AI Terminal

MODULE: AI_ANALYST
Interactive Q&A, Risk Assessment, Summarization
MODULE: DATA_EXTRACT
Excel Export, XBRL Parsing, Table Digitization
MODULE: PEER_COMP
Sector Benchmarking, Sentiment Analysis
SYSTEM ACCESS LOCKED
Authenticate / Register Log In

Care Property Invest NV/SA

Annual Report Apr 27, 2023

3926_rns_2023-04-27_377c7190-4c38-409d-86e5-cc6cdd4570c3.pdf

Annual Report

Open in Viewer

Opens in native device viewer

Jaarlijks Financieel Verslag 2022

In 2022 bouwde de Vennootschap voort aan de duurzame groei van haar vastgoedportefeuille.

GEREGLEMENTEERDE INFORMATIE bekendmaking 27 april 2023, na beurstijd

JAARLIJKS FINANCIEEL VERSLAG

voor de periode van 1 januari 2022 tot 31 december 2022 GEREVISEERD

Care Property Invest verklaart dat:

het jaarlijks financieel verslag 2022 als Universeel Registratiedocument is gedeponeerd bij de FSMA op datum van 27 april 2023, als bevoegde autoriteit overeenkomstig Verordening (EU) 2017/1129 zonder voorafgaande goedkeuring overeenkomstig artikel 9 van Verordening (EU) 2017/1129; het Universeel Registratiedocument mag worden gebruikt met het oog op een aanbieding van effecten aan het publiek of de toelating van effecten tot de handel op een gereglementeerde markt, mits het, in voorkomend geval, samen met eventuele wijzigingen en een overeenkomstig Verordening (EU) 2017/1129 goedgekeurde verrichtingsnota en samenvatting door de FSMA is goedgekeurd.

Zowel de Nederlandse als Engelse versie van dit jaarlijks financieel verslag zijn juridisch bindend. Beleggers kunnen zich in het kader van hun contractuele verhouding met de Vennootschap aldus steeds beroepen op de vertaalde versies. Care Property Invest, vertegenwoordigd door haar verantwoordelijke personen, is verantwoordelijk voor de vertaling en de conformiteit van de Nederlandse en Engelse taalversies. Echter, in geval van tegenstrijdigheden tussen de taalversies, heeft de Nederlandse versie steeds voorrang.

Inhoudstafel

I. Risicofactoren 8 VI. Vastgoedverslag 146
1. Marktrisico's 9 1. Toestand vastgoedmarkt waarin de Vennootschap actief is 146
2. Operationele risico's 14 2. Analyse geconsolideerde vastgoedportefeuille 154
3. Financiële risico's 21 3. Samenvattende tabellen geconsolideerde vastgoedportefeuille 158
4. Reglementaire en andere risico's 27 4. Verslag van de vastgoeddeskundige 168
II Brief aan de aandeelhouders 2023 34 VII. Jaarrekening 176
III. Beheersverslag 42 1. Geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2022 176
2. Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening 182
1. Strategie: Zorgbouw in alle vertrouwen 42 3. Verslag van de Commissaris 236
2. Belangrijke gebeurtenissen 50 4. Verkorte statutaire jaarrekening per 31 december 2022 242
3. Synthese van de geconsolideerde balans en de staat van het globaal resultaat 58 VIII. Permanent document 252
4. Bestemming van het resultaat 66
5. Vooruitzichten 67 1. Algemene inlichtingen 252
6. Voornaamste risico's en onzekerheden 71 2. Inlichtingen i.v.m. mogelijke oorzaken of gevolgen van een eventuele openbare overnamebieding 262
7. Onderzoek en ontwikkeling 71 3. Verklaringen (Bijlage 1 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/980) 266
8. Eigen aandelen 71 4. Overige verklaringen 267
9. Kapitaalverhogingen in het kader van toegestane kapitaal 72 5. Historiek Vennootschap en maatschappelijk kapitaal 268
10. Interne organisatie Care Property Invest 73 6. Gecoördineerde statuten 270
11. Verklaring inzake deugdelijk bestuur 74 7. De openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap (GVV) 282
IV. Care Property Invest op de beurs 124 IX. Lexicon 292
1. Beurskoers en volume 124 1. Definities 292
2. Dividendbeleid 126 2. Afkortingen 302
3. Obligaties en kortlopende schuldpapieren 127
4. Aandeelhouderschap 128
5. Financiële kalender 129
V. EPRA 132
1. EPRA (European Public Real Estate Association) - Lidmaatschap 132
1. Toestand vastgoedmarkt waarin de Vennootschap actief is 146
2. Analyse geconsolideerde vastgoedportefeuille 154
3. Samenvattende tabellen geconsolideerde vastgoedportefeuille 158
4. Verslag van de vastgoeddeskundige 168
VII. Jaarrekening 176
1. Geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2022 176
2. Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening 182
3. Verslag van de Commissaris 236
4. Verkorte statutaire jaarrekening per 31 december 2022 242
VIII. Permanent document 252
1. Algemene inlichtingen 252
2. Inlichtingen i.v.m. mogelijke oorzaken of gevolgen van een eventuele openbare overnamebieding 262
3. Verklaringen (Bijlage 1 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/980) 266
4. Overige verklaringen 267
5. Historiek Vennootschap en maatschappelijk kapitaal 268
6. Gecoördineerde statuten 270
7. De openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap (GVV) 282
IX. Lexicon 292
1. Definities 292
2. Afkortingen 302

Alsemberg (BE) I Orelia Ter Beuken

I. Risicofactoren De strategie van Care Property Invest is erop gericht om voor de beleggers stabiliteit te creëren, zowel qua dividend als qua inkomsten op lange termijn.

Het college van dagelijks bestuur en de raad van bestuur zijn zich bewust van de specifieke risico's die verbonden zijn aan het beheer van de vastgoedportefeuille van Care Property Invest en trachten deze optimaal te beheersen en zoveel mogelijk te beperken. De lijst van risico's die in dit hoofdstuk worden beschreven is niet exhaustief. De meeste van deze factoren betreffen onzekere gebeurtenissen die zich mogelijks kunnen voordoen.

De Vennootschap(1) heeft zich op basis van de ESMA-richtsnoeren betreffende risicofactoren in het kader van de prospectusverordening enerzijds beperkt tot de risicofactoren die specifiek op haar van toepassing zijn en dus niet op de algehele vastgoedsector, GVV-sector of alle beursgenoteerde vennootschappen en anderzijds tot diegene die eveneens materieel zijn. Algemene, niet-materiële of andere onbekende of onwaarschijnlijke risico's of risico's waarvan op basis van de op dit ogenblik beschikbare informatie niet wordt aangenomen dat deze een ongunstige invloed kunnen hebben op de Vennootschap of op haar activiteiten of haar financiële situatie, kunnen bestaan.

Care Property Invest is van oordeel dat de hieronder beschreven factoren een weergave zijn van de belangrijkste risico's die op heden verbonden zijn aan de Vennootschap en haar activiteiten. De volgorde waarin de risicofactoren worden vermeld, is een indicatie van het belang (in functie van de waarschijnlijkheid dat ze zich zullen voordoen en de verwachte

I. RISICOFACTOREN

omvang van het negatieve effect) van de risicofactoren per categorie. De volgorde van de categorieën geeft echter geen beoordeling van het belang van de categorieën zelf of van het relatieve belang van de risicofactoren vermeld binnen een bepaalde categorie in vergelijking met de risicofactoren vermeld in een andere categorie. Daarnaast wordt er ook op gewezen dat risicobeheer geen oefening is met slechts een bepaalde frequentie, maar dat dit integraal deel uitmaakt van de wijze waarop Care Property Invest dagelijks wordt gerund.

De voornaamste risicofactoren waarmee Care Property Invest geconfronteerd wordt, maken het voorwerp uit van een regelmatige en dagdagelijkse opvolging, zowel door de riskmanager, de effectieve leiders als door de raad van bestuur die ter zake een voorzichtig beleid hebben uitgestippeld en die het, indien nodig, regelmatig zullen blijven aanpassen. Dit gaat van het dagelijks financieel en operationeel beheer, de analyse van nieuwe investeringsdossiers, het formuleren van de strategie en de objectieven tot het verankeren van strakke procedures voor de besluitvorming. Het begrijpen en afschermen/uitschakelen van risico's die voortvloeien uit zowel interne als externe factoren is essentieel voor het behalen van een stabiele totale return op lange termijn.

De Vennootschap heeft sinds 2019 een auditcomité dewelke, inzake risicobeheer, als taak heeft te waken over de efficiëntie van de systemen inzake risicobeheer van de Vennootschap.

1. Marktrisico's

1.1 Risico's verbonden aan het concentratierisico

1.1.1 Beschrijving van het risico

Dit risico kan beschreven worden als het risico op concentratie van huurders of van investeringen in één of meerdere gebouwen ten opzichte van de volledige vastgoedportefeuille.

De Vennootschap dient, overeenkomstig de GVV-Wet, deze risico's te beperken en aan risicospreiding te doen, door een diversificatie van haar vastgoed te respecteren, dit op geografisch vlak, per type vastgoed en per huurder. Artikel 30 van de GVV-Wet voorziet dat "geen enkele door de Openbare GVV uitgevoerde verrichting tot gevolg mag hebben dat (1°) meer dan 20% van haar geconsolideerde activa in vastgoed wordt belegd dat één enkel vastgoedgeheel vormt; of (2°) dit percentage verder toeneemt, indien het al meer bedraagt dan 20%, ongeacht wat in dit laatste geval de oorzaak is van de oorspronkelijke overschrijding van dit percentage". Deze beperking is van toepassing op het ogenblik van de betrokken verrichting. Voor de toepassing van dit artikel wordt onder "activageheel" verstaan één of meer vaste goederen of activa aangehouden in het kader van de uitoefening van de activiteiten bedoeld in artikel 4 met een beleggingsrisico dat voor de openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap als één risico dient te worden beschouwd. Indien de Vennootschap de 20% diversificatieregel zou overschrijden, mag de Vennootschap geen investeringen, desinvesteringen of andere handelingen verrichten die tot gevolg zouden hebben dat dit percentage verder zou stijgen. Het beperkt met

andere woorden de mogelijkheden van de Vennootschap in het kader

-

van bijkomende investeringen of desinvesteringen. De reden hiervoor is dat een te hoge blootstelling op een exploitant huurder eveneens een te grote blootstelling op het risico van de insolvabiliteit van deze huurder met zich meebrengt (zie "2.1 Risico's verbonden aan solvabiliteit van de huurders" op pagina 14).

Gezien het dynamisme van de grote groepen van operatoren die actief zijn in het segment van de huisvesting voor senioren en de consolidatie die sinds enkele jaren aan de gang is in de sector, vallen één of meerdere concentraties tussen 2 of meer groepen die verbonden zijn met juridische entiteiten waarmee de Vennootschap huur- of erfpachtovereenkomsten gesloten heeft, niet uit te sluiten. Dit zou de diversificatiegraad van de huurders potentieel kunnen beïnvloeden.

Op 31 december 2022 zijn de drie grootste exploitanten binnen de vastgoedportefeuille van de Vennootschap, berekend als de reële waarde van het verhuurde vastgoed in verhouding tot de geconsolideerde activa van de Vennootschap (inclusief de financiële leasings aan fair value) de volgende:

• Colisée (Armonea): 15,03% • Vulpia Care Group: 10,14% • Korian: 9,11%

Op 31 december 2022 was de verhouding van de reële waarde van de 3 grootste vastgoedbeleggingen t.o.v. de geconsolideerde activa van de Vennootschap (inclusief de financiële leasings aan fair value) als volgt:

(1) Het woord "Vennootschap" betekent in dit jaarlijks financieel verslag: Care Property Invest nv.

  • Résidence des Ardennes (Attert BE) uitgebaat door My-Assist : 4,19%
  • Les Terrasses du Bois (Watermaal-Bosvoorde - BE) – uitgebaat door Colisée (Armonea) : 3,22%
  • Westduin (Westende BE) uitgebaat door Colisée (Armonea): 3,16%

Wat de huurinkomsten betreft zijn op 31 december 2022 de drie grootste private huurders van de Vennootschap, uitgedrukt in percentage t.o.v. de geconsolideerde huurinkomsten de volgende:

  • Colisée (Armonea): 15,38%
  • Vulpia Care Group: 10,24%
  • Korian: 7,45%

De drie grootste huuropbrengsten uit één vastgoedgeheel, uitgedrukt in percentage t.o.v. de geconsolideerde huurinkomsten zijn op 31 december 2022 als volgt:

  • Résidence des Ardennes (Attert BE) uitgebaat door My-Assist : 4,14%
  • Forum Mare Nostrum I (L'Alfàs del Pi - ES) – uitgebaat door Forum de Inversiones Inmobiliarias Mare Nostrum: 3,84%
  • Les Terrasses du Bois (Watermaal-Bosvoorde - BE) – uitgebaat door Colisée (Armonea) : 3,69%

1.1.2 Mogelijke impact voor de Vennootschap

De potentiële impact betreft een sterke terugval in inkomsten of cashflows in geval van vertrek van een huurder, die op zijn beurt een impact heeft op de rendabiliteit van de Vennootschap en de mogelijkheid om dividenden uit te keren of minstens gelijk te houden. De impact kan nog worden versterkt door een daling van de reële waarde van het vastgoed en als gevolg daarvan een daling van de nettoactiefwaarde (NAW) indien er sprake is van een concentratie van investeringen in één of meerdere gebouwen (zie ook verder onder risicofactor "2.2 Risico's verbonden aan een negatieve variatie van de reële waarde van de gebouwen" op pagina 16).

De Vennootschap schat de kans dat het risico zich materialiseert in als laag. Indien het risico zich materialiseert, zou de negatieve impact gemiddeld zijn.

1.1.3 Beperkende factoren en beheersing van het risico

Care Property Invest volgt strikt de wettelijke diversificatieregels ter zake, zoals voorzien in de GVV- regelgeving. De Vennootschap verkreeg wel de toestemming van de FSMA om voor de berekening van de ratio van het concentratierisico in de noemer rekening te houden met de reële waarde van de financiële leasings in plaats van de boekwaarde. De Vennootschap heeft geen mogelijkheden om haar activiteiten uit te breiden naar andere segmenten dan zorgvastgoed waardoor diversificatie niet mogelijk is op sectoraal vlak, doch wel op geografisch vlak.

Care Property Invest streeft naar een sterk gediversifieerd huurdersbestand. Bij afsluiten van het boekjaar is de grootste huurder verantwoordelijk voor 15,38% van de totale inkomsten, evenwel gespreid over meerdere sites (zie in hoofdstuk "VI. Vastgoedverslag" diagram "2.3 Verdeling ontvangen inkomsten uit huur- en erfpachtovereenkomsten per exploitant (3) (4)" op pagina 155). Daarenboven heeft de Vennootschap reeds een goede spreiding van haar vastgoedportefeuille over 145 sites, waarbij de grootste site minder dan 5% van de reële waarde van de portefeuille vertegenwoordigt (zie diagram "2.2 Verdeling aantal projecten per exploitant (1)(2)" op pagina 155, in hoofdstuk "VI. Vastgoedverslag").

De Vennootschap schat het restrisico, rekening houdend met de beperkende factoren en beheersing van het risico zoals hierboven omschreven, verbonden aan het concentratierisico als laag in qua waarschijnlijkheid en als gemiddeld qua omvang.

1.2 Risico's verbonden aan inflatie

1.2.1 Beschrijving van het risico

De inkomsten van de Vennootschap hangen zo goed als volledig af van de huurinkomsten uit haar vastgoedportefeuille. In dit verband is de Vennootschap blootgesteld aan risico's verbonden aan inflatie en dus aan de waardevastheid van de huren.

De afgelopen maanden is de inflatie aanzienlijk toegenomen. In België zijn de consumptieprijzen in 2022 met 10,35% gestegen, tegen 5,71% in 2021 en 0,41% in 2020. Vergelijkbare inflatieniveaus zijn waargenomen in Nederland(1), Spanje(2) en Ierland(3). Deze inflatie wordt onder meer veroorzaakt door verstoringen van de toeleveringsketen en stijgende grondstofprijzen als gevolg van COVID-19 en de oorlog in Oekraïne, alsmede de hieruit voortvloeiende energiecrisis.

Turnhout (BE) I Aan De Kaai

(1) Waar de consumptieprijzen in 2022 zijn gestegen met 9,60%, terwijl de inflatie in 2021 5,70% bedroeg en in 2020 1,00%. Bron: https:// www.cbs.nl/nl-nl/visualisaties/dashboardeconomie/prijzen/inflatie.

(2) Waar de consumptieprijzen in 2022 zijn gestegen met 5,71%, terwijl de inflatie in 2021 6,55%% bedroeg en in 2020 –0,53%. Bron: https:// www.ine.es/dyngs/INEbase/es/operacion. htm?c=Estadistica\_C&cid=1254736176802& menu=ultiDatos&idp=1254735976607. (3) Waar de consumptieprijzen in 2022 zijn

gestegen met 8,22%, terwijl de inflatie in 2021 5,52% bedroeg en in 2020 -0,69%. Bron: https:// www.cso.ie/en/releasesandpublications/ep/pcpi/consumerpriceindexdecember2022/

1.2.2 Mogelijke impact voor de Vennootschap

De gewogen gemiddelde huurtermijn (zogenaamde "weighted average lease term" of "WALT") van de Vennootschap per 31 december 2022 bedraagt 18,73 jaar. Per 31 december 2022 bedraagt de WALT van de vastgoedbeleggingen 21,81 jaar en de WALT van de financiële leasings 11,66 jaar. De toekomstige like-for-like evolutie van de huurinkomsten en de waardering van de activa van de Vennootschap hangen dus in grote mate af van de inflatie, waarbij ook rekening moet worden gehouden met het risico dat de indexatie van de huurinkomsten niet volledig of niet tijdig kan worden aangerekend aan en gedragen door de huurders.

Naast de impact op (de waardevastheid van) de huurinkomsten van de Vennootschap, heeft inflatie ook een impact op de kosten van de Vennootschap. Naast de vergoedingen voor het management (geïndexeerd op basis van de consumptieprijzenindex) en de verloning van het personeel (geïndexeerd op basis van de afgevlakte gezondheidsindex) zijn namelijk ook sommige andere kosten onderworpen aan indexatie. Niet alle kosten van de Vennootschap zijn evenwel onderworpen aan indexatie (bv. de Euronext bijdrage).

Een bijkomend risico verbonden aan de inflatie is een mogelijke stijging van de rentevoeten met een verhoging van de financieringskosten tot gevolg (zie ook risicofactor 3.3 "Risico's verbonden aan de kost van het kapitaal"). De potentiële impact van een toename van de rentevoeten ten gevolge van inflatie kan verder aanleiding geven tot een daling van de reële waarde van de vastgoedportefeuille en dus een lager eigen vermogen van de Vennootschap (zie ook risicofactor 2.2 "Risico's verbonden

aan een negatieve variatie van de reële waarde van de gebouwen"). De inflatie kan ook een invloed hebben op de onderliggende activiteiten van de huurders van de Vennootschap, aangezien dit de koopkracht van de bewoners van het zorgvastgoed vermindert en de huur die zij moeten betalen verhoogt. Dit kan een negatief effect hebben op de inkomsten van de huurders van de Vennootschap en op hun vermogen om hun huur te betalen, wat op zijn beurt kan leiden tot een hogere leegstand, lagere inkomsten, een lagere EPRA-winst per aandeel(1), een lagere EPRA-NAW per aandeel(2) en een stijging van de schuldgraad. De indexatie van de reeds gesloten huurovereenkomsten (ongewijzigde portefeuille) werd per 31 december 2022 volledig doorgerekend aan de huurders van de Vennootschap en bedroeg gemiddeld 4,98%, wat per 31 december 2022 neerkwam op een bedrag van € 1,9 miljoen.

De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid van het intrinsiek risico in als hoog. Indien het risico zich materialiseert, zou de negatieve impact laag zijn.

(1) Resultaat afkomstig van de operationele

activiteiten. (2) Netto Actief Waarde (NAW), aangepast om rekening te houden met de reële waarde van de vastgoedbeleggingen en met uitsluiting van bepaalde elementen die niet kaderen in een financieel model van vastgoedinvesteringen op lange termijn.

1.2.3 Beperkende factoren en beheersing van het risico

Het opnemen van een indexatieclausule in leasing-, huur- of erfpachtovereenkomsten kan de impact van inflatie op de huurinkomsten gedeeltelijk opvangen, maar de indexering die krachtens de indexeringsclausules moet worden toegepast,

  1. kan afwijken van de werkelijke inflatie (bv. doordat de indexeringsclausule voorziet in een indexeringsvoet die niet gelijk is aan de werkelijke inflatie of in een bovengrens op een niveau dat lager is dan de werkelijke inflatie op dat moment). Zo voorzien de contracten die betrekking hebben op het vastgoed gelegen te Ierland, die 4,9% vertegenwoordigen van de totale huurinkomsten op 31 december 2022, in een plafond van 2,5 tot 3,75% (in België, Nederland en Spanje bevatten de huurovereenkomsten geen plafond inzake indexatie van de huur). Op basis van de huurinkomsten per 31 december 2022 voorziet 56% van de leasing-, huur- of erfpachtovereenkomsten in een indexatie conform de lokale consumptieprijzenindex en 44% in een indexatie volgens de gezondheidsindex(1) (enkel van toepassing in België), en/of

  2. kan onderworpen zijn aan een vertraging in de toepassing ervan ten opzichte van het tijdstip waarop de werkelijke inflatie plaatsvindt (bv. doordat de indexeringsclausule slechts voorziet in een indexering op bepaalde vaste tijdstippen: zo voorziet 75% van de lopende overeenkomsten in een indexatie van de huur op 1 januari van elk jaar en 25% op de verjaardag van de huurovereenkomst) en/of

  3. kan en/of mag mogelijks door de huurder (exploitant) niet (geheel) worden doorgerekend aan haar bewoners (bv. doordat een overheid een maximaal indexatiebedrag oplegt aan huurder (exploitant)), waardoor dit een impact heeft op de winstgevendheid van de exploitant en diens mogelijkheid om huur te betalen aan de Vennootschap.

Op basis van de huurinkomsten over boekjaar 2022 kan het effect van de inflatie op de huurinkomsten als volgt worden samengevat: een stijging van de relevante index met 100 basispunten zou het nominale bedrag van de jaarlijkse huurinkomsten met ongeveer € 600.000 doen stijgen. De Vennootschap schat het restrisico,

dit wil zeggen rekening houdend met de beperkende factoren en de beheersing van het risico zoals hierboven beschreven, in als hoog voor wat de waarschijnlijkheid betreft en als laag wat de negatieve impact

betreft.

De strategie van Care Property Invest is erop gericht om voor de beleggers stabiliteit te creëren, zowel qua dividend als langetermijninkomsten.

(1) De lokale consumptieprijzenindex sluit in vergelijking met de gezondheidsindex het dichtste aan bij de werkelijke inflatie. De gezondheidsindex weert namelijk een aantal producten uit de korf van het indexcijfer van de consumptieprijzen, namelijk alcoholische dranken, tabakswaren en motorbrandstoffen.

2. Operationele risico's

2.1 Risico's verbonden aan solvabiliteit van de huurders

2.1.1 Beschrijving van het risico

Dit risico kan beschreven worden als het risico op een (gedeeltelijke) wanbetaling of het faillissement van huurders, leasingnemers en erfpachthouders. De Vennootschap is m.a.w. blootgesteld aan het risico dat haar huurders, leasingnemers en/of erfpachthouders in gebreke blijven ingevolge (bijvoorbeeld) een verslechtering van de incassograad, een daling van de bezettingsgraad (of zelfs leegstand), stijging (energie- en voedings-)kosten, verhoogde indexatie huur, interestkost en lonen door gestegen inflatie.

2.1.2 Mogelijke impact voor de Vennootschap

De potentiële impact betreft enerzijds een onverwachte plotse terugval van huurinkomsten door een verslechtering van de incassograad of door een daling van de bezettingsgraad en anderzijds het oplopen van commerciële kosten voor herverhuring indien insolvabiliteit van huurders zou leiden tot leegstand. Het risico bestaat dat, indien de betrokken huurders, leasingnemers of erfpachthouders in gebreke blijven, de waarborg niet volstaat en de Vennootschap bijgevolg het risico draagt niets of niet voldoende te kunnen recupereren. Dit alles heeft een impact op de rendabiliteit van de Vennootschap en de capaciteit om dividend uit te keren of tenminste op niveau te houden. De impact op de resultaten van de Vennootschap zal uiteraard ook afhangen van de relatieve grootte van de exploitant binnen de vastgoedportefeuille van de Vennootschap. Hoe kleiner het aandeel van de exploitant

binnen de vastgoedportefeuille van de Vennootschap, hoe kleiner de impact op de resultaten van de Vennootschap (zie ook risicofactor 1.1 "Risico's verbonden aan het concentratierisico"). Zo wordt de Vennootschap sinds juni 2022 geconfronteerd met de wanbetaling van een leasingnemer van een pand in België (financiële leasing) dat op 31 december 2022 minder dan 1% vertegenwoordigde van de totale vastgoedportefeuille en 0,8% van de totale huurinkomsten van de Vennootschap. Hoewel de Vennootschap niet van een garantie geniet, worden de huidige achterstallen zo goed als volledig gedekt door een door de leasingnemer geblokkeerde geldsom (de Vennootschap geniet bovendien van een hypotheek op de grond). De Vennootschap volgt dit dossier van nabij op.

Het verlies van huurinkomsten kan ook een negatieve invloed hebben op de waardering van het betrokken onroerend goed (zie ook risicofactor 3.2 "Risico's verbonden aan een negatieve variatie van de reële waarde van de gebouwen"). Indien de betrokken huurders, leasingnemers en erfpachthouders in gebreke blijven voor een lange termijn zullen deze overeenkomsten uiteindelijk voortijdig eindigen, waardoor er gedurende de periode waarin een nieuwe huurder dient te worden gevonden geen huurinkomsten zijn. Bijkomend bestaat het risico dat de nieuwe huurder enkel bereid is het zorgvastgoed te huren aan een lagere huurprijs en/of aan andere huurvoorwaarden, hetgeen tot gevolg heeft dat het toekomstige inkomstenpotentieel wijzigt. Dit zou een negatieve invloed kunnen hebben op de toekomstige inkomsten en kasstromen van de Vennootschap.

Een somber economisch klimaat, hoge

inflatie of andere factoren die een wezenlijke invloed kunnen hebben op de kostenstructuur (zowel algemene alsook financiële kosten) en aldus de betalingscapaciteit van de huurders (inclusief een aanzienlijke indexering naar aanleiding van de recente hoge inflatie, die in de toekomst al dan niet zal aanhouden), kunnen ook leiden tot nieuwe onderhandelingen met bestaande huurders over lopende huurovereenkomsten (lees: huurverlagingen, hetgeen eveneens tot gevolg heeft dat het toekomstige inkomstenpotentieel wijzigt). Een pandemie (zoals COVID-19) zou bijvoorbeeld kunnen leiden tot een toename van het aantal vacante bedden, alsook tot wijzigingen in de regelgeving die de kostenstructuur van de exploitant onder druk zouden kunnen zetten.

Per 31 december 2022 bedragen de voorzieningen voor oninbare vorderingen voor het boekjaar 2022 € 2.500 (op een totaal van € 54.378.866 aan huurinkomsten). Per 31 december 2022 zou een verlies van € 1.000.000 aan huur, om welke reden dan ook, zij het door wanbetaling door één grote exploitant, dan wel door wanbetaling door meerdere exploitanten, de winst per aandeel met ongeveer € 0,0360 negatief beïnvloeden.

De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid van dit intrinsiek risico in als gemiddeld. Indien het risico zich manifesteert zou de negatieve impact hoog zijn.

2.1.3 Beperkende factoren en beheersing van het risico

(1) De initiële portefeuille betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde (vorderingen financiële leasing) van € 156.518.610 en een gegenereerde huurstroom van € 15.406.228) die de Vennootschap afsloot

tot 2014.

De Vennootschap wapent zich tegen deze risico's op verschillende vlakken. Voor de projecten in de initiële portefeuille(1) worden de kosten bij eventueel in gebreke blijven van een operator (in dit geval een OCMW) gedekt door het gemeentelijk garantiefonds. Voor de portefeuille van vastgoedbeleggingen bestaan de waarborgen gewoonlijk uit één of meer van de volgende waarborgen: bankgaranties, concerngaranties (door vermogende groepsentiteiten) en/of een recht om een pand te nemen op de vorderingen van de relevante exploitant. Op 31 december 2022 bedroeg het totaalbedrag van de bankgaranties € 17.150.296. Het is evenwel niet altijd vanzelfsprekend om bepaalde zekerheden uit te winnen (bv. een hypotheek) en ook blijft het risico steeds bestaan dat, indien de betrokken huurder, leasingnemer of erfpachthouder in gebreke blijft voor een lange termijn, dat de waarborgen niet volstaan en de Vennootschap bijgevolg het risico draagt niets of niet voldoende te kunnen recupereren. Een zorgvuldig geselecteerde en evenwichtig verdeelde portefeuille aan operatoren zorgt verder voor een uitstekende risicospreiding. De solvabiliteit van de huurders wordt grondig gescreend vóór opname in de portefeuille, al dan niet met behulp van een externe financiële

adviseur.

De Vennootschap streeft naar de uitbouw van haar portefeuille via langetermijncontracten met stabiele, solvabele eersterangs-huurders. Alvorens er geïnvesteerd wordt in een bepaald zorgvastgoed wordt er een grondige analyse gemaakt van het businessplan van de operator en bepaalde ratio's die de leefbaarheid van het project weerspiegelen. Daarnaast voert de Vennootschap op halfjaarlijkse of kwartaalbasis een monitoring uit van de financiële toestand van de operatoren alsmede een nazicht op een aantal operationele parameters die de operatoren op basis van de bepalingen van de huur- of erfpachtovereenkomsten verplicht dienen aan te leveren.

Niettemin schat zij het restrisico, dit wil zeggen rekening houdend met de beperkende factoren van het risico en beheersing van het risico zoals hierboven omschreven, in als gemiddeld qua waarschijnlijkheid en als hoog qua impact.

2.2 Risico's verbonden aan een negatieve variatie van de reële waarde van de gebouwen

2.2.1 Beschrijving van het risico

Dit risico kan beschreven worden als de blootstelling van de Vennootschap aan een potentiële daling van de reële waarde van haar vastgoedportefeuille, al dan niet ingevolge een herwaardering van de vastgoedportefeuille.

De Vennootschap is tevens blootgesteld aan het risico van waardevermindering van het vastgoed in haar portefeuille door:

  • slijtage of schade als gevolg van gewone, bouwkundige en technische veroudering en/of schade veroorzaakt door huurders;
  • fouten bij de acquisitie van het vastgoed (bv. foutieve plannen en/ of foutieve opmeting, onjuiste veronderstellingen en parameters die worden gebruikt tijdens de initiële waardering van het vastgoed waardoor de waardering incorrect is); • toenemende leegstand (bv. door een overaanbod van zorgvastgoed of de impact van onverwachte omstandigheden zoals de COVID-19 crisis);
  • het niet meer (zullen) voldoen aan de toenemende (wettelijke of commerciële) vereisten onder meer op het vlak van duurzame ontwikkeling, conjuncturele of marktomstandigheden;
  • het aankopen van vastgoed aan een te hoge prijs ten opzichte van de onderliggende waarde, of de verkoop ervan aan een te lage prijs ten opzichte van de onderliggende waarde (bv. door te investeren of desinvesteren tijdens een ongunstig moment in de investeringscyclus);

Care Property Invest streeft naar een sterk gediversifieerd huurdersbestand.

  • huurverlaging ingevolge (onrechtstreeks) een foutief businessplan;
  • onbetaalde huurprijzen (zie ook risicofactor 2.1 "Risico's verbonden aan de solvabiliteit van de huurders");
  • een daling van de huurprijzen bij het sluiten van nieuwe huurovereenkomsten of bij de verlenging van bestaande huurovereenkomsten (zie ook risicofactor 2.1 "Risico's verbonden aan de solvabiliteit van de huurders");
  • wijziging in de fiscaliteit van de verkoop van vastgoed (bv. de sinds 1 januari 2022 gewijzigde overdrachtsbelasting in Vlaanderen op de verkoop van onroerend goed);
  • de stijging van de rente en tevens de marktyields, zijnde de rendementen die gehaald worden uitgedrukt in huurinkomsten gedeeld door conventionele waarde (zie ook risicofactor 1.2 "Risico's verbonden aan inflatie").

2.2.2 Mogelijke impact voor de Vennootschap

De impact van een daling van de reële waarde is een daling van het eigen vermogen van de Vennootschap, wat een negatieve impact heeft op de schuldgraad. Indien de reële waarde van de gebouwen op 31 december 2022 zou dalen met € 222,7 miljoen of 23,8% van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen op 31 december 2022, zou dit tot gevolg hebben dat de schuldgraad van de Vennootschap stijgt tot 65% (zie ook "3.2 Risico's verbonden aan de evolutie van de schuldgraad" op pagina 22).

Carabanchel, Madrid (ES) I Emera Carabanchel

Wanneer de gecumuleerde variaties van de reële waarde de uitkeerbare reserves overschrijden, bestaat het risico op gedeeltelijk of totaal onvermogen tot dividenduitkering.

De Vennootschap monitort haar schuldgraad en de evolutie van de reële waarde van haar vastgoedbeleggingen op regelmatige basis (zie ook risicofactor "3.2 Risico's verbonden aan de evolutie van de schuldgraad" op pagina 22). Daarnaast loopt de Vennootschap het risico dat zij ten gevolge van de toepassing van artikel 7:212 WVV niet meer in staat is om het vooropgestelde dividend of een dividend uit te keren.

Indien de Vennootschap overgaat tot een transactie, d.i. investeren of desinvesteren in vastgoed, loopt zij eveneens het risico dat ze bepaalde risico's niet identificeert op basis van haar due diligence of dat ze, zelfs mits een voorafgaande due diligence en een onafhankelijke vastgoedexpertise, vastgoed aankoopt aan een te hoge prijs ten opzichte van de onderliggende waarde, of vastgoed verkoopt aan een te lage prijs ten opzichte van de onderliggende waarde, bijvoorbeeld door te investeren of desinvesteren gedurende een ongunstig moment in een conjunctuurcyclus.

De Vennootschap schat de kans dat het risico zich materialiseert als gemiddeld in. Indien het risico zich materialiseert, zou de negatieve impact gemiddeld zijn.

2.2.3 Beperkende factoren en beheersing van het risico

Care Property Invest beschikt daarom over een investeringsstrategie die gericht is op kwaliteitsvolle activa die stabiele inkomsten bieden en draagt zorg voor een adequate monitoring van haar activa, gecombineerd met een omzichtig schuldbeleid.

Het vastgoedpatrimonium (meer specifiek het gedeelte dat geboekt wordt als vastgoedbelegging) wordt ieder kwartaal gewaardeerd door een vastgoeddeskundige. De portefeuille leasingvorderingen wordt geboekt overeenkomstig IFRS 16 en de boekwaarde is als dusdanig niet onderhevig aan negatieve variaties a.g.v. de waarde van het vastgoed op zich, doch wel ten gevolge van een stijging van de marktinterestvoeten. Een waardeschommeling van 1% van het vastgoedpatrimonium zou een weerslag hebben van ongeveer € 9,3 miljoen op het nettoresultaat, van ongeveer € 0,34 op het nettoresultaat per aandeel en van ongeveer 0,43% op de schuldratio. Deze waardeschommeling betreft een nietkaselement dat dan ook op zich geen impact heeft op de aangepaste EPRA winst, behoudens in geval van een realisatie die een nettominwaarde met zich meebrengt die niet vrijgesteld is van verdeling en dus het resultaat van de Vennootschap om haar dividend uit te betalen. Bij gecumuleerde negatieve variaties bestaat de kans wel dat de mogelijkheid van de Vennootschap om haar dividend uit te betalen onder druk komt.

De Vennootschap schat het restrisico, dit wil zeggen rekening houdend met de beperkende factoren en de beheersing van het risico in als gemiddeld voor wat waarschijnlijkheid en impact betreft.

2.3 Risico's verbonden aan het bouwrisico en aan het ontwikkelen van projecten met het oog op verhuring

2.3.1 Beschrijving van het risico

Ontwikkelingsprojecten houden verschillende risico's in, waaronder de specifieke risico's (i) dat de nodige vergunningen om een gebouw op te richten niet toegekend worden, dan wel aangevochten worden, (ii) dat het project vertraging oploopt of niet kan worden uitgevoerd (met verminderde huurinkomsten, uitstel of verlies van verwachte huurinkomsten) of (iii) dat het budget wordt overschreden omwille van onvoorziene kosten of hoge inflatie.

2.3.2 Mogelijke impact voor de Vennootschap

Naast investeringen in opgeleverde projecten, die op korte termijn huurinkomsten genereren, investeert de Vennootschap in ontwikkelingsprojecten teneinde haar vastgoedportefeuille uit te breiden. Per 31 december 2022 heeft de Vennootschap 9 (her) ontwikkelingsprojecten in portefeuille, met een boekwaarde van € 52,5 miljoen (wat neerkomt op 5,63% van de totale boekwaarde van de vastgoedbeleggingen), een "cost-to-complete"(1) van € 45,1 miljoen en een geschatte jaarlijkse huuropbrengst van € 5,1 miljoen.

De ontwikkeling van een gebouw neemt gemiddeld ca. 2 tot 3 jaar in beslag afhankelijk van het land (inclusief vergunningsperiode). Indien vertraging optreedt in het bekomen van de vergunning of de uitvoering van de werkzaamheden, heeft dit evenredige

vertraging in de gebudgetteerde huurinkomsten tot gevolg.

De Vennootschap schat de kans dat het risico zich materialiseert als gemiddeld in. Indien het risico zich materialiseert, zou de negatieve impact gemiddeld zijn.

2.3.3 Beperkende factoren en beheersing van het risico

Hoewel de Vennootschap er steeds naar streeft om contracten te onderhandelen die de risico's van grote bouwwerken tot een minimum beperken (bv. door steeds tegen een vaste prijs te werken bij een ontwikkeling, de zogenaamde sleutel-op-de-deurformule, de acquisitie pas aan te vatten na de verkrijging van de nodige vergunningen, en de nodige boetebedingen voor laattijdige oplevering te voorzien), is dit niet steeds haalbaar. En zelfs indien de Vennootschap een ontwikkelingsovereenkomst tegen vaste prijs heeft gesloten, is het mogelijk dat de ontwikkelaar ten gevolge van wijzigende marktomstandigheden of ten gevolge van een (solvabiliteits)falen (bv. door stijgende bouw- of energiekosten) zijn contractuele verplichtingen niet nakomt

De Vennootschap schat het restrisico, dit wil zeggen rekening houdend met de beperkende factoren en de beheersing van het risico in als gemiddeld, zowel qua waarschijnlijkheid als qua impact.

(1) Bijkomende investeringen die moeten worden gemaakt om lopende projectontwikkelingen op te leveren.

3. Financiële risico's

3.1 Risico's verbonden aan de liquiditeit als gevolg van nietnaleving van convenanten en wettelijke financiële parameters

3.1.1 Beschrijving van het risico

Dit risico kan beschreven worden als het risico op de niet-naleving van wettelijke of contractuele vereisten om aan bepaalde financiële parameters te voldoen in het kader van de kredietovereenkomsten, waardoor deze zouden kunnen worden opgezegd of heronderhandeld.

In de convenanten werden de volgende parameters opgenomen:

Een maximale schuldgraad van 60%.

De geconsolideerde schuldgraad van de Vennootschap bedroeg 52,37% op 31 december 2022, waardoor er een beschikbare ruimte is van € 218,7 miljoen. De beperking van de schuldgraad tot 60% is opgenomen in de kredietovereenkomsten voor een bedrag van in totaal € 554.928.159 (waarvan per 31 december 2022 voor een bedrag van € 395.928.158 werd opgenomen of 67,9% van de totale financiële schulden). Voor meer informatie over de schuldgraad wordt verwezen naar "3.2 Risico's verbonden aan de evolutie van de schuldgraad" op pagina 22.

Een interest coverage ratio (zijnde het operationeel resultaat voor resultaat op de portefeuille gedeeld door de betaalde interestlasten) van minimaal 2,5.

Op 31 december 2022 bedroeg de interest coverage ratio 4,25 ten opzichte van 4,50 per 31 december 2021. De interestlasten van de Vennootschap dienen te verhogen met € 6.997.974 of van € 9.988.634 naar € 16.986.608 om het vereiste minimum van 2,5 te

2.4 Risico's verbonden aan het aflopen van de financiële leasingcontracten

2.4.1 Beschrijving van het risico

Dit risico kan omschreven worden als de mogelijkheid dat bestaande aflopende financiële leasingcontracten niet verlengd worden of aan minder gunstige voorwaarden voor de Vennootschap.

2.4.2 Mogelijke impact voor de Vennootschap

Naast een portefeuille van vastgoedbeleggingen beschikt de Vennootschap tevens over een portefeuille aan financiële leasings, waarvan de eerste opstalrechten aflopen in 2026 en de laatste opstalrechten in 2043.

Een volledig verlies van de huurinkomsten van de financiële leasings die vervallen van 2026 tot en met 2030 (d.w.z. als er geen enkele vervangende investering wordt gevonden), zou per 31 december 2022 een negatieve impact hebben op de EPS van € 0,22 (zonder rekening te houden met het positieve effect van de aflossing van de kredieten met de eindeopstalvergoeding die de Vennootschap naar aanleiding van de beëindiging van de financiële leasing zal ontvangen).

De Vennootschap schat de mogelijkheid dat deze contracten niet verlengd kunnen worden zonder vervangende investering in als laag, en een verlaging van de huur doordat de gelden niet aan dezelfde rendementen kunnen belegd worden in als hoog.

2.4.3 Beperkende factoren en beheersing van het risico

Niettegenstaande de Vennootschap tracht deze contracten te verlengen, is de potentiële impact van de beëindiging ervan dat de Vennootschap huurinkomsten verliest, (i) indien zij niet in staat is om met de eindeopstalvergoeding die zij naar aanleiding van de beëindiging van de financiële leasing zal ontvangen, nieuwe investeringen te financieren (waarbij de Vennootschap de ontvangen gelden evenwel kan aanwenden voor bv. de terugbetaling van financieringen), of (ii) indien de voorwaarden of modaliteiten van een eventuele vervangende investering minder gunstig zijn in vergelijking met de beëindigde financiële leasing.

Wat het restrisico betreft, schat de Vennootschap de mogelijkheid dat deze contracten niet verlengd kunnen worden zonder vervangende investering in als laag, en een verlaging van de huur doordat de gelden niet aan dezelfde rendementen kunnen belegd worden in als hoog.

bereiken. Een zware en abrupte druk op het operationeel resultaat zou het voldoen aan de parameter van de interest coverage ratio evenwel in het gedrang kunnen brengen. Het operationeel resultaat voor resultaat op de portefeuille moet dalen met 41,2% zijnde van € 42.466.520 naar € 24.971.585 alvorens de grens van 2,5 wordt bereikt. • Een minimale geconsolideerde

portefeuilleomvang van € 500 miljoen.

Bovendien bestaat het risico van vervroegde beëindiging in geval van een wijziging van de controle over de Vennootschap, in geval van het niet nakomen van "negative pledge" of andere convenanten en verplichtingen van de Vennootschap en, meer in het algemeen, in geval van wanbetaling zoals dit wordt gedefinieerd in deze financieringsovereenkomsten. Een wanprestatie (waarbij dient te worden opgemerkt dat bepaalde gevallen van "wanprestatie" of overtreding van convenanten, zoals een controlewijziging, die in alle financieringsovereenkomsten is opgenomen, zich buiten de controle van de Vennootschap bevinden) onder één financieringsovereenkomst kan, ingevolge zogenaamde "cross acceleration" of "cross default" bepalingen, bovendien leiden tot wanprestaties onder andere financieringsovereenkomsten (ongeacht de toekenning van eventuele "waivers" door andere kredietverstrekkers, in het geval van een "cross default" bepaling) en kan zo leiden tot de verplichte vervroegde terugbetaling door de Vennootschap van al deze kredietlijnen

Beersel (BE) I Orelia Ter Beuken

Vennootschap

De potentiële impact betreft een eventuele opzegging van kredieten en een aangetast vertrouwen bij investeerders en bankiers bij niet-naleving van contractuele convenanten. De mogelijkheid bestaat dat de Vennootschap niet meer in staat zou zijn om de voor haar groeistrategie noodzakelijke externe financiering te krijgen aan gunstige voorwaarden, of dat de marktvoorwaarden van dien aard zijn dat de voor de activiteiten van de Vennootschap noodzakelijke externe financiering niet meer kan worden gevonden.

Tilburg (NL) I Maria Margarithakerk 3.1.2 Mogelijke impact voor de dient plaats te vinden aan een lagere prijs dan de boekwaarde, een verwatering kan plaatsvinden doordat er een kapitaalverhoging dient georganiseerd te worden, wat een impact heeft op de waarde van de aandelen en de toekomstige dividendperspectieven.

De Vennootschap loopt het risico dat financieringsovereenkomsten zouden worden beëindigd, heronderhandeld, opgezegd of een verplichting bevatten om vervroegd terug te betalen, indien bepaalde verbintenissen zoals de naleving van financiële ratio's niet zouden worden nagekomen. Dit zou liquiditeitsproblemen met zich meebrengen, gelet op het gelijkaardig karakter in de convenanten van de financiële instellingen van de maximumschuldgraad of interest cover ratio van cumulatieve aard en de Vennootschap nopen tot het liquide maken van vaste activa (bv. verkoop vastgoed) of het doorvoeren van een kapitaalverhoging of andere maatregelen om de schuldgraad onder de vereiste drempel te laten zakken. Bovendien bestaat de mogelijkheid dat vanuit de hoek van de regulator sancties komen of een verscherpt toezicht indien niet voldaan wordt aan bepaalde wettelijke financiële parameters (bv. het naleven van de wettelijke schuldgraad zoals vastgelegd in artikel 13 van het GVV-KB).

De gevolgen voor de aandeelhouders zouden onder andere een verlaging van het eigen vermogen en dus de NAW kunnen inhouden omdat een verkoop

De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid van deze risicofactor intrinsiek in als gemiddeld. De impact van het intrinsiek risico wordt eveneens ingeschat als gemiddeld.

3.1.3 Beperkende maatregelen en beheersing van het risico

Om deze risico's in te perken voert de Vennootschap een omzichtig financieel beleid met constante monitoring om aan de financiële parameters van de convenanten te voldoen.

De Vennootschap schat het restrisico, d.w.z. rekening houdend met de beperkende factoren van het risico en de beheersing ervan zoals hierboven beschreven in als gemiddeld zowel wat de waarschijnlijkheid als de impact betreft.

3.2 Risico's verbonden aan de evolutie van de schuldgraad

3.2.1 Beschrijving van het risico

De Vennootschap is in haar

ontleningscapaciteit beperkt door de wettelijke maximale schuldgraad van 65% die wordt toegestaan door de GVVwet. Tevens zijn er drempels voorzien in de financieringscontracten die zijn afgesloten met financiële instellingen. De maximale schuldgraad die opgelegd wordt door de financiële instellingen bedraagt 60% (zie ook "3.1 Risico's verbonden aan de liquiditeit als gevolg van niet-naleving van convenanten en wettelijke financiële parameters" op pagina 21).

De Vennootschap loopt het risico dat financieringsovereenkomsten zouden

worden beëindigd, heronderhandeld, opgezegd of een verplichting bevatten om vervroegd terug te betalen, indien bepaalde verbintenissen zoals de naleving van financiële ratio's opgenomen in convenanten niet zouden worden nagekomen. Bij overschrijding van de wettelijke maximumdrempel van 65% loopt de Vennootschap het risico dat zij het GVV-statuut zou kunnen verliezen door intrekking door de FSMA.

In het algemeen is het mogelijk dat de Vennootschap niet meer in staat zou zijn om de voor haar groeistrategie noodzakelijke externe financiering te krijgen aan gunstige voorwaarden, of dat de marktvoorwaarden van dien aard zijn dat de voor activiteiten van de Vennootschap noodzakelijke externe financiering niet meer kan worden gevonden.

Per 31 december 2022 bedroeg de geconsolideerde schuldgraad 52,37%, terwijl deze 47,06% bedroeg per 31 december 2021. Rekening houdend met de netto-opbrengsten van de kapitaalverhoging van 24 januari 2023 zou de schuldgraad per 31 december 2022 pro forma dalen tot 42,93%.

Per 31 december 2022 heeft de Vennootschap een extra schuldcapaciteit van € 413,5 miljoen alvorens een schuldgraad van 65% te bereiken en van € 218,7 miljoen alvorens een schuldgraad van 60% te bereiken. Rekening houdend met de netto-opbrengsten van de kapitaalverhoging van 24 januari 2023 zou dit respectievelijk € 723,0 miljoen en € 489,0 miljoen zijn.

De waarde van de vastgoedportefeuille heeft eveneens een impact op de schuldgraad.

Rekening houdend met de kapitaalbasis per 31 december 2022, zou de maximale

schuldgraad van 65% pas overschreden worden bij een mogelijke waardedaling van de vastgoedportefeuille van ongeveer € 222,7 miljoen of 23,8% t.o.v. de vastgoedportefeuille van € 934,3 miljoen op 31 december 2022. Bij een waardedaling van ongeveer € 145,8 miljoen of 15,6% t.o.v. de vastgoedportefeuille zou de schuldgraad van 60% overschreden worden.

De Vennootschap wenst er wel op te wijzen dat zij verbintenissen tot betaling heeft aangegaan voor het nog niet gerealiseerde deel van de ontwikkelingen die zij reeds op haar balans heeft staan en die een € 45,1 miljoen vertegenwoordigen. Daarnaast heeft de vennootschap per 31 december 2022 één project onder opschortende voorwaarden verworven, waarvoor de geschatte cash-out € 8,4 miljoen bedraagt. Dit heeft tot gevolg dat per 31 december 2022 de beschikbare capaciteit op de schuldgraad € 165,2 miljoen is alvorens een schuldgraad van 60% te bereiken en € 360,0 miljoen alvorens een schuldgraad van 65% te bereiken.

3.2.2 Potentiële impact voor de Vennootschap

De potentiële impact betreft het risico dat er bij het overschrijden van bepaalde drempels wettelijke sancties kunnen worden opgelegd (waaronder het verbod tot uitkering van een dividend) of dat er een inbreuk op bepaalde voorwaarden van de financieringsovereenkomsten wordt gepleegd.

Care Property Invest is, zoals alle GVV's, onderworpen aan een verscherpt toezicht door de toezichthouder op het naleven van deze maximale schuldenlast.

De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid dat de schuldgraad boven de 60% uitstijgt intrinsiek in als laag en de impact van het intrinsieke risico als hoog.

3.2.3 Beperkende maatregelen en beheersing van het risico

Ook hier voert zij een voorzichtig financieel beleid met een constante monitoring van alle geplande investeringen en winstverwachtingen en het afstemmen van de mogelijkheid van een kapitaalverhoging onder de vormen toegestaan door de GVV-wet om de wettelijke sancties bij overschrijding van deze maximale drempel te allen tijde te vermijden.

De Vennootschap schat het restrisico, d.w.z. rekening houdend met de beperkende factoren van het risico zoals hierboven beschreven, verbonden aan het risico dat de schuldgraad boven de 60% uitstijgt in als laag qua waarschijnlijkheid en hoog qua impact.

3.3 Risico's verbonden aan de kost van het kapitaal

3.3.1 Omschrijving van het risico

Dit risico kan beschreven worden als het risico op ongunstige schommelingen van de interestvoeten, een verhoogde risicopremie op de aandelenmarkten en/of een stijging van de kost van de schulden.

3.3.2 Potentiële impact voor de Vennootschap

De potentiële impact betreft een materiële stijging van de gewogen gemiddelde kost van het kapitaal van de onderneming (eigen vermogen en schulden) en een impact op de rendabiliteit van de onderneming als geheel en van nieuwe investeringen.

De leningen met vaste rentevoet en variabele rentevoet bedroegen respectievelijk 42,65% en 57,35% van de totale financiële schulden per 31 december 2022. Het percentage aangegane schuld met variabele rente dat via een afgeleid instrument wordt omgezet in een instrument met vaste rente (ten opzichte van de totale financiële schuld) bedroeg 26,77% per 31 december 2022. De totale hedge ratio bedraagt aldus 69,42%. Per 31 december 2021 bedroeg deze 93,09%. Rekening houdend met de kapitaalverhoging zou de hedge ratio per 31 december 2022 stijgen tot 85,23%.

Op basis van de uitstaande kredieten per 31 december 2022 zou bij een stijging van de rentevoeten met 1%, de gewogen gemiddelde interestlast, inclusief interest rate swaps, stijgen van 2,14% naar 2,45%. Dit zou, in de veronderstelling dat de kost van het vreemd vermogen ten belope van 50% meegerekend wordt in de kapitaalkost en bij gelijkblijvende kost van het eigen vermogen, een stijging van de kapitaalkost met zich meebrengen van 0,15%.

Een verandering van de rentecurve van 1% (stijging) zou een invloed hebben op de reële waarde van de kredietportefeuille van ongeveer € 9,3 miljoen. De conclusie met betrekking tot de impact van de verandering van de rentecurve kan lineair worden doorgetrokken.

Een stijging/daling van de rentevoeten met 1% zou een positief/negatief effect hebben op de staat van het globaal resultaat via de variaties van de reële waarde van financiële activa/passiva ten belope van € 0,381/€ 0,426 per aandeel maar een negatieve/positieve invloed op het uitkeerbaar resultaat en ook het globaal resultaat door de stijging/daling van een gedeelte van de netto-interestkosten dat is blootgesteld aan de schommelingen van de interestvoeten.

De stijging van de vereiste risicopremie op de aandelenmarkten zou tot gevolg kunnen hebben dat de koers van het aandeel daalt en het voor de Vennootschap duurder wordt om nieuwe acquisities te financieren.

De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid van deze risicofactor evenals de impact van dit risico intrinsiek in als gemiddeld.

3.3.3 Beperkende maatregelen en beheersing van het risico

Care Property Invest beschermt zich tegen een stijging van de interestvoeten door het gebruik van vastrentende contracten of swaps voor wat de initiële portefeuille(1) betreft. Voor de initiële portefeuille zijn enkel de herzienbare kredieten bij Belfius ten belope van € 6.890.000 aan een beperkt renterisico onderworpen, deze kredieten zijn namelijk driejaarlijks herzienbaar. Voor de nieuwe portefeuille(2) is het uitstaand commercial paper ten belope van € 30,5 miljoen en verschillende roll-over kredieten bij diverse financiële instellingen met per 31 december 2022 een uitstaand bedrag ten belope van € 266 miljoen onderworpen aan de evolutie van de rentevoeten op de financiële markten. Care Property Invest heeft als doelstelling zich minstens voor 80% in te dekken aan vaste rentevoeten via swaps. Hiermee wil de Vennootschap het risico ondervangen dat de stijging van de

rentevoeten hoofdzakelijk te wijten is aan een verhoging van de reële rentevoeten.

Voor de nieuwe portefeuille zijn er eveneens 8 herzienbare kredieten. Care Property Invest monitort de evolutie van de rentevoeten en rentecurve van dichtbij en zal zich tijdig indekken tegen een al te grote stijging van de rentevoeten.

Verdere toelichting m.b.t. de kredietlijnen wordt gegeven in hoofdstuk VII. Jaarrekening, bij "Toelichting 5: Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening" op pagina 205", "T 5.9 Netto-interestkosten" op pagina 209, "T 5.27 Andere langlopende verplichtingen" op pagina 226 en "T 5.16 Financiële vaste activa en andere langlopende financiële verplichtingen" op pagina 216. Indien de stijging van de interestvoeten het gevolg is van een stijging van het inflatieniveau, is er ook de indexatie van de huurinkomsten als temperende factor, weliswaar pas nadat de indexatie van de huurovereenkomsten kan doorgevoerd worden, zodat er een vertragend effect op zit.

In het algemeen streeft Care Property Invest naar de opbouw van een vertrouwensrelatie met haar bankpartners en investeerders en staat zij in voortdurende dialoog met hen teneinde een solide langetermijnrelatie uit te

bouwen.

Desalniettemin blijft de Vennootschap dit risico als materieel beschouwen.

(1) De initiële portefeuille betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde (vorderingen financiële leasing) van € 156.518.610 en een gegenereerde huurstroom van € 15.406.228) die de Vennootschap afsloot tot 2014.

(2) De nieuwe portefeuille zoals hier bedoeld betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 20.499.475 en een gegenereerde huurstroom van € 1.084.902) en de vastgoedbeleggingen (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 934.268.830 en een gegenereerde huurstroom van € 37.887.735) die de Vennootschap aankocht na 2014.

3.4 Risico's verbonden aan het gebruik van afgeleide financiële producten

3.4.1 Beschrijving van het risico

Dit risico kan beschreven worden als de risico's bij het gebruik van derivaten ter afdekking van het renterisico. De reële waarde van de afgeleide producten wordt beïnvloed door schommelingen van interestvoeten op de financiële markten. De reële waarde van de afgeleide financiële producten bedroeg € -16.810.790 per 31 december 2021 tegenover € 21.780.342 per 31 december 2022. De variatie in de reële waarde van de afgeleide producten bedroeg € 38.591.131 per 31 december 2022.

3.4.2 Mogelijke impact voor de Vennootschap

De potentiële impact betreft enerzijds de complexiteit en volatiliteit van de reële waarde van de indekkingsinstrumenten en daardoor ook van de nettoactiefwaarde (NAW), zoals gepubliceerd onder IFRS en anderzijds het tegenpartijrisico tegenover partners bij wie afgeleide financiële producten werden afgesloten. De stijging van reële waarde van de afgeleide producten ten belope van € 38.591.131 vertegenwoordigt een stijging van het nettoresultaat en van de NAW van € 1,39 zonder evenwel een impact te hebben op de aangepaste EPRA-winst en dus de capaciteit van de Vennootschap om haar vooropgestelde dividend uit te keren. Een stijging van de marktrente met 1% heeft een stijging van de reële waarde van de afgeleide financiële producten tot gevolg ten belope van € 10.579.826 of € 0,381 per aandeel en een stijging van de NAW eveneens ten belope van € 0,381 per aandeel. Een daling van de marktrente ten belope van 1% heeft een daling van de reële waarde tot gevolg ten belope van

€ 11.823.117 of € 0,426 per aandeel en een daling van de NAW per aandeel ten belope van hetzelfde bedrag.

De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid van deze risicofactor evenals de impact intrinsiek in als gemiddeld.

3.4.3 Beperkende maatregelen en beheersing van het risico

Alle afgeleide financiële producten worden louter voor indekkingsdoeleinden aangehouden. Er worden geen speculatieve instrumenten aangehouden. Alle afgeleide financiële producten betreffen interest rate swaps. Care Property Invest werkt bovendien enkel samen met gereputeerde financiële instellingen (Belfius Bank, KBC Bank, BNP Paribas Fortis en ING).

De Vennootschap is in veelvuldig overleg met deze financiële instellingen over de evolutie van de rentevoeten en de impact op de bestaande afgeleide financiële producten. Daarnaast monitort de Vennootschap zelf de evolutie van de relevante rentevoeten.

De huidige economische situatie zorgt evenwel voor een grotere volatiliteit en druk op de rentevoeten zodat deze monitoring des te belangrijker wordt om de volatiliteit tegen te gaan. Daarenboven zal het niet zeker zijn dat de Vennootschap in de toekomst de afdekkingsinstrumenten vindt die ze wenst af te sluiten, noch dat de voorwaarden verbonden aan de indekkingsinstrumenten aanvaardbaar zullen zijn.

De Vennootschap schat het restrisico, dit wil zeggen rekening houdend met de beperkende factoren en de beheersing van het risico, als laag in qua waarschijnlijkheid en gemiddeld in qua impact.

4. Reglementaire en andere risico's

4.1 Risico's in verband met de wijziging in het tarief van de roerende voorheffing

4.1.1 Beschrijving van het risico

De roerende voorheffing bedraagt in principe 30%, met een mogelijkheid tot vermindering of vrijstelling van dit tarief.

GVV's waarvan het vastgoed voor minstens 80% bestaat uit onroerende goederen die in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte zijn gelegen en uitsluitend of hoofdzakelijk voor aan woonzorg of gezondheidszorg aangepaste wooneenheden aangewend worden of bestemd zijn, kunnen volgens de Wet tot regeling van de erkenning en de afbakening van crowdfunding en houdende diverse bepalingen inzake financiën (laatst gewijzigd o.b.v. de Programmawet van 27 december 2021) genieten van een verlaagde roerende voorheffing van 15%. Tevens geniet de Vennootschap conform artikel 116 en 118 §1, 6de van het KB/WIB92 vrijstelling van roerende voorheffing op de inkomsten toegekend aan Belgische openbare gereglementeerde vastgoedvennootschappen.

De aandeelhouders van Care Property Invest genieten sinds 1 januari 2017 van dit verminderde tarief aangezien 100% van haar vastgoedportefeuille geïnvesteerd is in de sector van de huisvesting voor senioren.

Het risico bestaat dat om budgettaire of andere redenen (bv. de uitbreiding van het toepassingsgebied van deze uitzondering doordat andere GVV's aan deze vereiste voldoen) de overheid deze uitzondering schrapt en het algemeen tarief van 30% van toepassing wordt of in zijn geheel nog verder opgetrokken zou worden.

Op basis van het voorstel van de raad van bestuur zal de Vennootschap een brutodividend uitkeren van € 1,00 per aandeel of een totaal van € 27.741.625. Een stijging van de roerende voorheffing van 15% naar 30% zou aldus een stijging betekenen van € 4.161.244 van de in te houden roerende voorheffing of een daling van het nettodividend met € 0,15 per aandeel of van € 0,85 naar € 0,70 per

aandeel.

Haacht (BE) I Klapgat

4.1.2 Mogelijke impact voor de Vennootschap

De potentiële impact betreft enerzijds een negatieve beïnvloeding van het nettodividend voor de aandeelhouders die de roerende voorheffing niet kunnen recupereren, wat de Vennootschap minder aantrekkelijk maakt als investering en een verstoring van de contacten met de lokale overheden en caritatieve vzw's en dus een impact op het huidige operationele model voor wat betreft deze huurders (cfr. doorrekening mogelijk aan huurders - zie hierna), zowel voor bestaande als mogelijke toekomstige investeringen. De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid van deze risicofactor intrinsiek in als laag.

4.1.3 Beperkende factoren en beheersing van het risico

(2) De nieuwe portefeuille zoals hier bedoeld betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 20.499.475 en een gegenereerde huurstroom van € 1.084.902) en de vastgoedbeleggingen (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 934.268.830 en een gegenereerde huurstroom van € 37.887.735) die de Vennootschap aankocht na 2014.

Voor de initiële portefeuille(1) leasingvorderingen kan Care Property Invest fluctuaties in de roerende voorheffing opvangen en doorrekenen aan haar huurders zodat dit risico onbestaande is voor de aandeelhouders. Dit gedeelte van de portefeuille vertegenwoordigt 28,33% van de totale huurinkomsten. Voor de nieuwe portefeuille(2) is een dergelijke clausule niet opgenomen. Dit betekent dat het nettodividend € 0,75 per aandeel zou bedragen, in geval van de verhoging van de huurgelden als gevolg van deze contractuele bepaling.

De Vennootschap schat het restrisico, dit wil zeggen rekening houdend met de beperkende factoren en de beheersing van het risico, verbonden aan deze risicofactor in als laag qua waarschijnlijkheid en gemiddeld qua impact.

4.2 Risico's verbonden aan de erfbelasting

4.2.1 Beschrijving van het risico

Dit risico kan beschreven worden als het risico betreffende de veranderingen van de voorwaarden voor de vrijstelling van erfbelasting.

Mits voldaan wordt aan een aantal voorwaarden, genieten de erfgenamen van de aandeelhouders van de vrijstelling van erfbelasting (artikel 2.7.6.0.1. VCF). De aandelen moeten op datum van het overlijden minstens 5 jaar eigendom zijn van de houder. Bovendien dient de houder in het bezit te zijn gekomen van de aandelen uiterlijk in het jaar 2005, met uitzondering van verkrijging onder echtgenoten en erfgenamen in de eerste graad waarvoor nog geen vrijstelling van successierechten/erfbelasting verleend werd.

De beurswaarde van het aandeel kan maximum ten belope van zijn uitgifteprijs t.b.v. € 5,95 worden vrijgesteld. Eveneens kan de som van de nettodividenden toegekend gedurende de periode waarin de overledene of zijn echtgenoot houder was van de aandelen vrijgesteld worden voor zover de aandelen deel uitmaken van de nalatenschap. Dit betekent op eind 2022 een vrijgesteld bedrag van € 18,66 per aandeel in de hypothese dat het aandeel aangekocht werd bij de beursgang van de Vennootschap.

De laatste kennisgeving die de Vennootschap ontving van de banken ingevolge de promotor en oprichtingsovereenkomst (BNP Paribas Fortis, VDK Bank, Belfius Bank, KBC, CBC en Bank Degroof Petercam) en haar eigen aandeelhoudersregister geven aan dat 3.229.997 aandelen of 11,64% van het totaal aantal uitstaande aandelen per 31 december 2022 recht had op een

vrijstelling. De Vennootschap wenst de aandacht erop te vestigen dat het aantal aandelen dat recht heeft op de vrijstelling hoger ligt vermits sommige van haar aandelen bij andere financiële instellingen aangehouden worden. Aangezien bij een overtreding van de voorwaarden de vrijstelling van de erfbelasting voor de toekomst verloren gaat, zou dit bij overtreding op dit moment betekenen dat de totale vrijstellingsbasis, o.b.v. het netto dividend over boekjaar 2022 en de laatst gekende in aanmerking komende aandelen, met € 2.745.497 verminderd. Het uiteindelijke verlies aan vrijstellingsbedrag zal verder oplopen afhankelijk van de houdperiode van de aandelen in kwestie.

4.2.2 Mogelijke impact op de Vennootschap

De mogelijke impact op de Vennootschap bestaat erin dat zij door haar aandeelhouders zou kunnen aangesproken worden indien de vergunning wordt ingetrokken door een handelen van de Vennootschap buiten de erkenningsvoorwaarden. De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid van deze risicofactor intrinsiek in als laag.

4.2.3 Beperkende factoren en beheersing van het risico

Care Property Invest volgt ook hier op permanente wijze de wettelijke vereisten en de naleving ervan op binnen het team, bijgestaan door externe gespecialiseerde adviseurs. Verder onderhoudt zij een intensieve dialoog met de Vlaamse belastingdienst (Vlabel).

De Vennootschap schat het restrisico, dit wil zeggen rekening houdend met de beperkende factoren en de beheersing van het risico zoals hierboven beschreven als laag, wat de waarschijnlijkheid betreft en gemiddeld wat de omvang betreft.

(1) De initiële portefeuille betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde (vorderingen financiële leasing) van € 156.518.610 en een gegenereerde huurstroom van € 15.406.228) die de Vennootschap afsloot tot 2014.

4.3 Risico's verbonden aan het statuut

4.3.1 Beschrijving van het risico

Als Openbare GVV is de Vennootschap onderworpen aan de GVV-wet, die beperkingen inhoudt ten aanzien van o.m. de activiteiten, de schuldgraad, de resultaatverwerking, belangenconflicten en corporate governance. Het (blijvend) beantwoorden aan deze specifieke vereisten is onder meer afhankelijk van het vermogen van de Vennootschap om op succesvolle wijze haar activa en schuldpositie te beheren, evenals van de naleving van strikte interne controleprocedures.

4.3.2 Mogelijke impact op de Vennootschap

De Vennootschap zou mogelijk niet in staat kunnen zijn om aan deze vereisten te beantwoorden in geval van een significante wijziging in haar financiële situatie of anderszins. Zo is de Vennootschap eveneens blootgesteld aan het risico van toekomstige wijzigingen van de wetgeving inzake gereglementeerde vastgoedvennootschappen. Daarnaast is er ook het risico dat de FSMA als toezichthouder sancties oplegt in geval van schending van toepasselijke regels, met inbegrip van het verlies van het statuut van GVV. Indien de Vennootschap haar statuut als GVV zou verliezen, zou ze niet langer van het afwijkend fiscaal stelsel voor GVV's genieten en aldus de volledige belastbare grondslag inzake vennootschapsbelasting van toepassing worden. Dat zou voor Care Property Invest een bijkomende verschuldigde vennootschapsbelasting betekenen van ca. € 7 miljoen of ca. € 0,25 per aandeel. Bovendien wordt het verlies van de vergunning voor het GVV-statuut in de regel in de kredietovereenkomsten van de Vennootschap aangemerkt als een

gebeurtenis waardoor de kredieten die de Vennootschap heeft afgesloten vervroegd opeisbaar kunnen worden (Zie risicofactor "3.1 Risico's verbonden aan de liquiditeit als gevolg van niet-naleving van convenanten en wettelijke financiële parameters" op pagina 21). Eveneens zou verlies van het GVV-statuut er ook voor zorgen dat de Vennootschap het verlaagd tarief in de roerende voorheffing van 15% op haar dividenden niet meer kan toepassen (zie risicofactor "4.1 Risico's in verband met de wijziging in het tarief van de roerende voorheffing" op pagina 27).

Bijkomend zijn de activiteiten van de Vennootschap geïnternationaliseerd (de Vennootschap heeft op heden investeringen gerealiseerd in België, Nederland, Spanje en Ierland). Deze internationalisering impliceert een toegenomen complexiteit van het wetgevend kader waaronder de buitenlandse wetgeving van het land van investering en het internationaal (fiscaal) recht waaraan de Vennootschap rechtstreeks dan wel onrechtstreeks (via een dochtervennootschap) is onderworpen.

Dochtervennootschappen die niet het statuut hebben van een GVV of een gespecialiseerd vastgoedbeleggingsfonds (GVBF), blijven onderworpen aan vennootschapsbelasting zoals elke andere vennootschap, en in de mate waarin de Vennootschap rechtstreeks vastgoed bezit in het buitenland, is het mogelijk dat de Vennootschap onderworpen is aan lokale belastingen.

De Vennootschap kan zich voor de uitoefening van haar activiteiten in Spanje verzekeren van de toepassing van het SOCIMI-statuut ('Sociedades cotizadas de inversión en el mercado inmobiliario"), vergelijkbaar met het GVV-statuut. Voor haar activiteiten in Nederland (met uitzondering van de

activiteiten van haar dochtervennootschap Care Property Invest.NL10 B.V.(1)) kan zij sinds kort gebruik maken van het FBIstatuut ('Fiscale beleggingsinstelling"), eveneens vergelijkbaar met het GVVstatuut. Voor haar activiteiten in Ierland lijkt de toepassing van een fiscaal gunstig statuut uitgesloten waardoor deze onderworpen zijn aan de lokale reguliere vennootschapsbelasting.

Naast het risico van een wijziging van het fiscale kader specifiek voor GVV's, bestaat er ook een risico dat het fiscale kader in de andere landen waarin de Vennootschap actief is, wijzigt, bijvoorbeeld m.b.t. het toepasselijke belastingregime en/of de belastingtarieven, of de interpretatie of praktische toepassing van de onderliggende regels. Dit zou kunnen leiden tot een hogere belastingdruk voor de desbetreffende activiteiten, of tot discussies en procedures met de bevoegde belastingautoriteiten, die naast eventueel verschuldigde belastingen aanleiding kunnen geven tot procedurekosten, boetes en moratoire interesten. Het uiteindelijk gevolg hiervan zou kunnen zijn dat er minder dividenden naar de Vennootschap vloeien en er dus minder dividenden kunnen worden uitgekeerd aan de aandeelhouders van de Vennootschap.

Zo werd in het kader van een begrotingsakkoord in Nederland de afschaffing van het FBI-statuut vanaf 1 januari 2025 in het vooruitzicht gesteld.

(2) (3) (4) (5)

4.3.3 Beperkende factoren en beheersing

van het risico

Care Property Invest monitort daarom op permanente wijze de wettelijke vereisten en de naleving ervan binnen het team, bijgestaan door externe gespecialiseerde adviseurs. Zij heeft ook regelmatig contact met de overheden en neemt geregeld deel aan studiedagen van verenigingen en federaties die de sector vertegenwoordigen, zoals de vzw BE-REIT Association, die ze mede opgericht heeft.

De Vennootschap schat het restrisico, dit wil zeggen rekening houdend met de beperkende factoren en de beheersing van het risico, in als laag tot gemiddeld qua waarschijnlijkheid en hoog qua impact voor de Vennootschap.

30 31

(1) De Vennootschap heeft tot de datum van dit document nog geen officiële bevestiging gekregen van de Nederlandse fiscus dat het FBI-statuut van toepassing wordt geacht voor Care Property Invest.NL10 B.V.

II. Brief aan de aandeelhouders

HOUDERS 2023

Geachte aandeelhouder

In 2022 hebben we als Vennootschap de krachten gebundeld om de uitdagende verwachtingen m.b.t. de groei van de zorgvastgoedportefeuille evenals de financiële resultaten waar te maken. De uitbreiding van onze Europese vastgoedportefeuille werd gerealiseerd door bijkomende acquisities en opleveringen in de drie Europese landen waar de Vennootschap reeds actief is, evenals door de verwerving van haar eerste projecten in de Ierse zorgvastgoedmarkt.

In 2022 werd, dankzij de verdere uitrol van de vaccinatiecampagnes, de coronapandemie onder controle gebracht. Als bedrijf, actief in het segment van het zorgvastgoed, hebben wij de afgelopen jaren de verschrikkelijke situaties in de woonzorgcentra van nabij meegemaakt. Wij willen dan ook nogmaals onze dankbaarheid uiten aan het zorgpersoneel voor hun buitengewone inspanningen.

Daarnaast werden we begin 2022 wereldwijd opgeschrikt door de uitbraak van de oorlog in Oekraïne die vandaag de dag nog steeds verder gaat. Als Vennootschap betreuren wij ten zeerste de onmenselijke situatie waarin vele Oekraïners vandaag de dag leven.

PORTEFEUILLEGROEI

Care Property Invest heeft de ambitie om haar portefeuille uit te breiden binnen Europa. In 2022 werd ingezet op de verdere groei van de reeds bestaande zorgvastgoedportefeuilles in België, Nederland en Spanje, maar slaagde de Vennootschap er eveneens in haar intrede te maken in de Ierse zorgvastgoedmarkt. Zo werden in 2022 voor € 219 miljoen aan bijkomende investeringen gerealiseerd (waarvan voor € 8 miljoen onder opschortende voorwaarden). De reële waarde van de vastgoedportefeuille (inclusief financiële leasings) bedraagt hierdoor per 31 december 2022 circa € 1,1 miljard (+ 15%). Daarnaast bezit de Vennootschap ook nog een lopend investeringsprogramma aan voorverhuurde ontwikkelingsprojecten voor een bedrag van € 45 miljoen.

II BRIEF AAN DE AANDEEL-Brief aan de aandeelhouders

MEER DAN 25 JAAR OP DE BEURS

In 1996 werd Serviceflats Invest, de voorloper van het huidige Care Property Invest, geïntroduceerd op de beurs van Brussel. Al 26 jaar lang slaagt de Vennootschap erin om een aanzienlijke waardecreatie te realiseren en een stabiel en jaarlijks stijgend dividend uit te keren aan haar aandeelhouders. Het streven van de Vennootschap is om deze trend verder te zetten in de komende jaren. Getuige hiervan het voorstel aan de algemene vergadering om over 2022 een bruto dividend van € 1 per aandeel uit te keren, bijna 15 % meer dan vorig jaar en volledig in overeenstemming met de vooropgestelde guidance.

De oorlog blijft ook in de rest van Europa niet zonder gevolgen voor de economie en de financiële draagkracht van de burgers. Galopperende inflatie overal in Europa ten gevolge van de energieprijzen en de weerslag hiervan op de kosten van levensonderhoud voor burgers en de rentabiliteit van onze bedrijven hebben we met z'n allen gevoeld, en nog steeds.

Om dit alles onder controle te krijgen, werden opnieuw interesten op leningen ingevoerd en geleidelijk verder opgedreven, tot op vandaag. Ondanks de uitstekende financiële resultaten van Care Property Invest werden ook wij niet gespaard van de crisissfeer die dit alles onvermijdelijk oproept.

Onzekerheid over de gevolgen van intereststijgingen, inflatie, de waardering van de vastgoedportefeuilles en de schuldgraad van de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (GVV) hebben ervoor gezorgd dat de schrik onder aandeelhouders ver is doorgeslagen. Daardoor zijn de beurskoersen van deze aandelen op een ongezien dieptepunt terechtgekomen.

II.

In 2022 slaagde Care Property Invest erin haar vastgoedportefeuille te verhogen naar circa € 1,131 miljard.

FINANCIËLE RESULTATEN

Naast de focus op groei van de vastgoedportefeuille door bijkomende investeringen streeft Care Property Invest eveneens naar waardecreatie voor haar aandeelhouders. De Vennootschap is er dan ook in geslaagd haar huurinkomsten in 2022 te laten toenemen tot circa € 54 miljoen (+ 25,6%). Ondanks de nodige investeringen die in 2022 werden gedaan in personeel, om de verdere groei van de Vennootschap te bewerkstelligen, slaagden we erin het jaar af te sluiten met een aangepaste EPRA-winst van € 34,3 miljoen (+25%), hetzij € 1,2379 per aandeel. Deze resultaten overstijgen de aangekondigde prognoses voor 2022 uit het Jaarlijks Financieel Verslag 2021, evenals de verhoogde guidance uit de Tussentijdse Verklaring van de raad van bestuur 1ste kwartaal 2022 en het Halfjaarlijks Financieel Verslag 2022. Dit bewijst dat Care Property Invest in staat is groei van haar vastgoedportefeuille te realiseren in combinatie met de daarbijhorende bijkomende kosten, en tegelijkertijd te streven naar een stijging van de winst per aandeel. Aan de gewone algemene vergadering, die plaatsvindt op 31 mei 2023, zal worden voorgesteld een brutodividend uit te keren van € 1 per aandeel, wat een stijging is van 15%. Na inhouding van het verlaagde tarief van roerende voorheffing (15%) ontvangt de aandeelhouder een nettodividend van € 0,85 per aandeel.

DUURZAAMHEID

De focus van Care Property Invest op duurzaamheid van zowel haar bestaande als toekomstige vastgoedportefeuille neemt voortdurend toe. In 2022 publiceerde Care Property Invest dan ook haar derde duurzaamheidsverslag. De geleverde inspanningen voor deze duurzaamheidsrapportering werden in september 2022 voor het eerst bekroond met de EPRA sBPR Gold Award. Daarnaast werd Care Property Invest in 2022 voor het eerst beoordeeld door GRESB en S&P Global (via het Corporate Sustainability Assessment). Met de resultaten en feedback van deze evaluaties gaan we in 2023 aan de slag om onze score te verbeteren door nog meer in te zetten op duurzaamheid binnen onze activiteiten.

De komende jaren worden op duurzaamheidsrapporteringsgebied ook cruciaal met de komst van de Corporate Sustainability Reporting Directive (CSRD) en de EU Taxonomy Regulation. Care Property Invest zet vandaag al de nodige stappen om zich voor te bereiden om tegen 2025 volledig klaar te zijn om volgens deze nieuwe rapporteringsvereisten te kunnen rapporteren.

VOORUITZICHTEN

Het afgelopen jaar heeft Care Property Invest aangetoond dat het in staat is om zijn vooropgestelde groei te realiseren. Om ook de komende jaren verder op deze groei in te zetten ging de Vennootschap begin 2023 over tot het verhogen van het kapitaal via een uitgifte met voorrechten voor alle bestaande aandeelhouders. Het totaal opgehaalde kapitaal bedroeg circa € 110 miljoen, wat voor een forse daling van de schuldgraad zorgde.

De Vennootschap is steeds op zoek naar nieuwe kwalitatieve en rendabele projecten. De huidige marktomstandigheden met hoge rentevoeten en de hoge kost van eigen middelen, waarvan verwacht wordt dat deze nog een tijd zullen aanhouden, maken echter dat onze aankooppolitiek tegenover de verdere uitbreiding van de vastgoedportefeuille selectiever zal zijn. De Vennootschap verwacht dan ook voor 2023 een vertraging in het

groeiritme.

Dit alles in acht genomen maakt dat de Vennootschap voor 2023 verwacht om een aangepaste EPRA-winst per aandeel te realiseren tussen € 1,00 en € 1,03. De raad van bestuur heeft de intentie om, zoals over 2022, opnieuw een brutodividend uit te keren van

€ 1 per aandeel.

De raad van bestuur wil tot slot de aandeelhouders danken voor hun vertrouwen, de klanten voor het geloof in de meerwaarde die Care Property Invest betekent voor hun projecten en uiteraard haar medewerkers voor hun inzet en enthousiasme bij de verwezenlijking van de doelstellingen van hun onderneming.

Peter Van Heukelom Mark Suykens

Chief Executive Officer Voorzitter raad van bestuur

De raad van bestuur wenst een brutodividend uit te keren van € 1,00 per aandeel (+15%) over 2022.

Berchem (BE) I Park Kemmelberg

III. Beheersverslag

HISTORIEK 1995 - 2023

.

. 2012

...

Initieel investeringsprogramma 2000 serviceflats afgerond

2000

... 1995

Innovation Award voor "Technologie en het wonen van ouderen"

2016

Opname in de Bel MID-index. Start lidmaatschap EPRA

Oprichting van Serviceflats Invest nv

Erkenning als vastgoedbevak, op initiatief van de Vlaamse Regering met als doelstelling de bouw en financiering van 2000 serviceflats voor OCMW's en sociale vzw's in het Vlaams en Brussels Hoofdstedelijk Gewest.

Vanaf 30 oktober 1995

210 volledig volstorte aandelen.

.. 2015

2014

Keuzedividend mei-juni 2014 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 2 miljoen.

Vanaf 20 juni 2014 10.359.425 volledig volstorte aandelen.

2014

Serviceflats Invest nv wordt Care Property invest nv. Aandelensplitsing 1: 1000

Vanaf 24 maart 2014 10.210.000 volledig volstorte aandelen.

Verkrijging statuut Openbare Gereglementeerde Vastgoedvennootschap (openbare GVV)

2013-2014

Statutenwijzigingen ter verruiming van het doel

2015 Nieuw adres: Horstebaan 3, 2900 Schoten

Kapitaalverhoging in geld

22 juni 2015 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 36 miljoen.

Vanaf 22 juni 2015 13.184.720 volledig volstorte aandelen.

1996

Kapitaalverhoging in geld (IPO - Eurnext Brussels) 7 februari 1996

Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 59 miljoen.

Vanaf 7 februari 1996

10.210 volledig volstorte aandelen.

. 2017

Kapitaalverhoging door inbreng in natura 15 maart 2017 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 34 miljoen.

Vanaf 15 maart 2017 15.028.880 volledig volstorte aandelen.

.. 2022

Intrede op de Ierse markt

.

..

. 2018

.

.

Intrede op de Nederlandse markt. Verwerving 100e woonzorgproject

2019

Kapitaalverhoging door inbreng in natura 3 april 2019

Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 16 miljoen.

Vanaf 3 april 2019

20.086.876 volledig volstorte aandelen.

2022

Kapitaalverhoging door inbreng in natura 7 juli 2022 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 14 miljoen.

. 2020

Vanaf 7 juli 2022 27.741.625 volledig volstorte aandelen.

2019

Keuzedividend mei-juni 2019 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 7 miljoen.

Vanaf 26 juni 2019 20.394.746 volledig volstorte aandelen.

2020

. 2020

Keuzedividend mei-juni 2020

.. 2021

Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 7 miljoen.

Vanaf 19 juni 2020 21.918.213 volledig volstorte aandelen.

Kapitaalverhoging door inbreng in natura 15 januari 2020

Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 34 miljoen.

Vanaf 15 januari 2020 21.645.122 volledig volstorte aandelen.

2020

Kapitaalverhoging in geld (ABB)

juni 2020 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 59 miljoen.

Vanaf 25 juni 2020

24.110.034 volledig volstorte aandelen.

2021

Kapitaalverhoging door inbreng in natura 20 januari 2021 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 42 miljoen.

Vanaf 20 januari 2021 25.806.148 volledig volstorte aandelen.

Kapitaalverhoging door inbreng in natura 17 november 2021 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 26 miljoen.

Vanaf 17 november 2021 26.931.116 volledig volstorte aandelen. 2022

Keuzedividend mei-juni 2022 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 4 miljoen.

Vanaf 20 juni 2022 27.102.910 volledig volstorte aandelen.

.

. 2017

Kapitaalverhoging in geld 27 oktober 2017 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 70 miljoen.

Vanaf 27 oktober 2017 19.322.845 volledig volstorte aandelen.

2017

Verwerving eerste projecten in Waals en Brussels Hoofdstedelijk Gewest

. 2023

Kapitaalverhoging in geld 24 januari 2023 Totaalbedrag kapitaalverhoging: circa € 108 miljoen.

Vanaf 24 januari 2023 36.988.833 volledig volstorte aandelen.

1. Strategie: Zorgbouw in alle vertrouwen

Care Property Invest is opgericht op 30 oktober 1995 en was de eerste beursgenoteerde vastgoedinvesteerder onder de vorm van een BEVAK (thans GVV) gespecialiseerd in huisvesting voor senioren. Care Property Invest ontwikkelt en financiert betaalbare, kwalitatieve en aantrekkelijke zorginfrastructuur en diverse woonvormen voor senioren en mensen met een beperking zoals: woonzorgcentra, centra voor kortverblijf, groepen van assistentiewoningen en wooncomplexen voor mensen met een fysieke en/of verstandelijke beperking.

In het kader van zorgvastgoed beoogt Care Property Invest volgende activiteiten, zowel in het publieke als in het private domein in België, Nederland, Spanje en Ierland:

Onze activiteiten als zorgvastgoedinvesteerder

Als zorgvastgoedinvesteerder realiseren we een duurzame groei voor al onze stakeholders middels volgende mogelijke investeringsmogelijkheden:

III. BEHEERSVERSLAG

• Design Build Finance (financiële leasing)

In een "Design-Build-Finance" formule staat Care Property Invest in voor de volledige ontzorging van de inititiefnemer door de projectontwikkeling op zich te nemen, van architectuur, samenwerking met aannemers, projectrealisatie en -opvolging tot en met de financiering van het project.

De initiatiefnemer geeft een recht van opstal (op een bouwgrond of een bestaand gebouw dat toe is aan renovatie) aan Care Property Invest voor minstens 32 jaar.

De Vennootschap ontzorgt de initiatiefnemer volledig en staat in voor het verkrijgen van de benodigde omgevingsvergunning voor de bouw van het project tijdens de ontwikkelings- en bouwfase. Care Property Invest ziet tevens toe op de voortgang van de werken, bewaakt het budget en financiert uw project op lange termijn.

Bij voorlopige oplevering stelt Care Property Invest het project ter beschikking van de exploitant middels een recht van erfpacht voor minstens 27 jaar waarbij de erfpachthouder een jaarlijks geindexeerde canon betaald aan Care Property Invest. Het ontvangen van recurrente inkomsten uit onroerend goed in eigendom is immers de kernactiviteit van elke Real Estate Investment Trust (REIT) en mag niet worden verward met financieringsactiviteiten.

Na afloop van het recht van opstal (en in de mate dat er geen openstaande canon meer verschuldigd is) wordt het gebouw door natrekking eigendom van de grondeigenaar.

Met de mogelijkheid om de DBF-formule uit te breiden naar "Maintain" speelt Care Property Invest in op die groeiende vraag naar volledige overname van het vastgoedgerelateerde takenpakket (beheer en onderhoud).

Dit onderdeel sluit ook nauw aan bij de initiële investeringsportefeuille van Care Property Invest (financiële leasings). De Vennootschap boekt de inkomsten uit de historische portefeuille, of zelfs alle financiële leases die de Vennootschap na de oprichting heeft afgesloten, consequent als huurinkomsten en niet als rente-inkomsten of enige financiële inkomsten, zoals het geval zou zijn bij een hypothecaire REIT.

• Ontwikkelen en investeren in zorgvastgoed (Vastgoedbeleggingen)

Naast de DBF(M)-formule verwerft Care Property Invest ook gronden en/of gebouwen en projecten in uitvoering/ ontwikkeling door zorgondernemers. Ook de herontwikkeling van bestaande gebouwen neemt Care Property Invest voor haar rekening.

Care Property Invest zal deze projecten steeds voor lange termijn ter beschikking stellen van exploitanten die gespecialiseerd zijn in het uitbaten van woonzorgcentra, groepen van assistentiewoningen, woongelegenheden voor mensen met

een beperking …

Bij de voortzetting van de strategie ziet het management van Care Property Invest er nauwgezet op toe, dat alle vereisten van de GVV-Wet en het GVV-KB steevast worden nageleefd.

• Herfinancieren van bestaande gebouwen: bestaande gebouwen die aan een grondige renovatie toe zijn, kunnen via een recht van erfpacht, recht van opstal of gewoon door aankoop doorgeschoven worden naar Care Property Invest. Na renovatie zal de Vennootschap deze tevens ter beschikking stellen van

een ervaren exploitant. • Investeren in zorgvastgoed:

het verwerven van gronden en/of gebouwen, projecten in uitvoering en ontwikkelingen. Care Property Invest stelt deze projecten daarna ter beschikking van de exploitant op basis

van een langetermijnovereenkomst.

MISSION STATEMENT EN WAARDEN

Bij de realisatie van zorgvastgoedinvesteringen draagt Care Property Invest haar mission statement en waarden hoog in het vaandel.

MISSIE

Care Property Invest realiseert op een duurzame manier samen met private en publieke zorgondernemers kwaliteitsvol en maatschappelijk verantwoord vastgoed op maat van de eindgebruiker.

Care Property Invest bouwt met vertrouwen aan de toekomst vanuit een solide organisatie, met een competent en divers team.

Care Property Invest biedt een stabiel langetermijnrendement voor haar aandeelhouders.

WAARDEN

Professionaliteit

Care Property Invest voert zowel de lopende als toekomstige projecten steeds uit na het voltooien van een uitgebreid researchtraject, dat zowel intern als door externe onderzoekbureaus werd uitgevoerd. Hierdoor kan zij voor elk project een accurate inschatting maken van de mogelijke risico's. Voorts worden de interne processen van nabij gemonitord en op tijd bijgestuurd waar nodig, om een vlotte werking van de organisatie te garanderen. Care Property Invest streeft altijd de hoogst mogelijk vorm van professionaliteit na.

Integriteit

Care Property Invest bouwt op integere wijze aan een duurzame vertrouwensband met haar aandeelhouders, medewerkers, exploitanten van haar zorgvastgoed, aannemers, politieke wereld, de GVVsector en in het algemeen alle partijen die rechtstreeks of onrechtstreeks met de onderneming te maken hebben.

Veranderingsgerichtheid

In een snel veranderende wereld wil Care Property Invest haar eigen werkprocessen en -structuren voortdurend verbeteren. Door proactief mee te groeien met veranderingen, creëert de Vennootschap een sterk draagvlak voor vernieuwing en wapent ze zich voor de uitdagingen van de toekomst.

VASTGOEDSTRATEGIE

Een groeiende markt

Haar huidige strategie inzake zorgvastgoed voor senioren berust op de toenemende vergrijzing van de bevolking die in België volgens het Federaal Planbureau een piek zal bereiken tegen 2070. Deze zorgt nu en in de komende decennia voor een toenemende vraag naar zorgvastgoed met een maatschappelijke meerwaarde. Ook voor Nederland, Spanje en Ierland geldt er een gelijkaardige tendens wat vergrijzingcijfers voor de bevolking betreft. Voor meer details verwijzen we naar de hierna vermelde grafieken die de demografische evolutie in België, Nederland, Spanje en Ierland weergeven.

De zekere demografische evolutie in combinatie met haar groeistrategie, de invulling van haar maatschappelijk doel en het feit dat zij als GVV 100% investeert in zorgvastgoed, zorgt ervoor dat haar aandeel steeds een stabiel rendement oplevert voor haar aandeelhouders, en dit aan een verlaagde roerende voorheffing van 15% (i.p.v. het algemene tarief van 30%).

Care Property Invest beheerst haar risico's door te zorgen voor een goede geografische marktspreiding van haar vastgoed, door te diversifiëren tussen de operatoren van haar vastgoed en door een goede balans te creëren tussen publiek-private en private samenwerkingen. Dit is, onder andere, ook een grote motivator geweest voor de Vennootschap om haar stap naar de Nederlandse zorgvastgoedmarkt te zetten in september 2018 en de Spaanse zorgvastgoedmarkt in 2020. In 2022 zette de Vennootschap haar strategie verder door ook in Iers zorgvastgoed te investeren.

Kwalitatief vastgoed op maat

De zorgvuldige selectie van nieuwe projecten voor de Vennootschap gebeurt steeds na een uitgebreide risicoanalyse in combinatie met een gegronde beoordeling van het investeringsdossier door het college van dagelijks bestuur, mits positief advies van het investeringscomité of door de raad van bestuur van de Vennootschap.

De investeringsbeslissingen kunnen het zelf ontwikkelen, realiseren en financieren van gebouwen betreffen, maar ook het herfinancieren of verwerven van bestaande gebouwen, al dan niet vergezeld door een renovatie of uitbreiding, zowel op de private als op de publieke markt.

Hieronder een overzicht van enkele van de belangrijkste selectiecriteria:

• Correcte prijs-kwaliteitsverhouding van het project met oog op waardecreatie op de lange termijn;

• Mogelijke opbrengsten van het project; • Solvabiliteit, reputatie en spreiding van de exploitanten/ontwikkelaars/

• Gunstige ligging van het project: vlotte bereikbaarheid, zowel met de wagen als met het openbaar vervoer en afwezigheid van ander zorgvastgoed. Hiervoor wordt steeds een uitgebreid marktonderzoek

  • aannemers;
  • uitgevoerd;

• Omgeving: in de onmiddellijke omgeving van een dorps-/stadskern met winkels, apotheken en horecagelegenheden; • Het vastgoed voldoet aan hoge

kwaliteitsnormen in combinatie met een hoogwaardige technologische uitrusting en sluit perfect aan bij de noden van het doelpubliek van Care Property Invest.

De strategie van Care Property Invest is er in essentie een van het type "buy and hold" en is als dusdanig per definitie gericht op het aanhouden van vastgoed op lange termijn.

Zeist (NL) I Villa Wulperhorst

(1) Gebaseerd op gegevens van het Federaal Planbureau - Verslag over de demografische vooruitzichten 2017-2070.

(2) Gebaseerd op de volgende gegevensbron: "Prognose intervallen van de bevolking; leeftijdsgroep, 2018-2060", CBS - 19 december 2017

  • (3) Gebaseerd op gegevens van de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO),http://stats.oecd.org
  • (4) Gebaseerd op gegevens van het Ierse Central Statistics Office: "Projected population, 2016 2051",https://www.cso.ie

85+

FINANCIËLE STRATEGIE

De Vennootschap stemt haar financiële strategie af op de groei die ze realiseert. Door het continu uitbouwen van de schaalgrootte, streeft ze steeds naar een competitieve verdeling van schulden en kapitaalkosten en een verbetering van haar operationele marge.

Oorsprong financiële bronnen

Voor de eigen middelen doet Care Property Invest een beroep op de kapitaalmarkt. Via kapitaalverhogingen in geld en in natura met daartegenover onmiddellijk renderende activa en/of een concrete pipeline, kan de Vennootschap winstgroei per aandeel bewerkstelligen en handhaven.

