | 13,3% | 10,6% |
Productontwerp dat 100% recycleerbaar is, is een van de belangrijkste principes van onze verbintenis tot een circulaire economie. PVC is een waardevol materiaal dat tot 10 keer gerecycleerd kan worden zonder zijn mechanische eigenschappen te verliezen. In gebruik voor ongeveer 35 jaar heeft het een potentiële levenscyclus van maximaal 350 jaar.
In het ontwerpproces van onze nieuwe raamsystemen is het gebruik van gerecycleerde materialen een van de belangrijkste ontwerpcriteria die door onze R&D-teams worden gehanteerd.
Onze ontwerpteams passen de Design for Recyclingrichtlijnen toe van EPPA, de Europese sectorvereniging van leveranciers van PVC-raamsystemen. De richtlijnen werden in 2021 geactualiseerd met de bedoeling ze in een later stadium om te zetten in een Europese norm. De kwaliteit van het gerecycleerde materiaal om
de kwaliteit van het eindproduct te garanderen is van het grootste belang. Daarom investeren wij in volledig geautomatiseerde recyclageprocessen die andere afvalstromen uit de PVC-fractie halen. Onze recyclageactiviteiten aangevuld met investeringen in coextrusie productielijnen die nieuw en gerecycleerd PVC combineren bij de vervaardiging van onze producten. Alle gerecycleerde materialen die we gebruiken, voldoen aan de kwaliteitscertificaten van de aanvrager.
In 2021 werd gemiddeld 14,9% gerecycleerd PVCmateriaal gebruikt in de productie. Berekend ten opzichte van het totaal gebruikte nieuwe materiaal, is dit een combinatie van afval na consumptie - voornamelijk afkomstig van onze eigen recyclagefabriek - en postindustrieel afval, deels afkomstig van onze eigen productie, deels van onze klanten.
Deceuninck North America is gecertificeerd voor de gerecycleerde inhoud in raamfolies via het externe certificeringsbureau GreenCircle. Als dusdanig zijn wij de enige Noord-Amerikaanse leverancier van PVCraamkozijnen. Onze GreenCircle productcertificering dekt claims voor gerecycleerde inhoud, in overeenstemming met de Amerikaanse criteria voor gerecycleerde inhoud van bouwproducten.
"De Phoenix-reeks maakt optimaal gebruik van terugwinning en recyclage, en vertegenwoordigt zo de wedergeboorte van oude materialen. Zoals een feniks die uit zijn eigen as herrijst, verwerken wij oude ramen en deuren in nieuwe, 100% gerecycleerde profielen."
Het Elegant-assortiment voor ramen en deuren bevat een hoog gehalte aan gerecycleerd materiaal, tussen 15% en 30%. Phoenix is de nieuwste toevoeging aan het Elegant productassortiment, dat sinds januari 2022 verkrijgbaar is in de BENELUX. Phoenix raam- en deurprofielen bestaan uit 100% gerecycleerd materiaal - tot nu toe onze sterkste prestatie op het gebied van circulaire producten.
De Phoenix-reeks scoort even hoog op vormvastheid, weerstand en thermische isolatiewaarden als onze andere profielen. Het minimalistische 'Infinity' ontwerp uit de ramenreeks Elegant werd gekozen voor het ontwerp van de Phoenix-reeks. Dit zorgt voor een eigentijdse uitstraling van de ronde raam- en deurprofielen.

| Grondstoffen (in ton) | |
|---|---|
| PVC-hars | 200.000 |
| Calciumcarbonaat | 23.000 |
| Effect modificator | 7.000 |
| Titaandioxide | 7.000 |
| Decoratiefolie | 2.000 |
| Versterkingsmaterialen (in ton) | |
| Staal | 21.000 |
| Glasvezel | 1.000 |
| Staaldraad | 600 |
PVC-bouwproducten zijn licht van gewicht, vergen weinig onderhoud en bieden superieure isolatie. Onze PVC-producten besparen energie en verminderen de CO2-uitstoot van gebouwen.
Studies2 tonen aan dat 40% van de fossiele brandstoffen in Europa wordt gebruikt voor het verwarmen van gebouwen, wat goed is voor 36% van de energiegerelateerde uitstoot van broeikasgassen. Het is de missie van de Groep om het energie- en koolstofaandeel van het verwarmen of koelen van gebouwen te verminderen. Wij werken voortdurend aan de ontwikkeling van PVC- en composietproducten die de energie die via ramen en muren uit gebouwen ontsnapt, helpen verminderen. PVC en PVC-composietproducten zijn de meest economische oplossing voor isolatie. Het gebruik van nieuwe PVC-ramen halveert minstens het energieverbruik3 , ervan uitgaande dat een 30 jaar oud raam wordt vervangen waardoor het huis voldoet aan de passiefhuisnormen.
Nationale bouwvoorschriften voeren geleidelijk strengere isolatie- en ventilatiedoelstellingen in om te voldoen aan de isolatiewetgeving, bijvoorbeeld de richtlijn betreffende de energieprestatie van gebouwen in de EU die energieprestatiecertificaten (EPC's) voor gebouwen
invoert en voorschriften die ervoor moeten zorgen dat vanaf het einde van het decennium alleen nog bijnaenergieneutrale gebouwen (NZEB's) worden gebouwd. Wij ontwerpen producten met optimale isolatiewaarden. Onze ontwerpteams innoveren voortdurend op het gebied van bouwproducten met verbeterde energieprestaties bij een nog lager gewicht.
De thermische eigenschappen van ramen en deuren worden berekend aan de hand van parameters voor de warmtetransmissie van het PVC-kader (Uf) en de beglazing (Ug). Voor ons, als systeemeigenaar, is de kritische parameter de Uf, die wordt bepaald tijdens de ontwerpfase. Op basis hiervan hebben we verschillende Passiefhuis Componenten Certificaties: in de EU voor de Zendow#neo, Elegant Infinity en Elegant ThermoFibra Infinity systemen (klimaatzone warm). Deceuninck Turkije ontving de eerste Passief Huis Component Certificering voor PVC ramen in Turkije met de Winsa-Revotech raamreeks van het Duitse "Passiv Haus Institut".
Milieugebonden productverklaringen (EPD's) bevatten de resultaten van een levenscyclusanalyse (LCA) die op een product is uitgevoerd om de milieueffecten ervan te kwantificeren. EPD's worden opgesteld volgens strikte

regels die door de EPD Programme Operators zijn vastgelegd.
De EPD's die EPPA (European Trade Association of PVC Window System Suppliers) publiceerde voor PVC ramen met dubbele beglazing en PVC ramen met driedubbele beglazing, vatten de milieu-impact samen van PVC raamprofielsystemen die beschikbaar zijn op de EU-markt. Deceuninck neemt deel aan de werkgroep die momenteel de EPD's herziet die zullen voldoen aan ISO 14025 en EN 15804+A2. De EPD's zullen in de eerste helft van 2022 worden gepubliceerd. Wij leggen momenteel de laatste hand aan de EPD's voor de Franse markt en er is ook een begin gemaakt met het bijwerken van de EPD's voor het massieve Twinson-terrasprofiel. De opstelling van een EPD voor het volledige Twinson-productgamma (terras en bekledingen) is gepland in 2022.
In 2021 heeft Deceuninck zijn VinylPlus productlabel vernieuwd. Het vrijwillige label is het duurzaamheidskeurmerk voor PVC bouw- en constructieprofielen. Het werd in het leven geroepen door VinylPlus, BRE en Natural Step en is in het leven geroepen om het voor klanten en markten gemakkelijker te maken te kiezen voor de meest duurzame, hoogwaardige PVC-producten. De externe
audit certificeert het beleid, de processen, de producten en de prestaties op de volgende criteria:
Het VinylPlus label is van toepassing op onze productassortimenten Elegant, Elegant Thermofibra, Zendow, Zendow#neo en Twinson in Europa. Het label geeft aan dat onze producten en processen voldoen aan de hoogste kwaliteits-, prestatie- en duurzaamheidsnormen.

90%
gebruikt tot
minder
energie
P
VC recycleren

2 ton CO2-emissie vermeden per ton gerecycleerd PVC

| Energiebeheer | |||
|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2019 | |
| Totaal elektriciteits verbruik (MWh) |
186.386 | 173.413 | 169.619 |
| Totaal aardgas verbruik (MWh) |
94.074 | 87.626 | 82.210 |
| Totaal stookolie verbruik (MWh) |
5.580 | 4.170 | 7.461 |
| Totaal energie verbruik (MWh) |
286.041 | 265.209 | 259.303 |
| Energie-intensiteit (MWh/ton) |
1,25 | 1,28 | 1,32 |
| Percentage van elektriciteitsverbruik uit hernieuwbare bronnen |
16% | 17% | 16% |
In het kader van ons streven naar duurzaamheid en beperking van de klimaatverandering streven wij naar voortdurende verbetering van de milieuprestaties van onze activiteiten, waarbij efficiënt gebruik van energie en hernieuwbare energie een sleutelrol spelen. Energieefficiënte productieprocessen en het aankopen en produceren van hernieuwbare energie hebben een directe impact op de koolstofvoetafdruk. Het is ook een kans om de productieprocessen te optimaliseren en de
energiekosten te verlagen.
Het energieverbruik wordt in alle vestigingen continu gecontroleerd. De grotere bijdragers worden er bovendien toe aangemoedigd energieefficiëntieprojecten te ontwikkelen. Dit is logischerwijze het geval voor onze extrusiefabrieken, die door hun productiekenmerken het hoogste elektriciteitsverbruik voor hun rekening nemen.
In 2021 werden verschillende energie-efficiëntieprojecten uitgevoerd: vernieuwing van pompen en motoren, isolatie van gebouwen, herverlichting met LED's, energiebesparing door waterkoeling, enz. We zijn ook begonnen met een meer systematische energie-analyse van de energieefficiëntie op groepsniveau op basis van de opsporing van energiestromen en de evaluatie van het potentieel aan energie efficiëntie, gericht op energieverbruikende apparatuur (extrusiesystemen, spuitgietmachines, lamineermachines, mengen van compounds, verwarming, koeling en persluchtvoorziening), vorkheftrucks en verlichting in productie en opslag.
Onze productiefaciliteit in Bogen is ISO 50001 gecertificeerd. Het energiemanagementsysteem specificeert de eisen voor het opzetten, implementeren,

onderhouden en verbeteren van een ervan. Onze productiesites in België, Turkije en het Verenigd Koninkrijk zijn ISO 14001 gecertificeerd. De Plan-Do-Check-Act aanpak van ISO 14001 resulteert in een continue verbetering van de milieuprestaties op basis van procedures en instructies. De twee Belgische vestigingen maken deel uit van het energie-efficiëntieconvenant "EBO".
Het aandeel van hernieuwbare energiebronnen in de energiemix is voornamelijk toe te schrijven aan het trigeneratie-energiesysteem (warmtekrachtkoppeling) in een van de Turkse fabrieken. 1% van het totale verbruik wordt geproduceerd door fotovoltaïsche panelen, geplaatst op onze fabrieken in België, Turkije en Duitsland. Wij zijn van plan om actief te streven naar een verhoging van het aandeel van hernieuwbare energiebronnen in onze ingekochte energiemix in de komende jaren. Wij zullen dit doen door te beginnen met het aankopen van hernieuwbare energie via hernieuwbare energiecertificaten (REC) en door onze eigen productie van hernieuwbare energie op te voeren. Vanaf 2022 zal de verhoogde focus op energie-efficiëntie leiden tot een daling van het energieverbruik per verwerkte kg en een verschuiving van het gebruik van aardgas en stookolie naar (groene) elektriciteit
| Waterbeheer | |||
|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2019 | |
| Totaal waterverbruik (m3) | 230.514 | 216.927 | 239.426 |
| Waterintensiteit: totaal waterverbruik/productie volume (m3/ton) |
1,01 | 1,05 | 1,15 |
| Totaal waterverbruik per subcategorie (m3) | |||
| Regenwater | 17.684 | - | - |
| Grondwater en oppervlaktewater |
30.140 | - | - |
| Drinkwater | 182.690 | - | - |
Verantwoord waterbeheer is een ander aspect van onze inspanningen om onze productieprocessen milieuvriendelijker te maken. Water wordt een waardevoller goed als gevolg van het fysieke effect van klimaatverandering en overmatig gebruik. Water is een inherent onderdeel van extrusieprocessen, omdat het wordt gebruikt om het PVC-materiaal na de extrusie af te koelen. Daarom moeten we het op een verantwoorde manier gebruiken, vooral in regio's met watertekort. We volgen ons waterverbruik op, nemen maatregelen om het waterverbruik te verminderen door te investeren in filtratiesystemen en hergebruik van water, vermijden

het gebruik van drinkwater en maximaliseren het gebruik van regenwater. We nemen ook preventieve waterbehandelingsmaatregelen tegen bodem- en grondwaterverontreiniging.
In de recyclagefabriek in Diksmuide werd in 2021 geïnvesteerd in een regenwaterput en een waterzuiveringsinstallatie om het proceswater opnieuw te kunnen gebruiken in het recyclageproces. Dit heeft geleid tot 40% minder drinkwatergebruik in 2021 in de fabriek.
In het verlengde van onze duurzaamheidsstrategie zullen wij de komende jaren de managementaanpak van de organisatie inzake verantwoord watergebruik intensiveren, met name hergebruik van afvalwater in extrusieprocessen, gericht op de fabrieken in waterstressgebieden.
| Afvalbeheer | |||
|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2019 | |
| Totale hoeveelheid afval (kg) |
14.136.121 | 14.545.714 13.044.574 | |
| Afvalintensiteit | 61,7 | 70,3 | 63,1 |
In lijn met onze toewijding aan een circulaire economie, is een effectief afvalbeheer in onze activiteiten een belangrijke prioriteit voor Deceuninck. Het verminderen van afvalstromen is niet alleen goed voor het milieu, maar ook voor het bedrijfsleven, aangezien er minder grondstoffen nodig zijn om te produceren.
We hebben een afvalbeheerbeleid en processen waarmee we afvalstromen monitoren en beoordelen, de afvalvolumes tot een minimum te beperken en ernaar te streven de kringloop te sluiten voor de resterende afvalfracties die afkomstig zijn van onze productieprocessen. De hiërarchie van het afvalbeheer hiërarchie, die centraal staat in onze benadering van afvalbeheer, geeft voorrang aan afvalpreventie, gevolgd door terugwinningsactiviteiten die ervoor zorgen dat afval niet naar de stortplaats gaat:
• We vermijden en elimineren het storten van afval.
In 2021 werden verschillende projecten opgestart om afvalstromen te vermijden en te hergebruiken. Zo zijn bijvoorbeeld bepaalde verpakkingsmaterialen van de pallets verwijderd. Deceuninck neemt deel aan het vrijwillige initiatief Operation Clean Sweep waarbij we ons ertoe verbinden om harskorrel-, vlokken- en poederverlies te voorkomen.
Onze inzet voor afvalbeheer wordt in 2022 voortgezet. Er zitten verschillende projecten in de pijplijn in lijn met de hierboven vermelde afvalhiërarchie. Wij blijven ons richten op het hergebruik van grondstoffen ter plaatse, wij zullen de afvalverwerkingsmethoden bij de afvalverwerkers waarmee wij samenwerken actief controleren en evalueren en wij blijven ons inspannen om het verpakkingsmateriaal te verminderen.

storting of verbranding
_

| Koolstofbeheer | |||
|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2019 | |
| tCO2e uitstoot Werkingssfeer 1 |
20.887 | 19.875 | 19.148 |
| tCO2e uitstoot Werkingssfeer 2 (op basis van locatie) |
55.602 | 53.155 | 54.679 |
| tCO2e uitstoot Werkingssfeer 2 (marktgebaseerd) |
54.659 | 52.720 | 54.146 |
| tCO2e uuitstoot Werkingssfeer 3 |
570.418 | 510.072 | 470.903 |
| Totale uitstoot tCO2e | 645.964 | 582.668 | 544.197 |
| Koolstofuitstoot intensiteit Werkingssfeer 1 & 2 |
2,82 | 2,82 | 2,76 |
| CDP score | D | - | - |
In het verlengde van onze in het jaarverslag 2020 geformuleerde ambitie hebben wij de koolstofvoetafdruk van de Groep in 2021 berekend. De resultaten zijn inzichtelijk gebleken voor de analyse van waar onze directe en indirecte impact, gelinkt aan de activiteiten en de toeleveringsketen, ligt.
De gerapporteerde broeikasgasemissies zijn koolstofdioxide (CO2) en fluorkoolwaterstoffen (HFK's). Om hun invloed op de klimaatverandering te berekenen, worden de broeikasgasemissies omgerekend naar CO2 equivalent met behulp van het aardopwarmingsvermogen, volgens de Corporate Accounting and Reporting Standard van het Greenhouse Gas Protocol.
Het zal geen verbazing wekken dat de impact van de indirecte emissies in de toeleveringsketen zeer groot is, aangezien er twee belangrijke grondstoffen nodig zijn om PVC (polyvinylchloride) te vervaardigen: chloor en ethyleen. De ethyleen is voornamelijk afkomstig van niethernieuwbare fossiele brandstoffen, hetzij ruwe olie hetzij aardgas (en ook schaliegas). Hoewel PVC wereldwijd minder dan 1% van de verbruikte fossiele brandstoffen gebruikt, heeft het een grote invloed op onze totale koolstofuitstoot. Grondstoffen (Scope 3) dragen bij tot 88% van onze totale koolstofvoetafdruk, waarvan 71% te wijten is aan nieuw PVC-hars. De tweede grootste bijdrage komt van het energieverbruik in onze activiteiten (11%), Scope 1 en 2 emissies samen. Het gebruik van elektriciteit neemt het grootste aandeel voor zijn rekening (9%), gevolgd door het gebruik van aardgas (2%). Andere bijdragen aan het energieverbruik zijn stookolie. De energiebehoeften zijn toegenomen als gevolg van de toegenomen productie.
"Antwoorden op de oproep tot klimaatactie van de SBTi illustreert onze sterke betrokkenheid voor duurzaamheid. De op wetenschap gebaseerde doelstellingen bieden een kader om belangrijke bedrijfsbeslissingen te evalueren vanuit het oogpunt van klimaatmitigatie."
Logistiek (6%) is de derde belangrijke bron van CO2 emissies, grotendeels beïnvloed door wegvervoer en in mindere mate door zeetransport.
Bedrijfsauto's, woon-werkverkeer en dienstreizen vertegenwoordigen samen < 1% van onze impact op het klimaat. Hetzelfde geldt voor afval, met de volgende verdeling (van hoog naar laag): kunststoffen, reststoffen, metalen, hout.
De schommelingen per site weerspiegelen rechtstreeks de hoeveelheden verwerkte grondstoffen. Monroe (VS) en onze 2 Turkse fabrieken zijn de fabrieken met de grootste impact op het klimaat, samen goed voor 50% van onze totale voetafdruk.
De emissies zijn tussen 2021 en 2020 met 11% gestegen en tussen 2019 en 2020 met 4%. Deze stijgingen houden verband met de toename van de verwerkte grondstoffen. De productie en aanverwante activiteiten zijn in 2020 en veel minder in 2021 beïnvloed door COVID-19. De stijging van de koolstofemissies is vooral hoog in de Scope 3-emissies.
CDP is een internationale non-profitorganisatie die een wereldwijd systeem beheert waarmee bedrijven, steden, staten en regio's hun milieu-impact kunnen meten en beheren en gescoord kunnen worden. De Groep nam
in 2021 voor het eerst deel aan het CDP-ratingsysteem en kreeg een D-score. Wij zijn van plan onze score jaar na jaar te verbeteren door een gerichte aanpak te ontwikkelen voor de kernelementen doelstellingen, strategie, bestuur en risico's.
De Groep heeft zich verbonden tot het vaststellen van emissiereductiedoelstellingen op korte en lange termijn in overeenstemming met het op wetenschap gebaseerde net-nul van het Science Based Targets-initiatief (SBTi) en bereidt zich voor op het indienen van doelstellingen ter validering in 2022. Onze ambitie is om tegen 2030 de koolstofemissies in Scope 1 & 2 met minstens 42% te verminderen en in Scope 3 met 25%, in vergelijking met het referentiejaar 2021. Tegen 2050 streven we naar een algemene vermindering van de koolstofemissies met 90% ten opzichte van ons referentiejaar.
Het plan om de koolstofemissies te verminderen omvat investeringen in energie-efficiëntie van de infrastructuur en de operationele uitrusting, elektrificatie en hernieuwbare energiebronnen en -productie. Doelstellingen voor Scope 3-emissies zullen in 2022 worden ontwikkeld, gekoppeld aan samenwerking met leveranciers om PVC op biologische basis te leveren, het opvoeren van onze eigen recyclage-inspanningen en efficiëntieverbeteringen in de logistiek.

"Iedereen in dit bedrijf is een waardevolle aanwinst en krijgt echte kansen om te groeien en te leren, persoonlijk en als team. Ik ben ook erg trots om deel uit te maken van een bedrijf dat respect heeft voor het milieu en belangrijke acties onderneemt op het gebied van recyclage en duurzaamheid."
Jonathan Ortiz Country Manager Chili Deceuninck Chili

Wij willen een betrouwbare partner zijn voor zowel onze klanten als onze leveranciers. Onze dagelijkse drijfveer is het produceren van voortreffelijke, innovatieve, duurzame en veilige raam-, deur- en bouwoplossingen, terwijl we een actieve rol spelen in de gemeenschappen waarin we actief zijn en daarbij de hoogste ethische normen hanteren en hetzelfde verwachten van onze zakenpartners.
Onze activiteiten zijn onderhevig aan mogelijke aansprakelijkheidsrisico's in verband met onze producten en in verband met onze toeleveringsketen (schendingen van de mensenrechten, omkoping, corruptie). Elke daad van niet-naleving kan een negatieve impact hebben op de reputatie van het bedrijf, op de activiteiten en op de waarde van het aandeel. Wij hebben maatregelen genomen om enerzijds onze klanten te beschermen en anderzijds ervoor te zorgen dat niet alleen onze werknemers maar ook onze zakenpartners handelen in overeenstemming met de toepasselijke wetgeving en met de hoogste normen inzake integriteit en ethische praktijken.
| Veiligheid en gezondheid van de consument |
|||
|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2019 | |
| Aantal incidenten van niet-naleving van gezondheids- en veiligheidsregelgeving en vrijwillige labels |
0 | 0 | 0 |
Het is van cruciaal belang voor de Groep om raam-, deur- en bouwoplossingen te vervaardigen die gedurende hun hele levensduur topkwaliteit garanderen. Gezondheid en veiligheid zijn essentiële kwaliteitselementen, wat betekent dat wij niet tolereren dat onze producten tijdens hun levensduur schade toebrengen aan de eindgebruikers. De producten moeten ontworpen, geproduceerd en onderhouden worden volgens de productnormen van de Groep en moeten voldoen aan de geldende voorschriften en contractuele verplichtingen. Afhankelijk van de productgroep hanteren wij verschillende kwaliteitsnormen en keurmerken als leidraad voor het ontwerp en de fabricage.
De mogelijke gevolgen voor gezondheid en veiligheid zijn een punt van toenemende zorg, vooral in Europa, onder
"Gevolgen voor gezondheid en veiligheid zijn een gebied met groeiende aandacht vooral in Europa, gedreven door evoluerende wetgeving."
invloed van de evoluerende Europese wetgeving. Wij werken mee aan dit beleidsvormingsproces door kennis en ervaring op de meest transparante manier te delen.
Wij verstrekken vrijwillige kwaliteitslabels tegen de geldende normen voor al onze producten in onze bedrijfslabo's. De tests hebben betrekking op een reeks potentiële effecten, bijvoorbeeld weerbestendigheid en brandreactie, naleving van de REACH- en VOCregelgeving, in alle fasen van de levenscyclus van het product en zijn gebaseerd op nationale kwaliteitsnormen, zoals ATG (België), KOMO (Nederland), NF-CSTB (Frankrijk), RAL (Duitsland). De beoordeling is pas geslaagd als het product aan elke eis voldoet en de testrapporten zijn goedgekeurd door externe certificatiepartners.
Onze PVC-gevelbekledingsproducten in Europa zijn onderworpen aan CE markering. PVC-profielen zijn niet onderworpen aan CE-markering, in tegenstelling tot PVC-ramen en -deuren. De CE-markering van deze afgewerkte producten wordt verzorgd door de raamfabrikant, op basis van door Deceuninck geleverde rapporten. De CE-markering betekent dat producten die in de Europese Economische Ruimte worden verkocht, werden beoordeeld om te voldoen aan hoge eisen op het vlak van veiligheid, gezondheid en milieubescherming.
Het omvat zeven basisvereisten: mechanische weerstand en stabiliteit, veiligheid bij brand, hygiëne, gezondheid en milieu (gevaarlijke stoffen, VOC, ...), veiligheid en toegankelijkheid in gebruik, bescherming tegen lawaai, energiebesparing en warmtebehoud, duurzaam gebruik van natuurlijke hulpbronnen. De veiligheid en prestaties van onze PVC-gevelbekledingsproducten worden officieel vermeld in een Prestatieverklaring, gepubliceerd op onze website en rechtstreeks beschikbaar voor de klanten.
Deceuninck neemt deel aan de SCIP-databank, gelanceerd in 2021. Deze EU-databank, opgericht in het kader van de EU-kaderrichtlijn Afval, is bedoeld om consumenten te ondersteunen bij het maken van veiligere keuzes voor de artikelen die ze kopen en afvalbeheerders te ondersteunen bij het identificeren van producten die zeer zorgwekkende stoffen (Substances of Very High Concern - SVHC) bevatten wanneer die in een concentratie van meer dan 0,1 gewichtsprocent (g/g) op de EU-markt aanwezig zijn. De PVC-profielen die postconsumer gerecycleerd materiaal bevatten dat we in de EU op de markt brengen, kunnen worden geraadpleegd in de SCIP-database.
Loodvrij-testrapporten voor virgin compound zijn beschikbaar voor elk product. In het kader van de Europese REACH-wetgeving heeft de Europese Commissie een verbod voorgesteld op het gebruik van het zware metaal lood in PVC-producten met een voorwaardelijke afwijking voor gerecycleerd hard PVC. Samen met onze sectorvereniging EPPA volgen wij de besprekingen op Europees niveau op de voet. Het voorstel wordt momenteel besproken door het EU-Parlement, de volgende stappen zullen volgen in 2022. De elementen 'Verantwoord gebruik van additieven', 'Gezondheid en veiligheid' en 'Traceerbaarheid van materiaal in de toeleveringsketen' maken deel uit van het extern gecontroleerde VinylPlus-productlabel, dat in 2021 is vernieuwd (zie hierboven).
| Ethisch handelen | |||
|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2019 | |
| Percentage nieuwe medewerkers (bedienden) die de e-learning over de Gedragscode heeft gevolgd |
85% | 79% | 85% |
| Aantal incidenten van niet-naleving |
0 | 0 | 0 |
De Groep beschouwt respect voor bedrijfsethiek als een integraal onderdeel van duurzaam zakelijk gedrag. Onze reputatie en ons financieel succes hangen af van het gedrag van onze werknemers in de omgang met zakenpartners, bedrijfsmiddelen, informatie, enz. De Groep wil een stimulerende werkomgeving bevorderen waarin iedereen eerlijk wordt behandeld. De Groep legt de nadruk op respect, de noodzaak om de hoogste normen van professioneel gedrag toe te passen, veiligheid en beveiliging en de afwijzing van elke vorm van discriminatie.
Het beleid en de procedures hiervoor zijn uiteengezet in ons Beleid inzake mensenrechten en onze Gedragscode voor werknemers. Om ervoor te zorgen dat al onze medewerkers de beginselen van de Gedragscode op dezelfde manier begrijpen, is in 2017 een e-learningprogramma gelanceerd. Het doel van het e-learningprogramma is om de belangrijkste beginselen en regels van de Gedragscode uit te leggen. Het behandelt onderwerpen als bestrijding van omkoping en corruptie, ethiek, gegevensbescherming, kwaliteit en duurzaamheid.
Nieuwe medewerkers krijgen automatisch de e-learningtraining als onderdeel van het onboardingproces. De opleiding is momenteel alleen beschikbaar voor witte boorden. Door een technisch probleem is de opleiding nog niet uitgerold naar onze arbeiders. Wij zijn van plan om de opleiding in 2022 uit te breiden tot alle werknemers.

Om fraude en corruptie te bestrijden, werd de lijst van geautoriseerde ondertekenaars (Authorized Signatories List - "ASL") herzien en in 2021 ingevoerd. Voor de goedkeuring en opvolging van uitgaven heeft de Groep een op workflow gebaseerd systeem voor het beheer van onkostennota's ingevoerd.
| Bescherming van persoonsgegevens | ||
|---|---|---|
| 2021 | 2020 | |
| Aantal inbreuken op de beveiliging of verlies van gegevens gemeld |
0 | 0 |
Aangezien we een productiebedrijf zijn, is de verwerking van persoonsgegevens niet de hoofdactiviteit van de Groep. In het belang van ons bedrijf, onze werknemers en onze zakenpartners verbindt de Groep zich er echter toe alles in het werk te stellen om persoonsgegevens te beschermen tegen ongeoorloofde gebruikers en werkt de Groep in overeenstemming met de toepasselijke regels en wetgeving. Niet-naleving daarvan kan leiden tot privacyclaims en reputatieverlies. Sinds de inwerkingtreding van de Algemene Verordening Gegevensbescherming heeft de Groep het nodige beleid en de nodige procedures ingevoerd en via zijn intranetopleidingen en bewustmakingscampagnes georganiseerd, die met name gericht zijn op de
afdelingen Verkoop en Marketing en HR.
In 2021 werden geen inbreuken op de privacy of het verlies van gegevens gemeld.
| Ethisch gedrag in de toeleveringsketen | ||||
|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | |||
| Aantal leveranciers die de gedragscode hebben ondertekend |
49 | 18 |
Wij verwachten van onze leveranciers dat zij dezelfde ethische normen naleven als wij op het gebied van non-discriminatie, bestrijding van omkoping en corruptie en mensenrechten, met name in risicolanden. Dit is van fundamenteel belang voor onze toekomst op lange termijn en voor de reputatie van ons bedrijf De beginselen, beleidslijnen en procedures zijn vastgelegd in de Gedragscode voor leveranciers en het mensenrechtenbeleid. Daarin staan de verbintenissen die van leveranciers en onderaannemers worden verwacht op het vlak van ethiek, mensenrechten en respect voor het milieu.
Alle leveranciers met wie wij samenwerken moeten zich houden aan de ILO-verklaringen over fundamentele principes en rechten op het werk, verantwoordelijkheid
nemen voor het milieu, streven naar ethisch gedrag en maatregelen nemen om persoonlijke gegevens te beschermen. Onze Europese harsleveranciers moeten zich houden aan de vrijwillige verbintenissen van VinylPlus en moeten een beheersysteem voor milieu, gezondheid en veiligheid aanhouden. De locatie van de leveranciers is een criterium waarop de leverancier wordt bij de besluitvorming geëvalueerd.
Onze ambitie is om in 2022-2023 te beginnen met de voorbereidingen voor het ontwikkelen van een due diligence systeem voor het identificeren, voorkomen en beperken van potentiële gevolgen voor mensenrechten en milieu in onze toeleveringsketen door het uitvoeren van een risico- en uitgavenanalyse.
Momenteel richten wij ons erop onze nieuwe leveranciers de gedragscode voor leveranciers te laten ondertekenen als onderdeel van hun nieuwe contract. Dit is geïntegreerd in het inkoopproces.
Bestaande leveranciers worden gescreend en in een eerste fase wordt de belangrijkste leveranciers in termen van uitgaven gevraagd de Gedragscode voor leveranciers te ondertekenen of ten minste aan te tonen dat zij hun eigen interne ethische normen en beleidslijnen hanteren. Uit een
risicoscreening van onze leveranciers is gebleken dat de grote meerderheid van de leveranciers actief is in landen met een laag risico binnen de EU.
| 2021 | |
|---|---|
| Projectondersteuning voor gezondheid en onderwijs: |
€ 42.000 |
Als Groep die in meer dan 90 landen over de hele wereld actief is, zijn wij ervan overtuigd dat wij een rol te spelen hebben in de samenleving.
Wij willen ervoor zorgen dat meer mensen kunnen deelnemen aan en profiteren van een welvarende samenleving, ongeacht hun achtergrond. Daarom steunen wij liefdadigheidsprojecten over de hele wereld, zowel grotere als kleinere, in de hoop een verschil te maken voor iedereen die erbij betrokken is. Naast de sponsoring in geld, steunen wij ook verschillende doelen in natura.
Wij richten ons vooral op projecten op het gebied van onderwijs en gezondheid:
• initiatieven op het gebied van gezondheidsonderzoek

stellen wetenschappers in staat de preventie en kwaliteit van de gezondheidszorg te verbeteren.
• Onderwijs helpt kinderen en jongeren groeien naar zelfstandigheid, opent kansen op de arbeidsmarkt, en is een sleutel tot het doorbreken van de vicieuze cirkel van armoede.
Een selectie van projecten die we in 2021 hebben gesteund:
Het Deceuninck C3 Compassion for Community and Causes-programma in de VS: sponsoring van Wreaths Across America, lokaal jeugdhonkbal, high school football ....
YouthStart: YouthStart stimuleert het zelfvertrouwen van kansarme jongeren en biedt hen de mogelijkheid om hun ambities na te streven. Ze bieden een kwalitatieve opleiding en de nodige ondersteuning om een zelfstandig en zelfvoorzienend individu te worden.
De Kouter Kids: De vereniging heeft als doel kinderen die in een moeilijke thuissituatie leven te ondersteunen in de breedste zin van het woord. De Kouter Kids probeert sport en cultuur toegankelijk te maken voor deze jongeren. Daarnaast krijgen zij op 18-jarige leeftijd hulp bij hun eerste zelfstandige stappen in de maatschappij (bijvoorbeeld door het sponsoren van het rijbewijsexamen).


| 01 | 02 | 03 | 04 | 05 | |
|---|---|---|---|---|---|
| De verdere verbetering van de winstmarges blijft een prioriteit om verder te kunnen investeren in duurzame groei. Wereldwijde bevolkingsgroei en klimaatverandering hebben een invloed op de behoefte en het type duurzame woningen. Met onze investeringen in recyclage en de superieure thermische isolatie van onze producten, verwachten wij dat de bouwrenovatiegolf onze omzet in de komende jaren positief zal beïnvloeden. |
De verdere verbetering van de winstmarges blijft een prioriteit om verder te kunnen investeren in duurzame groei. Wereldwijde bevolkingsgroei en klimaatverandering hebben een invloed op de behoefte en het type duurzame woningen. Met onze investeringen in recyclage en de superieure thermische isolatie van onze producten, verwachten wij dat de bouwrenovatiegolf onze omzet in de komende jaren positief zal beïnvloeden.

