Earnings Release • Aug 26, 2014
Earnings Release
Open in ViewerOpens in native device viewer
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
De strategie van Aedifica is gebaseerd op twee demografische grondstromen: de vergrijzing in West-Europa en de groei van de bevolking in de grote Belgische steden.
Anderhalf jaar na de kapitaalverhoging van december 2012 heeft Aedifica een indrukwekkende reeks nieuwe investeringen gedaan. De vennootschap investeerde vooral in het segment van de huisvesting voor senioren, haar belangrijkste ontwikkelingsas. Zo werden alleen al tijdens het boekjaar 2013/2014 niet minder dan 13 gebouwen toegevoegd aan het patrimonium van de vennootschap, waarbij de uitbreidingen, herontwikkelingen, enz. nog niet eens zijn meegerekend. Dit brengt het aantal sites voor huisvesting voor senioren op meer dan 50. De reële waarde van de vastgoedbelleggingen heeft de kaap van 700 miljoen € ruimschoots overschreden en bedraagt 785 miljoen €. Dit houdt een stijging in van 142 miljoen € (hetzij 22%) in één jaar.
Het zal de aandeelhouders vast niet zijn ontgaan dat om haar groei te financieren de vennootschap, naast 191 miljoen € nieuwe en heronderhandelde bankkredietlijnen, op het einde van het boekjaar ook een aanzienlijk aantal nieuwe aandelen heeft uitgegeven (voor een gecumuleerd bedrag van 16 miljoen €) in het kader van twee vastgoedoperaties (inbrengen in natura). Deze operaties hadden een waardeverhogend effect op de nettoactiefwaarde per aandeel en brachten de beurskapitalisatie op ongeveer 520 miljoen €.
De uitbreiding van de portefeuille heeft zich voornamelijk voorgedaan op de binnenlandse markt, maar ook, en dat is het grote nieuws van het voorbije boekjaar, in het buitenland. De vijf acquisities van rustoorden in Duitsland zijn niet alleen de eerste buitenlandse investeringen van Aedifica sinds haar oprichting in 2005, maar ook de eerste investeringen van een Belgische vastgoedbevak in Duitsland. Deze investeringen passen volledig in de strategie van Aedifica in het segment van de huisvesting voor senioren. Deze strategische stap maakt het mogelijk een betere huurdiversificatie na te streven en verruimt het speelveld in een markt die de tendens vertoont om zich op een Europees niveau te ontwikkelen. Aedifica heeft uiteraard de ambitie om haar groei in Duitsland verder te zetten. Door haar daadkracht en communicatie heeft Aedifica volop interesse opgewekt en erkenning gekregen in de Duitse markt. De vennootschap kwam begin juli 2014 immers binnen in de top 5 van investeerders in rustoorden die jaarlijks door Care-Invest wordt gepubliceerd naar aanleiding van de vakbeurs Altenheim EXPO in Berlijn.
Zelfs zonder rekening te houden met nieuwe opportuniteiten in België en Duitsland, wordt de toekomstige groei van de vennootschap al gevrijwaard door bestaande afspraken inzake acquisities, renovaties, uitbreidingen en herontwikkelingen van talrijke sites. Deze projecten sluiten perfect aan bij de strategie van de vennootschap, die er in het segment van de huisvesting voor senioren onder meer op gericht is zowel bestaande vastgoedsites door ontwikkeling te versterken en te verbeteren als in samenwerking met huurders/operatoren nieuwe projecten te ontwikkelen. De huidige pipeline van dergelijke projecten vertegenwoordigt een gecumuleerd investeringsbudget van meer dan 200 miljoen €. Dit bedrag zal binnen een periode van vier jaar geïnvesteerd worden. Deze strategie maakt het mogelijk om een portefeuille op te bouwen van kwalitatief goede gebouwen die interessante nettorendementen bieden.
De activa van de vennootschap zijn voortaan onderverdeeld in drie segmenten:
Aedifica blijft de prestaties van haar portefeuille continu verbeteren. Dit uit zich in een uitstekende huuromzet (stijging van 12%), in een stijgende exploitatiemarge van 77% en in het beheer van de financiële lasten. Het nettoresultaat (zonder "non cash" elementen die het gevolg zijn van de toepassing van de boekhoudkundige normen met betrekking tot de indekkingsinstrumenten en de vastgoedbeleggingen) is met 19% gestegen tot 20,3 miljoen € (tegenover 17,0 miljoen € op 30 juni 2013), hetzij 2,05 € per aandeel (tegenover 1,95 € per aandeel op 30 juni 2013).
Rekening houdend met de hierboven aangetoonde prestaties zal de raad van bestuur van Aedifica aan de gewone algemene vergadering voorstellen om een brutodividend van 1,90 € per aandeel1 uit te keren. Dit is hoger dan vorig jaar en dan de vooruitzichten (die 1,86 € per aandeel bedroegen).
In het huidige onstabiele klimaat dat de wereld thans in de greep houdt, voorziet de raad van bestuur voor het boekjaar 2014/2015 een stijgend dividend van 1,93 € per aandeel.
Het boekjaar 2014/2015 zal ook een verandering van het reglementair kader inluiden voor de sector van de vastgoedbevaks. Naar aanleiding van de implementering van de Europese Richtlijn "Alternative Investment Fund Managers" ("AIFM") in de Belgische wetgeving, zijn de vastgoedbevaks onderworpen aan nieuwe verplichtingen. In deze context heeft het Belgische parlement een wet aangenomen ter invoering van het statuut van "Gereglementeerde vastgoedvennootschap" (GVV) die de vastgoedbevaks de mogelijkheid biedt om dit nieuwe statuut aan te nemen. Deze wet en het Koninklijk Besluit ter uitvoering ervan zijn op 16 juli 2014 in werking getreden. Elke vastgoedbevak zal vooralsnog binnen de vier maanden volgend op de publicatie van desbetreffend Koninklijk Besluit in het Belgisch Staatsblad een keuze moeten maken: ofwel een erkenning als AIFM aanvragen, ofwel aan zijn aandeelhouders voorstellen het GVV-statuut aan te nemen en als zodanig een erkenning te vragen. De raad van bestuur is van oordeel dat het aannemen van het GVV-statuut in het belang is van de aandeelhouders en van de vennootschap, en bij uitbreiding van alle stakeholders. Immers, de toepassing van de AIFMD-wet zou tot een verzwaring van de operationele structuur van de vennootschap leiden. Tevens zou de classificatie als AIFM de toepassing van andere regelgevingen met zich meebrengen, in het bijzonder met betrekking tot afgeleide instrumenten ("European Market Infrastructure Regulation" of "EMIR"). De combinatie van al deze factoren zou als gevolg hebben dat het dynamisme van de vennootschap zou afnemen en dat haar operationele en financiële kosten gevoelig zouden verhogen. De raad van bestuur van Aedifica heeft dan ook beslist een erkenningsdossier als GVV in te dienen bij de FSMA met de bedoeling een buitengewone algemene vergadering in de herfst op te roepen om ter zake een beslissing te nemen. Aedifica zal haar aandeelhouders zo spoedig mogelijk verder over dit onderwerp berichten.
Ten slotte wijzen we erop dat er, zowel in België als in Duitsland, nog nieuwe investeringsopportuniteiten worden bestudeerd die volledig in de door de markt geplebisciteerde investeringsstrategie van Aedifica passen.