Care Property Invest wil zichzelf op een zo gunstig mogelijke manier financieren door gebruik te maken van eigen en vreemde middelen.

Eigen middelen

Als GVV is Care Property Invest er zich ten volle van bewust hoe belangrijk haar dividendpolitiek is voor haar aandeelhouders. Daarom verhoogt de Vennootschap telkens haar dividend wanneer dit duurzaam mogelijk is. Zo vermijdt Care Property Invest dat zij het uitgekeerde bedrag in een later boekjaar opnieuw dient te verlagen.

Gelet op de groei van de Vennootschap, wil het management zoveel mogelijk van de winst reserveren om opnieuw te kunnen investeren binnen het wettelijk kader. Daarbij streeft de Vennootschap naar een pay-out ratio (uitkeringspercentage van het dividend per aandeel t.o.v. de winst per aandeel) dat zo dicht mogelijk bij het wettelijk minimum van 80% komt. Daarnaast streeft de Vennootschap naar een duurzame verhoging van het dividend, en onderzoekt ze jaarlijks de mogelijkheid van een keuzedividend.

Ondanks de reeds gerealiseerde toename van de liquiditeit van haar aandeel, werkt Care Property Invest steeds verder aan een verhoging hiervan om de aantrekkelijkheid van haar aandeel te vergroten door de aanstelling van een liquidity provider.

Vreemde middelen

Care Property Invest wil de vreemde middelen zo gediversifieerd mogelijk aantrekken. Daarbij streeft ze naar een verdere spreiding van haar kredietverstrekkers in België maar ook in het buitenland en beschikt zij over een MTN programma voor € 300 miljoen met de verplichting dat alle uitstaand commercial paper gedekt is door niet – gebruikte ruimte op kredietlijnen.

Care Property Invest beperkt haar liquiditeitsrisico door voldoende lijnen ter beschikking te houden voor haar kortetermijnbehoeften en de financiering van bijkomende investeringen voor de komende 12 maanden.

Daarnaast bestaat er eveneens een liquiditeitsrisico ingeval de Vennootschap de convenanten gekoppeld aan de kredietovereenkomsten, niet langer zou respecteren. Deze convenanten voorzien in marktconforme bepalingen, o.a. inzake schuldgraad en naleving van de bepalingen van de GVV-regelgeving. Care Property Invest monitort de parameters van deze convenanten op regelmatige basis en telkens wanneer ze een nieuwe investering overweegt.

Care Property Invest heeft op het einde van het boekjaar geen enkel gebouw binnen haar portefeuille in hypotheek of in pand

gegeven.

Een correcte financiering is noodzakelijk voor een rendabel en solide businessmodel, gezien het kapitaalintensief karakter van de sector waarin de Vennootschap actief is en de buy-and-holdstrategie. Hierdoor beschikt ze over een structurele schuldpositie met voornamelijk bulletkredieten.

De Vennootschap heeft als langetermijndoelstelling om een schuldgraad beneden de 50% te hebben. Deze schuldgraad laat een optimale verhouding tussen eigen en vreemde middelen toe. Tevens biedt een dergelijke schuldratio de mogelijkheid om in te spelen op investeringsopportuniteiten die waarde creëren voor de Vennootschap. Op korte termijn wordt de hoogte van de schuldgraad mede bepaald door de op dat ogenblik geldende economische en financiële omstandigheden.

Daarnaast wil de Vennootschap het renterisico van haar schulden beperken door te streven naar een indekkingspercentage van de schulden tussen de 75% en 80%. Care Property Invest volgt de evoluties op de financiële markten op de voet om zo haar financiële structuur te optimaliseren en een goede samenstelling te bekomen van financiering op korte en lange termijn, alsook het afsluiten van derivatencontracten om het gewenste indekkingspercentage te bereiken. De Vennootschap houdt bij de gemiddelde duur van haar kredieten eveneens rekening met de langetermijninkomsten uit haar investeringen.

Laag risico en standvastige inkomstenbron door erfpacht- en huurovereenkomsten op lange termijn

(2)  Uitgezonderd het project "Tillia" te Gullegem waarvoor de Vennootschap het leegstandsrisico zelf draagt.

Door het afsluiten van erfpacht- en huurovereenkomsten op lange termijn creëert Care Property Invest cashflows op lange termijn. Door het 'triple netkarakter'(1) van deze overeenkomsten met solide operatoren en de overdracht van het leegstandsrisico naar de operator(2) slaagt de Vennootschap erin een laag risicoprofiel te handhaven. Daarnaast zorgt de jaarlijkse indexatie van de huurovereenkomsten voor een bescherming tegen inflatie. Het feit dat op 31 december 2022 nog ongeveer 30% van de huurinkomsten voortkomen uit overeenkomsten met lokale overheden, versterkt het lage risicoprofiel en maakt de Vennootschap uniek in vergelijking met andere GVV's.

Dit geldt eens te meer nu zorgvastgoed eerder gekoppeld is aan de demografische factoren, die gunstig zijn gelet op de demografische onderstroom van de vergrijzing van de bevolking, dan aan de economische conjunctuur.

Turnhout (BE) I De Nieuwe Kaai

FINANCIEEL RESULTAAT

Toekomstvisie

Doel verruimen

Care Property Invest profileert zich als een belegger in ouderenzorg en aangepaste infrastructuur voor personen met een beperking. Het statutair doel wordt zo ruim mogelijk gezet. Binnen het segment van vastgoed in zorg en welzijn wordt er een prioritering bepaald.

Dienstenportfolio uitbreiden

Care Property Invest richt zich op investeringen in zorg en welzijn en heeft opportuniteitsgedreven ook aandacht voor conceptontwikkeling.

Strategische krachtlijnen

    1. Marktverruiming en (interne) dienstenportfolio in zorg en welzijn.
    1. Management van investor & stakeholder relations.
    1. Internationalisering.
    1. Opvolging en beïnvloeding van het regelgevend kader.
    1. Afstemming van de middelen op groei (groeimanagement).

Het is de ambitie van Care Property Invest om dé referentie (toonaangevend) te zijn in haar markt en een groei te realiseren. De realisatie en snelheid van de groei wordt mede bepaald door de economische en financiële omstandigheden waarin de Vennootschap opereert.

Care Property Invest is een zeer dynamische speler in haar markt die vernieuwing brengt in vastgoed voor zorg en welzijn voor ouderen en mensen met een beperking. Care Property Invest wenst dit op een onafhankelijke manier te realiseren.

(1) Uitgezonderd het project "Les Terrasses du Bois" te Watermaal-Bosvoorde waarvoor een double net-overeenkomst op lange termijn afgesloten werd en het project "Tillia" te Gullegem waarvoor een single net overeenkomst op lange termijn werd afgesloten.

2. Belangrijke gebeurtenissen

2.1 Belangrijke gebeurtenissen boekjaar 2022

Hieronder wordt een kort overzicht gegeven van de acquisities, desinvesteringen, lopende projecten in ontwikkeling en opgeleverde projecten tijdens het boekjaar 2022.

Voor verdere informatie betreffende het vastgoed van de verworven projecten verwijzen we naar de individuele persberichten op de website, www.carepropertyinvest.be/investeren/persberichten/.

2.1.1 Projecten boekjaar 2022 in België

Naam Exploitant Acquisitie
datum
Locatie Bouw- /
renovatiejaar
of verwachte
oplevering
Contract Conv. Waarde
(in € miljoen)
Type
transactie
Nieuwe projecten met onmiddellijk rendement
Assistentiewoningen
'Klapgat'
Thuis Leven vzw 07/07/2022 Haacht 2020 30 jaar
(triple net)
€ 13,9 Share deal
(inbreng in
natura)
Naam Exploitant Verkoop
datum
Locatie Bouw- /
renovatiejaar
of verwachte
oplevering
Classificatie Marktwaarde
vrij op naam
(in € miljoen)
Type
transactie
Desinvestering
Residentie de Anjers Astor vzw 23/06/2022 Balen 2018 Financiële
leasing
€ 11,0 Asset deal

2.1.2 Projecten boekjaar 2022 in Nederland

Naam Exploitant Acquisitie
datum
Locatie Bouw- /
renovatiejaar
of verwachte
oplevering
Contract Conv. Waarde
(in € miljoen)
Type
transactie
Nieuwe projecten met onmiddellijk rendement
Pim Senior Stichting Pim Senior 08/07/2022 Dorst 2021 30 jaar
(triple net)
€ 22,0 Asset deal
Vught - Ome Jan De Familie 22/12/2022 Vught 2021 25 jaar
(triple net)
€ 9,7 Asset deal
Nieuwe projecten in ontwikkeling
Warm Hart Zuidwolde Warm Hart Zorghuizen 03/02/2022 Zuidwolde Q2 2023 20 jaar
(triple net)
€ 10,4 Asset deal
Warm Hart Ulestraten Warm Hart Zorghuizen 28/04/2022 Ulestraten Q3 2023 20 jaar
(triple net)
€ 6,5 Asset deal
Lopende projecten in ontwikkeling
St. Josephkerk Korian Holding
Nederland
26/09/2019 Hillegom Q2 2024 20 jaar
(triple net)
€ 9,1 Asset deal
Sterrenwacht Korian Holding
Nederland
12/06/2019 Middelburg Q3 2023 20 jaar
(triple net)
€ 6,5 Asset deal
Opgeleverde projecten
Aldenborgh Aldenborgh
Exploitatie
05/11/2020 Herten
(Roermond)
Q1 2022 25 jaar
(triple net)
€ 8,2 Asset deal
Villa Vught Valuas Zorggroep 29/12/2020 Vught Q2 2022 25 jaar
(triple net)
€ 6,2 Asset deal
Margaritha Maria Kerk
(pastorie)
Korian Holding
Nederland
26/03/2019 Tilburg Q2 2022 20 jaar
(triple net)
€ 2,0 Asset deal
Huize Elsrijk Com4care 29/12/2020 Amstelveen Q3 2022 20,5 jaar
(triple net)
€ 6,2 Share deal
Mariënhaven Valuas Zorggroep 28/12/2020 Warmond Q3 2022 20 jaar
(triple net)
€ 11,9 Asset deal
Villa Ouderkerk Korian Holding
Nederland
31/03/2021 Ouderkerk aan
de Amstel
Q4 2022 15 jaar
(triple net)
€ 9,6 Asset deal

2.1.3 Projecten boekjaar 2022 in Spanje

Naam Exploitant Acquisitie
datum
Locatie Bouw- /
renovatiejaar
of verwachte
oplevering
Contract Conv. Waarde
(in € miljoen)
Type
transactie
Nieuwe projecten met onmiddellijk rendement
Emera Murcia Emera Group 25/02/2022 Murcia 2021 15 jaar
(triple net)
€ 10,8 Share deal
Nieuwe projecten in ontwikkeling
Solimar Tavernes
Blanques
Vivalto Group 11/03/2022 Tavernes Blanques Q4 2024 20 jaar
(triple net)
€ 10,6 Asset deal
Solimar Elche Vivalto Group 28/09/2022 Elche Q2 2025 20 jaar
(triple net)
€ 10,8 Asset deal
Marina Del Port La Vostra Llar 01/12/2022 Barcelona Q2 2024 20 jaar
(triple net)
€ 7,0 Asset deal
Lopende projecten in ontwikkeling
Emera Mostoles Emera Group 21/06/2021 Mostoles (Madrid) Q2 2023 15 jaar
(triple net)
€ 12,1 Asset deal
Opgeleverde projecten
Emera Carabanchel Emera Group 24/07/2020 Carabanchel
(Madrid)
Q2 2022 15 jaar
(triple net)
€ 14,6 Asset deal
2.1.4 Projecten boekjaar 2022 in Ierland
Naam Exploitant Acquisitie
datum
Locatie Bouw- /
renovatiejaar
of verwachte
oplevering
Contract Conv. Waarde
(in € miljoen)
Type
transactie
Nieuwe projecten met onmiddellijk rendement
Ballincurrig Care
Centre
Silver Stream
Healthcare
25/02/2022 Ballincurrig 2003 25 jaar
(triple net)
€ 6,2 Asset deal
Ratoath Manor Nursing
Home
Silver Stream
Healthcare
08/04/2022 Ratoath 1995 25 jaar
(triple net)
€ 6,9 Asset deal
Dunlavin Nursing
Home
Silver Stream
Healthcare
08/04/2022 Dunlavin 2016 25 jaar
(triple net)
€ 11,3 Asset deal
Leeson Park Nursing
Home
Silver Stream
Healthcare
08/04/2022 Ranelagh 1960/2013 25 jaar
(triple net)
€ 14,6 Asset deal
Cairnhill Nursing
Home
DomusVi 25/05/2022 Bray 2013 15 jaar
(triple net)
€ 20,0 Asset deal
Elm Green Nursing
Home
DomusVi 03/06/2022 New Dunsink 2015 15 jaar
(triple net)
€ 26,7 Asset deal
Nieuwe projecten in ontwikkeling
Sugarloaf Care Centre Silver Stream Healthcare 16/12/2022 Kilmacanogue
South
Q4 2024 25 jaar
(triple net)
€ 23,4 Share deal
Nieuwe projecten verworven onder opschortende voorwaarden
Friar's Lodge Nursing
Home
Brookhaven
Healthcare
14/10/2022 Ballinrobe 2004 25 jaar
(triple net)
€ 8,4 Asset deal
Elm Green Nursing
Home
Nieuwe projecten in ontwikkeling
Sugarloaf Care Centre Silver Stream Healthcare South
Naam Exploitant Acquisitie
datum
Locatie Bouw- /
renovatiejaar
of verwachte
oplevering
Contract Conv. Waarde
(in € miljoen)
Type
transactie
Nieuwe projecten met onmiddellijk rendement
Ballincurrig Care
Centre
Silver Stream
Healthcare
25/02/2022 Ballincurrig 2003 25 jaar
(triple net)
€ 6,2 Asset deal
Ratoath Manor Nursing
Home
Silver Stream
Healthcare
08/04/2022 Ratoath 1995 25 jaar
(triple net)
€ 6,9 Asset deal
Dunlavin Nursing
Home
Silver Stream
Healthcare
08/04/2022 Dunlavin 2016 25 jaar
(triple net)
€ 11,3 Asset deal
Leeson Park Nursing
Home
Silver Stream
Healthcare
08/04/2022 Ranelagh 1960/2013 25 jaar
(triple net)
€ 14,6 Asset deal
Cairnhill Nursing
Home
DomusVi 25/05/2022 Bray 2013 15 jaar
(triple net)
€ 20,0 Asset deal
Elm Green Nursing
Home
DomusVi 03/06/2022 New Dunsink 2015 15 jaar
(triple net)
€ 26,7 Asset deal
Nieuwe projecten in ontwikkeling
Sugarloaf Care Centre Silver Stream Healthcare 16/12/2022 Kilmacanogue
South
Q4 2024 25 jaar
(triple net)
€ 23,4 Share deal
Nieuwe projecten verworven onder opschortende voorwaarden
Friar's Lodge Nursing
Home
Brookhaven
Healthcare
14/10/2022 Ballinrobe 2004 25 jaar
(triple net)
€ 8,4 Asset deal

2.1.5 Andere gebeurtenissen tijdens het boekjaar 2022

2.1.5.1 Fusies

Opslorpende vennootschap Datum effectieve
opslorping
Datum akte Datum officiële
publicatie
Care Property Invest nv 01/01/2022 20/06/2022 12/07/2022
Care Property Invest nv 01/01/2022 20/06/2022 02/08/2022
Care Property Invest nv 01/01/2022 20/06/2022 28/07/2022
Care Property Invest Spain Socimi S.L.U. 01/01/2022 09/08/2022 05/09/2022
Care Property Invest Spain Socimi S.L.U. 01/01/2022 09/08/2022 05/09/2022
Care Property Invest Spain Socimi S.L.U. 01/01/2022 09/08/2022 05/09/2022
01/01/2022 09/08/2022 05/09/2022
Care Property Invest Spain Socimi S.L.U. 25/02/2022 09/08/2022 05/09/2022
Care Property Invest nv 29/11/2022 29/11/2022 05/01/2023
Care Property Invest Jasmine, S.L.U. Care Property Invest Spain Socimi S.L.U.

Voor meer informatie aangaande de fusievoorstellen, zie www.carepropertyinvest.be/investeren/ fusiesvoorstellen/.

2.1.5.2 Oprichting/verwerving dochtervennootschappen

Naam opgerichte dochtervennootschap Datum oprichting Doel
Care Property Invest Emerald Limited 25/01/2022 Zorgvastgoedsites in Ierland verwerven
Care Property Invest.NL10 B.V. 04/07/2022 Zorgvastgoedsites in Nederland verwerven
Naam verworven dochtervennootschap Datum verwerving Doel
Care Property Invest Lily S.L. 25/02/2022 Zorgvastgoedsites in Spanje verwerven
Igor Haacht nv 07/07/2022 Zorgvastgoedsites in België verwerven
Care Property Invest Diamond LTD.
(ex Cincolite LRD.)
16/12/2022 Zorgvastgoedsites in Ierland verwerven

2.1.5.3 Keuzedividend

De raad van bestuur van Care Property Invest besloot op 25 mei 2022 om de aandeelhouders de mogelijkheid van een keuzedividend aan te bieden voor coupon 14 (met een bruto-waarde van

€ 0,7461). Aandeelhouders hadden de keuze om (i) ofwel de nettodividendvordering in te brengen in het kapitaal van de Vennootschap, tegen de uitgifte van nieuwe gewone aandelen, (ii) ofwel het dividend in cash te ontvangen, (iii) ofwel te opteren voor een combinatie van de twee voorgaande opties.

Na afloop van de keuzeperiode kon zij bevestigen dat in totaal 24,63% van de nettodividendrechten verbonden aan de aandelen met coupon nr. 14 (m.b.t. het dividend voor het boekjaar 2021), ingeleverd werden in ruil voor nieuwe aandelen in Care Property Invest, wat leidde tot een versterking van het eigen vermogen met € 4.030.287 (€ 1.022.088 in kapitaal en € 3.008.199 in uitgiftepremie), dewelke een verdere groei van de vastgoedportefeuille moet bewerkstelligen.

Hiervoor werden 171.794 nieuwe gewone aandelen uitgegeven tegen een vastgestelde uitgifteprijs van € 23,46 per aandeel, binnen het kader van het toegestane kapitaal. Bijgevolg werd het kapitaal van Care Property Invest op 20 juni 2022 vertegenwoordigd door 27.102.910 aandelen. De dividendrechten die niet werden ingebracht, goed voor een totaal netto uit te keren bedrag van € 12.333.679 werden in cash uitbetaald.

2.1.5.4 Kapitaalverhoging door inbreng in

natura

Op 7 juli 2022 verwierf Care Property Invest het project "Klapgat" te Haacht middels een inbreng in natura van 100% van de aandelen in Igor Haacht nv, de vennootschap die eigenaar is van het vastgoed van dit project en dit binnen het kader van het toegestane kapitaal.

De transactie heeft geleid tot een versterking van het eigen vermogen van € 13.914.724 waarvan een bedrag van € 3.800.035 werd toegewezen aan de post kapitaal en een bedrag van € 10.114.689 aan de post uitgiftepremie. De inbreng van alle aandelen van Igor Haacht nv werd vergoed door 638.715 nieuwe aandelen van Care Property Invest.

Na deze transactie werd het toegestane kapitaal verminderd met € 3.800.035 zodat het saldo op 31 december 2022 € 64.873.735 bedraagt en de Vennootschap vanaf dan een totaal aantal uitstaande aandelen heeft

van 27.741.625.

2.1.5.5 Intrede op de Ierse zorgvastgoedmarkt

Om haar strategisch groeiplan verder te ontvouwen, maakte Care Property Invest in de loop van het eerste kwartaal van 2022 haar intrede op de Ierse

zorgvastgoedmarkt.

De aantrekkingskracht om te investeren in de Ierse zorgvastgoedmarkt ligt voornamelijk in een snel vergrijzende bevolking, het (reeds bestaande) tekort aan rusthuisbedden, de mogelijkheden die deze relatief immature markt biedt, een solide financieringssysteem vanuit de Ierse overheid en een consolidatietrend op niveau van de exploitanten.

Het groeipotentieel van de Ierse woonzorgvastgoedmarkt wordt aangedreven door een aantal parameters die elkaar versterken.

Ierland kent bijvoorbeeld een relatief jonge bevolking, waarvoor tegen 2051 een versnelde vergrijzingsgolf wordt voorspeld. Zo schatte het Ierse Centraal Bureau voor de Statistiek in dat de bevolking van 65 jaar en ouder tussen 2016 en 2051 met 145% zal toenemen. Voor de 80-plussers wordt over diezelfde periode zelfs een toename van maar liefst 347% voorspeld. Deze vergrijzingsgolf gaat hand in hand met een hoge levensverwachting. De levensverwachting in Ierland bedraagt momenteel 82,5 jaar (mannen en vrouwen gecombineerd) en wordt verwacht verder te stijgen.

De voorspelde groei van deze leeftijdscategorieën zal een stijging van het aantal rusthuisbedden in het land noodzakelijk maken. Met een totaal van 32.000 woongelegenheden beschikbaar in haar woonzorgcentra, kampt Ierland volgens de Wereldgezondheidsorganisatie (de "WHO") nu al met een capaciteitstekort. Dit aantal komt neer op slechts 4,3 bedden per honderd 65-plussers, daar waar de WHO een minimumaantal van 5 bedden per honderd 65-plussers voorspelt. Tegen 2026 zal er een verwacht tekort zijn van 5.500 woongelegenheden. Tegen 2031 zullen er naar verwachting nog eens 7.500 woongelegenheden extra moeten bijkomen om aan de verwachte stijgende vraag naar plaatsen voor ouderenzorg te kunnen voldoen.

Care Property Invest heeft de ambitie om haar portefeuille verder uit te breiden. Zij onderhoudt hiervoor nauwe contacten met zorgoperatoren die in Ierland actief zijn en heeft in de loop van het boekjaar 2022 dan ook reeds een heel aantal investeringen gerealiseerd.

Voor meer details m.b.t. de verworven projecten in Ierland verwijzen we naar de punt "2.4.4. Projecten boekjaar 2022 in Ierland" en naar de individuele persberichten op de website van de Vennootschap (www.carepropertyinvest.be/ investeren/persberichten/).

2.1.5.6 Aanvraag SOCIMI-statuut Spaanse dochtervennootschap

Care Property Invest diende een rulingaanvraag in bij de Spaanse autoriteiten in het kader van haar aanvraag van het fiscaal gunstig SOCIMI-statuut ("sociedades cotizadas de inversión en el mercado inmobiliario", d.w.z. Spaanse REIT/GVV). Op 23 juni 2022 ontving de Vennootschap een gunstige uitspraak, die stelt dat de Vennootschap als Belgische GVV gelijkwaardig is aan het Spaanse SOCIMI.

In navolging hiervan werden de statuten van de holding vennootschap Care Property Invest Spain Socimi, S.L.U. (voorheen Care Property Invest Spain, S.L.U.) gewijzigd en vonden er op 9 augustus 2022 geruisloze fusies plaats met al haar Spaanse dochtervennootschappen. Gezien aan alle voorwaarden werd voldaan, diende Care Property Invest Spain Socimi, S.L.U. nog vóór het einde van september 2022 een aanvraag in tot toepassing van het SOCIMI-statuut en kan zij bijgevolg, met terugwerkende kracht voor het boekjaar 2022, gebruik maken van het fiscaal gunstig statuut.

In aanmerking genomen dat het fiscaal gunstig SOCIMI-regime gelijkwaardig is aan andere REIT-regimes, zal dit het gemiddeld rendement van de huidige Spaanse vastgoedportefeuille met ongeveer 0,20% verhogen. Bovendien zal het gelijke concurrentievoorwaarden creëren met andere investeerders op de Spaanse zorgvastgoedmarkt, waardoor de verdere uitbreiding van haar portefeuille in Spanje een duwtje in de rug krijgt.

2.1.5.7 Verkrijging statuut van fiscale beleggingsinstelling in Nederland

De Vennootschap ontving eind 2022 het goede nieuws dat voor de vennootschappen Care Property Invest. NL BV t.e.m. Care Property Invest.NL9 BV de aanslagen vennootschapsbelasting definitief gemaakt zullen worden met toepassing van het FBI-statuut. Concreet betekent dit dat deze Vennootschappen de reeds betaalde vennootschapsbelasting voor de boekjaren 2018 t.e.m. 2022 zullen terugkrijgen. Vanaf heden zullen toekomstige aangiftes voor deze vennootschappen dan ook worden ingediend met toepassing van dit fiscaal gunstig statuut wat maakt dat het toepasbaar tarief aan vennootschapsbelasting 0% bedraagt.

Echter werd eveneens eind dit jaar in het kader van een begrotingsakkoord in Nederland aangekondigd het FBIstatuut vanaf 1 januari 2025 te willen afschaffen. De Vennootschap houdt er dan ook rekening mee dat bovengenoemde dochtervennootschappen vanaf 2025 mogelijks opnieuw regulier belast zullen worden en zal daarom ook geen wijzigingen aan de huidige structuur aanbrengen. Eveneens zal zij bij toekomstige acquisities via sharedeal, evalueren of een eventuele omvorming naar een FBI, gezien de aangekondigde afschaffing, nog wel opportuun is.

2.1.5.8 Bekroning van de financiële rapportering en sustainability rapportering

  • Care Property Invest mocht in september 2022 de EPRA sBPR Gold Award in ontvangst nemen. De Vennootschap is verheugd met deze erkenning voor de inspanningen die geleverd werden op het vlak van duurzaamheidsrapportering.
  • Ook voor de financiële rapportering mocht de Vennootschap in september 2022 voor de zesde opeenvolgende keer de EPRA BPR Gold Award in ontvangst nemen voor de voortdurende hoge transparantie in de financiële rapportering.

Tavernes Blanques (ES) I Solimar Tavernes Blanques

2.2 Gebeurtenissen na afsluiting van het boekjaar 2022

2.2.1 Bijkomende investeringen

Zoals reeds meegedeeld in de aparte persberichten, kan Care Property Invest met trots aankondigen dat zij na de afsluiting van het boekjaar nog de volgende investeringen heeft gerealiseerd:

2.2.1.1 Bijkomende projecten in Nederland

Naam Exploitant Acquisitie
datum
Locatie Bouw- /
renovatiejaar
of verwachte
oplevering
Contract Conv.
Waarde
(in €
miljoen)
Type
transactie
Opgeleverde projecten
Warm Hart Zuidwolde Warm Hart Zorghuizen 03/02/2022 Zuidwolde Q2 2023 20 jaar
(triple net)
€ 10,4 Asset deal
Nieuwe projecten verworven onder opschortende voorwaarden
Saamborgh Ruurlo Saamborgh Verhuur B.V. 15/03/2023 Ruurlo 2023 20 jaar
(triple net)
€ 11,9 Share deal

2.2.1.2 Bijkomend project in Ierland

Naam Exploitant Acquisitie
datum
Locatie Bouw- /
renovatiejaar
of verwachte
oplevering
Contract Conv.
Waarde
(in €
miljoen)
Type
transactie
Nieuwe projecten verworven onder opschortende voorwaarden
Skibbereen Residential Care
Centre
Brookhaven Healthcare 06/01/2023 Skibbereen 2004 25 jaar
(triple net)
€ 7,5 Asset deal

2.3.1 Andere gebeurtenis na boekjaar 2022

2.3.1.1 Kapitaalverhoging in geld

Care Property Invest lanceerde op 11 januari 2023 een kapitaalverhoging bij wijze van inbreng in geld binnen het toegestane kapitaal met opheffing van het wettelijk voorkeurrecht en met toekenning van onherleidbare toewijzingsrechten aan alle bestaande aandeelhouders.

De voornaamste doelstelling van deze kapitaalverhoging bestond erin om de Vennootschap toe te laten nieuwe financiële middelen te verwerven en haar eigen vermogen te verhogen zodat zij de groeistrategie met betrekking tot haar vastgoedportefeuille kan voortzetten, en tegelijkertijd een verlaagde schuldratio kan handhaven.

Na de openbare aanbieding tot inschrijving op nieuwe aandelen en de succesvolle private plaatsing van scrips kondigde de Vennootschap op 20 januari 2023 aan dat bestaande aandeelhouders en nieuwe investeerders ingeschreven hebben op 100% van de aangeboden nieuwe aandelen voor een brutobedrag van € 110.966.496 waarvan € 55.016.264 zal worden toegewezen aan de post kapitaal en € 55.950.232 aan de post uitgiftepremies. Na deze verrichting wordt het kapitaal van de Vennootschap vertegenwoordigd door 36.988.833 volledig volgestorte aandelen.

Het toegestaan kapitaal bedraagt na deze verrichting € 9.857.471. De Vennootschap heeft de aandeelhouders opgeroepen tot een Buitengewone Algemene Vergadering (BAV I) op 5 april 2023, teneinde een hernieuwing aan te vragen van het toegestaan kapitaal. Echter werd het vereiste quorum niet gehaald waardoor er een nieuwe Buitengewone Algemene Vergavering (BAV II) werd ingepland op 26 april 2023. Voor de documentatie m.b.t. deze Buitengewone Algemene Vergadering verwijzen we naar de website van de Vennootschap (www. carepropertyinvest.be/investeren/algemene-vergadering/).

2.3 Toekomstperspectief

Care Property Invest werkt actief verder aan de uitbouw van een evenwichtige en rendabele vastgoedportefeuille en onderzoekt investeringsopportuniteiten die volledig binnen de strategie passen van de Vennootschap, zowel in België, Nederland, Spanje en Ierland als in andere geografische kernmarkten binnen de EER.

Voor meer informatie over deze projecten, zie punt "2.1 Belangrijke gebeurtenissen boekjaar 2022" op pagina 50.

De raad van bestuur onderzoekt ook voortdurend verschillende investerings- en financieringsmogelijkheden om haar activiteiten te realiseren.

3. Synthese van de geconsolideerde balans en de staat van het globaal resultaat

3.1 Geconsolideerde staat van het globaal resultaat

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
I Huurinkomsten (+) 54.378.866 43.233.668
NETTOHUURRESULTAAT 54.378.866 43.233.668
V Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de
huurder op verhuurde gebouwen (+)
719.938 419.382
VII Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op
verhuurde gebouwen (-)
-756.018 -419.382
VASTGOEDRESULTAAT 54.342.786 43.233.668
IX Technische kosten (-) -2.918 -4.090
VASTGOEDKOSTEN -2.918 -4.090
OPERATIONEEL VASTGOEDRESULTAAT 54.339.868 43.229.578
XIV Algemene kosten van de vennootschap (-) -9.762.807 -7.896.542
XV Andere operationele opbrengsten en kosten (+/-) -2.110.541 -29.439
OPERATIONEEL RESULTAAT VOOR HET RESULTAAT OP DE PORTEFEUILLE 42.466.520 35.303.597
XVIII Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen (+/-) 19.326.917 22.143.057
OPERATIONEEL RESULTAAT 61.793.437 57.446.654
XX Financiële inkomsten (+) 1.968 430
XXI Netto-interestkosten (-) -9.988.634 -7.844.467
XXII Andere financiële kosten (-) -929.943 -586.893
XXIII Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva (+/-) 38.591.131 11.165.200
FINANCIEEL RESULTAAT 27.674.522 2.734.270
RESULTAAT VOOR BELASTINGEN 89.467.959 60.180.924
XXIV Vennootschapsbelasting (-)(1) -548.258 -361.943
XXV Exittaks (-)(1) -255.402 -164.160
BELASTINGEN -803.660 -526.103
NETTORESULTAAT (aandeel van de groep) 88.664.299 59.654.821
Andere elementen van het globaal resultaat 0 0
GLOBAAL RESULTAAT 88.664.299 59.654.821

(1) A.g.v. reclassificaties tussen de rubrieken XXIV. Vennootschapsbelasting (-) en XXV. Exittaks (-) werden eveneens de cijfers per 31 december 2021 aangepast teneinde een correcte vergelijkbaarheid mogelijk te maken.

3.2 Nettoresultaat per aandeel op geconsolideerde basis

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
NETTORESULTAAT / GLOBAAL RESULTAAT 88.664.299 59.654.821
Nettoresultaat per aandeel o.b.v. het gewogen gemiddelde uitstaande aandelen € 3,1961 € 2,2976
Brutorendement t.a.v. de initiële uitgifteprijs in 1996 53,72% 38,62%
Brutorendement t.a.v. de beurswaarde op afsluitdatum 20,28% 8,92%
3.3 Componenten uit het nettoresultaat
Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
NETTORESULTAAT / GLOBAAL RESULTAAT 88.664.299 59.654.821
NIET-KASELEMENTEN BEGREPEN IN HET GLOBAAL RESULTAAT -54.323.064 -32.196.859
Afschrijvingen, waardeverminderingen en terugnames van
waardeverminderingen
433.058 254.511
Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen -19.326.917 -22.143.057
Variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten -38.591.131 -11.165.200
Winst- of verliesmarge projecten toegerekend aan de periode 3.071.632 856.887
Uitgestelde belastingen 90.295 0
AANGEPASTE EPRA-WINST 34.341.235 27.457.962
Aangepaste EPRA-winst per aandeel o.b.v. gewogen gemiddelde uitstaande
aandelen
€ 1,2379 € 1,0576
Brutorendement t.a.v. de initiële uitgifteprijs in 1996 20,81% 17,78%
Brutorendement t.a.v. de beurswaarde op afsluitdatum 7,85% 4,11%

Het gewogen gemiddelde aantal uitstaande aandelen bedroeg 25.963.657 per 31 december 2021 en steeg naar 27.741.625 aandelen per 31 december 2022. Het aantal aandelen bedroeg 26.931.116 per 31 december 2021 (inclusief 9.192 eigen aandelen) en steeg naar 27.741.625 aandelen per 31 december 2022. Op deze datum had de Vennootschap geen eigen aandelen meer in haar bezit.

Het aantal aandelen wijzigde naar aanleiding van (i) een keuzedividend over boekjaar 2021 dat succesvol werd afgerond op 20 juni 2022 en leidde tot de uitgifte van 171.794 nieuwe aandelen en (ii) een kapitaalverhoging in natura voor de aankoop van 100% van de aandelen in Igor Haacht nv, die de assistentiewoningen "Klapgat" gelegen te Haacht bezit. Deze transactie vond plaats op 7 juli 2022 en hiervoor werden 638.715 nieuwe aandelen uitgegeven.

Door de verwezenlijking van een kapitaalverhoging in geld op 24 januari 2023, werden 9.247.208 nieuwe aandelen uitgegeven waardoor het totaal aantal volledig volgestorte stemrechtverlenende aandelen vanaf deze datum 36.988.833 bedraagt.

Het brutorendement wordt berekend in tabel "3.2 Nettoresultaat per aandeel op geconsolideerde basis" door het nettoresultaat per aandeel te delen door resp. de initiële uitgifteprijs in 1996 (zijnde € 5,9495) enerzijds en de beurswaarde op afsluitdatum anderzijds. In de tabel "3.3 Componenten uit het nettoresultaat" wordt het brutorendement berekend door de aangepaste EPRA-winst per aandeel te delen door resp. de initiële uitgifteprijs in 1996 (zijnde € 5,9495) enerzijds en de beurswaarde op afsluitdatum anderzijds. De beurswaarde bedroeg € 15,76 per 31 december 2022 en € 25,75 per 31 december 2021. Er zijn geen instrumenten die een potentieel verwaterend effect hebben op het nettoresultaat per aandeel.

Toelichting bij de staat van het globaal resultaat

Operationeel resultaat

Het operationeel resultaat van de Vennootschap is ten opzichte van 31 december 2021 met 7,57% gestegen.

De huurinkomsten per 31 december 2022 zijn gestegen met 25,78% ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar. De stijging van de huurinkomsten wordt verklaard door (i) de indexatie van de reeds bestaande huurovereenkomsten (ongewijzigde portefeuille) die volledig werd doorgerekend en gemiddeld 4,98% bedraagt per 31 december 2022 wat neerkomt op een bedrag van € 1,9 miljoen, (ii) de verwerving van nieuwe vastgoedbeleggingen en (iii) de oplevering van ontwikkelingsprojecten in 2022. Eveneens dragen de aangekochte en opgeleverde vastgoedbeleggingen gedurende 2021 bij tot de verhoogde huurinkomsten in 2022.

Per 31 december 2022 heeft de Vennootschap geen huurachterstallen waarvoor vorderingen dienden te worden overgeboekt naar de dubieuze debiteuren. Op datum van dit rapport werd 99% van de totaal gefactureerde huur over dit boekjaar effectief geïnd inclusief de volledig aangerekende indexaties.

De algemene kosten van de Vennootschap zijn ten opzichte van 31 december 2021 gestegen met € 1.866.266. Een deel van deze stijging kan toegeschreven worden aan de stijging van de bezoldigingen en personeels-gerelateerde kosten, daar het gemiddeld personeelsbestand steeg van 20,90 VTE's per 31 december 2021 naar 24,17 VTE's per 31 december 2022.

Daarnaast draagt de groei van de Vennootschap ook bij aan de stijging van de algemene kosten van de Vennootschap, waaronder de afschrijvingen (als gevolg van de ingebruikname van de nieuwbouw te Schoten), externe

adviezen en de kosten die eigen zijn aan het GVV-statuut, zoals o.a. de ICB-taks en kosten vastgoeddeskundige.

De andere operationele kosten en opbrengsten

zijn gedaald van € -29.439 per 31 december 2021 naar € -2.110.541 per 31 december 2022.

De andere operationele opbrengsten bestaan voornamelijk uit de vergoeding voor projectbeheer ten belope van € 603.065, welke grotendeels betrekking heeft op de recuperatie van de voorfinanciering van lopende Nederlandse projecten, en een beperkte gerealiseerde meerwaarde n.a.v. de verkoop van het project "Residentie De Anjers" te Balen (BE). Beide posten dragen bij tot het kasresultaat van de Vennootschap. Verder bevat deze rubriek ook de winst- en verliesmarge van de projecten ten belope van € -3.071.632, die eveneens grotendeels kan worden toegeschreven aan de verkoop van het project "Residentie De Anjers" te Balen (BE) als gevolg van de afboeking van de handelsvordering (niet-gerealiseerde meerwaarde) op dit project. Deze laatste betreft een niet-kaselement dat gecorrigeerd wordt voor de berekening van de aangepaste EPRA-winst.

De variaties in de reële waarde van

vastgoedbeleggingen bedragen € 19.326.917 per 31 december 2022. Dit reflecteert een globale positieve variatie in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in portefeuille o.a. als gevolg van de inflatie die de Vennootschap kan doorrekenen aan haar huurders. Ook hier gaat het om niet-gerealiseerde variaties die gecorrigeerd worden in de aangepaste EPRA-winst.

Financieel resultaat

De interestkosten zijn gestegen als gevolg van enerzijds het bijkomend aantrekken van vreemde middelen ter financiering van bijkomende acquisities en lopende ontwikkelingsprojecten in 2021 en 2022 en anderzijds de sterk stijgende interestvoeten op de markt. Dit reflecteert zich dan ook in de stijging van de gewogen gemiddelde interestvoet dewelke 2,14% bedraagt

per 31 december 2022 t.o.v. 1,92% per 31 december 2021. Teneinde de impact van stijgende marktrentevoeten zoveel mogelijk te beperken, maakt de Vennootschap gebruik van interest rate swaps. Per 31 december 2022 werden haar openstaande schulden dan ook voor 69,42% ingedekt.

Het financieel resultaat werd per 31 december 2022 positief beïnvloed ten belope van € 38.591.131 door de opname van de reële waarde van de afgesloten financiële instrumenten. Door de stijging in de marktrentevoeten kennen deze een positieve waarde van € 21.780.342 per 31 december 2022 ten opzichte van € -16.810.790 per 31 december 2021.

De variatie in reële waarde van financiële activa en passiva is een niet-kaselement en wordt bijgevolg niet in aanmerking genomen voor de berekening van het uitkeerbaar resultaat, zijnde de aangepaste EPRA-winst.

Belastingen

Het bedrag van de belastingen per 31 december 2022 bevat de geraamde en voorafbetaalde vennootschapsbelastingen, alsook de wijziging van de berekende exittaks voor de Belgische dochtervennootschappen.

Aangepaste EPRA-winst

De aangepaste EPRA-winst bedroeg op 31 december 2022 op geconsolideerde basis € 34.341.235 ten opzichte van € 27.457.962 op 31 december 2021. Dit betekent een stijging van 25,07%. De aangepaste EPRAwinst per aandeel is gestegen van € 1,0576 op 31 december 2021 naar € 1,2379 op 31 december 2022. Dit vertegenwoordigt een stijging van 17,05% en ligt lager dan de stijging van de totale aangepaste EPRAwinst door de toename van het aantal uitgegeven aandelen. Berchem (BE)

I Park Kemmelberg

3.4 Geconsolideerde balans

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
ACTIVA
I. VASTE ACTIVA 1.156.205.825 927.165.460
B. Immateriële vaste activa 91.656 122.671
C. Vastgoedbeleggingen 934.268.830 718.031.800
D. Andere materiële vaste activa 4.981.964 4.739.677
E. Financiële vaste activa 26.781.435 2.685.847
F. Vorderingen financiële leasing 177.018.085 186.775.769
G. Handelsvorderingen en andere vaste activa 11.738.065 14.809.696
H. Uitgestelde belastingen - activa 1.325.790 0
II. VLOTTENDE ACTIVA 18.310.151 18.150.751
D. Handelsvorderingen 6.021.636 4.514.443
E. Belastingvorderingen en andere vlottende activa 8.646.882 10.167.850
F. Kas en kasequivalenten 2.371.183 2.544.873
G. Overlopende rekeningen 1.270.450 923.585
TOTAAL ACTIVA 1.174.515.976 945.316.211
EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN
EIGEN VERMOGEN 563.394.815 479.258.685
A. Kapitaal 165.048.798 160.226.675
B. Uitgiftepremie 246.128.473 233.064.630
C. Reserves 63.553.245 26.312.559
D. Nettoresultaat van het boekjaar 88.664.299 59.654.821
VERPLICHTINGEN 611.121.161 466.057.526
I. Langlopende verplichtingen 214.947.796 296.256.614
B. Langlopende financiële schulden 206.541.529 274.600.056
C. Andere langlopende financiële verplichtingen 4.998.048 19.494.005
E. Andere langlopende verplichtingen 1.970.685 1.993.405
F. Uitgestelde belastingen - verplichtingen 1.437.534 169.148
II. Kortlopende verplichtingen 396.173.365 169.800.912
B. Kortlopende financiële schulden 376.761.772 151.220.542
D. Handelsschulden en andere kortlopende schulden 13.694.711 12.245.266
E. Andere kortlopende verplichtingen 1.398.649 3.550.796
F. Overlopende rekeningen 4.318.233 2.784.308
TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN 1.174.515.976 945.316.211

Toelichting bij de geconsolideerde balans

Vastgoedbeleggingen

De vastgoedportefeuille van de Vennootschap steeg in 2022 met € 216.237.030. De stijging wordt verklaard door (i) de verwerving van vastgoedbeleggingen (€ 143,1 miljoen), (ii) de verwerving van projectontwikkelingen (€ 28,7 miljoen), (iii) de verdere ontwikkeling van reeds bestaande projecten (€ 22,9 miljoen) en (iv) door een verdere stijging van de fair value van de totale portefeuille (€ 21,4 miljoen). In 2022 werden eveneens 7 projecten opgeleverd met een waarde van € 61,0 miljoen.

De vastgoeddeskundigen bevestigen de reële waarde van de vastgoedportefeuille aan een totaalbedrag van € 932,9 miljoen (exclusief € 1,4 miljoen aan zakelijke rechten). De reële waarde is gelijk aan de investeringswaarde (of de waarde vrij op naam, zijnde de waarde waarin alle aankoopkosten begrepen werden) waarvan de mutatierechten werden afgetrokken ten belope van 2,5% voor het vastgoed in België, 8,5% voor het vastgoed in Nederland en 7,5% voor het vastgoed in Ierland. Voor het vastgoed in Spanje worden deze bepaald door de regio waar het vastgoed gelegen is.

Andere materiële vaste activa

Op 31 december 2022 bevat deze rubriek € 4.958.248 aan "materiële vaste activa voor eigen gebruik". De stijging t.o.v. 31 december 2021 wordt verklaard door de verdere uitbouw van het hoofdkantoor te Schoten, waarvan de voorlopige oplevering in januari 2022 plaatsvond.

Vorderingen financiële leasing

In de "vorderingen financiële leasing" zijn alle eindeopstalvergoedingen inbegrepen die terugbetaald dienen te worden aan het einde van het contract voor de 76 projecten uit de initiële portefeuille, en gedurende de looptijd van het contract voor de projecten "Hof ter Moere" te Moerbeke (BE), "Hof Driane" te Herenthout (BE), "De Nieuwe Ceder" te Deinze (BE) en "Assistentiewoningen De Stille Meers" te Middelkerke (BE).

In tegenstelling tot de projecten uit de initiële portefeuille, bestaat om bovenvermelde reden de canon bij de projecten te Moerbeke, Herenthout, Deinze en Middelkerke naast een opbrengst, eveneens uit een terugbetaling van de investeringswaarde, waardoor het bedrag van de vordering geleidelijk aan zal afnemen over de looptijd van de erfpachtovereenkomst.

De daling van deze rubriek wordt verklaard door de uitboeking van de vordering financiële leasing m.b.t. het project "Residentie De Anjers" n.a.v. de verkoop in de loop van het eerste semester van 2022.

De reële waarde van de financiële leasings bedroeg € 197.017.859 op 31 december 2022 en werd berekend door de verdiscontering van alle toekomstige kasstromen aan een IRS-rentevoet geldend op afsluitdatum, al naargelang de resterende looptijd van het onderliggend contract, verhoogd met een marge. Belangrijk hierbij is dat de kasstromen opgenomen in de berekening de initiële kasstromen betreffen en aldus geen rekening houden met historische en toekomstige indexaties. Op basis van deze berekening komen we op een gemiddelde waarde per assistentiewoning van € 90.458 wat een conservatieve waardering van de vorderingen financiële leasing bevestigd.

Handelsvorderingen m.b.t. de projecten begrepen bij de "vorderingen financiële

leasing"

Het verschil tussen de nominale waarde van de eindeopstalvergoedingen (begrepen bij de rubriek "vorderingen financiële leasing") en de reële waarde, die op het moment van de terbeschikkingstelling wordt berekend door de toekomstige kasstromen te verdisconteren, wordt opgenomen bij de "handelsvorderingen" en jaarlijks afgeschreven. Ook in dit geval kan de daling van deze rubriek worden toegeschreven aan de uitboeking van de handelsvordering m.b.t. het project "Residentie De Anjers" te Balen (BE) n.a.v. de verkoop in de loop van het eerste semester van 2022.

De belastingvorderingen en andere vlottende activa bedroegen € 10.167.850 per 31 december 2021, en bestonden in hoofdzaak uit € 8,5 miljoen dewelke op een derdenrekening bij de notaris geregistreerd stond in het kader van de aankoop van een vastgoedproject, welke na jaareinde werd afgerond. Per 31 december 2022 bedroegen deze € 8.646.882 waarvan € 6,9 miljoen betrekking heeft op terug te vorderen BTW in Spanje, als gevolg van de geruisloze fusies van de Spaanse dochtervennootschappen met Care Property Invest Spain Socimi S.L.U.

Schulden en verplichtingen

Als gevolg van het hoge volume aan investeringen in de loop van 2022, die voornamelijk met vreemd vermogen werden gefinancierd, zijn de financiële schulden van de Vennootschap aanzienlijk gestegen.

De Vennootschap beschikt op 31 december 2022 over een MTN-programma bij Belfius (arranger) ten belope van € 300 miljoen met als dealers Belfius en KBC. De Vennootschap heeft hiervoor de nodige back-uplijnen voorzien. Per 31 december 2022 bedraagt het reeds opgenomen bedrag € 30,5 miljoen aan commercial paper en € 33,0 miljoen aan obligaties.

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Gemiddelde resterende looptijd van de financiële schulden 5,94 6,55
Nominaal bedrag financiële schulden op korte en lange termijn 583.211.873 425.932.431
Gewogen gemiddelde rentevoet (1) 2,14% 1,92%
Bedrag van de financieringen die middels een financieel instrument ingedekt werden 156.106.292 156.527.042
Reële waarde van de afdekkingsinstrumenten 21.780.342 -16.810.790

(1) De gewogen gemiddelde rentevoet heeft betrekking op de rentevoeten na omzetting van de variabele rente naar vaste rente d.m.v. swaps.

Ter afdekking van haar schulden met een vlottende rentevoet, maakt de Vennootschap gebruik van interest rate swaps. Zo heeft de Vennootschap 69,42% van haar schulden ingedekt per 31 december 2022, hetzij via een interest rate swap, hetzij via een vaste rentevoet. De Vennootschap sloot geen interest rate swaps af in de loop van boekjaar 2022, omdat zij een kapitaalverhoging beoogde die een positief effect heeft op de hedge ratio. De gewogen gemiddelde resterende looptijd van de interest rate swaps bedraagt 9,68 jaar.

De geconsolideerde schuldgraad, berekend conform artikel 13, §1, 2° van het GVV-KB, bedraagt 52,37% op 31 december 2022. Rekening houdend met de netto-opbrengsten van de kapitaalverhoging van 24 januari 2023 zou de schuldgraad per 31 december 2022 pro forma dalen tot 42,93%. De beschikbare ruimte per 31 december 2022 voor verdere investeringen en afwerken van de reeds verworven ontwikkelingen alvorens een schuldgraad van 60% (opgelegd door convenanten) te bereiken bedraagt € 218,7 miljoen (€ 489,0 miljoen indien rekening wordt gehouden met bovenvermelde kapitaalsverhoging).

De andere langlopende financiële verplichtingen hebben betrekking op de opname van de reële waarde van de afgesloten financiële instrumenten. De vermindering van deze verplichting is een gevolg van de stijging in de marktrentevoeten. Financiële instrumenten met een positieve reële waarde worden opgenomen onder de post financiële vaste activa.

De andere langlopende verplichtingen bedragen € 1.970.685 en zijn nagenoeg ongewijzigd gebleven t.o.v. 31 december 2021. Ze betreffen de schulden m.b.t. de zakelijk rechten van de projecten "La Résidence du Lac" te Genval (BE), en "Villa Wulperhorst" te Zeist (NL), dewelke conform IFRS 16 op de balans worden opgenomen.

De andere kortlopende verplichtingen kennen een daling t.o.v. 31 december 2021 tot een bedrag van € 1.398.649 en hebben betrekking op verplichtingen op korte termijn m.b.t. de ontwikkelingsprojecten. Van het openstaand bedrag op 31 december 2021 werd begin januari 2022 een bedrag van € 2.242.195 betaald in het kader van de oplevering van de uitbreiding van het project "Résidence des Ardennes" te Attert (BE).

3.5 Geconsolideerde balans met financiële leasings aan reële waarde (1)

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021 Immateriële vaste activa 91.656 122.671 Vastgoedbeleggingen 934.268.830 718.031.800 Financiële leasevorderingen en handelsvorderingen 197.017.859 267.844.539 Toegelaten afdekkingsinstrumenten 26.778.389 2.683.216 Uitgestelde belastingen - activa 1.325.790 0 Andere activa opgenomen in de schuldgraad 20.923.978 20.348.186 Kas en kasequivalenten 2.371.183 2.544.873 TOTAAL ACTIVA 1.182.777.684 1.011.575.284 Eigen vermogen 563.394.815 479.258.685

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Immateriële vaste activa 91.656 122.671
Vastgoedbeleggingen 934.268.830 718.031.800
Financiële leasevorderingen en handelsvorderingen 197.017.859 267.844.539
Toegelaten afdekkingsinstrumenten 26.778.389 2.683.216
Uitgestelde belastingen - activa 1.325.790 0
Andere activa opgenomen in de schuldgraad 20.923.978 20.348.186
Kas en kasequivalenten 2.371.183 2.544.873
TOTAAL ACTIVA 1.182.777.684 1.011.575.284
Eigen vermogen 563.394.815 479.258.685
Herwaarderingsmeerwaarde financiële leasevorderingen 8.261.709 66.259.073
Schulden en verplichtingen opgenomen in de schuldgraad (2) 600.367.347 443.610.065
Andere verplichtingen 10.753.813 22.447.460
TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN 1.182.777.684 1.011.575.284
SCHULDGRAAD VAN DE VENNOOTSCHAP 51,99% 43,97%
  • (1) Deze balans is niet opgemaakt conform de IFRS-normen. De reële waarde van de financiële leasings werd berekend door alle toekomstige kasstromen te verdisconteren aan een IRS rentevoet geldend op afsluitdatum, al naargelang de resterende looptijd van met historische en toekomstige indexaties.
  • (2) Volgende schulden en verplichtingen worden niet opgenomen in de berekening van de schuldgraad: voorzieningen, toegelaten afdekkingsinstrumenten, uitgestelde belastingen en overlopende rekeningen.

het onderliggende contract, verhoogd met een marge. De kasstromen betreffen de initiële kasstromen en houden aldus geen rekening

3.6 Nettoactiva en nettowaarde per aandeel op geconsolideerde basis (1)

NETTO ACTIVA EXCL. "TOEGELATEN AFDEKKINGSINSTRUMENTEN" 541.614.473 496.069.475

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Totale activa 1.174.515.976 945.316.211
Verplichtingen -611.121.161 -466.057.526
NETTO ACTIVA 563.394.815 479.258.685
Netto activa per aandeel € 20,31 € 17,80
Totale activa 1.174.515.976 945.316.211
Opeisbare passiva op korte en lange termijn (excl. Rubriek "toegelaten
afdekkingsinstrumenten")
-632.901.503 -449.246.737
NETTO ACTIVA EXCL. "TOEGELATEN AFDEKKINGSINSTRUMENTEN" 541.614.473 496.069.475
Netto activa excl. "toegelaten afdekkingsinstrumenten" per aandeel € 19,52 € 18,43
Totale activa inclusief reële waarde financiële leasings 1.182.777.685 1.011.575.284
Opeisbare passiva op korte en lange termijn (excl. Rubriek "toegelaten
afdekkingsinstrumenten" en "uitgestelde belastingen")
-632.789.758 -449.077.589
NETTO ACTIVA EXCL. "TOEGELATEN AFDEKKINGSINSTRUMENTEN" EN
"UITGESTELDE BELASTINGEN" EN INCL. RW FIN LEASING (EPRA NAW)
549.987.928 562.497.695

NETTO ACTIVA EXCL. "TOEGELATEN AFDEKKINGSINSTRUMENTEN" EN "UITGESTELDE BELASTINGEN" EN INCL. RW FIN LEASING (EPRA NAW)

Netto activa excl. "toegelaten afdekkingsinstrumenten" en "uitgestelde belastingen" en incl. RW financiële leasing (EPRA NAW) per aandeel

(1) In overeenstemming met de GVV-wet wordt de nettowaarde per aandeel berekend op basis van het totaal aantal aandelen verminderd met de eigen aandelen. Op 31 december 2022 bezit de Vennootschap geen eigen aandelen.

5. Vooruitzichten

De schuldgraad, berekend conform artikel 13, §1, 2° van het GVV-KB, bedraagt 52,37% op 31 december 2022. Gelet op het feit dat Care Property Invest de schuldgraad van 50% overschrijdt, zal zij een financieel plan in overeenstemming met artikel 24 van het GVV-KB opmaken.

Om de schuldgraad opnieuw beneden de 50% te krijgen, werd begin 2023 een kapitaalverhoging geïnitieerd dewelke succesvol werd afgerond op 24 januari 2023.

5.1 Hypotheses

Op basis van de balans en de staat van het globaal resultaat van het boekjaar 2022 werd een prognose gemaakt van de vooruitzichten voor de volgende boekjaren, in overeenstemming met het boekhoudkundig beleid van de Vennootschap en op een vergelijkbare wijze als de historische financiële informatie.

De volgende hypotheses worden gebruikt als standpunt:

Hypothesen met betrekking tot factoren die de leden van de administratieve, bestuurlijke en toezichthoudende organen van de Vennootschap rechtstreeks kunnen beïnvloeden:

  • Verhoging van de werkingskosten van de Vennootschap en de mate waarin dienstverleners de inflatie aan de Vennootschap doorrekenen;
  • Nieuwe projecten worden voorlopig gefinancierd met eigen middelen uit de operationele activiteiten en bijkomende nieuwe kredietlijnen of de inkomsten uit uitgifte van commercial paper;
  • De financiële kosten liggen in lijn met de stijging van de financieringen gedurende het boekjaar 2022. Ze houden ook rekening met de gestegen interestvoeten als gevolg van de gewijzigde marktomstandigheden;

• Er werd eveneens rekening gehouden met additionele financieringskosten voor acquisities in de loop van 2023.

Hypothesen met betrekking tot factoren die de leden van de administratieve, bestuurlijke en toezichthoudende organen van de Vennootschap niet rechtstreeks kunnen beïnvloeden:

• De huurinkomsten werden verhoogd door de jaarlijkse indexatie en de impact van nieuwe investeringen. Voor de huurinkomsten waarvan de indexatie op 1 januari 2023 plaatsvond, werd rekening gehouden met de effectieve indexatiepercentages (deze vertegenwoordigen 74% van de totale huurinkomsten o.b.v. de contractuele aanvangshuur). Voor de huurinkomsten die in de loop van 2023 geïndexeerd worden (op de verjaardag van het contract) werd rekening gehouden met de marktprognoses. De Vennootschap kan bevestigen dat 96% van de reeds doorgerekende indexaties op datum van dit verslag ontvangen

werden;

• Verdere schommelingen van de reële waarde van zowel de vastgoedbeleggingen als de financiële instrumenten werden niet verwerkt, aangezien deze moeilijk te voorspellen zijn en bovendien geen invloed hebben op het uit te keren resultaat. De toegenomen volatiliteit van de rentevoeten kan mogelijks wel een invloed hebben op de reële waarde van de financiële instrumenten; • De Vennootschap verwacht geen impact van eventuele dubieuze debiteuren;

4. Bestemming van het resultaat

Rekening houdend met de minimale uitkeringsplicht overeenkomstig artikel 13 van het GVV-KB zal de raad van bestuur aan de gewone algemene vergadering van de Vennootschap op 31 mei 2023 voorstellen om een totaal brutodividend over het boekjaar 2022 uit te keren van € 27.741.625 of € 1,00 per aandeel. Na aftrek van de roerende voorheffing van 15% komt dit netto neer op een dividend van € 0,85 per aandeel.

Dit betekent een stijging van 14,94% in vergelijking met het dividend dat over het boekjaar 2021 uitgekeerd werd. De pay-out ratio bedraagt hierdoor 88,37% op statutair niveau en 80,78% op geconsolideerd niveau, gebaseerd op de aangepaste EPRA-winst.

Conform artikel 13 van het GVV-KB, bedraagt de minimale dividenduitkering € 25.113.918 voor boekjaar 2022. Dit bedrag moet bij een positief nettoresultaat van het boekjaar minimaal uitgekeerd worden als vergoeding van het kapitaal, hetzij 80% van het gecorrigeerd resultaat verminderd met de daling van de schuldenlast in de loop van het boekjaar (zie bij hoofdstuk "VII. Jaarrekening", punt "4.5 Uitkeringsplicht volgens het KB van 13 juli 2014 met betrekking tot de GVV" op pagina 246").

Samenvattende tabel:

Aantal aandelen met dividendrecht 27.741.625
Vergoeding van het kapitaal € 27.741.625
Brutodividend per aandeel € 1,00
Brutorendement t.a.v. de beurswaarde op datum van 31 december 2022 6,35%
Nettodividend per aandeel (1) € 0,85
Nettorendement t.a.v. de beurswaarde op datum van 31 december 2022 5,39%
Betaalbaarstelling dividend 2 juni 2023

(1) Het brutodividend na aftrek van de roerende voorheffing van 15%.

  • Gelet op het "triple net"-karakter"(1) van de overeenkomsten werden er geen onderhoudskosten in rekening genomen voor de vastgoedbeleggingen. Ondanks het feit dat de financiële leaseovereenkomsten eveneens "triple net"-overeenkomsten zijn, werd hiervoor toch een beperkte provisie aangelegd.
  • De schommelingen van rentevoeten en de mogelijkheid van de Vennootschap om commercial paper uit te geven of door te rollen.

5.2 Conclusie vooruitzichten schuldgraad

Op basis van bovenvermelde hypotheses, heeft de Vennootschap nog voldoende marge om bijkomende investeringen te doen alvorens de maximale schuldgraad van 65% wordt overschreden op geconsolideerde basis. De geconsolideerde schuldgraad, berekend conform artikel 13 van het GVV-KB, bedraagt 52,37% op 31 december 2022 maar daalt rekening houdend met de succesvolle kapitaalverhoging in januari 2023 tot 42,93%.

De Vennootschap verwacht dat de schuldgraad in het boekjaar 2023 zal toenemen door bijkomende investeringen en het verder afwerken van de projecten die zich in ontwikkeling bevinden en zal eindigen tussen 45% en 50%.

De raad van bestuur evalueert tijdig zijn liquiditeitsbehoeften en kan, ter voorkoming van het bereiken van de maximale schuldgraad, een kapitaalverhoging in overweging nemen zoals ook de inbreng in natura tot één van de mogelijkheden behoort.

5.3 Conclusie vooruitzichten dividend en uitkeerbaar resultaat

De Vennootschap stelt op basis van de huidige bestaande overeenkomsten die nog gedurende gemiddeld 15,61 jaar inkomsten zullen genereren, behoudens onvoorziene omstandigheden, en rekening houdend met de bijkomende aandelen na de kapitaalverhoging in januari 2023, voor boekjaar 2023 een stabiel dividend voorop. De solvabiliteit van de Vennootschap wordt ondersteund door de stabiele waarde van haar vastgoedprojecten en lange termijn macrotrends, m.n. de vergrijzing van de bevolking in de markten waar de Vennootschap actief is.

Rekening houdend met de huidige economische onzekerheid en het effect hiervan op de resultaten van Care Property Invest verwacht de Vennootschap voor boekjaar 2023 € 67 miljoen aan huurinkomsten te ontvangen. Dit betekent een stijging van circa 24% t.o.v. boekjaar 2022 (de totale huurinkomsten bedroegen over het boekjaar 2022 circa € 54 miljoen).

De Vennootschap verwacht mede door de impact van de stijgende marktrentevoeten dan ook voor 2023 een aangepaste EPRAwinst te realiseren tussen € 1,00 en € 1,03.

Care Property Invest heeft de intentie om over boekjaar 2023 minstens een brutodividend uit te keren van € 1,00 per aandeel. Na aftrek van roerende voorheffing van 15% betekent dit een nettodividend van € 0,85 per aandeel.

5.4 Verslag van de commissaris over de geconsolideerde financiële ramingen van Care Property Invest nv

In onze hoedanigheid als commissaris van Care Property Invest nv (de "Vennootschap"), hebben we, op vraag van de raad van bestuur, het huidig verslag opgemaakt over de ramingen van de huurinkomsten en het aangepast EPRAresultaat per aandeel voor de periode van 12 maanden eindigend

op 31 december 2023 (de "Prognose") van Care Property Invest nv vervat in het hoofdstuk III.5 "Vooruitzichten" van hun jaarlijks financieel verslag per 31 december 2022 zoals vastgesteld

op 25 april 2023 door de raad van bestuur van de Vennootschap.

De assumpties vervat in het hoofdstuk III.5 "Vooruitzichten" leiden tot de volgende geconsolideerde financiële ramingen voor het boekjaar 2023:

  • Aangepast EPRA-resultaat per aandeel: bedrag tussen € 1,00 en € 1,03;
  • Huurinkomsten: € 67 miljoen.

Verantwoordelijkheid van de raad van bestuur

De geconsolideerde financiële ramingen en de belangrijke hypothesen die aan de grondslag liggen van de financiële ramingen, zijn opgesteld onder de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur van de vennootschap.

Verantwoordelijkheid van de commissaris Het is onze verantwoordelijkheid een oordeel tot uitdrukking te brengen over of de geconsolideerde financiële ramingen naar behoren opgesteld werden op basis van de bovenvermelde assumpties . We zijn niet vereist, noch geven we een opinie over de mate waarin het resultaat behaald kan worden of over de onderliggende hypothesen van de ramingen.

Wij hebben onze werkzaamheden uitgevoerd volgens de in België geldende auditnormen zoals uitgevaardigd door het Instituut van de Bedrijfsrevisoren inclusief gerelateerde richtlijnen van haar onderzoeksinstituut en op basis van de norm "International Standard on Assurance Engagements 3400" met betrekking tot de controle van prospectieve financiële informatie. Onze werkzaamheden omvatten een beoordeling van de door de raad van bestuur uitgevoerde procedures in het kader van de opmaak van de financiële ramingen en van de conformiteit van de ramingen met de boekhoudprincipes zoals normaal door Care Property Invest nv

toegepast.

We hebben onze werkzaamheden dusdanig gepland en uitgevoerd met als doel om alle informatie en verduidelijkingen te verkrijgen die noodzakelijk zijn om ons in staat te stellen redelijke zekerheid te verkrijgen dat de ramingen opgemaakt werden op basis van de vermelde hypothesen.

(1) Uitgezonderd het project "Les Terrasses du Bois" te Watermaal-Bosvoorde waarvoor een double net-overeenkomst op lange termijn afgesloten werd en het project "Tilia" te Gullegem waarvoor een single net overeenkomst op lange termijn werd afgesloten.

6. Voornaamste risico's en onzekerheden

De activiteiten van de Vennootschap situeren zich in een economisch klimaat dat risico's met zich meebrengt. De voornaamste risicofactoren (hier opgenomen in uitvoering van artikel 3:32 WVV, maar uitgebreid toegelicht onder een afzonderlijke sectie van het jaarlijks financieel verslag) waarmee Care Property Invest geconfronteerd wordt, worden op regelmatige basis opgevolgd door zowel het management als door de raad van bestuur, die ter zake een voorzichtig beleid hebben uitgestippeld en die, indien nodig, dit beleid regelmatig bijsturen.

De volgende risico's worden in detail behandeld in het hoofdstuk "I. Risicofactoren" op pagina 8 e.v. van dit verslag: marktrisico's, operationele risico's, financiële risico's en reglementaire en andere risico's.

Care Property Invest heeft geen enkele activiteit zoals bedoeld in artikel 3:6, 3:7, 3:8 en 3:32 WVV ondernomen.

8. Eigen aandelen

Op 15 juni 2020 besliste de buitengewone algemene vergadering tot toekenning van de (hernieuwde) machtiging tot inkoop eigen aandelen. Het terugkoopprogramma heeft als doel de Vennootschap in staat te stellen haar verplichtingen na te komen m.b.t. de remuneratie van het uitvoerend management van Care Property Invest.

De 9.192 aandelen in portefeuille op 31 december 2021 werden in de loop van het boekjaar 2022 overgedragen aan het uitvoerend management in het kader van de uitvoering van het remuneratiebeleid.

Op 31 december 2022 heeft de vennootschap geen eigen aandelen meer in portefeuille.

Oordeel

We hebben een beoordeling gedaan van (a) het aangepast EPRAresultaat per aandeel en (b) de huurinkomsten van Care Property Invest nv voor de periode van 12 maanden eindigend

op 31 december 2023 in overeenstemming met de International Standard on Assurance Engagements van toepassing op de controle van prospectieve financiële informatie. De raad van bestuur is verantwoordelijk voor de geconsolideerde financiële ramingen inclusief de assumpties hierboven aangegeven. Naar ons oordeel zijn de geconsolideerde financiële ramingen naar behoren opgesteld op basis van de bovenvermelde assumpties en in overeenstemming met de waarderingsregels van Care Property Invest nv zoals toegepast voor de geconsolideerde jaarrekening van 2022.

Aangezien de financiële ramingen en hypothesen waarop ze zich baseren gerelateerd zijn aan de toekomst en bijgevolg kunnen beïnvloed worden door onvoorziene omstandigheden, kunnen we ons niet uitspreken over in welke mate de werkelijke resultaten zullen overeenstemmen met degene die opgenomen zijn in de financiële ramingen. Deze verschillen kunnen belangrijk zijn.

Diegem, 27 april 2022

EY Bedrijfsrevisoren bv Commissaris

vertegenwoordigd door

Christel Weymeersch (1) Partner

(1) Handelend in naam van een bv

Zutphen (NL) I De Gouden Leeuw Zutphen

9. Kapitaalverhogingen in het kader van toegestane kapitaal

Datum Aard van de operatie Toegestaan
kapitaal
16/05/2018 Hernieuwing machtiging inzake toegestaan kapitaal 114.961.266
Saldo 2018 114.961.266
03/04/2019 Inbreng in natura van de vennootschap Immo du Lac
nv, dewelke het project ''La Résidence du Lac'' gelegen te
Genval bezit
-4.545.602
26/06/2019 Kapitaalverhoging in geld - keuzedividend -1.831.673
Saldo 2019 108.583.991
15/01/2020 Inbreng in natura van de projecten 'La Reposée' en 'New
Beaugency' gelegen te respectievelijk Mons en Bernissart
-7.439.112
19/06/2020 Kapitaalverhoging in geld - keuzedividend -1.624.755
25/06/2020 Kapitaalverhoging in geld - ABB -13.040.239
Saldo 2020 86.479.885
20/01/2021 Inbreng in natura van het project 'Résidence des
Ardennes' gelegen te Attert
-10.091.030
17/11/2021 iInbreng in natura van de vennootschap Apollo Lier nv,
dewelke het project 'Dungelhoeff' gelegen te Lier bezit
-6.692.997
Saldo 2021 69.695.858
20/06/2022 Kapitaalverhoging in geld - keuzedividend -1.022.088
07/07/2022 Inbreng in natura van de Vvennootschap Igor Haacht nv,
dewelke het project 'Klapgat' gelegen te Haacht bezit
-3.800.035
Saldo 2022 64.873.735
24/01/2023 Kapitaalverhoging in geld - Rights Issue -55.016.264
Saldo 25/04/2023 9.857.471

De raad van bestuur van de Vennootschap heeft een bijzondere algemene vergadering bijeengeroepen op 5 april 2023 met het voorstel tot hernieuwing van de machtiging aan de raad van bestuur tot verhoging van het kapitaal, in één of meerdere verrichtingen, van de Vennootschap in het kader van het toegestaan kapitaal. Echter werd het vereiste quorum niet bereikt waardoor er een bijkomende bijzondere algemene vergadering werd bijeengeroepen op 26 april 2023.

10. Interne organisatie Care Property Invest

10.1 Interne organisatie

De interne organisatie omvat een operationeel- en investeringsteam, een financieel en juridisch team en een duurzaamheidsteam, die onder leiding van de COO en CFO instaan voor het beheer en de verdere uitbouw van de internationale vastgoedportefeuille en de ontwikkeling van onze duurzaamheidsstrategie en -roadmap. Secretariaat, HR, ICT en communicatie ondersteunen onder leiding van de CEO alle teams.

De corporate governance gerelateerde beschouwingen worden in punt "11. Verklaring inzake deugdelijk bestuur" op pagina 74 e.v. verduidelijkt.

10.2 Personeelsbestand

Personeelsbestand van de Vennootschap 2022 2021 2020
aantal personen verbonden door een arbeidsovereenkomst op 31/12 26 24 20
gemiddeld aantal werknemers in voltijdse equivalenten tijdens het boekjaar 24,2 20,9 15,3

11. Verklaring inzake deugdelijk bestuur

11.1 Corporate Governance Verklaring

Care Property Invest (de "Vennootschap") erkent het belang van een deugdelijk en transparant ondernemingsbestuur en streeft naar een heldere communicatie hierover met alle belanghebbenden. De raad van bestuur wijdt in zijn jaarlijks financieel verslag dan ook dit specifiek hoofdstuk aan corporate governance, waarin de praktijken van de Vennootschap inzake deugdelijk bestuur tijdens het betrokken boekjaar worden besproken, met inbegrip van de specifieke informatie die wordt vereist door de toepasselijke wetgeving en de corporate governance code.

Deze verklaring van deugdelijk bestuur is een hoofdstuk uit het jaarverslag 2022 en maakt deel uit van het beheersverslag. Het beschrijft de toestand op 31 december 2022.

Care Property Invest hanteert vanaf 2020, naast de naleving van de algemene en sectorspecifieke wetgeving en van de eigen statuten, de nieuwe Belgische Corporate Governance Code (de "Code 2020"), overeenkomstig het Koninklijk Besluit van 12 mei 2019 houdende aanduiding van de na te leven code inzake deugdelijk bestuur door genoteerde vennootschappen. De Code 2020 is eveneens beschikbaar op de website van het Belgisch Staatsblad en op www.corporategovernancecommittee.be.

Het volledige corporate governance charter (het "Charter") geeft de principes, regels en afspraken weer die bepalen hoe de Vennootschap wordt bestuurd en gecontroleerd en de bedrijfsstructuur waarrond het deugdelijk bestuur van de Vennootschap is georganiseerd. De raad

van bestuur van Care Property Invest onderschrijft deze principes, die gebaseerd zijn op transparantie en verantwoording, wat het vertrouwen van de aandeelhouders en investeerders in de Vennootschap versterkt. Voor Care Property Invest staat van bij de oprichting eerlijk en correct zakendoen voorop. Daarbij hecht Care Property Invest erg veel belang aan een goed evenwicht tussen de belangen van de aandeelhouders en die van de andere partijen die rechtstreeks of onrechtstreeks met de onderneming te maken hebben. De raad van bestuur staat in voor de regelmatige bijwerking en actualisatie van het Charter. Op 18 maart 2020 werd het Charter aangepast aan de Code 2020, waarna het Charter op 14 december 2020 een laatste maal werd bijgewerkt. De laatste versie kan worden geraadpleegd op de website van de Vennootschap, www.carepropertyinvest.be.

Het Charter omvat eveneens de regels en de gedragscode tot voorkoming van marktmisbruik en de handel met voorwetenschap (het "Verhandelingsreglement").

De raad van bestuur doet al het mogelijke om op elk ogenblik te beantwoorden aan de principes van deugdelijk bestuur, daarbij steeds rekening houdend met het specifieke karakter van de Vennootschap en paste in 2022 de Code 2020 toe volgens het "pas toe of leg uit"-principe ("comply or explain"). De draagwijdte en de specifieke afwijkingen van de Code 2020 worden verder toegelicht in deze verklaring inzake deugdelijk bestuur (de "Verklaring").

Afwijkingen van de Code 2020

Care Property Invest week in 2022 slechts op een beperkt aantal punten af van de Code 2020. De afwijkingen van deze aanbevelingen waren voornamelijk te verklaren in het licht van de activiteiten van de Vennootschap en de daarmee gepaard gaande werking en structuur van de raad van bestuur.

Bij de herziening van haar Charter en het opstellen van het remuneratiebeleid (waarnaar ook verwezen wordt in het Charter) heeft Care Property Invest beslist om af te wijken van volgende aanbevelingen van de Code 2020:

Aanbeveling 5.5: in overeenstemming met de Code 2020 mogen de nietuitvoerende bestuurders niet meer dan vijf bestuurdersmandaten in beursgenoteerde vennootschappen bekleden. De Vennootschap is immers van mening wanneer men de omvang van de plichten van de betreffende bestuurder binnen de Vennootschap en de daaruit voortvloeiende vereiste tijdsbesteding afweegt tegenover de omvang en vereiste tijdsbesteding van deze betreffende bestuurder verbonden aan andere engagementen of mandaten in beursgenoteerde bedrijven, in bepaalde gevallen mogelijks een afwijking van deze aanbeveling verantwoord zou kunnen zijn. Om die reden voorziet het Charter dat de raad van bestuur toestemming kan verlenen om van deze aanbeveling af te wijken. Op heden werd evenwel nog geen dergelijke afwijking door de raad van bestuur goedgekeurd.

Aanbeveling 7.6: in afwijking van de Code 2020 betaalt de Vennootschap haar nietuitvoerende bestuurders geen remuneratie uit in de vorm van aandelen. Deze afwijking wordt gemotiveerd door het feit dat een bezoldiging in aandelen niet is ingeburgerd bij Belgische beursgenoteerde

bedrijven en meer specifiek in de GVVsector. De Vennootschap is van mening dat het beoordelingsvermogen van deze bestuurders – in het bijzonder als niet-uitvoerende bestuurders – niet aangetast wordt door de afwezigheid van een vergoeding in aandelen. Naar weten van de Vennootschap is er internationaal ook nog geen consensus dat een vergoeding in aandelen waarborgt dat het belang van de niet-uitvoerende bestuurders gealigneerd wordt met het aandeelhoudersbelang. De Vennootschap heeft beslist om de ontwikkeling van de praktijk van de Belgische beursgenoteerde bedrijven in het algemeen of meer specifiek in de GVV-sector af te wachten en regelmatig te heroverwegen of het in het belang van de Vennootschap en haar aandeelhouders kan zijn om alsnog over te gaan tot (gedeeltelijke) betaling van nietuitvoerende bestuurders in aandelen.

Aanbeveling 7.8: in afwijking van de Code 2020 ontvangen twee van de uitvoerende bestuurders geen variabele vergoeding. De afwezigheid van een variabele vergoeding en een vergoeding in aandelen voor deze twee uitvoerende bestuurders wordt gemotiveerd in het licht van het verschil in omvang van het takenpakket van deze bestuurders t.o.v. de overige uitvoerende bestuurders (CEO, COO en CFO). Het takenpakket van de uitvoerende bestuurders andere dan de CEO, COO en CFO bestaat voornamelijk uit het globaal toezicht en opvolging van de dagelijkse werking van de Vennootschap. Daarnaast zijn zij steeds beschikbaar voor de CEO, COO en CFO voor overleg en discussie inzake het dagelijks bestuur en werking van de Vennootschap. Om die reden acht de Vennootschap het niet opportuun deze uitvoerende bestuurders in aandelen te vergoeden of een prestatie gebonden vergoeding toe te kennen. De Vennootschap meent dat de

afwezigheid van dergelijke vergoeding niet in de weg staat dat het belang van deze uitvoerende bestuurders in lijn ligt met het aandeelhoudersbelang en het beoordelingsvermogen van deze uitvoerende bestuurders niet aantast.

11.2 Interne controle en risicobeheer

Deze sectie beschrijft de voornaamste kenmerken van de systemen die de Vennootschap op het gebied van interne controle en risicobeheer heeft uitgewerkt.

11.2.1 Intern controlesysteem (methodiek)

Het auditcomité is verantwoordelijk voor het vaststellen en evalueren van de risico's van de Vennootschap en rapporteert aan de raad van bestuur die het kader van de interne controlesystemen en risicobeheer, opgezet door het college van dagelijks bestuur, goedkeurt.

Het college van dagelijks bestuur is verantwoordelijk voor het opzetten van een systeem van passende interne controle overeenkomstig artikel 17 GVV-Wet. Daarnaast is het college van dagelijks bestuur verantwoordelijk voor de globale supervisie op deze ingerichte interne controle.

Het college van dagelijks bestuur dient te rapporteren aan de raad van bestuur met betrekking tot de ingerichte interne controle, die hiervoor de eindverantwoordelijkheid draagt.

Deze passende interne controle bestaat uit 3 componenten, met name:

1. riskmanagement (beheer

  • riskmanagement + riskmanager); 2. compliance (integriteitsbeleid en
  • compliance functie);
    1. interne audit: (interne auditprocedures + interne auditfunctie), waarbij interne audit niet alleen als een opzichzelfstaande derde pijler dient te worden beschouwd, maar tevens een "transversale" rol heeft ten opzichte van de twee andere pijlers.

Het systeem van interne controle beoogt de verwezenlijking van met name de volgende elementen:

  • de bedrijfsvoering gebeurt geordend en voorzichtig met afgelijnde doelstellingen;
  • de ingezette middelen worden economisch en efficiënt gebruikt;
  • de risico's zijn gekend en worden afdoende beheerst ter bescherming van het vermogen;
  • de financiële en beheersinformatie is integer en betrouwbaar;
  • de wetten en reglementen alsmede de algemene beleidslijnen, plannen en interne voorschriften worden allen nageleefd.

Binnen de Vennootschap is een systeem van interne controle opgezet dat aangepast is aan de aard, omvang en complexiteit van de werkzaamheden van de Vennootschap en haar omgeving.

Care Property Invest heeft een relatief beperkte omvang inzake medewerkers wat een impact heeft op de opzet en de werking van het systeem van interne controle binnen de Vennootschap.

Bij de opzet van de interne controle werd rekening gehouden met het COSO-model ("Committee of Sponsoring Organizations of the Threadway Commission") dat is opgebouwd rond vijf componenten, dewelke hierna aan bod komen. Eveneens werd rekening gehouden met de richtlijnen in het kader van de wet van 6 april 2010 tot versterking van het deugdelijk bestuur bij de genoteerde vennootschappen en de autonome overheidsbedrijven en tot wijziging van de regeling inzake het beroepsverbod in de bank- en financiële sector en de Code 2020.

De vijf beschouwde controle-componenten betreffen:

    1. controle-omgeving;
    1. risicobeheersproces;
    1. controle-activiteiten;
    1. informatie en communicatie;
    1. sturing.

Risicobeheerfunctie (Riskmanager)

Minstens éénmaal per jaar onderzoekt de raad van bestuur de systemen voor interne controle en risicobeheer die werden opgezet door het college van dagelijks bestuur, teneinde zich ervan te verzekeren dat de voornaamste risico's (met inbegrip van de risico's die verband houden met de naleving van bestaande wetgeving en reglementering) behoorlijk worden geïdentificeerd, beheerd en ter kennis worden gebracht van de raad van bestuur. De heer Dirk Van den Broeck, gedelegeerd bestuurder/lid van het college van dagelijks bestuur, is aangesteld als riskmanager in de zin van artikel 17 § 5 GVV-Wet. Het mandaat van de heer Dirk Van den Broeck als riskmanager is van onbepaalde duur. Hij beschikt over de vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid. Meer informatie over het risicobeheer is te vinden onder titel 11.2.3 "Risicobeheer".

Compliancefunctie

De compliance officer ziet erop toe dat Care Property Invest de wetten, reglementen en gedragsregels die van toepassing zijn op de Vennootschap, en in het bijzonder de regels die verband houden met de integriteit van de activiteiten van de Vennootschap, naleeft door een opvolging van de verschillende risico's die de Vennootschap uit hoofde van haar statuut en haar activiteiten loopt.

De Vennootschap heeft mevrouw Nathalie Byl aangesteld als verslaggever/secretaris en compliance officer. De compliance officer is benoemd voor onbepaalde duur en beschikt over de vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid.

Interne auditfunctie

De interne auditfunctie in de zin van artikel 17 §3 GVV-Wet werd in 2022 waargenomen door een externe consultant, met name Mazars Advisory Services (de zogenaamde externe interne auditor).Het mandaat van Mazars Advisory nam op 31 januari 2023 een einde waarna de interne auditfunctie vanaf 1 februari 2023 wordt waargenomen door de externe consultant, BDO Advisory bv/srl.

De Vennootschap heeft tevens de heer Willy Pintens, gedelegeerd bestuurder/ lid van het college van dagelijks bestuur, aangesteld als interne auditmanager in de zin van artikel 17 §3 GVV-Wet. Het mandaat van de heer Willy Pintens als interne auditmanager is van onbepaalde duur. Hij beschikt over de vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid.

Voor meer informatie over de interne audit wordt verwezen naar titel 11.2.4 "Controleactiviteiten" hierna.

11.2.2 Controle-omgeving

Care Property Invest heeft zijn eigen bedrijfscultuur en ethische regels gedefinieerd en onderschrijft de principes, zoals uitgeschreven in haar integriteitsbeleid.

Er is doorheen de bedrijfsorganisatie voortdurend aandacht voor integriteit, de ethische waarden en deskundigheid van het personeel, de managementstijl en zijn filosofie, de organisatiecultuur in het algemeen, het beleid rond delegatie van bevoegdheden en verantwoordelijkheden en het human resources beleid. Het integriteitsbeleid maakt een onlosmakelijk deel uit van de bedrijfscultuur en legt in het bijzonder de nadruk op eerlijkheid en integriteit, naleving van ethische normen en de specifiek toepasselijke regelgeving. In dat verband dienen de Vennootschap resp. haar bestuurders en haar medewerkers zich integer te gedragen, i.e. eerlijk, betrouwbaar en geloofwaardig.

Het integriteitsbeleid omvat in het bijzonder – doch niet beperkt tot – o.a. volgende werkdomeinen:

    1. regels inzake belangenconflicten,
    1. regels inzake onverenigbaarheid van mandaten,
    1. de deontologische code van de Vennootschap,
    1. voorkennis en machtsmisbruik (voorkennis en marktmanipulatie) en
    1. regels inzake misbruik van vennootschapsgoederen en omkoping (artikel 492bis Sw.).

Care Property Invest beschikt over een compliance officer in de zin van artikel 17§4 GVV-Wet, die instaat voor het verzekeren van de naleving van de rechtsregels inzake de integriteit van het bedrijf, haar bestuurders, effectieve leiding, werknemers en gevolmachtigde(n), en meer in het bijzonder het opstellen en testen van aanbevelingen. De compliance officer is steeds in de mogelijkheid om de (voorzitter van) de raad van bestuur rechtstreeks te contacteren. Sinds 2016 beschikt de Vennootschap over een Charter m.b.t. de compliancefunctie, waarin de werkwijze en de organisatie van de compliance functies verder uiteengezet wordt.

Voorts houdt de raad van bestuur toezicht op de integriteit van de financiële informatie die door Care Property Invest wordt aangeleverd, in het bijzonder door een beoordeling te maken van de relevantie en het consequent karakter van de boekhoudkundige normen die de Vennootschap hanteert, zoals bepaald door artikel 5 GVV-KB. Dit toezicht houdt in dat de nauwkeurigheid, de volledigheid en het consequente karakter van de financiële informatie beoordeeld worden. Dit toezicht bestrijkt de periodieke informatie vóór deze wordt bekendgemaakt. Hierbij licht het auditcomité de raad van bestuur in over de methodes die worden gebruikt voor het boeken van significante en ongebruikelijke transacties waarvan de boekhoudkundige verwerking vatbaar kan zijn voor diverse benaderingen.

De raad van bestuur bespreekt deze significante kwesties inzake financiële rapportering met zowel het auditcomité als met het college van dagelijks bestuur en de commissaris. Bijkomend kan de de raad van bestuur zich ook steeds richten tot de CFO, de heer Filip Van Zeebroeck. Op deze wijze wordt het financieel verslaggevingsproces aan de raad van bestuur nog verder versterkt. De jaarrekening en het (half)jaarlijks financieel verslag worden aan een nazicht onderworpen door de commissaris die de verrichte werkzaamheden in het kader van zijn opdracht aan het auditcomité toelicht.

Care Property Invest heeft zijn eigen bedrijfscultuur en ethische regels gedefinieerd.

11.2.3 Risicobeheer

Het auditcomité onderzoekt minstens éénmaal per jaar de systemen voor interne controle en risicobeheer die werden opgezet door het college van dagelijks bestuur, teneinde zich ervan te verzekeren dat de voornaamste risico's (met inbegrip van de risico's die verband houden met de naleving van bestaande wetgeving en reglementering) behoorlijk worden geïdentificeerd, beheerd en ter kennis worden gebracht van de raad van bestuur. Ten gevolge van de aanname van het statuut van gereglementeerde vastgoedvennootschap werd een riskmanager in de zin van artikel 17 §5 GVV-Wet aangesteld, met name de heer Dirk Van den Broeck. De riskmanager is o.m. verantwoordelijk voor het opstellen, uitwerken, bewaken, actualiseren en implementeren van het risicobeleid en de risicobeheerprocedures (bv. klokkenluidersregeling, belangenconflictenregeling, procedures omschreven in het Verhandelingsreglement).

De riskmanager vervult zijn rol door vanuit zijn functie, zowel op regelmatige tijdstippen als op een ad hoc basis, een analyse en evaluatie te maken van de risico's opgesplitst per categorie waarmee de Vennootschap wordt geconfronteerd. Daaruit kunnen concrete adviezen worden geformuleerd naar het college van dagelijks bestuur c.q. de raad van bestuur (die de eindverantwoordelijkheid draagt over het risicobeheer van de Vennootschap).

De raad van bestuur keurt jaarlijks het risicobeleid goed en ziet toe op een correcte analyse en inschatting van de bestaande risico's zoals voorbereid door de riskmanager voorafgaand aan de opname in het jaarverslag. De Vennootschap voorziet tevens een specifieke regeling

volgens dewelke personeelsleden van de Vennootschap, in vertrouwen, hun bezorgdheid kunnen uiten over mogelijke onregelmatigheden inzake financiële rapportering of andere aangelegenheden (zgn. klokkenluidersregeling).

Indien dit noodzakelijk wordt geacht, worden regelingen getroffen voor een onafhankelijk onderzoek en een gepaste opvolging van deze aangelegenheden, en dit in proportie tot de beweerde ernst ervan. Tevens worden er regelingen getroffen volgens dewelke personeelsleden de voorzitter van de raad van bestuur rechtstreeks kunnen inlichten.

De Vennootschap beschikt ook over uitgewerkte beleidslijnen inzake personeel, onder meer met betrekking tot integriteit, bekwaamheden, vorming en beoordeling en heeft een bedrijfscontinuïteitsbeleid met inbegrip van een bedrijfscontinuïteitsplan.

In het kader van zijn toezichtstaak evalueert de raad van bestuur tweemaal per jaar de voornaamste risico's die aanleiding geven tot een vermelding in de halfjaarlijkse en jaarlijkse financiële verslagen aan de hand van de rapportering van het auditcomité. Buiten deze periodieke toetsingen volgt de raad van bestuur de risico's van nabij op in zijn regelmatige bijeenkomsten en neemt hij eveneens kennis van de risicoanalyse en de vaststellingen van zowel de interne als

externe audit.

11.2.4 Controleactiviteiten

De organisatie is zo opgezet dat alle belangrijke beslissingen zowel strategisch, financieel als operationeel, door meerdere personen worden genomen of toch minstens onderhevig zijn aan controle door het management.

Met betrekking tot het financiële verslaggevingsproces kan worden vermeld dat controles zijn ingebouwd die de kwaliteit en correctheid van de gerapporteerde gegevens dienen te bewerkstelligen.

De interne auditfunctie in de zin van artikel 17 §3 GVV-Wet wordt waargenomen door een externe consultant (de zogenaamd externe interne auditor), die is aangesteld middels een overeenkomst houdende "uitbesteding van de interne auditfunctie". De interne auditor maakt een risicoanalyse per risicodomein en bepaalt voor elk van deze domeinen een risicoprofiel en score.

Vanuit deze analyse wordt een planning opgesteld en worden er jaarlijks uitgebreide audits uitgevoerd per domein waarbij aanbevelingen worden geformuleerd. Vermits de Vennootschap gekozen heeft voor een externe consultant die de interne auditfunctie vervult, heeft zij tevens intern een gedelegeerd bestuurder aangeduid, die zorgt voor de opvolging van de aanbevelingen van deze externe interne auditor en diens werkzaamheden tevens controleert. Daarnaast wordt de rapportering ook voorgelegd aan de raad van bestuur. Ook de financiële verslaggevingsfunctie maakt het voorwerp uit van een regelmatige evaluatie door de interne auditor. Inzake het toezicht van de raad van bestuur op de integriteit van de financiële informatie die door de Vennootschap wordt aangeleverd, wordt verwezen naar de hoger opgenomen beschrijving.

De Vennootschap houdt steeds rekening met de vaststellingen en eventuele bemerkingen van de interne en externe auditor. Deze bieden de Vennootschap een houvast om inzake operationele, financiële en managementaangelegenheden, maar ook inzake risicobeheer en compliance,

de werking van de Vennootschap te optimaliseren. De raad van bestuur ontvangt alle interne auditverslagen en/of een periodieke samenvattingen ervan. De externe interne auditor geeft op periodieke basis eveneens toelichting bij de verrichte werkzaamheden.

De raad van bestuur, op advies van het auditcomité, beoordeelt de doeltreffendheid van de interne audit en doet, in het bijzonder, aanbevelingen aangaande de werking. Tevens gaat hij na in welke mate tegemoet wordt gekomen aan zijn bevindingen en aanbevelingen.

11.2.5 Informatie en communicatie

Communicatie is een belangrijk element van interne controle en is binnen Care Property Invest aangepast aan de grootte van de organisatie. Er wordt gebruik gemaakt van algemene personeelscommunicatie, interne nota's, werkvergaderingen, e-mail en elektronische agenda's. Voor de dossiers is er een digitaal centraal archief en worden documenten waar nodig ook in fysieke vorm bewaard. Het college van dagelijks bestuur draagt zorg voor een gepaste communicatie en uitwisseling van informatie van en naar alle niveaus binnen de Vennootschap en waakt erop dat doelstellingen en verantwoordelijkheden voor interne controle, die nodig zijn om de werking van de interne controle te ondersteunen, op transparante wijze worden uitgedragen.

Het verstrekken van periodieke financiële en andere occasionele externe informatie wordt gestroomlijnd en ondersteund door een gepaste toewijzing van verantwoordelijkheden, coördinatie tussen de verschillende betrokken medewerkers en een gedetailleerde financiële kalender.

11.2.6 Toezicht en monitoring

Het beheren van de interne controle binnen een organisatie is een continu proces dat op permanente basis dient geëvalueerd en desgevallend bijgestuurd te worden. Op het niveau van de raad van bestuur gebeuren er periodieke evaluaties omtrent adequaatheid van de interne controle en risicobeheer. In dit kader zijn onder meer de bevindingen en aanbevelingen van de interne- en externe auditor een belangrijke informatiebron.

De opvolgingsprocedures bestaan uit een combinatie van toezicht door de raad van bestuur en het college van dagelijks bestuur en van onafhankelijke objectieve beoordelingen van deze activiteiten door een interne auditor, externe auditor of andere derde partijen.

Relevante bevindingen van de interne auditor en/of de commissaris in verband met richtlijnen en procedures, scheiding van verantwoordelijkheden en toepassing van IFRS-boekhoudnormen worden gerapporteerd aan het auditcomité en desgevallend de raad van bestuur.

Bovendien wordt financiële informatie uitvoerig toegelicht door de CFO in het college van dagelijks bestuur en nadien in het auditcomité, dat verslag doet aan de raad van bestuur.

11.3 Aandeelhoudersstructuur

De Vennootschap heeft geen kennis van aandeelhouders die meer dan 5% van de stemrechten aanhouden, aangezien er geen meldingen in die zin zijn gedaan in het kader van de transparantiewetgeving.

Op 22 juni 2022 meldde KBC asset management aan de Vennootschap dat ze de drempel van 3% niet langer overschrijdt en dit sinds 20 juni 2022.

Op 24 januari 2023 meldde Pensio B aan de Vennootschap dat ze vanaf deze datum de drempel van 3% niet langer overschrijdt als gevolg van een passieve onderschrijding.

Op 15 maart 2023 meldde Ameriprise Financial Inc aan de Vennootschap dat zij vanaf 10 maart 2023 de drempel van 3% overschrijdt als gevolg van het tijdelijk bezit van stemrechten Care Property Invest door een vennootschap binnen de groep.

Care Property Invest verwijst naar haar website www.carepropertyinvest. be voor de publicatie van deze transparantieverklaringen.

Buiten deze nieuwe meldingen van KBC Asset Management, Pensio B en Ameriprise Financial Inc ontving de Vennootschap gedurende het boekjaar 2022 en 2023 (tot op de datum van dit verslag) geen nieuwe kennisgevingen voor de over- of onderschrijding van de drempel

van 3%.

