Annual Report (ESEF) • Apr 6, 2022
Preview not available for this file type.
Download Source File5493005DJBML6LY3RV36-2021-12-31-nl.xhtml 5493005DJBML6LY3RV36 2021-01-01 2021-12-31 5493005DJBML6LY3RV36 2020-01-01 2020-12-31 5493005DJBML6LY3RV36 2021-12-31 5493005DJBML6LY3RV36 2020-12-31 5493005DJBML6LY3RV36 2019-12-31 5493005DJBML6LY3RV36 2019-12-31 ifrs-full:IssuedCapitalMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-12-31 ifrs-full:IssuedCapitalMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-12-31 ifrs-full:IssuedCapitalMember 5493005DJBML6LY3RV36 2019-12-31 ifrs-full:SharePremiumMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-12-31 ifrs-full:SharePremiumMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-12-31 ifrs-full:SharePremiumMember 5493005DJBML6LY3RV36 2019-12-31 ifrs-full:OtherReservesMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-01-01 2020-12-31 ifrs-full:OtherReservesMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-12-31 ifrs-full:OtherReservesMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-01-01 2021-12-31 ifrs-full:OtherReservesMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-12-31 ifrs-full:OtherReservesMember 5493005DJBML6LY3RV36 2019-12-31 ifrs-full:ReserveOfExchangeDifferencesOnTranslationMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-01-01 2020-12-31 ifrs-full:ReserveOfExchangeDifferencesOnTranslationMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-12-31 ifrs-full:ReserveOfExchangeDifferencesOnTranslationMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-01-01 2021-12-31 ifrs-full:ReserveOfExchangeDifferencesOnTranslationMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-12-31 ifrs-full:ReserveOfExchangeDifferencesOnTranslationMember 5493005DJBML6LY3RV36 2019-12-31 ags:RetainedEarningsProfitLossForReportingPeriodMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-01-01 2020-12-31 ags:RetainedEarningsProfitLossForReportingPeriodMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-12-31 ags:RetainedEarningsProfitLossForReportingPeriodMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-01-01 2021-12-31 ags:RetainedEarningsProfitLossForReportingPeriodMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-12-31 ags:RetainedEarningsProfitLossForReportingPeriodMember 5493005DJBML6LY3RV36 2019-12-31 ifrs-full:RevaluationSurplusMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-01-01 2020-12-31 ifrs-full:RevaluationSurplusMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-12-31 ifrs-full:RevaluationSurplusMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-01-01 2021-12-31 ifrs-full:RevaluationSurplusMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-12-31 ifrs-full:RevaluationSurplusMember 5493005DJBML6LY3RV36 2019-12-31 ifrs-full:EquityAttributableToOwnersOfParentMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-01-01 2020-12-31 ifrs-full:EquityAttributableToOwnersOfParentMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-12-31 ifrs-full:EquityAttributableToOwnersOfParentMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-01-01 2021-12-31 ifrs-full:EquityAttributableToOwnersOfParentMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-12-31 ifrs-full:EquityAttributableToOwnersOfParentMember 5493005DJBML6LY3RV36 2019-12-31 ifrs-full:NoncontrollingInterestsMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-01-01 2020-12-31 ifrs-full:NoncontrollingInterestsMember 5493005DJBML6LY3RV36 2020-12-31 ifrs-full:NoncontrollingInterestsMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-01-01 2021-12-31 ifrs-full:NoncontrollingInterestsMember 5493005DJBML6LY3RV36 2021-12-31 ifrs-full:NoncontrollingInterestsMember iso4217:EUR iso4217:EUR xbrli:shares De impact van verbinding Jaarverslag 2021 Ageas, in het hart van de maatschappij, verweven in het leven van mensen. 3 Ageas Jaarverslag 2021 Inhoudstafel A Verslag van de raad van bestuur 8 1 Bericht van de CEO en voorzitter 9 2 Financiële kerncijfers en hoogtepunten 12 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas 20 4 Duurzaamheid centraal in alles wat wij doen 43 5 Corporate Governance Statement 64 B Geconsolideerde jaarrekening 2021 85 Geconsolideerde resultatenrekening 87 Geconsolideerd overzicht van het comprehensive income 88 Geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen 89 Geconsolideerd kasstroomoverzicht 90 C Algemene informatie 91 Covid-19 92 1 Juridische structuur 93 2 Samenvattinggrondslagenvoornanciëleverslaggevingenconsolidatie 94 3 Overnames en desinvesteringen 120 4 Risicomanagement 122 5 Toezicht en solvabiliteit 154 6 Beloningen en vergoeding 158 7 Verbonden partijen 172 8 Informatie operationele segmenten 174 D Toelichting op de geconsolideerde balans 186 9 Geldmiddelen en kasequivalenten 187 10 Financiële beleggingen 188 11 Vastgoedbeleggingen 194 12 Leningen 196 13 Investeringen volgens de equity- 198 14 Herverzekering en overige vorderingen 201 15 Overlopende rente en overige activa 202 16 Materiële vaste activa 203 17 Goodwill en overige immateriële activa 205 18 Eigen vermogen 208 19 Verzekeringsverplichtingen 213 20 Achtergestelde schulden 218 21 Schulden 221 22 Actuele en uitgestelde belastingen 223 23 RPN (I) 225 24 Overlopende rente en overige verplichtingen 227 25 Voorzieningen 228 26 Minderheidsbelangen 229 27 Derivaten 230 28 Toezeggingen 232 29 ReëlewaardevanFinanciëleactivaennanciëlepassiva 233 Ageas Jaarverslag 2021 4 5 Ageas Jaarverslag 2021 E Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening 235 30 Verzekeringspremies 236 31 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 239 32 Resultaat op verkoop en herwaarderingen 240 33 Baten uit beleggingen inzake Unit-Linked contracten 241 34 Commissiebaten 242 35 Overige baten 243 36 Schadelasten en uitkeringen 244 37 Financieringslasten 245 38 Wijzigingen bijzondere waardeverminderingen 246 39 Commissielasten 247 40 Personeelskosten 248 41 Overige lasten 249 42 Belastingen op de winst 251 F Toelichting op posten niet opgenomen in de geconsolideerde balans 252 43 Voorwaardelijke verplichtingen 253 44 Gebeurtenissen na balansdatum 256 Verklaring van de Raad van Bestuur 257 Verslag van de commissaris 258 G Statutaire jaarrekening 2021 ageas SA/NV 263 Algemene informatie 264 Aanvullende toelichting op onderdelen in de balans en de winst-en-verliesrekening en reglementaire voorschriften 265 Belangenconict 303 Verslag van de commissaris 304 H Overige informatie 308 Waarschuwing ten aanzien van mededelingen met betrekking tot de toekomst 309 Beschikbaarheid van bedrijfsdocumenten voor openbare inzage 310 Registratie van gedematerialiseerde aandelen 311 GRI Index 312 UN GC voortgangsverslag Index 315 UNEP FI PSI Index 318 Begrippenlijst en Afkortingen 320 Over Ageas Ageas Jaarverslag 2021 6 BEL 20 genoteerde onderneming medewerkers Levensverzekeringen, Niet-levensverzekeringen & Herverzekering jaar ervaring premie-inkomen (tegen 100%) EUR miljard particuliere en zakelijke klanten miljoen Onze waarden Onze bestaansreden Actief in 14 landen Focus op Europa & Azië Ageas Jaarverslag 2021 Ageas is een beursgenoteerde internationale verzekeringsgroep met een erfgoed dat zich uitstrekt over een periode van bijna 200 jaar. Wij bieden particuliere en zakelijke klanten Levens- en Niet-levensverzekeringsproducten en we zijn ook actief in Herverzekering. Onze klanten staan bij ons centraal. We helpen hen om zich voor te bereiden op de toekomst, we beschermen hen en voorkomen negatieve gebeurtenissen, en we verlenen bijstand wanneer ze dat nodig hebben. Onze producten en diensten anticiperen op de risico’s die onze klanten lopen en dekken ze af. We zorgen ervoor dat ons aanbod zowel nu als in de toekomst is afgestemd op hun behoeften. Wij zijn een van de grootste verzekeringsmaatschappijen van Europa en zijn ook in Azië goed vertegenwoordigd. In totaal heeft Ageas vestigingen in 14 landen (België, het Verenigd Koninkrijk, Frankrijk, Portugal, Turkije, China, Maleisië, India, Thailand, Vietnam, Laos, Cambodja, Singapore en de Filipijnen) via een combinatie van 100%-dochterondernemingen en langetermijnpartnershipsmetsterkenanciëleinstellingenenbelangrijke distributeurs. Ageas behoort tot de marktleiders in de landen waar het aanwezig is. Elke dag staan meer dan 40.000 bekwame en gemotiveerde medewerkers klaar voor onze bijna 45 miljoen klanten. Onze kernwaarden – Care, Dare, Deliver en Share – vertegenwoordigen wie we zijn en hoe we werken. Als 'Supporter van jouw leven' streven wij ernaar sociale en economische waarde te scheppen voor onze klanten, medewerkers, partners, investeerders en de maatschappij als geheel. In 2021 rapporteerde Ageas een bruto-premie-inkomen van bijna EUR 40 miljard (tegen 100%). Ageas staat genoteerd op de Euronext Brussel en is opgenomen in de BEL20 index. Verenigd Koninkrijk België Portugal Frankrijk Turkije India Maleisië Filipijnen Joint ventures in Laos, Cambodja en Singapore China Vietnam Thailand 7 Ageas Jaarverslag 2021 8 A Verslag van de Raad van Bestuur Het Ageas Jaarverslag 2021 bevat het Verslag van de Raad van Bestuur van Ageas, opgesteld op basis van de in België toepasselijke wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften (op grond van artikel 3:6 en artikel 3:32 van de Wetboek van vennootschappen en verenigingen), de Geconsolideerde Jaarrekening Ageas 2021 (met vergelijkende cijfers voor 2020), opgesteld conform de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals aanvaard door de Europese Unie en de Verkorte Jaarrekening van ageas SA/NV. Niet-nanciële informatie werd bekendgemaakt in overeenstemming met de Europese richtlijn over niet- nanciële informatie, nationale wetgeving over ESG-aspecten en aanbevelingen van toezichthouders zoals de Euronext- adviezen voor ESG-rapportage gepubliceerd in januari 2020. De informatie en de gegevens in het jaarverslag zijn opgesteld in overeenstemming met de standaarden (core) van het Global Reporting Initiative (GRI) 1 . Alle bedragen in de cijferopstellingen van dit Jaarverslag luiden in miljoenen euro’s, tenzij anders vermeld. 1 De GRI Standards kunnen beschouwd worden als het meest gebruikelijke rapporteringsformaat voor economische, sociale en milieu-impacten. Duurzaamheidsrapportering gebaseerd op deze Standaarden geven een inzicht in de positieve en negatieve bijdrage van een organisatie tot duurzame ontwikkeling. De zogenaamde “core” optie houdt in dat er minstens een indicator voor elk materiaal onderwerp opgenomen is in het jaarverslag. Detailinformatie kan gevonden worden in de GRI inhoudstafel in sectie H. 9 Ageas Jaarverslag 2021 Beste stakeholder, 2021 was het jaar waarin we de laatste fase van Connect21 hebben voltooid en we de verhaallijn voor de komende jaren hebben uitgeschreven. We hebben nagedacht over de trends die op ons afkomen en ons vooral afgevraagd welke kansen die ons bieden voor een duurzame groei op lange termijn. Dat alles hebben we vertaald in het nieuwe plan Impact24 dat de komende drie jaar en ook daarna als richtlijn zal dienen. Maar alle plannen ontstaan binnen een globale context. De wereld heeft de laatste twaalf maanden niet stilgestaan. Integendeel: alles evolueert steeds maar sneller. Nieuwe uitdagingen in 2021 Als 2020 het 'jaar van corona' was, dan had 2021 het jaar moeten worden waarin de wereld haar normale, weliswaar nieuwe gang van zaken weer hervatte. Heel even leek dat ook te gebeuren, maar corona-varianten wilden van geen wijken weten. De wereldeconomie begon sneller en sterker dan verwacht te herstellen, in een tempo dat van markt tot markt verschilde. Terwijldewereldhandeluitzijnwinterslaapontwaakte,begondeinatieook toe te nemen. Corona was een katalysator voor de toenemende sociale ongelijkheid, met een aanzienlijke kloof in inkomen, gezondheid en onderwijs als gevolg. Als verzekeraar krijgt dit onze volle aandacht. We ondersteunen onze stakeholders door ze te beschermen en ze ook voor te bereiden op de wereld van morgen. Dit is al bijna twee eeuwen lang onze bestaansreden en vandaag is het relevanter dan ooit. 2021 was ook het jaar waarin de klimaatverandering een nieuw record bereikte. De ambitie van 1,5°C maximum temperatuurtoename behoeft inmiddels geen verdere toelichting. Terwijl ruim 190 landen in Glasgow bij elkaar kwamen ter gelegenheid van de COP26 om nogmaals te bevestigen zich aan deze kritieke drempel te zullen houden, werd het de wereld duidelijk dat er sneller tot actie moest worden overgegaan. Wij zijn een belegger van een aanzienlijke omvang en staan in nauw contact met een groot aantal klanten. Daarom heeft Ageas een belangrijke rol te spelen om de informatiekloof te dichten en onze klanten een duwtje in de rug te geven bij de overgang naar een duurzamere wereld. Dit jaar hebben we de klimaatverandering aan den lijve ondervonden, toen de grootschalige overstromingen huis en haard van zoveel van onze klanten in België en het VK verwoestten. We leven mee met iedereen die zo familie of vrienden heeft verloren. Dankzij de buitengewone steun van onze medewerkers, agenten, makelaars en partners, hebben we er alles aan gedaan om onze klanten op dit uiterst kritieke moment zo goed mogelijk van dienst te zijn en te helpen. Duurzaamheid centraal Als verzekeraar zien we het als onze plicht tegenover onze stakeholders om een duurzaam bedrijf te zijn, dat bestand is tegen de tand des tijds. We hebben een verantwoordelijkheid ten aanzien van toekomstige generaties: we moeten nu ingrijpen om wereldwijde maatschappelijke problemen aan te pakken. De strategische oefening die we vorig jaar hebben gemaakt, liet ons toe om dit te vertalen in een plan met concrete actiepunten en ambitieuze doelstellingen. Duurzaamheid is in alle aspecten van onze nieuwe strategie, Impact24, geïntegreerd. We willen voor al onze medewerkers een “Great place to Grow” zijn, gekenmerkt door diversiteit en inclusiviteit. We breiden ons aanbod verder uit met meer duurzame producten die onze klanten kunnen helpen bij de transitie naar een duurzamere wereld. We hebben een belofte gemaakt om onze eigen activiteiten CO2-neutraal te maken en om tegen 2024 tot EUR 10 miljard te investeren in ESG- initiatieven. Toen we die belofte maakten, hadden we al EUR 6 miljard geïnvesteerd. We kunnen dan ook verheugd melden dat we intussen het doel van EUR 10 miljard veel eerder dan verwacht hebben bereikt. We zullen de lat blijven verhogen en onze investeringen opschroeven in onder andere sociale huisvesting, rusthuizen en hernieuwbare energie infrastructuren. Dat wij zoveel belang hechten aan duurzaamheid wordt ook weerspiegeld in de gestage verbetering van vijf van de zes ESG-ratings waar we ons actief op toeleggen. Bij Ageas wordt onze ecologische voetafdruk jaar na jaar kleiner en onze bijdrage aan de maatschappij groter. In 2021 hebben we de lat nog wat hoger gelegd: we zullen de bedrijven waarin we beleggen, uitdagen en ondersteunen, en de klanten die onze producten gebruiken, stimuleren, zodat we samen een duurzamere wereld tot stand kunnen brengen. In dit verslag vindt u meer informatie over de wereldwijde en lokale initiatieven die inspelen op de veranderende behoeften van onze klanten en de maatschappij op het vlak van gezondheidszorg, vergrijzing, mobiliteit en zoveel meer. Bericht van de CEO en voorzitter CEO Hans De Cuyper en voorzitter Bart De Smet blikken terug op het afgelopen jaar bij Ageas en lichten een tip van de sluier op over wat we de komende jaren nog kunnen verwachten. Als verzekeraar zien we het als onze plicht tegenover onze stakeholders om een duurzaam bedrijf te zijn, dat bestand is tegen de tand des tijds. 10 Ageas Jaarverslag 2021 Sterke resultaten weerspiegelen onze veerkracht We zijn niet alleen trots op onze prestaties in 2021, maar we zijn ook tevreden over de manier waarop we ze bereikten. Onze lokale verwezenlijkingen vertellen samen het hele verhaal over wat er het afgelopen jaar in de wereld van Ageas is gebeurd. De Groep heeft sterke nanciële resultaten behaald. Zonder de impact van RPN(i), kwamen we uit op een nettoresultaat aan de bovenkant van de winstverwachting van EUR 945 miljoen in 2021. De Solvency II-ratio (197%) ligt boven het streefdoel en we keren een dividend van EUR 2,75 uit, wat overeenstemt met een uitkeringsratio van 52%, in lijn met de Connect21 doelstelling. Ook heeft Ageas zowel in Europa als in Azië op commercieel vlak sterk gepresteerd, met een duidelijke groei van het premie-inkomen in Unit-Linked en Niet-Leven. Door de verwoestende overstromingen tijdens de zomer in België en het VK is het aantal schadeclaims gestegen tot een niveau dat we nog nooit voor één natuurramp hebben meegemaakt, maar dit werd gecompenseerd door de sterke resultaten van al onze activiteiten. Zo blijkt maar weer dat onze Groep dankzij onze geograsche spreiding en onze gediversieerde portefeuille in Leven, Niet-Leven en Herverzekering goed stand kan houden. Onze activiteiten, vooral in Leven, moesten het hoofd blijven bieden aan het lagerenteklimaat, dat dit jaar ook een invloed had op de Chinese markt. Maar dankzij onze capaciteit om ons vermogensbeheer snel af te stemmen op de ontwikkeling van de rentevoeten en ook dankzij de solide balans van Taiping Life, zijn de resultaten sterk en veerkrachtig gebleven, wat de waarde van groeimarkten in Azië benadrukt. De verwerving van een belang in Taiping Re zorgde voor nog meer diversicatie,watdanweergunstigisvooronzepremie-inkomstenNiet- Leven in Azië. We breiden ons partnership op de snelgroeiende Turkse markt uit, met de voltooiing van de acquisitie van AvivaSA. De levens- en pensioen- verzekeraar werd omgedoopt tot 'AgeSA' en levert in zijn eerste jaar al een positieve bijdrage aan onze resultaten Leven in Europa. Door deze uitstekende prestaties hebben we alle nanciële doelstellingen van het plan Connect21 bereikt. Zowel onze Europese als Aziatische entiteiten leverden een bijdrage aan de groei in de premie-inkomsten en het nettoresultaat van de Groep tijdens de voorbije drie jaar. Vandaag bedraagt de bijdrage van Azië aan het bruto premie-inkomen ongeveer 46% (Ageas’ deel) en 38% aan het nettoresultaat verzekeringsresultaat. Dat toont aan hoe waardevol onze groeimarkten zijn, ondersteund door ons uniek partnershipmodel. Door hun lokale autonomie kunnen onze operationele entiteitenenjointventuresexibelreagerenopdelokalemarkt. Alweer speelde de veerkracht van de Groep een essentiële rol, en dieveerkrachtismedetedankenaanonzegoedgediversieerdeen evenwichtige activiteiten. Tijdens lock-downs en periodes van isolatie valt onze veerkracht ook samen met die van onze mensen. Zij maken het verschil, en onze mensen zijn de allerbeste. BERICHT VAN DE CEO EN VOORZITTER Bij Ageas wordt onze ecologische voetafdruk jaar na jaar kleiner en onze bijdrage aan de maatschappij groter. In 2021 hebben we de lat nog wat hoger gelegd: we zullen de bedrijven waarin we beleggen, uitdagen en ondersteunen, en de klanten die onze producten gebruiken, stimuleren, zodat we samen een duurzamere wereld tot stand kunnen brengen. Hans De Cuyper, CEO Ageas Ageas Jaarverslag 2021 11 Bart De Smet, Voorzitter Hans De Cuyper, CEO De veerkracht van de Groep speelde een essentiële rol, en die veerkracht is mede te danken aan onze goed gediversifieerde en evenwichtige activiteiten. Maar veerkracht is ook iets waar onze mensen voor zorgen. Zij maken het verschil, en onze mensen zijn de allerbeste. Bart De Smet, Voorzitter Ageas In beweging voor onze mensen Onze mensen zijn ook niet ongevoelig voor de gebeurtenissen van het afgelopen jaar, en wij bieden hen op alle mogelijke manieren ondersteuning. Maar we willen meer doen. We willen dat onze 40.000 medewerkers ons beschouwen als een “Great place to Grow”. Onder andere door een samenwerking die gebaseerd is op vertrouwen, door opleidings- en carrièremogelijkheden te bieden om onze medewerkers voor te bereiden op de toekomst, door hen meer kwaliteit te bieden in hun werk en hun carrière en door diversiteit en inclusie te stimuleren. We zijn trots dat we in het begin vanhetjaarinBelgiëeninhetVKhetTopEmployer-certicaatinontvangst mochten nemen. Dat label weerspiegelt onze aanhoudende inspanningen om op al onze markten een inspirerende werkgever te zijn. Een andere manier om deze ambitie te verwezenlijken, is door een inspirerende kantooromgeving te scheppen die hybride werken en samenwerking mogelijk maakt. We verhuizen ons hoofdkantoor in België naar het Manhattan gebouw in Brussel, een volledig duurzaam kantoor. In het hoofdkantoor van dochteronderneming AG in Brussel hebben we een nieuwe opleidingscampus gebouwd, en onze Portugese teams verhuizen naar nieuwe kantoren in Lissabon en Porto. Al deze gebouwen zijn ontworpen als ultramoderne en duurzame werkomgevingen waar onze medewerkers in verbinding kunnen blijven en optimaal kunnen samenwerken. Impact op de toekomst Connect21 geeft ons een sterk uitgangspunt voor de komende jaren. Bij de ontwikkeling van Impact24 richtten wij ons op strategische keuzes en investeringen voor de lange termijn, niet alleen voor de drie volgende jaren. Met dit plan zullen we onze kernactiviteiten versterken en uitbreiden, door ons volledige potentieel te benutten. We zullen nieuwe groeikansen aangrijpen om onze activiteiten toekomstbestendig te maken. En we beogen fusies en overnames waarmee wij onze toonaangevende positie in bestaande markten kunnen versterken. Bovendien zorgen we ervoor dat duurzaamheid centraal staat in alles wat wij doen. De impact die we maken zou nog ver na 2024 voelbaar moeten zijn. De wereld verandert sneller dan ooit tevoren. Wij moeten mee evolueren, en dat zullen we ook doen. Dit is het perfecte moment om onze mensen en onze partners voor hun bijdrage te bedanken. We zijn ook dankbaar voor onze klanten en beleggers, voor hun loyauteit tegenover Ageas. We kijken nu samen met u uit naar een succesvol jaar. En in een wereld die recent nog getuige werd van zo veel leed in Oekraïne, hopen we op een toekomst waarin vrede en stabiliteit terugkeren voor de mensheid. 12 Ageas Jaarverslag 2021 FINANCIËLE KERNCIJFERS EN HOOGTEPUNTEN 24 februari Ageas rapporteert ondanks corona uitstekende resultaten voor de Groep 4 mei Ageas verwerft een belang van 40% in AvivaSA in Turkije 20 april Moody’s bevestigt ratingverhoging naar A1 met stabiele outlook 5 mei Ageas voltooit verkoop van belang in Tesco Underwriting 1 juni Ageas kondigt details aan van nieuw strategisch plan Impact24 Ageas rapporteerde voor het volledige jaar sterke en veerkrachtige verzekeringsresultaten in zowel Leven als Niet-Leven, waardoor de Groep een bruto cashdividend van EUR 2,65 per aandeel kan voorstellen. Via deze acquisitie, met een kostprijs van EUR 140 miljoen, verstevigt Ageas verder zijn positie in de snelgroeiende Turkse markt. Dankzij het nieuwe partnership met de beursgenoteerde levens- en pensioenverzekeraar AvivaSA, intussen omgedoopt tot AgeSA, verwierf Ageas een aanwezigheid in de snelgroeiende markt Leven in Turkije. Ageas was reeds sinds 2012 aanwezig in het Niet-Leven segment in Turkije. De ratingverhoging weerspiegelde de vastgestelde verbeteringen in het kredietproelvandeGroepenzijnweerbaarheidvoorkredietschokken. Moody’s verhoogde de rating van Ageas en AG naar A1. De redenen hiervoor waren onder meer de oplossing van juridische problemen uit het verleden, verbeteringen in de onderliggende resultaten, de sterke kapitalisatie en de afbouw van de schuldenlast, naast het vermogen van de Groep om ondanks de coronacrisis in 2020 solide winsten te boeken en een sterke kapitaalpositie te handhaven. Ageas ging akkoord met de verkoop van zijn belang van 50,1% in Tesco Underwriting Ltd. aan Tesco Bank. De joint venture op het vlak van Niet-Levensverzekeringen tussen Ageas en Tesco Bank was in 2010 opgericht voor de onderschrijving van de auto- en woningverzekeringen onder de Tesco Bank-merknaam. Dankzij de verkoop kan Ageas UK zich verder toeleggen op zijn kernactiviteiten. Impact24 luidt voor Ageas een nieuw hoofdstuk in, met een duidelijke focus op groei. Met de eindmeet voor Connect21 in zicht, kondigde Ageas een nieuw strategisch driejarenplan aan voor de periode 2022-2024, dat ook als leidraad dient voor zijn keuzes op de langere termijn. In een notendop: Impact24 is een duurzame groeistrategie op lange termijn die voortbouwt op de essentiële troeven van de Groep en nieuwe groeikansen aangrijpt. Duurzaamheid neemt daarbij een centrale plaats in. Financiële kerncijfers en hoogtepunten 2.1 Hoogtepunten in 2021 Een nieuw jaar, een nieuwe reeks uitdagingen... Maar ook een aantal opmerkelijke verwezenlijkingen voor de Ageas Groep. We lichten hier enkele hoogtepunten van het afgelopen jaar uit. 13 Ageas Jaarverslag 2021 25 juni Fitch bevestigt ratingverhoging naar AA- met stabiele outlook 20 juli Ageas herdenkt de slachtoers van de overstromingen in België 1 september Nieuwe functie: Chief Development & Sustainability Oicer (CDSO) 23 november Ageas kondigt verhuizing aan naar nieuw duurzaam kantoor 10 augustus Betere Sustainalytics-score bevestigt de inspanningen die Ageas levert op het vlak van duurzaamheid 18 oktober Ageas start leerstoel ‘Sustainable insurance’ 7 december Ageas viert 20e verjaardag van het partnership met China Taiping Group DeratingverhogingweerspiegeltAgeas’aanhoudendsterkenanciële prestaties en sterke kapitaalpositie. Fitch Ratings verhoogde de Insurer Financial Strength (IFS) Rating van ageas NV/SA, AG Insurance en Ageas Insurance Limited naar ‘AA-’. Deratingverhogingweerspiegeltdesterkenanciëleprestatiesen de bijzonder sterke kapitaalpositie, ondanks nadelige en volatiele marktomstandigheden als gevolg van de pandemie, naast een sterk bedrijfsproel. Op deze dag waren we in gedachten bij de slachtoffers van de ergste natuurramp die België de laatste decennia heeft getroffen. Onze medewerkers, agenten, makelaars en partners deden al het mogelijke om klanten die hun huis en bezittingen verloren, zo snel mogelijk te compenseren. Als toonaangevende woningverzekeraar nam AG deel aan gesprekken met de regering en bood het de nodige ondersteuning, data en expertise om de crisis te beheren. Gilke Eeckhoudt benoemd als nieuwe CDSO om de uitvoering van Impact24 mee in goede banen te leiden. Namens de Groep zal zij alle transversale bedrijfsinitiatieven leiden binnen Business Development, Technology Development & Sustainability, ter ondersteuning van de implementatie van het nieuwe strategische plan Impact24. Gilke treedt ook toe tot het Management Committee van de Groep. Ageas verhuist zijn hoofdkantoor naar het Brusselse Manhattan Center, een uiting van zijn ambitie om voor zijn medewerkers een ‘Great place to Grow’ te zijn. Ageas creëert een duurzame werkomgeving die aansluit bij zijn strategie om van duurzaamheid in alle activiteiten een centraal thema te maken. Ook elders gaat men verder op deze evolutie, met nieuwe gebouwen in Portugal en een nieuwe AG Campus in Brussel. Deze verhuizingen resulteerden in inspirerende en duurzame werkplekken, met voldoende ruimte om samen te werken en ideeën uit te wisselen, ondersteund door een slimme digitale werkomgeving. Ageas’ aanhoudende inspanningen om de verstrekte informatie over ESG en de transparantie te verbeteren, worden weerspiegeld in de betere ESG- risicoscore. Ageas verbetert jaar na jaar gestaag zijn ESG-scores uitgereikt door zes toonaangevende ESG-ratingbureaus. Zo verbeterde Sustainalytics zijn rating van een middelmatige risicoscore van 28,7 naar een lage risicoscore van 18,8, waardoor Ageas in het klassement van de verzekeringssector bijna in het bovenste kwartiel eindigt. In samenwerking met de Universiteit Antwerpen zet Ageas zich in voor een onderzoeksprogramma gericht op duurzaam verzekeren. Verzekeraars beschikken over de kennis en de middelen om op het vlak vannanciëleinclusieensolidariteithetverschiltemaken.Bovendien kunnen ze duurzaam gedrag aanmoedigen via verantwoorde beleggingen of de verzekeringsproducten en -diensten die ze aanbieden. Dankzij deze leerstoel kan Ageas in dit debat een centrale rol spelen. Ageas is trots op de langst bestaande joint venture met China Taiping Group: een succesvolle samenwerking die al 20 jaar standhoudt en aantoont dat partnerships deel uitmaken van het DNA van Ageas. Ageas was zich al in 2001 bewust van het groeipotentieel in China. Door optimaal gebruik te maken van de unieke positie van China Taiping Group, in combinatie met de wereldwijde ervaring van Ageas op het vlak van verzekeringen, is Taiping Life Insurance vandaag een van de toonaangevende en meest gerespecteerde verzekeraars van China, met 19.000 medewerkers, 370.000 agenten en 1.400 (verkoop)kantoren. Het is ook een van de meest vertrouwde verzekeringsmerken op de markt en bedient 15 miljoen klanten. Dit jaar werd ook de 20e verjaardag van het partnerschap met Maybank in Maleisië gevierd. Raadpleeg voor meer informatie over al deze gebeurtenissen de webversie van het jaarverslag. 54 52 50 48 46 44 42 40 38 12/31 2020 1/31 2021 2/28 2021 3/31 2021 4/30 2021 5/31 2021 6/30 2021 7/31 2021 8/31 2021 9/30 2021 10/31 2021 11/30 2021 12/31 2021 Ontwikkeling van Ageas' aandelenkoers in 2021 (in EUR) 14 Ageas Jaarverslag 2021 Omschrijving Doelstellingen 2021 Combined Ratio Niet-Leven (%) < 96% 95,4% Operationele marge producten met gegarandeerde rente (bps) 85-95 99 Operationele marge Unit-Linked producten (bps) 30-40 35 Groep Solvency II ratio (%) 175% 197% Winst per aandeel (CAGR) 5-7% 11% Pay-out ratio (%) ≥50% 52% FINANCIËLE KERNCIJFERS EN HOOGTEPUNTEN We hebben de doelstellingen die we in Connect21 hadden vooropgesteld, waargemaakt, en kunnen tevreden terugblikken op de afgelopen drie jaar. Door Impact24 willen we de kracht van de Groep gebruiken als motor voor onze groei. Christophe Boizard, CFO Ageas Blik terug op de consequent sterke prestaties van Ageas in de afgelopen vijf jaar, aan de hand van verschillende KPI's. 43,58 45,55 15 Ageas Jaarverslag 2021 2.2 Kerncijfers 2021 2020 Netto resultaat Ageas 845 1.141 Per segment: - België 400 411 - VK 61 65 - Europa 119 136 - Azië 403 269 - Herverzekering 87 79 - Algemene Rekening & Eliminatie (225) 181 waarvan RPN(I) (101) (61) Per type: - Leven 743 570 - Niet-Leven 328 391 - Algemene Rekening & Eliminatie (225) 180 Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen (in miljoenen) 187 188 Winst per aandeel (in EUR) 4,52 6,07 Bruto-premie inkomen (incl. niet-geconsolideerde deelnemingen aan 100%) 39.777 35.572 - waarvan premie-inkomen van niet-geconsolideerde deelnemingen 29.022 26.107 Ageas' deel in premie-inkomsten (incl. niet-geconsolideerde entiteiten) 16.134 14.535 Per segment: - België 5.006 4.575 - VK 1.406 1.525 - Continentaal Europa 2.341 1.873 - Azië 7.381 6.561 Per type: - Leven 11.225 9.978 - Niet-Leven 4.909 4.557 Combined ratio 95,4% 91,3% Operationele marge producten met intrestgarantie (bps) 99 90 Operationele marge Unit-Linked producten (bps) 35 29 2021 2020 Eigen vermogen 11.914 11.555 Netto eigen vermogen per aandeel (in EUR) 64,14 61,80 Netto eigen vermogen per aandeel (in EUR) exclusief ongerealiseerde winsten en verliezen 43,43 39,64 Rendement Eigen Vermogen - Ageas Groep (exclusief ongerealiseerde winsten) 10,9% 15,5% Group solvency II ageas 197% 193% Technische Verplichtingen Leven (geconsolideerde entiteiten) 78.192 78.692 16 Ageas Jaarverslag 2021 2.3 2021 was een goed jaar met een verzekeringsresultaat van meer dan EUR 1 miljard en een premie-inkomen van bijna EUR 40 miljard. Dankzij sterke commerciële prestaties in de meeste regio's en vooral in het Leven-segment, is het premie-inkomen in 2021 aanzienlijk gestegen tot bijna EUR 40 miljard. De duurzame operationele marge op producten met gegarandeerde rente, de verbeterde marge op Unit- Linked producten en de combined ratio in Niet-Leven weerspiegelen de uitstekende operationele prestaties van de geconsolideerde entiteiten, die de tegenvallers door de lagere intrestvoeten en de uitzonderlijke weersomstandigheden compenseren. In combinatie met de sterke bijdrage van de niet-geconsolideerde entiteiten, waarbij Azië de verwachtingen in het vierde kwartaal sterk overtrof, bedroeg het nettoresultaat voor de verzekeringsactiviteiten meer dan EUR 1 miljard. Het nettoresultaat van de Groep, exclusief RPN(i) bedroeg EUR 945 miljoen. 2021 was ook het laatste jaar van Ageas' Connect21-strategie. In dit laatste jaar van de strategische cyclus bevestigde de Groep zijn duurzame, sterke operationele prestaties vanvorigejaren,enbehaaldezoallenanciëledoelstellingen. Groep Het premie-inkomen van de Groep sinds het begin van dit jaar, met inbegrip van de niet-geconsolideerde entiteiten (tegen 100%), steeg tot EUR 40 miljard, evenredig gespreid over de mature business in Europa en de niet-gecontroleerde partnerships in Azië. Op vergelijkbare basis en rekening houdend met de verkoop van het belang van de Groep in Tesco Underwriting en de verwerving van een belang in AgeSA (Turkije) en Taiping Re (China), is het premie-inkomen van de Groep met 6% gestegen. In Azië was het premie-inkomen Leven te danken aan de sterke persistentie in China en de integratie van Taiping Re. In Europa was de groei van het premie-inkomen Leven vooral toe te schrijven aan de verkoop van Unit- Linked producten in België en in Portugal, waar de overgang naar minder kapitaalintensieve producten wordt voortgezet. Het premie-inkomen in Niet-Leven steeg vooral dankzij sterke commerciële prestaties in België en de integratie van Taiping Re. In Continentaal Europa is het premie-inkomen in Niet-Leven zowel in Portugal als in Turkije gestegen. In Turkije werd de groei echter volledig gecompenseerd door het wisselkoerseffect van de Turkse lira. De sterke operationele prestaties van de verzekeringsactiviteiten, zowel in Leven als Niet-Leven, resulteerden in een nettoverzekeringsresultaat van EUR 1,071 miljoen. De nettowinst van de Groep bedroeg EUR 845 miljoen, rekening houdend met een negatief resultaat in de General Account van EUR 225 miljoen, inclusief een negatieve impact van EUR 101 miljoen in verband met de RPN(i)-herwaardering. De combined ratio Niet-Leven van de geconsolideerde entiteiten bedroeg 95,4%, een weerspiegeling van de sterke operationele resultaten in alle productlijnen, inclusief de kosten van de overstromingen in België en het VK. De kosten in verband met ongunstige weersomstandigheden voor de Groep bedroegen EUR 160 miljoen. In Autoverzekeringen bereikte de schadefrequentie tijdens het vierde kwartaal geleidelijk weer het niveau van vóór de coronacrisis, omdat de mobiliteitsbeperkingen in Europa zijn opgeheven. De operationele marge van producten met gegarandeerde rente in Leven kwam uit op 99 basispunten, ruim boven het streefdoel van 85-95 basispunten, dankzij een solide beleggingsresultaat en gerealiseerde nettomeerwaarden. De inkomsten uit vastgoed in België herstellen geleidelijk van de impact van Covid-19. De operationele marge van Unit- Linked van de Groep bedroeg eind december 35 basispunten, mooi binnen de doelstelling, dankzij een bevredigende marge in België en een sterk herstel in Continentaal Europa, dankzij de hogere volumes. De Solvency II ageas -ratio van Ageas bedroeg 197%, in vergelijking met 193% aan het einde van vorig jaar. De stijging was te danken aan de sterke operationele prestaties van de verzekeringsactiviteiten, ruim voldoende voor de opbouw van het verwachte dividend, en verder gesteund door modelwijzigingen. Het gegenereerde operationele vrije kapitaal over 2021 bedroeg EUR 625 miljoen exclusief de bijdrage bovenop het wettelijk vastgelegde kapitaal voor de overstromingen in België. Het gegenereerde vrijekapitaalproteerdevaneensterkebijdrageindividendenvandeniet- gecontroleerde deelnemingen van EUR 185 miljoen. De totale liquide activa bedroegen EUR 1,1 miljard. De EUR 725 miljoen die de operationele entiteiten sinds het begin van het jaar hebben opgestroomd, hebben de holdingkosten, het dividend van EUR 485 miljoen dat in het tweede kwartaal aan de aandeelhouders van Ageas is uitgekeerd en de cash-out van EUR 55 miljoen in verband met het voortgezette aandeleninkoopprogramma in 2021, ruimschoots gecompenseerd. De overname van een belang van 40% in het Turkse levensverzekerings- bedrijf AgeSA leidde tot een cash-out van EUR 140 miljoen, terwijl de verkoop van Tesco EUR 143 miljoen bijdroeg. FINANCIËLE KERNCIJFERS EN HOOGTEPUNTEN 17 Ageas Jaarverslag 2021 Als we terugblikken op 2021, mogen we trots zijn dat we beter dan de markt hebben gepresteerd, en dit in alle segmenten ondanks de grote uitdagingen. Uiteraard hebben de blijvende gevolgen van de coronacrisis en de verwoestende overstromingen tijdens de zomer heel veel menselijk leed veroorzaakt dat we nog lang in onze gedachten zullen meedragen. Heidi Delobelle, CEO AG Per business segment BELGIË Het nettoresultaat bedroeg EUR 400 miljoen tegenover EUR 411 miljoen in 2020. In 2021 is het premie-inkomen zowel in Leven als in Niet-Leven opmerkelijk gestegen. Het premie-inkomen in Leven groeide sterk dankzij de uitstekende groei van Unit-Linked (+52% op jaarbasis), onder impuls van de commerciële campagnes in het makelaarskanaal en het bankkanaal. Het premie-inkomen in Niet-Leven tekende een uitzonderlijke groei op van 9% in vergelijking met 2020, met een stijging in alle segmenten dankzij de gezamenlijke inspanningen van AG en zijn distributiepartners. De operationele marges van producten met gegarandeerde rente in Leven kwamen uit op 97 basispunten dankzij een solide beleggingsresultaat en een betere onderschrijvingsmarge. De marge van vorig jaar had te lijdenonderdevolatiliteitopdenanciëlemarkten.Tijdenshetvierde kwartaalproteerdedemargevanproductenmetgegarandeerderente van meerwaarden, voornamelijk op vastgoed. De operationele marge Unit- Linked was met 37 basispunten sterk. De combined ratio van Niet-Leven voor 2021 leed onder het uitzonderlijk sterke effect van de overstromingen tijdens de zomer. Die hadden een impact van 10% op de combined ratio, deels gecompenseerd door aanpassingen in de schadereserves in eigendommen- en ongevallenverzekeringen in het vierde kwartaal. Zonder de impact van deze uitzonderlijke posten weerspiegelde de combined ratio in alle segmenten sterke onderliggende prestaties. VERENIGD KONINKRIJK Het nettoresultaat bedroeg EUR 61 miljoen tegenover EUR 65 miljoen in 2020. Het premie-inkomen sinds het begin van dit jaar is op vergelijkbare basis – rekening houdend met de verkoop van Tesco Underwriting – licht gestegen tot EUR 1,4 miljard. De aanhoudende groei in Woningverzekeringen compenseerde de lagere premies in Autoverzekeringen als gevolg van een gedisciplineerde prijsaanpak in een markt met aanhoudend lage gemiddelde premies. De combined ratio van Niet-Leven bedroeg 96,2%. Dit weerspiegelt een sterk operationeel resultaat dat ruimschoots de kosten compenseerde, veroorzaakt door slechte weersomstandigheden die zowel de combined ratio van Woningverzekeringen als die van Overige verzekeringen troffen, en de enigszins hogere reserves voor toekomstige schadekosten. De stijging van de schadekosten op jaarbasis weerspiegelt de geleidelijke toenamevanhetvoertuiggebruiknadeophefngvandebeperkingen tijdens de pandemie. 2021 was een sterk jaar voor Ageas VK. We versterkten verder onze focus binnen onze activiteiten met aandacht voor groei in de uitgekozen markten. We gaven voorrang aan de retail klantendivisie waarbij we de relatie met de makelaars en de aggregators verder uitbreidden. Hierdoor steeg ons aantal klanten met meer dan 200.000. Ant Middle, CEO UK 18 Ageas Jaarverslag 2021 In 2021 zette Ageas in Portugal verdere belangrijke stappen om de organisatie nog klantgerichter te maken, en creëerde het tegelijk het perfecte platform voor de lancering van het nieuwe strategische plan Impact24. Ageas Portugal leverde ook een sterke financiële prestatie in 2021 met een groei van de verkoop boven het marktgemiddelde. De merkbekendheid van de onderneming blijft verbeteren. De Portugese markt onderscheidt het merk Ageas binnen de verzekeringssector als vernieuwend, creatief met een energieke aanpak. Steven Braekeveldt, CEO Portugal CONTINENTAAL EUROPA Het nettoresultaat van Continentaal Europa, zijnde naast Portugal ook de activiteiten in Frankrijk en Turkije, bedroeg EUR 119 miljoen vergeleken met EUR 136 miljoen in 2020. Ageas boekte uitstekende commerciële prestaties in Continentaal Europa, met een hoger premie-inkomen zowel in Leven als Niet-Leven. In Leven steeg het premie-inkomen sinds het begin van het jaar op vergelijkbare basis met 53% tot EUR 3.5 miljard (zonder de bijdrage van AgeSA in Turkije, overgenomen in mei 2021), dankzij de sterke verkoop van Unit-Linked producten.Voortsblevendeexibelepensioenproductenbuitenbalans in Portugal groeien en genereerden ze een premie-inkomen van EUR 207 miljoen. Het premie-inkomen in Niet-Leven steeg tegen constante wisselkoersen met 18%, dankzij de gevoelig hogere omzet uit ongevallen- en ziekteverzekeringen. De operationele marge van producten met gegarandeerde rente bedroeg 108 basispunten, een sterk resultaat, mede dankzij een solide onderschrijvingsresultaat. De marge in Unit-Linked bleef na de verandering in productmix en het hogere premie-inkomen gestaag stijgen. De combined ratio over het jaar kwam uit op een solide 88%. Vanaf het tweede kwartaal lag de schadefrequentie opnieuw op het niveau van voor de coronacrisis. Het resultaat van Leven vertoonde een aanzienlijke stijging, rekening houdend met de positieve bijdrage van EUR 20 miljoen van de vrijval vanreservesinPortugalin2020.Hetresultaatproteerdevanhetgoede onderschrijvingsresultaat in Portugal, verder gesteund door de bijdrage van AgeSA (EUR 11 miljoen) in Turkije sinds mei 2021. Het resultaat van Niet-Leven weerspiegelde de normalisering van de schadefrequentie van autoverzekeringen en de hogere schadekosten van ziekteverzekeringen inPortugal.Daarnaasthaddendehogeinatieenongunstigeschade- ervaringen een invloed op de bijdrage van Aksigorta in Turkije. AZIË Het nettoresultaat bedroeg EUR 403 miljoen tegenover EUR 269 miljoen in 2020. Tegen constante wisselkoersen steeg het premie-inkomen in Azië tijdens het jaar met 8% tot EUR 28,2 miljard (aan 100%). De organische groei die werd opgetekend in Leven en Niet-Leven werd verder ondersteund door de bijdrage van Taiping Re. De Technische verplichtingen Leven stegen met 18% aan constante wisselkoersen dankzij de groei van het aantal nieuwe contracten en de sterke persistentie. In China was de groei te danken aan nieuwe contracten voor producten van hoge waarde en een sterke eindejaarscampagne.InNiet-Levenproteerdehetpremie-inkomenvande bijdrage van Taiping Re, terwijl het premie-inkomen op vergelijkbare basis 4% hoger lag, vooral dankzij Maleisië. Met een nettoresultaat van EUR 403 miljoen, gesteund door een solide onderliggend resultaat, leverde Azië een sterke bijdrage aan het algemene nettoresultaatvandeGroep.HetresultaatinLevenproteerdevande degelijke operationele prestaties in China, Maleisië en Thailand, terwijl de verdere ongunstige ontwikkeling van de discontovoet in China werd gecompenseerd door de hogere netto gerealiseerde meerwaarden en een lager effectief belastingtarief. In Niet-Leven leverden alle entiteiten een positieve bijdrage aan het resultaat voor het volledige jaar. 2021 was een jaar waarin we nog intenser ingezet hebben op de ‘customer journey’. We hebben gezocht naar manieren om de klantenervaring verder te optimaliseren. We hebben projecten opgestart in China, Vietnam en de Filipijnen waarbij technologie en dienstenplatforms uitgerold werden om een echte cultuur en proces rond engagement naar de klanten toe te creëren. Data-analyse moet hierbij ook de klantbeleving verder verbeteren. Gary Crist, CEO Asia KEY FINANCIALS AND DEVELOPMENTS 19 Ageas Jaarverslag 2021 Het herverzekeringsverhaal van Ageas blijft zich verder ontwikkelen sinds de oprichting van een interne herverzekeraar, Intreas, in 2015. Herverzekering was eerst een kleine interne activiteit, maar is intussen uitgegroeid tot een belangrijk segment binnen de Groep. Het zorgt voor synergieën op het vlak van de business en de kapitaalsvereisten waardoor we onze basisactiviteiten kunnen beschermen en versterken. Antonio Cano, MD Europe (inclusief Herverzekering) HERVERZEKERING Het nettoresultaat bedroeg EUR 87 miljoen tegenover EUR 79 miljoen in 2020. Het premie-inkomen Herverzekeringen voor het volledige jaar bedroeg EUR 1,4 miljard uit de quotashare-overeenkomsten, terwijl een intern herverzekeringscontract Leven dat in het begin van het jaar met Ageas France werd gesloten, een premie-inkomen van EUR 29 miljoen genereerde. Inclusief de traditionele beschermingsactiviteiten ligt het totale premie-inkomen van EUR 1,6 miljard, in lijn met het vorige jaar. In 2021 is het herverzekeringsresultaat met 10% gestegen dankzij sterke prestatiesinhetvierdekwartaal,dieproteerdenvaneenherzieningvande reserves van de overeenkomst voor Auto met het VK en aanpassingen van dereservesinBelgië.Hetresultaatvoorhetvolledigejaarproteerdevan een iets lagere schadefrequentie in het lopende jaar voor Autoverzekeringen op het niveau van de afdragende entiteiten, zij het in veel mindere mate dan vorig jaar. De impact van ongunstige weersomstandigheden, voornamelijk in België en in mindere mate in het VK, werd hiermee gedeeltelijk gecompenseerd. 2.4 Gebeurtenissen na de datum van de geconsolideerde balans Ageas heeft op 15 februari 2022 aangekondigd dat zijn dochteronderneming Ageas UK Ltd een overeenkomst had gesloten met AXA Insurance UK PLC over de verkoop van zijn professionele verzekeringen voor nieuwe klanten. Op het niveau van Ageas Groep zal de transactie een initiële positieve impact hebben van EUR 45,5 miljoen op het nettoresultaat, te boeken in de eerste helft van 2022. Ageas houdt de ontwikkelingen in Oekraïne en Rusland nauwlettend in de gaten, met name wat betreft de indirecte macro-economische effecten, zoalsdetoekomstigeontwikkelingvanderenteendeinatieindemarkten waarin wij actief zijn. De Groep is in geen van beide landen actief via dochterondernemingenoflialen. Meer informatie in toelichting F.44. 2.5 Statutaire resultaten van ageas SA/NV volgens Belgische boekhoudregels Ageas SA/NV rapporteerde voor het boekjaar 2021 op basis van de Belgische boekhoudregels een positief nettoresultaat van EUR 505 miljoen (2020: EUR 672 miljoen) en een eigen vermogen van EUR 5.570 miljoen (2020: EUR 5.687 miljoen). Een meer gedetailleerde toelichting bij het statutaire nettoresultaat van ageas SA/NV en andere Belgische wettelijke verplichtingen in overeenstemming met artikel 3:6 van het Belgische Wetboek van vennootschappen en verenigingen, bevindt zich in de jaarrekening van ageas SA/NV. PwC heeft een oordeel zonder voorbehoud afgeleverd over de jaarrekening van ageas SA/NV. Onze lokale en regionale CEO's deelden hun visie op de uitdagingen en opportuniteiten die ze in België, continentaal Europa, het VK en Azië ervaren. Lees de volledige interviews hier. 20 Ageas Jaarverslag 2021 2021 was het laatste jaar van de Connect21-strategie. Ageas heeft allenanciëledoelstellingenbehaaldenaanzienlijkevooruitganggeboekt bij de implementatie van zijn strategische keuzes. Ageas zocht actief toenadering tot al zijn stakeholders en heeft zijn motto, 'Supporter van jouw leven' echt waargemaakt. In juni 2021 werd de nieuwe driejarenstrategie voor de periode 2022-2024 geïntroduceerd. Impact24 is een duurzame groeistrategie voor de lange termijn, zowel voor de Groep als voor zijn mensen, die voortbouwt op de basis van Connect21. De hoofdpunten van Connect21 die de laatste drie jaar bepalend waren voor de strategie, zijn ook onder Impact24 nog steeds erg relevant. Supporter van jouw leven Als 'Supporter van jouw leven' streeft de Groep ernaar waarde te scheppen voor klanten, medewerkers, partners, beleggers en de maatschappij als geheel. Voor elk van deze stakeholdersgroepen formuleerdeAgeasspeciekebeloftenendienovereenkomstigeprestatie- indicatoren (KPI's). Impact24 leidt Ageas naar een pad naar duurzame groei op lange termijn De afgelopen tien jaar is Ageas geleidelijk geëvolueerd tot een winstgevende verzekeringsmaatschappij die constant op zoek is naar manieren om zich verder te ontwikkelen, waarbij de klant centraal staat. Bij de opzet van het strategisch plan Connect21 in 2018 is Ageas teruggegaan naar de basis en heeft het de essentie van zijn bestaan onderzocht. Ageas beseft dat de wereld alsmaar complexer wordt, wat betekent dat de rol van een verzekeraar voortdurend verandert en uitgebreider wordt om te voldoen aan de veranderende behoeften van alle stakeholders. Ageas streeft ernaar om zich te buigen over onzekerheden en mogelijkheden, zodat zijn klanten in alle gemoedsrust ten volle van elke fase van hun leven kunnen genieten. Met zijn competenties en vaardigheden biedt Ageas oplossingen op het gebied van gezondheid, welzijn, huisvesting en mobiliteit, evenals voor zaken die gepaard gaan met ouder worden, waaronder spaar- en pensioenoplossingen. Ageas gebruikt de nieuwste technologische ontwikkelingen om een uitmuntende klantenervaring te creëren en biedt oplossingen die verder gaan dan de traditionele grenzen van verzekeringen: preventie, voorbereiding, bescherming en ondersteuning. In deze nieuwe domeinen die buiten de traditionele verzekeringsactiviteiten vallen, is Ageas zich ook bewust van zijn bredere rol in de maatschappij en speelt in op de maatschappelijke uitdagingen waar Ageas de meeste waarde kan bijdragen. Het onderschrijven van de VN Principles for Responsible Investment (PRI) voor zijn beleggingen, van de UNEP FI Principes of Sustainable Insurance (PSI), de VN Global Compact principes (GC) en het aannemen van een selectie van relevante duurzame VN ontwikkelingsdoelstellingen (SDG's) ondersteunen deze inspanningen. Impact24 werd in de loop van 2021 ontwikkeld en is een logisch vervolg van Connect21. Ageas houdt van consistentie en bleef trouw aan de vier kernwaarden: Care, Dare, Deliver en Share. Ageas heeft al aangetoond dathetzijnkeuzes,waardenennanciëledoelstellingenkanwaarmaken. Door het succes van zijn keuzes in het verleden beschikt het nu over een ankerpunt en een sterk platform voor toekomstige groei. Aan de basis van Impact24 ligt het DNA van Ageas en al datgene wat hetalheelgoeddoet.Hetplanbiedtookdeexibiliteitomteinvesteren in toekomstige trends die waarschijnlijk een impact zullen hebben op de wereld, niet alleen in 2024, maar in 2030 of zelfs later. Impact24 was het resultaat van een nauwe samenwerking van meer dan 100 Ageas- professionals uit de hele Groep. De expertise van collega's uit lokale entiteiten en het hoofdkantoor vulden elkaar goed aan. Dankzij de intern ontwikkeldeHorizonScan,diemenselijkeenarticiëleintelligentie combineert, kan Ageas de belangrijkste opkomende trends continu in de gaten blijven houden. Dat was, samen met de materialiteitsbeoordeling inzake duurzaamheid, de ruggengraat van het plan. De acht strategische keuzes zijn met elkaar verbonden, en KPI’s en doelstellingen maken de verantwoordingsniveaus duidelijk. Ageas en zijn stakeholders kunnen zo de vooruitgang van de Groep op uiterst gedisciplineerde wijze volgen. Denieuweniet-nanciëleenduurzaamheidsdoelstellingenversterken ons engagement om zowel economische als maatschappelijke waarde te creëren. We willen een positieve invloed hebben en zaken op de juiste manier aanpakken. Daarom staat duurzaamheid centraal in alles wat Ageas doet. Ageas heeft een zorgplicht en verantwoordelijkheid tegenover toekomstige generaties. Dit plan is gemaakt om topprestaties te leveren voor alle stakeholders, zoals hier weergegeven: Strategie en bedrijfsmodel van Ageas STRATEGIE EN BEDRIJFSMODEL VAN AGEAS Ontdek meer over de aanpak en langetermijnvisie visie van Ageas, en hoe trends worden opgevolgd. 21 Ageas Jaarverslag 2021 De implementatie van Connect21 en intussen Impact24 is een geleidelijk proces in een wereld die voortdurend verandert. Het nieuwe strategische plan weerspiegelt zowel ontwikkelingen in de regelgeving als snel veranderende behoeften van stakeholders. Het bouwt verder op de fundering en de verwezenlijkingen van Connect21, zonder dat het bedrijfsmodel is veranderd. Ageas weet dat het zijn concurrentievoordeel op lange termijn alleen kan behouden als het blijft evolueren en zichzelf opnieuw blijft heruitvinden. Topprestaties in evenwicht voor AL onze KEUZES Klanten en Mensen voorop De Kernactiviteiten versterken en uitbreiden Nieuwe Groeikansen scheppen in Gezondheid, Bescherming, Digitale Platforms en Herverzekering Partner van Huidige en Toekomstige winnaars CARE DARE DELIVER SHARE Tech & Data expertise versterken Binnen een lokaal model met voordelen van een Groep Met topposities in Europa en Azië Met duurzaamheid en een langetermijnvisie die centraal staan. WAARDEN DOELSTELLINGEN Financiële doelstellingen Niet-financiële doelstellingen Operationele doelstellingen Duurzaamheids- doelstellingen Ontdek het nieuwe strategische plan van Ageas op onze Impact24-website. 22 Ageas Jaarverslag 2021 Ageas’ bedrijfsmodel In het schema hierna wordt het bedrijfsmodel van Ageas weergegeven en de keuzes die in Impact24 zijn gemaakt. BELEGGINGENHERVERZEKERING ONZE BEDRIJFSACTIVITEITEN LEVEN NIET-LEVEN EUROPA AZIË ONDERSCHRIJVING ONS DOEL INPUT ONZE WAARDEN OUTPUT Best-in-class klantenervaring Great place to Grow Partner voor huidige en toekomstige winnaars Duurzaam rendement voor de aandeelhouders Grotere positieve impact op de samenleving STRATEGIE EN BEDRIJFSMODEL VAN AGEAS 23 Ageas Jaarverslag 2021 Vanuit zijn doel en zijn kernwaarden – Care, Dare, Deliver en Share – biedt Ageas in 14 Europese en Aziatische landen Leven- en Niet-Leven- oplossingen aan miljoenen particulieren en bedrijfsklanten. Dankzij zijn belofte om preventief te werk te gaan, voor te bereiden, te beschermen en te ondersteunen helpt Ageas zijn klanten hun risico’s te anticiperen, te beheren enintedekken.Hetzethiervooreengammaaanproductendiespeciek ontworpen zijn om tegemoet te komen aan de behoeften van vandaag en in de toekomst. Ageas onderscheidt zich door zijn expertise op het gebied van partnerships en heeft langetermijnovereenkomsten gesloten met toonaangevende lokale nanciëleinstellingenendistributeursoverdehelewereld,waardoorhet altijd dicht bij de klant staat. In de toekomst zal Ageas deze wederzijds voordelige partnerships en ecosystemen blijven uitbouwen en versterken. Door producten en diensten te ontwikkelen die verder gaan dan alleen verzekeringen streeft de onderneming ernaar om in een razendsnel veranderende wereld in te spelen op nieuwe behoeften en prioriteiten. Net als andere bedrijven opereert Ageas binnen een dynamisch wet- en regelgevingskader, waarin rekening moet worden gehouden met Solvency II en MiFID, en recenter ook de geactualiseerde IFRS- regelgeving, de Algemene Verordening gegevensbescherming, de Europese taxonomieverordening en de SFDR. Ageas speelt ook in op regelgeving of kaders zoals PRI, PSI, GC en de SDG's van de VN en principes rond klimaatverandering zoals de richtlijnen van de Task Force for Climate related Financial Disclosures (TCFD). En er is nog meer regelgeving op komst, zoals de Europese klokkenluidersrichtlijn, die naar verwachting in 2022 van kracht wordt, en de Europese richtlijn betreffende duurzaamheidsrapportering door ondernemingen (CSRD), waarschijnlijk van kracht vanaf het boekjaar 2023. Het is tot slot vanzelfsprekend dat Ageas zijn beloften uitsluitend kan waarmaken met de steun van goed opgeleide en betrokken medewerkers en het kapitaal dat aandeelhouders ter beschikking stellen. Het bedrijfsmodel van Ageas genereert verschillende soorten inkomstenstromen: • Onderschrijving: het resultaat van de geïnde verzekeringspremies minus schadeclaims en daarmee verband houdende kosten. Het poolen of onderling spreiden van de risico's van verzekerde individuen of bedrijven binnen een grotere portefeuille van verzekerde activa is de essentie van verzekeringen. De klant betaalt eenmalig of periodiek een premie, om risico'sinverbandmetleven,woningen,auto's,reizenofspeciekere soorten risico's te dekken. Ageas verzekert die risico's en keert schadevergoedingen uit in het geval van een ongunstige gebeurtenis. In de toekomst kunnen ook inkomsten uit andere bronnen worden gegenereerd, afhankelijk van de mate waarin Ageas erin slaagt om zijn diensten buiten de traditionele verzekeringsactiviteiten te ontwikkelen. • Onderschrijving / herverzekering: Ageas besloot in 2015 om een interne herverzekeringsactiviteit op te richten waardoor het de herverzekeringsbescherming van de Groep kan poolen, een deel van de risicodekking voor eigen rekening kan behouden en de diversicatievoordelenmetbetrekkingtotzijnsolvabiliteitskaderkan beheren. In 2020 begon ageas NV/SA ook in het segment Leven deel te nemen aan bestaande herverzekeringsprogramma's van zijn groepsentiteiten met de ambitie om de expertise van en blootstelling aan herverzekeringen verder te ontwikkelen. • Beleggingen:hetnanciëlenettoresultaatgegenereerdviadebelegging van premies in andere opbrengstgenererende activa, zoals staats- of bedrijfsobligaties, leningen, aandelen of vastgoed. Door te beleggen ineenbredeengediversieerdewaaieraanactiva,gespreidover vele sectoren, ondersteunt Ageas ook actief de economie en de maatschappij,engenereerthettegelijkertijdeennancieelrendement dat in eerste instantie ten goede komt aan alle polishouders en in een tweede stap terugvloeit naar zijn aandeelhouders of obligatiehouders. Met een groepsbreed doel en waarden, en duidelijke strategische keuzes en bedrijfsmodel streeft Ageas ernaar een echte ‘Supporter van jouw leven’ te zijn en waarde te scheppen voor alle stakeholders: klanten, medewerkers, partners, beleggers en de maatschappij. De KPI's opgenomen in Impact24 zijn ten opzichte van Connect21 voor de eerste maal uitgebreid met niet-nanciëleKPI's.ZeweerspiegelendeprioriteitendieAgeasheeft vooropgesteld in vier zogenoemde impactgebieden: Onze mensen, Producten, Beleggingen en Planeet. Dit jaarverslag beoogt de lezer alle relevante informatie te bieden die hij of zij nodig heeft om de inspanningen te beoordelen die Ageas levert om tevoldoenaandenanciëleenniet-nanciëleverwachtingenvanalzijn stakeholders. 24 Ageas Jaarverslag 2021 4.1 Duurzaamheid: een integraal onderdeel van onze activiteiten Als verzekeringsgroep staat Ageas in het middelpunt van een aantal maatschappelijke thema's die een grote rol spelen in het leven van iedereen. Vergrijzing, gezondheidsgerelateerde thema's, nieuwe woonvormen, mobiliteit en klimaatverandering creëren allemaal risico's én kansen voor Ageas. Aan het einde van Connect21 is het tijd om stil te staan bij waar dit plan voor stond en hoe het de afgelopen drie jaar werkelijkheid is geworden. Voor de eerste keer werd er in het kader van Connect21 expliciet rekening gehouden met een vijfde stakeholder: de samenleving. De bedoeling was om een onderneming te worden die gestuurd wordt door haar stakeholders, om waarde te scheppen voor alle stakeholders en tegelijkertijd rekening te houden met landspeciekefactoren. En ... Ageas heeft zich geëngageerd om de duurzame ontwikkelings- doelstellingen van de VN (UN SDG's) na te leven. Op basis van zijn kerncompetenties heeft Ageas ervoor gekozen zich actief in te zetten voor de volgende 10 SDG's: Duurzaamheid centraal in alles wat wij doen De afbeelding symboliseert het engagement van Ageas tegenover de stakeholders en een duidelijke uitspraak over wie de Groep wil zijn, een echte 'Supporter van jouw leven'. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 3 5 8 6 13 1 4 10 2 12 11 7 14 9 Signicantie van de economische, milieu-en sociale effecten van de verslaggevende organisatie Invloed op beoordelingen en beslissingen van belanghebbenden MATERIALITEITSMATRIX AGEAS GROEP UITERST MATERIËLE ONDERWERPEN 9 Financiële veerkracht 7 Verantwoordelijk bestuur MATERIËLE ONDERWERPEN 11 Verzekeringsproducten en diensten die beschermen tegen maatschappelijke uitdagingen 14 Maatschappelijk verantwoorde beleggingen gericht op maatschappelijke uitdagingen 12 Begrijpelijke, eerlijke en transparante informatie voor klanten 2 Gezondheid en welzijn van onze medewerkers 3 Persoonlijke en professionele ontwikkeling van onze medewerkers 10 Verzekeringsproducten en-diensten die verantwoord gedrag stimuleren MATIG MATERIËLE ONDERWERPEN 1 Ecologische voetafdruk van onze bedrijfsactiviteiten 4 Gelijke kansen voor onze medewerkers 6 Bescherming van medewerkers- en klantengegevens 13 Financiële inclusie van klanten(toegankelijkheid tot verzekering) 8 Engegement naar de lokale gemeenschap toe 5 Deelname aan het publieke debat over maatschappelijke uitdagingen. 25 Ageas Jaarverslag 2021 Ageas bewandelt een pad van duurzaamheid, gebouwd op een sterke fundering, die begint bij zijn DNA. Als we terugblikken op de laatste drie jaar, dan zijn er een aantal verwezenlijkingen die opvallen: • de concrete toenadering tot stakeholders om een duidelijker beeld te krijgen over hun voornaamste prioriteiten voor Ageas voor de komende drie tot vijf jaar (materialiteitsbeoordeling). • verhoogde transparantie ten aanzien van de buitenwereld over hoe duurzaamheid binnen de Ageas Groep leeft, de formele interne integratie in processen, de versterking van kennis over de kansen die het met zich mee kan brengen en de aanpassing van het bestuursmodel om de expliciete ambities in het kader van Impact24 te weerspiegelen. En • de ondersteuning van de ontwikkeling van Impact24, het nieuwe strategische plan, met voor het eerst in de geschiedenis van Ageas formele doelstellingen op het vlak van duurzaamheid. Ageas’ materialiteitsbeoordeling herbevestigd door lokale materialiteitsbeoordelingen Om een uitvoerig inzicht te verkrijgen in de duurzaamheidsonderwerpen die voor het bedrijf het meest relevant zijn, heeft Ageas in 2020 zijn eerste materialiteitsbeoordeling uitgevoerd. Daarbij werd een dubbele materialiteitsbenadering toegepast in de selectie van de onderwerpen die stakeholders moesten beoordelen op hun belang voor de toekomst van de Ageas Groep (lees meer over hoe Ageas dat heeft aangepakt in het jaarverslag 2020). Het resultaat van deze eerste ESG-materialiteitsbeoordeling wordtgepresenteerdindevolgendematerialiteitsgraek: Voortbouwend op de inzichten van de materialiteitsbeoordeling van de Groep, hebben Ageas Portugal en AG in België hun eigen materialiteitsbeoordeling uitgevoerd, gericht op de lokale activiteiten. AG breidde het toepassingsgebied van zijn initiatief uit naar meer dan 2.000 respondenten, zowel particuliere als bedrijfsklanten, een groep van stakeholders die indirect was opgenomen in de groepsbeoordeling. Het resultaat voor beide groepen stemde overeen met het resultaat voor de Groep, waarbij enkele onderwerpen in de materialiteitsmatrix iets hoger of iets lager uitvielen. Naast de lijst van belangrijke onderwerpen op groepsniveau, werden er door elke dochteronderneming ook andere onderwerpengeïdenticeerddiedelokalestakeholdersbelangrijkvonden. InPortugalwarendat'duurzameenefciënteprocessen'en'investeren in de gemeenschap', en hoewel 'duurzame inkopen en partners' niet de hoogste score behaalde, beschouwt AG het als een gebied dat zo'n potentiële impact heeft dat het de moeite waard is om te ontwikkelen. 26 Ageas Jaarverslag 2021 Duurzaamheid, een nieuwe strategische keuze in Impact24 De resultaten van de materialiteitsbeoordeling en de uitkomst van de Horizon Scan waren inspiratie voor Impact24, het nieuwe strategische driejarenplan van de Groep. Dat bepaalt de strategische richting voor de jaren 2022-2024 en geeft duurzaamheid een centrale plaats in de activiteiten.Erzijnduidelijkeambitiesendoelstellingengedenieerd,en dit plan is de komende jaren voor de hele Groep een leidraad om ervoor te zorgen dat een duurzaam beheer van de onderneming volledig verankerd is in alle activiteiten en het DNA van de onderneming tot uiting komt. De duurzaamheidsambities zijn geconcentreerd rond vier impactgebieden: Onze Mensen, Klanten, Maatschappij & Planeet. Dit zijn onze ambities: • We streven naar een divers personeelsbestand, waarbij we een eerlijke en gelijke behandeling van onze medewerkers waarborgen en een cultuur van continu leren bevorderen en zorg dragen voor de gezondheid en het welzijn van onze mensen. • We leveren transparante producten en diensten die economische en maatschappelijke waarde creëren, en stimuleren onze klanten bij de transitie naar een duurzamere wereld. • We versterken de verantwoordelijke langetermijnbenadering in onze beleggingen en willen bijdragen aan oplossingen rond duurzame steden, lokale economieën en klimaatverandering. • Binnen de hele Groep reduceren we onze ecologische impact en we streven ernaar binnen onze eigen activiteiten ‘broeikasgasneutraal’ te zijn. Governance van duurzaamheid Sinds Connect21 is governance van duurzaamheid een formeel onderdeel, en het Sustainability-team van de Groep rapporteert rechtstreeks aan de CEO van Ageas, wat benadrukt hoe belangrijk de onderneming ESG vindt en hoezeer ze zich ervoor wil inzetten. Er zijn aan het Executive Committee en Management Committee en aan de Raad van Bestuur regelmatig presentaties en updates verstrekt, zowel over de globale vooruitgang als over meer technische aspecten, om de vergaring van kennis tot op het hoogste niveau van de organisatie mogelijk te maken en te stimuleren. Zo werd er samen met de Raad van Bestuur bijvoorbeeld eenspeciekegrondigesessiegeorganiseerdomeenurgentiematrixopte stellen die het maturiteitsniveau koppelde aan de materiële onderwerpen zoals die uit de materialiteitspeiling naar voren kwamen. BinnendeRaadvanBestuurnemendeviersubcomitéselkeenspecieke rol in verband met duurzaamheid voor hun rekening. Het Nomination en Corporate Governance Committee doet aanbevelingen over ecologische ensocialeaangelegenheden,overgovernancekwestiesenniet-nanciële KPI's. Het Renumeration Committee adviseert hoe duurzaamheid in de prestatie-KPI's kan worden opgenomen (zie toelichting A 5.7 Rapport van het Remuneration Committee voor meer informatie). Het Risk and CapitalCommitteevolgtdedenitieendebewakingvanESG-risico’s(zie toelichting C 4 Risicomanagement). Het Audit Committee heeft tot slot de verantwoordelijkheid voor de beoordeling, de herziening en de goedkeuring vandejaarrekening,inclusiefdeniet-nanciëleinformatie. De centrale Sustainability-afdeling van de Groep speelt een cruciale rol in de bepaling en uitvoering van de duurzaamheidsstrategie, samen met een sterk, lokaal, gedecentraliseerd netwerk van betrokken ambassadeurs. Die ambassadeurs vertegenwoordigen de verschillende activiteiten, belangrijkste dochterondernemingen en de meest relevante centrale afdelingen. Naast de vertegenwoordigde commerciële activiteiten, nl. België, het VK, Portugal en het regionale Aziatische hoofdkantoor voor alle Aziatische landen, omvat het netwerk ambassadeurs in het domein van Risk, HR, Communications en Investments. Dit team was de laatste jaren de motor achter de verschillende initiatieven in de hele organisatie. Naast het Sustainability-netwerk leveren ook collega's van andere betrokken afdelingen, zoals Legal, Compliance en Finance,meergerichtebijdragenomspeciekevaardighedenteintroduceren die hebben geleid tot betere en meer evenwichtige oplossingen en om ervoor te zorgen dat de relevante duurzaamheidsprincipes soepel en snel in de dagelijkse processen kunnen worden geïntegreerd. Dit model is bijzonder succesvol gebleken, wat al een eerste golf van aanzienlijke verwezenlijkingen en vooruitgang heeft opgeleverd. Om de strategie Impact24 te implementeren, is er een nieuwe afdeling opgericht onder leiding van de Chief Development and Sustainability Ofcer(CDSO),diealletransversaleinitiatievenindeheleGroepoverziet. De CDSO zetelt in het Management Committee van Ageas. Group Sustainability is een onderdeel van deze nieuwe organisatie, om ervoor te zorgen dat duurzaamheid volledig verankerd is in alle processen, en vooral in de ontwikkeling van nieuwe producten. Voorts is er een Steering Committee, voorgezeten door de CEO van de Groep, dat zich bezighoudt met eventuele strategische discussies die bij de implementatie van Impact24 kunnen ontstaan, waardoor de ESG-overgang nog soepeler zou moeten verlopen. De nieuwe organisatie werd op 1 september 2021 gelanceerd en is sinds begin 2022 volledig operationeel. Meer informatie over de 9 duurzaamheidsdoelstellingen en het strategische plan Impact24 is te vinden op de website van Impact24 De voortgang van deze doelstellingen wordt besproken in het Jaarverslag 2022 van Ageas. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN Onze Mensen, Klanten, Maatschappij & Planeet 27 Ageas Jaarverslag 2021 Toepassingsgebied en opzet van de toelichting over de bekendmaking van niet-nanciële informatie Informatie wordt bekendgemaakt in overeenstemming met de Europese richtlijnoverniet-nanciëleinformatie,nationalewetgevingoverESG- aspecten en aanbevelingen van toezichthouders zoals de Euronext-adviezen voor ESG-rapportage gepubliceerd in januari 2020. Er wordt uitvoeriger ingegaan op de vooruitgang die per de stakeholdergroep wordt geboekt in verband met het resultaat van de ESG-materialiteitsbeoordeling die in 2020 werd uitgevoerd, maar de verstrekte informatie stemt ook overeen met de beloftes die in het kader van Connect21 zijn overeengekomen. Aangezien 2021 het laatste jaar van de Connect21-strategie is, is het opzet van de rapportering vergelijkbaar met vorig jaar. In het jaarverslag van volgend jaar zal worden stilgestaan bij de ambities van Impact24. De selectie van de KPI’s wordt getoetst aan lopende initiatieven en standaarden zoals de algemene maatstaven en de consequente rapportering van duurzame waardecreatie van het World Economic Forum en de SASB-standaard voor de verzekeringssector. Die benchmarks vormen een extra bron van inspiratie voor de verdere ontwikkeling van KPI's. Waar mogelijk en passend verstrekt Ageas naast kwalitatieve informatie ook een aantal kwantitatieve niet- nanciëleindicatoren. Voor de tweede maal zijn de informatie en de gegevens in het Jaarverslag opgesteld in overeenstemming met de GRI-standaarden (core). De GRI- standaarden vertegenwoordigen de internationale beste praktijken voor openbare rapportering over uiteenlopende economische, ecologische en sociale effecten. Een duurzaamheidsrapportering op basis van de Standaarden verstrekt informatie over de positieve of negatieve bijdragen van een organisatie aan duurzame ontwikkeling. De inhoudsindex van het GRI (zie sectie H) geeft aan voor welke indicatoren Ageas rapporteert en waar de betreffende informatie kan worden gevonden. Net als vorig jaar werden de principes van geïntegreerde rapportering waar mogelijk toegepast. 2021 is het eerste jaar waarin in de rapportering rekening houdtmetdeEuropesetaxonomie,meerspeciekdeactiviteitenen beleggingen die voor de taxonomie in aanmerking komen. Die informatie is gerapporteerd in een speciale toelichting 4.6 over de Europese taxonomie. Ageas heeft het Global Compact van de Verenigde Naties ondertekend en houdt zich aan de Principes voor Duurzaam Verzekeren (PSI). De verslagen over 2021 zijn in dit jaarverslag opgenomen in de vorm van referentie-indexen in sectie H Overige Informatie UN GC Progress Report Index en sectie H Overige informatie UNEP FI PSI Index. Sinds het begin van 2022 heeft Ageas bevestigd dat het zich blijft inzetten om de Stakeholder Capitalism Metrics van het World Economic Forum in te voeren en toe te passen. De rapportering kan worden geraadpleegd op de website waar Ageas rapporteert over duurzaamheid, en in het tweede TCFD-rapport (https://sustainability.ageas.com/reporting). Meer informatie mbt de strategie en het bedrijfsmodel van Ageas is te vinden in de sectie A.3 van dit verslag; toelichting C.4 Risicomanagement bespreekt de risico's mbt duurzaamheid. Dit verslag is opgesteld voor de hele Ageas Groep en stemt overeen met de consolidatiekring die in het geconsolideerde jaarverslag is gebruikt voor nanciëleinformatie,tenzijandersaangegeven. Raadpleeg de pagina rapportering op de duurzaamheidswebsite van Ageas voor actuele informatie over onze inspanningen om te voldoen aan de nanciële en niet-nanciële verwachtingen van onze stakeholders. 28 Ageas Jaarverslag 2021 4.2 Onze klanten en partners Materiële onderwerpen die ter sprake komen met betrekking tot klanten • Verzekeringsproducten en diensten die beschermen tegen maatschappelijke uitdagingen • Begrijpelijke, eerlijke en transparante informatie voor klanten • Verzekeringsproducten en diensten die verantwoordelijk gedrag aanmoedigen Onze wereld maakt een diepgaande verandering door, met steeds meer maatschappelijke uitdagingen die door de gezondheidscrisis worden uitvergroot. Als wereldwijde verzekeraar is het Ageas' taak om zijn klanten te beschermen tegen ongewenste gebeurtenissen, zodat mensen in alle gemoedsrust kunnen doorgaan met hun leven, sparen en investeren. Maar als een 'supporter van jouw leven' wil Ageas een stap verder gaan dan deze basisplicht, en ervoor zorgen dat mensen ten volle van hun leven kunnen genieten. Met Impact24 legt Ageas de lat hoger, om zijn klanten te ondersteunen bij de overgang naar een duurzamere wereld, door best practices die al in 2021 bestonden, in te zetten als opstapje om deze strategie de komende drie jaar uit te voeren. Binnen Connect21 zijn de activiteiten uitgebreid naar preventie en ondersteuning, om onze klanten te helpen op potentiële risico's te anticiperen, naast de gebruikelijke bescherming en hulp in geval van een ongunstige gebeurtenis. Dankzij die bredere ambitie kan Ageas zijn klanten oplossingen bieden die economische en maatschappelijke waarde creëren, wat leidt tot nieuwe types van partnerships, naast onze traditionele allianties. Al deze toezeggingen zijn formeel omgezet in duidelijke beloftes van Ageas ten aanzien van zijn klanten en partners, die ook in de nieuwe strategie Impact24 zijn opgenomen. Dit is wat wij aan onze klanten beloven: • We helpen klanten beschermen wat ze hebben, en hun dromen waar te maken. • We gaan met onze klanten op lange termijn een engagement aan. • We bieden een uitstekende klantenervaring. • We bieden een gepersonaliseerde aanpak aan, op basis van duidelijke en open communicatie. De beloften aan klanten zijn sterk gekoppeld aan de sterke banden van de onderneming met partners, omdat veel klanten via die partners worden bediend. Aan onze partners beloven wij het volgende: • We investeren in partnerships of allianties op lange termijn. • We geven vertrouwen aan partners die onze waarden en ambities delen. • We willen voortdurend evolueren en partnerships verbeteren in het voordeel van iedereen. • We gaan op zoek naar kansen waarmee we samen kunnen slagen. De Ageas Groep bedient rechtstreeks of onrechtstreeks bijna 45 miljoen klanten in 14 Europese en Aziatische landen, door een combinatie van 100%-dochtermaatschappijen en langdurige partnerships met solide nanciëleinstellingenenbelangrijkedistributeurs.Ageasbiedtparticuliere en zakelijke klanten Leven- en Niet-Leven verzekeringsproducten aan diespeciaalontwikkeldzijnomeenantwoordtebiedenophunspecieke noden, zowel vandaag als in de toekomst. Ageas wil tegemoetkomen aan de verwachtingen van stakeholders die tot uiting zijn gekomen in de materialiteitsbeoordeling: "Verzekeringsproducten en diensten die beschermen tegen maatschappelijke uitdagingen; begrijpelijke, eerlijke en transparante informatie voor klanten en verzekeringsproducten en diensten die verantwoord gedrag bevorderen" zijn als essentiële onderwerpen in aanmerking genomen. Deze beloftes worden in onze activiteiten in de praktijk gebracht, zoals blijkt uit de talrijke initiatieven die hier worden beschreven. Bovendien biedt Impact24 nu een kader om die benadering verder te versterken. Verzekeringsproducten en diensten die beschermen tegen maatschappelijke uitdagingen Gezondheid en welzijn Door de pandemie zijn mensen zich in de hele wereld bewuster geworden van het belang van gezondheid en welzijn. Ageas staat volledig achter SDG3 door zorg te dragen voor de gezondheid en het welzijn van mensen, en achter SDG8, waarbij de samenwerking met andere partners essentieel is om nieuwe kansen te bieden voor groei. Een goed voorbeeld van de initiatieven op het vlak van gezondheid en welzijn is Clínica Médis, de tandklinieken in Portugal, een innovatief en uniek concept dat tegemoetkomt aan de behoeften van zoveel mensen en dat iedereen, klanten van Médis of niet, toegang biedt tot mondzorg. De 11 tandklinieken, met ongeveer 100 tandartsen en ruim 130 medewerkers, bieden professionals ook kansen om hun inkomen te stabiliseren en om groei te bewerkstelligen. Sinds 2019 konden meer dan 22.000 patiënten gebruikmaken van een onderscheidende service dankzij een persoonlijk behandelingsplan dat aangeeft wat de belangrijkste behandelingen zijn die ook binnen hun budget passen en dat betalingen in termijnen aanbiedt. Dat vertaalt zich in een NPS van 81 op 100, een weerspiegeling van trouwe en tevreden klanten. Sinds maart is de eerste hub van tandklinieken actief om nieuwe concepten en diensten te testen om ervoor te zorgen dat onze benadering toekomstbestendig is. In die context wordt momenteel een nieuwe dienst aangeboden: klinische analyse. Als dat een succes wordt, wordt die dienst ook in andere klinieken aangeboden. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 29 Ageas Jaarverslag 2021 Ook in Portugal werd in het begin van de pandemie Médico Online gelanceerd, een initiatief dat het afgelopen jaar een enorm succes was, met 48.000 gebruikers en een NPS van 4,8 op 5. Via deze telegeneeskundedienst kunnen mensen via hun mobiele telefoon een arts spreken en gebruikmaken van de klinische platforms die via Médis beschikbaar zijn. Als er medicijnen of behandelingen worden voorgeschreven, ontvangen klanten alle informatie via e-mail of sms. Een betere toegang tot medische hulp buiten ziekenhuizen bleef tijdens de pandemie een universele bezorgdheid, en dus besloot MB Ageas Life in Vietnam om 10.000 online medische consultaties en corona-sneltests aan de gemeenschap te schenken, aangezien veel mensen in Vietnam zelfs geen toegang hebben tot elementaire medische diensten en apparatuur. AG in België maakt een positieve impact op de mentale gezondheid van mensen door het Return to Work-traject. De cijfers in België zijn zorgwekkend: bijna een half miljoen Belgen zijn al meer dan een jaar thuis met ziekteverlof en wel 24% verklaart dat de kans groot is dat ze in de komende drie jaar als gevolg van stress niet meer zullen kunnen werken. Voor stressgerelateerde aandoeningen is er speciale zorg vereist, maar al te vaak zijn de behandelingsmogelijkheden gefragmenteerd en zijn de wachttijden te lang. Daarom ontwikkelde AG in 2017 'Return to Work', een vrijwillig programma voor personeelsleden dat proactieve hulp op maat biedt, zodat medewerkers met stressklachten (bijv. een burn-out) weer gezond aan het werk kunnen gaan. Het aantal Return to Work-programma's is elk jaar verdubbeld, en zo'n 70% van de voltooide hulptrajecten is succesvol gebleken. Medewerkers die wegens stressklachten langdurig met ziekteverlof waren, konden na ongeveer zes tot acht maanden weer terugkomen naar het werk. Dit is een enorme verwezenlijking, want gemiddeld in de markt is 50% van het personeel dat wegens een soortgelijke stoornis met ziekteverlof is en voor wie een dergelijk hulptraject niet beschikbaar is, twee jaar later nog steeds niet voldoende genezen om weer aan het werk te gaan. De toekomst van onze gezondheid berust op preventie Als verzekeraar investeren we steeds meer in preventie, en gaan we partnerships aan waardoor we zorg kunnen dragen voor de gezondheid van mensen in plaats van hun ziekten. En aangezien kanker nog steeds een van de dodelijkste ziekten is, worden er door verschillende bedrijven van Ageas preventieve screeningsinitiatieven gepromoot. In 2021 nam Ageas Portugal Group het voortouw met een grootschalige nationale campagne ter preventie van darmkanker. Darmkanker is de op twee na meest voorkomende vorm van kanker bij mannen en de op één na meest voorkomende vorm bij vrouwen in Portugal. Je zou dan ook verwachten dat screenings gemeengoed zijn, want als de ziekte tijdig kan worden opgespoord, is de overlevingskans 90%. Helaas is het onderwerp nog steeds enigszins taboe. Daarom lanceerde Médis, samen met de Portugese apothekersvereniging en de Ageas Foundation, een overtuigende campagne om 50-plussers (die het meeste risico lopen) uit te nodigen voor een screening. De kits werden aangeboden tegen een symbolische prijs van EUR 5 per test, en de eerste kits waren gratis, zo ook voor klanten van Médis. Aan de hand van een stripboek en indrukwekkende getuigenissen werd de aandacht voor screening naar een nieuw niveau getild. Meer dan 4.000 mensen besloten zich door deze campagne te laten screenen, en van hen testte 4,2% positief, wat bewijst hoe belangrijk dergelijke initiatieven zijn. Portugal was niet het enige land om te ijveren voor de preventie van darmkanker. AG Insurance begon in België al enkele jaren geleden het partnership met 'Stop darmkanker', want ook in België is darmkanker, na longkanker, de op één na meest voorkomende vorm van kanker bij zowel mannen als vrouwen. Door dit partnership steunt AG inspanningen rond preventie om mensen aan te sporen om gezond te leven. AG biedt ook nanciëlesteunaanandereorganisaties,zoalsdeBelgischeStichtingtegen Kanker en Move4Cancer. In Maleisië spoort Etiqa vrouwen al jaren aan om een borstscreening telatenuitvoerenviazijngratismammograeprogramma,datal17.000 kansarme vrouwen op het hele Maleisische schiereiland wist te bereiken. Recenter, in november, de maand waarin er aandacht gaat naar de gezondheid van mannen, is er een campagne gestart om mannen aan te zetten tot regelmatige prostaatscreenings, aangezien die vorm van kanker gemakkelijk kan worden behandeld als ze vroegtijdig wordt opgespoord. Goed zorg dragen voor onze mentale gezondheid is even belangrijk. Ageas UK organiseerde op dit vlak een erg gewaardeerd initiatief, namelijk weerbaarheidstraining voor makelaars. Weerbaarheid was het thema van het belangrijkste jaarlijkse evenement voor makelaars en verzekeraars. Ageas UK had al in training over dit onderwerp geïnvesteerd voor zijn medewerkers, en breidde het initiatief nu uit naar zijn makelaars. Met de hulp van een professionele welzijnsexpert werd er een reeks video's ontwikkeld met praktische tips over emotionele weerbaarheid, speciaal voor makelaars. Eén op vier makelaars nam deel. Het evenement was dus een waar succes. Dit initiatief was één reden waarom Ageas UK tijdens de Insurance Times Awards werd verkozen tot Personal Lines Insurer of the Year. 30 Ageas Jaarverslag 2021 Vergrijzing Wetenschappers zijn verdeeld in hun prognoses over de groei van de wereldbevolking, maar ze zijn het eens over het feit dat de bevolking ouder wordt. De wereld vergrijst, en dat heeft belangrijke sociale en economische gevolgen, waar we ons nu op moeten voorbereiden. Ageas past zijn aanbod aan en onderzoekt verschillende manieren om aan de behoeften van deze steeds grotere groep te voldoen, waarbij ecosystemen en partnerships een strategische rol spelen. Op dat vlak geeft Ageas blijk van zijn inzet ten aanzien van SDG 3, maar ook SDG 1 en SDG 9. In mei 2021 lanceerde Etiqa Singapore AMBER, een ecosysteem voor pensioenen. Het nieuwe platform is een aanvulling op de steeds uitgebreiderewaaiervannanciëleoplossingenvandeverzekeraar die gericht zijn op sparen en pensioenplanning, door klanten een meer holistische benadering te bieden voor hun leven na hun pensioen. Naarmate de bevolking veroudert en de vraag naar pensioengerichte diensten blijft toenemen, wil AMBER klanten informeren over het belang van pensioenplanning en over hoe ze dat kunnen doen. Tegelijkertijd biedt het haalbare manieren om geld opzij te zetten voor een langer en actiever leven na het pensioen, dat bovendien meer voldoening biedt. Een van de pensioenproducten is de ePREMIER-pensioenregeling, een spaarverzekering die een gewaarborgd maandelijks inkomen biedt, en de vrijheid om te kiezen wanneer het pensioen ingaat, en hoe lang de premies worden uitbetaald. De polishouder is tijdens de hele duur van de polis beschermd. Een ander pensioenproduct dat weldra door Etiqa wordt geïntroduceerd, biedt dekking voor ouderdomsgerelateerde ziekten en exibeleoptiesvoorpensioeninkomsten. Het AMBER-ecosysteem behandelt ook aspecten in verband met de fysieke en mentale gezondheid van ouder worden, en biedt een waaier van pensioengerelateerde informatie en diensten om het leven van (weldra) gepensioneerden gemakkelijker te maken. Uit een peiling bleek dat mensen drie pensioenbehoeften erg belangrijk vonden: emotioneel en mentaal gezond blijven (98%), fysiek gezond blijven (98%) en minder afhankelijk zijn van anderen (97%). In de geest van het motto van de organisatie, ‘verzekeringen menselijk maken’, reageert AMBER op deze behoeften met Amber Adviser, een dienst die klanten koppelt aan beschikbare lokale dienstverleners op basis van hun unieke behoeften, van woonzorgcentra, zorgverleners en verpleegkundigen, tot professionele diensten zoals kinesitherapie en tandverzorging. Leden vanAMBERproterenvanspecialeledentarievenvooralledienstendieze via het platform boeken. Ook biedt Ageas Portugal Group een holistische benadering aan de seniorengemeenschap, met 'MaisIdadeMais', een nieuw overkoepelend concept voor senioren met een waardepropositie op basis van vier belangrijke pijlers: meer inkomen, meer bescherming, meer welzijn en meer gezondheid. Wat gezondheid betreft, is de omzet van het in 2020 geïntroduceerde Médis vintage met 50% gestegen. De nieuwe diensten die zorg en hulp bieden, gericht op de reële behoeften van klanten zoals griepvaccins en thuiszorgdiensten, zijn duidelijk een succes. Door diensten zoals Médico Online en Telemedicine is het gebruiksgemak voor klanten verder toegenomen. En het nieuwe concept van spaardecumulatieoplossingen voor gepensioneerden heeft van Ageas een pionier op de markt gemaakt. De nieuwe formule voor dekking vanpersoonlijkeongevallenvoorseniorenmetexibeledekkingen begeleidende diensten zoals reis- of thuishulp, zorgt voor een nog meer omvattende bescherming. Dat is ook het geval met een nieuwe oplossing voor levensbedreigende ziekten voor senioren, met extra diensten zoals nanciëlesteunvoorbegrafenissen.AgeasPortugalGroupheeftnogheel wat andere diensten in de pijplijn en ontwikkelt een echt ecosysteem voor senioren. Inclusie Ageas wil zorgen voor de meest kwetsbaren in onze maatschappij, en onderzoekt oplossingen die verzekeringen betaalbaarder en toegankelijker maken, wat aansluit bij SDG 1 'Geen armoede' en SDG 10 'Ongelijkheid verminderen'. Aksigortabiedtzijnklantendeeerlijksteprijsdankzijarticiëleintelligentie. De basis van verzekering is de berekening van risico's die in de toekomst kunnen ontstaan en de kosten die daaruit voortvloeien. Door die risico's gevoeliger en nauwkeuriger te berekenen, kunnen er producten worden ontwikkeld met een billijkere prijs die beter geschikt zijn voor de klant. Naast de traditionele risicomodellen die door actuarissen worden ontwikkeld, deed Aksigorta een beroep op datawetenschappers en AI-algoritmen, zodat de verkeers- en autoverzekeringen van Aksigorta veel betaalbaarder en concurrerender werden. Aksigorta brengt een win-winsituatie tot stand door hetbudgetvanzijnklantentebeschermen,entegelijkertijdproteerthet in termen van winstgevendheid en marktaandeel. Aksigorta is nu de snelst groeiende verzekeringsmaatschappij in de sector van de autoverzekeringen. Ageas France heeft zich zodanig georganiseerd dat het kan inspelen op de bijzondere behoeften van mensen met een beperking. De onderneming zorgt voor het juiste juridische kader zodat de meest kwetsbaren in onze samenlevingkunnengenietenvanvoordeligescalevoorwaardenen aanzienlijke belastingverlagingen wanneer ze een levensverzekering afsluiten. Hoewel het product al geruime tijd bestaat, is het nog niet zo goed bekend, omdat de afhandeling van alle administratieve procedures voor verzekeraars complex is. Ageas France is een van de spelers op de Franse markt die zich inzet voor dit kwetsbare segment, en dat vandaag ongeveer 5% van zijn portefeuille vertegenwoordigt, of EUR 21 miljoen. In lijn met de belofte van Ageas UK, 'Understanding People and Simplifying Insurance', werd het Ageas Care Programme ontwikkeld om kwetsbare klanten te steunen. De eerste stap van dit trainingsprogramma was mensen helpen om vanuit verschillende standpunten een beter inzicht te krijgen in de kenmerken van kwetsbaarheid: fysieke of mentale gezondheid, leeftijd, levensgebeurtenissen of criminaliteit. In eerste instantie werd het programma beschikbaar gemaakt voor het team dat contact heeft met klanten, en vervolgens ook voor een breder intern publiek, zodat alle DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 31 Ageas Jaarverslag 2021 inzichten volledig verankerd raakten in onze cultuur en manier van werken. Om die inzichten te verbeteren, nam Ageas UK de tijd om naar honderden oproepen van klanten te luisteren, klachten te analyseren en te praten met liefdadigheidsinstellingenomspeciekekwetsbaarhedenendeimpactdie ze op een klant kunnen hebben, beter te begrijpen. Op basis daarvan werd er een gids opgesteld die iedereen kon gebruiken om kwetsbare klanten beter te helpen, gaande van prijsbepaling, via productontwikkeling tot goede communicatiemethoden. Omgaan met kwetsbare klanten, vooral in extreme gevallen, kan erg confronterend zijn voor de medewerker die de oproep beantwoordt. Nog moeilijker is het als die medewerker van thuis uit werkt, zonder de mogelijkheid om er even met een collega over te praten. Een belangrijk deel van de training is dan ook gericht op de bescherming van de mentale gemoedsgesteldheid van medewerkers, wat vooral tijdens de pandemie erg belangrijk is. Een chatbot die gebruikmaakt van ingebouwde triggerwoorden maakt in een vroeg stadium duidelijk dat een klant mogelijk kwetsbaar is, zodat de medewerker de klant op de best mogelijke manier kan helpen. Tiq Invest in Maleisië maakt beleggen toegankelijker. Toen Etiqa in Maleisië een nieuw beleggingsproduct voor zijn klanten wilde ontwikkelen, moest dat vooraleenvoudig,exibelenlaagdrempeligzijn,zodatookminderbedeelden het zouden kunnen gebruiken. Als een voordelige online aan beleggingen gekoppelde verzekeringspolis kleurt Tiq Invest buiten de lijntjes met polisbeheerkosten van slechts 0,75% per jaar van de waarde van de rekening, een van de laagste tarieven op de lokale verzekeringsmarkt. Via de klantenportal 'TiqConnect' of de app 'Tiq by Etiqa' kunnen polishouders gratis op elk moment gemakkelijk extra geld storten, geld opnemen of van belegging veranderen. Klimaatverandering Verzekeraars hebben een rol te vervullen in het beheer van de klimaatverandering, en groener leven is niet langer gewoon maar hip. De voorbeelden hierna illustreren hoe Ageas zich inzet ten aanzien van SDG 13, maar ook SDG 9 en SDG 17. Gewasverzekering helpt boeren het hoofd te bieden aan de impact van de klimaatverandering. In 2020 sloegen AG en de Nederlandse gespecialiseerde verzekeraar Hagelunie de handen in elkaar om een aanbod te ontwikkelen zodat Vlaamse landbouwers hun veldgewassen via de uitgebreide weersverzekering tegen klimaatrisico's konden verzekeren tegen schade. Landbouwers zijn vaak een van de eerste slachtoffers van extreme weersomstandigheden: meer stormen, langdurige regenbuien, windstoten, hagelstormen en lange perioden van droogte kunnen een verwoestende impact hebben of in het slechtste geval de hele oogst vernietigen. Het partnership combineert de kennis van de landbouwsector en het uitgebreide distributienetwerk van AG met de gespecialiseerde expertise van Hagelunie op het vlak van landbouwrisico's. Aan het einde van het tweede oogstseizoen waren de resultaten alweer erg bemoedigend, zowel wat het aantal gesloten contracten betreft als in termen van schadebeheer, hoewel het moeilijk blijft om alle boeren te bereiken. De extreem natte zomer van 2021 had een aanzienlijke impact op de landbouwsector, hoewel de meeste boeren hierop anticipeerden door gewassen eerder te oogsten. De verloren oogst werd gecompenseerd door deze nieuwe verzekeringspolis, waarbij tot 80% van de geleden schade werd uitbetaald. Gewasverzekering staat ook in Azië op de agenda, waar er nieuwe technologieën worden toegepast op onderschrijving (bijv. schatting van de opbrengst) en schadebeoordeling (door satellietbeelden of drones). Via onze joint venture met Taiping Re is Ageas in dit domein actief, waarbij polissen voornamelijk in China worden gesloten. AG steunt de transitie naar een groener wagenpark en biedt wereldwijde oplossingen via Optimile en SoSimply. AG werd twee jaar geleden naast partners BNP Paribas en Touring aandeelhouder van de scale- up Optimile, omdat het zag dat multimodale mobiliteitsdiensten over langetermijnpotentieel beschikken. In 2021 werd er door de partners nog eens EUR 8 miljoen geïnvesteerd in de ontwikkeling van Optimile in het segment 'charging-as-a-service' (CAAS). Aangezien het aantal elektrische voertuigen alsmaar toeneemt, vooral in de commerciële sector, was er in België ook steeds meer behoefte aan openbare laadstations. In grote lijnen betekent dit dat er meer dan 100.000 nieuwe openbaar toegankelijke laadstations moeten komen als het land tegen 2026 zijn doel van 100% elektrische bedrijfswagens wil bereiken. Dankzij het cloudplatform van Optimile kunnen bedrijven het opladen van elektrische wagens gemakkelijk integreren in de wereldwijde mobiliteitsopties die zij aanbieden aan hun klanten en medewerkers. Delaadkaartenbijbehorendesmartphone-appMobiowbiedtonmiddellijk toegang tot een van de grootste Europese netwerken van laadstations, met ruim 135.000 locaties in 19 landen. Ook kan er informatie worden geraadpleegd over de prijzen en hoelang het opladen duurt, wat de transparantie bevordert. Dit ecosysteem werd in 2021 verder ontwikkeld via een nieuw partnership met SoSimply, een dochteronderneming van AG Insurance.SoSimply, dat vaklui aanbiedt voor onderhoud of herstellingen aan woningen, installeert de hardware van de laadstations op kantoor of thuis, zodat bestuurders beter toegang hebben tot laadfaciliteiten. 32 Ageas Jaarverslag 2021 De eigen medewerkers van AG kunnen nu al gebruikmaken van het CAAS- aanbod, en makelaars tonen aanzienlijke belangstelling om de infrastructuur voor hun klanten en personeel te installeren. Vanaf 2022 is dit aanbod ook toegankelijk voor een brede doelgroep van b2b-kmo's, detailhandelaars en zelfstandigen, waarmee ze hun klanten een alles-in-éénoplossing kunnen bieden van leasing, CAAS en verzekering. Voor de gemoedsrust van onze klanten wordt er extra dekking toegevoegd aan de woningverzekering (dekking voor problemen die worden veroorzaakt door het laadstation) en aan de autoverzekering (gepaste hulp- en schadediensten voor hybride en elektrische voertuigen). Het uiteindelijke doel bestaat erin de overschakeling naar een elektrisch voertuig zo gemakkelijk mogelijk te maken. Nog steeds in België wordt er met de steun van AG een Eco-score ontwikkeld, een kwaliteitslabel voor milieuvriendelijke reparatie van voertuigen in de auto-industrie. Voor de reparatie van voertuigen wordt de schade traditioneel in euro geraamd. Vooralsnog wordt de impact van de gekozen reparatiemethode op het milieu niet in aanmerking genomen. Dat gaat veranderen met de Eco Repair Score®, die begin 2021 door expertisebureau Vonck en VITO (Vlaams Instituut voor Technologische Ontwikkeling) werd geïntroduceerd. Het is een kwantitatieve maatstaf die de impact van de reparatie van voertuigen meetbaar kan verkleinen. Wie inspanningen wilde leveren om de impact op het milieu terug te dringen, had vroeger geen kwantitatieve benchmark – die bestond gewoon niet. Het partnership met VITO is essentieel voor de ontwikkeling van deze standaard: zij beschikken over jarenlange expertise in de beoordeling van ecologische duurzaamheid. De Eco Repair Score® zal niet alleen worden gebruikt voor individuele reparaties, maar ook voor een Eco Repair Scan van volledige portefeuilles en de presentatie van een Eco Repair Index voor de hele auto-industrie. AG levert samen met andere partners niet alleen nanciëleondersteuning,maardeeltookexpertiseendataomhetmodelte testen en te valideren. Technologie en digitaal, voor eenvoudigere en toegankelijkere producten In een wereld waar werk en dienstverlening op afstand steeds belangrijker zijn geworden, zijn onze digitale producten blijven evolueren, vaak dankzij nieuwe technologieën zoals AI, en verbeteren ze de toegankelijkheid, het gemak en de transparantie voor onze klanten. Deze nieuwe wereld van digitale mogelijkheden, mede als gevolg van de pandemie, geeft ons de kans om de klantbeleving te herbekijken, en om verzekeren veel gemakkelijker te maken, als uiting van onze inzet ten aanzien van SDG 9 en SDG 17. Er is een reeks nieuwe levensverzekeringsproducten ontwikkeld, gericht op jonge, digitaal onderlegde klanten, omdat beleggingsproducten vaak als te complex worden gezien, en de drempel vaak te hoog wordt beschouwd. Het is de bedoeling om dit soort producten toegankelijker en aantrekkelijker te maken voor een breder publiek, ook jongere mensen, die traditioneel mogelijk minder aandacht hebben voor levensverzekeringen en sparen op lange termijn. Deze producten bieden niet alleen de bescherming om ten volle van het leven te genieten, maar ze leveren vooral voordeel op in periodes van aanhoudend lage rentevoeten. Een voorbeeld van deze nieuwe generatie producten is Uppie in België, een volledig online beleggingsproduct, ontwikkeld in samenwerking met de nieuwe partner KeyTrade Bank. Beleggen kan al vanaf EUR 10, waardoor het product ook toegankelijk is voor een breder en jonger publiek. Sparen of beleggen is op die manier niet alleen eenvoudig en transparant, maar er zijn ook geen lastige formaliteiten. Het is een volledig digitale ervaring, met een intuïtieve interface en digitale diensten. Allemaal geschreven in duidelijke, eenvoudige taal, met video- en audio-ondersteuning. In Portugal bevestigde YOLO! zijn unieke positionering in het veeleer traditionele segment van levensverzekeringsproducten door de bescherming van klanten te garanderen, zodat zij ten volle van het leven kunnen genieten. 'YOLO!' – het op sociale netwerken veel gebruikte acroniem voor 'You Only Live Once' – deed zijn naam eer aan, want er is duidelijk belangstelling bij jongere groepen die traditioneel minder aandacht hebben voor levensverzekeringsproducten.Hetiseenexibelelevensverzekering waarmee de klant over een hoger kapitaal bij leven kan beschikken dan bij overlijden. Daarnaast biedt het product ook bescherming in geval van een reeks ernstige ziekten. YOLO! biedt de klant een simulator om een beter inzicht te kunnen verkrijgen in zijn behoeften en vereiste bescherming, al naargelang de levensstijl. Dankzij het innovatieve mechanisme 'Life Cycle' kunnen de dekking en het kapitaal ook worden aangepast aan de belangrijkste momenten van het leven: een huwelijk, de aankoop van een woning, een geboorte of een adoptie. YOLO! is ook gebaseerd op vooruitstrevendetechnologiedieklantenclassiceertopbasisvaneen model dat gebruikmaakt van machinaal leren en die het inschrijvingsproces gemakkelijker maakt. Na het eerste jaar oversteeg de verkoop de initiële ambitie en nam het aantal nieuwe polissen met 20.000 toe, een stijging van meer dan 160% en ook een verjonging van de portefeuille Life Risk. Het succes van YOLO! werd nog verder versterkt door de lancering in de apps van Milleniumbcp en Activobank. Ook in Azië is het afsluiten van een levensverzekering gemakkelijker en betaalbaarder gemaakt. Dash Pet (dat staat voor 'Protect, Earn and Transact') is een overkoepelende polis met beschermingsoplossingen op aanvraag, aangeboden via Singtel, het grootste mobiele netwerk van Singapore. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 33 Ageas Jaarverslag 2021 ZobereiktEtiqaSingaporejongeklantendiedeexibiliteitvandagelijkse premie-aanpassingen en een naadloze klantenservice belangrijk vinden. 20.000 klanten hebben zich al aangesloten en omdat er nog een aantal nieuwe functies gepland zijn, kunnen we een verdere stijging verwachten.. We sluiten de lijst van voorbeelden af met Troo Flex in de Filipijnen, een digitale verzekering die naar wens kan worden aangepast en die uitsluitend beschikbaar is op de Komo-app voor digitaal bankieren van East West Rural Bank, bedoeld om verzekeringen eenvoudig toegankelijk te maken en aanpasbaar aan de behoeften van klanten. Komo staat voor ‘Keep Our Money Online’, een uitsluitend digitale bankdienst waarmee klanten online rekeningen kunnen openen en transacties kunnen beheren. Bovendien genieten klanten een van de hoogste rentetarieven die vandaag door banken in de Filipijnen worden geboden. De verzekeringsoplossing Troo Flex is bedoeld voor jonge Filipijnse professionals van 20 tot 30 jaar oud die al over een bankrekening beschikken en die goed overweg kunnen met digitale processen en diensten. Klanten kunnen waar en wanneer dan ook vanaf hun smartphone hun eigen plan voor gezondheid en bescherming samenstellen en afsluiten, want ook het onderschrijvingsproces is vereenvoudigd. Ze kunnen een levensverzekeringsdekking van wel ₱ 1 miljoen krijgen (ongeveer EUR 17.500), met uitkeringen in geval van een dodelijk ongeval of invaliditeit en voor andere ernstige ziekten. Articiëleintelligentieisintrinsiekverbondenmetdigitaliseringalsmiddel om de klantenbeleving te verbeteren, en bijvoorbeeld chatbots zorgen voor nieuwe manieren in de manier waarop verzekeraars werken en met hun klanten communiceren. Chompoo is een door AI aangestuurde chatbot ontwikkeld door Muang Thai Life, die alle callcentermedewerkers en agenten bijstaat om complexere producten zoals ziekteverzekeringen en beschermingsproducten te verkopen. De chatbot beantwoordt alle vragen en biedt informatie op een manier die gemakkelijk te begrijpen is, wat een uitstekende en snelle dienstverlening aan klanten mogelijk maakt. De chatbot werkt via Chompoo, het grootste berichtenplatform van Thailand. Daardoor heeft de klant een natuurlijke, naadloze ervaring, alsof hij met vrienden praat. Chompoo kan vandaag ondersteuning bieden voor 9 producten. In totaal hebben meer dan 3.000 gebruikers de chatbot 'geadopteerd'. Hij heeft al meer dan 33.000 vragen beantwoord, met een nauwkeurigheidsgraad van 89%. De dienst zal weldra rechtstreeks voor klanten beschikbaar zijn via MTL Click, de belangrijkste klantenapp van Muang Thai Life. Ageas UK is technologie blijven uitrollen om de klantenbeleving in zijn callcenters te verbeteren. Zo werden er meer voicebots ingezet, in 2021 goedvoor350.000gesprekken,watgeleidheefttoteenbetereefciëntie en waardoor er ongeveer 45 seconden minder tijd aan de telefoon met consultants werd besteed. Bovendien regelt ruim een derde van onze klanten in autoverzekeringen alles nu direct online, inclusief de registratie van hun claim en de follow-up van het verdere verloop. Dankzij deze verbeteringen kunnen callcentermedewerkers nu meer tijd besteden aan gesprekken met klanten die echt belangrijk zijn. Begrijpelijke, eerlijke en transparante informatie Transparant en begrijpelijk communiceren met klanten blijft een topprioriteit voor Ageas. Digitalisering heeft een belangrijke rol gespeeld om onze producten te vereenvoudigen en transparanter te maken. Met Impact24 willen we dat onze klanten vinden dat al onze producten gemakkelijk te begrijpen zijn. Ter illustratie van deze belofte die SDG 4 in de praktijk brengt, verschaffen we hulpmiddelen om mensen te helpen weloverwogen beslissingentenemeneninvesterenweinnanciëlegeletterdheid. Etiqa in Maleisië en de Zweedse woonwinkel IKEA hebben hun krachten gebundeld om IKEA-klanten een nieuwe verzekeringsoplossing voor de inboedel van hun woning te bieden. De polis kan online worden afgesloten en is bedoeld om woonverzekeringen eenvoudiger, goedkoper en toegankelijker te maken voor het grote publiek. Met 200.000 bezoeken per dag is het aanbod erg populair. Dankzij een volledig digitale aanvraagprocedure kunnen klanten de aankoop doen via de website van IKEA en hun verzekeringspolissen vervolgens online beheren. De uitgebreide polis biedt een inboedelverzekering, een persoonlijke aansprakelijkheidsverzekering en een persoonlijke ongevallenverzekering. Het hele proces is snel en eenvoudig, ongeacht of het gaat om het sluiten van een polis, het indienen van een claim of het ontvangen van een uitkering. Klanten zonder claim verdienen bonuspunten. Het product kreeg de toepasselijke naam HEMSAKER, van de Zweedse woorden voor 'thuis' en 'veilig'. Een veilige thuis is overigens misschien nu meer dan ooit iets waar we allemaal naar verlangen. In 2021 nam het aantal polissen met 115% toe. Na het succes van de radioprogrammareeks uit 2020 waarin verzekeringsproducten op een eenvoudige en transparante manier werden uitgelegd, heeft Ageas Portugal Group in 2021 meegewerkt aan een nieuwe reeks. Nu ging het vooral over preventie, maar met een twist. Een bekende Portugese komiek speelde verschillende rollen om te laten zien hoe er thuis of in het verkeer ongelukken gebeuren, of hoe iemand gemakkelijk geconfronteerd kan worden met gezondheidsproblemen, en vervolgens hoe die situaties kunnen worden voorkomen. Het programma bestond uit 24 aeveringenenbereiktetot2.350.000luisteraars. Ageas Portugal Group neemt zijn verantwoordelijkheid serieus om klanten op een open en transparante manier te informeren en te sensibiliseren, zoals geïllustreerd door het Voz Clara-project of 'duidelijke stem', gericht op het gebruik van eenvoudige, menselijke taal om de afstand met de klant te verkleinen. Het project bestaat uit vier pijlers. De eerste is de organisatie van een cursus, gegeven door een externe partner aan mensen die vaak schriftelijk met klanten moeten communiceren. Alle medewerkers kunnen deelnemen aan een digitale cursus. De tweede pijler is een herziening van alle uitgaande communicatie en documenten van Ageas Portugal Group naar de klant. De twee resterende pijlers zijn de bewaking van de resultaten via interne, halfjaarlijkse audits, en de onderscheiding van teams die de 'voz clara' op uitmuntende wijze in de praktijk brengen. In samenwerking met ColorADD lanceerde de Ageas Foundation in Portugal een innovatieve nieuwe app waarmee gebruikers met kleurenblindheid via de camera van een mobiel toestel de kleuren van voorwerpen kunnen herkennen. In een wereld waar 90% van de communicatie via kleuren gebeurt, worden naar schatting 350 miljoen mensen met kleurenblindheid gediscrimineerd, waardoor zij voor hulp afhankelijk zijn van anderen. Dat kan hun dagelijks leven – en zo veel dingen die voor ons zo gewoon zijn – aanzienlijk beperken, zowel in het sociale leven als op het werk. 34 Ageas Jaarverslag 2021 De nieuwe app die kleurherkenning mogelijk maakt, speelt een essentiële rolwanneerkleurwordtgebruiktvooridenticatie-oforiëntatiedoeleinden, of gewoon om keuzes te maken. Ageas Portugal Group is de enige verzekeringsmaatschappij ter wereld die in zijn communicatie de kleurcodes van ColorADD integreert. Ageas Portugal Group en ColorADD zijn trouwe, gevestigde partners, vanwege de overtuiging dat communicatie en taal zo inclusief mogelijk moeten zijn. Als Groep is Ageas een sterke voorvechter van inclusie op elk niveau, en dit initiatief laat dat blijken. Bijna 5 jaar na de lancering van Yongo, een spaar- en beleggingsplatform voor kinderen bij AG in België, werd de benadering verder vereenvoudigd door de waardepropositie uit te breiden naar ouders. De nadruk lag op wat zij het belangrijkst vonden, en we gingen met deze digitale generatie op een eenvoudige en transparante manier in gesprek over sparen voor de toekomstige behoeften van hun kinderen onder de 8 jaar. Weldra krijgen ook grootouders toegang tot het platform, zodat ze voor hun kleinkinderen een spaarpotje kunnen aanleggen. Yongo was het eerste aanbod van deze nieuwe generatie beleggingen die zich richtten op een jonger, digitaal onderlegd publiek, met begrijpelijke en toegankelijke oplossingen zoals Uppie en Yolo! Verzekeringsproducten en diensten die verantwoordelijk gedrag aanmoedigen Ageas is zich ervan bewust dat het als toonaangevende verzekeraar een unieke rol te spelen heeft, door preventief en verantwoordelijk gedrag van klanten aan te moedigen wanneer ze met de uitdagingen van onze maatschappij worden geconfronteerd. Het wil zijn verzekeringsexpertise combineren met de behoeften van de maatschappij om productinnovatie te stimuleren en duurzaamheid een integraal onderdeel te maken van zijn productontwikkeling. Verschillende voorbeelden laten zien hoe SDG 9, SDG 11, SDG 13 en SDG 17 in de praktijk worden gebracht. Duurzame oplossingen Ageas heeft een breed aanbod aan duurzame beleggingsoplossingen voor particuliere en institutionele investeerders (zie ook sectie 4.5): • Groepsverzekeringen voldoen aan strikte duurzaamheidscriteria zoals een op normen gebaseerde screening op mensenrechten en IAO-conventies, een negatieve screening op gokken, slechte behandeling van dieren enz. • Duurzame Unit-Linkedoplossingen gericht op duurzame thema's (diversiteit, klimaat enz.) en duurzame strategieën (uitsluiting van controversiële sectoren, best-in-class, reductie CO2-voetafdruk enz.) AG biedt ook een breed en steeds groter assortiment van duurzame producten, waaronder pensioenproducten, langetermijnsparen en Unit-Linkedproducten. De meeste beschikken over het Towards Sustainability-label, een externe certicering.AGbeslootzichopdezecerticeringterichten,watdetijdelijke terugvalinhettotaleaantalgecerticeerdeproducteninvergelijkingmet 2020verklaart,evenalsdeverhogingindecategorie'zondercerticering', aangezien bepaalde producten momenteel van label veranderen. AG streeft ernaarhetaantalgecerticeerdeproductenverderuittebreidenenis momenteeldeenigeverzekeraaropdemarktdievollediggecerticeerdetak 21-producten kan bieden. In 2021 is het aantal duurzame oplossingen blijven groeien dankzij de sterke belangstelling van cliënten, voornamelijk in het Unit- Linkedsegment, waardoor het totale bedrag uitkomt op EUR 12,8 miljard, een stijging van 15% in vergelijking met 2020. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN Ontdek hoe onze steeds transparantere producten en diensten economische en maatschappelijke waarde creëren. 35 Ageas Jaarverslag 2021 Bevordering van milieubewustzijn Het bekroonde project van Ageas UK van groene auto-onderdelen blijft de ene troef na de andere uitspelen. Inmiddels worden er voor ongeveer 20 tot 25% van de reparaties groene auto-onderdelen gebruikt. En dankzij Ageas' innovatieve beslissing om zijn bergingswerkzaamheden te combineren met zijn voorraden van groene onderdelen, komt een op vijf van de gebruikte groene auto-onderdelen van zijn eigen geborgen voertuigen. Dankzij dit vooruitdenkende project kan de gebruiksduur van reeds bestaande materialen worden verlengd en hoeft er tegelijkertijd minder kunststof en metaal te worden geproduceerd. In de context van de wereldwijde bevoorradingsproblemen blijken groene onderdelen ook nog eens een snellere oplossing te zijn. Het is dan ook geen verrassing dat de vereniging van Britse verzekeraars ABI (Association of British Insurers) ervoorkoosomgroeneonderdeleneenroltegeveninhaarlmdie vertoond werd op COP26 om te laten zien hoe de verzekeringssector steeds meer inspanningen levert om een netto-uitstoot van nul te bereiken. Etiqa is de enige toonaangevende speler in autoverzekeringen en takaful in Maleisië die de dienst 'minder rijden, minder betalen' aanbiedt, en zo rekening houdt met de economische moeilijkheden van klanten, vooral als gevolg van corona, en tegelijkertijd een regeling promoot die op natuurlijke wijze aanspoort om minder te vervuilen. Wie minder dan 5.000 km rijdt, krijgt een premiekorting van 30%, en daarbij wordt het opgegeven aantal kilometers gekoppeld aan een glijdende schaal van voordelen. Om aanspraak te maken op de korting hoeven klanten alleen een foto van hun kilometerteller en nummerplaat door te geven via de Smile-app van Etiqa. Zo ontstaat er ook een sterkere band met de klant. Met dit initiatief van 'minder rijden, meer besparen' toont Etiqa duidelijk aan hoe zakelijke uitdagingen aan maatschappelijke uitdagingen, zoals het milieu, kunnen worden gekoppeld om tot een uitkomst te komen waar zowel de klant als onze planeet baat bij heeft. Met 'Fiat Connect Motor Insurance' was Aksigorta de eerste op de Turkse markt die een app introduceerde om data over het gebruik van voertuigen bij te houden. Dankzij de samenwerking met Fiat kan zowel het aantal dagen gebruik van het voertuig als het rijgedrag van de klant worden geanalyseerd. Die data worden door Aksigorta geëvalueerd en worden in aanmerking genomen bij de autoverzekeringsprijs. Bestuurders die de app gebruiken en blijkgevenvangoedrijgedrag,kunnenproterenvankortingenvanmeer dan 10% op autoverzekeringspolissen, afhankelijk van de gebruiksperiode van de auto. Met dit project verkocht Aksigorta in 2021 ongeveer 4.600 polissen. Uit een peiling onder medewerkers bleek dat energiezuinige beglazing deallerbelangrijkstefactorisomeenwoningenergie-efciënterte maken. Daarom besloot Ageas Portugal Group bij zijn medewerkers een proefproject te starten om een dienst te ontwikkelen die in eerste instantie bewustzijnwildepromotenoverhetbelangvanefciëntereoplossingenop middellange tot lange termijn, om ondersteuning en advies te bieden over de juiste keuze van uitrusting voor elk pand en om een partnership met een leverancier aan te bieden die de best gepaste oplossing garandeert tegen een concurrerende prijs. Als eerste resultaat werd er met een leverancier een partnership aangegaan waarbij medewerkers een korting kregen als ze ramen vervingen door energiezuinigere ramen.Er liggen aanzienlijke kansen in het verschiet. Ageas Portugal Group heeft momenteel immers een portefeuille van 600.000 woonpolissen. Dit project bevindt zich natuurlijk nog maar in een vroeg stadium, maar het laat wel zien dat wij vastberaden zijn om onze klanten oplossingen te bieden waarmee ze een duurzame keuze kunnen maken. Ageas Portugal Group heeft in dit domein al een solide staat van dienst, met bijvoorbeeld oplossingen voor lekken. Meting van de effectiviteit van onze beloften aan klanten Ageas blijft investeren om de NPS van zijn klanten te meten. Ageas ontwikkelt consequent de touchpoint-NPS, niet alleen in zijn geconsolideerde markten, maar ook binnen zijn partnerships. Geleidelijk aan neemt de implementatiegraad toe. Aksigorta in Turkije meet reeds al zijn klantenbelevingen, en in 2021 rolde Ageas Portugal Group de NPS uit voor al zijn merken en productlijnen. In combinatie met een feedbackloop is gebleken dat dit een uitstekende benadering is om de klantenbeleving continu te verbeteren. Dat is ook het geval bij Ageas UK, dat een solide trackrecord geniet in de organisatie van een betere klantenbeleving, door het traject van de klant van begin tot einde beter te begrijpen. In 2021 stelden we enige volatiliteit vast in de resultaten van de concurrerende NPS. Médis in Portugal wist het marktsegment van de gezondheidszorg voor te blijven en Ageas UK scoorde ruim beter dan de markt, maar enkele merken daalden tot onder het marktgemiddelde, ondanks goede resultaten in de touchpoint-NPS. Via Impact24 legt Ageas zich nog meer toe op deze belangrijke indicator om vooruitgang in de klantenbeleving te meten. Ageas’ klanten kunnen rekenen op de best-in-class klantenervaring met een top kwartiel NPS en zijn verzekerd van een continue vooruitgang. Aantal klanten incl. niet-consolideerde deelnemingen (in miljoen) 2021 2020 België 2,91 2,97 Verenigd Koninkrijk 4,32 5,16 Europa 9,68 5,18 Azië 27,66 25,53 Totaal 44,57 38,84 Aanwezigheid Aantal landen met directe of indirecte aanwezigheid 14 14 Klanttevredenheid % van geconsolideerde entiteiten met NPS benchmarking tov concurrenten 58% 58% % van geconsolideerde entiteiten met NPS score op of boven het lokale marktgemiddelde 75% 92% % van klantentrajecten/contactpunten met consistente opvolging op transactionele NPS 71% 61% 36 Ageas Jaarverslag 2021 4.3 Onze medewerkers Materiële onderwerpen die ter sprake komen met betrekking tot medewerkers • Gezondheid en welzijn van onze werknemers • Persoonlijke en professionele ontwikkeling van onze werknemers. De aanhoudende coronacrisis is meer dan ooit voor alle medewerkers een moeilijke periode: voor hun welzijn, het groepsgevoel, de samenwerkings- mogelijkheden en het gevoel om deel uit te maken van een groter doel. Maar tijdens het denkproces om de manier van werken bij Ageas anders in te vullen en vorm te geven aan zijn eigen “Toekomst van werken”, heeft het personeel van Ageas blijk gegeven van een buitengewone authentieke betrokkenheid en engagement om de gemaakte beloftes naar zijn stakeholders waar te maken. Net als zijn klanten nemen de medewerkers van Ageas een centrale plaats in bij de activiteiten. Ageas wil zijn 40.000 medewerkers, verspreid over Europa en de joint ventures in Azië, die elke dag samen hun uiterste best doen, volledig ondersteunen, en bouwt daarom voort op de beloften die het aan zijn mensen heeft gedaan. Ageas is zich bewust van de bijdrage van elk individu en stimuleert een diverse, inclusieve samenwerkingscultuur op basis van wederzijds vertrouwen. Het investeert in mensen en schept een omgeving van permanent welzijn waar mensen kunnen blijven leren, en investeert daarnaast ook in ontwikkeling en talentmanagement. Tegelijkertijd investeert het in plaatsen om te werken, door kantoren te ontwerpen met stimulerende ontmoetingsplaatsen om samen te werken, samen te creëren en samen te leren, en creëert het tegelijkertijd handige, goed uitgeruste thuiskantoren, voor een beter evenwicht tussen werk en privéleven. ‘Sm@rter Together’ in de hele Groep Als voorbereiding op en in afwachting van Ageas' nieuwe strategische plan Impact24, dat in de loop van 2021 is ontwikkeld, zijn er verschillende initiatieven opgestart die blijk geven van de ambitie van de Groep om voor alle medewerkers een 'Great place to Grow' te zijn. Om die ambitie te ondersteunen is ‘Sm@rter Together’ in het leven geroepen, eenspecialeworkowomdeuitdagingenvan'werkindetoekomst'vast te stellen en er gerichte oplossingen voor te bedenken. Dankzij ‘Sm@rter Together’ kon deze uitdaging vanuit de hele Groep worden benaderd, met: • AangepasteHR-beleidslijnenen-proceduresomsnelenexibeltekunnen reageren op de nieuwe realiteit, rekening houdend met de toename in hybride werken en werken op afstand, en tegelijkertijd om kantoorwerk vanuit een andere invalshoek te benaderen en te reorganiseren. • Aanhoudende investeringen in nieuwe kantoren, die ‘Great places to Grow in aanbouw’ worden genoemd. • Investeringen in digitale samenwerkingstools en de ontwikkeling van digitale vaardigheden voor alle medewerkers, wat nog nooit zo belangrijk was. • Deontwikkelingvanveranderingsprocessenomeenexibelevormvan leiderschap, cultuur en samenwerking in teams in de nieuwe werkrealiteit te ondersteunen, en die tegelijk ook de waarden van Ageas weerspiegelen. Great places to Grow in aanbouw Een 'Great place to Grow' voor de medewerkers van Ageas is vooral een dynamische werkomgeving. Corona heeft alles in een stroomversnelling gebracht en heeft ervoor gezorgd dat Ageas anders over 'werken in de toekomst' is gaan denken. En dat gaat niet alleen over het nieuwe fenomeen van hybride werk. De juiste fysieke kantooromgeving waar mensen met elkaar contact kunnen houden, is ook belangrijk. DewerkomgevingdieAgeastotstandwilbrengen,isinspirerend,exibel, digitaal slim; samenwerking op basis van vertrouwen en het welzijn van de medewerkers staan centraal. Een ruimte die de cultuur en de waarden weerspiegelt, de ruggengraat van de onderneming. In 2021 zijn er nieuwe duurzame werkplekken ontworpen en gebouwd, waar mensen bij elkaar kunnen komen of gemakkelijk contact kunnen houden met collega's die op afstand werken, en tegelijkertijd hun werk doen in een ruimte die voor de activiteit het best geschikt is. Een snelle rondleiding langs alle sites in aanbouw Ten eerste zijn er de aangekondigde plannen voor een nieuw hoofdkantoorgebouw voor het Ageas Corporate Centre. De verhuizing naar een splinternieuwe locatie, het Brusselse Manhattan Center, vindt plaats in eerste kwartaal van 2023. Het gebouw is volledig gerenoveerd. Het is ontworpen met oog op de toekomst, met voorrang voor duurzaamheid en welzijn. Deze nieuwe thuisbasis stemt overeen met de waarden en de visie van Ageas en weerspiegelt de ambitie van de Groep om voor alle medewerkers een Great place to Grow te zijn. Ten tweede is er de uitbreiding van de kantoren van AG Insurance, waarin een nieuw opleidings- en innovatiecentrum is ondergebracht, de AG Campus. In dit nieuwe concept van leren en ontwikkeling kunnen medewerkers hun individuele talenten met elkaar delen en zich weer door anderen laten inspireren. Medewerkerskunnenproterenvandemodernsteleertechniekenomhun vaardigheden en expertise te ontplooien, allemaal in een volledig duurzame omgeving waarin gestreefd wordt naar een nettokoolstofuitstoot van nul. En ten slotte zijn er in Portugal in Porto en Lissabon nieuwe kantoren gebouwd omzeskantorenopgeograschverschillendelocatiesterugtebrengentot twee. Deze ultramoderne kantoren brengen de medewerkers dichter bij elkaar en creëren de omstandigheden voor een nieuwe manier van werken, uitgedrukt in het programma Olá amanhã (‘Hello Tomorrow’), met ook hier met een speciaal opleidings- en ontwikkelingscentrum. Deze nieuwe gebouwen streven bij de voltooiing naar een BREEAM- certicering,diedesociale,ecologischeeneconomischeprestatieswaarborgt. Van het ecologische beheer van energie-, water- en afvalverbruik tot het gebruik van duurzame of herbruikbare materialen, steeds met oog voor het welzijn van Ageas' medewerkers. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 37 Ageas Jaarverslag 2021 Gezondheid en welzijn Een 'Supporter van jouw leven’ zijn, is niet alleen een duidelijke belofte aan klanten, maar ook aan medewerkers. Er worden continu inspanningen geleverd om Ageas’ bedrijfscultuur waar de mensen het belangrijkst zijn, verder uit te bouwen, en in alle entiteiten, zowel lokaal als in de hele Groep, worden er nieuwe initiatieven op het vlak van gezondheid en welzijn geïntroduceerd voor alle medewerkers. De Ageas Challenge In 2019 werd in heel de wereld de Ageas Challenge gelanceerd. Eind 2021 was bijna 50% van de medewerkers verbonden via een digitaal platform dat uitdagingen bood op het vlak van welzijn, rond bewegen, gezonde voeding en waarbij het hele jaar door algemene ideeën over gezond leven werden gedeeld. Een groep collega's die in september 2020 waren geselecteerd om zich voor te bereiden op en deel te nemen aan een olympische triatlon in Lissabon, konden door de nog steeds geldende coronabeperkingen niet persoonlijk deelnemen. Inmiddels konden de meesten wel deelnemen aan een lokale, alternatieve triatlon in België of het VK. Tegelijkertijd bleven ze dromen van een deelname in 2022, samen met een nieuwe geselecteerde groep van 50 medewerkers uit alle Ageas-entiteiten. Het globale doel voor de Ageas Challenge dat in 2021 was vooropgesteld, was 3 miljoen kilometer aan actieve beweging. Eind 2021 was er ruim 2,8 miljoen kilometer geregistreerd dankzij deelnemers die dagelijks hun aantalstappenteldenofgingenwandelen,lopen,etsen,zwemmenen tal van andere activiteiten deden. Uitdagingen in 2021 waren onder meer de Ageas Tour Challenge waarbij deelnemers virtueel van de ene Ageas- regio naar een andere wandelden, en de Tour de France Challenge, waarbij virtueleteamsindezelfdeperiodeopdeetsdezelfdeafstandaegdenals professionele wielrenners. Nieuw in 2021 was het concept van de 'grijze trui' voor deelnemers boven de 50, en ook nieuw was een uitdaging gebaseerd op het concept van de Olympische Spelen, waarbij teams vijf sportuitdagingen moesten voltooien en vijf olympische ringen moesten winnen voor hun eigen Ageas-medaille. Lokaalkwamelkeoperationeleentiteitmetspeciekeoplossingenomhet mentale,fysiekeennanciëlewelzijnvanhunmedewerkerstesteunen,met initiatieven zoals 'Ageas O'Clock' in Portugal. Ageas O’Clock’ helpt medewerkers om het hoofd te bieden aan de uitdagingen van thuiswerk In 2021 waren veel Portugese medewerkers om veiligheidsredenen in verband met corona genoodzaakt om vooral van thuis uit te werken. Hoewel werken op afstand heel wat positieve kanten heeft, gaat het ook met een nieuwe reeks uitdagingen gepaard. Meer vergaderingen, meer e-mails dan ooit en medewerkers die steeds meer druk ervaren om hun dagtaken beter te organiseren. Het was voor iedereen onbekend terrein, en voor de geestelijke gezondheid van elke medewerker was het absoluut noodzakelijk dat de grens tussen werk en privéleven werd gerespecteerd. Tegelijkertijd was het cruciaal om de gemaakte beloften aan klanten te blijven waarmaken. Ageas Portugal Group was zich goed bewust van deze uitdaging en introduceerde daarom het concept ‘Ageas O’Clock’, met speciale richtlijnen voor timemanagement bij thuiswerk. Er werd een eenvoudige reeks van richtlijnen rond vier thema's uitgewerkt: • Manieren om e-mails beter te beheren en prioriteiten te bepalen; • Regelsomefciëntertevergaderenendetijdvananderenterespecteren; • Richtlijnen over goede praktijken bij virtuele contacten met collega's; • Aanbevelingen voor managers, om hen eraan te herinneren om met elk teamlid een duidelijke manier van samenwerken vast te stellen en vervolgens vertrouwen te geven. Eind 2021 bevestigde 78% van de Portugese medewerkers en managers die werden gevraagd naar de toepassing van de ‘Ageas O’Clock’-richtlijnen, dat de regels volop werden toegepast en in de dagelijkse werkomgeving tot echte verbeteringen leidden. Het leerproces is nog niet afgelopen, maar tegelijkertijd is het initiatief in de context van een hybride werkmodel, de nieuwe realiteit, bijzondernuttig.Erisnogeeninkewegafteleggen,maarveelmedewerkers zijn erg gemotiveerd, en moedigen hun collega's dan ook aan om over te schakelen naar de spreekwoordelijke 'Ageas O'Clock'-tijdzone. Employee Assistance Programme Het Employee Assistance Program (EAP) bij AG en Ageas Corporate Centre is een dienst die steeds vaker door de medewerkers en hun gezin wordt gebruikt. Het EAP biedt medewerkers, hun partners en thuiswonende kinderen de gelegenheid om gratis gebruik te maken van een waaier aan professionele diensten, van juridisch advies en psychologische ondersteuning, tot budgetadvies en steun aan leidinggevenden. De diensten worden geleverd door een externe partij, met adviseurs die gebonden zijn door het beroepsgeheim en die alle gegevens strikt vertrouwelijk verwerken.Medewerkers kunnen eenvoudig van deze dienst gebruikmaken via een gratis telefoonnummer, door een e-mail te versturen of via het onlineplatform. Daarnaast kunnen mensen een onlinebibliotheek raadplegen met artikelen met tips en tricks over onderwerpen die met welzijn te maken hebben, en gebruikmaken van 'Happy Care', een onlinezelfhulptool die mensen helpt om hun mentale weerbaarheid te versterken via oefeningen, getuigenissen, advies en informatie. Ageas leverde een directe bijdrage aan SDG 3 door bij zijn medewerkers een actieve en gezonde levensstijl te stimuleren. 38 Ageas Jaarverslag 2021 Beheer, behoud en ontplooiing van talent voor onze medewerkers Hoewel talentmanagement in de breedste zin van het woord lokaal bij alle operationele entiteiten hoog op het prioriteitenlijstje staat, als antwoord op despeciekebehoeftenvanmedewerkersopalleniveaus,heeftAgeashet talentmanagement binnen de hele Groep ook steeds verder uitgewerkt, door de ambities en de beloftes die bij de start van Connect21 zijn vooropgesteld, uit te voeren en waar te maken, en door de fundering te leggen voor een doeltreffend talentmanagement in Impact24. De beloften van Connect21 waarmaken Goed leiderschap De grote investering in de ontwikkeling van leiderschapsvaardigheden, die in 2020 begon met de uitrol van het ontwikkelingsparcours voor executives, de Executive Development Journey, werd ook in 2021 voortgezet. De Executive Development Journey biedt senior managers de gelegenheid om hun gedrag als leidinggevende bij Ageas te beoordelen. Het parcours, ontwikkeld in samenwerking met een professionele derde partij, biedt een combinatie van online vragenlijsten en coachingsessies, ontworpen om goede leiderschapskwaliteiten te ontdekken, maar ook aspecten die nog beter kunnen worden ontwikkeld. Na een succesvol proefproject en een versneld traject voor het Management Committee werd het programma verder uitgerold naar 111 senior managers in de hele Groep. Door lokale entiteiten wordt er nu een beknoptere versie van het programma georganiseerd voor het volgende managementniveau. De Ageas Academy ontwikkelde een 360°-leadership-scan op maat, op basis van de vier waarden: Care, Share, Deliver en Dare. Hierdoor konden ontwikkelingskansen in verschillende programma's worden vastgesteld en geanalyseerd, zowel in de lokale entiteiten als op het niveau van de Groep. 120 senior managers gebruikten de scan als basis voor hun Executive Development Journey. Daarnaast zijn er in lokale ontwikkelingsinitiatieven en gesprekken zo'n 130 leadership-scans gebruikt. Het geconsolideerde resultaat van de scan werd geïntegreerd in lokale change-programma's, die een invloed hadden op het bredere leiderschap in de entiteiten en de Groep. Programma's in verband met feedbackcultuur, permanente ontwikkeling en gesprekken op basis van vertrouwen hebben binnen de entiteiten bijgedragen aan een beter behoud van personeel. Dare series en programma's onder leiding van een instructeur De Academy bleef virtuele programma's leveren om de ontwikkeling van leiderschapskwaliteiten, aanpassingsvermogen, weerbaarheid en technologie te ondersteunen. Zo telde de Academy in 2021 364 deelnemers aan de programma's onder leiding van een instructeur, 2.202 deelnemers aan e-learningprogramma's en online ontwikkelingsplatforms en 1.025 deelnemers aan maandelijkse toespraken van externe deskundigen, de DARE series. De Dare series behandelden onderwerpen zoals (i) talent is de nieuwe munteenheid, (ii) blockchain, (iii) duurzaamheid (v) klantgerichtheid, (vi) de wedergeboorte van de homo universalis, ... waarbij alle sessies werden opgenomen en gedeeld en beschikbaar werden gesteld om ze op verzoek te bekijken. De voorbereiding van Impact24 Het plan rond de vaardigheden nodig om Impact24 uit te voeren zal zich toeleggen op de leiderschaps- en gedragsvaardigheden die nodig zijn voor een 'Great place to Grow', op de commerciële en digitale expertise die nodig is voor 'Grow the Core', op de expertise inzake ecosystemen en platformen om nieuwe groeikansen te ontwikkelen en op een goede beheersing van alles wat te maken heeft met duurzaamheid. Om de implementatie van duurzaamheid te ondersteunen is er in september 2021 een nieuw e-learningprogramma gelanceerd voor de Top 800. Op het vlak van talentmanagement wijzen opvolgingsplannen voor het senior management op een solide talentbasis, wat de operationele risico’s voor debedrijfscontinuïteitbeperkt.Daarnaastzijnerdoordeidenticatievan sleutelpersonen en mensen met hoog potentieel, speciale carrièregesprekken en -trajecten opgesteld om carrièreambities te ondersteunen en ervoor te zorgen dat talent behouden blijft. Naast de aanhoudende initiatieven inzake ontwikkeling, carrière en opvolging zijn er verschillende nieuwe initiatieven georganiseerd om de verwezenlijking van de ambities van de Groep te verzekeren,meerspeciek: • Elke entiteit zal een pool van jong talent met een evenwichtige genderspreiding samenstellen met mensen die zich kunnen ontplooien tot functies in de lokale management committees en na verloop van tijd in het Management Committee van de Groep. • Er zal een plan worden opgesteld om deze talentpool te coachen en te ontwikkelen. • Er zullen functionele pools van getalenteerde mensen en opvolgers (bijv. Risk, Finance, ...) worden vastgelegd om talenten dieper in de organisatieteidenticeren,zodatzeduidelijkerzichtbaarwordenvoorhet topmanagement. Door deze benadering wordt de functionele pool voor vacatures in de context van fusies en overnames of opvolging groter. • De opvolgingsplanning wordt verder in vraag gesteld en aangevuld zodat een evenwichtige genderspreiding gegarandeerd is. • De uiteindelijke shortlists voor functies binnen het senior management moeten zowel een mannelijke als een vrouwelijke kandidaat omvatten. • Carrièregesprekken met leden van het Management Committee zijn bedoeld om talent buiten de hiërarchische structuur zichtbaarder te maken. • Het toepassingsgebied van de oefening zal worden uitgebreid tot de Top 800 om zo een langetermijnperspectief op mogelijke ontwikkelingen te creëren. Lokale oplossingen voor lokale markten Bij AG Insurance (België) werd opgemerkt dat medewerkers in de leeftijdsgroep 45+ slechts aan half zoveel opleidingsprogramma's deelnamen als andere medewerkers. Maar die groep medewerkers kan net bogen op waardevolle ervaring, en hun permanente ontwikkeling is belangrijk, ongeacht hun anciënniteit. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 39 Ageas Jaarverslag 2021 Er werd een doel overeengekomen om de wisselwerking tussen deze medewerkers te versterken, om hun netwerk en samenwerkingskansen te verstevigen en om hun nieuwsgierigheid en leergierigheid te stimuleren. Om dat doel te bereiken en het bewustzijn in deze doelgroep te vergroten, werd er een gemeenschappelijk platform opgezet – en dat was het begin van de 'Experienced Talent Community'! Die groep wordt gesteund via verschillende initiatieven bedoeld om te inspireren, te verbinden, te leren en om kennis en ervaring te delen. NaasteenspeciekegroepopConnectAG(Workplace)zijnervier inspiratiesessies georganiseerd, met als rode draad de vier waarden: Jij bepaalt de richting (Care), Het begint allemaal met nieuwsgierigheid (Share), Maak je eigen toekomst (Deliver) en Waag de sprong (Dare). Tijdens elke sessie deelden zowel interne als externe sprekers hun ervaring en expertise. Deelnemers hadden tijdens elke sessie de kans om met elkaar te praten en van gedachten te wisselen, en zowel tijdens de plenaire sessie als kleinere sessies in groepjes werden er interacties georganiseerd. De eerste reacties waren positief en het initiatief zal in 2022 worden voortgezet. Deze initiatieven sluiten aan bij SDG 4. Betrokkenheid van werknemers Om de betrokkenheid en de inzet van het personeel te stimuleren, blijft feedback via regelmatige betrokkenheidsenquêtes, zowel lokaal als wereldwijd, essentieel om een sterke strategische focus te behouden. Dat helpt om groei, cultuur en leiderschap te stimuleren. Niettegenstaande de uitdagingen van de huidige pandemie werd hetzelfde of een licht verbeterd resultaat opgetekend. Ten minste 50% van de operationele entiteiten van Ageas behaalde een employee-NPS in het bovenste kwartiel. De globale participatiegraad bleef voor de meeste bedrijven hetzelfde of werd beter, met een participatiegraad van 100% voor het Ageas Regional OfceinAziëendeFilipijnen. De volgende stellingen lieten een goede score optekenen: • “Ik ben bereid om een extra inspanning te leveren” en “Ik werk graag samen met mijn team” kregen de meeste steun: 91% van de medewerkers was het er mee eens of helemaal mee eens, en • de score van 'Ik heb vertrouwen in mijn leidinggevende' leverde jaar op jaar de beste verbetering op, en behaalde 84% in 2021. Natuurlijk moesten alle operationele entiteiten voorrang geven aan de ongeziene uitdagingen waar corona de wereld mee confronteerde. Er ging vooral aandacht naar communicatie, welzijn en steun voor regelingen die werk op afstand mogelijk maakten. Daarnaast hebben bepaalde bedrijven ookspeciekeinitiatievengeorganiseerdomtewerkenaandeervaringvan demedewerker,enmeerspeciekomvooruitgangteboekenophetvlak van Diversiteit en Inclusie. Er werden in 2021 voornamelijk inspanningen geleverd op het vlak van gezondheid en welzijn, waarmee de basis werd gelegd voor Impact24 en de voortgezette digitalisering van processen, de voorbereiding van Sm@ rter Together, de opleiding voor managers om virtueel leiding te geven aan teams, de revitalisering van hoe, wanneer en waar vergaderingen kunnen worden gehouden en het gebruik van betrokkenheidstools zoals Peakon waarmeeerinreal-timeenexibelopbehoeftenvanmedewerkerskan worden gereageerd. In de context van Impact24 en de prioriteiten van Human Resources is het steeds belangrijker om mensen het gevoel te geven dat ze erbij horen en tegelijkertijd talent aan te trekken en te behouden. Het zal essentieel zijn om vaker en op alle belangrijke momenten van de levenscyclus van medewerkers te peilen naar hun ervaring. Ik ben trots deel uit te maken van deze organisatie Ik beveel mijn organisatie aan als werkgever Ik heb plezier in de uitdaging die het werk mij biedt Ik werk graag samen met mijn team Ik heb vertrouwen in mijn leidinggevende Ik ben bereid een extra inspanning te leveren Helemaal niet eens (%) Helemaal mee eens (%) Niet eens (%) Eens (%) Neutraal (%) 1 2 1 2 1 1 8 44 46 3 11 38 46 1 7 41 50 2 1 3 14 47 35 3 13 44 38 2 1 2 8 2 1 1 7 48 43 4 13 41 40 44 45 2 1 3 14 51 31 3 14 46 35 14 44 39 13 43 41 1 40 Ageas Jaarverslag 2021 Diversiteit en inclusie Ageas wil zich duidelijk inzetten voor diversiteit en inclusie, wat tot uiting komtinzijnDiversiteitenInclusiepolicy,enindeambitieuzeniet-nanciële doelstellingen die deel uitmaken van de Impact24-strategie. Ageas levert in de hele Groep inspanningen om ervoor te zorgen dat alle medewerkers – wie ze ook zijn – zich welkom en gerespecteerd voelen en de kans hebben om hun potentieel in de organisatie te ontplooien. Het plan voor Diversiteit en Inclusie van de Groep dat begin 2020 werd gelanceerd, streeft naar de totstandbrenging van een inclusieve werkplek voor iedereen, ongeacht gender, leeftijd, invaliditeit, afkomst, nationaliteit, seksuele geaardheid, geloofsovertuiging enz. Er is een Global Diversity Forum opgericht met vertegenwoordigers uit de activiteitensegmenten van Ageas uit de hele wereld en vertegenwoordigers van enkele van de joint ventures. Dit forum stuurt de inspanningen om de diversiteitsdoelstellingen van Impact24 te verwezenlijken, en werkt een strategie uit die andere aspecten van diversiteit en inclusie in de hele organisatie ondersteunt. Het internationale personeelsbestand van de Groep – met 64 nationaliteiten wereldwijd en meer dan 21 nationaliteiten in het hoofdkantoor alleen – weerspiegelt de internationale en inclusieve aard van de activiteiten van Ageas, dat talent in al zijn vormen met open armen welkom heet. Hoewel de uitdagingen op het gebied van een evenwichtige genderverdeling een primaire doelstelling zijn op het vlak van diversiteit en inclusie, heeft het Global Inclusion Forum voor 2021 drie prioritaire gebieden vooropgesteld: ‘Gender’, ‘Invaliditeit’ en ‘5 Generaties’. Een aantal initiatieven werden georganiseerd: Er is een communicatie- en bewustmakingscampagne ontwikkeld en ook via berichten op Workplace zijn er in de loop van het jaar speciekethema'sbehandeld.Erzijnbijvoorbeeldpostsgeplaatst over rassendiscriminatie, over feestelijke gebeurtenissen zoals Eid Mubarak, Ramadan Kareem en Chinees Nieuwjaar. In het kader van Internationale Vrouwendag zijn er career spotlights met vrouwelijke topexecutives gepubliceerd. In samenwerking met Women in Insurance (UK) en European Women on Boards werden er ontwikkelingskansen aangeboden aan getalenteerde vrouwelijke managers en medewerkers met hoog potentieel. Alle entiteiten zijn na corona geëvolueerd tot een nieuwe hybride werkorganisatie met een mix van thuiswerk en werken op kantoor. Dezeexibelerewerkorganisatiebiedteenbeterevenwichttussen werk en privéleven. Er zijn voor alle entiteiten rapporten over gendergelijkheid opgesteld, inclusief de loonkloof tussen mannen en vrouwen, variërend van 5% voor de best scorende entiteit binnen de Groep tot 25% voor de minst scorende entiteit. Die meet het verschil tussen het gemiddelde salaris van mannen en het gemiddelde salaris van vrouwen. De kloof is voornamelijk te verklaren omdat vrouwen op hogere niveaus en in technische functies ondervertegenwoordigd zijn, en oververtegenwoordigd in lagere en administratieve functies. Een gedetailleerdere analyse die kijkt of er in bepaalde entiteiten gelijk loon geldt voor gelijke functies, bevestigt dat gender geen onderscheidende factor is voor het loon voor dezelfde functie. Voordetoekomstzijnerdriespeciekedoelstellingenvastgesteld,omhet aantal vrouwen in seniormanagementfuncties te verhogen, en om uiterlijk tegen eind 2024 de doelstellingen te bereiken: Glass Ceiling Index (GCI) - dit is een externe KPI die wordt gebruikt door Women in Finance om de relatieve aanwezigheid van vrouwen in een seniormanagementfunctie te meten in verhouding tot het aantal vrouwen in de onderneming. Een optimale score is 100%. Opvolgingsplannen met evenwichtige genderverdeling voor Top 800. Gender Diversity Index (GDI) - dit is een externe KPI die wordt gebruikt door European Women on Boards om de relatieve aanwezigheid van vrouwen in raden van bestuur en op het niveau van het uitvoerend management in een onderneming te meten. De GDI varieert van 0 tot 2 met een optimale score van 1. Ageas is lid van het Belgische initiatief 'Women in Finance' en 'European Women on Boards'. Daarnaast is het lid van andere op diversiteit gerichte organisaties in verschillende lokale markten. De geboekte vooruitgang in deze doelstellingen en de loonkloof tussen mannen en vrouwen wordt weergegeven in de onderstaande tabel. Women in Insurance, een overtuigde overwinning Ageas wil een Great place to Grow creëren met een open, inclusieve en inspirerende cultuur voor iedereen. In de context van Impact24 heeft Ageas nogmaals bevestigd zich te zullen inzetten om de diversiteit van zijn senior management verder uit te breiden. Als een manier om die ambitie waar te maken ontwikkelde Ageas UK het programma 'Women in Insurance' (WIN), datspeciekgerichtisopdecarrièreontwikkelingenondersteuningvan vrouwelijke collega's. WIN is een intern initiatief, ontworpen om vrouwelijke collega's te voorzien van de vaardigheden, de capaciteiten en het vertrouwen dat ze nodig hebben om zich kandidaat te stellen voor interessante kansen op leidinggevend niveau. Dat zorgt ervoor dat Ageas vrouwen blijft ontplooien richting promotie. Het is een belangrijke stap om binnen de talentpools vast te stellen welke vrouwen over een hoog potentieel beschikken. In de afgelopen 5 jaar hebben inmiddels 157 vrouwen het WIN-programma afgerond. Een kwart van hen kreeg promotie. In 2021 werd het programma op afstand voortgezet, maar deelnemers beschreven het programma nog steeds als verhelderend, inzichtelijk en stimulerend. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN Ontdek hoe we een Great place to Grow willen creëren voor onze mensen. 41 Ageas Jaarverslag 2021 Meting van de effectiviteit van onze beloften aan werknemers Indezetabelwordtallerelevanteniet-nanciëleinformatieverstrekt,zoalshierbovenvermeld,metvergelijkendeinformatieper31december2021en2020: Personeel 2021 2020 Aantal medewerkers Ageas incl. niet-geconsolideerde entiteiten 40.012 38.612 Aantal medewerkers geconsolideerde entiteiten 10.723 11.179 Gemiddelde leeftijd (# jaar) 42,8 42,9 Gemiddelde anciënniteit (# jaar) 14,0 14,2 Verloop (%) 10,6 9,2 Vacatures (%) 3,6 2,0 Diversiteit & inclusie Man/vrouw (totale verdeling in %) 46% - 54% 46% - 54% Senior management man/vrouw (top 800, verdeling in %) 65% - 35% 66% - 34% Topmanagement man/vrouw (top 300, verdeling in %) 73% - 27% 74% - 26 % Executive management man/vrouw (verdeling in %) 80% - 20% 89% - 11% Raad van bestuur man/vrouw (in %) 64% - 36% 67% - 33 % Nationaliteiten in het hoofdkantoor (aantal) 21 22 Nationaliteiten bij geconsolideerde entiteiten (aantal) 64 60 Glazenplafondindex (GPI) 50% 48% Genderdiversiteitindex (GDI) 0,68 0,48 Loonkloof tussen mannen en vrouwen (laagste / hoogste in %) 5% - 25 % 12% - 27% Betrokkenheid van medewerkers eNPS score 62,4 51,2 Employee engagement score 72,5 69,5 Employee engagement survey (participation rate in %) 87% 87% Denison Global Organisation Culture Survey (participation rate in %) n/a 72% Ontwikkeling van medewerkers - Ageas Academy Aantal deelnemers: Programma's onder begeleiding van een coach 364 243 Dare Series 1.025 472 Online 2.022 1.476 Aantal programma's (met coach, dare series & online) 35 32 Gemiddelde score voor kwaliteit en inhoud (score van 1 tot 10) 8,5 8,1 Ontwikkeling van medewerkers - Globaal Opleidingsuren per medewerker 28 27 Welzijn van medewerkers Totaal ziekteverzuim (%) 6,1 5,6 Kort ziekteverzuim (%) 3,3 2,4 Langdurig ziekteverzuim (%) 2,8 3,2 Ageas Challenge (aantal registraties) 5.162 4.610 Personeelskosten Totale personeelskosten (in mln. euro) 852 834 Gemiddeld salaris t.o.v. salaris van de CEO 20,6 24,2 n/a : niet van toepassing 42 Ageas Jaarverslag 2021 4.4 Onze investeerders Materiële onderwerpen met betrekking tot beleggers • Financiële weerbaarheid • Verantwoord bestuur HetbelangrijkstevoorAgeasisoplangetermijnwaardecreëren,innanciële énniet-nanciëleaspecten.Zowilhettegemoetkomenaandeverwachtingen van investeerders om een verantwoorde, ethische onderneming te zijn die haar beloften nakomt. Onze beloften ten aanzien van onze beleggers zijn de volgende: • We streven naar duurzame groei op lange termijn. We willen competitieve rendementen en een stabiel en groeiend dividend aanbieden. • Wezettenonsinomonzenanciëledoelentebereiken. • We willen sterke relaties aangaan en bevorderen met investeerders die ons op lange termijn steunen, op basis van vertrouwen, geloof en transparantie. Ageasheeftzichduidelijkgeëngageerdtenaanzienvaneenaantalnanciële doelstellingen, die in Impact24 zijn geactualiseerd. Die doelstellingen weerspiegelen enerzijds een streven naar continuïteit en consistentie, maar spelen tegelijkertijd in op de veranderende verwachtingen die investeerders ten aanzien van de onderneming hebben. Financiële doelstellingen moeten de langetermijnstrategie van Ageas ondersteunen, rekening houdend met de technologische, maatschappelijke en andere uitdagingen waar het bedrijf mee wordt geconfronteerd. Denanciëledoelstellingenbeogeneengoedevenwichttussenoperationele doelen, kapitaalbeheerdoelen maar ook solvabiliteitsdoelen. De ontwikkeling vaneenreeksniet-nanciëledoelstellingendienttevoldoenaandegroeiende verwachting van investeerders wat betreft de bredere rol van een onderneming ten opzichte van haar stakeholders. In 2021 bleek uit een peiling onder onze investeerders dat Ageas nog steeds wordt gezien als een verantwoordelijke, ethische onderneming met een belangrijke rol in de samenleving, en dat naleving van de regelgeving en transparantie als troeven worden beschouwd. Meting van de effectiviteit van onze beloften aan investeerders Deverwezenlijkingvandenanciëledoelstellingeninhetlaatstejaar van Connect21 wordt beschreven in sectie ‘A.2 Financiële kerncijfers en ontwikkelingen’. De bestuursbenadering van Ageas wordt gedetailleerd beschreven in sectie ‘A.5 Corporate Governance Statement’. MetbehulpvaneengecerticeerdeexternepartijidenticeertAgeas halfjaarlijks de aandeelhouders. Op 30 juni 2021 werd 89% van de aandeelhoudersgeïdenticeerdenbleekdatinstitutioneleaandeelhouders 54% van alle uitstaande Ageas-aandelen in bezit hebben. In de tabel hierna wordt een overzicht gegeven van onze langdurige relatie met onze belangrijkste institutionele aandeelhouders. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN Blik terug op de consequent sterke prestaties van Ageas in de afgelopen 5 jaar, aan de hand van verschillende KPI's. Beleggersloyauteit 2021 2020 % van uitstaande aandelen vertegenwoordigd door top 100 aandeelhouders 50% 45% % aandeelhouders die aandelen reeds minimum 10 jaar aanhoudt 54% 53% % aandelen die reeds minimum 10 jaar worden aangehouden 33% 28% 43 Ageas Jaarverslag 2021 4.5 Onze maatschappij Materieel onderwerp met betrekking tot de maatschappij Maatschappelijk verantwoorde beleggingen gericht op maatschappelijke uitdagingen Ageas schept blijvende waarde op lange termijn. Bij de afsluiting van de strategische cyclus van Connect21 zijn we ons nog meer bewust van onze troeven en waar we als een verantwoorde speler in de maatschappij een impact kunnen maken. In het kader van Connect21 is het stakeholdermodel uitgebreid met 'de maatschappij' als vijfde stakeholdercategorie. Net als voor andere groepen stakeholders zijn de prioriteiten vastgelegd in een aantal beloften: Onze rol als verzekeraar betekent dat wij actief bijdragen aan een betere maatschappij, ook buiten de verzekeringssector: voorbereiding op de vergrijzing van de bevolking, bescherming tegen ongunstige gebeurtenissen en werken aan een gezondere maatschappij. Ons bedrijf vormt een platform waarmee wij het verschil kunnen maken en in onze kernactiviteiten maatschappelijke waarde in evenwicht kunnen brengen met economische waarde. Ageas wil op drie manieren bijdragen aan een betere maatschappij: Strategie voor verantwoord en duurzaam beleggen; Meer aandacht voor milieuvriendelijke activiteiten en duurzaam operationeel gedrag; Filantropische initiatieven. In 2021 heeft Ageas zijn activa op een duurzame en verantwoorde manier blijven beleggen, en een bijdrage geleverd aan oplossingen voor duurzame steden, de klimaatuitdaging en heeft Ageas lokale economieën versterkt. Dankzij verschillende initiatieven is Ageas erin geslaagd om onze koolstofvoetafdruk binnen onze activiteiten verder te verlagen. In de hele wereld blijft Ageas via verschillende partnerships en concrete initiatieven blijk gevenvanzijnengagementomlokalegemeenschappenenlantropische initiatieven te steunen. Een strategie voor verantwoord en duurzaam beleggen Ageas heeft op het vlak van duurzaamheid een lange staat van dienst. De eerste duurzame beleggingsoplossing werd al in 2007 geïntroduceerd via AG, de Belgische dochteronderneming van de Groep, die zo'n 75% van de beleggingsportefeuille van Ageas vertegenwoordigt. Die strategie werd verder ontwikkeld en leidde eind 2018 tot de ondertekening van de principes voor duurzaam beleggen van de Verenigde Naties (UN Principles of Responsible Investment of UN PRI) door zowel Ageas Groep als AG. Door de ondertekening van de UN PRI engageren bedrijven zich formeel om ecologische, sociale en governance aspecten als fundamentele hoeksteen in hun besluitvormingskader voor beleggingen op te nemen. Sindsdien is het kader binnen de organisatie geleidelijk aan uitgerold. In 2020 heeft zowel Ageas als AG Insurance het eerste transparantieverslag volgens de UN PRI gepubliceerd. In 2021 leverden beide entiteiten het tweede verslag in. De verslagen zullen naar verwachting in de loop van 2022 worden gepubliceerd. Een sterkere benadering Ageas stelt zijn benadering ten aanzien van verantwoord beleggen continu bij, in lijn met de sterkere ambitie die de Groep in de context van duurzaamheid heeft vooropgesteld. In 2021 heeft de Groep zijn uitsluitingsbeleid versterkt, door formeel nieuwe activiteiten en sectoren uit te sluiten, zoals de goksector, boringen in het poolgebied, schalieolie en -gas, teerzanden en de verhandeling van voedingsmiddelenderivaten. Dit zijn de belangrijkste toegepaste beleggingsprincipes: Wij treden in dialoog Wij integreren Wij sluiten uit ESG integratie Onconventionele olie- en gaswinning Voedingsmiddelenderivaten Controversiële wapens Financieel embargo Belastingparadijzen Wapenindustrie Tabak Gok- sector Thermische steenkool Stembeleid en actief aandeelhouderschap 44 Ageas Jaarverslag 2021 Voor de geconsolideerde entiteiten hanteert Ageas een reeks uitsluitingscriteria, onder andere voor controversiële wapens (anti- persoonsmijnen, clustermunitie/-bommen, nucleaire, chemische en biologische wapens enz.), belastingparadijzen 2 en landen waarvoor internationale sancties en embargo's gelden en wapenproducenten. Deze uitsluitingsregels zijn van toepassing voor alle beleggingen, behalve voor obligatieposities uit het verleden, waarvoor de vervaldatum wordt afgewacht. De integratie van duurzaamheidsfactoren (ESG) is in alle beleggingscategorieën een vaste component van het besluitvormingsproces geworden. Deze factoren kunnen risico's en kansen voor bedrijven vormen en maken daarom integraal deel uit van de beleggingsanalyse. Voor de entiteiten waar de meeste activa intern worden beheerd, wordt eenbedrijfsspeciekeESG-integratiebenaderingtoegepast.Alshet beheer van de meeste activa is uitbesteed aan externe beheerders, genieten zij die de PRI van de VN hebben ondertekend de voorkeur. Voor infrastructuurbeleggingen worden bij de analyse de Equator-principes 3 in aanmerking genomen. In de context van de implementatie van de UN PRI en de aanbevelingen van TCFDheeftAgeas,enmeerspeciekAGinBelgië,hetvoortouwgenomen en vooruitgang geboekt door in dialoog te treden met bedrijven waarin wordt belegd.OpdiemanierwilAGhetESG-proelvandebedrijvenwaarinhet belegt, verbeteren om zo zijn beleggingsdoelstellingen op lange termijn te verwezenlijken. Na de updates in deze benadering zijn alle beleggingen beoordeeld op hun duurzame waarde is het toepassingsgebied van andere sociale en duurzame beleggingen uitgebreid en zijn er aan de lijst van duurzame beleggingen twee nieuwe categorieën toegevoegd (zie de tabel aan het einde van deze sectie): • Groene gebouwen en • Activiteiten in overeenstemming met de EU-taxonomie Groene gebouwen verwijzen voornamelijk naar gebouwen die eigendom zijn vanAGRealEstateendieovereencerticeringbeschikkenzoalsBREEAM, WELL, LEED (van minstens Good, Silver of gelijkwaardig). De andere nieuwe categorie van 'activiteiten in overeenstemming met de EU-taxonomie' houdt verband met de nieuwe Europese taxonomieverordening: alle bedrijven die binnen het toepassingsgebied van de verordening vallen, moeten hun activiteiten die in aanmerking komen voor en die in overeenstemming zijn met de taxonomie bekendmaken. Op basis van de momenteel beschikbare geschatte informatie die is verschaft door de externe dataleverancier van Ageas over activiteiten die in overeenstemming zijn met de taxonomie, wordt dit bedrag toegevoegd op een afzonderlijke regel bij de duurzame beleggingen. Momenteel is dit een beste schatting voor een beperkt aantal bedrijven waarin Ageas heeft belegd, geen beoordeling over de volledige portefeuille, aangezien de verordening alleen vereist dat bedrijven hun met de taxonomie in overeenstemming zijnde activiteiten in 2022 rapporteren (dus begin 2023 extern gerapporteerd). Na verloop van tijd zullen er meer en meer betrouwbare gegevens beschikbaar worden, en dat aantal zal naar verwachting toenemen naarmate er meer informatie, kennis en bedrijven zijn die de transitie maken naar overeenstemmende activiteiten. De informatie die Ageas verschaft over in aanmerking komende beleggingen is opgenomen in sectie ‘4.6 Europese taxonomie’. Binnen Impact24 heeft Ageas nog uitdrukkelijker kenbaar gemaakt dat het de ambitie heeft om een actieve rol te spelen in de transitie naar een duurzamere wereld, en een bijdrage wil leveren aan oplossingen voor de klimaatverandering. Door zijn beleggingen wil Ageas bijdragen aan de doelstelling van een netto-nuluitstoot van broeikasgassen tegen 2050 die in de Europese Green Deal is opgenomen. In deze context integreert Ageas de principes die zijn beschreven in de aanbeveling van TCFD als onderdeel van zijnkadervoorverantwoordbeleggen.Datkaderomvatspeciekeprincipes die verband houden met de klimaatverandering en die de overschakeling naar een koolstofarme economie in aanmerking nemen. Vooral tijdens het afgelopen jaar is er verdere vooruitgang geboekt om de investeringen in infrastructuur voor hernieuwbare energie aanzienlijk uit te breiden om de overschakeling naar een koolstofarme economie te ondersteunen. De koolstofvoetafdruk van de aandelen- en bedrijfsobligatieportefeuille wordt berekend in België en in het VK. Enkele klimaatgerelateerde maatstaven die gedenieerdwordenindeverordeningbetreffendeinformatieverschafng overduurzaamheid(SFDR)indenanciëledienstensectorzulleninde toekomst verder in de processen worden geïntegreerd. In België zijn de eerste stappen genomen om de koolstofvoetafdruk van de steeds grotere infrastructuurportefeuille te meten, die eind 2021 58 projecten telde en in 2022 nog verder zal worden uitgewerkt. De bewaking en de berekening van dekoolstontensiteit,dekoolstofvoetafdrukenanderemaatstavenzullen worden gevalideerd en ook in de andere geconsolideerde entiteiten worden toegepast. Speciekwatdemilieuaspectenbetreft,wordtindebesluitvormingrekening gehouden met de volgende principes: Uitsluiting van de meest gevoelige sectoren: Uitsluiting van beleggingen in steenkoolgerelateerde activiteiten zoals mijnbouw en de opwekking van elektriciteit. VoorcashowmatchingvoortechnischeALMmogenalleen obligatieposities in onze eigen portefeuille nog steeds tot aan hun vervaldatum worden behouden. Er zijn geen nieuwe beleggingen in steenkoolgerelateerde sectoren toegestaan, en de bestaande posities zullen tegen 2030 volledig worden verkocht. Sinds 2021, uitsluiting van bedrijven actief in onconventionele olie en gas, zoals boringen in het poolgebied, schalieolie en -gas, teerzanden, ... Er gelden aanvullende beperkende criteria voor beleggingen in conventioneleenergiesectoren,speciekvoorbeleggingsproductenmet een focus op duurzaamheid. Meer beleggingen in economische activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie, zoals infrastructuur voor hernieuwbare energie en infrastructuur voor duurzame mobiliteit, en in groene obligaties; Steun voor ondernemingen in de overgangsfase. In de ESG- integratiebenadering wordt er in het bijzonder aandacht besteed aan milieufactoren zoals verbruik van hernieuwbare energie, koolstofvoetafdruk, programma om broeikasgassen te verminderen, milieubeleid en kwantitatieve informatie over de klimaatstrategie van de onderneming, inclusief een verbintenis ten aanzien van SBTi (Science Based Targets initiative). Die informatie is ook volledig geïntegreerd in de beleggingsprocessen. Deze besluiten, die op alle beleggingsactiviteiten van invloed zijn, vormen een natuurlijke ontwikkeling voor Ageas als zorgvuldige, maatschappelijk betrokken investeerder voor de lange termijn en bevestigen de intentie om een verantwoord belegger te zijn. Speciekwatdemilieudoelstellingenbetreft,heefthetdeambitieom het gedrag van bedrijven te beïnvloeden om goede ESG-praktijken te bevorderen en milieuproblemen zoals de klimaatverandering aan te pakken. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 2 Belastingparadijs heeft de betekenis zoals vastgesteld door de EU 3 https://equator-principles.com/about-the-equator-principles/ 45 Ageas Jaarverslag 2021 Daarom is AG in 2020 toegetreden tot het initiatief Climate Action 100+. Dat is een initiatief van investeerders om 's werelds grootste producenten van broeikasgassen aan te sporen om dringend maatregelen op het vlak van klimaatverandering te nemen en te helpen de doelstellingen van het Akkoord van Parijs te verwezenlijken. In 2021 hebben Ageas en AG het CDP (Carbon Disclosure Project) ondertekend, een initiatief dat bedrijven, steden en overheden aanspoort om klimaatgerelateerde gegevens te meten en te publiceren, en om strategieën te implementeren om de milieuproblemen in verband met de klimaatverandering aan te pakken. Ageas is ook voornemens om zijn stemrechten op dit vlak aan te wenden om een maximale invloed te kunnen uitoefenen op de overschakeling naar een koolstofarme economie. Meer precies zal AG zijn aandeelhoudersrechten altijd uitoefenen wanneer het ten minste 1% van het aandelenkapitaal van een bedrijf in handen heeft. Voor participaties die minder dan 1% vertegenwoordigen, overweegt Ageas voor elk geval afzonderlijk om zijn stemrechten al dan niet uit te oefenen. In navolging van zijn betrokkenheidsbeleid is AG in 2021 6 keer direct in dialoog getreden en bijna 50 keer via een collectieve dialoog via Climate Action 100+. Het betrokkenheidsbeleid zal in de loop van 2022, in navolging van AG, geleidelijk aan worden uitgerold in alle andere geconsolideerde entiteiten. Investeren in innovatieve en duurzame activa De laatste twee jaar heeft de coronapandemie een diepgaande negatieveimpactgehadophetlevenendenanciënvanzovelen.InBelgië was AG een van de eerste investeerders in de verschillende Belgische herstelfondsen zoals het Federale Belgian Recovery Fund, het Vlaamse Welvaartfonds, het Waalse fonds Amerigo en het Brusselse fonds Boosting. Brussels. Globaal heeft elk fonds de ambitie om te helpen bedrijven door de crisis te loodsen en een bijdrage te leveren aan de overschakeling naar een duurzamere economie. De totale verbintenis van AG Insurance bedraagt EUR 60 miljoen. Ageaslevertookdirectenancieringoplangetermijnindereëleeconomie, inclusief infrastructuurprojecten om de reële klimaattransitie te stimuleren, vooral via zijn activiteiten in België, maar ook in Frankrijk, het VK en Portugal. Indepraktijkwerktditviatweedimensies,speciekvoorwatbetreftde doelstellingen die verband houden met het milieu en de klimaatverandering. Die omvatten: Groene beleggingen: • IInfrastructuurprojecten in samenwerking met AG Real Estate in hernieuwbare energie, o.a. onshore en offshore windmolenparken en zonnepanelen, groen transport, gecerticeerdegebouwen; • Groene obligaties en activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie; Duurzame producten (meer informatie in sectie ‘4.2 Onze klanten en partners’): • Spaar- en beleggingsproducten met een erkende externe certiceringzoalshetTowardsSustainability-label; • Thematische beleggingsproducten met een focus op klimaatverandering. Wat de sociale aspecten betreft, vertaalt dit zich in de praktijk via sociale leningen of investeringen in infrastructuur voor onderwijs, woonzorgcentra en ziekenhuizen. In 2021 heeft Ageas meer dan EUR 1 miljard in duurzame investeringen belegd. Dat omvat meer dan EUR 600 miljoen aan investeringen in infra- structuur. Nieuwe investeringen in hernieuwbare energie in 2021 zijn onder meer parken van zonnepanelen in Spanje, een pan-Europese portefeuille van onshore windmolenparken (België, Duitsland, Spanje, Portugal en Frankrijk), onshore windmolens in Portugal en een geconcentreerde zonne-energiecentrale in Spanje. Digitale infrastructuur zoals glasvezel is ook een groeiende sector waarin Ageas in 2021 heel actief is geweest. Daarnaast werd bijna EUR 230 miljoen geïnvesteerd in sociale huisvesting, EUR 40 miljoen in gezondheidszorg (ziekenhuizen), EUR 70 miljoen in activi- teiten in lijn met de EU-taxonomie en EUR 80 miljoen in groene en duurzame obligaties. Uitbreiding van de duurzaamheidsprincipes binnen AG Real Estate AGRealEstate(AGRE),demeestgediversieerdeprivate vastgoedinvesteerder in België en een 100%-dochteronderneming van AG, beheert zijn investeringen actief en op duurzame wijze. Het heeft ook een belang van 51% in Interparking, een van de toonaangevende Europese exploitanten van openbare parkeervoorzieningen. Beide ondernemingen leveren aanzienlijke inspanningen om hun activa en activiteiten te moderniseren zodat ze aan de hoogste milieunormen voldoen. In het beleid vanAGRealEstateinzakeduurzameontwikkelingwordenerspeciekere richtlijnen verstrekt voor het beheer van zijn portefeuille en die principes zijn een integraal onderdeel van zijn kwaliteitsnormen. Omdat het Management Committee van AG Real Estate zich bewust is van de impact van zijn vastgoedportefeuille op milieu en maatschappij, heeft het in de loop van 2020 beslist om een 'CSR Committee' op te richten (Corporate Social Responsibility of Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen). Dat comité is verantwoordelijk voor de uitvoering van de duurzaamheidsstrategie van AG Real Estate en voor het toezicht op de acties van de respectievelijke teams. De missie van het CSR Committee bestaat erin om AG Real Estate te helpen meer vooruitgang te boeken naar een volledige naleving van alle SDG's van de VN, in lijn met de strategie van Ageas. Het is de bedoeling dat de duurzaamheidsstrategie van AG Real Estate in de volledige organisatie wordt geïntegreerd. De strategie berust op vijf pijlers: governance, stakeholder van de stad, sociaal engagement en sponsoring, omgeving en klant en tot slot team. In elk van die pijlers zijn er initiatieven genomen en verder versterkt. Ook is AG Real Estate in 2021 toonaangevende acties gestart op de vastgoedmarkt. Continue verbetering van de ecologische voetafdruk van zijn gebouwen Eind 2021 werd bijna 80% van de kantoorgebouwen op afstand gecontroleerd op vier factoren: elektriciteit, gas, water en CO2. Dankzij deze technologische hulpmiddelen kan het verbruik worden teruggedrongen: Op een like-for-likebasis bedragen de verminderingen voor elektriciteit, gas en water respectievelijk 24%, 16% en 42% ten opzichte van het referentiejaar 2016. De kantoorgebouwen in de portefeuille zijn onderworpen aan het BREEAMInUse-certicaat,waarbijertijdensdelaatstejarenvoorlopige beoordelingen worden uitgevoerd. Deze inspanning werd ook in 2021 geleverd,metdeverwachtingdatdemeestecerticatenindeeerstehelft van 2022 zullen worden afgeleverd, en waarbij gestreefd wordt naar een minimumniveau van 'very good'. 46 Ageas Jaarverslag 2021 Meer groene energieverbintenissen AG Real Estate heeft in het Franse Le Havre op zijn HAVLOG-platform van 92.000 m² het grootste zonnepanelendak op een logistiek gebouw geïnstalleerd, ontworpen om de koolstofvoetafdruk van het gebouw te verlagen en te voorzien in de elektriciteitsbehoefte van de inwoners van de twee gemeenten waar het gebouw is gevestigd (18.500 inwoners). Dit soort initiatief is voor AG Real Estate niet nieuw. Vorig jaar rond deze tijd investeerde het in een zonnepanelendak via een joint venture met Heylen Warehouses (België). Deze buitengewone installatie bestrijkt 12,6 hectare en kan stroom voorzien voor het equivalent van 4.500 gezinnen. Jaarlijks wordt er bovendien bijna 12.000 ton aan CO2-equivalente uitstoot bespaard. Stakeholder van de stad Er worden in verschillende projecten nieuwe behoeften van de stad behandeld, bijvoorbeeld via het project Delta in Brussel. Dit nieuwe stadsdistrict, gesticht door de bouw van het splinternieuwe Chirec-ziekenhuis, waarbij AG Real Estate een woonzorgcentrum en een hotel oplevert, biedt nu diensten aan meerdere generaties, met name in de vorm van residentiële functies en studentenaccommodatie. Of via zijn investering in Cohabs, die komt tegemoet aan de toenemende behoefte aan leefbaar wonen, betaalbaarheid en een nieuw leven voor beschikbaar vastgoed, én AGRE kanopdezemanierzijnportefeuilleverderdiversiëren.Meestrecentiser de inhuldiging van een nieuw project in de uitzonderlijke Kasteleinswijk in Brussel. Dit charmante herenhuis biedt 19 kamers, gedeeltelijk bedoeld voor eenoudergezinnen of volwassenen in een overgangsfase. Een win-winsituatie voor het milieu Een van de nieuwe projecten van 2021 was de start van de bouw van twee residentiële projecten in Leuven (België). Tijdens de bouwfase moest het grondwater worden opgepompt. In plaats van het water te lozen in de rivier brachten ondergrondse leidingen het naar de dichtbijgelegen brouwerij van Stella Artois, zodat het kon worden gebruikt voor de technische verwerkingsactiviteiten van de brouwerij. Scholen van Morgen AGRE heeft de laatste tien jaar bijgedragen aan de bouw van 182 schoolprojecten in Vlaanderen, waaronder 8 passieve projecten, met een totale oppervlakte van 710.000 m² en ruimte voor wel 133.000 leerlingen. 168 moderne en energiezuinige schoolprojecten (meer dan 600.000 m²) zijn al in gebruik. 2021 is het jaar waarin gestart werd met de bouw van de laatste school. Op basis van de beschikbare gegevens wordt er door de nieuwe gebouwen 60% en meer aan gas en water bespaard in vergelijking met oudere gebouwen. Wat elektriciteit betreft, bedraagt de besparing ongeveer 20%, omdat de integratie van nieuwe technologieën een deel van de besparingen compenseert. Openbare parkeerplaatsen zijn nu meer dan een plaats om een auto te parkeren Interparking beheert vandaag bijna 950 parkeerfaciliteiten in 9 Europese landen en bedient ongeveer 120 miljoen klanten per jaar (vóór corona). Interparking is ervan overtuigd dat bovenal multimodaliteit de sleutel is vooreensuccesvollegroeneenefciëntemobiliteit.Interparkingbiedt parkeerplaatsen dicht bij belangrijke openbaarvervoerknooppunten, zoals metro, tram, bus, treinstations of luchthavens. In België kunnen gebruikers van het openbaar vervoer hun vervoerbewijs rechtstreeks opladen op hun Pcard+. De Pcard+ biedt niet alleen toegang tot parkeerfaciliteiten tegen aantrekkelijke tarieven, maar ook toegang tot openbaarvervoernetwerken in de regio Brussel. In 2021 werd er een digitale versie van de Pcard+ ontwikkeld, beschikbaar via een mobiele app, die in februari 2022 werd geïntroduceerd. In de toekomst zullen er geleidelijk aan nieuwe functies aan worden toegevoegd. Nieuwe parkeerplaatsen die met deze nieuwe app compatibel zijn, worden continu aan de lijst toegevoegd. Gebruikers kunnen vandaag diverse transportmogelijkheden gebruiken om in en rond steden te reizen, zoals auto, tram, bus, metro, trein en deeletsen.InBerlijnkanmet'E-Park&Rail'onlineeenparkeerplaats worden gereserveerd bij Berlin Südkreuz bij de aankoop van een treinkaartje. In Amsterdam en Haarlem kunnen klanten dankzij de dienst 'Park&Bike'tegeneenvoordeligeprijseenetsreserverenomdoorde stratenvandestadteetsen. Via de bevordering van openbaar vervoer voor korte afstanden draagt dit initiatief bij aan SDG 11 en 13. De omschakeling naar duurzame en schonere steden wordt gestimuleerd door het gebruik van het openbaar vervoer, dat minder broeikasgas uitstoot dan het gebruik van eigen vervoermiddelen. In de context van reizen met minder uitstoot van broeikasgassen ging Interparking in september 2021 een partnership aan met Ziegler Logistics, 'Cargo-bikes', een groen initiatief om de logistiek in de binnenstad slimmer en duurzamer te maken. Deze thuisbezorgingsdienst combineert drie innovatieve elementen om grote pakketten in het centrum van Brussel te leveren met bijna geen CO2-uitstoot: een elektrische shuttle verbindt de belangrijkste hub met een microhub in het centrum, in de Interparking Albertina.Vandaaruitvertrekkendebaketsennaarhuneindbestemming. Dezedienstisnietalleengroener,maarookefciënter.DeCargoBikeXXL doet tot 50 stops per dag, terwijl een conventionele distributievrachtwagen in hetzelfde tijdsbestek gemiddeld slechts 25 keer stopt. Hoewel de meeste parkeergarages die door Interparking worden geëxploiteerdaljarenparkeerplaatsenvooretsenbeschikbaarstellen, is er in 2021 een partnershipovereenkomst met de stad Antwerpen geïmplementeerd voor het beheer van 32 parkeerplaatsen, waarvan er 12 uitsluitend bestemd zijn voor tweewielers. Hierdoor zijn er in totaal 756 parkeerplaatsenvooretsenbeschikbaar.Hetbedrijfinstalleerdeinde etsparkeerplaatseninBruggeookdynamischebordenombovengronds inreëletijdaantegevenhoeveelvrijeplaatsenernogvooretserswaren. Bovendien komt er in het kader van de herontwikkeling van de Loi/Wet- parkeerplaats (Brussel, België), die eind 2021 van start is gegaan en die in 2022 zou moeten worden voltooid, een volledige verdieping speciaal voor etserseneigenaarsvanbaketsen,metlaadstationsvoorelektrische etseneneenwinkelvooronderhoudvoortweewielers. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 47 Ageas Jaarverslag 2021 De eerste groene kredietlijn in België, aangegaan in 2018 met betalingsvoorwaarden afhankelijk van de verwezenlijking van milieuverbintenissen, is in 2020 met succes voltooid op de twee genoemde doelstellingen. De onderneming ondertekende in 2021 een nieuwe groene renteswap op vijf jaar met BNP Paribas Fortis, inclusief de volgende milieuverbintenissen: • Behoudvande'CO2Neutral'-certiceringvolgenseenonafhankelijke engecerticeerdeinstantieinallelandenwaardeInterparking-groep actief is. • Jaarlijks +300 extra plaatsen voor elektrische voertuigen. Interparking loste deze verwachting in het eerste jaar van deze overeenkomst in: het aantal plaatsen voor elektrische voertuigen steeg van net iets meer dan 1.000 tot bijna 1.600 in 2021. In de tussentijd werd het 'long in de stad'-initiatief door Interparking verder uitgerold, nadat het in januari 2019 was ingehuldigd in de Beffroi-parking in Namen (België). Er waren toen vier ionisatiesystemen geïnstalleerd (die tot70%vandestofdeeltjesneutraliseerden,40%jnstofen20%ultrajn stof). Tot heden zijn er in de hele groep in totaal 57 systemen uitgerold. Eind 2021 werd er een bijkomende bestelling van 75 eenheden geplaatst, een weerspiegeling van Interparkings verlangen om deze technologie breed in zijn hele netwerk in te zetten. Interparking experimenteert in Nederland ook met voordelige tarieven voor klanten die in auto's met een lage emissie of elektrische voertuigen rijden (maximaal 20% korting). Het succes van deze actie om consumentengedrag te stimuleren, is afhankelijk van de data in verband met de ecologische klasse van een wagen die door de Nederlandse regering beschikbaar wordt gesteld, wat in de toekomst mogelijk niet langer het geval zal zijn. Alle initiatieven dragen bij aan de verwezenlijking van de klimaatdoelen van SDG 13, die Interparking na aan het hart liggen. Meer aandacht voor milieuvriendelijke activiteiten en duurzaam operationeel gedrag Ageas blijft zijn CO2-uitstoot meten op basis van het internationale GHG-protocol, inclusief uitstootcategorieën van deelgebied 1, deelgebied 2 en deels deelgebied 3. De meting omvat alle geconsolideerde entiteiten: het hoofdkantoor van de Groep in Brussel, het regionale kantoor in Hongkong en de dochtermaatschappijen AG Real Estate en Interparking. Het toepassingsgebied van de meting is in 2021 uitgebreid door ook Frankrijk en IT-apparatuur en opslag op te nemen, een stijging in de totale uitstoot van meer dan 2.800 ton CO2e, voornamelijk m.b.t. tot IT. De berekeningen voor 2019 resulteerden in een bijna stabiel niveau van de CO2-uitstoot van bijna 30.000 ton CO2e. In 2020 werd er een aanzienlijke daling vastgesteld, wat in grote mate de uitzonderlijke omstandigheden in verband met corona weerspiegelde, wat in 2021 wordt bevestigd: minder reizen, minder gebruik van de kantoorgebouwen en minder woon-werkverkeer resulteerden in een totale uitstoot van 17.912 ton CO2e inclusief de impact van de scope-aanpassing. In de samenvattende tabel aan het einde van dit hoofdstuk wordt er meer informatie verstrekt over de berekening. De belangrijkste bijdragen aan de CO2-voetafdruk van Ageas komen uit deelgebied 1, autovloot (45%) en in deelgebied 3 woon-werkverkeer (22%). Door de uitzonderlijke omstandigheden in 2020 en 2021 is het deelgebied zakenreizen fors gedaald, en bedraagt nu 2% van de uitstoot (in vergelijking met 14% in 2019). Dit komt overeen met de organisatiestructuur van de Groep met sterke banden in Europa en Azië. In deze laatste regio worden de activiteiten aangestuurd vanuit het regionale kantoor in Hongkong en voor de follow-up van het management zijn veelvuldige reizen noodzakelijk. De nieuwe categorie 'IT' heeft een weging van 14%. Om zijn CO2-uitstoot structureel terug te dringen, startte Ageas in 2020 met eenaantalinitiatievendienaaldeuitstootendeecologischevoetafdruk voor de hele Groep zullen verlagen. De voornaamste initiatieven zijn: Geleidelijke herziening van het beleid voor leasewagens in de hele Groep, bedoeld om hybride en elektrische wagens onder medewerkers te promoten. Aangepaste organisatie- en werkomgeving die 'Sm@rter Together' is gedoopt, waarbij medewerkers actief worden aangemoedigd om meer gewone werkuren van thuis uit te werken. Opgelet: de berekening van de CO2e houdt wel rekening met het effect van de uitstoot van een thuiskantoor. Herzien van het reisbeleid om reizen structureel terug te dringen. Vertegenwoordigers van Ageas in de lokale raden van bestuur van onze Aziatische joint ventures zullen bijvoorbeeld één op twee lokale bestuursvergaderingen virtueel bijwonen. Overschakeling naar groene elektriciteit in Portugal. Goedkeuring van een milieubeleid voor de hele Groep, met de expliciete toezegging om een langetermijnproces van continue verbetering te ontwikkelen, om het milieu beter te beschermen en de negatieve ecologische voetafdruk als dusdanig tot een minimum te beperken, en kansen op milieugebied te maximaliseren. 48 Ageas Jaarverslag 2021 De ambitie van klimaatneutrale activiteiten is een van de doelstellingen van Impact24. Daarom heeft Ageas de doelstelling vooropgesteld om zijn CO2-uitstoot voor 2022 met 30% te verlagen in vergelijking met 2019, het basisjaar (laatste volledig jaar pre-corona). De focus ligt dan ook in eerste instantie op het zo veel mogelijk verlagen van de CO2-uitstoot, en vervolgens de resterende uitstoot te compenseren. Die doelstelling van een lagere uitstoot is ook een van de componenten van de managementbonus voor 2022. Sinds 2015 heeft Interparking een CO2-neutraal label dankzij bijvoorbeeld de steun aan het Gold Standard Wanrou-project in Benin, dat kookvuren levert aan huishoudens in landelijke dorpen in het noorden van het land, en vanaf 2018 behaalde ook AG zijn CO2-neutraal label. Duidelijke verwachtingen stellen ten aanzien van leveranciers Ageas legt zich niet alleen toe op een milieuvriendelijker beheer van zijn activiteiten, maar wil ook de organisatie op een meer maatschappelijk verantwoorde manier beheren, en verwacht ook hetzelfde van zijn leveranciers. Sommige dochtermaatschappijen hebben zelfs sneller gereageerd en niet gewacht tot het inkoopbeleid van de Groep was bijgewerkt, en hebben in hun proces voor de beoordeling van leveranciers formeel ESG-criteria opgenomen. Bijvoorbeeld bij AG, waar er voor alle belangrijke leveranciers een gedetailleerde vragenlijst moet worden ingevuld, of in Portugal, voor de selectie van de leverancier voor de catering in de nieuwe gebouwen. De gekozen leverancier is bijvoorbeeld bekend omdat hij in zijn teams mensen met een beperking opneemt. Ageas, een verantwoordelijke belastingbetaler Ageas is te allen tijde een verantwoordelijke belastingbetaler, met toereikende procedures en controlemaatregelen, zodat alle belastingverplichtingen nauwkeurig worden berekend en alle verschuldigde belastingen tijdig worden betaald. Zo eerbiedigt Ageas alle internationale en nationale belastingwetten in alle landen waar het actief is. Ageas hanteert geen kunstmatige structuren die commercieel niet te rechtvaardigen zijn en die uitsluitend zijn bedoeld om belastingen te ontwijken. Met dat engagement neemt Ageas zijn verantwoordelijkheid als werkgever en als lokale stakeholder ten aanzien van de lokale gemeenschappen, om de lokale economie en haar burgers fundamenteel te steunen. Er wordt op transparante wijze verslag uitgebracht over alle vennootschapsbelastingen voor de geconsolideerde entiteiten (zie de details in de tabel aan het einde van deze sectie). Filantropische initiatieven De invoering van het kader voor duurzame ontwikkelingsdoelstellingen van de Verenigde Naties (SDG's) komt ook duidelijk tot uiting in de talrijke initiatieven waarmee Ageas blijk wil geven van zijn sterke betrokkenheid en engagement ten aanzien van de maatschappij. Decoronapandemieheeftbijzonderspeciekemaatschappelijkeproblemen veroorzaakt, en in deze context is Ageas verschillende initiatieven blijven uitrollen om de situatie onder controle te krijgen, met aandacht voor speciekelokalebehoeften.EnzoheeftAgeaszijnmotto,'Supporter van jouw leven', echt waargemaakt. In totaal ging EUR 3,1 miljoen naar lantropischeinitiatievendiedoorAgeaswerdengesteund.Daarvanging bijnaEUR0,7miljoennaarspeciekeinitiatieveninverbandmetcorona. Ook in 2021 heeft Ageas zijn engagement in bredere zin ten aanzien van de maatschappij laten blijken. Dit zijn enkele van de meest in het oog springende initiatieven: Ageas en de Universiteit van Antwerpen hebben een leerstoel Duurzaam Verzekeren opgericht om diepgaand onderzoek naar dit onderwerp te verrichten. Doctoraatsstudente Kristien Doumen, onder leiding van één van de toonaangevende academici op het vlak van duurzaamheid, professor Luc Van Liedekerke, krijgt de opdracht om onderzoek te doen naar de grote maatschappelijke problemen die kansen bieden waar verzekeraars op kunnen inspelen. Dit onderzoeksproject zal onder andere verkennen hoe duurzaamheid tot nieuwe verzekeringsproducten of -diensten kan leiden, die onze klanten kunnen helpen bij de overschakeling naar duurzamere oplossingen. Aangezien bedrijven als Ageas meer onder druk staan om iets te doen aan de impact van de klimaatverandering, cybercriminaliteit en digitalisering, sociale inclusie en diversiteit, de vergrijzing en zo veel meer, is dit initiatief goed getimed. Ageas Group Portugal steunt het Ethics Forum, een initiatief dat door Católica Porto Business School werd ontwikkeld om na te denken over ethisch zakendoen. Dit is niet alleen een forum dat ijvert voor een solide bedrijfsethiek, maar ook een platform om tussen organisaties kennis te delen. Het Ethics Forum biedt ook ondersteuning aan bedrijven om wat ze leren om te zetten in de praktijk en te integreren op de werkvloer, om een sterke ethische cultuur tot stand te brengen. InsamenwerkingmetBoğaziçiUniversityheeftAksigortahetDigital Security Platform gelanceerd, een uitgebreide tool om bij te leren en informatie te verkrijgen. Dit unieke platform streeft ernaar om digitale risico's op het niveau van de maatschappij uit te leggen en om iedereen die online actief is, van deze belangrijke problematiek bewust te maken. Ageas Portugal biedt ook ondersteuning aan start-ups met een sociaal doel. Toen Ageas Portugal Group investeerde in Mustard Seed MAZE (MSM), het eerste durfkapitaalfonds van Portugal, werd het de grootste vennootschappelijke belegger voor impactstart-ups. MSM investeert exclusief in technische start-ups die direct inspelen op maatschappelijke en ecologische uitdagingen. Door zijn investering in en samenwerking met MSM krijgt Ageas Portugal Group toegang tot een hele reeks start-ups, die boeiende nieuwe kansen voor het verzekeringswezen en daarbuiten aanreiken. Dit fonds onderscheidt zich van vergelijkbare fondsen doordat het alleen belegt in innovatieve oplossingen die een antwoord bieden op maatschappelijke uitdagingen, en doordat het samen met de start-ups DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 49 Ageas Jaarverslag 2021 waarin het belegt, bepaalde impactdoelstellingen vastlegt. In 2021 bracht MSM hulde aan Katrien Buys, Head of Strategy, Innovation and Sustainability bij Ageas Portugal Group, door haar te bekronen met de 'Maze Runner'-prijs. Elk jaar wordt deze speciale Maze Runner- award uitgereikt als erkenning voor de 'tomeloze inspanningen van een persoon om sociale en ecologische problemen aan te pakken. Bij het sluiten van partnerships om 'de kern van de activiteiten van Ageas uit te breiden', komen er verschillende SDG's aan bod: SDG17, maar ook SDG 3, SDG 8, SDG 9, SDG 11 en SDG 16. Volgens zijn interpretatie van de waarde 'Care' werkt Ageas UK sinds 2012 samen met de Road Safety Foundation om campagne te voeren voor veiligere wegen en dus minder doden en ernstige gewonden. 2021 was het laatste jaar van deze samenwerking, maar in de loop der jaren zijn er verschillende initiatieven georganiseerd, onder andere de ontwikkeling van een interactieve kaart voor het 20e jaarverslag van de Road Safety Foundation 'Looking Back, Moving Forward', waarin er aandacht werd besteed aan welke wegen in Groot-Brittannië aanzienlijk waren verbeterd en welke wegen nog steeds aanzienlijke risico's inhielden. Een investeringspakket van GBP 1,2 miljard zou meer dan 5.000 km wegen verbeteren en in de komende 20 jaar meer dan 8.000 dodelijke en ernstige ongevallen vermijden. Dat zou tegelijkertijd een boost geven aan het Britse economische herstel en bescherming bieden aan de National Health Service, door over die periode bijna GBP 4,4 miljard te besparen. Dit initiatief sluit aan bij de SDG 9 en SDG 11 die streven naar verbetering van mobiliteit, en beoogt bij te dragen aan duurzamere steden in het VK. Het won vooral tijdens de pandemie aan populariteit (zie sectie ‘4.2 Onze klanten en partners’). In Portugal blijft Ageas zijn aanwezigheid en merkidentiteit versterken. Vandaag zijn er in totaal 11 lokale merken, binnen het verzekeringswezen en daarbuiten. Buiten de verzekeringssector is Ageas een partner voor veel lokale verenigingen en organisaties op het gebied van gezondheid (zie sectie ‘4.2 Onze klanten en partners’), maar ook in het onderwijs en ter bescherming van de nationale natuur en het nationale erfgoed. Ageas Portugal Group investeert sterk in kunst en cultuur als strategische pijler van de merkpositionering en streeft hierbij naar merkbekendheid terwijl het tegelijk bijdraagt aan de maatschappelijke ontwikkeling. Eén van de elementen waar Ageas Portugal Group zich op richt is dat 'Iedereen recht heeft op cultuur' en dat cultuur als zodanig altijd toegankelijk en inclusief moet zijn. Ageas Portugal Group wil jong talent promoten en blijven steunen, onder andere via de prijs die Ageas uitreikt aan nieuw theatertalent. De onderneming ondersteunt ook nationale culturele evenementen, zoals het Festival Internacional de Música de Marvão, en is het de belangrijkste partner van belangrijke en iconische Portugese culturele instellingen zoals het Coliseu Porto Ageas, Casa da Musica en het Teatro Nacional D. Maria. In 2021 is er een speciaal solidariteitsinitiatief georganiseerd ter ondersteuning van de professionals in de culturele sector en hun gezinnen, gezien de enorme impact van de pandemie op hun inkomen: 'Drie voor allemaal' (of Três por Todos in het Portugees) zond op het PortugeseradiostationRenascença,samenmetdegemeenteraad van Lissabon drie dagen lang live muziekoptredens en interviews uit metverschillendegurenuitdecultuursector.Tegelijkertijdwerder geld ingezameld voor de audiovisuele unie, die voedselhulp biedt aan audiovisuele professionals. Deze initiatieven horen bij de SDG 8, SDG 11 en SDG 17 omdat ze bijdragen aan de bevordering van de lokale cultuur. Dat moet dan weer leiden tot meer toerisme en bevordert het behoud van de nationale cultuur door lokale partnerships in de culturele sector. Om een maatschappij tot stand te brengen die bewuster en beter geïnformeerd is, blijft Ageas Portugal Group investeren in de bevordering vannanciëlegeletterdheidbijjongerenenvolwassenenviaeennieuwe reeks radio-uitzendingen waarin verzekeringsproducten op een eenvoudige en transparante manier worden uitgelegd. De nadruk ligt daarbij vooral op preventie. Meer informatie is opgenomen in sectie ‘4.2 Onze klanten en partners’. Met de Ageas Foundation geeft Ageas in Portugal ondersteuning aan een krachtig plan voor sociale ontwikkeling dat berust op drie pijlers: ondernemerschap en sociale innovatie, vrijwilligerswerk door bedrijven en een duurzame impact op de maatschappij. Een van de belangrijke projecten bij in 2021 was de 'Scola de Impacto', een omscholingsprogramma voor sociaal kwetsbare mensen dat in het voorbije jaar alleen meer dan 200 mensen wist te bereiken. Ook werkte de Foundation opnieuw samen met de Nova School of Business and Economics in Lissabon aan 'Impact Experience'. Er ging vooral aandacht naar twee ontwikkelingsprogramma's voor 26 organisaties met een sociaal doel. Beide initiatieven passen binnen de verwezenlijking van de doelen van SDG 4. In Azië blijven maatschappelijke initiatieven hoog op de agenda voornamelijk gericht op de doelen van SDG 1, SDG 3 en SDG 4. In India is Ageas Federal Life Insurance medesponsor van de bouw van een ziekenhuis voor Covid-19 met meerdere specialiteiten en van een liefdadigheidsinstelling in het centrum van Mumbai. Bij die laatstelevertheteennanciëlebijdrageaandeaankoopvanuitrusting en machines, en biedt het diagnosediensten en behandelingen aan behoeftige patiënten tegen extreem redelijke tarieven op basis van de kostprijs. Gemiddeld 350 patiënten per dag bezoeken de centra voor een consultatie met een arts en/of voor medische tests. Steun aan het onderwijs gebeurt in de vorm van hulp aan de 'Innovative Minds School of Excellence' in Talegaon. Bijna 600 lokale kinderen uit de tribale gordel van Maharashtra volgen op deze school les, en de omvorming van de klassen tot digitale klassen helpt om het lesmateriaal visueel uit te breiden en om de taalbarrière tussen leerkracht en leerling te overbruggen, waardoor leerlingen sneller kunnen leren. Zelfde focusgebieden in Thailand: Muang Thai Life Assurance geeft helmen aan bestuurders van motortaxi's in Ratchada en Huai Khwang in het kader van de verkeersveiligheidscampagne en steunt de bouw van het 'Trade & Finance Lab: Wall Street @ UTCC'. Dit lab bestaat uit eentradingroom,verschillendelesruimteseneenraadvoornanciële producten voor de universiteit van de Thaise Kamer van Koophandel, zodat studenten virtueel kunnen oefenen en meer ervaring kunnen opdoen buiten de lesruimtes. Troo organiseerde online interactieve workshops voor Filipijnse leerkrachten om goede praktijken te delen op het gebied van design thinking, en om leerkrachten te helpen om effectiever en creatiever te werk te gaan in een virtuele setting. Het initiatief ging van start in de regio Metro Manila en wordt nu uitgerold naar andere gebieden in de Filipijnen. In India hielp Ageas Federal Life Insurance om klassieke klaslokalen om te vormen naar digitale klassen, zodat er ook tijdens de coronapandemie kon worden lesgegeven. 50 Ageas Jaarverslag 2021 Meting van de effectiviteit van onze beloften aan de maatschappij Indetabellenhiernawordtallerelevanteniet-nanciëleinformatieverstrekt,zoalshierbovenvermeld,metvergelijkendeinformatieper31december2021en 2020: Duurzame investeringen (in EUR mio) 2021 2020 Totale activa onder beheer 100.129 101.153 - waarvan Leven, Niet-Leven & Eigen vermogen 81.230 84.065 - waarvan Unit-Linked 18.899 17.088 Intern beheerde activa - Percentage van de nieuwe investeringen onderworpen aan een ESG-analyse Meer dan 95% Meer dan 95% Extern beheerde activa - Percentage van de extern beheerde activa beheerd door derden die UN PRI ondertekenden 85% 90% Aandeel van de nieuwe investeringen in kool (), tabak (), wapens (), niet-conventionele olie en gas(), goksector() 0% 0% Duurzame investeringen (General Account) met een positieve impact 9.911 6.623 Blootstelling aan duurzame investeringen, inclusief staatsobligaties () 12% 8% Blootstelling aan duurzame investeringen, exclusief staatsobligaties () 23% 15% Milieu 3.069 1.217 - Hernieuwbare energie (inclusief zonnepanelen en windparken) 575 420 - Groene mobiliteit (inclusief bus, trein, metro, tram enz) 426 457 - Groene gebouwen 665 niet opgenomen - Groene obligaties en andere groene investeringen 707 340 - Activiteiten in overeenstemming met EU taxonomie () 696 niet opgenomen Sociaal en duurzaam 6.842 5.406 - Sociale woningen 3.771 3.864 - Andere maatschappelijke, duurzame investeringen (inclusief onderwijs, rusthuizen, ziekenhuizen, glasvezelinfrastructuur) 3.071 1.542 () Rekening houdend met inkomensgrens () Nieuwe uitsluitingen sinds 30 september 2021 () exclusief de activa uit Unit-Linkedbusiness; duurzaam investeren is beschreven in Impact 24, dubbeltellingen werden vermeden () beursgenoteerde bedrijven, volgens inkomsten (op basis van informatie van externe leverancier van ESG gegevens). Als een investering onder verschillende categorieën valt, wordt de investering bij slechts 1 categorie opgenomen om dubbeltelling te vermijden Duurzame oplossingen (pensioen-, langetermijnspaar- en beleggingsverzekeringsproducten) 12.757 11.194 % vs. totaal oplossingen 17% 15% -Productenmetexterneduurzaamheidscerticering(inclusiefTowardsSustainabilitylabel) 8.654 10.693 -Productenzonderexterneduurzaamheidscerticering(inclusiefESGthematischefondsen) 4.103 501 DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN Ontdek meer over de verantwoorde langetermijnaanpak van Ageas wat betreft zijn investeringen en het verkleinen van de impact op het milieu. 51 Ageas Jaarverslag 2021 Filantropie - Investering ten voordele van de gemeenschap (in EUR miljoen) 2021 2020 Schenkingen in geld 3,1 6,6 Inkomstenbelastingen per segment (in EUR miljoen) 2021 2020 ageas SA/NV 20 19 België 136 143 Verenigd Koninkrijk 1 5 Continentaal Europa 58 66 Totaal inkomstenbelastingen 215 233 CO2 Voetafdruk 2021 2020 Deelgebied Totaal (t CO2e) Relatief aandeel Totaal (t CO2e) Relatief aandeel Toepassingsgebied 1 Directe energie - gas en zware brandstoffen 2.028 11% 1.810 11% Koelmiddelen 181 1% 266 2% Eigen voertuigen 8.108 45% 7.474 45% Totaal toepassingsgebied 1 10.317 57% 9.550 57% Toepassingsgebied 2 Elektriciteit – netto 479 3% 1.180 7% Totaal toepassingsgebied 2 479 3% 1.180 7% Toepassingsgebied 3 Woon-werkverkeer 3.998 22% 5.235 31% Zakenreizen 273 2% 559 3% Verworven goederen en diensten Papier 205 1% 180 1% IT 2.583 14% niet gemeten Afval 57 0% 76 0% Totaal toepassingsgebied 3 7.116 40% 6.050 36% Totaal tonnen CO2e bruto 17.912 16.780 CO2-compensatie (AG en Interparking) * 8.551 Totaal in ton CO2e netto 17.912 8.229 Ton CO2e per VTE 1,8 1,6 * nog te bepalen bij het tekenen van de offsetting overeenkomsten ** inclusief warmtenet *** aanpassing van de cijfers van 2020 op basis van verbeterde gegevensverzameling Elektriciteit in detail (tCO2e) 2021 2020 Elektriciteit - bruto 3.931 5.005 CO2e vermeden door groene stroom 3.452 3.825 Elektriciteit – netto 479 1.180 52 Ageas Jaarverslag 2021 4.6 EU Taxonomie De ambitie van de EU voor de nanciering van duurzame groei HetactieplanvandeEuropeseCommissieoverdenancieringvan duurzame groei bestaat erin kapitaalstromen te richten op duurzame investeringen en markttransparantie te waarborgen, en voert op die manier de Europese Green Deal uit: een klimaat neutrale, ecologisch duurzame economie die werkt voor mensen en zorgt voor een rechtvaardige transitie die werkgelegenheid creëert en niemand in de steek laat. Om die doelstelling te bereiken, riep de Commissie op tot de invoering van eenEuropeesclassicatiesysteemvoorduurzameactiviteiten,inhet bijzonder de EU taxonomie. Die wetgeving biedt bedrijven, beleggers en beleidsmakersdedenitiesencriteriaopbasiswaarvaneconomische activiteiten als ecologisch duurzaam kunnen worden beschouwd, en zal naar verwachting helpen om investeringen te verschuiven naar die activiteiten waar ze het meest nodig zijn. Verordening (EU) 2020/852 (de ‘Taxonomieverordening’ ) is in het Publicatieblad van de Europese Unie gepubliceerd op 22 juni 2020 en is op 12 juli 2020 in werking getreden. In de verordening worden onder anderetransparantievereistenuiteengezetvoornanciëleenniet-nanciële ondernemingen, voor de manier waarop en in welke mate de activiteiten van de betreffende onderneming verband houden met economische activiteiten die in aanmerking komen als ecologisch duurzaam. In het kader van de Taxonomieverordening heeft de Europese Commissie de bevoegdheid gekregen om een gedelegeerde verordening goed te keuren waarin de inhoud en de presentatie van de te verstrekken informatie wordt verduidelijkt. Die gedelegeerde verordening (de 'Artikel 8-Gedelegeerde Verordening’) is op 6 juli 2021 goedgekeurd. De Taxonomieverordening gaat uit van zes milieudoelstellingen waaraan economische activiteiten een bijdrage kunnen leveren: de mitigatie van klimaatverandering, de adaptatie aan klimaatverandering, het duurzaam gebruik en de bescherming van water en maritieme hulpbronnen, de transitie naar een circulaire economie, de preventie en bestrijding van verontreiniging, en de bescherming en het herstel van de biodiversiteit en ecosystemen. De Europese Commissie heeft de bevoegdheid gekregen om technische screeningscriteria vast te stellen om onder meer de voorwaarden tebepalenwaarondereenspeciekeeconomischeactiviteitkanworden aangemerkt als substantieel bijdragend aan deze milieudoelstellingen. De eerste gedelegeerde verordening die de technische screeningscriteria vaststelt, behandelt de mitigatie van klimaatverandering en de adaptatie aan klimaatverandering (de 'Gedelegeerde Verordening Klimaat’) en is goedgekeurd op 21 april 2021. De gedelegeerde verordening voor de vier andere milieudoelstellingen zal naar verwachting in 2022 worden goedgekeurd, met een eerste rapportering over 2022 in 2023. Bekendmakingsvereisten voor verzekerings- en herverzekeringsinstellingen Artikel 10 van de Artikel 8-Gedelegeerde Verordening voorziet een gefaseerde inwerkingtreding van de bekendmakingsvereisten vanaf 1 januari 2022. Over het boekjaar 2021 en 2022 (rapportering in 2022 en 2023),hoevennanciëleinstellingenzoalsAgeasalleenterapporterenover de vraag of hun activiteiten en hun beleggingsactiva in aanmerking komen voor de taxonomie, en vanaf het boekjaar 2023 (rapportering in 2024) moet er worden gerapporteerd over de mate van afstemming op de taxonomie. Momenteel betekent een ‘voor de taxonomie in aanmerking komende economische activiteit’ in overeenstemming met de Artikel 8-Gedelegeerde Verordening, een economische activiteit die in de Gedelegeerde Verordening Klimaat is beschreven, ongeacht of die economische activiteit voldoet aan enige of alle technische screeningscriteria die daarin zijn vastgesteld, en betekent een ‘niet voor de taxonomie in aanmerking komende economische activiteit’ elke economische activiteit die niet in de Gedelegeerde Verordening Klimaat is beschreven.Het al dan niet in aanmerking komen voor de taxonomie is geen indicator voor de milieuprestaties en de duurzaamheid van de betreffende activiteit. Het is veeleer een indicator dat die activiteit kan worden getest op de vereisten voor ecologisch duurzame economische activiteiten zoals uiteengezet in artikel 3 van de Taxonomieverordening (d.w.z. de activiteit (i) draagt substantieel bij aan een of meer van de in de taxonomieverordening beschreven milieudoelstellingen, (ii) voldoet aan de technische screeningscriteria voor de betreffende milieudoelstelling, (iii) doet geen ernstige afbreuk aan enige van de andere milieudoelstellingen, en (iv) wordt verricht met inachtneming van de in artikel 18 van de Taxonomieverordening vastgestelde minimumgaranties) en heeft het potentieel om te zijn afgestemd op de taxonomie als ze aan deze vereisten voldoet. Ageas is een verzekeringsgroep, die zelf ook herverzekeringsactiviteiten ontwikkelt. Deze eerste rapportering over activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie is opgesteld in overeenstemming met de transparantievereistendiegeldenvoornanciëleinstellingen,zoals beschreven in artikel 10(3) en bijlage IX en X van Artikel 8-Gedelegeerde Verordening, de bepalingen voor de overgangsperiode en de aanvullende richtsnoeren in het taxonomie FAQ-document dat door de Europese Commissie is uitgegeven, in de recentste versie van februari 2022. Deze rapportering is opgesteld voor de hele Ageas Groep en stemt overeen met de consolidatiekring die in het geconsolideerde jaarverslag is gebruikt voornanciëleinformatie. De verzekeringstechnische activiteiten van Ageas – rapportering over in aanmerking komende activiteiten Het toepassingsgebied voor de rapportering voor niet- levensverzekeringen is beperkt tot acht segmenten van de Niet- Levenactiviteiten (Levenactiviteiten vallen buiten het toepassingsgebied), die klimaatgerelateerde gevaren onderschrijven. Die segmenten zijn dezelfde als in het verplichte jaarlijkse verslag over desolvabiliteitennanciëletoestand(SFCR),hoewelslechtsachtvande twaalf binnen het toepassingsgebied voor de taxonomierapportering vallen. Deze bestaande rapportering wordt gebruikt als het uitgangspunt voor de rapportering over in aanmerking komende verzekeringsactiviteiten van brutopremies (GWP). Voor de segmenten binnen het toepassingsgebied van de Europese taxonomie zijn de algemene voorwaarden van de verzekeringspolissen geanalyseerd om de dekking van klimaatgevaren te bevestigen. Voor elk segment met ten minste één polis met impliciete en expliciete dekking voor klimaatgevaren, wordt het volledige bedrag van de brutopremies van het segment als in aanmerking komend beschouwd, min de GWP die betrekking hebben op uitdrukkelijk uitgesloten verzekeringsactiviteiten (bijv. verzekering van de opslag van fossiele brandstoffen). Aangezien deze gegevens rechtstreeks afkomstig zijn uit de nanciëleinformatiesystemenvanAgeas,zijnzeopgenomenindetabel met de informatie die verplicht moet worden verstrekt en is er geen vrijwillig verstrekte informatie. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 53 Ageas Jaarverslag 2021 Brutopremies Niet-Leven (her)verzekering 2021 Totaal absolute premies in EUR mio % van de premies KPI 1 - voor taxonomie in aanmerking komende activiteiten 3.973 92% Waarvan herverzekerd via derden 335 Waarvan afkomstig van herverzekeringsactiviteiten 79 Waarvan herverzekerd (retrocessie) 76 KPI 2 - voor taxonomie niet in aanmerking komende activiteiten 364 8% Totaal (her)verzekeringsactiviteiten Niet-Leven 4.337 100% De beleggingsactiviteiten van Ageas – rapportering over in aanmerking komende activiteiten De Taxonomieverordening vereist van bedrijven en beleggers die binnen het toepassingsgebied vallen dat ze bekendmaken welke activiteiten in aanmerking komen voor of zijn afgestemd op de taxonomie. Door de openbaarmaking van welke activiteiten in aanmerking komen voor of zijn afgestemd op de taxonomie, kunnen bedrijven en beleggingsportefeuilles worden vergeleken. VooreennanciëleinstellingzoalsAgeasbetekentdit,watzijn informatieverschafngoverbeleggingenbetreft,datdebedrijvenen projecten waarin het belegt, hun taxonomiegegevens moeten doorgeven (in overeenstemming met de Artikel 8-Gedelegeerde Verordening) zodat Ageas zijn taxonomierapportering kan opmaken. De kwaliteit van het beleggingsrapport van Ageas is bijgevolg afhankelijk van de beschikbaarheid van taxonomiegegevens, en uiteraard van de kwaliteit en de betrouwbaarheid van dergelijke gegevens. Aangezienallebedrijven(nanciëleenniet-nanciële)huntaxonomie- rapportering pas vanaf 2022 starten, zijn er op de datum van dit rapport weinig of geen bedrijfsgegevens beschikbaar. Ageas volgt nauwgezet de evolutie met betrekkingtotdematewaarindezeinformatieverschafngwordtgeïntegreerd door bedrijven waarin het belegt, en het zal enige tijd vergen om de nodige datareeksen samen te stellen. Aangezien het element van de onderliggende rapporteringdoorbedrijvenontbreekt,wordennanciëleinstellingendiedeze bedrijfsrapportering nodig hebben voor hun eigen taxonomierapportering over beleggingen, geconfronteerd met verschillende struikelblokken wanneer ze de gegevens die in hun taxonomierapportering moeten worden opgenomen, onderzoeken en selecteren. Ageas stelt vast dat uit het taxonomie FAQ-document van de Europese Commissieblijktdatdeinformatiedienanciëleinstellingenmoeten verschaffen over activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie, gebaseerd moet zijn op werkelijke informatie, en dat schattingen en benadering (via proxy) alleen op vrijwillige basis mogen worden gerapporteerd en geen deel mogen uitmaken van de informatie die verplicht moet worden verstrekt. Tegelijkertijd moet Ageas evalueren wat het beste plan van aanpak is om de gegevens te presenteren, maar toch voorzichtig te werk te gaan, zodat het een zo holistisch en correct mogelijk beeld verschaft van de onderdelen van zijn portefeuille die al dan niet in aanmerking komen voor de taxonomie. Bijgevolg is Ageas van oordeel dat de volgende gesplitste rapportering de meest geschikte manier is om deze eerste taxonomierapportering te benaderen: Het eerste deel bevat de gegevens die verplicht moeten worden bekendgemaakt en waarvoor Ageas over werkelijke informatie beschikte die tijdig beschikbaar was voor dit rapport. Dat deel bevat alleen gegevens over kwantitatieve indicatoren in verband met zijn blootstelling aan: (i) vastgoedactiva en infrastructuurinvesteringen, (ii) obligaties van centrale overheden, centrale banken en supranationale emittenten, en (iii) derivaten. Het tweede deel bevat de gegevens die vrijwillig mogen worden bekendgemaakt, die Ageas niet in zijn verplichte taxonomierapport mag bekendmaken en die Ageas niet hoeft bekend te maken, maar waarvan Ageas wel beslist heeft om dat vrijwillig te doen, om een beter beeld te verschaffen van zijn beleggingsportefeuille vanuit een taxonomiestandpunt. Dat deel bevat gegevens over zijn blootstelling aan: (i) gegevens van bedrijfsemittenten verstrekt door een wereldwijd erkende aanbieder van ESG-gegevens maar die momenteel gebaseerd zijn op schattingen, en (ii) beleggingen waarvoor er momenteel geen taxonomiegegevens beschikbaar zijn. In elk van de twee delen wordt er een tabel met kwantitatieve gegevens gepresenteerd, gevolgd door een kwalitatieve verklaring met verdere toelichting en details over de kwantitatieve gegevens. De beleggingen worden in het overzicht hierna gerapporteerd tegen reële waarde per 31 december 2021. Informatie die verplicht moet worden verstrekt Activiteiten Waarde in EUR mio % van totale AUM Economische activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie 6.477 6,0% Economische activiteiten die niet in aanmerking komen voor de taxonomie 4.161 3,9% Obligaties van centrale overheden, centrale banken en supranationale emittenten 45.175 42,0% Derivaten 317 0,3% Ageas verricht ook herverzekeringsactiviteiten, zowel intern als extern. De taxonomie-informatie omvat het geconsolideerde overzicht van de herverzekeringsactiviteiten. Dit betekent dat de intern herverzekerde GWP zijn opgenomen in de KPI 'in aanmerking komende' en 'niet in aanmerking komende activiteiten', en dat de KPI 'waarvan herverzekerd' alleen de externe herverzekering weergeeft. De KPI 'waarvan retrocessie' omvat het totale GWP-bedrag afkomstig van interne en externe herverzekeringsactiviteiten die werden geretrocedeerd. 