Annual Report • Mar 21, 2016
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer
Jaarverslag 2015 NSI NV
Drs. H.W. Breukink, voorzitter Drs. H.J. van den Bosch RA Mr. G.L.B. de Greef MRE Drs. L.A.S. van der Ploeg RA RC Drs. N. Tates, vice-voorzitter
Ir. J. Buijs, algemeen directeur Drs. D.S.M. van Dongen RC, financieel directeur Drs. A. de Jong, operationeel directeur*
De algemene vergadering van aandeelhouders wordt gehouden op vrijdag 29 april 2016 om 14.00 uur in HNK Den Haag, Oude Middenweg 17. De agenda voor de vergadering is verkrijgbaar bij de vennootschap.
| Publicaties | |
|---|---|
| Algemene Vergadering van Aandeelhouders | 29 april 2016 |
| Publicatie van trading update over het eerste kwartaal 2016 | 12 mei 2016 |
| Publicatie van de halfjaarcijfers 2016 | 29 juli 2016 |
| Publicatie van trading update over de eerste drie kwartalen 2016 | 4 november 2016 |
| Uitkering dividend | |
|---|---|
| Vaststelling slotdividend 2015 | 29 april 2016 |
| Notering ex-dividend | 3 mei 2016 |
| Registratiedatum | 4 mei 2016 |
| Betaalbaarstelling slotdividend 2015 | 12 mei 2016 |
| Vaststelling interim-dividend 2016 | 29 juli 2016 |
| Notering ex-dividend | 2 augustus 2016 |
| Registratiedatum | 3 augustus 2016 |
| Betaalbaarstelling interim-dividend 2016 | 9 augustus 2016 |
* In dienst sedert 1 mei 2015. Voorstel tot statutaire benoeming in AvA 2016.
| Bericht van de CEO Interview directie |
4 6 |
|---|---|
| Hoofdstuk 1 NSI in het kort |
10 |
| Kerncijfers | 12 |
| Hoofdstuk 2 | |
| Raad van commissarissen | 13 |
| Bericht van de raad van commissarissen | 14 |
| Remuneratiecommissie en remuneratierapport | 18 |
| Selectie- en benoemingscommissie | 19 |
| De auditcommissie | 20 |
| De vastgoedcommissie | 21 |
| Gegevens raad van commissarissen | 24 |
| Hoofdstuk 3 | |
| Gegevens van de directie | 26 |
| Directieverslag | 27 |
| 2015 in vogelvlucht | 28 |
| Strategie en doelstellingen | 30 |
| Dividend | 33 |
| Vooruitzichten Financiële resultaten |
36 37 |
| Financiering | 44 |
| Ontwikkelingen in de portefeuille | 47 |
| - Ontwikkelingen in de kantorenportefeuille | 52 |
| - Ontwikkelingen in de winkelportefeuille | 58 |
| - Ontwikkelingen in de overige portefeuille | 65 |
| Bestuur & organisatie | 66 |
| Maatschappelijk verantwoord ondernemen | 67 |
| Corporate governance | 69 |
| Risicomanagement | 72 |
| Het aandeel NSI | 76 |
| EPRA prestatie-indicatoren | 77 |
| Hoofdstuk 4 | |
| Jaarrekening 2015 | 81 |
| Geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten | 82 |
| Geconsolideerde balans | 83 |
| Geconsolideerd kasstroomoverzicht | 84 |
| Geconsolideerd overzicht van mutaties in het eigen vermogen | 85 |
| Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening 2015 | 86 |
| Vennootschappelijke balans | 126 |
| Vennootschappelijke winst- en verliesrekening | 127 |
| Toelichting op de vennootschappelijke jaarrekening | 128 |
| Hoofdstuk 5 | |
| Overige gegevens | 131 |
| Controleverklaring van de onafhankelijke accountant | 133 |
| Adviseurs Overzicht vastgoedbeleggingen op 1 januari 2016 |
137 138 |
We kijken terug op een opvallend jaar. Het kantelpunt van de waarderingen is naar onze overtuiging bereikt. Bij de halfjaarcijfers van 2015 tekende zich deze kentering af. Dat schiep de voorwaarden om weer aan groei te denken. Die kans heeft NSI gegrepen.