1 Het nettodividend per aandeel zal 1,6150 € bedragen, na aftrek van de roerende voorheffing van 15%.
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
Aedifica heeft op 20 juni 2013 en op 12 september 2013 voor notaris de koopaktes getekend van de rustoorden "Seniorenzentrum AGO Herkenrath" (Bergisch Gladbach, in Noordrijn-Westfalen), "Seniorenzentrum AGO Dresden" en "Seniorenzentrum AGO Kreischa" (Saksen). Deze koopaktes waren aan voornamelijk administratieve opschortende voorwaarden onderworpen, zoals in Duitsland gebruikelijk is. Deze voorwaarden werden op 1 augustus 2013 vervuld voor het rustoord in Bergisch Gladbach, op 22 november 2013 voor het rustoord in Dresden en op 28 december 2013 voor het rustoord in Kreischa, waarna Aedifica NV de koopprijs (ca. 21 miljoen € in totaal) heeft betaald en automatisch op die data de eigendom en het genot van de gebouwen heeft verworven.
"Herkenrath" "Dresden" "Kreischa"
Deze drie rustoorden worden door dochterondernemingen van de groep AGO Betriebsgesellschaft für Sozialeinrichtungen mbH ("AGO-groep") uitgebaat op basis van niet-opzegbare langetermijnhuurovereenkomsten. De AGO-groep is een kwaliteitsvolle uitbater die een uitstekende reputatie in de Duitse markt geniet. Deze operator baat een tiental woonzorgcentra uit. De hoofdzetel van de groep is gevestigd in Keulen. De huurovereenkomsten zijn niet-opzegbare double net overeenkomsten, d.w.z. dat het onderhoud en de herstellingen van de structuur, de gevels en het dak van het gebouw ten laste van de eigenaar zijn. De gemiddelde resterende duur van de drie overeenkomsten bedraagt ca. 23 jaar. Het initiële brutohuurrendement (double net) voor deze drie rustoorden bedraagt, dankzij de goede kwaliteit van de gebouwen, ca. 7,5%. De conventionele aanschaffingswaarde van de drie gebouwen bedraagt ca. 21 miljoen €.
Aedifica heeft op 29 augustus 2013 samen met haar dochtervennootschap Aedifica Invest NV 100% van de aandelen van de NV Patrius Invest verworven. Patrius Invest is de eigenaar van twee rustoorden in de provincie Antwerpen: "Salve" in Brasschaat en "Plantijn" in Kapellen.
« Salve »
een perceel naast het rustoord. De stedenbouwkundige vergunning voor dit project werd reeds afgeleverd. Het einde van de werken is gepland voor 2017/2018.
Het globale investeringsbudget voor de realisatie van de renovatie- en uitbreidingswerken op deze twee sites is contractueel op ca. 16 miljoen € vastgelegd. Deze bijkomende investeringen zullen vanaf de voorlopige oplevering van de werken eveneens een triple net rendement van ca. 6% opleveren.
"Plantijn"
Aedifica heeft op 21 oktober 2013 samen met haar dochtervennootschap Aedifica Invest NV 100% van de aandelen van de NV Immo Dejoncker verworven. Immo Dejoncker is eigenaar van het appartementsgebouw "Stephanie's Corner" in Brussel.
"Stephanie's Corner" telt 27 appartementen, 3 commerciële ruimten op de gelijkvloerse verdieping en 27 ondergrondse parkeerplaatsen. Het gebouw, dat van 2007 dateert, is gelegen tussen de Jean Stasstraat en de Dejonckerstraat en geniet aldus een uitstekende ligging in het hart van de Louizawijk in Brussel, in de onmiddellijke omgeving van winkels en het openbaar vervoer (tram en metro). De appartementen zijn aan particulieren verhuurd op basis van klassieke residentiële huurcontracten, terwijl de commerciële ruimten verhuurd zijn op basis van handelshuurovereenkomsten. De conventionele aanschaffingswaarde van het gebouw bedraagt ca. 10 miljoen € (hetzij een aanschaffingswaarde van de appartementen die beduidend lager is dan 3.000€/m²). Deze investering genereert een initieel brutohuurrendement van meer dan 5%.
"Stephanie's Corner"
Aedifica heeft op 16 december 2013 samen met haar dochtervennootschap Aedifica Invest NV de controle verworven van de vennootschappen die de eigenaars zijn van de rustoorden "Huize Lieve
Moenssens" in Dilsen-Stokkem (provincie Limburg) en "De Stichel" in Vilvoorde (provincie Vlaams-Brabant).
"De Stichel"
"Huize Lieve Moenssens"
Aedifica heeft op 12 juni 2014 een principeovereenkomst gemeld tussen Aedifica, B&R en Oase voor de acquisitie van 5 nieuwe rustoorden in de driehoek Leuven-Aarschot-Tienen (provincie Vlaams-
Brabant). Deze principeovereenkomst is reeds gedeeltelijk uitgevoerd door de acquisitie van het rustoord in Binkom dezelfde dag en door de acquisitie van een terrein in Tienen op 30 juni 2014.
De operatie is deels uitgevoerd via de inbreng in natura van het gebouw (waarvan Oase VZW de eigenaar was) en deels door de verwerving (door Aedifica, samen met haar dochteronderneming Aedifica Invest NV) van 100% van de aandelen van de vennootschap Rugever BVBA, die de eigenaar van het terrein is. Rugever BVBA was een dochtervennootschap van de B&R-groep. De transactie werd dus deels gefinancierd door de uitgifte van 258.475 nieuwe Aedifica-aandelen voor een waarde van 12.158.664 €. De nieuwe aandelen zijn volledig volgestort en zonder nominale waarde. Ze zijn sinds 16 juni 2014 beursgenoteerd en geven recht op een dividend voor het boekjaar 2013/2014, met dien verstande dat het verwachte dividend met betrekking tot de periode van 1 juli 2013 tot 11 juni 2014 door Oase ten gunste van Aedifica ten laste wordt genomen. Op 30 juni 2014 is Rugever BVBA met Aedifica NV gefusioneerd (geruisloze fusie).
"Oase Binkom"
Op 30 juni 2014 verwierf Aedifica het terrein in Tienen door een inbreng in natura.
De conventionele aanschaffingswaarde van het terrein bedraagt ca. 4 miljoen €. Het netto initieel rendement bedraagt ca. 6%. Aedifica zal dit rendement ontvangen op basis van het recht van opstal toegekend aan de BVBA Woon & Zorg Vg Tienen in het kader van de constructie van de gebouwen op dit terrein.
De transactie werd volledig gefinancierd door de uitgifte van 86.952 nieuwe Aedificaaandelen. De nieuwe aandelen zijn volledig volgestort en zonder nominale waarde. Ze zijn sinds 2 juli 2014 beursgenoteerd en geven recht op een dividend voor het boekjaar 2013/2014, met dien verstande dat het verwachte dividend met betrekking tot de periode van 1 juli 2013 tot 29 juni 2014 door Oase ten gunste van Aedifica ten laste wordt genomen.
De oplevering van de gebouwen, en vervolgens de verwerving ervan door Aedifica, worden in de zomer/herfst van 2014 verwacht.