54 Ageas Jaarverslag 2021 Er zijn drie redenen waarom er slechts een beperkt aantal beleggingsactiva zijn die al dan niet in aanmerking komen voor de taxonomie: (i) zoals hierboven uitgelegd waren de beschikbare gegevens voor dit eerste taxonomierapport erg beperkt, (ii) een groot deel van de beleggingen van Ageas betreft posities in obligaties van centrale overheden, en (iii) verschillende beleggingen zijn gericht op activa en projecten waarvoor het openbaar maken van taxonomiegegevens niet verplicht is. De komende jaren, naarmate er meer gegevens beschikbaar worden, zal het aandeel van de in aanmerking komende activa naar verwachting toenemen. A. Vastgoedactiva en infrastructuurinvesteringen Deze activa zijn momenteel de enige activa waarvoor er betrouwbare en voldoende gedetailleerde gegevens beschikbaar zijn voor de uitvoering van een interne beoordeling op het al dan niet in aanmerking komen voor de taxonomie, volgens de gedetailleerde beschrijvingen in de gedelegeerde handelingen. Ze vertegenwoordigen ongeveer 10% van de totale activa onder beheerenbetreffeninvesteringenininfrastructuurprojectengenancierdvia leningen of fondsen, voornamelijk via AG Insurance, en vastgoedactiva die vrijwel volledig vertegenwoordigd zijn door de activiteiten van AG Real Estate en Interparking. B. Blootstellingen aan centrale overheden, centrale banken en supranationale emittenten In deze categorie zijn de volgende blootstellingen opgenomen: • Obligaties uitgegeven door centrale overheden: traditionele overheidsobligaties (zoals OLO's), die het grootste deel van de blootstelling binnen deze categorie vertegenwoordigen. • Obligaties uitgegeven door regionale overheden: voornamelijk posities in leningen en obligaties uitgegeven door het Brusselse, Vlaamse en Waalse gewest en de regionale regeringen van verschillende andere landen uit continentaal Europa. • Obligaties uitgegeven door gemeentelijke overheden, voornamelijk in België en in Europa. • Supranationale emittenten en centrale banken: bijvoorbeeld posities in obligaties uitgegeven door de Europese Unie, de Europese Investeringsbank of leningen verstrekt door de Europese Commissie en bepaalde ontwikkelingsbanken. Omdat er momenteel geen gepaste berekeningsmethodologie voor deze blootstellingen bestaat, worden ze door de EU behandeld als een aparte categorie. Dergelijke beleggingen kunnen niet gemakkelijk worden toegewezenaaneenspeciekeeconomischeactiviteitofeenspeciek project, waardoor het complex is om te beoordelen of ze in aanmerking komen voor en/of zijn afgestemd op de taxonomie. Deze blootstellingen zijn dan ook volledig afgescheiden. Deze rapporteringsmethode voor blootstellingen aan overheden kan in de loop van de tijd evolueren en verder veranderen, nadat de EU de behoefte om dergelijke blootstellingen aan overheden op te nemen in de KPI-berekening, heeft geëvalueerd. De Artikel-8 GedelegeerdeVerordeningvoorzietmomenteelnietineendenitievan 'blootstellingen aan centrale overheden'. Vanwege de reden om dergelijke blootstellingen apart te behandelen, zoals hierboven uitgelegd, worden in deze categorie ook obligaties van regionale en gemeentelijke overheden opgenomen, aangezien dezelfde redenering hier van toepassing is. Dit volgt de redenering van de Europese Bankautoriteit, die een lijst publiceert van regionale overheden, lokale overheden en overheidsinstanties die voor de berekening van kapitaalvereisten als centrale overheden kunnen worden beschouwd, in overeenstemming met de Europese Verordening Kapitaalvereisten. Deze blootstellingen aan overheden vormen een aanzienlijk deel van de totale blootstelling van Ageas, d.w.z. ongeveer 42% van de totale activa onder beheer. De verklaring daarvoor is dat Ageas als (her) verzekeringsgroep voornamelijk langlopende verplichtingen heeft onder haar activiteit Leven. C.Blootstelling aan derivaten Derivaten worden momenteel behandeld als een aparte categorie omdat de EU van oordeel is dat derivaten hoofdzakelijk worden gebruikt om het tegenpartijrisico te beperken, eerder dan om vermogensbestanddelen of eeneconomischeactiviteittenancieren.Inditdeelvanderapporteringis de blootstelling aan derivaten erg beperkt, en het betreft veelal derivaten die gebruikt worden voor risico-indekkingsdoeleinden. Derivaten die worden aangegaan in het kader van gestructureerde Unit-Linked producten zijn niet opgenomen in de informatie die verplicht moet worden verstrekt, maar in de informatie die vrijwillig wordt verstrekt (zie hieronder). DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN Informatie die vrijwillig wordt verstrekt Activiteiten Waarde in EUR mio % van totale AUM Omzet Economische activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie 2.951 2,7% Economische activiteiten die niet in aanmerking komen voor de taxonomie 15.290 14,2% CapEx Economische activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie 2.639 2,5% Economische activiteiten die niet in aanmerking komen voor de taxonomie 15.602 14,5% Emittenten waarvoor geen gegevens beschikbaar zijn 33.243 30,9% A. Bedrijfsemittenten waarover er schattingen beschikbaar zijn Zoals hierboven uitgelegd wordt, is 2022, zelfs voor bedrijven die al enige tijd vallen onder de NFRD, het eerste jaar waarin ze moeten rapporteren over taxonomie. Informatie vanwege de bedrijven zelf (als emittenten van aandelen en bedrijfsobligaties) zal pas beschikbaar zijn wanneer zij hun jaarverslagen publiceren, zodat de informatie over activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie pas in de loop van 2022 beschikbaar wordt, en informatie over activiteiten die zijn afgestemd op de taxonomie ten vroegste in de loop van 2023. Toch geven aanbieders van ESG-gegevens nu al gegevens door op basis van hun schattingen, en ook Ageas maakt daar gebruik van. Volgens de richtsnoeren verstrekt in het taxonomie FAQ-document van de Europese Commissie kan deze informatie vrijwillig worden verstrekt. 55 Ageas Jaarverslag 2021 Bedrijven waarover er via aanbieders van ESG-gegevens gegevens beschikbaar zijn over activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie (hoewel die momenteel beperkt zijn tot schattingen), vertegenwoordigen ongeveer 69% van Ageas' bedrijfsbeleggingen, waarvan 16% naar schatting in aanmerking komt voor de taxonomie, en 84% niet. Voor Unit-Linked fondsen is er voor zover mogelijk een doorkijkbenadering toegepast (tot 66% van de totale waarde). Omwille van de vergelijkbaarheid en coherentie van de verschillende rapporten over al dan niet voor taxonomie in aanmerking komende activiteiten, is de verstrekte informatie over het al dan niet voor de taxonomie in aanmerking komen van de activa en activiteiten van nanciëleinstellingengebaseerdopdegegevensoverhetaldannietvoorde taxonomie in aanmerking komen van de onderliggende bedrijven waarin wordt belegd of tegenpartijen (omzet en kapitaaluitgaven). B. Beleggingen waarvoor er geen gegevens beschikbaar zijn Ageas beschikt voor een aanzienlijk deel van de beleggingsportefeuille (nl. 31% van de totale activa onder beheer) niet over taxonomiegegevens, omdat: • het bedrijf waarin wordt belegd onderworpen is aan de NFRD, maar geen taxonomierapport opstelt en de aanbieder van ESG-gegevens de taxonomiegegevens nog niet heeft verzameld. Of • het beleggingen van het type 'Geldmiddelen en kasequivalenten' zijn. Of • deze activa door hun aard (momenteel) niet vallen onder de openbaarmakingsverplichtingen in het kader van de taxonomie: • Loans (a.o. social housing loans, mortgage loans), including certain funding structures (often SPVs) which provide (mortgage) loans • Leningen (o.a. sociale huisvestingsleningen, hypotheekleningen), inclusiefbepaaldenancieringsstructuren(vaakspeciale investeringsvehikels) die (hypotheek)leningen verstrekken. • Bedrijfsemittenten (aandelen en bedrijfsobligaties) waarvoor er (nog) geen taxonomiegegevens beschikbaar zijn omdat het bedrijf waarin wordt belegd niet onderworpen is aan de NFRD en geen taxonomierapport opstelt (zoals kmo's en niet-EU-bedrijven). • Verschillende soorten fondsen: private-equityfondsen, private- debtfondsen, geldmarktfondsen. • Unit-Linked fondsen: het deel waarvoor de doorkijkbenadering niet kon worden toegepast (d.w.z. voor het CEU-segment). Als een voorzichtige en defensieve langetermijnbelegger is Ageas van oordeel dat milieugebonden, sociale en governanceoverwegingen (de zogenaamde ESG-factoren) in essentiële zin bepalend zijn voor de beleggingsprestaties, zowel vanuit een rendements- als een risicostandpunt. Voor het beheer van zijn beleggingen hanteert Ageas een langetermijnvisie die gebaseerd is op voorzichtigheid, verantwoordelijkheid en duurzaamheid. De benadering van Ageas ten aanzien van duurzaam en verantwoord beleggen is gebaseerd op drie principes: • De uitsluiting van controversiële activiteiten: in overeenstemming met de huidige verordeningen en erkende standaarden en op basis van zijn eigen overtuigingen sluit Ageas landen, sectoren en bedrijven uit waarvan het meent dat ze een negatieve impact hebben op maatschappij en milieu. • De integratie van ESG--factoren in de beleggingsbeslissingsprocedure: om de belangrijkste ongunstige effecten van hun beleggingen te beperken, nemen de portefeuillebeheerders bij alle beleggingsbeslissingen relevante ESG-factoren in aanmerking. • Het stembeleid en het beleid inzake actief aandeelhouderschap voor bedrijfsemittenten: als verantwoorde belegger oefent Ageas zijn stemrechten uit en treedt het met bepaalde geselecteerde bedrijven in dialoog over ESG-praktijken. De doelstelling is om de activiteit of het gedrag van een bedrijf te beïnvloeden en het duurzaamheidsrisico van de portefeuilles terug te dringen. Ageas' benadering ten aanzien van verantwoord beleggen wordt beschreven in een algemeen kader voor duurzame en verantwoorde beleggingen dat geldt voor al zijn beleggingen in het algemeen. Er zijnookspeciekekadersvoorverantwoordbeleggenontwikkeldvoor verzekeringsproducten die gebaseerd zijn op beleggingen en die een Belgisch referentielabel hebben verkregen, een kwaliteitsnorm voor duurzaamenmaatschappelijkverantwoordenanciëleproducten. Voor zijn op beleggingen gebaseerde verzekeringsproducten zijn Ageas, enmeerspeciekzijnoperationeleentiteitendieonderdezeverordening vallen, sinds maart 2021 onderworpen aan de verordening betreffende informatieverschafngoverduurzaamheidindenanciëledienstensector (SFDR), en zullen ze de aanvullende vereisten die de komende jaren van kracht worden, naleven. In juni 2021 lanceerde Ageas zijn Impact24-strategie. Ageas heeft duurzaamheid centraal gesteld in zijn activiteiten om groei te stimuleren en een meer inclusieve en duurzame maatschappij op te bouwen. Voor zijn beleggingsactiviteiten heeft Ageas de ambitie om zijn duurzame beleggingen uit te breiden, om ESG-factoren in alle beleggingsbeslissingen te integreren en om de overschakeling naar een koolstofneutrale economie tegen 2050 te ondersteunen met tegen 2050 een portefeuille met een netto- uitstoot van nul. De implementatie van deze strategie zou tot gevolg moeten hebben dat een groter deel van zijn portefeuille wordt belegd in beleggingen die beschouwd worden als activiteiten die in aanmerking komen voor de taxonomie (en later die zijn afgestemd op de taxonomie). Als (her) verzekeringsgroep die tegelijkertijd een voorzichtige langetermijnbelegger is, zal een aanzienlijk deel van de activa echter belegd blijven in obligaties van verschillende (lokale) overheden. Ageas' kijk op de toekomst Ondanks de hierboven beschreven uitdagingen inzake de beschikbaarheid van gegevens en de onzekerheden die op EU-niveau nog bestaan over de precieze vereisten, namelijk wat en hoe er exact moet worden gerapporteerd, wordt het gewaardeerd dat de EU aanzienlijke stappen heeft genomen om dit grootschalige taxonomieproject in gang te zetten, wat op zich al een grote sprong voorwaarts is naar een ecologisch duurzame Europese economie. Lezers dienen er bij dit eerste taxonomierapport rekening mee te houden dat de rapportering over in aanmerking komende activiteiten in de eerste jaren ook een rol heeft om de bedrijven zelf beter vertrouwd te maken met de taxonomie en om hen voor te bereiden op de openbaarmaking van activiteiten die zijn afgestemd op de taxonomie in de toekomst, zoals dat door de Europese Commissie wordt gesteld in haar richtlijnen voor taxonomierapportering. De huidige benadering om taxonomiegerelateerde informatie te verschaffen kan in de komende jaren aanzienlijk veranderen. Hoewel een aanzienlijk deel van de verstrekte gegevens gebaseerd is op schattingen, is Ageas van mening dat de taxonomie-informatie die hier wordt verstrekt, ook nu al een nuttig inzicht biedt. Ageas heeft er dan ook vertrouwen in dat de taxonomie over een paar jaar volledig geïmplementeerd zal zijn en een belangrijk deel van zijn niet- nanciëlerapporteringzalvertegenwoordigen. 56 Ageas Jaarverslag 2021 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren Materieel onderwerp met betrekking tot alle stakeholders Verantwoord bestuur Integriteit, de toetssteen van ethisch gedrag Integriteit is het belangrijkste uitgangspunt voor goede bedrijfspraktijken, de expliciete afwijzing van enige vorm van discriminatie, de strijd tegen corruptie en fraude, de verplichting om uitsluitend met vertrouwde en betrouwbare externe partijen overeenkomsten te sluiten, het eerbiedigen van mensenrechten en de onvoorwaardelijke inzet van nultolerantie bij onwettige en onaanvaardbare praktijken. Het beleidskader De principes van Integriteit zijn aanwezig in elk aspect van het beleids- kader van Ageas, dat continu wordt bewaakt aan de hand van een goed gestructureerdbestuurenduidelijkgedenieerdetaken.Allebeleidslijnen worden ten minste om de drie jaar door de Raad van Bestuur herzien en formeel goedgekeurd, en daarnaast telkens wanneer er aanleiding is voor een herziening van het beleid, bijvoorbeeld door een belangrijke wijziging in de wetgeving. Dit beleidskader is gebaseerd op het regelgevingsklimaat waarbinnen de Groep opereert en weerspiegelt een analyse van de risico's waaraan de Groep is blootgesteld vanuit integriteits-, governance-, maatschappelijk en milieuperspectief. Lokale entiteiten krijgen een jaar de tijd om de beleidslijnen van de Groep om te zetten in een lokaal beleid. Dit beleidskader behandelt alle aspecten van de activiteiten van Ageas. De belangrijkste in verband met Integriteit worden hierna besproken: corruptie,belangenconicten,gegevensbescherming,klokkenluidersbeleid en mensenrechten. Strijd tegen corruptie De Integriteitsprincipes, weerspiegeld in de gedragscode, het integriteitsbeleid en het TCF-beleid (Treating Customers Fairly) van Ageas, zijn aanwezig in elk aspect van het beleidskader van Ageas, en komen samen tot uiting in de bedrijfscultuur, met de preventie en de bestrijding van corruptie, de vrijwaring van ethisch gedrag en de preventie van criminele activiteiten. Verschillende beleidslijnen over de naleving van de regelgeving bieden een reeks processen die samen een vast geheel van beschermende, opsporende en bewakende vereisten vormen voor de preventie van criminele activiteiten. Concreet gaat het om: • Het beleid ter bestrijding van omkoperij en corruptie beschrijft de gedragshouding waarmee Ageas beoogt om actief te zijn en zijn zakelijke activiteiten uit te voeren, en vermeldt de principes en regels die moeten worden nageleefd om actieve of passieve corruptie, of de schijn daarvan, te vermijden, in het bijzonder als het gaat om geschenken, voordelen en uitnodigingen. • Hetbeleidinzakebelangenconictenisgerichtopdeplichtvaniedereen omwaakzaamteblijvenvoormogelijkeofwerkelijkebelangenconicten en de gevolgen daarvan voor de effectieve verwezenlijking van de doelstellingen van de onderneming, stelt een procedure vast voor de melding van dergelijke situaties en voorziet in de regels en beperkingen voorexternemandatenenfuncties,envoornanciëleparticipatiesin bedrijven of handelsvennootschappen. • Hetbeleidinzakepersoonlijketransactiesdenieertderegelsen verplichtingen waar Insiders van Ageas zich aan moeten houden wanneerzijpersoonlijkenanciëletransactiesverrichtenineffectenvan Ageas en andere welbepaalde effecten, in overeenstemming met de verordening inzake marktmisbruik. • Hetbeleidterbestrijdingvanhetwitwassenvangelddenieertde preventiemaatregelen die moeten worden geïmplementeerd en de due- diligencevereisten op het vlak van de strijd tegen het witwassen van geld endepreventievannancieringvanterrorisme. • Het sanctiebeleid bepaalt de normen die moeten worden toegepast bij de aanvaarding van klanten en leveranciers, bij beleggingen en bij fusies en overnames, op basis van de internationale beperkingen, dwingende sancties en uitsluitingslijsten en de restrictieve maatregelen volgens de aanbevelingen van internationale organisaties. Het vermeldt ookspeciekeaandachtspuntendieleidentotverbeterdedue- diligenceprocedures. • Het beleid ten aanzien van deskundigheid en betrouwbaarheid ('Fit and Proper') bepaalt het kader en de regels die moeten worden toegepast om ervoor te zorgen dat de verplichtingen op het gebied van deskundigheid en betrouwbaarheid permanent worden nageleefd. Beleidslijnen die vallen onder de verantwoordelijkheid van andere afdelingen omvatten ook principes en regels die bijdragen aan de preventie vancorruptie,meerspeciekdeaanvaardings-endue-diligencevereisten ten aanzien van derde partijen en leveranciers van producten en diensten. De twee belangrijkste zijn het inkoopbeleid en het outsourcingbeleid. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN Meer informatie over onderwerpen die in de beleidslijnen van Ageas aan bod komen, vindt u op de website over duurzaamheid. 57 Ageas Jaarverslag 2021 De Compliance-functie is verantwoordelijk voor de belangrijkste beleidslijnen die rechtstreeks van belang zijn in de strijd tegen corruptie, en speelt bijgevolg een bepalende rol bij de uitvoering van die beleidslijnen in de hele Groep. De Compliance Community bestaat uit alle Compliance- afdelingen van de Ageas Groep en is het centrale kanaal bij uitstek om de principes en de benaderingen voor alle entiteiten consequent vast te stellen en overal consistent toe te passen. Monitoring- en rapporteringsactiviteiten wordenuitgevoerddoordeComplianceOfcersindegroepsentiteitenen worden door de Group Director Compliance geconsolideerd ten behoeve van het Executive Committee en de Raad van Bestuur, aan wie zij een permanent overzicht bieden van de werkelijke situatie in de hele Groep. Compliance voert bewakings- en controleactiviteiten uit volgens een gestructureerde, gepaste en evenredige benadering om potentiële gevallen van niet-naleving en risico's op te sporen, en om corrigerende maatregelen tedeniëren,zeoptevolgenenoverderesultatenvandiemaatregelente rapporteren aan het Executive Committee en het Management Committee, en ook de Raad van Bestuur. Voorkomen van belangenconicten De strijd tegen corruptie vereist ook een sterk preventiekader met eenduidelijkenadrukopbelangenconicten,inclusiefbeschermende maatregelen, opsporing, afwikkeling, follow-up en melding van mogelijke en werkelijkebelangenconicten. Ageasheefteenverregaandbeleidinzakebelangenconicteningevoerd, als onderdeel van de solide en kwalitatief hoogstaande governance van het bedrijf en zijn activiteiten. Een reeks wettelijke en regelgevende bepalingen leggeninditverbandduidelijkeverplichtingenop.Eenbelangenconict is een situatie met aan elkaar tegengestelde belangen, die de ethische verwezenlijking van de gerechtvaardigde doelen van Ageas en/of zijn stakeholders in gevaar brengt, of een situatie die hier de schijn van wekt. Belangenconictenkunnengepaardgaanmeten/ofleidentotcorruptie. Ageasheeftookeenregistervanbelangenconicteningevoerdwaarin geregistreerdwordtwelkebelangenconictenerzijn,hoezeworden behandeld en wat het uiteindelijke resultaat is. De positionering van Ageas ten aanzien van lobbying is in 2021 beschreven in een richtlijn die is goedgekeurd door de Raad van Bestuur. Ageas is ingeschreven in het transparantieregister van de EU om te kunnen proterenvanenkelevoordelendiedaarmeeverbondenzijn,namelijkom e-mailberichten te ontvangen over de activiteiten van de comités van het Parlement en om berichten te ontvangen over raadplegingen en draaiboeken voorspeciekedomeinen.BesprekingenindeRaadvanBestuurenhet Executive Committee bevestigden de verbintenis bepaald in de Anti-Bribery en Corruption policy dat Ageas, zijn medewerkers of agenten geen directe of indirecte bijdragen mogen leveren aan politieke partijen, organisaties of personen die politiek actief zijn als middel om voordeel te behalen bij zakelijke transacties. De Groep betaalde in 2021 voor EUR 5.3 mio aan lidmaatschappen van sector- en beroepsverenigingen. Zorgvuldige bescherming van uw gegevens Ageas erkent dat (persoons)gegevens een belangrijk actief vormen. Nu de toenemende digitalisering leidt tot een steeds grotere digitale voetafdruk en meer complexiteit, wordt die voetafdruk ook steeds belangrijker en aantrekkelijker en moet die ook worden beschermd. In combinatie met andere informatie kunnen gegevens inzichten bieden over klanten, producten en diensten. Ze kunnen ook bijdragen aan innovatie en aan het behalen van strategische doelstellingen. Als gegevens echter niet juist worden beheerd, kan dat tot vele risico's leiden, waaronder niet- naleving van wet- en regelgeving, evenals beveiligingsrisico's. Daarom is gegevensbeheer voor Ageas een aandachtspunt om het volgende te waarborgen en te verbeteren: Het vermogen om consequente besluiten te nemen over de waarde van gegevens Aanpasbaarheid aan veranderingen in de externe omstandigheden Technische inzet en prestatie van de onderliggende systemen Dagelijkse activiteiten Naleving van wet- en regelgeving Reputatie van de onderneming Ageas ijvert voor de bescherming van (persoons)gegevens. Het is een centraal onderdeel van zijn procedures. Alle informatie waarover Ageas beschikt moet afdoende worden beschermd tegen een grote reeks van bedreigingen waaronder malware, computerhacking, DDOS-aanvallen, computerfraude, phishing, social engineering, evenals het verlies, de diefstal of openbaarmaking van vertrouwelijke informatie (waaronder – gevoelige – persoonsgegevens), brand enz. Informatiebeveiliging wordt gerealiseerd door de implementatie van geschikte niet-technische (bijvoorbeeld beleid, processen, procedures, richtlijnen, toezicht door organisatiestructuren) en technische (bijvoorbeeld perimetercontrole, toegangscontrole, bewaking, veilige codes enz.) controlemaatregelen. In lijn met de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) heeft Ageas zijn beheerkader voor persoonsgegevens, bestaande uit de regels en principes ten aanzien van de verwerking en bescherming van persoonsgegevens binnen Ageas, zijn dochtermaatschappijen en gelieerde ondernemingen, de afgelopen jaren herzien. Deze regels geven enerzijds de betrokkenen meer rechten en houden anderzijds strikte en formele regels voor Ageas in bij de verwerking van persoonsgegevens. De processen zijn geformaliseerd en alle relevante informatie wordt aan de betrokkenen medegedeeld, inclusief informatie over de overdracht van gegevens buiten de Europese Economische Ruimte. Op die manier versterkt Ageas de transparantie en controle en beschermt het de belangen van klanten, medewerkers en andere belangrijke stakeholders op het gebied van gegevensbescherming. Dit kader bestaat uit beleidslijnen en standaarden die bestuursfuncties en -verantwoordelijkheden, processen en tools beschrijven die ervoor zorgen dat persoonsgegevens in de hele organisatie consistent worden beheerd. Dat vertaalt zich in een algemene procedure voor het beheer, de escalatie van incidenten, ongeacht het type data en het daarmee gepaard gaande risico, waar verschillende afdelingen aan samenwerken en bij betrokken zijn, zoals Legal, Information Security, Compliance en Risk Management. Het bestaande kader wordt regelmatig herzien om het te actualiseren volgens de wereldwijde en lokale regelgeving. 58 Ageas Jaarverslag 2021 Ageas investeert ook in permanente bewustwording en verplichte opleiding met betrekking tot de beheerprocessen voor persoonsgegevens. Beheer van persoonsgegevens maakt deel uit van het kader voor risicobeheer van de Ageas Groep (zie voor meer info Algemene informatie sectie C.4 Risicomanagement) en wordt aangevuld door een beleid voor gegevensbeheer en een beleid voor informatiebeveiliging, gedetailleerd beschreven in het informatiebeveiligingskader van Ageas. Dat laatste is geïnspireerd door internationale normen zoals de ISO 27K-reeks en door best practices uit de sector over informatiebeveiliging. Net als andere beleidslijnen van Ageas zijn deze beleidsplannen verplicht voor alle dochterondernemingen van Ageas en hebben met Ageas verbonden ondernemingen een inspanningsverplichting om deze te implementeren. Ageas in verbintenissen en cijfers: • We verbinden ons ertoe om in de sector toonaangevende normen te implementeren voor zowel informatiebeveiliging (ISO 27K-serie / ISF SoGP) als gegevensbescherming (ISO 27K / ENISA). • We verbinden ons ertoe om persoonsgegevens voor hun vermelde doel te verzamelen en te verwerken. • We verbinden ons ertoe om persoonsgegevens niet voor commerciële doeleinden te verkopen aan derden. • We verbinden ons ertoe om bij de verwerking van persoonsgegevens omduidelijke,speciekeengeïnformeerdetoestemmingtevragen. • We verbinden ons ertoe om continu te investeren in maatregelen voor informatiebeveiliging en gegevensbescherming. De Ageas Groep volgt gegevenslekken op de voet op, beoordeelt ze aan de hand van sectorale normen op basis van een inschatting van de ernst van het incident, en rapporteert ze waar nodig aan de relevante autoriteiten en/of personen. In 1% van de gevallen (tov 3% vorig jaar) zijn inbreuken in verband met persoonsgegevens gemeld aan de autoriteiten. Klokkenluidersbeleid Het klokkenluidersbeleid van Ageas is bedoeld om situaties of omstandigheden op te vangen die negatieve gevolgen kunnen hebben of die mogelijk corruptie kunnen inhouden. Er zijn verschillende kanalen waar incidenten of wantoestanden kunnen worden gemeld of waar er een klacht kan worden ingediend. Dankzij het beleid voor de melding van compliance-incidenten (het Internal Alert System) kunnen wantoestanden of incidenten worden gemeld die ernstige nadelige gevolgen hebben of zouden kunnen hebben voor de nanciëlepositie,resultatenen/ofreputatievanAgeas,enditviaeengoed gestructureerde procedure die zowel door medewerkers als door derden kan worden gebruikt. Er kunnen zich immers momenten voordoen waarop een medewerker of een derde partij oprecht bezorgd is over dergelijke wantoestand. Dankzij de in het beleid beschreven procedure kunnen dergelijke zorgen snel worden geëscaleerd naar de gepaste instantie voor onderzoek, om de situatie in alle vertrouwen en zonder vrees voor represailles op te lossen. Elk geval wordt altijd strikt vertrouwelijk behandeld. Met het oog op de effectieve omzetting van de Europese klokkenluidersrichtlijn worden er nu al technologische oplossingen in aanmerking genomen, zodat ze in de toekomst volledig volgens de vereisten van de richtlijn kunnen worden geïmplementeerd. De Compliance Community zal aan dit project verschillende werksessies wijden. Een ander kanaal om incidenten op te sporen, is de procedure voor de klachtenbehandeling. In dit beleid zijn de regels beschreven die gelden voor de behandeling van klachten van klanten, polishouders, aandeelhouders, leveranciers en andere externe partijen. Het is ontstaan uit de belofte van Ageas om ervoor te zorgen dat al zijn stakeholders eerlijk worden behandeld. Dit wordt vertaald in de plicht van de onderneming om polishouders en andere stakeholders te informeren over de regelingen die Ageas heeft ingevoerd voor de indiening van klachten en het proces om klachten te behandelen. DUURZAAMHEID CENTRAAL IN ALLES WAT WIJ DOEN 59 Ageas Jaarverslag 2021 Due diligence en controlemaatregelen Er gelden wereldwijd een reeks controlemaatregelen die zijn afgeleid van de beleidsprincipes en -procedures. Controlemaatregelen worden beschreven, toegewezen en gedocumenteerd: • Klanten, stakeholders, leveranciers en andere derde partijen worden onderworpen aan een passende en relevante due diligence: ze worden geïdenticeerd,erwordtgecontroleerdofergeenbelangenconicten zijn, of ze voldoen aan de AML/CTF- vereisten, sancties en wat hun status is in het kader van FATCA en de CRS . • Contracten met leveranciers van producten en diensten en adviseurs moeten door de juridische afdeling verplicht en formeel worden goedgekeurd alvorens ze worden ondertekend. • In de Accounting-afdeling worden alle derden, leveranciers endienstenaanbiedersgeïdenticeerdenwordteenaantal identicatiecriteriacontinuopgevolgd.Allekostenmoetenworden gedocumenteerd. Voor de aanvaarding en de betaling van kosten moet er een tweestapsprocedure worden gevolgd met twee handtekeningen. • Er geldt een bewakingsproces voor beloningen en incentives aan en van distributeurs van producten. • Bovendien voorziet het beleid ten aanzien van deskundigheid en betrouwbaarheid in procedures, standaarden en processen zodat de status van de aangewezen betrokken personen op het vlak van deskundigheid en betrouwbaarheid te allen tijde feilloos is. Op het vlak van beleggingen en fusies en overnames worden die controle- maatregelen, waar gepast, opgenomen in beleidslijnen en procedures, dieookgeavanceerdereendiepgaanderedue-diligencevereistendeniëren. Alle Ageas-medewerkers moeten niet alleen deze controleprocedures volgen, ze hebben ook een meldingsplicht. In de praktijk worden alle medewerkers van in het begin van hun dienstverband geïnformeerd over hun plicht om alle beleidslijnen te volgen en de nodige initiatieven te nemen om hun meldingsplicht te vervullen, naast de criteria die in de overeenstemmende beleidslijnen zijn beschreven. Indien er na een melding daadwerkelijk een probleem blijkt te bestaan, wordt er door de bevoegde instantie een beslissing genomen, die aan de melder wordt meegedeeld. Die beslissing is bindend. Bijvoorbeeld: een geschenk dat niet voldoet aan de criteria voor aanvaarding moet aan de afzender worden terugbezorgd, of een extern mandaat dat niet verenigbaar is met de functie bij Ageas moet worden geweigerd. Zaken die aan de afdeling Compliance moeten worden gemeld, zijn onder meer: • Gegeven of ontvangen geschenken, voordelen of uitnodigingen • Externe mandaten of functies • Financiële participatie in een activiteit of transactie • Persoonlijke transacties met effecten van Ageas en/of andere aan beperkingen onderworpen effecten zoals aangemerkt door Compliance Zaken die aan de afdeling Legal moeten worden gemeld, zijn onder meer: • Lidmaatschap van sector- en beroepsverenigingen • Potentiëleenwerkelijkebelangenconicten 60 Ageas Jaarverslag 2021 Mensenrechten De eerbiediging van mensenrechten door Ageas is een essentieel element van zijn wereldwijd beleidskader. Concreet komt het in verschillende domeinen tot uiting, en Ageas' verbintenis wordt duidelijk beschreven in de leidende beginselen over mensenrechten en arbeidsrechten. Ageas houdt zich aan de universele verklaring van de rechten van de mens van de VN en de centrale conventies van de Internationale Arbeidsorganisatie, en de volgende verbintenissen gelden voor alle medewerkers en onderaannemers van Ageas die voor of namens de onderneming werken: “We doen zaken op een manier die de rechten van alle mensen eerbiedigt, met respect voor de mensenrechten en zonder ons schuldig te maken aan misbruik van mensenrechten, zoals beschreven in de Leidende Beginselen van de VN op het gebied van bedrijfsvoering en mensenrechten." Risicobeoordeling inzake mensenrechten In 2020 heeft Ageas zich formeel aangesloten bij de Tien Principes van Global Compact van de Verenigde Naties over mensenrechten, arbeidsrechten, milieu- en corruptiebestrijding. In 2021 heeft Ageas zijn eerste risicobeoordeling inzake mensenrechten uitgevoerd in het hele bedrijf, om in het oog springende problemen in verband met mensenrechten op te sporen, te beheren en te melden. De aanpak van Ageas Op basis van de zelfbeoordelingstool van Global Compact van de VN en de Leidende Beginselen van de VN op het gebied van bedrijfsvoering en mensenrechten heeft Ageas een vragenlijst opgesteld die door alle geconsolideerde entiteiten moest worden ingevuld. De zelfbeoordelingstool omvat een reeks vragen die peilen naar de positie van eenbedrijftenaanzienvanspeciekerechten,bijv.gezondheidenveiligheid, opleiding, werkuren, loon, discriminatie, kinderarbeid enz. De Leidende Beginselen van de VN op het gebied van bedrijfsvoering en mensenrechten zijn dan weer gericht op de beleidslijnen en procedures waarover een bedrijf zou moeten beschikken om aan zijn verantwoordelijkheid voor de eerbiediging van mensenrechten te kunnen voldoen. Initiële resultaten van hoog niveau Uit de voltooiing van deze beoordeling inzake mensenrechten is gebleken dat de verschillende entiteiten momenteel over een breed scala aan beleidslijnen en procedures beschikken die niet alleen blijk geven van Ageas' verbintenis om aan zijn verantwoordelijkheid voor de eerbiediging van mensenrechten te voldoen, maar die ook beschrijven hoe die verbintenis moet worden waargemaakt. Het betreft procedures en controlemaatregelen om een beter inzicht te verkrijgen in de impact die Ageas heeft op mensenrechten, om enige mogelijke nadelige impact tot een minimum te beperken en waar mogelijk een zo positief mogelijke impact te creëren. De beoordeling inzake mensenrechten heeft aangetoond dat de procedures en controlemaatregelen in bepaalde entiteiten beter ontwikkeld zijn dan in andere, en dat er een mogelijkheid bestaat om goede praktijken uit te wisselen en waar nodig een meer gezamenlijke benadering te introduceren. Omdat Ageas veel belang hecht aan dit onderwerp, is er een werkgroep aangeduid om de resultaten van deze beoordeling op te volgen en voor de hele groep een actieplan op te stellen, om iedereen bewust te blijven maken van de naleving en de uitvoering van Ageas' benadering van mensenrechten, zowel intern als extern. In het oog springende mensenrechtenkwesties De opsporing van in het oog springende mensenrechtenkwesties houdt in dat er beoordeeld wordt welke rechten door de activiteiten en zakenrelaties van de onderneming het grootste risico lopen, en waar dus de meeste aandacht en middelen moeten worden ingezet. In de tabel hierna worden die rechten besproken waarvan Ageas meent dat ze de grootste kans hebben om direct of indirect door zijn bedrijfsactiviteiten te worden beïnvloed. Meest pertinente mensenrechten- kwesties Rechtstreekse invloed op Onrechtstreekse invloed op Medewerkers Verzekeringen Beleggingen Fusies en overnames Derde partijen/ aankoop Discriminatie en intimidatie op de werkplek Arbeidsrechten Financiële moeilijkheden Privacy Mensenrechtenkwesties Algemeen * Voor geconsolideerde entiteiten 61 Ageas Jaarverslag 2021 Als werkgever levert Ageas inspanningen om een omgeving tot stand te brengen die gekenmerkt wordt door uiteenlopende culturen en achtergronden en die iedereen aanspoort om diversiteit in al haar facetten te omarmen. Raadpleeg de sectie 'A.4.3 Onze medewerkers' voor meer informatie. Ageas houdt er wel rekening mee dat discriminatie en intimidatie op het werk kunnen voorkomen, en het heeft dan ook duidelijke richtlijnen opgesteld over wat het van zijn medewerkers verwacht, bijvoorbeeld in de gedragscode en het beleid inzake diversiteit en inclusie. Ook zijn er mechanismen die peilen naar wat medewerkers vinden, zoals enquêtes over de betrokkenheid van medewerkers, en een beleid voor de melding van compliance-incidenten (het Internal Alert System), dat eerder in dit hoofdstuk werd vermeld. Daarnaast worden in het kader voor deskundigheid en betrouwbaarheid de regels, normen en procedures beschreven die moeten verzekeren dat organen en personen met een leidinggevende functie te allen tijde blijk geven van deskundigheid en betrouwbaarheid. Als verzekeraar wil Ageas ervoor zorgen dat de verzekeringsproducten en diensten die het aanbiedt voldoen aan de eisen en behoeften van zijn klanten. Als Ageas de omstandigheden en behoeften van zijn klanten niet begrijpt, dan zouden ongeschikte producten en diensten het welzijn en de levensstandaard van klanten negatief kunnen beïnvloeden en leiden totnanciëlemoeilijkheden.Indesectie'A.4.2Onzeklantenenpartners’ wordt beschreven hoe de behoeften van klanten centraal staan bij het ontwerp van producten. Het TCF-beleid geeft een reeks minimumnormen om een eerlijke behandeling van de klant te garanderen, zodat onder andere producten en diensten beantwoorden aan vastgestelde behoeften van klanten, dat klanten duidelijke, volledige en transparante informatie en degelijk advies krijgen, dat klanten worden geïnformeerd over wat er wel en wat er niet door het product wordt gedekt, en dat ze na de verkoop niet geconfronteerd worden met onredelijke barrières om van product of van leverancier te veranderen, en om een claim of een klacht in te dienen. Ageas heeft een productgoedkeuringsbeleid geïmplementeerd waarin wordt bepaald dat nieuwe producten en belangrijke wijzigingen in bestaande producten aan een strenge goedkeuringsprocedure moeten worden onderworpen, die ook rekening houdt met ESG-aspecten, en dat de werking van het product na de introductie regelmatig moet worden gecontroleerd. Er bestaat een uitgebreide reeks van maatstaven om de prestaties van een product te controleren, zoals het aantal claims, het aantal weerlegde claims, schaderatio, klachten, in welke mate de doelmarkt wordt bereikt enz. En er worden maatregelen genomen om enige vastgestelde zwakke punten aan te pakken, zodat de klant zo weinig mogelijk schade lijdt. Hoger in deze sectie wordt er meer informatie verstrekt over gegevensbeveiliging / privacy. Als leverancier van goederen en diensten heeft Ageas banden met tal van bedrijven. Het inkoopbeleid en het outsourcingbeleid van Ageas bevattenspeciekeverwijzingennaarmensenrechten,envanderden waarmee Ageas zaken doet, wordt verwacht dat ze de toepasselijke wet- en regelgeving te allen tijde volgen en de internationaal erkende mensenrechten en de bredere normen inzake ecologische, sociale en governancefactoren (ESG-normen) naleven. In 2021 werd er aan dit onderwerp extra aandacht besteed, zoals beschreven in de sectie 'A.4.5 Onze maatschappij'. Er worden slechts overeenkomsten gesloten met leveranciers en dienstverleners als ze in het kader van de due- diligenceprocedure op bevredigende wijze antwoorden op de vragen over mensenrechten en ESG. Er worden in contracten clausules opgenomen die derde partijen verplichten om Ageas onmiddellijk op de hoogte te brengen van enige schending van de wet- of regelgeving of internationaal aanvaarde normen. Er gelden auditrechten zodat Ageas onafhankelijke controles kan uitvoeren. Verzekeraars zijn aanzienlijke institutionele investeerders en Ageas is geen uitzondering. De integratie van het in aanmerking nemen van risico's in verband met mensenrechten bij zowel negatieve als positieve screeningprocedures is één van de onderdelen waarmee in het kader voor verantwoord beleggen rekening wordt gehouden. Meer informatie vindt u in de sectie 'A.4.5 Onze maatschappij'. De essentiële rol van de Compliancefunctie De Compliancefunctie speelt een belangrijke rol bij de bevordering en de vrijwaring van Integriteit in de organisatie. Compliance is gepositioneerd als een onafhankelijke controlefunctie, naast Risk Management en de Actuariële functie, in de tweede verdedigingslinie van de organisatie, en wil ervoor zorgen dat Ageas altijd en overal op zo'n manier zakendoet dat het, wanneer het ooit in de toekomst vragen moet beantwoorden over zijn bedrijfspraktijken, oprecht kan verklaren dat het zaken op precies dezelfde manier zou aanpakken als toen, rekening houdend met de op dat moment geldende situatie. De Compliancefunctie moet verhinderen dat de onderneming de gevolgen draagt – in het bijzonder verlies van reputatie of geloofwaardigheid, die een ernstignancieelnadeelkunnenveroorzaken–vandeniet-nalevingvan wettelijke en reglementaire of deontologische bepalingen. De Compliancefunctie is een onafhankelijke functie binnen Ageas die redelijke zekerheid beoogt te bieden (vanuit een ex-postperspectief) dat de onderneming, haar medewerkers en stakeholders de wetten, de regelgeving, de interne regels en de ethische normen naleven. 62 Ageas Jaarverslag 2021 Een bepalende factor: de compliancecultuur In 2021 zijn er verschillende initiatieven georganiseerd om de compliancecultuur in de Groep te meten, om minder sterk geïmplementeerde aspectenteidenticerenenomwaarnodigrelevantmaatregelente deniëren.Meerprecieswarenereencompliance-enquête,afgenomenbij alle medewerkers om te peilen naar hun standpunt over compliance, een lijstvanKPI’svoorhetmetenvandecompliancecultuur,gedenieerddoor eenspeciekewerkgroepvoorcompliance,defeedbackvanverschillende activiteiten over onderwerpen zoals AI en ethiek, ESG-duurzaamheid, training en bewustwording. Het resultaat van deze ruime controle van het niveau van de compliancecultuur bij Ageas toont aan dat de fundamentals er zijn en er is vastgesteld in welke gebieden er ruimte voor verbetering is, wat is vertaald in een actieplan voor het (de) komende ja(a)r(en), die waar relevant in de jaarplannen van Compliance zullen worden opgenomen. Training en bewustwording In het kader van zijn jaarplan organiseert Compliance een breed en permanent opleidingsprogramma voor medewerkers en het management. Alle trainingssessies van Compliance zijn verplicht en deelname aan deze sessies wordt gecontroleerd in het kader van de rapportering aan de bestuursorganen. Het is de bedoeling om 100% van het doelpubliek te bereiken. In de hele Groep is het programma zo nauwkeurig mogelijk afgestemd op de trainingsbehoeften. In de holdingmaatschappij en in de dochtermaatschappijen zijn er bijvoorbeeld trainingsinitiatieven die verband houden met een consistente reeks onderwerpen: ethiek en deontologie, governanceenbeleid,belangenconicten,corruptie,preventievancriminele activiteiten,destrijdtegenhetwitwassenvangeldendenancieringvan terrorisme, eerlijke behandeling van klanten en proces voor de goedkeuring van producten, transacties met derden. De inhoud, de frequentie en de timing van trainingssessies zijn afgestemd op het doelpubliek, dat kan variëren van een deel van de medewerkers op basisvanhunspeciekebehoeftenofwerkgebieden,naarallemedewerkers van elk niveau. In elke entiteit is er een welkomstprogramma voor nieuwe medewerkers, die vlak na hun aanwerving een introductiesessie moeten bijwonen. Op die meeting worden de verplichtingen op het vlak van compliance beschreven en uitgelegd, met een expliciete nadruk op de verplichtingen van werknemers inzake governance en beleidslijnen, hoe ze moeten omgaan met persoonlijke transacties, geschenken en voordelen, externe mandaten of functies, en aangevuld met een reeks onderwerpen zoals het klokkenluidersbeleid, het kader voor deskundigheid en betrouwbaarheid, de algemene regels voor concurrentie, vertrouwelijkheid en activa- en gegevensbescherming. Op regelmatige basis worden er bewustmakingsinitiatieven georganiseerd, om de kennis van medewerkers over complianceaangelegenheden en -verplichtingen up-to-date te houden. Die hebben de vorm van onlinetests die allemedewerkersverplichtmoetenaeggen. Het trainingsprogramma wordt continu gescreend zodat het geschikt blijft voor het beoogde doel en wordt bijgewerkt wanneer dat nodig is. Er wordt onderzocht welke onderdelen zwakker zijn zodat het programma kan worden aangepast. In 2021 is er voor de hele Groep een trainingsinitiatief georganiseerd. Al het personeel in de geconsolideerde entiteiten en in het hoofdkantoor kon deelnemen aan een programma van 10 interactieve modules. De modules waren gericht op Gedrag, en meer bepaald op de strijd tegen het witwassen vangeldendenancieringvanterrorisme,giftenengeschenkenenexterne mandaten. Er werd uitgegaan van een deelnemingsgraad van 100%, meteenminimalesuccespercentagevan80%vandedenitievetestsvan elke module. Meting van de effectiviteit van onze benadering Ageasreecteertvoortdurendoverhoecorrectgedragtepromotenen hoe initiatieven te meten. Het dashboard werd in 2021 uitgebreid met enkele nieuwe indicatoren. In de afdeling Compliance: • Volgens het Compliance jaarplan worden meldingen elk kwartaal opgevolgd. Er wordt een kwalitatieve analyse uitgevoerd. • Aan het einde van elk jaar wordt er naar al het personeel een compliance- enquête verstuurd, om de tijdens het verstreken jaar uitgevoerde meldingen te (her)bevestigen en om te controleren of de informatie overeenstemt met de driemaandelijkse opvolging. Gemiddeld vereist slechts 5,5% van alle antwoorden (tegenover 7% vorig jaar) verdere analyse om een mogelijk probleem te voorkomen en/of op te lossen. Alle bewakings- en controleactiviteiten die door Compliance worden uitgevoerd, worden gerapporteerd aan het Executive Committee en aan de Raad van Bestuur, via het Risk and Capital Committee. In die rapportering wordt ook melding gemaakt van het aantal gevallen van interne fraude binnen de hele Groep. In de afdeling Legal: • Jaarlijks wordt er naar al het personeel een enquête verstuurd om informatie te verzamelen of te bevestigen over lidmaatschappen en over het plaatsvinden van of de betrokkenheid bij mogelijke of werkelijke belangenconicten,enhoediezijnopgelost. 63 Ageas Jaarverslag 2021 Participatiegraad training 2021 2020 Onthaalsessies 100% 100% Initiatieven rond bewustmaking 90% 90% Enquête rond de perceptie van de medewerkers over de compliancecultuur 66% Interactievemodulesoverdeontologieopgroepsniveau(bestrijdingvanwitwaspraktijkenenterrorismenanciering,belangenconicten,externemandaten) 95% Succespercentage van interactieve modules over deontologie op groepsniveau 92% Jaarlijkse enquête van Compliance: controle van persoonlijke transacties, giften en uitnodigingen, externe mandaten of functies 100% 95% JaarlijkseenquêtevanLegal:lidmaatschappenenverzamelenvaninformatieover(potentiële)belangenconicten 90% 100% Inbreuken Aantal gevallen van interne fraude 1 2 dit cijfer is enkel van de laatste 6 maanden van 2020 Lobbyactiviteiten - lidmaatschappen (in EUR) 2021 2020 Lobbyactiviteiten 0,8 0,0 Lidmaatschappen 5,3 0,3 * Scope omvat alleen ageas SA/NV 64 Ageas Jaarverslag 2021 5.1 Raad van Bestuur De Raad van Bestuur functioneert binnen het kader van de Belgische wetgeving, de vereisten van de Nationale Bank van België (NBB), de Belgische Corporate Governance Code, de normale bestuurspraktijken in België en de statuten. De rol en verantwoordelijkheden van de Raad van Bestuur evenals zijn samenstelling, structuur en organisatie worden in detail beschreven in het Ageas Corporate Governance Charter dat kan worden geraadpleegd op de Ageas-website. 5.1.1 Samenstelling Op 31 december 2021 was de Raad van Bestuur samengesteld uit 14 leden: Bart De Smet (Voorzitter), Guy de Selliers de Moranville (Vicevoorzitter), Jane Murphy, Richard Jackson, Lucrezia Reichlin, Yvonne Lang Ketterer, Katleen Vandeweyer, Sonali Chandmal, Jean-Michel Chatagny, Hans De Cuyper (CEO), Christophe Boizard (CFO), Emmanuel Van Grimbergen (CRO), Filip Coremans (MDA) en Antonio Cano (MDE). De mandaten van Lionel Perl en Jan Zegering Hadders liepen af in mei 2021 en werden niet herniewd. Jean-Michel Chatagny is benoemd als nieuw lid van de Raad van Bestuur op de algemene vergadering van aandeelhouders van 18 mei 2021. De mandaten van Bart De Smet en Katleen Vandeweyer werden hernieuwd op de algemene aandeelhoudersvergadering van 18 mei 2021. In lijn met het besluit van de Raad van Bestuur is Bart De Smet na het vertrek van Jozef De Mey in oktober 2020, benoemd tot Voorzitter van de Raad van Bestuur. Volgens de Belgische Corporate Governance Code van 2020 moet de Raad van Bestuur in de Corporate Governance Statement de redenen beschrijven waarom de benoeming van de voormalige CEO tot Voorzitter de vereiste autonomie van de nieuwe CEO niet ondermijnt. De Raad van Bestuur heeft de positieve en negatieve gevolgen van de beslissing om Bart De Smet aan te stellen tot Voorzitter grondig bestudeerd en is ervan overtuigd dat zijn aanstelling tot Voorzitter in het belang van de Groep is. GezienderespectievelijkeproelenvanBartDeSmetenHansDeCuyper heeft de Raad van Bestuur er vertrouwen in dat de aanstelling van Bart De Smet de vereiste autonomie van Hans De Cuyper niet ondermijnt. In elk geval heeft de Raad van Bestuur Bart De Smet uitdrukkelijk gevraagd om zich hiervoor in te zetten, en de Raad van Bestuur volgt de toestand effectief op regelmatige basis. DeRaadvanBestuurbestaatuitzevenonafhankelijke(zoalsgedenieerd in de Belgische Corporate Governance Code 2020) niet-uitvoerende bestuurders en zeven niet-onafhankelijke bestuurders. Vijf van de veertien bestuurders van Ageas zijn vrouw(en). CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT Corporate Governance Statement 65 Ageas Jaarverslag 2021 . 5.1.2 Vergaderingen In 2021 heeft de Raad van Bestuur elf keer vergaderd. Informatie over de aanwezigheid bij vergaderingen kan worden geraadpleegd in sectie 5.5 Raad van Bestuur. In 2021 behandelde de Raad van Bestuur onder meer de volgende zaken: • De nieuwe strategische cyclus 2022 – 2024, Impact24, namelijk de strategie van Ageas als geheel en van elk van de bedrijfsonderdelen over een periode van drie jaar. • De lopende ontwikkelingen bij elk van de bedrijfsonderdelen van Ageas. • De voorbereiding van de Algemene Vergaderingen van Aandeelhouders. • Degeconsolideerdenanciëlekwartaal-,halfjaar-enjaarverslagen. • Het Jaarverslag 2020 en de verplichte rapportage aan de NBB (inclusief de RSR-, SFCR- en SOGA-rapporten). • Persberichten. • Het budget over de cyclus 2022-2024. • Dividend-, kapitaal- en solvabiliteitszaken van de onderneming. • De opvolgingsplanning van de Raad van Bestuur en het Executive Management. • De governance en het functioneren van het Executive Committee en het Management Committee. • Het bezoldigingsbeleid. • De beoordeling van de onafhankelijke controlefuncties. • De opvolging van de verantwoordelijke voor de actuariële functie. • Diverse fusie- en overnamedossiers. • Duurzaamheidsaangelegenheden, inclusief de evolutie van de wetgeving en de integratie van duurzaamheid als centraal thema van de nieuwe Impact24-strategie. De Raad van Bestuur kreeg ook speciale opleidingen en intensieve cursussen over het komende nieuwe IFRS-kader (IFRS 9 en 17) en ESG- aangelegenheden. De leden van het Executive Committee brachten tijdens de vergaderingen van de Raad van Bestuur verslag uit over de resultaatontwikkeling en de algemene prestaties van de verschillende activiteiten. 5.1.3 Bestuurscommissies Het mandaat, de rol en de verantwoordelijkheden van elk Advisory Board Committee zijn omschreven in het Ageas Corporate Governance Charter, dat kan worden geraadpleegd op de website van Ageas. tInformatie over aanwezigheid bij de vergaderingen van de bestuurscomités is te vinden in sectie ‘5.5 Raad van Bestuur’. 5.1.4 Nomination and Corporate Governance Committee (NCGC) Op 31 december 2021 bestond het Nomination and Corporate Governance Committee uit de volgende leden: Bart De Smet (Voorzitter), Guy de Selliers de Moranville, Richard Jackson, Yvonne Lang Ketterer en Jane Murphy. De CEO woonde de vergaderingen bij, behalve tijdens besprekingen over zijn eigen situatie. Het Nomination and Corporate Governance Committee is in 2021 vier keer bijeengekomen, inclusief één gezamenlijke vergadering met het Remuneration Committee. De volgende zaken werden besproken: • De beoordeling van nieuwe kandidaten voor de Raad van Bestuur met het oog op de algemene vergadering van 2022. • De opvolgingsplanning van de niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur. • De opvolgingsplanning van het Executive Management. • De objectieven van de CEO en de overige leden van het Executive Management. • De prestaties van de CEO en de overige leden van het Executive Management. • Herbeoordeling van het Corporate Governance Charter en de statuten, waaronderde lijst met competenties voor de nominatie van een nieuw bestuurslid. Er wordt nu expliciet verwezen naar expertise/kennis op vlak van technologie, ESG-criteria, regelgeving en wetgeving. De Voorzitter van het Nomination and Corporate Governance Committee heeft na elke vergadering over deze onderwerpen verslag uitgebracht aan deRaadvanBestuurenheefttenbehoevevandedenitievebesluitvorming de aanbevelingen van de commissie aan de Raad van Bestuur voorgelegd. 66 Ageas Jaarverslag 2021 5.1.5 Audit Committee In de loop van 2021 is de samenstelling van het Audit Committee veranderd. Lucrezia Reichlin en Katleen Vandeweyer traden als nieuwe leden toe tot het comité ter vervanging van Jan Zegering Hadders en Sonali Chandmal. Op 31 december 2021 was het Audit Committee samengesteld uit drie onafhankelijke bestuurders: Richard Jackson (Voorzitter), Lucrezia Reichlin en Katleen Vandeweyer. Naast de leden van het Executive Committee werden de vergaderingen bijgewoond door de interne en externe accountants en het Head of Finance. De Director of Compliance woonde de vergaderingen bij tot augustus 2021. Op basis van de nieuwe reglementering besloot de Raad van Bestuur dat de verantwoordelijke voor de Compliancefunctie vanaf oktober 2021 zou rapporteren aan het Risk and Capital Committee en niet langer aan het Audit Committee. Het Audit Committee is in 2021 acht keer bijeengekomen, inclusief één gezamenlijke vergadering met het Risk and Capital Committee. De volgende zaken zijn aan de orde geweest: • Het bewaken van de integriteit van de driemaandelijkse, halfjaarlijkse en jaarlijksegeconsolideerdenanciëleoverzichten,inclusiefdetoelichting, de consequente toepassing van of wijzigingen in de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling, de consolidatiescope, de kwaliteit van het afsluitingsproces en belangrijke punten die door de CFO of de externe auditors werden aangedragen. • Het bewaken van de bevindingen en aanbevelingen van de interne en externe auditors over de kwaliteit van de interne audit en het boekhoudproces. • Het beoordelen van de plannen voor compliance, interne en externe audit en rapportering. • Het beoordelen van het ontwerp en de operationele doeltreffendheid van het systeem voor interne controle in het algemeen en van het risicobeheersysteem in het bijzonder. • Het beoordelen van het rapport over de toereikendheidstoets met betrekking tot de verzekeringsverplichtingen. • De implementatie van IFRS 9 en IFRS 17. Tijdens de gemeenschappelijke vergadering met het Risk and Capital Committee bespraken de leden de status van de invoering van IFRS 9 en 17. De voorzitter van het Audit Committee had elk kwartaal een-op- eenbesprekingen met de interne en externe accountants. Hij bracht over deze beraadslagingen van het Committee verslag uit aan de Raad van Bestuur en presenteerde de aanbevelingen van het Audit Committee aan de Raad van Bestuur ten behoeve van de besluitvorming. 5.1.6 Remuneration Committee In de loop van 2021 is Lionel Perl vervangen door Sonali Chandmal. Guy de Selliers de Moranville trad eveneens toe tot het Remuneration Committee. Op 31 december 2021 bestond het Remuneration Committee uit de volgende leden: Jane Murphy (Voorzitter), Sonali Chandmal, Katleen Vandeweyer en Guy de Selliers de Moranville. Het Remuneration Committee wordt bijgestaan door Willis Towers Watson, een extern gespecialiseerd consultancybureau dat marktinformatie en advies verstrekt over algemeen gehanteerde beloningselementen, best practices en verwachte ontwikkelingen. Willis Towers Watson verstrekt geen materiële diensten die verband houden met beloningen of bijkomende voordelen aan het Executive Committee van Ageas, of een ander onderdeel van de Ageas-organisatie. De CEO en de Group Director Human Resources woonden de vergaderingen bij, behalve wanneer er kwesties werden besproken die betrekking hadden op hun eigen situatie. Het Remuneration Committee is drie keer bijeengekomen, inclusief één gezamenlijke vergadering met het Nomination and Corporate Governance Committee. In 2021 besprak het Remuneration Committee en diende het aanbevelingen in aan de Raad van Bestuur over: • De benchmarking en beoordeling van de bezoldiging van de leden van het Management Committee en het Executive Committee ten opzichte van de geldende marktpraktijken. • De bekendmaking van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur en het Executive Committee in de toelichting bij de Geconsolideerde jaarrekening. • Het verslag van het Remuneration Committee zoals beschreven in de Corporate Governance Statement. • De feedback over de stemming van de aandeelhouders over het bezoldigingsverslag. • Het aan aandelen gekoppelde incentiveplan ten behoeve van het senior management. • De bezoldiging van de nieuwe functie CDSO. Tijdens de gezamenlijke vergaderingen met het Corporate Governance Committee werden de volgende onderwerpen besproken en ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Bestuur: • De individuele (kwantitatieve en kwalitatieve) doelstellingen voor de leden van het Management Committee en het Executive Committee. • De doelstellingen voor de bedrijfs-KPI’s. • DespeciekeKPI'svoordeChiefRiskOfcer.(ziesectie5.7.6voor naderedetailsoverdespeciekeKPI's). • De beoordeling van de resultaten van de individuele doelstellingen en de KPI’s voor het bedrijf. • De individuele Short-Term Incentive (STI) en Long-Term Incentive (LTI) van de leden van het Management Committee en het Executive Committee op basis van de bovenvermelde beoordeling. De Voorzitter van het Remuneration Committee rapporteerde na elke vergadering over bovengenoemde zaken aan de Raad van Bestuur en adviseerde de Raad van Bestuur zo nodig ten behoeve van de besluitvorming. Nadere informatie over het Remuneration Committee is te vinden in het Verslag van het Remuneration Committee (zie ook sectie 5.7 van dit hoofdstuk). CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT 67 Ageas Jaarverslag 2021 5.1.7 Risk & Capital Committee (RCC) In de loop van 2021 verving Jean-Michel Chatagny Lucrezia Reichlin als lid van het Risk and Capital Committee. Per 31 december 2021 bestond het Risk & Capital Committee uit de volgende leden: Yvonne Lang Ketterer (Voorzitter), Guy de Selliers de Moranville en Jean-Michel Chatagny. Het Risk and Capital Committee kwam acht keer bijeen, inclusief één gezamenlijke vergadering met het Audit Committee. De vergaderingen werden bijgewoond door de leden van het Executive Committee. De volgende zaken werden in 2021 in het Risk and Capital Committee besproken: • Het monitoren van het risicobeheer op basis van managementrapporten. • Het monitoren op kwartaalbasis van de prestaties van het vermogensbeheer, per segment en per beleggingscategorie. • Het beoordelen van de risicobeleidslijnen opgesteld door het management, waaronder ook het nazicht van het beleid inzake informatiebeveiliging en milieu. • Het bewaken van de kapitaalallocatie en de solvabiliteit van de Ageas Groep. • Het bewaken van de belangrijkste risico’s en dreigende risico's. • Debedrijfsrisico's,metspeciekesessiespersegmentenvoorde herverzekeringsactiviteiten. • Het rapport inzake informatiebeveiliging. • De rapporten van de Actuariële functies. • Solvency II-modelwijzigingen. GegevendenieuwestrategieImpact24kregenookdeniet-nanciële indicatoren, zoals duurzaamheidsdoelstellingen, bijzondere aandacht. Naast de leden van het Executive Committee en interne risicodeskundigen werd de vergadering vanaf augustus 2021 ook bijgewoond door de Director of Compliance, ingevolge de nieuwe regelgeving. De Voorzitter van het Risk and Capital Committee rapporteerde na elke vergadering over bovengenoemde zaken aan de Raad van Bestuur en adviseerde de Raad van Bestuur zo nodig ten behoeve van de besluitvorming. Tijdens de gemeenschappelijke vergadering met het Audit Committee bespraken de leden de status van de invoering van IFRS 9 en 17. 5.2 Executive management Het Executive Management van Ageas bestaat uit de leden van het Executive Committee en de leden van het Management Committee. De rol van het Executive Management is leidinggeven aan Ageas in overeenstemming met de waarden, strategieën, beleidslijnen, plannen en budgetten die de Raad van Bestuur heeft opgesteld. Het Executive Committee bestaat uitsluitend uit leden van de Raad van Bestuur. De CEO is de Voorzitter van het Executive Committee, dat één keer per week vergadert volgens een vooraf bepaald vergaderschema. Bijkomende vergaderingen worden gehouden indien dat nodig blijkt. In 2021 is de samenstelling van het Executive Committee niet veranderd. Het Executive Committee van Ageas bestond eind 2021 uit: • Hans De Cuyper, CEO, verantwoordelijk voor Strategy, M&A, Audit, Human Resources, Communications en Company Secretary. • Christophe Boizard, CFO, verantwoordelijk voor Finance, Investments, Investor Relations, Business Performance Management en Legal & Tax. • Emmanuel Van Grimbergen, CRO, verantwoordelijk voor Risk, Compliance, Actuariële activiteiten en Validatie. • Antonio Cano, MD Europe, verantwoordelijk voor het bewaken van de prestaties van de entiteiten in Europa, voor herverzekering en voor vastgoedinvesteringen binnen de Groep. • Filip Coremans, MD Asia, verantwoordelijk voor het bewaken van de prestaties van de entiteiten in Azië en voor de activiteiten die vallen onder het CDSO departement, waaronder Business & Technology Development en ESG-aangelegenheden binnen de Groep. Het Management Committee bestond eind 2021 uit: • De vijf leden van het Group Executive Committee. • DeChiefDevelopmentandSustainabilityOfcer(CDSO),GilkeEeckhoudt. • De verantwoordelijken voor de vier operationele segmenten: Heidi Delobelle - CEO België, Steven Braekeveldt - CEO Portugal, Ant Middle- CEO Verenigd Koninkrijk, en Gary Crist - CEO Azië. 68 Ageas Jaarverslag 2021 5.3 Intern risicobeheer Wat het systeem voor risicobeheer en interne controle betreft, is de Raad van Bestuur verantwoordelijk voor de goedkeuring van toereikende kaders voor risicobeheer en -controle. In dat verband hanteert Ageas binnen de hele Groep een procedure voor de rapportering van belangrijke risico's om de belangrijkste (bestaande en dreigende) risico’s in kaart te brengen die een impact kunnen hebben op onze doelstellingen. Het beoordeelt eveneens het controlekader dat op punt staat om ervoor te zorgen dat deze risico’s continu worden beheerd. De Raad van Bestuur, het management en alle medewerkers voeren deze activiteiten op het vlak van risicobeheer en -controle voortdurend uit, om de volgende zaken in redelijkheid te kunnen waarborgen: • Doeltreffendheidenefciëntievandeactiviteiten. • Kwalitatief hoogwaardige informatie. • Naleving van wet- en regelgeving en van interne beleidslijnen en procedures met betrekking tot de bedrijfsvoering. • Beschermingvanactivaenidenticatieenbeheervanverplichtingen. • Verwezenlijking van de bedrijfsdoelstellingen en tegelijkertijd implementatie van de bedrijfsstrategie. Raadpleeg voor gedetailleerde informatie over het interne controlekader toelichting 4 Risicomanagement in de Algemene informatie van Ageas. 5.4 Corporate Governance referentiecodes en diversiteit 5.4.1 Corporate Governance referentiecodes De Belgische Corporate Governance Code is gebaseerd op het 'pas toe of leg uit'-principe. Dat betekent dat bedrijven de Code moeten naleven of in de 'Corporate Governance Statement' moeten uitleggen waarom ze hiervan afwijken. Zoals vermeld in punt 5.1.1 is het mandaat van Bart De Smet op de algemene vergadering van aandeelhouders van 18 mei 2021 verlengd. In lijn met het besluit van de Raad van Bestuur is Bart De Smet, na het vertrek van Jozef De Mey in oktober 2020, benoemd tot Voorzitter van de Raad van Bestuur. Volgens de Belgische Corporate Governance Code van 2020 moet de Raad van Bestuur in de Corporate Governance Statement beschrijven waarom de benoeming van de voormalige CEO tot Voorzitter de vereiste autonomie van de nieuwe CEO niet ondermijnt. De Raad van Bestuur heeft de positieve en negatieve gevolgen van de beslissing om Bart De Smet aan te stellen tot Voorzitter grondig bestudeerd en is ervan overtuigd dat de positieve gevolgen sterk doorwegen, en dat zijn aanstelling tot Voorzitter in het belang van de Groep is. GezienderespectievelijkeproelenvanBartDeSmetenHansDeCuyper heeft de Raad van Bestuur er vertrouwen in dat de aanstelling van Bart De Smet de vereiste autonomie van Hans De Cuyper niet ondermijnt. In elk geval heeft de Raad van Bestuur Bart De Smet uitdrukkelijk gevraagd om zich hiervoor in te zetten, en de Raad van Bestuur blijft de toestand effectief opvolgen. CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT 69 Ageas Jaarverslag 2021 5.4.2 Diversiteit Het diversiteitsbeleid is van toepassing op alle senior managers en leden van de Raad van Bestuur in de hele Groep: • Ageas streeft naar een Raad van Bestuur waarvan de samenstelling een diversiteit aan achtergrond, kennis, ervaring en competenties weerspiegelt. • Benoemingen voor de Raad van Bestuur moeten plaatsvinden op basis van geschiktheid, maar houden ook rekening met diversiteit en de mix van vaardigheden die nodig is om de strategie van Ageas zo goed mogelijk te realiseren. • Het wettelijk vereiste minimum van 33% leden van het tegenovergestelde geslacht wordt in de Raad van Bestuur van Ageas toegepast. Per 31 december 2021 bestond de Raad van Bestuur van Ageas uit vier mannelijke niet-uitvoerende bestuurders en vijf vrouwelijke niet-uitvoerende bestuurders, naast vijf mannelijke uitvoerende bestuursleden. Wat betreft nationaliteiten bestaat de Raad van Bestuur uit zes bestuurders met de Belgische nationaliteit, één bestuurder met de Nederlandse nationaliteit, één bestuurder met de Italiaanse nationaliteit, één bestuurder met de Franse nationaliteit, twee bestuurders met de Zwitserse nationaliteit, één bestuurder met de Belgische-Canadese nationaliteit, één bestuurder met de Britse nationaliteit en één bestuurder met de Indiase nationaliteit. De samenstelling van de Raad van Bestuur waarborgt diversiteit wat betreft competenties en expertise, om een evenwichtig en solide besluitvormingsproces te verkrijgen. Het Executive Committee van Ageas bestond uit vijf leden, waarvan drie met de Belgische, één met de Franse en één met de Nederlandse nationaliteit. Tijdens de jaarlijkse update aan de Raad van Bestuur wordt voor de opvolgingsplanning speciale aandacht besteed aan diversiteit. In het algemeen bestaat het senior management van de Ageas Groep uit 73% mannelijke senior managers en 27% vrouwelijke senior managers. 5.4.3. Evaluatie van de Raad van Bestuur In lijn met de Belgische Corporate Governance Code 2020 heeft de Raad van Bestuur besloten om een beroep te doen op de onafhankelijkheid en de expertise van GUBERNA voor de uitvoering van een formele externe evaluatieoefening, op basis van een schriftelijke vragenlijst, aangevuld met individuele gesprekken met alle leden van de Raad van Bestuur. De benadering van GUBERNA bestaat erin Ageas duidelijke inzichten te bieden in de huidige effectiviteit van zijn Raad van Bestuur door vast te stellen wat de troeven en wat de uitdagingen zijn. Op basis van goede praktijken inzake deugdelijkbestuurzijndieinzichtenvervolgensvertaaldnaarspecieke aanbevelingen, erop gericht om de toegevoegde waarde van de Raad voor zijn aandeelhouders, uitvoerend comité en de onderneming meer in het algemeen, verder te maximaliseren. In het rapport zijn de voornaamste bevindingen opgenomen, evenals een gedetailleerdere analyse van de informatie die uit de gesprekken en vragenlijsten was afgeleid. De algemene conclusie was als volgt (uittreksel uit het rapport van GUBERNA van mei 2021). In de recente geschiedenis heeft de Raad van Bestuur van Ageas een aantal veranderingen waargenomen en ook een aantal veranderingen teweeggebracht. Na Connect21, is het nieuwe strategische plan Impact24 vrijwel klaar voor de start. Wereldwijd wordt de nieuwe herverzekeringstak verder ontwikkeld, wat betekent dat de focus van Ageas' activiteiten breder is geworden. Als we onze aandacht richten op de wijzigingen in de Raad van Bestuur zelf, dan heeft er een belangrijke overgang plaatsgevonden, waarbij de voormalige CEO Voorzitter is geworden, en de CEO van de Belgische dochtermaatschappij (AG Insurance) de CEO van Ageas. In de nabije toekomst gaan er twee gevestigde leden van de Raad van Bestuur weg en komen er twee nieuwe proelen bij, elk met hun eigen specieke vaardigheden en netwerk. De Raad van Bestuur is zich nog steeds aan de nieuwe situatie aan het aanpassen, en bereidt zich tegelijkertijd voor op nieuwe uitdagingen. Deze evaluatie van de Raad van Bestuur houdt rekening met deze context van verandering en deze recente overgang, en wil een momentopname bieden van de Raad van Bestuur nu, zoals hij in deze periode werkt. De bestuursstructuur van Ageas is vrij goed ontwikkeld en voldoet in grote mate aan de geldende vereisten inzake corporate governance. Het Corporate Governance Charter van Ageas, dat vaak wordt geactualiseerd (het recentst in 2019), is een uitgebreid document waarin alle formele bestuursaspecten aan bod komen. De cijfers hierna zijn een samenvatting van de antwoorden van de ondervraagde bestuursleden op de vraag 'Hoe zou u de huidige toegevoegde waarde van de Raad van Bestuur beoordelen?'. De meeste bestuurders beoordeelden de toegevoegde waarde als 'zeer goed', wat wijst op een hoog niveau van waardering. • Goed: 2 • Zeer goed: 2 • Uitstekend: 11 Globaal zijn de respondenten het erover eens dat de Raad van Bestuur van Ageas zeer goed presteert, zowel wat de uitvoering van zijn functies en taken betreft, als wat zijn werking betreft. Toch werden er enkele interessante punten geopperd. Governance is inderdaad een dynamische aangelegenheid die in de loop van de tijd evolueert, om de onderneming en haar besluitvormingsorganen te wapenen tegen de uitdagingen waarmee ze wordt geconfronteerd. In het bijzonder bestaat er geen één kader voor goed bestuur dat overal en altijd kan worden toegepast. De implementatie van bestuursprincipes vereist de nodige exibiliteit en aanpassing aan de specieke kenmerken, cultuur en context van de betreffende onderneming (de zogenaamde 'voorrang van inhoud boven vorm'-benadering). Deze achterliggende gedachte is van essentieel belang in de beoordelingsmethodologie voor raden van bestuur van GUBERNA, die gericht is op de creatie van toegevoegde waarde door de raad van bestuur. Richerd Jackson Voorzitter AC Yvonne Lang Ketterer Voorzitter RCC Katleen Vandeweyer Lid Sonali Chandmal Lid Emmanuel Van Grimbergen CRO Filip Coremans MD Asia Christophe Boizard CFO Antonio Cano MD Europe Bart De Smet Voorzitter I Voorzitter CGC Hans De Cuyper CEO Jane Murphy Voorzitter RemCo Lucrezia Reichlin Lid Guy de Selliers de Moranville Vicevoorzitter Jean-Michel Chatagny Lid 70 Ageas Jaarverslag 2021 5.5 Raad van Bestuur CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT 71 Ageas Jaarverslag 2021 Voorzitter Bart De Smet • 1957 – Belgische nationaliteit – Man • Op 31 december 2021: Voorzitter van de Raad van Bestuur en Voorzitter van het Nomination and Corporate Governance Committee. • Eerste benoeming in 2009. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2025. Niet-uitvoerende bestuursleden Guy de Selliers de Moranville • 1952 – Belgische nationaliteit – Man • Op 31 december 2021 Vicevoorzitter van de Raad van Bestuur, lid van het Risk and Capital Committee, lid van het Nomination and Corporate Governance Committee en lid van het Remuneration Committee. • Eerste benoeming in 2009. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2023. Richard Jackson • 11956 – Britse nationaliteit – Onafhankelijk bestuurder – Man • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur, Voorzitter van het Audit Committee en lid van het Nomination & Corporate Governance Committee. • Eerste benoeming in 2013. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024. Jane Murphy • 1967 – Belgische/Canadese nationaliteit – Onafhankelijk bestuurder – Vrouw • Op 31 december 2021, lid van de Raad van Bestuur, Voorzitter van het Remuneration Committee en lid van het Nomination and Corporate Governance Committee. • Eerste benoeming in 2013. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024. Yvonne Lang Ketterer • 1965 – Zwitserse nationaliteit – Onafhankelijk bestuurder – Vrouw • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur, Voorzitter van het Risk & Capital Committee en lid van het Nomination & Corporate Governance Committee. • Eerste benoeming in 2016. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024. Lucrezia Reichlin • 1954 – Italiaanse nationaliteit – Onafhankelijk bestuurder – Vrouw • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur en van het Audit Committee. • Eerste benoeming in 2013. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024. Sonali Chandmal • 1968 – Belgische/Indiase nationaliteit – Onafhankelijk bestuurder – Vrouw • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur en van het Audit Committee. • Eerste benoeming in 2018. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2022. Katleen Vandeweyer • 1969 – Belgische nationaliteit – Onafhankelijk bestuurder – Vrouw • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur, lid van het Remuneration Committee en lid van het Audit Committee. • Eerste benoeming in 2017. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2025. Jean-Michel Chatagny • 1959 – Zwitserse nationaliteit – Onafhankelijk bestuurder – Man • Op 31 december 2021 lid van de Raad van Bestuur en van het Risk & Capital Committee. • Eerste benoeming in 2021. Mandaat loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2025. Emmanuel Van Grimbergen CRO Filip Coremans MD Asia Christophe Boizard CFO Antonio Cano MD Europe Hans De Cuyper CEO 72 Ageas Jaarverslag 2021 Leden van het Executive Committee Uitvoerende bestuursleden Hans De Cuyper • 1969 – Belgische nationaliteit – Uitvoerend bestuurder – Man • ChiefExecutiveOfcer • Eerste benoeming in 2020. Mandaat als lid van de Raad van Bestuur loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024. Christophe Boizard • 1959 – Franse nationaliteit – Uitvoerend bestuurder – Man • ChiefFinancialOfcer • Eerste benoeming als lid van de Raad van Bestuur in 2015. Mandaat als lid van de Raad van Bestuur loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2023. Filip Coremans • 1964 – Belgische nationaliteit – Uitvoerend bestuurder – Man • Managing Director Asia • Eerste benoeming als lid van de Raad van Bestuur in 2015. Mandaat als lid van de Raad van Bestuur loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2023. Antonio Cano • 1963 – Nederlandse nationaliteit – Uitvoerend bestuurder – Man • Managing Director Europe • Eerste benoeming als lid van de Raad van Bestuur in 2016. Mandaat als lid van de Raad van Bestuur loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2024. Emmanuel Van Grimbergen • 1968 – Belgische nationaliteit – Uitvoerend bestuurder – Man • ChiefRiskOfcer • Eerste benoeming als lid van de Raad van Bestuur in 2019. Mandaat als lid van de Raad van Bestuur loopt tot de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 2023. Valérie Van Zeveren • Secretaris van de onderneming Een volledig overzicht van de proelen van de leden van onze Raad van Bestuur, het Management en het Executive Committee is te vinden op het Management-gedeelte van de corporate website van Ageas. CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT 73 Ageas Jaarverslag 2021 Aanwezigheid op vergaderingen van de Raad van Bestuur en de comités De aanwezigheid bij de vergaderingen van de Raad van Bestuur, het Audit Committee, Risk and Capital Committee, Remuneration Committee en Nomination and Corporate Governance Committee was als volgt: Vergaderingen Vergaderingen Vergaderingen Vergaderingen Raad van Bestuur* Audit Committee Corporate Governance Committee Remuneration Committee Risk & Capita Committee l Naam Gehouden Bijgewoond Gehouden Bijgewoond Gehouden Bijgewoond Gehouden Bijgewoond Gehouden Bijgewoond Hans De Cuyper 12 12 (100%) Antonio Cano 12 12 (100%) Christophe Boizard 12 12 (100%) Emmanuel Van Grimbergen 12 12 (100%) Filip Coremans 12 12 (100%) Bart De Smet 12 12 (100%) 3 3 Guy de Selliers de Moranville 12 12 (100%) 3 3 1 1 8 8 Jan Zegering Hadders 6 6 (100%) 3 3 Jane Murphy 12 12 (100%) 3 3 3 3 Katleen Vandeweyer* 12 10 (92%) 4 3 3 3 Lionel Perl 6 6 (100%) 2 2 Lucrezia Reichlin 12 11 (92%) 4 4 3 3 Richard Jackson 12 12 (100%) 7 7 3 3 Sonali Chandmal* 12 12 (100%) 3 3 1 1 Yvonne Lang Ketterer 12 12 (100%) 3 3 8 8 Nieuw lid van de Raad van Bestuur per mei 2021 (gehouden vergaderingen zijn sinds de Algemene Vergadering) Jean-Michel Chatagny 8 8 (100%) 5 5 * Inclusief de gezamenlijke vergadering van het RCC/AC. ** Inclusief één gezamenlijke vergadering van het RC/NCGC. Alle niet-uitvoerende bestuurders waren aanwezig op die vergadering. *** De mandaten van de heren Perl en Zegering Hadders zijn afgelopen in mei 2021. * De heer de Selliers is in juni 2021 tot het Remuneration Committee toegetreden. Mevrouw Reichlin heeft het Risk and Capital Committee verlaten en is in juni 2021 tot het Audit Committee toegetreden. * Mevrouw Chandmal heeft het Audit Committee verlaten en is in juni 2021 tot het Remuneration Committee toegetreden. * Mevrouw Vandeweyer is in juni 2021 toegetreden tot het Audit Committee. * Het totale aantal vergaderingen omvat de aanwezigheid op de algemene vergadering van mei 2021. Opgelet: de leden van het Executive Committee hebben de vergaderingen van de comités bijgewoond als genodigden en niet als leden. Daarom is hun aanwezigheid niet aangegeven in de tabel. 74 Ageas Jaarverslag 2021 5.6 Geconsolideerde informatie over de implementatie van de Europese overnamerichtlijn in het jaarverslag Ageas De Raad van Bestuur verklaart om wettelijke redenen dat het Jaarverslag Ageas 2021 is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke regels ter implementatie van de Europese overnamerichtlijn. Die regels traden in België per 1 januari 2008 in werking. De Raad van Bestuur geeft hierbij de volgende verklaring voor de diverse elementen die onder de nieuwe regels vallen: • Een volledig overzicht van de huidige kapitaalstructuur wordt gegeven in toelichting D.18 Eigen Vermogen en toelichting D.20 Achtergestelde schulden van de Geconsolideerde jaarrekening 2021 van Ageas. • Beperkingen op de overdracht van aandelen zijn alleen van toepassing op preferente aandelen (indien uitgegeven) en de effecten zoals die zijn beschreven in toelichting D.20 Achtergestelde schulden van de toelichting op de Geconsolideerde jaarrekening 2021 van Ageas. • Onder toelichting D.1 Juridische structuur van de Geconsolideerde jaarrekening van Ageas en onder 'Staat van het kapitaal en de aandeelhoudersstructuur van de onderneming op de balansdatum' in de Jaarrekening van ageas SA/NV wordt een overzicht gegeven van belangrijke aandelenbelangen die (door derden) worden aangehouden en die de wettelijke drempel in België overschrijden, dan wel de drempels zoals die in de statuten van ageas SA/NV zijn vastgelegd. • Er zijn, buiten de in toelichting D.18 Eigen Vermogen en toelichting 20 Achtergestelde schulden van de toelichting op de Geconsolideerde jaarrekening 2021 van Ageas beschreven rechten, geen speciale rechten verbonden aan de uitgegeven aandelen. • Aandelen(optie)regelingen worden, voor zover van toepassing, beschreven in toelichting C.6 sectie 6.2 Aandelenregelingen en met aandelen verbonden incentiveprogramma's bij de Geconsolideerde jaarrekening 2021 van Ageas. Het besluit tot uitgifte van aandelenplannen en opties ligt bij de Raad van Bestuur en is in voorkomend geval onderhevig aan lokale wettelijke beperkingen. • Behoudens de informatie in toelichting D.18 Eigen Vermogen, toelichting C.7 Verbonden partijen en toelichting D.20 Achtergestelde schulden bij de Geconsolideerde jaarrekening 2021 van Ageas, is Ageas zich niet bewust van eventuele afspraken tussen aandeelhouders die de overdracht van aandelen of de uitoefening van stemrecht zouden kunnen beperken. • Leden van de Raad van Bestuur worden benoemd of ontslagen door een meerderheid van stemmen uitgebracht op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van ageas SA/NV. Statutenwijzigingen kunnen alleen worden doorgevoerd nadat de Algemene Vergadering van Aandeelhouders daartoe een resolutie heeft goedgekeurd. Als minder dan 50% van de aandeelhouders vertegenwoordigd is, wordt een tweede vergadering bijeengeroepen die de resolutie met 75% van de stemmen kan goedkeuren, ongeacht of er een aanwezigheidsquorum wordt gehaald. • De Raad van Bestuur van Ageas heeft het recht om aandelen uit te geven en in te kopen, in overeenstemming met de daartoe verleende goedkeuring door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van ageas SA/NV. De huidige toelating voor de aandelen van ageas SA/NV loopt af op 16 juni 2023. • Ageas SA/NV is geen directe contractpartij bij een belangrijke overeenkomst die in werking treedt, wordt gewijzigd en/of beëindigd bij een eventuele wijziging van de zeggenschap als gevolg van een openbare overname. Voor een aantal van zijn dochterondernemingen geldt echter wel een dergelijke clausule in het geval van een directe of indirecte wijziging van de zeggenschap. • Ageas SA/NV heeft geen afspraken met bestuursleden of werknemers gemaakt die voorzien in de betaling van een speciale vertrekpremie als het dienstverband als gevolg van een openbare overname wordt beëindigd. • Er zijn geen verschillende aandelenklassen en geen preferente aandelen uitgegeven. Bijkomende informatie over de aandelen van Ageas wordt uiteengezet in toelichting D.18 Eigen Vermogen van de Geconsolideerde jaarrekening. • Aandeelhouders van Ageas zijn verplicht te voldoen aan bepaalde meldingseisen als hun deelneming in Ageas boven of onder bepaalde drempels komt, zoals voorgeschreven door de Belgische wet en door de statuten van ageas SA/NV. Aandeelhouders moeten de Vennootschap en de FSMA inlichten als hun deelneming stijgt tot boven of daalt tot onder 3% of 5% (en bij elk veelvoud van 5%) van de stemrechten. Ageas publiceert die informatie op zijn website. CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT 75 Ageas Jaarverslag 2021 5.7 Verslag van het Remuneration Committee Geachte aandeelhouder, namens het Remuneration Committee verstrek ik u graag het remuneratieverslag voor 2021. Bij wijze van inleiding wil ik enkele belangrijke gebeurtenissen toelichten die in 2021 hebben plaatsgevonden: • 2021 was het laatste jaar van onze Connect21-strategie, die ondanks de moeilijke omstandigheden als gevolg van de coronapandemie een grootsucceswas.Wehebbenallenanciëledoelstellingenbereikten hebben aanzienlijke vooruitgang geboekt voor onze stakeholders en onze duurzaamheidscijfers. • Het nieuwe strategische plan voor de periode 2022-2024, Impact24, werd in 2021 uitgewerkt en gelanceerd. In het plan worden duidelijke nanciëleambitiesvooropgesteldvooronzekernactiviteitenen voor onze nieuwe groeimotoren, en krijgt duurzaamheid een nog belangrijkere plaats, wat duidelijk tot uiting komt in onze prestatie-KPI’s. De toegenomen aandacht voor doelstellingen inzake kapitaalbeheer zal inonzenanciëleKPI’swordenweerspiegeld.Indezecontexthebben we ook een aantal komende veranderingen besproken in afwachting van IFRS 9/17 en C-ROSS 2. • Om de implementatie van Impact24 te ondersteunen en onze duurzaamheidsbenadering te versterken, heeft de Raad van Bestuur beslist om het Management Committee uit te breiden met een Chief DevelopmentandSustainabilityOfcer(CDSO).GilkeEeckhoudtisop 1 september 2021 benoemd tot CDSO Ageas. • We hechten veel waarde aan de dialoog met en feedback van onze aandeelhouders. Na de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van vorig jaar namen we contact op met een selectie van onze aandeelhouders om meer diepgaande feedback te krijgen over hun stem over het remuneratieverslag 2020. Op basis van die feedback hebben we een gedetailleerder overzicht opgenomen van de verwezenlijking van niet-nanciëleennanciëleKPI'senheteffectdaarvanopdevariabele bezoldiging. Daarnaast hebben we ook een benchmarkingoefening uitgevoerd op de voorwaarden voor onvoorwaardelijke toekenning van het LTI-plan. • De coronapandemie eiste ook in 2021 alle aandacht op, waardoor we onze bezoldigingspraktijken goed moesten bewaken, in overeenstemming met de richtlijnen van de toezichthoudende autoriteiten. In dit remuneratieverslag blikken we terug op het jaar 2021. We brengen verslag uit over de prestaties van Ageas en hoe die een impact hebben gehad op de bezoldiging van het Executive Committee. Het remuneratieverslag omvat een samenvatting van het bezoldigingsbeleid voor onze Raad van Bestuur en ons Executive Management en verstrekt transparante informatie over de bezoldiging van de Raad van Bestuur en het Executive Management, inclusief variabele bezoldiging en op aandelen gebaseerde beloningen. Ik nodig u uit om dit remuneratieverslag samen te lezen met hoofdstuk 6.3 Bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur en het Executive Committee van het jaarverslag, een integraal onderdeel van het remuneratieverslag. In dit remuneratieverslag worden de doelstellingen van ons bezoldigingsbeleid nogmaals beschreven en wordt er een overzicht verstrekt van de belangrijkste onderwerpen die we in 2021 in het Remuneration Committee hebben besproken. Net als in het verleden hebben we het beleid voor de bezoldiging van de Raad van Bestuur en het Executive Committee consequent uitgevoerd. Ik kijk ernaar uit om ons remuneratieverslag te presenteren op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 18 mei 2022. Jane Murphy Voorzitter van het Remuneration Committee 29 maart 2022 76 Ageas Jaarverslag 2021 5.7.1 Remuneration Committee Het Remuneration Committee is samengesteld uit Jane Murphy (Voorzitter), Katleen Vandeweyer, Sonali Chandmal en Guy de Selliers. Lionel Perl trad af als lid van het Remuneration Committee na de Algemene Vergadering van Aandeelhouders in mei 2021. Sonali Chandmal en Guy de Selliers zijn op dezelfde dag lid geworden van het Remuneration Committee. Het Committee kwam in het verslagjaar drie keer bijeen, waarvan één keer samen met het Nomination and Corporate Governance Committee. De CEO en de Group HR Director woonden de vergaderingen van het Remuneration Committee bij, met uitzondering van de discussies over zaken die henzelf betreffen. Informatie over de aanwezigheid bij vergaderingen kan worden geraadpleegd in sectie ‘5.5 Raad van Bestuur’. Het Remuneration Committee wordt bijgestaan door Willis Towers Watson, een externe professionele dienstverlener. Willis Towers Watson verstrekt geen materiële diensten die verband houden met beloningen of bijkomende voordelen aan het Executive Committee van Ageas, of een ander onderdeel van de Ageas-organisatie. 5.7.2 Belangrijkste doelstellingen van het bezoldigingsbeleid De belangrijkste doelstellingen van ons beleid zijn een marktconforme beloning, gedegen principes voor risicobeheer, volledige transparantie over de bezoldiging en naleving van bestaande en komende Belgische wetgeving en Europese regelgeving. Marktconforme beloning Het doel van de beloning van zowel de Raad van Bestuur als van het Executive Committee is: • een eerlijke en marktconforme beloning om het vermogen van de organisatie om essentiële talenten aan te trekken, te motiveren en te behouden in een internationale marktomgeving te verzekeren; • in beloning een onderscheid te maken op basis van prestaties, en erkenning opbrengen voor wie consequent vooraf bepaalde objectieve doelstellingen op het niveau van de Groep, de operationele entiteiten of op individueel vlak realiseert of overtreft; • te streven naar waardecreatie op lange termijn en te verzekeren dat de belangen van het management zijn afgesteld op de belangen van stakeholders. Gedegen risicobeheer Het bezoldigingsbeleid omvat richtlijnen: • tom gedegen principes voor deugdelijk bestuur en verantwoord ondernemen te hanteren en om de wettelijke vereisten na te leven; • om bezoldigingspraktijken te hanteren die bijdragen aan een gedegen risicobeheer en die niet leiden tot het nemen van risico's die de limieten voor risicotolerantie van Ageas overschrijden. Transparantie De Raad van Bestuur zal het jaarlijkse bezoldigingsverslag ter goedkeuring voorleggen aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Het bezoldigingsverslag biedt gedetailleerde informatie over de werkzaamheden van het Remuneration Committee en de bezoldigingspraktijken voor het betreffende boekjaar. De Raad van Bestuur zal het bezoldigingsbeleid ten minste elke 4 jaar en bij elke belangrijke update ter goedkeuring voorleggen aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Naleving van bestaande en komende wetgeving Ageas bestudeert de bestaande en toekomstige wetgeving nauwkeurig en anticipeert waar dat gepast is op eventuele wijzigingen. Bij de opstelling van het bezoldigingsbeleid en het bezoldigingsverslag van Ageas wordt rekening gehouden met de Solvency II-richtlijn, de Europese Aandeelhoudersrechtenrichtlijn II, de omzetting daarvan in de Belgische wetgeving, de Belgische Corporate Governance Code 2020 en de herziene circulaire van de NBB 2016_31 (over de verwachtingen van de Nationale Bank van België inzake het goverancesysteem voor de verzekerings- en herverzekeringssector). 5.7.3 Wat bespraken wij in 2021? In 2021 besprak het Remuneration Committee en deed het aanbevelingen aan de Raad van Bestuur over: • Het aan aandelen gekoppelde incentiveplan ten behoeve van het senior management. • De richtlijnen van de toezichthoudende autoriteiten over variabele bezoldiging in de context van de coronapandemie. • De bekendmaking van de bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur en het Executive Committee in de toelichting bij de Geconsolideerde jaarrekening. • Het verslag van het Remuneration Committee zoals beschreven in de Corporate Governance Statement. • De bezoldiging van de nieuwbenoemde Chief Development and SustainabilityOfcer(CDSO). • De benchmarking en beoordeling van de bezoldiging van de leden van het Management Committee ten opzichte van de geldende marktpraktijken. • De feedback over de stemming van de aandeelhouders over het bezoldigingsverslag. • Het LTB-plan voor het senior management in het VK in de context van de herziening van de pensioenbijdrage. • Feedback van het nieuwe Remuneration Committee van Ageas Portugal. Tijdens de gezamenlijke vergadering met het uitgebreide Nomination and Corporate Governance Committee werden de volgende onderwerpen besproken en ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Bestuur: • De individuele (kwantitatieve en kwalitatieve) doelstellingen voor de leden van het Management Committee en het Executive Committee. • De doelstellingen voor de bedrijfs-KPI’s. • DespeciekeKPI'svoordeChiefRiskOfcer;(zietoelichting5.7.6voor naderedetailsoverdespeciekeKPI's). • De beoordeling van de resultaten van de individuele doelstellingen en de KPI’s voor het bedrijf. • De individuele Short-Term Incentive (STI) en Long-Term Incentive (LTI) van de leden van het Management Committee en het Executive Committee op basis van de bovenvermelde beoordelingen. CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT 77 Ageas Jaarverslag 2021 5.7.4 Beleidsimplementatie in 2021 Raad van Bestuur De bezoldiging van de Raad van Bestuur bestaat uit een vaste jaarlijkse bezoldiging en een aanwezigheidspremie. Sinds 2018 bedraagt de vaste jaarlijkse bezoldiging EUR 120.000 voor de Voorzitter en EUR 60.000 voor de andere niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur. De niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur ontvangen een aanwezigheidspremie van EUR 2.000 per vergadering van de Raad van Bestuur en EUR 1.500 per vergadering van een bestuurscommissie. Voor de Voorzitter van de Raad van Bestuur en de bestuurscommissies is de aanwezigheidspremie vastgesteld op respectievelijk EUR 2.500 per vergadering van de Raad van Bestuur en EUR 2.000 per vergadering van een bestuurscommissie. In 2021 werden er geen wijzigingen aan deze bedragen voorgesteld. In lijn met principe 7.6 van de nieuwe Belgische Corporate Governance Code 2020 zullen niet-uitvoerende bestuursleden maximaal 20% van hun vaste bezoldiging in de vorm van Ageas-aandelen ontvangen. Dat principe zal worden toegepast bij volgende verhogingen van de bezoldiging van de Raad van Bestuur. Wijzigingen in het Executive Committee Er hebben in 2021 geen wijzigingen plaatsgevonden in het Executive Committee. 5.7.5 Totale bezoldiging en op aandelen gebaseerde beloning Raad van Bestuur De totale bezoldiging van niet-uitvoerende bestuurders bedroeg in het boekjaar 2021 EUR 1,48 miljoen (2020: EUR 1,77 miljoen). De daling kan verklaard worden door een lager aantal bestuursvergaderingen en vergaderingen van bestuurscommissies. De vergoeding is inclusief de basisbeloning voor het bestuurslidmaatschap en een vergoeding voor de aanwezigheid op bestuursvergaderingen en vergaderingen van bestuurscommissies, op het niveau van de Ageas Groep en de dochtermaatschappijen van Ageas. Raadpleeg toelichting C.6.3.1 van het jaarverslag voor gedetailleerde individuele informatie over de bezoldiging van de Raad van Bestuur. Bezoldiging van het Executive Committee In 2021 bedroeg de totale bezoldiging, inclusief pensioenbijdragen en secundaire arbeidsvoorwaarden van het Executive Committee EUR 7.197.532 tegenover EUR 7.749.540 in 2020. Raadpleeg toelichting C.6.3.2 van het jaarverslag voor gedetailleerde individuele informatie over de bezoldiging van het Executive Committee. Hans De Cuyper CEO Executive Committee Totale bezoldiging 2021 EUR 2.000.000 EUR 1.500.000 EUR 1.000.000 EUR 500.000 Christophe Boizard CFO Antonio Cano MD Europe Filip Coremans MD Asia Emmanuel Van Grimbergen CRO Penisoenlasten Variabele bezoldiging Vaste bezoldiging 78 Ageas Jaarverslag 2021 5.7.6 Naleving van het beleid en toepassing van prestatiecriteria Eenjarige variabele bonus (STI) Alle variabele bezoldigingen met betrekking tot de prestaties in 2021 zijn bepaald in overeenstemming met het bezoldigingsbeleid. De eenjarige variabele bonus (STI) voor de leden van het Executive Committee wordt vastgesteld aan de hand van de verwezenlijking van persoonlijke prestatiecriteria (weging van 30%) en prestatiecriteria voor de onderneming (weging van 70%). De persoonlijke prestaties worden gemeten aan de handvanspeciekestrategischehandelingeneneenbeoordelingopde criteria van het leiderschapskader van Ageas. De prestatiecriteria voor deondernemingbestaanuitzowelnanciëleKPI’salsKPI'sdieverband houdenmetstakeholders.VoordeCROgeldenspeciekecriteriadiezijn verbonden met de Risk Function. In de tabel hierna wordt een overzicht verstrekt van de KPI's, hun respectieve weging en de mate waarin ze volgens de beoordeling van de Raad van Bestuur zijn gerealiseerd. De algemene verwezenlijking leidde tot de volgende betalingen van de beoogde STI voor het prestatiejaar 2021: • Hans De Cuyper (CEO): 120% van de doelstelling • Christophe Boizard (CFO): 116% van de doelstelling • Emmanuel Van Grimbergen (CRO): 117% van de doelstelling • Antonio Cano (MD Europe): 118% van de doelstelling • Filip Coremans (MD Asia): 120% van de doelstelling. U vindt hierna een gedetailleerd overzicht van alle KPI's, hun gewicht, drempel, doelstellingen, maximum, werkelijke niveaus en de gerelateerde uitbetaling van de STI. Naam persoon Ageas prestatiescore (1) Gewicht Individuele prestatiescore Gewicht Risicofunctie prestatiescore Gewicht Totaal prestatiescore Hans De Cuyper 116% 70% 129% 30% na 0% 120% Christophe Boizard 116% 70% 115% 30% na 0% 116% Emmanuel Van Grimbergen (2) 116% 40% 121% 30% 115% 30% 117% Antonio Cano 116% 70% 122% 30% na 0% 118% Filip Coremans 116% 70% 129% 30% na 0% 120% (1) Detail van de Ageas-prestatiescore: zie de details hierna (2) Voor de CRO weegt de Ageas Business prestatie voor 40%, de extra 30% is gekoppeld aan de prestatie van de risicofunctie. De individuele prestatiescore die voor 30% meetelt, omvat een individuele beoordeling op basis van het Ageas Leadership Framework. Dit framework denieert11leiderschapsgedragingendiegekoppeldzijnaandeAgeas waarden 'Care', 'Dare', 'Share' en 'Deliver' en die verwacht worden van de Ageas leidinggevenden. De waardering voor dit onderdeel gebeurt op basis van een zelfbeoordeling, de input van de peer review, de input van de CEO voordeExco-ledenenvandevoorzittervoordeCEO.Dedenitievescore wordt toegekend na calibratiegesprekken in de Raad van Bestuur. Naast deze leiderschapsscore, die voor de helft van de individuele component weegt,werdelkExCo-lidbeoordeeldopeenaantalspeciekedoelstellingen die verband hielden met zijn verantwoordelijkheidsgebied en de uitvoering van het strategisch plan Connect21. VoordeCROwegenspeciekeKPI'smetbetrekkingtotdeRiskfunctie voor 30% mee in de beoordeling. Deze KPI's omvatten kwalitatieve en operationele doelstellingen inzake Enterprise Risk Management (ERM), informatiebeveiliging en GDPR, inzake ESG- en klimaatgerelateerde informatieverstrekking, inzake optimalisering van de balans en SCR en inzake de compliancefunctie. CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT 79 Ageas Jaarverslag 2021 DeAgeasBusinessscorewordtbepaalddoordeprestatiesopeenaantalnanciëleKPI'senstakeholdergerelateerdeKPI's.DezeKPI'szijngemeenschappelijk voor alle leden van de ExCo. Het gewicht van dit onderdeel bedraagt 70%, behalve voor de CRO, voor wie het 40% is. Detail van de Ageas-prestatiescore (1) Ageas-cijfers Ge- wicht Drempel Doelstelling Maximum Huidig Verwezen- lijking Uitbetaling als % van het Maximum Financieel Nettowinst 17,5% 741,0 926,2 1.194,9 945,4 18,74% 107,10% Winst per aandeel (WPA) 10,5% 4,07 5,09 6,57 5,06 10,17% 96,90% Groei 7,0% 7,24% 103,40% Combined Ratio 10,5% 97,1% 94,1% 93,1% 95,4% 4,55% 43,30% Operationele marge Producten met gegaran- deerde rente 7,0% 0,81% 0,91% 1,01% 0,99% 12,60% 180,00% Operationele marge Unit-Linked 3,5% 0,26% 0,31% 0,41% 0,35% 4,90% 140,00% Stakeholders NPS medewerkers 3,5% geen NPS-data en participatie <40% NPS [0-25P] en participatie >=70% NPS [75-100P] en participatie >=80% NPS= 62,48 = bovenste kwartiel, participatie = 86,9% 7,00% 200,00% NPS klanten 3,5% gemiddelde van operationele entiteiten 5,18% 148,00% ESG-rating 7,0% geen ratingverbetering CO2 >30.000 ton 4 van 6 ratings beter CO2 [20.000-22.000] ton 6 van 6 ratings beter CO2 <18.000 ton 55 van 6 ratings beter CO2 <15.600 ton 10,50% 150,00% Totaal 70% 81% 116% (1) Scores variëren van 0% tot 100% voor behaalde doelstellingen, tot maximaal 200% voor overtroffen doelstellingen 80 Ageas Jaarverslag 2021 DevastgesteldenanciëleKPI'szijnvolledigafgestemdophet strategische plan en het budget van Connect21. Het gewicht van de verschillende KPI's bleef stabiel in vergelijking met vorig jaar, met uitzondering van het gewicht van de nettowinst, die licht werd verhoogd om rekening te houden met de groeiende impact van de herverzekeringsactiviteit. De KPI's voor stakeholders omvatten: • Werknemers NPS: de net promotor score voor werknemers is gebaseerd op de resultaten van de betrokkenheidsenquêtes die in alle geconsolideerde entiteiten en in de belangrijkste joint ventures worden gehouden. Met een deelnamepercentage van 86,9% en een topkwartiel NPS van 62,48 (benchmark Deloitte) werd voor deze KPI een maximumscore behaald. • Klanten NPS: de net promotor score voor klanten wordt gemeten op basis van concurrerende en transactionele NPS. De gemiddelde score voor alle operationele bedrijven resulteerde in een score van 148% op een bereik van 0-200%. • ESG: De score van 150% voor de ESG-KPI is gebaseerd op de verbetering van de ratings van de ESG-ratingagentschappen (5 van de 6 ratings zijn het voorbije jaar verbeterd), op de vermindering van de CO2- uitstoot en op de vooruitgang die werd geboekt met de TCFD. Voor meer gedetailleerde informatie over de stakeholder-KPI’s verwijzen wij naar toelichting ‘4. Duurzaamheid in het middelpunt van alles wat we doen’.. Meerjarige variabele bonus (LTI) De toekenning van de meerjarige variabele bonus (LTI) is gebaseerd op de verwezenlijking van de 'Ageas Business Score', die voortvloeit uit de realisatievandenanciëleKPI’szoalsvermeldindebovenstaandetabel. Bij een Ageas Business Score van 5 (op een schaal van 1 tot 7) besloot de Raad van Bestuur tot toekenning van 150% van de doelstelling voor de LTI (gelijk aan 67,5% van de basisbeloning). 5.7.7 Afwijkingen van het bezoldigingsbeleid Er waren tijdens het werkjaar 2021 geen afwijkingen van het beleid. 5.7.8 Vergelijkende informatie over wijzigingen in de bezoldiging en prestaties van de onderneming De totale bezoldiging van de CEO voor 2021 in verhouding tot de gemiddelde bezoldiging van een werknemer leidt tot een proportionele verhouding van 20,6. Tegenover de laagste bezoldiging van een werknemer bij ageas SA/NV leidt dit tot een proportionele verhouding van 33,4. Raadpleeg toelichting 6.3.2 van het jaarverslag voor een tabel met gedetailleerde en vergelijkende informatie. 5.7.9 Stemmen en feedback van de aandeelhouders We stellen de dialoog met onze aandeelhouders op prijs en nemen hun feedback op in de agenda en de besprekingen van het Remuneration Committee. Het bezoldigingsbeleid werd ter goedkeuring voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van mei 2020 en goedgekeurd. Er hebben sindsdien geen wijzigingen plaatsgevonden in het beleid. Het bezoldigingsverslag 2020 werd goedgekeurd met 63,66% van de stemmen. Zoals reeds vermeld, hechten we veel waarde aan de dialoog met en feedback van onze aandeelhouders. We namen contact op met aandeelhouders om meer diepgaande feedback te krijgen over hun stem over het bezoldigingsverslag 2020. Op basis van die feedback is er een gedetailleerder overzicht opgenomen van de verwezenlijking van niet-nanciëleennanciëleKPI'senheteffectdaarvanopdevariabele bezoldiging. Ook hebben we een benchmarkingoefening uitgevoerd op de voorwaarden voor onvoorwaardelijke toekenning van het LTI-plan, maar het resultaat van deze oefening bevestigde gemengde waarnemingen over de toegepaste maatstaven door onze peers en daarom hebben we besloten om de geldende voorwaarden voor onvoorwaardelijke toekenning te handhaven, terwijl we het topic wel blijven opvolgen. 5.7.10 Vooruitblik op 2022 Het Remuneration Committee besprak de competitieve benchmarking van de bezoldiging van de leden van het Management Committee en het Executive Committee ten opzichte van de geldende marktpraktijken. Bij zijn aanstelling werd het salaris van de CEO vastgesteld op EUR 650.000, aan de onderkant van de marge van EUR 650.000 tot EUR 900.000 bruto/jaar die door de Algemene Vergadering van aandeelhouders voor de CEO-vergoeding werd goedgekeurd. Het Remuneratiecomité is van mening dat de CEO sinds zijn aanstelling uitzonderlijk goed heeft gepresteerd met de succesvolle afsluitingvanhetConnect21-planwaarbijallenanciëledoelstellingenwerden bereikt, de ontwikkeling en communicatie van het nieuwe strategische plan Impact24 met een sterke focus op duurzame groei, inclusief de impact op de organisatie van de Groep met de oprichting van het Chief Development andSustainabilityOfce.UitdebenchmarkingvanWillisTowersWatsonis gebleken dat in vergelijking met de BEL20 en de Europese peer group zijn totale directe beloning on target aanzienlijk lager is dan de mediaan van de marktreferentiegroepen. Daarom heeft het Remuneration Committee aanbevolen – met de goedkeuring van de Raad van Bestuur – om de basisbeloning van de CEO van Ageas te verhogen tot EUR 750.000 bruto per jaar, binnen de vork van EUR 650.000 tot EUR 900.000 bruto per jaar, zoals goedgekeurd door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders. Deze verhoging geldt vanaf januari 2022. Er werden geen andere wijzigingen in de verloning van het Executive Committee voorgesteld. Het Remuneration Committee heeft de competitieve benchmarking voor de bezoldiging van de Raad van Bestuur goedgekeurd. Op basis van die informatie werd beslist om voor 2022 geen wijzigingen in de bezoldiging van de Raad van Bestuur voor te stellen. Totslotzalerspeciekeaandachtwordenbesteedaandeimpactop bezoldigingspraktijken van komende wijzigingen in de reglementering en de verslaggeving, zoals C-Ross 2 en IFRS 9/17. Raad van Bestuur 29 maart 2022 CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT 81 Ageas Jaarverslag 2021 5.7.11 Ons Bezoldigingsbeleid 2021 in het kort Executive Committee Het Remuneration Committee beoordeelt jaarlijks het bezoldigingsbeleid van de leden van het Executive Committee van Ageas. Het totale bezoldigingspakket van de leden van het Executive Committee bestaat uit de volgende componenten, die in dit verslag nader worden toegelicht: Basis- beloning = Vaste bezoldiging = Variabele bezoldiging TOTALE BEZOLDIGING Overige voordelen Eenjaars variabel Meerjaars variabel Buitengewone items Pensioen- lasten 51% 23% Behaald Basis- beloning STILTI Maximum 26% 31% 35% 34% Basis- beloning STILTI Deonderstaandegraektoontdebezoldigingsmix(basisbeloningt.o.v.STIt.o.v.LTI)vooreenlidvanhetExecutiveCommittee, zowel bij het behalen van de doelstelling als maximaal: Overige leden van het Executive Committee CRO Individueel Bedrijf Individueel Bedrijf Functie Prestatiecriteria Bedrijf Netto Winst WPA Groei Combined Ratio Operationele marge producten met gegarandeerde rente Operationele marge Unit-Linked NPS medewerkers NPS klanten ESG-rating 30% 30% 70% 17,5% 10,5% 10,5% 3,5% 7,0% 7,0% 7,0% 3,5% 3,5% 30% 40% 82 Ageas Jaarverslag 2021 CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT Vaste bezoldiging Vaste bezoldiging Principes Basisbeloning De basisbeloning wordt jaarlijks herbeoordeeld en vergeleken met die van andere BEL 20-bedrijven en grote Europese verzekeraars. De beoogde doelstelling is om de basisbeloning van het Executive Committee te positioneren binnen een bandbreedte van 80 tot 120% van de gekozen mediane marktreferentie.. Overige voordelen De leden van het Executive Committee ontvangen bijkomende voordelen in lijn met het bezoldigingsbeleid van Ageas, inclusief gezondheidszorgverzekering, overlijdens- en invaliditeitsdekking en een bedrijfswagen. Variabele bezoldiging 1. Eenjarige variabele bonus (STI) Principes De Short-Term Incentive (STI) als aan de doelstelling wordt voldaan, bedraagt 50% van de basisbeloning. Dit kan oplopen tot maximaal 100% van de basisbeloning. Voor de STI geldt een uitstelperiode van drie jaar, dat wil zeggen dat de STI voor prestatiejaar N als volgt wordt uitbetaald: • 50% in N + 1 • 25% in N + 2 • 25% in N + 3 Overeenkomstig het bezoldigingsbeleid moet de prestatie gedurende de uitstelperiode standhouden en zodoende kunnen de STI-betalingen naar boven of naar beneden worden gecorrigeerd. Het Short-Term Incentive Plan omvat een terugvorderingsbepaling. Prestatiecriteria Voor alle leden van het Executive Committee worden de jaarprestaties vergeleken met zowel persoonlijke als voor het bedrijf als geheel geldende prestatiecriteria.VoordeCROgeldenerspeciekecriteriadieverband houden met de Risk Function. 83 Ageas Jaarverslag 2021 2. Meerjarige variabele bonus (LTI) Principes De doelstelling van de Long-Term Incentive (LTI) bedraagt 45% van de basisbeloning voor alle leden van het Executive Committee. Dit kan oplopen tot maximaal 90% van de basisbeloning. Prestatieaandelen/onvoorwaardelijke toekenning en bezitsperiode De prestatieaandelen worden 3,5 jaar na de voorwaardelijke toekenning onvoorwaardelijk toegekend. Nadat de aandelen onvoorwaardelijk zijn toegekend, moeten ze nog 1,5 jaar in bezit worden gehouden (in totaal 5 jaar na de datum van voorwaardelijke toekenning). Na deze blokkeringsperiode mogen de begunstigden de onvoorwaardelijk toegekende aandelen verkopen onder bepaalde voorwaarden zoals vastgelegd in het bezoldigingsbeleid. Prestatiecriteria Er wordt een tweestapsmethodiek gebruikt om het aantal voorwaardelijk toe te kennen aandelen te bepalen (stap 1) evenals het aantal onvoorwaardelijk toe te kennen aandelen na de prestatieperiode (stap 2). Stap 1 – Voorwaardelijke toekenning Het aantal toe te kennen aandelen in het kader van dit plan is gebaseerd op de 'Ageas Business Score', die voortvloeit uit de realisatie van de KPI's voor het bedrijf (raadpleeg het bovenstaande onderdeel STI voor nadere details) en wordt als volgt berekend: Toekenning AGEAS Business Score % van doelstelling % van basisbeloning <3 0% 0% 3 50% 22,50% 4 (behaald doel) 100% 45% 5 150% 67,50% 6 or 7 200% 90% Stap 2 – Onvoorwaardelijke toekenning Voor de onvoorwaardelijke toekenning 3,5 jaar na de toekenning wordt een relatieve TSR-prestatiemeting (totaal aandeelhoudersrendement) ten opzichte van een vergelijkingsgroep toegepast. De onderstaande tabel toont het schema voor onvoorwaardelijke toekenning van de prestatieaandelen. In elk geval zal het totale aantal aandelen dat bij de onvoorwaardelijke toekenning wordt toegewezen nooit meer bedragen dan een aantal aandelen dat gelijk is aan 90% van de basisbeloning gedeeld door de aandelenkoers bij de initiële toekenning. Percentiel TSR-score Onvoorwaardelijke toekenning % ≥75% 200% ≥60%-<75% 150% ≥40%-<60% 100% ≥25%-<40% 50% <25% 0% Vergelijkingsgroep De volgende bedrijven, die een vergelijkbaar bedrijfsmodel hebben en waaronder een aantal concurrenten, vormen de vergelijkingsgroep voor de toekenning van 2021: AEGON NV KBC GROEP NV ALLIANZ SE-REG MAPFRE SA ASSICURAZIONI GENERALI NATIONALE NEDERLANDEN AVIVA PLC PRUDENTIAL PLC AXA SA SAMPO OYJ-A SHS BALOISE INSURANCE SWISS LIFE HOLDING AG-REG BNP PARIBAS VIENNA INSURANCE GROUP AG CNP ASSURANCES ZURICH INSURANCE GROUP AG Verplichte aandelenparticipatie Leden van het Executive Committee moeten minimaal voor een bedrag gelijk aan 100% van hun brutobasisbeloning aan aandelen aanhouden. Zolang zij deze drempel niet hebben bereikt of eraan voldoen, mogen zij geen aandelen verkopen die hen in het kader van het LTI-plan onvoorwaardelijk worden toegekend (exclusief de verkoop van aandelen om de belastingen bij onvoorwaardelijke toekenning te dekken). De waardering van deze eis vindt jaarlijks plaats op basis van het aandelenbezit van de Executive Director per 31 december. 84 Ageas Jaarverslag 2021 CORPORATE GOVERNANCE STATEMENT Buitengewone items en pensioen Beloningscomponent Principes Buitengewone items Voor elk lid van het Executive Committee bedraagt de beëindigingsvergoeding 12 maandsalarissen, wat in bepaalde omstandigheden kan worden opgetrokken naar 18 maanden, (met inbegrip van het niet-concurrentiebeding). Gedetailleerdere informatie over de verbrekingsafspraken die gelden voor het Executive Committee staat in ons bezoldigingsbeleid dat is te raadplegen op de website van Ageas. Pensioen Leden van het Executive Committee nemen deel aan een toegezegdebijdragepensioenregeling. De pensioenbijdrage voor leden van het Executive Committee is gelijk aan 25% van (basisbeloning + variabele beloning). Die regeling omvat ook een dekking bij overlijden. Raad van Bestuur Raad van Bestuur van ageas SA/NV Zoals vastgelegd in het beleid ontvangen niet-uitvoerende bestuursleden van Ageas een vaste vergoeding en een aanwezigheidspremie, terwijl leden van Committees slechts een aanwezigheidspremie ontvangen. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de vaste vergoedingen en aanwezigheidspremies die sinds 1 januari 2018 gelden voor leden van de Raad van Bestuur van Ageas. Raad van Bestuur Committee Voorzitter Lid Voorzitter Lid Vaste vergoeding EUR 120.000 EUR 60.000 N/A N/A Aanwezigheidspremie EUR 2.500 EUR 2.000 EUR 2.000 EUR 1.500 In overeenstemming met het bezoldigingsbeleid ontvangen niet-uitvoerende bestuursleden geen variabele en of aandelengekoppelde beloningen en bouwen ze geen pensioenrechten op. In lijn met principe 7.6 van de nieuwe Belgische Corporate Governance Code 2020 zullen niet-uitvoerende bestuursleden maximaal 20% van hun vaste bezoldiging in de vorm van Ageas-aandelen ontvangen. Dat principe zal worden toegepast bij volgende verhogingen van de bezoldiging van de Raad van Bestuur. De bezoldiging van uitvoerend bestuurders (d.w.z. de leden van het Executive Committee) houdt uitsluitend verband met hun functie van lid van het Executive Committee. Vertegenwoordiging ageas SA/NV in geconsolideerde entiteiten Ageas Groep De bezoldiging van niet-uitvoerend bestuurders die ageas SA/NV vertegenwoordigen in geconsolideerde entiteiten van de Ageas Groep is sinds 1 januari 2019 afgestemd overeenkomstig de onderstaande tabel: Raad van Bestuur Committee Voorzitter Lid Voorzitter Lid Vaste vergoeding EUR 60.000 EUR 45.000 N/A N/A Aanwezigheidspremie EUR 2.500 EUR 2.000 EUR 2.000 EUR 1.500 85 Ageas Jaarverslag 2021 B Geconsolideerde jaarrekening 2021 | (voor winstbestemming) 31 december 31 december Toelichting 2021 2020 Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 9 1.937 2.241 Financiële beleggingen 10 59.952 63.710 Vastgoedbeleggingen 11 3.117 2.889 Leningen 12 14.492 13.398 Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 17.088 Investeringen volgens de equity-methode 13 5.328 4.929 Herverzekering en overige vorderingen 14 2.149 1.961 Actuele belastingvorderingen 53 49 Uitgestelde belastingvorderingen 22 100 98 Overlopende rente en overige activa 15 2.039 1.885 Materiële vaste activa 16 1.732 1.827 Goodwill en overige immateriële activa 17 1.322 1.229 Activa aangehouden voor verkoop 19 114 Totaal activa 111.139 111.418 Passiva Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 19.1 28.673 29.973 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 19.2 30.617 31.629 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 19.3 18.901 17.090 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 19.4 7.889 7.404 Achtergestelde schulden 20 2.748 2.758 Schulden 21 3.616 3.920 Actuele belastingverplichtingen 16 89 Uitgestelde belastingverplichtingen 22 971 1.105 RPN(I) 23 520 420 Overlopende rente en overige verplichtingen 24 2.834 2.934 Voorzieningen 25 182 322 Verplichtingen met betrekking tot vaste activa aangehouden voor verkoop Totaal verplichtingen 96.967 97.644 Eigen vermogen 18 11.914 11.555 Minderheidsbelangen 26 2.258 2.219 Totaal eigen vermogen 14.172 13.774 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 111.139 111.418 Geconsolideerde balans Dit vlak moet blijven staan is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 87 | 240 Toelichting 2021 2020 Baten - Bruto premie-inkomen 8.979 8.435 - Wijziging in niet-verdiende premies 14 (22) - Uitgaande herverzekeringspremies (460) (411) Netto verdiende premies 30 8.533 8.002 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 31 2.427 2.392 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) 23 (101) (61) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 32 294 639 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 33 1.406 484 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 13 464 328 Commissiebaten 34 467 385 Overige baten 35 282 201 Totale baten 13.772 12.370 Kosten - Schadelasten en uitkeringen, bruto (7.757) (6.966) - Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars 286 151 Schadelasten en uitkeringen, netto 36 (7.471) (6.815) Lasten inzake unit-linked contracten (1.572) (610) Financieringslasten 37 (138) (139) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen 38 (41) (172) Wijzigingen in voorzieningen 25 15 36 Commissielasten 39 (1.213) (1.138) Personeelslasten 40 (852) (834) Overige lasten 41 (1.269) (1.165) Totale lasten (12.541) (10.837) Resultaat voor belastingen 1.231 1.533 Belastingbaten (lasten) 42 (215) (233) Nettoresultaat over de periode 1.016 1.300 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 26 171 159 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 1.141 Gegevens per aandeel (EUR) Gewoon resultaat per aandeel 18 4,52 6,07 Verwaterd resultaat per aandeel 18 4,52 6,06 Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder ‘Discretionaire winstdelingscomponent’) kan als volgt worden gepresenteerd. Toelichting 2021 2020 Bruto premie-inkomen 8.979 8.435 Premies inzake beleggingscontracten 30 1.826 1.057 Bruto premies 10.805 9.492 G econsolideerde resultatenrekening Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). GECONSOLIDEERDE JAARREKENING 2021 86 Ageas Jaarverslag 2021 Geconsolideerde balans 86 | 240 (voor winstbestemming) 31 december 31 december Toelichting 2021 2020 Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 9 1.937 2.241 Financiële beleggingen 10 59.952 63.710 Vastgoedbeleggingen 11 3.117 2.889 Leningen 12 14.492 13.398 Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 17.088 Investeringen volgens de equity-methode 13 5.328 4.929 Herverzekering en overige vorderingen 14 2.149 1.961 Actuele belastingvorderingen 53 49 Uitgestelde belastingvorderingen 22 100 98 Overlopende rente en overige activa 15 2.039 1.885 Materiële vaste activa 16 1.732 1.827 Goodwill en overige immateriële activa 17 1.322 1.229 Activa aangehouden voor verkoop 19 114 Totaal activa 111.139 111.418 Passiva Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 19.1 28.673 29.973 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 19.2 30.617 31.629 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 19.3 18.901 17.090 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 19.4 7.889 7.404 Achtergestelde schulden 20 2.748 2.758 Schulden 21 3.616 3.920 Actuele belastingverplichtingen 16 89 Uitgestelde belastingverplichtingen 22 971 1.105 RPN(I) 23 520 420 Overlopende rente en overige verplichtingen 24 2.834 2.934 Voorzieningen 25 182 322 Verplichtingen met betrekking tot vaste activa aangehouden voor verkoop Totaal verplichtingen 96.967 97.644 Eigen vermogen 18 11.914 11.555 Minderheidsbelangen 26 2.258 2.219 Totaal eigen vermogen 14.172 13.774 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 111.139 111.418 Geconsolideerde balans Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). | Toelichting 2021 2020 Baten - Bruto premie-inkomen 8.979 8.435 - Wijziging in niet-verdiende premies 14 (22) - Uitgaande herverzekeringspremies (460) (411) Netto verdiende premies 30 8.533 8.002 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 31 2.427 2.392 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) 23 (101) (61) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 32 294 639 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 33 1.406 484 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 13 464 328 Commissiebaten 34 467 385 Overige baten 35 282 201 Totale baten 13.772 12.370 Kosten - Schadelasten en uitkeringen, bruto (7.757) (6.966) - Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars 286 151 Schadelasten en uitkeringen, netto 36 (7.471) (6.815) Lasten inzake unit-linked contracten (1.572) (610) Financieringslasten 37 (138) (139) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen 38 (41) (172) Wijzigingen in voorzieningen 25 15 36 Commissielasten 39 (1.213) (1.138) Personeelslasten 40 (852) (834) Overige lasten 41 (1.269) (1.165) Totale lasten (12.541) (10.837) Resultaat voor belastingen 1.231 1.533 Belastingbaten (lasten) 42 (215) (233) Nettoresultaat over de periode 1.016 1.300 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 26 171 159 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 1.141 Gegevens per aandeel (EUR) Gewoon resultaat per aandeel 18 4,52 6,07 Verwaterd resultaat per aandeel 18 4,52 6,06 Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder ‘Discretionaire winstdelingscomponent’) kan als volgt worden gepresenteerd. Toelichting 2021 2020 Bruto premie-inkomen 8.979 8.435 Premies inzake beleggingscontracten 30 1.826 1.057 Bruto premies 10.805 9.492 G econsolideerde resultatenrekening Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 87 Ageas Jaarverslag 2021 Geconsolideerde resultatenrekening Toelichting 2021 2020 COMPREHENSIVE INCOME Onderdelen die niet naar de resultatenrekening zullen worden geclassificeerd: De herberekening van de verplichting inzake de toegezegde pensioenregeling 131 (71) Gerelateerde belasting (34) 17 De herberekening van de verplichting inzake de toegezegde pensioenregeling 6 97 (54) Totaal van onderdelen die niet naar resultatenrekening worden geclassificeerd: 97 (54) Onderdelen die (kunnen) worden geherclassificeerd naar de resultatenrekening: Wijzigingen in amortisatie van investeringen tot einde looptijd aangehouden 2 4 Gerelateerde belasting (1) Wijzigingen in amortisatie van investeringen tot einde looptijd aangehouden 10 2 3 Wijzigingen in herwaardering van voor verkoop beschikbare beleggingen (1) (298) 81 Gerelateerde belasting 161 (37) Wijzigingen in herwaardering van investeringen beschikbaar voor verkoop 10 (137) 44 Aandeel in niet-gerealiseerde resultaten van de investeringen volgens de equity-methode 13 (168) 144 Wijzigingen in omrekeningsverschillen 291 (356) Totaal van onderdelen die (kunnen) worden geherclassificeerd naar resultatenrekening: (12) (165) Overig comprehensive income over de periode, na belastingen 85 (219) Nettoresultaat over de periode 1.016 1.300 Totaal comprehensive income over de periode 1.101 1.081 Nettoresultaat toewijsbaar aan minderheidsbelangen 171 159 Overig comprehensive income toewijsbaar aan minderheidsbelangen 12 (34) Totaal comprehensive income toewijsbaar aan minderheidsbelangen 183 125 Totaal comprehensive income over de periode, toewijsbaar aan de aandeelhouders 918 956 (1) De wijzigingen in herwaardering van investeringen beschikbaar voor verkoop, zijn met inbegrip van kasstroomafdekkingen en na koersverschillen en shadow accounting. Dit vlak moet blijven staan is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Geconsolideerd overzicht van het comprehensive income 89 | 240 Nettoresultaat Niet- Koers- toewijsbaar gerealiseerde Totaal Aandelen Uitgifte Overige verschillen aan winsten en Eigen Minderheids- eigen kapitaal premie reserves reserve aandeelhouders verliezen vermogen belangen vermogen Stand per 1 januari 2020 1.502 2.051 2.663 95 979 3.931 11.221 2.260 13.481 Nettoresultaat over de periode 1.141 1.141 159 1.300 Herwaardering van investeringen 212 212 (21) 191 Herwaardering IAS 19 (42) (42) (12) (54) Wisselkoersverschillen (355) (355) (1) (356) Totaal verandering eigen vermogen niet-eigenaren (42) (355) 1.141 212 956 125 1.081 Overdracht 979 (979) Dividend (485) (485) (167) (652) Wijziging in kapitaal 8 8 Eigen aandelen (131) (131) (131) Op aandelen gebaseerde beloning 1 1 1 Overige veranderingen in het eigen vermogen (1) (7) (7) (7) (14) Stand per 1 januari 2021 1.502 2.051 2.978 (260) 1.141 4.143 11.555 2.219 13.774 Nettoresultaat over de periode 845 845 171 1.016 Herwaardering van investeringen (296) (296) (7) (303) Herwaardering IAS 19 79 79 18 97 Wisselkoersverschillen 290 290 1 291 Totaal verandering eigen vermogen niet-eigenaren 79 290 845 (296) 918 183 1.101 Overdracht 1.141 (1.141) Dividend (485) (485) (140) (625) Wijziging in kapitaal 2 2 Eigen aandelen (52) (52) (52) Op aandelen gebaseerde beloning (1) (1) (1) Overige veranderingen in het eigen vermogen (1) (20) (1) (21) (6) (27) Stand per 31 december 2021 1.502 2.051 3.640 29 845 3.847 11.914 2.258 14.172 (1) Overige wijzigingen in het eigen vermogen omvatten de verandering in de reële waarde van de geschreven putoptie op Interparking aandelen, schadevergoedingen betaald aan BNP Paris Fortis SA/NV voor de aangehouden Ageas aandelen met betrekking tot de CASHES-obligaties (zie toelichting 43.2) en, indien van toepassing, kapitaaluitkeringen aan houders van FRESH- en CASHES-obligaties omdat het dividendenrendement van Ageas meer dan 5% bedroeg. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen GECONSOLIDEERDE JAARREKENING 2021 88 Ageas Jaarverslag 2021 Geconsolideerd overzicht van het comprehensive income 88 | 240 Toelichting 2021 2020 COMPREHENSIVE INCOME Onderdelen die niet naar de resultatenrekening zullen worden geclassificeerd: De herberekening van de verplichting inzake de toegezegde pensioenregeling 131 (71) Gerelateerde belasting (34) 17 De herberekening van de verplichting inzake de toegezegde pensioenregeling 6 97 (54) Totaal van onderdelen die niet naar resultatenrekening worden geclassificeerd: 97 (54) Onderdelen die (kunnen) worden geherclassificeerd naar de resultatenrekening: Wijzigingen in amortisatie van investeringen tot einde looptijd aangehouden 2 4 Gerelateerde belasting (1) Wijzigingen in amortisatie van investeringen tot einde looptijd aangehouden 10 2 3 Wijzigingen in herwaardering van voor verkoop beschikbare beleggingen (1) (298) 81 Gerelateerde belasting 161 (37) Wijzigingen in herwaardering van investeringen beschikbaar voor verkoop 10 (137) 44 Aandeel in niet-gerealiseerde resultaten van de investeringen volgens de equity-methode 13 (168) 144 Wijzigingen in omrekeningsverschillen 291 (356) Totaal van onderdelen die (kunnen) worden geherclassificeerd naar resultatenrekening: (12) (165) Overig comprehensive income over de periode, na belastingen 85 (219) Nettoresultaat over de periode 1.016 1.300 Totaal comprehensive income over de periode 1.101 1.081 Nettoresultaat toewijsbaar aan minderheidsbelangen 171 159 Overig comprehensive income toewijsbaar aan minderheidsbelangen 12 (34) Totaal comprehensive income toewijsbaar aan minderheidsbelangen 183 125 Totaal comprehensive income over de periode, toewijsbaar aan de aandeelhouders 918 956 (1) De wijzigingen in herwaardering van investeringen beschikbaar voor verkoop, zijn met inbegrip van kasstroomafdekkingen en na koersverschillen en shadow accounting. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Geconsolideerd overzicht van het comprehensive income | Nettoresultaat Niet- Koers- toewijsbaar gerealiseerde Totaal Aandelen Uitgifte Overige verschillen aan winsten en Eigen Minderheids- eigen kapitaal premie reserves reserve aandeelhouders verliezen vermogen belangen vermogen Stand per 1 januari 2020 1.502 2.051 2.663 95 979 3.931 11.221 2.260 13.481 Nettoresultaat over de periode 1.141 1.141 159 1.300 Herwaardering van investeringen 212 212 (21) 191 Herwaardering IAS 19 (42) (42) (12) (54) Wisselkoersverschillen (355) (355) (1) (356) Totaal verandering eigen vermogen niet-eigenaren (42) (355) 1.141 212 956 125 1.081 Overdracht 979 (979) Dividend (485) (485) (167) (652) Wijziging in kapitaal 8 8 Eigen aandelen (131) (131) (131) Op aandelen gebaseerde beloning 1 1 1 Overige veranderingen in het eigen vermogen (1) (7) (7) (7) (14) Stand per 1 januari 2021 1.502 2.051 2.978 (260) 1.141 4.143 11.555 2.219 13.774 Nettoresultaat over de periode 845 845 171 1.016 Herwaardering van investeringen (296) (296) (7) (303) Herwaardering IAS 19 79 79 18 97 Wisselkoersverschillen 290 290 1 291 Totaal verandering eigen vermogen niet-eigenaren 79 290 845 (296) 918 183 1.101 Overdracht 1.141 (1.141) Dividend (485) (485) (140) (625) Wijziging in kapitaal 2 2 Eigen aandelen (52) (52) (52) Op aandelen gebaseerde beloning (1) (1) (1) Overige veranderingen in het eigen vermogen (1) (20) (1) (21) (6) (27) Stand per 31 december 2021 1.502 2.051 3.640 29 845 3.847 11.914 2.258 14.172 (1) Overige wijzigingen in het eigen vermogen omvatten de verandering in de reële waarde van de geschreven putoptie op Interparking aandelen, schadevergoedingen betaald aan BNP Paris Fortis SA/NV voor de aangehouden Ageas aandelen met betrekking tot de CASHES-obligaties (zie toelichting 43.2) en, indien van toepassing, kapitaaluitkeringen aan houders van FRESH- en CASHES-obligaties omdat het dividendenrendement van Ageas meer dan 5% bedroeg. Dit vlak moet blijven staan is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen 89 Ageas Jaarverslag 2021 Geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen Toelichting 2021 2020 Geldmiddelen en kasequivalenten per 1 januari 9 2.241 3.745 Resultaat voor belastingen 1.231 1.533 Aanpassingen voor niet-geldelijke posten opgenomen in het resultaat voor belastingen: Herberekening RPN(I) 23 101 61 Resultaat op verkoop en herwaarderingen 32 (294) (639) Aandeel in resultaat van deelnemingen 13 (464) (328) Afschrijvingen en oprenting 41 833 854 Bijzondere waardeverminderingen 38 41 172 Voorzieningen 25 (15) (36) Op aandelen gebaseerde beloningen 40 7 3 Totaal aanpassingen voor niet-geldelijke posten opgenomen in het resultaat voor belastingen 209 87 Wijzigingen in operationele activa en passiva: Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten (activa en passiva) 10 17 (9) Leningen 12 (1.093) (2.331) Herverzekering en overige vorderingen 14 (57) (176) Beleggingen inzake unit-linked contracten (1.812) (659) Opbrengsten uit uitgifte van schulden 21 13 1.053 Betalingen van schulden 21 (375) (90) Verplichtingen inzake verzekerings- en beleggingscontracten 19.1 & 19.2 & 19.4 (1.723) 987 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 19.3 2.045 560 Netto wijzigingen in alle overige operationele activa en passiva 524 (2.248) Dividend ontvangen van deelnemingen 13 219 169 Betaalde winstbelastingen (263) (205) Totaal wijzigingen in operationele activa en passiva (2.505) (2.949) Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten (1.065) (1.329) Investeringsactiviteiten binnen de groep (1) 2 Aankoop van beleggingen 10 (4.751) (5.955) Opbrengsten uit verkoop en aflossingen beleggingen 10 6.547 7.431 Aankoop van vastgoedbeleggingen 11 (377) (557) Opbrengsten uit verkoop van vastgoedbeleggingen 11 177 328 Aankopen van materiële vaste activa 16 (50) (262) Opbrengsten uit verkoop van materiële vaste activa 16 24 7 Investeringen in dochterondernemingen en deelnemingen (inclusief kapitaalverhogingen in deelnemingen) 3 (233) (440) Desinvesteringen in dochterondernemingen en deelnemingen (inclusief kapitaalterugbetalingen van deelnemingen) 3 200 175 Aankoop van immateriële vaste activa 17 (97) (96) Opbrengsten uit verkoop van immateriële vaste activa 2 Kasstroom uit beleggingsactiviteiten 1.439 635 Opbrengsten uit uitgifte van achtergestelde schulden 20 498 Terugbetaling van achtergestelde schulden 20 (507) Aankoop van eigen aandelen (56) (131) Dividenden uitgekeerd aan aandeelhouders van moedervennootschappen (485) (485) Dividenden uitgekeerd aan minderheidsbelangen (140) (167) Terugbetaling van kapitaal (inclusief minderheidsbelangen) (3) (12) Kasstroom uit financieringsactiviteiten (684) (804) Effect van wisselkoersverschillen op geldmiddelen en kasequivalenten 6 (6) Geldmiddelen en kasequivalenten per 31 december 9 1.937 2.241 Bijkomende toelichting inzake kasstromen uit bedrijfsactiviteiten Ontvangen rente 1.840 1.909 Ontvangen dividenden van beleggingen 31 161 128 Betaalde rente (142) (132) Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). G econsolideerd kasstroomoverzicht GECONSOLIDEERDE JAARREKENING 2021 90 Ageas Jaarverslag 2021 Geconsolideerd kasstroomoverzicht C Algemene informatie 90 | 240 Toelichting 2021 2020 Geldmiddelen en kasequivalenten per 1 januari 9 2.241 3.745 Resultaat voor belastingen 1.231 1.533 Aanpassingen voor niet-geldelijke posten opgenomen in het resultaat voor belastingen: Herberekening RPN(I) 23 101 61 Resultaat op verkoop en herwaarderingen 32 (294) (639) Aandeel in resultaat van deelnemingen 13 (464) (328) Afschrijvingen en oprenting 41 833 854 Bijzondere waardeverminderingen 38 41 172 Voorzieningen 25 (15) (36) Op aandelen gebaseerde beloningen 40 7 3 Totaal aanpassingen voor niet-geldelijke posten opgenomen in het resultaat voor belastingen 209 87 Wijzigingen in operationele activa en passiva: Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten (activa en passiva) 10 17 (9) Leningen 12 (1.093) (2.331) Herverzekering en overige vorderingen 14 (57) (176) Beleggingen inzake unit-linked contracten (1.812) (659) Opbrengsten uit uitgifte van schulden 21 13 1.053 Betalingen van schulden 21 (375) (90) Verplichtingen inzake verzekerings- en beleggingscontracten 19.1 & 19.2 & 19.4 (1.723) 987 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 19.3 2.045 560 Netto wijzigingen in alle overige operationele activa en passiva 524 (2.248) Dividend ontvangen van deelnemingen 13 219 169 Betaalde winstbelastingen (263) (205) Totaal wijzigingen in operationele activa en passiva (2.505) (2.949) Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten (1.065) (1.329) Investeringsactiviteiten binnen de groep (1) 2 Aankoop van beleggingen 10 (4.751) (5.955) Opbrengsten uit verkoop en aflossingen beleggingen 10 6.547 7.431 Aankoop van vastgoedbeleggingen 11 (377) (557) Opbrengsten uit verkoop van vastgoedbeleggingen 11 177 328 Aankopen van materiële vaste activa 16 (50) (262) Opbrengsten uit verkoop van materiële vaste activa 16 24 7 Investeringen in dochterondernemingen en deelnemingen (inclusief kapitaalverhogingen in deelnemingen) 3 (233) (440) Desinvesteringen in dochterondernemingen en deelnemingen (inclusief kapitaalterugbetalingen van deelnemingen) 3 200 175 Aankoop van immateriële vaste activa 17 (97) (96) Opbrengsten uit verkoop van immateriële vaste activa 2 Kasstroom uit beleggingsactiviteiten 1.439 635 Opbrengsten uit uitgifte van achtergestelde schulden 20 498 Terugbetaling van achtergestelde schulden 20 (507) Aankoop van eigen aandelen (56) (131) Dividenden uitgekeerd aan aandeelhouders van moedervennootschappen (485) (485) Dividenden uitgekeerd aan minderheidsbelangen (140) (167) Terugbetaling van kapitaal (inclusief minderheidsbelangen) (3) (12) Kasstroom uit financieringsactiviteiten (684) (804) Effect van wisselkoersverschillen op geldmiddelen en kasequivalenten 6 (6) Geldmiddelen en kasequivalenten per 31 december 9 1.937 2.241 Bijkomende toelichting inzake kasstromen uit bedrijfsactiviteiten Ontvangen rente 1.840 1.909 Ontvangen dividenden van beleggingen 31 161 128 Betaalde rente (142) (132) Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). G econsolideerd kasstroomoverzicht 91 Ageas Jaarverslag 2021 C Algemene informatie 92 | 240 Sedert begin 2020, heeft de Covid-19 pandemie geleid tot bijkomende onzekerheden in de werk omgeving van Ageas. De impact op de resultaten wordt uiteengezet in deel A van dit Jaarverslag. Ook de impacten op de maatschappij, onze werknemers en initiatieven inzake filantropie worden in dit deel weergegeven. De impact op onze risico classificatie is opgenomen in deel C, 4.6. De impact op het gebruik van aannames en schattingen is weergegeven in deel C, 2.3. Impacten op de diverse lijnen van de resultatenrekeningen worden uiteengezet in deel A en in diverse toelichtingen in delen C en D (zie toelichtingen 2.2.1., 14, 31, 38, 41). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). (deze is hoger dan vorige – dat klopt!) Covid- 19 93 | 240 ageas SA/NV, statutair gevestigd te Markiesstraat 1, Brussel, België is de moedermaatschappij van de Ageas Groep. Het jaarverslag omvat de geconsolideerde jaarrekening van de Ageas Groep en de jaarrekening van ageas SA/NV. Ageas Groep voert levens-, niet-levensverzekerings- en herverzekeringsactiviteiten uit in Europa en Azië. Ageas aandelen zijn genoteerd op de gereguleerde markt van Euronext in Brussel. Daarnaast heeft Ageas een gesponsord ADR-programma in de Verenigde Staten. Bekende aandeelhouders van ageas SA/NV, gebaseerd op de officiële meldingen zijn per 31 december 2021: Fosun 10,01%; BlackRock, Inc 5,23%, Ping An 5,17%; Schroders Plc 3,02%; ageas SA/NV en haar dochtermaatschappijen hebben zelf 2,13% van de eigen aandelen in eigendom. Dit belang heeft betrekking op de FRESH (zie toelichting 18 Eigen vermogen en toelichting 20 Achtergestelde schulden), de 'restricted share'-programma's en de inkoopprogramma’s van eigen aandelen (zie toelichting 18 Eigen vermogen). Per 31 december 2021 is de juridische structuur van Ageas als volgt. Finteas NV is per 22 december 2021 geliquideerd. Volledig geconsolideerde entiteiten van Ageas in Continentaal Europa zijn in Portugal: Millenniumbcp Ageas (51%), Ocidental Seguros (100%), Médis (100%), Ageas Portugal Vida (100%) en Ageas Portugal Seguros (100%) en in Frankrijk: Ageas France (100%). De volledige lijst van ondernemingen binnen de reikwijdte van de Groep wordt gepubliceerd in ‘Group Public Disclosure QRTs’ die kan worden geraadpleegd op de website: https://www.ageas.com/investors/quarterly-results Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 1 Juridische structuur Dit figuur (en volgende) staat ‘klein’ in het WERK-worddocument omdat het origineel in Indesign er bovenop wordt gezet in de juiste kwaliteit. Organogrammen in de rest van het document dus klein ter illustratie waar een figuur gaat komen. ALGEMENE INFORMATIE 92 Ageas Jaarverslag 2021 Covid-19 92 | 240 Sedert begin 2020, heeft de Covid-19 pandemie geleid tot bijkomende onzekerheden in de werk omgeving van Ageas. De impact op de resultaten wordt uiteengezet in deel A van dit Jaarverslag. Ook de impacten op de maatschappij, onze werknemers en initiatieven inzake filantropie worden in dit deel weergegeven. De impact op onze risico classificatie is opgenomen in deel C, 4.6. De impact op het gebruik van aannames en schattingen is weergegeven in deel C, 2.3. Impacten op de diverse lijnen van de resultatenrekeningen worden uiteengezet in deel A en in diverse toelichtingen in delen C en D (zie toelichtingen 2.2.1., 14, 31, 38, 41). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). (deze is hoger dan vorige – dat klopt!) Covid- 19 93 | 240 ageas SA/NV, statutair gevestigd te Markiesstraat 1, Brussel, België is de moedermaatschappij van de Ageas Groep. Het jaarverslag omvat de geconsolideerde jaarrekening van de Ageas Groep en de jaarrekening van ageas SA/NV. Ageas Groep voert levens-, niet-levensverzekerings- en herverzekeringsactiviteiten uit in Europa en Azië. Ageas aandelen zijn genoteerd op de gereguleerde markt van Euronext in Brussel. Daarnaast heeft Ageas een gesponsord ADR-programma in de Verenigde Staten. Bekende aandeelhouders van ageas SA/NV, gebaseerd op de officiële meldingen zijn per 31 december 2021: Fosun 10,01%; BlackRock, Inc 5,23%, Ping An 5,17%; Schroders Plc 3,02%; ageas SA/NV en haar dochtermaatschappijen hebben zelf 2,13% van de eigen aandelen in eigendom. Dit belang heeft betrekking op de FRESH (zie toelichting 18 Eigen vermogen en toelichting 20 Achtergestelde schulden), de 'restricted share'-programma's en de inkoopprogramma’s van eigen aandelen (zie toelichting 18 Eigen vermogen). Per 31 december 2021 is de juridische structuur van Ageas als volgt. Finteas NV is per 22 december 2021 geliquideerd. Volledig geconsolideerde entiteiten van Ageas in Continentaal Europa zijn in Portugal: Millenniumbcp Ageas (51%), Ocidental Seguros (100%), Médis (100%), Ageas Portugal Vida (100%) en Ageas Portugal Seguros (100%) en in Frankrijk: Ageas France (100%). De volledige lijst van ondernemingen binnen de reikwijdte van de Groep wordt gepubliceerd in ‘Group Public Disclosure QRTs’ die kan worden geraadpleegd op de website: https://www.ageas.com/investors/quarterly-results Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 1 Juridische structuur Dit figuur (en volgende) staat ‘klein’ in het WERK-worddocument omdat het origineel in Indesign er bovenop wordt gezet in de juiste kwaliteit. Organogrammen in de rest van het document dus klein ter illustratie waar een figuur gaat komen. 93 Ageas Jaarverslag 2021 Juridische structuur AGEAS SA/NV 100% Ageas Insurance International NV ageas SA/NV 100% Ageas UK Ltd. 44.7% Royal Park Investments SA/NV 100% Ageasfinlux SA 100% Goldpark International Investments BV 75% AG Insurance SA/NV Diverse participaties in Ageas Asia aanwezig in China, Thailand, Maleisië, India, Filippijnen en Vietnam Diverse entiteiten en participaties in Continental Europe aanwezig in Portugal, Frankrijk en Turkije 94 | 240 De Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas van 2021 (‘geconsolideerde jaarrekening’), inclusief alle toelichtingen, is opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) die van toepassing zijn per 1 januari 2021, zoals gepubliceerd door de International Accounting Standards Board (IASB) en goedgekeurd door de Europese Unie (EU). 2.1 Grondslagen voor financiële verslaggeving Deze geconsolideerde jaarrekening is opgemaakt op basis van dezelfde grondslagen voor financiële verslaggeving als deze die Ageas heeft toegepast voor het boekjaar dat eindigde op 31 december 2020, met uitzondering van de wijzigingen opgenomen in onderstaande paragraaf 2.2. Deze geconsolideerde jaarrekening is opgemaakt in de veronderstelling van continuïteit van de bedrijfsvoering (‘going concern’) en is opgesteld in euro’s, de functionele valuta van de moedermaatschappij van Ageas. Alle bedragen zijn afgerond naar het dichtstbijzijnde miljoen, tenzij anders aangegeven. Activa en passiva opgenomen op de balans van Ageas hebben gewoonlijk een looptijd van meer dan 12 maanden, met uitzondering van geldmiddelen en kasequivalenten, herverzekerings- en overige vorderingen, overlopende rente en overige activa, verplichtingen met betrekking tot verzekeringscontracten niet-leven, sommige schulden zoals terugkoopovereenkomsten van effecten, overlopende rente en overige verplichtingen en actuele belastingvorderingen en -schulden. De belangrijkste IFRS-standaarden die zijn toegepast voor de waardering van de activa en verplichtingen zijn: IAS 1 voor de presentatie van de jaarrekening; IAS 16 voor materiële vaste activa; IAS 19 voor personeelsbeloningen; IAS 23 voor financieringskosten (leningen); IAS 28 voor investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures; IAS 32 voor financiële instrumenten – presentatie; IAS 36 voor bijzondere waardevermindering van activa; IAS 38 voor immateriële activa; IAS 39 voor financiële instrumenten – opname en waardering; IAS 40 voor vastgoedbeleggingen; IFRS 3 voor bedrijfscombinaties; IFRS 4 voor verzekeringscontracten; IFRS 7 voor financiële instrumenten - informatieverschaffing; IFRS 8 voor operationele segmenten; IFRS 10 voor de geconsolideerde jaarrekening; IFRS 12 voor informatieverschaffing over belangen in andere entiteiten; IFRS 13 voor waardering tegen reële waarde; IFRS 15 voor opbrengsten van contracten met klanten; en IFRS 16 voor leaseovereenkomsten. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 2 Samenvatting grondslagen voor financiële verslaggeving en consolidatie 95 | 240 2.2 Wijzigingen in de grondslagen voor financiële verslaggeving 2.2.1 Wijzigingen in de IFRS-standaarden in het huidige boekjaar In 2021, werden de volgende nieuwe of herziene IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen in IFRS-standaarden en interpretaties van kracht (zoals goedgekeurd door de EU). Rentebenchmarkhervorming (fase 2) – Wijzigingen in IFRS 9, IAS 39, IFRS 7, IFRS 4 en IFRS 16 De rentebenchmarks die in de financiële markt worden gebruikt als referentievoet voor de bepaling van interestvoeten en betalingsverplichtingen ondergaan een grondige hervorming en transitie om te voldoen aan nieuwe reglementaire voorschriften en marktbehoeften. Als gevolg van deze hervorming kunnen sommige bestaande rentebenchmarks, zoals Eonia en Libor, worden opgeheven. De IASB heeft twee wijzigingen in IFRS-standaarden gepubliceerd die de boekhoudkundige gevolgen van deze hervormingen van de rentebenchmarks behandelen: In september 2019 heeft de IASB wijzigingen gepubliceerd in IFRS 9, IAS 39 en IFRS 7 ‘Rentebenchmarkhervorming’ (fase 1). De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in januari 2020 en deze wijzigingen zijn van toepassing voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2020. In augustus 2020 heeft de IASB wijzigingen gepubliceerd in IFRS 9, IAS 39, IFRS 7 en IFRS 16 ‘Rentebenchmarkhervorming’ (fase 2). De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in januari 2021 en deze wijzigingen zijn van toepassing voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2021. Ageas heeft geen van beide wijzigingen vervroegd toegepast. De wijzigingen in fase 1 behandelen potentiële thema’s die zich voordoen in de periode voorafgaand aan de vervanging van de huidige rentebenchmarks door alternatieve rentebenchmarks. De wijzigingen in fase 2 behandelen potentiële thema’s gerelateerd aan de wijziging van de huidige rentebenchmark in een alternatieve rentebenchmark. De wijzigingen in de IFRS-standaarden voorzien in (verplicht toe te passen) tijdelijke uitzonderingen op bepaalde vereisten inzake hedge accounting voor afdekkingsrelaties waarop de onzekerheid rond de rentebenchmarkhervorming rechtstreeks van invloed is. De wijzigingen laten toe dat bestaande afdekkingsrelaties blijven doorlopen gedurende de periode waarin er onzekerheid bestaat over de rentebenchmarkhervorming en voorzien in een oplossing voor situaties waarin de transitie van de huidige rentebenchmark in een alternatieve benchmark als gevolg heeft dat de contractuele kasstromen van activa, verplichtingen of huurovereenkomsten wijzigen. Wijzigingen in contractuele kasstromen, die een direct gevolg zijn van de rentebenchmarkhervorming, worden aanzien als een wijziging in de variabele interestvoet (vergelijkbaar met een wijziging in de marktrente of marktinterest), eerder dan dat deze tot gevolg hebben dat een activa of verplichting niet langer wordt opgenomen op de balans. Deze geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2021 omvat een nominaal bedrag aan afdekkingsrelaties die gelinkt zijn aan de EURIBOR voor EUR 849 miljoen en een nominaal bedrag aan achtergestelde schulden met variabele rentevoet, eveneens gelinkt aan de EURIBOR, voor EUR 442.8 miljoen. In 2019 is de EURIBOR hervormd naar een hybride methode en heeft de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) de European Money Markets Institute (EMMI) aangesteld als beheerder van de EURIBOR-rentebenchmark. Hierdoor kunnen entiteiten die onder toezicht staan van de EU de EURIBOR in de nabije toekomst blijven gebruiken. Vanaf 2022, zal de European Securities and Market Authority (ESMA) de FSMA opvolgen als beheerder van de EURIBOR. De ESMA heeft al in september 2020 bevestigd dat ze niet van plan is om de EURIBOR-rentebenchmark af te voeren. Ageas volgt de ontwikkelingen rond de rentebenchmarkhervorming verder op. Omdat de kans bestaat dat de EURIBOR-rentebenchmark in de toekomst zal ophouden te bestaan, worden alternatieven opgenomen in nieuwe contracten en volgt Ageas de ontwikkelingen rond de EURIBOR op voor de bestaande contracten, opdat hun continuïteit niet in het gedrang komt in de onwaarschijnlijke situatie dat de EURIBOR wordt stopgezet. Per 31 december 2021 hebben deze wijzigingen in de IFRS-standaarden geen impact op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas. Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen – Wijzigingen in IFRS 16 Sinds 1 januari 2019 past Ageas de standaard IFRS 16 ‘Leaseovereenkomsten’ toe, zoals gepubliceerd door de IASB in januari 2016 en goedgekeurd door de EU in november 2017. Ten gevolge van de Covid-19 pandemie, hebben verschillende verhuurders tijdelijke huurtoegevingen toegekend aan huurders, onder de vorm van uitstel van huurbetalingen of vermindering van het huurbedrag, eventueel gecompenseerd door een verhoging van de huur in toekomstige periodes. Om de boekhoudkundige gevolgen van deze Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen te behandelen, heeft de IASB in mei 2020 wijzigingen gepubliceerd in IFRS 16 over Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen. De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in oktober 2020. Deze wijzigingen bieden huurders de praktische oplossing niet te moeten beoordelen of de Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen, die resulteren in een vermindering van de verschuldigde huurbedragen tot en met 30 juni 2021, moeten worden aanzien als een wijziging van de leaseovereenkomst. Ageas heeft als huurder niet genoten van tijdelijke Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen die zouden resulteren in een wijziging van de leaseovereenkomst. Bijgevolg hebben deze wijzigingen in IFRS 16 geen gevolgen voor Ageas. Gezien de huidige situatie van de Covid-19 pandemie, heeft de IASB in maart 2021 besloten om de praktische oplossing hierboven te verlengen voor Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen die resulteren in een vermindering van de verschuldigde huurbedragen tot en met 30 juni 2022. De EU heeft deze verlenging goedgekeurd in augustus 2021. Omdat Ageas als huurder tot op heden niet heeft genoten van tijdelijke Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen, wordt verwacht dat deze wijzigingen in IFRS 16 geen impact zullen hebben op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas. ALGEMENE INFORMATIE 94 Ageas Jaarverslag 2021 Samenvatting grondslagen voor financiële verslaggeving en consolidatie 94 | 240 De Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas van 2021 (‘geconsolideerde jaarrekening’), inclusief alle toelichtingen, is opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) die van toepassing zijn per 1 januari 2021, zoals gepubliceerd door de International Accounting Standards Board (IASB) en goedgekeurd door de Europese Unie (EU). 2.1 Grondslagen voor financiële verslaggeving Deze geconsolideerde jaarrekening is opgemaakt op basis van dezelfde grondslagen voor financiële verslaggeving als deze die Ageas heeft toegepast voor het boekjaar dat eindigde op 31 december 2020, met uitzondering van de wijzigingen opgenomen in onderstaande paragraaf 2.2. Deze geconsolideerde jaarrekening is opgemaakt in de veronderstelling van continuïteit van de bedrijfsvoering (‘going concern’) en is opgesteld in euro’s, de functionele valuta van de moedermaatschappij van Ageas. Alle bedragen zijn afgerond naar het dichtstbijzijnde miljoen, tenzij anders aangegeven. Activa en passiva opgenomen op de balans van Ageas hebben gewoonlijk een looptijd van meer dan 12 maanden, met uitzondering van geldmiddelen en kasequivalenten, herverzekerings- en overige vorderingen, overlopende rente en overige activa, verplichtingen met betrekking tot verzekeringscontracten niet-leven, sommige schulden zoals terugkoopovereenkomsten van effecten, overlopende rente en overige verplichtingen en actuele belastingvorderingen en -schulden. De belangrijkste IFRS-standaarden die zijn toegepast voor de waardering van de activa en verplichtingen zijn: IAS 1 voor de presentatie van de jaarrekening; IAS 16 voor materiële vaste activa; IAS 19 voor personeelsbeloningen; IAS 23 voor financieringskosten (leningen); IAS 28 voor investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures; IAS 32 voor financiële instrumenten – presentatie; IAS 36 voor bijzondere waardevermindering van activa; IAS 38 voor immateriële activa; IAS 39 voor financiële instrumenten – opname en waardering; IAS 40 voor vastgoedbeleggingen; IFRS 3 voor bedrijfscombinaties; IFRS 4 voor verzekeringscontracten; IFRS 7 voor financiële instrumenten - informatieverschaffing; IFRS 8 voor operationele segmenten; IFRS 10 voor de geconsolideerde jaarrekening; IFRS 12 voor informatieverschaffing over belangen in andere entiteiten; IFRS 13 voor waardering tegen reële waarde; IFRS 15 voor opbrengsten van contracten met klanten; en IFRS 16 voor leaseovereenkomsten. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 2 Samenvatting grondslagen voor financiële verslaggeving en consolidatie 95 | 240 2.2 Wijzigingen in de grondslagen voor financiële verslaggeving 2.2.1 Wijzigingen in de IFRS-standaarden in het huidige boekjaar In 2021, werden de volgende nieuwe of herziene IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen in IFRS-standaarden en interpretaties van kracht (zoals goedgekeurd door de EU). Rentebenchmarkhervorming (fase 2) – Wijzigingen in IFRS 9, IAS 39, IFRS 7, IFRS 4 en IFRS 16 De rentebenchmarks die in de financiële markt worden gebruikt als referentievoet voor de bepaling van interestvoeten en betalingsverplichtingen ondergaan een grondige hervorming en transitie om te voldoen aan nieuwe reglementaire voorschriften en marktbehoeften. Als gevolg van deze hervorming kunnen sommige bestaande rentebenchmarks, zoals Eonia en Libor, worden opgeheven. De IASB heeft twee wijzigingen in IFRS-standaarden gepubliceerd die de boekhoudkundige gevolgen van deze hervormingen van de rentebenchmarks behandelen: In september 2019 heeft de IASB wijzigingen gepubliceerd in IFRS 9, IAS 39 en IFRS 7 ‘Rentebenchmarkhervorming’ (fase 1). De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in januari 2020 en deze wijzigingen zijn van toepassing voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2020. In augustus 2020 heeft de IASB wijzigingen gepubliceerd in IFRS 9, IAS 39, IFRS 7 en IFRS 16 ‘Rentebenchmarkhervorming’ (fase 2). De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in januari 2021 en deze wijzigingen zijn van toepassing voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2021. Ageas heeft geen van beide wijzigingen vervroegd toegepast. De wijzigingen in fase 1 behandelen potentiële thema’s die zich voordoen in de periode voorafgaand aan de vervanging van de huidige rentebenchmarks door alternatieve rentebenchmarks. De wijzigingen in fase 2 behandelen potentiële thema’s gerelateerd aan de wijziging van de huidige rentebenchmark in een alternatieve rentebenchmark. De wijzigingen in de IFRS-standaarden voorzien in (verplicht toe te passen) tijdelijke uitzonderingen op bepaalde vereisten inzake hedge accounting voor afdekkingsrelaties waarop de onzekerheid rond de rentebenchmarkhervorming rechtstreeks van invloed is. De wijzigingen laten toe dat bestaande afdekkingsrelaties blijven doorlopen gedurende de periode waarin er onzekerheid bestaat over de rentebenchmarkhervorming en voorzien in een oplossing voor situaties waarin de transitie van de huidige rentebenchmark in een alternatieve benchmark als gevolg heeft dat de contractuele kasstromen van activa, verplichtingen of huurovereenkomsten wijzigen. Wijzigingen in contractuele kasstromen, die een direct gevolg zijn van de rentebenchmarkhervorming, worden aanzien als een wijziging in de variabele interestvoet (vergelijkbaar met een wijziging in de marktrente of marktinterest), eerder dan dat deze tot gevolg hebben dat een activa of verplichting niet langer wordt opgenomen op de balans. Deze geconsolideerde jaarrekening per 31 december 2021 omvat een nominaal bedrag aan afdekkingsrelaties die gelinkt zijn aan de EURIBOR voor EUR 849 miljoen en een nominaal bedrag aan achtergestelde schulden met variabele rentevoet, eveneens gelinkt aan de EURIBOR, voor EUR 442.8 miljoen. In 2019 is de EURIBOR hervormd naar een hybride methode en heeft de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) de European Money Markets Institute (EMMI) aangesteld als beheerder van de EURIBOR-rentebenchmark. Hierdoor kunnen entiteiten die onder toezicht staan van de EU de EURIBOR in de nabije toekomst blijven gebruiken. Vanaf 2022, zal de European Securities and Market Authority (ESMA) de FSMA opvolgen als beheerder van de EURIBOR. De ESMA heeft al in september 2020 bevestigd dat ze niet van plan is om de EURIBOR-rentebenchmark af te voeren. Ageas volgt de ontwikkelingen rond de rentebenchmarkhervorming verder op. Omdat de kans bestaat dat de EURIBOR-rentebenchmark in de toekomst zal ophouden te bestaan, worden alternatieven opgenomen in nieuwe contracten en volgt Ageas de ontwikkelingen rond de EURIBOR op voor de bestaande contracten, opdat hun continuïteit niet in het gedrang komt in de onwaarschijnlijke situatie dat de EURIBOR wordt stopgezet. Per 31 december 2021 hebben deze wijzigingen in de IFRS-standaarden geen impact op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas. Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen – Wijzigingen in IFRS 16 Sinds 1 januari 2019 past Ageas de standaard IFRS 16 ‘Leaseovereenkomsten’ toe, zoals gepubliceerd door de IASB in januari 2016 en goedgekeurd door de EU in november 2017. Ten gevolge van de Covid-19 pandemie, hebben verschillende verhuurders tijdelijke huurtoegevingen toegekend aan huurders, onder de vorm van uitstel van huurbetalingen of vermindering van het huurbedrag, eventueel gecompenseerd door een verhoging van de huur in toekomstige periodes. Om de boekhoudkundige gevolgen van deze Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen te behandelen, heeft de IASB in mei 2020 wijzigingen gepubliceerd in IFRS 16 over Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen. De EU heeft deze wijzigingen goedgekeurd in oktober 2020. Deze wijzigingen bieden huurders de praktische oplossing niet te moeten beoordelen of de Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen, die resulteren in een vermindering van de verschuldigde huurbedragen tot en met 30 juni 2021, moeten worden aanzien als een wijziging van de leaseovereenkomst. Ageas heeft als huurder niet genoten van tijdelijke Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen die zouden resulteren in een wijziging van de leaseovereenkomst. Bijgevolg hebben deze wijzigingen in IFRS 16 geen gevolgen voor Ageas. Gezien de huidige situatie van de Covid-19 pandemie, heeft de IASB in maart 2021 besloten om de praktische oplossing hierboven te verlengen voor Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen die resulteren in een vermindering van de verschuldigde huurbedragen tot en met 30 juni 2022. De EU heeft deze verlenging goedgekeurd in augustus 2021. Omdat Ageas als huurder tot op heden niet heeft genoten van tijdelijke Covid-19 gerelateerde huurtoegevingen, wordt verwacht dat deze wijzigingen in IFRS 16 geen impact zullen hebben op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas. 95 Ageas Jaarverslag 2021 Samenvatting grondslagen voor financiële verslaggeving en consolidatie 96 | 240 2.2.2 Toekomstige wijzigingen IFRS-standaarden De volgende nieuwe of herziene IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen van IFRS-standaarden en interpretaties worden van kracht voor boekhoudperiodes die beginnen op 1 januari 2022 of later. Ageas heeft geen IFRS-standaarden toegepast die al zijn gepubliceerd door de IASB maar nog niet effectief zijn. Verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9 – Wijzigingen in IFRS 4 De IASB heeft in juli 2014 de standaard IFRS 9 ‘Financiële instrumenten’ gepubliceerd en de EU heeft deze standaard goedgekeurd in november 2016. Ondanks dat IFRS 9 van toepassing is voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2018, is Ageas de standaard IAS 39 ‘Financiële instrumenten – opname en waardering’ blijven toepassen. Ageas zal IFRS 9 voor het eerst toepassen vanaf 1 januari 2023. Onderstaande paragrafen verklaren waarom Ageas ondertussen de standaard IAS 39 blijft toepassen. In juni 2020 heeft de IASB, samen met de publicatie van wijzigingen in IFRS 17, wijzigingen gepubliceerd in IFRS 4 ‘Verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9’. Via deze wijzigingen bevestigt de IASB dat verzekeringsondernemingen de initiële toepassingsdatum van IFRS 9 en IFRS 17 kunnen aligneren. De EU heeft deze wijzigingen in IFRS 4 goedgekeurd in december 2020. De wijzigingen in IFRS 4 bieden twee alternatieven om het effect van de verschillende initiële toepassingsdata van IFRS 9 en IFRS 17 tot een minimum te beperken. Deze opties zijn de overlappingsbenadering en de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9. De tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9 is een optionele tijdelijke vrijstelling die kan worden toegepast voor boekhoudperiodes die beginnen vóór 1 januari 2023, dit voor entiteiten die overwegend verzekeringscontracten uitgeven. Ageas heeft op de referentiedatum van 31 december 2015 nagegaan of haar activiteiten overwegend verband houden met verzekering en concludeerde dat ze in aanmerking kwam voor de toepassing van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9. Dit betekent dat: De boekwaarde van de verplichtingen die voortvloeien uit contracten die vallen binnen het toepassingsgebied van IFRS 4 significant is in vergelijking met de totale boekwaarde van alle verplichtingen van Ageas; en Het percentage van de totale boekwaarde van de met verzekering verband houdende verplichtingen, ten opzichte van de totale boekwaarde van alle verplichtingen van Ageas, hoger is dan 90 procent. Ageas heeft de analyse of haar activiteiten overwegend verband houden met verzekering niet opnieuw beoordeeld op een latere datum, omdat er geen substantiële veranderingen hebben plaatsvonden in de activiteiten van Ageas die een dergelijke herbeoordeling noodzakelijk zouden maken. Omdat Ageas in aanmerking komt voor de toepassing van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9, besloot Ageas om hiervan gebruik te maken en de initiële toepassingsdatum van beide standaarden te aligneren. Ondertussen loopt binnen Ageas een gecombineerd implementatieproject voor de implementatie van IFRS 9 en IFRS 17. Dit implementatieproject houdt rekening met de wijzigingen in IFRS 17 ‘Initiële toepassing van IFRS 17 en IFRS 9 – vergelijkende informatie’ die de IASB in december 2021 heeft gepubliceerd. Gezien de beslissing van Ageas om gebruik te maken van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9, verschaft Ageas volgende informatie over de reële waarde en de kredietrisicoblootstelling, welke de gebruikers van de geconsolideerde jaarrekening van Ageas moet toelaten om de jaarrekening van Ageas te vergelijken met andere ondernemingen, die IFRS 9 toepassen. Mutatie in reële waarde Reële waarde op 31 december 2021 Reële waarde op 31 december 2020 in 2021 Voldoen aan Voldoen niet aan Voldoen aan Voldoen niet aan Voldoen aan Voldoen niet aan Reële waarde van financiële activa (in miljoen euro) SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test Geldmiddelen en kasequivalenten 1.900 38 2.177 64 (277) (26) Schuldeffecten incl. structured notes 55.905 127 61.038 167 (5.133) (40) Aandelen en overige beleggingen 5.669 4.875 794 Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 6 16 (10) Derivaten voor afdekkingsdoeleinden 34 3 31 Leningen 15.155 297 14.338 597 817 (300) Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 17.088 1.811 Overige vorderingen 802 858 (56) 97 | 240 Voorziening is bepaald Als een ECL gedurende levensduur Significant toegenomen Met waarde- vermindering Handels-en overige Met Bruto boekwaarde kredietrisico sinds op balansdatum vorderingen waarde- per 31 december 2021 onder Als een ECL voor initiële opname maar niet gewaardeerd vermindering toepassing van IAS 39 voor financiële de komende maar zonder verworven met overeenkomstig verworven activa die voldoen aan de SPPI-test 12 maanden waardevermindering waardevermindering IFRS 9 §5.5.15 financiële activa AAA 5.289 AA 30.991 A 13.749 BBB 14.565 Totaal beleggingskwaliteit 64.594 Minder dan beleggingskwaliteit 296 78 26 Zonder kredietbeoordeling 4.832 4 18 952 26 Totaal 69.722 82 44 952 26 Voorziening is bepaald Als een ECL gedurende levensduur Significant toegenomen Met waarde- vermindering Handels-en overige Met Bruto boekwaarde kredietrisico sinds op balansdatum vorderingen waarde- per 31 december 2020 onder Als een ECL voor initiële opname maar niet gewaardeerd vermindering toepassing van IAS 39 voor financiële de komende maar zonder verworven met overeenkomstig verworven activa die voldoen aan de SPPI-test 12 maanden waardevermindering waardevermindering IFRS 9 §5.5.15 financiële activa AAA 5.722 AA 34.102 A 12.615 BBB 15.195 Totaal beleggingskwaliteit 67.634 Minder dan beleggingskwaliteit 570 123 30 Zonder kredietbeoordeling 4.985 6 20 916 47 Totaal 73.190 129 50 916 47 Bruto boekwaarde per 31 december 2021 onder toepassing van IAS 39 en reële waarde voor financiële activa die voldoen aan de SPPI-test en die geen laag kredietrisico hebben Bruto boekwaarde onder toepassing van IAS 39 1.357 Reële waarde 1.326 Verschil 31 IAS 28 ‘Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures’ vereist dat een entiteit uniforme grondslagen voor financiële verslaggeving toepast wanneer zij de vermogensmutatiemethode gebruikt. Ageas wijkt tijdelijk af van deze regel voor zijn deelneming in Maybank Ageas Holdings Berhad. Deze entiteit past IFRS 9 toe sinds 2018, terwijl Ageas over dezelfde rapporteringsperiodes de tijdelijke vrijstelling voor de toepassing van IFRS 9 gebruikte. Deze afwijking van de toepassing van uniforme grondslagen is toegestaan door paragraaf 39I van de wijzigingen in IFRS 4 over de verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9. Het financieel jaarverslag van Maybank Ageas Holdings Berhad kan worden geraadpleegd op de volgende website: (https://www.etiqa.com.my/v2/about-us/financial-report). IFRS 17 Verzekeringscontracten De IASB heeft in mei 2017 IFRS 17 ‘Verzekeringscontracten’ gepubliceerd en heeft in juni 2020 wijzigingen in IFRS 17 gepubliceerd. IFRS 17 is van toepassing voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2023, wat ook de initiële datum is waarop Ageas de standaard IFRS 17 zal toepassen. De EU heeft de standaard IFRS 17, inclusief de wijzigingen in IFRS 17 van juni 2020, goedgekeurd in november 2021. Deze goedkeuring omvat ook een (optionele) Europese vrijstelling van de toepassing van de vereiste om contracten te groeperen in cohorten van een jaar voor groepen van verzekeringscontracten met directe winstdelingselementen, groepen van beleggingscontracten met discretionaire winstdelings- elementen en groepen van verzekeringscontracten waarbij risico’s en kasstromen worden gedeeld tussen verschillende generaties van verzekeringsnemers. ALGEMENE INFORMATIE 96 Ageas Jaarverslag 2021 96 | 240 2.2.2 Toekomstige wijzigingen IFRS-standaarden De volgende nieuwe of herziene IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen van IFRS-standaarden en interpretaties worden van kracht voor boekhoudperiodes die beginnen op 1 januari 2022 of later. Ageas heeft geen IFRS-standaarden toegepast die al zijn gepubliceerd door de IASB maar nog niet effectief zijn. Verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9 – Wijzigingen in IFRS 4 De IASB heeft in juli 2014 de standaard IFRS 9 ‘Financiële instrumenten’ gepubliceerd en de EU heeft deze standaard goedgekeurd in november 2016. Ondanks dat IFRS 9 van toepassing is voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2018, is Ageas de standaard IAS 39 ‘Financiële instrumenten – opname en waardering’ blijven toepassen. Ageas zal IFRS 9 voor het eerst toepassen vanaf 1 januari 2023. Onderstaande paragrafen verklaren waarom Ageas ondertussen de standaard IAS 39 blijft toepassen. In juni 2020 heeft de IASB, samen met de publicatie van wijzigingen in IFRS 17, wijzigingen gepubliceerd in IFRS 4 ‘Verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9’. Via deze wijzigingen bevestigt de IASB dat verzekeringsondernemingen de initiële toepassingsdatum van IFRS 9 en IFRS 17 kunnen aligneren. De EU heeft deze wijzigingen in IFRS 4 goedgekeurd in december 2020. De wijzigingen in IFRS 4 bieden twee alternatieven om het effect van de verschillende initiële toepassingsdata van IFRS 9 en IFRS 17 tot een minimum te beperken. Deze opties zijn de overlappingsbenadering en de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9. De tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9 is een optionele tijdelijke vrijstelling die kan worden toegepast voor boekhoudperiodes die beginnen vóór 1 januari 2023, dit voor entiteiten die overwegend verzekeringscontracten uitgeven. Ageas heeft op de referentiedatum van 31 december 2015 nagegaan of haar activiteiten overwegend verband houden met verzekering en concludeerde dat ze in aanmerking kwam voor de toepassing van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9. Dit betekent dat: De boekwaarde van de verplichtingen die voortvloeien uit contracten die vallen binnen het toepassingsgebied van IFRS 4 significant is in vergelijking met de totale boekwaarde van alle verplichtingen van Ageas; en Het percentage van de totale boekwaarde van de met verzekering verband houdende verplichtingen, ten opzichte van de totale boekwaarde van alle verplichtingen van Ageas, hoger is dan 90 procent. Ageas heeft de analyse of haar activiteiten overwegend verband houden met verzekering niet opnieuw beoordeeld op een latere datum, omdat er geen substantiële veranderingen hebben plaatsvonden in de activiteiten van Ageas die een dergelijke herbeoordeling noodzakelijk zouden maken. Omdat Ageas in aanmerking komt voor de toepassing van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9, besloot Ageas om hiervan gebruik te maken en de initiële toepassingsdatum van beide standaarden te aligneren. Ondertussen loopt binnen Ageas een gecombineerd implementatieproject voor de implementatie van IFRS 9 en IFRS 17. Dit implementatieproject houdt rekening met de wijzigingen in IFRS 17 ‘Initiële toepassing van IFRS 17 en IFRS 9 – vergelijkende informatie’ die de IASB in december 2021 heeft gepubliceerd. Gezien de beslissing van Ageas om gebruik te maken van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9, verschaft Ageas volgende informatie over de reële waarde en de kredietrisicoblootstelling, welke de gebruikers van de geconsolideerde jaarrekening van Ageas moet toelaten om de jaarrekening van Ageas te vergelijken met andere ondernemingen, die IFRS 9 toepassen. Mutatie in reële waarde Reële waarde op 31 december 2021 Reële waarde op 31 december 2020 in 2021 Voldoen aan Voldoen niet aan Voldoen aan Voldoen niet aan Voldoen aan Voldoen niet aan Reële waarde van financiële activa (in miljoen euro) SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test SPPI-test Geldmiddelen en kasequivalenten 1.900 38 2.177 64 (277) (26) Schuldeffecten incl. structured notes 55.905 127 61.038 167 (5.133) (40) Aandelen en overige beleggingen 5.669 4.875 794 Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 6 16 (10) Derivaten voor afdekkingsdoeleinden 34 3 31 Leningen 15.155 297 14.338 597 817 (300) Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 17.088 1.811 Overige vorderingen 802 858 (56) 97 | 240 Voorziening is bepaald Als een ECL gedurende levensduur Significant toegenomen Met waarde- vermindering Handels-en overige Met Bruto boekwaarde kredietrisico sinds op balansdatum vorderingen waarde- per 31 december 2021 onder Als een ECL voor initiële opname maar niet gewaardeerd vermindering toepassing van IAS 39 voor financiële de komende maar zonder verworven met overeenkomstig verworven activa die voldoen aan de SPPI-test 12 maanden waardevermindering waardevermindering IFRS 9 §5.5.15 financiële activa AAA 5.289 AA 30.991 A 13.749 BBB 14.565 Totaal beleggingskwaliteit 64.594 Minder dan beleggingskwaliteit 296 78 26 Zonder kredietbeoordeling 4.832 4 18 952 26 Totaal 69.722 82 44 952 26 Voorziening is bepaald Als een ECL gedurende levensduur Significant toegenomen Met waarde- vermindering Handels-en overige Met Bruto boekwaarde kredietrisico sinds op balansdatum vorderingen waarde- per 31 december 2020 onder Als een ECL voor initiële opname maar niet gewaardeerd vermindering toepassing van IAS 39 voor financiële de komende maar zonder verworven met overeenkomstig verworven activa die voldoen aan de SPPI-test 12 maanden waardevermindering waardevermindering IFRS 9 §5.5.15 financiële activa AAA 5.722 AA 34.102 A 12.615 BBB 15.195 Totaal beleggingskwaliteit 67.634 Minder dan beleggingskwaliteit 570 123 30 Zonder kredietbeoordeling 4.985 6 20 916 47 Totaal 73.190 129 50 916 47 Bruto boekwaarde per 31 december 2021 onder toepassing van IAS 39 en reële waarde voor financiële activa die voldoen aan de SPPI-test en die geen laag kredietrisico hebben Bruto boekwaarde onder toepassing van IAS 39 1.357 Reële waarde 1.326 Verschil 31 IAS 28 ‘Investeringen in geassocieerde deelnemingen en joint ventures’ vereist dat een entiteit uniforme grondslagen voor financiële verslaggeving toepast wanneer zij de vermogensmutatiemethode gebruikt. Ageas wijkt tijdelijk af van deze regel voor zijn deelneming in Maybank Ageas Holdings Berhad. Deze entiteit past IFRS 9 toe sinds 2018, terwijl Ageas over dezelfde rapporteringsperiodes de tijdelijke vrijstelling voor de toepassing van IFRS 9 gebruikte. Deze afwijking van de toepassing van uniforme grondslagen is toegestaan door paragraaf 39I van de wijzigingen in IFRS 4 over de verlenging van de tijdelijke vrijstelling van de toepassing van IFRS 9. Het financieel jaarverslag van Maybank Ageas Holdings Berhad kan worden geraadpleegd op de volgende website: (https://www.etiqa.com.my/v2/about-us/financial-report). IFRS 17 Verzekeringscontracten De IASB heeft in mei 2017 IFRS 17 ‘Verzekeringscontracten’ gepubliceerd en heeft in juni 2020 wijzigingen in IFRS 17 gepubliceerd. IFRS 17 is van toepassing voor boekhoudperiodes die beginnen op of na 1 januari 2023, wat ook de initiële datum is waarop Ageas de standaard IFRS 17 zal toepassen. De EU heeft de standaard IFRS 17, inclusief de wijzigingen in IFRS 17 van juni 2020, goedgekeurd in november 2021. Deze goedkeuring omvat ook een (optionele) Europese vrijstelling van de toepassing van de vereiste om contracten te groeperen in cohorten van een jaar voor groepen van verzekeringscontracten met directe winstdelingselementen, groepen van beleggingscontracten met discretionaire winstdelings- elementen en groepen van verzekeringscontracten waarbij risico’s en kasstromen worden gedeeld tussen verschillende generaties van verzekeringsnemers. 97 Ageas Jaarverslag 2021 98 | 240 IFRS 17 is een allesomvattende nieuwe boekhoudstandaard voor verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen die grondslagen omvat over de opname en waardering, presentatie en toelichtingen van nieuwe en lopende groepen van contracten. Vanaf 1 januari 2023 zal de standaard IFRS 17 de huidige standaard IFRS 4 ‘Verzekeringscontracten’ vervangen, welke gepubliceerd is in 2005. De IASB verwacht dat de standaard IFRS 17 zal leiden tot een grotere vergelijkbaarheid en transparantie in de boekhoudkundige verwerking van verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen in vergelijking met de standaard IFRS 4, die grotendeels gebaseerd is op de verderzetting van lokale boekhoudregels. IFRS 17 introduceert een boekhoudkundig waarderingsmodel voor verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen dat gebaseerd is op de actuele waarde. De belangrijkste kenmerken van dit nieuwe boekhoudkundige waarderingsmodel onder IFRS 17 zijn: Waardering van de contante waarde van de toekomstige kasstromen, die tevens een expliciete risico-aanpassing omvat voor niet-financieel risico, op het einde van elke rapporteringsperiode (de vervullingskasstromen); Een contractuele dienstenmarge (Contractual Service Margin – CSM), die de niet-verdiende winst vertegenwoordigt die de entiteit zal erkennen wanneer zij in de toekomst diensten uit hoofde van een verzekeringscontract verleent; Sommige wijzigingen in de verwachte vervullingskasstromen resulteren in een aanpassing van de CSM en worden bijgevolg erkend in de resultatenrekening in de toekomstige periodes waarin diensten uit hoofde van een verzekeringscontract worden verleend; Het effect van wijzigingen in de verdisconteringsvoet wordt ofwel erkend in de resultatenrekening ofwel deels in de resultatenrekening en deels in de overige niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen, dit in functie van de boekhoudkundige grondslag die de onderneming heeft gekozen; Een vereenvoudigd waarderingsmodel, de premietoerekeningsbenadering (Premium Allocation Approach – PAA), kan worden toegepast voor verzekeringscontracten die voldoen aan specifieke voorwaarden, zoals een dekkingsperiode van maximaal één jaar; Verzekeringscontracten met directe winstdelingselementen worden gewaardeerd aan de hand van de Variable Fee Approach (VFA). Dit is een variatie op het algemene waarderingsmodel, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke winstdelende kenmerken van deze verzekeringscontracten; De presentatie van opbrengsten en lasten uit verzekeringsactiviteiten in de resultatenrekening is gebaseerd op het concept van diensten uit hoofde van een verzekeringscontract die de verzekeringsonderneming heeft geleverd in de boekhoudperiode; Gegarandeerde bedragen, die polishouders altijd ontvangen, ongeacht of er zich een verzekerde gebeurtenis voordoet (niet- afgescheiden beleggingscomponenten) worden rechtstreeks op de balans erkend en beïnvloeden de resultatenrekening niet; Verhoogde transparantie over de winstgevendheid van verzekeringscontracten: opbrengsten en lasten uit verzekeringsactiviteiten worden afzonderlijk gepresenteerd van de verzekeringsfinancieringsbaten en -lasten; en Uitgebreide toelichtingen hebben tot doel om de bedragen op de balans en in de resultatenrekening, gerelateerd aan verzekeringscontracten, te verduidelijken. Gegeven de alineëring van de initiële toepassingsdatum van de standaarden IFRS 9 ‘Financiële instrumenten’ en IFRS 17 ‘Verzekeringscontracten’, loopt momenteel een gezamenlijk implementatieproject binnen Ageas. De toepassing van IFRS 9 en IFRS 17 zal leiden tot belangrijke wijzigingen in de grondslagen voor financiële rapportering en tot belangrijke wijzigingen in de presentatie in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas. Deze wijzigingen zullen een belangrijke impact hebben op het eigen vermogen, nettoresultaat en de niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen. Ageas is niet momenteel nog niet in de mogelijkheid om een betrouwbare kwantitatieve inschatting toe te lichten van de impact van beide standaarden. Overige wijzigingen in IFRS-standaarden De overige wijzigingen in de IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen van IFRS-standaarden en interpretaties, die per 1 januari 2022 of later van kracht worden, zullen naar verwachting geen significante impact hebben op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas. Niet alle wijzigingen zijn al goedgekeurd door de EU. Deze wijzigingen betreffen: Wijzigingen in IAS 1 ‘Classificatie van verplichtingen als kortlopend of langlopend’; Wijzigingen in IAS 1 en IFRS Practice Statement 2 ‘Toelichting van grondslagen voor financiële verslaggeving’; Wijzigingen in IAS 8 ‘Definitie van boekhoudkundige schattingen’; Wijzigingen in IAS 12 ‘Uitgestelde belastingen gerelateerd aan éénzelfde transactie’; Wijzigingen in IAS 16 ‘Materiële vaste activa: opbrengsten vóór gebruik’; Wijzigingen in IAS 37 ‘Verlieslatende contracten: kost van de uitvoering van een contract’; Wijzigingen in IFRS 3 ‘Referenties naar het raamwerk voor de opstelling en presentatie van jaarrekeningen’; en Jaarlijkse verbeteringen aan de IFRS-standaarden (cyclus 2018- 2020): wijzigingen in IFRS 1 ‘Eerste toepassing van IFRS- standaarden’, wijzigingen in IFRS 9 ‘Financiële instrumenten’, wijzigingen aan voorbeelden horende bij IFRS 16 ‘Leaseovereenkomsten’ en wijzigingen in IAS 41 ‘Landbouw’. 99 | 240 2.3 Het gebruik van schattingen De opstelling van de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas vereist het gebruik van bepaalde oordelen, schattingen en aannames, welke de gerapporteerde bedragen voor activa, passiva, opbrengsten en lasten beïnvloeden. Bij elke schatting bestaat er van nature een belangrijk risico dat de boekwaarde van activa en passiva in de loop van het volgende boekjaar in belangrijke mate worden aangepast (in positieve of negatieve zin). Ondanks dat de onzekere vooruitzichten op korte, middellange en lange termijn ten gevolge van de Covid-19 pandemie gedaald zijn ten opzichte van het jaar 2020, blijven de gebruikte oordelen, schattingen en aannames onderhevig aan een verhoogde onzekerheid. Hierdoor kunnen de erkende bedragen afwijken van de vorige schattingen en aannames. De Covid-19 pandemie heeft aanleiding gegeven tot een herziening van de gebruikte schattingen en onderliggende assumpties, meer bepaald voor wat betreft de reële waardes van (niet genoteerde) financiële activa en verplichtingen die worden gewaardeerd aan de hand van een waarderingstechniek (niveau 2 of 3), de reële waardes van vastgoedbeleggingen en materiële vaste activa, uitgestelde belastingvorderingen, verzekeringsverplichtingen, hedge accounting, de waardering van geassocieerde ondernemingen en goodwill. De onderstaande tabel vermeldt de schattingsonzekerheid van de belangrijkste oordelen, schattingen en aannames: Activa Financiële instrumenten Niveau 2: . Het waarderingsmodel . Inactieve markten Niveau 3: . Het waarderingsmodel . Gebruik van niet-waarneembare input . Inactieve markten Vastgoedbeleggingen: Bepaling van de gebruiksduur en restwaarde Leningen: Het waarderingsmodel Gebruik van parameters als kredietrisico-spread, looptijd en rentevoet Deelnemingen: Onzekerheden gerelateerd aan de beleggingsmix, de activiteiten en de marktontwikkelingen Waarderingstest van goodwill: Het waarderingsmodel Financiële en economische variabelen De gebruikte rentevoet De aan de entiteit inherente risicopremie Overige immateriële vaste activa: Bepaling van de gebruiksduur en restwaarde Uitgestelde belastingvorderingen: Interpretatie van de belastingwetgeving Bedrag en tijdstip van toekomstig belastbaar inkomen Passiva Verplichtingen betreffende verzekeringscontracten Leven: . De gebruikte actuariële aannames . De verwachte rendementscurve gebruikt bij de toereikendheidstoets (LAT-test) . Het herbeleggingsprofiel van de beleggingsportefeuille, kredietrisico-spread en looptijd, bij de bepaling van de schaduw LAT aanpassing Niet-Leven: . De verwachte schadelast die aan het eind van de rapporteringsperiode wordt gerapporteerd . De verwachte schadelast voor voorgevallen maar niet- gerapporteerde schadeclaims aan het einde van de rapporteringsperiode . Schadebehandelingskosten Pensioenverplichtingen: De gebruikte actuariële aannames De gebruikte rentevoet Inflatie- en salarisontwikkelingen Voorzieningen: De waarschijnlijkheid van een huidige verplichting als gevolg van gebeurtenissen in het verleden De berekening van de beste inschatting Uitgestelde belastingverplichtingen: Interpretatie van belastingwetgeving Bedrag en tijdstip van toekomstig belastbaar inkomen De toelichtingen bij deze Geconsolideerde Jaarrekening verlenen bijkomende informatie over de toepassing van deze oordelen, schattingen en aannames en hun effect op de gerapporteerde cijfers. Toelichting 4 ‘Risicomanagement’ van deze Geconsolideerde Jaarrekening beschrijft hoe Ageas de diverse risico’s van verzekeringsactiviteiten mitigeert. ALGEMENE INFORMATIE 98 Ageas Jaarverslag 2021 98 | 240 IFRS 17 is een allesomvattende nieuwe boekhoudstandaard voor verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen die grondslagen omvat over de opname en waardering, presentatie en toelichtingen van nieuwe en lopende groepen van contracten. Vanaf 1 januari 2023 zal de standaard IFRS 17 de huidige standaard IFRS 4 ‘Verzekeringscontracten’ vervangen, welke gepubliceerd is in 2005. De IASB verwacht dat de standaard IFRS 17 zal leiden tot een grotere vergelijkbaarheid en transparantie in de boekhoudkundige verwerking van verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen in vergelijking met de standaard IFRS 4, die grotendeels gebaseerd is op de verderzetting van lokale boekhoudregels. IFRS 17 introduceert een boekhoudkundig waarderingsmodel voor verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met discretionaire winstdelingselementen dat gebaseerd is op de actuele waarde. De belangrijkste kenmerken van dit nieuwe boekhoudkundige waarderingsmodel onder IFRS 17 zijn: Waardering van de contante waarde van de toekomstige kasstromen, die tevens een expliciete risico-aanpassing omvat voor niet-financieel risico, op het einde van elke rapporteringsperiode (de vervullingskasstromen); Een contractuele dienstenmarge (Contractual Service Margin – CSM), die de niet-verdiende winst vertegenwoordigt die de entiteit zal erkennen wanneer zij in de toekomst diensten uit hoofde van een verzekeringscontract verleent; Sommige wijzigingen in de verwachte vervullingskasstromen resulteren in een aanpassing van de CSM en worden bijgevolg erkend in de resultatenrekening in de toekomstige periodes waarin diensten uit hoofde van een verzekeringscontract worden verleend; Het effect van wijzigingen in de verdisconteringsvoet wordt ofwel erkend in de resultatenrekening ofwel deels in de resultatenrekening en deels in de overige niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen, dit in functie van de boekhoudkundige grondslag die de onderneming heeft gekozen; Een vereenvoudigd waarderingsmodel, de premietoerekeningsbenadering (Premium Allocation Approach – PAA), kan worden toegepast voor verzekeringscontracten die voldoen aan specifieke voorwaarden, zoals een dekkingsperiode van maximaal één jaar; Verzekeringscontracten met directe winstdelingselementen worden gewaardeerd aan de hand van de Variable Fee Approach (VFA). Dit is een variatie op het algemene waarderingsmodel, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke winstdelende kenmerken van deze verzekeringscontracten; De presentatie van opbrengsten en lasten uit verzekeringsactiviteiten in de resultatenrekening is gebaseerd op het concept van diensten uit hoofde van een verzekeringscontract die de verzekeringsonderneming heeft geleverd in de boekhoudperiode; Gegarandeerde bedragen, die polishouders altijd ontvangen, ongeacht of er zich een verzekerde gebeurtenis voordoet (niet- afgescheiden beleggingscomponenten) worden rechtstreeks op de balans erkend en beïnvloeden de resultatenrekening niet; Verhoogde transparantie over de winstgevendheid van verzekeringscontracten: opbrengsten en lasten uit verzekeringsactiviteiten worden afzonderlijk gepresenteerd van de verzekeringsfinancieringsbaten en -lasten; en Uitgebreide toelichtingen hebben tot doel om de bedragen op de balans en in de resultatenrekening, gerelateerd aan verzekeringscontracten, te verduidelijken. Gegeven de alineëring van de initiële toepassingsdatum van de standaarden IFRS 9 ‘Financiële instrumenten’ en IFRS 17 ‘Verzekeringscontracten’, loopt momenteel een gezamenlijk implementatieproject binnen Ageas. De toepassing van IFRS 9 en IFRS 17 zal leiden tot belangrijke wijzigingen in de grondslagen voor financiële rapportering en tot belangrijke wijzigingen in de presentatie in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas. Deze wijzigingen zullen een belangrijke impact hebben op het eigen vermogen, nettoresultaat en de niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen. Ageas is niet momenteel nog niet in de mogelijkheid om een betrouwbare kwantitatieve inschatting toe te lichten van de impact van beide standaarden. Overige wijzigingen in IFRS-standaarden De overige wijzigingen in de IFRS-standaarden, interpretaties en wijzigingen van IFRS-standaarden en interpretaties, die per 1 januari 2022 of later van kracht worden, zullen naar verwachting geen significante impact hebben op de geconsolideerde balans en resultatenrekening van Ageas. Niet alle wijzigingen zijn al goedgekeurd door de EU. Deze wijzigingen betreffen: Wijzigingen in IAS 1 ‘Classificatie van verplichtingen als kortlopend of langlopend’; Wijzigingen in IAS 1 en IFRS Practice Statement 2 ‘Toelichting van grondslagen voor financiële verslaggeving’; Wijzigingen in IAS 8 ‘Definitie van boekhoudkundige schattingen’; Wijzigingen in IAS 12 ‘Uitgestelde belastingen gerelateerd aan éénzelfde transactie’; Wijzigingen in IAS 16 ‘Materiële vaste activa: opbrengsten vóór gebruik’; Wijzigingen in IAS 37 ‘Verlieslatende contracten: kost van de uitvoering van een contract’; Wijzigingen in IFRS 3 ‘Referenties naar het raamwerk voor de opstelling en presentatie van jaarrekeningen’; en Jaarlijkse verbeteringen aan de IFRS-standaarden (cyclus 2018- 2020): wijzigingen in IFRS 1 ‘Eerste toepassing van IFRS- standaarden’, wijzigingen in IFRS 9 ‘Financiële instrumenten’, wijzigingen aan voorbeelden horende bij IFRS 16 ‘Leaseovereenkomsten’ en wijzigingen in IAS 41 ‘Landbouw’. 99 | 240 2.3 Het gebruik van schattingen De opstelling van de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas vereist het gebruik van bepaalde oordelen, schattingen en aannames, welke de gerapporteerde bedragen voor activa, passiva, opbrengsten en lasten beïnvloeden. Bij elke schatting bestaat er van nature een belangrijk risico dat de boekwaarde van activa en passiva in de loop van het volgende boekjaar in belangrijke mate worden aangepast (in positieve of negatieve zin). Ondanks dat de onzekere vooruitzichten op korte, middellange en lange termijn ten gevolge van de Covid-19 pandemie gedaald zijn ten opzichte van het jaar 2020, blijven de gebruikte oordelen, schattingen en aannames onderhevig aan een verhoogde onzekerheid. Hierdoor kunnen de erkende bedragen afwijken van de vorige schattingen en aannames. De Covid-19 pandemie heeft aanleiding gegeven tot een herziening van de gebruikte schattingen en onderliggende assumpties, meer bepaald voor wat betreft de reële waardes van (niet genoteerde) financiële activa en verplichtingen die worden gewaardeerd aan de hand van een waarderingstechniek (niveau 2 of 3), de reële waardes van vastgoedbeleggingen en materiële vaste activa, uitgestelde belastingvorderingen, verzekeringsverplichtingen, hedge accounting, de waardering van geassocieerde ondernemingen en goodwill. De onderstaande tabel vermeldt de schattingsonzekerheid van de belangrijkste oordelen, schattingen en aannames: Activa Financiële instrumenten Niveau 2: . Het waarderingsmodel . Inactieve markten Niveau 3: . Het waarderingsmodel . Gebruik van niet-waarneembare input . Inactieve markten Vastgoedbeleggingen: Bepaling van de gebruiksduur en restwaarde Leningen: Het waarderingsmodel Gebruik van parameters als kredietrisico-spread, looptijd en rentevoet Deelnemingen: Onzekerheden gerelateerd aan de beleggingsmix, de activiteiten en de marktontwikkelingen Waarderingstest van goodwill: Het waarderingsmodel Financiële en economische variabelen De gebruikte rentevoet De aan de entiteit inherente risicopremie Overige immateriële vaste activa: Bepaling van de gebruiksduur en restwaarde Uitgestelde belastingvorderingen: Interpretatie van de belastingwetgeving Bedrag en tijdstip van toekomstig belastbaar inkomen Passiva Verplichtingen betreffende verzekeringscontracten Leven: . De gebruikte actuariële aannames . De verwachte rendementscurve gebruikt bij de toereikendheidstoets (LAT-test) . Het herbeleggingsprofiel van de beleggingsportefeuille, kredietrisico-spread en looptijd, bij de bepaling van de schaduw LAT aanpassing Niet-Leven: . De verwachte schadelast die aan het eind van de rapporteringsperiode wordt gerapporteerd . De verwachte schadelast voor voorgevallen maar niet- gerapporteerde schadeclaims aan het einde van de rapporteringsperiode . Schadebehandelingskosten Pensioenverplichtingen: De gebruikte actuariële aannames De gebruikte rentevoet Inflatie- en salarisontwikkelingen Voorzieningen: De waarschijnlijkheid van een huidige verplichting als gevolg van gebeurtenissen in het verleden De berekening van de beste inschatting Uitgestelde belastingverplichtingen: Interpretatie van belastingwetgeving Bedrag en tijdstip van toekomstig belastbaar inkomen De toelichtingen bij deze Geconsolideerde Jaarrekening verlenen bijkomende informatie over de toepassing van deze oordelen, schattingen en aannames en hun effect op de gerapporteerde cijfers. Toelichting 4 ‘Risicomanagement’ van deze Geconsolideerde Jaarrekening beschrijft hoe Ageas de diverse risico’s van verzekeringsactiviteiten mitigeert. 99 Ageas Jaarverslag 2021 100 | 240 2.4 Gebeurtenissen na de balansdatum Gebeurtenissen na balansdatum hebben betrekking op gebeurtenissen, gunstig of ongunstig, die zich voordoen tussen de balansdatum en de datum waarop de geconsolideerde jaarrekening van Ageas wordt goedgekeurd voor publicatie door de Raad van Bestuur. Er zijn twee soorten gebeurtenissen: Gebeurtenissen die wijzen op omstandigheden die bestonden op de balansdatum en die leiden tot een aanpassing van de bedragen in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas; en Gebeurtenissen die wijzen op omstandigheden die zijn ontstaan na balansdatum en die niet leiden tot een aanpassing van de bedragen in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas. De aard van de gebeurtenis alsook een schatting van de financiële gevolgen ervan, of een mededeling dat dergelijke schatting niet mogelijk is, wordt toegelicht. Een overzicht van gebeurtenissen na de balansdatum is opgenomen in toelichting 44, ‘Gebeurtenissen na balansdatum’ van deze geconsolideerde jaarrekening. 2.5 Segmentinformatie De gerapporteerde operationele segmenten van Ageas zijn voornamelijk gebaseerd op geografische gebieden. Die onderverdeling naar regio's is ingegeven door het feit dat de activiteiten in de bewuste regio's van vergelijkbare aard zijn en dezelfde economische kenmerken delen. De operationele segmenten van Ageas zijn: België; Verenigd Koninkrijk (VK); Continentaal Europa; Azië; Herverzekering; en Algemene Rekening. Activiteiten binnen de groep die geen verband houden met verzekeringsactiviteiten en eliminatieverschillen worden los van de verzekeringsactiviteiten gerapporteerd, in het operationeel segment Algemene Rekening. Het operationeel segment Algemene Rekening omvat activiteiten zoals groepsfinanciering en overige holdingactiviteiten alsook de investering in Royal Park Investments en de verplichtingen uit hoofde van de CASHES/RPN(I). Transacties tussen de verschillende operationele segmenten vinden plaats tegen marktconforme commerciële condities, zoals die van toepassing zouden zijn tussen niet-verwante derden. Eliminaties worden afzonderlijk gerapporteerd. 2.6 Consolidatiegrondslagen De geconsolideerde jaarrekening van Ageas omvat de jaarrekeningen van ageas SA/NV (de moederonderneming) en haar dochterondernemingen. Bedrijfscombinaties Bedrijfscombinaties die voldoen aan de definitie van een bedrijf en waarvan de zeggenschap is overgedragen aan Ageas, worden erkend op basis van de zogenaamde ‘acquisition method’. Om als een bedrijf te worden aanzien, moeten de overgenomen activiteiten en activa ten minste een middel en een substantieel proces omvatten die samen een significante bijdrage leveren tot het vermogen om een productie tot stand te brengen. Het overgenomen proces (of groep van processen) is substantieel als het van cruciaal belang is voor het vermogen om verworven middelen tot een productie te ontwikkelen of in een productie om te zetten of van cruciaal belang is voor het vermogen om producten te blijven produceren. De verkrijgingsprijs van de overname wordt bepaald als de reële waarde van de opgeofferde waarde op het overnamemoment (gecorrigeerd voor een eventueel minderheidsbelang). Voor elke bedrijfscombinatie heeft Ageas de optie enig minderheidsbelang te waarderen tegen de reële waarde of tegen het evenredig deel van het minderheidsbelang in de identificeerbare netto-activa van de overgenomen partij. In geval van een stapsgewijze overname wordt, op moment van uitbreiding van het belang, het eerder gehouden belang geherwaardeerd tegen reële waarde en via het resultaat verantwoord. Dochterondernemingen Dochterondernemingen zijn die entiteiten waarin Ageas, direct of indirect, het financiële en operationele beleid kan sturen teneinde er voordelen uit te halen (‘zeggenschap’). Bij de evaluatie van de zeggenschap over een andere entiteit, wordt het bestaan en effect van materiële potentiële stemrechten van substantiële aard, die thans uitoefenbaar of thans converteerbaar zijn, in aanmerking genomen. Dochterondernemingen worden geconsolideerd vanaf de datum van overdracht van de effectieve zeggenschap tot op de einddatum van deze zeggenschap. Dochterondernemingen die uitsluitend zijn verworven met de bedoeling te worden doorverkocht, worden verantwoord als ‘vaste activa aangehouden voor verkoop’. Alle significante transacties tussen ondernemingen, binnen de groep (saldi, winsten en verliezen uit transacties tussen ondernemingen van Ageas) worden geëlimineerd. 101 | 240 Gedeeltelijke verkoop van een belang in een dochteronderneming Het resultaat van een gedeeltelijke verkoop van een belang in een dochteronderneming wordt als volgt verwerkt: Indien er geen wijziging is in de zeggenschap, wordt de transactie verwerkt als een transactie binnen het eigen vermogen (d.w.z. een transactie met aandeelhouders in hun hoedanigheid van aandeelhouder); of Indien er verlies is van zeggenschap, wordt de transactie verwerkt in de resultatenrekening, berekend op het totale belang. Het resterende belang van de dochteronderneming wordt gewaardeerd tegen de reële waarde op het moment van verlies van de zeggenschap. Als het verlies van de zeggenschap het gevolg is van een niet-monetaire storting van een dochteronderneming bij een deelneming of joint venture, dan wordt het resultaat slechts naar rato van het aan de andere investeerders overgedragen procentuele belang in de dochteronderneming in aanmerking genomen. Dit leidt tot een gedeeltelijke winstverantwoording. Geassocieerde ondernemingen Participaties in geassocieerde ondernemingen zijn beleggingen waarbij Ageas een significante invloed heeft op het financiële of operationele beleid, maar geen zeggenschap of gedeelde zeggenschap heeft. Participaties in geassocieerde ondernemingen worden gewaardeerd op basis van de vermogensmutatiemethode. Bij aankoop wordt de deelname gewaardeerd tegen kostprijs, waarbij transactiekosten worden meegenomen. Daarna wordt ons aandeel in het nettoresultaat van het boekjaar verwerkt als ‘Aandeel in het resultaat van geassocieerde ondernemingen’. Het aandeel van Ageas in de mutaties in het eigen vermogen van de deelneming na de overname wordt verwerkt in overige niet-gerealiseerde resultaten. Dividenden ontvangen uit geassocieerde ondernemingen verminderen de boekwaarde van de belegging. Participaties in joint ventures, waarbij de gemeenschappelijke zeggenschap in een overeenkomst Ageas rechten verschaft ten aanzien van de netto activa van deze gemeenschappelijke overeenkomst, worden op dezelfde methode verwerkt als beleggingen in geassocieerde ondernemingen. Winsten op transacties tussen Ageas en beleggingen gewaardeerd volgens de equity methode worden geëlimineerd naar rato van het aandeel van Ageas. Verliezen worden eveneens geëlimineerd, tenzij uit de transactie blijkt dat het overgedragen actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Verliezen worden geboekt totdat de boekwaarde van de investering tot nul is gedaald. Verdere verliezen worden alleen verantwoord voor zover Ageas gehouden is aan in rechte afdwingbare of een feitelijke verplichtingen of betalingen heeft verricht namens de geassocieerde onderneming. Ageas past de standaard IAS 39 toe voor lange termijn belangen (zoals leningen) in een geassocieerde onderneming of joint venture die deel uitmaken van onze totale investering in die geassocieerde onderneming of de joint venture, maar waarvoor de vermogensmethode niet wordt toegepast. Verkoop van dochterondernemingen, bedrijfsonderdelen en vaste activa Een vast actief (of groep van activa die wordt afgestoten, zoals dochterondernemingen) wordt aangehouden voor verkoop indien het in zijn huidige staat onmiddellijk beschikbaar is voor verkoop en als de verkoop ervan bijzonder waarschijnlijk is. Een verkoop is bijzonder waarschijnlijk als: Het gepaste managementniveau heeft zich verbonden tot een plan voor de verkoop van het actief; Er is een operationeel plan opgestart om een koper te vinden en het plan te voltooien; Het actief wordt op actieve wijze voor verkoop op de markt gebracht tegen een prijs die redelijk is ten opzichte van zijn actuele reële waarde; De verkoop naar verwachting zal worden afgerond binnen de 12 maanden na de datum van aanmerking tot verkoop; en De handelingen die nodig zijn om het plan te voltooien geven aan dat het onwaarschijnlijk is dat belangrijke wijzigingen aan het plan zullen worden aangebracht of dat het plan zal worden ingetrokken. De waarschijnlijkheid dat de verkoop zal worden goedgekeurd door de aandeelhouders maakt deel uit van de beoordeling of de verkoop al dan niet bijzonder waarschijnlijk is. Als de verkoop onderworpen is aan een goedkeuring door de regelgever, wordt een verkoop alleen beschouwd als zijnde bijzonder waarschijnlijk na deze goedkeuring. Een vast actief (of groep activa die wordt afgestoten) geclassificeerd als aangehouden voor verkoop wordt: Gewaardeerd tegen de laagste waarde van zijn boekwaarde en de reële waarde minus verkoopkosten (met uitzondering van de activa die vrijgesteld zijn van deze regel, zoals IFRS 4 verzekeringsverplichtingen, financiële activa, uitgestelde belastingen en pensioenplannen); Vlottende activa en alle verplichtingen worden gewaardeerd in overeenstemming met de van toepassing zijnde IFRS-standaarden; Zijn niet onderworpen aan afschrijving of waardevermindering; en Worden afzonderlijk voorgesteld in de balans (activa en verplichtingen worden niet gecompenseerd). De datum van verkoop van een dochteronderneming of van een groep van activa die wordt afgestoten, is de datum waarop de zeggenschap wordt overgedragen. De geconsolideerde resultatenrekening omvat de resultaten van deze dochteronderneming of groep van activa die wordt afgestoten tot op de datum van verkoop. Het resultaat bij verkoop is het verschil tussen a) de opbrengst van de verkoop en b) de boekwaarde van de netto-activa plus alle bijbehorende goodwill en bedragen die zijn geaccumuleerd in het de overige niet-gerealiseerde resultaten (bijvoorbeeld, wisselkoersverschillen en de reserve activa voor verkoop). Een beëindigde bedrijfsactiviteit is een component van Ageas die ofwel is afgestoten, ofwel is geclassificeerd als aangehouden voor verkoop, en dat aan de volgende criteria voldoet: Het vertegenwoordigt een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied; Het maakt deel uit van een gecoördineerd plan om een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied af te stoten; of Het is een dochteronderneming die uitsluitend is overgenomen met de bedoeling om te worden doorverkocht. Resultaten op beëindigde bedrijfsactiviteiten worden afzonderlijk gerapporteerd in de resultatenrekening. ALGEMENE INFORMATIE 100 Ageas Jaarverslag 2021 100 | 240 2.4 Gebeurtenissen na de balansdatum Gebeurtenissen na balansdatum hebben betrekking op gebeurtenissen, gunstig of ongunstig, die zich voordoen tussen de balansdatum en de datum waarop de geconsolideerde jaarrekening van Ageas wordt goedgekeurd voor publicatie door de Raad van Bestuur. Er zijn twee soorten gebeurtenissen: Gebeurtenissen die wijzen op omstandigheden die bestonden op de balansdatum en die leiden tot een aanpassing van de bedragen in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas; en Gebeurtenissen die wijzen op omstandigheden die zijn ontstaan na balansdatum en die niet leiden tot een aanpassing van de bedragen in de geconsolideerde jaarrekening van Ageas. De aard van de gebeurtenis alsook een schatting van de financiële gevolgen ervan, of een mededeling dat dergelijke schatting niet mogelijk is, wordt toegelicht. Een overzicht van gebeurtenissen na de balansdatum is opgenomen in toelichting 44, ‘Gebeurtenissen na balansdatum’ van deze geconsolideerde jaarrekening. 