Dit jaarverslag dient samen met de geauditeerde geconsolideerde jaarrekening van de Deceuninck Groep, hierna de Groep genoemd, en de bijhorende Toelichtingen te worden gelezen. Deze geauditeerde geconsolideerde jaarrekening werd vastgesteld door de Raad van Bestuur op 22 februari 2022.
De geconsolideerde omzet in 2021 steeg tot een nieuw record van € 838,1 miljoen, 30,5% hoger dan de € 642,2 miljoen in 2020.
De aanhoudend sterke vraag vanuit de woningbouwmarkt in alle regio's, resulterend in hogere volumes, en prijsstijgingen om het effect van hogere grondstoffenkosten, inflatie en wisselkoersen te compenseren, waren de voornaamste drijfveren voor deze stijging.
De Adj. EBITDA voor het jaar steeg tot € 97,7 miljoen (+13,6% vs 2020), wat het hoogste cijfer is in de geschiedenis van het bedrijf. Hogere verkoopvolumes zijn de belangrijkste drijfveer geweest voor dit recordcijfer.
De Adj. EBITDA-marge daalde van 13,4% in 2020 tot 11,7% in 2021, wat nog steeds ruim hoger is dan in het verleden. De redenen voor deze marge-erosie zijn divers. Ten eerste is er de (onvermijdelijke) vertraging bij het doorrekenen van hogere grondstoffenprijzen in hogere verkoopprijzen van ongeveer drie maanden. Ten tweede hebben het tekort aan arbeidskrachten en onderbrekingen in de aanvoerketen geleid tot inefficiënties in productie en logistiek. Verder moet opgemerkt worden dat de Adj. EBITDA-marge in H2 2020 hoog was omwille van de uitzonderlijk lage prijzen van de grondstoffen aangekocht in Q2 2020 en vertaald in de resultaten van H2 2020. En tenslotte is het zo dat het doorrekenen van hogere inputkosten via hogere
verkoopprijzen om de marge in absolute cijfers te beschermen een verwateringseffect heeft op de marge als percentage.
De Adj. EBITDA-items (verschil tussen EBITDA en Adj. EBITDA) bedragen € 4,9 miljoen (vs € 0,6 miljoen in 2020) en omvatten vooral kosten gerelateerd aan de transitie naar het iCOR-platform.
Het financieel resultaat verbeterde licht van € (15,4) miljoen in 2020 tot € (14,6) miljoen in 2021 dankzij de lagere financiële schuld die geleid heeft tot lagere interestkosten. Eénmalige wisselkoerswinsten in H1 2021 werden tenietgedaan door hogere indekkingskosten en wisselkoersverliezen door de scherpe devaluatie van de Turkse lira in november en december 2021.
Ondanks een hoger resultaat voor belastingen (€ 39,7 miljoen, 30,1% hoger dan de € 30,5 miljoen in 2020) waren de winstbelastingen lager (€ 2,5 miljoen in 2021 vs € 4,9 miljoen in 2020) door de erkenning van bijkomende uitgestelde belastingvorderingen.
De nettowinst steeg van € 25,6 miljoen in 2020 tot € 37,2 miljoen in 2021 (+45,4%). Bijgevolg steeg ook de winst per aandeel van € 0,18 tot € 0,25. De Raad van Bestuur zal aan de Algemene Vergadering de uitkering van een dividend van € 0,06 per aandeel voorstellen (t.o.v. € 0,05 over het jaar 2020).
De netto financiële schuld steeg van € 55,5 miljoen eind 2020 tot € 61,9 miljoen eind 2021. De schuldgraad bleef
echter onveranderd op 0,6x omdat de hogere financiële schuld gecompenseerd werd door een hogere Adj. EBITDA.
Negatieve cash impact van werkkapitaalbewegingen in absolute cijfers was € +32,7 miljoen, als gevolg van de hogere omzet en omwille van de hogere grondstoffenprijzen. In relatieve termen (in verhouding tot de omzet) verbeterde het werkkapitaal echter van 11,6% eind 2020 tot 10,1% eind 2021.
Na een jaar met lage investeringen omwille van COVID-19 (€ 23,5 miljoen in 2020) stegen de investeringen in 2021 opnieuw tot € 43,6 miljoen. Naast ongeveer € 30 miljoen voor investeringen in onderhoud en groei was de belangrijkste investering in 2021 de aankoop van een magazijn in Kartepe (Turkije) voor ongeveer € 10 miljoen.
De niet-financiële informatie van de Groep wordt beschreven in de rubriek Duurzaamheid van dit jaarverslag.
De onderzoeks- en ontwikkelingsactiviteiten van de Groep worden beschreven in de rubriek Producten en Innovaties van dit jaarverslag.
Hiervoor wordt verwezen naar Toelichting 26 in de geconsolideerde jaarrekening.
Er zijn geen andere omstandigheden dan diegene opgenomen in de paragraaf met betrekking tot beheersing van het marktrisico, die op de toestand van de Groep een belangrijke invloed gehad hebben.
| KERNCIJFERS * (IN € MILJOEN) | 2019 | 2020 | 2021 | EVOLUTIE 2020-2021 |
|||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Geconsolideerde resultatenrekening (in € miljoen) | |||||||
| Omzet | 633,8 | 642,2 | 838,1 | 31% | |||
| Adjusted EBITDA | 60,6 | 86,0 | 97,7 | 14% | |||
| EBIT | 11,2 | 45,9 | 54,3 | 18% | |||
| Nettowinst / (verlies) | (14,7) | 25,6 | 37,2 | 45% | |||
| Geconsolideerde balans (in € miljoen) | |||||||
| Eigen vermogen | 233,1 | 246,3 | 258,9 | 5% | |||
| Netto schuld | 140,2 | 55,5 | 61,9 | 12% | |||
| Totaal activa | 589,7 | 599,4 | 675,1 | 13% | |||
| Investeringen | 35,5 | 23,5 | 43,6 | 85% | |||
| Werkkapitaal | 94,5 | 74,2 | 84,3 | 14% | |||
| Kapitaalgebruik | 416,3 | 347,4 | 354,9 | 2% | |||
| Ratio's | |||||||
| Netto resultaat / omzet | (2,3%) | 4,0% | 4,4% | - | |||
| Adjusted EBITDA / omzet | 9,6% | 13,4% | 11,7% | - | |||
| Netto schuld / LTM Adjusted EBITDA | 2,31 | 0,64 | 0,63 | - | |||
| EBIT / Kapitaalgebruik | 2,7% | 13,2% | 15,3% | - | |||
| Personeel | |||||||
| Totaal voltijdsequivalenten (VTE) | 3.754 | 3.660 | 3.709 | - |
*Definities: zie Lexicon
| CIJFERS OVER 12 MAANDEN EINDIGEND OP 31 DECEMBER (IN € DUIZEND) |
TOELICHTING | 2020 | 2021 |
|---|---|---|---|
| Omzet | 2 | 642.189 | 838.099 |
| Kostprijs verkochte goederen | 3 | (438.639) | (608.440) |
| Brutowinst | 203.550 | 229.658 | |
| Marketing-, verkoop- en distributiekosten | 3 | (110.182) | (128.577) |
| Onderzoeks- en ontwikkelingskosten | 3 | (6.908) | (6.711) |
| Administratiekosten en algemene kosten | 3 | (42.063) | (43.198) |
| Overig netto bedrijfsresultaat | 3 | 4.508 | 3.106 |
| Aandeel in de resultaten van joint venture | 8 | (3.018) | - |
| Bedrijfswinst / (verlies) (EBIT) | 3 | 45.887 | 54.278 |
| Kosten gerelateerd aan de verkoop van handelsvorderingen | 3 | (3.887) | (3.545) |
| Interestopbrengsten / (-lasten) | 3 | (5.889) | (4.862) |
| Wisselkoerswinsten / (-verliezen) | 3 | (4.515) | (5.744) |
| Overige financiële opbrengsten / (kosten) | 3 | (1.092) | (446) |
| Resultaat voor belastingen (EBT) | 30.505 | 39.682 | |
| Winstbelastingen | 4 | (4.927) | (2.503) |
| Nettowinst / (verlies) | 25.578 | 37.179 | |
| DE NETTOWINST / (VERLIES) IS TOEWIJSBAAR AAN: (IN € DUIZEND) |
2020 | 2021 | |
| Aandeelhouders van de moedermaatschappij | 24.242 | 33.990 | |
| Minderheidsbelangen | 1.336 | 3.189 | |
| WINST / (VERLIES) PER AANDEEL TOEWIJSBAAR AAN DE GEWONE AANDEELHOUDERS VAN DE MOEDERMAATSCHAPPIJ (IN €) |
2020 | 2021 | |
| Gewone winst / (verlies) per aandeel | 0,18 | 0,25 | |
| Verwaterde winst / (verlies) per aandeel | 0,17 | 0,24 |
| 2020 | 2021 |
|---|---|
| 25.578 | 37.179 |
| (27.937) | (22.449) |
| (27.937) | (22.449) |
| 248 | 2.364 |
| (16) | (640) |
| 232 | 1.724 |
| (27.705) | (20.725) |
| (2.128) | 16.454 |
| 2020 | 2021 |
| (1.821) | 16.916 |
| (307) | (462) |

| (IN € DUIZEND) | TOELICHTING | 2020 | 2021 |
|---|---|---|---|
| ACTIVA | |||
| Immateriële vaste activa | 6 | 2.252 | 1.849 |
| Goodwill | 7 | 10.601 | 10.571 |
| Materiële vaste activa | 9,20 | 254.274 | 246.826 |
| Financiële vaste activa | 9 | 9 | |
| Investeringen in een joint venture | 8 | - | - |
| Uitgestelde belastingvorderingen | 4 | 5.174 | 9.792 |
| Overige vaste activa | 10 | 829 | 1.508 |
| Vaste activa | 273.139 | 270.555 | |
| Voorraden | 11 | 112.907 | 169.589 |
| Handelsvorderingen | 12 | 69.301 | 90.756 |
| Overige vorderingen | 12 | 37.159 | 69.959 |
| Liquide middelen | 13 | 105.623 | 72.885 |
| Vaste activa aangehouden voor verkoop | 14 | 1.244 | 1.346 |
| Vlottende activa | 326.235 | 404.535 | |
| Totaal activa | 599.373 | 675.089 |
| (IN € DUIZEND) | TOELICHTING | 2020 | 2021 |
|---|---|---|---|
| PASSIVA | |||
| Geplaatst kapitaal | 15 | 53.950 | 54.441 |
| Uitgiftepremies | 15 | 88.310 | 90.213 |
| Geconsolideerde reserves | 228.334 | 256.263 | |
| Herwaardering van toegezegde pensioensregelingen | 16 | (7.409) | (5.690) |
| Eigen aandelen | 15 | (75) | (75) |
| Omrekeningsverschillen | 15 | (123.764) | (142.418) |
| Eigen vermogen exclusief minderheidsbelangen | 239.348 | 252.735 | |
| Minderheidsbelangen | 6.937 | 6.184 | |
| Eigen vermogen inclusief minderheidsbelangen | 246.284 | 258.919 | |
| Rentedragende schulden inclusief leasingschulden | 18 | 137.022 | 13.002 |
| Andere langlopende verplichtingen | 676 | 580 | |
| Pensioenverplichtingen | 16 | 22.305 | 18.779 |
| Langlopende voorzieningen | 17 | 3.485 | 3.287 |
| Uitgestelde belastingschulden | 4 | 1.788 | 1.544 |
| Langlopende schulden | 165.275 | 37.192 | |
| Rentedragende schulden inclusief leasingschulden | 18 | 24.069 | 121.765 |
| Handelsschulden | 19 | 107.963 | 176.009 |
| Belastingsschulden | 8.275 | 6.421 | |
| Personeelsgerelateerde verplichtingen | 14.422 | 15.439 | |
| Pensioenverplichtingen | 16 | 1.158 | 1.212 |
| Kortlopende voorzieningen | 17 | 3.212 | 249 |
| Overige schulden | 19 | 28.715 | 57.883 |
| Kortlopende schulden | 187.815 | 378.978 | |
| Totaal passiva | 599.373 | 675.089 |
| (IN € DUIZEND) | Geplaatst kapitaal | Uitgiftepremies | Geconsolideerde reserves |
Wijzigingen in de waarderingen van toegezegde pensioensregelingen |
|---|---|---|---|---|
| Per 31 december 2019 | 53.925 | 88.261 | 200.427 | (7.640) |
| Netto winst / (verlies) van het boekjaar |
24.242 | |||
| Overige gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten |
232 | |||
| Totaal gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten |
- | - | 24.242 | 232 |
| Kapitaalsverhoging | 25 | 49 | ||
| Inkoop eigen aandelen | ||||
| Transacties met minderheidsbelangen* |
2.953 | |||
| Op aandelen gebaseerde vergoedingen |
712 | |||
| Uitgekeerde dividenden | ||||
| Overige overdrachten | ||||
| Per 31 december 2020 | 53.950 | 88.310 | 228.334 | (7.409) |
* Transacties met minderheidsbelangen zijn gerelateerd aan de verkoop van 7,41 % van de uitstaande aandelen van Ege Profil Ticaret ve Sanayi AS terwijl de Groep controle blijft behouden. Het deelnemingspercentage van de Groep in Ege Profil Ticaret ve Sanayi AS is bijgevolg gewijzigd van 95,88 % to 88,47 %.
| (IN € DUIZEND) | Geplaatst kapitaal | Uitgiftepremies | Geconsolideerde reserves |
Wijzigingen in de waarderingen van toegezegde pensioensregelingen |
|---|---|---|---|---|
| Per 31 december 2020 | 53.950 | 88.310 | 228.334 | (7.409) |
| Netto winst / (verlies) van het boekjaar |
33.990 | |||
| Overige gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten |
1.718 | |||
| Totaal gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten |
- | - | 33.990 | 1.718 |
| Kapitaalsverhoging | 491 | 1.903 | ||
| Transacties met minderheidsbelangen* |
216 | |||
| Op aandelen gebaseerde vergoedingen |
559 | |||
| Uitgekeerde dividenden | (6.836) | |||
| Per 31 december 2021 | 54.441 | 90.213 | 256.263 | (5.690) |
* Transacties met minderheidsbelangen zijn gerelateerd aan de verkoop van 0,15 % van de uitstaande aandelen van Ege Profil Ticaret ve Sanayi AS terwijl de Groep controle blijft behouden. Het deelnemingspercentage van de Groep in Ege Profil Ticaret ve Sanayi AS is bijgevolg gewijzigd van 88,47 % to 88,32 %.
* Transacties met minderheidsbelangen zijn gerelateerd aan de verkoop van 7,41 % van de uitstaande aandelen van Ege Profil Ticaret ve Sanayi AS terwijl de Groep controle blijft behouden. Het deelnemingspercentage van de Groep in Ege Profil Ticaret ve Sanayi AS is bijgevolg gewijzigd van 95,88 % to 88,47 %.
* Transacties met minderheidsbelangen zijn gerelateerd aan de verkoop van 0,15 % van de uitstaande aandelen van Ege Profil Ticaret ve Sanayi AS terwijl de Groep controle blijft behouden. Het deelnemingspercentage van de Groep in Ege Profil Ticaret ve Sanayi AS is bijgevolg gewijzigd van 88,47 % to 88,32 %.
| Totaal | Minderheids belangen |
Eigen vermogen toerekenbaar aan aandeelhouders van de moedermaat schappij |
Omrekenings verschillen |
Eigen aandelen aangehouden in dochteronder nemingen |
Eigen aandelen |
|---|---|---|---|---|---|
| 233.104 | 2.443 | 230.661 | (103.783) | (454) | (75) |
| 25.578 | 1.336 | 24.242 | |||
| (27.705) | (1.643) | (26.063) | (26.294) | ||
| (2.128) | (307) | (1.821) | (26.294) | - | - |
| 74 | - | 74 | |||
| 611 | 157 | 454 | 454 | ||
| 13.912 | 4.626 | 9.286 | 6.333 | ||
| 712 | 712 | ||||
| - | |||||
| 19 | (19) | (19) | |||
| 246.284 | 6.937 | 239.348 | (123.764) | - | (75) |
| Totaal | Minderheids belangen |
Eigen vermogen toerekenbaar aan aandeelhouders van de moedermaat schappij |
Omrekenings verschillen |
Eigen aandelen aangehouden in dochteronder nemingen |
Eigen aandelen |
|---|---|---|---|---|---|
| 246.284 | 6.937 | 239.348 | (123.764) | - | (75) |
| 37.179 | 3.189 | 33.990 | |||
| (20.725) | (3.651) | (17.074) | (18.793) | ||
| 16.454 | (462) | 16.916 | (18.793) | - | - |
| 2.395 | 2.395 | ||||
| 470 | 115 | 355 | 138 | ||
| 559 | 559 | ||||
| (7.243) | (407) | (6.836) | |||
| 258.919 | 6.184 | 252.735 | (142.418) | - | (75) |
| CIJFERS OVER 12 MAANDEN EINDIGEND OP 31 DECEMBER (IN € DUIZEND) |
TOELICHTING | 2020 | 2021 |
|---|---|---|---|
| Nettowinst / (verlies) | 25.578 | 37.179 | |
| Afschrijvingen en waardeverminderingen | 6,7,9,14 | 39.604 | 38.553 |
| Netto financiële kosten | 3 | 15.299 | 14.597 |
| Winstbelastingen | 4 | 4.927 | 2.503 |
| Waardeverminderingen op voorraden | 11 | 2.866 | 3.262 |
| Waardeverminderingen op handelsvorderingen | 12 | 4.438 | (1.937) |
| Toename / (afname) in voorzieningen | (4.046) | (1.149) | |
| Meerwaarde / minderwaarde op realisatie van (im)materiële vaste activa | 3 | (2.850) | (565) |
| Fair value aanpassingen in eigen vermogen | - | 559 | |
| Aandeel in de resultaten van joint venture | 8 | 3.018 | - |
| BRUTO KASSTROMEN UIT OPERATIONELE ACTIVITEITEN | 88.835 | 93.002 | |
| Afname / (toename) in voorraden | (17.131) | (69.380) | |
| Afname / (toename) in handelsvorderingen | (6.219) | (41.669) | |
| Toename / (afname) in handelsschulden | 27.174 | 78.308 | |
| Afname / (toename) in andere activa & passiva | 4.662 | (2.646) | |
| Winstbelastingen betaald (-) / ontvangen (+) | 4 | (2.697) | (7.585) |
| KASSTROMEN UIT OPERATIONELE ACTIVITEITEN | 94.624 | 50.030 | |
| Aanschaffingen van (im)materiële vaste activa (-) | 6,9,14 | (23.543) | (43.556) |
| Investeringen in financiële vaste activa (-) | (1) | - | |
| Kasontvangsten bij verkoop van (im)materiële vaste activa (+) | 15.680 | 961 | |
| Opbrengsten uit de verkoop van aandelen van groepsentiteiten (+) | 15.390 | 506 | |
| KASSTROMEN UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN | 7.526 | (42.090) | |
| Kapitaalsverhoging (+) / -verlaging (-) | - | 2.395 | |
| Uitgekeerde dividenden (-) / Ontvangen dividenden (+) | (143) | (7.243) | |
| Ontvangen interesten (+) | 2.585 | 2.826 | |
| Betaalde interesten (-) | (8.200) | (7.621) | |
| Netto financiële kosten, zonder interesten | (4.684) | (310) | |
| Nieuwe langlopende schulden | 13.091 | 10.801 | |
| Terugbetaling langlopende schulden | (14.362) | (21.140) | |
| Nieuwe kortlopende schulden | 15.285 | 51.644 | |
| Terugbetaling kortlopende schulden | (39.757) | (60.819) | |
| KASSTROMEN UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN | (36.185) | (29.467) | |
| Netto toename (+) / afname (-) van de liquide middelen | 65.965 | (21.527) | |
| Liquide middelen per begin van de periode | 13 | 52.799 | 105.623 |
| Wisselkoersfluctuaties | (13.033) | (11.211) | |
| Overige overdrachten | (108) | - | |
| Liquide middelen per einde periode | 13 | 105.623 | 72.885 |