"Oase Tienen"
Aedifica heeft op 5 mei 2014 de ondertekening voor notaris gemeld van de koopaktes van twee rustoorden in Duitsland ("Haus Dottendorf" in Bonn, Noordrijn-Westfalen, en "Goldene Au" in Sonneberg, Thüringen). Deze koopaktes waren aan voornamelijk administratieve opschortende voorwaarden onderworpen, zoals in Duitsland gebruikelijk is. Deze voorwaarden werden op 24 juni 2014 vervuld voor het rustoord in Bonn en op 26 juni 2014 voor het rustoord in Sonneberg, waarna Aedifica NV de koopprijs (ca. 15 miljoen € in totaal) heeft betaald en automatisch op die data de eigendom en het genot van de gebouwen heeft verworven.
Deze instelling wordt uitgebaat door Volkssolidarität. Volkssolidarität is een van de belangrijkste non-profitverenigingen van Duitsland. Ze stelt crèches, sociale diensten en andere instellingen met sociaal oogmerk ter beschikking van de bevolking. Deze operator baat een zestigtal rustoorden uit. De hoofdzetel van de groep is in Berlijn gevestigd.
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
"Goldene Au"
Deze instelling wordt uitgebaat door Senator. Senator is een van de grote private operatoren van rustoorden in Duitsland. Deze operator baat een vijftigtal rustoorden uit. De hoofdzetel van de groep is gevestigd in Lübeck.
"Haus Dottendorf"
De huurovereenkomsten die zijn afgesloten met deze twee operatoren zijn double net overeenkomsten, d.w.z. dat het onderhoud en de herstellingen van de structuur, de gevels en het dak van het gebouw ten laste van de eigenaar zijn. De gemiddelde resterende duur van de twee overeenkomsten bedraagt ca. 22 jaar. Het initiële brutohuurrendement (double net) voor deze drie rustoorden bedraagt ca. 7,5%. De conventionele aanschaffingswaarde van de twee gebouwen bedraagt ca. 15 miljoen €.
Aedifica heeft op 29 augustus 2013 de voltooiing gemeld van het nieuwe rustoord "Hestia" in Wemmel (Vlaams-Brabant), in de rand rond Brussel.
Het rustoord is gelegen in een residentiële wijk van Wemmel. Het heeft een totale capaciteit van 222 vergunde bedden en is daarmee het grootste rustoord in de portefeuille van Aedifica. De site wordt door de groep Soprim@ uitgebaat op basis van een triple net erfpachtovereenkomst van 27 jaar. De aanschaffingswaarde (met inbegrip van de aankoop van het terrein en de bouw van het gebouw) bedraagt ca. 22 miljoen €. Deze investering genereert een initieel triple net rendement van ca. 6%.
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
Dit project is voor rekening van Aedifica gerealiseerd in uitvoering van een op 21 februari 2011 met de groep Soprim@ getekend principeakkoord.
"Hestia"
Aedifica heeft op 29 augustus 2013 samen met haar dochtervennootschap Aedifica Invest NV 100% van de aandelen van de NV Patrius Invest verworven. Patrius Invest NV is eigenaar van het woonzorgcentrum "Salve" (zie sectie 2.1.1 hierboven). In het kader van de erfpachtovereenkomst heeft Aedifica zich ertoe verbonden de herontwikkeling van de site (in twee fases) te financieren, waarvan fase I in februari 2014 is opgeleverd. Fase I betrof de sloop en heropbouw van het oude gedeelte van het woonzorgcentrum met behoud van de historische gevel. De investering voor fase I bedroeg ca. 6 miljoen € en levert een triple net rendement van ca. 6% op.
"Salve" (fase I)
Fase II omvat de renovatie van de moderne delen van het woonzorgcentrum (twee gebouwen die van 1979 en 1997 dateren). De voorlopige oplevering van fase II is in 2015 gepland.
Aedifica heeft op 7 september 2011 Larenshof verworven, een site die een woonzorgcentrum en een serviceflatgebouw omvat, gelegen in een residentiële wijk in Laarne (Oost-Vlaanderen). Fases I (bouw van een woonzorgcentrum met 62 bedden) en II (bouw van een serviceflatgebouw met 29 serviceflats) werden in 2010/2011 uitgevoerd. Fase III (uitbreiding van het woonzorgcentrum) is in februari 2014 opgeleverd. De totale investering voor de site (fases I, II en III) bedraagt ca. 17 miljoen € en levert een triple net rendement van ca. 6% op. De site telt vandaag 119 eenheden (90 erkende bedden en 29 serviceflats – Aedifica is eigenaar van 26 van de 29 serviceflats). De zorg en dienstverlening in dit woonzorgcentrum worden verzorgd door seniorenzorgaanbieder Armonea waaraan het gebouw middels een triple net erfpachtovereenkomst ter beschikking wordt gesteld.
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
"Larenshof" (fase III)
Het rustoord "Koning Albert I" werd in 2011 verworven. In het kader van de erfpachtovereenkomst die werd gesloten met de uitbater van het rustoord (de groep Soprim@), heeft Aedifica zich ertoe verbonden de uitbreiding en de renovatie van de site te financieren om de capaciteit van de site op 110 eenheden (67 erkende bedden en 43 serviceflats) te brengen.
Deze herontwikkeling van de site werd in twee fases gerealiseerd:
Het totale investeringsbedrag van de site met inbegrip van de uitbreiding en renovatie bedraagt ca. 15 miljoen € en levert een nettorendement van ca. 6% op.
"Koning Albert I" (fase II)
Fase II van de uitbreidingswerken van het rustoord "De Edelweis" in Begijnendijk werd op 15 mei 2014 afgerond en werd op deze datum in gebruik genomen. De site, die door de groep Senior Living Group wordt uitgebaat, werd in 2010 verworven. Een uitbreidingsproject in twee fases voor een budget van ca. 3 miljoen € was gepland. Fase I werd opgeleverd op 28 mei 2013.
« De Edelweis »
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
Op 30 juni 2014 zijn de bouwwerken van de volgende projecten in uitvoering:
Inzake financiering hebben de volgende gebeurtenissen zich voorgedaan sinds het begin van het boekjaar 2013/2014, voor een totaal van 191 miljoen €:
Rekening houdend met die hierboven vermelde elementen, zien de vervaldata van de kredietlijnen van Aedifica eruit als volgt (in miljoen €):
| - | 2014/2015 : | 56 |
|---|---|---|
| - | 2015/2016 : | 85 |
| - | 2016/2017 : | 150 |
| - | 2017/2018 : | 67 |
| - | 2018/2019 : | 60 |
| - | 2019/2020 : | 30 |
| - | 2020/2021 : | 2 |
| - | > 2022/2023 : | 14 |
| 464 |
De opening van deze bilaterale kredietlijnen toont eens te meer aan dat Aedifica een sterke en duurzame relatie heeft met haar banken.
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
Aedifica heeft op 10 juli 2014 (samen met haar dochteronderneming Aedifica Invest NV) 100% van de aandelen van de BVBA Woon & Zorg Vg Aarschot verworven. Woon & Zorg Vg Aarschot is eigenaar van een terrein en gebouwen gelegen in Aarschot (Wissenstraat) en was een dochtervennootschap van de B&R-groep. Deze transactie maakt deel uit van het principeakkoord (aangekondigd op 12 juni 2014) voor de acquisitie van een portefeuille van vijf woonzorgcentra in het Hageland in samenwerking met Oase en B&R.