2.5 Segmentinformatie De gerapporteerde operationele segmenten van Ageas zijn voornamelijk gebaseerd op geografische gebieden. Die onderverdeling naar regio's is ingegeven door het feit dat de activiteiten in de bewuste regio's van vergelijkbare aard zijn en dezelfde economische kenmerken delen. De operationele segmenten van Ageas zijn: België; Verenigd Koninkrijk (VK); Continentaal Europa; Azië; Herverzekering; en Algemene Rekening. Activiteiten binnen de groep die geen verband houden met verzekeringsactiviteiten en eliminatieverschillen worden los van de verzekeringsactiviteiten gerapporteerd, in het operationeel segment Algemene Rekening. Het operationeel segment Algemene Rekening omvat activiteiten zoals groepsfinanciering en overige holdingactiviteiten alsook de investering in Royal Park Investments en de verplichtingen uit hoofde van de CASHES/RPN(I). Transacties tussen de verschillende operationele segmenten vinden plaats tegen marktconforme commerciële condities, zoals die van toepassing zouden zijn tussen niet-verwante derden. Eliminaties worden afzonderlijk gerapporteerd. 2.6 Consolidatiegrondslagen De geconsolideerde jaarrekening van Ageas omvat de jaarrekeningen van ageas SA/NV (de moederonderneming) en haar dochterondernemingen. Bedrijfscombinaties Bedrijfscombinaties die voldoen aan de definitie van een bedrijf en waarvan de zeggenschap is overgedragen aan Ageas, worden erkend op basis van de zogenaamde ‘acquisition method’. Om als een bedrijf te worden aanzien, moeten de overgenomen activiteiten en activa ten minste een middel en een substantieel proces omvatten die samen een significante bijdrage leveren tot het vermogen om een productie tot stand te brengen. Het overgenomen proces (of groep van processen) is substantieel als het van cruciaal belang is voor het vermogen om verworven middelen tot een productie te ontwikkelen of in een productie om te zetten of van cruciaal belang is voor het vermogen om producten te blijven produceren. De verkrijgingsprijs van de overname wordt bepaald als de reële waarde van de opgeofferde waarde op het overnamemoment (gecorrigeerd voor een eventueel minderheidsbelang). Voor elke bedrijfscombinatie heeft Ageas de optie enig minderheidsbelang te waarderen tegen de reële waarde of tegen het evenredig deel van het minderheidsbelang in de identificeerbare netto-activa van de overgenomen partij. In geval van een stapsgewijze overname wordt, op moment van uitbreiding van het belang, het eerder gehouden belang geherwaardeerd tegen reële waarde en via het resultaat verantwoord. Dochterondernemingen Dochterondernemingen zijn die entiteiten waarin Ageas, direct of indirect, het financiële en operationele beleid kan sturen teneinde er voordelen uit te halen (‘zeggenschap’). Bij de evaluatie van de zeggenschap over een andere entiteit, wordt het bestaan en effect van materiële potentiële stemrechten van substantiële aard, die thans uitoefenbaar of thans converteerbaar zijn, in aanmerking genomen. Dochterondernemingen worden geconsolideerd vanaf de datum van overdracht van de effectieve zeggenschap tot op de einddatum van deze zeggenschap. Dochterondernemingen die uitsluitend zijn verworven met de bedoeling te worden doorverkocht, worden verantwoord als ‘vaste activa aangehouden voor verkoop’. Alle significante transacties tussen ondernemingen, binnen de groep (saldi, winsten en verliezen uit transacties tussen ondernemingen van Ageas) worden geëlimineerd. 101 | 240 Gedeeltelijke verkoop van een belang in een dochteronderneming Het resultaat van een gedeeltelijke verkoop van een belang in een dochteronderneming wordt als volgt verwerkt: Indien er geen wijziging is in de zeggenschap, wordt de transactie verwerkt als een transactie binnen het eigen vermogen (d.w.z. een transactie met aandeelhouders in hun hoedanigheid van aandeelhouder); of Indien er verlies is van zeggenschap, wordt de transactie verwerkt in de resultatenrekening, berekend op het totale belang. Het resterende belang van de dochteronderneming wordt gewaardeerd tegen de reële waarde op het moment van verlies van de zeggenschap. Als het verlies van de zeggenschap het gevolg is van een niet-monetaire storting van een dochteronderneming bij een deelneming of joint venture, dan wordt het resultaat slechts naar rato van het aan de andere investeerders overgedragen procentuele belang in de dochteronderneming in aanmerking genomen. Dit leidt tot een gedeeltelijke winstverantwoording. Geassocieerde ondernemingen Participaties in geassocieerde ondernemingen zijn beleggingen waarbij Ageas een significante invloed heeft op het financiële of operationele beleid, maar geen zeggenschap of gedeelde zeggenschap heeft. Participaties in geassocieerde ondernemingen worden gewaardeerd op basis van de vermogensmutatiemethode. Bij aankoop wordt de deelname gewaardeerd tegen kostprijs, waarbij transactiekosten worden meegenomen. Daarna wordt ons aandeel in het nettoresultaat van het boekjaar verwerkt als ‘Aandeel in het resultaat van geassocieerde ondernemingen’. Het aandeel van Ageas in de mutaties in het eigen vermogen van de deelneming na de overname wordt verwerkt in overige niet-gerealiseerde resultaten. Dividenden ontvangen uit geassocieerde ondernemingen verminderen de boekwaarde van de belegging. Participaties in joint ventures, waarbij de gemeenschappelijke zeggenschap in een overeenkomst Ageas rechten verschaft ten aanzien van de netto activa van deze gemeenschappelijke overeenkomst, worden op dezelfde methode verwerkt als beleggingen in geassocieerde ondernemingen. Winsten op transacties tussen Ageas en beleggingen gewaardeerd volgens de equity methode worden geëlimineerd naar rato van het aandeel van Ageas. Verliezen worden eveneens geëlimineerd, tenzij uit de transactie blijkt dat het overgedragen actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Verliezen worden geboekt totdat de boekwaarde van de investering tot nul is gedaald. Verdere verliezen worden alleen verantwoord voor zover Ageas gehouden is aan in rechte afdwingbare of een feitelijke verplichtingen of betalingen heeft verricht namens de geassocieerde onderneming. Ageas past de standaard IAS 39 toe voor lange termijn belangen (zoals leningen) in een geassocieerde onderneming of joint venture die deel uitmaken van onze totale investering in die geassocieerde onderneming of de joint venture, maar waarvoor de vermogensmethode niet wordt toegepast. Verkoop van dochterondernemingen, bedrijfsonderdelen en vaste activa Een vast actief (of groep van activa die wordt afgestoten, zoals dochterondernemingen) wordt aangehouden voor verkoop indien het in zijn huidige staat onmiddellijk beschikbaar is voor verkoop en als de verkoop ervan bijzonder waarschijnlijk is. Een verkoop is bijzonder waarschijnlijk als: Het gepaste managementniveau heeft zich verbonden tot een plan voor de verkoop van het actief; Er is een operationeel plan opgestart om een koper te vinden en het plan te voltooien; Het actief wordt op actieve wijze voor verkoop op de markt gebracht tegen een prijs die redelijk is ten opzichte van zijn actuele reële waarde; De verkoop naar verwachting zal worden afgerond binnen de 12 maanden na de datum van aanmerking tot verkoop; en De handelingen die nodig zijn om het plan te voltooien geven aan dat het onwaarschijnlijk is dat belangrijke wijzigingen aan het plan zullen worden aangebracht of dat het plan zal worden ingetrokken. De waarschijnlijkheid dat de verkoop zal worden goedgekeurd door de aandeelhouders maakt deel uit van de beoordeling of de verkoop al dan niet bijzonder waarschijnlijk is. Als de verkoop onderworpen is aan een goedkeuring door de regelgever, wordt een verkoop alleen beschouwd als zijnde bijzonder waarschijnlijk na deze goedkeuring. Een vast actief (of groep activa die wordt afgestoten) geclassificeerd als aangehouden voor verkoop wordt: Gewaardeerd tegen de laagste waarde van zijn boekwaarde en de reële waarde minus verkoopkosten (met uitzondering van de activa die vrijgesteld zijn van deze regel, zoals IFRS 4 verzekeringsverplichtingen, financiële activa, uitgestelde belastingen en pensioenplannen); Vlottende activa en alle verplichtingen worden gewaardeerd in overeenstemming met de van toepassing zijnde IFRS-standaarden; Zijn niet onderworpen aan afschrijving of waardevermindering; en Worden afzonderlijk voorgesteld in de balans (activa en verplichtingen worden niet gecompenseerd). De datum van verkoop van een dochteronderneming of van een groep van activa die wordt afgestoten, is de datum waarop de zeggenschap wordt overgedragen. De geconsolideerde resultatenrekening omvat de resultaten van deze dochteronderneming of groep van activa die wordt afgestoten tot op de datum van verkoop. Het resultaat bij verkoop is het verschil tussen a) de opbrengst van de verkoop en b) de boekwaarde van de netto-activa plus alle bijbehorende goodwill en bedragen die zijn geaccumuleerd in het de overige niet-gerealiseerde resultaten (bijvoorbeeld, wisselkoersverschillen en de reserve activa voor verkoop). Een beëindigde bedrijfsactiviteit is een component van Ageas die ofwel is afgestoten, ofwel is geclassificeerd als aangehouden voor verkoop, en dat aan de volgende criteria voldoet: Het vertegenwoordigt een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied; Het maakt deel uit van een gecoördineerd plan om een afzonderlijke belangrijke bedrijfsactiviteit of geografisch bedrijfsgebied af te stoten; of Het is een dochteronderneming die uitsluitend is overgenomen met de bedoeling om te worden doorverkocht. Resultaten op beëindigde bedrijfsactiviteiten worden afzonderlijk gerapporteerd in de resultatenrekening. 101 Ageas Jaarverslag 2021 102 | 240 2.7 Transacties en saldi in vreemde valuta Voor elke individuele entiteit van Ageas worden transacties in vreemde valuta gerapporteerd tegen de valutakoers op de datum van de transactie. Monetaire posten die in vreemde valuta luiden worden iedere balansdatum omgerekend op basis van de slotkoers. Voor monetaire activa, waarvan de wijzigingen in reële waarde onder de overige resultaten worden opgenomen, zoals voor verkoop beschikbare effecten, wordt de wisselkoerscomponent met betrekking tot deze wijzigingen in reële waarde ook onder de overige resultaten opgenomen. Niet-monetaire posten die tegen de historische kostprijs worden gewaardeerd, die in vreemde valuta luiden, worden omgerekend op basis van de historische wisselkoers op aankoopdatum. Niet-monetaire posten die tegen de reële waarde worden gewaardeerd, worden omgerekend op basis van de wisselkoers op de datum waarop de reële waarde wordt bepaald. De hieruit voortvloeiende koersverschillen worden in de resultatenrekening verwerkt als de wijzigingen in reële waarde tevens in de resultatenrekening worden opgenomen, of worden verwerkt onder de overige niet-gerealiseerde resultaten wanneer de wijziging in reële waarde ook onder de overige niet-gerealiseerde resultaten wordt verwerkt. Omrekening van vreemde valuta In het consolidatieproces, wordt de balans van entiteiten waarvan de functionele valuta niet de euro is, omgerekend op basis van de slotkoers. De resultatenrekening en het kasstroomoverzicht van deze entiteiten worden omgerekend tegen de gemiddelde wisselkoers voor het lopende jaar (of uitzonderlijk tegen de wisselkoers op de transactiedatum indien de wisselkoersen significant schommelen). Wisselkoersverschillen uit omrekening worden verantwoord in het eigen vermogen. Bij verkoop van een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden de koersverschillen erkend in de resultatenrekening als onderdeel van het resultaat van de verkoop. Wisselkoersverschillen die ontstaan bij de omrekening van monetaire posten, leningen en andere valuta-instrumenten, aangemerkt als afdekking van een netto-investering in een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden erkend in het eigen vermogen, met uitzondering voor eventuele afdekkingsineffectiviteit, die onmiddellijk in de resultatenrekening wordt erkend. Goodwill en wijzigingen in de reële waarde, die voortvloeien uit de acquisitie van een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden erkend als activa en verplichtingen van deze entiteit en worden op balansdatum tegen de slotkoers omgerekend. Alle wisselkoersverschillen die hieruit voortvloeien worden in het eigen vermogen erkend. Bij verkoop van deze entiteit worden de niet gerealiseerde wisselkoersverschillen in de resultatenrekening erkend. In de volgende tabel worden de koersen van de belangrijkste valuta voor Ageas weergegeven. Koersen per Gemiddelde einde periode koers 1 euro = 31 december 2021 31 december 2020 2021 2020 Britse pond 0,84 0,90 0,86 0,89 Amerikaanse dollar 1,13 1,23 1,18 1,14 Hongkong dollar 8,83 9,51 9,19 8,86 Turkse lira 15,23 9,11 10,51 8,05 Chinese yuan renminbi 7,19 8,02 7,63 7,87 Indiase roepie 84,23 89,66 87,44 84,64 Maleisische ringgit 4,72 4,93 4,90 4,80 Filipijnse peso 57,76 59,13 58,30 56,62 Thaise baht 37,65 36,73 37,84 35,71 Vietnamese dong 25.989 28.108 27.105 26.450 103 | 240 2.8 Verantwoording en waardering bij het opstellen van de jaarrekening Ageas bepaalt de classificatie en waardering van activa en verplichtingen op basis van de aard van de onderliggende transacties. 2.8.1 Financiële activa Een financieel instrument is een overeenkomst die leidt tot een financieel actief van één partij en een financiële verplichting of eigenvermogen-instrument van een andere partij. Ageas classificeert en waardeert financiële activa en verplichtingen op basis van de aard van de onderliggende transacties. Classificatie van financiële activa Het management bepaalt de passende classificatie van de financiële instrumenten op de datum van aankoop: Tot einde looptijd aangehouden: omvat schuldeffecten met een vaste looptijd, waarbij het management voornemens is en in de mogelijkheid verkeert om deze instrumenten tot einde looptijd aan te houden; Leningen en vorderingen: omvat schuldeffecten met vaste of bepaalbare betalingen, die niet marktgenoteerd zijn in een actieve markt en die bij de eerste opname niet worden aangemerkt als voor handelsdoeleinden aangehouden, noch als voor verkoop beschikbare beleggingen; Voor verkoop beschikbaar: omvat voor onbepaalde duur aan te houden effecten die kunnen worden verkocht om te voorzien in liquiditeitsbehoeften of bij wijzigingen van rentevoeten, wisselkoersen of aandelenkoersen; en Financiële activa aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening: . Voor handelsdoeleinden aangehouden: omvat effecten die zijn aangeschaft met winst op korte termijn als doelstelling; . Financiële effecten opgenomen tegen de reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening. Waardering van financiële activa Tot einde looptijd aangehouden beleggingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs na aftrek van bijzondere waardeverminderingen. Elk verschil met de reële waarde bij de eerste opname, voortvloeiend uit transactiekosten, initiële premies of kortingen, wordt geamortiseerd over de looptijd van de belegging met behulp van de effectieve-rentemethode. Indien wordt vastgesteld dat een tot einde looptijd aangehouden actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan, wordt de bijzondere waardevermindering verantwoord in de resultatenrekening. Leningen en vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs na aftrek van bijzondere waardeverminderingen. Bij de eerste opname worden leningen en vorderingen gewaardeerd op de reële waarde inclusief transactiekosten en initiële premies of kortingen. De geamortiseerde kostprijs wordt berekend met gebruik van de effectieve- rentemethode (ERM), rekening houdend met kortingen of premies bij aankoop en kosten die integraal deel uitmaken van de ERM. De ERM- amortisatie wordt verwerkt in de resultatenrekening. Winsten en verliezen worden verantwoord in de resultatenrekening als de beleggingen niet langer worden verantwoord of een bijzondere waardevermindering ondergaan. Voor instrumenten met een variabele rente worden de kasstromen regelmatig opnieuw geschat om de rentebewegingen in de markt weer te geven. Als de initiële waardering van het instrument met een variabele rente (bijna) gelijk is aan de hoofdsom, heeft de schatting geen significant effect op de boekwaarde van het instrument en wordt er geen aanpassing gedaan op de rentebaten, die op basis van het toerekeningsbeginsel worden opgenomen. Indien echter een instrument met variabele rente wordt verkregen tegen een significante premie of korting, wordt deze premie of korting afgeschreven over de verwachte looptijd van het instrument en opgenomen in de berekening van de ERM. De boekwaarde zal elke periode opnieuw worden berekend door de contante waarde van geschatte toekomstige kasstromen tegen de actuele effectieve rentevoet te berekenen. Alle aanpassingen worden verantwoord in de resultatenrekening. Voor handelsdoeleinden aangehouden beleggingen, derivaten en activa die zijn aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeverandering in de resultatenrekening, worden verantwoord tegen reële waarde. Veranderingen in de reële waarde worden verantwoord in de resultatenrekening. De (gerealiseerde en ongerealiseerde) resultaten worden verantwoord als ‘Resultaat op verkopen en herwaarderingen’. Rente ontvangen (betaald) op activa (verplichtingen) aangehouden voor handelsdoeleinden wordt verantwoord als rentebaten (rentelasten). Ontvangen dividenden worden verantwoord als ‘Rentebaten, dividenden en overige beleggingsbaten'. Het grootste deel van de financiële beleggingen van Ageas (zijnde obligatieleningen en aandelenbelangen) behoort tot de categorie ‘Voor verkoop beschikbaar’ en wordt opgenomen tegen reële waarde. Veranderingen in de reële waarde worden rechtstreeks in het eigen vermogen verantwoord (overig comprehensive income) tot de belegging wordt verkocht. Op het moment van verkoop wordt de cumulatieve verandering in de reële waarde in het eigen vermogen overgedragen naar de resultatenrekening. Opbrengsten uit voor verkoop beschikbare schuldeffecten worden verantwoord met gebruik van de effectieve- rentemethode. Periodieke amortisatie en bijzondere waardeminderingsverliezen worden verantwoord in de resultatenrekening en dividenden worden na ontvangst verwerkt als opbrengsten. Voor die verzekeringsportefeuilles waar de niet-gerealiseerde winsten of verliezen op obligaties een rechtstreeks effect hebben op de waardering van de verzekeringsverplichtingen past Ageas in overeenstemming met IFRS 4 ‘shadow accounting’ toe. Dit betekent dat de wijzigingen in de niet-gerealiseerde winsten en verliezen van invloed zijn op de waardering van de verzekeringsverplichtingen en hetgeen impliceert waarom deze wijzigingen geen deel uitmaken van het eigen vermogen. Bijzondere waardeverminderingen van financiële activa Een financieel actief (of een groep financiële activa) geclassificeerd als voor verkoop beschikbaar, leningen en vorderingen of tot einde looptijd aangehouden wordt beschouwd als onderhevig aan een bijzondere waardevermindering als: Er objectief bewijs is van de waardevermindering als gevolg van een of meer verliesgebeurtenissen of aanleidingen (bijvoorbeeld ernstige financiële problemen bij de emittent), die hebben plaatsgevonden na de eerste opname van het actief; en Deze verliesgebeurtenis (of gebeurtenissen) een impact heeft/hebben op de geraamde toekomstige kasstromen van het financieel actief (of de groep van financiële activa) die betrouwbaar kan worden geraamd. ALGEMENE INFORMATIE 102 Ageas Jaarverslag 2021 102 | 240 2.7 Transacties en saldi in vreemde valuta Voor elke individuele entiteit van Ageas worden transacties in vreemde valuta gerapporteerd tegen de valutakoers op de datum van de transactie. Monetaire posten die in vreemde valuta luiden worden iedere balansdatum omgerekend op basis van de slotkoers. Voor monetaire activa, waarvan de wijzigingen in reële waarde onder de overige resultaten worden opgenomen, zoals voor verkoop beschikbare effecten, wordt de wisselkoerscomponent met betrekking tot deze wijzigingen in reële waarde ook onder de overige resultaten opgenomen. Niet-monetaire posten die tegen de historische kostprijs worden gewaardeerd, die in vreemde valuta luiden, worden omgerekend op basis van de historische wisselkoers op aankoopdatum. Niet-monetaire posten die tegen de reële waarde worden gewaardeerd, worden omgerekend op basis van de wisselkoers op de datum waarop de reële waarde wordt bepaald. De hieruit voortvloeiende koersverschillen worden in de resultatenrekening verwerkt als de wijzigingen in reële waarde tevens in de resultatenrekening worden opgenomen, of worden verwerkt onder de overige niet-gerealiseerde resultaten wanneer de wijziging in reële waarde ook onder de overige niet-gerealiseerde resultaten wordt verwerkt. Omrekening van vreemde valuta In het consolidatieproces, wordt de balans van entiteiten waarvan de functionele valuta niet de euro is, omgerekend op basis van de slotkoers. De resultatenrekening en het kasstroomoverzicht van deze entiteiten worden omgerekend tegen de gemiddelde wisselkoers voor het lopende jaar (of uitzonderlijk tegen de wisselkoers op de transactiedatum indien de wisselkoersen significant schommelen). Wisselkoersverschillen uit omrekening worden verantwoord in het eigen vermogen. Bij verkoop van een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden de koersverschillen erkend in de resultatenrekening als onderdeel van het resultaat van de verkoop. Wisselkoersverschillen die ontstaan bij de omrekening van monetaire posten, leningen en andere valuta-instrumenten, aangemerkt als afdekking van een netto-investering in een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden erkend in het eigen vermogen, met uitzondering voor eventuele afdekkingsineffectiviteit, die onmiddellijk in de resultatenrekening wordt erkend. Goodwill en wijzigingen in de reële waarde, die voortvloeien uit de acquisitie van een entiteit die in vreemde valuta luidt, worden erkend als activa en verplichtingen van deze entiteit en worden op balansdatum tegen de slotkoers omgerekend. Alle wisselkoersverschillen die hieruit voortvloeien worden in het eigen vermogen erkend. Bij verkoop van deze entiteit worden de niet gerealiseerde wisselkoersverschillen in de resultatenrekening erkend. In de volgende tabel worden de koersen van de belangrijkste valuta voor Ageas weergegeven. Koersen per Gemiddelde einde periode koers 1 euro = 31 december 2021 31 december 2020 2021 2020 Britse pond 0,84 0,90 0,86 0,89 Amerikaanse dollar 1,13 1,23 1,18 1,14 Hongkong dollar 8,83 9,51 9,19 8,86 Turkse lira 15,23 9,11 10,51 8,05 Chinese yuan renminbi 7,19 8,02 7,63 7,87 Indiase roepie 84,23 89,66 87,44 84,64 Maleisische ringgit 4,72 4,93 4,90 4,80 Filipijnse peso 57,76 59,13 58,30 56,62 Thaise baht 37,65 36,73 37,84 35,71 Vietnamese dong 25.989 28.108 27.105 26.450 103 | 240 2.8 Verantwoording en waardering bij het opstellen van de jaarrekening Ageas bepaalt de classificatie en waardering van activa en verplichtingen op basis van de aard van de onderliggende transacties. 2.8.1 Financiële activa Een financieel instrument is een overeenkomst die leidt tot een financieel actief van één partij en een financiële verplichting of eigenvermogen-instrument van een andere partij. Ageas classificeert en waardeert financiële activa en verplichtingen op basis van de aard van de onderliggende transacties. Classificatie van financiële activa Het management bepaalt de passende classificatie van de financiële instrumenten op de datum van aankoop: Tot einde looptijd aangehouden: omvat schuldeffecten met een vaste looptijd, waarbij het management voornemens is en in de mogelijkheid verkeert om deze instrumenten tot einde looptijd aan te houden; Leningen en vorderingen: omvat schuldeffecten met vaste of bepaalbare betalingen, die niet marktgenoteerd zijn in een actieve markt en die bij de eerste opname niet worden aangemerkt als voor handelsdoeleinden aangehouden, noch als voor verkoop beschikbare beleggingen; Voor verkoop beschikbaar: omvat voor onbepaalde duur aan te houden effecten die kunnen worden verkocht om te voorzien in liquiditeitsbehoeften of bij wijzigingen van rentevoeten, wisselkoersen of aandelenkoersen; en Financiële activa aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening: . Voor handelsdoeleinden aangehouden: omvat effecten die zijn aangeschaft met winst op korte termijn als doelstelling; . Financiële effecten opgenomen tegen de reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening. Waardering van financiële activa Tot einde looptijd aangehouden beleggingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs na aftrek van bijzondere waardeverminderingen. Elk verschil met de reële waarde bij de eerste opname, voortvloeiend uit transactiekosten, initiële premies of kortingen, wordt geamortiseerd over de looptijd van de belegging met behulp van de effectieve-rentemethode. Indien wordt vastgesteld dat een tot einde looptijd aangehouden actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan, wordt de bijzondere waardevermindering verantwoord in de resultatenrekening. Leningen en vorderingen worden gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs na aftrek van bijzondere waardeverminderingen. Bij de eerste opname worden leningen en vorderingen gewaardeerd op de reële waarde inclusief transactiekosten en initiële premies of kortingen. De geamortiseerde kostprijs wordt berekend met gebruik van de effectieve- rentemethode (ERM), rekening houdend met kortingen of premies bij aankoop en kosten die integraal deel uitmaken van de ERM. De ERM- amortisatie wordt verwerkt in de resultatenrekening. Winsten en verliezen worden verantwoord in de resultatenrekening als de beleggingen niet langer worden verantwoord of een bijzondere waardevermindering ondergaan. Voor instrumenten met een variabele rente worden de kasstromen regelmatig opnieuw geschat om de rentebewegingen in de markt weer te geven. Als de initiële waardering van het instrument met een variabele rente (bijna) gelijk is aan de hoofdsom, heeft de schatting geen significant effect op de boekwaarde van het instrument en wordt er geen aanpassing gedaan op de rentebaten, die op basis van het toerekeningsbeginsel worden opgenomen. Indien echter een instrument met variabele rente wordt verkregen tegen een significante premie of korting, wordt deze premie of korting afgeschreven over de verwachte looptijd van het instrument en opgenomen in de berekening van de ERM. De boekwaarde zal elke periode opnieuw worden berekend door de contante waarde van geschatte toekomstige kasstromen tegen de actuele effectieve rentevoet te berekenen. Alle aanpassingen worden verantwoord in de resultatenrekening. Voor handelsdoeleinden aangehouden beleggingen, derivaten en activa die zijn aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeverandering in de resultatenrekening, worden verantwoord tegen reële waarde. Veranderingen in de reële waarde worden verantwoord in de resultatenrekening. De (gerealiseerde en ongerealiseerde) resultaten worden verantwoord als ‘Resultaat op verkopen en herwaarderingen’. Rente ontvangen (betaald) op activa (verplichtingen) aangehouden voor handelsdoeleinden wordt verantwoord als rentebaten (rentelasten). Ontvangen dividenden worden verantwoord als ‘Rentebaten, dividenden en overige beleggingsbaten'. Het grootste deel van de financiële beleggingen van Ageas (zijnde obligatieleningen en aandelenbelangen) behoort tot de categorie ‘Voor verkoop beschikbaar’ en wordt opgenomen tegen reële waarde. Veranderingen in de reële waarde worden rechtstreeks in het eigen vermogen verantwoord (overig comprehensive income) tot de belegging wordt verkocht. Op het moment van verkoop wordt de cumulatieve verandering in de reële waarde in het eigen vermogen overgedragen naar de resultatenrekening. Opbrengsten uit voor verkoop beschikbare schuldeffecten worden verantwoord met gebruik van de effectieve- rentemethode. Periodieke amortisatie en bijzondere waardeminderingsverliezen worden verantwoord in de resultatenrekening en dividenden worden na ontvangst verwerkt als opbrengsten. Voor die verzekeringsportefeuilles waar de niet-gerealiseerde winsten of verliezen op obligaties een rechtstreeks effect hebben op de waardering van de verzekeringsverplichtingen past Ageas in overeenstemming met IFRS 4 ‘shadow accounting’ toe. Dit betekent dat de wijzigingen in de niet-gerealiseerde winsten en verliezen van invloed zijn op de waardering van de verzekeringsverplichtingen en hetgeen impliceert waarom deze wijzigingen geen deel uitmaken van het eigen vermogen. Bijzondere waardeverminderingen van financiële activa Een financieel actief (of een groep financiële activa) geclassificeerd als voor verkoop beschikbaar, leningen en vorderingen of tot einde looptijd aangehouden wordt beschouwd als onderhevig aan een bijzondere waardevermindering als: Er objectief bewijs is van de waardevermindering als gevolg van een of meer verliesgebeurtenissen of aanleidingen (bijvoorbeeld ernstige financiële problemen bij de emittent), die hebben plaatsgevonden na de eerste opname van het actief; en Deze verliesgebeurtenis (of gebeurtenissen) een impact heeft/hebben op de geraamde toekomstige kasstromen van het financieel actief (of de groep van financiële activa) die betrouwbaar kan worden geraamd. 103 Ageas Jaarverslag 2021 104 | 240 Voor aandelen omvatten de eventuele objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen onder meer het feit of de reële waarde per de balansdatum significant (25%) beneden de boekwaarde ligt of per de balansdatum gedurende een langere periode beneden de boekwaarde is geweest (365 opeenvolgende dagen). Afhankelijk van het type financieel actief, kan de realiseerbare waarde als volgt worden geschat: De reële waarde op basis van een waarneembare marktprijs; De reële waarde op basis van niet-waarneembare marktgegevens; of Op basis van de reële waarde van zekerheden. Indien wordt vastgesteld dat een voor verkoop beschikbaar actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan, wordt het bedrag van de bijzondere waardevermindering opgenomen in de resultatenrekening. Niet-gerealiseerde en voorheen in het eigen vermogen opgenomen verliezen van voor verkoop beschikbare activa die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan, worden overgedragen naar de resultatenrekening op het moment dat de bijzondere waardevermindering zich voordoet. Indien in een volgende periode de reële waarde van een schuldinstrument dat is geclassificeerd als beschikbaar voor verkoop, stijgt en de stijging objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die plaatsvond na de opname van het bedrag van de bijzondere waardevermindering in de resultatenrekening, valt het bedrag van de bijzondere waardevermindering vrij, waarbij het bedrag van de vrijval wordt verwerkt in de resultatenrekening. Verdere positieve herwaarderingen van als voor verkoop beschikbare schuldinstrumenten worden opgenomen in overig comprehensive income. Bijzondere waardeverminderingen voor als voor verkoop beschikbare aandeleninstrumenten worden niet via de resultatenrekening teruggenomen. Stijgingen in de reële waarde na de bijzondere waardevermindering worden rechtstreeks verwerkt in overig comprehensive income. Transactie en afwikkelingsdatum Alle aan- en verkopen van financiële activa en verplichtingen die moeten worden afgewikkeld binnen het door regelgeving of marktconventie vastgestelde tijdsbestek, worden opgenomen op de transactiedatum, namelijk de datum waarop Ageas als partij betrokken wordt bij de contractuele bepalingen van de financiële activa. Andere termijnaankopen en -verkopen dan degene die moeten worden afgewikkeld binnen het tijdsbestek dat door regelgeving of marktconventie is vastgesteld, worden tot het moment van afwikkeling opgenomen als afgeleide termijntransacties. Classificatie en waardering van financiële verplichtingen De IFRS-classificatie van financiële verplichtingen bepaalt de waardering en verwerking ervan in de resultatenrekening als volgt: Financiële verplichtingen tegen de reële waarde met waardeveranderingen omvatten: i) Voor handelsdoeleinden aangehouden financiële verplichtingen, inclusief derivaten die niet voor hedge- accounting in aanmerking komen; en ii) Financiële verplichtingen die Ageas onherroepelijk bij eerste opname of eerste toepassing van IFRS heeft aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening omdat: - Het basiscontract een in het contract besloten derivaat bevat dat anders zou moeten worden afgezonderd; - Het een inconsistentie in waardering of verantwoording opheft of aanzienlijk vermindert (‘rapporteringsmismatch’); of - Het een groep financiële activa en/of verplichtingen betreft, die gewaardeerd worden op basis van de reële waarde. Andere financiële verplichtingen worden in eerste instantie opgenomen tegen de reële waarde minus transactiekosten. Vervolgens worden andere financiële verplichtingen gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, gebruikmakend van de effectieve-rentemethode, waarbij de periodieke amortisatie wordt verwerkt in de resultatenrekening. Achtergestelde verplichtingen en schulden worden bij eerste opname tegen reële waarde gewaardeerd (onder aftrek van transactiekosten) en worden vervolgens gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs met behulp van de effectieve-rentemethode, waarbij de periodieke afschrijving wordt opgenomen in de resultatenrekening. Transactiekosten Transactiekosten op financiële instrumenten verwijzen naar de extra kosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving of vervreemding van een financieel actief of een financiële verplichting. Daarin zijn inbegrepen commissies die worden betaald aan agenten, adviseurs, brokers en effectenhandelaren, evenals heffingen opgelegd door toezichthouders en effectenbeurzen evenals overdrachtsbelasting en andere heffingen. Deze transactiekosten worden verantwoord in de eerste waardering van de financiële activa en verplichtingen, behalve indien de financiële activa of verplichtingen worden gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening. In dat geval worden de transactiekosten direct als kosten opgenomen. Reële waarde van financiële instrumenten De reële waarde is de waarde waartegen een actief of toegekend aandeleninstrument kan worden verhandeld en een verplichting kan worden afgewikkeld tussen ter zake goed geïnformeerde, tot markttransactie bereidwillige partijen. De reële waarde die getoond wordt, is de ‘clean fair value’ overeenkomend met de totale reële waarde (‘dirty’ fair value) exclusief opgelopen rente en transactiekosten. De opgelopen rente wordt afzonderlijk geclassificeerd. De reële waarde van een verplichting of een eigenvermogensinstrument de gevolgen van het risico dat het instrument niet presteert. Dit risico omvat, maar hoeft niet beperkt te zijn tot, het eigen risico van de entiteit. Een actief of verplichting wordt in eerste instantie gewaardeerd tegen de reële waarde. Als de transactieprijs afwijkt van deze reële waarde, wordt de hieruit voortvloeiende winst of verlies in de resultatenrekening verwerkt, tenzij IFRS anders voorschrijft. 105 | 240 De basisprincipes voor het bepalen van de reële waarde zijn: Maximaal gebruik van relevante waarneembare (markt-)gegevens en minimaal gebruik van niet-waarneembare gegevens (zoals interne schattingen en aannames); Uitsluitend wijzigingen van de schattingsmethode als er een verbetering kan worden aangetoond of als de verandering noodzakelijk is vanwege wijzigingen in de marktsituatie of de beschikbaarheid van informatie. Bij het bepalen van de reële waarde wordt de volgende hiërarchie gebruikt voor het bepalen en vermelden van de reële waarde, in de genoemde volgorde: Niveau 1: reële waarde vastgesteld met gebruik van (niet aangepaste) genoteerde prijzen in een actieve markt voor identieke activa of verplichtingen. Dit betekent dat de genoteerde prijzen eenvoudig beschikbaar zijn en werkelijke en regelmatig voorkomende markttransacties op basis van vrij economisch verkeer weerspiegelen; Niveau 2: reële waarde vastgesteld met gebruik van informatie anders dan de in niveau 1 opgenomen genoteerde prijzen die (op de markt) waarneembaar zijn, hetzij direct (d.w.z. prijzen) of indirect (d.w.z. ontleend aan prijzen, zoals rentetarieven of wisselkoersen); Niveau 3: reële waarde vastgesteld met gebruik van informatie die niet (volledig) op waarneembare gegevens is gebaseerd; Kostprijs. De plaatsing van de waardering van de reële waarde in de hiërarchie wordt bepaald op basis van het laagste niveau van input dat van belang is voor de waardering van de reële waarde in zijn geheel. De bepaling van de reële waarde volgens niveau 2 en 3 vereist doorgaans het gebruik van waarderingstechnieken. Een financieel instrument wordt beschouwd als marktgenoteerd in een actieve markt als genoteerde prijzen eenvoudig en regelmatig opvraagbaar zijn bij een beurs, dealer, broker, industriële groep, pricing service of regelgevende/toezichthoudende instanties en als deze prijzen een weergave zijn van feitelijke en regelmatig terugkerende markttransacties op basis van vrij economisch verkeer. Indien een financieel instrument wordt verhandeld in een actieve en liquide markt is de genoteerde prijs of waarde de beste indicator voor de reële waarde ervan. Die reële waarde wordt niet gecorrigeerd voor een groot pakket aandelen, tenzij er een bindende afspraak is gemaakt om de aandelen te verkopen tegen een andere prijs dan de marktprijs. De meest geschikte marktprijs voor een actief in bezit of een uit te geven passief is de huidige biedprijs, en voor een aan te kopen actief of een passief in bezit, de laatprijs. Middenkoersen worden gebruikt als basis voor het bepalen van de reële waarde van activa en verplichtingen met tegengestelde marktrisico’s. Als er een significante daling is in het volume of het activiteitsniveau voor het actief of de verplichting, worden de transacties of genoteerde prijzen beoordeeld en kan er een alternatieve waarderingsmethode of meerdere waarderingsmethoden (bijv. contante-waardetechnieken) worden toegepast. Als er geen marktprijs op een actieve markt beschikbaar is, wordt de reële waarde berekend op basis van de contante waarde-methode of andere waarderingsmethoden gebaseerd op waarneembare marktgegevens op de balansdatum. Deze informatie kan hetzij direct waarneembaar zijn (prijzen) of indirect waarneembaar (afgeleid van prijzen zoals rente of wisselkoersen). Wanneer Ageas kwantitatieve niet-observeerbare informatie gebruikt bij de waardering tegen reële waarde, is deze informatie niet binnenshuis ontwikkeld. Als er een waarderingsmethode gebruikelijk is in de markt om de prijs van een instrument te bepalen en van deze waarderingsmethode is aangetoond dat de bepaalde waardering een betrouwbare schatting oplevert van de prijs bij een daadwerkelijke markttransactie, dan gebruikt Ageas deze waarderingsmethode. Tot de veel gebruikte waarderingsmethoden in financiële markten behoren recente markttransacties, discounted cash flows (inclusief optiewaarderingsmodellen) en actuele vervangingswaarde. Een geaccepteerde waarderingsmethode houdt rekening met alle factoren die marktpartijen voor de prijsvorming belangrijk achten. Deze methode dient tevens consistent te zijn met algemeen aanvaarde economische modellen voor de waardering van financiële instrumenten. Deze technieken zijn onderhevig aan inherente beperkingen, zoals de schatting van de voor risico gecorrigeerde disconteringsvoet. Het gebruik van andere assumpties en veronderstellingen zou resulteren in een andere reële waarde. De niveau 3 posities zijn voornamelijk gevoelig voor een verandering van de verwachte kasstromen. Bijgevolg varieert hun reële waarde in verhouding tot de veranderingen in deze kasstromen. De veranderingen in de waarde van deze niveau 3 posities worden verantwoord in de overige niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen. De gebruikte methoden en hypothesen om de reële waarde te bepalen, zijn grotendeels afhankelijk van het feit of het instrument verhandeld wordt op een financiële markt en welke informatie gebruikt kan worden in de waarderingsmodellen. Hierna wordt een samenvatting gegeven van de verschillende financiële instrumenten met de hiervoor gehanteerde reële waarderingsmethode: i) De reële waarde van als voor verkoop beschikbaar geclassificeerde effecten en van effecten tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening wordt bepaald aan de hand van marktprijzen van actieve markten. Indien geen genoteerde prijzen in een actieve markt beschikbaar zijn, wordt de reële waarde bepaald aan de hand van contante-waarde berekeningen. Meer bepaald voor asset-backed securities houden de verwachte kasstromen die worden gebruikt in de contante- waarde berekening rekening met de oorspronkelijke verzekeringstechnische criteria, kenmerken van de lening nemer (zoals leeftijd en kredietscores), loan-to-value ratio’s, verwachte schommelingen in de huizenprijzen en verwachte vooruitbetalingsniveaus. Disconteringsfactoren worden hierbij gebaseerd op een swapcurve, plus een spread die de risicokenmerken van het instrument uitdrukt. De reële waarde van als tot de vervaldag aangehouden geclassificeerde effecten (alleen nodig voor informatieverschaffing) worden op dezelfde wijze bepaald. ALGEMENE INFORMATIE 104 Ageas Jaarverslag 2021 104 | 240 Voor aandelen omvatten de eventuele objectieve aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen onder meer het feit of de reële waarde per de balansdatum significant (25%) beneden de boekwaarde ligt of per de balansdatum gedurende een langere periode beneden de boekwaarde is geweest (365 opeenvolgende dagen). Afhankelijk van het type financieel actief, kan de realiseerbare waarde als volgt worden geschat: De reële waarde op basis van een waarneembare marktprijs; De reële waarde op basis van niet-waarneembare marktgegevens; of Op basis van de reële waarde van zekerheden. Indien wordt vastgesteld dat een voor verkoop beschikbaar actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan, wordt het bedrag van de bijzondere waardevermindering opgenomen in de resultatenrekening. Niet-gerealiseerde en voorheen in het eigen vermogen opgenomen verliezen van voor verkoop beschikbare activa die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan, worden overgedragen naar de resultatenrekening op het moment dat de bijzondere waardevermindering zich voordoet. Indien in een volgende periode de reële waarde van een schuldinstrument dat is geclassificeerd als beschikbaar voor verkoop, stijgt en de stijging objectief in verband kan worden gebracht met een gebeurtenis die plaatsvond na de opname van het bedrag van de bijzondere waardevermindering in de resultatenrekening, valt het bedrag van de bijzondere waardevermindering vrij, waarbij het bedrag van de vrijval wordt verwerkt in de resultatenrekening. Verdere positieve herwaarderingen van als voor verkoop beschikbare schuldinstrumenten worden opgenomen in overig comprehensive income. Bijzondere waardeverminderingen voor als voor verkoop beschikbare aandeleninstrumenten worden niet via de resultatenrekening teruggenomen. Stijgingen in de reële waarde na de bijzondere waardevermindering worden rechtstreeks verwerkt in overig comprehensive income. Transactie en afwikkelingsdatum Alle aan- en verkopen van financiële activa en verplichtingen die moeten worden afgewikkeld binnen het door regelgeving of marktconventie vastgestelde tijdsbestek, worden opgenomen op de transactiedatum, namelijk de datum waarop Ageas als partij betrokken wordt bij de contractuele bepalingen van de financiële activa. Andere termijnaankopen en -verkopen dan degene die moeten worden afgewikkeld binnen het tijdsbestek dat door regelgeving of marktconventie is vastgesteld, worden tot het moment van afwikkeling opgenomen als afgeleide termijntransacties. Classificatie en waardering van financiële verplichtingen De IFRS-classificatie van financiële verplichtingen bepaalt de waardering en verwerking ervan in de resultatenrekening als volgt: Financiële verplichtingen tegen de reële waarde met waardeveranderingen omvatten: i) Voor handelsdoeleinden aangehouden financiële verplichtingen, inclusief derivaten die niet voor hedge- accounting in aanmerking komen; en ii) Financiële verplichtingen die Ageas onherroepelijk bij eerste opname of eerste toepassing van IFRS heeft aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening omdat: - Het basiscontract een in het contract besloten derivaat bevat dat anders zou moeten worden afgezonderd; - Het een inconsistentie in waardering of verantwoording opheft of aanzienlijk vermindert (‘rapporteringsmismatch’); of - Het een groep financiële activa en/of verplichtingen betreft, die gewaardeerd worden op basis van de reële waarde. Andere financiële verplichtingen worden in eerste instantie opgenomen tegen de reële waarde minus transactiekosten. Vervolgens worden andere financiële verplichtingen gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs, gebruikmakend van de effectieve-rentemethode, waarbij de periodieke amortisatie wordt verwerkt in de resultatenrekening. Achtergestelde verplichtingen en schulden worden bij eerste opname tegen reële waarde gewaardeerd (onder aftrek van transactiekosten) en worden vervolgens gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs met behulp van de effectieve-rentemethode, waarbij de periodieke afschrijving wordt opgenomen in de resultatenrekening. Transactiekosten Transactiekosten op financiële instrumenten verwijzen naar de extra kosten die direct zijn toe te rekenen aan de verwerving of vervreemding van een financieel actief of een financiële verplichting. Daarin zijn inbegrepen commissies die worden betaald aan agenten, adviseurs, brokers en effectenhandelaren, evenals heffingen opgelegd door toezichthouders en effectenbeurzen evenals overdrachtsbelasting en andere heffingen. Deze transactiekosten worden verantwoord in de eerste waardering van de financiële activa en verplichtingen, behalve indien de financiële activa of verplichtingen worden gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening. In dat geval worden de transactiekosten direct als kosten opgenomen. Reële waarde van financiële instrumenten De reële waarde is de waarde waartegen een actief of toegekend aandeleninstrument kan worden verhandeld en een verplichting kan worden afgewikkeld tussen ter zake goed geïnformeerde, tot markttransactie bereidwillige partijen. De reële waarde die getoond wordt, is de ‘clean fair value’ overeenkomend met de totale reële waarde (‘dirty’ fair value) exclusief opgelopen rente en transactiekosten. De opgelopen rente wordt afzonderlijk geclassificeerd. De reële waarde van een verplichting of een eigenvermogensinstrument de gevolgen van het risico dat het instrument niet presteert. Dit risico omvat, maar hoeft niet beperkt te zijn tot, het eigen risico van de entiteit. Een actief of verplichting wordt in eerste instantie gewaardeerd tegen de reële waarde. Als de transactieprijs afwijkt van deze reële waarde, wordt de hieruit voortvloeiende winst of verlies in de resultatenrekening verwerkt, tenzij IFRS anders voorschrijft. 105 | 240 De basisprincipes voor het bepalen van de reële waarde zijn: Maximaal gebruik van relevante waarneembare (markt-)gegevens en minimaal gebruik van niet-waarneembare gegevens (zoals interne schattingen en aannames); Uitsluitend wijzigingen van de schattingsmethode als er een verbetering kan worden aangetoond of als de verandering noodzakelijk is vanwege wijzigingen in de marktsituatie of de beschikbaarheid van informatie. Bij het bepalen van de reële waarde wordt de volgende hiërarchie gebruikt voor het bepalen en vermelden van de reële waarde, in de genoemde volgorde: Niveau 1: reële waarde vastgesteld met gebruik van (niet aangepaste) genoteerde prijzen in een actieve markt voor identieke activa of verplichtingen. Dit betekent dat de genoteerde prijzen eenvoudig beschikbaar zijn en werkelijke en regelmatig voorkomende markttransacties op basis van vrij economisch verkeer weerspiegelen; Niveau 2: reële waarde vastgesteld met gebruik van informatie anders dan de in niveau 1 opgenomen genoteerde prijzen die (op de markt) waarneembaar zijn, hetzij direct (d.w.z. prijzen) of indirect (d.w.z. ontleend aan prijzen, zoals rentetarieven of wisselkoersen); Niveau 3: reële waarde vastgesteld met gebruik van informatie die niet (volledig) op waarneembare gegevens is gebaseerd; Kostprijs. De plaatsing van de waardering van de reële waarde in de hiërarchie wordt bepaald op basis van het laagste niveau van input dat van belang is voor de waardering van de reële waarde in zijn geheel. De bepaling van de reële waarde volgens niveau 2 en 3 vereist doorgaans het gebruik van waarderingstechnieken. Een financieel instrument wordt beschouwd als marktgenoteerd in een actieve markt als genoteerde prijzen eenvoudig en regelmatig opvraagbaar zijn bij een beurs, dealer, broker, industriële groep, pricing service of regelgevende/toezichthoudende instanties en als deze prijzen een weergave zijn van feitelijke en regelmatig terugkerende markttransacties op basis van vrij economisch verkeer. Indien een financieel instrument wordt verhandeld in een actieve en liquide markt is de genoteerde prijs of waarde de beste indicator voor de reële waarde ervan. Die reële waarde wordt niet gecorrigeerd voor een groot pakket aandelen, tenzij er een bindende afspraak is gemaakt om de aandelen te verkopen tegen een andere prijs dan de marktprijs. De meest geschikte marktprijs voor een actief in bezit of een uit te geven passief is de huidige biedprijs, en voor een aan te kopen actief of een passief in bezit, de laatprijs. Middenkoersen worden gebruikt als basis voor het bepalen van de reële waarde van activa en verplichtingen met tegengestelde marktrisico’s. Als er een significante daling is in het volume of het activiteitsniveau voor het actief of de verplichting, worden de transacties of genoteerde prijzen beoordeeld en kan er een alternatieve waarderingsmethode of meerdere waarderingsmethoden (bijv. contante-waardetechnieken) worden toegepast. Als er geen marktprijs op een actieve markt beschikbaar is, wordt de reële waarde berekend op basis van de contante waarde-methode of andere waarderingsmethoden gebaseerd op waarneembare marktgegevens op de balansdatum. Deze informatie kan hetzij direct waarneembaar zijn (prijzen) of indirect waarneembaar (afgeleid van prijzen zoals rente of wisselkoersen). Wanneer Ageas kwantitatieve niet-observeerbare informatie gebruikt bij de waardering tegen reële waarde, is deze informatie niet binnenshuis ontwikkeld. Als er een waarderingsmethode gebruikelijk is in de markt om de prijs van een instrument te bepalen en van deze waarderingsmethode is aangetoond dat de bepaalde waardering een betrouwbare schatting oplevert van de prijs bij een daadwerkelijke markttransactie, dan gebruikt Ageas deze waarderingsmethode. Tot de veel gebruikte waarderingsmethoden in financiële markten behoren recente markttransacties, discounted cash flows (inclusief optiewaarderingsmodellen) en actuele vervangingswaarde. Een geaccepteerde waarderingsmethode houdt rekening met alle factoren die marktpartijen voor de prijsvorming belangrijk achten. Deze methode dient tevens consistent te zijn met algemeen aanvaarde economische modellen voor de waardering van financiële instrumenten. Deze technieken zijn onderhevig aan inherente beperkingen, zoals de schatting van de voor risico gecorrigeerde disconteringsvoet. Het gebruik van andere assumpties en veronderstellingen zou resulteren in een andere reële waarde. De niveau 3 posities zijn voornamelijk gevoelig voor een verandering van de verwachte kasstromen. Bijgevolg varieert hun reële waarde in verhouding tot de veranderingen in deze kasstromen. De veranderingen in de waarde van deze niveau 3 posities worden verantwoord in de overige niet-gerealiseerde resultaten in het eigen vermogen. De gebruikte methoden en hypothesen om de reële waarde te bepalen, zijn grotendeels afhankelijk van het feit of het instrument verhandeld wordt op een financiële markt en welke informatie gebruikt kan worden in de waarderingsmodellen. Hierna wordt een samenvatting gegeven van de verschillende financiële instrumenten met de hiervoor gehanteerde reële waarderingsmethode: i) De reële waarde van als voor verkoop beschikbaar geclassificeerde effecten en van effecten tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening wordt bepaald aan de hand van marktprijzen van actieve markten. Indien geen genoteerde prijzen in een actieve markt beschikbaar zijn, wordt de reële waarde bepaald aan de hand van contante-waarde berekeningen. Meer bepaald voor asset-backed securities houden de verwachte kasstromen die worden gebruikt in de contante- waarde berekening rekening met de oorspronkelijke verzekeringstechnische criteria, kenmerken van de lening nemer (zoals leeftijd en kredietscores), loan-to-value ratio’s, verwachte schommelingen in de huizenprijzen en verwachte vooruitbetalingsniveaus. Disconteringsfactoren worden hierbij gebaseerd op een swapcurve, plus een spread die de risicokenmerken van het instrument uitdrukt. De reële waarde van als tot de vervaldag aangehouden geclassificeerde effecten (alleen nodig voor informatieverschaffing) worden op dezelfde wijze bepaald. 105 Ageas Jaarverslag 2021 106 | 240 ii) De reële waarde van derivaten wordt verkregen uit actieve markten of wordt, indien van toepassing, bepaald met behulp van contante-waarde berekeningen en optie-waarderingsmodellen. Genoteerde marktprijzen zijn de meest betrouwbare reële waarde voor op een erkende beurs verhandelde derivaten. Voor derivaten die niet op een erkende beurs worden verhandeld, is de reële waarde die waarde die gerealiseerd kan worden door beëindiging of afwikkeling van het derivaat. Factoren die van invloed zijn op de waardering van de individuele derivaten zijn onder andere de kredietrating van de tegenpartij en de complexiteit van het derivaat. Wanneer deze factoren afwijken van de basisfactoren die ten grondslag liggen aan de notering, kan een aanpassing van de genoteerde prijs worden overwogen. Gangbare methoden voor de waardering van een renteswap hanteren een vergelijking van het rendement (de yield) van de swap met de huidige swaprentecurve. De swaprentecurve wordt afgeleid van de genoteerde swaprentevoeten. Over het algemeen zijn er aan- en verkoopkoersen van handelaars beschikbaar voor gangbare renteswaps met tegenpartijen waarvan de effecten 'investment grade' zijn. iii) De reële waarde voor niet-beursgenoteerde private equity- beleggingen wordt geschat aan de hand van de toepasselijke marktvergelijkingsfactoren (bijvoorbeeld koers/winstverhouding of koers/kasstroomverhouding) om de specifieke omstandigheden van de emittent uit te drukken. Niveau 3 waarderingen voor private equity en durfkapitaal maken gebruik van reële waarden die zijn opgenomen in het geauditeerde financieel verslag van de relevante deelnemingen. iv) De reële waarde van schulden en uitgegeven achtergestelde leningen wordt bepaald met behulp van modellen voor contante- waarde berekeningen, op basis van de huidige marginale rentevoet die Ageas hanteert voor leningen van hetzelfde type. Voor leningen met een variabele rente die frequent wijzigen en geen aanwijsbare wijziging van het kredietrisico vertonen, benadert de reële waarde de boekwaarde. Voor het waarderen van in leningen opgenomen rentevoetplafonds en vooruitbetalingsopties en die in overeenstemming met IFRS separaat worden verantwoord, worden optie-waarderingsmodellen gebruikt. v) De reële waarde voor verbintenissen en garanties die niet uit de balans blijken, wordt gebaseerd op vergoedingen die actueel worden berekend bij soortgelijke overeenkomsten, waarbij rekening wordt gehouden met de overige voorwaarden van de overeenkomsten en de kredietwaardigheid van de tegenpartijen. Niet-beursgenoteerde financiële instrumenten worden vaak verhandeld op over-the-counter (OTC) markten waar de marktprijzen verkrijgbaar zijn via handelaren of andere bemiddelaars. Vanuit verschillende bronnen zijn beursnoteringen verkrijgbaar voor een aantal financiële instrumenten die geregeld worden verhandeld op een OTC-markt. De financiële pers, verschillende beurspublicaties en informatie van individuele marketmakers zijn voorbeelden van deze bronnen. Covid-19 heeft niet geleid tot een wijziging van de methode die gebruikt is voor de bepaling van de reële waarde van financiële instrumenten, zoals hierboven beschreven. Indien van toepassing, houdt de bepaling van de reële waarde rekening met bijkomende onzekerheden omwille van de Covid-19 pandemie. Gedetailleerdere informatie over de toepassing van deze waarderingsmethoden en aannames is vermeld in de desbetreffende toelichtingen in de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas. Saldering van financiële activa en passiva Financiële activa en verplichtingen worden gesaldeerd en het nettobedrag wordt in de balans gerapporteerd wanneer er een wettelijk afdwingbaar recht is om de verantwoorde bedragen te salderen en de intentie bestaat om tot een afwikkeling op netto basis te komen, dan wel tegelijkertijd het actief te realiseren en de verplichting af te wikkelen. 2.8.2 Voor afdekking gebruikte derivaten en financiële instrumenten Derivaten zijn financiële instrumenten zoals swaps, termijncontracten, futures en (geschreven en gekochte) optiecontracten. De waarde van deze financiële instrumenten verandert als gevolg van veranderingen in diverse onderliggende variabelen. Derivaten vergen weinig tot geen aanvangsinvestering en worden op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld. Alle derivaten worden op de balans verantwoord tegen reële waarde op de transactiedatum. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden; en Derivaten voor afdekkingsdoeleinden. In een contract besloten derivaten Financiële activa of verplichtingen kunnen in contracten besloten derivaten omvatten. Dergelijke financiële instrumenten worden dikwijls hybride financiële instrumenten genoemd. Tot hybride financiële instrumenten behoren omgekeerde converteerbare obligaties (obligaties waarvoor de terugbetaling de vorm van aandelen kan aannemen) en/of obligaties met geïndexeerde interestbetalingen. Indien het basiscontract niet wordt gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening en er geen nauw verband bestaat tussen de kenmerken en risico's van het in een contract besloten derivaat en de kenmerken en risico's van het basiscontract, dient het in een contract besloten derivaat te worden gescheiden van het basiscontract en te worden gewaardeerd tegen reële waarde als een op zichzelf staand derivaat. Reële-waardeveranderingen worden in de resultatenrekening verantwoord. Het basiscontract wordt verantwoord en gewaardeerd door toepassing van de regels van de betreffende categorie van het financiële instrument. Indien het basiscontract wordt gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening of een nauw verband bestaat tussen de kenmerken en risico's van het in een contract besloten derivaat en de kenmerken en risico’s van het basiscontract, wordt het in een contract besloten derivaat niet gescheiden en wordt het hybridische financieel instrument gewaardeerd als een enkel instrument. De af te scheiden derivaten worden naargelang het geval verantwoord als hedging derivaten of derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden. Afdekking Op de datum dat Ageas een derivatencontract afsluit, wordt dit contract aangemerkt als hetzij: Een indekking van de reële waarde: een indekking van de reële waarde van een opgenomen actief of verplichting; Een indekking van een netto-investering in een buitenlandse entiteit; of Een kasstroomindekking: een indekking van toekomstige kasstromen toewijsbaar aan een opgenomen actief of een voorziene transactie. 107 | 240 Afdekkingen van vaststaande toezeggingen zijn reële-waarde afdekkingen, uitgezonderd afdekkingen van de valutarisico's van een vaststaande verbintenis, die als kasstroomafdekking worden verantwoord. In het kader van hedge accounting wordt de volgende documentatie opgesteld: Bij het begin van de transactie worden de relatie tussen afdekkingsinstrumenten en de afgedekte items, evenals de doelstelling en strategie op het vlak van risicobeheer met betrekking tot afdekkingstransacties gedocumenteerd; Zowel bij aanvang van de afdekking als gedurende de periode van afdekking, wordt de beoordeling gedocumenteerd in hoeverre de derivaten die bij afdekkingstransacties worden gebruikt zeer effectief zijn bij het compenseren van het risico van veranderingen in de reële waarde van de afgedekte positie of aan het afgedekte risico toe te rekenen kasstromen. Activa, verplichtingen, vaststaande toezeggingen of verwachte transacties waarbij een externe partij betrokken is, worden als afgedekte items aangemerkt. Een afgedekte positie kan ook een specifiek risico zijn dat deel uitmaakt van het totale risico van de afgedekte positie. De verandering in reële waarde van een afgedekte positie die aan het afgedekte risico toe te rekenen is en de verandering in reële waarde van het afdekkingsinstrument in een reële-waarde afdekking worden verantwoord in de resultatenrekening. De verandering in reële waarde van rentedragende derivaten wordt afzonderlijk van de overlopende rente verantwoord. Indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria van hedge accounting of anderszins wordt beëindigd, wordt de aanpassing van de boekwaarde van een afgedekt rentedragend financieel instrument die uit hedge accounting voortvloeit afgeschreven op basis van de nieuwe effectieve rentevoet, berekend op de datum waarop de afdekking is beëindigd. Veranderingen in reële waarde van derivaten die zijn aangewezen en in aanmerking komen als kasstroomafdekkingen worden in het eigen vermogen onder Ongerealiseerde winsten en verliezen verantwoord. Het bedrag aan eigen vermogen wordt geherclassificeerd naar de resultatenrekening als de indekte positie van invloed is op de resultatenrekening. Niet-effectieve afdekkingen worden onmiddellijk verantwoord in de resultatenrekening. Indien de afdekking van een verwachte transactie of vaststaande toezegging tot de opname van een niet-financieel actief of een niet- financiële verplichting leidt, worden de winsten en verliezen die eerder in het eigen vermogen waren uitgesteld, overgeboekt van het eigen vermogen en verantwoord in de eerste waardering van dat niet- financiële actief of die niet-financiële verplichting. In andere gevallen worden in het eigen vermogen verantwoorde bedragen naar de resultatenrekening overgeboekt en als baten of lasten verantwoord in de periodes waarin de afgedekte vaststaande toezegging of verwachte transactie de resultatenrekening beïnvloedt. Het bovenstaande is ook het geval indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria voor hedge accounting, of op een andere wijze wordt stopgezet, maar de verwachte transacties of vaststaande toezeggingen naar verwachting wel zullen plaatsvinden. Indien de verwachte transacties of vaststaande toezeggingen naar verwachting niet meer zullen plaatsvinden, worden de in het eigen vermogen uitgestelde bedragen rechtstreeks overgebracht naar de resultatenrekening. 2.8.3 Verkoop- en terugkoopovereenkomsten en (uit)lenen van effecten Effecten die onder een terugkoopovereenkomst (‘repo') vallen, blijven op de balans staan zolang substantieel alle risico's en opbrengsten van het eigendom bij Ageas blijven. De van dergelijke verkopen ontvangen opbrengsten worden geneutraliseerd door onder ‘Schulden’ een dienovereenkomstige financiële verplichting op te nemen. Effecten die zijn aangekocht als gevolg van een overeenkomst tot terugverkoop (‘reverse repo’) worden niet verantwoord in de balans. Het recht om geldmiddelen te ontvangen van een tegenpartij wordt opgenomen onder ‘Leningen’. Het verschil tussen de verkoopprijs en de terugkoopprijs wordt verantwoord als rente en toegerekend over de looptijd van de overeenkomsten met behulp van de effectieve- rentemethode. Effecten uitgeleend aan tegenpartijen blijven op de balans staan. Op gelijksoortige wijze worden geleende effecten niet in de balans verantwoord. Indien geleende effecten aan derden worden verkocht, worden de opbrengsten uit de verkoop en de schuld uit de verplichting tot teruggave van de zekerheid verantwoord. De verplichting tot teruggave van de zekerheid wordt gewaardeerd tegen reële waarde en verantwoord in de resultatenrekening. Geleende of ontvangen geldmiddelen in verband met het lenen of uitlenen van effecten worden verantwoord onder ‘Leningen’ of onder 'Schulden’. 2.8.4 Geldmiddelen en kasequivalenten Geldmiddelen en kasequivalenten omvatten liquide middelen, vrij beschikbare tegoeden bij (centrale) banken en andere financiële instrumenten met een vervaldatum korter dan drie maanden vanaf de datum van verwerving. Kasstroomoverzicht Ageas presenteert de kasstromen uit bedrijfsactiviteiten op basis van de indirecte methode, waarbij het nettoresultaat wordt aangepast met het oog op de gevolgen van transacties van niet-geldelijke aard, eventuele overlopende posten voor al ontvangen of toekomstige kasontvangsten of kasbetalingen uit exploitatie en posten van baten of lasten in verband met investerings- of financieringskasstromen. Ontvangen en betaalde rente worden in het kasstroomoverzicht verantwoord als kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. Ontvangen dividenden worden in het kasstroomoverzicht verantwoord als kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. Betaalde dividenden worden verantwoord als kasstromen uit financieringsactiviteiten. ALGEMENE INFORMATIE 106 Ageas Jaarverslag 2021 106 | 240 ii) De reële waarde van derivaten wordt verkregen uit actieve markten of wordt, indien van toepassing, bepaald met behulp van contante-waarde berekeningen en optie-waarderingsmodellen. Genoteerde marktprijzen zijn de meest betrouwbare reële waarde voor op een erkende beurs verhandelde derivaten. Voor derivaten die niet op een erkende beurs worden verhandeld, is de reële waarde die waarde die gerealiseerd kan worden door beëindiging of afwikkeling van het derivaat. Factoren die van invloed zijn op de waardering van de individuele derivaten zijn onder andere de kredietrating van de tegenpartij en de complexiteit van het derivaat. Wanneer deze factoren afwijken van de basisfactoren die ten grondslag liggen aan de notering, kan een aanpassing van de genoteerde prijs worden overwogen. Gangbare methoden voor de waardering van een renteswap hanteren een vergelijking van het rendement (de yield) van de swap met de huidige swaprentecurve. De swaprentecurve wordt afgeleid van de genoteerde swaprentevoeten. Over het algemeen zijn er aan- en verkoopkoersen van handelaars beschikbaar voor gangbare renteswaps met tegenpartijen waarvan de effecten 'investment grade' zijn. iii) De reële waarde voor niet-beursgenoteerde private equity- beleggingen wordt geschat aan de hand van de toepasselijke marktvergelijkingsfactoren (bijvoorbeeld koers/winstverhouding of koers/kasstroomverhouding) om de specifieke omstandigheden van de emittent uit te drukken. Niveau 3 waarderingen voor private equity en durfkapitaal maken gebruik van reële waarden die zijn opgenomen in het geauditeerde financieel verslag van de relevante deelnemingen. iv) De reële waarde van schulden en uitgegeven achtergestelde leningen wordt bepaald met behulp van modellen voor contante- waarde berekeningen, op basis van de huidige marginale rentevoet die Ageas hanteert voor leningen van hetzelfde type. Voor leningen met een variabele rente die frequent wijzigen en geen aanwijsbare wijziging van het kredietrisico vertonen, benadert de reële waarde de boekwaarde. Voor het waarderen van in leningen opgenomen rentevoetplafonds en vooruitbetalingsopties en die in overeenstemming met IFRS separaat worden verantwoord, worden optie-waarderingsmodellen gebruikt. v) De reële waarde voor verbintenissen en garanties die niet uit de balans blijken, wordt gebaseerd op vergoedingen die actueel worden berekend bij soortgelijke overeenkomsten, waarbij rekening wordt gehouden met de overige voorwaarden van de overeenkomsten en de kredietwaardigheid van de tegenpartijen. Niet-beursgenoteerde financiële instrumenten worden vaak verhandeld op over-the-counter (OTC) markten waar de marktprijzen verkrijgbaar zijn via handelaren of andere bemiddelaars. Vanuit verschillende bronnen zijn beursnoteringen verkrijgbaar voor een aantal financiële instrumenten die geregeld worden verhandeld op een OTC-markt. De financiële pers, verschillende beurspublicaties en informatie van individuele marketmakers zijn voorbeelden van deze bronnen. Covid-19 heeft niet geleid tot een wijziging van de methode die gebruikt is voor de bepaling van de reële waarde van financiële instrumenten, zoals hierboven beschreven. Indien van toepassing, houdt de bepaling van de reële waarde rekening met bijkomende onzekerheden omwille van de Covid-19 pandemie. Gedetailleerdere informatie over de toepassing van deze waarderingsmethoden en aannames is vermeld in de desbetreffende toelichtingen in de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas. Saldering van financiële activa en passiva Financiële activa en verplichtingen worden gesaldeerd en het nettobedrag wordt in de balans gerapporteerd wanneer er een wettelijk afdwingbaar recht is om de verantwoorde bedragen te salderen en de intentie bestaat om tot een afwikkeling op netto basis te komen, dan wel tegelijkertijd het actief te realiseren en de verplichting af te wikkelen. 2.8.2 Voor afdekking gebruikte derivaten en financiële instrumenten Derivaten zijn financiële instrumenten zoals swaps, termijncontracten, futures en (geschreven en gekochte) optiecontracten. De waarde van deze financiële instrumenten verandert als gevolg van veranderingen in diverse onderliggende variabelen. Derivaten vergen weinig tot geen aanvangsinvestering en worden op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld. Alle derivaten worden op de balans verantwoord tegen reële waarde op de transactiedatum. Er wordt onderscheid gemaakt tussen: Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden; en Derivaten voor afdekkingsdoeleinden. In een contract besloten derivaten Financiële activa of verplichtingen kunnen in contracten besloten derivaten omvatten. Dergelijke financiële instrumenten worden dikwijls hybride financiële instrumenten genoemd. Tot hybride financiële instrumenten behoren omgekeerde converteerbare obligaties (obligaties waarvoor de terugbetaling de vorm van aandelen kan aannemen) en/of obligaties met geïndexeerde interestbetalingen. Indien het basiscontract niet wordt gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening en er geen nauw verband bestaat tussen de kenmerken en risico's van het in een contract besloten derivaat en de kenmerken en risico's van het basiscontract, dient het in een contract besloten derivaat te worden gescheiden van het basiscontract en te worden gewaardeerd tegen reële waarde als een op zichzelf staand derivaat. Reële-waardeveranderingen worden in de resultatenrekening verantwoord. Het basiscontract wordt verantwoord en gewaardeerd door toepassing van de regels van de betreffende categorie van het financiële instrument. Indien het basiscontract wordt gewaardeerd tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening of een nauw verband bestaat tussen de kenmerken en risico's van het in een contract besloten derivaat en de kenmerken en risico’s van het basiscontract, wordt het in een contract besloten derivaat niet gescheiden en wordt het hybridische financieel instrument gewaardeerd als een enkel instrument. De af te scheiden derivaten worden naargelang het geval verantwoord als hedging derivaten of derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden. Afdekking Op de datum dat Ageas een derivatencontract afsluit, wordt dit contract aangemerkt als hetzij: Een indekking van de reële waarde: een indekking van de reële waarde van een opgenomen actief of verplichting; Een indekking van een netto-investering in een buitenlandse entiteit; of Een kasstroomindekking: een indekking van toekomstige kasstromen toewijsbaar aan een opgenomen actief of een voorziene transactie. 107 | 240 Afdekkingen van vaststaande toezeggingen zijn reële-waarde afdekkingen, uitgezonderd afdekkingen van de valutarisico's van een vaststaande verbintenis, die als kasstroomafdekking worden verantwoord. In het kader van hedge accounting wordt de volgende documentatie opgesteld: Bij het begin van de transactie worden de relatie tussen afdekkingsinstrumenten en de afgedekte items, evenals de doelstelling en strategie op het vlak van risicobeheer met betrekking tot afdekkingstransacties gedocumenteerd; Zowel bij aanvang van de afdekking als gedurende de periode van afdekking, wordt de beoordeling gedocumenteerd in hoeverre de derivaten die bij afdekkingstransacties worden gebruikt zeer effectief zijn bij het compenseren van het risico van veranderingen in de reële waarde van de afgedekte positie of aan het afgedekte risico toe te rekenen kasstromen. Activa, verplichtingen, vaststaande toezeggingen of verwachte transacties waarbij een externe partij betrokken is, worden als afgedekte items aangemerkt. Een afgedekte positie kan ook een specifiek risico zijn dat deel uitmaakt van het totale risico van de afgedekte positie. De verandering in reële waarde van een afgedekte positie die aan het afgedekte risico toe te rekenen is en de verandering in reële waarde van het afdekkingsinstrument in een reële-waarde afdekking worden verantwoord in de resultatenrekening. De verandering in reële waarde van rentedragende derivaten wordt afzonderlijk van de overlopende rente verantwoord. Indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria van hedge accounting of anderszins wordt beëindigd, wordt de aanpassing van de boekwaarde van een afgedekt rentedragend financieel instrument die uit hedge accounting voortvloeit afgeschreven op basis van de nieuwe effectieve rentevoet, berekend op de datum waarop de afdekking is beëindigd. Veranderingen in reële waarde van derivaten die zijn aangewezen en in aanmerking komen als kasstroomafdekkingen worden in het eigen vermogen onder Ongerealiseerde winsten en verliezen verantwoord. Het bedrag aan eigen vermogen wordt geherclassificeerd naar de resultatenrekening als de indekte positie van invloed is op de resultatenrekening. Niet-effectieve afdekkingen worden onmiddellijk verantwoord in de resultatenrekening. Indien de afdekking van een verwachte transactie of vaststaande toezegging tot de opname van een niet-financieel actief of een niet- financiële verplichting leidt, worden de winsten en verliezen die eerder in het eigen vermogen waren uitgesteld, overgeboekt van het eigen vermogen en verantwoord in de eerste waardering van dat niet- financiële actief of die niet-financiële verplichting. In andere gevallen worden in het eigen vermogen verantwoorde bedragen naar de resultatenrekening overgeboekt en als baten of lasten verantwoord in de periodes waarin de afgedekte vaststaande toezegging of verwachte transactie de resultatenrekening beïnvloedt. Het bovenstaande is ook het geval indien de afdekking niet langer voldoet aan de criteria voor hedge accounting, of op een andere wijze wordt stopgezet, maar de verwachte transacties of vaststaande toezeggingen naar verwachting wel zullen plaatsvinden. Indien de verwachte transacties of vaststaande toezeggingen naar verwachting niet meer zullen plaatsvinden, worden de in het eigen vermogen uitgestelde bedragen rechtstreeks overgebracht naar de resultatenrekening. 2.8.3 Verkoop- en terugkoopovereenkomsten en (uit)lenen van effecten Effecten die onder een terugkoopovereenkomst (‘repo') vallen, blijven op de balans staan zolang substantieel alle risico's en opbrengsten van het eigendom bij Ageas blijven. De van dergelijke verkopen ontvangen opbrengsten worden geneutraliseerd door onder ‘Schulden’ een dienovereenkomstige financiële verplichting op te nemen. Effecten die zijn aangekocht als gevolg van een overeenkomst tot terugverkoop (‘reverse repo’) worden niet verantwoord in de balans. Het recht om geldmiddelen te ontvangen van een tegenpartij wordt opgenomen onder ‘Leningen’. Het verschil tussen de verkoopprijs en de terugkoopprijs wordt verantwoord als rente en toegerekend over de looptijd van de overeenkomsten met behulp van de effectieve- rentemethode. Effecten uitgeleend aan tegenpartijen blijven op de balans staan. Op gelijksoortige wijze worden geleende effecten niet in de balans verantwoord. Indien geleende effecten aan derden worden verkocht, worden de opbrengsten uit de verkoop en de schuld uit de verplichting tot teruggave van de zekerheid verantwoord. De verplichting tot teruggave van de zekerheid wordt gewaardeerd tegen reële waarde en verantwoord in de resultatenrekening. Geleende of ontvangen geldmiddelen in verband met het lenen of uitlenen van effecten worden verantwoord onder ‘Leningen’ of onder 'Schulden’. 2.8.4 Geldmiddelen en kasequivalenten Geldmiddelen en kasequivalenten omvatten liquide middelen, vrij beschikbare tegoeden bij (centrale) banken en andere financiële instrumenten met een vervaldatum korter dan drie maanden vanaf de datum van verwerving. Kasstroomoverzicht Ageas presenteert de kasstromen uit bedrijfsactiviteiten op basis van de indirecte methode, waarbij het nettoresultaat wordt aangepast met het oog op de gevolgen van transacties van niet-geldelijke aard, eventuele overlopende posten voor al ontvangen of toekomstige kasontvangsten of kasbetalingen uit exploitatie en posten van baten of lasten in verband met investerings- of financieringskasstromen. Ontvangen en betaalde rente worden in het kasstroomoverzicht verantwoord als kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. Ontvangen dividenden worden in het kasstroomoverzicht verantwoord als kasstromen uit bedrijfsactiviteiten. Betaalde dividenden worden verantwoord als kasstromen uit financieringsactiviteiten. 107 Ageas Jaarverslag 2021 108 | 240 2.8.5 Vastgoedbeleggingen en vastgoed voor eigen gebruik Classificatie en waardering van vastgoed voor eigen gebruik Vastgoed geclassificeerd als vastgoed voor eigen gebruik omvat voornamelijk: Kantoorgebouwen die Ageas gebruikt; en Commerciële gebouwen die worden gebruikt om bedrijfsactiviteiten uit te voeren. Alle voor eigen gebruik aangehouden vastgoed en alle vaste activa worden gewaardeerd tegen kostprijs, verminderd met geaccumuleerde afschrijvingen (behalve voor terreinen die niet worden afgeschreven) en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De kostprijs is het equivalent van de contante prijs die is betaald of de reële waarde van elke andere vergoeding die is gegeven om het actief te verwerven op het moment van de verwerving of de bouw van het actief. De afschrijvingen op gebouwen worden berekend volgens de lineaire methode teneinde de kosten van die activa af te schrijven gedurende de geschatte levensduur tot de restwaarde. De levensduur van IT, kantoor- en andere apparatuur wordt afzonderlijk vastgesteld voor elk actief. De levensduur van de gebouwen wordt afzonderlijk bepaald voor elk belangrijk deel (componentenbenadering) en wordt elk jaareinde herzien. De vastgoedbeleggingen worden gesplitst in de volgende componenten: ruwbouw, ramen en deuren, technische uitrusting, ruwe afwerking en detailafwerking. De maximale levensduur van de componenten is als volgt: Ruwbouw 50 jaar voor kantoren en winkelpanden 70 jaar voor woningen Ramen en deuren 30 jaar voor kantoren en winkelpanden 40 jaar voor woningen Technische uitrusting 15 jaar voor parkeergarages 20 jaar voor kantoren 25 jaar voor winkelpanden 40 jaar voor woningen Ruwe afwerking 15 jaar voor parkeergarages 20 jaar voor kantoren 25 jaar voor winkelpanden 40 jaar voor woningen Detailafwerking 10 jaar voor kantoren, winkelpanden en woningen Terreinen hebben een ongelimiteerde levensduur en worden derhalve niet afgeschreven. Als algemene regel wordt uitgegaan van een restwaarde van nihil. Kosten voor reparaties en onderhoud worden in de resultatenrekening als last verantwoord in de periode waarin de kosten zijn gemaakt. Uitgaven die de voordelen van vastgoed of vaste activa zodanig verbeteren of uitbreiden dat hun oorspronkelijke gebruik wordt uitgebreid, worden geactiveerd en vervolgens afgeschreven. Financieringskosten voor de financiering van de bouw van materiële vaste activa worden op dezelfde manier behandeld als de financieringskosten voor vastgoedbeleggingen. Classificatie en waardering van vastgoedbeleggingen Een vastgoedbelegging is vastgoed dat Ageas aanhoudt om huuropbrengsten of een waardestijging te realiseren. Ageas kan bepaalde vastgoedbeleggingen ook voor eigen gebruik aanwenden. Indien de beleggingen aangewend voor eigen gebruik afzonderlijk kunnen worden verkocht of geleased via financiële lease, worden die delen verantwoord als materiële vaste activa. Indien de beleggingen aangewend voor eigen gebruik niet afzonderlijk kunnen worden verkocht, worden die delen alleen als vastgoedbeleggingen behandeld als Ageas een onbelangrijk deel voor eigen gebruik aanhoudt. Omwille de vergelijkbaarheid hanteert Ageas een kostprijsmodel, zowel voor vastgoedbeleggingen als voor vastgoed voor eigen gebruik. Na de initiële opname wordt al het vastgoed gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met cumulatieve afschrijvingen (volgens een lineaire methode) en eventuele cumulatieve bijzondere waardeverminderingsverliezen. Wijzigingen in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen worden zodoende niet verantwoord in de resultatenrekening (tenzij er een bijzondere waardevermindering heeft plaatsgevonden) of in overig comprehensive income. De restwaarde en de geschatte gebruiksduur van vastgoed-beleggingen worden afzonderlijk bepaald voor elk belangrijk onderdeel (componentenbenadering) en worden op elke balansdatum opnieuw bekeken. Voor vastgoedbeleggingen wordt dezelfde maximale geschatte gebruiksduur van de componenten toegepast als voor vastgoed aangehouden voor eigen gebruik. Ageas verhuurt zijn vastgoedbeleggingen door middel van diverse niet- opzegbare huurcontracten. Bepaalde contracten bevatten verlengingsopties voor diverse tijdsperioden. De met deze contracten verbonden huurinkomsten worden in de loop van de tijd verantwoord als beleggingsbaten, en wel lineair over de huurperiode. 109 | 240 Overboekingen naar of van vastgoedbeleggingen vinden alleen plaats als er een wijziging is van het gebruik: Naar vastgoedbeleggingen aan het einde van het eigen gebruik, bij aanvang van een operationele lease aan een andere partij of aan het einde van de bouw of ontwikkeling; en Vanuit vastgoedbeleggingen bij aanvang van het eigen gebruik of bij aanvang van ontwikkeling met het oog op verkoop. Wanneer het resultaat van een bouwcontract op betrouwbare wijze kan worden geschat, worden de contractopbrengsten en -kosten in verband met het bouwcontract verantwoord als baten, respectievelijk lasten met verwijzing naar het stadium van uitvoering van de contractactiviteit op balansdatum. Wanneer het waarschijnlijk is dat de totale contractkosten hoger zullen zijn dan de totale contractopbrengsten wordt het verwachte verlies onmiddellijk als last verantwoord in de resultatenrekening. Bijzondere waardevermindering op vastgoed voor eigen gebruik en vastgoedbeleggingen Net als andere niet-financiële activa ondergaat vastgoed voor eigen gebruik een bijzondere waardevermindering als de boekwaarde hoger is dan de realiseerbare waarde. De realiseerbare waarde wordt bepaald als het hoogste bedrag van hetzij: de reële waarde verminderd met verkoopkosten of de bedrijfswaarde. De reële waarde verminderd met verkoopkosten is het bedrag dat zou kunnen worden verkregen door de verkoop van een actief in een ordelijke transactie tussen marktpartijen (op basis van waarneembare en niet-waarneembare marktgegevens), na aftrek van verkoopkosten; De bedrijfswaarde is de contante waarde van geschatte toekomstige kasstromen waarvan verwacht wordt dat ze zullen voortvloeien uit het voortgezette gebruik van een actief en uit de vervreemding van dat actief aan het einde van de gebruiksduur, zonder aftrek van overdrachtsbelasting. Aan het einde van iedere verslagperiode beoordeelt Ageas of er objectieve aanwijzingen bestaan dat het actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Hierbij wordt rekening gehouden met diverse informatiebronnen, zowel extern (bijvoorbeeld belangrijke wijzigingen in het economische klimaat) als intern (bijvoorbeeld desinvesteringsplannen). Indien dergelijke aanwijzingen bestaan (en uitsluitend dan), verlaagt Ageas de boekwaarde van het actief naar de geschatte realiseerbare waarde en het bedrag van de verandering in het lopende jaar wordt verwerkt in de resultatenrekening. Na opname van een bijzondere waardevermindering wordt de afschrijving voor toekomstige perioden gecorrigeerd voor de herziene boekwaarde onder vermindering van de restwaarde over de resterende gebruiksduur van het actief. Voor vastgoed wordt de gebruiksduur van elk belangrijk onderdeel afzonderlijk bepaald en aan het eind van het jaar herbeoordeeld. Indien in een volgende periode het bedrag van de bijzondere waardeverminderingen op niet-financiële activa, uitgezonderd dalingen in de goodwill, daalt als gevolg van een gebeurtenis die zich voordoet na de waardevermindering, valt de eerder opgenomen waardeverandering vrij in de resultatenrekening. Deze verhoogde waarde mag niet hoger zijn dan de boekwaarde die zou zijn bepaald, na afschrijvingen, als in voorgaande jaren geen bijzondere waardevermindering voor het actief was opgenomen. Financieringskosten Financieringskosten worden over het algemeen als last verantwoord in de periode waarin ze zijn gemaakt. Financieringskosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de verwerving of bouw van een actief worden, terwijl het actief in opbouw is, geactiveerd als onderdeel van de kosten van dat actief. De activering van financieringskosten dient in te gaan wanneer: Uitgaven voor het actief en financieringskosten worden gedaan; en Werkzaamheden die nodig zijn om het actief klaar te maken voor het bedoelde gebruik of de verkoop ervan in gang zijn gezet. Het activeren van financieringskosten wordt beëindigd wanneer het daarbij behorend actief in materiële zin gereed is; hetzij voor verkoop hetzij voor gebruik. Indien de vervaardiging voor langere tijd wordt onderbroken, wordt eveneens de rentetoerekening uitgesteld. Indien de vervaardiging in fasen plaatsvindt en elke afzonderlijke fase beschouwd kan worden als een afzonderlijk actief, wordt de toerekening van rente aan desbetreffend actief beëindigd indien het actief in materiële zin gereed is. Voor een lening die met een bepaald actief samenhangt wordt de effectieve rentevoet op die lening toegepast. In andere gevallen wordt een gewogen gemiddeld betaalde rentevoet toegepast. Voor kwalificerende activa waarvan de aanvangsdatum op of voor 1 januari 2008 valt, geldt dat de financieringskosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de verwerving of bouw van een kwalificerend actief (een actief waarvoor gedurende langere tijd werkzaamheden nodig waren om het actief klaar te maken voor het bedoelde gebruik of de verkoop ervan) als last worden verantwoord in de periode waarin ze zijn gemaakt. 2.8.6 Goodwill en overige immateriële activa Immateriële activa Een immaterieel vast actief is een identificeerbaar niet-monetair actief en wordt uitsluitend verantwoord als het toekomstige economische voordelen oplevert en de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald. Immateriële vaste activa worden op de balans verantwoord tegen kostprijs, verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijving en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De restwaarde en de geschatte gebruiksduur van immateriële vaste activa worden op elke balansdatum opnieuw bekeken. Immateriële activa met een bepaalde levensduur worden lineair afgeschreven over hun geschatte gebruiksduur. Op immateriële vaste activa met een onbepaalde gebruiksduur zoals goodwill wordt niet afgeschreven, maar deze worden minstens eenmaal per jaar getoetst op bijzondere waardevermindering. Geïdentificeerde eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen worden in de resultatenrekening verantwoord. ALGEMENE INFORMATIE 108 Ageas Jaarverslag 2021 108 | 240 2.8.5 Vastgoedbeleggingen en vastgoed voor eigen gebruik Classificatie en waardering van vastgoed voor eigen gebruik Vastgoed geclassificeerd als vastgoed voor eigen gebruik omvat voornamelijk: Kantoorgebouwen die Ageas gebruikt; en Commerciële gebouwen die worden gebruikt om bedrijfsactiviteiten uit te voeren. Alle voor eigen gebruik aangehouden vastgoed en alle vaste activa worden gewaardeerd tegen kostprijs, verminderd met geaccumuleerde afschrijvingen (behalve voor terreinen die niet worden afgeschreven) en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De kostprijs is het equivalent van de contante prijs die is betaald of de reële waarde van elke andere vergoeding die is gegeven om het actief te verwerven op het moment van de verwerving of de bouw van het actief. De afschrijvingen op gebouwen worden berekend volgens de lineaire methode teneinde de kosten van die activa af te schrijven gedurende de geschatte levensduur tot de restwaarde. De levensduur van IT, kantoor- en andere apparatuur wordt afzonderlijk vastgesteld voor elk actief. De levensduur van de gebouwen wordt afzonderlijk bepaald voor elk belangrijk deel (componentenbenadering) en wordt elk jaareinde herzien. De vastgoedbeleggingen worden gesplitst in de volgende componenten: ruwbouw, ramen en deuren, technische uitrusting, ruwe afwerking en detailafwerking. De maximale levensduur van de componenten is als volgt: Ruwbouw 50 jaar voor kantoren en winkelpanden 70 jaar voor woningen Ramen en deuren 30 jaar voor kantoren en winkelpanden 40 jaar voor woningen Technische uitrusting 15 jaar voor parkeergarages 20 jaar voor kantoren 25 jaar voor winkelpanden 40 jaar voor woningen Ruwe afwerking 15 jaar voor parkeergarages 20 jaar voor kantoren 25 jaar voor winkelpanden 40 jaar voor woningen Detailafwerking 10 jaar voor kantoren, winkelpanden en woningen Terreinen hebben een ongelimiteerde levensduur en worden derhalve niet afgeschreven. Als algemene regel wordt uitgegaan van een restwaarde van nihil. Kosten voor reparaties en onderhoud worden in de resultatenrekening als last verantwoord in de periode waarin de kosten zijn gemaakt. Uitgaven die de voordelen van vastgoed of vaste activa zodanig verbeteren of uitbreiden dat hun oorspronkelijke gebruik wordt uitgebreid, worden geactiveerd en vervolgens afgeschreven. Financieringskosten voor de financiering van de bouw van materiële vaste activa worden op dezelfde manier behandeld als de financieringskosten voor vastgoedbeleggingen. Classificatie en waardering van vastgoedbeleggingen Een vastgoedbelegging is vastgoed dat Ageas aanhoudt om huuropbrengsten of een waardestijging te realiseren. Ageas kan bepaalde vastgoedbeleggingen ook voor eigen gebruik aanwenden. Indien de beleggingen aangewend voor eigen gebruik afzonderlijk kunnen worden verkocht of geleased via financiële lease, worden die delen verantwoord als materiële vaste activa. Indien de beleggingen aangewend voor eigen gebruik niet afzonderlijk kunnen worden verkocht, worden die delen alleen als vastgoedbeleggingen behandeld als Ageas een onbelangrijk deel voor eigen gebruik aanhoudt. Omwille de vergelijkbaarheid hanteert Ageas een kostprijsmodel, zowel voor vastgoedbeleggingen als voor vastgoed voor eigen gebruik. Na de initiële opname wordt al het vastgoed gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met cumulatieve afschrijvingen (volgens een lineaire methode) en eventuele cumulatieve bijzondere waardeverminderingsverliezen. Wijzigingen in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen worden zodoende niet verantwoord in de resultatenrekening (tenzij er een bijzondere waardevermindering heeft plaatsgevonden) of in overig comprehensive income. De restwaarde en de geschatte gebruiksduur van vastgoed-beleggingen worden afzonderlijk bepaald voor elk belangrijk onderdeel (componentenbenadering) en worden op elke balansdatum opnieuw bekeken. Voor vastgoedbeleggingen wordt dezelfde maximale geschatte gebruiksduur van de componenten toegepast als voor vastgoed aangehouden voor eigen gebruik. Ageas verhuurt zijn vastgoedbeleggingen door middel van diverse niet- opzegbare huurcontracten. Bepaalde contracten bevatten verlengingsopties voor diverse tijdsperioden. De met deze contracten verbonden huurinkomsten worden in de loop van de tijd verantwoord als beleggingsbaten, en wel lineair over de huurperiode. 109 | 240 Overboekingen naar of van vastgoedbeleggingen vinden alleen plaats als er een wijziging is van het gebruik: Naar vastgoedbeleggingen aan het einde van het eigen gebruik, bij aanvang van een operationele lease aan een andere partij of aan het einde van de bouw of ontwikkeling; en Vanuit vastgoedbeleggingen bij aanvang van het eigen gebruik of bij aanvang van ontwikkeling met het oog op verkoop. Wanneer het resultaat van een bouwcontract op betrouwbare wijze kan worden geschat, worden de contractopbrengsten en -kosten in verband met het bouwcontract verantwoord als baten, respectievelijk lasten met verwijzing naar het stadium van uitvoering van de contractactiviteit op balansdatum. Wanneer het waarschijnlijk is dat de totale contractkosten hoger zullen zijn dan de totale contractopbrengsten wordt het verwachte verlies onmiddellijk als last verantwoord in de resultatenrekening. Bijzondere waardevermindering op vastgoed voor eigen gebruik en vastgoedbeleggingen Net als andere niet-financiële activa ondergaat vastgoed voor eigen gebruik een bijzondere waardevermindering als de boekwaarde hoger is dan de realiseerbare waarde. De realiseerbare waarde wordt bepaald als het hoogste bedrag van hetzij: de reële waarde verminderd met verkoopkosten of de bedrijfswaarde. De reële waarde verminderd met verkoopkosten is het bedrag dat zou kunnen worden verkregen door de verkoop van een actief in een ordelijke transactie tussen marktpartijen (op basis van waarneembare en niet-waarneembare marktgegevens), na aftrek van verkoopkosten; De bedrijfswaarde is de contante waarde van geschatte toekomstige kasstromen waarvan verwacht wordt dat ze zullen voortvloeien uit het voortgezette gebruik van een actief en uit de vervreemding van dat actief aan het einde van de gebruiksduur, zonder aftrek van overdrachtsbelasting. Aan het einde van iedere verslagperiode beoordeelt Ageas of er objectieve aanwijzingen bestaan dat het actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Hierbij wordt rekening gehouden met diverse informatiebronnen, zowel extern (bijvoorbeeld belangrijke wijzigingen in het economische klimaat) als intern (bijvoorbeeld desinvesteringsplannen). Indien dergelijke aanwijzingen bestaan (en uitsluitend dan), verlaagt Ageas de boekwaarde van het actief naar de geschatte realiseerbare waarde en het bedrag van de verandering in het lopende jaar wordt verwerkt in de resultatenrekening. Na opname van een bijzondere waardevermindering wordt de afschrijving voor toekomstige perioden gecorrigeerd voor de herziene boekwaarde onder vermindering van de restwaarde over de resterende gebruiksduur van het actief. Voor vastgoed wordt de gebruiksduur van elk belangrijk onderdeel afzonderlijk bepaald en aan het eind van het jaar herbeoordeeld. Indien in een volgende periode het bedrag van de bijzondere waardeverminderingen op niet-financiële activa, uitgezonderd dalingen in de goodwill, daalt als gevolg van een gebeurtenis die zich voordoet na de waardevermindering, valt de eerder opgenomen waardeverandering vrij in de resultatenrekening. Deze verhoogde waarde mag niet hoger zijn dan de boekwaarde die zou zijn bepaald, na afschrijvingen, als in voorgaande jaren geen bijzondere waardevermindering voor het actief was opgenomen. Financieringskosten Financieringskosten worden over het algemeen als last verantwoord in de periode waarin ze zijn gemaakt. Financieringskosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de verwerving of bouw van een actief worden, terwijl het actief in opbouw is, geactiveerd als onderdeel van de kosten van dat actief. De activering van financieringskosten dient in te gaan wanneer: Uitgaven voor het actief en financieringskosten worden gedaan; en Werkzaamheden die nodig zijn om het actief klaar te maken voor het bedoelde gebruik of de verkoop ervan in gang zijn gezet. Het activeren van financieringskosten wordt beëindigd wanneer het daarbij behorend actief in materiële zin gereed is; hetzij voor verkoop hetzij voor gebruik. Indien de vervaardiging voor langere tijd wordt onderbroken, wordt eveneens de rentetoerekening uitgesteld. Indien de vervaardiging in fasen plaatsvindt en elke afzonderlijke fase beschouwd kan worden als een afzonderlijk actief, wordt de toerekening van rente aan desbetreffend actief beëindigd indien het actief in materiële zin gereed is. Voor een lening die met een bepaald actief samenhangt wordt de effectieve rentevoet op die lening toegepast. In andere gevallen wordt een gewogen gemiddeld betaalde rentevoet toegepast. Voor kwalificerende activa waarvan de aanvangsdatum op of voor 1 januari 2008 valt, geldt dat de financieringskosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de verwerving of bouw van een kwalificerend actief (een actief waarvoor gedurende langere tijd werkzaamheden nodig waren om het actief klaar te maken voor het bedoelde gebruik of de verkoop ervan) als last worden verantwoord in de periode waarin ze zijn gemaakt. 2.8.6 Goodwill en overige immateriële activa Immateriële activa Een immaterieel vast actief is een identificeerbaar niet-monetair actief en wordt uitsluitend verantwoord als het toekomstige economische voordelen oplevert en de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald. Immateriële vaste activa worden op de balans verantwoord tegen kostprijs, verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijving en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De restwaarde en de geschatte gebruiksduur van immateriële vaste activa worden op elke balansdatum opnieuw bekeken. Immateriële activa met een bepaalde levensduur worden lineair afgeschreven over hun geschatte gebruiksduur. Op immateriële vaste activa met een onbepaalde gebruiksduur zoals goodwill wordt niet afgeschreven, maar deze worden minstens eenmaal per jaar getoetst op bijzondere waardevermindering. Geïdentificeerde eventuele bijzondere waardeverminderingsverliezen worden in de resultatenrekening verantwoord. 109 Ageas Jaarverslag 2021 110 | 240 Value of Business acquired (VOBA) Value of business acquired (VOBA) vertegenwoordigt het verschil tussen de reële waarde bij acquisitie gewaardeerd op basis van de waarderingsgrondslagen van Ageas en de boekwaarde van een portefeuille van verzekerings- en beleggingscontracten, verworven in het kader van een acquisitie van een business of een portefeuille. VOBA wordt verantwoord als immaterieel actief en afgeschreven over de verwachte periode van de opbrengsten van de verworven portefeuille. Op elke verslagdatum maakt VOBA deel uit van de toereikendheidstoets voor verplichtingen om te beoordelen of de verplichtingen die voortvloeien uit verzekerings- en beleggingscontracten toereikend zijn. Intern gegenereerde immateriële vaste activa Intern gegenereerde immateriële vaste activa worden geactiveerd wanneer Ageas alle navolgende punten kan aantonen: De technische uitvoerbaarheid om het immaterieel vast actief te voltooien, zodat het beschikbaar zal zijn voor gebruik of verkoop; De intentie het immaterieel vast actief te voltooien en te gebruiken of te verkopen; Het vermogen om het immaterieel vast actief te gebruiken of te verkopen; Hoe het immaterieel vast actief waarschijnlijke toekomstige economische voordelen zal genereren; De beschikbaarheid van adequate technische, financiële en andere middelen om de ontwikkeling te voltooien en het immaterieel vast actief te gebruiken of te verkopen; en Het vermogen om de uitgaven die aan het immaterieel vast actief kunnen worden toegerekend tijdens zijn ontwikkeling betrouwbaar te waarderen. Alleen immateriële vaste activa die door ontwikkeling ontstaan worden geactiveerd. Alle andere intern gegenereerde immateriële activa worden niet geactiveerd en de uitgaven worden weergegeven in de resultatenrekening in het jaar waarin de uitgaven zich voordoen. Software Software voor de computer, die niet zonder specifieke software werkt, zoals het besturingssysteem, vormt een integraal onderdeel van de betreffende hardware en wordt behandeld als materiële vaste activa. Wanneer de software geen integraal onderdeel van de betreffende hardware uitmaakt, worden de kosten die zijn gemaakt tijdens de ontwikkelingsfase en waarvoor Ageas kan aantonen dat aan alle hierboven vermelde criteria voldaan is, geactiveerd als immateriële vaste activa en lineair afgeschreven over de geschatte gebruiksduur. Over het algemeen wordt dergelijke software afgeschreven over maximaal 5 jaar. Overige immateriële activa met bepaalde gebruiksduur Overige immateriële vaste activa met bepaalde gebruiksduur, zoals parkeerconcessies, handelsmerken en licenties worden doorgaans lineair over hun geschatte gebruiksduur afgeschreven. Immateriële vaste activa met bepaalde gebruiksduur worden op elke verslagdatum getoetst op bijzondere waardeverminderingen. Parkeerconcessies worden opgenomen als immateriële vaste activa als Ageas het recht heeft het gebruik van de concessie-infrastructuur in rekening te brengen. De ontvangen immateriële vaste activa worden bij eerste opname gewaardeerd op de reële waarde, als prijs voor de bouw- of moderniseringsdiensten in een serviceconcessie- overeenkomst. De toepasselijke reële waarde wordt bepaald met verwijzing naar de reële waarde van de geleverde bouw- of moderniseringsdiensten. Na de eerste opname worden de parkeerconcessies verantwoord tegen kostprijs, verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijvingen en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De geschatte gebruiksduur van een immaterieel vast actief binnen een serviceconcessieovereenkomst is de periode die begint op het moment dat Ageas het gebruik van de concessie-infrastructuur in rekening kan brengen, tot het einde van de concessieperiode. De op de parkeerconcessies toegepaste principes voor bijzondere waardevermindering zijn dezelfde als die voor vastgoedbeleggingen worden toegepast. Goodwill Goodwill van bedrijfscombinaties na 1 januari 2010 Bij eerste opname wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs, zijnde het positieve verschil tussen de reële waarde van de verkrijgingsprijs en: Het deel van Ageas in de reële waarde van de identificeerbare activa en verplichtingen; en De reële waarde van enig eerder aangehouden belang in de overgenomen partij. Na de eerste opnamen, wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs minus eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen. Goodwill van bedrijfscombinaties vóór 1 januari 2010 Ten opzichte van het hierboven gemelde, gelden de volgende verschillen: Bedrijfscombinaties werden verantwoord op basis van de zogenaamde ‘purchase method’. Direct aan de overname toerekenbare transactiekosten maakten onderdeel uit van de verkrijgingsprijs. Een eventueel minderheidsbelang werd gewaardeerd tegen het proportionele aandeel in de reële waarde van de identificeerbare activa en verplichtingen van de overgenomen partij. In geval van een stapsgewijze overname werd elke 'stap' afzonderlijk verwerkt. Elk nieuw verkregen belang had geen effect op eerder verwerkte goodwill. Voorwaardelijke vergoedingen werden uitsluitend en alleen verantwoord als Ageas een verplichting had en er waarschijnlijk economische uitstroom ging plaatsvinden, waarvan een betrouwbare schatting kon worden gemaakt. Latere aanpassingen aan de voorwaardelijke vergoeding hadden effect op de goodwill. Bijzondere waardevermindering van goodwill Goodwill is een immaterieel vast actief met een onbepaalde levensduur en, net als alle andere immateriële vaste activa met onbepaalde levensduur, wordt de boekwaarde van deze immateriële vaste activa jaarlijks beoordeeld, of frequenter, als gebeurtenissen of veranderingen van omstandigheden aangeven dat een dergelijke boekwaarde niet realiseerbaar is. In dat geval wordt de realiseerbare waarde bepaald voor de kasstroomgenererende eenheid waaraan goodwill is toegerekend. Deze waarde wordt dan vergeleken met de boekwaarde van de kasstroomgenererende eenheid en als de realiseerbare waarde lager is dan de boekwaarde wordt een bijzonder waardeverminderingsverlies verantwoord. Bijzondere waarde- verminderingsverliezen worden onmiddellijk verantwoord in de resultatenrekening. 111 | 240 In het geval van een bijzonder waardeverminderingsverlies verlaagt Ageas eerst de boekwaarde van de aan de kasstroomgenererende eenheid toegerekende goodwill en vervolgens de andere activa van de eenheid naar rato van de boekwaarde van elk actief in de eenheid. Eerder verantwoorde bijzondere waardeverminderingsverliezen met betrekking tot goodwill worden niet teruggeboekt. 2.8.7 Geleasde activa Ageas als lessor Activa die als gevolg van operationele leaseovereenkomsten worden geleased, worden verantwoord in de balans van Ageas onder ‘vastgoedbeleggingen’ (gebouwen) en onder ‘materiële vaste activa’ (materieel en motorvoertuigen). Deze activa worden verantwoord tegen kostprijs, verminderd met geaccumuleerde afschrijvingen. Leasingbaten, na aftrek van eventuele aan leasingnemers gegeven voordelen, worden lineair afgeschreven over de leaseperiode. De directe aanvangskosten die Ageas heeft gemaakt, worden toegevoegd aan de boekwaarde van het geleasede actief en worden over de leaseperiode verantwoord onder lasten op dezelfde basis als de lease-opbrengsten. Ageas sloot ook financiële leaseovereenkomsten af waarbij vrijwel alle aan het eigendom van de geleasede activa verbonden risico's en beloningen, behalve het juridische eigendom, aan de cliënt worden overgedragen. Activa geleased onder een financiële lease worden verwerkt als vordering tegen een bedrag gelijk aan de netto-investering in de lease. De netto-investering in de lease omvat de contante waarden van de leasebetalingen en de eventuele waarborg op de restwaarden. Het verschil tussen het actief en de contante waarde van de vordering wordt verantwoord als onverdiende financiële baten. Financiële baten worden gedurende de looptijd van de leaseovereenkomst verantwoord op basis van een patroon dat een constant periodiek rendement op uitstaande netto-investering van de financiële leaseovereenkomst weerspiegelt. De directe initiële kosten voor Ageas worden opgenomen in de initiële waardering van de netto-investering in de lease en verminderen het bedrag aan inkomsten dat in de loop van de leasetermijn wordt opgenomen. Ageas als lessee Ageas least terreinen, gebouwen, apparatuur en auto's. De leasevoorwaarden worden afzonderlijk overeengekomen en omvatten een brede waaier aan voorwaarden. Eenzelfde waarderingsmodel is van toepassing op activa die worden geleased onder zowel operationele als financiële leasetransacties. Bij dit waarderingsmodel worden bij aanvang een gebruiksrechtactief en een leaseverplichting opgenomen. De leaseverplichting omvat de contante waarde van de volgende leasebetalingen die niet zijn betaald op de aanvangsdatum, inclusief leasebetalingen die verschuldigd zijn onder redelijk zekere verlengingsopties: Vaste betalingen (inclusief naar hun wezen vaste betalingen) onder aftrek van eventuele te ontvangen lease-incentives; Variabele leasebetalingen afhankelijk van een index of een tarief, initieel gewaardeerd met gebruik van de index of het tarief op de aanvangsdatum; Bedragen die Ageas naar verwachting verschuldigd is in het kader van garanties op de restwaarde; De uitoefenprijs van een aankoopoptie als het redelijk zeker is dat Ageas deze optie zal uitoefenen; en Betalingen voor boetes bij beëindiging van de lease, als de leasetermijn het waarschijnlijk maakt dat Ageas deze optie zal uitoefenen. De leaseverplichting wordt verdisconteerd met toepassing van het impliciete rentetarief van de lease. Als dit percentage niet eenvoudig kan worden bepaald, wordt het incrementele financieringstarief van Ageas toegepast. Als incrementeel financieringstarief past Ageas een breed beschikbare samengestelde curve toe, die is gebaseerd op een steekproef van bestaande secundaire obligaties van financiële emittenten met een rating A, verhoogd met een risicopremie. Voor parkeergarages wordt een risicovrije rente toegepast, gelijk aan de renteswap voor een soortgelijke looptijd, verhoogd met een risicopremie. De boekwaarde van de leaseverplichting stijgt vervolgens om de rente op de leaseverplichting te weerspiegelen en daalt om de uitgevoerde leasebetalingen te weerspiegelen. De leaseverplichting wordt herberekend teneinde de leaseveranderingen of wijzigingen in de leasebetalingen te weerspiegelen, inclusief een wijziging in een index of tarief gebruikt om deze betalingen te bepalen. De rente op de leaseverplichting in elke periode vertegenwoordigt het bedrag dat een constant periodiek rentetarief over het resterende saldo van de leaseverplichting levert. De rente op de leaseverplichting wordt verwerkt in de resultatenrekening, samen met de variabele leasebetalingen die niet zijn opgenomen in de waardering van de leaseverplichting in de periode waarin de gebeurtenis of voorwaarde die de aanleiding voor deze betalingen is zich voordoet. Het gebruiksrechtactief wordt gewaardeerd tegen de kostprijs en omvat de initieel opgenomen leaseverplichting, gecorrigeerd voor eventuele leasebetalingen die hebben plaatsgevonden bij of voor de aanvang van de lease, eventueel ontvangen lease-incentives, eventuele initiële directe kosten voor Ageas en een raming van de kosten die gepaard gaan met de ontmanteling en verwijdering van het onderliggende actief. Vervolgens wordt het gebruiksrechtactief gewaardeerd tegen de kostprijs, onder aftrek van de opgelopen afschrijvingen en eventuele bijzonder waardeverminderingen. Het gebruiksrechtactief wordt lineair afgeschreven over de gebruiksduur van het actief of de looptijd van de lease, naargelang welke korter is. Net als andere niet-financiële activa ondergaat een gebruiksrechtactief een bijzondere waardevermindering wanneer de boekwaarde van dat actief hoger is dan de realiseerbare waarde. De afschrijving van het gebruiksrechtactief en eventuele bijzondere waardeverminderingen worden verwerkt in de resultatenrekening. Bij een herwaardering van de leaseverplichting in het licht van wijzigingen in de lease of in de leasebetalingen wordt het gebruiksrechtactief gecorrigeerd voor deze herwaardering. Het bovengenoemde waarderingsmodel wordt niet gebruikt voor lease van activa met een lage waarde voor Ageas of kortlopende leases, waarbij de looptijd van de lease bij aanvang hiervan 12 maanden of minder bedraagt. Voor deze leases worden de uitgevoerde leasebetalingen als kosten opgenomen in de resultatenrekening, op lineaire basis over de looptijd van de lease. ALGEMENE INFORMATIE 110 Ageas Jaarverslag 2021 110 | 240 Value of Business acquired (VOBA) Value of business acquired (VOBA) vertegenwoordigt het verschil tussen de reële waarde bij acquisitie gewaardeerd op basis van de waarderingsgrondslagen van Ageas en de boekwaarde van een portefeuille van verzekerings- en beleggingscontracten, verworven in het kader van een acquisitie van een business of een portefeuille. VOBA wordt verantwoord als immaterieel actief en afgeschreven over de verwachte periode van de opbrengsten van de verworven portefeuille. Op elke verslagdatum maakt VOBA deel uit van de toereikendheidstoets voor verplichtingen om te beoordelen of de verplichtingen die voortvloeien uit verzekerings- en beleggingscontracten toereikend zijn. Intern gegenereerde immateriële vaste activa Intern gegenereerde immateriële vaste activa worden geactiveerd wanneer Ageas alle navolgende punten kan aantonen: De technische uitvoerbaarheid om het immaterieel vast actief te voltooien, zodat het beschikbaar zal zijn voor gebruik of verkoop; De intentie het immaterieel vast actief te voltooien en te gebruiken of te verkopen; Het vermogen om het immaterieel vast actief te gebruiken of te verkopen; Hoe het immaterieel vast actief waarschijnlijke toekomstige economische voordelen zal genereren; De beschikbaarheid van adequate technische, financiële en andere middelen om de ontwikkeling te voltooien en het immaterieel vast actief te gebruiken of te verkopen; en Het vermogen om de uitgaven die aan het immaterieel vast actief kunnen worden toegerekend tijdens zijn ontwikkeling betrouwbaar te waarderen. Alleen immateriële vaste activa die door ontwikkeling ontstaan worden geactiveerd. Alle andere intern gegenereerde immateriële activa worden niet geactiveerd en de uitgaven worden weergegeven in de resultatenrekening in het jaar waarin de uitgaven zich voordoen. Software Software voor de computer, die niet zonder specifieke software werkt, zoals het besturingssysteem, vormt een integraal onderdeel van de betreffende hardware en wordt behandeld als materiële vaste activa. Wanneer de software geen integraal onderdeel van de betreffende hardware uitmaakt, worden de kosten die zijn gemaakt tijdens de ontwikkelingsfase en waarvoor Ageas kan aantonen dat aan alle hierboven vermelde criteria voldaan is, geactiveerd als immateriële vaste activa en lineair afgeschreven over de geschatte gebruiksduur. Over het algemeen wordt dergelijke software afgeschreven over maximaal 5 jaar. Overige immateriële activa met bepaalde gebruiksduur Overige immateriële vaste activa met bepaalde gebruiksduur, zoals parkeerconcessies, handelsmerken en licenties worden doorgaans lineair over hun geschatte gebruiksduur afgeschreven. Immateriële vaste activa met bepaalde gebruiksduur worden op elke verslagdatum getoetst op bijzondere waardeverminderingen. Parkeerconcessies worden opgenomen als immateriële vaste activa als Ageas het recht heeft het gebruik van de concessie-infrastructuur in rekening te brengen. De ontvangen immateriële vaste activa worden bij eerste opname gewaardeerd op de reële waarde, als prijs voor de bouw- of moderniseringsdiensten in een serviceconcessie- overeenkomst. De toepasselijke reële waarde wordt bepaald met verwijzing naar de reële waarde van de geleverde bouw- of moderniseringsdiensten. Na de eerste opname worden de parkeerconcessies verantwoord tegen kostprijs, verminderd met eventuele geaccumuleerde afschrijvingen en eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. De geschatte gebruiksduur van een immaterieel vast actief binnen een serviceconcessieovereenkomst is de periode die begint op het moment dat Ageas het gebruik van de concessie-infrastructuur in rekening kan brengen, tot het einde van de concessieperiode. De op de parkeerconcessies toegepaste principes voor bijzondere waardevermindering zijn dezelfde als die voor vastgoedbeleggingen worden toegepast. Goodwill Goodwill van bedrijfscombinaties na 1 januari 2010 Bij eerste opname wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs, zijnde het positieve verschil tussen de reële waarde van de verkrijgingsprijs en: Het deel van Ageas in de reële waarde van de identificeerbare activa en verplichtingen; en De reële waarde van enig eerder aangehouden belang in de overgenomen partij. Na de eerste opnamen, wordt goodwill gewaardeerd tegen kostprijs minus eventuele geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingen. Goodwill van bedrijfscombinaties vóór 1 januari 2010 Ten opzichte van het hierboven gemelde, gelden de volgende verschillen: Bedrijfscombinaties werden verantwoord op basis van de zogenaamde ‘purchase method’. Direct aan de overname toerekenbare transactiekosten maakten onderdeel uit van de verkrijgingsprijs. Een eventueel minderheidsbelang werd gewaardeerd tegen het proportionele aandeel in de reële waarde van de identificeerbare activa en verplichtingen van de overgenomen partij. In geval van een stapsgewijze overname werd elke 'stap' afzonderlijk verwerkt. Elk nieuw verkregen belang had geen effect op eerder verwerkte goodwill. Voorwaardelijke vergoedingen werden uitsluitend en alleen verantwoord als Ageas een verplichting had en er waarschijnlijk economische uitstroom ging plaatsvinden, waarvan een betrouwbare schatting kon worden gemaakt. Latere aanpassingen aan de voorwaardelijke vergoeding hadden effect op de goodwill. Bijzondere waardevermindering van goodwill Goodwill is een immaterieel vast actief met een onbepaalde levensduur en, net als alle andere immateriële vaste activa met onbepaalde levensduur, wordt de boekwaarde van deze immateriële vaste activa jaarlijks beoordeeld, of frequenter, als gebeurtenissen of veranderingen van omstandigheden aangeven dat een dergelijke boekwaarde niet realiseerbaar is. In dat geval wordt de realiseerbare waarde bepaald voor de kasstroomgenererende eenheid waaraan goodwill is toegerekend. Deze waarde wordt dan vergeleken met de boekwaarde van de kasstroomgenererende eenheid en als de realiseerbare waarde lager is dan de boekwaarde wordt een bijzonder waardeverminderingsverlies verantwoord. Bijzondere waarde- verminderingsverliezen worden onmiddellijk verantwoord in de resultatenrekening. 111 | 240 In het geval van een bijzonder waardeverminderingsverlies verlaagt Ageas eerst de boekwaarde van de aan de kasstroomgenererende eenheid toegerekende goodwill en vervolgens de andere activa van de eenheid naar rato van de boekwaarde van elk actief in de eenheid. Eerder verantwoorde bijzondere waardeverminderingsverliezen met betrekking tot goodwill worden niet teruggeboekt. 2.8.7 Geleasde activa Ageas als lessor Activa die als gevolg van operationele leaseovereenkomsten worden geleased, worden verantwoord in de balans van Ageas onder ‘vastgoedbeleggingen’ (gebouwen) en onder ‘materiële vaste activa’ (materieel en motorvoertuigen). Deze activa worden verantwoord tegen kostprijs, verminderd met geaccumuleerde afschrijvingen. Leasingbaten, na aftrek van eventuele aan leasingnemers gegeven voordelen, worden lineair afgeschreven over de leaseperiode. De directe aanvangskosten die Ageas heeft gemaakt, worden toegevoegd aan de boekwaarde van het geleasede actief en worden over de leaseperiode verantwoord onder lasten op dezelfde basis als de lease-opbrengsten. Ageas sloot ook financiële leaseovereenkomsten af waarbij vrijwel alle aan het eigendom van de geleasede activa verbonden risico's en beloningen, behalve het juridische eigendom, aan de cliënt worden overgedragen. Activa geleased onder een financiële lease worden verwerkt als vordering tegen een bedrag gelijk aan de netto-investering in de lease. De netto-investering in de lease omvat de contante waarden van de leasebetalingen en de eventuele waarborg op de restwaarden. Het verschil tussen het actief en de contante waarde van de vordering wordt verantwoord als onverdiende financiële baten. Financiële baten worden gedurende de looptijd van de leaseovereenkomst verantwoord op basis van een patroon dat een constant periodiek rendement op uitstaande netto-investering van de financiële leaseovereenkomst weerspiegelt. De directe initiële kosten voor Ageas worden opgenomen in de initiële waardering van de netto-investering in de lease en verminderen het bedrag aan inkomsten dat in de loop van de leasetermijn wordt opgenomen. Ageas als lessee Ageas least terreinen, gebouwen, apparatuur en auto's. De leasevoorwaarden worden afzonderlijk overeengekomen en omvatten een brede waaier aan voorwaarden. Eenzelfde waarderingsmodel is van toepassing op activa die worden geleased onder zowel operationele als financiële leasetransacties. Bij dit waarderingsmodel worden bij aanvang een gebruiksrechtactief en een leaseverplichting opgenomen. De leaseverplichting omvat de contante waarde van de volgende leasebetalingen die niet zijn betaald op de aanvangsdatum, inclusief leasebetalingen die verschuldigd zijn onder redelijk zekere verlengingsopties: Vaste betalingen (inclusief naar hun wezen vaste betalingen) onder aftrek van eventuele te ontvangen lease-incentives; Variabele leasebetalingen afhankelijk van een index of een tarief, initieel gewaardeerd met gebruik van de index of het tarief op de aanvangsdatum; Bedragen die Ageas naar verwachting verschuldigd is in het kader van garanties op de restwaarde; De uitoefenprijs van een aankoopoptie als het redelijk zeker is dat Ageas deze optie zal uitoefenen; en Betalingen voor boetes bij beëindiging van de lease, als de leasetermijn het waarschijnlijk maakt dat Ageas deze optie zal uitoefenen. De leaseverplichting wordt verdisconteerd met toepassing van het impliciete rentetarief van de lease. Als dit percentage niet eenvoudig kan worden bepaald, wordt het incrementele financieringstarief van Ageas toegepast. Als incrementeel financieringstarief past Ageas een breed beschikbare samengestelde curve toe, die is gebaseerd op een steekproef van bestaande secundaire obligaties van financiële emittenten met een rating A, verhoogd met een risicopremie. Voor parkeergarages wordt een risicovrije rente toegepast, gelijk aan de renteswap voor een soortgelijke looptijd, verhoogd met een risicopremie. De boekwaarde van de leaseverplichting stijgt vervolgens om de rente op de leaseverplichting te weerspiegelen en daalt om de uitgevoerde leasebetalingen te weerspiegelen. De leaseverplichting wordt herberekend teneinde de leaseveranderingen of wijzigingen in de leasebetalingen te weerspiegelen, inclusief een wijziging in een index of tarief gebruikt om deze betalingen te bepalen. De rente op de leaseverplichting in elke periode vertegenwoordigt het bedrag dat een constant periodiek rentetarief over het resterende saldo van de leaseverplichting levert. De rente op de leaseverplichting wordt verwerkt in de resultatenrekening, samen met de variabele leasebetalingen die niet zijn opgenomen in de waardering van de leaseverplichting in de periode waarin de gebeurtenis of voorwaarde die de aanleiding voor deze betalingen is zich voordoet. Het gebruiksrechtactief wordt gewaardeerd tegen de kostprijs en omvat de initieel opgenomen leaseverplichting, gecorrigeerd voor eventuele leasebetalingen die hebben plaatsgevonden bij of voor de aanvang van de lease, eventueel ontvangen lease-incentives, eventuele initiële directe kosten voor Ageas en een raming van de kosten die gepaard gaan met de ontmanteling en verwijdering van het onderliggende actief. Vervolgens wordt het gebruiksrechtactief gewaardeerd tegen de kostprijs, onder aftrek van de opgelopen afschrijvingen en eventuele bijzonder waardeverminderingen. Het gebruiksrechtactief wordt lineair afgeschreven over de gebruiksduur van het actief of de looptijd van de lease, naargelang welke korter is. Net als andere niet-financiële activa ondergaat een gebruiksrechtactief een bijzondere waardevermindering wanneer de boekwaarde van dat actief hoger is dan de realiseerbare waarde. De afschrijving van het gebruiksrechtactief en eventuele bijzondere waardeverminderingen worden verwerkt in de resultatenrekening. Bij een herwaardering van de leaseverplichting in het licht van wijzigingen in de lease of in de leasebetalingen wordt het gebruiksrechtactief gecorrigeerd voor deze herwaardering. Het bovengenoemde waarderingsmodel wordt niet gebruikt voor lease van activa met een lage waarde voor Ageas of kortlopende leases, waarbij de looptijd van de lease bij aanvang hiervan 12 maanden of minder bedraagt. Voor deze leases worden de uitgevoerde leasebetalingen als kosten opgenomen in de resultatenrekening, op lineaire basis over de looptijd van de lease. 111 Ageas Jaarverslag 2021 112 | 240 Kasstroomoverzicht In het geconsolideerde kasstroomoverzicht worden leasebetalingen gepresenteerd als kasstroom uit bedrijfsactiviteiten, als onderdeel van ‘schulden’. 2.8.8 Leningen Vorderingen op banken, overheden en klanten omvatten leningen die Ageas heeft geïnitieerd door rechtstreeks geld te verschaffen aan de lener of tussenpersoon. Deze leningen worden tegen geamortiseerde kosten opgenomen. Titels van schuldvorderingen die op de primaire markt rechtstreeks van de emittent werden overgenomen worden als lening verantwoord op voorwaarde dat er geen actieve markt voor deze titels is. Leningen die worden geïnitieerd of aangekocht met het voornemen ze op korte termijn te verkopen of te securitiseren worden verantwoord als activa aangehouden voor handelsdoeleinden. Leningen die worden aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening of als voor verkoop beschikbaar worden als zodanig verantwoord bij eerste opname. Kredietverbintenissen die bepalen dat een lening kan worden opgenomen binnen het tijdskader dat algemeen door regelgeving of een marktconventie is vastgesteld, worden niet in de balans verantwoord. De marginale kosten en ontvangen provisies voor het afsluiten van leningen worden geamortiseerd over de looptijd van de lening als een aanpassing van de rentebaten. Bijzondere waardevermindering op leningen Een kredietrisico voor een specifieke waardevermindering op een lening vastgesteld als er een objectieve aanwijzing bestaat dat Ageas niet alle bedragen zal kunnen innen die verschuldigd zijn in overeenstemming met de contractuele voorwaarden. Het bedrag van de waardevermindering is het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde, zijnde de contante waarde van de verwachte kasstromen of de waarde van de zekerheden indien de lening door een zekerheid is gedekt, verminderd met de kosten om deze zekerheden te realiseren. Een ‘bestaande maar niet gerapporteerde’ (incurred but not reported, 'IBNR') waardevermindering op leningen wordt verantwoord wanneer er een objectieve aanwijzingen is dat verliezen aanwezig zijn in componenten van de leningenportefeuille, zonder dat leningen die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan specifiek zijn geïdentificeerd. De IBNR wordt geschat op basis van historische patronen van verliezen in elk segment, die het huidige economische klimaat waarin de leners opereren weergeven en die op basis van een analyse van de politiek-economische situatie in bepaalde landen rekening houdt met een verhoogd risico van betalingsmoeilijkheden. Bijzondere waardeverminderingen worden verantwoord als een daling van de boekwaarde van ‘vorderingen op banken’ en ‘vorderingen op klanten’. Bijzondere waardeverminderingen op niet uit de balans blijkende kredietverbintenissen worden verantwoord als ‘voorzieningen’. Wanneer een specifieke lening wordt geïdentificeerd als oninbaar en alle wettelijke en procedurele middelen uitgeput zijn, wordt de lening in mindering gebracht op de daarmee verband houdende lasten van bijzondere waardevermindering; latere realisaties worden onder wijzigingen in de bijzondere waardeverminderingen in de resultatenrekening verantwoord. 2.8.9 Herverzekering en overige vorderingen Herverzekering Ageas aanvaardt en/of cedeert herverzekeringen in het kader van de normale bedrijfsvoering. Herverzekeringsvorderingen omvatten hoofdzakelijk saldi die verschuldigd zijn door zowel verzekerings- als herverzekeringsondernemingen voor gecedeerde verzekerings- verplichtingen. Bedragen die vorderbaar zijn op of verschuldigd zijn aan herverzekeraars worden geschat op een wijze die strookt met de bedragen die verbonden zijn aan de herverzekerde polissen en die in overeenstemming zijn met het herverzekeringscontract. Herverzekering wordt in de balans op bruto basis gepresenteerd, tenzij een recht op verrekening bestaat. Overige vorderingen Overige vorderingen, die voortvloeien uit de normale bedrijfsvoering en door toedoen van Ageas ontstaan, worden bij eerste opname tegen reële waarde verantwoord en vervolgens tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd aan de hand van de effectieve-rentemethode, onder aftrek van bijzondere waardeverminderingen. 2.8.10 Overlopende acquisitiekosten Algemeen De kosten van nieuwe en hernieuwde verzekeringen, die alle variëren en hoofdzakelijk verband houden met de productie van nieuwe verzekeringen, worden uitgesteld en afgeschreven, resulterend in overlopende acquisitiekosten (deferred acquisition costs (DAC)). DAC omvatten voornamelijk commissies, onderschrijvings-, agenten- en polisuitgifte-kosten. De afschrijvingsmethode is gebaseerd op de verwachte verdiende premie of de geschatte brutowinstmarges. DAC worden periodiek getoetst op realiseerbaarheid op basis van schattingen van toekomstige winsten van de onderliggende contracten. Amortisatie in verhouding tot verwachte premies Voor levensverzekerings- en beleggingsproducten, in beide gevallen zonder discretionaire winstdeling, worden de DAC geamortiseerd in verhouding tot de verwachte premies. Veronderstellingen wat betreft verwachte premies worden geschat op de datum van de polisuitgifte en worden consequent toegepast tijdens de looptijd van de contracten. Afwijkingen van de op basis van ervaring geschatte resultaten worden weergegeven in de resultatenrekening in de verslagperiode waarin die afwijkingen zich voordoen. Voor deze contracten worden de DAC over het algemeen voor de totale looptijd van de polis afgeschreven. 113 | 240 Amortisatie in lijn met verwachte brutomarge Voor levensverzekerings- en beleggingsproducten, in beide gevallen met discretionaire winstdeling, worden de DAC afgeschreven over de verwachte looptijd van de contracten op basis van de waarde van de geschatte brutomarge of -winstbedragen op basis van het verwachte beleggingsrendement. De verwachte brutomarge omvat verwachte premies en beleggingsresultaat, verminderd met uitkeringen en administratieve kosten, wijzigingen in de netto premiereserve en, indien van toepassing, verwachte dividend voor polishouders. Afwijkingen tussen de werkelijke resultaten en de op basis van ervaring geschatte resultaten worden verantwoord in de resultatenrekening in de verslagperiode waarin die afwijkingen zich voordoen. De overlopende acquisitiekosten worden aangepast om rekening te houden met het amortisatie-effect van ongerealiseerde winsten (verliezen) die in het eigen vermogen zijn verantwoord alsof ze gerealiseerd waren met de overeenkomstige aanpassing aan ongerealiseerde winsten (verliezen) in het eigen vermogen. Amortisatie in lijn met verdiende premies Voor kortlopende contracten worden de overlopende acquisitiekosten geamortiseerd over de verslagperiode waarin de betreffende geschreven premies worden verdiend. Toekomstige beleggingsopbrengsten met een risicovrij rendementspercentage worden in aanmerking genomen bij het inschatten van de realiseerbaarheid van de overlopende acquisitiekosten. Amortisatie in lijn met betreffende opbrengsten van geleverde diensten Sommige beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling die door verzekeringsinstellingen zijn uitgegeven betreffen zowel het initiëren van een financieel instrument als het verlenen van diensten op het gebied van beleggingsbeheer. Indien duidelijk identificeerbaar worden de marginale kosten met betrekking tot het recht om diensten op het gebied van beleggingsbeheer te verlenen verantwoord als actief en worden ze geamortiseerd als de desbetreffende opbrengsten worden verwerkt. Het betreffende immateriële actief wordt op elke verslaggevingsdatum getoetst op realiseerbaarheid. Commissies voor het beheer van beleggingen op deze contracten worden verantwoord als opbrengsten wanneer deze diensten worden verleend. 2.8.11 Verplichtingen inzake (her)verzekerings- en beleggingscontracten Verplichtingen inzake (her)verzekerings- en beleggingscontracten houden verband met: Verzekeringscontracten; Herverzekeringscontracten; Beleggingscontracten met discretionaire winstdelingscomponent (discretionary participation features (DPF)); en Beleggingscontracten zonder DPF. Classificatie van contracten Aan polishouders verbonden verplichtingen worden geclassificeerd op basis van de kenmerken van de onderliggende verzekeringscontracten en de specifieke risico's van deze contracten: Verzekeringscontracten zijn die contracten waarin Ageas een aanzienlijk verzekeringsrisico van een andere partij (de polishouder) heeft geaccepteerd door ermee in te stemmen de polishouder te compenseren indien een bepaalde onzekere toekomstige gebeurtenis (de verzekerde gebeurtenis) nadelige gevolgen heeft voor de polishouder. Er is uitsluitend sprake van aanzienlijk verzekeringsrisico indien een verzekeraar als gevolg van een verzekerde gebeurtenis in elk scenario aanzienlijke aanvullende voordelen moet uitkeren, exclusief scenario's zonder economische betekenis (dat wil zeggen zonder waarneembaar effect op de economische betekenis van de transactie). Verzekeringscontracten kunnen ook een financieel risico overdragen. Beleggingscontracten (met of zonder discretionaire winstdeling) zijn contracten die een aanzienlijk financieel risico overdragen. Een financieel risico is het risico van een mogelijke toekomstige verandering in een of meer van de volgende variabelen: een bepaalde rentevoet, prijs van een financieel instrument, grondstoffenprijs, valutakoersen, index van prijzen of rentevoeten, kredietwaardigheid of kredietindex of andere variabele, mits, in geval van een niet-financiële variabele, de variabele niet specifiek voor een contractpartij is. Als een contract als een verzekeringscontract is aangemerkt, blijft het een verzekeringscontract tot het einde van de looptijd, zelfs als het verzekeringsrisico aanzienlijk afneemt tijdens deze periode, tenzij alle rechten en verplichtingen nietig verklaard of beëindigd zijn. Beleggingscontracten kunnen echter na aanvang worden aangemerkt als verzekeringscontracten als het verzekeringsrisico aanzienlijk wordt. Verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met DPF worden verantwoord overeenkomstig IFRS 4. Beleggingscontracten die geen significant verzekeringsrisico overdragen worden verantwoord overeenkomstig IAS 39. Levensverzekeringen Toekomstige polisuitkeringen Voor levensverzekeringscontracten worden toekomstige verplichtingen voor polisuitkeringen berekend met behulp van een nettopremiemethode (de contante waarde van toekomstige nettokasstromen), waarbij wordt uitgegaan van actuariële veronderstellingen op basis van historische ervaring en standaarden binnen de verzekeringssector. Winstdelende polissen omvatten eventuele verplichtingen die contractuele dividenden of andere winstdelingen weerspiegelen. Voor bepaalde contracten zijn de toekomstige verplichtingen voor polisuitkeringen geherwaardeerd om de huidige marktrente te reflecteren. De beleggingsovereenkomsten zonder winstdeling zijn voornamelijk unit-linked overeenkomsten waarbij Ageas de beleggingen namens de polishouder aanhoudt en deze tegen reële waarde waardeert. Eigen aandelen aangehouden voor polishouders worden geëlimineerd. Unit- linked overeenkomsten zijn specifieke levensverzekeringscontracten waarop artikel 25 van EU-richtlijn 2002/83/EG op van toepassing is. De uitkeringen van deze overeenkomsten zijn gekoppeld aan icbe's (instellingen voor collectieve belegging in effecten), aan een aandelenmandje, een referentiewaarde, of aan een combinatie van die waarden, of units, die in de overeenkomsten zijn vastgelegd. De verplichtingen voor unit-linked overeenkomsten worden gewaardeerd tegen waarde per eenheid (= de reële waarde van het fonds waarin de unit-linked overeenkomst is belegd, gedeeld door het aantal van de units van het fonds), waarbij veranderingen in de reële waarde worden verantwoord in de resultatenrekening. De reële waarde bedraagt nooit minder dan het uit te keren bedrag bij afkoop (indien van toepassing), rekening houdend met de vereiste opzegtermijn voor zover van toepassing. ALGEMENE INFORMATIE 112 Ageas Jaarverslag 2021 112 | 240 Kasstroomoverzicht In het geconsolideerde kasstroomoverzicht worden leasebetalingen gepresenteerd als kasstroom uit bedrijfsactiviteiten, als onderdeel van ‘schulden’. 2.8.8 Leningen Vorderingen op banken, overheden en klanten omvatten leningen die Ageas heeft geïnitieerd door rechtstreeks geld te verschaffen aan de lener of tussenpersoon. Deze leningen worden tegen geamortiseerde kosten opgenomen. Titels van schuldvorderingen die op de primaire markt rechtstreeks van de emittent werden overgenomen worden als lening verantwoord op voorwaarde dat er geen actieve markt voor deze titels is. Leningen die worden geïnitieerd of aangekocht met het voornemen ze op korte termijn te verkopen of te securitiseren worden verantwoord als activa aangehouden voor handelsdoeleinden. Leningen die worden aangemerkt als aangehouden tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening of als voor verkoop beschikbaar worden als zodanig verantwoord bij eerste opname. Kredietverbintenissen die bepalen dat een lening kan worden opgenomen binnen het tijdskader dat algemeen door regelgeving of een marktconventie is vastgesteld, worden niet in de balans verantwoord. De marginale kosten en ontvangen provisies voor het afsluiten van leningen worden geamortiseerd over de looptijd van de lening als een aanpassing van de rentebaten. Bijzondere waardevermindering op leningen Een kredietrisico voor een specifieke waardevermindering op een lening vastgesteld als er een objectieve aanwijzing bestaat dat Ageas niet alle bedragen zal kunnen innen die verschuldigd zijn in overeenstemming met de contractuele voorwaarden. Het bedrag van de waardevermindering is het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde, zijnde de contante waarde van de verwachte kasstromen of de waarde van de zekerheden indien de lening door een zekerheid is gedekt, verminderd met de kosten om deze zekerheden te realiseren. Een ‘bestaande maar niet gerapporteerde’ (incurred but not reported, 'IBNR') waardevermindering op leningen wordt verantwoord wanneer er een objectieve aanwijzingen is dat verliezen aanwezig zijn in componenten van de leningenportefeuille, zonder dat leningen die een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan specifiek zijn geïdentificeerd. De IBNR wordt geschat op basis van historische patronen van verliezen in elk segment, die het huidige economische klimaat waarin de leners opereren weergeven en die op basis van een analyse van de politiek-economische situatie in bepaalde landen rekening houdt met een verhoogd risico van betalingsmoeilijkheden. Bijzondere waardeverminderingen worden verantwoord als een daling van de boekwaarde van ‘vorderingen op banken’ en ‘vorderingen op klanten’. Bijzondere waardeverminderingen op niet uit de balans blijkende kredietverbintenissen worden verantwoord als ‘voorzieningen’. Wanneer een specifieke lening wordt geïdentificeerd als oninbaar en alle wettelijke en procedurele middelen uitgeput zijn, wordt de lening in mindering gebracht op de daarmee verband houdende lasten van bijzondere waardevermindering; latere realisaties worden onder wijzigingen in de bijzondere waardeverminderingen in de resultatenrekening verantwoord. 2.8.9 Herverzekering en overige vorderingen Herverzekering Ageas aanvaardt en/of cedeert herverzekeringen in het kader van de normale bedrijfsvoering. Herverzekeringsvorderingen omvatten hoofdzakelijk saldi die verschuldigd zijn door zowel verzekerings- als herverzekeringsondernemingen voor gecedeerde verzekerings- verplichtingen. Bedragen die vorderbaar zijn op of verschuldigd zijn aan herverzekeraars worden geschat op een wijze die strookt met de bedragen die verbonden zijn aan de herverzekerde polissen en die in overeenstemming zijn met het herverzekeringscontract. Herverzekering wordt in de balans op bruto basis gepresenteerd, tenzij een recht op verrekening bestaat. Overige vorderingen Overige vorderingen, die voortvloeien uit de normale bedrijfsvoering en door toedoen van Ageas ontstaan, worden bij eerste opname tegen reële waarde verantwoord en vervolgens tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerd aan de hand van de effectieve-rentemethode, onder aftrek van bijzondere waardeverminderingen. 2.8.10 Overlopende acquisitiekosten Algemeen De kosten van nieuwe en hernieuwde verzekeringen, die alle variëren en hoofdzakelijk verband houden met de productie van nieuwe verzekeringen, worden uitgesteld en afgeschreven, resulterend in overlopende acquisitiekosten (deferred acquisition costs (DAC)). DAC omvatten voornamelijk commissies, onderschrijvings-, agenten- en polisuitgifte-kosten. De afschrijvingsmethode is gebaseerd op de verwachte verdiende premie of de geschatte brutowinstmarges. DAC worden periodiek getoetst op realiseerbaarheid op basis van schattingen van toekomstige winsten van de onderliggende contracten. Amortisatie in verhouding tot verwachte premies Voor levensverzekerings- en beleggingsproducten, in beide gevallen zonder discretionaire winstdeling, worden de DAC geamortiseerd in verhouding tot de verwachte premies. Veronderstellingen wat betreft verwachte premies worden geschat op de datum van de polisuitgifte en worden consequent toegepast tijdens de looptijd van de contracten. Afwijkingen van de op basis van ervaring geschatte resultaten worden weergegeven in de resultatenrekening in de verslagperiode waarin die afwijkingen zich voordoen. Voor deze contracten worden de DAC over het algemeen voor de totale looptijd van de polis afgeschreven. 113 | 240 Amortisatie in lijn met verwachte brutomarge Voor levensverzekerings- en beleggingsproducten, in beide gevallen met discretionaire winstdeling, worden de DAC afgeschreven over de verwachte looptijd van de contracten op basis van de waarde van de geschatte brutomarge of -winstbedragen op basis van het verwachte beleggingsrendement. De verwachte brutomarge omvat verwachte premies en beleggingsresultaat, verminderd met uitkeringen en administratieve kosten, wijzigingen in de netto premiereserve en, indien van toepassing, verwachte dividend voor polishouders. Afwijkingen tussen de werkelijke resultaten en de op basis van ervaring geschatte resultaten worden verantwoord in de resultatenrekening in de verslagperiode waarin die afwijkingen zich voordoen. De overlopende acquisitiekosten worden aangepast om rekening te houden met het amortisatie-effect van ongerealiseerde winsten (verliezen) die in het eigen vermogen zijn verantwoord alsof ze gerealiseerd waren met de overeenkomstige aanpassing aan ongerealiseerde winsten (verliezen) in het eigen vermogen. Amortisatie in lijn met verdiende premies Voor kortlopende contracten worden de overlopende acquisitiekosten geamortiseerd over de verslagperiode waarin de betreffende geschreven premies worden verdiend. Toekomstige beleggingsopbrengsten met een risicovrij rendementspercentage worden in aanmerking genomen bij het inschatten van de realiseerbaarheid van de overlopende acquisitiekosten. Amortisatie in lijn met betreffende opbrengsten van geleverde diensten Sommige beleggingscontracten zonder discretionaire winstdeling die door verzekeringsinstellingen zijn uitgegeven betreffen zowel het initiëren van een financieel instrument als het verlenen van diensten op het gebied van beleggingsbeheer. Indien duidelijk identificeerbaar worden de marginale kosten met betrekking tot het recht om diensten op het gebied van beleggingsbeheer te verlenen verantwoord als actief en worden ze geamortiseerd als de desbetreffende opbrengsten worden verwerkt. Het betreffende immateriële actief wordt op elke verslaggevingsdatum getoetst op realiseerbaarheid. Commissies voor het beheer van beleggingen op deze contracten worden verantwoord als opbrengsten wanneer deze diensten worden verleend. 2.8.11 Verplichtingen inzake (her)verzekerings- en beleggingscontracten Verplichtingen inzake (her)verzekerings- en beleggingscontracten houden verband met: Verzekeringscontracten; Herverzekeringscontracten; Beleggingscontracten met discretionaire winstdelingscomponent (discretionary participation features (DPF)); en Beleggingscontracten zonder DPF. Classificatie van contracten Aan polishouders verbonden verplichtingen worden geclassificeerd op basis van de kenmerken van de onderliggende verzekeringscontracten en de specifieke risico's van deze contracten: Verzekeringscontracten zijn die contracten waarin Ageas een aanzienlijk verzekeringsrisico van een andere partij (de polishouder) heeft geaccepteerd door ermee in te stemmen de polishouder te compenseren indien een bepaalde onzekere toekomstige gebeurtenis (de verzekerde gebeurtenis) nadelige gevolgen heeft voor de polishouder. Er is uitsluitend sprake van aanzienlijk verzekeringsrisico indien een verzekeraar als gevolg van een verzekerde gebeurtenis in elk scenario aanzienlijke aanvullende voordelen moet uitkeren, exclusief scenario's zonder economische betekenis (dat wil zeggen zonder waarneembaar effect op de economische betekenis van de transactie). Verzekeringscontracten kunnen ook een financieel risico overdragen. Beleggingscontracten (met of zonder discretionaire winstdeling) zijn contracten die een aanzienlijk financieel risico overdragen. Een financieel risico is het risico van een mogelijke toekomstige verandering in een of meer van de volgende variabelen: een bepaalde rentevoet, prijs van een financieel instrument, grondstoffenprijs, valutakoersen, index van prijzen of rentevoeten, kredietwaardigheid of kredietindex of andere variabele, mits, in geval van een niet-financiële variabele, de variabele niet specifiek voor een contractpartij is. Als een contract als een verzekeringscontract is aangemerkt, blijft het een verzekeringscontract tot het einde van de looptijd, zelfs als het verzekeringsrisico aanzienlijk afneemt tijdens deze periode, tenzij alle rechten en verplichtingen nietig verklaard of beëindigd zijn. Beleggingscontracten kunnen echter na aanvang worden aangemerkt als verzekeringscontracten als het verzekeringsrisico aanzienlijk wordt. Verzekeringscontracten, herverzekeringscontracten en beleggingscontracten met DPF worden verantwoord overeenkomstig IFRS 4. Beleggingscontracten die geen significant verzekeringsrisico overdragen worden verantwoord overeenkomstig IAS 39. Levensverzekeringen Toekomstige polisuitkeringen Voor levensverzekeringscontracten worden toekomstige verplichtingen voor polisuitkeringen berekend met behulp van een nettopremiemethode (de contante waarde van toekomstige nettokasstromen), waarbij wordt uitgegaan van actuariële veronderstellingen op basis van historische ervaring en standaarden binnen de verzekeringssector. Winstdelende polissen omvatten eventuele verplichtingen die contractuele dividenden of andere winstdelingen weerspiegelen. Voor bepaalde contracten zijn de toekomstige verplichtingen voor polisuitkeringen geherwaardeerd om de huidige marktrente te reflecteren. De beleggingsovereenkomsten zonder winstdeling zijn voornamelijk unit-linked overeenkomsten waarbij Ageas de beleggingen namens de polishouder aanhoudt en deze tegen reële waarde waardeert. Eigen aandelen aangehouden voor polishouders worden geëlimineerd. Unit- linked overeenkomsten zijn specifieke levensverzekeringscontracten waarop artikel 25 van EU-richtlijn 2002/83/EG op van toepassing is. De uitkeringen van deze overeenkomsten zijn gekoppeld aan icbe's (instellingen voor collectieve belegging in effecten), aan een aandelenmandje, een referentiewaarde, of aan een combinatie van die waarden, of units, die in de overeenkomsten zijn vastgelegd. De verplichtingen voor unit-linked overeenkomsten worden gewaardeerd tegen waarde per eenheid (= de reële waarde van het fonds waarin de unit-linked overeenkomst is belegd, gedeeld door het aantal van de units van het fonds), waarbij veranderingen in de reële waarde worden verantwoord in de resultatenrekening. De reële waarde bedraagt nooit minder dan het uit te keren bedrag bij afkoop (indien van toepassing), rekening houdend met de vereiste opzegtermijn voor zover van toepassing. 113 Ageas Jaarverslag 2021 114 | 240 Bepaalde producten bevatten financiële garanties die ook worden gewaardeerd tegen reële waarde en worden verantwoord in verplichtingen met betrekking tot unit-linked overeenkomsten, waarbij de reële-waardeverandering wordt verantwoord in de resultatenrekening. Er wordt rekening gehouden met verzekeringsrisico's op basis van actuariële veronderstellingen. Stortingen en onttrekkingen worden rechtstreeks in de balans verwerkt als mutatie van de verplichting, zonder invloed op de resultatenrekening. Gewaarborgde minimumrendementen De financieringscomponent voor levensverzekeringscontracten met gegarandeerde minimumrendementen wordt gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Aanvullende verplichtingen zijn vastgesteld teneinde de verwachte langetermijnrente te weerspiegelen. Deze aanvullende verplichtingen worden berekend als het verschil tussen de contante waarde en de boekwaarde van de gegarandeerde bedragen. De verplichtingen met betrekking tot lijfrentepolissen tijdens de opbouwperiode zijn gelijk aan de cumulatieve saldi van de polishouder. Na de opbouwperiode zijn de verplichtingen gelijk aan de contante waarde van de verwachte toekomstige betalingen. Wijzigingen in sterftetabellen uit voorgaande jaren worden volledig in deze verplichtingen weergegeven. Discretionaire winstdeling De meeste levensverzekerings- of beleggingscontracten voorzien in een gegarandeerde vergoeding. Sommige contracten kunnen ook een recht op winstdeling bevatten (discretionary participation features (DPF)). Dit element geeft de houder van het contract het recht om, boven op gegarandeerde elementen, aanvullende uitkeringen en bonussen te ontvangen: Die waarschijnlijk een aanzienlijk deel van de totale contractuele uitkeringen vormen; Waarvan het bedrag of de timing volgens contract naar goeddunken van Ageas is; Die contractueel gebaseerd zijn op: . De prestatie van een specifieke 'pool' van contracten of een bepaald type contract; . Gerealiseerde en/of ongerealiseerde beleggingsrendementen op een specifieke 'pool' van activa in handen van Ageas; . De winst of het verlies van Ageas, een fonds of een andere entiteit die het contract uitgeeft. Voor levensverzekeringscontracten en beleggingscontracten met DPF worden vergoedingen ten gunste van polishouders berekend uitgaande van het contractueel verschuldigde bedrag op basis van de statutaire nettowinst, beperkingen en betaaltermijnen. De DPF-component inzake beleggingscontracten betreft een voorwaardelijke toezegging met betrekking tot ongerealiseerde winsten en verliezen. Deze toezegging blijft hierdoor onderdeel van de ongerealiseerde winsten en verliezen zoals begrepen in het eigen vermogen. Indien de toezegging onvoorwaardelijk wordt, vindt overboeking naar de Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven plaats. Beleggingscontracten zonder DPF worden bij de eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde en vervolgens tegen geamortiseerde kostprijs en verantwoord als een depositoverplichting. In een contract besloten derivaten Als er geen nauw verband bestaat tussen in een contract besloten derivaten en de basiscontracten, worden in een contract besloten derivaten gescheiden van de basiscontracten en verantwoord tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening. Actuariële veronderstellingen worden op elke verslaggevingsdatum beoordeeld en de daaruit voortvloeiende impact wordt in de resultatenrekening verwerkt. Splitsing De depositocomponent van een verzekeringscontract wordt gesplitst als aan de twee volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. De depositocomponent (inclusief eventuele erin besloten afkoopopties) kan afzonderlijk worden gewaardeerd (dat wil zeggen zonder rekening te houden met de verzekeringscomponent); en 2. de grondslagen van de financiële verslaggeving van Ageas vereisen niet anderszins de opname van alle verplichtingen en rechten die voortvloeien uit de depositocomponent. Momenteel heeft Ageas alle rechten en verplichtingen met betrekking tot uitgegeven verzekeringscontracten opgenomen, conform de regels voor verslaggeving. Dientengevolge heeft Ageas geen gesplitste depositocomponent met betrekking tot de verzekeringscontracten opgenomen. Niet-levensverzekeringen Claims Claims en schadebehandelingskosten worden in de resultatenrekening verantwoord op het moment dat de uitgaven worden gedaan. Niet- betaalde claims en schadebehandelingskosten omvatten schattingen voor gerapporteerde claims en voorzieningen voor claims die zijn voorgevallen maar niet gerapporteerd. De schattingen van voorgevallen maar niet gerapporteerde claims worden gebaseerd op ervaring uit het verleden, de huidige ontwikkeling van claims en het heersende sociale, economische en wettelijke kader. De verplichting voor schadeverzekeringsclaims en schadebehandelingskosten (na aftrek van schadeloosstellingen, verhaalde schaden, verkrijging van het eigendom van verzekerde zaken en subrogatie) is gebaseerd op schattingen van verwachte verliezen en houdt rekening met de beoordeling door het management wat betreft de verwachte inflatie, de kosten voor afhandeling van claims, juridische risico’s en trends in de ontwikkeling van compensatietoekenningen. Schadeverplichtingen inzake arbeidsongeschiktheid worden verantwoord tegen de netto contante waarde. De opgenomen verplichtingen zijn toereikend om de uiteindelijke kosten van claims en schadebehandelingskosten te dekken. De daaruit voortvloeiende aanpassingen worden in de resultatenrekening verantwoord. Ageas verdisconteert de verplichtingen voor schade enkel voor claims met bepaalbare en periodieke betalingstermijnen. 115 | 240 Toereikendheidstoets voor de verplichtingen Op elke rapporteringsdatum voert Ageas toereikendheidstoetsen (Liability Adequacy Test (LAT)) uit teneinde te waarborgen dat de opgenomen verzekeringsverplichtingen toereikend zijn. Afzonderlijke toetsen worden uitgevoerd voor: Verplichtingen Leven en verplichtingen gezondheid die lijken op die van verplichtingen Leven, inclusief annuïteiten afkomstig van Niet- leven-producten; (Niet-verdiende) premiereserves afkomstig van Niet-leven- producten en verplichtingen gezondheid die niet lijken op die van verplichtingen Leven; en Voorzieningen voor te betalen schades afkomstig van Niet-leven- producten en verplichtingen gezondheid die niet lijken op die van verplichtingen Leven. In het kader van deze LAT's kijkt Ageas naar de beste schattingen, overeenkomend met de contante waarde van alle contractuele kasstromen, inclusief verwante kasstromen zoals commissies en kosten. De contractlimieten van Solvency II worden toegepast, maar zijn in Niet- leven beperkt tot diegene die binnen de IFRS-reserves vallen. Voor verplichtingen Leven (en verplichtingen gezondheid die lijken op die van verplichtingen Leven, inclusief annuïteiten afkomstig van Niet- leven-producten) omvat de LAT ook de kasstromen voortvloeiend uit embedded opties en waarborgen en beleggingsbaten. Beleggingsinkomsten worden bepaald met gebruik van het actuele boekrendement van de bestaande portefeuille, gebaseerd op de veronderstelling dat na het einde van de looptijd van de financiële instrumenten herbelegging plaatsvindt tegen een risicovrije rente plus een bedrijfsspecifiek aanpassing voor volatiliteit op basis van EIOPA- methodiek. Voor directe beleggingen in vastgoed, worden de werkelijke huuropbrengsten tot de volgende contractuele verlengingsperiode in aanmerking gekomen. Voor Niet-leven wordt de contante waarde van alle kasstromen bepaald, gebruikmakend van een risicovrije disconteringsvoet verhoogd met een bedrijfsspecifieke volatiliteitsaanpassing op basis van de EIOPA- methodiek (na het laatste liquide punt wordt de zogenaamde Ultimate Forward Rate-extrapolatie gebruikt). Elk tekort in de LAT wordt meteen in de resultatenrekening opgenomen, als een bijzondere waardevermindering van het DAC- of VOBA-type of als een verlies. Als het tekort in een volgende periode vermindert, wordt de daling van het tekort via de resultatenrekening teruggeboekt. Een tekort wordt gedefinieerd als: Een negatieve contante waarde van de toekomstige marge voor Leven-producten en op Leven-producten lijkende gezondheidsproducten, inclusief annuïteiten afkomstig uit Niet- leven-producten; en Het positieve verschil tussen de netto contante waarde van de kasstromen en de dienovereenkomstige IFRS-reserves voor Niet- leven-producten en niet op Leven-producten lijkende gezondheidsproducten. De LAT-toetsing houdt rekening met het effect van herverzekering, en voor rechtstreekse vastgoedbeleggingen worden de werkelijke huuropbrengsten tot de volgende contractuele verlengingsperiode in rekening genomen. De LAT-toetsing wordt bepaald op het niveau van de juridische entiteit. Als de lokale LAT-vereisten strenger zijn dan de bovengenoemde, passen de lokale entiteiten de lokale regels toe. Shadow accounting In sommige onderdelen van Ageas heeft de realisatie van winsten en verliezen directe gevolgen voor de waardering van de verzekeringsverplichtingen en de daaraan gerelateerde acquisitie- kosten. In een aantal van deze onderdelen past Ageas shadow accounting toe op de veranderingen in de reële waarde van de voor verkoop beschikbare beleggingen en van de activa en verplichtingen die van invloed zijn op de waardering van de verzekeringsverplichtingen. Shadow accounting betekent dat ongerealiseerde winsten of verliezen op voor verkoop beschikbare activa, die in het eigen vermogen worden opgenomen zonder de resultatenrekening te beïnvloeden, van invloed zijn op de waardering van verzekeringsverplichtingen (of overgedragen acquisitiekosten of value of business acquired) op dezelfde manier als gerealiseerde winsten of verliezen dat zouden doen. Als onderdeel van shadow accounting breiden sommige ondernemingen van Ageas de standaard-LAT uit met een shadow-LAT-toetsing. Onder de shadow-LAT wordt het bedrag aan ongerealiseerde meerwaarden, verwerkt in overig comprehensive income, bovenop het overschot dat voortvloeit uit de standaard-LAT, verantwoord als een shadow- verplichting. De overblijvende ongerealiseerde veranderingen in de reële waarde van voor verkoop beschikbare financiële activa (na toepassing van shadow accounting) die onderhevig zijn aan discretionaire winstdeling, worden aangemerkt als een afzonderlijk onderdeel van het eigen vermogen. Een bijkomende uitgestelde-winstdelingsverplichting (deferred profit sharing liability, DPL) wordt toegerekend op basis van een constructieve verplichting of op basis van het bedrag dat wettelijk of contractueel moet worden betaald op verschillen tussen statutaire baten en IFRS-baten en ongerealiseerde winsten of verliezen die onder eigen vermogen zijn verantwoord. Herverzekering De boekhoudkundige verwerking van herverzekeringscontracten hangt af van het feit of er binnen het contract significante verzekeringsrisico's worden overgedragen. Herverzekeringscontracten waarbij een aanzienlijk verzekeringsrisico wordt overgedragen, worden verantwoord naar gelang het verzekeringscontract. Herverzekeringscontracten die niet een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, worden verantwoord op basis van de deposit method en onder leningen of schulden verantwoord als financiële activa of verplichtingen. Een dergelijk financieel actief of dergelijke financiële verplichting wordt verantwoord tegen de betaalde, respectievelijk ontvangen vergoeding, verminderd met eventuele, expliciet geïdentificeerde premies of vergoedingen die toekomen aan de herverzekerde. De betaalde, respectievelijk ontvangen bedragen die uit deze contracten voortvloeien, worden verantwoord als deposito’s met behulp van de effectieve-rentemethode. ALGEMENE INFORMATIE 114 Ageas Jaarverslag 2021 114 | 240 Bepaalde producten bevatten financiële garanties die ook worden gewaardeerd tegen reële waarde en worden verantwoord in verplichtingen met betrekking tot unit-linked overeenkomsten, waarbij de reële-waardeverandering wordt verantwoord in de resultatenrekening. Er wordt rekening gehouden met verzekeringsrisico's op basis van actuariële veronderstellingen. Stortingen en onttrekkingen worden rechtstreeks in de balans verwerkt als mutatie van de verplichting, zonder invloed op de resultatenrekening. Gewaarborgde minimumrendementen De financieringscomponent voor levensverzekeringscontracten met gegarandeerde minimumrendementen wordt gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. Aanvullende verplichtingen zijn vastgesteld teneinde de verwachte langetermijnrente te weerspiegelen. Deze aanvullende verplichtingen worden berekend als het verschil tussen de contante waarde en de boekwaarde van de gegarandeerde bedragen. De verplichtingen met betrekking tot lijfrentepolissen tijdens de opbouwperiode zijn gelijk aan de cumulatieve saldi van de polishouder. Na de opbouwperiode zijn de verplichtingen gelijk aan de contante waarde van de verwachte toekomstige betalingen. Wijzigingen in sterftetabellen uit voorgaande jaren worden volledig in deze verplichtingen weergegeven. Discretionaire winstdeling De meeste levensverzekerings- of beleggingscontracten voorzien in een gegarandeerde vergoeding. Sommige contracten kunnen ook een recht op winstdeling bevatten (discretionary participation features (DPF)). Dit element geeft de houder van het contract het recht om, boven op gegarandeerde elementen, aanvullende uitkeringen en bonussen te ontvangen: Die waarschijnlijk een aanzienlijk deel van de totale contractuele uitkeringen vormen; Waarvan het bedrag of de timing volgens contract naar goeddunken van Ageas is; Die contractueel gebaseerd zijn op: . De prestatie van een specifieke 'pool' van contracten of een bepaald type contract; . Gerealiseerde en/of ongerealiseerde beleggingsrendementen op een specifieke 'pool' van activa in handen van Ageas; . De winst of het verlies van Ageas, een fonds of een andere entiteit die het contract uitgeeft. Voor levensverzekeringscontracten en beleggingscontracten met DPF worden vergoedingen ten gunste van polishouders berekend uitgaande van het contractueel verschuldigde bedrag op basis van de statutaire nettowinst, beperkingen en betaaltermijnen. De DPF-component inzake beleggingscontracten betreft een voorwaardelijke toezegging met betrekking tot ongerealiseerde winsten en verliezen. Deze toezegging blijft hierdoor onderdeel van de ongerealiseerde winsten en verliezen zoals begrepen in het eigen vermogen. Indien de toezegging onvoorwaardelijk wordt, vindt overboeking naar de Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven plaats. Beleggingscontracten zonder DPF worden bij de eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde en vervolgens tegen geamortiseerde kostprijs en verantwoord als een depositoverplichting. In een contract besloten derivaten Als er geen nauw verband bestaat tussen in een contract besloten derivaten en de basiscontracten, worden in een contract besloten derivaten gescheiden van de basiscontracten en verantwoord tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening. Actuariële veronderstellingen worden op elke verslaggevingsdatum beoordeeld en de daaruit voortvloeiende impact wordt in de resultatenrekening verwerkt. Splitsing De depositocomponent van een verzekeringscontract wordt gesplitst als aan de twee volgende voorwaarden wordt voldaan: 1. De depositocomponent (inclusief eventuele erin besloten afkoopopties) kan afzonderlijk worden gewaardeerd (dat wil zeggen zonder rekening te houden met de verzekeringscomponent); en 2. de grondslagen van de financiële verslaggeving van Ageas vereisen niet anderszins de opname van alle verplichtingen en rechten die voortvloeien uit de depositocomponent. Momenteel heeft Ageas alle rechten en verplichtingen met betrekking tot uitgegeven verzekeringscontracten opgenomen, conform de regels voor verslaggeving. Dientengevolge heeft Ageas geen gesplitste depositocomponent met betrekking tot de verzekeringscontracten opgenomen. Niet-levensverzekeringen Claims Claims en schadebehandelingskosten worden in de resultatenrekening verantwoord op het moment dat de uitgaven worden gedaan. Niet- betaalde claims en schadebehandelingskosten omvatten schattingen voor gerapporteerde claims en voorzieningen voor claims die zijn voorgevallen maar niet gerapporteerd. De schattingen van voorgevallen maar niet gerapporteerde claims worden gebaseerd op ervaring uit het verleden, de huidige ontwikkeling van claims en het heersende sociale, economische en wettelijke kader. De verplichting voor schadeverzekeringsclaims en schadebehandelingskosten (na aftrek van schadeloosstellingen, verhaalde schaden, verkrijging van het eigendom van verzekerde zaken en subrogatie) is gebaseerd op schattingen van verwachte verliezen en houdt rekening met de beoordeling door het management wat betreft de verwachte inflatie, de kosten voor afhandeling van claims, juridische risico’s en trends in de ontwikkeling van compensatietoekenningen. Schadeverplichtingen inzake arbeidsongeschiktheid worden verantwoord tegen de netto contante waarde. De opgenomen verplichtingen zijn toereikend om de uiteindelijke kosten van claims en schadebehandelingskosten te dekken. De daaruit voortvloeiende aanpassingen worden in de resultatenrekening verantwoord. Ageas verdisconteert de verplichtingen voor schade enkel voor claims met bepaalbare en periodieke betalingstermijnen. 115 | 240 Toereikendheidstoets voor de verplichtingen Op elke rapporteringsdatum voert Ageas toereikendheidstoetsen (Liability Adequacy Test (LAT)) uit teneinde te waarborgen dat de opgenomen verzekeringsverplichtingen toereikend zijn. Afzonderlijke toetsen worden uitgevoerd voor: Verplichtingen Leven en verplichtingen gezondheid die lijken op die van verplichtingen Leven, inclusief annuïteiten afkomstig van Niet- leven-producten; (Niet-verdiende) premiereserves afkomstig van Niet-leven- producten en verplichtingen gezondheid die niet lijken op die van verplichtingen Leven; en Voorzieningen voor te betalen schades afkomstig van Niet-leven- producten en verplichtingen gezondheid die niet lijken op die van verplichtingen Leven. In het kader van deze LAT's kijkt Ageas naar de beste schattingen, overeenkomend met de contante waarde van alle contractuele kasstromen, inclusief verwante kasstromen zoals commissies en kosten. De contractlimieten van Solvency II worden toegepast, maar zijn in Niet- leven beperkt tot diegene die binnen de IFRS-reserves vallen. Voor verplichtingen Leven (en verplichtingen gezondheid die lijken op die van verplichtingen Leven, inclusief annuïteiten afkomstig van Niet- leven-producten) omvat de LAT ook de kasstromen voortvloeiend uit embedded opties en waarborgen en beleggingsbaten. Beleggingsinkomsten worden bepaald met gebruik van het actuele boekrendement van de bestaande portefeuille, gebaseerd op de veronderstelling dat na het einde van de looptijd van de financiële instrumenten herbelegging plaatsvindt tegen een risicovrije rente plus een bedrijfsspecifiek aanpassing voor volatiliteit op basis van EIOPA- methodiek. Voor directe beleggingen in vastgoed, worden de werkelijke huuropbrengsten tot de volgende contractuele verlengingsperiode in aanmerking gekomen. Voor Niet-leven wordt de contante waarde van alle kasstromen bepaald, gebruikmakend van een risicovrije disconteringsvoet verhoogd met een bedrijfsspecifieke volatiliteitsaanpassing op basis van de EIOPA- methodiek (na het laatste liquide punt wordt de zogenaamde Ultimate Forward Rate-extrapolatie gebruikt). Elk tekort in de LAT wordt meteen in de resultatenrekening opgenomen, als een bijzondere waardevermindering van het DAC- of VOBA-type of als een verlies. Als het tekort in een volgende periode vermindert, wordt de daling van het tekort via de resultatenrekening teruggeboekt. Een tekort wordt gedefinieerd als: Een negatieve contante waarde van de toekomstige marge voor Leven-producten en op Leven-producten lijkende gezondheidsproducten, inclusief annuïteiten afkomstig uit Niet- leven-producten; en Het positieve verschil tussen de netto contante waarde van de kasstromen en de dienovereenkomstige IFRS-reserves voor Niet- leven-producten en niet op Leven-producten lijkende gezondheidsproducten. De LAT-toetsing houdt rekening met het effect van herverzekering, en voor rechtstreekse vastgoedbeleggingen worden de werkelijke huuropbrengsten tot de volgende contractuele verlengingsperiode in rekening genomen. De LAT-toetsing wordt bepaald op het niveau van de juridische entiteit. Als de lokale LAT-vereisten strenger zijn dan de bovengenoemde, passen de lokale entiteiten de lokale regels toe. Shadow accounting In sommige onderdelen van Ageas heeft de realisatie van winsten en verliezen directe gevolgen voor de waardering van de verzekeringsverplichtingen en de daaraan gerelateerde acquisitie- kosten. In een aantal van deze onderdelen past Ageas shadow accounting toe op de veranderingen in de reële waarde van de voor verkoop beschikbare beleggingen en van de activa en verplichtingen die van invloed zijn op de waardering van de verzekeringsverplichtingen. Shadow accounting betekent dat ongerealiseerde winsten of verliezen op voor verkoop beschikbare activa, die in het eigen vermogen worden opgenomen zonder de resultatenrekening te beïnvloeden, van invloed zijn op de waardering van verzekeringsverplichtingen (of overgedragen acquisitiekosten of value of business acquired) op dezelfde manier als gerealiseerde winsten of verliezen dat zouden doen. Als onderdeel van shadow accounting breiden sommige ondernemingen van Ageas de standaard-LAT uit met een shadow-LAT-toetsing. Onder de shadow-LAT wordt het bedrag aan ongerealiseerde meerwaarden, verwerkt in overig comprehensive income, bovenop het overschot dat voortvloeit uit de standaard-LAT, verantwoord als een shadow- verplichting. De overblijvende ongerealiseerde veranderingen in de reële waarde van voor verkoop beschikbare financiële activa (na toepassing van shadow accounting) die onderhevig zijn aan discretionaire winstdeling, worden aangemerkt als een afzonderlijk onderdeel van het eigen vermogen. Een bijkomende uitgestelde-winstdelingsverplichting (deferred profit sharing liability, DPL) wordt toegerekend op basis van een constructieve verplichting of op basis van het bedrag dat wettelijk of contractueel moet worden betaald op verschillen tussen statutaire baten en IFRS-baten en ongerealiseerde winsten of verliezen die onder eigen vermogen zijn verantwoord. Herverzekering De boekhoudkundige verwerking van herverzekeringscontracten hangt af van het feit of er binnen het contract significante verzekeringsrisico's worden overgedragen. Herverzekeringscontracten waarbij een aanzienlijk verzekeringsrisico wordt overgedragen, worden verantwoord naar gelang het verzekeringscontract. Herverzekeringscontracten die niet een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, worden verantwoord op basis van de deposit method en onder leningen of schulden verantwoord als financiële activa of verplichtingen. Een dergelijk financieel actief of dergelijke financiële verplichting wordt verantwoord tegen de betaalde, respectievelijk ontvangen vergoeding, verminderd met eventuele, expliciet geïdentificeerde premies of vergoedingen die toekomen aan de herverzekerde. De betaalde, respectievelijk ontvangen bedragen die uit deze contracten voortvloeien, worden verantwoord als deposito’s met behulp van de effectieve-rentemethode. 115 Ageas Jaarverslag 2021 116 | 240 Deposito's van herverzekeraars in het kader van in herverzekering gecedeerde zaken die een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, zijn gelijk aan het op balansdatum verschuldigde bedrag. Verplichtingen met betrekking tot gecedeerde herverzekerings- activiteiten die geen aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, kunnen worden beschouwd als financiële verplichtingen en deze verplichtingen worden op dezelfde wijze als andere financiële verplichtingen verantwoord. 2.8.12 Schuldbewijzen, achtergestelde verplichtingen en overige schulden Schuldbewijzen, achtergestelde schulden en overige financieringen worden eerst verantwoord tegen reële waarde met inbegrip van de directe transactiekosten. Vervolgens worden ze gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs en eventuele verschillen tussen de netto- opbrengst en de aflossingsprijs worden verantwoord in de resultatenrekening over de periode van de lening op basis van de effectieve-rentemethode. Schulden die in een vast aantal eigen aandelen van Ageas kunnen worden omgezet, worden bij de eerste opname gescheiden in twee componenten: a) Een schuldinstrument, gewaardeerd door bepaling van de reële waarde van een soortgelijke verplichting (inclusief eventuele niet aan aandelen gerelateerde derivatenkenmerken) zonder hiermee verbonden aandelencomponent; en b) Een aandeleninstrument waarvan de boekwaarde de optie vertegenwoordigt om het instrument in gewone aandelen te converteren, bepaald door de boekwaarde van de financiële verplichting af te trekken van de waarde van het samengestelde instrument als geheel. Indien Ageas de schulden, achtergestelde verplichtingen en overige leningen aflost, worden deze uit de balans verwijderd en wordt het verschil tussen de boekwaarde van de verplichting en de betaalde vergoeding in de resultatenrekening verantwoord. 2.8.13 Personeelsvergoedingen Pensioenverplichtingen Ageas kent wereldwijd een aantal toegezegdpensioen- en toegezegdebijdrage-pensioenregelingen in overeenstemming met lokale voorwaarden of sectorgebonden praktijken. De pensioenregelingen worden doorgaans gefinancierd door betalingen aan verzekeraars of aan door trustees beheerde regelingen. De financiering wordt bepaald aan de hand van periodieke actuariële berekeningen. Gekwalificeerde actuarissen berekenen de pensioenactiva en -verplichtingen minimaal één keer per jaar. Een toegezegdpensioenregeling is een pensioenregeling waarbij een vaste toezegging aan een werknemer op pensioenleeftijd wordt vastgelegd, doorgaans afhankelijk van een of meer factoren zoals leeftijd of dienstjaren. Een toegezegdebijdrageregeling is een pensioenregeling waarbij Ageas vaste bijdragen betaalt. Onder IAS 19 wordt een regeling met een toegezegde bijdrage en een gewaarborgd rendement echter beschouwd als een toegezegd-pensioenregeling vanwege het (wettelijk vastgestelde) gewaarborgde rendement dat in deze regelingen is opgenomen. Voor toegezegdpensioenregelingen worden de pensioenkosten en daarmee verband houdende pensioenactiva of -verplichtingen geschat op basis van de projected unit credit-methode. In deze methode: Wordt voor elke periode van diensttijd een extra eenheid vergoeding toegekend en elke eenheid wordt afzonderlijk gewaardeerd om de uiteindelijke verplichting op te bouwen; Worden de kosten van die vergoedingen in de resultatenrekening als last verantwoord om de pensioenkosten te spreiden over de diensttijd van de werknemers; Wordt de pensioenverplichting gewaardeerd tegen de contante waarde van de geschatte toekomstige uitstromen van geldmiddelen, verdisconteerd tegen een rentevoet gebaseerd op de marktrendementen van kwalitatief hoogwaardige bedrijfsobligaties waarvan de looptijd overeenkomt met de resterende looptijd van de betreffende verplichting. Herwaarderingen, bestaande uit actuariële winsten en verliezen, het effect van het actiefplafond en het rendement op fondsbeleggingen (exclusief nettorente) worden via overig comprehensive income direct opgenomen in de balans in de periode waarin deze herwaarderingen zich voordoen. Herwaarderingen worden in latere perioden niet geherclassificeerd in de resultatenrekening. De nettorente wordt berekend door de disconteringsvoet op de nettoverplichting of het actief uit hoofde van de toegezegdpensioenregeling toe te passen. Pensioenkosten van verstreken diensttijd worden in de resultatenrekening opgenomen op het eerstvolgende moment: op de datum van de wijziging van de regeling of van de planinperking; en op de datum waarop Ageas de herstructureringskosten erkent. De fondsbeleggingen die bij de pensioenverplichtingen van een entiteit behoren, moeten aan bepaalde criteria voldoen om te worden verantwoord als In aanmerking komende fondsbeleggingen van pensioenregelingen. Die criteria hebben betrekking op het feit dat deze activa juridisch los dienen te staan van Ageas of de crediteuren van Ageas. Indien dit niet het geval is, worden de activa verantwoord in de relevante rubriek in de balans (zoals beleggingen, materiële vaste activa enz.). Indien de activa aan de criteria voldoen, worden deze activa met de pensioenverplichting verrekend. Indien de reële waarde van fondsbeleggingen met de contante waarde van de verplichtingen van een toegezegdpensioenregeling wordt verrekend, kan het resultaat leiden tot een negatieve waarde (een actief). In dat geval mag het verantwoorde actief niet groter zijn dan de contante waarde van economische voordelen in de vorm van terugbetalingen uit de regeling of verlagingen van toekomstige bijdragen aan de regeling (‘actiefplafond’). Voorzorgsregelingen die voordelen voor langdurige diensttijd voorzien maar geen pensioenregelingen zijn, worden gewaardeerd tegen contante waarde op basis van de projected unit credit-methode. De bijdragen van Ageas voor toegezegdebijdrage-pensioenregelingen worden verwerkt in de resultatenrekening in het jaar waar deze betrekking op hebben, behalve in het geval van toegezegdebijdrageregelingen met een gegarandeerd rendement, die boekhoudkundig worden behandeld als een toegezegd- pensioenregeling. 117 | 240 Andere verplichtingen na uitdiensttreding Sommige ondernemingen van Ageas bieden werknemers vergoedingen na uitdiensttreding, zoals leningen tegen voordelige rente en gezondheidszorg verzekeringen. Een werknemer kan gewoonlijk van deze vergoedingen profiteren als de werknemer in dienst blijft tot en met de pensioenleeftijd en een minimumperiode in dienstverband is geweest. De verwachte kosten van die vergoedingen worden toegerekend over de periode van tewerkstelling, op basis van een methode die gelijk is aan de methode voor toegezegdpensioenregelingen. De verplichtingen worden bepaald aan de hand van actuariële berekeningen. Aandelenopties en regelingen voor deelneming in aandelenkapitaal Aandelenopties en aandelen onder voorwaarden (restricted shares), zowel via aandelen als contant afgerekende regelingen, worden aan bestuurders en werknemers toegekend als tegenprestatie voor ontvangen diensten. De reële waarde van de ontvangen diensten wordt bepaald aan de hand van de reële waarde van de toegekende aandelenopties en aandelen onder voorwaarden. De kosten van aandelenopties en aandelendeelnameplannen worden gewaardeerd op de toekenningsdatum op basis van de reële waarde van de opties en aandelen onder voorwaarden en worden in de resultatenrekening verantwoord, hetzij direct op de datum van toekenning indien er geen sprake is van een vesting period, hetzij over de vesting period van de opties en aandelen onder voorwaarden. In aandelen afgerekende regelingen worden verwerkt als toename van het eigen vermogen en worden geherwaardeerd voor het aantal aandelen tot aan de voorwaarden voor vesting is voldaan. In contanten afgerekende regelingen worden verwerkt als toename van verplichtingen en worden geherwaardeerd voor zowel: Aantal aandelen tot voldaan is aan de voorwaarden voor vesting en Wijziging in de reële waarde van de restricted-shares. Herberekende kosten worden tijdens de vesting period verantwoord in de resultatenrekening. Kosten met betrekking tot de huidige en voorgaande perioden worden rechtstreeks verantwoord in de resultatenrekening. De reële waarde van de aandelenopties wordt bepaald met gebruik van een optiewaarderingsmodel dat rekening houdt met de volgende elementen: De aandelenkoers op de datum van toekenning; De uitoefenkoers; De verwachte looptijd van de optie; De verwachte volatiliteit van het onderliggende aandeel en de verwachte dividenden hiervoor; en Het risicovrije tarief over de verwachte looptijd van de optie. Wanneer de opties worden uitgeoefend en nieuwe aandelen worden uitgegeven, wordt de ontvangen opbrengst na aftrek van eventuele transactiekosten in het aandelenkapitaal verantwoord (nominale waarde) en het surplus bij de uitgiftepremie (het agio). Indien voor dit doel eigen aandelen zijn ingekocht, worden deze geëlimineerd in de rubriek Eigen aandelen. Personeelsrechten Personeelsrechten inzake jaarlijkse toegezegde vakantiedagen en uit hoofde van langdurige diensttijd verdiende vakantiedagen worden verantwoord wanneer deze rechten werknemers toekomen. Een voorziening wordt gemaakt voor de geschatte verplichting voor vakantiedagen en extra vakantiedagen vanwege langdurige diensttijd van medewerkers tot de balansdatum. 2.8.14 Voorzieningen en voorwaardelijke verplichtingen Voorzieningen Voorzieningen zijn verplichtingen die onzekerheden met zich meebrengen in hoogte of tijdstip van betaling. Voorzieningen worden verantwoord op de balans indien er een bestaande (wettelijke of constructieve) verplichting is tot overdracht van economische voordelen, zoals kasstromen, als gevolg van gebeurtenissen in het verleden en indien op de balansdatum een betrouwbare schatting mogelijk is. Voorzieningen worden aangelegd voor bepaalde garantieovereenkomsten waarvoor Ageas bij niet-betaling verantwoordelijk is. Voorzieningen worden geschat op basis van alle relevante factoren en informatie die op balansdatum bestaan en worden verdisconteerd tegen de risicovrije rentevoet. Voorwaardelijke verplichtingen Voorwaardelijke verplichtingen zijn onzekerheden waarvan het bedrag niet met voldoende betrouwbaarheid kan worden geschat of wanneer het niet waarschijnlijk is dat betaling vereist zal zijn om de verplichting af te wikkelen. 2.8.15 Eigenvermogenscomponenten Aandelenkapitaal en kosten van aandelenuitgifte Kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de uitgifte van nieuwe aandelen of aandelenopties, met uitzondering van die bij een bedrijfscombinatie, worden in mindering gebracht op het eigen vermogen na aftrek van eventuele daarmee verband houdende winstbelastingen. Eigen aandelen Wanneer de moedermaatschappij of haar dochterondernemingen aandelenkapitaal van Ageas kopen of rechten verkrijgen om aandelenkapitaal van Ageas te kopen, wordt de betaalde vergoeding inclusief eventuele toerekenbare transactiekosten, na aftrek van winstbelastingen, in mindering gebracht op het eigen vermogen. Dividenden die worden betaald op ingekochte eigen aandelen die in handen van ondernemingen van Ageas zijn, worden geëlimineerd wanneer de Geconsolideerde Jaarrekening wordt opgesteld. Aandelen Ageas die Ageasfinlux S.A. in het kader van FRESH- kapitaaleffecten aanhoudt, zijn niet dividend- of kapitaalgerechtigd. Deze aandelen worden geëlimineerd voor de berekening van het dividend, de nettowinst en het eigen vermogen per aandeel. De kostprijs van de aandelen wordt in mindering gebracht op het eigen vermogen. Samengestelde financiële instrumenten Componenten van samengestelde financiële instrumenten (verplichtingen en delen van het eigen vermogen) worden verantwoord in de respectievelijke rubrieken van de balans. ALGEMENE INFORMATIE 116 Ageas Jaarverslag 2021 116 | 240 Deposito's van herverzekeraars in het kader van in herverzekering gecedeerde zaken die een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, zijn gelijk aan het op balansdatum verschuldigde bedrag. Verplichtingen met betrekking tot gecedeerde herverzekerings- activiteiten die geen aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen, kunnen worden beschouwd als financiële verplichtingen en deze verplichtingen worden op dezelfde wijze als andere financiële verplichtingen verantwoord. 2.8.12 Schuldbewijzen, achtergestelde verplichtingen en overige schulden Schuldbewijzen, achtergestelde schulden en overige financieringen worden eerst verantwoord tegen reële waarde met inbegrip van de directe transactiekosten. Vervolgens worden ze gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs en eventuele verschillen tussen de netto- opbrengst en de aflossingsprijs worden verantwoord in de resultatenrekening over de periode van de lening op basis van de effectieve-rentemethode. Schulden die in een vast aantal eigen aandelen van Ageas kunnen worden omgezet, worden bij de eerste opname gescheiden in twee componenten: a) Een schuldinstrument, gewaardeerd door bepaling van de reële waarde van een soortgelijke verplichting (inclusief eventuele niet aan aandelen gerelateerde derivatenkenmerken) zonder hiermee verbonden aandelencomponent; en b) Een aandeleninstrument waarvan de boekwaarde de optie vertegenwoordigt om het instrument in gewone aandelen te converteren, bepaald door de boekwaarde van de financiële verplichting af te trekken van de waarde van het samengestelde instrument als geheel. Indien Ageas de schulden, achtergestelde verplichtingen en overige leningen aflost, worden deze uit de balans verwijderd en wordt het verschil tussen de boekwaarde van de verplichting en de betaalde vergoeding in de resultatenrekening verantwoord. 2.8.13 Personeelsvergoedingen Pensioenverplichtingen Ageas kent wereldwijd een aantal toegezegdpensioen- en toegezegdebijdrage-pensioenregelingen in overeenstemming met lokale voorwaarden of sectorgebonden praktijken. De pensioenregelingen worden doorgaans gefinancierd door betalingen aan verzekeraars of aan door trustees beheerde regelingen. De financiering wordt bepaald aan de hand van periodieke actuariële berekeningen. Gekwalificeerde actuarissen berekenen de pensioenactiva en -verplichtingen minimaal één keer per jaar. Een toegezegdpensioenregeling is een pensioenregeling waarbij een vaste toezegging aan een werknemer op pensioenleeftijd wordt vastgelegd, doorgaans afhankelijk van een of meer factoren zoals leeftijd of dienstjaren. Een toegezegdebijdrageregeling is een pensioenregeling waarbij Ageas vaste bijdragen betaalt. Onder IAS 19 wordt een regeling met een toegezegde bijdrage en een gewaarborgd rendement echter beschouwd als een toegezegd-pensioenregeling vanwege het (wettelijk vastgestelde) gewaarborgde rendement dat in deze regelingen is opgenomen. Voor toegezegdpensioenregelingen worden de pensioenkosten en daarmee verband houdende pensioenactiva of -verplichtingen geschat op basis van de projected unit credit-methode. In deze methode: Wordt voor elke periode van diensttijd een extra eenheid vergoeding toegekend en elke eenheid wordt afzonderlijk gewaardeerd om de uiteindelijke verplichting op te bouwen; Worden de kosten van die vergoedingen in de resultatenrekening als last verantwoord om de pensioenkosten te spreiden over de diensttijd van de werknemers; Wordt de pensioenverplichting gewaardeerd tegen de contante waarde van de geschatte toekomstige uitstromen van geldmiddelen, verdisconteerd tegen een rentevoet gebaseerd op de marktrendementen van kwalitatief hoogwaardige bedrijfsobligaties waarvan de looptijd overeenkomt met de resterende looptijd van de betreffende verplichting. Herwaarderingen, bestaande uit actuariële winsten en verliezen, het effect van het actiefplafond en het rendement op fondsbeleggingen (exclusief nettorente) worden via overig comprehensive income direct opgenomen in de balans in de periode waarin deze herwaarderingen zich voordoen. Herwaarderingen worden in latere perioden niet geherclassificeerd in de resultatenrekening. De nettorente wordt berekend door de disconteringsvoet op de nettoverplichting of het actief uit hoofde van de toegezegdpensioenregeling toe te passen. Pensioenkosten van verstreken diensttijd worden in de resultatenrekening opgenomen op het eerstvolgende moment: op de datum van de wijziging van de regeling of van de planinperking; en op de datum waarop Ageas de herstructureringskosten erkent. De fondsbeleggingen die bij de pensioenverplichtingen van een entiteit behoren, moeten aan bepaalde criteria voldoen om te worden verantwoord als In aanmerking komende fondsbeleggingen van pensioenregelingen. Die criteria hebben betrekking op het feit dat deze activa juridisch los dienen te staan van Ageas of de crediteuren van Ageas. Indien dit niet het geval is, worden de activa verantwoord in de relevante rubriek in de balans (zoals beleggingen, materiële vaste activa enz.). Indien de activa aan de criteria voldoen, worden deze activa met de pensioenverplichting verrekend. Indien de reële waarde van fondsbeleggingen met de contante waarde van de verplichtingen van een toegezegdpensioenregeling wordt verrekend, kan het resultaat leiden tot een negatieve waarde (een actief). In dat geval mag het verantwoorde actief niet groter zijn dan de contante waarde van economische voordelen in de vorm van terugbetalingen uit de regeling of verlagingen van toekomstige bijdragen aan de regeling (‘actiefplafond’). Voorzorgsregelingen die voordelen voor langdurige diensttijd voorzien maar geen pensioenregelingen zijn, worden gewaardeerd tegen contante waarde op basis van de projected unit credit-methode. De bijdragen van Ageas voor toegezegdebijdrage-pensioenregelingen worden verwerkt in de resultatenrekening in het jaar waar deze betrekking op hebben, behalve in het geval van toegezegdebijdrageregelingen met een gegarandeerd rendement, die boekhoudkundig worden behandeld als een toegezegd- pensioenregeling. 117 | 240 Andere verplichtingen na uitdiensttreding Sommige ondernemingen van Ageas bieden werknemers vergoedingen na uitdiensttreding, zoals leningen tegen voordelige rente en gezondheidszorg verzekeringen. Een werknemer kan gewoonlijk van deze vergoedingen profiteren als de werknemer in dienst blijft tot en met de pensioenleeftijd en een minimumperiode in dienstverband is geweest. De verwachte kosten van die vergoedingen worden toegerekend over de periode van tewerkstelling, op basis van een methode die gelijk is aan de methode voor toegezegdpensioenregelingen. De verplichtingen worden bepaald aan de hand van actuariële berekeningen. Aandelenopties en regelingen voor deelneming in aandelenkapitaal Aandelenopties en aandelen onder voorwaarden (restricted shares), zowel via aandelen als contant afgerekende regelingen, worden aan bestuurders en werknemers toegekend als tegenprestatie voor ontvangen diensten. De reële waarde van de ontvangen diensten wordt bepaald aan de hand van de reële waarde van de toegekende aandelenopties en aandelen onder voorwaarden. De kosten van aandelenopties en aandelendeelnameplannen worden gewaardeerd op de toekenningsdatum op basis van de reële waarde van de opties en aandelen onder voorwaarden en worden in de resultatenrekening verantwoord, hetzij direct op de datum van toekenning indien er geen sprake is van een vesting period, hetzij over de vesting period van de opties en aandelen onder voorwaarden. In aandelen afgerekende regelingen worden verwerkt als toename van het eigen vermogen en worden geherwaardeerd voor het aantal aandelen tot aan de voorwaarden voor vesting is voldaan. In contanten afgerekende regelingen worden verwerkt als toename van verplichtingen en worden geherwaardeerd voor zowel: Aantal aandelen tot voldaan is aan de voorwaarden voor vesting en Wijziging in de reële waarde van de restricted-shares. Herberekende kosten worden tijdens de vesting period verantwoord in de resultatenrekening. Kosten met betrekking tot de huidige en voorgaande perioden worden rechtstreeks verantwoord in de resultatenrekening. De reële waarde van de aandelenopties wordt bepaald met gebruik van een optiewaarderingsmodel dat rekening houdt met de volgende elementen: De aandelenkoers op de datum van toekenning; De uitoefenkoers; De verwachte looptijd van de optie; De verwachte volatiliteit van het onderliggende aandeel en de verwachte dividenden hiervoor; en Het risicovrije tarief over de verwachte looptijd van de optie. Wanneer de opties worden uitgeoefend en nieuwe aandelen worden uitgegeven, wordt de ontvangen opbrengst na aftrek van eventuele transactiekosten in het aandelenkapitaal verantwoord (nominale waarde) en het surplus bij de uitgiftepremie (het agio). Indien voor dit doel eigen aandelen zijn ingekocht, worden deze geëlimineerd in de rubriek Eigen aandelen. Personeelsrechten Personeelsrechten inzake jaarlijkse toegezegde vakantiedagen en uit hoofde van langdurige diensttijd verdiende vakantiedagen worden verantwoord wanneer deze rechten werknemers toekomen. Een voorziening wordt gemaakt voor de geschatte verplichting voor vakantiedagen en extra vakantiedagen vanwege langdurige diensttijd van medewerkers tot de balansdatum. 2.8.14 Voorzieningen en voorwaardelijke verplichtingen Voorzieningen Voorzieningen zijn verplichtingen die onzekerheden met zich meebrengen in hoogte of tijdstip van betaling. Voorzieningen worden verantwoord op de balans indien er een bestaande (wettelijke of constructieve) verplichting is tot overdracht van economische voordelen, zoals kasstromen, als gevolg van gebeurtenissen in het verleden en indien op de balansdatum een betrouwbare schatting mogelijk is. Voorzieningen worden aangelegd voor bepaalde garantieovereenkomsten waarvoor Ageas bij niet-betaling verantwoordelijk is. Voorzieningen worden geschat op basis van alle relevante factoren en informatie die op balansdatum bestaan en worden verdisconteerd tegen de risicovrije rentevoet. Voorwaardelijke verplichtingen Voorwaardelijke verplichtingen zijn onzekerheden waarvan het bedrag niet met voldoende betrouwbaarheid kan worden geschat of wanneer het niet waarschijnlijk is dat betaling vereist zal zijn om de verplichting af te wikkelen. 2.8.15 Eigenvermogenscomponenten Aandelenkapitaal en kosten van aandelenuitgifte Kosten die rechtstreeks toerekenbaar zijn aan de uitgifte van nieuwe aandelen of aandelenopties, met uitzondering van die bij een bedrijfscombinatie, worden in mindering gebracht op het eigen vermogen na aftrek van eventuele daarmee verband houdende winstbelastingen. Eigen aandelen Wanneer de moedermaatschappij of haar dochterondernemingen aandelenkapitaal van Ageas kopen of rechten verkrijgen om aandelenkapitaal van Ageas te kopen, wordt de betaalde vergoeding inclusief eventuele toerekenbare transactiekosten, na aftrek van winstbelastingen, in mindering gebracht op het eigen vermogen. Dividenden die worden betaald op ingekochte eigen aandelen die in handen van ondernemingen van Ageas zijn, worden geëlimineerd wanneer de Geconsolideerde Jaarrekening wordt opgesteld. Aandelen Ageas die Ageasfinlux S.A. in het kader van FRESH- kapitaaleffecten aanhoudt, zijn niet dividend- of kapitaalgerechtigd. Deze aandelen worden geëlimineerd voor de berekening van het dividend, de nettowinst en het eigen vermogen per aandeel. De kostprijs van de aandelen wordt in mindering gebracht op het eigen vermogen. Samengestelde financiële instrumenten Componenten van samengestelde financiële instrumenten (verplichtingen en delen van het eigen vermogen) worden verantwoord in de respectievelijke rubrieken van de balans. 117 Ageas Jaarverslag 2021 118 | 240 Andere eigenvermogenscomponenten Andere elementen die in eigen vermogen worden verantwoord hebben betrekking op: Mutaties in het eigen vermogen van deelnemingen (zie paragraaf 2.6); Buitenlandse valuta's (zie paragraaf 2.7); Voor verkoop beschikbare beleggingen (zie paragraaf 2.8.1); Cash flow hedges (zie paragraaf 2.8.2); Discretionaire winstdeling (zie paragraaf 2.8.11); Actuariële winsten en verliezen op toegezegdpensioenregelingen (zie paragraaf 2.8.13); Aandelenopties en regelingen voor aandelen onder voorwaarden (zie paragraaf 2.8.13); en Dividend, eigen aandelen en intrekking van aandelen. 2.8.16 Bruto premie-inkomen Kortlopende tegenover langlopende contracten Een kortlopend verzekeringscontract is een contract dat voorziet in verzekeringsbescherming voor een vaste, maar korte periode en dat de verzekeraar de mogelijkheid geeft om het contract op te zeggen of de bepalingen ervan te wijzigen aan het einde van een contractperiode. Een langlopend contract is een contract waarvan de bepalingen over het algemeen niet eenzijdig kunnen worden gewijzigd, zoals een niet- opzegbaar of gewaarborgd hernieuwbaar contract, en dat de uitvoering van verschillende functies en diensten (waaronder verzekeringsbescherming) voor een lange periode bepaalt. Ontvangen premie-inkomen Premies uit levensverzekeringscontracten en langlopende beleggingsovereenkomsten met discretionaire winstdeling worden verwerkt als baten zodra deze door de polishouder verschuldigd zijn. De geschatte toekomstige opbrengsten en kosten wordt verrekend met deze baten met als doel de winst te verantwoorden gedurende de geschatte duur van de verzekeringen. Dit 'matching'-proces wordt uitgevoerd aan de hand van een bepaling van de verplichtingen uit hoofde van de verzekeringscontracten en beleggingsovereenkomsten met discretionaire winstdeling alsmede aan de hand van vooraf te betalen kosten zoals polisacquisitiekosten. Verdiend premie-inkomen Voor verzekeringsovereenkomsten met een korte looptijd (hoofdzakelijk Niet-leven) worden de premies direct bij ingang van de overeenkomst verwerkt. Die premies worden in de resultatenrekening pro-rata gedurende de termijn van de verzekeringsdekking verantwoord als Verdiend. De voorziening voor niet-verdiende premies bevat het gedeelte van de geboekte premies voor de nog niet afgelopen termijn van de dekking. 2.8.17 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten Voor alle rentedragende instrumenten worden de rentebaten en -lasten verantwoord in de resultatenrekening (ongeacht of deze instrumenten zijn geclassificeerd als tot einde looptijd aangehouden, voor verkoop beschikbaar, tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening, als derivaten of als overige activa of passiva) op basis van het toerekeningsbeginsel met behulp van de effectieve- rentemethode op basis van de werkelijke aankoopprijs inclusief directe transactiekosten. In die rentebaten zijn onder andere begrepen de verdiende coupons op instrumenten met een vaste of variabele rente en de waardevermeerdering of amortisatie van de transactiekosten, de korting of de premie. Is een financieel actief eenmaal afgewaardeerd tot de geschatte realiseerbare waarde, dan worden de rentebaten daarna gebaseerd op de effectieve rente die ook is gebruikt voor het contant maken van de toekomstige kasstromen voor de bepaling van de realiseerbare waarde. Dividenden worden opgenomen in de resultatenrekening wanneer het dividend is gedeclareerd. Ageas treedt op als verhuurder voor niet-opzegbare huurcontracten die verlengingsopties kunnen bevatten, voor vastgoedbeleggingen en voor bepaald vastgoed voor eigen gebruik. Huurinkomsten en andere inkomsten worden, onder aftrek van aan huurders toegekende huurincentives, opgenomen volgens het toerekeningsbeginsel, en worden lineair opgenomen tenzij er overtuigende aanwijzingen zijn dat de voordelen over de periode van de leaseovereenkomst niet gelijkmatig aangroeien. 2.8.18 Gerealiseerde en ongerealiseerde winsten en verliezen Bij financiële instrumenten die worden aangemerkt als voor verkoop aangehouden, vertegenwoordigen de gerealiseerde winsten of verliezen op verkopen en desinvesteringen het verschil tussen de ontvangen opbrengsten en de oorspronkelijke boekwaarde van het verkochte actief, verminderd met eventuele in de resultatenrekening verantwoorde bijzondere waardeverminderingen en gecorrigeerd voor het effect van eventuele hedge accounting. Gerealiseerde winsten en verliezen uit verkopen worden in de resultatenrekening verantwoord in de rubriek Resultaat op verkoop en herwaarderingen. Bij financiële instrumenten die via de resultatenrekening tegen de reële waarde worden gewaardeerd, wordt het verschil tussen de boekwaarde aan het einde van de huidige verslagperiode en de voorgaande verslagperiode in de resultatenrekening opgenomen onder Resultaat op verkoop en herwaarderingen. Bij derivaten wordt het verschil tussen de 'schone' reële waarde (dat wil zeggen, zonder het niet-gerealiseerde gedeelte van de rentebijboekingen) aan het einde van de lopende verslagperiode en de voorgaande verslagperiode in de resultatenrekening verantwoord onder Resultaat op verkoop en herwaarderingen. Bij terugboeking of een bijzondere waardevermindering op een financieel actief, worden de eerder rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkte ongerealiseerde winsten en verliezen overgedragen naar de resultatenrekening. 2.8.19 Commissiebaten Commissies als integraal onderdeel van effectieve rente Commissies die een integraal onderdeel vormen van de effectieve rente van een financieel instrument worden in het algemeen behandeld als een aanpassing op de effectieve rente. Dat is het geval bij commissies die worden ontvangen als vergoeding voor activiteiten zoals het evalueren van de financiële toestand van de kredietnemer, het evalueren en boeken van garanties etc. en ook voor commissies die worden ontvangen bij de uitgifte van tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerde financiële verplichtingen. Beide soorten commissies worden uitgesteld en verwerkt als aanpassing van het effectieve rentetarief van het onderliggende financieel instrument, gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. 119 | 240 Wordt een financieel instrument tegen de reële waarde in de winst- en verliesrekening verwerkt, dan worden de commissies bij eerste opname van het instrument als baten verantwoord. Commissies verwerkt wanneer de diensten worden geleverd Commissies worden in het algemeen als baten verwerkt per de datum dat de diensten worden geleverd. Indien het onwaarschijnlijk is dat een specifieke leenovereenkomst wordt aangegaan en de lening wordt niet als derivaat aangemerkt, dan wordt de bereidstellingsprovisie op basis van tijdsevenredigheid gedurende de bereidstellingstermijn als bate verantwoord. Herverzekeringscommissies worden verantwoord als verdiend, deelname aan herverzekeringen worden na ontvangst als inkomsten verantwoord. Commissies verwerkt na afronding van de onderliggende transactie Commissies die voortvloeien uit het onderhandelen over of deelnemen in de onderhandeling over een transactie voor een derde worden verantwoord wanneer de onderliggende transactie wordt voltooid. Commissiebaten worden verantwoord wanneer de prestatieverplichting uitgevoerd is. Consortiumcommissie wordt verantwoord in het resultaat wanneer de syndicaatvorming is voltooid. Commissies uit beleggingsovereenkomsten De baten uit beleggingscontracten waarbij het gedekte verzekeringsrisico niet significant is, betreffen de vergoeding voor de verzekeringsdekking, administratiekosten en afkoopkosten. Commissies worden als baten verwerkt per de datum dat de diensten worden geleverd. Aan de lastenkant staan sterfteclaims en bijgeschreven rente. 2.8.20 Winstbelastingen Actuele belastingverplichtingen Actuele belastingverplichtingen zijn verschuldigde (terug te vorderen) winstbelastingen met betrekking tot de fiscale winst (het fiscale verlies) over een periode. Winstbelasting die op winsten moet worden betaald, wordt als last verantwoord op basis van de belastingwetgeving die in elk rechtsgebied geldt in de periode waarin de winsten ontstaan. De belastingeffecten van voor voorwaartse compensatie beschikbare winstbelastingsverliezen worden verantwoord als een uitgestelde belastingvordering indien het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst wordt gerealiseerd waarmee die verliezen kunnen worden verrekend. Als een juridische entiteit oordeelt dat het niet waarschijnlijk is dat de desbetreffende belastingdienst de toegepaste belastingbehandeling aanvaardt, dan toont deze juridische entiteit de onzekerheidsfactor voor elke onzekere belastingbehandeling door hetzij het meest waarschijnlijke bedrag te gebruiken, of de verwachte waarde, gebaseerd op een reeks mogelijke uitkomsten, afhankelijk welke methode de onzekerheid de uitkomst van de onzekerheid het beste voorspelt. Uitgestelde belastingen Uitgestelde belastingverplichtingen zijn in toekomstige perioden te betalen winstbelastingen met betrekking tot fiscale tijdelijke verschillen. Uitgestelde belastingvorderingen zijn in toekomstige perioden terug te vorderen winstbelastingen met betrekking tot verrekenbare tijdelijke verschillen, voorwaartse compensatie van niet-gecompenseerde fiscale verliezen en voorwaartse compensatie van ongebruikte fiscaal verrekenbare tegoeden. Uitgestelde belastingen worden volledig verantwoord op basis van de balansmethode op tijdelijke verschillen tussen de fiscale waarde van de activa en verplichtingen en de boekwaarde daarvan in de Geconsolideerde Jaarrekening. De per balansdatum vastgestelde of grotendeels vastgestelde tarieven worden gebruikt om de uitgestelde belastingen te bepalen. Uitgestelde belastingvorderingen worden verantwoord voor zover het waarschijnlijk is dat er fiscale toekomstige winst beschikbaar zal zijn om een deel of de gehele uitgestelde belastingvordering te verrekenen. Een uitgestelde belastingvordering wordt opgenomen voor belastbare tijdelijke verschillen die verband houden met investeringen in dochterondernemingen, geassocieerde deelnemingen en joint ventures, tenzij het tijdstip waarop het tijdelijke verschil wordt afgewikkeld kan worden bepaald en het waarschijnlijk is dat het tijdelijke verschil in de nabije toekomst niet zal worden afgewikkeld. Huidige en uitgestelde belastingen die betrekking hebben op herwaardering tegen reële waarde van balansposten die rechtstreeks als lasten of baten in eigen vermogen worden verwerkt (zoals voor verkoop beschikbare beleggingen en kasstroomafdekkingen), worden ook rechtstreeks als baten of lasten in het eigen vermogen verantwoord en worden vervolgens samen met de uitgestelde winst of het uitgestelde verlies in de resultatenrekening verantwoord. 