Een overzicht van de aandeelhoudersstructuur wordt weergegeven in hoofdstuk "IV. Care Property Invest op de beurs" op pagina 124 van het jaarlijks financieel verslag.

11.4 Raad van bestuur

11.4.1 Huidige samenstelling van de raad van bestuur

De raad van bestuur bestaat op 31 december 2022 uit elf leden, waarvan vijf onafhankelijke bestuurders die voldoen aan de voorwaarden van het artikel 7:87 WVV. Er zijn vijf uitvoerende (gedelegeerd) en zes niet-uitvoerende bestuurders. De vijf gedelegeerd bestuurders maken deel uit van het college van dagelijks bestuur.

De bestuurders dienen geen aandeelhouder te zijn. Tussen de leden van de raad van bestuur bestaan geen familiebanden.

Om de continuïteit van de werking van de raad van bestuur te verbeteren en aldus te voorkomen dat meerdere bestuurders tegelijk aftreden, stelde de raad van bestuur een rooster op volgens hetwelk de bestuurders periodiek aftreden. Hun benoeming kan te allen tijde door de algemene vergadering worden herroepen. De bestuurders zijn herbenoembaar.

De lijst van bestuurders wordt weergegeven op de hiernavolgende pagina's.

11.4.2 Wijzigingen in de samenstelling van de raad van bestuur tijdens het boekjaar 2022

De jaarvergadering van 25 mei 2022 keurde de voorstellen goed om de volgende personen te herbenoemen als bestuurder, aangezien hun mandaat na de jaarvergadering van 2022 een einde nam:

  • De heer Peter Van Heukelom, als uitvoerend bestuurder, voor een termijn van 4 jaar tot na afloop van de gewone algemene vergadering van 2026;
  • De heer Paul Van Gorp, als nietuitvoerend bestuurder, voor een termijn van 1 jaar tot na afloop van de gewone algemene vergadering van 2023;
  • Mevrouw Caroline Riské, als nietuitvoerend bestuurder, voor een termijn van 4 jaar tot na afloop van de gewone algemene vergadering van 2026;
  • Mevrouw Brigitte Grouwels, als nietuitvoerend bestuurder, voor een termijn van 4 jaar, tot na afloop van de gewone algemene vergadering van 2026.
MARK SUYKENS
NIET-UITVOEREND BESTUURDER
Voorzitter raad van bestuur
Voorzitter Benoemings- en remuneratiecomité
Voorzitter Investeringscomité
Lid van het Auditcomité
° 04/01/1952
Riemenstraat 76, 2290 Vorselaar
Begin 1e mandaat 28/01/2004, voorzitter van de raad van bestuur sinds 01/01/2006
Einde mandaat Na de GAV van 2025
Huidige functie Gepensioneerd. Voormalig Algemeen Directeur van de Vereniging van
Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG) vzw
Achtergrond Licentiaat in de rechten, geeft als voorzitter van de raad van bestuur leiding
aan de raad en ziet toe op de interactie tussen de raad en het college van
dagelijks bestuur. Zijn ervaring en kennis op het vlak van gemeente- en
OCMW-besturen zijn met name van groot belang in zijn constructieve
bijdrage tot de besluitvorming van de raad én, waar nuttig, de communicatie
ervan naar deze openbare besturen.
Andere huidige
mandaten
Bestuurder Natuurwerk vzw, bestuurder Regionale Televisie Kempen/
Mechelen vzw, waarnemend bestuurder Poolstok cv
Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
Voorzitter raad van bestuur Pinakes nv
/
Mandaten in
beursgenoteerde venn.
DIRK VAN DEN BROECK
UITVOEREND BESTUURDER
Lid van het college van dagelijks bestuur
Lid van het Auditcomité (adviserend)
Riskmanager
° 11/09/1956
Leo de Bethunelaan 79, 9300 Aalst
Begin 1e mandaat
30/10/1995 en vanaf 01/07/2012 als uitvoerend bestuurder
Na de GAV van 2025
Einde mandaat Bestuurder van vennootschappen
Huidige functie
Achtergrond
Als niet-uitvoerend bestuurder vanaf de oprichting van de Vennootschap op
Lic. rechten en economische wetenschappen, was tot einde 2010
partner van Petercam, zetelde in diverse raden van bestuur van
vastgoedvennootschappen en was betrokken bij de lancering van
diverse vastgoedcertificaten. Hij is vandaag actief als bestuurder van
vastgoedvennootschappen. Zijn financiële expertise terzake draagt bij
tot een weloverwogen en gefundeerde besluitvorming van de raad van
bestuur.
Andere huidige
mandaten
Bestuurder Meli nv, Patrimmonia Real Estate nv en filialen, Promotus bvba,
Radiodiagnose vzw en Radiomatix nv. Alsook bestuurder in Care Property
Invest Spain Socimi, S.L.U.
Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
Bestuurder Warehouses De Pauw Comm. VA (tot april 2015), Onafhankelijk
bestuurder Omega Preservation Fund (tot juni 2015), Bestuurder
Reconstruction Capital II Ltd.
(tot 2018), Voorzitter Terra Capital Partners*
(einde mandaat in de loop van 2019)

PETER VAN HEUKELOM UITVOEREND BESTUURDER

CEO Voorzitter van het college van dagelijks bestuur

° 26/08/1955

Wijnegemsteenweg 85 bus 0007, 2970 Schilde

Begin 1e mandaat 21/05/2003
Einde mandaat Na de GAV van 2026
Huidige functie CEO van Care Property Invest.
Achtergrond Hij heeft na zijn opleiding Lic. Handels en Financiële Wetenschappen
– specialiteit marketing, postgraduaat gezondheidseconomie zijn
beroepservaring voortdurend versterkt d.m.v. opleidingen op het vlak van
financiën/investeringen in social profit en openbare sector.
Vooraleer zijn functie als ceo van de Vennootschap op te nemen in oktober
2009 was hij, na daar verschillende functies te hebben doorlopen, general
manager social profit and public sector bij KBC Bank.
Andere huidige
mandaten
Diverse mandaten opgenomen in dochtervennootschappen van Care
Property Invest als bestuurder of als vast vertegenwoordiger van Care
Property Invest
Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
Enkel mandaten opgenomen in diverse dochtervennootschappen van Care
Property Invest
Mandaten in
beursgenoteerde venn.
/
WILLY PINTENS
UITVOEREND BESTUURDER
Lid van het college van dagelijks bestuur
Lid van het Benoemings- en remuneratiecomité
(adviserend)
Interne Auditmanager
° 11/09/1946
Biezenmaat 10, 8301 Ramskapelle
Begin 1e mandaat Sinds de oprichting van de vennootschap op 30/10/1995 en sinds 08/04/1998
als gedelegeerd bestuurder.
Einde mandaat Na de GAV van 2025
Huidige functie Gepensioneerd
Achtergrond Handelsingenieur en Lic. Handels en Consulaire Wetenschappen, kan
een rijke beroepservaring bij Belfius Bank op het gebied van financiën,
investeringen in social profit en de openbare sector voorleggen en zijn
expertise verschaft hem als bestuurder en gedelegeerd bestuurder
de nodige bekwaamheid om bij te dragen tot een weloverwogen en
gefundeerde besluitvorming van de raad. Sinds de oprichting van de
vennootschap is Willy Pintens zeer nauw betrokken bij de effectieve
leiding en de dagelijkse werking van de Vennootschap.
Andere huidige
mandaten
/
Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
Bestuurder Frontida vzw (einde mandaat op 29/12/2021)
Mandaten in
beursgenoteerde venn.
/

VALÉRIE JONKERS
UITVOEREND BESTUURDER
COO
Lid van het college van dagelijks bestuur
° 7/09/1985
Kempenlaan 25, 2160 Wommelgem
FILIP VAN ZEEBROECK
UITVOEREND BESTUURDER
CFO
Lid van het college van dagelijks bestuur
° 30/05/1979
Cornelis de Herdtstraat 16, 2640 Mortsel
Begin 1e mandaat 27/05/2020 Begin 1e mandaat 27/05/2020
Einde mandaat 29/05/2024 Einde mandaat 29/05/2024
Huidige functie Chief Operating Officer Huidige functie Chief Financial Officer
Achtergrond Zij behaalde haar diploma rechten aan de Universiteit Antwerpen
en volgende nadien diverse opleidingen om haar specialisatie in
zorgvastgoed verder te verdiepen. Zij startte haar carrière als juridisch
consultant in het zorgvastgoed waarbij zij de verschillende stakeholders
(investeerders, ontwikkelaars, exploitanten en aannemers) adviseerde
m.b.t. zorgvastgoed. Sinds midden mei 2014 is zij in dienst bij Care Property
Invest als Investment Manager en sinds 1 juli 2016 als COO en lid van
het college van dagelijks bestuur. Tevens is zij bestuurder in een aantal
dochtervennootschappen van Care Property Invest.
Achtergrond Hij behaalde zijn diploma rechten aan de Universiteit Antwerpen en
volgende nadien een Manama Ondernemingsrecht aan de VUB en UA en
Fiscaal recht aan de UA. Hij startte zijn carrière aan de balie van Antwerpen
en werkte daarna als juridisch adviseur bij Moore Stephens Verschelden
en SBB in het ondernemingsrecht en fiscaal recht. Sinds 22 april 2014 is
hij in dienst bij Care Property Invest als bedrijfsjurist en sinds 1 juli 2016
als CFO en lid van het college van dagelijks bestuur. In het kader daarvan
volgde hij een MBA aan de Antwerp Management School en een Executive
Master Class in Corporate Finance aan de Vlerick Business School. Tevens
is hij bestuurder in een aantal dochtervennootschappen van Care Property
Invest. Daarnaast was hij ook de Compliance Officer tot 31/12/2019.
Andere huidige
mandaten
Diverse mandaten opgenomen in dochtervennootschappen van Care
Property Invest.
Andere huidige
mandaten
Diverse mandaten opgenomen in dochtervennootschappen van Care
Property Invest als bestuurder of als vast vertegenwoordiger van Care
Property Invest.
Andere huidige
mandaten
Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
Vzw Herenhof (einde mandaat juni 2017) en diverse mandaten opgenomen
in dochtervennootschappen van Care Property Invest.
Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
Enkel mandaten opgenomen in diverse dochtervennootschappen van Care
Property Invest.
Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
Mandaten in
beursgenoteerde venn.
/ Mandaten in
beursgenoteerde venn.
/ Mandaten in
beursgenoteerde venn.
MICHEL VAN GEYTE
NIET-UITVOEREND ONAFHANKELIJK BESTUURDER
Lid van het Investeringscomité
Lid van het Auditcomité
° 6/02/1966
Sint-Thomasstraat 42, 2018 Antwerpen
INGRID CEUSTERS-LUYTEN
NIET-UITVOEREND ONAFHANKELIJK BESTUURDER
Lid van het Auditcomité
Lid van het Benoemings- en Remuneratiecomité
° 18/12/1952
P. Benoitstraat 15, 2018 Antwerpen
Begin 1e mandaat 27/05/2020 Begin 1e mandaat 27/05/2020
Einde mandaat 29/05/2024 Einde mandaat 29/05/2024
Huidige functie CEO Nextensa nv Huidige functie Bestuurder van vennootschappen
Achtergrond Hij is sinds 22 mei 2018 CEO van Nextensa. Nextensa is een
combinatie van de vroegere vastgoedontwikkelaar Extensa en de
vastgoedinvesteerder Leasinvest Real Estate. Hij studeerde aan de KU
Leuven en behaalde daar een master in de toegepaste economische
wetenschap en een postgraduaat in Real Estate. In 2016 voltooide hij
eveneens een executive master in Corporate Finance aan de Vlerick
Business School. Naast zijn functie als CEO is hij eveneens bestuurder in
Nextensa en diens dochtervennootschappen, in Retail Estates en in ULI
Belgium.
Hij beantwoordt aan de criteria van onafhankelijk bestuurder in de zin van
artikel 7:87 WVV.
Achtergrond Licentiaat Tandheelkunde aan de VUB en startte haar carrière als tandarts
op de dienst Maxillofaciale chirurgie van het OCMW Antwerpen. Na haar
huwelijk met Hugo Ceusters liet ze de medische sector voor wat het was
en stapte mee in het familiebedrijf, waar zij, sinds het overlijden van haar
echtgenoot, de leiding over heeft genomen. In 1996 voltooide zij haar
opleiding als vastgoedmakelaar / syndicus. Naast haar inzet voor het
familiebedrijf is zij o.a. nog bestuurder bij Antwerp Symphony Orchestra,
Voka Antwerpen, Women on Board, infrabel en UZ Gent. Tevens mocht
zij de IWEC award 2016 (International Women Entrepreneurial Award)
ontvangen en is zij Commandeur in de Kroonorde (2008 door ZKH koning
Albert II).
Zij beantwoordt aan de criteria van onafhankelijk bestuurder in de zin van
artikel 7:87 WVV.
Andere huidige
mandaten
Diverse mandaten opgenomen in dochtervennootschappen van Nextensa
Bestuurder Retail Estates NV en ULI Belgium.
Andere huidige
mandaten
Gedelegeerd bestuurder bij Ceusters nv, bestuurder bij Infrabel nv en Inhu
bv en lid bestuurscomité en voorzitter auditcomité bij UZ Gent.
Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
/ Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
Bestuurder Infrabel (einde mandaat mei 2021) en bestuurder Antwerp
Symphonic Orchestra
Mandaten in
beursgenoteerde venn.
Bestuurder Nextensa nv en Retail Estates Mandaten in
beursgenoteerde venn.
/

PAUL VAN GORP

NIET-UITVOEREND ONAFHANKELIJK BESTUURDER

Voorzitter van het Auditcomité
Lid van het Investeringscomité

° 18/10/1954

Rudolf Esserstraat 20 bus 403, 9120 Melsele
Begin 1e mandaat 18/05/2011
Einde mandaat Na de GAV van 2023
Huidige functie Voorzitter van de raad van bestuur van Dorp nr. 2 Koningin Fabiola vzw,
alsook van het maatwerkbedrijf ACG vzw en het zorgbedrijf De Vijver vzw.
Achtergrond Lic. Handels- en Financiële Wetenschappen, was in de periode 2000 tot
2007 algemeen secretaris van het OCMW Antwerpen en droeg o.m. zorg
voor het beheer van 17 rvt's, (2.400 bedden), meer dan 2.000 serviceflats en
9 algemene ziekenhuizen. Hij is op vandaag als gedelegeerd bestuurder
van de vzw actief in de tewerkstelling, het wonen van en de zorg voor
mensen met een beperking. Van 2007 tot oktober 2019 gedelegeerd
bestuurder van Dorp nr 2 Koningin Fabiola vzw, ACG vzw en De Vijver vzw,
die actief zijn in de tewerkstelling, het wonen van en de zorg voor mensen
met een beperking.
Andere huidige
mandaten
Bestuurder vertrouwenscentrum kindermishandeling VKA
Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
Bestuurder Het Orgel in Vlaanderen vzw (einde mandaat in 2016) (sociale
organisatie). Per 1/11/2021 eindigde zijn mandaat bij Dorp nr. 2 Koningin
Fabiola vzw, ACG vzw en De Vijver vzw
Mandaten in
beursgenoteerde venn.
/

BRIGITTE GROUWELS

NIET-UITVOEREND ONAFHANKELIJK BESTUURDER Lid van het Benoemings- en Remuneratiecomité Lid van het Auditcomité

° 30/05/1953
Parkdreef 45 bus 44, 1000 Brussel
Begin 1e mandaat 20/05/2015
Einde mandaat Na de GAV van 2026
Huidige functie Gepensioneerd
Achtergrond Voormalig Volksvertegenwoordiger Brussels Hoofdstedelijk Parlement,
Ondervoorzitter Raad Vlaamse Gemeenschapscommissie en Senator. De
politieke loopbaan van mevrouw Grouwels omvatte volgende openbare
functies:
Lid van het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement (1992-97)/Lid van
het Vlaams Parlement (1995-97)/ Vlaams Minister van Brusselse
Aangelegenheden en Gelijkekansenbeleid (1997-99)/Fractievoorzitter in
het Brusselse Hoofdstedelijke Parlement en lid van het Vlaams Parlement
(1999-2004)/Staatssecretaris Brussels Hoofdstedelijk Gewest (2004-2009)
bevoegd voor Gelijkekansenbeleid, Ambtenarenzaken
en Haven van Brussel; Collegelid Vlaamse Gemeenschapscommissie
Welzijn, Gezondheid en Gezin, Etnisch-culturele Minderheden en
ambtenarenzaken/Minister Brusselse Hoofdstedelijke Regering (2009-2014)
bevoegd voor Openbare Werken en Vervoer, Informaticabeleid, Haven van
Brussel; Collegelid Vlaamse Gemeenschapscommissie Welzijn, Gezondheid
en Gezin (o.m. Nederlandstalige lokale dienstencentra, kinderopvang,
gehandicaptenzorg), Etnisch-culturele Minderheden en mediabeleid;
Collegelid Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie voor Bijstand
aan personen (bi-communautaire N/F rusthuizen, gehandicaptenzorg ;
voogdij OCMW's en Openbare Ziekenhuizen).
Andere huidige
mandaten
/
Verstreken mandaten
afgelopen 5 jaar
/
Mandaten in
beursgenoteerde venn.
/

11.4.3 Voorgestelde wijzigingen aan de algemene vergadering 2023

De raad van bestuur zal aan de jaarvergadering van 31 mei 2023 voorstellen om volgende personen te herbenoemen als bestuurder, aangezien hun mandaat na de jaarvergadering van

2023 een einde neemt: • De heer Paul Van Gorp, als nietuitvoerend bestuurder, voor een termijn van één jaar tot na afloop van de gewone algemene vergadering van 2024.

11.4.4 Opdrachten van de raad van bestuur

De raad van bestuur van Care Property Invest heeft de bevoegdheid om alle handelingen te stellen die nodig of nuttig zijn om het voorwerp van de Vennootschap te verwezenlijken, met uitzondering van deze die de wet of de statuten voorbehouden voor de algemene vergadering. De raad van bestuur beslist over de strategische keuzes, investeringen en desinvesteringen en financiering op lange termijn.

Hij sluit de jaarrekeningen af en stelt de halfjaarlijkse en kwartaalstaten van de GVV op. Hij maakt het beheersverslag op dat, onder meer de corporate governance verklaring bevat, beslist ook over het gebruik van het toegestane kapitaal en roept de gewone en buitengewone algemene vergaderingen van aandeelhouders bijeen. Hij ziet toe op de nauwgezetheid, de nauwkeurigheid, de transparantie van de mededelingen aan de aandeelhouders, de financiële analisten en het publiek, zoals de prospectussen, de jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële verslagen, de kwartaalstaten, evenals de persberichten. Daarnaast is de raad van bestuur ook het orgaan dat beslist over de structuur van het college van dagelijks bestuur van de Vennootschap, en dat de

bevoegdheden en de opdrachten bepaalt die aan de effectieve leiders van de Vennootschap toevertrouwd worden.

11.4.5 Werking van de raad van bestuur

11.4.5.1 Frequentie en bijeenroeping van de vergaderingen

De raad van bestuur komt zoveel bijeen als nodig voor de uitoefening van zijn taken. De raad van bestuur vergadert normaal maandelijks, maar ook telkens wanneer de belangen van de Vennootschap dit vereisen. De raad van bestuur wordt bijeengeroepen door de Voorzitter of door twee bestuurders wanneer de belangen van de Vennootschap het vereisen. De oproeping vermeldt plaats, datum, uur en agenda van de vergadering en wordt ten minste 48 uur vóór de vergadering per brief, e-mail of op een andere schriftelijke wijze verzonden. Elke bestuurder die een vergadering van de raad bijwoont of zich erop laat vertegenwoordigen wordt als regelmatig opgeroepen beschouwd.

11.4.5.2 Beraadslaging en stemming

De raad van bestuur kan slechts geldig beraadslagen en beslissen indien ten minste de meerderheid van de bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien dit quorum niet is bereikt, kan een nieuwe raad worden bijeengeroepen met dezelfde agenda, die geldig zal beraadslagen en beslissen indien ten minste twee bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.

Over punten die niet op de agenda werden vermeld, kan hij slechts geldig beraadslagen met de instemming van de voltallige raad van bestuur en voor zover alle bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd zijn.

Iedere bestuurder kan per brief, e-mail of op een andere schriftelijke wijze aan een ander lid van de raad van bestuur volmacht geven om hem op een vergadering van de raad van bestuur te vertegenwoordigen en er geldig in zijn plaats te stemmen.

De raad van bestuur kan vergaderen middels conference call, videoconferentie of gelijkaardige communicatiemiddelen door middel waarvan alle personen die deelnemen aan de vergadering elkaar kunnen horen. Elke bestuurder kan tevens zijn advies per brief, e-mail of op een andere schriftelijke wijze meedelen aan de voorzitter.

De raad van bestuur kan, zoals voorzien in het WVV, een beslissing aannemen bij unaniem schriftelijk akkoord van alle bestuurders.

Indien een bestuurder, rechtstreeks of onrechtstreeks, een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met een beslissing of een verrichting die tot de bevoegdheid behoort van de raad van bestuur, dient hij zich te richten naar het bepaalde in artikel 7:96 WVV. De leden van de raad van bestuur zullen eveneens de artikelen 37-38 van de GVV-Wet naleven.

De besluitvorming binnen de raad van bestuur mag niet gedomineerd worden door een individu, noch door een groep van bestuurders.

De besluitvorming geschiedt bij gewone meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Blanco of ongeldige stemmen worden niet bij de uitgebrachte stemmen geteld. Bij staking van stemmen binnen de raad van bestuur heeft de bestuurder die de vergadering voorzit doorslaggevende stem.

11.4.5.3 Notulen

De besluiten van de raad van bestuur worden na elke vergadering vastgelegd in notulen. Ze worden aan elke bestuurder bezorgd samen met de uitnodiging voor de eerstvolgende vergadering en worden op deze vergadering goedgekeurd en

ondertekend.

De notulen van de vergadering geven een samenvatting van de besprekingen, specificeren de besluiten die werden genomen en maken melding van het eventuele voorbehoud van bepaalde bestuurders. Ze worden bewaard in een speciaal register dat wordt gehouden op de zetel. De raad van bestuur stelde mevrouw Nathalie Byl aan als secretaris.

11.4.5.4 Integriteit en toewijding van de bestuurders

Voor alle bestuurders, zowel de uitvoerende als de niet-uitvoerende, en voor deze laatste ongeacht of zij al dan niet onafhankelijk zijn, is het noodzakelijk dat zij beslissen op basis van een

onafhankelijk oordeel.

De bestuurders zorgen ervoor dat zij gedetailleerde en accurate informatie ontvangen, die zij grondig bestuderen teneinde de voornaamste aspecten van de ondernemingsactiviteit grondig te kunnen en te blijven beheersen. Zij vragen om verduidelijking telkens wanneer zij dit noodzakelijk achten.

Hoewel zij deel uitmaken van hetzelfde collegiaal orgaan, vervullen zowel de uitvoerende als de niet-uitvoerende bestuurders elk een specifieke en complementaire rol in de raad van bestuur. De uitvoerende bestuurders voorzien de raad van bestuur van alle relevante zakelijke en financiële informatie opdat deze laatste zijn rol effectief kan vervullen.

De niet-uitvoerende bestuurders stellen de strategie en de voornaamste beleidslijnen, zoals voorgesteld door het college van dagelijks bestuur, op een kritische en constructieve wijze ter discussie, en helpen deze verder uit te werken. De niet-uitvoerende bestuurders bekijken nauwkeurig de prestaties van het college van dagelijks bestuur in het licht van de overeengekomen doelstellingen.

Bestuurders dienen omzichtig om te springen met de vertrouwelijke informatie die zij hebben ontvangen in hun hoedanigheid van bestuurder en mogen deze enkel gebruiken in het kader van hun mandaat.

11.4.5.5 Vertegenwoordiging

Conform artikel 26 van de statuten wordt de Vennootschap in al haar handelingen, met inbegrip van diegene waaraan een openbaar of ministerieel ambtenaar zijn medewerking verleent, evenals in rechte, rechtsgeldig vertegenwoordigd hetzij door twee bestuurders die gezamenlijk handelen, hetzij, binnen de perken van het dagelijks bestuur, door twee leden van het college van dagelijks bestuur die gezamenlijk handelen.

11.4.6 Activiteitenverslag van de raad van bestuur

De raad van bestuur heeft 18 keer vergaderd in 2022.

Onder meer de volgende agendapunten werden door de raad van bestuur behandeld tijdens het boekjaar 2022:

  • Operationele en financiële rapportering.
  • Analyse en goedkeuring financieel plan en businessplan.
  • Analyse en goedkeuring van budgettering.
  • Bespreking financiële en investeringsstrategie.
  • Analyse en bepaling van de

strategische initiatieven van de Vennootschap.

  • Verslaggeving van de uitvoering van genomen beslissingen.
  • Verslaggeving van de interne audit.
  • Verslaggeving van de effectieve leiders over de interne controle.
  • Verslaggeving van het benoemings- en remuneratiecomité.
  • Verslaggeving van het auditcomité.
  • Opmaak tussentijdse verklaringen, jaarlijks en halfjaarlijks verslag.
  • Bespreking en goedkeuring persbericht over de jaarcijfers.
  • Remuneratiebeleid en bonusregeling.
  • Beslissing tot verderzetting van een long term incentive plan met inbegrip van bespreking en beslissing Aandelen Aankoopplan.
  • Personeelskader.
  • Evaluatie van de omvang, samenstelling en werking raad van bestuur en zijn interactie met de effectieve leiders.
  • Voorbereiding van de algemene en bijzondere algemene vergaderingen.
  • Opmaken van de bijzondere verslagen van de raad van bestuur in het kader van een kapitaalverhoging.
  • d.m.v. een inbreng in natura en keuzedividend.
  • Analyse en goedkeuring investeringsdossiers.
  • Goedkeuring van fusievoorstellen en verwezenlijking van deze fusies.

De raad van bestuur bestaat op 31 december 2022 uit 11 leden, waarvan 5 onafhankelijke bestuurders.

  • Oprichting en verwerving van Nederlandse, Spaanse en Ierse dochtervennootschappen.
  • Bespreking en voordracht aan de algemene vergadering van de herbenoeming van bestuurders.
  • Bespreking risicoplan.
  • Bespreking schuldgraad.
  • Beslissing duurzaamheidsverslag.
  • Bespreking IT-security.

11.4.7 Bezoldiging van de bestuurders

Zie verder in het remuneratieverslag, punt "11.11.2.4 Overzicht van de bezoldiging van de bestuursmandaten in het boekjaar 2022" op pagina 111 hierna.

11.4.8 Comités van de raad van bestuur

De raad van bestuur heeft in zijn midden comités opgericht die de raad van bestuur bijstaan en adviseren in hun specifieke domeinen. Ze hebben geen beslissingsbevoegdheid, maar rapporteren aan de raad van bestuur, respectievelijk het college van dagelijks bestuur, die de uiteindelijke beslissingen neemt.

11.4.8.1 Benoemings- en remuneratiecomité

De raad van bestuur heeft op 14 februari 2018 beslist een benoemings- en remuneratiecomité op te richten dat qua samenstelling voldoet aan de voorwaarden opgelegd in artikel 7:100 WVV en de Code 2020. De voorzitter van de raad van bestuur, de heer Mark Suykens, is voorzitter van dit comité. Verder bestaat het comité uit drie niet-uitvoerende bestuurders, m.n. mevrouw Caroline Riské, mevrouw Brigitte Grouwels en mevrouw Ingrid Ceusters. Zij worden beschouwd als onafhankelijke bestuurders in de zin van artikel 7:87 WVV. De raad van bestuur is van oordeel dat zij beschikken over de vereiste expertise op

het vlak van remuneratiebeleid. De heer Willy Pintens, gedelegeerd bestuurder en lid van het college van dagelijks bestuur, neemt als vertegenwoordiger van het college van dagelijks bestuur en als lid met raadgevende stem deel aan de vergaderingen van het benoemings- en remuneratiecomité.

11.4.8.1.1 DE ROL VAN HET BENOEMINGS- EN REMUNERATIECOMITÉ

Het benoemings- en remuneratiecomité is een adviesorgaan binnen de raad van bestuur en zal deze bijstaan en adviseren. Het doet voorstellen aan de raad van bestuur over de samenstelling en evaluatie van de raad van bestuur en zijn interactie met het college van dagelijks bestuur, het remuneratiebeleid, de individuele remuneratie van de bestuurders en de leden van het college van dagelijks bestuur, met inbegrip van variabele remuneratie en lange termijn prestatiepremies al dan niet gebonden aan aandelen, in de vorm van aandelenopties of andere financiële instrumenten, en van vertrekvergoedingen, en waar toepasselijk, de daaruit voortvloeiende voorstellen die door de raad van bestuur dienen te worden voorgelegd

aan de aandeelhouders.

In zijn rol als remuneratiecomité bereidt het comité het remuneratieverslag voor dat door de raad van bestuur wordt gevoegd in de verklaring inzake deugdelijk bestuur zoals bedoeld in artikel 3:6, §2 WVV. Het remuneratieverslag wordt verder in dit hoofdstuk opgenomen onder punt "11.11 Remuneratieverslag 2022" op pagina 110.

11.4.8.1.2 DE WERKING EN BEVOEGDHEDEN VAN HET BENOEMINGS- EN REMUNERATIECOMITÉ

Het benoemings- en remuneratiecomité komt ten minste tweemaal per jaar samen en telkens wanneer het dit noodzakelijk acht om zijn taken naar behoren te vervullen. De voorzitter van het benoemings- en remuneratiecomité stelt, in overleg met de gedelegeerd bestuurder die als vertegenwoordiger van het college van dagelijks bestuur met raadgevende stem deelneemt aan de vergaderingen, de agenda op van elke vergadering van het benoemings- en remuneratiecomité. Het comité brengt bij de raad van bestuur geregeld verslag uit over de uitoefening van zijn taken. Het benoemings- en remuneratiecomité evalueert minstens om de drie jaar zijn eigen efficiëntie, zijn werking en zijn wisselwerking met de raad van bestuur, herbekijkt zijn intern reglement en beveelt vervolgens, in voorkomend geval, de nodige aanpassingen aan bij de raad van bestuur.

In het Charter dat beschikbaar is op de website www.carepropertyinvest.be wordt een meer gedetailleerde beschrijving van de rol, de werking en de bevoegdheden van het benoemings- en remuneratiecomité opgenomen.

11.4.8.1.3 ACTIVITEITENVERSLAG VAN HET BENOEMINGS- EN REMUNERATIECOMITÉ

Tijdens het boekjaar 2022 is het benoemings- en remuneratiecomité drie keer bijeengekomen om volgende punten

  • te behandelen: • Evaluatie van de interactie van de nietuitvoerende bestuurders en het college
  • van dagelijks bestuur.
  • Evaluatie raad van bestuur.
  • Bepaling van het bedrag van de variabele vergoeding van de CEO, CFO en COO voor prestatiejaar 2021, uitkeerbaar in 2022-2023-2024.
  • Vaststelling van de parameters van de variabele verloning voor het management.
  • Bespreking remuneratiebeleid.
  • Bespreking van het remuneratieverslag dat deel uitmaakt van de corporate governance verklaring.
  • Voorstel tot herbenoeming van één uitvoerend bestuurder.
  • Voorstel tot herbenoeming van drie niet-uitvoerende bestuurders.
  • Voortstel tot herbenoeming van één niet-uitvoerend bestuurder.
  • Collectieve geschiktheid bestuurders.

11.4.8.2 Auditcomité

De raad van bestuur heeft op 13 februari 2019 beslist een auditcomité op te richten, waarvan de samenstelling laatst op 9 maart 2021, werd gewijzigd. De samenstelling van het auditcomité en de kwalificaties van zijn leden voldoen aan de vereisten van artikel 7:99 WVV, alsook aan de Code 2020.

Het comité bestaat uit vijf niet-uitvoerende bestuurders nl. de heer Paul Van Gorp, als voorzitter, mevrouw Ingrid Ceusters, de heer Mark Suykens, mevrouw Brigitte Grouwels en de heer Michel Van Geyte. De heer Dirk Van den Broeck neemt deel als vertegenwoordiger van het college van dagelijks bestuur en als lid met raadgevende stem.

Alle leden van het auditcomité beschikken over de door de wet vereiste collectieve deskundigheid op het gebied van de activiteiten van de gecontroleerde vennootschap. De onafhankelijke bestuurders die zetelen in het auditcomité voldoen allen aan de criteria zoals vervat in artikel 7:87 WVV en de Code 2020.

11.4.8.2.1 DE ROL VAN HET AUDITCOMITÉ

Samengevat heeft het auditcomité de opdracht te waken over de juistheid en betrouwbaarheid van alle financiële informatie, zowel intern als extern.

Het ziet erop toe dat de periodieke financiële verslagen van de Vennootschap een waarheidsgetrouw, eerlijk en helder beeld geven van de situatie en de toekomstperspectieven van de Vennootschap en controleert in het bijzonder de jaarlijkse en periodieke financiële staten voordat deze openbaar worden gemaakt. Het auditcomité controleert eveneens de correcte en consequente toepassing van de verschillende toegepaste boekhoudkundige normen en waarderingsregels. Ook ziet het toe op de onafhankelijkheid van de commissaris en oefent het een adviserende rol uit tijdens de (her)benoeming van de commissaris.

11.4.8.2.2 DE WERKING EN BEVOEGDHEDEN VAN HET AUDITCOMITÉ

Het auditcomité vergadert ten minste vier keer per jaar, namelijk bij elke kwartaalafsluiting, en rapporteert zijn bevindingen vervolgens aan de raad van bestuur. Zijn voornaamste opdrachten zijn:

  • het in kennis stellen van de raad van bestuur van het resultaat van de wettelijke controle van de jaarrekening en, in voorkomend geval, van de geconsolideerde jaarrekening en een toelichting geven van de wijze waarop de wettelijke controle van de jaarrekening en, in voorkomend geval, van de geconsolideerde jaarrekening heeft bijgedragen tot de integriteit van de financiële verslaglegging en welke rol het auditcomité in dat proces heeft gespeeld;
  • het monitoren van de periodieke financiële verslagen van de Vennootschap per kwartaal, bestaande uit de opvolging van de integriteit en de juistheid van de cijfergegevens en de relevantie van de toegepaste boekhoudnormen, en aanbevelingen of voorstellen doen om de integriteit van het proces te waarborgen;

  • monitoring van de doeltreffendheid van de interne controle- en risicobeheerssystemen, inclusief de aanpassing van het IT- systeem om risico's inzake IT-security en interne beveiliging zoveel mogelijk in te dekken, alsook de monitoring van de interne audit en van zijn doeltreffendheid;

  • het opvolgen van de aanbevelingen van de externe consultant die optreedt als interne auditor;
  • het monitoren van de wettelijke controle van de jaarrekening en de geconsolideerde jaarrekening, inclusief opvolging van de vragen en aanbevelingen geformuleerd door de commissaris;
  • de beoordeling en monitoring van de onafhankelijkheid van de commissaris, waarbij met name wordt nagegaan of de verlening van bijkomende diensten aan de Vennootschap passend is. Meer in het bijzonder analyseert het auditcomité met de commissaris de bedreigingen voor zijn onafhankelijkheid en de veiligheidsmaatregelen die genomen zijn om deze bedreigingen in te perken, wanneer de totale honoraria bij een organisatie van openbaar belang meer bedragen dan de criteria bepaald in artikel 4, § 3, van de verordening (EU) nr. 537/2014;
  • aanbeveling doen aan de raad van bestuur van de Vennootschap voor de benoeming van de commissaris en, in voorkomend geval, van de bedrijfsrevisor die instaat voor de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening, overeenkomstig artikel 16, § 2, van verordening (EU) nr. 537/2014.

De interne auditor en commissaris van de Vennootschap brengen verslag uit aan het auditcomité over de belangrijke kwesties die zij hebben vastgesteld bij de uitvoering van hun opdracht omtrent de wettelijke controle van de jaarrekening. Het auditcomité geeft hierover een uiteenzetting aan de raad van bestuur.

Het auditcomité doet aanbevelingen aan de raad van bestuur aangaande de selectie, de benoeming en herbenoeming van de externe auditor en aangaande de voorwaarden voor zijn aanstelling. De raad van bestuur legt het voorstel van het auditcomité ter goedkeuring voor aan de aandeelhouders.

In het Charter dat beschikbaar is op de website www.carepropertyinvest.be werd een meer gedetailleerde beschrijving van de rol, de werking en de bevoegdheden van het auditcomité opgenomen.

11.4.8.3 Investeringscomité

De raad van bestuur heeft op 13 februari 2019 beslist een investeringscomité op te richten, waarvan de samenstelling en werking werd gewijzigd op 4 november 2020. De leden beschikken, op uiteenlopende gebieden binnen zowel het vastgoed- als het economische domein, over de gewenste professionele ervaring en de nodige opleidingsachtergrond. Hierdoor kunnen de verschillende vaardigheden van zijn leden worden ingezet naargelang de aard en behoeftes van het voorgelegde investeringsdossier.

Het comité bestaat uit vier niet-uitvoerende bestuurders m.n. de heer Mark Suykens als voorzitter, de heer Michel Van Geyte, mevrouw Caroline Riské en de heer Paul Van Gorp. De onafhankelijke bestuurders die zetelen in het investeringscomité, voldoen allen aan de criteria zoals vervat in artikel 7:87 WVV en de Code 2020.

11.4.8.3.1 DE ROL VAN HET INVESTERINGSCOMITÉ

Het investeringscomité is een raadgevend orgaan belast met de taak om advies te geven inzake investerings- en eventuele desinvesteringsdossiers om zo het beslissingsproces te versnellen. De raad van bestuur, respectievelijk het college van dagelijks bestuur, blijft verantwoordelijk voor het toezicht en het nemen van de definitieve beslissing. Het investeringscomité voert zijn taak uit conform het integriteitsbeleid van de Vennootschap.

11.4.8.3.2 DE WERKING EN BEVOEGDHEDEN VAN HET INVESTERINGSCOMITÉ

Het investeringscomité komt samen op een ad-hoc basis, d.w.z. telkens wanneer de bespreking van een concreet dossier nodig wordt geacht. Het investeringscomité formuleert vervolgens zijn bevindingen en oordeel omtrent een dossier aan het college van dagelijks bestuur. De definitieve beslissing over een behandeld dossier wordt steeds genomen door de raad van bestuur, respectievelijk het college van dagelijks bestuur van de Vennootschap.

Het investeringscomité is verantwoordelijk voor de volgende opdrachten:

  • selectie van investeringsdossiers (of eventuele desinvesteringsdossiers);
  • analyse van investeringsdossiers (of eventuele desinvesteringsdossiers);
  • voorbereiding van investeringsdossiers (of eventuele desinvesteringsdossiers);
  • opvolgen van de onderhandelingen.

In het Charter, dat beschikbaar is op de website van de Vennootschap, www.carepropertyinvest.be, wordt een meer gedetailleerde beschrijving van de rol, de werking en de bevoegdheden van het investeringscomité opgenomen.

La Reposée (BE) I Bergen

Naam Raad van bestuur College van dagelijks
bestuur
Auditcomité Benoemings- en
remuneratie
comité
Investeringscomité
Peter Van Heukelom 17/18 18/18 - - -
Valérie Jonkers 17/18 18/18 - - -
Filip Van Zeebroeck 16/18 18/18 - - -
Willy Pintens 14/18 18/18 - 3/5 -
Dirk Van den Broeck 17/18 18/18 5/5 - -
Mark Suykens 16/18 - 5/5 5/5 11/11
Ingrid Ceusters 15/18 - 4/5 5/5 -
Brigitte Grouwels 16/18 - 5/5 5/5 -
Caroline Riské 16/18 - - 5/5 10/11
Michel Van Geyte 10/18 - 4/5 - 4/11
Paul Van Gorp 16/18 - 5/5 - 11/11

11.5 College van dagelijks bestuur

11.5.1 College van dagelijks bestuur en effectieve leiders

Conform artikel 7:121 WVV en artikel 27 van de gecoördineerde statuten heeft de raad van bestuur bestuursbevoegdheden overgedragen aan het college van dagelijks bestuur. Het college van dagelijks bestuur is belast met het dagelijks beheer van de Vennootschap. De rol, werking en samenstelling van het college van dagelijks bestuur werden, in aanvulling van de statuten, vastgelegd door de raad van bestuur en hieronder beschreven.

11.5.2 Het college van dagelijks bestuur

in 2022

11.5.2.1 De rol van het college van dagelijks

bestuur

is voornamelijk:

  • De rol van het college van dagelijks bestuur
    • Vennootschap verzekeren, en hierover
    • verslag uitbrengen bij de raad van
  • De beslissingen uitvoeren van de raad van bestuur. • Het dagelijks bestuur van de

    - bestuur.

  • Een passende beheersstructuur en een administratieve, boekhoudkundige, financiële en technische organisatie invoeren en behouden die de Vennootschap in staat stelt haar activiteiten uit te oefenen en een passende controle te organiseren, dit alles in overeenstemming met de GVV-Wet, gebaseerd op een referentiekader dat de raad van bestuur heeft
  • goedgekeurd. • Toezicht houden op het financieel verslaggevingsproces, overeenkomstig de toepasselijke standaarden voor jaarrekeningen, de boekhoudkundige normen en de waarderingsregels van de Vennootschap.
    -
  • Aan de raad van bestuur een objectieve en begrijpelijke evaluatie voorstellen van de financiële situatie, van het budget alsook van het businessplan. • Het algemeen beheer van het
    • vastgoedpatrimonium waarnemen, voor zover niet reeds gedekt door de voorgaande punten.

De voltallige raad van bestuur

11.5.2.2 Bevoegdheden en werking van het college van dagelijks bestuur

De bevoegdheden van het college van dagelijks bestuur omvatten minstens de volgende elementen:

• Het operationeel beheer van de Vennootschap; de (dagelijkse) opvolging die onder meer volgende aspecten

-

-

  • De analyse, definiëring en formulering van voorstellen van algemeen beleid en de strategie van de Vennootschap en deze ter bespreking en goedkeuring voorleggen aan de raad van bestuur (met inbegrip van de algemene beleidslijnen inzake financieel beheer, het risicobeheer, de opstelling van het businessplan en het budget).
  • Analyse, onderzoek en goedkeuring van investerings- en desinvesteringsprojecten in lijn met de algemene strategie die de raad van bestuur heeft bepaald en de formulering van aanbevelingen aan de raad van bestuur in verband met vastgoedprojecten.
  • Uitwerking, voorbereiding en presentatie van voorstellen aan de raad van bestuur of aan zijn eventuele comités voor alle onderwerpen die onder hun bevoegdheden vallen.
  • Financiële en niet-financiële communicatie, waaronder de voorbereiding van de publicatie door de Vennootschap van gereglementeerde informatie (waaronder de enkelvoudige en geconsolideerde jaarrekening, het jaarlijks en het halfjaarlijks financieel verslag en tussentijdse verklaringen) en andere.
  • omvat (maar niet beperkt is tot deze opsomming):

    - De uitvoering van de beslissingen en beleidslijnen van de raad van bestuur. • Het commercieel, operationeel en technisch beheer van het vastgoedpatrimonium.

    • De opvolging van de financiële schuldenlast.
    • De opstelling van financieringsschema's met betrekking tot investeringsprojecten.
    • De invoering en het behoud van een passende interne controle overeenkomstig de GVV-Wet (waaronder een onafhankelijke interne auditfunctie, een risicobeheerfunctie en een risicobeleid en een onafhankelijke compliance functie met inbegrip van een integriteitsbeleid), gebaseerd op het referentiekader goedgekeurd door de raad van bestuur en zijn eventuele comités, zonder afbreuk te doen aan de wettelijke verplichtingen van de personen belast met de interne controlefuncties bedoeld in de GVV-Wet.
    • Organisatie en beheer van de ondersteunende functies zoals:
      • human resources, waaronder de aanwerving, de opleiding en de bezoldiging van het personeel van de Vennootschap;
      • interne (en waar relevant) externe communicatie;
      • het beheer van de informaticasystemen (IT);
      • juridische en fiscale materies.
  • Aan de raad van bestuur te gelegener tijd alle noodzakelijke informatie bezorgen voor de uitvoering van zijn verplichtingen.

De CEO, die ook gedelegeerd bestuurder is, heeft naast zijn verantwoordelijkheden als voorzitter van het college van dagelijks bestuur, een algemene en coördinerende functie en neemt het dagdagelijks bestuur binnen de Vennootschap waar. Hij is als hoofd van het personeel ook verantwoordelijk voor de algemene leiding en het toezicht op het team, waaronder de bepaling van de taakverdeling en toezicht op hun aanwezigheid, zendingen en prestaties.

De CFO, die ook gedelegeerd bestuurder is, heeft naast zijn mandaat binnen het college van dagelijks bestuur de leiding over het financieel team.

De COO, die ook gedelegeerd bestuurder is, heeft naast haar mandaat binnen het college van dagelijks bestuur de leiding over het operationeel en investeringsteam.

De andere gedelegeerd bestuurders houden algemeen toezicht op de dagelijkse werking en nemen enerzijds de functie van interne audit- en anderzijds deze van riskmanager waar.

Artikel 26 van de statuten voorziet dat de Vennootschap in al haar handelingen, met inbegrip van de vertegenwoordiging in rechte, rechtsgeldig wordt vertegenwoordigd, binnen de perken van het dagelijks bestuur, door twee leden van het college van dagelijks bestuur die gezamenlijk handelen.

Het college van dagelijks bestuur en zijn leden oefenen hun bevoegdheden uit in overeenstemming met het Charter, de statuten van de Vennootschap, de beslissingen van de raad van bestuur, de specifieke of algemene richtlijnen van de raad van bestuur, de bepalingen van het WVV, de bepalingen van de GVV-Wet en alle andere toepasselijke wettelijke, administratieve of reglementaire bepalingen.

De comités ondersteunen het college van dagelijks bestuur bij een aantal van zijn hogervermelde bevoegdheden.

Indien er een belangenconflict bestaat in hoofde van één van de leden van het college van dagelijks bestuur, onthoudt deze zich van de beraadslaging en beslissing die wordt genomen door de andere leden van het college van dagelijks bestuur.

11.5.2.2.1 SAMENSTELLING VAN HET COLLEGE VAN DAGELIJKS BESTUUR

Het college van dagelijks bestuur bestaat op 31 december 2022`uit de volgende personen, die allen effectieve leiders zijn in de zin van artikel 14 van de Wet van 12 mei 2014, zoals gewijzigd door de Wet van 22 oktober 2017:

Naam Functie Aanvang
eerste mandaat
Einde mandaat college van
dagelijks bestuur
Peter Van Heukelom Chief Executive Officer (CEO) en
gedelegeerd (uitvoerend) bestuurder
Voorzitter van het college van dagelijks
bestuur
21/05/2003 Na de GAV van 2026
Dirk Van den Broeck Gedelegeerd (uitvoerend) bestuurder en
risk manager
30/10/1995 Na de GAV van 2025
Willy Pintens Gedelegeerd (uitvoerend) bestuurder en
interne auditmanager
30/10/1995 Na de GAV van 2025
Filip Van Zeebroeck Chief Financial Officer (CFO) en
gedelegeerd (uitvoerend) bestuurder
07/01/2016 Na de GAV van 2024
Valérie Jonkers Chief Operating Officer (COO) en
gedelegeerd (uitvoerend) bestuurder
07/01/2016 Na de GAV van 2024

Het mandaat van de leden van het college van dagelijks bestuur valt samen met de looptijd van hun mandaat binnen de raad van bestuur.

11.5.2.3 Bezoldiging van de leden van het college van dagelijks bestuur

Zie verder in het remuneratieverslag, punt "11.11.2.2 Bezoldiging van de uitvoerende bestuurders andere dan de CEO, CFO en COO" op pagina 110 hierna.

11.6 Verklaringen betreffende de bestuurders, effectieve leiders en leden van het uitvoerend management (Bijlage I van de Gedelegeerde Verordening (EU) Nr. 2019/980)

Alle bestuurders van de Vennootschap hebben verklaard dat zij gedurende de voorgaande vijf jaar niet zijn veroordeeld voor fraudemisdrijven.

Alle bestuurders van de Vennootschap hebben daarenboven verklaard dat zij als lid van een bestuurs-, leidinggevend of toezichtsorgaan de voorgaande vijf jaar niet betrokken zijn geweest bij enig faillissement, surséance of liquidatie of een vennootschap die onder bestuur stond. Valérie Jonkers, Willy Pintens en Peter Van Heukelom waren evenwel lid en bestuurder van Frontida, een vereniging zonder winstoogmerk met zetel te Horstebaan 3, 2900 Schoten en inschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder nummer 0505.856.879. Deze VZW werd opgericht in het kader van de inschrijving op een openbare aanbesteding met betrekking tot een project van de Vennootschap voor de realisatie van voorzieningen voor ouderenzorg te Balen (België). Deze VZW werd ontbonden, met onmiddellijke sluiting van de vereffening, op 29 december 2021, aangezien de openbare aanbesteding niet aan de Vennootschap werd toegewezen en de VZW nooit operationeel actief is geweest, waardoor de VZW geen bestaansreden meer had.

Bovendien hebben alle bestuurders verklaard dat zij niet het voorwerp zijn geweest van enige officiële en openbaar geuite beschuldigingen en/ of sancties opgelegd door een wettelijk of toezichthoudende autoriteit, noch dat zij door een rechterlijke instantie onbekwaam zijn verklaard om te handelen als (i) lid van de bestuurs-, leidinggevende of toezichthoudende organen van een uitgevende instelling of (ii) in het kader van het beheer of de uitoefening van de activiteiten van een uitgevende instelling.

Tussen de leden van de bestuurs-, leidinggevende of toezichthoudende organen bestaan geen familiebanden.

De Vennootschap heeft geen arbeidsovereenkomsten gesloten met de leden van de bestuurs, leidinggevende en toezichthoudende organen. Er is enkel een vertrekvergoeding voorzien in de managementovereenkomsten met het uitvoerend management (de CEO, CFO en COO), die nooit meer bedragen dan achttien maanden van de jaarlijkse (vaste) vergoeding. Er waren geen vertrekkende bestuurders of leden van het management sinds 1 januari 2022 tot de datum van dit document en er werden dan ook geen vertrekvergoedingen uitgekeerd in die periode.

De volgende bestuurders bezitten op datum van 31 december 2022 volgende aandelen in de Vennootschap:

  • Valérie Jonkers (6.501)
  • Willy Pintens (2.782)
  • Mark Suykens (2.709)
  • Dirk Van den Broeck (7.508(1))
  • Paul Van Gorp (3.000)
  • Peter Van Heukelom (17.514)
  • Filip Van Zeebroeck (7.199)

De CEO, CFO en COO hebben in het kader van het aandelenaankoopplan 2019bis in 2022 een aantal aandelen van de Vennootschap gekocht.(2) Deze aankoop werd betaald met een deel van de variabele vergoeding die in cash aan de CEO, CFO en COO werd uitbetaald onder het (vorige) remuneratiebeleid voor de periode 2019-2021. Deze aandelen werden onmiddellijk definitief verworven, en zijn onderworpen aan een lock-up van twee jaar.

Aantal aandelen Verwervingsdatum
Valérie Jonkers 1.600 1 april 2022
Peter Van Heukelom 6.992 1 april 2022
Filip Van Zeebroeck 600 1 april 2022

11.7 Diversiteitsbeleid

De raad van bestuur houdt rekening met genderdiversiteit, met diversiteit in het algemeen en met complementariteit inzake bekwaamheden, ervaring en kennis bij het vastleggen van de waarden, de kernbeleidslijnen, normen en doelstellingen van de Vennootschap op lange termijn. Ook het benoemings- en remuneratiecomité houdt rekening met deze beoogde diversiteit binnen de raad van bestuur bij het formuleren van adviezen met betrekking tot de benoeming van bestuurders, leden van het college van dagelijks bestuur en de andere leiders.

Dergelijk diversiteitsbeleid maakt het immers mogelijk om binnen de raad van bestuur en binnen het college van dagelijks bestuur problemen vanuit verschillende oogpunten te benaderen en draagt op die manier bij tot een evenwichtige besluitvorming.

Op basis van het artikel 7:86 WVV, dient ten minste één derde van de leden van de raad van bestuur (afgerond naar het dichtstbijzijnde gehele getal) van een ander geslacht te zijn dan dat van de overige leden. Op 31 december 2022 telt de raad van bestuur vier vrouwen en zeven mannen, waardoor reeds voldaan is aan deze één derde regel.

Care Property Invest zal blijven streven naar het in stand houden van deze genderdiversiteit wanneer voorstellen tot benoeming in overweging worden genomen.

11.8 Preventie van belangenconflicten

Elke bestuurder en effectieve leider wordt aangemoedigd zijn of haar persoonlijke en zakelijke belangen zo te regelen dat er geen rechtstreekse of onrechtstreekse belangenconflicten met de Vennootschap ontstaan. De Vennootschap is voor wat de regeling van belangenconflicten betreft, onderworpen aan de wettelijke regels zijnde artikelen 7:96 WVV en 36 tot 38 GVV-Wet en de regels in haar statuten en in het Charter.

Onverminderd de toepassing van wettelijke procedures bevat het Charter van de Vennootschap specifieke procedures om een uitkomst te bieden bij potentiële conflicten.

De raad van bestuur ziet erop toe dat overeenkomstig de bepalingen van de GVV-Wet de Vennootschap wordt bestuurd in het uitsluitend vennootschapsbelang. Het integriteitsbeleid dat als bijlage bij het Charter is gevoegd bevat eveneens regels met betrekking tot belangenconflicten.

11.8.1 Belangenconflicten in hoofde van bestuurders / leden van het college van dagelijks bestuur

Indien een bestuurder, rechtstreeks of onrechtstreeks, een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met een beslissing of een verrichting die tot de bevoegdheid behoort van de raad van bestuur, dient hij of zij zich te richten naar het bepaalde in het artikel 7:96 WVV. Dit betekent dat alle bestuurders de raad van bestuur en de commissaris op de hoogte brengen van belangenconflicten wanneer deze ontstaan en zich onthouden van de stemming over deze aangelegenheden. Elke onthouding omwille van een belangenconflict wordt openbaar gemaakt in overeenstemming

met de relevante bepalingen van het WVV en wordt dus vermeld in het jaarverslag.

De leden van de raad van bestuur zullen eveneens de artikelen 36 t.e.m. 38 van de GVV-Wet naleven.

Naast de bepalingen van het WVV en de regels inzake belangenconflicten die voortvloeien uit de GVV-Wet, legt Care Property Invest op dat elke bestuurder of lid van het college van dagelijks bestuur het ontstaan van belangenconflicten zoveel mogelijk vermijdt.

Wanneer toch een belangenconflict ontstaat (dat niet onder de wettelijke belangenconflictenregeling valt), met betrekking tot een materie die tot de bevoegdheid van de raad van bestuur of van het college van dagelijks bestuur behoort, en waarover deze een beslissing moet nemen, zal de betrokkene zijn of haar collega's hiervan op de hoogte brengen. Zij beslissen dan of het betrokken lid al dan niet kan meestemmen over de materie waarop het belangenconflict betrekking heeft, en of hij of zij al dan niet de bespreking van deze materie kan bijwonen. Hierbij wordt gepreciseerd dat de niet-naleving van voormelde (bijkomende) regels inzake belangenconflicten geen invloed kan hebben op de geldigheid van de besluitvorming van de raad van bestuur.

11.8.1.1 Belangenconflicten inzake verrichtingen met verbonden vennootschappen

Care Property Invest dient eveneens de procedure van het artikel 7:97 WVV na te leven. In het boekjaar 2022 had de Vennootschap geen personen die kwalificeren als verbonden personen in de zin van artikel 7:97 WVV, zijnde natuurlijke of rechtspersonen die met de Vennootschap verbonden zijn en die er geen dochtervennootschap van zijn.

(1) 5.000 aandelen worden aangehouden door Patrimmonia Real Estate NV, die door Dirk Van den Broeck wordt gecontroleerd.

(2) Deze aankoop gebeurde tegen een prijs per aandeel die gelijk is aan de gewogen gemiddelde beurskoers gedurende de periode van twintig (20) beursdagen voorafgaand aan de dag vóór de datum van ondertekening van de koopovereenkomst, vermenigvuldigd met 100/120ste. De Vennootschap beschouwt dit als een marktconforme prijs, en rechtvaardigt de korting met onder andere de lock-up periode van 2 jaar.

De raad van bestuur ziet erop toe dat overeenkomstig de bepalingen van de GVV-Wet de Vennootschap wordt bestuurd in het uitsluitend vennootschapsbelang.

11.8.1.2 Belangenconflicten inzake transacties met verbonden personen, de bestuurders en effectieve leiders en het personeel van de Vennootschap

Verrichtingen tussen de Vennootschap of een met haar verbonden vennootschap en een lid van de raad van bestuur, van het college van dagelijks bestuur of met een personeelslid, geschieden steeds onder marktconforme voorwaarden en dit onder toezicht van de raad van bestuur.

De FSMA dient, overeenkomstig artikel 37 van de GVV-Wet vooraf door de Vennootschap te worden geïnformeerd wanneer bij een vastgoedverrichting met de Vennootschap of met een vennootschap waarover zij de controle heeft, één van de hieronder vermelde personen optreden als tegenpartij, dan wel wanneer bij een dergelijke verrichting enig voordeel wordt verkregen door onder meer één van de hierna vermelde personen:

  • de personen die de openbare GVV controleren of er een deelneming in bezitten;
  • de promotoren van de openbare GVV;
  • de personen waarmee de GVV of een promotor van de GVV zijn verbonden of waarmee de GVV of een promotor van de GVV een deelnemingsverhouding hebben;
  • de bestuurders, de zaakvoerders, de leden van het college van dagelijks bestuur, de personen die zijn belast met het dagelijks bestuur, de effectieve leiders of de lasthebbers van de GVV of van de promotoren van de GVV, of van de personen die de Vennootschap controleren of er een deelnemingsverhouding in bezitten.

In haar mededeling aan de FSMA moet de GVV het belang van de geplande verrichting voor haar aantonen, alsook dat de betrokken verrichting zich situeert binnen de normale koers van de GVV. Oordeelt de FSMA dat de gegevens in de voorafgaande mededeling onvoldoende, onvolledig, niet afdoend of irrelevant zijn, dan geeft ze hiervan kennis aan de GVV. Wordt hiermee geen rekening gehouden, dan kan de FSMA haar standpunt publiceren.

Deze verrichtingen moeten onder normale marktvoorwaarden worden uitgevoerd.

Wanneer een verrichting, die plaats heeft in de omstandigheden als hierboven beschreven, betrekking heeft op vastgoed bedoeld in artikel 47 §1 GVV-Wet, is de waardering van de deskundige bindend voor de GVV (voor het bepalen van de minimumprijs, in geval van een overdracht, of maximumprijs, in geval van een verwerving).

De verrichtingen zoals hierboven bedoeld, alsook de gegevens in de voorafgaande mededeling aan de FSMA worden onmiddellijk openbaar gemaakt en worden toegelicht in het jaarlijks financieel verslag en in het verslag van de commissaris.

Overeenkomstig artikel 38 van de GVV-Wet gelden deze bepalingen niet voor:

  • de verrichtingen die betrekking hebben op een som die minder bedraagt dan het laagste bedrag van 1% van het geconsolideerde actief van de Vennootschap en € 2.500.000;
  • de verwerving van effecten door de Vennootschap in het kader van een openbare uitgifte door een derdeemittent, waarvoor een promotor van de GVV of één van de in artikel 37 §1 van de GVV-Wet bedoelde personen optreden als tussenpersoon in de zin van artikel 2, 10° van de Wet van 2 augustus 2002;
  • de verwerving van of de inschrijving op de als gevolg van een beslissing van de algemene vergadering uitgegeven aandelen van de Vennootschap door de in artikel 37 §1 van de GVV-Wet bedoelde personen en;
  • de verrichtingen met betrekking tot de liquide middelen van de Vennootschap of één van haar dochtervennootschappen, op voorwaarde dat de persoon die als tegenpartij optreedt, de hoedanigheid heeft van tussenpersoon in de zin van artikel 2, 10°, van de Wet van 2 augustus 2002 en dat deze verrichtingen tegen marktconforme voorwaarden worden uitgevoerd.

11.8.2 Procedure belangenconflicten toegepast tijdens het boekjaar 2022

In toepassing van artikel 7:96 WVV dient een bestuurder die een rechtstreeks of onrechtstreeks belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met het belang van de Vennootschap naar aanleiding van een beslissing of een verrichting die tot de bevoegdheid behoort van de raad van bestuur, dit mede te delen aan de overige bestuursleden en dit voor dat de raad van bestuur een besluit neemt. De verklaring en toelichting van de geconflicteerde bestuurder over de aard van dit strijdig belang worden genotuleerd. De raad van bestuur omschrijft in de notulen de aard van de beslissing of verrichting en de vermogensrechtelijke gevolgen ervan voor de Vennootschap en verantwoordt het genomen besluit. Dit deel van de notulen wordt in zijn geheel opgenomen in het jaarverslag of in een stuk dat samen met de jaarrekening wordt neergelegd. De notulen worden onverwijld medegedeeld aan de commissaris.

In de notulen van de vergadering van de raad van bestuur van 9 maart 2022 werd een belangenconflict genotuleerd in hoofde van de heren Peter Van Heukelom, Filip Van Zeebroeck, Paul Van Gorp en mevrouw Valérie Jonkers, mevrouw Caroline Riské en mevrouw Brigitte Grouwels. De notulen vermelden:

"Peter Van Heukelom, Filip Van Zeebroeck en Valérie Jonkers verklaren een belangenconflict te hebben in de zin van artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen gezien zij begunstigde zijn van de bonus zoals toegelicht in agendapunt 7. Bijgevolg worden zij weerhouden van de beraadslaging en stemming van dit specifiek agendapunt.

Peter Van Heukelom verklaart een belangenconflict te hebben in de zin van artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen gezien agendapunt 11 handelt over zijn herbenoeming als bestuurder. Bijgevolg wordt hij weerhouden van de beraadslaging en stemming van dit specifiek agendapunt.

Paul Van Gorp, Carol Riské en Brigitte Grouwels verklaren een belangenconflict te hebben in de zin van artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen gezien agendapunt 12 handelt over hun herbenoeming als bestuurder. Bijgevolg worden zij weerhouden van de beraadslaging en stemming van dit specifiek agendapunt."

In de notulen van de vergadering van de raad van bestuur van 17 mei 2022 werd een belangenconflict genotuleerd in hoofde van mevrouw Caroline Riské. De notulen vermelden:

"Carol Riské verklaart een belangenconflict te hebben in de zin van artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen gezien agendapunt 7 handelt over de desinvestering van het project Balen waarbij zij optreedt als consultant van Astor VZW. Bijgevolg wordt zij weerhouden van de beraadslaging en stemming van dit specifiek agendapunt."

In de notulen van de vergadering van de raad van bestuur van 21 december 2022 werd een belangenconflict genotuleerd in hoofde van de heren Peter Van Heukelom, Filip Van Zeebroeck en mevrouw Valérie Jonkers. De notulen vermelden:

"Vooraleer over te gaan tot de bespreking en besluitvorming over de agenda worden volgende zaken gemeld:

(i) Peter Van Heukelom verklaart in toepassing van artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen een belang van vermogensrechtelijke aard te hebben, tegenstrijdig aan dat van de Vennootschap, met betrekking tot de geagendeerde beslissing sub 5, vermits Peter Van Heukelom enerzijds bestuurder was/is van de Vennootschap en anderzijds als CEO van de Vennootschap begunstigde was/is van het (variabele) verloningsbeleid van de Vennootschap over het boekjaar 2020 (de Variabele Verloning 2020). Als zodanig kan de beslissing omtrent de Variabele Verloning 2020 vermogensrechtelijke gevolgen hebben voor Peter Van Heukelom die tegenstrijdig zijn met het belang van de Vennootschap, aangezien Peter Van Heukelom ingevolge de Variabele Verloning 2020 aanspraak zou (kunnen) hebben gemaakt/maken op een vergoeding ten laste van de Vennootschap.

(ii)

Peter Van Heukelom, Valérie Jonkers en Filip Van Zeebroeck verklaren in toepassing van artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen een belang van vermogensrechtelijke aard te hebben, tegenstrijdig aan dat van de Vennootschap, met betrekking tot de geagendeerde beslissing sub 6, vermits zij enerzijds bestuurders waren/zijn van de Vennootschap en anderzijds als managers van de Vennootschap begunstigde waren/zijn van het (variabele) verloningsbeleid van de Vennootschap over het boekjaar 2021 (de Variabele Verloning 2021). Als zodanig kan de beslissing omtrent de Variabele Verloning 2021 vermogensrechtelijke gevolgen hebben voor Peter Van Heukelom, Valérie Jonkers en Filip Van Zeebroeck die tegenstrijdig zijn met het belang van de Vennootschap, aangezien elkeen ingevolge de Variabele Verloning 2021 aanspraak zou (kunnen) hebben gemaakt/maken op een vergoeding ten laste van de Vennootschap.

  • (iii)
    -

Peter Van Heukelom, Valérie Jonkers en Filip Van Zeebroeck verklaren in toepassing van artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen een belang van vermogensrechtelijke aard te hebben, tegenstrijdig aan dat van de Vennootschap, met betrekking tot de geagendeerde beslissing sub 7, vermits zij enerzijds bestuurders waren/zijn van de Vennootschap en anderzijds als managers van de Vennootschap begunstigde waren/zijn van het (variabele) verloningsbeleid van de Vennootschap over het boekjaar 2022 (de Variabele Verloning 2022). Als zodanig kan de beslissing omtrent de Variabele Verloning 2022 vermogensrechtelijke gevolgen hebben voor Peter Van Heukelom, Valérie Jonkers en Filip Van Zeebroeck die tegenstrijdig zijn met het belang van de Vennootschap, aangezien elkeen ingevolge de Variabele Verloning aanspraak zou (kunnen) hebben gemaakt/maken op een vergoeding ten laste van de Vennootschap.

[…]

5. Bevestiging en bekrachtiging Variabele Verloning 2020

Voorafgaand aan de behandeling van dit agendapunt, verlaat Peter Van Heukelom de vergadering vermits hij een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat tegenstrijdig kan zijn aan dat van de Vennootschap, zoals hierboven uiteengezet. De aanwezige bestuurders bevestigen voorafgaand aan de behandeling van dit agendapunt kennis te hebben genomen van de verklaring van Peter Van Heukelom inzake voormeld belangenconflict. De aanwezige bestuurders stellen vast dat de raad van bestuur, ondanks de afwezigheid van Peter Van Heukelom geldig is samengesteld om te beraadslagen en te besluiten over dit agendapunt en hernemen de beraadslaging. De aanwezige bestuurders

nemen kennis van de Variabele Verloning 2020 en verwijzen daarvoor naar het besluit "Goedkeuring parameters variabele verloning management over boekjaar 2020" van de raad van bestuur van de Vennootschap d.d. 18 maart 2020 (het Besluit d.d. 18 maart 2020). De aanwezige bestuurders stellen vast dat de Variabele Verloning 2020 de prestatiecriteria uiteenzet die de Vennootschap hanteerde voor de (variabele) bezoldiging van haar management voor het jaar 2020. De aanwezige bestuurders zijn unaniem van oordeel dat de Variabele Verloning 2020 het doel dient om management-expertise aan te trekken, te belonen en te behouden, dit met het oog op de verwezenlijking van de strategische doelstellingen van de Vennootschap en een duurzame waardecreatie op lange termijn. Voor de vermogensrechtelijke gevolgen van de Variabele Verloning 2020, verwijzen de aanwezige bestuurders naar de informatie opgenomen in het toepasselijke remuneratiebeleid respectievelijk remuneratieverslag voorgelegd aan de algemene vergadering van aandeelhouders. De aanwezige bestuurders concluderen vervolgens dat de voorwaarden en modaliteiten van de Variabele Verloning 2020 at arm's length waren/zijn, en dat het Besluit d.d. 18 maart 2020 in het belang van de Vennootschap was/is en op rechtsgeldige wijze door de raad van bestuur van de Vennootschap werd genomen. Na beraadslaging besluiten de aanwezige bestuurders met eenparigheid van stemmen, voor zover als nodig, tot de bevestiging van de Variabele Vergoeding 2020 en de bekrachtiging (met terugwerkende kracht) van het Besluit d.d. 18 maart 2020.

6. Bevestiging en bekrachtiging Variabele Verloning 2021

Voorafgaand aan de behandeling van dit agendapunt verlaten Peter Van Heukelom, Valérie Jonkers en Filip Van Zeebroeck de vergadering vermits zij een belang van vermogensrechtelijke aard hebben dat tegenstrijdig kan zijn aan dat van de Vennootschap, zoals hierboven uiteengezet. De aanwezige bestuurders bevestigen voorafgaand aan de behandeling van dit agendapunt kennis te hebben genomen van de verklaringen van Peter Van Heukelom, Valérie Jonkers en Filip Van Zeebroeck inzake voormelde belangenconflicten. De aanwezige bestuurders stellen vast dat de raad van bestuur, ondanks de afwezigheid van Peter Van Heukelom, Valérie Jonkers en Filip Van Zeebroeck geldig is samengesteld om te beraadslagen en te besluiten over dit agendapunt en hernemen de beraadslaging. De aanwezige bestuurders nemen kennis van de Variabele Verloning 2021 en verwijzen daarvoor naar het besluit "Goedkeuring parameters variabele verloning management over boekjaar 2021" van de raad van bestuur van de Vennootschap d.d. 9 maart 2021 (het Besluit d.d. 9 maart 2021). De aanwezige bestuurders stellen vast dat de Variabele Verloning 2021 de prestatiecriteria uiteenzet die de Vennootschap hanteerde voor de (variabele) bezoldiging van haar management voor het jaar 2021. De aanwezige bestuurders zijn unaniem van oordeel dat de Variabele Verloning 2021 het doel dient om management-expertise aan te trekken, te belonen en te behouden, dit met het oog op de verwezenlijking van de strategische doelstellingen van de Vennootschap en een duurzame waardecreatie op lange termijn. Voor de vermogensrechtelijke gevolgen van de Variabele Verloning 2021, verwijzen de aanwezige bestuurders naar de informatie opgenomen in het toepasselijke remuneratiebeleid respectievelijk remuneratieverslag voorgelegd aan de algemene vergadering van aandeelhouders. De aanwezige bestuurders zijn unaniem van oordeel dat de voorwaarden en modaliteiten van de Variabele Verloning 2021 at arm's length waren/ zijn, en dat het Besluit d.d. 9 maart 2021 in het belang van de Vennootschap was/is en op rechtsgeldige wijze door de raad van bestuur van de Vennootschap werd genomen. Na beraadslaging besluiten de aanwezige bestuurders met eenparigheid van stemmen, voor zover als nodig, tot de bevestiging van de Variabele Vergoeding 2021 en de bekrachtiging (met terugwerkende kracht) van het Besluit d.d. 9 maart 2021.

7. Bevestiging en bekrachtiging Variabele Verloning 2022

Voorafgaand aan de behandeling van dit agendapunt verlaten Peter Van Heukelom, Valérie Jonkers en Filip Van Zeebroeck de vergadering vermits zij een belang van vermogensrechtelijke aard hebben dat tegenstrijdig is aan dat van de Vennootschap, zoals hierboven uiteengezet.

De aanwezige bestuurders bevestigen voorafgaand aan de behandeling van dit agendapunt kennis te hebben genomen van de verklaringen van Peter Van Heukelom, Valérie Jonkers en Filip Van Zeebroeck inzake voormelde belangenconflicten. De aanwezige bestuurders stellen vast dat de raad van bestuur, ondanks de afwezigheid van Peter Van Heukelom, Valérie Jonkers en Filip Van Zeebroeck geldig is samengesteld om te beraadslagen en te besluiten over dit agendapunt en hernemen de beraadslaging. De aanwezige bestuurders nemen kennis van de Variabele Verloning 2022 en verwijzen daarvoor naar het besluit "Goedkeuring parameters variabele verloning management over boekjaar 2022" van de raad van bestuur van de Vennootschap d.d. 4 april 2022 (het Besluit d.d. 4 april 2022). De aanwezige bestuurders stellen vast dat de Variabele Verloning 2022 de prestatiecriteria uiteenzet die de Vennootschap hanteert voor de (variabele) bezoldiging van haar management voor het jaar 2022. De aanwezige bestuurders zijn unaniem van oordeel dat de Variabele Verloning 2022 het doel dient om management-expertise aan te trekken, te belonen en te behouden, dit met het oog op de verwezenlijking van de strategische doelstellingen van de Vennootschap en een duurzame waardecreatie op lange termijn. Voor de vermogensrechtelijke gevolgen van de Variabele Verloning 2022, verwijzen de aanwezige bestuurders naar de informatie opgenomen in het toepasselijke remuneratiebeleid dat werd voorgelegd aan de algemene vergadering van aandeelhouders, en wijzen zij erop dat de effectief verschuldigde Variabele Verloning 2022 zal worden opgenomen in het remuneratieverslag voor boekjaar 2022 dat zal worden voorgelegd aan de algemene vergadering in 2023. De aanwezige bestuurders zijn unaniem van oordeel dat de voorwaarden en modaliteiten van de Variabele Verloning 2022 at arm's length zijn, en dat het Besluit d.d. 4 april 2022 in het belang van de Vennootschap was/is en op rechtsgeldige wijze door de raad van bestuur van de Vennootschap werd genomen. Na beraadslaging besluiten de aanwezige bestuurders met eenparigheid van stemmen, voor zover als nodig, tot de bevestiging van de Variabele Vergoeding 2022 en de bekrachtiging (met terugwerkende kracht) van het Besluit d.d. 9 maart 2022.

In de notulen van de vergadering van het benoemings- en remuneratiecomité van 9 maart 2022 werd een belangenconflict genotuleerd in hoofde van mevrouw Caroline Riské en mevrouw Brigitte Grouwels. De notulen vermelden: "Carol Riské en Brigitte Grouwels verklaren een belangenconflict te hebben in de zin van artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen gezien agendapunt 7 handelt over hun herbenoeming als bestuurder. Bijgevolg worden zij weerhouden van de beraadslaging en stemming van dit specifiek agendapunt."

De Vennootschap is zich niet bewust van potentiële belangenconflicten tussen enerzijds de plichten van de bestuurders jegens de Vennootschap en anderzijds hun eigen belangen en/of hun andere plichten, behalve met betrekking tot (de remuneratie onder) de managementovereenkomsten met de CEO, CFO en COO. De raad van bestuur verwacht echter niet dat deze omstandigheden ertoe zullen leiden dat de CEO, CFO en COO een belangenconflict hebben met de plichten die zij jegens de Vennootschap vervullen.

11.8.3 Toezicht op transacties van Care Property Invest aandelen

De raad van bestuur heeft zijn beleid inzake voorkoming van marktmisbruik en handel met voorkennis bekendgemaakt in het Charter.

De onafhankelijke compliancefunctie wordt uitgevoerd door mevrouw Nathalie Byl. De Vennootschap heeft een charter van de compliancefunctie opgesteld waarin het doel en de werking van de compliancefunctie wordt uiteengezet conform de omzendbrief van de FSMA. De raad van bestuur, college van dagelijks bestuur en personeelsleden van de Vennootschap hebben kennisgenomen van dit Charter.

De compliance officer waakt onder meer over de naleving van de gedragsregels en de verklaringen met betrekking tot transacties op aandelen van Care Property Invest, verricht voor eigen rekening door bestuurders en andere insiders, om het risico op misbruik van voorkennis te beperken.

11.9 De bevoegdheden van het bestuursorgaan, met name wat de mogelijkheid tot uitgifte of inkoop van aandelen betreft

Ingevolge de beslissing van de buitengewone algemene vergadering van 15 juni 2020, is het de raad van bestuur toegestaan eigen aandelen te verwerven, in pand te nemen, met een maximum van tien procent (10%) van het totaal aantal uitgegeven aandelen, aan een eenheidsprijs die niet lager zal mogen zijn dan negentig procent (90%) van het gemiddelde van de koers van de laatste dertig (30) dagen van de notering van het aandeel op de gereglementeerde markt van Euronext Brussels, noch hoger dan honderd en tien procent (110%) van het gemiddelde van de koers van de laatste dertig (30) dagen van de notering van het aandeel op de gereglementeerde markt van Euronext Brussels, ofwel een maximale

stijging of daling van tien (10%) procent ten opzichte van de hogervermelde gemiddelde koers. Deze toelating is verleend voor een hernieuwbare periode van vijf (5) jaar te rekenen vanaf de publicatie in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad van de beslissing van de buitengewone algemene vergadering van 15 juni 2020. Het is de raad van bestuur in het bijzonder toegestaan om, voor een duur van vijf (5) jaar vanaf de publicatie in het Belgisch Staatsblad van de beslissing van de buitengewone algemene vergadering van 15 juni 2020, voor rekening van de Vennootschap, de eigen aandelen van de Vennootschap te verwerven, in pand te nemen en te vervreemden zonder voorafgaande beslissing van de algemene vergadering, wanneer deze verwerving of deze vervreemding nodig is om ernstige en dreigende schade voor de Vennootschap te vermijden. De Vennootschap mag haar eigen aandelen vervreemden, in of buiten beurs, aan de voorwaarden gesteld door de raad van bestuur, zonder voorafgaandelijke toelating van de algemene vergadering, mits het respecteren van de toepasbare marktreglementeringen.

Ingevolge deze machtiging is het de raad van bestuur toegestaan eigen aandelen die genoteerd zijn in de zin van artikel 1:11 WVV te vervreemden in de zin van artikel 7:218, §1, lid 1, 2° WVV, op basis waarvan de raad van bestuur ook zonder machtiging van de algemene vergadering bevoegd is tot vervreemding van de eigen aandelen

De toelatingen hiervoor vermeld, zijn eveneens van toepassing op de verwerving en vervreemding van aandelen van de Vennootschap door één of meerdere rechtstreekse dochtervennootschappen van deze, in de zin van de wettelijke bepalingen betreffende de verwerving van aandelen van de moedervennootschap door haar dochtervennootschappen.

In het boekjaar 2022 kocht de Vennootschap 7.500 eigen aandelen in. De Vennootschap bezit per 31 december 2022 geen eigen aandelen meer.

Onder leiding van de Voorzitter evalueert de raad van bestuur om de 2 à 3 jaar zijn omvang, samenstelling en werking.

11.10 Evaluatieproces

Onder leiding van de Voorzitter evalueert de raad van bestuur om de 2 à 3 jaar zijn omvang, samenstelling en werking, alsook de interactie met het college van dagelijks bestuur. Voorafgaand aan de herbenoeming van bestuurders wordt overgegaan tot de evaluatie van de individuele bijdrage, het engagement en de effectiviteit van elke bestuurder conform het evaluatieproces.

Het evaluatieproces beoogt vier doelstellingen:

  • het beoordelen van de werking van de raad van bestuur;
  • nagaan of de belangrijke onderwerpen grondig worden voorbereid en besproken;
  • het evalueren van de daadwerkelijke bijdrage van elke bestuurder, zijn of haar aanwezigheid bij de vergaderingen van de raad en zijn of haar constructieve betrokkenheid bij de besprekingen en de besluitvorming;
  • nagaan of de huidige samenstelling van de raad van bestuur overeenstemt met deze die wenselijk is.

De niet-uitvoerende bestuurders evalueren geregeld (bij voorkeur één keer per jaar) hun interactie met het college van dagelijks bestuur. Daartoe komen zij minstens éénmaal per jaar bijeen in afwezigheid van de leden van het college van dagelijks bestuur.

De bijdrage van elke bestuurder wordt periodiek geëvalueerd om – rekening houdend met wijzigende omstandigheden – de samenstelling van de raad van bestuur te kunnen aanpassen.

De raad van bestuur handelt op basis van de resultaten van de evaluatie en dit door zijn sterktes te onderscheiden en zijn zwaktes aan te pakken. Desgevallend houdt dit in dat er nieuwe leden ter benoeming worden voorgedragen, er wordt voorgesteld om bestaande leden niet te herbenoemen of dat er maatregelen worden genomen die nuttig worden geacht voor de doeltreffende werking van de raad van bestuur.

De raad van bestuur vergewist zich ervan dat de nodige maatregelen zijn getroffen om te zorgen voor een ordentelijke opvolging van de leden van de raad van bestuur. Voorts zorgt hij ervoor dat alle benoemingen en herbenoemingen, zowel van uitvoerende als niet-uitvoerende bestuurders, het mogelijk maken om een gepast evenwicht van bekwaamheden en ervaring in de raad van bestuur in stand te houden.

De raad van bestuur wordt in dit evaluatieproces bijgestaan door het benoemings- en remuneratiecomité.

-

-

-

11.11 Remuneratieverslag 2022

Dit remuneratieverslag werd opgesteld overeenkomstig de bepalingen van de Belgische Corporate Governance Code van 12 mei 2019 (de "Code 2020") en artikel 3:6, §3 WVV. Het remuneratieverslag is opgenomen als een specifiek onderdeel in deze "Verklaring inzake deugdelijk bestuur", dat onderdeel vormt van het jaarverslag van Care Property Invest.

Conform artikel 7:149 WVV meldt de Vennootschap dat het remuneratieverslag, dat als onderdeel van het jaarverslag over het boekjaar 2021 aan de adviserende stem van de aandeelhouders is voorgelegd op de gewone algemene vergadering van 25 mei 2022, werd goedgekeurd (3.070.762 stemmen voor, 2.645.050 stemmen tegen, 289.230 onthoudingen). De Vennootschap blijft streven naar een open en transparante rapportering inzake remuneratie en heeft de feedback meegenomen in de voorbereiding van dit remuneratieverslag over boekjaar 2022.

Het benoemings- en remuneratiecomité staat de raad van bestuur bij in zijn beleid en bereidde dit remuneratieverslag voor. Het remuneratieverslag 2022 heeft betrekking op de vergoedingen die voor het prestatiejaar 2022 aan de betrokken personen uitbetaald of definitief verschuldigd zijn.

Een algemeen overzicht inzake de prestatie van de Vennootschap en de belangrijkste gebeurtenissen, ontwikkelingen en beslissingen die hierop een invloed hadden, wordt weergegeven in het beheersverslag vanaf pagina 66 en bovendien wordt er ook specifiek verwezen naar de evolutie van de ontwikkeling van de Vennootschap in de tabel "Overzicht van de evolutie over de laatste 5 boekjaren" op pagina 119.

11.11.1 Toegepast beleid

Ingevolge de inwerkingtreding van de wet van 28 april 2020, dient Care Property Invest haar remuneratiebeleid voor te leggen aan de bindende goedkeuring van de gewone algemene vergadering.

De gewone algemene vergadering van 25 mei 2022 heeft het nieuwe remuneratiebeleid goedgekeurd (5.954.574 stemmen voor, 50.468 stemmen tegen, 0 onthoudingen). Het beleid is van toepassing op de vergoeding van de leden van de raad van bestuur en de leden van het college van dagelijks bestuur voor de boekjaren 2022 tot en met 2024. Bij iedere materiële wijziging en ten minste om de vier jaar wordt het remuneratiebeleid opnieuw ter goedkeuring voorgelegd aan de gewone algemene vergadering.

Het geldende remuneratiebeleid is beschikbaar op de website van de Vennootschap. In toepassing ervan, kende de Vennootschap voor het boekjaar 2022 de vergoedingen toe zoals hierna weergegeven.

11.11.2 Bezoldiging van de uitvoerende en niet-uitvoerende bestuurders

11.11.2.1 Bezoldiging van de niet-uitvoerende bestuurders

Overeenkomstig de beslissing van de gewone algemene vergadering van 25 mei 2022 ontving de Voorzitter van de raad van bestuur voor het boekjaar 2022 een vaste vergoeding van € 20.000. De overige niet-uitvoerende bestuurders ontvingen een jaarlijkse forfaitaire vaste vergoeding van € 10.000 en een presentievergoeding ten bedrage van € 750 per deelname aan de respectievelijke vergaderingen van de raad van bestuur, het benoemings- en remuneratiecomité, het auditcomité en het investeringscomité. Alle vergoedingen zijn forfaitaire, vaste vergoedingen. De niet-uitvoerende bestuurders ontvingen geen variabele vergoeding, noch een aan aandelen gekoppelde bezoldiging.

11.11.2.2 Bezoldiging van de uitvoerende bestuurders andere dan de CEO, CFO en COO

Conform het remuneratiebeleid 2022, ontvingen de uitvoerende (gedelegeerd) bestuurders, uitgezonderd de CEO, CFO en COO, voor de uitoefening van hun bestuurdersmandaat dezelfde vergoeding als de niet-uitvoerende bestuurders (cf. punt 11.11.2).

Daarnaast ontvingen zij een bijkomende vaste vergoeding van € 10.000 voor hun mandaat als lid van het college van dagelijks bestuur, aangevuld met een forfaitaire representatievergoeding van € 1.800 per jaar. Voor hun deelname aan de vergaderingen van het college van dagelijks bestuur werd eveneens een presentievergoeding toegekend van € 750 per vergadering. Ten slotte ontvingen zij ook een kilometervergoeding.

Deze vergoedingen zijn forfaitaire, vaste vergoedingen. Er is geen variabele vergoeding voorzien, noch een aan aandelen gekoppelde bezoldiging.

11.11.2.3 Bezoldiging van de CEO, CFO en COO in hun hoedanigheid van bestuurder

De CEO, CFO en COO ontvangen geen vergoeding in het kader van de uitoefening van hun bestuurdersmandaat.

11.11.2.4 Overzicht van de bezoldiging van de bestuursmandaten in het boekjaar 2022

2022 Raad van
bestuur
Auditcomité Benoemings
en
remuneratie
comité
Investerings
comité
Vaste
vergoeding
Presentie
gelden
Totale
bezoldiging
Naam Mandaat Aanwezigheden
Peter Van
Heukelom
Uitvoerend
bestuurder
17/18 - - - - - -
Valérie
Jonkers
Uitvoerend
bestuurder
17/18 - - - - - -
Filip Van
Zeebroeck
Uitvoerend
bestuurder
16/18 - - - - - -
Willy
Pintens(1)
Uitvoerend
bestuurder
14/18 - 3/5 - 10.000 12.750 22.750
Dirk Van den
Broeck (2)
Uitvoerend
bestuurder
17/18 5/5 - - 10.000 16.500 26.500
Mark
Suykens
Niet-uitvoerend
bestuurder
16/18 5/5 5/5 11/11 20.000 27.750 47.750
Ingrid
Ceusters
Niet-uitvoerend
bestuurder /
Onafhankelijk
bestuurder
15/18 4/5 5/5 - 10.000 18.000 28.000
Brigitte
Grouwels
Niet-uitvoerend
bestuurder /
Onafhankelijk
bestuurder
16/18 5/5 5/5 - 10.000 19.500 29.500
Carol Riské Niet-uitvoerend
bestuurder /
Onafhankelijk
bestuurder
16/18 - 5/5 10/11 10.000 23.250 33.250
Michel Van
Geyte
Niet-uitvoerend
bestuurder /
Onafhankelijk
bestuurder
10/18 4/5 - 4/11 10.000 13.500 23.500
Paul Van
Gorp
Niet-uitvoerend
bestuurder /
Onafhankelijk
bestuurder
16/18 5/5 - 11/11 10.000 24.000 34.000
Totaal 90.000 155.250 245.250

(1) Daarnaast ontving Willy Pintens nog een aparte vergoeding in zijn hoedanigheid als lid van het college van dagelijks bestuur (zie onder punt 11.11.3 "Globaal overzicht (bruto)bezoldiging van de uitvoerende bestuurders in het boekjaar 2022").

(2) Daarnaast ontving Dirk Van den Broeck nog een aparte vergoeding in zijn hoedanigheid als lid van het college van dagelijks bestuur (zie onder punt 11.11.3 "Globaal overzicht (bruto)bezoldiging van de uitvoerende bestuurders in het boekjaar 2022").

90.000 155.250 245.250
n hoedanigheid als lid van het college van dagelijks bestuur (zie

11.11.3 Bezoldiging van de CEO, CFO en COO

Algemeen

Het bezoldigingsniveau van de CEO, CFO en COO (de effectieve leiders van de Vennootschap) is - in het kader van hun hoedanigheid als lid van het college van dagelijks bestuur - vastgesteld door de raad van bestuur, op advies van het benoemings- en remuneratiecomité, en is gebaseerd op hun respectievelijke managementcontracten.

Deze contracten voorzien, conform het geldende remuneratiebeleid zoals goedgekeurd door de algemene vergadering van 25 mei 2022, in een vaste vergoeding, een variabele vergoeding in de vorm van een kortetermijn- en een langetermijnbonus en andere componenten (een hospitalisatieverzekering, maaltijdcheques (enkel CEO) en voordelen in natura zoals een bedrijfswagen, gsm en laptop).

De netto-opbrengst van de kortetermijnbonus (welke gekoppeld is aan prestatiegerelateerde voorwaarden) kan aangewend worden door de begunstigde om aandelen van de Vennootschap aan te kopen met lock-up-korting.

De invoering van een langetermijnincentive plan (LTIP) gekoppeld aan prestatiegerelateerde voorwaarden als onderdeel van de variabele vergoeding is nieuw in vergelijking met het vorige remuneratiebeleid, waar de incentivering op lange termijn bestond uit een aandelenaankoopplan dat niet afhankelijk was van prestatiegerelateerde voorwaarden en dat deel uitmaakte van de vaste vergoeding. Het LTIP bestaat uit een zgn. cash performance plan met een driejarige prestatieperiode, waarbij de begunstigden de netto-opbrengst in cash kunnen gebruiken om aandelen van de Vennootschap te verwerven in het kader van een aandelenaankoopplan met lock-up-korting.

Vaste vergoeding

De vaste vergoeding bestaat uit (i) een geïndexeerde jaarlijkse (bruto) basisvergoeding, betaalbaar in maandelijkse termijnen, incl. een representatievergoeding en (ii) een verzekering "individuele pensioentoezegging" met bepaalde bijdragen en bijkomende dekkingen (t.b.v. € 3.683 voor de CFO en € 6.045 voor de COO).

Kortetermijnjaarbonus

Om de kortetermijnbonus beter af te stemmen op de strategie van de Vennootschap, werden de prestatiecriteria gewijzigd naar (i) EPS volgens budget, (ii) operationele marge, en (iii) uitwerking van een mobiliteitsplan inclusief wetenschappelijk onderbouwde doelstellingen. Voorheen betrof dit het IFRS resultaat/uitkeerbaar resultaat (min. 90% van het budget), de exploitatiemarge (min. 90% van het budget) en andere kwalitatieve criteria. De nieuwe prestatiecriteria sluiten beter aan bij de algemene strategie van de Vennootschap met (i) aanvullende kwalitatieve criteria, (ii) een benchmark die wordt toegevoegd en (iii) de duidelijke drempels die zijn vastgesteld voor zowel onderprestatie als overprestatie.

De vooropgestelde kortetermijnbonus stemt overeen met een bedrag gelijk aan 50% van de jaarlijkse vaste vergoeding van de begunstigde. Indien de prestatiecriteria (zoals hierna aangegeven) voor minder dan 80% worden behaald over een prestatieperiode, zal er geen kortetermijnbonus worden toegekend. Indien de minimum prestatiedrempel is bereikt, bedraagt de omvang 40% van de jaarlijkse vaste vergoeding. Bovendien wordt de bonus geplafonneerd op 60% van de jaarlijkse vaste vergoeding (120% van de target bonus van 50%), met name indien de prestatiecriteria voor (meer dan) 110% worden behaald. De kortetermijnbonus zal dus variëren tussen 0 en 60% van de jaarlijkse vaste vergoeding, afhankelijk van het behalen van de prestatiecriteria. De target, drempel (threshold) en maximum performance levels worden jaarlijks bepaald aan het begin van een prestatieperiode op basis van een aantal interne en externe referentiepunten. De prestatiedoelstellingen zijn ambitieus maar haalbaar, rekening houdend met de specifieke strategische prioriteiten en het economische klimaat in een bepaald jaar.

Prestatie (% doelstelling)
(incentive zone)
Bonus (% target bonus)
(pay-out zone)
% van vaste vergoeding
Onder het doel gepresteerd 80-90% 80% 40%
Overeenkomstig het doel gepresteerd 90-110% 100% 50%
Meer dan het doel gepresteerd > 110% 120% (geplafonneerd) 60% (geplafonneerd)

De kortetermijnbonus wordt over drie jaar berekend en uitbetaald: 50% onmiddellijk na het prestatiejaar (eerste prestatieperiode); 25% één jaar later (tweede prestatieperiode) en 25% twee jaar later (derde prestatieperiode), op voorwaarde en in de mate van het behalen van de prestatiedoelstellingen in de respectievelijke prestatieperiodes.

Het totale netto verworven deel van de kortermijnbonus kan (met ingang van de kortetermijnbonus van 2022 pas na het derde prestatiejaar) door de begunstigde worden aangewend om aandelen van de Vennootschap te kopen tegen een prijs per aandeel gelijk aan 100/120 van de VWAP van de laatste 20 beursdagen mits naleving van een lock-up verbintenis van drie (3) jaar.

De jaarlijkse kortetermijnbonus voor boekjaar 2022 is afhankelijk van de verwezenlijking van de volgende prestatiecriteria:

Prestatiecriteria Strategisch objectief
Criterium Gewicht
Fin
anc
iee
l
EPS overeenkomstig financieel plan 65% Waarde creëren voor aandeelhouders
Operationele marge 10% Waarde creëren voor aandeelhouders
TOTAAL 75%
Fin
Nie
anc
t
Uitwerking van een mobiliteitsplan met
wetenschappelijk onderbouwde doelstellingen
25% Implementatie van duurzaamheidsdoelstellingen en
-strategie om de koolstofvoetafdruk te verkleinen
iee
l
TOTAAL 25%

Het benoemings- en remuneratiecomité controleerde op 8 maart 2023 in hoeverre de financiële doelstellingen werden gerealiseerd. De realisatie van de niet-financiële

doelstellingen werd eveneens vastgesteld door het benoemings- en remuneratiecomité van 8 maart 2023. De raad van bestuur van 20 maart 2023 stelde na positief advies van het remuneratiecomité vast dat de doelstellingen werden behaald.

Prestatiecriteria voor de periode 1/1/2022-31/12/2022 Doelstelling Gerealiseerd 31/12/2022
Criterium Gewicht
Fin EPS
(aangepaste EPRA-winst per aandeel)
65% € 1,16 per aandeel € 1,23 per aandeel
Prestatie: op doel
anc
iee
l
Operationele marge op cashelementen
10%
18%
(uitgedrukt als operationele kost)
15,46%
Prestatie: op doel
TOTAAL 75%
Fin
Nie
anc
t
iee
Uitwerking van een mobiliteitsplan
met wetenschappelijk onderbouwde
doelstellingen
25% Implementatie van
duurzaamheidsdoelstellingen
en -strategie om de
koolstofvoetafdruk te verkleinen
Mobiliteitsplan uitgewerkt
Prestatie: op doel
l TOTAAL 25%

Uitgesteld deel van de kortetermijnjaarbonus over de boekjaren 2020 en 2021, verworven per 31 december 2022: Voor boekjaar 2020 bedroeg de kortetermijnbonus max. 50% van de vaste vergoeding. De bonus wordt gespreid over drie jaar (2020, 2021 en 2022); over boekjaar 2022 werd de derde en laatste schijf van 25% verworven, weze een bedrag van € 80.766 voor de CEO en € 42.010 voor de CFO en COO elk, en begin 2023 uitbetaald.