De geconsolideerde jaarrekening werd opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS), zoals aangenomen voor gebruik in de EU. De geconsolideerde jaarrekening werd vastgesteld door de Raad van Bestuur op 22 februari 2022. Het dividend zoals opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening dient goedgekeurd te worden tijdens de Algemene vergadering van Deceuninck NV, die zal doorgaan op 26 april 2022.
De geconsolideerde jaarrekening wordt uitgedrukt in € duizend tenzij anders vermeld.
De geconsolideerde jaarrekening heeft betrekking op de financiële toestand per 31 december 2021. Ze wordt opgesteld vóór winstverdeling van de moedermaatschappij zoals voorgesteld aan de Algemene vergadering van aandeelhouders.
De geconsolideerde jaarrekening bevat vergelijkende informatie met betrekking tot de voorgaande periode. Gelieve ermee rekening te houden dat door afrondingen de som van de bedragen in de tabellen van de jaarrekening kunnen afwijken.
De geconsolideerde jaarrekening omvat de jaarrekening van Deceuninck NV en haar dochterondernemingen ('de Groep').
De Groep oefent zeggenschap uit over een dochteronderneming als en alleen als de Groep:
• macht over de deelneming heeft (d.w.z. de bestaande rechten aan de Groep de huidige mogelijkheid geven om de relevante activiteit van de deelneming te sturen);
Over het algemeen is er een vermoeden dat een meerderheid van stemrechten resulteert in controle. Om dit vermoeden te onderbouwen en wanneer de Groep minder dan de meerderheid van de stem- of andere rechten bezit, neemt de Groep alle relevante factoren en omstandigheden in rekening bij het beoordelen of er controle over een entiteit is, daarbij rekening houdend met:
Verwerving van dochtermaatschappijen wordt geboekt volgens de overnamemethode. De jaarrekeningen van dochterondernemingen hebben eenzelfde afsluitingsdatum als die van de moedermaatschappij, behalve Deceuninck Profiles India Private Limited. In het kader van de consolidatie worden de financiële cijfers over de periode van 12 maanden eindigend op 31 December 2021 van Deceuninck Profiles India Private Limited gebruikt. Voor de geconsolideerde entiteiten worden dezelfde waarderingsgrondslagen toegepast.
De Groep heeft een participatie van 28,77 % in Solardec CVBA die volledig geconsolideerd werd, gezien Solardec CVBA twee bestuurders heeft die beiden door Deceuninck NV benoemd werden en als gevolg daarvan heeft de Groep een meerderheid in de Raad van Bestuur van Solardec CVBA. Verder heeft de Groep een participatie van 48,95 % in Asia Profile Holding Co. Ltd die volledig geconsolideerd wordt aangezien de
andere aandeelhouder die de resterende 51,05 % van de aandelen aanhoudt, een volmacht getekend heeft wat de Groep toelaat om de stemrechten van deze aandelen uit te oefenen en bijgevolg de Groep toelaat om te beslissen over significante operationele beslissingen voor de onderneming.
De Groep heeft een 50% belang in So Easy België BV verworven. Dit is erkend als een joint venture. Het aandeel van de Groep in deze joint venture is boekhoudkundig verwerkt in de geconsolideerde jaarrekening gebruik makende van de eigen vermogens methode.
Om de jaarrekening op te stellen in overeenstemming met IFRS dient het management een aantal schattingen en beoordelingen te maken die een weerslag hebben op de bedragen vermeld in de jaarrekening. De schattingen gemaakt op de rapporteringsdatum zijn een weergave van de bestaande voorwaarden op die data (bijvoorbeeld marktprijzen, rentevoeten en wisselkoersen).
Het management voert deze ramingen uit met maximale kennis van de lopende zaken en van de acties die de Groep zou kunnen ondernemen. De werkelijke resultaten kunnen echter afwijken van deze schattingen.
In het kader van het toepassen van de boekhoudprincipes van de Groep werd volgende beoordeling gemaakt:
De Groep is van oordeel dat zij een feitelijke verplichting heeft in België met betrekking tot de vervroegde pensioenregeling en de daarmee verbonden collectieve arbeidsovereenkomst omdat deze op permanente basis zal worden hernieuwd. Daarom boekt de Groep
deze regeling als een toegezegd pensioenregeling na uitdiensttreding.
De Groep erkent voorzieningen voor herstructureringen wanneer de criteria voor erkenning onder IAS 37 voldaan zijn. De voorziening wordt bepaald op basis van individuele loonsgegevens en assumpties met betrekking tot het aantal bedienden en arbeiders die de Groep zullen verlaten.
De belangrijkste toepassing van schattingen met een potentieel belangrijke invloed op de netto boekwaarde van activa en passiva in komend boekjaar betreft:
Jaarlijks wordt de goodwill m.b.t. bedrijfscombinaties getest op bijzondere waardeverminderingen. Deze test vereist een inschatting van de gebruikswaarde van de kasstroom genererende eenheden waaraan de goodwill is toegewezen. Het schatten van de gebruikswaarde vereist een inschatting van de verwachte toekomstige kasstromen van de kasstroom genererende eenheden en het kiezen van een passende verdisconteringsvoet teneinde de huidige waarde van deze kasstromen te bepalen. Meer details worden gegeven in Toelichting 7.
De kost van de toegezegde pensioenregelingen en de huidige waarde van de pensioenverplichtingen zijn bepaald op basis van een actuariële berekening. Bij de actuariële berekening worden assumpties gebruikt met betrekking tot de verdisconteringsvoet, toekomstige stijgingen van de compensaties, mortaliteitstabellen en toekomstige toenames van de pensioenen. Alle assumpties worden nagezien op rapporteringsdatum. Verdere details met betrekking tot de assumpties worden weergegeven in Toelichting 16.
Personeelsbeloningen – vergoedingen met aandelen De Groep waardeert de kost van de aandelenoptie- en warrantenprogramma's met werknemers op basis van de reële waarde van de instrumenten op de datum van de toekenning. De schatting van de reële waarde van de vergoedingen in aandelen vereist een aangepast waarderingsmodel, welke afhankelijk is van de voorwaarden van de toekenning. Het waarderingsmodel vereist ook de bepaling van gepaste parameters zoals de verwachte levensduur van de optie, de volatiliteit en het dividendrendement. De assumpties en het gebruikte model voor de schatting van de reële waarde voor vergoedingen van aandelen is toegelicht in Toelichting 21.
Uitgestelde belastingvorderingen op niet-gebruikte fiscale verliezen worden geboekt wanneer het waarschijnlijk is dat er voldoende toekomstige belastbare winsten zijn waarmee de fiscale verliezen kunnen worden verrekend. Significante schattingen van het management zijn vereist om het bedrag van de uitgestelde belastingvordering te bepalen, gebaseerd op het tijdstip en het niveau van de toekomstige fiscale winsten. Verdere details worden weergegeven in sectie Winstbelastingen alsook in Toelichting 4.
Bij het inschatten van de verliezen maakt de Groep significante inschattingen met betrekking tot het bedrag van de verwachte kasstromen die het zal recupereren, rekening houdend met kredietverzekeringen en ontvangen garanties. Meer gedetailleerde informatie in verband met het model voor effectieve kredietverliezen voor handelsvorderingen werd opgenomen onder 'Voornaamste boekhoudprincipes – financiële instrumenten – handelsvorderingen'.
De Groep past maandelijkse gemiddelde wisselkoersen om de resultatenrekeningen van dochterondernemingen buiten de eurozone te converteren.
Transacties in vreemde valuta worden geboekt tegen de maandkoers (wisselkoers vastgelegd op de laatste werkdag van de voorgaande maand) of de wisselkoers op de dag van de transactie. Monetaire activa en passiva in vreemde valuta worden omgerekend op balansdatum. Alle winsten en verliezen die voortvloeien uit de omzetting van monetaire activa en passiva in vreemde valuta naar de lokale munt van de entiteit, worden opgenomen in de geconsolideerde resultatenrekening onder wisselkoerswinsten / (-verliezen). Niet-monetaire activa en passiva worden omgezet tegen de historische wisselkoers.
De resultaten van de Groep worden uitgedrukt in euro. Activa en passiva van entiteiten buiten de eurozone worden omgerekend naar euro tegen de koers op balansdatum. De resultatenrekening van entiteiten buiten de eurozone worden omgezet naar euro aan gemiddelde maandelijkse koersen die de wisselkoersen, van toepassing op de dag van de transacties, benaderen. De componenten van het eigen vermogen worden aan historische wisselkoers omgerekend.
De wisselkoersverschillen die voortvloeien uit de omrekening van het eigen vermogen aan de slotkoers op de balansdatum, worden in 'omrekeningsverschillen' onder de rubriek 'eigen vermogen' geboekt. Wisselkoersverschillen resulterende uit omzetting
van in vreemde valuta uitgedrukte intra-groeps rekeningen courant, leningen alsook handelsvorderingen en -schulden worden in de geconsolideerde resultatenrekening opgenomen onder financieel resultaat. Uitzondering op deze boekhoudkundige verwerking is wanneer de intra-groeps leningen beschouwd worden als deel uitmakend van de 'Net Investment in Foreign Operations'. In dat geval wordt het wisselkoersverschil direct opgenomen in de gerealiseerde en nietgerealiseerde resultaten en maken een afzonderlijke component uit van het Eigen Vermogen tot op datum van de verkoop of liquidatie van de buitenlandse activiteit.
De volgende wisselkoersen werden gebruikt bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening:
| 1 EUR is gelijk aan |
Slotkoers | Slotkoers | Gemiddel de koers |
Gemiddel de koers |
|---|---|---|---|---|
| 2020 | 2021 | 2020 | 2021 | |
| AUD | 1,5896 | 1,5615 | 1,6541 | 1,5745 |
| BAM | 1,9558 | 1,9558 | 1,9558 | 1,9558 |
| BGN | 1,9558 | 1,9558 | 1,9558 | 1,9558 |
| BRL | 6,3735 | 6,3101 | 5,8130 | 6,3749 |
| CLP | 870,6251 | 964,4132 | 901,9301 | 895,2084 |
| COP | 4.212,2999 4.508,5663 | 4.198,5935 | 4.423,3108 | |
| CZK | 26,2420 | 24,8580 | 26,4372 | 25,6434 |
| GBP | 0,8990 | 0,8403 | 0,8887 | 0,8598 |
| HRK | 7,5519 | 7,5156 | 7,5382 | 7,5290 |
| INR | 89,6604 | 84,2290 | 84,4331 | 87,4636 |
| LTL | 3,4528 | 3,4528 | 3,4528 | 3,4528 |
| MXN | 24,4160 | 23,1438 | 24,3608 | 23,9843 |
| PLN | 4,5597 | 4,5969 | 4,4413 | 4,5636 |
| RON | 4,8683 | 4,9490 | 4,8378 | 4,9208 |
| RSD | 117,5779 | 117,5820 | 117,5726 | 117,5705 |
| RUB | 90,6824 | 84,0696 | 81,9347 | 87,1393 |
| SEK | 10,0343 | 10,2503 | 10,4838 | 10,1444 |
| THB | 36,7270 | 37,6530 | 35,6641 | 37,8003 |
| TRY | 9,0079 | 15,0867 | 7,9133 | 10,2391 |
| UAH | 34,7396 | 30,9226 | 31,0166 | 32,1978 |
| USD | 1,2271 | 1,1326 | 1,1396 | 1,1829 |
Kosten voor verworven octrooien en licenties worden geactiveerd tegen hun kostprijs. Ze worden afgeschreven volgens de lineaire methode over hun verwachte levensduur of over de contractuele duurtijd indien deze korter is. De verwachte levensduur wordt meestal geschat op 3 jaar.
Merknamen verworven als gevolg van de acquisitie van een bedrijfscombinatie worden aan de reële waarde van de acquisitiedatum gewaardeerd. De daaropvolgende waardering hangt af van de levensduur van de merknamen als zijnde onbeperkt of eindig. Merknamen met onbeperkte levensduur worden niet afgeschreven maar worden jaarlijks getest op afwaardering en wanneer er een indicatie is dat een activa mogelijk afgewaardeerd dient te worden. De Groep beschouwt het merendeel van de gekochte en gebruikte merknamen een onbeperkte levensduur hebben aangezien ze direct bijdragen tot de kasstromen van de Groep als gevolg van de erkenning door de klanten van de specifieke karakteristieken van deze merken binnen de actieve markten. Daarenboven functioneren deze merken als de 'basismerken' in Turkije, zoals opgenomen in het segment 'Turkije & opkomende markten', wat tevens ook als de kasstroomgenererende eenheid gedefinieerd werd.
Kosten voor onderzoeksactiviteiten, ondernomen met het oog op het verwerven van nieuwe wetenschappelijke of technologische kennis, worden in het resultaat opgenomen. Kosten voor ontwikkelingsactiviteiten, waarbij de resultaten van het onderzoek worden toegepast in een plan of een ontwerp voor de productie van nieuwe of substantieel verbeterde producten
en processen, worden geactiveerd als en enkel als wordt voldaan aan alle criteria vermeld in IAS 38. De geactiveerde kost omvat de direct toewijsbare kosten om de activa te creëren, te produceren en klaar te maken voor gebruik (zoals grondstoffen en directe loonkosten) verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen. De gekapitaliseerde kosten worden aan de relevante activaklassen toegewezen door middel van een transfer vanaf het moment dat de activa beschikbaar zijn voor gebruik.
Latere uitgaven voor immateriële vaste activa na de aankoop of de voltooiing ervan, worden enkel in de balans opgenomen wanneer ze de toekomstige economische voordelen eigen aan de activapost waaraan ze verwant zijn, vergroten. Alle andere uitgaven worden beschouwd als kosten.
De Groep hanteert de overnamemethode voor de verwerking van de overname van bedrijven. De overgedragen vergoeding is de som – op datum van de verwerving van zeggenschap – van de reële waardes van alle overgedragen activa, aangegane verplichtingen en uitgegeven aandelen om zeggenschap van de overgenomen entiteit te krijgen. Geïdentificeerde activa, aangegane verplichtingen en toekomstige verplichtingen worden afzonderlijk gewaardeerd aan hun reële waarde op de datum van de overname. De toewijzing van de reële waardes aan de identificeerbare activa en aangegane verplichtingen is gebaseerd op diverse inschattingen door management. Transactiekosten worden in resultaat geboekt op het moment dat ze zich voordoen.
Goodwill is het positieve verschil tussen de aankoopprijs
en het aandeel van de Groep in de reële waarde van de verworven identificeerbare netto activa van de dochteronderneming of geassocieerde onderneming op het moment van de verwerving. Goodwill wordt niet afgeschreven maar jaarlijks getoetst voor bijzondere waardeverminderingen. Goodwill wordt uitgedrukt in de munteenheid van de betrokken onderneming en wordt omgezet in euro aan slotkoers op de balansdatum, behalve de goodwill gerelateerd aan Ege Pen (€ 9,3 miljoen) die in EUR uitgedrukt is ondanks dat het een Turkse dochteronderneming is. De entiteit werd in 2000 gekocht en Deceuninck heeft in 2002 voor het eerst IFRS toegepast wanneer de standaarden een optie tot het erkennen van goodwill als assets van de rapporterende entiteit te beschouwen en deze op te nemen als niet-monetair vreemd valuta item dat gerapporteerd wordt op basis van de valutakoers op het moment van de transactie (IAS21.33.b IAS21 versie effectief vanaf 1 januari 1995).
Indien de reële waardes van de verworven netto activa hoger zijn dan de overgedragen vergoeding herbekijkt de Groep of ze alle verworven activa en aangegane verplichtingen juist geïdentificeerd heeft. Tevens herziet ze alle gebruikte procedures ter bepaling van de waardes die bepaald dienen te worden op datum van de verwerving. Indien na herziening de reële waardes van de verworven netto activa hoger zijn dan de overgedragen vergoeding, wordt de winst geboekt in de resultatenrekening.
Materiële vaste activa worden geboekt aan historische kostprijs verminderd met de gecumuleerde afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen. De historische kostprijs omvat de initiële aankoopprijs vermeerderd met andere directe aanschaffingskosten (zoals niet
terugvorderbare belastingen en transportkosten). De kostprijs van zelfgeproduceerde vaste activa (zoals matrijzen) omvat de kostprijs van de materialen, directe loonkosten en een evenredig deel van de productieoverhead. Latere uitgaven worden enkel in de balans opgenomen wanneer ze de toekomstige, economische voordelen, eigen aan de vaste activapost waaraan ze verwant zijn, vergroten. Herstellingen en instandhoudingskosten die de toekomstige economische voordelen niet vergroten, worden als kost in de resultatenrekening opgenomen.
De verwachte economische levensduur is als volgt vastgelegd:
| ACTIVA | |
|---|---|
| Gebouwen | 40 jaar |
| Inrichting gebouwen | 10-20 jaar |
| Externe infrastructuur | 20-40 jaar |
| Machines en uitrusting | 8-20 jaar |
| Klein materiaal | 5 jaar |
| Schroeven en cilinders | 2 - 6 jaar |
| Gietvormen en matrijzen | 5 jaar |
| Installaties | 10-25 jaar |
| Kantoormateriaal | 4-10 jaar |
| Logistiek materiaal | 8 jaar |
| Meubilair | 10 jaar |
| Voertuigen | 4-5 jaar |
Afschrijvingen worden berekend volgens de lineaire methode vanaf de datum van ingebruikname en dit over de verwachte economische levensduur.
Terreinen worden niet afgeschreven aangezien aangenomen wordt dat zij een onbeperkte levensduur hebben.
Bij classificatie als 'vaste activa aangehouden voor verkoop' worden activa of groepen activa die in hun huidige toestand onmiddellijk beschikbaar zijn voor verkoop en waarvan de verkoop zeer waarschijnlijk is, gewaardeerd tegen de laagste van de boekwaarde en de reële waarde minus verkoopkosten.
Vaste activa aangehouden voor verkoop worden niet afgeschreven zodra gepresenteerd als vaste activa aangehouden voor verkoop. Vaste activa aangehouden voor verkoop worden apart gepresenteerd als vlottende activa in de geconsolideerde balans.
Dezelfde waardering geldt voor bedrijfsactiviteiten aangehouden voor verkoop.
Een joint venture is een soort gezamenlijke overeenkomst waarbij de partijen die gezamenlijke controle over de overeenkomst hebben, recht hebben op het netto vermogen van de joint venture. Gezamenlijke controle is de contractueel overeengekomen verdeling van de controle over een overeenkomst, die alleen bestaat wanneer beslissingen over de relevante activiteiten de unanieme instemming vereisen van de partijen die de controle delen.
De overwegingen die moeten genomen worden bij het bepalen van gezamenlijke controle zijn vergelijkbaar met deze die nodig zijn om controle te bepalen
over dochterondernemingen. De investering van de Groep in de joint venture wordt verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode.
Volgens de vermogensmutatiemethode wordt de investering in een joint venture aanvankelijk opgenomen tegen de kostprijs, inclusief de transactiekosten. De boekwaarde van de investering wordt aangepast om veranderingen in het aandeel van de Groep in het netto vermogen van de joint venture sinds de acquisitiedatum op te nemen.
Goodwill met betrekking tot de joint venture is opgenomen in de boekwaarde van de investering en wordt niet afzonderlijk getoetst op bijzondere waardevermindering. Voor het bepalen van de goodwill heeft de Groep ervoor gekozen om voor de waardering een periode van 12 maanden toe te passen, vergelijkbaar met de periode voor bedrijfscombinaties, in het geval dat de Groep niet in straat is het proces binnen het jaar van verwerving af te ronden.
De resultatenrekening reflecteert het aandeel van de Groep in de resultaten van de joint venture. Elke wijziging in de niet-gerealiseerde resultaten van de joint ventures worden gepresenteerd als onderdeel van de niet-gerealiseerde resultaten van de Groep. Wanneer een wijziging direct in het eigen vermogen van de joint venture werd verwerkt, neemt de Groep bovendien haar aandeel in de eventuele mutaties, indien van toepassing, op in het mutatieoverzicht over het eigen vermogen. Niet gerealiseerde resultaten die voorvloeien uit transacties tussen de Groep en de joint venture worden geëlimineerd ten belope van het belang in de joint venture.
Gezien de joint venture wordt beschouwd als een integraal vehikel via wie de Groep haar activiteiten en strategie uitvoert, wordt het geheel van het Groepsdeel van de winsten en verliezen in een joint venture opgenomen
in de consolideerde resultatenrekening binnen het operationeel resultaat (EBIT) en geeft dit de winsten en verliezen na belastingen weer na toewijzing van de minderheidsbelangen in de joint venture. Rekening houdend met de relevante overwegingen dat er geen
wettelijke of feitelijke verplichtingen voor het dekken van ongelimiteerde verliezen, wordt het deel van de door de Groep erkende resultaten van de joint venture gelimiteerd tot het bedrag van het originele erkende bedrag van de investering. Alle daaropvolgende door de Groep toewijsbare winsten worden niet door de Groep erkend tot de historische niet-erkende aan de Groep toewijsbare resultaten van de joint venture gecompenseerd zijn.
De jaarrekening van de joint venture is opgesteld voor dezelfde periode als deze van de Groep. Waar nodig worden aanpassingen doorgevoerd om de grondslagen voor de financiële verslaggeving in lijn te brengen met die van de Groep.
Na toepassing van de vermogensmutatiemethode, bepaalt de Groep of het noodzakelijk is om een bijzondere waardevermindering op te nemen op haar investering in de joint venture. Op elke verslagdatum bepaalt de Groep or er objectieve aanwijzingen zijn dat de investering in de joint venture een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Als er dergelijke aanwijzingen zijn, berekent de Groep het bedrag van de bijzondere waardevermindering als het verschil tussen de realiseerbare waarde van de joint venture en de boekwaarde, en verwerkt vervolgens het verlies binnen de lijn 'Aandeel in het resultaat van een joint venture' in de resultatenrekening.
Bij verlies van gezamenlijke controle over de joint venture, waardeert de Groep de eventueel resterende aangehouden investering tegen de reële waarde. Elk verschil tussen de boekwaarde van de joint venture bij verlies van gezamenlijk controle en de reële waarde van de resterende investering en de opbrengsten uit de
verkoop wordt opgenomen in de resultatenrekening.
De Groep beoordeelt op het moment van initiatie van contracten of een contract al dan niet een lease contract is of een leaseovereenkomst bevat. In desbetreffend geval omvat het contract een recht tot het uitoefenen van controle over het gebruik van een geïdentificeerd actief voor een tijdsperiode in ruil voor een vergoeding.
De Groep past de 'single recognition and measurement approach' voor alle leases toe, behalve voor de kortetermijn leases en leasings van lage waarde activa. De Groep erkent leasingschulden om lease betalingen te voldoen en erkent leasing gebruiksrechten die het recht tot gebruik van de onderliggende activa vertegenwoordigt.
i) Gebruiksrechten leasing activa
De Groep erkent leasing gebruiksrechten op de startdatum van de leaseovereenkomst (dwz. het moment dat het onderliggend actief beschikbaar is voor gebruik). Gebruiksrechten worden erkend ten belope van de kostprijs, verminderd met gecumuleerde afschrijvingen en afwaarderingen, aangepast voor daaropvolgende herwaarderingen van de leasingsschulden. De aanschaffingswaarde van de gebruiksrechten bevat het bedrag van de erkende leasingschulden, initiële opgelopen kost & lease betalingen gemaakt op of voor de startdatum, verminderd met eventuele voordelen ontvangen in het kader van de leaseovereenkomsten. De leasing gebruiksrechten worden afgeschreven via een lineaire methode over het minimum van enerzijds de lease termijn of anderzijds de levensduur van de activa die geleased worden. De Groep heeft gekozen om de leasing gebruiksrechten te presenteren als aparte activa klasse binnen de Materiële vaste activa en daarbij aansluitend de relevante informatie in de toelichtingen te verschaffen.
Als het eigendom van de geleasede activa op het einde van de lease termijn naar de Groep overgaat of de kost de uitoefenprijs van aankoopopties vertegenwoordigt, worden de afschrijvingen berekend gebruik makend van de resterende ingeschatte levensduur van de activa. De leasing gebruiksrechten zijn ook onderhevig aan afwaarderingen, in geval dit van toepassing is.
Op de startdatum van de leases erkent de Groep de leasingsschulden berekend als de verdisconteerde waarde van de leasebetalingen te voldoen gedurende de lease termijn. De lease betalingen omvatten de vaste betalingen (alsook de intrinsiek vaste betalingen) verminderd met enige te ontvangen lease incentives, variabele lease betalingen die afhankelijk zijn van een index of een tarief, en betalingen die verwacht worden om betaald te worden als restwaardegaranties. De leasebetalingen omvatten ook de uitoefenprijs van aankoopopties als het redelijk zeker is dat de Groep deze uitoefent, alsook betalingen van boetes voor het stopzetten van leases, wanneer in de leasetermijn de stopzettingsoptie gereflecteerd is.
Variabele leasebetalingen die niet op basis van een index of een tarief zijn, worden erkend als kost in de periode dat de gebeurtenis of voorwaarde voorvalt die de leasebetaling heeft geactiveerd, buiten als deze kosten noodzakelijk zijn voor het produceren van voorraad.
Bij het berekenen van de huidige waarde van de leasebetalingen gebruikt de Groep de incrementele interestvoet op aanvangsdatum van de lease wanneer de impliciete interestvoet niet bepaalbaar is. Na de aanvangsdatum wordt het bedrag van leaseschulden verhoogt met de opgelopen interest en verminderd met de gemaakte leasebetalingen. In aanvulling hierop wordt de boekwaarde van de leaseschulden geherwaardeerd wanneer er een modificatie is, een
wijziging in leasetermijn, een wijziging in de ten gronde vaste leasebetalingen of een wijziging in de beoordeling om een onderliggend actief te kopen. De Groep presenteert de leasingschulden binnen de kortlopende en langlopende schulden.
iii) Korte-termijn leases en lage-waarde leases De Groep past de korte-termijn lease erkenningsuitzondering (leases met een leasetermijn van 12 maanden of minder te meten vanaf aanvangsdatum die geen aankoopoptie bevatten) toe voor alle categorieën van onderliggende activa. Ze past ook de lage waarde erkenningsuitzondering toe over alle categorieën van onderliggende activa. Leasebetalingen van korte-termijn en lage-waarde leases worden als kost geboekt op een lineaire basis over de leasetermijn.
De Groep heeft leasecontracten voor verschillende items van materiële vaste activa zoals gebouwen, wagens, machines en andere uitrustingen. Leasings van gebouwen & machines hebben over het algemeen een lease termijn van 2 tot 5 jaar en een contract met een termijn van 10 jaar. Voor voertuigen en andere uitrusting is de leasing termijn gemiddeld gezien tussen de 2 en 4 jaar. De Groep's leaseverplichtingen zijn gedekt door de lessor's eigendomsrecht op de geleasede activa. In het algemeen is het de Groep niet toegelaten om de geleasede assets verder te leasen aan een derde partij en sommige contracten vereisen de Groep om aan bepaalde financiële ratio's te voldoen.
v) Opties om de lease te verlengen en te beëindigen Er zijn verschillende leasecontracten die verlenging en beëindigingsopties bevatten. Deze opties werden door het management onderhandeld om flexibiliteit in het portfolio van geleased activa te voorzien en dit te aligneren met de noden voor de Groep. Het management maakt significante inschattingen in het
bepalen of deze verlengingen en beëindigingsopties of het redelijkerwijze zeker is dat deze zullen uitgeoefend worden.
Het merendeel van de verlenging- en beëindigingsopties zijn gerelateerd aan leasingovereenkomsten voor voertuigen en hebben een beperkte waarde door de relatief korte leasingperiodes, lage leasebetalingen en door het feit dat de Groep in het algemeen een beëindigd contract vervangt door een nieuw actief.
Financiële instrumenten worden initieel gewaardeerd wanneer de Groep de desbetreffende contractuele bepalingen onderschrijft. Aankopen en verkopen van financiële activa worden geboekt op de transactiedatum. Financiële activa (of een gedeelte ervan) worden niet meer gewaardeerd wanneer de Groep de rechten op de vergoedingen, bepaald in het contract, te gelde maakt, wanneer de rechten vervallen of wanneer de Groep er afstand van doet of nog, indien de Groep de controle verliest over de contractuele rechten die betrekking hebben op het financiële actief. Financiële passiva (of een gedeelte ervan) worden niet meer gewaardeerd indien de verplichting, bepaald in het contract, ingetrokken of geannuleerd wordt of vervalt.
Een financieel actief en een financieel passief worden gesaldeerd en het nettobedrag wordt opgenomen in de balans indien er een wettelijk afdwingbaar recht bestaat om de opgenomen bedragen te salderen. Daarnaast dient de intentie aanwezig te zijn om het passief af te
wikkelen en op hetzelfde moment het actief te gelde te maken of om op netto basis af te wikkelen.
Financiële activa worden zowel bij eerste erkenning als daarna gewaardeerd aan de aanschaffingswaarde verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen, reële waarde via de nietgerealiseerde resultaten of aan reële waarde via de resultatenrekening. De classificatie van financiële vaste activa bij de eerste erkenning is afhankelijk van de contractuele kasstroomkenmerken van het financieel vast actief en het bedrijfsmodel van de Groep voor het beheer ervan. Met uitzondering van de handelsvorderingen die geen significante financieringscomponent bevatten of financiële activa waarvoor de Groep de voorziene praktische oplossing heeft toegepast waardeert de Groep een financieel vast actief aan reële waarde plus transactiekosten, in het geval het financieel vast actief niet via de resultatenrekening wordt gewaardeerd aan reële waarde. Handelsvorderingen die geen significante financieringscomponent bevatten of financiële activa waarvoor de Groep de voorziene praktische oplossing heeft toegepast worden gewaardeerd aan de transactieprijs bepaald onder IFRS 15.
Om een financieel actief te kunnen classificeren en waarderen aan de aanschaffingswaarde verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen of de reële waarde via de niet gerealiseerde resultaten moet het aanleiding geven tot kasstromen die alleen betalingen van de hoofdsom en de rente op de uitstaande hoofdsom zijn. Deze beoordeling wordt de SPPI-test genoemd en wordt op individueel instrumentniveau uitgevoerd. Het bedrijfsmodel van de Groep voor het beheer van financiële activa verwijst naar de manier waarop het zijn financiële activa beheert om kasstromen te genereren. Het bedrijfsmodel bepaalt of kasstromen het gevolg zijn
van het incasseren van contractuele kasstromen, het verkopen van de financiële activa, of beide.
De Groep presenteert onder deze rubriek de eigenvermogensinstrumenten waarvoor zij heeft gekozen om de verandering in de reële waarde te presenteren via de niet-gerealiseerde resultaten. De keuze om eigenvermogensinstrumenten hieronder te klasseren wordt gemaakt op basis van de individuele instrumenten. Winsten of verliezen op deze financiële vaste activa worden nooit gerecycleerd door de resultatenrekening. Dividenden worden opgenomen onder de financiële opbrengsten in de resultatenrekening wanneer het recht op betaling is vastgesteld, behalve wanneer de Groep van dergelijke opbrengsten profiteert als een terugvordering van een deel van de kostprijs van het financieel vast actief, in welk geval dergelijke winst wordt opgenomen in de nietgerealiseerde resultaten. Eigenvermogensinstrumenten gewaardeerd tegen de reële waarde via de nietgerealiseerde resultaten worden niet onderworpen aan een test op bijzondere waardevermindering
Financiële activa gewaardeerd aan reële waarde via de resultatenrekening bevatten financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden of financiële activa welke gewaardeerd worden bij initiële boeking aan reële waarde via de resultatenrekening. Financiële activa aangehouden voor handelsdoeleinden zijn deze welke verworven worden met het doel deze te verkopen op korte termijn. Deze categorie bevat tevens de afgeleide financiële instrumenten welke niet voldoen aan de criteria van IFRS 9 voor 'de administratieve verwerking van afdekkingstransacties'. De niet-gerealiseerde winsten of verliezen die voortvloeien uit de veranderingen van de reële waarde van voor handelsdoeleinden bedoelde financiële activa, worden direct geboekt in de resultatenrekening.
De handelsvorderingen voldoen aan de voorwaarde van classificatie aan geamortiseerde kostprijs als ze erkend zijn aan hun nominale waarde en onderhevig zijn aan afwaardering. De Groep erkent een provisie voor verwachte kredietverliezen ("ECL"). De provisie voor verwachte kredietverliezen is gebaseerd op het verschil tussen de contractuele kasstromen in overeenstemming met het contract en alle kasstromen dat de Groep verwacht te ontvangen, verdisconteerd aan een inschatting van de originele effectieve intrestvoet. Voor handelsvorderingen past de Groep een vereenvoudigde methode toe in de berekening van de effectieve kredietverliezen. Als gevolg daarvan volgt de Groep geen wijzigingen in kredietrisico op maar erkent de Groep een provisie voor kredietverliezen op basis van de ECL over de duurtijd van handelsvorderingen op iedere balansdatum. De Groep heft een matrix opgesteld waarin de afwaarderingen berekend worden op basis van historisch vastgestelde insolventiecijfers, rekening houdend met parameters voor toekomstverwachtingen voor de dubieuze debiteuren en economische factoren die de terugbetalingscapaciteit van de klanten reflecteren (gebaseerd op geografische regio, type van klant, delinquentie status, kredietverzekering, andere garanties,…). Aansluitend aan deze algemene methode voorziet de Groep nazicht van de opgevolgde blootstelling op een individueel niveau indien niet gedekt door het 'ECL' model, wat ook additionele risicofactoren in rekening brengt indien dit nog niet reeds opgenomen werd in de beoordeling.
De cheques ontvangen van Turkse klanten in het kader van voorschotbetalingen kunnen verdisconteerd worden of gebruikt als betalingen ten opzichte van andere partijen zonder enige voorwaarden. Deze cheques worden geclassificeerd als Overige vorderingen en Overige schulden vanaf het moment dat ze door de klant ontvangen worden en voor andere doeleinden kunnen gebruikt worden.
De kas en kasequivalenten bestaan voornamelijk uit liquide middelen, onmiddellijk opvraagbare deposito's en beleggingen op korte termijn (maximale looptijd van drie maanden na verwervingsdatum) die kunnen worden omgezet in contanten en die onderhevig zijn aan een beperkt risico op waardeverandering. Voor het kasstroomoverzicht omvatten de kas en kasequivalenten tegoeden bij financiële instellingen (zicht- en termijnrekeningen). Eventuele negatieve geldmiddelen worden op korte termijn bij financiële instellingen weergegeven ('bankschulden').
De rentedragende schulden worden initieel gewaardeerd aan reële waarde van de ontvangen bedragen verminderd met kosten verbonden aan de transactie. Na de initiële opname worden de rentedragende schulden gewaardeerd aan afgeschreven kost. Het verschil tussen de afgeschreven kost en de terugbetalingswaarde wordt geboekt over de looptijd van de lening op basis van de effectieve rentemethode of tot de schuld niet meer wordt gehouden.
De Groep gebruikt afgeleide financiële instrumenten (voornamelijk renteswaps en wisseltermijncontracten) om de risico's te beperken met betrekking tot schommelingen van interestvoeten en wisselkoersen. Het beleid van de Groep verbiedt het gebruik van deze instrumenten voor speculatieve doeleinden.
De afgeleide financiële instrumenten worden geclassificeerd als 'reële waarde afdekking' ('fair value hedging') indien deze instrumenten de veranderingen in de reële waarde van de geboekte activa of passiva compenseren. Ze worden geclassificeerd als 'kasstroom afdekking' ('cash flow hedging') wanneer deze instrumenten kasstroomwijzigingen afdekken, die gerelateerd zijn aan een specifiek risico met betrekking tot een geboekte vordering of verplichting of een verwachte transactie. Bij reële waarde afdekkingen worden de winsten of verliezen resulterend uit het herwaarderen van deze instrumenten onmiddellijk geboekt in de resultatenrekening. De winst of het verlies op de afgedekte positie leidt tot een aanpassing van de boekwaarde van de afgedekte positie en dient opgenomen te worden in de resultatenrekening. Indien de aanpassing betrekking heeft op de boekwaarde van een rentedragende schuld, wordt de aanpassing afgeschreven via de resultatenrekening tot het volledig afgeschreven zal zijn op de vervaldag.
De financiële instrumenten die niet voldoen aan de speciale voorwaarden om als kasstroom afdekking te worden erkend, worden gewaardeerd aan reële waarde. Winst of verlies voortvloeiend uit de verandering van de reële waarde van het instrument, worden direct in het resultaat geboekt.
Voorraden worden gewaardeerd tegen kostprijs of aan de netto opbrengstwaarde indien deze lager is. De netto opbrengstwaarde wordt gedefinieerd als de geschatte verkoopprijs bij een normale bedrijfsuitoefening, exclusief de geschatte kosten nodig voor de opslag en de verkoop van het product. De kosten om elk product naar zijn huidige locatie en toestand te brengen, worden als volgt opgenomen:
Wanneer eigen aandelen worden ingekocht, wordt het bedrag inclusief direct toerekenbare kosten, geboekt in mindering op het eigen vermogen.
Voor de activa van de Groep, andere dan voorraden en uitgestelde belastingvorderingen, wordt op elke balansdatum beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat een actief mogelijk een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Indien dergelijke indicaties aanwezig zijn, wordt de realiseerbare waarde van het actief geschat. Een bijzondere waardevermindering wordt geboekt wanneer de boekwaarde van een actief, of de kasstroom genererende eenheid waartoe het actief behoort, hoger is dan de realiseerbare waarde. Bijzondere waardeverminderingen worden geboekt in de resultatenrekening.
De realiseerbare waarde van andere dan financiële activa is de hoogste waarde van de reële waarde minus de verkoopkosten en de bedrijfswaarde van de betrokken activa. Om de bedrijfswaarde te bepalen, wordt de actuele waarde van de verwachte, toekomstige kasstromen berekend door gebruik te maken van een verdisconteringsvoet vóór belastingen, die zowel de actuele marktrente als de specifieke risico's met betrekking tot het actief weergeeft. Voor een actief dat op zichzelf geen kasstromen genereert die in ruime mate onafhankelijk zijn van de andere activa, wordt de realiseerbare waarde bepaald van de kasstroom genererende eenheid waartoe het actief behoort.
Een bijzondere waardevermindering met betrekking tot goodwill wordt niet teruggenomen. Met betrekking tot andere activa wordt een bijzondere waardevermindering teruggenomen indien er een wijziging heeft plaatsgevonden in de gehanteerde schattingen bij het
bepalen van de realiseerbare waarde. De toegenomen boekwaarde van een actief, veroorzaakt door terugname van een bijzondere waardevermindering, mag niet hoger zijn dan de boekwaarde (na afschrijvingen) die bekomen zou zijn indien in voorgaande jaren geen bijzondere waardevermindering voor het actief zou zijn geboekt.
Voorzieningen worden aangelegd wanneer de Groep verplichtingen heeft aangegaan (in rechte of feitelijk afdwingbaar) als gevolg van een gebeurtenis in het verleden; wanneer het waarschijnlijk is dat voor de afwikkeling van die verplichtingen uitgaande kasstromen noodzakelijk zijn en wanneer een betrouwbare schatting gemaakt kan worden van de omvang van deze verplichtingen.
Wanneer de Groep verwacht dat sommige of alle uitgaven die vereist zijn om een voorziening af te wikkelen, zullen vergoed worden door een andere partij, wordt de vergoeding slechts geboekt als een actief indien het vrijwel zeker is dat de vergoeding zal worden ontvangen. Een garantievoorziening wordt aangelegd voor alle producten onder garantie op basis van historische gegevens met betrekking tot de herstellingen en teruggenomen producten.
De Groep heeft voornamelijk toegezegdebijdrageregelingen alsook toegezegd-pensioenregelingen in België, Duitsland en Turkije. De fondsen van deze pensioenplannen bestaan uit werkgevers- en werknemersbijdragen. De bijdrageverplichtingen tot de toegezegde-bijdrageregelingen worden door de Groep ten laste genomen in de resultatenrekening in het jaar waarop ze betrekking hebben, met uitzondering
voor de Belgische toegezegde-bijdrageregelingen, die geboekt worden als toegezegde pensioenregelingen. In België erkent de Groep ook de provisie voor vervroegde pensionering en deze omvat de werknemers voor wie er reeds een plan tot vervroegde pensionering bestaat en de werknemers van wie het verwacht wordt dat deze in de komende vier jaar op vervroegde pensionering op basis van de collectieve arbeidsovereenkomst zullen gaan.
Bij de toegezegde pensioenregelingen wordt de pensioenverplichting geschat op basis van de 'projected unit credit'-methode.
Herwaarderingen, die bestaan uit actuariële winsten en verliezen en het rendement op de fondsbeleggingen (exclusief netto rente), worden rechtstreeks in de balans opgenomen, waarbij een overeenkomstig bedrag ten gunste of ten laste van de ingehouden winst wordt opgenomen via de niet gerealiseerde resultaten in de periode waarin zij zich voordoen. Herwaarderingen worden niet in volgende perioden naar de winst- en verliesrekening overgeboekt.
De pensioenkosten van verstreken diensttijd worden in de winst- en verliesrekening opgenomen:
De netto rente wordt berekend door de verdisconteringsvoet toe te passen op de netto verplichting of het netto actief uit hoofde van de toegezegde-pensioenrechten (actief). De Groep erkent pensioenkosten, bestaande uit aan het dienstjaar toegerekend-pensioenkosten, pensioenkosten van verstreken diensttijd en winsten en verliezen uit hoofde van inperkingen van de pensioenregeling en niet routinematige schikkingen in de toepasselijke
classificaties binnen de geconsolideerde winst- en verliesrekening ('P&L by function') op basis van de functie en de activiteiten van de gerelateerde personeelsleden. Indien deze personeelsleden niet langer actief zijn in de Groep, worden deze kosten erkend in de sectie 'Overige' onder 'Overige operationele kosten'.
Waar toepasselijk worden bovengestelde zaken in rekening gebracht voor de voorraadwaardering.
Verschillende aandelenopties, warrantplannen en performance share plans laten bepaalde personeelsleden, kaderleden en leden van het directiecomité toe aandelen van de onderneming te verwerven. De uitoefenprijs van de optie of warrant is gelijk aan de gemiddelde marktprijs van de onderliggende aandelen in een periode van dertig dagen voor de datum van de toekenning. Het eigen vermogen wordt verhoogd met de ontvangen bedragen of de uitoefenprijs wanneer deze opties of warranten worden uitgeoefend.
De kost van de op aandelen gebaseerde betalingstransacties wordt gewaardeerd aan hun reële waarde op de toekenningsdatum. De reële waarde is bepaald door een expert door gebruik te maken van de binomiale boomstructuur. De kost van de op aandelen gebaseerde betalingstransacties samen met de overeenstemmende toename van het eigen vermogen, worden erkend over de wachtperiode.
Wanneer de voorwaarden van in eigen vermogensinstrumenten afgewikkelde, op aandelen gebaseerde betalingstransacties, gewijzigd worden, is de minimale kost gelijk aan de kost alsof de voorwaarden niet gewijzigd werden. Een bijkomende kost wordt erkend voor om het even welke wijziging, die de reële waarde van de vergoeding in aandelen verhoogt, of die een voordeel inhoudt voor de werknemer op datum van wijziging (IFRS 2.28).
Wanneer een op aandelen gebaseerde vergoeding geannuleerd wordt, wordt deze beschouwd als een vergoeding die toegekend werd op datum van de annulatie en de hiermee gepaard gaande nietafgeschreven kost, wordt onmiddellijk erkend. Echter, indien een nieuwe op aandelen gebaseerde vergoeding toegekend wordt ter vervanging van de geannuleerde vergoeding, en aangeduid als een vervangende vergoeding op de toekenningsdatum, dan worden de geannuleerde en nieuwe vergoedingen beschouwd als een wijziging van de originele op aandelen gebaseerde vergoeding, zoals beschreven in de vorige paragraaf.
Contractuele bonussen worden berekend op basis van vastgestelde financiële kerndoelstellingen en persoonlijke prestaties. Het verwachte bedrag van de bonus wordt opgenomen als een kost, gebaseerd op een raming op de balansdatum.
De groep past IFRS 15 toe, gebruik makende van de 'modified retrospective'-methode van implementatie. De Groep focust op het leveren van raam- en deursystemen, bouwproducten en andere goederen aan klanten. Als onderdeel van de commerciële relatie verleent de Groep doorgaans een betalingstermijn van 15 tot 120 dagen, maar biedt onder bepaalde voorwaarden kortingen voor prompte betaling. De betalingsvoorwaarden verschillen aanzienlijk tussen de regio's waarin de Groep actief is.
De contracten van de Groep met klanten voor de verkoop van goederen omvatten één enkele prestatieverplichting. De Groep concludeert dat de opbrengsten van de verkoop van goederen genomen moeten worden op dat moment dat de controle wordt overgebracht naar de klant, doorgaans bij het leveren van het product.
De betaalde of te betalen vergoedingen vertegenwoordigen de stimulansen gegeven door de entiteit om de klant aan te zetten om de goederen of diensten aan te kopen, of verder te blijven aankopen. Dit kan betalingen aan klanten omvatten voor het compenseren van gedane aanpassingen aan IT systemen of productieprocessen zodat onze producten in hun productiefaciliteiten kunnen verwerkt worden.
De betaalde of te betalen vergoeding worden geboekt als een vermindering van de opbrengsten voor het deel dat groter is dan de reële waarde van het specifieke goed of de specifieke dienst dat aan de klant geleverd wordt. Het toekennen van de vermindering van opbrengsten gebeurt wanneer (of als) het latere van een van de volgende zaken gebeurt:
Er bestaat op heden een variatie in de praktijk op dit gebied. De 'Transition Resource Group for Revenue Recognition' heeft een paper van de FASB omtrent dit onderwerp uitgegeven: Betalingen aan klanten. Er is door de Werkgroep over dit onderwerp geen consensus bereikt, bijgevolg is er op heden geen expliciete GAAP voor de verwerking van voorafgaande betalingen aan klanten. Als gevolg daarvan dienen bedrijven de feiten en omstandigheden van de natuur van de betalingen te evalueren en daarbij de nodige beoordelingen te maken om de toepasselijke boekhoudkundige verwerking te bepalen. Wanneer het contract geen contractueel vastgelegde
toekomstige volumes bepaalt en als er op het moment van betaling geen getekende verkooporders zijn, besluiten we dat er op het moment van de betaling geen huidig verkoopcontract met de klant is. Bijgevolg wordt de volledige voorafbetaling erkend in de resultatenrekening op het moment dat de betaling wordt voldaan.
De Groep voorziet doorgaans een garantie voor algemene herstellingen van defecten die op het moment van de verkoop reeds bestonden Deze garanties worden erkend als een garantieverplichting aangezien deze niet als een aparte prestatieverplichting voor de Groep beschouwd worden.
Overheidssubsidies worden geboekt tegen hun reële waarde wanneer er een redelijke zekerheid bestaat dat ze zullen worden ontvangen en dat de Groep zal voldoen aan de voorwaarden die eraan verbonden zijn. Wanneer de subsidie verband houdt met een uitgave, wordt deze in de inkomsten genomen gedurende de periode nodig om op systematische wijze de gerelateerde kosten te compenseren. Wanneer de subsidie verband houdt met een actief, wordt ze opgenomen als uitgestelde opbrengst.
Winstbelastingen op het resultaat van het boekjaar omvatten actuele en uitgestelde belastingen. De belastingen worden geboekt in de resultatenrekening tenzij ze betrekking hebben op elementen die onmiddellijk in het eigen vermogen worden geboekt. In dat geval worden de ermee verbonden belasting rechtstreeks geboekt in het eigen vermogen. Actuele belastingen omvatten de verwachte belastingschuld op het belastbaar inkomen van het jaar. Zij omvatten daarnaast belastingaanpassingen van vorige jaren. Voor de berekening van de belastingen op het belastbaar inkomen van het jaar worden de op het ogenblik van afsluiting van kracht zijnde belastingpercentages gebruikt. Uitgestelde belastingen worden voor financiële rapporteringsdoeleinden geboekt op basis van de balansmethode, voor alle tijdelijke verschillen tussen de belastbare basis van activa en passiva en hun boekwaarde. Voor de berekening worden de belastingtarieven gehanteerd waarvan het wetgevingsproces als ingevoerd wordt beschouwd op balansdatum. Volgens deze methode moet de Groep onder meer uitgestelde belastingen berekenen op het verschil tussen de reële waarde van de netto verworven activa en hun belastingbasis ten gevolge van een acquisitie. Uitgestelde belastingvorderingen worden enkel geboekt wanneer het waarschijnlijk is dat er voldoende toekomstige belastbare winsten zullen zijn om van het belastingvoordeel te kunnen genieten.
Er worden twee elementen beoordeeld om de waarschijnlijkheid van toekomstige winsten te beoordelen: 1/ de winstgevendheid in het verleden, ten minste twee opeenvolgende winstgevende jaren zijn noodzakelijk, en 2/ de verwachte winstgevendheid in de volgende vijf opeenvolgende jaren volgens het gedetailleerd budget voor volgend boekjaar en het businessplan op hoger niveau voor de vier volgende jaren. De recupereerbaarheid van de uitgestelde belastingvorderingen op overgedragen fiscale verliezen wordt beoordeeld rekening houdend met een bijkomende voorzichtigheidsfactor om de onzekerheden voor het realiseren van de budgetramingen in rekening te brengen.
De boekwaarde van een uitgestelde belastingvordering wordt verminderd wanneer het niet langer waarschijnlijk is dat het gerelateerde belastingvoordeel zal gerealiseerd worden.
De interestopbrengsten omvatten de interesten verworven op bankdeposito's of verkregen van klanten als compensatie voor verlengde betalingstermijnen, en de interestkosten omvatten de interesten verschuldigd op leningen die door de Groep werden aangegaan. De geboekte interest is gebaseerd op de effectieve interestmethode.
Kosten gerelateerd aan de verkoop van handelsvorderingen bevatten de kosten gerelateerd aan factoring.
De financiële opbrengsten of kosten omvatten, naast de gerealiseerde en niet-gerealiseerde wisselkoerswinsten of -verliezen van rentedragende leningen en deposito's, tevens de geboekte winsten of verliezen resulterend uit de herwaardering op reële waarde van de afgeleide financiële instrumenten. Deze instrumenten worden beschouwd als 'reële waarde'- afdekkingsinstrumenten, indien de afgedekte risico's van financiële aard zijn of indien de afgeleide financiële instrumenten niet voldoen aan de speciale vereisten voor afdekkingstransacties.
De volgende alternatieve prestatiemaatstaven (niet gedefinieerd in IFRS) worden gebruikt omdat het management van de mening is dat deze algemeen gebruikt worden door investeerders, beursanalisten en andere relevante partijen als bijkomende maatstaven ter opvolging van prestaties en liquiditeit. Deze alternatieve prestatiemaatstaven zijn mogelijk niet vergelijkbaar met gelijkaardig benoemde prestatiemaatstaven van andere bedrijven, hebben beperkingen als analytische tools en dienen niet louter individueel bekeken te worden of ter
vervanging van analyse van operationele resultaten, onze prestaties of liquiditeit onder IFRS.
EBITDA is gedefinieerd als operationele winst / (verlies) voor afschrijvingen en afwaarderingen van vaste activa.
Adjusted EBITDA is gedefinieerd als operationele winst / (verlies) aangepast voor (i) afschrijvingen en afwaarderingen van vaste activa, (ii) integratie- en herstructureringskosten, (iii) gerealiseerde meerwaarden & verliezen op verkopen van dochterondernemingen, (iv) gerealiseerde meerwaarden & verliezen op verkopen van vaste activa, (v) afwaarderingen van vaste activa die zijn ontstaan door de toewijzing van goodwill.
EBIT wordt gedefinieerd als resultaat voor belastingen en financieel resultaat (operationeel resultaat).
EBT is gedefineerd als Resultaat voor belastingen.
Gewone winsten / (verliezen) per aandeel zijn de niet-verwaterde winsten / (verliezen) per aandeel en is gedefinieerd als nettowinst / (-verlies) van het boekjaar die toegekend kan worden aan de gewone aandeelhouders, gedeeld door het gewogen gemiddelde van het aantal gewone aandelen.
Verwaterde winsten / (verliezen) per aandeel zijn gedefinieerd als de nettowinst / (verlies) die toegekend kan worden aan de gewone aandeelhouders, te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal gewone aandelen, vermeerderd met het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen die zouden zijn uitgegeven bij de conversie in gewone aandelen van alle uitoefenbare warranten die tot verwatering zullen leiden.
Netto financiële schuld is gedefinieerd als de som van de kortlopende en de langlopende rentedragende schulden min de liquide middelen.
Werkkapitaal wordt berekend als de som van handelsvorderingen en voorraden min handelsschulden.
Kapitaalgebruik wordt berekend als de som van vaste activa en werkkapitaal.
Schuldgraad ratio is gedefinieerd als netto financiële schuld over Adjusted EBITDA.
De Groep past dezelfde IFRS standaarden toe als voorgaande jaren, met uitzondering van enkele nieuwe standaarden en interpretaties die de Groep voor het eerst toepast vanaf 1 januari 2020.
Onderstaande wijzigingen en interpretaties worden voor het eerst in 2021 toegepast, maar hebben geen significante impact op de geconsolideerde financiële staten van de Groep. De Groep heeft geen vroegtijdige toepassing van standaarden, interpretaties of wijzigingen die uitgegeven werden maar nog niet van toepassing zijn gedaan.
De volgende standaard is verplicht sinds financieel jaar beginnend op 1 januari 2016 (echter nog niet bekrachtigd door de EU). De Europese Commissie heeft beslist om nog geen proces tot bekrachtiging van deze interim standaard op te starten maar de finale standaard af te wachten:
• IFRS14, 'Wettelijke uitgestelde rekeningen' effectief vanaf 1 januari 2016.
De volgende nieuwe wijzigingen zijn uitgevaardigd en zijn niet voor het eerst verplicht op 1 januari 2021, maar zijn wel bekrachtigd door de EU:
De nieuwe en gewijzigde standaarden en interpretaties die reeds uitgegeven werden, maar nog niet van kracht zijn, tot op de datum van publicatie van de financiële staten van de groep worden hieronder toegelicht. De Groep heeft de intentie om deze standaarden en interpretaties toe te passen, indien van toepassing, wanneer deze van kracht worden.
Een operationeel segment is een goed afgelijnd onderdeel van de Groep dat (a) actief is in een bepaalde economische omgeving dat opbrengsten met zich voortbrengt en waarbij kosten gemaakt worden (b) waarvoor afgelijnde informatie beschikbaar is en (c) de resultaten regelmatig nagekeken worden door de Chief Operating Decision Maker 'CODM' om te bepalen welke tijd en middelen gealloceerd worden en in het beoordelen van de prestatie van het segment.
Drie segmenten werden gedefinieerd op basis van de locatie van de legale entiteiten. Deze bevatten de volgende entiteiten:
Er werden geen segmenten samengevoegd om tot bovenstaande segmenten te komen. De transferprijzen tussen de operationele segmenten zijn gebaseerd op een 'at arm's length basis' in een gelijkaardige wijze als bij transacties met derden.
De waarderingsbasis voor de operationele segmenten is dezelfde als deze van toepassing bij de geconsolideerde jaarrekening.
De Groep identificeerde het Executive Team als haar hoofdverantwoordelijke voor belangrijke operationele beslissingen ('Chief Operating Decision Maker') en definieerde de bovenstaande segmenten op basis van de informatie die verschaft wordt aan het Executive Team.
Het Executive Team evalueert de prestaties van haar operationele segmenten voornamelijk door het meten van de omzet en de EBITDA per segment, en neemt beslissingen over de toewijzing van middelen op basis van die geografische segmentatie.
De gesegmenteerde informatie die aan de 'Chief Operating Decision Maker' voorgelegd wordt omvat resultaten, activa en passiva, die rechtstreeks aan een segment kunnen worden toegewezen, zoals vermeld in de tabellen op de volgende pagina.
VS WEST
MX