2.8.21 Winst per aandeel De gewone winst per aandeel wordt berekend door de voor gewone aandeelhouders beschikbare nettowinst te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande gewone aandelen gedurende het jaar, met uitsluiting van het gemiddeld aantal gewone aandelen die door Ageas zijn gekocht en als eigen aandelen worden aangehouden. Voor de verwaterde winst per aandeel wordt het gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande gewone aandelen aangepast op basis van de veronderstelling dat alle gewone aandelen die tot verwatering zullen leiden worden geconverteerd, zoals converteerbare obligatieleningen, preferente aandelen, aandelenopties en aan werknemers toegekende aandelen onder voorwaarden. Potentiële of voorwaardelijke aandelenuitgiftes worden behandeld als verwaterend wanneer hun conversie in aandelen de nettowinst per aandeel zou doen verminderen. Het effect van de beëindigde bedrijfsactiviteiten op de gewone en de verwaterde resultaten per aandeel wordt weergegeven door het nettoresultaat voor beëindigde bedrijfsactiviteiten te delen door het gemiddeld aantal gewone uitstaande aandelen gedurende het jaar, exclusief het gemiddeld aantal door Ageas gekochte gewone aandelen en gehouden als eigen aandelen. ALGEMENE INFORMATIE 118 Ageas Jaarverslag 2021 118 | 240 Andere eigenvermogenscomponenten Andere elementen die in eigen vermogen worden verantwoord hebben betrekking op: Mutaties in het eigen vermogen van deelnemingen (zie paragraaf 2.6); Buitenlandse valuta's (zie paragraaf 2.7); Voor verkoop beschikbare beleggingen (zie paragraaf 2.8.1); Cash flow hedges (zie paragraaf 2.8.2); Discretionaire winstdeling (zie paragraaf 2.8.11); Actuariële winsten en verliezen op toegezegdpensioenregelingen (zie paragraaf 2.8.13); Aandelenopties en regelingen voor aandelen onder voorwaarden (zie paragraaf 2.8.13); en Dividend, eigen aandelen en intrekking van aandelen. 2.8.16 Bruto premie-inkomen Kortlopende tegenover langlopende contracten Een kortlopend verzekeringscontract is een contract dat voorziet in verzekeringsbescherming voor een vaste, maar korte periode en dat de verzekeraar de mogelijkheid geeft om het contract op te zeggen of de bepalingen ervan te wijzigen aan het einde van een contractperiode. Een langlopend contract is een contract waarvan de bepalingen over het algemeen niet eenzijdig kunnen worden gewijzigd, zoals een niet- opzegbaar of gewaarborgd hernieuwbaar contract, en dat de uitvoering van verschillende functies en diensten (waaronder verzekeringsbescherming) voor een lange periode bepaalt. Ontvangen premie-inkomen Premies uit levensverzekeringscontracten en langlopende beleggingsovereenkomsten met discretionaire winstdeling worden verwerkt als baten zodra deze door de polishouder verschuldigd zijn. De geschatte toekomstige opbrengsten en kosten wordt verrekend met deze baten met als doel de winst te verantwoorden gedurende de geschatte duur van de verzekeringen. Dit 'matching'-proces wordt uitgevoerd aan de hand van een bepaling van de verplichtingen uit hoofde van de verzekeringscontracten en beleggingsovereenkomsten met discretionaire winstdeling alsmede aan de hand van vooraf te betalen kosten zoals polisacquisitiekosten. Verdiend premie-inkomen Voor verzekeringsovereenkomsten met een korte looptijd (hoofdzakelijk Niet-leven) worden de premies direct bij ingang van de overeenkomst verwerkt. Die premies worden in de resultatenrekening pro-rata gedurende de termijn van de verzekeringsdekking verantwoord als Verdiend. De voorziening voor niet-verdiende premies bevat het gedeelte van de geboekte premies voor de nog niet afgelopen termijn van de dekking. 2.8.17 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten Voor alle rentedragende instrumenten worden de rentebaten en -lasten verantwoord in de resultatenrekening (ongeacht of deze instrumenten zijn geclassificeerd als tot einde looptijd aangehouden, voor verkoop beschikbaar, tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening, als derivaten of als overige activa of passiva) op basis van het toerekeningsbeginsel met behulp van de effectieve- rentemethode op basis van de werkelijke aankoopprijs inclusief directe transactiekosten. In die rentebaten zijn onder andere begrepen de verdiende coupons op instrumenten met een vaste of variabele rente en de waardevermeerdering of amortisatie van de transactiekosten, de korting of de premie. Is een financieel actief eenmaal afgewaardeerd tot de geschatte realiseerbare waarde, dan worden de rentebaten daarna gebaseerd op de effectieve rente die ook is gebruikt voor het contant maken van de toekomstige kasstromen voor de bepaling van de realiseerbare waarde. Dividenden worden opgenomen in de resultatenrekening wanneer het dividend is gedeclareerd. Ageas treedt op als verhuurder voor niet-opzegbare huurcontracten die verlengingsopties kunnen bevatten, voor vastgoedbeleggingen en voor bepaald vastgoed voor eigen gebruik. Huurinkomsten en andere inkomsten worden, onder aftrek van aan huurders toegekende huurincentives, opgenomen volgens het toerekeningsbeginsel, en worden lineair opgenomen tenzij er overtuigende aanwijzingen zijn dat de voordelen over de periode van de leaseovereenkomst niet gelijkmatig aangroeien. 2.8.18 Gerealiseerde en ongerealiseerde winsten en verliezen Bij financiële instrumenten die worden aangemerkt als voor verkoop aangehouden, vertegenwoordigen de gerealiseerde winsten of verliezen op verkopen en desinvesteringen het verschil tussen de ontvangen opbrengsten en de oorspronkelijke boekwaarde van het verkochte actief, verminderd met eventuele in de resultatenrekening verantwoorde bijzondere waardeverminderingen en gecorrigeerd voor het effect van eventuele hedge accounting. Gerealiseerde winsten en verliezen uit verkopen worden in de resultatenrekening verantwoord in de rubriek Resultaat op verkoop en herwaarderingen. Bij financiële instrumenten die via de resultatenrekening tegen de reële waarde worden gewaardeerd, wordt het verschil tussen de boekwaarde aan het einde van de huidige verslagperiode en de voorgaande verslagperiode in de resultatenrekening opgenomen onder Resultaat op verkoop en herwaarderingen. Bij derivaten wordt het verschil tussen de 'schone' reële waarde (dat wil zeggen, zonder het niet-gerealiseerde gedeelte van de rentebijboekingen) aan het einde van de lopende verslagperiode en de voorgaande verslagperiode in de resultatenrekening verantwoord onder Resultaat op verkoop en herwaarderingen. Bij terugboeking of een bijzondere waardevermindering op een financieel actief, worden de eerder rechtstreeks in het eigen vermogen verwerkte ongerealiseerde winsten en verliezen overgedragen naar de resultatenrekening. 2.8.19 Commissiebaten Commissies als integraal onderdeel van effectieve rente Commissies die een integraal onderdeel vormen van de effectieve rente van een financieel instrument worden in het algemeen behandeld als een aanpassing op de effectieve rente. Dat is het geval bij commissies die worden ontvangen als vergoeding voor activiteiten zoals het evalueren van de financiële toestand van de kredietnemer, het evalueren en boeken van garanties etc. en ook voor commissies die worden ontvangen bij de uitgifte van tegen geamortiseerde kostprijs gewaardeerde financiële verplichtingen. Beide soorten commissies worden uitgesteld en verwerkt als aanpassing van het effectieve rentetarief van het onderliggende financieel instrument, gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs. 119 | 240 Wordt een financieel instrument tegen de reële waarde in de winst- en verliesrekening verwerkt, dan worden de commissies bij eerste opname van het instrument als baten verantwoord. Commissies verwerkt wanneer de diensten worden geleverd Commissies worden in het algemeen als baten verwerkt per de datum dat de diensten worden geleverd. Indien het onwaarschijnlijk is dat een specifieke leenovereenkomst wordt aangegaan en de lening wordt niet als derivaat aangemerkt, dan wordt de bereidstellingsprovisie op basis van tijdsevenredigheid gedurende de bereidstellingstermijn als bate verantwoord. Herverzekeringscommissies worden verantwoord als verdiend, deelname aan herverzekeringen worden na ontvangst als inkomsten verantwoord. Commissies verwerkt na afronding van de onderliggende transactie Commissies die voortvloeien uit het onderhandelen over of deelnemen in de onderhandeling over een transactie voor een derde worden verantwoord wanneer de onderliggende transactie wordt voltooid. Commissiebaten worden verantwoord wanneer de prestatieverplichting uitgevoerd is. Consortiumcommissie wordt verantwoord in het resultaat wanneer de syndicaatvorming is voltooid. Commissies uit beleggingsovereenkomsten De baten uit beleggingscontracten waarbij het gedekte verzekeringsrisico niet significant is, betreffen de vergoeding voor de verzekeringsdekking, administratiekosten en afkoopkosten. Commissies worden als baten verwerkt per de datum dat de diensten worden geleverd. Aan de lastenkant staan sterfteclaims en bijgeschreven rente. 2.8.20 Winstbelastingen Actuele belastingverplichtingen Actuele belastingverplichtingen zijn verschuldigde (terug te vorderen) winstbelastingen met betrekking tot de fiscale winst (het fiscale verlies) over een periode. Winstbelasting die op winsten moet worden betaald, wordt als last verantwoord op basis van de belastingwetgeving die in elk rechtsgebied geldt in de periode waarin de winsten ontstaan. De belastingeffecten van voor voorwaartse compensatie beschikbare winstbelastingsverliezen worden verantwoord als een uitgestelde belastingvordering indien het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst wordt gerealiseerd waarmee die verliezen kunnen worden verrekend. Als een juridische entiteit oordeelt dat het niet waarschijnlijk is dat de desbetreffende belastingdienst de toegepaste belastingbehandeling aanvaardt, dan toont deze juridische entiteit de onzekerheidsfactor voor elke onzekere belastingbehandeling door hetzij het meest waarschijnlijke bedrag te gebruiken, of de verwachte waarde, gebaseerd op een reeks mogelijke uitkomsten, afhankelijk welke methode de onzekerheid de uitkomst van de onzekerheid het beste voorspelt. Uitgestelde belastingen Uitgestelde belastingverplichtingen zijn in toekomstige perioden te betalen winstbelastingen met betrekking tot fiscale tijdelijke verschillen. Uitgestelde belastingvorderingen zijn in toekomstige perioden terug te vorderen winstbelastingen met betrekking tot verrekenbare tijdelijke verschillen, voorwaartse compensatie van niet-gecompenseerde fiscale verliezen en voorwaartse compensatie van ongebruikte fiscaal verrekenbare tegoeden. Uitgestelde belastingen worden volledig verantwoord op basis van de balansmethode op tijdelijke verschillen tussen de fiscale waarde van de activa en verplichtingen en de boekwaarde daarvan in de Geconsolideerde Jaarrekening. De per balansdatum vastgestelde of grotendeels vastgestelde tarieven worden gebruikt om de uitgestelde belastingen te bepalen. Uitgestelde belastingvorderingen worden verantwoord voor zover het waarschijnlijk is dat er fiscale toekomstige winst beschikbaar zal zijn om een deel of de gehele uitgestelde belastingvordering te verrekenen. Een uitgestelde belastingvordering wordt opgenomen voor belastbare tijdelijke verschillen die verband houden met investeringen in dochterondernemingen, geassocieerde deelnemingen en joint ventures, tenzij het tijdstip waarop het tijdelijke verschil wordt afgewikkeld kan worden bepaald en het waarschijnlijk is dat het tijdelijke verschil in de nabije toekomst niet zal worden afgewikkeld. Huidige en uitgestelde belastingen die betrekking hebben op herwaardering tegen reële waarde van balansposten die rechtstreeks als lasten of baten in eigen vermogen worden verwerkt (zoals voor verkoop beschikbare beleggingen en kasstroomafdekkingen), worden ook rechtstreeks als baten of lasten in het eigen vermogen verantwoord en worden vervolgens samen met de uitgestelde winst of het uitgestelde verlies in de resultatenrekening verantwoord. 2.8.21 Winst per aandeel De gewone winst per aandeel wordt berekend door de voor gewone aandeelhouders beschikbare nettowinst te delen door het gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande gewone aandelen gedurende het jaar, met uitsluiting van het gemiddeld aantal gewone aandelen die door Ageas zijn gekocht en als eigen aandelen worden aangehouden. Voor de verwaterde winst per aandeel wordt het gewogen gemiddelde van het aantal uitstaande gewone aandelen aangepast op basis van de veronderstelling dat alle gewone aandelen die tot verwatering zullen leiden worden geconverteerd, zoals converteerbare obligatieleningen, preferente aandelen, aandelenopties en aan werknemers toegekende aandelen onder voorwaarden. Potentiële of voorwaardelijke aandelenuitgiftes worden behandeld als verwaterend wanneer hun conversie in aandelen de nettowinst per aandeel zou doen verminderen. Het effect van de beëindigde bedrijfsactiviteiten op de gewone en de verwaterde resultaten per aandeel wordt weergegeven door het nettoresultaat voor beëindigde bedrijfsactiviteiten te delen door het gemiddeld aantal gewone uitstaande aandelen gedurende het jaar, exclusief het gemiddeld aantal door Ageas gekochte gewone aandelen en gehouden als eigen aandelen. 119 Ageas Jaarverslag 2021 120 | 240 De volgende significante overnames en desinvesteringen zijn gedaan in 2021 en 2020. Details over eventuele overnames en desinvesteringen na balansdatum zijn opgenomen in toelichting 44 Gebeurtenissen na balansdatum. 3.1 Overnames in 2021 AgeSA (voorheen: AvivaSA) (CEU) Op 5 mei 2021 kondigde Ageas aan dat het alle goedkeuringen van de regelgevende instanties had verkregen en de overname van Aviva plc, een belang van 40% in het Turkse beursgenoteerde levensverzekerings- en pensioenbedrijf AgeSA, had voltooid. Het overnamebedrag is GBP 119 miljoen (EUR 143 miljoen inclusief transactiekosten). AgeSA wordt verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode. AG Insurance (België) In 2021 verhoogde AG Insurance zijn belang in CCN (Centre de Communication Nord, gemengd herontwikkelingsproject in Brussel) van 5% tot 50%, dit wordt nog steeds verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode. 3.2 Desinvesteringen in 2021 Tesco Underwriting Ltd. (TU) (VK) Op 14 oktober 2020 heeft Ageas aangekondigd dat Tesco Bank het 50,1%-belang van Ageas in de geassocieerde onderneming Tesco Underwriting Limited zal overnemen. Dienovereenkomstig werd de boekwaarde van de geassocieerde deelneming in de jaarrekening 2020 gepresenteerd als aangehouden voor verkoop. De verkoop werd op 4 mei 2021 afgerond voor een vergoeding van GBP 112 miljoen. De impact van de verkoop op de resultaten van de eerste 6 maanden van 2021 was een winst van EUR 4,2 miljoen. Deze winst is verdeeld over de posten "Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten" en "Resultaat op verkoop en herwaarderingen" van de resultatenrekening. AG Insurance (België) In 2021 werd Transimmo volledig geconsolideerd door AG Insurance en werd het niet langer opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode. 3 Overnames en desinvesteringen Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 121 | 240 3.3 Overnames in 2020 Taiping Reinsurance Co. Ltd. (TPRe) (Azië) Op 27 november 2020 verwierf Ageas een belang van 24,99% in Taiping Reinsurance Company Limited (TPRe) door in te schrijven op een kapitaalverhoging van HKD 3 miljard (EUR 336 miljoen). TPRe is een dochteronderneming van China Taiping Insurance Holdings (CTIH). Het belang in de deelneming TPRe wordt boekhoudkundig verwerkt via de vermogensmutatiemethode. Additionele acquisitie in IFLIC (Azië) Op 30 december 2020 heeft Ageas een aanvullend belang van 23% verworven in de Indiase levensverzekerings-joint venture IDBI Federal Life Insurance Company Ltd. (IFLIC) voor een bedrag van INR 5,1 miljard (EUR 58 miljoen inclusief transactiekosten). Met deze transactie verhoogde Ageas zijn belang in IFLIC tot 49% en wordt het de grootste aandeelhouder in de joint venture die het samen met IDBI Bank en Federal Bank exploiteert. Ageas blijft de geassocieerde deelneming boekhoudkundig verwerken volgens de vermogensmutatiemethode. Na de transactie heeft IFLIC de nieuwe naam Ageas Federal Life Insurance Company gekregen. 3.4 Desinvesteringen in 2020 AG Insurance (België) In het tweede kwartaal van 2020 leidde een verlies van zeggenschap in de Sicav Equities Euro tot de deconsolidatie van deze entiteit, wat resulteerde in een meerwaarde van EUR 26 miljoen. In het derde kwartaal van 2020 verkocht AG Insurance de geassocieerde deelneming SCI Frey Retail Fund 2 voor een bedrag van EUR 41 miljoen, waarmee een meerwaarde van EUR 8 miljoen werd gerealiseerd. In het laatste kwartaal van 2020 heeft AG Insurance zijn belangen in de geassocieerde deelneming BG1 verkocht voor een totaalbedrag van EUR 125 miljoen, met een meerwaarde van EUR 32 miljoen. 3.5 Activa en verplichtingen van overnames en desinvesteringen In de onderstaande tabel zijn de activa en verplichtingen als gevolg van overnames en desinvesteringen van dochterondernemingen en deelnemingen per de datum van de overname of desinvestering weergegeven. 2021 2020 Overnames Desinvesteringen Overnames Desinvesteringen Activa en verplichtingen van overnames en desinvesteringen Geldmiddelen en kasequivalenten 7 (6) Financiële beleggingen 5 Vastgoedbeleggingen 34 33 Beleggingen in deelnemingen (inclusief kapitaalterugbetalingen) 202 (171) 427 (141) Overlopende rente en overige verplichtingen 2 13 Minderheidsbelangen 1 7 Overige (5) (27) Netto verworven activa / Netto vervreemde activa 233 (176) 447 (115) Resultaat bij beëindiging bedrijfsactiviteiten, bruto 24 66 Resultaat op beëindigde bedrijfsactiviteiten, na belasting 24 66 Geldmiddelen aangewend voor acquisities / ontvangen bij verkopen: Totaal aankoopprijs / verkoopopbrengst (233) 200 (447) 181 Min: Verworven/vervreemde geldmiddelen en kasequivalenten 7 (6) Geldmiddelen aangewend voor acquisities / ontvangen bij verkopen (233) 200 (440) 175 ALGEMENE INFORMATIE 120 Ageas Jaarverslag 2021 Overnames en desinvesteringen 120 | 240 De volgende significante overnames en desinvesteringen zijn gedaan in 2021 en 2020. Details over eventuele overnames en desinvesteringen na balansdatum zijn opgenomen in toelichting 44 Gebeurtenissen na balansdatum. 3.1 Overnames in 2021 AgeSA (voorheen: AvivaSA) (CEU) Op 5 mei 2021 kondigde Ageas aan dat het alle goedkeuringen van de regelgevende instanties had verkregen en de overname van Aviva plc, een belang van 40% in het Turkse beursgenoteerde levensverzekerings- en pensioenbedrijf AgeSA, had voltooid. Het overnamebedrag is GBP 119 miljoen (EUR 143 miljoen inclusief transactiekosten). AgeSA wordt verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode. AG Insurance (België) In 2021 verhoogde AG Insurance zijn belang in CCN (Centre de Communication Nord, gemengd herontwikkelingsproject in Brussel) van 5% tot 50%, dit wordt nog steeds verwerkt volgens de vermogensmutatiemethode. 3.2 Desinvesteringen in 2021 Tesco Underwriting Ltd. (TU) (VK) Op 14 oktober 2020 heeft Ageas aangekondigd dat Tesco Bank het 50,1%-belang van Ageas in de geassocieerde onderneming Tesco Underwriting Limited zal overnemen. Dienovereenkomstig werd de boekwaarde van de geassocieerde deelneming in de jaarrekening 2020 gepresenteerd als aangehouden voor verkoop. De verkoop werd op 4 mei 2021 afgerond voor een vergoeding van GBP 112 miljoen. De impact van de verkoop op de resultaten van de eerste 6 maanden van 2021 was een winst van EUR 4,2 miljoen. Deze winst is verdeeld over de posten "Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten" en "Resultaat op verkoop en herwaarderingen" van de resultatenrekening. AG Insurance (België) In 2021 werd Transimmo volledig geconsolideerd door AG Insurance en werd het niet langer opgenomen volgens de vermogensmutatiemethode. 3 Overnames en desinvesteringen Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 121 | 240 3.3 Overnames in 2020 Taiping Reinsurance Co. Ltd. (TPRe) (Azië) Op 27 november 2020 verwierf Ageas een belang van 24,99% in Taiping Reinsurance Company Limited (TPRe) door in te schrijven op een kapitaalverhoging van HKD 3 miljard (EUR 336 miljoen). TPRe is een dochteronderneming van China Taiping Insurance Holdings (CTIH). Het belang in de deelneming TPRe wordt boekhoudkundig verwerkt via de vermogensmutatiemethode. Additionele acquisitie in IFLIC (Azië) Op 30 december 2020 heeft Ageas een aanvullend belang van 23% verworven in de Indiase levensverzekerings-joint venture IDBI Federal Life Insurance Company Ltd. (IFLIC) voor een bedrag van INR 5,1 miljard (EUR 58 miljoen inclusief transactiekosten). Met deze transactie verhoogde Ageas zijn belang in IFLIC tot 49% en wordt het de grootste aandeelhouder in de joint venture die het samen met IDBI Bank en Federal Bank exploiteert. Ageas blijft de geassocieerde deelneming boekhoudkundig verwerken volgens de vermogensmutatiemethode. Na de transactie heeft IFLIC de nieuwe naam Ageas Federal Life Insurance Company gekregen. 3.4 Desinvesteringen in 2020 AG Insurance (België) In het tweede kwartaal van 2020 leidde een verlies van zeggenschap in de Sicav Equities Euro tot de deconsolidatie van deze entiteit, wat resulteerde in een meerwaarde van EUR 26 miljoen. In het derde kwartaal van 2020 verkocht AG Insurance de geassocieerde deelneming SCI Frey Retail Fund 2 voor een bedrag van EUR 41 miljoen, waarmee een meerwaarde van EUR 8 miljoen werd gerealiseerd. In het laatste kwartaal van 2020 heeft AG Insurance zijn belangen in de geassocieerde deelneming BG1 verkocht voor een totaalbedrag van EUR 125 miljoen, met een meerwaarde van EUR 32 miljoen. 3.5 Activa en verplichtingen van overnames en desinvesteringen In de onderstaande tabel zijn de activa en verplichtingen als gevolg van overnames en desinvesteringen van dochterondernemingen en deelnemingen per de datum van de overname of desinvestering weergegeven. 2021 2020 Overnames Desinvesteringen Overnames Desinvesteringen Activa en verplichtingen van overnames en desinvesteringen Geldmiddelen en kasequivalenten 7 (6) Financiële beleggingen 5 Vastgoedbeleggingen 34 33 Beleggingen in deelnemingen (inclusief kapitaalterugbetalingen) 202 (171) 427 (141) Overlopende rente en overige verplichtingen 2 13 Minderheidsbelangen 1 7 Overige (5) (27) Netto verworven activa / Netto vervreemde activa 233 (176) 447 (115) Resultaat bij beëindiging bedrijfsactiviteiten, bruto 24 66 Resultaat op beëindigde bedrijfsactiviteiten, na belasting 24 66 Geldmiddelen aangewend voor acquisities / ontvangen bij verkopen: Totaal aankoopprijs / verkoopopbrengst (233) 200 (447) 181 Min: Verworven/vervreemde geldmiddelen en kasequivalenten 7 (6) Geldmiddelen aangewend voor acquisities / ontvangen bij verkopen (233) 200 (440) 175 121 Ageas Jaarverslag 2021 122 | 240 4.1 Risicobeheer: doelstellingen Als multinationale aanbieder van verzekeringen creëert Ageas waarde door een gepast en effectief beheer van verzekeringsrisico's, zowel op afzonderlijk als op algemeen portefeuilleniveau. In het kader van zijn verzekeringsactiviteiten biedt Ageas zowel Levens- als Niet- levensverzekeringen aan. Bijgevolg wordt het geconfronteerd met een aantal risico's die de verwezenlijking van bedrijfsdoelstellingen kunnen beïnvloeden. Ageas wil uitsluitend risico’s nemen: waarin het bedrijf een goed inzicht heeft. die het adequaat kan beoordelen en beheersen, hetzij op afzonderlijk niveau, hetzij op algemeen portefeuilleniveau. die het zich kan veroorloven (d.w.z. die binnen de risk appetite van Ageas blijven). die een acceptabele verhouding tussen risico en rendement vertonen (rekening houdend met het engagement van Ageas ten aanzien van zijn stakeholders, de samenleving en de waarden van zijn bedrijfs- en risicocultuur). De belangrijkste doelstellingen van het risicobeheer van Ageas zijn: Het nemen van risico is consistent met de strategie en met de risk appetite. Er gelden gepaste incentives die een gemeenschappelijk beeld van onze risicocultuur bevorderen. Er is tijdig geschikte en juiste informatie beschikbaar om een passende strategische besluitvorming mogelijk te maken. Er bestaat aantoonbaar een passende risicogovernance, die afdoende en doeltreffend is. Er geldt een passend beleidskader voor Enterprise Risk Management (ERM) (inclusief limieten en minimumnormen), dat wordt begrepen en dat verankerd is in de dagelijkse bedrijfsactiviteiten. Risicoprocessen zijn van hoge kwaliteit en efficiënt, waardoor een juiste en informatieve risicorapportage mogelijk is, die het besluitvormingsproces versterkt. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 4 Risicomanagement 123 | 240 Risicocultuur vormt een essentieel onderdeel van de algemene bedrijfscultuur die de Raad van Bestuur, het Management Committee en het Executive Committee van Ageas trachten te bevorderen en te verankeren. De risicocultuur van Ageas, die hierna wordt beschreven, vloeit voort uit de bedrijfscultuur van Ageas. De principes van de bedrijfscultuur en de belangrijkste componenten van de risicocultuur geven richting aan acties en beslissingen, en weerspiegelen de denkwijze en de houding die in de onderneming worden verwacht. De essentiële elementen van Ageas’ gewenste risico- (en bedrijfs)cultuur worden hierna weergegeven. Om het risicobewustzijn te bevorderen en de risicocultuurwaarden in de hele organisatie te verankeren, worden er in de hele Groep regelmatig risicotrainingen gegeven (bijv. over risicogebeurtenissen voorkomend in de risicoclassificatie van Ageas) en wordt er regelmatig over risico gecommuniceerd (bijv. via het intranet, via e-mail en via andere interne communicatiesoftware). 4.2 Risicomanagementkader Ageas definieert risico als de afwijking van verwachte resultaten die een impact kunnen hebben op de solvabiliteit, de inkomsten of de liquiditeit van Ageas, evenals op zijn bedrijfsdoelstellingen of toekomstige kansen. Ageas heeft een kader voor Enterprise Risk Management (‘ERM’) opgesteld en geïmplementeerd, geïnspireerd door COSO 4 ERM en interne controlekaders, dat de sleutelcomponenten omvat die de ondersteunende basis van het risicobeheersysteem vormen. ERM kan worden gedefinieerd als het proces waarbij kritieke risico's systematisch en uitvoerig worden geïdentificeerd, hun impact wordt beoordeeld en er geïntegreerde strategieën worden geïmplementeerd om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen dat de doelstellingen van de onderneming worden behaald. Het ERM-kader van Ageas (afgebeeld in het bovenstaande diagram) bepaalt de volgende doelstellingen op het hoogste niveau: Definieert een risk appetite om te waarborgen dat het risico op insolvabiliteit te allen tijde op redelijke niveaus gehandhaafd blijft en dat het risicoprofiel binnen de vastgestelde limieten blijft. Brengt een sterke cultuur van risicobewustzijn tot stand waarin managers hun plicht vervullen om inzicht te hebben in en zich bewust te zijn van de risico’s van hun activiteiten, deze risico’s adequaat beheren en hierover transparant rapporteren. Waarborgt identificatie & validatie, beoordeling & stellen van prioriteiten, vastleggen, bewaken en beheren van risico's die het behalen van strategische en bedrijfsdoelstellingen beïnvloeden of kunnen beïnvloeden. Ondersteunt het besluitvormingsproces door erop toe te zien dat informatie over risico’s tijdig beschikbaar is voor besluitvormers en consistent en betrouwbaar is. Verankert strategisch risicobeheer in het totale besluitvormingsproces. 4 Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission. ALGEMENE INFORMATIE 122 Ageas Jaarverslag 2021 Risicomanagement NB - Interne controle, informatiebeveiliging en gegevensbeheer worden beheerd onder de ERM. Naast 4A en 4B bestaan er nog andere risicorapporten die worden gedocumenteerd binnen het Ageas Enterprise Risk Management Framework. 1. RISICOCULTUUR 2 RISICOSTRATEGIE, -DOELSTELLINGEN & RISK APPETITE 3 RISICOGOVERNANCE, RISICOCLASSIFICATIE, ERM-BELEIDSKADER & MODELKADER 4 RISICO IN UITVOERING 5. DATA, IT & INFRASTRUCTUUR Risico Identificatie - Identificatie van actuele en opkomende risico's - Dekt risicoclassificatie Risico Bewaking & rapportage - Voortdurend bewaken & opvolgen van blootstelling & acties 4.A Rapportageproces belangrijkste & toekomstige risico's 4.B ORSA-proces Risico Beoordeling & prioriteitstelling - Waarschijnlijkheid & impact risico - Inherent / Rest- / Voorspeld risico Risico Respons & beheersing - Beperken, vermijden, aanvaarden of overdragen - Maatregelen passend binnen de risicobereidheid 122 | 240 4.1 Risicobeheer: doelstellingen Als multinationale aanbieder van verzekeringen creëert Ageas waarde door een gepast en effectief beheer van verzekeringsrisico's, zowel op afzonderlijk als op algemeen portefeuilleniveau. In het kader van zijn verzekeringsactiviteiten biedt Ageas zowel Levens- als Niet- levensverzekeringen aan. Bijgevolg wordt het geconfronteerd met een aantal risico's die de verwezenlijking van bedrijfsdoelstellingen kunnen beïnvloeden. Ageas wil uitsluitend risico’s nemen: waarin het bedrijf een goed inzicht heeft. die het adequaat kan beoordelen en beheersen, hetzij op afzonderlijk niveau, hetzij op algemeen portefeuilleniveau. die het zich kan veroorloven (d.w.z. die binnen de risk appetite van Ageas blijven). die een acceptabele verhouding tussen risico en rendement vertonen (rekening houdend met het engagement van Ageas ten aanzien van zijn stakeholders, de samenleving en de waarden van zijn bedrijfs- en risicocultuur). De belangrijkste doelstellingen van het risicobeheer van Ageas zijn: Het nemen van risico is consistent met de strategie en met de risk appetite. Er gelden gepaste incentives die een gemeenschappelijk beeld van onze risicocultuur bevorderen. Er is tijdig geschikte en juiste informatie beschikbaar om een passende strategische besluitvorming mogelijk te maken. Er bestaat aantoonbaar een passende risicogovernance, die afdoende en doeltreffend is. Er geldt een passend beleidskader voor Enterprise Risk Management (ERM) (inclusief limieten en minimumnormen), dat wordt begrepen en dat verankerd is in de dagelijkse bedrijfsactiviteiten. Risicoprocessen zijn van hoge kwaliteit en efficiënt, waardoor een juiste en informatieve risicorapportage mogelijk is, die het besluitvormingsproces versterkt. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 4 Risicomanagement 123 | 240 Risicocultuur vormt een essentieel onderdeel van de algemene bedrijfscultuur die de Raad van Bestuur, het Management Committee en het Executive Committee van Ageas trachten te bevorderen en te verankeren. De risicocultuur van Ageas, die hierna wordt beschreven, vloeit voort uit de bedrijfscultuur van Ageas. De principes van de bedrijfscultuur en de belangrijkste componenten van de risicocultuur geven richting aan acties en beslissingen, en weerspiegelen de denkwijze en de houding die in de onderneming worden verwacht. De essentiële elementen van Ageas’ gewenste risico- (en bedrijfs)cultuur worden hierna weergegeven. Om het risicobewustzijn te bevorderen en de risicocultuurwaarden in de hele organisatie te verankeren, worden er in de hele Groep regelmatig risicotrainingen gegeven (bijv. over risicogebeurtenissen voorkomend in de risicoclassificatie van Ageas) en wordt er regelmatig over risico gecommuniceerd (bijv. via het intranet, via e-mail en via andere interne communicatiesoftware). 4.2 Risicomanagementkader Ageas definieert risico als de afwijking van verwachte resultaten die een impact kunnen hebben op de solvabiliteit, de inkomsten of de liquiditeit van Ageas, evenals op zijn bedrijfsdoelstellingen of toekomstige kansen. Ageas heeft een kader voor Enterprise Risk Management (‘ERM’) opgesteld en geïmplementeerd, geïnspireerd door COSO 4 ERM en interne controlekaders, dat de sleutelcomponenten omvat die de ondersteunende basis van het risicobeheersysteem vormen. ERM kan worden gedefinieerd als het proces waarbij kritieke risico's systematisch en uitvoerig worden geïdentificeerd, hun impact wordt beoordeeld en er geïntegreerde strategieën worden geïmplementeerd om een redelijke mate van zekerheid te verkrijgen dat de doelstellingen van de onderneming worden behaald. Het ERM-kader van Ageas (afgebeeld in het bovenstaande diagram) bepaalt de volgende doelstellingen op het hoogste niveau: Definieert een risk appetite om te waarborgen dat het risico op insolvabiliteit te allen tijde op redelijke niveaus gehandhaafd blijft en dat het risicoprofiel binnen de vastgestelde limieten blijft. Brengt een sterke cultuur van risicobewustzijn tot stand waarin managers hun plicht vervullen om inzicht te hebben in en zich bewust te zijn van de risico’s van hun activiteiten, deze risico’s adequaat beheren en hierover transparant rapporteren. Waarborgt identificatie & validatie, beoordeling & stellen van prioriteiten, vastleggen, bewaken en beheren van risico's die het behalen van strategische en bedrijfsdoelstellingen beïnvloeden of kunnen beïnvloeden. Ondersteunt het besluitvormingsproces door erop toe te zien dat informatie over risico’s tijdig beschikbaar is voor besluitvormers en consistent en betrouwbaar is. Verankert strategisch risicobeheer in het totale besluitvormingsproces. 4 Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway Commission. 123 Ageas Jaarverslag 2021 WAARDEN VAN ONZE RISICOCULTUUR ONZE BEDRIJFSWAARDEN We zijn ethisch en integer in alles wat we doen We hebben een gedeelde verantwoordelijkheid om onze cultuur van risicobewustzijn op alle niveaus te handhaven We bevorderen een omgeving van open communicatie en kritisch vragen stellen, waarbij mensen in besluitvormingsprocessen worden aangemoedigd om uiteenlopende standpunten in te nemen en waardoor hun betrokkenheid wordt vergroot We begrijpen zowel het goede (opwaartse risico) als het slechte (neerwaartse risico) dat uit onze beslissingen kan voortvloeien We nemen onze verantwoordelijkheid, leggen persoonlijk verantwoording af, nemen tijdig beslissingen en rapporteren transparant over de risico's die we nemen We hebben de juiste menselijke profielen, incentives, beloning en remuneratie die is afgestemd op onze gewenste risicocultuur WE CARE - we geven blijk van respect, helpen mensen rondom ons en blijven trouw aan onszelf WE DARE - we durven onze grenzen te verleggen en zijn niet bang om een kans te wagen WE DELIVER - we krijgen dingen voor elkaar en komen onze beloften na WE SHARE - we leren samen, we inspireren anderen en we delen ons succes met al onze stakeholders 124 | 240 4.3 Risicobeheer: organisatie en bestuur Een sterk en doeltreffend risicogovernancekader, ondersteund door een solide risicocultuur, is kritisch voor de totale effectiviteit van de risicomanagementmaatregelen van Ageas. De Raad van Bestuur is uiteindelijk verantwoordelijk voor het algemene Risicobeheer. Deze wordt in de uitvoering van zijn taken bijgestaan door verschillende belangrijke bestuursorganen zoals hieronder weergegeven en zoals verder in deze sectie wordt toegelicht (verantwoordelijkheden in verband met risicobeheer en interne controle worden in deze sectie uitgelegd – raadpleeg toelichting 'A.5 Corporate Governance Statement' van dit Jaarverslag voor meer informatie over governance in verband met de comités op het niveau van de Raad van Bestuur, het Executive Committee en het Management Committee.). 125 | 240 De volgende organen geven advies – uiteindelijk aan het Executive Committee en/of de Raad van Bestuur, tenzij ze expliciet van het Executive Committee en/of de Raad van Bestuur de opdracht hebben gekregen om voor specifieke taken beslissingen te nemen: Ageas Investment Committee Het Ageas Investment Committee (AGICO) adviseert het Executive Committee, bewaakt de algemene activablootstellingen en zorgt ervoor dat die risico’s in overeenstemming zijn met het risicokader en binnen de vastgestelde limieten worden beheerst. Het adviseert het management over beleggingsbeslissingen. Het is ook de rol van het AGICO om aanbevelingen te doen op het gebied van strategische activa-allocatie en Asset & Liability Management, en om de algemene beleggingsstrategie van de Groep te optimaliseren en ervoor te zorgen dat er maatregelen worden getroffen om risico's te beperken wanneer dat nodig is. Het AGICO is onderverdeeld in een Aziatisch deel en Europees deel zodat er aan elke regio gerichte aandacht wordt besteed. Ageas Risk Committee (ARC) Ageas Risk Committee (ARC) adviseert het Executive Committee over alle risicogerelateerde onderwerpen. Die commissie ziet erop toe dat alle risico´s die van invloed zijn op de verwezenlijking van strategische, operationele en financiële doelstellingen onmiddellijk worden geïdentificeerd, gemeten, beheerst, gerapporteerd en bewaakt (aan de hand van toereikende risk appetite-limieten). Ook zorgt de commissie ervoor dat er een toereikend bestuur en organisatie voor risicomanagement bestaat en dat men zich daaraan houdt (zoals voorgeschreven door het ERM-kader). De Chief Risk Officers en Chief Financial Officers van de Groep en de regionale en lokale CRO's en CFO's zijn lid van het ARC, zodat er bij beslissingen of aanbevelingen van het ARC rekening wordt gehouden met de visie en expertise van de activiteiten. De belangrijkste risicoaangelegenheden en methodieken worden herzien en bepaald door het Executive Committee en door de Raad van Bestuur. Het ARC wordt zelf geadviseerd door het Ageas Risk Forum over onderwerpen in verband met het risicobeheerkader en door de Model Control Board van Ageas, die ervoor zorgt dat er relevante modellen worden gehanteerd die geschikt zijn voor de taak waarvoor ze worden gebruikt. Ageas Risk Forum (ARF) Het Ageas Risk Forum (ARF) adviseert het Ageas Risk Committee over vraagstukken in verband met het Enterprise Risk Management-kader. De Risk Officers van de Groep en de regionale en lokale Risk Officers zijn lid van het ARF. Daardoor worden kennis en best practices uitgewisseld en kan het ERM-kader van de Groep verder worden ontwikkeld en voortdurend worden verbeterd. Waar gepast wordt het ARF zelf geadviseerd door risicotechnische commissies. Ageas Model Control Board (MCB) De Ageas Model Control Board (MCB) adviseert het Ageas Risk Committee over vraagstukken verbonden met de modellen en methodieken. De MCB bestaat uit Group Risk Model Managers en regionale en lokale vertegenwoordigers, wat een goede communicatie met de lokale Model Control Boards mogelijk maakt. Het MCB waarborgt dat de gebruikte modellen geschikt zijn en passen bij de taken waarvoor deze worden ingezet. Waar gepast wordt de MCB zelf geadviseerd door risicotechnische commissies. Een aparte MCB wordt georganiseerd voor de bespreking van specifieke modellen van Ageas NV/SA m.b.t. holding- en herverzekeringsactiviteiten. Risicotechnische commissies Risicotechnische commissies, zoals het Ageas Financial Risk Technical Committee, het Ageas Life Technical Committee, het Ageas Non Life Technical Committee en het Ageas Operational Risk Technical Committee fungeren als technisch deskundige organen. Zij zien toe op de consistentie van de methodieken en modellen die bij de lokale dochtermaatschappijen van Ageas worden toegepast. Zij verzamelen de bedrijfsvereisten en stemmen de Ageas Groep - platforms op elkaar af. Zo zorgen zij ervoor dat de relevante risicobeoordelingen zijn afgestemd op de bedrijfsvereisten en op de algemene reglementaire vereisten. De commissies fungeren verder als adviesorganen voor het ARF en de MCB. Group Risk Function De Group Risk Function, die valt onder de verantwoordelijkheid van de Group Chief Risk Officer (CRO), is verantwoordelijk is voor het bewaken van en verslag uitbrengen over het algehele risicoprofiel van de Groep, inclusief het totale risicoprofiel van de verzekeringsmaatschappijen. Die functie ontwikkelt, formuleert en implementeert het ERM-kader dat via regelmatig bijgewerkte risicobeleidslijnen wordt gedocumenteerd. De risicofunctie zorgt dat de totale modelgovernance geschikt is en houdt daarbij rekening met de opmerkingen van het onafhankelijke Model Validation-team van Ageas. De functie coördineert ook grote risicogerelateerde projecten. Group Risk (dat ook deel uitmaakt van het Duurzaamheidsnetwerk) volgt het onderwerp 'duurzaamheid' en houdt toezicht op ontwikkelingen zoals actieplannen van de Europese Commissie, de opinies van de EIOPA (European Insurance and Occupational Pensions Authority), verklaringen van toezichthouders en wijzigingen in regelgeving en bereidt passende acties voor. Informatiebeveiliging is een onderdeel van het ERM-kader. Het Executive Committee (ExCo) is uiteindelijk verantwoordelijk voor het beleid voor informatiebeveiliging en het ontwerp, de implementatie en de juiste uitvoering van de bijhorende controlemaatregelen. Het ExCo wijst de dagelijkse verantwoordelijkheid voor deze regelingen toe aan de Group Chief Information Security Officer (CISO), die binnen de Group Risk-organisatie verantwoording aflegt aan het senior management. De CISO op het niveau van de Groep en de lokale CISO's ontwikkelen en onderhouden de informatiebeveiligingsstrategie en het bijbehorende beleid dat het bestuurskader voor informatiebeveiliging ondersteunt, en coördineren informatiebeveiliging in de hele organisatie. De CISO op het niveau van de Groep en de lokale CISO's houden toezicht op de informatiebeveiligingsprogramma's en de hieraan gekoppelde initiatieven. Zij brengen minstens twee keer per jaar verslag uit over informatiebeveiligingsrisico's aan de desbetreffende stuurgroepen/ Risk Committees, het Executive Management en de Raad van Bestuur. ALGEMENE INFORMATIE 124 Ageas Jaarverslag 2021 Lokale DPO REGIO'S EN DOCHTER- MAAT- SCHAPPIJEN NIVEAU 3 GROEP NIVEAU 2 RAAD VAN BESTUUR NIVEAU 1 Lokale Compliance Lokale Audit RAAD VAN BESTUUR RISK & CAPITAL COMMITTEE Executive Committee (CEO, CFO, CRO, MDA & MDE) Management Committee AUDIT COMMITTEE Ageas Investment Committee Ageas Risk Committee Group Risk Function Group CISO Group Actuarial Function Validation Group DPO Group Compliance Group Audit Risicotechnische commissies Model Control Board Ageas Risk Forum Business Management Niveau 1 Risicoacceptatie Niveau 2 Risk / Compliance Control Niveau 3 Zekerheid Audit, Risk and Asset-Liability Management Committees Risico Management Netwerk (incl. regionale risicocoördinatoren, Risk oicers van lokale operationele entiteiten & CISO’s) Lokale Actuarial Function * Lokale CISO’s vallen functioneel onder het lokale risicobeheer. 124 | 240 4.3 Risicobeheer: organisatie en bestuur Een sterk en doeltreffend risicogovernancekader, ondersteund door een solide risicocultuur, is kritisch voor de totale effectiviteit van de risicomanagementmaatregelen van Ageas. De Raad van Bestuur is uiteindelijk verantwoordelijk voor het algemene Risicobeheer. Deze wordt in de uitvoering van zijn taken bijgestaan door verschillende belangrijke bestuursorganen zoals hieronder weergegeven en zoals verder in deze sectie wordt toegelicht (verantwoordelijkheden in verband met risicobeheer en interne controle worden in deze sectie uitgelegd – raadpleeg toelichting 'A.5 Corporate Governance Statement' van dit Jaarverslag voor meer informatie over governance in verband met de comités op het niveau van de Raad van Bestuur, het Executive Committee en het Management Committee.). 125 | 240 De volgende organen geven advies – uiteindelijk aan het Executive Committee en/of de Raad van Bestuur, tenzij ze expliciet van het Executive Committee en/of de Raad van Bestuur de opdracht hebben gekregen om voor specifieke taken beslissingen te nemen: Ageas Investment Committee Het Ageas Investment Committee (AGICO) adviseert het Executive Committee, bewaakt de algemene activablootstellingen en zorgt ervoor dat die risico’s in overeenstemming zijn met het risicokader en binnen de vastgestelde limieten worden beheerst. Het adviseert het management over beleggingsbeslissingen. Het is ook de rol van het AGICO om aanbevelingen te doen op het gebied van strategische activa-allocatie en Asset & Liability Management, en om de algemene beleggingsstrategie van de Groep te optimaliseren en ervoor te zorgen dat er maatregelen worden getroffen om risico's te beperken wanneer dat nodig is. Het AGICO is onderverdeeld in een Aziatisch deel en Europees deel zodat er aan elke regio gerichte aandacht wordt besteed. Ageas Risk Committee (ARC) Ageas Risk Committee (ARC) adviseert het Executive Committee over alle risicogerelateerde onderwerpen. Die commissie ziet erop toe dat alle risico´s die van invloed zijn op de verwezenlijking van strategische, operationele en financiële doelstellingen onmiddellijk worden geïdentificeerd, gemeten, beheerst, gerapporteerd en bewaakt (aan de hand van toereikende risk appetite-limieten). Ook zorgt de commissie ervoor dat er een toereikend bestuur en organisatie voor risicomanagement bestaat en dat men zich daaraan houdt (zoals voorgeschreven door het ERM-kader). De Chief Risk Officers en Chief Financial Officers van de Groep en de regionale en lokale CRO's en CFO's zijn lid van het ARC, zodat er bij beslissingen of aanbevelingen van het ARC rekening wordt gehouden met de visie en expertise van de activiteiten. De belangrijkste risicoaangelegenheden en methodieken worden herzien en bepaald door het Executive Committee en door de Raad van Bestuur. Het ARC wordt zelf geadviseerd door het Ageas Risk Forum over onderwerpen in verband met het risicobeheerkader en door de Model Control Board van Ageas, die ervoor zorgt dat er relevante modellen worden gehanteerd die geschikt zijn voor de taak waarvoor ze worden gebruikt. Ageas Risk Forum (ARF) Het Ageas Risk Forum (ARF) adviseert het Ageas Risk Committee over vraagstukken in verband met het Enterprise Risk Management-kader. De Risk Officers van de Groep en de regionale en lokale Risk Officers zijn lid van het ARF. Daardoor worden kennis en best practices uitgewisseld en kan het ERM-kader van de Groep verder worden ontwikkeld en voortdurend worden verbeterd. Waar gepast wordt het ARF zelf geadviseerd door risicotechnische commissies. Ageas Model Control Board (MCB) De Ageas Model Control Board (MCB) adviseert het Ageas Risk Committee over vraagstukken verbonden met de modellen en methodieken. De MCB bestaat uit Group Risk Model Managers en regionale en lokale vertegenwoordigers, wat een goede communicatie met de lokale Model Control Boards mogelijk maakt. Het MCB waarborgt dat de gebruikte modellen geschikt zijn en passen bij de taken waarvoor deze worden ingezet. Waar gepast wordt de MCB zelf geadviseerd door risicotechnische commissies. Een aparte MCB wordt georganiseerd voor de bespreking van specifieke modellen van Ageas NV/SA m.b.t. holding- en herverzekeringsactiviteiten. Risicotechnische commissies Risicotechnische commissies, zoals het Ageas Financial Risk Technical Committee, het Ageas Life Technical Committee, het Ageas Non Life Technical Committee en het Ageas Operational Risk Technical Committee fungeren als technisch deskundige organen. Zij zien toe op de consistentie van de methodieken en modellen die bij de lokale dochtermaatschappijen van Ageas worden toegepast. Zij verzamelen de bedrijfsvereisten en stemmen de Ageas Groep - platforms op elkaar af. Zo zorgen zij ervoor dat de relevante risicobeoordelingen zijn afgestemd op de bedrijfsvereisten en op de algemene reglementaire vereisten. De commissies fungeren verder als adviesorganen voor het ARF en de MCB. Group Risk Function De Group Risk Function, die valt onder de verantwoordelijkheid van de Group Chief Risk Officer (CRO), is verantwoordelijk is voor het bewaken van en verslag uitbrengen over het algehele risicoprofiel van de Groep, inclusief het totale risicoprofiel van de verzekeringsmaatschappijen. Die functie ontwikkelt, formuleert en implementeert het ERM-kader dat via regelmatig bijgewerkte risicobeleidslijnen wordt gedocumenteerd. De risicofunctie zorgt dat de totale modelgovernance geschikt is en houdt daarbij rekening met de opmerkingen van het onafhankelijke Model Validation-team van Ageas. De functie coördineert ook grote risicogerelateerde projecten. Group Risk (dat ook deel uitmaakt van het Duurzaamheidsnetwerk) volgt het onderwerp 'duurzaamheid' en houdt toezicht op ontwikkelingen zoals actieplannen van de Europese Commissie, de opinies van de EIOPA (European Insurance and Occupational Pensions Authority), verklaringen van toezichthouders en wijzigingen in regelgeving en bereidt passende acties voor. Informatiebeveiliging is een onderdeel van het ERM-kader. Het Executive Committee (ExCo) is uiteindelijk verantwoordelijk voor het beleid voor informatiebeveiliging en het ontwerp, de implementatie en de juiste uitvoering van de bijhorende controlemaatregelen. Het ExCo wijst de dagelijkse verantwoordelijkheid voor deze regelingen toe aan de Group Chief Information Security Officer (CISO), die binnen de Group Risk-organisatie verantwoording aflegt aan het senior management. De CISO op het niveau van de Groep en de lokale CISO's ontwikkelen en onderhouden de informatiebeveiligingsstrategie en het bijbehorende beleid dat het bestuurskader voor informatiebeveiliging ondersteunt, en coördineren informatiebeveiliging in de hele organisatie. De CISO op het niveau van de Groep en de lokale CISO's houden toezicht op de informatiebeveiligingsprogramma's en de hieraan gekoppelde initiatieven. Zij brengen minstens twee keer per jaar verslag uit over informatiebeveiligingsrisico's aan de desbetreffende stuurgroepen/ Risk Committees, het Executive Management en de Raad van Bestuur. 125 Ageas Jaarverslag 2021 126 | 240 Group Data Protection Function De functionaris voor gegevensbescherming (Data Protection Officer - DPO) is een onafhankelijke functie die het management ondersteunt met betrekking tot de verantwoordelijkheid om naleving van de GDPR (AVG) te waarborgen. De DPO bewaakt de naleving van de AVG en ook van andere wetgeving en regulering inzake gegevensbescherming (inbegrepen de interne Ageas richtlijnen) via passende beheerstructuren en controlemaatregelen, en voert analyses uit van beveiligings- privacy- en gegevensbeschermingsrisico's. De resultaten van die analyses worden minstens één keer per jaar gerapporteerd aan de Raad van Bestuur. De DPO escaleert issues naar de lokale toezichthouder voor gegevensbescherming indien duidelijk wordt dat de entiteit persoonsgegevens zal verwerken die schade en/of bezorgdheid bij de betrokkenen kunnen veroorzaken. De DPO organiseert ook opleidingsprogramma's voor medewerkers om ervoor te zorgen dat ze hun verantwoordelijkheden en plichten binnen de entiteit begrijpen. Group Actuarial Function Een onafhankelijke functie die rechtstreeks onder de CRO valt om de samenwerking met het risicobeheersysteem te faciliteren. De belangrijkste taak van de Actuarial Function is het verstrekken van actuariële beoordelingen wat betreft drie belangrijke onderwerpen (technische voorzieningen, onderschrijving en herverzekering) en coördineert daarnaast de berekening van technische voorzieningen en waarborgt een afdoende mate aan consistentie binnen de hele Groep. Group Compliance Function Een onafhankelijke controlefunctie binnen Ageas die ernaar streeft om een redelijke mate van zekerheid te verschaffen dat de onderneming en haar werknemers voldoen aan de wetgeving, regelgeving, interne regels en ethische normen. Group Internal Audit Function De interne auditfunctie draagt bij aan de verwezenlijking van de doelstellingen van Ageas door professionele en onafhankelijke zekerheid te verschaffen over het effectieve karakter van procedures voor bestuur risicobeheer en controle. Als en wanneer dat gepast is, formuleert Audit aanbevelingen om die procedures te optimaliseren. Lokale Operationele Entiteiten of entiteiten waarover de groep de controle heeft (OpCo’s) Elke OpCo is verantwoordelijk voor de aanwezigheid van een allesomvattend kader voor risicobeheer en voor het beheer van de risico's binnen de limieten, het beleid en de richtlijnen vastgesteld door toezichthouders, de Ageas Groep en zijn lokale Raad van Bestuur. Daarnaast heeft elke OpCo verplicht: een Risk Committee en een Audit Committee die de Raad van Bestuur bijstaan in het toezicht. een Management Risk Committee, dat ondersteuning biedt aan het eigen managementteam door ervoor te zorgen dat de belangrijkste risico’s goed doorgrond worden en dat de juiste risicobeheerprocedures van kracht zijn. een ALM Committee dat marktrisico’s volgt zodat deze risico’s worden beheerst in overeenstemming met het risicokader en binnen de afgesproken limieten, en om specifieke beslissingen te nemen of aanbevelingen te doen over ALM. een lokale Model Control Board die afstemt met de MCB van Ageas. een Risicofunctie (of Risk Officer) die de werkzaamheden van het Risk Committee ondersteunt en de risicorapportage verzorgt en opinies verstrekt aan de lokale CEO, de lokale Raad van Bestuur en het management van de Ageas Groep. een Actuariële Functie in overeenstemming met de reglementaire vereisten van Solvency II. een Compliancefunctie die het bestuurs- of leidinggevend orgaan adviseert over de naleving van wettelijke en administratieve bepalingen en over het beleid op groepsniveau en op lokaal niveau indien daarin aanvullende eisen worden gesteld. Compliance onderzoekt de mogelijke impact van veranderingen in de wettelijke omgeving op de activiteiten van de betrokken onderneming en signaleert compliancerisico’s. een Chief Information Security Officer (CISO) die het lokale senior management ondersteunt. een functionaris voor gegevensbescherming die aan het hoogste lokale managementniveau rapporteert en de contactpersoon voor de lokale toezichthouder voor gegevensbescherming is. een Interne Auditfunctie die de adequaatheid en doeltreffendheid van het interne beheersingssysteem en overige elementen van het risicobeheerssysteem evalueert. 127 | 240 4.3.1 Drie 'lines of defence' Ageas heeft een model met drie ‘lines of defence’ geïmplementeerd – de drie lijnen hebben allemaal als uiteindelijk doel om het bedrijf te helpen zijn doelstellingen te behalen en tegelijkertijd risico's doeltreffend te beheren. ALGEMENE INFORMATIE 126 Ageas Jaarverslag 2021 126 | 240 Group Data Protection Function De functionaris voor gegevensbescherming (Data Protection Officer - DPO) is een onafhankelijke functie die het management ondersteunt met betrekking tot de verantwoordelijkheid om naleving van de GDPR (AVG) te waarborgen. De DPO bewaakt de naleving van de AVG en ook van andere wetgeving en regulering inzake gegevensbescherming (inbegrepen de interne Ageas richtlijnen) via passende beheerstructuren en controlemaatregelen, en voert analyses uit van beveiligings- privacy- en gegevensbeschermingsrisico's. De resultaten van die analyses worden minstens één keer per jaar gerapporteerd aan de Raad van Bestuur. De DPO escaleert issues naar de lokale toezichthouder voor gegevensbescherming indien duidelijk wordt dat de entiteit persoonsgegevens zal verwerken die schade en/of bezorgdheid bij de betrokkenen kunnen veroorzaken. De DPO organiseert ook opleidingsprogramma's voor medewerkers om ervoor te zorgen dat ze hun verantwoordelijkheden en plichten binnen de entiteit begrijpen. Group Actuarial Function Een onafhankelijke functie die rechtstreeks onder de CRO valt om de samenwerking met het risicobeheersysteem te faciliteren. De belangrijkste taak van de Actuarial Function is het verstrekken van actuariële beoordelingen wat betreft drie belangrijke onderwerpen (technische voorzieningen, onderschrijving en herverzekering) en coördineert daarnaast de berekening van technische voorzieningen en waarborgt een afdoende mate aan consistentie binnen de hele Groep. Group Compliance Function Een onafhankelijke controlefunctie binnen Ageas die ernaar streeft om een redelijke mate van zekerheid te verschaffen dat de onderneming en haar werknemers voldoen aan de wetgeving, regelgeving, interne regels en ethische normen. Group Internal Audit Function De interne auditfunctie draagt bij aan de verwezenlijking van de doelstellingen van Ageas door professionele en onafhankelijke zekerheid te verschaffen over het effectieve karakter van procedures voor bestuur risicobeheer en controle. Als en wanneer dat gepast is, formuleert Audit aanbevelingen om die procedures te optimaliseren. Lokale Operationele Entiteiten of entiteiten waarover de groep de controle heeft (OpCo’s) Elke OpCo is verantwoordelijk voor de aanwezigheid van een allesomvattend kader voor risicobeheer en voor het beheer van de risico's binnen de limieten, het beleid en de richtlijnen vastgesteld door toezichthouders, de Ageas Groep en zijn lokale Raad van Bestuur. Daarnaast heeft elke OpCo verplicht: een Risk Committee en een Audit Committee die de Raad van Bestuur bijstaan in het toezicht. een Management Risk Committee, dat ondersteuning biedt aan het eigen managementteam door ervoor te zorgen dat de belangrijkste risico’s goed doorgrond worden en dat de juiste risicobeheerprocedures van kracht zijn. een ALM Committee dat marktrisico’s volgt zodat deze risico’s worden beheerst in overeenstemming met het risicokader en binnen de afgesproken limieten, en om specifieke beslissingen te nemen of aanbevelingen te doen over ALM. een lokale Model Control Board die afstemt met de MCB van Ageas. een Risicofunctie (of Risk Officer) die de werkzaamheden van het Risk Committee ondersteunt en de risicorapportage verzorgt en opinies verstrekt aan de lokale CEO, de lokale Raad van Bestuur en het management van de Ageas Groep. een Actuariële Functie in overeenstemming met de reglementaire vereisten van Solvency II. een Compliancefunctie die het bestuurs- of leidinggevend orgaan adviseert over de naleving van wettelijke en administratieve bepalingen en over het beleid op groepsniveau en op lokaal niveau indien daarin aanvullende eisen worden gesteld. Compliance onderzoekt de mogelijke impact van veranderingen in de wettelijke omgeving op de activiteiten van de betrokken onderneming en signaleert compliancerisico’s. een Chief Information Security Officer (CISO) die het lokale senior management ondersteunt. een functionaris voor gegevensbescherming die aan het hoogste lokale managementniveau rapporteert en de contactpersoon voor de lokale toezichthouder voor gegevensbescherming is. een Interne Auditfunctie die de adequaatheid en doeltreffendheid van het interne beheersingssysteem en overige elementen van het risicobeheerssysteem evalueert. 127 | 240 4.3.1 Drie 'lines of defence' Ageas heeft een model met drie ‘lines of defence’ geïmplementeerd – de drie lijnen hebben allemaal als uiteindelijk doel om het bedrijf te helpen zijn doelstellingen te behalen en tegelijkertijd risico's doeltreffend te beheren. 127 Ageas Jaarverslag 2021 Implementeert het Enterprise Risk Management-kader Inbedt een gepaste risicocultuur Identificeert de risico's, aanvaardt de verantwoordelijk- heid voor de risico's, meet en beheert de risico's binnen de activiteiten en zorgt ervoor dat Ageas niet lijdt onder onverwachte gebeurtenissen Implementeert beleidslijnen en controlemaatregelen om risico's te beheren (in lijn met de vereisten en de ‘risk appetite’ van de Groep), en zorgt voor een eectieve dagelijkse werking Identificeert en implementeert maatregelen om bestaande en dreigende risico's te beheren Rapporteert over risicobeheer en analyseert hoe groot de kans is dat belangrijke bedrijfsdoelstellingen worden verwezenlijkt Toont aan de Raad van Bestuur en de toezichthouder aan dat de risicocontrolemaatregelen gepast en eectief zijn Naleving van de reglementering Biedt het senior management en de Raad van Bestuur een redelijke mate van onafhankelijke bevestiging over de toereikendheid en doeltreendheid van governance, risicobeheer en controlemaatregelen Adviseert het senior management en de Raad van Bestuur over het bepalen van de strategie op het hoogste niveau en de aggregatie van de ‘risk appetite’ Opstelling en onderhoud van het Enterprise Risk Management-kader Faciliteert, beoordeelt en bewaakt de doeltreende werking van het risicobeheersysteem Verstrekt opleidingen en training over risico's Treedt op als een onafhankelijke risicoadviseur Houdt toezicht op en stelt kritische vragen bij belangrijke risico's en hoe die worden gemeten en beheerd Houdt toezicht op de naleving van de ‘risk appetite’ en beleidslijnen Houdt toezicht op het eectieve gebruik van risicoprocedures en -controlemaatregelen Controleert de naleving van de reglementering en informeert het bedrijf over de vereisten DERDE 'LINE OF DEFENCE' (Interne Audit) EERSTE ‘LINE OF DEFENCE’ (Eigenaar) TWEEDE ‘LINE OF DEFENCE’ (Risk Management, Compliance, DPO, CISO and Actuarial Function) 128 | 240 4.4 Doelstellingen kapitaalbeheer Kapitaal is een schaars en strategisch middel. Een duidelijk gedefinieerde, zorgvuldige en gedisciplineerde managementbenadering is noodzakelijk om de efficiënte en effectieve inzet ervan te waarborgen. De kapitaalbeheerbenadering die Ageas volgt, beoogt om de behoeften en eisen van alle stakeholders inclusief aandeelhouders, schuldbeleggers, toezichthouders, ratingbureaus en klanten tegen elkaar af te wegen. De belangrijkste doelstellingen van kapitaalbeheer bij Ageas zijn: optimalisatie van de structuur, samenstelling en allocatie van kapitaal binnen Ageas. waarborgen van waardecreatie door het financieren van winstgevende groei, evenals bescherming van de levensvatbaarheid en winstgevendheid van de onderneming. waarborgen van optimale dividendniveau's, zowel voor de Groep als voor de dochtermaatschappijen. 4.4.1 Kapitaalbeheerkader De doelstellingen van Ageas op het vlak van kapitaalbeheer moeten worden gerealiseerd door het volgen van duidelijk gedefinieerde processen. Deze worden bepaald door een duidelijk gedefinieerd beleid en procedures, om ervoor te zorgen dat de kapitaalbeheerpraktijken binnen de Groep en de OpCo's begrepen, gedocumenteerd en bewaakt worden (met indien noodzakelijk corrigerende maatregelen). Het kapitaalbeheerkader van Ageas definieert regels en principes op het vlak van deze aspecten: Kapitaalplanning, d.w.z. het kapitaalniveau dat de Groep nastreeft definiëren, hetgeen wordt bepaald door: . Wettelijke vereisten en verwachte veranderingen. . Regelgevingsvereisten en verwachte veranderingen. . Groeiambities en toekomstige kapitaalverbintenissen. . Het risk appetite-beleid. Allocatie van kapitaal d.w.z. vaststellen welk kapitaalgebruik Ageas voorziet, hetgeen wordt bepaald door: . Optimalisering van risico/rendement. . Het dividendbeleid (en toekomstige kapitaalverhogingen). Kapitaalstructurering, d.w.z. behoud van een efficiënt evenwicht tussen eigen en vreemd vermogen. Kapitaalbeheergovernance, d.w.z. vaststellen van duidelijke taken en verantwoordelijkheden voor mensen en besluitvormingsorganen die bij kapitaalbeheerprocessen zijn betrokken. 4.5 Beoordelen van solvabiliteit en kapitaal 4.5.1 Het meten van kapitaalvereisten Onder Solvency II gebruikt Ageas het Partieel Intern Model (PIM) om zijn Solvency-kapitaalvereisten te meten onder Pijler 1. Het PIM combineert de standaardformule van Solvency II met het Intern Model voor het verzekeringstechnisch risico Niet-Leven van de belangrijkste entiteiten binnen die business. Ageas vult de Pijler I PIM aan met een eigen interne analyse om zijn Solvency-kapitaalvereisten te meten (de SCR ageas genoemd) onder Pijler 2. Naast het Partieel Intern Model voor Niet-leven verfijnt de SCRageas de Standaardformule met de volgende elementen: herziene behandeling van spreadrisico. opname van de fundamentele spread voor blootstellingen aan EU- overheden (en gelijkwaardig). uitsluiting van niet-fundamentele spread op andere schuld. intern model Real Estate uitsluiting van overgangsmaatregelen. Deze SCR ageas wordt daarna vergeleken met het in aanmerking komende eigen vermogen om de algehele kapitaaltoereikendheid van de Groep te bepalen en de Solvency II ageas ratio vast te stellen. Raadpleeg voor meer informatie over Solvency II, toelichting 5 Regelgevend toezicht en solvabiliteit. De algehele kapitaalvereisten worden elk kwartaal en elk jaar op Groepsniveau gecontroleerd: via een Solvabiliteits- en Kapitaalrapport op kwartaalbasis, zorgt de Raad van Bestuur van Ageas ervoor dat de kapitaaltoereikendheid op nettobasis wordt bereikt. de Raad van Bestuur van Ageas beoordeelt en stuurt eveneens proactief de kapitaaltoereikendheid van de Groep aan op een meerjarenbasis, waarbij rekening wordt gehouden met de strategie en voorspelde zakelijke cijfers en risicoveronderstellingen. Dit wordt gedaan aan de hand van een proces dat 'Own Risk & Solvency Assessment' (beoordeling van het eigen risico en de solvabiliteit) wordt genoemd en dat wordt ingebed in het meerjarige begrotings- en planningsproces van Ageas. 4.5.2 Risk appetite-kader Het risk appetite-kader bestaat uit criteria die worden gebruikt om de bereidwilligheid van het management te formuleren om risico te nemen in een specifiek domein. Het risk appetite-kader van Ageas is van toepassing op alle dochtermaatschappijen van Ageas (gedefinieerd als entiteiten waarin Ageas, rechtstreeks of niet rechtstreeks aandeelhouder is en de operationele zeggenschap heeft), en op basis van een inspanningsverplichting op gelieerde ondernemingen (gedefinieerd als entiteiten waarin Ageas, rechtstreeks of niet rechtstreeks aandeelhouder is maar niet de operationele zeggenschap heeft). Het risk appetite-kader moet er vooral voor zorgen dat: de blootstelling aan een aantal belangrijke risico’s van elke Opco en de Groep als geheel binnen gekende, aanvaardbare en gecontroleerde niveaus blijft. de risk appetite-criteria duidelijk worden gedefinieerd zodat de werkelijke blootstellingen en activiteiten kunnen worden vergeleken met de criteria die op het niveau van de Raad van Bestuur werden goedgekeurd, waardoor risico's kunnen worden opgevolgd en waardoor kan worden bevestigd dat risico’s worden beheerst en dat de Raad van Bestuur in staat en bereid is om deze blootstellingen te aanvaarden. de risicolimieten op een transparante en duidelijke manier worden verbonden aan de feitelijke risicocapaciteit van een Opco en de Groep. 129 | 240 Gezien hun belang voor de operationele continuïteit van Ageas en het vermogen om zijn verplichtingen ten opzichte van zijn stakeholders te vervullen, worden de volgende criteria vooropgesteld: Solvabiliteit . De Risk Consumption (RC, zijnde het niveau van bufferkapitaal dat wordt verbruikt door het huidige risicoprofiel, in overeenstemming met een verlies van 1 op 30 jaar) blijft onder het budget voor Risk Appetite (RA) van Ageas, bepaald op 40% van het Eigen Vermogen (EV), na aftrek van verwachte dividenden. . De Capital Consumption (CC) blijft onder het Target Capital (TC), vastgesteld op 175% van de SCRageas. Winsten . De afwijking van de gebudgetteerde IFRS-winst per einde jaar als gevolg van een gecombineerde 1/10 financiële verliesgebeurtenis blijft beperkt tot 100%. . Met het volgende vroegtijdige waarschuwingsmechanisme: De afwijking van de voorspelde IFRS-winst per einde jaar (of gebudgetteerde IFRS-winst indien de prognose lager is dan het budget) als gevolg van een gecombineerde 1/10 financiële verliesgebeurtenis blijft beperkt tot 100%. Liquiditeit. . De liquiditeitsratio volgens het basisscenario bedraagt ten minste 100%. . De liquiditeitsratio volgens het stressscenario bedraagt ten minste 100%. 4.6 Risicoclassificatie Om een consistente en alomvattende benadering van risico-identificatie te waarborgen, heeft Ageas een risicoclassificatie gedefinieerd voor de belangrijkste risico's waar de Groep mee geconfronteerd kan worden. De risicoclassificatie (hierna) ligt in lijn met de risicocategorieën van Solvency II, hetgeen de afstemming van interne en externe rapportages vergemakkelijkt. ALGEMENE INFORMATIE 128 Ageas Jaarverslag 2021 128 | 240 4.4 Doelstellingen kapitaalbeheer Kapitaal is een schaars en strategisch middel. Een duidelijk gedefinieerde, zorgvuldige en gedisciplineerde managementbenadering is noodzakelijk om de efficiënte en effectieve inzet ervan te waarborgen. De kapitaalbeheerbenadering die Ageas volgt, beoogt om de behoeften en eisen van alle stakeholders inclusief aandeelhouders, schuldbeleggers, toezichthouders, ratingbureaus en klanten tegen elkaar af te wegen. De belangrijkste doelstellingen van kapitaalbeheer bij Ageas zijn: optimalisatie van de structuur, samenstelling en allocatie van kapitaal binnen Ageas. waarborgen van waardecreatie door het financieren van winstgevende groei, evenals bescherming van de levensvatbaarheid en winstgevendheid van de onderneming. waarborgen van optimale dividendniveau's, zowel voor de Groep als voor de dochtermaatschappijen. 4.4.1 Kapitaalbeheerkader De doelstellingen van Ageas op het vlak van kapitaalbeheer moeten worden gerealiseerd door het volgen van duidelijk gedefinieerde processen. Deze worden bepaald door een duidelijk gedefinieerd beleid en procedures, om ervoor te zorgen dat de kapitaalbeheerpraktijken binnen de Groep en de OpCo's begrepen, gedocumenteerd en bewaakt worden (met indien noodzakelijk corrigerende maatregelen). Het kapitaalbeheerkader van Ageas definieert regels en principes op het vlak van deze aspecten: Kapitaalplanning, d.w.z. het kapitaalniveau dat de Groep nastreeft definiëren, hetgeen wordt bepaald door: . Wettelijke vereisten en verwachte veranderingen. . Regelgevingsvereisten en verwachte veranderingen. . Groeiambities en toekomstige kapitaalverbintenissen. . Het risk appetite-beleid. Allocatie van kapitaal d.w.z. vaststellen welk kapitaalgebruik Ageas voorziet, hetgeen wordt bepaald door: . Optimalisering van risico/rendement. . Het dividendbeleid (en toekomstige kapitaalverhogingen). Kapitaalstructurering, d.w.z. behoud van een efficiënt evenwicht tussen eigen en vreemd vermogen. Kapitaalbeheergovernance, d.w.z. vaststellen van duidelijke taken en verantwoordelijkheden voor mensen en besluitvormingsorganen die bij kapitaalbeheerprocessen zijn betrokken. 4.5 Beoordelen van solvabiliteit en kapitaal 4.5.1 Het meten van kapitaalvereisten Onder Solvency II gebruikt Ageas het Partieel Intern Model (PIM) om zijn Solvency-kapitaalvereisten te meten onder Pijler 1. Het PIM combineert de standaardformule van Solvency II met het Intern Model voor het verzekeringstechnisch risico Niet-Leven van de belangrijkste entiteiten binnen die business. Ageas vult de Pijler I PIM aan met een eigen interne analyse om zijn Solvency-kapitaalvereisten te meten (de SCR ageas genoemd) onder Pijler 2. Naast het Partieel Intern Model voor Niet-leven verfijnt de SCRageas de Standaardformule met de volgende elementen: herziene behandeling van spreadrisico. opname van de fundamentele spread voor blootstellingen aan EU- overheden (en gelijkwaardig). uitsluiting van niet-fundamentele spread op andere schuld. intern model Real Estate uitsluiting van overgangsmaatregelen. Deze SCR ageas wordt daarna vergeleken met het in aanmerking komende eigen vermogen om de algehele kapitaaltoereikendheid van de Groep te bepalen en de Solvency II ageas ratio vast te stellen. Raadpleeg voor meer informatie over Solvency II, toelichting 5 Regelgevend toezicht en solvabiliteit. De algehele kapitaalvereisten worden elk kwartaal en elk jaar op Groepsniveau gecontroleerd: via een Solvabiliteits- en Kapitaalrapport op kwartaalbasis, zorgt de Raad van Bestuur van Ageas ervoor dat de kapitaaltoereikendheid op nettobasis wordt bereikt. de Raad van Bestuur van Ageas beoordeelt en stuurt eveneens proactief de kapitaaltoereikendheid van de Groep aan op een meerjarenbasis, waarbij rekening wordt gehouden met de strategie en voorspelde zakelijke cijfers en risicoveronderstellingen. Dit wordt gedaan aan de hand van een proces dat 'Own Risk & Solvency Assessment' (beoordeling van het eigen risico en de solvabiliteit) wordt genoemd en dat wordt ingebed in het meerjarige begrotings- en planningsproces van Ageas. 4.5.2 Risk appetite-kader Het risk appetite-kader bestaat uit criteria die worden gebruikt om de bereidwilligheid van het management te formuleren om risico te nemen in een specifiek domein. Het risk appetite-kader van Ageas is van toepassing op alle dochtermaatschappijen van Ageas (gedefinieerd als entiteiten waarin Ageas, rechtstreeks of niet rechtstreeks aandeelhouder is en de operationele zeggenschap heeft), en op basis van een inspanningsverplichting op gelieerde ondernemingen (gedefinieerd als entiteiten waarin Ageas, rechtstreeks of niet rechtstreeks aandeelhouder is maar niet de operationele zeggenschap heeft). Het risk appetite-kader moet er vooral voor zorgen dat: de blootstelling aan een aantal belangrijke risico’s van elke Opco en de Groep als geheel binnen gekende, aanvaardbare en gecontroleerde niveaus blijft. de risk appetite-criteria duidelijk worden gedefinieerd zodat de werkelijke blootstellingen en activiteiten kunnen worden vergeleken met de criteria die op het niveau van de Raad van Bestuur werden goedgekeurd, waardoor risico's kunnen worden opgevolgd en waardoor kan worden bevestigd dat risico’s worden beheerst en dat de Raad van Bestuur in staat en bereid is om deze blootstellingen te aanvaarden. de risicolimieten op een transparante en duidelijke manier worden verbonden aan de feitelijke risicocapaciteit van een Opco en de Groep. 129 | 240 Gezien hun belang voor de operationele continuïteit van Ageas en het vermogen om zijn verplichtingen ten opzichte van zijn stakeholders te vervullen, worden de volgende criteria vooropgesteld: Solvabiliteit . De Risk Consumption (RC, zijnde het niveau van bufferkapitaal dat wordt verbruikt door het huidige risicoprofiel, in overeenstemming met een verlies van 1 op 30 jaar) blijft onder het budget voor Risk Appetite (RA) van Ageas, bepaald op 40% van het Eigen Vermogen (EV), na aftrek van verwachte dividenden. . De Capital Consumption (CC) blijft onder het Target Capital (TC), vastgesteld op 175% van de SCRageas. Winsten . De afwijking van de gebudgetteerde IFRS-winst per einde jaar als gevolg van een gecombineerde 1/10 financiële verliesgebeurtenis blijft beperkt tot 100%. . Met het volgende vroegtijdige waarschuwingsmechanisme: De afwijking van de voorspelde IFRS-winst per einde jaar (of gebudgetteerde IFRS-winst indien de prognose lager is dan het budget) als gevolg van een gecombineerde 1/10 financiële verliesgebeurtenis blijft beperkt tot 100%. Liquiditeit. . De liquiditeitsratio volgens het basisscenario bedraagt ten minste 100%. . De liquiditeitsratio volgens het stressscenario bedraagt ten minste 100%. 4.6 Risicoclassificatie Om een consistente en alomvattende benadering van risico-identificatie te waarborgen, heeft Ageas een risicoclassificatie gedefinieerd voor de belangrijkste risico's waar de Groep mee geconfronteerd kan worden. De risicoclassificatie (hierna) ligt in lijn met de risicocategorieën van Solvency II, hetgeen de afstemming van interne en externe rapportages vergemakkelijkt. 129 Ageas Jaarverslag 2021 TOTALE RISICO’S RISICO TAXONOMIE FINANCIELE RISICO'S VERZEKERINGS- RISICO’S OPERATIONELE RISICO'S STRATEGISCHE & BEDRIJFSRISICO'S Marktrisico Wanbetalingsrisico Liquiditeitsrisico (activa & passiva) Risico van immateriële activa Arbeidspraktijken en veiligheid op de werkvloer Uitvoering, oplevering en procesmanagement Technologie Interne fraude Externe fraude Schade aan materiële activa (incl. fysieke beveiliging) Klanten, producten, bedrijfs- en juridische praktijken Gedrag Naleving van de regelgeving Derden Wettelijke rapportage, informatieverschaing en belastingen Bedrijfscontinuïteit, crisismanagement en operationele weerbaarheid Gegevensbeheer Informatiebeveiliging (incl. computerbeveiliging) Model Strategisch risico Veranderingsrisico Bedrijfstakrisico Systeemrisico Duurzaamheidsrisico Levensverzekeringsrisico Verzekeringsrisico niet-leven Gezondheidsrisico 130 | 240 De risico-in-uitvoeringscyclus (afgebeeld in de illustratie van het ERM- kader, sectie 4.1) en de risicoclassificatie zijn fundamenteel voor ons rapportageproces aangaande de belangrijkste risico's (Key Risk Reporting of KRR) en ons rapportageproces aangaande dreigende risico's (Emerging Risk Reporting of ERR). 4.6.1 Key Risk Reporting (KRR) KRR bestaat uit een systematische benadering om de belangrijkste (bestaande) risico's te identificeren en te beperken die een bedreiging vormen voor de verwezenlijking van de zakelijke en strategische doelstellingen van Ageas. Het proces houdt rekening met alle soorten risico's in onze risicotaxonomie om de belangrijkste risico's te identificeren, de risico-oorzaken te analyseren en de geschikte strategieën voor risicorespons toe te passen. Tijdens dit proces worden geïdentificeerde risico's beoordeeld en beheerd met behulp van de risicoratingmethodiek van Ageas. Waarschijnlijkheids- en impactcriteria (financieel en niet-financieel) worden gebruikt om de mate van zorgwekkendheid te bepalen die aangeeft wanneer er maatregelen moeten worden genomen. Elke Opco, in voorkomend geval ook rekening houdend met gelieerde ondernemingen, evalueert de belangrijkste risico’s ten minste één keer per kwartaal en de belangrijkste risico’s worden ook op groepsniveau bewaakt en gerapporteerd. De belangrijkste resultaten van het proces worden gedocumenteerd in een driemaandelijks Group Top Risk Report. De belangrijkste risico's waarmee Ageas in 2021 te maken kreeg, zijn: volatiele / ongunstige marktschommelingen (met inbegrip van gevolgen van de coronapandemie). renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente gecombineerd met massaal verval. risico van hogere inflatie. risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming). Volatiele / ongunstige marktschommelingen (met inbegrip van gevolgen van de coronapandemie). Door de coronapandemie en de onzekerheid van het herstel daarvan (met inbegrip van de inflatie en problemen in verband met de toeleveringsketens) zijn volatiele / ongunstige marktschommelingen toegenomen. Na de ongekende en massale interventies van centrale banken en regeringen om een aantal van de economische en financiële gevolgen van de pandemie te helpen stabiliseren, worden steunmaatregelen stilaan afgebouwd. De gevolgen van hogere tekorten en schulden zijn moeilijk in te schatten en te meten. De evolutie van de coronacrisis en de gevolgen daarvan zijn in heel 2021 op de voet gevolgd en geëvalueerd, en entiteiten van Ageas hebben zowel financiële als operationele veerkracht getoond te midden van de verontrustende omstandigheden die door de pandemie zijn veroorzaakt. Renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente gecombineerd met massaal verval . De centrale banken in geavanceerde economieën kunnen de rente laag houden, aangezien overheden worstelen met het beheer van hun hogere schuldenlast. Sommige zullen in de toekomst wellicht een hogere inflatie tolereren om dat doel te bereiken. Het grootste risico is een plotse stijging van de inflatie zonder een stijging van de nominale rentevoeten (een daling van de reële rentevoeten). Ondanks de stijging die tijdens de eerste drie kwartalen van 2021 werd waargenomen, bevindt de rente zich nog steeds op een historisch laag/negatief niveau, onder andere omdat de coronacrisis neerwaartse druk uitoefent en als gevolg van het daarmee verband houdende monetaire beleid, wat de evenwichten waarop het bedrijfsmodel van levensverzekeringen gebaseerd is, verder onder druk zet. Door deze economische onzekerheden ontstaat het risico van potentiële verliezen door schommelingen in spreads, correcties van de aandelenmarkt, wanbetaling van tegenpartijen, ratingverlagingen voor de beleggingsportefeuille, en makelaars en klanten die hun schulden mogelijk niet kunnen aflossen. Ageas heeft maatregelen genomen om de blootstelling aan dit risico te beperken. Risico van hogere inflatie Belangrijke economieën worden momenteel geconfronteerd met een inflatie die flink boven de doelstellingen van de centrale bank ligt. Men is het er nog niet over eens of de stijging tijdelijk is en het gevolg van logistieke problemen door de heropening van de wereldwijde economie, of dat het een langduriger effect betreft. De algemene stijging van de inflatie is deels een gevolg van het economische herstel dat de laatste tijd wordt waargenomen, dat zich moet aanpassen aan de (waarschijnlijk tijdelijke) knelpunten in de productie- en transportprocessen tijdens de lockdownperioden. Tegelijkertijd zijn er andere factoren die bij dit fenomeen duidelijk een rol spelen, zoals de energiecrisis: hoewel de energieprijzen in het verleden vaak in vrijwel hetzelfde tempo daalden als stegen, zouden factoren zoals het klimaatakkoord van Parijs, de Europese Green Deal, geopolitieke spanningen (bijv. Oekraïne-Rusland, VS, ...), verschillende landen die een verschillend energiebeleid voeren, ... kunnen betekenen dat de prijzen van fossiele brandstof hoog blijven en mogelijk zelfs blijven stijgen. Een plotse stijging van de inflatie (door het economische herstel na de coronacrisis) die niet onmiddellijk gevolgd wordt door een stijging van de nominale rentevoeten (waardoor de reële rentevoeten dalen), wordt voor verzekeraars als een extra risico beschouwd. Er is voor de ORSA in 2021 een stresstest uitgevoerd. Informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming) Terwijl de wereldwijde focus op de pandemie blijft liggen, blijven cybercriminelen inspanningen leveren om de situatie uit te buiten. Door de coronacrisis werkt het grootste deel van het personeel van onze Opco’s en JV's van thuis uit, waardoor we mogelijk kwetsbaarder zijn voor het risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberrisico's). Hoewel activiteiten / dreigingen van cybercriminaliteit in aantal toenemen, zijn er in entiteiten van Ageas nog geen belangrijke geslaagde cyberaanvallen gerapporteerd. Training, waakzaamheid en sensibilisering van al het personeel is essentieel om cyberdreigingen te bestrijden, en er wordt dan ook aanzienlijk veel tijd en moeite besteed om ervoor te zorgen dat medewerkers zich bewust zijn van de laatste technieken die mensen met slechte bedoelingen kunnen gebruiken. 131 | 240 Cyberbeveiligingsrisico's worden aangepakt door de implementatie en inbedding van het kader voor informatiebeveiliging van de Groep, dat deel uitmaakt van het bredere Enterprise Risk Management-kader. Daarnaast is er een Group Information Security Community opgericht, voorgezeten door de Group Chief Information Security Officer (CISO). Deze Community is een platform waar er binnen de Opco’s van de Ageas Groep informatiebeveiliging en best practices over informatiebeveiliging kunnen worden uitgewisseld. Ook kunnen er synergieën en gezamenlijke initiatieven met betrekking tot informatiebeveiliging worden geïdentificeerd. Er is een Security Operating Centre opgericht zodat er 24 uur per dag en 7 dagen per week een overzicht is van de kritieke infrastructuur van Ageas, zodat beveiligingsteams onmiddellijk kunnen reageren op enige vastgestelde bedreigingen op het vlak van veiligheid – inclusief cyberaanvallen – die een kritieke impact kunnen hebben op de activiteiten van Ageas. Daarnaast heeft de Ageas Groep specifieke opleidingsprogramma's over data- en informatiebeveiliging (naast continue sensibiliserings- en trainingsinitiatieven), om de operationele veerkracht van Ageas verder te versterken. Op basis van de Information Security Forum Security HealthCheck (ISF SHC) wordt er een jaarlijkse beoordeling van de informatiebeveiliging uitgevoerd5. Het wereldwijde resultaat van de verzekeringssector wordt als benchmark gebruikt. De resultaten van deze beoordeling worden door een onafhankelijke derde partij gecontroleerd en bevestigd. Elke lokale Ageas-entiteit stemt in met en definieert lokale acties op basis van de resultaten van deze jaarlijkse beoordeling. De vooruitgang van deze acties wordt bewaakt binnen de Information Security Community. 4.6.2 Emerging Risk Reporting (met inbegrip van duurzaamheidsrisico's) Ageas heeft ook een proces voor dreigende risico's geïmplementeerd (Emerging Risk Process). Dit is een risico-identificatie oefening om mogelijke dreigingen / risico's vast te stellen die kunnen ontstaan uit nieuwe trends / kansen voor het bedrijf en die gezien hun aard onzeker en moeilijk kwantificeerbaar zijn. Een Horizon Scan-proces onder leiding van Group Strategy vindt jaarlijks plaats met stakeholders uit alle entiteiten van de Groep die samen een werkgroep vormen, Think2030, een toekomstgerichte groep met een strategische focus. Vastgestelde nieuwe trends krijgen vervolgens een score op basis van artificiële intelligentie en de opinie van Ageas-medewerkers. Al deze componenten vormen de basis voor de samenstelling van de Horizon Scan-radar om de focus en de prioriteiten te bepalen in het Horizon Scan-rapport. Het Horizon Scan- rapport, regionale / Opco radars en rapporten over dreigende risico's verschaffen samen met tal van externe bronnen (rapporten uit de verzekeringssector, forums, rapporten van vergelijkbare bedrijven…) belangrijke inputfactoren voor het rapporteringsproces van dreigende risico's. Dreigende risico's die relevant zijn voor het bedrijf, worden ingedeeld aan de hand van de PESTLE-methode (Political, Economic, Social, Technological, Legal, Environmental), worden beoordeeld en beheerd met behulp van de Ageas' opkomende risicobeoordelingsmethodologie, waarbij criteria van nabijheid en impact worden gebruikt om de meest geschikte aanpak aan te geven. Regio's / OpCo's stellen jaarlijks rapporten over lokale dreigende risico's op, en op basis daarvan wordt er een Emerging Risk Report voor de Groep opgesteld. Het jaarlijkse Emerging Risk Report van de Groep wordt gepresenteerd aan de organen die risico's beheren, waaronder de Raad van Bestuur. Maatregelen en ontwikkelingen op het gebied van dreigende risico's worden vervolgens elk kwartaal opgevolgd binnen het Group Top Risk Report. De belangrijkste (korte nabijheid, belangrijke impact) dreigende risico's voor Ageas aan het einde van 2021 zijn: Cybermisdaad Werk in de toekomst Maatschappelijke duurzaamheid en ethisch zakendoen Milieuduurzaamheid (klimaatverandering / extreem weer) Merk op dat bepaalde van deze dreigende risico's ook gerapporteerd worden als belangrijkste risico's – de (momenteel) bestaande effecten van deze risico's worden beheerd via het KRR-proces, terwijl de dreigende / toekomstige verwachte risico-effecten worden gevolgd via het rapporteringsproces voor dreigende risico’s (ERR-proces). Cybercriminaliteit (PESTLE-categorie – Technological) Door het toegenomen gebruik van technologie (Internet of Things, wearables, digitalisering, cloudcomputing, enz.), waardoor gegevens nog waardevoller worden, zijn er ook meer cyberaanvallen gericht op zowel persoonlijke als bedrijfsgegevens. Door COVID-19 zijn medewerkers in de hele wereld overgeschakeld naar thuiswerk of werk op andere locaties, waarbij voor het werk in grote mate gebruik werd gemaakt van computersystemen, mobiele toestellen en het internet. Er zijn aanwijzingen dat mensen met kwaadaardige bedoelingen deze kwetsbaarheden in hun eigen voordeel uitbuiten, en het aantal gevallen van cybercriminaliteit neemt toe. ‘Stille cyberrisico's' vereisen specifieke aandacht: ze omvatten de potentiële cybergerelateerde verliezen uit traditionele niet-levensverzekeringen die eigenlijk niet waren bedoeld om het cyberrisico te dekken. Vooralsnog is de werkelijke impact op de activiteit minimaal, en de rapportering van dit risico weerspiegelt de aanwijzingen uit de hele sector dat het aantal gevallen van kwaadaardige activiteit toeneemt, en hoe belangrijk het is om controlemaatstaven regelmatig te herzien en aan de omstandigheden aan te passen, in een landschap waar de dreigingen continu veranderen. Binnen de sector en binnen onze activiteiten blijft het aantal gevallen van oplichting toenemen: pogingen tot phishing, frauduleuze berichten die worden verstuurd om een slachtoffer gevoelige informatie te ontfutselen of om kwaadaardige software op de infrastructuur van het slachtoffer te installeren. Raadpleeg de maatregelen die vallen onder de KRR 'Informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming)'. 5 ISF SHC is beschikbaar in verschillende indelingen: als ISF Standard of Good Practice (SoGP) en/of als ISO 27k-indeling. De wereldwijde resultaten voor de Ageas Groep worden gerapporteerd in de ISF SoGP-indeling, met 17 hoofdstukken die als uitgangspunt dienen voor de beoordeling. ALGEMENE INFORMATIE 130 Ageas Jaarverslag 2021 130 | 240 De risico-in-uitvoeringscyclus (afgebeeld in de illustratie van het ERM- kader, sectie 4.1) en de risicoclassificatie zijn fundamenteel voor ons rapportageproces aangaande de belangrijkste risico's (Key Risk Reporting of KRR) en ons rapportageproces aangaande dreigende risico's (Emerging Risk Reporting of ERR). 4.6.1 Key Risk Reporting (KRR) KRR bestaat uit een systematische benadering om de belangrijkste (bestaande) risico's te identificeren en te beperken die een bedreiging vormen voor de verwezenlijking van de zakelijke en strategische doelstellingen van Ageas. Het proces houdt rekening met alle soorten risico's in onze risicotaxonomie om de belangrijkste risico's te identificeren, de risico-oorzaken te analyseren en de geschikte strategieën voor risicorespons toe te passen. Tijdens dit proces worden geïdentificeerde risico's beoordeeld en beheerd met behulp van de risicoratingmethodiek van Ageas. Waarschijnlijkheids- en impactcriteria (financieel en niet-financieel) worden gebruikt om de mate van zorgwekkendheid te bepalen die aangeeft wanneer er maatregelen moeten worden genomen. Elke Opco, in voorkomend geval ook rekening houdend met gelieerde ondernemingen, evalueert de belangrijkste risico’s ten minste één keer per kwartaal en de belangrijkste risico’s worden ook op groepsniveau bewaakt en gerapporteerd. De belangrijkste resultaten van het proces worden gedocumenteerd in een driemaandelijks Group Top Risk Report. De belangrijkste risico's waarmee Ageas in 2021 te maken kreeg, zijn: volatiele / ongunstige marktschommelingen (met inbegrip van gevolgen van de coronapandemie). renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente gecombineerd met massaal verval. risico van hogere inflatie. risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming). Volatiele / ongunstige marktschommelingen (met inbegrip van gevolgen van de coronapandemie). Door de coronapandemie en de onzekerheid van het herstel daarvan (met inbegrip van de inflatie en problemen in verband met de toeleveringsketens) zijn volatiele / ongunstige marktschommelingen toegenomen. Na de ongekende en massale interventies van centrale banken en regeringen om een aantal van de economische en financiële gevolgen van de pandemie te helpen stabiliseren, worden steunmaatregelen stilaan afgebouwd. De gevolgen van hogere tekorten en schulden zijn moeilijk in te schatten en te meten. De evolutie van de coronacrisis en de gevolgen daarvan zijn in heel 2021 op de voet gevolgd en geëvalueerd, en entiteiten van Ageas hebben zowel financiële als operationele veerkracht getoond te midden van de verontrustende omstandigheden die door de pandemie zijn veroorzaakt. Renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente gecombineerd met massaal verval . De centrale banken in geavanceerde economieën kunnen de rente laag houden, aangezien overheden worstelen met het beheer van hun hogere schuldenlast. Sommige zullen in de toekomst wellicht een hogere inflatie tolereren om dat doel te bereiken. Het grootste risico is een plotse stijging van de inflatie zonder een stijging van de nominale rentevoeten (een daling van de reële rentevoeten). Ondanks de stijging die tijdens de eerste drie kwartalen van 2021 werd waargenomen, bevindt de rente zich nog steeds op een historisch laag/negatief niveau, onder andere omdat de coronacrisis neerwaartse druk uitoefent en als gevolg van het daarmee verband houdende monetaire beleid, wat de evenwichten waarop het bedrijfsmodel van levensverzekeringen gebaseerd is, verder onder druk zet. Door deze economische onzekerheden ontstaat het risico van potentiële verliezen door schommelingen in spreads, correcties van de aandelenmarkt, wanbetaling van tegenpartijen, ratingverlagingen voor de beleggingsportefeuille, en makelaars en klanten die hun schulden mogelijk niet kunnen aflossen. Ageas heeft maatregelen genomen om de blootstelling aan dit risico te beperken. Risico van hogere inflatie Belangrijke economieën worden momenteel geconfronteerd met een inflatie die flink boven de doelstellingen van de centrale bank ligt. Men is het er nog niet over eens of de stijging tijdelijk is en het gevolg van logistieke problemen door de heropening van de wereldwijde economie, of dat het een langduriger effect betreft. De algemene stijging van de inflatie is deels een gevolg van het economische herstel dat de laatste tijd wordt waargenomen, dat zich moet aanpassen aan de (waarschijnlijk tijdelijke) knelpunten in de productie- en transportprocessen tijdens de lockdownperioden. Tegelijkertijd zijn er andere factoren die bij dit fenomeen duidelijk een rol spelen, zoals de energiecrisis: hoewel de energieprijzen in het verleden vaak in vrijwel hetzelfde tempo daalden als stegen, zouden factoren zoals het klimaatakkoord van Parijs, de Europese Green Deal, geopolitieke spanningen (bijv. Oekraïne-Rusland, VS, ...), verschillende landen die een verschillend energiebeleid voeren, ... kunnen betekenen dat de prijzen van fossiele brandstof hoog blijven en mogelijk zelfs blijven stijgen. Een plotse stijging van de inflatie (door het economische herstel na de coronacrisis) die niet onmiddellijk gevolgd wordt door een stijging van de nominale rentevoeten (waardoor de reële rentevoeten dalen), wordt voor verzekeraars als een extra risico beschouwd. Er is voor de ORSA in 2021 een stresstest uitgevoerd. Informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming) Terwijl de wereldwijde focus op de pandemie blijft liggen, blijven cybercriminelen inspanningen leveren om de situatie uit te buiten. Door de coronacrisis werkt het grootste deel van het personeel van onze Opco’s en JV's van thuis uit, waardoor we mogelijk kwetsbaarder zijn voor het risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberrisico's). Hoewel activiteiten / dreigingen van cybercriminaliteit in aantal toenemen, zijn er in entiteiten van Ageas nog geen belangrijke geslaagde cyberaanvallen gerapporteerd. Training, waakzaamheid en sensibilisering van al het personeel is essentieel om cyberdreigingen te bestrijden, en er wordt dan ook aanzienlijk veel tijd en moeite besteed om ervoor te zorgen dat medewerkers zich bewust zijn van de laatste technieken die mensen met slechte bedoelingen kunnen gebruiken. 131 | 240 Cyberbeveiligingsrisico's worden aangepakt door de implementatie en inbedding van het kader voor informatiebeveiliging van de Groep, dat deel uitmaakt van het bredere Enterprise Risk Management-kader. Daarnaast is er een Group Information Security Community opgericht, voorgezeten door de Group Chief Information Security Officer (CISO). Deze Community is een platform waar er binnen de Opco’s van de Ageas Groep informatiebeveiliging en best practices over informatiebeveiliging kunnen worden uitgewisseld. Ook kunnen er synergieën en gezamenlijke initiatieven met betrekking tot informatiebeveiliging worden geïdentificeerd. Er is een Security Operating Centre opgericht zodat er 24 uur per dag en 7 dagen per week een overzicht is van de kritieke infrastructuur van Ageas, zodat beveiligingsteams onmiddellijk kunnen reageren op enige vastgestelde bedreigingen op het vlak van veiligheid – inclusief cyberaanvallen – die een kritieke impact kunnen hebben op de activiteiten van Ageas. Daarnaast heeft de Ageas Groep specifieke opleidingsprogramma's over data- en informatiebeveiliging (naast continue sensibiliserings- en trainingsinitiatieven), om de operationele veerkracht van Ageas verder te versterken. Op basis van de Information Security Forum Security HealthCheck (ISF SHC) wordt er een jaarlijkse beoordeling van de informatiebeveiliging uitgevoerd5. Het wereldwijde resultaat van de verzekeringssector wordt als benchmark gebruikt. De resultaten van deze beoordeling worden door een onafhankelijke derde partij gecontroleerd en bevestigd. Elke lokale Ageas-entiteit stemt in met en definieert lokale acties op basis van de resultaten van deze jaarlijkse beoordeling. De vooruitgang van deze acties wordt bewaakt binnen de Information Security Community. 4.6.2 Emerging Risk Reporting (met inbegrip van duurzaamheidsrisico's) Ageas heeft ook een proces voor dreigende risico's geïmplementeerd (Emerging Risk Process). Dit is een risico-identificatie oefening om mogelijke dreigingen / risico's vast te stellen die kunnen ontstaan uit nieuwe trends / kansen voor het bedrijf en die gezien hun aard onzeker en moeilijk kwantificeerbaar zijn. Een Horizon Scan-proces onder leiding van Group Strategy vindt jaarlijks plaats met stakeholders uit alle entiteiten van de Groep die samen een werkgroep vormen, Think2030, een toekomstgerichte groep met een strategische focus. Vastgestelde nieuwe trends krijgen vervolgens een score op basis van artificiële intelligentie en de opinie van Ageas-medewerkers. Al deze componenten vormen de basis voor de samenstelling van de Horizon Scan-radar om de focus en de prioriteiten te bepalen in het Horizon Scan-rapport. Het Horizon Scan- rapport, regionale / Opco radars en rapporten over dreigende risico's verschaffen samen met tal van externe bronnen (rapporten uit de verzekeringssector, forums, rapporten van vergelijkbare bedrijven…) belangrijke inputfactoren voor het rapporteringsproces van dreigende risico's. Dreigende risico's die relevant zijn voor het bedrijf, worden ingedeeld aan de hand van de PESTLE-methode (Political, Economic, Social, Technological, Legal, Environmental), worden beoordeeld en beheerd met behulp van de Ageas' opkomende risicobeoordelingsmethodologie, waarbij criteria van nabijheid en impact worden gebruikt om de meest geschikte aanpak aan te geven. Regio's / OpCo's stellen jaarlijks rapporten over lokale dreigende risico's op, en op basis daarvan wordt er een Emerging Risk Report voor de Groep opgesteld. Het jaarlijkse Emerging Risk Report van de Groep wordt gepresenteerd aan de organen die risico's beheren, waaronder de Raad van Bestuur. Maatregelen en ontwikkelingen op het gebied van dreigende risico's worden vervolgens elk kwartaal opgevolgd binnen het Group Top Risk Report. De belangrijkste (korte nabijheid, belangrijke impact) dreigende risico's voor Ageas aan het einde van 2021 zijn: Cybermisdaad Werk in de toekomst Maatschappelijke duurzaamheid en ethisch zakendoen Milieuduurzaamheid (klimaatverandering / extreem weer) Merk op dat bepaalde van deze dreigende risico's ook gerapporteerd worden als belangrijkste risico's – de (momenteel) bestaande effecten van deze risico's worden beheerd via het KRR-proces, terwijl de dreigende / toekomstige verwachte risico-effecten worden gevolgd via het rapporteringsproces voor dreigende risico’s (ERR-proces). Cybercriminaliteit (PESTLE-categorie – Technological) Door het toegenomen gebruik van technologie (Internet of Things, wearables, digitalisering, cloudcomputing, enz.), waardoor gegevens nog waardevoller worden, zijn er ook meer cyberaanvallen gericht op zowel persoonlijke als bedrijfsgegevens. Door COVID-19 zijn medewerkers in de hele wereld overgeschakeld naar thuiswerk of werk op andere locaties, waarbij voor het werk in grote mate gebruik werd gemaakt van computersystemen, mobiele toestellen en het internet. Er zijn aanwijzingen dat mensen met kwaadaardige bedoelingen deze kwetsbaarheden in hun eigen voordeel uitbuiten, en het aantal gevallen van cybercriminaliteit neemt toe. ‘Stille cyberrisico's' vereisen specifieke aandacht: ze omvatten de potentiële cybergerelateerde verliezen uit traditionele niet-levensverzekeringen die eigenlijk niet waren bedoeld om het cyberrisico te dekken. Vooralsnog is de werkelijke impact op de activiteit minimaal, en de rapportering van dit risico weerspiegelt de aanwijzingen uit de hele sector dat het aantal gevallen van kwaadaardige activiteit toeneemt, en hoe belangrijk het is om controlemaatstaven regelmatig te herzien en aan de omstandigheden aan te passen, in een landschap waar de dreigingen continu veranderen. Binnen de sector en binnen onze activiteiten blijft het aantal gevallen van oplichting toenemen: pogingen tot phishing, frauduleuze berichten die worden verstuurd om een slachtoffer gevoelige informatie te ontfutselen of om kwaadaardige software op de infrastructuur van het slachtoffer te installeren. Raadpleeg de maatregelen die vallen onder de KRR 'Informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming)'. 5 ISF SHC is beschikbaar in verschillende indelingen: als ISF Standard of Good Practice (SoGP) en/of als ISO 27k-indeling. De wereldwijde resultaten voor de Ageas Groep worden gerapporteerd in de ISF SoGP-indeling, met 17 hoofdstukken die als uitgangspunt dienen voor de beoordeling. 131 Ageas Jaarverslag 2021 132 | 240 Werk in de toekomst (PESTLE-categorie – Social) Het toenemende gebruik van AI op het werk, de uitbreiding van het personeelsbestand (intern en extern: consultants, dienstverleners, ...), werken op afstand, flexwerk, duurzaamheid, afhankelijkheid van technologie, aantrekken en behouden van talent, werkloosheid, maatschappelijke verschuivingen... zijn allemaal aspecten die mee bepalen hoe werk er in de toekomst uitziet. COVID-19 heeft het tempo versneld waarin bedrijven reageren op en nadenken over de toekomst van werk in hun organisatie. Daardoor is de concurrentie op de markt om talent aan te trekken en te behouden, toegenomen. Factoren zoals duurzaamheid en meer thuiswerk kunnen daarnaast tot gevolg hebben dat bedrijven minder kantoorruimte huren of verhuizen (mogelijke impact op de vastgoedportefeuille). Op lange termijn is het waarschijnlijk dat mensen steeds vaker zullen samenwerken met machines en robots – de sociale aspecten op het werk kunnen verder achteruitgaan, wat mogelijk kan leiden tot mentale gezondheidsproblemen met een impact op het algemene welzijn, menselijke contacten en ervaringen. Met de inbreng van stakeholders heeft Ageas projecten en maatregelen genomen om samen te kunnen bepalen hoe werk in de toekomst eruit kan zien. De projecten 'Future of work', 'New way of working','digital workplace' en 'smart automation' zijn de belangrijkste maatregelen die op dit vlak worden ondernomen. Maatschappelijke duurzaamheid en ethisch zakendoen (PESTLE-categorie – Social) Maatschappelijke duurzaamheid gaat over de vaststelling en het beheer van effecten die het bedrijfsleven heeft op mensen (van werknemers en klanten naar gemeenschappen). De maatschappij vindt milieugebonden en sociale kwesties steeds belangrijker, en kiest steeds vaker voor bewust consumeren in plaats van statusgevoelige consumptie. Transparant en overtuigd ethisch zakendoen, ondersteund door producten, diensten, maatschappelijke / milieugebonden initiatieven en maatregelen, is belangrijker dan ooit voor de levensvatbaarheid en het succes van de onderneming op lange termijn. Als een bedrijf in een steeds complexere wereld (technologische vooruitgang, big data, AI, duurzaamheid/ESG, toeleveringsproblemen, pandemieën, virussen, cybercriminaliteit, ...) niet zichtbaar ethisch zakendoet, dan zou dat bijzonder schadelijk kunnen zijn voor het voortbestaan van het bedrijf op lange termijn, vanuit het standpunt van de regelgeving, zijn reputatie en klantenbinding. Ethisch gebruik van AI en Explainable AI zijn onderwerpen die in een Data Management & Governance Taskforce prioritair worden behandeld. Ethische AI en Interpretable / Explainable AI worden onderzocht met het oog op prijsbepaling, waarbij de precieze behoeften van beoefenaars worden beoordeeld. Wat Duurzaamheid betreft, wordt er in dit rapport gerapporteerd over de gerichte inspanningen ten aanzien van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen en in het bijzonder het sociale aspect van ESG, verantwoord verzekeren, verantwoord beleggen en verantwoord ondernemen. Met de start van een nieuwe strategische cyclus van 3 jaar (‘Impact 24’) begint het werk aan Productinnovatie om te streven naar het doel van 25% GWP (Gross Written Premiums) uit producten die onze klanten stimuleren in de overschakeling naar een duurzamere wereld tegen 2024, en om 100% van de producten te herzien op transparantie tegen 2024. Milieuduurzaamheid (klimaatverandering / extreem weer) (PESTLE-categorie – Environmental) De opwarming van de aarde, veroorzaakt door menselijk toedoen, is momenteel een bepalende factor in de klimaatverandering. Extreem weer omvat onverwachte, ongewone, onvoorspelbare, ernstige of voor het seizoen ongebruikelijke weersomstandigheden. Extreme gebeurtenissen zijn vaak gebaseerd op de geregistreerde weergeschiedenis van een locatie en gedefinieerd als behorende tot de meest ongewone tien procent. De klimaatverandering bedreigt het vermogen van de wereldwijde verzekeringssector om de risico's van de samenleving te beheersen: frequentere extreme weersomstandigheden zorgen voor steeds hogere onverzekerde verliezen en maken dat bepaalde activa onverzekerbaar worden. Er worden meer natuurrampen verwacht, die bijvoorbeeld gevolgen kunnen hebben voor brand- en inboedelverzekeringen, maar ook voor de winstgevendheid van de sector, waarbij aan rampen gerelateerde kosten onhoudbaar worden. En aangezien de fysieke gevolgen van de klimaatverandering ook zorgen voor frequentere en extremere wereldwijde weersomstandigheden, zal dit een directe impact hebben op herverzekeringen, waardoor de risk appetite van herverzekeraars wellicht verandert. In het kader van 'Impact 24', de strategische driejarencyclus van Ageas, zal Ageas een verantwoorde langetermijnbenadering hanteren voor de manier waarop Ageas investeert, om bij te dragen aan oplossingen voor duurzame steden, lokale economieën en klimaatverandering. Ageas zet zich ook in voor de reductie van de uitstoot van broeikasgassen – in dit strategische impactgebied heeft Ageas maatregelen gedefinieerd om zijn impact op het milieu te verminderen. In het kader van de ORSA 2021-oefening heeft Ageas een scenarioprogramma uitgevoerd. De aanpak en de daaruit voortvloeiende maatregelen worden verder in dit deel gedetailleerder beschreven. 133 | 240 De onderstaande Group Emerging Risk Radar weerspiegelt de dreigende risico's die het meest relevant zijn voor de bedrijfsactiviteiten en die zijn geïdentificeerd in het kader van het 2021 Emerging Risk Process: ALGEMENE INFORMATIE 132 Ageas Jaarverslag 2021 132 | 240 Werk in de toekomst (PESTLE-categorie – Social) Het toenemende gebruik van AI op het werk, de uitbreiding van het personeelsbestand (intern en extern: consultants, dienstverleners, ...), werken op afstand, flexwerk, duurzaamheid, afhankelijkheid van technologie, aantrekken en behouden van talent, werkloosheid, maatschappelijke verschuivingen... zijn allemaal aspecten die mee bepalen hoe werk er in de toekomst uitziet. COVID-19 heeft het tempo versneld waarin bedrijven reageren op en nadenken over de toekomst van werk in hun organisatie. Daardoor is de concurrentie op de markt om talent aan te trekken en te behouden, toegenomen. Factoren zoals duurzaamheid en meer thuiswerk kunnen daarnaast tot gevolg hebben dat bedrijven minder kantoorruimte huren of verhuizen (mogelijke impact op de vastgoedportefeuille). Op lange termijn is het waarschijnlijk dat mensen steeds vaker zullen samenwerken met machines en robots – de sociale aspecten op het werk kunnen verder achteruitgaan, wat mogelijk kan leiden tot mentale gezondheidsproblemen met een impact op het algemene welzijn, menselijke contacten en ervaringen. Met de inbreng van stakeholders heeft Ageas projecten en maatregelen genomen om samen te kunnen bepalen hoe werk in de toekomst eruit kan zien. De projecten 'Future of work', 'New way of working','digital workplace' en 'smart automation' zijn de belangrijkste maatregelen die op dit vlak worden ondernomen. Maatschappelijke duurzaamheid en ethisch zakendoen (PESTLE-categorie – Social) Maatschappelijke duurzaamheid gaat over de vaststelling en het beheer van effecten die het bedrijfsleven heeft op mensen (van werknemers en klanten naar gemeenschappen). De maatschappij vindt milieugebonden en sociale kwesties steeds belangrijker, en kiest steeds vaker voor bewust consumeren in plaats van statusgevoelige consumptie. Transparant en overtuigd ethisch zakendoen, ondersteund door producten, diensten, maatschappelijke / milieugebonden initiatieven en maatregelen, is belangrijker dan ooit voor de levensvatbaarheid en het succes van de onderneming op lange termijn. Als een bedrijf in een steeds complexere wereld (technologische vooruitgang, big data, AI, duurzaamheid/ESG, toeleveringsproblemen, pandemieën, virussen, cybercriminaliteit, ...) niet zichtbaar ethisch zakendoet, dan zou dat bijzonder schadelijk kunnen zijn voor het voortbestaan van het bedrijf op lange termijn, vanuit het standpunt van de regelgeving, zijn reputatie en klantenbinding. Ethisch gebruik van AI en Explainable AI zijn onderwerpen die in een Data Management & Governance Taskforce prioritair worden behandeld. Ethische AI en Interpretable / Explainable AI worden onderzocht met het oog op prijsbepaling, waarbij de precieze behoeften van beoefenaars worden beoordeeld. Wat Duurzaamheid betreft, wordt er in dit rapport gerapporteerd over de gerichte inspanningen ten aanzien van de duurzame ontwikkelingsdoelstellingen en in het bijzonder het sociale aspect van ESG, verantwoord verzekeren, verantwoord beleggen en verantwoord ondernemen. Met de start van een nieuwe strategische cyclus van 3 jaar (‘Impact 24’) begint het werk aan Productinnovatie om te streven naar het doel van 25% GWP (Gross Written Premiums) uit producten die onze klanten stimuleren in de overschakeling naar een duurzamere wereld tegen 2024, en om 100% van de producten te herzien op transparantie tegen 2024. Milieuduurzaamheid (klimaatverandering / extreem weer) (PESTLE-categorie – Environmental) De opwarming van de aarde, veroorzaakt door menselijk toedoen, is momenteel een bepalende factor in de klimaatverandering. Extreem weer omvat onverwachte, ongewone, onvoorspelbare, ernstige of voor het seizoen ongebruikelijke weersomstandigheden. Extreme gebeurtenissen zijn vaak gebaseerd op de geregistreerde weergeschiedenis van een locatie en gedefinieerd als behorende tot de meest ongewone tien procent. De klimaatverandering bedreigt het vermogen van de wereldwijde verzekeringssector om de risico's van de samenleving te beheersen: frequentere extreme weersomstandigheden zorgen voor steeds hogere onverzekerde verliezen en maken dat bepaalde activa onverzekerbaar worden. Er worden meer natuurrampen verwacht, die bijvoorbeeld gevolgen kunnen hebben voor brand- en inboedelverzekeringen, maar ook voor de winstgevendheid van de sector, waarbij aan rampen gerelateerde kosten onhoudbaar worden. En aangezien de fysieke gevolgen van de klimaatverandering ook zorgen voor frequentere en extremere wereldwijde weersomstandigheden, zal dit een directe impact hebben op herverzekeringen, waardoor de risk appetite van herverzekeraars wellicht verandert. In het kader van 'Impact 24', de strategische driejarencyclus van Ageas, zal Ageas een verantwoorde langetermijnbenadering hanteren voor de manier waarop Ageas investeert, om bij te dragen aan oplossingen voor duurzame steden, lokale economieën en klimaatverandering. Ageas zet zich ook in voor de reductie van de uitstoot van broeikasgassen – in dit strategische impactgebied heeft Ageas maatregelen gedefinieerd om zijn impact op het milieu te verminderen. In het kader van de ORSA 2021-oefening heeft Ageas een scenarioprogramma uitgevoerd. De aanpak en de daaruit voortvloeiende maatregelen worden verder in dit deel gedetailleerder beschreven. 133 | 240 De onderstaande Group Emerging Risk Radar weerspiegelt de dreigende risico's die het meest relevant zijn voor de bedrijfsactiviteiten en die zijn geïdentificeerd in het kader van het 2021 Emerging Risk Process: 133 Ageas Jaarverslag 2021 Hoog Gemiddeld Laag Groot Actie Cybermisdaad Werk in de toekomst Pandemieën & nieuwe virussen Bedrijfsonderbreking /Onderbreking in de toeleveringsketen Nieuwe spelers in verzekering & distributie Milieuduurzaamheid (klimaatverandering/extreem weer) Geopolitieke instabiliteit & economische onzekerheid Toegankelijkheid, beschikbaarheid en ethisch gebruik van data Nieuwe behoeften & verwachtingen van klanten Organisatorische transformatie Robotica / AI / Big Data / Technologie Actie Actie Analyse Bewust BewustBewust Analyse Analyse Matig Klein 0-3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar Maatschappelijke duurzaamheid & ethisch zaken doen Toekomst van gezondheid Demografische verandering Reglementering Politiek Economie Sociaal Technologie Wettelijk Milieu Impact Nabijheid 134 | 240 In de kijker: Risicobeoordeling Klimaatverandering Met zijn nieuwe strategie Impact 24 stelt Ageas duurzaamheid en langetermijndenken centraal in de besluitvorming van de Groep om een positieve en blijvende impact te realiseren voor alle stakeholders. In de nieuwe strategie zal Ageas nog meer inzetten op de langdurige, verantwoorde benadering van beleggen (de ambitie van een netto- uitstoot van nul tegen 2050) en zijn milieu-impact terugdringen om broeikasgasneutraal te worden in zijn eigen activiteiten. Hoewel het Management ervan overtuigd is dat deze stappen van kritiek belang zijn om de problematiek van de klimaatverandering aan te pakken, streeft Ageas naar een efficiënt beheer van de potentiële gevolgen op middellange en lange termijn van verschillende ontwikkelingen op het vlak van klimaatverandering en de implicaties daarvan voor de verzekeringsactiviteiten en de bedrijfsactiviteiten. Om de risico's van klimaatverandering op korte, middellange en lange termijn beter te beheersen en te begrijpen hoe deze het bedrijfsmodel zullen beïnvloeden, voerde Ageas in 2021 voor het eerst stresstests uit op het gebied van klimaatverandering als onderdeel van het ORSA- proces. Ageas heeft zijn benadering gebaseerd op de stresstestbenadering van de Bank of England / Prudential Regulation Authority (PRA) voor het Climate Biennial Exploratory Scenario (CBES), het tweejarige verkennende scenario voor het klimaat. Scenario’s PRA 2021 Biennial Exploratory Scenario (BeS) diende als inspiratie voor stresstests voor overgangs- en fysieke risico’s bij activa en verplichtingen, rekening houdend met het type belegging en de sectorallocatie. De effecten van de drie hypothetische klimaatscenario's bestrijken een periode van 30 jaar voor geselecteerde meetwaarden van hun bedrijfsmodellen en activawaarderingen: Vroeg ingrijpen: de overschakeling naar een economie met een netto-uitstoot van nul begint in 2021, dus koolstoftaksen en andere beleidsmaatregelen worden tijdens de duur van het scenario geleidelijk aan strenger, wat leidt tot een daling van de wereldwijde uitstoot van koolstofdioxide tot nul rond 2050. De opwarming van het klimaat is beperkt tot 1,8°C tegen het einde van het scenario (2050) ten opzichte van het pre-industriële niveau. Sommige sectoren worden meer nadelig beïnvloed door de overgang dan andere, maar de globale impact op de bbp-groei is beperkt, vooral in de laatste helft van het scenario, zodra een aanzienlijk deel van de vereiste overschakeling heeft plaatsgevonden en de productiviteitsvoordelen van investeringen in groene technologie stilaan tot uiting komen. Laat ingrijpen: de overschakeling wordt uitgesteld tot 2031. Op dat moment neemt de intensiteit van het klimaatbeleid plots toe, wat leidt tot een geslaagde terugdringing van de uitstoot van broeikasgassen tot nul rond 2050, maar de overschakeling die nodig is om dat te verwezenlijken, is abrupt en daardoor chaotisch. De opwarming van het klimaat is beperkt tot 1,8°C tegen het einde van het scenario (2050) ten opzichte van het pre-industriële niveau. Als de verlaging van de uitstoot binnen een korter tijdsbestek plaatsvindt, leidt dat tot een aanzienlijke macro-economische ontwrichting op korte termijn. Dat heeft een invloed op de hele economie, maar concentreert zich vooral in koolstofintensieve sectoren. Het scenario zonder bijkomende maatregelen. In dit scenario worden er geen nieuwe beleidsmaatregelen in verband met het klimaat geïntroduceerd bovenop de bestaande die al voor 2021 zijn geïmplementeerd. De Bank heeft dat scenario gekalibreerd op basis van de fysieke risico's die naar verwachting werkelijkheid zouden kunnen worden in de periode van 2050 tot 2080 als er geen verdere beleidsmaatregelen zouden worden genomen. Als er geen beleidsmaatregelen voor de overschakeling worden ingevoerd, neemt de concentratie van de uitstoot van broeikasgassen in de atmosfeer steeds verder toe, waardoor de wereldwijde temperatuur blijft stijgen tot een niveau dat tegen het einde van het scenario 3,3°C hoger ligt dan de pre-industriële niveaus. Dat leidt tot chronische veranderingen in neerslag, ecosystemen en de zeespiegel. Ook de frequentie en de ernst van extreme weersomstandigheden nemen toe: hittegolven, droogte, bosbranden, tropische stormen en overstromingen. Er zijn permanente gevolgen voor de woon- en werkomstandigheden, voor gebouwen en infrastructuur. Veranderingen in fysieke gevaren zijn ongelijkmatig verdeeld, en tropische en subtropische gebieden zullen zwaarder worden getroffen. Veel effecten van fysieke risico's zullen naar verwachting ernstiger worden later in de 21 ste eeuw, en sommige zullen onomkeerbaar zijn. De struikelblokken waaraan de economie het hoofd moet bieden, zouden in de toekomst naar verwachting dus nog verder toenemen. De CBES-scenariospecificatie gaat uit van een subreeks van de klimaatscenario's van het Network for Greening the Financial System (NGFS), die bedoeld zijn om centrale banken en toezichthouders een gemeenschappelijk uitgangspunt te verschaffen voor de analyse van klimaatrisico's in verschillende toekomstscenario's. De Bank of England heeft de scenario's van het NGFS uitgebreid door extra kanalen voor risicotransmissie en extra variabelen toe te voegen (daarbij werken ze samen met klimaatwetenschappers, academici en experts uit de sector). Daardoor zijn de CBES-scenario's niet identiek aan degene die door het NGFS worden opgesteld, maar ze zijn wel voor veel variabelen consistent. Zowel het scenario 'vroeg ingrijpen' als het scenario ‘laat ingrijpen' komen overeen met het NGFS-scenario 'Zero 2050', met als verschil dat de schok van de overgang plotseling komt en in het scenario 'laat ingrijpen' tot extra economische ontwrichting leidt. De NGFS-aannames die de risico's van de overgangen bepalen, zijn afgeleid met behulp van het geïntegreerde evaluatiemodel REMIND-MAgPIE 2.1-4.2. Beide scenario's komen ruwweg overeen met het RCP 2,6°-pad. 135 | 240 Het scenario 'zonder bijkomende maatregelen' komt overeen met het scenario 'huidig beleid' van het NGFS, met dien verstande dat de meeste fysieke risico's die zich na 2050 manifesteren, naar voren worden gehaald om ze in de stresstest op te nemen. De onderliggende veronderstellingen zijn verkregen door het GCAM 5.3 Integrated Assessment Model te beschouwen op het 90 ste percentiel, in tegenstelling tot het 50 ste percentiel voor de scenario’s ‘vroeg ingrijpen’ en ‘laat ingrijpen’. Dit scenario komt ruwweg overeen met het RCP 6.0°- pad. Impactbeoordeling Door deze drie scenario's te beoordelen kan Ageas de financiële impact via 2 primaire kanalen beoordelen: Fysieke risico's: geassocieerd met meer claims en hogere verliezen door klimaatgebeurtenissen (zoals overstromingen, droogte, stormen) en veranderingen in klimaattrends (zoals veranderingen in de weersomstandigheden of de stijging van de zeespiegel). Fysieke risico's kunnen worden onderverdeeld in twee categorieën: - Acute fysieke risico's: die ontstaan als gevolg van bepaalde gebeurtenissen, vooral weergerelateerde gebeurtenissen (bijv. overstromingen, stormen) - Chronische fysieke risico's: die ontstaan als gevolg van verschuivingen in klimaatpatronen op langere termijn (bijv. temperatuursveranderingen, de stijging van de zeespiegel, veranderingen in het grondwaterniveau) Overgangsrisico's houden verband met de waardeverliezen van activa en hogere operationele kosten door ontwrichtingen en verschuivingen die gepaard gaan met een (plotse) overgang van een koolstofintensieve naar een koolstofarme economie. Met deze scenario's houdt Ageas ook rekening met de aanbevelingen van de EIOPA die in april 2021 zijn gepubliceerd in haar opinie over het toezicht op het gebruik van risicoscenario's op het vlak van klimaatverandering bij de ORSA, waarbij verzekeringsondernemingen worden aangeraden belangrijke risico's op het vlak van klimaatverandering te identificeren, en de materialiteit van de blootstellingen vast te stellen door een combinatie van kwalitatieve en kwantitatieve analyse. Aangezien de risico's in verband met de klimaatverandering pas over een lange termijn optreden, is de beoordeling niet beperkt tot de horizon voor het meerjarenbudget, maar loopt ze tot 2050 door 6 referentiejaren in aanmerking te nemen, namelijk 2026, 2031, 2035, 2040, 2045 en 2050 6 . Voor de activa weerspiegelen de effecten een onmiddellijke gevoeligheid onder de 3 scenario's, met een schok per type activa en sector, met een groter effect voor minder duurzame sectoren en een kleiner effect voor duurzamere sectoren. Ageas selecteerde ook de relevante financiële variabelen voor de ORSA-oefening, namelijk overheidsobligaties, bedrijfsobligaties, risicovrije curves, vastgoed en aandelen. Voor elke individuele sector worden evoluties van de bruto toegevoegde waarde (Gross Value Added – GVA) in aanmerking genomen, die weergeeft in welke mate elke individuele sector is blootgesteld aan klimaatrisico's. De effectbeoordeling van de klimaatverandering op de verzekeringstechnische verplichtingen was een lokale oefening, gericht op zowel een kwalitatieve als een kwantitatieve beoordeling. Fysieke risico's worden geassocieerd met meer claims en hogere verliezen door klimaatgebeurtenissen (zoals overstromingen, stormen, ...) en veranderingen in klimaattrends (zoals veranderingen in de weersomstandigheden of de stijging van de zeespiegel). Ter ondersteuning van het proces van de ontwikkeling van modellen voor klimaatverandering, voor interne risicobeoordeling en op verzoek van toezichthoudende instanties/ratingbureaus, heeft Ageas ook beslist om samen te werken met verschillende externe partners die worden beschouwd als leiders op het gebied van klimaatverandering in de verzekeringssector en met name bij de uitvoering van specifieke kwantitatieve oefeningen die zich toeleggen op natuurrampen voor entiteiten die vallen onder het Interne Model Niet-Leven. De resultaten van de kwantitatieve scenarioanalyse, uitgevoerd om de impact van fysieke risico's op de verzekeringstechnische verplichtingen te beoordelen, tonen uiteindelijk aan dat de bedrijfsbrede bruto-effecten op toekomstige verliezen uit risico’s (overstromingen, verzakkingen, …) in alle scenario's als beheersbaar worden beschouwd. 6 2026 kan in deze context nog steeds worden beschouwd als representatief voor de MYB-horizon (2022-2026), 2031 is het scharnierjaar in het subscenario waarbij pas laat wordt ingegrepen, terwijl de andere gebaseerd zijn op perioden van 5 jaar tot 2050. Alle berekeningen beginnen vanaf de balans in het tweede kwartaal van 2021, en bijgevolg omvatten ze geen andere schommelingen in de reële waarde van activa dan degene die in het subscenario zijn voorzien. Voor een langetermijnprognose is dit duidelijk geen realistische veronderstelling, maar het biedt wel een hulpmiddel voor vergelijking en laat zien hoe de huidige activamix op lange termijn kwetsbaar is voor langetermijntrends die verband houden met de klimaatverandering. ALGEMENE INFORMATIE 134 Ageas Jaarverslag 2021 134 | 240 In de kijker: Risicobeoordeling Klimaatverandering Met zijn nieuwe strategie Impact 24 stelt Ageas duurzaamheid en langetermijndenken centraal in de besluitvorming van de Groep om een positieve en blijvende impact te realiseren voor alle stakeholders. In de nieuwe strategie zal Ageas nog meer inzetten op de langdurige, verantwoorde benadering van beleggen (de ambitie van een netto- uitstoot van nul tegen 2050) en zijn milieu-impact terugdringen om broeikasgasneutraal te worden in zijn eigen activiteiten. Hoewel het Management ervan overtuigd is dat deze stappen van kritiek belang zijn om de problematiek van de klimaatverandering aan te pakken, streeft Ageas naar een efficiënt beheer van de potentiële gevolgen op middellange en lange termijn van verschillende ontwikkelingen op het vlak van klimaatverandering en de implicaties daarvan voor de verzekeringsactiviteiten en de bedrijfsactiviteiten. Om de risico's van klimaatverandering op korte, middellange en lange termijn beter te beheersen en te begrijpen hoe deze het bedrijfsmodel zullen beïnvloeden, voerde Ageas in 2021 voor het eerst stresstests uit op het gebied van klimaatverandering als onderdeel van het ORSA- proces. Ageas heeft zijn benadering gebaseerd op de stresstestbenadering van de Bank of England / Prudential Regulation Authority (PRA) voor het Climate Biennial Exploratory Scenario (CBES), het tweejarige verkennende scenario voor het klimaat. Scenario’s PRA 2021 Biennial Exploratory Scenario (BeS) diende als inspiratie voor stresstests voor overgangs- en fysieke risico’s bij activa en verplichtingen, rekening houdend met het type belegging en de sectorallocatie. De effecten van de drie hypothetische klimaatscenario's bestrijken een periode van 30 jaar voor geselecteerde meetwaarden van hun bedrijfsmodellen en activawaarderingen: Vroeg ingrijpen: de overschakeling naar een economie met een netto-uitstoot van nul begint in 2021, dus koolstoftaksen en andere beleidsmaatregelen worden tijdens de duur van het scenario geleidelijk aan strenger, wat leidt tot een daling van de wereldwijde uitstoot van koolstofdioxide tot nul rond 2050. De opwarming van het klimaat is beperkt tot 1,8°C tegen het einde van het scenario (2050) ten opzichte van het pre-industriële niveau. Sommige sectoren worden meer nadelig beïnvloed door de overgang dan andere, maar de globale impact op de bbp-groei is beperkt, vooral in de laatste helft van het scenario, zodra een aanzienlijk deel van de vereiste overschakeling heeft plaatsgevonden en de productiviteitsvoordelen van investeringen in groene technologie stilaan tot uiting komen. Laat ingrijpen: de overschakeling wordt uitgesteld tot 2031. Op dat moment neemt de intensiteit van het klimaatbeleid plots toe, wat leidt tot een geslaagde terugdringing van de uitstoot van broeikasgassen tot nul rond 2050, maar de overschakeling die nodig is om dat te verwezenlijken, is abrupt en daardoor chaotisch. De opwarming van het klimaat is beperkt tot 1,8°C tegen het einde van het scenario (2050) ten opzichte van het pre-industriële niveau. Als de verlaging van de uitstoot binnen een korter tijdsbestek plaatsvindt, leidt dat tot een aanzienlijke macro-economische ontwrichting op korte termijn. Dat heeft een invloed op de hele economie, maar concentreert zich vooral in koolstofintensieve sectoren. Het scenario zonder bijkomende maatregelen. In dit scenario worden er geen nieuwe beleidsmaatregelen in verband met het klimaat geïntroduceerd bovenop de bestaande die al voor 2021 zijn geïmplementeerd. De Bank heeft dat scenario gekalibreerd op basis van de fysieke risico's die naar verwachting werkelijkheid zouden kunnen worden in de periode van 2050 tot 2080 als er geen verdere beleidsmaatregelen zouden worden genomen. Als er geen beleidsmaatregelen voor de overschakeling worden ingevoerd, neemt de concentratie van de uitstoot van broeikasgassen in de atmosfeer steeds verder toe, waardoor de wereldwijde temperatuur blijft stijgen tot een niveau dat tegen het einde van het scenario 3,3°C hoger ligt dan de pre-industriële niveaus. Dat leidt tot chronische veranderingen in neerslag, ecosystemen en de zeespiegel. Ook de frequentie en de ernst van extreme weersomstandigheden nemen toe: hittegolven, droogte, bosbranden, tropische stormen en overstromingen. Er zijn permanente gevolgen voor de woon- en werkomstandigheden, voor gebouwen en infrastructuur. Veranderingen in fysieke gevaren zijn ongelijkmatig verdeeld, en tropische en subtropische gebieden zullen zwaarder worden getroffen. Veel effecten van fysieke risico's zullen naar verwachting ernstiger worden later in de 21 ste eeuw, en sommige zullen onomkeerbaar zijn. De struikelblokken waaraan de economie het hoofd moet bieden, zouden in de toekomst naar verwachting dus nog verder toenemen. De CBES-scenariospecificatie gaat uit van een subreeks van de klimaatscenario's van het Network for Greening the Financial System (NGFS), die bedoeld zijn om centrale banken en toezichthouders een gemeenschappelijk uitgangspunt te verschaffen voor de analyse van klimaatrisico's in verschillende toekomstscenario's. De Bank of England heeft de scenario's van het NGFS uitgebreid door extra kanalen voor risicotransmissie en extra variabelen toe te voegen (daarbij werken ze samen met klimaatwetenschappers, academici en experts uit de sector). Daardoor zijn de CBES-scenario's niet identiek aan degene die door het NGFS worden opgesteld, maar ze zijn wel voor veel variabelen consistent. Zowel het scenario 'vroeg ingrijpen' als het scenario ‘laat ingrijpen' komen overeen met het NGFS-scenario 'Zero 2050', met als verschil dat de schok van de overgang plotseling komt en in het scenario 'laat ingrijpen' tot extra economische ontwrichting leidt. De NGFS-aannames die de risico's van de overgangen bepalen, zijn afgeleid met behulp van het geïntegreerde evaluatiemodel REMIND-MAgPIE 2.1-4.2. Beide scenario's komen ruwweg overeen met het RCP 2,6°-pad. 135 | 240 Het scenario 'zonder bijkomende maatregelen' komt overeen met het scenario 'huidig beleid' van het NGFS, met dien verstande dat de meeste fysieke risico's die zich na 2050 manifesteren, naar voren worden gehaald om ze in de stresstest op te nemen. De onderliggende veronderstellingen zijn verkregen door het GCAM 5.3 Integrated Assessment Model te beschouwen op het 90 ste percentiel, in tegenstelling tot het 50 ste percentiel voor de scenario’s ‘vroeg ingrijpen’ en ‘laat ingrijpen’. Dit scenario komt ruwweg overeen met het RCP 6.0°- pad. Impactbeoordeling Door deze drie scenario's te beoordelen kan Ageas de financiële impact via 2 primaire kanalen beoordelen: Fysieke risico's: geassocieerd met meer claims en hogere verliezen door klimaatgebeurtenissen (zoals overstromingen, droogte, stormen) en veranderingen in klimaattrends (zoals veranderingen in de weersomstandigheden of de stijging van de zeespiegel). Fysieke risico's kunnen worden onderverdeeld in twee categorieën: - Acute fysieke risico's: die ontstaan als gevolg van bepaalde gebeurtenissen, vooral weergerelateerde gebeurtenissen (bijv. overstromingen, stormen) - Chronische fysieke risico's: die ontstaan als gevolg van verschuivingen in klimaatpatronen op langere termijn (bijv. temperatuursveranderingen, de stijging van de zeespiegel, veranderingen in het grondwaterniveau) Overgangsrisico's houden verband met de waardeverliezen van activa en hogere operationele kosten door ontwrichtingen en verschuivingen die gepaard gaan met een (plotse) overgang van een koolstofintensieve naar een koolstofarme economie. Met deze scenario's houdt Ageas ook rekening met de aanbevelingen van de EIOPA die in april 2021 zijn gepubliceerd in haar opinie over het toezicht op het gebruik van risicoscenario's op het vlak van klimaatverandering bij de ORSA, waarbij verzekeringsondernemingen worden aangeraden belangrijke risico's op het vlak van klimaatverandering te identificeren, en de materialiteit van de blootstellingen vast te stellen door een combinatie van kwalitatieve en kwantitatieve analyse. Aangezien de risico's in verband met de klimaatverandering pas over een lange termijn optreden, is de beoordeling niet beperkt tot de horizon voor het meerjarenbudget, maar loopt ze tot 2050 door 6 referentiejaren in aanmerking te nemen, namelijk 2026, 2031, 2035, 2040, 2045 en 2050 6 . Voor de activa weerspiegelen de effecten een onmiddellijke gevoeligheid onder de 3 scenario's, met een schok per type activa en sector, met een groter effect voor minder duurzame sectoren en een kleiner effect voor duurzamere sectoren. Ageas selecteerde ook de relevante financiële variabelen voor de ORSA-oefening, namelijk overheidsobligaties, bedrijfsobligaties, risicovrije curves, vastgoed en aandelen. Voor elke individuele sector worden evoluties van de bruto toegevoegde waarde (Gross Value Added – GVA) in aanmerking genomen, die weergeeft in welke mate elke individuele sector is blootgesteld aan klimaatrisico's. De effectbeoordeling van de klimaatverandering op de verzekeringstechnische verplichtingen was een lokale oefening, gericht op zowel een kwalitatieve als een kwantitatieve beoordeling. Fysieke risico's worden geassocieerd met meer claims en hogere verliezen door klimaatgebeurtenissen (zoals overstromingen, stormen, ...) en veranderingen in klimaattrends (zoals veranderingen in de weersomstandigheden of de stijging van de zeespiegel). Ter ondersteuning van het proces van de ontwikkeling van modellen voor klimaatverandering, voor interne risicobeoordeling en op verzoek van toezichthoudende instanties/ratingbureaus, heeft Ageas ook beslist om samen te werken met verschillende externe partners die worden beschouwd als leiders op het gebied van klimaatverandering in de verzekeringssector en met name bij de uitvoering van specifieke kwantitatieve oefeningen die zich toeleggen op natuurrampen voor entiteiten die vallen onder het Interne Model Niet-Leven. De resultaten van de kwantitatieve scenarioanalyse, uitgevoerd om de impact van fysieke risico's op de verzekeringstechnische verplichtingen te beoordelen, tonen uiteindelijk aan dat de bedrijfsbrede bruto-effecten op toekomstige verliezen uit risico’s (overstromingen, verzakkingen, …) in alle scenario's als beheersbaar worden beschouwd. 6 2026 kan in deze context nog steeds worden beschouwd als representatief voor de MYB-horizon (2022-2026), 2031 is het scharnierjaar in het subscenario waarbij pas laat wordt ingegrepen, terwijl de andere gebaseerd zijn op perioden van 5 jaar tot 2050. Alle berekeningen beginnen vanaf de balans in het tweede kwartaal van 2021, en bijgevolg omvatten ze geen andere schommelingen in de reële waarde van activa dan degene die in het subscenario zijn voorzien. Voor een langetermijnprognose is dit duidelijk geen realistische veronderstelling, maar het biedt wel een hulpmiddel voor vergelijking en laat zien hoe de huidige activamix op lange termijn kwetsbaar is voor langetermijntrends die verband houden met de klimaatverandering. 135 Ageas Jaarverslag 2021 136 | 240 Risicobeperkende maatregelen In de risicobeheerstrategie van Ageas worden er al verschillende risicobeperkende maatregelen geïdentificeerd en in aanmerking genomen, zowel voor activa als voor verplichtingen. Impact24: volgens haar strategie zegt de Ageas Groep toe om EUR 10 miljard te besteden aan investeringen die positief bijdragen aan de transitie naar een duurzamere wereld, en dat ESG-factoren in aanmerking worden genomen bij 100% van de beleggingen. De naleving van een kader voor verantwoord beleggen dat vereist dat ESG-factoren geïntegreerd worden in de beleggingsanalyse en het besluitvormingsproces. Beleggingsbeleid: bijgewerkt met specifieke verwijzingen naar de identificatie, mitigatie en bewaking van klimaatrisico's. Oordeelkundig kiezen in welke sectoren er wordt belegd. Aangezien de sectoren die het best bestand zijn tegen fysieke risico's niet noodzakelijk de sectoren zijn die het best bestand zijn tegen overgangsrisico's, moet er voor deze keuze arbitrage worden toegepast. Herverzekeringsvergoeding moet de schadekosten voor natuurrampen opvangen. Risico's van natuurrampen (vooral diegene die voortvloeien uit overstromingen en stormen) worden al regelmatig op lokaal niveau gecontroleerd om ervoor te zorgen dat de modellen voor rampen en de herverzekeringsmitigatie passend blijven voor ons risicoprofiel. Klimaatgerelateerde fysieke risico's op korte termijn worden in sterke mate gecompenseerd door de korte duur van verplichtingen, waardoor flexibele risicoselectie en prijszetting mogelijk zijn. Externe partnerships: nauwe contacten met externe bedrijven waarvan gemeend wordt dat ze in de verzekeringssector over het beste inzicht in de klimaatverandering beschikken. 'New way of working' voor medewerkers: flexibel werken en werken op afstand voor onze medewerkers mogelijk maken (beperkt de kans dat natuurrampen de activiteiten in gevaar brengen). Het is belangrijk om op te merken dat deze oefening de eerste was die Ageas in dit belangrijke domein heeft uitgevoerd, en dat het bedrijf inspanningen zal blijven leveren om (i) modellen voor klimaatverandering te ontwikkelen en uit te breiden om extra risico’s (zoals bosbranden, verzakkingen, ...) en de mogelijke gevolgen af te dekken, en (ii) deze initiële modelbenaderingen te verfijnen zodat de verkregen resultaten zo betekenisvol mogelijk zijn. 4.7 Details inzake verschillende risicoposities De volgende secties geven meer details van de verschillende risicoblootstellingen van Ageas. 4.7.1 Financieel risico Financieel risico betreft alle risico’s die samenhangen met de waarde en resultaatontwikkeling van activa en verplichtingen die van invloed kunnen zijn op de solvabiliteit, winst en liquiditeit als gevolg van veranderingen in financiële omstandigheden. Onder andere: marktrisico; risico dat optreedt wanneer een tegenpartij in gebreke blijft; liquiditeitsrisico; risico van immateriële activa. Het financieel risico is voor veel van de activiteiten van Ageas het meest materiële risico. In het risicokader voor alle activiteiten worden beleggingsbeleid, limieten, stresstests en regelmatige monitoring gecombineerd om de aard en omvang van de financiële risico’s te beheersen en ervoor te zorgen dat de genomen risico’s aanvaardbaar zijn voor de klant en de aandeelhouder en dat daar een overeenkomstig rendement tegenover staat. De lokale dochtermaatschappijen van Ageas bepalen de totale beleggingsmix op basis van onderzoek naar de juiste strategische mix en de adequaatheid ervan vanuit ALM oogpunt. Over de tactische allocatie beslissen ze naar aanleiding van de ontwikkelingen van de marktsituatie en -vooruitzichten. In het besluitvormingsproces gaat het bij de juiste streefmix om het vinden van een evenwicht tussen risk appetite, kapitaalvereisten, risico en rendement op de lange termijn, de verwachtingen van de polishouders, afspraken over winstdeling, belastingen en liquiditeit. De missie van de Group Risk-functie is onder meer de bewaking van de totale blootstellingen ten opzichte van de risk appetite voor financieel risico en de nauwe samenwerking met de lokale dochtermaatschappijen om het beleid en de 'best practices' tot stand te brengen die door het lokale bestuur moeten worden goedgekeurd zodat ze een onderdeel vormen van de reguliere activiteiten op lokaal niveau. 4.7.1.1 Marktrisico Marktrisico komt voort uit ongunstige veranderingen in de financiële situatie als gevolg, direct of indirect, van fluctuaties van het niveau en de volatiliteit van marktprijzen van activa en verplichtingen. Het omvat de volgende subrisico’s: a. renterisico. b. aandelenrisico. c. spreadrisico. d. valutarisico. e. vastgoedrisico. f. marktrisicoconcentratie. g. inflatierisico. Bij de in deze toelichting vermelde gevoeligheden is de impact voor minderheidsbelangen niet inbegrepen. A. RENTERISICO Renterisico bestaat voor alle activa en verplichtingen die gevoelig zijn voor veranderingen in de rentetermijnstructuur of in de volatiliteit van de rente. Dit geldt zowel voor reële als voor nominale termijnstructuren. Het risico doet zich voor als gevolg van een ‘mismatch’ tussen de gevoeligheid van activa en passiva voor veranderingen in de rentetarieven en de bijbehorende volatiliteit, die een ongunstige impact kan hebben op de winsten en de solvabiliteit. Ageas meet, bewaakt en beheerst het renterisico aan de hand van een aantal indicatoren zoals kasstroomverschillenanalyse en stresstests. Het beleggingsbeleid en het ALM-beleid vereisen gewoonlijk een duidelijke afstemming tenzij afwijking geaccordeerd is. Langer lopende zaken kunnen lastiger zijn om af te stemmen aangezien geschikte activa ontbreken. In de matchingstrategie wordt rekening gehouden met de risk appetite, de beschikbaarheid van de (langetermijn)activa, de huidige en verwachte marktrente en de garantieniveaus. In voorkomende gevallen wordt gebruik gemaakt van derivaten om het renterisico af te dekken. Wij wijzen erop dat lage rentetarieven worden gedefinieerd als een strategisch risico, met focus op de structuur van vaste/variabele kosten. 137 | 240 Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening volgens de IFRS en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een daling in de rentevoeten voor geconsolideerde entiteiten. Er wordt een opwaartse/neerwaartse schok toegepast die overeenstemt met een terugkeerperiode van 1/30 jaar (gemiddeld circa 75 basispunten). Sommige entiteiten gebruiken een vereenvoudigde methode waarbij een parallelle verschuiving van 100 basispunten in overweging wordt genomen. 2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen Effect op Vermogen Effect op Vermogen Resultatenrekening vlgs. IFRS Resultatenrekening vlgs. IFRS Rentevoet - daling 4 396 4 433 Rentevoet - stijging 2 (1.407) (8) (1.389) B. AANDELENRISICO Aandelenrisico's treden op als gevolg van de gevoeligheid van activa en verplichtingen en financiële instrumenten voor veranderingen in het niveau of volatiliteit van marktprijzen voor aandelen of hun rendement, die van invloed kunnen zijn op de winst en de solvabiliteit. Deze risico’s worden beheerst door op basis van de risk appetite limieten vast te stellen en door een beleggingsbeleid dat een aantal controlemaatregelen vereist, zoals welke maatregelen er moeten worden getroffen bij aanzienlijke waardedalingen. Door dit risico in een eerder stadium proactief te beheren, is de blootstelling aan het aandelenrisico door middel van verkoop en afdekking snel gedaald. Hiermee worden verliezen beperkt en kunnen verzekeringsmaatschappijen solvabel blijven tijdens een financiële crisis. Voor risicomanagementdoeleinden definieert Ageas zijn aandelenposities op basis van de economische realiteit van onderliggende activa en risico’s. De totale economische positie in aandelen tegen reële waarde wordt in de volgende tabel geïllustreerd, inclusief aansluiting op de gepubliceerde cijfers onder IFRS. 2021 2020 Type van actief Directe aandelen beleggingen 3.058 2.523 Aandelen fondsen 916 691 Private equity 191 118 Activa-allocatie fondsen 39 41 Totaal economische blootstelling aandelen 4.204 3.373 Obligatiefondsen 424 417 Geldmarktfondsen 221 244 Vastgoedfondsen (SICAFI/REITS) 1.023 1.002 Totaal blootstelling aandelen volgens IFRS-definitie 5.872 5.036 waarvan: Beschikbaar voor verkoop (zie toelichting 10) 5.669 4.875 Aangehouden tegen reële waarde (zie toelichting 10) 203 161 Gevoeligheden Onderstaande tabel geeft het bruto effect weer op de resultatenrekening volgens de IFRS en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een aandelenschok die overeenstemt met een daling in een terugkeerperiode van 1/30 jaar (circa 30% voor in de EER genoteerde aandelen) voor geconsolideerde entiteiten. 2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs. resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS Aandelen - Neerwaarts risico (281) (1.262) (170) (888) ALGEMENE INFORMATIE 136 Ageas Jaarverslag 2021 136 | 240 Risicobeperkende maatregelen In de risicobeheerstrategie van Ageas worden er al verschillende risicobeperkende maatregelen geïdentificeerd en in aanmerking genomen, zowel voor activa als voor verplichtingen. Impact24: volgens haar strategie zegt de Ageas Groep toe om EUR 10 miljard te besteden aan investeringen die positief bijdragen aan de transitie naar een duurzamere wereld, en dat ESG-factoren in aanmerking worden genomen bij 100% van de beleggingen. De naleving van een kader voor verantwoord beleggen dat vereist dat ESG-factoren geïntegreerd worden in de beleggingsanalyse en het besluitvormingsproces. Beleggingsbeleid: bijgewerkt met specifieke verwijzingen naar de identificatie, mitigatie en bewaking van klimaatrisico's. Oordeelkundig kiezen in welke sectoren er wordt belegd. Aangezien de sectoren die het best bestand zijn tegen fysieke risico's niet noodzakelijk de sectoren zijn die het best bestand zijn tegen overgangsrisico's, moet er voor deze keuze arbitrage worden toegepast. Herverzekeringsvergoeding moet de schadekosten voor natuurrampen opvangen. Risico's van natuurrampen (vooral diegene die voortvloeien uit overstromingen en stormen) worden al regelmatig op lokaal niveau gecontroleerd om ervoor te zorgen dat de modellen voor rampen en de herverzekeringsmitigatie passend blijven voor ons risicoprofiel. Klimaatgerelateerde fysieke risico's op korte termijn worden in sterke mate gecompenseerd door de korte duur van verplichtingen, waardoor flexibele risicoselectie en prijszetting mogelijk zijn. Externe partnerships: nauwe contacten met externe bedrijven waarvan gemeend wordt dat ze in de verzekeringssector over het beste inzicht in de klimaatverandering beschikken. 'New way of working' voor medewerkers: flexibel werken en werken op afstand voor onze medewerkers mogelijk maken (beperkt de kans dat natuurrampen de activiteiten in gevaar brengen). Het is belangrijk om op te merken dat deze oefening de eerste was die Ageas in dit belangrijke domein heeft uitgevoerd, en dat het bedrijf inspanningen zal blijven leveren om (i) modellen voor klimaatverandering te ontwikkelen en uit te breiden om extra risico’s (zoals bosbranden, verzakkingen, ...) en de mogelijke gevolgen af te dekken, en (ii) deze initiële modelbenaderingen te verfijnen zodat de verkregen resultaten zo betekenisvol mogelijk zijn. 4.7 Details inzake verschillende risicoposities De volgende secties geven meer details van de verschillende risicoblootstellingen van Ageas. 4.7.1 Financieel risico Financieel risico betreft alle risico’s die samenhangen met de waarde en resultaatontwikkeling van activa en verplichtingen die van invloed kunnen zijn op de solvabiliteit, winst en liquiditeit als gevolg van veranderingen in financiële omstandigheden. Onder andere: marktrisico; risico dat optreedt wanneer een tegenpartij in gebreke blijft; liquiditeitsrisico; risico van immateriële activa. Het financieel risico is voor veel van de activiteiten van Ageas het meest materiële risico. In het risicokader voor alle activiteiten worden beleggingsbeleid, limieten, stresstests en regelmatige monitoring gecombineerd om de aard en omvang van de financiële risico’s te beheersen en ervoor te zorgen dat de genomen risico’s aanvaardbaar zijn voor de klant en de aandeelhouder en dat daar een overeenkomstig rendement tegenover staat. De lokale dochtermaatschappijen van Ageas bepalen de totale beleggingsmix op basis van onderzoek naar de juiste strategische mix en de adequaatheid ervan vanuit ALM oogpunt. Over de tactische allocatie beslissen ze naar aanleiding van de ontwikkelingen van de marktsituatie en -vooruitzichten. In het besluitvormingsproces gaat het bij de juiste streefmix om het vinden van een evenwicht tussen risk appetite, kapitaalvereisten, risico en rendement op de lange termijn, de verwachtingen van de polishouders, afspraken over winstdeling, belastingen en liquiditeit. De missie van de Group Risk-functie is onder meer de bewaking van de totale blootstellingen ten opzichte van de risk appetite voor financieel risico en de nauwe samenwerking met de lokale dochtermaatschappijen om het beleid en de 'best practices' tot stand te brengen die door het lokale bestuur moeten worden goedgekeurd zodat ze een onderdeel vormen van de reguliere activiteiten op lokaal niveau. 4.7.1.1 Marktrisico Marktrisico komt voort uit ongunstige veranderingen in de financiële situatie als gevolg, direct of indirect, van fluctuaties van het niveau en de volatiliteit van marktprijzen van activa en verplichtingen. Het omvat de volgende subrisico’s: a. renterisico. b. aandelenrisico. c. spreadrisico. d. valutarisico. e. vastgoedrisico. f. marktrisicoconcentratie. g. inflatierisico. Bij de in deze toelichting vermelde gevoeligheden is de impact voor minderheidsbelangen niet inbegrepen. A. RENTERISICO Renterisico bestaat voor alle activa en verplichtingen die gevoelig zijn voor veranderingen in de rentetermijnstructuur of in de volatiliteit van de rente. Dit geldt zowel voor reële als voor nominale termijnstructuren. Het risico doet zich voor als gevolg van een ‘mismatch’ tussen de gevoeligheid van activa en passiva voor veranderingen in de rentetarieven en de bijbehorende volatiliteit, die een ongunstige impact kan hebben op de winsten en de solvabiliteit. Ageas meet, bewaakt en beheerst het renterisico aan de hand van een aantal indicatoren zoals kasstroomverschillenanalyse en stresstests. Het beleggingsbeleid en het ALM-beleid vereisen gewoonlijk een duidelijke afstemming tenzij afwijking geaccordeerd is. Langer lopende zaken kunnen lastiger zijn om af te stemmen aangezien geschikte activa ontbreken. In de matchingstrategie wordt rekening gehouden met de risk appetite, de beschikbaarheid van de (langetermijn)activa, de huidige en verwachte marktrente en de garantieniveaus. In voorkomende gevallen wordt gebruik gemaakt van derivaten om het renterisico af te dekken. Wij wijzen erop dat lage rentetarieven worden gedefinieerd als een strategisch risico, met focus op de structuur van vaste/variabele kosten. 137 | 240 Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening volgens de IFRS en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een daling in de rentevoeten voor geconsolideerde entiteiten. Er wordt een opwaartse/neerwaartse schok toegepast die overeenstemt met een terugkeerperiode van 1/30 jaar (gemiddeld circa 75 basispunten). Sommige entiteiten gebruiken een vereenvoudigde methode waarbij een parallelle verschuiving van 100 basispunten in overweging wordt genomen. 2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen Effect op Vermogen Effect op Vermogen Resultatenrekening vlgs. IFRS Resultatenrekening vlgs. IFRS Rentevoet - daling 4 396 4 433 Rentevoet - stijging 2 (1.407) (8) (1.389) B. AANDELENRISICO Aandelenrisico's treden op als gevolg van de gevoeligheid van activa en verplichtingen en financiële instrumenten voor veranderingen in het niveau of volatiliteit van marktprijzen voor aandelen of hun rendement, die van invloed kunnen zijn op de winst en de solvabiliteit. Deze risico’s worden beheerst door op basis van de risk appetite limieten vast te stellen en door een beleggingsbeleid dat een aantal controlemaatregelen vereist, zoals welke maatregelen er moeten worden getroffen bij aanzienlijke waardedalingen. Door dit risico in een eerder stadium proactief te beheren, is de blootstelling aan het aandelenrisico door middel van verkoop en afdekking snel gedaald. Hiermee worden verliezen beperkt en kunnen verzekeringsmaatschappijen solvabel blijven tijdens een financiële crisis. Voor risicomanagementdoeleinden definieert Ageas zijn aandelenposities op basis van de economische realiteit van onderliggende activa en risico’s. De totale economische positie in aandelen tegen reële waarde wordt in de volgende tabel geïllustreerd, inclusief aansluiting op de gepubliceerde cijfers onder IFRS. 2021 2020 Type van actief Directe aandelen beleggingen 3.058 2.523 Aandelen fondsen 916 691 Private equity 191 118 Activa-allocatie fondsen 39 41 Totaal economische blootstelling aandelen 4.204 3.373 Obligatiefondsen 424 417 Geldmarktfondsen 221 244 Vastgoedfondsen (SICAFI/REITS) 1.023 1.002 Totaal blootstelling aandelen volgens IFRS-definitie 5.872 5.036 waarvan: Beschikbaar voor verkoop (zie toelichting 10) 5.669 4.875 Aangehouden tegen reële waarde (zie toelichting 10) 203 161 Gevoeligheden Onderstaande tabel geeft het bruto effect weer op de resultatenrekening volgens de IFRS en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een aandelenschok die overeenstemt met een daling in een terugkeerperiode van 1/30 jaar (circa 30% voor in de EER genoteerde aandelen) voor geconsolideerde entiteiten. 2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs. resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS Aandelen - Neerwaarts risico (281) (1.262) (170) (888) 137 Ageas Jaarverslag 2021 138 | 240 C. SPREADRISICO Spreadrisico ontstaat door de gevoeligheid van de waarde van activa en verplichtingen en financiële instrumenten voor veranderingen in het niveau of in de volatiliteit van de spreads van de risicovrije rentetermijnstructuur. Een aanzienlijk deel van de verplichtingen van Ageas is in bepaalde mate niet liquide. Ageas streeft ernaar kredietbeleggingen bij voorkeur tot einde looptijd aan te houden. De impact van het spreadrisico op lange termijn wordt hierdoor aanzienlijk beperkt, omdat Ageas deze beleggingen doorgaans tot einde looptijd aanhoudt, in lijn met zijn illiquide langlopende verplichtingen. Hoewel de volatiliteit op korte termijn aanzienlijk kan zijn, is het onwaarschijnlijk dat Ageas wordt gedwongen tegen bodemprijzen te verkopen. Ageas kan echter wel besluiten om deze activa te vereffenen als het meent dat dit de beste aanpak is. Voor interne risicomanagementdoeleinden neemt Ageas de gevoeligheid voor het fundamentele spreadrisico op lange termijn in aanmerking overeenkomstig het Solvency II “Volatility Adjustment”- concept, maar houdt daarbij rekening met de specifieke kenmerken van de portefeuille. Dit wordt gezien als meer in overeenstemming met het bedrijfsmodel van Ageas, waarbij de realisatie van minderwaarden doorgaans wordt vermeden, vergeleken met een pure mark-to- marketbenadering. Dit verklaart ook waarom Ageas de behandeling van het spreadrisico van de standaardformule in de SCR ageas als volgt heeft herzien: Opname van fundamentele spread voor EU blootstellingen aan overheidsobligaties en equivalenten. Uitsluiting van niet-fundamentele spread op andere schuld. Gevoeligheden De gevoeligheden die in aanmerking worden genomen voor de impact van de verbreding van de creditspreads op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS zijn afhankelijk van de kredietrating en de duration van de betreffende activa. Die stressscenario's stemmen overeen met een terugkeerperiode van 1/30 en variëren van +70 basispunten voor activa met een AAA-rating tot +200 basispunten voor activa met een BBB-rating. Bepaalde operationele entiteiten hanteren een vereenvoudigde methode waarbij er op de volledige kredietportefeuille een schok van +100 basispunten wordt toegepast. Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een spreadgevoeligheidsschok. 2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs. resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS Spreadrisico - Verbredening creditspread (14) (1.291) (15) (1.385) D. VALUTARISICO Het valutarisico vloeit voort uit de gevoeligheid van activa en verplichtingen voor veranderingen in het niveau van valutakoersen als er een 'mismatch' is tussen de relevante valuta’s van activa en verplichtingen. Op groepsniveau omvat dit risico situaties waarin Ageas activa (in dochtermaatschappijen en geassocieerde deelnemingen) of verplichtingen (van financiering) heeft in andere valuta's dan de euro. In het beleggingsbeleid van Ageas wordt dit risico beperkt door de eis dat de 'valutamismatch' tussen activa en verplichtingen binnen dochtermaatschappijen tot een minimum wordt beperkt. in veel gevallen wordt dat risico volledig geëlimineerd. Het is beleid bij Ageas om de aandelenbeleggingen en permanente financiering in buitenlandse valuta’s voor dochtermaatschappijen en geassocieerde deelnemingen niet af te dekken. Ageas accepteert de ‘mismatch’ die voortvloeit uit het eigendom van lokale dochtermaatschappijen in niet-euro valuta’s als normaal voor een internationale groep. 139 | 240 In de volgende tabel zijn de belangrijkste valutarisicoposities per 31 december weergegeven. Het betreft hier nettoposities (activa minus verplichtingen), na afdekking genoteerd in euro’s. Per 31 december 2021 HKD GBP USD CNY INR MYR PHP THB VND RON TRY Overige Totaal activa 332 4.975 1.343 2.529 297 510 54 1.072 21 26 142 51 Totaal verplichtingen 11 4.011 1 1 7 Totaal activa minus verplichtingen 321 964 1.342 2.529 297 510 54 1.072 21 25 142 44 Buiten balans (22) (678) Netto positie 321 942 664 2.529 297 510 54 1.072 21 25 142 44 Waarvan geïnvesteerd in dochtermaatschappijen en deelnemingen 332 939 63 2.529 297 510 54 1.072 21 26 142 Per 31 december 2020 HKD GBP USD CNY INR MYR PHP THB VND RON TRY Overige Totaal activa 343 3.639 963 2.078 284 462 95 1.271 17 29 67 67 Totaal verplichtingen 10 2.620 1 1 5 Totaal activa minus verplichtingen 333 1.019 962 2.078 284 462 95 1.271 17 28 67 62 Buiten balans (21) (462) Netto positie 333 998 500 2.078 284 462 95 1.271 17 28 67 62 Waarvan geïnvesteerd in dochtermaatschappijen en deelnemingen 324 1.003 64 2.078 269 462 54 1.271 17 29 67 E. VASTGOEDRISICO Vastgoedrisico ontstaat als het resultaat van de gevoeligheid van activa en verplichtingen voor het niveau of de volatiliteit van marktprijzen van vastgoed of hun rendement. Met het oog op risicomanagement definieert Ageas de blootstelling aan vastgoed op basis van de marktwaarde van deze activa met inbegrip van activa die worden aangehouden voor eigen gebruik en IFRS 16 leaseactiva. Deze blootstelling verschilt van de blootstelling gerapporteerd onder de IFRS definities, die niet-gerealiseerde winsten of verliezen uitsluiten. De tabel hieronder definieert wat Ageas beschouwt als economische blootstelling aan vastgoed en hoe dit wordt aangesloten bij de cijfers gerapporteerd onder IFRS. Voor interne risicomanagementdoeleinden past Ageas in de belangrijkste dochtermaatschappijen een intern vastgoedmodel toe. In dit model wordt vastgoedrisico behandeld overeenkomstig de onderliggende economische blootstelling in plaats van volgens de IFRS- classificatie van de activa. 2021 2020 Type van actief Boekwaarde Vastgoed (zie toelichting 11) 3.117 2.889 Materiële vaste activa; terreinen en gebouwen voor eigen gebruik en parkeergarages (zie toelichting 16) 1.592 1.678 Vastgoed voor verkoop (zie toelichting 15) 323 228 Totaal (tegen geamortiseerde kostprijs) 5.032 4.795 Vastgoed fondsen (tegen reële waarde) 1.023 1.002 Totaal vastgoed blootstelling volgens IFRS definitie 6.055 5.797 Ongerealiseerde herwaarderingen (Economische blootstelling) Vastgoed (zie toelichting 11) 1.249 1.270 Terreinen en gebouwen voor eigen gebruik (zie toelichting 16) 723 623 Totaal economische blootstelling op vastgoed 8.027 7.690 Gevoeligheden Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS van een stressscenario op de vastgoedmarkt dat overeenstemt met een terugkeerperiode van 1/30 jaar (gemiddeld 14%). 2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs. resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS Neerwaarts vastgoedrisico (203) (307) (189) (281) ALGEMENE INFORMATIE 138 Ageas Jaarverslag 2021 138 | 240 C. SPREADRISICO Spreadrisico ontstaat door de gevoeligheid van de waarde van activa en verplichtingen en financiële instrumenten voor veranderingen in het niveau of in de volatiliteit van de spreads van de risicovrije rentetermijnstructuur. Een aanzienlijk deel van de verplichtingen van Ageas is in bepaalde mate niet liquide. Ageas streeft ernaar kredietbeleggingen bij voorkeur tot einde looptijd aan te houden. De impact van het spreadrisico op lange termijn wordt hierdoor aanzienlijk beperkt, omdat Ageas deze beleggingen doorgaans tot einde looptijd aanhoudt, in lijn met zijn illiquide langlopende verplichtingen. Hoewel de volatiliteit op korte termijn aanzienlijk kan zijn, is het onwaarschijnlijk dat Ageas wordt gedwongen tegen bodemprijzen te verkopen. Ageas kan echter wel besluiten om deze activa te vereffenen als het meent dat dit de beste aanpak is. Voor interne risicomanagementdoeleinden neemt Ageas de gevoeligheid voor het fundamentele spreadrisico op lange termijn in aanmerking overeenkomstig het Solvency II “Volatility Adjustment”- concept, maar houdt daarbij rekening met de specifieke kenmerken van de portefeuille. Dit wordt gezien als meer in overeenstemming met het bedrijfsmodel van Ageas, waarbij de realisatie van minderwaarden doorgaans wordt vermeden, vergeleken met een pure mark-to- marketbenadering. Dit verklaart ook waarom Ageas de behandeling van het spreadrisico van de standaardformule in de SCR ageas als volgt heeft herzien: Opname van fundamentele spread voor EU blootstellingen aan overheidsobligaties en equivalenten. Uitsluiting van niet-fundamentele spread op andere schuld. Gevoeligheden De gevoeligheden die in aanmerking worden genomen voor de impact van de verbreding van de creditspreads op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS zijn afhankelijk van de kredietrating en de duration van de betreffende activa. Die stressscenario's stemmen overeen met een terugkeerperiode van 1/30 en variëren van +70 basispunten voor activa met een AAA-rating tot +200 basispunten voor activa met een BBB-rating. Bepaalde operationele entiteiten hanteren een vereenvoudigde methode waarbij er op de volledige kredietportefeuille een schok van +100 basispunten wordt toegepast. Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS als gevolg van een spreadgevoeligheidsschok. 2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs. resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS Spreadrisico - Verbredening creditspread (14) (1.291) (15) (1.385) D. VALUTARISICO Het valutarisico vloeit voort uit de gevoeligheid van activa en verplichtingen voor veranderingen in het niveau van valutakoersen als er een 'mismatch' is tussen de relevante valuta’s van activa en verplichtingen. Op groepsniveau omvat dit risico situaties waarin Ageas activa (in dochtermaatschappijen en geassocieerde deelnemingen) of verplichtingen (van financiering) heeft in andere valuta's dan de euro. In het beleggingsbeleid van Ageas wordt dit risico beperkt door de eis dat de 'valutamismatch' tussen activa en verplichtingen binnen dochtermaatschappijen tot een minimum wordt beperkt. in veel gevallen wordt dat risico volledig geëlimineerd. Het is beleid bij Ageas om de aandelenbeleggingen en permanente financiering in buitenlandse valuta’s voor dochtermaatschappijen en geassocieerde deelnemingen niet af te dekken. Ageas accepteert de ‘mismatch’ die voortvloeit uit het eigendom van lokale dochtermaatschappijen in niet-euro valuta’s als normaal voor een internationale groep. 139 | 240 In de volgende tabel zijn de belangrijkste valutarisicoposities per 31 december weergegeven. Het betreft hier nettoposities (activa minus verplichtingen), na afdekking genoteerd in euro’s. Per 31 december 2021 HKD GBP USD CNY INR MYR PHP THB VND RON TRY Overige Totaal activa 332 4.975 1.343 2.529 297 510 54 1.072 21 26 142 51 Totaal verplichtingen 11 4.011 1 1 7 Totaal activa minus verplichtingen 321 964 1.342 2.529 297 510 54 1.072 21 25 142 44 Buiten balans (22) (678) Netto positie 321 942 664 2.529 297 510 54 1.072 21 25 142 44 Waarvan geïnvesteerd in dochtermaatschappijen en deelnemingen 332 939 63 2.529 297 510 54 1.072 21 26 142 Per 31 december 2020 HKD GBP USD CNY INR MYR PHP THB VND RON TRY Overige Totaal activa 343 3.639 963 2.078 284 462 95 1.271 17 29 67 67 Totaal verplichtingen 10 2.620 1 1 5 Totaal activa minus verplichtingen 333 1.019 962 2.078 284 462 95 1.271 17 28 67 62 Buiten balans (21) (462) Netto positie 333 998 500 2.078 284 462 95 1.271 17 28 67 62 Waarvan geïnvesteerd in dochtermaatschappijen en deelnemingen 324 1.003 64 2.078 269 462 54 1.271 17 29 67 E. VASTGOEDRISICO Vastgoedrisico ontstaat als het resultaat van de gevoeligheid van activa en verplichtingen voor het niveau of de volatiliteit van marktprijzen van vastgoed of hun rendement. Met het oog op risicomanagement definieert Ageas de blootstelling aan vastgoed op basis van de marktwaarde van deze activa met inbegrip van activa die worden aangehouden voor eigen gebruik en IFRS 16 leaseactiva. Deze blootstelling verschilt van de blootstelling gerapporteerd onder de IFRS definities, die niet-gerealiseerde winsten of verliezen uitsluiten. De tabel hieronder definieert wat Ageas beschouwt als economische blootstelling aan vastgoed en hoe dit wordt aangesloten bij de cijfers gerapporteerd onder IFRS. Voor interne risicomanagementdoeleinden past Ageas in de belangrijkste dochtermaatschappijen een intern vastgoedmodel toe. In dit model wordt vastgoedrisico behandeld overeenkomstig de onderliggende economische blootstelling in plaats van volgens de IFRS- classificatie van de activa. 2021 2020 Type van actief Boekwaarde Vastgoed (zie toelichting 11) 3.117 2.889 Materiële vaste activa; terreinen en gebouwen voor eigen gebruik en parkeergarages (zie toelichting 16) 1.592 1.678 Vastgoed voor verkoop (zie toelichting 15) 323 228 Totaal (tegen geamortiseerde kostprijs) 5.032 4.795 Vastgoed fondsen (tegen reële waarde) 1.023 1.002 Totaal vastgoed blootstelling volgens IFRS definitie 6.055 5.797 Ongerealiseerde herwaarderingen (Economische blootstelling) Vastgoed (zie toelichting 11) 1.249 1.270 Terreinen en gebouwen voor eigen gebruik (zie toelichting 16) 723 623 Totaal economische blootstelling op vastgoed 8.027 7.690 Gevoeligheden Onderstaande tabel geeft het effect weer op de resultatenrekening en het eigen vermogen onder IFRS van een stressscenario op de vastgoedmarkt dat overeenstemt met een terugkeerperiode van 1/30 jaar (gemiddeld 14%). 2021 2020 Effect op eigen Effect op eigen Effect op vermogen vlgs. Effect op vermogen vlgs. resultatenrekening IFRS resultatenrekening IFRS Neerwaarts vastgoedrisico (203) (307) (189) (281) 139 Ageas Jaarverslag 2021 140 | 240 F. MARKTCONCENTRATIERISICO Marktconcentratierisico heeft betrekking op risico’s die ontstaan door een gebrek aan diversificatie van de activaportefeuille door een grote totale positie bij individuele tegenpartijen, of een aantal gecorreleerde tegenpartijen. Concentratierisico kan ontstaan als gevolg van een grote totale positie bij individuele tegenpartijen dan wel een totale positie bij een aantal positief gecorreleerde tegenpartijen (dat wil zeggen, partijen die onder vergelijkbare omstandigheden in gebreke blijven) die potentieel tot aanzienlijke bijzondere waardeverminderingen zouden kunnen leiden in het geval van faillissement of niet-betaling. Het vermijden van concentraties is een fundamentele factor in de kredietrisicostrategie van Ageas om liquide en gediversifieerde portefeuilles aan te houden. Elke dochtermaatschappij is verantwoordelijk voor haar eigen tegenpartijlimieten, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke situatie van de bewuste dochtermaatschappij en vereisten op het niveau van de Groep. Het voortdurend monitoren valt eveneens onder de verantwoordelijkheid van de individuele werkmaatschappijen. De Groep volgt deze limieten aan de hand van periodieke rapportages en bewaakt de totale positie. Met het oog op het beheer van de concentratie van kredietrisico is het risicobeleid van Ageas gericht op het spreiden van kredietrisico over verschillende sectoren en landen. Ageas houdt de grootste posities in individuele entiteiten, bedrijfsgroepen (total one obligor) en andere potentiële concentraties (sectoren en regio’s) nauwlettend in de gaten. Dit om een goede spreiding te bevorderen en eventueel significant concentratierisico op tijd te signaleren. G. INFLATIERISICO Het inflatierisico ontstaat door de impact van het volatiliteitsniveau van de inflatie op de waarde van activa en verplichtingen. Ageas streeft er niet naar om het inflatierisico actief te beheersen, maar kan wel beslissen om activa te houden waarvan het rendement uitdrukkelijk aan de inflatie is gekoppeld. Bovendien zijn bepaalde verzekeringsverplichtingen expliciet of impliciet gekoppeld aan de inflatie. Hoewel Ageas van oordeel is dat het inflatierisico niet voldoende wordt aangepakt in het stelsel van het wettelijk kapitaal of door indirecte methoden, kan Ageas het inflatierisico wel expliciet afdekken in het kader van Pijler II. Dit wordt momenteel gedaan in landen waar er een aanzienlijk inflatierisico bestaat in verband met lijfrente in het kader van bedrijfsongevallenverzekeringen. Onderstaande tabel geeft informatie over de concentratie van het kredietrisico per type en locatie van de Ageas entiteit per 31 december. Overheid en officiële Krediet- Zakelijke Retail- 31 december 2021 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal België 33.435 15.281 7.924 1.681 78 58.399 VK 340 1.142 1.708 38 3.228 Continentaal Europa 6.344 2.539 712 20 82 9.697 - Frankrijk 2.014 792 51 20 22 2.899 - Portugal 4.330 1.747 661 60 6.798 Azië 4 8 12 Herverzekering 522 979 236 1.737 Algemene rekening en eliminaties 1.106 (1.516) 97 (313) Totaal 40.641 21.051 9.064 1.701 303 72.760 Overheid en officiële Krediet- Zakelijke Retail- 31 december 2020 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal België 36.168 16.502 6.820 1.619 81 61.190 VK 332 1.127 1.578 39 3.076 Continentaal Europa 6.867 3.017 669 22 92 10.667 - Frankrijk 2.192 889 70 22 42 3.215 - Portugal 4.675 2.128 599 50 7.452 Azië 4 1 5 Herverzekering 500 833 114 8 1.455 Algemene rekening en eliminaties 1.210 (1.435) 211 (14) Totaal 43.867 22.693 7.746 1.641 432 76.379 * De post 'Algemene rekening en eliminaties' is in 2021 voornamelijk verbonden met het herverzekeringsprogramma en Group Treasury. 141 | 240 De tabel hieronder geeft een overzicht van de concentratie van het kredietrisico per type en locatie van de tegenpartij per 31 december. Overheid en officiële Krediet- Zakelijke Retail- 31 december 2021 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal België 20.604 2.308 2.343 1.681 166 27.102 VK 235 1.415 905 37 2.592 Continentaal Europa 19.700 13.512 5.730 20 46 39.008 - Frankrijk 6.193 4.265 1.362 20 22 11.862 - Portugal 2.530 255 241 21 3.047 - Overige 10.977 8.992 4.127 3 24.099 Azië 493 65 2 560 Overige landen 102 3.323 21 52 3.498 Totaal 40.641 21.051 9.064 1.701 303 72.760 Overheid en officiële Krediet- Zakelijke Retail- 31 december 2020 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal België 22.153 2.281 1.833 1.619 245 28.131 VK 216 1.544 820 48 2.628 Continentaal Europa 21.388 15.204 5.075 22 82 41.771 - Frankrijk 6.706 4.769 1.337 22 57 12.891 - Portugal 2.882 352 166 10 3.410 - Overige 11.800 10.083 3.572 15 25.470 Azië 279 1 280 Overige landen 110 3.385 18 56 3.569 Totaal 43.867 22.693 7.746 1.641 432 76.379 De tabel hieronder toont de hoogste blootstellingen op de uiteindelijke moedermaatschappij gemeten aan reële waarde en nominale waarde met hun ratings. Hoogste blootstelling top 10 Groepsrating Reële waarde Nominale waarde Koninkrijk België AA- 20.069 15.166 Franse republiek AA 6.274 4.777 Portugese republiek BBB 3.792 3.119 Koninkrijk Spanje A- 2.418 1.797 Oostenrijkse republiek AA+ 2.307 1.744 Italiaanse republiek BBB 1.541 1.537 Bondsrepubliek Duitsland AAA 1.446 1.101 BNP Paribas SA A+ 1.039 834 Europese Investeringsbank AAA 1.106 918 Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit (EFSF) AA+ 771 613 Totaal 40.763 31.606 Het Koninkrijk België blijft de belangrijkste tegenpartij, in overeenstemming met de strategie om zich 'op de thuismarkt terug te plooien' waardoor het nadeel ontstaat dat het risico van het thuisland toeneemt. ALGEMENE INFORMATIE 140 Ageas Jaarverslag 2021 140 | 240 F. MARKTCONCENTRATIERISICO Marktconcentratierisico heeft betrekking op risico’s die ontstaan door een gebrek aan diversificatie van de activaportefeuille door een grote totale positie bij individuele tegenpartijen, of een aantal gecorreleerde tegenpartijen. Concentratierisico kan ontstaan als gevolg van een grote totale positie bij individuele tegenpartijen dan wel een totale positie bij een aantal positief gecorreleerde tegenpartijen (dat wil zeggen, partijen die onder vergelijkbare omstandigheden in gebreke blijven) die potentieel tot aanzienlijke bijzondere waardeverminderingen zouden kunnen leiden in het geval van faillissement of niet-betaling. Het vermijden van concentraties is een fundamentele factor in de kredietrisicostrategie van Ageas om liquide en gediversifieerde portefeuilles aan te houden. Elke dochtermaatschappij is verantwoordelijk voor haar eigen tegenpartijlimieten, waarbij rekening wordt gehouden met de specifieke situatie van de bewuste dochtermaatschappij en vereisten op het niveau van de Groep. Het voortdurend monitoren valt eveneens onder de verantwoordelijkheid van de individuele werkmaatschappijen. De Groep volgt deze limieten aan de hand van periodieke rapportages en bewaakt de totale positie. Met het oog op het beheer van de concentratie van kredietrisico is het risicobeleid van Ageas gericht op het spreiden van kredietrisico over verschillende sectoren en landen. Ageas houdt de grootste posities in individuele entiteiten, bedrijfsgroepen (total one obligor) en andere potentiële concentraties (sectoren en regio’s) nauwlettend in de gaten. Dit om een goede spreiding te bevorderen en eventueel significant concentratierisico op tijd te signaleren. G. INFLATIERISICO Het inflatierisico ontstaat door de impact van het volatiliteitsniveau van de inflatie op de waarde van activa en verplichtingen. Ageas streeft er niet naar om het inflatierisico actief te beheersen, maar kan wel beslissen om activa te houden waarvan het rendement uitdrukkelijk aan de inflatie is gekoppeld. Bovendien zijn bepaalde verzekeringsverplichtingen expliciet of impliciet gekoppeld aan de inflatie. Hoewel Ageas van oordeel is dat het inflatierisico niet voldoende wordt aangepakt in het stelsel van het wettelijk kapitaal of door indirecte methoden, kan Ageas het inflatierisico wel expliciet afdekken in het kader van Pijler II. Dit wordt momenteel gedaan in landen waar er een aanzienlijk inflatierisico bestaat in verband met lijfrente in het kader van bedrijfsongevallenverzekeringen. Onderstaande tabel geeft informatie over de concentratie van het kredietrisico per type en locatie van de Ageas entiteit per 31 december. Overheid en officiële Krediet- Zakelijke Retail- 31 december 2021 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal België 33.435 15.281 7.924 1.681 78 58.399 VK 340 1.142 1.708 38 3.228 Continentaal Europa 6.344 2.539 712 20 82 9.697 - Frankrijk 2.014 792 51 20 22 2.899 - Portugal 4.330 1.747 661 60 6.798 Azië 4 8 12 Herverzekering 522 979 236 1.737 Algemene rekening en eliminaties 1.106 (1.516) 97 (313) Totaal 40.641 21.051 9.064 1.701 303 72.760 Overheid en officiële Krediet- Zakelijke Retail- 31 december 2020 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal België 36.168 16.502 6.820 1.619 81 61.190 VK 332 1.127 1.578 39 3.076 Continentaal Europa 6.867 3.017 669 22 92 10.667 - Frankrijk 2.192 889 70 22 42 3.215 - Portugal 4.675 2.128 599 50 7.452 Azië 4 1 5 Herverzekering 500 833 114 8 1.455 Algemene rekening en eliminaties 1.210 (1.435) 211 (14) Totaal 43.867 22.693 7.746 1.641 432 76.379 * De post 'Algemene rekening en eliminaties' is in 2021 voornamelijk verbonden met het herverzekeringsprogramma en Group Treasury. 141 | 240 De tabel hieronder geeft een overzicht van de concentratie van het kredietrisico per type en locatie van de tegenpartij per 31 december. Overheid en officiële Krediet- Zakelijke Retail- 31 december 2021 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal België 20.604 2.308 2.343 1.681 166 27.102 VK 235 1.415 905 37 2.592 Continentaal Europa 19.700 13.512 5.730 20 46 39.008 - Frankrijk 6.193 4.265 1.362 20 22 11.862 - Portugal 2.530 255 241 21 3.047 - Overige 10.977 8.992 4.127 3 24.099 Azië 493 65 2 560 Overige landen 102 3.323 21 52 3.498 Totaal 40.641 21.051 9.064 1.701 303 72.760 Overheid en officiële Krediet- Zakelijke Retail- 31 december 2020 Instellingen Instellingen Klanten Klanten Overige Totaal België 22.153 2.281 1.833 1.619 245 28.131 VK 216 1.544 820 48 2.628 Continentaal Europa 21.388 15.204 5.075 22 82 41.771 - Frankrijk 6.706 4.769 1.337 22 57 12.891 - Portugal 2.882 352 166 10 3.410 - Overige 11.800 10.083 3.572 15 25.470 Azië 279 1 280 Overige landen 110 3.385 18 56 3.569 Totaal 43.867 22.693 7.746 1.641 432 76.379 De tabel hieronder toont de hoogste blootstellingen op de uiteindelijke moedermaatschappij gemeten aan reële waarde en nominale waarde met hun ratings. Hoogste blootstelling top 10 Groepsrating Reële waarde Nominale waarde Koninkrijk België AA- 20.069 15.166 Franse republiek AA 6.274 4.777 Portugese republiek BBB 3.792 3.119 Koninkrijk Spanje A- 2.418 1.797 Oostenrijkse republiek AA+ 2.307 1.744 Italiaanse republiek BBB 1.541 1.537 Bondsrepubliek Duitsland AAA 1.446 1.101 BNP Paribas SA A+ 1.039 834 Europese Investeringsbank AAA 1.106 918 Europese Financiële Stabiliteitsfaciliteit (EFSF) AA+ 771 613 Totaal 40.763 31.606 Het Koninkrijk België blijft de belangrijkste tegenpartij, in overeenstemming met de strategie om zich 'op de thuismarkt terug te plooien' waardoor het nadeel ontstaat dat het risico van het thuisland toeneemt. 141 Ageas Jaarverslag 2021 142 | 240 4.7.1.2 Risico dat optreedt als een tegenpartij in gebreke blijft Het risico dat optreedt wanneer een tegenpartij in gebreke blijft, omvat twee subrisico’s: a. wanbetalingsrisico. b. tegenpartijrisico. De blootstelling aan het kredietrisico is opgenomen in toelichting 9 Geldmiddelen en kasequivalenten, toelichting 12 Leningen, toelichting 27 Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden en toelichting 28 Toezeggingen. De tabel hieronder geeft informatie over de bijzondere waardevermindering voor kredietrisico op 31 december. Uitstaand Waarde- 2021 Uitstaand Waarde- 2020 met bijzondere verminderingen met bijzondere verminderingen waarde- voor specifiek Dekkings- waarde- voor specifiek Dekkings- verminderingen kredietrisico ratio verminderingen kredietrisico ratio Rentedragende investeringen (zie toelichting 10) 6 (21) 350,0% 10 (22) 220,0% Totaal leningen (zie toelichting 12) 43 (25) 58,1% 48 (26) 54,2% Overige vorderingen (zie toelichting 14) 32 (52) 162,5% 34 (54) 158,8% Totaal uitstaand bedrag onderhevig aan 81 (98) 121,0% 92 (102) 110,9% A. WANBETALINGSRISICO Het wanbetalingsrisico voor beleggingen vertegenwoordigt het risico dat beleggingen van Ageas daadwerkelijk in gebreke blijven. Waardeschommelingen als gevolg van marktvolatiliteit op korte termijn vallen onder het marktrisico. Dit omvat geen contracten die vallen onder het tegenpartijrisico (zie B). Dit risico wordt beheerd aan de hand van limieten waarbij rekening wordt gehouden met het soort kredietpositie, de kredietkwaliteit en, waar nodig, de looptijden. Regelmatige bewaking en waarschuwingssystemen helpen eveneens bij het beheer van kredietrisico. Beleggingsposities worden bewaakt aan de hand van een driemaandelijkse limietoverschrijdingsrapportage. Limieten worden bewaakt op basis van de reële waarde binnen de activaclassificatie. De limieten per categorie zijn als volgt gedefinieerd. Voor overheidsobligaties geldt een limiet per land op diverse manieren: 'Macrolimieten' gedefinieerd als percentages van het bruto binnenlands product (bbp), de staatsschuld en investeringen. ‘Total one obligor’ (TOO)-limieten als de maximale positie in één tegenpartij op basis van kredietratings. (Her)beleggingsbeperkingen: Een grotere blootstelling aan staatsobligaties met een BBB-rating is alleen toegestaan onder de voorwaarde van een stabiel vooruitzicht. Zonder de goedkeuring van het Ageas Risk Committee geen nieuwe beleggingen in staatsleningen met een rating van BBB of lager. Voor bedrijfsobligaties gelden eveneens meerdere criteria: Totale blootstelling aan bedrijfsobligaties als percentage van de portefeuille. Limieten afhankelijk van het solvabiliteitskapitaal vereist voor spreadrisico. Limieten per sector op basis van de kredietrating. Bewaking van de geconcentreerde blootstelling. Total one obligor. De creditrating die Ageas toepast is gebaseerd op de op één na best beschikbare rating van Moody’s, Fitch en Standard & Poors. Voor specifieke soorten blootstellingen kunnen er andere ratingbureaus worden gebruikt, bijvoorbeeld AM Best voor herverzekerings- tegenpartijen. In de volgende paragrafen wordt nader ingegaan op de kredietkwaliteit van: leningen, rentedragende beleggingen, staatsobligaties, bedrijfsobligaties, banken en andere financiële instellingen. 143 | 240 1 Leningen In de onderstaande tabel wordt de kredietkwaliteit van Leningen weergegeven. 2021 2020 Boekwaarde Boekwaarde Beleggingsclassificatie AAA 1.402 1.361 AA 2.335 2.235 A 2.262 2.119 BBB 331 170 Beleggingsclassificatie 6.330 5.885 Minder dan beleggingskwaliteit Zonder kredietbeoordeling 7.016 6.363 Hypothecaire leningen 1.175 1.179 Totaal bruto investeringen in leningen 14.521 13.427 Bijzondere waardeverminderingen (29) (29) Totaal netto investeringen in leningen (zie toelichting 12) 14.492 13.398 2 Rentedragende beleggingen Onderstaande tabel zet de kredietkwaliteit van rentedragende beleggingen uiteen waarbij per 31 december een constant aandeel van investment grade beleggingen wordt getoond. 2021 2020 Boekwaarde Boekwaarde Beleggingsclassificatie AAA 4.010 4.359 AA 27.883 31.065 A 6.432 8.907 BBB 13.820 12.385 Beleggingsclassificatie 52.145 56.716 Minder dan beleggingskwaliteit 195 277 Zonder kredietbeoordeling 1.734 1.665 Totaal netto investeringen in rentedragende effecten 54.074 58.658 Bijzondere waardeverminderingen 21 22 Totaal investeringen in rentedragende effecten, bruto (zie toelichting 10) 54.095 58.680 ALGEMENE INFORMATIE 142 Ageas Jaarverslag 2021 142 | 240 4.7.1.2 Risico dat optreedt als een tegenpartij in gebreke blijft Het risico dat optreedt wanneer een tegenpartij in gebreke blijft, omvat twee subrisico’s: a. wanbetalingsrisico. b. tegenpartijrisico. De blootstelling aan het kredietrisico is opgenomen in toelichting 9 Geldmiddelen en kasequivalenten, toelichting 12 Leningen, toelichting 27 Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden en toelichting 28 Toezeggingen. De tabel hieronder geeft informatie over de bijzondere waardevermindering voor kredietrisico op 31 december. Uitstaand Waarde- 2021 Uitstaand Waarde- 2020 met bijzondere verminderingen met bijzondere verminderingen waarde- voor specifiek Dekkings- waarde- voor specifiek Dekkings- verminderingen kredietrisico ratio verminderingen kredietrisico ratio Rentedragende investeringen (zie toelichting 10) 6 (21) 350,0% 10 (22) 220,0% Totaal leningen (zie toelichting 12) 43 (25) 58,1% 48 (26) 54,2% Overige vorderingen (zie toelichting 14) 32 (52) 162,5% 34 (54) 158,8% Totaal uitstaand bedrag onderhevig aan 81 (98) 121,0% 92 (102) 110,9% A. WANBETALINGSRISICO Het wanbetalingsrisico voor beleggingen vertegenwoordigt het risico dat beleggingen van Ageas daadwerkelijk in gebreke blijven. Waardeschommelingen als gevolg van marktvolatiliteit op korte termijn vallen onder het marktrisico. Dit omvat geen contracten die vallen onder het tegenpartijrisico (zie B). Dit risico wordt beheerd aan de hand van limieten waarbij rekening wordt gehouden met het soort kredietpositie, de kredietkwaliteit en, waar nodig, de looptijden. Regelmatige bewaking en waarschuwingssystemen helpen eveneens bij het beheer van kredietrisico. Beleggingsposities worden bewaakt aan de hand van een driemaandelijkse limietoverschrijdingsrapportage. Limieten worden bewaakt op basis van de reële waarde binnen de activaclassificatie. De limieten per categorie zijn als volgt gedefinieerd. Voor overheidsobligaties geldt een limiet per land op diverse manieren: 'Macrolimieten' gedefinieerd als percentages van het bruto binnenlands product (bbp), de staatsschuld en investeringen. ‘Total one obligor’ (TOO)-limieten als de maximale positie in één tegenpartij op basis van kredietratings. (Her)beleggingsbeperkingen: Een grotere blootstelling aan staatsobligaties met een BBB-rating is alleen toegestaan onder de voorwaarde van een stabiel vooruitzicht. Zonder de goedkeuring van het Ageas Risk Committee geen nieuwe beleggingen in staatsleningen met een rating van BBB of lager. Voor bedrijfsobligaties gelden eveneens meerdere criteria: Totale blootstelling aan bedrijfsobligaties als percentage van de portefeuille. Limieten afhankelijk van het solvabiliteitskapitaal vereist voor spreadrisico. Limieten per sector op basis van de kredietrating. Bewaking van de geconcentreerde blootstelling. Total one obligor. De creditrating die Ageas toepast is gebaseerd op de op één na best beschikbare rating van Moody’s, Fitch en Standard & Poors. Voor specifieke soorten blootstellingen kunnen er andere ratingbureaus worden gebruikt, bijvoorbeeld AM Best voor herverzekerings- tegenpartijen. In de volgende paragrafen wordt nader ingegaan op de kredietkwaliteit van: leningen, rentedragende beleggingen, staatsobligaties, bedrijfsobligaties, banken en andere financiële instellingen. 143 | 240 1 Leningen In de onderstaande tabel wordt de kredietkwaliteit van Leningen weergegeven. 2021 2020 Boekwaarde Boekwaarde Beleggingsclassificatie AAA 1.402 1.361 AA 2.335 2.235 A 2.262 2.119 BBB 331 170 Beleggingsclassificatie 6.330 5.885 Minder dan beleggingskwaliteit Zonder kredietbeoordeling 7.016 6.363 Hypothecaire leningen 1.175 1.179 Totaal bruto investeringen in leningen 14.521 13.427 Bijzondere waardeverminderingen (29) (29) Totaal netto investeringen in leningen (zie toelichting 12) 14.492 13.398 2 Rentedragende beleggingen Onderstaande tabel zet de kredietkwaliteit van rentedragende beleggingen uiteen waarbij per 31 december een constant aandeel van investment grade beleggingen wordt getoond. 2021 2020 Boekwaarde Boekwaarde Beleggingsclassificatie AAA 4.010 4.359 AA 27.883 31.065 A 6.432 8.907 BBB 13.820 12.385 Beleggingsclassificatie 52.145 56.716 Minder dan beleggingskwaliteit 195 277 Zonder kredietbeoordeling 1.734 1.665 Totaal netto investeringen in rentedragende effecten 54.074 58.658 Bijzondere waardeverminderingen 21 22 Totaal investeringen in rentedragende effecten, bruto (zie toelichting 10) 54.095 58.680 143 Ageas Jaarverslag 2021 144 | 240 OVERHEIDSOBLIGATIES In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van overheidsobligaties. 31 december 2021 31 december 2020 Naar IFRS classificatie Voor verkoop beschikbaar 31.140 34.302 Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening Held to maturity (tot einde looptijd aangehouden) 4.351 4.416 Totaal overheidsobligaties (zie toelichting 10) 35.491 38.718 Naar rating AAA 2.251 2.273 AA 25.546 28.261 A 1.269 3.604 BBB 6.381 4.532 Totaal beleggingskwaliteit 35.447 38.670 Minder dan beleggingskwaliteit 25 27 Zonder kredietbeoordeling 19 21 Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 44 48 Totaal overheidsobligaties 35.491 38.718 BEDRIJFSOBLIGATIES In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van bedrijfsobligaties. 31 december 2021 31 december 2020 Naar IFRS classificatie Voor verkoop beschikbaar 11.680 12.526 Totaal bedrijfsobligaties (zie toelichting 10) 11.680 12.526 Naar rating AAA 40 41 AA 648 876 A 3.617 3.687 BBB 6.368 6.781 Totaal beleggingskwaliteit 10.674 11.385 Minder dan beleggingskwaliteit 163 239 Zonder kredietbeoordeling 843 902 Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 1.006 1.141 Totaal bedrijfsobligaties 11.680 12.526 BANKEN EN ANDERE FINANCIËLE INSTELLINGEN In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van banken en andere financiële instellingen. 31 december 2021 31 december 2020 Naar IFRS classificatie Voor verkoop beschikbaar 6.715 7.229 Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 134 130 Totaal banken en andere financiële instellingen(zie toelichting 10) 6.849 7.359 Naar rating AAA 1.719 2.037 AA 1.674 1.916 A 1.544 1.604 BBB 1.070 1.072 Totaal beleggingskwaliteit 6.007 6.629 Minder dan beleggingskwaliteit 7 10 Zonder kredietbeoordeling 835 720 Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 842 730 Totaal banken en andere financiële instellingen 6.849 7.359 145 | 240 B. RISICO DAT OPTREEDT ALS EEN TEGENPARTIJ IN GEBREKE BLIJFT Het tegenpartijrisico houdt rekening met potentiële verliezen als gevolg van onverwachte wanbetaling of een verslechtering van de kredietwaardigheid van tegenpartijen en debiteuren. De reikwijdte van het wanbetalingsrisico voor tegenpartijen omvat risicobeperkende contracten (zoals herverzekeringsovereenkomsten, effectiseringen en afgeleide producten), geldmiddelen, te ontvangen sommen van tussenpersonen, gediversifieerde hypotheekportefeuilles en andere kredietblootstelling die elders niet gedekt is (garanties, polishouders enz.). Het risico dat een tegenpartij in gebreke blijft kan ontstaan door de inkoop van herverzekeringen of andere risicoverminderende contracten. Ageas beperkt deze vorm van risico door strikt beleid bij de keuze van tegenpartijen, eisen die worden gesteld aan zekerheden en door diversificatie. Binnen Ageas wordt dit risico verminderd door de toepassing van het tegenpartijrisicobeleid en het nauwlettend volgen van de uitstaande posities van tegenpartijen. Diversificatie en het vermijden van blootstelling aan tegenpartijen met een lage kredietrating zijn sleutelelementen om dit risico te ondervangen. Een bijzondere waardevermindering voor een specifiek kredietrisico wordt vastgesteld als er objectieve aanwijzingen zijn dat Ageas niet alle verschuldigde bedragen in overeenstemming met de contractuele voorwaarden zal kunnen innen. De omvang van de bijzondere waardevermindering is het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. In het geval van aan de markt verhandelde effecten is de realiseerbare waarde gelijk aan de reële waarde. Bijzondere waardeverminderingen zijn gebaseerd op de laatste schatting door Ageas van de nog mogelijke inning en vertegenwoordigen het verlies dat Ageas denkt te zullen lijden. Voorwaarden voor afschrijving kunnen zijn dat de faillissementsprocedure van de debiteur is afgerond en alle zekerheden zijn benut, dat de debiteur en/of garantiegever in staat van insolventie verkeren/verkeert, dat alle normale inspanningen voor de inning zijn geleverd of dat het punt van economisch verlies (dat wil zeggen, het moment waarop alle kosten samen hoger zijn dan het bedrag dat nog kan worden geïnd) is bereikt. 4.7.1.3 Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico treedt op als Ageas onvoldoende liquide middelen heeft en niet in staat is om beleggingen en overige activa liquide te maken en te voldoen aan haar financiële verplichtingen wanneer die verschuldigd zijn. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door een onverwachte vraag naar contanten van polishouders en andere contractuele partijen waaraan niet kan worden voldaan zonder verliezen te lijden of de bedrijfsvoering te schaden als gevolg van beperkingen op de te liquideren activa. Deze beperkingen kunnen structureel zijn of kunnen te wijten zijn aan marktontwrichtingen. De financiële verplichtingen van Ageas en de lokale dochtermaat- schappijen van Ageas betreffen vaak langetermijnverplichtingen en in het algemeen zijn activa die worden aangehouden om aan deze verplichtingen te voldoen langetermijnactiva en illiquide activa. Vorderingen en andere uitstromen van kasmiddelen kunnen onvoorspelbaar zijn en aanzienlijk verschillen van verwachte bedragen. Als er geen liquide middelen beschikbaar zijn om een financiële verplichting na te komen als deze opeisbaar is, zullen er liquide middelen moeten worden geleend en/of zullen illiquide activa moeten worden verkocht (met mogelijk een aanzienlijk verlies tot gevolg) om aan de verplichting te voldoen. Verliezen zouden ontstaan door de korting die moet worden verleend om de activa te liquideren. Als verzekeringsmaatschappij genereert Ageas normaal gesproken contante middelen en blijft dit risico daardoor relatief laag. Ageas houdt een kaspositie aan om bestand te zijn tegen slechte liquiditeits- omstandigheden als deze zich voordoen. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan de verklaringen van de centrale banken over potentiële veranderingen in het monetaire beleid. Dividenduitkeringen aan aandeelhouders, evenals de kosten van de holding worden gefinancierd door dividenduitkeringen van de operationele verzekeringsentiteiten van Ageas. De oorzaken van liquiditeitsrisico in de operationele bedrijven kunnen worden gesplitst in factoren die een plotselinge toename van de behoefte aan contanten veroorzaken en factoren die leiden tot een onverwachte daling van de beschikbare middelen om aan de behoefte aan contanten te voldoen. Er zijn de volgende liquiditeitsrisico’s: Verzekeringstechnische liquiditeitsrisico’s: het risico dat Ageas of een lokale dochtermaatschappij een belangrijke som moet betalen om onvoorziene veranderingen te dekken in consumentengedrag (afkooprisico), plotselinge stijgingen van de frequentie van schadevorderingen of plotselinge grote schadevorderingen die ontstaan door grote of rampzalige gebeurtenissen zoals stormen, aswolken, grieppandemieën enz. Marktliquiditeitsrisico: het risico dat het verkoopproces zelf resulteert in verliezen door marktomstandigheden of hoge concentraties. Financierings-liquiditeitsrisico: het risico dat Ageas of een dochtermaatschappij niet in staat is voldoende middelen van buitenaf aan te trekken, omdat de activa illiquide zijn op het moment dat het nodig is (bijvoorbeeld om aan een onverwachte grote schadevordering te voldoen). Ieder bedrijf van Ageas moet ervoor zorgen dat wordt voldaan aan alle liquiditeitsvereisten. Liquiditeitsrisico's worden geïdentificeerd en bewaakt zodat de omstandigheden waarin liquiditeitsproblemen mogelijk kunnen zijn, bekend zijn en worden begrepen (bijv. onverwachte ongunstige wijzigingen in het uitloopprofiel van de verplichtingen, massaal verval, vertraging in nieuwe polissen, wijziging in de rating enz.) en men weet hoe hierop kan worden ingespeeld (bijv. de liquiditeit van activa in een crisis). ALGEMENE INFORMATIE 144 Ageas Jaarverslag 2021 144 | 240 OVERHEIDSOBLIGATIES In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van overheidsobligaties. 31 december 2021 31 december 2020 Naar IFRS classificatie Voor verkoop beschikbaar 31.140 34.302 Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening Held to maturity (tot einde looptijd aangehouden) 4.351 4.416 Totaal overheidsobligaties (zie toelichting 10) 35.491 38.718 Naar rating AAA 2.251 2.273 AA 25.546 28.261 A 1.269 3.604 BBB 6.381 4.532 Totaal beleggingskwaliteit 35.447 38.670 Minder dan beleggingskwaliteit 25 27 Zonder kredietbeoordeling 19 21 Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 44 48 Totaal overheidsobligaties 35.491 38.718 BEDRIJFSOBLIGATIES In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van bedrijfsobligaties. 31 december 2021 31 december 2020 Naar IFRS classificatie Voor verkoop beschikbaar 11.680 12.526 Totaal bedrijfsobligaties (zie toelichting 10) 11.680 12.526 Naar rating AAA 40 41 AA 648 876 A 3.617 3.687 BBB 6.368 6.781 Totaal beleggingskwaliteit 10.674 11.385 Minder dan beleggingskwaliteit 163 239 Zonder kredietbeoordeling 843 902 Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 1.006 1.141 Totaal bedrijfsobligaties 11.680 12.526 BANKEN EN ANDERE FINANCIËLE INSTELLINGEN In de onderstaande tabel wordt informatie gegeven over de kredietkwaliteit van banken en andere financiële instellingen. 31 december 2021 31 december 2020 Naar IFRS classificatie Voor verkoop beschikbaar 6.715 7.229 Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 134 130 Totaal banken en andere financiële instellingen(zie toelichting 10) 6.849 7.359 Naar rating AAA 1.719 2.037 AA 1.674 1.916 A 1.544 1.604 BBB 1.070 1.072 Totaal beleggingskwaliteit 6.007 6.629 Minder dan beleggingskwaliteit 7 10 Zonder kredietbeoordeling 835 720 Totaal minder dan beleggingsclassificatie en zonder kredietbeoordeling 842 730 Totaal banken en andere financiële instellingen 6.849 7.359 145 | 240 B. RISICO DAT OPTREEDT ALS EEN TEGENPARTIJ IN GEBREKE BLIJFT Het tegenpartijrisico houdt rekening met potentiële verliezen als gevolg van onverwachte wanbetaling of een verslechtering van de kredietwaardigheid van tegenpartijen en debiteuren. De reikwijdte van het wanbetalingsrisico voor tegenpartijen omvat risicobeperkende contracten (zoals herverzekeringsovereenkomsten, effectiseringen en afgeleide producten), geldmiddelen, te ontvangen sommen van tussenpersonen, gediversifieerde hypotheekportefeuilles en andere kredietblootstelling die elders niet gedekt is (garanties, polishouders enz.). Het risico dat een tegenpartij in gebreke blijft kan ontstaan door de inkoop van herverzekeringen of andere risicoverminderende contracten. Ageas beperkt deze vorm van risico door strikt beleid bij de keuze van tegenpartijen, eisen die worden gesteld aan zekerheden en door diversificatie. Binnen Ageas wordt dit risico verminderd door de toepassing van het tegenpartijrisicobeleid en het nauwlettend volgen van de uitstaande posities van tegenpartijen. Diversificatie en het vermijden van blootstelling aan tegenpartijen met een lage kredietrating zijn sleutelelementen om dit risico te ondervangen. Een bijzondere waardevermindering voor een specifiek kredietrisico wordt vastgesteld als er objectieve aanwijzingen zijn dat Ageas niet alle verschuldigde bedragen in overeenstemming met de contractuele voorwaarden zal kunnen innen. De omvang van de bijzondere waardevermindering is het verschil tussen de boekwaarde en de realiseerbare waarde. In het geval van aan de markt verhandelde effecten is de realiseerbare waarde gelijk aan de reële waarde. Bijzondere waardeverminderingen zijn gebaseerd op de laatste schatting door Ageas van de nog mogelijke inning en vertegenwoordigen het verlies dat Ageas denkt te zullen lijden. Voorwaarden voor afschrijving kunnen zijn dat de faillissementsprocedure van de debiteur is afgerond en alle zekerheden zijn benut, dat de debiteur en/of garantiegever in staat van insolventie verkeren/verkeert, dat alle normale inspanningen voor de inning zijn geleverd of dat het punt van economisch verlies (dat wil zeggen, het moment waarop alle kosten samen hoger zijn dan het bedrag dat nog kan worden geïnd) is bereikt. 4.7.1.3 Liquiditeitsrisico Liquiditeitsrisico treedt op als Ageas onvoldoende liquide middelen heeft en niet in staat is om beleggingen en overige activa liquide te maken en te voldoen aan haar financiële verplichtingen wanneer die verschuldigd zijn. Dit kan bijvoorbeeld gebeuren door een onverwachte vraag naar contanten van polishouders en andere contractuele partijen waaraan niet kan worden voldaan zonder verliezen te lijden of de bedrijfsvoering te schaden als gevolg van beperkingen op de te liquideren activa. Deze beperkingen kunnen structureel zijn of kunnen te wijten zijn aan marktontwrichtingen. De financiële verplichtingen van Ageas en de lokale dochtermaat- schappijen van Ageas betreffen vaak langetermijnverplichtingen en in het algemeen zijn activa die worden aangehouden om aan deze verplichtingen te voldoen langetermijnactiva en illiquide activa. Vorderingen en andere uitstromen van kasmiddelen kunnen onvoorspelbaar zijn en aanzienlijk verschillen van verwachte bedragen. Als er geen liquide middelen beschikbaar zijn om een financiële verplichting na te komen als deze opeisbaar is, zullen er liquide middelen moeten worden geleend en/of zullen illiquide activa moeten worden verkocht (met mogelijk een aanzienlijk verlies tot gevolg) om aan de verplichting te voldoen. Verliezen zouden ontstaan door de korting die moet worden verleend om de activa te liquideren. Als verzekeringsmaatschappij genereert Ageas normaal gesproken contante middelen en blijft dit risico daardoor relatief laag. Ageas houdt een kaspositie aan om bestand te zijn tegen slechte liquiditeits- omstandigheden als deze zich voordoen. Er wordt bijzondere aandacht besteed aan de verklaringen van de centrale banken over potentiële veranderingen in het monetaire beleid. Dividenduitkeringen aan aandeelhouders, evenals de kosten van de holding worden gefinancierd door dividenduitkeringen van de operationele verzekeringsentiteiten van Ageas. De oorzaken van liquiditeitsrisico in de operationele bedrijven kunnen worden gesplitst in factoren die een plotselinge toename van de behoefte aan contanten veroorzaken en factoren die leiden tot een onverwachte daling van de beschikbare middelen om aan de behoefte aan contanten te voldoen. Er zijn de volgende liquiditeitsrisico’s: Verzekeringstechnische liquiditeitsrisico’s: het risico dat Ageas of een lokale dochtermaatschappij een belangrijke som moet betalen om onvoorziene veranderingen te dekken in consumentengedrag (afkooprisico), plotselinge stijgingen van de frequentie van schadevorderingen of plotselinge grote schadevorderingen die ontstaan door grote of rampzalige gebeurtenissen zoals stormen, aswolken, grieppandemieën enz. Marktliquiditeitsrisico: het risico dat het verkoopproces zelf resulteert in verliezen door marktomstandigheden of hoge concentraties. Financierings-liquiditeitsrisico: het risico dat Ageas of een dochtermaatschappij niet in staat is voldoende middelen van buitenaf aan te trekken, omdat de activa illiquide zijn op het moment dat het nodig is (bijvoorbeeld om aan een onverwachte grote schadevordering te voldoen). Ieder bedrijf van Ageas moet ervoor zorgen dat wordt voldaan aan alle liquiditeitsvereisten. Liquiditeitsrisico's worden geïdentificeerd en bewaakt zodat de omstandigheden waarin liquiditeitsproblemen mogelijk kunnen zijn, bekend zijn en worden begrepen (bijv. onverwachte ongunstige wijzigingen in het uitloopprofiel van de verplichtingen, massaal verval, vertraging in nieuwe polissen, wijziging in de rating enz.) en men weet hoe hierop kan worden ingespeeld (bijv. de liquiditeit van activa in een crisis). 145 Ageas Jaarverslag 2021 146 | 240 Een overzicht van de verwachte uitstromen als gevolg van verzekeringsverplichtingen (behalve Unit-linked) wordt hierna verstrekt. Die kasstromen weerspiegelen een actuariële beste schatting op basis van contractlimieten volgens Solvency II. De totale uitstromen van de Groep als gevolg van verplichtingen worden niet gebruikt voor beheerdoeleinden, aangezien de liquiditeit wordt beheerd binnen de individuele verzekeringsmaatschappijen. Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Jaar 5 Netto uitgaande kasstromen uit verzekeringsverplichtingen per 31 december 2021 2022 2023 2024 2025 2026 Verplichtingen van polishouders, exclusief unit-linked business, exclusief herverzekering 8.098 6.711 6.275 4.759 4.863 Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Jaar 5 Netto uitgaande kasstromen uit verzekeringsverplichtingen per 31 december 2020 2021 2022 2023 2024 2025 Verplichtingen van polishouders, exclusief unit-linked business, exclusief herverzekering 7.243 6.559 5.891 5.720 4.233 4.7.1.4 Risico van immateriële activa Het risico van immateriële activa is het risico van verlies, of een ongunstige waardeontwikkeling van immateriële activa door een wijziging in de verwachte toekomstige voordelen die uit de immateriële activa kunnen worden gehaald. Immateriële activa kunnen bestaan uit de waarde van verworven activiteiten, parkeerconcessies en intellectuele eigendommen. 