Voor boekjaar 2021 bedroeg de kortetermijnbonus max. 50% van de vaste vergoeding. De bonus wordt gespreid over drie jaar (2021, 2022 en 2023); over boekjaar 2021 werd de tweede schijf van 25% verworven, weze een bedrag van € 81.204 voor de CEO en € 42.219 voor de CFO en COO elk, en begin 2023 uitbetaald.

De laatste schijf van 25% van de kortetermijnbonus over boekjaar 2021 is verschuldigd onder de voorwaarden zoals bepaald in het remuneratiebeleid, op basis van de prestaties van de CEO, CFO en COO in het boekjaar 2023.

Deel van de jaarlijkse kortetermijnbonus over boekjaar 2022, verworven per 31 december 2022, overeenkomstig het nieuwe remuneratiebeleid

Voor boekjaar 2022 is de variabele vergoeding overeenkomstig de gerealiseerde doelstellingen vastgelegd op 50% van de vaste vergoeding. De bonus wordt gespreid over drie prestatiejaren (2022, 2023, 2024); over boekjaar 2022 (eerste prestatieperiode) werd de eerste schijf van 50% verworven, weze een bedrag van € 169.561 voor de CEO en € 87.858 voor de CFO en COO elk, en begin 2023 uitbetaald.

De andere helft van deze bonus wordt gespreid verschuldigd in twee schijven van elk 25% onder de voorwaarden zoals bepaald in het remuneratiebeleid en zoals hierboven uiteengezet, op basis van de prestaties van de CEO, CFO en COO in de tweede prestatieperiode (2022-2023) en de derde prestatieperiode (2022-2023-2024).

In de onderstaande tabellen wordt de korte termijn variabele vergoeding verworven in 2022 per begunstigde weergegeven.

Prestatiecriteria CEO voor het prestatiejaar 2022 (in €)
Criterium Gewicht Jaar
variabele
vergoeding
Verschuldigd per
31/12/2022
Financieel
EPS overeenkomstig financieel plan 65% 2020 25% bonus 2020 (Y3) = 52.498
2021 25% bonus 2021 (Y2) = 52.783
2022 50% bonus 2022 (Y1) = 110.215
Operationele marge 10% 2020 25% bonus 2020 (Y3) = 8.077
2021 25% bonus 2021 (Y2) = 8.120
2022 50% bonus 2022 (Y1) = 16.956
Niet-financieel
Uitwerking van een mobiliteitsplan met
wetenschappelijk onderbouwde doelstellingen
25% 2020 25% bonus 2020 (Y3) = 20.192
2021 25% bonus 2021 (Y2) = 20.301
2022 50% bonus 2022 (Y1) = 42.390
TOTAAL 331.531
Prestatiecriteria CFO voor het prestatiejaar 2022 (in €)
Criterium Gewicht Jaar
variabele
vergoeding
Verschuldigd per
31/12/2022
Financieel
EPS overeenkomstig financieel plan 65% 2020 25% bonus 2020 (Y3) = 27.307
2021 25% bonus 2021 (Y2) = 27.443
2022 50% bonus 2022 (Y1) = 57.108
Operationele marge 10% 2020 25% bonus 2020 (Y3) = 4.201
2021 25% bonus 2021 (Y2) = 4.222
2022 50% bonus 2022 (Y1) = 8.786
Niet-financieel
Uitwerking van een mobiliteitsplan met
wetenschappelijk onderbouwde doelstellingen
25% 2020 25% bonus 2020 (Y3) = 10.503
2021 25% bonus 2021 (Y2) = 10.555
2022 50% bonus 2022 (Y1) = 21.965
TOTAAL 172.087
Prestatiecriteria COO voor het prestatiejaar 2022 (in €)
Criterium Gewicht Jaar
variabele
vergoeding
Verschuldigd per
31/12/2022
Financieel
EPS overeenkomstig financieel plan 65% 2019 25% bonus 2019 (Y3) = 27.307
2020 25% bonus 2020 (Y2) = 27.443
2021 50% bonus 2021 (Y1) = 57.108
Operationele marge 10% 2019 25% bonus 2019 (Y3) = 4.201
2020 25% bonus 2020 (Y2) = 4.222
2021 50% bonus 2021 (Y1) = 8.786
Niet-financieel
Uitwerking van een mobiliteitsplan met
wetenschappelijk onderbouwde doelstellingen
25% 2019 25% bonus 2019 (Y3) = 10.503
2020 25% bonus 2020 (Y2) = 10.555
2021 50% bonus 2021 (Y1) = 21.965
TOTAAL 172.087

Langetermijnjaarbonus (performance cash plan)

Onder het nieuwe langetermijnbonusplan geldig voor de boekjaren 2022, 2023 en 2024 (de driejarige prestatieperiode) zal aan de begunstigden een voorwaardelijke bonus toegekend worden, afhankelijk van de mate van het behalen van de prestatiedoelstellingen over een periode van drie (3) jaar. Deze langetermijnjaarbonus wordt uitbetaald in het derde boekjaar volgend op het boekjaar van toekenning (een eerste maal in 2025). De netto-opbrengst in cash van de uitbetaling van de langetermijnbonus kan door de begunstigden worden aangewend om aandelen van de Vennootschap te kopen tegen een prijs per aandeel die gelijk is aan 100/120 van de VWAP van de laatste 20 handelsdagen mits naleving van een lock-up verbintenis van drie (3) jaar.

De raad van bestuur legt jaarlijks, op aanbeveling van het benoemings- en remuneratiecomité, voor elke driejarige prestatieperiode de doelstellingen vast aan de hand van de prestatiecriteria die in het remuneratiebeleid zijn opgenomen. Voor het niet-financiële criterium wordt de sustainability roadmap die wordt weergegeven in het Sustainable Finance Framework van de Vennootschap als handleiding gebruikt.

Het benoemings- en remuneratiecomité controleert binnen de eerst drie maanden van het boekjaar volgend op het einde van de driejarige prestatieperiode in hoeverre de financiële doelstellingen werden gerealiseerd, naar aanleiding van de vaststelling van de jaarlijkse resultaten door de raad van bestuur. De vooropgestelde ESG doelstelling wordt geëvalueerd door het benoemings- en remuneratiecomité aan de hand van de opgenomen resultaten in het duurzaamheidsverslag van dat boekjaar.

De prestatiecriteria voor de driejarige prestatieperiode 2022-2024 zijn als volgt vastgelegd:

Periode 2022-2024 Financieel Criterium Gewicht Realisatie op 31 december 2022 Dividend per aandeel 30% Doorlopende prestatieperiode Evolutie aandelenkoers boven de mediaan in vergelijking met sectorgenoten(1) Portefeuillegroei 40% TOTAAL 80% Niet-Financieel ESG 60% Milieu: vermindering van de CO2 -uitstoot per werknemer behalen van een beter dan gemiddelde GRESB-score 20% Sociaal: SMART doelstellingen met betrekking tot: aantal uren opleiding zoals vermeld in het duurzaamheidsverslag stakeholder engagement 20% Governance: SMART doelstellingen met betrekking tot: compliance programma IT-beveiliging communicatie binnen en buiten de vennootschap TOTAAL 20%

10%
20% Doorlopende prestatieperiode

De driejarige prestatieperiode over boekjaar 2022 tot en met 2024 voor de langetermijnbonus (LTI) is nog lopende.

Aandelen verworven in het kader van de Aandelen Aankoopplannen 2019 en 2019bis

Overeenkomstig de aanbeveling 7.9 van de Code 2020 moeten de CEO, CFO en COO te allen tijde en zolang zij lid van het college van dagelijks bestuur blijven, een minimum aantal aandelen aanhouden. De raad van bestuur, op advies van het benoemings-en remuneratiecomité, heeft beslist dat dit voor de CEO minimum 15.000 aandelen betreft en voor de CFO en COO elk 6.500.

Om hieraan te voldoen, kochten de CEO, CFO en COO met een deel van de netto-opbrengst in cash van hun korte termijn variabele vergoeding verworven over boekjaar 2021 en uitgekeerd in maart 2022, aandelen van Care Property Invest, overeenkomstig het "Aandelen Aankoopplan 2019bis" van toepassing in de boekjaren 2019-2021 hetwelk de begunstigden de mogelijkheid bood om met een (deel) van de cash verworven variabele vergoeding aandelen van de Vennootschap te kopen. In dat kader kochten zij de aandelen van de Vennootschap aan tegen een prijs per aandeel die gelijk is aan de gewogen gemiddelde beurskoers gedurende de periode van twintig (20) beursdagen voorafgaand aan de dag vóór de datum van ondertekening van de koopovereenkomst, vermenigvuldigd met 100/120ste. De Vennootschap beschouwt dit als een marktconforme prijs, en rechtvaardigt de korting met onder andere een lock-up periode. Overeenkomstig het Aandelen Aankoopplan 2019bis dienen de aangekochte aandelen door de begunstigden aangehouden te worden gedurende een lock-up periode van twee (2) jaar. Gedurende deze lock-up periode hebben zij wel recht op dividenden, stemrechten, voorkeurrechten of onherleidbare toewijzingsrechten verbonden aan de gekochte aandelen en het recht om al dan niet deel te nemen aan een keuzedividend.

In het kader van het LTIP dat van toepassing was overeenkomstig het remuneratiebeleid voor de boekjaren 2019- 2021 (waarbij de incentivering op lange termijn bestond uit een aandelenaankoopplan dat niet afhankelijk was van prestatiegerelateerde voorwaarden en deel uitmaakte van de vaste vergoeding) kochten de CEO, CFO en COO onder de voorwaarden van het "Aandelen Aankoopplan 2019" eveneens een pakket aandelen tegen een prijs per aandeel die gelijk is aan de gewogen gemiddelde beurskoers gedurende de periode van twintig (20) beursdagen voorafgaand aan de dag vóór de datum van ondertekening van de koopovereenkomst, vermenigvuldigd met 100/120ste.

(1) De relevante referentiegroep betreft hier de koers van de Belgische GVV-aandelen.

De Vennootschap beschouwt dit als een marktconforme prijs, en rechtvaardigt de korting met onder andere een lock-up periode. Overeenkomstig het Aandelen Aankoopplan 2019 dienen de aangekochte aandelen door de begunstigden aangehouden te worden gedurende een lock-up periode van drie (3) jaar. Gedurende deze lock-up periode hebben zij wel recht op dividenden, stemrechten, voorkeurrechten of onherleidbare toewijzingsrechten verbonden aan de gekochte aandelen en het recht om al dan niet deel te nemen aan een keuzedividend.

Overzicht per begunstigde van het totaal aantal aandelen gekocht cf. de Aandelen Aankoopplannen 2019 en 2019bis:

Begunstigde Aandelen Aankoopplan Verwervingsdatum Einde retentieperiode Aantal gekochte
aandelen
CEO 2019 30/01/2020 30/01/2023 1.912
CEO 2019 11/01/2021 11/01/2024 2.074
CEO 2019bis 01/04/2022 01/04/2024 6.992
CFO 2019 30/01/2020 30/01/2023 1.434
CFO 2019 11/01/2021 11/01/2024 1.556
CFO 2019bis 01/04/2022 01/04/2024 600
COO 2019 30/01/2020 30/01/2023 1.434
COO 2019 11/01/2021 11/01/2024 1.556
COO 2019bis 01/04/2022 01/04/2024 1.600

Alle aandelen, gekocht onder de voorwaarden vermeld in de Aandelen Aankoopplannen 2019 en 2019bis zoals van toepassing in de boekjaren 2019-2021, zijn definitief verworven door de begunstigden en enkel nog onderworpen aan een lock-up van drie (3), respectievelijk twee (2) jaar.

Globaal overzicht (bruto)bezoldiging van de uitvoerende bestuurders in het boekjaar 2022 (in €).

Peter Van
Heukelom, CEO
/ gedelegeerd
bestuurder
Filip Van
Zeebroeck, CFO
/ gedelegeerd
bestuurder
Valérie
Jonkers, COO
/ gedelegeerd
bestuurder
Willy Pintens,
gedelegeerd
bestuurder
Dirk Van
den Broeck,
gedelegeerd
bestuurder
Vaste vergoeding (basis) (1) 675.244 344.749 342.387 10.000 10.000
Pensioenplan (2) 0 3.683 6.045 0 0
Presentiegelden (3) 0 0 0 13.500 13.500
Representatievergoeding en
verplaatsingskosten
3.000 3.000 3.000 3.309 2.952
Voordelen in natura 9.144 4.640 4.755 0 0
Variabele vergoeding
verworven over de boekjaren
2020/2021/2022
331.531 172.087 172.087 0 0
TOTAAL 1.018.920 528.160 528.275 26.809 26.452
% Vaste Vergoeding 67% 67% 67% 100% 100%

% Variabele Vergoeding 33% 33% 33% 0% 0%

(1) In de vaste vergoeding is het bedrag opgenomen van de "vaste vergoeding in aandelen" dat in het remuneratieverslag over boekjaar 2021 nog apart werd weergegeven en zoals toegelicht in het nieuwe remuneratiebeleid ongewijzigd deel uitmaakt van de vaste basisvergoeding, maar vanaf 2022 zonder verplichting tot aandelenaankoop met dit bedrag.

(2) IPT CEO inbegrepen in vaste vergoeding gezien de premie niet meer in de verzekering IPT gestort kan worden wegens het bereiken van de pensioenleeftijd van de CEO.

(3) De vergaderingen van het college van dagelijks bestuur werden 18 keer bijgewoond door Willy Pintens en Dirk Van den Broeck. De bezoldiging van Willy Pintens en Dirk Van den Broeck in het kader van de raad van bestuur en zijn comités werd opgenomen in de tabel onder punt 1.1.2.4. Overzicht van de bezoldiging van de bestuursmandaten in het boekjaar 2022.

11.11.4 Jaarlijkse verandering in de gemiddelde remuneratie van de werknemers en effectieve leiders en de jaarlijkse verandering in de ontwikkeling van de prestaties van de vennootschap, over de laatste 5 boekjaren

De remuneratie van het uitvoerend management (CEO, CFO en COO) werd in 2022 aangepast in lijn met het (nieuwe) remuneratiebeleid zoals goedgekeurd door de gewone algemene vergadering van 25 mei 2022. De ratio tussen de bezoldiging van de CEO over boekjaar 2022 en de laagste bezoldiging (in voltijds equivalent) van de werknemers is 13,57.

Overzicht van de evolutie over de laatste 5 boekjaren

2018 vs 2017 2019 vs 2018 2020 vs 2019 2021 vs 2020 2022 vs 2021
Evolutie in de remuneratie
VTE op afsluitdatum 31/12 26% 27% 56% 20% 9%
Gemiddelde remuneratie
werknemers (in VTE) (1)
4% 13% 2% 2% 8%
Vaste remuneratie CEO 1% 44% 1% 1% 4%
Vaste remuneratie
effectieve leiders (excl. CEO) (2)
2% 56% -1% 4% 1%
Evolutie in de ontwikkeling van
de Vennootschap
Huurinkomsten 27% 17% 23% 19% 26%
Aangepaste EPRA-winst 41% 12% 23% 20% 25%
EPS 15% 6% 9% 6% 17%
Exploitatiemarge
(berekend op cashelementen)
0% -1% 1% -1% 0,37%

(1) De gemiddelde remuneratie van de werknemers is berekend door het totale brutoloon van de werknemers in dienst op 31/12 te delen door het totaal VTE op afsluitdatum 31/12.

(2) Door de opname van presentiegelden fluctueert de vaste vergoeding van de gedelegeerd bestuurders (andere dan de CEO, CFO en COO) van jaar tot jaar.

11.11.5 Vertrekvergoeding

In 2022 waren er geen vertrekkende bestuurders noch vertrekkende leden van het uitvoerend management. Er werd dan ook geen enkele vertrekvergoeding toegekend of uitgekeerd in 2022.

11.11.6 Terugvorderen van variabele remuneratie

Er werd in 2022 geen variabele remuneratie teruggevorderd.

11.11.7 Afwijkingen van het remuneratiebeleid

Er werd in 2022 niet afgeweken van het remuneratiebeleid dat door de gewone algemene vergadering van 25 mei 2022 werd goedgekeurd.

11.12 Andere tussenkomende partijen

11.12.1 Commissaris

De controle op de financiële toestand, op de jaarrekening en op de regelmatigheid, vanuit het oogpunt van het WVV en de statuten, van de verrichtingen van de Vennootschap, wordt opgedragen aan één of meer commissarissen, benoemd onder de revisoren of revisorenvennootschappen die zijn erkend door de FSMA overeenkomstig artikel 222 van de Wet van 25 april 2014 op het statuut van en het toezicht op de kredietinstellingen.

De algemene vergadering van 25 mei 2022 herbenoemde de besloten vennootschap EY Bedrijfsrevisoren, met maatschappelijke zetel te De Kleetlaan 2, 1831 Diegem, ingeschreven in de Kruispuntbank van Ondernemingen onder het nummer 0446.334.711 (RPR Brussel) als commissaris voor een termijn van drie jaar. Deze vennootschap heeft mevrouw Christel Weymeersch, bedrijfsrevisor, aangeduid als vertegenwoordiger die gemachtigd is haar te vertegenwoordigen en die wordt belast met de uitoefening van het mandaat in naam en voor rekening van EY. Het mandaat vervalt na de algemene vergadering die de jaarrekening per 31 december 2024 dient goed te keuren.

Het ereloon op geconsolideerd niveau van de huidige commissaris voor boekjaar 2022 bedraagt € 188.441, exclusief btw en kosten, en wordt als volgt opgesplitst:

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Mandaat 100.067 80.312
Andere controleopdrachten 11.671 20.700
Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 76.703 18.030

Er wordt geen afzonderlijke vergoeding of opsplitsing in de vergoeding voorzien wat de vertegenwoordiger van de commissaris betreft. De andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten werden telkens vooraf goedgekeurd door het auditcomité van de Vennootschap.

11.12.2 Interne audit

De interne auditfunctie in de zin van artikel 17 §3 GVV-Wet wordt waargenomen door een externe consultant (een zogenaamd externe interne auditor), die wordt aangesteld middels een overeenkomst houdende uitbesteding van de "interne auditfunctie", dewelke op 6 september 2017 voor onbepaalde duur werd verlengd met Mazars Advisory Services bv, met maatschappelijke zetel te Manhattan Office Tower, Bolwerklaan 21 bus 8, 1210 Brussel, vertegenwoordigd door mevrouw Cindy Van Humbeeck, bestuurder-zaakvoerder. De vergoeding betaald in 2022 voor deze auditopdracht bedraagt € 19.200 exclusief btw. Deze overeenkomst werd opgezegd door de Vennootschap en liep, na naleving van een opzegperiode van 3 maanden, af op 31 januari 2023.

Om de interne auditfunctie in te vullen tijdens de boekjaren 2023-2025 werd er op 6 december 2022 een overeenkomst van bepaalde duur afgesloten met BDO Advisory bv, met maatschappelijke zetel te de Stassartstraat 35, 1050 Brussel, vertegenwoordigd door de heer Wim Verbelen en effectief in werking vanaf 1 februari 2023.

11.12.3 Vastgoeddeskundige

De Vennootschap stelt drie vastgoeddeskundigen aan voor de waardering van de vastgoedportefeuille (zowel in België, Nederland, Spanje, alsook in Ierland) middels een overeenkomst van bepaalde duur.

De vastgoeddeskundige Stadim cvba vertegenwoordigd door Philippe Janssens werd aangesteld voor een nieuwe periode van drie jaar, met ingang van 1 januari 2023. Het ereloon wordt bepaald in functie van de aard van het te waarderen vastgoed (woonzorgcentrum of assistentiewoningen), het aantal wooneenheden en de wijze van waarderen (volledig verslag bij initiële waardering of trimestriële waardering). Het ereloon is aldus onafhankelijk van de reële waarde van het vastgoed. De vergoeding voor de waarderingen van het vastgoed in portefeuille in het boekjaar 2022 bedraagt € 225.552 en wordt als volgt bepaald (bedragen zijn onderhevig aan indexatie):

Assistentiewoningen Woonzorgcentra
€ 50 per eenheid € 80 per eenheid (voor de eerste 40 wooneenheden)
initiële waardering aan € 1.250 € 40 per eenheid (vanaf de 41ste wooneenheid)
projecten in projectfase aan 75% initiële waardering aan 30% met een minimum van € 1.500
finale waardering aan 50% met een minimum van € 1.000
projecten in projectfase aan 75%

-

  • finale waardering aan 50% met een minimum van € 1.000
    -
    -
    -
    -
    -
    -
    -

Op 1 april 2020 werd Cushman & Wakefield aangesteld als bijkomende vastgoeddeskundige en dit voor een periode van drie jaar. Het ereloon is gebaseerd op het aantal wooneenheden en de wijze van waarderen (volledig verslag bij initiële waardering of trimestriële- of jaarlijkse waardering), maar met een maximale vergoeding per vastgoed. Het ereloon is aldus onafhankelijk van de reële waarde van het vastgoed. De vergoeding voor de waardering van het vastgoed in portefeuille in het boekjaar 2022 bedraagt € 33.540 en wordt als volgt bepaald (bedragen zijn onderhevig aan indexatie):

Trimestriële
waardering
Jaarlijkse
waardering
Uitgebreid
valuatierapport
Vergoeding per vastgoed € 700 € 900 € 2.000
Vergoeding per bed € 10 € 15 € 20
Maximale vergoeding per vastgoed € 1.500 € 2.250 € 4.000

Op 30 maart 2022 werd een overeenkomst afgesloten met CBRE Unlimited Company als derde schatter voor een periode van 3 jaar. Het ereloon wordt bepaald op het aantal woonheden (4 prijs opdelingen in functie van het aantal wooneenheden), met een maximale vergoeding per vastgoed. Er wordt een korting toegestaan indien de portefeuille een minimaal aantal vastgoedprojecten in portefeuille heeft. Het ereloon is aldus onafhankelijk van de reële waarde van het vastgoed. De vergoeding voor de waardering van het vastgoed in portefeuille in het boekjaar 2022 bedraagt € 43.318 en wordt als volgt bepaald (bedragen zijn onderhevig aan indexatie):

Trimestriële
waardering
Jaarlijkse
waardering
Uitgebreid
valuatierapport
Minimale vergoeding per vastgoed € 1.100 € 1.350 € 5.100
Maximale vergoeding per vastgoed € 1.250 € 1.500 € 5.350

Gullegem (BE) I Tilia (BE) I Tilia IV. Care Property Invest op de beurs

1. Beurskoers en volume

1.1 Aantal en soorten aandelen

Aantal aandelen op 31/12/2022 31/12/2021
Totaal aantal aandelen 27.741.625 26.931.116
waarvan:
- Aantal aandelen in omloop 27.741.625 26.921.924
- Aantal eigen aandelen 0 9.192
Waarde aandelen op 31/12/2022 31/12/2021
Beurskoers op afsluitdatum € 15,76 € 25,75
Hoogste slotkoers over de periode € 26,55 € 28,45
Laagste slotkoers over de periode € 14,68 € 24,50
Gemiddelde beurskoers € 21,65 € 26,47
Beurskapitalisatie € 437.208.010 € 693.476.237
Nettowaarde per aandeel € 20,31 € 17,80
Premie t.o.v. reële nettowaarde -22,40% 44,65%
EPRA NAW per aandeel € 19,83 € 20,89
Premie t.o.v. EPRA NAW -20,51% 23,24%
Free float 100,00% 99,97%
Gemiddeld dagelijks volume 23.470 23.870
Omloopsnelheid 22,07% 23,83%
Dividend per aandeel op 31/12/2022 31/12/2021
Brutodividend per aandeel (1) € 1,00 € 0,87
Nettodividend per aandeel € 0,85 € 0,74
Tarief roerende voorheffing 15% 15%
Brutodividendrendement per aandeel t.o.v. de beurskoers 6,35% 3,38%
Pay-out ratio statutair 88,37% 80,03%
Pay-out ratio geconsolideerd 80,78% 82,27%

(1) Onder voorbehoud van goedkeuring door de gewone algemene vergadering van 31 mei 2023.

IV. CARE PROPERTY INVEST OP DE BEURS

Voor boekjaar 2022 stelt de Vennootschap een brutodividend voor van € 1,00 per aandeel. Dit vertegenwoordigt een nettodividend van € 0,85 per aandeel en een stijging van 15%.

IFRS NAW per aandeel (in €)

EPRA NAW per aandeel (in €)

Vergelijking beurskoers aandelen (in %)

Evolutie beurskoers t.o.v. de nettowaarde (of inventariswaarde) van het aandeel

Liquiditeit van de aandelen

(gemiddeld aantal verhandelde aandelen per dag) Evolutie marktkapitalisatie (in € miljoen)

2. Dividendbeleid

Overeenkomstig artikel 11 §3 van de GVV-Wet, is artikel 7:211 WVV. – welke verplicht een wettelijke reserve aan te leggen – niet van toepassing. De minimale uitkeringsplicht wordt bepaald overeenkomstig artikel 13 van het GVV-KB en bedraagt 80%. Indien nodig, en zoverre er voldoende winst is, wordt een deel van de winst gereserveerd en overgedragen naar de volgende boekjaren teneinde over meer eigen middelen ter prefinanciering te beschikken en om aan de aandeelhouders, conform het oorspronkelijke prospectus(1), een stabiel dividend te kunnen bieden voor de volgende boekjaren. De Vennootschap hanteert als strategie het dividend te verhogen wanneer dit duurzaam mogelijk is en minstens stabiel te houden. Daarnaast beoogt zij een payout ratio die dicht bij het wettelijke minimum van 80% ligt en overweegt zij gebruik te maken van een keuzedividend om winst in de Vennootschap te houden ter financiering van haar groeistrategie.

Rekening houdend met de minimale uitkeringsplicht overeenkomstig artikel 13 van het GVV-KB zal de raad van bestuur voor boekjaar 2022 aan de gewone algemene vergadering van 31 mei 2023 voorstellen om een brutodividend van € 1,00 per aandeel (of € 0,85 netto per aandeel) uit te keren, onder toepassing van het bijzondere tarief van de roerende voorheffing van 15%, wat een stijging van het dividend van 14,94% zou betekenen in vergelijking met dat uitgekeerd voor boekjaar 2021.

Voor boekjaar 2023 stelt de Vennootschap een ongewijzigd brutodividend voorop van minstens € 1,00 per aandeel, wat neerkomt op een nettodividend van € 0,85 per aandeel.

De solvabiliteit van de Vennootschap wordt ondersteund door de stabiele waarde van haar vastgoedprojecten.

1.2 Index-opnames van het Care Property Invest-aandeel

Het aandeel Care Property Invest is op 31 december 2022 opgenomen in 4 indexen, nl. de Euronext BEL Mid Index, de Euronext BEL Real Estate index en de GPR Index (General Europe en General Europe Quoted). Sinds december 2016 is de Vennootschap eveneens lid van de EPRA-organisatie en hoewel haar aandeel niet opgenomen is in de EPRA-index, gebruikt zij deze index als een benchmark en past zij eveneens de EPRA-normen toe bij haar jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële rapportering.

Opname index op 31 december 2022
Naam index Gewicht
Euronext Bel Mid index (Euronext Brussel) 1,55%
Euronext Bel Real Estate (Euronext Brussel) 1,58%
GPR (Global Property Research) General Europe Index 0,12%
GPR (Global Property Research) General Europe Quoted Index
(excl. open-end bankfondsen)
0,18%

3. Obligaties en kortlopende schuldpapieren

3.1 MTN-programma

Voor de financiering van haar projecten doet de Vennootschap eveneens beroep op de kapitaalmarkt door de uitgifte van obligaties en commercial paper via een MTNprogramma met Belfius als arranger en Belfius en KBC als dealer (KBC enkel voor het CP-gedeelte). In maart 2021 werd het programma verhoogd naar € 300 miljoen. Op 31 december 2022 is deze vorm van financiering als volgt samengesteld:

3.1.1 Obligaties

Emittent ISIN-code Nominaal bedrag Uitgiftedatum Vervaldag Looptijd in
jaren
Coupon Indicatieve
koers per
31/12/2022
Care Property Invest nv BE6296620592 € 5.000.000 12/07/2017 12/07/2023 6 1,49% 99,05%
Care Property Invest nv BE6296621608 € 5.000.000 12/07/2017 12/07/2024 7 1,72% 96,73%
Care Property Invest nv BE6303016537 € 7.500.000 28/03/2018 28/03/2029 11 2,08% 87,99%
Care Property Invest nv BE6311814246 € 1.500.000 14/02/2019 14/02/2027 8 1,70% 91,64%
Care Property Invest nv BE6311813230 € 500.000 14/02/2019 14/02/2030 11 1,99% 85,56%
Care Property Invest nv BE6318510276 € 1.500.000 21/01/2020 21/01/2028 8 0,90% 83,37%
Care Property Invest nv BE6337332314 € 2.000.000 19/08/2022 24/08/2023 1 2,00% 97,92%
Care Property Invest nv BE6337268641 € 10.000.000 22/08/2022 22/08/2029 7 4,18% 89,29%
TOTAAL € 33.000.000

Evolutie van het brutodividend sinds beursintroductie (in €/aandeel)

  • (1) Daling winst per aandeel, door creatie bijkomende aandelen door keuzedividend.
  • (2) Daling winst per aandeel, door creatie bijkomende aandelen door kapitaalverhoging in 2015. Opbrengst werd aangewend in de resterende maanden 2015 voor nieuwe investeringen, resultaat pas zichtbaar in 2016.
  • (3) Winst per aandeel in stijgende lijn, ondanks 2 kapitaalverhogingen in 2019 van in totaal € 23 miljoen (kapitaal + uitgiftepremie), 3 kapitaalverhogingen in 2020 van in totaal € 99 miljoen (kapitaal + uitgiftepremie), 2 kapitaalverhogingen in 2021 van in totaal € 68 miljoen (kapitaal + uitgiftepremie) en 2 kapitaalverhogingen in 2022 van in totaal € 18 miljoen (kapitaal + uitgiftepremie).
  • (4) Vooruitzichten. Daling winst per aandeel, als gevolg van de creatie van bijkomende aandelen door kapitaalverhoging op 24 januari 2023 van € 108 miljoen (kapitaal + uitgiftepremie). EPS tussen € 1,00 en € 1,03. DPS € 1,00.

Aangepaste EPRA-winst (€/aandeel). Brutodividend (in €/aandeel). Op 24 maart 2014 vond een aandelensplitsing plaats: 1/1.000.

1996 1997 1998 1999 2000 2001 20022003200420052006200720082009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 20222023

(1) Prospectus bij openbaar aanbod tot inschrijving op 10.000 aandelen zoals uitgegeven door Serviceflats Invest nv.

4. Aandeelhouderschap

De Vennootschap heeft geen kennis van aandeelhouders die meer dan 5% van de stemrechten aanhouden, aangezien er geen meldingen in die zin zijn gedaan in het kader van de transparantiewetgeving.

Op 22 juni 2022 meldde KBC asset management aan de Vennootschap dat ze de drempel van 3% niet langer overschrijdt en dit sinds 20 juni 2022.

Op 24 januari 2023 meldde Pensio B aan de Vennootschap dat ze vanaf deze datum de drempel van 3% niet langer overschrijdt als gevolg van een passieve onderschrijding.

Op 15 maart 2023 meldde Ameriprise Financial Inc aan de Vennootschap dat zij vanaf 10 maart 2023 de drempel van 3% overschrijdt als gevolg van het tijdelijk bezit van stemrechten Care Property Invest door een vennootschap binnen de groep.

Care Property Invest verwijst naar haar website www.carepropertyinvest.be voor de publicatie van deze transparantieverklaringen.

Buiten deze nieuwe meldingen van KBC Asset Management, Pensio B en Ameriprise Financial Inc ontving de Vennootschap gedurende het boekjaar 2022 en 2023 (tot op de datum van dit verslag) geen nieuwe kennisgevingen voor de over- of onderschrijding van de drempel van 3%.

3.1.2 kortlopend schuldpapier

Het MTN-programma van € 300 miljoen voorziet een maximumopname van € 200 miljoen aan commercial paper. Hiervan was een bedrag van € 30,5 miljoen opgenomen op 31 december 2022.

3.2 Sustainability bonds

In 2021 werden door de Vennootschap voor € 32,5 miljoen aan sustainability bonds uitgegeven en dit via een private plaatsing bij een institutionele belegger die deel uitmaakt van een internationale verzekeringsgroep. De obligaties, dewelke werden uitgegeven op 8 juli 2021, hebben een looptijd van 10 jaar en een coupon van 2,05%. Op 10 maart 2023 werden deze bonds vervroegd terugbetaald.

Bonheiden-Rijmenam (BE) I Ter Bleuk

5. Financiële kalender

Tussentijdse verklaring 1ste kwartaal 2023 17 mei 2023, na beurstijd
Gewone Algemene Vergadering 31 mei 2023, 11 uur
(op de maatschappelijke zetel, Horstebaan 3,
2900 Schoten)
Betaalbaarstelling dividend coupon 16 2 juni 2023
Halfjaarlijks financieel verslag 2023 6 september 2023, na beurstijd
Tussentijdse verklaring 3de kwartaal 2023 8 november 2023, na beurstijd
Aandelenverdeling op 24 januari 2023 (2)
31 december 2022 (1)
31 december 2021
% Verhouding
t.o.v. het totale
kapitaal
Aantal
aandelen
(uitgedrukt
in nominale
waarde)
% Verhouding
t.o.v. het totale
kapitaal
Aantal
aandelen
(uitgedrukt
in nominale
waarde)
% Verhouding
t.o.v. het totale
kapitaal
Aantal
aandelen
(uitgedrukt
in nominale
waarde)
Uitstaande Aandelen 100% 36.988.833 100% 27.741.625 100% 26.921.924
Eigen aandelen 0% 0 0% 0 0% 9.192
Aandelen op naam 4,69% 1.733.872 6,12% 1.698.713 6,17% 1.661.354
Gedematerialiseerde
aandelen
95,31% 35.254.961 93,88% 26.042.912 93,83% 25.269.762

Op 31 december 2022 zijn alle aandelen gewone aandelen waarvan de overgrote meerderheid gedematerialiseerd is.

  • (1) Het aantal aandelen wijzigde naar aanleiding van (i) het keuzedividend dat Care Property Invest op 25 mei 2022 aanbood aan haar aandeelhouders. De succesratio hiervan bedroeg 24,63%, wat leidde tot een versterking van het eigen vermogen met € 4.030.287 en de uitgifte van 171.794 nieuwe aandelen tegen een uitgifteprijs van € 23,46 per aandeel en (ii) een kapitaalverhoging in natura door de aankoop van 100% van de aandelen in Igor Haacht NV, die de assistentiewoningen "Klapgat" gelegen te Haacht bezit. Deze transactie vond plaats op 7 juli 2022 en hiervoor werden 638.715 nieuwe aandelen uitgegeven. Bijgevolg bedraagt het kapitaal van de Vennootschap vanaf deze datum € 165.048.798 en wordt het vertegenwoordigd door een totaal van 27.741.625 volledig volgestorte stemrechtverlenende aandelen.
  • (2) Het aantal aandelen wijzigde naar aanleiding van de kapitaalverhoging in geld dewelke Care Property Invest op 11 januari 2023 aanbood aan haar aandeelhouders via een openbare aanbieding tot inschrijving gevolgd door een private plaatsing van de scrips in succesratio van 63,90% waarna de niet-uitgeoefende scrips allen verkocht werden via de versnelde private plaatsing, wat leidde tot uitgifteprijs van €12,00 per aandeel. Vanaf deze datum bedraagt het maatschappelijk kapitaal van de Vennootschap € 220.065.062 en wordt het vertegenwoordigd door een totaal van 36.988.833 volledig volgestorte stemrechtverlenende aandelen

een "accelerated bookbuilding" (versnelde private plaatsing met samenstelling van een orderboek). De inschrijvingsperiode kende een een versterking van het eigen vermogen met € 110.966.496 en de uitgifte van 9.247.208 nieuwe aandelen op 24 januari 2023 tegen een

Oudsbergen (BE) I Ter Meeuwen

1. EPRA (European Public Real Estate Association) - Lidmaatschap

Care Property Invest is sinds december 2016 lid van de European Public Real Estate Association (EPRA).

Met een gezamenlijk vastgoedportfolio dat de kaap van € 790 miljard(1) overschrijdt, vertegenwoordigen de meer dan 285 EPRAleden (bedrijven, investeerders en hun toeleveranciers) de kern van het Europese genoteerd vastgoed. Het doel van deze non-profit organisatie is om het Europese (genoteerd) vastgoed en de rol ervan in de maatschappij te promoten. De leden zijn beursgenoteerd en vormen een front om samen te werken aan het verbeteren van richtlijnen inzake boekhouding, informatieverschaffing en deugdelijk bestuur in de Europese vastgoedsector. Bovendien zorgt zij voor kwalitatieve informatieverschaffing aan beleggers en publiceert zij normen voor financiële publicaties welke vanaf het jaarlijks financieel verslag over boekjaar 2016 ook werden opgenomen in de halfjaarlijkse en jaarlijkse financiële verslagen van Care Property Invest.

De raad van bestuur van de European Public Real Estate Association (EPRA) publiceerde in februari 2022 een update van het rapport getiteld "EPRA Reporting: Best Practices Recommendations" ("EPRA Best Practices"). Het rapport is beschikbaar op de website van EPRA (www.epra. com). Dit rapport bevat aanbevelingen voor de belangrijkste indicatoren van de

financiële prestatie voor beursgenoteerde vastgoedmaatschappijen. Care Property Invest sluit zich aan bij de tendens om de rapportering te standaardiseren met het oog op een betere kwaliteit en vergelijkbaarheid van de informatie en stelt het merendeel van de door EPRA aanbevolen indicatoren ter beschikking van de investeerders.

De inspanningen van Care Property Invest in het boekjaar 2021 om de EPRA-normen zo volledig als mogelijk toe te passen in haar jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële rapportering werden in september 2022 voor de zesde opeenvolgende keer beloond met een EPRA BPR Gold Award op de jaarlijkse EPRA-conferentie. De Vennootschap stelt voorop om de transparantie en kwaliteit van haar financiële rapportering voortdurend te blijven verbeteren en wil zo ook in de komende boekjaren deze erkenning verdienen.

Daarnaast publiceert EPRA ook principes m.b.t. duurzaamheidsrapportering en performantiemaatstaven inzake duurzaamheid, de EPRA Sustainability Best Practices Recommendations (sBPR). De Vennootschap publiceerde reeds een sustainability rapport over boekjaren 2019, 2020 en 2021, waarbij de sBPR werden toegepast. Care Property Invest mocht voor haar duurzaamheidsverslag over boekjaar 2021 in september 2022 eveneens een EPRA sBPR Gold Award in ontvangst nemen. De Vennootschap is verheugd met deze erkenning voor de inspanningen die geleverd zijn op het vlak van duurzaamheidsrapportering en wil ook op dit vlak in de toekomst stappen blijven zetten.

V. EPRA

1.2 EPRA key performance indicatoren: overzicht

De gegevens in dit hoofdstuk zijn niet vereist door de GVV-regelgeving en zijn niet onderworpen aan een controle door de FSMA. De commissaris is nagegaan voor de EPRA-indicatoren m.b.t. 2022, a.d.h.v. een beoordeling of deze gegevens werden berekend conform de definities van de EPRA Best Practices Recommendations Guidelines en of de gebruikte financiële gegevens overeenstemmen met de cijfers opgenomen in de geauditeerde geconsolideerde jaarrekening.

31/12/2022 31/12/2021
EPRA-winst x € 1.000 30.837 26.347
Resultaat afkomstig van de operationele activiteiten. €/aandeel 1,11 1,01
Aangepaste EPRA-winst x € 1.000 34.341 27.458
Resultaat afkomstig van de operationele activiteiten
gecorrigeerd met bedrijfsspecifieke niet-kaselementen
(zijnde financiële leasings - winst of verliesmarge
toegekend aan de periode, afschrijvingen, voorzieningen
en ander portefeuilleresultaat).
€/aandeel 1,24 1,06
EPRA kostratio (incl. rechtstreekse leegstandskosten) (1) % 19,43% 18,30%
Administratieve/operationele kosten met inbegrip van
de directe kosten van de niet-verhuurde gebouwen,
gedeeld door de brutohuurinkomsten.
EPRA kostratio (excl. rechtstreekse leegstandskosten) % 19,41% 18,28%
Administratieve/operationele kosten verminderd met de
directe kosten van de niet-verhuurde gebouwen, gedeeld

EPRA kostratio (incl. rechtstreekse leegstandskosten) (1)

EPRA kostratio (excl. rechtstreekse leegstandskosten)

Administratieve/operationele kosten verminderd met de directe kosten van de niet-verhuurde gebouwen, gedeeld door de brutohuurinkomsten.

(1) Als gevolg van wijzigingen in de berekeningswijze van deze indicator werden de vergelijkende cijfers van 2021 aangepast teneinde een correcte vergelijkbaarheid mogelijk te maken.

Onderstaande EPRA-indicatoren worden beschouwd als APM's van de Vennootschap, dewelke worden aanbevolen door de Europese Vereniging van Beursgenoteerde Vastgoedvennootschappen (EPRA) en dewelke werden opgesteld conform de APM-richtlijnen uitgevaardigd door de ESMA.

1.1 De EPRA-index

De EPRA-index wordt wereldwijd gebruikt als een benchmark en is de meest gebruikte investeringsindex om de prestaties van beursgenoteerde vastgoedbedrijven en REITS te vergelijken. De FTSE EPRA Nareit Developed Europe Index is per 31

december 2022 samengesteld op basis van een groep van 111 vennootschappen met een gezamenlijke marktkapitalisatie van meer dan € 227 miljard (volledige marktkapitalisatie). De Vennootschap maakt momenteel geen deel uit

van deze index.

(1) Exclusief in Europees zorgvastgoed.

31/12/2022 31/12/2021
EPRA NAW x € 1.000 549.988 562.498
Netto Actief Waarde (NAW), aangepast om
rekening te houden met de reële waarde van de
vastgoedbeleggingen en met uitsluiting van bepaalde
elementen die niet kaderen in een financieel model van
vastgoedinvesteringen op lange termijn.
€/aandeel 19,83 20,89
EPRA NNNAW x € 1.000 570.602 512.986
EPRA NAW, aangepast om rekening te houden met de
reële waarde van (i) de financiële instrumenten, (ii) de
schuld en (iii) de uitgestelde belastingen.
€/aandeel 20,57 19,05
EPRA NRV x € 1.000 590.252 585.953
EPRA Net Reinstatement Value, gaat uit van de
hypothese dat de vennootschap nooit haar activa zal
verkopen en geeft een schatting van het bedrag dat
nodig is om de vennootschap opnieuw op te richten.
€/aandeel 21,28 21,76
EPRA NTA x € 1.000 549.896 562.206
EPRA Net Tangible Assets, gaat uit van de hypothese
dat de vennootschap activa verwerft en verkoopt,
hetgeen zou resulteren in de realisatie van bepaalde
onvermijdelijke uitgestelde belastingen.
€/aandeel 19,82 20,88
EPRA NDV x € 1.000 570.602 512.986
EPRA Net Disposal Value, vertegenwoordigt de
waarde die toekomt aan de aandeelhouders van
de vennootschap in geval van een verkoop van
haar activa, hetgeen zou leiden tot de regeling van
uitgestelde belastingen, de liquidatie van de financiële
instrumenten en het in rekening nemen van andere
verplichtingen aan hun maximum bedrag, min
belastingen.
€/aandeel 20,57 19,05
EPRA Netto Initieel Rendement (NIR) % 5,06% 4,87%
Geannualiseerde brutohuurinkomsten op basis van
de lopende huren ('passing rents') op de afsluitdatum,
met uitsluiting van de vastgoedkosten, gedeeld door
de marktwaarde van de portefeuille en verhoogd
met de geschatte overdrachtsrechten en -kosten bij
hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen.
EPRA Aangepaste NIR (topped-up NIY) % 5,35% 5,07%
Deze ratio voert een correctie uit op het EPRA NIR,
met betrekking tot de afloop van de huurkortingen en
andere incentives.
EPRA huurleegstandsgraad (1) % 0,05% 0,08%
Geschatte huurwaarde (GHW) van leegstaande
oppervlaktes gedeeld door de GHW van de totale
portefeuille.
EPRA LTV % 51,34%
De EPRA LTV geeft de schuldenlast van de
vennootschap weer in vergelijking met de marktwaarde
van haar onroerend goed.

(1) Care Property Invest loopt slechts een leegstandsrisico in het project "Tilia", te Gullegem. Voor de overige projecten wordt het risico bij de tegenpartij gelegd en ontvangt de Vennootschap de canon/huur, ongeacht het voorkomen van een bepaalde leegstand. Op 31 december 2022 zijn er 3 leegstaande flats voor het project "Tilia".

1.2.1 EPRA-winst
Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
Nettoresultaat zoals vermeld in de jaarrekening 88.664 59.655
Correcties om de EPRA-winst te berekenen: -57.828 -33.308
(i) Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen en activa
bestemd voor verkoop
-19.327 -22.143
(vi) Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva (IFRS 9)
en close-out kosten
-38.591 -11.165
(viii) Uitgestelde belastingen m.b.t. EPRA correcties 90 0
EPRA-winst 30.837 26.347
Gewogen gemiddelde uitstaande aandelen (1) 27.741.625 25.963.657
EPRA-winst per aandeel (in €) 1,11 1,01
(1) Het gewogen gemiddelde uitstaande aandelen zijn het aantal aandelen op afsluitdatum dewelke dividendgerechtigd zijn.
1.2.2 Aangepaste EPRA-winst
Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
Nettoresultaat zoals vermeld in de jaarrekening 88.664 59.655
Correcties om de aangepaste EPRA-winst te berekenen: -54.323 -32.197
(i) Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen en activa
bestemd voor verkoop
-19.327 -22.143
(vi) Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva (IFRS 9)
en close-out kosten
-38.591 -11.165
(viii) Uitgestelde belastingen m.b.t. EPRA correcties 90 0
(xi) Bedrijfsspecifieke niet-kaselementen 3.505 1.111
Aangepaste EPRA-winst 34.341 27.458
Gewogen gemiddelde uitstaande aandelen (1) 27.741.625 25.963.657
Aangepaste EPRA-winst per aandeel (in €) 1,24 1,06
(1) Het gewogen gemiddelde uitstaande aandelen zijn het aantal aandelen op afsluitdatum dewelke dividendgerechtigd zijn.
1.2.3 Reconciliatie EPRA-winst naar aangepaste EPRA-winst
Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
EPRA-winst 30.837 26.347
Afschrijvingen, waardeverminderingen en terugnames
van waardeverminderingen
433 255
Winst- of verliesmarge projecten toegerekend aan de periode 3.072 857
AANGEPASTE EPRA-winst 34.341 27.458
Bedragen in EUR/aandeel 31/12/2022 31/12/2021
EPRA-winst 1,1116 1,0147
Afschrijvingen, waardeverminderingen en terugnames
van waardeverminderingen
0,0156 0,0098
Winst- of verliesmarge projecten toegerekend aan de periode 0,1107 0,0330
AANGEPASTE EPRA-winst 1,2379 1,0576

1.2.4 EPRA Netto Actief Waarde (NAW)

Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
NAW volgens de jaarrekening 563.395 479.259
NAW per aandeel volgens de jaarrekening 20,31 17,80
Verwaterde NAW, na uitoefening van opties, converteerbare schulden of andere
instrumenten van het eigen vermogen
563.395 479.259
Toe te voegen:
(ii) Herwaardering aan reële waarde van de vorderingen financiële leasings (1) 8.262 66.259
Uit te sluiten:
(iv) Reële waarde van de financiële instrumenten 21.780 -16.811
(v.a) Uitgestelde belastingen -112 -169
EPRA NAW 549.988 562.498
Aantal aandelen (2) 27.741.625 26.921.924
EPRA NAW per aandeel (in €) 19,83 20,89

(1) De reële waarde van de "vorderingen financiële leasings" werd berekend door alle toekomstige kasstromen te verdisconteren aan een IRS-rentevoet geldend op afsluitdatum, al naargelang de resterende looptijd van het onderliggende contract, verhoogd met een marge. De kasstromen betreffen de initiële kasstromen en houden aldus geen rekening met historische en toekomstige indexaties.

(2) Het aantal aandelen heeft betrekking op het aantal dividendgerechtigde aandelen op afsluitdatum.

1.2.5 EPRA Triple Netto Actief Waarde (NNNAW)

Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
EPRA NAW 562.498
Toe te voegen:
(i) Reële waarde van de financiële instrumenten 21.780 -16.811
(ii) Reële waarde van de schuld -1.054 -32.531
(iii) Uitgestelde belastingen -112 -169
EPRA NNNAW 570.602 512.986
Aantal aandelen (1) 27.741.625 26.921.924
EPRA NNNAW per aandeel (in €) 20,57 19,05

(1) Het aantal aandelen heeft betrekking op het aantal dividendgerechtigde aandelen op afsluitdatum.

1.2.6 EPRA Net Reinstatement Value (NRV)

Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
IFRS eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders 563.395 479.259
Verwaterde NAW 563.395 479.259
Toe te voegen:
(ii) Herwaardering aan reële waarde van de vorderingen financiële leasing (1) 8.262 66.259
Verwaterde NAW aan fair value 571.657 545.518
Uit te sluiten:
(v) Uitgestelde belastingen mbt positieve fair value aanpassingen bij
vastgoedbeleggingen
-112 0
(vi) Reële waarde van de financiële instrumenten 21.780 -16.811
Toe te voegen:
(xi) Overdrachtsbelasting op onroerende goederen 40.264 23.624
EPRA NRV 590.252 585.953
Aantal aandelen (2) 27.741.625 26.921.924
EPRA NRV per aandeel (in €) 21,28 21,76
(1) De reële waarde van de "vorderingen financiële leasings" werd berekend door alle toekomstige kasstromen te verdisconteren aan
een IRS-rentevoet geldend op afsluitdatum, al naargelang de resterende looptijd van het onderliggende contract, verhoogd met een
marge. De kasstromen betreffen de initiële kasstromen en houden aldus geen rekening met historische en toekomstige indexaties.

(2) Het aantal aandelen heeft betrekking op het aantal dividendgerechtigde aandelen op afsluitdatum.

1.2.7 EPRA Net Tangible Assets (NTA)

Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
IFRS eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders 563.395 479.259
Verwaterde NAW 563.395 479.259
Toe te voegen:
(ii) Herwaardering aan reële waarde van de vorderingen financiële leasing (1) 8.262 66.259
Verwaterde NAW aan fair value 571.657 545.518
Uit te sluiten:
(v) Uitgestelde belastingen mbt positieve fair value aanpassingen bij
vastgoedbeleggingen
-112 0
(vi) Reële waarde van de financiële instrumenten 21.780 -16.811
(viii.b) immateriële vaste activa 92 123
EPRA NTA 549.896 562.206
Aantal aandelen (2) 27.741.625 26.921.924
EPRA NTA per aandeel (in €) 19,82 20,88

(1) De reële waarde van de "vorderingen financiële leasings" werd berekend door alle toekomstige kasstromen te verdisconteren aan een IRS-rentevoet geldend op afsluitdatum, al naargelang de resterende looptijd van het onderliggende contract, verhoogd met een marge. De kasstromen betreffen de initiële kasstromen en houden aldus geen rekening met historische en toekomstige indexaties.

(2) Het aantal aandelen heeft betrekking op het aantal dividendgerechtigde aandelen op afsluitdatum.

138 139

1.2.8 EPRA Net Disposal Value (NDV)

Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
IFRS eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders 563.395 479.259
Verwaterde NAW 563.395 479.259
Toe te voegen:
(ii)
Herwaardering aan reële waarde van de vorderingen financiële leasing (1)
8.262 66.259
Verwaterde NAW aan fair value 571.657 545.518
Toe te voegen:
(ix)
Reële waarde van de schuld
-1.054 -32.531
EPRA NDV 570.602 512.986
Aantal aandelen (2) 27.741.625 26.921.924

(1) De reële waarde van de "vorderingen financiële leasings" werd berekend door alle toekomstige kasstromen te verdisconteren aan een IRS-rentevoet geldend op afsluitdatum, al naargelang de resterende looptijd van het onderliggende contract, verhoogd met een marge. De kasstromen betreffen de initiële kasstromen en houden aldus geen rekening met historische en toekomstige indexaties.

(2) Het aantal aandelen heeft betrekking op het aantal dividendgerechtigde aandelen op afsluitdatum.

1.2.9 EPRA Netto Initieel Rendement (NIR) en Aangepast Netto Initieel Rendement (Aangepast NIR)

Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
Vastgoedbeleggingen in reële waarde 932.903 716.565
Vorderingen financiële leasing in reële waarde (1) 197.018 267.845
Projectontwikkelingen (-) -52.485 -62.598
Vastgoedbeleggingen in exploitatie in reële waarde 1.077.436 921.812
Geschatte overdrachtsrechten en - kosten bij hypothetische
vervreemding van vastgoedbeleggingen
36.774 19.913
Investeringswaarde van vastgoedbeleggingen in exploitatie 1.114.210 941.725
Geannualiseerde bruto huurinkomsten (+) 56.429 45.894
Geannualiseerde nettohuurinkomsten 56.429 45.894
Huurkortingen die binnen 12 maanden vervallen en andere incentives (-) 3.232 1.878
Geannualiseerde en gecorrigeerde nettohuurinkomsten 59.661 47.771
EPRA NIR ( in %) 5,06% 4,87%
EPRA AANGEPAST NIR (in %) 5,35% 5,07%

(1) De reële waarde van de "vorderingen financiële leasings" werd berekend door alle toekomstige kasstromen te verdisconteren aan een IRS-rentevoet geldend op afsluitdatum, al naargelang de resterende looptijd van het onderliggende contract, verhoogd met een marge. De kasstromen betreffen de initiële kasstromen en houden aldus geen rekening met historische en toekomstige indexaties.

1.2.10 EPRA huurleegstand

Boekjaar afgesloten op 31/12/2022 31/12/2021
Huuroppervlaktes (in m²) 544.622 479.934
GHW van leegstaande oppervlaktes 30 37
GHW van de totale portefeuille 60.598 48.574
EPRA HUURLEEGSTAND (%) 0,05% 0,08%

Care Property Invest loopt slechts een leegstandsrisico bij het project "Tilia", in Gullegem. Voor de overige projecten wordt het risico bij de tegenpartij gelegd en ontvangt de Vennootschap de canon/huur, ongeacht het voorkomen van een bepaalde leegstand. Op 31 december 2022 zijn er 3 leegstaande flats voor het project "Tilia".

1.2.11 Vastgoedportefeuille - Netto huurinkomsten bij ongewijzigde portefeuille

De netto huurinkomsten bij ongewijzigde portefeuille vergelijkt de netto huurinkomsten van de portefeuille (inclusief kapitaalaflossingen en huurkortingen) dewelke gedurende 2 opeenvolgende jaren in exploitatie werden aangehouden en aldus niet in ontwikkeling waren. Informatie met betrekking tot de groei van de netto huurinkomsten, anders dan door acquisities of verkopen, stelt de stakeholders in staat om een inschatting te maken van de organische groei van de portefeuille.

Bedragen in 1.000
EUR
31/12/2021 31/12/2022
Netto
huurinkomsten
bij ongewijzigde
portefeuille
Aankopen Verkopen In exploitatie Netto
huurinkomsten
bij ongewijzigde
portefeuille
Netto
huurinkomsten
van de periode
Evolutie
van de netto
huurinkomsten
bij ongewijzigde
portefeuille
België 35.663 281 234 3.498 37.496 41.508 5,14%
Vastgoedbeleggingen in
exploitatie
20.292 281 0 3.498 21.239 25.017
Financiële leasings 15.372 0 234 0 16.257 16.491
Nederland 2.668 1.568 0 2.387 2.743 6.698 2,82%
Vastgoedbeleggingen in
exploitatie
2.668 1.568 0 2.387 2.743 6.698
Spanje 0 875 0 2.638 0 3.513 0,00%
Vastgoedbeleggingen in
exploitatie
0 875 0 2.638 0 3.513
Ierland 0 2.660 0 0 0 2.660 0,00%
Vastgoedbeleggingen in
exploitatie
0 2.660 0 0 0 2.660
TOTAAL
VASTGOEDBELEGGINGEN
EN FINANCIËLE LEASINGS
IN EXPLOITATIE
38.331 5.383 234 8.523 40.238 54.379 4,98%

In september 2022 werden de inspanningen van de Vennootschap voor de zesde keer beloond met een EPRA BPR Gold Award.

1.2.12 EPRA Kostratio's

Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
Administratieve / operationele uitgaven volgens de financiële IFRS-resultaten -10.262 -7.938
Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen -36 0
Technische kosten -3 -4
Kosten en taksen van niet verhuurde gebouwen -6 -8
Algemene kosten van de vennootschap -9.763 -7.897
Andere operationele opbrengsten en kosten -454 -29
EPRA kosten (incl. rechtstreekse leegstandskosten) (A) -10.262 -7.938
Kosten en taksen van niet verhuurde gebouwen 6 8
EPRA kosten (excl. rechtstreekse leegstandskosten) (B) -10.256 -7.930
Brutohuurinkomsten (C) 52.826 43.374
EPRA KOSTRATIO (incl. rechtstreekse leegstandskosten) (A/C) (1) 19,43% 18,30%
EPRA KOSTRATIO (excl. rechtstreekse leegstandskosten) (B/C) 19,41% 18,28%
Gekapitaliseerde algemene en exploitatiekosten
(inclusief aandeel van joint ventures)
2.428 1.205

(1) Als gevolg van wijzigingen in de berekeningswijze van deze indicator werden de vergelijkende cijfers van 2021 aangepast teneinde een correcte vergelijkbaarheid mogelijk te maken.

Care Property Invest kapitaliseert de algemene kosten en exploitatielasten die rechtstreeks zijn verbonden aan de ontwikkelingsprojecten (juridische kosten, kosten voor projectbeheer, …) en acquisities.

1.2.13 EPRA LTV

Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022
Toe te voegen:
Leningen van kredietinstellingen (1) 483.023
Commercial paper (1) 30.500
Obligatieleningen (1) 65.500
Gebouwen voor eigen gebruik (schulden) (1) 4.189
Uit te sluiten:
Kas en kasequivalenten 2.371
Netto schulden (a) 580.841
Toe te voegen:
Gebouwen voor eigen gebruik (2) 5.517
Vastgoedbeleggingen aan reële waarde (3) 880.418
Projectontwikkelingen (3) 52.485
Immateriële vaste activa 92
Netto vorderingen (4) (5) 15.905
Financiële vaste activa (6) 177.019
Totale eigendomswaarde (b) 1.131.435

EPRA LTV (a/b) 51,34%

(1) Het totaal van deze posten bedraagt € 583.212 duizend en stemt overeen met de som van de balansrubrieken I.B. Langlopende financiële schulden (€ 206.542 duizend) en II.B Kortlopende financiële schulden (€ 376.762 duizend), waarop een correctie werd uitgevoerd ten belopen van € 91 duizend m.b.t. geactiveerde kosten van obligaties en ontvangen huurwaarborgen.

(2) Dit betreft de reële waarde van de zetel van de Vennootschap op basis van het verslag van de vastgoeddeskundige Stadim cvba.

(3) Het totaal van deze posten bedraagt € 932.903 duizend en stemt overeen met de balansrubriek I.C. Vastgoedbeleggingen (€ 934.269 duizend) gecorrigeerd met de waarde van de zakelijke rechten (€ 1.366 duizend).

  • (4) De netto vorderingen zijn het verschil tussen de vorderingen (€ 35.941 duizend) en de schulden (€ 20.036 duizend), waarbij de vorderingen bestaan uit waarborgen (€ 2 duizend), handelsvorderingen financiële leasings (€ 20.000 duizend), handelsvorderingen op korte termijn (€ 6.022 duizend), belastingvorderingen en andere vlottende activa (€ 8.647 duizend), overlopende rekeningen (€ 1.270 duizend) en de schulden uit ontvangen waarborgen (€ 624 duizend), handelsschulden en andere kortlopende schulden (€ 13.695 duizend), andere kortlopende verplichtingen (€ 1.399 duizend) en overlopende rekeningen (€ 4.318 duizend).
  • (5) De "handelsvorderingen financiële leasings" werden opgenomen aan reële waarde. Deze werd berekend door alle toekomstige kasstromen te verdisconteren aan een IRS-rentevoet geldend op afsluitdatum, al naargelang de resterende looptijd van het onderliggende contract, verhoogd met een marge. Bij gebruik van de boekwaarde van de 'handelsvorderingen financiële leasings' ten belopen van € 11.738 duizend, zou de EPRA LTV 51,71% bedragen.

(6) Deze post stemt overeen met balansrubriek I.F. Vorderingen financiële leasing (€ 177.018 duizend), vermeerderd met andere financiële activa (€ 1 duizend).

Care Property Invest bezit geen aandeel binnen een joint venture of material associate en heeft geen minderheidsbelangen. Alle activa en passiva zijn voor 100% eigendom van Care Property Invest.

1.2.14 EPRA CAPEX

Bedragen in 1.000 EUR 31/12/2022 31/12/2021
Geactiveerde investeringskosten met betrekking tot vastgoedbeleggingen
(1) Acquisities 142.510 102.014
(2) Ontwikkeling 50.991 54.933
(3) Vastgoed in exploitatie 428 632
Overige materiële niet-alloceerbare investeringskosten 428 632
Totaal geactiveerde investeringskosten vastgoedbeleggingen 193.929 157.579
Eliminatie van niet-kaskosten 0 0
Totaal geactiveerde investeringskosten vastgoedbeleggingen op kasbasis 193.929 157.579
Care Property Invest bezit geen aandeel binnen een joint venture.
(1) 2022: Het betreffen de acquisities van de projecten Klapgat in Haacht (BE), Pim Senior in Dorst (NL), Ome Jan in Vught (NL), Emera

2021: Het betreffen de acquisities van de projecten Résidence des Ardennes in Attert (BE), Dungelhoeff in Lier (BE), Emera Almeria in

Middelburg (NL), St. Josephkerk in Hillegom (NL), Aldenborgh in Roermond (NL), Mariënhaven in Warmond (NL), Villa Vught in Vught (NL), Huize Elsrijk in Amstelveen (NL), Villa Ouderkerk in Ouderkerk aan de Amstel (NL), Emera Carabanchel in Madrid (ES) en Emera

  • Murcia in Murcia (ES), Ballincurrig Care Centre in Ballincurrig (IE), Cairnhill Nursing Home in Bray (IE), Dunlavin Nursing Home in Dunlavin (IE), Elm Green Nursing Home in New Dunsink (IE), Leeson Park Nursing Home in Ranelagh (IE) en Ratoath Manor Nursing Home in Ratoath (IE).
  • Almeria (ES) en Forum Mare Nostrum I in Alfaz del Pi (ES).
  • (2) 2022: Het betreffen de verdere ontwikkelingen van de projecten Margaritha Mariakerk (pastorie) in Tilburg (NL), Sterrenwacht in Mostoles in Madrid (ES), evenals de acquisitie van de ontwikkelingsprojecten Warm Hart Zuidwolde in Zuidwolde (NL), Warm Hart Ulestraten in Ulestraten (NL), Solimar Tavernes Blanques in Tavernes Blanques (ES), Solimar Elche in Elche (ES), Marina Del Port in Barcelona (ES) en Sugerloaf Care Centre in Kilmacanogue (IE). 2021: Het betreffen de verdere ontwikkelingen van de projecten De Orangerie in Nijmegen (NL), Margaritha Mariakerk in Tilburg (NL), Sterrenwacht in Middelburg (NL), Villa Wulperhorst in Zeist (NL), St. Josephkerk in Hillegom (NL), De Gouden Leeuw in Zutphen (NL), Aldenborgh in Roermond (NL), Mariënhaven in Warmond (NL), Villa Vught in Vught (NL), Huize Elsrijk in Amstelveen (NL) en Emera Carabanchel in Madrid (ES), evenals de acquisitie van de ontwikkelingsprojecten Résidence des Ardennes in Attert (BE), Villa Ouderkerk in Ouderkerk aan de Amstel (NL) en Emera Mostoles in Madrid (ES).

(3) Het betreffen de beperkte geactiveerde kosten m.b.t. het vastgoed in exploitatie.

VI. Vastgoedverslag

VI. VASTGOEDVERSLAG

1. Toestand vastgoedmarkt waarin de Vennootschap actief is

Care Property Invest neemt een duidelijke positie in binnen het GVV-landschap door haar specialisatie binnen het marktsegment van de huisvesting voor senioren. Dit is het segment waarin zij vandaag hoofdzakelijk actief is, maar zeker niet uitsluitend, want in 2014 breidde zij de omschrijving van haar maatschappelijk doel uit naar de markt voor mensen met een beperking om ook in dit segment projecten te realiseren. Ook geografische expansie stond op de agenda door de realisatie van een doeluitbreiding naar de ganse Europese Economische

Ruimte. De voorbereidingen die de Vennootschap in dit kader trof wierpen reeds in 2018 haar vruchten af met een substantieel aantal nieuwe investeringen, waarvan als kers op de taart ook haar eerste verwervingen in de Nederlandse zorgvastgoedmarkt. In 2020 maakte zij de stap naar haar derde doelmarkt, Spanje om vervolgens in 2022 voet aan wal te zetten op haar vierde doelmarkt, Ierland.

In de onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de projecten die de Vennootschap in België, Nederland, Spanje en Ierland kon verwerven tijdens het boekjaar 2022. Meer informatie over deze projecten kan worden teruggevonden in het hoofdstuk "III. Beheersverslag", punt "2. Belangrijke gebeurtenissen" op pagina 50.

Naam project Ligging project Type project Classificatie
België
Effectief verworven projecten met onmiddellijk rendement
Klapgat Haacht Assistentiewoningen Vastgoedbelegging

Nederland

Effectief verworven projecten met onmiddellijk rendement
Pim Senior Dorst Zorgresidentie Vastgoedbelegging
Vught – Ome Jan Vught Zorgresidentie Vastgoedbelegging
Effectief verworven projecten in ontwikkeling
Warm Hart Zuidwolde Zuidwolde Zorgresidentie Vastgoedbelegging
Warm Hart Ulestraten Ulestraten Zorgresidentie Vastgoedbelegging
Opgeleverde projecten
Aldenborgh Herten (Roermond) Zorgresidentie Vastgoedbelegging
Villa Vught Vught Zorgresidentie Vastgoedbelegging
Margaritha Maria Kerk (pastorie) Tilburg Zorgresidentie Vastgoedbelegging
Huize Elsrijk Amstelveen Zorgresidentie Vastgoedbelegging
Mariënhaven Warmond Zorgresidentie Vastgoedbelegging
Villa Ouderkerk Ouderkerk aan de Amstel Zorgresidentie Vastgoedbelegging

Spanje Effectief verworven projecten met onmiddellijk rendement Effectief verworven projecten in ontwikkeling Opgeleverde projecten

Naam project Ligging project Type project Classificatie
Spanje
Effectief verworven projecten met onmiddellijk rendement
Emera Murcia Murcia Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging
Effectief verworven projecten in ontwikkeling
Solimar Tavernes Blanques Tavernes Blanques Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging
Solimar Elche Elche Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging
Marina Del Port Barcelona Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging
Opgeleverde projecten
Emera Carabanchel Carabanchel Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging

Ierland Effectief verworven projecten met onmiddellijk rendement Ballincurrig Care Centre Ballincurrig Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging Ratoath Manor Nursing Home Ratoath Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging Dunlavin Nursing Home Dunlavin Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging Leeson Park Nursing Home Ranelagh Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging Cairnhill Nursing Home Bray Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging Elm Green Nursing Home New Dunsink Woonzorgcentrum met

Effectief verworven projecten in ontwikkeling Projecten onder opschortende voorwaarden

Effectief verworven projecten met onmiddellijk rendement
Ballincurrig Care Centre Ballincurrig Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging
Ratoath Manor Nursing Home Ratoath Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging
Dunlavin Nursing Home Dunlavin Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging
Leeson Park Nursing Home Ranelagh Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging
Cairnhill Nursing Home Bray Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging
Elm Green Nursing Home New Dunsink Woonzorgcentrum met
assistentiewoningen
Vastgoedbelegging
Effectief verworven projecten in ontwikkeling
Sugarloaf Care Centre Kilmacanogue South Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging
Projecten onder opschortende voorwaarden
Friar's Lodge Nursing Home Ballinrobe Woonzorgcentrum Vastgoedbelegging

De Vennootschap heeft in 2022 de financiële leasing m.b.t. het project "Residentie de Anjers" te Balen verkocht om haar portefeuille verder te optimaliseren.

De vastgoedstrategie van de Vennootschap wordt voor een groot deel bepaald door de groeiende vraag naar vastgoed met een maatschappelijke meerwaarde, namelijk zorginfrastructuur die volledig afgestemd is op de noden van haar bewoners. Deze strategie wordt ondersteund door de demografische evolutie van zowel de Belgische, Nederlandse, Spaanse als Ierse bevolking. Bij nieuwe investeringsdossiers, focust de Vennootschap op kwalitatieve gebouwen, gelegen op goede locaties met betrouwbare uitbaters waar een lange

termijn verbintenis kan worden afgesloten, dit bij voorkeur onder een triple net regime. De Vennootschap hanteert deze strategie voor al de markten waar zij actief is.

Care Property Invest beantwoordt met haar aanpak tegelijkertijd aan de verwachtingen en noden van de operatoren in deze markt door het aangaan van langetermijncontracten en -samenwerkingen.

Vanuit haar ervaring met het bouwen van serviceflats voor de Vlaamse Overheid, vormen Belgische lokale overheden en caritatieve organisaties nog steeds een belangrijke doelgroep. Care Property Invest richt zich eveneens sterk op de privémarkt door de realisatie van woonzorgprojecten met ervaren private operatoren in België, Nederland, Spanje en sinds 2022 Ierland.

Wat volgt, is de beschrijving van de zorgvastgoedmarkten in de landen waarin de Vennootschap actief is in 2022, zoals aangeleverd door de vastgoeddeskundige van de Vennootschap, bovenop het waarderingsverslag.

Markt van de huisvesting voor senioren in België (1)

Zorgvastgoed wordt relatief hoog gewaardeerd wegens de achterliggende lange termijn 'triple net'-contracten met professionele en solvabele exploitanten. Deze contracten worden gewaardeerd met beperkte risico's, waardoor men zou kunnen stellen dat zorgvastgoed bijna eerder als financieel product dan als vastgoedproduct wordt beschouwd. De recente crisis zal wellicht aantonen dat ook het zorgvastgoed inherent een risico kent: langetermijncontracten houden slechts stand zolang de EBITDAR van de exploitatie geen schokken kent. De continuïteit in exploitatie van woonzorgcentra tijdens de komende maanden zal moeten uitwijzen of er een impact zal zijn op de huidige zorgvastgoedmarkt en meer bepaald op de actuele yields.

Aan de zijde van exploitatiekosten en beschikbare middelen zouden zich wel problemen kunnen voordoen. Personeelskosten zullen stijgen, zowel vanuit verwachtingen van het personeel zelf als vanuit de nood aan voldoende opgeleid zorgend personeel. Er zullen ook bijkomende middelen moeten gaan naar bescherming en preventie van personeel en bewoners. Ook de huidige hoge inflatie duwt de exploitatiekosten omhoog.

Zorgvastgoed als langetermijninvestering wekt de laatste jaren steeds meer interesse. De investeerdersmarkt verbreedt in snel tempo naar verzekeringen en pensioenfondsen voor wie (zeer) lange termijn en bovendien geïndexeerde overeenkomsten een doorslaggevend

(1) Opgesteld door, en in dit jaarlijks financieel verslag opgenomen met akkoord van, Stadim bv.

element vormen. Dit stemt ook overeen met het verlangen van de zorgexploitant om een beleid te voeren dat eveneens op de lange termijn is gericht. De "verbonden" splitsing tussen exploitatie en het vastgoed, zoals ook in het hotelwezen voorkomt, is dan ook een logisch gevolg. Beide blijven echter verbonden in een voor de twee partijen evenwichtige rentabiliteit: ze zijn dus van elkaar afhankelijk. Het gebouw en bij uitbreiding de onroerende eigendom is voor de exploitant als het ware de onroerende machine die op geen enkel ogenblik mag haperen. Zoals in het hotelwezen worden logischerwijze ook in de zorgsector 'triple net'-contracten afgesloten. Voor de exploitant is het cruciaal dat de kwaliteit van het onroerend goed op peil blijft en dat hij ook snel kan tussenkomen indien zich ingrepen opdringen. Dit is een

Lennik (BE) I Keymolen

misleidende aantrekkelijkheid voor de investeerder. Hij wordt grotendeels ontlast van bekommernissen omtrent het beheer van het gebouw en het akkoord met de exploitant is voor zeer lange termijn. De financiële haalbaarheid van de exploitatie en de technische vereisten van het gebouw met onder meer de conformiteit met de evoluerende regionale voorschriften, vormen de achillespees. Als de exploitatie niet meer voldoende rendabel blijkt door een vermindering van de overheidstussenkomsten, door gewijzigde reglementering of door een overmatige huurovereenkomst, dan dringt zich een neerwaartse herziening van het contract op of wordt exploitatie zelfs onmogelijk. Het inschatten en opvolgen van alle mogelijke technische, reglementaire en exploitatie-gerelateerde wijzigingen en tendensen zijn voor de investeerder

cruciaal.

Het valt toe te juichen dat vanuit diverse overheden impulsen komen om in te perken dat nog individuele kamers als investeringsobject aangeboden worden. Mede-eigendom zoals bij appartementen komt voor zorgvastgoed hiermee gelukkig op een dood spoor. Behalve terechte sociale motieven is het bovendien op termijn onmogelijk het legioen van mede- eigenaars op eenzelfde moment tot soms zware investeringen te verplichten. Hopelijk wordt deze wetgeving niet alleen overgenomen door de verschillende regionale deelentiteiten, maar vindt ze ook uitbreiding naar andere types van eigendom met exploitatie als bestemming. Hoe bestendig je bij mede-eigendom de kwaliteitsvereisten voor een hotel, een studentenhome of zelfs woningen omgevormd tot meergezinswoningen?

De eerste helft van 2022 kon men stellen dat door de globale evolutie van verdere professionalisering van de exploitatiesector en verbreding van de gegadigde investeerders, met tezelfdertijd een aanhoudende neerwaartse druk op de rentevoeten, de bruto-huurrendementen steeds lager werden. Hierbij werden transacties, met 'triple net'-huurcontracten van langere duur, afgesloten aan huurrendementen vanaf 4%. De laatste 6 maanden van 2022 kenden de rentevoeten echter een snelle opwaartse beweging. Anderzijds is de inflatie ook sterk toegenomen. Hierdoor is er reeds een stijging te merken in de huurrendementen van 25 basispunten.

De noodzakelijkheid aan kwaliteit en polyvalentie of in algemene termen de duurzaamheid van de investering, wordt daardoor enkel groter: bij dergelijke lage rendementen is een correctie van foutieve verwachtingen niet meer mogelijk. Onderzoek om andere zorgbehoevende doelgroepen zoals jongere gehandicapten te koppelen aan de opgedane ervaring en de uitbouw van de ouderenzorg, waarbij ook een aantal diensten gemeenschappelijk kunnen worden aangeboden zoals catering, ontvangst, enz., kan zorgen voor een gewenste aanvulling en flexibiliteit. Voor een aantal doelgroepen is het aantal patiënten te klein om de werking betaalbaar te houden en brengt de complementariteit nieuwe mogelijkheden aan, ook voor lokale

projecten.

Markt van de huisvesting voor senioren in Nederland (1)

Ouderen moeten en willen langer thuis blijven wonen, waardoor er een grotere vraag naar seniorenwoningen en zorgappartementen ontstaat. Nederland telde in januari 2022 850.512 tachtigplussers. Als de levensverwachting de komende dertig jaar sterk toeneemt zijn er in 2050 2,6 miljoen tachtigplussers.

Tot 2030 moeten er meer dan 200.000 zorgwoningen op de markt komen. Daarnaast is veelal de bestaande voorraad verouderd en deze zullen de komende decennia verduurzaamd moeten worden in lijn met de klimaatdoelstellingen.

Veel huurovereenkomsten voor zorgvastgoed kennen een huurindexatie op basis van CPI. Aangezien de CPIinflatie in maart 2022 9,7% bedroeg, kan de huur voor zorgvastgoed op 1 juli 2022 met 9,7% worden verhoogd. Dit percentage is flink hoger dan de percentages in de afgelopen jaren. De hoge CPI wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door sterke stijging van de energielasten, zodat zorginstellingen én een huurverhoging van 9,7% én een forse stijging van de energierekening

(1) Opgesteld door, en in dit jaarlijks financieel verslag opgenomen met akkoord van, Stadim bv .

voor de kiezen krijgen. In veel gevallen wordt aangegeven dat de huurverhoging wordt ingezet voor (versnelling van) verduurzaming van het vastgoed. Daarmee wordt beoogd om de bovengemiddelde huurstijging te compenseren met lagere energielasten. Daarnaast zien corporaties zich geconfronteerd met sterke stijgende kosten voor onderhoud en renovaties.

Het beleggingsvolume van zorgvastgoed lag tot september 2022 op 575 miljoen euro, 7,8% hoger dan in 2021. In verhouding tot de hoge investeringsbereidheid van beleggers wordt er weinig in zorgvastgoed verhandeld. Met name door gebrek aan aanbod bleef het investeringsvolume rond de 850 miljoen euro, waar in voorgaande jaren sprake was van minimaal 1 miljard euro.

Als het gaat om Nederlands zorgvastgoed zijn volgende belangrijke trends zichtbaar:

  1. Groei van investeringen in kwalitatief goede nieuwbouw zorgwoningen. De vraag naar kwalitatief goede extramurale zorgwoningen in het midden en hogere segment neemt sterk toe.

Care Property Invest neemt actief deel als vastgoedspeler en heeft tot doel kwalitatieve projecten ter beschikking te stellen aan de zorgondernemers zoals voorzien in het woonzorg-decreet.

  1. Er komt een einde aan de daling van de aanvangsrendementen. Met de stijging van de rente en dus de stijgende financieringslasten,

  2. zullen ook rendementseisen op de zorgbeleggingsmarkt stijgen. Inmiddels zijn de aanvangsrendementen rond de 10 en 30 basispunten gestegen. Hierdoor zullen de waarden van zorgvastgoed dalen.

    1. Een verdere stijging van de aanvangsrendementen kan met name nieuwbouwprojecten in een lastig parket brengen. Ook zetten de stijgende bouwkosten de haalbaarheid onder druk. Nu in de huidige markt ook de opbrengstpotentie met 5% of meer terugvalt, kan dit consequenties hebben voor de haalbaarheid van zorgwoningprojecten.
    1. Eventuele verdere regulering van de huurwoningmarkt door de Nederlandse overheid biedt kansen voor zorgwoningen. Zorgwoningen kunnen voor beleggers – vaker dan gedacht – uitkomst bieden. Niet alleen is veel vraag naar zorgwoningen in bijna alle steden en dorpen in het land, ook vallen zorgwoningen in een andere categorie dan reguliere woningen.
    1. Samenwerking staat in toenemende mate centraal in de zorgbeleggingsmarkt. Om de uitbreidingsvraag en duurzaamheidsslag van zorgwoningen te kunnen bewerkstelligen is samenwerking essentieel. Waar van oudsher zorgwoningen hoofdzakelijk in bezit waren bij zorginstellingen en woningcorporaties, verkopen steeds meer zorginstellingen hun vastgoed aan beleggers om tot een goede samenwerking te komen, in 2022 al voor zo'n 40% van het investeringsvolume.

De markt voor Spaans zorgvastgoed (1)

Kenmerken van de Spaanse zorgvastgoedmarkt:

• Sterke fundamenten in

woonzorgcentra: een hoge gemiddelde levensverwachting en een vergrijzende bevolking, naar verwachting de oudste in Europa tegen 2050.

• Gebrek aan bedden, verouderde voorraad en een gefragmenteerde markt met potentieel voor consolidatie (de top 10 exploitanten hebben 20% van het totale aantal bedden in handen). • Het investeringsvolume is de afgelopen jaren aanzienlijk toegenomen door de komst van nieuw nationaal en internationaal kapitaal. • De toenemende vraag van

investeerders in de afgelopen jaren heeft geleid tot scherpere rendementen

en heeft geleid tot nieuwe ontwikkelingsprojecten via acquisities met forward funding. Spanje kende een babyboom in de jaren '60, in een periode die wordt aangeduid als "het Spaanse wonder", waarin het Spaanse geboortecijfer 8,37% bedroeg. Deze babyboomers zijn momenteel 50/60 jaar oud en vormen vandaag 25% van de Spaanse bevolking. Spanje zal naar verwachting tegen 2050 de op één na hoogste afhankelijkheidsratio van alle Europese landen hebben.

Het investeringsvolume voor woonzorgcentra in Spanje is de afgelopen jaren aanzienlijk toegenomen en bereikte in 2021 een recordvolume van ca. € 1,2 miljard, het dubbele van het volume dat in 2020 werd bereikt.

(1) Opgesteld door, en in dit jaarlijks financieel verslag opgenomen met akkoord van, Cushman&Wakefield.

Volgens de laatste beschikbare gegevens telt Spanje in totaal 5.556 woonzorgcentra met een totale capaciteit van ca. 385.000 bedden. Hoewel er tal van exploitanten zijn in deze zeer competitieve markt, zijn DomusVi, Orpea, Vitalia, Amavir en Ballesol goed voor bijna 32% van de privatieve bedden aangeboden in Spaanse woonzorgcentra.

De prime yields voor woonzorgcentra met een langlopende huurovereenkomst en met een goede exploitant kan zakken tot 4,50%, hoewel geen enkele transactie in 2021 of 2022 aan deze yield werd bevestigd door een gebrek aan prime producten. In 2022 werden in de hoofdprovincies buiten Madrid en Barcelona verschillende transacties opgetekend tegen 5% of iets lager. Tijdens de eerste helft van 2022 was er een belangstelling en druk op de rendementen. De tweede helft werd geconfronteerd met de oorlog in Oekraïne, verhoogde inflatiedruk en een verhoging van de interestvoeten als gevolg op de inflatie, wat leidt tot hogere financieringskosten.

De markt voor Iers zorgvastgoed (1)

Gedreven door een drastische verandering in het demografische profiel van Ierland, een ziekenhuissysteem dat onder enorme druk staat en een verschuiving naar investeringen in alternatieve sectoren, is er de afgelopen jaren een toegenomen vraag ontstaan naar investeringen in de gezondheidszorg in Ierland, en dit is versneld sinds 2017. Dit omvat voornamelijk zorgfaciliteiten zoals nieuwe woonzorgcentra en eerstelijnszorgcentra, aangezien er een goed gedocumenteerd tekort is aan dergelijke faciliteiten op de Ierse markt. Deze trend zal de komende jaren alleen maar escaleren naarmate de Ierse bevolking ouder wordt. In de intercensale periode tussen 2011 en 2016 was er in Ierland inderdaad een stijging van 19% van het aantal 65-plussers. Als gevolg daarvan is er de afgelopen jaren een opmerkelijke toename van investeerders en investeringsfondsen, gesteund door exploitanten die zich specifiek op deze sector richten. Het merendeel van de nieuwe investeringen, zowel exploitanten als vastgoedinvesteerders, in deze sector zijn afkomstig uit Frankrijk, Duitsland, België, Nederland en het VK. Zoals reeds is gebleken in andere, meer mature markten zoals de VS en het VK, is de gezondheidszorgsector doorgaans bijzonder aantrekkelijk voor langetermijnkapitaal en investeerders die ervaring hebben in deze gespecialiseerde sector in andere rechtsgebieden.

In de sector van de woonzorgcentra zijn investeerders grotendeels gericht op het Fair Deal-tarief (het bedrag dat de Ierse staat per week betaalt voor het verlenen van zorg), dat varieert van circa € 875 tot meer dan € 1.300 per week in andere locaties, zoals Dublin. Investeerders zullen daarom meer aangetrokken worden tot investeringen in woonzorgcentra met een hoger Fair Deal-percentage en omdat deze meer inkomsten genereren.

De overheid heeft in 2009 de Nursing Home Support Scheme (Fair Deal Scheme) gelanceerd. Volgens Fair Deal moet een bewoner van een woonzorgccentrum een gedeelte voor hun zorg zelf financiëren, waarbij de staat het verschil compenseert. Alle bewoners worden beoordeeld op

hun zorg- en maatschappelijke behoefte en financiële positie. Inmiddels geniet 80% van alle bewoners van landelijke woonzorgcentra van de Fair Deal Rateregeling. Standaarddiensten die in het kader van de Fair Deal-regeling moeten worden geleverd, zijn onder meer verblijf, verpleging en persoonlijke verzorging, beddengoed, wasservice en basishulpmiddelen en -apparatuur. Diensten die niet worden gedekt door het Fair Deal-tarief of sociale toeslag omvatten haar- en nagelsalonbehandelingen en andere niet-routinematige diensten aan bewoners.

Het aantal privébedden (waarvan er bijna 26.000 zijn) wordt gedomineerd door ongeveer 15 exploitanten, hoewel dit aantal afneemt door de stijgende consolidatie. De 22 grootste exploitanten controleren slechts 50% van alle privatieve en "voluntary" bedden. De resterende 50% bestaat uit individuele woonzorgencentra die worden beheerd door afzonderlijke entiteiten/eigenaren, maar ook uit vrijwillige groepen en liefdadigheidsinstellingen.

Een van de meest opvallende kenmerken van de veranderende demografie in Ierland is het tempo waarin de bevolking vergrijst, vooral onder de oudere leeftijdsgroepen. Uit gegevens van Census 2016 bleek dat de Ierse bevolking van ouderen (65+) 629.800 bedroeg. Dit was een stijging van 35% ten opzichte van het voorgaande decennium. Ouderen maken nu 13,4% van de nationale bevolking uit (tegenover 11% in 2006). De leeftijdscategorie 85+ vertegenwoordigt nu 10,6% van de totale bevolking ouder dan 65 jaar.

De CSO's Population and Labour Force Projections verwacht dat de bevolking binnen de leeftijdscohorten van 65

jaar en ouder met 38% zal toenemen tot 871.400 personen in 2026 en met nog eens 83% in 2051. Hierdoor zal de leeftijdsafhankelijkheid (65+) stijgen tot 23,8% van de totale bevolking tegen 2051.

De introductie van de " National Quality Standards for Residential Care Settings for Older People in 2009" en " National Quality Standards for Residential Care Settings for Older People in Ireland – 2016" hebben geleid tot een verbetering van de kwaliteit van de woonzorgcentra. Het is mogelijk dat een zeer aanzienlijk aantal van deze woonzorgcentra in de publieke sector (waarvan ongeveer 7.000 bedden verspreid over zo'n 115 locaties) uit het aanbod zullen verdwijnen met de introductie van HIQAnormen, evenals enkele van de oudere gebouwen (en niet- HIQA-conform) uit het privatieve aanbod. Dit zal resulteren in betere normen, maar een verminderd aanbod, vooral buiten Dublin, dat niet op korte termijn kan worden vervangen.

Meath (IE) I Ratoath Manor Nursing Home

(1) Opgesteld door, en in dit jaarlijks financieel verslag opgenomen met akkoord van, CBRE.

2. Analyse geconsolideerde vastgoedportefeuille

Boekjaar afgesloten op 31 december
2022
Aanschaffings
waarde (1)
Reële
waarde (4)
Verzekerde
waarde
% Verzekerde
waarde tov
reële waarde
Huur
opbrengst
Betaalde verzeke
ringspremie (2)
België
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 480.317.245 546.690.832 25.016.585 0
Vastgoedbeleggingen in ontwikkeling 0 0 0 0
Financiële leasings in exploitatie (3) 218.368.655 197.017.859 16.491.130 0
Nederland
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 165.891.337 177.607.890 6.697.871 0
Vastgoedbeleggingen in ontwikkeling 25.762.940 26.160.893 0 0
Spanje
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 70.539.195 74.783.278 3.512.928 0
Vastgoedbeleggingen in ontwikkeling 21.102.454 21.099.028 0 0
Ierland
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 85.522.813 81.336.260 2.660.351 0
Vastgoedbeleggingen in ontwikkeling 5.692.607 5.224.646 0 0
TOTAAL 1.073.197.245 1.129.920.686 930.027.709 86% 54.378.866 0

(1) Voor de definitie van de aanschaffingswaarde wordt verwezen naar Hoofdstuk "IX. Lexicon" vanaf pagina 292pagina 292.

  • (2) De nodige verzekeringspolissen dienen afgesloten te worden door de exploitant van het vastgoed (gezien de "triple net" overeenkomsten) of worden doorgerekend zodat de kost finaal ten laste is van de exploitant. De werfverzekeringen voor ontwikkelingen zijn niet mee opgenomen in het verzekerde totaal. Deze verzekeringen worden door de ontwikkelaar gedragen.
  • (3) In principe is de 10-jarige aansprakelijkheid ingedekt door de algemene aannemer van het desbetreffende project, echter de Vennootschap heeft ter indekking van het in gebreke blijven van deze, zelf een bijkomende 10-jarige aansprakelijkheidsverzekering afgesloten voor het volledige project – de verzekerde waarden hebben enkel betrekking op de bouwkundige werken die vallen onder de 10-jarige aansprakelijkheid, voor de projecten, Zulte: inclusief verbindingsgang, Mol: inclusief de 39 flats. Alle overige verzekeringen dienen, zoals contractueel bepaald werd, door de leasingnemers afgesloten te worden.
  • (4) De reële waarde wordt weergegeven exclusief de zakelijke rechten (€ 1.366.002) dewelke conform IFRS 16 op de balans onder de vastgoedbeleggingen worden geboekt.

2.1 Geografische spreiding

  • Wonen Group en Résidence du Lac.
  • (3) Voor de volgende operatoren bedroeg het aandeel in de huurinkomsten minder dan 1% op 31 december 2022: Aldenborgh Exploitatie, Com4Care, De Familie, Stichting Pim Senior, SVE Group en Thuis Leven vzw.
  • (4) Voor de volgende operatoren bedroeg het aandeel in de huurinkomsten minder dan 1% op 31 december 2021: Emera en Ontzorgd Wonen Group.

2.4 Verdeling projecten in functie van resterende looptijd erfpacht- of huurperiode

Boekjaar afgesloten op Aantal projecten met einde tussen
31 december 2022 0 en 1 jaar 1 en 5 jaar 5 en 10 jaar 10 en 15 jaar 15 en 20 jaar >20 jaar Totaal
België 0 10 27 17 28 25 107
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 0 0 1 1 5 20 27
Financiële leasings 0 10 26 16 23 5 80
Nederland 0 0 0 1 10 8 19
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 0 0 0 1 10 8 19
Spanje 0 0 0 3 1 0 4
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 0 0 0 3 1 0 4
Ierland 0 0 0 2 0 4 6
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 0 0 0 2 0 4 6
TOTAAL (1) 0 10 27 23 39 37 136

(1) Op 31 december 2022 heeft Care Property Invest 145 effectief verworven projecten in portefeuille, waarvan 136 voltooide projecten en 9 projecten in ontwikkeling (de zorgresidentie "Sterrenwacht" te Middelburg (NL), de zorgresidentie "St. Josephkerk" te Hillegom (NL), de zorgresidentie "Warm Hart Ulestraten" te Ulestraten (NL), de zorgresidentie "Warm Hart Zuidwolde" te Zuidwolde (NL), het woonzorgcentrum "Emera Mostoles" te Mostoles (ES), het woonzorgcentrum "Solimar Tavernes Blanques" te Tavernes Blanques (ES), het woonzorgcentrum "Solimar Elche" te Elche (ES, het woonzorgcentrum "Marina del Port" te Barcelona (ES) en het woonzorgcentrum "Sugarloaf Care Centre" te Kilmacanogue South (IE)). Per 31 december 2022 is er eveneens 1 project waarvoor zij reeds een akkoord onder opschortende voorwaarden tekende (het woonzorgcentrum "Friar's Lodge Nursing Home" te Ballinrobe (IE)).

Het eerste opstalrecht (m.b.t. de projecten uit de initiële portefeuille) zal vervallen in 2026, meer bepaald binnen 3,50 jaar.

De gemiddelde resterende looptijd van de overeenkomsten bedraagt 15,61 jaar(1). Deze termijn omvat de resterende opstaltermijn, welke voor de contracten uit de initiële portefeuille gelijk is aan de resterende erfpachtperiode en de resterende huurperiode. Voor de nieuwe projecten werd hierin enkel de huur- of erfpachttermijn in rekening genomen.

(1) Voor de financiële leasings bedraagt de gemiddelde resterende looptijd 11,93 jaar en voor de vastgoedbeleggingen 20,86 jaar.

2.5 Verdeling inkomsten uit huur- en erfpachtovereenkomsten in functie van resterende looptijd

Boekjaar afgesloten op Te ontvangen inkomsten voor de periode
31 december 2022 0 en 1 jaar 1 en 5 jaar 5 en 10 jaar 10 en 15 jaar 15 en 20 jaar >20 jaar Totaal
België 33.637.781 133.632.919 154.713.776 140.044.731 123.242.017 89.895.833 675.167.057
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 23.262.828 93.051.312 115.971.914 113.868.907 109.167.366 82.243.676 537.566.003
Financiële leasings 10.374.953 40.581.607 38.741.861 26.175.824 14.074.651 7.652.158 137.601.054
Nederland 15.303.569 61.214.276 76.517.845 76.458.777 66.089.850 48.064.926 343.649.243
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 15.303.569 61.214.276 76.517.845 76.458.777 66.089.850 48.064.926 343.649.243
Spanje 4.001.750 16.007.000 20.008.750 18.084.409 7.128.767 0 65.230.676
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 4.001.750 16.007.000 20.008.750 18.084.409 7.128.767 0 65.230.676
Ierland 4.021.500 16.086.000 20.107.500 18.888.596 9.607.500 8.192.445 76.903.541
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 4.021.500 16.086.000 20.107.500 18.888.596 9.607.500 8.192.445 76.903.541
TOTAAL (1) 56.964.600 226.940.195 271.347.871 253.476.512 206.068.134 146.153.205 1.160.950.516

(1) Het saldo bevat de resterende erfpacht- en huurgelden op 31 december 2022 op basis van de niet-geïndexeerde canon, resp. huurvergoeding voor de volledige resterende looptijd van het contract (vervaldagen opgesplitst) en voor het enige project waarbij de Vennootschap het leegstandsrisico draagt ("Tilia" te Gullegem), rekening houdend met een bezettingsgraad van 100%.

2.6 Verdeling projecten in functie van leeftijd van de gebouwen

Boekjaar afgesloten op Aantal projecten met 1ste ingebruikname
31 december 2022 in 2021 tussen 1 en 5
jaar geleden
tussen 5 en 10
jaar geleden
>10 jaar geleden Totaal
België 0 8 20 79 107
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 0 5 14 8 27
Financiële leasings 0 3 6 71 80
Nederland 5 7 1 6 19
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 5 7 1 6 19
Spanje 1 2 0 1 4
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 1 2 0 1 4
Ierland 0 0 2 4 6
Vastgoedbeleggingen in exploitatie 0 0 2 4 6
TOTAAL (1) 6 17 23 90 136

(1) Op 31 december 2022 heeft Care Property Invest 145 effectief verworven projecten in portefeuille, waarvan 136 voltooide projecten en 9 projecten in ontwikkeling (de zorgresidentie "Sterrenwacht" te Middelburg (NL), de zorgresidentie "St. Josephkerk" te Hillegom (NL), de zorgresidentie "Warm Hart Ulestraten" te Ulestraten (NL), de zorgresidentie "Warm Hart Zuidwolde" te Zuidwolde (NL), het woonzorgcentrum "Emera Mostoles" te Mostoles (ES), het woonzorgcentrum "Solimar Tavernes Blanques" te Tavernes Blanques (ES), het woonzorgcentrum "Solimar Elche" te Elche (ES, het woonzorgcentrum "Marina del Port" te Barcelona (ES) en het woonzorgcentrum "Sugarloaf Care Centre" te Kilmacanogue South (IE)). Per 31 december 2022 is er eveneens 1 project waarvoor zij reeds een akkoord onder opschortende voorwaarden tekende (het woonzorgcentrum "Friar's Lodge Nursing Home" te Ballinrobe (IE)).