BR
CH
CO
VS OOST
RU
IT
PL D
BEN
UK
FR
SP
CR
BH
TR
BG
RO
Benelux, Bosnië, Bulgarije, Duitsland, Frankrijk, Italië, Kroatië, Letland, Polen, Roemenië, Rusland, Spanje, de Tsjechische Republiek en het Verenigd Koninkrijk.
IN
TH
AU
& EMERGING MARKETS Australië, Brazilië, Chili, Colombia, India, Mexico, Thailand en Turkije.
| CIJFERS OVER 12 MAANDEN EINDIGEND OP 31 DECEMBER (IN € DUIZEND) |
Europa | Noord-Amerika | |||
|---|---|---|---|---|---|
| 2020 | 2021 | 2020 | 2021 | ||
| Externe omzet | 317.267 | 411.396 | 159.641 | 183.160 | |
| Intersegment omzet | 750 | 4.763 | 627 | 1.729 | |
| Totale omzet* | 318.017 | 416.159 | 160.267 | 184.889 | |
| EBITDA | 33.130 | 34.931 | 20.258 | 10.919 | |
| Adjusted EBITDA | 33.177 | 39.838 | 20.764 | 10.919 | |
| Adj EBITDA items | (47) | (4.907) | (506) | - | |
| Financieel resultaat | (3.781) | (1.267) | (2.229) | (1.189) | |
| Winstbelastingen | (108) | 4.360 | (1.731) | 724 | |
| Afschrijvingen en waardeverminderingen |
22.613 | 21.225 | 10.093 | 11.494 | |
| Investeringen | (10.725) | (15.691) | (9.828) | (10.549) | |
* Waarvan € 102,3 miljoen gerelateerd aan België
Het verschil tussen de Adjusted EBITDA en EBITDA van € 4,9 miljoen bevat volgende inkomsten en kosten zoals opgenomen onder 'Overige operationele resultaten':
Reconciliatie van de totale segmentactiva en totale Groepsactiva:
| (IN € DUIZEND) | Geconsolideerd | |||
|---|---|---|---|---|
| 31 DEC 2020 | 31 DEC 2021 | |||
| Europa* | 269.964 | 314.433 | ||
| Noord-Amerika | 95.986 | 109.656 | ||
| Turkije & Emerging Markets | 151.045 | 191.330 | ||
| Totaal activa - Segmenten | 516.995 | 615.419 | ||
| Liquide middelen | 105.623 | 72.885 | ||
| Intersegment eliminaties | (23.245) | (13.214) | ||
| TOTAAL ACTIVA - GROEP | 599.373 | 675.089 |
* Waarvan € 167,2 miljoen gerelateerd aan België
| Geconsolideerd | Intersegment eliminaties | Turkije & Emerging Markets | |||
|---|---|---|---|---|---|
| 2021 | 2020 | 2021 | 2020 | 2021 | 2020 |
| 838.097 | 642.159 | - | - | 243.542 | 165.252 |
| 2 | 29 | (24.137) | (9.659) | 17.647 | 8.313 |
| 838.099 | 642.189 | (24.137) | (9.660) | 261.189 | 173.565 |
| 92.832 | 85.491 | (631) | (411) | 47.613 | 32.515 |
| 97.739 | 86.045 | (631) | (411) | 47.613 | 32.515 |
| (4.907) | (553) | - | - | - | - |
| (14.597) | (15.299) | (3.313) | - | (8.828) | (9.288) |
| (2.503) | (4.927) | 24 | (44) | (7.611) | (3.043) |
| 38.553 | 39.604 | (547) | (737) | 6.381 | 7.635 |
| (43.556) | (23.543) | 903 | 571 | (18.220) | (3.562) |
Reconciliatie van de totale segmentpassiva en totale Groepspassiva:
| (IN € DUIZEND) | Geconsolideerd | ||||
|---|---|---|---|---|---|
| 31 DEC 2020 | 31 DEC 2021 | ||||
| Europa | 97.984 | 109.509 | |||
| Noord-Amerika | 34.371 | 41.002 | |||
| Turkije & Emerging Markets | 96.778 | 149.149 | |||
| Totaal passiva - Segmenten | 229.133 | 299.660 | |||
| Eigen vermogen inclusief minderheidsbelangen | 246.278 | 258.919 | |||
| Langlopende rentedragende schulden | 137.022 | 13.002 | |||
| Andere langlopende verplichtingen | 676 | 580 | |||
| Kortlopende rentedragende schulden | 12.711 | 119.149 | |||
| Intersegment eliminaties | (26.446) | (16.223) | |||
| TOTAAL PASSIVA - GROEP | 599.373 | 675.089 |
Verkopen per productgroep worden in de tabel hieronder gepresenteerd (in EUR en in %):
| Europa | |
|---|---|
| (IN € DUIZEND) | % |
| 252.783 | 79,7% |
| 38.250 | 12,1% |
| 26.234 | 8,3% |
| 317.267 | 100,0% |
| Europa | |
| (IN € DUIZEND) | % |
| 343.598 | 83,5% |
| 37.437 | 9,1% |
| 30.361 | 7,4% |
Totaal 411.396 100,0% 183.160 100,0% 243.542 100,0% 838.097 100,0%
Er is geen significante concentratie van verkopen (>10 %) met één of een beperkt aantal klanten.
| Turkije & Emerging Markets |
Geconsolideerd | ||||
|---|---|---|---|---|---|
| % | (IN € DUIZEND) | % | |||
| 95,3% | 570.218 | 88,8% | |||
| 0,1% | 37.950 | 5,9% | |||
| 4,6% | 33.990 | 5,3% | |||
| 100,0% | 642.159 | 100,0% |
| Geconsolideerd | Turkije & Emerging Markets |
Noord-Amerika | |||
|---|---|---|---|---|---|
| % | (IN € DUIZEND) | % | (IN € DUIZEND) | % | (IN € DUIZEND) |
| 90,7% | 759.902 | 95,9% | 233.605 | 100,0% | 183.160 |
| 4,5% | 37.798 | 0,0% | 97 | 0,0% | - |
| 4,8% | 40.396 | 4,0% | 9.839 | 0,0% | - |
| 100,0% | 838.097 | 100,0% | 243.542 | 100,0% | 183.160 |
| RESULTATENREKENING PER SOORT (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Omzet | 642.189 | 838.099 |
| Materiaalkost | (301.261) | (456.745) |
| Bedrijfskosten | (113.382) | (132.354) |
| Personeelskosten | (144.012) | (160.399) |
| Afschrijvingen op (im)materiële vaste activa | (39.136) | (37.428) |
| Overig netto bedrijfsresultaat | 4.508 | 3.106 |
| Aandeel in de resultaten van joint venture | (3.018) | - |
| Bedrijfswinst / (verlies) (EBIT) | 45.887 | 54.278 |
| Kosten gerelateerd aan de verkoop van handelsvorderingen | (3.887) | (3.545) |
| Interestopbrengsten / (-lasten) | (5.889) | (4.862) |
| Wisselkoerswinsten / (-verliezen) | (4.515) | (5.744) |
| Overige financiële opbrengsten / (kosten) | (1.092) | (446) |
| Resultaat voor belastingen (EBT) | 30.505 | 39.682 |
| Winstbelastingen | (4.927) | (2.503) |
| Nettowinst / (verlies) | 25.578 | 37.179 |
Voor een algemene analyse over de opbrengsten en kosten verwijzen we naar de '2021 resultaten' aan het begin van deze financiële verslaggeving.
| BEDRIJFSKOSTEN (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Transport | (32.762) | (44.722) |
| Onderhoud | (17.022) | (20.576) |
| Diensten | (19.120) | (22.277) |
| Energie | (14.987) | (16.529) |
| Huur | (1.890) | (2.155) |
| Communicatie | (9.174) | (12.400) |
| Lokale belastingen en boetes | (3.796) | (4.442) |
| Reiskosten | (2.146) | (2.807) |
| Marketing en verkoopsbijstand | (1.092) | (1.112) |
| Verzekeringen | (2.521) | (2.565) |
| Minderwaarde op de realisatie van handelsvorderingen | (1.227) | (878) |
| (Toename) / afname van afwaarderingen op dubieuze debiteuren en voorraden | (7.304) | (1.323) |
| Overige | (342) | (566) |
| Totaal | (113.382) | (132.354) |
De stijging in bedrijfskosten ten opzichte van 2020 wordt gedreven door hogere transportkosten, onderhoudskosten, diensten en communicatie, deels gecompenseerd door de beperkte toename van afwaarderingen op dubieuze debiteuren en voorraad.
| Totaal | (144.012) | (160.399) |
|---|---|---|
| Overige | (4.088) | (5.191) |
| Bijdragen toegezegde bijdrageregelingen | (5.772) | (6.646) |
| Sociale zekerheidsbijdragen | (25.025) | (26.880) |
| Lonen en wedden | (109.127) | (121.683) |
| LOONKOSTEN EN OVERIGE SOCIALE VOORDELEN (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
De stijgingen van de loonkosten is voornamelijk te verklaren door een stijging in de brutolonen.
| Totaal | 3.660 | 3.709 |
|---|---|---|
| Bedienden | 1.006 | 1.047 |
| Arbeiders | 2.654 | 2.663 |
| PERSONEEL (TOTAAL VOLTIJDSEQUIVALENTEN (VTE) PER CATEGORIE) | 2020 | 2021 |
Het aantal voltijdse equivalenten bleef in het algemeen stabiel in 2021.
| Totaal | 8.709 | 7.305 |
|---|---|---|
| Overige | 2.612 | 4.794 |
| Gerealiseerde meerwaarden op (im)materiële vaste activa | 3.675 | 606 |
| Afname in provisies | 357 | 54 |
| Ontvangen subsidies | 2.066 | 1.850 |
| OVERIGE BEDRIJFSOPBRENGSTEN (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
De overige bedrijfsinkomsten zijn gedaald, voornamelijk door de eenmalige verkoop van een terrein in Hooglede-Gits, België in 2020 (€ 3.427 duizend), deels gecompenseerd door een stijging in de lijn 'Overige'.
| OVERIGE BEDRIJFSKOSTEN (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Integratiekosten | (1.825) | (1.713) |
| Bijzondere waardeverminderingen | (468) | (1.125) |
| Gerealiseerde minderwaarden op (im)materiële vaste activa | (191) | (41) |
| Resultaat op de verkoop van een verkoopsentiteit | (867) | - |
| Overige | (850) | (1.320) |
| Totaal | (4.201) | (4.199) |
De overige bedrijfskosten bleven stabiel ten opzichte van 2020.
| Totaal | (5.889) | (4.862) |
|---|---|---|
| Interestkosten | (8.493) | (7.594) |
| Interestopbrengsten | 2.605 | 2.732 |
| INTERESTOPBRENGSTEN / (-LASTEN) (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
Lagere netto interestkosten zijn het resultaat van lagere financiële schulden doorheen het jaar, gedeeltelijk gecompenseerd door hogere interestvoeten.
| WISSELKOERSWINSTEN / (-VERLIEZEN) (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Gerealiseerde wisselkoerswinsten | 2.002 | 8.300 |
| Gerealiseerde wisselkoersverliezen | (1.879) | (3.875) |
| Ongerealiseerde wisselkoerswinsten | 619 | 4.032 |
| Ongerealiseerde wisselkoersverliezen | (5.257) | (14.200) |
| Totaal | (4.515) | (5.744) |
Wisselkoerswinsten en -verliezen bestaan uit de winsten en verliezen op monetaire balansposten in vreemde valuta, alsook de wisselkoerswinsten en -verliezen op kasstroom afdekking. Ook wordt de afdekkingskost, die gedefinieerd wordt als het verschil tussen de contante koers en de termijnkoers van afdekkingscontracten, opgenomen in het wisselkoersresultaat. Het hogere totale wisselkoersverlies is vooral te verklaren door hogere afdekkingskosten als gevolg van de hogere blootstelling die afgedekt wordt en de hogere interestvoet in Turkije.
| KOSTEN GERELATEERD AAN DE VERKOOP VAN HANDELSVORDERINGEN (IN € DUIZEND) |
2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Kosten gerelateerd aan de verkoop van handelsvorderingen | (3.887) | (3.545) |
De lagere kost gerelateerd aan de verkoop van handelsvorderingen is voornamelijk gedreven door het lagere gebruik van factoring en andere oplossingen voor handelsfinanciering.
| OVERIGE FINANCIËLE OPBRENGSTEN / (KOSTEN) (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Overige financiële opbrengsten / (kosten) | (1.092) | (446) |
Overige financiële opbrengsten en kosten bestaan vooral uit bankkosten en het resultaat van het aandelen liquiditeitsprogramma met KBC Securities. Het vorige resulteerde in een winst in 2021, terwijl het aandelen liquiditeitsprogramma in 2020 tot een verlies leidde.
De opsplitsing van de winstbelastingen over de boekjaren 2020 en 2021 wordt weergegeven in de volgende tabel:
| WINSTBELASTINGEN IN DE RESULTATENREKENING (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Winstbelastingen | (4.919) | (8.809) |
| Gerelateerd aan huidig boekjaar | (5.154) | (9.210) |
| Gerelateerd aan vorige boekjaren | 237 | 703 |
| Overige | (1) | (301) |
| Uitgestelde belastingen | (7) | 6.307 |
| Op tijdelijke verschillen - huidig boekjaar | 399 | 255 |
| Op tijdelijke verschillen - correcties op vorige boekjaren | (114) | (147) |
| Erkenning van uitgestelde belastingvorderingen op fiscale verliezen van huidig boekjaar |
68 | 1.559 |
| Aanwending van uitgestelde belastingvorderingen op fiscale verliezen van vorige boekjaren |
(3.119) | (2.737) |
| Erkenning van uitgestelde belastingvorderingen op verliezen in vorige boekjaren | - | (25) |
| Bijzondere waardevermindering (-) / terugname van bijzondere waardevermindering(+) van uitgestelde belastingvorderingen op fiscale verliezen van vorige boekjaren |
2.842 | 6.850 |
| Erkenning van uitgestelde belastingvorderingen op belastingkredieten | 1.971 | 2.071 |
| Gebruik van uitgestelde belastingvorderingen op belastingkredieten | (2.106) | (1.519) |
| Overige | 53 | - |
| Winstbelastingen in de resultatenrekening | (4.927) | (2.503) |
De onderstaande tabel toont een aansluiting tussen winst / (verlies) voor belastingen en de winstbelastingen voor boekjaren 2020 en 2021.
| Reële belastingsvoet | 16,15% | 6,31% |
|---|---|---|
| Winstbelastingen in de resultatenrekening | (4.927) | (2.503) |
| Overige | (443) | (246) |
| Erkenning of afwaardering van uitgestelde belastingvorderingen op belastingkredieten |
1.971 | 1.895 |
| Erkenning of afwaardering van uitgestelde belastingvorderingen op fiscale verliezen van voorgaande boekjaren |
2.697 | 6.723 |
| Niet-erkenning van uitgestelde belastingen op fiscale verliezen en aftrekbare tijdelijke verschillen van het huidige boekjaar |
(1.429) | (144) |
| Uitgestelde belastingen op tijdelijke verschillen gerelateerd aan voorgaande jaren - correcties |
(98) | (195) |
| Winstbelasting gerelateerd aan vorige jaren | 59 | 705 |
| Aanwending van fiscale verliezen waarvoor geen uitgestelde belastingvorderingen werden erkend |
11 | 257 |
| Overheidssubsidies en overig vrijgesteld inkomen | 364 | 335 |
| Niet aftrekbare kosten | (1.065) | (1.728) |
| Verschil tussen lokale belastingpercentages en belastingspercentage van de Groep | 632 | (184) |
| Tax effect van: | ||
| Winstbelastingen aan statutair belastingpercentage moedermaatschappij | (7.626) | (9.920) |
| Statutair belastingpercentage moedermaatschappij | 25% | 25% |
| Resultaat voor belastingen - IFRS | 30.505 | 39.682 |
| RECONCILIATIE TUSSEN WINST VOOR BELASTINGEN (EBT) - IFRS EN WINSTBELASTINGEN (IN € DUIZEND) |
2020 | 2021 |
Volgende tabel geeft een overzicht van de uitgestelde belastingen per 31 december 2020 en 2021.
| MUTATIEOVERZICHT VAN UITGESTELDE BELASTINGEN (IN € DUIZEND) |
2020 | Via resul taten rekening |
Via eigen vermogen |
Overige over drachten |
Om rekening verschillen |
2021 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| UITGESTELDE BELASTINGVORDERINGEN PER CATEGORIE: | ||||||
| Fiscaal overdraagbare verliezen en belastingkredieten |
17.435 | 6.516 | - | - | (288) | 23.663 |
| Materiële vaste activa | 198 | 648 | - | - | (6) | 840 |
| Voorzieningen | 4.545 | 1.309 | (640) | 532 | 24 | 5.770 |
| Voorraden | 1.065 | 1.080 | - | - | (291) | 1.854 |
| Rentedragende schulden | 10 | 8 | - | - | - | 19 |
| Overige activa | 4.052 | (1.047) | - | (532) | (365) | 2.109 |
| Uitgestelde belastingvorderingen |
27.305 | 8.515 | (640) | - | (926) | 34.254 |
| UITGESTELDE BELASTINGSCHULDEN PER CATEGORIE: | ||||||
| Fiscaal overdraagbare verliezen en belastingkredieten |
- | - | - | - | - | - |
| Materiële vaste activa | 23.192 | 780 | - | - | 499 | 24.471 |
| Voorzieningen | 12 | (12) | - | - | - | - |
| Voorraden | 698 | (358) | - | - | (302) | 38 |
| Rentedragende schulden | - | 42 | - | - | (42) | - |
| Overige activa | 18 | 1.755 | - | - | (276) | 1.497 |
| Uitgestelde belastingschulden |
23.920 | 2.208 | - | - | (121) | 26.006 |
| Netto uitgestelde belastingen |
3.386 | 6.307 | (640) | - | (805) | 8.248 |
De Groep heeft per 31 december 2021 uitgestelde belastingvorderingen uitgedrukt op overgedragen fiscale verliezen en belastingkredieten, waarvan de aanwending afhankelijk is van toekomstige, belastbare winsten. Het totaalbedrag van deze uitgestelde vordering bedraagt per einde 2021 € 23.663 duizend (eind 2020: € 17.435 duizend).
De vooruitzichten geven voldoende zekerheid dat de onderneming voldoende belastbare winst zal genereren in de nabije toekomst om de geboekte uitgestelde belastingvorderingen te kunnen aanwenden.
Per 31 december 2021 heeft de Groep niet erkende belastingkredieten voor een totaal van € 63.082 duizend (2020: € 90.218 duizend), vooral in België, Rusland en het Verenigd Koninkrijk.
De gewone winst per aandeel wordt berekend door de nettowinst van het boekjaar die toegekend kan worden aan de gewone aandeelhouders, te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal gewone aandelen. Een uitzondering vormen de gewone aandelen die de Groep heeft aangekocht en bijhoudt als ingekochte eigen aandelen. Er is een netto winst per aandeel van €0,25.
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Aan aandeelhouders toe te kennen nettowinst / -verlies | 24.242 | 33.990 |
| Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (in duizend stuks) | 136.748 | 137.476 |
| Gewogen winst / (verlies) per aandeel (in €) | 0,18 | 0,25 |
De verwaterde winst / (verlies) per aandeel wordt berekend door de nettowinst / (verlies) die toegekend kan worden aan de gewone aandeelhouders, te delen door het doorheen het jaar openstaande gewogen gemiddelde van het aantal gewone aandelen, vermeerderd met het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen die zouden zijn uitgegeven bij de conversie in gewone aandelen van alle uitoefenbare warranten die tot verwatering zullen leiden. De potentiële verwatering komt voort uit warranten toegekend aan bepaalde personeelsleden, kaderleden en leden van het Executive Management. De verwaterde winst per aandeel bedraagt €0,24.
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Aan aandeelhouders toe te kennen nettowinst | 24.242 | 33.990 |
| Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen (in duizend stuks) | 136.748 | 137.476 |
| Verwateringseffect van de niet-uitgeoefende warranten (in duizend stuks) | 6.194 | 6.312 |
| Gewogen gemiddelde aantal aandelen na verwateringseffect (in duizend stuks) | 142.942 | 143.789 |
| Verwaterde winst / (verlies) per aandeel (in €) | 0,17 | 0,24 |
Afschrijvingen van immateriële vaste activa, andere dan goodwill zijn, waar van toepassing, opgenomen in de voorraadwaardering en vervolgens erkend in de kostprijs van de verkochte goederen. Afschrijvingen van immateriële activa, anders dan deze hierboven beschreven, zijn opgenomen in de van toepassing zijnde lijn in de geconsolideerde resultatenrekening.
Immateriële vaste activa met een onbeperkte gebruiksduur werden eind 2021 getoetst voor bijzondere waardeverminderingen, op basis van dezelfde methodologie en veronderstellingen als beschreven in toelichting 7 Goodwill.
Het betreft hier meer bepaald de handelsnamen Winsa en Pimapen (segment Turkije & Emerging markets). Voor desbetreffende activa bestaat geen voorzienbaar einde van de periode waarin de kasstromen worden gegenereerd. De nettoboekwaarde van deze activa bedraagt € 645 duizend. De test op bijzondere waardeverminderingen op dit actief is inbegrepen in de test op bijzondere waardevermindering op goodwill voor Turkije (zie Toelichting 7 – Goodwill) en gaf geen aanleiding tot het boeken van een bijzondere waardevermindering per 31 december 2021.
| 2020 (IN € DUIZEND) | Ontwikkelings kosten |
Licenties en gelijkaardige rechten |
Klantenbestand | Merknamen | Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| AANSCHAFFINGSWAARDE | |||||
| Saldo bij aanvang van dit boekjaar |
1.258 | 17.970 | 1.389 | 4.690 | 25.307 |
| Aanschaffingen | - | 338 | - | - | 338 |
| Buitengebruikstellingen | - | - | - | - | - |
| Overige overdrachten | - | 197 | - | - | 197 |
| Omrekeningsverschillen | (23) | (98) | (94) | (688) | (902) |
| Saldo op het einde van dit boekjaar |
1.235 | 18.407 | 1.296 | 4.003 | 24.940 |
| AFSCHRIJVINGEN EN WAARDEVERMINDERINGEN | |||||
| Saldo bij aanvang van dit boekjaar |
(1.222) | (15.936) | (1.182) | (3.285) | (21.625) |
| Afschrijvingen | (10) | (1.502) | (15) | (84) | (1.611) |
| Bijzondere waardeverminderingen |
- | - | - | - | - |
| Buitengebruikstellingen | - | - | - | - | - |
| Overige overdrachten | - | 2 | - | - | 2 |
| Omrekeningsverschillen | 23 | 92 | 67 | 364 | 546 |
| Saldo op het einde van dit boekjaar |
(1.210) | (17.344) | (1.130) | (3.004) | (22.688) |
| IMMATERIËLE VASTE ACTIVA | |||||
| Aanschaffingswaarde | 1.235 | 18.407 | 1.296 | 4.003 | 24.940 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen |
(1.210) | (17.344) | (1.130) | (3.004) | (22.688) |
| NETTOBOEKWAARDE | 25 | 1.063 | 166 | 998 | 2.252 |
| 2021 (IN € DUIZEND) | Ontwik kelings kosten |
Licenties en gelijkaardige rechten |
Klanten bestand |
Merknamen | Activa in aanbouw |
Totaal |
|---|---|---|---|---|---|---|
| AANSCHAFFINGSWAARDE | ||||||
| Saldo bij aanvang van dit boekjaar |
1.235 | 18.407 | 1.296 | 4.003 | - | 24.940 |
| Aanschaffingen | - | 463 | - | - | 36 | 499 |
| Buitengebruikstellingen | - | (2) | - | - | - | (2) |
| Overige overdrachten | - | 333 | - | - | - | 333 |
| Omrekeningsverschillen | 21 | 5 | (106) | (345) | - | (427) |
| Saldo op het einde van dit boekjaar |
1.255 | 19.206 | 1.189 | 3.657 | 36 | 25.343 |
| AFSCHRIJVINGEN EN WAARDEVERMINDERINGEN | ||||||
| Saldo bij aanvang van dit boekjaar |
(1.210) | (17.344) | (1.130) | (3.004) | - | (22.688) |
| Afschrijvingen | (10) | (805) | (12) | (47) | - | (874) |
| Bijzondere waardeverminderingen |
- | - | - | - | - | - |
| Buitengebruikstellingen | - | 2 | - | - | - | 2 |
| Overige overdrachten | - | 53 | - | - | - | 53 |
| Omrekeningsverschillen | (21) | (12) | 83 | (38) | - | 13 |
| Saldo op het einde van dit boekjaar |
(1.241) | (18.107) | (1.058) | (3.089) | - | (23.494) |
| IMMATERIËLE VASTE ACTIVA | ||||||
| Aanschaffingswaarde | 1.255 | 19.206 | 1.189 | 3.657 | 36 | 25.343 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen |
(1.241) | (18.107) | (1.058) | (3.089) | - | (23.494) |
| NETTOBOEKWAARDE | 14 | 1.099 | 132 | 568 | 36 | 1.849 |
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| AANSCHAFFINGSWAARDE | ||
| Saldo bij aanvang van | 63.423 | 60.014 |
| Aanschaffingen | - | - |
| Buitengebruikstellingen | - | - |
| Overige overdrachten | - | - |
| Omrekeningsverschillen | (3.409) | 3.246 |
| Saldo op het einde van | 60.014 | 63.260 |
| BIJZONDERE WAARDEVERMINDERINGEN | ||
| Saldo bij aanvang van | (52.795) | (49.413) |
| Aanschaffingen | - | - |
| Buitengebruikstellingen | - | - |
| Overige overdrachten | - | - |
| Omrekeningsverschillen | 3.382 | (3.277) |
| Saldo op het einde van | (49.413) | (52.690) |
| GOODWILL | ||
| Aanschaffingswaarde | 60.014 | 63.260 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen | (49.413) | (52.690) |
| NETTOBOEKWAARDE | 10.601 | 10.571 |
De toepassing van IFRS 3 'Bedrijfscombinaties' houdt in dat de activa en passiva moeten worden opgenomen tegen de reële waarde op het ogenblik van de verwerving van een onderneming. Alle verschillen tussen de waarde van de netto activa van de overgenomen onderneming en de betaalde vergoeding, bepaald bij acquisitie, moeten worden toegewezen aan goodwill.
De netto boekwaarde van de goodwill wordt als volgt toegewezen:
| KASSTROOMGENERERENDE EENHEID (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Turkije | 9.354 | 9.324 |
| België | 1.247 | 1.247 |
| NETTOBOEKWAARDE | 10.601 | 10.571 |
In overeenstemming met IAS 36 wordt de goodwill niet afgeschreven maar maakt deze voorwerp uit van een jaarlijkse test met betrekking tot bijzondere waardeverminderingen. Deze test wordt telkens uitgevoerd op jaareinde of wanneer er een aanwijzing is van een mogelijke bijzondere waardevermindering.
De test bestaat erin de realiseerbare waarde van elke kasstroom genererende eenheid te vergelijken met haar netto boekwaarde. Een bijzondere waardevermindering wordt geboekt wanneer de realiseerbare waarde lager is dan de netto boekwaarde.
De Groep voerde de waardeverminderingstest uit per 31 december 2021, in lijn met vorige jaren. Deze waardeverminderingstest resulteerde ook niet in een bijzondere waardevermindering.
De kasstroomgenerende eenheid is Ege Profil, die de merken Ege Pen Deceuninck, Winsa en Pimas aanhoudt, als gevolg van de fusie tussen Ege Profil en Pimas in 2017.
De verdisconteringsvoet voor belastingen is gebaseerd op de risicovrije rentevoet van de muntzone waar de activiteiten plaatsvinden en op de beoordeling binnen het huidige marktklimaat van de specifieke risico's voor de Deceuninck Group. De verdisconteringsvoet voor belastingen werd geraamd op basis van de gewogen gemiddelde kapitaalkost (WACC) en bedraagt 26,9% voor 2021 (2020: 18,2%).
Voor 2022 is de EBITDA gebaseerd op een gedetailleerd plan opgemaakt door het management. Voor de periode 2023 tot 2025 is de EBITDA gebaseerd op lange termijnplannen rekening houdend met een redelijke groei in lijn met de landspecifieke evolutie van de bouwsector. Voor de daaropvolgende jaren wordt als eindwaarde uitgegaan van een groeipercentage van 3%.
Een scenario met realistische groeiverwachtingen werd uitgewerkt met voldoende marge onder de basisscenario assumptie. Rekening houdend met het feit dat geen redelijkerwijze mogelijke wijziging in de belangrijkste assumpties waarop het management zich gebaseerd heeft bij het bepalen van de realiseerbare waarde van de kasstroom genererende bedrijfseenheid zou leiden tot een realiseerbare waarde die lager is dan de boekwaarde, is er geen nood tot een gedetailleerde sensitiviteitsanalyse.
Er is geen aanleiding tot het erkennen een bijzondere waardevermindering
De kasstroom generende eenheid is het segment Europa, aangezien dit het laagste niveau is waarop management de goodwill monitort.
De verdisconteringsvoet voor belastingen is gebaseerd op de risicovrije rentevoet van de muntzone waar de activiteiten plaatsvinden en op de beoordeling binnen het huidige marktklimaat van de specifieke risico's voor de Deceuninck Group. De verdisconteringsvoet voor belastingen werd geraamd op basis van de gewogen gemiddelde kapitaalkost (WACC) en bedraagt 9,2% voor 2021 (2020: 6,0%).
Voor 2022 is de EBITDA gebaseerd op een gedetailleerd plan opgemaakt door het management. Voor de periode 2023 tot 2025 is de EBITDA gebaseerd op lange termijnplannen rekening houdend met een redelijke groei in lijn met de landspecifieke evolutie van de bouwsector. Voor de daaropvolgende jaren wordt als eindwaarde uitgegaan van een groeipercentage van 2%.
Een scenario met realistische groeiverwachtingen werd uitgewerkt met voldoende marge onder de basisscenario assumptie. Rekening houdend met het feit dat geen redelijkerwijze mogelijke wijziging in de belangrijkste assumpties waarop het management zich gebaseerd heeft bij het bepalen van de realiseerbare waarde van de kasstroom genererende bedrijfseenheid zou leiden tot een realiseerbare waarde die lager is dan de boekwaarde, is er geen nood tot een gedetailleerde sensitiviteitsanalyse.
Er is geen aanleiding tot het erkennen van een bijzondere
waardevermindering.
De Groep heeft een aandeel van 50% verworven in So Easy België BV. De investering is erkend als een joint venture en is betrokken in de productie van aluminium systemen voor de fabricatie van ramen en deuren. Het aandeel van de Groep in deze joint venture is boekhoudkundig verwerkt in de geconsolideerde jaarrekening gebruikmakende van de vermogensmutatiemethode. Beknopte financiële informatie van de joint venture, gebaseerd op een basis van 100% van zijn jaarrekening, en de reconciliatie van de boekwaarde van de investering in de geconsolideerde jaarrekening zijn hieronder uiteengezet:
| CIJFERS OVER 12 MAANDEN EINDIGEND OP 31 DECEMBER (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Omzet | 9.311 | 15.643 |
| Kostprijs verkochte goederen | (7.593) | (11.517) |
| Brutowinst | 1.717 | 4.126 |
| Marketing-, verkoop- en distributiekosten | (2.657) | (3.055) |
| Administratiekosten en algemene kosten | (2.879) | (2.349) |
| Overig netto bedrijfsresultaat | (1.920) | 523 |
| Bedrijfswinst / (verlies) na bijzondere waardeverminderingen op goodwill | (5.738) | (755) |
| Financiële kosten | (2.056) | (1.206) |
| Financiële opbrengsten | 216 | 170 |
| Resultaat voor belastingen (EBT) | (7.578) | (1.791) |
| Winstbelastingen | 549 | 41 |
| Nettowinst / (verlies) | (7.029) | (1.750) |
| Groepsaandeel in de nettowinst / (-verlies) van het jaar | (3.514) | (875) |
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
| Boekwaarde van de investering aan het begin van | 2.924 | - |
| Groepsaandeel in de nettowinst / (-verlies) van het jaar | (3.514) | (875) |
| Omrekeningsverschillen | 95 | - |
| Niet-erkend aandeel van de Groep in het nettoresultaat van het jaar* | 495 | 875 |
| Boekwaarde van de investering op het einde van | - | - |
* De Groep houdt er rekening mee dat het geen contractuele of feitelijke verplichtingen heeft om ongelimiteerde verliezen op te vangen. Als gevolg hiervan is de erkenning van het aandeel van de Groep in het resultaat van de joint venture gelimiteerd tot het initiële bedrag van de investering. Alle verdere aandelen in winsten van de joint venture worden niet erkend door de Groep tot het historische niet-erkende aandeel van de resultaten van de joint venture gecompenseerd zijn.
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| ACTIVA | ||
| Immateriële vaste activa | 1.474 | 1.004 |
| Materiële vaste activa | 6.104 | 5.666 |
| Vaste activa | 7.581 | 6.669 |
| Voorraden | 2.042 | 2.355 |
| Handelsvorderingen | 1.038 | 5.077 |
| Overige vorderingen | 1.030 | 3.706 |
| Liquide middelen | 381 | 700 |
| Vlottende activa | 4.491 | 11.837 |
| Totaal activa | 12.072 | 18.506 |
| PASSIVA | ||
| Eigen vermogen | (7.420) | (9.100) |
| Rentedragende schulden | 12.552 | 14.249 |
| Uitgestelde belastingsschulden | 84 | 50 |
| Langlopende schulden | 12.636 | 14.299 |
| Handelsschulden | 1.501 | 5.109 |
| Overige schulden | 5.355 | 8.199 |
| Kortlopende schulden | 6.856 | 13.308 |
| Totaal passiva | 12.072 | 18.506 |
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
| Eigen vermogen | (7.420) | (9.100) |
| Goodwill | - | - |
| Goodwill na toewijzing van goodwill aan activa | 3.214 | 3.214 |
| Reeds toegewezen verliezen | (3.214) | (3.214) |
| Niet erkende verliezen | (496) | (1.336) |
Boekwaarde van de investering - -
De Groep deed in het eerste jaar een analyse aangaande de toewijzing van de aankoopprijs teneinde de reële waarde van het netto actief van de So Easy groep te berekenen. De resulterende goodwill werd gedeeltelijk gealloceerd aan de overgenomen bestaande klantenportfolio.
So Easy Belgium BV kan geen winsten uitkeren zonder consensus van twee joint venture partners.
| 2020 (IN € DUIZEND) | Terreinen & gebouwen |
Machines & uitrusting |
Meubilair & rollend materieel |
Overige materiële vaste activa |
Activa in aanbouw |
Totaal |
|---|---|---|---|---|---|---|
| AANSCHAFFINGSWAARDE | ||||||
| Saldo bij aanvang van dit boekjaar |
186.567 | 500.001 | 18.367 | 138 | 15.215 | 720.289 |
| Aanschaffingen | 622 | 10.835 | 432 | - | 11.746 | 23.634 |
| Buitengebruikstellingen | (14.359) | (3.276) | (350) | - | - | (17.986) |
| Overige overdrachten | 13.335 | 9.370 | 258 | - | (14.284) | 8.679 |
| Omrekeningsverschillen | (12.580) | (26.717) | (778) | - | (1.632) | (41.706) |
| Saldo op het einde van dit boekjaar |
173.585 | 490.213 | 17.928 | 138 | 11.046 | 692.910 |
| AFSCHRIJVINGEN EN WAARDEVERMINDERINGEN | ||||||
| Saldo bij aanvang van dit boekjaar |
(75.472) | (360.306) | (12.957) | (70) | - | (448.804) |
| Afschrijvingen | (4.372) | (24.852) | (1.105) | (11) | - | (30.339) |
| Bijzondere waardeverminderingen |
(219) | (170) | (1) | - | - | (390) |
| Buitengebruikstellingen | 1.815 | 3.235 | 354 | - | - | 5.404 |
| Overige overdrachten | 10 | 6 | 17 | - | - | 34 |
| Omrekeningsverschillen | 2.747 | 16.122 | 557 | - | - | 19.426 |
| Saldo op het einde van dit boekjaar |
(75.490) | (365.964) | (13.134) | (81) | - | (454.670) |
| MATERIELE VASTE ACTIVA | ||||||
| Aanschaffingswaarde | 173.585 | 490.213 | 17.928 | 138 | 11.046 | 692.910 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen |
(75.490) | (365.964) | (13.134) | (81) | - | (454.670) |
| NETTOBOEKWAARDE | 98.094 | 124.248 | 4.794 | 57 | 11.046 | 238.240 |
aanbouw Totaal
Activa in
| Saldo bij aanvang van dit boekjaar |
173.585 | 490.213 | 17.928 | 138 | 11.046 | 692.910 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Aanschaffingen | 10.727 | 18.004 | 1.257 | - | 12.460 | 42.448 |
| Buitengebruikstellingen | - | (9.734) | (143) | - | (21) | (9.898) |
| Overige overdrachten | 1.235 | 11.986 | 111 | - | (13.289) | 42 |
| Omrekeningsverschillen | (8.352) | (3.992) | (704) | - | (487) | (13.535) |
| Saldo op het einde van dit boekjaar |
177.195 | 506.477 | 18.449 | 138 | 9.708 | 711.967 |
Overige materiële vaste activa
AFSCHRIJVINGEN EN WAARDEVERMINDERINGEN
| Saldo bij aanvang van dit boekjaar |
(75.490) | (365.964) | (13.134) | (81) | - | (454.670) |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Afschrijvingen | (4.460) | (24.634) | (1.218) | (11) | - | (30.324) |
| Bijzondere waardeverminderingen |
- | (1.012) | - | - | - | (1.012) |
| Buitengebruikstellingen | - | 9.131 | 162 | - | - | 9.292 |
| Overige overdrachten | (11) | (341) | (7) | - | - | (359) |
| Omrekeningsverschillen | (332) | 1.606 | 312 | - | - | 1.587 |
| Saldo op het einde van dit boekjaar |
(80.294) | (381.214) | (13.885) | (92) | - | (475.484) |
| MATERIELE VASTE ACTIVA | ||||||
| Aanschaffingswaarde | 177.195 | 506.477 | 18.449 | 138 | 9.708 | 711.967 |
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen |
(80.294) | (381.214) | (13.885) | (92) | - | (475.484) |
| NETTOBOEKWAARDE | 96.901 | 125.263 | 4.564 | 47 | 9.708 | 236.483 |
De overige overdrachten vanuit activa in aanbouw in 2020 en 2021 zijn voornamelijk gerelateerd aan het resultaat van ingebruikname van machines, matrijzen en infrastructuurwerken voor gebouwen.
De Groep heeft voor € 9,6 miljoen verbintenissen gerelateerd aan materiële vaste activa gespreid over het volgende boekjaar die voornamelijk gerelateerd zijn aan machines en matrijzen.
De materiële vaste activa in aanbouw zijn voornamelijk gerelateerd aan matrijzen en machines en worden in de tabel hieronder verder uitgesplitst.
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Terreinen & gebouwen | 807 | 348 |
| Machines & uitrusting | 8.694 | 7.706 |
| Overige | 1.545 | 1.654 |
| Totaal | 11.046 | 9.708 |
De Groep heeft in 2021 bijzondere waardeverminderingen geboekt op materiële vaste activa ten belope van € 1.012 duizend (2020: € 390 duizend). Deze bijzondere waardeverminderingen hebben voornamelijk betrekking op tools en werden opgenomen onder de andere bedrijfskosten.
De onderstaande tabel geeft een overzicht van de transfers tussen immateriële vaste activa, materiële vaste activa, vaste activa aangehouden voor verkoop en lease gebruiksrechten. De overige overdrachten in 2020 zijn voornamelijk gerelateerd aan de uitoefening van de aankoopoptie op een geleased vastgoed in Fernley (VS).
De leasing gebruiksrechten worden verder toegelicht in Toelichting 20.
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Immateriële vaste activa | 197 | 387 |
| Materiële vaste activa | 8.713 | (317) |
| Vaste activa aangehouden voor verkoop | 7 | - |
| Gebruiksrechten leasing | (8.917) | (70) |
| Totaal | - | - |
| Totaal | 829 | 1.508 |
|---|---|---|
| Overige vorderingen | 503 | 1.508 |
| Handelsvorderingen | 326 | - |
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
De overige vorderingen bestaan grotendeels uit een lange termijn vordering op So Easy Belgium BV.
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Grondstoffen en hulpstoffen | 32.603 | 51.503 |
| Afgewerkte goederen | 67.098 | 100.177 |
| Handelsgoederen | 12.666 | 17.908 |
| Totaal | 112.907 | 169.589 |
In de loop van 2021 stegen de waardeverminderingen op voorraden netto voor een bedrag van € 3.262 duizend (in 2020: een kost van € 2.866 duizend). Deze kosten worden opgenomen onder de marketing-, verkoop- en distributiekosten. De kosten van de voorraden die als
kosten van verkopen werden erkend bedroegen in 2021 € 608.440 duizend (2020: € 438.639 duizend). Er werden geen voorraden verpand als waarborg voor leningen in 2021 (2020: idem).
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Bruto handelsvorderingen | 84.149 | 100.747 |
| Bijzondere waardeverminderingen | (14.848) | (9.991) |
| Handelsvorderingen | 69.301 | 90.756 |
| BTW en overige belastingen | 5.289 | 7.194 |
| Afgeleide financiële instrumenten | 520 | 3.278 |
| Vooruitbetaalde kosten | 3.400 | 3.057 |
| Kortlopende garanties | 269 | 218 |
| Niet-geïnde cheques | 23.246 | 52.308 |
| Overige | 4.435 | 3.903 |
| Overige vorderingen | 37.159 | 69.959 |
De vorderingen op klanten stegen € 21.455 duizend door hogere verkopen, een lager bedrag aan factoring en een daling in de bijzondere waardevermindering, gedeeltelijk gecompenseerd door omrekeningsverschillen voortvloeiend uit TRY devaluatie. Totale factoring bedraagt € 23,3 miljoen op 31 december 2021 (2020: € 30,8 miljoen).
De stijging in Overige vorderingen is voornamelijk gedreven door een stijging van de Niet-geïnde cheques, die het gevolg is van de hogere verkopen in Turkije in 2021 tegenover 2020.
Het uitstaand aantal dagen klantenkrediet ("DSO") daalde jaar-op-jaar van 38 dagen in 2020 naar 37 dagen in 2021.
Factoring en de gerelateerde kosten voor 2021 bedroeg € 3.545 duizend (2020: € 3.877 duizend). Het effect van de factorovereenkomsten worden als een daling van de handelsvorderingen geclassificeerd, aangezien nagenoeg alle risico's en voordelen van eigendom van de klantenvordering werden overgedragen aan de factoringmaatschappij (factoring zonder verhaal).
De bruto handelsvorderingen omvatten naast de gefactureerde verkopen tevens een provisie voor op te maken facturen, een provisie voor te ontvangen kredietnota's, omrekeningsverschillen en uitgevoerde voorafbetalingen.
De niet-geïnde cheques bevatten cheques ontvangen van klanten in Turkije om toekomstige orders te garanderen. Dit is een vaak voorkomende praktijk in de lokale bouwindustrie. Deze cheques worden beschouwd als voorschotten en kunnen zonder voorwaarden verdisconteerd worden of gebruikt voor betalingen.
De niet-geïnde cheques worden zowel als 'Overige vorderingen' en 'Overige schulden' gepresenteerd tot de afronding van de orders, zoals ook opgenomen in toelichting 19. Op het moment van levering en facturatie worden deze bedragen gecompenseerd en wordt de gerelateerde handelsvordering als dusdanig gepresenteerd en afgeboekt op het moment van de vervaldatum van de ontvangen cheque.
Op de volgende pagina wordt een analyse gegeven van de ouderdom van de bruto handelsvorderingen en de geboekte waardeverminderingen op deze handelsvorderingen:
| OUDERDOMSANALYSE VAN HANDELSVORDERINGEN (IN € DUIZEND) |
TOTAAL | Niet vervallen |
< 30 dagen |
31-60 dagen |
61-90 dagen |
91-120 dagen |
> 120 dagen |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Bruto handelsvorderingen per 31 december 2021 |
100.747 | 81.679 | 5.155 | 1.379 | 533 | 2.368 | 9.634 |
| Bijzondere waardeverminderingen per 31 december 2021 |
(9.991) | (310) | (210) | (51) | (121) | (931) | (8.367) |
| Netto handelsvorderingen per 31 december 2021 |
90.756 | 81.369 | 4.945 | 1.328 | 411 | 1.437 | 1.267 |
| Netto handelsvorderingen per 31 december 2020 |
69.301 | 60.283 | 5.908 | 668 | 511 | 310 | 1.621 |
De impact van COVID-19 op het model voor de verwachte kredietverliezen (ECL) werden herzien. De assumpties met betrekking tot toekomstverwachtingen werden aangepast om het gestegen kredietrisico als gevolg van de COVID-19 pandemie in rekening te brengen.
De verliesratio's per geografische regio en type van klanten werden herbekeken wat resulteerde in een stijging van de verliesratio tussen 2 en 5% voor Europa, Noord-Amerika en Turkije (2020: tussen 5 en 20%). Voor de Emerging markets situeren de verliesratio's zich tussen 5 en 15 % (2020: tussen 25 en 50%), rekening houdend met de specifieke COVID-19 gerelateerde impact per type van klanten en projecten waarin deze klanten actief zijn.
Dit resulteerde in een additionele afwaardering van € 2.193 duizend ten opzichte van de berekening gebaseerd op de verliesratio's in het ECL-model exclusief COVID-19 assumpties (2020: € 4.600 duizend). Deze additionele afwaardering houdt rekening met verwachte liquiditeitsproblemen en een stijging in verwachte insolventie van klanten zoals ingeschat door externe experten en houdt rekening met de door de Groep genomen maatregelen om de kredietverliezen, zoals beschreven in sectie 25 Risico's en onzekerheden – Kredietrisico, te beperken. Er werd een sensitiviteitsanalyse op de ECL berekening uitgevoerd en een stijging/ daling van 1 procentpunt in de percentages zoals hierboven toegelicht zou resulteren in een wijziging in de afwaardering van de handelsvorderingen van + € 314 duizend / - € 314 duizend.
Per 31 december 2021 werd er een bedrag € 9.991 duizend (2020: € 14.848 duizend) als afwaardering van de handelsvorderingen geboekt.
De bewegingen van de voorbije twee jaren werden in volgende tabel opgenomen:
| BIJZONDERE WAARDEVERMINDERINGEN (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Saldo bij aanvang van | (11.716) | (14.848) |
| Toename | (6.214) | (1.171) |
| Terugname | 558 | 3.258 |
| Aanwending | 683 | 28 |
| Overige overdrachten | - | - |
| Omrekeningsverschillen | 1.841 | 2.742 |
| Saldo op het einde van | (14.848) | (9.991) |
1 Allianz Research October 2021: Insolvencies: We'll be back / Coface October 2021: Supply chain and inflation headwnds hamper the global recovery
| Totaal | 105.623 | 72.885 |
|---|---|---|
| Geldbeleggingen op korte termijn | 38.810 | 36.396 |
| Kas en lopende rekeningen bij kredietinstellingen | 66.813 | 36.489 |
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
De liquide middelen zijn gedaald als gevolg van terugbetalingen van leningen, hoger werkkapitaal en investeringsuitgaven. De liquide middelen concentreren zich voornamelijk in België, Turkije en de Verenigde Staten.
| NETTOBOEKWAARDE | 1.244 | 1.346 |
|---|---|---|
| Afschrijvingen en bijzondere waardeverminderingen | (92) | (90) |
| Aanschaffingswaarde | 1.336 | 1.436 |
| VASTE ACTIVA AANGEHOUDEN VOOR VERKOOP (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
De vaste activa aangehouden voor verkoop hebben voornamelijk betrekking op appartementen in Turkije en terreinen in Polen. Alle activa zijn onmiddellijk beschikbaar voor verkoop in de huidige toestand en de verkoop is zeer waarschijnlijk. De nodige acties zijn genomen om deze activa te koop aan te bieden en verkopen worden verwacht in de loop van 2022. Deze activa worden ten gevolge van de herclassificatie naar vaste activa aangehouden voor verkoop niet verder afgeschreven.
| GEPLAATST KAPITAAL | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Bedrag (in € duizend) | 53.950 | 54.441 |
| Aantal aandelen (zonder nominale waarde) | 136.795.123 | 138.040.929 |
Per 31 december 2021 is het kapitaal vastgesteld op € 54.441 duizend en wordt het vertegenwoordigd door 138.041 duizend aandelen zonder aanduiding van nominale waarde.
| UITGIFTEPREMIES | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Bedrag (in € duizend) | 88.310 | 90.213 |
| EIGEN AANDELEN | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Bedrag (in € duizend) | (84) | (75) |
| Aantal aandelen (zonder nominale waarde) | 69.769 | 69.769 |
De Groep beschikt per 31 december 2021 over 69.769 eigen aandelen om te voldoen aan haar aandelenoptieplannen.
De tabel hieronder toont een overzicht van de omrekeningsverschillen per munt.
| OMREKENINGSVERSCHILLEN (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| USD | (15.410) | (8.434) |
| TRY | (89.727) | (117.298) |
| RUB | (11.166) | (10.722) |
| PLN | (4.284) | (4.501) |
| GBP | (3.123) | (2.071) |
| CZK | (3) | 668 |
| Overige | (51) | (59) |
| Totaal | (123.764) | (142.418) |
Omrekeningsverschillen worden erkend bij de omrekening van de financiële staten van de dochterondernemingen naar euro. Per 31 december 2021 bedragen de totale omrekeningsverschillen € (142.418) duizend.
| Deceuninck Germany en Produktions GmbH (Duitsland) |
Deceuninck NV (België) |
Ege Profil AS (Turkije) |
Overige | Totaal |
|---|---|---|---|---|
| 16.107 | 4.726 | 2.192 | 438 | 23.463 |
| 152 | 1.019 | 741 | 144 | 2.056 |
| (1.340) | (1.083) | 16 | 43 | (2.364) |
| (508) | (1.047) | (634) | (1) | (2.190) |
| - | - | - | - | - |
| - | - | (910) | (64) | (974) |
| 14.411 | 3.617 | 1.405 | 559 | 19.991 |
| 13.902 | 2.922 | 1.405 | 550 | 18.779 |
| 509 | 695 | - | 8 | 1.212 |
Voor Deceuninck NV hebben de voorzieningen voor vergoedingen na uitdiensttreding betrekking op de verplichting tot brugpensioen en de Belgische pensioenregelingen. Volgens IAS 19 zijn Belgische toegezegde-bijdragenregelingen die een bepaald rendement garanderen, toegezegd-pensioenregelingen, aangezien de werkgever het beleggingsrisico moet dekken tot aan het niveau van de toepasselijke wettelijke minimumtarieven.
De door de verzekeringsmaatschappij gewaarborgde rendementen zijn in de meeste gevallen lager, waardoor de Groep zijn risico niet volledig heeft afgedekt en een voorziening moet worden opgezet.
Deceuninck NV heeft een aantal toegezegdebijdrageregelingen die van toepassing zijn op verschillende personeelscategorieën. Die pensioenplannen zijn door Deceuninck opgezet en zijn dus geen 'multi-employer plans'. Alle plannen worden gefinancierd via groepsverzekeringen bij een verzekeringsmaatschappij. Bijdragen worden gestort door de werkgever en de werknemer.
Deceuninck NV heeft een plan voor brugpensioenen onder het wettelijke kader in België en staat toe dat werknemers die de wettelijke burgpensioenleeftijd bereiken (momenteel 62 jaar met bepaalde aanvullende voorwaarden die verband houden met de lengte van hun loopbaan) kunnen genieten van een vervroegd pensioen en met pensioen kunnen gaan voordat de wettelijke pensioenleeftijd (momenteel 65 jaar) werd bereikt. De oudere werknemers die dergelijke aanbiedingen aanvaarden ontvangen een tijdelijke aanvulling bovenop de werkloosheidsuitkering die door Deceuninck wordt betaald tot hun wettelijke pensioengerechtigde leeftijd. De voorziening voor brugpensioenen bevat werknemers die momenteel van brugpensioen genieten en werknemers waarvan verwacht wordt dat ze de komende vier jaar in brugpensioen zullen gaan. Het plan voor brugpensioenen is niet gefinancierd en wordt beheerd door Deceuninck.
In overeenstemming met IFRS moet de actuariële contante waarde van de toegezegde-pensioenregelingen worden berekend, omdat die waarde het totaal vertegenwoordigt van de bedragen die momenteel aan elke deelnemer in het plan kunnen worden toegewezen.
De actuariële contante waarde werd berekend op basis van de sterftetafels IA/BE (leeftijdscorrectie -1 jaar) en de volgende actuariële veronderstellingen:
| DECEUNINCK NV (BELGIË) - ACTUARIËLE VERONDERSTELLINGEN | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Verdisconteringsvoet | 0,50% | 1,00% |
| Verhoging van de bezoldigingen - bedienden | 2,35% | 2,65% |
| Verhoging van de bezoldigingen - arbeiders | 2,35% | 2,65% |
| Verhoging sociale zekerheid | 2,35% | 2,65% |
| Toename pensioenen | N/A | N/A |
| Inflatie | 1,60% | 1,90% |
Voor Deceuninck Germany GMBH en Deceuninck Germany Produktions GMBH & Co KG verwijzen de voorzieningen voor personeelsbeloningen naar de voorziening voor pensioenen die niet is gefinancierd. De pensioenregeling geeft de begunstigde het recht op een forfaitair bedrag aan het begin van zijn of haar pensioen.
Het plan was beschikbaar voor alle werknemers die vóór 1999 voor Deceuninck Germany GMBH gingen werken. Voor één manager is er een individuele pensioenregeling die een lijfrentebetaling na pensionering biedt. Het plan is gebaseerd op de collectieve overeenkomst van IGBCE en de respectievelijke bedrijfsovereenkomst.
De actuariële contante waarde werd berekend op basis van de volgende veronderstellingen:
| DECEUNINCK GERMANY EN PRODUKTIONS GMBH (DUITSLAND) - ACTUARIËLE VERONDERSTELLINGEN |
2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Verdisconteringsvoet | 0,40% | 0,90% |
| Verhoging van de bezoldigingen - bedienden | 3,00% | 3,00% |
| Verhoging van de bezoldigingen - arbeiders | 3,00% | 3,00% |
| Verhoging sociale zekerheid | 3,00% | 3,00% |
| Toename pensioenen | 1,50% | 1,70% |
| Inflatie | 1,50% | 3,00% |
De belangrijkste risico's voor Deceuninck NV hebben betrekking op toekomstige salarisverhogingen.
betalen op de datum van pensionering. Dit plan is wettelijk verplicht voor alle werknemers en is niet gefinancierd. De actuariële contante waarde werd berekend op basis van de volgende veronderstellingen:
Het bedrijf is verplicht om een opzeggingsvergoeding te
| EGE PROFIL AS (TURKIJE) - ACTUARIËLE VERONDERSTELLINGEN | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Verdisconteringsvoet | 13,60% | 16,45% |
| Verhoging van de bezoldigingen - bedienden | 9,50% | 9,50% |
| Verhoging van de bezoldigingen - arbeiders | 9,50% | 9,50% |
| Verhoging sociale zekerheid | 9,50% | 9,50% |
| Toename pensioenen | N/A | N/A |
| Inflatie | N/A | N/A |