4.7.2 Verzekeringstechnisch risico Verzekeringstechnische risico’s betreffen alle risico’s van verzekeringsverplichtingen als gevolg van afwijkingen in claims door de onzekerheid en timing van die claims, alsmede afwijkingen in uitgaven en verval, in vergelijking met de onderliggende hypothesen gemaakt bij de acceptatie van de polis. Het levenrisico omvat het sterfterisico, het langlevenrisico, het invaliditeitsrisico, het morbiditeitsrisico (d.w.z. ziekte met mogelijk dodelijke afloop), het verval- en behoudrisico, het kostenrisico, het catastroferisico en het herzieningsrisico. Tot de Niet-levenrisico’s behoren het reserverisico, het premierisico en catastroferisico’s. Het reserverisico hangt samen met de te betalen schadeclaims terwijl het premierisico betrekking heeft op toekomstige schadevorderingen (met uitzondering van catastrofeschades). Het catastroferisico betreft schadeclaims die door rampgebeurtenissen worden veroorzaakt, zowel natuurrampen als door mensen veroorzaakte rampen. Elke maatschappij beheert verzekeringstechnische risico's door middel van acceptatiebeleid, productgoedkeuringsbeleid, reserveringsbeleid, beleid voor schadebeheer en herverzekeringsbeleid. Er wordt vooral op gelet dat de klantengroep die een product koopt inderdaad overeenkomt met de onderliggende aannames over klanten bij de ontwikkeling en prijsstelling van het product. Het acceptatiebeleid wordt lokaal vastgesteld als onderdeel van het algehele Enterprise Risk Management-kader en wordt beoordeeld door actuariële medewerkers die de feitelijke schadehistorie evalueren. Er wordt gebruikgemaakt van een reeks indicatoren en hulpmiddelen voor het maken van statistische analyses om de acceptatienormen te verfijnen, met als doel het schadeverloop te verbeteren en/of te waarborgen dat de prijsstelling op de juiste wijze wordt bijgesteld. De verzekeringsmaatschappijen streven ernaar om de premies op een niveau vast te stellen waarbij het bedrag van de premies samen met de beleggingsinkomsten die daarmee worden gegenereerd groter is dan het totale bedrag van verwachte schaden, schadeafhandelingskosten en beheerskosten. De juistheid van de prijsstelling wordt getoetst met behulp van diverse technieken en belangrijke prestatie-indicatoren die passen bij de betreffende portefeuille. Dit gebeurt zowel a priori (bijvoorbeeld beoordeling van de winstgevendheid) als a posteriori (bijvoorbeeld embedded value, combined ratio’s). De factoren waarmee rekening wordt gehouden bij de prijsstelling voor verzekeringen verschillen per product en zijn afhankelijk van de geboden dekking en uitkeringen. De volgende factoren worden in het algemeen in overweging genomen: verwachte claims van verzekeringnemers en daarmee verband houdende verwachte uitkeringen en de timing daarvan. de mate en aard van de onzekerheid aangaande de verwachte uitkeringen. In dit verband worden onder meer analyses gemaakt van schadestatistieken en de ontwikkeling van jurisprudentie, economische omstandigheden en demografische ontwikkelingen. overige productiekosten voor het betreffende product, zoals distributie-, marketing-, polisadministratie- en schadeadministratiekosten. financiële omstandigheden die de tijdswaarde van geld weerspiegelen. eisen ten aanzien van de solvabiliteit. beoogde niveaus van de winstgevendheid. omstandigheden in de verzekeringsmarkt, met name de prijsstelling van concurrenten voor vergelijkbare producten. In zijn blootstelling aan de hierboven genoemde risico’s profiteert Ageas van diversificatie over geografische regio's, productgroepen en zelfs verschillende verzekeringsrisicofactoren, zodat Ageas niet blootgesteld wordt aan grote concentraties verzekeringsrisico's. Daarnaast hebben de verzekeringsmaatschappijen van Ageas specifieke maatregelen getroffen om de blootstelling aan de concentratie van verzekeringsrisico's te verkleinen. Bijvoorbeeld producten die afkoopkosten in rekening brengen en/of producten die worden aangepast aan de marktwaarde beperken het verlies voor de verzekeringsmaatschappij en herverzekeringscontracten leiden tot een beperkte blootstelling aan grote verliezen. 147 | 240 Voor risicobewaking neemt Ageas de solvabiliteitskapitaalvereiste (SCR) volgens Solvency II per subrisico in aanmerking. In de tabel hierna wordt de SCR voor elk type verzekeringstechnisch risico weergegeven, met vermelding van de relatieve niveaus van risico en capital consumption. Samenstelling SCR met betrekking tot verzekeringsrisico 31 december 2021 31 december 2020 Levensverzekeringstechnisch risico 944 842 Gezondheidzorg verzekeringtechnisch risico 338 331 Niet-leven verzekeringstechnisch risico 875 796 4.7.2.1 Verzekeringsrisico’s Leven Het levensverzekeringsrisico ontstaat uit de levensverzekeringsverplichtingen in relatie tot de gevaren die verzekerd zijn en de processen die bij de bedrijfsvoering worden gebruikt. Verzekeringstechnische risico's Leven bestaan hoofdzakelijk uit sterfte- /langlevenrisico, invaliditeitsrisico/morbiditeitsrisico, verval- en behoudrisico, leven-kostenrisico, herzienings- en catastroferisico. Deze paragraaf beschrijft eerst deze risico’s (onder A t/m F). Daarna wordt beschreven hoe de dochtermaatschappijen van Ageas deze risico’s beheren (onder G). A. STERFTE-/LANGLEVENRISICO Sterfterisico is het risico van verlies of van nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de sterftecijfers, waarbij een toename van het sterftecijfer leidt tot een toename van de waarde van de verzekeringsverplichtingen. De sterftetabellen die gebruikt worden ten behoeve van de prijsstelling bevatten voorzichtige marges. Zoals gebruikelijk in de sector maken de dochtermaatschappijen van Ageas gebruik van ervaringstabellen met adequate zekerheidstoeslagen. Elk jaar moeten de veronderstellingen worden herzien om de verwachte sterftecijfers te vergelijken met de ervaringsgegevens. Deze analyse vindt plaats op basis van een aantal criteria, zoals leeftijd, polisjaar, verzekerde som en andere verzekeringstechnische criteria. Langlevenrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de sterftecijfers, waarbij een daling van het sterftecijfer leidt tot een toename van de waarde van de verzekeringsverplichtingen. Dit risico wordt beheerd door het aantal vastgestelde sterftegevallen binnen de portefeuille jaarlijks te evalueren. Wanneer blijkt dat de levensverwachting sneller toeneemt dan de sterftetabellen aangeven, worden extra voorzieningen aangelegd en worden de prijzen van nieuwe producten dienovereenkomstig aangepast. B. ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSRISICO/ INVALIDITEITSRISICO Invaliditeitsrisico/morbiditeitsrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van invaliditeits-, ziekte- of morbiditeitspercentages. Dit risico kan zich bijvoorbeeld voordoen in portefeuilles met invaliditeits- en ziektekostenpolissen en ongevallenverzekeringen voor werknemers. De verzekeringsmaatschappijen van Ageas beperken het invaliditeitsrisico door medische selectiecriteria en een passende herverzekering. C. VERVAL- EN BEHOUDRISICO Vervalrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van het percentage polisverval en -behoud, onder andere in de vorm van polisverlenging, - afkoop, premieverlagingen en andere factoren die tot lagere premies leiden. Behoudrisico is vaak een andere naam voor de volatiliteit van het premieverval en vervangingen van verlopen polissen, annuleringen binnen de wettelijke bedenktijd of afkopen. De ontwikkeling en prijsstelling van verzekeringspolissen is mede gebaseerd op aannames over de kosten van het verkopen en administreren van de polissen totdat deze vervallen of uitkeren en over het verwachte behoud. Het risico van een andere feitelijke ontwikkeling en de eventuele gevolgen daarvan worden in het stadium van de productontwikkeling in kaart gebracht. Dat risico kan worden verminderd via het productontwerp, bijvoorbeeld met een boeteclausule voor vervroegde aflossing of retentiebonussen, aanloopkosten of het spreiden van de provisie aan verzekeringsagenten om de belangen op elkaar af te stemmen of door een aanpassing van de marktwaarde waarbij de risico’s in geval van verval volledig door de polishouders worden gedragen. In bepaalde markten wordt het vervalrisico ook beperkt door fiscale incentives. D. LEVEN-KOSTENRISICO Leven-kostenrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de kosten die worden gemaakt bij de uitvoering van (her)verzekeringsovereenkomsten. Het kostenrisico ontstaat als de voorziene kosten bij de prijsstelling van een garantie ontoereikend zijn om in het volgende jaar de werkelijke kosten op te vangen. E. HERZIENINGSRISICO Herzieningsrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van het herzieningspercentage dat op lijfrentes wordt toegepast als gevolg van veranderingen in het juridische klimaat of in de gezondheidstoestand van de verzekerde. F. CATASTROFERISICO Levenscatastroferisico komt voort uit extreme of ongeregelde gebeurtenissen die levensbedreigend zijn, bijvoorbeeld nucleaire explosie, pandemie van een nieuwe infectieziekte, terrorisme of natuurrampen. G. HET BEHEERSEN VAN VERZEKERINGSRISICO’S LEVEN BINNEN DE VERZEKERINGSBEDRIJVEN VAN AGEAS Via interne risicorapportering per kwartaal worden verzekeringsrisico’s Leven bewaakt om beter inzicht te hebben in hun blootstelling aan bepaalde gebeurtenissen en hun ontwikkeling. De meeste levensverzekeringsdochtermaatschappijen staan blootgesteld aan gelijksoortige gebeurtenissen zoals (massaal) verval, kosten en sterfte/langleven. ALGEMENE INFORMATIE 146 Ageas Jaarverslag 2021 146 | 240 Een overzicht van de verwachte uitstromen als gevolg van verzekeringsverplichtingen (behalve Unit-linked) wordt hierna verstrekt. Die kasstromen weerspiegelen een actuariële beste schatting op basis van contractlimieten volgens Solvency II. De totale uitstromen van de Groep als gevolg van verplichtingen worden niet gebruikt voor beheerdoeleinden, aangezien de liquiditeit wordt beheerd binnen de individuele verzekeringsmaatschappijen. Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Jaar 5 Netto uitgaande kasstromen uit verzekeringsverplichtingen per 31 december 2021 2022 2023 2024 2025 2026 Verplichtingen van polishouders, exclusief unit-linked business, exclusief herverzekering 8.098 6.711 6.275 4.759 4.863 Jaar 1 Jaar 2 Jaar 3 Jaar 4 Jaar 5 Netto uitgaande kasstromen uit verzekeringsverplichtingen per 31 december 2020 2021 2022 2023 2024 2025 Verplichtingen van polishouders, exclusief unit-linked business, exclusief herverzekering 7.243 6.559 5.891 5.720 4.233 4.7.1.4 Risico van immateriële activa Het risico van immateriële activa is het risico van verlies, of een ongunstige waardeontwikkeling van immateriële activa door een wijziging in de verwachte toekomstige voordelen die uit de immateriële activa kunnen worden gehaald. Immateriële activa kunnen bestaan uit de waarde van verworven activiteiten, parkeerconcessies en intellectuele eigendommen. 4.7.2 Verzekeringstechnisch risico Verzekeringstechnische risico’s betreffen alle risico’s van verzekeringsverplichtingen als gevolg van afwijkingen in claims door de onzekerheid en timing van die claims, alsmede afwijkingen in uitgaven en verval, in vergelijking met de onderliggende hypothesen gemaakt bij de acceptatie van de polis. Het levenrisico omvat het sterfterisico, het langlevenrisico, het invaliditeitsrisico, het morbiditeitsrisico (d.w.z. ziekte met mogelijk dodelijke afloop), het verval- en behoudrisico, het kostenrisico, het catastroferisico en het herzieningsrisico. Tot de Niet-levenrisico’s behoren het reserverisico, het premierisico en catastroferisico’s. Het reserverisico hangt samen met de te betalen schadeclaims terwijl het premierisico betrekking heeft op toekomstige schadevorderingen (met uitzondering van catastrofeschades). Het catastroferisico betreft schadeclaims die door rampgebeurtenissen worden veroorzaakt, zowel natuurrampen als door mensen veroorzaakte rampen. Elke maatschappij beheert verzekeringstechnische risico's door middel van acceptatiebeleid, productgoedkeuringsbeleid, reserveringsbeleid, beleid voor schadebeheer en herverzekeringsbeleid. Er wordt vooral op gelet dat de klantengroep die een product koopt inderdaad overeenkomt met de onderliggende aannames over klanten bij de ontwikkeling en prijsstelling van het product. Het acceptatiebeleid wordt lokaal vastgesteld als onderdeel van het algehele Enterprise Risk Management-kader en wordt beoordeeld door actuariële medewerkers die de feitelijke schadehistorie evalueren. Er wordt gebruikgemaakt van een reeks indicatoren en hulpmiddelen voor het maken van statistische analyses om de acceptatienormen te verfijnen, met als doel het schadeverloop te verbeteren en/of te waarborgen dat de prijsstelling op de juiste wijze wordt bijgesteld. De verzekeringsmaatschappijen streven ernaar om de premies op een niveau vast te stellen waarbij het bedrag van de premies samen met de beleggingsinkomsten die daarmee worden gegenereerd groter is dan het totale bedrag van verwachte schaden, schadeafhandelingskosten en beheerskosten. De juistheid van de prijsstelling wordt getoetst met behulp van diverse technieken en belangrijke prestatie-indicatoren die passen bij de betreffende portefeuille. Dit gebeurt zowel a priori (bijvoorbeeld beoordeling van de winstgevendheid) als a posteriori (bijvoorbeeld embedded value, combined ratio’s). De factoren waarmee rekening wordt gehouden bij de prijsstelling voor verzekeringen verschillen per product en zijn afhankelijk van de geboden dekking en uitkeringen. De volgende factoren worden in het algemeen in overweging genomen: verwachte claims van verzekeringnemers en daarmee verband houdende verwachte uitkeringen en de timing daarvan. de mate en aard van de onzekerheid aangaande de verwachte uitkeringen. In dit verband worden onder meer analyses gemaakt van schadestatistieken en de ontwikkeling van jurisprudentie, economische omstandigheden en demografische ontwikkelingen. overige productiekosten voor het betreffende product, zoals distributie-, marketing-, polisadministratie- en schadeadministratiekosten. financiële omstandigheden die de tijdswaarde van geld weerspiegelen. eisen ten aanzien van de solvabiliteit. beoogde niveaus van de winstgevendheid. omstandigheden in de verzekeringsmarkt, met name de prijsstelling van concurrenten voor vergelijkbare producten. In zijn blootstelling aan de hierboven genoemde risico’s profiteert Ageas van diversificatie over geografische regio's, productgroepen en zelfs verschillende verzekeringsrisicofactoren, zodat Ageas niet blootgesteld wordt aan grote concentraties verzekeringsrisico's. Daarnaast hebben de verzekeringsmaatschappijen van Ageas specifieke maatregelen getroffen om de blootstelling aan de concentratie van verzekeringsrisico's te verkleinen. Bijvoorbeeld producten die afkoopkosten in rekening brengen en/of producten die worden aangepast aan de marktwaarde beperken het verlies voor de verzekeringsmaatschappij en herverzekeringscontracten leiden tot een beperkte blootstelling aan grote verliezen. 147 | 240 Voor risicobewaking neemt Ageas de solvabiliteitskapitaalvereiste (SCR) volgens Solvency II per subrisico in aanmerking. In de tabel hierna wordt de SCR voor elk type verzekeringstechnisch risico weergegeven, met vermelding van de relatieve niveaus van risico en capital consumption. Samenstelling SCR met betrekking tot verzekeringsrisico 31 december 2021 31 december 2020 Levensverzekeringstechnisch risico 944 842 Gezondheidzorg verzekeringtechnisch risico 338 331 Niet-leven verzekeringstechnisch risico 875 796 4.7.2.1 Verzekeringsrisico’s Leven Het levensverzekeringsrisico ontstaat uit de levensverzekeringsverplichtingen in relatie tot de gevaren die verzekerd zijn en de processen die bij de bedrijfsvoering worden gebruikt. Verzekeringstechnische risico's Leven bestaan hoofdzakelijk uit sterfte- /langlevenrisico, invaliditeitsrisico/morbiditeitsrisico, verval- en behoudrisico, leven-kostenrisico, herzienings- en catastroferisico. Deze paragraaf beschrijft eerst deze risico’s (onder A t/m F). Daarna wordt beschreven hoe de dochtermaatschappijen van Ageas deze risico’s beheren (onder G). A. STERFTE-/LANGLEVENRISICO Sterfterisico is het risico van verlies of van nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de sterftecijfers, waarbij een toename van het sterftecijfer leidt tot een toename van de waarde van de verzekeringsverplichtingen. De sterftetabellen die gebruikt worden ten behoeve van de prijsstelling bevatten voorzichtige marges. Zoals gebruikelijk in de sector maken de dochtermaatschappijen van Ageas gebruik van ervaringstabellen met adequate zekerheidstoeslagen. Elk jaar moeten de veronderstellingen worden herzien om de verwachte sterftecijfers te vergelijken met de ervaringsgegevens. Deze analyse vindt plaats op basis van een aantal criteria, zoals leeftijd, polisjaar, verzekerde som en andere verzekeringstechnische criteria. Langlevenrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de sterftecijfers, waarbij een daling van het sterftecijfer leidt tot een toename van de waarde van de verzekeringsverplichtingen. Dit risico wordt beheerd door het aantal vastgestelde sterftegevallen binnen de portefeuille jaarlijks te evalueren. Wanneer blijkt dat de levensverwachting sneller toeneemt dan de sterftetabellen aangeven, worden extra voorzieningen aangelegd en worden de prijzen van nieuwe producten dienovereenkomstig aangepast. B. ARBEIDSONGESCHIKTHEIDSRISICO/ INVALIDITEITSRISICO Invaliditeitsrisico/morbiditeitsrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van invaliditeits-, ziekte- of morbiditeitspercentages. Dit risico kan zich bijvoorbeeld voordoen in portefeuilles met invaliditeits- en ziektekostenpolissen en ongevallenverzekeringen voor werknemers. De verzekeringsmaatschappijen van Ageas beperken het invaliditeitsrisico door medische selectiecriteria en een passende herverzekering. C. VERVAL- EN BEHOUDRISICO Vervalrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van het percentage polisverval en -behoud, onder andere in de vorm van polisverlenging, - afkoop, premieverlagingen en andere factoren die tot lagere premies leiden. Behoudrisico is vaak een andere naam voor de volatiliteit van het premieverval en vervangingen van verlopen polissen, annuleringen binnen de wettelijke bedenktijd of afkopen. De ontwikkeling en prijsstelling van verzekeringspolissen is mede gebaseerd op aannames over de kosten van het verkopen en administreren van de polissen totdat deze vervallen of uitkeren en over het verwachte behoud. Het risico van een andere feitelijke ontwikkeling en de eventuele gevolgen daarvan worden in het stadium van de productontwikkeling in kaart gebracht. Dat risico kan worden verminderd via het productontwerp, bijvoorbeeld met een boeteclausule voor vervroegde aflossing of retentiebonussen, aanloopkosten of het spreiden van de provisie aan verzekeringsagenten om de belangen op elkaar af te stemmen of door een aanpassing van de marktwaarde waarbij de risico’s in geval van verval volledig door de polishouders worden gedragen. In bepaalde markten wordt het vervalrisico ook beperkt door fiscale incentives. D. LEVEN-KOSTENRISICO Leven-kostenrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van de kosten die worden gemaakt bij de uitvoering van (her)verzekeringsovereenkomsten. Het kostenrisico ontstaat als de voorziene kosten bij de prijsstelling van een garantie ontoereikend zijn om in het volgende jaar de werkelijke kosten op te vangen. E. HERZIENINGSRISICO Herzieningsrisico is het risico van verlies of nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van veranderingen in het niveau, de ontwikkeling of volatiliteit van het herzieningspercentage dat op lijfrentes wordt toegepast als gevolg van veranderingen in het juridische klimaat of in de gezondheidstoestand van de verzekerde. F. CATASTROFERISICO Levenscatastroferisico komt voort uit extreme of ongeregelde gebeurtenissen die levensbedreigend zijn, bijvoorbeeld nucleaire explosie, pandemie van een nieuwe infectieziekte, terrorisme of natuurrampen. G. HET BEHEERSEN VAN VERZEKERINGSRISICO’S LEVEN BINNEN DE VERZEKERINGSBEDRIJVEN VAN AGEAS Via interne risicorapportering per kwartaal worden verzekeringsrisico’s Leven bewaakt om beter inzicht te hebben in hun blootstelling aan bepaalde gebeurtenissen en hun ontwikkeling. De meeste levensverzekeringsdochtermaatschappijen staan blootgesteld aan gelijksoortige gebeurtenissen zoals (massaal) verval, kosten en sterfte/langleven. 147 Ageas Jaarverslag 2021 148 | 240 H. GEVOELIGHEDEN OP TECHNISCHE VOORZIENINGEN Het voornaamste hulpmiddel waarover Ageas beschikt om de gevoeligheid van de levensverzekeringsverplichtingen voor verzekeringstechnische risico's te bewaken is de driemaandelijkse risicorapportering, waarin de kapitaalvereisten per subrisico zijn opgenomen. Voor geconsolideerde entiteiten die onderworpen zijn aan Solvency II of een gelijkwaardig regime, weerspiegelen deze kapitaalvereisten de impact op het Eigen vermogen volgens Solvency II onder extreme stressscenario's voor de onderschrijvingsveronderstellingen (bijv. afkoopratio's, sterftecijfers, invaliditeits- en morbiditeitspercentages, kosten, ...) die overeenstemmen met een stressscenario van 1 op 200. De meeste technische voorzieningen Leven bij Ageas houden verband met de spaar- en pensioenactiviteiten. Daardoor houden de belangrijkste onzekerheden over de levensverzekeringsverplichtingen van Ageas verband met marktrisico's zoals het niveau van de vastrentende spreads, het rendement op risicoactiva en de termijnstructuur van rentevoeten, en niet zozeer met verzekeringstechnische risico's zoals verval-, mortaliteits- of kostenrisico's. Voor beschermings-, lijfrente- of gezondheidsproducten kunnen verzekeringstechnische risico's voor individuele entiteiten relatief groter zijn, maar op het niveau van de Groep zijn dit niet de voornaamste risico's. Daarom rapporteert Ageas niet regelmatig over kwantitatieve eerste- ordegevoeligheden voor de hele Groep. In plaats daarvan worden die risico's bewaakt in het kader van de gewone risicorapportering waarbij een economisch uitgangspunt gehanteerd wordt. 4.7.2.2 Verzekeringsrisico’s Niet-leven De verzekeringstechnische risico's Niet-leven bestaan voornamelijk uit het reserverisico, premierisico, catastroferisico en vervalrisico. Deze paragraaf beschrijft eerst deze risico’s (onder A t/m D). Daarna wordt beschreven hoe de dochtermaatschappijen van Ageas deze risico’s beheersen (onder E), in subparagraaf F worden de schaderatio’s weergegeven, onder G de risicogevoeligheden Niet-leven en onder H zijn de schadereservetabellen te vinden. A. RESERVERISICO Reserverisico houdt verband met de uitstaande claims en is het risico van nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van schommelingen in het tijdstip en het bedrag van de afhandeling en kosten van schaden. B. PREMIERISICO Premierisico Niet-leven is het risico dat de premie ontoereikend is om alle verplichtingen te dekken, inclusief schade en kosten als gevolg van schommelingen in de schadefrequentie, de ernst van de schadeclaims, het tijdstip van de afhandeling of nadelige veranderingen in de kosten. Het schaderisico bij Niet-leven kan om diverse redenen afwijken van de verwachte uitkomst. In een analyse wordt doorgaans anders omgegaan met claims met een lange of met een korte looptijd. Zo worden claims met een korte looptijd (zoals autoschade en schade aan goederen) over het algemeen binnen enkele dagen of weken gemeld en kort daarna afgewikkeld. De afwikkeling van claims met een lange looptijd, zoals bij lichamelijke letsels of aansprakelijkheid, kan daarentegen jaren in beslag nemen. Bij claims met een lange looptijd is, als gevolg van de aard van de schade, informatie over de gebeurtenis (bijvoorbeeld over de vereiste medische behandeling) niet altijd direct beschikbaar. Daarnaast is schade met een lange looptijd moeilijker te analyseren, zijn hiervoor meer gedetailleerde werkzaamheden vereist en is de mate van onzekerheid groter dan bij schade met een korte looptijd. De verzekeringsmaatschappijen van Ageas houden rekening met de ervaringen met vergelijkbare gevallen en historische trends, zoals het voorzieningenpatroon, de groei van de blootstelling, schade-uitkeringen, de omvang van lopende en nog niet uitgekeerde schadegevallen, evenals gerechtelijke uitspraken en economische omstandigheden. Indien de ervaring hetzij onvoldoende wordt geacht of volledig afwezig, in het licht van de specifieke aard van de schadegebeurtenis 7 dan gebruikt Ageas betrouwbare (externe of overige) bronnen en beoordelingen, rekening houdend met zijn risicopositie. Om het claimrisico te verminderen, passen de verzekeringsmaatschappijen van Ageas een selectie- en acceptatiebeleid toe. De prijsstelling wordt per klantensegment en per soort activiteit bepaald, waarbij gebruik wordt gemaakt van de kennis of verwachtingen ten aanzien van de toekomstige ontwikkeling van de frequentie en omvang van claims. Daarnaast profiteren de verzekeringsmaatschappijen van Ageas van spreidingseffecten omdat de Niet-levenbedrijven actief zijn op een groot aantal verschillende terreinen en in een groot aantal verschillende regio’s. Aan het gemiddeld aantal claims verandert dit niets, maar de variatie in de totale schadeportefeuille neemt hierdoor wel af, en daarmee ook het risico. Het risico van onverwacht grote schadeclaims wordt door polisbeperkingen, beheer van het concentratierisico en herverzekeringen ingeperkt. C. CATASTROFERISICO Catastroferisico betreft claims in verband met rampen, namelijk natuurrampen zoals storm, overstromingen, aardbevingen, ernstige vorst, tsunami’s en door mensen veroorzaakte rampen zoals terrorisme, explosies of schadegevallen met doden waarbij tal van slachtoffers betrokken zijn of die neveneffecten hebben zoals vervuiling, storing in bedrijfsactiviteiten. De vermindering van het catastroferisico vindt plaats via concentratierisicobeer en herverzekering. D. VERVALRISICO Vervalrisico heeft betrekking op de toekomstige premies in een premievoorziening waarbij een verwachte winst is voorzien. Vervalrisico is het risico van meer verval dan verwacht, waardoor de winst minder is dan verwacht. 7 Bijv. ENID (Events not in data)-gebeurtenissen. 149 | 240 E. HET BEHEERSEN VAN NIET-LEVEN-RISICO’S DOOR DE VERZEKERINGSDOCHTERMAATSCHAPPIJEN Het beheersen van Niet-Leven-risico’s binnen Ageas volgt de voor elke Niet-Leven-entiteit geldende instructies en richtlijnen op het gebied van verzekeren en risico’s nemen. Hieronder vallen regels voor risicoacceptatie, richtlijnen op het gebied van schadebeheer, herverzekeringsactiviteiten en management in het algemeen. Op Groepsniveau is in verband met het bovenstaande een aantal rapportageschema’s, zoals KPI-rapporten en toereikendheidstoetsen ingevoerd, zowel voor schade- en premiereserves. Daarnaast is een intern model ontwikkeld om het verzekeringstechnisch risico Niet-leven voor de entiteiten en de groep beter te beheren. Het model wordt gebruikt om de optimale herverzekeringsprogramma's te vinden en zo de Niet-leven-risico's van de entiteiten te beperken, maar ook om risicoconcentratie binnen de Groep te vermijden. Weergerelateerde schadeclaims zijn een goed voorbeeld van concentratierisico's voor de Groep. Klimaatverandering verdient in dit verband bijzondere aandacht. Voor de modellen betreffende natuurverschijnselen worden externe modellen gebruikt. Ageas waarborgt een permanente opvolging van de implicatie van klimaatverandering op deze modellen en er vindt een permanente dialoog plaats met de aanbieders van deze modellen. F. SCHADERATIO’S Schaderatio is een maatstaf die wordt gebruikt om de geschiktheid te beoordelen van het gedeelte van de premies dat wordt gehanteerd om schadeclaims te dekken. Schaderatio wordt gedefinieerd als de totale (geschatte) kosten van schade als percentage van de verdiende premies. Combined ratio is de som van schade- en lastenratio (inclusief commissies). Over het algemeen genomen mag een combined ratio onder de 100 procent worden verwacht met een doelstelling van minder dan 96%. Vanwege de intrinsieke veranderlijkheid van het schadeclaimproces en/of ondoelmatige premies, kan de combined ratio soms boven de 100 procent bedragen. Deze situatie wordt aangepakt door middel van het beheersen van Niet-leven risico’s (zie punt E hierboven). De combined ratio en de schaderatio zijn te raadplegen in toelichting 8 Segmentrapportering. G. GEVOELIGHEDEN OP TECHNISCHE VOORZIENINGEN De in de onderstaande tabel getoonde Niet-leven risicogevoeligheden gaan uit van het effect op het resultaat voor belasting, rekening houdend met een afname van de kosten zoals inbegrepen in de Geconsolideerde resultatenrekening met 10% en een toename van schadelasten zoals inbegrepen in de Geconsolideerde resultatenrekening met 5%. Effect op resultaat Effect op resultaat voor belasting per voor belasting per Gevoeligheden Niet-leven 31 december 2021 31 december 2020 Lasten (10%) 145 123 Schadelasten 5% (126) (107) H. SCHADERESERVETABELLEN De reserves die in de balans zijn verantwoord voor schadeclaims en de kosten van schadeclaims worden naar schadejaar door de actuarissen en de afdeling schadebeheer geanalyseerd. Uitkeringen en reserves worden daarom in een tabel met twee tijdsperiodes weergegeven: schadejaar (jaar van de schade, in de kolommen) en kalenderjaar (ontwikkelingsjaar, op de regels). Deze zogenoemde uitfaserende driehoek laat zien hoe de schadereserve zich in de tijd ontwikkelt als gevolg van gedane betalingen en nieuwe schattingen van de uiteindelijke schade per de betreffende balansdatum. Alle schadeclaims zijn het gevolg van verzekeringsovereenkomsten zoals gedefinieerd onder IFRS, inclusief alle schadeovereenkomsten waarvan de reserves in driehoeksformaat kunnen worden verantwoord. De genoemde belangrijkste cijfers zijn niet contant gemaakt. De contant gemaakte schadereserve en een aantal andere verplichtingen (bijv. permanente arbeidsongeschiktheid of lijfrentes uit zorg- of ongevallenverzekeringen of schadeverzekeringen voor auto's) zijn opgenomen in de reconciliatieregels. Alle bedragen in de tabel worden berekend tegen de van toepassing zijnde wisselkoers per jaareinde 2021. ALGEMENE INFORMATIE 148 Ageas Jaarverslag 2021 148 | 240 H. GEVOELIGHEDEN OP TECHNISCHE VOORZIENINGEN Het voornaamste hulpmiddel waarover Ageas beschikt om de gevoeligheid van de levensverzekeringsverplichtingen voor verzekeringstechnische risico's te bewaken is de driemaandelijkse risicorapportering, waarin de kapitaalvereisten per subrisico zijn opgenomen. Voor geconsolideerde entiteiten die onderworpen zijn aan Solvency II of een gelijkwaardig regime, weerspiegelen deze kapitaalvereisten de impact op het Eigen vermogen volgens Solvency II onder extreme stressscenario's voor de onderschrijvingsveronderstellingen (bijv. afkoopratio's, sterftecijfers, invaliditeits- en morbiditeitspercentages, kosten, ...) die overeenstemmen met een stressscenario van 1 op 200. De meeste technische voorzieningen Leven bij Ageas houden verband met de spaar- en pensioenactiviteiten. Daardoor houden de belangrijkste onzekerheden over de levensverzekeringsverplichtingen van Ageas verband met marktrisico's zoals het niveau van de vastrentende spreads, het rendement op risicoactiva en de termijnstructuur van rentevoeten, en niet zozeer met verzekeringstechnische risico's zoals verval-, mortaliteits- of kostenrisico's. Voor beschermings-, lijfrente- of gezondheidsproducten kunnen verzekeringstechnische risico's voor individuele entiteiten relatief groter zijn, maar op het niveau van de Groep zijn dit niet de voornaamste risico's. Daarom rapporteert Ageas niet regelmatig over kwantitatieve eerste- ordegevoeligheden voor de hele Groep. In plaats daarvan worden die risico's bewaakt in het kader van de gewone risicorapportering waarbij een economisch uitgangspunt gehanteerd wordt. 4.7.2.2 Verzekeringsrisico’s Niet-leven De verzekeringstechnische risico's Niet-leven bestaan voornamelijk uit het reserverisico, premierisico, catastroferisico en vervalrisico. Deze paragraaf beschrijft eerst deze risico’s (onder A t/m D). Daarna wordt beschreven hoe de dochtermaatschappijen van Ageas deze risico’s beheersen (onder E), in subparagraaf F worden de schaderatio’s weergegeven, onder G de risicogevoeligheden Niet-leven en onder H zijn de schadereservetabellen te vinden. A. RESERVERISICO Reserverisico houdt verband met de uitstaande claims en is het risico van nadelige veranderingen in de waarde van de verzekeringsverplichtingen als gevolg van schommelingen in het tijdstip en het bedrag van de afhandeling en kosten van schaden. B. PREMIERISICO Premierisico Niet-leven is het risico dat de premie ontoereikend is om alle verplichtingen te dekken, inclusief schade en kosten als gevolg van schommelingen in de schadefrequentie, de ernst van de schadeclaims, het tijdstip van de afhandeling of nadelige veranderingen in de kosten. Het schaderisico bij Niet-leven kan om diverse redenen afwijken van de verwachte uitkomst. In een analyse wordt doorgaans anders omgegaan met claims met een lange of met een korte looptijd. Zo worden claims met een korte looptijd (zoals autoschade en schade aan goederen) over het algemeen binnen enkele dagen of weken gemeld en kort daarna afgewikkeld. De afwikkeling van claims met een lange looptijd, zoals bij lichamelijke letsels of aansprakelijkheid, kan daarentegen jaren in beslag nemen. Bij claims met een lange looptijd is, als gevolg van de aard van de schade, informatie over de gebeurtenis (bijvoorbeeld over de vereiste medische behandeling) niet altijd direct beschikbaar. Daarnaast is schade met een lange looptijd moeilijker te analyseren, zijn hiervoor meer gedetailleerde werkzaamheden vereist en is de mate van onzekerheid groter dan bij schade met een korte looptijd. De verzekeringsmaatschappijen van Ageas houden rekening met de ervaringen met vergelijkbare gevallen en historische trends, zoals het voorzieningenpatroon, de groei van de blootstelling, schade-uitkeringen, de omvang van lopende en nog niet uitgekeerde schadegevallen, evenals gerechtelijke uitspraken en economische omstandigheden. Indien de ervaring hetzij onvoldoende wordt geacht of volledig afwezig, in het licht van de specifieke aard van de schadegebeurtenis 7 dan gebruikt Ageas betrouwbare (externe of overige) bronnen en beoordelingen, rekening houdend met zijn risicopositie. Om het claimrisico te verminderen, passen de verzekeringsmaatschappijen van Ageas een selectie- en acceptatiebeleid toe. De prijsstelling wordt per klantensegment en per soort activiteit bepaald, waarbij gebruik wordt gemaakt van de kennis of verwachtingen ten aanzien van de toekomstige ontwikkeling van de frequentie en omvang van claims. Daarnaast profiteren de verzekeringsmaatschappijen van Ageas van spreidingseffecten omdat de Niet-levenbedrijven actief zijn op een groot aantal verschillende terreinen en in een groot aantal verschillende regio’s. Aan het gemiddeld aantal claims verandert dit niets, maar de variatie in de totale schadeportefeuille neemt hierdoor wel af, en daarmee ook het risico. Het risico van onverwacht grote schadeclaims wordt door polisbeperkingen, beheer van het concentratierisico en herverzekeringen ingeperkt. C. CATASTROFERISICO Catastroferisico betreft claims in verband met rampen, namelijk natuurrampen zoals storm, overstromingen, aardbevingen, ernstige vorst, tsunami’s en door mensen veroorzaakte rampen zoals terrorisme, explosies of schadegevallen met doden waarbij tal van slachtoffers betrokken zijn of die neveneffecten hebben zoals vervuiling, storing in bedrijfsactiviteiten. De vermindering van het catastroferisico vindt plaats via concentratierisicobeer en herverzekering. D. VERVALRISICO Vervalrisico heeft betrekking op de toekomstige premies in een premievoorziening waarbij een verwachte winst is voorzien. Vervalrisico is het risico van meer verval dan verwacht, waardoor de winst minder is dan verwacht. 7 Bijv. ENID (Events not in data)-gebeurtenissen. 149 | 240 E. HET BEHEERSEN VAN NIET-LEVEN-RISICO’S DOOR DE VERZEKERINGSDOCHTERMAATSCHAPPIJEN Het beheersen van Niet-Leven-risico’s binnen Ageas volgt de voor elke Niet-Leven-entiteit geldende instructies en richtlijnen op het gebied van verzekeren en risico’s nemen. Hieronder vallen regels voor risicoacceptatie, richtlijnen op het gebied van schadebeheer, herverzekeringsactiviteiten en management in het algemeen. Op Groepsniveau is in verband met het bovenstaande een aantal rapportageschema’s, zoals KPI-rapporten en toereikendheidstoetsen ingevoerd, zowel voor schade- en premiereserves. Daarnaast is een intern model ontwikkeld om het verzekeringstechnisch risico Niet-leven voor de entiteiten en de groep beter te beheren. Het model wordt gebruikt om de optimale herverzekeringsprogramma's te vinden en zo de Niet-leven-risico's van de entiteiten te beperken, maar ook om risicoconcentratie binnen de Groep te vermijden. Weergerelateerde schadeclaims zijn een goed voorbeeld van concentratierisico's voor de Groep. Klimaatverandering verdient in dit verband bijzondere aandacht. Voor de modellen betreffende natuurverschijnselen worden externe modellen gebruikt. Ageas waarborgt een permanente opvolging van de implicatie van klimaatverandering op deze modellen en er vindt een permanente dialoog plaats met de aanbieders van deze modellen. F. SCHADERATIO’S Schaderatio is een maatstaf die wordt gebruikt om de geschiktheid te beoordelen van het gedeelte van de premies dat wordt gehanteerd om schadeclaims te dekken. Schaderatio wordt gedefinieerd als de totale (geschatte) kosten van schade als percentage van de verdiende premies. Combined ratio is de som van schade- en lastenratio (inclusief commissies). Over het algemeen genomen mag een combined ratio onder de 100 procent worden verwacht met een doelstelling van minder dan 96%. Vanwege de intrinsieke veranderlijkheid van het schadeclaimproces en/of ondoelmatige premies, kan de combined ratio soms boven de 100 procent bedragen. Deze situatie wordt aangepakt door middel van het beheersen van Niet-leven risico’s (zie punt E hierboven). De combined ratio en de schaderatio zijn te raadplegen in toelichting 8 Segmentrapportering. G. GEVOELIGHEDEN OP TECHNISCHE VOORZIENINGEN De in de onderstaande tabel getoonde Niet-leven risicogevoeligheden gaan uit van het effect op het resultaat voor belasting, rekening houdend met een afname van de kosten zoals inbegrepen in de Geconsolideerde resultatenrekening met 10% en een toename van schadelasten zoals inbegrepen in de Geconsolideerde resultatenrekening met 5%. Effect op resultaat Effect op resultaat voor belasting per voor belasting per Gevoeligheden Niet-leven 31 december 2021 31 december 2020 Lasten (10%) 145 123 Schadelasten 5% (126) (107) H. SCHADERESERVETABELLEN De reserves die in de balans zijn verantwoord voor schadeclaims en de kosten van schadeclaims worden naar schadejaar door de actuarissen en de afdeling schadebeheer geanalyseerd. Uitkeringen en reserves worden daarom in een tabel met twee tijdsperiodes weergegeven: schadejaar (jaar van de schade, in de kolommen) en kalenderjaar (ontwikkelingsjaar, op de regels). Deze zogenoemde uitfaserende driehoek laat zien hoe de schadereserve zich in de tijd ontwikkelt als gevolg van gedane betalingen en nieuwe schattingen van de uiteindelijke schade per de betreffende balansdatum. Alle schadeclaims zijn het gevolg van verzekeringsovereenkomsten zoals gedefinieerd onder IFRS, inclusief alle schadeovereenkomsten waarvan de reserves in driehoeksformaat kunnen worden verantwoord. De genoemde belangrijkste cijfers zijn niet contant gemaakt. De contant gemaakte schadereserve en een aantal andere verplichtingen (bijv. permanente arbeidsongeschiktheid of lijfrentes uit zorg- of ongevallenverzekeringen of schadeverzekeringen voor auto's) zijn opgenomen in de reconciliatieregels. Alle bedragen in de tabel worden berekend tegen de van toepassing zijnde wisselkoers per jaareinde 2021. 149 Ageas Jaarverslag 2021 150 | 240 De schadereserve-ontwikkelingstabel per schadejaar is als volgt. Schadejaar 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 Betalingen op: N 1.046 997 1.107 1.083 1.327 1.235 1.241 1.257 1.182 1.449 N + 1 494 503 512 522 506 520 534 498 437 N + 2 120 115 131 135 123 118 130 130 N + 3 90 75 82 103 90 94 83 N + 4 67 60 62 51 72 62 N + 5 51 31 51 48 44 N + 6 21 18 23 17 N + 7 16 18 4 N + 8 12 8 N + 9 9 Schadekosten: (Cumulatieve betalingen + uitstaande claims reserve) N 2.102 2.082 2.184 2.176 2.618 2.384 2.369 2.418 2.224 2.645 N + 1 2.069 2.027 2.168 2.160 2.618 2.359 2.409 2.308 2.157 N + 2 2.072 1.968 2.168 2.215 2.513 2.330 2.373 2.388 N + 3 2.048 1.951 2.183 2.149 2.401 2.271 2.301 N + 4 2.070 1.984 2.144 2.098 2.386 2.263 N + 5 2.074 1.971 2.101 2.105 2.360 N + 6 2.056 1.943 2.091 2.101 N + 7 2.042 1.934 2.067 N + 8 2.041 1.929 N + 9 2.031 Uiteindelijk verlies, geschat op de initiële datum 2.102 2.082 2.184 2.176 2.618 2.384 2.369 2.418 2.224 2.645 Uiteindelijk verlies, geschat in voorgaand jaar 2.041 1.934 2.091 2.105 2.386 2.271 2.373 2.308 2.224 Uiteindelijk verlies, geschat in huidig jaar 2.031 1.929 2.067 2.101 2.360 2.263 2.301 2.388 2.157 2.645 Surplus (tekort) huidig jaar ten opzichte van initieel schadejaar 71 153 117 75 258 121 68 30 67 Surplus (tekort) huidig jaar ten opzichte van vorig jaar 10 5 24 4 26 8 72 (80) 67 Uitstaande claims reserve voor 2012 482 Uitstaande claims reserve van 2012 tot 2021 3.428 Overige verplichtingen (niet in tabel) 2.178 Claims ongevallenverzekeringen en gezondheidszorg 1.563 Totaal schadereserves in de balans 7.649 151 | 240 De schadereserve-ontwikkelingstabel per schadejaar (zie hierboven) laat de ontwikkeling zien van de uiteindelijke totale schade (in gedane betalingen en uitstaande schadereserves) voor elk schadejaar (zoals aangegeven in de kolom), per ontwikkelingsjaar (zoals aangegeven in de regel) vanaf het jaar van het optreden van de schade tot en met boekjaar 2020. In de driehoek ‘Betalingen‘ is het totale bedrag aan schadebetalingen weergegeven, verminderd met terugvorderingen, exclusief herverzekering. De tweede driehoek, ‘Schadekosten’, geeft de som van de cumulatieve betalingen en de uitstaande claimsreserve inclusief IBN(E)R voor elk schadejaar weer. Dit is voor aftrek van herverzekering. De regels ‘Uiteindelijk verlies’, geschat per de datum dat de schade voor het eerst optrad, per het vorige boekjaar en het huidige boekjaar weerspiegelt het feit dat de schatting fluctueert met de kennis en informatie die over de schadeclaim is vergaard. Hoe langer de ontwikkelingsperiode van de claims, hoe nauwkeuriger de inschatting van het uiteindelijke verlies. Het bedrag bij ‘Totaal schadeverplichting in de balans’ wordt verder toegelicht in sectie 19.4 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-leven. De belangrijkste gebeurtenis met betrekking tot het verzekeringsrisico in 2021 waren de overstromingen van juli, die kunnen worden beschouwd als de grootste natuurramp in de recente geschiedenis van België. De totale kosten ervan op het niveau van de Belgische markt worden geraamd op meer dan 2 miljard. Deze bedragen overschrijden aanzienlijk de limiet voor de dekking van overstromingen waarin de Belgische wet sinds 2006 voorziet en die momenteel 350 miljoen euro bedraagt op het niveau van de Belgische markt. De huidige schattingen van de terugkeerperiode van deze gebeurtenis lopen uiteen, maar externe wetenschappelijke studies maken melding van een terugkeerperiode van 400 jaar. Merk wel op dat deze terugkeerperiode aanzienlijk kan worden beïnvloed door de klimaatverandering. Door het uitzonderlijke karakter van de gebeurtenis hebben de Belgische verzekeringsmaatschappijen en de gewestregeringen een overeenkomst bereikt, waarbij de verzekeringsmaatschappijen hun tussenkomst verhoogden tot het dubbele van de wettelijke limiet en de gewestregeringen ermee instemden de extra kosten tot een bepaald bedrag te dekken. Bovendien worden de door de gewesten te vergoeden kosten voorgefinancierd door de verzekeraars via een lening aan het Waalse Gewest en via een driemaandelijkse afrekening voor de andere twee gewesten. Aan het eind van het jaar bedroeg deze lening aan het Waalse Gewest 103,5 miljoen euro. Merk op dat als de totale schadelast het in de overeenkomst vermelde bedrag overschrijdt, verdere onderhandelingen zullen plaatsvinden, hetgeen betekent dat er op de sluitingsdatum nog steeds onzekerheid bestaat over de wijze waarop de kosten in verband met deze overschade zullen worden verdeeld. 4.7.2.3 Gezondheidsrisico Het verzekeringstechnisch risico Gezondheid geeft het risico weer dat ontstaat uit de verplichtingen van de gezondheidsverzekeringen. Of dat nu gebeurt op een gelijkaardige technische basis als die van de levensverzekering of niet, voortvloeiend uit zowel de gedekte gevaren en de processen die worden gebruikt in de bedrijfsvoering. De onderdelen van gezondheidsverzekeringsrisico moeten worden opgesplitst afhankelijk van het type verplichtingen: indien gelijkaardig aan levensrisico of gemodelleerd op basis van gelijkaardige technieken als die voor levensverplichtingen – we verwijzen naar sectie 4.7.2.1 Levensverzekeringsrisico’s. Voor verplichtingen gelijkaardig aan Niet- leven verplichtingen of gemodelleerd op een gelijkaardige manier, verwijzen we naar sectie 4.7.2.2 Verzekeringsrisico’s Niet-leven. 4.7.3 Operationeel risico Operationele risico's worden gedefinieerd als de risico’s van verlies als gevolg van ontoereikende of falende interne processen, medewerkers, systemen of externe gebeurtenissen. Ageas beschouwt het operationeel risico als een overkoepelend risico dat een aantal subrisico's omvat: arbeidspraktijken en veiligheid op de werkvloer; uitvoering, oplevering en procesmanagement; technologie; interne fraude; externe fraude; schade aan materiële activa (inclusief fysieke beveiliging); klanten, producten, bedrijfs- en juridische praktijken; gedrag; naleving van de regelgeving; derden; wettelijke rapportage, informatieverschaffing en belastingen; bedrijfscontinuïteit, crisismanagement en operationele weerbaarheid; datamanagement; informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging); en modelrisico. Om een afdoend beheer van operationele risico's te waarborgen, heeft Ageas in de hele Groep beleidslijnen en processen ingevoerd met betrekking tot onder meer de volgende onderwerpen: beheer van de continuïteit van de onderneming; beheer van het frauderisico; Informatiebeveiliging; Datamanagement; outsourcing en inkoop; eerlijke behandeling van klanten; incidentenbeheer en verzameling van verliesgegevens; beoordeling van de toereikendheid van de interne controle; in kaart brengen en rapporteren van de belangrijkste risico’s. De strategie van Ageas voor het verminderen van operationele risico’s is het minimaliseren van operationele fouten of onderbrekingen die tot reputatieschade en/of financiële verliezen kunnen leiden, ongeacht of deze door interne of externe factoren worden veroorzaakt. Wij doen dit met een sterk en robuust intern controlesysteem (ICS). Opleidings- en trainingsinitiatieven voor risicobewustzijn maken deel uit van de activiteiten van de Ageas-entiteiten omdat deze cruciaal zijn om te waarborgen dat medewerkers voldoende inzicht hebben in hun rollen en verantwoordelijkheden met betrekking tot risicobeheer. Ageas past de standaardformule toe om het operationele risicokapitaal te berekenen. Ageas hanteert ook een op scenario's gebaseerde benadering die gebruik maakt van opinies van deskundigen en interne en externe gegevens. De geschatte frequentie en ernst worden voor elk operationeel risicoscenario vertaald in het meest waarschijnlijke potentiële verlies en het potentiële verlies in het slechtste scenario. De scenario-outputs worden gebruikt om te bepalen of het op de standaardformule gebaseerde operationele risicokapitaal voldoende is om onze belangrijkste operationele risico’s af te dekken. Een van de belangrijkste operationele risico's waar de Ageas Groep in 2021 mee is geconfronteerd, is nog steeds het risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming). Meer informatie wordt verstrekt in 4.6. ALGEMENE INFORMATIE 150 Ageas Jaarverslag 2021 150 | 240 De schadereserve-ontwikkelingstabel per schadejaar is als volgt. Schadejaar 2012 2013 2014 2015 2016 2017 2018 2019 2020 2021 Betalingen op: N 1.046 997 1.107 1.083 1.327 1.235 1.241 1.257 1.182 1.449 N + 1 494 503 512 522 506 520 534 498 437 N + 2 120 115 131 135 123 118 130 130 N + 3 90 75 82 103 90 94 83 N + 4 67 60 62 51 72 62 N + 5 51 31 51 48 44 N + 6 21 18 23 17 N + 7 16 18 4 N + 8 12 8 N + 9 9 Schadekosten: (Cumulatieve betalingen + uitstaande claims reserve) N 2.102 2.082 2.184 2.176 2.618 2.384 2.369 2.418 2.224 2.645 N + 1 2.069 2.027 2.168 2.160 2.618 2.359 2.409 2.308 2.157 N + 2 2.072 1.968 2.168 2.215 2.513 2.330 2.373 2.388 N + 3 2.048 1.951 2.183 2.149 2.401 2.271 2.301 N + 4 2.070 1.984 2.144 2.098 2.386 2.263 N + 5 2.074 1.971 2.101 2.105 2.360 N + 6 2.056 1.943 2.091 2.101 N + 7 2.042 1.934 2.067 N + 8 2.041 1.929 N + 9 2.031 Uiteindelijk verlies, geschat op de initiële datum 2.102 2.082 2.184 2.176 2.618 2.384 2.369 2.418 2.224 2.645 Uiteindelijk verlies, geschat in voorgaand jaar 2.041 1.934 2.091 2.105 2.386 2.271 2.373 2.308 2.224 Uiteindelijk verlies, geschat in huidig jaar 2.031 1.929 2.067 2.101 2.360 2.263 2.301 2.388 2.157 2.645 Surplus (tekort) huidig jaar ten opzichte van initieel schadejaar 71 153 117 75 258 121 68 30 67 Surplus (tekort) huidig jaar ten opzichte van vorig jaar 10 5 24 4 26 8 72 (80) 67 Uitstaande claims reserve voor 2012 482 Uitstaande claims reserve van 2012 tot 2021 3.428 Overige verplichtingen (niet in tabel) 2.178 Claims ongevallenverzekeringen en gezondheidszorg 1.563 Totaal schadereserves in de balans 7.649 151 | 240 De schadereserve-ontwikkelingstabel per schadejaar (zie hierboven) laat de ontwikkeling zien van de uiteindelijke totale schade (in gedane betalingen en uitstaande schadereserves) voor elk schadejaar (zoals aangegeven in de kolom), per ontwikkelingsjaar (zoals aangegeven in de regel) vanaf het jaar van het optreden van de schade tot en met boekjaar 2020. In de driehoek ‘Betalingen‘ is het totale bedrag aan schadebetalingen weergegeven, verminderd met terugvorderingen, exclusief herverzekering. De tweede driehoek, ‘Schadekosten’, geeft de som van de cumulatieve betalingen en de uitstaande claimsreserve inclusief IBN(E)R voor elk schadejaar weer. Dit is voor aftrek van herverzekering. De regels ‘Uiteindelijk verlies’, geschat per de datum dat de schade voor het eerst optrad, per het vorige boekjaar en het huidige boekjaar weerspiegelt het feit dat de schatting fluctueert met de kennis en informatie die over de schadeclaim is vergaard. Hoe langer de ontwikkelingsperiode van de claims, hoe nauwkeuriger de inschatting van het uiteindelijke verlies. Het bedrag bij ‘Totaal schadeverplichting in de balans’ wordt verder toegelicht in sectie 19.4 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-leven. De belangrijkste gebeurtenis met betrekking tot het verzekeringsrisico in 2021 waren de overstromingen van juli, die kunnen worden beschouwd als de grootste natuurramp in de recente geschiedenis van België. De totale kosten ervan op het niveau van de Belgische markt worden geraamd op meer dan 2 miljard. Deze bedragen overschrijden aanzienlijk de limiet voor de dekking van overstromingen waarin de Belgische wet sinds 2006 voorziet en die momenteel 350 miljoen euro bedraagt op het niveau van de Belgische markt. De huidige schattingen van de terugkeerperiode van deze gebeurtenis lopen uiteen, maar externe wetenschappelijke studies maken melding van een terugkeerperiode van 400 jaar. Merk wel op dat deze terugkeerperiode aanzienlijk kan worden beïnvloed door de klimaatverandering. Door het uitzonderlijke karakter van de gebeurtenis hebben de Belgische verzekeringsmaatschappijen en de gewestregeringen een overeenkomst bereikt, waarbij de verzekeringsmaatschappijen hun tussenkomst verhoogden tot het dubbele van de wettelijke limiet en de gewestregeringen ermee instemden de extra kosten tot een bepaald bedrag te dekken. Bovendien worden de door de gewesten te vergoeden kosten voorgefinancierd door de verzekeraars via een lening aan het Waalse Gewest en via een driemaandelijkse afrekening voor de andere twee gewesten. Aan het eind van het jaar bedroeg deze lening aan het Waalse Gewest 103,5 miljoen euro. Merk op dat als de totale schadelast het in de overeenkomst vermelde bedrag overschrijdt, verdere onderhandelingen zullen plaatsvinden, hetgeen betekent dat er op de sluitingsdatum nog steeds onzekerheid bestaat over de wijze waarop de kosten in verband met deze overschade zullen worden verdeeld. 4.7.2.3 Gezondheidsrisico Het verzekeringstechnisch risico Gezondheid geeft het risico weer dat ontstaat uit de verplichtingen van de gezondheidsverzekeringen. Of dat nu gebeurt op een gelijkaardige technische basis als die van de levensverzekering of niet, voortvloeiend uit zowel de gedekte gevaren en de processen die worden gebruikt in de bedrijfsvoering. De onderdelen van gezondheidsverzekeringsrisico moeten worden opgesplitst afhankelijk van het type verplichtingen: indien gelijkaardig aan levensrisico of gemodelleerd op basis van gelijkaardige technieken als die voor levensverplichtingen – we verwijzen naar sectie 4.7.2.1 Levensverzekeringsrisico’s. Voor verplichtingen gelijkaardig aan Niet- leven verplichtingen of gemodelleerd op een gelijkaardige manier, verwijzen we naar sectie 4.7.2.2 Verzekeringsrisico’s Niet-leven. 4.7.3 Operationeel risico Operationele risico's worden gedefinieerd als de risico’s van verlies als gevolg van ontoereikende of falende interne processen, medewerkers, systemen of externe gebeurtenissen. Ageas beschouwt het operationeel risico als een overkoepelend risico dat een aantal subrisico's omvat: arbeidspraktijken en veiligheid op de werkvloer; uitvoering, oplevering en procesmanagement; technologie; interne fraude; externe fraude; schade aan materiële activa (inclusief fysieke beveiliging); klanten, producten, bedrijfs- en juridische praktijken; gedrag; naleving van de regelgeving; derden; wettelijke rapportage, informatieverschaffing en belastingen; bedrijfscontinuïteit, crisismanagement en operationele weerbaarheid; datamanagement; informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging); en modelrisico. Om een afdoend beheer van operationele risico's te waarborgen, heeft Ageas in de hele Groep beleidslijnen en processen ingevoerd met betrekking tot onder meer de volgende onderwerpen: beheer van de continuïteit van de onderneming; beheer van het frauderisico; Informatiebeveiliging; Datamanagement; outsourcing en inkoop; eerlijke behandeling van klanten; incidentenbeheer en verzameling van verliesgegevens; beoordeling van de toereikendheid van de interne controle; in kaart brengen en rapporteren van de belangrijkste risico’s. De strategie van Ageas voor het verminderen van operationele risico’s is het minimaliseren van operationele fouten of onderbrekingen die tot reputatieschade en/of financiële verliezen kunnen leiden, ongeacht of deze door interne of externe factoren worden veroorzaakt. Wij doen dit met een sterk en robuust intern controlesysteem (ICS). Opleidings- en trainingsinitiatieven voor risicobewustzijn maken deel uit van de activiteiten van de Ageas-entiteiten omdat deze cruciaal zijn om te waarborgen dat medewerkers voldoende inzicht hebben in hun rollen en verantwoordelijkheden met betrekking tot risicobeheer. Ageas past de standaardformule toe om het operationele risicokapitaal te berekenen. Ageas hanteert ook een op scenario's gebaseerde benadering die gebruik maakt van opinies van deskundigen en interne en externe gegevens. De geschatte frequentie en ernst worden voor elk operationeel risicoscenario vertaald in het meest waarschijnlijke potentiële verlies en het potentiële verlies in het slechtste scenario. De scenario-outputs worden gebruikt om te bepalen of het op de standaardformule gebaseerde operationele risicokapitaal voldoende is om onze belangrijkste operationele risico’s af te dekken. Een van de belangrijkste operationele risico's waar de Ageas Groep in 2021 mee is geconfronteerd, is nog steeds het risico van informatiebeveiliging (inclusief cyberbeveiliging en gegevensbescherming). Meer informatie wordt verstrekt in 4.6. 151 Ageas Jaarverslag 2021 152 | 240 4.7.4 Strategische & bedrijfsrisico's Deze risicocategorie omvat externe en interne factoren die een invloed kunnen hebben op het vermogen van Ageas om zijn huidige ondernemingsplan uit te voeren en zijn huidige doelstellingen te bereiken, en om zich te positioneren met het oog op de verwezenlijking van aanhoudende groei en waardecreatie. Twee van de belangrijkste strategische en bedrijfsrisico's waarmee de Ageas Groep in 2021 is geconfronteerd, zijn nog steeds het renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente gecombineerd met massaal verval, en het risico van hogere inflatie. Meer informatie wordt verstrekt in 4.6. 4.7.4.1 Strategisch risico Het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit een onduidelijk inzicht in de strategie en een onduidelijke omzetting daarvan, onvoldoende vastgestelde niveaus van onzekerheid (risico) in verband met de strategie en/of problemen tijdens de implementatiefasen. Het omvat de volgende risico's: Bedrijfsmodelrisico: het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit ons bedrijfsmodel (en dat van invloed is op de zakelijke beslissingen die wij nemen). Partnershiprisico: het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit partnerships, de afhankelijkheid van partnergerelateerde distributiekanalen, de beperkte operationele controle die inherent is aan joint ventures, de aanbieding van verzekeringsdiensten als onderdeel van een breder 'partnership-ecosysteem' (bijv. koppeling van verzekeringsproducten aan dienstverleners zoals Amazon, nutsbedrijven op het gebied van connected homes enz.). De Ageas Groep heeft een sterk strategisch kader voor risicobeheer om op deze risico's te anticiperen en om ze te rapporteren en te verminderen. Het ORSA-rapport biedt een beoordeling van de algemene toereikendheid van de solvabiliteit voor de gebudgetteerde periode van drie jaar (multi-year budget of MYB), waarbij strategische risico's zijn inbegrepen. 4.7.4.2 Veranderingsrisico Risico's voor de organisatie die voortvloeien uit het beheer van veranderingen (bijv. programma's en projecten) of het onvermogen om snel genoeg in te spelen op bedrijfstak- en marktveranderingen (bijv. regelgeving en producten). 4.7.4.3 Bedrijfstakrisico Risico's die voortvloeien uit interne en/of externe omgevingsfactoren zoals: macro-economische factoren die voortvloeien uit economische factoren (bijv. inflatie, deflatie, werkloosheid, veranderend consumentenvertrouwen /-gedrag enz.) die van invloed kunnen zijn op de activiteiten. Rente / inflatie / deflatie kan ook optreden via financiële en/of verzekeringsrisico's. geopolitieke factoren die ons vermogen beïnvloeden om activiteiten uit te voeren of te ontwikkelen in de verschillende landen waar wij actief zijn / willen zijn. veranderende voorkeuren / klantgedrag. innovatie vanuit interne (eigen verzekeringsdiensten en gelanceerde producten enz.) en externe factoren (bijv. blockchain, zelfrijdende auto's enz.). concurrentierisico’s ontstaan door veranderingen in het concurrentielandschap of de marktpositie. 4.7.4.4 Systeemrisico Het risico van verstoring van financiële dienstverleners met mogelijk ernstige gevolgen voor het financiële systeem en/of de reële economie. Systeemrisicogebeurtenissen kunnen hun oorsprong vinden in, zich verspreiden via, of buiten Ageas blijven. 4.7.4.5 Duurzaamheidsrisico Een duurzaamheidsrisico is een onzekere ecologische, sociale of governance-gebeurtenis (ESG) die, indien ze plaatsvindt, een aanzienlijke negatieve impact op Ageas kan hebben. Het zijn ook de kansen die Ageas mogelijk kan aangrijpen vanwege veranderingen in omgevings- of sociale factoren. Ecologie heeft betrekking op de kwaliteit en de werking van het natuurlijke milieu en de natuurlijke systemen, en onze positieve bijdrage daaraan. Sociaal heeft betrekking op de rechten, het welzijn en de belangen van mensen en gemeenschappen. Governance heeft betrekking op elementen zoals de structuur van de Raad van Bestuur, het loon van managers, aandeelhoudersrechten en de interactie met stakeholders… De impact van ESG-risico's wordt in overweging genomen en gerapporteerd volgens twee pijlers: Fysiek risico (risico's die ontstaan als gevolg van de fysieke effecten van de klimaatverandering) – de impact op het bedrijf doordat fysieke risico’s zich voordoen (bijv. schade aan de vastgoedportefeuille, aan het welzijn van mensen door lange lockdowns / snelle veranderingen in werkcultuur, technologie…). Overgangsrisico (risico's die ontstaan als gevolg van de overschakeling naar een koolstofarme en klimaatbestendige economie) – de impact op het bedrijf als gevolg van de overgangsmaatregelen die worden genomen/ingezet met het oog op een ESG-ondersteunde economie. Duurzaamheidsrisico's zijn een onderdeel van de risicoclassificatie en worden in overweging genomen via de risico-in-uitvoeringscyclus binnen de Ageas Key Risk Reporting (KRR) en Emerging Risk Reporting (ERR) processen. Daarnaast zijn er in het kader van de ORSA van 2021 stresstests voor klimaatverandering uitgevoerd. 153 | 240 4.7.5 Herverzekering Indien noodzakelijk sluiten de verzekeringsbedrijven van Ageas herverzekeringscontracten af om de verzekeringstechnische risico’s te verminderen. Deze herverzekering kan op polis-per-polis-basis (per risico) plaatsvinden of op portefeuillebasis (per gebeurtenis). Deze laatste gebeurtenissen zijn voornamelijk weergerelateerd (bijv. orkanen, aardbevingen en overstromingen) of ontstaan door menselijk handelen, met vele claims veroorzaakt door een afzonderlijke gebeurtenis. Voor de selectie van herverzekeringsmaatschappijen zijn voornamelijk de prijsstelling en de beheersing van het tegenpartijrisico bepalend. Het beheer van het tegenpartijrisico is geïntegreerd in het totale beheer van het kredietrisico. Ageas richtte een interne herverzekeringsmaatschappij op, genaamd Intreas NV, die in juni 2015 een licentie in Nederland verkreeg. In 2018 verkreeg Ageas een vergunning voor Leven en voor Niet-Leven voor ageas NV/SA in België. In de loop van 2019 werden de activiteiten van Intreas NV volledig overgedragen aan ageas NV/SA en werd Intreas NV geliquideerd. De reden voor het aanvragen van een vergunning voor ageas NV/SA is het optimaliseren van het herverzekeringsprogramma van Ageas door het harmoniseren van risicoprofielen doorheen gecontroleerde limieten/entiteiten en om het kapitaalbeheer te verbeteren. De verzekeringsmaatschappijen in scope voor Intreas zijn: AG Insurance, België; Ageas Insurance Limited, VK; Ageas Ocidental, Portugal; Ageas Seguros Non-Life, Portugal; Medis, Portugal; Ageas Frankrijk; Specifieke minderheidsparticipaties in bijvoorbeeld Thailand, Turkije en India. Om in overeenstemming te zijn met zijn risk appetite, vermindert ageas NV/SA een gedeelte van het risico op de aangegane contracten door de aankoop van groepsretrocessiedekkingen en/of dekkingen die zijn eigen balans beschermen. ageas NV/SA onderschrijft ook proportionele overeenkomsten, die een deel van de Niet-leven-activiteiten van de dochtermaatschappijen dekken. Sinds de overdracht van de activiteiten van Intreas aan ageas NV/SA werd de governance aangepast om te voldoen en te opereren binnen het risicomanagementkader van Ageas en om de procesbeheersing te laten voldoen aan de standaarden van de Groep. In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van het behoud van het risico per productsegment van Ageas (in miljoen EUR). Waarschijnlijk maximaal Waarschijnlijk maximaal 2021 verlies per risico verlies per gebeurtenis Productsegmenten Auto, wettelijke aansprakelijkheid 4 4 Terrorism 4 43 Vastgoed 4 99 Wettelijke aansprakelijkheid algemeen 4 7 Bedrijfsongevallenverzekering 3 3 Persoonlijke ongevallen 3 3 De tabel geeft het hoogste bedrag (met als maximum een rendementsperiode van 200 jaar) per risico weer voor alle entiteiten van de Groep voor een soortgelijke dekking waarvoor Ageas de verantwoordelijkheid neemt om dreigende risico’s te beperken. Bedragen die hoger zijn dan in de tabel weergegeven, worden overgedragen naar derde herverzekeraars. De hoogte hangt af van het type gebeurtenis dat door deze herverzekeringsovereenkomsten wordt gedekt: per individueel risico of per gebeurtenis. Aangezien de catastrofedekking voor Auto overige onder de vastgoedherverzekerings- overeenkomsten valt, wordt het genoemde behoud beschouwd als het maximale bedrag waaraan Ageas blootgesteld is. Voor het behoud per gebeurtenis nemen we de maximale gecombineerde blootstelling van AIL, AGI en ageas NV/SA in aanmerking. De premies die per productsegment zijn betaald aan herverzekeraars worden gepresenteerd in Toelichting 30 'Verzekeringspremies'. ALGEMENE INFORMATIE 152 Ageas Jaarverslag 2021 152 | 240 4.7.4 Strategische & bedrijfsrisico's Deze risicocategorie omvat externe en interne factoren die een invloed kunnen hebben op het vermogen van Ageas om zijn huidige ondernemingsplan uit te voeren en zijn huidige doelstellingen te bereiken, en om zich te positioneren met het oog op de verwezenlijking van aanhoudende groei en waardecreatie. Twee van de belangrijkste strategische en bedrijfsrisico's waarmee de Ageas Groep in 2021 is geconfronteerd, zijn nog steeds het renterisico: aanhoudend lage rentevoeten / plotse stijging van de rente gecombineerd met massaal verval, en het risico van hogere inflatie. Meer informatie wordt verstrekt in 4.6. 4.7.4.1 Strategisch risico Het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit een onduidelijk inzicht in de strategie en een onduidelijke omzetting daarvan, onvoldoende vastgestelde niveaus van onzekerheid (risico) in verband met de strategie en/of problemen tijdens de implementatiefasen. Het omvat de volgende risico's: Bedrijfsmodelrisico: het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit ons bedrijfsmodel (en dat van invloed is op de zakelijke beslissingen die wij nemen). Partnershiprisico: het risico voor de organisatie dat voortvloeit uit partnerships, de afhankelijkheid van partnergerelateerde distributiekanalen, de beperkte operationele controle die inherent is aan joint ventures, de aanbieding van verzekeringsdiensten als onderdeel van een breder 'partnership-ecosysteem' (bijv. koppeling van verzekeringsproducten aan dienstverleners zoals Amazon, nutsbedrijven op het gebied van connected homes enz.). De Ageas Groep heeft een sterk strategisch kader voor risicobeheer om op deze risico's te anticiperen en om ze te rapporteren en te verminderen. Het ORSA-rapport biedt een beoordeling van de algemene toereikendheid van de solvabiliteit voor de gebudgetteerde periode van drie jaar (multi-year budget of MYB), waarbij strategische risico's zijn inbegrepen. 4.7.4.2 Veranderingsrisico Risico's voor de organisatie die voortvloeien uit het beheer van veranderingen (bijv. programma's en projecten) of het onvermogen om snel genoeg in te spelen op bedrijfstak- en marktveranderingen (bijv. regelgeving en producten). 4.7.4.3 Bedrijfstakrisico Risico's die voortvloeien uit interne en/of externe omgevingsfactoren zoals: macro-economische factoren die voortvloeien uit economische factoren (bijv. inflatie, deflatie, werkloosheid, veranderend consumentenvertrouwen /-gedrag enz.) die van invloed kunnen zijn op de activiteiten. Rente / inflatie / deflatie kan ook optreden via financiële en/of verzekeringsrisico's. geopolitieke factoren die ons vermogen beïnvloeden om activiteiten uit te voeren of te ontwikkelen in de verschillende landen waar wij actief zijn / willen zijn. veranderende voorkeuren / klantgedrag. innovatie vanuit interne (eigen verzekeringsdiensten en gelanceerde producten enz.) en externe factoren (bijv. blockchain, zelfrijdende auto's enz.). concurrentierisico’s ontstaan door veranderingen in het concurrentielandschap of de marktpositie. 4.7.4.4 Systeemrisico Het risico van verstoring van financiële dienstverleners met mogelijk ernstige gevolgen voor het financiële systeem en/of de reële economie. Systeemrisicogebeurtenissen kunnen hun oorsprong vinden in, zich verspreiden via, of buiten Ageas blijven. 4.7.4.5 Duurzaamheidsrisico Een duurzaamheidsrisico is een onzekere ecologische, sociale of governance-gebeurtenis (ESG) die, indien ze plaatsvindt, een aanzienlijke negatieve impact op Ageas kan hebben. Het zijn ook de kansen die Ageas mogelijk kan aangrijpen vanwege veranderingen in omgevings- of sociale factoren. Ecologie heeft betrekking op de kwaliteit en de werking van het natuurlijke milieu en de natuurlijke systemen, en onze positieve bijdrage daaraan. Sociaal heeft betrekking op de rechten, het welzijn en de belangen van mensen en gemeenschappen. Governance heeft betrekking op elementen zoals de structuur van de Raad van Bestuur, het loon van managers, aandeelhoudersrechten en de interactie met stakeholders… De impact van ESG-risico's wordt in overweging genomen en gerapporteerd volgens twee pijlers: Fysiek risico (risico's die ontstaan als gevolg van de fysieke effecten van de klimaatverandering) – de impact op het bedrijf doordat fysieke risico’s zich voordoen (bijv. schade aan de vastgoedportefeuille, aan het welzijn van mensen door lange lockdowns / snelle veranderingen in werkcultuur, technologie…). Overgangsrisico (risico's die ontstaan als gevolg van de overschakeling naar een koolstofarme en klimaatbestendige economie) – de impact op het bedrijf als gevolg van de overgangsmaatregelen die worden genomen/ingezet met het oog op een ESG-ondersteunde economie. Duurzaamheidsrisico's zijn een onderdeel van de risicoclassificatie en worden in overweging genomen via de risico-in-uitvoeringscyclus binnen de Ageas Key Risk Reporting (KRR) en Emerging Risk Reporting (ERR) processen. Daarnaast zijn er in het kader van de ORSA van 2021 stresstests voor klimaatverandering uitgevoerd. 153 | 240 4.7.5 Herverzekering Indien noodzakelijk sluiten de verzekeringsbedrijven van Ageas herverzekeringscontracten af om de verzekeringstechnische risico’s te verminderen. Deze herverzekering kan op polis-per-polis-basis (per risico) plaatsvinden of op portefeuillebasis (per gebeurtenis). Deze laatste gebeurtenissen zijn voornamelijk weergerelateerd (bijv. orkanen, aardbevingen en overstromingen) of ontstaan door menselijk handelen, met vele claims veroorzaakt door een afzonderlijke gebeurtenis. Voor de selectie van herverzekeringsmaatschappijen zijn voornamelijk de prijsstelling en de beheersing van het tegenpartijrisico bepalend. Het beheer van het tegenpartijrisico is geïntegreerd in het totale beheer van het kredietrisico. Ageas richtte een interne herverzekeringsmaatschappij op, genaamd Intreas NV, die in juni 2015 een licentie in Nederland verkreeg. In 2018 verkreeg Ageas een vergunning voor Leven en voor Niet-Leven voor ageas NV/SA in België. In de loop van 2019 werden de activiteiten van Intreas NV volledig overgedragen aan ageas NV/SA en werd Intreas NV geliquideerd. De reden voor het aanvragen van een vergunning voor ageas NV/SA is het optimaliseren van het herverzekeringsprogramma van Ageas door het harmoniseren van risicoprofielen doorheen gecontroleerde limieten/entiteiten en om het kapitaalbeheer te verbeteren. De verzekeringsmaatschappijen in scope voor Intreas zijn: AG Insurance, België; Ageas Insurance Limited, VK; Ageas Ocidental, Portugal; Ageas Seguros Non-Life, Portugal; Medis, Portugal; Ageas Frankrijk; Specifieke minderheidsparticipaties in bijvoorbeeld Thailand, Turkije en India. Om in overeenstemming te zijn met zijn risk appetite, vermindert ageas NV/SA een gedeelte van het risico op de aangegane contracten door de aankoop van groepsretrocessiedekkingen en/of dekkingen die zijn eigen balans beschermen. ageas NV/SA onderschrijft ook proportionele overeenkomsten, die een deel van de Niet-leven-activiteiten van de dochtermaatschappijen dekken. Sinds de overdracht van de activiteiten van Intreas aan ageas NV/SA werd de governance aangepast om te voldoen en te opereren binnen het risicomanagementkader van Ageas en om de procesbeheersing te laten voldoen aan de standaarden van de Groep. In de volgende tabel wordt een overzicht gegeven van het behoud van het risico per productsegment van Ageas (in miljoen EUR). Waarschijnlijk maximaal Waarschijnlijk maximaal 2021 verlies per risico verlies per gebeurtenis Productsegmenten Auto, wettelijke aansprakelijkheid 4 4 Terrorism 4 43 Vastgoed 4 99 Wettelijke aansprakelijkheid algemeen 4 7 Bedrijfsongevallenverzekering 3 3 Persoonlijke ongevallen 3 3 De tabel geeft het hoogste bedrag (met als maximum een rendementsperiode van 200 jaar) per risico weer voor alle entiteiten van de Groep voor een soortgelijke dekking waarvoor Ageas de verantwoordelijkheid neemt om dreigende risico’s te beperken. Bedragen die hoger zijn dan in de tabel weergegeven, worden overgedragen naar derde herverzekeraars. De hoogte hangt af van het type gebeurtenis dat door deze herverzekeringsovereenkomsten wordt gedekt: per individueel risico of per gebeurtenis. Aangezien de catastrofedekking voor Auto overige onder de vastgoedherverzekerings- overeenkomsten valt, wordt het genoemde behoud beschouwd als het maximale bedrag waaraan Ageas blootgesteld is. Voor het behoud per gebeurtenis nemen we de maximale gecombineerde blootstelling van AIL, AGI en ageas NV/SA in aanmerking. De premies die per productsegment zijn betaald aan herverzekeraars worden gepresenteerd in Toelichting 30 'Verzekeringspremies'. 153 Ageas Jaarverslag 2021 154 | 240 Ageas SA/NV is de ultieme moedermaatschappij van de Ageas Groep. De Nationale Bank van België (NBB) heeft ageas SA/NV aangemerkt als een Verzekeringsholding. Sinds juni 2018 heeft de NBB aan ageas SA/NV een vergunning toege- kend om alle leven en niet-leven herverzekeringsactiviteiten uit te voeren. NBB is de toezicht- houdende instantie en ontvangt in die hoedanigheid specifieke rapporten die de basis vormen voor het prudentieel toezicht op het niveau van de groep. In zijn rol van toezichthoudende instantie voor de groep faciliteert de NBB groepstoezicht via een college van toezichthouders. Toezichthouders in de EER- lidstaten waarin Ageas actief is, zijn in dit college vertegenwoordigd. Het college werkt op basis van Europese richtlijnen, waarborgt dat de samenwerking, uitwisseling van informatie en gezamenlijk overleg tussen de toezichthoudende instanties plaatsvindt en bevordert de convergentie van toezichthoudende activiteiten. 5.1 Kapitaalbeheer Ageas onder Solvency II - Partieel Intern Model (Pijler I) Sinds 1 januari 2016 is het toezicht op Ageas op geconsolideerd niveau onder het Solvency II- raamwerk. In plaats van de Standaardformule toe te passen gebruikt Ageas het Partieel Intern Model (PIM) voor de Pijler 1-rapportage waarbij het grootste deel van de schadeverzekeringsrisico’s worden gemodelleerd aan de hand van Ageas-specifieke formules. Voor volledig geconsolideerde entiteiten is de consolidatiekring voor Solvency II vergelijkbaar met die van IFRS, met een uitzondering voor Interparking, dat in Solvency II proportioneel geconsolideerd wordt en in IFRS volledig. De Europese beleggingen in deelnemingen worden pro- rata opgenomen, zonder enige diversificatievoordelen. Alle niet-Europese deelnemingen worden uitgesloten van beschikbaar en vereist kapitaal, aangezien de toepasselijke solvabiliteitsstelsels niet als gelijkwaardig aan Solvency II worden beschouwd. Na de verkoop van Tesco Underwriting in Q2 2021, heeft Ageas geen Europese deelnemingen meer die pro rata worden opgenomen. In Q4 2021 wordt de Turkse deelneming AgeSa, die in mei 2021 werd aangekocht, pro rata, maar zonder diversificatie in de Solvency II consolidatiekring opgenomen. In het Partieel Intern Model (PIM) past Ageas overgangsmaatregelen toe inzake de technische voorzieningen in Portugal en Frankrijk en de grandfathering van uitgegeven hybride schuld. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 5 Toezicht en solvabiliteit 155 | 240 De aansluiting tussen het eigen vermogen volgens de IFRS en het eigen vermogen volgens Solvency II en de resulterende solvabiliteitsratio volgens het Partieel Intern Model is de volgende: 31 december 2021 31 december 2020 IFRS eigen vermogen 14.172 13.774 Eigen vermogen 11.914 11.555 Minderheidsbelangen 2.258 2.219 Achtergestelde verplichtingen die in aanmerking komen 2.807 2.936 Perimeter wijzigingen aan IFRS waarde (5.646) (5.326) Uitsluiting van verwachte dividenden (495) (485) Proportionele consolidatie (295) (296) Verwijdering uit de balans van beleggingen in deelnemingen (4.856) (4.545) Waarderingsverschillen - (niet geaudit) (2.348) (2.472) Herwaardering van vastgoedinvesteringen 1.783 1.667 Verwijdering uit de balans van parking concessies (407) (360) Verwijdering uit de balans van goodwill (610) (596) Herwaardering van balansonderdelen gerelateerd aan de verzekeringsactiviteiten - (niet geaudit) (Technische voorzieningen, herverzekeringsvorderingen, VOBA en overlopende acquisitiekosten) (7.036) (8.137) Herwaardering van activa die onder IFRS niet aan reële waarde kunnen worden geboekt (Obligaties aangehouden tot einde looptijd, leningen, hypotheken) 3.384 4.442 Belastingimpact op waarderingsverschillen 521 617 Overige 17 (106) Totaal Solvency II eigen vermogen - (niet geaudit) 8.985 8.912 Niet in aanmerking komend beschikbaar kapitaal (1.029) (1.043) Totaal in aanmerking komend Solvency II eigen vermogen - (niet geaudit) 7.956 7.869 Vereist kapitaal voor de Groep volgens het Partieel Intern Model (SCR) – (niet-geaudit) 4.226 3.962 Kapitaalratio 188,3% 198,6% 31 december 2021 31 december 2020 Totaal in aanmerking komend eigen vermogen onder Solvency II, waarvan - (niet geaudit): 7.956 7.869 Tier 1 5.205 5.048 Tier 1 restricted 1.164 1.205 Tier 2 1.524 1.537 Tier 3 63 79 Het eigen vermogen steeg tussen Q4 2020 en Q4 2021 van EUR 7.869 miljoen naar EUR 7.956 miljoen, verklaard door dividenden ontvangen van de participaties in Azië die niet in de SII-consolidatiekring worden opgenomen, de operationele resultaten van de verzekeringsactiviteiten en gunstige schommelingen op de financiële markten (intresten en aandelen, grotendeels uitgehold door inflatie). Het eigen vermogen wordt ook beïnvloed door de terugkoop van eigen aandelen en het verwachte uitgaande dividend. Niet in aanmerking komend beschikbaar kapitaal is verbonden met belangen van derden. ALGEMENE INFORMATIE 154 Ageas Jaarverslag 2021 Toezicht en solvabiliteit 154 | 240 Ageas SA/NV is de ultieme moedermaatschappij van de Ageas Groep. De Nationale Bank van België (NBB) heeft ageas SA/NV aangemerkt als een Verzekeringsholding. Sinds juni 2018 heeft de NBB aan ageas SA/NV een vergunning toege- kend om alle leven en niet-leven herverzekeringsactiviteiten uit te voeren. NBB is de toezicht- houdende instantie en ontvangt in die hoedanigheid specifieke rapporten die de basis vormen voor het prudentieel toezicht op het niveau van de groep. In zijn rol van toezichthoudende instantie voor de groep faciliteert de NBB groepstoezicht via een college van toezichthouders. Toezichthouders in de EER- lidstaten waarin Ageas actief is, zijn in dit college vertegenwoordigd. Het college werkt op basis van Europese richtlijnen, waarborgt dat de samenwerking, uitwisseling van informatie en gezamenlijk overleg tussen de toezichthoudende instanties plaatsvindt en bevordert de convergentie van toezichthoudende activiteiten. 5.1 Kapitaalbeheer Ageas onder Solvency II - Partieel Intern Model (Pijler I) Sinds 1 januari 2016 is het toezicht op Ageas op geconsolideerd niveau onder het Solvency II- raamwerk. In plaats van de Standaardformule toe te passen gebruikt Ageas het Partieel Intern Model (PIM) voor de Pijler 1-rapportage waarbij het grootste deel van de schadeverzekeringsrisico’s worden gemodelleerd aan de hand van Ageas-specifieke formules. Voor volledig geconsolideerde entiteiten is de consolidatiekring voor Solvency II vergelijkbaar met die van IFRS, met een uitzondering voor Interparking, dat in Solvency II proportioneel geconsolideerd wordt en in IFRS volledig. De Europese beleggingen in deelnemingen worden pro- rata opgenomen, zonder enige diversificatievoordelen. Alle niet-Europese deelnemingen worden uitgesloten van beschikbaar en vereist kapitaal, aangezien de toepasselijke solvabiliteitsstelsels niet als gelijkwaardig aan Solvency II worden beschouwd. Na de verkoop van Tesco Underwriting in Q2 2021, heeft Ageas geen Europese deelnemingen meer die pro rata worden opgenomen. In Q4 2021 wordt de Turkse deelneming AgeSa, die in mei 2021 werd aangekocht, pro rata, maar zonder diversificatie in de Solvency II consolidatiekring opgenomen. In het Partieel Intern Model (PIM) past Ageas overgangsmaatregelen toe inzake de technische voorzieningen in Portugal en Frankrijk en de grandfathering van uitgegeven hybride schuld. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 5 Toezicht en solvabiliteit 155 | 240 De aansluiting tussen het eigen vermogen volgens de IFRS en het eigen vermogen volgens Solvency II en de resulterende solvabiliteitsratio volgens het Partieel Intern Model is de volgende: 31 december 2021 31 december 2020 IFRS eigen vermogen 14.172 13.774 Eigen vermogen 11.914 11.555 Minderheidsbelangen 2.258 2.219 Achtergestelde verplichtingen die in aanmerking komen 2.807 2.936 Perimeter wijzigingen aan IFRS waarde (5.646) (5.326) Uitsluiting van verwachte dividenden (495) (485) Proportionele consolidatie (295) (296) Verwijdering uit de balans van beleggingen in deelnemingen (4.856) (4.545) Waarderingsverschillen - (niet geaudit) (2.348) (2.472) Herwaardering van vastgoedinvesteringen 1.783 1.667 Verwijdering uit de balans van parking concessies (407) (360) Verwijdering uit de balans van goodwill (610) (596) Herwaardering van balansonderdelen gerelateerd aan de verzekeringsactiviteiten - (niet geaudit) (Technische voorzieningen, herverzekeringsvorderingen, VOBA en overlopende acquisitiekosten) (7.036) (8.137) Herwaardering van activa die onder IFRS niet aan reële waarde kunnen worden geboekt (Obligaties aangehouden tot einde looptijd, leningen, hypotheken) 3.384 4.442 Belastingimpact op waarderingsverschillen 521 617 Overige 17 (106) Totaal Solvency II eigen vermogen - (niet geaudit) 8.985 8.912 Niet in aanmerking komend beschikbaar kapitaal (1.029) (1.043) Totaal in aanmerking komend Solvency II eigen vermogen - (niet geaudit) 7.956 7.869 Vereist kapitaal voor de Groep volgens het Partieel Intern Model (SCR) – (niet-geaudit) 4.226 3.962 Kapitaalratio 188,3% 198,6% 31 december 2021 31 december 2020 Totaal in aanmerking komend eigen vermogen onder Solvency II, waarvan - (niet geaudit): 7.956 7.869 Tier 1 5.205 5.048 Tier 1 restricted 1.164 1.205 Tier 2 1.524 1.537 Tier 3 63 79 Het eigen vermogen steeg tussen Q4 2020 en Q4 2021 van EUR 7.869 miljoen naar EUR 7.956 miljoen, verklaard door dividenden ontvangen van de participaties in Azië die niet in de SII-consolidatiekring worden opgenomen, de operationele resultaten van de verzekeringsactiviteiten en gunstige schommelingen op de financiële markten (intresten en aandelen, grotendeels uitgehold door inflatie). Het eigen vermogen wordt ook beïnvloed door de terugkoop van eigen aandelen en het verwachte uitgaande dividend. Niet in aanmerking komend beschikbaar kapitaal is verbonden met belangen van derden. 155 Ageas Jaarverslag 2021 156 | 240 De solvabiliteitskapitaalvereisten kunnen als volgt worden samengevat: 31 december 2021 31 december 2020 Marktrisico 5.000 4.648 Tegenpartij kredietrisico 323 325 Levensverzekeringstechnisch risico 944 842 Gezondheidzorg verzekeringtechnisch risico 338 331 Niet-leven verzekeringstechnisch risico 875 796 Diversificatie tussen de hierboven vermelde risico's (1.673) (1.549) Niet-diversifieerbare risico's 552 537 Absorberend vermogen van technische voorzieningen om verliezen te compenseren (1.378) (1.193) Absorberend vermogen van uitgestelde belastingen om verliezen te compenseren (755) (774) Vereist kapitaal voor de Groep volgens het Partieel Intern Model (SCR) – (niet-geaudit) 4.226 3.962 Impact van Schade Intern Model op Niet-Leven Verzekeringstechnisch Risico 226 245 Impact van Schade Intern Model op Diversificatie en andere risico's (117) (122) Impact van Schade intern Model op correctie voor het vermogen via Uitgestelde Belastingen 12 8 Vereist Kapitaal voor de Groep onder de Standaardformule – (niet-geaudit) 4.347 4.093 5.2 Kapitaalbeheer Ageas onder Solvency II – SCR ageas (Pijler 2 – niet geaudit) Ageas is van mening dat een sterke kapitaalbasis in de individuele verzekeringsactiviteiten een noodzaak is, enerzijds als een competitief voordeel en anderzijds omdat het nodig is om de geplande groei te financieren. Voor zijn kapitaalbeheer hanteert Ageas een interne benadering gebaseerd op het Partieel Intern Model met een aangepast spread risico, waarbij een Intern Model wordt toegepast voor Vastgoed (vanaf 2016), overgangsmaatregelen worden verwijderd (met uitzondering van de grandfathering van uitgegeven hybride schuld en de verlenging van rapportagedeadlines) en een aanpassing voor de reële waardering van IAS 19-reserves. Onder deze aanpassing wordt het spread risico berekend op het fundamenteel gedeelte van het spreadrisico voor alle obligaties. Dit betekent dat eveneens een SCR-last wordt toegekend aan overheidsobligaties uit de EU met een hoge rating en verlaagt het spread risico voor alle andere obligaties. De technische voorzieningen worden gewaardeerd tegen de contante waarde met gebruik van een rentecurve zoals voorgeschreven door EIOPA. In plaats van de standaard volatiliteitsaanpassing passen de ondernemingen een bedrijfsspecifieke volatiliteitsaanpassing toe, of gebruiken een model voor verwachte verliezen gebaseerd op de samenstelling van hun specifieke activaportefeuille. Deze SCR wordt SCR ageas genoemd. 157 | 240 De aansluiting van de SCR ageas met het Partieel Intern Model SCR is de volgende: 31 december 2021 31 december 2020 Partieel Intern Model SCR Groep 4.226 3.962 Uitsluiting van Algemene Rekening (101) (71) Partieel Intern Model SCR Verzekeringsactiviteiten 4.125 3.891 Impact van Intern Model Vastgoed (184) (271) Bijkomend Spreadrisico 252 623 Min diversificatie (13) 11 Min correctie technische voorziening (156) (80) Min Beperking correctie voor het vermogen van uitgesteld belastingverlies 9 (72) Insurance SCR ageas 4.033 4.103 31 december 2021 31 december 2020 In aanmerking komend groepsvermogen gebaseerd op Partieel Intern Model 7.956 7.869 Uitsluiting van Algemene Rekening (204) (289) Herwaardering technische voorziening (112) (221) Terugboeking van parking concessies 399 362 Herberekening van niet-beschikbaar (107) 40 In aanmerking komend groepsvermogen onder Solvency II ageas 7.932 7.761 Insurance SCR ageas daalde van EUR 4.103 miljoen in Q4 2020 tot EUR 4.033 miljoen in Q4 2021, grotendeels verklaard door volgende componenten: Marktrisico steeg door nieuwe investeringen in aandelen en vastgoed, welke grotendeels gecompenseerd werden door een aanpassing aan het kredietmodel in België in Q4 2021. De risicotoename is een rechtstreeks gevolg van het zoeken naar rendement, maar gebeurt binnen vooraf bepaalde risico-limieten. Leven en niet-leven verzekeringstechnisch risico steeg grotendeels door hogere verval, kosten en catastroferisico’s. Deze stijgingen werden meer dan gecompenseerd door de stijging in de verliesabsorptiecapaciteit van de Technische Provisies. Sinds 2021 bevat de verliesabsorptiecapaciteit van de Technische Provisies ook de overlopende rekening. De overlopende rekening werd aan het modelraamwerk toegevoegd om de manier waarop het financiële resultaat binnen een normale bedrijfsvoering beheerd wordt beter te reflecteren. Het vorige model berekende kapitaalswinsten en verliezen die consistent waren met de Solvency II contractgrenzen (run- off basis), en gaf een vertekend beeld van de toekomstige gerealiseerde financiële marge bij een normale bedrijfsvoering. De stijging in SCR als gevolg van de toevoeging van AgeSA werd gedeeltelijk gecompenseerd door de daling van SCR na de verkoop van Tesco Underwriting. 31 december 2021 31 december 2020 Eigen Solvabiliteits- Eigen Solvabiliteits- vermogen SCR ratio vermogen SCR ratio België 6.116 2.884 212,1% 5.882 3.019 194,8% VK 751 431 174,2% 840 463 181,5% Continentaal Europa 1.172 728 161,0% 1.051 634 165,8% Herverzekering 905 405 223,3% 832 407 204,4% Algemene Rekening inclusief eliminatie en diversificatie 904 211 1.035 161 Niet-Overdraagbaar eigen vermogen / Diversificatie (1.713) (531) (1.583) (513) Totaal Ageas 8.135 4.128 197,1% 8.057 4.171 193,2% De beoogde kapitaalratio wordt gesteld op 175% gebaseerd op SCR ageas . ALGEMENE INFORMATIE 156 Ageas Jaarverslag 2021 156 | 240 De solvabiliteitskapitaalvereisten kunnen als volgt worden samengevat: 31 december 2021 31 december 2020 Marktrisico 5.000 4.648 Tegenpartij kredietrisico 323 325 Levensverzekeringstechnisch risico 944 842 Gezondheidzorg verzekeringtechnisch risico 338 331 Niet-leven verzekeringstechnisch risico 875 796 Diversificatie tussen de hierboven vermelde risico's (1.673) (1.549) Niet-diversifieerbare risico's 552 537 Absorberend vermogen van technische voorzieningen om verliezen te compenseren (1.378) (1.193) Absorberend vermogen van uitgestelde belastingen om verliezen te compenseren (755) (774) Vereist kapitaal voor de Groep volgens het Partieel Intern Model (SCR) – (niet-geaudit) 4.226 3.962 Impact van Schade Intern Model op Niet-Leven Verzekeringstechnisch Risico 226 245 Impact van Schade Intern Model op Diversificatie en andere risico's (117) (122) Impact van Schade intern Model op correctie voor het vermogen via Uitgestelde Belastingen 12 8 Vereist Kapitaal voor de Groep onder de Standaardformule – (niet-geaudit) 4.347 4.093 5.2 Kapitaalbeheer Ageas onder Solvency II – SCR ageas (Pijler 2 – niet geaudit) Ageas is van mening dat een sterke kapitaalbasis in de individuele verzekeringsactiviteiten een noodzaak is, enerzijds als een competitief voordeel en anderzijds omdat het nodig is om de geplande groei te financieren. Voor zijn kapitaalbeheer hanteert Ageas een interne benadering gebaseerd op het Partieel Intern Model met een aangepast spread risico, waarbij een Intern Model wordt toegepast voor Vastgoed (vanaf 2016), overgangsmaatregelen worden verwijderd (met uitzondering van de grandfathering van uitgegeven hybride schuld en de verlenging van rapportagedeadlines) en een aanpassing voor de reële waardering van IAS 19-reserves. Onder deze aanpassing wordt het spread risico berekend op het fundamenteel gedeelte van het spreadrisico voor alle obligaties. Dit betekent dat eveneens een SCR-last wordt toegekend aan overheidsobligaties uit de EU met een hoge rating en verlaagt het spread risico voor alle andere obligaties. De technische voorzieningen worden gewaardeerd tegen de contante waarde met gebruik van een rentecurve zoals voorgeschreven door EIOPA. In plaats van de standaard volatiliteitsaanpassing passen de ondernemingen een bedrijfsspecifieke volatiliteitsaanpassing toe, of gebruiken een model voor verwachte verliezen gebaseerd op de samenstelling van hun specifieke activaportefeuille. Deze SCR wordt SCR ageas genoemd. 157 | 240 De aansluiting van de SCR ageas met het Partieel Intern Model SCR is de volgende: 31 december 2021 31 december 2020 Partieel Intern Model SCR Groep 4.226 3.962 Uitsluiting van Algemene Rekening (101) (71) Partieel Intern Model SCR Verzekeringsactiviteiten 4.125 3.891 Impact van Intern Model Vastgoed (184) (271) Bijkomend Spreadrisico 252 623 Min diversificatie (13) 11 Min correctie technische voorziening (156) (80) Min Beperking correctie voor het vermogen van uitgesteld belastingverlies 9 (72) Insurance SCR ageas 4.033 4.103 31 december 2021 31 december 2020 In aanmerking komend groepsvermogen gebaseerd op Partieel Intern Model 7.956 7.869 Uitsluiting van Algemene Rekening (204) (289) Herwaardering technische voorziening (112) (221) Terugboeking van parking concessies 399 362 Herberekening van niet-beschikbaar (107) 40 In aanmerking komend groepsvermogen onder Solvency II ageas 7.932 7.761 Insurance SCR ageas daalde van EUR 4.103 miljoen in Q4 2020 tot EUR 4.033 miljoen in Q4 2021, grotendeels verklaard door volgende componenten: Marktrisico steeg door nieuwe investeringen in aandelen en vastgoed, welke grotendeels gecompenseerd werden door een aanpassing aan het kredietmodel in België in Q4 2021. De risicotoename is een rechtstreeks gevolg van het zoeken naar rendement, maar gebeurt binnen vooraf bepaalde risico-limieten. Leven en niet-leven verzekeringstechnisch risico steeg grotendeels door hogere verval, kosten en catastroferisico’s. Deze stijgingen werden meer dan gecompenseerd door de stijging in de verliesabsorptiecapaciteit van de Technische Provisies. Sinds 2021 bevat de verliesabsorptiecapaciteit van de Technische Provisies ook de overlopende rekening. De overlopende rekening werd aan het modelraamwerk toegevoegd om de manier waarop het financiële resultaat binnen een normale bedrijfsvoering beheerd wordt beter te reflecteren. Het vorige model berekende kapitaalswinsten en verliezen die consistent waren met de Solvency II contractgrenzen (run- off basis), en gaf een vertekend beeld van de toekomstige gerealiseerde financiële marge bij een normale bedrijfsvoering. De stijging in SCR als gevolg van de toevoeging van AgeSA werd gedeeltelijk gecompenseerd door de daling van SCR na de verkoop van Tesco Underwriting. 31 december 2021 31 december 2020 Eigen Solvabiliteits- Eigen Solvabiliteits- vermogen SCR ratio vermogen SCR ratio België 6.116 2.884 212,1% 5.882 3.019 194,8% VK 751 431 174,2% 840 463 181,5% Continentaal Europa 1.172 728 161,0% 1.051 634 165,8% Herverzekering 905 405 223,3% 832 407 204,4% Algemene Rekening inclusief eliminatie en diversificatie 904 211 1.035 161 Niet-Overdraagbaar eigen vermogen / Diversificatie (1.713) (531) (1.583) (513) Totaal Ageas 8.135 4.128 197,1% 8.057 4.171 193,2% De beoogde kapitaalratio wordt gesteld op 175% gebaseerd op SCR ageas . 157 Ageas Jaarverslag 2021 158 | 240 6.1 (Personeels)vergoedingen Dit hoofdstuk heeft betrekking op vergoedingen na uitdiensttreding, andere langetermijn- personeelsbeloningen en beëindigingsvergoedingen. Vergoedingen na uitdiensttreding zijn personeels- beloningen, zoals pensioenen en gezondheidszorg regelingen, die worden uitgekeerd na beëindiging van de arbeidsrelatie. Andere langetermijn- personeelsbeloningen zijn personeelsbeloningen die niet (volledig) betaalbaar zijn binnen twaalf maanden na de periode waarin de medewerkers de betreffende dienst hebben verleend, zoals jubileumuitkeringen en langdurige arbeidsongeschiktheidsuitkering en. Beëindigingsvergoedingen zijn personeelsvergoedingen die betaalbaar zijn ten gevolge van het voortijdig beëindigen van de arbeidsovereenkomst met een werknemer. De volgende tabel geeft een overzicht van alle personeelsvergoedingen binnen Ageas. 2021 2020 Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 727 825 Overige vergoedingen na uitdiensttreding 137 153 Overige lange-termijn-personeelsbeloningen 17 18 Verplichtingen voor ontslagvergoedingen 5 4 Totaal verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen (activa) 886 1.000 Verplichtingen en gerelateerde prestatiekosten worden volgens de ‘projected unit credit’ methode berekend. Het doel van deze methode is de beloningen toe te rekenen naar rato van het aantal dienstjaren waarbij rekening wordt gehouden met toekomstige salarisverhogingen en de toewijzingsbeginselen van de pensioenregeling. De verplichting voor toegezegdpensioenregelingen vertegenwoordigt de netto contante waarde van de toegekende beloningen per verslagdatum. De aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten vertegenwoordigen de contante waarde van de beloningen die resulteren uit het dienstverband van de werknemer gedurende de periode. De pensioenkosten omvatten nettorentelasten, berekend door toepassing van de disconteringsvoet op de nettopensioenschuld. De disconteringsvoet is een voet van toepassing op hoogwaardige bedrijfsobligaties als er sprake is van een actieve markt voor zulke obligaties, en een voet van toepassing op overheidsobligaties op andere markten. Bepaalde activa kunnen worden beperkt tot hun recupereerbare bedrag in de vorm van een reductie in toekomstige contributies of een cash terugbetaling (actiefplafond). Bovendien kan er een verplichting omwille van een minimumvereiste inzake financiering worden geregistreerd. Actuariële winsten en verliezen voor vergoedingen na uitdiensttreding worden geregistreerd in overig comprehensive income, terwijl die voor Andere personeelsbeloningen op lange termijn en uitdiensttredingsvergoedingen in de resultatenrekening worden geboekt. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 6 Beloningen en vergoeding 159 | 240 6.1.1 Vergoedingen na uitdiensttreding Pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen en andere vergoedingen na uitdiensttreding Ageas heeft pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen voor het merendeel van haar medewerkers. Toegezegdpensioenregelingen worden berekend op basis van het aantal dienstjaren en het salarisniveau. De pensioenverplichtingen worden bepaald aan de hand van sterftecijfers, het personeelsverloop, de loonstijging en economische aannames met betrekking tot bijvoorbeeld de inflatie en het disconteringspercentage. De disconteringsvoet wordt per land of per regio vastgesteld op basis van het rendement (per de einddatum) van bedrijfsobligaties met een AA- rating. Door deze pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen is de groep blootgesteld aan actuariële risico’s, zoals langleven-, valuta-, rente- en marktrisico. Naast pensioenuitkeringen omvatten de kosten van regelingen op basis van vaste toezeggingen ook andere kosten, zoals de vergoeding van een deel van de premies van gezondheidszorg verzekeringen, die in stand blijven na pensionering van medewerkers. Pensioenregelingen op basis van beschikbare premies Ageas financiert wereldwijd een aantal regelingen op basis van beschikbare premies. Bij dit type regelingen blijft de verplichting van de werkgever beperkt tot de uitkering van de vergoedingen die zijn berekend in overeenstemming met het reglement. In 2021 bedroegen de werkgeversbijdragen voor regelingen op basis van beschikbare premies EUR 11 miljoen (2020: EUR 11 miljoen). Deze bijdragen worden verantwoord onder Personeelskosten (zie toelichting 40). In België, heeft Ageas regelingen met toegezegde bijdragen, opgezet in overeenstemming met de Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen (WAP plannen). Deze plannen verbinden de werkgever tot de betaling van een toelage berekend volgens het pensioenreglement, en het toekennen van een gewaarborgd minimum rendement gelinkt aan de rentes op Belgische overheidsobligaties, met een ondergrens van 1,75% en een bovengrens van 3,75%. De wet van 18 december 2015 om de houdbaarheid en maatschappelijke doelstelling van werknemerspensioenen te verzekeren en om het aanvullend karakter verder te verstevigen in vergelijking met de wettelijke pensioenen verandert het engagement van de werkgever ten aanzien van deze plannen. Per 1 januari 2016 is de door de werkgever gegarandeerde rentevoet gelijk aan een percentage (gelijk aan 65%) van het gemiddelde rendement op de 24 voorgaande maanden tot 1 juni van de Belgische OLO’s met een looptijd van 10 jaar. Dit rendement zal worden toegepast op 1 januari van het volgende jaar. Deze berekening resulteert in een gegarandeerde rentevoet van 1,75% op 1 januari 2021 (1,75% op 1 januari 2020). Door deze minimale rendementsgaranties voldoen WAP plannen strikt genomen niet aan de definitie van toegezegdebijdragenregelingen van IAS 19. Hoewel IAS 19 geen rekening houdt met de boekhoudkundige verwerking van hybride plannen, kunnen dergelijke plannen dankzij de wetswijziging per 1 januari 2016 boekhoudkundig worden verwerkt met behulp van de 'projected unit credit'-methode. Bijgevolg heeft Ageas de verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen vanaf 1 januari 2016 geschat volgens IAS 19. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de bedragen die per 31 december zijn opgenomen in de balans in verband met pensioenregelingen en overige vergoedingen na uitdiensttreding. Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Contante waarde van verplichtingen met kwalificerende beleggingen 294 307 Contante waarde van verplichtingen zonder kwalificerende beleggingen 785 862 137 153 Contante waarde van de verplichting 1.079 1.169 137 153 Reële waarde van kwalificerende beleggingen (363) (353) 716 816 137 153 Actiefplafond / minimale financieringsvereisten 10 8 Overige bedragen verantwoord in de balans 1 1 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 727 825 137 153 Bedragen in de balans: Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen 808 870 137 153 Activa voor plannen met vaste toezeggingen (81) (45) Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 727 825 137 153 ALGEMENE INFORMATIE 158 Ageas Jaarverslag 2021 Beloningen en vergoeding 158 | 240 6.1 (Personeels)vergoedingen Dit hoofdstuk heeft betrekking op vergoedingen na uitdiensttreding, andere langetermijn- personeelsbeloningen en beëindigingsvergoedingen. Vergoedingen na uitdiensttreding zijn personeels- beloningen, zoals pensioenen en gezondheidszorg regelingen, die worden uitgekeerd na beëindiging van de arbeidsrelatie. Andere langetermijn- personeelsbeloningen zijn personeelsbeloningen die niet (volledig) betaalbaar zijn binnen twaalf maanden na de periode waarin de medewerkers de betreffende dienst hebben verleend, zoals jubileumuitkeringen en langdurige arbeidsongeschiktheidsuitkering en. Beëindigingsvergoedingen zijn personeelsvergoedingen die betaalbaar zijn ten gevolge van het voortijdig beëindigen van de arbeidsovereenkomst met een werknemer. De volgende tabel geeft een overzicht van alle personeelsvergoedingen binnen Ageas. 2021 2020 Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 727 825 Overige vergoedingen na uitdiensttreding 137 153 Overige lange-termijn-personeelsbeloningen 17 18 Verplichtingen voor ontslagvergoedingen 5 4 Totaal verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen (activa) 886 1.000 Verplichtingen en gerelateerde prestatiekosten worden volgens de ‘projected unit credit’ methode berekend. Het doel van deze methode is de beloningen toe te rekenen naar rato van het aantal dienstjaren waarbij rekening wordt gehouden met toekomstige salarisverhogingen en de toewijzingsbeginselen van de pensioenregeling. De verplichting voor toegezegdpensioenregelingen vertegenwoordigt de netto contante waarde van de toegekende beloningen per verslagdatum. De aan het dienstjaar toegerekende pensioenkosten vertegenwoordigen de contante waarde van de beloningen die resulteren uit het dienstverband van de werknemer gedurende de periode. De pensioenkosten omvatten nettorentelasten, berekend door toepassing van de disconteringsvoet op de nettopensioenschuld. De disconteringsvoet is een voet van toepassing op hoogwaardige bedrijfsobligaties als er sprake is van een actieve markt voor zulke obligaties, en een voet van toepassing op overheidsobligaties op andere markten. Bepaalde activa kunnen worden beperkt tot hun recupereerbare bedrag in de vorm van een reductie in toekomstige contributies of een cash terugbetaling (actiefplafond). Bovendien kan er een verplichting omwille van een minimumvereiste inzake financiering worden geregistreerd. Actuariële winsten en verliezen voor vergoedingen na uitdiensttreding worden geregistreerd in overig comprehensive income, terwijl die voor Andere personeelsbeloningen op lange termijn en uitdiensttredingsvergoedingen in de resultatenrekening worden geboekt. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 6 Beloningen en vergoeding 159 | 240 6.1.1 Vergoedingen na uitdiensttreding Pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen en andere vergoedingen na uitdiensttreding Ageas heeft pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen voor het merendeel van haar medewerkers. Toegezegdpensioenregelingen worden berekend op basis van het aantal dienstjaren en het salarisniveau. De pensioenverplichtingen worden bepaald aan de hand van sterftecijfers, het personeelsverloop, de loonstijging en economische aannames met betrekking tot bijvoorbeeld de inflatie en het disconteringspercentage. De disconteringsvoet wordt per land of per regio vastgesteld op basis van het rendement (per de einddatum) van bedrijfsobligaties met een AA- rating. Door deze pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen is de groep blootgesteld aan actuariële risico’s, zoals langleven-, valuta-, rente- en marktrisico. Naast pensioenuitkeringen omvatten de kosten van regelingen op basis van vaste toezeggingen ook andere kosten, zoals de vergoeding van een deel van de premies van gezondheidszorg verzekeringen, die in stand blijven na pensionering van medewerkers. Pensioenregelingen op basis van beschikbare premies Ageas financiert wereldwijd een aantal regelingen op basis van beschikbare premies. Bij dit type regelingen blijft de verplichting van de werkgever beperkt tot de uitkering van de vergoedingen die zijn berekend in overeenstemming met het reglement. In 2021 bedroegen de werkgeversbijdragen voor regelingen op basis van beschikbare premies EUR 11 miljoen (2020: EUR 11 miljoen). Deze bijdragen worden verantwoord onder Personeelskosten (zie toelichting 40). In België, heeft Ageas regelingen met toegezegde bijdragen, opgezet in overeenstemming met de Wet van 28 april 2003 betreffende de aanvullende pensioenen (WAP plannen). Deze plannen verbinden de werkgever tot de betaling van een toelage berekend volgens het pensioenreglement, en het toekennen van een gewaarborgd minimum rendement gelinkt aan de rentes op Belgische overheidsobligaties, met een ondergrens van 1,75% en een bovengrens van 3,75%. De wet van 18 december 2015 om de houdbaarheid en maatschappelijke doelstelling van werknemerspensioenen te verzekeren en om het aanvullend karakter verder te verstevigen in vergelijking met de wettelijke pensioenen verandert het engagement van de werkgever ten aanzien van deze plannen. Per 1 januari 2016 is de door de werkgever gegarandeerde rentevoet gelijk aan een percentage (gelijk aan 65%) van het gemiddelde rendement op de 24 voorgaande maanden tot 1 juni van de Belgische OLO’s met een looptijd van 10 jaar. Dit rendement zal worden toegepast op 1 januari van het volgende jaar. Deze berekening resulteert in een gegarandeerde rentevoet van 1,75% op 1 januari 2021 (1,75% op 1 januari 2020). Door deze minimale rendementsgaranties voldoen WAP plannen strikt genomen niet aan de definitie van toegezegdebijdragenregelingen van IAS 19. Hoewel IAS 19 geen rekening houdt met de boekhoudkundige verwerking van hybride plannen, kunnen dergelijke plannen dankzij de wetswijziging per 1 januari 2016 boekhoudkundig worden verwerkt met behulp van de 'projected unit credit'-methode. Bijgevolg heeft Ageas de verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen vanaf 1 januari 2016 geschat volgens IAS 19. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de bedragen die per 31 december zijn opgenomen in de balans in verband met pensioenregelingen en overige vergoedingen na uitdiensttreding. Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Contante waarde van verplichtingen met kwalificerende beleggingen 294 307 Contante waarde van verplichtingen zonder kwalificerende beleggingen 785 862 137 153 Contante waarde van de verplichting 1.079 1.169 137 153 Reële waarde van kwalificerende beleggingen (363) (353) 716 816 137 153 Actiefplafond / minimale financieringsvereisten 10 8 Overige bedragen verantwoord in de balans 1 1 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 727 825 137 153 Bedragen in de balans: Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen 808 870 137 153 Activa voor plannen met vaste toezeggingen (81) (45) Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 727 825 137 153 159 Ageas Jaarverslag 2021 160 | 240 De verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen zijn opgenomen onder ‘Overlopende rente en overige verplichtingen’ (zie toelichting 24) en de activa uit hoofde van pensioenregelingen met vaste toezeggingen vallen onder ‘Overlopende rente en overige activa’ (zie toelichting 15). Omdat Ageas als financiële instelling gespecialiseerd is in het beheer van regelingen voor personeelsvergoedingen zijn een aantal pensioenregelingen voor medewerkers verzekerd via verzekeringsbedrijven die deel uitmaken van de Groep. Derhalve, en in overeenstemming met IFRS, worden deze activa niet tot het toetsingsvermogen gerekend en mogen deze niet worden gerekend tot de fondsbeleggingen. Om die reden worden deze regelingen aangemerkt als ‘niet gefinancierd’. Vanuit economisch oogpunt wordt de nettoverplichting inzake toegezegdpensioenregelingen gecompenseerd door de niet tot het toetsingsvermogen gerekende fondsbeleggingen die binnen Ageas worden aangehouden (2021: EUR 544 miljoen; 2020: EUR 531 miljoen). Economisch gezien resulteert dit voor 2021 in een netto pensioenverplichting van EUR 184 miljoen (2020: EUR 294 miljoen) voor verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de mutaties in de netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen in de balans. Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen per 1 januari 825 742 153 140 Totale lasten voor regelingen met vaste toezeggingen 58 59 5 5 Bijdragen werkgevers (4) (3) Bijdragen werknemers betaald aan de werkgever 2 2 Uitkeringen direct betaald door de werkgever (40) (37) (3) (3) Wisselkoersverschillen (2) 1 Overige 1 1 Herberekening (113) 60 (18) 11 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen per 31 december 727 825 137 153 De onderstaande tabel geeft een overzicht van de mutaties in de verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen. Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen per 1 januari 1.169 1.071 153 140 Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 57 53 4 4 Rentelasten 5 10 1 1 Pensioenkosten van verstreken diensttijd - verworven en niet-verworven rechten 2 Herberekening (112) 93 (18) 11 Bijdragen werknemers betaald aan de werkgever 2 2 Uitkeringen (18) (13) Uitkeringen direct betaald door de werkgever (40) (37) (3) (3) Wisselkoersverschillen 16 (12) Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen per 31 december 1.079 1.169 137 153 De volgende tabel toont de mutaties in de reële waarde van de kwalificerende beleggingen. Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 2021 2020 Reële waarde van kwalificerende beleggingen per 1 januari 353 343 Rentebaten 4 5 Herberekening (rendement op de kwalificerende beleggingen,exclusief rente-effect) 3 29 Bijdragen werkgevers 2 2 Uitkeringen (16) (12) Wisselkoersverschillen 18 (13) Overige (1) (1) Reële waarde van kwalificerende beleggingen per 31 december 363 353 161 | 240 De volgende tabel toont de veranderingen in het actiefplafond en/of minimale financieringsvereisten. 2021 2020 Actiefplafond / minimale financieringsvereisten per 1 januari 8 12 Herberekening 2 (4) Actiefplafond / minimale financieringsvereisten per 31 december 10 8 Het actiefplafond houdt verband met Ageas-entiteiten in Portugal. De volgende tabel geeft een overzicht van de componenten die betrekking hebben op de toegezegdpensioenregelingen en overige uitkeringen na uitdiensttreding voor het jaar eindigend per 31 december en die van invloed zijn op de resultatenrekening. Pensioenregelingen met Overige vergoedingen vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 57 53 4 4 Netto rentekosten 1 5 1 1 Pensioenkosten van verstreken diensttijd - verworven en niet-verworven rechten 2 Schikkingen (1) Totale lasten voor regelingen met vaste toezeggingen 58 59 5 5 De netto rentekosten en andere zijn verantwoord als Financieringslasten (zie toelichting 37). Alle overige kosten worden verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40). De samenstelling van herberekeningen per 31 december is als volgt. Pensioenregelingen met Overige vergoedingen vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Rendement op kwalificerende beleggingen, exclusief effect op de rente (3) (29) Herberekening van actiefplafond / minimale financieringsvereisten 2 (4) Actuariële (winsten) verliezen m.b.t.: wijziging in demografische veronderstellingen (7) 14 wijziging in financiële veronderstellingen (86) 96 (16) ervaringsaanpassingen (19) (3) (2) (3) Herberekening van de verplichting inzake de toegezegdpensioenregeling, netto (actief) (113) 60 (18) 11 De herberekening van de netto verplichting inzake de toegezegdpensioenregeling wordt onder overig comprehensive income verantwoord. Herberekeningen van kwalificerende beleggingen zijn met name het verschil tussen de eigenlijke return van kwalificerende beleggingen en verwachte disconteringsvoet. Herberekeningen van de toegezegdpensioenverplichtingen geven de verandering in actuariële veronderstellingen (demografische en financiële veronderstellingen) en de ervaringsaanpassingen weer. Ervaringsaanpassingen zijn de actuariële winsten en verliezen die ontstaan door verschillen tussen de actuariële veronderstellingen aan het begin van het jaar en de werkelijke uitkomsten gedurende het jaar. ALGEMENE INFORMATIE 160 Ageas Jaarverslag 2021 160 | 240 De verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen zijn opgenomen onder ‘Overlopende rente en overige verplichtingen’ (zie toelichting 24) en de activa uit hoofde van pensioenregelingen met vaste toezeggingen vallen onder ‘Overlopende rente en overige activa’ (zie toelichting 15). Omdat Ageas als financiële instelling gespecialiseerd is in het beheer van regelingen voor personeelsvergoedingen zijn een aantal pensioenregelingen voor medewerkers verzekerd via verzekeringsbedrijven die deel uitmaken van de Groep. Derhalve, en in overeenstemming met IFRS, worden deze activa niet tot het toetsingsvermogen gerekend en mogen deze niet worden gerekend tot de fondsbeleggingen. Om die reden worden deze regelingen aangemerkt als ‘niet gefinancierd’. Vanuit economisch oogpunt wordt de nettoverplichting inzake toegezegdpensioenregelingen gecompenseerd door de niet tot het toetsingsvermogen gerekende fondsbeleggingen die binnen Ageas worden aangehouden (2021: EUR 544 miljoen; 2020: EUR 531 miljoen). Economisch gezien resulteert dit voor 2021 in een netto pensioenverplichting van EUR 184 miljoen (2020: EUR 294 miljoen) voor verplichtingen uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de mutaties in de netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen in de balans. Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen per 1 januari 825 742 153 140 Totale lasten voor regelingen met vaste toezeggingen 58 59 5 5 Bijdragen werkgevers (4) (3) Bijdragen werknemers betaald aan de werkgever 2 2 Uitkeringen direct betaald door de werkgever (40) (37) (3) (3) Wisselkoersverschillen (2) 1 Overige 1 1 Herberekening (113) 60 (18) 11 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen per 31 december 727 825 137 153 De onderstaande tabel geeft een overzicht van de mutaties in de verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen. Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen per 1 januari 1.169 1.071 153 140 Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 57 53 4 4 Rentelasten 5 10 1 1 Pensioenkosten van verstreken diensttijd - verworven en niet-verworven rechten 2 Herberekening (112) 93 (18) 11 Bijdragen werknemers betaald aan de werkgever 2 2 Uitkeringen (18) (13) Uitkeringen direct betaald door de werkgever (40) (37) (3) (3) Wisselkoersverschillen 16 (12) Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen per 31 december 1.079 1.169 137 153 De volgende tabel toont de mutaties in de reële waarde van de kwalificerende beleggingen. Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 2021 2020 Reële waarde van kwalificerende beleggingen per 1 januari 353 343 Rentebaten 4 5 Herberekening (rendement op de kwalificerende beleggingen,exclusief rente-effect) 3 29 Bijdragen werkgevers 2 2 Uitkeringen (16) (12) Wisselkoersverschillen 18 (13) Overige (1) (1) Reële waarde van kwalificerende beleggingen per 31 december 363 353 161 | 240 De volgende tabel toont de veranderingen in het actiefplafond en/of minimale financieringsvereisten. 2021 2020 Actiefplafond / minimale financieringsvereisten per 1 januari 8 12 Herberekening 2 (4) Actiefplafond / minimale financieringsvereisten per 31 december 10 8 Het actiefplafond houdt verband met Ageas-entiteiten in Portugal. De volgende tabel geeft een overzicht van de componenten die betrekking hebben op de toegezegdpensioenregelingen en overige uitkeringen na uitdiensttreding voor het jaar eindigend per 31 december en die van invloed zijn op de resultatenrekening. Pensioenregelingen met Overige vergoedingen vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 57 53 4 4 Netto rentekosten 1 5 1 1 Pensioenkosten van verstreken diensttijd - verworven en niet-verworven rechten 2 Schikkingen (1) Totale lasten voor regelingen met vaste toezeggingen 58 59 5 5 De netto rentekosten en andere zijn verantwoord als Financieringslasten (zie toelichting 37). Alle overige kosten worden verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40). De samenstelling van herberekeningen per 31 december is als volgt. Pensioenregelingen met Overige vergoedingen vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Rendement op kwalificerende beleggingen, exclusief effect op de rente (3) (29) Herberekening van actiefplafond / minimale financieringsvereisten 2 (4) Actuariële (winsten) verliezen m.b.t.: wijziging in demografische veronderstellingen (7) 14 wijziging in financiële veronderstellingen (86) 96 (16) ervaringsaanpassingen (19) (3) (2) (3) Herberekening van de verplichting inzake de toegezegdpensioenregeling, netto (actief) (113) 60 (18) 11 De herberekening van de netto verplichting inzake de toegezegdpensioenregeling wordt onder overig comprehensive income verantwoord. Herberekeningen van kwalificerende beleggingen zijn met name het verschil tussen de eigenlijke return van kwalificerende beleggingen en verwachte disconteringsvoet. Herberekeningen van de toegezegdpensioenverplichtingen geven de verandering in actuariële veronderstellingen (demografische en financiële veronderstellingen) en de ervaringsaanpassingen weer. Ervaringsaanpassingen zijn de actuariële winsten en verliezen die ontstaan door verschillen tussen de actuariële veronderstellingen aan het begin van het jaar en de werkelijke uitkomsten gedurende het jaar. 161 Ageas Jaarverslag 2021 162 | 240 De volgende tabel is een weergave van de gewogen gemiddelde looptijd van de toegezegdpensioenregeling in jaren. Pensioenregelingen Overige vergoedingen 2021 met vaste toezeggingen na uitdiensttreding Gewogen gemiddelde looptijd van de toegezegdpensioenregeling 15 23 De volgende tabel geeft een overzicht van de voornaamste actuariële veronderstellingen die zijn toegepast voor de landen in de eurozone. Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Laag Hoog Laag Hoog Laag Hoog Laag Hoog Disconteringsvoet 0,3% 1,1% 0,0% 0,6% 1,0% 1,2% 0,5% 0,6% Toekomstige salarisverhogingen (prijsinflatie inbegrepen) 1,5% 4,2% 1,5% 4,1% Toekomstige pensioenverhogingen (prijsinflatie inbegrepen) 1,5% 1,8% 1,5% 1,7% Evolutie medische kosten 2,0% 3,8% 2,0% 3,8% De disconteringsvoet voor Pensioenregelingen is gewogen voor de netto verplichting inzake de toegezegdpensioenregeling (activa). De meest uitgebreide pensioenplannen situeren zich in België, met disconteringsvoeten variërend van 0,28% tot 1,14%. De toekomstige salarisverhogingen variëren in 2021 van 1,50% voor oudere personeelsleden tot 4,20% voor jongere personeelsleden. De volgende tabel bevat de voornaamste actuariële veronderstellingen die zijn toegepast voor de overige landen. Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 2021 2020 Disconteringsvoet 1,8% 1,3% Toekomstige salarisverhogingen (prijsinflatie inbegrepen) De eurozone vertegenwoordigt 80% van de totale verplichting voor regelingen met vaste toezeggingen van Ageas. Onder overige landen valt uitsluitend het Verenigd Koninkrijk. Uitkeringen na uitdiensttreding in landen buiten de eurozone en het Verenigd Koninkrijk worden aangemerkt als niet van materieel belang. Een toe- of afname van 1% in de veronderstelde actuariële veronderstellingen zou het volgende effect hebben op de pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen en overige vergoedingen na uitdiensttreding. Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Contante waarde van de verplichting 1.079 1.169 137 153 Effect van wijzigingen in de veronderstelde disconteringsvoet: 1% toename (13,0%) (13,0%) (19,3%) (19,5%) 1% afname 16,1% 16,3% 25,3% 25,8% Effect van wijzigingen in de veronderstelde toekomstige salarisverhogingen: 1% toename 12,4% 11,4% 1% afname (10,2%) (9,4%) Effect van wijzigingen in de veronderstelde pensioenverhogingen: 1% toename 9,0% 8,8% 1% afname (7,8%) (7,6%) 163 | 240 Een toe- of afname van de veronderstelde trendmatige groei met 1% van de medische kosten zou het volgende effect hebben op de uitkeringsverplichting voor medische kosten. Medische kosten 2021 2020 Contante waarde van de verplichting 136 153 Effect van de veronderstelde trendmatige veranderingen van de medische kosten: 1% toename 26,9% 25,1% 1% afname (20,0%) (18,7%) De samenstelling van de kwalificerende beleggingen is als volgt. 31 December 2021 % 31 December 2020 % Aandelen 41 11,3% 65 18,4% Obligaties 230 63,4% 157 44,5% Verzekeringscontracten 27 7,4% 30 8,5% Vastgoedportefeuille 29 8,0% 41 11,6% Geldmiddelen 4 1,1% 6 1,7% Overige 32 8,8% 54 15,3% Totaal 363 100,0% 353 100,0% De kwalificerende beleggingen bestaan voornamelijk uit vastrentende waarden, gevolgd door aandelen, vastgoed (fondsen) en beleggingscontracten die zijn afgesloten bij verzekeringsmaatschappijen. Volgens het interne beleggingsbeleid van Ageas dienen voor de financiering van pensioenregelingen beleggingen in derivaten en opkomende markten te worden vermeden. Het bedrag in 'Overige' houdt verband met twee gediversifieerde fondsen in het Verenigd Koninkrijk. De samenstelling van de pensioenplanbeleggingen voor de niet-kwalificerende beleggingen voor pensioenregelingen is als volgt. 31 December 2021 % 31 December 2020 % Aandelen 39 7,0% 35 6,4% Obligaties 431 77,1% 432 79,3% Verzekeringscontracten 15 2,7% 14 2,6% Vastgoedportefeuille 58 10,4% 57 10,5% Converteerbare obligaties 13 2,3% 10 1,8% Geldmiddelen 3 0,5% (3) (0,6%) Totaal 559 100,0% 545 100,0% Ageas past het beleid voor asset-allocatie geleidelijk aan om zo de looptijd van de beleggingen beter af te stemmen op de looptijd van de pensioenverplichtingen. Naar verwachting zal Ageas als werkgever in het boekjaar eindigend op 31 december 2021 de volgende bijdragen betalen aan regelingen ten behoeve van uitkeringen na uitdiensttreding. Pensioenregelingen met vaste toezeggingen Verwachte bijdragen voor volgend jaar 15 Verwachte bijdragen voor volgend jaar voor ongekwalificeerde pensioenplanbeleggingen 45 ALGEMENE INFORMATIE 162 Ageas Jaarverslag 2021 162 | 240 De volgende tabel is een weergave van de gewogen gemiddelde looptijd van de toegezegdpensioenregeling in jaren. Pensioenregelingen Overige vergoedingen 2021 met vaste toezeggingen na uitdiensttreding Gewogen gemiddelde looptijd van de toegezegdpensioenregeling 15 23 De volgende tabel geeft een overzicht van de voornaamste actuariële veronderstellingen die zijn toegepast voor de landen in de eurozone. Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Laag Hoog Laag Hoog Laag Hoog Laag Hoog Disconteringsvoet 0,3% 1,1% 0,0% 0,6% 1,0% 1,2% 0,5% 0,6% Toekomstige salarisverhogingen (prijsinflatie inbegrepen) 1,5% 4,2% 1,5% 4,1% Toekomstige pensioenverhogingen (prijsinflatie inbegrepen) 1,5% 1,8% 1,5% 1,7% Evolutie medische kosten 2,0% 3,8% 2,0% 3,8% De disconteringsvoet voor Pensioenregelingen is gewogen voor de netto verplichting inzake de toegezegdpensioenregeling (activa). De meest uitgebreide pensioenplannen situeren zich in België, met disconteringsvoeten variërend van 0,28% tot 1,14%. De toekomstige salarisverhogingen variëren in 2021 van 1,50% voor oudere personeelsleden tot 4,20% voor jongere personeelsleden. De volgende tabel bevat de voornaamste actuariële veronderstellingen die zijn toegepast voor de overige landen. Pensioenregelingen met vaste toezeggingen 2021 2020 Disconteringsvoet 1,8% 1,3% Toekomstige salarisverhogingen (prijsinflatie inbegrepen) De eurozone vertegenwoordigt 80% van de totale verplichting voor regelingen met vaste toezeggingen van Ageas. Onder overige landen valt uitsluitend het Verenigd Koninkrijk. Uitkeringen na uitdiensttreding in landen buiten de eurozone en het Verenigd Koninkrijk worden aangemerkt als niet van materieel belang. Een toe- of afname van 1% in de veronderstelde actuariële veronderstellingen zou het volgende effect hebben op de pensioenregelingen op basis van vaste toezeggingen en overige vergoedingen na uitdiensttreding. Pensioenregelingen Overige vergoedingen met vaste toezeggingen na uitdiensttreding 2021 2020 2021 2020 Contante waarde van de verplichting 1.079 1.169 137 153 Effect van wijzigingen in de veronderstelde disconteringsvoet: 1% toename (13,0%) (13,0%) (19,3%) (19,5%) 1% afname 16,1% 16,3% 25,3% 25,8% Effect van wijzigingen in de veronderstelde toekomstige salarisverhogingen: 1% toename 12,4% 11,4% 1% afname (10,2%) (9,4%) Effect van wijzigingen in de veronderstelde pensioenverhogingen: 1% toename 9,0% 8,8% 1% afname (7,8%) (7,6%) 163 | 240 Een toe- of afname van de veronderstelde trendmatige groei met 1% van de medische kosten zou het volgende effect hebben op de uitkeringsverplichting voor medische kosten. Medische kosten 2021 2020 Contante waarde van de verplichting 136 153 Effect van de veronderstelde trendmatige veranderingen van de medische kosten: 1% toename 26,9% 25,1% 1% afname (20,0%) (18,7%) De samenstelling van de kwalificerende beleggingen is als volgt. 31 December 2021 % 31 December 2020 % Aandelen 41 11,3% 65 18,4% Obligaties 230 63,4% 157 44,5% Verzekeringscontracten 27 7,4% 30 8,5% Vastgoedportefeuille 29 8,0% 41 11,6% Geldmiddelen 4 1,1% 6 1,7% Overige 32 8,8% 54 15,3% Totaal 363 100,0% 353 100,0% De kwalificerende beleggingen bestaan voornamelijk uit vastrentende waarden, gevolgd door aandelen, vastgoed (fondsen) en beleggingscontracten die zijn afgesloten bij verzekeringsmaatschappijen. Volgens het interne beleggingsbeleid van Ageas dienen voor de financiering van pensioenregelingen beleggingen in derivaten en opkomende markten te worden vermeden. Het bedrag in 'Overige' houdt verband met twee gediversifieerde fondsen in het Verenigd Koninkrijk. De samenstelling van de pensioenplanbeleggingen voor de niet-kwalificerende beleggingen voor pensioenregelingen is als volgt. 31 December 2021 % 31 December 2020 % Aandelen 39 7,0% 35 6,4% Obligaties 431 77,1% 432 79,3% Verzekeringscontracten 15 2,7% 14 2,6% Vastgoedportefeuille 58 10,4% 57 10,5% Converteerbare obligaties 13 2,3% 10 1,8% Geldmiddelen 3 0,5% (3) (0,6%) Totaal 559 100,0% 545 100,0% Ageas past het beleid voor asset-allocatie geleidelijk aan om zo de looptijd van de beleggingen beter af te stemmen op de looptijd van de pensioenverplichtingen. Naar verwachting zal Ageas als werkgever in het boekjaar eindigend op 31 december 2021 de volgende bijdragen betalen aan regelingen ten behoeve van uitkeringen na uitdiensttreding. Pensioenregelingen met vaste toezeggingen Verwachte bijdragen voor volgend jaar 15 Verwachte bijdragen voor volgend jaar voor ongekwalificeerde pensioenplanbeleggingen 45 163 Ageas Jaarverslag 2021 164 | 240 6.1.2 Andere langetermijn personeelsbeloningen De Andere langetermijn personeelsbeloningen bestaan uit verplichtingen van de werkgever tot het uitkeren van bijvoorbeeld jubileumpremies. De tabel hieronder geeft de netto verplichtingen weer. De verplichtingen met betrekking tot Andere langetermijnpersoneelsbeloningen zijn opgenomen in de balans onder Overlopende rente en overige verplichtingen (zie toelichting 24). 2021 2020 Contante waarde van de verplichting 17 18 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 17 18 De volgende tabel toont de mutaties gedurende het boekjaar in de verplichtingen inzake Andere langetermijnpersoneelsbeloningen. 2021 2020 Netto verplichting per 1 januari 18 17 Totale lasten 1 Uitkeringen direct betaald door de werkgever (1) Netto verplichting per 31 december 17 18 De onderstaande tabel geeft een overzicht van de actuariële veronderstellingen die zijn gehanteerd voor het berekenen van de verplichtingen met betrekking tot andere langetermijnpersoneelsbeloningen. 2021 2020 Laag Hoog Laag Hoog Disconteringsvoet 0,32% 0,70% 0,03% 0,29% Toekomstige salarisverhogingen 2,10% 4,20% 2,00% 4,10% De kosten van de Andere langetermijn personeelsbeloningen worden hierna getoond. De rentekosten zijn verantwoord als Financieringslasten (zie toelichting 37) en de overige kosten zijn verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40). 2021 2020 Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 1 1 Onmiddellijk verantwoorde netto actuariële verliezen (winsten) (1) Totale lasten 1 6.1.3 Beëindigingsvergoedingen Beëindigingsvergoedingen zijn personeelsbeloningen die betaalbaar zijn in verband met het beëindigen van de arbeidsrelatie met een werknemer vóór de normale pensioendatum of het besluit van een werknemer om vrijwillig ontslag te accepteren in ruil voor deze vergoeding. De onderstaande tabel toont verplichtingen die samenhangen met Beëindigingsvergoedingen die in de balans begrepen zijn onder Overlopende rente en overige verplichtingen (zie toelichting 24). 2021 2020 Contante waarde van de verplichting 5 4 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 5 4 165 | 240 De volgende tabel toont de mutaties gedurende het boekjaar in de verplichtingen inzake Beëindigingsvergoedingen. 2021 2020 Netto verplichting per 1 januari 4 5 Totale lasten 2 1 Uitkeringen direct betaald door de werkgever (1) (2) Netto verplichting per 31 december 5 4 Kosten die gerelateerd zijn aan Beëindigingsvergoedingen worden hieronder getoond. De netto rentekosten zijn verantwoord als Financieringslasten (zie toelichting 37). Alle overige kosten worden verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40). 2021 2020 Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 2 1 Totale lasten 2 1 6.2 Met aandelen verbonden incentive programma's Ageas maakt gebruik van de mogelijkheid om zijn werknemers en leden van het Executive Committee en het Management Committee in aandelen en aan aandelen gerelateerde instrumenten te belonen. Het kan hierbij gaan om de volgende instrumenten: Restricted shares; aandelengekoppelde incentives. 6.2.1 Toekenning van aandelen onder voorwaarden (‘restricted shares’) Voor de leden van het Executive en het Management Committee geldt een Long-term incentive plan (LTI). Bij deze regeling worden prestatieaandelen voorwaardelijk toegekend waarbij na 3,5 jaar onvoorwaardelijke toekenning volgt. Het aantal toe te kennen aandelen in het kader van dit plan is gebaseerd op de 'Ageas Business Score', die voortvloeit uit de realisatie van de KPI's voor het bedrijf. Voor de onvoorwaardelijke toekenning na 3,5 jaar wordt een relatieve TSR- prestatiemeting (totaal aandeelhoudersrendement) ten opzichte van een vergelijkingsgroep toegepast. Nadat de aandelen onvoorwaardelijk zijn toegekend, moeten ze nog 1,5 jaar in bezit worden gehouden (in totaal 5 jaar na de datum van voorwaardelijke toekenning). Na deze blokkeringsperiode mogen de begunstigden de onvoorwaardelijk toegekende aandelen verkopen onder bepaalde voorwaarden zoals vastgelegd in het bezoldigingsbeleid. Meer details over dit plan zijn te vinden in het verslag van het Remuneration Committee in sectie 5.7.11. Voor 2017 werden in totaal 71.870 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning, voor 2018 werden in totaal 35.612 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning, voor 2019 werden in totaal 51.393 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning en voor 2020 werden 53.269 prestatieaandelen toegekend voor toezegging. Voor het prestatiejaar 2021 werden in totaal 53.918 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning aan de leden van het Executive Committee en het Management Committee. De volgende tabel toont het verloop van de toezeggingen van restricted shares gedurende het jaar aan leden van het Executive Committee en het Management Committee. (aantal aandelen in '000) 2022 2021 Aantal onder voorwaarden verstrekte aandelen per 1 maart 194 212 Verstrekte voorwaardelijke aandelen (vervallen) Verstrekte voorwaardelijke aandelen - gevestigd (72) Aantal onder voorwaarden verstrekte aandelen per 31 december 140 6.2.2 Aandelengekoppelde incentives In 2019, 2020 en 2021 heeft Ageas een aandelengerelateerd incentiveprogramma voor het senior management opgezet. Afhankelijk van de prestatie van het aandeel Ageas ten opzichte van vergelijkbare ondernemingen over de periode van drie jaar volgend op de lancering van elk van de plannen en op voorwaarde van een voortgezet dienstverband worden de senior managers beloond met een betaling in contanten gelijk aan een waarde: tussen 0 en de waarde van 125.160 Ageas-aandelen op 1 april 2022 (plan 2019). tussen 0 en de waarde van 135.480 Ageas-aandelen op 1 april 2023 (plan 2020). tussen 0 en de waarde van 141.400 Ageas-aandelen op 1 april 2024 (plan 2021). De verplichting die voortvloeit uit deze in contanten afgewikkelde transacties wordt op elke verslagdatum bepaald tegen de reële waarde. ALGEMENE INFORMATIE 164 Ageas Jaarverslag 2021 164 | 240 6.1.2 Andere langetermijn personeelsbeloningen De Andere langetermijn personeelsbeloningen bestaan uit verplichtingen van de werkgever tot het uitkeren van bijvoorbeeld jubileumpremies. De tabel hieronder geeft de netto verplichtingen weer. De verplichtingen met betrekking tot Andere langetermijnpersoneelsbeloningen zijn opgenomen in de balans onder Overlopende rente en overige verplichtingen (zie toelichting 24). 2021 2020 Contante waarde van de verplichting 17 18 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 17 18 De volgende tabel toont de mutaties gedurende het boekjaar in de verplichtingen inzake Andere langetermijnpersoneelsbeloningen. 2021 2020 Netto verplichting per 1 januari 18 17 Totale lasten 1 Uitkeringen direct betaald door de werkgever (1) Netto verplichting per 31 december 17 18 De onderstaande tabel geeft een overzicht van de actuariële veronderstellingen die zijn gehanteerd voor het berekenen van de verplichtingen met betrekking tot andere langetermijnpersoneelsbeloningen. 2021 2020 Laag Hoog Laag Hoog Disconteringsvoet 0,32% 0,70% 0,03% 0,29% Toekomstige salarisverhogingen 2,10% 4,20% 2,00% 4,10% De kosten van de Andere langetermijn personeelsbeloningen worden hierna getoond. De rentekosten zijn verantwoord als Financieringslasten (zie toelichting 37) en de overige kosten zijn verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40). 2021 2020 Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 1 1 Onmiddellijk verantwoorde netto actuariële verliezen (winsten) (1) Totale lasten 1 6.1.3 Beëindigingsvergoedingen Beëindigingsvergoedingen zijn personeelsbeloningen die betaalbaar zijn in verband met het beëindigen van de arbeidsrelatie met een werknemer vóór de normale pensioendatum of het besluit van een werknemer om vrijwillig ontslag te accepteren in ruil voor deze vergoeding. De onderstaande tabel toont verplichtingen die samenhangen met Beëindigingsvergoedingen die in de balans begrepen zijn onder Overlopende rente en overige verplichtingen (zie toelichting 24). 2021 2020 Contante waarde van de verplichting 5 4 Netto verplichtingen (activa) voor regelingen met vaste toezeggingen 5 4 165 | 240 De volgende tabel toont de mutaties gedurende het boekjaar in de verplichtingen inzake Beëindigingsvergoedingen. 2021 2020 Netto verplichting per 1 januari 4 5 Totale lasten 2 1 Uitkeringen direct betaald door de werkgever (1) (2) Netto verplichting per 31 december 5 4 Kosten die gerelateerd zijn aan Beëindigingsvergoedingen worden hieronder getoond. De netto rentekosten zijn verantwoord als Financieringslasten (zie toelichting 37). Alle overige kosten worden verantwoord als Personeelskosten (zie toelichting 40). 2021 2020 Aan het boekjaar toegerekende pensioenkosten 2 1 Totale lasten 2 1 6.2 Met aandelen verbonden incentive programma's Ageas maakt gebruik van de mogelijkheid om zijn werknemers en leden van het Executive Committee en het Management Committee in aandelen en aan aandelen gerelateerde instrumenten te belonen. Het kan hierbij gaan om de volgende instrumenten: Restricted shares; aandelengekoppelde incentives. 6.2.1 Toekenning van aandelen onder voorwaarden (‘restricted shares’) Voor de leden van het Executive en het Management Committee geldt een Long-term incentive plan (LTI). Bij deze regeling worden prestatieaandelen voorwaardelijk toegekend waarbij na 3,5 jaar onvoorwaardelijke toekenning volgt. Het aantal toe te kennen aandelen in het kader van dit plan is gebaseerd op de 'Ageas Business Score', die voortvloeit uit de realisatie van de KPI's voor het bedrijf. Voor de onvoorwaardelijke toekenning na 3,5 jaar wordt een relatieve TSR- prestatiemeting (totaal aandeelhoudersrendement) ten opzichte van een vergelijkingsgroep toegepast. Nadat de aandelen onvoorwaardelijk zijn toegekend, moeten ze nog 1,5 jaar in bezit worden gehouden (in totaal 5 jaar na de datum van voorwaardelijke toekenning). Na deze blokkeringsperiode mogen de begunstigden de onvoorwaardelijk toegekende aandelen verkopen onder bepaalde voorwaarden zoals vastgelegd in het bezoldigingsbeleid. Meer details over dit plan zijn te vinden in het verslag van het Remuneration Committee in sectie 5.7.11. Voor 2017 werden in totaal 71.870 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning, voor 2018 werden in totaal 35.612 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning, voor 2019 werden in totaal 51.393 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning en voor 2020 werden 53.269 prestatieaandelen toegekend voor toezegging. Voor het prestatiejaar 2021 werden in totaal 53.918 prestatieaandelen toegezegd voor toekenning aan de leden van het Executive Committee en het Management Committee. De volgende tabel toont het verloop van de toezeggingen van restricted shares gedurende het jaar aan leden van het Executive Committee en het Management Committee. (aantal aandelen in '000) 2022 2021 Aantal onder voorwaarden verstrekte aandelen per 1 maart 194 212 Verstrekte voorwaardelijke aandelen (vervallen) Verstrekte voorwaardelijke aandelen - gevestigd (72) Aantal onder voorwaarden verstrekte aandelen per 31 december 140 6.2.2 Aandelengekoppelde incentives In 2019, 2020 en 2021 heeft Ageas een aandelengerelateerd incentiveprogramma voor het senior management opgezet. Afhankelijk van de prestatie van het aandeel Ageas ten opzichte van vergelijkbare ondernemingen over de periode van drie jaar volgend op de lancering van elk van de plannen en op voorwaarde van een voortgezet dienstverband worden de senior managers beloond met een betaling in contanten gelijk aan een waarde: tussen 0 en de waarde van 125.160 Ageas-aandelen op 1 april 2022 (plan 2019). tussen 0 en de waarde van 135.480 Ageas-aandelen op 1 april 2023 (plan 2020). tussen 0 en de waarde van 141.400 Ageas-aandelen op 1 april 2024 (plan 2021). De verplichting die voortvloeit uit deze in contanten afgewikkelde transacties wordt op elke verslagdatum bepaald tegen de reële waarde. 165 Ageas Jaarverslag 2021 166 | 240 6.3 Bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur en de leden van het Executive Committee 6.3.1 Bezoldiging van de Raad van Bestuur Wijzigingen in de Raad van Bestuur in 2021 De Raad van Bestuur bestaat momenteel uit veertien leden: Bart De Smet (voorzitter), Guy de Selliers de Moranville (vicevoorzitter), Katleen Vandeweyer, Jane Murphy, Richard Jackson, Lucrezia Reichlin, Yvonne Lang Ketterer, Sonali Chandmal en Jean-Michel Chatagny als niet- uitvoerend bestuurders en Hans De Cuyper (CEO), Christophe Boizard (CFO), Filip Coremans (MD Asia), Antonio Cano (MD Europe) en Emmanuel Van Grimbergen (CRO) als uitvoerend bestuurders. Lionel Perl en Jan Zegering Hadders traden af als lid van de Raad van Bestuur op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 en Jean-Michel Chatagny werd op dezelfde vergadering benoemd tot lid van de Raad van Bestuur van ageas sa/nv. Wat betreft het lidmaatschap van de Raad van Bestuur van niet- uitvoerende bestuurders in dochtermaatschappijen van Ageas, zijn Bart De Smet en Richard Jackson lid van de Raad van Bestuur van Ageas UK Ltd, is Guy de Selliers de Moranville Voorzitter van de Raad van Bestuur van AG Insurance SA/NV en is Katleen Vandeweyer een lid van deze Raad. Jane Murphy is lid van de Raad van Bestuur van Ageas France S.A. en Yvonne Lang Ketterer en Sonali Chandmal zijn lid van de Raad van Bestuur van Ageas Portugal Holdings SGSP (PT), van Médis (Companhia Portuguesa de Seguros de Saude S.A.), Ageas Portugal - Companhia Portuguesa de Seguros S.A..en Ageas Portugal - Companhia Portuguesa de Seguros de Vida S.A. Voor zover deze posities worden vergoed, worden de betaalde bedragen vermeld in de tabellen hieronder. Bezoldiging van de Raad van Bestuur De totale bezoldiging van niet-uitvoerende bestuurders bedroeg in het boekjaar 2021 EUR 1,.48 miljoen (2020: EUR 1,77 miljoen). De vergoeding is inclusief de basisverloning voor het bestuurslidmaatschap en een vergoeding voor de aanwezigheid op bestuursvergaderingen en vergaderingen van bestuurscommissies, op het niveau van de Ageas Groep en de dochtermaatschappijen van Ageas. In de onderstaande tabel wordt een gedetailleerd overzicht gegeven van de bezoldiging die in 2021 door de leden van de Raad van Bestuur is ontvangen. Ook opgenomen is het aandelenbezit van de bestuursleden per 31 december 2021. Vaste vergoeding Aanwezigheidspremie Aandelen Ageas Naam persoon (1) Functie (2) 2021 2021 Totaal (4) per 31/12/2021 Bart De Smet Voorzitter 120.000 37.500 157.500 37.121 Guy de Selliers de Moranville Vice-voorzitter 60.000 42.000 102.000 264.390 (5) Lionel Perl Niet-uitvoerend bestuurder 25.000 13.000 38.000 - Jan Zegering Hadders Niet-uitvoerend bestuurder 25.000 16.000 41.000 - Yvonne Lang Ketterer Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 44.000 104.000 - Richard Jackson Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 42.500 102.500 - Jane Murphy Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 34.000 94.000 - Lucrezia Reichlin Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 34.000 94.000 - Katleen Vandeweyer Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 29.000 89.000 - Sonali Chandmal Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 33.000 93.000 - Jean-Michel Chatagny Niet-uitvoerend bestuurder 35.000 23.500 58.500 - Hans De Cuyper Chief Executive Officer (CEO) (3) - - see infra 6.145 Christophe Boizard Chief Financial Officer (CFO) (3) - - see infra 26.548 Filip Coremans Managing Director Azië (MD Azië) (3) - - see infra 13.501 Antonio Cano Managing Director Europa (MD Europa) (3) - - see infra 16.076 Emmanuel Van Grimbergen Chief Risk Officer (CRO) (3) - - see infra 8.554 Totaal 625.000 348.500 973.500 372.335 (1) Jean-Michel Chatagny trad toe tot de Raad vanaf 01/05/2021. Lionel Perl en Jan Zegering Hadders traden af per 01/05/2021. (2) Bestuursleden ontvangen tevens een vergoeding voor het bijwonen van een commissievergadering op uitnodiging. (3) De uitvoerende bestuursleden worden niet vergoed als leden van de Raad van Bestuur maar als Executive Committee leden. (4) Exclusief onkostenvergoeding. (5) 240.000 Indirect gehouden aandelen via trusts . Dit aantal omvat een correctie ten opzichte van vorige publicaties. Dhr. de Selliers bevestigt dat deze correctie moet gemaakt worden omwille van een praktische vergissing en bevestigt dat er door de Trust geen transacties in Ageas aandelen werden gedaan in 2021. 167 | 240 De bezoldiging ontvangen door de leden van de Raad van Bestuur voor hun mandaat in 2021 in dochtermaatschappijen van Ageas is als volgt. Naam persoon (1) Functie Vaste vergoeding 2021 Aanwezigheidspremie 2021 Totaal (2) Bart De Smet Voorzitter 41.250 12.000 53.250 Guy de Selliers de Moranville Vice-voorzitter 60.000 26.000 86.000 Jan Zegering Hadders Niet-uitvoerend bestuurder 15.000 7.000 22.000 Lionel Perl Niet-uitvoerend bestuurder 85.678 5.500 91.178 Richard Jackson Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 11.500 45.250 Jane Murphy Niet-uitvoerend bestuurder 45.000 24.000 69.000 Lucrezia Reichlin Niet-uitvoerend bestuurder - - - Yvonne Lang Ketterer Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 13.500 47.250 Sonali Chandmal Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 14.500 48.250 Katleen Vandeweyer Niet-uitvoerend bestuurder 30.000 18.000 48.000 Jean-Michel Chatagny Niet-uitvoerend bestuurder - - - Hans De Cuyper Chief Executive Officer (CEO) - - - Christophe Boizard Chief Financial Officer (CFO) - - - Filip Coremans Managing Director Azië (MD Azië) - - - Antonio Cano Managing Director Europa (MD Europa) - - - Emmanuel Van Grimbergen Chief Risk Officer (CRO) - - - Totaal 378.178 132.000 510.178 (1) De leden van de Executive Board worden niet bezoldigd als bestuursleden maar als leden van het Directiecomité. (zie toelichting 6.3.2 voor details over hun vergoeding) (2) Exclusief onkostenvergoeding. 6.3.2 Bezoldiging van leden van het Executive Committee van Ageas. 6.3.2.1 Het Executive Committee in 2021 Per 31 december 2021 bestond het Executive Committee van Ageas uit Hans De Cuyper (CEO), Christophe Boizard (CFO), Filip Coremans (MD Asia), Antonio Cano (MD Europe) en Emmanuel Van Grimbergen (CRO). 6.3.2.2 Totale bezoldiging 2021 van het Executive Committee In 2021 bedroeg de totale bezoldiging, inclusief pensioenbijdragen en secundaire arbeidsvoorwaarden van het Executive Committee EUR 7.197.532 tegenover EUR 7.749.540 in 2020. Dit bestond uit: een vaste bezoldiging van EUR 2.992.150 (vergeleken met EUR 2.939.758 in 2020) bestaande uit een basisbeloning van EUR 2.590.000 en secundaire arbeidsvoorwaarden (gezondheidszorgverzekering, overlijdens- en invaliditeitsdekking en een bedrijfswagen) van EUR 402.150; een variabele bezoldiging van EUR 3.279.138 (vergeleken met EUR 3.395.201 in 2020) bestaande uit een eenjarige variabele bonus (STI) van EUR 1.530.888 in contanten uit te betalen over een periode van drie jaar en een meerjarige variabele bonus (LTI) in de vorm van aandelen ter waarde van EUR 1.748.250; pensioenkosten van EUR 926.244 (exclusief belastingen) (in vergelijking met EUR 986.122 in 2020). De onderstaande tabel geeft een overzicht van alle verloningscomponenten voor leden van het Executive Committee. - 1 - - 2 - - 3 - - 4 - - 5 - Vaste Variabele Buitengewone Totale Proportie bezoldiging bezoldiging items Pensioenlasten bezoldiging van Overige Eenjaars Meerjaars Vast Variabel Naam persoon Basisver loning Premies voordelen variabel variabel (1) (1+4)/5 (2+3)/5 H. De Cuyper 650.000 - 86.748 389.676 438.750 - 171.504 1.736.678 52% 48% C. Boizard 485.000 - 101.086 280.575 327.375 - 196.890 1.390.926 56% 44% E. Van Grimbergen 485.000 - 62.629 284.211 327.375 - 161.352 1.320.567 54% 46% A. Cano 485.000 - 77.750 285.667 327.375 - 197.691 1.373.483 55% 45% F. Coremans 485.000 - 73.937 290.759 327.375 - 198.807 1.375.878 55% 45% Totaal 2.590.000 - 402.150 1.530.888 1.748.250 0 926.244 7.197.532 (1) Marktwaarde van meerjaarsvariabele beloning op het moment van voorwaardelijke toekenning. Voor de onvoorwaardelijke toekenning na 3,5 jaar wordt een relatieve TSR-prestatiemeting ten opzichte van een peer groep toegepast ALGEMENE INFORMATIE 166 Ageas Jaarverslag 2021 166 | 240 6.3 Bezoldiging van de leden van de Raad van Bestuur en de leden van het Executive Committee 6.3.1 Bezoldiging van de Raad van Bestuur Wijzigingen in de Raad van Bestuur in 2021 De Raad van Bestuur bestaat momenteel uit veertien leden: Bart De Smet (voorzitter), Guy de Selliers de Moranville (vicevoorzitter), Katleen Vandeweyer, Jane Murphy, Richard Jackson, Lucrezia Reichlin, Yvonne Lang Ketterer, Sonali Chandmal en Jean-Michel Chatagny als niet- uitvoerend bestuurders en Hans De Cuyper (CEO), Christophe Boizard (CFO), Filip Coremans (MD Asia), Antonio Cano (MD Europe) en Emmanuel Van Grimbergen (CRO) als uitvoerend bestuurders. Lionel Perl en Jan Zegering Hadders traden af als lid van de Raad van Bestuur op de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 en Jean-Michel Chatagny werd op dezelfde vergadering benoemd tot lid van de Raad van Bestuur van ageas sa/nv. Wat betreft het lidmaatschap van de Raad van Bestuur van niet- uitvoerende bestuurders in dochtermaatschappijen van Ageas, zijn Bart De Smet en Richard Jackson lid van de Raad van Bestuur van Ageas UK Ltd, is Guy de Selliers de Moranville Voorzitter van de Raad van Bestuur van AG Insurance SA/NV en is Katleen Vandeweyer een lid van deze Raad. Jane Murphy is lid van de Raad van Bestuur van Ageas France S.A. en Yvonne Lang Ketterer en Sonali Chandmal zijn lid van de Raad van Bestuur van Ageas Portugal Holdings SGSP (PT), van Médis (Companhia Portuguesa de Seguros de Saude S.A.), Ageas Portugal - Companhia Portuguesa de Seguros S.A..en Ageas Portugal - Companhia Portuguesa de Seguros de Vida S.A. Voor zover deze posities worden vergoed, worden de betaalde bedragen vermeld in de tabellen hieronder. Bezoldiging van de Raad van Bestuur De totale bezoldiging van niet-uitvoerende bestuurders bedroeg in het boekjaar 2021 EUR 1,.48 miljoen (2020: EUR 1,77 miljoen). De vergoeding is inclusief de basisverloning voor het bestuurslidmaatschap en een vergoeding voor de aanwezigheid op bestuursvergaderingen en vergaderingen van bestuurscommissies, op het niveau van de Ageas Groep en de dochtermaatschappijen van Ageas. In de onderstaande tabel wordt een gedetailleerd overzicht gegeven van de bezoldiging die in 2021 door de leden van de Raad van Bestuur is ontvangen. Ook opgenomen is het aandelenbezit van de bestuursleden per 31 december 2021. Vaste vergoeding Aanwezigheidspremie Aandelen Ageas Naam persoon (1) Functie (2) 2021 2021 Totaal (4) per 31/12/2021 Bart De Smet Voorzitter 120.000 37.500 157.500 37.121 Guy de Selliers de Moranville Vice-voorzitter 60.000 42.000 102.000 264.390 (5) Lionel Perl Niet-uitvoerend bestuurder 25.000 13.000 38.000 - Jan Zegering Hadders Niet-uitvoerend bestuurder 25.000 16.000 41.000 - Yvonne Lang Ketterer Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 44.000 104.000 - Richard Jackson Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 42.500 102.500 - Jane Murphy Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 34.000 94.000 - Lucrezia Reichlin Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 34.000 94.000 - Katleen Vandeweyer Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 29.000 89.000 - Sonali Chandmal Niet-uitvoerend bestuurder 60.000 33.000 93.000 - Jean-Michel Chatagny Niet-uitvoerend bestuurder 35.000 23.500 58.500 - Hans De Cuyper Chief Executive Officer (CEO) (3) - - see infra 6.145 Christophe Boizard Chief Financial Officer (CFO) (3) - - see infra 26.548 Filip Coremans Managing Director Azië (MD Azië) (3) - - see infra 13.501 Antonio Cano Managing Director Europa (MD Europa) (3) - - see infra 16.076 Emmanuel Van Grimbergen Chief Risk Officer (CRO) (3) - - see infra 8.554 Totaal 625.000 348.500 973.500 372.335 (1) Jean-Michel Chatagny trad toe tot de Raad vanaf 01/05/2021. Lionel Perl en Jan Zegering Hadders traden af per 01/05/2021. (2) Bestuursleden ontvangen tevens een vergoeding voor het bijwonen van een commissievergadering op uitnodiging. (3) De uitvoerende bestuursleden worden niet vergoed als leden van de Raad van Bestuur maar als Executive Committee leden. (4) Exclusief onkostenvergoeding. (5) 240.000 Indirect gehouden aandelen via trusts . Dit aantal omvat een correctie ten opzichte van vorige publicaties. Dhr. de Selliers bevestigt dat deze correctie moet gemaakt worden omwille van een praktische vergissing en bevestigt dat er door de Trust geen transacties in Ageas aandelen werden gedaan in 2021. 167 | 240 De bezoldiging ontvangen door de leden van de Raad van Bestuur voor hun mandaat in 2021 in dochtermaatschappijen van Ageas is als volgt. Naam persoon (1) Functie Vaste vergoeding 2021 Aanwezigheidspremie 2021 Totaal (2) Bart De Smet Voorzitter 41.250 12.000 53.250 Guy de Selliers de Moranville Vice-voorzitter 60.000 26.000 86.000 Jan Zegering Hadders Niet-uitvoerend bestuurder 15.000 7.000 22.000 Lionel Perl Niet-uitvoerend bestuurder 85.678 5.500 91.178 Richard Jackson Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 11.500 45.250 Jane Murphy Niet-uitvoerend bestuurder 45.000 24.000 69.000 Lucrezia Reichlin Niet-uitvoerend bestuurder - - - Yvonne Lang Ketterer Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 13.500 47.250 Sonali Chandmal Niet-uitvoerend bestuurder 33.750 14.500 48.250 Katleen Vandeweyer Niet-uitvoerend bestuurder 30.000 18.000 48.000 Jean-Michel Chatagny Niet-uitvoerend bestuurder - - - Hans De Cuyper Chief Executive Officer (CEO) - - - Christophe Boizard Chief Financial Officer (CFO) - - - Filip Coremans Managing Director Azië (MD Azië) - - - Antonio Cano Managing Director Europa (MD Europa) - - - Emmanuel Van Grimbergen Chief Risk Officer (CRO) - - - Totaal 378.178 132.000 510.178 (1) De leden van de Executive Board worden niet bezoldigd als bestuursleden maar als leden van het Directiecomité. (zie toelichting 6.3.2 voor details over hun vergoeding) (2) Exclusief onkostenvergoeding. 6.3.2 Bezoldiging van leden van het Executive Committee van Ageas. 6.3.2.1 Het Executive Committee in 2021 Per 31 december 2021 bestond het Executive Committee van Ageas uit Hans De Cuyper (CEO), Christophe Boizard (CFO), Filip Coremans (MD Asia), Antonio Cano (MD Europe) en Emmanuel Van Grimbergen (CRO). 6.3.2.2 Totale bezoldiging 2021 van het Executive Committee In 2021 bedroeg de totale bezoldiging, inclusief pensioenbijdragen en secundaire arbeidsvoorwaarden van het Executive Committee EUR 7.197.532 tegenover EUR 7.749.540 in 2020. Dit bestond uit: een vaste bezoldiging van EUR 2.992.150 (vergeleken met EUR 2.939.758 in 2020) bestaande uit een basisbeloning van EUR 2.590.000 en secundaire arbeidsvoorwaarden (gezondheidszorgverzekering, overlijdens- en invaliditeitsdekking en een bedrijfswagen) van EUR 402.150; een variabele bezoldiging van EUR 3.279.138 (vergeleken met EUR 3.395.201 in 2020) bestaande uit een eenjarige variabele bonus (STI) van EUR 1.530.888 in contanten uit te betalen over een periode van drie jaar en een meerjarige variabele bonus (LTI) in de vorm van aandelen ter waarde van EUR 1.748.250; pensioenkosten van EUR 926.244 (exclusief belastingen) (in vergelijking met EUR 986.122 in 2020). De onderstaande tabel geeft een overzicht van alle verloningscomponenten voor leden van het Executive Committee. - 1 - - 2 - - 3 - - 4 - - 5 - Vaste Variabele Buitengewone Totale Proportie bezoldiging bezoldiging items Pensioenlasten bezoldiging van Overige Eenjaars Meerjaars Vast Variabel Naam persoon Basisver loning Premies voordelen variabel variabel (1) (1+4)/5 (2+3)/5 H. De Cuyper 650.000 - 86.748 389.676 438.750 - 171.504 1.736.678 52% 48% C. Boizard 485.000 - 101.086 280.575 327.375 - 196.890 1.390.926 56% 44% E. Van Grimbergen 485.000 - 62.629 284.211 327.375 - 161.352 1.320.567 54% 46% A. Cano 485.000 - 77.750 285.667 327.375 - 197.691 1.373.483 55% 45% F. Coremans 485.000 - 73.937 290.759 327.375 - 198.807 1.375.878 55% 45% Totaal 2.590.000 - 402.150 1.530.888 1.748.250 0 926.244 7.197.532 (1) Marktwaarde van meerjaarsvariabele beloning op het moment van voorwaardelijke toekenning. Voor de onvoorwaardelijke toekenning na 3,5 jaar wordt een relatieve TSR-prestatiemeting ten opzichte van een peer groep toegepast 167 Ageas Jaarverslag 2021 168 | 240 A VASTE BEZOLDIGING De vaste bezoldiging bestaat uit een basisverloning, premies en overige secundaire arbeidsvoorwaarden zoals gezondheidszorgverzekering, overlijdens- en invaliditeitsdekking en een bedrijfswagen. Basisverloning De onderstaande tabel toont de basisverloning van het Executive Committee voor 2021, vergeleken met die van 2020. Naam persoon 2021 (1) 2020 (1) % Bart De Smet (CEO) na 583.333 na Hans De Cuyper (CEO) 650.000 108.333 na Christophe Boizard (CFO) 485.000 485.000 100% Emmanuel Van Grimbergen (CRO)(2) 485.000 400.000 121% Antonio Cano (MD Europa) 485.000 485.000 100% Filip Coremans (MD Azië) 485.000 485.000 100% Totaal 2.590.000 2.546.666 102% (1) Voor Bart De Smet tot 22/10/2020 en voor Hans De Cuyper vanaf 22/10/2020. (2) De basisverloning van Emmanuel Van Grimbergen is een jaar na zijn aanstelling in lijn met de andere ExCo-leden gebracht Zitpenningen De leden van het Executive Committee ontvingen geen vergoedingen voor hun deelname aan vergaderingen van de Raad van Bestuur. Overige voordelen De leden van het Executive Committee ontvingen in totaal EUR 402.150 aan overige voordelen in lijn met het bezoldigingsbeleid. B. VARIABELE BEZOLDIGING De variabele bezoldiging bestaat uit de kortetermijnbonus (STI - eenjaarsvariabel) en de langetermijnbonus (LTI - meerjaarsvariabel). STI (eenjaarsvariabel) Deze wordt bepaald door de Ageas Business Score voor het desbetreffende jaar en de individuele score (en functieprestaties voor de CRO) en resulteerde in de volgende STI-uitbetalingspercentages (on target = 50% van de basisverloning, maximale vork 0-100% van de basisverloning): Hans De Cuyper (CEO): 120% van de doelstelling; Christophe Boizard (CFO): 116% van de doelstelling; Emmanuel Van Grimbergen (CRO): 117% van de doelstelling; Antonio Cano (MD Europe): 118% van de doelstelling; Filip Coremans (MD Asia): 120% van de doelstelling. U vindt een gedetailleerd overzicht van de beoordeling van alle prestatie-KPI’s in sectie 5.7.6. Voor het prestatiejaar 2021 werd er een STI met een totaalbedrag van EUR 1.530.888 toegekend. 50% van dit bedrag wordt in 2022 uitgekeerd; het resterende gedeelte wordt uitgesteld naar 2023 en 2024 en wordt aangepast aan de prestatie. De in 2022 uitbetaalde STI bestaat uit 50% van de STI verdiend voor het prestatiejaar 2021, 25% van de STI voor 2020 en 25% van de STI voor 2019. De uitbetalingen overeenkomend met de prestatiejaren 2019 en 2020 werden aangepast op basis van de resultaten over de jaren 2021 en 2020. Hierna worden de afzonderlijke bedragen voor elk lid van het Executive Committee vermeld: STI toegekend In 2021 betaalde STI voor voor de prestatiejaren prestatiejaar 2021 2020 2019 Naam persoon 2021 50% 25% 25% Totaal Hans De Cuyper (CEO) (1) 389.676 194.838 17.064 - 211.902 Christophe Boizard (CFO) 280.575 140.287 74.385 75.683 290.355 Emmanuel Van Grimbergen (CRO) 284.211 142.105 60.527 34.893 237.525 Antonio Cano (MD Europa) 285.667 142.833 75.114 76.775 294.722 Filip Coremans (MD Azië) 290.759 145.379 76.751 76.775 298.905 Totaal 1.530.888 1.333.409 (1) Vanaf 22 Oktober 2020. 169 | 240 LTI (meerjaars variabel) Toekenning gedaan in 2021 Met een Ageas Business Score van 5 (op een schaal van 1 tot 7) besloot de Raad van Bestuur tot een toekenning voor 2021 van 150% van de on target (d.w.z. 67,5% van de basisverloning). Gebaseerd op de gewogen gemiddelde prijs (VWAP) van het Ageas-aandeel van EUR 43,4821 over de maand februari 2022, leidde dit tot een voorwaardelijke toekenning van 40.206 aandelen voor een bedrag van EUR 1.748.250 in vergelijking met 2020, toen er 37.620 aandelen zijn toegekend voor een bedrag van EUR 1.719.000. De aandelen worden geblokkeerd tot 2027 en zullen bij de onvoorwaardelijke toekenning op 30 juni van N+4 worden gecorrigeerd op basis van de relatieve TSR-score (totaal aandeelhoudersrendement) van het aandeel Ageas over de prestatieperiode. Het aantal voor 2021 toegekende aandelen staat in de volgende tabel: Aandelenkoers op Aantal toegekende Naam persoon Datum toekenning toekenningsdatum aandelen Hans De Cuyper (CEO) 01.03.2022 43,4821 10.090 Christophe Boizard (CFO) 01.03.2022 43,4821 7.529 Emmanuel Van Grimbergen (CRO) 01.03.2022 43,4821 7.529 Antonio Cano (MD Europa) 01.03.2022 43,4821 7.529 Filip Coremans (MD Azië) 01.03.2022 43,4821 7.529 Totaal 40.206 Onvoorwaardelijke toekenning 2021 Het LTI-plan 2017 is op 30 juni 2021 onvoorwaardelijk toegekend. Volgens de algemene voorwaarden van het LTI-plan 2017 is het aanvankelijke aantal Ageas-aandelen waarvan de toekenning was toegezegd, aangepast op basis van de relatieve TSR-prestatie van Ageas binnen een vooraf bepaalde groep van vergelijkbare ondernemingen. Deze prestatie situeerde zich in het bovenste kwartiel In elk geval kan het totale aantal aandelen dat bij de onvoorwaardelijke toekenning wordt toegewezen nooit meer bedragen dan een aantal aandelen dat gelijk is aan 90% van de basisverloning/koers van het Ageas-aandeel bij de initiële toekenning. In de onderstaande tabel wordt een overzicht verstrekt van het aantal onvoorwaardelijk toegekende aandelen voor elk lid van het ExCo. Aantal aandelen Aangepast aantal Aantal ter Aantal tot voorzien voor onvoorwaardelijk financiering van 1 januari 2023 toekenning toegekend inkomstenbelasting geblokkeerde Naam persoon voor 2017 op 30 juni 2021 verkochte aandelen aandelen Hans De Cuyper (1) 5.973 5.973 2.924 3.049 Christophe Boizard 9.715 9.715 4.756 4.959 Emmanuel Van Grimbergen (2) 4.430 4.430 2.169 2.261 Antonio Cano 9.715 9.715 4.756 4.959 Filip Coremans 9.715 9.715 4.756 4.959 Totaal 39.548 39.548 19.361 20.187 (1) Heeft betrekking op voorwaardelijk toegekende aandelen in de functie van CEO van AG Insurance (2) Heeft betrekking op voorwaardelijk toegekende aandelen in de functie van Group Risk Officer. C. BUITENGEWONE ITEMS EN PENSIOENLASTEN. Een totaalbedrag van EUR 926.244 werd bijgedragen aan een pensioenregeling van het type 'defined contribution' voor de leden van het Executive Committee. Naam persoon Pensioenbijdrage Hans De Cuyper 171.504 Christophe Boizard 196.890 Emmanuel Van Grimbergen 161.352 Antonio Cano 197.691 Filip Coremans 198.807 Totaal 926.244 ALGEMENE INFORMATIE 168 Ageas Jaarverslag 2021 168 | 240 A VASTE BEZOLDIGING De vaste bezoldiging bestaat uit een basisverloning, premies en overige secundaire arbeidsvoorwaarden zoals gezondheidszorgverzekering, overlijdens- en invaliditeitsdekking en een bedrijfswagen. Basisverloning De onderstaande tabel toont de basisverloning van het Executive Committee voor 2021, vergeleken met die van 2020. Naam persoon 2021 (1) 2020 (1) % Bart De Smet (CEO) na 583.333 na Hans De Cuyper (CEO) 650.000 108.333 na Christophe Boizard (CFO) 485.000 485.000 100% Emmanuel Van Grimbergen (CRO)(2) 485.000 400.000 121% Antonio Cano (MD Europa) 485.000 485.000 100% Filip Coremans (MD Azië) 485.000 485.000 100% Totaal 2.590.000 2.546.666 102% (1) Voor Bart De Smet tot 22/10/2020 en voor Hans De Cuyper vanaf 22/10/2020. (2) De basisverloning van Emmanuel Van Grimbergen is een jaar na zijn aanstelling in lijn met de andere ExCo-leden gebracht Zitpenningen De leden van het Executive Committee ontvingen geen vergoedingen voor hun deelname aan vergaderingen van de Raad van Bestuur. Overige voordelen De leden van het Executive Committee ontvingen in totaal EUR 402.150 aan overige voordelen in lijn met het bezoldigingsbeleid. B. VARIABELE BEZOLDIGING De variabele bezoldiging bestaat uit de kortetermijnbonus (STI - eenjaarsvariabel) en de langetermijnbonus (LTI - meerjaarsvariabel). STI (eenjaarsvariabel) Deze wordt bepaald door de Ageas Business Score voor het desbetreffende jaar en de individuele score (en functieprestaties voor de CRO) en resulteerde in de volgende STI-uitbetalingspercentages (on target = 50% van de basisverloning, maximale vork 0-100% van de basisverloning): Hans De Cuyper (CEO): 120% van de doelstelling; Christophe Boizard (CFO): 116% van de doelstelling; Emmanuel Van Grimbergen (CRO): 117% van de doelstelling; Antonio Cano (MD Europe): 118% van de doelstelling; Filip Coremans (MD Asia): 120% van de doelstelling. U vindt een gedetailleerd overzicht van de beoordeling van alle prestatie-KPI’s in sectie 5.7.6. Voor het prestatiejaar 2021 werd er een STI met een totaalbedrag van EUR 1.530.888 toegekend. 50% van dit bedrag wordt in 2022 uitgekeerd; het resterende gedeelte wordt uitgesteld naar 2023 en 2024 en wordt aangepast aan de prestatie. De in 2022 uitbetaalde STI bestaat uit 50% van de STI verdiend voor het prestatiejaar 2021, 25% van de STI voor 2020 en 25% van de STI voor 2019. De uitbetalingen overeenkomend met de prestatiejaren 2019 en 2020 werden aangepast op basis van de resultaten over de jaren 2021 en 2020. Hierna worden de afzonderlijke bedragen voor elk lid van het Executive Committee vermeld: STI toegekend In 2021 betaalde STI voor voor de prestatiejaren prestatiejaar 2021 2020 2019 Naam persoon 2021 50% 25% 25% Totaal Hans De Cuyper (CEO) (1) 389.676 194.838 17.064 - 211.902 Christophe Boizard (CFO) 280.575 140.287 74.385 75.683 290.355 Emmanuel Van Grimbergen (CRO) 284.211 142.105 60.527 34.893 237.525 Antonio Cano (MD Europa) 285.667 142.833 75.114 76.775 294.722 Filip Coremans (MD Azië) 290.759 145.379 76.751 76.775 298.905 Totaal 1.530.888 1.333.409 (1) Vanaf 22 Oktober 2020. 169 | 240 LTI (meerjaars variabel) Toekenning gedaan in 2021 Met een Ageas Business Score van 5 (op een schaal van 1 tot 7) besloot de Raad van Bestuur tot een toekenning voor 2021 van 150% van de on target (d.w.z. 67,5% van de basisverloning). Gebaseerd op de gewogen gemiddelde prijs (VWAP) van het Ageas-aandeel van EUR 43,4821 over de maand februari 2022, leidde dit tot een voorwaardelijke toekenning van 40.206 aandelen voor een bedrag van EUR 1.748.250 in vergelijking met 2020, toen er 37.620 aandelen zijn toegekend voor een bedrag van EUR 1.719.000. De aandelen worden geblokkeerd tot 2027 en zullen bij de onvoorwaardelijke toekenning op 30 juni van N+4 worden gecorrigeerd op basis van de relatieve TSR-score (totaal aandeelhoudersrendement) van het aandeel Ageas over de prestatieperiode. Het aantal voor 2021 toegekende aandelen staat in de volgende tabel: Aandelenkoers op Aantal toegekende Naam persoon Datum toekenning toekenningsdatum aandelen Hans De Cuyper (CEO) 01.03.2022 43,4821 10.090 Christophe Boizard (CFO) 01.03.2022 43,4821 7.529 Emmanuel Van Grimbergen (CRO) 01.03.2022 43,4821 7.529 Antonio Cano (MD Europa) 01.03.2022 43,4821 7.529 Filip Coremans (MD Azië) 01.03.2022 43,4821 7.529 Totaal 40.206 Onvoorwaardelijke toekenning 2021 Het LTI-plan 2017 is op 30 juni 2021 onvoorwaardelijk toegekend. Volgens de algemene voorwaarden van het LTI-plan 2017 is het aanvankelijke aantal Ageas-aandelen waarvan de toekenning was toegezegd, aangepast op basis van de relatieve TSR-prestatie van Ageas binnen een vooraf bepaalde groep van vergelijkbare ondernemingen. Deze prestatie situeerde zich in het bovenste kwartiel In elk geval kan het totale aantal aandelen dat bij de onvoorwaardelijke toekenning wordt toegewezen nooit meer bedragen dan een aantal aandelen dat gelijk is aan 90% van de basisverloning/koers van het Ageas-aandeel bij de initiële toekenning. In de onderstaande tabel wordt een overzicht verstrekt van het aantal onvoorwaardelijk toegekende aandelen voor elk lid van het ExCo. Aantal aandelen Aangepast aantal Aantal ter Aantal tot voorzien voor onvoorwaardelijk financiering van 1 januari 2023 toekenning toegekend inkomstenbelasting geblokkeerde Naam persoon voor 2017 op 30 juni 2021 verkochte aandelen aandelen Hans De Cuyper (1) 5.973 5.973 2.924 3.049 Christophe Boizard 9.715 9.715 4.756 4.959 Emmanuel Van Grimbergen (2) 4.430 4.430 2.169 2.261 Antonio Cano 9.715 9.715 4.756 4.959 Filip Coremans 9.715 9.715 4.756 4.959 Totaal 39.548 39.548 19.361 20.187 (1) Heeft betrekking op voorwaardelijk toegekende aandelen in de functie van CEO van AG Insurance (2) Heeft betrekking op voorwaardelijk toegekende aandelen in de functie van Group Risk Officer. C. BUITENGEWONE ITEMS EN PENSIOENLASTEN. Een totaalbedrag van EUR 926.244 werd bijgedragen aan een pensioenregeling van het type 'defined contribution' voor de leden van het Executive Committee. Naam persoon Pensioenbijdrage Hans De Cuyper 171.504 Christophe Boizard 196.890 Emmanuel Van Grimbergen 161.352 Antonio Cano 197.691 Filip Coremans 198.807 Totaal 926.244 169 Ageas Jaarverslag 2021 170 | 240 6.3.2.3 Aandelen gerelateerde bezoldiging Zoals hierboven vermeld, werd de LTI-regeling toegekend tegen 150% van de on target , hetgeen resulteerde in de toekenning van 40,206 aandelen voor een bedrag van EUR 1.748.250. Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal aandelen dat in voorgaande jaren werd toegekend. Die aandelen zullen pas op 30 juni van N+4 onvoorwaardelijk worden toegekend en worden aangepast met inachtneming van de relatieve TSR-prestatie over de prestatieperiode. Aantal aandelen Aantal aandelen Aantal aandelen Aantal aandelen voorzien voor voorzien voor voorzien voor voorzien voor toekenning toekenning toekenning toekenning Naam persoon over 2018 over 2019 over 2020 over 2021 Bart De Smet 6.941 9.790 8.617 0 Hans De Cuyper (1) 2.954 4.196 5.293 10.090 Christophe Boizard 4.805 6.783 7.165 7.529 Emmanuel Van Grimbergen (2) 2.228 4.504 5.909 7.529 Antonio Cano 4.805 6.783 7.165 7.529 Filip Coremans 4.805 6.783 7.165 7.529 Totaal 26.538 38.839 41.314 40.206 (1) De aandelen toegekend tot 22 oktober 2020 hebben betrekking op zijn mandaat als CEO van AG Insurance. 1.600 aandelen voor 2020 hebben betrekking op zijn mandaat als CEO van Ageas. (2) De aandelen toegekend tot 1 juni 2019 hebben betrekking op zijn mandaat als Group Risk Officer 6.3.2.4 Verplichte aandelenparticipatie Leden van het ExCo moeten 100% van hun brutobasisbeloning in aandelen aanhouden. U vindt hierna de waardering van die verplichte aandelenparticipatie per 31/12/2021. Als de drempel niet wordt bereikt, mag het lid van het ExCo geen aandelen verkopen die in het kader van het LTI- plan onvoorwaardelijk worden toegekend. (exclusief de verkoop van aandelen om de belastingen bij onvoorwaardelijke toekenning te dekken). Aantal Aandelenkoers Waarde op Naam persoon aandelen op 31/12/2021 31/12/2021 Basisverloning Verhouding Hans De Cuyper 6.145 45,55 279.905 650.000 43% Christophe Boizard 26.548 45,55 1.209.261 485.000 249% Emmanuel Van Grimbergen 8.554 45,55 389.635 485.000 80% Antonio Cano 16.076 45,55 732.262 485.000 151% Filip Coremans 13.501 45,55 614.971 485.000 127% 6.3.2.5 Aanvullende informatie Ageas paste dit jaar geen terugvorderingsbepalingen toe. 6.3.2.6 Jaarlijkse wijziging in bezoldiging van de uitvoerende bestuurders ten opzichte van het bredere personeelsbestand en de bedrijfsprestaties De onderstaande tabel geeft een overzicht van de ontwikkeling van de totale bezoldiging van de leden van het Executive Committee vergeleken met de ontwikkeling van de gemiddelde bezoldiging van werknemers. De pay ratio wordt zowel uitgedrukt als de verhouding tussen de bezoldiging van de CEO en de gemiddelde bezoldiging van werknemers, als de verhouding tussen de bezoldiging van de CEO en de laagste bezoldiging van een werknemer op het niveau van ageas sa/nv. 171 | 240 Jaarlijkse wijziging 2017 Var 2018 Var 2019 Var 2020 Var 2021 var Totale bezoldiging Executive Committee (1) Hans De Cuyper (vanaf 22/10/2020) 0 0 0 292.097 1.736.678 Christophe Boizard 1.467.481 62% 1.161.803 (21%) 1.396.680 20% 1.419.062 2% 1.390.926 (2%) Filip Coremans 1.452.109 68% 1.144.313 (21%) 1.376.144 20% 1.405.707 2% 1.375.878 (2%) Antonio Cano 1.430.608 1.130.143 (21%) 1.381.156 22% 1.402.383 2% 1.373.483 (2%) Emmanuel Van Grimbergen (vanaf 01/06/2019) N/A N/A 619.993 1.090.275 1.320.567 21% Bedrijfsprestaties Ageas Business Score % (2) 182% 93% 130% 136% 116% TSR 01-01/31-12 van JR (3) 14,52% 1,21% 40,86% (10,70%) 10,00% Gemiddelde bezoldiging van medewerkers op voltijdsbasis 73.299 5% 73.512 0.3% 77.372 5,3% 83.029 7% 84.355 2% FTE per 31/12 (4) 11.261,0 11.009,0 10.741,5 10.044,7 10.100,2 Totaal personeelslasten (5) 825.400.000 809.300.000 831.100.000 834.000.000 852.000.000 Pay ratio gemiddelde beloning ten opzichte van CEO-verloning (6) 29,0 22,7 26,0 24,1 20,6 Loonverhouding laagste beloning (7) ten opzichte van CEO-verloning (6) 40,1 33,4 (1) Totale bezoldiging als gedefinieerd in tabel bij 6.3.2.2. (2) Bandbreedte is 0-200%. (3) Total Shareholder Return. (4) FTE voor de geconsolideerde entiteiten van Ageas. (5) Als vermeld in de jaarrekeningen. (6) Ter vergelijking met voorgaande jaren wordt de CEO-vergoeding 2020 berekend als de som van de totale vergoeding van B. De Smet en H. De Cuyper. (7) Salaris in laagste salarisschaal op het niveau van ageas SA/NV. ALGEMENE INFORMATIE 170 Ageas Jaarverslag 2021 170 | 240 6.3.2.3 Aandelen gerelateerde bezoldiging Zoals hierboven vermeld, werd de LTI-regeling toegekend tegen 150% van de on target , hetgeen resulteerde in de toekenning van 40,206 aandelen voor een bedrag van EUR 1.748.250. Onderstaande tabel geeft een overzicht van het aantal aandelen dat in voorgaande jaren werd toegekend. Die aandelen zullen pas op 30 juni van N+4 onvoorwaardelijk worden toegekend en worden aangepast met inachtneming van de relatieve TSR-prestatie over de prestatieperiode. Aantal aandelen Aantal aandelen Aantal aandelen Aantal aandelen voorzien voor voorzien voor voorzien voor voorzien voor toekenning toekenning toekenning toekenning Naam persoon over 2018 over 2019 over 2020 over 2021 Bart De Smet 6.941 9.790 8.617 0 Hans De Cuyper (1) 2.954 4.196 5.293 10.090 Christophe Boizard 4.805 6.783 7.165 7.529 Emmanuel Van Grimbergen (2) 2.228 4.504 5.909 7.529 Antonio Cano 4.805 6.783 7.165 7.529 Filip Coremans 4.805 6.783 7.165 7.529 Totaal 26.538 38.839 41.314 40.206 (1) De aandelen toegekend tot 22 oktober 2020 hebben betrekking op zijn mandaat als CEO van AG Insurance. 1.600 aandelen voor 2020 hebben betrekking op zijn mandaat als CEO van Ageas. (2) De aandelen toegekend tot 1 juni 2019 hebben betrekking op zijn mandaat als Group Risk Officer 6.3.2.4 Verplichte aandelenparticipatie Leden van het ExCo moeten 100% van hun brutobasisbeloning in aandelen aanhouden. U vindt hierna de waardering van die verplichte aandelenparticipatie per 31/12/2021. Als de drempel niet wordt bereikt, mag het lid van het ExCo geen aandelen verkopen die in het kader van het LTI- plan onvoorwaardelijk worden toegekend. (exclusief de verkoop van aandelen om de belastingen bij onvoorwaardelijke toekenning te dekken). Aantal Aandelenkoers Waarde op Naam persoon aandelen op 31/12/2021 31/12/2021 Basisverloning Verhouding Hans De Cuyper 6.145 45,55 279.905 650.000 43% Christophe Boizard 26.548 45,55 1.209.261 485.000 249% Emmanuel Van Grimbergen 8.554 45,55 389.635 485.000 80% Antonio Cano 16.076 45,55 732.262 485.000 151% Filip Coremans 13.501 45,55 614.971 485.000 127% 6.3.2.5 Aanvullende informatie Ageas paste dit jaar geen terugvorderingsbepalingen toe. 6.3.2.6 Jaarlijkse wijziging in bezoldiging van de uitvoerende bestuurders ten opzichte van het bredere personeelsbestand en de bedrijfsprestaties De onderstaande tabel geeft een overzicht van de ontwikkeling van de totale bezoldiging van de leden van het Executive Committee vergeleken met de ontwikkeling van de gemiddelde bezoldiging van werknemers. De pay ratio wordt zowel uitgedrukt als de verhouding tussen de bezoldiging van de CEO en de gemiddelde bezoldiging van werknemers, als de verhouding tussen de bezoldiging van de CEO en de laagste bezoldiging van een werknemer op het niveau van ageas sa/nv. 171 | 240 Jaarlijkse wijziging 2017 Var 2018 Var 2019 Var 2020 Var 2021 var Totale bezoldiging Executive Committee (1) Hans De Cuyper (vanaf 22/10/2020) 0 0 0 292.097 1.736.678 Christophe Boizard 1.467.481 62% 1.161.803 (21%) 1.396.680 20% 1.419.062 2% 1.390.926 (2%) Filip Coremans 1.452.109 68% 1.144.313 (21%) 1.376.144 20% 1.405.707 2% 1.375.878 (2%) Antonio Cano 1.430.608 1.130.143 (21%) 1.381.156 22% 1.402.383 2% 1.373.483 (2%) Emmanuel Van Grimbergen (vanaf 01/06/2019) N/A N/A 619.993 1.090.275 1.320.567 21% Bedrijfsprestaties Ageas Business Score % (2) 182% 93% 130% 136% 116% TSR 01-01/31-12 van JR (3) 14,52% 1,21% 40,86% (10,70%) 10,00% Gemiddelde bezoldiging van medewerkers op voltijdsbasis 73.299 5% 73.512 0.3% 77.372 5,3% 83.029 7% 84.355 2% FTE per 31/12 (4) 11.261,0 11.009,0 10.741,5 10.044,7 10.100,2 Totaal personeelslasten (5) 825.400.000 809.300.000 831.100.000 834.000.000 852.000.000 Pay ratio gemiddelde beloning ten opzichte van CEO-verloning (6) 29,0 22,7 26,0 24,1 20,6 Loonverhouding laagste beloning (7) ten opzichte van CEO-verloning (6) 40,1 33,4 (1) Totale bezoldiging als gedefinieerd in tabel bij 6.3.2.2. (2) Bandbreedte is 0-200%. (3) Total Shareholder Return. (4) FTE voor de geconsolideerde entiteiten van Ageas. (5) Als vermeld in de jaarrekeningen. (6) Ter vergelijking met voorgaande jaren wordt de CEO-vergoeding 2020 berekend als de som van de totale vergoeding van B. De Smet en H. De Cuyper. (7) Salaris in laagste salarisschaal op het niveau van ageas SA/NV. 171 Ageas Jaarverslag 2021 172 | 240 De wet van 28 april 2020 tot uitvoering van Richtlijn 2017/828 van het Europees Parlement en de Raad introduceerde een nieuw regime voor transacties met verbonden partijen, dat van toepassing is op alle leden van de Ageas groep. De wet werd van kracht op 16 mei 2020. Dit nieuwe regime houdt onder meer een sterkere verplichting in voor Ageas om te rapporteren over de toepassing van de procedure voor transacties met verbonden partijen, zowel onmiddellijk wanneer de transactie plaatsvindt, als in het jaarverslag voor het relevante financiële jaar. Met Ageas verbonden partijen zijn deelnemingen en joint ventures, pensioenfondsen, bestuursleden (bestaande uit de niet-uitvoerende en de uitvoerende leden van de Raad van Bestuur van Ageas), uitvoerende managers, naaste familieleden van de hiervoor genoemde personen, entiteiten waarover de hiervoor genoemde personen zeggenschap hebben of die substantieel door hen worden beïnvloed en eventuele overige verbonden entiteiten. Ageas gaat bij de bedrijfsvoering regelmatig transacties aan met verbonden partijen. Dergelijke transacties hebben met name betrekking op leningen, deposito’s en herverzekeringscontracten en vinden plaats onder dezelfde commerciële voorwaarden als transacties met niet-verbonden partijen. Dochtermaatschappijen van Ageas kunnen in het kader van de normale bedrijfsuitoefening kredieten, leningen of garanties verstrekken aan bestuursleden, uitvoerende managers, naaste familieleden van bestuursleden dan wel aan naaste familieleden van de uitvoerende managers. Per 31 december 2021 waren er geen uitstaande of nieuwe leningen, kredieten of bankgaranties verstrekt aan bestuursleden en uitvoerende managers, aan naaste familieleden van bestuursleden dan wel aan naaste familieleden van uitvoerende managers. In financieel jaar 2021 vonden er binnen Ageas groep bijgevolg geen transacties plaats waarop de procedure van toepassing op transacties tussen verbonden partijen diende toegepast te worden. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 7 Verbonden partijen 173 | 240 Transacties en uitstaande posities tussen volledig geconsolideerde entiteiten van de Ageas groep werden geëlimineerd. Onderstaande tabellen bevatten de openstaande posities met geassocieerde deelnemingen en joint ventures. 2021 2020 Resultatenrekening - verbonden partijen Rentebaten 13 12 Verzekeringspremies 42 21 Commissiebaten 6 6 Gerealiseerde meerwaarden 15 Overige baten 6 4 Wijzigingen in voorzieningen voor verzekerings- en beleggingscontracten (26) (13) Commissielasten (35) (25) 2021 2020 Balans - verbonden partijen Financiële beleggingen 63 64 Aandeel herverzekering, handels- en andere debiteuren 52 18 Verbonden partijen leningen 482 433 Overige activa 2 2 Verplichtingen inzake verzekerings- en beleggingscontracten 45 18 Schuldbewijzen, achtergestelde schulden en overige financieringen 4 Overige verplichtingen 13 2 De wijzigingen gedurende het jaar eindigend op 31 december in de Vorderingen op verbonden partijen zijn als volgt. 2021 2020 Verbonden partijen leningen per 1 januari 433 391 Toevoegingen of voorschotten 62 70 Terugbetalingen (13) (28) Verbonden partijen leningen per 31 december 482 433 ALGEMENE INFORMATIE 172 Ageas Jaarverslag 2021 Verbonden partijen 172 | 240 De wet van 28 april 2020 tot uitvoering van Richtlijn 2017/828 van het Europees Parlement en de Raad introduceerde een nieuw regime voor transacties met verbonden partijen, dat van toepassing is op alle leden van de Ageas groep. De wet werd van kracht op 16 mei 2020. Dit nieuwe regime houdt onder meer een sterkere verplichting in voor Ageas om te rapporteren over de toepassing van de procedure voor transacties met verbonden partijen, zowel onmiddellijk wanneer de transactie plaatsvindt, als in het jaarverslag voor het relevante financiële jaar. Met Ageas verbonden partijen zijn deelnemingen en joint ventures, pensioenfondsen, bestuursleden (bestaande uit de niet-uitvoerende en de uitvoerende leden van de Raad van Bestuur van Ageas), uitvoerende managers, naaste familieleden van de hiervoor genoemde personen, entiteiten waarover de hiervoor genoemde personen zeggenschap hebben of die substantieel door hen worden beïnvloed en eventuele overige verbonden entiteiten. Ageas gaat bij de bedrijfsvoering regelmatig transacties aan met verbonden partijen. Dergelijke transacties hebben met name betrekking op leningen, deposito’s en herverzekeringscontracten en vinden plaats onder dezelfde commerciële voorwaarden als transacties met niet-verbonden partijen. Dochtermaatschappijen van Ageas kunnen in het kader van de normale bedrijfsuitoefening kredieten, leningen of garanties verstrekken aan bestuursleden, uitvoerende managers, naaste familieleden van bestuursleden dan wel aan naaste familieleden van de uitvoerende managers. Per 31 december 2021 waren er geen uitstaande of nieuwe leningen, kredieten of bankgaranties verstrekt aan bestuursleden en uitvoerende managers, aan naaste familieleden van bestuursleden dan wel aan naaste familieleden van uitvoerende managers. In financieel jaar 2021 vonden er binnen Ageas groep bijgevolg geen transacties plaats waarop de procedure van toepassing op transacties tussen verbonden partijen diende toegepast te worden. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 7 Verbonden partijen 173 | 240 Transacties en uitstaande posities tussen volledig geconsolideerde entiteiten van de Ageas groep werden geëlimineerd. Onderstaande tabellen bevatten de openstaande posities met geassocieerde deelnemingen en joint ventures. 2021 2020 Resultatenrekening - verbonden partijen Rentebaten 13 12 Verzekeringspremies 42 21 Commissiebaten 6 6 Gerealiseerde meerwaarden 15 Overige baten 6 4 Wijzigingen in voorzieningen voor verzekerings- en beleggingscontracten (26) (13) Commissielasten (35) (25) 2021 2020 Balans - verbonden partijen Financiële beleggingen 63 64 Aandeel herverzekering, handels- en andere debiteuren 52 18 Verbonden partijen leningen 482 433 Overige activa 2 2 Verplichtingen inzake verzekerings- en beleggingscontracten 45 18 Schuldbewijzen, achtergestelde schulden en overige financieringen 4 Overige verplichtingen 13 2 De wijzigingen gedurende het jaar eindigend op 31 december in de Vorderingen op verbonden partijen zijn als volgt. 2021 2020 Verbonden partijen leningen per 1 januari 433 391 Toevoegingen of voorschotten 62 70 Terugbetalingen (13) (28) Verbonden partijen leningen per 31 december 482 433 173 Ageas Jaarverslag 2021 174 | 240 8.1 Algemene informatie Operationele segmenten Ageas is georganiseerd in zes operationele segmenten: België; Verenigd Koninkrijk (VK); Continentaal Europa (CEU); Azië; Herverzekering; en Algemene Rekening. Ageas is van mening dat de meest gepaste wijze van rapportering van de operationele segmenten onder IFRS gebaseerd is op de regio’s waarin Ageas opereert: België, Verenigd Koninkrijk, Continentaal Europa, Azië en Herverzekering. Verder rapporteert Ageas activiteiten die niet verband houden met de kernactiviteit verzekeringen, zoals groepsfinanciering en andere holdingactiviteiten, in de Algemene Rekening als een separaat operationeel segment. Deze segmentbenadering komt overeen met de reikwijdte van de managementverantwoordelijkheden. Transacties tussen de verschillende operationele segmenten vinden plaats tegen marktconforme condities. Allocatieregels In overeenstemming met het businessmodel van Ageas verantwoorden de verzekeringsmaatschappijen de ondersteunende activiteiten direct in de operationele segmenten. Het alloceren van balansposten aan operationele segmenten geschiedt op basis van een bottom-up aanpak, gebaseerd op aan externe klanten verkochte producten. Voor de balansposten die niet gerelateerd zijn aan, aan externe klanten verkochte producten, wordt een op maat gemaakte methode gehanteerd, aangepast aan het specifieke businessmodel van elk gerapporteerd segment. 8.2 België De Belgische verzekeringsactiviteiten, onder de naam AG Insurance, hebben een lange bestaansgeschiedenis. AG Insurance is ook voor 100% eigenaar van AG Real Estate dat de vastgoedactiviteiten van AG beheert. AG Insurance richt zich op particulieren en kleine, middelgrote en grote bedrijven. AG Insurance biedt een uitgebreid assortiment producten aan in Leven en Niet-leven, dat via verschillende kanalen wordt verkocht zoals onafhankelijke makelaars en via de bankkanalen van BNP Paribas Fortis SA/NV en dochterondernemingen. AG Employee Benefits is de entiteit die zich toespitst op de verkoop van collectieve en zorgverzekeringsproducten, voornamelijk aan grotere ondernemingen. 8.3 Verenigd Koninkrijk (VK) Ageas is in het Verenigd Koninkrijk een van de gevestigde algemene verzekeraars en hanteert een multichannel-distributiestrategie met makelaars, affinity-partners en directe distributie. De visie bestaat erin om op de algemene verzekeringsmarkt in het VK een winstgevende groei te realiseren door een breed scala van verzekeringsoplossingen aan te bieden, toegespitst op particuliere verzekeringen en verzekeringen voor bedrijven. 8.4 Continentaal Europa Continentaal Europa bestaat uit de verzekeringsactiviteiten van Ageas in Europa, met uitzondering van België en het Verenigd Koninkrijk. Ageas is in dit segment actief in drie landen: Portugal, Frankrijk en Turkije. Het productprogramma omvat Leven (in Portugal en Frankrijk) en Niet-Leven (in Portugal en Turkije). Dankzij een aantal belangrijke partnerschappen met bedrijven met een aanzienlijke marktpositie zijn deze markten toegankelijk geworden. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 8 Informatie operationele segmenten 175 | 240 8.5 Azië Ageas is actief in een aantal landen in Azië. Het regionale kantoor bevindt zich in Hongkong. De activiteiten zijn georganiseerd in de vorm van joint ventures met toonaangevende lokale partners en financiële instellingen in China, Maleisië, Thailand, India, de Filipijnen en Vietnam. Deze activiteiten worden onder IFRS verantwoord als deelnemingen. 8.6 Herverzekering In juni 2018 verkreeg Ageas SA/NV een vergunning van de Nationale Bank van België om herverzekeringsactiviteiten uit te voeren. Voor Groeps-rapportagedoeleinden worden de herverzekeringsactiviteiten van ageas SA/NV vermeld in het segment Herverzekeringen terwijl de bestaande activiteiten in de Algemene Rekening blijven. 8.7 Algemene Rekening De Algemene Rekening omvat activiteiten die geen verband houden met de kernactiviteit verzekeren, zoals groepsfinancieringen en andere activiteiten van de holding. Onder de Algemene Rekening vallen tevens de investering in Royal Park Investments en de verplichting uit hoofde van de RPN(I). 8.8 Balans per operationeel segment Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 31 december 2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen Rekening Groep Totaal Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 655 168 237 4 149 1.213 724 1.937 Financiële beleggingen 47.331 1.459 9.702 1.458 59.950 5 (3) 59.952 Vastgoedbeleggingen 2.850 268 (1) 3.117 3.117 Leningen 13.582 37 344 85 (1) 14.047 1.315 (870) 14.492 Beleggingen inzake unit-linked contracten 12.387 6.512 18.899 18.899 Investeringen volgens de equity-methode 370 146 4.811 5.327 2 (1) 5.328 Herverzekering en overige vorderingen 1.353 1.690 429 9 151 (1.575) 2.057 203 (111) 2.149 Actuele belastingvorderingen 19 2 32 53 53 Uitgestelde belastingvorderingen 18 29 53 100 100 Overlopende rente en overige activa 1.493 159 195 153 (13) 1.987 154 (102) 2.039 Materiële vaste activa 1.612 75 35 2 1.724 8 1.732 Goodwill en overige immateriële activa 604 269 449 1.322 1.322 Activa aangehouden voor verkoop 19 19 19 Totaal activa 82.293 3.888 18.402 4.826 1.996 (1.590) 109.815 2.411 (1.087) 111.139 Passiva Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 25.008 3.669 13 (2) 28.688 (15) 28.673 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 25.609 5.008 30.617 30.617 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 12.387 6.515 (1) 18.901 18.901 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 4.345 2.605 844 1.643 (1.548) 7.889 7.889 Achtergestelde schulden 1.143 142 175 1.460 2.118 (830) 2.748 Schulden 3.608 6 39 2 (5) 3.650 6 (40) 3.616 Actuele belastingverplichtingen 33 1 (18) 16 16 Uitgestelde belastingverplichtingen 878 1 76 1 956 15 971 RPN(I) 520 520 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.250 170 339 9 170 (35) 2.903 131 (200) 2.834 Voorzieningen 38 24 6 68 114 182 Totaal verplichtingen 75.299 2.949 16.653 11 1.826 (1.590) 95.148 2.904 (1.085) 96.967 Eigen vermogen 5.025 939 1.461 4.815 170 3 12.413 (493) (6) 11.914 Minderheidsbelangen 1.969 288 (3) 2.254 4 2.258 Totaal eigen vermogen 6.994 939 1.749 4.815 170 14.667 (493) (2) 14.172 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 82.293 3.888 18.402 4.826 1.996 (1.590) 109.815 2.411 (1.087) 111.139 Aantal werknemers 6.111 2.089 1.663 69 9.932 169 10.101 ALGEMENE INFORMATIE 174 Ageas Jaarverslag 2021 Informatie operationele segmenten 174 | 240 8.1 Algemene informatie Operationele segmenten Ageas is georganiseerd in zes operationele segmenten: België; Verenigd Koninkrijk (VK); Continentaal Europa (CEU); Azië; Herverzekering; en Algemene Rekening. Ageas is van mening dat de meest gepaste wijze van rapportering van de operationele segmenten onder IFRS gebaseerd is op de regio’s waarin Ageas opereert: België, Verenigd Koninkrijk, Continentaal Europa, Azië en Herverzekering. Verder rapporteert Ageas activiteiten die niet verband houden met de kernactiviteit verzekeringen, zoals groepsfinanciering en andere holdingactiviteiten, in de Algemene Rekening als een separaat operationeel segment. Deze segmentbenadering komt overeen met de reikwijdte van de managementverantwoordelijkheden. Transacties tussen de verschillende operationele segmenten vinden plaats tegen marktconforme condities. Allocatieregels In overeenstemming met het businessmodel van Ageas verantwoorden de verzekeringsmaatschappijen de ondersteunende activiteiten direct in de operationele segmenten. Het alloceren van balansposten aan operationele segmenten geschiedt op basis van een bottom-up aanpak, gebaseerd op aan externe klanten verkochte producten. Voor de balansposten die niet gerelateerd zijn aan, aan externe klanten verkochte producten, wordt een op maat gemaakte methode gehanteerd, aangepast aan het specifieke businessmodel van elk gerapporteerd segment. 8.2 België De Belgische verzekeringsactiviteiten, onder de naam AG Insurance, hebben een lange bestaansgeschiedenis. AG Insurance is ook voor 100% eigenaar van AG Real Estate dat de vastgoedactiviteiten van AG beheert. AG Insurance richt zich op particulieren en kleine, middelgrote en grote bedrijven. AG Insurance biedt een uitgebreid assortiment producten aan in Leven en Niet-leven, dat via verschillende kanalen wordt verkocht zoals onafhankelijke makelaars en via de bankkanalen van BNP Paribas Fortis SA/NV en dochterondernemingen. AG Employee Benefits is de entiteit die zich toespitst op de verkoop van collectieve en zorgverzekeringsproducten, voornamelijk aan grotere ondernemingen. 8.3 Verenigd Koninkrijk (VK) Ageas is in het Verenigd Koninkrijk een van de gevestigde algemene verzekeraars en hanteert een multichannel-distributiestrategie met makelaars, affinity-partners en directe distributie. De visie bestaat erin om op de algemene verzekeringsmarkt in het VK een winstgevende groei te realiseren door een breed scala van verzekeringsoplossingen aan te bieden, toegespitst op particuliere verzekeringen en verzekeringen voor bedrijven. 8.4 Continentaal Europa Continentaal Europa bestaat uit de verzekeringsactiviteiten van Ageas in Europa, met uitzondering van België en het Verenigd Koninkrijk. Ageas is in dit segment actief in drie landen: Portugal, Frankrijk en Turkije. Het productprogramma omvat Leven (in Portugal en Frankrijk) en Niet-Leven (in Portugal en Turkije). Dankzij een aantal belangrijke partnerschappen met bedrijven met een aanzienlijke marktpositie zijn deze markten toegankelijk geworden. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 8 Informatie operationele segmenten 175 | 240 8.5 Azië Ageas is actief in een aantal landen in Azië. Het regionale kantoor bevindt zich in Hongkong. De activiteiten zijn georganiseerd in de vorm van joint ventures met toonaangevende lokale partners en financiële instellingen in China, Maleisië, Thailand, India, de Filipijnen en Vietnam. Deze activiteiten worden onder IFRS verantwoord als deelnemingen. 8.6 Herverzekering In juni 2018 verkreeg Ageas SA/NV een vergunning van de Nationale Bank van België om herverzekeringsactiviteiten uit te voeren. Voor Groeps-rapportagedoeleinden worden de herverzekeringsactiviteiten van ageas SA/NV vermeld in het segment Herverzekeringen terwijl de bestaande activiteiten in de Algemene Rekening blijven. 8.7 Algemene Rekening De Algemene Rekening omvat activiteiten die geen verband houden met de kernactiviteit verzekeren, zoals groepsfinancieringen en andere activiteiten van de holding. Onder de Algemene Rekening vallen tevens de investering in Royal Park Investments en de verplichting uit hoofde van de RPN(I). 8.8 Balans per operationeel segment Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 31 december 2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen Rekening Groep Totaal Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 655 168 237 4 149 1.213 724 1.937 Financiële beleggingen 47.331 1.459 9.702 1.458 59.950 5 (3) 59.952 Vastgoedbeleggingen 2.850 268 (1) 3.117 3.117 Leningen 13.582 37 344 85 (1) 14.047 1.315 (870) 14.492 Beleggingen inzake unit-linked contracten 12.387 6.512 18.899 18.899 Investeringen volgens de equity-methode 370 146 4.811 5.327 2 (1) 5.328 Herverzekering en overige vorderingen 1.353 1.690 429 9 151 (1.575) 2.057 203 (111) 2.149 Actuele belastingvorderingen 19 2 32 53 53 Uitgestelde belastingvorderingen 18 29 53 100 100 Overlopende rente en overige activa 1.493 159 195 153 (13) 1.987 154 (102) 2.039 Materiële vaste activa 1.612 75 35 2 1.724 8 1.732 Goodwill en overige immateriële activa 604 269 449 1.322 1.322 Activa aangehouden voor verkoop 19 19 19 Totaal activa 82.293 3.888 18.402 4.826 1.996 (1.590) 109.815 2.411 (1.087) 111.139 Passiva Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 25.008 3.669 13 (2) 28.688 (15) 28.673 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 25.609 5.008 30.617 30.617 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 12.387 6.515 (1) 18.901 18.901 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 4.345 2.605 844 1.643 (1.548) 7.889 7.889 Achtergestelde schulden 1.143 142 175 1.460 2.118 (830) 2.748 Schulden 3.608 6 39 2 (5) 3.650 6 (40) 3.616 Actuele belastingverplichtingen 33 1 (18) 16 16 Uitgestelde belastingverplichtingen 878 1 76 1 956 15 971 RPN(I) 520 520 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.250 170 339 9 170 (35) 2.903 131 (200) 2.834 Voorzieningen 38 24 6 68 114 182 Totaal verplichtingen 75.299 2.949 16.653 11 1.826 (1.590) 95.148 2.904 (1.085) 96.967 Eigen vermogen 5.025 939 1.461 4.815 170 3 12.413 (493) (6) 11.914 Minderheidsbelangen 1.969 288 (3) 2.254 4 2.258 Totaal eigen vermogen 6.994 939 1.749 4.815 170 14.667 (493) (2) 14.172 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 82.293 3.888 18.402 4.826 1.996 (1.590) 109.815 2.411 (1.087) 111.139 Aantal werknemers 6.111 2.089 1.663 69 9.932 169 10.101 175 Ageas Jaarverslag 2021 176 | 240 Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 31 december 2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen Rekening Groep Totaal Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 811 163 333 4 40 (1) 1.350 891 2.241 Financiële beleggingen 50.428 1.420 10.480 1.379 1 63.708 5 (3) 63.710 Vastgoedbeleggingen 2.662 226 1 2.889 2.889 Leningen 12.690 25 306 57 13.078 1.165 (845) 13.398 Beleggingen inzake unit-linked contracten 10.654 6.434 17.088 17.088 Investeringen volgens de equity-methode 376 71 4.478 (1) 4.924 4 1 4.929 Herverzekering en overige vorderingen 1.123 1.564 430 1 65 (1.435) 1.748 310 (97) 1.961 Actuele belastingvorderingen 15 2 32 49 49 Uitgestelde belastingvorderingen 10 29 60 (1) 98 98 Overlopende rente en overige activa 1.350 135 209 182 (17) 1.859 127 (101) 1.885 Materiële vaste activa 1.708 73 35 2 1 1.819 8 1.827 Goodwill en overige immateriële activa 523 248 447 (1) 1.217 12 1.229 Activa aangehouden voor verkoop 109 5 114 114 Totaal activa 82.350 3.768 19.068 4.485 1.723 (1.453) 109.941 2.522 (1.045) 111.418 Passiva Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 26.070 3.912 7 (2) 29.987 (14) 29.973 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 26.155 5.474 31.629 31.629 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 10.654 6.436 17.090 17.090 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 4.086 2.427 843 1.388 (1.340) 7.404 7.404 Achtergestelde schulden 1.142 157 175 1.474 2.128 (844) 2.758 Schulden 3.878 7 45 2 (19) 3.913 7 3.920 Actuele belastingverplichtingen 51 38 89 89 Uitgestelde belastingverplichtingen 996 2 92 (1) 1.089 16 1.105 RPN(I) 420 420 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.329 147 380 8 208 (91) 2.981 139 (186) 2.934 Voorzieningen 43 25 7 75 247 322 Totaal verplichtingen 75.404 2.765 17.402 10 1.603 (1.453) 95.731 2.957 (1.044) 97.644 Eigen vermogen 4.987 1.003 1.406 4.475 120 1 11.992 (435) (2) 11.555 Minderheidsbelangen 1.959 260 (1) 2.218 1 2.219 Totaal eigen vermogen 6.946 1.003 1.666 4.475 120 14.210 (435) (1) 13.774 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 82.350 3.768 19.068 4.485 1.723 (1.453) 109.941 2.522 (1.045) 111.418 Aantal werknemers 5.785 2.431 1.599 65 9.880 165 10.045 177 | 240 8.9 Resultatenrekening per operationeel segment Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal Baten - Bruto premie-inkomen 5.748 1.406 1.775 1.623 (1.571) 8.981 (2) 8.979 - Wijziging in niet-verdiende premies (8) 30 (8) (61) 62 15 (1) 14 - Uitgaande herverzekeringspremies (806) (646) (404) (83) 1.479 (460) (460) Netto verdiende premies 4.934 790 1.363 1.479 (30) 8.536 (3) 8.533 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.186 38 181 21 2.426 38 (37) 2.427 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (101) (101) Resultaat op verkoopen herwaarderingen 240 12 41 3 296 (4) 2 294 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 1.062 344 1.406 1.406 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 14 21 429 (1) 463 1 464 Commissiebaten 506 219 269 7 (534) 467 467 Overige baten 234 33 30 (1) 296 8 (22) 282 Overige baten 9.176 1.092 2.249 429 1.510 (566) 13.890 (58) (60) 13.772 Kosten - Schadelasten en uitkeringen, bruto (5.574) (826) (1.295) (892) 827 (7.760) 3 (7.757) - Schadelasten en uitkeringen aandeel herverzekeraars 513 357 182 35 (801) 286 286 Schadelasten en uitkeringen, netto (5.061) (469) (1.113) (857) 26 (7.474) 3 (7.471) Lasten inzake unit-linked contracten (1.167) (405) (1.572) (1.572) Financieringslasten (88) (7) (11) (1) 1 (106) (68) 36 (138) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (38) (3) (41) (41) Wijzigingen in voorzieningen 2 2 13 15 Commissielasten (718) (247) (225) (558) 535 (1.213) (1.213) Personeelslasten (560) (127) (110) (22) (2) 0 (821) (35) 4 (852) Overige lasten (872) (180) (171) (4) (5) 4 (1.228) (60) 19 (1.269) Totale lasten (8.502) (1.030) (2.038) (26) (1.423) 566 (12.453) (150) 62 (12.541) Resultaat voor belastingen 674 62 211 403 87 1.437 (208) 2 1.231 Belastingbaten (lasten) (136) (1) (58) (1) (196) (19) (215) Nettoresultaat over de periode 538 61 153 403 87 (1) 1.241 (227) 2 1.016 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 138 34 (1) 171 171 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 400 61 119 403 87 1.070 (227) 2 845 Totale baten van externe klanten 9.502 1.475 2.462 429 0 13.868 (96) 13.772 Totale baten intern (326) (383) (213) 1.510 (566) 22 38 (60) Totale baten 9.176 1.092 2.249 429 1.510 (566) 13.890 (58) (60) 13.772 Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder ‘discretionaire winstdelingscomponent’ kan als volgt worden gepresenteerd. Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal Bruto premie-inkomen 5.748 1.406 1.775 1.623 (1.571) 8.981 (2) 8.979 Premies inzake beleggingscontracten 927 900 (1) 1.826 1.826 Bruto premie 6.675 1.406 2.675 1.623 (1.572) 10.807 (2) 10.805 ALGEMENE INFORMATIE 176 Ageas Jaarverslag 2021 176 | 240 Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 31 december 2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen Rekening Groep Totaal Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 811 163 333 4 40 (1) 1.350 891 2.241 Financiële beleggingen 50.428 1.420 10.480 1.379 1 63.708 5 (3) 63.710 Vastgoedbeleggingen 2.662 226 1 2.889 2.889 Leningen 12.690 25 306 57 13.078 1.165 (845) 13.398 Beleggingen inzake unit-linked contracten 10.654 6.434 17.088 17.088 Investeringen volgens de equity-methode 376 71 4.478 (1) 4.924 4 1 4.929 Herverzekering en overige vorderingen 1.123 1.564 430 1 65 (1.435) 1.748 310 (97) 1.961 Actuele belastingvorderingen 15 2 32 49 49 Uitgestelde belastingvorderingen 10 29 60 (1) 98 98 Overlopende rente en overige activa 1.350 135 209 182 (17) 1.859 127 (101) 1.885 Materiële vaste activa 1.708 73 35 2 1 1.819 8 1.827 Goodwill en overige immateriële activa 523 248 447 (1) 1.217 12 1.229 Activa aangehouden voor verkoop 109 5 114 114 Totaal activa 82.350 3.768 19.068 4.485 1.723 (1.453) 109.941 2.522 (1.045) 111.418 Passiva Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 26.070 3.912 7 (2) 29.987 (14) 29.973 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 26.155 5.474 31.629 31.629 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 10.654 6.436 17.090 17.090 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 4.086 2.427 843 1.388 (1.340) 7.404 7.404 Achtergestelde schulden 1.142 157 175 1.474 2.128 (844) 2.758 Schulden 3.878 7 45 2 (19) 3.913 7 3.920 Actuele belastingverplichtingen 51 38 89 89 Uitgestelde belastingverplichtingen 996 2 92 (1) 1.089 16 1.105 RPN(I) 420 420 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.329 147 380 8 208 (91) 2.981 139 (186) 2.934 Voorzieningen 43 25 7 75 247 322 Totaal verplichtingen 75.404 2.765 17.402 10 1.603 (1.453) 95.731 2.957 (1.044) 97.644 Eigen vermogen 4.987 1.003 1.406 4.475 120 1 11.992 (435) (2) 11.555 Minderheidsbelangen 1.959 260 (1) 2.218 1 2.219 Totaal eigen vermogen 6.946 1.003 1.666 4.475 120 14.210 (435) (1) 13.774 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 82.350 3.768 19.068 4.485 1.723 (1.453) 109.941 2.522 (1.045) 111.418 Aantal werknemers 5.785 2.431 1.599 65 9.880 165 10.045 177 | 240 8.9 Resultatenrekening per operationeel segment Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal Baten - Bruto premie-inkomen 5.748 1.406 1.775 1.623 (1.571) 8.981 (2) 8.979 - Wijziging in niet-verdiende premies (8) 30 (8) (61) 62 15 (1) 14 - Uitgaande herverzekeringspremies (806) (646) (404) (83) 1.479 (460) (460) Netto verdiende premies 4.934 790 1.363 1.479 (30) 8.536 (3) 8.533 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.186 38 181 21 2.426 38 (37) 2.427 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (101) (101) Resultaat op verkoopen herwaarderingen 240 12 41 3 296 (4) 2 294 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 1.062 344 1.406 1.406 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 14 21 429 (1) 463 1 464 Commissiebaten 506 219 269 7 (534) 467 467 Overige baten 234 33 30 (1) 296 8 (22) 282 Overige baten 9.176 1.092 2.249 429 1.510 (566) 13.890 (58) (60) 13.772 Kosten - Schadelasten en uitkeringen, bruto (5.574) (826) (1.295) (892) 827 (7.760) 3 (7.757) - Schadelasten en uitkeringen aandeel herverzekeraars 513 357 182 35 (801) 286 286 Schadelasten en uitkeringen, netto (5.061) (469) (1.113) (857) 26 (7.474) 3 (7.471) Lasten inzake unit-linked contracten (1.167) (405) (1.572) (1.572) Financieringslasten (88) (7) (11) (1) 1 (106) (68) 36 (138) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (38) (3) (41) (41) Wijzigingen in voorzieningen 2 2 13 15 Commissielasten (718) (247) (225) (558) 535 (1.213) (1.213) Personeelslasten (560) (127) (110) (22) (2) 0 (821) (35) 4 (852) Overige lasten (872) (180) (171) (4) (5) 4 (1.228) (60) 19 (1.269) Totale lasten (8.502) (1.030) (2.038) (26) (1.423) 566 (12.453) (150) 62 (12.541) Resultaat voor belastingen 674 62 211 403 87 1.437 (208) 2 1.231 Belastingbaten (lasten) (136) (1) (58) (1) (196) (19) (215) Nettoresultaat over de periode 538 61 153 403 87 (1) 1.241 (227) 2 1.016 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 138 34 (1) 171 171 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 400 61 119 403 87 1.070 (227) 2 845 Totale baten van externe klanten 9.502 1.475 2.462 429 0 13.868 (96) 13.772 Totale baten intern (326) (383) (213) 1.510 (566) 22 38 (60) Totale baten 9.176 1.092 2.249 429 1.510 (566) 13.890 (58) (60) 13.772 Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder ‘discretionaire winstdelingscomponent’ kan als volgt worden gepresenteerd. Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 2021 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal Bruto premie-inkomen 5.748 1.406 1.775 1.623 (1.571) 8.981 (2) 8.979 Premies inzake beleggingscontracten 927 900 (1) 1.826 1.826 Bruto premie 6.675 1.406 2.675 1.623 (1.572) 10.807 (2) 10.805 177 Ageas Jaarverslag 2021 178 | 240 Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal Baten - Bruto premies 5.428 1.382 1.598 1.641 (1.611) 8.438 (3) 8.435 - Wijziging in niet-verdiende premies (7) (10) (3) (45) 43 (22) (22) - Uitgaande herverzekeringspremies (733) (760) (433) (55) 1.570 (411) (411) Netto verdiende premies 4.688 612 1.162 1.541 2 8.005 (3) 8.002 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.131 38 202 21 (1) 2.391 39 (38) 2.392 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (61) (61) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 267 26 1 (1) 293 340 6 639 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 359 125 484 484 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 1 14 16 295 326 2 328 Commissiebaten 437 240 236 4 (532) 385 385 Overige baten 160 34 19 (1) 212 7 (18) 201 Totale baten 8.043 938 1.786 295 1.567 (533) 12.096 327 (53) 12.370 Kosten - Schadelasten en uitkeringen, bruto (5.088) (771) (1.094) (1.000) 985 (6.968) 2 (6.966) - Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars 385 476 239 36 (985) 151 151 Schadelasten en uitkeringen, netto (4.703) (295) (855) (964) (6.817) 2 (6.815) Lasten inzake unit-linked contracten (420) (191) 1 (610) (610) Financieringslasten (92) (9) (12) (1) (114) (63) 38 (139) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (145) (26) (1) (172) (172) Wijzigingen in voorzieningen (8) (8) 44 36 Commissielasten (668) (253) (204) (547) 534 (1.138) (1.138) Personeelslasten (549) (132) (100) (23) (1) 0 (805) (32) 3 (834) Overige lasten (783) (179) (157) (3) 25 (1) (1.098) (82) 15 (1.165) Totale lasten (7.368) (868) (1.545) (26) (1.488) 533 (10.762) (133) 58 (10.837) Resultaat voor belastingen 675 70 241 269 79 1.334 194 5 1.533 Belastingbaten (lasten) (143) (5) (66) (214) (19) (233) Nettoresultaat over de periode 532 65 175 269 79 1.120 175 5 1.300 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 121 39 (1) 159 159 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 411 65 136 269 79 1 961 175 5 1.141 Totale baten van externe klanten 8.345 1.413 2.031 294 0 12.083 287 12.370 Totale baten intern (302) (475) (245) 1 1.567 (533) 13 40 (53) Totale baten 8.043 938 1.786 295 1.567 (533) 12.096 327 (53) 12.370 Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder ‘discretionaire winstdelingscomponent’ kan als volgt worden gepresenteerd. Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal Bruto premie-inkomen 5.428 1.382 1.598 1.641 (1.611) 8.438 (3) 8.435 Premies inzake beleggingscontracten 672 385 1.057 1.057 Bruto premie-inkomen 6.100 1.382 1.983 1.641 (1.611) 9.495 (3) 9.492 179 | 240 8.10 Balans gesplitst in Leven en Niet-leven Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 31 december 2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen Rekening groep Totaal Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 773 440 1.213 724 1.937 Financiële beleggingen 52.720 7.229 1 59.950 5 (3) 59.952 Vastgoedbeleggingen 2.908 209 3.117 3.117 Leningen 12.704 1.382 (39) 14.047 1.315 (870) 14.492 Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 18.899 18.899 Investeringen volgens de equity-methode 4.535 792 5.327 2 (1) 5.328 Herverzekering en overige vorderingen 457 1.959 (359) 2.057 203 (111) 2.149 Actuele belastingvorderingen 23 30 53 53 Uitgestelde belastingvorderingen 42 58 100 100 Overlopende rente en overige activa 1.153 836 (2) 1.987 154 (102) 2.039 Materiële vaste activa 1.411 314 (1) 1.724 8 1.732 Goodwill en overige immateriële activa 968 353 1 1.322 1.322 Activa aangehouden voor verkoop 17 1 1 19 19 Totaal activa 96.610 13.603 (398) 109.815 2.411 (1.087) 111.139 Passiva Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 28.688 28.688 (15) 28.673 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 30.617 30.617 30.617 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 18.901 18.901 18.901 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten 7.889 7.889 7.889 Achtergestelde schulden 1.101 399 (40) 1.460 2.118 (830) 2.748 Schulden 3.269 381 3.650 6 (40) 3.616 Actuele belastingverplichtingen 7 9 16 16 Uitgestelde belastingverplichtingen 768 188 956 15 971 RPN(I) 520 520 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.239 1.021 (357) 2.903 131 (200) 2.834 Voorzieningen 29 39 68 114 182 Totaal verplichtingen 85.619 9.926 (397) 95.148 2.904 (1.085) 96.967 Eigen vermogen 9.076 3.338 (1) 12.413 (493) (6) 11.914 Minderheidsbelangen 1.915 339 2.254 4 2.258 Totaal eigen vermogen 10.991 3.677 (1) 14.667 (493) (2) 14.172 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 96.610 13.603 (398) 109.815 2.411 (1.087) 111.139 Aantal werknemers 3.969 5.962 9.932 169 10.101 ALGEMENE INFORMATIE 178 Ageas Jaarverslag 2021 178 | 240 Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal Baten - Bruto premies 5.428 1.382 1.598 1.641 (1.611) 8.438 (3) 8.435 - Wijziging in niet-verdiende premies (7) (10) (3) (45) 43 (22) (22) - Uitgaande herverzekeringspremies (733) (760) (433) (55) 1.570 (411) (411) Netto verdiende premies 4.688 612 1.162 1.541 2 8.005 (3) 8.002 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.131 38 202 21 (1) 2.391 39 (38) 2.392 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (61) (61) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 267 26 1 (1) 293 340 6 639 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 359 125 484 484 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 1 14 16 295 326 2 328 Commissiebaten 437 240 236 4 (532) 385 385 Overige baten 160 34 19 (1) 212 7 (18) 201 Totale baten 8.043 938 1.786 295 1.567 (533) 12.096 327 (53) 12.370 Kosten - Schadelasten en uitkeringen, bruto (5.088) (771) (1.094) (1.000) 985 (6.968) 2 (6.966) - Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars 385 476 239 36 (985) 151 151 Schadelasten en uitkeringen, netto (4.703) (295) (855) (964) (6.817) 2 (6.815) Lasten inzake unit-linked contracten (420) (191) 1 (610) (610) Financieringslasten (92) (9) (12) (1) (114) (63) 38 (139) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (145) (26) (1) (172) (172) Wijzigingen in voorzieningen (8) (8) 44 36 Commissielasten (668) (253) (204) (547) 534 (1.138) (1.138) Personeelslasten (549) (132) (100) (23) (1) 0 (805) (32) 3 (834) Overige lasten (783) (179) (157) (3) 25 (1) (1.098) (82) 15 (1.165) Totale lasten (7.368) (868) (1.545) (26) (1.488) 533 (10.762) (133) 58 (10.837) Resultaat voor belastingen 675 70 241 269 79 1.334 194 5 1.533 Belastingbaten (lasten) (143) (5) (66) (214) (19) (233) Nettoresultaat over de periode 532 65 175 269 79 1.120 175 5 1.300 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 121 39 (1) 159 159 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 411 65 136 269 79 1 961 175 5 1.141 Totale baten van externe klanten 8.345 1.413 2.031 294 0 12.083 287 12.370 Totale baten intern (302) (475) (245) 1 1.567 (533) 13 40 (53) Totale baten 8.043 938 1.786 295 1.567 (533) 12.096 327 (53) 12.370 Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder ‘discretionaire winstdelingscomponent’ kan als volgt worden gepresenteerd. Her- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties 2020 België VK CEU Azië verzekering verzekeringen zekeringen rekening groep Totaal Bruto premie-inkomen 5.428 1.382 1.598 1.641 (1.611) 8.438 (3) 8.435 Premies inzake beleggingscontracten 672 385 1.057 1.057 Bruto premie-inkomen 6.100 1.382 1.983 1.641 (1.611) 9.495 (3) 9.492 179 | 240 8.10 Balans gesplitst in Leven en Niet-leven Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 31 december 2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen Rekening groep Totaal Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 773 440 1.213 724 1.937 Financiële beleggingen 52.720 7.229 1 59.950 5 (3) 59.952 Vastgoedbeleggingen 2.908 209 3.117 3.117 Leningen 12.704 1.382 (39) 14.047 1.315 (870) 14.492 Beleggingen inzake unit-linked contracten 18.899 18.899 18.899 Investeringen volgens de equity-methode 4.535 792 5.327 2 (1) 5.328 Herverzekering en overige vorderingen 457 1.959 (359) 2.057 203 (111) 2.149 Actuele belastingvorderingen 23 30 53 53 Uitgestelde belastingvorderingen 42 58 100 100 Overlopende rente en overige activa 1.153 836 (2) 1.987 154 (102) 2.039 Materiële vaste activa 1.411 314 (1) 1.724 8 1.732 Goodwill en overige immateriële activa 968 353 1 1.322 1.322 Activa aangehouden voor verkoop 17 1 1 19 19 Totaal activa 96.610 13.603 (398) 109.815 2.411 (1.087) 111.139 Passiva Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 28.688 28.688 (15) 28.673 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 30.617 30.617 30.617 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 18.901 18.901 18.901 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten 7.889 7.889 7.889 Achtergestelde schulden 1.101 399 (40) 1.460 2.118 (830) 2.748 Schulden 3.269 381 3.650 6 (40) 3.616 Actuele belastingverplichtingen 7 9 16 16 Uitgestelde belastingverplichtingen 768 188 956 15 971 RPN(I) 520 520 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.239 1.021 (357) 2.903 131 (200) 2.834 Voorzieningen 29 39 68 114 182 Totaal verplichtingen 85.619 9.926 (397) 95.148 2.904 (1.085) 96.967 Eigen vermogen 9.076 3.338 (1) 12.413 (493) (6) 11.914 Minderheidsbelangen 1.915 339 2.254 4 2.258 Totaal eigen vermogen 10.991 3.677 (1) 14.667 (493) (2) 14.172 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 96.610 13.603 (398) 109.815 2.411 (1.087) 111.139 Aantal werknemers 3.969 5.962 9.932 169 10.101 179 Ageas Jaarverslag 2021 180 | 240 Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 31 december 2020 Leven Niet-leven verzekeringen Verzekeringen rekening groep Totaal Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 959 391 1.350 891 2.241 Financiële beleggingen 56.248 7.460 63.708 5 (3) 63.710 Vastgoedbeleggingen 2.673 216 2.889 2.889 Leningen 11.928 1.188 (38) 13.078 1.165 (845) 13.398 Beleggingen inzake unit-linked contracten 17.088 17.088 17.088 Investeringen volgens de equity-methode 4.177 838 (91) 4.924 4 1 4.929 Herverzekering en overige vorderingen 397 1.694 (343) 1.748 310 (97) 1.961 Actuele belastingvorderingen 23 26 49 49 Uitgestelde belastingvorderingen 37 61 98 98 Overlopende rente en overige activa 1.210 650 (1) 1.859 127 (101) 1.885 Materiële vaste activa 1.487 332 1.819 8 1.827 Goodwill en overige immateriële activa 900 578 (261) 1.217 12 1.229 Activa aangehouden voor verkoop 5 109 114 114 Totaal activa 97.132 13.543 (734) 109.941 2.522 (1.045) 111.418 Passiva Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 29.987 29.987 (14) 29.973 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 31.629 31.629 31.629 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 17.090 17.090 17.090 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 7.404 7.404 7.404 Achtergestelde schulden 1.103 410 (39) 1.474 2.128 (844) 2.758 Schulden 3.429 484 3.913 7 3.920 Actuele belastingverplichtingen 75 13 1 89 89 Uitgestelde belastingverplichtingen 871 219 (1) 1.089 16 1.105 RPN(I) 420 420 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.313 1.010 (342) 2.981 139 (186) 2.934 Voorzieningen 32 43 75 247 322 Totaal verplichtingen 86.529 9.583 (381) 95.731 2.957 (1.044) 97.644 Eigen vermogen 8.720 3.616 (344) 11.992 (435) (2) 11.555 Minderheidsbelangen 1.883 344 (9) 2.218 1 2.219 Totaal eigen vermogen 10.603 3.960 (353) 14.210 (435) (1) 13.774 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 97.132 13.543 (734) 109.941 2.522 (1.045) 111.418 Aantal werknemers 3.673 6.207 9.880 165 10.045 181 | 240 8.11 Resultatenrekening gesplitst in Leven en Niet-leven Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal Baten - Bruto premies 4.392 4.589 8.981 (2) 8.979 - Wijziging in niet-verdiende premies 14 1 15 (1) 14 - Uitgaande herverzekeringspremies (28) (432) (460) (460) Netto verdiende premies 4.364 4.171 1 8.536 (3) 8.533 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.179 263 (16) 2.426 38 (37) 2.427 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (101) (101) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 246 50 296 (4) 2 294 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 1.406 1.406 1.406 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 413 51 (1) 463 1 464 Commissiebaten 339 127 1 467 467 Overige baten 203 94 (1) 296 8 (22) 282 Totale baten 9.150 4.756 (16) 13.890 (58) (60) 13.772 Kosten - Schadelasten en uitkeringen, bruto (4.914) (2.847) 1 (7.760) 3 (7.757) - Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars 17 269 286 286 Schadelasten en uitkeringen, netto (4.897) (2.578) 1 (7.474) 3 (7.471) Lasten inzake unit-linked contracten (1.572) (1.572) (1.572) Financieringslasten (82) (26) 2 (106) (68) 36 (138) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (41) (41) (41) Wijzigingen in voorzieningen 2 1 (1) 2 13 15 Commissielasten (410) (803) (1.213) (1.213) Personeelslasten (417) (404) (821) (35) 4 (852) Overige lasten (700) (541) 13 (1.228) (60) 19 (1.269) Totale lasten (8.117) (4.351) 15 (12.453) (150) 62 (12.541) Resultaat voor belastingen 1.033 405 (1) 1.437 (208) 2 1.231 Belastingbaten (lasten) (145) (51) (196) (19) (215) Nettoresultaat over de periode 888 354 (1) 1.241 (227) 2 1.016 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 145 26 171 171 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 743 328 (1) 1.070 (227) 2 845 Totale baten van externe klanten 9.124 4.754 (10) 13.868 (96) 13.772 Totale baten intern 26 2 (6) 22 38 (60) Totale baten 9.150 4.756 (16) 13.890 (58) (60) 13.772 Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder DPF) kan als volgt worden gepresenteerd. Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal Bruto premie-inkomen 4.392 4.589 8.981 (2) 8.979 Premies inzake beleggingscontracten 1.826 1.826 1.826 Bruto premie-inkomen 6.218 4.589 10.807 (2) 10.805 ALGEMENE INFORMATIE 180 Ageas Jaarverslag 2021 180 | 240 Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 31 december 2020 Leven Niet-leven verzekeringen Verzekeringen rekening groep Totaal Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 959 391 1.350 891 2.241 Financiële beleggingen 56.248 7.460 63.708 5 (3) 63.710 Vastgoedbeleggingen 2.673 216 2.889 2.889 Leningen 11.928 1.188 (38) 13.078 1.165 (845) 13.398 Beleggingen inzake unit-linked contracten 17.088 17.088 17.088 Investeringen volgens de equity-methode 4.177 838 (91) 4.924 4 1 4.929 Herverzekering en overige vorderingen 397 1.694 (343) 1.748 310 (97) 1.961 Actuele belastingvorderingen 23 26 49 49 Uitgestelde belastingvorderingen 37 61 98 98 Overlopende rente en overige activa 1.210 650 (1) 1.859 127 (101) 1.885 Materiële vaste activa 1.487 332 1.819 8 1.827 Goodwill en overige immateriële activa 900 578 (261) 1.217 12 1.229 Activa aangehouden voor verkoop 5 109 114 114 Totaal activa 97.132 13.543 (734) 109.941 2.522 (1.045) 111.418 Passiva Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 29.987 29.987 (14) 29.973 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 31.629 31.629 31.629 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 17.090 17.090 17.090 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-Leven 7.404 7.404 7.404 Achtergestelde schulden 1.103 410 (39) 1.474 2.128 (844) 2.758 Schulden 3.429 484 3.913 7 3.920 Actuele belastingverplichtingen 75 13 1 89 89 Uitgestelde belastingverplichtingen 871 219 (1) 1.089 16 1.105 RPN(I) 420 420 Overlopende rente en overige verplichtingen 2.313 1.010 (342) 2.981 139 (186) 2.934 Voorzieningen 32 43 75 247 322 Totaal verplichtingen 86.529 9.583 (381) 95.731 2.957 (1.044) 97.644 Eigen vermogen 8.720 3.616 (344) 11.992 (435) (2) 11.555 Minderheidsbelangen 1.883 344 (9) 2.218 1 2.219 Totaal eigen vermogen 10.603 3.960 (353) 14.210 (435) (1) 13.774 Totaal verplichtingen en eigen vermogen 97.132 13.543 (734) 109.941 2.522 (1.045) 111.418 Aantal werknemers 3.673 6.207 9.880 165 10.045 181 | 240 8.11 Resultatenrekening gesplitst in Leven en Niet-leven Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal Baten - Bruto premies 4.392 4.589 8.981 (2) 8.979 - Wijziging in niet-verdiende premies 14 1 15 (1) 14 - Uitgaande herverzekeringspremies (28) (432) (460) (460) Netto verdiende premies 4.364 4.171 1 8.536 (3) 8.533 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.179 263 (16) 2.426 38 (37) 2.427 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (101) (101) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 246 50 296 (4) 2 294 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 1.406 1.406 1.406 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 413 51 (1) 463 1 464 Commissiebaten 339 127 1 467 467 Overige baten 203 94 (1) 296 8 (22) 282 Totale baten 9.150 4.756 (16) 13.890 (58) (60) 13.772 Kosten - Schadelasten en uitkeringen, bruto (4.914) (2.847) 1 (7.760) 3 (7.757) - Schadelasten en uitkeringen, aandeel herverzekeraars 17 269 286 286 Schadelasten en uitkeringen, netto (4.897) (2.578) 1 (7.474) 3 (7.471) Lasten inzake unit-linked contracten (1.572) (1.572) (1.572) Financieringslasten (82) (26) 2 (106) (68) 36 (138) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (41) (41) (41) Wijzigingen in voorzieningen 2 1 (1) 2 13 15 Commissielasten (410) (803) (1.213) (1.213) Personeelslasten (417) (404) (821) (35) 4 (852) Overige lasten (700) (541) 13 (1.228) (60) 19 (1.269) Totale lasten (8.117) (4.351) 15 (12.453) (150) 62 (12.541) Resultaat voor belastingen 1.033 405 (1) 1.437 (208) 2 1.231 Belastingbaten (lasten) (145) (51) (196) (19) (215) Nettoresultaat over de periode 888 354 (1) 1.241 (227) 2 1.016 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 145 26 171 171 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 743 328 (1) 1.070 (227) 2 845 Totale baten van externe klanten 9.124 4.754 (10) 13.868 (96) 13.772 Totale baten intern 26 2 (6) 22 38 (60) Totale baten 9.150 4.756 (16) 13.890 (58) (60) 13.772 Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder DPF) kan als volgt worden gepresenteerd. Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 2021 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal Bruto premie-inkomen 4.392 4.589 8.981 (2) 8.979 Premies inzake beleggingscontracten 1.826 1.826 1.826 Bruto premie-inkomen 6.218 4.589 10.807 (2) 10.805 181 Ageas Jaarverslag 2021 182 | 240 Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 2020 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal Baten - Bruto premies 4.140 4.298 8.438 (3) 8.435 - Wijziging in niet-verdiende premies (23) 1 (22) (22) - Uitgaande herverzekeringspremies (29) (382) (411) (411) Netto verdiende premies 4.111 3.893 1 8.005 (3) 8.002 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.152 257 (18) 2.391 39 (38) 2.392 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (61) (61) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 280 13 293 340 6 639 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 484 484 484 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 262 64 326 2 328 Commissiebaten 274 117 (6) 385 385 Overige baten 130 83 (1) 212 7 (18) 201 Totale baten 7.693 4.427 (24) 12.096 327 (53) 12.370 Kosten - Schadelasten en uitkeringen, bruto (4.645) (2.332) 9 (6.968) 2 (6.966) - Schadelasten en uitkeringen,aandeel herverzekeraars 22 138 (9) 151 151 Schadelasten en uitkeringen, netto (4.623) (2.194) (6.817) 2 (6.815) Lasten inzake unit-linked contracten (610) (610) (610) Financieringslasten (86) (29) 1 (114) (63) 38 (139) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (163) (9) (172) (172) Wijzigingen in voorzieningen (5) (3) (8) 44 36 Commissielasten (368) (776) 6 (1.138) (1.138) Personeelslasten (406) (400) 1 (805) (32) 3 (834) Overige lasten (616) (498) 16 (1.098) (82) 15 (1.165) Totale lasten (6.877) (3.909) 24 (10.762) (133) 58 (10.837) Resultaat voor belastingen 816 518 1.334 194 5 1.533 Belastingbaten (lasten) (127) (87) (214) (19) (233) Nettoresultaat over de periode 689 431 1.120 175 5 1.300 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 119 40 159 159 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 570 391 961 175 5 1.141 Totale baten van externe klanten 7.660 4.420 3 12.083 287 12.370 Totale baten intern 33 7 (27) 13 40 (53) Totale baten 7.693 4.427 (24) 12.096 327 (53) 12.370 Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder DPF) kan als volgt worden gepresenteerd. Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 2020 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal Bruto premie-inkomen 4.140 4.298 8.438 (3) 8.435 Premies inzake beleggingscontracten 1.057 1.057 1.057 Bruto premie-inkomen 5.197 4.298 9.495 (3) 9.492 183 | 240 8.12 Operationeel resultaat Verzekeringen Voor de analyse van de verzekeringsresultaten maakt Ageas gebruik van het concept operationeel resultaat. Het operationeel resultaat omvat de netto verdiende premies, commissies en gealloceerde beleggingsopbrengsten en gerealiseerde meer- of minderwaarden, na aftrek van netto schadelasten, uitkeringen en alle operationele lasten, inclusief de kosten voor schadeafhandeling, beleggingskosten, commissies en andere lasten, gealloceerd aan verzekerings- en/of beleggingscontracten. Het verschil tussen het operationele resultaat en de winst voor belastingen omvat alle opbrengsten en kosten die niet onder verzekerings- en/of beleggingscontracten worden verantwoord en derhalve ook niet in het operationele resultaat of resultaat van niet-geconsolideerde partnerships is verwerkt. De definities van de alternatieve prestatiemaatstaven worden onder de tabellen toegelicht. Binnen de diverse verzekeringssegmenten worden de Leven- en Niet- Leven activiteiten afzonderlijk beheerd. Tot de Leven-activiteiten behoren onder meer verzekeringscontracten die risico’s dekken gerelateerd aan leven en overlijden van personen. Het segment Leven omvat daarnaast beleggingscontracten met en zonder discretionaire winstdeling (DPF). Het segment Niet-leven bestaan uit vier onderdelen: Ongevallen- en Gezondheidszorg verzekeringen, Autoverzekeringen, Brandverzekeringen en Overige schade aan eigendommen (die het risico dekken van schade aan eigendommen dan wel verplichtingen inzake claims) en Overige verzekeringen. Het operationele resultaat voor de verschillende segmenten en productlijnen en de reconciliatie met de winst voor belastingen wordt hieronder getoond. Herver- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties Totaal 2021 België VK CEU Azië zekering verzekeringen zekeringen rekening groep Ageas Bruto premie-inkomen Leven 4.366 1.853 44 (45) 6.218 6.218 Bruto premie-inkomen Niet-leven 2.309 1.406 822 1.579 (1.527) 4.589 (2) 4.587 Operationele kosten (623) (224) (213) (3) 2 (1.061) (1.061) - Gegarandeerde producten 448 89 1 1 539 539 - Unit-linked producten 49 21 70 70 Operationeel resultaat Leven 497 110 1 1 609 609 - Ongevallen en gezondheidszorg 41 1 37 6 (1) 84 84 - Auto 157 77 10 37 (17) 264 264 - “Brand en overige schade aan eigendommen" (142) (4) 23 22 (10) (111) (111) - Overige 69 (6) 7 21 6 97 2 99 Operationeel resultaat Niet-leven 125 68 77 86 (22) 334 2 336 Operationeel resultaat 622 68 187 87 (21) 943 2 945 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode, niet gealloceerd 11 427 (1) 437 1 438 Overig niet-technisch resultaat, inclusief brokerage 52 (6) 13 (24) 22 57 (209) (152) Resultaat voor belastingen 674 62 211 403 87 1.437 (208) 2 1.231 Key performance indicators Leven Netto-onderschrijvingsmarge 0,01% 0,40% 13,29% 0,10% 0,10% Beleggingsmarge 0,82% 0,35% 0,72% 0,72% Operationele marge 0,83% 0,75% 13,29% 0,82% 0,82% - Operationele marge Gegarandeerde producten' 0,97% 1,08% 13,29% 0,99% 0,99% - Operationele marge Unit-linked producten 0,37% 0,32% 0,35% 0,35% Operationele kosten Leven in % van het gemiddeld beheerd vermogen Leven (op jaarbasis) 0,41% 0,49% 6,40% 0,43% 0,43% Key performance indicators Niet-leven Kostenratio 33,2% 36,4% 25,2% 38,4% 34,8% 34,8% Schaderatio 65,0% 59,4% 58,9% 57,2% 60,6% 60,6% Combined ratio 98,2% 95,8% 84,1% 95,6% 95,4% 95,4% Operationele marge 8,3% 8,7% 17,1% 6,0% 8,0% 8,1% Technische voorzieningen 67.349 2.605 16.036 1.656 (1.551) 86.095 (15) 86.080 ALGEMENE INFORMATIE 182 Ageas Jaarverslag 2021 182 | 240 Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 2020 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal Baten - Bruto premies 4.140 4.298 8.438 (3) 8.435 - Wijziging in niet-verdiende premies (23) 1 (22) (22) - Uitgaande herverzekeringspremies (29) (382) (411) (411) Netto verdiende premies 4.111 3.893 1 8.005 (3) 8.002 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.152 257 (18) 2.391 39 (38) 2.392 Niet-gerealiseerde winst (verlies) op RPN(I) (61) (61) Resultaat op verkoop en herwaarderingen 280 13 293 340 6 639 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 484 484 484 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode 262 64 326 2 328 Commissiebaten 274 117 (6) 385 385 Overige baten 130 83 (1) 212 7 (18) 201 Totale baten 7.693 4.427 (24) 12.096 327 (53) 12.370 Kosten - Schadelasten en uitkeringen, bruto (4.645) (2.332) 9 (6.968) 2 (6.966) - Schadelasten en uitkeringen,aandeel herverzekeraars 22 138 (9) 151 151 Schadelasten en uitkeringen, netto (4.623) (2.194) (6.817) 2 (6.815) Lasten inzake unit-linked contracten (610) (610) (610) Financieringslasten (86) (29) 1 (114) (63) 38 (139) Wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen (163) (9) (172) (172) Wijzigingen in voorzieningen (5) (3) (8) 44 36 Commissielasten (368) (776) 6 (1.138) (1.138) Personeelslasten (406) (400) 1 (805) (32) 3 (834) Overige lasten (616) (498) 16 (1.098) (82) 15 (1.165) Totale lasten (6.877) (3.909) 24 (10.762) (133) 58 (10.837) Resultaat voor belastingen 816 518 1.334 194 5 1.533 Belastingbaten (lasten) (127) (87) (214) (19) (233) Nettoresultaat over de periode 689 431 1.120 175 5 1.300 Toewijsbaar aan de minderheidsbelangen 119 40 159 159 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 570 391 961 175 5 1.141 Totale baten van externe klanten 7.660 4.420 3 12.083 287 12.370 Totale baten intern 33 7 (27) 13 40 (53) Totale baten 7.693 4.427 (24) 12.096 327 (53) 12.370 Het bruto premie-inkomen (som van bruto premies en premies uit beleggingscontracten zonder DPF) kan als volgt worden gepresenteerd. Eliminaties Totaal Algemene Eliminaties 2020 Leven Niet-leven verzekeringen verzekeringen rekening groep Totaal Bruto premie-inkomen 4.140 4.298 8.438 (3) 8.435 Premies inzake beleggingscontracten 1.057 1.057 1.057 Bruto premie-inkomen 5.197 4.298 9.495 (3) 9.492 183 | 240 8.12 Operationeel resultaat Verzekeringen Voor de analyse van de verzekeringsresultaten maakt Ageas gebruik van het concept operationeel resultaat. Het operationeel resultaat omvat de netto verdiende premies, commissies en gealloceerde beleggingsopbrengsten en gerealiseerde meer- of minderwaarden, na aftrek van netto schadelasten, uitkeringen en alle operationele lasten, inclusief de kosten voor schadeafhandeling, beleggingskosten, commissies en andere lasten, gealloceerd aan verzekerings- en/of beleggingscontracten. Het verschil tussen het operationele resultaat en de winst voor belastingen omvat alle opbrengsten en kosten die niet onder verzekerings- en/of beleggingscontracten worden verantwoord en derhalve ook niet in het operationele resultaat of resultaat van niet-geconsolideerde partnerships is verwerkt. De definities van de alternatieve prestatiemaatstaven worden onder de tabellen toegelicht. Binnen de diverse verzekeringssegmenten worden de Leven- en Niet- Leven activiteiten afzonderlijk beheerd. Tot de Leven-activiteiten behoren onder meer verzekeringscontracten die risico’s dekken gerelateerd aan leven en overlijden van personen. Het segment Leven omvat daarnaast beleggingscontracten met en zonder discretionaire winstdeling (DPF). Het segment Niet-leven bestaan uit vier onderdelen: Ongevallen- en Gezondheidszorg verzekeringen, Autoverzekeringen, Brandverzekeringen en Overige schade aan eigendommen (die het risico dekken van schade aan eigendommen dan wel verplichtingen inzake claims) en Overige verzekeringen. Het operationele resultaat voor de verschillende segmenten en productlijnen en de reconciliatie met de winst voor belastingen wordt hieronder getoond. Herver- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties Totaal 2021 België VK CEU Azië zekering verzekeringen zekeringen rekening groep Ageas Bruto premie-inkomen Leven 4.366 1.853 44 (45) 6.218 6.218 Bruto premie-inkomen Niet-leven 2.309 1.406 822 1.579 (1.527) 4.589 (2) 4.587 Operationele kosten (623) (224) (213) (3) 2 (1.061) (1.061) - Gegarandeerde producten 448 89 1 1 539 539 - Unit-linked producten 49 21 70 70 Operationeel resultaat Leven 497 110 1 1 609 609 - Ongevallen en gezondheidszorg 41 1 37 6 (1) 84 84 - Auto 157 77 10 37 (17) 264 264 - “Brand en overige schade aan eigendommen" (142) (4) 23 22 (10) (111) (111) - Overige 69 (6) 7 21 6 97 2 99 Operationeel resultaat Niet-leven 125 68 77 86 (22) 334 2 336 Operationeel resultaat 622 68 187 87 (21) 943 2 945 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode, niet gealloceerd 11 427 (1) 437 1 438 Overig niet-technisch resultaat, inclusief brokerage 52 (6) 13 (24) 22 57 (209) (152) Resultaat voor belastingen 674 62 211 403 87 1.437 (208) 2 1.231 Key performance indicators Leven Netto-onderschrijvingsmarge 0,01% 0,40% 13,29% 0,10% 0,10% Beleggingsmarge 0,82% 0,35% 0,72% 0,72% Operationele marge 0,83% 0,75% 13,29% 0,82% 0,82% - Operationele marge Gegarandeerde producten' 0,97% 1,08% 13,29% 0,99% 0,99% - Operationele marge Unit-linked producten 0,37% 0,32% 0,35% 0,35% Operationele kosten Leven in % van het gemiddeld beheerd vermogen Leven (op jaarbasis) 0,41% 0,49% 6,40% 0,43% 0,43% Key performance indicators Niet-leven Kostenratio 33,2% 36,4% 25,2% 38,4% 34,8% 34,8% Schaderatio 65,0% 59,4% 58,9% 57,2% 60,6% 60,6% Combined ratio 98,2% 95,8% 84,1% 95,6% 95,4% 95,4% Operationele marge 8,3% 8,7% 17,1% 6,0% 8,0% 8,1% Technische voorzieningen 67.349 2.605 16.036 1.656 (1.551) 86.095 (15) 86.080 183 Ageas Jaarverslag 2021 184 | 240 Herver- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties Totaal 2020 België VK CEU Azië zekering verzekeringen zekeringen rekening groep Ageas Bruto premie-inkomen Leven 3.991 1.208 15 (17) 5.197 5.197 Bruto premie-inkomen Niet-leven 2.109 1.382 775 1.626 (1.594) 4.298 (3) 4.295 Operationele kosten (607) (212) (203) (3) (1.025) (1.025) - Gegarandeerde producten 373 137 1 511 511 - Unit-linked producten 38 11 49 49 Operationeel resultaat Leven 411 148 1 560 560 - Ongevallen en gezondheidszorg 33 1 46 4 (2) 82 82 - Auto 94 68 24 40 2 228 228 - Brand en overige schade aan eigendommen 53 (5) 18 30 96 96 - Overige 45 (9) 7 3 46 (3) 43 Operationeel resultaat Niet-leven 225 55 95 77 452 (3) 449 Operationeel resultaat 636 55 243 78 1.012 (3) 1.009 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode, niet gealloceerd 14 16 293 1 324 1 325 Overig niet-technisch resultaat, inclusief brokerage 39 1 (18) (24) 1 (1) (2) 193 8 199 Resultaat voor belastingen 675 70 241 269 79 1.334 194 5 1.533 Key performance indicators Leven Netto-onderschrijvingsmarge (0,03%) 0,62% 37,28% 0,12% 0,12% Beleggingsmarge 0,73% 0,36% 0,64% 0,64% Operationele marge 0,70% 0,98% 37,28% 0,76% 0,76% - Operationele marge Gegarandeerde producten 0,77% 1,59% 37,28% 0,90% 0,90% - Operationele marge Unit-linked producten 0,38% 0,17% 0,29% 0,29% Operationele kosten Leven in % van het gemiddeld beheerd vermogen Leven 0,41% 0,45% 1,14% 0,42% 0,42% Key performance indicators Niet-leven Kostenratio 36,1% 47,1% 28,4% 33,6% 36,1% 36,1% Schaderatio 51,7% 48,3% 49,0% 62,7% 55,2% 55,2% Combined ratio 87,8% 95,4% 77,4% 96,3% 91,3% 91,3% Operationele marge 16,4% 8,9% 25,2% 5,1% 11,6% 11,5% Technische voorzieningen 66.965 2.427 16.665 1.395 (1.342) 86.110 (14) 86.096 185 | 240 Definities van alternatieve resultaatmaatstaven in de tabellen: Netto-onderschrijvingsresultaat : Het verschil tussen de netto verdiende premies en de som van de werkelijke schade-uitkeringen en de mutatie van de verzekeringsverplichtingen, beide gecorrigeerd voor herverzekering. Het resultaat wordt weergegeven onder aftrek van schadeafhandelingskosten, algemene kosten, provisies en herverzekering. Netto-onderschrijvingsmarge : Voor Leven het netto-onderschrijvingsresultaat op jaarbasis, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven tijdens de verslagperiode. Voor Niet-Leven het netto-onderschrijvingsresultaat gedeeld door de netto verdiende premie. Netto beleggingsresultaat : De som van beleggingsopbrengsten en gerealiseerde meer- of minderwaarden op activa die verzekeringsverplichtingen dekken, na aftrek van de hieraan verbonden beleggingskosten. De beleggingsresultaten voor Leven worden daarnaast gecorrigeerd voor het aan de polishouders als technische rente en winstdeling toegewezen bedrag. Het beleggingsresultaat voor Ongevallen & Leven (onderdeel van niet-Leven) wordt ook gecorrigeerd voor de opgelopen technische rente van de verzekeringsverplichtingen. Nettobeleggingsmarge : Voor Leven het beleggingsresultaat op jaarbasis, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven tijdens de verslagperiode. Voor Niet-Leven het Netto beleggingsresultaat gedeeld door de netto verdiende premie. Netto operationeel resultaat : De som van het netto-onderschrijvingsresultaat, beleggingsresultaat en overige aan de verzekerings- en/of beleggingscontracten toegewezen resultaten. Het verschil tussen het operationele resultaat en de winst voor belastingen omvat alle opbrengsten en kosten die niet onder de verzekerings- en/of beleggingscontracten worden verantwoord en derhalve ook niet in het operationele resultaat of resultaat van niet- geconsolideerde partnerships is verwerkt. Netto operationele marge : Voor leven het operationele resultaat op jaarbasis voor de periode, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven. Voor Niet-Leven het operationele resultaat gedeeld door de netto verdiende premie. Netto verdiende premies : De premies Niet-Leven die de risico's voor de huidige periode dekken, verrekend met de premies betaald aan herverzekeraars en mutatie in reserves voor niet verdiende premies. Lastenratio : De lasten als percentage van de netto verdiende premies. De lasten omvatten de interne kosten van schadeafhandelingscommissies, onder aftrek van herverzekering. Schaderatio : De kosten van claims, onder aftrek van herverzekering, als percentage van de netto verdiende premies. Combined ratio : Een maatstaf voor de winstgevendheid in Niet-Leven, de verhouding tussen de totale kosten van de verzekeraar en de netto verdiende premies. Dit zijn de totale lasten van de verzekeraar als percentage van de netto verdiende premies. Dit is de som van de schade- en de lastenratio. ALGEMENE INFORMATIE 184 Ageas Jaarverslag 2021 184 | 240 Herver- Eliminaties Totaal ver- Algemene Eliminaties Totaal 2020 België VK CEU Azië zekering verzekeringen zekeringen rekening groep Ageas Bruto premie-inkomen Leven 3.991 1.208 15 (17) 5.197 5.197 Bruto premie-inkomen Niet-leven 2.109 1.382 775 1.626 (1.594) 4.298 (3) 4.295 Operationele kosten (607) (212) (203) (3) (1.025) (1.025) - Gegarandeerde producten 373 137 1 511 511 - Unit-linked producten 38 11 49 49 Operationeel resultaat Leven 411 148 1 560 560 - Ongevallen en gezondheidszorg 33 1 46 4 (2) 82 82 - Auto 94 68 24 40 2 228 228 - Brand en overige schade aan eigendommen 53 (5) 18 30 96 96 - Overige 45 (9) 7 3 46 (3) 43 Operationeel resultaat Niet-leven 225 55 95 77 452 (3) 449 Operationeel resultaat 636 55 243 78 1.012 (3) 1.009 Aandeel in het resultaat van de investeringen volgens de equity-methode, niet gealloceerd 14 16 293 1 324 1 325 Overig niet-technisch resultaat, inclusief brokerage 39 1 (18) (24) 1 (1) (2) 193 8 199 Resultaat voor belastingen 675 70 241 269 79 1.334 194 5 1.533 Key performance indicators Leven Netto-onderschrijvingsmarge (0,03%) 0,62% 37,28% 0,12% 0,12% Beleggingsmarge 0,73% 0,36% 0,64% 0,64% Operationele marge 0,70% 0,98% 37,28% 0,76% 0,76% - Operationele marge Gegarandeerde producten 0,77% 1,59% 37,28% 0,90% 0,90% - Operationele marge Unit-linked producten 0,38% 0,17% 0,29% 0,29% Operationele kosten Leven in % van het gemiddeld beheerd vermogen Leven 0,41% 0,45% 1,14% 0,42% 0,42% Key performance indicators Niet-leven Kostenratio 36,1% 47,1% 28,4% 33,6% 36,1% 36,1% Schaderatio 51,7% 48,3% 49,0% 62,7% 55,2% 55,2% Combined ratio 87,8% 95,4% 77,4% 96,3% 91,3% 91,3% Operationele marge 16,4% 8,9% 25,2% 5,1% 11,6% 11,5% Technische voorzieningen 66.965 2.427 16.665 1.395 (1.342) 86.110 (14) 86.096 185 | 240 Definities van alternatieve resultaatmaatstaven in de tabellen: Netto-onderschrijvingsresultaat : Het verschil tussen de netto verdiende premies en de som van de werkelijke schade-uitkeringen en de mutatie van de verzekeringsverplichtingen, beide gecorrigeerd voor herverzekering. Het resultaat wordt weergegeven onder aftrek van schadeafhandelingskosten, algemene kosten, provisies en herverzekering. Netto-onderschrijvingsmarge : Voor Leven het netto-onderschrijvingsresultaat op jaarbasis, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven tijdens de verslagperiode. Voor Niet-Leven het netto-onderschrijvingsresultaat gedeeld door de netto verdiende premie. Netto beleggingsresultaat : De som van beleggingsopbrengsten en gerealiseerde meer- of minderwaarden op activa die verzekeringsverplichtingen dekken, na aftrek van de hieraan verbonden beleggingskosten. De beleggingsresultaten voor Leven worden daarnaast gecorrigeerd voor het aan de polishouders als technische rente en winstdeling toegewezen bedrag. Het beleggingsresultaat voor Ongevallen & Leven (onderdeel van niet-Leven) wordt ook gecorrigeerd voor de opgelopen technische rente van de verzekeringsverplichtingen. Nettobeleggingsmarge : Voor Leven het beleggingsresultaat op jaarbasis, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven tijdens de verslagperiode. Voor Niet-Leven het Netto beleggingsresultaat gedeeld door de netto verdiende premie. Netto operationeel resultaat : De som van het netto-onderschrijvingsresultaat, beleggingsresultaat en overige aan de verzekerings- en/of beleggingscontracten toegewezen resultaten. Het verschil tussen het operationele resultaat en de winst voor belastingen omvat alle opbrengsten en kosten die niet onder de verzekerings- en/of beleggingscontracten worden verantwoord en derhalve ook niet in het operationele resultaat of resultaat van niet- geconsolideerde partnerships is verwerkt. Netto operationele marge : Voor leven het operationele resultaat op jaarbasis voor de periode, gedeeld door de gemiddelde netto verzekeringsverplichtingen Leven. Voor Niet-Leven het operationele resultaat gedeeld door de netto verdiende premie. Netto verdiende premies : De premies Niet-Leven die de risico's voor de huidige periode dekken, verrekend met de premies betaald aan herverzekeraars en mutatie in reserves voor niet verdiende premies. Lastenratio : De lasten als percentage van de netto verdiende premies. De lasten omvatten de interne kosten van schadeafhandelingscommissies, onder aftrek van herverzekering. Schaderatio : De kosten van claims, onder aftrek van herverzekering, als percentage van de netto verdiende premies. Combined ratio : Een maatstaf voor de winstgevendheid in Niet-Leven, de verhouding tussen de totale kosten van de verzekeraar en de netto verdiende premies. Dit zijn de totale lasten van de verzekeraar als percentage van de netto verdiende premies. Dit is de som van de schade- en de lastenratio. 185 Ageas Jaarverslag 2021 187 | 240 Geldmiddelen en kasequivalenten zijn direct beschikbare kasgelden en andere financiële instrumenten met een looptijd van minder dan drie maanden, na de datum van verkrijging. 31 december 2021 31 december 2020 Geldmiddelen 2 2 Vorderingen op banken 1.750 2.053 Overige 185 186 Totaal geldmiddelen en kasequivalenten 1.937 2.241 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 9 Geldmiddelen en kasequivalenten TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 186 Ageas Jaarverslag 2021 D Toelichting op de geconsolideerde balans 187 | 240 Geldmiddelen en kasequivalenten zijn direct beschikbare kasgelden en andere financiële instrumenten met een looptijd van minder dan drie maanden, na de datum van verkrijging. 31 december 2021 31 december 2020 Geldmiddelen 2 2 Vorderingen op banken 1.750 2.053 Overige 185 186 Totaal geldmiddelen en kasequivalenten 1.937 2.241 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 9 Geldmiddelen en kasequivalenten 187 Ageas Jaarverslag 2021 Geldmiddelen en kasequivalenten 188 | 240 De samenstelling van de financiële beleggingen is als volgt. 31 december 2021 31 december 2020 Financiële beleggingen - Tot einde looptijd aangehouden 4.351 4.416 - Voor verkoop beschikbaar 55.582 59.317 - Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 340 297 - Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 6 16 Totaal bruto 60.279 64.046 Bijzondere waardeverminderingen: - op voor verkoop beschikbare beleggingen (327) (336) Totaal bijzondere waardeverminderingen (327) (336) Totaal 59.952 63.710 10.1 Beleggingen tot einde looptijd aangehouden Overheidsobligaties Totaal Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden op 1 januari 2020 4.438 4.438 Einde looptijd (18) (18) Amortisatie (4) (4) Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden op 31 december 2020 4.416 4.416 Einde looptijd (58) (58) Amortisatie (7) (7) Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden op 31 december 2021 4.351 4.351 Reële waarde op 31 december 2020 7.101 7.101 Reële waarde op 31 december 2021 6.497 6.497 De reële waarde van overheidsobligaties aangemerkt als tot einde looptijd aangehouden beleggingen is gebaseerd op beurskoersen in actieve markten (niveau 1). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 10 Financiële beleggingen 189 | 240 De overheidsobligaties aangemerkt als beleggingen tot einde looptijd aangehouden naar land van uitgifte per 31 december zijn als volgt. 31 december 2021 Historische/geamortiseerde kostprijs Reële waarde Belgische overheid 4.304 6.399 Portugese overheid 47 98 Totaal 4.351 6.497 31 december 2020 Belgische overheid 4.313 6.937 Portugese overheid 103 164 Totaal 4.416 7.101 10.2 Voor verkoop beschikbare beleggingen Historische/ Bruto Bruto Bijzondere geamortiseerde ongerealiseerde ongerealiseerde Totaal waarde Reële 31 december 2021 kostprijs winsten verliezen bruto verminderingen waarde Overheidsobligaties 25.944 5.241 (45) 31.140 31.140 Bedrijfsobligaties 17.329 1.109 (23) 18.415 (20) 18.395 Gestructureerde schuldinstrumenten 50 2 52 (1) 51 Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties 43.323 6.352 (68) 49.607 (21) 49.586 Private equity en durfkapitaal 173 20 (1) 192 192 Aandelen 4.551 1.258 (28) 5.781 (306) 5.475 Overige beleggingen 2 2 2 Voor verkoop beschikbare beleggingen in aandelen en overige beleggingen 4.726 1.278 (29) 5.975 (306) 5.669 Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 48.049 7.630 (97) 55.582 (327) 55.255 Historische/ Bruto Bruto Bijzondere geamortiseerde ongerealiseerde ongerealiseerde Totaal waarde Reële 31 december 2020 kostprijs winsten verliezen bruto verminderingen waarde Overheidsobligaties 26.910 7.392 34.302 34.302 Bedrijfsobligaties 18.083 1.699 (7) 19.775 (22) 19.753 Gestructureerde schuldinstrumenten 49 2 51 51 Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties 45.042 9.093 (7) 54.128 (22) 54.106 Private equity en durfkapitaal 99 19 118 118 Aandelen 4.281 816 (29) 5.068 (314) 4.754 Overige beleggingen 3 3 3 Voor verkoop beschikbare beleggingen in aandelen en overige beleggingen 4.383 835 (29) 5.189 (314) 4.875 Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 49.425 9.928 (36) 59.317 (336) 58.981 Een bedrag van EUR 2.032 miljoen van de voor verkoop beschikbare beleggingen is aangehouden als onderpand (2020: EUR 2.288 miljoen). TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 188 Ageas Jaarverslag 2021 Financiële beleggingen 188 | 240 De samenstelling van de financiële beleggingen is als volgt. 31 december 2021 31 december 2020 Financiële beleggingen - Tot einde looptijd aangehouden 4.351 4.416 - Voor verkoop beschikbaar 55.582 59.317 - Tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 340 297 - Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 6 16 Totaal bruto 60.279 64.046 Bijzondere waardeverminderingen: - op voor verkoop beschikbare beleggingen (327) (336) Totaal bijzondere waardeverminderingen (327) (336) Totaal 59.952 63.710 10.1 Beleggingen tot einde looptijd aangehouden Overheidsobligaties Totaal Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden op 1 januari 2020 4.438 4.438 Einde looptijd (18) (18) Amortisatie (4) (4) Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden op 31 december 2020 4.416 4.416 Einde looptijd (58) (58) Amortisatie (7) (7) Totaal beleggingen tot einde looptijd aangehouden op 31 december 2021 4.351 4.351 Reële waarde op 31 december 2020 7.101 7.101 Reële waarde op 31 december 2021 6.497 6.497 De reële waarde van overheidsobligaties aangemerkt als tot einde looptijd aangehouden beleggingen is gebaseerd op beurskoersen in actieve markten (niveau 1). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 10 Financiële beleggingen 189 | 240 De overheidsobligaties aangemerkt als beleggingen tot einde looptijd aangehouden naar land van uitgifte per 31 december zijn als volgt. 31 december 2021 Historische/geamortiseerde kostprijs Reële waarde Belgische overheid 4.304 6.399 Portugese overheid 47 98 Totaal 4.351 6.497 31 december 2020 Belgische overheid 4.313 6.937 Portugese overheid 103 164 Totaal 4.416 7.101 10.2 Voor verkoop beschikbare beleggingen Historische/ Bruto Bruto Bijzondere geamortiseerde ongerealiseerde ongerealiseerde Totaal waarde Reële 31 december 2021 kostprijs winsten verliezen bruto verminderingen waarde Overheidsobligaties 25.944 5.241 (45) 31.140 31.140 Bedrijfsobligaties 17.329 1.109 (23) 18.415 (20) 18.395 Gestructureerde schuldinstrumenten 50 2 52 (1) 51 Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties 43.323 6.352 (68) 49.607 (21) 49.586 Private equity en durfkapitaal 173 20 (1) 192 192 Aandelen 4.551 1.258 (28) 5.781 (306) 5.475 Overige beleggingen 2 2 2 Voor verkoop beschikbare beleggingen in aandelen en overige beleggingen 4.726 1.278 (29) 5.975 (306) 5.669 Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 48.049 7.630 (97) 55.582 (327) 55.255 Historische/ Bruto Bruto Bijzondere geamortiseerde ongerealiseerde ongerealiseerde Totaal waarde Reële 31 december 2020 kostprijs winsten verliezen bruto verminderingen waarde Overheidsobligaties 26.910 7.392 34.302 34.302 Bedrijfsobligaties 18.083 1.699 (7) 19.775 (22) 19.753 Gestructureerde schuldinstrumenten 49 2 51 51 Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties 45.042 9.093 (7) 54.128 (22) 54.106 Private equity en durfkapitaal 99 19 118 118 Aandelen 4.281 816 (29) 5.068 (314) 4.754 Overige beleggingen 3 3 3 Voor verkoop beschikbare beleggingen in aandelen en overige beleggingen 4.383 835 (29) 5.189 (314) 4.875 Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 49.425 9.928 (36) 59.317 (336) 58.981 Een bedrag van EUR 2.032 miljoen van de voor verkoop beschikbare beleggingen is aangehouden als onderpand (2020: EUR 2.288 miljoen). 189 Ageas Jaarverslag 2021 190 | 240 De waardering van Voor verkoop beschikbare beleggingen is gebaseerd op: Niveau 1: genoteerde prijzen in actieve markten; Niveau 2: waarneembare marktgegevens in actieve markten; Niveau 3: niet-waarneembare gegevens (prijzen van tegenpartijen). 31 december 2021 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Overheidsobligaties 30.589 551 31.140 Bedrijfsobligaties 16.002 1.953 440 18.395 Gestructureerde schuldinstrumenten 51 51 Aandelen, private equity en overige beleggingen 3.186 1.547 936 5.669 Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 49.777 4.102 1.376 55.255 31 december 2020 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Overheidsobligaties 33.900 402 34.302 Bedrijfsobligaties 18.178 1.103 472 19.753 Gestructureerde schuldinstrumenten 8 42 1 51 Aandelen, private equity en overige beleggingen 2.554 1.482 839 4.875 Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 54.640 3.029 1.312 58.981 De veranderingen in niveau 3-waarderingen zijn als volgt. 2021 2020 Stand per 1 januari 1.312 1.282 Einde looptijd/aflossing of terugbetaling over de periode (63) (28) Aankoop 182 126 Opbrengst van verkopen (140) (30) Gerealiseerde winsten (verliezen) 21 Bijzondere waardeverminderingen (3) Ongerealiseerde winsten (verliezen) 67 (36) Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen (2) Stand per 31 december 1.376 1.312 Niveau 3-waarderingen voor private equity en durfkapitaal maken gebruik van reële waarden die worden bekendgemaakt in het geauditeerde financieel verslag van de relevante deelnemingen. Niveau 3-waarderingen voor aandelen en asset-backed securities maken gebruik van de methode van de gedisconteerde kasstromen. Verwachte kasstromen houden rekening met de oorspronkelijke verzekeringstechnische criteria, de kenmerken van de leningnemer (zoals leeftijd en kredietscores), loan-to-value-ratio’s, verwachte schommelingen in de huizenprijzen en verwachte vooruitbetalingsniveaus, enz. De verwachte kasstromen worden gedisconteerd tegen voor risico gecorrigeerde rentes. Marktdeelnemers maken vaak gebruik van dergelijke gedisconteerde kasstroomtechnieken om private equity en durfkapitaal te waarderen. Voor de waardering van deze instrumenten maken wij eveneens tot op zekere hoogte gebruik van deze prijzen. Deze technieken zijn onderhevig aan inherente beperkingen, zoals een schatting van de gepaste voor risico gecorrigeerde disconteringsvoet, en verschillende gegevens en veronderstellingen zouden verschillende resultaten opleveren. De niveau 3-posities zijn met name gevoelig voor een verandering in het niveau van de verwachte toekomstige kasstromen, en dienovereenkomstig varieert hun reële waarde in verhouding tot de veranderingen in deze kasstromen. De veranderingen in de waarde van deze niveau 3-instrumenten worden verantwoord in het overige comprehensive income. Kwantitatieve, niet-waarneembare inputs, welke worden gebruikt bij waarderingen tegen reële waarde, worden niet door de entiteit ontwikkeld. 191 | 240 Overheidsobligaties naar land van uitgifte Historische/ Bruto geamortiseerde Ongerealiseerde Reële 31 december 2021 kostprijs winsten (verliezen) waarde Belgische overheid 10.891 2.203 13.094 Franse overheid 4.689 1.106 5.795 Portugese overheid 2.124 357 2.481 Oostenrijkse overheid 1.722 402 2.124 Spaanse overheid 2.107 287 2.394 Italiaanse overheid 1.159 342 1.501 Duitse overheid 830 235 1.065 Nederlandse overheid 463 58 521 Ierse overheid 332 33 365 Britse overheid 222 13 235 Poolse overheid 274 35 309 Slowaakse overheid 200 44 244 Tsjechische overheid Finse overheid 91 14 105 Verenigde Staten van Amerika: overheid 2 2 Overige overheden 838 67 905 Totaal 25.944 5.196 31.140 Historische/ Bruto geamortiseerde Ongerealiseerde Reële 31 december 2020 Kostprijs winsten (verliezen) waarde Belgische overheid 11.336 3.289 14.625 Franse overheid 4.745 1.515 6.260 Oostenrijkse overheid 2.311 467 2.778 Portugese overheid 2.040 556 2.596 Spaanse overheid 2.021 427 2.448 Italiaanse overheid 1.171 437 1.608 Duitse overheid 859 290 1.149 Nederlandse overheid 497 94 591 Ierse overheid 336 54 390 Britse overheid 190 26 216 Poolse overheid 283 52 335 Slowaakse overheid 159 58 217 Tsjechische overheid 32 32 Finse overheid 91 19 110 Verenigde Staten van Amerika: overheid 2 2 Overige overheden 837 108 945 Totaal 26.910 7.392 34.302 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 190 Ageas Jaarverslag 2021 190 | 240 De waardering van Voor verkoop beschikbare beleggingen is gebaseerd op: Niveau 1: genoteerde prijzen in actieve markten; Niveau 2: waarneembare marktgegevens in actieve markten; Niveau 3: niet-waarneembare gegevens (prijzen van tegenpartijen). 31 december 2021 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Overheidsobligaties 30.589 551 31.140 Bedrijfsobligaties 16.002 1.953 440 18.395 Gestructureerde schuldinstrumenten 51 51 Aandelen, private equity en overige beleggingen 3.186 1.547 936 5.669 Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 49.777 4.102 1.376 55.255 31 december 2020 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Overheidsobligaties 33.900 402 34.302 Bedrijfsobligaties 18.178 1.103 472 19.753 Gestructureerde schuldinstrumenten 8 42 1 51 Aandelen, private equity en overige beleggingen 2.554 1.482 839 4.875 Totaal voor verkoop beschikbare beleggingen 54.640 3.029 1.312 58.981 De veranderingen in niveau 3-waarderingen zijn als volgt. 2021 2020 Stand per 1 januari 1.312 1.282 Einde looptijd/aflossing of terugbetaling over de periode (63) (28) Aankoop 182 126 Opbrengst van verkopen (140) (30) Gerealiseerde winsten (verliezen) 21 Bijzondere waardeverminderingen (3) Ongerealiseerde winsten (verliezen) 67 (36) Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen (2) Stand per 31 december 1.376 1.312 Niveau 3-waarderingen voor private equity en durfkapitaal maken gebruik van reële waarden die worden bekendgemaakt in het geauditeerde financieel verslag van de relevante deelnemingen. Niveau 3-waarderingen voor aandelen en asset-backed securities maken gebruik van de methode van de gedisconteerde kasstromen. Verwachte kasstromen houden rekening met de oorspronkelijke verzekeringstechnische criteria, de kenmerken van de leningnemer (zoals leeftijd en kredietscores), loan-to-value-ratio’s, verwachte schommelingen in de huizenprijzen en verwachte vooruitbetalingsniveaus, enz. De verwachte kasstromen worden gedisconteerd tegen voor risico gecorrigeerde rentes. Marktdeelnemers maken vaak gebruik van dergelijke gedisconteerde kasstroomtechnieken om private equity en durfkapitaal te waarderen. Voor de waardering van deze instrumenten maken wij eveneens tot op zekere hoogte gebruik van deze prijzen. Deze technieken zijn onderhevig aan inherente beperkingen, zoals een schatting van de gepaste voor risico gecorrigeerde disconteringsvoet, en verschillende gegevens en veronderstellingen zouden verschillende resultaten opleveren. De niveau 3-posities zijn met name gevoelig voor een verandering in het niveau van de verwachte toekomstige kasstromen, en dienovereenkomstig varieert hun reële waarde in verhouding tot de veranderingen in deze kasstromen. De veranderingen in de waarde van deze niveau 3-instrumenten worden verantwoord in het overige comprehensive income. Kwantitatieve, niet-waarneembare inputs, welke worden gebruikt bij waarderingen tegen reële waarde, worden niet door de entiteit ontwikkeld. 191 | 240 Overheidsobligaties naar land van uitgifte Historische/ Bruto geamortiseerde Ongerealiseerde Reële 31 december 2021 kostprijs winsten (verliezen) waarde Belgische overheid 10.891 2.203 13.094 Franse overheid 4.689 1.106 5.795 Portugese overheid 2.124 357 2.481 Oostenrijkse overheid 1.722 402 2.124 Spaanse overheid 2.107 287 2.394 Italiaanse overheid 1.159 342 1.501 Duitse overheid 830 235 1.065 Nederlandse overheid 463 58 521 Ierse overheid 332 33 365 Britse overheid 222 13 235 Poolse overheid 274 35 309 Slowaakse overheid 200 44 244 Tsjechische overheid Finse overheid 91 14 105 Verenigde Staten van Amerika: overheid 2 2 Overige overheden 838 67 905 Totaal 25.944 5.196 31.140 Historische/ Bruto geamortiseerde Ongerealiseerde Reële 31 december 2020 Kostprijs winsten (verliezen) waarde Belgische overheid 11.336 3.289 14.625 Franse overheid 4.745 1.515 6.260 Oostenrijkse overheid 2.311 467 2.778 Portugese overheid 2.040 556 2.596 Spaanse overheid 2.021 427 2.448 Italiaanse overheid 1.171 437 1.608 Duitse overheid 859 290 1.149 Nederlandse overheid 497 94 591 Ierse overheid 336 54 390 Britse overheid 190 26 216 Poolse overheid 283 52 335 Slowaakse overheid 159 58 217 Tsjechische overheid 32 32 Finse overheid 91 19 110 Verenigde Staten van Amerika: overheid 2 2 Overige overheden 837 108 945 Totaal 26.910 7.392 34.302 191 Ageas Jaarverslag 2021 192 | 240 De volgende tabel toont de netto ongerealiseerde winsten en verliezen op Voor verkoop beschikbare beleggingen opgenomen in het eigen vermogen. Beleggingen in aandelen en overige beleggingen zijn inclusief private equity en durfkapitaal. 31 december 2021 31 december 2020 Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties Boekwaarde 49.586 54.106 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 6.284 9.086 - Gerelateerde belasting (1.586) (2.300) Shadow accounting (2.251) (4.511) - Gerelateerde belasting 652 1.228 Netto ongerealiseerde winsten en verliezen 3.099 3.503 31 december 2021 31 december 2020 Voor verkoop beschikbare beleggingen in aandelen en overige beleggingen: Boekwaarde 5.669 4.875 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 1.249 806 - Gerelateerde belasting (134) (113) Shadow accounting (756) (531) - Gerelateerde belasting 118 74 Netto ongerealiseerde winsten en verliezen 477 236 De wijzigingen in de bijzondere waardeverminderingen op voor verkoop beschikbare beleggingen zijn. 31 december 2021 31 december 2020 Stand per 1 januari (336) (269) Aan- en verkoop dochterondernemingen 38 Toename bijzondere waardeverminderingen (34) (154) Terugname bij de verkoop/desinvestering 42 49 Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen 1 Stand per 31 december (327) (336) 10.3 Beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 31 december 2021 31 december 2020 Overheidsobligaties Bedrijfsobligaties 134 132 Gestructureerde schuldinstrumenten 3 4 Obligaties 137 136 Aandeleneffecten 36 12 Overige beleggingen 167 149 Aandelen en overige beleggingen 203 161 Totaal beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 340 297 Beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening betreffen voornamelijk beleggingen in verband met de verzekeringsverplichtingen waarvan de kasstromen contractueel of uit hoofde van discretionaire winstdeling zijn gekoppeld aan de resultaatontwikkeling van deze activa en waar in de waardering daarvan mede rekening wordt gehouden met actuele informatie. Hierdoor wordt de kans aanzienlijk verkleind dat er in de verslaglegging een 'mismatch' optreedt door het op verschillende grondslagen berekenen van activa en verplichtingen en de daarmee samenhangende winsten en verliezen. Overige beleggingen, gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies, zijn gerelateerd aan beleggingen in het vastgoedfonds. De nominale waarde van schuldeffecten tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening bedroeg op 31 december 2021 EUR 133 miljoen (31 december 2020: EUR 134 miljoen). 193 | 240 De waardering van beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening is gebaseerd op: Niveau 1 : genoteerde prijzen in actieve markten; Niveau 2 : waarneembare marktgegevens in actieve markten; Niveau 3 : niet-waarneembare gegevens (prijzen van tegenpartijen). De waarderingen per jaareinde zijn als volgt. 31 december 2021 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Overheidsobligaties Bedrijfsobligaties 134 134 Gestructureerde schuldinstrumenten 3 3 Aandeleneffecten 36 36 Overige beleggingen 61 69 37 167 Totaal beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 61 206 73 340 31 december 2020 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Overheidsobligaties Bedrijfsobligaties 130 2 132 Gestructureerde schuldinstrumenten 4 4 Aandeleneffecten 12 12 Overige beleggingen 149 149 Totaal beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 149 134 14 297 10.4 Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten worden gebaseerd op niveau 2 (waarneembare marktgegevens in actieve markten). Zie ook toelichting 27 Derivaten voor nadere details. 10.5 Securities lending In het kader van effectenleenovereenkomsten hebben we derden gemachtigd om bepaalde effecten gedurende een beperkte periode te gebruiken, waarna zij de effecten aan ons retourneren. Gedurende die tijd blijven we inkomsten genereren uit deze effecten. De effecten gelden eveneens als onderpand onder de vorm van “andere effecten met een dekkingsgraad van minimaal 105%”. Aan het einde van het jaar hadden dergelijke overeenkomsten betrekking op een bedrag van EUR 738 miljoen (EUR 1.006 miljoen vorig jaar). 10.6 Belangen in niet-geconsolideerde gestructureerde entiteiten AG Insurance, een dochtermaatschappij van Ageas Groep, houdt notes die een belang vertegenwoordigen (via de ontvangst van aflossingen en rente) in een gestructureerde entiteiten die niet wordt geconsolideerd. De gestructureerde entiteiten beleggen in hypotheek- en leasevorderingen en genereren middelen via de uitgifte van notes of units. Deze gestructureerde notes en units worden opgenomen in Voor verkoop beschikbare beleggingen’. Behoudens de notes en units heeft AG Insurance geen andere belangen in deze gestructureerde entiteiten. De maximale verliesblootstelling van AG Insurance is beperkt tot de boekwaarde van de aangehouden notes of units. De boekwaarde van het belang van AG Insurance in het Fonds van hypotheekleningen bedraagt EUR 410 miljoen per 31 december 2021 (EUR 447 miljoen per 31 december 2020). De boekwaarde van het belang van AG Insurance in door Huuropbrengsten gedekte vorderingen bedraagt EUR 35 miljoen per 31 december 2021 (EUR 22 miljoen per 31 December 2020). De boekwaarde van het belang van AG Insurance in Private Equity bedraagt EUR 27 miljoen per 31 december 2021 (EUR 0 miljoen per 31 december 2020). Het Fonds van hypotheekleningen is volledig eigendom van AG Insurance en de totale activa van de door Huuropbrengsten gedekte vorderingen bedraagt EUR 339 miljoen per 31 december 2021 (EUR 348 miljoen per 31 december 2020). TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 192 Ageas Jaarverslag 2021 192 | 240 De volgende tabel toont de netto ongerealiseerde winsten en verliezen op Voor verkoop beschikbare beleggingen opgenomen in het eigen vermogen. Beleggingen in aandelen en overige beleggingen zijn inclusief private equity en durfkapitaal. 31 december 2021 31 december 2020 Voor verkoop beschikbare beleggingen in obligaties Boekwaarde 49.586 54.106 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 6.284 9.086 - Gerelateerde belasting (1.586) (2.300) Shadow accounting (2.251) (4.511) - Gerelateerde belasting 652 1.228 Netto ongerealiseerde winsten en verliezen 3.099 3.503 31 december 2021 31 december 2020 Voor verkoop beschikbare beleggingen in aandelen en overige beleggingen: Boekwaarde 5.669 4.875 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 1.249 806 - Gerelateerde belasting (134) (113) Shadow accounting (756) (531) - Gerelateerde belasting 118 74 Netto ongerealiseerde winsten en verliezen 477 236 De wijzigingen in de bijzondere waardeverminderingen op voor verkoop beschikbare beleggingen zijn. 31 december 2021 31 december 2020 Stand per 1 januari (336) (269) Aan- en verkoop dochterondernemingen 38 Toename bijzondere waardeverminderingen (34) (154) Terugname bij de verkoop/desinvestering 42 49 Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen 1 Stand per 31 december (327) (336) 10.3 Beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 31 december 2021 31 december 2020 Overheidsobligaties Bedrijfsobligaties 134 132 Gestructureerde schuldinstrumenten 3 4 Obligaties 137 136 Aandeleneffecten 36 12 Overige beleggingen 167 149 Aandelen en overige beleggingen 203 161 Totaal beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 340 297 Beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening betreffen voornamelijk beleggingen in verband met de verzekeringsverplichtingen waarvan de kasstromen contractueel of uit hoofde van discretionaire winstdeling zijn gekoppeld aan de resultaatontwikkeling van deze activa en waar in de waardering daarvan mede rekening wordt gehouden met actuele informatie. Hierdoor wordt de kans aanzienlijk verkleind dat er in de verslaglegging een 'mismatch' optreedt door het op verschillende grondslagen berekenen van activa en verplichtingen en de daarmee samenhangende winsten en verliezen. Overige beleggingen, gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in winst of verlies, zijn gerelateerd aan beleggingen in het vastgoedfonds. De nominale waarde van schuldeffecten tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening bedroeg op 31 december 2021 EUR 133 miljoen (31 december 2020: EUR 134 miljoen). 193 | 240 De waardering van beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening is gebaseerd op: Niveau 1 : genoteerde prijzen in actieve markten; Niveau 2 : waarneembare marktgegevens in actieve markten; Niveau 3 : niet-waarneembare gegevens (prijzen van tegenpartijen). De waarderingen per jaareinde zijn als volgt. 31 december 2021 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Overheidsobligaties Bedrijfsobligaties 134 134 Gestructureerde schuldinstrumenten 3 3 Aandeleneffecten 36 36 Overige beleggingen 61 69 37 167 Totaal beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 61 206 73 340 31 december 2020 Niveau 1 Niveau 2 Niveau 3 Totaal Overheidsobligaties Bedrijfsobligaties 130 2 132 Gestructureerde schuldinstrumenten 4 4 Aandeleneffecten 12 12 Overige beleggingen 149 149 Totaal beleggingen tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 149 134 14 297 10.4 Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten Voor handelsdoeleinden aangehouden derivaten worden gebaseerd op niveau 2 (waarneembare marktgegevens in actieve markten). Zie ook toelichting 27 Derivaten voor nadere details. 10.5 Securities lending In het kader van effectenleenovereenkomsten hebben we derden gemachtigd om bepaalde effecten gedurende een beperkte periode te gebruiken, waarna zij de effecten aan ons retourneren. Gedurende die tijd blijven we inkomsten genereren uit deze effecten. De effecten gelden eveneens als onderpand onder de vorm van “andere effecten met een dekkingsgraad van minimaal 105%”. Aan het einde van het jaar hadden dergelijke overeenkomsten betrekking op een bedrag van EUR 738 miljoen (EUR 1.006 miljoen vorig jaar). 10.6 Belangen in niet-geconsolideerde gestructureerde entiteiten AG Insurance, een dochtermaatschappij van Ageas Groep, houdt notes die een belang vertegenwoordigen (via de ontvangst van aflossingen en rente) in een gestructureerde entiteiten die niet wordt geconsolideerd. De gestructureerde entiteiten beleggen in hypotheek- en leasevorderingen en genereren middelen via de uitgifte van notes of units. Deze gestructureerde notes en units worden opgenomen in Voor verkoop beschikbare beleggingen’. Behoudens de notes en units heeft AG Insurance geen andere belangen in deze gestructureerde entiteiten. De maximale verliesblootstelling van AG Insurance is beperkt tot de boekwaarde van de aangehouden notes of units. De boekwaarde van het belang van AG Insurance in het Fonds van hypotheekleningen bedraagt EUR 410 miljoen per 31 december 2021 (EUR 447 miljoen per 31 december 2020). De boekwaarde van het belang van AG Insurance in door Huuropbrengsten gedekte vorderingen bedraagt EUR 35 miljoen per 31 december 2021 (EUR 22 miljoen per 31 December 2020). De boekwaarde van het belang van AG Insurance in Private Equity bedraagt EUR 27 miljoen per 31 december 2021 (EUR 0 miljoen per 31 december 2020). Het Fonds van hypotheekleningen is volledig eigendom van AG Insurance en de totale activa van de door Huuropbrengsten gedekte vorderingen bedraagt EUR 339 miljoen per 31 december 2021 (EUR 348 miljoen per 31 december 2020). 193 Ageas Jaarverslag 2021 194 | 240 Beleggingen in vastgoed hebben met name betrekking op kantoren en winkelpanden. 31 december 2021 31 december 2020 Vastgoedbeleggingen 3.120 2.891 Bijzondere waardeverminderingen (3) (2) Totaal vastgoedbeleggingen 3.117 2.889 2021 2020 Kostprijs per 1 januari 3.661 3.338 Wijziging in grondslagen van de financiële verslaggeving Aan- en verkoop dochterondernemingen 35 33 Toevoegingen/aankopen 303 496 Verbeteringen 74 61 Verkopen (100) (235) Overboeking van (naar) materiële vaste activa (1) Wisselkoersverschillen Overige (43) (31) Kostprijs per 31 december 3.930 3.661 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (770) (730) Aan- en verkoop dochterondernemingen Afschrijvingen (97) (94) Terugname afschrijving door desinvesteringen 32 46 Overboeking van (naar) materiële vaste activa 1 Overige 25 7 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (810) (770) Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (2) (5) Aan- en verkoop van dochterondernemingen Toename bijzondere waardeverminderingen (1) Terugname van bijzondere waardeverminderingen Terugname bijzondere waardeverminderingen door desinvesteringen 4 Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (3) (2) Netto vastgoedbeleggingen per 31 december 3.117 2.889 Per 31 december 2021 en 31 december 2020 was er geen onroerend als zekerheid gesteld (zie ook toelichting 21 Leningen). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 11 Vastgoedbeleggingen 195 | 240 Jaarlijkse waarderingsbepalingen, waarbij de onafhankelijke taxaties elke drie jaar veranderen, behelzen bijna alle vastgoedbeleggingen. Reële waarden (niveau 3) zijn gebaseerd op niet-observeerbare marktgegevens en/of verdisconteerde kasstromen. Verwachte kasstromen uit vastgoed houden rekening met verwachte groeipercentages van huurinkomsten, periodes van leegstand, bezettingsgraad en lease-incentives zoals huurvrije perioden en andere kosten die niet worden betaald door huurders. De verwachte netto-kasstromen worden verdisconteerd aan de hand van op risico aangepaste disconteringsvoet. Om de disconteringsvoet te bepalen, wordt met een aantal factoren rekening gehouden, zoals de kwaliteit van het gebouw en zijn locatie (toplocatie vs. secundaire locatie), kredietkwaliteit van de huurder en huurvoorwaarden. Voor ontwikkelingsvastgoed (dus in opbouw) wordt de reële waarde bepaald op de kostprijs tot het vastgoed in gebruik is genomen. 31 december 2021 31 december 2020 Reële waarden gebaseerd op marktinformatie 483 302 Reële waarden gebaseerd op onafhankelijke waardering 3.823 3.797 Totaal reële waarde van vastgoedbeleggingen 4.306 4.099 Totale boekwaarde (inclusief leaseverplichting) 3.057 2.829 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 1.249 1.270 Ongerealiseerde winsten (verliezen) polishouders (40) (36) Belasting (342) (344) Netto ongerealiseerd(e) winst/verlies (niet opgenomen in eigen vermogen) 867 890 Vastgoed verhuurd op basis van operationele lease Ageas verhuurt bepaalde activa (voornamelijk vastgoed voor beleggingsdoeleinden) aan externe partijen op basis van operationele leaseovereenkomsten. De toekomstige minimale leasetermijnen inzake niet-opzegbare overeenkomsten bedragen per 31 december: 2021 2020 Tot 3 maanden 51 52 3 maanden tot 1 jaar 145 147 1 jaar tot 2 jaar 167 162 2 jaar tot 3 jaar 134 140 3 jaar tot 4 jaar 110 111 4 jaar tot 5 jaar 101 94 Langer dan 5 jaar 630 677 Totaal niet verdisconteerde te ontvangen leasebetalingen 1.338 1.383 Een bedrag van EUR 66 miljoen in 2021 van de totale minimumbetalingen te ontvangen via niet-opzegbare leaseovereenkomsten houdt verband met terreinen, gebouwen en uitrusting (2020: EUR 80 miljoen). De rest heeft betrekking op vastgoedbeleggingen. TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 194 Ageas Jaarverslag 2021 Vastgoedbeleggingen 194 | 240 Beleggingen in vastgoed hebben met name betrekking op kantoren en winkelpanden. 31 december 2021 31 december 2020 Vastgoedbeleggingen 3.120 2.891 Bijzondere waardeverminderingen (3) (2) Totaal vastgoedbeleggingen 3.117 2.889 2021 2020 Kostprijs per 1 januari 3.661 3.338 Wijziging in grondslagen van de financiële verslaggeving Aan- en verkoop dochterondernemingen 35 33 Toevoegingen/aankopen 303 496 Verbeteringen 74 61 Verkopen (100) (235) Overboeking van (naar) materiële vaste activa (1) Wisselkoersverschillen Overige (43) (31) Kostprijs per 31 december 3.930 3.661 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (770) (730) Aan- en verkoop dochterondernemingen Afschrijvingen (97) (94) Terugname afschrijving door desinvesteringen 32 46 Overboeking van (naar) materiële vaste activa 1 Overige 25 7 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (810) (770) Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (2) (5) Aan- en verkoop van dochterondernemingen Toename bijzondere waardeverminderingen (1) Terugname van bijzondere waardeverminderingen Terugname bijzondere waardeverminderingen door desinvesteringen 4 Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (3) (2) Netto vastgoedbeleggingen per 31 december 3.117 2.889 Per 31 december 2021 en 31 december 2020 was er geen onroerend als zekerheid gesteld (zie ook toelichting 21 Leningen). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 11 Vastgoedbeleggingen 195 | 240 Jaarlijkse waarderingsbepalingen, waarbij de onafhankelijke taxaties elke drie jaar veranderen, behelzen bijna alle vastgoedbeleggingen. Reële waarden (niveau 3) zijn gebaseerd op niet-observeerbare marktgegevens en/of verdisconteerde kasstromen. Verwachte kasstromen uit vastgoed houden rekening met verwachte groeipercentages van huurinkomsten, periodes van leegstand, bezettingsgraad en lease-incentives zoals huurvrije perioden en andere kosten die niet worden betaald door huurders. De verwachte netto-kasstromen worden verdisconteerd aan de hand van op risico aangepaste disconteringsvoet. Om de disconteringsvoet te bepalen, wordt met een aantal factoren rekening gehouden, zoals de kwaliteit van het gebouw en zijn locatie (toplocatie vs. secundaire locatie), kredietkwaliteit van de huurder en huurvoorwaarden. Voor ontwikkelingsvastgoed (dus in opbouw) wordt de reële waarde bepaald op de kostprijs tot het vastgoed in gebruik is genomen. 31 december 2021 31 december 2020 Reële waarden gebaseerd op marktinformatie 483 302 Reële waarden gebaseerd op onafhankelijke waardering 3.823 3.797 Totaal reële waarde van vastgoedbeleggingen 4.306 4.099 Totale boekwaarde (inclusief leaseverplichting) 3.057 2.829 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 1.249 1.270 Ongerealiseerde winsten (verliezen) polishouders (40) (36) Belasting (342) (344) Netto ongerealiseerd(e) winst/verlies (niet opgenomen in eigen vermogen) 867 890 Vastgoed verhuurd op basis van operationele lease Ageas verhuurt bepaalde activa (voornamelijk vastgoed voor beleggingsdoeleinden) aan externe partijen op basis van operationele leaseovereenkomsten. De toekomstige minimale leasetermijnen inzake niet-opzegbare overeenkomsten bedragen per 31 december: 2021 2020 Tot 3 maanden 51 52 3 maanden tot 1 jaar 145 147 1 jaar tot 2 jaar 167 162 2 jaar tot 3 jaar 134 140 3 jaar tot 4 jaar 110 111 4 jaar tot 5 jaar 101 94 Langer dan 5 jaar 630 677 Totaal niet verdisconteerde te ontvangen leasebetalingen 1.338 1.383 Een bedrag van EUR 66 miljoen in 2021 van de totale minimumbetalingen te ontvangen via niet-opzegbare leaseovereenkomsten houdt verband met terreinen, gebouwen en uitrusting (2020: EUR 80 miljoen). De rest heeft betrekking op vastgoedbeleggingen. 195 Ageas Jaarverslag 2021 196 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Overheid en officiële instellingen 5.120 5.110 Commerciële leningen 6.984 5.970 Hypothecaire leningen 1.175 1.179 Polisbeleningen 527 462 Rentedragende deposito's 390 340 Leningen aan banken 325 366 Totaal 14.521 13.427 Verminderd met bijzondere waardeverminderingen (29) (29) Totaal leningen 14.492 13.398 12.1 Commerciële leningen 31 december 2021 31 december 2020 Vastgoed 459 367 Infrastructuur 1.624 1.280 Zakelijke 4.705 4.098 Financiële leasevorderingen 163 165 Overige 33 60 Totaal commerciële leningen 6.984 5.970 Ageas heeft kredietlijnen verstrekt voor een totaalbedrag van EUR 1.024 miljoen (31 december 2020: EUR 982 miljoen). 12.2 Looptijden Leasing Financiële leasevorderingen 31 december 2021 31 december 2020 Minder dan 1 jaar 3 3 1 jaar tot 3 jaar 7 5 3 jaar tot 5 jaar 25 5 Langer dan 5 jaar 128 152 Totaal financiële leasevorderingen 163 165 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 12 Leningen 197 | 240 12.3 Onderpand op leningen De volgende tabel geeft een overzicht van de ontvangen onderpanden en garanties als afdekking voor leningen. Totaal kredietrisico op leningen 2021 2020 Boekwaarde 14.492 13.398 Ontvangen onderpanden Financiële instrumenten 386 373 Materiële vaste activa 1.999 2.076 Overige onderpand en garanties 104 98 Niet gegarandeerd uitstaand bedrag 12.003 10.851 Meerwaarde onderpand t.o.v. kredietrisico (1) 919 1.001 (1) Het bedrag aan ontvangen onderpanden en garanties dat hoger is dan het kredietrisico heeft betrekking op leningen waarvoor de zekerheden hoger zijn dan de onderliggende individuele lening. 12.4 Bijzondere waardevermindering op leningen Specifiek 2021 Specifiek 2020 kredietrisico IBNR kredietrisico IBNR Stand per 1 januari 26 4 27 1 Toename bijzondere waardeverminderingen 2 2 3 Terugname bijzondere waardeverminderingen (2) (2) Afschrijvingen van oninbare leningen (1) (1) Stand per 31 december 25 4 26 4 De volgende tabel geeft een overzicht van de ontvangen onderpanden en garanties als afdekking voor leningen die onderhevig zijn aan bijzondere waardeverminderingen. Totaal uitstaand bedrag aan leningen onderhevig aan bijzondere waardeverminderingen 2021 2020 Uitstaand met bijzondere waardeverminderingen 43 48 Ontvangen onderpanden Materiële vaste activa 30 44 Meerwaarde onderpand en garanties t.o.v. bijzondere waardeverminderingen (1) 8 17 (1) Het bedrag aan ontvangen onderpanden en garanties dat hoger is dan het kredietrisico heeft betrekking op leningen waarvoor de zekerheden hoger zijn dan de onderliggende individuele lening. Belangen in niet-geconsolideerde gestructureerde entiteiten AG Insurance houdt, samen met Ageas France, Ageas Portugal en Ageas Reinsurance notes die een belang vertegenwoordigen (via de ontvangst van aflossingen en rente) in gestructureerde entiteiten die niet worden geconsolideerd. De gestructureerde entiteiten beleggen in hypotheekvorderingen en genereren middelen via de uitgifte van notes. Behoudens de notes hebben AG Insurance, Ageas France, Ageas Reinsurance en Ageas Portugal geen andere belangen in deze gestructureerde entiteiten. De maximale verliesblootstelling van AG Insurance, Ageas France, Ageas Reinsurance en Ageas Portugal is beperkt tot de boekwaarde van de aangehouden notes (EUR 2.355 miljoen per 31 december 2021 en EUR 2.298 miljoen per 31 december 2020). TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 196 Ageas Jaarverslag 2021 Leningen 196 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Overheid en officiële instellingen 5.120 5.110 Commerciële leningen 6.984 5.970 Hypothecaire leningen 1.175 1.179 Polisbeleningen 527 462 Rentedragende deposito's 390 340 Leningen aan banken 325 366 Totaal 14.521 13.427 Verminderd met bijzondere waardeverminderingen (29) (29) Totaal leningen 14.492 13.398 12.1 Commerciële leningen 31 december 2021 31 december 2020 Vastgoed 459 367 Infrastructuur 1.624 1.280 Zakelijke 4.705 4.098 Financiële leasevorderingen 163 165 Overige 33 60 Totaal commerciële leningen 6.984 5.970 Ageas heeft kredietlijnen verstrekt voor een totaalbedrag van EUR 1.024 miljoen (31 december 2020: EUR 982 miljoen). 12.2 Looptijden Leasing Financiële leasevorderingen 31 december 2021 31 december 2020 Minder dan 1 jaar 3 3 1 jaar tot 3 jaar 7 5 3 jaar tot 5 jaar 25 5 Langer dan 5 jaar 128 152 Totaal financiële leasevorderingen 163 165 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 12 Leningen 197 | 240 12.3 Onderpand op leningen De volgende tabel geeft een overzicht van de ontvangen onderpanden en garanties als afdekking voor leningen. Totaal kredietrisico op leningen 2021 2020 Boekwaarde 14.492 13.398 Ontvangen onderpanden Financiële instrumenten 386 373 Materiële vaste activa 1.999 2.076 Overige onderpand en garanties 104 98 Niet gegarandeerd uitstaand bedrag 12.003 10.851 Meerwaarde onderpand t.o.v. kredietrisico (1) 919 1.001 (1) Het bedrag aan ontvangen onderpanden en garanties dat hoger is dan het kredietrisico heeft betrekking op leningen waarvoor de zekerheden hoger zijn dan de onderliggende individuele lening. 12.4 Bijzondere waardevermindering op leningen Specifiek 2021 Specifiek 2020 kredietrisico IBNR kredietrisico IBNR Stand per 1 januari 26 4 27 1 Toename bijzondere waardeverminderingen 2 2 3 Terugname bijzondere waardeverminderingen (2) (2) Afschrijvingen van oninbare leningen (1) (1) Stand per 31 december 25 4 26 4 De volgende tabel geeft een overzicht van de ontvangen onderpanden en garanties als afdekking voor leningen die onderhevig zijn aan bijzondere waardeverminderingen. Totaal uitstaand bedrag aan leningen onderhevig aan bijzondere waardeverminderingen 2021 2020 Uitstaand met bijzondere waardeverminderingen 43 48 Ontvangen onderpanden Materiële vaste activa 30 44 Meerwaarde onderpand en garanties t.o.v. bijzondere waardeverminderingen (1) 8 17 (1) Het bedrag aan ontvangen onderpanden en garanties dat hoger is dan het kredietrisico heeft betrekking op leningen waarvoor de zekerheden hoger zijn dan de onderliggende individuele lening. Belangen in niet-geconsolideerde gestructureerde entiteiten AG Insurance houdt, samen met Ageas France, Ageas Portugal en Ageas Reinsurance notes die een belang vertegenwoordigen (via de ontvangst van aflossingen en rente) in gestructureerde entiteiten die niet worden geconsolideerd. De gestructureerde entiteiten beleggen in hypotheekvorderingen en genereren middelen via de uitgifte van notes. Behoudens de notes hebben AG Insurance, Ageas France, Ageas Reinsurance en Ageas Portugal geen andere belangen in deze gestructureerde entiteiten. De maximale verliesblootstelling van AG Insurance, Ageas France, Ageas Reinsurance en Ageas Portugal is beperkt tot de boekwaarde van de aangehouden notes (EUR 2.355 miljoen per 31 december 2021 en EUR 2.298 miljoen per 31 december 2020). 197 Ageas Jaarverslag 2021 198 | 240 De volgende tabel geeft overzicht van de belangrijkste beleggingen in geassocieerde ondernemingen en joint ventures. Het percentage belang kan variëren als er in een land verschillende geassocieerde ondernemingen en joint ventures zijn waarin de Groep een onderscheiden percentage van het aandelenkapitaal in bezit heeft. % 2021 2020 belang Boekwaarde Boekwaarde Geassocieerde ondernemingen en joint ventures Taiping Holdings China 12,00% - 24,90% 2.529 2.078 Muang Thai Group Holding Thailand 7,83% - 30,87% 1.072 1.271 Maybank Ageas Holding Berhad Maleisië 30,95% 510 462 Taiping Reinsurance Company Limited China 24,99% 328 327 CCN België 50,00% 52 6 AgeSA Turkije 40,00% 98 Aksigorta Turkije 36,00% 44 67 DTHP België 33,00% 63 64 East West Ageas Life Filipijnen 50,00% 54 54 Pleyel België 56,50% 25 29 Ageas Federal Life Insurance Company India 49,00% 90 88 Royal Sundaram General Insurance Company Limited India 40,00% 207 181 EPB NV (Eurocommercial properties) België 25,60% 51 51 MB Ageas Life JSC Vietnam 32,09% 21 17 Royal Park Investments België 44,71% 1 4 Overige 183 236 Totaal 5.328 4.929 De toename in de boekwaarde van CCN houdt verband met de bijkomende verwerving van een belang van 45% in 2021 (zie toelichting 3 Overnames en desinvesteringen voor nadere details). AgeSA (voorheen AvivaSA) werd in mei 2021 verworven door Ageas Group (zie toelichting 3 Overnames en desinvesteringen voor nadere details). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 13 Investeringen volgens de equity-methode 199 | 240 Hieronder wordt een overzicht gegeven van de investeringen volgens de equity-methode. Aandeel in eigen Aandeel in Totale Totale Eigen vermogen van Totale Totale Netto- resultaat van activa passiva vermogen deelnemingen baten lasten resultaat deelnemingen (100% (100% (100% en joint ventures (100% (100% (100% en joint ventures Ontvangen 2021 belang) belang) belang) (Ageas deel) belang) belang) belang) (Ageas deel) dividend Taiping Holdings 118.344 108.055 10.289 2.525 24.424 (23.277) 1.147 283 160 Muang Thai Group Holding 17.973 14.444 3.529 1.039 2.666 (2.398) 268 80 9 Maybank Ageas Holding Berhad 9.873 8.292 1.581 489 1.829 (1.659) 170 53 16 Taiping Reinsurance Co. Limited 7.183 6.068 1.115 279 1.908 (1.900) 8 2 CCN 121 17 104 52 2 (3) (1) (1) AgeSA 614 413 201 80 185 (158) 27 11 DTHP 860 670 190 63 58 (80) (22) (7) East West Ageas Life 251 143 108 54 75 (84) (9) (5) Pleyel 249 83 166 25 3 (11) (8) (5) Aksigorta 438 368 70 26 318 (288) 30 11 14 Ageas Federal Life Insurance Co. 1.740 1.583 157 77 400 (391) 9 4 6 Royal Sundaram General Insurance Company Limited 968 777 191 77 321 (300) 21 9 EPB NV (Eurocommercial properties) 542 342 200 51 31 (29) 2 1 MB Ageas Life JSC 278 212 66 21 224 (215) 9 3 Royal Park Investments 7 7 1 1 1 Bijbehorende goodwill 286 Overige 183 24 13 Totaal 5.328 464 219 Aandeel in eigen Aandeel in Totale Totale Eigen vermogen van Totale Totale Netto- resultaat van activa passiva vermogen deelnemingen baten lasten resultaat deelnemingen (100% (100% (100% en joint ventures (100% (100% (100% en joint ventures Ontvangen 2020 belang) belang) belang) (Ageas deel) belang) belang) belang) (Ageas deel) dividend Taiping Holdings 91.751 83.288 8.463 2.075 21.435 (20.577) 858 213 113 Muang Thai Group Holding 17.876 13.708 4.168 1.237 2.625 (2.549) 76 23 9 Maybank Ageas Holding Berhad 8.642 7.213 1.429 442 2.301 (2.157) 144 45 17 Taiping Reinsurance Co. Limited 5.972 4.784 1.188 297 236 (231) 5 1 BG1 10 (8) 2 1 Tesco Insurance Ltd 221 (193) 28 14 8 DTHP 801 606 195 64 60 (80) (20) (6) East West Ageas Life 196 88 108 54 50 (62) (12) (6) Pleyel 250 76 174 29 3 (10) (7) (4) Aksigorta 621 519 102 37 375 (329) 46 16 11 Ageas Federal Life Insurance Co. 1.427 1.313 114 56 396 (383) 13 3 1 Royal Sundaram General Insurance Company Limited 819 673 146 59 313 (285) 28 11 EPB NV (Eurocommercial properties) 555 358 197 51 33 (33) MB Ageas Life JSC 153 100 53 17 141 (128) 13 4 Royal Park Investments 8 8 4 5 (2) 4 1 2 Bijbehorende goodwill 271 Overige 236 12 16 Totaal 4.929 328 177 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 198 Ageas Jaarverslag 2021 Investeringen volgens de equity-methode 198 | 240 De volgende tabel geeft overzicht van de belangrijkste beleggingen in geassocieerde ondernemingen en joint ventures. Het percentage belang kan variëren als er in een land verschillende geassocieerde ondernemingen en joint ventures zijn waarin de Groep een onderscheiden percentage van het aandelenkapitaal in bezit heeft. % 2021 2020 belang Boekwaarde Boekwaarde Geassocieerde ondernemingen en joint ventures Taiping Holdings China 12,00% - 24,90% 2.529 2.078 Muang Thai Group Holding Thailand 7,83% - 30,87% 1.072 1.271 Maybank Ageas Holding Berhad Maleisië 30,95% 510 462 Taiping Reinsurance Company Limited China 24,99% 328 327 CCN België 50,00% 52 6 AgeSA Turkije 40,00% 98 Aksigorta Turkije 36,00% 44 67 DTHP België 33,00% 63 64 East West Ageas Life Filipijnen 50,00% 54 54 Pleyel België 56,50% 25 29 Ageas Federal Life Insurance Company India 49,00% 90 88 Royal Sundaram General Insurance Company Limited India 40,00% 207 181 EPB NV (Eurocommercial properties) België 25,60% 51 51 MB Ageas Life JSC Vietnam 32,09% 21 17 Royal Park Investments België 44,71% 1 4 Overige 183 236 Totaal 5.328 4.929 De toename in de boekwaarde van CCN houdt verband met de bijkomende verwerving van een belang van 45% in 2021 (zie toelichting 3 Overnames en desinvesteringen voor nadere details). AgeSA (voorheen AvivaSA) werd in mei 2021 verworven door Ageas Group (zie toelichting 3 Overnames en desinvesteringen voor nadere details). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 13 Investeringen volgens de equity-methode 199 | 240 Hieronder wordt een overzicht gegeven van de investeringen volgens de equity-methode. Aandeel in eigen Aandeel in Totale Totale Eigen vermogen van Totale Totale Netto- resultaat van activa passiva vermogen deelnemingen baten lasten resultaat deelnemingen (100% (100% (100% en joint ventures (100% (100% (100% en joint ventures Ontvangen 2021 belang) belang) belang) (Ageas deel) belang) belang) belang) (Ageas deel) dividend Taiping Holdings 118.344 108.055 10.289 2.525 24.424 (23.277) 1.147 283 160 Muang Thai Group Holding 17.973 14.444 3.529 1.039 2.666 (2.398) 268 80 9 Maybank Ageas Holding Berhad 9.873 8.292 1.581 489 1.829 (1.659) 170 53 16 Taiping Reinsurance Co. Limited 7.183 6.068 1.115 279 1.908 (1.900) 8 2 CCN 121 17 104 52 2 (3) (1) (1) AgeSA 614 413 201 80 185 (158) 27 11 DTHP 860 670 190 63 58 (80) (22) (7) East West Ageas Life 251 143 108 54 75 (84) (9) (5) Pleyel 249 83 166 25 3 (11) (8) (5) Aksigorta 438 368 70 26 318 (288) 30 11 14 Ageas Federal Life Insurance Co. 1.740 1.583 157 77 400 (391) 9 4 6 Royal Sundaram General Insurance Company Limited 968 777 191 77 321 (300) 21 9 EPB NV (Eurocommercial properties) 542 342 200 51 31 (29) 2 1 MB Ageas Life JSC 278 212 66 21 224 (215) 9 3 Royal Park Investments 7 7 1 1 1 Bijbehorende goodwill 286 Overige 183 24 13 Totaal 5.328 464 219 Aandeel in eigen Aandeel in Totale Totale Eigen vermogen van Totale Totale Netto- resultaat van activa passiva vermogen deelnemingen baten lasten resultaat deelnemingen (100% (100% (100% en joint ventures (100% (100% (100% en joint ventures Ontvangen 2020 belang) belang) belang) (Ageas deel) belang) belang) belang) (Ageas deel) dividend Taiping Holdings 91.751 83.288 8.463 2.075 21.435 (20.577) 858 213 113 Muang Thai Group Holding 17.876 13.708 4.168 1.237 2.625 (2.549) 76 23 9 Maybank Ageas Holding Berhad 8.642 7.213 1.429 442 2.301 (2.157) 144 45 17 Taiping Reinsurance Co. Limited 5.972 4.784 1.188 297 236 (231) 5 1 BG1 10 (8) 2 1 Tesco Insurance Ltd 221 (193) 28 14 8 DTHP 801 606 195 64 60 (80) (20) (6) East West Ageas Life 196 88 108 54 50 (62) (12) (6) Pleyel 250 76 174 29 3 (10) (7) (4) Aksigorta 621 519 102 37 375 (329) 46 16 11 Ageas Federal Life Insurance Co. 1.427 1.313 114 56 396 (383) 13 3 1 Royal Sundaram General Insurance Company Limited 819 673 146 59 313 (285) 28 11 EPB NV (Eurocommercial properties) 555 358 197 51 33 (33) MB Ageas Life JSC 153 100 53 17 141 (128) 13 4 Royal Park Investments 8 8 4 5 (2) 4 1 2 Bijbehorende goodwill 271 Overige 236 12 16 Totaal 4.929 328 177 199 Ageas Jaarverslag 2021 200 | 240 Deelnemingen en joint ventures zijn onderworpen aan de dividendbeperkingen uit hoofde van vereisten ten aanzien van minimumvermogen en solvabiliteit die worden gesteld door de lokale toezichthouders in de landen waar deze deelnemingen opereren. Dividendbetalingen van deelnemingen worden soms onderworpen aan afspraken met aandeelhouders met de partners in de onderneming. In sommige situaties is consensus tussen de aandeelhouders vereist voordat het dividend wordt aangekondigd. Daarnaast kunnen afspraken met aandeelhouders (gerelateerd aan partijen die een belang hebben in een onderneming waarin Ageas een minderheidsbelang heeft) onder andere zijn: specifieke bepalingen over stemrechten of de uitkering van dividend; gesloten periodes waarin alle partijen in het bezit van aandelen vóór een bepaalde periode geen aandelen mogen verkopen tenzij met toestemming van de andere betrokken partijen; optie tot (door)verkoop aan de andere bij de overeenkomst betrokken partij(en), inclusief de onderliggende methode die voor de waardering van de aandelen wordt gehanteerd; ‘earn out’-mechanisme waarbij de oorspronkelijke verkoper van de aandelen additionele opbrengsten ontvangt indien bepaalde doelstellingen worden gerealiseerd; exclusiviteitsbepalingen of niet-concurrentiebedingen in verband met de verkoop van verzekeringsproducten. Royal Park Investments Na de verkoop van de activa en de afwikkeling van de verplichtingen, blijft de overblijvende activiteit van RPI voornamelijk beperkt tot de afwikkeling van rechtszaken tegen een aantal Amerikaanse financiële instellingen. 201 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Aandeel herverzekeraars in verplichtingen voor verzekerings- en beleggingscontracten 801 720 Vorderingen op polishouders 409 353 Vorderingen inzake commissiebaten 110 108 Vorderingen op tussenpersonen 379 337 Vorderingen uit hoofde van herverzekering 136 31 Overige 366 466 Totaal bruto 2.201 2.015 Bijzondere waardeverminderingen (52) (54) Totaal netto 2.149 1.961 Onder ‘Overige’ vallen BTW en andere indirecte belastingen, alsook de vooruitbetaling van EUR 109 miljoen (31 december 2020: EUR 215 miljoen) aan de Stichting Forsettlement (zie toelichting 25 Voorzieningen). Verloop van de bijzondere waardeverminderingen op herverzekering en overige vorderingen 2021 2020 Stand per 1 januari 54 49 Toename bijzondere waardeverminderingen 8 17 Terugname bijzondere waardeverminderingen (5) (2) Afschrijvingen van niet-inbare bedragen (4) (10) Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen (1) Stand per 31 december 52 54 In 2020, hielden de toenames in bijzondere waardeverminderingen en afboekingen van oninbare bedragen verband met Covid-19-gerelateerde huurvorderingen die Ageas heeft afgeschreven voor de huur van winkelvastgoed en kantoorgebouwen. Verloop in het aandeel herverzekeraars in verplichtingen voor verzekerings- en beleggingscontracten 2021 2020 Stand per 1 januari 720 729 Wijziging verplichtingen huidig jaar 179 104 Wijzigingen in de verplichtingen voor voorgaande jaren (19) (54) Betaalde schaden huidig jaar (42) (28) Betaalde schaden voorgaande jaren (39) (72) Overige netto-toevoegingen via de resultatenrekening (17) 59 Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen 19 (18) Stand per 31 december 801 720 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 14 Herverzekering en overige vorderingen TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 200 Ageas Jaarverslag 2021 200 | 240 Deelnemingen en joint ventures zijn onderworpen aan de dividendbeperkingen uit hoofde van vereisten ten aanzien van minimumvermogen en solvabiliteit die worden gesteld door de lokale toezichthouders in de landen waar deze deelnemingen opereren. Dividendbetalingen van deelnemingen worden soms onderworpen aan afspraken met aandeelhouders met de partners in de onderneming. In sommige situaties is consensus tussen de aandeelhouders vereist voordat het dividend wordt aangekondigd. Daarnaast kunnen afspraken met aandeelhouders (gerelateerd aan partijen die een belang hebben in een onderneming waarin Ageas een minderheidsbelang heeft) onder andere zijn: specifieke bepalingen over stemrechten of de uitkering van dividend; gesloten periodes waarin alle partijen in het bezit van aandelen vóór een bepaalde periode geen aandelen mogen verkopen tenzij met toestemming van de andere betrokken partijen; optie tot (door)verkoop aan de andere bij de overeenkomst betrokken partij(en), inclusief de onderliggende methode die voor de waardering van de aandelen wordt gehanteerd; ‘earn out’-mechanisme waarbij de oorspronkelijke verkoper van de aandelen additionele opbrengsten ontvangt indien bepaalde doelstellingen worden gerealiseerd; exclusiviteitsbepalingen of niet-concurrentiebedingen in verband met de verkoop van verzekeringsproducten. Royal Park Investments Na de verkoop van de activa en de afwikkeling van de verplichtingen, blijft de overblijvende activiteit van RPI voornamelijk beperkt tot de afwikkeling van rechtszaken tegen een aantal Amerikaanse financiële instellingen. 201 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Aandeel herverzekeraars in verplichtingen voor verzekerings- en beleggingscontracten 801 720 Vorderingen op polishouders 409 353 Vorderingen inzake commissiebaten 110 108 Vorderingen op tussenpersonen 379 337 Vorderingen uit hoofde van herverzekering 136 31 Overige 366 466 Totaal bruto 2.201 2.015 Bijzondere waardeverminderingen (52) (54) Totaal netto 2.149 1.961 Onder ‘Overige’ vallen BTW en andere indirecte belastingen, alsook de vooruitbetaling van EUR 109 miljoen (31 december 2020: EUR 215 miljoen) aan de Stichting Forsettlement (zie toelichting 25 Voorzieningen). Verloop van de bijzondere waardeverminderingen op herverzekering en overige vorderingen 2021 2020 Stand per 1 januari 54 49 Toename bijzondere waardeverminderingen 8 17 Terugname bijzondere waardeverminderingen (5) (2) Afschrijvingen van niet-inbare bedragen (4) (10) Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen (1) Stand per 31 december 52 54 In 2020, hielden de toenames in bijzondere waardeverminderingen en afboekingen van oninbare bedragen verband met Covid-19-gerelateerde huurvorderingen die Ageas heeft afgeschreven voor de huur van winkelvastgoed en kantoorgebouwen. Verloop in het aandeel herverzekeraars in verplichtingen voor verzekerings- en beleggingscontracten 2021 2020 Stand per 1 januari 720 729 Wijziging verplichtingen huidig jaar 179 104 Wijzigingen in de verplichtingen voor voorgaande jaren (19) (54) Betaalde schaden huidig jaar (42) (28) Betaalde schaden voorgaande jaren (39) (72) Overige netto-toevoegingen via de resultatenrekening (17) 59 Omrekeningsverschillen en overige aanpassingen 19 (18) Stand per 31 december 801 720 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 14 Herverzekering en overige vorderingen 201 Ageas Jaarverslag 2021 Herverzekering en overige vorderingen 202 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Overlopende acquisitiekosten 418 408 Overlopende overige kosten 114 96 Overlopende baten 1.000 1.043 Derivaten gehouden voor afdekkingsdoeleinden 34 3 Vastgoed aangehouden voor verkoop 323 228 Activa voor plannen met vaste toezeggingen 81 45 Overige 69 63 Totaal bruto 2.039 1.886 Bijzondere waardeverminderingen (1) Totaal netto 2.039 1.885 Overlopende baten betreffen met name overlopende renteopbrengsten op overheidsobligaties (2021: EUR 657 miljoen; 2020: EUR 676 miljoen), bedrijfsobligaties (2021: EUR 212 miljoen; 2020: EUR 234 miljoen). Overlopende acquisitiekosten 2021 2020 Stand per 1 januari 408 425 Geactiveerde overlopende acquisitiekosten 419 417 Afschrijvingen (419) (423) Overige aankopen en verkopen van activiteiten (2) Overige aanpassingen inclusief omrekeningsverschillen 12 (10) Stand per 31 december 418 408 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 15 Overlopende rente en overige activa 203 | 240 Tot materiële vaste activa behoren kantoorgebouwen en openbare parkeergarages. 31 december 2021 31 december 2020 Parkeergarages 1.383 1.461 Terreinen en gebouwen voor eigen gebruik 209 217 Verbeteringen aan gehuurde objecten 28 28 Apparatuur, motorvoertuigen en IT-apparatuur 112 121 Gebouwen in aanbouw Totaal 1.732 1.827 Terreinen en gebouwen voor Apparatuur eigen gebruik en motorvoertuigen parkeergarages en IT-apparatuur Geleased Geleased 2021 In eigendom (gebruiksrecht) In eigendom (gebruiksrecht) Kostprijs per 1 januari 1.938 613 346 40 Toevoegingen 24 47 21 14 Terugname door desinvesteringen (18) (17) (33) (7) Wisselkoersverschillen en overige (45) (2) Kostprijs per 31 december 1.899 641 334 47 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (738) (124) (247) (17) Afschrijvingen (40) (63) (30) (11) Terugname afschrijving door desinvesteringen 6 15 32 4 Wisselkoersverschillen en overige 5 1 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (767) (171) (245) (24) Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (10) (1) (1) Toename bijzondere waardeverminderingen Terugname van bijzondere waardeverminderingen Terugname bijzondere waardeverminderingen door desinvesteringen Wisselkoersverschillen en overige 1 1 Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (10) Totaal per 31 december 1.122 470 89 23 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 16 Materiële vaste activa TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 202 Ageas Jaarverslag 2021 Overlopende rente en overige activa 202 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Overlopende acquisitiekosten 418 408 Overlopende overige kosten 114 96 Overlopende baten 1.000 1.043 Derivaten gehouden voor afdekkingsdoeleinden 34 3 Vastgoed aangehouden voor verkoop 323 228 Activa voor plannen met vaste toezeggingen 81 45 Overige 69 63 Totaal bruto 2.039 1.886 Bijzondere waardeverminderingen (1) Totaal netto 2.039 1.885 Overlopende baten betreffen met name overlopende renteopbrengsten op overheidsobligaties (2021: EUR 657 miljoen; 2020: EUR 676 miljoen), bedrijfsobligaties (2021: EUR 212 miljoen; 2020: EUR 234 miljoen). Overlopende acquisitiekosten 2021 2020 Stand per 1 januari 408 425 Geactiveerde overlopende acquisitiekosten 419 417 Afschrijvingen (419) (423) Overige aankopen en verkopen van activiteiten (2) Overige aanpassingen inclusief omrekeningsverschillen 12 (10) Stand per 31 december 418 408 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 15 Overlopende rente en overige activa 203 | 240 Tot materiële vaste activa behoren kantoorgebouwen en openbare parkeergarages. 31 december 2021 31 december 2020 Parkeergarages 1.383 1.461 Terreinen en gebouwen voor eigen gebruik 209 217 Verbeteringen aan gehuurde objecten 28 28 Apparatuur, motorvoertuigen en IT-apparatuur 112 121 Gebouwen in aanbouw Totaal 1.732 1.827 Terreinen en gebouwen voor Apparatuur eigen gebruik en motorvoertuigen parkeergarages en IT-apparatuur Geleased Geleased 2021 In eigendom (gebruiksrecht) In eigendom (gebruiksrecht) Kostprijs per 1 januari 1.938 613 346 40 Toevoegingen 24 47 21 14 Terugname door desinvesteringen (18) (17) (33) (7) Wisselkoersverschillen en overige (45) (2) Kostprijs per 31 december 1.899 641 334 47 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (738) (124) (247) (17) Afschrijvingen (40) (63) (30) (11) Terugname afschrijving door desinvesteringen 6 15 32 4 Wisselkoersverschillen en overige 5 1 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (767) (171) (245) (24) Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (10) (1) (1) Toename bijzondere waardeverminderingen Terugname van bijzondere waardeverminderingen Terugname bijzondere waardeverminderingen door desinvesteringen Wisselkoersverschillen en overige 1 1 Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (10) Totaal per 31 december 1.122 470 89 23 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 16 Materiële vaste activa 203 Ageas Jaarverslag 2021 Materiële vaste activa 204 | 240 Terreinen en gebouwen voor Apparatuur, motorvoertuigen eigen gebruik en parkeergarages en IT-apparatuur Geleased Geleased 2020 In eigendom (gebruiksrecht) In eigendom (gebruiksrecht) Kostprijs per 1 januari 1.821 522 383 32 Toevoegingen 112 92 39 12 Terugname door desinvesteringen (1) (6) (13) (4) Wisselkoersverschillen en overige 6 5 (63) Kostprijs per 31 december 1.938 613 346 40 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (694) (66) (288) (9) Afschrijvingen (40) (63) (32) (10) Terugname afschrijving door desinvesteringen 1 5 9 1 Wisselkoersverschillen en overige (5) 64 1 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (738) (124) (247) (17) Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (10) (1) (1) Toename bijzondere waardeverminderingen Terugname van bijzondere waardeverminderingen Terugname bijzondere waardeverminderingen door desinvesteringen Wisselkoersverschillen en overige Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (10) (1) (1) Totaal per 31 december 1.190 488 98 23 Een bedrag van EUR 166 miljoen van de materiële vaste activa is verpand als zekerheid (31 december 2020: EUR 173 miljoen). Vastgoed, met uitzondering van parkeergarages, worden elk jaar extern gewaardeerd, waarbij de onafhankelijke taxateurs elke drie jaar gewijzigd worden. De reële waarde is gebaseerd op niveau 3- waarderingen. Ageas bepaalt de reële waarde van parkeergarages aan de hand van in- housemodellen die ook niet-waarneembare marktgegevens gebruiken (niveau 3). De reële waarden die hieruit voortvloeien worden aangepast aan de hand van de beschikbare marktgegevens en/of transacties. Niveau 3 waarderingstechnieken worden gebruikt voor de waardering van parkeergarages, voornamelijk met verdisconteerde kasstromen. Bij de bepaling van de verwachte kasstromen van parkeergarages wordt met een aantal factoren rekening gehouden, zoals de verwachte inflatie en economische groei van afzonderlijke parkeerterreinen. De verwachte netto kasstromen worden verdisconteerd aan de hand van voor risico gecorrigeerde disconteringsvoeten. Om de disconteringsvoet te bepalen wordt met een aantal factoren rekening gehouden zoals de kwaliteit van de parkeergarage en de locatie ervan. Reële waarde van terreinen en gebouwen voor eigen gebruik en parkeergarages: 31 december 2021 31 december 2020 Totaal reële waarde van terreinen en gebouwen vooreigen gebruik en parkeergarages 1.837 1.811 Totale boekwaarde (inclusief leaseverplichting) 1.114 1.188 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 723 623 Belasting (176) (164) Netto ongerealiseerd(e) winst/verlies (niet opgenomen in eigen vermogen) 547 459 205 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Goodwill 616 602 Serviceconcessies openbare parkeergarages 537 450 VOBA 33 45 Software 83 64 Overige immateriële vaste activa 53 68 Totaal 1.322 1.229 Mutaties in goodwill, VOBA en serviceconcessies openbare parkeergarages zijn onderstaand vermeld. Openbare parkeergarages Goodwill VOBA serviceconcessies 2021 2020 2021 2020 2021 2020 Kostprijs per 1 januari 630 644 529 529 726 684 Toevoegingen 1 68 52 Terugname door desinvesteringen (1) Wisselkoersverschillen en overige 18 (15) 50 (9) Kostprijs per 31 december 648 630 529 529 844 726 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (485) (471) (265) (242) Afschrijvingslasten (11) (13) (26) (24) Terugname afschrijving door desinvesteringen 1 Wisselkoersverschillen en overige (5) Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (496) (484) (296) (265) Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (28) (30) (11) (11) Toename bijzondere waardeverminderingen (2) Terugname van bijzondere waardeverminderingen Wisselkoersverschillen en overige (2) 2 Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (32) (28) (11) (11) Totaal per 31 december 616 602 33 45 537 450 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 17 Goodwill en overige immateriële activa TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 204 Ageas Jaarverslag 2021 204 | 240 Terreinen en gebouwen voor Apparatuur, motorvoertuigen eigen gebruik en parkeergarages en IT-apparatuur Geleased Geleased 2020 In eigendom (gebruiksrecht) In eigendom (gebruiksrecht) Kostprijs per 1 januari 1.821 522 383 32 Toevoegingen 112 92 39 12 Terugname door desinvesteringen (1) (6) (13) (4) Wisselkoersverschillen en overige 6 5 (63) Kostprijs per 31 december 1.938 613 346 40 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (694) (66) (288) (9) Afschrijvingen (40) (63) (32) (10) Terugname afschrijving door desinvesteringen 1 5 9 1 Wisselkoersverschillen en overige (5) 64 1 Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (738) (124) (247) (17) Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (10) (1) (1) Toename bijzondere waardeverminderingen Terugname van bijzondere waardeverminderingen Terugname bijzondere waardeverminderingen door desinvesteringen Wisselkoersverschillen en overige Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (10) (1) (1) Totaal per 31 december 1.190 488 98 23 Een bedrag van EUR 166 miljoen van de materiële vaste activa is verpand als zekerheid (31 december 2020: EUR 173 miljoen). Vastgoed, met uitzondering van parkeergarages, worden elk jaar extern gewaardeerd, waarbij de onafhankelijke taxateurs elke drie jaar gewijzigd worden. De reële waarde is gebaseerd op niveau 3- waarderingen. Ageas bepaalt de reële waarde van parkeergarages aan de hand van in- housemodellen die ook niet-waarneembare marktgegevens gebruiken (niveau 3). De reële waarden die hieruit voortvloeien worden aangepast aan de hand van de beschikbare marktgegevens en/of transacties. Niveau 3 waarderingstechnieken worden gebruikt voor de waardering van parkeergarages, voornamelijk met verdisconteerde kasstromen. Bij de bepaling van de verwachte kasstromen van parkeergarages wordt met een aantal factoren rekening gehouden, zoals de verwachte inflatie en economische groei van afzonderlijke parkeerterreinen. De verwachte netto kasstromen worden verdisconteerd aan de hand van voor risico gecorrigeerde disconteringsvoeten. Om de disconteringsvoet te bepalen wordt met een aantal factoren rekening gehouden zoals de kwaliteit van de parkeergarage en de locatie ervan. Reële waarde van terreinen en gebouwen voor eigen gebruik en parkeergarages: 31 december 2021 31 december 2020 Totaal reële waarde van terreinen en gebouwen vooreigen gebruik en parkeergarages 1.837 1.811 Totale boekwaarde (inclusief leaseverplichting) 1.114 1.188 Bruto ongerealiseerde winsten en verliezen 723 623 Belasting (176) (164) Netto ongerealiseerd(e) winst/verlies (niet opgenomen in eigen vermogen) 547 459 205 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Goodwill 616 602 Serviceconcessies openbare parkeergarages 537 450 VOBA 33 45 Software 83 64 Overige immateriële vaste activa 53 68 Totaal 1.322 1.229 Mutaties in goodwill, VOBA en serviceconcessies openbare parkeergarages zijn onderstaand vermeld. Openbare parkeergarages Goodwill VOBA serviceconcessies 2021 2020 2021 2020 2021 2020 Kostprijs per 1 januari 630 644 529 529 726 684 Toevoegingen 1 68 52 Terugname door desinvesteringen (1) Wisselkoersverschillen en overige 18 (15) 50 (9) Kostprijs per 31 december 648 630 529 529 844 726 Cumulatieve afschrijvingen per 1 januari (485) (471) (265) (242) Afschrijvingslasten (11) (13) (26) (24) Terugname afschrijving door desinvesteringen 1 Wisselkoersverschillen en overige (5) Cumulatieve afschrijvingen per 31 december (496) (484) (296) (265) Cumulatieve bijzondere waardevermindering per 1 januari (28) (30) (11) (11) Toename bijzondere waardeverminderingen (2) Terugname van bijzondere waardeverminderingen Wisselkoersverschillen en overige (2) 2 Cumulatieve bijzondere waardeverminderingen per 31 december (32) (28) (11) (11) Totaal per 31 december 616 602 33 45 537 450 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 17 Goodwill en overige immateriële activa 205 Ageas Jaarverslag 2021 Goodwill en overige immateriële activa 206 | 240 Bijzondere waardevermindering van goodwill Goodwill wordt jaarlijks aan het eind van het jaar getoetst op bijzondere waardeverminderingen door vergelijking van de opbrengstwaarde van kasstroomgenererende eenheden (CGU) met hun boekwaarde. De opbrengstwaarde is de reële waarde verminderd met verkoopkosten of de waarde in gebruik als deze hoger is. Het type van de overgenomen onderneming, het niveau van de operationele integratie en gezamenlijk management zijn bepalend voor de definiëring van een CGU. Op basis van deze criteria heeft Ageas CGU’s op landniveau aangemerkt. De realiseerbare waarde van een CGU wordt bepaald door berekening van de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen van die CGU. De belangrijkste aannames die zijn gebruikt in het kasstroommodel zijn afhankelijk van de inputgegevens die verschillende financiële en economische variabelen weerspiegelen, zoals de risicovrije rente in een land en een premie die het inherente risico van de betreffende entiteit weergeeft. Deze variabelen worden bepaald op basis van een beoordeling door het management. Indien een onderneming een beursnotering kent, wordt de marktwaarde eveneens als element in de evaluatie betrokken. De volgende tabel toont de samenstelling van de goodwill en de bijzondere waardeverminderingen van de belangrijkste kasstroomgenererende eenheden per 31 december 2021. Bedrag Bijzondere waarde- Netto- Methode gebruikt voor goodwill verminderingen bedrag Bedrijfsonderdeel realiseerbare waarde Kasstroom genererende eenheid (CGU) Ageas Portugal 337 337 Continentaal Europa Waarde in gebruik Ageas (VK) 280 30 250 Verenigd Koninkrijk (VK) Waarde in gebruik Overige 31 2 29 Waarde in gebruik Totaal 648 32 616 Ageas Portugal Voor Ageas Portugal bedraagt de goodwill EUR 337 miljoen (2020: EUR 337 miljoen). In 2016 is de juridische structuur in Portugal vereenvoudigd en alle Portugese entiteiten zijn nu eigendom van Ageas Portugal Holding en worden door Ageas Portugal Holding gecontroleerd, waarbij een centraal Executive Committee op landniveau alle strategische beslissingen neemt. Daarom wordt Ageas Portugal beschouwd als één CGU. Voor de berekening van de bedrijfswaarde wordt gebruikgemaakt van verwachte dividenden op basis van het bedrijfsplan voor drie jaar zoals dat door het lokale management en het management van Ageas is goedgekeurd. De schattingen voor de periode daarna zijn geëxtrapoleerd op basis van een groeipercentage van 2,0 procent, een inschatting van de verwachte inflatie in Portugal. De gebruikte disconteringsvoet van 8,92% is gebaseerd op de risicovrije rentevoet, de aandelenrisicopremie en een bèta-coëfficiënt. Uit de toets op bijzondere waardeverminderingen bleek dat de realiseerbare waarde de boekwaarde van de CGU inclusief goodwill overtrof. Er was derhalve geen aanleiding voor een bijzondere waardevermindering van de goodwill voor Ageas Portugal. Op basis van de uitgevoerde gevoeligheidsanalyse van de veronderstellingen zou de goodwill voor Ageas Portugal nog steeds geen bijzondere waardevermindering moeten ondergaan als de groei grotendeels negatief was of de disconteringsvoet met meer dan 5,6% zou stijgen. Ageas VK De goodwill voor Ageas VK bedraagt GBP 235 miljoen (2020: GBP 235 miljoen). Netto, na bijzondere waardeverminderingen, bedraagt de goodwill GBP 210 miljoen (2020: GBP 210 miljoen). In het Verenigd Koninkrijk zijn alle entiteiten eigendom en onder controle van Ageas VK Holding met een eigen Executive Committee dat alle strategische beslissingen neemt. Daarom wordt Ageas VK beschouwd als één CGU. Voor de berekening van de bedrijfswaarde wordt gebruikgemaakt van verwachte dividenden op basis van het bedrijfsplan voor drie jaar zoals dat door het lokale management en het management van Ageas is goedgekeurd. De schattingen voor de periode daarna zijn geëxtrapoleerd op basis van een groeipercentage van 2,0 procent, een inschatting van de verwachte inflatie. De gebruikte disconteringsvoet van 5,9% is gebaseerd op de risicovrije rentevoet, de aandelenrisicopremie en een bèta-coëfficiënt. Uit de toets op bijzondere waardeverminderingen bleek dat de realiseerbare waarde de boekwaarde van de CGU inclusief goodwill overtrof en zodoende vond geen bijzondere waardevermindering op de goodwill plaats. Op basis van de uitgevoerde gevoeligheidsanalyse van de veronderstellingen zou de goodwill voor de activiteiten in het VK nog steeds geen bijzondere waardevermindering moeten ondergaan als groeitempo op lange termijn negatief zou zijn en de disconteringsvoet met meer dan 6,0% zou stijgen. 207 | 240 Overige Overige omvat goodwill in Frankrijk en België. Afschrijvingsschema VOBA De belangrijkste bijdrage aan VOBA wordt geleverd door Millenniumbcp Ageas. VOBA zal naar verwachting als volgt worden afgeschreven. Geschatte afschrijving VOBA 2022 10 2023 8 2024 6 2025 9 Totaal 33 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 206 Ageas Jaarverslag 2021 206 | 240 Bijzondere waardevermindering van goodwill Goodwill wordt jaarlijks aan het eind van het jaar getoetst op bijzondere waardeverminderingen door vergelijking van de opbrengstwaarde van kasstroomgenererende eenheden (CGU) met hun boekwaarde. De opbrengstwaarde is de reële waarde verminderd met verkoopkosten of de waarde in gebruik als deze hoger is. Het type van de overgenomen onderneming, het niveau van de operationele integratie en gezamenlijk management zijn bepalend voor de definiëring van een CGU. Op basis van deze criteria heeft Ageas CGU’s op landniveau aangemerkt. De realiseerbare waarde van een CGU wordt bepaald door berekening van de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen van die CGU. De belangrijkste aannames die zijn gebruikt in het kasstroommodel zijn afhankelijk van de inputgegevens die verschillende financiële en economische variabelen weerspiegelen, zoals de risicovrije rente in een land en een premie die het inherente risico van de betreffende entiteit weergeeft. Deze variabelen worden bepaald op basis van een beoordeling door het management. Indien een onderneming een beursnotering kent, wordt de marktwaarde eveneens als element in de evaluatie betrokken. De volgende tabel toont de samenstelling van de goodwill en de bijzondere waardeverminderingen van de belangrijkste kasstroomgenererende eenheden per 31 december 2021. Bedrag Bijzondere waarde- Netto- Methode gebruikt voor goodwill verminderingen bedrag Bedrijfsonderdeel realiseerbare waarde Kasstroom genererende eenheid (CGU) Ageas Portugal 337 337 Continentaal Europa Waarde in gebruik Ageas (VK) 280 30 250 Verenigd Koninkrijk (VK) Waarde in gebruik Overige 31 2 29 Waarde in gebruik Totaal 648 32 616 Ageas Portugal Voor Ageas Portugal bedraagt de goodwill EUR 337 miljoen (2020: EUR 337 miljoen). In 2016 is de juridische structuur in Portugal vereenvoudigd en alle Portugese entiteiten zijn nu eigendom van Ageas Portugal Holding en worden door Ageas Portugal Holding gecontroleerd, waarbij een centraal Executive Committee op landniveau alle strategische beslissingen neemt. Daarom wordt Ageas Portugal beschouwd als één CGU. Voor de berekening van de bedrijfswaarde wordt gebruikgemaakt van verwachte dividenden op basis van het bedrijfsplan voor drie jaar zoals dat door het lokale management en het management van Ageas is goedgekeurd. De schattingen voor de periode daarna zijn geëxtrapoleerd op basis van een groeipercentage van 2,0 procent, een inschatting van de verwachte inflatie in Portugal. De gebruikte disconteringsvoet van 8,92% is gebaseerd op de risicovrije rentevoet, de aandelenrisicopremie en een bèta-coëfficiënt. Uit de toets op bijzondere waardeverminderingen bleek dat de realiseerbare waarde de boekwaarde van de CGU inclusief goodwill overtrof. Er was derhalve geen aanleiding voor een bijzondere waardevermindering van de goodwill voor Ageas Portugal. Op basis van de uitgevoerde gevoeligheidsanalyse van de veronderstellingen zou de goodwill voor Ageas Portugal nog steeds geen bijzondere waardevermindering moeten ondergaan als de groei grotendeels negatief was of de disconteringsvoet met meer dan 5,6% zou stijgen. Ageas VK De goodwill voor Ageas VK bedraagt GBP 235 miljoen (2020: GBP 235 miljoen). Netto, na bijzondere waardeverminderingen, bedraagt de goodwill GBP 210 miljoen (2020: GBP 210 miljoen). In het Verenigd Koninkrijk zijn alle entiteiten eigendom en onder controle van Ageas VK Holding met een eigen Executive Committee dat alle strategische beslissingen neemt. Daarom wordt Ageas VK beschouwd als één CGU. Voor de berekening van de bedrijfswaarde wordt gebruikgemaakt van verwachte dividenden op basis van het bedrijfsplan voor drie jaar zoals dat door het lokale management en het management van Ageas is goedgekeurd. De schattingen voor de periode daarna zijn geëxtrapoleerd op basis van een groeipercentage van 2,0 procent, een inschatting van de verwachte inflatie. De gebruikte disconteringsvoet van 5,9% is gebaseerd op de risicovrije rentevoet, de aandelenrisicopremie en een bèta-coëfficiënt. Uit de toets op bijzondere waardeverminderingen bleek dat de realiseerbare waarde de boekwaarde van de CGU inclusief goodwill overtrof en zodoende vond geen bijzondere waardevermindering op de goodwill plaats. Op basis van de uitgevoerde gevoeligheidsanalyse van de veronderstellingen zou de goodwill voor de activiteiten in het VK nog steeds geen bijzondere waardevermindering moeten ondergaan als groeitempo op lange termijn negatief zou zijn en de disconteringsvoet met meer dan 6,0% zou stijgen. 207 | 240 Overige Overige omvat goodwill in Frankrijk en België. Afschrijvingsschema VOBA De belangrijkste bijdrage aan VOBA wordt geleverd door Millenniumbcp Ageas. VOBA zal naar verwachting als volgt worden afgeschreven. Geschatte afschrijving VOBA 2022 10 2023 8 2024 6 2025 9 Totaal 33 207 Ageas Jaarverslag 2021 208 | 240 De samenstelling van het eigen vermogen per 31 december 2021 is als volgt. Aandelenkapitaal Gewone aandelen 1.502 Uitgiftepremies 2.051 Overige reserves 3.640 Koersverschillenreserve 29 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 Ongerealiseerde winsten en verliezen 3.847 Eigen vermogen 11.914 18.1 Uitgegeven aandelen en potentieel aantal aandelen Met inachtneming van de bepalingen die met betrekking tot ageas SA/NV zijn vastgelegd, voor zover de wet daarin voorziet, en in het belang van de Vennootschap, heeft de Raad van Bestuur van Ageas de goedkeuring van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 ontvangen om gedurende een periode van drie jaar (2021-2023) het aandelenkapitaal voor algemene doeleinden met maximaal EUR 150.000.000 uit te breiden. Uitgaande van een fractiewaarde van EUR 7,86 kan Ageas hiermee maximaal 19.000.000 aandelen uitgeven, wat neerkomt op circa 10% van het totale uitstaande aandelenkapitaal van de Vennootschap. Deze goedkeuring stelt de Vennootschap bovendien in staat om te voldoen aan de verplichtingen die zijn aangegaan in verband met de uitgifte van de financiële instrumenten. Tevens kunnen aandelen worden uitgegeven ten gevolge van de zogenaamde alternatieve coupon vereffeningsmethode (ACVM), geïntegreerd in bepaalde hybride financiële instrumenten (zie hiervoor toelichting 43 Voorwaardelijke verplichtingen). Eigen aandelen Eigen aandelen zijn uitgegeven gewone aandelen die door Ageas zijn teruggekocht. Deze aandelen worden afgetrokken van het eigen vermogen en worden verantwoord onder overige reserves. Het totaal aantal eigen aandelen (5,3 miljoen) bestaat uit voor de FRESH aangehouden aandelen (1,2 miljoen), onderliggende aandelen van teruggekochte FRESH-effecten (2,8 miljoen) en de resterende aandelen afkomstig uit het aandeleninkoopprogramma (1,3 miljoen), waarvan 0,1 miljoen worden gebruikt voor definitieve toekenningen in het kader van het ‘restricted share programme’. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 18 Eigen vermogen Eigen vermogen 209 | 240 Aflossing van FRESH-effecten Op 3 januari 2020 kondigde Ageas aan dat in totaal 65,50% (EUR 818.750.000) van de totale hoofdsom van de uitstaande FRESH- effecten werd teruggekocht tegen een contante betaling van EUR 513 miljoen. De aangekochte FRESH-effecten werden op 13 januari 2020 omgeruild tegen 2.599.206 onderliggende aandelen van ageas SA/NV. Op 2 april 2020 kocht Ageas een bijkomend aantal FRESH-effecten van een externe derde partij, die eveneens werden omgeruild voor 150.000 onderliggende aandelen van ageas SA/NV. Deze aandelen blijven op de balans van de Groep staan als eigen aandelen en geven nog steeds geen recht op dividenden of stemrechten. Nadere informatie over de FRESH is te vinden in toelichting 20 Achtergestelde schulden. Inkoopprogramma eigen aandelen 2021-2022 Ageas presenteerde op 11 augustus 2021 een nieuw inkoopprogramma van eigen aandelen dat zou lopen van 1 september 2021 tot 29 juli 2022 en een omvang had van EUR 150 miljoen. De Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 van ageas SA/NV keurde de intrekking goed van 3.520.446 eigen aandelen. Als gevolg hiervan is het totale aantal uitgegeven aandelen gedaald naar 191.033.128. ‘Restricted share’ programma Ageas heeft een ‘restricted share’ programma voor de leden van het Executive en het Management Committee opgezet (zie ook toelichting 6 sectie 6.2 Met aandelen verbonden incentiveprogramma’s). 18.2 Uitstaande aandelen Uitgegeven Eigen Uitstaande in duizenden aandelen aandelen aandelen Aantal aandelen per 1 januari 2020 198.374 (7.820) 190.554 Intrekking van aandelen (3.821) 3.821 Netto gekocht/verkocht (3.592) (3.592) Aantal aandelen per 31 december 2020 194.553 (7.591) 186.962 Intrekking van aandelen (3.520) 3.520 Netto gekocht/verkocht (1.297) (1.297) Gebruikt voor aandelenplannen management 72 72 Aantal aandelen per 31 december 2021 191.033 (5.296) 185.737 18.3 Dividend- en stemgerechtigde aandelen in duizenden Aantal aandelen uitgegeven per 31 december 2021 191.033 Aandelen niet gerechtigd tot dividend en stemrecht: Aandelen aangehouden door ageas SA/NV 4.051 Aandelen gerelateerd aan FRESH (zie toelichting 20) 1.219 Aandelen gerelateerd aan CASHES (zie toelichtingen 23 en 43) 3.959 Aandelen gerechtigd tot dividend en stemrecht 181.804 18.4 Koersverschillenreserve De koersverschillenreserve vormt een afzonderlijke component van het eigen vermogen waarin koersverschillen worden verantwoord die voortkomen uit de omrekening van de resultaten en financiële posities van buitenlandse activiteiten die zijn opgenomen in de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas. De netto-investeringen in activiteiten, die de euro niet als functionele valuta hebben, worden door Ageas niet afgedekt, tenzij het effect van eventuele wisselkoersbewegingen naar de inschatting van Ageas de risk appetite overschrijdt. TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 208 Ageas Jaarverslag 2021 208 | 240 De samenstelling van het eigen vermogen per 31 december 2021 is als volgt. Aandelenkapitaal Gewone aandelen 1.502 Uitgiftepremies 2.051 Overige reserves 3.640 Koersverschillenreserve 29 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 Ongerealiseerde winsten en verliezen 3.847 Eigen vermogen 11.914 18.1 Uitgegeven aandelen en potentieel aantal aandelen Met inachtneming van de bepalingen die met betrekking tot ageas SA/NV zijn vastgelegd, voor zover de wet daarin voorziet, en in het belang van de Vennootschap, heeft de Raad van Bestuur van Ageas de goedkeuring van de Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 ontvangen om gedurende een periode van drie jaar (2021-2023) het aandelenkapitaal voor algemene doeleinden met maximaal EUR 150.000.000 uit te breiden. Uitgaande van een fractiewaarde van EUR 7,86 kan Ageas hiermee maximaal 19.000.000 aandelen uitgeven, wat neerkomt op circa 10% van het totale uitstaande aandelenkapitaal van de Vennootschap. Deze goedkeuring stelt de Vennootschap bovendien in staat om te voldoen aan de verplichtingen die zijn aangegaan in verband met de uitgifte van de financiële instrumenten. Tevens kunnen aandelen worden uitgegeven ten gevolge van de zogenaamde alternatieve coupon vereffeningsmethode (ACVM), geïntegreerd in bepaalde hybride financiële instrumenten (zie hiervoor toelichting 43 Voorwaardelijke verplichtingen). Eigen aandelen Eigen aandelen zijn uitgegeven gewone aandelen die door Ageas zijn teruggekocht. Deze aandelen worden afgetrokken van het eigen vermogen en worden verantwoord onder overige reserves. Het totaal aantal eigen aandelen (5,3 miljoen) bestaat uit voor de FRESH aangehouden aandelen (1,2 miljoen), onderliggende aandelen van teruggekochte FRESH-effecten (2,8 miljoen) en de resterende aandelen afkomstig uit het aandeleninkoopprogramma (1,3 miljoen), waarvan 0,1 miljoen worden gebruikt voor definitieve toekenningen in het kader van het ‘restricted share programme’. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 18 Eigen vermogen 209 | 240 Aflossing van FRESH-effecten Op 3 januari 2020 kondigde Ageas aan dat in totaal 65,50% (EUR 818.750.000) van de totale hoofdsom van de uitstaande FRESH- effecten werd teruggekocht tegen een contante betaling van EUR 513 miljoen. De aangekochte FRESH-effecten werden op 13 januari 2020 omgeruild tegen 2.599.206 onderliggende aandelen van ageas SA/NV. Op 2 april 2020 kocht Ageas een bijkomend aantal FRESH-effecten van een externe derde partij, die eveneens werden omgeruild voor 150.000 onderliggende aandelen van ageas SA/NV. Deze aandelen blijven op de balans van de Groep staan als eigen aandelen en geven nog steeds geen recht op dividenden of stemrechten. Nadere informatie over de FRESH is te vinden in toelichting 20 Achtergestelde schulden. Inkoopprogramma eigen aandelen 2021-2022 Ageas presenteerde op 11 augustus 2021 een nieuw inkoopprogramma van eigen aandelen dat zou lopen van 1 september 2021 tot 29 juli 2022 en een omvang had van EUR 150 miljoen. De Buitengewone Algemene Vergadering van Aandeelhouders van 19 mei 2021 van ageas SA/NV keurde de intrekking goed van 3.520.446 eigen aandelen. Als gevolg hiervan is het totale aantal uitgegeven aandelen gedaald naar 191.033.128. ‘Restricted share’ programma Ageas heeft een ‘restricted share’ programma voor de leden van het Executive en het Management Committee opgezet (zie ook toelichting 6 sectie 6.2 Met aandelen verbonden incentiveprogramma’s). 18.2 Uitstaande aandelen Uitgegeven Eigen Uitstaande in duizenden aandelen aandelen aandelen Aantal aandelen per 1 januari 2020 198.374 (7.820) 190.554 Intrekking van aandelen (3.821) 3.821 Netto gekocht/verkocht (3.592) (3.592) Aantal aandelen per 31 december 2020 194.553 (7.591) 186.962 Intrekking van aandelen (3.520) 3.520 Netto gekocht/verkocht (1.297) (1.297) Gebruikt voor aandelenplannen management 72 72 Aantal aandelen per 31 december 2021 191.033 (5.296) 185.737 18.3 Dividend- en stemgerechtigde aandelen in duizenden Aantal aandelen uitgegeven per 31 december 2021 191.033 Aandelen niet gerechtigd tot dividend en stemrecht: Aandelen aangehouden door ageas SA/NV 4.051 Aandelen gerelateerd aan FRESH (zie toelichting 20) 1.219 Aandelen gerelateerd aan CASHES (zie toelichtingen 23 en 43) 3.959 Aandelen gerechtigd tot dividend en stemrecht 181.804 18.4 Koersverschillenreserve De koersverschillenreserve vormt een afzonderlijke component van het eigen vermogen waarin koersverschillen worden verantwoord die voortkomen uit de omrekening van de resultaten en financiële posities van buitenlandse activiteiten die zijn opgenomen in de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas. De netto-investeringen in activiteiten, die de euro niet als functionele valuta hebben, worden door Ageas niet afgedekt, tenzij het effect van eventuele wisselkoersbewegingen naar de inschatting van Ageas de risk appetite overschrijdt. 209 Ageas Jaarverslag 2021 210 | 240 18.5 Ongerealiseerde winsten en verliezen begrepen in het eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders De ongerealiseerde winsten en verliezen, zoals begrepen in het eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders, zijn als volgt. Geherclassificeerd Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow DPF- 31 december 2021 beleggingen beleggingen en joint ventures hedges component Totaal Bruto 7.538 (31) 1.133 5 8.645 Gerelateerde belasting (1.720) 8 (1.712) Shadow accounting (3.007) (3.007) Gerelateerde belasting 770 770 Minderheidsbelangen (875) 9 14 3 (849) Discretionaire winstdelingscomponent (DPF) 15 (15) Totaal 2.721 (14) 1.147 8 (15) 3.847 Geherclassificeerd Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow DPF- 31 december 2020 beleggingen beleggingen en joint ventures hedges component Totaal Bruto 9.899 (33) 1.300 (22) 11.144 Gerelateerde belasting (2.415) 8 1 (2.406) Shadow accounting (5.042) (5.042) Gerelateerde belasting 1.302 1.302 Minderheidsbelangen (890) 10 23 2 (855) Discretionaire winstdelingscomponent (DPF) 19 (19) Totaal 2.873 (15) 1.323 (19) (19) 4.143 Reële waardeveranderingen van derivaten die zijn aangewezen en in aanmerking komen als kasstroomafdekkingen, worden in het eigen vermogen verantwoord als een ongerealiseerde winst of verlies. Niet- effectieve afdekkingen worden onmiddellijk verantwoord in de resultatenrekening. Ageas sluit verzekeringscontracten af met gegarandeerde winstdelingen en winstdelingscomponenten waarvan de omvang en het moment van toekenning volledig tot de discretie van Ageas behoren. Afhankelijk van de contractuele en wettelijke voorwaarden en condities worden ongerealiseerde waardeveranderingen in de reële waarde van de beleggingsmix verband houdende met dergelijke contracten, na de toepassing van shadow accounting, verantwoord in een afzonderlijke discretionaire winstdelingscomponent (DPF) als onderdeel van de niet- gerealiseerde winsten en verliezen in het eigen vermogen en als niet- gerealiseerde winsten en verliezen met betrekking tot voor verkoop beschikbare beleggingen. 211 | 240 De mutaties in bruto ongerealiseerde winsten en verliezen, zoals begrepen in het eigen vermogen, zijn als volgt. Geherclassificeerd Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow beleggingen beleggingen en joint ventures hedges Totaal Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 1 januari 2020 8.660 (38) 1.156 (54) 9.724 Wijziging ongerealiseerde winsten en verliezen tijdens de verslagperiode 1.539 144 5 1.688 Terugname ongerealiseerde (winsten) verliezen door verkoop (221) 20 (201) Terugname ongerealiseerde verliezen door bijzondere waardeverminderingen (53) (53) Overname en desinvestering van investeringen volgens de equity-mehtode (26) (26) Amortisatie 4 4 Wisselkoersverschillen en overige 1 7 8 Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 31 december 2020 9.899 (33) 1.300 (22) 11.144 Wijziging ongerealiseerde winsten en verliezen tijdens de verslagperiode (2.175) (158) 29 (2.304) Terugname ongerealiseerde (winsten) verliezen door verkoop (182) (182) Terugname ongerealiseerde verliezen door bijzondere waardeverminderingen (3) (3) Overname en desinvestering van investeringen volgens de equity-mehtode (9) (9) Amortisatie 2 2 Wisselkoersverschillen en overige (1) (2) (3) Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 31 december 2021 7.538 (31) 1.133 5 8.645 18.6 Dividendcapaciteit De dochterondernemingen van Ageas zijn onderhevig aan juridische beperkingen ten aanzien van de hoogte van het dividend dat zij mogen uitkeren aan hun aandeelhouders. Volgens het Belgische Wetboek van Vennootschappen moet een onderneming 5% van de nettowinst over het boekjaar toevoegen aan een wettelijke reserve tot deze reserve gelijk is aan 10% van het aandelenkapitaal. Een onderneming mag geen dividend uitkeren indien het nettovermogen van de onderneming lager is dan het totaal van het gestorte kapitaal en de niet-uitkeerbare reserves of na uitkering van dividend zou dalen tot onder dat niveau. Dochterondernemingen en deelnemingen zijn tevens onderworpen aan de dividendbeperkingen uit hoofde van vereisten ten aanzien van minimumvermogen en solvabiliteit die worden gesteld door de lokale toezichthouders in de landen waar zij opereren en aan aandeelhouderscontracten met de partners in het organisatie. In sommige situaties is consensus tussen de aandeelhouders vereist voordat het dividend wordt aangekondigd. Daarnaast kunnen aandeelhoudersovereenkomsten (gerelateerd aan partijen die een belang hebben in een onderneming waarin Ageas een minderheidsbelang heeft) het volgende bevatten: specifieke bepalingen over stemrechten of de uitkering van dividend; gesloten perioden waarin alle partijen in het bezit van aandelen vóór een bepaalde periode geen aandelen mogen verkopen tenzij met toestemming van de andere betrokken partijen; optie tot (door)verkoop aan de andere, bij de overeenkomst betrokken partij(en), inclusief de onderliggende methode die voor de waardering van de aandelen wordt gehanteerd; earn-out mechanismen waarbij de oorspronkelijke verkoper van de aandelen additionele opbrengsten ontvangt indien bepaalde doelstellingen zijn gerealiseerd; exclusiviteitsbepalingen of concurrentiebedingen in verband met de verkoop van verzekeringsproducten. Dividendvoorstel voor het jaar 2021 De solvabiliteits- en kaspositie van Ageas hebben het afgelopen jaar erg goed standgehouden en de activiteiten bleven sterk. Bijgevolg stelt de Raad van Bestuur van Ageas, volledig in overeenstemming met de aanbevelingen van de Nationale Bank van België, voor om over het boekjaar 2021 een bruto cash dividend van EUR 2,75 per aandeel uit te keren. Dat stemt overeen met een payoutratio van 52% op het nettoresultaat van de Groep, zonder de impact van de RPN(I) en de FRESH-transactie. TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 210 Ageas Jaarverslag 2021 210 | 240 18.5 Ongerealiseerde winsten en verliezen begrepen in het eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders De ongerealiseerde winsten en verliezen, zoals begrepen in het eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders, zijn als volgt. Geherclassificeerd Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow DPF- 31 december 2021 beleggingen beleggingen en joint ventures hedges component Totaal Bruto 7.538 (31) 1.133 5 8.645 Gerelateerde belasting (1.720) 8 (1.712) Shadow accounting (3.007) (3.007) Gerelateerde belasting 770 770 Minderheidsbelangen (875) 9 14 3 (849) Discretionaire winstdelingscomponent (DPF) 15 (15) Totaal 2.721 (14) 1.147 8 (15) 3.847 Geherclassificeerd Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow DPF- 31 december 2020 beleggingen beleggingen en joint ventures hedges component Totaal Bruto 9.899 (33) 1.300 (22) 11.144 Gerelateerde belasting (2.415) 8 1 (2.406) Shadow accounting (5.042) (5.042) Gerelateerde belasting 1.302 1.302 Minderheidsbelangen (890) 10 23 2 (855) Discretionaire winstdelingscomponent (DPF) 19 (19) Totaal 2.873 (15) 1.323 (19) (19) 4.143 Reële waardeveranderingen van derivaten die zijn aangewezen en in aanmerking komen als kasstroomafdekkingen, worden in het eigen vermogen verantwoord als een ongerealiseerde winst of verlies. Niet- effectieve afdekkingen worden onmiddellijk verantwoord in de resultatenrekening. Ageas sluit verzekeringscontracten af met gegarandeerde winstdelingen en winstdelingscomponenten waarvan de omvang en het moment van toekenning volledig tot de discretie van Ageas behoren. Afhankelijk van de contractuele en wettelijke voorwaarden en condities worden ongerealiseerde waardeveranderingen in de reële waarde van de beleggingsmix verband houdende met dergelijke contracten, na de toepassing van shadow accounting, verantwoord in een afzonderlijke discretionaire winstdelingscomponent (DPF) als onderdeel van de niet- gerealiseerde winsten en verliezen in het eigen vermogen en als niet- gerealiseerde winsten en verliezen met betrekking tot voor verkoop beschikbare beleggingen. 211 | 240 De mutaties in bruto ongerealiseerde winsten en verliezen, zoals begrepen in het eigen vermogen, zijn als volgt. Geherclassificeerd Voor verkoop in tot einde loop- Herwaardering beschikbare tijd aangehouden van deelnemingen Cash flow beleggingen beleggingen en joint ventures hedges Totaal Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 1 januari 2020 8.660 (38) 1.156 (54) 9.724 Wijziging ongerealiseerde winsten en verliezen tijdens de verslagperiode 1.539 144 5 1.688 Terugname ongerealiseerde (winsten) verliezen door verkoop (221) 20 (201) Terugname ongerealiseerde verliezen door bijzondere waardeverminderingen (53) (53) Overname en desinvestering van investeringen volgens de equity-mehtode (26) (26) Amortisatie 4 4 Wisselkoersverschillen en overige 1 7 8 Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 31 december 2020 9.899 (33) 1.300 (22) 11.144 Wijziging ongerealiseerde winsten en verliezen tijdens de verslagperiode (2.175) (158) 29 (2.304) Terugname ongerealiseerde (winsten) verliezen door verkoop (182) (182) Terugname ongerealiseerde verliezen door bijzondere waardeverminderingen (3) (3) Overname en desinvestering van investeringen volgens de equity-mehtode (9) (9) Amortisatie 2 2 Wisselkoersverschillen en overige (1) (2) (3) Bruto ongerealiseerde winsten (verliezen) per 31 december 2021 7.538 (31) 1.133 5 8.645 18.6 Dividendcapaciteit De dochterondernemingen van Ageas zijn onderhevig aan juridische beperkingen ten aanzien van de hoogte van het dividend dat zij mogen uitkeren aan hun aandeelhouders. Volgens het Belgische Wetboek van Vennootschappen moet een onderneming 5% van de nettowinst over het boekjaar toevoegen aan een wettelijke reserve tot deze reserve gelijk is aan 10% van het aandelenkapitaal. Een onderneming mag geen dividend uitkeren indien het nettovermogen van de onderneming lager is dan het totaal van het gestorte kapitaal en de niet-uitkeerbare reserves of na uitkering van dividend zou dalen tot onder dat niveau. Dochterondernemingen en deelnemingen zijn tevens onderworpen aan de dividendbeperkingen uit hoofde van vereisten ten aanzien van minimumvermogen en solvabiliteit die worden gesteld door de lokale toezichthouders in de landen waar zij opereren en aan aandeelhouderscontracten met de partners in het organisatie. In sommige situaties is consensus tussen de aandeelhouders vereist voordat het dividend wordt aangekondigd. Daarnaast kunnen aandeelhoudersovereenkomsten (gerelateerd aan partijen die een belang hebben in een onderneming waarin Ageas een minderheidsbelang heeft) het volgende bevatten: specifieke bepalingen over stemrechten of de uitkering van dividend; gesloten perioden waarin alle partijen in het bezit van aandelen vóór een bepaalde periode geen aandelen mogen verkopen tenzij met toestemming van de andere betrokken partijen; optie tot (door)verkoop aan de andere, bij de overeenkomst betrokken partij(en), inclusief de onderliggende methode die voor de waardering van de aandelen wordt gehanteerd; earn-out mechanismen waarbij de oorspronkelijke verkoper van de aandelen additionele opbrengsten ontvangt indien bepaalde doelstellingen zijn gerealiseerd; exclusiviteitsbepalingen of concurrentiebedingen in verband met de verkoop van verzekeringsproducten. Dividendvoorstel voor het jaar 2021 De solvabiliteits- en kaspositie van Ageas hebben het afgelopen jaar erg goed standgehouden en de activiteiten bleven sterk. Bijgevolg stelt de Raad van Bestuur van Ageas, volledig in overeenstemming met de aanbevelingen van de Nationale Bank van België, voor om over het boekjaar 2021 een bruto cash dividend van EUR 2,75 per aandeel uit te keren. Dat stemt overeen met een payoutratio van 52% op het nettoresultaat van de Groep, zonder de impact van de RPN(I) en de FRESH-transactie. 211 Ageas Jaarverslag 2021 212 | 240 18.7 Rendement op eigen vermogen Ageas berekent het rendement op het eigen vermogen door het resultaat op jaarbasis voor de periode te delen door het gemiddeld netto vermogen aan het begin en het eind van de periode. 2021 2020 Rendement eigen vermogen - Verzekeringen (exclusief ongerealiseerde meer- en minderwaarden) 13,0% 12,4% 18.8 Winst per aandeel In de volgende tabel worden de uitgangspunten voor de bepaling van de winst per aandeel weergegeven. 2021 2020 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 1.141 Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen voor gewoon resultaat per aandeel (in duizenden) 186.765 187.938 Aanpassingen voor: - aandelen onder voorwaarden (in duizenden) verwacht te worden toegekend 140 159 Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen voor verwaterd resultaat per aandeel (in duizenden) 186.905 188.097 Gewoon resultaat per aandeel (in euro's per aandeel) 4,52 6,07 Verwaterd resultaat per aandeel (in euro's per aandeel) 4,52 6,06 Aangezien aandelen in verband met de FRESH niet voor dividend in aanmerking komen en er geen stemrechten mee zijn verbonden, werden deze uitgesloten van de berekening van de gewone winst per aandeel. Aandelen Ageas uitgegeven in verband met CASHES behoren tot de gewone aandelen. Deze aandelen hebben geen recht op dividend en hebben ook geen stemrechten. 213 | 240 19.1 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 31 december 2021 31 december 2020 Verplichting voor toekomstige uitkering aan polishouders 26.561 26.516 Verplichting voor winstdeling polishouders 245 182 Shadow accounting 1.884 3.292 Voor eliminaties 28.690 29.990 Eliminaties (17) (17) Bruto 28.673 29.973 Herverzekering (13) (34) Netto 28.660 29.939 De wijzigingen in de verplichtingen inzake levensverzekeringscontracten (voor herverzekering en eliminaties) zijn als volgt. 2021 2020 Stand per 1 januari 29.990 28.773 Bruto premie-inkomen 2.023 2.064 Tijdswaarde 601 662 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (1.783) (2.084) Transfer tussen verplichtingen (80) 267 Aanpassing shadow accounting (1.350) 835 Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (711) (527) Stand per 31 december 28.690 29.990 De shadow accountingaanpassing houdt verband met de niet-gerealiseerde winsten en verliezen op de beleggingsportefeuille. De regel ‘Overige wijzigingen, inclusief risicodekking’ geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico’s van garanties in de contracten weer en varieert daarom in het volume. Het effect van wijzigingen in veronderstellingen die gebruikt worden voor het waarderen van de verplichtingen die voortvloeien uit verzekeringscontracten Leven, was in 2021 en 2020 niet materieel. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 19 Verzekeringsverplichtingen TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 212 Ageas Jaarverslag 2021 212 | 240 18.7 Rendement op eigen vermogen Ageas berekent het rendement op het eigen vermogen door het resultaat op jaarbasis voor de periode te delen door het gemiddeld netto vermogen aan het begin en het eind van de periode. 2021 2020 Rendement eigen vermogen - Verzekeringen (exclusief ongerealiseerde meer- en minderwaarden) 13,0% 12,4% 18.8 Winst per aandeel In de volgende tabel worden de uitgangspunten voor de bepaling van de winst per aandeel weergegeven. 2021 2020 Nettoresultaat toewijsbaar aan de aandeelhouders 845 1.141 Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen voor gewoon resultaat per aandeel (in duizenden) 186.765 187.938 Aanpassingen voor: - aandelen onder voorwaarden (in duizenden) verwacht te worden toegekend 140 159 Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen voor verwaterd resultaat per aandeel (in duizenden) 186.905 188.097 Gewoon resultaat per aandeel (in euro's per aandeel) 4,52 6,07 Verwaterd resultaat per aandeel (in euro's per aandeel) 4,52 6,06 Aangezien aandelen in verband met de FRESH niet voor dividend in aanmerking komen en er geen stemrechten mee zijn verbonden, werden deze uitgesloten van de berekening van de gewone winst per aandeel. Aandelen Ageas uitgegeven in verband met CASHES behoren tot de gewone aandelen. Deze aandelen hebben geen recht op dividend en hebben ook geen stemrechten. 213 | 240 19.1 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Leven 31 december 2021 31 december 2020 Verplichting voor toekomstige uitkering aan polishouders 26.561 26.516 Verplichting voor winstdeling polishouders 245 182 Shadow accounting 1.884 3.292 Voor eliminaties 28.690 29.990 Eliminaties (17) (17) Bruto 28.673 29.973 Herverzekering (13) (34) Netto 28.660 29.939 De wijzigingen in de verplichtingen inzake levensverzekeringscontracten (voor herverzekering en eliminaties) zijn als volgt. 2021 2020 Stand per 1 januari 29.990 28.773 Bruto premie-inkomen 2.023 2.064 Tijdswaarde 601 662 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (1.783) (2.084) Transfer tussen verplichtingen (80) 267 Aanpassing shadow accounting (1.350) 835 Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (711) (527) Stand per 31 december 28.690 29.990 De shadow accountingaanpassing houdt verband met de niet-gerealiseerde winsten en verliezen op de beleggingsportefeuille. De regel ‘Overige wijzigingen, inclusief risicodekking’ geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico’s van garanties in de contracten weer en varieert daarom in het volume. Het effect van wijzigingen in veronderstellingen die gebruikt worden voor het waarderen van de verplichtingen die voortvloeien uit verzekeringscontracten Leven, was in 2021 en 2020 niet materieel. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 19 Verzekeringsverplichtingen 213 Ageas Jaarverslag 2021 Verzekeringsverplichtingen 214 | 240 19.2 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 31 december 2021 31 december 2020 Verplichting voor toekomstige uitkering aan polishouders 29.256 29.672 Verplichting voor winstdeling polishouders 286 250 Shadow accounting 1.075 1.707 Bruto 30.617 31.629 2021 2020 Stand per 1 januari 31.629 32.243 Bruto premie-inkomen 1.928 1.800 Tijdswaarde 319 307 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (2.289) (2.608) Transfer tussen verplichtingen (255) (350) Aanpassing shadow accounting (632) 312 Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (83) (75) Stand per 31 december 30.617 31.629 De shadow accountingaanpassing houdt verband met de niet- gerealiseerde winsten en verliezen op de beleggingsportefeuille. De overdracht van verplichtingen houdt voornamelijk verband met interne bewegingen tussen productportefeuilles. De regel ‘Overige wijzigingen, inclusief risicodekking’ geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico’s van garanties in de contracten weer en varieert daarom in het volume. Het effect van wijzigingen in veronderstellingen die gebruikt worden voor het waarderen van de verplichtingen die voortvloeien uit beleggingscontracten Leven, was in 2021 en 2020 niet materieel. 215 | 240 19.3 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 31 december 2021 31 december 2020 Verzekeringscontracten 3.352 2.904 Beleggingscontracten 15.549 14.186 Totaal 18.901 17.090 Het verloop van de verplichtingen inzake unit-linked contracten op basis van verzekeringscontracten is als volgt. 2021 2020 Stand per 1 januari 2.904 2.741 Bruto premie-inkomen 394 294 Wijzigingen in reële waarde / tijdswaarde 280 66 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (204) (152) Transfer tussen verplichtingen (11) (34) Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (11) (11) Stand per 31 december 3.352 2.904 Het verloop van de verplichtingen inzake unit-linked contracten op basis van beleggingscontracten is als volgt. 2021 2020 Stand per 1 januari 14.186 13.697 Bruto premie-inkomen 1.825 1.056 Wijzigingen in reële waarde / tijdswaarde 1.019 323 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (1.809) (1.298) Transfer tussen verplichtingen 367 442 Wisselkoersverschillen 1 (3) Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (40) (31) Stand per 31 december 15.549 14.186 De overdracht van verplichtingen betreft vooral interne bewegingen tussen verschillende productcontracten. ‘Overige wijzigingen, inclusief risicodekking’ geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico’s van garanties in de contracten weer. TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 214 Ageas Jaarverslag 2021 214 | 240 19.2 Verplichtingen inzake beleggingscontracten Leven 31 december 2021 31 december 2020 Verplichting voor toekomstige uitkering aan polishouders 29.256 29.672 Verplichting voor winstdeling polishouders 286 250 Shadow accounting 1.075 1.707 Bruto 30.617 31.629 2021 2020 Stand per 1 januari 31.629 32.243 Bruto premie-inkomen 1.928 1.800 Tijdswaarde 319 307 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (2.289) (2.608) Transfer tussen verplichtingen (255) (350) Aanpassing shadow accounting (632) 312 Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (83) (75) Stand per 31 december 30.617 31.629 De shadow accountingaanpassing houdt verband met de niet- gerealiseerde winsten en verliezen op de beleggingsportefeuille. De overdracht van verplichtingen houdt voornamelijk verband met interne bewegingen tussen productportefeuilles. De regel ‘Overige wijzigingen, inclusief risicodekking’ geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico’s van garanties in de contracten weer en varieert daarom in het volume. Het effect van wijzigingen in veronderstellingen die gebruikt worden voor het waarderen van de verplichtingen die voortvloeien uit beleggingscontracten Leven, was in 2021 en 2020 niet materieel. 215 | 240 19.3 Verplichtingen inzake unit-linked contracten 31 december 2021 31 december 2020 Verzekeringscontracten 3.352 2.904 Beleggingscontracten 15.549 14.186 Totaal 18.901 17.090 Het verloop van de verplichtingen inzake unit-linked contracten op basis van verzekeringscontracten is als volgt. 2021 2020 Stand per 1 januari 2.904 2.741 Bruto premie-inkomen 394 294 Wijzigingen in reële waarde / tijdswaarde 280 66 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (204) (152) Transfer tussen verplichtingen (11) (34) Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (11) (11) Stand per 31 december 3.352 2.904 Het verloop van de verplichtingen inzake unit-linked contracten op basis van beleggingscontracten is als volgt. 2021 2020 Stand per 1 januari 14.186 13.697 Bruto premie-inkomen 1.825 1.056 Wijzigingen in reële waarde / tijdswaarde 1.019 323 Betalingen voor afkopen, einde looptijd en overige (1.809) (1.298) Transfer tussen verplichtingen 367 442 Wisselkoersverschillen 1 (3) Overige wijzigingen, inclusief risicodekking (40) (31) Stand per 31 december 15.549 14.186 De overdracht van verplichtingen betreft vooral interne bewegingen tussen verschillende productcontracten. ‘Overige wijzigingen, inclusief risicodekking’ geeft hoofdzakelijk verzekerings- en actuariële risico’s van garanties in de contracten weer. 215 Ageas Jaarverslag 2021 216 | 240 19.4 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-leven De volgende tabel geeft een overzicht van de verplichtingen die voortvloeien uit Niet-leven verzekeringscontracten. 31 december 2021 31 december 2020 Schadeverplichting 7.620 7.076 Niet-verdiende premies 1.730 1.614 Verplichting voor winstdeling polishouders 38 11 Voor eliminaties 9.437 8.744 Eliminaties (1.548) (1.340) Bruto 7.889 7.404 Herverzekering (789) (686) Netto 7.100 6.718 Het verloop van de verplichtingen inzake Niet-leven verzekeringscontracten (voor herverzekering en eliminaties) is als volgt. 2021 2020 Stand per 1 januari 8.744 8.588 Aankoop/Verkoop dochterondernemingen Toevoeging verplichtingen huidig jaar 3.131 2.559 Betaalde schaden huidig jaar (1.481) (1.223) Wijziging verplichtingen huidig jaar 1.650 1.336 Toevoeging verplichtingen voorgaande jaren (285) (227) Betaalde schaden voorgaande jaren (1.066) (1.188) Wijzigingen in de verplichtingen voor voorgaande jaren (1.351) (1.415) Wijziging verplichtingen (huidig en voorgaande jaren) 300 (79) Wijziging in niet-verdiende premies (14) 22 Transfer tussen verplichtingen (70) (106) Wisselkoersverschillen 170 (140) Overige wijzigingen 307 459 Stand per 31 december 9.437 8.744 217 | 240 19.5 Verzekeringsverplichtingen en toereikendheidstoetsen De toereikendheidstoetsen per jaareinde 2021 hebben de toereikendheid van de verzekeringsverplichtingen bevestigd. Overzicht verzekeringsverplichtingen per bedrijfssegment In de onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de verplichtingen per bedrijfssegment. Niet-leven bruto Leven bruto split split in verplichtingen in verplichtingen: Totaal Niet-verdiende Uitstaande Totaal Unit- Leven 31 december 2021 Niet-leven premies claims Leven linked Gegarandeerd België 4.345 363 3.933 63.003 12.387 50.616 VK 2.605 708 1.897 Continentaal Europa 844 200 644 15.191 6.515 8.676 Herverzekering 1.643 459 1.184 13 13 Eliminaties (1.548) (1.548) (16) (1) (15) Totaal verzekeraars 7.889 1.730 6.110 78.191 18.901 59.290 Niet-leven bruto Leven bruto split split in verplichtingen in verplichtingen: Totaal Niet-verdiende Uitstaande Totaal Unit- Leven 31 december 2020 Niet-leven premies claims Leven linked Gegarandeerd België 4.086 355 3.689 62.878 10.654 52.224 VK 2.427 691 1.736 Continentaal Europa 843 192 651 15.821 6.436 9.385 Herverzekering 1.388 376 1.012 7 7 Eliminaties (1.340) (1.341) (14) (14) Totaal verzekeraars 7.404 1.614 5.747 78.692 17.090 61.602 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 216 Ageas Jaarverslag 2021 216 | 240 19.4 Verplichtingen inzake verzekeringscontracten Niet-leven De volgende tabel geeft een overzicht van de verplichtingen die voortvloeien uit Niet-leven verzekeringscontracten. 31 december 2021 31 december 2020 Schadeverplichting 7.620 7.076 Niet-verdiende premies 1.730 1.614 Verplichting voor winstdeling polishouders 38 11 Voor eliminaties 9.437 8.744 Eliminaties (1.548) (1.340) Bruto 7.889 7.404 Herverzekering (789) (686) Netto 7.100 6.718 Het verloop van de verplichtingen inzake Niet-leven verzekeringscontracten (voor herverzekering en eliminaties) is als volgt. 2021 2020 Stand per 1 januari 8.744 8.588 Aankoop/Verkoop dochterondernemingen Toevoeging verplichtingen huidig jaar 3.131 2.559 Betaalde schaden huidig jaar (1.481) (1.223) Wijziging verplichtingen huidig jaar 1.650 1.336 Toevoeging verplichtingen voorgaande jaren (285) (227) Betaalde schaden voorgaande jaren (1.066) (1.188) Wijzigingen in de verplichtingen voor voorgaande jaren (1.351) (1.415) Wijziging verplichtingen (huidig en voorgaande jaren) 300 (79) Wijziging in niet-verdiende premies (14) 22 Transfer tussen verplichtingen (70) (106) Wisselkoersverschillen 170 (140) Overige wijzigingen 307 459 Stand per 31 december 9.437 8.744 217 | 240 19.5 Verzekeringsverplichtingen en toereikendheidstoetsen De toereikendheidstoetsen per jaareinde 2021 hebben de toereikendheid van de verzekeringsverplichtingen bevestigd. Overzicht verzekeringsverplichtingen per bedrijfssegment In de onderstaande tabel wordt een overzicht gegeven van de verplichtingen per bedrijfssegment. Niet-leven bruto Leven bruto split split in verplichtingen in verplichtingen: Totaal Niet-verdiende Uitstaande Totaal Unit- Leven 31 december 2021 Niet-leven premies claims Leven linked Gegarandeerd België 4.345 363 3.933 63.003 12.387 50.616 VK 2.605 708 1.897 Continentaal Europa 844 200 644 15.191 6.515 8.676 Herverzekering 1.643 459 1.184 13 13 Eliminaties (1.548) (1.548) (16) (1) (15) Totaal verzekeraars 7.889 1.730 6.110 78.191 18.901 59.290 Niet-leven bruto Leven bruto split split in verplichtingen in verplichtingen: Totaal Niet-verdiende Uitstaande Totaal Unit- Leven 31 december 2020 Niet-leven premies claims Leven linked Gegarandeerd België 4.086 355 3.689 62.878 10.654 52.224 VK 2.427 691 1.736 Continentaal Europa 843 192 651 15.821 6.436 9.385 Herverzekering 1.388 376 1.012 7 7 Eliminaties (1.340) (1.341) (14) (14) Totaal verzekeraars 7.404 1.614 5.747 78.692 17.090 61.602 217 Ageas Jaarverslag 2021 218 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Uitgegeven door Ageasfinlux S.A. FRESH Restricted Tier 1 Notes 384 384 Uitgegeven door ageas SA/NV Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes 744 750 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes 989 994 Uitgegeven door AG Insurance Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Loan 74 74 Fixed Rate Reset Dated Subordinated Tier 2 Notes 398 397 Fixed to Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes 100 100 Uitgegeven door Millenniumbcp Ageas Fixed to Floating Rate Callable Subordinated Restricted Tier 1 Loan 59 59 Totaal achtergestelde schulden 2.748 2.758 31 december 2021 31 december 2020 Stand per 1 januari 2.758 3.117 Opbrengsten van uitgifte 498 Aflossing (507) Gerealiseerde meerwaarden (359) Wisselkoersverschillen en andere (10) 9 Stand per 31 december 2.748 2.758 Het grootste deel van de uitstaande achtergestelde verplichtingen per 31 december 2021 betreft posities met een looptijd van meer dan vijf jaar. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 20 Achtergestelde schulden 219 | 240 20.1 FRESH Grandfathered Restricted Tier 1 Notes Ageasfinlux S.A. heeft op 7 mei 2002 een Floating Rate Equity-linked Subordinated Hybrid obligatielening zonder afloopdatum (FRESH) uitgegeven ten bedrage van EUR 1.250 miljoen tegen een variabele rentevoet van de 3-maands Euribor verhoogd met 135 basispunten. De effecten hebben geen einddatum, maar kunnen worden ingeruild tegen Ageas-aandelen tegen een prijs van 315 EUR naar eigen inzicht van de houder. De effecten zullen automatisch worden omgezet naar Ageas- aandelen indien de prijs van het Ageas-aandeel hoger is dan of gelijk aan EUR 472,50 tijdens twintig opeenvolgende beurshandelsdagen. De effecten kwalificeren als Grandfathered Tier 1 kapitaal onder Solvency II. FRESH heeft een rating van A- door Standard & Poor's, Baa2 door Moody's en BBB door Fitch. De effecten werden uitgegeven door Ageasfinlux S.A., met ageas SA/NV als mededebiteur. Terugbetaling van de hoofdsom vindt niet in geld plaats. De houders van de FRESH kunnen ten opzichte van de mededebiteuren alleen recht doen gelden op de momenteel uitstaande 1,2 miljoen Ageas-aandelen die Ageasfinlux S.A. ten gunste van de houders van de FRESH in onderpand heeft gegeven. In afwachting van het omruilen van de FRESH tegen Ageas aandelen hebben deze Ageas aandelen geen dividend- of stemrecht (het per 31 december 2021 gerapporteerde aantal uitstaande Ageas aandelen is reeds inclusief de 1,2 miljoen Ageas aandelen die zijn uitgegeven voor deze omruil). In het geval dat geen dividend wordt betaald op aandelen Ageas, of dat het vast te stellen dividend met betrekking tot een boekjaar onder de drempel ligt (dividendrendement minder dan 0,5%), of in bepaalde andere uitzonderlijke omstandigheden, zal de betaling van coupons plaatsvinden in overeenstemming met de zogenaamde Alternative Coupon Settlement Method (ACSM). De ACSM houdt in dat nieuwe aandelen Ageas worden uitgegeven en geleverd aan de houders van de FRESH. Tot op heden zijn alle coupons contant betaald. Als de ACSM in werking treedt en het beschikbare toegestane maatschappelijke kapitaal ontoereikend is om ageas SA/NV in staat te stellen de ACSM- verplichting na te komen, wordt de couponbetaling opgeschort tot het moment dat de uitgifte van nieuwe aandelen weer mogelijk is. Op 19 november 2019 lanceerde Ageas via zijn volledige dochtermaatschappij Ageasfinlux S.A. een bod tot aankoop in contanten van de uitstaande FRESH-effecten. Tegelijktertijd startte Ageasfinlux S.A. een instemmingsprocedure om de aankoop van de FRESH- effecten toe te staan. Instemming van ten minste de meerderheid van de totale uitstaande hoofdsom van de FRESH was noodzakelijk om de voorwaarden van de FRESH te wijzigen. Op 3 januari 2020 kondigde Ageas aan dat in totaal 65,50% (EUR 818.750.000) van de totale hoofdsom van de uitstaande FRESH- effecten was teruggekocht. In het begin van het 2e kwartaal van 2020 kocht Ageas vervolgens FRESH-effecten voor een totale hoofdsom van EUR 47.250.000 op vraag van een derde partij, Zie toelichting 32 voor de impact op het resultaat van transacties welke betrekking hebben op FRESH-aandelen. Alle in 2020 aangekochte FRESH-effecten werden ingeruild tegen 2.749.206 onderliggende aandelen van ageas SA/NV. Deze aandelen zijn erkend in de balans van de Groep als eigen aandelen en geven geen recht op dividenden of stemrechten. Het totale aantal uitstaande aandelen van ageas SA/NV als gevolg van de transactie blijft onveranderd. 20.2 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes Op 24 november 2020 gaf ageas SA/NV schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes ter waarde van EUR 500 miljoen die in 2051 vervallen. De notes hebben een vaste coupon van 1,875%, jaarlijks betaalbaar tot de eerste renteherzieningsdatum (24 november 2031). Vanaf de eerste renteherzieningsdatum zal de coupon driemaandelijks betaalbaar zijn tegen een 3-maand Euribor variabele rente vermeerderd met een initiële kredietspread en een step-up van 100 basispunten. Merk op dat Ageas naar eigen keuze kan beslissen om het instrument vanaf 24 mei 2031, namelijk 6 maanden vóór de eerste renteherzieningsdatum, af te lossen. Het instrument komt in aanmerking als Tier 2-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en heeft een rating A- van zowel Standard & Poor's als Fitch. Het instrument staat genoteerd aan de gereglementeerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs. 20.3 Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes Op 10 december 2019 gaf ageas SA/NV achtergestelde schuldeffecten uit voor een totale hoofdsom van EUR 750 miljoen in de vorm van Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes. Deze notes hebben een vaste jaarlijks betaalbare coupon van 3,875% met renteherziening in juni 2030 (geen step-up) en daarna elke vijf jaar. Zij hebben geen vastgestelde vervaldatum en ageas SA/NV kan deze, behalve in bepaalde specifieke omstandigheden, niet aflossen voor de zesmaandsperiode voorafgaand aan juni 2030. De effecten komen in aanmerking als restricted Tier 1-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en hebben een rating BBB van Standard & Poor’s en BBB van Fitch. De notes staan genoteerd aan de gereguleerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs. De netto-opbrengsten van de uitgifte van dit instrument werden gebruikt voor algemene bedrijfsdoeleinden en teneinde de wettelijk vereiste solvabiliteit van de Ageas Groep en haar operationele entiteiten te versterken, onder meer door vervanging van de FRESH-effecten die werden teruggekocht in het bod dat Ageas hier in 2019 op deed (zie 20.1). TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 218 Ageas Jaarverslag 2021 Achtergestelde schulden 218 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Uitgegeven door Ageasfinlux S.A. FRESH Restricted Tier 1 Notes 384 384 Uitgegeven door ageas SA/NV Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes 744 750 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes 989 994 Uitgegeven door AG Insurance Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Loan 74 74 Fixed Rate Reset Dated Subordinated Tier 2 Notes 398 397 Fixed to Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes 100 100 Uitgegeven door Millenniumbcp Ageas Fixed to Floating Rate Callable Subordinated Restricted Tier 1 Loan 59 59 Totaal achtergestelde schulden 2.748 2.758 31 december 2021 31 december 2020 Stand per 1 januari 2.758 3.117 Opbrengsten van uitgifte 498 Aflossing (507) Gerealiseerde meerwaarden (359) Wisselkoersverschillen en andere (10) 9 Stand per 31 december 2.748 2.758 Het grootste deel van de uitstaande achtergestelde verplichtingen per 31 december 2021 betreft posities met een looptijd van meer dan vijf jaar. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 20 Achtergestelde schulden 219 | 240 20.1 FRESH Grandfathered Restricted Tier 1 Notes Ageasfinlux S.A. heeft op 7 mei 2002 een Floating Rate Equity-linked Subordinated Hybrid obligatielening zonder afloopdatum (FRESH) uitgegeven ten bedrage van EUR 1.250 miljoen tegen een variabele rentevoet van de 3-maands Euribor verhoogd met 135 basispunten. De effecten hebben geen einddatum, maar kunnen worden ingeruild tegen Ageas-aandelen tegen een prijs van 315 EUR naar eigen inzicht van de houder. De effecten zullen automatisch worden omgezet naar Ageas- aandelen indien de prijs van het Ageas-aandeel hoger is dan of gelijk aan EUR 472,50 tijdens twintig opeenvolgende beurshandelsdagen. De effecten kwalificeren als Grandfathered Tier 1 kapitaal onder Solvency II. FRESH heeft een rating van A- door Standard & Poor's, Baa2 door Moody's en BBB door Fitch. De effecten werden uitgegeven door Ageasfinlux S.A., met ageas SA/NV als mededebiteur. Terugbetaling van de hoofdsom vindt niet in geld plaats. De houders van de FRESH kunnen ten opzichte van de mededebiteuren alleen recht doen gelden op de momenteel uitstaande 1,2 miljoen Ageas-aandelen die Ageasfinlux S.A. ten gunste van de houders van de FRESH in onderpand heeft gegeven. In afwachting van het omruilen van de FRESH tegen Ageas aandelen hebben deze Ageas aandelen geen dividend- of stemrecht (het per 31 december 2021 gerapporteerde aantal uitstaande Ageas aandelen is reeds inclusief de 1,2 miljoen Ageas aandelen die zijn uitgegeven voor deze omruil). In het geval dat geen dividend wordt betaald op aandelen Ageas, of dat het vast te stellen dividend met betrekking tot een boekjaar onder de drempel ligt (dividendrendement minder dan 0,5%), of in bepaalde andere uitzonderlijke omstandigheden, zal de betaling van coupons plaatsvinden in overeenstemming met de zogenaamde Alternative Coupon Settlement Method (ACSM). De ACSM houdt in dat nieuwe aandelen Ageas worden uitgegeven en geleverd aan de houders van de FRESH. Tot op heden zijn alle coupons contant betaald. Als de ACSM in werking treedt en het beschikbare toegestane maatschappelijke kapitaal ontoereikend is om ageas SA/NV in staat te stellen de ACSM- verplichting na te komen, wordt de couponbetaling opgeschort tot het moment dat de uitgifte van nieuwe aandelen weer mogelijk is. Op 19 november 2019 lanceerde Ageas via zijn volledige dochtermaatschappij Ageasfinlux S.A. een bod tot aankoop in contanten van de uitstaande FRESH-effecten. Tegelijktertijd startte Ageasfinlux S.A. een instemmingsprocedure om de aankoop van de FRESH- effecten toe te staan. Instemming van ten minste de meerderheid van de totale uitstaande hoofdsom van de FRESH was noodzakelijk om de voorwaarden van de FRESH te wijzigen. Op 3 januari 2020 kondigde Ageas aan dat in totaal 65,50% (EUR 818.750.000) van de totale hoofdsom van de uitstaande FRESH- effecten was teruggekocht. In het begin van het 2e kwartaal van 2020 kocht Ageas vervolgens FRESH-effecten voor een totale hoofdsom van EUR 47.250.000 op vraag van een derde partij, Zie toelichting 32 voor de impact op het resultaat van transacties welke betrekking hebben op FRESH-aandelen. Alle in 2020 aangekochte FRESH-effecten werden ingeruild tegen 2.749.206 onderliggende aandelen van ageas SA/NV. Deze aandelen zijn erkend in de balans van de Groep als eigen aandelen en geven geen recht op dividenden of stemrechten. Het totale aantal uitstaande aandelen van ageas SA/NV als gevolg van de transactie blijft onveranderd. 20.2 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes Op 24 november 2020 gaf ageas SA/NV schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes ter waarde van EUR 500 miljoen die in 2051 vervallen. De notes hebben een vaste coupon van 1,875%, jaarlijks betaalbaar tot de eerste renteherzieningsdatum (24 november 2031). Vanaf de eerste renteherzieningsdatum zal de coupon driemaandelijks betaalbaar zijn tegen een 3-maand Euribor variabele rente vermeerderd met een initiële kredietspread en een step-up van 100 basispunten. Merk op dat Ageas naar eigen keuze kan beslissen om het instrument vanaf 24 mei 2031, namelijk 6 maanden vóór de eerste renteherzieningsdatum, af te lossen. Het instrument komt in aanmerking als Tier 2-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en heeft een rating A- van zowel Standard & Poor's als Fitch. Het instrument staat genoteerd aan de gereglementeerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs. 20.3 Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes Op 10 december 2019 gaf ageas SA/NV achtergestelde schuldeffecten uit voor een totale hoofdsom van EUR 750 miljoen in de vorm van Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes. Deze notes hebben een vaste jaarlijks betaalbare coupon van 3,875% met renteherziening in juni 2030 (geen step-up) en daarna elke vijf jaar. Zij hebben geen vastgestelde vervaldatum en ageas SA/NV kan deze, behalve in bepaalde specifieke omstandigheden, niet aflossen voor de zesmaandsperiode voorafgaand aan juni 2030. De effecten komen in aanmerking als restricted Tier 1-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en hebben een rating BBB van Standard & Poor’s en BBB van Fitch. De notes staan genoteerd aan de gereguleerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs. De netto-opbrengsten van de uitgifte van dit instrument werden gebruikt voor algemene bedrijfsdoeleinden en teneinde de wettelijk vereiste solvabiliteit van de Ageas Groep en haar operationele entiteiten te versterken, onder meer door vervanging van de FRESH-effecten die werden teruggekocht in het bod dat Ageas hier in 2019 op deed (zie 20.1). 219 Ageas Jaarverslag 2021 220 | 240 20.4 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes Op 10 april 2019 gaf ageas SA/NV zijn eerste schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes voor EUR 500 miljoen die in 2049 vervallen. Deze notes hebben een vaste coupon van 3,25%, jaarlijks betaalbaar tot de eerste call-datum (2 juli 2029). Vanaf de eerste call-datum zal de coupon driemaandelijks betaalbaar zijn tegen een 3-maand Euribor variabele rente vermeerderd met een initiële kredietspread en een step- up van 100 basispunten. Dit instrument komt in aanmerking als Tier 2-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en heeft een rating van A- volgens Standard & Poor’s en Fitch. De note staat genoteerd aan de gereguleerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs. 20.5 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Loan Op 27 juni 2019 verstrekten Ageas en BNP Paribas Cardif aan AG Insurance een achtergestelde lening van EUR 300 miljoen (Ageas: EUR 225 miljoen, BNP Paribas Cardif: EUR 75 miljoen) als gedeeltelijke vervanging voor de USD 550 miljoen die in maart 2019 werden afgelost. Op het niveau van de Ageas Groep wordt de intragroepslening tussen Ageas en AG Insurance geëlimineerd. 20.6 Fixed Rate Reset Dated Subordinated Tier 2 Notes Op 31 maart 2015 heeft AG Insurance voor een bedrag van EUR 400 miljoen Fixed Rate Subordinated Tier 2 Notes (achtergestelde obligaties tegen vaste rente) uitgegeven met een rentevoet van 3,5% en een looptijd van 32 jaar. De obligaties kunnen worden afgelost naar eigen keuze van AG Insurance, in hun geheel maar niet gedeeltelijk, op de eerste calldatum op 30 juni 2027 of op willekeurig welke andere rentevervaldag daarna. Op de eerste calldatum en op elke vijfde verjaardag van de eerste calldatum zal de rentevoet opnieuw bepaald worden, als de som van de vijfjarige euro mid swap rente verhoogd met 3,875%. De obligaties zijn genoteerd aan de Beurs van Luxemburg en kwalificeren als Tier 2 kapitaal onder Solvency II. Ze hebben een rating A- van zowel Standard & Poor's als Fitch. 20.7 Fixed-to-Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes Op 18 december 2013 plaatste AG Insurance voor een bedrag van EUR 450 miljoen Fixed-to-Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes (achtergestelde obligaties met vaste naar variabele rente), met een looptijd van 31 jaar en een rentevoet van 5,25%. De obligaties kunnen worden afgelost naar eigen keuze van AG Insurance, in hun geheel maar niet gedeeltelijk, op de eerste calldatum op 18 juni 2024 of op willekeurig welke andere rentevervaldag daarna. Op hun eerste calldatum zullen de obligaties rente dragen aan een variabele rentevoet van 3-maands Euribor verhoogd met 4,136% per jaar, betaalbaar per kwartaal. De obligaties kwalificeren als Tier 2 onder Solvency II en hebben een rating A- van Standard & Poor's en Fitch. De obligaties zijn onderschreven door ageas SA/NV (EUR 350 miljoen) en BNP Paribas Fortis SA/NV (EUR 100 miljoen) en zijn genoteerd aan de Beurs van Luxemburg. Het gedeelte verstrekt door ageas SA/NV wordt geëlimineerd omdat het een intra-groepstransactie betreft. 20.8 Fixed-to-Floating Callable Subordinated Grandfathered Restricted Tier 1 Loan Op 5 december 2014 hebben Ageas Insurance International N.V. (51%) (AII) en BCP Investments B.V. (49%) een achtergestelde lening van EUR 120 miljoen verstrekt aan Millenniumbcp Ageas tegen 4,75% per jaar tot de eerste calldatum in december 2019 en 6-maands Euribor + 475 basispunten per jaar daarna. Vanaf het 2e kwartaal van 2020 is de lening die voorheen eigendom was van Ageas Insurance International overgedragen naar de balans van ageas SA/NV. Het deel verstrekt door ageas SA/NV wordt geëlimineerd omdat het een intra-groepstransactie betreft. De obligaties kwalificeren als ‘Grandfathered’ Tier 1 kapitaal onder Solvency II. 221 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Terugkoopovereenkomsten 2.078 2.312 Leningen 838 898 Schulden aan banken 2.916 3.210 Depots van herverzekeraars 74 77 Leaseverplichtingen 560 570 Overige financieringen 66 63 Totaal schulden 3.616 3.920 Terugkoopovereenkomsten zijn zekergestelde kortlopende leningen die worden gebruikt voor de afdekking van specifieke beleggingen met rentevoeten die opnieuw kunnen worden vastgesteld en met het oog op kasbeheer. Daarnaast heeft Ageas vastgoed met een boekwaarde van EUR 166 miljoen als zekerheid gesteld voor leningen en overige (2020: EUR 173 miljoen). De boekwaarde van de schulden is een redelijke benadering van de reële waarde doordat de looptijden van contracten minder dan een jaar bedragen (terugkoopovereenkomsten) en/of doordat contracten een variabele rente dragen (leningen van banken). De reële waarde is derhalve gebaseerd op waarneembare marktgegevens (niveau 2). De leaseverplichtingen worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de leasebetalingen en wordt verdisconteerd op basis van de impliciete rentevoet van de leaseovereenkomst. De rentelasten op de leaseverplichting en de afschrijvingskosten voor het met een gebruiksrecht overeenstemmend actief worden afzonderlijk van elkaar gepresenteerd. 31 december 2021 31 december 2020 Stand per 1 januari 3.920 2.956 Opbrengsten van uitgifte 73 1.053 Betalingen (375) (90) Wisselkoersverschillen en overige wijzigingen (2) 1 Stand per 31 december 3.616 3.920 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 21 Schulden TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 220 Ageas Jaarverslag 2021 220 | 240 20.4 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes Op 10 april 2019 gaf ageas SA/NV zijn eerste schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Notes voor EUR 500 miljoen die in 2049 vervallen. Deze notes hebben een vaste coupon van 3,25%, jaarlijks betaalbaar tot de eerste call-datum (2 juli 2029). Vanaf de eerste call-datum zal de coupon driemaandelijks betaalbaar zijn tegen een 3-maand Euribor variabele rente vermeerderd met een initiële kredietspread en een step- up van 100 basispunten. Dit instrument komt in aanmerking als Tier 2-kapitaal voor zowel Ageas Groep als ageas SA/NV krachtens de Europese wettelijke vereisten voor verzekeraars (Solvency II) en heeft een rating van A- volgens Standard & Poor’s en Fitch. De note staat genoteerd aan de gereguleerde markt van de Luxemburgse effectenbeurs. 20.5 Subordinated Fixed to Floating Rate Tier 2 Loan Op 27 juni 2019 verstrekten Ageas en BNP Paribas Cardif aan AG Insurance een achtergestelde lening van EUR 300 miljoen (Ageas: EUR 225 miljoen, BNP Paribas Cardif: EUR 75 miljoen) als gedeeltelijke vervanging voor de USD 550 miljoen die in maart 2019 werden afgelost. Op het niveau van de Ageas Groep wordt de intragroepslening tussen Ageas en AG Insurance geëlimineerd. 20.6 Fixed Rate Reset Dated Subordinated Tier 2 Notes Op 31 maart 2015 heeft AG Insurance voor een bedrag van EUR 400 miljoen Fixed Rate Subordinated Tier 2 Notes (achtergestelde obligaties tegen vaste rente) uitgegeven met een rentevoet van 3,5% en een looptijd van 32 jaar. De obligaties kunnen worden afgelost naar eigen keuze van AG Insurance, in hun geheel maar niet gedeeltelijk, op de eerste calldatum op 30 juni 2027 of op willekeurig welke andere rentevervaldag daarna. Op de eerste calldatum en op elke vijfde verjaardag van de eerste calldatum zal de rentevoet opnieuw bepaald worden, als de som van de vijfjarige euro mid swap rente verhoogd met 3,875%. De obligaties zijn genoteerd aan de Beurs van Luxemburg en kwalificeren als Tier 2 kapitaal onder Solvency II. Ze hebben een rating A- van zowel Standard & Poor's als Fitch. 20.7 Fixed-to-Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes Op 18 december 2013 plaatste AG Insurance voor een bedrag van EUR 450 miljoen Fixed-to-Floating Callable Subordinated Tier 2 Notes (achtergestelde obligaties met vaste naar variabele rente), met een looptijd van 31 jaar en een rentevoet van 5,25%. De obligaties kunnen worden afgelost naar eigen keuze van AG Insurance, in hun geheel maar niet gedeeltelijk, op de eerste calldatum op 18 juni 2024 of op willekeurig welke andere rentevervaldag daarna. Op hun eerste calldatum zullen de obligaties rente dragen aan een variabele rentevoet van 3-maands Euribor verhoogd met 4,136% per jaar, betaalbaar per kwartaal. De obligaties kwalificeren als Tier 2 onder Solvency II en hebben een rating A- van Standard & Poor's en Fitch. De obligaties zijn onderschreven door ageas SA/NV (EUR 350 miljoen) en BNP Paribas Fortis SA/NV (EUR 100 miljoen) en zijn genoteerd aan de Beurs van Luxemburg. Het gedeelte verstrekt door ageas SA/NV wordt geëlimineerd omdat het een intra-groepstransactie betreft. 20.8 Fixed-to-Floating Callable Subordinated Grandfathered Restricted Tier 1 Loan Op 5 december 2014 hebben Ageas Insurance International N.V. (51%) (AII) en BCP Investments B.V. (49%) een achtergestelde lening van EUR 120 miljoen verstrekt aan Millenniumbcp Ageas tegen 4,75% per jaar tot de eerste calldatum in december 2019 en 6-maands Euribor + 475 basispunten per jaar daarna. Vanaf het 2e kwartaal van 2020 is de lening die voorheen eigendom was van Ageas Insurance International overgedragen naar de balans van ageas SA/NV. Het deel verstrekt door ageas SA/NV wordt geëlimineerd omdat het een intra-groepstransactie betreft. De obligaties kwalificeren als ‘Grandfathered’ Tier 1 kapitaal onder Solvency II. 221 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Terugkoopovereenkomsten 2.078 2.312 Leningen 838 898 Schulden aan banken 2.916 3.210 Depots van herverzekeraars 74 77 Leaseverplichtingen 560 570 Overige financieringen 66 63 Totaal schulden 3.616 3.920 Terugkoopovereenkomsten zijn zekergestelde kortlopende leningen die worden gebruikt voor de afdekking van specifieke beleggingen met rentevoeten die opnieuw kunnen worden vastgesteld en met het oog op kasbeheer. Daarnaast heeft Ageas vastgoed met een boekwaarde van EUR 166 miljoen als zekerheid gesteld voor leningen en overige (2020: EUR 173 miljoen). De boekwaarde van de schulden is een redelijke benadering van de reële waarde doordat de looptijden van contracten minder dan een jaar bedragen (terugkoopovereenkomsten) en/of doordat contracten een variabele rente dragen (leningen van banken). De reële waarde is derhalve gebaseerd op waarneembare marktgegevens (niveau 2). De leaseverplichtingen worden gewaardeerd tegen de contante waarde van de leasebetalingen en wordt verdisconteerd op basis van de impliciete rentevoet van de leaseovereenkomst. De rentelasten op de leaseverplichting en de afschrijvingskosten voor het met een gebruiksrecht overeenstemmend actief worden afzonderlijk van elkaar gepresenteerd. 31 december 2021 31 december 2020 Stand per 1 januari 3.920 2.956 Opbrengsten van uitgifte 73 1.053 Betalingen (375) (90) Wisselkoersverschillen en overige wijzigingen (2) 1 Stand per 31 december 3.616 3.920 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 21 Schulden 221 Ageas Jaarverslag 2021 Schulden 222 | 240 De volgende tabel toont de niet-verdisconteerde kasstromen van de leningen, afgezien van de leaseverplichtingen, ingedeeld per relevante looptijdgroep op 31 december. 31 december 2021 31 december 2020 Minder dan 1 jaar 2.898 2.554 1 jaar tot 3 jaar 28 358 3 jaar tot 5 jaar 36 310 Langer dan 5 jaar 94 128 Totaal 3.056 3.350 Leaseverplichtingen als leasingnemer (niet verdisconteerd) Minimum lease betalingen 2021 2020 Minder dan 1 jaar 80 82 1 jaar tot 2 jaar 77 74 2 jaar tot 3 jaar 64 72 3 jaar tot 4 jaar 58 58 4 jaar tot 5 jaar 47 51 Langer dan 5 jaar 440 441 Totaal 766 778 Jaarlijkse huurlasten 6 5 Toekomstige financieringslasten 206 208 223 | 240 Een nadere detaillering van de uitgestelde winstbelastingen per 31 december is als volgt. Balans Resultatenrekening 2021 2020 2021 2020 Uitgestelde belastingvorderingen op: Beleggingen (beschikbaar voor verkoop) 14 13 1 8 Vastgoedbeleggingen 13 9 4 1 Leningen aan klanten 2 2 1 Materiële vaste activa 42 41 (1) Immateriële vaste activa (exclusief goodwill) 8 8 Verzekeringspolis en claim reserves 664 1.111 (15) Schuldbewijzen en achtergestelde schulden Voorzieningen voor pensioenen en uitkeringen na uitdiensttreding 84 121 6 Overige voorzieningen 8 10 (1) Overlopende kosten en vooruit ontvangen opbrengsten 1 (1) 1 Niet-aangewende compensabele verliezen 106 98 4 (6) Overige 100 98 2 3 Bruto uitgestelde belastingvorderingen 1.041 1.512 9 (2) Niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen (28) (27) Netto uitgestelde belastingvorderingen 1.013 1.485 9 (2) Uitgestelde belastingverplichtingen op: Beleggingen (beschikbaar voor verkoop) 1.489 2.079 (2) (3) Vastgoedbeleggingen 98 94 (3) 5 Leningen aan klanten 2 1 (1) Materiële vaste activa 124 135 9 4 Immateriële vaste activa (exclusief goodwill) 80 84 3 4 Schuldbewijzen en achtergestelde schulden 1 Overige voorzieningen 11 7 (4) (10) Overlopende acquisitiekosten 36 33 (3) (1) Vooruitbetaalde lasten en overlopende baten 1 1 Belastingvrij gerealiseerde reserves 21 23 2 2 Overige 21 34 6 7 Totaal uitgestelde belastingverplichtingen 1.884 2.492 7 8 Uitgestelde belastingopbrengsten (lasten) 16 6 Netto uitgestelde belastingen (871) (1.007) Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 22 Actuele en uitgestelde belastingen TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 222 Ageas Jaarverslag 2021 222 | 240 De volgende tabel toont de niet-verdisconteerde kasstromen van de leningen, afgezien van de leaseverplichtingen, ingedeeld per relevante looptijdgroep op 31 december. 31 december 2021 31 december 2020 Minder dan 1 jaar 2.898 2.554 1 jaar tot 3 jaar 28 358 3 jaar tot 5 jaar 36 310 Langer dan 5 jaar 94 128 Totaal 3.056 3.350 Leaseverplichtingen als leasingnemer (niet verdisconteerd) Minimum lease betalingen 2021 2020 Minder dan 1 jaar 80 82 1 jaar tot 2 jaar 77 74 2 jaar tot 3 jaar 64 72 3 jaar tot 4 jaar 58 58 4 jaar tot 5 jaar 47 51 Langer dan 5 jaar 440 441 Totaal 766 778 Jaarlijkse huurlasten 6 5 Toekomstige financieringslasten 206 208 223 | 240 Een nadere detaillering van de uitgestelde winstbelastingen per 31 december is als volgt. Balans Resultatenrekening 2021 2020 2021 2020 Uitgestelde belastingvorderingen op: Beleggingen (beschikbaar voor verkoop) 14 13 1 8 Vastgoedbeleggingen 13 9 4 1 Leningen aan klanten 2 2 1 Materiële vaste activa 42 41 (1) Immateriële vaste activa (exclusief goodwill) 8 8 Verzekeringspolis en claim reserves 664 1.111 (15) Schuldbewijzen en achtergestelde schulden Voorzieningen voor pensioenen en uitkeringen na uitdiensttreding 84 121 6 Overige voorzieningen 8 10 (1) Overlopende kosten en vooruit ontvangen opbrengsten 1 (1) 1 Niet-aangewende compensabele verliezen 106 98 4 (6) Overige 100 98 2 3 Bruto uitgestelde belastingvorderingen 1.041 1.512 9 (2) Niet-opgenomen uitgestelde belastingvorderingen (28) (27) Netto uitgestelde belastingvorderingen 1.013 1.485 9 (2) Uitgestelde belastingverplichtingen op: Beleggingen (beschikbaar voor verkoop) 1.489 2.079 (2) (3) Vastgoedbeleggingen 98 94 (3) 5 Leningen aan klanten 2 1 (1) Materiële vaste activa 124 135 9 4 Immateriële vaste activa (exclusief goodwill) 80 84 3 4 Schuldbewijzen en achtergestelde schulden 1 Overige voorzieningen 11 7 (4) (10) Overlopende acquisitiekosten 36 33 (3) (1) Vooruitbetaalde lasten en overlopende baten 1 1 Belastingvrij gerealiseerde reserves 21 23 2 2 Overige 21 34 6 7 Totaal uitgestelde belastingverplichtingen 1.884 2.492 7 8 Uitgestelde belastingopbrengsten (lasten) 16 6 Netto uitgestelde belastingen (871) (1.007) Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 22 Actuele en uitgestelde belastingen 223 Ageas Jaarverslag 2021 Actuele en uitgestelde belastingen 224 | 240 Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd wanneer sprake is van een wettelijk afdwingbaar recht om actuele belastingvorderingen te salderen met actuele belastingverplichtingen en wanneer de uitgestelde belastingen betrekking hebben op dezelfde belastingautoriteit. Na deze saldering zijn deze bedragen in de balans als volgt. 2021 2020 Uitgestelde belastingvorderingen 100 98 Uitgestelde belastingverplichtingen 971 1.105 Netto uitgestelde belastingen (871) (1.007) Per 31 december 2021 bedroegen de actuele en uitgestelde belastingen opgenomen in het eigen vermogen respectievelijk EUR 42 miljoen en EUR 900 miljoen. (2020: EUR 54 miljoen en EUR 1.050 miljoen). Uitgestelde belastingvorderingen worden verantwoord voor zover het waarschijnlijk is dat er voldoende toekomstig belastbaar resultaat zal zijn waarmee de uitgestelde belastingvordering verrekend kan worden. Er zijn uitgestelde belastingvorderingen verantwoord met betrekking tot niet benutte (gevorderde) belastingverliezen alsmede belastingverminderingen tegen een geschatte belastingwaarde van EUR 79 miljoen (2020: EUR 71 miljoen). De fiscale verliezen die niet zijn verantwoord bedragen per 31 december 2021 EUR 3.200 miljoen (2020: EUR 3.308 miljoen). Het grootste deel van de (gevorderde) overgedragen fiscale verliezen zijn ontstaan door de vereffening van Brussels Liquidation Holding (het voormalige Fortis Brussels, waartoe de bankactiviteiten van Fortis voorheen behoorden). Voor belastingdoeleinden ontstond het verlies op de verkoop van Fortis Bank pas op het moment van de vereffening. 225 | 240 De RPN(I) is een financieel instrument dat leidt tot kwartaalbetalingen gedaan door of ontvangen van BNP Paribas Fortis SA/NV. BNP Paribas Fortis SA/NV heeft in 2007, met ageas SA/NV als mededebiteur, CASHES uitgegeven. CASHES zijn converteerbare effecten die in aandelen Ageas kunnen worden omgezet tegen een vooraf vastgestelde prijs van EUR 239,40 per aandeel. BNP Paribas Fortis SA/NV en ageas SA/NV, die op dat moment beide deel uitmaakten van de Fortis Groep, hebben een financieel instrument geïntroduceerd, de 'Relative Performance Note' (RPN), ter voorkoming van boekhoudkundige volatiliteit van de aandelen Ageas en van de in de boeken van BNP Paribas Fortis SA/NV tegen reële waarde geboekte CASHES. Bij de opsplitsing van Fortis in 2009 zijn BNP Paribas Fortis SA/NV en Ageas overeengekomen rente te betalen over een in deze RPN vermeld referentiebedrag. Deze rentebetaling per kwartaal wordt gewaardeerd als een financieel instrument en aangeduid als RPN(I). De RPN(I) bestaat zolang er uitstaande CASHES in de markt zijn. In 2007 zijn aanvankelijk 12.000 CASHES uitgegeven. In februari 2012 lanceerde BNP Paribas een openbaar bod op CASHES aan een prijs van 47,5% en werden 7.553 aangeboden CASHES effecten omgezet in Ageas aandelen; Ageas betaalde een schadevergoeding van EUR 287 miljoen aan BNP Paribas aangezien de conversie aanleiding gaf tot een pro-rata vrijval van de RPN(I) verplichting. In mei 2015 kwamen Ageas en BNP Paribas overeen dat BNP Paribas te allen tijde CASHES kan aankopen van individuele beleggers, op voorwaarde dat de aangekochte effecten worden omgezet in Ageas aandelen; bij een dergelijke conversie wordt de pro-rata vrijval van de RPN(I) verplichting betaald aan BNP Paribas, terwijl Ageas de break-up fee ontvangt die gekoppeld is aan de prijs waartegen BNP Paribas de CASHES kan kopen. BNP Paribas kocht en converteerde in de eerste negen maanden van 2016 656 CASHES onder deze overeenkomst; Ageas betaalde 44 miljoen EUR voor de pro-rata schikking van de RPN(I), na aftrek van de ontvangen break-up fee. De overeenkomst tussen Ageas en BNP Paribas liep eind 2016 af en werd niet verlengd. Per 31 december 2021 resteren 3.791 uitstaande CASHES. Referentiebedrag en rentebetalingen Het referentiebedrag wordt als volgt berekend: het verschil tussen EUR 2.350 miljoen en de marktwaarde van 13 miljoen aandelen Ageas waarin het instrument wordt geconverteerd, minus het verschil tussen EUR 3.000 miljoen bij de uitgifte en de marktwaarde van de CASHES zoals genoteerd aan de beurs van Luxemburg, vermenigvuldigd met het aantal uitstaande CASHES (3.791 op 31 december 2021) gedeeld door het aantal CASHES effecten dat oorspronkelijk werd uitgegeven (12.000). Ageas betaalt rente aan BNP Paribas Fortis SA/NV over het gemiddelde referentiebedrag in het kwartaal (als het resultaat hierboven negatief wordt, betaalt BNP Paribas Fortis SA/NV aan Ageas); de rente bedraagt 3-maands Euribor plus 90 basispunten. Ageas gaf 6,3% van de totaal uitstaande aandelen van AG Insurance in onderpand ten gunste van BNP Paribas Fortis SA/NV. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 23 RPN (I) TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 224 Ageas Jaarverslag 2021 224 | 240 Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd wanneer sprake is van een wettelijk afdwingbaar recht om actuele belastingvorderingen te salderen met actuele belastingverplichtingen en wanneer de uitgestelde belastingen betrekking hebben op dezelfde belastingautoriteit. Na deze saldering zijn deze bedragen in de balans als volgt. 2021 2020 Uitgestelde belastingvorderingen 100 98 Uitgestelde belastingverplichtingen 971 1.105 Netto uitgestelde belastingen (871) (1.007) Per 31 december 2021 bedroegen de actuele en uitgestelde belastingen opgenomen in het eigen vermogen respectievelijk EUR 42 miljoen en EUR 900 miljoen. (2020: EUR 54 miljoen en EUR 1.050 miljoen). Uitgestelde belastingvorderingen worden verantwoord voor zover het waarschijnlijk is dat er voldoende toekomstig belastbaar resultaat zal zijn waarmee de uitgestelde belastingvordering verrekend kan worden. Er zijn uitgestelde belastingvorderingen verantwoord met betrekking tot niet benutte (gevorderde) belastingverliezen alsmede belastingverminderingen tegen een geschatte belastingwaarde van EUR 79 miljoen (2020: EUR 71 miljoen). De fiscale verliezen die niet zijn verantwoord bedragen per 31 december 2021 EUR 3.200 miljoen (2020: EUR 3.308 miljoen). Het grootste deel van de (gevorderde) overgedragen fiscale verliezen zijn ontstaan door de vereffening van Brussels Liquidation Holding (het voormalige Fortis Brussels, waartoe de bankactiviteiten van Fortis voorheen behoorden). Voor belastingdoeleinden ontstond het verlies op de verkoop van Fortis Bank pas op het moment van de vereffening. 225 | 240 De RPN(I) is een financieel instrument dat leidt tot kwartaalbetalingen gedaan door of ontvangen van BNP Paribas Fortis SA/NV. BNP Paribas Fortis SA/NV heeft in 2007, met ageas SA/NV als mededebiteur, CASHES uitgegeven. CASHES zijn converteerbare effecten die in aandelen Ageas kunnen worden omgezet tegen een vooraf vastgestelde prijs van EUR 239,40 per aandeel. BNP Paribas Fortis SA/NV en ageas SA/NV, die op dat moment beide deel uitmaakten van de Fortis Groep, hebben een financieel instrument geïntroduceerd, de 'Relative Performance Note' (RPN), ter voorkoming van boekhoudkundige volatiliteit van de aandelen Ageas en van de in de boeken van BNP Paribas Fortis SA/NV tegen reële waarde geboekte CASHES. Bij de opsplitsing van Fortis in 2009 zijn BNP Paribas Fortis SA/NV en Ageas overeengekomen rente te betalen over een in deze RPN vermeld referentiebedrag. Deze rentebetaling per kwartaal wordt gewaardeerd als een financieel instrument en aangeduid als RPN(I). De RPN(I) bestaat zolang er uitstaande CASHES in de markt zijn. In 2007 zijn aanvankelijk 12.000 CASHES uitgegeven. In februari 2012 lanceerde BNP Paribas een openbaar bod op CASHES aan een prijs van 47,5% en werden 7.553 aangeboden CASHES effecten omgezet in Ageas aandelen; Ageas betaalde een schadevergoeding van EUR 287 miljoen aan BNP Paribas aangezien de conversie aanleiding gaf tot een pro-rata vrijval van de RPN(I) verplichting. In mei 2015 kwamen Ageas en BNP Paribas overeen dat BNP Paribas te allen tijde CASHES kan aankopen van individuele beleggers, op voorwaarde dat de aangekochte effecten worden omgezet in Ageas aandelen; bij een dergelijke conversie wordt de pro-rata vrijval van de RPN(I) verplichting betaald aan BNP Paribas, terwijl Ageas de break-up fee ontvangt die gekoppeld is aan de prijs waartegen BNP Paribas de CASHES kan kopen. BNP Paribas kocht en converteerde in de eerste negen maanden van 2016 656 CASHES onder deze overeenkomst; Ageas betaalde 44 miljoen EUR voor de pro-rata schikking van de RPN(I), na aftrek van de ontvangen break-up fee. De overeenkomst tussen Ageas en BNP Paribas liep eind 2016 af en werd niet verlengd. Per 31 december 2021 resteren 3.791 uitstaande CASHES. Referentiebedrag en rentebetalingen Het referentiebedrag wordt als volgt berekend: het verschil tussen EUR 2.350 miljoen en de marktwaarde van 13 miljoen aandelen Ageas waarin het instrument wordt geconverteerd, minus het verschil tussen EUR 3.000 miljoen bij de uitgifte en de marktwaarde van de CASHES zoals genoteerd aan de beurs van Luxemburg, vermenigvuldigd met het aantal uitstaande CASHES (3.791 op 31 december 2021) gedeeld door het aantal CASHES effecten dat oorspronkelijk werd uitgegeven (12.000). Ageas betaalt rente aan BNP Paribas Fortis SA/NV over het gemiddelde referentiebedrag in het kwartaal (als het resultaat hierboven negatief wordt, betaalt BNP Paribas Fortis SA/NV aan Ageas); de rente bedraagt 3-maands Euribor plus 90 basispunten. Ageas gaf 6,3% van de totaal uitstaande aandelen van AG Insurance in onderpand ten gunste van BNP Paribas Fortis SA/NV. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 23 RPN (I) 225 Ageas Jaarverslag 2021 RPN (I) 226 | 240 Waardering Ageas past een transferbegrip toe om de RPN(I)-verplichting tegen reële waarde te registreren. IFRS 13 definieert reële waarde als de prijs die ontvangen zou worden bij de verkoop van een actief of betaald zou moeten worden bij het overdragen van een verplichting in een ordelijke transactie tussen marktpartijen op de waarderingsdatum. De definitie van reële waarde gaat expliciet uit van een ‘eindprijs’, gelinkt aan de prijs ‘die betaald moet worden bij het overdragen van een verplichting’. Als zulke prijzen niet beschikbaar zijn en de verplichting wordt door een andere entiteit als een actief gehouden, dan moet de verplichting worden gewaardeerd vanuit het perspectief van een marktpartij die het actief aanhoudt. Ageas waardeert zijn verplichting tegen het referentiebedrag. Het RPN-referentiebedrag is gebaseerd op de prijs van de CASHES en de koers van het Ageas aandeel. Het referentiebedrag steeg van EUR 420 miljoen op het einde van 2020 naar EUR 520.4 miljoen op 31 december 2021, voornamelijk als gevolg van een koersstijging van de prijs van de CASHES van 84,17% op 31 december 2020 naar 95,61% op 31 december 2021, slechts gedeeltelijk gecompenseerd door de prijsstijging van het Ageas aandeel van EUR 43,58 tot EUR 45,55 over dezelfde periode. Gevoeligheid van de waarde van RPN(I) Per 31 december 2021 leidt een toename van de prijs van de CASHES met 1%, uitgedrukt in een percentage van de fractiewaarde, tot een stijging van het referentiebedrag met EUR 9,5 miljoen, terwijl een stijging van EUR 1,00 van het Ageas aandeel, het referentiebedrag met EUR 4 miljoen zal doen dalen. 227 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Uitgestelde baten 155 139 Overlopende financieringslasten 50 57 Overlopende lasten 101 99 Derivaten gehouden voor afdekkingsdoeleinden 26 27 Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 15 8 Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen 808 870 Verplichtingen voor overige vergoedingen na uitdiensttreding 137 153 Verplichtingen voor ontslagvergoedingen 5 4 Verplichtingen voor overige personeelsbeloningen op lange termijn 17 18 Verplichtingen voor personeelsbeloningen op korte termijn 107 92 Verplichtingen inzake geschreven putopties op minderheidsbelang 108 101 Handelsschulden 213 261 Schulden aan agenten, polishouders en tussenpersonen 485 509 Btw en overige te betalen belastingen 167 149 Te betalen dividenden 16 16 Schulden aan herverzekeraars 25 31 Overige verplichtingen 399 400 Totaal 2.834 2.934 Details over personeelsvergoedingen zijn te vinden in toelichting 6 sectie 6.1 Personeelsvergoedingen. De regel ’overige verplichtingen’ heeft betrekking op verplichtingen in verband met de vereffening van aandelentransacties, ontvangen geldmiddelen die moeten worden gealloceerd aan beleggingen en kleine uitgaven die moeten worden betaald. Uitgestelde baten en overlopende bedragen worden beschouwd als kortlopende verplichtingen met een looptijd van minder dan een jaar. De volgende tabellen tonen de niet-verdisconteerde kasstromen van de BTW en overige te betalen belastingen, handelsschulden, schulden aan agenten, polishouders en tussenpersonen, schulden aan herverzekeraars en overige verplichtingen. 31 december 2021 Minder dan 1 jaar 1 tot 3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar Niet-verdisconteerde cashflow 1.118 149 3 31 Totaal 1.118 149 3 31 31 december 2020 Minder dan 1 jaar 1 tot 3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar Niet-verdisconteerde cashflow 1.162 169 4 33 Totaal 1.162 169 4 33 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 24 Overlopende rente en overige verplichtingen TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 226 Ageas Jaarverslag 2021 226 | 240 Waardering Ageas past een transferbegrip toe om de RPN(I)-verplichting tegen reële waarde te registreren. IFRS 13 definieert reële waarde als de prijs die ontvangen zou worden bij de verkoop van een actief of betaald zou moeten worden bij het overdragen van een verplichting in een ordelijke transactie tussen marktpartijen op de waarderingsdatum. De definitie van reële waarde gaat expliciet uit van een ‘eindprijs’, gelinkt aan de prijs ‘die betaald moet worden bij het overdragen van een verplichting’. Als zulke prijzen niet beschikbaar zijn en de verplichting wordt door een andere entiteit als een actief gehouden, dan moet de verplichting worden gewaardeerd vanuit het perspectief van een marktpartij die het actief aanhoudt. Ageas waardeert zijn verplichting tegen het referentiebedrag. Het RPN-referentiebedrag is gebaseerd op de prijs van de CASHES en de koers van het Ageas aandeel. Het referentiebedrag steeg van EUR 420 miljoen op het einde van 2020 naar EUR 520.4 miljoen op 31 december 2021, voornamelijk als gevolg van een koersstijging van de prijs van de CASHES van 84,17% op 31 december 2020 naar 95,61% op 31 december 2021, slechts gedeeltelijk gecompenseerd door de prijsstijging van het Ageas aandeel van EUR 43,58 tot EUR 45,55 over dezelfde periode. Gevoeligheid van de waarde van RPN(I) Per 31 december 2021 leidt een toename van de prijs van de CASHES met 1%, uitgedrukt in een percentage van de fractiewaarde, tot een stijging van het referentiebedrag met EUR 9,5 miljoen, terwijl een stijging van EUR 1,00 van het Ageas aandeel, het referentiebedrag met EUR 4 miljoen zal doen dalen. 227 | 240 31 december 2021 31 december 2020 Uitgestelde baten 155 139 Overlopende financieringslasten 50 57 Overlopende lasten 101 99 Derivaten gehouden voor afdekkingsdoeleinden 26 27 Derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden 15 8 Verplichtingen voor regelingen met vaste toezeggingen 808 870 Verplichtingen voor overige vergoedingen na uitdiensttreding 137 153 Verplichtingen voor ontslagvergoedingen 5 4 Verplichtingen voor overige personeelsbeloningen op lange termijn 17 18 Verplichtingen voor personeelsbeloningen op korte termijn 107 92 Verplichtingen inzake geschreven putopties op minderheidsbelang 108 101 Handelsschulden 213 261 Schulden aan agenten, polishouders en tussenpersonen 485 509 Btw en overige te betalen belastingen 167 149 Te betalen dividenden 16 16 Schulden aan herverzekeraars 25 31 Overige verplichtingen 399 400 Totaal 2.834 2.934 Details over personeelsvergoedingen zijn te vinden in toelichting 6 sectie 6.1 Personeelsvergoedingen. De regel ’overige verplichtingen’ heeft betrekking op verplichtingen in verband met de vereffening van aandelentransacties, ontvangen geldmiddelen die moeten worden gealloceerd aan beleggingen en kleine uitgaven die moeten worden betaald. Uitgestelde baten en overlopende bedragen worden beschouwd als kortlopende verplichtingen met een looptijd van minder dan een jaar. De volgende tabellen tonen de niet-verdisconteerde kasstromen van de BTW en overige te betalen belastingen, handelsschulden, schulden aan agenten, polishouders en tussenpersonen, schulden aan herverzekeraars en overige verplichtingen. 