2.7 Bezettingsgraad

Door de toenemende vraag naar aangepaste woonvormen voor senioren kennen de gebouwen nauwelijks leegstand, en genieten zij van een erg hoge bezettingsgraad. De overgrote meerderheid van de afgesloten contracten betreffen 'triple net'-contracten, waardoor de erfpacht- of de huurvergoeding steeds volledig verschuldigd is ongeacht de feitelijke bezettingsgraad en waardoor de economische bezettingsgraad van deze projecten steeds 100% bedraagt(1). Eventuele leegstand van de wooneenheden heeft aldus geen enkele invloed op de inkomsten die de Vennootschap genereert.

De Vennootschap kan dan ook bevestigen dat de algemene bezettingsgraad op de vastgoedbeleggingen en de financiële leasings 100% bedraagt op 31 december 2022.

2.8 Verzekerde waarde vastgoed

Voor wat betreft de gebouwen die de Vennootschap zelf ontwikkelt of heeft ontwikkeld, wordt tijdens de constructiefase een "alle bouwplaatsrisico's-verzekering" afgesloten, alsook een "aansprakelijkheidsverzekering". Vanaf de terbeschikkingstelling van de projecten, wordt een 10-jarige aansprakelijkheidsverzekering afgesloten.

In de erfpacht-, huur- en terbeschikkingsstellingsovereenkomsten wordt de verplichting opgenomen voor alle erfpachthouders, huurders en partijen aan wie het vastgoed ter beschikking wordt gesteld om de nodige brandverzekeringen af te sluiten voor de nieuwbouwwaarde. De erfpachthouder dient veelal ook een polis inkomstenderving af te sluiten, welke de Vennootschap indekt in het geval dat het onroerend goed onbruikbaar wordt.

Voor zowel de vastgoedbeleggingen als de financiële leasings geldt eveneens dat de verzekeringsplicht wordt gedragen door de erfpachthouder of huurder (exploitant), volgens de vereisten zoals opgenomen in de afgesloten erfpacht- of huurovereenkomsten. Care Property Invest betaalt aldus geen verzekeringspremies voor deze gebouwen. De Vennootschap controleert dan ook strikt of de exploitanten hun verzekeringsplicht naleven.

2.9 Verdeling per vastggoedgeheel

Conform artikel 30 van de GVV-Wet mag niet meer dan 20% van de geconsolideerde activa in vastgoed worden belegd dat één enkel vastgoedgeheel vormt. De wettelijke drempel van 20%, zoals vermeld in artikel 30 van de GVV-Wet, werd op 31 december 2022 niet overschreden door Care Property Invest. Op 31 december bedraagt het concentratierisico voor Colisée 15,03%, voor Vulpia Care Group 10,14%, voor Korian 9,11%, My-Assist 7,29% en Valuas Zorggroep 5,36%.

De Vennootschap neemt deze wettelijke bepaling steeds mee in overweging bij iedere acquisitie die zij doet en de volgorde waarin investeringen worden gedaan.

(1) Care Property Invest loopt slechts een leegstandsrisico voor het project "Tilia" te Gullegem. De huurleegstandsgraad voor het project "Tilia" is dan ook te verwaarlozen in de totale portefeuille. Over 2022 bedroeg de bezettingsgraad 77% t.o.v. 69% over 2021. Voor de projecten uit de initiële portefeuille wordt het risico volledig bij de tegenpartij gelegd en ontvangt de Vennootschap de canon, ongeacht de bezettingsgraad. Ook voor de nieuwe projecten tracht de Vennootschap dit risico geheel of voor een groot deel te verleggen naar de tegenpartij.

3. Samenvattende tabellen geconsolideerde vastgoedportefeuille

3.1 Samenvattende tabel vastgoedbeleggingen

Uitbater en projecten -
31 december 2022
Nr.
map
Bouw-/
reno
vatie
jaar
Verhuurba
re opper
vlakte
(in m²)
Aantal
resi
den
tiële
eenhe
den
Contractu
ele huur
gelden
Geschatte
huurwaar
de (GHW)
(1)
Bezet
tings
graad (3)
Adres Reële
waar
de tov
gecon
soli
deerde
activa
(%) (2)
België 201.373 2.722 25.974.894 26.111.823
Anima
Nuance 7 2020 7.239 121 779.054 100% Schaatsstraat 20, 1190 Vorst
Colisée 15,03%
Les Terrasses du Bois 8 2014 16.568 176 2.213.695 100% Terhulpsesteenweg 130, 1170
Watermaal-Bosvoorde
Ter Meeuwen 16 2015 8.628 101 856.745 100% Torenstraat 15, 3670 Oudsbergen
Park Kemmelberg 13 2014 2.412 31 381.159 100% Lange Pastoorstraat 37, 2600
Berchem
Residentie "Moretus" 12 2011 8.034 139 1.252.379 100% Grotesteenweg 185, 2600 Berchem
De Wand 22 2015 10.562 137 1.354.992 100% Wandstraat 21109/2013, 1020 Brussel
Keymolen 23 2014 7.245 88 956.285 100% Karel Keymolenstraat 55, 1750 Lennik
Westduin 24 2014 11.594 135 1.646.935 100% Badenlaan 62, 8434 Westende
OCMW Wevelgem
Residentie "Tilia" 1 2015 1.454 15 85.800 77% Dorpsplein 21, 8560 Gullegem
Orelia Group
Wiart 126 17 2014 6.875 104 1.033.665 100% Carton de Wiartlaan 126-128, 1090
Jette
Ter Beuken 10 2016 6.834 92 904.620 100% Beukenbosstraat 9, 1652 Alsemberg
Résidence du Lac
La Résidence du Lac 19 2011 5.410 99 977.681 100% Avenue Albert 1er 319, 1332 Genval
Korian 5,48%
3 Eiken 6 2016 7.990 122 1.132.958 100% Drie Eikenstraat 14, 3620 Lanaken
Huyse Elckerlyc 18 2008 3.944 73 346.427 100% Trinellestraat 23, 3770 Riemst
Ter Bleuk 5 2016 5.593 52 805.403 100% Bleukstraat 11, 2820
Bonheiden-Rijmenam
Woonzorgcentrum Oase 11 2016 6.730 76 947.171 100% Tramlaan 14, 1861 Wolvertem
My Assist 7,29%
La Reposée 20 2020 5.643 98 885.134 100% Rue de Chemin de Fer 1, 7033 Bergen
New Beaugency 21 2015 4.805 85 866.342 100% Rue d'Ellezelles 57, 7321 Bernissart
Residence des Ardennes 25 2021 14.441 200 2.253.350 100% Rue du Bois de Loo 379, 6717 Attert
Thuis Leven
Klapgat 27 2020 7.448 53 609.821 100% Klapgat 6-8, 3150 Haacht
Uitbater en projecten -
31 december 2022
Nr.
map
Bouw-/
reno
vatie
jaar
Verhuurba
re opper
vlakte
(in m²)
Aantal
resi
den
tiële
eenhe
den
Contractu
ele huur
gelden
Geschatte
huurwaar
de (GHW)
(1)
Bezet
tings
graad (3)
Adres Reële
waar
de tov
gecon
soli
deerde
activa
(%) (2)
Vulpia Care Group 10,14%
Aan de Kaai 3 2012 7.950 74 938.589 100% Antoine Coppenslaan 33, 2300
Turnhout
Boeyendaalhof 4 2011 7.139 117 847.673 100% Itegemsesteenweg 3, 2270
Herenthout
Bois de Bernihè 9 2013 6.886 114 644.877 100% Avenue de Houffalize 65, 6800
Libramont-Chevingny
De Nieuwe Kaai 2 2005 7.806 99 981.639 100% Nieuwe Kaai 5-7, 2300 Turnhout
Home Aldante 14 2003 2.372 55 189.882 100% Uytroeverstraat 1, 1081 Koekelberg
't Neerhof 15 2013 8.236 108 802.928 100% Nieuwstraat 69, 9660 Brakel
Dungelhoeff 26 2021 11.535 158 1.279.690 100% Kazernedreef ZN, 2500 Lier

Uitbater en projecten -
31 december 2022
Nr.
map
Bouw-/
reno
vatie
jaar
Verhuurba
re opper
vlakte
(in m²)
Aantal
resi
den
tiële
eenhe
den
Contractu
ele huur
gelden
Geschatte
huurwaar
de (GHW)
(1)
Bezet
tings
graad (3)
Adres Reële
waar
de tov
gecon
soli
deerde
activa
(%) (2)
Nederland 41.612 450 9.172.313 9.580.817
Aldenborgh Exploitatie
Aldenborgh 15 2022 2.470 32 465.000 100% Oudeborgstraat 12-14, 6049 Herten
(Roermond)
De Familie
Vught - Ome Jan 22 2021 1.500 26 488.280 100% Ravelijn 1, 5264 PC Vught
Com4Care
Huize Elsrijk 18 2022 1.280 15 322.500 100% Keizer Karelweg 489-491, 181 RH
Amstelveen
De Gouden Leeuw Groep
De Gouden Leeuw (Laag
Keppel)
6 1980 2.265 36 362.790 100% Rijksweg 91, 6998 AG Laag-Keppel
De Gouden Leeuw
(Zelhem)
9 2007 5.200 40 665.964 100% Burg. Rijpstrastraat 3-5, 7021 CP
Zelhem
De Gouden Leeuw
(Zutphen)
10 2021 3.708 36 690.563 100% De Clercqstraat 58, 7201 EC Zutphen
Korian 2,52%
De Orangerie 1 2021 6.567 64 591.398 100% Malvert 5002-5004, 6538 DM
Nijmegen
Margaritha Maria Kerk 3 2021 3.547 32 421.185 100% Ringbaan West 300, 5025 VB Tilburg
Villa Ouderkerk 19 2022 4.378 32 490.000 100% Polderweg 3, 1191 JR
Ouderkerk aan de Amstel
Ontzorgd Wonen Groep
Villa Sijthof 4 2015 1.411 19 361.811 100% Oud Clingendaal 7, 2245 CH
Wassenaar
Pim Senior
Dorst 23 2021 3.976 56 1.067.000 100% Geerstraat 1, 4849 PP Dorst
Valuas Zorggroep 5,31%
Villa Pavia 2 2004 1.638 16 298.436 100% Laan van Beek en Royen 45, 3701 AK
Zeist
Boarnsterhim State 11 2011 1.500 19 167.457 100% Wjitteringswei 67, 8495 JM Aldeboarn
De Meerlhorst 14 2016 1.380 17 326.852 100% Van Merlenlaan 2, 2103 GD
Heemstede
Het Witte Huis 13 2011 1.600 25 514.777 100% Endegeesterlaan 2-4, 2342 CZ
Oegstgeest
Villa Oranjepark 12 2007 942 14 172.782 100% Prins Hendriklaan 2, 2341 JB
Oegstgeest
Villa Wulperhorst 7 2021 3.500 44 799.918 100% Tiendweg 6-8, 3709 JP Zeist
Villa Vught 17 2022 1.450 21 345.600 100% Gogelstraat 3, 5262 AB Vught
Mariënhaven 16 2022 3.610 41 620.000 100% Mgr. Aengenentlaan 1, 2361 GB in
Warmond

Reële waarde portfolio

Care Property Invest beschikt op 31 december 2022 over 145 effectief verworven woonzorgprojecten in België, Nederland, Spanje en Ierland. De Vennootschap heeft de ambitie om dit aantal op korte termijn nog te verhogen, en het operatorenbestand verder te diversifiëren.

Uitbater en projecten -
31 december 2022
Nr.
map
Bouw-/
reno
vatie
jaar
Verhuurba
re opper
vlakte
(in m²)
Aantal
resi
den
tiële
eenhe
den
Contractu
ele huur
gelden
Geschatte
huurwaar
de (GHW)
(1)
Bezet
tings
graad (3)
Adres Reële
waar
de tov
gecon
soli
deerde
activa
(%) (2)
Spanje 63.135 642 4.130.291 4.153.565
Emera Group
Emera Almeria 2 2021 6.689 125 602.291 100% Calle Severo Ochoa 12, 03015 Almeria
Emera Carabanchel 1 2022 11.789 160 835.000 100% Calle Juan Mieg 25, 28054
Carabanchel, Madrid
Emera Murcia 4 2021 7.370 128 607.000 100% Calle Avenida De La Justicia, Murcia
Forum de Inversiones Inmobiliarias Mare Nostrum
Forum Mare Nostrum I 5 2008 37.287 229 2.086.000 100% Camino del Pintxo 2, 03580 Alicante
Ierland 25.377 438 4.021.500 4.034.050
Silver Stream Healthcare Group
Ballincurrig Care Centre 1 2003 1.896 48 311.000 100% Ballincurrig, Leamlara, Co. Cork, T56
TC04
Ratoath Manor Nursing
Home
2 1995 2.715 54 345.000 100% Ratoath, Co. Meath, T A85 YW73
Dunlavin Nursing Home 3 2016 2.845 61 555.500 100% Dunlavin Lower, Dunlavin, Co.
Wicklow, W91 P3C6
Leeson Park Nursing
Home
4 2013 1.533 40 710.000 100% 10 Leeson Park, Ranelagh, Dublin,
D06 TC65
DomusVi
Cairnhill Nursing Home 5 2013 7.193 88 900.000 100% Herbert Road, Bray, Co Wicklow A98
VF88
Elm green Nursing
Home
6 2015 9.195 147 1.200.000 100% Dunsink Lane, Dunsink, Co.Dublin
15 E403
TOTAAL 336.652 4.320 43.298.998 43.880.255

(1) Voor de hypotheses en uitgangspunten die werden aangenomen voor de raming van de huurwaarde kan worden verwezen naar pagina 168, verder in dit hoofdstuk. Voor de vastgoedbelegging "Aan de Kaai" werd door de vastgoeddeskundige voor de berekening van de huurwaarde uitgegaan van de veronderstelling dat het dagverzorgingscentrum (DVC) zal/ kan omgevormd worden naar 10 bijkomende kamers. Deze geschatte huurwaarde wordt gesegmenteerd per land weergegeven.

(2) Voor de berekening werd eveneens rekening gehouden met de reële waarde van de lopende ontwikkelingsprojecten per exploitant. De overige vastgoedgehelen vertegenwoordigen niet meer dan 5% van de totale activa. De geconsolideerde activa zijn inclusief de financiële leasings aan fair value.

(3) Voor de berekeningswijze van de bezettingsgraad verwijzen we naar x van het hoofdstuk IX. Lexicon.

3.2 Samenvattende tabel projecten in ontwikkeling

Naam project Nr.
map
Plaats Land Geschatte
totale
kostprijs
Huidige
kostprijs
Geschatte
toekom
stige
kostprijs
Voor
ziene
opleve
ring
GHW na
afloop
Exploitant Type
Nederland 32.674.808 25.762.940 6.911.868 1.751.442
Sterrenwacht 5 Middelburg NL 6.512.532 6.365.132 147.400 Q2 2023 Korian Her
ontwikkeling
Sint Josephkerk 8 Hillegom NL 9.130.000 6.599.402 2.530.598 Q2 2023 Korian Her
ontwikkeling
Warm Hart
Zuidwolde
20 Zuidwolde NL 10.493.814 8.626.826 1.866.988 Q2 2023 Warm Hart
Zorghuizen
Ontwikkeling
Warm Hart
Ulestraten
21 Ulestraten NL 6.538.462 4.171.580 2.366.882 Q3 2023 Warm Hart
Zorghuizen
Ontwikkeling
Spanje 40.537.253 21.102.454 19.434.799 2.240.025
Emera Mostoles 3 Mostoles ES 12.000.000 11.341.482 658.518 Q2 2023 Emera Group Ontwikkeling
Solimar
Tavernes
Blanques
6 Tavernes
Blanques
ES 10.633.000 3.511.074 7.121.926 Q4 2024 Vivalto Group Ontwikkeling
Solimar Elche 7 Elche ES 10.835.000 3.703.357 7.131.643 Q2 2025 Vivalto Group Ontwikkeling
Marina del Port 8 Barcelona ES 7.069.253 2.546.540 4.522.713 Q2 2024 La Vostra
Llar
Ontwikkeling
Ierland 23.444.185 5.692.607 17.751.578 1.100.000
Sugarloaf Care
Centre
7 Kilmacanogue
South
IE 23.444.185 5.692.607 17.751.578 Q4 2024 Silver Stream
Healthcare
Group
Ontwikkeling
TOTAAL 96.656.246 52.558.001 44.098.245 5.091.467

3.3 Samenvattende tabel financiële leasings initiële portefeuille

Naam project Bouw-/
renova
tiejaar
Verhuur
bare
opper
vlakte (in
m²)
Aantal
resi
den
tiële
eenhe
den
Contractu
ele huur
gelden
Bezet
tings
graad
Adres
OCMW 180.507 1.885 14.663.321
Antwerpen
Residentie "'t Lam" 1997 2.465 26 223.126 100% Polderstraat 1, 2070 Zwijndrecht
Residentie "De Loteling" 1998 2.103 24 177.531 100% Kapellei 109, 2980 Sint-Antonius (Zoersel)
Residentie "De Linde" 1998 2.348 23 198.743 100% Jaak Aertslaan 3, 2320 Hoogstraten
Residentie "De Peulder" 1998 1.722 20 170.027 100% Bellekens 2, 2370 Arendonk
Residentie "Papegaaienhof" 1999 2.285 24 221.800 100% Burgemeester De Boeylaan 2, 2100 Deurne
Residentie "Altena" 2003 2.480 25 281.315 100% Antwerpsesteenweg 75, 2550 Kontich
Residentie "Mastbos" 2000 1.728 20 194.413 100% Maststraat 2, 2910 Essen
Residentie "Mastbos" - uitbreiding 2010 866 10 94.997 100% Maststraat 2, 2910 Essen
Residentie "Kloosterhof" 2001 1.955 24 226.141 100% Kloosterhof 1, 2470 Retie
Residentie "De Brem" 2001 3.512 42 365.635 100% Zwaantjeslei 87, 2170 Merksem
Residentie "'t Kloosterhof" 2002 1.476 17 164.121 100% Pastoor Woestenborghslaan 4, 2350 Vosselaar
Residentie "A. Stappaerts" 2002 2.090 28 331.397 100% Albert Grisarstraat 17-25, 2018 Antwerpen
Residentie "Sint-Bernardus" 2004 3.094 24 222.792 100% Sint-Bernardusabdij 1, 2620 Hemiksem
Residentie "De Wilders" 2004 2.069 25 242.743 100% De Wilders 39, 2382 Poppel (Ravels)
Residentie "Het Sluisken" 2005 2.158 25 211.903 100% Gasthuisstraat 9, 2960 Brecht
Residentie "Geestenspoor" 2006 1.660 19 161.629 100% Geestenspoor 69-75, 2180 Ekeren
Residentie "'t Zand" 2011 3.378 36 145.606 100% Zandstraat 4, 2960 Sint-Job-in-'t-Goor
"Hof van Picardiën" 2012 2.004 22 132.059 100% Molenstraat 68, 2970 Schilde
Residentie "De Schittering" 2012 2.537 22 150.684 100% Nieuwstraat 11-15, 2290 Vorselaar
Residentie "Nieuwe Molenakkers" 2012 6.125 37 247.603 100% Boudewijnstraat 7, 2340 Beerse
Residentie "Ten Hove" 2013 4.771 50 155.188 100% Jakob Smitslaan 26, 2400 Mol
West-Vlaanderen
Residentie "Zevekote" 1998 2.059 22 194.138 100% Kleine Stadenstraat 2, 8830 Hooglede
Residentie "D'Hooge" 1998 1.469 19 166.165 100% Statiestraat 80, 8810 Lichtervelde
Residentie "Roger Windels" 1998 1.766 21 176.507 100% Karel de Goedelaan 4, 8820 Torhout
Residentie "Soetschip" 1999 727 10 89.168 100% Lostraat 3, 8647 Lo-Reninge
Residentie "Zilverschoon" 2000 2.524 30 256.818 100% Beversesteenweg 51, 8800 Roeselare
Residentie "Eugenie Soenens" 2001 1.348 14 129.392 100% Ieperweg 9a, 8211 Loppen (Zedelgem)
Residentie "'t Kouterhuys" 2011 2.991 33 257.739 100% Hospitaalstraat 31, 8610 Kortemark
Residentie "De Varent" 2002 5.901 63 655.634 100% Zuiderlaan 45, 8790 Waregem
Residentie "Ter Drapiers" 2002 1.553 17 156.744 100% Gasstraat 4, 8940 Wervik
Residentie "Meulewech" 2002 3.175 36 331.448 100% Kosterijstraat 40-42, 8200 Brugge
Residentie "De Vliedberg" 2010 3.306 35 184.538 100% Rudderhove 2, 8000 Brugge
Residentie "Ter Leyen" 2012 2.640 33 119.223 100% Wiermeers 12, 8310 Brugge
Residentie "Ten Boomgaarde" 2012 4.839 38 197.367 100% Ter Beke 31, 8200 Brugge
Residentie "De Vlasblomme" 2003 1.527 19 187.175 100% Grote Molenstraat 43, 8930 Menen
Residentie "Leonie" 2005 1.101 17 121.404 100% Leonie de Croixstraat 19, 8890 Dadizele (Moorslede)
Residentie "Ter Linde" 2011 1.863 20 166.531 100% Gitsbergstraat 40, 8830 Hooglede
Residentie "Duinenzichterf" 2011 4.135 48 333.477 100% Duinenzichterf 10-14, 8450 Bredene
Naam project Bouw-/
renova
tiejaar
Verhuur
bare
opper
vlakte (in
m²)
Aantal
resi
den
tiële
eenhe
den
Contractu
ele huur
gelden
Bezet
tings
graad
Adres
Oost-Vlaanderen
Residentie "De Lavondel" 1997 1.856 20 155.254 100% Proosdij 15, 9400 Denderwindeke
Residentie "De Kaalberg" 1998 4.501 47 394.957 100% Prachting 6, 9310 Moorsel
Residentie "Denderzicht" 1999 1.561 17 163.789 100% Burchtstraat 48-54, 9400 Ninove
Residentie "Aster" 2000 1.358 16 120.010 100% Koning Albertstraat 7, 9968 Oosteeklo
Residentie "Herfstdroom" 2000 1.902 20 183.121 100% Bommelstraat 33, 9840 De Pinte
Residentie "Den Eendengaerd" 2000 1.756 20 183.945 100% Marktplein 23, 9920 Hamme
Residentie "Den Craenevliet" 2004 816 11 129.907 100% Killestraat 33, 9220 Hamme
Residentie "Cuesta" 2005 1.872 24 176.389 100% Molenstraat 41, 9250 Waasmunster
Residentie "De Lijsterbes" 2006 1.865 20 175.609 100% Steenvoordestraat 38 bis, 9070 Destelbergen
Residentie "De Vlierbes" 2014 1.854 20 188.080 100% Steenvoordestraat 36 bis, 9070 Destelbergen
Residentie "De Goudbloem" 2009 4.102 36 166.169 100% Zwijgershoek 10, 9100 Sint-Niklaas
Residentie "De Priesteragie" 2012 6.072 60 210.710 100% Azalealaan 6, 9100 Sint-Niklaas
Vlaams-Brabant
Residentie "Den Eikendreef" 1998 1.081 13 110.198 100% Kloosterstraat 73, 1745 Opwijk
Residentie "De Vlindertuin" 2014 3.152 32 343.433 100% Kloosterstraat 77, 1745 Opwijk
Residentie "Dry Coningen" 2007 2.030 24 195.743 100% Leuvensesteenweg 190, 3070 Kortenberg
Residentie "De Sterre" 2008 1.320 15 156.484 100% Mechelsesteenweg 197, 1933 Sterrebeek
(Zaventem)
Residentie "De Veste" 2010 2.037 18 261.182 100% Veste 25, 1932 Sint-Stevens-Woluwe (Zaventem)
Seniorie "Houtemhof" 2008 3.187 31 307.887 100% Houtemstraat 45, 3300 Tienen
Seniorie "Houtemhof" -
uitbreiding
2010 2.429 31 257.699 100% Houtemstraat 45, 3300 Tienen
Residentie "Den Bleek" 2011 1.936 16 144.818 100% Stationsstraat 35, 1750 Sint-Kwintens-Lennik
Residentie "Paepenbergh" 2012 4.344 36 139.921 100% Fabriekstraat 148, 1770 Liedekerke
Residentie "Ter Wolven" 2012 4.284 43 192.404 100% Godshuisstraat 33, 1861 Wolvertem (Meise)
Limburg
Residentie "De Kempkens II" 2000 1.537 16 145.699 100% De Kempens 1, 3930 Hamont
Residentie "'t Heppens Hof" 2003 1.622 19 189.792 100% Heidestraat 1, 3971 Leopoldsburg
Residentie "De Parel" 2001 2.713 31 291.037 100% Rozenkransweg 21, 3520 Zonhoven
Residentie "Chazal" 2004 2.703 31 300.530 100% De Wittelaan 1, 3970 Leopoldsburg
Residentie "Kompas" 2005 1.462 18 186.822 100% Dorpsstraat 82A, 3665 As
Residentie "De Lier" 2007 2.807 25 151.158 100% Michielsplein 5, 3930 Achel
Residentie "Mazedal" 2008 3.346 28 318.692 100% Langs de Graaf 15, 3650 Dilsen-Stokkem
Residentie "De Brug" 2009 4.667 40 181.517 100% Rozenkransweg 25, 3520 Zonhoven
Residentie "De Klitsberg" 2009 2.800 24 176.642 100% Klitsbergwijk 28, 3583 Paal (Beringen)
Residentie "Carpe Diem" 2012 2.538 28 181.433 100% Hesdinstraat 5, 3550 Heusden-Zolder
De Waterjuffer 2013 3.247 37 139.372 100% Speelstraat 8, 3945 Ham

Financiële leasings België(1)

  • 100% Bezettingsgraad
  • € 197 miljoen Reële waarde portfolio
  • (1) Dit betreft de reële waarde van de financiële leasings, inclusief de initiële portefeuille.
Naam project Bouw-/
renova
tiejaar
Verhuur
bare
opper
vlakte (in
m²)
Aantal
resi
den
tiële
eenhe
den
Contractu
ele huur
gelden
Bezet
tings
graad
Adres
VZW 8.524 103 742.907
Antwerpen
Residentie "d' Hoge Bomen" 2000 1.821 22 187.261 100% Hoogboomsteenweg 124, 2950 Kapellen
Residentie "Ten Velden" 2010 1.558 21 111.320 100% Kerkevelden 44-60, 2560 Nijlen
Oost-Vlaanderen
Residentie "Noach" 1998 1.254 15 141.337 100% Nieuw Boekhoutestraat 5A, 9968 Bassevelde
Residentie "Serviceflats Ten
Bosse II"
2002 1.692 19 162.695 100% Ten Bosse 150, 9800 Deinze
Residentie "Ponthove" 2005 2.199 26 140.295 100% Pontstraat 18, 9870 Zulte
76 PROJECTEN 189.031 1.988 15.406.228

3.4 Samenvattende tabel financiële leasings nieuwe portefeuille

Naam project Nr.
map
Bouw-/
renova
tiejaar
Verhuurbare
oppervlakte
(in m²)
Aantal
residentiële
eenheden
Contractuele
huurgelden
Bezettings
graad
Adres
OCMW
Hof ter Moere 1 2017 1.937 22 231.686 100% Herfstvrede 1A, 9180 Moerbeke
Huis Driane 2 2018 1.742 22 200.195 100% Molenstraat 56, 2270 Herenthout
De Stille Meers 4 2020 5.326 60 255.776 100% Sluisvaartstraat 56, 8430 Middelkerke
Zorghuizen vzw
De Nieuwe Ceder 3 2019 4.779 86 623.623 100% Parijsestraat 34, 9800 Deinze
4 PROJECTEN 13.784 190 1.311.280

3

4

4. Verslag van de vastgoeddeskundige

De vastgoedportefeuille is gewaardeerd door Stadim, Cushman & Wakefield en CBRE. De totale fair value-waarde bedraagt € 934.268.829 (inclusief zakelijke rechten), waarvan € 692.965.617 (74%) voortkomt uit de waarderingsverslagen van Stadim, € 154.742.306 (17%) uit de waarderingsverslagen van Cushman & Wakefield en € 86.560.906 (9%) uit de waarderingsverslagen van CBRE.

4.1 Vastgoedverslag van Stadim

Mevrouw, Mijnheer

Volgens de wettelijke bepalingen, hebben wij de eer om onze mening te uiten over de waarde van het vastgoedpatrimonium van de GVV (Gereglementeerde Vastgoedvennootschap) Care Property Invest op 31 december 2022.

Zowel Stadim bv als de natuurlijke personen die Stadim vertegenwoordigen, bevestigen dat zij als onafhankelijke deskundige gehandeld hebben en de nodige relevante en erkende kwalificatie hebben.

De waardering werd uitgevoerd op basis van de marktwaarde zoals gedefinieerd in de "International Valuation Standards", gepubliceerd door de "Royal Institution of Chartered Surveyors" (de "Red Book"). In het kader van een rapportering die beantwoordt aan de International Financial Reporting Standards, geven onze schattingen de reële waarde weer. De reële waarde of "fair value" wordt door de norm IAS 40 gedefinieerd als het bedrag waarvoor de activa zouden worden overgedragen tussen twee goed geïnformeerde partijen, op vrijwillige basis en zonder al dan niet wederzijdse bijzondere belangen. IVSC acht deze voorwaarden vervuld indien men de hierboven vermelde definitie van marktwaarde respecteert. De marktwaarde moet daarenboven een weerspiegeling zijn van de lopende huurovereenkomsten, de huidige brutomarge van zelffinanciering (of cashflow), de redelijke veronderstellingen aangaande de potentiële huuropbrengsten en van de verwachte kosten.

De aktekosten moeten in deze context aangepast worden aan de feitelijke situatie van de markt. Na analyse van een groot aantal transacties, kwamen de vastgoeddeskundigen die handelen op vraag van beursgenoteerde vastgoedmaatschappijen, in een werkgroep tot de vaststelling dat, aangezien vastgoed onder verschillende vormen kan worden overgedragen, de impact van de transactiekosten op grote investeringseigendommen op de Belgische markt waarvan de waarde meer dan 2,5 miljoen euro bedraagt, beperkt is tot 2,5%. De waarde

vrij op naam beantwoordt dus aan de fair value plus 2,5% aktekosten. De fair value wordt dus berekend door de waarde vrij op naam te delen door 1,025. De eigendommen die zich onder de drempel van 2,5 miljoen euro bevinden en de buitenlandse eigendommen, vallen onder het gebruikelijke registratierecht en hun reële waarde stemt dus overeen met de waarde kosten koper.

De reële waarde van onze vastgoedportefeuille steeg met maar liefst 15% gedurende 2022. Bij de schatting van de eigendommen werd rekening gehouden met zowel de lopende huurovereenkomsten als met alle rechten en verplichtingen die voortvloeien uit deze overeenkomsten. Elk eigendom werd afzonderlijk geschat. De schattingen houden geen rekening met een potentiële meerwaarde die verwezenlijkt zou kunnen worden door de portefeuille in zijn geheel op de markt aan te bieden. Wij hebben in onze waardering geen rekening gehouden met verkoopkosten of te betalen belastingen die eigen zijn aan een transactie of ontwikkeling van vastgoed. We denken bijvoorbeeld aan makelaarslonen of publiciteitskosten.

Naast een jaarlijkse inspectie van de betreffende onroerende goederen zijn onze schattingen ook gebaseerd op de inlichtingen geleverd door Care Property Invest met betrekking tot de huur-situatie, de oppervlaktes, de schetsen of plannen, de huurlasten en de belastingen in verband met het betrokken eigendom, de conformiteit en de milieuvervuiling. De verstrekte gegevens werden juist en volledig geacht. Onze schattingen gaan ervan uit dat niet meegedeelde elementen niet van aard zijn om de waarde van het goed te beïnvloeden. Deze waardering is een momentopname van de markt op de waarderingsdatum.

Op 31 december 2022 bedraagt de reële waarde (of fair value) € 691.599.615 en de marktwaarde vrij op naam (of de investeringswaarde, voor aftrek van de mutatierechten) € 718.910.620. De reële waarde (of fair value) van de nog verschuldigde canons bedraagt € 1.366.002.

Antwerpen, 31/12/2022

Yasmin Verwilt Schatter-Adviseur Stadim bv

Céline Janssens - MRE, MRICS Afgevaardigd Bestuurder Stadim bv

Mostoles (ES) I Emera Mostoles

4.2 Vastgoedverslag van Cushman & Wakefield

Geachte mevrouw, heer

Wij versturen u hierbij het schattingsverslag met de fair value waarde van de vastgoedbeleggingen, aangehouden door Care property Invest op 31 december 2022.

De waarderingen zijn uitgevoerd rekening houdend met de opmerkingen en definities opgenomen in de rapporten en dit volgens de richtlijnen van de International Valuation Standards uitgegeven door de "IVSC".

Wij zijn individueel opgetreden als deskundige voor de waardering waar wij de nodige en erkende kwalificaties hebben, evenals de nodige expertise voor deze locaties en types van de te beoordelen gebouwen. De bepaling van de fair value waarde van de schatter is voornamelijk afgeleid door gebruik te maken van recente, vergelijkbare transacties die hebben plaatsgevonden op de markt, aan marktconforme voorwaarden.

De waardering van de onroerende goederen worden beoordeeld op basis van het lopende huurcontract en alle rechten en verplichtingen die hiermee gepaard gaan. Elk goed werd individueel geëvalueerd. Bij deze waardering werd geen rekening gehouden met een potentiële waarde die kan gerealiseerd worden door een ganse portefeuille op de markt aan te bieden.

De waarderingen houden geen rekening met de verkoopkosten van een specifieke transactie zoals een makelaarsvergoeding of publiciteitskosten. De waarderingen zijn gebaseerd op de bezoeken van het onroerend goed en de informatie aangeleverd door Care Property Invest (zoals actuele huur, oppervlakte, plannen, wijzigingen in huur, onroerende voorheffing en belastingen en regelgeving en verontreinigingen).

De aangeleverde informatie wordt verondersteld nauwkeurig en volledig te zijn. De waarderingen zijn uitgevoerd in de veron-derstelling dat de niet beschikbare informatie geen invloed heeft op de waardering van het onroerend goed.

De 3 internationale gedefinieerde waarderingsmethoden, zoals gedefinieerd in het RICS Red Book, zijn de marktbenadering, de kostenbenadering en de inkomstenbenadering. Deze waarderingsmethoden zijn eenvoudig te herkennen aan de hand van hun basisprincipes:

De marktbenadering stemt overeen met de vergelijkingsmethode;

De inkomstenbenadering verwijst naar de investeringsmethode, ofwel de traditionele (cap rate) methode ofwel de discount cash flow methode (DCF) en wordt over het algemeen gebruikt voor inkomsten genererende onroerende goederen;

De kostenmethode wordt vaak gebruikt om te verwijzen naar de depreciated replacement cost methode (DRC) en wordt over het algemeen gebruikt voor niet-inkomsten genererende onroerende goederen

De verschillende waarderingsmethodologieën worden toegelicht in de waarderingsrapporten en zijn gebaseerd op het RICS Red Book.

Op basis van de waarderingen, bedraagt de geconsolideerde fair value waarde van de vastgoedportefeuille € 154.742.306 (na aftrek van de openstaande bouwkosten) op 31 december 2022.

Benoit Duysters Valuer Valuation & Advisory Emeric Inghels - MRICS Partner Valuation & Advisory

4.3 Vastgoedverslag van CBRE

Geachte mevrouw, heer

Wij sturen u met genoegen onze schatting van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen die door Care property Invest worden aangehouden op 31 december 2022.

De waarderingen zijn uitgevoerd in overeenstemming met de huidige versie van de RICS Valuation – Global Standards waarin de International Valuation Standards zijn opgenomen en het nationale supplement van het VK (het 'Red Book'), zoals uiteengezet in onze Opdrachtvoorwaarden.

Wij treden op als externe taxateur zoals gedefinieerd in de huidige versie van de RICS Valuation – Global Standards. We hebben individueel als experts opgetreden voor de waardering waarbij we over de nodige en erkende kwalificaties beschikken, evenals over de nodige expertise die relevant is voor de locaties en typen gebouwen die beoordeeld worden. De bepaling van de reële waarde door de taxateur is primair afgeleid door gebruik te maken van recente, vergelijkbare transacties die in de markt hebben plaatsgevonden, tegen marktconforme voorwaarden.

De waardering van de panden wordt beoordeeld op basis van de actuele huurinkomsten en alle daaraan verbonden rechten en verplichtingen. We hebben de eigendommen individueel gewaardeerd en er is geen rekening gehouden met enige korting of premie die op de markt kan worden onderhandeld als de gehele of een deel van de portefeuille gelijktijdig zou worden verkocht, hetzij in loten of als geheel.

De waarderingen houden geen rekening met de verkoopkosten van een specifieke transactie zoals bemiddelingskosten of

publiciteitskosten. De waarderingen zijn gebaseerd op vastgoedbezoeken en informatie verstrekt door Care Property Invest. De verstrekte informatie wordt verondersteld juist en volledig te zijn. De waardering wordt uitgevoerd in de veronderstelling dat de nietbeschikbare informatie geen invloed heeft op de waardering van het onroerend goed.

De 3 internationaal gedefinieerde waarderingsmethoden, zoals gedefinieerd in het RICS Red Book, zijn de marktbenadering, de kostenbenadering en de inkomstenbenadering. Deze waarderingsmethoden zijn gemakkelijk te herkennen aan hun basisprincipes:

-

  • De marktbenadering komt overeen met de vergelijkingsmethode van waardering;

  • De inkomstenbenadering verwijst naar de beleggingsmethode, ofwel traditionele (cap rate) of Discounted Cashflow (DCF) en wordt over het algemeen gebruikt voor inkomstengenererende eigendommen;

  • De kostenbenadering wordt vaak gebruikt om te verwijzen naar de Depreciated Replacement Cost method (DRC) en wordt over het algemeen gebruikt voor nietinkomstengenererende eigendommen.

De verschillende waarderingsmethodieken worden toegelicht in het taxatierapport en zijn gebaseerd op het RICS Red Book.

Op basis van de waarderingen en zoals uiteengezet in het taxatierapport, bedraagt de geconsolideerde reële waarde van de portefeuille € 86.560.906 per 31 december 2022.

Met vriendelijke groeten

Maureen Bayley - MRICS, MSCSI Director – Healthcare For and on behalf of CBRE Unlimited

VII. Jaarrekening

1. Geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2022 176
1.1 Geconsolideerde staat van het globaal resultaat 176
1.2 Nettoresultaat per aandeel 177
1.3 Geconsolideerde balans 177
1.4 Kasstroomtabel 178
1.5 Mutatieoverzicht van het geconsolideerd eigen vermogen 180
2. Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening 182
Toelichting 1: Algemene informatie over de Vennootschap 182
Toelichting 2: Grondslagen voor financiële verslaggeving 182
T 2.1 Conformiteitsverklaring 182
T 2.2 Consolidatieprincipes 183
T 2.3 Immateriële vaste activa 184
T 2.4 Vastgoedbeleggingen 184
T 2.5 Andere vaste activa 186
T 2.6 Bijzondere waardeverminderingen 188
T 2.7 Financiële vaste activa 188
T 2.8 Vorderingen financiële leasing & handelsvorderingen 189
T 2.9 Vlottende activa 190
T 2.10 Eigen vermogen 191
T 2.11 Voorzieningen 191
T 2.12 Financiële verplichtingen 191
T 2.13 Personeelsbeloningen 192
T 2.14 Opbrengsten en kosten 193
T 2.15 Belastingen 193
Toelichting 3: Segmentinformatie 196
T 3.1 Gesegmenteerde informatie - resultaat 197
T 3.2 Gesegmenteerde informatie – balans 198
Toelichting 4: Financieel risicobeheer 199
T 4.1 Risico's verbonden aan de liquiditeit als gevolg van niet-naleving van convenanten
en wettelijke financiële parameters 199
T 4.2 Risico's verbonden aan de evolutie van de schuldgraad 201
T 4.3 Risico's verbonden aan de kost van het kapitaal 202
T 4.4 Risico's verbonden aan het gebruik van afgeleide financiële producten 204
Toelichting 5: Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening 205
T 5.1 Nettoresultaat per aandeel 205
T 5.2 Componenten uit het nettoresultaat 205
T 5.3 Huurinkomsten 206
T 5.4 Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder
op verhuurde gebouwen 207
T 5.5 Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen 207
T 5.6 Algemene kosten van de Vennootschap 207
T 5.7 Andere operationele kosten en opbrengsten van de Vennootschap 208
T 5.8 Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen 208
T 5.9 Netto-interestkosten 209
T 5.10 Andere financiële kosten 209
T 5.11 Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva 209
T 5.12 Belastingen 210
T 5.13 Immateriële vaste activa 211
T 5.14 Vastgoedbeleggingen 211
T 5.15 Andere materiële vaste activa 215
T 5.16 Financiële vaste activa en andere langlopende financiële verplichtingen 216
T 5.17 Vorderingen financiële leasing en handelsvorderingen e.a. vaste activa 218
T 5.18 Handelsvorderingen 220
T 5.19 Belastingvorderingen e.a. vlottende activa 221
T 5.20 Kas en kasequivalenten 221
T 5.21 Overlopende rekeningen van het actief 221
T 5.22 Kapitaal 222
T 5.23 Uitgiftepremie 224
T 5.24 Reserves 224
T 5.25 Resultaat van het boekjaar 224
T 5.26 Financiële schulden 224
T 5.27 Andere langlopende verplichtingen 226
T 5.28 Uitgestelde belastingen 227
T 5.29 Handelsschulden e.a. kortlopende schulden 227
T 5.30 Andere kortlopende verplichtingen 227
T 5.31 Overlopende rekeningen van het passief 228
T 5.32 Toelichting reële waarde 228
T 5.33 Voorwaardelijke verplichtingen 229
T 5.34 Ontvangen borgtochten van aannemers 229
T 5.35 Transacties met verbonden partijen 230
T 5.36 Gegevens over de dochterondernemingen 231
T 5.37 Vergoeding van de commissaris 231
T 5.38 Gebeurtenissen na de afsluiting van het boekjaar 2022 232
T 5.39 Alternatieve prestatiemaatstaven 234
3. Verslag van de Commissaris 236
4. Verkorte statutaire jaarrekening per 31 december 2022 242
4.1 Verkorte statutaire staat van het globaal resultaat 242
4.2 Verkort statutair overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten 243
4.3 Verkorte statutaire balans 244
4.4 Verkorte statutaire resultaatverwerking 245
4.5 Uitkeringsplicht volgens het KB van 13 juli 2014 met betrekking tot de GVV 246
4.6 Niet-uitkeerbaar eigen vermogen volgens artikel 7:212 van het WVV 247
4.7 Mutatieoverzicht van het niet-geconsolideerd eigen vermogen 248
T 5.10 Andere financiële kosten 209
T 5.11 Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva 209
T 5.12 Belastingen 210
T 5.13 Immateriële vaste activa 211
T 5.14 Vastgoedbeleggingen 211
T 5.15 Andere materiële vaste activa 215
T 5.16 Financiële vaste activa en andere langlopende financiële verplichtingen 216
T 5.17 Vorderingen financiële leasing en handelsvorderingen e.a. vaste activa 218
T 5.18 Handelsvorderingen 220
T 5.19 Belastingvorderingen e.a. vlottende activa 221
T 5.20 Kas en kasequivalenten 221
T 5.21 Overlopende rekeningen van het actief 221
T 5.22 Kapitaal 222
T 5.23 Uitgiftepremie 224
T 5.24 Reserves 224
T 5.25 Resultaat van het boekjaar 224
T 5.26 Financiële schulden 224
T 5.27 Andere langlopende verplichtingen 226
T 5.28 Uitgestelde belastingen 227
T 5.29 Handelsschulden e.a. kortlopende schulden 227
T 5.30 Andere kortlopende verplichtingen 227
T 5.31 Overlopende rekeningen van het passief 228
T 5.32 Toelichting reële waarde 228
T 5.33 Voorwaardelijke verplichtingen 229
T 5.34 Ontvangen borgtochten van aannemers 229
T 5.35 Transacties met verbonden partijen 230
T 5.36 Gegevens over de dochterondernemingen 231
T 5.37 Vergoeding van de commissaris 231
T 5.38 Gebeurtenissen na de afsluiting van het boekjaar 2022 232
T 5.39 Alternatieve prestatiemaatstaven 234
3. Verslag van de Commissaris 236
4. Verkorte statutaire jaarrekening per 31 december 2022 242
4.1 Verkorte statutaire staat van het globaal resultaat 242
4.2 Verkort statutair overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten 243
4.3 Verkorte statutaire balans 244
4.4 Verkorte statutaire resultaatverwerking 245
4.5 Uitkeringsplicht volgens het KB van 13 juli 2014 met betrekking tot de GVV 246
4.6 Niet-uitkeerbaar eigen vermogen volgens artikel 7:212 van het WVV 247
4.7 Mutatieoverzicht van het niet-geconsolideerd eigen vermogen 248

VII. JAARREKENING

1. Geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2022

De geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2021 werd opgenomen in het Jaarlijks Financieel Verslag 2021 bij punt 1 e.v. van het hoofdstuk "VII. Jaarrekening", vanaf pagina 156 en de geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2020 werd opgenomen in het Jaarlijks Financieel Verslag 2020 bij punt 1 e.v. van het hoofdstuk "VII. Jaarrekening", vanaf pagina 160. Beide verslagen zijn beschikbaar op de website www.carepropertyinvest.be.

1.1 Geconsolideerde staat van het globaal resultaat

Bedragen in EUR Toelichting 31/12/2022 31/12/2021
I Huurinkomsten (+) T 5.3 54.378.866 43.233.668
NETTOHUURRESULTAAT 54.378.866 43.233.668
V Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de
huurder op verhuurde gebouwen (+)
T 5.4 719.938 419.382
VII Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op
verhuurde gebouwen (-)
T 5.5 -756.018 -419.382
VASTGOEDRESULTAAT 54.342.786 43.233.668
IX Technische kosten (-) -2.918 -4.090
VASTGOEDKOSTEN -2.918 -4.090
OPERATIONEEL VASTGOEDRESULTAAT 54.339.868 43.229.578
XIV Algemene kosten van de vennootschap (-) T 5.6 -9.762.807 -7.896.542
XV Andere operationele opbrengsten en kosten (+/-) T 5.7 -2.110.541 -29.439
OPERATIONEEL RESULTAAT VOOR HET RESULTAAT OP DE PORTEFEUILLE 42.466.520 35.303.597
XVIII Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen (+/-) T 5.8 19.326.917 22.143.057
OPERATIONEEL RESULTAAT 61.793.437 57.446.654
XX Financiële inkomsten (+) 1.968 430
XXI Netto-interestkosten (-) T 5.9 -9.988.634 -7.844.467
XXII Andere financiële kosten (-) T 5.10 -929.943 -586.893
XXIII Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva (+/-) T 5.11 38.591.131 11.165.200
FINANCIEEL RESULTAAT 27.674.522 2.734.270
RESULTAAT VOOR BELASTINGEN 89.467.959 60.180.924
XXIV Vennootschapsbelasting (-)(1) T 5.12 -548.258 -361.943
XXV Exittaks (-)(1) T 5.12 -255.402 -164.160
BELASTINGEN -803.660 -526.103
NETTORESULTAAT (aandeel van de groep) 88.664.299 59.654.821
Andere elementen van het globaal resultaat 0 0
GLOBAAL RESULTAAT 88.664.299 59.654.821

(1) A.g.v. reclassificaties tussen de rubrieken XXIV. Vennootschapsbelasting (-) en XXV. Exittaks (-) werden eveneens de cijfers per 31 december 2021 aangepast teneinde een correcte vergelijkbaarheid mogelijk te maken.

1.2 Nettoresultaat per aandeel

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
NETTORESULTAAT / GLOBAAL RESULTAAT 88.664.299 59.654.821
Nettoresultaat per aandeel o.b.v. het gewogen gemiddelde uitstaande aandelen € 3,1961 € 2,2976

1.3 Geconsolideerde balans

ACTIVA
EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN
Bedragen in EUR Toelichting 31/12/2022
31/12/2021
ACTIVA
I. VASTE ACTIVA 1.156.205.825 927.165.460
B. Immateriële vaste activa T 5.13 91.656 122.671
C. Vastgoedbeleggingen T 5.14 934.268.830 718.031.800
D. Andere materiële vaste activa T 5.15 4.981.964 4.739.677
E. Financiële vaste activa T 5.16 26.781.435 2.685.847
F. Vorderingen financiële leasing T 5.17 177.018.085
G. Handelsvorderingen en andere vaste activa T 5.17 186.775.769
11.738.065
14.809.696
H. Uitgestelde belastingen - activa T 5.28 1.325.790
II. VLOTTENDE ACTIVA 18.310.151 18.150.751
D. Handelsvorderingen T 5.18 6.021.636 4.514.443
E. Belastingvorderingen en andere vlottende activa T 5.19 8.646.882 10.167.850
F. Kas en kasequivalenten T 5.20 2.371.183 2.544.873
G. Overlopende rekeningen T 5.21 1.270.450 923.585
TOTAAL ACTIVA 1.174.515.976 945.316.211
EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN
EIGEN VERMOGEN 563.394.815 479.258.685
A. Kapitaal T 5.22 165.048.798 160.226.675
B. Uitgiftepremie T 5.23 246.128.473 233.064.630
C. Reserves T 5.24 63.553.245 26.312.559
D. Nettoresultaat van het boekjaar T 5.25 88.664.299 59.654.821
VERPLICHTINGEN 611.121.161 466.057.526
I. Langlopende verplichtingen 214.947.796 296.256.614
B. Langlopende financiële schulden T 5.26 206.541.529 274.600.056
C. Andere langlopende financiële verplichtingen T 5.16 4.998.048 19.494.005
E. Andere langlopende verplichtingen T 5.27 1.970.685 1.993.405
F. Uitgestelde belastingen - verplichtingen T 5.28 1.437.534 169.148
II. Kortlopende verplichtingen 396.173.365 169.800.912
B. Kortlopende financiële schulden T 5.26 376.761.772 151.220.542
D. Handelsschulden en andere kortlopende schulden T 5.29 13.694.711 12.245.266
E. Andere kortlopende verplichtingen T 5.30 1.398.649 3.550.796
F. Overlopende rekeningen T 5.31 4.318.233 2.784.308
TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN 1.174.515.976 945.316.211

1.4 Kasstroomtabel

Bedragen in EUR Toelichting 31/12/2022 31/12/2021
KAS EN KASEQUIVALENTEN BEGIN VAN HET BOEKJAAR 2.544.873 3.751.851
1. KASSTROOM UIT BEDRIJFSACTIVITEITEN 39.175.635 27.060.532
Nettoresultaat van het boekjaar 88.664.299 59.654.821
Belastingen T 5.12 803.660 526.103
Netto-interestkosten T 5.9 9.988.634 7.844.467
Financiële inkomsten -1.968 -430
Gerealiseerde meerwaarden -3.745 0
Nettoresultaat van het boekjaar
(excl. interesten, belastingen en gerealiseerde meerwaarden)
99.450.880 68.024.961
Niet-kaselementen die worden toegevoegd aan/afgetrokken van het
resultaat
-54.413.358 -32.196.859
Variaties in de reële waarde van swaps T 5.11 -38.591.131 -11.165.200
Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen T 5.8 -19.326.917 -22.143.057
Afschrijvingen,waardeverminderingen en terugname
waardevermindering m.v.a.
T 5.6 433.058 254.511
Onroerende leasing-winst-of verliesmarge projecten
toegerekend aan de periode
T 5.7 3.071.632 856.887
Variatie in de behoefte van het werkkapitaal -5.861.887 -8.767.570
Beweging van de activa -1.983.836 -9.555.815
Beweging van de passiva -3.878.051 788.245
2. KASSTROOM UIT INVESTERINGSACTIVITEITEN -169.002.485 -96.720.881
Investeringen in vastgoedbeleggingen
(inclusief ontwikkelingen)
T 5.14 -166.109.042 -85.434.609
Investeringen in aandelen vastgoedvennootschappen T 5.14 -12.261.766 -9.000.073
Investeringen in materiële vaste activa T 5.15 -414.210 -2.445.803
Investeringen in immateriële vaste activa T 5.13 -20.929 -15.106
Investeringen in financiële vaste activa T 5.16 -109 174.710
Desinvesteringen van financiële leasings T 5.17 9.803.571 0
Bedragen in EUR Toelichting 31/12/2022 31/12/2021
3. KASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN 129.653.160 68.453.371
Kaselementen begrepen in het resultaat -9.183.390 -7.484.204
Betaalde interestlasten T 5.9 -9.185.358 -7.484.634
Ontvangen interesten 1.968 430
Verandering in de financiële verplichtingen en financiële
schulden
157.279.442 94.733.630
Toename (+) van de financiële schulden T 5.26 160.500.000 97.917.290
Afname (-) van de financiële schulden: aflossingen T 5.26 -3.220.558 -3.183.660
Verandering in eigen vermogen -18.442.892 -18.796.055
Inkoop / verkoop eigen aandelen T 5.24 174.196 -78.119
Betalingen dividenden -22.588.331 -18.498.162
Verhoging kapitaal en uitgiftepremie -15.805 -219.774
Verhoging keuzedividend 3.987.048 0
TOTALE KASSTROMEN (1) + (2) + (3) -173.690 -1.206.978
KAS EN KASEQUIVALENTEN EINDE VAN HET BOEKJAAR 2.371.183 2.544.873
Bedragen in EUR Toelichting 31/12/2022 31/12/2021
3. KASSTROOM UIT FINANCIERINGSACTIVITEITEN 129.653.160 68.453.371
Kaselementen begrepen in het resultaat -9.183.390 -7.484.204
Betaalde interestlasten T 5.9 -9.185.358 -7.484.634
Ontvangen interesten 1.968 430
Verandering in de financiële verplichtingen en financiële 157.279.442 94.733.630
Toename (+) van de financiële schulden T 5.26 160.500.000 97.917.290
Afname (-) van de financiële schulden: aflossingen T 5.26 -3.220.558 -3.183.660
Verandering in eigen vermogen -18.442.892 -18.796.055
Inkoop / verkoop eigen aandelen T 5.24 174.196 -78.119
Betalingen dividenden -22.588.331 -18.498.162
Verhoging kapitaal en uitgiftepremie -15.805 -219.774
Verhoging keuzedividend 3.987.048 0
TOTALE KASSTROMEN (1) + (2) + (3) -173.690 -1.206.978
KAS EN KASEQUIVALENTEN EINDE VAN HET BOEKJAAR 2.371.183 2.544.873

Ter Bleuk (BE) I Bonheiden-Rijmenam

1.5 Mutatieoverzicht van het geconsolideerd eigen vermogen

KAPITAAL UITGIFTE
PREMIE
Reserves voor het saldo van
de variaties in de reële
waarde van vastgoed
Reserves
voor impact
swaps (1)
Andere reserves Reserve
voor eigen
aandelen
Overgedragen
resultaten
vorige
boekjaren
RESERVES RESULTAAT
VAN HET
BOEKJAAR
TOTAAL EIGEN
VERMOGEN
Toelichting T 5.22 T 5.23 T 5.24
reserves
voor het
saldo van
de variaties
in de
investerings
waarde van
het vastgoed
T 5.24
reserve voor de
impact op de
reële
waarde van
geschatte
mutatierechten
en -kosten bij
hypothetische
vervreemding
van vastgoed
beleggingen (-)
T 5.24 T 5.24 T 5.24 T 5.24 T 5.24 T 5.25
1 januari 2021 143.442.647 181.447.992 21.336.658 -5.102.827 -22.617.736 11.427.374 -218.667 20.199.128 25.023.930 19.864.912 369.779.481
Netto resultaatverwerking boekjaar 2020 8.263.785 -5.665.588 -5.358.254 154.885 3.971.922 1.366.750 -1.366.750 0
Dividenden 0 -18.498.162 -18.498.162
Eigen aandelen -78.121 -78.121 0 -78.121
Resultaat van de periode (2) 0 59.654.821 59.654.821
Kapitaalverhoging 16.784.028 51.616.637 0 0 68.400.666
31 december 2021 160.226.675 233.064.630 29.600.443 -10.768.415 -27.975.990 11.582.259 -296.788 24.171.050 26.312.559 59.654.821 479.258.685
1 januari 2022 160.226.675 233.064.630 29.600.443 -10.768.415 -27.975.990 11.582.259 -296.788 24.171.050 26.312.559 59.654.821 479.258.685
Netto resultaatverwerking boekjaar 2021 29.542.789 -7.399.733 11.165.200 121.944 3.636.288 37.066.488 -37.066.488 0
Dividenden 0 -22.588.333 -22.588.333
Eigen aandelen 296.788 -122.590 174.198 0 174.198
Resultaat van de periode (2) 0 88.664.299 88.664.299
Kapitaalverhoging 4.822.123 13.063.843 0 0 17.885.966
31 december 2022 165.048.798 246.128.473 59.143.232 -18.168.148 -16.810.790 11.704.203 0 27.684.748 63.553.245 88.664.299 563.394.815

(1) Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS (+/-).

(2) De Vennootschap heeft geen "niet gerealiseerde resultaten" in de zin van IAS 1 zodat het nettoresultaat van de Vennootschap gelijk is aan het globaal resultaat.

Er werd geen onderscheid gemaakt tussen vermogenswijzigingen die wel en deze die niet het gevolg zijn van verrichtingen met aandeelhouders-eigenaars, gezien de Vennootschap niet beschikt over minderheidsbelangen.

2. Toelichtingen bij de geconsolideerde jaarrekening

Toelichting 1: Algemene informatie over de Vennootschap

Care Property Invest ("de Vennootschap") is een naamloze vennootschap die het statuut van openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap (GVV) naar Belgisch recht op 25 november 2014 heeft aangenomen. De maatschappelijke zetel van de Vennootschap is op volgend adres gevestigd: Horstebaan 3 te 2900 Schoten (telefoon: + 32 3 222 94 94).

Care Property Invest neemt actief deel als vastgoedspeler en heeft tot doel kwalitatieve projecten ter beschikking te stellen aan de zorgondernemers zoals voorzien in het woonzorgdecreet. Dit omvat zowel woonzorgcentra, dienstencentra, groepen assistentiewoningen en alle andere woonvoorzieningen voor mensen met een beperking. Care Property Invest kan deze voorzieningen zelf ontwikkelen, realiseren en financieren, maar ook het herfinancieren van bestaande gebouwen met al dan niet een renovatie of uitbreiding is mogelijk.

Het aandeel van Care Property Invest is genoteerd op Euronext Brussels (gereglementeerde markt). De geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap op 31 december 2022 omvat de Vennootschap en haar dochtervennootschappen. Voor het overzicht van de dochtervennootschappen verwijzen we naar toelichting "T 5.36 Gegevens over de dochterondernemingen" op pagina 231.

De jaarrekening werd voor publicatie door de raad van bestuur op 25 april 2023 goedgekeurd en zal worden voorgelegd aan de jaarlijkse gewone algemene vergadering van de aandeelhouders die op 31 mei 2023 plaatsvindt.

Toelichting 2: Grondslagen voor financiële verslaggeving

T 2.1 Conformiteitsverklaring

De jaarrekening van de Vennootschap wordt opgesteld in overeenstemming met de "International Financial Reporting Standards (IFRS)" zoals goedgekeurd en aanvaard binnen de Europese Unie en volgens de bepalingen van de GVV-Wet en het GVV-KB. Deze standaarden omvatten alle nieuwe en herziene standaarden en interpretaties gepubliceerd door de "International Accounting Standards Board (IASB)" en het "International Financial Reporting Interpretations Committee (IFRIC)", voor zover van toepassing op de activiteiten van de groep.

De geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld in euro, tenzij anders vermeld, en dekt de periode van twaalf maanden afgesloten op 31 december 2022.

De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met het principe van de historische kostprijs met uitzondering van de activa en passiva die aan reële waarde gewaardeerd zijn, met name de vastgoedbeleggingen en financiële activa en passiva.

Standaarden en interpretaties toepasbaar voor het boekjaar beginnend op 1 januari 2022

De volgende nieuwe normen, nieuwe wijzigingen en nieuwe interpretaties zijn voor het eerst van toepassing voor de Vennootschap in 2022, maar hebben geen impact op de huidige, geconsolideerde financiële staten:

  • Wijzigingen aan IAS 16 Materiële vaste activa – Inkomsten verkregen voor het beoogde gebruik, van toepassing per 1 januari 2022.
  • Wijzigingen aan IAS 37 Voorzieningen, voorwaardelijke verplichtingen en voorwaardelijke activa – verlieslatende contracten — kosten om een contract te vervullen, van toepassing per 1 januari 2022.
  • Wijzigingen aan IFRS 3 Bedrijfscombinaties – Verwijzingen naar het conceptueel kader, van toepassing per 1 januari 2022.
  • Jaarlijkse verbeteringscyclus 2018-2020, van toepassing per 1 januari 2022.

Nieuwe of gewijzigde standaarden en interpretaties die nog niet van kracht zijn

De nieuwe en gewijzigde standaarden en interpretaties die op de datum van publicatie van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap wel uitgegeven waren maar nog niet van toepassing waren, worden hieronder toegelicht. De Vennootschap is van plan deze standaarden, indien deze een impact hebben op de Vennootschap, toe te passen wanneer deze van toepassing zijn:

  • Wijzigingen aan IAS 1 Presentatie van de Jaarrekening – Classificatie van schulden op korte of lange termijn, van toepassing per 1 januari 2024.
  • Wijzigingen aan IAS 1 Presentatie van de Jaarrekening en IFRS Praktijkverklaring 2: Toelichting van grondslagen voor financiële verslaggeving, van toepassing per 1 januari 2023.
  • Wijzigingen aan IAS 8 Grondslagen voor financiële verslaggeving, schattingswijzigingen en fouten: Definitie van Schattingen, van toepassing per 1 januari 2023.
  • Wijzigingen aan IAS 12 Winstbelastingen: Uitgestelde belastingen met betrekking tot activa en passiva die voortvloeien uit één enkele transactie, van toepassing per 1 januari 2023.
  • Wijziging aan IFRS 16 Leaseovereenkomsten: Leaseverplichting in een Sale and Leaseback, van toepassing per 1 januari 2024.
  • Wijzigingen aan IFRS 17 Verzekeringscontracten: Initiële Toepassing van IFRS 17 en IFRS 9 – Vergelijkende Informatie, van toepassing per 1 januari 2023.
  • IFRS 17 Verzekeringscontracten, van toepassing per 1 januari 2023.

T 2.2 Consolidatieprincipes

De ondernemingen opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap zijn dochterondernemingen waarover de onderneming controle uitoefent. Een onderneming oefent derhalve controle over een dochteronderneming uit als, en alleen als, de moederonderneming:

• macht over de deelneming heeft; • is blootgesteld aan, rechten heeft op veranderlijke opbrengsten, uit hoofde van haar betrokkenheid bij de

deelneming en; macht over de deelneming te gebruiken om de omvang van de opbrengsten van de investeerder te beïnvloeden.

• over de mogelijkheid beschikt haar De vennootschappen waarin de groep rechtstreeks of onrechtstreeks een deelneming bezit van meer dan 50% of waarbij ze de macht heeft om het financieel en operationeel beleid te bepalen teneinde voordelen te verkrijgen uit haar activiteiten, worden volledig opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van de groep. Dit betekent dat de activa, passiva en resultaten van de volledige groep integraal tot uiting worden gebracht. Alle transacties tussen de groepsondernemingen, saldi en nietgerealiseerde winsten en verliezen op transacties tussen ondernemingen van de groep, worden bij de opmaak van de geconsolideerde jaarrekening geëlimineerd.

De minderheidsbelangen zijn de belangen in de dochterondernemingen die noch rechtstreeks noch onrechtstreeks door de groep worden aangehouden. Zie ook toelichting "T 5.36 Gegevens over de dochterondernemingen" op pagina 231.

T 2.3 Immateriële vaste activa

De immateriële vaste activa worden geactiveerd aan hun aanschaffingswaarde en afgeschreven volgens de lineaire methode tegen een jaarlijks percentage van 20%.

T 2.4 Vastgoedbeleggingen Algemeen

Onroerende goederen (terreinen en gebouwen) — verkregen onder bezwarende titel of door inbreng in natura tegen uitgifte van nieuwe aandelen of via fusie door overneming van een vastgoedmaatschappij of via partiële splitsing – die worden aangehouden om huuropbrengsten op lange termijn te verkrijgen, en die niet dienen voor eigen gebruik worden als vastgoedbelegging opgenomen.

Waardering bij initiële opname

Vastgoedbeleggingen worden bij eerste opname gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde, inclusief transactiekosten en direct toewijsbare uitgaven.

Bij waardeverschillen tussen de aankoopprijs en de eerste waardering aan reële waarde op moment van opname (acquisitie), wordt het waardeverschil dat betrekking heeft op mutatierechten en -kosten opgenomen via de staat van het globaal resultaat.

Waardering na initiële opname

Na initiële opname worden vastgoedbeleggingen gewaardeerd aan reële waarde in overeenstemming met IAS 40. De reële waarde is gelijk aan het bedrag waaraan een gebouw zou kunnen worden geruild tussen goed geïnformeerde partijen, instemmend en handelend in omstandigheden van normale concurrentie. Vanuit het standpunt van de verkoper moet de waardering worden begrepen mits aftrek van de registratierechten.

De onafhankelijke vastgoeddeskundigen die de periodieke waardering van de goederen van gereglementeerde vastgoedvennootschappen uitvoeren, oordelen dat voor transacties met betrekking tot gebouwen in België met een globale waarde lager dan € 2,5 miljoen, rekening moet worden gehouden met registratierechten van 12% (Vlaamse Gewest) tot 12,5% (Brussels Hoofdstedelijk Gewest en Waalse Gewest), dit naargelang de gewesten waar deze goederen zich bevinden. Voor transacties met betrekking tot gebouwen met een globale waarde hoger dan € 2,5 miljoen, hebben de vastgoeddeskundigen het gewogen gemiddelde van de rechten gewaardeerd op 2,5%. Dit is omdat er een waaier aan methoden van eigendomsoverdracht in België wordt gebruikt. Dit percentage zal, indien nodig, jaarlijks herzien en aangepast worden per schijf van 0,5%. De deskundigen zullen het weerhouden af te trekken percentage bevestigen in hun periodieke rapporten aan de aandeelhouders. Voor het vastgoed in Nederland bedraagt dit percentage 8,5%, in Ierland bedraagt dit 7,5%, terwijl dit voor Spanje regionaal bepaald wordt.

Winsten of verliezen die voortvloeien uit de variatie in de reële waarde van een vastgoedbelegging worden opgenomen in de staat van het globaal resultaat in de rubriek "XVIII. Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen" in de periode waarin ze ontstaan en worden bij de winstverdeling in het daaropvolgende

jaar toegewezen aan de reserve "b) reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van het vastgoed" en "c) reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen", waarbij deze laatste rubriek steeds overeenkomt met het verschil tussen de investeringswaarde en de reële waarde van het vastgoed.

Vervreemding van een vastgoedbelegging

Bij verkoop van een vastgoedbelegging worden de gerealiseerde winsten of verliezen op de verkoop opgenomen in de staat van het globaal resultaat van de verslagperiode onder de rubriek "XVI Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen". Commissies betaald aan makelaars bij het verkopen van gebouwen en verplichtingen aangegaan naar aanleiding van transacties worden in mindering gebracht van de verkregen verkoopprijs om de

gerealiseerde winst of verlies te bepalen. De gerealiseerde meer- of minderwaarde bestaat uit enerzijds het verschil tussen de netto verkoopwaarde en de laatste boekwaarde (reële waarde o.b.v. de laatste waardering) en anderzijds de tegenboeking van de geschatte mutatierechten die bij eerste waardering aan reële waarde rechtstreeks in het eigen vermogen

geboekt werden.

Aangezien het vastgoed verkocht is, wordt zowel de reserve "b) reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van het vastgoed", als de reserve "c) reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen" met betrekking tot het verkochte pand overgeboekt naar de beschikbare reserves.

Projectontwikkelingen

  • Terreinen die worden aangehouden met het oog op een waardestijging op lange termijn in plaats van verkoop op korte termijn in het kader van normale bedrijfsvoering.
  • Terreinen die worden aangehouden en waarvan het toekomstig gebruik nog niet is vastgesteld.
  • Leegstaande gebouwen die worden aangehouden om in lease te worden gegeven op grond van één of meer operationele leases.
  • Vastgoed in aanbouw of ontwikkeling voor toekomstig gebruik als
    • vastgoedbelegging dienen tevens
    • als vastgoedbelegging te worden
    • beschouwd, en worden opgenomen in de subrubriek "Projectontwikkelingen".

Na initiële opname, worden de projecten gewaardeerd aan reële waarde. Deze reële waarde houdt rekening met de substantiële ontwikkelingsrisico's. In dit kader moet aan al de volgende criteria voldaan zijn:

  • Er is een duidelijk beeld over de te maken projectkosten.
  • Alle nodige vergunningen voor het uitvoeren van de projectontwikkeling zijn bekomen.
  • Een substantieel deel van de
    -
    -

projectontwikkeling is voorverhuurd (definitief getekend huurcontract). Deze fair value waardering is gebaseerd op de waardering door de onafhankelijke vastgoeddeskundige (volgens de gebruikelijke methodes en assumpties) en houdt rekening met de nog te maken kosten voor de volledige afwerking van het

project.

Alle rechtstreeks aan de aankoop of ontwikkeling gerelateerde kosten en alle verdere investeringsuitgaven,

worden opgenomen in de kostprijs van het ontwikkelingsproject. Conform IAS 23, worden de financieringskosten die rechtstreeks toe te rekenen zijn aan de bouw of de verwerving van een vastgoedbelegging, mee geactiveerd over de periode voor het gebruiksklaar maken van de vastgoedbelegging voor verhuur.

De activering van financieringskosten als onderdeel van de kostprijs van een in aanmerking komend actief gebeurt enkel als:

  • Uitgaven voor het actief worden gedaan.
  • Financieringskosten worden gemaakt.
  • Activiteiten aan de gang zijn om het actief voor te bereiden op zijn beoogde gebruik. Deze omvatten niet alleen de fysieke bouw maar ook het technische en administratieve werk voor aanvang van de eigenlijke bouw zoals activiteiten in verband met het verkrijgen van vergunningen.

De activering van financieringskosten wordt opgeschort tijdens lange perioden waarin de actieve ontwikkeling onderbroken wordt. De activering wordt niet opgeschort tijdens een periode waarin omvangrijke technische en administratieve werkzaamheden worden uitgevoerd.

Zakelijke rechten

Leaseovereenkomsten met een termijn langer dan 12 maanden en waarbij het onderliggend actief een hoge waarde heeft dienen door middel van een recht op gebruik op het actief te worden geclassificeerd conform IFRS 16. Op aanvangsdatum wordt het met een gebruiksrecht overeenstemmende actief gewaardeerd tegen kostprijs. Na aanvangsdatum wordt het actief gewaardeerd op basis van het reële waarde model conform IAS 40.

T 2.5 Andere vaste activa

T 2.5.1 Materieel vaste activa voor eigen gebruik

Algemeen

Activa die worden aangehouden voor eigen gebruik in de productie of levering van goederen of diensten, voor verhuur aan derden of voor bestuurlijke doeleinden en waarvan men verwacht dat ze langer dan één periode zullen worden gebruikt, worden conform IAS 16 opgenomen als materiële vaste activa.

Waardering bij eerste opname

Een materieel vast actief moet aan kostprijs gewaardeerd worden indien het waarschijnlijk is dat de toekomstige economische voordelen met betrekking tot het actief naar de Vennootschap zullen voortvloeien en indien de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald.

De kostprijs van een actief is het equivalent van de contante prijs op datum van opname (de aankoopprijs) en alle rechtstreeks toerekenbare kosten om het actief gebruiksklaar te maken. Latere kosten voor het dagelijks onderhoud van een materieel vast actief worden niet opgenomen in de boekwaarde van het actief. Deze uitgaven worden opgenomen in de winst- en verliesrekening wanneer ze gemaakt zijn. Toekomstige uitgaven voor herstelling en onderhoud worden enkel geactiveerd indien duidelijk kan aangetoond worden dat ze resulteren in een toename van de toekomstige economische voordelen van het actief.

Waardering na eerste opname

Alle materiële vaste activa worden gewaardeerd aan hun kostprijs verminderd met de eventuele geaccumuleerde afschrijvingen en de eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen.

Afschrijvingen

De verschillende categorieën van materiële vaste activa worden aan de hand van de lineaire afschrijvingsmethode afgeschreven over de geschatte gebruiksduur van het actief. De restwaarde en de gebruiksduur moeten ten minste aan het einde van elke verslagperiode worden herzien. Een actief wordt afgeschreven vanaf het moment dat het klaar is voor beoogd gebruik. Afschrijvingen van een actief worden beëindigd op de datum waarop het actief aangehouden wordt voor verkoop of niet langer gebruikt wordt.

Er wordt afgeschreven, zelfs indien de reële waarde van het actief groter is dan zijn boekwaarde, tot de restwaarde is bereikt. Vanaf het moment dat de restwaarde gelijk is of hoger is dan de boekwaarde, bedraagt de afschrijvingskost nul, tot wanneer de restwaarde opnieuw lager is dan de boekwaarde van het actief.

De materiële vaste activa voor eigen gebruik worden lineair afgeschreven volgens de volgende afschrijvingspercentages:

Gebouw (eigen gebruik) 3,33%
Uitrusting gebouw 10%
Meubilair 10%
Computers 33,33%
Kantoormachines 25%
Rollend materieel 20%
Inrichting kantoren 10%

Vervreemding van een materieel vast actief

Op het moment dat een actief wordt vervreemd of op het moment dat er geen toekomstige economische voordelen meer verwacht worden ingevolge het gebruik of de vervreemding van een actief, mag het materieel vast actief niet langer in de balans van de Vennootschap worden opgenomen.

De winst of verlies als gevolg van buitengebruikstelling of vervreemding van een actief is het verschil tussen de eventuele netto-opbrengst bij vervreemding en de boekwaarde van het actief. Deze meer- of minderwaarde wordt opgenomen in de staat van het globaal

resultaat.

T 2.5.2 Andere m.v.a. - ontwikkelingskosten voor projecten in voorbereiding/ uitvoering die nadien als financiële lease (ifrs 16) geboekt worden.

De bouwkosten voor projecten in voorbereiding en projecten in uitvoering worden tegen kostprijs (nominale waarde) opgenomen onder de andere bedrijfskosten en via de andere bedrijfsopbrengsten geactiveerd naar de andere materiële vaste activa. Bij voorlopige oplevering van het gebouw neemt de leasingactiviteit een aanvang en wordt het bedrag van de nettoinvestering geclassificeerd naar de rubriek "I.F. Vorderingen financiële leasing" van de

balans.

IFRS 16 vereist dat een leasevordering bij aanvang wordt gewaardeerd aan de actuele waarde van de toekomstige inkomensstromen. Het verschil tussen de bouwkost en deze actuele waarde is dan het resultaat van de ontwikkeling van het geleased object. Dit dient pro rata de bouwperiode in het resultaat genomen te worden als resultaat van de bouwactiviteit onder de andere operationele opbrengsten/

kosten.

T 2.6 Bijzondere waardeverminderingen

De Vennootschap beoordeelt per verslagdatum of er aanwijzingen zijn dat een niet-financieel actief aan een bijzondere waardevermindering onderhevig kan zijn. Indien een dergelijke indicatie aanwezig is, wordt een inschatting gemaakt van de realiseerbare waarde van het actief.

Wanneer de boekwaarde van een actief hoger is dan de realiseerbare waarde wordt een bijzondere waardevermindering geboekt om de boekwaarde van het actief terug te brengen tot de realiseerbare waarde. De realiseerbare waarde van een actief wordt gedefinieerd als de hoogste waarde van de reële waarde min verkoopkosten (uitgaande van een nietgedwongen verkoop) of de gebruikswaarde (op basis van de actuele waarde van de geschatte toekomstige cashflows). De eruit resulterende bijzondere waardeverminderingen worden ten laste van de staat van het globaal resultaat geboekt.

Eerder geboekte bijzondere waardeverminderingen worden via de staat van het globaal resultaat teruggenomen indien er een wijziging is opgetreden in de schatting die wordt gebruikt voor de bepaling van de realiseerbare waarde van het actief sinds de opname van het laatste verlies voor bijzondere waardevermindering.

T 2.7 Financiële vaste activa

De financiële activa worden geclassificeerd in een van de categorieën voorzien volgens IFRS 9 "Financiële instrumenten: opname en waardering" afhankelijk van de bedoeling waarmee de financiële activa werden aangeschaft en worden vastgelegd bij hun initiële opname. Deze classificatie bepaalt de waardering van de financiële

activa op toekomstige balansdata: geamortiseerde kostprijs of op basis van de equity methode (conform IAS 28).

Financiële instrumenten

Afgeleide producten of financiële rentederivaten (zoals onder meer Interest Rate Swaps) kunnen gebruikt worden om zich in te dekken tegen renterisico's afkomstig van operationele, financiële en investeringsactiviteiten. De afgeleide financiële instrumenten waarvan de Vennootschap gebruik maakt, voldoen niet aan de criteria van IFRS 9 voor de toepassing van hedge accounting (worden niet aangehouden voor handelsdoeleinden en zijn niet aangeschaft om op korte termijn te verkopen) en worden in de balans opgenomen aan reële waarde. De variatie van hun reële waarde wordt rechtstreeks opgenomen in de staat van het globaal resultaat.

De reële waarde van de financiële instrumenten is gebaseerd op de marktwaarde calculaties van de tegenpartij en de respectievelijke reële waarden worden beschouwd als "niveau 2" zoals gedefinieerd onder IFRS 13 (zie ook bij de toelichting "T 5.11 Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva" op pagina 209).

De reële waarde van de indekkingsinstrumenten is het geraamde bedrag van de vergoedingen die de Vennootschap dient te betalen of zal ontvangen om haar posities op balansdatum af te wikkelen, rekening houdend met de op dat moment geldende rentecurve, kredietwaardigheid van de tegenpartijen en eventuele optiewaarde. De reële waarde van indekkingsinstrumenten wordt maandelijks geschat door de emitterende financiële instellingen. Op de reële waarde wordt conform IFRS 13 een correctie toegepast om het eigen kredietrisico ("Debt Valuation Adjustment"

of "DVA") en de kredietwaardering van de tegenpartij ("Credit Valuation Adjustment" of "CVA") weer te geven.

Deelnemingen

De verwerving van de aandelen van dochtervennootschappen van Care Property Invest gebeuren in het kader van een "asset deal" waardoor IFRS 3 "Bedrijfscombinaties" niet van toepassing is. De participaties worden gewaardeerd op basis van de equitymethode (conform IAS 28).

Andere financiële vaste activa

Leningen en vorderingen (o.a. waarborgen) zijn niet-afgeleide financiële instrumenten met vaste of bepaalbare betalingen die niet genoteerd worden in een actieve markt en worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs.

T 2.8 Vorderingen financiële leasing & handelsvorderingen

Care Property Invest als leasinggever

Een leaseovereenkomst wordt ingedeeld als een financiële leasing indien ze nagenoeg alle aan de eigendom verbonden risico's en voordelen overdraagt naar de lessee. Alle andere vormen van leasings worden beschouwd als operationele leasings. Indien een leaseovereenkomst aan de voorwaarden van een financiële leasing voldoet (volgens IFRS 16), zal Care Property Invest, als lessor - eigenaar, de leaseovereenkomst bij haar aanvang in de balans erkennen als een vordering voor een bedrag gelijk aan de netto-investering in de leaseovereenkomst. Het verschil tussen dit laatste bedrag en de boekwaarde van de verhuurde eigendom zal erkend worden in de staat van het globaal resultaat van die periode. Elke verrichte periodieke betaling door de lessee zal erkend worden als een opbrengst onder de huurinkomsten in de staat van het globaal resultaat (zie "T 5.3 Huurinkomsten" op

pagina 206) en/of als een terugbetaling van de investeringen in de balans (zie "T 5.17 Vorderingen financiële leasing en handelsvorderingen e.a. vaste activa" op pagina 218), gebaseerd op een constante periodieke return voor Care Property

Invest.

De rubriek "I.F. Vorderingen financiële leasing" bevat de investeringskost van de overgedragen en aldus in erfpacht gegeven projecten, verminderd met de contractueel ontvangen vooruitbetalingen en reeds verrichte terugbetalingen.

Care Property Invest als leasingnemer

Bij aanvang van de leaseperiode worden leaseovereenkomsten (met uitzondering van leaseovereenkomsten met een looptijd van maximaal 12 maanden en leaseovereenkomsten waarbij het onderliggend actief een lage waarde heeft) als activa (gebruiksrecht) en leaseverplichting in de balans opgenomen aan de huidige waarde van de toekomstige leasebetalingen. Vervolgens worden alle gebruiksrechten, die classificeren als vastgoedbelegging, gewaardeerd aan reële waarde, conform IAS 40. Voor de waarderingsregels m.b.t. vastgoedbeleggingen verwijzen we naar "T 2.4 Vastgoedbeleggingen" op pagina 184. De minimale leasebetalingen worden deels als financieringskosten en deels als aflossingen van de uitstaande verplichting opgenomen op een wijze dat dit resulteert in een constante periodieke rente over het resterende saldo van de verplichting.

De financiële lasten worden rechtstreeks opgenomen in de staat van het globaal

resultaat.

Handelsvorderingen

De rubriek "I.G. Handelsvorderingen e.a. vaste activa" m.b.t. de projecten begrepen bij de financiële leasings bevat enerzijds de winst- of verliesmarge die wordt toegerekend aan de constructiefase van een project.

Deze winst- of verliesmarge is het verschil tussen de nominale waarde van de eindeopstalvergoedingen (begrepen bij de rubriek "I.F. Vorderingen financiële leasing") en de reële waarde op het moment van terbeschikkingstelling berekend door alle toekomstige kasstromen (zijnde erfpacht-, huuren einde opstalvergoedingen) te verdisconteren tegen een discontovoet die gelijk is aan de IRS-rentevoet, verhoogd met een marge die geldig zou zijn op de dag van het sluiten van de leaseovereenkomst. De verhoging met een marge is afhankelijk van de marge die de Vennootschap aan de bank betaalt als financieringskost.

Deze marge is voor de bank afhankelijk van de onderliggende waarborg en is dus verschillend voor een OCMW of een vzw.

Anderzijds bevat deze rubriek een provisie voor geactualiseerde kosten van dienstverlening daar de Vennootschap na oplevering van het gebouw betrokken blijft bij de instandhouding van het vastgoed m.b.t. advies of tussenkomsten bij eventuele bouwschade of opgelegde aanpassingen, opvolgen van leasebetalingen enz.

Gedurende de looptijd van de overeenkomst wordt de vordering afgebouwd, daar de meerwaarde en provisie voor kosten van dienstverlening, jaarlijks worden afgeschreven en in mindering gebracht van de staat van het globaal resultaat, onder de andere bedrijfsopbrengsten en -kosten.

Wanneer de discontovoet (zijnde de IRS-rentevoet verhoogd met een marge) op datum van het afsluiten van de leasingovereenkomst hoger of quasi gelijk is aan de rentevoet impliciet in de erfpachtvergoeding vastgelegd bij de ingang van de erfpacht, leidt deze berekening tot de erkenning van een wiskundig verlies tijdens de constructiefase (bv. in geval van dalende rentevoeten). Over de volledige looptijd van het contract zijn de projecten evenwel winstgevend aangezien de erfpachtvergoeding steeds hoger is dan de effectieve financieringskost.

Er bestaat een schattingsonzekerheid wat betreft de winstmarge op de projecten door o.a. gewijzigde werkingskosten waarvan de impact jaarlijks geëvalueerd en desgevallend aangepast wordt, maar ook is de winst- of verliesmarge afhankelijk van stijgende of dalende rentevoeten.

T 2.9 Vlottende activa

Handelsvorderingen en andere vorderingen op ten hoogste één jaar Vorderingen op ten hoogste één jaar worden gewaardeerd tegen hun nominale waarde, onder aftrek van waardeverminderingen voor dubieuze of oninbare vorderingen welke als verlies voor bijzondere waardeverminderingen worden opgenomen in de staat van het globaal resultaat.

Belastingvorderingen

Belastingvorderingen worden gewaardeerd tegen het belastingtarief geldig in de periode waarop ze betrekking hebben.

Kas en kasequivalenten

Kas en kasequivalenten (bankrekeningen, geldmiddelen en korte termijnbeleggingen) worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs. De bijkomende kosten worden onmiddellijk in de staat van het globaal resultaat verwerkt.

Overlopende rekeningen

De kosten opgelopen tijdens het boekjaar, geheel of gedeeltelijk toe te rekenen aan het volgende boekjaar, worden geboekt in de overlopende rekeningen op basis van een evenredigheidsregel. De inkomsten en fracties van inkomsten ontvangen in de loop van een of meerdere volgende boekjaren, maar die betrekking hebben op het betrokken boekjaar, worden voor de som met betrekking tot het betrokken boekjaar geboekt.

T 2.10 Eigen vermogen

Eigenvermogensinstrumenten uitgegeven door de onderneming, worden opgenomen voor het bedrag van de ontvangen sommen (na aftrek van direct toewijsbare uitgiftekosten).

De eigen aandelen die de Vennootschap desgevallend in haar bezit heeft, worden aan initiële aanschaffingswaarde in mindering gebracht van het eigen vermogen. De gerealiseerde meer- en/ of minderwaarde bij verkoop van eigen aandelen wordt rechtstreeks opgenomen in het eigen vermogen en heeft geen impact op de aangepaste EPRA-winst.

Dividenden maken deel uit van het overgedragen resultaat en worden pas als verplichting opgenomen in de periode waarin ze formeel worden toegekend, zijnde goedgekeurd door de algemene vergadering van aandeelhouders.

T 2.11 Voorzieningen

Een voorziening wordt opgenomen wanneer:

  • de Vennootschap een bestaande juridisch afdwingbare of feitelijke – verplichting heeft ten gevolge van een gebeurtenis uit het verleden;
  • het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen zal vereist zijn om de verplichting af te wikkelen en;
  • het bedrag van de verplichting op betrouwbare wijze kan worden geschat.

Het bedrag van de voorziening is gebaseerd op de beste schatting van de uitgaven die vereist zijn om de bestaande verplichting op balansdatum af te wikkelen, rekening houdend met de risico's en onzekerheden verbonden aan de verplichting. Indien het effect van de tijdswaarde van geld materieel is, worden voorzieningen verdisconteerd op basis van een verdisconteringsvoet waarbij rekening wordt gehouden met de huidige marktbeoordelingen voor de tijdswaarde van het geld en de risico's die inherent zijn aan de verplichting.

T 2.12 Financiële verplichtingen Financiële schulden en handelsschulden

Financiële verplichtingen tegen geamortiseerde kostprijs, met inbegrip van schulden, worden initieel gewaardeerd tegen reële waarde, na aftrek van de transactiekosten. Ze worden, na initiële opname, gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. De financiële verplichtingen van de groep gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs, omvatten langlopende financiële schulden, overige langlopende verplichtingen, kortlopende financiële verplichtingen, handelsschulden en te betalen dividenden in de overige kortlopende verplichtingen.

Afgeleide financiële instrumenten

Afgeleide producten of financiële rentederivaten (zoals onder meer Interest Rate Swaps) kunnen gebruikt worden om zich in te dekken tegen renterisico's afkomstig van operationele, financiële en investeringsactiviteiten. De afgeleide financiële instrumenten waarvan de Vennootschap gebruik maakt, voldoen niet aan de criteria van IFRS 9 voor de toepassing van hedge accounting (worden niet aangehouden voor handelsdoeleinden en zijn niet aangeschaft om op korte termijn te verkopen) en worden in de balans opgenomen aan reële waarde;

de variatie van hun reële waarde wordt rechtstreeks opgenomen in de staat van het globaal resultaat.

De reële waarde van de financiële instrumenten is gebaseerd op de marktwaardecalculaties van de tegenpartij en de respectievelijke reële waarden worden beschouwd als "niveau 2" zoals gedefinieerd onder IFRS 13 (zie ook bij toelichting "T 5.11 Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva" op pagina 209).

De reële waarde van de

indekkingsinstrumenten is het geraamde bedrag van de vergoedingen die de Vennootschap dient te betalen of zal ontvangen om haar posities op balansdatum af te wikkelen, rekening houdend met de op dat moment geldende rentecurve, kredietwaardigheid van de tegenpartijen en eventuele optiewaarde. De reële waarde van indekkingsinstrumenten wordt maandelijks geschat door de emitterende financiële instellingen. Op de reële waarde wordt conform IFRS 13 een correctie toegepast om het eigen kredietrisico ("Debt Valuation Adjustment" of "DVA") en de kredietwaardering van de tegenpartij ("Credit Valuation Adjustment" of "CVA") weer te geven.

Leasingschuld

Leaseovereenkomsten met een termijn langer dan 12 maanden en waarbij het onderliggend actief een hoge waarde heeft dienen door middel van een leaseverplichting te worden opgenomen op de balans conform IFRS 16. De leaseverplichting is gelijk aan de contante waarde van de leasebetalingen die op rapporteringsdatum nog niet zijn verricht.

Belastingverplichtingen

Belastingverplichtingen worden gewaardeerd tegen het belastingtarief geldig in de periode waarop ze betrekking hebben.

Overlopende rekeningen

De kosten opgelopen tijdens het volgend boekjaar, maar die geheel of gedeeltelijk betrekking hebben tot het betrokken boekjaar, worden voor de som met betrekking tot het betrokken boekjaar opgenomen als toe te rekenen kost in het huidige boekjaar. Inkomsten ontvangen tijdens het boekjaar, geheel of gedeeltelijk toe te rekenen aan het volgende boekjaar, worden geboekt in de overlopende rekeningen op basis van een evenredigheidsregel.

T 2.13 Personeelsbeloningen

De contracten die Care Property Invest heeft afgesloten in het kader van de groepsverzekering zijn van het type "toegezegde bijdrage". Deze regeling van toegezegde pensioenbijdragen werd toevertrouwd aan Belfius Bank. Deze pensioenplannen worden beschouwd als "defined contribution" met vaste lasten voor de werkgever en worden geboekt bij de rubriek "bijdrage groepsverzekering". De werknemer doet geen eigen bijdrage. Premies worden ten laste genomen tijdens het boekjaar waarin de premies betaald werden of voorzien werden. Echter ingevolge de zogenaamde "wet Vandenbroucke" zouden deze groepsverzekeringen als "defined benefit" worden beschouwd in de zin van IAS 19, en zou de Vennootschap verplicht een gemiddeld minimum rendement van 1,75% (op dit moment) dienen te garanderen op de werkgeversbijdragen. In principe zou de Vennootschap bijkomende verplichtingen hebben, mocht het wettelijke minimum rendement niet behaald worden.

Bovendien zou de impact op het resultaat van de Vennootschap beperkt blijven, aangezien er slechts een beperkt aantal personeelsleden tewerkgesteld zijn.

T 2.14 Opbrengsten en kosten Huurinkomsten

Het netto huurresultaat omvat de huren, operationele leasevergoedingen en andere inkomsten die hiermee verband houden min de met verhuur verbonden kosten zoals kosten voor leegstand, huurvoordelen en waardeverminderingen op handelsvorderingen.

De huurvoordelen omvatten tijdelijke huurkortingen of huurvrije periodes ten gunste van de exploitant van het vastgoed.

Opbrengsten worden gewaardeerd tegen de reële waarde van de vergoeding die is ontvangen of waarop recht is verkregen en worden pro rata temporis opgenomen in de staat van het globaal resultaat in de periode waarop ze betrekking hebben.

Vastgoedkosten

Gezien het triple net-karakter(1) van de overeenkomsten, is de Vennootschap niet gehouden voor kosten van onderhoud en herstelling, nutsvoorzieningen, verzekeringen en belastingen op het gebouw. Bij double netcontracten ligt het risico voor onderhoudsen herstellingskosten wel bij de Vennootschap. Bij single netcontracten wordt naast het risico voor onderhouds- en herstellingskosten ook het leegstandsrisico gedragen door de verhuurder.

Algemene kosten en andere operationele opbrengsten en kosten

De algemene kosten van de Vennootschap dekken de vaste bedrijfskosten van Care Property Invest die actief is als een beursgenoteerde vennootschap en die geniet van het GVV-statuut.

Opbrengsten en kosten worden pro rata temporis opgenomen in de staat van het globaal resultaat in de periode waarop ze betrekking hebben.

T 2.15 Belastingen

Alle inlichtingen van fiscale aard worden verstrekt op grond van wetten, decreten en administratieve richtlijnen die op het ogenblik van opstelling van de jaarrekening van kracht zijn.

Vennootschapsbelasting

Het statuut van een GVV voorziet in een fiscaal transparant statuut, gezien de GVV enkel nog onderworpen is aan vennootschapsbelasting op specifieke bestanddelen uit het resultaat zoals verworpen uitgaven, abnormale en goedgunstige voordelen en geheime commissielonen. In het algemeen zijn huuropbrengsten, financiële opbrengsten en verwezenlijkte meerwaarde bij realisatie van activa vrijgesteld van belastingen.

De vennootschapsbelasting wordt rechtstreeks in de winst- en verliesrekening geboekt, behalve als de belasting betrekking heeft op elementen die rechtstreeks in het eigen vermogen worden opgenomen. In dat geval wordt ook de belasting rechtstreeks in het eigen vermogen opgenomen. De courante belastinglast bestaat uit de verwachte belasting op het belastbaar inkomen van het jaar en de correcties op vorige boekjaren.

Uitgestelde belastingvorderingen- en verplichtingen worden opgenomen voor alle verrekenbare en belastbare tijdelijke verschillen tussen de belastbare basis en de boekwaarde. Dergelijke vorderingen en

(1) Uitgezonderd het project "Les Terrasses du Bois" te Watermaal-Bosvoorde, waarvoor een double net overeenkomst op lange termijn afgesloten werd en het project "Tilia" te Gullegem waarvoor een single net overeenkomst op lange termijn werd afgesloten.

verplichtingen worden niet opgenomen indien de tijdelijke verschillen voortvloeien uit de eerste opname van goodwill of uit de eerste opname (andere dan in een bedrijfscombinatie) van andere activa of verplichtingen.

Uitgestelde belastingverplichtingen worden over het algemeen opgenomen voor alle belastbare tijdelijke verschillen. Uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen voor zoverre het waarschijnlijk is dat er voldoende fiscale winst beschikbaar zal zijn waartegen de tijdelijke verschillen kunnen afgezet worden.

Uitgestelde belastingvorderingen worden verminderd, wanneer het niet langer waarschijnlijk is dat het gerealiseerde belastingvoordeel zal gerealiseerd worden.

Volgens artikel 161 1° van het Wetboek Successierechten is de Vennootschap jaarlijks een taks verschuldigd als gereglementeerde vastgoedvennootschap berekend op het totaal van de in België op 31 december van het voorafgaande jaar netto-uitstaande bedragen.