Desbetreffende voorzieningen voor personeelsvoordelen refereren naar plaatselijke reglementeringen inzake pensioenen.
De volgende tabel geeft een overzicht van de netto periodieke pensioenkost erkend in de geconsolideerde resultatenrekening en de bedragen erkend in de geconsolideerde balans voor de toegekend pensioenregelingen van Deceuninck Germany GMBH en Deceuninck Germany Produktions GMBH & Co, Ege Profil AS en van de Belgische dochterondernemingen voor de afgelopen 2 jaar:
| COMPONENTEN VAN DE PENSIOENKOST |
||||
|---|---|---|---|---|
| (IN € DUIZEND) | Deceuninck Germany en Produktions GmbH (Duitsland) |
Ege Profil AS (Turkije) |
Deceuninck NV (België) |
Totaal |
| Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten |
92 | 482 | 779 | 1.353 |
| Interestkost | 137 | 268 | 90 | 495 |
| Pensioenkost opgenomen in de resultatenrekening |
229 | 750 | 869 | 1.848 |
De pensioenkosten toegerekend aan het dienstjaar en de interestkosten worden gealloceerd in geconsolideerde resultatenrekening op basis van de activiteiten van het desbetreffende personeel. Indien het desbetreffende personeel niet langer actief is in de Groep worden
deze kosten erkend als "Overig" in de "Overige netto bedrijfsresultaten". Waar het van toepassing is, worden de pensioenkosten toegerekend aan het dienstjaar en de interestkosten opgenomen in de voorraadwaardering.
| BEDRAGEN OPGENOMEN IN DE GECONSOLIDEERDE BALANS |
||||
|---|---|---|---|---|
| (IN € DUIZEND) | Deceuninck Germany en Produktions GmbH (Duitsland) |
Ege Profil AS (Turkije) |
Deceuninck NV (België) |
Totaal |
| Contante waarde van de verplichting |
16.107 | 2.192 | 11.806 | 30.104 |
| Reële waarde van de fondsbeleggingen |
- | - | (7.079) | (7.079) |
| Nettoschuld (vordering) | 16.107 | 2.192 | 4.727 | 23.025 |
| 2021 | ||
|---|---|---|
| Deceuninck Germany en Produktions GmbH Ege Profil AS (Turkije) Deceuninck NV (België) (Duitsland) |
Totaal | |
| 89 523 998 |
1.610 | |
| 63 219 21 |
303 | |
| 152 741 1.019 |
1.913 |
| 2021 | ||
|---|---|---|
| Deceuninck NV (België) | Deceuninck Germany en Produktions GmbH Ege Profil AS (Turkije) (Duitsland) |
Totaal |
| 1.405 11.313 |
14.411 | 27.129 |
| - (7.696) |
- | (7.696) |
| 1.405 3.617 |
14.411 | 19.433 |
| MUTATIE VAN DE NETTOSCHULD |
2020 | |||
|---|---|---|---|---|
| (IN € DUIZEND) | Deceuninck Germany en Produktions GmbH (Duitsland) |
Ege Profil AS (Turkije) | Deceuninck NV (België) |
Totaal |
| Saldo bij aanvang van | 15.460 | 2.821 | 13.217 | 31.498 |
| Aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten |
92 | 482 | 838 | 1.412 |
| Interestkost | 137 | 268 | 90 | 495 |
| Bijdragen participantenfonds | - | - | 191 | 191 |
| Actuariële winsten / verliezen |
944 | (504) | (691) | (251) |
| Voortkomend uit veranderingen in financiële assumpties |
1.329 | (240) | (277) | |
| Ervaringsaanpassingen | (385) | (264) | (414) | |
| Voortkomend uit demografische assumpties |
- | - | - | |
| Wijzigingen in het effect van het actiefplafond |
- | - | - | |
| Uitbetaalde vergoedingen | (527) | (122) | (1.840) | (2.489) |
| Wisselkoersverschillen | - | (754) | - | (754) |
| Saldo op het einde van | 16.107 | 2.192 | 11.806 | 30.104 |
| MUTATIE VAN DE FONDSBELEGGINGEN |
||||
|---|---|---|---|---|
| (IN € DUIZEND) | Deceuninck Germany en Produktions GmbH (Duitsland) |
Ege Profil AS (Turkije) |
Deceuninck NV (België) |
Totaal |
| Saldo bij aanvang van | 7.967 | 7.967 | ||
| Interestopbrengsten op fondsbeleggingen |
59 | 59 | ||
| Actuariële winsten / verliezen | 92 | 92 | ||
| Rendement op fondsbeleggingen |
92 | |||
| Werkgeversbijdragen | 610 | 610 | ||
| Plan bijdragen participanten | 191 | 191 | ||
| Uitbetaalde vergoedingen | (1.840) | (1.840) | ||
| Saldo op het einde van | - | - | 7.079 | 7.079 |
| 2021 | |
|---|---|
| Deceuninck Germany en Produktions GmbH Ege Profil AS (Turkije) Deceuninck NV (België) (Duitsland) |
Totaal |
| 16.107 2.192 11.806 |
30.104 |
| 89 523 998 |
1.610 |
| 63 219 54 |
336 |
| - - 193 |
|
| (1.340) 16 (1.083) |
(2.407) |
| (884) (503) (817) |
|
| (456) 316 (266) |
|
| - 92 - |
|
| - 110 - |
|
| (508) (634) (656) |
(1.798) |
| - (910) - |
(910) |
| 14.411 1.405 11.313 |
27.129 |
| 2021 | |||
|---|---|---|---|
| Totaal | Ege Profil AS (Turkije) Deceuninck NV (België) |
Deceuninck Germany en Produktions GmbH (Duitsland) |
|
| 7.079 | 7.079 | ||
| 33 | 33 | ||
| - | - | ||
| 790 | 790 | ||
| 193 | 193 | ||
| (399) | (399) | ||
| 7.696 | - 7.696 |
- |
| OVERIGE (IN € DUIZEND) | 2021 | |||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Deceuninck Germany en Produktions GmbH (Duitsland) |
Ege Profil AS (Turkije) |
Deceuninck NV (België) |
||||
| Bijdragen | ||||||
| Verwachte bijdragen tot het plan in het komende financiële jaar | 197 | N/A | 631 | |||
| Maturiteit | ||||||
| Duurtijd jubilee plan | N/A | N/A | N/A | |||
| Duurtijd brugpensioen | N/A | N/A | 3,3 | |||
| Duurtijd pensioenplannen | 17,0/25,0 | N/A | 15,1 | |||
| Duurtijd andere lange termijn plannen | N/A | 9,0 | N/A | |||
| Verwachte betalingen uit pensioenplannen | ||||||
| CashFlow jaar 1 | 509 | 148 | 185 | |||
| CashFlow jaar 2 | 507 | 74 | 5 | |||
| CashFlow jaar 3 | 506 | 32 | 50 | |||
| CashFlow jaar 4 | 499 | 50 | 156 | |||
| CashFlow jaar 5 | 511 | 23 | 712 | |||
| CashFlow jaar 6-10 | 2.636 | 185 | 2.847 |
| PER 31 DECEMBER 2021 | Deceuninck Germany en Produktions GmbH Ege Profil AS (Turkije) (Duitsland) |
Deceuninck NV (België) | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Wijziging in verdisconteringsvoet |
-0,20% | 0,20% | -0,20% | 0,20% | -0,20% | 0,20% |
| Impact op contante waarde van de verplichting (in € duizend) |
497 | (472) | 20 | (19) | 328 | (316) |
| Wijzing in percentage pensioenverhoging |
-0,50% | 0,50% | N/A | N/A | N/A | N/A |
| Impact op contante waarde van de verplichting (in € duizend) |
(512) | 980 | ||||
| Wijziging in levensduur | - 1 jaar levens verwachting |
+ 1 jaar levens verwachting |
- 1 jaar levens verwachting |
+ 1 jaar levens verwachting |
- 1 jaar levens verwachting |
+ 1 jaar levens verwachting |
| Impact op contante waarde van de verplichting (in € duizend) |
(595) | 621 | - | 1 | 37 | (39) |
| (IN € DUIZEND) | Herstructure ringsprovisie |
Garantie verplichtingen |
Geschillen | Overige | Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| Per 31 december 2020 | 3.292 | 1.030 | 759 | 1.616 | 6.697 |
| Toename | - | 176 | 479 | 73 | 729 |
| Aanwending | (3.106) | - | (230) | 178 | (3.159) |
| Terugname | (32) | (12) | (76) | (268) | (388) |
| Overige overdrachten | - | - | - | - | - |
| Omrekeningsverschillen | - | (126) | 17 | (235) | (343) |
| Per 31 december 2021 | 154 | 1.068 | 948 | 1.365 | 3.536 |
| Langlopend | - | 1.021 | 901 | 1.365 | 3.287 |
| Kortlopend | 154 | 47 | 48 | - | 249 |
Herstructureringsvoorzieningen worden erkend wanneer de voorwaarden onder IAS 37 voldaan zijn. In 2020 en 2021 is dit het geval voor de herstructureringsvoorziening voor de strategische herpositionering van de Europa regio.
De voorzieningen voor garanties zijn gebaseerd op historische gegevens van de gemaakte kosten voor herstellingen en terugzendingen.
De voorzieningen voor geschillen hebben voornamelijk betrekking op schadeclaims ten gevolge van kwaliteitsproblemen.
De overige voorzieningen betreffen meerdere verschillende items zoals provisies voor juridische geschillen.
Onderstaande tabellen geven een overzicht van de rentedragende schulden van de Groep op jaareinde:
| LANGLOPENDE RENTEDRAGENDE SCHULDEN (IN € DUIZEND) |
2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Leningen bij kredietinstellingen | 25.357 | 6.625 |
| Langlopende leasingschulden | 11.751 | 6.378 |
| Obligatielening 3,75% - 8 december 2022 | 99.913 | - |
| Langlopende rentedragende schulden | 137.022 | 13.002 |
| KORTLOPENDE RENTEDRAGENDE SCHULDEN (IN € DUIZEND) |
2020 | 2021 |
| Leningen bij kredietinstellingen | 17.985 | 16.712 |
| Kortlopende leasingschulden | 6.083 | 5.094 |
| Obligatielening 3,75% - 8 december 2022 | - | 99.959 |
| Kortlopende rentedragende schulden | 24.069 | 121.765 |
De langlopende schulden bestaan vooral uit werkkapitaalfinanciering ontvangen van Turkse commerciële banken met vervaldatum in 2027 en een kleine langetermijnlening (€ 1,0 miljoen) bij de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling ('EBRD-lening') met vervaldatum in 2025.
De langlopende leasingschulden bestaan voornamelijk uit leasing van wagens, uitrusting en gebouwen, zoals verder toegelicht in Toelichting 20.
De kortlopende interestdragende schulden bevatten voornamelijk de obligatielening van € 100 miljoen uitgegeven door Deceuninck NV in december 2015 met vervaldag 8 december 2022. Een tweede component
is het overblijvende deel (€ 6,8 miljoen) van een lening aangegaan in 2015 bij de Europese Bank voor Wederopbouw en Ontwikkeling ('EBRD-lening') voor de financiering van de nieuwe fabriek in Menemen, Turkije. Een derde component is (het korte termijn deel van) de werkkapitaalfinanciering ontvangen van Turkse commerciële banken die vervallen in de loop van 2022.
De langetermijnlening over 5 jaar, aangegaan in 2020, van € 12 miljoen ter herfinanciering van de onroerende leasing, aangegaan in 2015 ter financiering van de fabriek in Fernley, NV (VS) is terugbetaald in 2021. Ook de lening van € 5 miljoen, gegarandeerd door de Franse overheid ("Prêt garanti par l'Etat"), als COVID-19 overheidssteunmaatregel in 2020 is terugbetaald in de loop van 2021.
| Niet-cash wijzigingen | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| RENTEDRAGENDE SCHULDEN (IN € DUIZEND) |
2019 | Kas stromen |
Ge kapitaliseer de intresten |
Wisselkoers verschillen in kosten en opbrengsten |
IFRS 16: nieuwe leases / buiten gebruik stellingen |
Overige over drachten |
Om rekenings verschillen |
2020 |
| Leningen bij kredietinstellingen | 64.283 | (18.684) | 114 | 2.837 | - | 9.061 | (14.268) | 43.343 |
| Leasing | 28.802 | (7.076) | - | 1.507 | 7.044 | (9.061) | (3.381) | 17.835 |
| Obligatielening 3,75% - 8 december 2022 |
99.866 | - | 46 | - | - | - | - | 99.913 |
| Rentedragende schulden | 192.951 | (25.760) | 160 | 4.344 | 7.044 | - | (17.649) | 161.090 |
| Niet-cash wijzigingen | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| RENTEDRAGENDE SCHULDEN (IN € DUIZEND) |
2020 | Kas stromen |
Ge kapitaliseer de intresten |
Wisselkoers verschillen in kosten en opbrengsten |
IFRS 16: nieuwe leases / buiten gebruik stellingen |
Overige over drachten |
Om rekenings verschillen |
2021 |
| Leningen bij kredietinstellingen | 43.343 | (13.163) | 96 | 4.857 | - | - | (11.796) | 23.336 |
| Leasing | 17.835 | (6.386) | - | 173 | 1.635 | - | (1.785) | 11.472 |
| Obligatielening 3,75% - 8 december 2022 |
99.913 | - | 46 | - | - | - | - | 99.959 |
| Rentedragende schulden | 161.090 | (19.549) | 142 | 5.030 | 1.635 | - | (13.581) | 134.767 |
De overige overdrachten in 2020 van leasingschulden naar leningen bij kredietinstellingen zijn het gevolg van de herfinanciering van een onroerende leasing van de fabriek in Fernley (VS), na uitoefening van de aankoopoptie.
Op 31 december 2021 was er € 2,9 miljoen van de € 60 miljoen opgenomen van de in 2019 toegezegde kredietlijnen, € 57 miljoen van de kredietlijn bleef beschikbaar voor toekomstige opnames. De rentedragende schulden van Deceuninck zijn niet
gewaarborgd door zekerheden. Op de toegezegde kredietlijn, de retail obligatie en de EBRD lening zijn de gebruikelijke convenanten (schuldgraadratio, rentedekkingsgraad...) van toepassing. Per 31 december 2021 en op alle voorgaande test data in 2021 heeft Deceuninck aan al zijn convenanten voldaan.
Onderstaande tabel geeft een overzicht per munt van de openstaande financiële schuld op 31 december 2021 met de gemiddelde interestvoeten en de vervaldag:
| TERMIJNEN EN TERUGBETALINGSSCHEMA (IN € DUIZEND) |
Gewogen gemiddel de interest |
Binnen 1 jaar | Tussen 1 en 5 jaar | Na 5 jaar | Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| Financiële schulden (excl leasing schulden) | 17.985 | 125.270 | - | 143.256 | |
| Leasing schulden | 6.674 | 12.183 | 216 | 19.074 | |
| 2020 | 24.660 | 137.453 | 216 | 162.329 | |
| Financiële schulden (excl leasing schulden) | 116.671 | 6.625 | - | 123.296 | |
| Leasing schulden | 5.237 | 7.284 | 143 | 12.664 | |
| 2021 | 121.908 | 13.909 | 143 | 135.960 | |
| Waarvan | |||||
| EUR | 3,66% | 111.745 | 4.014 | 16 | 115.775 |
| TRY | 11,95% | 7.470 | 7.179 | - | 14.649 |
| USD | 5,92% | 1.422 | 218 | - | 1.640 |
| Andere vreemde valuta | 5,56% | 1.272 | 2.498 | 127 | 3.897 |
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| HANDELSSCHULDEN | 107.963 | 176.009 |
| Afgeleide financiële instrumenten | 980 | 650 |
| Garanties van klanten | 887 | 830 |
| Toe te rekenen intresten | 990 | 843 |
| Toe te rekenen kosten | 736 | 125 |
| Over te dragen opbrengsten | 494 | 1.713 |
| Niet-geïnde cheques | 23.246 | 52.308 |
| Overige | 1.400 | 1.414 |
| Overige schulden | 28.734 | 57.883 |
De voorwaarden voor deze handelsschulden en overige schulden zijn als volgt:
De handelsschulden omvatten naast de gefactureerde aankopen tevens een provisie voor te ontvangen facturen, een provisie voor op te maken kredietnota's, omrekeningsverschillen en ontvangen voorafbetalingen.
De overige schulden werden eerder toegelicht in toelichting 12.
Hieronder worden de bedragen voor de erkende leasinggebruiksrechten en bewegingen gedurende het jaar opgenomen:
| (IN € DUIZEND) | Gebouwen | Voertuigen | Machines & uitrusting |
Overige | Totaal |
|---|---|---|---|---|---|
| Per 31 december 2019 | 21.021 | 3.044 | 3.601 | 1 | 27.667 |
| Aanschaffingen | 2.629 | 1.745 | 2.969 | - | 7.343 |
| Buitengebruikstellingen | (267) | (79) | (31) | - | (377) |
| Afschrijvingen | (3.657) | (1.875) | (1.694) | - | (7.226) |
| Overige overdrachten | (8.917) | - | - | - | (8.917) |
| Omrekeningsverschillen | (1.987) | (142) | (326) | - | (2.455) |
| Per 31 december 2020 | 8.821 | 2.694 | 4.519 | - | 16.034 |
| (IN € DUIZEND) | Gebouwen | Voertuigen | Machines & uitrusting |
Totaal |
|---|---|---|---|---|
| Per 31 december 2020 | 8.821 | 2.694 | 4.519 | 16.034 |
| Aanschaffingen | 2.474 | 1.704 | 1.186 | 5.364 |
| Buitengebruikstellingen | (3.396) | (92) | - | (3.487) |
| Afschrijvingen | (2.836) | (1.813) | (1.523) | (6.173) |
| Overige overdrachten | (70) | - | - | (70) |
| Omrekeningsverschillen | (202) | (242) | (880) | (1.324) |
| Per 31 december 2021 | 4.792 | 2.250 | 3.301 | 10.343 |
De € 8,9 miljoen overige overdrachten in 2020 zijn voornamelijk gerelateerd aan de herfinanciering van de onroerende leasing van de fabriek in Fernley (VS) na uitvoering van de aankoopoptie.
In de tabel hieronder worden de erkende leasingschulden (zoals opgenomen onder rentedragende schulden) en de bewegingen gedurende het jaar opgenomen:
| LEASINGSCHULD (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Aan het begin van de periode | 28.802 | 17.835 |
| Aanschaffingen | 7.343 | 5.364 |
| Buitengebruikstellingen | (377) | (3.729) |
| Intrestkosten | 1.477 | 867 |
| Betalingen | (8.476) | (7.252) |
| Overige overdrachten | (9.061) | - |
| Omrekeningsverschillen | (1.874) | (1.612) |
| Aan het eind van de periode | 17.835 | 11.472 |
| Kortlopend | 6.083 | 5.094 |
| Langlopend | 11.751 | 6.378 |
De maturiteitsanalyse van de leasingschulden wordt in Toelichting 18 opgenomen.
De volgende bedragen werden in de geconsolideerde resultatenrekening erkend:
| (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Afschrijvingen van gebruiksrechten leasing | (7.226) | (6.173) |
| Interestkost op leasingschulden | (1.477) | (867) |
| Kosten gerelateerd aan kortlopende leaseovereenkomsten en leaseovereenkomsten voor activa van lage waarde |
(1.890) | (2.155) |
| Totaal bedrag erkend in de resultatenrekening | (10.593) | (9.194) |
De Groep biedt aan bepaalde personeelsleden, kaderleden en leden van het directiecomité de gelegenheid om in te tekenen op aandelenoptie- of warrantplannen.
De verantwoording voor dergelijke beslissing bestaat in de motivatie van die personeelsleden, kaderleden en leden van het directiecomité die op deze manier aandelen in de Groep kunnen verwerven aan relatief gunstige voorwaarden, wat hun betrokkenheid bij de Groep zal vergroten en verbeteren.
IFRS 2 heeft een totale negatieve impact van € 559 duizend op de resultaten van 2021 (2020 € 720 duizend) zoals erkend in 'Overige personeelskosten' in toelichting 3. Opbrengsten en kosten en wordt als volgt uitgesplitst:
De warrantplannen, 'Performance Share' plannen en de aandelenoptieplannen werden gewaardeerd op basis van de binomiale boomstructuur. De volatiliteit werd bepaald op basis van historische gegevens.
Per eind december 2021 bedraagt het saldo van het aantal nog uitoefenbare opties van de optieplannen (2004-2010) 30.750.
Een optie geeft de houder het recht op een Deceuninck NV aandeel te kopen tegen een vaste uitoefenprijs. Met betrekking tot de aandelenoptieplannen die toegekend werden in 2004, 2005, 2008, 2009 en 2010 zijn alle opties uitgeoefend, verbeurd verklaard of vervallen. De opties vervallen indien ze niet zijn uitgeoefend op de laatste dag van de laatste uitoefenperiode.
De opties kunnen voor het eerst worden uitgeoefend na het einde van het derde kalenderjaar na dat waarin het aanbod heeft plaatsgevonden. De lichtingsperiodes van de plannen 2004, 2005 en 2007 werden in 2009 met 5 jaar verlengd.
De uitoefenprijs van de optie is gelijk aan de laagste van (i) de gemiddelde koers van het aandeel op de beurs gedurende dertig dagen die het aanbod voorafgaan of (ii) de laatste slotkoers die voorafgaat aan de dag van het aanbod.
| STOCKOPTIEPLANNEN | 2004 | 2005 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | Totaal |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum van toekenning | 23/12/04 | 22/12/05 | 19/12/07 | 12/12/08 | 27/10/09 | 23/12/10 | |
| Datum van aanvaarding | 21/02/05 | 20/02/06 | 17/02/08 | 11/02/09 | 26/12/09 | 22/02/11 | |
| Aantal begunstigden op datum van toekenning |
33 | 53 | 74 | 68 | 2 | 4 | |
| Uitoefenprijs (EUR) | 22,7 | 22,81 | 15,54 | 2,95 | 1,36 | 1,7 | |
| Toegekend | 49.000 | 66.250 | 70.750 | 70.750 | 75.000 | 75.000 | 470.750 |
| Aanvaard | 35.375 | 64.250 | 64.500 | 64.150 | 75.000 | 75.000 | 425.775 |
| Uitgeoefend | - | - | 1.250 | 73.102 | 70.000 | 144.352 | |
| Verbeurd verklaard | 12.750 | 25.250 | 33.750 | 29.650 | - | 5.000 | 121.400 |
| Vervallen | 22.625 | 39.000 | - | 33.250 | 1.898 | - | 129.273 |
| Saldo 31/12/2021 | - | - | 30.750 | - | - | - | 30.750 |
| Uitoefenbaar 31/12/2021 | - | - | 30.750 | - | - | - | 30.750 |
| Lichtingsperiodes | 2008-2014 | 2009-2015 | 2011-2017 | 2012-2018 | 2013-2019 | 2014-2020 | |
| Verlenging lichtingsperiodes | 2015-2019 | 2016-2020 | 2018-2022 | NVT | NVT | NVT |
| MUTATIES 2020 | 2004 | 2005 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | Totaal | Gewogen gemiddelde uitoefenprijs |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Saldo 2019 | - | 39.000 | 31.750 | - | - | - | 70.750 | 19,55 |
| Aanvaard | - | - | - | - | - | - | - | NVT |
| Uitgeoefend | - | - | - | - | - | - | - | NVT |
| Verbeurd verklaard | - | - | - | - | - | - | - | NVT |
| Vervallen | - | (39.000) | - | - | - | - | (39.000) | 22,81 |
| Saldo 2020 | - | - | 31.750 | - | - | - | 31.750 | 15,54 |
| MUTATIES 2021 | 2004 | 2005 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | Totaal | Gewogen gemiddelde uitoefenprijs |
| Saldo 2021 | - | - | 30.750 | - | - | - | 30.750 | 15,54 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Vervallen | - | - | - | - | - | - | - | NVT |
| Verbeurd verklaard | - | - | (1.000) | - | - | - | (1.000) | NVT |
| Uitgeoefend | - | - | - | - | - | - | - | NVT |
| Aanvaard | - | - | - | - | - | - | - | NVT |
| Saldo 2020 | - | - | 31.750 | - | - | - | 31.750 | 15,54 |
| MUTATIES 2021 | 2004 | 2005 | 2007 | 2008 | 2009 | 2010 | Totaal | gemiddelde uitoefenprijs |
Per eind december 2021 bedraagt het saldo van het aantal nog uitoefenbare warranten 6.362.010. Een warrant geeft de houder het recht op een Deceuninck NV aandeel tegen een vaste uitoefenprijs die overeenstemt met de marktprijs op het ogenblik dat de warrant werd toegewezen. In het kader van de warrantplannen, werden er in de loop van 2021 1.245.806 warranten uitgeoefend. De warranten vervallen indien ze niet zijn uitgeoefend op de laatste dag van de laatste uitoefenperiode. De
warranten kunnen voor het eerst worden uitgeoefend na het einde van het derde kalenderjaar na dat waarin het aanbod heeft plaatsgevonden.
De uitoefenprijs van een warrant wordt vastgelegd door het Remuneratiecomité op datum van aanbod en is gelijk aan het laagste van (i) de gemiddelde koers van het aandeel op de beurs gedurende dertig dagen die het aanbod voorafgaan, of (ii) de laatste slotkoers die voorafgaat aan de dag van het aanbod.
| WARRANTPLANNEN | Plan 2010 | Plan 2010 | Plan 2011 | Plan 2011 | Plan 2011 | Plan 2013 | Plan 2013 | Plan 2013 | Plan 2015 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Datum van toekenning | 31/12/09 | 23/12/10 | 21/12/2011 | 21/12/2012 | 21/12/2012 | 17/12/2013 | 17/12/2013 | 17/12/2014 | 16/12/2015 |
| Datum van aanvaarding | 28/02/10 | 22/02/11 | 15/02/2012 | 17/02/2013 | 17/02/2013 | 14/02/2014 | 14/02/2014 | 16/02/2015 | 15/02/2016 |
| Aantal begunstigden op datum van toekenning |
16 | 37 | 42 | 49 | 1 | 59 | 9 | 66 | |
| Uitoefenprijs (in €) | 1,46 | 1,70 | 0,73 | 1,17 | 1,18 | 1,71 | 1,76 | 1,79 | |
| Aandeelprijs op datum van aanvaarding (in €) |
1,31 | 1,88 | 1,22 | 1,35 | 1,35 | 2,19 | 2,19 | 1,88 | |
| Toegekend | 285.000 | 607.500 | 490.000 | 485.000 | 350.000 | 332.500 | 570.000 | 910.000 | 630.000 |
| Aanvaard | 240.000 | 562.500 | 487.500 | 482.500 | 350.000 | 332.500 | 570.000 | 892.500 | 607.500 |
| Uitgeoefend | 150.000 | 404.999 | 344.999 | 333.331 | 350.000 | 169.992 | 496.666 | 640.826 | 138.330 |
| Verbeurd verklaard | 75.000 | 122.501 | 135.001 | 141.669 | - | 122.506 | 73.334 | 195.838 | 260.000 |
| Vervallen | 15.000 | 35.000 | 7.500 | 7.500 | - | - | - | - | |
| Saldo 31/12/2021 | - | - | - | - | - | 40.002 | - | 55.836 | 209.170 |
| Uitoefenbaar 31/12/2021 | - | - | - | - | - | 40.002 | - | 55.836 | 139.447 |
| Lichtingsperiodes | 2013-2019 | 2014-2019 | 2015-2021 | 2016-2021 | 2016-2021 | 2017-2023 | 2017-2023 | 2018-2023 | 2019-2025 |
| Assumpties | |||||||||
| Volatiliteit | 40% | 40% | 40% | 40% | 40% | 45% | 45% | 45% | 45,00% |
| Risicovrije interest | 3,51% | 3,51% | 2,49% | 0,99% | 0,99% | 0,99% | 0,99% | (0,03%) | (0,28%) |
| Dividend vanaf 2021 (in €) | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | |
| Minimum vereiste winst voor vervroegde uitoefening |
25% | 25% | 25% | 25% | 25% | 25% | 25% | 25% | |
| Bijkomende kans op vervroegde uitoefening |
50% | 50% | 50% | 50% | 50% | 50% | 50% | 50% |
| Totaal | Plan 2021 | Plan 2020 | Plan 2018 | Plan 2018 | Plan 2018 | Plan 2018 | Plan 2017 | Plan 2015 | Plan 2015 | Plan 2015 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 23/12/2021 | 17/12/2020 | 21/12/2019 | 21/12/2019 | 21/12/2018 | 21/12/2018 | 21/12/2017 | 21/12/2016 | 21/12/2016 | 16/12/2015 | |
| 14/02/2022 | 16/02/2021 | 19/02/2019 01/02/2020 01/02/2020 | 19/02/2019 | 19/02/2018 | 21/02/2017 | 21/02/2017 | 15/02/2016 | |||
| 67 | 59 | 14 | 43 | 57 | 57 | 55 | 66 | 8 | 78 | |
| 3,07 | 1,50 | 1,97 | 1,82 | 1,97 | 1,82 | 3,06 | 2,23 | 2,40 | 2,40 | |
| 2,85 | 2,39 | 1,98 | 1,98 | 2,18 | 2,18 | 2,88 | 2,22 | 2,22 | 2,08 | |
| 12.543.000 | 1.302.000 | 1.183.000 | 828.500 | 546.500 | 755.000 | 700.000 | 1.334.000 | 524.000 | 710.000 | 630.000 |
| 11.494.500 | 680.000 | 1.145.000 | 798.500 | 546.500 | 755.000 | 577.000 | 1.233.500 | 524.000 | 710.000 | 607.500 |
| 3.205.141 | - | - | - | - | - | - | 20.000 | 115.998 | 40.000 | 138.330 |
| 1.862.349 | - | 15.000 | 73.500 | 15.000 | 60.000 | 47.000 | 257.000 | 209.000 | 60.000 | 260.000 |
| 65.000 | - | - | - | - | - | - | - | - | - | - |
| 6.362.010 | 680.000 | 1.130.000 | 725.000 | 531.500 | 695.000 | 530.000 | 956.500 | 199.002 | 610.000 | 209.170 |
| 504.952 | - | - | - | - | - | - | - | 66.334 | 203.333 | 139.447 |
| 2025-2031 | 2024-2030 | 2023-2028 | 2023-2028 | 2022-2028 | 2022-2028 | 2021-2027 | 2020-2024 | 2020-2024 | 2019-2025 | |
| 34,74% | 27,70% | 24,80% | 24,80% | 30,00% | 30,00% | 30,00% | 40,00% | 40,00% | 45,00% | |
| 0,12% | (0,24%) | 0,02% | 0,02% | (0,12%) | (0,12%) | 0,13% | (0,32%) | (0,32%) | (0,28%) | |
| 0,05 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | 0,03 | |
| 25% | 25% | 25% | 25% | 25% | 25% | 25% | 25% | 25% | 25% | |
| 50% | 50% | 50% | 50% | 50% | 50% | 50% | 50% | 50% | 50% |
| MUTATIES 2020 | Plan 2011 | Plan 2011 | Plan 2011 | Plan 2013 | Plan 2013 | Plan 2013 | Plan 2015 | Plan 2015 | Plan 2015 |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Saldo 2019 | 7.500 | 40.837 | 51.783 | 100.841 | 306.669 | 650.639 | 430.000 | 710.000 | 373.000 |
| Aanvaard | - | - | - | - | - | - | - | - | - |
| Uitgeoefend | - | 10.834 | 51.783 | - | - | - | - | - | - |
| Verbeurd verklaard | - | 4.168 | - | 8.334 | - | 33.334 | 45.000 | 30.000 | 39.000 |