31 december 2021 Minder dan 1 jaar 1 tot 3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar Niet-verdisconteerde cashflow 1.118 149 3 31 Totaal 1.118 149 3 31 31 december 2020 Minder dan 1 jaar 1 tot 3 jaar 3 tot 5 jaar Langer dan 5 jaar Niet-verdisconteerde cashflow 1.162 169 4 33 Totaal 1.162 169 4 33 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 24 Overlopende rente en overige verplichtingen 227 Ageas Jaarverslag 2021 Overlopende rente en overige verplichtingen 228 | 240 De voorzieningen hebben hoofdzakelijk betrekking op juridische geschillen en reorganisaties en zijn gebaseerd op de best mogelijke schattingen zoals beschikbaar aan het einde van de periode op basis van het oordeel van het management waarbij in de meeste gevallen rekening wordt gehouden met de adviezen van juridische adviseurs. Het tijdstip van de uitgaande kasstromen die samenhangen met deze voorzieningen is per definitie onzeker, gezien de onvoorspelbaarheid van de uitkomst van en de tijd die gemoeid is met het afwikkelen van processen/geschillen. De lopende gerechtelijke procedures worden beschreven in toelichting 43 Voorwaardelijke verplichtingen. Globale schikking gerelateerd aan de Fortis-gebeurtenissen van 2007 en 2008 Op 14 maart 2016 kondigden Ageas en de claimantenorganisaties, Deminor, Stichting FortisEffect, Stichting Investor Claims Against Fortis (SICAF) en de VEB een voorstel aan voor schikking (de “Schikking”) van alle burgerlijke rechtszaken over het voormalige Fortis voor gebeurtenissen van 2007 en 2008 voor een bedrag van EUR 1,2 miljard. Daarnaast maakte Ageas op 14 maart 2016 bekend dat het ook tot overeenstemming was gekomen met de D&O verzekeraars (Directors & Officers), de bestuurders en functionarissen betrokken bij de lopende geschillen en BNP Paribas Fortis, om voor een bedrag van EUR 290 miljoen te schikken. Op 24 maart 2017 hield het Gerechtshof te Amsterdam een openbare hoorzitting. Tijdens deze zitting hoorde het Hof het verzoek om het schikkingsakkoord bindend te verklaren, alsook de argumenten die ertegen werden ingebracht. Op 16 juni 2017 nam het Hof de tussentijdse beslissing om de schikking in de initiële vorm niet bindend te verklaren. Op 12 december 2017 dienden de aanvragers een gewijzigde en bijgewerkte schikking in bij het Gerechtshof te Amsterdam. Deze aangepaste schikking hield rekening met de voornaamste bezwaren van het Gerechtshof en het totale budget werd met EUR 100 miljoen opgetrokken naar EUR 1,3 miljard. Op 13 juli 2018 verklaarde het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend voor in aanmerking komende aandeelhouders (d.w.z. personen die aandelen Fortis in bezit hadden op onverschillig welk tijdstip tussen het sluiten van de handel op 28 februari 2007 en het sluiten van de handel op 14 oktober 2008), overeenkomstig de Nederlandse Wet Collectieve afwikkeling Massaschade, “WCAM”. Door de Schikking bindend te verklaren, meende het Gerechtshof dat de krachtens de schikking aangeboden vergoeding redelijk is en dat de claimantenorganisaties Deminor, SICAF en FortisEffect de belangen van de begunstigden van de Schikking naar behoren behartigen. Op 21 december 2018 verschafte Ageas duidelijkheid door eerder dan op de uiterste datum af te zien van zijn beëindigingsrecht. Zodoende is de Schikking definitief. De periode voor het indienen van vorderingen begon op 27 juli 2018 en eindigde op 28 juli 2019. Per 31 december 2021 werd er EUR 1.199 miljoen uitbetaald aan in aanmerking komende aandeelhouders. De belangrijkste componenten van de voorziening per 31 december 2021 van EUR 114 miljoen (31 december 2020: 246 miljoen) zijn: EUR 1.309 miljoen voor het akkoord omtrent de WCAM-schikking; EUR 5 miljoen verbonden met staartrisico, inclusief opgelopen kosten; minus EUR 1.199 miljoen die al aan in aanmerking komende aandeelhouders werd uitgekeerd. De bedragen worden weergegeven op de regel ‘voorzieningen’ in de balans en op de regel ‘wijzigingen in voorzieningen’ in de resultatenrekening. Het verloop van de voorzieningen gedurende het jaar is als volgt. 31 december 2021 31 december 2020 Stand per 1 januari 322 582 Aan- en verkoop dochterondernemingen Toename (Afname) voorziening (15) (36) Aanwendingen in de loop van het jaar (127) (223) Wisselkoersverschillen en overige 2 (1) Stand per 31 december 182 322 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 25 Voorzieningen 229 | 240 In de navolgende tabel wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste minderheidsbelangen (NCI) in de entiteiten van Ageas. Eigen Eigen % van Resultaat vermogen % van Resultaat vermogen Minder- per per minder- per per heids- 31 dec. 31 dec. heids- 31 dec. 31 dec. belangen 2021 2021 belangen 2020 2020 Groepsmaatschappij AG Insurance (België) 25,0% 95 1.617 25,0% 97 1.637 AG Real Estate (onderdeel van AG Insurance) vooral Interparking NCI voor 49% eigendom van 25,0% 43 352 25,0% 24 322 minderheidsaandeelhouders van AG Real Estate Millenniumbcp Ageas (onderdeel van CEU) 49,0% 34 286 49,0% 39 258 Overige (1) 3 (1) 2 Totaal Minderheidsbelangen 171 2.258 159 2.219 Minderheidsbelangen vertegenwoordigt de deelneming van een derde partij in het eigen vermogen van de dochtermaatschappijen van Ageas. Ageas Insurance verstrekte Parkimo, een minderheidsaandeelhouder van Interparking, een onvoorwaardelijke putoptie voor haar belang van 10,05% in Interparking. De putoptie werd gewaardeerd tegen reële waarde van het verwachte af re rekenen bedrag van EUR 109 miljoen (2020: EUR 100 miljoen). Dochterondernemingen Nadere informatie met betrekking tot de balans van AG Insurance is opgenomen in toelichting 8 informatie operationele segmenten. Details van de andere dochteronderneming waarin Ageas een minderheidsbelang heeft, zijn opgenomen in de volgende tabel. Eigen Eigen Activa Passiva vermogen Activa Passiva vermogen per per per per per per 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec. Financiële informatie (100% belang) 2021 2021 2021 2020 2020 2020 Dochteronderneming Millenniumbcp Ageas 10.226 9.846 379 10.848 10.526 322 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 26 Minderheidsbelangen TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 228 Ageas Jaarverslag 2021 Voorzieningen 228 | 240 De voorzieningen hebben hoofdzakelijk betrekking op juridische geschillen en reorganisaties en zijn gebaseerd op de best mogelijke schattingen zoals beschikbaar aan het einde van de periode op basis van het oordeel van het management waarbij in de meeste gevallen rekening wordt gehouden met de adviezen van juridische adviseurs. Het tijdstip van de uitgaande kasstromen die samenhangen met deze voorzieningen is per definitie onzeker, gezien de onvoorspelbaarheid van de uitkomst van en de tijd die gemoeid is met het afwikkelen van processen/geschillen. De lopende gerechtelijke procedures worden beschreven in toelichting 43 Voorwaardelijke verplichtingen. Globale schikking gerelateerd aan de Fortis-gebeurtenissen van 2007 en 2008 Op 14 maart 2016 kondigden Ageas en de claimantenorganisaties, Deminor, Stichting FortisEffect, Stichting Investor Claims Against Fortis (SICAF) en de VEB een voorstel aan voor schikking (de “Schikking”) van alle burgerlijke rechtszaken over het voormalige Fortis voor gebeurtenissen van 2007 en 2008 voor een bedrag van EUR 1,2 miljard. Daarnaast maakte Ageas op 14 maart 2016 bekend dat het ook tot overeenstemming was gekomen met de D&O verzekeraars (Directors & Officers), de bestuurders en functionarissen betrokken bij de lopende geschillen en BNP Paribas Fortis, om voor een bedrag van EUR 290 miljoen te schikken. Op 24 maart 2017 hield het Gerechtshof te Amsterdam een openbare hoorzitting. Tijdens deze zitting hoorde het Hof het verzoek om het schikkingsakkoord bindend te verklaren, alsook de argumenten die ertegen werden ingebracht. Op 16 juni 2017 nam het Hof de tussentijdse beslissing om de schikking in de initiële vorm niet bindend te verklaren. Op 12 december 2017 dienden de aanvragers een gewijzigde en bijgewerkte schikking in bij het Gerechtshof te Amsterdam. Deze aangepaste schikking hield rekening met de voornaamste bezwaren van het Gerechtshof en het totale budget werd met EUR 100 miljoen opgetrokken naar EUR 1,3 miljard. Op 13 juli 2018 verklaarde het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend voor in aanmerking komende aandeelhouders (d.w.z. personen die aandelen Fortis in bezit hadden op onverschillig welk tijdstip tussen het sluiten van de handel op 28 februari 2007 en het sluiten van de handel op 14 oktober 2008), overeenkomstig de Nederlandse Wet Collectieve afwikkeling Massaschade, “WCAM”. Door de Schikking bindend te verklaren, meende het Gerechtshof dat de krachtens de schikking aangeboden vergoeding redelijk is en dat de claimantenorganisaties Deminor, SICAF en FortisEffect de belangen van de begunstigden van de Schikking naar behoren behartigen. Op 21 december 2018 verschafte Ageas duidelijkheid door eerder dan op de uiterste datum af te zien van zijn beëindigingsrecht. Zodoende is de Schikking definitief. De periode voor het indienen van vorderingen begon op 27 juli 2018 en eindigde op 28 juli 2019. Per 31 december 2021 werd er EUR 1.199 miljoen uitbetaald aan in aanmerking komende aandeelhouders. De belangrijkste componenten van de voorziening per 31 december 2021 van EUR 114 miljoen (31 december 2020: 246 miljoen) zijn: EUR 1.309 miljoen voor het akkoord omtrent de WCAM-schikking; EUR 5 miljoen verbonden met staartrisico, inclusief opgelopen kosten; minus EUR 1.199 miljoen die al aan in aanmerking komende aandeelhouders werd uitgekeerd. De bedragen worden weergegeven op de regel ‘voorzieningen’ in de balans en op de regel ‘wijzigingen in voorzieningen’ in de resultatenrekening. Het verloop van de voorzieningen gedurende het jaar is als volgt. 31 december 2021 31 december 2020 Stand per 1 januari 322 582 Aan- en verkoop dochterondernemingen Toename (Afname) voorziening (15) (36) Aanwendingen in de loop van het jaar (127) (223) Wisselkoersverschillen en overige 2 (1) Stand per 31 december 182 322 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 25 Voorzieningen 229 | 240 In de navolgende tabel wordt een overzicht gegeven van de belangrijkste minderheidsbelangen (NCI) in de entiteiten van Ageas. Eigen Eigen % van Resultaat vermogen % van Resultaat vermogen Minder- per per minder- per per heids- 31 dec. 31 dec. heids- 31 dec. 31 dec. belangen 2021 2021 belangen 2020 2020 Groepsmaatschappij AG Insurance (België) 25,0% 95 1.617 25,0% 97 1.637 AG Real Estate (onderdeel van AG Insurance) vooral Interparking NCI voor 49% eigendom van 25,0% 43 352 25,0% 24 322 minderheidsaandeelhouders van AG Real Estate Millenniumbcp Ageas (onderdeel van CEU) 49,0% 34 286 49,0% 39 258 Overige (1) 3 (1) 2 Totaal Minderheidsbelangen 171 2.258 159 2.219 Minderheidsbelangen vertegenwoordigt de deelneming van een derde partij in het eigen vermogen van de dochtermaatschappijen van Ageas. Ageas Insurance verstrekte Parkimo, een minderheidsaandeelhouder van Interparking, een onvoorwaardelijke putoptie voor haar belang van 10,05% in Interparking. De putoptie werd gewaardeerd tegen reële waarde van het verwachte af re rekenen bedrag van EUR 109 miljoen (2020: EUR 100 miljoen). Dochterondernemingen Nadere informatie met betrekking tot de balans van AG Insurance is opgenomen in toelichting 8 informatie operationele segmenten. Details van de andere dochteronderneming waarin Ageas een minderheidsbelang heeft, zijn opgenomen in de volgende tabel. Eigen Eigen Activa Passiva vermogen Activa Passiva vermogen per per per per per per 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec. 31 dec. Financiële informatie (100% belang) 2021 2021 2021 2020 2020 2020 Dochteronderneming Millenniumbcp Ageas 10.226 9.846 379 10.848 10.526 322 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 26 Minderheidsbelangen 229 Ageas Jaarverslag 2021 Minderheidsbelangen 230 | 240 Valutacontracten Futures zijn overeenkomsten die tegen een specifieke prijs en op een specifieke datum in de toekomst moeten worden afgewikkeld en die op diezelfde markten kunnen worden verhandeld. Termijncontracten zijn maatovereenkomsten tussen twee entiteiten die tegen een vandaag overeengekomen prijs op een specifieke datum in de toekomst worden afgewikkeld. De valutatermijncontracten en -futures betreffen hoofdzakelijk overeenkomsten die het valutarisico op activa die in buitenlandse valuta’s luiden af te dekken. Renteswaps en cross-currency swaps Swapcontracten zijn overeenkomsten tussen twee partijen waarin één verzameling kasstromen wordt geruild voor een andere verzameling kasstromen. Betalingen zijn gebaseerd op de nominale waarde van de swap. Ageas gebruikt hoofdzakelijk renteswaps om de kasstromen van ontvangen of betaalde rente te beheersen en (cross) valutaswapcontracten om kasstromen die in buitenlandse valuta’s luiden te beheersen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 27 Derivaten 231 | 240 Handelsderivaten 31 december 2021 31 december 2020 Reële waarde Reële waarde Nominaal Nominaal Activa Passiva bedrag Activa Passiva bedrag Valutacontracten Forwards en futures 2 14 346 14 1 560 Swaps 8 6 Totaal 2 14 354 14 1 566 Rentecontracten Swaps 4 174 2 7 213 Totaal 4 174 2 7 213 Effecten/Index contracten Opties en warrants 10 Totaal 10 Overige 1 Totaal 6 15 538 16 8 779 Reële waarden ondersteund door waarneembare marktgegevens Reële waarden op basis van een waarderingsmodel 6 15 16 8 Totaal 6 15 16 8 Over the counter (OTC) 6 15 538 16 8 779 Totaal 6 15 538 16 8 779 Hedging-derivaten 31 december 2021 31 december 2020 Reële waarde Reële waarde Nominaal Nominaal Activa Passiva bedrag Activa Passiva bedrag Valutacontracten Forwards en futures 6 12 183 3 140 Totaal 6 12 183 3 140 Rentecontracten Swaps 28 14 1.233 27 834 Totaal 28 14 1.233 27 834 Totaal 34 26 1.416 3 27 974 Reële waarden ondersteund door waarneembare marktgegevens 11 3 20 Reële waarden op basis van een waarderingsmodel 34 15 7 Totaal 34 26 3 27 Over the counter (OTC) 34 26 1.416 3 27 974 Totaal 34 26 1.416 3 27 974 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 230 Ageas Jaarverslag 2021 Derivaten 230 | 240 Valutacontracten Futures zijn overeenkomsten die tegen een specifieke prijs en op een specifieke datum in de toekomst moeten worden afgewikkeld en die op diezelfde markten kunnen worden verhandeld. Termijncontracten zijn maatovereenkomsten tussen twee entiteiten die tegen een vandaag overeengekomen prijs op een specifieke datum in de toekomst worden afgewikkeld. De valutatermijncontracten en -futures betreffen hoofdzakelijk overeenkomsten die het valutarisico op activa die in buitenlandse valuta’s luiden af te dekken. Renteswaps en cross-currency swaps Swapcontracten zijn overeenkomsten tussen twee partijen waarin één verzameling kasstromen wordt geruild voor een andere verzameling kasstromen. Betalingen zijn gebaseerd op de nominale waarde van de swap. Ageas gebruikt hoofdzakelijk renteswaps om de kasstromen van ontvangen of betaalde rente te beheersen en (cross) valutaswapcontracten om kasstromen die in buitenlandse valuta’s luiden te beheersen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 27 Derivaten 231 | 240 Handelsderivaten 31 december 2021 31 december 2020 Reële waarde Reële waarde Nominaal Nominaal Activa Passiva bedrag Activa Passiva bedrag Valutacontracten Forwards en futures 2 14 346 14 1 560 Swaps 8 6 Totaal 2 14 354 14 1 566 Rentecontracten Swaps 4 174 2 7 213 Totaal 4 174 2 7 213 Effecten/Index contracten Opties en warrants 10 Totaal 10 Overige 1 Totaal 6 15 538 16 8 779 Reële waarden ondersteund door waarneembare marktgegevens Reële waarden op basis van een waarderingsmodel 6 15 16 8 Totaal 6 15 16 8 Over the counter (OTC) 6 15 538 16 8 779 Totaal 6 15 538 16 8 779 Hedging-derivaten 31 december 2021 31 december 2020 Reële waarde Reële waarde Nominaal Nominaal Activa Passiva bedrag Activa Passiva bedrag Valutacontracten Forwards en futures 6 12 183 3 140 Totaal 6 12 183 3 140 Rentecontracten Swaps 28 14 1.233 27 834 Totaal 28 14 1.233 27 834 Totaal 34 26 1.416 3 27 974 Reële waarden ondersteund door waarneembare marktgegevens 11 3 20 Reële waarden op basis van een waarderingsmodel 34 15 7 Totaal 34 26 3 27 Over the counter (OTC) 34 26 1.416 3 27 974 Totaal 34 26 1.416 3 27 974 231 Ageas Jaarverslag 2021 232 | 240 Ontvangen en gedane toezeggingen waren als volgt. Verplichtingen 31 december 2021 31 december 2020 Ontvangen verplichtingen Kredietlijnen 1.071 1.114 Onderpand & garanties ontvangen 4.182 4.435 Overige niet in de balans gewaardeerde rechten 207 38 Totaal ontvangen 5.460 5.587 Verstrekte verplichtingen Garanties, Financieel en Prestatiegerelateerde Kredietbrieven 199 292 Beschikbare kredietlijnen 1.024 982 Onderpand & garanties verstrekt 2.184 2.459 In bewaring gegeven activa en vorderingen 738 1.006 Kapitaal rechten en verplichtingen 292 189 Vastgoedtoezeggingen 531 419 Overige niet in de balans opgenomen verplichtingen 1.297 961 Totaal verstrekt 6.265 6.308 Het merendeel van de ontvangen toezeggingen bestaat uit ontvangen onderpand en garanties, vooral van klanten ontvangen onderpand op woninghypotheken en in mindere mate ook commerciële leningen en leningen aan polishouders. Andere niet in de balans gewaardeerde toezeggingen op 31 december 2021 omvatten voor EUR 521 miljoen uitstaande kredietaanbiedingen (31 december 2020: EUR 185 miljoen). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 28 Toezeggingen 233 | 240 In de volgende tabel wordt de reële waarde weergegeven van de financiële activa en passiva gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs. 31 december 2021 31 december 2020 Niveau Boekwaarde Reële waarde Boekwaarde Reële waarde Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 2 1.937 1.937 2.241 2.241 Tot einde looptijd gehouden financiële beleggingen 1 4.351 6.497 4.416 7.101 Leningen 2 14.492 15.452 13.398 14.936 Herverzekering en overige vorderingen 2 2.149 2.146 1.961 1.961 Totaal financiële activa 22.929 26.032 22.016 26.239 Passiva Achtergestelde schulden 2 2.748 2.757 2.758 2.847 Schulden exclusief leaseverplichtingen 2 3.056 3.056 3.350 3.363 Totaal financiële verplichtingen 5.804 5.813 6.108 6.210 De berekening van de reële waarde van financiële instrumenten die niet actief worden verhandeld op financiële markten, kan als volgt worden samengevat. Type instrument Producten Ageas Reële waarde berekening Instrumenten zonder vast einde looptijd Zichtrekeningen, spaarrekeningen enz. Nominale waarde. Instrumenten zonder optionele kenmerken Gewone leningen, deposito's enz. Methode van de gedisconteerde kasstromen; de gebruikte rentecurve voor de discontering is de swapcurve plus spread (activa) of de swapcurve min spread (verplichtingen); de spread is gebaseerd op de commerciële marge berekend op basis van het gemiddelde aan nieuwe polissen tijdens de laatste drie maanden. Instrumenten met optiekenmerken Hypotheekleningen en overige instrumenten met optionele kenmerken Het product wordt gesplitst en de lineaire component (zonder optiekenmerk) wordt gewaardeerd met behulp van de methode van de gedisconteerde kasstromen en de optiecomponent wordt gewaardeerd op basis van een optiewaarderingsmodel. Achtergestelde obligaties of vorderingen Achtergestelde activa De waardering is gebaseerd op prijzen verkregen van brokers in een inactieve markt (niveau 3). Private equity Private equity en niet- beursgenoteerde deelnemingen Doorgaans gebaseerd op de waarderingsrichtlijnen van de European Venture Capital Association. Vaak worden ratio's gebruikt zoals ondernemingswaarde/EBITDA, koers- kasstroom en koers-winst enz. Preferente aandelen (niet beursgenoteerd) Preferente aandelen Als het aandeel is geclassificeerd als vreemd vermogen wordt de methode van de gedisconteerde kasstromen gebruikt. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 29 Reële waarde van Financiële activa en financiële passiva TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 232 Ageas Jaarverslag 2021 Toezeggingen 232 | 240 Ontvangen en gedane toezeggingen waren als volgt. Verplichtingen 31 december 2021 31 december 2020 Ontvangen verplichtingen Kredietlijnen 1.071 1.114 Onderpand & garanties ontvangen 4.182 4.435 Overige niet in de balans gewaardeerde rechten 207 38 Totaal ontvangen 5.460 5.587 Verstrekte verplichtingen Garanties, Financieel en Prestatiegerelateerde Kredietbrieven 199 292 Beschikbare kredietlijnen 1.024 982 Onderpand & garanties verstrekt 2.184 2.459 In bewaring gegeven activa en vorderingen 738 1.006 Kapitaal rechten en verplichtingen 292 189 Vastgoedtoezeggingen 531 419 Overige niet in de balans opgenomen verplichtingen 1.297 961 Totaal verstrekt 6.265 6.308 Het merendeel van de ontvangen toezeggingen bestaat uit ontvangen onderpand en garanties, vooral van klanten ontvangen onderpand op woninghypotheken en in mindere mate ook commerciële leningen en leningen aan polishouders. Andere niet in de balans gewaardeerde toezeggingen op 31 december 2021 omvatten voor EUR 521 miljoen uitstaande kredietaanbiedingen (31 december 2020: EUR 185 miljoen). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 28 Toezeggingen 233 | 240 In de volgende tabel wordt de reële waarde weergegeven van de financiële activa en passiva gewaardeerd aan geamortiseerde kostprijs. 31 december 2021 31 december 2020 Niveau Boekwaarde Reële waarde Boekwaarde Reële waarde Activa Geldmiddelen en kasequivalenten 2 1.937 1.937 2.241 2.241 Tot einde looptijd gehouden financiële beleggingen 1 4.351 6.497 4.416 7.101 Leningen 2 14.492 15.452 13.398 14.936 Herverzekering en overige vorderingen 2 2.149 2.146 1.961 1.961 Totaal financiële activa 22.929 26.032 22.016 26.239 Passiva Achtergestelde schulden 2 2.748 2.757 2.758 2.847 Schulden exclusief leaseverplichtingen 2 3.056 3.056 3.350 3.363 Totaal financiële verplichtingen 5.804 5.813 6.108 6.210 De berekening van de reële waarde van financiële instrumenten die niet actief worden verhandeld op financiële markten, kan als volgt worden samengevat. Type instrument Producten Ageas Reële waarde berekening Instrumenten zonder vast einde looptijd Zichtrekeningen, spaarrekeningen enz. Nominale waarde. Instrumenten zonder optionele kenmerken Gewone leningen, deposito's enz. Methode van de gedisconteerde kasstromen; de gebruikte rentecurve voor de discontering is de swapcurve plus spread (activa) of de swapcurve min spread (verplichtingen); de spread is gebaseerd op de commerciële marge berekend op basis van het gemiddelde aan nieuwe polissen tijdens de laatste drie maanden. Instrumenten met optiekenmerken Hypotheekleningen en overige instrumenten met optionele kenmerken Het product wordt gesplitst en de lineaire component (zonder optiekenmerk) wordt gewaardeerd met behulp van de methode van de gedisconteerde kasstromen en de optiecomponent wordt gewaardeerd op basis van een optiewaarderingsmodel. Achtergestelde obligaties of vorderingen Achtergestelde activa De waardering is gebaseerd op prijzen verkregen van brokers in een inactieve markt (niveau 3). Private equity Private equity en niet- beursgenoteerde deelnemingen Doorgaans gebaseerd op de waarderingsrichtlijnen van de European Venture Capital Association. Vaak worden ratio's gebruikt zoals ondernemingswaarde/EBITDA, koers- kasstroom en koers-winst enz. Preferente aandelen (niet beursgenoteerd) Preferente aandelen Als het aandeel is geclassificeerd als vreemd vermogen wordt de methode van de gedisconteerde kasstromen gebruikt. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 29 Reële waarde van Financiële activa en financiële passiva 233 Ageas Jaarverslag 2021 Reële waarde van Financiële activa en financiële passiva 234 | 240 Ageas heeft een beleid geformuleerd om de onzekerheden met betrekking tot de berekening van reële waarde door middel van waarderingsmethoden en interne modellen te kunnen kwantificeren en bewaken. Gerelateerde onzekerheden worden benoemd in het modelrisicoconcept. Modelrisico ontstaat wanneer de productwaarderingsmethode die gehanteerd wordt nog niet is gestandaardiseerd, of wanneer gebruik wordt gemaakt van inputgegevens die niet rechtstreeks in de markt zichtbaar zijn, maar op aannames zijn gebaseerd. De ontwikkeling van nieuwe, geavanceerde producten in de markt heeft geleid tot de ontwikkeling van wiskundige modellen waarmee deze producten kunnen worden gewaardeerd. Deze modellen repliceren het complexe patroon van de functie van een optie op basis van aannames over het stochastische gedrag van de onderliggende variabelen, numerieke algoritmen en andere theoretische benaderingen die nodig zijn om de complexiteit van het financiële instrument na te bootsen. Voorts zijn de onderliggende hypothesen van een model afhankelijk van de algemene marktomstandigheden (specifieke rentestanden, volatiliteit etc.) op het moment van ontwikkeling van het model. Er bestaat geen garantie dat het model nog steeds de juiste resultaten weergeeft wanneer marktcondities radicaal veranderen. Eventuele modelonzekerheden worden zo precies mogelijk gekwantificeerd. Dit vormt de basis voor de aanpassing van de reële- waardeberekening door de waarderingsmethoden en interne modellen. TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE BALANS 234 Ageas Jaarverslag 2021 234 | 240 Ageas heeft een beleid geformuleerd om de onzekerheden met betrekking tot de berekening van reële waarde door middel van waarderingsmethoden en interne modellen te kunnen kwantificeren en bewaken. Gerelateerde onzekerheden worden benoemd in het modelrisicoconcept. Modelrisico ontstaat wanneer de productwaarderingsmethode die gehanteerd wordt nog niet is gestandaardiseerd, of wanneer gebruik wordt gemaakt van inputgegevens die niet rechtstreeks in de markt zichtbaar zijn, maar op aannames zijn gebaseerd. De ontwikkeling van nieuwe, geavanceerde producten in de markt heeft geleid tot de ontwikkeling van wiskundige modellen waarmee deze producten kunnen worden gewaardeerd. Deze modellen repliceren het complexe patroon van de functie van een optie op basis van aannames over het stochastische gedrag van de onderliggende variabelen, numerieke algoritmen en andere theoretische benaderingen die nodig zijn om de complexiteit van het financiële instrument na te bootsen. Voorts zijn de onderliggende hypothesen van een model afhankelijk van de algemene marktomstandigheden (specifieke rentestanden, volatiliteit etc.) op het moment van ontwikkeling van het model. Er bestaat geen garantie dat het model nog steeds de juiste resultaten weergeeft wanneer marktcondities radicaal veranderen. Eventuele modelonzekerheden worden zo precies mogelijk gekwantificeerd. Dit vormt de basis voor de aanpassing van de reële- waardeberekening door de waarderingsmethoden en interne modellen. 235 Ageas Jaarverslag 2021 E Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening 236 | 240 Het bruto premie-inkomen Leven bestaat uit de bruto ontvangen premies van de verzekeringsmaatschappijen voor uitgegeven verzekerings- en beleggingscontracten. Het premie-inkomen van verzekeringscontracten en van beleggingscontracten met DPF wordt verantwoord in de resultatenrekening. De premie- instroom van beleggingscontracten zonder DPF, met name unit-linked contracten, wordt - na aftrek van commissies - direct verantwoord als verplichting (deposit accounting). Vergoedingen worden in de resultatenrekening als baten opgenomen. 2021 2020 Bruto premie-inkomen Leven 6.218 5.197 Bruto premie-inkomen Niet-leven 4.589 4.298 Algemene rekening en eliminaties (2) (3) Totaal bruto premie-inkomen 10.805 9.492 2021 2020 Netto verdiende premies Leven 4.364 4.111 Netto verdiende premies Niet-leven 4.171 3.893 Algemene rekening en eliminaties (2) (2) Totaal netto verdiende premies 8.533 8.002 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 30 Verzekeringspremies 237 | 240 Leven 2021 2020 Unit-linked contracten Geboekte eenmalige premies 236 178 Geboekte periodieke premies 250 115 Totaal unit-linked contracten 486 293 Niet unit-linked contracten Geboekte eenmalige premies 354 338 Geboekte periodieke premies 872 969 Totaal collectief 1.226 1.307 Geboekte eenmalige premies 322 321 Geboekte periodieke premies 431 421 Totaal individueel 753 742 Totaal niet unit-linked contracten 1.979 2.049 Beleggingscontracten met DPF Geboekte eenmalige premies 1.427 1.278 Geboekte periodieke premies 500 521 Totaal beleggingscontracten met DPF 1.927 1.799 Geboekte premies Leven 4.392 4.140 Geboekte eenmalige premies 1.752 1.012 Geboekte periodieke premies 74 45 Premies inzake beleggingscontracten 1.826 1.057 Bruto premie-inkomen Leven 6.218 5.197 2021 2020 Bruto premies Leven 4.392 4.140 Uitgaande herverzekeringspremies (28) (29) Netto verdiende premies Leven 4.364 4.111 Niet-leven Brand, schade en overige bevat de verzekeringspremies voor auto, brand en overige schade aan eigendommen. Ongevallen Brand & schade 2021 & gezondheidszorg en overige Totaal Bruto geboekte premies 1.093 3.496 4.589 Wijziging in niet-verdiende premies, bruto 14 14 Bruto verdiende premies 1.093 3.510 4.603 Uitgaande herverzekeringspremies (50) (383) (433) Aandeel herverzekeraars in niet-verdiende premies (2) 3 1 Netto verdiende premies Niet-leven 1.041 3.130 4.171 Ongevallen Brand & schade 2020 & gezondheidszorg en overige Totaal Bruto geboekte premies 969 3.329 4.298 Wijziging in niet-verdiende premies, bruto 6 (29) (23) Bruto verdiende premies 975 3.300 4.275 Uitgaande herverzekeringspremies (42) (339) (381) Aandeel herverzekeraars in niet-verdiende premies (2) 1 (1) Netto verdiende premies Niet-leven 931 2.962 3.893 TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING 236 Ageas Jaarverslag 2021 Verzekeringspremies 236 | 240 Het bruto premie-inkomen Leven bestaat uit de bruto ontvangen premies van de verzekeringsmaatschappijen voor uitgegeven verzekerings- en beleggingscontracten. Het premie-inkomen van verzekeringscontracten en van beleggingscontracten met DPF wordt verantwoord in de resultatenrekening. De premie- instroom van beleggingscontracten zonder DPF, met name unit-linked contracten, wordt - na aftrek van commissies - direct verantwoord als verplichting (deposit accounting). Vergoedingen worden in de resultatenrekening als baten opgenomen. 2021 2020 Bruto premie-inkomen Leven 6.218 5.197 Bruto premie-inkomen Niet-leven 4.589 4.298 Algemene rekening en eliminaties (2) (3) Totaal bruto premie-inkomen 10.805 9.492 2021 2020 Netto verdiende premies Leven 4.364 4.111 Netto verdiende premies Niet-leven 4.171 3.893 Algemene rekening en eliminaties (2) (2) Totaal netto verdiende premies 8.533 8.002 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 30 Verzekeringspremies 237 | 240 Leven 2021 2020 Unit-linked contracten Geboekte eenmalige premies 236 178 Geboekte periodieke premies 250 115 Totaal unit-linked contracten 486 293 Niet unit-linked contracten Geboekte eenmalige premies 354 338 Geboekte periodieke premies 872 969 Totaal collectief 1.226 1.307 Geboekte eenmalige premies 322 321 Geboekte periodieke premies 431 421 Totaal individueel 753 742 Totaal niet unit-linked contracten 1.979 2.049 Beleggingscontracten met DPF Geboekte eenmalige premies 1.427 1.278 Geboekte periodieke premies 500 521 Totaal beleggingscontracten met DPF 1.927 1.799 Geboekte premies Leven 4.392 4.140 Geboekte eenmalige premies 1.752 1.012 Geboekte periodieke premies 74 45 Premies inzake beleggingscontracten 1.826 1.057 Bruto premie-inkomen Leven 6.218 5.197 2021 2020 Bruto premies Leven 4.392 4.140 Uitgaande herverzekeringspremies (28) (29) Netto verdiende premies Leven 4.364 4.111 Niet-leven Brand, schade en overige bevat de verzekeringspremies voor auto, brand en overige schade aan eigendommen. Ongevallen Brand & schade 2021 & gezondheidszorg en overige Totaal Bruto geboekte premies 1.093 3.496 4.589 Wijziging in niet-verdiende premies, bruto 14 14 Bruto verdiende premies 1.093 3.510 4.603 Uitgaande herverzekeringspremies (50) (383) (433) Aandeel herverzekeraars in niet-verdiende premies (2) 3 1 Netto verdiende premies Niet-leven 1.041 3.130 4.171 Ongevallen Brand & schade 2020 & gezondheidszorg en overige Totaal Bruto geboekte premies 969 3.329 4.298 Wijziging in niet-verdiende premies, bruto 6 (29) (23) Bruto verdiende premies 975 3.300 4.275 Uitgaande herverzekeringspremies (42) (339) (381) Aandeel herverzekeraars in niet-verdiende premies (2) 1 (1) Netto verdiende premies Niet-leven 931 2.962 3.893 237 Ageas Jaarverslag 2021 238 | 240 De verdeling van de netto verdiende premies Niet-leven per verzekeringssegment is als volgt. Ongevallen Brand & schade 2021 & gezondheidszorg en overige Totaal België 548 953 1.501 VK 6 785 791 Continentaal Europa 245 203 448 Herverzekering 242 1.193 1.435 Eliminatie (4) (4) Netto verdiende premies Niet-leven 1.041 3.130 4.171 Ongevallen Brand & schade 2020 & gezondheidszorg en overige Totaal België 473 904 1.377 VK 15 597 612 Continentaal Europa 219 158 377 Herverzekering 224 1.302 1.526 Eliminatie 1 1 Netto verdiende premies Niet-leven 931 2.962 3.893 239 | 240 2021 2020 Rentebaten Rentebaten op geldmiddelen en kasequivalenten 2 3 Rentebaten op leningen aan banken 25 19 Rentebaten op beleggingen 1.355 1.446 Rentebaten op leningen aan klanten 292 259 Rentebaten uit derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden en overige 9 3 Totaal rentebaten 1.683 1.730 Dividenden op aandelen 161 128 Huurbaten uit vastgoedbeleggingen 211 206 Huurbaten van parkeergarage 346 302 Overige beleggingsbaten 26 26 Totaal rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.427 2.392 Huurinkomsten uit parkeergarages, in het bijzonder deze in luchthavens en stadscentra, ondervonden een negatieve impact in 2021 en 2020 door de COVID-19-pandemie. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 31 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING 238 Ageas Jaarverslag 2021 238 | 240 De verdeling van de netto verdiende premies Niet-leven per verzekeringssegment is als volgt. Ongevallen Brand & schade 2021 & gezondheidszorg en overige Totaal België 548 953 1.501 VK 6 785 791 Continentaal Europa 245 203 448 Herverzekering 242 1.193 1.435 Eliminatie (4) (4) Netto verdiende premies Niet-leven 1.041 3.130 4.171 Ongevallen Brand & schade 2020 & gezondheidszorg en overige Totaal België 473 904 1.377 VK 15 597 612 Continentaal Europa 219 158 377 Herverzekering 224 1.302 1.526 Eliminatie 1 1 Netto verdiende premies Niet-leven 931 2.962 3.893 239 | 240 2021 2020 Rentebaten Rentebaten op geldmiddelen en kasequivalenten 2 3 Rentebaten op leningen aan banken 25 19 Rentebaten op beleggingen 1.355 1.446 Rentebaten op leningen aan klanten 292 259 Rentebaten uit derivaten aangehouden voor handelsdoeleinden en overige 9 3 Totaal rentebaten 1.683 1.730 Dividenden op aandelen 161 128 Huurbaten uit vastgoedbeleggingen 211 206 Huurbaten van parkeergarage 346 302 Overige beleggingsbaten 26 26 Totaal rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 2.427 2.392 Huurinkomsten uit parkeergarages, in het bijzonder deze in luchthavens en stadscentra, ondervonden een negatieve impact in 2021 en 2020 door de COVID-19-pandemie. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 31 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 239 Ageas Jaarverslag 2021 Rentebaten, dividend en overige beleggingsbaten 240 | 240 2021 2020 Obligaties aangehouden voor verkoop 17 50 Aandelen aangehouden voor verkoop 120 24 Financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden 9 1 Vastgoedbeleggingen 115 157 Gerealiseerde winst (verlies) op de verkoop van aandelen van dochtermaatschappijen 1 26 Investeringen volgens de equity-methode 23 40 Materiële vaste activa 8 (1) Activa en passiva tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 10 (3) Afdekkingsresultaten (5) (14) Overige (4) 359 Totaal resultaat op verkoop en herwaarderingen 294 639 In 2021 is de equity markets hersteld na een daling te wijten aan de covid-19 pandemie in 2020. Daarnaast waren er hogere gerealiseerde winsten in 2021. De lijn ‘Overige’ in 2020 houdt voornamelijk verband met de tenderoperatie op de FRESH-effecten in het eerste kwartaal, gevolgd door de terugkoop van een aanvullend aantal FRESH-effecten in het tweede kwartaal. De twee transacties genereerden een winst van EUR 332 miljoen, na aftrek van het resultaat op de bijbehorende renteswap. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 32 Resultaat op verkoop en herwaarderingen 241 | 240 2021 2020 (On)gerealiseerde winsten / (verliezen) - verzekeringscontracten 268 55 (On)gerealiseerde winsten / (verliezen) - beleggingscontracten 964 453 (On)gerealiseerde winsten / (verliezen) 1.232 508 Beleggingsbaten - verzekeringscontracten 15 8 Beleggingsbaten - beleggingscontracten 159 (32) Beleggingsbaten 174 (24) Totaal baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 1.406 484 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 33 Baten uit beleggingen inzake unit- linked contracten TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING 240 Ageas Jaarverslag 2021 Resultaat op verkoop en herwaarderingen 240 | 240 2021 2020 Obligaties aangehouden voor verkoop 17 50 Aandelen aangehouden voor verkoop 120 24 Financiële instrumenten aangehouden voor handelsdoeleinden 9 1 Vastgoedbeleggingen 115 157 Gerealiseerde winst (verlies) op de verkoop van aandelen van dochtermaatschappijen 1 26 Investeringen volgens de equity-methode 23 40 Materiële vaste activa 8 (1) Activa en passiva tegen reële waarde met waardeveranderingen in de resultatenrekening 10 (3) Afdekkingsresultaten (5) (14) Overige (4) 359 Totaal resultaat op verkoop en herwaarderingen 294 639 In 2021 is de equity markets hersteld na een daling te wijten aan de covid-19 pandemie in 2020. Daarnaast waren er hogere gerealiseerde winsten in 2021. De lijn ‘Overige’ in 2020 houdt voornamelijk verband met de tenderoperatie op de FRESH-effecten in het eerste kwartaal, gevolgd door de terugkoop van een aanvullend aantal FRESH-effecten in het tweede kwartaal. De twee transacties genereerden een winst van EUR 332 miljoen, na aftrek van het resultaat op de bijbehorende renteswap. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 32 Resultaat op verkoop en herwaarderingen 241 | 240 2021 2020 (On)gerealiseerde winsten / (verliezen) - verzekeringscontracten 268 55 (On)gerealiseerde winsten / (verliezen) - beleggingscontracten 964 453 (On)gerealiseerde winsten / (verliezen) 1.232 508 Beleggingsbaten - verzekeringscontracten 15 8 Beleggingsbaten - beleggingscontracten 159 (32) Beleggingsbaten 174 (24) Totaal baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 1.406 484 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 33 Baten uit beleggingen inzake unit- linked contracten 241 Ageas Jaarverslag 2021 Baten uit beleggingen inzake unit-linked contracten 242 | 240 2021 2020 Herverzekering 107 98 Verzekeringen en beleggingen 245 168 Vermogensbeheer 32 28 Garantie- en bereidstellingcommissies 1 1 Overige servicevergoedingen 82 90 Totaal commissiebaten 467 385 De regel ’Overige servicevergoedingen’ heeft voornamelijk betrekking op vergoedingen ontvangen van Ageas makelaars voor de verkoop van verzekeringspolissen aan derde partijen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 34 Commissiebaten 243 | 240 2021 2020 Opbrengsten uit verkoop van voor verkoop aangehouden vastgoed 128 60 Teruggave van personeels- en overige kosten van derde partijen 27 26 Overige 127 115 Totaal overige baten 282 201 De overige baten omvatten de verkoopprijs van de gebouwen beschikbaar voor verkoop van de vastgoed ontwikkelingsprojecten van AGRE voor een bedrag van EUR 128,3 miljoen (EUR 60,4 miljoen vorig jaar), doorfacturaties van servicekosten in verband met verhuuractiviteiten, de omzetcijfers van de dienstverlenende bedrijven en de doorfacturatie van loon- en overige kosten aan derde partijen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 35 Overige baten TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING 242 Ageas Jaarverslag 2021 Commissiebaten 242 | 240 2021 2020 Herverzekering 107 98 Verzekeringen en beleggingen 245 168 Vermogensbeheer 32 28 Garantie- en bereidstellingcommissies 1 1 Overige servicevergoedingen 82 90 Totaal commissiebaten 467 385 De regel ’Overige servicevergoedingen’ heeft voornamelijk betrekking op vergoedingen ontvangen van Ageas makelaars voor de verkoop van verzekeringspolissen aan derde partijen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 34 Commissiebaten 243 | 240 2021 2020 Opbrengsten uit verkoop van voor verkoop aangehouden vastgoed 128 60 Teruggave van personeels- en overige kosten van derde partijen 27 26 Overige 127 115 Totaal overige baten 282 201 De overige baten omvatten de verkoopprijs van de gebouwen beschikbaar voor verkoop van de vastgoed ontwikkelingsprojecten van AGRE voor een bedrag van EUR 128,3 miljoen (EUR 60,4 miljoen vorig jaar), doorfacturaties van servicekosten in verband met verhuuractiviteiten, de omzetcijfers van de dienstverlenende bedrijven en de doorfacturatie van loon- en overige kosten aan derde partijen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 35 Overige baten 243 Ageas Jaarverslag 2021 Overige baten 244 | 240 2021 2020 Levensverzekeringen 4.897 4.623 Niet-levensverzekeringen 2.578 2.194 Algemene rekening en eliminaties (4) (2) Totaal schadelasten en uitkeringen, netto 7.471 6.815 2021 2020 Uitkeringen en afkopen, bruto 4.805 5.098 Wijzigingen verplichtingen levensverzekering, bruto 109 (453) Totaal schadelasten en uitkeringen Leven, bruto 4.914 4.645 Aandeel herverzekeraars in schadelasten en uitkeringen (17) (22) Totaal schadelasten en uitkeringen Leven, netto 4.897 4.623 2021 2020 Schaden, bruto 2.547 2.411 Wijzigingen in verplichtingen inzake verzekeringscontracten, bruto 300 (79) Totaal schadelasten en uitkeringen Niet-leven, bruto 2.847 2.332 Aandeel herverzekeraars in betaalde schaden (193) (157) Aandeel herverzekeraars in wijziging in verplichtingen inzake verzekeringscontracten (76) 19 Totaal schadelasten en uitkeringen Niet-leven, netto 2.578 2.194 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 36 Schadelasten en uitkeringen 245 | 240 2021 2020 Achtergestelde schulden 85 78 Leaseverplichting 17 16 Leningen van banken 19 17 Derivaten 5 7 Overige 12 21 Totaal financieringslasten 138 139 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 37 Financieringslasten TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING 24 4 Ageas Jaarverslag 2021 Schadelasten en uitkeringen 244 | 240 2021 2020 Levensverzekeringen 4.897 4.623 Niet-levensverzekeringen 2.578 2.194 Algemene rekening en eliminaties (4) (2) Totaal schadelasten en uitkeringen, netto 7.471 6.815 2021 2020 Uitkeringen en afkopen, bruto 4.805 5.098 Wijzigingen verplichtingen levensverzekering, bruto 109 (453) Totaal schadelasten en uitkeringen Leven, bruto 4.914 4.645 Aandeel herverzekeraars in schadelasten en uitkeringen (17) (22) Totaal schadelasten en uitkeringen Leven, netto 4.897 4.623 2021 2020 Schaden, bruto 2.547 2.411 Wijzigingen in verplichtingen inzake verzekeringscontracten, bruto 300 (79) Totaal schadelasten en uitkeringen Niet-leven, bruto 2.847 2.332 Aandeel herverzekeraars in betaalde schaden (193) (157) Aandeel herverzekeraars in wijziging in verplichtingen inzake verzekeringscontracten (76) 19 Totaal schadelasten en uitkeringen Niet-leven, netto 2.578 2.194 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 36 Schadelasten en uitkeringen 245 | 240 2021 2020 Achtergestelde schulden 85 78 Leaseverplichting 17 16 Leningen van banken 19 17 Derivaten 5 7 Overige 12 21 Totaal financieringslasten 138 139 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 37 Financieringslasten 245 Ageas Jaarverslag 2021 Financieringslasten 246 | 240 2021 2020 Beleggingen in aandelen en overige beleggingen 34 152 Investeringen in schuldbewijzen 2 Vastgoedbeleggingen 1 Leningen 2 Herverzekering en overige vorderingen 3 15 Materiële vaste activa Goodwill en overige immateriële activa 2 Overlopende rente en overige activa 2 Totaal wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen 41 172 Het niveau aan bijzondere waardeverminderingen op aandelenbeleggingen in 2020 weerspiegelt de ongunstige evolutie op de aandelenmarkten als gevolg van de Covid-19 pandemie, vooral in het eerste en tweede kwartaal van het jaar. De toename van de bijzondere waardeverminderingen in 2020 op herverzekeringen en overige vorderingen heeft te maken met Covid-19 gerelateerde huurconcessies die Ageas als lessor heeft gegeven voor de lease van winkelpanden en kantoorgebouwen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 38 Wijzigingen bijzondere waardeverminderingen 247 | 240 2021 2020 Effecten 4 6 Tussenpersonen 1.154 1.084 Vermogensbeheer 6 6 Bewaarneming 6 6 Overige commissielasten 43 36 Totaal commissielasten 1.213 1.138 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 39 Commissielasten TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING 246 Ageas Jaarverslag 2021 Wijzigingen bijzondere waardeverminderingen 246 | 240 2021 2020 Beleggingen in aandelen en overige beleggingen 34 152 Investeringen in schuldbewijzen 2 Vastgoedbeleggingen 1 Leningen 2 Herverzekering en overige vorderingen 3 15 Materiële vaste activa Goodwill en overige immateriële activa 2 Overlopende rente en overige activa 2 Totaal wijzigingen in bijzondere waardeverminderingen 41 172 Het niveau aan bijzondere waardeverminderingen op aandelenbeleggingen in 2020 weerspiegelt de ongunstige evolutie op de aandelenmarkten als gevolg van de Covid-19 pandemie, vooral in het eerste en tweede kwartaal van het jaar. De toename van de bijzondere waardeverminderingen in 2020 op herverzekeringen en overige vorderingen heeft te maken met Covid-19 gerelateerde huurconcessies die Ageas als lessor heeft gegeven voor de lease van winkelpanden en kantoorgebouwen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 38 Wijzigingen bijzondere waardeverminderingen 247 | 240 2021 2020 Effecten 4 6 Tussenpersonen 1.154 1.084 Vermogensbeheer 6 6 Bewaarneming 6 6 Overige commissielasten 43 36 Totaal commissielasten 1.213 1.138 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 39 Commissielasten 247 Ageas Jaarverslag 2021 Commissielasten 248 | 240 2021 2020 Salarissen 590 583 Sociale-zekerheidslasten 129 126 Lasten pensioenregelingen op basis van pensioenregelingen met vaste toezeggingen 57 54 Lasten pensioenregelingen op basis van beschikbare premies 11 11 Op aandelen gebaseerde beloning 7 3 Overige 58 57 Totaal personeelskosten 852 834 Overige is inclusief hoofdzakelijk andere korte termijn werknemersvoordelen. In toelichting 6 sectie 6.1 Personeelsvergoedingen is nadere informatie te vinden over de personele vergoedingen na dienstverband en andere langetermijnpersoneelsbeloningen, waaronder pensioenkosten uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen en toegezegdebijdrageregelingen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 40 Personeelskosten 249 | 240 2021 2020 Afschrijving van materiële vaste activa Gebouwen voor eigen gebruik en parkeergarages 103 103 Verbeteringen aan gehuurde objecten 5 5 Vastgoedbeleggingen 97 94 Bedrijfsmiddelen 32 34 Afschrijving van immateriële vaste activa Gekochte software 7 7 Zelf ontwikkelde software 4 3 Value of Business acquired (VOBA) 11 13 Overige immateriële vaste activa 30 28 Overige Overige huurlasten en gerelateerde lasten 18 18 Variabele leasebetalingen 51 48 Operationele en overige directe kosten verband houdend met vastgoedbeleggingen 51 51 Operationele en overige directe kosten verband houdend met vastgoed voor eigen gebruik 53 57 Advieskosten 121 126 Geactiveerde overlopende acquisitiekosten (416) (418) Afschrijving overlopende acquisitiekosten 418 423 Marketing en public relations 62 60 IT-kosten 197 174 Onderhouds- en reparatiekosten 19 23 Kostprijs van vastgoed aangehouden voor verkoop 116 53 Overige 290 263 Totaal overige lasten 1.269 1.165 De parkeerbeheerder van Ageas maakt gebruik van regelingen waarbij een variabele lease wordt betaald voor parkeergarages. De variabele leasekosten weerspiegelt de lagere omzet van deze parkeergarages in beide 2020 en 2021 ten gevolge van de Covid-19 pandemie. De regel ‘Operationele en overige directe kosten verband houdend met vastgoedbeleggingen’ wordt deels gecompenseerd door inkomsten zoals vermeld in toelichting 35 ‘Overige baten’. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 41 Overige lasten TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING 248 Ageas Jaarverslag 2021 Personeelskosten 248 | 240 2021 2020 Salarissen 590 583 Sociale-zekerheidslasten 129 126 Lasten pensioenregelingen op basis van pensioenregelingen met vaste toezeggingen 57 54 Lasten pensioenregelingen op basis van beschikbare premies 11 11 Op aandelen gebaseerde beloning 7 3 Overige 58 57 Totaal personeelskosten 852 834 Overige is inclusief hoofdzakelijk andere korte termijn werknemersvoordelen. In toelichting 6 sectie 6.1 Personeelsvergoedingen is nadere informatie te vinden over de personele vergoedingen na dienstverband en andere langetermijnpersoneelsbeloningen, waaronder pensioenkosten uit hoofde van toegezegdpensioenregelingen en toegezegdebijdrageregelingen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 40 Personeelskosten 249 | 240 2021 2020 Afschrijving van materiële vaste activa Gebouwen voor eigen gebruik en parkeergarages 103 103 Verbeteringen aan gehuurde objecten 5 5 Vastgoedbeleggingen 97 94 Bedrijfsmiddelen 32 34 Afschrijving van immateriële vaste activa Gekochte software 7 7 Zelf ontwikkelde software 4 3 Value of Business acquired (VOBA) 11 13 Overige immateriële vaste activa 30 28 Overige Overige huurlasten en gerelateerde lasten 18 18 Variabele leasebetalingen 51 48 Operationele en overige directe kosten verband houdend met vastgoedbeleggingen 51 51 Operationele en overige directe kosten verband houdend met vastgoed voor eigen gebruik 53 57 Advieskosten 121 126 Geactiveerde overlopende acquisitiekosten (416) (418) Afschrijving overlopende acquisitiekosten 418 423 Marketing en public relations 62 60 IT-kosten 197 174 Onderhouds- en reparatiekosten 19 23 Kostprijs van vastgoed aangehouden voor verkoop 116 53 Overige 290 263 Totaal overige lasten 1.269 1.165 De parkeerbeheerder van Ageas maakt gebruik van regelingen waarbij een variabele lease wordt betaald voor parkeergarages. De variabele leasekosten weerspiegelt de lagere omzet van deze parkeergarages in beide 2020 en 2021 ten gevolge van de Covid-19 pandemie. De regel ‘Operationele en overige directe kosten verband houdend met vastgoedbeleggingen’ wordt deels gecompenseerd door inkomsten zoals vermeld in toelichting 35 ‘Overige baten’. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 41 Overige lasten 249 Ageas Jaarverslag 2021 Overige lasten 250 | 240 41.1 Kosten revisoren Voor 2021 en 2020 zijn deze als volgt samengesteld: vergoedingen voor controleopdrachten: hierbij zijn inbegrepen de vergoedingen voor het controleren van de statutaire, de geconsolideerde jaarrekening(en) en de beoordeling van het tussentijds financieel verslag; vergoedingen voor controle gerelateerde opdrachten: hierbij zijn inbegrepen vergoedingen voor werkzaamheden verricht in het kader van prospectussen, vergoedingen voor bijzondere controles en advisering die geen verband houdt met statutaire controles; vergoedingen voor belastingadviezen; overige niet-controle gerelateerde vergoedingen: dit betreft onder meer kosten van ondersteuning en advisering. 2021 2020 Statutaire Overige Statutaire Overige revisoren revisoren revisoren revisoren Ageas Ageas Ageas Ageas Kosten revisoren 4 2 4 1 Controle-gerelateerde kosten 1 1 Belastingadvieskosten Overige niet-controlegerelateerde kosten Totaal 5 2 5 1 251 | 240 2021 2020 Belasting over het boekjaar 235 255 Aanpassing belastingen voorgaande jaren (4) (16) Totaal actuele belastinglast 231 239 Uitgestelde belastingen van het boekjaar (5) (15) Invloed belastingtariefwijzigingen op uitgestelde belastingen (11) (5) Uitgestelde belastingen voortvloeiend uit de afboeking (of terugname) van een uitgestelde belastingvordering Voorheen niet erkende belastingverliezen, belastingfaciliteiten en tijdelijke verschillen die uitgestelde winstbelastingen verminderen 14 Totaal uitgestelde belastinglasten (16) (6) Totaal belastingen 215 233 Hieronder volgt een afstemming van de verwachte winstbelastingen op de feitelijke winstbelastingen. Vanwege de consolidatie van de financiële verslaggeving door de Belgische topholding ageas SA/NV, wordt als belastingpercentage voor de groep het geldend belastingpercentage voor vennootschapsbelasting in België gehanteerd. Afwijkingen tussen de verwachte winstbelastingen en de feitelijke winstbelastingen in de verschillende rechtsgebieden waar de Ageas Groep actief is en die het gevolg zijn van lokale belastingwetten en –regels, worden opgenomen tegen de van toepassing zijnde lokale belastingpercentages en kunnen worden onderverdeeld in de volgende categorieën. 2021 2020 Resultaat voor belastingen 1.231 1.533 Toepasselijk belastingpercentage voor de groep 25,00% 25,00% Verwachte winstbelastingen 308 383 Stijging (daling) tegen lokale belastingen als gevolg van: Fiscaal vrijgestelde inkomsten (inclusief dividend en vermogenswinsten) (29) (73) Aandeel in nettoresultaat van deelnemingen en joint ventures (111) (81) Niet-aftrekbare posten 21 16 Voorheen niet opgenomen belastingverliezen en tijdelijke verschillen (80) Afboeking en terugname van afboeking van, uitgestelde belastingvorderingen inclusief niet-verrekenbaar geachte belastingverliezen van het huidig jaar 33 23 Invloed van wijziging belastingtarief op tijdelijke verschillen (11) (5) Invloed van afwijkende buitenlandse belastingtarieven Aanpassingen voor actuele en uitgestelde belastingen van voorgaande jaren (4) (17) Uitgestelde belastingen op investeringen in dochterondernemingen, deelnemingen en joint ventures 19 24 Lokale winstbelasting (staat/stad/regio/gemeente) Overige (11) 43 Werkelijke winstbelastingen 215 233 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 42 Belastingen op de winst TOELICHTING OP DE GECONSOLIDEERDE RESULTATENREKENING 250 Ageas Jaarverslag 2021 250 | 240 41.1 Kosten revisoren Voor 2021 en 2020 zijn deze als volgt samengesteld: vergoedingen voor controleopdrachten: hierbij zijn inbegrepen de vergoedingen voor het controleren van de statutaire, de geconsolideerde jaarrekening(en) en de beoordeling van het tussentijds financieel verslag; vergoedingen voor controle gerelateerde opdrachten: hierbij zijn inbegrepen vergoedingen voor werkzaamheden verricht in het kader van prospectussen, vergoedingen voor bijzondere controles en advisering die geen verband houdt met statutaire controles; vergoedingen voor belastingadviezen; overige niet-controle gerelateerde vergoedingen: dit betreft onder meer kosten van ondersteuning en advisering. 2021 2020 Statutaire Overige Statutaire Overige revisoren revisoren revisoren revisoren Ageas Ageas Ageas Ageas Kosten revisoren 4 2 4 1 Controle-gerelateerde kosten 1 1 Belastingadvieskosten Overige niet-controlegerelateerde kosten Totaal 5 2 5 1 251 | 240 2021 2020 Belasting over het boekjaar 235 255 Aanpassing belastingen voorgaande jaren (4) (16) Totaal actuele belastinglast 231 239 Uitgestelde belastingen van het boekjaar (5) (15) Invloed belastingtariefwijzigingen op uitgestelde belastingen (11) (5) Uitgestelde belastingen voortvloeiend uit de afboeking (of terugname) van een uitgestelde belastingvordering Voorheen niet erkende belastingverliezen, belastingfaciliteiten en tijdelijke verschillen die uitgestelde winstbelastingen verminderen 14 Totaal uitgestelde belastinglasten (16) (6) Totaal belastingen 215 233 Hieronder volgt een afstemming van de verwachte winstbelastingen op de feitelijke winstbelastingen. Vanwege de consolidatie van de financiële verslaggeving door de Belgische topholding ageas SA/NV, wordt als belastingpercentage voor de groep het geldend belastingpercentage voor vennootschapsbelasting in België gehanteerd. Afwijkingen tussen de verwachte winstbelastingen en de feitelijke winstbelastingen in de verschillende rechtsgebieden waar de Ageas Groep actief is en die het gevolg zijn van lokale belastingwetten en –regels, worden opgenomen tegen de van toepassing zijnde lokale belastingpercentages en kunnen worden onderverdeeld in de volgende categorieën. 2021 2020 Resultaat voor belastingen 1.231 1.533 Toepasselijk belastingpercentage voor de groep 25,00% 25,00% Verwachte winstbelastingen 308 383 Stijging (daling) tegen lokale belastingen als gevolg van: Fiscaal vrijgestelde inkomsten (inclusief dividend en vermogenswinsten) (29) (73) Aandeel in nettoresultaat van deelnemingen en joint ventures (111) (81) Niet-aftrekbare posten 21 16 Voorheen niet opgenomen belastingverliezen en tijdelijke verschillen (80) Afboeking en terugname van afboeking van, uitgestelde belastingvorderingen inclusief niet-verrekenbaar geachte belastingverliezen van het huidig jaar 33 23 Invloed van wijziging belastingtarief op tijdelijke verschillen (11) (5) Invloed van afwijkende buitenlandse belastingtarieven Aanpassingen voor actuele en uitgestelde belastingen van voorgaande jaren (4) (17) Uitgestelde belastingen op investeringen in dochterondernemingen, deelnemingen en joint ventures 19 24 Lokale winstbelasting (staat/stad/regio/gemeente) Overige (11) 43 Werkelijke winstbelastingen 215 233 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 42 Belastingen op de winst 251 Ageas Jaarverslag 2021 Belastingen op de winst 253 | 240 43.1 Voorwaardelijke verplichtingen gerelateerd aan gerechtelijke procedures De Ageas-groep is, zoals vele andere financiële groepen, gedaagde in een aantal vorderingen, geschillen en rechtszaken die een gevolg zijn van de normale bedrijfsvoering. Bovendien, als gevolg van de gebeurtenissen en ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden met betrekking tot de voormalige Fortis-groep tussen mei 2007 en oktober 2008 (zoals de acquisitie van delen van ABN AMRO en de kapitaalverhoging in september/oktober 2007, de aankondiging van het solvabiliteitsplan in juni 2008, de desinvestering van de bankactiviteiten en de Nederlandse verzekeringsactiviteiten in september/oktober 2008) is Ageas betrokken bij een aantal gerechtelijke procedures. Op 14 maart 2016 kondigde Ageas een schikking aan met verscheidene claimantenorganisaties die aandeelhouders vertegenwoordigen in collectieve procedures voor de Belgische en Nederlandse rechtbanken. Op 23 mei 2016 verzochten de partijen bij de schikking, Ageas, Deminor, Stichting FortisEffect, Stichting Investor Claims Against Fortis, VEB en Stichting FORsettlement, het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend te verklaren voor alle in aanmerking komende Fortis aandeelhouders die niet binnen een bepaalde periode hebben gekozen voor een opt-out, overeenkomstig de Nederlandse Wet voor Collectieve Afwikkeling Massaschade. Ageas heeft tevens een overeenkomst bereikt met de heer Arnauts en de heer Lenssens, twee advocaten die namens een aantal eisers juridische stappen hebben genomen tegen Ageas, en in 2017 met de in Luxemburg gevestigde onderneming Archand s.à.r.l. en hieraan verbonden personen, om de schikking te steunen. Op 16 juni 2017 nam het Hof de tussentijdse beslissing om de schikking in de initiële vorm niet bindend te verklaren. Op 16 oktober 2017 besloot Ageas een ultieme bijkomende inspanning van EUR 100 miljoen te leveren. Op 12 december 2017 dienden de partijen een aangevuld en gewijzigd schikkingsvoorstel in. Consumentenclaim, een tegenstander van de schikking in haar oorspronkelijke vorm van 2016, zegde haar steun toe aan het schikkingsvoorstel van 2017. Op 13 juli 2018 verklaarde het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend voor in aanmerking komende aandeelhouders (d.w.z. personen die aandelen Fortis in bezit hadden op onverschillig welk tijdstip tussen het sluiten van de handel op 28 februari 2007 en het sluiten van de handel op 14 oktober 2008). Ageas zag op 21 december 2018 af van haar beëindigingsrecht, waardoor de schikking definitief werd. Dit betekent dat in aanmerking komende aandeelhouders recht hebben op vergoeding voor de gebeurtenissen van 2007-2008, met volledige vrijwaring van aansprakelijkheid voor deze gebeurtenissen, en conform de (overige) bepalingen van het schikkingsakkoord. Verder betekent het dat in aanmerking komende aandeelhouders die niet tijdig hebben gekozen voor een opt-out (uiterlijk op 31 december 2018), ongeacht of ze al dan niet tijdig een claim indienen, deze vrijwaring van aansprakelijkheid van rechtswege erkennen en afstand doen van eventuele rechten in verband met de gebeurtenissen. De periode voor het indienen van vorderingen begon op 27 juli 2018 en eindigde op 28 juli 2019. Per 31 december 2021 werd EUR 1.199 miljoen uitbetaald aan in aanmerking komende aandeelhouders, en werd een voorziening van EUR 114 miljoen opgenomen voor de schikking (zie toelichting 25 Voorzieningen). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 43 Voorwaardelijke verplichtingen TOELICHTING OP POSTEN NIET OPGENOMEN IN DE GECONSOLIDEERDE BALANS 252 Ageas Jaarverslag 2021 F Toelichting op posten niet opgenomen in de geconsolideerde balans 253 | 240 43.1 Voorwaardelijke verplichtingen gerelateerd aan gerechtelijke procedures De Ageas-groep is, zoals vele andere financiële groepen, gedaagde in een aantal vorderingen, geschillen en rechtszaken die een gevolg zijn van de normale bedrijfsvoering. Bovendien, als gevolg van de gebeurtenissen en ontwikkelingen die hebben plaatsgevonden met betrekking tot de voormalige Fortis-groep tussen mei 2007 en oktober 2008 (zoals de acquisitie van delen van ABN AMRO en de kapitaalverhoging in september/oktober 2007, de aankondiging van het solvabiliteitsplan in juni 2008, de desinvestering van de bankactiviteiten en de Nederlandse verzekeringsactiviteiten in september/oktober 2008) is Ageas betrokken bij een aantal gerechtelijke procedures. Op 14 maart 2016 kondigde Ageas een schikking aan met verscheidene claimantenorganisaties die aandeelhouders vertegenwoordigen in collectieve procedures voor de Belgische en Nederlandse rechtbanken. Op 23 mei 2016 verzochten de partijen bij de schikking, Ageas, Deminor, Stichting FortisEffect, Stichting Investor Claims Against Fortis, VEB en Stichting FORsettlement, het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend te verklaren voor alle in aanmerking komende Fortis aandeelhouders die niet binnen een bepaalde periode hebben gekozen voor een opt-out, overeenkomstig de Nederlandse Wet voor Collectieve Afwikkeling Massaschade. Ageas heeft tevens een overeenkomst bereikt met de heer Arnauts en de heer Lenssens, twee advocaten die namens een aantal eisers juridische stappen hebben genomen tegen Ageas, en in 2017 met de in Luxemburg gevestigde onderneming Archand s.à.r.l. en hieraan verbonden personen, om de schikking te steunen. Op 16 juni 2017 nam het Hof de tussentijdse beslissing om de schikking in de initiële vorm niet bindend te verklaren. Op 16 oktober 2017 besloot Ageas een ultieme bijkomende inspanning van EUR 100 miljoen te leveren. Op 12 december 2017 dienden de partijen een aangevuld en gewijzigd schikkingsvoorstel in. Consumentenclaim, een tegenstander van de schikking in haar oorspronkelijke vorm van 2016, zegde haar steun toe aan het schikkingsvoorstel van 2017. Op 13 juli 2018 verklaarde het Gerechtshof Amsterdam de schikking bindend voor in aanmerking komende aandeelhouders (d.w.z. personen die aandelen Fortis in bezit hadden op onverschillig welk tijdstip tussen het sluiten van de handel op 28 februari 2007 en het sluiten van de handel op 14 oktober 2008). Ageas zag op 21 december 2018 af van haar beëindigingsrecht, waardoor de schikking definitief werd. Dit betekent dat in aanmerking komende aandeelhouders recht hebben op vergoeding voor de gebeurtenissen van 2007-2008, met volledige vrijwaring van aansprakelijkheid voor deze gebeurtenissen, en conform de (overige) bepalingen van het schikkingsakkoord. Verder betekent het dat in aanmerking komende aandeelhouders die niet tijdig hebben gekozen voor een opt-out (uiterlijk op 31 december 2018), ongeacht of ze al dan niet tijdig een claim indienen, deze vrijwaring van aansprakelijkheid van rechtswege erkennen en afstand doen van eventuele rechten in verband met de gebeurtenissen. De periode voor het indienen van vorderingen begon op 27 juli 2018 en eindigde op 28 juli 2019. Per 31 december 2021 werd EUR 1.199 miljoen uitbetaald aan in aanmerking komende aandeelhouders, en werd een voorziening van EUR 114 miljoen opgenomen voor de schikking (zie toelichting 25 Voorzieningen). Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 43 Voorwaardelijke verplichtingen 253 Ageas Jaarverslag 2021 F Toelichting op posten niet opgenomen in de geconsolideerde balans Voorwaardelijke verplichtingen 254 | 240 Nu de schikking definitief is geworden, hebben de partijen die de schikking steunen bevestigd hun juridische procedures te zullen beëindigen. De partijen die op tijd bekendmaakten voor een opt-out te kiezen, kunnen hun juridische procedures in Nederland hervatten, of in voorkomend geval, in België hervatten of voortzetten. In de paragrafen hieronder geven we een overzicht van alle overblijvende procedures, die hetzij beëindigd zijn in de loop van 2021, hetzij niet beëindigd waren per 31 december 2021. Die procedures maken voorwaardelijke verplichtingen uit waar geen voorzieningen voor zijn aangelegd. 1. In Nederland 1.1 Cebulon Op 14 juli 2020 is de Nederlandse vennootschap Cebulon een juridische procedure gestart tegen Ageas en enkele medegedaagden, aangaande beweerdelijk misleidende communicatie in de periode 2007-2008. Cebulon eist in haar hoedanigheid van voormalige Fortis aandeelhouder een schadevergoeding voor de rechtbank van Utrecht. Er heeft een inleidingszitting plaatsgevonden op 9 september 2020. De partijen zijn conclusies aan het uitwisselen. 1.2 Nederlandse individuele investeerder Op 29 januari 2021, is een Nederlandse individuele investeerder een juridische procedure gestart tegen Ageas. Hij eist compensatie voor de schade die hij beweerdelijk heeft geleden door de Fortis crisis in 2007- 2008, voor de rechtbank van Utrecht. De inleidingszitting heeft plaatsgevonden op 10 maart 2021. De partijen zijn conclusies aan het uitwisselen. 2 In België 2.1 Modrikamen Een aantal aandeelhouders, vertegenwoordigd door mr. Modrikamen, heeft op 28 januari 2009 een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel waarbij oorspronkelijk de vernietiging van de verkoop van ASR aan de Nederlandse staat en de verkoop van Fortis Bank aan de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij (FPIM) (en vervolgens aan BNP Paribas) dan wel schadevergoeding werd gevraagd. Op 8 december 2009 besliste de rechtbank onder meer dat zij niet bevoegd is voor de vorderingen tegen de Nederlandse verweerders. Op 17 januari 2013 bevestigde het Hof van Beroep dit vonnis op dit punt. In juli 2014 tekende mr. Modrikamen hiertegen cassatieberoep aan. Op 23 oktober 2015 verwierp het Hof van Cassatie dit beroep. Mr. Modrikamen zette de procedure ten gronde voor de Rechtbank van Koophandel voort inzake de verkoop van Fortis Bank waarbij de betaling van een schadevergoeding door BNP Paribas aan Ageas alsmede door Ageas aan de eisers werd nagestreefd. In een tussenvonnis op 4 november 2014 verklaarde de rechtbank de vordering van ongeveer 50 % van de eisers onontvankelijk. Op 29 april 2016 besloot de Rechtbank van Koophandel te Brussel de zaak te schorsen in afwachting van het resultaat van de strafprocedure. Ageas sloot een dadingsovereenkomst met mr. Modrikamen en zijn cliënten die tijdig een opt-out formulier hebben ingediend op 7 juni 2020, waardoor deze procedure niet langer door deze personen wordt nagestreefd tegen Ageas. Deze procedure is gereactiveerd. Er zijn evenwel geen vorderingen meer tegen Ageas. 2.2 Deminor Een aantal personen rond Deminor International heeft op 13 januari 2010 (momenteel onder de naam DRS Belgium) een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij ze schadevergoeding nastreven op grond van beweerde onvolledige of misleidende informatieverstrekking door Fortis in de periode maart 2007 tot oktober 2008. Op 28 april 2014 verklaarde de rechtbank in een tussenvonnis de vordering van ongeveer 25 % van de eisers onontvankelijk. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort beëindigd zal zijn. 2.3 Overige vorderingen namens individuele aandeelhouders Op 12 september 2012 hebben Patripart, een (voormalige) Fortis aandeelhouder, en haar moedermaatschappij Patrinvest een procedure aangespannen voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij schadevergoeding wordt gevorderd op basis van het beweerde gebrek aan of misleidende informatie van Fortis in de context van de kapitaalverhoging in 2007. Op 1 februari 2016 verwierp de rechtbank de vordering over de hele lijn. Op 16 maart 2016 heeft Patrinvest beroep aangetekend bij het Brusselse Hof van Beroep. De partijen hebben schriftelijke stukken uitgewisseld en wachten nu een pleitdatum en het besluit van het Hof af; hiervoor is nog geen datum vastgesteld. Op 29 april 2013 hebben een aantal personen vertegenwoordigd door mr. Arnauts een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij ze schadevergoeding nastreven op grond van beweerde onvolledige of misleidende informatieverstrekking door Fortis in 2007 en 2008. Deze procedure is opgeschort in afwachting van de afloop van de strafprocedure. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort beëindigd zal zijn. Op 19 september 2013 werd een gelijkaardige burgerlijke procedure gestart voor de Rechtbank van Eerste Aanleg in Brussel door een aantal (voormalige) aandeelhouders van Fortis, vertegenwoordigd door mr. Lenssens. Deze procedure is opgeschort in afwachting van de afloop van de strafprocedure. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort beëindigd zal zijn. 255 | 240 3 Vrijwaringsbedingen In 2008 heeft Fortis aan sommige voormalige topmanagers en bestuurders, bij hun vertrek, een contractuele vrijwaring verleend voor juridische kosten, en in sommige gevallen ook voor de financiële gevolgen van een eventuele gerechtelijke uitspraak in het geval dat tegen deze personen een rechtszaak zou worden aangespannen in verband met hun mandaat binnen de onderneming. Ageas betwist de geldigheid van deze contractuele vrijwaringsbedingen voor zover ze betrekking hebben op de financiële gevolgen van een eventuele gerechtelijke uitspraak. Voorts heeft Ageas, zoals gebruikelijk bij dat soort transacties, overeenkomsten afgesloten met een aantal financiële instellingen die de plaatsing van Fortis aandelen faciliteerden tijdens de kapitaalverhogingen van 2007 en 2008. Deze overeenkomsten bevatten vrijwaringsbedingen die onder bepaalde voorwaarden voor Ageas verplichtingen tot schadeloosstelling impliceren. Sommige van die financiële instellingen zijn betrokken bij de in dit hoofdstuk beschreven juridische procedures. In het kader van een schikking met de verzekeraars van de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering en van de prospectusaansprakelijkheidsverzekering, met betrekking tot de gebeurtenissen en ontwikkelingen rond de voormalige Fortis groep in 2007 en 2008, heeft Ageas een vrijwaring verleend aan de verzekeraars voor het totale dekkingsbedrag van de betrokken polissen. Daarnaast ging Ageas ook vrijwaringsverbintenissen aan ten gunste van enkele voormalige Fortis bestuurders en functionarissen en ten gunste van BNP Paribas Fortis met betrekking tot toekomstige verdedigingskosten, en ten gunste van de bestuurders van de twee Nederlandse stichtingen die in het kader van de schikking zijn opgericht. 43.2 Voorwaardelijke verplichtingen inzake hybride instrumenten van voormalige dochterondernemingen In 2007 heeft BNP Paribas Fortis SA/NV CASHES (Convertible And Subordinated Hybrid Equity-linked Securities) uitgegeven, waarbij ageas SA/NV als medeschuldenaar optrad (BNP Paribas Fortis SA/NV was op dat moment een dochteronderneming). Van de oorspronkelijk uitgegeven 12.000 effecten, blijven er 3.791 effecten uitstaan, die een totaalbedrag vertegenwoordigen van EUR 948 miljoen. De obligaties hebben geen vervaldatum en kunnen niet in contanten worden afgelost, maar kunnen alleen worden ingewisseld tegen aandelen Ageas aan een koers van EUR 239,40 per aandeel. De CASHES worden automatisch omgezet in aandelen Ageas als de koers van het aandeel Ageas gedurende twintig achtereenvolgende beurswerkdagen gelijk is aan of hoger is dan EUR 359,10. BNP Paribas Fortis SA/NV bezit 3.958.859 aandelen Ageas met het oog op de mogelijke wissel. De enige verhaalmogelijkheid van de houders van de CASHES tegen elk van de mededebiteuren met betrekking tot de hoofdsom zijn de aandelen Ageas die BNP Paribas Fortis SA/NV aanhoudt; deze aandelen zijn ten gunste van die houders verpand. BNP Paribas Fortis SA/NV betaalt de coupon voor de CASHES per kwartaal tegen een variabele rente van 3-maands Euribor plus 200 basispunten, tot de omwisseling van de CASHES in aandelen Ageas plaatsvindt. Indien geen dividend wordt betaald op aandelen Ageas, of het vast te stellen dividend met betrekking tot een boekjaar onder de drempel ligt (dividendrendement lager dan 0,5%), of in bepaalde andere omstandigheden, zal de betaling van coupons door ageas SA/NV verplicht plaatsvinden via de uitgifte van nieuwe aandelen in overeenstemming met de zogenaamde Alternative Coupon Settlement Method (ACSM), terwijl BNP Paribas Fortis SA/NV dan aan Ageas instrumenten dient uit te geven die als hybride Tier 1 instrumenten kunnen worden aangemerkt als compensatie voor de coupons die werden betaald door ageas SA/NV. Als de ACSM in werking treedt en het beschikbare maatschappelijke kapitaal ontoereikend is voor ageas SA/NV om de ACSM verplichting na te komen, wordt de couponbetaling opgeschort tot het moment dat de uitgifte van nieuwe aandelen weer mogelijk is. In een akkoord gesloten in 2012, dat onder andere heeft geleid tot een tender en tevens conversie van de CASHES, heeft Ageas ingestemd BNP Paribas Fortis SA/NV een jaarlijkse vergoeding te betalen die overeenkomt met het bruto dividend van de aandelen die BNP Paribas Fortis SA/NV nog aanhoudt. 43.3 Overige voorwaardelijke verplichtingen Voorts hebben een aantal particuliere klanten van Ageas Frankrijk, een 100% dochteronderneming van Ageas Insurance International, vorderingen tegen Ageas Frankrijk ingediend in verband met de vermeende eenzijdige wijziging van de voorwaarden van een unit-linked product door het doorrekenen van bepaalde transactiekosten. Eisers vroegen niet alleen de terugbetaling van deze kosten, maar beweerden ook benadeeld te zijn wegens verloren kansen om arbitrageverrichtingen uit te voeren tussen unit-linked fondsen en een gewaarborgd fonds door gebruik te maken van de laatst bekende valutadata, en eisten tevens een verbod op de doorrekening van de kosten. In november 2014 erkende het Parijse Hof van Beroep de beslissing in eerste aanleg om de vorderingen als gegrond te verklaren en stelde het experts aan om de omvang van de schadevergoeding vast te stellen. Nadat Ageas France hiertegen cassatieberoep had ingesteld bij het Franse Hof van Cassatie, heeft dit Hof van Cassatie op 8 september 2016 het arrest van het Hof van Beroep in Parijs grotendeels vernietigd en de zaak verwezen naar het Hof van Beroep in Versailles. De procedure bij het Hof van Beroep is Versailles is stopgezet. Een procedure in eerste aanleg, die een aantal jaren was opgeschort in afwachting van het besluit van het Franse Hof van Cassatie, is door twee eisers gereactiveerd. Er is een zitting gehouden in de eerste helft van oktober 2019, de partijen zijn conclusies aan het uitwisselen. De partijen hebben een schikking gesloten in december 2021. Deze procedure is beëindigd. TOELICHTING OP POSTEN NIET OPGENOMEN IN DE GECONSOLIDEERDE BALANS 254 Ageas Jaarverslag 2021 254 | 240 Nu de schikking definitief is geworden, hebben de partijen die de schikking steunen bevestigd hun juridische procedures te zullen beëindigen. De partijen die op tijd bekendmaakten voor een opt-out te kiezen, kunnen hun juridische procedures in Nederland hervatten, of in voorkomend geval, in België hervatten of voortzetten. In de paragrafen hieronder geven we een overzicht van alle overblijvende procedures, die hetzij beëindigd zijn in de loop van 2021, hetzij niet beëindigd waren per 31 december 2021. Die procedures maken voorwaardelijke verplichtingen uit waar geen voorzieningen voor zijn aangelegd. 1. In Nederland 1.1 Cebulon Op 14 juli 2020 is de Nederlandse vennootschap Cebulon een juridische procedure gestart tegen Ageas en enkele medegedaagden, aangaande beweerdelijk misleidende communicatie in de periode 2007-2008. Cebulon eist in haar hoedanigheid van voormalige Fortis aandeelhouder een schadevergoeding voor de rechtbank van Utrecht. Er heeft een inleidingszitting plaatsgevonden op 9 september 2020. De partijen zijn conclusies aan het uitwisselen. 1.2 Nederlandse individuele investeerder Op 29 januari 2021, is een Nederlandse individuele investeerder een juridische procedure gestart tegen Ageas. Hij eist compensatie voor de schade die hij beweerdelijk heeft geleden door de Fortis crisis in 2007- 2008, voor de rechtbank van Utrecht. De inleidingszitting heeft plaatsgevonden op 10 maart 2021. De partijen zijn conclusies aan het uitwisselen. 2 In België 2.1 Modrikamen Een aantal aandeelhouders, vertegenwoordigd door mr. Modrikamen, heeft op 28 januari 2009 een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel waarbij oorspronkelijk de vernietiging van de verkoop van ASR aan de Nederlandse staat en de verkoop van Fortis Bank aan de Federale Participatie- en Investeringsmaatschappij (FPIM) (en vervolgens aan BNP Paribas) dan wel schadevergoeding werd gevraagd. Op 8 december 2009 besliste de rechtbank onder meer dat zij niet bevoegd is voor de vorderingen tegen de Nederlandse verweerders. Op 17 januari 2013 bevestigde het Hof van Beroep dit vonnis op dit punt. In juli 2014 tekende mr. Modrikamen hiertegen cassatieberoep aan. Op 23 oktober 2015 verwierp het Hof van Cassatie dit beroep. Mr. Modrikamen zette de procedure ten gronde voor de Rechtbank van Koophandel voort inzake de verkoop van Fortis Bank waarbij de betaling van een schadevergoeding door BNP Paribas aan Ageas alsmede door Ageas aan de eisers werd nagestreefd. In een tussenvonnis op 4 november 2014 verklaarde de rechtbank de vordering van ongeveer 50 % van de eisers onontvankelijk. Op 29 april 2016 besloot de Rechtbank van Koophandel te Brussel de zaak te schorsen in afwachting van het resultaat van de strafprocedure. Ageas sloot een dadingsovereenkomst met mr. Modrikamen en zijn cliënten die tijdig een opt-out formulier hebben ingediend op 7 juni 2020, waardoor deze procedure niet langer door deze personen wordt nagestreefd tegen Ageas. Deze procedure is gereactiveerd. Er zijn evenwel geen vorderingen meer tegen Ageas. 2.2 Deminor Een aantal personen rond Deminor International heeft op 13 januari 2010 (momenteel onder de naam DRS Belgium) een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij ze schadevergoeding nastreven op grond van beweerde onvolledige of misleidende informatieverstrekking door Fortis in de periode maart 2007 tot oktober 2008. Op 28 april 2014 verklaarde de rechtbank in een tussenvonnis de vordering van ongeveer 25 % van de eisers onontvankelijk. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort beëindigd zal zijn. 2.3 Overige vorderingen namens individuele aandeelhouders Op 12 september 2012 hebben Patripart, een (voormalige) Fortis aandeelhouder, en haar moedermaatschappij Patrinvest een procedure aangespannen voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij schadevergoeding wordt gevorderd op basis van het beweerde gebrek aan of misleidende informatie van Fortis in de context van de kapitaalverhoging in 2007. Op 1 februari 2016 verwierp de rechtbank de vordering over de hele lijn. Op 16 maart 2016 heeft Patrinvest beroep aangetekend bij het Brusselse Hof van Beroep. De partijen hebben schriftelijke stukken uitgewisseld en wachten nu een pleitdatum en het besluit van het Hof af; hiervoor is nog geen datum vastgesteld. Op 29 april 2013 hebben een aantal personen vertegenwoordigd door mr. Arnauts een procedure ingeleid voor de Rechtbank van Koophandel in Brussel, waarbij ze schadevergoeding nastreven op grond van beweerde onvolledige of misleidende informatieverstrekking door Fortis in 2007 en 2008. Deze procedure is opgeschort in afwachting van de afloop van de strafprocedure. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort beëindigd zal zijn. Op 19 september 2013 werd een gelijkaardige burgerlijke procedure gestart voor de Rechtbank van Eerste Aanleg in Brussel door een aantal (voormalige) aandeelhouders van Fortis, vertegenwoordigd door mr. Lenssens. Deze procedure is opgeschort in afwachting van de afloop van de strafprocedure. De partijen zijn bezig met het beëindigen van deze procedure, we verwachten dat deze procedure binnenkort beëindigd zal zijn. 255 | 240 3 Vrijwaringsbedingen In 2008 heeft Fortis aan sommige voormalige topmanagers en bestuurders, bij hun vertrek, een contractuele vrijwaring verleend voor juridische kosten, en in sommige gevallen ook voor de financiële gevolgen van een eventuele gerechtelijke uitspraak in het geval dat tegen deze personen een rechtszaak zou worden aangespannen in verband met hun mandaat binnen de onderneming. Ageas betwist de geldigheid van deze contractuele vrijwaringsbedingen voor zover ze betrekking hebben op de financiële gevolgen van een eventuele gerechtelijke uitspraak. Voorts heeft Ageas, zoals gebruikelijk bij dat soort transacties, overeenkomsten afgesloten met een aantal financiële instellingen die de plaatsing van Fortis aandelen faciliteerden tijdens de kapitaalverhogingen van 2007 en 2008. Deze overeenkomsten bevatten vrijwaringsbedingen die onder bepaalde voorwaarden voor Ageas verplichtingen tot schadeloosstelling impliceren. Sommige van die financiële instellingen zijn betrokken bij de in dit hoofdstuk beschreven juridische procedures. In het kader van een schikking met de verzekeraars van de bestuurdersaansprakelijkheidsverzekering en van de prospectusaansprakelijkheidsverzekering, met betrekking tot de gebeurtenissen en ontwikkelingen rond de voormalige Fortis groep in 2007 en 2008, heeft Ageas een vrijwaring verleend aan de verzekeraars voor het totale dekkingsbedrag van de betrokken polissen. Daarnaast ging Ageas ook vrijwaringsverbintenissen aan ten gunste van enkele voormalige Fortis bestuurders en functionarissen en ten gunste van BNP Paribas Fortis met betrekking tot toekomstige verdedigingskosten, en ten gunste van de bestuurders van de twee Nederlandse stichtingen die in het kader van de schikking zijn opgericht. 43.2 Voorwaardelijke verplichtingen inzake hybride instrumenten van voormalige dochterondernemingen In 2007 heeft BNP Paribas Fortis SA/NV CASHES (Convertible And Subordinated Hybrid Equity-linked Securities) uitgegeven, waarbij ageas SA/NV als medeschuldenaar optrad (BNP Paribas Fortis SA/NV was op dat moment een dochteronderneming). Van de oorspronkelijk uitgegeven 12.000 effecten, blijven er 3.791 effecten uitstaan, die een totaalbedrag vertegenwoordigen van EUR 948 miljoen. De obligaties hebben geen vervaldatum en kunnen niet in contanten worden afgelost, maar kunnen alleen worden ingewisseld tegen aandelen Ageas aan een koers van EUR 239,40 per aandeel. De CASHES worden automatisch omgezet in aandelen Ageas als de koers van het aandeel Ageas gedurende twintig achtereenvolgende beurswerkdagen gelijk is aan of hoger is dan EUR 359,10. BNP Paribas Fortis SA/NV bezit 3.958.859 aandelen Ageas met het oog op de mogelijke wissel. De enige verhaalmogelijkheid van de houders van de CASHES tegen elk van de mededebiteuren met betrekking tot de hoofdsom zijn de aandelen Ageas die BNP Paribas Fortis SA/NV aanhoudt; deze aandelen zijn ten gunste van die houders verpand. BNP Paribas Fortis SA/NV betaalt de coupon voor de CASHES per kwartaal tegen een variabele rente van 3-maands Euribor plus 200 basispunten, tot de omwisseling van de CASHES in aandelen Ageas plaatsvindt. Indien geen dividend wordt betaald op aandelen Ageas, of het vast te stellen dividend met betrekking tot een boekjaar onder de drempel ligt (dividendrendement lager dan 0,5%), of in bepaalde andere omstandigheden, zal de betaling van coupons door ageas SA/NV verplicht plaatsvinden via de uitgifte van nieuwe aandelen in overeenstemming met de zogenaamde Alternative Coupon Settlement Method (ACSM), terwijl BNP Paribas Fortis SA/NV dan aan Ageas instrumenten dient uit te geven die als hybride Tier 1 instrumenten kunnen worden aangemerkt als compensatie voor de coupons die werden betaald door ageas SA/NV. Als de ACSM in werking treedt en het beschikbare maatschappelijke kapitaal ontoereikend is voor ageas SA/NV om de ACSM verplichting na te komen, wordt de couponbetaling opgeschort tot het moment dat de uitgifte van nieuwe aandelen weer mogelijk is. In een akkoord gesloten in 2012, dat onder andere heeft geleid tot een tender en tevens conversie van de CASHES, heeft Ageas ingestemd BNP Paribas Fortis SA/NV een jaarlijkse vergoeding te betalen die overeenkomt met het bruto dividend van de aandelen die BNP Paribas Fortis SA/NV nog aanhoudt. 43.3 Overige voorwaardelijke verplichtingen Voorts hebben een aantal particuliere klanten van Ageas Frankrijk, een 100% dochteronderneming van Ageas Insurance International, vorderingen tegen Ageas Frankrijk ingediend in verband met de vermeende eenzijdige wijziging van de voorwaarden van een unit-linked product door het doorrekenen van bepaalde transactiekosten. Eisers vroegen niet alleen de terugbetaling van deze kosten, maar beweerden ook benadeeld te zijn wegens verloren kansen om arbitrageverrichtingen uit te voeren tussen unit-linked fondsen en een gewaarborgd fonds door gebruik te maken van de laatst bekende valutadata, en eisten tevens een verbod op de doorrekening van de kosten. In november 2014 erkende het Parijse Hof van Beroep de beslissing in eerste aanleg om de vorderingen als gegrond te verklaren en stelde het experts aan om de omvang van de schadevergoeding vast te stellen. Nadat Ageas France hiertegen cassatieberoep had ingesteld bij het Franse Hof van Cassatie, heeft dit Hof van Cassatie op 8 september 2016 het arrest van het Hof van Beroep in Parijs grotendeels vernietigd en de zaak verwezen naar het Hof van Beroep in Versailles. De procedure bij het Hof van Beroep is Versailles is stopgezet. Een procedure in eerste aanleg, die een aantal jaren was opgeschort in afwachting van het besluit van het Franse Hof van Cassatie, is door twee eisers gereactiveerd. Er is een zitting gehouden in de eerste helft van oktober 2019, de partijen zijn conclusies aan het uitwisselen. De partijen hebben een schikking gesloten in december 2021. Deze procedure is beëindigd. 255 Ageas Jaarverslag 2021 256 | 240 Ageas heeft op 15 februari 2022 aangekondigd dat zijn dochteronderneming Ageas UK Ltd een overeenkomst had gesloten met AXA Insurance UK PLC over de verkoop van zijn professionele verzekeringen voor nieuwe klanten. Op het niveau van Ageas Groep zal de transactie een initiële positieve impact hebben van EUR 45,5 miljoen op het nettoresultaat, te boeken in de eerste helft van 2022. Ageas houdt de ontwikkelingen in Oekraïne en Rusland nauwlettend in de gaten, met name wat betreft de indirecte macro-economische effecten, zoals de toekomstige ontwikkeling van de rente en de inflatie in de markten waarin wij actief zijn. De Groep is in geen van beide landen actief via dochterondernemingen of filialen. De te verwachten directe gevolgen worden als onbelangrijk beschouwd, gezien de onbeduidende directe blootstelling van de Groep aan deze markten. 44 Gebeurtenissen na balansdatum Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 257 | 240 De Raad van Bestuur van Ageas is verantwoordelijk voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas per 31 december 2021, in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard door de Europese Unie, met de Europese Transparantie Richtlijn (2004/109/EC) en het Verslag van de Raad van Bestuur in overeenstemming met de toepasselijke wettelijke en toezichtvereisten in België. De Raad van Bestuur heeft op 29 maart 2022 de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas en het Verslag van de Raad van Bestuur beoordeeld en goedgekeurd voor publicatie. De Raad van Bestuur verklaart dat, naar zijn beste weten, de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas een getrouw en juist beeld geeft van de activa, verplichtingen, financiële positie en het resultaat van Ageas en van onzekerheden waarmee Ageas geconfronteerd wordt en dat de informatie die in deze jaarrekening is opgenomen geen tekortkomingen bevat die het noodzakelijk maken om de reikwijdte van enige berichtgeving significant aan te passen. De Raad van Bestuur van Ageas verklaart tevens dat het Verslag van de Raad van Bestuur een juist beeld geeft van de ontwikkelingen en resultaten van de dochtermaatschappijen van de Groep. Het jaarverslag van Ageas bestaande uit de Geconsolideerde Jaarrekening en het Verslag van de Raad van Bestuur zal ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 18 mei 2022. Brussel, 29 maart 2022 Raad van Bestuur Voorzitter Bart De Smet Vicevoorzitter Guy de Selliers de Moranville Chief Executive Officer Hans De Cuyper Chief Financial Officer Christophe Boizard Chief Risk Officer Emmanuel Van Grimbergen Managing Director Europe Antonio Cano Managing Director Asia Filip Coremans Niet-uitvoerende Bestuurders Richard Jackson Yvonne Lang Ketterer Jane Murphy Lionel Perl Lucrezia Reichlin Katleen Vandeweyer Jan Zegering Hadders Sonali Chandmal Jean-Michel Chatagny Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Verklaring van de Raad van Bestuur TOELICHTING OP POSTEN NIET OPGENOMEN IN DE GECONSOLIDEERDE BALANS 256 Ageas Jaarverslag 2021 Gebeurtenissen na balansdatum 256 | 240 Ageas heeft op 15 februari 2022 aangekondigd dat zijn dochteronderneming Ageas UK Ltd een overeenkomst had gesloten met AXA Insurance UK PLC over de verkoop van zijn professionele verzekeringen voor nieuwe klanten. Op het niveau van Ageas Groep zal de transactie een initiële positieve impact hebben van EUR 45,5 miljoen op het nettoresultaat, te boeken in de eerste helft van 2022. Ageas houdt de ontwikkelingen in Oekraïne en Rusland nauwlettend in de gaten, met name wat betreft de indirecte macro-economische effecten, zoals de toekomstige ontwikkeling van de rente en de inflatie in de markten waarin wij actief zijn. De Groep is in geen van beide landen actief via dochterondernemingen of filialen. De te verwachten directe gevolgen worden als onbelangrijk beschouwd, gezien de onbeduidende directe blootstelling van de Groep aan deze markten. 44 Gebeurtenissen na balansdatum Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). 257 | 240 De Raad van Bestuur van Ageas is verantwoordelijk voor het opstellen van de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas per 31 december 2021, in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard door de Europese Unie, met de Europese Transparantie Richtlijn (2004/109/EC) en het Verslag van de Raad van Bestuur in overeenstemming met de toepasselijke wettelijke en toezichtvereisten in België. De Raad van Bestuur heeft op 29 maart 2022 de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas en het Verslag van de Raad van Bestuur beoordeeld en goedgekeurd voor publicatie. De Raad van Bestuur verklaart dat, naar zijn beste weten, de Geconsolideerde Jaarrekening van Ageas een getrouw en juist beeld geeft van de activa, verplichtingen, financiële positie en het resultaat van Ageas en van onzekerheden waarmee Ageas geconfronteerd wordt en dat de informatie die in deze jaarrekening is opgenomen geen tekortkomingen bevat die het noodzakelijk maken om de reikwijdte van enige berichtgeving significant aan te passen. De Raad van Bestuur van Ageas verklaart tevens dat het Verslag van de Raad van Bestuur een juist beeld geeft van de ontwikkelingen en resultaten van de dochtermaatschappijen van de Groep. Het jaarverslag van Ageas bestaande uit de Geconsolideerde Jaarrekening en het Verslag van de Raad van Bestuur zal ter goedkeuring worden voorgelegd aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 18 mei 2022. Brussel, 29 maart 2022 Raad van Bestuur Voorzitter Bart De Smet Vicevoorzitter Guy de Selliers de Moranville Chief Executive Officer Hans De Cuyper Chief Financial Officer Christophe Boizard Chief Risk Officer Emmanuel Van Grimbergen Managing Director Europe Antonio Cano Managing Director Asia Filip Coremans Niet-uitvoerende Bestuurders Richard Jackson Yvonne Lang Ketterer Jane Murphy Lionel Perl Lucrezia Reichlin Katleen Vandeweyer Jan Zegering Hadders Sonali Chandmal Jean-Michel Chatagny Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Verklaring van de Raad van Bestuur 257 Ageas Jaarverslag 2021 Verklaring van de Raad van Bestuur 258 | 240 VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN AGEAS OVER DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING VOOR HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 DECEMBER 2021 In het kader van de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Ageas (de “Vennootschap”) en haar filialen (samen “de Groep”), leggen wij u ons Commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de geconsolideerde jaarrekening en de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Het vormt één geheel en is ondeelbaar. Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van Commissaris door de Algemene vergadering van 19 mei 2021, overeenkomstig het voorstel van de Raad van bestuur uitgebracht op aanbeveling van het Auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de Algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2023. Wij hebben de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap uitgevoerd gedurende vier opeenvolgende boekjaren. Verslag over de geconsolideerde jaarrekening Oordeel zonder voorbehoud Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van de Groep, die de geconsolideerde balans op 31 december 2021 omvat, alsook de geconsolideerde resultatenrekening, het geconsolideerd overzicht van het comprehensive income, het geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen, het geconsolideerd kasstroomoverzicht over het boekjaar afgesloten op die datum, en de toelichting met de belangrijkste gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Deze geconsolideerde jaarrekening vertoont een totaal van de geconsolideerde balans van EUR 111.139 miljoen en de geconsolideerde resultatenrekening sluit af met een winst van het boekjaar (“Nettoresultaat over de periode”) van EUR 1.016 miljoen. Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de geconsolideerde financiële toestand van de Groep per 31 december 2021, alsook van zijn geconsolideerde resultaten en van zijn geconsolideerde kasstromen over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften. Basis voor het oordeel zonder voorbehoud Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISA’s) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door de IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op de huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd zijn op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie “Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening” van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid. Wij hebben van de Raad van bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). V erslag van de commissaris 259 | 240 Kernpunten van de controle Kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden. Toereikendheid van het bedrag van de technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten Beschrijving van het kernpunt van de controle Per jaareinde 31 december 2021 bedragen de technische voorzieningen, zoals in toelichting 19 bij de geconsolideerde jaarrekening gedetailleerd, EUR 86.080 miljoen en vertegenwoordigen ze ongeveer 77% van het balanstotaal van de Groep. De technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten niet-leven worden hoofdzakelijk bepaald op basis van een voorzichtige inschatting van schadedossiers uitgevoerd door de beheerders van schadedossiers, rekening houdend met de beschikbare informatie op datum van de afsluiting van het boekjaar. De technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten leven worden berekend op basis van de actuariële technieken beschreven in de wet alsook overeenkomstig de technische parameters die uit de verzekeringscontracten voortvloeien. Zoals in toelichting 2.8.11 van de geconsolideerde jaarrekening is vermeld, wordt in het kader van de afsluiting van het boekjaar een test uitgevoerd om de toereikendheid van de verzekeringsverplichtingen (leven en niet-leven) ten aanzien van de geschatte toekomstige kasstromen na te gaan. In voorkomend geval worden de technische voorzieningen verhoogd met het bedrag van de eventuele tekorten die uit de toereikendheidstest zouden voortvloeien. De toereikendheidstest van de technische voorzieningen is gebaseerd op actuariële technieken. De test is relatief complex aangezien hij steunt op een aantal veronderstellingen met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen die een belangrijke mate van beoordeling vereisen. Deze kunnen worden beïnvloed door toekomstige economische omstandigheden en het ondernemingsbeleid alsook door specifieke wet- en regelgeving binnen de verzekeringssector. De veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, hangen voor de verzekeringsactiviteiten niet-leven hoofdzakelijk af van de betaalde bedragen voor schadegevallen, van het aantal opgelopen doch nog niet aangegeven schadegevallen en van de schaderegelingskosten. Voor de verzekeringsactiviteiten leven hangen de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, voornamelijk af van de risico’s die verbonden zijn aan sterfte, aan levensverwachting, aan de gevolgen van de lagere financiële rendementen (en met name de interestvoeten) alsook aan de algemene kosten. Bovendien heeft de Groep ervoor geopteerd de techniek van schaduwboekhouding (‘shadow accounting’, een in IFRS 4 omschreven optie) toe te passen en bijgevolg over te gaan tot de eventuele opname van een bijkomende voorziening die door de toepassing van deze boekhoudkundige optie tot stand komt (“de schaduwvoorziening”). Voor de verzekerings- en beleggingscontracten leven die aan IFRS 4 onderworpen zijn en die niet uit afgescheiden fondsen bestaan, wordt deze schaduwvoorziening bepaald als het negatieve verschil tussen het resultaat van de toereikendheidstest (cf. voorgaande paragraaf) en de netto niet-gerealiseerde meerwaarden van de beleggingen die aan deze contracten zijn toegewezen. Gezien het bovenstaande, wordt de waardering van de schaduwvoorziening beïnvloed door de uitkomst van de toereikendheidstest. Deze verschillende elementen in combinatie met de eventuele onzekerheid die inherent is aan de technieken van modellering en aan het discretionaire karakter van de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest gehanteerd werden, zijn de voornaamste redenen om dit als een kernpunt van onze controle te beschouwen. Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle We hebben testen uitgevoerd met betrekking tot de operationele doeltreffendheid van de controles die de Groep heeft opgezet om zich te vergewissen van de kwaliteit van de gegevens die in de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt worden. Met de hulp van onze interne experten in actuariële wetenschappen hebben we eveneens de gepastheid van de gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden beoordeeld alsook de geschiktheid ervan gelet op de in de loop van het boekjaar opgenomen technische resultaten. Voor de verzekeringsactiviteiten niet-leven hebben we, op onafhankelijke wijze, het niveau van adequaatheid van de schadereserves herberekend op basis van erkende actuariële technieken. Vervolgens hebben we onze resultaten vergeleken met de resultaten van de Groep en hebben we de nodige onderliggende documentatie bekomen die de waargenomen significante verschillen verantwoordt. Voor de levensverzekeringsactiviteiten hebben we de door de directie voorbereide analyse van de bewegingen van technische voorzieningen voor levensverzekeringen beoordeeld en, indien nodig, de elementen van de aansluiting onderzocht. We hebben ons er bovendien van vergewist dat de (inkomende en uitgaande) kasstromen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt zijn, consistent zijn ten opzichte van de stromen die in de berekening van de beste inschatting van technische voorzieningen onder het referentiekader « Solvabiliteit II » gehanteerd worden. Voor een steekproef van contracten hebben we de juistheid getest van de kerngegevens die in de belangrijkste technische systemen opgenomen zijn en die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt zijn. Ten slotte hebben we onze bevindingen bevestigd met de actuariële functie van de Groep. Op basis van onze controlewerkzaamheden menen we dat de in de toereikendheidstest gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden en gelet op de technische resultaten van het afgelopen boekjaar redelijk zijn. TOELICHTING OP POSTEN NIET OPGENOMEN IN DE GECONSOLIDEERDE BALANS 258 Ageas Jaarverslag 2021 Verslag van de commissaris 258 | 240 VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN AGEAS OVER DE GECONSOLIDEERDE JAARREKENING VOOR HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 DECEMBER 2021 In het kader van de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van Ageas (de “Vennootschap”) en haar filialen (samen “de Groep”), leggen wij u ons Commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de geconsolideerde jaarrekening en de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Het vormt één geheel en is ondeelbaar. Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van Commissaris door de Algemene vergadering van 19 mei 2021, overeenkomstig het voorstel van de Raad van bestuur uitgebracht op aanbeveling van het Auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de Algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2023. Wij hebben de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening van de Vennootschap uitgevoerd gedurende vier opeenvolgende boekjaren. Verslag over de geconsolideerde jaarrekening Oordeel zonder voorbehoud Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de geconsolideerde jaarrekening van de Groep, die de geconsolideerde balans op 31 december 2021 omvat, alsook de geconsolideerde resultatenrekening, het geconsolideerd overzicht van het comprehensive income, het geconsolideerd overzicht van wijzigingen in het eigen vermogen, het geconsolideerd kasstroomoverzicht over het boekjaar afgesloten op die datum, en de toelichting met de belangrijkste gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen. Deze geconsolideerde jaarrekening vertoont een totaal van de geconsolideerde balans van EUR 111.139 miljoen en de geconsolideerde resultatenrekening sluit af met een winst van het boekjaar (“Nettoresultaat over de periode”) van EUR 1.016 miljoen. Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de geconsolideerde financiële toestand van de Groep per 31 december 2021, alsook van zijn geconsolideerde resultaten en van zijn geconsolideerde kasstromen over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften. Basis voor het oordeel zonder voorbehoud Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISA’s) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door de IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op de huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd zijn op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie “Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening” van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid. Wij hebben van de Raad van bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). V erslag van de commissaris 259 | 240 Kernpunten van de controle Kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden. Toereikendheid van het bedrag van de technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten Beschrijving van het kernpunt van de controle Per jaareinde 31 december 2021 bedragen de technische voorzieningen, zoals in toelichting 19 bij de geconsolideerde jaarrekening gedetailleerd, EUR 86.080 miljoen en vertegenwoordigen ze ongeveer 77% van het balanstotaal van de Groep. De technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten niet-leven worden hoofdzakelijk bepaald op basis van een voorzichtige inschatting van schadedossiers uitgevoerd door de beheerders van schadedossiers, rekening houdend met de beschikbare informatie op datum van de afsluiting van het boekjaar. De technische voorzieningen van de verzekeringsactiviteiten leven worden berekend op basis van de actuariële technieken beschreven in de wet alsook overeenkomstig de technische parameters die uit de verzekeringscontracten voortvloeien. Zoals in toelichting 2.8.11 van de geconsolideerde jaarrekening is vermeld, wordt in het kader van de afsluiting van het boekjaar een test uitgevoerd om de toereikendheid van de verzekeringsverplichtingen (leven en niet-leven) ten aanzien van de geschatte toekomstige kasstromen na te gaan. In voorkomend geval worden de technische voorzieningen verhoogd met het bedrag van de eventuele tekorten die uit de toereikendheidstest zouden voortvloeien. De toereikendheidstest van de technische voorzieningen is gebaseerd op actuariële technieken. De test is relatief complex aangezien hij steunt op een aantal veronderstellingen met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen die een belangrijke mate van beoordeling vereisen. Deze kunnen worden beïnvloed door toekomstige economische omstandigheden en het ondernemingsbeleid alsook door specifieke wet- en regelgeving binnen de verzekeringssector. De veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, hangen voor de verzekeringsactiviteiten niet-leven hoofdzakelijk af van de betaalde bedragen voor schadegevallen, van het aantal opgelopen doch nog niet aangegeven schadegevallen en van de schaderegelingskosten. Voor de verzekeringsactiviteiten leven hangen de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, voornamelijk af van de risico’s die verbonden zijn aan sterfte, aan levensverwachting, aan de gevolgen van de lagere financiële rendementen (en met name de interestvoeten) alsook aan de algemene kosten. Bovendien heeft de Groep ervoor geopteerd de techniek van schaduwboekhouding (‘shadow accounting’, een in IFRS 4 omschreven optie) toe te passen en bijgevolg over te gaan tot de eventuele opname van een bijkomende voorziening die door de toepassing van deze boekhoudkundige optie tot stand komt (“de schaduwvoorziening”). Voor de verzekerings- en beleggingscontracten leven die aan IFRS 4 onderworpen zijn en die niet uit afgescheiden fondsen bestaan, wordt deze schaduwvoorziening bepaald als het negatieve verschil tussen het resultaat van de toereikendheidstest (cf. voorgaande paragraaf) en de netto niet-gerealiseerde meerwaarden van de beleggingen die aan deze contracten zijn toegewezen. Gezien het bovenstaande, wordt de waardering van de schaduwvoorziening beïnvloed door de uitkomst van de toereikendheidstest. Deze verschillende elementen in combinatie met de eventuele onzekerheid die inherent is aan de technieken van modellering en aan het discretionaire karakter van de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest gehanteerd werden, zijn de voornaamste redenen om dit als een kernpunt van onze controle te beschouwen. Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle We hebben testen uitgevoerd met betrekking tot de operationele doeltreffendheid van de controles die de Groep heeft opgezet om zich te vergewissen van de kwaliteit van de gegevens die in de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt worden. Met de hulp van onze interne experten in actuariële wetenschappen hebben we eveneens de gepastheid van de gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden beoordeeld alsook de geschiktheid ervan gelet op de in de loop van het boekjaar opgenomen technische resultaten. Voor de verzekeringsactiviteiten niet-leven hebben we, op onafhankelijke wijze, het niveau van adequaatheid van de schadereserves herberekend op basis van erkende actuariële technieken. Vervolgens hebben we onze resultaten vergeleken met de resultaten van de Groep en hebben we de nodige onderliggende documentatie bekomen die de waargenomen significante verschillen verantwoordt. Voor de levensverzekeringsactiviteiten hebben we de door de directie voorbereide analyse van de bewegingen van technische voorzieningen voor levensverzekeringen beoordeeld en, indien nodig, de elementen van de aansluiting onderzocht. We hebben ons er bovendien van vergewist dat de (inkomende en uitgaande) kasstromen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt zijn, consistent zijn ten opzichte van de stromen die in de berekening van de beste inschatting van technische voorzieningen onder het referentiekader « Solvabiliteit II » gehanteerd worden. Voor een steekproef van contracten hebben we de juistheid getest van de kerngegevens die in de belangrijkste technische systemen opgenomen zijn en die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt zijn. Ten slotte hebben we onze bevindingen bevestigd met de actuariële functie van de Groep. Op basis van onze controlewerkzaamheden menen we dat de in de toereikendheidstest gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden en gelet op de technische resultaten van het afgelopen boekjaar redelijk zijn. 259 Ageas Jaarverslag 2021 260 | 240 Waardering van de financiële instrumenten die niet genoteerd zijn op een gereglementeerde markt Beschrijving van het kernpunt van de controle De Groep bezit financiële instrumenten die niet genoteerd zijn op een gereglementeerde markt. Het gaat voornamelijk om obligaties van ondernemingen, aandelen in niet-beursgenoteerde vennootschappen en leningen, waarvan de details te vinden zijn in toelichting 10.2 en 10.3, niveaus 2 en 3, bij de geconsolideerde jaarrekening. De technieken en modellen die worden gebruikt om deze financiële activa te waarderen, maken gebruik van diverse veronderstellingen die, voor veel van hen, gepaard gaan met een bepaalde mate van beoordeling. Hoeveel elementen de reële waarde van het financieel instrument kunnen beïnvloeden hangt overigens af van zowel het type instrument als van het instrument zelf. Bijgevolg zou het gebruik van diverse waarderingstechnieken en -veronderstellingen in sterk uiteenlopende schattingen van reële waarde kunnen resulteren. De onzekerheid die aan deze evaluatietechnieken en -modellen per type instrument verbonden is, is de voornaamste reden om dit als een kernpunt van onze controle te beschouwen. Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle Wij hebben inzicht verkregen in de interne controleomgeving wat betreft de waardering van financiële instrumenten, daarin begrepen de uitgevoerde controles op de prijzen en het validatieproces van de modellen. We hebben steekproefsgewijs financiële instrumenten uitgekozen en, met behulp van onze experten inzake waardering van financiële instrumenten, een nazicht uitgevoerd van de gehanteerde inschattingen en voornaamste gehanteerde veronderstellingen voor het bepalen van de reële waarde, rekening houdend met de marktgegevens. We hebben eveneens, wanneer zulks gepast werd geacht, de basisgegevens die voor de bepaling van de reële waarde gebruikt zijn getest. Onze experten hebben voor de steekproef van de geselecteerde financiële instrumenten de reële waarde op onafhankelijke wijze herberekend. Ten slotte hebben we de naleving van de toepassing van de door de Groep gehanteerde waarderingsregels beoordeeld. We beschouwen de voornaamste veronderstellingen die bij het bepalen van de marktwaarde gehanteerd zijn als redelijk. Uit onze onafhankelijke testen is geen significante uitzondering gebleken wat betreft het bepalen van de marktwaarde van de beleggingen waarvoor geen genoteerde prijs op een actieve markt bestaat. Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor de interne beheersing die de Raad van bestuur noodzakelijk acht voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten. Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening is de Raad van bestuur verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Groep om zijn continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de Raad van bestuur het voornemen heeft om de Groep te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen, of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen. Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de geconsolideerde jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, en het uitbrengen van een Commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA’s is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze geconsolideerde jaarrekening, beïnvloeden. Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader na dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België. Een wettelijke controle biedt evenwel geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Groep, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee de Raad van bestuur de bedrijfsvoering van de Groep ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling worden hieronder beschreven. Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA’s, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit: het identificeren en inschatten van de risico’s dat de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico’s inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het omzeilen van de interne beheersing; het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de interne beheersing van de Groep; 261 | 240 het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door de Raad van bestuur gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toelichtingen; het concluderen of de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is, en het concluderen, op basis van de verkregen controle-informatie, of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Groep om zijn continuïteit te handhaven. Indien wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons Commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de geconsolideerde jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van ons Commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de Groep zijn continuïteit niet langer kan handhaven; het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de geconsolideerde jaarrekening, en van de vraag of de geconsolideerde jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw beeld; het verkrijgen van voldoende en geschikte controle-informatie met betrekking tot de financiële informatie van de entiteiten of bedrijfsactiviteiten binnen de Groep gericht op het tot uitdrukking brengen van een oordeel over de geconsolideerde jaarrekening. Wij zijn verantwoordelijk voor de aansturing van, het toezicht op en de uitvoering van de groepscontrole. Wij blijven ongedeeld verantwoordelijk voor ons oordeel. Wij communiceren met het Auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle. Wij verschaffen aan het Auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen. Uit de aangelegenheden die met het Auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving. Overige door wet- en regelgeving gestelde eisen Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening. Verantwoordelijkheden van de Commissaris In het kader van onze opdracht en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA’s), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen. Aspecten betreffende het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de geconsolideerde jaarrekening voor hetzelfde boekjaar en is opgesteld overeenkomstig het artikel 3:32 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. In de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen tijdens de controle, of het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, dienen wij u geen afwijking van materieel belang te melden. De op grond van artikel 3:32, §2 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vereiste niet-financiële informatie werd opgenomen in het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening. De Vennootschap heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op de “Sustainable Development Goals” van de Verenigde Naties. Overeenkomstig artikel 3:80, §1, 5° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen spreken wij ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie is opgesteld in overeenstemming met het in het jaarverslag vermelde referentiemodel. Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening en ons bedrijfsrevisorenkantoor is in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de Groep. De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening. TOELICHTING OP POSTEN NIET OPGENOMEN IN DE GECONSOLIDEERDE BALANS 260 Ageas Jaarverslag 2021 260 | 240 Waardering van de financiële instrumenten die niet genoteerd zijn op een gereglementeerde markt Beschrijving van het kernpunt van de controle De Groep bezit financiële instrumenten die niet genoteerd zijn op een gereglementeerde markt. Het gaat voornamelijk om obligaties van ondernemingen, aandelen in niet-beursgenoteerde vennootschappen en leningen, waarvan de details te vinden zijn in toelichting 10.2 en 10.3, niveaus 2 en 3, bij de geconsolideerde jaarrekening. De technieken en modellen die worden gebruikt om deze financiële activa te waarderen, maken gebruik van diverse veronderstellingen die, voor veel van hen, gepaard gaan met een bepaalde mate van beoordeling. Hoeveel elementen de reële waarde van het financieel instrument kunnen beïnvloeden hangt overigens af van zowel het type instrument als van het instrument zelf. Bijgevolg zou het gebruik van diverse waarderingstechnieken en -veronderstellingen in sterk uiteenlopende schattingen van reële waarde kunnen resulteren. De onzekerheid die aan deze evaluatietechnieken en -modellen per type instrument verbonden is, is de voornaamste reden om dit als een kernpunt van onze controle te beschouwen. Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle Wij hebben inzicht verkregen in de interne controleomgeving wat betreft de waardering van financiële instrumenten, daarin begrepen de uitgevoerde controles op de prijzen en het validatieproces van de modellen. We hebben steekproefsgewijs financiële instrumenten uitgekozen en, met behulp van onze experten inzake waardering van financiële instrumenten, een nazicht uitgevoerd van de gehanteerde inschattingen en voornaamste gehanteerde veronderstellingen voor het bepalen van de reële waarde, rekening houdend met de marktgegevens. We hebben eveneens, wanneer zulks gepast werd geacht, de basisgegevens die voor de bepaling van de reële waarde gebruikt zijn getest. Onze experten hebben voor de steekproef van de geselecteerde financiële instrumenten de reële waarde op onafhankelijke wijze herberekend. Ten slotte hebben we de naleving van de toepassing van de door de Groep gehanteerde waarderingsregels beoordeeld. We beschouwen de voornaamste veronderstellingen die bij het bepalen van de marktwaarde gehanteerd zijn als redelijk. Uit onze onafhankelijke testen is geen significante uitzondering gebleken wat betreft het bepalen van de marktwaarde van de beleggingen waarvoor geen genoteerde prijs op een actieve markt bestaat. Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals goedgekeurd door de Europese Unie en met de in België van toepassing zijnde wettelijke en reglementaire voorschriften, alsook voor de interne beheersing die de Raad van bestuur noodzakelijk acht voor het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten. Bij het opstellen van de geconsolideerde jaarrekening is de Raad van bestuur verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Groep om zijn continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de Raad van bestuur het voornemen heeft om de Groep te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen, of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen. Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de geconsolideerde jaarrekening Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de geconsolideerde jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, en het uitbrengen van een Commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA’s is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze geconsolideerde jaarrekening, beïnvloeden. Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader na dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België. Een wettelijke controle biedt evenwel geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Groep, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee de Raad van bestuur de bedrijfsvoering van de Groep ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling worden hieronder beschreven. Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA’s, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit: het identificeren en inschatten van de risico’s dat de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico’s inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het omzeilen van de interne beheersing; het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de interne beheersing van de Groep; 261 | 240 het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door de Raad van bestuur gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toelichtingen; het concluderen of de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is, en het concluderen, op basis van de verkregen controle-informatie, of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Groep om zijn continuïteit te handhaven. Indien wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons Commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de geconsolideerde jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van ons Commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de Groep zijn continuïteit niet langer kan handhaven; het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de geconsolideerde jaarrekening, en van de vraag of de geconsolideerde jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw beeld; het verkrijgen van voldoende en geschikte controle-informatie met betrekking tot de financiële informatie van de entiteiten of bedrijfsactiviteiten binnen de Groep gericht op het tot uitdrukking brengen van een oordeel over de geconsolideerde jaarrekening. Wij zijn verantwoordelijk voor de aansturing van, het toezicht op en de uitvoering van de groepscontrole. Wij blijven ongedeeld verantwoordelijk voor ons oordeel. Wij communiceren met het Auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle. Wij verschaffen aan het Auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen. Uit de aangelegenheden die met het Auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de geconsolideerde jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving. Overige door wet- en regelgeving gestelde eisen Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening. Verantwoordelijkheden van de Commissaris In het kader van onze opdracht en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA’s), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen. Aspecten betreffende het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de geconsolideerde jaarrekening voor hetzelfde boekjaar en is opgesteld overeenkomstig het artikel 3:32 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. In de context van onze controle van de geconsolideerde jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen tijdens de controle, of het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, dienen wij u geen afwijking van materieel belang te melden. De op grond van artikel 3:32, §2 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vereiste niet-financiële informatie werd opgenomen in het jaarverslag over de geconsolideerde jaarrekening. De Vennootschap heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op de “Sustainable Development Goals” van de Verenigde Naties. Overeenkomstig artikel 3:80, §1, 5° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen spreken wij ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie is opgesteld in overeenstemming met het in het jaarverslag vermelde referentiemodel. Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening en ons bedrijfsrevisorenkantoor is in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de Groep. De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de geconsolideerde jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de geconsolideerde jaarrekening. 2 61 Ageas Jaarverslag 2021 262 | 240 Europees uniform elektronisch formaat (ESEF) Wij hebben ook, overeenkomstig de ontwerpnorm inzake de controle van de overeenstemming van de financiële overzichten met het Europees uniform elektronisch formaat (hierna “ESEF”), de controle uitgevoerd van de overeenstemming van het ESEF-formaat met de technische reguleringsnormen vastgelegd door de Europese Gedelegeerde Verordening nr. 2019/815 van 17 december 2018 (hierna: “Gedelegeerde Verordening”). Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen, in overeenstemming met de ESEF vereisten, van de geconsolideerde financiële overzichten in de vorm van een elektronisch bestand in ESEF-formaat (hierna “geconsolideerde financiële overzichten”) opgenomen in het jaarlijks financieel verslag. Het is onze verantwoordelijkheid voldoende en geschikte onderbouwende informatie te verkrijgen om te concluderen dat het formaat en de markeertaal van de digitale geconsolideerde financiële overzichten in alle van materieel belang zijnde opzichten voldoen aan de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening. Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden zijn wij van oordeel dat het formaat van en de markering van de informatie in de digitale geconsolideerde financiële overzichten opgenomen in het jaarlijks financieel verslag van Ageas per 31 December 2021 in alle van materieel belang zijnde opzichten in overeenstemming zijn met de ESEF vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening. Andere vermelding Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het Auditcomité bedoeld in artikel 79 van de wet van 13 maart 2016 betreffende het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, waarin verwezen wordt naar artikel 11 van de Verordening (EU) nr. 537/2014. Diegem, 29 maart 2022 De Commissaris PwC Bedrijfsrevisoren BV Vertegenwoordigd door Roland Jeanquart Kurt Cappoen Bedrijfsrevisor Bedrijfsrevisor TOELICHTING OP POSTEN NIET OPGENOMEN IN DE GECONSOLIDEERDE BALANS 262 Ageas Jaarverslag 2021 262 | 240 Europees uniform elektronisch formaat (ESEF) Wij hebben ook, overeenkomstig de ontwerpnorm inzake de controle van de overeenstemming van de financiële overzichten met het Europees uniform elektronisch formaat (hierna “ESEF”), de controle uitgevoerd van de overeenstemming van het ESEF-formaat met de technische reguleringsnormen vastgelegd door de Europese Gedelegeerde Verordening nr. 2019/815 van 17 december 2018 (hierna: “Gedelegeerde Verordening”). Het bestuursorgaan is verantwoordelijk voor het opstellen, in overeenstemming met de ESEF vereisten, van de geconsolideerde financiële overzichten in de vorm van een elektronisch bestand in ESEF-formaat (hierna “geconsolideerde financiële overzichten”) opgenomen in het jaarlijks financieel verslag. Het is onze verantwoordelijkheid voldoende en geschikte onderbouwende informatie te verkrijgen om te concluderen dat het formaat en de markeertaal van de digitale geconsolideerde financiële overzichten in alle van materieel belang zijnde opzichten voldoen aan de ESEF-vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening. Op basis van de door ons uitgevoerde werkzaamheden zijn wij van oordeel dat het formaat van en de markering van de informatie in de digitale geconsolideerde financiële overzichten opgenomen in het jaarlijks financieel verslag van Ageas per 31 December 2021 in alle van materieel belang zijnde opzichten in overeenstemming zijn met de ESEF vereisten krachtens de Gedelegeerde Verordening. Andere vermelding Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het Auditcomité bedoeld in artikel 79 van de wet van 13 maart 2016 betreffende het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, waarin verwezen wordt naar artikel 11 van de Verordening (EU) nr. 537/2014. Diegem, 29 maart 2022 De Commissaris PwC Bedrijfsrevisoren BV Vertegenwoordigd door Roland Jeanquart Kurt Cappoen Bedrijfsrevisor Bedrijfsrevisor 263 Ageas Jaarverslag 2021 G Statutaire jaarrekening 2021 ageas SA/NV 264 | 240 1. Voorwoord Het merendeel van de 'algemene informatie' is opgenomen in het verslag van de Raad van Bestuur van Ageas. Deze algemene informatie bevat alleen informatie over ageas SA/NV die niet elders is verstrekt. 2. Identificatie Ageas SA/NV is een naamloze vennootschap. De onderneming is statutair gevestigd in de Markiesstraat 1 te 1000 Brussel. De vennootschap is ingeschreven in het rechtspersonenregister van Brussel onder nr. 0451.406.524. 3. Oprichting en publicatie De vennootschap is opgericht op 6 november 1993 onder de naam 'Fortis Capital Holding'. 4. Plaatsen waar de documenten door het publiek kunnen worden geraadpleegd De statuten van ageas SA/NV kunnen worden geraadpleegd op de Griffie van de Rechtbank van Koophandel te Brussel, op de maatschappelijke zetel van de vennootschap en op de website van Ageas. Beslissingen over de benoeming en het ontslag van bestuurders van de vennootschap worden onder meer gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad. Financiële berichten over de vennootschap evenals de oproepingen tot de Algemene Vergaderingen worden gepubliceerd in de financiële pers, kranten en tijdschriften. De jaarrekeningen van de vennootschap zijn verkrijgbaar op de maatschappelijke zetel en worden eveneens gedeponeerd bij de Nationale Bank van België. Ze worden elk jaar naar de aandeelhouders op naam verstuurd en naar de personen die erom vragen. 5. Bedragen De bedragen in deze aanvullende informatie zijn in miljoenen euro’s, tenzij anders is vermeld. 6. Oordeel van de commissaris PwC heeft een oordeel zonder voorbehoud afgegeven over de jaarrekening van ageas SA/NV. 7 Herverzekering Ageas sa/nv heeft een herverzekeringsvergunning voor zowel de Leven- als de Niet-Leven-activiteiten. Er zijn met verschillende ondernemingen van de Ageas Groep interne herverzekeringsactiviteiten opgezet (voornamelijk Quota Share- contracten (QS) en Loss Portfolio Transfers (LPT)). De betrokken ondernemingen van de Groep zijn voornamelijk de Niet-Leven-entiteiten van Portugal, AG Insurance, Ageas Insurance Limited en Ageas France. Voorts zijn er enkele herverzekeringsactiviteiten opgezet met joint ventures van ageas sa/nv, maar die vertegenwoordigen slechts een beperkt aantal. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Algemene informatie 265 | 240 1.1 Statutaire resultaten van ageas SA/NV volgens Belgische boekhoudregels ageas SA/NV rapporteerde voor het boekjaar 2021 een nettowinst van EUR 505 miljoen (2020:EUR 672 miljoen) en een eigen vermogen van EUR 5.570 miljoen (2020: EUR 5.687 miljoen). 1.2 Toelichting bij de balans en de winst- en verliesrekening 1.2.1 Activa 1.2.1.1 Immateriële vaste activa (2021: EUR 12 miljoen; 2020: EUR 13 miljoen) 1.2.1.2 Beleggingen (2021: EUR 9.199 miljoen; 2020: EUR 9.032 miljoen) Investeringen in deelnemingen (EUR 7.359 miljoen) De investeringen in Ageas Insurance International (EUR 6.436 miljoen) en Royal Park Investments (EUR 0,03 miljoen) toonden een kleine daling ten opzichte van 31 december 2020 (kleine daling door de verdere kapitaalvermindering in Royal Park Investments). Notes, obligaties en vorderingen bestaan uit leningen aan gelieerde ondernemingen (EUR 923 miljoen) en uit deelnemingen (EUR 6.436 miljoen). De grote mutatie ten opzichte van vorig jaar is het gevolg van nieuwe leningen ((EUR 40 miljoen – Interparking en EUR 65 miljoen – Maybank Ageas Holding Berhad) en terugbetaling van leningen van Ageas Insurance International (EUR 176 miljoen) en Ageas UK (EUR 9 miljoen: zijnde EUR 20 miljoen – deels gecompenseerd door een GBP FX revaluatie van EUR 11 miljoen). Overige beleggingen (EUR 987 miljoen) Deze bestaan uit een aandelenportefeuille (EUR 59 miljoen), vastrentende waarden (EUR 658 miljoen) en deposito's bij kredietinstellingen (EUR 270 miljoen). Deposito's bij cederende ondernemingen (EUR 582 miljoen) Dit onderdeel omvat de ontvangen deposito's verbonden met binnenkomende herverzekeringsovereenkomsten met overeenkomsten voor ingehouden fondsen. 1.2.1.3 Deel van de herverzekeraar in de technische voorzieningen (2021: EUR 59 miljoen; 2020: EUR 52 miljoen) 1.2.1.4 Debiteuren (2021: EUR 507 miljoen; 2020: EUR 720 miljoen) Vorderingen bevatten EUR 114 miljoen in verband met de Stichting ForSettlement. 1.2.1.5 Overige activa (2021: EUR 337 miljoen; 2020: EUR 319 miljoen) Eigen aandelen (2021: EUR 197 miljoen; 2020: EUR 272 miljoen) Dit onderdeel omvat de eigen aandelen verworven via aandeleninkoopprogramma's, aankopen van eigen aandelen van gelieerde ondernemingen en eigen aandelen verworven ten behoeve van de 'restricted shares'-programma’s voor sommige personeelsleden en bestuurders van de vennootschap. 1.2.1.6 Vooruitbetalingen en overlopende baten (2021: EUR 28 miljoen; 2020: EUR 26 miljoen) De overlopende baten hebben voornamelijk betrekking op aangegroeide rente op intercompany-leningen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Aanvullende toelichting op onderdelen in de balans en de winst-en- verliesrekening en reglementaire voorschriften STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 264 Ageas Jaarverslag 2021 Algemene informatie 264 | 240 1. Voorwoord Het merendeel van de 'algemene informatie' is opgenomen in het verslag van de Raad van Bestuur van Ageas. Deze algemene informatie bevat alleen informatie over ageas SA/NV die niet elders is verstrekt. 2. Identificatie Ageas SA/NV is een naamloze vennootschap. De onderneming is statutair gevestigd in de Markiesstraat 1 te 1000 Brussel. De vennootschap is ingeschreven in het rechtspersonenregister van Brussel onder nr. 0451.406.524. 3. Oprichting en publicatie De vennootschap is opgericht op 6 november 1993 onder de naam 'Fortis Capital Holding'. 4. Plaatsen waar de documenten door het publiek kunnen worden geraadpleegd De statuten van ageas SA/NV kunnen worden geraadpleegd op de Griffie van de Rechtbank van Koophandel te Brussel, op de maatschappelijke zetel van de vennootschap en op de website van Ageas. Beslissingen over de benoeming en het ontslag van bestuurders van de vennootschap worden onder meer gepubliceerd in de bijlagen bij het Belgisch Staatsblad. Financiële berichten over de vennootschap evenals de oproepingen tot de Algemene Vergaderingen worden gepubliceerd in de financiële pers, kranten en tijdschriften. De jaarrekeningen van de vennootschap zijn verkrijgbaar op de maatschappelijke zetel en worden eveneens gedeponeerd bij de Nationale Bank van België. Ze worden elk jaar naar de aandeelhouders op naam verstuurd en naar de personen die erom vragen. 5. Bedragen De bedragen in deze aanvullende informatie zijn in miljoenen euro’s, tenzij anders is vermeld. 6. Oordeel van de commissaris PwC heeft een oordeel zonder voorbehoud afgegeven over de jaarrekening van ageas SA/NV. 7 Herverzekering Ageas sa/nv heeft een herverzekeringsvergunning voor zowel de Leven- als de Niet-Leven-activiteiten. Er zijn met verschillende ondernemingen van de Ageas Groep interne herverzekeringsactiviteiten opgezet (voornamelijk Quota Share- contracten (QS) en Loss Portfolio Transfers (LPT)). De betrokken ondernemingen van de Groep zijn voornamelijk de Niet-Leven-entiteiten van Portugal, AG Insurance, Ageas Insurance Limited en Ageas France. Voorts zijn er enkele herverzekeringsactiviteiten opgezet met joint ventures van ageas sa/nv, maar die vertegenwoordigen slechts een beperkt aantal. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Algemene informatie 265 | 240 1.1 Statutaire resultaten van ageas SA/NV volgens Belgische boekhoudregels ageas SA/NV rapporteerde voor het boekjaar 2021 een nettowinst van EUR 505 miljoen (2020:EUR 672 miljoen) en een eigen vermogen van EUR 5.570 miljoen (2020: EUR 5.687 miljoen). 1.2 Toelichting bij de balans en de winst- en verliesrekening 1.2.1 Activa 1.2.1.1 Immateriële vaste activa (2021: EUR 12 miljoen; 2020: EUR 13 miljoen) 1.2.1.2 Beleggingen (2021: EUR 9.199 miljoen; 2020: EUR 9.032 miljoen) Investeringen in deelnemingen (EUR 7.359 miljoen) De investeringen in Ageas Insurance International (EUR 6.436 miljoen) en Royal Park Investments (EUR 0,03 miljoen) toonden een kleine daling ten opzichte van 31 december 2020 (kleine daling door de verdere kapitaalvermindering in Royal Park Investments). Notes, obligaties en vorderingen bestaan uit leningen aan gelieerde ondernemingen (EUR 923 miljoen) en uit deelnemingen (EUR 6.436 miljoen). De grote mutatie ten opzichte van vorig jaar is het gevolg van nieuwe leningen ((EUR 40 miljoen – Interparking en EUR 65 miljoen – Maybank Ageas Holding Berhad) en terugbetaling van leningen van Ageas Insurance International (EUR 176 miljoen) en Ageas UK (EUR 9 miljoen: zijnde EUR 20 miljoen – deels gecompenseerd door een GBP FX revaluatie van EUR 11 miljoen). Overige beleggingen (EUR 987 miljoen) Deze bestaan uit een aandelenportefeuille (EUR 59 miljoen), vastrentende waarden (EUR 658 miljoen) en deposito's bij kredietinstellingen (EUR 270 miljoen). Deposito's bij cederende ondernemingen (EUR 582 miljoen) Dit onderdeel omvat de ontvangen deposito's verbonden met binnenkomende herverzekeringsovereenkomsten met overeenkomsten voor ingehouden fondsen. 1.2.1.3 Deel van de herverzekeraar in de technische voorzieningen (2021: EUR 59 miljoen; 2020: EUR 52 miljoen) 1.2.1.4 Debiteuren (2021: EUR 507 miljoen; 2020: EUR 720 miljoen) Vorderingen bevatten EUR 114 miljoen in verband met de Stichting ForSettlement. 1.2.1.5 Overige activa (2021: EUR 337 miljoen; 2020: EUR 319 miljoen) Eigen aandelen (2021: EUR 197 miljoen; 2020: EUR 272 miljoen) Dit onderdeel omvat de eigen aandelen verworven via aandeleninkoopprogramma's, aankopen van eigen aandelen van gelieerde ondernemingen en eigen aandelen verworven ten behoeve van de 'restricted shares'-programma’s voor sommige personeelsleden en bestuurders van de vennootschap. 1.2.1.6 Vooruitbetalingen en overlopende baten (2021: EUR 28 miljoen; 2020: EUR 26 miljoen) De overlopende baten hebben voornamelijk betrekking op aangegroeide rente op intercompany-leningen. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Aanvullende toelichting op onderdelen in de balans en de winst-en- verliesrekening en reglementaire voorschriften 265 Ageas Jaarverslag 2021 Aanvullende toelichting op onderdelen in de balans en de winst-en-verliesrekening en reglementaire voorschriften 266 | 240 1.2.2 Passiva 1.2.2.1 Eigen Vermogen (2021: EUR 5.570 miljoen; 2020: EUR 5.687 miljoen) Kapitaal (2021: EUR 1.502 miljoen; 2020: EUR 1.502 miljoen) Uitgiftepremies (2021: EUR 2.051 miljoen; 2020: EUR 2.051 miljoen) Wettelijke reserve (2021: EUR 125 miljoen; 2020: EUR 100 miljoen) 5 procent van de voor winstbestemming beschikbare winst werd toegevoegd aan de wettelijke reserve. Onbeschikbare reserves (2021: EUR 219 miljoen; 2020: EUR 294 miljoen) Onbeschikbare reserves hebben betrekking op de door ageas en door gelieerde ondernemingen aangehouden eigen aandelen. Beschikbare reserves (2021: EUR 813 miljoen; 2020: EUR 865 miljoen) De daling van de beschikbare reserves weerspiegelt de overdracht naar de onbeschikbare reserves met betrekking tot het inkoopprogramma voor eigen aandelen (EUR 56 miljoen). Overgedragen winst / verlies (2021: EUR 860 miljoen; 2020: EUR 875 miljoen) Het boekjaar 2021 werd afgesloten met een winst van EUR 505 miljoen. Na winstbestemming aan de wettelijke reserves (EUR 25 miljoen) en het voorgestelde dividend (EUR 495 miljoen, ofwel EUR 2,75 per aandeel) bedraagt de overgedragen winst EUR 860 miljoen. 1.2.2.2 Achtergestelde verplichtingen (2021: EUR 1.745 miljoen; 2020: EUR 1.745 miljoen) Geen wijzigingen te rapporteren voor 2021. Daarvoor waren er 3 achtergestelde schulden uitgegeven: Op 10 april 2019 gaf ageas SA/NV zijn eerste schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Notes voor EUR 500 miljoen die in 2049 vervallen. Op 10 december 2019 gaf ageas SA/NV achtergestelde schuldeffecten uit voor een totale hoofdsom van EUR 750 miljoen in de vorm van Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes. Op 17 november 2020 gaf ageas SA/NV achtergestelde schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Notes ter waarde van EUR 500 miljoen die in 2051 vervallen. 1.2.2.3 Technische voorzieningen (2021: EUR 1.563 miljoen; 2020: EUR 1.373 miljoen) De reserves voor niet-verdiende premies (EUR 332 miljoen) en voorzieningen voor schadeclaims (EUR 1.196 miljoen) hebben betrekking op binnenkomende herverzekeringsprogramma's binnen de groep. Er is een egalisatiereserve (EUR 34 miljoen) aangelegd. 1.2.2.4 Voorzieningen (2021: EUR 635 miljoen; 2020: EUR 666 miljoen) De daling van de voorzieningen wordt voornamelijk verklaard door de verlaging (EUR 132 miljoen) van de voorziening voor de schikking, voornamelijk na betalingen aan in aanmerking komende aandeelhouders in 2020 en de stijging in de RPN(I)-voorziening (EUR 101 miljoen). Zie toelichting 25 'Voorzieningen' van de geconsolideerde jaarrekening voor meer informatie. 1.2.2.5 Crediteuren (2021: EUR 591 miljoen; 2020: EUR 654 miljoen) De daling van de te betalen bedragen wordt voornamelijk verklaard door de terugbetaling van een vendor note (EUR 107 miljoen), gedeeltelijk gecompenseerd door een stijging in de schulden gerelateerd aan de herverzekeringsactiviteiten (EUR 44 miljoen). 1.2.2.6 Overlopende rekeningen (2021: EUR 37 miljoen; 2020: EUR 36 miljoen) Uitgestelde kosten houden voornamelijk verband met de aangegroeide rente op de achtergestelde verplichtingen. 1.2.3 Winst-en-verliesrekening 1.2.3.1 Saldo technische rekening - niet-levensverzekeringen (2021: EUR 84 miljoen; 2020: EUR 54 miljoen). Dit resultaat omvat voornamelijk het resultaat op de inkomende Quota Share-overeenkomsten en Loss Portfolio Transfer-contracten in het kader van de herverzekeringsactiviteit in Niet-Leven. De toename is grotendeels te verklaren door een stijging in ontvangen premies, gedeeltelijk gecompenseerd door een kleine stijging van de schaderatio op deze contracten in 2021. 1.2.3.2 Saldo technische rekening - levensverzekeringen (2021: EUR 2 miljoen; 2020: EUR 1 miljoen) 1.2.3.3 Niet-technische rekening: beleggingsbaten (2021: EUR 657 miljoen; 2020: EUR 811 miljoen) De beleggingsbaten omvatten voornamelijk het ontvangen dividend van Ageas Insurance International (EUR 612 miljoen) en de rente op leningen aan gelieerde ondernemingen (EUR 43 miljoen). 1.2.3.4 Niet-technische rekening: beleggingskosten (2021: EUR 84 miljoen; 2020: EUR 75 miljoen) Deze kosten omvatten o.m. de rente op de achtergestelde verplichtingen (EUR 55 miljoen). 1.2.3.5 Overige baten (2021: EUR 39 miljoen; 2020: EUR 52 miljoen) De daling van de overige baten heeft betrekking op de aanpassing aan de voorziening voor de Fortisschikking (EUR 13 miljoen). 1.2.3.6 Overige lasten (2021: EUR 193 miljoen; 2020: EUR 172 miljoen) De samenstelling van kosten is als volgt: Diensten en diverse goederen ................................ EUR 53 miljoen Personeelskosten ................................................... EUR 30 miljoen Kosten schikkingsstichtingen .................................. EUR 7 miljoen Afwikkelingsbedrag RPN(I) ..................................... EUR 101 miljoen 267 | 240 1.3 Reglementaire vereisten (art. 3:6 en 3:32 van het Belgisch Wetboek van vennootschappen en verenigingen) Belangenconflict Als gevolg van een belangenconflict en zoals vereist door artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, is een uittreksel van de notulen van de betreffende vergaderingen van de Raad van Bestuur opgenomen in het verslag van de Raad van Bestuur bij de statutaire jaarrekening van ageas SA/NV. 1.3.1 Informatie over de omstandigheden die de ontwikkeling van de vennootschap aanmerkelijk kunnen beïnvloeden Zie de toelichting 'Waarschuwing ten aanzien van mededelingen met betrekking tot de toekomst'. 1.3.2 Informatie omtrent de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en ontwikkeling De vennootschap heeft geen werkzaamheden op het gebied van onderzoek en ontwikkeling uitgevoerd. 1.3.3 Bijkantoren van de vennootschap Niet van toepassing. 1.3.4 Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben na de balansdatum geen materiële gebeurtenissen plaatsgevonden die wijzigingen aan de in de jaarrekening per 31 december 2021 opgenomen bedragen of de toelichting hierbij noodzakelijk zouden maken. 1.3.5 Overige informatie die volgens het Belgisch Wetboek van vennootschappen en verenigingen in dit verslag moeten worden opgenomen Ontlasting van de bestuurders en de commissaris Zoals voorgeschreven in de wet en de statuten van de vennootschap, verzoeken wij de Algemene Vergadering van Aandeelhouders om de Raad van Bestuur en de commissaris te willen ontlasten van hun mandaat. Kapitaalverhoging en uitgifte van warrants In 2021 heeft er geen kapitaalverhoging, noch een uitgifte van warrants plaatsgevonden. Niet-controlegerelateerde opdrachten uitgevoerd door de bedrijfsrevisor De bedrijfsrevisor heeft in 2021 een aanvullende adviesopdracht uitgevoerd. Gebruik van financiële instrumenten Zie toelichting 4 'Risicobeheer' bij de Geconsolideerde Jaarrekening. Corporate Governance Statement Zie het Verslag van de Raad van Bestuur, punt 5 'Corporate Governance Statement' in het Jaarverslag. Bezoldigingsverslag Zie het Verslag van de Raad van Bestuur, punt 5.7 'Verslag van het Remuneration Committee' in het Jaarverslag. STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 266 Ageas Jaarverslag 2021 266 | 240 1.2.2 Passiva 1.2.2.1 Eigen Vermogen (2021: EUR 5.570 miljoen; 2020: EUR 5.687 miljoen) Kapitaal (2021: EUR 1.502 miljoen; 2020: EUR 1.502 miljoen) Uitgiftepremies (2021: EUR 2.051 miljoen; 2020: EUR 2.051 miljoen) Wettelijke reserve (2021: EUR 125 miljoen; 2020: EUR 100 miljoen) 5 procent van de voor winstbestemming beschikbare winst werd toegevoegd aan de wettelijke reserve. Onbeschikbare reserves (2021: EUR 219 miljoen; 2020: EUR 294 miljoen) Onbeschikbare reserves hebben betrekking op de door ageas en door gelieerde ondernemingen aangehouden eigen aandelen. Beschikbare reserves (2021: EUR 813 miljoen; 2020: EUR 865 miljoen) De daling van de beschikbare reserves weerspiegelt de overdracht naar de onbeschikbare reserves met betrekking tot het inkoopprogramma voor eigen aandelen (EUR 56 miljoen). Overgedragen winst / verlies (2021: EUR 860 miljoen; 2020: EUR 875 miljoen) Het boekjaar 2021 werd afgesloten met een winst van EUR 505 miljoen. Na winstbestemming aan de wettelijke reserves (EUR 25 miljoen) en het voorgestelde dividend (EUR 495 miljoen, ofwel EUR 2,75 per aandeel) bedraagt de overgedragen winst EUR 860 miljoen. 1.2.2.2 Achtergestelde verplichtingen (2021: EUR 1.745 miljoen; 2020: EUR 1.745 miljoen) Geen wijzigingen te rapporteren voor 2021. Daarvoor waren er 3 achtergestelde schulden uitgegeven: Op 10 april 2019 gaf ageas SA/NV zijn eerste schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Notes voor EUR 500 miljoen die in 2049 vervallen. Op 10 december 2019 gaf ageas SA/NV achtergestelde schuldeffecten uit voor een totale hoofdsom van EUR 750 miljoen in de vorm van Perpetual Subordinated Fixed Rate Resettable Temporary Write-Down Restricted Tier 1 Notes. Op 17 november 2020 gaf ageas SA/NV achtergestelde schuldeffecten uit in de vorm van Subordinated Fixed to Floating Rate Notes ter waarde van EUR 500 miljoen die in 2051 vervallen. 1.2.2.3 Technische voorzieningen (2021: EUR 1.563 miljoen; 2020: EUR 1.373 miljoen) De reserves voor niet-verdiende premies (EUR 332 miljoen) en voorzieningen voor schadeclaims (EUR 1.196 miljoen) hebben betrekking op binnenkomende herverzekeringsprogramma's binnen de groep. Er is een egalisatiereserve (EUR 34 miljoen) aangelegd. 1.2.2.4 Voorzieningen (2021: EUR 635 miljoen; 2020: EUR 666 miljoen) De daling van de voorzieningen wordt voornamelijk verklaard door de verlaging (EUR 132 miljoen) van de voorziening voor de schikking, voornamelijk na betalingen aan in aanmerking komende aandeelhouders in 2020 en de stijging in de RPN(I)-voorziening (EUR 101 miljoen). Zie toelichting 25 'Voorzieningen' van de geconsolideerde jaarrekening voor meer informatie. 1.2.2.5 Crediteuren (2021: EUR 591 miljoen; 2020: EUR 654 miljoen) De daling van de te betalen bedragen wordt voornamelijk verklaard door de terugbetaling van een vendor note (EUR 107 miljoen), gedeeltelijk gecompenseerd door een stijging in de schulden gerelateerd aan de herverzekeringsactiviteiten (EUR 44 miljoen). 1.2.2.6 Overlopende rekeningen (2021: EUR 37 miljoen; 2020: EUR 36 miljoen) Uitgestelde kosten houden voornamelijk verband met de aangegroeide rente op de achtergestelde verplichtingen. 1.2.3 Winst-en-verliesrekening 1.2.3.1 Saldo technische rekening - niet-levensverzekeringen (2021: EUR 84 miljoen; 2020: EUR 54 miljoen). Dit resultaat omvat voornamelijk het resultaat op de inkomende Quota Share-overeenkomsten en Loss Portfolio Transfer-contracten in het kader van de herverzekeringsactiviteit in Niet-Leven. De toename is grotendeels te verklaren door een stijging in ontvangen premies, gedeeltelijk gecompenseerd door een kleine stijging van de schaderatio op deze contracten in 2021. 1.2.3.2 Saldo technische rekening - levensverzekeringen (2021: EUR 2 miljoen; 2020: EUR 1 miljoen) 1.2.3.3 Niet-technische rekening: beleggingsbaten (2021: EUR 657 miljoen; 2020: EUR 811 miljoen) De beleggingsbaten omvatten voornamelijk het ontvangen dividend van Ageas Insurance International (EUR 612 miljoen) en de rente op leningen aan gelieerde ondernemingen (EUR 43 miljoen). 1.2.3.4 Niet-technische rekening: beleggingskosten (2021: EUR 84 miljoen; 2020: EUR 75 miljoen) Deze kosten omvatten o.m. de rente op de achtergestelde verplichtingen (EUR 55 miljoen). 1.2.3.5 Overige baten (2021: EUR 39 miljoen; 2020: EUR 52 miljoen) De daling van de overige baten heeft betrekking op de aanpassing aan de voorziening voor de Fortisschikking (EUR 13 miljoen). 1.2.3.6 Overige lasten (2021: EUR 193 miljoen; 2020: EUR 172 miljoen) De samenstelling van kosten is als volgt: Diensten en diverse goederen ................................ EUR 53 miljoen Personeelskosten ................................................... EUR 30 miljoen Kosten schikkingsstichtingen .................................. EUR 7 miljoen Afwikkelingsbedrag RPN(I) ..................................... EUR 101 miljoen 267 | 240 1.3 Reglementaire vereisten (art. 3:6 en 3:32 van het Belgisch Wetboek van vennootschappen en verenigingen) Belangenconflict Als gevolg van een belangenconflict en zoals vereist door artikel 7:96 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, is een uittreksel van de notulen van de betreffende vergaderingen van de Raad van Bestuur opgenomen in het verslag van de Raad van Bestuur bij de statutaire jaarrekening van ageas SA/NV. 1.3.1 Informatie over de omstandigheden die de ontwikkeling van de vennootschap aanmerkelijk kunnen beïnvloeden Zie de toelichting 'Waarschuwing ten aanzien van mededelingen met betrekking tot de toekomst'. 1.3.2 Informatie omtrent de werkzaamheden op het gebied van onderzoek en ontwikkeling De vennootschap heeft geen werkzaamheden op het gebied van onderzoek en ontwikkeling uitgevoerd. 1.3.3 Bijkantoren van de vennootschap Niet van toepassing. 1.3.4 Gebeurtenissen na balansdatum Er hebben na de balansdatum geen materiële gebeurtenissen plaatsgevonden die wijzigingen aan de in de jaarrekening per 31 december 2021 opgenomen bedragen of de toelichting hierbij noodzakelijk zouden maken. 1.3.5 Overige informatie die volgens het Belgisch Wetboek van vennootschappen en verenigingen in dit verslag moeten worden opgenomen Ontlasting van de bestuurders en de commissaris Zoals voorgeschreven in de wet en de statuten van de vennootschap, verzoeken wij de Algemene Vergadering van Aandeelhouders om de Raad van Bestuur en de commissaris te willen ontlasten van hun mandaat. Kapitaalverhoging en uitgifte van warrants In 2021 heeft er geen kapitaalverhoging, noch een uitgifte van warrants plaatsgevonden. Niet-controlegerelateerde opdrachten uitgevoerd door de bedrijfsrevisor De bedrijfsrevisor heeft in 2021 een aanvullende adviesopdracht uitgevoerd. Gebruik van financiële instrumenten Zie toelichting 4 'Risicobeheer' bij de Geconsolideerde Jaarrekening. Corporate Governance Statement Zie het Verslag van de Raad van Bestuur, punt 5 'Corporate Governance Statement' in het Jaarverslag. Bezoldigingsverslag Zie het Verslag van de Raad van Bestuur, punt 5.7 'Verslag van het Remuneration Committee' in het Jaarverslag. 267 Ageas Jaarverslag 2021 268 | 240 10 EUR NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. E. D. VOL1. JAARREKENING IN EUROS NAAM ......................................................................................................................................................... : AGEAS Rechtsvorm ................................................................................................................................................ : NV Adres .......................................................................................................................................................... : Markiesstraat 1 - Bus: 7 Postnummer ............................................................................................................................................... : 1000 Gemeente .................................................................................................................................................. : Brussel Rechtspersonenregister (RPR) - Rechtbank van Koophandel van .............................................................. : Brussel, nederlandstalige Internetadres ............................................................................................................................................ : www.ageas.com Ondernemingnummer ................................................................................................................................. : 451.406.524 Datum ......................................................................................................................................................... : 2020/07/03 van de neerlegging van de oprichtingsakte OF van het recentste stuk dat de datum van bekendmaking van de oprichtingsakte en van de akte tot statutenwijziging vermeldt. JAARREKENING goedgekeurd door de algemene vergadering van .......................................................... : 2022/05/18 met betrekking tot het boekjaar dat de periode dekt van ............................................................................ : 2021/01/01 tot 2021/12/31 Vorig boekjaar van .................................................................................................................................... : 2020/01/01 tot 2020/12/31 De bedragen van het vorige boekjaar zijn identiek met die welke eerder openbaar werden gemaakt ........ : ja/neen ** VOLLEDIGE LIJST met naam,voornamen, beroep, woonplaats (adres, nummer, postnummer en gemeente) en functie in de onderneming, van de BESTUURDERS, ZAAKVOERDERS en COMMISSARISSEN DE SMET Bart, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Voorzitter van de Raad Van Bestuur, mandaat van 22/10/2020 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 21/05/2025 DE CUYPER Hans, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 22/10/2020 tot 15/05/2024 CANO Antonio, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 de SELLIERS de MORANVILLE Guy, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Ondervoorzitter van de Raad Van Bestuur, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 VANDEWEYER Kathleen, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 17/05/2017 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 21/05/2025 PERL Lionel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 19/05/2021 MURPHY Jane, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/04/2024 COREMANS Filip, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 BOIZARD Christophe, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 (eventueel vervolg op blz. VOL 1bis) Zijn gevoegd bij deze jaarrekening: - het verslag van de commissarissen ** - Het jaarverslag ** Totaal aantal neergelegde bladen ........................................................................................................................................................ : Nummers van de bladen van het standaardformulier die niet werden neergelegd omdat ze niet dienstig zijn ...................................... : Handtekening Handtekening (naam en hoedanigheid) (naam en hoedanigheid) Bart De Smet - Voorzitter Raad van Bestuur Hans De Cuyper - CEO * Facultatieve vermelding. ** Schrappen wat niet van toepassing is 269 | 240 10 EUR NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. E. D. VOL1. VOLLEDIGE LIJST met naam,voornamen, beroep, woonplaats (adres, nummer, postnummer en gemeente) en functie in de onderneming, van de BESTUURDERS, ZAAKVOERDERS en COMMISSARISSEN JACKSON Richard, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 LANG KETTERER Yvonne, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 REICHLIN Lucrezia, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 CHANDMAL Sonali, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 16/05/2018 tot 18/05/2022 VAN GRIMBERGEN Emmanuel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 HADDERS Jan Zegering, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 19/05/2021 CHATAGNY Jean-Michel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 19/05/2021 tot 21/05/2025 PwC Reviseurs d'Entreprises srl / Bedrijfsrevisoren bv, Culliganlaan 5, 1831 Diegem, België Commissaris, vertegenwoordigd door Dhr. CAPPOEN Kurt (lidmaatschapsnummer A01969) en JEANQUART Roland (lidmaatschapsnummer A01313) Mandaat van 16/05/2018 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 15/05/2024 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 268 Ageas Jaarverslag 2021 268 | 240 10 EUR NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. E. D. VOL1. JAARREKENING IN EUROS NAAM ......................................................................................................................................................... : AGEAS Rechtsvorm ................................................................................................................................................ : NV Adres .......................................................................................................................................................... : Markiesstraat 1 - Bus: 7 Postnummer ............................................................................................................................................... : 1000 Gemeente .................................................................................................................................................. : Brussel Rechtspersonenregister (RPR) - Rechtbank van Koophandel van .............................................................. : Brussel, nederlandstalige Internetadres ............................................................................................................................................ : www.ageas.com Ondernemingnummer ................................................................................................................................. : 451.406.524 Datum ......................................................................................................................................................... : 2020/07/03 van de neerlegging van de oprichtingsakte OF van het recentste stuk dat de datum van bekendmaking van de oprichtingsakte en van de akte tot statutenwijziging vermeldt. JAARREKENING goedgekeurd door de algemene vergadering van .......................................................... : 2022/05/18 met betrekking tot het boekjaar dat de periode dekt van ............................................................................ : 2021/01/01 tot 2021/12/31 Vorig boekjaar van .................................................................................................................................... : 2020/01/01 tot 2020/12/31 De bedragen van het vorige boekjaar zijn identiek met die welke eerder openbaar werden gemaakt ........ : ja/neen ** VOLLEDIGE LIJST met naam,voornamen, beroep, woonplaats (adres, nummer, postnummer en gemeente) en functie in de onderneming, van de BESTUURDERS, ZAAKVOERDERS en COMMISSARISSEN DE SMET Bart, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Voorzitter van de Raad Van Bestuur, mandaat van 22/10/2020 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 21/05/2025 DE CUYPER Hans, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 22/10/2020 tot 15/05/2024 CANO Antonio, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 de SELLIERS de MORANVILLE Guy, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Ondervoorzitter van de Raad Van Bestuur, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 VANDEWEYER Kathleen, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 17/05/2017 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 21/05/2025 PERL Lionel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 19/05/2021 MURPHY Jane, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/04/2024 COREMANS Filip, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 BOIZARD Christophe, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 (eventueel vervolg op blz. VOL 1bis) Zijn gevoegd bij deze jaarrekening: - het verslag van de commissarissen ** - Het jaarverslag ** Totaal aantal neergelegde bladen ........................................................................................................................................................ : Nummers van de bladen van het standaardformulier die niet werden neergelegd omdat ze niet dienstig zijn ...................................... : Handtekening Handtekening (naam en hoedanigheid) (naam en hoedanigheid) Bart De Smet - Voorzitter Raad van Bestuur Hans De Cuyper - CEO * Facultatieve vermelding. ** Schrappen wat niet van toepassing is 269 | 240 10 EUR NAT. Datum neerlegging Nr. Blz. E. D. VOL1. VOLLEDIGE LIJST met naam,voornamen, beroep, woonplaats (adres, nummer, postnummer en gemeente) en functie in de onderneming, van de BESTUURDERS, ZAAKVOERDERS en COMMISSARISSEN JACKSON Richard, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 LANG KETTERER Yvonne, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 REICHLIN Lucrezia, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 20/05/2020 tot 15/05/2024 CHANDMAL Sonali, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 16/05/2018 tot 18/05/2022 VAN GRIMBERGEN Emmanuel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 17/05/2023 HADDERS Jan Zegering, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 15/05/2019 tot 19/05/2021 CHATAGNY Jean-Michel, Markiesstraat 1 bus 7, 1000 Brussel, België, Bestuurder, mandaat van 19/05/2021 tot 21/05/2025 PwC Reviseurs d'Entreprises srl / Bedrijfsrevisoren bv, Culliganlaan 5, 1831 Diegem, België Commissaris, vertegenwoordigd door Dhr. CAPPOEN Kurt (lidmaatschapsnummer A01969) en JEANQUART Roland (lidmaatschapsnummer A01313) Mandaat van 16/05/2018 tot 19/05/2021 en van 19/05/2021 tot 15/05/2024 269 Ageas Jaarverslag 2021 270 | 240 btw EUR VOL 1bis Het bestuursorgaan verklaart dat geen enkele opdracht voor nazicht of correctie werd gegeven aan iemand die daar wettelijk niet toe gemachtigd is met toepassing van de artikelen 34 en 37 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. Werd de jaarrekening geverifieerd of gecorrigeerd door een externe accountant of door een bedrijfsrevisor die niet de commissaris is? JA/NEEN (1). Indien JA, moeten hierna worden vermeld: naam, voornamen, beroep en woonplaats van elke externe accountant of bedrijfsrevisor en zijn lidmaatschapsnummer bij zijn Instituut, evenals de aard van zijn opdracht A. Het voeren van de boekhouding van de onderneming (2); B. Het opstellen van de jaarrekening van de onderneming (2); C. Het verifiëren van deze jaarrekening; D. Het corrigeren van deze jaarrekening). Indien taken bedoeld onder A. (Het voeren van de boekhouding van de onderneming) of onder B. (Het opstellen van de jaarrekening) uitgevoerd zijn door erkende boekhouders of door erkende boekhouders-fiscalisten, kunnen hierna worden vermeld: naam, voornamen, beroep en woonplaats van elke erkende boekhouder of erkende boekhouder-fiscalist en zijn lidmaatschapsnummer bij het Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten, evenals de aard van zijn opdracht (A. Het voeren van de boekhouding van de onderneming; B. Het opstellen van de jaarrekening). (1) Schrappen wat niet van toepassing is. (2) Facultatieve vermelding. Naam, voornamen, beroep en woonplaats Lidmaatschaps- nummer Aard van de opdracht (A, B, C en/of D) 271 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling I. Balans op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig Actief Codes boekjaar boekjaar Passief Codes boekjaar boekjaar A. - - A. Eigen vermogen (staat nr. 5) 11 5.570.129.147 5.687.437.539 I. Geplaatst kapitaal of B. Immateriële activa (staat nr. 1) 21 11.695.245 12.728.534 equivalent fonds, onder aftrek van I. Oprichtingskosten 211 11.603.033 12.448.772 het niet-opgevraagd kapitaal 111 1.502.364.273 1.502.364.273 II. Immateriële vaste activa 212 92.212 279.762 1. Geplaatst kapitaal 111.1 1.502.364.273 1.502.364.273 1. Goodwill 212.1 2. Niet opgevraagd kapitaal (-) 111.2 2. Overige immateriële vaste activa 212.2 92.212 279.762 II. Uitgiftepremies 112 2.050.976.359 2.050.976.359 3. Vooruitbetalingen 212.3 III. Herwaarderings-meerwaarden 113 IV. Reserves 114 1.156.654.350 1.258.977.709 C. Beleggingen (staten nrs. 1, 2 en 3) 22 9.198.833.400 9.031.607.834 1. Wettelijke reserve 114.1 125.060.297 99.801.708 I. Terreinen en gebouwen (staat nr. 1) 221 2. Onbeschikbare reserve 114.2 218.514.432 294.312.045 1. Onroerende goederen bestemd a) voor eigen aandelen 114.21 218.514.432 294.312.045 voor bedrijfsdoeleinden 221.1 b) andere 114.22 2. Overige 221.2 3. Vrijgestelde reserve 114.3 II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en 4. Beschikbare reserve 114.4 813.079.621 864.863.957 deelnemingen (staten nrs. 1, 2 en 18) 222 7.359.411.181 7.264.121.749 V. Overgedragen resultaat 115 860.134.165 875.119.198 - Verbonden ondernemingen 222.1 7.293.892.953 7.262.381.935 1. Overgedragen winst 115.1 860.134.165 875.119.198 1. Deelnemingen 222.11 6.436.159.584 6.436.159.584 2. Overgedragen verlies (-) 115.2 2. Bons, obligaties en vorderingen 222.12 857.733.369 826.222.351 VI. - - - Andere ondernemingen waarmee een deelnemings- verhouding bestaat 222.2 65.518.228 1.739.814 B. Achtergestelde schulden 3. Deelnemingen 222.21 29.927 1.739.814 (staten nrs.7 en 18) 12 1.745.427.640 1.744.860.670 4. Bons, obligaties en vorderingen 222.22 65.488.301 III. Overige financiële beleggingen 223 987.214.268 986.216.420 Bbis. Fonds voor toekomstige 1. Aandelen, deelnemingen en andere toewijzingen 13 niet-vastrentende effecten (staat nr.1) 223.1 58.726.861 54.077.627 2. Obligaties en andere C. Technische voorzieningen vastrentende effecten (staat nr.1) 223.2 658.480.395 582.131.782 (staat nr. 7) 14 1.562.792.214 1.372.683.963 3. Deelnemingen in gemeen- I. Voorziening voor niet-verdiende schappelijke beleggingen 223.3 premies en lopende risico's 141 332.447.484 316.933.343 4. Hypothecaire leningen en hypoth. kredieten 223.4 II. Voorziening voor verzekering'leven' 142 5. Overige leningen 223.5 III. Voorziening voor te betalen schaden 143 1.196.287.848 1.021.355.376 6. Deposito's bij krediet- instellingen 223.6 270.007.011 350.007.011 IV. Voorziening voor winstdeling 7. Overige 223.7 en restorno's 144 IV. Deposito's bij cederende ondernemingen 224 852.207.952 781.269.664 V. Voorziening voor egalisatie en catastrofen 145 34.056.882 34.395.244 VI. Andere technische voor-zieningen 146 D. Beleggingen betreffende de D. Technische voorzieningen verrichtingen verbonden aan een betreffende de verrichtingen beleggingsfonds van de groep van verbonden aan een beleggingsfonds activiteiten 'Leven' en van de groep van activiteiten 'Leven' waarbij het beleggingsrisico 23 wanneer het beleggingsrisico niet niet gedragen wordt door gedragen wordt door de onderneming de onderneming (staat nr. 7) 15 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 270 Ageas Jaarverslag 2021 270 | 240 btw EUR VOL 1bis Het bestuursorgaan verklaart dat geen enkele opdracht voor nazicht of correctie werd gegeven aan iemand die daar wettelijk niet toe gemachtigd is met toepassing van de artikelen 34 en 37 van de wet van 22 april 1999 betreffende de boekhoudkundige en fiscale beroepen. Werd de jaarrekening geverifieerd of gecorrigeerd door een externe accountant of door een bedrijfsrevisor die niet de commissaris is? JA/NEEN (1). Indien JA, moeten hierna worden vermeld: naam, voornamen, beroep en woonplaats van elke externe accountant of bedrijfsrevisor en zijn lidmaatschapsnummer bij zijn Instituut, evenals de aard van zijn opdracht A. Het voeren van de boekhouding van de onderneming (2); B. Het opstellen van de jaarrekening van de onderneming (2); C. Het verifiëren van deze jaarrekening; D. Het corrigeren van deze jaarrekening). Indien taken bedoeld onder A. (Het voeren van de boekhouding van de onderneming) of onder B. (Het opstellen van de jaarrekening) uitgevoerd zijn door erkende boekhouders of door erkende boekhouders-fiscalisten, kunnen hierna worden vermeld: naam, voornamen, beroep en woonplaats van elke erkende boekhouder of erkende boekhouder-fiscalist en zijn lidmaatschapsnummer bij het Beroepsinstituut van erkende Boekhouders en Fiscalisten, evenals de aard van zijn opdracht (A. Het voeren van de boekhouding van de onderneming; B. Het opstellen van de jaarrekening). (1) Schrappen wat niet van toepassing is. (2) Facultatieve vermelding. Naam, voornamen, beroep en woonplaats Lidmaatschaps- nummer Aard van de opdracht (A, B, C en/of D) 271 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling I. Balans op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig Actief Codes boekjaar boekjaar Passief Codes boekjaar boekjaar A. - - A. Eigen vermogen (staat nr. 5) 11 5.570.129.147 5.687.437.539 I. Geplaatst kapitaal of B. Immateriële activa (staat nr. 1) 21 11.695.245 12.728.534 equivalent fonds, onder aftrek van I. Oprichtingskosten 211 11.603.033 12.448.772 het niet-opgevraagd kapitaal 111 1.502.364.273 1.502.364.273 II. Immateriële vaste activa 212 92.212 279.762 1. Geplaatst kapitaal 111.1 1.502.364.273 1.502.364.273 1. Goodwill 212.1 2. Niet opgevraagd kapitaal (-) 111.2 2. Overige immateriële vaste activa 212.2 92.212 279.762 II. Uitgiftepremies 112 2.050.976.359 2.050.976.359 3. Vooruitbetalingen 212.3 III. Herwaarderings-meerwaarden 113 IV. Reserves 114 1.156.654.350 1.258.977.709 C. Beleggingen (staten nrs. 1, 2 en 3) 22 9.198.833.400 9.031.607.834 1. Wettelijke reserve 114.1 125.060.297 99.801.708 I. Terreinen en gebouwen (staat nr. 1) 221 2. Onbeschikbare reserve 114.2 218.514.432 294.312.045 1. Onroerende goederen bestemd a) voor eigen aandelen 114.21 218.514.432 294.312.045 voor bedrijfsdoeleinden 221.1 b) andere 114.22 2. Overige 221.2 3. Vrijgestelde reserve 114.3 II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en 4. Beschikbare reserve 114.4 813.079.621 864.863.957 deelnemingen (staten nrs. 1, 2 en 18) 222 7.359.411.181 7.264.121.749 V. Overgedragen resultaat 115 860.134.165 875.119.198 - Verbonden ondernemingen 222.1 7.293.892.953 7.262.381.935 1. Overgedragen winst 115.1 860.134.165 875.119.198 1. Deelnemingen 222.11 6.436.159.584 6.436.159.584 2. Overgedragen verlies (-) 115.2 2. Bons, obligaties en vorderingen 222.12 857.733.369 826.222.351 VI. - - - Andere ondernemingen waarmee een deelnemings- verhouding bestaat 222.2 65.518.228 1.739.814 B. Achtergestelde schulden 3. Deelnemingen 222.21 29.927 1.739.814 (staten nrs.7 en 18) 12 1.745.427.640 1.744.860.670 4. Bons, obligaties en vorderingen 222.22 65.488.301 III. Overige financiële beleggingen 223 987.214.268 986.216.420 Bbis. Fonds voor toekomstige 1. Aandelen, deelnemingen en andere toewijzingen 13 niet-vastrentende effecten (staat nr.1) 223.1 58.726.861 54.077.627 2. Obligaties en andere C. Technische voorzieningen vastrentende effecten (staat nr.1) 223.2 658.480.395 582.131.782 (staat nr. 7) 14 1.562.792.214 1.372.683.963 3. Deelnemingen in gemeen- I. Voorziening voor niet-verdiende schappelijke beleggingen 223.3 premies en lopende risico's 141 332.447.484 316.933.343 4. Hypothecaire leningen en hypoth. kredieten 223.4 II. Voorziening voor verzekering'leven' 142 5. Overige leningen 223.5 III. Voorziening voor te betalen schaden 143 1.196.287.848 1.021.355.376 6. Deposito's bij krediet- instellingen 223.6 270.007.011 350.007.011 IV. Voorziening voor winstdeling 7. Overige 223.7 en restorno's 144 IV. Deposito's bij cederende ondernemingen 224 852.207.952 781.269.664 V. Voorziening voor egalisatie en catastrofen 145 34.056.882 34.395.244 VI. Andere technische voor-zieningen 146 D. Beleggingen betreffende de D. Technische voorzieningen verrichtingen verbonden aan een betreffende de verrichtingen beleggingsfonds van de groep van verbonden aan een beleggingsfonds activiteiten 'Leven' en van de groep van activiteiten 'Leven' waarbij het beleggingsrisico 23 wanneer het beleggingsrisico niet niet gedragen wordt door gedragen wordt door de onderneming de onderneming (staat nr. 7) 15 271 Ageas Jaarverslag 2021 272 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling I. Balans op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig Actief Codes boekjaar Boekjaar Passief Codes boekjaar boekjaar Dbis. Deel van de herverzekeraars E. Voorzieningen voor overige in de technische voorzieningen 24 58.573.396 52.013.297 risico's en kosten 16 634.775.225 666.042.856 I. Voorziening voor niet-verdiende I. Voorziening voor pensioenen en premies en lopende risico's 241 1.602.252 842.415 soortgelijke verplichtingen 161 II. Voorziening voor verzekering'leven' 242 II. Voorziening voor belastingen 162 III. Voorziening voor te betalen schaden 243 56.971.143 51.170.882 III. Andere voorzieningen (staat nr. 6) 163 634.775.225 666.042.856 IV. Voorziening voor winstdeelname en restorno's 244 F. Deposito's ontvangen van V. Andere technische voorzieningen 245 herverzekeraars 17 VI. Voorzieningen betreffende de verrichtingen verbonden aan een beleggingsfonds van de groep van activiteiten 'leven' waarbij het beleggingsrisico niet gedragen wordt door de onderneming 246 G. Schulden (staten nrs. 7 en 18) 42 590.710.245 654.072.485 E. Vorderingen (staten nrs. 18 en 19) 41 506.633.785 719.940.883 I. Schulden uit hoofde van recht- I. Vorderingen uit hoofde van streekse verzekeringsverrichtingen 421 rechtstreekse verzekerings-verrichtingen 411 II. Schulden uit hoofde van 1. Verzekeringnemers 411.1 herverzekeringsverrichtingen 422 64.577.872 20.324.418 2. Tussenpersonen 411.2 III. Niet-achtergestelde obligatieleningen 423 3. Overige 411.3 1. Converteerbare leningen 423.1 II. Vorderingen uit hoofde van 2. Niet-converteerbare leningen 423.2 herverzekeringsverrichtingen 412 81.891.610 15.164.021 IV. Schulden t.a.v kredietinstellingen 424 III. Overige vorderingen 413 424.742.175 704.776.862 V. Overige schulden 425 526.132.373 633.748.067 IV. Opgevraagd, niet gestort kapitaal 414 1. Schulden wegens belastingen, 425.1 6.116.446 5.878.515 bezoldigingen en sociale lasten F. Overige activabestanddelen 25 336.958.055 319.036.790 a) belastingen 425.11 25.621 25.621 I. Materiële activa 251 820.089 782.370 b) bezoldigingen en sociale lasten 425.12 6.090.826 5.852.895 II. Beschikbare waarden 252 139.098.212 45.596.762 2. Overige 425.2 520.015.926 627.869.552 III. Eigen aandelen 253 197.027.252 272.645.156 IV. Overige 254 12.503 12.503 H. Overlopende rekeningen (staat nr. 8) 434/436 36.642.202 35.966.269 G. Overlopende rekeningen (staat nr. 4) 431/433 27.782.795 25.736.445 I. Verworven, niet-vervallen intresten en huurgelden 431 22.985.496 21.686.623 II. Overgedragen acquisitiekosten 432 1. Verzekeringsverrichtingen niet-leven 432.1 2. Verzekeringsverrichtingen leven 432.2 III. Overige overlopende rekeningen 433 4.797.299 4.049.822 TOTAAL 21/43 10.140.476.675 10.161.063.783 TOTAAL 11/43 10.140.476.675 10.161.063.783 273 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) I. Technische rekening niet-levensverzekering Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 1. Verdiende premies, onder aftrek van herverzekering 710 1.414.323.152 1.343.303.325 a) Brutopremies (staat nr.10) 710.1 1.512.236.974 1.406.998.161 b) Uitgaande herverzekeringspremies (-) 710.2 (83.159.518) (55.588.030) c) Wijziging van de voorziening voor niet-verdiende premies en lopende risico's, zonder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 710.3 (15.514.141) (8.949.221) d) Wijziging van de voorziening voor niet-verdiende premies en lopende risico's, deel van de herverzekeraars (stijging +, daling -) 710.4 759.837 842.415 2. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgebracht van de niet-technische rekening (post 6) 711 2bis. Opbrengsten van beleggingen 712 28.534.930 20.774.887 a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden ondern.of deze waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 712.1 aa) verbonden ondernemingen 712.11 1 deelnemingen 712.111 2 bons, obligaties en vorderingen 712.112 bb) andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 712.12 1 deelnemingen 712.121 2 bons, obligaties en vorderingen 712.122 b) Opbrengsten van andere beleggingen 712.2 28.534.930 20.774.887 aa) opbrengsten van terreinen en gebouwen 712.21 bb) opbrengsten van andere beleggingen 712.22 28.534.930 20.774.887 c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 712.3 d) Meerwaarden op de realisatie 712.4 3. Overige technische opbrengsten, onder aftrek van herverzekering 714 (1) 1.757.781 4. Schadelast, onder aftrek van herverzekering (-) 610 (856.284.152) (771.299.681) a) Betaalde netto-bedragen 610.1 692.563.504 645.071.639 aa) bruto-bedragen (staat nr.10) 610.11 724.373.437 651.310.261 bb) deel van de herverzekeraars (-) 610.12 (31.809.933) (6.238.622) b) Wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, zonder aftrek van herverzekering (stijging +, daling -) 610.2 163.720.648 126.228.042 aa) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, zonder aftrek van herverzekering (staat nr. 10) (stijging +, daling -) 610.21 169.520.909 154.721.732 bb) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, deel van de herverzekeraars (stijging -, daling +) 610.22 (5.800.261) (28.493.690) STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 272 Ageas Jaarverslag 2021 272 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling I. Balans op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig Actief Codes boekjaar Boekjaar Passief Codes boekjaar boekjaar Dbis. Deel van de herverzekeraars E. Voorzieningen voor overige in de technische voorzieningen 24 58.573.396 52.013.297 risico's en kosten 16 634.775.225 666.042.856 I. Voorziening voor niet-verdiende I. Voorziening voor pensioenen en premies en lopende risico's 241 1.602.252 842.415 soortgelijke verplichtingen 161 II. Voorziening voor verzekering'leven' 242 II. Voorziening voor belastingen 162 III. Voorziening voor te betalen schaden 243 56.971.143 51.170.882 III. Andere voorzieningen (staat nr. 6) 163 634.775.225 666.042.856 IV. Voorziening voor winstdeelname en restorno's 244 F. Deposito's ontvangen van V. Andere technische voorzieningen 245 herverzekeraars 17 VI. Voorzieningen betreffende de verrichtingen verbonden aan een beleggingsfonds van de groep van activiteiten 'leven' waarbij het beleggingsrisico niet gedragen wordt door de onderneming 246 G. Schulden (staten nrs. 7 en 18) 42 590.710.245 654.072.485 E. Vorderingen (staten nrs. 18 en 19) 41 506.633.785 719.940.883 I. Schulden uit hoofde van recht- I. Vorderingen uit hoofde van streekse verzekeringsverrichtingen 421 rechtstreekse verzekerings-verrichtingen 411 II. Schulden uit hoofde van 1. Verzekeringnemers 411.1 herverzekeringsverrichtingen 422 64.577.872 20.324.418 2. Tussenpersonen 411.2 III. Niet-achtergestelde obligatieleningen 423 3. Overige 411.3 1. Converteerbare leningen 423.1 II. Vorderingen uit hoofde van 2. Niet-converteerbare leningen 423.2 herverzekeringsverrichtingen 412 81.891.610 15.164.021 IV. Schulden t.a.v kredietinstellingen 424 III. Overige vorderingen 413 424.742.175 704.776.862 V. Overige schulden 425 526.132.373 633.748.067 IV. Opgevraagd, niet gestort kapitaal 414 1. Schulden wegens belastingen, 425.1 6.116.446 5.878.515 bezoldigingen en sociale lasten F. Overige activabestanddelen 25 336.958.055 319.036.790 a) belastingen 425.11 25.621 25.621 I. Materiële activa 251 820.089 782.370 b) bezoldigingen en sociale lasten 425.12 6.090.826 5.852.895 II. Beschikbare waarden 252 139.098.212 45.596.762 2. Overige 425.2 520.015.926 627.869.552 III. Eigen aandelen 253 197.027.252 272.645.156 IV. Overige 254 12.503 12.503 H. Overlopende rekeningen (staat nr. 8) 434/436 36.642.202 35.966.269 G. Overlopende rekeningen (staat nr. 4) 431/433 27.782.795 25.736.445 I. Verworven, niet-vervallen intresten en huurgelden 431 22.985.496 21.686.623 II. Overgedragen acquisitiekosten 432 1. Verzekeringsverrichtingen niet-leven 432.1 2. Verzekeringsverrichtingen leven 432.2 III. Overige overlopende rekeningen 433 4.797.299 4.049.822 TOTAAL 21/43 10.140.476.675 10.161.063.783 TOTAAL 11/43 10.140.476.675 10.161.063.783 273 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) I. Technische rekening niet-levensverzekering Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 1. Verdiende premies, onder aftrek van herverzekering 710 1.414.323.152 1.343.303.325 a) Brutopremies (staat nr.10) 710.1 1.512.236.974 1.406.998.161 b) Uitgaande herverzekeringspremies (-) 710.2 (83.159.518) (55.588.030) c) Wijziging van de voorziening voor niet-verdiende premies en lopende risico's, zonder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 710.3 (15.514.141) (8.949.221) d) Wijziging van de voorziening voor niet-verdiende premies en lopende risico's, deel van de herverzekeraars (stijging +, daling -) 710.4 759.837 842.415 2. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgebracht van de niet-technische rekening (post 6) 711 2bis. Opbrengsten van beleggingen 712 28.534.930 20.774.887 a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden ondern.of deze waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 712.1 aa) verbonden ondernemingen 712.11 1 deelnemingen 712.111 2 bons, obligaties en vorderingen 712.112 bb) andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 712.12 1 deelnemingen 712.121 2 bons, obligaties en vorderingen 712.122 b) Opbrengsten van andere beleggingen 712.2 28.534.930 20.774.887 aa) opbrengsten van terreinen en gebouwen 712.21 bb) opbrengsten van andere beleggingen 712.22 28.534.930 20.774.887 c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 712.3 d) Meerwaarden op de realisatie 712.4 3. Overige technische opbrengsten, onder aftrek van herverzekering 714 (1) 1.757.781 4. Schadelast, onder aftrek van herverzekering (-) 610 (856.284.152) (771.299.681) a) Betaalde netto-bedragen 610.1 692.563.504 645.071.639 aa) bruto-bedragen (staat nr.10) 610.11 724.373.437 651.310.261 bb) deel van de herverzekeraars (-) 610.12 (31.809.933) (6.238.622) b) Wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, zonder aftrek van herverzekering (stijging +, daling -) 610.2 163.720.648 126.228.042 aa) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, zonder aftrek van herverzekering (staat nr. 10) (stijging +, daling -) 610.21 169.520.909 154.721.732 bb) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, deel van de herverzekeraars (stijging -, daling +) 610.22 (5.800.261) (28.493.690) 273 Ageas Jaarverslag 2021 274 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) I. Technische rekening niet-levensverzekering Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 5. Wijziging van de andere technische voorzieningen, onder aftrek van herverzekering (stijging -, daling+) 611 6. Winstdeling en restorno's, onder aftrek van herverzekering (-) 612 7. Netto-bedrijfskosten (-) 613 (548.049.307) (516.087.950) a) Acquisitiekosten 613.1 552.668.944 517.802.122 b) Wijziging van het bedrag van de geactiveerde acquisitiekosten (stijging -, daling +) 613.2 c) Administratiekosten 613.3 2.596.568 2.687.677 d) Van de herverzekeraars ontvangen commissie-lonen en winstdeelnemingen (-) 613.4 (7.216.204) (4.401.849) 7bis. Beleggingslasten (-) 614 (7.169.126) (6.384.102) a) Beheerslasten van beleggingen 614.1 7.169.126 5.742.211 b) Waardecorrecties op beleggingen 614.2 c) Minderwaarden op de realisatie 614.3 641.891 8. Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering (-) 616 52.276.959 9. Wijziging van de voorziening voor egalisatie en catastrofen, onder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 619 (338.362) 17.773.424 10. Resultaat van de technische rekening niet-levensverzekering Winst (+) 710 / 619 83.970.817 54.290.837 Verlies (-) 619 / 710 275 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) II. Technische rekening levensverzekering Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 1. Premies, onder aftrek van herverzekering 720 44.245.200 14.958.856 a) Brutopremies (staat nr.10) 720.1 44.245.200 14.958.856 b) Uitgaande herverzekeringspremies (-) 720.2 2. Opbrengsten van beleggingen 722 a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden onderneming- en of deze waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 722.1 aa) verbonden ondernemingen 722.11 1° deelnemingen 722.111 2° bons, obligaties en vorderingen 722.112 bb) andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 722.12 1° deelnemingen 722.121 2° bons, obligaties en vorderingen 722.122 b) Opbrengsten van andere beleggingen 722.2 aa) opbrengsten van terreinen en gebouwen 722.21 bb) opbrengsten van andere beleggingen 722.22 c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 722.3 d) Meerwaarden op de realisatie 722.4 3. Waardecorrecties op beleggingen van de actiefpost D. (opbrengsten) 723 4. Overige technische opbrengsten, onder aftrek van herverzekering 724 5. Schadelast, onder aftrek van herverzekering (-) 620 (36.428.975) (8.308.269) a) Betaalde netto-bedragen 620.1 31.029.408 866.965 aa) bruto-bedragen 620.11 31.029.408 866.965 bb) deel van de herverzekeraars (-) 620.12 b) Wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,onder aftrek van herverzekering (stijging +, daling -) 620.2 5.399.567 7.441.304 aa) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, zonder aftrek van herverzekering (stijging +, daling -) 620.21 5.399.567 7.441.304 bb) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,deel van de herverzekeraars (stijging -, daling +) 620.22 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 274 Ageas Jaarverslag 2021 274 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) I. Technische rekening niet-levensverzekering Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 5. Wijziging van de andere technische voorzieningen, onder aftrek van herverzekering (stijging -, daling+) 611 6. Winstdeling en restorno's, onder aftrek van herverzekering (-) 612 7. Netto-bedrijfskosten (-) 613 (548.049.307) (516.087.950) a) Acquisitiekosten 613.1 552.668.944 517.802.122 b) Wijziging van het bedrag van de geactiveerde acquisitiekosten (stijging -, daling +) 613.2 c) Administratiekosten 613.3 2.596.568 2.687.677 d) Van de herverzekeraars ontvangen commissie-lonen en winstdeelnemingen (-) 613.4 (7.216.204) (4.401.849) 7bis. Beleggingslasten (-) 614 (7.169.126) (6.384.102) a) Beheerslasten van beleggingen 614.1 7.169.126 5.742.211 b) Waardecorrecties op beleggingen 614.2 c) Minderwaarden op de realisatie 614.3 641.891 8. Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering (-) 616 52.276.959 9. Wijziging van de voorziening voor egalisatie en catastrofen, onder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 619 (338.362) 17.773.424 10. Resultaat van de technische rekening niet-levensverzekering Winst (+) 710 / 619 83.970.817 54.290.837 Verlies (-) 619 / 710 275 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) II. Technische rekening levensverzekering Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 1. Premies, onder aftrek van herverzekering 720 44.245.200 14.958.856 a) Brutopremies (staat nr.10) 720.1 44.245.200 14.958.856 b) Uitgaande herverzekeringspremies (-) 720.2 2. Opbrengsten van beleggingen 722 a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden onderneming- en of deze waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 722.1 aa) verbonden ondernemingen 722.11 1° deelnemingen 722.111 2° bons, obligaties en vorderingen 722.112 bb) andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 722.12 1° deelnemingen 722.121 2° bons, obligaties en vorderingen 722.122 b) Opbrengsten van andere beleggingen 722.2 aa) opbrengsten van terreinen en gebouwen 722.21 bb) opbrengsten van andere beleggingen 722.22 c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 722.3 d) Meerwaarden op de realisatie 722.4 3. Waardecorrecties op beleggingen van de actiefpost D. (opbrengsten) 723 4. Overige technische opbrengsten, onder aftrek van herverzekering 724 5. Schadelast, onder aftrek van herverzekering (-) 620 (36.428.975) (8.308.269) a) Betaalde netto-bedragen 620.1 31.029.408 866.965 aa) bruto-bedragen 620.11 31.029.408 866.965 bb) deel van de herverzekeraars (-) 620.12 b) Wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,onder aftrek van herverzekering (stijging +, daling -) 620.2 5.399.567 7.441.304 aa) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden, zonder aftrek van herverzekering (stijging +, daling -) 620.21 5.399.567 7.441.304 bb) wijziging van de voorziening voor te betalen schaden,deel van de herverzekeraars (stijging -, daling +) 620.22 275 Ageas Jaarverslag 2021 276 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) II. Technische rekening levensverzekering Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 6. Wijziging van de andere technische voorzieningen, onder aftrek van herverzekering (stijging-, daling+) 621 0 0 a) Wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven', onder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 621.1 0 0 aa) wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven', zonder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 621.11 0 0 bb) wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven', deel van de herverzekeraars (stijging +, daling -) 621.12 0 0 b) Wijziging van de andere technische voorzieningen zonder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 621.2 0 0 7. Winstdeling en restorno's, onder aftrek van herverzekering (-) 622 0 0 8. Netto-bedrijfskosten (-) 623 (6.094.077) (5.277.584) a) Acquisitiekosten 623.1 5.444.935 5.235.128 b) Wijziging van het bedrag van de geactiveerde acquisitiekosten (stijging -, daling +) 623.2 0 c) Administratiekosten 623.3 649.142 42.456 d) Van de herverzekeraars ontvangen commissie-lonen en winstdeelnemingen (-) 623.4 0 0 9. Beleggingslasten (-) 624 0 0 a) Beheerslasten van beleggingen 624.1 0 0 b) Waardecorrecties op beleggingen 624.2 0 0 c) Minderwaarden op de realisatie 624.3 0 0 10. Waardecorrecties op beleggingen van de actiefpost D. (kosten) (-) 625 0 0 11. Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering (-) 626 0 0 12. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt naar een niet-technische rekening (post 4) (-) 627 0 0 12bis. Wijziging van het fonds voor toekomstige dotaties (stijging -, daling +) 628 0 0 13. Resultaat van de technische rekening levensverzekering Winst (+) 720 / 628 1.722.148 1.373.003 Verlies (-) 628 / 720 0 0 277 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) III. Niet-technische rekening Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 1. Resultaat van de technische rekening niet levensverzekering (post 10) Winst (+) (710 / 619) 83.970.817 54.290.837 Verlies (-) (619 / 710) 0 0 2. Resultaat van de technische rekening levensverzekering (post 13) Winst (+) (720 / 628) 1.722.148 1.373.003 Verlies (-) (628 / 720) 0 0 3. Opbrengsten van beleggingen 730 656.697.569 810.922.368 a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden ondernemingen of deze waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 730.1 656.503.830 804.898.016 b) Opbrengsten van andere beleggingen 730.2 193.739 236.700 aa) opbrengsten van terreinen en gebouwen 730.21 0 0 bb) opbrengsten van andere beleggingen 730.22 193.739 236.700 c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 730.3 0 0 d) Meerwaarden op de realisatie 730.4 0 5.787.653 4. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt van de 0 0 technische rekening levensverzekering (post 12) 731 5. Beleggingslasten (-) 630 (83.620.891) (75.374.004) a) Beheerslasten van beleggingen 630.1 83.620.891 75.374.004 b) Waardecorrecties op beleggingen 630.2 0 0 c) Minderwaarden op de realisatie 630.3 0 0 6. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt naar de technische rekening niet-levensverzekering (post 2) (-) 631 0 0 7. Overige opbrengsten (staat nr. 13) 732 39.221.928 52.342.001 8. Overige kosten (staat nr. 13) (-) 632 (192.746.943) (171.749.888) 8bis. Resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening,vóór belasting Winst (+) 710 / 632 505.244.628 671.804.316 Verlies (-) 632 / 710 0 0 9. - - 0 0 10. - - 0 0 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 276 Ageas Jaarverslag 2021 276 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) II. Technische rekening levensverzekering Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 6. Wijziging van de andere technische voorzieningen, onder aftrek van herverzekering (stijging-, daling+) 621 0 0 a) Wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven', onder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 621.1 0 0 aa) wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven', zonder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 621.11 0 0 bb) wijziging van de voorziening voor verzekering 'leven', deel van de herverzekeraars (stijging +, daling -) 621.12 0 0 b) Wijziging van de andere technische voorzieningen zonder aftrek van herverzekering (stijging -, daling +) 621.2 0 0 7. Winstdeling en restorno's, onder aftrek van herverzekering (-) 622 0 0 8. Netto-bedrijfskosten (-) 623 (6.094.077) (5.277.584) a) Acquisitiekosten 623.1 5.444.935 5.235.128 b) Wijziging van het bedrag van de geactiveerde acquisitiekosten (stijging -, daling +) 623.2 0 c) Administratiekosten 623.3 649.142 42.456 d) Van de herverzekeraars ontvangen commissie-lonen en winstdeelnemingen (-) 623.4 0 0 9. Beleggingslasten (-) 624 0 0 a) Beheerslasten van beleggingen 624.1 0 0 b) Waardecorrecties op beleggingen 624.2 0 0 c) Minderwaarden op de realisatie 624.3 0 0 10. Waardecorrecties op beleggingen van de actiefpost D. (kosten) (-) 625 0 0 11. Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering (-) 626 0 0 12. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt naar een niet-technische rekening (post 4) (-) 627 0 0 12bis. Wijziging van het fonds voor toekomstige dotaties (stijging -, daling +) 628 0 0 13. Resultaat van de technische rekening levensverzekering Winst (+) 720 / 628 1.722.148 1.373.003 Verlies (-) 628 / 720 0 0 277 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) III. Niet-technische rekening Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 1. Resultaat van de technische rekening niet levensverzekering (post 10) Winst (+) (710 / 619) 83.970.817 54.290.837 Verlies (-) (619 / 710) 0 0 2. Resultaat van de technische rekening levensverzekering (post 13) Winst (+) (720 / 628) 1.722.148 1.373.003 Verlies (-) (628 / 720) 0 0 3. Opbrengsten van beleggingen 730 656.697.569 810.922.368 a) Opbrengsten van beleggingen in verbonden ondernemingen of deze waarmee een deelnemingsverhouding bestaat 730.1 656.503.830 804.898.016 b) Opbrengsten van andere beleggingen 730.2 193.739 236.700 aa) opbrengsten van terreinen en gebouwen 730.21 0 0 bb) opbrengsten van andere beleggingen 730.22 193.739 236.700 c) Terugneming van waardecorrecties op beleggingen 730.3 0 0 d) Meerwaarden op de realisatie 730.4 0 5.787.653 4. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt van de 0 0 technische rekening levensverzekering (post 12) 731 5. Beleggingslasten (-) 630 (83.620.891) (75.374.004) a) Beheerslasten van beleggingen 630.1 83.620.891 75.374.004 b) Waardecorrecties op beleggingen 630.2 0 0 c) Minderwaarden op de realisatie 630.3 0 0 6. Toegerekende opbrengst van beleggingen, overgeboekt naar de technische rekening niet-levensverzekering (post 2) (-) 631 0 0 7. Overige opbrengsten (staat nr. 13) 732 39.221.928 52.342.001 8. Overige kosten (staat nr. 13) (-) 632 (192.746.943) (171.749.888) 8bis. Resultaat uit de gewone bedrijfsuitoefening,vóór belasting Winst (+) 710 / 632 505.244.628 671.804.316 Verlies (-) 632 / 710 0 0 9. - - 0 0 10. - - 0 0 277 Ageas Jaarverslag 2021 278 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) III. Niet-technische rekening Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 11. Uitzonderlijke opbrengsten (staat nr. 14) 733 0 0 12. Uitzonderlijke kosten (staat nr. 14) (-) 633 0 0 13. Uitzonderlijk resultaat Winst (+) 733 / 633 0 0 Verlies (-) 633 / 733 0 0 14. - - 0 0 15. Belastingen op het resultaat (-/+) 634 / 734 72.858 146.856 15bis. Uitgestelde belastingen (-/+) 635 / 735 0 0 16. Resultaat van het boekjaar Winst (+) 710 / 635 505.171.770 671.657.460 Verlies (-) 635 / 710 0 0 17. a) Onttrekking aan de belastingvrije 736 0 0 b) Overboeking naar de belastingvrije reserves (-) 636 0 0 18. Te bestemmen resultaat van het boekjaar Winst (+) 710 / 636 505.171.770 671.657.460 Verlies (-) 636 / 710 0 0 279 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) III. Niet-technische rekening Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar A. Te bestemmen winstsaldo 710 / 637.1 1.380.290.968 1.393.742.555 Te verwerken verliessaldo (-) 637.1 / 710 0 0 1. Te bestemmen winst van het boekjaar 710 / 636 505.171.770 671.657.460 Te verwerken verlies van het boekjaar (-) 636 / 710 0 0 2. Overgedragen winst van het vorig boekjaar 737.1 875.119.198 722.085.095 Overgedragen verlies van het vorig boekjaar (-) 637.1 B. Onttrekking aan het eigen vermogen 737.2 / 737.3 0 435.621.265 1. aan het kapitaal en aan de uitgiftepremies 737.2 2. aan de reserves 737.3 435.621.265 C. Toevoeging aan het eigen vermogen (-) 637.2 / 637.3 (25.258.589) (33.582.873) 1. aan het kapitaal en aan de uitgiftepremies 637.2 2. aan de wettelijke reserve 637.31 25.258.589 33.582.873 3. aan de overige reserves 637.32 D. Over te dragen resultaat 1. Over te dragen winst (-) 637.4 (860.134.165) (875.119.198) 2. Over te dragen verlies 737.4 E. Tussenkomst van de vennoten in het verlies 737.5 F. Uit te keren winst (-) 637.5 / 637.7 (494.898.214) (920.661.749) 1. Vergoeding van het kapitaal 637.5 494.898.214 920.661.749 2. Bestuurders of zaakvoerders 637.6 3. Andere rechthebbenden 637.7 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 278 Ageas Jaarverslag 2021 278 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) III. Niet-technische rekening Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar 11. Uitzonderlijke opbrengsten (staat nr. 14) 733 0 0 12. Uitzonderlijke kosten (staat nr. 14) (-) 633 0 0 13. Uitzonderlijk resultaat Winst (+) 733 / 633 0 0 Verlies (-) 633 / 733 0 0 14. - - 0 0 15. Belastingen op het resultaat (-/+) 634 / 734 72.858 146.856 15bis. Uitgestelde belastingen (-/+) 635 / 735 0 0 16. Resultaat van het boekjaar Winst (+) 710 / 635 505.171.770 671.657.460 Verlies (-) 635 / 710 0 0 17. a) Onttrekking aan de belastingvrije 736 0 0 b) Overboeking naar de belastingvrije reserves (-) 636 0 0 18. Te bestemmen resultaat van het boekjaar Winst (+) 710 / 636 505.171.770 671.657.460 Verlies (-) 636 / 710 0 0 279 | 240 Bijlage bij het koninklijk besluit met betrekking tot de jaarrekening van verzekeringsondernemingen Hoofdstuk I. Schema van de jaarrekening Afdeling II. Resultatenrekening op 31/12/2021 (in eenheden van Euro) III. Niet-technische rekening Afgesloten Vorig Inhoud Codes boekjaar boekjaar A. Te bestemmen winstsaldo 710 / 637.1 1.380.290.968 1.393.742.555 Te verwerken verliessaldo (-) 637.1 / 710 0 0 1. Te bestemmen winst van het boekjaar 710 / 636 505.171.770 671.657.460 Te verwerken verlies van het boekjaar (-) 636 / 710 0 0 2. Overgedragen winst van het vorig boekjaar 737.1 875.119.198 722.085.095 Overgedragen verlies van het vorig boekjaar (-) 637.1 B. Onttrekking aan het eigen vermogen 737.2 / 737.3 0 435.621.265 1. aan het kapitaal en aan de uitgiftepremies 737.2 2. aan de reserves 737.3 435.621.265 C. Toevoeging aan het eigen vermogen (-) 637.2 / 637.3 (25.258.589) (33.582.873) 1. aan het kapitaal en aan de uitgiftepremies 637.2 2. aan de wettelijke reserve 637.31 25.258.589 33.582.873 3. aan de overige reserves 637.32 D. Over te dragen resultaat 1. Over te dragen winst (-) 637.4 (860.134.165) (875.119.198) 2. Over te dragen verlies 737.4 E. Tussenkomst van de vennoten in het verlies 737.5 F. Uit te keren winst (-) 637.5 / 637.7 (494.898.214) (920.661.749) 1. Vergoeding van het kapitaal 637.5 494.898.214 920.661.749 2. Bestuurders of zaakvoerders 637.6 3. Andere rechthebbenden 637.7 279 Ageas Jaarverslag 2021 280 | 240 No. 1. Staat van de immateriële activa, de onroerende goederen die tot belegging dienen en de effecten bestemd voor belegging. Betrokken Betrokken Betrokken activa-posten activa-posten activa-posten B. C.I. C.II.1. C.II.2. C.II.3. C.II.4. C.III.1. C.III.2. Benaming Codes Immateriële Terreinen Deelnemingen Bons, Deelnemingen in Bons, obligaties, Aandelen, Obligaties activa en gebouwen in verbonden obligaties en ondernemingen vorderingen in deelnemingen en andere ondernemingen vorderingen waarmee een ondernemingen en andere niet vastrentende in verbonden deelnemingsver- waarmee een vastrentende effecten ondernemingen houding bestaat deelnemingsver- effecten houding bestaat 1 2 3 4 5 6 7 8 a) AANSCHAFFINGSWAARDE Per einde van het vorige boekjaar 08.01.01 15.341.933 0 6.436.159.584 826.222.351 1.739.814 0 54.077.627 582.131.782 Mutaties tijdens het boekjaar : (133.987) 0 0 31.511.018 (1.709.887) 65.488.301 4.649.234 76.348.613 - Aanschaffingen 8.01.021 445.085 0 0 31.511.018 0 65.488.301 4.649.234 95.000.292 - Nieuwe oprichtingskosten 8.01.022 0 0 0 0 0 0 0 0 - Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) 8.01.023 0 0 0 0 0 0 0 (12.207.816) - Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.024 0 0 0 0 0 0 0 0 - Andere mutaties (+)(-) 8.01.025 (579.071) 0 0 0 (1.709.887) 0 0 (6.443.863) Per einde van het boekjaar 08.01.03 15.207.946 0 6.436.159.584 857.733.369 29.927 65.488.301 58.726.861 658.480.395 b) MEERWAARDEN Per einde van het vorige boekjaar 08.01.04 0 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar : 0 0 0 0 0 0 0 0 - Geboekt 8.01.051 0 0 0 0 0 0 0 0 - Verworven van derden 8.01.052 0 0 0 0 0 0 0 0 - Afgeboekt (-) 8.01.053 0 0 0 0 0 0 0 0 - Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.054 0 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar 08.01.06 0 0 0 0 0 0 0 0 c) AFSCHRIJVINGEN EN WAARDEVERMINDERINGEN Per einde van het vorige boekjaar 08.01.07 2.613.399 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar : 899.303 0 0 0 0 0 0 0 - Geboekt 8.01.081 1.478.374 0 0 0 0 0 0 0 - Teruggenomen want overtollig (-) 8.01.082 0 0 0 0 0 0 0 0 - Verworven van derden 8.01.083 0 0 0 0 0 0 0 0 - Afgeboekt (-) 8.01.084 0 0 0 0 0 0 0 0 - Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.085 (579.071) 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar 08.01.09 3.512.702 0 0 0 0 0 0 0 d) NIET-OPGEVRAAGDE BEDRAGEN (art. 29, § 1.) Per einde van het vorige boekjaar 08.01.10 0 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar (+)(-) 08.01.11 0 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar 08.01.12 0 0 0 0 0 0 0 0 e) RESULTATEN UIT DE OMREKENING VAN VREEMDE VALUTA Per einde van het vorige boekjaar (+)(-) 08.01.13 0 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar (+)(-) 08.01.14 0 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar (+)(-) 08.01.15 0 0 0 0 0 0 0 0 NETTO BOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR (a) + (b) - (c) - (d) +/- (e) 08.01.16 11.695.245 0 6.436.159.584 857.733.369 29.927 65.488.301 58.726.861 658.480.395 281 | 240 Nr. 2. Staat betreffende de deelnemingen en maatschappelijke rechten in andere ondernemingen Hieronder worden de ondernemingen vermeld waarin de onderneming een deelneming bezit in de zin van het koninklijk besluit van 17 november 1994 (opgenomen in de posten C.II.1., C.II.3., D.II.1. en D.II.3. van de activa), alsmede de andere ondernemingen waarin de onderneming maatschappelijke rechten bezit (opgenomen in de posten C.III.1. en D.III.1. van de activa)ten belope van ten minste tien procent van het geplaatste kapitaal. Maatschappelijke rechten gehouden door Gegevens geput uit de laatst beschikbare jaarrekening NAAM, volledig adres van de zetel en, zo het een naar Belgisch recht betreft, de onderneming dochter Jaarrekening Munt- Eigen Netto- het B.T.W.