Roerende voorheffing

GVV's waarvan het vastgoed voor minstens 80% bestaat uit onroerende goederen die in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte zijn gelegen en uitsluitend of hoofdzakelijk voor aan woonzorg of gezondheidszorg aangepaste wooneenheden aangewend worden of bestemd zijn, kunnen volgens de Wet tot regeling van de erkenning en de afbakening van crowdfunding en houdende diverse bepalingen inzake financiën (laatst gewijzigd o.b.v. de Programmawet van 27 december 2021) genieten van een verlaagde roerende voorheffing van 15%. Tevens geniet de Vennootschap conform artikel 116 en 118 §1, 6de van het KB/WIB92 vrijstelling van roerende voorheffing op de inkomsten toegekend aan Belgische openbare gereglementeerde vastgoedvennootschappen.

Erfbelasting

Mits voldaan wordt aan een aantal voorwaarden, genieten de erfgenamen van de aandeelhouders van vrijstelling van erfbelasting (vroeger: successierechten in Wetboek Successierechten, artikel 55bis – Besluit van de Vlaamse Regering van 3 mei 1995, vervangen door art. 11 van het "Decreet houdende diverse bepalingen financiën en begroting" van 9 november 2012 (B.S. 26 november 2012) - Circulaire nr. 2 van 27 maart 1997; thans: artikel 2.7.6.0.1 Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF)).

  • De aandelen moeten op datum van het overlijden minstens 5 jaar eigendom zijn van de houder.
  • Bovendien dient de houder in het bezit te zijn gekomen van de aandelen uiterlijk in het jaar 2005, met uitzondering van verkrijging onder echtgenoten en erfgenamen in de eerste graad waarvoor nog geen vrijstelling van erfbelasting verleend werd.
  • Om de vrijstelling te bekomen dienen de aandelen vermeld te worden in de aangifte van de nalatenschap en dient uitdrukkelijk om de vrijstelling verzocht te worden.
  • Een geldig attest dient bij de aangifte te worden gevoegd hetwelk wordt afgeleverd door de kredietinstellingen die de financiële dienst verrichten voor Care Property Invest.

De beurswaarde van het aandeel kan maximum ten belope van zijn uitgifteprijs t.b.v. € 5,95 (= waarde van de uitgifteprijs/1.000 ingevolge de aandelensplits d.d. 24 maart 2014) worden vrijgesteld. Eveneens kan de som van de nettodividenden toegekend gedurende de periode waarin de overledene of zijn echtgenoot houder was van de aandelen, vrijgesteld worden voor zover de aandelen deel uitmaken van de nalatenschap. De voorwaarden tot vrijstelling van erfbelasting kunnen eveneens geraadpleegd worden op de website www. carepropertyinvest.be.

Exittaks

De exittaks is een belasting op de meerwaarde die vastgesteld wordt bij een belaste fusie, splitsing of daarmee gelijkgestelde verrichting van een GVV met een Belgische onderneming die geen GVV is.

Wanneer deze onderneming voor het eerst in de consolidatiekring van de groep wordt opgenomen, komt de exittaks in mindering van het eigen vermogen van deze vennootschap. Indien de onderneming niet onmiddellijk gefuseerd wordt met de GVV worden aanpassingen aan de exittaks verplichtingen, die op het ogenblik van de fusie noodzakelijk zouden blijken ten opzichte van het geprovisioneerde bedrag, geboekt via de staat van het globaal resultaat.

Het percentage van de exittaks bedraagt 15% per 31 december 2022.

De exittaks wordt berekend op de latente meerwaarde en de vrijgestelde reserves van de vastgoedvennootschap die de inbreng door fusie, splitsing of daarmee gelijkgestelde verrichting doet. De latente meerwaarde is het positieve verschil tussen de fiscale werkelijke waarde van het (afgesplitst) maatschappelijk vermogen van de betrokken vastgoedvennootschap enerzijds en de aanschaffingswaarde van dat maatschappelijk vermogen verminderd met de voorheen fiscaal aangenomen afschrijvingen en waardeverminderingen anderzijds. Aanwezige fiscale latenties (compenseerbare verliezen, overgedragen notionele interestaftrek, …) kunnen afgezet worden tegenover de belastbare grondslag. De fiscale werkelijke waarde is de waarde kosten koper, dus na aftrek van registratierechten of btw en kan verschillen van de reële waarde van het vastgoed zoals opgenomen in de balans van de GVV

conform IAS 40.

Toelichting 3: Segmentinformatie

Met haar intrede op de Ierse markt in 2022 heeft Care Property Invest verder werk gemaakt van haar geografische spreiding. Naast haar aanwezigheid op de Belgische, Nederlandse en Spaanse markt heeft de Vennootschap de ambitie om van Ierland haar vierde thuismarkt te maken. Conform IFRS 8 maakt de Vennootschap een onderscheid tussen de 4 geografische segmenten waar zij actief is: België, Nederland, Spanje en Ierland.

De gesegmenteerde informatie werd opgesteld rekening houdend met de operationele segmenten en de informatie die intern gebruikt wordt om beslissingen te nemen. De bedrijfsresultaten worden regelmatig beoordeeld door de 'Chief Operating Decision Maker' (hooggeplaatste functionarissen van de Vennootschap) of CODM, teneinde beslissingen te nemen omtrent de verdeling van de beschikbare bronnen en om de prestaties van het segment vast te stellen. Binnen Care Property Invest nv treedt het college van dagelijks bestuur op als CODM.

Voor de grondslagen voor financiële verslaggeving wordt verwezen naar Toelichting 2 – Grondslagen voor financiële verslaggeving. Elke groep van vennootschappen die onder een gezamenlijke controle staan, worden als eenzelfde klant beschouwd. De opbrengsten afkomstig van transacties met deze klanten dienen vermeld te worden indien ze 10% van de omzet overschrijden. Voor Care Property Invest nv betreft dit voor boekjaar 2022 volgende klanten:

  • Colisée met een aandeel van 15,4% van de totale omzet verdeeld over 7 gebouwen in België;
  • Vulpia Care Group met een aandeel van 10,2% van de totale omzet verdeeld over 7 gebouwen in België.

De gesegmenteerde informatie omvat de resultaten, activa en verplichtingen die ofwel rechtstreeks, ofwel op een redelijke basis aan een bepaald segment kunnen worden toegepast.

De Orangerie (NL) I Nijmegen

T 3.1 Gesegmenteerde informatie - resultaat

Bedragen in EUR 31/12/2022
België Nederland Spanje Ierland Niet
toegewezen
bedragen
TOTAAL
Nettohuurresultaat 41.507.715 6.697.871 3.512.928 2.660.351 0 54.378.866
Operationeel vastgoedresultaat 41.504.797 6.677.639 3.497.081 2.660.351 0 54.339.868
Algemene kosten van de
Vennootschap
-8.790.469 -646.200 -190.797 -135.342 0 -9.762.808
Andere operationele
opbrengsten en kosten
-2.628.491 518.244 -294 0 0 -2.110.541
Operationeel resultaat voor het
resultaat op de portefeuille
30.085.837 6.549.683 3.305.990 2.525.010 0 42.466.519
Variaties in de reële waarde
van vastgoedbeleggingen
19.319.626 3.178.038 2.165.416 -5.336.163 0 19.326.917
Operationeel resultaat 49.405.462 9.727.721 5.471.406 -2.811.153 0 61.793.436
Financieel resultaat 27.674.523 27.674.523
Resultaat voor belastingen 49.405.462 9.727.721 5.471.406 -2.811.153 27.674.523 89.467.959
Belastingen -803.660 -803.660
NETTORESULTAAT 49.405.462 9.727.721 5.471.406 -2.811.153 26.870.863 88.664.299
GLOBAAL RESULTAAT 88.664.299
Bedragen in EUR 31/12/2021
België Nederland Spanje Ierland Niet
toegewezen
bedragen
TOTAAL
Nettohuurresultaat 38.220.179 3.709.663 1.303.826 0 0 43.233.668
Operationeel vastgoedresultaat 38.216.089 3.709.663 1.303.826 0 0 43.229.578
Algemene kosten van de
Vennootschap
-7.155.847 -633.044 -107.651 0 0 -7.896.543
Andere operationele
opbrengsten en kosten
-956.757 927.704 -386 0 0 -29.439
Operationeel resultaat voor het
resultaat op de portefeuille
30.103.485 4.004.323 1.195.789 0 0 35.303.597
Variaties in de reële waarde
van vastgoedbeleggingen
20.088.832 2.260.272 -206.047 0 0 22.143.057
Operationeel resultaat 50.192.317 6.264.595 989.742 0 0 57.446.653
Financieel resultaat 2.734.270 2.734.270
Resultaat voor belastingen 50.192.317 6.264.595 989.742 0 2.734.270 60.180.924
Belastingen -526.103 -526.103
NETTORESULTAAT 50.192.317 6.264.595 989.742 0 2.208.167 59.654.821
GLOBAAL RESULTAAT 59.654.821

T 3.2 Gesegmenteerde informatie – balans

Bedragen in EUR 31/12/2022
België Nederland Spanje Ierland Niet
toegewezen
bedragen
TOTAAL
TOTAAL ACTIVA 547.439.512 204.386.105 95.882.307 86.560.906 240.247.145 1.174.515.975
Vastgoedbeleggingen 547.439.512 204.386.105 95.882.307 86.560.906 0 934.268.830
Vastgoedbeleggingen 546.690.832 177.607.890 74.783.279 81.336.260 0 880.418.261
Vastgoedbeleggingen -
projectontwikkelingen
0 26.160.893 21.099.028 5.224.646 0 52.484.567
Vastgoedbeleggingen -
zakelijke rechten
748.680 617.322 0 0 0 1.366.002
Andere activa 240.247.145 240.247.145
TOTAAL EIGEN VERMOGEN
EN VERPLICHTINGEN
1.174.515.975 1.174.515.975
Eigen vermogen 563.394.815 563.394.815
Verplichtingen 611.121.160 611.121.160
Bedragen in EUR 31/12/2021
België Nederland Spanje Ierland Niet
toegewezen
bedragen
TOTAAL
TOTAAL ACTIVA 513.154.854 141.175.481 63.701.465 0 227.284.411 945.316.211
Vastgoedbeleggingen 513.154.854 141.175.481 63.701.465 0 0 718.031.800
Vastgoedbeleggingen 512.280.278 96.061.422 45.625.770 0 0 653.967.470
Vastgoedbeleggingen -
projectontwikkelingen
0 44.522.035 18.075.695 0 0 62.597.730
Vastgoedbeleggingen -
zakelijke rechten
874.576 592.023 0 0 0 1.466.600
Andere activa 227.284.411 227.284.411
TOTAAL EIGEN VERMOGEN
EN VERPLICHTINGEN
945.316.211 945.316.211
Eigen vermogen 479.258.685 479.258.685
Verplichtingen 466.057.526 466.057.526

Toelichting 4: Financieel risicobeheer

De lijst van risico's die in dit hoofdstuk worden beschreven, is niet exhaustief. De Vennootschap heeft zich in het kader van de prospectusverordening beperkt tot de financiële risico's die specifiek op haar van toepassing zijn en dus niet op de algehele vastgoedsector, GVV-sector of alle beursgenoteerde bedrijven en diegene die eveneens materieel zijn. De marktrisico's, operationele risico's en reglementaire en andere risico's werden beschreven in hoofdstuk "I. Risicofactoren" op pagina 8 e.v. van het jaarlijks financieel verslag.

T 4.1 Risico's verbonden aan de liquiditeit als gevolg van niet-naleving van convenanten en wettelijke financiële parameters

T 4.1.1 Beschrijving van het risico

Dit risico kan beschreven worden als het risico op de niet-naleving van wettelijke of contractuele vereisten om aan bepaalde financiële parameters te voldoen in het kader van de kredietovereenkomsten, waardoor deze zouden kunnen worden opgezegd of heronderhandeld.

In de convenanten werden de volgende parameters opgenomen:

• Een maximale schuldgraad van 60%. De geconsolideerde schuldgraad van de Vennootschap bedroeg 52,37% op 31 december 2022, waardoor er een beschikbare ruimte is van € 218,7 miljoen. De beperking van de schuldgraad tot 60% is opgenomen in de kredietovereenkomsten voor een bedrag van in totaal € 554.928.159 (waarvan per 31 december 2022 voor een bedrag van € 395.928.158 werd opgenomen of 67,9% van de totale financiële schulden). Voor meer informatie over de schuldgraad wordt verwezen naar "T 4.2 Risico's verbonden aan de evolutie van de schuldgraad" op

pagina 201.

• Een interest coverage ratio (zijnde het operationeel resultaat voor resultaat op de portefeuille gedeeld door de betaalde interestlasten) van minimaal 2,5.

Op 31 december 2022 bedroeg de interest coverage ratio 4,25 ten opzichte van 4,50 per 31 december 2021. De interestlasten van de Vennootschap dienen te verhogen met € 6.997.974 of van € 9.988.634 naar € 16.986.608 om het vereiste minimum van 2,5 te bereiken. Een zware en abrupte druk op het operationeel resultaat zou het voldoen aan de parameter van de interest coverage ratio evenwel in het gedrang kunnen brengen. Het operationeel resultaat voor resultaat op de portefeuille moet dalen met 41,2% zijnde van € 42.466.520 naar € 24.971.585 alvorens de grens van 2,5 wordt bereikt. • Een minimale geconsolideerde portefeuilleomvang van € 500 miljoen.

Bovendien bestaat het risico van vervroegde beëindiging in geval van een wijziging van de controle over de Vennootschap, in geval van het niet nakomen van "negative pledge" of andere convenanten en verplichtingen van de Vennootschap en, meer in het algemeen, in geval van wanbetaling zoals dit wordt gedefinieerd in deze financieringsovereenkomsten. Een wanprestatie (waarbij dient te worden opgemerkt dat bepaalde gevallen van "wanprestatie" of overtreding van convenanten, zoals een controlewijziging, die in alle financieringsovereenkomsten is opgenomen, zich buiten de controle van de Vennootschap bevinden) onder één financieringsovereenkomst kan, ingevolge zogenaamde "cross acceleration" of "cross default" bepalingen, bovendien leiden tot wanprestaties onder andere financieringsovereenkomsten (ongeacht de toekenning van eventuele "waivers" door andere kredietverstrekkers, in het geval van een "cross default" bepaling) en kan zo leiden tot de verplichte vervroegde terugbetaling door de Vennootschap van al deze kredietlijnen.

T 4.1.2 Mogelijke impact voor de Vennootschap

De potentiële impact betreft een eventuele opzegging van kredieten en een aangetast vertrouwen bij investeerders en bankiers bij niet-naleving van contractuele convenanten. De mogelijkheid bestaat dat de Vennootschap niet meer in staat zou zijn om de voor haar groeistrategie noodzakelijke externe financiering te krijgen aan gunstige voorwaarden, of dat de marktvoorwaarden van dien aard zijn dat de voor de activiteiten van de Vennootschap noodzakelijke externe financiering niet meer kan worden gevonden.

De Vennootschap loopt het risico dat financieringsovereenkomsten zouden worden beëindigd, heronderhandeld, opgezegd of een verplichting bevatten om vervroegd terug te betalen, indien bepaalde verbintenissen zoals de naleving van financiële ratio's niet zouden worden nagekomen. Dit zou liquiditeitsproblemen met zich meebrengen, gelet op het gelijkaardig karakter in de convenanten van de financiële instellingen van de maximumschuldgraad of interest cover ratio van cumulatieve aard en de Vennootschap nopen tot het liquide maken van vaste activa (bv. verkoop vastgoed) of het doorvoeren van een kapitaalverhoging of andere maatregelen om de schuldgraad onder de vereiste drempel te laten zakken. Bovendien bestaat de mogelijkheid dat

vanuit de hoek van de regulator sancties komen of een verscherpt toezicht indien niet voldaan wordt aan bepaalde wettelijke financiële parameters (bv. het naleven van de wettelijke schuldgraad zoals vastgelegd in artikel 13 van het GVV-KB).

De gevolgen voor de aandeelhouders zouden onder andere een verlaging van het eigen vermogen en dus de NAW kunnen inhouden omdat een verkoop dient plaats te vinden aan een lagere prijs dan de boekwaarde, een verwatering kan plaatsvinden doordat er een kapitaalverhoging dient georganiseerd te worden, wat een impact heeft op de waarde van de aandelen en de toekomstige dividendperspectieven.

De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid van deze risicofactor intrinsiek in als gemiddeld. De impact van het intrinsiek risico wordt eveneens ingeschat als gemiddeld.

T 4.1.3 Beperkende maatregelen en beheersing van het risico

Om deze risico's in te perken voert de Vennootschap een omzichtig financieel beleid met constante monitoring om aan de financiële parameters van de convenanten te voldoen.

De Vennootschap schat het restrisico, d.w.z. rekening houdend met de beperkende factoren van het risico en de beheersing ervan zoals hierboven beschreven in als gemiddeld zowel wat de waarschijnlijkheid als de impact betreft.

T 4.2 Risico's verbonden aan de evo lutie van de schuldgraad

T 4.2.1 Beschrijving van het risico

De Vennootschap is in haar ontleningscapaciteit beperkt door de wettelijke maximale schuldgraad van 65% die wordt toegestaan door de GVV-Wetgeving. Tevens zijn er drempels voorzien in de financieringscontracten die zijn afgesloten met financiële instellingen. De maximale schuldgraad die opgelegd wordt door de financiële instellingen bedraagt 60% (zie ook "T 4.1 Risico's verbonden aan de liquiditeit als gevolg van niet-naleving van convenanten en wettelijke financiële parameters" op pagina 199).

De Vennootschap loopt het risico dat financieringsovereenkomsten zouden worden beëindigd, heronderhandeld, opgezegd of een verplichting bevatten om vervroegd terug te betalen, indien bepaalde verbintenissen zoals de naleving van financiële ratio's opgenomen in convenanten niet zouden worden nagekomen. Bij overschrijding van de wettelijke maximumdrempel van 65% loopt de Vennootschap het risico dat zij het GVV-statuut zou kunnen verliezen door intrekking door de FSMA.

In het algemeen is het mogelijk dat de Vennootschap niet meer in staat zou zijn om de voor haar groeistrategie noodzakelijke externe financiering te krijgen aan gunstige voorwaarden, of dat de marktvoorwaarden van dien aard zijn dat de voor activiteiten van de Vennootschap noodzakelijke externe financiering niet meer kan worden gevonden.

Per 31 december 2022 bedroeg de geconsolideerde schuldgraad 52,37%, terwijl deze 47,06% bedroeg per 31 december 2021. Rekening houdend

met de netto-opbrengsten van de kapitaalverhoging van 24 januari 2023 zou de schuldgraad per 31 december 2022 pro forma dalen tot 42,93%.

Per 31 december 2022 heeft de Vennootschap een extra schuldcapaciteit van € 413,5 miljoen alvorens een schuldgraad van 65% te bereiken en van € 218,7 miljoen alvorens een schuldgraad van 60% te bereiken. Rekening houdend met de netto-opbrengsten van de kapitaalverhoging van 24 januari 2023 zou dit respectievelijk € 723,0 miljoen en € 489,0 miljoen zijn.

De waarde van de vastgoedportefeuille heeft eveneens een impact op de schuldgraad.

Rekening houdend met de kapitaalbasis per 31 december 2022, zou de maximale schuldgraad van 65% pas overschreden worden bij een mogelijke waardedaling van de vastgoedportefeuille van ongeveer € 222,7 miljoen of 23,8% t.o.v. de vastgoedportefeuille van € 934,3 miljoen op 31 december 2022. Bij een waardedaling van ongeveer € 145,8 miljoen of 15,6% t.o.v. de vastgoedportefeuille zou de schuldgraad van 60% overschreden worden.

De Vennootschap wenst er wel op te wijzen dat zij verbintenissen tot betaling heeft aangegaan voor het nog niet gerealiseerde deel van de ontwikkelingen die zij reeds op haar balans heeft staan en die een € 45,1 miljoen vertegenwoordigen. Daarnaast heeft de vennootschap per 31 december 2022 één project onder opschortende voorwaarden verworven, waarvoor de geschatte cash-out € 8,4 miljoen bedraagt. Dit heeft tot gevolg dat per 31 december 2022 de beschikbare capaciteit op de schuldgraad € 165,2 miljoen is alvorens een schuldgraad van 60% te bereiken en € 360,0 miljoen alvorens een schuldgraad van 65% te bereiken.

T 4.2.2 Potentiële impact voor de Vennootschap

De potentiële impact betreft het risico dat er bij het overschrijden van bepaalde drempels wettelijke sancties kunnen worden opgelegd (waaronder het verbod tot uitkering van een dividend) of dat er een inbreuk op bepaalde voorwaarden van de financieringsovereenkomsten wordt gepleegd.

Care Property Invest is, zoals alle GVV's, onderworpen aan een verscherpt toezicht door de toezichthouder op het naleven van deze maximale schuldenlast.

De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid dat de schuldgraad boven de 60% uitstijgt intrinsiek in als laag en de impact van het intrinsieke risico als hoog.

T 4.2.3 Beperkende maatregelen en beheersing van het risico

Ook hier voert zij een voorzichtig financieel beleid met een constante monitoring van alle geplande investeringen en winstverwachtingen en het afstemmen van de mogelijkheid van een kapitaalverhoging onder de vormen toegestaan door de GVV-wet om de wettelijke sancties bij overschrijding van deze maximale drempel te allen tijde te vermijden.

De Vennootschap schat het restrisico, d.w.z. rekening houdend met de beperkende factoren van het risico zoals hierboven beschreven, verbonden aan het risico dat de schuldgraad boven de 60% uitstijgt in als laag qua waarschijnlijkheid en hoog qua impact.

T 4.3 Risico's verbonden aan de kost van het kapitaal

T 4.3.1 Omschrijving van het risico

Dit risico kan beschreven worden als het risico op ongunstige schommelingen van de interestvoeten, een verhoogde risicopremie op de aandelenmarkten en/of een stijging van de kost van de schulden.

T 4.3.2 Potentiële impact voor de Vennootschap

De potentiële impact betreft een materiële stijging van de gewogen gemiddelde kost van het kapitaal van de onderneming (eigen vermogen en schulden) en een impact op de rendabiliteit van de onderneming als geheel en van nieuwe investeringen.

De leningen met vaste rentevoet en variabele rentevoet bedroegen respectievelijk 42,65% en 57,35% van de totale financiële schulden per 31 december 2022. Het percentage aangegane schuld met variabele rente dat via een afgeleid instrument wordt omgezet in een instrument met vaste rente (ten opzichte van de totale financiële schuld) bedroeg 26,77% per 31 december 2022. De totale hedge ratio bedraagt aldus 69,42%. Per 31 december 2021 bedroeg deze 93,09%. Rekening houdend met de kapitaalverhoging zou de hedge ratio per 31 december 2022 stijgen tot 85,23%.

Op basis van de uitstaande kredieten per 31 december 2022 zou bij een stijging van de rentevoeten met 1%, de gewogen gemiddelde interestlast, inclusief interest rate swaps, stijgen van 2,14% naar 2,45%. Dit zou, in de veronderstelling dat de kost van het vreemd vermogen ten belope van 50% meegerekend wordt in de kapitaalkost en bij gelijkblijvende kost van het eigen vermogen, een stijging van de kapitaalkost met zich meebrengen van 0,15%.

Een verandering van de rentecurve van 1% (stijging) zou een invloed hebben op de reële waarde van de kredietportefeuille van ongeveer € 9,3 miljoen. De conclusie met betrekking tot de impact van de verandering van de rentecurve kan lineair worden doorgetrokken.

Een stijging/daling van de rentevoeten met 1% zou een positief/negatief effect hebben op de staat van het globaal resultaat via de variaties van de reële waarde van financiële activa/passiva ten belope van € 0,381/€ 0.,426 per aandeel maar een negatieve/positieve invloed op het uitkeerbaar resultaat en ook het globaal resultaat door de stijging/daling van een gedeelte van de netto-interestkosten dat is blootgesteld aan de schommelingen van de interestvoeten.

De stijging van de vereiste risicopremie op de aandelenmarkten zou tot gevolg kunnen hebben dat de koers van het aandeel daalt en het voor de Vennootschap duurder wordt om nieuwe acquisities te financieren.

De Vennootschap schat de

waarschijnlijkheid van deze risicofactor evenals de impact van dit risico intrinsiek in als gemiddeld.

T 4.3.3 Beperkende maatregelen en beheersing van het risico

Care Property Invest beschermt zich tegen een stijging van de interestvoeten door het gebruik van vastrentende contracten of swaps voor wat de initiële portefeuille(1) betreft. Voor de initiële portefeuille zijn enkel de herzienbare kredieten bij

Belfius ten belope van € 6.890.000 aan een beperkt renterisico onderworpen, deze kredieten zijn namelijk driejaarlijks

herzienbaar. Voor de nieuwe portefeuille(2) is het uitstaand commercial paper ten belope van € 30,5 miljoen en verschillende roll-over kredieten bij diverse financiële instellingen met per 31 december 2022 een uitstaand bedrag ten belope van € 266 miljoen onderworpen aan de evolutie van de rentevoeten op de financiële markten. Care Property Invest heeft als doelstelling zich minstens voor 80% in te dekken aan vaste rentevoeten via swaps. Hiermee wil de Vennootschap het risico ondervangen dat de stijging van de rentevoeten hoofdzakelijk te wijten is aan een verhoging van de reële rentevoeten.

Voor de nieuwe portefeuille zijn er eveneens 8 herzienbare kredieten. Care Property Invest monitort de evolutie van de rentevoeten en rentecurve van dichtbij en zal zich tijdig indekken tegen een al te grote stijging van de rentevoeten.

Verdere toelichting m.b.t. de kredietlijnen wordt gegeven in dit hoofdstuk 9610 bij "Toelichting 5: Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening" op pagina 205, "T 5.9 Netto-interestkosten" op pagina 209, "T 5.26 Financiële schulden" op pagina 224 en "T 5.16 Financiële vaste activa en andere langlopende financiële verplichtingen" op pagina 216. Indien de stijging van de interestvoeten het gevolg is van een stijging van het inflatieniveau, is er ook de indexatie van de huurinkomsten als temperende factor, weliswaar pas nadat de indexatie van de huurovereenkomsten kan doorgevoerd worden, zodat er een vertragend effect op zit.

aankocht na 2014.

(1) De initiële portefeuille betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde (vorderingen financiële leasing) van € 156.518.610 en een gegenereerde huurstroom van € 15.406.228) die de Vennootschap afsloot tot 2014.

(2) De nieuwe portefeuille zoals hier bedoeld betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 20.499.475 en een gegenereerde huurstroom van € 1.084.902) en de vastgoedbeleggingen (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 934.268.830 en een gegenereerde huurstroom van € 37.887.735) die de Vennootschap

In het algemeen streeft Care Property Invest naar de opbouw van een vertrouwensrelatie met haar bankpartners en investeerders en staat zij in voortdurende dialoog met hen teneinde een solide langetermijnrelatie uit te bouwen.

Desalniettemin blijft de Vennootschap dit risico als materieel beschouwen.

T 4.4 Risico's verbonden aan het gebruik van afgeleide financiële producten

T 4.4.1 Beschrijving van het risico

Dit risico kan beschreven worden als de risico's bij het gebruik van derivaten ter afdekking van het renterisico. De reële waarde van de afgeleide producten wordt beïnvloed door schommelingen van interestvoeten op de financiële markten. De reële waarde van de afgeleide financiële producten bedroeg € -16.810.790 per 31 december 2021 tegenover € 21 780 342 per 31 december 2022. De variatie in de reële waarde van de afgeleide producten bedroeg € 38.591.131 per 31 december 2022.

T 4.4.2 Mogelijke impact voor de Vennootschap

De potentiële impact betreft enerzijds de complexiteit en volatiliteit van de reële waarde van de indekkingsinstrumenten en daardoor ook van de nettoactiefwaarde (NAW), zoals gepubliceerd onder IFRS en anderzijds het tegenpartijrisico tegenover partners bij wie afgeleide financiële producten werden afgesloten. De stijging van reële waarde van de afgeleide producten ten belope van € 38.591.131 vertegenwoordigt een stijging van het nettoresultaat en van de NAW van € 1,39 zonder evenwel een impact te hebben op de aangepaste EPRA-winst en dus de capaciteit van de Vennootschap om haar vooropgestelde dividend uit te keren. Een stijging van de marktrente met 1% heeft een stijging van de reële waarde van de

afgeleide financiële producten tot gevolg ten belope van € 10.579.826 of € 0,381 per aandeel en een stijging van de NAW eveneens ten belope van € 0,381 per aandeel. Een daling van de marktrente ten belope van 1% heeft een daling van de reële waarde tot gevolg ten belope van € 11.823.117 of € 0,426 per aandeel en een daling van de NAW per aandeel ten belope van hetzelfde bedrag.

De Vennootschap schat de waarschijnlijkheid van deze risicofactor evenals de impact intrinsiek in als gemiddeld.

T 4.4.3 Beperkende maatregelen en beheersing van het risico

Alle afgeleide financiële producten worden louter voor indekkingsdoeleinden aangehouden. Er worden geen speculatieve instrumenten aangehouden. Alle afgeleide financiële producten betreffen interest rate swaps. Care Property Invest werkt bovendien enkel samen met gereputeerde financiële instellingen (Belfius Bank, KBC Bank, BNP Paribas Fortis en ING).

De Vennootschap is in veelvuldig overleg met deze financiële instellingen over de evolutie van de rentevoeten en de impact op de bestaande afgeleide financiële producten. Daarnaast monitort de Vennootschap zelf de evolutie van de relevante rentevoeten.

De huidige economische situatie zorgt evenwel voor een grotere volatiliteit en druk op de rentevoeten zodat deze monitoring des te belangrijker wordt om de volatiliteit tegen te gaan. Daarenboven zal het niet zeker zijn dat de Vennootschap in de toekomst de afdekkingsinstrumenten vindt die ze wenst af te sluiten, noch dat de voorwaarden verbonden aan de indekkingsinstrumenten aanvaardbaar zullen zijn.

De Vennootschap schat het restrisico, dit wil zeggen rekening houdend met de beperkende factoren en de beheersing van het risico, als laag in qua waarschijnlijkheid en gemiddeld in qua impact.

Toelichting 5: Toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening

T 5.1 Nettoresultaat per aandeel

Nettoresultaat per aandeel o.b.v. het gewogen gemiddelde uitstaande aandelen

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
NETTORESULTAAT / GLOBAAL RESULTAAT 88.664.299 59.654.821
Nettoresultaat per aandeel o.b.v. het
gewogen gemiddelde uitstaande aandelen
€ 3,1961 € 2,2976
Brutorendement t.a.v. de initiële uitgifteprijs in 1996 53,72% 38,62%
Brutorendement t.a.v. de beurswaarde op afsluitdatum 20,28% 8,92%

T 5.2 Componenten uit het nettoresultaat

NIET-KASELEMENTEN BEGREPEN IN HET GLOBAAL RESULTAAT -54.323.064 -32.196.859

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
NETTORESULTAAT / GLOBAAL RESULTAAT 88.664.299 59.654.821
NIET-KASELEMENTEN BEGREPEN IN HET GLOBAAL RESULTAAT -54.323.064 -32.196.859
Afschrijvingen, waardeverminderingen en terugnames van
waardeverminderingen
433.058 254.511
Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen -19.326.917 -22.143.057
Variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten -38.591.131 -11.165.200
Winst- of verliesmarge projecten toegerekend aan de periode 3.071.632 856.887
Uitgestelde belastingen 90.295 0
AANGEPASTE EPRA-WINST 34.341.235 27.457.962
Aangepaste EPRA-winst per aandeel o.b.v.
gewogen gemiddelde uitstaande aandelen
€ 1,2379 € 1,0576
Brutorendement t.a.v. de initiële uitgifteprijs in 1996 20,81% 17,78%
Brutorendement t.a.v. de beurswaarde op afsluitdatum 7,85% 4,11%

Aangepaste EPRA-winst per aandeel o.b.v. gewogen gemiddelde uitstaande aandelen

Het gewogen gemiddelde aantal uitstaande aandelen bedroeg 25.963.657 per 31 december 2021 en steeg naar 27.741.625 aandelen per 31 december 2022. Het aantal aandelen bedroeg 26.931.116 per 31 december 2021 (inclusief 9.192 eigen aandelen) en steeg naar 27.741.625 aandelen per 31 december 2022. Op deze datum had de Vennootschap geen eigen aandelen meer in haar bezit.

Het aantal aandelen wijzigde naar aanleiding van (i) een keuzedividend over boekjaar 2021 dat succesvol werd afgerond op 20 juni 2022 en leidde tot de uitgifte van 171.794 nieuwe aandelen en (ii) een kapitaalverhoging in natura voor de aankoop van 100% van de aandelen in Igor Haacht nv, die de assistentiewoningen "Klapgat" gelegen te Haacht bezit. Deze transactie vond plaats op 7 juli 2022 en hiervoor werden 638.715 nieuwe aandelen uitgegeven.

Door de verwezenlijking van een kapitaalverhoging in geld op 24 januari 2023, werden 9.247.208 nieuwe aandelen uitgegeven waardoor het totaal aantal volledig volgestorte stemrechtverlenende aandelen vanaf deze datum 36.988.833 bedraagt.

Het brutorendement wordt berekend in tabel "T.5.1 Nettoresultaat per aandeel" door het nettoresultaat per aandeel te delen door resp. de initiële uitgifteprijs in 1996 (zijnde € 5,9495) enerzijds en de beurswaarde op afsluitdatum anderzijds. In de tabel "T.5.2 Componenten uit het nettoresultaat" wordt het brutorendement berekend door de aangepaste EPRA-winst per aandeel te delen door resp. de initiële uitgifteprijs in 1996 (zijnde € 5,9495) enerzijds en de beurswaarde op afsluitdatum anderzijds. De beurswaarde bedroeg € 15,76 per 31 december 2022 en € 25,75 per 31 december 2021. Er zijn geen instrumenten die een potentieel verwaterend effect hebben op het nettoresultaat per aandeel.

T 5.3 Huurinkomsten

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Huur en huurkortingen vastgoedbeleggingen 37.887.735 27.368.967
Huur 35.809.749 26.928.912
Huurkortingen 2.077.986 440.056
Huur uit financiële leasing en soortgelijken 16.491.130 15.864.701
Canon 16.491.130 15.864.701
TOTAAL 54.378.866 43.233.668

De rubriek "Huur en huurkortingen vastgoedbeleggingen" betreffen de inkomsten uit I.C. Vastgoedbeleggingen, geboekt conform IAS 40. Per 31 december 2022 vertegenwoordigen deze 69,67% van de totale huurinkomsten van de Vennootschap.

De rubriek "Huur uit financiële leasing en soortgelijken" betreffen de huurinkomsten uit gebouwen, waarvan de Vennootschap eigenaar is en die zij als lessor krijgt en worden in de staat van het globaal resultaat geboekt als huurinkomsten, omdat zij betrekking hebben op recurrente inkomsten die de Vennootschap haalt uit haar gebouwen(1). Deze huurinkomsten hebben enerzijds betrekking op de portefeuille opgebouwd tot en met 2014 met lokale OCMW's en VZW's (initiële portefeuille(2)) en anderzijds nieuwe leasings die werden afgesloten na 2014 (nieuwe portefeuille(3)), die allen gegenereerd worden uit I.F Vordering financiële leasing in de geconsolideerde balans. De canonbetalingen worden voor de financiële leasings uit de nieuwe portefeuille uitgesplitst in "investeringswaarde" en "opbrengst": het investeringsgedeelte wordt afgeboekt van de rubriek I.F. Vorderingen financiële leasing in de balans, het opbrengstgedeelte wordt geboekt onder I. Huurinkomsten in de staat van het globaal resultaat. Per 31 december 2022 vertegenwoordigen de canons die de Vennootschap ontvangt in het kader van haar financiële leasingcontracten 30,33% van de totale huurinkomsten van de Vennootschap.

De stijging van de huurinkomsten met 25,78% vloeit voort uit de groei van de portefeuille gedurende het boekjaar 2022, de ingebruikname van projectontwikkelingen en de indexering van reeds bestaande huurinkomsten.

Toekomstige canon-ontvangsten (conform IFRS 16):

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Toekomstige canon- en huurbetalingen 137.601.054 165.682.527
Vervallend < 1 jaar 10.374.953 10.994.953
Vervallend tussen 1 jaar en 5 jaar 40.581.607 43.882.639
Vervallend > 5 jaar 86.644.494 110.804.935

De toekomstige canonontvangsten zijn minstens gelijk aan de contractueel vastgelegde erfpachtvergoedingen voor de volledige looptijd van het project en houden geen rekening met jaarlijkse indexaanpassingen. Voor de financiële leasings uit de nieuwe portefeuille bevatten deze eveneens de aflossing van de investering, dewelke op moment van ontvangst zal worden afgeboekt van I.F. Vorderingen financiële leasing in de balans.

(2) De initiële portefeuille heeft per 31/12/2022 een balanswaarde van € 156.518.610 en een gegenereerde huurstroom van € 15.406.228.

(3) De nieuwe portefeuille heeft per 31/12/2022 een balanswaarde van € 20.499.475 en een gegenereerde huurstroom van € 1.084.902.

T 5.4 Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen

31/12/2022 31/12/2021
550.597 303.845
169.341 115.537
719.938 419.382

T 5.5 Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Huurlasten gedragen door de eigenaar -39.144 0
Te recupereren voorheffingen en belastingen -550.597 -303.845
Andere te recupereren kosten -166.277 -115.537
TOTAAL -756.018 -419.382

T 5.6 Algemene kosten van de Vennootschap

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Bezoldigingen van de commissaris -116.854 -133.592
Erelonen notaris, advocaten en architecten -235.640 -236.145
Externe adviezen -605.131 -234.284
Public relations, communicatie & marketing -226.740 -178.943
IT -233.914 -174.070
Kosten verbonden aan het statuut van GVV -647.633 -600.673
Kosten vastgoeddeskundige -302.410 -209.344
Vergoedingen aan bestuurders, CEO en college van dagelijks bestuur -2.599.449 -2.303.586
Bezoldigingen -2.860.751 -2.242.171
Afschrijvingen en waardeverminderingen -433.058 -253.990
Andere algemene werkingskosten -1.501.226 -1.329.743
TOTAAL -9.762.807 -7.896.542

De kosten met betrekking tot acquisities worden geactiveerd conform IAS 40.

Voor bijkomende toelichting over de vergoedingen van de bestuurders en het college van dagelijks bestuur verwijzen we naar het hoofdstuk "III. Beheersverslag" bij het punt "11.11 Remuneratieverslag 2022" op pagina 110.

  • De stijging van de algemene kosten van de vennootschap kan grotendeels worden toegeschreven aan de stijging
    -

van de bezoldigingen, daar het gemiddeld personeelsbestand steeg van 20,90 VTE's per 31 december 2021 naar 24,17 VTE's per 31 december 2022.

Daarnaast draagt de groei van de Vennootschap ook bij aan de stijging van de algemene kosten van de Vennootschap, waaronder de afschrijvingen (als gevolg van de ingebruikname van de nieuwbouw te Schoten), externe adviezen en de kosten die eigen zijn aan het GVV-statuut, zoals o.a. de ICB-taks en kosten vastgoeddeskundige.

(1) Voor een uitgebreide juridische analyse zie Beheersverslag bij "1. Strategie: Zorgbouw in alle vertrouwen" op pagina 66.

Care Property Invest heeft voor haar personeelsleden in vast dienstverband een groepsverzekering van het type toegezegde bijdragen ("Defined Contribution Plan") afgesloten bij Belfius Bank & Verzekeringen. De bijdragen aan dit plan zijn volledig ten laste van Care Property Invest. Er worden met name geen eigen bijdragen gestort door de werknemer. Belfius Bank heeft bevestigd dat per 31 december 2022 het minimum rendement, inclusief winstdeelname werd bereikt. Er dient met andere woorden geen voorziening te worden aangelegd.

T 5.7 Andere operationele kosten en opbrengsten van de Vennootschap

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Kosten -3.475.194 -1.163.288
Taksen -135.840 -71.814
Door te belasten kosten -6.072 -5.415
Onroerende leasings-verliesmarge toegekend aan de periode -3.309.603 -1.040.326
Andere bedrijfskosten -23.679 -45.733
Opbrengsten 1.364.653 1.133.849
Doorbelaste kosten 12.763 10.709
Vergoedingen projectbeheer 603.065 720.080
Onroerende leasings-winstmarge toegerekend aan de periode 237.971 183.438
Andere bedrijfsopbrengsten 510.853 219.622
TOTAAL -2.110.541 -29.439

De andere operationele kosten bestaan hoofdzakelijk uit de verliesmarge voor de projecten toegerekend aan de periode. Hiervan kan € 3.071.632 toegeschreven worden aan de verkoop van het project "Residentie De Anjers" te Balen (BE) als gevolg van de afboeking van de handelsvordering (niet-gerealiseerde meerwaarde) op dit project. Dit betreft een niet-kaselement dat gecorrigeerd wordt voor de berekening van de aangepaste EPRA-winst.

De andere operationele opbrengsten bestaan voornamelijk uit de vergoedingen projectbeheer, welke voornamelijk de recuperatie van de voorfinancieringskosten van lopende Nederlandse projecten betreffen, de winstmarge voor de projecten toegerekend aan de periode en de andere bedrijfsopbrengsten die hoofdzakelijk betrekking hebben op diverse projectgerelateerde opbrengsten.

Naast de reeds aangehaalde afboeking van de handelsvordering op project "Residentie De Anjers" vloeit de winst/verliesmarge op de projecten voort uit de verdere ontwikkeling van deze projecten. Het gaat hier eveneens om niet-gerealiseerde opbrengsten/kosten waardoor deze gecorrigeerd worden in de aangepaste EPRA-winst en bijgevolg niet in aanmerking komen voor de uitkering van het dividend.

T 5.8 Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Positieve variatie in reële waarde van vastgoedbeleggingen 40.187.885 31.233.487
Negatieve variatie in reële waarde van vastgoedbeleggingen -20.860.968 -9.090.430
TOTAAL 19.326.917 22.143.057

De vastgoeddeskundigen waarderen trimestrieel de vastgoedbeleggingen die de Vennootschap conform IAS 40 op haar balans heeft. Boekhoudkundig wordt er een correctie opgenomen voor huurvrije periodes toegekend aan exploitanten van het vastgoed, aangezien de vastgoeddeskundige reeds rekening houdt met de toekomstige cashflows (met inbegrip van huurkortingen) en er anders een dubbeltelling zou bestaan.

De stijging reflecteert een globale positieve variatie in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in portefeuille o.a. als gevolg van de inflatie die de Vennootschap kan doorrekenen aan haar huurders. Ook hier gaat het om niet-gerealiseerde variaties die gecorrigeerd worden in de aangepaste EPRA-winst.

T 5.9 Netto-interestkosten

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Nominale interestlasten op leningen -7.673.246 -4.977.354
Obligaties - vaste rente -1.194.823 -686.620
Handelspapier - vlottende rente -338.881 -104.484
Investeringskredieten - vaste rente -3.810.231 -3.813.142
Investeringskredieten - vlottende rente -2.329.311 -373.108
Kosten van toegelaten afdekkingsinstrumenten -2.181.773 -2.783.256
Toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan de
afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS
-2.181.773 -2.783.256
Andere interestkosten -133.615 -83.857
TOTAAL -9.988.634 -7.844.467

De interestkosten zijn gestegen als gevolg van enerzijds het bijkomend aantrekken van vreemde middelen ter financiering van bijkomende acquisities en lopende ontwikkelingsprojecten in 2021 en 2022 en anderzijds de sterk stijgende interestvoeten op de markt. Dit reflecteert zich dan ook in de stijging van de gewogen gemiddelde interest (inclusief IRS'en) dewelke 2,14% bedraagt per 31 december 2022 t.o.v. 1,92% per 31 december 2021.

De gemiddelde resterende looptijd van de financieringen bedraagt 5,94 jaar per 31 december 2022.

De kosten en opbrengsten van toegelaten afdekkingsinstrumenten zijn de door de Vennootschap betaalde of ontvangen interesten met betrekking tot derivaten die worden voorgesteld in "T 5.16 Financiële vaste activa en andere langlopende financiële verplichtingen" op pagina 216.

T 5.10 Andere financiële kosten

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Bankkosten en andere commissies -929.943 -586.893
TOTAAL -929.943 -586.893

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Variaties in de reële waarde : interest rate swap (positief) 38.591.131 11.165.200
TOTAAL 38.591.131 11.165.200
31/12/2022 31/12/2021
-929 943 -586.893
-929.943 -586.893

T 5.12 Belastingen

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Moedervennootschap -280.476 -79.603
Resultaat voor belastingen 89.467.959 59.920.692
Resultaat vrijgesteld van belasting dankzij het GVV-regime -89.467.959 -59.920.692
Belastbaar resultaat in België verbonden met de verworpen uitgaven 338.122 164.889
Belgische verschuldigde en verrekenbare belastingen -84.531 -41.222
Overige -195.946 -38.381
Dochtervennootschappen -267.782 -282.340
Belgische verschuldigde en verrekenbare belastingen -83.881 -91.115
Buitenlandse verschuldigde en verrekenbare belastingen (1) -183.901 -191.224
Vennootschapsbelasting (1) -548.258 -361.943
Exittaks (1) -255.402 -164.160
TOTAAL -803.660 -526.103

(1) A.g.v. reclassificaties tussen 'Vennootschapsbelasting' en 'Exittaks' werden eveneens de cijfers per 31 december 2021 aangepast teneinde een correcte vergelijkbaarheid mogelijk te maken.

De vennootschapsbelasting bestaat uit de verschuldigde belastingen op de verworpen uitgaven van Care Property Invest (als GVV wordt zij enkel belast op de verworpen uitgaven, abnormaal goedgunstige voordelen en geheime commissielonen) en de belasting op de winst van de geconsolideerde dochtervennootschappen in binnen- en buitenland. Ook in Nederland (FBI) en Spanje (Socimi) passen de dochtervennootschappen een fiscaal gunstig statuut toe (gelijkaardig aan het Belgische GVV statuut) welke resulteren in een belastingtarief van 0%.

Het toepasbare tarief van de Belgische vennootschapsbelasting bedraagt 25% voor de boekjaren 2021 en 2022.

De exittaks in 2022 heeft voornamelijk betrekking op de verschuldigde exittaks n.a.v. de geruisloze fusie van Apollo Lier nv met Care Property Invest, welke plaatsvond op 29 november 2022.

Middelkerke (BE) I De Sille Meers

T 5.13 Immateriële vaste activa

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Boekwaarde bij het begin van het boekjaar 122.671 158.457
Brutobedrag 273.052 257.946
Gecumuleerde afschrijvingen -150.381 -99.488
Investeringen 21.007 15.106
Afschrijvingen -52.022 -50.892
Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Boekwaarde bij het begin van het boekjaar 122.671 158.457
Brutobedrag 273.052 257.946
Gecumuleerde afschrijvingen -150.381 -99.488
Investeringen 21.007 15.106
Afschrijvingen -52.022 -50.892
Boekwaarde op het einde van het boekjaar 91.656 122.671
Brutobedrag 294.059 273.052

Gecumuleerde afschrijvingen -202.403 -150.381

De immateriële vaste activa betreffen licenties.

T 5.14 Vastgoedbeleggingen

2022 2021
Bedragen in EUR Vastgoed
in exploitatie
Project
ontwikkelingen
Zakelijke
rechten
Vastgoed
in exploitatie
Project
ontwikkelingen
Zakelijke
rechten
Boekwaarde op
1 januari
653.967.470 62.597.730 1.466.600 471.516.140 60.925.609 1.412.772
Verwervingen door
aankoop of inbreng
143.417.182 51.590.105 36.746 108.781.386 54.338.538 19.971
Variatie in de
reële waarde excl.
huurkorting
22.012.247 -681.908 36.075 19.908.324 1.095.203 33.857
Overboeking van/
naar andere posten (1)
61.021.360 -61.021.360 53.761.620 -53.761.620
Verkopen en
overdrachten (2)
-173.419
Boekwaarde op
31 december
880.418.261 52.484.567 1.366.002 653.967.470 62.597.730 1.466.600
  • (1) 2021: Oplevering van de projecten "Résidences des Ardennes" in Attert (BE), "De Gouden Leeuw (Zutphen)" in Zutphen (NL), "Villa Wulperhorst" in Zeist (NL), "De Orangerie" in Nijmegen (NL) en "Margaritha Maria Kerk – Kerk" in Tilburg (NL). Carabanchel" in Carabanchel (ES).
  • project in de loop van 2022.

2022: Oplevering van de projecten "Margaritha Maria Kerk – Pastorie" in Tilburg (NL), "Aldenborgh" in Roermond (NL), "Villa Vught" in Vught (NL), "Mariënhaven" in Warmond (NL), "Huize Elsrijk" in Amstelveen (NL), "Villa Ouderkerk" in Ouderkerk aan de Amstel (NL) en "Emera

(2) Bedrag betreft de afboeking van het zakelijk recht op de grond van het project "Residentie De Anjers" in Balen (BE) n.a.v. de verkoop van dit

De vastgoedbeleggingen worden geboekt aan reële waarde, gebruikmakend van het reële waarde model, conform IAS 40. De reële waarde wordt ondersteund door marktgegevens en is gebaseerd op de waardering uitgevoerd door een onafhankelijke vastgoeddeskundige met een relevante en erkende beroepskwalificatie die beschikt over recente ervaring met betrekking tot de ligging en de aard van gelijkaardige vastgoedbeleggingen.

De portefeuille werd op 31 december 2022 gewaardeerd door Stadim, Cushman & Wakefield en CBRE voor een reële waarde van € 934,3 miljoen (inclusief de zakelijke rechten die conform IFRS 16 eveneens geclassificeerd worden onder de vastgoedbeleggingen). De kapitalisatievoet toegepast op de contractuele huurgelden bedraagt gemiddeld 5,03% voor 2022 ten opzichte van 5,02% voor 2021.

De positieve variatie in de waardering van de vastgoedbeleggingen, is o.a. het gevolg van de inflatie die de Vennootschap kan doorrekenen aan haar huurders en de latente meerwaarde op de projectontwikkelingen.

De verwervingen en investeringen van het boekjaar worden besproken in het hoofdstuk "III. Beheersverslag" bij het punt "2.1 Belangrijke gebeurtenissen boekjaar 2022" op pagina 50. Voor verdere toelichting bij de projectontwikkelingen verwijzen we eveneens naar het hoofdstuk "VI. Vastgoedverslag" bij punt "3.2 Samenvattende tabel projecten in ontwikkeling" op pagina 164.

De vastgoedbeleggingen zakelijke rechten betreffen erfpachtovereenkomsten van de Vennootschap die conform IFRS 16 worden geactiveerd onder de vastgoedbeleggingen. Hieraan is eveneens een leaseverplichting gekoppeld op de passiefzijde van de balans.

De reële waardebepaling gebeurt aan de hand van niet-observeerbare inputs waardoor de activa binnen de vastgoedbeleggingen worden beschouwd als "niveau 3" op de schaal van de reële waarde gedefinieerd door IFRS 13. Tijdens het boekjaar 2022 vonden er geen verschuivingen plaats tussen de niveaus 1,2 en 3. De evaluatiemethodes zijn vermeld in "VIII. Permanent document" bij het punt "Evaluatiemethode" op pagina 257"Evaluatiemethode" op pagina 257 van dit jaarlijks financieel verslag.

De voornaamste kwantitatieve informatie over de waardering van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen die zijn gebaseerd op niet-waarneembare gegevens (niveau 3) en die hieronder zijn weergegeven, zijn gegevens uit het rapport van de onafhankelijke vastgoeddeskundigen.

Boekjaar afgesloten op 31 december 2022 Type activa Reële waarde op 31 december 2022 (x € 1.000) Evaluatie methode Huisvesting voor senioren - Vastgoedbeleggingen Huisvesting voor senioren - Projectontwikkelingen

Evaluatie
methode
Niet
waarneembare
gegevens
Min Max Gemiddelde
880.418 DCF (1) GHW/m² 52,2 426,7 123,8
942 37.287 6.221
Inflatie 1,75% 3,03% 2,29%
Actualisatiegraad 3,98% 5,76% 5,04%
Resterende duur
(jaar)
7,4 29,5 22,5
52.485 DCF (1) GHW/m² 75,8 213,7 128,6
1.530 7.521 4.400
Inflatie 1,95% 2,25% 2,09%
Actualisatiegraad 4,61% 5,44% 5,00%

(1) Actualisatie van geschatte kasstromen

Boekjaar afgesloten op 31 december 2021
Type activa Reële waarde op
31 december 2021
(x € 1.000)
Evaluatie
methode
Niet
waarneembare
gegevens
Min Max Gemiddelde
Huisvesting
voor senioren -
Vastgoedbeleggingen
653.967 DCF (1) GHW/m² 53,6 370,9 123,8
942 37.287 6.772
Inflatie 1,50% 1,50% 1,50%
Actualisatiegraad 4,30% 5,55% 4,97%
Resterende duur
(jaar)
8,4 28,1 23,5
Huisvesting
voor senioren -
Projectontwikkelingen
62.598 DCF (1) GHW/m² 73,4 261,0 135,2
1.280 11.790 4.008
Inflatie 1,50% 1,98% 1,55%
Actualisatiegraad 4,61% 5,43% 5,25%

(1) Actualisatie van geschatte kasstromen

Voor de waardering van de gebouwen wordt rekening gehouden met een bezettingsgraad van 100%.

De verschillen tussen de minimum- en maximumwaarden worden verklaard doordat de verschillende parameters die in de discounted cashflow methode worden toegepast afhankelijk zijn van de locatie van de activa, de kwaliteit van het gebouw en de exploitant, de looptijd van de huurovereenkomst, enz. Deze niet-waarneembare gegevens kunnen overigens verbonden zijn omdat ze deels bepaald worden door de marktomstandigheden.

Overeenkomstig de wettelijke bepalingen worden de gebouwen elk kwartaal aan reële waarde gewaardeerd door de onafhankelijke vastgoeddeskundigen die benoemd werden door de Vennootschap. Deze verslagen zijn gebaseerd op door de Vennootschap aangebrachte informatie zoals de contractuele huurgelden, de huurcontracten, de investeringsbudgetten, enz. Deze gegevens worden ontleend aan het informatiesysteem van de Vennootschap en zijn daardoor onderworpen aan haar omgeving voor interne controle. Verder zijn de verslagen gebaseerd op veronderstellingen en evaluatiemodellen die ontwikkeld zijn door de onafhankelijke experten op basis van hun professioneel oordeel en hun marktkennis.

De verslagen van de onafhankelijke experten worden nagekeken door het college van dagelijks bestuur van de Vennootschap. Wanneer deze van mening is dat de verslagen van de onafhankelijke expert coherent zijn, worden ze voorgelegd aan de raad van bestuur.

De gevoeligheid van de reële waarde voor een variatie van de voornaamste vermelde nietwaarneembare gegevens wordt over het algemeen voorgesteld (indien alle parameters gelijk blijven) als het effect bij daling of bij stijging, zoals hieronder weergegeven.

Niet-waarneembare gegevens Effect op de reële waarde
bij daling
Effect op de reële waarde
bij stijging
GHW (Geschatte Huurwaarde) m2 Negatief Positief
Inflatie Negatief Positief
Actualisatiegraad Positief Negatief
Resterende duur (jaar) Negatief Positief

Een waardeschommeling (positief of negatief) van 1% van het vastgoedpatrimonium zou een impact hebben van 0,42% op de schuldgraad. Een stijging van 1% van het financieel rendement zou een negatieve weerslag hebben van 17,1% op de waarde van de vastgoedbeleggingen.

Moerbeke (BE) I Hof ter Moere

T 5.15 Andere materiële vaste activa

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Materiële vaste activa voor eigen gebruik
Boekwaarde bij het begin van het boekjaar 4.517.345 2.246.034
Brutobedrag 5.272.868 2.875.892
Gecumuleerde afschrijvingen -755.523 -629.858
Investeringen 449.045 2.470.292
Desinvesteringen -70.026 -73.316
Afschrijvingen -288.225 -175.368
Terugname afschrijvingen nav desinvesteringen 38.936 49.703
Boekwaarde op het einde van het boekjaar 4.647.075 4.517.345
Brutobedrag 5.651.888 5.272.868
Gecumuleerde afschrijvingen -1.004.813 -755.523
Leasing
Boekwaarde bij het begin van het boekjaar 198.616 0
Brutobedrag 226.345
Gecumuleerde afschrijvingen -27.730
Investeringen 205.368 226.345
Afschrijvingen -92.811 -27.730
Boekwaarde op het einde van het boekjaar 311.173 198.616
Brutobedrag 431.714 226.345
Gecumuleerde afschrijvingen -120.540 -27.730
Projectontwikkelingen
Boekwaarde bij het begin van het boekjaar 23.716 24.989
Opleveringen 0 -1.273

Leasing

Brutobedrag 226.345 Gecumuleerde afschrijvingen -27.730

Projectontwikkelingen

Boekwaarde op het einde van het boekjaar 23.716 23.716

T 5.16 Financiële vaste activa en andere langlopende financiële verplichtingen

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Leningen en vorderingen 3.046 2.631
Borgtochten 2.436 2.326
Andere financiële vaste activa 610 305
Activa aan reële waarde via resultaat 26.778.389 2.683.216
Indekkingsinstrumenten 26.778.389 2.683.216
TOTAAL FINANCIËLE VASTE ACTIVA 26.781.435 2.685.847
Verplichtingen aan reële waarde via resultaat 4.998.048 19.494.005
Indekkingsinstrumenten 4.998.048 19.494.005
TOTAAL ANDERE LANGLOPENDE FINANCIËLE VERPLICHTINGEN 4.998.048 19.494.005

De activa en verplichtingen aan reële waarde via het resultaat bestaan uit indekkingsinstrumenten die niet verwerkt worden volgens de indekkingsboekhouding in toepassing van IFRS 9. De instrumenten hebben tot doel de Vennootschap in te dekken tegen risico's met betrekking tot rentevoeten. Om het risico van stijgende rentevoeten in te dekken, heeft de Vennootschap voor indekkingen gekozen waarbij de schuld tegen een variabele rentevoet wordt omgezet in een schuld tegen een vaste rentevoet ("cashflow hedge").

De reële waarde van de financiële instrumenten wordt in overeenstemming met IFRS 9 opgenomen bij de rubriek van de financiële activa (bij een positieve waardering) of bij de rubriek van de langlopende financiële verplichtingen (bij een negatieve waardering). Schommelingen van deze reële waarden worden verwerkt via de variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva in de staat van het globaal resultaat (zie toelichting "T 5.11 Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva" op pagina 209 .

De financiële instrumenten worden beschouwd als "niveau 2" op de schaal van de reële waarde die wordt gedefinieerd door IFRS 13. Alle indekkingen werden afgesloten in het kader van het financieel risicobeheer zoals beschreven bij punt "Toelichting 4: Financieel risicobeheer" op pagina 199. De reële waarde van de instrumenten worden door de banken berekend op basis van de contante waarde van de geschatte toekomstige thesauriestromen. Op de reële waarde wordt conform IFRS 13 een correctie toegepast om het eigen kredietrisico ("debit valuation adjustment" of "DVA") en de kredietwaardering van de tegenpartij ("credit valuation adjustment" of "CVA") weer te geven.

Onderstaande betreft een overzicht van de indekkingsinstrumenten die de Vennootschap aanhoudt per 31 december 2022:

IRS-betaler Notioneel
bedrag
Einddatum Rentevoet te
betalen
Rentevoet te
ontvangen
Resterende
looptijd
aantal jaren
Waardering op
31/12/2022
Belfius 1.187.486 1/02/2033 5,100% EURIBOR 1M + 25 bp 10,10 -229.182,76
Belfius 1.213.165 3/08/2026 5,190% EURIBOR 1M + 110 bp 3,59 -65.231,72
Belfius 1.511.366 2/10/2034 4,850% EURIBOR 1M + 25 bp 11,76 -228.237,28
Belfius 1.618.799 2/05/2033 4,620% EURIBOR 1M + 25 bp 10,34 -225.594,55
Belfius 1.667.307 2/05/2035 4,315% EURIBOR 1M + 12 bp 12,34 -223.636,78
Belfius 1.736.652 2/01/2036 5,050% EURIBOR 1M + 12 bp 13,01 -405.061,08
Belfius 1.885.159 3/10/2033 4,300% EURIBOR 1M + 25 bp 10,76 -177.323,03
Belfius 2.067.360 2/11/2032 4,040% EURIBOR 1M + 25 bp 9,85 -134.982,73
Belfius 2.147.305 3/04/2034 4,065% EURIBOR 1M + 25 bp 11,26 -204.682,73
Belfius 2.283.967 1/10/2036 5,010% EURIBOR 1M + 12 bp 13,76 -454.517,61
Belfius 2.406.537 1/08/2036 4,930% EURIBOR 1M + 12 bp 13,59 -74.831,67
Belfius 2.993.024 1/03/2035 4,650% EURIBOR 1M + 25 bp 12,17 -486.329,01
Belfius 3.003.108 1/12/2034 4,940% EURIBOR 1M + 25 bp 11,93 -459.688,73
Belfius 3.061.479 1/02/2027 5,260% EURIBOR 1M + 110 bp 4,09 -269.615,12
Belfius 3.222.433 31/12/2036 4,710% EURIBOR 1M + 15,4 bp 14,01 -500.955,14
Belfius 3.786.791 31/12/2036 4,350% EURIBOR 1M + 12 bp 14,01 -458.177,88
Belfius 5.000.000 23/10/2034 0,255% EURIBOR 3M 11,82 1.389.043,56
Belfius 5.000.000 23/10/2034 0,310% EURIBOR 6M 11,82 1.360.562,24
Belfius 5.000.000 4/12/2034 0,310% EURIBOR 3M 11,93 1.369.112,13
BNP Paribas Fortis 3.685.000 31/03/2026 2,460% EURIBOR 1M 3,25 68.254,55
BNP Paribas Fortis (1) 1.473.250 31/03/2026 2,060% EURIBOR 1M 3,25 23.903,88
BNP Paribas Fortis 2.156.104 30/06/2029 2,530% EURIBOR 1M 6,50 59.573,83
KBC 12.000.000 17/07/2029 0,653% EURIBOR 3M 6,55 1.748.686,06
KBC 8.000.000 29/03/2029 0,488% EURIBOR 3M 6,25 1.157.570,70
KBC 8.000.000 11/12/2029 0,050% EURIBOR 3M 6,95 1.488.935,68
KBC 10.000.000 19/02/2030 -0,083% EURIBOR 3M 7,14 2.001.444,72
KBC 5.000.000 4/03/2030 -0,204% EURIBOR 3M 7,18 1.041.325,41
KBC 40.000.000 18/06/2035 0,090% EURIBOR 3M 12,47 12.043.727,17
ING 5.000.000 30/09/2029 -0,160% EURIBOR 3M 6,75 973.016,00
ING 10.000.000 28/02/2030 -0,141% EURIBOR 3M 7,17 2.053.233,42
TOTAAL 156.106.292 21.780.342

(1) Afschrijfbaar referentiebedrag over de duur van de swap.

De reële waarde van de indekkingsinstrumenten is onderhevig aan de evolutie van de rentevoeten op de financiële markten. Een verandering van de rentecurve van 0,25% (positiever of negatiever) zou een invloed hebben op de reële waarde van de kredietportefeuille van ongeveer € 2,8 miljoen.

T 5.17 Vorderingen financiële leasing en handelsvorderingen e.a. vaste activa

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Vorderingen financiële leasing 177.018.085 186.775.769
Handelsvorderingen e.a. vaste activa 11.738.065 14.809.696
TOTAAL 188.756.149 201.585.466

Het saldo van de vorderingen financiële leasing en de handelsvorderingen bestaat uit de investeringskost van het gebouw, begrepen bij de rubriek "Vorderingen financiële leasing", de winst- of verliesmarge gegenereerd tijdens de constructiefase en de afboeking ervan in functie van de reeds ontvangen canonbetalingen, begrepen bij de rubriek "Handelsvorderingen e.a. vaste activa".

De daling van deze rubriek wordt verklaard door de uitboeking van de vordering financiële leasing m.b.t. het project "Residentie De Anjers" n.a.v. de verkoop in de loop van het boekjaar 2022.

Deze gebouwen, die eigendom zijn van de Vennootschap leveren huurinkomsten op, zoals besproken onder "T 5.3 Huurinkomsten" op pagina 206(1).

Vorderingen financiële leasing

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Initiële portefeuille 156.518.610 156.518.610
Nieuwe portefeuille 20.499.475 30.257.159
TOTAAL 177.018.085 186.775.769

In het totaalbedrag "Vorderingen financiële leasing" op 31 december 2022 werd het bedrag van de contractuele vooruitbetalingen van € 36.090.772 met betrekking tot de initiële portefeuille reeds in mindering gebracht.

De vermelde bedragen stemmen overeen met de terug te betalen nominale eindeopstalvergoedingen (zijnde de totale investeringskosten verminderd met de contractueel ontvangen vooruitbetalingen).

In tegenstelling tot de projecten uit de initiële portefeuille(2) bestaat bij de projecten uit de nieuwe portefeuille(3) de canon, naast een opbrengst, eveneens uit een terugbetaling van de investeringswaarde, waardoor het bedrag van de vordering geleidelijk aan zal afnemen over de looptijd van de erfpachtovereenkomst. Voor de initiële portefeuille dienen de eindeopstalvergoedingen terugbetaald te worden na de 30-jarige opstalperiode. De gemiddelde resterende looptijd van het recht van opstal van de projecten bedroeg 11,93 jaar op 31 december 2022.

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Bruto investering (einde opstal, canon en huur) 293.981.811 322.063.285
Vervallend < 1 jaar 10.374.953 10.994.953
Vervallend tussen 1 jaar en 5 jaar 40.581.607 43.882.639
Vervallend > 5 jaar 243.025.251 267.185.693

De bruto-investering in de leasing is het totaal van de minimale te ontvangen leasebetalingen, in casu de nominale waarde van de eindeopstalvergoeding, de canon en de huur (exclusief indexaties).

  • (1) Voor een uitgebreide juridische analyse zie Beheersverslag bij "3. Strategie: Zorgbouw in alle vertrouwen" op pagina 66.
  • (2) De initiële portefeuille betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 156.518.610 en een gegenereerde huurstroom van € 15.406.228) die de Vennootschap afsloot tot 2014.
  • (3) De nieuwe portefeuille betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 20.499.475 en een gegenereerde huurstroom van € 1.084.902) die de Vennootschap afsloot na 2014.
Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Reële waarde van de financiële leasevorderingen 197.017.859 267.844.539

De reële waarde van de financiële leasings wordt berekend door de toekomstige cashflows van de opgeleverde projecten met inbegrip van de investeringskosten, begrepen bij de rubriek "Vorderingen financiële leasing", te verdisconteren aan een IRS-rentevoet geldend op de afsluitdatum al naargelang de resterende looptijd van de opstalperiode verhoogd met een risicomarge die de bank zou aanrekenen op afsluitdatum. Deze berekening berust op een conservatieve benadering gezien er geen rekening gehouden wordt met historische en toekomstige indexaties.

Onderstaande tabellen geven een overzicht van de IRS-rentevoeten en risicomarges die werden toegepast per 31 december 2022:

Initiële portefeuille(1) (1996-2014)

BULLET IRS ASK
Duration
ICAP
Aantal OCMW
waarborg
(in bp)
Aantal Andere
waarborg
(in bp)
Aantal
Looptijd 5 jaar 3,152% 10 82 9 77 1
Looptijd 10 jaar 3,110% 26 92 24 89 2
Looptijd 15 jaar 3,051% 16 98 15 97 1
Looptijd 20 jaar 2,848% 23 106 22 105 1
Looptijd 25 jaar 2,637% 1 115 1 113 0
Looptijd 30 jaar 2,460% 0 124 0 122 0
TOTAAL 76 71 5

Nieuwe portefeuille(2) (na 2014)

AMORTIZING IRS ASK
Duration
ICAP
Aantal OCMW
waarborg
(in bp)
Aantal Andere
waarborg
(in bp)
Aantal
Looptijd 5 jaar 3,215% 0 75 0 71 0
Looptijd 10 jaar 3,139% 0 86 0 81 0
Looptijd 15 jaar 3,111% 0 92 0 89 0
Looptijd 20 jaar 3,035% 0 97 0 95 0
Looptijd 25 jaar 2,916% 1 103 1 101 0
Looptijd 30 jaar 2,788% 3 109 2 107 1
TOTAAL 4 3 1
Boekjaar afgesloten op 31/12/2022 31/12/2021
Gewogen gemiddelde IRS rentevoet 3,01% 0,44%
Gewogen gemiddelde risicomarge 0,97% 0,98%
  • (1) De initiële portefeuille betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 156.518.610 en een gegenereerde huurstroom van € 15.406.228) die de Vennootschap afsloot tot 2014.
  • (2) De nieuwe portefeuille betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 20.499.475 en een gegenereerde huurstroom van € 1.084.902) die de Vennootschap afsloot na 2014.

Handelsvorderingen e.a. vaste activa

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Initiële portefeuille 8.139.749 8.730.577
Nieuwe portefeuille 3.598.316 6.079.120
TOTAAL 11.738.065 14.809.696

T 5.18 Handelsvorderingen

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Klanten 6.015.079 4.247.634
Te innen opbrengsten 9.057 269.309
Voorziening dubieuze debiteuren -2.500 -2.500
TOTAAL 6.021.636 4.514.443

De voorziening dubieuze debiteuren heeft betrekking op een voorziening conform IFRS 9 aangelegd in het kader van toekomstige kredietverliezen. Deze voorziening is gebaseerd op een grondige analyse die werd uitgevoerd op de klantenportefeuille van Care Property Invest. Hierbij werd een opsplitsing gemaakt van de portefeuille in 3 categorieën namelijk de initiële portefeuille (1) die is samengesteld uit contracten met lokale overheden evenals de nieuwe portefeuille (2) die kan worden opgesplitst in KMO's en grote ondernemingen. De volledige portefeuille van Care Property Invest valt onder stadium 1 waarbij een voorziening dient te worden opgenomen ter hoogte van het verwachte verlies in de eerstvolgende 12 maanden. Gezien de kwaliteit van de huurders enerzijds, en het lage kredietrisico geassocieerd aan financiële leasevorderingen (a.g.v. de garanties gesteld door de lokale overheden) anderzijds heeft het model van verwachte kredietverliezen onder IFRS 9 geen materiële impact op de Vennootschap. De zeer beperkte voorziening die werd aangelegd vloeit voort uit het beperkte risico dat kan worden toegeschreven aan de 3 categorieën van de portefeuille.

De raad van bestuur gaat er dan ook van uit dat de boekwaarde van de handelsvorderingen de reële waarde benadert.

  • (1) De initiële portefeuille betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 156.518.610 en een gegenereerde huurstroom van € 15.406.228) die de Vennootschap afsloot tot 2014.
  • (2) De nieuwe portefeuille betreffen de financiële leasings (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 20.499.475 en een gegenereerde huurstroom van € 1.084.902) en de vastgoedbeleggingen (met per 31/12/2022 een balanswaarde van € 934.268.830 en een gegenereerde huurstroom van € 37.887.735) die de Vennootschap aankocht na 2014.

T 5.19 Belastingvorderingen e.a. vlottende activa

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Belastingen 7.748.319 717.159
BTW r/c 7.430.210 702.843
Terug te vorderen belastingen 318.110 14.316
Bezoldigingen en sociale lasten 0 2.274
Voorschotten 0 2.274
Andere diverse vorderingen 898.563 9.448.417
Andere diverse vorderingen 898.563 9.448.417
TOTAAL 8.646.882 10.167.850

De belastingvorderingen e.a. vlottende activa bedragen per 31 december 2022 € 8.646.882 waarvan € 6,9 miljoen betrekking heeft op terug te vorderen BTW in Spanje, als gevolg van de geruisloze fusies van de Spaanse dochtervennootschappen met Care Property Invest Spain Socimi S.L.U.

Per 31 december 2021 had ongeveer € 8,5 miljoen betrekking op een bedrag dat op een derden rekening bij de notaris geregistreerd stond in het kader van de aankoop van een vastgoedproject, welke na jaareinde werd afgerond.

T 5.20 Kas en kasequivalenten

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Zichtrekeningen bij financiële instellingen 2.369.211 2.543.106
Kasgeld 1.972 1.768
TOTAAL 2.371.183 2.544.873
Zichtrekeningen bij financiële instellingen 2.369.211 2.543.106
Kasgeld 1.972 1.768
TOTAAL 2.371.183 2.544.873

Kas en kasequivalenten omvatten de contante middelen en de saldi op de zichtrekeningen en worden in de balans opgenomen aan nominale waarde.

T 5.21 Overlopende rekeningen van het actief

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Voorafbetaalde vastgoedkosten 502.833 733.497
Voorafbetaalde interesten en andere financiële kosten 192.076 26.215
Andere over te dragen kosten en verkregen opbrengsten 575.541 163.872
TOTAAL 1.270.450 923.585

T 5.22 Kapitaal

Evolutie van het kapitaal Kapitaalbeweging Gecumuleerd aantal
aandelen
Datum en verrichting
30/10/1995 - Oprichting 1.249.383 210
07/02/1996 - Kapitaalverhoging in geld 59.494.446 10.210
16/05/2001 - Kapitaalverhoging omzetting naar euro 566 10.210
24/03/2014 - Splitsing van het aantal aandelen door 1 000 0 10.210.000
20/06/2014 - Keuzedividend boekjaar 2013 889.004 10.359.425
22/06/2015 - Kapitaalverhoging in geld 16.809.093 13.184.720
15/03/2017 - Kapitaalverhoging in natura (Watermael-Bosvoorde) 10.971.830 15.028.880
27/10/2017 - Kapitaalverhoging in geld 25.546.945 19.322.845
03/04/2019 - Kapitaalverhoging in natura (Immo du Lac) 4.545.602 20.086.876
26/06/2019 - Keuzedividend boekjaar 2018 1.831.673 20.394.746
15/01/2020 - Kapitaalverhoging in natura (Bergen & Bernissart) 7.439.112 21.645.122
19/06/2020 - Keuzedividend boekjaar 2019 1.624.755 21.918.213
25/06/2020 - Kapitaalverhoging in geld 13.040.239 24.110.034
20/01/2021 - Kapitaalverhoging in natura (Attert) 10.091.030 25.806.148
17/11/2021 - Kapitaalverhoging in natura (Lier) 6.692.997 26.931.116
20/06/2022 - Keuzedividend boekjaar 2021 1.022.088 27.102.910
07/07/2022 - Kapitaalverhoging in natura (Haacht) 3.800.035 27.741.625
TOTAAL 165.048.798 27.741.625

Care Property Invest heeft twee kapitaalverhogingen uitgevoerd tijdens het boekjaar 2022. Op 20 juni 2022 vond een kapitaalverhoging plaats naar aanleiding van een keuzedividend over boekjaar 2021 van € 4.030.287 (inclusief uitgiftepremie) waarvoor 171.794 nieuwe aandelen Care Property Invest werden uitgegeven. De uitgifteprijs bedroeg € 23,46 per aandeel.

Op 7 juli 2022 verwierf Care Property Invest het project "Klapgat" te Haacht via een inbreng in natura van 100% van de aandelen in Igor Haacht nv, dewelke het vastgoed bezit, in het kapitaal van Care Property Invest. Naar aanleiding van deze inbreng die leidde tot een kapitaalverhoging (incl. uitgiftepremie) van € 13.914.724 werden 638.715 nieuwe aandelen van Care Property Invest uitgegeven. De uitgifteprijs bedroeg € 21,79 per aandeel. Het maatschappelijk kapitaal bedraagt vanaf deze datum € 165.048.798.

Op 24 januari 2023 werd een kapitaalverhoging in geld met een bruto opbrengst van € 110.966.496 door uitgifte van 9.247.208 nieuwe aandelen aan een uitgifteprijs van € 12,00 succesvol afgesloten. Vanaf deze datum bedraagt het maatschappelijk kapitaal van de Vennootschap € 220.065.062 en wordt het vertegenwoordigd door een totaal van 36.988.833 volledig volgestorte stemrechtverlenende aandelen.

Alle aandelen betreffen gewone aandelen, zijn volstort en worden aangehouden op naam of gedematerialiseerd. Zij hebben geen nominale waarde. Elk aandeel geeft recht op één stem op de algemene vergadering van aandeelhouders conform artikel 38 van de statuten.

TOTAAL AANTAL AANDELEN
Gedematerialiseerde aandelen
Aandelen op naam
31/12/2022 31/12/2021
Aandelen op naam 1.698.713 1.661.354
Gedematerialiseerde aandelen 26.042.912 25.269.762
TOTAAL AANTAL AANDELEN 27.741.625 26.931.116

-

-

Toelichting bij inkoop eigen aandelen

Aantal Bedrag
Beginsaldo 9.192 296.787
Aankopen 0 0
Verkopen -9.192 -296.787
Eindsaldo 0 0

De 9.192 aandelen in portefeuille op 31 december 2021 werden in de loop van het boekjaar 2022 overgedragen aan het uitvoerend management in het kader van de uitvoering van het remuneratiebeleid.

Noch de Vennootschap, noch haar dochtervennootschappen houden op 31 december 2022 eigen aandelen van de Vennootschap in portefeuille.

Onderstaande relevante artikelen uit de statuten werden integraal opgenomen in de gecoördineerde statuten (opgenomen bij hoofdstuk "VII.Permanent document", bij punt "6. Gecoördineerde statuten" op pagina 270 en beschikbaar op www.carepropertyinvest.be).

ARTIKEL 6 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – KAPITAAL

ARTIKEL 7 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – TOEGESTAAN KAPITAAL

ARTIKEL 8 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – WIJZIGING VAN HET KAPITAAL

ARTIKEL 9 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – AARD VAN DE AANDELEN

Op 31 december 2022 bezit geen enkele aandeelhouder meer dan 5% van het kapitaal.

Op 22 juni 2022 meldde KBC asset management aan de Vennootschap dat ze de drempel van 3% niet langer overschrijdt en dit sinds 20 juni 2022.

Op 24 januari 2023 meldde Pensio B aan de Vennootschap dat ze vanaf deze datum de drempel van 3% niet langer overschrijdt als gevolg van een passieve onderschrijding.

Op 15 maart 2023 meldde Ameriprise Financial Inc aan de Vennootschap dat zij vanaf 10 maart 2023 de drempel van 3% overschrijdt als gevolg van het tijdelijk bezit van stemrechten Care Property Invest door een vennootschap binnen de groep.

Buiten deze nieuwe meldingen van KBC Asset Management, Pensio B en Ameriprise Financial Inc ontving de Vennootschap gedurende het boekjaar 2022 en 2023 (tot op de datum van dit verslag) geen nieuwe kennisgevingen voor de over- of onderschrijding van de drempel van 3%.

T 5.23 Uitgiftepremie

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Uitgiftepremie - keuzedividend 14.402.780 11.394.581
Uitgiftepremie - inbreng in natura 122.524.086 112.409.398
Uitgiftepremie - kapitaalverhoging 114.469.676 114.469.676
Uitgiftepremie - kosten -5.268.068 -5.209.024
TOTAAL 246.128.473 233.064.630

T 5.24 Reserves

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
B. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed
(+/-)
59.143.232 29.600.441
C. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten
en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen (-)
-18.168.148 -10.768.416
E. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van
toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een
afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS) (+/-)
-16.810.790 -27.975.990
H. Reserve voor eigen aandelen (-) 0 -296.787
M. Andere reserves (+/-) 11.704.204 11.582.260
N. Overgedragen resultaten van de vorige boekjaren (+/-) 27.684.747 24.171.050
TOTAAL 63.553.245 26.312.559

T 5.25 Resultaat van het boekjaar

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Resultaat van het boekjaar 88.664.299 59.654.821
TOTAAL 88.664.299 59.654.821

Bestemming van het resultaat

Aan de gewone algemene vergadering van 31 mei 2023 van de Vennootschap zal worden voorgesteld een totaal brutodividend over het boekjaar 2022 uit te keren van € 27.741.625 of € 1,00 per aandeel. Na aftrek van de roerende voorheffing van 15% komt dit neer op een nettodividend van € 0,85 per aandeel.

Dit betekent een stijging van 14,94% in vergelijking met het dividend dat over het vorig boekjaar uitgekeerd werd. De pay-outratio bedraagt 80,87% op geconsolideerd niveau, gebaseerd op de aangepaste EPRA-winst.

T 5.26 Financiële schulden

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Langlopende Financiële Schulden 206.541.529 274.600.056
Kredietinstellingen 147.950.101 221.211.889
Andere 58.591.428 53.388.167
Kortlopende Financiële Schulden 376.761.772 151.220.542
Kredietinstellingen 339.261.772 54.720.542
Andere 37.500.000 96.500.000
TOTAAL 583.303.301 425.820.598

Care Property Invest beschikt op 31 december 2022 over € 487,2 miljoen aan opgenomen kredieten verdeeld over de langlopende en kortlopende financiële schulden en die behoren tot de categorie "financiële verplichtingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs" volgens IFRS 9. De kredieten werden verleend door 8 banken zijnde Belfius Bank, ING Bank, KBC Bank, BNP Paribas Fortis, Argenta, VDK Bank, CBC Banque en ABN-AMRO. Deze financiële schulden werden vastgelegd met een vaste rentevoet of middels een swap verrichting omgezet naar een vaste rentevoet of met een herzienbare rentevoet (drie- of vijfjaarlijks).

De kortlopende financiële schulden bij kredietinstellingen ten belope van € 339,3 miljoen hebben voor € 266,0 miljoen betrekking op rollover kredieten, die op eenzijdig verzoek van de Vennootschap kunnen worden doorgerold. De einddata van de desbetreffende beschikbare lijnen liggen tussen 2024 en 2029.

Financiële Instelling Vast
1 op 1
hedging
Vast
excl hedging
Variabel Totaal
Belfius Bank 35.791.938 45.634.491 86.500.000 167.926.428
ING Bank 0 3.237.574 0 3.237.574
KBC Bank 0 10.110.000 105.000.000 115.110.000
BNP Paribas Fortis Bank 2.156.104 20.796.104 30.000.000 52.952.208
CBC Banque 0 1.485.663 0 1.485.663
Argenta 0 50.000.000 0 50.000.000
VDK Bank 0 12.000.000 0 12.000.000
ABN-AMRO 0 40.000.000 44.500.000 84.500.000
TOTAAL 37.948.042 183.263.831 266.000.000 487.211.873

Naast deze kredieten beschikt de Vennootschap op 31 december 2022 eveneens over een MTN-programma (geclassificeerd onder "Andere") van € 300 miljoen met als dealers Belfius Bank en KBC Bank. Dit programma laat de Vennootschap toe om zowel geld op te nemen op de lange (via de uitgifte van obligaties) als op de korte (via commercial paper) termijn. Zoals vereist door de convenanten, wordt 100% van het uitstaand commercial paper ingedekt met back-uplijnen en niet-gebruikte kredietlijnen. Per 31 december 2022 bestaat het reeds opgenomen bedrag uit € 30,5 miljoen aan commercial paper en € 33,0 miljoen aan obligaties. Voor een overzicht van de obligaties in het kader van dit MTN-programma verwijzen we naar hoofdstuk "IV. Care Property Invest op de beurs" punt "3. Obligaties en kortlopende schuldpapieren" op pagina 127.

Care Property Invest beschikt sinds 2021 over een bedrag van € 32,5 miljoen aan Sustainability Bonds (eveneens geclassificeerd onder 'Andere'). De obligaties hebben een looptijd van 10 jaar, met coupons van 2,05% en werden geplaatst bij een institutionele belegger, die deel uitmaakt van een internationale verzekeringsgroep. De netto-opbrengsten van deze obligaties werden uitsluitend gebruikt voor de (her)financiering van daarvoor in aanmerking komende duurzame activa zoals opgenomen in het Care Property Invest Sustainable Finance Framework. Om opportuniteitsredenen werden deze obligaties volledig terugbetaald op 10 maart 2023 en werd ter compensatie voor € 30,5 miljoen bijkomend getrokken op het sustainable rollover krediet bij ABN-AMRO, waardoor de lijn vanaf dan volledig benut is.

Zowel het Sustainable Finance Framework als de allocatie van de netto-opbrengsten van de Sustainability Bonds en sustainable rollover krediet aan de hiervoor in aanmerking komende duurzame activa kunnen geraadpleegd worden op de website van de Vennootschap www.carepropertyinvest.be. Deze allocatie zal tevens opgenomen worden in het Duurzaamheidsverslag 2022 van de Vennootschap, dat in de loop van de maand juni 2023 gepubliceerd zal worden op bovenstaande website.

Financieringen met eindvervaldag Aantal Nominaal
financieringsbedrag
Gemiddelde resterende
termijn (jaar)
0-1 jaar 19 107.568.064 0,39
1-5 jaar 29 261.526.256 3,23
5-10 jaar 33 164.477.027 7,28
10-15 jaar 20 49.640.526 11,84
TOTAAL 101 583.211.873 5,72

De gewogen gemiddelde rentevoet (incl. IRS) voor de volledige portefeuille van financiële schulden bedraagt 2,14% per 31 december 2022. Dit is een stijging t.o.v. de gewogen gemiddelde interestvoet van 1,92% per 31 december 2021. Deze is te wijten aan een hogere marginale interestvoet die de Vennootschap dient te betalen op nieuwe schulden die zij aangaat, gezien de huidige toestand op de financiële markten.

Mutatietabel van de schulden conform IAS 7:

31/12/2021 Kaselementen Niet kas-elementen 31/12/2022
Acquisities Wisselkoers
bewegingen
Wijzigingen
in reële
waarde
Andere
wijzigingen
Langlopende
financiële
verplichtingen
274.122.663 0 0 0 0 -68.205.597 205.917.066
Kortlopende
financiële
verplichtingen
151.220.542 157.279.442 0 0 0 68.261.788 376.761.772
Toegelaten
afdekkings
instrumenten
16.810.790 0 0 0 -39.805.232 1.214.100 -21.780.342
TOTAAL 442.153.994 157.279.442 0 0 -39.805.232 1.270.291 560.898.496

T 5.27 Andere langlopende verplichtingen

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Boekwaarde bij het begin van het boekjaar 1.993.405 1.782.301
Addities 346 245.248
Interestlasten 91.602 80.228
Betalingen -114.669 -114.371
Boekwaarde op het einde van het boekjaar 1.970.685 1.993.405

Voor een aantal investeringen houdt Care Property Invest niet de naakte eigendom van de grond, maar enkel het vruchtgebruik via een erfpachtovereenkomst. Concreet werd hiervoor een verplichting aangelegd conform IFRS 16. Deze verplichting zit vervat in de andere langlopende verplichtingen. De verplichting betreft de huidige waarde van alle toekomstige leasebetalingen. De discount rate gehanteerd bij de bepaling van deze verplichting werd gebaseerd op een combinatie van de interestcurve plus een spread in functie van het kredietrisico van Care Property Invest, beide in lijn met de resterende looptijd van het onderliggende gebruiksrecht.

De leaseverplichtingen die aangegaan zijn met betrekking tot bedrijfsvoertuigen en -fietsen worden eveneens in deze rubriek gerapporteerd.

T 5.28 Uitgestelde belastingen

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Uitgestelde belastingen 1.325.790 0
Uitgestelde belastingen - activa 1.325.790 0
Exittaks 0 169.148
Uitgestelde belastingen 1.437.534 0
Uitgestelde belastingen - verplichtingen 1.437.534 169.148

De uitgestelde belastingvorderingen hebben betrekking op het verschil tussen de hogere fiscale waarde en de boekwaarde van de vastgoedbeleggingen in onze Ierse dochtervennootschappen.

Voor de Spaanse dochtervennootschappen werd een ruling-aanvraag ingediend m.b.t. de gelijkwaardigheid van een Belgische GVV aan het Spaanse SOCIMI (gelijkwaardig aan het Belgische GVV-statuut), die werd beantwoord met een gunstige uitspraak van de Spaanse belastingautoriteiten. Na het vervullen van enkele aanpassingen aan de statuten en de geruisloze fusies tussen Care Property Invest Spain Socimi S.L.U. en al haar dochtervennootschappen op 9 augustus 2022, werd de aanvraag tot het bekomen van het SOCIMI-statuut ingediend, waardoor deze met terugwerkende kracht van toepassing is voor het volledige boekjaar 2022. Echter kan bij verkoop van vastgoed het portefeuilleresultaat dat gerealiseerd werd voor 2022 nog steeds belast worden volgens het algemeen geldend belastingstelsel waardoor hiervoor uit voorzichtigheid een uitgestelde belastingschuld van € 1.261.051 werd voorzien. Deze zal naar de toekomst toe dan ook enkel wijzigen a.g.v. verkoop van vastgoed en de daar bijhorende realisatie van een meerwaarde.

T 5.29 Handelsschulden e.a. kortlopende schulden

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Exittaks 0 502.174
Leveranciers 11.193.888 9.305.279
Belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 2.500.823 2.437.812
TOTAAL 13.694.711 12.245.266

De post leveranciers bevat voornamelijk facturen die betrekking hebben op de lopende ontwikkelingsprojecten.

Het bedrag aan exittaks per 31 december 2021 heeft betrekking op de nog verschuldigde belasting nav de fusie van de dochtervennootschappen De Wand-Janson nv, Zilvermolen nv en Ruiterschool Van Dooren nv met Care Property Invest op 23 juni 2021.

T 5.30 Andere kortlopende verplichtingen

Bedragen in EUR
Diverse schulden
TOTAAL
Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Diverse schulden 1.398.649 3.550.796
TOTAAL 1.398.649 3.550.796

De diverse schulden hebben betrekking op verplichtingen op korte termijn m.b.t. ontwikkelingsprojecten.

T 5.32 Toelichting reële waarde

Overeenkomstig IFRS 13 worden de elementen in de balans waarvoor de reële waarde berekend kan worden hieronder weergegeven en onderverdeeld in niveaus zoals gedefinieerd door IFRS 13. Deze schaal telt 3 niveaus: niveau 1: prijzen genoteerd op de activamarkten; niveau 2: andere observeerbare gegevens dan de genoteerde prijzen opgenomen in niveau 1; niveau 3: niet-waarneembare gegevens.

31/12/2022 31/12/2021
Balansposten Niveau Boekwaarde Reële waarde Boekwaarde Reële waarde
Vastgoedbeleggingen 3 934.268.830 934.268.830 718.031.800 718.031.800
Vorderingen financiële leasing en
handelsvorderingen e.a. vaste activa (1)
2 188.756.149 197.017.859 201.585.466 267.844.539
Financiële vaste activa 2 26.781.435 26.781.435 2.685.847 2.685.847
Handelsvorderingen 2 6.021.636 6.021.636 4.514.443 4.514.443
Kas en kasequivalenten 1 2.371.183 2.371.183 2.544.873 2.544.873
Langlopende en kortlopende
financiële schulden
2 583.303.301 584.357.433 425.820.598 458.240.052
Andere langlopende financiële
verplichtingen
2 4.998.048 4.998.048 19.494.005 19.494.005
Andere langlopende verplichtingen 2 1.970.685 1.970.685 1.993.405 1.993.405
Handelsschulden e.a. kortlopende
schulden
2 13.694.711 13.694.711 12.245.266 12.245.266
Andere kortlopende verplichtingen 2 1.398.649 1.398.649 3.550.796 3.550.796

(1) De reële waarde van de "vorderingen financiële leasing" werd berekend door alle toekomstige kasstromen te verdisconteren aan een IRS-rentevoet geldend op datum van 31 december van het desbetreffende jaar, al naargelang de resterende looptijd van het onderliggende contract, verhoogd met een marge. Voor meer informatie, zie punt "T 5.17 Vorderingen financiële leasing en handelsvorderingen e.a. vaste activa" op pagina 218 eerder in dit hoofdstuk.

T 5.31 Overlopende rekeningen van het passief

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Vooraf ontvangen vastgoedopbrengsten 1.716.069 1.490.965
Toe te rekenen kosten 2.602.164 1.293.343
TOTAAL 4.318.233 2.784.308

T 5.33 Voorwaardelijke verplichtingen

Woonvoorrangrecht: maximale dagprijs woonvoorranggerechtigde aandeelhouders

Conform het uitgifteprospectus kon het woonvoorrangrecht worden uitgeoefend vanaf 1 januari 2005 tot en met 31 december 2020 door elke aandeelhouder die reeds gedurende vijf jaren 10.000 aandelen (10 aandelen voor de aandelensplitsing) in zijn bezit had en de leeftijd had bereikt van 75 jaar. Een aandeelhouder die gebruik maakt van zijn woonvoorrangrecht op een bestaande wachtlijst van een project betaalt bovendien een maximale dagprijs voor zijn verblijf. Deze dagprijs wordt jaarlijks aangepast aan de index der consumptieprijzen en bedroeg € 26,43 voor 2022 en steeg naar € 28,52 vanaf 1 januari 2023. Sinds 31 december 2020 kan dit woonvoorrangrecht niet langer uitgeoefend worden, maar blijft het wel verder lopen voor aandeelhouders die er op deze datum reeds gebruik van maakten.

Ingevolge de beslissing van de raad van bestuur wordt vanaf de leasingovereenkomsten afgesloten na 1 augustus 2001 overeengekomen met de OCMW's en vzw's dat Care Property Invest het eventuele verschil tussen de maximale dagprijs voor woonvoorranggerechtigden en andere bewoners, ten laste zal nemen. Gedurende 2022 maakten 2 aandeelhouders gebruik van dit woonvoorrangrecht waarvoor de Vennootschap een tussenkomst verleende van € 4.529. Per 31 december 2022 maakt nog slechts 1 aandeelhouder gebruik van dit recht.

T 5.34 Ontvangen borgtochten van

aannemers

Wanneer een project, na de procedure van aanbesteding, wordt gegund aan een algemene aannemer dient deze, conform de administratieve bepalingen bij de inschrijving, een borg te stellen gelijk aan 5% van de oorspronkelijke aannemingssom. Deze borg kan aangewend worden bij vertraging wegens laattijdige uitvoering of bij gehele of gedeeltelijke niet-uitvoering van de opdracht of zelfs bij ontbinding of verbreking ervan. De bankwaarborg wordt met de helft vrijgegeven wanneer het serviceflatgebouw voorlopig wordt opgeleverd. Bij definitieve oplevering van een gebouw wordt de volledige borg vrijgegeven. Bij het opmaken van de jaarrekening had de Vennootschap waarborgen voor een totaalbedrag van

€ 513.380.

T 5.35 Transacties met verbonden partijen

De transacties met verbonden partijen (in de zin van IAS 24 en het Wetboek van Verenigingen en Vennootschappen) betreffen de kosten begrepen bij de "vergoeding bestuurders en het college van dagelijks bestuur" die betaald werden aan de leden van de raad van bestuur en het college van dagelijks bestuur van de Vennootschap, voor een totaalbedrag van € 2.373.866. Daarnaast werden gedurende 2022 door de leden van het college van dagelijks bestuur, met een deel van hun ontvangen bonus, 9.192 aandelen van de Vennootschap aangekocht, in het kader van een aandelen aankoopplan, voor een totaalbedrag van € 174.280.

Voor bijkomende toelichting over de vergoedingen van de bestuurders en het college van dagelijks bestuur verwijzen we naar het hoofdstuk "III. Beheersverslag" bij punt "11.11 Remuneratieverslag 2022" op pagina 110.