| Vervallen | - | - | - | - | - | - | - | - | |
| Saldo 2020 | 7.500 | 25.835 | - | 92.507 | 306.669 | 617.305 | 385.000 | 680.000 | 334.000 |
| MUTATIES 2021 | Plan 2011 | Plan 2011 | Plan 2013 | Plan 2013 | Plan 2013 | Plan 2015 | Plan 2015 | Plan 2015 | Plan 2017 |
| Saldo 2020 | 7.500 | 25.835 | 92.507 | 306.669 | 617.305 | 385.000 | 680.000 | 334.000 | 1.051.500 |
| Aanvaard | - | - | - | - | - | - | - | - | - |
| Uitgeoefend | - | 18.335 | 50.005 | 306.669 | 556.469 | 138.330 | 40.000 | 115.998 | 20.000 |
| Verbeurd verklaard | - | - | 2.500 | - | 5.000 | 37.500 | 30.000 | 19.000 | 75.000 |
Saldo 2021 - - 40.002 - 55.836 209.170 610.000 199.002 956.500 530.000 695.000 531.500 725.000 1.130.000 680.000 6.362.010 1,87
Gewogen gemiddelde uitoefenprijs
Gewogen gemiddelde uitoefenprijs
| Gewogen gemid Totaal delde uitoefen prijs |
Plan 2020 | Plan 2018 | Plan 2018 | Plan 2018 | Plan 2018 | Plan 2015 Plan 2017 |
|
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2,25 | 5.106.769 | - | - | - | 755.000 | 545.000 | 373.000 1.135.500 |
| 1,77 | 1.993.500 | 648.500 | 798.500 | 546.500 | - | - | - - |
| 62.617 1,18 |
- | - | - | - | - | - - |
|
| 2,29 | 377.336 | - | 73.500 | - | 60.000 | - | 39.000 84.000 |
| - NVT |
- | - | - | - | - | - - |
|
| 2,12 | 6.660.316 | 648.500 | 725.000 | 546.500 | 695.000 | 545.000 | 334.000 1.051.500 |
| Gewogen Totaal uitoefen |
Plan 2021 | Plan 2020 | Plan 2018 | Plan 2018 | Plan 2018 | Plan 2017 Plan 2018 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| - 6.660.316 |
648.500 | 725.000 | 546.500 | 695.000 | 1.051.500 545.000 |
|
| 1.176.500 | 680.000 | 496.500 | - | - | - | - - |
| - 1.245.806 |
- | - | - | - | 20.000 - |
|
| - 214.000 |
15.000 | - | 15.000 | - | 75.000 15.000 |
|
| - 15.000 |
- | - | - | - | - - |
|
| 6.362.010 | 680.000 | 1.130.000 | 725.000 | 531.500 | 695.000 | 956.500 530.000 |
Het saldo van de uitstaande Performance Share Rights, toegekend aan de leden van het Executive Management ("Begunstigden"), bedraagt 0.
| PRESTATIEGEBONDEN AANDELENPLAN | PLAN 2018 |
|---|---|
| Datum van toekenning | 31/01/18 |
| Datum van aanvaarding | 30/06/18 |
| Aantal begunstigden op datum van toekenning | 8 |
| Aandelenkoers op datum van toekenning | 3,05 |
| Toegekend | 474.394 |
| Aanvaard | 474.394 |
| Uitgeoefend | - |
| Verbeurd verklaard | 147.499 |
| Vervallen | 326.895 |
| Saldo 31/12/2021 | - |
| Uitoefenbaar 31/12/2021 | - |
| Lichtingsperiode | 2021 |
| Assumpties | |
| Volatiliteit | 25% |
| Risicovrije interest | (0,30%) |
| PRESTATIEGEBONDEN AANDELENPLAN MUTATIES | 2020 |
| Saldo 2019 | 441.691 |
| Aanvaard | - |
| Uitgeoefend | - |
| Verbeurd verklaard | (114.459) |
| Vervallen | - |
| Saldo 2020 | 327.232 |
| Risicovrije interest | (0,30%) |
| PRESTATIEGEBONDEN AANDELENPLAN MUTATIES | 2021 |
| Saldo 2020 | 327.232 |
| Aanvaard | - |
| Uitgeoefend | - |
| Verbeurd verklaard | - |
| Vervallen | (327.232) |
| Saldo 2021 | - |
| Risicovrije interest | (0,30%) |
In 2021 heeft de Groep voor € 26 duizend (€ 58 duizend in 2020) aankopen gedaan en geen verkopen (geen verkopen in 2020), gerealiseerd tegen marktconforme prijzen, van of naar bedrijven waartoe Bestuurders van de Groep, tevens aandeelhouders van de Groep, gerelateerd zijn.
De aankopen hebben voornamelijk betrekking op onderhoud en herstellingen van voertuigen.
Verder heeft de Groep in 2021 geen (€ 17 duizend in 2020) aankopen gedaan en voor € 1.053 duizend verkopen (€ 639 duizend in 2020) gedaan, gerealiseerd tegen marktconforme prijzen, van of naar So Easy Belgium BV of daaraan verbonden ondernemingen. Zowel de aankopen als de verkopen waren voornamelijk gerelateerd aan het doorrekenen van gemaakte kosten en geleverde diensten.
Op jaareinde 2021 heeft de Groep een openstaande vordering van € 4.988 duizend (€ 2.756 duizend in 2020) en een openstaande schuld van € 166 duizend (€ 15 duizend in 2020) ten opzichte van So Easy Belgium BV of daaraan verbonden ondernemingen. De openstaande vordering is voornamelijk gerelateerd aan de financiering van het werkkapitaal van So Easy Belgium BV of daaraan verbonden ondernemingen.
De totale remuneratie betaald aan de leden van de Raad van Bestuur in het boekjaar 2021 bedroeg € 422 duizend (€ 297 duizend in 2020). Dit bedrag omvat een additionele vergoeding voor de Bestuurders voor hun aanwezigheid in de comités waarvan ze lid zijn. Deze remuneratie wordt toegekend door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders en wordt geboekt als algemene kosten.
Indien Bestuurders belast worden met bijzondere taken en projecten kunnen ze hiervoor een gepaste remuneratie ontvangen.
In 2021 ontving de voormalige CEO een remuneratie (vast en variabel) van € 799 duizend (in 2020 was dit € 966 duizend). De overige leden van het DirCo (management comité bestaande uit de CEO, de CFO en de General Counsel), met uitzondering van de voormalige CEO,
ontvingen een totale vergoeding (vast en variabel) van € 667 duizend (in 2020 was dit € 821 duizend ). De overige leden van het Executive Management ontvingen een totale vergoeding (vast en variabel) van € 1.100 duizend (in 2020 was dit een totale vergoeding van € 1.607 duizend).
Het detail van deze vergoedingen wordt verder toegelicht in de rubriek Verklaring inzake deugdelijk bestuur van dit jaarverslag.
De evaluatiecriteria voor prestaties van de voormalige CEO en de overige leden van het DirCo waren: REBITDA Groep (60%) en Adjusted Free Cash Flow Groep (35%) en niet-financiële criteria (5%). Voor de andere leden van het Executive Management waren de evaluatiecriteria: REBITDA Groep (15%), REBITDA Regio (45%), Adjusted Free Cash Flow Groep (10%) en Adjusted Free Cash flow Regio (25%) en niet financiële criteria (5%) van toepassing.
Er worden eveneens opties en/of warranten op aandelen van de vennootschap Deceuninck NV toegekend aan leden van het Executive Management. Op 29 juni 2021 aanvaardde de Raad van Bestuur een nieuw warrantenplan ("Warrantenplan 2021") met 3.000.000 inschrijvingsrechten. Op 16 december 2021 werden 350.000 warranten aan de voormalige CEO toegekend, 50.000 warranten aan de nieuwe CEO en 60.000 warranten aan zowel de CFO, General Counsel, de CEO Europa, de CEO Turkije als de CEO Verenigde Staten. Deze warrantenplannen zijn niet gekoppeld aan de prestaties van de Groep.
In 2021 werden op totale Groepsniveau volgende prestaties van de commissaris ten laste genomen van het resultaat:
| Auditdiensten | € 531.770 |
|---|---|
| Andere opdrachten | € 35.700 |
Er zijn geen aanwijzingen van factoren die de continuïteit van de activiteiten in het gedrang kunnen brengen.
De belangrijkste financiële risico's waarmee de Groep geconfronteerd wordt zijn wisselkoersrisico, intrestrisico, kredietrisico en liquiditeitsrisico.
Het wisselkoersrisico binnen de Groep kan opgesplitst worden in twee categorieën: translatierisico en transactierisico
Translatierisico ontstaat wanneer de resultaten en balansposten van entiteiten buiten de eurozone omgerekend worden naar de rapporteringsmunt van de Groep, namelijk de euro. De munten die de belangrijkste translatierisico's inhouden zijn de US dollar en de Turkse lira. Dit soort wisselkoersrisico wordt niet ingedekt.
Transactierisico ontstaat wanneer een entiteit van de Groep transacties afsluit die afgerekend zullen worden in een munt die niet de functionele munt is van die entiteit. Transactierisico kan bij Deceuninck zowel van operationele als van financiële aard zijn.
Wanneer het transactierisico veroorzaakt wordt door aan- en verkopen in vreemde munt als gevolg van
In sectie 25 Risico's en onzekerheden – Kredietrisico en liquiditeitsrisico's werden hiervoor bijkomende toelichtingen opgenomen.
de commerciële activiteiten van de Groep buiten de eurozone wordt het beschouwd als operationeel. De belangrijkste operationele transactierisico's vinden hun oorsprong in aankopen van grondstoffen in Euro of in US dollar door de Turkse dochterondernemingen. Verkopen in euro door deze Turkse dochterondernemingen beperken dit risico wat.
Wanneer het transactierisico gerelateerd is aan leningen in vreemde munt wordt het beschouwd als financieel. De belangrijkste transactierisico's van financiële aard komen voort uit leningen in euro bij de Turkse dochtervennootschap Ege Profil. Het is belangrijk in acht te nemen dat leningen in euro op de balans van Ege Profil in zekere mate op natuurlijke wijze ingedekt zijn door de netto positie aan handelsvorderingen en -schulden in euro op hun lokale balans. De resterende blootstelling wordt financieel ingedekt met termijncontracten. Zie ook verder hieronder.
Bepaalde intra-groepsleningen waarvoor een terugbetaling niet gepland is in de nabije toekomst worden beschouwd als 'Net Investment in Foreign Operations'. Als zodanig worden de wisselkoersresultaten op deze intra-groepsleningen direct verwerkt in de gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten en maken een afzonderlijke component uit van het eigen vermogen tot op datum van de verkoop of liquidatie van de buitenlandse activiteit.
De Groep streeft ernaar de impact op de resultatenrekening van wisselkoersschommelingen op monetaire activa en passiva op de balans tot een minimum te beperken. Deze wisselkoersrisico's worden zo veel mogelijk op natuurlijke wijze ingedekt ('natural hedging') door monetaire activa in een bepaalde munt (bijvoorbeeld handelsvorderingen) af te zetten tegenover monetaire passiva (bijvoorbeeld handelsschulden) in diezelfde munt. Het wisselkoersrisico dat overblijft na maximalisatie van deze natuurlijke indekking wordt ingedekt met financiële instrumenten ('financial hedging') indien de kost hiervoor als redelijk wordt beschouwd.
De belangrijkste financiële instrumenten die de Groep gebruikt ter indekking van wisselkoersrisico's zijn termijncontracten met een looptijd van maximaal drie maanden.
Daarnaast heeft de Groep als politiek haar dochterondernemingen zo veel mogelijk te vrijwaren van wisselkoersrisico's. Dit houdt in dat dergelijke risico's hoofdzakelijk op niveau van de moedermaatschappij Deceuninck NV worden gecentraliseerd en beheerd. Wisselkoersrisico's bij de Turkse dochteronderneming Ege Profil worden van nabij opgevolgd vanuit Corporate Treasury, maar worden door de Turkse dochtermaatschappij ingedekt bij lokale banken.
Onderstaande tabel geeft een overzicht van de bestaande valutatermijncontracten, gegroepeerd per munt, per eind december 2021:
| AAN- OF VERKOOP | Munteenheid | Bedrag | Vervaldatum | Marktwaardering 2021 |
|---|---|---|---|---|
| Toekomstige verkopen | BRL | 16.099.878 | Q1 2022 | (4.585) |
| CLP | 6.214.699.628 | Q1 2022 | (26.878) | |
| HRK | 53.629.384 | Q1 2022 | (4.217) | |
| INR | 432.915.525 | Q1 2022 | (91.905) | |
| PLN | 54.000.000 | Q1 2022 | (74.630) | |
| MXN | 28.024.750 | Q1 2022 | (45.215) | |
| RUB | 851.384.000 | Q1 2022 | 316.380 | |
| TRY | 320.640.300 | Q1 2022 | 2.522.674 | |
| USD | 3.414.000 | Q1 2022 | (80.820) | |
| Toekomstige aankopen | CZK | 335.000.000 | Q1 2022 | 281.417 |
| GBP | 138.000 | Q1 2022 | 3.333 | |
| TRY | 75.950.000 | Q1 2022 | (167.446) |
Met toekomstige transacties worden toekomstige aanen verkopen in vreemde munt bedoeld die nog niet als monetair actief of passief erkend zijn op de balans. In principe worden deze transacties niet ingedekt echter wordt hier soms van afgeweken indien zich opportuniteiten voordoen op de wisselmarkten. Bij erg gunstige wisselkoersen wordt dan een gedeelte van de toekomstige aankopen in Turkije in Euro of US dollar ingedekt
Zoals vereist onder IFRS 7, Financiële instrumenten: Informatieverschaffing, werd een sensitiviteitsanalyse uitgevoerd op de evolutie van de wisselkoersen. Aan de hand van de volatiliteit van de relevante munten, hebben we de impact van mogelijke wijzigingen van de wisselkoersen voor deze munten t.o.v. de euro als volgt geraamd:
| Munt | Bedrag (in € duizend) |
Slotkoers 31/12/2021 |
Mogelijke volatiliteit van de wisselkoers in % ** |
Koers gebruikt voor Effect op herwaardering sensitiviteitsanalyse (in € duizend) |
|||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| USD | 430 | 1,1326 | 2,65% | 1,1626 | 1,1026 | (10) | 10 |
| GBP | 28 | 0,8403 | 2,63% | 0,8624 | 0,8182 | (1) | 1 |
| PLN | 1.183 | 4,5969 | 2,68% | 4,7201 | 4,4737 | (7) | 7 |
| CZK | 9.429 | 24,8580 | 1,99% | 25,3527 | 24,3633 | (7) | 8 |
| TRY | 17.998 | 15,0867 | 21,04% | 18,2609 | 11,9125 | (207) | 318 |
| RUB | 8.668 | 84,0696 | 5,07% | 88,3318 | 79,8072 | (5) | 6 |
| Totaal | (237) | 349 |
* Balansposities na financiële afdekking (netto blootstelling)
** 3 maand volatiliteit
Indien de euro tijdens 2021 zou verzwakt/versterkt zijn a rato van de bovenstaande mogelijke koersen, dan zou de winst van het boekjaar ongeveer € 349 duizend hoger/ € 237 duizend lager geweest zijn.
Het merendeel van de openstaande financiële schuld per 31 december 2021 is aangegaan met een vaste intrestvoet. Slechts een beperkt deel (€ 2,9 miljoen) werd aan een variabele intrestvoet (EURIBOR + marge) aangegaan. Een stijging van de intrestvoeten met 1,00 % zou bijgevolg een korte termijn impact op onze financiële resultaten van ongeveer € 29 duizend hebben. De impact van hogere intrestvoeten zou gradueel kunnen stijgen wanneer leningen op hun vervaldatum geherfinancierd zouden moeten worden.
De producten van Deceuninck worden praktisch uitsluitend gebruikt binnen de bouwsector. Vandaar dat het kredietrisico ook sterk afhankelijk is van de bouwconjunctuur en de algemene economische toestand.
Teneinde het kredietrisico minimaal te houden, wordt het betalingsgedrag van de iedere klant nauwlettend opgevolgd. Deceuninck werkt met kredietverzekering teneinde het kredietrisico op klanten te beperken. Er werden twee polissen afgesloten met twee
verschillende verzekeringsmaatschappijen. Commerciële kredietlimieten, gebaseerd op financiële en zakelijke informatie, kunnen afwijken van de verzekerde limieten. Sinds de COVID-19 pandemie hebben wij echter veel inspanningen geleverd om onze commerciële limieten te verlagen en ze zoveel mogelijk te laten overeenstemmen met de door de verzekeringsmaatschappij gedekte bedragen, om zo ons kredietrisico verder in te perken. In gevallen waarin de verzekerde limiet niet toereikend is, hebben wij getracht extra garanties van onze klanten te verkrijgen (bv. bankgaranties, orderbriefjes, kredietbrieven, verpanding van de activa van de klant (machines, gebouwen, terreinen etc.)).
Als een gevolg van de verhoogde onzekerheid m.b.t. COVID-19 heeft de Groep doorheen 2021 strikt kredietmanagement toegepast om de potentiële kredietverliezen als gevolg van faillissementen van klanten te beperken. Het betalingsgedrag van onze klanten werd van dichtbij opgevolgd en onbetaalde facturen resulteerden meteen in een blokkering van alle openstaande orders. Doorheen 2021 heeft de Groep ook haar klanten geholpen door hen te informeren met betrekking tot de beschikbare overheidssteunmaatregelen waarvoor ze in aanmerking komen.
De Groep Deceuninck beschikt over ruim voldoende liquide middelen en door de banken toegezegde
kredietlijnen voor de financiering van haar bedrijfsactiviteiten en er zijn geen indicatoren die twijfels bij de assumptie van continuïteit veroorzaken.
Hoewel er geen aanwijzingen zijn, zouden er liquiditeitsproblemen kunnen ontstaan als de obligatielening van € 100 miljoen niet op of voor de vervaldatum kan worden geherfinancierd. De onderneming evalueert momenteel verschillende herfinancieringsalternatieven, maar er is nog geen beslissing genomen.
Liquiditeitsproblemen zouden eventueel op het niveau van de 'Restricted Group' kunnen voorkomen in het geval van niet-naleving van bepaalde convenanten uit de gesyndiceerde leningsovereenkomst of de obligatielening als die niet binnen de vooropgestelde termijn geremedieerd wordt. In dat geval worden de bedragen onder de gesyndiceerde leningsovereenkomst of de obligatielening mogelijk meteen opeisbaar en betaalbaar, wat mogelijk de liquiditeitspositie van Deceuninck zou aantasten.
Bij de Turkse dochtermaatschappij zouden zich liquiditeitsproblemen kunnen voordoen indien kredieten die op vervaldag komen, niet geherfinancierd zouden kunnen worden via lokale Turkse banken. Gezien de uitstekende reputatie en solide financiële cijfers van de Turkse dochterondernemingen van de Groep is dit echter weinig waarschijnlijk.
Om eventuele "events of default" als gevolg van niet-
naleving van financiële convenanten in een vroeg stadium te detecteren en de Groep in staat te stellen de nodige maatregelen te nemen, wordt een middellange termijn budget up-to-date gehouden waarvan het effect op de convenanten gesimuleerd wordt.
Naast het hierboven vermelde risico op niet-naleving van de financiële convenanten is het liquiditeitsrisico ook gekoppeld aan de evolutie van het werkkapitaal van de Groep, dat sterk onderhevig is aan seizoenschommelingen en aan het investeringsniveau van de Groep, dat hiertoe van nabij opgevolgd wordt.
Er werden doorheen het jaar en doorheen het budgetteringsproces simulaties gemaakt om de impact van COVID-19 op de liquiditeit in kaart te brengen. Deze brachten geen significante liquiditeitsproblemen naar boven. Daarenboven werden alle convenanten met voldoende overschot ten opzichte van de gestelde ratio's voldaan.
Hieronder wordt een vergelijking gemaakt tussen de netto-boekwaarde en de reële waarde van de financiële instrumenten opgenomen in de jaarrekening. De reële waarde van de leningen werd berekend door het bepalen van de verwachte toekomstige kasstromen en door deze te verdisconteren op basis van de gangbare rentevoeten.
| FINANCIËLE INSTRUMENTEN (IN € DUIZEND) |
Nettoboekwaarde | Reële waarde | ||
|---|---|---|---|---|
| 2020 | 2021 | 2020 | 2021 | |
| Financiële activa | ||||
| Liquide middelen | 105.623 | 72.885 | 105.623 | 72.885 |
| Overige vaste activa - handelsvorderingen | 326 | - | 326 | - |
| Handelsvorderingen | 69.301 | 90.756 | 69.301 | 90.756 |
| Financiële vaste activa | 10 | 9 | 10 | 9 |
| Afgeleide financiële instrumenten | 520 | 3.278 | 520 | 3.278 |
| Financiële passiva | ||||
| Leningen met variabele rentevoet | 9.290 | 2.706 | 9.276 | 2.706 |
| Leningen met vaste rentevoet | 133.966 | 120.590 | 135.466 | 122.795 |
| Financiële leasing | 17.835 | 11.472 | 17.835 | 11.472 |
| Afgeleide financiële instrumenten | 980 | 650 | 980 | 650 |
De Groep gebruikt de onderstaande hiërarchische classificatie voor het bepalen en toelichten van de reële waarde van financiële instrumenten door middel van een waarderingstechniek:
De reële waardes zoals bepaald onder niveau 2 zijn gebaseerd op de marktwaarderingen (MTM/ 'mark-tomarket') berekeningen van de financiële instellingen die de financiële instrumenten aanleveren.
Voor de periode eindigend op 31 december 2021, waren er geen transfers tussen de waardering van reële waarde van Niveau 1 en Niveau 2, en geen transfers naar en uit de waardering van de reële waarde van Niveau 3.
Op 31 december 2020 hield de Groep de volgende financiële instrumenten:
| AFGELEIDE FINANCIËLE INSTRUMENTEN - HIËRARCHISCHE CLASSIFICATIE VAN DE REËLE WAARDE (IN € DUIZEND) |
2020 | Niveau 1 | Niveau 2 | Niveau 3 |
|---|---|---|---|---|
| Wisseltermijncontracten | 520 | - | 520 | - |
| Activa aan reële waarde | 520 | - | 520 | - |
| Wisseltermijncontracten | 980 | - | 980 | - |
| Passiva aan reële waarde | 980 | - | 980 | - |
Op 31 december 2021 hield de Groep de volgende financiële instrumenten:
| AFGELEIDE FINANCIËLE INSTRUMENTEN - HIËRARCHISCHE CLASSIFICATIE VAN DE REËLE WAARDE (IN € DUIZEND) |
2021 | Niveau 1 | Niveau 2 | Niveau 3 |
|---|---|---|---|---|
| Wisseltermijncontracten | 3.278 | - | 3.278 | - |
| Activa aan reële waarde | 3.278 | - | 3.278 | - |
| Wisseltermijncontracten | 650 | - | 650 | - |
| Passiva aan reële waarde | 650 | - | 650 | - |
De Groep heeft volgende niet in de balans opgenomen verplichtingen per 31 december 2021:
Er zijn geen belangrijke gebeurtenissen na balansdatum.
Alle financiële rapporteringsperiodes sluiten af per 31 december 2021, behalve Deceuninck Profiles India Private Limited, zoals vermeld in Toelichting 1.
Overzicht van de volledig geconsolideerde dochtermaatschappijen:
| Deelnemingspercentage | |||
|---|---|---|---|
| NAAM VAN DE VENNOOTSCHAP | MAATSCHAPPELIJKE ZETEL | 2020 | 2021 |
| AUSTRALIË | |||
| Warehouse B | |||
| Deceuninck Pty. Ltd. | 88-106 Kyabram Street VIC 3048 Coolaroo |
100,00 | 100,00 |
| BELGIË | |||
| Solardec CV | Bruggesteenweg 360 8830 Hooglede-Gits |
28,77 | 28,77 |
| Plastics Deceuninck NV | Bruggesteenweg 360 8830 Hooglede-Gits |
100,00 | 100,00 |
| Tunal NV | Bruggesteenweg 360 8830 Hooglede-Gits |
100,00 | 100,00 |
| BOSNIË EN HERZEGOVINA | |||
| Deceuninck d.o.o | Prvi mart bb 75270 Zivinice |
100,00 | 100,00 |
| BRAZILIË | |||
| Rua da Barra 242 Parque Rincão CEP 06705 420 |
|||
| Deceuninck do Brazil | Cotia – São Paulo | 100,00 | 100,00 |
| BULGARIJE | |||
| 41 Sankt Peterburg Blvd | |||
| Deceuninck Bulgaria EOOD | 4000 Plovdiv | 100,00 | 100,00 |
| CHILI | |||
| El Otoño 472 | |||
| Deceuninck Importadora Limitada | Lampa 9390306 Santiago |
99,99 | 99,99 |
| KROATIË | |||
| Industrijska ulica 3 | |||
| Inoutic d.o.o. | 10370 Dugo Selo (Zagreb) | 100,00 | 100,00 |
| Kipišće 13 | |||
| Deceuninck d.o.o | 10434 Strmec Samoborski | 100,00 | 100,00 |
| TSJECHISCHE REPUBLIEK | |||
| Deceuninck Spol. s r.o | Tuřanka 1519/115a 627 00 Brno-Slatina |
100,00 | 100,00 |
| COLOMBIA | |||
| Deceuninck S.A.S. | Zona France Parque Central - Variante Turbaco CII 1 Cra 2-5 DUP 1 Bdg 15 Turbaco - Colombia |
100,00 | 100,00 |
| FRANKRIJK | |||
| Deceuninck S.A.S. | Zone Industrielle – Impasse des Bleuets 80700 Roye |
100,00 | 100,00 |
| DUITSLAND | |||
| Deceuninck Germany GmbH | Bayerwaldstrasse 18 94327 Bogen |
100,00 | 100,00 |
| Deceuninck Germany Produktions GmbH & Co KG |
Bayerwaldstrasse 18 94327 Bogen |
100,00 | 100,00 |
| NAAM VAN DE VENNOOTSCHAP | Deelnemingspercentage | ||
|---|---|---|---|
| MAATSCHAPPELIJKE ZETEL | 2020 | 2021 | |
| Deceuninck Holding Germany GmbH | Bayerwaldstrasse 18 94327 Bogen |
100,00 | 100,00 |
| INDIA | |||
| Ege Profil Tic, ve San. A.S. (branch) | Mannur Village No 523 B Block Mannur Village – Sriperumbudur Taluk 631203 Chennai |
88,47 | 88,32 |
| Deceuninck Profiles India Private Limited | Building 09. Casa Grande Distripark Satharai Village. Thiruvallur Taluk Thiruvallur Thiruvallur TN 631203 |
88,47 | 88,44 |
| ITALIË | |||
| Deceuninck Italia S.r.l. | Via Padre Eugenio Barsanti. 1 56025 Pontedera (PI) |
100,00 | 100,00 |
| LITOUWEN | |||
| Deceuninck Baltic UAB (in liquidation) | Saltoniskiu str. 29/3 08105 Vilnius |
100,00 | 100,00 |
| MEXICO | |||
| Deceuninck de Mexico | Huajuapan No. 809 Int 2 C. Coronango 72680 Puebla |
100,00 | 100,00 |
| POLEN | |||
| Deceuninck Poland Sp. z o.o. | Jasin. Ul Poznanska 34 62-020 Swarzedz |
100,00 | 100,00 |
| ROEMENIË | |||
| Deceuninck Romania SRL | Sos. De Centura nr. 13A Complex "Key Logistics Center 077040 Chiajna town Jud.Ilfov |
100,00 | 100,00 |
| RUSLAND | |||
| Deceuninck Rus OOO | Butlerova str., 17, room 5106 117342 Moscow |
100,00 | 100,00 |
| THAILAND | |||
| Deceuninck (Thailand) Co. Ltd. | 2/3 Bangna Towers A 17fl RM 1704B Bangna-Trad. Km 6.5 Bangkaew. Bangplee Samutprakarn 10540 |
74,00 | 74,00 |
| Asia Profile Holding Co. Ltd. | 2/3 Bangna Towers A 17fl RM 1704B Bangna-Trad. Km 6.5 Bangkaew. Bangplee Samutprakarn 10540 |
48,95 | 48,95 |
| NEDERLAND | |||
| Deceuninck Kunststof BV | Basisweg 10 1043AP Amsterdam |
100,00 | 100,00 |
| TURKIJE | |||
| Ege Profil Ticaret ve Sanayi A.Ş | Atatürk Plastik OSB Mahallesi. 5. Cadde No: 4 Menemen/İZMİR 35660 IZMIR |
88,47 | 88,32 |
| NAAM VAN DE VENNOOTSCHAP | Deelnemingspercentage | ||
|---|---|---|---|
| MAATSCHAPPELIJKE ZETEL | 2020 | 2021 | |
| Ege Pen A.Ş | Atatürk Plastik OSB Mahallesi. 5. Cadde No: 4 Menemen/İZMİR 35660 IZMIR |
99,99 | 100,00 |
| VERENIGD KONINKRIJK | |||
| Deceuninck Ltd. | 2 Temple Back East Temple Quay Bristol BS1 6EG |
100,00 | 100,00 |
| Status Systems PVCU Ltd. | 2 Temple Back East Temple Quay Bristol BS1 6EG |
100,00 | 100,00 |
| Range Valley Extrusions Ltd. | 2 Temple Back East Temple Quay Bristol BS1 6EG |
100,00 | 100,00 |
| Deceuninck Holdings (UK) Ltd. | 2 Temple Back East Temple Quay Bristol BS1 6EG |
100,00 | 100,00 |
| VERENIGDE STATEN | |||
| Deceuninck North America Inc. | 351 North Garver Road Monroe. 45050 Ohio |
100,00 | 100,00 |
| Deceuninck North America. LLC | 351 North Garver Road Monroe. 45050 Ohio |
100,00 | 100,00 |
Entiteiten opgenomen onder vermogensmutatiemethode, zie Toelichting 8.
| NAAM VAN DE VENNOOTSCHAP | MAATSCHAPPELIJKE ZETEL | Deelnemingspercentage | |
|---|---|---|---|
| 2020 | 2021 | ||
| BELGIË | |||
| So Easy Belgium BV | Stokkelaar 13 9160 Lokeren |
50,00 | 50,00 |
| POLEN | |||
| So Easy System Sp. Z.o.o. | ul. Dunska 4 05-152 Czosnow |
50,00 | 50,00 |
| Decalu Solutions Sp. Z.o.o. | ul. Dunska 4 05-152 Czosnow |
51,00 | 51,00 |
| Winco Sp. Z.o.o.* | ul. Dunska 4 05-152 Czosnow |
50,00 |
* Winco Sp. Z.o.o. is gefuseerd met So Easy System Sp. Z.o.o.