De site van Aarschot (Wissenstraat) heeft een uitstekende ligging in een residentiële wijk dicht bij het stadscentrum, op een twintigtal kilometer van Leuven. De site is in juni opgeleverd en is recent in gebruik genomen. In de gebouwen worden 164 eenheden uitgebaat, m.n. een woonzorgcentrum met 120 vergunde bedden en een gebouw met 44 assistentiewoningen. Beide gebouwen zijn ondergronds verbonden en worden tevens door een bovengrondse loopbrug verbonden. Het woonzorgcentrum wordt door de Oase-groep uitgebaat op basis van een triple net erfpachtovereenkomst van 27 jaar. Deze erfpachtovereenkomst brengt een initieel triple net rendement van ca. 6% op. Inzake de assistentiewoningen neemt de Oase-groep de uitbating op in het kader van een terbeschikkingstellingsovereenkomst met een duur van 27 jaar. Aedifica overweegt deze assistentiewoningen op korte termijn aan derden te verkopen, aangezien de vennootschap deze in dit geval als niet-strategische activa beschouwt. De conventionele aanschaffingswaarde van de gehele site bedraagt ca. 24 miljoen €.
"Oase Aarschot Wissenstraat"
Tijdens het boekjaar (1 juli 2013 – 30 juni 2014) is de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in exploitatie met 152 miljoen € gestegen van 614 miljoen € tot 766 miljoen € (785 miljoen € voor de hele portefeuille, inclusief projectontwikkelingen). Deze stijging (van 25%) komt voornamelijk voort uit de gerealiseerde acquisities (zie sectie 2.1.1. hierboven) en uit de opgeleverde projectontwikkelingen (zie sectie 2.1.2. hierboven).
De variatie van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in exploitatie die in het resultaat opgenomen wordt (+5,7 miljoen € of +0,8%) vloeit voort uit de waardering door de onafhankelijke vastgoeddeskundigen en wordt als volgt opgesplitst:
Op 30 juni 2014 tellen de vastgoedbeleggingen in exploitatie van Aedifica 139 panden, met een totale bebouwde oppervlakte van 376.000 m², voornamelijk bestaande uit:
Verdeeld per activiteitensector betekende dit (in reële waarde):
Geografisch was de portefeuille als volgt gespreid (in reële waarde):
De bezettingsgraad2 voor het niet-gemeubelde deel van de portefeuille (92% van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in exploitatie, tegenover 90% aan het einde van het vorige boekjaar) bedraagt 97,6% op 30 juni 2014. Dit is een zeer hoog niveau en een stijging ten opzichte van het niveau van 30 juni 2013 (97,4%).
De bezettingsgraad van de gemeubelde appartementen (dat slechts nog 8% van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen in exploitatie vertegenwoordigt) bedraagt 78,0% over het boekjaar 2013/2014. Dit is lager dan de bezettingsgraad die werd behaald voor het hele boekjaar 2012/2013
2 De bezettingsgraad wordt als volgt berekend:
- Voor de gehele portefeuille (met uitzondering van de gemeubelde appartementen): (contractuele huurgelden + de gewaarborgde huurinkomsten) / (contractuele huurgelden + geraamde huurwaarde (GHW) voor de niet-verhuurde oppervlakten van de vastgoedportefeuille). Merk dus op dat deze bezettingsgraad ook de eenheden omvat die worden gerenoveerd en die tijdelijk niet verhuurd kunnen worden.
- Voor de gemeubelde appartementen: % verhuurde dagen sinds het begin van het boekjaar. Deze bezettingsgraad kan dus niet worden vergeleken met de bezettingsgraad berekend voor de rest van de portefeuille, gezien een verschillende methodologie wordt gehanteerd.
(82,6%), maar hoger dan de laatste gepubliceerde bezettingsgraad (76,8% op 31 maart 2014). Deze situatie vloeit voort uit de toegenomen volatiliteit (een gevolg van een verslechterd algemeen economisch klimaat) zoals reeds in eerdere publicaties werd aangehaald. Aedifica maakt bovendien gebruik van de huidige conjunctuurvertraging om gemeubelde appartementen te renoveren. De vennootschap wil eveneens verhuringen van minder dan 3 maanden geleidelijk aan vermijden.
De aanhoudende trend van toegenomen volatiliteit in de markt van de gemeubelde appartementen en de neerwaartse druk hiervan op het nettorendement, leiden ertoe dat Aedifica op korte tot middellange termijn haar beleid inzake het beheer van de appartementen zal toespitsen op volgende principes:
De globale bezettingsgraad3 van de portefeuille bedraagt 98% op 30 juni 2014.
De gemiddelde resterende duur van de huurovereenkomsten van de hele portefeuille bedraagt 19 jaar, een stijging ten opzichte van 30 juni 2013 (18 jaar). Volgens de "Belgian REIT Overview" (die elke maand door Bank Degroof wordt uitgegeven), staat Aedifica hiermee met voorsprong op de eerste plaats. Deze prestatie is te verklaren door het grote aandeel van langetermijnhuurcontracten (erfpachtovereenkomsten) in de portefeuille van Aedifica.
| 30 juni 2014 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Patrimonium (x1.000€) | Huisvesting voor senioren |
Appartements gebouwen |
Hotels en andere |
Vastgoed beleggingen in exploitatie |
Project ontwikkeling en |
Vastgoed beleggingen |
|
| Reële waarde | 482.401 | 210.128 | 73.260 | 765.789 | 19.191 | 784.980 | |
| Jaarlijkse contractuele huurgelden |
28.725 | 12.425 | * | 4.564 | 45.714 | - | - |
| Brutorendement (%) ** | 6,0% | 5,8% | 6,2% | 5,9% | - | - | |
| 30 juni 2013 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Patrimonium (x1.000€) | Huisvesting voor senioren |
Appartements gebouwen |
Hotels en andere |
Vastgoed beleggingen in exploitatie |
Project ontwikkeling en |
Vastgoed beleggingen |
|
| Reële waarde | 343.550 | 197.689 | 72.972 | 614.211 | 28.633 | 642.844 | |
| Jaarlijkse contractuele huurgelden |
20.404 | 12.177 | * | 4.788 | 37.369 | - | - |
| Brutorendement (%) ** | 5,9% | 6,1% | 6,6% | 6,1% | - | - |
* De bedragen mbt de gebouwen met gemeubelde appartementen zijn de huurinkomsten, geannualiseerd en uitgezonderd BTW. ** Op basis van de reële waarde (waarde bepaald door de vastgoeddeskundigen), die om de 3 maanden wordt herschat, verhoogd met de goodwill en de meubelen voor de gemeubelde appartementen. In de sector van de huisvesting voor senioren is het brutorendement doorgaans gelijk aan het nettorendement. De exploitatielasten, de onderhoudskosten en het risico van huurderving worden in België namelijk volledig ten laste genomen door de exploitant. Dit geldt eveneens voor de hotels.