Brakel (BE) I Neerhof

Eveneens verwijzen we naar "T 5.33 Voorwaardelijke verplichtingen" m.b.t. het woonvoorrangrecht waarop bepaalde aandeelhouders aanspraak kunnen maken.

De Vennootschap heeft voor het boekjaar 2022 geen verdere transacties te melden.

T 5.36 Gegevens over de dochterondernemingen

Volgende ondernemingen werden integraal opgenomen in de consolidatie en worden beschouwd als verbonden ondernemingen aangezien zij op 31 december 2022 rechtstreeks of onrechtstreeks 100% dochtervennootschap zijn van Care Property Invest:

Naam Categorie Ondernemingsnummer of
Kamer van Koophandel
Acquisitie
datum
% aandelen
in handen
van CPI
Care Property Invest nv (GVV) Moedervennootschap 0456.3780.70
Belgische dochtervennootschappen
B.E.R.L. Internationaal nv (GVBF) Dochtervennootschap 0462.037.427 19/12/2018 100%
Igor Haacht nv Dochtervennootschap 0685.487.914 07/07/2022 100%
Nederlandse dochtervennootschappen
Care Property Invest NL B.V. Dochtervennootschap Kvk 72865687 17/10/2018 100%
Care Property Invest NL2 B.V. Dochtervennootschap Kvk 73271470 05/12/2108 100%
Care Property Invest NL3 B.V. Dochtervennootschap Kvk 74201298 05/03/2019 100%
Care Property Invest NL4 B.V. Dochtervennootschap Kvk 74580000 15/04/2019 100%
Care Property Invest NL5 B.V. Dochtervennootschap Kvk 74918516 23/05/2019 100%
Care Property Invest NL6 B.V. Dochtervennootschap Kvk 75549808 08/08/2019 100%
Care Property Invest NL7 B.V. Dochtervennootschap Kvk 77849922 16/04/2020 100%
Care Property Invest NL8 B.V. Dochtervennootschap Kvk 80636357 19/10/2020 100%
Care Property Invest NL9 B.V. Dochtervennootschap KvK 68707479 29/12/2020 100%
Care Property Invest NL10 B.V. Dochtervennootschap KvK 86895818 04/07/2022 100%
Spaanse dochtervennootschappen
Care Property Invest Spain Socimi
S.L.U.
Dochtervennootschap B-01618677 21/07/2020 100%
Ierse dochtervennootschappen
Care Property Invest Emerald LTD. Dochtervennootschap CRO 712356 25/01/2022 100%
Care Property Invest Diamond LTD.
(ex Cincolite LTD.)
Dochtervennootschap CRO 703434 16/12/2022 100%

De verwervingen van bovenvermelde dochtervennootschappen gebeurden in het kader van een "asset deal" waardoor IFRS 3 – Bedrijfscombinaties niet van toepassing is. De participaties worden statutair gewaardeerd op basis van de equity methode.

Voor meer informatie m.b.t. de fusies die tijdens het boekjaar 2022 hebben plaatsgevonden verwijzen we naar hoofdstuk "III. Beheersverslag", punt "2.1.5.1 Fusies" op pagina 52.

T 5.37 Vergoeding van de commissaris

Bedragen in EUR
Mandaat
Andere controleopdrachten
Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten
Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Mandaat 100.067 80.312
Andere controleopdrachten 11.671 20.700
Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 76.703 18.030

De andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten werden telkens vooraf goedgekeurd door het Auditcomité van de Vennootschap.

-

-

T 5.38 Gebeurtenissen na de afsluiting van het boekjaar 2022

T 5.38.1 Bijkomende investeringen

Zoals reeds meegedeeld in aparte persberichten, kan Care Property Invest met trots aankondigen dat zij na de afsluiting van het boekjaar nog de volgende investeringen heeft gerealiseerd:

T 5.38.1.1 Bijkomende projecten in Nederland

Naam Exploitant Acquisitie
datum
Locatie Bouw- /
renovatiejaar
of verwachte
oplevering
Contract Conv.
Waarde
(in €
miljoen)
Type
transactie
Opgeleverde projecten
Warm Hart Zuidwolde Warm Hart
Zorghuizen
03/02/2022 Zuidwolde Q2 2023 20 jaar
(triple net)
€ 10,4 Asset deal
Nieuwe projecten verworven onder opschortende voorwaarden
Saamborgh Ruurlo Saamborgh
Verhuur B.V.
15/03/2023 Ruurlo 2023 20 jaar
(triple net)
€ 11,9 Share deal

T 5.38.1.2 Bijkomend project in Ierland

Naam Exploitant Acquisitie
datum
Locatie Bouw- /
renovatiejaar
of verwachte
oplevering
Contract Conv.
Waarde
(in €
miljoen)
Type
transactie
Nieuwe projecten verworven onder opschortende voorwaarden
Skibbereen Residential Care
Centre
Brookhaven
Healthcare
06/01/2023 Skibbereen 2004 25 jaar
(triple net)
€ 7,5 Asset deal

T 5.38.2 Kapitaalverhoging in geld

Care Property Invest lanceerde op 11 januari 2023 een kapitaalverhoging bij wijze van inbreng in geld binnen het toegestane kapitaal met opheffing van het wettelijk voorkeurrecht en met toekenning van onherleidbare toewijzingsrechten aan alle bestaande aandeelhouders.

De voornaamste doelstelling van deze kapitaalverhoging bestond erin om de Vennootschap toe te laten nieuwe financiële middelen te verwerven en haar eigen vermogen te verhogen zodat zij de groeistrategie met betrekking tot haar vastgoedportefeuille kan voortzetten, en tegelijkertijd een verlaagde schuldratio kan handhaven.

Na de openbare aanbieding tot inschrijving op nieuwe aandelen en de succesvolle private plaatsing van scrips kondigde de Vennootschap op 20 januari 2023 aan dat bestaande aandeelhouders en nieuwe investeerders ingeschreven hebben op 100% van de aangeboden nieuwe aandelen voor een bruto bedrag van € 110.966.496 waarvan € 55.016.264 zal worden toegewezen aan de post kapitaal en € 55.950.232 aan de post uitgiftepremies. Na deze verrichting wordt het kapitaal van de Vennootschap vertegenwoordigd door 36.988.833 volledig volgestorte aandelen.

Het toegestaan kapitaal bedraagt na deze verrichting € 9.857.471. De Vennootschap heeft de aandeelhouders opgeroepen tot een Buitengewone Algemene Vergadering (BAV I) op 5 april 2023, teneinde een hernieuwing aan te vragen van het toegestaan kapitaal. Echter werd het vereiste quorum niet gehaald waardoor er een nieuwe Buitengewone Algemene Vergavering (BAV II) werd ingepland op 26 april 2023. Voor de documentatie m.b.t. deze Buitengewone Algemene Vergadering verwijzen we naar de website van de Vennootschap (www. carepropertyinvest.be/investeren/algemene-vergadering/).

T 5.39 Alternatieve prestatiemaatstaven

Een "Alternative Performance Measure" (APM) is een financiële indicator, historisch of toekomstig, van de prestaties, de financiële positie of de kasstromen van een vennootschap, verschillend van de financiële indicatoren die gedefinieerd zijn in de algemene toepasselijke boekhoudregels.

Care Property Invest maakt in haar financiële communicatie gebruik van APM's in de betekenis van de richtlijnen die op 5 oktober 2015 hierover werden uitgevaardigd door de ESMA (European Securities and Markets Authority). Een aantal van deze APM's worden aanbevolen door de Europese Vereniging van Beursgenoteerde Vastgoedvennootschappen (European Public Real Estate Association - EPRA) en worden besproken in hoofdstuk "V. EPRA" vanaf pagina 132 in dit jaarlijks financieel verslag. Onderstaande APM's werden door de Vennootschap zelf bepaald om de lezer een beter inzicht te bezorgen in haar resultaten en prestaties.

Prestatiemaatstaven die zijn vastgelegd door de IFRS-standaarden of bij wet worden niet beschouwd als APM's evenmin als maatstaven op basis van rubrieken van de staat van het globaal resultaat of de balans.

T 5.39.1 Exploitatiemarge

Definitie: Dit is het operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille gedeeld door het nettohuurresultaat, waarbij het operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille en het nettohuurresultaat kunnen worden aangesloten met de staat van het globaal resultaat.

Gebruik: Deze maatstaf meet de rendabiliteit van de verhuuractiviteiten van de Vennootschap.

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille = A 42.466.520 35.303.597
Nettohuurresultaat = B 54.378.866 43.233.668
Exploitatiemarge = A/B 78,09% 81,66%

T 5.39.2 Financieel resultaat voor variaties in reële waarde van financiële activa/passiva

Definitie: Dit is het financieel resultaat exclusief de variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva (toegelaten afdekkingsinstrumenten niet onderworpen aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd onder IFRS), waarbij deze de som betreft van de rubrieken 'XX. Financiële inkomsten', 'XXI. Netto-interestkosten' en 'XXII. Andere financiële kosten' van de staat van het globaal resultaat.

Gebruik: Deze maatstaf houdt geen rekening met de impact van financiële activa en passiva op de staat van het globaal resultaat, waardoor deze het resultaat afkomstig van strategische operationele activiteiten weergeeft.

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Financieel resultaat = A 27.674.522 2.734.270
Variaties in reële waarde van financiële activa / passiva = B 38.591.131 11.165.200
Financieel resultaat voor variaties in reële waarde
van financiële activa/passiva
= A-B -10.916.609 -8.430.930

T 5.39.3 Eigen vermogen voor de reserve voor het saldo van de variaties in reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten en exclusief de variatie in de reële waarde van financiële activa/ passiva

Definitie: Dit is het eigen vermogen, exclusief de opgebouwde reserve voor het saldo van de variaties in reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten (niet onderworpen aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd onder IFRS) en de variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva, waarbij de reserve voor het saldo van de variaties in reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten vervat zit in rubriek 'C. Reserves' van de geconsolideerde balans en de variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva kan worden aangesloten met rubriek XXIII. Variaties in de reële waarde van financiële activa/passiva van de staat van het globaal resultaat.

Gebruik: Deze maatstaf geeft het eigen vermogen weer zonder rekening te houden met de hypothetische marktwaarde van de afgeleide instrumenten.

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Eigen vermogen = A 563.394.815 479.258.685
Reserve voor het saldo van de variaties in reële waarde van de
toegelaten afdekkingsinstrumenten
= B 16.810.790 27.975.990
Variatie in de reële waarde van financiële activa/passiva = C -38.591.131 -11.165.200
Eigen vermogen voor variatie in reële waarde = A-B-C 585.175.157 462.447.896

-

Eigen vermogen voor variatie in reële waarde van financiële producten

T 5.39.4 Interest coverage ratio

Definitie: Dit is het operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille gedeeld door de betaalde interestlasten, waarbij het operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille en de betaalde interestlasten kunnen worden aangesloten met de staat van het globaal resultaat.

Gebruik: Deze maatstaf meet hoeveel maal een onderneming haar interestlasten verdient en geeft een indicatie van de mate waarin de operationele winst kan terugvallen zonder dat de onderneming in financiële moeilijkheden komt. Conform convenanten afgesloten door de Vennootschap dient deze waarde minimum 2,5 te zijn.

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille = A 42.466.520 35.303.597
Totaal betaalde interestlasten = B 9.988.634 7.844.467
Interest coverage ratio = A/B 4,25 4,50

Verslag van de commissaris aan de algemene vergadering van Care Property Invest nv over het boekjaar afgesloten op 31 december 2022

In het kader van de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Care Property Invest nv (de "Vennootschap") en haar dochterondernemingen (samen "de Groep"), brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaat van commissaris. Dit verslag omvat ons oordeel over de geconsolideerde balans op 31 december 2022, de geconsolideerde staat van het globaal resultaat, het mutatieoverzicht van het geconsolideerd eigen vermogen en de kasstroomtabel en van het boekjaar afgesloten op 31 december 2022 en over de toelichting (alle stukken gezamenlijk de "Geconsolideerde Jaarrekening") en omvat tevens ons verslag betreffende overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Deze verslagen zijn één en ondeelbaar.

Wij werden als commissaris benoemd door de algemene vergadering op 25 mei 2022, overeenkomstig het voorstel van het bestuursorgaan uitgebracht op aanbeveling van het auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de algemene vergadering die zal beraadslagen over de Geconsolideerde Jaarrekening afgesloten op 31 december 2024. We hebben de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening van de Groep uitgevoerd gedurende vier opeenvolgende boekjaren.

Verslag over de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening

Oordeel zonder voorbehoud

Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de Geconsolideerde Jaarrekening van Care Property Invest nv, die de geconsolideerde balans op 31 december 2022 omvat, alsook de

geconsolideerde staat van het globaal resultaat, het mutatieoverzicht van het geconsolideerd eigen vermogen en de kasstroomtabel over het boekjaar afgesloten op die datum en de toelichting, met een geconsolideerd balanstotaal van € 1.174.515.976 en waarvan de geconsolideerde resultatenrekening afsluit met een winst van het boekjaar van € 88.664.299.

Naar ons oordeel geeft de Geconsolideerde Jaarrekening een getrouw beeld van het geconsolideerde eigen vermogen en van de geconsolideerde financiële positie van de Groep op 31 december 2022, alsook van de geconsolideerde resultaten en de geconsolideerde kasstromen voor het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards zoals goedgekeurd door de Europese Unie ("IFRS") en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften.

Basis voor ons oordeel zonder voorbehoud

We hebben onze controle uitgevoerd in overeenstemming met de International Standards on Auditing ("ISA's") die van toepassing zijn in België. Wij hebben bovendien de door International Auditing and Assurance Standards Board ("IAASB") goedgekeurde ISA's toegepast die van toepassing zijn op huidige afsluitingsdatum en nog niet goedgekeurd zijn op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden uit hoofde van die standaarden zijn nader beschreven in het gedeelte "Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening" van ons verslag.

Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid.

3. Verslag van de Commissaris

Wij hebben van het bestuursorgaan en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen.

Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.

Kernpunten van de controle

De kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die volgens ons professioneel oordeel het meest significant waren bij onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening van de huidige verslagperiode.

Deze aangelegenheden werden behandeld in de context van onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening als een geheel en bij het vormen van ons oordeel hieromtrent en derhalve formuleren wij geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden.

Waardering van de vastgoedbeleggingen Beschrijving van het kernpunt

De vastgoedbeleggingen vertegenwoordigen 80% van de activa van de Groep. Op 31 december 2022 zijn deze terug te vinden onder de rubriek 'vastgoedbeleggingen' van het actief van de balans voor een totaalbedrag van € 934.268.830.

Overeenkomstig de waarderingsregels en de IAS 40 norm "Vastgoedbeleggingen" worden deze vastgoedbeleggingen gewaardeerd tegen de reële waarde, de waarde-wijzigingen worden opgenomen in de resultatenrekening.

De reële waarde van deze vastgoedbeleggingen wordt geclassificeerd onder level 3 van de reële waarde hiërarchie zoals gedefinieerd onder de IFRS 13 norm "De waardering tegen reële waarde" dit aangezien bepaalde parameters, gebruikt voor de waardering

ervan, slechts beperkt waarneembaar zijn (verdisconteringsvoet, toekomstige bezettingsgraad,...).

Het auditrisico ligt in de waardering van deze vastgoedbeleggingen.

Samenvatting van de uitgevoerde procedures

De Groep maakt gebruik van externe deskundigen om de reële waarde van zijn gebouwen te schatten. We hebben (met de hulp van onze eigen interne waarderingsdeskundigen) de waarderingsverslagen van deze externe deskundigen geëvalueerd. Specifiek hebben we:

• de integriteit van de belangrijkste brongegevens (contractuele huurprijs, duur van de huurovereenkomsten, ...) die gebruikt

  • de objectiviteit, onafhankelijkheid en competentie van de externe deskundigen geanalyseerd;
  • worden in hun berekeningen nagegaan; verslagen zijn gebruikt (verdisconteringsvoet, toekomstige bezettingsgraden, …);
  • de modellen geëvalueerd, evenals de hypotheses die in hun

Tenslotte hebben we de geschiktheid van de informatie over de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in Toelichting 5.14 van de Geconsolideerde Jaarrekening beoordeeld.

Verantwoordelijkheden van het bestuursorgaan voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met IFRS en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor een systeem van interne beheersing die het bestuursorgaan noodzakelijk acht voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten.

In het kader van de opstelling van de Geconsolideerde Jaarrekening is het bestuursorgaan verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling tenzij het bestuursorgaan het voornemen heeft om de Vennootschap te vereffenen of om de bedrijfsactiviteiten stop te zetten of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen.

Onze verantwoordelijkheden voor de controle over de Geconsolideerde Jaarrekening

Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de Geconsolideerde Jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten en het uitbrengen van een commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA's is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van de Geconsolideerde Jaarrekening, beïnvloeden.

Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader dat van toepassing is op de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening in België na. De wettelijke controle biedt geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Vennootschap en van de Groep, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee het bestuursorgaan de bedrijfsvoering van de Vennootschap en van de Groep ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door het bestuursorgaan gehanteerde continuïteitsveronderstelling staan hieronder beschreven.

Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA's, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneelkritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit:

  • het identificeren en inschatten van de risico's dat de Geconsolideerde Jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico's inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het doorbreken van het systeem van interne beheersing;
  • het verkrijgen van inzicht in het systeem van interne beheersing dat relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van het systeem van interne beheersing van de Vennootschap en van de Groep;
  • het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door het bestuursorgaan gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toelichtingen;

• het concluderen van de aanvaardbaarheid van de door het bestuursorgaan gehanteerde continuïteitsveronderstelling, en op basis van de verkregen controleinformatie, concluderen of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Vennootschap en de Groep om de continuïteit te handhaven. Als we besluiten dat er sprake is van een onzekerheid van materieel belang, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de Geconsolideerde Jaarrekening of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controleinformatie die verkregen is tot op de datum van ons commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de continuïteit van de Vennootschap of van de Groep niet langer gehandhaafd kan worden;

• het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de Geconsolideerde Jaarrekening, en of deze Geconsolideerde Jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw beeld.

Wij communiceren met het auditcomité binnen het bestuursorgaan, onder andere over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die we identificeren gedurende onze controle.

Omdat we de eindverantwoordelijkheid voor ons oordeel dragen, zijn we ook verantwoordelijk voor het organiseren, het toezicht en het uitvoeren van de controle van de dochterondernemingen van de Groep. In die zin hebben wij de aard en omvang van de controleprocedures voor deze entiteiten van de Groep bepaald.

We verstrekken aan het auditcomité binnen het bestuursorgaan een verklaring dat we de relevante deontologische vereisten inzake onafhankelijkheid naleven en we melden hierin alle relaties en andere aangelegenheden die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid zouden kunnen beïnvloeden, alsook, voor zover van toepassing, de bijbehorende maatregelen die we getroffen hebben om onze onafhankelijkheid te waarborgen.

Aan de hand van de aangelegenheden die met het auditcomité binnen het bestuursorgaan besproken worden, bepalen we de aangelegenheden die het meest significant waren bij de controle van de Geconsolideerde Jaarrekening over de huidige periode en die daarom de kernpunten van onze controle uitmaken. We beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door

wet- of regelgeving.

Verslag betreffende de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen

Verantwoordelijkheden van het bestuursorgaan

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport.

Verantwoordelijkheden van de commissaris

In het kader van ons mandaat en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm (Herzien) bij de in België van toepassing zijnde ISA's, is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening, de andere informatie opgenomen in het jaarrapport te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen.

Aspecten betreffende het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening en andere informatie opgenomen in het jaarrapport

Naar ons oordeel, na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening, stemt dit jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening overeen met de Geconsolideerde Jaarrekening voor hetzelfde boekjaar, enerzijds, en is dit jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening opgesteld overeenkomstig artikel 3:32 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, anderzijds.

In de context van onze controle van de Geconsolideerde Jaarrekening zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, op basis van de kennis verkregen in de controle, of het jaarverslag over de Geconsolideerde Jaarrekening en de andere informatie opgenomen in het jaarrapport, zijnde:

• EPRA (hoofdstuk 5)

een afwijking van materieel belang bevatten, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, hebben wij geen afwijking van materieel belang te melden.

Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid

Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening en zijn in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de Vennootschap.

De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de Geconsolideerde Jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de Geconsolideerde Jaarrekening.

Europees uniform elektronisch formaat ("ESEF")

Wij hebben, overeenkomstig de norm inzake de controle van de overeenstemming van de financiële overzichten met het Europees uniform elektronisch formaat (hierna "ESEF"), de controle uitgevoerd van de overeenstemming van het ESEF-formaat met de technische reguleringsnormen vastgelegd door de Europese Gedelegeerde Verordening nr. 2019/815 van 17 december 2018 (hierna: "Gedelegeerde Verordening").

Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen, in overeenstemming met de ESEF-vereisten, van de geconsolideerde financiële overzichten in de vorm van een elektronisch bestand in ESEF-formaat (hierna "de digitale geconsolideerde financiële overzichten") opgenomen in het jaarlijks financieel verslag beschikbaar op het portaal van de FSMA (https://www.fsma.be/nl/data-portal).

Het is onze verantwoordelijkheid voldoende en geschikte onderbouwende informatie te verkrijgen om te concluderen dat het formaat en de markeertaal van de digitale geconsolideerde financiële overzichten in alle van materieel belang zijnde opzichten voldoen aan de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.

Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden zijn wij van oordeel dat het formaat en de markering van informatie in de digitale geconsolideerde financiële overzichten van Vastned Belgium nv per 31 december 2022 opgenomen in het jaarlijks financieel verslag beschikbaar op het portaal van de FSMA (https://www.fsma.be/nl/dataportal) in alle van materieel belang zijnde opzichten in overeenstemming zijn met de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening.

Andere vermeldingen

Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het auditcomité bedoeld in artikel 11 van de verordening (EU) nr. 537/2014.

Diegem, 27 april 2023

EY Bedrijfsrevisoren BV

Commissaris Vertegenwoordigd door

Christel Weymeersch (1) Partner

(1) Handelend in naam van een bv

4. Verkorte statutaire jaarrekening per 31 december 2022

4.1 Verkorte statutaire staat van het globaal resultaat

De statutaire jaarrekening van Care Property Invest, op basis van de IFRS-normen, wordt hieronder samengevat overeenkomstig artikel 3:17 WVV. De volledige versie van de statutaire jaarrekening van Care Property Invest, samen met het beheersverslag en het verslag van de commissaris zal binnen de wettelijke termijn bij de Nationale Bank van België neergelegd worden en kan geconsulteerd worden via de website www. carepropertyinvest.be.

De verkorte statutaire jaarrekening per 31 december 2021 werd opgenomen in het Jaarlijks Financieel Verslag 2021 bij punt 4 van hoofdstuk "VII. Jaarrekening", vanaf pagina 220 en deze per 31 december 2020 werd opgenomen in het Jaarlijks Financieel Verslag 2020 bij punt 4 van hoofdstuk "VIII. Jaarrekening", vanaf pagina 219. Beide verslagen zijn beschikbaar op de website www.carepropertyinvest.be.

De commissaris heeft een goedkeurende verklaring zonder voorbehoud over de statutaire jaarrekening gegeven.

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
I Huurinkomsten (+) 39.056.421 35.388.563
Nettohuurresultaat 39.056.421 35.388.563
V Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door
de huurder op verhuurde gebouwen (+)
193.014 136.823
VII Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op
verhuurde gebouwen (-)
-193.014 -136.823
Vastgoedresultaat 39.056.421 35.388.563
IX Technische kosten (-) -2.918 -4.090
Vastgoedkosten -2.918 -4.090
Operationeel vastgoedresultaat 39.053.502 35.384.473
XIV Algemene kosten van de vennootschap (-) -8.664.753 -6.931.460
XV Andere operationele opbrengsten en kosten (+/-) 1.254.282 2.763.999
Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille 31.643.031 31.217.012
XVIII Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen (+/-) 18.765.737 16.998.661
Operationeel resultaat 50.408.768 48.215.673
XX Financiële inkomsten (+) 6.582.645 3.498.396
XXI Netto interestkosten (-) -9.812.749 -7.963.224
XXII Andere financiële kosten (-) -912.347 -576.779
XXIII Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva 42.685.480 16.746.626
Financieel resultaat 38.543.030 11.705.019
Resultaat voor belastingen 88.951.798 59.920.692
XXIV Vennootschapsbelasting (-) -280.476 -79.603
XXV Exittaks (-) -7.023 -186.268
Belastingen -287.499 -265.872
Netto resultaat (aandeel van de groep) 88.664.299 59.654.821
Andere elementen van het globaal resultaat 0 0
Netto resultaat / globaal resultaat 88.664.299 59.654.821

4.2 Verkort statutair overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
NETTO RESULTAAT / GLOBAAL RESULTAAT 88.664.299 59.654.821
Netto resultaat per aandeel o.b.v. het gewogen gemiddelde uitstaande
aandelen
3,1961 2,2976
Brutorendement tav de initiële uitgifteprijs in 1996 53,72% 38,62%
Brutorendement tav beurswaarde op afsluitdatum 20,28% 8,92%
  • Brutorendement tav de initiële uitgifteprijs in 1996
  • Brutorendement tav beurswaarde op afsluitdatum
31/12/2022 31/12/2021
88.664.299 59.654.821
-57.271.902 -31.430.857
427.614 254.511
-18.765.737 -16.998.661
-38.591.131 -11.165.200
-4.094.349 -5.581.425
680.070 1.203.031
3.071.632 856.887
31.392.398 28.223.964
1,1316 1,0871
19,02% 18,27%
7,18% 4,22%

-

-

uitstaande aandelen

-

Het gewogen gemiddelde aantal uitstaande aandelen bedroeg 25.963.657 per 31 december 2021 en steeg naar 27.741.625 aandelen per 31 december 2022. Het aantal aandelen bedroeg 26.931.116 per 31 december 2021 (inclusief 9.192 eigen aandelen) en steeg naar 27.741.625 aandelen per 31 december 2022. Op deze datum had de Vennootschap geen eigen aandelen meer in haar bezit.

Het aantal aandelen wijzigde naar aanleiding van (i) een keuzedividend over boekjaar 2021 dat succesvol werd afgerond op 20 juni 2022 en leidde tot de uitgifte van 171.794 nieuwe aandelen en (ii) een kapitaalverhoging in natura voor de aankoop van 100% van de aandelen in Igor Haacht nv, die de assistentiewoningen "Klapgat" gelegen te Haacht bezit. Deze transactie vond plaats op 7 juli 2022 en hiervoor werden 638.715 nieuwe aandelen uitgegeven.

Door de verwezenlijking van een kapitaalverhoging in geld op 24 januari 2023, werden 9.247.208 nieuwe aandelen uitgegeven waardoor het totaal aantal volledig volgestorte stemrechtverlenende aandelen vanaf deze datum 36.988.833 bedraagt.

De beurswaarde bedroeg € 15,76 op 31 december 2022 en € 25,75 op 31 december 2021. Het brutorendement wordt berekend door het nettoresultaat per aandeel of de aangepaste EPRA-winst te delen door de beurswaarde op afsluitdatum. Er zijn geen instrumenten die een potentieel verwaterend effect hebben op het nettoresultaat of de aangepaste EPRA-winst per aandeel.

4.3 Verkorte statutaire balans

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
ACTIVA
I. VASTE ACTIVA 1.148.806.377 938.458.698
B. Immateriële vaste activa 91.656 122.671
C. Vastgoedbeleggingen 511.135.865 427.962.863
D. Andere materiële vaste activa 4.952.677 4.739.677
E. Financiële vaste activa 443.870.030 304.048.023
F. Vorderingen financiële leasing 177.018.085 186.775.769
G. Handelsvorderingen en andere activa 11.738.065 14.809.696
II. VLOTTENDE ACTIVA 10.801.116 23.887.328
D. Handelsvorderingen 3.299.968 2.645.904
E. Belastingenvorderingen en andere vlottende activa 5.333.331 19.049.402
F. Kas en kasequivalenten 976.642 1.313.349
G. Overlopende rekeningen 1.191.176 878.672
TOTAAL ACTIVA 1.159.607.493 962.346.026
EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN
EIGEN VERMOGEN 563.394.815 479.258.685
A. Kapitaal 165.048.798 160.226.675
B. Uitgiftepremie 246.128.473 233.064.630
C. Reserves 63.553.245 26.312.560
D. Nettoresultaat van het boekjaar 88.664.299 59.654.821
VERPLICHTINGEN 596.212.678 483.087.341
I. Langlopende verplichtingen 208.578.269 290.134.304
B. Langlopende financiële schulden 202.407.731 270.272.018
C. Andere langlopende financiële verplichtingen 4.998.048 19.494.005
E. Andere langlopende verplichtingen 1.172.491 368.281
II. Kortlopende verplichtingen 387.634.409 192.953.038
B. Kortlopende financiële schulden 376.420.462 150.891.917
D. Handelsschulden en andere kortlopende schulden 8.133.400 37.594.780
E. Andere kortlopende verplichtingen 0 2.242.195
F. Overlopende rekeningen 3.080.547 2.224.146
TOTAAL EIGEN VERMOGEN + VERPLICHTINGEN 1.159.607.493 962.346.026

4.4 Verkorte statutaire resultaatverwerking

  • 1 Toevoeging aan/onttrekking van de reserve voor het positieve of negatieve saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed (-/+)(1)
  • 2 Toevoeging aan/onttrekking van de reserve van geschatte rechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen (-/+)(1)
  • 5 Toevoeging aan de reserve voor het saldo van de variatie in de toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS (-)
  • 11 Toevoeging aan/onttrekking van overgedragen resultaat van vorige boekjaren (-/+)
  • 12 Toevoeging aan/onttrekking van de reserve voor het aandeel in de winst of verlies en in de niet-gerealiseerde resultaten van deelnemingen die administratief verwerkt worden volgens de equitymethode.
Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
A. Nettoresultaat / globaal resultaat 88.664.299 59.654.821
B. Toevoeging aan / onttrekking reserves (-/+) -60.922.674 -37.066.490
1 Toevoeging aan/onttrekking van de reserve voor het positieve of
negatieve saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed (-/+)(1)
-19.236.769 -18.546.001
2 Toevoeging aan/onttrekking van de reserve van geschatte rechten en
-kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen (-/+)(1)
471.032 1.547.340
5 Toevoeging aan de reserve voor het saldo van de variatie in de
toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een
afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS (-)
-38.591.131 -11.165.200
11 Toevoeging aan/onttrekking van overgedragen resultaat van vorige
boekjaren (-/+)
-151.527 -4.524.234
12 Toevoeging aan/onttrekking van de reserve voor het aandeel in de winst
of verlies en in de niet-gerealiseerde resultaten van deelnemingen die
administratief verwerkt worden volgens de equitymethode.
-3.414.279 -4.378.394
Indien A+B kleiner is dan C dan kan enkel deze som uitgekeerd worden 27.741.625 22.588.331
C. Vergoeding voor het kapitaal
overeenkomstig artikel 13 van het GVV-kb
25.113.918 22.579.171
D. Vergoeding voor het kapitaal, andere dan c 2.627.707 9.160
  • C. Vergoeding voor het kapitaal
  • overeenkomstig artikel 13 van het GVV-kb

(1) A.g.v. een reclassificatie tussen deze posten werden de cijfers per 31 december 2021 eveneens aangepast teneinde een correcte vergelijkbaarheid mogelijk te maken.

Heemstede (NL) I De Meerlhorst

4.5 Uitkeringsplicht volgens het KB van 13 juli 2014 met betrekking tot de GVV

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
De openbare GVV dient als vergoeding van het kapitaal een bedrag uit te keren ten belope van het bedrag van
het positief nettoresultaat van het boekjaar na aanzuivering van de overgedragen verliezen en na de toevoeging/
onttrekking aan/van reserves zoals berekend bij punt "4.4 Verkorte statutaire resultaatverwerking" op pagina 245, post
"B.Toevoeging/onttrekking aan/van de reserves".
Positief Nettoresultaat 27.741.625 22.588.331
Bedrag berekend bij "Resultaatverwerking" punt B -60.922.674 -37.066.490
Nettoresultaat 88.664.299 59.654.821

Indien dit berekende saldo van het positief nettoresultaat gelijk is aan nul, is de vennootschap niet verplicht een dividend uit te keren. Indien dit berekende saldo van het positief nettoresultaat groter is dan nul, dient de vennootschap een vergoeding van het kapitaal ten minste het positieve verschil tussen 1° en 2° uit te keren als vergoeding van het kapitaal.

1°, Zijnde 80% van een bedrag dat gelijk is aan de som van (A) de aangepaste EPRA-winst en van (B) de nettomeerwaarden op de realisatie van onroerende goederen die niet zijn vrijgesteld van verdeling.

(A) de aangepaste EPRA-winst wordt berekend cfr. Bijlage C, Hoofdstuk 3 van het GVV-KB.
Nettoresultaat 88.664.299 59.654.821
(+) Afschrijvingen en waardeverminderingen 427.614 254.511
(+/-) Overige niet-monetaire bestanddelen -39.613.849 -15.889.738
(+/-) Variaties in reële waarde van financiële activa en passiva (swaps) -38.591.131 -11.165.200
(+/-) Aandeel in de winst of het verlies van deelnemingen die administratief
verwerkt worden volgens de 'equity'-methode
-4.094.349 -5.581.425
(+/-) Onroerende leasing-winst- of verliesmarge projecten toegerekend aan de
periode
3.071.632 856.887
(+) Dividenden ontvangen van deelnemingen die administratief verwerkt worden
volgens de 'equity'-methode
680.070 1.203.031
(+/-) Variaties in de reële waarde van vastgoed -18.765.737 -16.998.661
(A) AANGEPASTE EPRA-WINST 31.392.398 28.223.964
(B) De nettomeerwaarden op de realisatie van onroerende goederen die niet zijn vrijgesteld van verdeling
(B) NETTOMEERWAARDEN
1° = 80% VAN DE SOM VAN (A) + (B) 25.113.918 22.579.171
2° Zijnde de nettovermindering van de schuldenlast van de GVV, tijdens het boekjaar:
2° = 0 0
Positieve verschil tussen 1° en 2° 25.113.918 22.579.171
MINIMUM UIT TE KEREN DIVIDEND
VOLGENS ARTIKEL 13 VAN HET GVV-KB
25.113.918 22.579.171

4.6 Niet-uitkeerbaar eigen vermogen volgens artikel 7:212 van het WVV

De vermelde verplichtingen in artikel 13 van het GVV-KB doet geen afbreuk aan de toepassing van artikel 7:212 WVV dat voorziet dat geen uitkering van een dividend mag plaatsvinden indien als gevolg hiervan, het nettoactief van de Vennootschap zou dalen beneden het kapitaal vermeerderd met de reserves die niet uitkeerbaar zijn op grond van de wet of de statuten.

Bedragen in EUR 31/12/2022 31/12/2021
Onder nettoactief wordt verstaan het totaalbedrag van de activa zoals dat blijkt uit de balans, verminderd met
de voorzieningen en schulden.
Nettoactief 563.394.815 479.258.685
Voorgestelde dividenduitkering -27.741.625 -22.588.331
Nettoactief na dividenduitkering 535.653.190 456.670.354
Het kapitaal vermeerderd met de reserves die niet uitkeerbaar zijn op grond
van de wet of de statuten wordt cfr. het GVV-KB (Bijlage C - hoofdstuk 4)
berekend als de rekenkundige som van gestort kapitaal (+)
165.048.798 160.226.675
Volgens de statuten niet-beschikbare uitgiftepremie (+) 246.128.473 233.064.630
Reserve voor het positieve saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed (+) 54.160.737 34.923.968
Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en
-kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen (-)
-3.487.549 -3.016.517
Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten
afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding
zoals gedefinieerd in IFRS (+/-)
22.186.527 -16.404.604
Reserve voor het aandeel in de winst of het verlies en in de niet-gerealiseerde
resultaten van deelnemingen die administratief verwerkt worden volgens de
equitymethode
19.591.095 16.176.816
Niet uitkeerbaar eigen vermogen 503.628.080 424.970.967
RESTERENDE MARGE VOLGENS ARTIKEL 7:212 WETBOEK
32.025.110
31.699.387

RESTERENDE MARGE VOLGENS ARTIKEL 7:212 WETBOEK VENNOOTSCHAPPEN EN VERENIGINGEN

4.7 Mutatieoverzicht van het niet-geconsolideerd eigen vermogen (1)

Kapitaal Uitgifte
premie
Reserves
voor het
saldo van
de variaties
in de
investerings
waarde van
het vastgoed
Reserves voor het saldo van
de variaties in de reële
waarde van vastgoed
Reserve voor de
impact op de
reële
waarde van
geschatte
mutatierechten
en -kosten bij
hypothetische
vervreemding
van vastgoed
beleggingen (-)
Reserves
voor impact
swaps(2)
Andere
reserves
Reserve
voor eigen
aandelen
Reserve voor het
aandeel in de winst
of het verlies en in
de niet-gerealiseerde
resultaten van deelne
mingen die administra
tief verwerkt worden
volgens de 'equity'-me
thode
Overgedragen
resultaten
van vorige
boekjaren
RESERVES RESULTAAT
VAN HET
BOEKJAAR
TOTAAL
EIGEN
VERMOGEN
1 januari 2021 143.442.647 181.447.992 11.348.795 -618.904 -22.211.550 11.942.615 -218.668 12.404.218 12.377.422 25.023.929 19.864.912 369.779.481
Netto resultaatverwerking boekjaar 2020 5.029.172 -850.274 -5.358.254 179.693 2.366.413 1.366.750 -1.366.750 0
Dividenden -785.489 785.489 0 -18.498.162 -18.498.162
Eigen aandelen -78.119 -78.119 -78.119
Resultaat van de periode (3) 59.654.821 59.654.821
Kapitaalverhoging 16.784.027 51.616.637 68.400.665
31 december 2021 160.226.675 233.064.630 16.377.967 -1.469.177 -27.569.805 11.942.615 -296.787 11.798.422 15.529.325 26.312.560 59.654.821 479.258.685
1 januari 2022 160.226.675 233.064.630 16.377.967 -1.469.177 -27.569.805 11.942.615 -296.787 11.798.422 15.529.325 26.312.560 59.654.821 479.258.685
Netto resultaatverwerking boekjaar 2021 18.546.001 -1.547.340 11.165.200 5.581.425 3.321.203 37.066.490 -37.066.490 0
Dividenden -1.203.031 1.203.031 0 -22.588.331 -22.588.331
Eigen aandelen 296.787 -122.590 174.197 174.197
Resultaat van de periode (3) 88.664.299 88.664.299
Kapitaalverhoging 4.822.123 13.063.843 17.885.966
31 december 2022 165.048.798 246.128.473 34.923.968 -3.016.517 -16.404.604 11.942.615 0 16.176.816 19.930.969 63.553.247 88.664.299 563.394.817
Resultaatsverwerking 2022 voor
dividenduitkering
19.236.769 -471.032 38.591.131 0 0 3.414.279 27.893.152 88.664.299 -88.664.299
TOTAAL 165.048.798 246.128.473 54.160.737 -3.487.549 22.186.527 11.942.615 0 19.591.095 47.824.121 152.217.546 0 563.394.817

(1) A.g.v. een aanbeveling van de FSMA vond er een reclassificatie plaats van de bedragen mbt de equitymethode dewelke verdeeld werden over de verschillende reserverubrieken naar een nieuwe reserverekening "Reserve voor het aandeel in de winst of het verlies en in de niet-gerealiseerde resultaten van deelnemingen die administratief verwerkt worden volgens de 'equity'-methode".

(2) Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS (+/-).

(3) De Vennootschap heeft geen "niet gerealiseerde resultaten" in de zin van IAS 1 zodat het nettoresultaat van de Vennootschap gelijk is aan het globaal resultaat

Lanaken (BE) I 3 Eiken

VIII. Permanent document

VIII. PERMANENT DOCUMENT

1. Algemene inlichtingen

1.1 Maatschappelijke benaming (artikel 1 van de statuten)

De Vennootschap heeft de vorm van een naamloze vennootschap. Zij is onderworpen aan het wettelijk stelsel van de openbare gereglementeerde vastgoedvennootschappen, wettelijk afgekort tot "openbare GVV". Zij draagt de naam "CARE PROPERTY INVEST", afgekort "CP Invest".

De maatschappelijke naam van de Vennootschap en het geheel van de documenten die zij voortbrengt (inbegrepen alle akten en facturen) bevatten de vermelding "Openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap", of worden onmiddellijk gevolgd door deze woorden. Tevens dient de maatschappelijke naam steeds door de woorden "naamloze vennootschap" of de afkorting "nv" te worden voorafgegaan of gevolgd.

De Vennootschap trekt haar financiële middelen, in België of in het buitenland, aan via een openbaar aanbod van aandelen. De aandelen van de Vennootschap zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt, m.n. Euronext Brussels.

De Vennootschap is onderworpen aan de op elk ogenblik toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen en in het bijzonder aan de bepalingen van de Wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, zoals gewijzigd door de Wet van 22 oktober 2017 (de "GVV-Wet") en het Koninklijk Besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen, zoals gewijzigd op 23 april 2018 (het "GVV-KB").

De Vennootschap is eveneens onderworpen aan artikel 2.7.6.0.1 van de Vlaamse Codex Fiscaliteit (VCF) m.b.t. de vrijstelling inzake successierechten verbonden aan de maatschappelijke rechten in vennootschappen opgericht in het kader van de realisatie en/of financiering van investeringsprogramma's van serviceflats, zoals van tijd tot tijd gewijzigd.

1.2 Zetel, adres, telefoonnummer en website

De zetel van de Vennootschap is gevestigd in het Vlaams Gewest en dit te 2900 Schoten, Horstebaan 3 en is telefonisch bereikbaar op het nummer +32 3 222 94 94 en per e-mail op info@carepropertyinvest. be.

De raad van bestuur kan de zetel verplaatsen naar gelijk welke andere plaats in België, mits inachtneming van de taalwetgeving.

De Vennootschap mag, bij beslissing van de raad van bestuur, administratieve zetels, burelen, bijhuizen, agentschappen en kantoren vestigen op gelijk welke andere plaats in België of in het buitenland.

Voor de toepassing van artikel 2:31 WVV is de website van de Vennootschap www.carepropertyinvest.be. Het e-mailadres van de vVennootschap is [email protected].

De informatie die beschikbaar wordt gesteld via de website, vormt geen deel van dit URD, tenzij die informatie per verwijzing werd opgenomen.

1.3 Oprichting en bekendmaking

De naamloze vennootschap Care Property Invest werd opgericht op 30 oktober 1995 onder de benaming "Serviceflats Invest" krachtens een akte verleden voor notaris Jan Boeykens te Antwerpen, en gepubliceerd in de Bijlagen van het Belgisch Staatsblad van 21 november 1995 onder het nummer 1995-11-21/176.

1.4 Ondernemingsnummer

De Vennootschap is ingeschreven in het rechtspersonenregister (RPR) van Antwerpen (afdeling Antwerpen) onder het nummer 0456.378.070.

1.5 Voorwerp (artikel 3 van de statuten)

De Vennootschap heeft als uitsluitend voorwerp:

(a) rechtstreeks of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen, onroerende goederen ter beschikking te stellen van gebruikers;

(b) binnen de grenzen van de GVV-Wet, vastgoed te bezitten zoals vermeld in artikel 2, 5°, vi tot xi van de GVV-Wet;

(c) het op lange termijn rechtstreeks, of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen, desgevallend in samenwerking met derden, met een publieke opdrachtgever afsluiten van of toetreden tot één of meerdere: (i) DBF- overeenkomsten, de zogenaamde "Design, Build, Finance" overeenkomsten, behoudens indien uitsluitend te kwalificeren als een promotieopdracht van werken in de zin van artikel 115, 4° van het Koninklijk Besluit plaatsing van 15 juli

2011; (ii) DB(F)M-overeenkomsten, de zogenaamde "Design, Build, (Finance) and Maintain" overeenkomsten; (iii) DBF(M) O-overeenkomsten, de zogenaamde "Design, Build, Finance, (Maintain) and Operate" overeenkomsten; en/of (iv) overeenkomsten voor concessie van openbare werken met betrekking tot gebouwen en/of andere infrastructuur van onroerende aard en daarop betrekking hebbende diensten, en op basis waarvan: (i) zij instaat voor de terbeschikkingstelling, het onderhoud en/of de exploitatie ten behoeve van een publieke entiteit en/of de burger als eindgebruiker, ten einde invulling te geven aan een maatschappelijke behoefte en/of de voorziening van een openbare dienst te faciliteren; en (ii) het daarmee gepaard gaande financierings-, beschikbaarheids-, vraag- en/of exploitatierisico, bovenop het eventuele bouwrisico, geheel of gedeeltelijk door haar kan worden gedragen, zonder daarbij noodzakelijkerwijze over zakelijke

rechten te beschikken.

(d) het op lange termijn rechtstreeks, of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen, desgevallend in samenwerking met derden, ontwikkelen, laten ontwikkelen, oprichten, laten oprichten, beheren, laten beheren, uitbaten, laten uitbaten of ter beschikking stellen van: (i) nutsvoorzieningen en opslagplaatsen voor vervoer, verdeling of opslag van elektriciteit, gas, fossiele of niet-fossiele brandstof en energie in het algemeen en de daarmee verband houdende goederen; (ii) nutsvoorzieningen voor vervoer, verdeling, opslag of zuivering van water en de daarmee verband houdende goederen; (iii) installaties voor opwekking, opslag en het transport van al dan niet

hernieuwbare energie en de daarmee verband houdende goederen; of (iv) afval- en verbrandingsinstallaties en de daarmee verband houdende goederen. De activiteit, zoals omschreven in de voorafgaande leden, dient betrekking te hebben op het financieren en realiseren van (i) wat het Vlaams Gewest betreft, uitsluitend projecten betreffende hoofdzakelijk (a) het tot stand brengen van serviceflatgebouwen vermeld in artikel 88, §5, van het Woonzorgdecreet van 13 maart 2009 (zoals van tijd tot tijd gewijzigd) of (b) onroerende goederen voor voorzieningen in het kader van het Woonzorgdecreet van 13 maart 2009 of (c) onroerende goederen voor personen met een handicap, (ii) wat de Europese Economische Ruimte, uitgezonderd het Vlaamse Gewest, betreft, projecten gelijkaardig aan de projecten vermeld onder (i), of (iii) onroerende goederen die in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte zijn gelegen en uitsluitend of hoofdzakelijk voor aan woonzorg of gezondheidszorg aangepaste wooneenheden aangewend worden of bestemd zijn of (iv) andere projecten die van tijd tot tijd toegelaten zijn onder de toepasselijke wetgeving inzake de vrijstelling van successierechten, zonder intrekking van de erkenning onder die wetgeving" (hierna samen, "Projecten").

In het kader van de terbeschikkingstelling van onroerende goederen, kan de Vennootschap, in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, en binnen de hogervermelde grenzen, alle activiteiten uitoefenen die verband houden met de oprichting, de bouw (zonder afbreuk te doen aan het verbod om op te treden als bouwpromotor in de zin van de GVV- Wet, behoudens wanneer het occasionele verrichtingen betreft), de verbouwing, renovatie, de inrichting, de ontwikkeling,

de verwerving, de vervreemding, de verhuur, de onderverhuring, de ruil, de inbreng, de overdracht, de verkaveling, het onderbrengen onder het stelsel van mede-eigendom of onverdeeldheid van vastgoed zoals hierboven beschreven, het verlenen of verkrijgen van opstalrechten, vruchtgebruik, erfpacht of andere zakelijke of persoonlijke rechten op vastgoed zoals hierboven beschreven, het beheer en de exploitatie van onroerende goederen.

De Vennootschap mag tevens in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, en binnen de hogervermelde grenzen:

onroerende goederen, met of zonder koopoptie, in leasing nemen;

als hoofdactiviteit of ten bijkomende titel, onroerende goederen, met of zonder koopoptie, in leasing geven (met dien verstande dat het in leasing geven van onroerende goederen met koopoptie slechts de hoofdactiviteit kan zijn, zoals bepaald in, en voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden van, artikel 17, derde lid van het GVV-KB);

activiteiten ontwikkelen in het kader van publiek-private samenwerking, al dan niet ondergebracht in een institutionele gereglementeerde vastgoedvennootschap;

initieel minder dan 25% aanhouden in het kapitaal van een vennootschap waarin de activiteiten bedoeld onder (c) van dit artikel worden uitgeoefend, voor zover de genoemde deelneming binnen twee jaar, of elke langere termijn die de publieke entiteit waarmee wordt gecontracteerd in dit verband vereist, na afloop van de bouwfase van het PPS-project als gevolg van een overdracht van aandelen wordt omgezet in een deelneming overeenkomstig de bepalingen van de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen;

ten bijkomende of tijdelijke titel, beleggen in effecten, die geen vastgoed zijn in de zin van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen. Deze beleggingen zullen uitgevoerd worden in overeenstemming met het risicobeheerbeleid aangenomen door de Vennootschap en zullen gediversifieerd zijn, zodat zij een passende risicodiversificatie verzekeren. De Vennootschap mag eveneens niettoegewezen liquide middelen bezitten. De liquide middelen kunnen in alle munten gehouden worden onder de vorm van deposito's op zicht, of op termijn of door elk instrument van de geldmarkt, vatbaar voor gemakkelijke mobilisatie;

hypotheken of andere zekerheden stellen of garanties geven in het kader van de activiteiten van de vennootschap of haar groep, binnen de daartoe door de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen bepaalde grenzen;

kredieten verstrekken binnen de daartoe door de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen bepaalde grenzen; en verrichtingen op toegelaten afdekkingsinstrumenten (zoals gedefinieerd in de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde

vastgoedvennootschappen) uitvoeren, voor zover deze verrichtingen deel uitmaken van een door de Vennootschap vastgelegd beleid ter dekking van financiële risico's, met uitzondering van speculatieve

verrichtingen.

De Vennootschap zal, met inachtneming van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, binnen de hogervermelde grenzen, alle onroerende, roerende, financiële, commerciële en industriële verrichtingen mogen doen welke rechtstreeks of onrechtstreeks in verband staan met haar doel of welke eenvoudig van aard zijn om de verwezenlijking ervan na te streven of te vergemakkelijken, en dit zowel in het binnen- als in het buitenland.

Met inachtneming van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, en binnen de hogervermelde grenzen, kan de vennootschap door middel van inbreng in geld of in natura, van fusie, splitsing of een andere vennootschapsrechtelijke herstructurering, inschrijving, deelneming, financiële tussenkomst of op een andere wijze, een aandeel nemen in alle bestaande of op te richten vennootschappen of ondernemingen, in België of het buitenland, waarvan het maatschappelijk doel gelijkaardig is aan het hare, of van aard is de verwezenlijking van haar doel na te streven of te vergemakkelijken.

1.6 Duur (artikel 5 van de statuten)

De Vennootschap werd opgericht voor een onbepaalde duur en is actief sedert datum van oprichting.

Zij kan worden ontbonden door een beslissing van de algemene vergadering beraadslagend volgens de voorwaarden en vormen vereist voor een statutenwijziging.

1.7 Boekjaar – Jaarrekening – Jaarverslag (artikel 41 van de statuten)

Het boekjaar begint op één januari en eindigt op eenendertig december van elk jaar (uitgezonderd het eerste boekjaar: dit liep van 30/10/1995 t.e.m. 31/12/1996).

Op het einde van elk boekjaar maakt de raad van bestuur een inventaris op alsmede de jaarrekening. De bestuurders stellen tevens een verslag op waarin zij rekenschap geven van hun beleid, i.e. het jaarverslag. Dat verslag bevat een commentaar op de jaarrekening waarbij een getrouw overzicht wordt gegeven van de gang van zaken en van de positie van de Vennootschap. Dat verslag bevat eveneens de informatie voorgeschreven door het WVV, waaronder een verklaring inzake deugdelijk bestuur, die er een specifiek onderdeel van vormt. Deze verklaring inzake deugdelijk bestuur bevat tevens het remuneratieverslag dat er een specifiek onderdeel van vormt.

De commissaris stelt met het oog op de algemene jaarvergadering een schriftelijk en omstandig verslag op, i.e. het controleverslag.

Van zodra de oproeping tot de vergadering is gepubliceerd, mogen de aandeelhouders kennisnemen van de jaarrekening en de andere stukken vermeld in het WVV.

1.8 Algemene Vergadering

In overeenstemming met artikel 32 van de gecoördineerde statuten vindt de gewone algemene vergadering elke laatste woensdag van de maand mei plaats.

1.9 Erkende Commissaris

In overeenstemming met artikel 29 van de statuten heeft de algemene vergadering van 25 mei 2022 de besloten vennootschap EY Bedrijfsrevisoren, met zetel te 1831 Diegem, De Kleetlaan 2, ondernemingsnr. 0446.334.711, RPR Brussel en lidmaatschapsnr. B160, benoemd als commissaris voor een termijn van drie jaar. Deze vennootschap heeft mevrouw Christel Weymeersch, bedrijfsrevisor, aangeduid als vertegenwoordiger die gemachtigd is haar te vertegenwoordigen en die belast wordt met de uitoefening van het mandaat in naam en voor rekening van EY. Het mandaat vervalt na de algemene vergadering der aandeelhouders die de jaarrekening per 31 december 2024 dient goed te keuren.

1.10 Interne audit

De raad van bestuur doet voor de interne auditfunctie in de zin van artikel 17§3 GVV-Wet beroep op een extern consultant. Tot 31 januari 2023 werd dit mandaat waargenomen door Mazars Advisory. Sinds 1 februari 2023 neemt BDO Advisory bv/srl dit mandaat waar.

1.11 Vastgoeddeskundige

In toepassing van de GVV-Wet en het GVV-KB dient het vastgoed van de Vennootschap gewaardeerd te worden door een erkend en onafhankelijk vastgoeddeskundige. Deze dient de "reële waarde" van de gebouwen te bepalen die wordt opgenomen in de jaarrekening van de Vennootschap. De Vennootschap doet hiervoor een beroep op (i) Stadim bv, met zetel te 2018 Antwerpen, Mechelsesteenweg 180, (ii) Cushman & Wakefield nv, met zetel te 1000 Brussel, Kunstlaan 56 en (iii) CBRE Unlimited Company met zetel te Connaught House, Number One Burlington Road, Dublin 4, Ireland. De respectievelijke overeenkomsten werden gesloten voor een hernieuwbare termijn van 3 jaar. De lopende termijn voor Stadim bv eindigt op 31 december 2025, deze voor Cushman & Wakefield op 31 maart 2023 en deze voor CBRE op 30 maart 2025. Het ereloon van deze vastgoeddeskundigen is onafhankelijk van de reële waarde van het te waarderen vastgoed.

Evaluatiemethode

Voor de evaluatie wordt gebruik gemaakt van volgende benadering:

Een gedetailleerde actualisatie van de financiële stromen op basis van expliciete veronderstellingen van toekomstige evoluties van deze inkomsten en de eindwaarde. In dit geval houdt de actualisatievoet rekening met de financiële interesten op de kapitaalmarkten, vermeerderd met een specifieke risicopremie voor vastgoedinvesteringen. In de evaluatie wordt op een conservatieve

manier rekening gehouden met schommelende rentevoeten en inflatieperspectieven.

Deze evaluaties worden eveneens getoetst aan de eenheidsprijzen die worden genoteerd bij de verkoop van vergelijkbare gebouwen, waarna men een correctie zal toepassen die rekening houdt met de eventuele verschillen tussen deze referenties en de betrokken goederen.

De ontwikkelingsprojecten (bouw, verbouwings- of uitbreidingswerken) worden gewaardeerd door de kosten van het project bij de voltooiing ervan af te trekken van zijn verwachte waarde die werd bepaald door bovenvermelde benaderingen toe te passen. De kosten van de studiefase van de bouw, verbouwingsof uitbreidingswerken worden aan hun aanschaffingswaarde gewaardeerd.

De aandelen van de Vennootschap zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt, m.n. Euronext Brussels.

1.12 Financiële dienst

Belfius Bank, BNP Paribas Fortis, KBC Bank, CBC Banque, Bank Degroof Petercam, VDK Spaarbank en ABN AMRO Bank.

1.13 Beursnotering

  • Euronext Brussels
  • Industry Classification Benchmark 8673 Residential REITs.
  • ISIN code: BE0974273055
  • LEI nummer: 54930096UUTCOUCQDU64.

Hieronder een overzicht van de indexen waarin Care Property Invest ondertussen is opgenomen:

Opname index op 31 december 2022
Naam index
Euronext Bel Mid index (Euronext Brussels)
Euronext Real Estate (Euronext Brussels)
GPR (Global Property Research) General Europe Index
GPR (Global Property Research) General Europe Quoted Index (excl. open-end bankfondsen)

1.14 Analisten

Care Property Invest wordt gevolgd door:

Bank Degroof Petercam
Amal Aboulkhouatem
+32 2 662 86 53 A. Aboulkhouatem @degroofpetercam.com
KBC Securities
Lynn Hautekeete
+32 2 429 60 32 [email protected]
Vlaamse Federatie van Beleggers
Gert De Mesure
+32 2 253 14 75 [email protected]
Belfius-Kepler Cheuvreux
Frédéric Renard
+32 1 149 14 63 [email protected]
ABN AMRO
Steven Boumans
+31 63 056 91 59 [email protected]
Berenberg
Kai Klose
+44 20 32 07 78 88 [email protected]
Kempen
Véronique Meertens
+31 20 348 84 44 [email protected]

1.15 Liquidity provider

De Vennootschap heeft in februari 2018 Bank Degroof Petercam aangesteld als liquidity provider. De Vennootschap ging in november 2018 over tot de aanstelling van KBC Securities als bijkomende liquidity provider om een verdere verbetering van de liquiditeit van haar aandeel te bewerkstelligen. Op 15 november 2022 werd het contract met Bank Degroof Petercam beëindigd.

1.16 Beleggersprofiel

Rekening houdende met het wettelijke stelsel van de GVV in het algemeen en van de residentiële GVV in het bijzonder, kan het aandeel Care Property Invest een interessante belegging vormen voor zowel particuliere als institutionele beleggers.

1.17 Wijziging in de rechten van de aandeelhouders

Overeenkomstig de artikelen 7:153 en 7:155 WVV kunnen de rechten van de aandeelhouders enkel door een buitengewone algemene vergadering worden gewijzigd. Het document met de informatie over de in de artikelen 7:130 en 7:139 WVV bedoelde rechten van de aandeelhouders kan op de website van Care Property Invest worden geraadpleegd (www.carepropertyinvest.be/investeren/aandeelhouder-worden/).

1.18 Stemrecht van de voornaamste aandeelhouders

De voornaamste aandeelhouders van Care Property Invest beschikken niet over andere stemrechten dan diegene die voortvloeien uit hun participatie in het maatschappelijk kapitaal (in de zin van rubriek 16.2 van de bijlage I van de Gedelegeerde Verordening (EU) Nr. 2019/980).

1.19 Strategie of gegevens over gouvernementele, economische, budgettaire, monetaire of politieke beleidslijnen of factoren die rechtstreeks of onrechtstreeks wezenlijke gevolgen hebben of kunnen hebben voor de activiteiten van Care Property Invest

Zie hoofdstuk "I. Risicofactoren" op pagina 8 in dit jaarlijks financieel verslag 2022.

1.20 Geschiedenis en evolutie van de Vennootschap – belangrijke gebeurtenissen in de ontwikkeling van de activiteiten van Care Property Invest

Meer over de Vennootschap en haar geschiedenis, kan geraadpleegd worden verder in dit hoofdstuk bij."5. Historiek Vennootschap en maatschappelijk kapitaal" op pagina 268.

1.21 Informatie aan het publiek

De nodige informatie aangaande de Vennootschap wordt ter beschikking gesteld van het publiek om de transparantie, de integriteit en de goede werking van de markt te verzekeren zoals vereist door het KB van 14 november 2007 betreffende de verplichtingen van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt. De vereiste informatie wordt verspreid en opgeslagen overeenkomstig dit KB via de website van de Vennootschap (www.carepropertyinvest. be), alsook met inachtname van de Circulaire FSMA/2012_01 d.d. 11 januari 2012, incl. latere wijzigingen.

De informatie beschikbaar op de website van de Vennootschap vormt evenwel geen deel van dit URD, tenzij de informatie per verwijzing in dit URD werd opgenomen. Overeenkomstig het voormelde KB dient de verstrekte informatie getrouw, nauwkeurig en oprecht te zijn en dient het de aandeelhouders en het publiek in staat te stellen de invloed van de informatie op de positie, het bedrijf en de resultaten van de Vennootschap te beoordelen. De bijeenroeping van de algemene vergadering wordt gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad en in een financieel dagblad en wordt ook bekendgemaakt via de media en de website van de Vennootschap (www.carepropertyinvest.be), met toepassing van het WVV. Iedere geïnteresseerde kan zich kosteloos registreren op de website van de Vennootschap om de persberichten per e-mail te ontvangen. De besluiten betreffende de benoemingen en ontslagen van de leden van de raad van bestuur en de commissaris, worden bekendgemaakt in de Bijlagen van het Belgisch Staatsblad.

De jaarrekeningen worden neergelegd bij de Nationale Bank van België.

Het jaarlijks en halfjaarlijks financieel verslag wordt ter beschikking gesteld aan de aandeelhouders op naam en aan éénieder die erom verzoekt. De verslagen, de communiqués van de Vennootschap, de jaarlijkse informatie, de publicaties inzake de betaalbaarstelling van het dividend, alle verplicht bekend te maken informatie, alsook de gecoördineerde statuten en het Corporate Governance Charter zijn tijdens de geldigheidsduur van dit URD beschikbaar op de website van de Vennootschap (www. carepropertyinvest.be). Bepaalde relevante wetsartikelen, koninklijke besluiten en beslissingen van toepassing voor Care Property Invest worden louter ter informatie vermeld op de website en kunnen aldaar geraadpleegd worden.

1.22 Door verwijzing opgenomen informatie

Voor een overzicht van de activiteiten, werkzaamheden en historische financiële informatie wordt verwezen naar de jaarlijkse financiële verslagen van de Vennootschap voor de boekjaren 2020 en 2021, alsook naar de halfjaarlijkse financiële verslagen en de publicatie van de tussentijdse verklaringen van de raad van bestuur die door verwijzing worden opgenomen in dit URD. De jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële verslagen werden gecontroleerd door de commissaris van de Vennootschap. De tussentijdse verklaringen werden niet gecontroleerd door de commissaris. Deze informatie kan op de zetel of op de website (www.carepropertyinvest.be) van Care Property Invest worden geraadpleegd.

Waar hier niet naar het gehele document verwezen wordt, maar slechts naar bepaalde delen ervan, zijn de nietopgenomen delen wat het huidig URD betreft niet relevant voor de belegger.

Jaarlijks financieel verslag 2020

Jaarlijks financieel verslag 2021

Jaarlijks financieel verslag 2020
III. Beheersverslag pagina 32
VI. Vastgoedverslag pagina 136
VII. Jaarrekening, incl. Geconsolideerde jaarrekening, Toelichtingen en Verkorte statutaire
jaarrekening
pagina 160
VII./3. Verslag van de commissaris (oordeel zonder voorbehoud) pagina 224
Jaarlijks financieel verslag 2021
III. Beheersverslag pagina 34
VI. Vastgoedverslag pagina 132
VII. Jaarrekening, incl. Geconsolideerde jaarrekening, Toelichtingen en Verkorte statutaire
jaarrekening
pagina 156
VII./3. Verslag van de commissaris (oordeel zonder voorbehoud) pagina 214
Halfjaarlijks financieel verslag 2022
I. Tussentijds beheersverslag pagina 10
IV. Vastgoedverslag pagina 56
V. Verkorte financiële staten incl. Toelichtingen pagina 74
V./9. Verslag van de commissaris pagina 89

Halfjaarlijks financieel verslag 2022

Tussentijdse verklaring 3de kwartaal 2022

Zie website van de Vennootschap,https://www.carepropertyinvest.be

Gecoördineerde statuten

De gecoördineerde statuten per 24/01/2023 zijn integraal opgenomen in dit hoofdstuk onder punt "6. Gecoördineerde statuten".

Corporate Governance Charter

Zie website van de Vennootschap,https://www.carepropertyinvest.be/investeren/corporate-governance/

1.23 Significante wijziging van de financiële of commerciële toestand

De financiële of commerciële toestand van de Vennootschap is sinds het einde van het vorige boekjaar, waarvan de gecontroleerde jaarrekeningen of de tussentijdse jaarrekeningen werden gepubliceerd, niet significant gewijzigd.

2. Inlichtingen i.v.m. mogelijke oorzaken of gevolgen van een eventuele openbare overnamebieding

2.3 Kapitaalstructuur

De kapitaalstructuur wordt weergegeven in hoofdstuk "IV. Care Property Invest op de beurs", punt "4. Aandeelhouderschap" op pagina 128. Overeenkomstig artikel 38 van de statuten geeft ieder aandeel recht op één stem. Onderstaande relevante artikelen uit de statuten werden integraal opgenomen in de gecoördineerde statuten (zie punt "6. Gecoördineerde statuten" op pagina 270). De statuten zijn ook beschikbaar op www.carepropertyinvest. be.

ARTIKEL 6 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – KAPITAAL

ARTIKEL 7 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – TOEGESTAAN KAPITAAL

ARTIKEL 8 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – WIJZIGING VAN HET KAPITAAL

ARTIKEL 9 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – AARD VAN DE AANDELEN

2.4 Wettelijke of statutaire beperkingen van de uitoefening van het stemrecht

Op 31 december 2022 bezat Care Property Invest 0 eigen aandelen die werden ingekocht om de Vennootschap in staat te stellen haar verplichtingen na te komen m.b.t. de remuneratie van het management.

Vermeldingen ingevolge artikel 34 van het KB van 14 november 2007 betreffende de verplichtingen van emittenten van financiële instrumenten die zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt (FSMA/2012_01 d.d. 11 januari 2012). Care Property Invest geeft hieronder een opsomming van en desgevallend toelichting bij de volgende elementen, voor zover deze elementen van aard zijn een gevolg te hebben in geval van een openbare overnamebieding. Voor het boekjaar 2022 heeft de Vennootschap geen meldingen te doen.

2.1 Regelingen waarvan de inwerkingstelling op een latere datum kan resulteren in een wijziging van de zeggenschap over de uitgevende instelling

De Vennootschap heeft geen kennis van enige regelingen waarvan de inwerkingstelling op een latere datum kan resulteren in een wijziging van de zeggenschap over de Vennootschap.

2.2 Bepalingen in de statuten opgenomen die tot gevolg zouden kunnen hebben dat een wijziging in de zeggenschap wordt vertraagd, uitgesteld of verhinderd

Er wordt verwezen naar artikel 7 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 - TOEGESTAAN KAPITAAL. Het gebruik van het toegestaan kapitaal wordt echter overeenkomstig artikel 7:202 WVV beperkt in het geval van kennisgeving door de FSMA aan de Vennootschap van een openbaar overnamebod. Het kan evenwel niet uitgesloten worden dat deze bepaling mogelijks een vertragend of verhinderend effect zou kunnen hebben op een eventueel overnamebod.

2.5 Statutaire en wettelijke beperking van overdracht van effecten

Onderstaande relevante artikelen uit de statuten werden integraal opgenomen in de gecoördineerde statuten (zie punt "6. Gecoördineerde statuten" op pagina 270). De statuten zijn ook beschikbaar op www.carepropertyinvest.be.

ARTIKEL 13 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – OVERDRACHT VAN AANDELEN

ARTIKEL 15 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – KENNISGEVING VAN BELANGRIJKE DEELNEMINGEN

De wetgeving toepasselijk op naamloze vennootschappen en op genoteerde vennootschappen die een publiek beroep doen op het spaarwezen en openbare gereglementeerde vastgoedvennootschappen in het bijzonder, ook in zoverre deze een beperking tot overdracht van effecten zou inhouden, dient te worden nageleefd.

2.6 Houders van effecten waaraan bijzondere zeggenschapsrechten verbonden zijn – beschrijving van deze rechten

Niet van toepassing: op 31 december 2022 zijn er geen bijzondere zeggenschapsrechten verbonden aan de aandelen van Care Property Invest.

2.7 Het mechanisme voor de controle van enig aandelenplan voor werknemers wanneer de zeggenschapsrechten niet rechtstreeks door de werknemers worden uitgeoefend

Niet van toepassing: er zijn geen aandelenplannen.

2.8 Tussen Care Property Invest en haar bestuurders of werknemers gesloten overeenkomsten die voorzien wanneer, n.a.v. een openbaar overnamebod, de bestuurders ontslag nemen of zonder geldige reden moeten afvloeien of de tewerkstelling van de werknemers beëindigd wordt

Niet van toepassing.

2.9 De regels voor de benoeming en vervanging van de leden van het bestuursorgaan

Onderstaande relevante artikelen uit de statuten werden integraal opgenomen in de gecoördineerde statuten (zie punt "6. Gecoördineerde statuten" op pagina 270). De statuten zijn ook beschikbaar op www.carepropertyinvest.be.

Tilburg (NL) I Maria Margarithakerk

ARTIKEL 16 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – SAMENSTELLING RAAD VAN BESTUUR ARTIKEL 17 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – VOORTIJDIGE VACATURE ARTIKEL 18 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – VOORZITTERSCHAP ARTIKEL 25 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – COMITÉS ARTIKEL 27 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – DAGELIJKS BESTUUR

2.10 De regels voor de wijziging van de statuten

De wetgeving toepasselijk op naamloze vennootschappen en op genoteerde vennootschappen die een publiek beroep doen op het spaarwezen en openbare GVV's in het bijzonder, dient te worden nageleefd. Ingeval van statutenwijziging, of van beslissing waarvoor de wet minstens eenzelfde meerderheidsvereiste oplegt als voor een statutenwijziging, en waarbij aan de rechten en plichten van een bepaalde klasse van aandeelhouders wordt geraakt, dienen de wettelijk voorziene meerderheidsvereisten nageleefd te worden voor elke klasse van aandeelhouders afzonderlijk.

2.11 Bevoegdheden van het bestuursorgaan wat de mogelijkheid tot uitgifte of inkoop van aandelen betreft

Onderstaande relevante artikelen uit de statuten werden integraal opgenomen in de gecoördineerde statuten (zie punt "6. Gecoördineerde statuten" op pagina 270). De statuten zijn ook beschikbaar op www.carepropertyinvest.be.

ARTIKEL 14 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – VERWERVING VAN EIGEN AANDELEN

Verdere toelichting wordt gegeven in hoofdstuk "III. Beheersverslag" onder punt "11.9 De bevoegdheden van het bestuursorgaan, met name wat de mogelijkheid tot uitgifte of inkoop van aandelen betreft" op pagina 108.

2.12 Aandeelhoudersovereenkomsten die bekend zijn bij Care Property Invest en die aanleiding geven tot beperkingen van de overdracht van effecten en/of van de uitoefening van het stemrecht

Onderstaande relevante artikelen uit de statuten werden integraal opgenomen in de gecoördineerde statuten (zie punt "6. Gecoördineerde statuten" op pagina 270). De statuten zijn ook beschikbaar op www.carepropertyinvest.be.

ARTIKEL 13 van de gecoördineerde statuten per 24/01/2023 – OVERDRACHT VAN AANDELEN

Er zijn op 31 december 2022 geen aandeelhoudersovereenkomsten bekend aan de Vennootschap.

2.13 Belangrijke overeenkomsten waarbij Care Property Invest partij is en die in werking treden, wijzigingen ondergaan of aflopen in geval van wijziging van controle over Care Property Invest na een openbaar overnamebod

Er zijn geen belangrijke overeenkomsten waarbij de Vennootschap partij is en die in werking treden, wijzigingen ondergaan of aflopen in geval van wijziging van controle over de Vennootschap na een openbaar overnamebod, behoudens de managementovereenkomsten die werden afgesloten met de CEO, CFO en COO in het kader van hun mandaat als effectieve leider en een aantal kredieten die de Vennootschap heeft afgesloten met kredietinstellingen.

Contractuele bepalingen in de managementcontracten inzake opzegging en vertrekvergoeding worden toegelicht in hoofdstuk III. Beheersverslag, "11.11 Remuneratieverslag 2022" op pagina 110.

Er zijn geen andere overeenkomsten tussen de Vennootschap en haar bestuurders en werknemers die in een vergoeding voorzien wanneer, n.a.v. een openbaar overnamebod, de bestuurders ontslag nemen of zonder geldige reden moeten afvloeien of de tewerkstelling van de werknemers beëindigd wordt.

De Belgische arbeidswetgeving dient te worden gerespecteerd bij ontslag van werknemers.

De kredieten die de Vennootschap afgesloten heeft en die bepalingen bevatten die afhankelijk zijn van een controlewijziging over de Vennootschap, werden overeenkomstig artikel 7:151 WVV door de algemene vergadering goedgekeurd en bekendgemaakt.

3. Verklaringen (Bijlage 1 van Gedelegeerde Verordening (EU) 2019/980)

3.1 Verantwoordelijke personen voor de in het URD verstrekte informatie

De Gedelegeerd Bestuurders zijn verantwoordelijk voor de in dit URD verstrekte informatie, met name: de heren Peter Van Heukelom, Willy Pintens, Dirk Van den Broeck, Filip Van Zeebroeck en mevrouw Valérie Jonkers.

3.2 Verklaring van de voor het URD verantwoordelijke personen

De verantwoordelijke personen vermeld in punt 1.1 hierboven verklaren dat, na het treffen van alle redelijke maatregelen om zulks te garanderen en voor zover hun bekend, de informatie in het URD in overeenstemming is met de werkelijkheid en dat geen gegevens zijn weggelaten waarvan de vermelding de strekking van het URD zou wijzigen.

3.3 Informatie van derden

Care Property Invest verklaart dat de inlichtingen verstrekt door de deskundigen en de erkende commissaris getrouw werden overgenomen en werden opgenomen met hun toestemming. Voor zover Care Property Invest weet en heeft kunnen opmaken uit door de betrokken derde gepubliceerde informatie, zijn geen feiten weggelaten waardoor de weergegeven informatie fout of misleidend zou worden.

Het betreft hier in het bijzonder de inlichtingen verstrekt door de commissaris van de Vennootschap, EY Bedrijfsrevisoren (De Kleetlaan 2 te 1831 Diegem), de uiteenzetting "1. Toestand vastgoedmarkt waarin de Vennootschap actief is" op pagina 146 opgesteld door en in dit jaarlijks financieel verslag onder hoofdstuk "VI. Vastgoedverslag" en het "4. Verslag van de vastgoeddeskundige" op pagina 168, eveneens in hoofdstuk "VI. Vastgoedverslag" opgenomen met akkoord van de erkende vastgoeddeskundigen Stadim bv (Mechelsesteenweg 180 te 2018 Antwerpen), Cushman & Wakefield nv (Kunstlaan 56, 1000 Brussel) en CBRE (Connaught House, Number One Burlington Road, Dublin 4, Ireland). De Vennootschap heeft geen weet van mogelijke belangen die de deskundigen zouden hebben in Care Property Invest.

4. Overige verklaringen

4.1 Verklaring van de verantwoordelijke personen cfr. KB van 14 november 2007

Hierbij verklaren de verantwoordelijke personen vermeld in punt 3.1 hierboven, dat voor zover hen gekend de jaarrekening die werd opgesteld overeenkomstig de toepasselijke standaarden voor jaarrekeningen, een getrouw beeld geeft van het vermogen, de financiële toestand en van de resultaten van de Vennootschap, en dat dit jaarverslag een getrouw overzicht geeft van de ontwikkeling, de resultaten en de positie van de Vennootschap en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen, alsmede een beschrijving van de voornaamste risico's en onzekerheden waarmee de Vennootschap en de in de consolidatie opgenomen ondernemingen geconfronteerd worden.

4.2 Verklaringen met betrekking tot de toekomst

Dit jaarlijks financieel verslag bevat verklaringen die betrekking hebben op de toekomst. Dergelijke verklaringen zijn gebaseerd op schattingen en vooruitzichten van de Vennootschap en bevatten van nature onbekende risico's, onzekere elementen en andere factoren die tot gevolg zouden kunnen hebben dat de resultaten, de financiële toestand, de performantie en de prestaties zouden verschillen van deze die uitdrukkelijk of impliciet zijn meegedeeld in deze op de toekomst gerichte verklaringen. Gelet op deze onzekere factoren houden de op de toekomst gerichte verklaringen geen enkele garantie in.

4.3 Geschillen en scheidsrechterlijke procedures

De raad van bestuur van Care Property Invest verklaart dat er geen enkele tussenkomst van overheidswege, geen enkel rechtsgeding of scheidsrechterlijke procedure hangende zijn, die een relevante invloed zou kunnen hebben op de financiële toestand of op de rendabiliteit van Care Property Invest en dat er, bij haar weten, geen situaties of feiten zijn die aanleiding zouden kunnen geven tot dergelijke overheidstussenkomsten, rechtsgedingen of scheidsrechterlijke

procedures.

Vorst (BE) I Les Saules

5. Historiek Vennootschap en maatschappelijk kapitaal

Datum Aard van de operatie Bedrag van het
maatschappelijk
kapitaal (in €)
Aantal aandelen
(zonder nominale
waarde)
30 oktober 1995 Initieel kapitaal door geldelijke inbreng bij de oprichting (door ASLK
Bank, BACOB Bank, Gemeentekrediet, Kredietbank, Petercam en
GIMV) (maatschappelijk kapitaal bij oprichting door inbreng van
geld)
1.249.383 210
1.249.383 210
7 februari 1996 Kapitaalverhoging door inbreng in geld 59.494.446 10.000
60.743.829 10.210
7 februari 1996 Beursintroductie op Euronext Brussels
16 mei 2001 Reserve incorporatie in het kapitaal 566 10.210
60.744.395 10.210
19 februari 2004 Omzetting van 60 bijzondere aandelen op naam van GIMV naar
gewone aandelen
2012 Investeringsprogramma 2.000 serviceflats voltooid
2014 Serviceflats Invest wordt Care Property Invest en bouwt
voort aan de toekomst. Care Property Invest heeft sinds 25
november 2014 het statuut van een openbare reglementeerde
vastgoedvennootschap (openbare GVV) naar Belgisch recht
24 maart 2014 Splitsing van het aantal aandelen door 1.000 10.210.000
60.744.395 10.210.000
20 juni 2014 Kapitaalverhoging door inbreng in natura in het kader van
keuzedividend
889.004 149.425
61.633.399 10.359.425
22 juni 2015 Kapitaalverhoging in geld met onherleidbaar toewijzingsrecht 16.809.093 2.825.295
78.442.492 13.184.720
2016 Opname Care Property Invest-aandeel als BEL Mid Cap in BEL
Mid- Index.
2016 Lid EPRA-organisatie en opname EPRA prestatie-indicatoren in
financiële verslagen.
15 maart 2017 Kapitaalverhoging door inbreng in natura 10.971.830 1.844.160
89.414.322 15.028.880
2017 De eerste projecten in het Waals en Brussels Hoofdstedelijk
worden verworven.
27 oktober 2017 Kapitaalverhoging in geld met onherleidbaar toewijzingsrecht 25.546.945 4.293.965
114.961.266 19.322.845
2018 Intrede op Nederlandse markt.
Datum Aard van de operatie Bedrag van het
maatschappelijk
kapitaal (in €)
Aantal aandelen
(zonder nominale
waarde)
27 juni 2018 Schrapping bijzondere aandelen en omzetting ervan naar gewone
aandelen.
114.961.266 19.322.845
114.961.266 19.322.845
2019 Opname Care Property Invest-aandeel in Euronext Next 150-index
3 april 2019 Kapitaalverhoging door inbreng in natura 4.545.602 746.301
119.506.869 20.086.876
26 juni 2019 Kapitaalverhoging door inbreng in natura in het kader van
keuzedividend
1.831.673 307.870
121.338.541 20.394.746
2020 Intrede op Spaanse markt
15 januari 2020 Kapitaalverhoging door inbreng in natura 7.439.112 1.250.376
128.777.653 21.645.122
19 juni 2020 Kapitaalverhoging door inbreng in natura in het kader van
keuzedividend
1.624.755 273.091
130.402.408 21.918.213
25 juni 2020 Kapitaalverhoging in geld (versnelde private plaatsing met
samenstelling van een orderboek)
13.040.239 2.191.821
143.442.647 24.110.034
20 januari 2021 Kapitaalverhoging door inbreng in natura 10.091.030 1.696.114
153.533.677 25.806.148
17 november 2021 Kapitaalverhoging door inbreng in natura 6.692.997 1.124.968
160.226.675 26.931.116
2022 Intrede op Ierse markt
20 juni 2022 Kapitaalverhoging door inbreng in natura in het kader van
keuzedividend
1.022.088 171.794
161.248.673 27.102.910
7 juli 2022 Kapitaalverhoging door inbreng in natura 3.800.035 638.715
165.048.798 27.741.625
2023
24 januari 2023 Kapitaalverhoging in geld met onherleidbaar toewijzingsrecht 55.016.264 9.247.208
220.065.062 36.988.833

6. Gecoördineerde statuten

Historiek

De vennootschap werd opgericht bij akte verleden voor notaris Jan Boeykens op 30 oktober 1995, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 21 november daarna onder nummer 19951121/176.

De statuten werden gewijzigd bij akten verleden voor zelfde notaris Jan Boeykens op: 30 oktober 1995, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 24 november daarna onder nummer 19951124/208.

7 februari 1996, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 19 maart daarna onder nummer 19960319/128.

9 juni 1999, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 16 juli daarna onder nummer 19990716/228.

Het kapitaal werd aangepast en omgezet in euro bij beslissing van de algemene vergadering de dato 16 mei 2001, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 17 augustus daarna onder nummer 20010817/309.

De statuten werden vervolgens gewijzigd bij akten verleden voor voornoemde notaris op: 28 januari 2004, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 16 februari daarna onder nummer 20040216/0025164.

7 november 2007, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 7 december daarna onder nummer 20071207/0176419.

27 juni 2012, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 17 juli daarna onder nummer 20120717/0125724.

26 juni 2013, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 19 juli daarna onder nummer 20130719/0112410.

19 maart 2014, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 16 april daarna onder nummer 20140416/0082192.

De statuten werden vervolgens gewijzigd bij akte verleden voor notaris Alvin Wittens te Wijnegem op: 20 juni 2014, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 15 juli daarna onder nummer 20140715/0136439.

25 november 2014, bekendgemaakt in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad van 16 december daarna onder nummer 20141216/0233120.

22 juni 2015, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 17 juli daarna, onder nummer 20150717/0103638.

22 juni 2016, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 14 juli 2016 onder nummer 20160714/0098793.

15 maart 2017, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 11 april 2017, onder nummer 20170411/0051595.

27 oktober 2017, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 27 november nadien, onder nummer 20171127/0165423

16 mei 2018, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 12 juni nadien, onder nummer 20180612/0090633.

3 april 2019, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 30 april nadien, onder nummer 20190430/0059222.

26 juni 2019, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 12 juli nadien, onder nummer 20190712/0094013.

18 december 2019, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 24 januari nadien, onder nummer 20200124/0014900.

15 januari 2020, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 12 februari nadien, onder nummer 20200212/20024540.

15 juni 2020, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 9 september 2020 nadien, onder nummer 20200909/0104355.

19 juni 2020, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad van 9 september 2020 nadien, onder nummer 20200909/0104355.

23 juni 2020, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad op 22 juli 2020 nadien, onder nummer 20200722/0083098.

25 juni 2020, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad op 5 augustus nadien, onder nummer 20200805/0090304.

20 januari 2021, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad op 18 februari 2021 nadien, onder nummer 20210218/0022138.17 november 2021, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad op 21 december 2021 nadien, onder nummer 20211221/0148585

20 juni 2022, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad op 2 augustus 2022 nadien onder nummer 20220802/0093038 en 6 februari 2023, onder nummer 20230206/0017983

7 juli 2022, bekendgemaakt in de bijlagen tot het Belgisch Staatsblad op 23 december 2022 nadien, onder nummer 20221223/0151634

24 januari 2023, neer te leggen ter bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.

GECOÖRDINEERDE TEKST DER STATUTEN PER 24 JANUARI 2023

Wanneer in deze statuten wordt verwezen naar "de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschap", wordt daarmee bedoeld "de op elk ogenblik toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschap".

TITEL I - VORM - NAAM - ZETEL - DOEL - BELEGGINGSBELEID - DUUR ARTIKEL 1 - VORM EN NAAM

De vennootschap heeft de vorm van een naamloze vennootschap.

-

Zij is onderworpen aan het wettelijk stelsel van de openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap pen, genaamd "openbare GVV" of "OGVV". Zij draagt de naam "CARE PROPERTY INVEST", afgekort "CP Invest".

Deze maatschappelijke naam van de vennootschap en het geheel van de documenten die zij voortbrengt (inbegrepen alle akten en facturen) bevatten de vermelding "Openbare gereglementeerde vastgoed vennootschap naar Belgisch recht" of "OGVV naar Belgisch recht", of worden onmiddellijk gevolgd door deze woorden.

Tevens dient de maatschappelijke naam steeds door de woorden "naamloze vennootschap" of de afkor ting "NV" te worden voorafgegaan of gevolgd. De vennootschap is onderworpen aan de op elk ogenblik toepasselijke regelgeving op de geregle menteerde vastgoedvennootschappen en in het bij zonder aan de bepalingen van Wet van 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennoot schappen (de "GVV-Wet") en het Koninklijk Besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen (het "GVV-KB") zoals van tijd tot tijd gewijzigd.

De vennootschap is eveneens onderworpen aan het Besluit van de Vlaamse regering van drie mei negentienhonderd vijfennegentig tot regeling van de vrijstelling inzake successierechten verbonden aan de maatschappelijke rechten in vennootschap pen opgericht in het kader van de realisatie en/ of financiering van investeringsprogramma's van serviceflats, zoals van tijd tot tijd gewijzigd en met ingang van 1 januari 2015 ingevoegd in artikel 2.7.6.0.1. van het Decreet van 13 december 2013 hou dende de Vlaamse Codex Fiscaliteit (de "Vlaamse Codex Fiscaliteit van 13 december 2013").

-

ARTIKEL 2 - ZETEL

De zetel van de vennootschap is gevestigd in het Vlaams Gewest.

Hij mag bij beslissing van de raad van bestuur over geplaatst worden naar gelijk welke andere plaats in België, mits inachtneming van de taalwetgeving. De vennootschap mag, bij beslissing van de raad van bestuur, administratieve zetels, burelen, bijhuizen, agentschappen en kantoren vestigen op gelijk welke andere plaats in België of in het buitenland.

Voor de toepassing van artikel 2:31 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen is de website van de vennootschap www.carepropertyinvest. be. Het e-mailadres van de vennootschap is info@ carepropertyinvest.be.

ARTIKEL 3 - VOORWERP

De vennootschap heeft als uitsluitend voorwerp,

(a) rechtstreeks of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen, onroerende goederen ter beschikking te stellen van gebruikers;

(b) binnen de grenzen van de GVV-Wet, vastgoed te bezitten zoals vermeld in artikel 2, 5°, vi tot xi van de GVV-Wet;

(c) het op lange termijn rechtstreeks, of via een ven nootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen, desgeval lend in samenwerking met derden, met een publieke opdrachtgever afsluiten van of toetreden tot één of

meerdere:

(i) DBF-overeenkomsten, de zogenaamde "Design, Build, Finance" overeenkomsten, behoudens indien uitsluitend te kwalificeren als een promotieopdracht van werken in de zin van artikel 115, 4° van het Koninklijk Besluit plaatsing van 15 juli 2011;

(ii) DB(F)M-overeenkomsten, de zogenaamde "Design, Build, (Finance) and Maintain" overeenkom -

sten;

(iii) DBF(M)O-overeenkomsten, de zogenaamde "Design, Build, Finance, (Maintain) and Operate" overeenkomsten;

en/of

(iv) overeenkomsten voor concessie van openbare werken met betrekking tot gebouwen en/of andere infrastructuur van onroerende aard en daarop be trekking hebbende diensten, en op basis waarvan:

(i) zij instaat voor de terbeschikkingstelling, het onderhoud en/of de exploitatie ten behoeve van een publieke entiteit en/of de burger als eindgebruiker, ten einde invulling te geven aan een maatschappe lijk behoefte en/of de voorziening van een openbare dienst te faciliteren; en

(ii) het daarmee gepaard gaande financierings-, beschikbaarheids-, vraag- en/of exploitatierisi co, bovenop het eventuele bouwrisico, geheel of gedeeltelijk door haar kan worden gedragen, zonder daarbij noodzakelijkerwijze over zakelijke rechten te beschikken.

(d) het op lange termijn rechtstreeks, of via een ven nootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen, desge vallend in samenwerking met derden, ontwikkelen, laten ontwikkelen, oprichten, laten oprichten, beheren, laten beheren, uitbaten, laten uitbaten of ter beschikking stellen van:

(i) nutsvoorzieningen en opslagplaatsen voor vervoer, verdeling of opslag van elektriciteit, gas, fossiele of niet-fossiele brandstof en energie in het algemeen en de daarmee verband houdende

goederen;

(ii) nutsvoorzieningen voor vervoer, verdeling, op slag of zuivering van water en de daarmee verband houdende goederen;

(iii) installaties voor opwekking, opslag en het transport van al dan niet hernieuwbare energie en de daarmee verband houdende goederen; of

(iv) afval- en verbrandingsinstallaties en de daar mee verband houdende goederen. De activiteit, zoals omschreven in de voorafgaande leden, dient be trekking te hebben op het financieren en realiseren van (i) wat het Vlaams Gewest betreft, uitsluitend projecten betreffende hoofdzakelijk (a) het tot stand brengen van serviceflatgebouwen vermeld in artikel 88, §5, van het Woonzorgdecreet van 13 maart 2009 (zoals van tijd tot tijd gewijzigd) of (b) onroerende

goederen voor voorzieningen in het kader van het Woonzorgdecreet van 13 maart 2009 of (c) onroeren de goederen voor personen met een handicap, (ii) wat de Europese Economische Ruimte, uitgezonderd het Vlaamse Gewest, betreft, projecten gelijkaardig aan de projecten vermeld onder (i), of (iii) onroe rende goederen die in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte zijn gelegen en uitsluitend of hoofdzakelijk voor aan woonzorg of gezondheids zorg aangepaste wooneenheden aangewend worden of bestemd zijn of (iv) andere projecten die van tijd tot tijd toegelaten zijn onder de toepasselijke wetgeving inzake de vrijstelling van successierech ten, zonder intrekking van de erkenning onder die wetgeving" (hierna samen, "Projecten").

In het kader van de terbeschikkingstelling van onroerende goederen, kan de vennootschap, in over eenstemming met de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, en binnen de hogervermelde grenzen, alle activiteiten uitoefenen die verband houden met de oprichting, de bouw (zonder afbreuk te doen aan het verbod om op te treden als bouwpromotor in de zin van de GVV-Wet, behoudens wanneer het occasionele verrichtingen betreft), de verbouwing, renovatie, de inrichting, de ontwikkeling, de verwerving, de vervreemding, de verhuur, de onderverhuring, de ruil, de inbreng, de overdracht, de verkaveling, het onderbrengen onder het stelsel van mede-eigendom of onverdeeldheid van vastgoed zoals hierboven beschreven, het verle nen of verkrijgen van opstalrechten, vruchtgebruik, erfpacht of andere zakelijke of persoonlijke rechten op vastgoed zoals hierboven beschreven, het beheer en de exploitatie van onroerende goederen. De ven nootschap mag tevens in overeenstemming met de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, en binnen de hogerver melde grenzen:

onroerende goederen, met of zonder koopoptie, in leasing nemen;

als hoofdactiviteit of ten bijkomende titel, onroerende goederen, met of zonder koopoptie, in leasing geven (met dien verstande dat het in leasing geven van onroerende goederen met koopoptie slechts de hoofdactiviteit kan zijn, zoals bepaald in, en voor zover wordt voldaan aan de voorwaarden van, artikel 17, derde lid van het GVV-KB);

activiteiten ontwikkelen in het kader van publiekprivate samenwerking, al dan niet ondergebracht in een institutionele gereglementeerde vastgoedvennootschap;

initieel minder dan 25% aanhouden in het kapitaal van een vennootschap waarin de activiteiten bedoeld onder (c) van dit artikel worden uitgeoefend, voor zover de genoemde deelneming binnen twee jaar, of elke langere termijn die de publieke entiteit waarmee wordt gecontracteerd in dit verband vereist, na afloop van de bouwfase van het PPSproject als gevolg van een overdracht van aandelen wordt omgezet in een deelneming overeenkomstig de bepalingen van de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen;

ten bijkomende of tijdelijke titel, beleggen in effecten, die geen vastgoed zijn in de zin van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen. Deze beleggingen zullen uitgevoerd worden in overeenstemming met het risicobeheerbeleid aangenomen door de

vennootschap en zullen gediversifieerd zijn, zodat zij een passende risicodiversificatie verzekeren. De vennootschap mag eveneens niet-toegewezen liquide middelen bezitten. De liquide middelen kunnen in alle munten gehouden worden onder de vorm van deposito's op zicht, of op termijn of door elk instrument van de geldmarkt, vatbaar voor gemakkelijke mobilisatie;

hypotheken of andere zekerheden stellen of garanties geven in het kader van de activiteiten van de vennootschap of haar groep, binnen de daartoe door de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen bepaalde grenzen;

kredieten verstrekken binnen de daartoe door de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen bepaalde grenzen; en

verrichtingen op toegelaten

afdekkingsinstrumenten (zoals gedefinieerd in de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen) uitvoeren, voor zover deze verrichtingen deel uitmaken van een door de vennootschap vastgelegd beleid ter dekking van financiële risico's, met uitzondering van speculatieve verrichtingen.

De vennootschap zal, met inachtneming van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, binnen de hogervermel de grenzen, alle onroerende, roerende, financiële, commerciële en industriële verrichtingen mogen doen welke rechtstreeks of onrechtstreeks in ver band staan met haar doel of welke eenvoudig van aard zijn om de verwezenlijking ervan na te streven of te vergemakkelijken, en dit zowel in het binnenals in het buitenland.

Met inachtneming van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschap pen, en binnen de hogervermelde grenzen, kan de vennootschap door middel van inbreng in geld of in natura, van fusie, splitsing of een andere vennoot schapsrechtelijk herstructurering, inschrijving, deelneming, financiële tussenkomst of op een an dere wijze, een aandeel nemen in alle bestaande of op te richten vennootschappen of ondernemingen, in België of het buitenland, waarvan het maatschap pelijk doel gelijkaardig is aan het hare, of van aard is de verwezenlijking van haar doel na te streven of te vergemakkelijken.

ARTIKEL 4 - VERBODSBEPALINGEN

De vennootschap mag niet optreden als vastgoed promotor in de zin van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, tenzij het occasionele verrichtingen betreft. Het is de vennootschap verboden:

    1. deel te nemen aan een syndicaat voor vaste overname of waarborg;
    1. financiële instrumenten uit te lenen, met uitzondering van uitleningen die onder de voorwaarden en volgens de bepalingen van het Koninklijk Besluit van 7 maart 2006 worden verricht;
    1. financiële instrumenten te verwerven die zijn uitgegeven door een vennootschap of een privaatrechtelijke vereniging die failliet werd verklaard, een minnelijk akkoord heeft gesloten met zijn schuldeisers, het voorwerp uitmaakt van een procedure van gerechtelijke reorganisatie, uitstel van betaling heeft verkregen of ten aanzien waarvan in het

buitenland een gelijkaardige maatregel is getroffen; en

  1. contractuele afspraken maken of statutaire bedingen voorzien met betrekking tot perimetervennootschappen, die afbreuk zouden doen aan de stemkracht die hen overeenkomstig de toepasselijke wet toekomt in functie van een deelneming van 25% plus één aandeel.