Asia Profile Holding CO. Ltd. 48,95% Deceuninck (Thailand) CO. Ltd. 49%
De volgende pagina's zijn uittreksels van het enkelvoudige jaarverslag en de jaarrekening van Deceuninck NV. De integrale versie van de enkelvoudige jaarrekening en het jaarverslag zal op eenvoudig verzoek beschikbaar zijn en vrij te raadplegen op de website binnen de termijnen zoals voorzien in het Wetboek van Vennootschappen. De enkelvoudige jaarrekening
en jaarverslag zijn opgesteld volgens de Belgische wettelijke bepalingen dewelke aanzienlijk afwijken van de IFRS boekhoudprincipes van toepassing op de geconsolideerde jaarrekening. Bij de 2021 enkelvoudige jaarrekening van Deceuninck NV werd door de commissaris een goedgekeurde verklaring zonder voorbehoud gegeven.
| De resultatenrekening per 2021 wordt als volgt gepresenteerd: | |||
|---|---|---|---|
| RESULTATENREKENING (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Bedrijfsopbrengsten | 196.056 | 267.800 |
| Bedrijfskosten | (184.204) | (260.148) |
| Bedrijfswinst (+) / verlies (-) | 11.852 | 7.652 |
| Financiële opbrengsten | 45.498 | 9.838 |
| Financiële kosten | (58.216) | (10.326) |
| Winst (+) / verlies (-) van het boekjaar voor belasting | (866) | 7.164 |
| Winstbelastingen | (678) | (259) |
| Winst (+) / verlies (-) van het boekjaar | (1.544) | 6.905 |
| Winst (+) / verlies (-) van het boekjaar beschikbaar voor resultaatsverwerking | (1.544) | 6.905 |
De bedrijfsinkomsten zijn gestegen door een hogere omzet. Hogere grondstofprijzen leidden tot hogere verkoopprijzen en ondersteunden zo ook de bedrijfsopbrengsten. De bedrijfskosten zijn gestegen door een ongunstige evolutie van de grondstofprijzen, hogere energieprijzen en hogere personeelskosten. Terwijl de personeelskosten in 2020 werden beïnvloed door de COVID-19 pandemie (die leidde tot lagere productieniveaus in de fabrieken en tijdelijke
werkloosheidsmaatregelen van de overheid), werden de activiteiten in 2021 veel minder doorbroken door de pandemie.
De financiële inkomsten bestaan voornamelijk uit dividenden en interesten ontvangen van dochtermaatschappijen terwijl de financiële kosten bestaan uit interestlasten en wisselkoersverliezen.
| BALANS | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Immateriële vaste activa | 3.146 | 2.292 |
| Materiële vaste activa | 31.907 | 31.438 |
| Financiële vaste activa | 199.289 | 210.471 |
| Overige vaste activa | 72.951 | 53.884 |
| Vaste activa | 307.293 | 298.085 |
| Voorraden | 27.505 | 38.258 |
| Handelsvorderingen | 36.400 | 48.598 |
| Overige vorderingen | 23.392 | 29.333 |
| Liquide middelen | 25.229 | 8.194 |
| Overige vlottende activa | 4.846 | 3.788 |
| Vlottende activa | 117.372 | 128.171 |
| TOTAAL ACTIVA | 424.665 | 426.256 |
| Geplaatst kapitaal | 53.950 | 54.441 |
| Uitgiftepremies | 92.591 | 94.494 |
| Reserves | 15.466 | 15.520 |
| Ingehouden winst | 55.760 | 54.333 |
| Eigen vermogen | 217.767 | 218.788 |
| Voorzieningen en uitgestelde belastingen | 866 | 777 |
| Schulden op meer dan één jaar | 100.000 | - |
| Schulden op ten hoogste één jaar | 104.521 | 205.597 |
| Overige schulden | 1.511 | 1.094 |
| Schulden | 206.032 | 206.691 |
| TOTAAL PASSIVA | 424.665 | 426.256 |
De belangrijkste mutaties betreffen:
vordering naar overige vorderingen op ten hoogste één jaar;
De Raad van Bestuur van Deceuninck NV zal een dividend van 0,06 euro per aandeel voorstellen aan de Algemene vergadering.
| DECEUNINCK NV RESULTAATSVERWERKING (IN € DUIZEND) | 2020 | 2021 |
|---|---|---|
| Winst / (verlies) van het huidig boekjaar beschikbaar voor resultaatsverwerking | (1.544) | 6.905 |
| Overgedragen resultaat van vorig boekjaar | 64.141 | 55.760 |
| Te verwerken resultaat | 62.597 | 62.665 |
| Dividend | 6.836 | 8.278 |
| Overgedragen resultaat | 55.760 | 54.387 |
| TOTAAL | 62.596 | 62.665 |
Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering van aandeelhouders over de geconsolideerde jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2021
23 februari 2022
In het kader van de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Deceuninck NV (de "Vennootschap") en haar filialen (samen "de Groep"), leggen wij u ons commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de geconsolideerde jaarrekening en de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Het vormt één geheel en is ondeelbaar.
Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van commissaris door de algemene vergadering van 28 april 2020, overeenkomstig het voorstel van de raad van bestuur en uitgebracht op aanbeveling van het auditcomité en op voordracht van de ondernemingsraad. Ons mandaat loopt af op de datum van de algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2022. Wij hebben de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap uitgevoerd gedurende 2 opeenvolgende boekjaren.
Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van de Groep, die de geconsolideerde balans op 31 december 2021 omvat, alsook de geconsolideerde resultatenrekening, het overzicht van de geconsolideerde gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, het geconsolideerd overzicht van de mutaties in het eigen vermogen en het geconsolideerd kasstroomoverzicht over het boekjaar afgesloten op die datum, en de toelichting met de belangrijkste gehanteerde grondslagen voor
financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Deze geconsolideerde jaarrekening vertoont een geconsolideerd balanstotaal van EUR '000 675.089 en een nettowinst van het boekjaar van EUR '000 33.990, toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedermaatschappij.
Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de geconsolideerde financiële toestand van de Groep per 31 december 2021, alsook van zijn geconsolideerde resultaten en van zijn geconsolideerde kasstromen over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.
Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISA's) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door de IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op de huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd zijn op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie "Verantwoordelijkheden van de commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening" van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid.
Wij hebben van de raad van bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controleinformatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
Kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.
De provisie voor verwachte kredietverliezen voor handelsvorderingen bedraagt EUR '000 9.991 op 31 december 2021. De Groep past de vereenvoudigde methode toe in de berekening van de effectieve kredietverliezen onder IFRS 9 'Financiële Instrumenten', waarbij verwachte kredietverliezen overheen de looptijd erkend kunnen worden op het moment van het boeken van een handelsvordering. De Groep heeft een matrix opgesteld waarin de verwachte kredietverliezen berekend worden op basis van historisch vastgestelde insolventiecijfers, aangevuld met parameters voor specifieke toekomstverwachtingen voor de debiteuren en economische factoren die de terugbetalingscapaciteit van de klanten reflecteren gebaseerd op geografische regio, type van klant, achterstandsstatus, kredietverzekering en andere garanties. Aanvullend bij deze algemene methode voorziet de Groep individueel opgevolgde risico's die niet opgenomen zijn in de matrix.
De waarderverminderingen op handelsvorderingen zijn belangrijk voor onze controle vanwege de omvang van het bedrag van de brutohandelsvorderingen (EUR '000 100.747) en de bijhorende waardeverminderingen, het verhoogde kredietrisico vanwege de COVID-19 pandemie, en omdat de bepaling van de waardeverminderingen inschattingen van het management vereist met betrekking tot de invorderbaarheid van de handelsvorderingen van de Groep op basis van de hierboven vermelde elementen.
Onze controleprocedures omvatten onder andere het volgende:
• Beoordeling van de adequaatheid van de informatie opgenomen in Toelichting 12 (waardevermindering op handelsvorderingen) en Toelichting 25 (kredietrisico) van de geconsolideerde jaarrekening.
We zijn tot de bevinding gekomen dat de management gehanteerde beoordelingen met betrekking tot het model van de verwachte kredietverliezen binnen een aanvaardbare vork van redelijke inschattingen liggen.
De raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor de interne beheersing die de raad van bestuur noodzakelijk acht voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.
Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening is de raad van bestuur verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Groep om zijn continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de raad van bestuur het voornemen heeft om de Groep te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen, of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen.
Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de geconsolideerde jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten,
en het uitbrengen van een commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA's is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze geconsolideerde jaarrekening, beïnvloeden.
Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader na dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België. Een wettelijke controle biedt evenwel geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Groep, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee de raad van bestuur de bedrijfsvoering van de Groep ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door de raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling worden hieronder beschreven.
Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA's, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit:
• Het identificeren en inschatten van de risico's dat de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico's inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het omzeilen van de interne beheersing;
verantwoordelijk voor de aansturing van, het toezicht op en de uitvoering van de groepscontrole. Wij blijven ongedeeld verantwoordelijk voor ons oordeel.
Wij communiceren met het auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle.
Wij verschaffen aan het auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen.
Uit de aangelegenheden die met het auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving.
De raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, het verslag van nietfinanciële informatie gehecht aan het jaarverslag, en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport over de geconsolideerde jaarrekening.
In het kader van onze opdracht en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA's), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, het verslag van nietfinanciële informatie gehecht aan het jaarverslag, en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport over de geconsolideerde jaarrekening te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen.
Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de geconsolideerde jaarrekening voor hetzelfde boekjaar en is opgesteld overeenkomstig het artikel 3:32 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.
In de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen tijdens de controle, of het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, dienen wij u geen afwijking van materieel belang te melden.
De op grond van artikel 3:32, §2 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vereiste niet-financiële informatie werd opgenomen in het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening dat deel uitmaakt van het jaarrapport over de geconsolideerde jaarrekening. De Vennootschap heeft zich bij het opstellen van deze nietfinanciële informatie gebaseerd op het referentiekader van de Global Reporting Initiative (GRI) Standards.
Overeenkomstig artikel 3:80, §1, 5° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen spreken wij ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie is opgesteld in overeenstemming met de Global Reporting Initiative (GRI) Standards zoals opgenomen in het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening.
Overeenkomstig de ontwerpnorm inzake de controle van de overeenstemming van de financiële overzichten met het Europees uniform elektronisch formaat (hierna "ESEF"), dienen wij na te gaan of het ESEFformaat in overeenstemming is met de technische reguleringsnormen vastgelegd door de Europese Gedelegeerde Verordening nr. 2019/815 van 17 december 2018 (hierna: "Gedelegeerde Verordening").
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen, in overeenstemming met de ESEF vereisten, van de geconsolideerde financiële overzichten in de vorm van een elektronisch bestand in ESEF-formaat (hierna "digitale geconsolideerde financiële overzichten") opgenomen in het jaarlijks financieel verslag.
Het is onze verantwoordelijkheid voldoende en geschikte onderbouwende informatie te verkrijgen om te concluderen dat het formaat en de markeertaal van de digitale geconsolideerde financiële overzichten in alle van materieel belang zijnde opzichten voldoen aan de ESEFvereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.
De digitale geconsolideerde financiële overzichten werden ons op de datum van onderhavig verslag nog niet overhandigd.
Indien wij bij de controle van de digitale geconsolideerde financiële overzichten concluderen dat er een afwijking van materieel belang bestaat, zullen wij ertoe gehouden zijn het probleem te melden aan het bestuursorgaan en deze laatste te verzoeken de nodige wijzigingen aan te brengen. Gebeurt dit niet, dan zullen wij genoodzaakt zijn tot aanpassing van onderhavig verslag in verband met het feit dat het formaat van en de markering van informatie in de digitale geconsolideerde financiële overzichten opgenomen in het jaarlijks financieel verslag van Deceuninck NV in alle van materieel belang zijnde opzichten in overeenstemming zijn met de ESEFvereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.
Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het auditcomité bedoeld in artikel 11 van de verordening (EU) nr. 537/2014.
Gent, 23 februari 2022
De commissaris PwC Reviseurs d'Entreprises SRL / PwC Bedrijfsrevisoren BV Vertegenwoordigd door
Lien Winne Réviseur d'Entreprises / Bedrijfsrevisor Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering van aandeelhouders, in overeenstemming met artikel 4 van de transparantierichtlijn, aangaande de overeenstemming van de geconsolideerde financiële overzichten in de vorm van een elektronisch bestand van Deceuninck nv per 31 december 2021 met de ESEFvereisten krachtens de gedelegeerde verordening (EU) 2019/815.
Overeenkomstig artikel 4 van de Transparantierichtlijn, bestaat de opdracht van de commissarissen eruit verslag uit te brengen over de naleving van het formaat en de markeertaal van de digitale geconsolideerde financiële overzichten in de vorm van een elektronisch bestand in de neergelegde talen, zijnde Nederlandstalig en Engelstalig voor Deceuninck NV (hierna "digitale geconsolideerde financiële overzichten") in overeenstemming met de ESEF-vereisten en de ESEF technische reguleringsnormen (ESEF Regulatory Technical Standard, "RTS") vastgelegd door de Europese Gedelegeerde Verordening nr. 2019/815 van 17 december 2018 van toepassing op de digitale geconsolideerde financiële overzichten per 31 december 2021.
Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen van de digitale geconsolideerde financiële overzichten opgenomen in het jaarlijks financieel verslag in overeenstemming met de ESEF-vereisten van toepassing op de digitale geconsolideerde financiële overzichten per 31 december 2021.
Deze verantwoordelijkheid bevat de selectie en toepassing van de meest gepaste methodes om de digitale geconsolideerde financiële overzichten op te stellen. Bovendien bevat de verantwoordelijkheid van het bestuursorgaan het ontwerpen, het implementeren en het onderhouden van systemen en processen die relevant zijn bij het opstellen van de digitale geconsolideerde financiële overzichten, die geen afwijkingen van materieel belang die het gevolg zijn van fraude of fouten bevatten. Het bestuursorgaan dient na te gaan of de digitale geconsolideerde financiële overzichten in overeenstemming zijn met de door de gebruiker leesbare geconsolideerde financiële overzichten.
Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden, is het onze verantwoordelijkheid een conclusie te formuleren over het feit of het formaat en de markeertaal van de digitale geconsolideerde financiële overzichten van Deceuninck NV per 31 december 2021 in alle van materieel belang zijnde opzichten in overeenstemming is met de ESEF-vereisten krachtens de gedelegeerde Verordening.
We hebben onze werkzaamheden verricht in overeenstemming met de International Standard on Assurance Engagements (ISAE) 3000 (Revised) "Assurance-opdrachten anders dan opdrachten tot controle of beoordeling van historische financiële informatie". Deze standaard schrijft voor dat we voldoen aan de ethische vereisten en dat we de opdracht plannen en uitvoeren om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen of er niets onder onze aandacht is gekomen dat ons doet aannemen dat de digitale geconsolideerde financiële overzichten in alle van materieel belang zijnde opzichten niet opgesteld zou zijn overeenkomstig de door de emittent toegepaste ESEF-vereisten.
De keuze van de uitgevoerde werkzaamheden is afhankelijk van de door ons toegepaste oordeelsvorming en van de inschatting van het risico op materiële afwijkingen in de digitale geconsolideerde financiële overzichten en in de verklaringen van het bestuursorgaan. Het geheel van de door ons uitgevoerde werkzaamheden bestond onder meer uit de volgende procedures:
Na te gaan of de digitale geconsolideerde financiële overzichten in XHTML-formaat zijn opgesteld overeenkomstig artikel 3 van de Gedelegeerde Verordening;
• Het beoordelen van het geschikt zijn van het gebruik door de emittent van de XBRL- elementen van de ESEF-taxonomie en het beoordelen van de creatie van de extensie taxonomie.
We hebben de onafhankelijkheidsvoorschriften en andere ethische vereisten van de in België van kracht zijnde wetgeving en regelgeving nageleefd die van toepassing is in het kader van onze opdracht. Deze zijn gebaseerd op de fundamentele principes van integriteit, objectiviteit, vakbekwaamheid en waakzaamheid, confidentialiteit en professioneel gedrag.
Ons bedrijfsrevisorenkantoor past de International Standard on Quality Control (ISQC) 1 toe en onderhoudt een uitgebreid systeem van interne kwaliteitscontrole met inbegrip van gedocumenteerde beleidslijnen en procedures met betrekking tot ethische vereisten, professionele standaarden, en van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire vereisten.
Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden zijn wij van oordeel dat het formaat van de en de markering van informatie in de digitale geconsolideerde financiële overzichten opgenomen in het jaarlijks financieel verslag van Deceuninck NV per 31 december 2021 in alle van materieel belang zijnde opzichten werden opgesteld in overeenstemming met de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.
Wij drukken in dit verslag noch een auditoordeel, een beoordelingsconclusie, noch enige andere assuranceconclusie uit over de geconsolideerde financiële overzichten zelf. Ons auditoordeel met betrekking tot de geconsolideerde financiële overzichten wordt uiteengezet in het commissarisverslag gedateerd op 23 februari 2022.
De geconsolideerde financiële overzichten van Deceuninck NV werden opgesteld door het bestuursorgaan van de emittent op 23 februari 2022 en heeft het voorwerp uitgemaakt van een wettelijke controle. Dit verslag is geen heruitgave van ons commissarisverslag. Ons commissarisverslag (ondertekend op 23 februari 2022) omvat een oordeel zonder voorbehoud over het getrouw beeld van het vermogen en de geconsolideerde financiële toestand per 31 december 2021, alsook van zijn geconsolideerde resultaten en van zijn geconsolideerde kasstromen over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.
Gent, 24 maart 2022
De commissaris PwC Reviseurs d'Entreprises SRL / PwC Bedrijfsrevisoren BV Vertegenwoordigd door
Lien Winne Réviseur d'Entreprises / Bedrijfsrevisor
De ondergetekenden verklaren dat:
HumbleBee Partners BV Vertegenwoordigd door Bruno Humblet CEO
Deceuninck (ticker DECB, ISIN BE0003789063) is sinds 1985 genoteerd op Euronext Brussel. De beursnotering biedt de Groep alternatieve vormen van financiering, vergroot de zichtbaarheid en zorgt voor compliance en transparantie.
Het maatschappelijk kapitaal bedraagt € 54.441.352,14 en wordt vertegenwoordigd door 138.040.929 aandelen. Er zijn 88.839.385 gedematerialiseerde aandelen en 49.201.544 aandelen op naam. Het aantal eigen aandelen, gehouden door Deceuninck NV op 31 december 2021 bedraagt 69.769.
Het Deceuninck-aandeel wordt onder de code DECB genoteerd en verhandeld op het continu segment van Euronext in Brussel. DECB maakt deel uit van de BEL MidR index.
ICB sectorclassificatie: 2353 bouwproducten
De slotkoers van het Deceuninck aandeel steeg van € 1,93 op 31 december 2020 tot € 3,36 op 31 december 2021. De gemiddelde koers (VWAP – Volume Weighted Average Price) in 2021 bedroeg € 3,20. De laagste slotkoers bedroeg € 2,01 op 6 januari 2021 en de hoogste slotkoers € 4,14 op 25 augustus 2021. Het gemiddelde aantal verhandelde aandelen per dag in 2021 bedroeg 150.379 tegenover 66.743 in 2020.
Op de jaarlijkse Algemene Vergadering van 26 april 2022 zal de Raad voorstellen om een brutodividend uit te keren van € 0,06 per aandeel.