- -
3 De globale bezettingsgraad wordt berekend volgens de EPRA-methodologie.
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
Hieronder volgt een analyse van de geconsolideerde resultatenrekening die wordt voorgesteld in een analytisch formaat, zoals dat overigens voor de interne rapportering van Aedifica wordt gebruikt.
| Geconsolideerde resultatenrekening - analytisch schema | ||
|---|---|---|
| (x 1.000 €) | 30 juni 2014 | 30 juni 2013 |
| Huurinkomsten | 40.675 | 36.230 |
| Met verhuur verbonden kosten | -62 | -147 |
| Nettohuurresultaat | 40.613 | 36.083 |
| Operationele kosten* | -9.192 | -8.549 |
| Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille | 31.421 | 27.534 |
| Exploitatiemarge** % | 77% | 76% |
| Financieel resultaat vóór IAS 39 | -10.965 | -10.460 |
| Belastingen | -141 | -70 |
| Resultaat vóór IAS 39 en IAS 40 | 20.315 | 17.004 |
| Noemer (IAS 33) | 9.917.093 | 8.715.370 |
| Resultaat vóór IAS 39 en IAS 40 per aandeel (€/aandeel) | 2,05 | 1,95 |
| Resultaat vóór IAS 39 en IAS 40 | 20.315 | 17.004 |
| IAS 39 impact: variatie van de reële waarde van de indekkingsinstrumenten | -2.990 | 1.600 |
| IAS 40 impact:variatie van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen. | 3.816 | 9.013 |
| IAS 40 impact: resultaat verkoop vastgoedbeleggingen | 0 | 54 |
| IAS 40 impact: uitgestelde belastingen | 244 | 0 |
| Nettoresultaat (aandeel van de groep) | 21.385 | 27.671 |
| Noemer (IAS 33) | 9.917.093 | 8.715.370 |
| Nettoresultaat per aandeel | 2,16 | 3,17 |
| (aandeel van de groep - IAS 33 - €/aandeel) |
* Rubrieken IV tot XV van de resultatenrekening.
** Operationeel resultaat vóór het resultaat op de portefeuille gedeeld door het nettohuurresultaat.
De geconsolideerde omzet (geconsolideerde huurinkomsten) van het boekjaar stijgt met 12% ten opzichte van het vorige boekjaar en bedraagt 40,7 miljoen €. Dit is iets hoger dan de vooruitzichten die werden gepubliceerd in het jaarlijks financieel verslag 2012/2013.
De sectorale variatie van de geconsolideerde omzet (+4,4 miljoen €, hetzij +12% of -2% bij ongewijzigde portefeuille) is hieronder vermeld:
4 De resultatenrekening dekt een periode van 12 maanden, van 1 juli 2013 tot 30 juni 2014. De acquisities werden geboekt op datum van effectieve controleoverdracht. Deze operaties hebben bijgevolg een verschillende weerslag op de resultatenrekening, naargelang zij plaatsvonden bij de aanvang, tijdens of op het einde van de periode.
De evolutie van de huurinkomsten van het segment van de huisvesting van senioren (+26% of +2% bij ongewijzigde portefeuille) toont de relevantie aan van de investeringsstrategie van Aedifica in dit segment, dat al meer dan 60% van de omzet genereert en bijna 80% van het operationeel resultaat vóór het resultaat op de portefeuille van de vennootschap. In de andere segmenten zijn, zoals al vermeld werd in vorige publicaties, de negatieve variaties voornamelijk een gevolg van huuraanpassingen die gedurende het boekjaar 2012/2013 werden onderhandeld, zodat het huurniveau voor de betrokken ondernemingen draagbaar zou blijven, en dus de kasstromen en de waardering van de activa verzekerd konden worden.
Na aftrek van de met verhuur verbonden kosten bedraagt het nettohuurresultaat 40,6 miljoen € (+13% ten opzichte van 30 juni 2013).
Het vastgoedresultaat bedraagt 39,1 miljoen € (30 juni 2013: 34,6 miljoen €). Dit resultaat, verminderd met de andere directe kosten, leidt tot een operationeel vastgoedresultaat van 35,6 miljoen € (30 juni 2013: 31,2 miljoen €). Dit impliceert een operationele marge van 88% (30 juni 2013: 87%).
Na aftrek van de algemene kosten ten bedrage van 4,2 miljoen € (op 30 juni 2013: 3,9 miljoen €) en rekening houdend met de andere operationele inkomsten en lasten, stijgt het operationele resultaat vóór het resultaat op de portefeuille met 14% tot 31,4 miljoen € (op 30 juni 2013: 27,5 miljoen €), wat een exploitatiemarge van 77% impliceert (op 30 juni 2013: 76%).
Het aandeel van elk segment in het operationele resultaat vóór het resultaat op de portefeuille (sectoraal resultaat volgens IFRS 8) wordt hieronder in detail weergegeven:
| 30 juni 2014 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Sectoraal resultaat (x1.000€ ) | Huisvesting voor senioren |
Appartements gebouwen |
Hotels en andere |
Niet toegekend en intersectoraal |
Totaal | |
| Huurinkomsten | 24.566 | 12.084 | 4.132 | -107 | 40.675 | |
| Nettohuurresultaat | 24.565 | 12.024 | 4.132 | -108 | 40.613 | |
| Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille |
24.546 | 7.136 | 4.092 | -4.353 | 31.421 |
| 30 juni 2013 | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Sectoraal resultaat (x1.000€ ) | Huisvesting voor senioren |
Appartements gebouwen |
Hotels en andere |
Niet toegekend en intersectoraal |
Totaal | |
| Huurinkomsten | 19.517 | 12.235 | 4.579 | -101 | 36.230 | |
| Nettohuurresultaat | 19.517 | 12.132 | 4.535 | -101 | 36.083 | |
| Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille |
19.517 | 7.416 | 4.511 | -3.910 | 27.534 |
Rekening houdend met de kasstromen die gegenereerd worden door de indekkingsinstrumenten (die hieronder beschreven worden), bedragen de netto-interestlasten van de bevak 11,1 miljoen € (30 juni 2013: 10,0 miljoen €). De effectieve gemiddelde interestvoet (4,0% vóór activering van de intercalaire interesten op de projectontwikkelingen) is lager dan de gemiddelde interestvoet van het vorige boekjaar (4,2%) en aan die opgenomen in de vooruitzichten (4,2%). Rekening houdend met de andere financiële opbrengsten en lasten (waaronder niet-recurrente opbrengsten van 0,6 miljoen € die
voortvloeien uit de twee inbrengen in natura van 12 en 30 juni 2014, en die het dividend vertegenwoordigen dat werd verwacht voor de periode van 1 juli 2013 tot de dag vóór de inbreng in natura en dat door de inbrenger ten gunste van Aedifica ten laste is genomen) en met uitsluiting van de netto-impact van de herwaardering van de indekkingsinstrumenten aan hun reële waarde (deze impact, die geen kasstroom is, wordt volgens de IAS 39-norm geboekt en maakt geen deel uit van het resultaat vóór IAS 39 en IAS 40 zoals hieronder uitgelegd), leidt het financiële resultaat vóór IAS 39 tot een nettolast van 11,0 miljoen € (op 30 juni 2013: 10,5 miljoen €).
De belastingen bestaan uit verschuldigde en uitgestelde belastingen. In overeenstemming met het bijzondere belastingstelsel van de vastgoedbevaks omvatten de verschuldigde belastingen (last van 141 k€; 30 juni 2013: last van 70 k€) voornamelijk de Belgische belasting op de verworpen uitgaven van Aedifica, de belasting op winst die in het buitenland werd behaald en de belasting op de winst van geconsolideerde dochterondernemingen. De uitgestelde belastingen worden hieronder verklaard.