ARTIKEL 5 - DUUR

De vennootschap wordt voor een onbepaalde duur opgericht en begint te werken op de datum van haar oprichting.

Zij kan worden ontbonden door een beslissing van de algemene vergadering beraadslagend volgens de voorwaarden en vormen vereist voor een statuten wijziging.

TITEL II - KAPITAAL - AANDELEN - ANDERE EFFECTEN

ARTIKEL 6 - KAPITAAL

Het kapitaal bedraagt tweehonderdtwintig miljoen vijfenzestigduizend tweeënzestig euro vijf cent (€ 220.065.062,05).

Het kapitaal wordt vertegenwoordigd door zesen dertig miljoen negenhonderdachtentachtigduizend achthonderd drieëndertig (36.988.833) aandelen zon der vermelding van nominale waarde. Alle aandelen dienen van bij de onderschrijving volledig volgestort te zijn.

ARTIKEL 7 - TOEGESTAAN KAPITAAL

De raad van bestuur is gemachtigd om op de data en tegen de voorwaarden die hij zal vaststellen, in één of meerdere keren het maatschappelijk kapitaal te verhogen met een maximumbedrag van honderd veertien miljoen negenhonderdeenenzestigduizend tweehonderdzesenzestig euro zesendertig cent (€ 114.961.266,36).

Deze machtiging is geldig voor een duur van vijf jaar vanaf de bekendmaking van de beslissing van de buitengewone algemene vergadering van 16 mei 2018 in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad. Zij is hernieuwbaar.

Deze kapitaalverhoging(en) kan/kunnen worden uitgevoerd op iedere wijze toegelaten onder de toe passelijke regelgeving, o.a. door inbreng in geld, door inbreng in natura of bij wijze van gemengde inbreng of door omzetting van reserves, met inbegrip van overgedragen winsten en uitgiftepremies evenals alle eigen vermogensbestanddelen onder de enkel voudige IFRS-jaarrekening van de vennootschap (opgesteld uit hoofde van de toepasselijke regel geving op de gereglementeerde vastgoedvennoot schappen) die voor conversie in kapitaal vatbaar zijn, en al dan niet met creatie van nieuwe effecten, overeenkomstig de regels voorgeschreven door het Wetboek van vennootschappen, de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedven nootschappen en deze statuten. De raad van bestuur kan daarbij nieuwe aandelen uitgeven met dezelfde rechten als de bestaande aandelen.

In voorkomend geval zullen de uitgiftepremies, eventueel na aftrek van een bedrag maximaal gelijk aan de kosten van de kapitaalverhoging in de zin van de toepasselijke IFRS-regels, in het geval van

een kapitaalverhoging waartoe de raad van bestuur beslist heeft, door de raad van bestuur op een onbe schikbare reserverekening geplaatst moeten worden die op dezelfde voet als het kapitaal de waarborg der derden zal uitmaken en die in geen geval zal kunnen verminderd of afgeschaft worden dan met een beslissing van de algemene vergadering beslis send zoals inzake statutenwijziging, behoudens de omzetting in kapitaal zoals hierboven voorzien. Onder de voorwaarden en binnen de grenzen be paald in dit artikel, kan de raad van bestuur tevens inschrijvingsrechten (al dan niet aan een ander effect gehecht) en converteerbare obligaties of obligaties terug betaalbaar in aandelen uitgeven, die aanleiding kunnen geven tot de creatie van dezelfde effecten waarnaar wordt verwezen in het vierde lid, en dit steeds met naleving van de toepasselijke regelgeving en deze statuten.

Onverminderd de toepassing van de dwingende bepalingen vervat in de toepasselijke regelgeving, kan de raad van bestuur daarbij het voorkeurrecht beperken of opheffen in de gevallen en mits nale ving van de voorwaarden bepaald in de toepasselij ke regelgeving, ook wanneer dit gebeurt ten gunste van één of meer bepaalde personen andere dan personeelsleden van de vennootschap of van haar dochtervennootschappen. Desgevallend, dient het onherleidbaar toewijzings

recht ten minste te voldoen aan de modaliteiten vermeld in de toepasselijke regelgeving op de gere glementeerde vastgoedvennootschappen en artikel 8.1 van deze statuten. Onverminderd de toepassing van dwingende bepalingen vervat in de toepasselij ke regelgeving, zijn voormelde beperkingen in het kader van de opheffing of beperking van het voor keurrecht niet van toepassing bij een inbreng in geld met beperking of opheffing van het voorkeurrecht, in aanvulling op een inbreng in natura in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt

gesteld.

Bij uitgifte van effecten tegen inbreng in natura moeten de voorwaarden vermeld in de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoed vennootschappen en artikel 8.2 van deze statuten worden nageleefd (met inbegrip van de mogelijk heid een bedrag af te trekken dat overeenstemt met het deel van het niet-uitgekeerde brutodividend). De bijzondere regels inzake de kapitaalverhoging in natura uiteengezet onder artikel 8.2 zijn echter niet van toepassing bij de inbreng van het recht op dividend in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld. ARTIKEL 8 - WIJZIGING VAN HET KAPITAAL Onverminderd de mogelijkheid tot aanwending van het toegestaan kapitaal door besluit van de raad van bestuur, en mits inachtname van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoed vennootschappen, kan tot kapitaalverhoging of kapitaalvermindering slechts worden besloten door een buitengewone algemene vergadering ten overstaan van een Notaris en overeenkomstig het

Wetboek van vennootschappen en verenigingen en Het is de vennootschap verboden rechtstreeks of

de GVV-wetgeving. taalverhoging.

onrechtstreeks in te schrijven op haar eigen kapi -

Ter gelegenheid van elke kapitaalverhoging bepaalt de raad van bestuur de prijs, de eventuele uitgif -

tepremie en de voorwaarden van uitgifte van de nieuwe aandelen tenzij de algemene vergadering die zelf zou bepalen.

Indien de algemene vergadering besluit om een uitgiftepremie te vragen, dient deze op een onbeschikbare reserverekening te worden geplaatst die op dezelfde voet als het kapitaal de waarborg der derden zal uitmaken en die in geen geval zal kunnen verminderd of afgeschaft worden dan met een beslissing van de algemene vergadering beslissend zoals inzake statutenwijziging, behoudens de omzetting in kapitaal zoals hierboven voorzien. Bij vermindering van het geplaatst kapitaal moeten de aandeelhouders die zich in gelijke omstandigheden bevinden, gelijk worden behandeld, en dienen de overige regels vervat in de dwingende bepalingen van de toepasselijke regelgeving te worden geëerbiedigd.

8.1 Kapitaalverhoging in geld

In geval van een kapitaalverhoging door inbreng in geld en onverminderd de toepassing van de dwingende bepalingen vervat in de toepasselijke regelgeving, kan het voorkeurrecht worden beperkt of opgeheven, in de gevallen en mits naleving van de voorwaarden bepaald in de toepasselijke regelgeving.

Desgevallend dient het onherleidbaar toewijzingsrecht ten minste aan de volgende voorwaarden te voldoen:

  1. het heeft betrekking op alle nieuw uitgegeven effecten;

  2. het wordt aan de aandeelhouders verleend naar rato van het deel van het kapitaal dat hun aandelen vertegenwoordigen op het moment van de verrichting;

  3. uiterlijk aan de vooravond van de opening van de openbare inschrijvingsperiode wordt een maximumprijs per aandeel aangekondigd; en

  4. de openbare inschrijvingsperiode moet in dat geval minimaal drie beursdagen bedragen.

Overeenkomstig de GVV-wetgeving, moet dit echter in elk geval niet worden toegekend in geval van kapitaalverhoging door inbreng in geld uitgevoerd onder de volgende voorwaarden:

  1. de kapitaalverhoging gebeurt met gebruik van het toegestane kapitaal;

  2. het gecumuleerde bedrag van de kapitaalverhogingen die, overeenkomstig dit lid, zijn uitgevoerd over een periode van twaalf (12) maanden, bedraagt niet meer dan 10 % van het bedrag van het kapitaal op het ogenblik van de beslissing tot kapitaalverhoging.

Onverminderd de toepassing van de dwingende bepalingen vervat in de toepasselijke regelgeving, zijn voormelde beperkingen in het kader van de kapitaalverhoging in geld evenmin van toepassing bij een inbreng in geld met beperking of opheffing van het voorkeurrecht, in aanvulling op een inbreng in natura in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.

8.2 Kapitaalverhoging in natura

Bij uitgifte van effecten tegen inbreng in natura moeten, onverminderd de artikelen 7:196 en 7:197 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, volgende voorwaarden worden nageleefd:

  1. de identiteit van de inbrenger moet worden vermeld in het in artikel 7:197 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen bedoelde verslag van de raad van bestuur, alsook, in voorkomend geval, in de oproeping tot de algemene vergadering die voor de kapitaalverhoging wordt bijeengeroepen;

  2. de uitgifteprijs mag niet minder bedragen dan de laagste waarde van (a) een nettowaarde per aandeel die dateert van ten hoogste vier maanden vóór de datum van de inbreng-overeenkomst of, naar keuze van de vennootschap, vóór de datum van de akte van kapitaalverhoging, en (b) de gemiddelde slotkoers van de dertig kalenderdagen voorafgaand aan diezelfde datum;

  3. behalve indien de uitgifteprijs, of, in het in artikel 8.3 bedoelde geval, de ruilverhouding, alsook de betrokken modaliteiten uiterlijk op de werkdag na de afsluiting van de inbrengovereenkomst worden bepaald en aan het publiek worden meegedeeld met vermelding van de termijn waarbinnen de kapitaalverhoging effectief zal worden doorgevoerd, wordt de akte van kapitaalverhoging verleden binnen een maximale termijn van vier maanden; en

  4. het verslag voorzien onder punt 1 hierboven moet eveneens de weerslag toelichten van de voorgestelde inbreng op de toestand van de vroegere aandeelhouders, in het bijzonder wat hun aandeel in de winst, in de nettowaarde per aandeel en in het kapitaal betreft, alsook de impact op het vlak van de stemrechten.

Voor de toepassing van punt 2 hierboven is het toegestaan om van het in punt (b) van punt 2 bedoelde bedrag een bedrag af te trekken dat overeenstemt met het deel van het niet-uitgekeerde brutodividend waarop de nieuwe aandelen eventueel geen recht zouden geven. De raad van bestuur zal in voorkomend geval het aldus afgetrokken dividendbedrag specifiek verantwoorden in zijn bijzonder verslag en de financiële voorwaarden van de verrichting toelichten in zijn jaarlijks financieel verslag.

De bijzondere regels inzake de kapitaalverhoging in natura uiteengezet onder dit artikel 8.2 zijn niet van toepassing bij de inbreng van het recht op dividend in het kader van de uitkering van een keuzedividend, voor zover dit effectief voor alle aandeelhouders betaalbaar wordt gesteld.

8.3 Fusies, splitsingen en gelijkgestelde verrichtingen

De bijzondere regels inzake de kapitaalverhoging in natura uiteengezet onder artikel 8.2 zijn mutatis mutandis van toepassing op de fusies, splitsingen en gelijkgestelde verrichtingen bedoeld in het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. In dit geval verwijst "datum van de inbrengovereenkomst" naar de datum waarop het fusie- of splitsingsvoorstel wordt neergelegd.

ARTIKEL 9 - AARD VAN DE AANDELEN

De aandelen zijn zonder vermelding van de nominale waarde.

De aandelen kunnen, naar keuze van de aandeelhouder en volgens de beperkingen opgelegd door de wet, op naam of gedematerialiseerd zijn. De aandeelhouders kunnen op elk ogenblik kosteloos schriftelijk de omzetting vragen van aandelen op naam in gedematerialiseerde aandelen of omgekeerd.

Het gedematerialiseerd effect wordt vertegenwoordigd door een boeking op een rekening, op naam van de eigenaar of de houder, bij een erkende rekeninghouder of bij een vereffeningsinstelling en wordt overgedragen door overschrijving van rekening op rekening. Het aantal van de op elk ogenblik in omloop zijnde gedematerialiseerde aandelen, wordt in het register van aandelen op naam ingeschreven op naam van de vereffeningsinstelling.

Op de zetel van de vennootschap wordt een register van de nominatieve aandelen bijgehouden. Dit register van de effecten op naam mag worden aangehouden in elektronische vorm. Elke titularis van effecten kan kennisnemen van het register met betrekking tot zijn effecten.

ARTIKEL 10 - EFFECTEN

De vennootschap kan, met uitzondering van winstbewijzen en soortgelijke effecten en mits inachtname van de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, alle effecten uitgeven die niet door of krachtens de wet zijn verboden, in overeenstemming met de daar voorgeschreven regels en de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen en de statuten. Deze effecten zijn op naam of gedematerialiseerd.

ARTIKEL 11 - UITOEFENING VAN AAN DE AANDELEN VERBONDEN RECHTEN

Ten aanzien van de vennootschap zijn de aandelen ondeelbaar. Indien een aandeel aan verschillende personen toebehoort of indien de aan een aandeel verbonden rechten zijn verdeeld over meerdere personen, mag de raad van bestuur de uitoefening van de eraan verbonden rechten opschorten totdat één enkele persoon tegenover de vennootschap als aandeelhouder is aangewezen.

Is een aandeel met vruchtgebruik bezwaard, dan wordt de uitoefening van het aan dat aandeel verbonden stemrecht uitgeoefend door de vruchtgebruiker, behoudens andere overeenkomst met de blote eigenaar

ARTIKEL 12 - (BLANCO)

ARTIKEL 13 - OVERDRACHT VAN AANDELEN De aandelen zijn vrij overdraagbaar.

ARTIKEL 14 - VERWERVING VAN EIGEN AANDELEN

De vennootschap kan haar eigen aandelen verwerven of kan ze in pand nemen in overeenstemming met de voorwaarden voorzien in het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

Ingevolge de beslissing van de buitengewone algemene vergadering van 15 juni 2020, is het de raad van bestuur toegestaan eigen aandelen te

verwerven of in pand te nemen met een maximum van tien procent (10%) van het totaal aantal uitgegeven aandelen, aan een eenheidsprijs die niet lager zal mogen zijn dan negentig procent (90%) van het gemiddelde van de koers van de laatste dertig (30) dagen van de notering van het aandeel op de gereglementeerde markt van Euronext Brussels, noch hoger dan honderd en tien procent (110%) van het gemiddelde van de koers van de laatste dertig (30) dagen van de notering van het aandeel op de gereglementeerde markt van Euronext Brussels, ofwel een maximale stijging of daling van tien (10%) procent ten opzichte van de hogervermelde gemid-

delde koers.

Deze toelating is verleend voor een hernieuwbare periode van vijf (5) jaar te rekenen vanaf de publicatie in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad van de beslissing van de buitengewone algemene vergadering van 15 juni 2020.

De vennootschap mag haar eigen aandelen vervreemden, in of buiten beurs, aan de voorwaarden gesteld door de raad van bestuur, zonder voorafgaandelijke toelating van de algemene vergadering, mits het respecteren van de toepasbare marktreglementeringen.

Het is de raad van bestuur toegestaan eigen aandelen die genoteerd zijn te vervreemden conform artikel 7:218, §1, lid 1, 2° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

De toelatingen hiervoor vermeld, zijn eveneens van toepassing op de verwerving en vervreemding van aandelen van de vennootschap door één of meerdere rechtstreekse dochtervennootschappen van deze, in de zin van de wettelijke bepalingen betreffende de verwerving van aandelen van de moedervennootschap door haar dochtervennootschappen.

ARTIKEL 15 - KENNISGEVING VAN BELANGRIJKE DEELNEMINGEN

Overeenkomstig de voorwaarden, termijnen en modaliteiten bepaald in de artikelen 6 tot en met 13 van de Wet van twee mei tweeduizend en zeven en het Koninklijk Besluit van veertien februari tweeduizend en acht op de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen, zoals van tijd tot tijd gewijzigd (de "Transparantiewetgeving"), dient elke natuurlijke of rechtspersoon aan de vennootschap en aan de FSMA kennis te geven van het aantal en van het percentage van de bestaande stemrechten dat hij rechtstreeks of onrechtstreeks aanhoudt, wanneer het aantal stemrechten 5%, 10%, 15%, 20% enzovoort, telkens per schijf van 5 procenten, van het totaal van de bestaande stemrechten bereikt, overschrijdt of onderschrijdt, onder de voorwaarden bepaald door de Transparantiewetgeving. Met toepassing van artikel 18 van de Wet van twee mei tweeduizend en zeven, geldt deze verplichting eveneens wanneer de stemrechten verbonden aan de stemrechtverlenende effecten die rechtstreeks of onrechtstreeks worden aangehouden de grens van drie procent (3%) van het totaal van de bestaande stemrechten bereikt, overschrijdt of onderschrijdt.

TITEL III - BESTUUR EN CONTROLE

ARTIKEL 16 - SAMENSTELLING VAN DE RAAD VAN BESTUUR

De raad van bestuur telt een variabel aantal leden. Het minimumaantal bestuurders bedraagt vijf. De bestuurders dienen geen aandeelhouder te zijn. De raad van bestuur telt minstens drie onafhankelijke leden in de zin van artikel 7:87, §1 van het Wet boek van vennootschappen en verenigingen. De bestuurders zijn uitsluitend natuurlijke personen; zij moeten voldoen aan de eisen van betrouwbaarheid en deskundigheid zoals voorzien in de GVV-wetge ving en mogen niet binnen de werkingssfeer van de in de GVV-wetgeving vastgelegde verbodsbepalin gen vallen.

De duur van de opdracht van bestuurder mag vier jaar niet overschrijden. Uittredende bestuurders zijn herbenoembaar.

De leden van de raad van bestuur worden benoemd door de algemene vergadering, die tevens hun bezol diging vaststelt. Hun eventuele vergoeding mag niet worden bepaald in functie van de verrichtingen en transacties die de vennootschap realiseert.

Tenzij het benoemingsbesluit van de algemene ver gadering anders bepaalt, eindigt het mandaat van de uittredende en niet herverkozen bestuurders onmid dellijk na de eerst volgende algemene vergadering na het verstrijken van de duur van het respectieve mandaat, die voor zover dit noodzakelijk is in het licht van het wettelijk en statutair aantal bestuur ders, in nieuwe benoemingen heeft voorzien. Indien een bestuursmandaat om welke reden ook openvalt, zal, onverminderd hetgeen bepaald is in artikel 17, een nieuwe bestuurder worden gekozen. De effectieve leiding over de vennootschap dient te worden toevertrouwd aan ten minste twee personen, die, net zoals de leden van het bestuursorgaan, moeten beschikken over de voor de uitoefening van hun functie vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid, en moeten voldoen aan de door de toepasselijke regelgeving op de gere glementeerde vastgoedvennootschappen gestelde vereisten.

De benoeming van de bestuurders en van de effec tieve leiding wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de FSMA.

ARTIKEL 17 - VOORTIJDIGE VACATURE

Indien een bestuurdersmandaat voor welke reden ook openvalt, kunnen de overblijvende bestuurders, bijeengekomen in raad, voorlopig in diens (hun) vervanging voorzien tot aan de eerstvolgende bijeenkomst van de algemene vergadering die dan in de definitieve aanstelling voorziet. Bij deze gelegenheid moeten de bestuurders erover waken dat er voldoende onafhankelijke bestuurders blijven ten aanzien van het voorgaande artikel 16 en de van toepassing zijnde regelgeving.

De bestuurders moeten beschikken over de voor de uitoefening van hun functie vereiste professionele betrouwbaarheid en passende deskundigheid. Elke op deze wijze door de algemene vergadering benoemde bestuurder beëindigt de opdracht van de bestuurder die hij vervangt.

ARTIKEL 18 - VOORZITTERSCHAP

De raad van bestuur kiest een voorzitter onder zijn bestuurders. De voorzitter zit de raad van bestuur voor.

ARTIKEL 19 - VERGADERINGEN VAN DE RAAD VAN BESTUUR

De raad van bestuur wordt bijeengeroepen door de voorzitter of door twee bestuurders wanneer de belangen van de vennootschap het vereisen. De oproepingen vermelden plaats, datum, uur en agenda van de vergadering en worden ten minste twee volle dagen vóór de vergadering per brief, e-mail of op een andere schriftelijke wijze verzon den.

Indien de voorzitter verhinderd is, wordt de raad van bestuur voorgezeten door de oudste aanwezige niet-uitvoerende bestuurder. Elke bestuurder die een vergadering van de raad bijwoont of zich erop laat vertegenwoordigen wordt als regelmatig opgeroepen beschouwd.

ARTIKEL 20 - BERAADSLAGING

De raad van bestuur kan slechts geldig beraadslagen en beslissen indien ten minste de meerderheid van de bestuurders aanwezig of vertegenwoordigd is. Indien dit quorum niet is bereikt, kan een nieuwe raad worden bijeengeroepen met dezelfde agenda, die geldig zal beraadslagen en beslissen indien ten minste twee bestuurders aanwezig of vertegenwoor digd zijn.

Over punten die niet op de agenda werden vermeld, kan hij slechts geldig beraadslagen met de instem ming van de voltallige raad van bestuur en voor zover alle bestuurders aanwezig of vertegenwoor digd zijn.

De oproepingen gebeuren per elektronische post of, bij gebrek aan een e-mailadres gecommuniceerd aan de vennootschap, bij gewone brief of via enig ander communicatiemiddel, overeenkomstig de toepasselijke wettelijke bepalingen.

Iedere bestuurder kan per brief, e- mail of op een andere schriftelijke wijze aan een ander lid van de raad van bestuur volmacht geven om hem op een vergadering van de raad van bestuur te vertegen woordigen en er geldig in zijn plaats te stemmen. De raad van bestuur kan vergaderen middels conference call, videoconferentie of gelijkaardige communicatiemiddelen door middel waarvan alle personen die deelnemen aan de vergadering elkaar kunnen horen.

Elke bestuurder kan tevens zijn advies per brief, e-mail of op een andere schriftelijke wijze meedelen aan de voorzitter.

Een beslissing kan worden aangenomen bij una niem schriftelijk akkoord van alle bestuurders. Indien een bestuurder, rechtstreeks of onrecht streeks, een belang van vermogensrechtelijke aard heeft dat strijdig is met een beslissing of een verrichting die tot de bevoegdheid behoort van de raad van bestuur, dient hij zich te richten naar het bepaalde in artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. De leden van de raad van bestuur zullen eveneens de artikelen 37-38 van de GVV-Wet naleven.

Onder voorbehoud van hetgeen hierna is bepaald, worden besluiten van de raad van bestuur bij meer derheid van uitgebrachte stemmen genomen. Blanco of ongeldige stemmen worden niet bij de uit gebrachte stemmen geteld. Bij staking van stemmen binnen de raad van bestuur heeft de bestuurder die de vergadering voorzit doorslaggevende stem.

ARTIKEL 21 - NOTULEN

De beraadslagingen van de raad van bestuur worden vastgelegd in notulen die door de aanwezige leden worden ondertekend. Deze notulen worden in een speciaal register opgenomen dat wordt gehouden op de zetel van de vennootschap. De volmachten worden aan de notulen gehecht.

De afschriften of uittreksels, in rechte of anderszins voor te leggen, worden door twee bestuurders of door een persoon belast met het dagelijks bestuur ondertekend. Deze bevoegdheid kan worden opge dragen aan een lasthebber.

ARTIKEL 22 - BEVOEGDHEDEN VAN DE RAAD VAN BESTUUR

De raad van bestuur heeft de meest uitgebreide bevoegdheden om alle handelingen te verrichten die nodig of dienstig zijn voor de verwezenlijking van het doel van de vennootschap.

Hij is bevoegd alle daden te stellen die niet uit drukkelijk door de wet of door de statuten aan de algemene vergadering zijn voorbehouden. De raad van bestuur stelt de halfjaarverslagen op evenals het jaarverslag.

De raad van bestuur stelt een of meerdere on afhankelijke waarderingsdeskundige(n) aan in overeenstemming met de GVV-wetgeving en stelt desgevallend elke wijziging voor aan de lijst van deskundigen die is opgenomen in het dossier dat bij de aanvraag om erkenning als GVV is gevoegd.

ARTIKEL 23 - BIJZONDERE VOLMACHTEN

De raad van bestuur kan aan een lasthebber, zelfs indien deze geen aandeelhouder of bestuurder is, zijn bevoegdheden voor bijzondere en bepaalde aan gelegenheden opdragen binnen de grenzen bepaald door de toepasselijke wettelijke bepalingen. De gevolmachtigden verbinden de vennootschap binnen de perken van de hun verleende volmacht, onverminderd de verantwoordelijkheid van de raad van bestuur in geval van overdreven volmacht.

ARTIKEL 24 - VERGOEDINGEN

De opdracht van bestuurder is bezoldigd. De vergoe ding van de bestuurders wordt vastgesteld door de algemene vergadering.

De leden van de raad van bestuur hebben recht op terugbetaling van de kosten welke rechtstreeks met hun opdracht verbonden zijn.

ARTIKEL 25 - COMITÉS 25.1 Adviserende comités

De raad van bestuur richt in zijn midden een auditcomité respectievelijk remuneratiecomité op overeenkomstig artikel 7:99 en artikel 7:100 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

25.2 Overige comités

Onverminderd artikel 25.1, kan de raad van bestuur, in overeenstemming met artikel 7:98 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, in zijn midden en onder zijn aansprakelijkheid een of meerdere andere adviserende comités oprichten. De raad van bestuur bepaalt de samenstelling, de op dracht en de bevoegdheden van deze comités, met inachtneming van de toepasselijke regelgeving.

ARTIKEL 26 - EXTERNE VERTEGENWOORDIGINGS - MACHT

De vennootschap wordt in al haar handelingen, met inbegrip van diegene waaraan een openbaar of

ministerieel ambtenaar zijn medewerking verleent, evenals in rechte, rechtsgeldig vertegenwoordigd hetzij door twee bestuurders die gezamenlijk han delen, hetzij, binnen de perken van het dagelijks be stuur, door twee leden van het college van dagelijks bestuur die gezamenlijk handelen.

De Vennootschap is tevens geldig vertegenwoordigd door bijzondere lasthebbers binnen de grenzen van het mandaat dat hen tot dien einde is toevertrouwd

door het bevoegde orgaan.

ARTIKEL 27 - DAGELIJKS BESTUUR

De raad van bestuur draagt het dagelijks bestuur alsmede de vertegenwoordiging aangaande het dagelijks bestuur van de vennootschap op aan een college van dagelijks bestuur dat bestaat uit min stens drie leden. Een bestuurder die tevens lid is van het college van dagelijks bestuur zal 'gedelegeerd bestuurder' genoemd worden.

ARTIKEL 28 – (BLANCO) ARTIKEL 29 - CONTROLE erkend door de FSMA.

De controle op de financiële toestand, op de jaarre kening en op de regelmatigheid van de verrichtin gen van de vennootschap vanuit het oogpunt van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, de GVV-wetgeving en de statuten, wordt opgedragen aan één of meer commissarissen, benoemd onder de revisoren of revisorenvennootschappen die zijn

De algemene vergadering bepaalt met gewone meerderheid het aantal commissarissen en stelt hun bezoldiging vast.

De commissarissen worden benoemd voor een hernieuwbare termijn van drie jaar. Op straffe van schadevergoeding kunnen zij tijdens hun opdracht alleen om wettige redenen door de algemene verga dering worden ontslagen, mits eerbiediging van de procedure beschreven in artikel 3:67 Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

ARTIKEL 30 - TAAK VAN DE COMMISSARISSEN

De commissarissen hebben, gezamenlijk of afzon derlijk, een onbeperkt recht van controle over alle verrichtingen van de vennootschap. Zij mogen ter plaatse inzage nemen van de boeken, de brief wisseling, de notulen en in het algemeen van alle geschriften van de vennootschap.

Er wordt hen ieder semester door de raad van bestuur een staat overhandigd waarop de actieve en passieve toestand van de vennootschap wordt

samengevat.

De commissarissen kunnen zich bij de uitoefe ning van hun taak, op hun kosten, doen bijstaan door aangestelden of andere personen voor wie zij

instaan.

TITEL IV - ALGEMENE VERGADERING

ARTIKEL 31 - DE ALGEMENE VERGADERING - SAMENSTELLING EN BEVOEGDHEDEN

De regelmatig samengestelde algemene vergadering vertegenwoordigt de algemeenheid van de aandeel houders. De besluiten van de algemene vergadering zijn bindend voor alle aandeelhouders, zelfs voor de afwezigen of zij die tegenstemden.

ARTIKEL 32 - BIJEENKOMSTEN VAN DE

ALGEMENE VERGADERING De algemene vergadering wordt gehouden op de laatste woensdag van de maand mei om elf uur.

Een buitengewone algemene vergadering kan worden bijeengeroepen telkens het belang van de vennootschap het vereist en moet worden bijeengeroepen telkens wanneer de aandeelhouders die samen één tiende van het geplaatst kapitaal vertegenwoordigen erom vragen;

Dit verzoek wordt bij aangetekende brief aan de zetel van de vennootschap gestuurd en moet de onderwerpen waarover de algemene vergadering dient te beraadslagen en te besluiten precies omschrijven. Het verzoek dient gericht te zijn aan de raad van bestuur en de commissaris, die verplicht zijn een vergadering samen te roepen binnen een termijn van drie weken na ontvangst van het verzoek. In de oproeping kunnen aan de agendapunten opgegeven door de aandeelhouders andere onderwerpen worden toegevoegd.

Eén of meer aandeelhouders die samen ten minste drie procent (3%) van het kapitaal van de Vennootschap bezitten, kunnen in overeenstemming met de bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vragen dat te bespreken onderwerpen worden opgenomen op de agenda van gelijk welke algemene vergadering en kunnen voorstellen van beslissing indienen met betrekking tot te bespreken onderwerpen die op de agenda zijn of zullen worden ingeschreven.

Tenzij anders vermeld in de oproeping vinden de algemene vergaderingen plaats op de zetel van de vennootschap.

ARTIKEL 33 - BIJEENROEPING

De raad van bestuur of de commissaris(sen) roept/ roepen de algemene vergadering bijeen.

Deze oproepingen vermelden de plaats, datum, uur en agenda van de algemene vergadering alsook de voorstellen van besluit, en geschieden in de vorm en binnen de termijnen vereist door het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

Elk jaar wordt een algemene vergadering gehouden waarvan de agenda ten minste de volgende punten vermeldt: de bespreking van het jaarverslag en het verslag van de commissaris(sen), de bespreking en de goedkeuring van de jaarrekening en de bestemming van de nettowinst, de kwijting aan de bestuurders en de commissaris(sen), en in voorkomend geval, de benoeming van de bestuurders en de commissaris(sen).

De regelmatigheid van de bijeenroeping kan niet worden betwist indien alle aandeelhouders aanwezig of regelmatig vertegenwoordigd zijn.

ARTIKEL 34 - TOELATING

Een aandeelhouder kan slechts deelnemen aan de algemene vergadering en er het stemrecht uitoefenen, mits wordt voldaan aan de hiernavolgende vereisten:

Een aandeelhouder kan alleen deelnemen aan de algemene vergadering en er het stemrecht uitoefenen op grond van de boekhoudkundige registratie van de aandelen op naam van de aandeelhouder, op de registratiedatum, hetzij door de inschrijving in het register van de aandelen op naam van de vennootschap, hetzij door hun inschrijving op de rekeningen van een erkende rekeninghouder of van een vereffeningsinstelling, ongeacht het aantal aandelen dat de aandeelhouder bezit op de algemene vergadering. De veertiende dag vóór de algemene vergadering, om vierentwintig uur (Belgisch uur) geldt als registratiedatum.

De eigenaars van gedematerialiseerde aandelen die aan de vergadering wensen deel te nemen, moeten een attest overleggen dat door een erkende rekeninghouder of de vereffeningsinstelling werd afgegeven en waaruit blijkt, naargelang het geval, hoeveel gedematerialiseerde aandelen er op de registratiedatum in hun rekeningen zijn ingeschreven op naam van de aandeelhouder en waarvoor de aandeelhouder heeft aangegeven te willen deelnemen aan de algemene vergadering. Deze neerlegging moet ten laatste op de zesde dag vóór de datum van de algemene vergadering worden verricht via het e-mailadres van de vennootschap of via het e-mailadres specifiek vermeld in de oproeping, op de maatschappelijke zetel of per post.

De eigenaars van aandelen op naam die aan de vergadering wensen deel te nemen, moeten de vennootschap uiterlijk de zesde dag vóór de datum van de vergadering op de hoogte brengen van hun voornemen om aan de vergadering deel te nemen via het e-mailadres van de Vennootschap of via het e-mailadres specifiek vermeld in de oproeping, per post of, in voorkomend geval, door het sturen van een volmacht.

De raad van bestuur zal een register bijhouden voor elke aandeelhouder die zijn wens om deel te nemen aan de algemene vergadering kenbaar heeft gemaakt, waarin zijn naam en adres of maatschappelijke zetel wordt opgenomen, het aantal aandelen dat hij bezat op de registratiedatum en waarmee hij heeft aangegeven te willen deelnemen aan de algemene vergadering, alsook de beschrijving van de stukken die aantonen dat hij op die registratiedatum in het bezit was van de aandelen.

ARTIKEL 35 – STEMMING BIJ VOLMACHT

Iedere aandeelhouder kan een volmacht geven om hem op de algemene vergadering te vertegenwoordigen, in overeenstemming met de desbetreffende bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. De lasthebber moet geen aandeelhouder zijn.

Een aandeelhouder van de vennootschap mag voor een bepaalde algemene vergadering slechts één persoon aanwijzen als volmachtdrager. Hiervan kan enkel worden afgeweken in overeenstemming met de desbetreffende regels van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

Een persoon die als volmachtdrager optreedt, mag een volmacht van meer dan één aandeelhouder bezitten. Ingeval een volmachtdrager volmachten van meerdere aandeelhouders bezit, kan hij namens een bepaalde aandeelhouder anders stemmen dan namens een andere aandeelhouder.

De aanwijzing van een volmachtdrager door een aandeelhouder, geschiedt schriftelijk of via een elektronisch formulier en moet worden ondertekend door de aandeelhouder, in voorkomend geval met een geavanceerde elektronische handtekening in de zin van artikel 4, §4 van de Wet van 9 juli 2001 houdende vaststelling van bepaalde regels in verband met het juridisch kader voor elektronische handtekeningen en certificatiediensten, of met een elektronische handtekening die voldoet aan de voorwaarden van artikel 1322 van het Burgerlijk

Wetboek.

De kennisgeving van de volmacht aan de vennootschap dient te gebeuren via het e-mailadres van de vennootschap of via het e-mailadres specifiek vermeld in de oproeping, op de maatschappelijke zetel of per post.

De vennootschap moet de volmacht uiterlijk op de zesde dag vóór de datum van de vergadering ontvangen.

Onverminderd de mogelijkheid om in overeenstemming met artikel 7:145, tweede lid van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen in bepaalde omstandigheden van de instructies af te wijken, brengt de volmachtdrager zijn stem uit overeenkomstig de mogelijke instructies van de aandeelhouder die hem heeft aangewezen. De volmachtdrager moet gedurende ten minste een jaar een register van de steminstructies bijhouden en op verzoek van de aandeelhouder bevestigen dat hij zich aan de steminstructies heeft gehouden.

In geval van een potentieel belangenconflict zoals bepaald in artikel 7:143, §4 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen tussen de aandeelhouder en de volmachtdrager die hij heeft aangewezen, moet de volmachtdrager de precieze feiten bekendmaken die voor de aandeelhouder van belang zijn om te beoordelen of er gevaar bestaat dat de volmachtdrager enig ander belang dan het belang van de aandeelhouder nastreeft. Bovendien mag de volmachtdrager slechts namens de aandeelhouder stemmen op voorwaarde dat hij voor ieder onderwerp op de agenda over specifieke steminstructies beschikt.

Indien meerdere personen zakelijke rechten bezitten op eenzelfde aandeel, kan de vennootschap de uitoefening van het stemrecht verbonden aan dit aandeel schorsen tot één persoon als titularis is aangeduid voor de uitoefening van het stemrecht.

ARTIKEL 36 - BUREAU

Iedere algemene vergadering wordt voorgezeten door de voorzitter van de raad van bestuur of, bij diens afwezigheid, door de oudste aanwezige bestuurder.

De voorzitter wijst een secretaris en twee stemopnemers aan, die geen aandeelhouder hoeven te zijn. Eén persoon kan zowel secretaris als stemopnemer zijn. De voorzitter, de secretaris en de stemopnemers vormen samen het bureau, dat wordt vervolledigd door de overige leden van de raad van bestuur.

ARTIKEL 37 - VERDAGING

De raad van bestuur mag op elke algemene vergadering, staande de zitting, de beslissing met betrekking tot de goedkeuring van de jaarrekening tot vijf weken verdagen.

Deze verdaging doet geen afbreuk aan de andere genomen besluiten, behoudens andersluidende beslissing van de algemene vergadering hieromtrent. De volgende vergadering heeft het recht de jaarrekening definitief vast te stellen.

De raad van bestuur heeft tevens het recht elke andere algemene vergadering of elk ander agendapunt van de jaarvergadering tijdens de zitting met vijf weken uit te stellen, tenzij deze vergadering bijeengeroepen werd op verzoek van één of meer aandeelhouders die ten minste één vijfde van het kapitaal vertegenwoordigen of door de commissaris(sen).

ARTIKEL 38 - AANTAL STEMMEN - UITOEFENING

VAN HET STEMRECHT

Ieder aandeel geeft recht op één stem, onder voorbehoud van de gevallen van opschorting van het stemrecht voorzien in het Wetboek van vennootschappen en verenigingen of enige andere

toepasselijke wet.

ARTIKEL 39 - VERLOOP VAN DE ALGEMENE VER-GADERING - BERAADSLAGING

Een aanwezigheidslijst waarop de naam van de aandeelhouders en het aantal aandelen wordt vermeld waarmee ze aan de vergadering deelnemen, wordt door ieder van hen of door hun lasthebber ondertekend alvorens de zitting wordt geopend.

De algemene vergadering kan niet beraadslagen of besluiten over punten die niet op de agenda vermeld staan, tenzij alle aandeelhouders op de vergadering aanwezig of vertegenwoordigd zijn en ze met eenparigheid besluiten tot uitbreiding van de agenda. De vereiste instemming staat vast indien geen verzet is aangetekend in de notulen van de vergadering. Het voorgaande doet geen afbreuk aan de mogelijkheid voor één of meer aandeelhouders die samen minstens 3% van het maatschappelijk kapitaal bezitten, en mits aan de desbetreffende bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen wordt voldaan, uiterlijk tot op de tweeëntwintigste dag vóór de datum van de algemene vergadering, te behandelen onderwerpen op de agenda van de algemene vergadering te laten plaatsen en voorstellen tot besluit in te dienen met betrekking tot op de agenda opgenomen of daarin op te nemen te

behandelen onderwerpen.

Dit geldt niet indien een algemene vergadering wordt bijeengeroepen bij nieuwe oproeping omdat het bij de eerste oproeping vereiste quorum niet werd gehaald en mits voor de eerste oproeping is voldaan aan de wettelijke bepalingen, de datum van de tweede vergadering in de eerste oproeping is vermeld en er geen nieuw punt op de agenda is

geplaatst.

De vennootschap moet deze verzoeken uiterlijk op de tweeëntwintigste dag vóór de datum van de algemene vergadering ontvangen.

De te behandelen onderwerpen en de bijhorende voorstellen tot besluit die in voorkomend geval aan de agenda zouden worden toegevoegd, zullen worden bekendgemaakt overeenkomstig de modaliteiten van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. Indien een volmacht reeds ter kennis werd gebracht van de vennootschap vóór deze bekendmaking van een aangevulde agenda, dient de volmachthouder de desbetreffende bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen

in acht te nemen.

De te behandelen onderwerpen en de voorstellen tot besluit die met toepassing van het voorgaande lid op de agenda zijn geplaatst, worden slechts besproken indien aan alle desbetreffende bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen

werd voldaan.

De raad van bestuur geeft antwoord op de vra gen die hem door de aandeelhouders, tijdens de vergadering of schriftelijk, worden gesteld met betrekking tot zijn verslag of tot de agendapunten, voor zover de mededeling van gegevens of feiten niet van dien aard is dat zij nadelig zou zijn voor de zakelijke belangen van de vennootschap of voor de vertrouwelijkheid waartoe de vennootschap of haar bestuurders zich hebben verbonden.

De commissarissen geven antwoord op de vragen die hun door de aandeelhouders, tijdens de verga dering of schriftelijk, worden gesteld met betrek king tot hun verslag, voor zover de mededeling van gegevens of feiten niet van dien aard is dat zij nadelig zou zijn voor de zakelijke belangen van de vennootschap of voor de vertrouwelijkheid waartoe de vennootschap, haar bestuurders of de commissa rissen zich hebben verbonden. Zij hebben het recht ter algemene vergadering het woord te voeren in verband met de vervulling van hun taak.

Wanneer verschillende vragen over hetzelfde on derwerp handelen, mogen de raad van bestuur en de commissarissen daarop één antwoord geven. Zodra de oproeping gepubliceerd is, kunnen de aandeel houders bovenvermelde vragen schriftelijk stellen, overeenkomstig de desbetreffende bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. De algemene vergadering kan geldig beraadslagen en stemmen, ongeacht het deel van het kapitaal dat aanwezig of vertegenwoordigd is, behalve in de gevallen waarin het Wetboek van vennootschappen en verenigingen een aanwezigheidsquorum oplegt. Behoudens andersluidende dwingende wettelijke of statutaire bepalingen, worden de besluiten genomen bij gewone meerderheid van de uitgebrachte stem men. Blanco en ongeldige stemmen worden niet bij de uitgebrachte stemmen geteld. Bij staking van stemmen is het voorstel verworpen.

De stemmingen gebeuren door handopsteken of bij naamafroeping, tenzij de algemene vergadering er met eenvoudige meerderheid van de uitgebrachte stemmen anders over besluit.

De buitengewone algemene vergadering moet worden gehouden ten overstaan van een notaris die er een authentiek proces-verbaal van opmaakt. De algemene vergadering kan over een statutenwijzi ging alleen dan op rechtsgeldige wijze beraadslagen en besluiten, wanneer zij die aan de vergadering deelnemen ten minste de helft van het maatschap pelijk kapitaal vertegenwoordigen. Is het genoemde quorum niet bereikt, dan is een nieuwe bijeenroe ping nodig; de tweede vergadering beraadslaagt en besluit op geldige wijze, ongeacht het aanwezige of vertegenwoordigde deel van het kapitaal.

Bovendien is een wijziging van de statuten alleen dan aangenomen, indien zij voorafgaandelijk werd goedgekeurd door de FSMA en wanneer zij drie vier de van de stemmen verbonden aan de aanwezige of vertegenwoordigde aandelen heeft verkregen (dan wel enige andere bijzondere meerderheid voorge schreven door het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werd behaald), waarbij onthoudin gen noch in de teller noch in de noemer worden meegerekend.

ARTIKEL 40 - NOTULEN

Van elke algemene vergadering worden notulen opgemaakt.

De notulen van de algemene vergadering worden ondertekend door de leden van het bureau en door de aandeelhouders die erom vragen.

De afschriften in rechte of anderszins voor te leggen, worden door twee bestuurders of door een gedelegeerd bestuurder ondertekend.

In de notulen van de algemene vergaderingen wordt voor elk besluit het aantal aandelen vermeld waarvoor geldige stemmen zijn uitgebracht, het per centage dat deze aandelen in het maatschappelijk kapitaal vertegenwoordigen, het totale aantal geldig uitgebrachte stemmen, en het aantal stemmen dat voor of tegen elk besluit is uitgebracht, alsmede het eventuele aantal onthoudingen. Deze informatie wordt openbaar gemaakt via de website, binnen vijftien dagen na de algemene vergadering.

TITEL V - JAARREKENING - WINSTVERDELING

ARTIKEL 41 - BOEKJAAR - JAARREKENING - JAAR - VERSLAG

Het boekjaar begint op één januari en eindigt op eenendertig december van elk jaar.

Op het einde van elk boekjaar maakt de raad van bestuur een inventaris op alsmede de jaarrekening. De bestuurders stellen tevens een verslag op waarin zij rekenschap geven van hun beleid, i.e. het jaar verslag. Dat verslag bevat een commentaar op de jaarrekening waarbij een getrouw overzicht wordt gegeven van de gang van zaken en van de positie van de vennootschap. Dat verslag bevat eveneens de informatie voorgeschreven door het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, waaronder een verklaring inzake deugdelijk bestuur, die er een spe cifiek onderdeel van vormt. Deze verklaring inzake deugdelijk bestuur bevat tevens het remuneratiever slag dat er een specifiek onderdeel van vormt. De commissaris stelt met het oog op de algemene jaarvergadering een schriftelijk en omstandig ver slag op, i.e. het controleverslag.

Van zodra de oproeping tot de vergadering is gepu bliceerd, mogen de aandeelhouders kennisnemen van de jaarrekening en de andere stukken vermeld in het Wetboek van vennootschappen en verenigin gen.

ARTIKEL 42 - GOEDKEURING VAN DE JAARREKE - NING

De algemene vergadering hoort het jaarverslag en het verslag van de commissaris(sen) en beslist met een gewone meerderheid over de goedkeuring van de jaarrekening.

Na goedkeuring van de jaarrekening spreekt de algemene vergadering zich met een gewone meer derheid uit, bij afzonderlijke stemming, over de aan de bestuurders en de commissaris(sen) te verlenen kwijting.

Deze kwijting is slechts geldig indien de balans noch weglatingen, noch valse vermeldingen bevat die de werkelijke toestand van de vennootschap verbergen, en, wat betreft handelingen strijdig met de statuten, slechts wanneer deze speciaal in de oproeping werden aangeduid.

De raad van bestuur draagt er zorg voor dat de enkelvoudige en geconsolideerde jaarrekeningen overeenkomstig de wettelijke bepalingen ter zake binnen de dertig dagen na de goedkeuring van de jaarrekening worden neergelegd bij de Nationale Bank van België.

De jaarlijkse en halfjaarlijkse financiële verslagen, de jaar- en halfjaarrekening en het verslag van de commissaris, alsook de statuten van de vennoot schap, worden eveneens ter beschikking van de aandeelhouders gesteld in overeenstemming met de bepalingen die van toepassing zijn op de emittenten van financiële instrumenten die toegelaten zijn tot verhandeling op een gereglementeerde markt en met de GVV-wetgeving. De jaar- en halfjaarversla gen kunnen, ten informatieve titel, worden geraad pleegd op de website van de vennootschap. De aandeelhouders kunnen een gratis exemplaar van de jaar- en halfjaarverslagen krijgen op de zetel van de Vennootschap.

ARTIKEL 43 - BESTEMMING VAN DE WINST

Op voorstel van de raad van bestuur beslist de al gemene vergadering met gewone meerderheid van stemmen over de bestemming van de nettowinst. De vennootschap moet aan haar aandeelhouders en binnen de door het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en de GVV-wetgeving toegestane grenzen, een dividend uitkeren waarvan het mini mumbedrag is voorgeschreven door de GVV-wet geving.

ARTIKEL 44 - BETALING VAN DIVIDENDEN

De uitbetaling van de dividenden gebeurt op het tijdstip en op de plaats door de raad van bestuur vastgesteld.

-

De raad van bestuur kan, binnen de grenzen aange geven in artikel 7:213 Wetboek van Vennootschap pen en vereniging, interimdividenden uitkeren.

ARTIKEL 45 - (BLANCO)

TITEL VI - ONTBINDING – VEREFFENING

ARTIKEL 46 - VEREFFENING

In geval van ontbinding van de vennootschap, om welke reden of op welk tijdstip ook, geschiedt de vereffening door vereffenaars benoemd door de algemene vergadering. Indien uit de staat van activa en passiva opgemaakt overeenkomstig het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, blijkt dat niet alle schuldeisers volledig kunnen worden terug betaald, moet de benoeming van de vereffenaars in de statuten of door de algemene vergadering aan de voorzitter van de rechtbank ter bevestiging worden voorgelegd. Deze bevestiging is evenwel niet vereist indien uit die staat van activa en passiva blijkt dat de Vennootschap enkel schulden heeft ten aanzien van haar aandeelhouders en alle aandeelhouders die schuldeiser zijn van de Vennootschap schrifte lijk bevestigen akkoord te gaan met de benoeming. Bij gebreke van dergelijke benoeming, geschiedt de vereffening door de raad van bestuur handelend in hoedanigheid van vereffeningscomité. Ten aanzien van derden worden zij als vereffenaars van rechts wege beschouwd, evenwel zonder de bevoegdheden die de wet en de statuten met betrekking tot de verrichtingen van de vereffening toekennen aan de vereffenaar benoemd in de statuten, door de alge mene vergadering of door de rechtbank.

De vereffenaars treden pas in functie nadat de bevoegde ondernemingsrechtbank is overgegaan tot de bevestiging van hun benoeming ingevolge de beslissing van de algemene vergadering.

Behoudens andersluidend besluit, treden de veref fenaars gezamenlijk op. Te dien einde beschikken de vereffenaars over de meest uitgebreide machten overeenkomstig de artikelen 2:87 en volgende van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, behoudens beperkingen opgelegd door de algemene

vergadering.

De algemene vergadering bepaalt de vergoeding van de vereffenaars.

De vereffening van de Vennootschap wordt afgeslo ten overeenkomstig de bepalingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen.

ARTIKEL 47 - VERDELING

Na aanzuivering van alle schulden, lasten en kosten van de vereffening, wordt, het netto actief vooreerst aangewend om, in geld of in natura, het gestort bedrag van de aandelen terug te betalen. Het eventueel overschot wordt verdeeld onder de aandeelhouders in verhouding met hun rechten.

TITEL VII - ALGEMENE BEPALINGEN

ARTIKEL 48 - WOONSTKEUZE

Ieder in het buitenland gedomicilieerde bestuurder, directeur en vereffenaar wordt voor de duur van zijn opdracht geacht woonstkeuze te doen in België. Indien dit niet gebeurt, wordt hij geacht woonplaats te hebben op de zetel van de vennootschap, waar hem dagvaardingen en betekeningen betreffende de zaken van de vennootschap en de verantwoor delijkheid voor zijn bestuur, geldig kunnen worden gedaan met uitzondering van de oproepingen die zullen gebeuren overeenkomstig deze statuten. De houders van aandelen op naam zijn verplicht de vennootschap kennis te geven van elke verandering van woonplaats. Bij ontstentenis van kennisgeving worden zij geacht keuze van woonplaats te hebben gedaan op hun laatst gekende woonplaats.

ARTIKEL 49 - RECHTSBEVOEGDHEID Voor alle geschillen tussen de vennootschap, haar bestuurders, haar effectenhouders en vereffenaars betreffende de zaken van de vennootschap en de uitvoering van deze statuten wordt uitsluitend bevoegdheid toegekend aan de ondernemingsrecht banken van de zetel van de vennootschap, tenzij de vennootschap er uitdrukkelijk aan verzaakt.

ARTIKEL 50 - GEMEEN RECHT

De partijen verklaren zich volledig te schikken naar het Wetboek van vennootschappen en verenigin gen, alsook naar de toepasselijke regelgeving op de gereglementeerde vastgoedvennootschappen (zoals van tijd tot tijd gewijzigd).

Bijgevolg worden de bepalingen van deze statuten waarin op ongeoorloofde wijze zou zijn afgeweken van de beschikkingen van voormelde wetten, geacht niet in huidige akte te zijn opgenomen, en worden de clausules die strijdig zijn met de gebiedende beschikkingen van deze wetten voor niet geschre ven gehouden.

De nietigheid van één artikel of van een deel van een artikel van deze statuten zal geen uitwerking hebben op de geldigheid van de andere (delen van) statutaire clausules.

Voor de vennootschap De notaris

7. De openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap (GVV)

7.1 Definitie

De openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap (GVV) van 12 mei 2014 werd in het leven geroepen door de GVV-Wet van 12 mei 2014 zoals laatst gewijzigd door de wet van 28 april 2020. De GVV-Wet definieert de GVV als een vennootschap die (i) wordt opgericht voor onbepaalde duur, (ii) de activiteit uitoefent als bedoeld in artikel 4 of artikel 76/5 van de GVV-Wet (zie hieronder) en (iii) als zodanig vergund is door de FSMA. De "openbare gereglementeerde vastgoedvennootschap" (afgekort "openbare GVV") is een GVV waarvan de aandelen tot de handel op een gereglementeerde markt zijn toegelaten en die haar financiële middelen in België of in het buitenland aantrekt via een openbaar aanbod van aandelen. Een openbare GVV is bijgevolg beursgenoteerd waarbij minstens 30% van de aandelen op de markt dient verspreid te zijn onder het publiek ("free float").

De openbare GVV oefent overeenkomstig de GVV-Wet een activiteit uit die erin bestaat:

(a) rechtstreeks of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-Wet en de ter uitvoering ervan genomen besluiten en reglementen, onroerende goederen ter beschikking te stellen van gebruikers; en

(b) binnen de grenzen van artikel 7, 1, b van de GVV-Wet, vastgoed te bezitten zoals vermeld in artikel 2, 5°, vi tot xi van de GVV-Wet;

(c) het op lange termijn rechtstreeks, of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-wetgeving, desgevallend in samenwerking met derden, met een publieke opdrachtgever afsluiten van of toetreden tot één of meerdere: (i) DBFovereenkomsten, de zogenaamde "Design, Build, Finance" overeenkomsten,

(ii) DB(F)M-overeenkomsten, de zogenaamde "Design, Build, (Finance) and Maintain" overeenkomsten; (iii) DBF(M) O-overeenkomsten, de zogenaamde "Design, Build, Finance, (Maintain) and Operate" overeenkomsten; en/of (iv) overeenkomsten voor concessie van openbare werken met betrekking tot gebouwen en/of andere infrastructuur van onroerende aard en daarop betrekking hebbende diensten, en op basis waarvan: (i) zij instaat voor de terbeschikkingstelling, het onderhoud en/of de exploitatie ten behoeve van een publieke entiteit en/of de burger als eindgebruiker, ten einde invulling te geven aan een maatschappelijk behoefte en/of de voorziening van een openbare dienst te faciliteren; en (ii) het daarmee gepaard gaande financierings-, beschikbaarheids-, vraag- en/of exploitatierisico, bovenop het eventuele bouwrisico, geheel of gedeeltelijk door haar kan worden gedragen, zonder daarbij noodzakelijkerwijze over zakelijke rechten te beschikken.

(d) het op lange termijn rechtstreeks, of via een vennootschap waarin zij een deelneming bezit conform de bepalingen van de GVV-wetgeving, desgevallend in samenwerking met derden, ontwikkelen, laten ontwikkelen, oprichten, laten

oprichten, beheren, laten beheren,

uitbaten, laten uitbaten of ter beschikking stellen van: (i) nutsvoorzieningen en opslagplaatsen voor vervoer, verdeling of opslag van elektriciteit, gas, fossiele of niet-fossiele brandstof en groene energie in het algemeen en de daarmee verband houdende goederen; (ii) nutsvoorzieningen voor vervoer, verdeling, opslag of zuivering van water en de daarmee verband houdende goederen; (iii) installaties voor opwekking, opslag en het transport van al dan niet hernieuwbare en/of groene energie en de daarmee verband houdende goederen; of (iv) afval- en verbrandingsinstallaties en de daarmee verband houdende goederen.

Onder vastgoed wordt verstaan, het "vastgoed" in de zin van de GVV-Wetgeving.

In het kader van de terbeschikkingstelling van onroerende goederen, kan de Vennootschap met name alle activiteiten uitoefenen die verband houden met de oprichting, de verbouwing, de renovatie, de ontwikkeling (voor eigen portefeuille), de verwerving, de vervreemding, het beheer en de exploitatie van onroerende goederen.

De GVV's staan onder het toezicht van de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) en moeten zich o.a. houden aan zeer strikte regels inzake belangenconflicten.

Care Property Invest had sinds haar oprichting tot 25 november 2014 het statuut van vastgoedbevak. Op 25 november 2014 heeft de Vennootschap het statuut van openbare GVV aangenomen.

7.2 Algemene kenmerken

7.2.1 ACTIVITEITEN

De openbare GVV moet de hogergestelde activiteiten uitoefenen.

In dat kader van de terbeschikkingstelling van onroerende goederen, kan de openbare GVV alle activiteiten uitoefenen die verband houden met de oprichting, de verbouwing, de renovatie, de ontwikkeling (voor eigen portefeuille), de verwerving, de vervreemding, het beheer en de exploitatie van onroerende goederen (art. 4, §1 GVV-

Wet).

De openbare GVV volgt een strategie die ertoe strekt haar vastgoed voor lange termijn in bezit te houden en stelt, bij de uitoefening van haar activiteiten, een actief beheer centraal, wat met name impliceert dat zij zelf instaat voor de ontwikkeling en het dagelijks beheer van de onroerende goederen, en dat alle andere activiteiten die zij uitoefent, een toegevoegde waarde hebben voor diezelfde onroerende goederen of de gebruikers ervan, zoals de aanbieding van diensten die een aanvulling vormen op de terbeschikkingstelling van de betrokken

onroerende goederen.

Daartoe (i) oefent de openbare GVV haar activiteiten zelf uit, zonder die uitoefening aan een andere derde dan een verbonden vennootschap te delegeren, (ii) onderhoudt zij rechtstreekse relaties met haar cliënten en leveranciers, en (iii) heeft zij operationele teams tot haar beschikking die een aanzienlijk deel van haar personeelsbestand vormen. Met andere woorden, een openbare GVV is een operationele en commerciële vastgoedvennootschap.

Zij kan de volgende types van "vastgoed" bezitten (zoals gedefinieerd door de GVV-

Wet):

Gewoon vastgoed:

    1. onroerende goederen zoals gedefinieerd in artikel 517 en volgende van het Burgerlijk Wetboek, en de zakelijke rechten op onroerende goederen, met uitsluiting van de onroerende goederen van bosbouwkundige, landbouwkundige of mijnbouwkundige aard;
    1. aandelen met stemrecht uitgegeven door vastgoedvennootschappen, waarvan de Vennootschap rechtstreeks of onrechtstreeks meer dan 25% van het kapitaal aanhoudt;
    1. optierechten op vastgoed;
    1. aandelen van openbare of institutionele gereglementeerde vastgoedvennootschappen, op voorwaarde dat hierover, in laatstgenoemd geval, dat de Vennootschap rechtstreeks of onrechtstreeks meer dan 25% van het kapitaal aanhoudt;
    1. rechten die voortvloeien uit contracten waarbij aan de Vennootschap één of meer goederen in leasing worden gegeven, of andere analoge gebruiksrechten worden verleend.

Ander vastgoed (zij het binnen bepaalde grenzen):

aandelen van openbare en institutionele vastgoedbevaks;

rechten van deelneming in buitenlandse instellingen voor collectieve belegging in vastgoed die zijn ingeschreven op de in artikel 260 van de AICB-Wet bedoelde lijst;

rechten van deelneming in instellingen voor collectieve belegging in vastgoed die in een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte zijn gevestigd en niet zijn ingeschreven op de in artikel 260 van de AICB-Wet bedoelde lijst, voor zover zij aan een gelijkwaardig toezicht

zijn onderworpen als de openbare vastgoedbevaks;

aandelen of rechten van deelneming uitgegeven door vennootschappen (i) met rechtspersoonlijkheid; (ii) die ressorteren onder het recht van een andere lidstaat van de Europese Economische Ruimte; (iii) waarvan de aandelen al dan niet zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt en die al dan niet onderworpen zijn aan een regime van prudentieel toezicht; (iv) waarvan de hoofdactiviteit bestaat uit de verwerving of de oprichting van onroerende goederen in het vooruitzicht van de terbeschikkingstelling ervan aan gebruikers, of het rechtstreekse of onrechtstreekse bezit van deelnemingen in bepaalde types van entiteiten met een soortgelijk maatschappelijk doel; en (v) die zijn vrijgesteld van de belasting op de inkomsten uit de winst die uit de in de bepaling onder (iv) hierboven bedoelde activiteit voortvloeit, mits naleving van bepaalde wettelijke verplichtingen, en die minstens verplicht zijn om een deel van hun inkomsten onder hun aandeelhouders te verdelen (de "Real Estate Investment Trusts" (verkort "REITs") genoemd);

vastgoedcertificaten, zoals bedoeld in artikel 5, §4, van de wet van 16 juni 2006;

rechten van deelneming in een GVBF.

Het vastgoed bedoeld in (vi), (vii), (viii), (ix) en (xi) dat rechten van deelneming betreft in een alternatieve beleggingsinstelling zoals bedoeld in Richtlijn 2011/61/EU van het Europees Parlement en de Raad van 8 juni 2011 inzake beheerders van alternatieve beleggingsinstellingen en tot wijziging van de Richtlijnen 2003/41/EG en 2009/65/EG en van de Verordeningen (EG) nr. 1060/2009 van het Europees Parlement en de Raad van 16 september 2009 inzake ratingbureaus en (EU) nr. 1095/2010 van het Europees

Parlement en de Raad van 24 november 2010 tot oprichting van een Europees toezichthoudende autoriteit (Europese Autoriteit voor effecten en markten), tot wijziging van Besluit nr. 716/2009/EG en tot intrekking van Besluit 2009/77/EG van de Commissie, kan niet kwalificeren als aandelen met stemrecht uitgegeven door vastgoedvennootschappen, ongeacht het bedrag van de deelneming die door de openbare GVV rechtstreeks of onrechtstreeks wordt aangehouden.

De openbare GVV mag niet meer dan 20% van haar geconsolideerde activa beleggen in vastgoed dat één enkel vastgoedgeheel vormt (identieke regel aan deze van toepassing op de vastgoedbevaks) en mag geen "ander vastgoed" (vermeld in punten vi tot xi) alsook optierechten op dergelijke activa bezitten, dan voor zover de reële waarde ervan 20% van haar geconsolideerde activa niet overschrijdt.

De activiteit van de Vennootschap bestaat erin om onroerende goederen (in het bijzonder alle woonvormen vervat onder het woonzorgdecreet met uitbreiding van woningen voor mensen met een beperking) ter beschikking te stellen van gebruikers, en om haar vastgoed actief te ontwikkelen en te beheren. De meerwaarde die Care Property Invest hierin levert, bestaat in het aanbieden van op maat gemaakte vastgoedoplossingen, waarbij de onroerende goederen worden aangepast aan de specifieke behoeftes van de gebruikers. Care Property Invest gaat daartoe over tot eigen ontwikkelingen van onroerende goederen, renovaties, uitbreidingen, enz. Care Property Invest wil haar expertise en knowhow die in het verleden werd opgebouwd tijdens de realisatie van 2.000 (gesubsidieerde) serviceflats, verder inzetten om ook in de toekomst projecten te verwezenlijken die zijn voorzien

in het Woonzorgdecreet. Dit omvat woonzorgcentra, centra voor kortverblijf, dagverzorgingscentra, dienstencentra, groepen van assistentiewoningen, alsook alle woonvoorzieningen voor mensen met

een beperking.

7.2.2 VERPLICHTINGEN

Om toegang te krijgen en te behouden tot het statuut van de openbare GVV en het voor deze Vennootschap voorziene regime van fiscale transparantie (zie verder), is de Vennootschap onderworpen aan onder meer de volgende verplichtingen:

Uitkeringsverplichting (de "pay-out ratio"): de openbare GVV moet (bij een positief resultaat) ten minste het positieve verschil tussen de volgende bedragen uitkeren als vergoeding van het kapitaal: 1°) 80% van het bedrag dat gelijk is aan de som van het gecorrigeerde resultaat en van de nettomeerwaarden op de realisatie van vastgoed dat niet is vrijgesteld van verplichte uitkeringen 2°) de nettovermindering, tijdens het boekjaar, van de schuldenlast;

Beperking van de schuldratio: de geconsolideerde schuldratio van de openbare GVV en van haar dochtervennootschappen en de enkelvoudige schuldratio van de openbare GVV mogen niet uitstijgen boven 65% van de, naargelang het geval, geconsolideerde of enkelvoudige activa, onder aftrek van de toegelaten afdekkingsinstrumenten, tenzij dit het gevolg is van een variatie van de reële waarde van de activa; indien de geconsolideerde schuldratio van de openbare GVV en haar dochtervennootschappen meer bedraagt dan 50% van de geconsolideerde activa, onder aftrek van de toegelaten financiële afdekkingsinstrumenten, moet de openbare GVV een financieel plan opstellen samen met een

uitvoeringsschema, waarin zij een beschrijving geeft van de maatregelen die zullen worden genomen om te verhinderen dat de geconsolideerde schuldratio meer zou bedragen dan 65% van de geconsolideerde activa.

Diversificatie van het vastgoed: de activa van de openbare GVV moeten op zodanige wijze gediversifieerd zijn dat een passende spreiding van de risico's kan worden verzekerd in termen van vastgoed, per geografische streek en per categorie van gebruiker of huurder; geen enkele door de openbare GVV uitgevoerde verrichting mag tot gevolg hebben dat meer dan 20% van haar geconsolideerde activa wordt belegd in vastgoed dat "één enkel vastgoedgeheel" vormt (onder voorbehoud van de door de FSMA toegestane uitzonderingen en voor zover dat de geconsolideerde schuldratio van de openbare GVV en van haar dochtervennootschappen niet meer bedraagt dan 33% van de geconsolideerde activa, onder aftrek van de toegelaten afdekkingsinstrumenten).

Risicobeheer: de Vennootschap moet, als openbare GVV, beschikken over een passende risicobeheerfunctie en een passend risicobeheerbeleid, zij kan enkel intekenen op afdekkingsinstrumenten (met uitzondering van elke verrichting met een speculatief karakter) indien de statuten dit toelaten, en deel uitmaken van een beleid ter dekking van financiële risico's. Dit beleid zal moeten bekendgemaakt worden in de jaarlijkse en halfjaarlijkse verslagen.

Beheersstructuur en organisatie: de Vennootschap moet, als openbare GVV, beschikken over een eigen beheersstructuur en een passende administratieve, boekhoudkundige, financiële en technische organisatie, die haar in staat stelt haar activiteiten uit te oefenen overeenkomstig het GVV-regime, over een passend interne controlesysteem, een passende onafhankelijke interne auditfunctie, een passende onafhankelijke compliance functie en een passend integriteitsbeleid.

7.2.3 FISCALE GEVOLGEN

Fiscaal regime van de GVV

De belastbare basis van de GVV is beperkt tot de niet-aftrekbare beroepskosten, abnormale of goedgunstige voordelen en de bijzondere aanslag op "geheime commissielonen" op de uitgaven die niet behoorlijk verantwoord zijn. De GVV kan niet genieten van de aftrek voor risicokapitaal of van de verlaagde tarieven van de vennootschapsbelasting.

Wanneer een GVV deelneemt aan een fusie, een splitsing of een gelijkgestelde verrichting, zal deze verrichting niet van het regime van fiscale neutraliteit kunnen genieten, maar zal deze aanleiding geven tot de toepassing van de exittaks, net zoals dit het geval was voor de vastgoedbevaks. Het tarief van de exittaks bedraagt momenteel 15%.

De GVV is onderworpen aan de "abonnementstaks" van de artikelen 161 en 162 van het Wetboek Successierechten.

Het fiscale regime voor de aandeelhouders van de GVV

De onderstaande paragrafen vatten bepaalde gevolgen samen van de eigendom en de overdracht van aandelen in een GVV naar Belgisch fiscaal recht. Deze samenvatting baseert zich op de fiscale wetten, de regelgeving en de administratieve commentaren die in België van toepassing zijn zoals ze van kracht zijn op de datum van de opstelling

van dit document en wordt opgenomen onder voorbehoud van wijzigingen van het Belgisch recht, met inbegrip van wijzigingen met retroactief effect. Deze samenvatting houdt geen rekening met, noch behandelt zij, het fiscaal recht van andere landen dan België en zij houdt geen rekening met bijzondere omstandigheden eigen aan elke aandeelhouder. De aandeelhouders worden uitgenodigd om hun eigen adviseurs te raadplegen.

Natuurlijke personen met woonplaats in België

De door een GVV aan een natuurlijke persoon met woonplaats in België uitgekeerde dividenden, geven aanleiding tot de inning van een roerende voorheffing aan het verlaagd tarief van 15%. De Vennootschap voldoet immers aan de vereiste dat tenminste 80%, conform de programmawet van 27 december 2021, van het vastgoed belegd is in onroerende goederen die in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte zijn gelegen en uitsluitend of hoofdzakelijk voor aan woonzorg of gezondheidszorg aangepaste wooneenheden aangewend worden of bestemd zijn. De portefeuille van Care Property Invest bestaat immers volledig uit dergelijk vastgoed en kan overeenkomstig haar statutair doel ook enkel uit dergelijk vastgoed bestaan.

De door de GVV ingehouden voorheffing heeft voor de Belgische aandeelhoudernatuurlijke persoon een bevrijdend karakter.

De meerwaarden gerealiseerd door Belgische natuurlijke personen die de aandelen van de GVV niet verworven hebben in het kader van de uitoefening van een professionele activiteit, zijn niet belastbaar indien zij kaderen in het normale beheer van het privé-vermogen. De minderwaarden zijn niet aftrekbaar.

Belgische binnenlandse vennootschappen

Door de wet tot regeling van de erkenning en de afbakening van crowdfunding en houdende diverse bepalingen inzake financiën van 18 december 2016 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 20 december 2016 kunnen de aandeelhouders van Care Property Invest vanaf 1 januari 2017 opnieuw genieten van het verlaagd tarief van 15%.

Deze dividenden geven in principe geen recht op de aftrek als definitief belaste inkomsten bij de Belgische aandeelhouder-

Care Property Invest verklaart dat de inlichtingen verstrekt door de deskundigen en de erkende commissaris getrouw werden overgenomen en werden opgenomen met hun toestemming.

vennootschap, zoals dit ook het geval is voor de dividenden van de vastgoedbevak.

De meerwaarden op de aandelen van de GVV zijn niet vrijgesteld van de vennootschapsbelasting, net zoals het geval is voor de meerwaarden op de aandelen van vastgoedbevaks.

De roerende voorheffing ingehouden op de door de GVV uitgekeerde dividenden is in de regel verrekenbaar met de vennootschapsbelasting en het eventuele surplus is terugbetaalbaar voor zover de vennootschap- aandeelhouder de volledige eigendom van de aandelen heeft gehad op het moment van de toekenning of de betaalbaarstelling van het dividend en in zoverre dat deze toekenning of betaalbaarstelling geen waardevermindering of minderwaarde van deze aandelen met zich meebrengt.

Aandeelhouder-niet-inwoner

De door de GVV aan een aandeelhouderniet-inwoner uitgekeerde dividenden geven in de regel aanleiding tot de inning van de roerende voorheffing aan het tarief van 15% indien de GVV minstens 80%, belegd in vastgoed dat bestaat uit onroerende goederen die in een lidstaat van de Europese Economische Ruimte zijn gelegen en uitsluitend of hoofdzakelijk voor aan woonzorg of gezondheidszorg aangepaste wooneenheden

Bepaalde niet-inwoners die gevestigd zijn in landen waarmee België een overeenkomst tot het vermijden van dubbele belasting heeft gesloten, kunnen, onder bepaalde voorwaarden en mits bepaalde formaliteiten, genieten van een vermindering of een vrijstelling van de roerende voorheffing.

Taks op beurstransacties

De aankoop en de verkoop en elke andere verkrijging en overdracht ten bezwarende titel in België van bestaande aandelen van de GVV (secundaire markt) door de tussenkomst van een "professionele tussenpersoon" maken, zoals dit het geval is voor de vastgoedbevaks, in de regel het voorwerp uit van de taks op beurstransacties, op heden aan een tarief van 0,12%/0,35%/1,32% al naargelang de aard van de effecten met een maximum van € 1.300/€ 1.600/€ 4.000 per transactie en per partij.

Erfbelasting

De aandelen van Care Property Invest kunnen onder de voorwaarden, zoals gesteld onder artikel 2.7.6.0.1 van de VCF (Vlaamse Codex Fiscaliteit) genieten van een vrijstelling van erfbelasting. De Vennootschap bezit immers haar erkenning in de zin van dit artikel. De wijziging van statuut van BEVAK naar GVV heeft dus op geen enkele wijze een invloed op deze vrijstelling.

Meise (BE) I Oase

Lanaken (BE) I 3 Eiken

IX. LEXICON

1. Definities

1.1 Aanschaffingswaarde

Immateriële vaste activa: de aanschaffingswaarde omvat de geactiveerde kosten exclusief btw.

Materiële vaste activa: de aanschaffingswaarde omvat de geactiveerde kosten exclusief btw.

Vorderingen financiële leasing: de aanschaffingswaarde omvat de volledige investeringskost inclusief btw.

Vastgoedbeleggingen: de

aanschaffingswaarde omvat de conventionele waarde opgenomen in de berekening van de prijs. Voor projecten via een inbreng in natura wordt de prijs bepaald op basis van de inbrengovereenkomst. Voor ontwikkelingsprojecten omvat de aanschaffingswaarde de prijs die betaald werd voor de grond vermeerderd met de reeds gemaakte bouwkosten.

1.2 Bevoorrechte informatie of voorkennis

Bevoorrechte informatie over de vennootschap is elke informatie die niet openbaar werd gemaakt, die nauwkeurig is, waarin met andere woorden melding wordt gemaakt van een bestaande situatie of een situatie waarvan men redelijkerwijs kan verwachten dat ze zal bestaan of van een gebeurtenis die zich heeft voorgedaan of waarvan men redelijkerwijs kan verwachten dat ze zich zal voordoen, en die voldoende nauwkeurig is om er een conclusie uit te trekken over het mogelijke gevolg van deze situatie of deze gebeurtenis voor de koers van de financiële instrumenten of financiële derivaten van Care Property Invest – die

rechtstreeks of onrechtstreeks verband houdt met Care Property Invest – en die, indien ze publiek gemaakt zou zijn, de koers van de financiële instrumenten of financiële derivaten van Care Property Invest zou kunnen beïnvloeden, waarbij informatie als koersgevoelig voor de financiële instrumenten of financiële derivaten wordt beschouwd wanneer een redelijk handelend belegger waarschijnlijk van deze informatie gebruik zal maken om er zijn beleggingsbeslissingen ten dele op te baseren.

1.3 Bezettingsgraad

De bezettingsgraad is de uitkomst van het totaal aantal effectief bewoonde wooneenheden ten opzichte van het totale aantal wooneenheden (zowel de bewoonde als de leegstaande). Wat betreft de initiële portefeuille, is de erfpachtvergoeding die overeengekomen werd in desbetreffende overeenkomsten verschuldigd, ongeacht de bezettingsgraad. Ook voor de acquisities uit het nieuwe vastgoedprogramma wordt het leegstandsrisico overgedragen aan de exploitant, met uitzondering van het project "Tilia" te Gullegem.

1.4 Bulletkrediet

Krediet waarvan de hoofdsom in één keer wordt afgelost aan het einde van de looptijd en waarbij gedurende de looptijd van het krediet enkel de interestlasten verschuldigd zijn.

1.5 Compliance officer

De Compliance officer ziet toe op de naleving van de wetten, reglementen en gedragsregels die van toepassing zijn op de Vennootschap en meer in het bijzonder de regels die verband houden met de integriteit van de activiteiten van de Vennootschap en beheerd het compliancerisico van de Vennootschap.

1.6 Corporate Governance

Deugdelijk beheer van de onderneming. Deze principes, zoals transparantie, integriteit en evenwicht tussen de verantwoordelijken steunen op de aanbevelingen van de Belgische Corporate Governance Code 2020 ("Code 2020"), zoals deze beschikbaar is op de website www. corporategovernancecommittee.be.

1.7 Dividendrendement

Bruto- of nettodividend gedeeld door de slotkoers van het aandeel Care Property Invest tijdens het betreffende boekjaar of op een bepaald tijdstip of gedeeld door de inschrijvingsprijs bij de beursintroductie (zonder kosten).

1.8 Double net

Zie definitie van punt 1.32 "Triple net", verderop in dit hoofdstuk, verminderd met het eigenaarsonderhoud (= grote onderhouds- en herstellingswerken). Er is slechts één project in portefeuille dat afgesloten werd met een erfpachtovereenkomst van het type "double net", zijnde het project "Les Terrasses du Bois" in Watermaal-Bosvoorde.

1.9 EPRA

European Public Real Estate Association is een vereniging die werd opgericht in 1999 ter promotie, ontwikkeling en groepering van Europese beursgenoteerde vastgoedvennootschappen. EPRA stelt gedragscodes op inzake boekhouding, reporting en corporate governance en harmoniseert deze regels in verschillende landen, om kwalitatieve en vergelijkbare informatie aan te bieden aan investeerders. EPRA organiseert ook discussiefora over vragen die de toekomst van de sector bepalen. Ten slotte heeft EPRA indexen gecreëerd die als benchmark dienen voor de vastgoedsector. Al deze informatie is beschikbaar op de website www.epra.com.

Zutphen (NL) I De Gouden Leeuw Zutphen

1.10 Erfpachtovereenkomst

Overeenkomst met een duur van minstens 15 jaar en maximaal 99 jaar, waarbij een tijdelijk zakelijk gebruiksrecht wordt verleend aan de erfpachter, dat bestaat uit het volledige genot en gebruik van het goed tijdens die periode. Als tegenprestatie betaalt de erfpachter – behoudens andersluidend beding – een jaarlijkse vergoeding, "canon" genaamd (Titel 7 "Erfpacht" boek 3 "Goederen" van het Burgerlijk Wetboek).

Erfpachtovereenkomsten die werden afgesloten voor de inwerkingtreding van het nieuwe goederenrecht op 1 september 2021, vallen behoudens afwijking daarvan onder de oude regelgeving van het Burgerlijk Wetboek, en beschikken zodus over een minimum duurtijd van 27 jaar.

1.11 Exittaks

De vennootschappen die hun erkenning als gereglementeerde vastgoedvennootschap of gespecialiseerd vastgoedbeleggingsfonds vragen of die fusioneren met een gereglementeerde vastgoedvennootschap, zijn onderworpen aan een specifieke belasting of exittaks. Deze belasting is vergelijkbaar met een liquidatiebelasting op de latente nettomeerwaarden en op de belastingvrije reserves.

Het huidige exittakspercentage bedraagt 15%

1.12 Free float

De free float is het aantal aandelen dat vrij op de beurs circuleert en dus in handen is van het publiek.

1.13 FSMA

De Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten, zoals bedoeld in de Wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en financiële diensten.

1.14 Gesloten periode

Periode waarin personen met een leidinggevende functie en hun nauw verwante personen, alsook alle personen opgenomen op de lijst van personen met voorkennis conform de wet van 2 augustus 2002 betreffende het toezicht op de financiële sector en de financiële diensten (de zogenaamde "insiderslijst") van Care Property Invest, geen transacties met betrekking tot financiële instrumenten of financiële derivaten van Care Property Invest mogen uitvoeren. De gesloten periodes worden vermeld in het Verhandelingsreglement van Care Property Invest, dat deel uitmaakt van het Corporate Governance Charter, beschikbaar op de website, www.carepropertyinvest.be.

1.15 GVV-KB

Het Koninklijk Besluit d.d. 13 juli 2014 met betrekking tot gereglementeerde vastgoedvennootschappen, zoals bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad d.d. 16 juli 2014 en nadien gewijzigd, laatst op 23 april 2018.

1.16 GVV-Wet

De Wet d.d. 12 mei 2014 betreffende de gereglementeerde vastgoedvennootschappen, zoals bekendgemaakt in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad d.d. 30 juni 2014 en nadien gewijzigd, laatst door de Wet van 22 oktober 2017, B.S. 9 november 2017.

1.17 IAS/IFRS-normen

De internationale boekhoudnormen (IAS, International Accounting Standards/IFRS, International Financial Reporting Standards) werden opgesteld door de International Accounting Standards Board (IASB), die de internationale normen voor het opstellen van jaarrekeningen uitwerkt. De Europese beursgenoteerde vennootschappen moeten deze regels in hun geconsolideerde rekeningen toepassen voor de boekjaren die beginnen vanaf 1 januari 2005. In overeenstemming met het KB van 13 juli 2014, past Care Property Invest deze regels vanaf het boekjaar beginnend op 1 januari 2007 toe op haar enkelvoudige jaarrekening.

1.18 Interest rate swap

Financieel instrument waarbij partijen contractueel overeenkomen interestbetalingen uit te wisselen over een bepaalde periode. Het laat toe aan partijen om vaste rentevoeten te ruilen voor vlottende rentevoeten en vice versa. De Vennootschap heeft enkel Interest rate swaps die haar toelaten om vlottende rentevoeten om te ruilen naar vaste rentevoeten.

1.19 Investeringswaarde

De investeringswaarde is de waarde zoals bepaald door een onafhankelijke vastgoeddeskundige en waarvan noodzakelijke bijkomende mutatiekosten zijn inbegrepen (voorheen "waarde vrij op naam" genoemd).

1.20 Looptijd

Gewogen gemiddelde looptijd van de huurcontracten, waarbij het gewicht gelijk is aan de verhouding van de huuropbrengst tot de totale huuropbrengsten van de portefeuille (een synoniem is "duration").

1.21 Liquidity provider

Een liquidity provider is een financiële instelling (in het geval van Care Property Invest: KBC Securities) die onder toezicht van Euronext en de FSMA een opdracht van marktanimatie uitvoert met betrekking tot de aandelen van de Vennootschap. De opdracht van marktanimatie heeft tot doel om de liquiditeit van transacties in aandelen van de Vennootschap te bevorderen en meer in het bijzonder een gepaste interactie tussen vraag en aanbod te favoriseren en aldus een vrije werking van de markt te bevorderen om zo de koersschommelingen in het aandeel te reduceren.

1.22 Marktkapitalisatie

Beurskoers vermenigvuldigd met het totaal aantal genoteerde aandelen.

1.23 Mutatierechten

De overdracht van de eigendom van een onroerend goed is in principe onderworpen aan de inning door de Staat van mutatierechten die het grootste deel van de transactiekosten uitmaken. Het bedrag van deze rechten hangt af van de overdrachtswijze, de hoedanigheid van de koper en de geografische ligging van het onroerend goed. De twee eerste voorwaarden, en dus het te betalen bedrag van de rechten, zijn slechts gekend na het afsluiten van de eigendomsoverdracht.

In België zijn de mogelijke wijzen van overdracht van onroerende goederen en de hieraan gekoppelde registratierechten voornamelijk de volgende:

  • verkoopcontracten met betrekking tot onroerende goederen: 12,5% voor de onroerende goederen in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en in het Waals Gewest, en 12% voor de onroerende goederen in het Vlaams Gewest;
  • verkoop van onroerende goederen onder het regime van de vastgoedhandelaar: 5 tot 8% afhankelijk van het Gewest;
  • vestiging van opstalrechten en erfpachtrechten (beiden tot 99 jaar): 2% of 0,5% als de huurder een vzw is;
  • verkoopcontracten met betrekking tot onroerende goederen waarbij de koper een publiekrechtelijke instelling is (bv. een entiteit van de Europese Unie, van de federale regering, van een gewestregering of van een buitenlandse regering): vrijstelling van rechten;
  • inbreng in natura van onroerende goederen tegen de uitgifte van nieuwe aandelen ten voordele van de inbrenger: vrijstelling van rechten;
  • verkoopcontracten van de aandelen van een vastgoedvennootschap: afwezigheid van rechten;
  • fusies, splitsingen en andere bedrijfsreorganisaties: afwezigheid van rechten;
  • enz.

De effectieve belastingvoet van het mutatierecht schommelt dus tussen 0 en 12,5% zonder dat het mogelijk is om het percentage te voorzien dat op de overdracht van een bepaald goed van toepassing is, vooraleer deze overdracht wordt uitgevoerd.

N.B. Er dient opgemerkt dat, als gevolg van de interpretatie van de IAS/IFRS-normen door de Belgische Vereniging van Asset Managers (BEAMA), de boekwaarde van gebouwen voor de IAS/IFRS-balans berekend wordt door van de investeringswaarde een forfaitair bedrag van mutatierechten af te trekken dat momenteel door de vastgoedexperten op 2,5% is gesteld. Voor eigendommen met een waarde van minder dan € 2,5 miljoen worden evenwel de registratierechten afgetrokken die volgens de ligging van het onroerend goed van toepassing zijn. Voor de Nederlandse en Spaanse vastgoedbeleggingen bestaat geen bijzondere afspraak en zijn de wettelijke tarieven inzake overdrachtsbelasting van toepassing.

1.24 Nettowaarde per aandeel

De waarde die wordt verkregen door het geconsolideerd nettoactief van de GVV, na aftrek van de minderheidsbelangen, of, indien geen consolidatie plaatsvindt, het nettoactief op statutair niveau, te delen door het aantal door de GVV uitgegeven aandelen, na aftrek van de eigen aandelen die, in voorkomend geval op geconsolideerd niveau worden aangehouden.

"Inventariswaarde van de aandelen" is een synoniem voor nettowaarde van aandeel.

1.25 Nettohuurresultaat

Huurinkomsten

  • terugnemingen van overgedragen en verdisconteerde huren
  • lasten met betrekking tot de verhuur

1.26 Omloopsnelheid

Totaal volume van de gedurende het jaar verhandelde aandelen gedeeld door het totaal aantal aandelen, volgens de definitie van Euronext (een synoniem is "velociteit").

1.27 Opstalrecht

Een opstalrecht is een zakelijk gebruiksrecht dat het eigendomsrecht verleent op al dan niet gebouwde volumes, voor het geheel of een deel, op, boven of onder andermans grond om er bouwwerken of beplantingen te hebben (Titel 8 'Opstal" Boek 3 'Goederen' van het Burgerlijk Wetboek).

1.28 Pay-out ratio

Brutodividend per aandeel gedeeld door het te bestemmen resultaat per aandeel, waarbij het brutodividend werd berekend op basis van de aangepaste EPRA-winst.

1.29 Reële waarde

De reële waarde of "fair value" wordt voor de vastgoedbeleggingen in België als volgt berekend:

Gebouwen met een investeringswaarde boven € 2,5 miljoen:

De reële waarde = investeringswaarde/(1 + gemiddelde bepaald als de laagste waarde tussen de investeringswaarde per stuk/ (1 +% van de mutatiekosten afhankelijk van het gewest waar het gebouw is gelegen) en de investeringswaarde als geheel/(1 + gemiddelde percentage van de transactiekosten zoals bepaald door BEAMA);

Gebouwen met een investeringswaarde lager dan € 2,5 miljoen:

    1. wanneer de vastgoedexpert vindt dat het gebouw per appartement kan worden verkocht, wordt de reële waarde bepaald als de laagste waarde tussen de investeringswaarde per stuk/(1 +% van de mutatiekosten afhankelijk van het gewest waar het gebouw is gelegen) en de investeringswaarde als geheel/ (1 + gemiddelde percentage van de transactiekosten zoals bepaald door BEAMA);
    1. wanneer de vastgoedexpert vindt dat het gebouw niet per appartement kan worden verkocht, is de reële waarde gelijk aan de investeringswaarde als geheel/(1 +% van de mutatierechten afhankelijk van het gewest waar het gebouw is gelegen).

Het gemiddelde percentage van de transactiekosten zoals bepaald door BEAMA wordt jaarlijks herzien en indien nodig aangepast per drempel van 0,5%. De vastgoedexperten bevestigen dit aftrekpercentage in hun periodieke verslagen aan de aandeelhouders. Het percentage bedraagt thans 2,5%.

1.30 Schuldgraad

Teller: "Totaal van de passiva" op de balans

  • I. Langlopende verplichtingen A. Voorzieningen
  • I. Langlopende verplichtingen - C. Andere langlopende financiële verplichtingen - Indekkingsinstrumenten
  • I. Langlopende verplichtingen F. Uitgestelde belastingverplichtingen
  • II. Kortlopende verplichtingen A. Voorzieningen
  • II. Kortlopende verplichtingen - C. Andere kortlopende financiële verplichtingen - Indekkingsinstrumenten
  • II. Kortlopende verplichtingen F. Overlopende rekeningen

zoals voorzien in de schema's in bijlage van het Koninklijk Besluit van 13 juli 2014 met betrekking tot de gereglementeerde vastgoedvennootschappen. De bedragen die de GVV nog verschuldigd is voor de verwerving van vastgoed en die binnen een gebruikelijke termijn zal voldaan worden, mogen in mindering gebracht worden bij de berekening van de schuldgraad.

Noemer: "Totaal van de activa" onder aftrek van toegelaten afdekkingsinstrumenten. Resultaat: ≤ 65%.

1.31 Transparantiewetgeving

De Wet van 2 mei 2007 op de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen in emittenten waarvan aandelen zijn toegelaten tot de verhandeling op een gereglementeerde markt en houdende diverse bepalingen B.S. 12 juni 2007 en het Koninklijk Besluit van 14 februari 2008 op de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen, B.S. 4 maart 2008.

1.32 Triple net

Wanneer de exploitatielasten, de onderhoudskosten en de huurderving verbonden aan de leegstand ten laste worden genomen door de exploitant.

1.33 Uit te keren resultaat of aangepaste EPRA-winst (per aandeel)

De Vennootschap moet als vergoeding van het kapitaal een bedrag uitkeren dat overeenkomt met ten minste het positieve verschil tussen de volgende bedragen:

• 80% van een bedrag dat gelijk is aan de som van het nettoresultaat (IFRS) (A) en van de nettomeerwaarden op de realisatie van de onroerende goederen die niet zijn vrijgesteld van verdeling (B). (A) en (B) worden volgens het volgende schema berekend:

Nettoresultaat

  • afschrijvingen

    • waardeverminderingen
  • terugnemingen van waardevermindering
  • verdisconteerde huren
  • +/- resultaat verkoop vastgoed
  • terugnemingen overgedragen en
  • +/- overige niet-monetaire bestanddelen
  • +/- variaties in reële waarde van vastgoed, variaties in reële waarde van financiële activa/passiva
  • = aangepaste EPRA-winst (A)
  • +/- gedurende het boekjaar gerealiseerde meer- en minderwaarden op vastgoed (meer- en minderwaarden ten opzichte van de aanschaffingswaarde vermeerderd met de geactiveerde investeringskosten)
  • gedurende het boekjaar gerealiseerde meerwaarden op vastgoed, vrijgesteld van de verplichte uitkering onder voorbehoud van hun herbelegging binnen een termijn van 4 jaar (meerwaarden ten opzichte van de aanschaffingswaarde vermeerderd met de geactiveerde investeringskosten).
    • gerealiseerde meerwaarden op vastgoed die voorheen vrijgesteld waren van de verplichte uitkering en die niet werden herbelegd binnen een periode van 4 jaar (meerwaarden ten opzichte van de aanschaffingswaarde vermeerderd met de geactiveerde investeringskosten).
  • = Nettomeerwaarden bij realisatie van vastgoed die niet vrijgesteld zijn van de verplichte uitkering (B)

en

• de nettovermindering in de loop van het boekjaar van de schuldenlast van de openbare GVV, zoals voorzien in het artikel 13 van het Koninklijk Besluit van 13 juli 2014 (cf. bovenstaande definitie van schuldgraad).

1.34 Universeel registratiedocument

Instellingen waarvan effecten zijn toegelaten tot een gereglementeerde markt kunnen elke jaar een registratiedocument opstellen in de vorm van een universeel registratiedocument met een beschrijving van de organisatie, bedrijfsactiviteiten, financiële positie, winsten, vooruitzichten en governance- en aandeelhoudersstructuur van de instelling. Het Universeel Registratiedocument mag gebruikt worden met het oog op een aanbieding van effecten aan het publiek of de toelating van effecten tot de handel op een gereglementeerde markt, mits het, in voorkomend geval, samen met eventuele wijzigingen en een overeenkomstig Verordening (EU) 2017/1129 goedgekeurde verrichtingsnota en samenvatting door de FSMA is goedgekeurd.

1.35 Vennootschap

Care Property Invest NV

1.36 Verboden periode

De periode die als dusdanig wordt gecommuniceerd door de Compliance Officer op instructies van het college van dagelijks bestuur of de raad van bestuur en die aanvangt vanaf de datum waarop de voorkennis bekend wordt bij de raad van bestuur of het college van dagelijks bestuur en zal duren tot onmiddellijk na de bekendmaking van de voorkennis of tot en met de datum waarop voorkennis haar koersgevoelig karakter verliest.

1.37 Verordening (EU) 2017/1129

Verordening (EU) 2017/1129 van het Europees Parlement en de Raad van 14 juni 2017 betreffende het prospectus dat moet worden gepubliceerd wanneer effecten aan het publiek worden aangeboden of tot de handel op een gereglementeerde markt worden toegelaten en tot intrekking van Richtlijn 2003/71/EG.

1.38 Wetboek van vennootschappen en verenigingen (WVV)

Het Wetboek van vennootschappen en verenigingen d.d. 23 maart 2019, zoals bekendgemaakt in het Belgisch Staatsblad d.d. 4 april 2019.

Het Wetboek van vennootschappen en verenigingen is in werking getreden op 1 mei 2019 en vervangt het vroegere Wetboek van vennootschappen d.d. 7 mei 1999.

1.39 Woonzorgdecreet

Het woonzorgdecreet van 13 maart 2009, zoals verschenen in het Belgisch Staatsblad op 14 mei 2009, en in werking getreden op 1 januari 2010, samen met haar uitvoeringsbesluiten, zoals van tijd tot tijd gewijzigd.

Hof Driane (BE) I Herenthout

2. Afkortingen

ABB Accelerated Book Building (kapitaalverhoging) ESMA European Securities and Markets Authority (Europese effecten en markten autoriteit)
AICB Alternatieve Instelling voor Collectieve Belegging FSMA Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten
APM Alternative Performance Measure (Alternatieve prestatiemaatstaven) GHW Geschatte HuurWaarde
BEAMA Belgian Asset Managers Association (Belgische Vereniging van Asset Managers) GVBF Gespecialiseerd Vastgoedbeleggingsfonds
BE-REIT Belgian Real Estate Investment Trust GVV Gereglementeerde Vastgoedvennootschap
BEVAK BeleggingsVennootschap met Vast Kapitaal IAS International Accounting Standards
BPR Best Practices Recommendations ICMA International Capital Market Association
CEO Chief Executive Officer IFRS International Financial Reporting Standards
CFO Chief Financial Officer IRS Interest Rate Swap
COO Chief Operating Officer KMO Kleine & Middelgrote Ondernemingen
CODM Chief Operating Decision Maker LTIP Long Term Incentive Plan
CVA Credit Valuation Adjustment MTN Medium Term Notes (Obligaties (LT) & Commercial Paper (KT))
DBF Design, Build & Finance NAW Nettoactiefwaarde
DBFM Design, Build, Finance & Maintain NV Naamloze Vennootschap
DPS Dividend per share (dividend per aandeel) OCMW Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn
DVA Debt Valuation Adjustment URD Universeel Registratiedocument
EBITDAR Eranings Before Interest, Taxes, Depreciation, Amortisation & Rent costs VCF Vlaamse Codex Fiscaliteit
EER Europese Economische Ruimte VTE. Voltijdsequivalent
EPRA European Public Real Estate Association WVV Wetboek van vennootschappen en verenigingen
EPS Earnings per share (winst per aandeel) VZW Vennootschap Zonder Winstoogmerk

Care Property Invest nv

Horstebaan 3 2900 Schoten T +32 3 222 94 94 E [email protected]

Belfius BE27 0910 0962 6873 GKCC BE BB BE 0456 378 070 RPR Antwerpen Openbare GVV naar Belgisch recht

www.carepropertyinvest.be

Talk to a Data Expert

Have a question? We'll get back to you promptly.