- of NATIONAAL NUMMER (rechtstreeks) ondernemingen per Eenheid () vermogen resultaat (+) of (-) aantal % % (in duizenden munteenheden) () volgens officiele codificatie. Royal Park Investments NV Markiesstraat 1 B - 1000 Brussel NN 0807.882.811 3.800.000 45 0 31.12.2020 EUR 5.143 2.903 Ageas Insurance International NV Markiesstraat 1 B - 1000 Brussel NN 0718.677.849 792.001.700 100 0 31.12.2020 EUR 5.981.008 931.050 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 280 Ageas Jaarverslag 2021 280 | 240 No. 1. Staat van de immateriële activa, de onroerende goederen die tot belegging dienen en de effecten bestemd voor belegging. Betrokken Betrokken Betrokken activa-posten activa-posten activa-posten B. C.I. C.II.1. C.II.2. C.II.3. C.II.4. C.III.1. C.III.2. Benaming Codes Immateriële Terreinen Deelnemingen Bons, Deelnemingen in Bons, obligaties, Aandelen, Obligaties activa en gebouwen in verbonden obligaties en ondernemingen vorderingen in deelnemingen en andere ondernemingen vorderingen waarmee een ondernemingen en andere niet vastrentende in verbonden deelnemingsver- waarmee een vastrentende effecten ondernemingen houding bestaat deelnemingsver- effecten houding bestaat 1 2 3 4 5 6 7 8 a) AANSCHAFFINGSWAARDE Per einde van het vorige boekjaar 08.01.01 15.341.933 0 6.436.159.584 826.222.351 1.739.814 0 54.077.627 582.131.782 Mutaties tijdens het boekjaar : (133.987) 0 0 31.511.018 (1.709.887) 65.488.301 4.649.234 76.348.613 - Aanschaffingen 8.01.021 445.085 0 0 31.511.018 0 65.488.301 4.649.234 95.000.292 - Nieuwe oprichtingskosten 8.01.022 0 0 0 0 0 0 0 0 - Overdrachten en buitengebruikstellingen (-) 8.01.023 0 0 0 0 0 0 0 (12.207.816) - Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.024 0 0 0 0 0 0 0 0 - Andere mutaties (+)(-) 8.01.025 (579.071) 0 0 0 (1.709.887) 0 0 (6.443.863) Per einde van het boekjaar 08.01.03 15.207.946 0 6.436.159.584 857.733.369 29.927 65.488.301 58.726.861 658.480.395 b) MEERWAARDEN Per einde van het vorige boekjaar 08.01.04 0 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar : 0 0 0 0 0 0 0 0 - Geboekt 8.01.051 0 0 0 0 0 0 0 0 - Verworven van derden 8.01.052 0 0 0 0 0 0 0 0 - Afgeboekt (-) 8.01.053 0 0 0 0 0 0 0 0 - Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.054 0 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar 08.01.06 0 0 0 0 0 0 0 0 c) AFSCHRIJVINGEN EN WAARDEVERMINDERINGEN Per einde van het vorige boekjaar 08.01.07 2.613.399 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar : 899.303 0 0 0 0 0 0 0 - Geboekt 8.01.081 1.478.374 0 0 0 0 0 0 0 - Teruggenomen want overtollig (-) 8.01.082 0 0 0 0 0 0 0 0 - Verworven van derden 8.01.083 0 0 0 0 0 0 0 0 - Afgeboekt (-) 8.01.084 0 0 0 0 0 0 0 0 - Overboeking naar een andere post (+)(-) 8.01.085 (579.071) 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar 08.01.09 3.512.702 0 0 0 0 0 0 0 d) NIET-OPGEVRAAGDE BEDRAGEN (art. 29, § 1.) Per einde van het vorige boekjaar 08.01.10 0 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar (+)(-) 08.01.11 0 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar 08.01.12 0 0 0 0 0 0 0 0 e) RESULTATEN UIT DE OMREKENING VAN VREEMDE VALUTA Per einde van het vorige boekjaar (+)(-) 08.01.13 0 0 0 0 0 0 0 0 Mutaties tijdens het boekjaar (+)(-) 08.01.14 0 0 0 0 0 0 0 0 Per einde van het boekjaar (+)(-) 08.01.15 0 0 0 0 0 0 0 0 NETTO BOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR (a) + (b) - (c) - (d) +/- (e) 08.01.16 11.695.245 0 6.436.159.584 857.733.369 29.927 65.488.301 58.726.861 658.480.395 281 | 240 Nr. 2. Staat betreffende de deelnemingen en maatschappelijke rechten in andere ondernemingen Hieronder worden de ondernemingen vermeld waarin de onderneming een deelneming bezit in de zin van het koninklijk besluit van 17 november 1994 (opgenomen in de posten C.II.1., C.II.3., D.II.1. en D.II.3. van de activa), alsmede de andere ondernemingen waarin de onderneming maatschappelijke rechten bezit (opgenomen in de posten C.III.1. en D.III.1. van de activa)ten belope van ten minste tien procent van het geplaatste kapitaal. Maatschappelijke rechten gehouden door Gegevens geput uit de laatst beschikbare jaarrekening NAAM, volledig adres van de zetel en, zo het een naar Belgisch recht betreft, de onderneming dochter Jaarrekening Munt- Eigen Netto- het B.T.W.- of NATIONAAL NUMMER (rechtstreeks) ondernemingen per Eenheid () vermogen resultaat (+) of (-) aantal % % (in duizenden munteenheden) () volgens officiele codificatie. Royal Park Investments NV Markiesstraat 1 B - 1000 Brussel NN 0807.882.811 3.800.000 45 0 31.12.2020 EUR 5.143 2.903 Ageas Insurance International NV Markiesstraat 1 B - 1000 Brussel NN 0718.677.849 792.001.700 100 0 31.12.2020 EUR 5.981.008 931.050 281 Ageas Jaarverslag 2021 282 | 240 Nr. 3. Actuele waarde van de beleggingen (art. 38) Activa - posten Codes Bedragen C. Beleggingen 8.03 9.279.728.564 I. Terreinen en gebouwen. 8.03.221 0 II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen. 8.03.222 7.436.625.253 - Verbonden ondernemingen. 8.03.222.1 7.371.989.355 1. Deelnemingen. 8.03.222.11 6.436.159.584 2. Bons, obligaties en vorderingen. 8.03.222.12 935.829.771 - Andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat. 8.03.222.2 64.635.898 3. Deelnemingen 8.03.222.21 32.906 4. Bons, obligaties en vorderingen. 8.03.222.22 64.602.992 III. Overige financiële beleggingen. 8.03.223 966.915.531 1. Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten. 8.03.223.1 62.027.018 2. Obligaties en andere vastrentende effecten. 8.03.223.2 663.703.528 3. Deelbewijzen in gemeenschappelijke beleggingen. 8.03.223.3 0 4. Hypothecaire leningen en hypothecaire kredieten. 8.03.223.4 0 5. Overige leningen. 8.03.223.5 0 6. Deposito's bij kredietinstellingen. 8.03.223.6 270.007.011 7. Overige 8.03.223.7 0 IV. Deposito's bij cederende ondernemingen. 8.03.224 876.187.780 283 | 240 Nr. 3bis Gegevens betreffende het niet-gebruik van de waarderingsmethode op basis van de reële waarde A. Schatting van de reële waarde voor elke categorie afgeleide financiële instrumenten Netto boekwaarde Reële waarde die niet gewaardeerd worden op basis van de reële waarde, met opgave van de omvang, de aard en het ingedekte risico van de instrumenten B. Voor de financiële vaste activa, vermeld in de posten C.II. en C.III., die in aanmerking worden Netto boekwaarde Reële waarde genomen tegen een hoger bedrag dan hun reële waarde : de nettoboekwaarde en de reële waarde van de afzonderlijke activa, dan wel van passende groepen van deze afzonderlijke activa C.III.1 Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten 17.546.000 16.813.279 C.III.2 Obligaties en andere vastrentende effecten 200.923.155 196.572.250 Voor elk van de in B. vermelde financiële vaste activa, dan wel de in B. bedoelde passende groepen van deze afzonderlijke activa, die in aanmerking worden genomen tegen een hoger bedrag dan hun reële waarde, moeten hierna ook de redenen worden vermeld waarom de boekwaarde niet is verminderd, met opgave van de aard van de aanwijzingen die aan de veronderstelling ten grondslag liggen dat de boekwaarde zal kunnen worden gerealiseerd : C.III.1 Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten: zie waarderingsregels in staat Nr. 20 Waarderingsregels C.III.2 Obligaties en andere vastrentende effecten: zie waarderingsregels in staat Nr. 20 Waarderingsregels Nr.4 Staat betreffende de overige overlopende rekeningen van het actief Bedrag Uitsplitsing van de actiefpost G.III. indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt. Over te dragen kosten 4.797.299 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 282 Ageas Jaarverslag 2021 282 | 240 Nr. 3. Actuele waarde van de beleggingen (art. 38) Activa - posten Codes Bedragen C. Beleggingen 8.03 9.279.728.564 I. Terreinen en gebouwen. 8.03.221 0 II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen. 8.03.222 7.436.625.253 - Verbonden ondernemingen. 8.03.222.1 7.371.989.355 1. Deelnemingen. 8.03.222.11 6.436.159.584 2. Bons, obligaties en vorderingen. 8.03.222.12 935.829.771 - Andere ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat. 8.03.222.2 64.635.898 3. Deelnemingen 8.03.222.21 32.906 4. Bons, obligaties en vorderingen. 8.03.222.22 64.602.992 III. Overige financiële beleggingen. 8.03.223 966.915.531 1. Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten. 8.03.223.1 62.027.018 2. Obligaties en andere vastrentende effecten. 8.03.223.2 663.703.528 3. Deelbewijzen in gemeenschappelijke beleggingen. 8.03.223.3 0 4. Hypothecaire leningen en hypothecaire kredieten. 8.03.223.4 0 5. Overige leningen. 8.03.223.5 0 6. Deposito's bij kredietinstellingen. 8.03.223.6 270.007.011 7. Overige 8.03.223.7 0 IV. Deposito's bij cederende ondernemingen. 8.03.224 876.187.780 283 | 240 Nr. 3bis Gegevens betreffende het niet-gebruik van de waarderingsmethode op basis van de reële waarde A. Schatting van de reële waarde voor elke categorie afgeleide financiële instrumenten Netto boekwaarde Reële waarde die niet gewaardeerd worden op basis van de reële waarde, met opgave van de omvang, de aard en het ingedekte risico van de instrumenten B. Voor de financiële vaste activa, vermeld in de posten C.II. en C.III., die in aanmerking worden Netto boekwaarde Reële waarde genomen tegen een hoger bedrag dan hun reële waarde : de nettoboekwaarde en de reële waarde van de afzonderlijke activa, dan wel van passende groepen van deze afzonderlijke activa C.III.1 Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten 17.546.000 16.813.279 C.III.2 Obligaties en andere vastrentende effecten 200.923.155 196.572.250 Voor elk van de in B. vermelde financiële vaste activa, dan wel de in B. bedoelde passende groepen van deze afzonderlijke activa, die in aanmerking worden genomen tegen een hoger bedrag dan hun reële waarde, moeten hierna ook de redenen worden vermeld waarom de boekwaarde niet is verminderd, met opgave van de aard van de aanwijzingen die aan de veronderstelling ten grondslag liggen dat de boekwaarde zal kunnen worden gerealiseerd : C.III.1 Aandelen, deelnemingen en andere niet-vastrentende effecten: zie waarderingsregels in staat Nr. 20 Waarderingsregels C.III.2 Obligaties en andere vastrentende effecten: zie waarderingsregels in staat Nr. 20 Waarderingsregels Nr.4 Staat betreffende de overige overlopende rekeningen van het actief Bedrag Uitsplitsing van de actiefpost G.III. indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt. Over te dragen kosten 4.797.299 283 Ageas Jaarverslag 2021 284 | 240 Nr.5 Staat van het kapitaal Codes Bedragen Aantal aandelen A. MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL 1. Geplaatst kapitaal (post A.I.1. van de passiva) - Per einde van het vorige boekjaar 8.05.111.101 1.502.364.273 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx - Wijzigingen tijdens het boekjaar : 8.05.111.103 - Per einde van het boekjaar 8.05.111.102 1.502.364.273 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 2. Samenstelling van het kapitaal 2.1. Soorten aandelen volgens het vennootschapsrecht 8.05.1.20 1.502.364.273 191.033.128 Volgestorte aandelen zonder aanwijzing van nominale waarde 2.2. Gewone aandelen op naam of aan gedematerialiseerd Op naam 8.05.1.21 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 9.982.383 Gedematerialiseerd 8.05.1.22 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 181.050.745 Niet-opgevraagd bedrag Opgevraagd niet-gestort Codes (post A.I.2. van de passiva) bedrag(actiefpost E.I.V.) B. NIET-GESTORT KAPITAAL (art.51 - S.W.H.V.) Aandeelhouders die nog moeten volstorten 8.05.3 TOTAAL 8.05.2 Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg) Codes Kapitaalbedrag Aantal aandelen C. AANDELEN VAN DE ONDERNEMING GEHOUDEN DOOR - de onderneming zelf 8.05.3.1 197.027.253 4.051.147 - haar dochters 8.05.3.2 21.487.178 1.244.518 D. VERPLICHTINGEN TOT UITGIFTE VAN AANDELEN 1. Als gevolg van de uitoefening van CONVERSIERECHTEN. - Bedrag van de lopende converteerbare leningen 8.05.4.1 - Bedrag van het te plaatsen kapitaal 8.05.4.2 - Maximum aantal uit te geven aandelen 8.05.4.3 2. Als gevolg van de uitoefening van de INSCHRIJVINGSRECHTEN. - Aantal inschrijvingsrechten in omloop 8.05.4.4 - Bedrag van het te plaatsen kapitaal. 8.05.4.5 - Maximum aantal uit te geven aandelen 8.05.4.6 3. Als gevolg van de betaling van derden in aandelen. - Bedrag van het te plaatsen kapitaal. 8.05.4.7 - Maximum aantal uit te geven aandelen 8.05.4.8 285 | 240 Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg) Codes Bedrag E. TOEGESTAAN, NIET-GEPLAATST KAPITAAL 8.05.5 148.000.000 Aantal Daaraan verbonden Codes aandelen stemrecht F. DEELBEWIJZEN BUITEN KAPITAAL 8.05.6 Waarvan: - gehouden door de vennootschap zelf 8.05.6.1 - gehouden door haar dochters 8.05.6.2 Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg en slot) G. DE AANDEELHOUDERSSTRUCTUUR VAN DE ONDERNEMING OP DE DATUM VAN JAARAFSLUITING, MET DE VOLGENDE INDELING: aandeelhoudersstructuur van de onderneming op de datum van de jaarafsluiting, zoals die blijkt uit de kennisgevingen die de onderneming heeft ontvangen ingevolge artikel 631, §2, laatste lid, en artikel 632, §2, laatste lid, van het Wetboek van vennootschappen: aandeelhoudersstructuur van de onderneming op de datum van de jaarafsluting, zoals die blijkt uit de kennisgevingen die de onderneming heeft ontvangen ingevolge artikel 14, vierde lid, van de wet van 2 mei 2007 op de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen of ingevolge artikel 5 van het koninklijke besluit van 21 augustus 2008 houdende nadere regels betreffende bepaalde multilaterale handelsfaciliteiten: Belangrijkste aandeelhouders (boven de statutaire drempel van 3%) op 31/12/2021 Fosun 10,01% BlackRock Inc. 5,23% Ping An 5,17% Schröder Plc. 3,02% Op 31 december 2021 bezaten de leden van de raad van bestuur van ageas SA/NV samen 104.562 aandelen van ageas SA/NV. Nr.6 Staat van de voorzieningen voor overige risico's en kosten - andere voorzieningen Bedragen Uitsplitsing van de passiefpost E.III. indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt. Voorziening Fortis settlement 114.375.225 voorziening RPN(I) 520.400.000 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 284 Ageas Jaarverslag 2021 284 | 240 Nr.5 Staat van het kapitaal Codes Bedragen Aantal aandelen A. MAATSCHAPPELIJK KAPITAAL 1. Geplaatst kapitaal (post A.I.1. van de passiva) - Per einde van het vorige boekjaar 8.05.111.101 1.502.364.273 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx - Wijzigingen tijdens het boekjaar : 8.05.111.103 - Per einde van het boekjaar 8.05.111.102 1.502.364.273 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 2. Samenstelling van het kapitaal 2.1. Soorten aandelen volgens het vennootschapsrecht 8.05.1.20 1.502.364.273 191.033.128 Volgestorte aandelen zonder aanwijzing van nominale waarde 2.2. Gewone aandelen op naam of aan gedematerialiseerd Op naam 8.05.1.21 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 9.982.383 Gedematerialiseerd 8.05.1.22 xxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxxx 181.050.745 Niet-opgevraagd bedrag Opgevraagd niet-gestort Codes (post A.I.2. van de passiva) bedrag(actiefpost E.I.V.) B. NIET-GESTORT KAPITAAL (art.51 - S.W.H.V.) Aandeelhouders die nog moeten volstorten 8.05.3 TOTAAL 8.05.2 Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg) Codes Kapitaalbedrag Aantal aandelen C. AANDELEN VAN DE ONDERNEMING GEHOUDEN DOOR - de onderneming zelf 8.05.3.1 197.027.253 4.051.147 - haar dochters 8.05.3.2 21.487.178 1.244.518 D. VERPLICHTINGEN TOT UITGIFTE VAN AANDELEN 1. Als gevolg van de uitoefening van CONVERSIERECHTEN. - Bedrag van de lopende converteerbare leningen 8.05.4.1 - Bedrag van het te plaatsen kapitaal 8.05.4.2 - Maximum aantal uit te geven aandelen 8.05.4.3 2. Als gevolg van de uitoefening van de INSCHRIJVINGSRECHTEN. - Aantal inschrijvingsrechten in omloop 8.05.4.4 - Bedrag van het te plaatsen kapitaal. 8.05.4.5 - Maximum aantal uit te geven aandelen 8.05.4.6 3. Als gevolg van de betaling van derden in aandelen. - Bedrag van het te plaatsen kapitaal. 8.05.4.7 - Maximum aantal uit te geven aandelen 8.05.4.8 285 | 240 Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg) Codes Bedrag E. TOEGESTAAN, NIET-GEPLAATST KAPITAAL 8.05.5 148.000.000 Aantal Daaraan verbonden Codes aandelen stemrecht F. DEELBEWIJZEN BUITEN KAPITAAL 8.05.6 Waarvan: - gehouden door de vennootschap zelf 8.05.6.1 - gehouden door haar dochters 8.05.6.2 Nr.5. Staat van het kapitaal (vervolg en slot) G. DE AANDEELHOUDERSSTRUCTUUR VAN DE ONDERNEMING OP DE DATUM VAN JAARAFSLUITING, MET DE VOLGENDE INDELING: aandeelhoudersstructuur van de onderneming op de datum van de jaarafsluiting, zoals die blijkt uit de kennisgevingen die de onderneming heeft ontvangen ingevolge artikel 631, §2, laatste lid, en artikel 632, §2, laatste lid, van het Wetboek van vennootschappen: aandeelhoudersstructuur van de onderneming op de datum van de jaarafsluting, zoals die blijkt uit de kennisgevingen die de onderneming heeft ontvangen ingevolge artikel 14, vierde lid, van de wet van 2 mei 2007 op de openbaarmaking van belangrijke deelnemingen of ingevolge artikel 5 van het koninklijke besluit van 21 augustus 2008 houdende nadere regels betreffende bepaalde multilaterale handelsfaciliteiten: Belangrijkste aandeelhouders (boven de statutaire drempel van 3%) op 31/12/2021 Fosun 10,01% BlackRock Inc. 5,23% Ping An 5,17% Schröder Plc. 3,02% Op 31 december 2021 bezaten de leden van de raad van bestuur van ageas SA/NV samen 104.562 aandelen van ageas SA/NV. Nr.6 Staat van de voorzieningen voor overige risico's en kosten - andere voorzieningen Bedragen Uitsplitsing van de passiefpost E.III. indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt. Voorziening Fortis settlement 114.375.225 voorziening RPN(I) 520.400.000 285 Ageas Jaarverslag 2021 286 | 240 Nr. 7. Staat van de technische voorzieningen en schulden a) Uitsplitsing van de schulden (of een deel van de schulden) waarvan de resterende looptijd méér dan 5 jaar is. Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen B. Achtergestelde schulden. 8.07.1.12 1.745.427.640 I. Converteerbare leningen 8.07.1.121 II. Niet-converteerbare leningen 8.07.1.122 1.745.427.640 G. Schulden 8.07.1.42 I. Schulden uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen 8.07.1.421 II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen 8.07.1.422 III. Niet-achtergestelde obligatieleningen. 8.07.1.423 1. Converteerbare leningen. 8.07.1.423.1 2. Niet-converteerbare leningen. 8.07.1.423.2 IV. Schulden ten aanzien van kredietinstellingen 8.07.1.424 V. Overige schulden 8.07.1.425 TOTAAL 8.07.1.5 1.745.427.640 Nr.7. Staat van de technische voorzieningen en schulden (vervolg) b) Schulden (of gedeelte van de schulden) en technische voorzieningen (of gedeelte van de technische voorzieningen) gewaarborgd door zakelijke zekerheden gesteld of onherroepelijk beloofd op de activa van de onderneming. Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen B. Achtergestelde schulden. 8.07.2.12 I. Converteerbare leningen 8.07.2.121 II. Niet-converteerbare leningen 8.07.2.122 C. Technische voorzieningen 8.07.2.14 601.545.886 D. Technische voorzieningen betreffende de verrichtingen verbonden aan een beleggingsfonds van de 8.07.2.15 groep van activiteiten 'Leven' wanneer het beleggingsrisico niet gedragen wordt door de onderneming G. Schulden 8.07.2.42 I. Schulden uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen. 8.07.2.421 II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen. 8.07.2.422 III. Niet-achtergestelde obligatieleningen 8.07.2.423 1. Converteerbare leningen 8.07.2.423.1 2. Niet-converteerbare leningen 8.07.2.423.2 IV. Schulden ten aanzien van kredietinstellingen 8.07.2.424 V. Overige schulden 8.07.2.425 - schulden wegens belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 8.07.2.425.1 a) belastingen 8.07.2.425.11 b) bezoldigingen en sociale lasten 8.07.2.425.12 - schulden van huurfinanciering en gelijkaardige 8.07.2.425.26 - overige 8.07.2.425.3 TOTAAL 8.07.2.5 601.545.886 287 | 240 Nr.7. Staat van de technische voorzieningen en schulden (vervolg en slot) c) Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen 1. Belastingen (post G.V.1.a) van de passiva) a) Vervallen belastingsschulden 8.07.3.425.11.1 b) Niet-vervallen belastingsschulden 8.07.3.425.11.2 25.621 2. Bezoldigingen en sociale lasten (post G.V.1.b) van de passiva) a) Vervallen schulden ten aanzien van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid 8.07.3.425.12.1 b) Andere schulden met betrekking tot bezoldigingen en sociale lasten 8.07.3.425.12.2 6.090.826 Nr.8. Staat betreffende de overlopende rekeningen van het passief Bedragen Uitsplitsing van de passiefpost H indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt. Toe te rekenen kosten – Aandelenplannen 5.328.241 Toe te rekenen - Andere 4.386.577 Toe te rekenen kosten – Stichtingen 1.093.230 Toe te rekenen kosten - Interesten 25.834.155 36.642.202 Nr. 9. Activa- en passivabestanddelen met betrekking tot het beheer voor eigen rekening ten gunste van een derde van de pensioen- fondsen (art. 40bis.) Betrokken posten en sub-posten van het actief () Afgesloten boekjaar Betrokken posten en sub-posten van het passief () Afgesloten boekjaar TOTAAL TOTAAL () Met vermelding van de cijfers en letters betreffende de inhoud van de betrokken post of sub-post van de balans (voorbeeld : C.III.2. obligaties en andere vastrentende effecten). STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 286 Ageas Jaarverslag 2021 286 | 240 Nr. 7. Staat van de technische voorzieningen en schulden a) Uitsplitsing van de schulden (of een deel van de schulden) waarvan de resterende looptijd méér dan 5 jaar is. Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen B. Achtergestelde schulden. 8.07.1.12 1.745.427.640 I. Converteerbare leningen 8.07.1.121 II. Niet-converteerbare leningen 8.07.1.122 1.745.427.640 G. Schulden 8.07.1.42 I. Schulden uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen 8.07.1.421 II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen 8.07.1.422 III. Niet-achtergestelde obligatieleningen. 8.07.1.423 1. Converteerbare leningen. 8.07.1.423.1 2. Niet-converteerbare leningen. 8.07.1.423.2 IV. Schulden ten aanzien van kredietinstellingen 8.07.1.424 V. Overige schulden 8.07.1.425 TOTAAL 8.07.1.5 1.745.427.640 Nr.7. Staat van de technische voorzieningen en schulden (vervolg) b) Schulden (of gedeelte van de schulden) en technische voorzieningen (of gedeelte van de technische voorzieningen) gewaarborgd door zakelijke zekerheden gesteld of onherroepelijk beloofd op de activa van de onderneming. Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen B. Achtergestelde schulden. 8.07.2.12 I. Converteerbare leningen 8.07.2.121 II. Niet-converteerbare leningen 8.07.2.122 C. Technische voorzieningen 8.07.2.14 601.545.886 D. Technische voorzieningen betreffende de verrichtingen verbonden aan een beleggingsfonds van de 8.07.2.15 groep van activiteiten 'Leven' wanneer het beleggingsrisico niet gedragen wordt door de onderneming G. Schulden 8.07.2.42 I. Schulden uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen. 8.07.2.421 II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen. 8.07.2.422 III. Niet-achtergestelde obligatieleningen 8.07.2.423 1. Converteerbare leningen 8.07.2.423.1 2. Niet-converteerbare leningen 8.07.2.423.2 IV. Schulden ten aanzien van kredietinstellingen 8.07.2.424 V. Overige schulden 8.07.2.425 - schulden wegens belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 8.07.2.425.1 a) belastingen 8.07.2.425.11 b) bezoldigingen en sociale lasten 8.07.2.425.12 - schulden van huurfinanciering en gelijkaardige 8.07.2.425.26 - overige 8.07.2.425.3 TOTAAL 8.07.2.5 601.545.886 287 | 240 Nr.7. Staat van de technische voorzieningen en schulden (vervolg en slot) c) Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten Betrokken posten van de passiva Codes Bedragen 1. Belastingen (post G.V.1.a) van de passiva) a) Vervallen belastingsschulden 8.07.3.425.11.1 b) Niet-vervallen belastingsschulden 8.07.3.425.11.2 25.621 2. Bezoldigingen en sociale lasten (post G.V.1.b) van de passiva) a) Vervallen schulden ten aanzien van de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid 8.07.3.425.12.1 b) Andere schulden met betrekking tot bezoldigingen en sociale lasten 8.07.3.425.12.2 6.090.826 Nr.8. Staat betreffende de overlopende rekeningen van het passief Bedragen Uitsplitsing van de passiefpost H indien daaronder een belangrijk bedrag voorkomt. Toe te rekenen kosten – Aandelenplannen 5.328.241 Toe te rekenen - Andere 4.386.577 Toe te rekenen kosten – Stichtingen 1.093.230 Toe te rekenen kosten - Interesten 25.834.155 36.642.202 Nr. 9. Activa- en passivabestanddelen met betrekking tot het beheer voor eigen rekening ten gunste van een derde van de pensioen- fondsen (art. 40bis.) Betrokken posten en sub-posten van het actief () Afgesloten boekjaar Betrokken posten en sub-posten van het passief () Afgesloten boekjaar TOTAAL TOTAAL () Met vermelding van de cijfers en letters betreffende de inhoud van de betrokken post of sub-post van de balans (voorbeeld : C.III.2. obligaties en andere vastrentende effecten). 287 Ageas Jaarverslag 2021 288 | 240 Nr. 10. Inlichtingen betreffende de technische rekeningen I. Niet-Levensverzekering Inhoud Codes Totaal RECHTSTREEKSE RECHTSTREEKSE RECHTSTREEKSE AANGE- ZAKEN ZAKEN ZAKEN NOMEN Tot. Ongevallen Motor- Motor- Scheep- Brand en Algemene Krediet Diverse Rechts- Hulp- ZAKEN en rijtuigen rijtuigen vaart andere Burger- en geldelijke bijstand verlening gezond Burger- andere Luchtvaart schade lijke Borgtocht verliezen heids- lijke takken Transport aan Aansprake- zorg Aansprake- goederen lijkheid lijkheid takken tak takken takken takken tak takken tak tak tak 1 en 2 10 3 en 7 4,5,6,7, 8 en 9 13 14 en 15 16 17 18 11 en 12 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Brutopremies. 8.10.01.710.1 1.512.236.974 1.512.236.974 Verdiende brutopremies 8.10.02 1.496.722.833 1.496.722.833 Bruto schaden 8.10.03 893.894.346 893.894.346 Bruto bedrijfskosten 8.10.04 555.265.512 555.265.512 Herverzekeringssaldo 8.10.05 (40.887.374) (40.887.374) Commissielonen (art. 37) 8.10.06 II. Levensverzekering Inhoud Codes Bedragen A. Rechtstreekse zaken 1) Brutopremies : 8.10.07.720.1 0 a) 1. Individuele premies : 8.10.08 0 2. Premies betreffende groepsverzekeringsovereenkomsten : 8.10.09 0 b) 1. Periodieke premies : 8.10.10 0 2. Enige premies : 8.10.11 0 c) 1. Premies van overeenkomsten zonder winstdeling : 8.10.12 0 2. Premies van overeenkomsten met winstdeling : 8.10.13 0 3. Premies van overeenkomsten waarbij het beleggingsrisico niet gedragen wordt door de onderneming: 8.10.14 0 2) Herverzekeringssaldo : 8.10.15 0 3) Commissielonen (art. 37): 8.10.16 0 B. Aangenomen zaken Bruto premies : 8.10.17.720.1 44.245.200 III. Niet-levensverzekering en levensverzekering, rechtstreekse zaken Bruto premies : - in België : 8.10.18 - in de andere Lid-Staten van de E.E.G : 8.10.19 - in de overige landen : 8.10.20 289 | 240 Nr.°11. Staat betreffende de personeelsleden in dienst Wat personeel betreft: A. Volgende gegevens over het boekjaar en over het vorige boekjaar met betrekking tot de werknemers ingeschreven in het personeelsregister en verbonden met de onderneming door een arbeidsovereenkomst of een startbaanovereenkomst Afgesloten Vorig Code boekjaar boekjaar a) het totale aantal op afsluitdatum van het boekjaar 8.11.10 162 157 b) het gemiddelde personeelsbestand tewerkgesteld door de onderneming tijdens het boekjaar en tijdens het vorige boekjaar, berekend in voltijdse equivalenten overeenkomstig artikel 15, § 4, van het Wetboek van Vennootschappen,en uitgesplitst naar volgende categorieën 8.11.11 161 149 - Directiepersoneel 8.11.11.1 - Bedienden 8.11.11.2 161 149 - Arbeiders 8.11.11.3 - Andere 8.11.11.4 c) het aantal gepresteerde uren 8.11.12 234.318 225.263 B. Volgende gegevens over het boekjaar en over het vorige boekjaar met betrekking tot de uitzendkrachten ende ter beschikking van de onderneming gestelde personen Afgesloten Vorig Code boekjaar boekjaar a) het totale aantal op afsluitdatum van het boekjaar 8.11.20 0 0 b) het gemiddeld aantal in voltijdse equivalenten berekend op een analoge manier als de werknemers ingeschreven in het personeelsregister 8.11.21 0 0 c) het aantal gepresteerde uren 8.11.22 406 187 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 288 Ageas Jaarverslag 2021 288 | 240 Nr. 10. Inlichtingen betreffende de technische rekeningen I. Niet-Levensverzekering Inhoud Codes Totaal RECHTSTREEKSE RECHTSTREEKSE RECHTSTREEKSE AANGE- ZAKEN ZAKEN ZAKEN NOMEN Tot. Ongevallen Motor- Motor- Scheep- Brand en Algemene Krediet Diverse Rechts- Hulp- ZAKEN en rijtuigen rijtuigen vaart andere Burger- en geldelijke bijstand verlening gezond Burger- andere Luchtvaart schade lijke Borgtocht verliezen heids- lijke takken Transport aan Aansprake- zorg Aansprake- goederen lijkheid lijkheid takken tak takken takken takken tak takken tak tak tak 1 en 2 10 3 en 7 4,5,6,7, 8 en 9 13 14 en 15 16 17 18 11 en 12 0 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Brutopremies. 8.10.01.710.1 1.512.236.974 1.512.236.974 Verdiende brutopremies 8.10.02 1.496.722.833 1.496.722.833 Bruto schaden 8.10.03 893.894.346 893.894.346 Bruto bedrijfskosten 8.10.04 555.265.512 555.265.512 Herverzekeringssaldo 8.10.05 (40.887.374) (40.887.374) Commissielonen (art. 37) 8.10.06 II. Levensverzekering Inhoud Codes Bedragen A. Rechtstreekse zaken 1) Brutopremies : 8.10.07.720.1 0 a) 1. Individuele premies : 8.10.08 0 2. Premies betreffende groepsverzekeringsovereenkomsten : 8.10.09 0 b) 1. Periodieke premies : 8.10.10 0 2. Enige premies : 8.10.11 0 c) 1. Premies van overeenkomsten zonder winstdeling : 8.10.12 0 2. Premies van overeenkomsten met winstdeling : 8.10.13 0 3. Premies van overeenkomsten waarbij het beleggingsrisico niet gedragen wordt door de onderneming: 8.10.14 0 2) Herverzekeringssaldo : 8.10.15 0 3) Commissielonen (art. 37): 8.10.16 0 B. Aangenomen zaken Bruto premies : 8.10.17.720.1 44.245.200 III. Niet-levensverzekering en levensverzekering, rechtstreekse zaken Bruto premies : - in België : 8.10.18 - in de andere Lid-Staten van de E.E.G : 8.10.19 - in de overige landen : 8.10.20 289 | 240 Nr.°11. Staat betreffende de personeelsleden in dienst Wat personeel betreft: A. Volgende gegevens over het boekjaar en over het vorige boekjaar met betrekking tot de werknemers ingeschreven in het personeelsregister en verbonden met de onderneming door een arbeidsovereenkomst of een startbaanovereenkomst Afgesloten Vorig Code boekjaar boekjaar a) het totale aantal op afsluitdatum van het boekjaar 8.11.10 162 157 b) het gemiddelde personeelsbestand tewerkgesteld door de onderneming tijdens het boekjaar en tijdens het vorige boekjaar, berekend in voltijdse equivalenten overeenkomstig artikel 15, § 4, van het Wetboek van Vennootschappen,en uitgesplitst naar volgende categorieën 8.11.11 161 149 - Directiepersoneel 8.11.11.1 - Bedienden 8.11.11.2 161 149 - Arbeiders 8.11.11.3 - Andere 8.11.11.4 c) het aantal gepresteerde uren 8.11.12 234.318 225.263 B. Volgende gegevens over het boekjaar en over het vorige boekjaar met betrekking tot de uitzendkrachten ende ter beschikking van de onderneming gestelde personen Afgesloten Vorig Code boekjaar boekjaar a) het totale aantal op afsluitdatum van het boekjaar 8.11.20 0 0 b) het gemiddeld aantal in voltijdse equivalenten berekend op een analoge manier als de werknemers ingeschreven in het personeelsregister 8.11.21 0 0 c) het aantal gepresteerde uren 8.11.22 406 187 289 Ageas Jaarverslag 2021 290 | 240 Nr.12. Staat betreffende het geheel van de administratie- en beheerskosten, uitgesplitst volgens aard (Een asteriks () rechts van de inhoud van een post of een sub-post duidt op het bestaan van een definitie of een verklarende nota in hoofdstuk III van de bijlage bij het huidige besluit) Benaming Codes Bedragen I. Personeelskosten 8.12.1 1.615.406 1. a) Bezoldigingen 8.12.111 1.615.406 b) Pensioenen 8.12.112 0 c) Andere rechtstreekse sociale voordelen 8.12.113 0 2. Patronale bijdragen voor sociale verzekeringen 8.12.12 0 3. Patronale toelagen en premies voor buitenwettelijke verzekeringen 8.12.13 0 4. Andere personeelsuitgaven 8.12.14 0 5. Voorzieningen voor pensioenen, bezoldigingen en sociale lasten 8.12.15 0 a) Dotaties (+) 8.12.15.1 0 b) Bestedingen en terugnemingen (-) 8.12.15.2 0 6. Uitzendkrachten of personen ter beschikking gesteld van de onderneming 8.12.16 0 II. Diverse goederen en diensten 8.12.2 1.630.303 III. Afschrijvingen en waardeverminderingen op immateriële 8.12.3 0 en materiële activa, andere dan de beleggingen IV. Voorzieningen voor overige risico's en lasten 8.12.4 0 1. Dotaties (+) 8.12.41 0 2. Bestedingen en terugnemingen (-) 8.12.42 0 V. Overige lopende lasten 8.12.5 725.263 1. Fiscale bedrijfskosten 8.12.51 0 a) Onroerende voorheffing 8.12.511 0 b) Overige 8.12.512 0 2. Bijdragen gestort aan openbare instellingen 8.12.52 0 3. Theoretische kosten 8.12.53 0 4. Overige 8.12.54 725.263 VI. Teruggewonnen administratiekosten en overige lopende opbrengsten (-) 8.12.6 0 1. Teruggewonnen administratiekosten 8.12.61 0 a) Ontvangen vergoedingen voor beheersprestaties van collectieve pensioenfondsen voor rekening van derden 8.12.611 0 b) Overige 8.12.612 0 2. Overige lopende opbrengsten. 8.12.62 0 TOTAAL 8.12.7 4.390.399 * Aldus gewijzigd bij artikel 10, § 2 van het koninklijk besluit van 4 augustus 1996. 291 | 240 Nr.13. Overige opbrengsten, overige kosten Bedragen A. Uitsplitsing van de OVERIGE OPBRENGSTEN (post 7. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. 39.221.928 Doorbelasting kosten 8.274.087 Wijziging voorziening Fortis settlement 12.863.275 Positieve wisselkoersresultaten 17.714.562 Overige 370.004 B. Uitsplitsing van de OVERIGE KOSTEN (post 8. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. 192.362.473 Voorziening schadevergoeding RPN(I) 100.600.000 Diensten en diverse goederen 53.258.760 Personeelskosten 30.093.514 Afschrijvingen 424.265 Werkingskosten stichtingen 7.476.737 Overige 509.197 Nr.14. Uitzonderlijke resultaten. Bedragen A. Uitsplitsing van de UITZONDERLIJKE OPBRENGSTEN (post 11. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. B. Uitsplitsing van de ANDERE UITZONDERLIJKE KOSTEN (post 12. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 290 Ageas Jaarverslag 2021 290 | 240 Nr.12. Staat betreffende het geheel van de administratie- en beheerskosten, uitgesplitst volgens aard (Een asteriks () rechts van de inhoud van een post of een sub-post duidt op het bestaan van een definitie of een verklarende nota in hoofdstuk III van de bijlage bij het huidige besluit) Benaming Codes Bedragen I. Personeelskosten 8.12.1 1.615.406 1. a) Bezoldigingen 8.12.111 1.615.406 b) Pensioenen 8.12.112 0 c) Andere rechtstreekse sociale voordelen 8.12.113 0 2. Patronale bijdragen voor sociale verzekeringen 8.12.12 0 3. Patronale toelagen en premies voor buitenwettelijke verzekeringen 8.12.13 0 4. Andere personeelsuitgaven 8.12.14 0 5. Voorzieningen voor pensioenen, bezoldigingen en sociale lasten 8.12.15 0 a) Dotaties (+) 8.12.15.1 0 b) Bestedingen en terugnemingen (-) 8.12.15.2 0 6. Uitzendkrachten of personen ter beschikking gesteld van de onderneming 8.12.16 0 II. Diverse goederen en diensten 8.12.2 1.630.303 III. Afschrijvingen en waardeverminderingen op immateriële 8.12.3 0 en materiële activa, andere dan de beleggingen IV. Voorzieningen voor overige risico's en lasten 8.12.4 0 1. Dotaties (+) 8.12.41 0 2. Bestedingen en terugnemingen (-) 8.12.42 0 V. Overige lopende lasten 8.12.5 725.263 1. Fiscale bedrijfskosten 8.12.51 0 a) Onroerende voorheffing 8.12.511 0 b) Overige 8.12.512 0 2. Bijdragen gestort aan openbare instellingen 8.12.52 0 3. Theoretische kosten 8.12.53 0 4. Overige 8.12.54 725.263 VI. Teruggewonnen administratiekosten en overige lopende opbrengsten (-) 8.12.6 0 1. Teruggewonnen administratiekosten 8.12.61 0 a) Ontvangen vergoedingen voor beheersprestaties van collectieve pensioenfondsen voor rekening van derden 8.12.611 0 b) Overige 8.12.612 0 2. Overige lopende opbrengsten. 8.12.62 0 TOTAAL 8.12.7 4.390.399 * Aldus gewijzigd bij artikel 10, § 2 van het koninklijk besluit van 4 augustus 1996. 291 | 240 Nr.13. Overige opbrengsten, overige kosten Bedragen A. Uitsplitsing van de OVERIGE OPBRENGSTEN (post 7. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. 39.221.928 Doorbelasting kosten 8.274.087 Wijziging voorziening Fortis settlement 12.863.275 Positieve wisselkoersresultaten 17.714.562 Overige 370.004 B. Uitsplitsing van de OVERIGE KOSTEN (post 8. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. 192.362.473 Voorziening schadevergoeding RPN(I) 100.600.000 Diensten en diverse goederen 53.258.760 Personeelskosten 30.093.514 Afschrijvingen 424.265 Werkingskosten stichtingen 7.476.737 Overige 509.197 Nr.14. Uitzonderlijke resultaten. Bedragen A. Uitsplitsing van de UITZONDERLIJKE OPBRENGSTEN (post 11. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. B. Uitsplitsing van de ANDERE UITZONDERLIJKE KOSTEN (post 12. van de niet-technische rekening), indien het om belangrijke bedragen gaat. 291 Ageas Jaarverslag 2021 292 | 240 Nr.15. Belastingen op het resultaat Codes Bedragen A. UITSPLITSING VAN DE POST 15 a) 'Belastingen': 8.15.1.634 72.858 1. Belastingen op het resultaat van het boekjaar: 8.15.1.634.1 a. Voorafbetalingen en terugbetaalbare voorheffingen 8.15.1.634.11 b. Andere verrekenbare bestanddelen 8.15.1.634.12 c. Overschot van de voorafbetalingen en/of van de geactiveerde terugbetaalbare voorheffingen (-) 8.15.1.634.13 d. Geraamde belastingsupplementen (opgenomen onder post G.V.1.a) van de passiva) 8.15.1.634.14 2. Belastingen op het resultaat van vorige boekjaren : 8.15.1.634.2 72.858 a) Verschuldigde of betaalde belastingsupplementen : 8.15.1.634.21 72.858 b) Geraamde belastingsupplementen (onder post G.V.1.a van de passiva) of belasting- supplementen waarvoor een voorziening werd gevormd (onder post E.II.2 van de passiva) 8.15.1.634.22 B. BELANGRIJKSTE OORZAKEN VAN DE VERSCHILLEN TUSSEN DE WINST VOOR BELASTINGEN, zoals deze blijkt uit de jaarrekening, EN DE GERAAMDE BELASTBARE WINST, met bijzondere vermelding van die welke voortspruiten uit het tijdsverschil tussen de vaststelling van de boekwinst en de fiscale winst (in de mate waarin het resultaat van het boekjaar op belangrijke wijze werd beïnvloed op het stuk van de belastingen). winst voor belastingen 505.244.628 DBI (505.244.628) C. INVLOED VAN DE UITZONDERLIJKE RESULTATEN OP DE BELASTINGEN OP HET RESULTAAT VAN HET BOEKJAAR D. BRONNEN VAN BELASTINGLATENTIES (in de mate waarin deze informatie belangrijk is om een inzicht te verkrijgen in de financiële positie van de onderneming). 1. Actieve latenties 8.15.4.1 12.984.839.378 - Gecumuleerde fiscale verliezen die aftrekbaar zijn van latere belastbare winsten 8.15.4.11 10.551.989.298 - DBI aftrek 2.432.850.080 2. Passieve latenties 8.15.4.2 293 | 240 Nr.16. Andere taksen en belastingen ten laste van derden. Bedragen van Bedragen van het Codes het boekjaar vorige boekjaar A. Taksen : 1. Taksen op verzekeringsovereenkomsten ten laste van derden 8.16.11 2. Andere taksen ten laste van de onderneming 8.16.12 B. De ingehouden bedragen ten laste van derden bij wijze van : 1. Bedrijfsvoorheffing 8.16.21 11.182.081 7.597.319 2. Roerende voorheffing (op dividenden) 8.16.22 125.314.084 125.543.837 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 292 Ageas Jaarverslag 2021 292 | 240 Nr.15. Belastingen op het resultaat Codes Bedragen A. UITSPLITSING VAN DE POST 15 a) 'Belastingen': 8.15.1.634 72.858 1. Belastingen op het resultaat van het boekjaar: 8.15.1.634.1 a. Voorafbetalingen en terugbetaalbare voorheffingen 8.15.1.634.11 b. Andere verrekenbare bestanddelen 8.15.1.634.12 c. Overschot van de voorafbetalingen en/of van de geactiveerde terugbetaalbare voorheffingen (-) 8.15.1.634.13 d. Geraamde belastingsupplementen (opgenomen onder post G.V.1.a) van de passiva) 8.15.1.634.14 2. Belastingen op het resultaat van vorige boekjaren : 8.15.1.634.2 72.858 a) Verschuldigde of betaalde belastingsupplementen : 8.15.1.634.21 72.858 b) Geraamde belastingsupplementen (onder post G.V.1.a van de passiva) of belasting- supplementen waarvoor een voorziening werd gevormd (onder post E.II.2 van de passiva) 8.15.1.634.22 B. BELANGRIJKSTE OORZAKEN VAN DE VERSCHILLEN TUSSEN DE WINST VOOR BELASTINGEN, zoals deze blijkt uit de jaarrekening, EN DE GERAAMDE BELASTBARE WINST, met bijzondere vermelding van die welke voortspruiten uit het tijdsverschil tussen de vaststelling van de boekwinst en de fiscale winst (in de mate waarin het resultaat van het boekjaar op belangrijke wijze werd beïnvloed op het stuk van de belastingen). winst voor belastingen 505.244.628 DBI (505.244.628) C. INVLOED VAN DE UITZONDERLIJKE RESULTATEN OP DE BELASTINGEN OP HET RESULTAAT VAN HET BOEKJAAR D. BRONNEN VAN BELASTINGLATENTIES (in de mate waarin deze informatie belangrijk is om een inzicht te verkrijgen in de financiële positie van de onderneming). 1. Actieve latenties 8.15.4.1 12.984.839.378 - Gecumuleerde fiscale verliezen die aftrekbaar zijn van latere belastbare winsten 8.15.4.11 10.551.989.298 - DBI aftrek 2.432.850.080 2. Passieve latenties 8.15.4.2 293 | 240 Nr.16. Andere taksen en belastingen ten laste van derden. Bedragen van Bedragen van het Codes het boekjaar vorige boekjaar A. Taksen : 1. Taksen op verzekeringsovereenkomsten ten laste van derden 8.16.11 2. Andere taksen ten laste van de onderneming 8.16.12 B. De ingehouden bedragen ten laste van derden bij wijze van : 1. Bedrijfsvoorheffing 8.16.21 11.182.081 7.597.319 2. Roerende voorheffing (op dividenden) 8.16.22 125.314.084 125.543.837 293 Ageas Jaarverslag 2021 294 | 240 Nr.17. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen (art. 14) (Een asteriks () rechts van de inhoud van een post of een sub-post duidt op het bestaan van een definitie of een verklarende nota in hoofdstuk III van de bijlage bij het besluit van 17/11/1994) Codes Bedragen A. Zekerheden door derden gesteld of onherroepelijk beloofd voor rekening van de onderneming : 8.17.00 B. Persoonlijke zekerheden door de onderneming gesteld of onherroepelijk beloofd voor rekening van derden 8.17.01 C. Zakelijke zekerheden door de onderneming gesteld of onherroepelijk beloofd op haar eigen middelen als zekerheid van de rechten en verplichtingen : a) van de onderneming : 8.17.020 601.545.886 b) van derden : 8.17.021 D. Ontvangen zekerheden (andere dan in baar geld) : a) effecten en waarden van herverzekeraars 8.17.030 (CFR. Hoofdstuk III, Omschrijving en toelichting : actiefposten C.III.1 en 2 en passiefpost F) b) overige: 8.17.031 E. Termijnverrichtingen : a) Verrichtingen op effecten (aankopen) : 8.17.040 b) Verrichtingen op effecten (verkopen) : 8.17.041 c) Verrichtingen op vreemde valuta (te ontvangen) : 8.17.042 d) Verrichtingen op vreemde valuta (te leveren) : 8.17.043 e) Verrichtingen op rente (aankopen, ...) : 8.17.044 f) Verrichtingen op rente (verkopen, ...) : 8.17.045 g) Overige verrichtingen (aankopen, ...) : 8.17.046 h) Overige verrichtingen (verkopen, ...) : 8.17.047 F. Goederen en waarden van derden gehouden door de onderneming : 8.17.05 G. Aard en zakelijk doel van de regelingen die niet in de balans zijn opgenomen, financiële gevolgen ervan, mits derisico’s of voordelen die uit dergelijke regelingen voortvloeien van enige betekenis zijn en voor zover de bekendmaking van deze risico’s of voordelen noodzakelijk is voor de beoordeling van de financiële positie van de onderneming. 8.17.06 Gbis Aard en de financiële gevolgen van materiële gebeurtenissen die zich na de balansdatum hebben voorgedaan en die niet in de resultatenrekening of balans werden opgenomen. Gelieve te refereren naar toelichting 44 Gebeurtenissen na balansdatum in het Ageas Geconsolideerde jaarverslag. 8.17.06B H. Overige (nader te bepalen) : 8.17.07 295 | 240 Nr.18. Betrekkingen met verbonden ondernemingen en met ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat. Verbonden Ondernemingen waarmee een ondernemingen deelnemingsverhouding bestaat Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig Betrokken balansposten Codes boekjaar boekjaar boekjaar boekjaar C. II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen 8.18.222 7.293.892.953 7.262.381.935 65.518.228 1.739.814 1 + 3 Deelnemingen 8.18.222.01 6.436.159.584 6.436.159.584 29.927 1.739.814 2 + 4 Bons, obligaties en vorderingen 8.18.222.02 857.733.369 826.222.351 65.488.301 - achtergestelde 8.18.222.021 - overige 8.18.222.022 857.733.369 826.222.351 65.488.301 D. II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen 8.18.232 1 + 3 Deelnemingen 8.18.232.01 2 + 4 Bons, obligaties en vorderingen 8.18.232.02 - achtergestelde 8.18.232.021 - overige 8.18.232.022 E. Vorderingen 8.18.41 391.165.728 500.207.496 I. Vorderingen uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen 8.18.411 II. Vorderingen uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen 8.18.412 81.891.610 15.164.021 III. Overige vorderingen 8.18.413 309.274.118 485.043.475 F. Achtergestelde schulden 8.18.12 G. Schulden 8.18.42 26.803.487 12.430.965 I. Schulden uit hoofde van recht-streekse verzekeringsverrichtingen 8.18.421 II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen 8.18.422 26.803.487 12.430.965 III. Niet-achtergestelde obligatie-leningen 8.18.423 IV. Schulden ten aanzien van kredietinstellingen 8.18.424 V. Overige schulden 8.18.425 Nr.18. Betrekkingen met verbonden ondernemingen en met ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat (vervolg en slot). Verbonden ondernemingen Codes Afgesloten boekjaar Vorig boekjaar - Door de onderneming gestelde of onherroepelijk beloofde PERSOONLIJKE EN ZAKELIJKE ZEKERHEDEN als waarborg voor schulden of verplichtingen van verbonden ondernemingen 8.18.50 - Door verbonden ondernemingen gestelde of onherroepelijk beloofde PERSOONLIJKE EN ZAKELIJKE ZEKERHEDEN als waarborg voor schulden of verplichtingen van de onderneming 8.18.51 - Andere betekenisvolle financiële verplichtingen 8.18.52 - Opbrengsten van terreinen en gebouwen 8.18.53 - Opbrengsten van andere beleggingen 8.18.54 16.401.809 13.194.862 STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 294 Ageas Jaarverslag 2021 294 | 240 Nr.17. Niet in de balans opgenomen rechten en verplichtingen (art. 14) (Een asteriks () rechts van de inhoud van een post of een sub-post duidt op het bestaan van een definitie of een verklarende nota in hoofdstuk III van de bijlage bij het besluit van 17/11/1994) Codes Bedragen A. Zekerheden door derden gesteld of onherroepelijk beloofd voor rekening van de onderneming : 8.17.00 B. Persoonlijke zekerheden door de onderneming gesteld of onherroepelijk beloofd voor rekening van derden 8.17.01 C. Zakelijke zekerheden door de onderneming gesteld of onherroepelijk beloofd op haar eigen middelen als zekerheid van de rechten en verplichtingen : a) van de onderneming : 8.17.020 601.545.886 b) van derden : 8.17.021 D. Ontvangen zekerheden (andere dan in baar geld) : a) effecten en waarden van herverzekeraars 8.17.030 (CFR. Hoofdstuk III, Omschrijving en toelichting : actiefposten C.III.1 en 2 en passiefpost F) b) overige: 8.17.031 E. Termijnverrichtingen : a) Verrichtingen op effecten (aankopen) : 8.17.040 b) Verrichtingen op effecten (verkopen) : 8.17.041 c) Verrichtingen op vreemde valuta (te ontvangen) : 8.17.042 d) Verrichtingen op vreemde valuta (te leveren) : 8.17.043 e) Verrichtingen op rente (aankopen, ...) : 8.17.044 f) Verrichtingen op rente (verkopen, ...) : 8.17.045 g) Overige verrichtingen (aankopen, ...) : 8.17.046 h) Overige verrichtingen (verkopen, ...) : 8.17.047 F. Goederen en waarden van derden gehouden door de onderneming : 8.17.05 G. Aard en zakelijk doel van de regelingen die niet in de balans zijn opgenomen, financiële gevolgen ervan, mits derisico’s of voordelen die uit dergelijke regelingen voortvloeien van enige betekenis zijn en voor zover de bekendmaking van deze risico’s of voordelen noodzakelijk is voor de beoordeling van de financiële positie van de onderneming. 8.17.06 Gbis Aard en de financiële gevolgen van materiële gebeurtenissen die zich na de balansdatum hebben voorgedaan en die niet in de resultatenrekening of balans werden opgenomen. Gelieve te refereren naar toelichting 44 Gebeurtenissen na balansdatum in het Ageas Geconsolideerde jaarverslag. 8.17.06B H. Overige (nader te bepalen) : 8.17.07 295 | 240 Nr.18. Betrekkingen met verbonden ondernemingen en met ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat. Verbonden Ondernemingen waarmee een ondernemingen deelnemingsverhouding bestaat Afgesloten Vorig Afgesloten Vorig Betrokken balansposten Codes boekjaar boekjaar boekjaar boekjaar C. II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen 8.18.222 7.293.892.953 7.262.381.935 65.518.228 1.739.814 1 + 3 Deelnemingen 8.18.222.01 6.436.159.584 6.436.159.584 29.927 1.739.814 2 + 4 Bons, obligaties en vorderingen 8.18.222.02 857.733.369 826.222.351 65.488.301 - achtergestelde 8.18.222.021 - overige 8.18.222.022 857.733.369 826.222.351 65.488.301 D. II. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen 8.18.232 1 + 3 Deelnemingen 8.18.232.01 2 + 4 Bons, obligaties en vorderingen 8.18.232.02 - achtergestelde 8.18.232.021 - overige 8.18.232.022 E. Vorderingen 8.18.41 391.165.728 500.207.496 I. Vorderingen uit hoofde van rechtstreekse verzekeringsverrichtingen 8.18.411 II. Vorderingen uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen 8.18.412 81.891.610 15.164.021 III. Overige vorderingen 8.18.413 309.274.118 485.043.475 F. Achtergestelde schulden 8.18.12 G. Schulden 8.18.42 26.803.487 12.430.965 I. Schulden uit hoofde van recht-streekse verzekeringsverrichtingen 8.18.421 II. Schulden uit hoofde van herverzekeringsverrichtingen 8.18.422 26.803.487 12.430.965 III. Niet-achtergestelde obligatie-leningen 8.18.423 IV. Schulden ten aanzien van kredietinstellingen 8.18.424 V. Overige schulden 8.18.425 Nr.18. Betrekkingen met verbonden ondernemingen en met ondernemingen waarmee een deelnemingsverhouding bestaat (vervolg en slot). Verbonden ondernemingen Codes Afgesloten boekjaar Vorig boekjaar - Door de onderneming gestelde of onherroepelijk beloofde PERSOONLIJKE EN ZAKELIJKE ZEKERHEDEN als waarborg voor schulden of verplichtingen van verbonden ondernemingen 8.18.50 - Door verbonden ondernemingen gestelde of onherroepelijk beloofde PERSOONLIJKE EN ZAKELIJKE ZEKERHEDEN als waarborg voor schulden of verplichtingen van de onderneming 8.18.51 - Andere betekenisvolle financiële verplichtingen 8.18.52 - Opbrengsten van terreinen en gebouwen 8.18.53 - Opbrengsten van andere beleggingen 8.18.54 16.401.809 13.194.862 295 Ageas Jaarverslag 2021 296 | 240 Nr.19. Financiële betrekkingen met : A. bestuurders en zaakvoerders; B. natuurlijke of rechtspersonen die de onderneming rechtstreeks of onrechtstreeks controleren zonder verbonden ondernemingen te zijn; C. andere ondernemingen welke door de sub. B vermelde personen rechtstreeks gecontroleerd worden. Codes Bedragen 1. Uitstaande vorderingen op deze personen 8.19.1 2. Waarborgen toegestaan in hun voordeel 8.19.2 3. Andere betekenisvolle verplichtingen aangegaan in hun voordeel 8.19.3 4. Rechtstreekse en onrechtstreekse bezoldigingen en ten laste van de resultatenrekening toegekende, - aan bestuurders en zaakvoerders 8.19.41 6.842.462 - aan oud-bestuurders en oud-zaakvoerders 8.19.42 de interestvoet, de voornaamste voorwaarden en de eventueel afgeloste of afgeschreven bedragen of bedragen waarvan werd afgezien betreffende de bovenvermelde posten 1., 2. en 3. Nr.19bis.Financiële betrekkingen met : De Commissaris(sen) en de personen met wie hij (zij) verbonden is (zijn) Codes Bedragen 1. Bezoldiging van de commissaris(sen) 8.19.5 700.650 2. Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd binnen de vennootschap door de commissaris(sen) 8.19.6 171.611 - Andere controleopdrachten 8.19.61 171.611 - Belastingadviesopdrachten 8.19.62 - Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 8.19.63 3. Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd binnen de vennootschap door personen met wie de commissaris(sen) verbonden is (zijn) 8.19.7 0 - Andere controleopdrachten 8.19.71 0 - Belastingadviesopdrachten 8.19.72 0 - Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 8.19.73 0 Vermeldingen in toepassing van het artikel 133, paragraaf 6 van het Wetboek van vennootschappen 297 | 240 Nr.20. Waarderingsregels. (Deze staat wordt onder meer beoogd in de artikelen : 12bis, § 5 ; 15 ; 19, 3de lid ; 22bis, 3de lid; 24, 2de lid ; 27, 1°, laatste lid en 2°, laatste lid ; 27bis, § 4, laatste lid ; 28, § 2, 1ste en 4de lid ; 34, 2de lid ; 34quinquies, 1ste lid ; 34sexies, 6°, laatste lid ; 34septies, § 2 en door Hoofdstuk III. 'Omschrijving en toelichting', Afdeling II, post 'Theoretische huur'.) A. Regels die gelden voor de waardering van inventarissen (behalve de beleggingen van de actiefpost D) 1. Vorming en aanpassing van de afschrijvingen 2. Waardeverminderingen 3. Voorzieningen voor risico's en kosten 4. Technische voorzieningen 5. Herwaarderingen 6. Andere B. Regels die gelden voor de waardering van inventarissen voor wat betreft de beleggingen van de actiefpost D. 1. Beleggingen andere dan terreinen en gebouwen 2. Terreinen en gebouwen 3. Andere STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 296 Ageas Jaarverslag 2021 296 | 240 Nr.19. Financiële betrekkingen met : A. bestuurders en zaakvoerders; B. natuurlijke of rechtspersonen die de onderneming rechtstreeks of onrechtstreeks controleren zonder verbonden ondernemingen te zijn; C. andere ondernemingen welke door de sub. B vermelde personen rechtstreeks gecontroleerd worden. Codes Bedragen 1. Uitstaande vorderingen op deze personen 8.19.1 2. Waarborgen toegestaan in hun voordeel 8.19.2 3. Andere betekenisvolle verplichtingen aangegaan in hun voordeel 8.19.3 4. Rechtstreekse en onrechtstreekse bezoldigingen en ten laste van de resultatenrekening toegekende, - aan bestuurders en zaakvoerders 8.19.41 6.842.462 - aan oud-bestuurders en oud-zaakvoerders 8.19.42 de interestvoet, de voornaamste voorwaarden en de eventueel afgeloste of afgeschreven bedragen of bedragen waarvan werd afgezien betreffende de bovenvermelde posten 1., 2. en 3. Nr.19bis.Financiële betrekkingen met : De Commissaris(sen) en de personen met wie hij (zij) verbonden is (zijn) Codes Bedragen 1. Bezoldiging van de commissaris(sen) 8.19.5 700.650 2. Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd binnen de vennootschap door de commissaris(sen) 8.19.6 171.611 - Andere controleopdrachten 8.19.61 171.611 - Belastingadviesopdrachten 8.19.62 - Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 8.19.63 3. Bezoldiging voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachten uitgevoerd binnen de vennootschap door personen met wie de commissaris(sen) verbonden is (zijn) 8.19.7 0 - Andere controleopdrachten 8.19.71 0 - Belastingadviesopdrachten 8.19.72 0 - Andere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 8.19.73 0 Vermeldingen in toepassing van het artikel 133, paragraaf 6 van het Wetboek van vennootschappen 297 | 240 Nr.20. Waarderingsregels. (Deze staat wordt onder meer beoogd in de artikelen : 12bis, § 5 ; 15 ; 19, 3de lid ; 22bis, 3de lid; 24, 2de lid ; 27, 1°, laatste lid en 2°, laatste lid ; 27bis, § 4, laatste lid ; 28, § 2, 1ste en 4de lid ; 34, 2de lid ; 34quinquies, 1ste lid ; 34sexies, 6°, laatste lid ; 34septies, § 2 en door Hoofdstuk III. 'Omschrijving en toelichting', Afdeling II, post 'Theoretische huur'.) A. Regels die gelden voor de waardering van inventarissen (behalve de beleggingen van de actiefpost D) 1. Vorming en aanpassing van de afschrijvingen 2. Waardeverminderingen 3. Voorzieningen voor risico's en kosten 4. Technische voorzieningen 5. Herwaarderingen 6. Andere B. Regels die gelden voor de waardering van inventarissen voor wat betreft de beleggingen van de actiefpost D. 1. Beleggingen andere dan terreinen en gebouwen 2. Terreinen en gebouwen 3. Andere 297 Ageas Jaarverslag 2021 298 | 240 De waarderingsregels zijn opgesteld in overeenstemming met het Koninklijk Besluit van 17 november 1994 op de jaarrekening van de verzekerings- en herverzekeringsondernemingen. Oprichtingskosten De kosten van een kapitaalsverhoging worden afgeschreven over maximaal 5 jaar. Kosten voor uitgifte van een lening worden afgeschreven over de looptijd van de lening, of desgevallend tot de eerste call date. Immateriële vaste activa Kosten van software worden op het actief geboekt tegen aanschaffingsprijs, verminderd met de daaraan verbonden afschrijvingen. Deze kosten worden afgeschreven over een periode van 5 jaar. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen De beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen worden op het actief geboekt tegen aanschaffingswaarde, inclusief bijkomende kosten, en verminderd met de daaraan verbonden waardeverminderingen. Tot een waardevermindering op deelnemingen, aandelen en deelbewijzen die in deze post zijn opgenomen wordt overgegaan in geval van een duurzame minderwaarde of ontwaarding, verantwoord door de toestand, de rentabiliteit of de vooruitzichten van de vennootschap waarin de deelneming, aandelen en deelbewijzen worden aangehouden. Waarderverminderingen worden niet gehandhaafd in die mate waarin ze op balansdatum hoger zijn dan wat vereist is volgens een actuele beoordeling. Op vorderingen en vastrentende effecten worden waardevermin- deringen toegepast op balansdatum, zo er voor het geheel of een gedeelte van de vordering onzekerheid bestaat over de betaling hiervan op de vervaldag. Overige financiële beleggingen De aandelen en gelijkgestelde deelbewijzen worden op het actief geboekt tegen hun aanschaffingswaarde verminderd met de daaraan verbonden waardeverminderingen. De bijkomende kosten worden opgenomen in de resultatenrekening van het boekjaar in de loop waarvan ze werden aangegaan. Op balansdatum maken de aandelen het voorwerp uit van een evaluatie teneinde het eventuele blijvende karakter van de latente minderwaarden te bepalen op basis van hun permanentie en de evolutie van de beursmarkten. Voor beursgenoteerde aandelen en deelbewijzen wordt automatisch een waardevermindering geboekt in geval de beurskoers op balansdatum 25% lager is dan hun aanschaffingswaarde, of indien de beurskoers tijdens 365 opeenvolgende dagen onder de aanschaffingswaarde ligt. Die regel is van toepassing behalve indien blijkt dat andere indicatoren meer relevant blijken te zijn. Indien de evaluatie leidt tot een waarde lager dan de boekhoudkundige waarde, wordt er een waardevermindering, gelijk aan het verschil tussen de boekhoudkundige waarde en de evaluatiewaarde doorgevoerd. Als de waardering leidt tot een waarde die hoger is dan de boekhoudkundige waarde, wordt een terugneming, gelijk aan het verschil tussen de boekhoudkundige waarde en de waarderingswaarde, verricht ten belope van de voordien geboekte waardeverminderingen. Voor niet-genoteerde aandelen en deelnemingen wordt een gelijkaardige waardering verricht dan diegene voor deelnemingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen zoals hierboven toegelicht, op basis van de intrinsieke waarde. Obligaties, vorderingen, leningen en andere vastrentende effecten worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde, exclusief bijkomende kosten en verminderd met de daaraan verbonden waardeverminderingen. Indien evenwel hun actuariële rendement berekend bij aankoop, met inachtneming van hun terugbetalingswaarde op de vervaldag, verschilt van hun nominale rendement, dan wordt het verschil tussen de aanschaffingswaarde en de terugbetalingswaarde pro rata temporis over de resterende looptijd van de effecten in resultaat genomen als bestanddeel van de renteopbrengst van deze effecten en, naargelang de situatie, toegevoegd aan of afgetrokken van de aanschaffingswaarde van de effecten. De bijkomende kosten worden opgenomen in de resultatenrekening van het boekjaar in de loop waarvan ze werden aangegaan. Waardeverminderingen worden toegepast in de mate dat er een risico bestaat dat de emittent zijn verbintenissen niet of niet volledig zou nakomen. De evaluatie van dit risico gebeurt op basis van de notie van credit event zoals nader gespecificeerd door IAS 39.58-62 (EU-versie). In voorkomend geval wordt de waardevermindering eveneens bepaald volgens de principes van IAS 39. De meer- en minderwaarden uit de verkoop van vastrentende effecten in het kader van arbitrageverrichtingen mogen gespreid in het resultaat genomen worden samen met de toekomstige opbrengsten van de in het kader van de arbitrage verworven of verkochte effecten. Deposito’s bij cederende ondernemingen Deposito’s bij cederende ondernemingen omvatten vorderingen op de cederende ondernemingen welke overeenstemmen met de bij deze ondernemingen of bij een derde gestelde garanties of door deze ondernemingen ingehouden bedragen. Waardeverminderingen worden aangelegd overeenkomstig de hierboven opgenomen waarderingsregels voor “overige financiële beleggingen – obligaties, vorderingen, leningen en andere vastrentende effecten”. Vorderingen De vorderingen worden tegen hun nominale waarde of aanschaffingsprijs geboekt, al naar gelang. Waardeverminderingen worden toegepast in de mate dat er een risico bestaat dat de debiteur zijn verbintenissen niet of niet volledig zou nakomen. De evaluatie van dit risico gebeurt op basis van de notie van credit event zoals nader gespecificeerd door IAS 39.58-62 (EU-versie). In voorkomend geval wordt de waardevermindering eveneens bepaald volgens de principes van IAS 39. 299 | 240 Materiële vaste activa Elektronische uitrusting, meubilair en kosten van inrichting worden op het actief geboekt tegen aanschaffingsprijs, verminderd met de daaraan verbonden afschrijvingen. Meubilair en elektronische uitrusting worden over een termijn van 3 jaar afgeschreven. De kosten van inrichting worden over een termijn van 9 jaar afgeschreven. Beschikbare waarden Op beschikbare waarden worden waardeverminderingen toegepast wanneer de realisatiewaarde op balansdatum lager is dan de aanschaffingswaarde. Eigen aandelen Voor eigen aandelen op het actief van de balans wordt een onbeschikbare reserve gevormd, gelijk aan de waarde waarvoor de verkregen aandelen zijn ingeschreven. Waardeverminderingen worden geboekt wanneer op de balansdatum hun realisatiewaarde lager ligt dan hun aanschaffingswaarde. Transacties en omrekening van monetaire activa en passiva in vreemde valuta Transacties in vreemde valuta worden geboekt tegen de wisselkoers op transactiedatum. Monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde valuta worden omgerekend in euro tegen de wisselkoersen op balansdatum. De winsten of verliezen voortvloeiend uit deze omrekening, evenals de gerealiseerde wisselkoersverschillen, worden in de resultatenrekening opgenomen. De omrekeningsverschillen van de technische voorzieningen, uitgedrukt in vreemde valuta, zijn begrepen in de post ‘Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering’ in de technische rekening ‘niet-levensverzekering’. Achtergestelde schulden De achtergestelde schulden worden bij eerste opname geboekt tegen reële waarde. Wanneer het actuariële rendement berekend bij de uitgifte, met inachtneming van hun terugbetalingswaarde, verschilt van het nominaal rendement, wordt het verschil tussen de initiële reële waarde en de terugbetalingswaarde pro rata temporis over de resterende looptijd van de schuld in resultaat genomen als bestanddeel van de rentekost van deze effecten en, naar gelang het geval, toegevoegd of afgetrokken van de initiële reële waarde. Technische voorzieningen De voorziening voor niet-verdiende premies omvat het bedrag dat overeenstemt met het gedeelte van de ontvangen premies dat moet worden toegerekend aan een volgend boekjaar of aan volgende boekjaren om de schadelast en de administratiekosten te dekken. De voorziening voor niet-verdiende premies wordt in beginsel volgens de pro rata temporis methode berekend. Een voorziening voor lopende risico’s wordt samengesteld ter aanvulling van de voorziening voor niet-verdiende premies wanneer blijkt dat het geschatte deel van de schadelast en van de administratiekosten betreffende lopende en na het einde van het boekjaar te dragen overeenkomsten, hoger zal zijn dan het geheel van de niet-verdiende premies met betrekking tot deze overeenkomsten. De voorziening voor te betalen schaden bevat het totaal van de geschatte kosten van de afwikkeling van alle al dan niet aangemelde schaden welke tot het einde van het boekjaar hebben plaatsgevonden, verminderd met de bedragen die reeds met betrekking tot zulke schaden zijn betaald. De voorziening wordt voor elke herverzekeringsovereenkomst apart bepaald op basis van de door de cedenten meegedeelde informatie per productcategorie, dekking en jaar en alle andere elementen in ons bezit. Zo nodig wordt de voorziening aangevuld op basis van beschikbare statistische informatie. De voorziening voor egalisatie en catastrofen is een reglementaire voorziening die wordt aangelegd met als doel om in de komende jaren, hetzij het niet-terugkerend technisch verlies te compenseren, hetzij de schommelingen in de schaderatio te nivelleren. Het normbedrag voor deze voorziening wordt bepaald volgens de forfaitaire methode (NBB mededeling D151). Voorzieningen voor andere risico’s en kosten De voorzieningen voor risico's en kosten beogen naar hun aard duidelijk omschreven verliezen of kosten te dekken die op de balansdatum waarschijnlijk of zeker zijn, doch waarvan het bedrag niet vaststaat. De voorzieningen voor risico's en kosten moeten voldoen aan de eisen van voorzichtigheid, oprechtheid en goede trouw. De voorzieningen voor risico's en kosten worden geïndividualiseerd naar gelang van de risico's en kosten met dezelfde aard die ze moeten dekken. Voorzieningen voor pensioenen en soortgelijke verplichtingen De vennootschap heeft pensioenplannen voor haar werknemers met toegezegde doelregeling en plannen met toegezegde bijdrageregeling met een wettelijk gegarandeerd minimumrendement. De eerste zijn het voorwerp van aanvullende voorzieningen aan de wiskundige reserves die op de balans opgenomen zijn. Deze aanvullende voorzieningen weerspiegelen de verplichtingen eigen aan de werkgever en worden bepaald volgens principes gelijksoortig aan IAS 19. De vennootschap verwerkt de pensioenplannen met toegezegde bijdrageregeling volgens de intrinsieke-waarde methode. Volgens deze methode wordt de op te nemen pensioenverplichting gebaseerd op de som van de positieve verschillen tussen de wettelijk gewaarborgde minimumreserve op de berekeningsdatum (berekend door de bijdragen uit het verleden op te renten tegen het gegarandeerde minimumrendement, zoals gedefinieerd in Artikel 24 van de Wet betreffende de Aanvullende Pensioenen (WAP), tot de berekeningsdatum) en de werkelijk opgebouwde reserve (reserve berekend door de bijdragen uit het verleden op te renten tegen de technische rentevoet, rekening houdend met winstdelingen, tot de berekeningsdatum). STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 298 Ageas Jaarverslag 2021 298 | 240 De waarderingsregels zijn opgesteld in overeenstemming met het Koninklijk Besluit van 17 november 1994 op de jaarrekening van de verzekerings- en herverzekeringsondernemingen. Oprichtingskosten De kosten van een kapitaalsverhoging worden afgeschreven over maximaal 5 jaar. Kosten voor uitgifte van een lening worden afgeschreven over de looptijd van de lening, of desgevallend tot de eerste call date. Immateriële vaste activa Kosten van software worden op het actief geboekt tegen aanschaffingsprijs, verminderd met de daaraan verbonden afschrijvingen. Deze kosten worden afgeschreven over een periode van 5 jaar. Beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen De beleggingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen worden op het actief geboekt tegen aanschaffingswaarde, inclusief bijkomende kosten, en verminderd met de daaraan verbonden waardeverminderingen. Tot een waardevermindering op deelnemingen, aandelen en deelbewijzen die in deze post zijn opgenomen wordt overgegaan in geval van een duurzame minderwaarde of ontwaarding, verantwoord door de toestand, de rentabiliteit of de vooruitzichten van de vennootschap waarin de deelneming, aandelen en deelbewijzen worden aangehouden. Waarderverminderingen worden niet gehandhaafd in die mate waarin ze op balansdatum hoger zijn dan wat vereist is volgens een actuele beoordeling. Op vorderingen en vastrentende effecten worden waardevermin- deringen toegepast op balansdatum, zo er voor het geheel of een gedeelte van de vordering onzekerheid bestaat over de betaling hiervan op de vervaldag. Overige financiële beleggingen De aandelen en gelijkgestelde deelbewijzen worden op het actief geboekt tegen hun aanschaffingswaarde verminderd met de daaraan verbonden waardeverminderingen. De bijkomende kosten worden opgenomen in de resultatenrekening van het boekjaar in de loop waarvan ze werden aangegaan. Op balansdatum maken de aandelen het voorwerp uit van een evaluatie teneinde het eventuele blijvende karakter van de latente minderwaarden te bepalen op basis van hun permanentie en de evolutie van de beursmarkten. Voor beursgenoteerde aandelen en deelbewijzen wordt automatisch een waardevermindering geboekt in geval de beurskoers op balansdatum 25% lager is dan hun aanschaffingswaarde, of indien de beurskoers tijdens 365 opeenvolgende dagen onder de aanschaffingswaarde ligt. Die regel is van toepassing behalve indien blijkt dat andere indicatoren meer relevant blijken te zijn. Indien de evaluatie leidt tot een waarde lager dan de boekhoudkundige waarde, wordt er een waardevermindering, gelijk aan het verschil tussen de boekhoudkundige waarde en de evaluatiewaarde doorgevoerd. Als de waardering leidt tot een waarde die hoger is dan de boekhoudkundige waarde, wordt een terugneming, gelijk aan het verschil tussen de boekhoudkundige waarde en de waarderingswaarde, verricht ten belope van de voordien geboekte waardeverminderingen. Voor niet-genoteerde aandelen en deelnemingen wordt een gelijkaardige waardering verricht dan diegene voor deelnemingen in verbonden ondernemingen en deelnemingen zoals hierboven toegelicht, op basis van de intrinsieke waarde. Obligaties, vorderingen, leningen en andere vastrentende effecten worden gewaardeerd tegen aanschaffingswaarde, exclusief bijkomende kosten en verminderd met de daaraan verbonden waardeverminderingen. Indien evenwel hun actuariële rendement berekend bij aankoop, met inachtneming van hun terugbetalingswaarde op de vervaldag, verschilt van hun nominale rendement, dan wordt het verschil tussen de aanschaffingswaarde en de terugbetalingswaarde pro rata temporis over de resterende looptijd van de effecten in resultaat genomen als bestanddeel van de renteopbrengst van deze effecten en, naargelang de situatie, toegevoegd aan of afgetrokken van de aanschaffingswaarde van de effecten. De bijkomende kosten worden opgenomen in de resultatenrekening van het boekjaar in de loop waarvan ze werden aangegaan. Waardeverminderingen worden toegepast in de mate dat er een risico bestaat dat de emittent zijn verbintenissen niet of niet volledig zou nakomen. De evaluatie van dit risico gebeurt op basis van de notie van credit event zoals nader gespecificeerd door IAS 39.58-62 (EU-versie). In voorkomend geval wordt de waardevermindering eveneens bepaald volgens de principes van IAS 39. De meer- en minderwaarden uit de verkoop van vastrentende effecten in het kader van arbitrageverrichtingen mogen gespreid in het resultaat genomen worden samen met de toekomstige opbrengsten van de in het kader van de arbitrage verworven of verkochte effecten. Deposito’s bij cederende ondernemingen Deposito’s bij cederende ondernemingen omvatten vorderingen op de cederende ondernemingen welke overeenstemmen met de bij deze ondernemingen of bij een derde gestelde garanties of door deze ondernemingen ingehouden bedragen. Waardeverminderingen worden aangelegd overeenkomstig de hierboven opgenomen waarderingsregels voor “overige financiële beleggingen – obligaties, vorderingen, leningen en andere vastrentende effecten”. Vorderingen De vorderingen worden tegen hun nominale waarde of aanschaffingsprijs geboekt, al naar gelang. Waardeverminderingen worden toegepast in de mate dat er een risico bestaat dat de debiteur zijn verbintenissen niet of niet volledig zou nakomen. De evaluatie van dit risico gebeurt op basis van de notie van credit event zoals nader gespecificeerd door IAS 39.58-62 (EU-versie). In voorkomend geval wordt de waardevermindering eveneens bepaald volgens de principes van IAS 39. 299 | 240 Materiële vaste activa Elektronische uitrusting, meubilair en kosten van inrichting worden op het actief geboekt tegen aanschaffingsprijs, verminderd met de daaraan verbonden afschrijvingen. Meubilair en elektronische uitrusting worden over een termijn van 3 jaar afgeschreven. De kosten van inrichting worden over een termijn van 9 jaar afgeschreven. Beschikbare waarden Op beschikbare waarden worden waardeverminderingen toegepast wanneer de realisatiewaarde op balansdatum lager is dan de aanschaffingswaarde. Eigen aandelen Voor eigen aandelen op het actief van de balans wordt een onbeschikbare reserve gevormd, gelijk aan de waarde waarvoor de verkregen aandelen zijn ingeschreven. Waardeverminderingen worden geboekt wanneer op de balansdatum hun realisatiewaarde lager ligt dan hun aanschaffingswaarde. Transacties en omrekening van monetaire activa en passiva in vreemde valuta Transacties in vreemde valuta worden geboekt tegen de wisselkoers op transactiedatum. Monetaire activa en passiva uitgedrukt in vreemde valuta worden omgerekend in euro tegen de wisselkoersen op balansdatum. De winsten of verliezen voortvloeiend uit deze omrekening, evenals de gerealiseerde wisselkoersverschillen, worden in de resultatenrekening opgenomen. De omrekeningsverschillen van de technische voorzieningen, uitgedrukt in vreemde valuta, zijn begrepen in de post ‘Overige technische lasten, onder aftrek van herverzekering’ in de technische rekening ‘niet-levensverzekering’. Achtergestelde schulden De achtergestelde schulden worden bij eerste opname geboekt tegen reële waarde. Wanneer het actuariële rendement berekend bij de uitgifte, met inachtneming van hun terugbetalingswaarde, verschilt van het nominaal rendement, wordt het verschil tussen de initiële reële waarde en de terugbetalingswaarde pro rata temporis over de resterende looptijd van de schuld in resultaat genomen als bestanddeel van de rentekost van deze effecten en, naar gelang het geval, toegevoegd of afgetrokken van de initiële reële waarde. Technische voorzieningen De voorziening voor niet-verdiende premies omvat het bedrag dat overeenstemt met het gedeelte van de ontvangen premies dat moet worden toegerekend aan een volgend boekjaar of aan volgende boekjaren om de schadelast en de administratiekosten te dekken. De voorziening voor niet-verdiende premies wordt in beginsel volgens de pro rata temporis methode berekend. Een voorziening voor lopende risico’s wordt samengesteld ter aanvulling van de voorziening voor niet-verdiende premies wanneer blijkt dat het geschatte deel van de schadelast en van de administratiekosten betreffende lopende en na het einde van het boekjaar te dragen overeenkomsten, hoger zal zijn dan het geheel van de niet-verdiende premies met betrekking tot deze overeenkomsten. De voorziening voor te betalen schaden bevat het totaal van de geschatte kosten van de afwikkeling van alle al dan niet aangemelde schaden welke tot het einde van het boekjaar hebben plaatsgevonden, verminderd met de bedragen die reeds met betrekking tot zulke schaden zijn betaald. De voorziening wordt voor elke herverzekeringsovereenkomst apart bepaald op basis van de door de cedenten meegedeelde informatie per productcategorie, dekking en jaar en alle andere elementen in ons bezit. Zo nodig wordt de voorziening aangevuld op basis van beschikbare statistische informatie. De voorziening voor egalisatie en catastrofen is een reglementaire voorziening die wordt aangelegd met als doel om in de komende jaren, hetzij het niet-terugkerend technisch verlies te compenseren, hetzij de schommelingen in de schaderatio te nivelleren. Het normbedrag voor deze voorziening wordt bepaald volgens de forfaitaire methode (NBB mededeling D151). Voorzieningen voor andere risico’s en kosten De voorzieningen voor risico's en kosten beogen naar hun aard duidelijk omschreven verliezen of kosten te dekken die op de balansdatum waarschijnlijk of zeker zijn, doch waarvan het bedrag niet vaststaat. De voorzieningen voor risico's en kosten moeten voldoen aan de eisen van voorzichtigheid, oprechtheid en goede trouw. De voorzieningen voor risico's en kosten worden geïndividualiseerd naar gelang van de risico's en kosten met dezelfde aard die ze moeten dekken. Voorzieningen voor pensioenen en soortgelijke verplichtingen De vennootschap heeft pensioenplannen voor haar werknemers met toegezegde doelregeling en plannen met toegezegde bijdrageregeling met een wettelijk gegarandeerd minimumrendement. De eerste zijn het voorwerp van aanvullende voorzieningen aan de wiskundige reserves die op de balans opgenomen zijn. Deze aanvullende voorzieningen weerspiegelen de verplichtingen eigen aan de werkgever en worden bepaald volgens principes gelijksoortig aan IAS 19. De vennootschap verwerkt de pensioenplannen met toegezegde bijdrageregeling volgens de intrinsieke-waarde methode. Volgens deze methode wordt de op te nemen pensioenverplichting gebaseerd op de som van de positieve verschillen tussen de wettelijk gewaarborgde minimumreserve op de berekeningsdatum (berekend door de bijdragen uit het verleden op te renten tegen het gegarandeerde minimumrendement, zoals gedefinieerd in Artikel 24 van de Wet betreffende de Aanvullende Pensioenen (WAP), tot de berekeningsdatum) en de werkelijk opgebouwde reserve (reserve berekend door de bijdragen uit het verleden op te renten tegen de technische rentevoet, rekening houdend met winstdelingen, tot de berekeningsdatum). 299 Ageas Jaarverslag 2021 300 | 240 Nr. 21. Wijzigingen in de waarderingsregels (art. 16) (art. 17) A. Vermelding van de wijzigingen en hun verantwoordingen. B. Verschil in raming dat uit de wijzigingen volgt (te vermelden in het boekjaar waarin deze wijzgiging zich, voor het eerst, heeft voorgedaan). Betrokken posten en subposten () Bedragen Betrokken posten en subposten () Bedragen () Met vermelding van de cijfers en letters betreffende de inhoud van de betrokken post of sub-post van de balans (voorbeeld : C.III.2. Obligaties en andere vastrentende effecten). 301 | 240 Nr.22. Verklaring met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening. A. Inlichtingen te verstrekken door alle ondernemingen. - De onderneming stelt op en publiceert, overeenkomstig het koninklijk besluit betreffende de geconsolideerde jaarrekening van verzekeringsondernemingen en herverzekeringsondernemingen, een geconsolideerde jaarrekening en een geconsolideerd jaarverslag ja /neen () : - De onderneming stelt noch een geconsolideerde jaarrekening, noch een geconsolideerd jaarverslag op, omwille van de volgende reden(en) () : * de onderneming oefent, alleen of gezamenlijk, geen controle uit op één of meerdere filialen naar Belgisch of buitenlands recht; ja /neen (): * de onderneming is zelf een filiaal van een moederonderneming die een geconsolideerde jaarrekening opstelt en publiceert : ja /neen (): - Verantwoording van het vervullen van de voorwaarden voorzien in artikel 8, paragrafen 2 en 3 van het koninklijk besluit van 6 maart 1990 betreffende de geconsolideerde jaarrekening van de ondernemingen : - Naam, volledig adres van de zetel en indien het een ondernemingen naar Belgisch recht betreft, het B.T.W.-nummer of het nationaal nummer van de moederonderneming die de geconsolideerde jaarrekening opstelt en publiceert en voor dewelke de vrijstelling werd toegestaan : * Het overbodige schrappen. Nr.22. Verklaring met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening (vervolg en slot). B. Inlichtingen te verstrekken door de onderneming wanneer ze gemeenschappelijke filiale is. - Naam, volledig adres van de zetel en, zo het een onderneming naar Belgisch recht betreft, het ondernemingsnummer van de moederonderneming(en) en de aanduiding of deze moederonderneming(en) een geconsolideerde jaarrekening, waarin haar jaarrekening door consolidatie opgenomen is, opstelt (opstellen) en openbaar maakt (maken) () : - Indien de moederonderneming(en) (een) onderneming(en) naar buitenlands recht is (zijn), de plaats waar de hiervoor bedoelde geconsolideerde jaarrekening verkrijgbaar is () : () Wordt de jaarrekening van de onderneming op verschillende niveaus geconsolideerd, dan worden deze gegevens verstrekt, enerzijds voor het grootste geheel en anderzijds voor het kleinste geheel van ondernemingen waarvan de vennootschap als dochter deel uitmaakt en waarvoor een geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld en openbaar gemaakt. STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 300 Ageas Jaarverslag 2021 300 | 240 Nr. 21. Wijzigingen in de waarderingsregels (art. 16) (art. 17) A. Vermelding van de wijzigingen en hun verantwoordingen. B. Verschil in raming dat uit de wijzigingen volgt (te vermelden in het boekjaar waarin deze wijzgiging zich, voor het eerst, heeft voorgedaan). Betrokken posten en subposten () Bedragen Betrokken posten en subposten () Bedragen () Met vermelding van de cijfers en letters betreffende de inhoud van de betrokken post of sub-post van de balans (voorbeeld : C.III.2. Obligaties en andere vastrentende effecten). 301 | 240 Nr.22. Verklaring met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening. A. Inlichtingen te verstrekken door alle ondernemingen. - De onderneming stelt op en publiceert, overeenkomstig het koninklijk besluit betreffende de geconsolideerde jaarrekening van verzekeringsondernemingen en herverzekeringsondernemingen, een geconsolideerde jaarrekening en een geconsolideerd jaarverslag ja /neen () : - De onderneming stelt noch een geconsolideerde jaarrekening, noch een geconsolideerd jaarverslag op, omwille van de volgende reden(en) () : * de onderneming oefent, alleen of gezamenlijk, geen controle uit op één of meerdere filialen naar Belgisch of buitenlands recht; ja /neen (): * de onderneming is zelf een filiaal van een moederonderneming die een geconsolideerde jaarrekening opstelt en publiceert : ja /neen (): - Verantwoording van het vervullen van de voorwaarden voorzien in artikel 8, paragrafen 2 en 3 van het koninklijk besluit van 6 maart 1990 betreffende de geconsolideerde jaarrekening van de ondernemingen : - Naam, volledig adres van de zetel en indien het een ondernemingen naar Belgisch recht betreft, het B.T.W.-nummer of het nationaal nummer van de moederonderneming die de geconsolideerde jaarrekening opstelt en publiceert en voor dewelke de vrijstelling werd toegestaan : * Het overbodige schrappen. Nr.22. Verklaring met betrekking tot de geconsolideerde jaarrekening (vervolg en slot). B. Inlichtingen te verstrekken door de onderneming wanneer ze gemeenschappelijke filiale is. - Naam, volledig adres van de zetel en, zo het een onderneming naar Belgisch recht betreft, het ondernemingsnummer van de moederonderneming(en) en de aanduiding of deze moederonderneming(en) een geconsolideerde jaarrekening, waarin haar jaarrekening door consolidatie opgenomen is, opstelt (opstellen) en openbaar maakt (maken) () : - Indien de moederonderneming(en) (een) onderneming(en) naar buitenlands recht is (zijn), de plaats waar de hiervoor bedoelde geconsolideerde jaarrekening verkrijgbaar is () : (*) Wordt de jaarrekening van de onderneming op verschillende niveaus geconsolideerd, dan worden deze gegevens verstrekt, enerzijds voor het grootste geheel en anderzijds voor het kleinste geheel van ondernemingen waarvan de vennootschap als dochter deel uitmaakt en waarvoor een geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld en openbaar gemaakt. 301 Ageas Jaarverslag 2021 302 | 240 Nr. 23. Bijkomende inlichtingen die de onderneming, op basis van het besluit van 17/11/94, moet verstrekken De onderneming, in voorkomend geval, somt de bijkomende inlichtingen op, vereist: - door de artikelen : 2bis. ; 4, 2de lid ; 10, 2de lid ; 11, 3de lid ; 19, 4de lid ; 22; 27bis, § 3, laatste lid ; 33, 2de lid ; 34 sexies, § 1, 4° ; 39. - in Hoofdstuk III, Afdeling I. van de toelichting : voor de actiefposten C.II.1., C.II.3., C.III.7.c) en F.IV. en voor de passiefpost C.I.b) en C.IV. Vermelding in toepassing van het artikel 27 bis, §3, laatste lid: De impact op de resultatenrekening voor 2020, prorata temporis over de resterende looptijd van de effecten, van het verschil tussen de aanschaffingswaarde en de terugbetalingswaarde vertegenwoordigt een kost van EUR 6.443.863 EUR.. RPN(I) Waardering Ageas past een transferbegrip toe om de RPN(I)-verplichting tegen reële waarde te registreren. IFRS 13 definieert reële waarde als de prijs die ontvangen zou worden bij de verkoop van een actief of betaald zou moeten worden bij het overdragen van een verplichting in een ordelijke transactie tussen marktpartijen op de waarderingsdatum. De definitie van reële waarde gaat expliciet uit van een 'eindprijs', gelinkt aan de prijs 'die betaald moet worden bij het overdragen van een verplichting'. Als zulke prijzen niet beschikbaar zijn en de verplichting wordt door een andere entiteit als een actief gehouden, dan moet de verplichting worden gewaardeerd vanuit het perspectief van een marktpartij die het actief aanhoudt. Ageas waardeert zijn verplichting tegen het referentiebedrag. Het RPN-referentiebedrag is gebaseerd op de prijs van de CASHES en de koers van het Ageas aandeel. Het referentiebedrag steeg van EUR 419,8 miljoen op het einde van 2020 naar EUR 520,4 miljoen op 31 december 2021, voornamelijk als gevolg van een stijging van de koers van CASHES van 84,17% naar 95,61% over 2021, en een koersstijging van het Ageas aandeel van EUR 43,58 naar EUR 45,55 over dezelfde periode. Gelieve te refereren naar toelichting 23 – RPN (I) in het Ageas Geconsolideerde Jaarverslag. Voorwaardelijke verplichtingen gerelateerd aan gerechtelijke procedures Gelieve te refereren naar toelichting 43 – Voorwaardelijke verplichtingen in het Ageas Geconsolideerde Jaarverslag. Nr. 24 Transacties door de onderneming aangegaan met verbonden partijen, onder andere voorwaarden dan de marktvoorwaarden De onderneming vermeldt de transacties die zij met verbonden partijen is aangegaan, met opgave van het bedrag van deze transacties, de aard van de relatie met de verbonden partij, alsook alle andere informatie over de transacties die nodig is om een beter inzicht te krijgen in de financiële positie van de onderneming indien het om transacties van enige betekenis gaat die niet werden verricht onder de normale marktvoorwaarden. De voormelde informatiegegevens kunnen overeenkomstig hun aard worden samengevoegd, behalve wanneer gescheiden informatie nodig is om inzicht te krijgen in de gevolgen van de transacties met verbonden partijen voor de financiële positie van de onderneming. De voormelde informatie hoeft niet te worden verstrekt voor de transacties die zijn aangegaan tussen twee of meer leden van een groep, mits de dochterondernemingen die partij zijn bij de transactie, geheel eigendom zijn van een dergelijk lid. Onder ’verbonden partij’ wordt hetzelfde verstaan als in de internationale standaarden voor jaarrekeningen die zijn goedgekeurd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1606/2002. NIHIL. Het concept 'marktvoorwaarden' is, voor de toepassing van deze bijlage, gelijkgesteld met het concept 'on an arm's length basis' dat de internationale rapporteringsnormen IFRS hanteren. 303 | 240 Gezien belangenconflicten werden gemeld, zijn uittreksels van de notulen van de betrokken vergaderingen opgenomen in huidig Verslag van de Raad van Bestuur. Vergadering van de Raad van Bestuur van 23 februari – belangenconflict voor de leden van het Executive Committee voor wat betreft de beoordeling van de bezoldiging Voor het 4e agendapunt werd opgemerkt dat de niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur een voorafgaande vergadering hadden zonder de uitvoerende leden, behalve de CEO (en zonder de CEO toen het punt over hem aan de orde was), om over de volgende onderwerpen te beraadslagen en te beslissen: Beoordeling individuele doelstellingen EXCO/MCO 2020 Beoordeling van de bedrijfs-KPI’s 2020 Langetermijnbonus – toekenning Individuele doelstellingen EXCO/MCO 2021 Bedrijfs-KPI’s 2021 Aan aandelen gekoppeld incentiveplan Bijgevolg kan worden gemeld dat de uitvoerende leden die voor de bovenvermelde onderwerpen een belangenconflict hebben, niet hebben deelgenomen aan de beraadslaging of besluitvorming over deze onderwerpen. Vergadering van de Raad van Bestuur van 9 november – belangenconflict voor de leden van het Executive Committee voor wat betreft de beoordeling van de bezoldiging De Voorzitter heeft de leden van de Raad van Bestuur op de hoogte gebracht dat de leden van het Executive Committee niet zouden deelnemen aan de beraadslaging of de besluitvorming over de benchmarking van de bezoldiging van de leden van het Executive Committee en het Management Committee, gepland onder punt 8 - Rapport van het Remuneration Committee. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). B elangenconflict STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 302 Ageas Jaarverslag 2021 302 | 240 Nr. 23. Bijkomende inlichtingen die de onderneming, op basis van het besluit van 17/11/94, moet verstrekken De onderneming, in voorkomend geval, somt de bijkomende inlichtingen op, vereist: - door de artikelen : 2bis. ; 4, 2de lid ; 10, 2de lid ; 11, 3de lid ; 19, 4de lid ; 22; 27bis, § 3, laatste lid ; 33, 2de lid ; 34 sexies, § 1, 4° ; 39. - in Hoofdstuk III, Afdeling I. van de toelichting : voor de actiefposten C.II.1., C.II.3., C.III.7.c) en F.IV. en voor de passiefpost C.I.b) en C.IV. Vermelding in toepassing van het artikel 27 bis, §3, laatste lid: De impact op de resultatenrekening voor 2020, prorata temporis over de resterende looptijd van de effecten, van het verschil tussen de aanschaffingswaarde en de terugbetalingswaarde vertegenwoordigt een kost van EUR 6.443.863 EUR.. RPN(I) Waardering Ageas past een transferbegrip toe om de RPN(I)-verplichting tegen reële waarde te registreren. IFRS 13 definieert reële waarde als de prijs die ontvangen zou worden bij de verkoop van een actief of betaald zou moeten worden bij het overdragen van een verplichting in een ordelijke transactie tussen marktpartijen op de waarderingsdatum. De definitie van reële waarde gaat expliciet uit van een 'eindprijs', gelinkt aan de prijs 'die betaald moet worden bij het overdragen van een verplichting'. Als zulke prijzen niet beschikbaar zijn en de verplichting wordt door een andere entiteit als een actief gehouden, dan moet de verplichting worden gewaardeerd vanuit het perspectief van een marktpartij die het actief aanhoudt. Ageas waardeert zijn verplichting tegen het referentiebedrag. Het RPN-referentiebedrag is gebaseerd op de prijs van de CASHES en de koers van het Ageas aandeel. Het referentiebedrag steeg van EUR 419,8 miljoen op het einde van 2020 naar EUR 520,4 miljoen op 31 december 2021, voornamelijk als gevolg van een stijging van de koers van CASHES van 84,17% naar 95,61% over 2021, en een koersstijging van het Ageas aandeel van EUR 43,58 naar EUR 45,55 over dezelfde periode. Gelieve te refereren naar toelichting 23 – RPN (I) in het Ageas Geconsolideerde Jaarverslag. Voorwaardelijke verplichtingen gerelateerd aan gerechtelijke procedures Gelieve te refereren naar toelichting 43 – Voorwaardelijke verplichtingen in het Ageas Geconsolideerde Jaarverslag. Nr. 24 Transacties door de onderneming aangegaan met verbonden partijen, onder andere voorwaarden dan de marktvoorwaarden De onderneming vermeldt de transacties die zij met verbonden partijen is aangegaan, met opgave van het bedrag van deze transacties, de aard van de relatie met de verbonden partij, alsook alle andere informatie over de transacties die nodig is om een beter inzicht te krijgen in de financiële positie van de onderneming indien het om transacties van enige betekenis gaat die niet werden verricht onder de normale marktvoorwaarden. De voormelde informatiegegevens kunnen overeenkomstig hun aard worden samengevoegd, behalve wanneer gescheiden informatie nodig is om inzicht te krijgen in de gevolgen van de transacties met verbonden partijen voor de financiële positie van de onderneming. De voormelde informatie hoeft niet te worden verstrekt voor de transacties die zijn aangegaan tussen twee of meer leden van een groep, mits de dochterondernemingen die partij zijn bij de transactie, geheel eigendom zijn van een dergelijk lid. Onder ’verbonden partij’ wordt hetzelfde verstaan als in de internationale standaarden voor jaarrekeningen die zijn goedgekeurd overeenkomstig Verordening (EG) nr. 1606/2002. NIHIL. Het concept 'marktvoorwaarden' is, voor de toepassing van deze bijlage, gelijkgesteld met het concept 'on an arm's length basis' dat de internationale rapporteringsnormen IFRS hanteren. 303 | 240 Gezien belangenconflicten werden gemeld, zijn uittreksels van de notulen van de betrokken vergaderingen opgenomen in huidig Verslag van de Raad van Bestuur. Vergadering van de Raad van Bestuur van 23 februari – belangenconflict voor de leden van het Executive Committee voor wat betreft de beoordeling van de bezoldiging Voor het 4e agendapunt werd opgemerkt dat de niet-uitvoerende leden van de Raad van Bestuur een voorafgaande vergadering hadden zonder de uitvoerende leden, behalve de CEO (en zonder de CEO toen het punt over hem aan de orde was), om over de volgende onderwerpen te beraadslagen en te beslissen: Beoordeling individuele doelstellingen EXCO/MCO 2020 Beoordeling van de bedrijfs-KPI’s 2020 Langetermijnbonus – toekenning Individuele doelstellingen EXCO/MCO 2021 Bedrijfs-KPI’s 2021 Aan aandelen gekoppeld incentiveplan Bijgevolg kan worden gemeld dat de uitvoerende leden die voor de bovenvermelde onderwerpen een belangenconflict hebben, niet hebben deelgenomen aan de beraadslaging of besluitvorming over deze onderwerpen. Vergadering van de Raad van Bestuur van 9 november – belangenconflict voor de leden van het Executive Committee voor wat betreft de beoordeling van de bezoldiging De Voorzitter heeft de leden van de Raad van Bestuur op de hoogte gebracht dat de leden van het Executive Committee niet zouden deelnemen aan de beraadslaging of de besluitvorming over de benchmarking van de bezoldiging van de leden van het Executive Committee en het Management Committee, gepland onder punt 8 - Rapport van het Remuneration Committee. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). B elangenconflict 303 Ageas Jaarverslag 2021 Belangenconflict 304 | 240 VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN AGEAS OVER DE JAARREKENING VOOR HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 DECEMBER 2021 In het kader van de wettelijke controle van de jaarrekening van Ageas (de “Vennootschap”), leggen wij u ons Commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de jaarrekening alsook de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Het vormt één geheel en is ondeelbaar. Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van Commissaris door de Algemene vergadering van 19 mei 2021, overeenkomstig het voorstel van de Raad van bestuur uitgebracht op aanbeveling van het Auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de Algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2023. Wij hebben de wettelijke controle van de jaarrekening van de Vennootschap uitgevoerd gedurende vier opeenvolgende boekjaren. Verslag over de jaarrekening Oordeel zonder voorbehoud Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de jaarrekening van de Vennootschap, die de balans op 31 december 2021 omvat, alsook de resultatenrekening van het boekjaar afgesloten op die datum en de toelichting. Deze jaarrekening vertoont een balanstotaal van EUR 10.140.476.675 en de resultatenrekening sluit af met een winst van het boekjaar van EUR 505.171.770. Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de financiële toestand van de Vennootschap per 31 december 2021, alsook van haar resultaten over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel. Basis voor het oordeel zonder voorbehoud Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISA’s) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door de IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op de huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd zijn op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie “Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de jaarrekening” van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid. Wij hebben van de Raad van bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Verslag van de commissaris 305 | 240 Kernpunten van de controle Kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle van de jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden. Toereikendheid van het bedrag van de technische voorzieningen Beschrijving van het kernpunt van de controle Per jaareinde 31 december 2021 bedragen de technische voorzieningen EUR 1.562.792.214. Toelichting 20 bij de jaarrekening bevat gedetailleerde informatie over de waardering van technische voorzieningen (punt “Technische voorzieningen”). Technische voorzieningen worden bepaald op basis van door de cederende ondernemingen verstrekte informatie. Dit zijn voornamelijk dochterondernemingen van de Vennootschap. De toereikendheidstest van de technische voorzieningen is gebaseerd op actuariële technieken. De test is relatief complex aangezien hij steunt op een aantal veronderstellingen met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen die een belangrijke mate van beoordeling vereisen. Deze kunnen worden beïnvloed door toekomstige economische omstandigheden en het ondernemingsbeleid alsook door specifieke wet- en regelgeving binnen de verzekeringssector. De veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, hangen hoofdzakelijk af van de betaalde bedragen voor schadegevallen, van het aantal opgelopen doch nog niet aangegeven schadegevallen en van de schaderegelingskosten. Deze verschillende elementen in combinatie met de eventuele onzekerheid die inherent is aan de technieken van modellering en aan het discretionaire karakter van de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest gehanteerd werden, zijn de voornaamste redenen om dit als een kernpunt van onze controle te beschouwen. Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle We hebben tests uitgevoerd met betrekking tot de operationele doeltreffendheid van de controles die de dochterondernemingen van de Vennootschap hebben opgezet om zich te vergewissen van de kwaliteit van de gegevens die in de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt worden. We hebben, op onafhankelijke wijze, het niveau van adequaatheid van de schadereserves herberekend op basis van erkende actuariële technieken. Vervolgens hebben we onze resultaten vergeleken met de resultaten van de Vennootschap en hebben we de nodige onderliggende documentatie bekomen die de waargenomen significante verschillen verantwoordt. Ten slotte hebben we onze bevindingen bevestigd met de actuariële functie van de Vennootschap. Op basis van onze controlewerkzaamheden menen we dat de in de toereikendheidstest gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden en gelet op de technische resultaten van het afgelopen boekjaar redelijk zijn. Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur voor het opstellen van de jaarrekening De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel, alsook voor de interne beheersing die de Raad van bestuur noodzakelijk acht voor het opstellen van de jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten. Bij het opstellen van de jaarrekening is de Raad van bestuur verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de Raad van bestuur het voornemen heeft om de Vennootschap te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen, of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen. STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 304 Ageas Jaarverslag 2021 Verslag van de commissaris 304 | 240 VERSLAG VAN DE COMMISSARIS AAN DE ALGEMENE VERGADERING VAN AANDEELHOUDERS VAN AGEAS OVER DE JAARREKENING VOOR HET BOEKJAAR AFGESLOTEN OP 31 DECEMBER 2021 In het kader van de wettelijke controle van de jaarrekening van Ageas (de “Vennootschap”), leggen wij u ons Commissarisverslag voor. Dit bevat ons verslag over de jaarrekening alsook de overige door wet- en regelgeving gestelde eisen. Het vormt één geheel en is ondeelbaar. Wij werden benoemd in onze hoedanigheid van Commissaris door de Algemene vergadering van 19 mei 2021, overeenkomstig het voorstel van de Raad van bestuur uitgebracht op aanbeveling van het Auditcomité. Ons mandaat loopt af op de datum van de Algemene vergadering die beraadslaagt over de jaarrekening voor het boekjaar afgesloten op 31 december 2023. Wij hebben de wettelijke controle van de jaarrekening van de Vennootschap uitgevoerd gedurende vier opeenvolgende boekjaren. Verslag over de jaarrekening Oordeel zonder voorbehoud Wij hebben de wettelijke controle uitgevoerd van de jaarrekening van de Vennootschap, die de balans op 31 december 2021 omvat, alsook de resultatenrekening van het boekjaar afgesloten op die datum en de toelichting. Deze jaarrekening vertoont een balanstotaal van EUR 10.140.476.675 en de resultatenrekening sluit af met een winst van het boekjaar van EUR 505.171.770. Naar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van het vermogen en de financiële toestand van de Vennootschap per 31 december 2021, alsook van haar resultaten over het boekjaar dat op die datum is afgesloten, in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel. Basis voor het oordeel zonder voorbehoud Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens de internationale controlestandaarden (ISA’s) zoals van toepassing in België. Wij hebben bovendien de door de IAASB goedgekeurde internationale controlestandaarden toegepast die van toepassing zijn op de huidige afsluitdatum en nog niet goedgekeurd zijn op nationaal niveau. Onze verantwoordelijkheden op grond van deze standaarden zijn verder beschreven in de sectie “Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de jaarrekening” van ons verslag. Wij hebben alle deontologische vereisten die relevant zijn voor de controle van de jaarrekening in België nageleefd, met inbegrip van deze met betrekking tot de onafhankelijkheid. Wij hebben van de Raad van bestuur en van de aangestelden van de Vennootschap de voor onze controle vereiste ophelderingen en inlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Verslag van de commissaris 305 | 240 Kernpunten van de controle Kernpunten van onze controle betreffen die aangelegenheden die naar ons professioneel oordeel het meest significant waren bij de controle van de jaarrekening van de huidige verslagperiode. Deze aangelegenheden zijn behandeld in de context van onze controle van de jaarrekening als geheel en bij het vormen van ons oordeel hierover, en wij verschaffen geen afzonderlijk oordeel over deze aangelegenheden. Toereikendheid van het bedrag van de technische voorzieningen Beschrijving van het kernpunt van de controle Per jaareinde 31 december 2021 bedragen de technische voorzieningen EUR 1.562.792.214. Toelichting 20 bij de jaarrekening bevat gedetailleerde informatie over de waardering van technische voorzieningen (punt “Technische voorzieningen”). Technische voorzieningen worden bepaald op basis van door de cederende ondernemingen verstrekte informatie. Dit zijn voornamelijk dochterondernemingen van de Vennootschap. De toereikendheidstest van de technische voorzieningen is gebaseerd op actuariële technieken. De test is relatief complex aangezien hij steunt op een aantal veronderstellingen met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen die een belangrijke mate van beoordeling vereisen. Deze kunnen worden beïnvloed door toekomstige economische omstandigheden en het ondernemingsbeleid alsook door specifieke wet- en regelgeving binnen de verzekeringssector. De veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gehanteerd worden, hangen hoofdzakelijk af van de betaalde bedragen voor schadegevallen, van het aantal opgelopen doch nog niet aangegeven schadegevallen en van de schaderegelingskosten. Deze verschillende elementen in combinatie met de eventuele onzekerheid die inherent is aan de technieken van modellering en aan het discretionaire karakter van de veronderstellingen die in het kader van de toereikendheidstest gehanteerd werden, zijn de voornaamste redenen om dit als een kernpunt van onze controle te beschouwen. Onze auditbenadering betreffende het kernpunt van de controle We hebben tests uitgevoerd met betrekking tot de operationele doeltreffendheid van de controles die de dochterondernemingen van de Vennootschap hebben opgezet om zich te vergewissen van de kwaliteit van de gegevens die in de toereikendheidstest van de technische voorzieningen gebruikt worden. We hebben, op onafhankelijke wijze, het niveau van adequaatheid van de schadereserves herberekend op basis van erkende actuariële technieken. Vervolgens hebben we onze resultaten vergeleken met de resultaten van de Vennootschap en hebben we de nodige onderliggende documentatie bekomen die de waargenomen significante verschillen verantwoordt. Ten slotte hebben we onze bevindingen bevestigd met de actuariële functie van de Vennootschap. Op basis van onze controlewerkzaamheden menen we dat de in de toereikendheidstest gehanteerde veronderstellingen in het licht van de huidige marktomstandigheden en gelet op de technische resultaten van het afgelopen boekjaar redelijk zijn. Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur voor het opstellen van de jaarrekening De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van de jaarrekening die een getrouw beeld geeft in overeenstemming met het in België van toepassing zijnde boekhoudkundig referentiestelsel, alsook voor de interne beheersing die de Raad van bestuur noodzakelijk acht voor het opstellen van de jaarrekening die geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten. Bij het opstellen van de jaarrekening is de Raad van bestuur verantwoordelijk voor het inschatten van de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven, het toelichten, indien van toepassing, van aangelegenheden die met continuïteit verband houden en het gebruiken van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de Raad van bestuur het voornemen heeft om de Vennootschap te liquideren of om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen, of geen realistisch alternatief heeft dan dit te doen. 305 Ageas Jaarverslag 2021 306 | 240 Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de jaarrekening Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, en het uitbrengen van een Commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA’s is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze jaarrekening, beïnvloeden. Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader na dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België. Een wettelijke controle biedt evenwel geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Vennootschap, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee de Raad van bestuur de bedrijfsvoering van de Vennootschap ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling worden hieronder beschreven. Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA’s, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit: het identificeren en inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico’s inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het omzeilen van de interne beheersing; het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de interne beheersing van de Vennootschap; het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door de Raad van bestuur gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toelichtingen; het concluderen of de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is, en het concluderen, op basis van de verkregen controle-informatie, of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven. Indien wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons Commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van ons Commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de Vennootschap haar continuïteit niet langer kan handhaven; het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening, en van de vraag of de jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw beeld. Wij communiceren met het Auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle. Wij verschaffen aan het Auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen. Uit de aangelegenheden die met het Auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving. Overige door wet- en regelgeving gestelde eisen Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag, van de documenten die overeenkomstig de wettelijke en reglementaire voorschriften dienen te worden neergelegd, voor het naleven van de wettelijke en reglementaire voorschriften die van toepassing zijn op het voeren van de boekhouding, alsook voor het naleven van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en van de statuten van de Vennootschap. Verantwoordelijkheden van de Commissaris In het kader van onze opdracht en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA’s), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag, bepaalde documenten die overeenkomstig de wettelijke en reglementaire voorschriften dienen te worden neergelegd, alsook de naleving uit de statuten en van bepaalde verplichtingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen. 307 | 240 Aspecten betreffende het jaarverslag Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de jaarrekening voor hetzelfde boekjaar, en is opgesteld overeenkomstig de artikelen 3:5 en 3:6 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. In de context van onze controle van de jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen tijdens de controle, of het jaarverslag een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, dienen wij u geen afwijking van materieel belang te melden. De op grond van artikel 3:6, §4 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vereiste niet-financiële informatie werd opgenomen in het jaarverslag. De Vennootschap heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op de « Sustainable Development Goals » van de Verenigde Naties. Overeenkomstig artikel 3:75, §1, 6° van het voormeld Wetboek spreken wij ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie is opgesteld in overeenstemming met het in het jaarverslag vermelde referentiemodel. Vermelding betreffende de sociale balans De sociale balans, neer te leggen bij de Nationale Bank van België overeenkomstig artikel 3:12, §1, 8° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, bevat, zowel qua vorm als qua inhoud alle door dit Wetboek voorgeschreven inlichtingen, waaronder deze betreffende de informatie inzake de lonen en de vormingen, en bevat geen van materieel belang zijnde inconsistenties ten aanzien van de informatie waarover wij beschikken in het kader van onze opdracht. Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de jaarrekening en ons bedrijfsrevisorenkantoor is in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de Vennootschap. De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de jaarrekening. Andere vermeldingen Onverminderd formele aspecten van ondergeschikt belang, werd de boekhouding gevoerd in overeenstemming met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften. De resultaatverwerking die aan de Algemene vergadering wordt voorgesteld, stemt overeen met de wettelijke en statutaire bepalingen. Wij dienen u geen verrichtingen of beslissingen mede te delen die in overtreding met de statuten of het Wetboek van vennootschappen en verenigingen zijn gedaan of genomen. Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het Auditcomité bedoeld in artikel 79 van de wet van 13 maart 2016 betreffende het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, waarin verwezen wordt naar artikel 11 van de Verordening (EU) nr. 537/2014. Wij hebben de vermogensrechtelijke gevolgen van de beslissingen van de Raad van bestuur van 23 februari 2021 en 9 november 2021 zoals beschreven in een stuk “Belangenconflict” van het jaarverslag beoordeeld en hebben u niets te melden. Diegem, 29 maart 2022 De Commissaris PwC Bedrijfsrevisoren BV Vertegenwoordigd door Roland Jeanquart Kurt Cappoen Bedrijfsrevisor Bedrijfsrevisor STATUTAIRE JAARREKENING 2021 AGEAS SA/NV 306 Ageas Jaarverslag 2021 306 | 240 Verantwoordelijkheden van de Commissaris voor de controle van de jaarrekening Onze doelstellingen zijn het verkrijgen van een redelijke mate van zekerheid over de vraag of de jaarrekening als geheel geen afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, en het uitbrengen van een Commissarisverslag waarin ons oordeel is opgenomen. Een redelijke mate van zekerheid is een hoog niveau van zekerheid, maar is geen garantie dat een controle die overeenkomstig de ISA’s is uitgevoerd altijd een afwijking van materieel belang ontdekt wanneer die bestaat. Afwijkingen kunnen zich voordoen als gevolg van fraude of fouten en worden als van materieel belang beschouwd indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat zij, individueel of gezamenlijk, de economische beslissingen genomen door gebruikers op basis van deze jaarrekening, beïnvloeden. Bij de uitvoering van onze controle leven wij het wettelijk, reglementair en normatief kader na dat van toepassing is op de controle van de jaarrekening in België. Een wettelijke controle biedt evenwel geen zekerheid omtrent de toekomstige levensvatbaarheid van de Vennootschap, noch omtrent de efficiëntie of de doeltreffendheid waarmee de Raad van bestuur de bedrijfsvoering van de Vennootschap ter hand heeft genomen of zal nemen. Onze verantwoordelijkheden inzake de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling worden hieronder beschreven. Als deel van een controle uitgevoerd overeenkomstig de ISA’s, passen wij professionele oordeelsvorming toe en handhaven wij een professioneel-kritische instelling gedurende de controle. We voeren tevens de volgende werkzaamheden uit: het identificeren en inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat die het gevolg is van fraude of van fouten, het bepalen en uitvoeren van controlewerkzaamheden die op deze risico’s inspelen en het verkrijgen van controle-informatie die voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel. Het risico van het niet detecteren van een van materieel belang zijnde afwijking is groter indien die afwijking het gevolg is van fraude dan indien zij het gevolg is van fouten, omdat bij fraude sprake kan zijn van samenspanning, valsheid in geschrifte, het opzettelijk nalaten om transacties vast te leggen, het opzettelijk verkeerd voorstellen van zaken of het omzeilen van de interne beheersing; het verkrijgen van inzicht in de interne beheersing die relevant is voor de controle, met als doel controlewerkzaamheden op te zetten die in de gegeven omstandigheden geschikt zijn maar die niet zijn gericht op het geven van een oordeel over de effectiviteit van de interne beheersing van de Vennootschap; het evalueren van de geschiktheid van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en het evalueren van de redelijkheid van de door de Raad van bestuur gemaakte schattingen en van de daarop betrekking hebbende toelichtingen; het concluderen of de door de Raad van bestuur gehanteerde continuïteitsveronderstelling aanvaardbaar is, en het concluderen, op basis van de verkregen controle-informatie, of er een onzekerheid van materieel belang bestaat met betrekking tot gebeurtenissen of omstandigheden die significante twijfel kunnen doen ontstaan over de mogelijkheid van de Vennootschap om haar continuïteit te handhaven. Indien wij concluderen dat er een onzekerheid van materieel belang bestaat, zijn wij ertoe gehouden om de aandacht in ons Commissarisverslag te vestigen op de daarop betrekking hebbende toelichtingen in de jaarrekening, of, indien deze toelichtingen inadequaat zijn, om ons oordeel aan te passen. Onze conclusies zijn gebaseerd op de controle-informatie die verkregen is tot de datum van ons Commissarisverslag. Toekomstige gebeurtenissen of omstandigheden kunnen er echter toe leiden dat de Vennootschap haar continuïteit niet langer kan handhaven; het evalueren van de algehele presentatie, structuur en inhoud van de jaarrekening, en van de vraag of de jaarrekening de onderliggende transacties en gebeurtenissen weergeeft op een wijze die leidt tot een getrouw beeld. Wij communiceren met het Auditcomité onder meer over de geplande reikwijdte en timing van de controle en over de significante controlebevindingen, waaronder eventuele significante tekortkomingen in de interne beheersing die wij identificeren gedurende onze controle. Wij verschaffen aan het Auditcomité tevens een verklaring dat wij de relevante deontologische voorschriften over onafhankelijkheid hebben nageleefd, en wij communiceren met hen over alle relaties en andere zaken die redelijkerwijs onze onafhankelijkheid kunnen beïnvloeden en, waar van toepassing, over de daarmee verband houdende maatregelen om onze onafhankelijkheid te waarborgen. Uit de aangelegenheden die met het Auditcomité zijn gecommuniceerd bepalen wij die zaken die het meest significant waren bij de controle van de jaarrekening van de huidige verslagperiode, en die derhalve de kernpunten van onze controle uitmaken. Wij beschrijven deze aangelegenheden in ons verslag, tenzij het openbaar maken van deze aangelegenheden is verboden door wet- of regelgeving. Overige door wet- en regelgeving gestelde eisen Verantwoordelijkheden van de Raad van bestuur De Raad van bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen en de inhoud van het jaarverslag, van de documenten die overeenkomstig de wettelijke en reglementaire voorschriften dienen te worden neergelegd, voor het naleven van de wettelijke en reglementaire voorschriften die van toepassing zijn op het voeren van de boekhouding, alsook voor het naleven van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen en van de statuten van de Vennootschap. Verantwoordelijkheden van de Commissaris In het kader van onze opdracht en overeenkomstig de Belgische bijkomende norm bij de in België van toepassing zijnde internationale controlestandaarden (ISA’s), is het onze verantwoordelijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten, het jaarverslag, bepaalde documenten die overeenkomstig de wettelijke en reglementaire voorschriften dienen te worden neergelegd, alsook de naleving uit de statuten en van bepaalde verplichtingen van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen te verifiëren, alsook verslag over deze aangelegenheden uit te brengen. 307 | 240 Aspecten betreffende het jaarverslag Na het uitvoeren van specifieke werkzaamheden op het jaarverslag, zijn wij van oordeel dat dit jaarverslag overeenstemt met de jaarrekening voor hetzelfde boekjaar, en is opgesteld overeenkomstig de artikelen 3:5 en 3:6 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen. In de context van onze controle van de jaarrekening, zijn wij tevens verantwoordelijk voor het overwegen, in het bijzonder op basis van de kennis verkregen tijdens de controle, of het jaarverslag een afwijking van materieel belang bevat, hetzij informatie die onjuist vermeld is of anderszins misleidend is. In het licht van de werkzaamheden die wij hebben uitgevoerd, dienen wij u geen afwijking van materieel belang te melden. De op grond van artikel 3:6, §4 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen vereiste niet-financiële informatie werd opgenomen in het jaarverslag. De Vennootschap heeft zich bij het opstellen van deze niet-financiële informatie gebaseerd op de « Sustainable Development Goals » van de Verenigde Naties. Overeenkomstig artikel 3:75, §1, 6° van het voormeld Wetboek spreken wij ons evenwel niet uit over de vraag of deze niet-financiële informatie is opgesteld in overeenstemming met het in het jaarverslag vermelde referentiemodel. Vermelding betreffende de sociale balans De sociale balans, neer te leggen bij de Nationale Bank van België overeenkomstig artikel 3:12, §1, 8° van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen, bevat, zowel qua vorm als qua inhoud alle door dit Wetboek voorgeschreven inlichtingen, waaronder deze betreffende de informatie inzake de lonen en de vormingen, en bevat geen van materieel belang zijnde inconsistenties ten aanzien van de informatie waarover wij beschikken in het kader van onze opdracht. Vermeldingen betreffende de onafhankelijkheid Ons bedrijfsrevisorenkantoor en ons netwerk hebben geen opdrachten verricht die onverenigbaar zijn met de wettelijke controle van de jaarrekening en ons bedrijfsrevisorenkantoor is in de loop van ons mandaat onafhankelijk gebleven tegenover de Vennootschap. De honoraria voor de bijkomende opdrachten die verenigbaar zijn met de wettelijke controle van de jaarrekening bedoeld in artikel 3:65 van het Wetboek van vennootschappen en verenigingen werden correct vermeld en uitgesplitst in de toelichting bij de jaarrekening. Andere vermeldingen Onverminderd formele aspecten van ondergeschikt belang, werd de boekhouding gevoerd in overeenstemming met de in België van toepassing zijnde wettelijke en bestuursrechtelijke voorschriften. De resultaatverwerking die aan de Algemene vergadering wordt voorgesteld, stemt overeen met de wettelijke en statutaire bepalingen. Wij dienen u geen verrichtingen of beslissingen mede te delen die in overtreding met de statuten of het Wetboek van vennootschappen en verenigingen zijn gedaan of genomen. Huidig verslag is consistent met onze aanvullende verklaring aan het Auditcomité bedoeld in artikel 79 van de wet van 13 maart 2016 betreffende het statuut van en het toezicht op de verzekerings- of herverzekeringsondernemingen, waarin verwezen wordt naar artikel 11 van de Verordening (EU) nr. 537/2014. Wij hebben de vermogensrechtelijke gevolgen van de beslissingen van de Raad van bestuur van 23 februari 2021 en 9 november 2021 zoals beschreven in een stuk “Belangenconflict” van het jaarverslag beoordeeld en hebben u niets te melden. Diegem, 29 maart 2022 De Commissaris PwC Bedrijfsrevisoren BV Vertegenwoordigd door Roland Jeanquart Kurt Cappoen Bedrijfsrevisor Bedrijfsrevisor 307 Ageas Jaarverslag 2021 222 | 240 Aspects related to the directors’ report In our opinion, after having performed specific procedures in relation to the directors’ report, the directors’ report is consistent with the annual accounts for the year under audit, and it is prepared in accordance with the articles 3:5 and 3:6 of the Companies’ and Associations’ Code. In the context of our audit of the annual accounts, we are also responsible for considering, in particular based on the knowledge acquired resulting from the audit, whether the directors’ report is materially misstated or contains information which is inadequately disclosed or otherwise misleading. In light of the procedures we have performed, there are no material misstatements we have to report to you. The non-financial information required by virtue of article 3:6, §4 of the Companies’ and Associations’ Code is included in the directors’ report. The Company has prepared the non-financial information, based on the United Nations “Sustainable Development Goals”. However, in accordance with article 3:75, §1, 6° of the Companies’ and Associations’ Code, we do not express an opinion as to whether the non-financial information has been prepared in accordance with said framework as disclosed in the directors’ report to the annual accounts. Statement related to the social balance sheet The social balance sheet, to be deposited in accordance with article 3:12, §1, 8° of the Companies’ and Associations’ Code, includes, both in terms of form and content, the information required under this Code, including, but not limited to, in relation to salaries and education, and does not present any material inconsistencies with the information we have at our disposition in our engagement. Statements related to independence Our registered audit firm and our network did not provide services which are incompatible with the statutory audit of the annual accounts and our registered audit firm remained independent of the Company in the course of our mandate. The fees for additional services which are compatible with the statutory audit of the annual accounts referred to in article 3:65 of the Companies’ and Associations’ Code are correctly disclosed and itemized in the notes to the annual accounts. Other statements Without prejudice to formal aspects of minor importance, the accounting records were maintained in accordance with the legal and regulatory requirements applicable in Belgium. The appropriation of results proposed to the general meeting complies with the legal provisions and the provisions of the articles of association. There are no transactions undertaken or decisions taken in breach of the Company‘s articles of association or the Companies’ and Associations’ Code that we have to report to you. This report is consistent with the additional report to the Audit committee referred to in article 79 of the law of 13 March 2016 on the legal status and supervision of insurance or reinsurance companies, which makes reference to article 11 of the Regulation (EU) N° 537/2014. We have evaluated the property effects resulting from the decisions of the Board of directors dated 18 February 2020, 20 August 2020, 15 September 2020 and 12 November 2020 as described in the section “Conflict of interest” included in the annual report and we have no remarks to make in this respect. Sint-Stevens-Woluwe, 30 March 2021 The Statutory auditor PwC Reviseurs d’Entreprises SRL / PwC Bedrijfsrevisoren BV Represented by Roland Jeanquart Réviseur d’Entreprises / Bedrijfsrevisor Kurt Cappoen Réviseur d’Entreprises / Bedrijfsrevisor 309 | 240 Bepaalde mededelingen die zijn opgenomen in dit Jaarverslag, waaronder de mededelingen die worden gedaan in de hiervan deel uitmakende hoofdstukken Bericht aan de aandeelhouders, Overzicht activiteiten, Verslag van het Executive Committee en toelichting 5 Risicomanagement, betreffen toekomstverwachtingen en andere uitspraken over de toekomst die zijn gebaseerd op de huidige visie, ramingen en aannames van het management met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen. Deze mededelingen worden gedaan onder voorbehoud van bepaalde risico’s en onzekerheden die tot gevolg kunnen hebben dat de werkelijke resultaten, prestaties of gebeurtenissen wezenlijk afwijken van die welke expliciet of impliciet in deze mededelingen zijn weergegeven, waaronder het niveau van de voorzieningen met betrekking tot de krediet- en beleggingsportefeuilles. Andere, meer algemene factoren die de resultaten kunnen beïnvloeden, zijn onder meer: de algemene economische omstandigheden; veranderingen in de rente en de ontwikkelingen op de financiële markten; frequentie en omvang van verzekerde schadegevallen; het niveau en de ontwikkeling van de sterfte, morbiditeit en van de bestendigheid van de verzekeringsportefeuille; valutakoersen, met inbegrip van de koers van de euro ten opzichte van de US dollar; veranderingen in het prijs- en concurrentieklimaat, met inbegrip van een toename van de concurrentie in België; veranderingen in de binnen- en buitenlandse wetgeving, voorschriften en belastingen; regionale of algemene veranderingen in de waardering van activa; grote (natuur)rampen; het niet in staat zijn om bepaalde risico’s op economisch verantwoorde wijze te herverzekeren; de toereikendheid van verliesreserves; veranderingen in de wet- en regelgeving betreffende de bancaire, verzekerings-, beleggings- en/of effectensector; veranderingen in het beleid van centrale banken en/of buitenlandse overheden; en algemene concurrentiefactoren op wereldwijde, regionale en/of nationale schaal. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Waarschuwing ten aanzien van mededelingen met betrekking tot de toekomst OVERIGE INFORMATIE 308 Ageas Jaarverslag 2021 H Overige informatie 309 | 240 Bepaalde mededelingen die zijn opgenomen in dit Jaarverslag, waaronder de mededelingen die worden gedaan in de hiervan deel uitmakende hoofdstukken Bericht aan de aandeelhouders, Overzicht activiteiten, Verslag van het Executive Committee en toelichting 5 Risicomanagement, betreffen toekomstverwachtingen en andere uitspraken over de toekomst die zijn gebaseerd op de huidige visie, ramingen en aannames van het management met betrekking tot toekomstige gebeurtenissen. Deze mededelingen worden gedaan onder voorbehoud van bepaalde risico’s en onzekerheden die tot gevolg kunnen hebben dat de werkelijke resultaten, prestaties of gebeurtenissen wezenlijk afwijken van die welke expliciet of impliciet in deze mededelingen zijn weergegeven, waaronder het niveau van de voorzieningen met betrekking tot de krediet- en beleggingsportefeuilles. Andere, meer algemene factoren die de resultaten kunnen beïnvloeden, zijn onder meer: de algemene economische omstandigheden; veranderingen in de rente en de ontwikkelingen op de financiële markten; frequentie en omvang van verzekerde schadegevallen; het niveau en de ontwikkeling van de sterfte, morbiditeit en van de bestendigheid van de verzekeringsportefeuille; valutakoersen, met inbegrip van de koers van de euro ten opzichte van de US dollar; veranderingen in het prijs- en concurrentieklimaat, met inbegrip van een toename van de concurrentie in België; veranderingen in de binnen- en buitenlandse wetgeving, voorschriften en belastingen; regionale of algemene veranderingen in de waardering van activa; grote (natuur)rampen; het niet in staat zijn om bepaalde risico’s op economisch verantwoorde wijze te herverzekeren; de toereikendheid van verliesreserves; veranderingen in de wet- en regelgeving betreffende de bancaire, verzekerings-, beleggings- en/of effectensector; veranderingen in het beleid van centrale banken en/of buitenlandse overheden; en algemene concurrentiefactoren op wereldwijde, regionale en/of nationale schaal. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Waarschuwing ten aanzien van mededelingen met betrekking tot de toekomst 309 Ageas Jaarverslag 2021 H Overige informatie Waarschuwing ten aanzien van mededelingen met betrekking tot de toekomst 310 | 240 De statuten van de vennootschappen ageas SA/NV kunnen geraadpleegd worden op de Griffie van de Rechtbank van Koophandel in Brussel (ageas SA/NV) en op het hoofdkantoor van de vennootschap. Het Jaarverslag wordt gedeponeerd bij de Nationale Bank van België (ageas SA/NV). De beslissingen inzake (her)benoeming en vertrek van bestuurders worden onder andere gepubliceerd in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad (ageas SA/NV). De financiële berichten over de vennootschap alsmede de oproepingen tot de algemene vergaderingen worden gepubliceerd in de financiële pers, de kranten en de informatieperiodieken. Het Jaarverslag, samen met een lijst van alle participaties van Ageas, is gratis beschikbaar op de maatschappelijke zetel van de vennootschap in Brussel voor alle aandeelhouders en alle geïnteresseerde derden. Het Jaarverslag wordt eveneens neergelegd bij de Nationale Bank van België. Het Jaarverslag wordt alleen op papier verzonden naar aandeelhouders op naam op hun uitdrukkelijk verzoek en is beschikbaar op de Ageas-website. Informatieverstrekking aan aandeelhouders en investeerders Genoteerde aandelen Het aandeel Ageas is genoteerd op Euronext Brussel. Daarnaast heeft Ageas een gesponsord ADR- programma in de Verenigde Staten. Type aandelen De aandelen kunnen op naam of gedematerialiseerd worden gehouden. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Beschikbaarheid van bedrijfsdocumenten voor openbare inzage 311 | 240 De vennootschap biedt de aandeelhouders de mogelijkheid om hun gedematerialiseerde aandelen kosteloos te laten registreren. Ageas heeft een snelle omzettingsprocedure ontwikkeld zodat de aandelen op korte tijd als gedematerialiseerde aandelen geleverd kunnen worden. ageas SA/NV, Corporate Administration Markiesstraat 1, 1000 Brussel, België E-mail: [email protected] Informatie en communicatie De vennootschap stuurt haar berichten, zoals het jaarverslag, kosteloos aan de houders van geregistreerde gedematerialiseerde aandelen. De vennootschap nodigt elke houder van gedematerialiseerde aandelen die bij de vennootschap geregistreerd werden persoonlijk uit om deel te nemen aan de Algemene Vergaderingen en bezorgt hen de agenda, de voorstellen voor besluiten en de volmachten voor hun vertegenwoordiging en voor hun deelname aan de stemming. Op de datum waarop het dividend wordt uitgekeerd, crediteert de vennootschap automatisch de bankrekeningen die haar werden opgegeven door de houders van gedematerialiseerde aandelen die bij de vennootschap geregistreerd werden, met het bedrag van de hen toekomende dividenden. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Registratie van gedematerialiseerde aandelen OVERIGE INFORMATIE 310 Ageas Jaarverslag 2021 Beschikbaarheid van bedrijfsdocumenten voor openbare inzage 310 | 240 De statuten van de vennootschappen ageas SA/NV kunnen geraadpleegd worden op de Griffie van de Rechtbank van Koophandel in Brussel (ageas SA/NV) en op het hoofdkantoor van de vennootschap. Het Jaarverslag wordt gedeponeerd bij de Nationale Bank van België (ageas SA/NV). De beslissingen inzake (her)benoeming en vertrek van bestuurders worden onder andere gepubliceerd in de bijlagen van het Belgisch Staatsblad (ageas SA/NV). De financiële berichten over de vennootschap alsmede de oproepingen tot de algemene vergaderingen worden gepubliceerd in de financiële pers, de kranten en de informatieperiodieken. Het Jaarverslag, samen met een lijst van alle participaties van Ageas, is gratis beschikbaar op de maatschappelijke zetel van de vennootschap in Brussel voor alle aandeelhouders en alle geïnteresseerde derden. Het Jaarverslag wordt eveneens neergelegd bij de Nationale Bank van België. Het Jaarverslag wordt alleen op papier verzonden naar aandeelhouders op naam op hun uitdrukkelijk verzoek en is beschikbaar op de Ageas-website. Informatieverstrekking aan aandeelhouders en investeerders Genoteerde aandelen Het aandeel Ageas is genoteerd op Euronext Brussel. Daarnaast heeft Ageas een gesponsord ADR- programma in de Verenigde Staten. Type aandelen De aandelen kunnen op naam of gedematerialiseerd worden gehouden. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Beschikbaarheid van bedrijfsdocumenten voor openbare inzage 311 | 240 De vennootschap biedt de aandeelhouders de mogelijkheid om hun gedematerialiseerde aandelen kosteloos te laten registreren. Ageas heeft een snelle omzettingsprocedure ontwikkeld zodat de aandelen op korte tijd als gedematerialiseerde aandelen geleverd kunnen worden. ageas SA/NV, Corporate Administration Markiesstraat 1, 1000 Brussel, België E-mail: [email protected] Informatie en communicatie De vennootschap stuurt haar berichten, zoals het jaarverslag, kosteloos aan de houders van geregistreerde gedematerialiseerde aandelen. De vennootschap nodigt elke houder van gedematerialiseerde aandelen die bij de vennootschap geregistreerd werden persoonlijk uit om deel te nemen aan de Algemene Vergaderingen en bezorgt hen de agenda, de voorstellen voor besluiten en de volmachten voor hun vertegenwoordiging en voor hun deelname aan de stemming. Op de datum waarop het dividend wordt uitgekeerd, crediteert de vennootschap automatisch de bankrekeningen die haar werden opgegeven door de houders van gedematerialiseerde aandelen die bij de vennootschap geregistreerd werden, met het bedrag van de hen toekomende dividenden. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Registratie van gedematerialiseerde aandelen 311 Ageas Jaarverslag 2021 Registratie van gedematerialiseerde aandelen 312 | 240 De GRI inhoudstafel geeft een overzicht van de toelichting over de materiële duurzaamheidsaspecten in het jaarverslag van Ageas 2020 alsook op de website indien relevant. Ageas rapporteert in overeenstemming met de GRI standaard optie core. Dit betekent dat voor elk materieel onderwerp er minstens 1 indicator is opgenomen, tenzij anders aangegeven. Indien er meerdere indicatoren worden gerapporteerd, zijn deze ook in de inhoudstafel opgenomen. AGEAS - GRI INHOUDSINDEX - OPTIE CORE GRI standards referentie Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV) GRI 101 - Algemene principes GRI 102 - Algemene informatie Organisatieprofiel 102-1 Naam van de organisatie JV Eerste pagina van het jaarverslag 102-2 Voornaamste activiteiten, merken, producten en diensten JV Website A Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas https://www.ageas.com/nl/about/de-onderneming 102-3 Locatie van het hoofdkantoor JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur 102-4 Locatie van de activiteiten JV Website A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas https://www.ageas.com/nl/about/de-onderneming 102-5 Eigendomsstructuur en de rechtsvorm JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur 102-6 Afzetmarkten JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas 102-7 Omvang van de organisatie JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 2 Financiële hoogtepunten A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.2 Onze klanten en partners A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers B. Geconsolideerde jaarrekening 102-8 Informatie over personeelsbestand en andere werknemers JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers 102-9 Bevoorradingsketen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas 102-10 Significante veranderingen in de organisatie en de bevoorradingsketen Niet van toepassing 102-11 Toepassing van het voorzorgsprincipe JV C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement 102-12 Externe initiatieven PRI, PSI, UN Global Compact 102-13 Lidmaatschappen van verenigingen Lobbying and membership disclosure 2021 on https://sustainability.ageas.com/reporting Strategie 102-14 Verklaring van de hoogste beslissingsbevoegde van de organisatie JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 1. Boodschap van de CEO en Voorzitter Ethiek en integriteit 102-16 Waarden, principes, standaarden en gedragsnormen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). GRI Index 313 | 240 GRI standards referentie Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV) Bestuur 102-18 Bestuursstructuur JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate goverance statement C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur Overleg met belanghebbenden 102-40 Lijst van groepen belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-41 Collectieve arbeidsovereenkomsten Website Guidance on human and labour rights - https://sustainability.ageas.com/reporting 102-42 Identificatie en beheer van de selectie van belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-43 Benadering en betrokkenheid van belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-44 Belangrijkste onderwerpen en bezorgdheden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business Rapportering 102-45 Entiteiten opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur 102-46 Inhouds- en grensbepaling van het verslag JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-47 Overzicht van materiële onderwerpen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-48 Herformulering van informatie Niet van toepassing 102-49 Wijzigingen tov vorig verslag Niet van toepassing 102-50 Verslagperiode JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina 102-51 Datum van het meest recente verslag Website Investeerders - kwartaalresultaten : https://www.ageas.com/nl/investors/quarterly-results 102-52 Verslaggevingscyclus JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina 102-53 Contactpersoon voor vragen over het verslag Website https://www.ageas.com/nl/contact/investors-relations 102-54 Rapporteringseisen in overeenstemming met GRI standards JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina 102-55 GRI-inhoudsopgave JV H. Overige informatie - GRI index 102-56 Externe assurance Niet van toepassing GRI 103 - Management approach 103-1 Uitleg omtrent het onderwerp en zijn afbakening JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business Economisch 201 - Economische performantie 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 201-1 Directe economische waarde gegenereerd en gedistribueerd JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 2 Financiële kerncijfers en hoogtepunten B. Geconsolideerde jaarrekening - Geconsolideerde resultatenrekening C. Algemene informatie - 8 Informatie operationele segmenten E. Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening 201-3 Dekking van de verplichtingen in verband met het vastgestelde en andere uitkeringsplannen JV C. Algemene informatie - 6 Beloningen en vergoeding - sectie 6.1 203 - Indirecte economische impacten 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 203-1 Investeringen in infrastructuur en diensten die ondersteund worden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 205 - Anti-corruptie 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur – 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 205-2 Communicatie en training inzake anti-corruptiebeleid en -procedures JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren OVERIGE INFORMATIE 312 Ageas Jaarverslag 2021 GRI Index 312 | 240 De GRI inhoudstafel geeft een overzicht van de toelichting over de materiële duurzaamheidsaspecten in het jaarverslag van Ageas 2020 alsook op de website indien relevant. Ageas rapporteert in overeenstemming met de GRI standaard optie core. Dit betekent dat voor elk materieel onderwerp er minstens 1 indicator is opgenomen, tenzij anders aangegeven. Indien er meerdere indicatoren worden gerapporteerd, zijn deze ook in de inhoudstafel opgenomen. AGEAS - GRI INHOUDSINDEX - OPTIE CORE GRI standards referentie Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV) GRI 101 - Algemene principes GRI 102 - Algemene informatie Organisatieprofiel 102-1 Naam van de organisatie JV Eerste pagina van het jaarverslag 102-2 Voornaamste activiteiten, merken, producten en diensten JV Website A Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas https://www.ageas.com/nl/about/de-onderneming 102-3 Locatie van het hoofdkantoor JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur 102-4 Locatie van de activiteiten JV Website A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas https://www.ageas.com/nl/about/de-onderneming 102-5 Eigendomsstructuur en de rechtsvorm JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur 102-6 Afzetmarkten JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas 102-7 Omvang van de organisatie JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 2 Financiële hoogtepunten A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.2 Onze klanten en partners A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers B. Geconsolideerde jaarrekening 102-8 Informatie over personeelsbestand en andere werknemers JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers 102-9 Bevoorradingsketen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas 102-10 Significante veranderingen in de organisatie en de bevoorradingsketen Niet van toepassing 102-11 Toepassing van het voorzorgsprincipe JV C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement 102-12 Externe initiatieven PRI, PSI, UN Global Compact 102-13 Lidmaatschappen van verenigingen Lobbying and membership disclosure 2021 on https://sustainability.ageas.com/reporting Strategie 102-14 Verklaring van de hoogste beslissingsbevoegde van de organisatie JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 1. Boodschap van de CEO en Voorzitter Ethiek en integriteit 102-16 Waarden, principes, standaarden en gedragsnormen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). GRI Index 313 | 240 GRI standards referentie Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV) Bestuur 102-18 Bestuursstructuur JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate goverance statement C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur Overleg met belanghebbenden 102-40 Lijst van groepen belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-41 Collectieve arbeidsovereenkomsten Website Guidance on human and labour rights - https://sustainability.ageas.com/reporting 102-42 Identificatie en beheer van de selectie van belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-43 Benadering en betrokkenheid van belanghebbenden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-44 Belangrijkste onderwerpen en bezorgdheden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business Rapportering 102-45 Entiteiten opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening JV C. Algemene informatie - 1 Juridische structuur 102-46 Inhouds- en grensbepaling van het verslag JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-47 Overzicht van materiële onderwerpen JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business 102-48 Herformulering van informatie Niet van toepassing 102-49 Wijzigingen tov vorig verslag Niet van toepassing 102-50 Verslagperiode JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina 102-51 Datum van het meest recente verslag Website Investeerders - kwartaalresultaten : https://www.ageas.com/nl/investors/quarterly-results 102-52 Verslaggevingscyclus JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina 102-53 Contactpersoon voor vragen over het verslag Website https://www.ageas.com/nl/contact/investors-relations 102-54 Rapporteringseisen in overeenstemming met GRI standards JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - eerste pagina 102-55 GRI-inhoudsopgave JV H. Overige informatie - GRI index 102-56 Externe assurance Niet van toepassing GRI 103 - Management approach 103-1 Uitleg omtrent het onderwerp en zijn afbakening JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business Economisch 201 - Economische performantie 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 3 Strategie en bedrijfsmodel van Ageas A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 201-1 Directe economische waarde gegenereerd en gedistribueerd JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 2 Financiële kerncijfers en hoogtepunten B. Geconsolideerde jaarrekening - Geconsolideerde resultatenrekening C. Algemene informatie - 8 Informatie operationele segmenten E. Toelichting op de geconsolideerde resultatenrekening 201-3 Dekking van de verplichtingen in verband met het vastgestelde en andere uitkeringsplannen JV C. Algemene informatie - 6 Beloningen en vergoeding - sectie 6.1 203 - Indirecte economische impacten 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 203-1 Investeringen in infrastructuur en diensten die ondersteund worden JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 205 - Anti-corruptie 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement C. Algemene informatie - 4 Risicomanagement 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur – 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 205-2 Communicatie en training inzake anti-corruptiebeleid en -procedures JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.7 Ethisch verantwoord verzekeren 313 Ageas Jaarverslag 2021 314 | 240 GRI standards referentie Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV) 207 - Belastingen 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement Tax policy - https://www.ageas.com/about/sustainability 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 207-4 Rapportering per land JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij Milieu-gerelateerd 305 - Emissions 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 305-1 Directe BKG-uitstoot (scope 1) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 305-2 Energie gerelateerde indirecte BKG-uitstoot (scope 2) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 305-3 Overige indirecte BKG uitstoot (scope 3) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 305-4 BKG uitstoot intensiteit JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij Sociaal 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze werknemers A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 403 - Gezondheid en veiligheid op het werk 403-6 Promotie van de gezondheid van de werknemer JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers 404 - Training en opleiding 404-2 Programma's om de vaardigheden van werknemers aan te scherpen en programma's voor een soepele overschakeling JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers 405 - Diversiteit en gelijke kansen 405-1 Diversiteit bij het bestuur en werknemers JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement Overige belangrijke onderwerpen 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.2 Onze klanten en partners A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate Governance statement 103-3 Evaluatie van de managementaanpak A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate Governance statement Verzekeringsproducten en -diensten die bescherming bieden tegen maatschappelijke uitdagingen JV In aanvulling op GR302 Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: GWP-percentage van producten die bijdragen aan de transitie naar een meer duurzame wereld Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24 Verzekeringsproducten en -diensten die verantwoord gedrag stimuleren JV In aanvulling op GR302 Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: GWP-percentage van producten die bijdragen aan de transitie naar een meer duurzame wereld Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24 Begrijpelijke, eerlijke en transparante klanteninformatie JV In aanvulling op GR302 Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: percentage van producten die beoordeeld werden op transparantie Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24 315 | 240 Ageas heeft in augustus 2020 de Principes van United Nations Global Compact ondertekend. Ageas verbindt zich ertoe de Tien Principes van het UN Global Compact met betrekking tot mensenrechten, arbeidsnormen, het milieu en de strijd tegen corruptie te ondersteunen en jaarlijks verslag uit te brengen en te communiceren naar zijn stakeholders over de vooruitgang die wordt geboekt bij de implementatie van deze Principes. De onlangs gelanceerde Impact24-strategie herbevestigt Ageas’ inzet voor de Tien Principes van het UN Global Compact. Ageas publiceerde zijn eerste voortgangsverslag in september 2021 8 , waarin een overzicht werd gegeven van de identiteit van Ageas en de stand van zaken op dat moment. Vanaf het tweede verslag rapporteert Ageas ook over de vooruitgang in de loop van het jaar, waarbij de timing wordt afgestemd op het jaarverslag. Dit bevestigt de overtuiging dat niet-financiële informatie, zoals dit voortgangsverslag, even belangrijk is als financiële informatie. De tabel hieronder bevat informatie en gedetailleerde verwijzingen naar het Jaarverslag 2021 van Ageas, of informatie die terug te vinden is op de Ageas duurzaamheidswebpagina's die de UN Global Compact-principes behandelen. 8 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). UN GC voortgangsverslag Index 8 https://headless-api.ageas.com/sites/default/files/2021- 09/2020%20UN%20Global%20Compact%20progress%20report_0.pdf OVERIGE INFORMATIE 314 Ageas Jaarverslag 2021 314 | 240 GRI standards referentie Indicator Sectie in het jaarverslag 2021 (JV) 207 - Belastingen 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement Tax policy - https://www.ageas.com/about/sustainability 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 207-4 Rapportering per land JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij Milieu-gerelateerd 305 - Emissions 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 305-1 Directe BKG-uitstoot (scope 1) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 305-2 Energie gerelateerde indirecte BKG-uitstoot (scope 2) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 305-3 Overige indirecte BKG uitstoot (scope 3) JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij 305-4 BKG uitstoot intensiteit JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.5 Onze maatschappij Sociaal 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze werknemers A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 103-3 Evaluatie van de managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement 403 - Gezondheid en veiligheid op het werk 403-6 Promotie van de gezondheid van de werknemer JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers 404 - Training en opleiding 404-2 Programma's om de vaardigheden van werknemers aan te scherpen en programma's voor een soepele overschakeling JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers 405 - Diversiteit en gelijke kansen 405-1 Diversiteit bij het bestuur en werknemers JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.3 Onze medewerkers A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate governance statement Overige belangrijke onderwerpen 103-2 Beschrijving van managementaanpak JV A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.1 Duurzaamheid verankeren in onze business A. Verslag van de Raad van Bestuur - 4.2 Onze klanten en partners A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate Governance statement 103-3 Evaluatie van de managementaanpak A. Verslag van de Raad van Bestuur - 5 Corporate Governance statement Verzekeringsproducten en -diensten die bescherming bieden tegen maatschappelijke uitdagingen JV In aanvulling op GR302 Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: GWP-percentage van producten die bijdragen aan de transitie naar een meer duurzame wereld Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24 Verzekeringsproducten en -diensten die verantwoord gedrag stimuleren JV In aanvulling op GR302 Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: GWP-percentage van producten die bijdragen aan de transitie naar een meer duurzame wereld Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24 Begrijpelijke, eerlijke en transparante klanteninformatie JV In aanvulling op GR302 Doelstelling vastgelegd in de Impact24-strategie: percentage van producten die beoordeeld werden op transparantie Eerste rapportage over 2022 - https://strategy.ageas.com/impact24/report/impact24 315 | 240 Ageas heeft in augustus 2020 de Principes van United Nations Global Compact ondertekend. Ageas verbindt zich ertoe de Tien Principes van het UN Global Compact met betrekking tot mensenrechten, arbeidsnormen, het milieu en de strijd tegen corruptie te ondersteunen en jaarlijks verslag uit te brengen en te communiceren naar zijn stakeholders over de vooruitgang die wordt geboekt bij de implementatie van deze Principes. De onlangs gelanceerde Impact24-strategie herbevestigt Ageas’ inzet voor de Tien Principes van het UN Global Compact. Ageas publiceerde zijn eerste voortgangsverslag in september 2021 8 , waarin een overzicht werd gegeven van de identiteit van Ageas en de stand van zaken op dat moment. Vanaf het tweede verslag rapporteert Ageas ook over de vooruitgang in de loop van het jaar, waarbij de timing wordt afgestemd op het jaarverslag. Dit bevestigt de overtuiging dat niet-financiële informatie, zoals dit voortgangsverslag, even belangrijk is als financiële informatie. De tabel hieronder bevat informatie en gedetailleerde verwijzingen naar het Jaarverslag 2021 van Ageas, of informatie die terug te vinden is op de Ageas duurzaamheidswebpagina's die de UN Global Compact-principes behandelen. 8 Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). UN GC voortgangsverslag Index 8 https://headless-api.ageas.com/sites/default/files/2021- 09/2020%20UN%20Global%20Compact%20progress%20report_0.pdf 315 Ageas Jaarverslag 2021 UN GC voortgangsverslag Index 316 | 240 10 principes van het Global Compact van de VN Acties van Ageas in 2021 Referenties 1 Mensenrechten PRINCIPE 1: Bedrijven moeten de bescherming van internationaal uitgevaardigde mensenrechten steunen en respecteren; en PRINCIPE 2: Ervoor zorgen dat ze niet medeplichtig zijn aan schendingen van de mensenrechten. Strategie: Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's Lancering van de Impact24-strategie met doelstellingen voor duurzame producten en investeringen A.3 A.4.1 Governance: Duurzaamheidsbeleid als onderdeel van het algemene beleid van de Groep A.4.1 A.5 Beleidslijnen: Ageas gedragscode actualisering aankoopbeleid van de Groep actualisering goedkeuringsbeleid van producten actualisering beleidskader actualisering kader voor verantwoord beleggen, inclusief het stembeleid en aandeelhouderschap A.4.7 Website https://sustainability.ageas.com/reporting Monitoring: Eerste risicobeoordeling inzake mensenrechten Onze klanten en partners Onze maatschappij - een strategie voor verantwoord en duurzaam beleggen Inbreuken tav klanten A.4.7 A.4.2 A.4.5 A.4.7 2 Arbeid PRINCIPE 3: Bedrijven moeten de vrijheid van vereniging en de effectieve erkenning van het recht op collectieve onderhandelingen hooghouden; PRINCIPE 4: De eliminatie van alle vormen van gedwongen en verplichte arbeid; PRINCIPE 5: De effectieve afschaffing van kinderarbeid; en PRINCIPE 6: De uitbanning van discriminatie op het gebied van arbeid en beroep. Strategie: Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's Lancering van de Impact24-strategie met doelstellingen voor diversiteit en opleiding/ontwikkeling van de werknemers van Ageas A.3 A.4.1 Beleidslijnen: Ageas gedragscode actualisering beleidskader, met inbegrip van specifiek beleid inzake diversiteit en inclusie, en inzake mensen- en arbeidsrechten actualisering aankoopbeleid van de Groep A.4.7 Website https://sustainability.ageas.com/reporting Monitoring: Onze werknemers, inclusief personeelsgerelateerde KPI's en maatstaven inzake werknemersbetrokkenheid A.4.3 317 | 240 3 Milieu PRINCIPE 7: Bedrijven moeten een voorzorgsaanpak van milieu- uitdagingen steunen; PRINCIPE 8: Initiatieven nemen om een grotere verantwoordelijkheid voor het milieu te bevorderen; en PRINCIPE 9: De ontwikkeling en verspreiding van milieuvriendelijke technologieën aanmoedigen. Strategie: Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's Lancering van de Impact24-strategie met doelstellingen voor duurzame producten en investeringen, en voor CO2-reductie bij de eigen activiteiten en bij investeringen A.3 A.4.1 Beleidslijnen: Ageas gedragscode actualisering kader voor verantwoord beleggen, inclusief het stembeleid en aandeelhouderschap actualisering milieubeleid actualisering aankoopbeleid van de Groep actualisering goedkeuringsbeleid van producten A.4.7 Website https://sustainability.ageas.com/reporting Opvolging: TCFD-verslag CO2-verslag Onze klanten en partners Onze maatschappij - een strategie voor verantwoord en duurzaam beleggen Onze maatschappij - meer aandacht voor milieuvriendelijke activiteiten en duurzaam operationeel gedrag EU taxonomie Website https://sustainability.ageas.com/reporting A.4.2 A.4.5 A.4.5 A.4.6 4 Anti-corruptie PRINCIPE 10: Bedrijven moeten corruptie in al haar vormen bestrijden, inclusief afpersing en omkoping. Beleidslijnen: Ageas gedragscode Up-to-date beleidskader inclusief anti-omkoping en corruptie, anti-witwassen, 'fit & proper-test', belangenconflicten, ... Nieuw beleid inzake lobbyen en lidmaatschappen A.4.7 Website https://sustainability.ageas.com/reporting Opvolging: Ethisch verantwoord verzekeren, inclusief KPI's Bekendmakingmaking van belastingen Bekendmaking van lobbying, politieke bijdragen en lidmaatschappen A.4.7 Website https://sustainability.ageas.com/reporting OVERIGE INFORMATIE 316 Ageas Jaarverslag 2021 316 | 240 10 principes van het Global Compact van de VN Acties van Ageas in 2021 Referenties 1 Mensenrechten PRINCIPE 1: Bedrijven moeten de bescherming van internationaal uitgevaardigde mensenrechten steunen en respecteren; en PRINCIPE 2: Ervoor zorgen dat ze niet medeplichtig zijn aan schendingen van de mensenrechten. Strategie: Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's Lancering van de Impact24-strategie met doelstellingen voor duurzame producten en investeringen A.3 A.4.1 Governance: Duurzaamheidsbeleid als onderdeel van het algemene beleid van de Groep A.4.1 A.5 Beleidslijnen: Ageas gedragscode actualisering aankoopbeleid van de Groep actualisering goedkeuringsbeleid van producten actualisering beleidskader actualisering kader voor verantwoord beleggen, inclusief het stembeleid en aandeelhouderschap A.4.7 Website https://sustainability.ageas.com/reporting Monitoring: Eerste risicobeoordeling inzake mensenrechten Onze klanten en partners Onze maatschappij - een strategie voor verantwoord en duurzaam beleggen Inbreuken tav klanten A.4.7 A.4.2 A.4.5 A.4.7 2 Arbeid PRINCIPE 3: Bedrijven moeten de vrijheid van vereniging en de effectieve erkenning van het recht op collectieve onderhandelingen hooghouden; PRINCIPE 4: De eliminatie van alle vormen van gedwongen en verplichte arbeid; PRINCIPE 5: De effectieve afschaffing van kinderarbeid; en PRINCIPE 6: De uitbanning van discriminatie op het gebied van arbeid en beroep. Strategie: Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's Lancering van de Impact24-strategie met doelstellingen voor diversiteit en opleiding/ontwikkeling van de werknemers van Ageas A.3 A.4.1 Beleidslijnen: Ageas gedragscode actualisering beleidskader, met inbegrip van specifiek beleid inzake diversiteit en inclusie, en inzake mensen- en arbeidsrechten actualisering aankoopbeleid van de Groep A.4.7 Website https://sustainability.ageas.com/reporting Monitoring: Onze werknemers, inclusief personeelsgerelateerde KPI's en maatstaven inzake werknemersbetrokkenheid A.4.3 317 | 240 3 Milieu PRINCIPE 7: Bedrijven moeten een voorzorgsaanpak van milieu- uitdagingen steunen; PRINCIPE 8: Initiatieven nemen om een grotere verantwoordelijkheid voor het milieu te bevorderen; en PRINCIPE 9: De ontwikkeling en verspreiding van milieuvriendelijke technologieën aanmoedigen. Strategie: Ageas herbevestigt zijn commitment aan de SDG's Lancering van de Impact24-strategie met doelstellingen voor duurzame producten en investeringen, en voor CO2-reductie bij de eigen activiteiten en bij investeringen A.3 A.4.1 Beleidslijnen: Ageas gedragscode actualisering kader voor verantwoord beleggen, inclusief het stembeleid en aandeelhouderschap actualisering milieubeleid actualisering aankoopbeleid van de Groep actualisering goedkeuringsbeleid van producten A.4.7 Website https://sustainability.ageas.com/reporting Opvolging: TCFD-verslag CO2-verslag Onze klanten en partners Onze maatschappij - een strategie voor verantwoord en duurzaam beleggen Onze maatschappij - meer aandacht voor milieuvriendelijke activiteiten en duurzaam operationeel gedrag EU taxonomie Website https://sustainability.ageas.com/reporting A.4.2 A.4.5 A.4.5 A.4.6 4 Anti-corruptie PRINCIPE 10: Bedrijven moeten corruptie in al haar vormen bestrijden, inclusief afpersing en omkoping. Beleidslijnen: Ageas gedragscode Up-to-date beleidskader inclusief anti-omkoping en corruptie, anti-witwassen, 'fit & proper-test', belangenconflicten, ... Nieuw beleid inzake lobbyen en lidmaatschappen A.4.7 Website https://sustainability.ageas.com/reporting Opvolging: Ethisch verantwoord verzekeren, inclusief KPI's Bekendmakingmaking van belastingen Bekendmaking van lobbying, politieke bijdragen en lidmaatschappen A.4.7 Website https://sustainability.ageas.com/reporting 317 Ageas Jaarverslag 2021 318 | 240 Ageas is op 15 september 2020 officieel ondertekenaar geworden van de Principles for Sustainable Insurance (PSI) van het United Nations Environment Programme Finance Initiative (UNEPFI). Dit initiatief van de verzekeringssector stimuleert een sectorbrede inzet voor ESG-integratie. Het eerste statusrapport van Ageas, gepubliceerd in september 2021 9 , gaf een overzicht van de stand van zaken en de vooruitgang die was geboekt ten opzichte van de belangrijkste uitgangspunten van het UNEP FI PSI gebaseerd op de situatie op 30 juni 2021. Als ondertekenaar van de PSI zal Ageas vanaf nu jaarlijks de vooruitgang bekendmaken die is geboekt bij het verankeren van de principes in alle aspecten van de bedrijfsvoering, in lijn met de timing van het Jaarverslag. De tabel hieronder verwijst naar de activiteiten die Ageas in 2021 heeft ondernomen om haar betrokkenheid bij de PSI aan te tonen. Principes van duurzaam verzekeren Acties van Ageas in 2021 Referenties 1 We integreren in onze besluitvorming milieu-, sociale en bestuursaspecten met betrekking tot onze verzekeringsactiviteiten. Lancering van de Impact24-strategie met voor het eerst niet- financiële doelstellingen voor duurzame investeringen, medewerkers en planeet, en een herbevestiging van het engagement voor de SDG's A.3 Governance inzake duurzaamheid als onderdeel van het algehele bestuur van de Groep A.4.1 Voortzetting van de implementering van de TCFD en rapportering hierover https://sustainability.ageas.com/reporting Update van policy's of nieuwe policy's, bv. op het vlak van PRAP, milieu, inkoop, lobbying en lidmaatschappen, het kader voor verantwoord beleggen, inclusief stembeleid en engagement A.4.5 E-learning over duurzaamheid A.4.3 Eerste risicobeoordeling inzake mensenrechten A.4.7 Acties ten aanzien van medewerkers en de samenleving en monitoring van resultaten door middel van KPI's A.4.3 9 https://headless-api.ageas.com/sites/default/files/2021-09/2020%20UNEP%20FI%20PSI%20Progress%20report.pdf Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). UNEP FI PSI Index 319 | 240 2 We werken samen met onze klanten en zakenpartners om aandacht te vragen voor milieu-, sociale en bestuursaspecten, om risico's te beheren en oplossingen te ontwikkelen. Lancering van de Impact24-strategie met voor het eerst niet- financiële doelstellingen voor duurzame producten en investeringen, inclusief een actieplan voor de verwezenlijking A.3 Voortzetting van de implementering van de TCFD en rapportering hierover https://sustainability.ageas.com/reporting Update van policy's, bv. op het vlak van PRAP, het kader voor verantwoord beleggen, inclusief stembeleid en engagement https://sustainability.ageas.com/reporting Actieve promotie van duurzame initiatieven, zoals minder rijden, groene auto-onderdelen ('green parts'), en duurzame investeringen, inclusief in vastgoed A.4.2 Actieve betrokkenheid, rechtstreeks en via Action 100+ A.4.5 Eerste openbaarmaking over EU-taxonomie A.4.6 3 We werken samen met overheden, toezichthouders en andere belangrijke stakeholders om de brede maatschappij aan te zetten tot actie betreffende milieu-, sociale en bestuursaangelegenheden. Actieve promotie van maatschappelijk gerelateerde initiatieven zoals verkeersveiligheid, MAZE, ziekten, financiële geletterdheid Oprichting van leerstoel Duurzaam Verzekeren aan de Universiteit Antwerpen Samenwerking met verschillende universiteiten rond ethiek, verzekeringen, ... Samenwerking met onderwijswereld om sociaal kwetsbare mensen te ondersteunen Meerdere lidmaatschappen om ESG-aspecten in verzekeringen en in de wereld actief te promoten, bv. World Economic Forum, engagement voor de PRI's A.4.5 4 We tonen verantwoordelijkheid en transparantie door regelmatig onze vooruitgang bij de toepassing van de principes openbaar te maken. Jaarlijkse openbaarmaking in het jaarverslag van Ageas in overeenstemming met de GRI-standaarden (core) Thematische openbaarmakingen over bijvoorbeeld TCFD, CO2, belastingen, lobbying, lidmaatschappen, GC-principes van de VN Reactie op verschillende ESG-ratingbureaus, zoals CDP https://www.ageas.com/investors/quarterly-results https://sustainability.ageas.com/reporting OVERIGE INFORMATIE 318 Ageas Jaarverslag 2021 UNEP FI PSI Index 318 | 240 Ageas is op 15 september 2020 officieel ondertekenaar geworden van de Principles for Sustainable Insurance (PSI) van het United Nations Environment Programme Finance Initiative (UNEPFI). Dit initiatief van de verzekeringssector stimuleert een sectorbrede inzet voor ESG-integratie. Het eerste statusrapport van Ageas, gepubliceerd in september 2021 9 , gaf een overzicht van de stand van zaken en de vooruitgang die was geboekt ten opzichte van de belangrijkste uitgangspunten van het UNEP FI PSI gebaseerd op de situatie op 30 juni 2021. Als ondertekenaar van de PSI zal Ageas vanaf nu jaarlijks de vooruitgang bekendmaken die is geboekt bij het verankeren van de principes in alle aspecten van de bedrijfsvoering, in lijn met de timing van het Jaarverslag. De tabel hieronder verwijst naar de activiteiten die Ageas in 2021 heeft ondernomen om haar betrokkenheid bij de PSI aan te tonen. Principes van duurzaam verzekeren Acties van Ageas in 2021 Referenties 1 We integreren in onze besluitvorming milieu-, sociale en bestuursaspecten met betrekking tot onze verzekeringsactiviteiten. Lancering van de Impact24-strategie met voor het eerst niet- financiële doelstellingen voor duurzame investeringen, medewerkers en planeet, en een herbevestiging van het engagement voor de SDG's A.3 Governance inzake duurzaamheid als onderdeel van het algehele bestuur van de Groep A.4.1 Voortzetting van de implementering van de TCFD en rapportering hierover https://sustainability.ageas.com/reporting Update van policy's of nieuwe policy's, bv. op het vlak van PRAP, milieu, inkoop, lobbying en lidmaatschappen, het kader voor verantwoord beleggen, inclusief stembeleid en engagement A.4.5 E-learning over duurzaamheid A.4.3 Eerste risicobeoordeling inzake mensenrechten A.4.7 Acties ten aanzien van medewerkers en de samenleving en monitoring van resultaten door middel van KPI's A.4.3 9 https://headless-api.ageas.com/sites/default/files/2021-09/2020%20UNEP%20FI%20PSI%20Progress%20report.pdf Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). UNEP FI PSI Index 319 | 240 2 We werken samen met onze klanten en zakenpartners om aandacht te vragen voor milieu-, sociale en bestuursaspecten, om risico's te beheren en oplossingen te ontwikkelen. Lancering van de Impact24-strategie met voor het eerst niet- financiële doelstellingen voor duurzame producten en investeringen, inclusief een actieplan voor de verwezenlijking A.3 Voortzetting van de implementering van de TCFD en rapportering hierover https://sustainability.ageas.com/reporting Update van policy's, bv. op het vlak van PRAP, het kader voor verantwoord beleggen, inclusief stembeleid en engagement https://sustainability.ageas.com/reporting Actieve promotie van duurzame initiatieven, zoals minder rijden, groene auto-onderdelen ('green parts'), en duurzame investeringen, inclusief in vastgoed A.4.2 Actieve betrokkenheid, rechtstreeks en via Action 100+ A.4.5 Eerste openbaarmaking over EU-taxonomie A.4.6 3 We werken samen met overheden, toezichthouders en andere belangrijke stakeholders om de brede maatschappij aan te zetten tot actie betreffende milieu-, sociale en bestuursaangelegenheden. Actieve promotie van maatschappelijk gerelateerde initiatieven zoals verkeersveiligheid, MAZE, ziekten, financiële geletterdheid Oprichting van leerstoel Duurzaam Verzekeren aan de Universiteit Antwerpen Samenwerking met verschillende universiteiten rond ethiek, verzekeringen, ... Samenwerking met onderwijswereld om sociaal kwetsbare mensen te ondersteunen Meerdere lidmaatschappen om ESG-aspecten in verzekeringen en in de wereld actief te promoten, bv. World Economic Forum, engagement voor de PRI's A.4.5 4 We tonen verantwoordelijkheid en transparantie door regelmatig onze vooruitgang bij de toepassing van de principes openbaar te maken. Jaarlijkse openbaarmaking in het jaarverslag van Ageas in overeenstemming met de GRI-standaarden (core) Thematische openbaarmakingen over bijvoorbeeld TCFD, CO2, belastingen, lobbying, lidmaatschappen, GC-principes van de VN Reactie op verschillende ESG-ratingbureaus, zoals CDP https://www.ageas.com/investors/quarterly-results https://sustainability.ageas.com/reporting 319 Ageas Jaarverslag 2021 320 | 240 Geamortiseerde kostprijs Bedrag waarvoor het financieel actief of de financiële verplichting bij de eerste opname in de balans wordt opgenomen, verminderd met aflossingen op de hoofdsom, vermeerderd of verminderd met de via de effectieve-rentemethode bepaalde geaccumuleerde afschrijving van het verschil tussen dat eerste bedrag en het aflossingsbedrag, en verminderd met eventuele afboekingen wegens bijzondere waardeverminderingen. Door activa gedekte effecten Obligaties of andere schuldeffecten, gedekt door schuldinstrumenten (anders dan hypotheken) of schuldvorderingen. Geassocieerde deelneming Een onderneming waarin Ageas invloed van betekenis heeft zonder overwegende zeggenschap. Basispunt (bp) Een honderste procentpunt (0,01%). Cash flow hedge Een afdekking van het risico op schommelingen in de kasstromen van een actief of een verplichting of van een verwachte toekomstige transactie en die voortkomen uit variabele koersen of prijzen. Clean fair value De reële waarde, exclusief het ongerealiseerde deel van de opgelopen rente. Clearing De administratieve vereffening van effecten, futures en opties via een verrekeningsagentschap en de eraan verbonden financiële instellingen (clearing members). Contractlimieten Onder Solvency II maken in principe alle met een verzekeringscontract verband houdende verplichtingen, met inbegrip van verplichtingen die verband houden met unilaterale rechten van de verzekeringsonderneming om de reikwijdte van de overeenkomst en de met betaalde premies verband houdende verplichtingen te vernieuwen of te verlengen, deel uit van de overeenkomst. De verplichtingen die verband houden met de verzekeringsdekking die door de verzekeringsonderneming wordt geboden na de toekomstige datum waarop de verzekeringsonderneming een unilateraal recht heeft om (a) de overeenkomst te beëindigen, (b) uit hoofde van de overeenkomst te betalen premies af te wijzen of (c) de uit hoofde van de overeenkomst te bepalen premies of uitkeringen zodanig te wijzigen dat de premies de risico’s volledig weerspiegelen die niet tot de overeenkomst behoren, tenzij de verzekeringsonderneming de verzekeringnemer ertoe kan verplichten de toekomstige premies van dat deel te betalen. Kredietverlies Het verschil tussen alle contractuele kasstromen die aan een entiteit verschuldigd zijn overeenkomstig het contract en alle kasstromen die de entiteit verwacht te ontvangen (d.w.z. alle mankerende bedragen), gedisconteerd tegen de oorspronkelijke effectieve rentevoet. Credit spread Het renteverschil tussen overheidsobligaties en bedrijfsobligaties (ook wel ‘credits’ genoemd). Custody (bewaarneming) Overeenkomst, meestal tussen een belegger en een bank (maar eventueel ook een agent of een trustbedrijf), waarbij de belegger effecten, goud of andere kostbaarheden tegen betaling in bewaring geeft bij de bank, die daarvoor een vergoeding in rekening brengt. Overlopende acquisitiekosten De kosten van nieuwe en hernieuwde verzekeringen omvatten voornamelijk commissies, uitgaven met betrekking tot tussenpersonen en uitgifte van nieuwe polissen. Deze variëren naar gelang en houden hoofdzakelijk verband met de productie van nieuwe verzekeringen en worden uitgesteld en afgeschreven. Derivaat Een financieel instrument zoals een swap, futures- of termijncontract of optie (geschreven of gekocht). Dat financiële instrument heeft een waarde die verandert naar gelang de veranderingen in de onderliggende waarde. Het instrument vergt weinig tot geen aanvangsinvestering en wordt op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld. Invaliditeitsverzekering Verzekering tegen de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid. Contantewaardeberekening Een waarderingsmethode waarbij de verwachte toekomstige kasstromen verdisconteerd worden tegen een rentevoet die de tijdswaarde van het geld uitdrukt alsook een risicopremie die een weerspiegeling vormt van de extra opbrengst die beleggers verlangen om het risico te compenseren dat de verwachte kasstroom niet wordt gerealiseerd. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Begrippenlijst en Afkortingen 321 | 240 Discretionaire winstdeling Een contractueel recht om, in aanvulling op gegarandeerde voordelen, aanvullende voordelen te ontvangen: die waarschijnlijk een aanzienlijk deel van de totale contractuele uitkeringen vormen; waarvan het bedrag of de timing volgens contract naar goeddunken van de emittent is en Die contractueel gebaseerd zijn op: (i) de prestaties van een bepaalde pool van contracten of een bepaald type contract; (ii) gerealiseerde en/of ongerealiseerde beleggingsresultaten van een bepaalde pool van door de emittent gehouden activa; of (iii) de winst of het verlies van de vennootschap, het fonds of een andere entiteit die het contract uitgeeft. In een contract besloten derivaten Een afgeleid instrument dat in een ander contract, het basiscontract, ligt besloten. Het basiscontract kan een schuld- of aandeleninstrument zijn, een lease, een verzekeringscontract of een verkoop- of aankoopcontract. Employee benefits Het geheel van niet-verplichte verzekeringen en andere voorzieningen die werknemers, naast hun salaris, ontvangen in ruil voor door hen verrichte diensten. Verwachte kredietverliezen Het gewogen gemiddelde van de kredietverliezen met het respectievelijke wanbetalingsrisico als weging. Reële waarde Een leaseovereenkomst die vrijwel alle aan de eigendom van een actief verbonden risico’s en beloningen overdraagt. Het eigendom kan uiteindelijk wel of niet worden overgedragen. Reële waarde afdekking Een afdekking om de blootstelling te beperken aan schommelingen in de reële waarde van een actief of een verplichting (dan wel een deel daarvan), of een vaststaande verbintenis. De schommeling van de reële waarde is verbonden aan een specifiek risico en is van invloed op de gerapporteerde netto winst. Financiële lease Een leaseovereenkomst die vrijwel alle aan de eigendom van een actief verbonden risico’s en beloningen overdraagt. Het eigendom kan uiteindelijk wel of niet worden overgedragen. Goodwill Dit vertegenwoordigt het positieve verschil tussen enerzijds de reële waarde van de activa, passiva en uitgegeven eigenvermogeninstrumenten plus eventuele direct aan de bedrijfscombinatie toe te schrijven kosten, en anderzijds het belang van Ageas in de reële waarde van de activa, passiva en voorwaardelijke verplichtingen. Bruto geboekte premies Totale premies (al dan niet verdiend) voor in een bepaalde periode aangegane verzekeringscontracten, zonder aftrek van in herverzekering gegeven premies. Hedge accounting Verantwoording van de compenserende effecten van veranderingen in de reële waarde van het afdekkingsinstrument en de reële waarde van het afgedekte instrument in de resultatenrekening van dezelfde periode. IFRS De standaard internationale boekhoudregels voor het opstellen van jaarrekeningen per 1 januari 2005 voor alle beursgenoteerde ondernemingen binnen de Europese Unie, die de jaarcijfers beter vergelijkbaar maken en beter inzicht in de financiële positie en resultaten verschaffen. Bijzondere waardevermindering Het bedrag waarmee de boekwaarde van een actief zijn realiseerbare waarde overtreft. In dergelijke gevallen zal de boekwaarde via de resultatenrekening teruggebracht worden tot de reële waarde. Verzekeringscontract Contracten die aan de ene partij (Ageas, dochtermaatschappijen of deelnemingen) een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen van de andere Partij (de verzekeringsnemer) door overeen te komen om de verzekeringsnemer te vergoeden voor een onvoorziene gebeurtenis die schade berokkent aan de verzekerde. Beleggingscontract Een levensverzekeringscontract dat het financiële risico, maar geen significant verzekeringsrisico overdraagt. Immateriële vast actief Een identificeerbaar, niet-monetair actief. Het immaterieel vast actief wordt verantwoord tegen kostprijs als het toekomstige economische voordelen zal opleveren en de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald. Vastgoedbeleggingen Vastgoed dat wordt aangehouden omwille van huuropbrengsten of een stijging van de kapitaalwaarde. ISO-valutalijst AUD Australië, dollars CAD Canada, dollars CHF Zwitserland, francs CNY China, yuan/renminbi DKK Denemarken, kroner GBP Verenigd Koninkrijk, ponden HKD Hongkong, dollar HUF Hongarije, Forint INR India, Rupees MAD Marokko, Dirham MYR Maleisië, ringgit PHP Filipijnse peso PLN Polen, Zloty RON Roemenie, Leu SEK Zweden, kronor THB Thailand, baht TRY Turkije, nieuwe lira TWD Taiwan, nieuwe dollars USD Verenigde Staten, dollars ZAR Zuid-Afrika, rand OVERIGE INFORMATIE 320 Ageas Jaarverslag 2021 Begrippenlijst en Afkortingen 320 | 240 Geamortiseerde kostprijs Bedrag waarvoor het financieel actief of de financiële verplichting bij de eerste opname in de balans wordt opgenomen, verminderd met aflossingen op de hoofdsom, vermeerderd of verminderd met de via de effectieve-rentemethode bepaalde geaccumuleerde afschrijving van het verschil tussen dat eerste bedrag en het aflossingsbedrag, en verminderd met eventuele afboekingen wegens bijzondere waardeverminderingen. Door activa gedekte effecten Obligaties of andere schuldeffecten, gedekt door schuldinstrumenten (anders dan hypotheken) of schuldvorderingen. Geassocieerde deelneming Een onderneming waarin Ageas invloed van betekenis heeft zonder overwegende zeggenschap. Basispunt (bp) Een honderste procentpunt (0,01%). Cash flow hedge Een afdekking van het risico op schommelingen in de kasstromen van een actief of een verplichting of van een verwachte toekomstige transactie en die voortkomen uit variabele koersen of prijzen. Clean fair value De reële waarde, exclusief het ongerealiseerde deel van de opgelopen rente. Clearing De administratieve vereffening van effecten, futures en opties via een verrekeningsagentschap en de eraan verbonden financiële instellingen (clearing members). Contractlimieten Onder Solvency II maken in principe alle met een verzekeringscontract verband houdende verplichtingen, met inbegrip van verplichtingen die verband houden met unilaterale rechten van de verzekeringsonderneming om de reikwijdte van de overeenkomst en de met betaalde premies verband houdende verplichtingen te vernieuwen of te verlengen, deel uit van de overeenkomst. De verplichtingen die verband houden met de verzekeringsdekking die door de verzekeringsonderneming wordt geboden na de toekomstige datum waarop de verzekeringsonderneming een unilateraal recht heeft om (a) de overeenkomst te beëindigen, (b) uit hoofde van de overeenkomst te betalen premies af te wijzen of (c) de uit hoofde van de overeenkomst te bepalen premies of uitkeringen zodanig te wijzigen dat de premies de risico’s volledig weerspiegelen die niet tot de overeenkomst behoren, tenzij de verzekeringsonderneming de verzekeringnemer ertoe kan verplichten de toekomstige premies van dat deel te betalen. Kredietverlies Het verschil tussen alle contractuele kasstromen die aan een entiteit verschuldigd zijn overeenkomstig het contract en alle kasstromen die de entiteit verwacht te ontvangen (d.w.z. alle mankerende bedragen), gedisconteerd tegen de oorspronkelijke effectieve rentevoet. Credit spread Het renteverschil tussen overheidsobligaties en bedrijfsobligaties (ook wel ‘credits’ genoemd). Custody (bewaarneming) Overeenkomst, meestal tussen een belegger en een bank (maar eventueel ook een agent of een trustbedrijf), waarbij de belegger effecten, goud of andere kostbaarheden tegen betaling in bewaring geeft bij de bank, die daarvoor een vergoeding in rekening brengt. Overlopende acquisitiekosten De kosten van nieuwe en hernieuwde verzekeringen omvatten voornamelijk commissies, uitgaven met betrekking tot tussenpersonen en uitgifte van nieuwe polissen. Deze variëren naar gelang en houden hoofdzakelijk verband met de productie van nieuwe verzekeringen en worden uitgesteld en afgeschreven. Derivaat Een financieel instrument zoals een swap, futures- of termijncontract of optie (geschreven of gekocht). Dat financiële instrument heeft een waarde die verandert naar gelang de veranderingen in de onderliggende waarde. Het instrument vergt weinig tot geen aanvangsinvestering en wordt op een tijdstip in de toekomst afgewikkeld. Invaliditeitsverzekering Verzekering tegen de financiële gevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid. Contantewaardeberekening Een waarderingsmethode waarbij de verwachte toekomstige kasstromen verdisconteerd worden tegen een rentevoet die de tijdswaarde van het geld uitdrukt alsook een risicopremie die een weerspiegeling vormt van de extra opbrengst die beleggers verlangen om het risico te compenseren dat de verwachte kasstroom niet wordt gerealiseerd. Dit vlak moet blijven staan, is noodzakelijk voor de opmaak in Indesign (om afstand tot de tekst te kunnen maken). Begrippenlijst en Afkortingen 321 | 240 Discretionaire winstdeling Een contractueel recht om, in aanvulling op gegarandeerde voordelen, aanvullende voordelen te ontvangen: die waarschijnlijk een aanzienlijk deel van de totale contractuele uitkeringen vormen; waarvan het bedrag of de timing volgens contract naar goeddunken van de emittent is en Die contractueel gebaseerd zijn op: (i) de prestaties van een bepaalde pool van contracten of een bepaald type contract; (ii) gerealiseerde en/of ongerealiseerde beleggingsresultaten van een bepaalde pool van door de emittent gehouden activa; of (iii) de winst of het verlies van de vennootschap, het fonds of een andere entiteit die het contract uitgeeft. In een contract besloten derivaten Een afgeleid instrument dat in een ander contract, het basiscontract, ligt besloten. Het basiscontract kan een schuld- of aandeleninstrument zijn, een lease, een verzekeringscontract of een verkoop- of aankoopcontract. Employee benefits Het geheel van niet-verplichte verzekeringen en andere voorzieningen die werknemers, naast hun salaris, ontvangen in ruil voor door hen verrichte diensten. Verwachte kredietverliezen Het gewogen gemiddelde van de kredietverliezen met het respectievelijke wanbetalingsrisico als weging. Reële waarde Een leaseovereenkomst die vrijwel alle aan de eigendom van een actief verbonden risico’s en beloningen overdraagt. Het eigendom kan uiteindelijk wel of niet worden overgedragen. Reële waarde afdekking Een afdekking om de blootstelling te beperken aan schommelingen in de reële waarde van een actief of een verplichting (dan wel een deel daarvan), of een vaststaande verbintenis. De schommeling van de reële waarde is verbonden aan een specifiek risico en is van invloed op de gerapporteerde netto winst. Financiële lease Een leaseovereenkomst die vrijwel alle aan de eigendom van een actief verbonden risico’s en beloningen overdraagt. Het eigendom kan uiteindelijk wel of niet worden overgedragen. Goodwill Dit vertegenwoordigt het positieve verschil tussen enerzijds de reële waarde van de activa, passiva en uitgegeven eigenvermogeninstrumenten plus eventuele direct aan de bedrijfscombinatie toe te schrijven kosten, en anderzijds het belang van Ageas in de reële waarde van de activa, passiva en voorwaardelijke verplichtingen. Bruto geboekte premies Totale premies (al dan niet verdiend) voor in een bepaalde periode aangegane verzekeringscontracten, zonder aftrek van in herverzekering gegeven premies. Hedge accounting Verantwoording van de compenserende effecten van veranderingen in de reële waarde van het afdekkingsinstrument en de reële waarde van het afgedekte instrument in de resultatenrekening van dezelfde periode. IFRS De standaard internationale boekhoudregels voor het opstellen van jaarrekeningen per 1 januari 2005 voor alle beursgenoteerde ondernemingen binnen de Europese Unie, die de jaarcijfers beter vergelijkbaar maken en beter inzicht in de financiële positie en resultaten verschaffen. Bijzondere waardevermindering Het bedrag waarmee de boekwaarde van een actief zijn realiseerbare waarde overtreft. In dergelijke gevallen zal de boekwaarde via de resultatenrekening teruggebracht worden tot de reële waarde. Verzekeringscontract Contracten die aan de ene partij (Ageas, dochtermaatschappijen of deelnemingen) een aanzienlijk verzekeringsrisico overdragen van de andere Partij (de verzekeringsnemer) door overeen te komen om de verzekeringsnemer te vergoeden voor een onvoorziene gebeurtenis die schade berokkent aan de verzekerde. Beleggingscontract Een levensverzekeringscontract dat het financiële risico, maar geen significant verzekeringsrisico overdraagt. Immateriële vast actief Een identificeerbaar, niet-monetair actief. Het immaterieel vast actief wordt verantwoord tegen kostprijs als het toekomstige economische voordelen zal opleveren en de kostprijs van het actief betrouwbaar kan worden bepaald. Vastgoedbeleggingen Vastgoed dat wordt aangehouden omwille van huuropbrengsten of een stijging van de kapitaalwaarde. ISO-valutalijst AUD Australië, dollars CAD Canada, dollars CHF Zwitserland, francs CNY China, yuan/renminbi DKK Denemarken, kroner GBP Verenigd Koninkrijk, ponden HKD Hongkong, dollar HUF Hongarije, Forint INR India, Rupees MAD Marokko, Dirham MYR Maleisië, ringgit PHP Filipijnse peso PLN Polen, Zloty RON Roemenie, Leu SEK Zweden, kronor THB Thailand, baht TRY Turkije, nieuwe lira TWD Taiwan, nieuwe dollars USD Verenigde Staten, dollars ZAR Zuid-Afrika, rand 321 Ageas Jaarverslag 2021 322 | 240 Liquiditeitsratio Een maatstaf waarmee kan worden beoordeeld of de instromende kasmiddelen van Ageas voldoende zijn voor een liquiditeitspositie waarmee een efficiënte bedrijfsvoering mogelijk is, de reputatie van Ageas in de markt kan worden gehandhaafd en de uitstroom van kasmiddelen in normale marktsituaties kan worden gedekt. Marktkapitalisatie De waarde die door de beurs aan de vennootschap wordt toegekend. Marktkapitalisatie is gelijk aan het aantal uitstaande aandelen vermenigvuldigd met de geldende koers van het aandeel. NCI Non-controlling interest (minderheidsbelang). Netto-investeringshedge Een afdekking van het financiële risico van een netto investering in een buitenlandse entiteit door een transactie met een compenserend risicoprofiel af te sluiten. Notioneel bedrag Aantal valuta-eenheden, aantal aandelen, een aantal eenheden in gewicht of volume of andere eenheden gespecificeerd in een derivatencontract. Operationele lease Een overeenkomst die het gebruik van een goed toelaat tegen periodieke betalingen, maar geen overdracht inhoudt van een eigendomstitel. Het financiële risico blijft bij de schuldeiser of leasinggever. Operationele marge Het bedrijfsresultaat gedeeld door de nettopremies. Het bedrijfsresultaat is de winst of het verlies uit alle activiteiten, inclusief het technisch en beleggingsresultaat. Optie Het recht, maar niet de verplichting, om een effect gedurende een bepaalde periode of op een bepaalde datum tegen een bepaalde prijs te kopen (calloptie) of verkopen (putoptie). Private equity Effecten van bedrijven die niet aan een beurs zijn genoteerd. Omdat een markt ontbreekt, moet een belegger zelf een koper vinden als hij zijn aandeel in een dergelijk bedrijf wil verkopen. Voorzieningen Voorzieningen zijn verplichtingen die onzekerheden met zich meebrengen in hoogte of tijdstip van betaling. Voorzieningen worden verantwoord op de balans indien er een bestaande (wettelijke of constructieve) verplichting is tot overdracht van economische voordelen, zoals kasstromen, als gevolg van gebeurtenissen in het verleden en indien op de balansdatum een betrouwbare schatting mogelijk is. Omgekeerde terugkoopovereenkomst De aankoop van een effect waaraan een overeenkomst gekoppeld wordt om het op een toekomstige datum tegen een hogere prijs terug te verkopen. Shadow accounting Onder IFRS 4 kunnen niet gerealiseerde resultaten op activa die gelden als dekking voor de verzekeringsverplichtingen in de waardering van verzekeringsverplichtingen worden opgenomen op eenzelfde wijze als gerealiseerde resultaten. De hieraan gerelateerde aanpassing van de verzekeringsverplichtingen (of overlopende acquisitiekosten of immateriële activa) worden uitsluitend verantwoord in het eigen vermogen indien de niet-gerealiseerde meerwaarden rechtstreeks is het eigen vermogen worden verantwoord. Effectenuitleentransacties Een lening van een effect van de ene partij aan de andere, die op zijn beurt het effect dient terug te bezorgen op de eindvervaldag van de transactie. Tegenover een dergelijke lening staat veelal een onderpand. Dit type transactie geeft aan de eigenaar van het effect de mogelijkheid om extra rendement te behalen. SPPI (Solely Payments of Principal and Interest) Een financieel actief voldoet aan de SPPI-test indien de contractuele voorwaarden van het financieel actief op specifieke data uitsluitend aanleiding zijn voor betaling van aflossingen op de hoofdsom en rente op de uitstaande hoofdsom. Stressliquiditeitsratio Een serie maatstaven waarmee kan worden beoordeeld of de instromende kasmiddelen van Ageas voldoende zijn voor een liquiditeitspositie waarmee een efficiënte bedrijfsvoering mogelijk is, de reputatie van Ageas kan worden gehandhaafd en verliezen uit posten in de verplichtingen gedurende perioden met liquiditeitsspanningen te vermijden. Gestructureerde schuldinstrumenten Gestructureerde kredietinstrumenten zijn waardepapieren, die gecreëerd worden door het herverpakken van kasstromen uit financiële contracten en bevatten obligaties gedekt door overige activa (ABS), obligaties gedekt door hypotheken (MBS) en schuldpapieren met onderpand (CDO’s). Achtergestelde obligatie (lening) Een lening (of effect) dat lager staat in de rangorde van schulden die aanspraak kunnen maken op activa en inkomsten. Dochteronderneming Ondernemingen waarin Ageas, direct of indirect, het financiële en operationele beleid kan sturen teneinde voordelen uit deze activiteiten te verwerven (‘beleidsbepalende invloed’). Transactiedatum De datum waarop Ageas toetreedt tot de contractuele bepalingen van het instrument. Value of Business acquired (VOBA) De contante waarde van toekomstige winsten (ook gedefinieerd als ‘value of business acquired’ of ‘VOBA’) uit verworven verzekeringscontracten. De VOBA wordt verantwoord als immaterieel actief en afgeschreven over de opnameperiode van de premie of bruto winst van de polissen. VaR Afkorting van Value at Risk. Een techniek op basis van de statistische analyse van historische marktontwikkelingen en fluctuaties. De VaR bepaalt de kans dat het verlies op een portefeuille een bepaald bedrag zal overschrijden. 323 | 240 Afkortingen AFS Voor verkoop beschikbaar ALM Asset and liability management AVG Algemene verordening gegevensbescherming CASHES Convertible and Subordinated Hybrid Equity-linked Securities CDS Credit default swap CEU Continentaal Europa CGU Cash generating unit (kasstroomgenererende eenheid) DPF Discretionary participation features (discretionaire winstdelingscomponent) ECL Verwachte kredietverliezen EPS Earnings per share (winst per aandeel) Euribor Euro inter bank offered rate EV Embedded value FRESH Floating rate equity linked subordinated hybrid bond HTM Held to maturity (tot einde looptijd aangehouden) HFT Held for trading (aangehouden voor handelsdoeleinden) IBNR Incurred but not reported IFRIC International Financial Reporting Interpretations Committee IFRS International Financial Reporting Standards LAT Liability adequacy test MCS Mandatory Convertible Securities OTC Over the counter SPPI Solely Payments of Principal and Interest (uitsluitend betaling hoofdsom en rente) SPE Special purpose entity VK Verenigd Koninkrijk OVERIGE INFORMATIE 322 Ageas Jaarverslag 2021 322 | 240 Liquiditeitsratio Een maatstaf waarmee kan worden beoordeeld of de instromende kasmiddelen van Ageas voldoende zijn voor een liquiditeitspositie waarmee een efficiënte bedrijfsvoering mogelijk is, de reputatie van Ageas in de markt kan worden gehandhaafd en de uitstroom van kasmiddelen in normale marktsituaties kan worden gedekt. Marktkapitalisatie De waarde die door de beurs aan de vennootschap wordt toegekend. Marktkapitalisatie is gelijk aan het aantal uitstaande aandelen vermenigvuldigd met de geldende koers van het aandeel. NCI Non-controlling interest (minderheidsbelang). Netto-investeringshedge Een afdekking van het financiële risico van een netto investering in een buitenlandse entiteit door een transactie met een compenserend risicoprofiel af te sluiten. Notioneel bedrag Aantal valuta-eenheden, aantal aandelen, een aantal eenheden in gewicht of volume of andere eenheden gespecificeerd in een derivatencontract. Operationele lease Een overeenkomst die het gebruik van een goed toelaat tegen periodieke betalingen, maar geen overdracht inhoudt van een eigendomstitel. Het financiële risico blijft bij de schuldeiser of leasinggever. Operationele marge Het bedrijfsresultaat gedeeld door de nettopremies. Het bedrijfsresultaat is de winst of het verlies uit alle activiteiten, inclusief het technisch en beleggingsresultaat. Optie Het recht, maar niet de verplichting, om een effect gedurende een bepaalde periode of op een bepaalde datum tegen een bepaalde prijs te kopen (calloptie) of verkopen (putoptie). Private equity Effecten van bedrijven die niet aan een beurs zijn genoteerd. Omdat een markt ontbreekt, moet een belegger zelf een koper vinden als hij zijn aandeel in een dergelijk bedrijf wil verkopen. Voorzieningen Voorzieningen zijn verplichtingen die onzekerheden met zich meebrengen in hoogte of tijdstip van betaling. Voorzieningen worden verantwoord op de balans indien er een bestaande (wettelijke of constructieve) verplichting is tot overdracht van economische voordelen, zoals kasstromen, als gevolg van gebeurtenissen in het verleden en indien op de balansdatum een betrouwbare schatting mogelijk is. Omgekeerde terugkoopovereenkomst De aankoop van een effect waaraan een overeenkomst gekoppeld wordt om het op een toekomstige datum tegen een hogere prijs terug te verkopen. Shadow accounting Onder IFRS 4 kunnen niet gerealiseerde resultaten op activa die gelden als dekking voor de verzekeringsverplichtingen in de waardering van verzekeringsverplichtingen worden opgenomen op eenzelfde wijze als gerealiseerde resultaten. De hieraan gerelateerde aanpassing van de verzekeringsverplichtingen (of overlopende acquisitiekosten of immateriële activa) worden uitsluitend verantwoord in het eigen vermogen indien de niet-gerealiseerde meerwaarden rechtstreeks is het eigen vermogen worden verantwoord. Effectenuitleentransacties Een lening van een effect van de ene partij aan de andere, die op zijn beurt het effect dient terug te bezorgen op de eindvervaldag van de transactie. Tegenover een dergelijke lening staat veelal een onderpand. Dit type transactie geeft aan de eigenaar van het effect de mogelijkheid om extra rendement te behalen. SPPI (Solely Payments of Principal and Interest) Een financieel actief voldoet aan de SPPI-test indien de contractuele voorwaarden van het financieel actief op specifieke data uitsluitend aanleiding zijn voor betaling van aflossingen op de hoofdsom en rente op de uitstaande hoofdsom. Stressliquiditeitsratio Een serie maatstaven waarmee kan worden beoordeeld of de instromende kasmiddelen van Ageas voldoende zijn voor een liquiditeitspositie waarmee een efficiënte bedrijfsvoering mogelijk is, de reputatie van Ageas kan worden gehandhaafd en verliezen uit posten in de verplichtingen gedurende perioden met liquiditeitsspanningen te vermijden. Gestructureerde schuldinstrumenten Gestructureerde kredietinstrumenten zijn waardepapieren, die gecreëerd worden door het herverpakken van kasstromen uit financiële contracten en bevatten obligaties gedekt door overige activa (ABS), obligaties gedekt door hypotheken (MBS) en schuldpapieren met onderpand (CDO’s). Achtergestelde obligatie (lening) Een lening (of effect) dat lager staat in de rangorde van schulden die aanspraak kunnen maken op activa en inkomsten. Dochteronderneming Ondernemingen waarin Ageas, direct of indirect, het financiële en operationele beleid kan sturen teneinde voordelen uit deze activiteiten te verwerven (‘beleidsbepalende invloed’). Transactiedatum De datum waarop Ageas toetreedt tot de contractuele bepalingen van het instrument. Value of Business acquired (VOBA) De contante waarde van toekomstige winsten (ook gedefinieerd als ‘value of business acquired’ of ‘VOBA’) uit verworven verzekeringscontracten. De VOBA wordt verantwoord als immaterieel actief en afgeschreven over de opnameperiode van de premie of bruto winst van de polissen. VaR Afkorting van Value at Risk. Een techniek op basis van de statistische analyse van historische marktontwikkelingen en fluctuaties. De VaR bepaalt de kans dat het verlies op een portefeuille een bepaald bedrag zal overschrijden. 323 | 240 Afkortingen AFS Voor verkoop beschikbaar ALM Asset and liability management AVG Algemene verordening gegevensbescherming CASHES Convertible and Subordinated Hybrid Equity-linked Securities CDS Credit default swap CEU Continentaal Europa CGU Cash generating unit (kasstroomgenererende eenheid) DPF Discretionary participation features (discretionaire winstdelingscomponent) ECL Verwachte kredietverliezen EPS Earnings per share (winst per aandeel) Euribor Euro inter bank offered rate EV Embedded value FRESH Floating rate equity linked subordinated hybrid bond HTM Held to maturity (tot einde looptijd aangehouden) HFT Held for trading (aangehouden voor handelsdoeleinden) IBNR Incurred but not reported IFRIC International Financial Reporting Interpretations Committee IFRS International Financial Reporting Standards LAT Liability adequacy test MCS Mandatory Convertible Securities OTC Over the counter SPPI Solely Payments of Principal and Interest (uitsluitend betaling hoofdsom en rente) SPE Special purpose entity VK Verenigd Koninkrijk 323 Ageas Jaarverslag 2021 Ageas en ageas SA/NV Markiesstraat 1 1000 Brussel, België Tel: +32 (0) 2 557 57 11 Fax: +32 (0) 2 557 57 50 Internet: www.ageas.com E-mail: [email protected]
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.