Het resultaat vóór IAS 39 en IAS 40 bedraagt 20,3 miljoen € (30 juni 2013: 17,0 miljoen €), hetzij 2,05 € per aandeel, op basis van het gewogen gemiddeld aantal uitstaande aandelen in omloop (30 juni 2013: 1,95 € per aandeel). Dit resultaat omvat de hoger vermelde niet-recurrente financiële opbrengsten van 0,6 miljoen €, hetzij 0,6 € per aandeel. Het recurrent resultaat vóór IAS 39 en IAS 40 bedraagt dus 19,7 miljoen € (een stijging van 16% ten opzichte van de 17,0 miljoen € van het vorige boekjaar), hetzij 1,99 € per aandeel. Dit resultaat (zowel in absolute termen als per aandeel) is veel hoger (+5%) dan de vooruitzichten (18,7 miljoen €, hetzij 1,89 € per aandeel).
De resultatenrekening telt bovendien drie elementen die geen kasstroom zijn (m.a.w. non cash) en die fluctueren in functie van externe marktparameters. Het betreft de variatie van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen (in de boekhouding opgenomen volgens de IAS 40-norm), de variatie van de reële waarde van de indekkingsinstrumenten (in de boekhouding opgenomen volgens de IAS 39 norm) en de uitgestelde belastingen (die voortvloeien uit de IAS 40-norm).
Rekening houdend met de hierboven vermelde niet-monetaire elementen, bedraagt het nettoresultaat (aandeel van de groep) 21,4 miljoen € (30 juni 2013: 27,7 miljoen €). Het gewone resultaat per aandeel ("basic earnings per share" zoals gedefinieerd door IAS 33) bedraagt 2,16 € (30 juni 2013: 3,17 €).
Het statutaire gecorrigeerde resultaat, zoals gedefinieerd in de bijlage van het Koninklijk Besluit van 7 december 2010 met betrekking tot de vastgoedbevaks, bedraagt 20,4 miljoen € (30 juni 2013: 17,9 miljoen €). Dit is een stijging van 14%. Rekening houdend met het recht op het dividend van de aandelen uitgegeven tijdens het boekjaar betekent dit een bedrag van 1,99€ per aandeel (30 juni 2013: 2,05 € per aandeel). De daling van het statutaire gecorrigeerde resultaat per aandeel is te wijten aan twee elementen: de financiering van de verwerving van de dochterondernemingen die nog niet werden overgenomen door de moedermaatschappij en de verhoging van de noemer die voortvloeit uit de kapitaalverhoging in geld van december 2012.
| Geconsolideerde balans | ||
|---|---|---|
| (x 1.000 €) | 30 juni 2014 | 30 juni 2013 |
| Vastgoedbeleggingen (reële waarde) | 784.980 | 642.844 |
| Andere activa opgenomen in de schuldratio | 9.678 | 8.827 |
| Andere activa | 65 | 526 |
| Totaal activa | 794.723 | 652.197 |
| Eigen vermogen | ||
| Vóór IAS 39 impact | 435.278 | 414.662 |
| Impact IAS 39* | -38.203 | -32.503 |
| Eigen vermogen | 397.075 | 382.159 |
| Schulden en verplichtingen opgenomen in de schuldratio | 356.820 | 234.821 |
| Andere verplichtingen | 40.828 | 35.217 |
| Totaal van het eigen vermogen en verplichtingen | 794.723 | 652.197 |
| Schuldratio (%) | 44,9 | 36,0 |
* Reële waarde van de indekkingsinstrumenten.
Op 30 juni 2014 bestaan de activa op de balans van Aedifica voor 99% uit vastgoedbeleggingen (30 juni 2013: 99%), die gewaardeerd worden volgens de IAS 40-norm (geboekt aan reële waarde zoals bepaald door de onafhankelijke vastgoeddeskundigen). Ze vertegenwoordigen een bedrag van 785 miljoen € (30 juni 2013: 643 miljoen €). Deze rubriek omvat:
projectontwikkelingen (zie sectie 2.1.2. hierboven) en voor 6 miljoen € door de variatie van de reële waarde van de gebouwen in exploitatie in het patrimonium.
De "andere activa opgenomen in de schuldratio" vertegenwoordigen 1% van het totaal van de balans (30 juni 2013: 1%).
Sinds de oprichting van Aedifica is haar kapitaal geëvolueerd ingevolge diverse vastgoedoperaties (inbrengen, fusies, enz.) en de kapitaalverhogingen van oktober 2010 en december 2012. Het kapitaal bedraagt 270 miljoen € op 30 juni 2014 (30 juni 2013: 254 miljoen €). De uitgiftepremie bedraagt op 30 juni 2014 65 miljoen € (30 juni 2013: 65 miljoen €). Ter herinnering: de IFRS-normen bepalen dat de kosten verbonden aan een kapitaalverhoging in mindering van het statutaire kapitaal moeten worden voorgesteld. Het eigen vermogen (of nettoactiva), dat de intrinsieke waarde van Aedifica vertegenwoordigt, rekening houdend met de reële waarde van het vastgoedpatrimonium, bedraagt:
Op 30 juni 2014 bedragen de schulden en passiva die worden opgenomen in de schuldratio (zoals gedefinieerd door het Koninklijk Besluit van 7 december 2010 met betrekking tot de vastgoedbevaks) 357 miljoen € (30 juni 2013: 235 miljoen €). Hiervan betreft 346 miljoen € (30 juni 2013: 227 miljoen €) het bedrag dat effectief is getrokken op de kredietlijnen van de vennootschap. De schuldratio van Aedifica bedraagt dus 44,9% op geconsolideerd niveau (30 juni 2013: 36,0%) en 44,6% op statutair niveau (30 juni 2013: 36,0%). Gezien de maximaal toegelaten schuldratio voor vastgoedbevaks 65% van de totale activa bedraagt, beschikt Aedifica heden nog over een geconsolideerde schuldcapaciteit van 159 miljoen € bij constante activa (d.w.z. zonder groei van de vastgoedportefeuille) en van 456 miljoen € bij variabele activa (d.w.z. met groei van de vastgoedportefeuille). Omgekeerd zou de huidige balansstructuur, indien alle andere parameters gelijk blijven, een vermindering van de reële waarde van de gebouwen met 31% kunnen absorberen alvorens de maximale schuldratio te bereiken. Ten opzichte van de huidige bankcovenants waartoe Aedifica zich heeft verbonden en waarbij de schuldratio tot 60% beperkt wordt, bedragen de drie hiervoor vermelde drempels 119 miljoen € bij constante activa, 299 miljoen € bij variabele activa en -25%.
De andere passiva van 41 miljoen € (30 juni 2013: 35 miljoen €) vertegenwoordigen voornamelijk de reële waarde van de financiële indekkingsinstrumenten (30 juni 2014: 38 miljoen €; 30 juni 2013: 32 miljoen €).
Onderstaande tabel toont de evolutie van de nettoactiefwaarde per aandeel.