De Groep heeft de financiële wereld voortdurend en op een consistente manier geïnformeerd over de evolutie van de onderneming. De persberichten met de jaar- en halfjaarresultaten werden op geregelde tijdstippen vóór de opening van de beurs uitgegeven en gepubliceerd op de beleggerspagina
op onze website (www.deceuninck.com/investors) en op de website van de FSMA.
Het persbericht met de integrale FY2021 resultaten werd gepubliceerd op 24 februari 2022.
Institutionele beleggers in binnen- en buitenland werden door de Groep geïnformeerd tijdens verschillende virtuele conferenties.
Financiële analisten die de Groep opvolgen: Kris Kippers (Degroof Petercam), Maxime Stranart (ING), Alexander Craeymeersch (Kepler Cheuvreux) en Wim Hoste (KBC Securities).
Investor relations: Bert Castel Telefoon: +32 (0) 51 239 204 E-mail: [email protected] Website: www.deceuninck.com/investors Adres: Deceuninck NV, Bruggesteenweg 360, 8830 Hooglede-Gits, België
Er bestaat eveneens de mogelijkheid om te registreren via de investor-relations-pagina op (http://www.deceuninck.com/investors) voor het ontvangen van financieel nieuws en financiële persberichten via e-mail.
24 februari 2022 ↓ Jaarresultaten 2021
26 april 2022 ↓ Jaarlijkse Algemene Vergadering
17 augustus 2022 ↓ Halfjaarresultaten 2022
Deceuninck Pty. Ltd. Warehouse B 88-106 Kyabram Street VIC 3048 Coolaroo T +61 3 9357 5033 – F +61 3 9357 5611 [email protected]
8830 Hooglede-Gits T +32 51 239 211 – F +32 51 227 993 www.deceuninck.com [email protected]
Cardijnlaan 15 8600 Diksmuide T +32 51 502 021 – F +32 51 504 948
Bruggesteenweg 360 8830 Hooglede-Gits T +32 51 239 211 – F +32 51 227 993
Prvi mart bb 75270 Zivinice T +387 35 773313 – F +387 35 773312 www.deceuninck.ba [email protected]
Rua da Barra 242 Parque Rincão CEP 06705 420 Cotia – São Paulo Brazil T +55 11 2338 9190 [email protected] www.deceuninck.com.br
41 Sankt Peterburg Blvd. 4006 Plovdiv T +359 32 63 72 95 – F +359 32 63 72 96 [email protected]
El Otoño 472 Lampa 9390306 Santiago T +562 32750800
8 Dong Chuan Lu (5#-2-404 Bo Yue Lan Ting) 266000 Licang, Qingdao, Shandong T +86 532 858 903 57 [email protected]
Deceuninck S.A.S. Zona Franca Parque Central - Variante Turbaco Cll 1 Cra 2-5 DUP 1 - Bdg 15 Turbaco – Colombia +57 5 6517017
Deceuninck S.A.S. Barrio Bocagrande, Cl 7 Cr 1 – 63 Turbaco – Colombia
[email protected] www.deceuninck.co
Bayerwaldstraße 18 94327 Bogen T +49 94 22 821 0 – F +49 94 22 821 379
Warehouse Industriestrasse 2-4 94336 Hunderdorf T +49 94 22 821 0 – F +49 94 22 821 379
www.inoutic.com [email protected]
Building 09. Casa Grande Distripark Satharai Village. Thiruvallur Taluk 631203 Chennai T +91 87 54 57 40 63
Plot No. 46 Sector Ecotech-12, Greater Noida UP 201310 Noida T +91 87 54 55 01 65
Srishiti Plaza Sakhi Vihar Road Andheri ( D) 400072 Mumbai +91 87 54 55 06 45
3157 Indira Nagar Double Road, Apparddipalya Indira Nagar, Bengaluru 560008 Bengaluru T +91 93 84 66 73 25
[email protected] www.deceuninck.in
Via Padre Eugenio Barsanti 1 56025 Pontedera (Pl) T +39 0587 484426 – F +39 0587 54432 [email protected] www.deceuninck.it
Inoutic d.o.o. Industrijska ulica 3 10370 Dugo Selo (Zagreb) T +385 1 278 1353 – F +385 1 278 1351
Deceuninck d.o.o Kipišće 13 10434 Strmec Samoborski T +385 1 278 1353 – F +385 1 278 1351
[email protected] www.deceuninck.hr
Deceuninck Mexico SA de CV Huajuapan No. 809 Int 2 C. Coronango 72680 Puebla [email protected] www.deceuninck.com.mx
Deceuninck Kunststof BV Basisweg 10 1043AP Amsterdam
Deceuninck Poland Sp. Z o.o. Jasin, Ul. Poznanska 34 62-020 Swarzedz T +48 61 81 87000 – F +48 61 81 87001 [email protected] www.deceuninck.pl
Deceuninck Poland Sp. Z o.o. EMABO Waldemar Ślebioda, ul. Parkowa 3 Sepno 64-060 Wolkowo
Deceuninck Poland Sp. Z o.o. Imperial Logistics, ul. Rabowicka 13 62-020 Swarzedz
Deceuninck Poland Sp. Z o.o. Bud-Rental Investment - Bugay, ul. Kobylnicka 52 62-007 Biskupice
Deceuninck Poland Sp. Z o.o. Lech Fabrics - ul. Krajowa 17 62-025 Kostrzyn
Deceuninck Romania SRL Soseaua de Centura 13A Complex KLC 077040 Chiajna town, judetul ILFOV T +40 21 327 49 52 – F +40 213 191733 [email protected] www.deceuninck.ro
Deceuninck Rus OOO Butlerova str., 17, room 5106 117342 Moscow +7 (499) 110-05-22
Deceuninck Rus OOO pr. Naumova 5 Moscow region 142281 Protvino
Chapaeva str. 39a Sverdlov region 623704 Berezovsky T +7 (499) 110-05-22
[email protected] www.deceuninck.ru
Avda. de la Industria 1007 Pol. Ind. Antonio del Rincón 45222 Borox – Toledo T +34 925 527 241 www.deceuninck.es [email protected]
79/74 Moo 12, Bangna-Trad Rd Bangkaew Bangplee 10540 Samutprakarn T +66 2 751 9544 5 [email protected]
79/81 Moo 12, Bangna-Trad Rd Bangkaew Bangplee 10540 Samutprakarn T +66 2 751 9544 5 [email protected]
Tuřanka 1519/115a 627 00 Brno-Slatina T +420 547 427 777 [email protected] www.inoutic.cz
Ege Profil Tic.ve San.A.Ş Atatürk Plastik OSB Mahallesi, 5. Cadde No. 4 Menemen – 35660 İzmir T +90 232 398 98 98 – F +90 232 376 71 63 [email protected]
Ege Profil Tic.ve San.A.Ş Çepni Mah. Bağdat Cad. No. 35 Suadiye Kartepe – 41400 İzmir T +90 262 371 57 27 – F +90 262 371 57 28 [email protected]
Ege Profil Tic.ve San.A.Ş Atatürk Plastik OSB Mahallesi, 1. Cadde No. 5 Menemen – 35660 İzmir T +90 232 398 98 98 – F +90 232 376 71 63 [email protected]
Verkoopkantoren
Kızılırmak Mah. 1446 Sk. No. 12/17 Çukurambar Çankaya – 06530 Ankara T +90 312 442 83 60 – F +90 312 442 71 11 [email protected]
İçerenköy mah. Çayır Yolu Sok. No. 5 Bay Plaza Kat. 3 Ataşehir – 34752 Istanbul T +90 216 537 13 60 – F +90 216 537 13 64 [email protected]
Yeni Mahalle 87071 Sok. Bozkurtlar Rezidans No. 50 K.3 D.3 Seyhan – 01200 Adana T +90 322 247 23 90 – F +90 322 247 23 85 [email protected]
Kızılırmak Mah, 1446 Cad. Alternatif Plaza No. 12/26 Çukurambar Çankaya – 06530 Ankara T +90 312 440 16 15 – F +90 312 441 11 18 [email protected]
Yeni Mahalle 87071 sk. No. 50-1 Bozkurtlar Recidance Kat. 3 Daire: 2 Seyhan – 01200 Adana T +90 322 247 23 80 – F +90 322 247 23 81 [email protected]
Beylikbağı mah. İstanbul Cad, No. 29 Gebze – 41400 Kocaeli T +90 262 371 57 27 – F +90 262 371 28 38 [email protected]
Yeni Mah. 87071 Sok. Bozkurtlar Rezidans K. 12 No. 20 Seyhan – 01200 Adana T +90 322 233 52 13-14 – F +90 322 233 52 15 [email protected]
İçerenköy Mah. Çayır Cad. No. 5 Bay Plaza K. 12 Ataşehir – 34752 Istanbul T +90 216 807 01 70 – F +90 216 469 55 71 [email protected]
İçerenköy Mah. Çayır Cad. No. 5 Bay Plaza K. 9 Ataşehir – 34752 Istanbul [email protected]
Beştepe Mahallesi Yaşam Caddesi No. 13 A/74 Merkez Yenimahalle – 06560 Ankara T +90 312 441 73 98 – F +90 312 440 14 04 [email protected]
Deceuninck Holdings UK Ltd. Deceuninck Ltd. Range Valley Extrusions Ltd. Status Systems PVCU Ltd. Unit 2. Stanier Road Porte Marsh Calne – Wiltshire SN11 9PX T +44 1249 816 969 – F +44 1249 815 234
Beversbrook Industrial Estate Porte Marsh Calne – Wiltshire SN11 9PX T +44 1249 816 969 – F +44 1249 815 234
www.deceuninck.com [email protected]
Adressen
Deceuninck North America Inc. 351 North Garver Road 45050 Monroe, Ohio T 001 513 539 4444 – F 001 513 539 5404
203 North Garver Road 45050 Monroe, Ohio T 001 513 539 4444 – F 001 513 539 5404
240 Nevada Pacific Parkway 89408 Fernley, Nevada T 001 513 539 4444 – F 001 513 539 5404
[email protected] www.deceuninck-americas.com
| EBITDA | EBITDA is gedefinieerd als operationele | 2020 | 2021 | |
|---|---|---|---|---|
| winst / (verlies) voor afschrijvingen en afwaarderingen van vaste activa. |
Bedrijfswinst (+) / verlies (-) | 45.887 | 54.278 | |
| Afschrijvingen & afwaarderingen vaste activa |
(39.604) | (38.553) | ||
| EBITDA | 85.491 | 92.832 | ||
| Adjusted EBITDA | Adjusted EBITDA is gedefinieerd als operationele winst / (verlies) aangepast voor (i) afschrijvingen en afwaarderingen van vaste activa, (ii) integratie- en herstructureringskosten, (iii) gerealiseerde meerwaarden & verliezen op verkopen van dochterondernemingen, (iv) gerealiseerde meerwaarden en verliezen op verkopen van vaste activa, (v) afwaarderingen van vaste activa die zijn ontstaan door de toewijzing van goodwill. |
2020 | 2021 | |
| EBITDA | 85.491 | 92.832 | ||
| Integratie- & herstructureringskosten |
1.825 | 4.907 | ||
| Resultaat op de verkoop van een verkoopsentiteit |
866 | - | ||
| Winst op verkopen van vaste activa |
(3.427) | - | ||
| Afwaardering van immateriële vaste activa die zijn ontstaan door de toewijzing van goodwill. |
1.289 | - | ||
| Adjusted EBITDA | 86.045 | 97.739 | ||
| EBIT | EBIT wordt gedefinieerd als resultaat voor belastingen en financieel resultaat. |
2020 | 2021 | |
| EBITDA | 85.491 | 92.832 | ||
| Afschrijvingen & afwaarderingen vaste activa |
(39.604) | (38.553) | ||
| EBIT | 45.887 | 54.278 | ||
| EBT | Resultaat voor belastingen. | |||
| Gewone winst / (verlies) per aandeel |
De gewone winst / (verlies) per aandeel wordt berekend door de nettowinst / (-verlies) van het boekjaar die toe gekend kan worden aan de gewone aandeelhouders, te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal gewone aandelen. |
|||
| Verwaterde winst / (verlies) per aandeel |
De verwaterde winst / (verlies) per aandeel wordt berekend door de nettowinst / (verlies) die toegekend kan worden aan de gewone aandeelhouders, te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal gewone aandelen, vermeerderd met het gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen die zouden zijn uitgegeven bij de conversie in gewone aandelen van alle uitoefenbare warranten die tot verwatering zullen leiden. |
| Netto financiële | Netto financiële schuld is de som van de kortlopende en de langlopende |
2020 | ||
|---|---|---|---|---|
| schuld | rentedragende schulden (inclusief leasing) min de liquide middelen. |
Langlopende rentedragende schulden |
137.022 | 13.002 |
| Kortlopende rentedragende schulden |
24.069 | 121.765 | ||
| Liquide middelen | (105.623) | (72.885) | ||
| Netto financiële schuld | 55.468 | 61.882 | ||
| Werkkapitaal | Werkkapitaal wordt berekend als de som van handelsvorderingen en |
2020 | 2021 | |
| voorraden min handelsschulden. | Handelsvorderingen | 69.301 | 90.756 | |
| Voorraden | 112.907 | 169.589 | ||
| Handelsschulden | (107.963) | (176.009) | ||
| Werkkapitaal | 74.245 | 84.336 | ||
| Kapitaalgebruik | Kapitaalgebruik wordt berekend als de som van vaste activa en werkkapitaal. |
2020 | 2021 | |
| Werkkapitaal | 74.245 | 84.336 | ||
| Vaste activa | 273.139 | 270.555 | ||
| Kapitaalgebruik | 347.384 | 354.890 | ||
| Dochter maatschappijen |
Ondernemingen waarvan de Groep een participatie van hoger dan 50% heeft of waarover de Groep controle uitoefent. |
|||
| MTM | Marktwaardering. | |||
| Voltijdsequiva lenten (VTE) |
Voltijdsequivalenten (VTEs) (inclusief medewerkers op interimbasis en extern personeel). |
|||
| Restricted Group | De Restricted Group bestaat uit alle entiteiten van de Groep exclusief de Turkse dochterondernemingen en hun dochterondernemingen. |
|||
| Schuldgraad ratio | Schuldgraad ratio wordt gedefinieerd | 2020 | 2021 | |
| als netto financiële schuld over LTM (Laatste Twaalf Maanden) Adjusted EBITDA. |
Netto financiële schuld | 55.468 | 61.882 | |
| LTM Adjusted EBITDA | 86.045 | 97.739 | ||
| Schuldgraad ratio | 0,6 | 0,6 |
| GENERAL DISCLOSURES 2021 | |||
|---|---|---|---|
| Topic | Disclosure | Reference | |
| 1. The organization and its | 2-1 | Organizational details | Legal and organizational structure |
| reporting practices | 2-2 | Entities includes in the organizations' sustainability reporting |
Reporting framework and scope |
| 2-3 | Reporting period, frequency, contact point | 01/01/2021-31/12/2021. Annual. Publication date: 24 February 2022, contact: [email protected] |
|
| 2-4 | Restatements of information | No restatements | |
| 2-5 | External assurance | No external assurance | |
| 2. Activities and workers | 2-6 | Activities, value chain and other business relationships |
What we do How we create value |
| 2-7 | Employees | People; Methodology: FTE | |
| 2-8 | Workers who are not employees | People (temporary employees) | |
| 3. Governance | 2-9 | Governance structure and composition | The Board and its Committees - Composition of the Board - Composition of its committees |
| 2-10 | Nomination and selection of the highest governance body |
Article 34 of the Belgian Royal Decree of 14 November 2007 - Rules governing the appointment and replacement of Board members and the amendment of the Articles of Association of Deceuninck NV Diversity Policy - Criteria |
|
| 2-11 | Chair of the highest governance body | The Board and its Committees - Composition of the Board |
|
| 2-12 | Role of the highest governance body in overseeing the management of impacts |
Sustainability - Governance | |
| 2-13 | Delegation of responsibility for managing impacts |
Information unavailable/incomplete | |
| 2-14 | Role of the highest governance body in sustainability reporting |
Sustainability - Governance | |
| 2-15 | Conflicts of interest | Transactions betweenrelated parties + Transactions between the Company and its Directors, not covered by the legal provisions governing conflicts of interest |
| Topic | Disclosure | Reference | ||
|---|---|---|---|---|
| 2-16 | Communication of critical concerns | Information unavailable/incomplete | ||
| 2-17 | Collective knowledge of the highest governance body |
Information unavailable/incomplete | ||
| 2-18 | Evaluation of the performance of the highest governance body |
The Board and its Committees - main features of the evaluation process |
||
| 2-19 | Remuneration policies | Remuneration report | ||
| 2-20 | Process to determine remuneration |
Remuneration report | ||
| 2-21 | Annual total compensation ratio | Information unavailable/incomplete | ||
| 4. Strategy, policies and practices |
2-22 | Statement on sustainable development strategy |
Message from the Chairman and the CEO | |
| 2-23 | Policy commitments | Code of Conduct (signed by employees): Community - Business ethics Supplier Code of Conduct (signed by suppliers): Community - Business ethics in the supply chain |
||
| 2-23 | Level at which each of the policy commitments was approved within the organization |
Executive Management | ||
| 2-24 | Embedding policy commitments | Information unavailable/incomplete | ||
| 2-25 | Processes to remediate negative impacts | Information unavailable/incomplete | ||
| 2-26 | Mechanisms for seeking advice and raising concerns |
Reporting via e-mail to the trust persons, the compliance officer or Chairman of the Audit Committee |
||
| 2-27 | Compliance with laws and regulations | Number of non-compliances: 0 | ||
| 2-28 | Membership associations | EPPA, Esscencia | ||
| 5. Stakeholder management | 2-29 | Approach to stakeholder engagement | Our sustainability strategy - Materiality Analysis |
|
| 2-30 | Collective bargaining agreements | 31% |
| GRI TOPIC-SPECIFIC DISCLOSURES | ||||
|---|---|---|---|---|
| Topic | Disclosure | Reference to the Sustainability Report | ||
| Anti-corruption | GRI 205 | 1. Communication and training about anti corruption policies and procedures |
Community - Results and Targets - | |
| 2. Confirmed incidents of corruption and actions taken |
Business Ethics | |||
| Environment | GRI 301 | 1. Materials used by weight or volume | Planet - Results and Targets - Product | |
| 2. Recycled input materials used | Design and Lifecycle Management | |||
| GRI 302 | 1. Energy consumption within and outside the organization |
Planet - Results and Targets - Energy Management |
||
| 3. Energy intensity | ||||
| GRI 303 | 1. Water withdrawal by source | Planet - Results and Targets - Water Management |
||
| 1. Direct (Scope 1) GHG emissions | ||||
| 2. Energy indirect (Scope 2) GHG emissions |
Planet - Results and Targets - | |||
| GRI 305 | 3. Other indirect (Scope 3) GHG emissions |
Carbon Management | ||
| 4. Reduction of GHG emissions | ||||
| 1. Waste generated | ||||
| GRI 306 | 2. Waste diverted from disposal | Planet - Results and Targets - Waste Management |
||
| 3. Waste directed to disposal | ||||
| Social | GRI 405 | 1. Diversity of governance bodies and employees |
Corporate Governance Statement - Diversity Policy People - Results and argets - Diversity |
|
| 1. Assessment of the customer health and safety impacts of product and service categories |
||||
| GRI 416 | 2. Incidents of non-compliance concerning the health and safety impacts of products and services |
Community - Results and Targets - Health and Safety of the End-user |
||
| GRI 417 | 1. Environmental requirements for product and service information and labeling |
Planet - Results and Targets - Product Design and Lifecycle Management |
||
| GRI 401 | 1. New employee hires and employee turnover | People - Results and Targets - Employment |
||
| GRI 403 | 1. Occupational health and safety management system |
People - Results and Targets - | ||
| 9. Work-related injuries | Health and Safety | |||
| GRI 404 | 3. Percentage of employees receiving regular performance and career development reviews |
People - Results and Targets - Talent Management |
||
| GRI 412 | 3. Significant investment agreements and contracts that include human rights clauses or that underwent human rights screening |
Community - Results and Targets - Business Ethics in the Supply Chain |
Building a sustainable home, Deceuninck, Dorado, Ege Pen Deceuninck, Ege Profil, Forthex, iCOR, Innergy, Pimapen, PROtex, ThermoFibra, Tunal, Twinson Click, Winsa, Zendow e.a. zijn geregistreerde merknamen van Deceuninck NV en haar dochterondernemingen.
Dit jaarrapport is verkrijgbaar in het Nederlands en het Engels. This annual report is available in Dutch and English.
Serge Piceu Vertegenwoordiger van Emveco BV CFO
Focus Advertising
Copyright © 2022 Deceuninck NV – Alle rechten voorbehouden
Maatschappelijke & exploitatiezetel: Deceuninck NV Bruggesteenweg 360 – 8830 Hooglede-Gits (België) BTW BE405.548.486 – RPR GENT, AFDELING KORTRIJK
Deceuninck nv - Benelux · Bruggesteenweg 360 · BE-8830 Hooglede-Gits T +32 51 239 272 · [email protected] · www.deceuninck.be
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.