Vóór de niet-monetaire (d.w.z. non cash-) impact van de toepassing van de IAS 39-norm en na uitbetaling van het dividend 2012/2013 in november 20135 , bedraagt de nettoactiefwaarde per aandeel op basis van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen 42,47 € op 30 juni 2014 (40,23 € per aandeel op 30 juni 2013).
| Nettoactiefwaarde per aandeel (in €) | 30 juni 2014 | 30 juni 2013 |
|---|---|---|
| Op basis van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen | ||
| Nettoactief na aftrek van het dividend 2012/2013, vóór IAS 39 | 42,47 | 40,23 |
| IAS 39 impact | -3,73 | -3,28 |
| Nettoactiva na aftrek van het dividend 2012/2013 | 38,74 | 36,95 |
| Aantal aandelen in omloop (zonder eigen aandelen) | 10.249.083 | 9.902.998 |
| Aantal aandelen | 30 juni 2014 | 30 juni 2013 |
|---|---|---|
| Aantal aandelen in omloop* | 10.249.083 | 9.902.998 |
| Totaal aantal aandelen | 10.249.117 | 9.903.690 |
| Aantal beursgenoteerde aandelen** | 10.162.165 | 9.874.985 |
| Gewogen gemiddeld aantal uitstaande aandelen in omloop (noemer volgens IAS 33) |
9.917.093 | 8.715.370 |
| Aantal dividendrechten*** | 10.249.083 | 8.715.339 |
* Na aftrek van de eigen aandelen.
** Exclusief 86.952 aandelen die op 2 juli 2014 op de beurs genoteerd zijn.
*** Rekening houdende met het recht op een dividend toegekend aan de aandelen uitgegeven tijdens het boekjaar.
5 Ter herinnering: de IFRS-normen bepalen dat de jaarrekening moet worden voorgelegd vóór de bestemming van het resultaat. Het nettoactief van 38,59 € per aandeel op 30 juni 2013 omvatte derhalve nog het dividend dat in november 2013 werd uitgekeerd en moet bijgevolg verminderd worden met 1,64 € per aandeel om de nettoactiefwaarde per aandeel op 30 juni 2013 te kunnen vergelijken met de nettoactiefwaarde per aandeel op 30 juni 2014. Dit bedrag stemt overeen met het totaalbedrag aan uitgekeerde dividenden (ten bedrage van 16 miljoen €) gedeeld door het aantal aandelen in omloop op 30 juni 2013 (9.902.998). Dit bedrag is lager dan dat van de coupons nr.10 en nr. 11 ten bedrage van 1,86 € per aandeel (gezien sommige aandelen slechts recht hadden op een dividend pro rata temporis).
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
De raad van bestuur blijft met zeer grote aandacht de evolutie van de economische en financiële context volgen, alsook de eventuele invloed ervan op de activiteiten van de vennootschap.
In het huidige economische klimaat zijn de voornaamste troeven van Aedifica de volgende:
Rekening houdend met het voorgaande voorziet de raad van bestuur voor het boekjaar 2014/2015, op basis van de thans voorziene samenstelling van de vastgoedportefeuille en behoudens onvoorziene gebeurtenissen, de realisatie van een huuromzet ten bedrage van 46,3 miljoen €. Dit zou leiden tot een resultaat vóór IAS 39 en IAS 40 van 22,1 miljoen €, of van 2,15 € per aandeel, wat een dividenduitkering van 1,93 € per aandeel mogelijk zou maken; dit is een stijging ten opzichte van het door de raad van bestuur voorgestelde dividend voor het boekjaar 2013/2014.
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
De raad van bestuur meent dat de voornaamste risicofactoren en onzekerheden voorgesteld op pagina 2 tot 7 van het jaarlijks financieel verslag 2013/2014 blijven gelden voor het boekjaar 2014/2015. De risicofactoren worden uiteraard geüpdatet in het jaarlijks financieel verslag 2013/2014, dat op 17 september 2014 wordt gepubliceerd. Bovendien willen wij de aandacht vestigen op de voorlaatste paragraaf van sectie 1 van dit persbericht betreffende het statuut van de vennootschap.
De commissaris heeft bevestigd dat hij geen voorbehoud maakt bij de boekhoudkundige gegevens die in dit persbericht zijn weergegeven en dat deze gegevens overeenstemmen met de geconsolideerde jaarrekening waarvoor hij een verklaring zonder voorbehoud heeft afgeleverd.
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
Aedifica is een Belgische beursgenoteerde vennootschap die investeert in residentieel vastgoed. Aedifica heeft een vastgoedportefeuille van meer dan 750 miljoen € rond de volgende investeringsassen opgebouwd:
- huisvesting voor senioren in België en Duitsland;
- appartementsgebouwen in de voornaamste Belgische steden.
Aedifica is een op de continumarkt van Euronext Brussels genoteerde vastgoedbevak (AED; Bloomberg (AED: BB); Reuters (AOO.BE)).
De marktkapitalisatie bedroeg 514 miljoen € op 31 juli 2014.
Aedifica is opgenomen in de EPRA-indexen.
Dit persbericht bevat vooruitzichten die risico's en onzekerheden inhouden, onder meer verklaringen over plannen, doelstellingen, verwachtingen en voornemens van Aedifica. Lezers worden erop gewezen dat dergelijke vooruitzichten gekende en ongekende risico's inhouden en onderworpen zijn aan belangrijke bedrijfs-, economische en concurrentiële onzekerheden, die Aedifica grotendeels niet onder controle heeft. Indien één of meer van deze risico's of onzekerheden zich zouden voordoen of indien gehanteerde basishypothesen onjuist blijken, kunnen de uiteindelijke resultaten ernstig afwijken van de vooropgestelde, verwachte, geraamde of geëxtrapoleerde resultaten. Dientengevolge neemt Aedifica geen enkele verantwoordelijkheid op zich voor de exactheid van deze vooruitzichten.
| Jaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | 2014 | 2013 | |
|---|---|---|---|
| I. | Huurinkomsten | 40.675 | 36.230 |
| II. | Terugnemingen overgedragen en verdisconteerde huren | 0 | 0 |
| III. | Met verhuur verbonden kosten | -62 | -147 |
| Nettohuurresultaat | 40.613 | 36.083 | |
| IV. | Recuperatie van vastgoedkosten | 36 | 40 |
| V. | Recuperatie van huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen |
1.096 | 1.151 |
| VI. | Kosten van de huurders en gedragen door de eigenaar op huurschade en wederinstaatstelling op het einde van de huur |
0 | 0 |
| VII. | Huurlasten en belastingen normaal gedragen door de huurder op verhuurde gebouwen |
-1.096 | -1.151 |
| VIII. | Andere met verhuur verbonden inkomsten en uitgaven | -1.510 | -1.565 |
| Vastgoedresultaat | 39.139 | 34.558 | |
| IX. | Technische kosten | -933 | -942 |
| X. | Commerciële kosten | -549 | -486 |
| XI. | Kosten en taksen van niet verhuurde goederen | -162 | -126 |
| XII. | Beheerkosten vastgoed | -717 | -684 |
| XIII. | Andere vastgoedkosten | -1.187 | -1.078 |
| Vastgoedkosten | -3.548 | -3.316 | |
| Operationeel vastgoedresultaat | 35.591 | 31.242 | |
| XIV. | Algemene kosten van de vennootschap | -4.202 | -3.855 |
| XV. | Andere operationele opbrengsten en kosten | 32 | 147 |
| Operationeel resultaat voor het resultaat op de portefeuille | 31.421 | 27.534 | |
| XVI. | Resultaat verkoop vastgoedbeleggingen | 0 | 54 |
| XVII. | Resultaat verkoop andere niet-financiële activa | 0 | 0 |
| XVIII. | Variaties in de reële waarde van vastgoedbeleggingen | 3.816 | 9.013 |
| Operationeel resultaat | 35.237 | 36.601 | |
| XX. | Financiële opbrengsten | 894 | 326 |
| XXI. | Netto-interestkosten | -11.128 | -9.953 |
| XXII. | Andere financiële kosten | -731 | -833 |
| XXIII. | Variaties in de reële waarde van financiële activa en passiva | -2.990 | 1.600 |
| Financieel resultaat | -13.955 | -8.860 | |
| XXIV. | Aandeel in het resultaat van geassocieerde vennootschappen en joint ventures |
0 | 0 |
| Resultaat voor belastingen | 21.282 | 27.741 | |
| XXV. | Vennootschapsbelasting | 103 | -70 |
| XXVI. | Exit taks | 0 | 0 |
| Belastingen | 103 | -70 | |
| Nettoresultaat | 21.385 | 27.671 | |
| Toerekenbaar aan: | |||
| Minderheidsbelangen | 0 | 0 | |
| Aandeelhouders van de groep | 21.385 | 27.671 | |
| Gewoon resultaat per aandeel (€) | 2,16 | 3,17 | |
| Verwaterd resultaat per aandeel (€) | 2,16 | 3,17 |
26 augustus 2014 – na sluiting van de markten Onder embargo tot 17u40
| Jaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | 2014 | 2013 |
|---|---|---|
| I. Nettoresultaat |
21.385 | 27.671 |
| II. Gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten herbruikbaar in de resultatenrekening |
||
| A. Impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en -kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen |
-3.736 | -418 |
| B. Variaties in het effectieve deel van de reële waarde van toegelaten afdekkingsinstrumenten in een kasstroomdekking zoals gedefinieerd in IRFS |
-2.710 | 1.344 |
| H. Andere elementen van het globaal resultaat*, na belasting |
0 | 1.593 |
| Gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten | 14.939 | 30.190 |
| Toerekenbaar aan: | ||
| Minderheidsbelangen | 0 | 0 |
| Aandeelhouders van de groep | 14.939 | 30.190 |
* Verschil tussen investeringswaarde bepaald door de vastgoeddeskundige en conventionele waarde vastgesteld tussen partijen, na aftrek van de bijkomende kosten verbonden aan de acquisities.
| ACTIVA | 2014 | 2013 | |
|---|---|---|---|
| Jaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | |||
| I. | Vaste activa | ||
| A. | Goodwill | 1.856 | 1.856 |
| B. | Immateriële vaste activa | 21 | 21 |
| C. | Vastgoedbeleggingen | 784.980 | 642.844 |
| D. | Andere materiële vaste activa | 1.911 | 1.849 |
| E. | Financiële vaste activa | 461 | 968 |
| F. | Vorderingen financiële leasing | 0 | 0 |
| G. | Handelsvorderingen en andere vaste activa | 0 | 0 |
| H. | Uitgestelde belastingen - activa | 244 | 0 |
| I. | Deelnemingen in geassocieerde vennootschappen en joint ventures | 0 | 0 |
| Totaal vaste activa | 789.473 | 647.538 | |
| II. | Vlottende activa | ||
| A. | Activa bestemd voor verkoop | 0 | 0 |
| B. | Financiële vlottende activa | 0 | 0 |
| C. | Vorderingen financiële leasing | 0 | 0 |
| D. Handelsvorderingen | 2.938 | 2.514 | |
| E. | Belastingvorderingen en andere vlottende activa | 495 | 893 |
| F. | Kas en kasequivalenten | 1.156 | 725 |
| G. | Overlopende rekeningen | 661 | 527 |
| Totaal vlottende activa | 5.250 | 4.659 | |
| TOTAAL ACTIVA | 794.723 | 652.197 |
| EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | 2014 | 2013 | |
|---|---|---|---|
| Jaar afgesloten op 30 juni (x 1.000 €) | |||
| EIGEN VERMOGEN | |||
| I. | Eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de moedervennootschap |
||
| A. | Kapitaal | 264.231 | 248.072 |
| B. | Uitgiftepremies | 64.729 | 64.730 |
| C. | Reserves | 46.730 | 41.686 |
| a. Wettelijke reserve | 0 | 0 | |
| b. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van vastgoed | 91.863 | 82.798 | |
| c. Reserve voor de impact op de reële waarde van geschatte mutatierechten en - | -17.582 | -13.848 | |
| kosten bij hypothetische vervreemding van vastgoedbeleggingen | |||
| d. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten | -19.484 | -16.637 | |
| afdekkingsinstrumenten die onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding zoals gedefinieerd in IFRS |
|||
| e. Reserve voor het saldo van de variaties in de reële waarde van toegelaten | -15.729 | -17.467 | |
| afdekkingsinstrumenten die niet onderworpen zijn aan een afdekkingsboekhouding | |||
| zoals gedefinieerd in IFRS | |||
| h. Reserve voor eigen aandelen | -56 | -84 | |
| m. Andere reserves | 0 | 0 | |
| n. Overgedragen resultaten van vorige boekjaren | 7.718 | 6.924 | |
| D. | Nettoresultaat van het boekjaar | 21.385 | 27.671 |
| Totaal eigen vermogen toewijsbaar aan de aandeelhouders van de | 397.075 | 382.159 | |
| II. | moedervennootschap Minderheidsbelangen |
0 | 0 |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN | 397.075 | 382.159 | |
| VERPLICHTINGEN | |||
| I. | Langlopende verplichtingen | ||
| A. | Voorzieningen | 0 | 0 |
| B. | Langlopende financiële schulden | ||
| a. Kredietinstellingen | 274.955 | 171.484 | |
| C. | Andere langlopende financiële verplichtingen | 37.774 | 32.373 |
| D. | Handelsschulden en andere langlopende schulden | 0 | 0 |
| E. | Andere langlopende verplichtingen | 0 | 0 |
| F. | Uitgestelde belastingen - verplichtingen | 0 | 0 |
| Totaal langlopende verplichtingen | 312.729 | 203.857 | |
| II. | Kortlopende verplichtingen | ||
| A. | Voorzieningen | 0 | 0 |
| B. | Kortlopende financiële schulden | ||
| a. Kredietinstellingen | 70.945 | 55.721 | |
| C. | Andere kortlopende financiële verplichtingen | 0 | 0 |
| D. | Handelsschulden en andere kortlopende schulden | ||
| a. Exit taks | 615 | 137 | |
| b. Andere | 10.305 | 7.479 | |
| E. | Andere kortlopende verplichtingen | 0 | 0 |
| F. | Overlopende rekeningen | 3.054 | 2.844 |
| Totaal kortlopende verplichtingen | 84.919 | 66.181 | |
| TOTAAL VERPLICHTINGEN | 397.648 | 270.038 | |
| TOTAAL EIGEN VERMOGEN EN VERPLICHTINGEN | 794.723 | 652.197 |
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.