Geheel in lijn met onze strategie maakte NSI in 2015 een belangrijke kwaliteitsslag in de portefeuille. We verkochten een grote portefeuille met Nederlandse kantoorpanden waar we geen perspectief meer in zagen. Daarnaast heeft NSI kapitaal vrijgemaakt door het belang in het Belgische Intervest Offices & Warehouses te verkleinen. Een omvangrijke herinvestering volgde snel daarachteraan in oktober. NSI kocht in totaal acht hoogwaardige kantoorpanden.
Investeren doen we gerichter dan ooit. Uitsluitend in kwalitatieve multi-tenant panden van minimaal 5.000 m². En uitsluitend in Nederlandse steden waar kennis en innovatie de boventoon voeren. Naast natuurlijk de 4 grote steden, zijn Leiden, Ede, Wageningen en Eindhoven goede voorbeelden. In totaal zien wij zo'n 18 steden met een duidelijke lokale groeimarkt. Alleen in deze dynamische plekken, die ook over 20 jaar nog aantrekkelijk zijn om te werken en te wonen, investeert NSI.
Op dezelfde selectieve wijze benaderen we onze winkelcentra. We geloven in de kracht van het wijkwinkelcentrum, met een goede mix van discounters, full service supermarkten en goede versspeciaalzaken. Waar je gemakkelijk parkeert en snel de dagelijkse boodschappen doet. Maar waar je ook een broodje eet en buurtbewoners ontmoet. Op dit type winkelcentrum ligt onze focus.
Hoewel NSI steeds selectiever investeert, blijven we onverminderd flexibel. Met een open geest beweegt NSI met de markt mee en met de behoefte van de huurder van nu. Daarin ligt echt onze kracht: openstaan voor veranderingen, daarop anticiperen en continue de strategie hier op aanpassen.
Dat leidt tot vernieuwende concepten zoals HNK, waarmee NSI een sterke troef in handen heeft. Met HNK creëren we een omgeving waar mensen graag zijn, hiermee krijgt HNK als merk steeds meer waarde. Met tien vestigingen maakt HNK inmiddels zo'n 14% uit van de huurinkomsten van de totale Nederlandse kantorenportefeuille van NSI.
We verbeterden ons directe beleggingsresultaat ten opzichte van vorig jaar, door solide operationele resultaten en een betere financieringsstructuur. De sterke commerciële resultaten waarmee NSI 2015 afsloot, onderstrepen de kracht van onze aanpak. We realiseerden met bijna 50.000 m² verhuur uit leegstand een sterke stijging ten opzichte van vorig jaar. Aan 2016 is NSI dan ook vol vertrouwen begonnen!
Johan Buijs Algemeen directeur
'Investeren doen we gerichter dan ooit'
Johan Buijs: "Met een goed gevoel. Het is gelukt om een belangrijke kwaliteitsslag in de portefeuille te maken én het beleggingsresultaat sterk te verbeteren. Na een periode min of meer geleefd te zijn door de markt, nam NSI in 2015 het heft weer in eigen hand. We hebben scherpe keuzes gemaakt, die passen bij onze strategie. We verkochten een slecht presterende kantorenportefeuille en een groot deel van ons aandelenbelang in het Belgische Intervest Offices & Warehouses. Daarop volgde later in het jaar de aankoop van de Cobra portefeuille. De komst van Anne hadden we niet beter kunnen timen. In de voorbereidingen op deze belangrijke aankoop konden we de expertise van Anne meteen goed gebruiken. Een man met veel kennis van de Nederlandse vastgoedmarkt."
Daniel van Dongen: "Het verwerven van de Cobra portefeuille beschouw ik echt als een succes. Het teamwork tussen commercie en finance was hierin essentieel. Vanuit finance
hebben we in 2014 en 2015 veel werk verricht aan de herfinanciering van 80% van de leningen. Hierdoor hebben we niet alleen de financieringslasten met 20% verlaagd. Ook lukte het om € 100 miljoen van niet bancaire partijen aan te trekken en een flexibele bufferzone van € 250 miljoen in te bouwen waardoor onze financiële slagkracht werd vergroot. De verkoop van ons bezit in België gaf vervolgens de ruimte om te handelen. Dat alles is cruciaal geweest voor onze onderhandelingspositie in deze transactie. En daardoor konden we snel schakelen. Het is mooi om, als team, aan zo'n grote aankoop samen te werken en onze kennis te bundelen.
Anne de Jong: "Ik ben in een rijdende trein gestapt en kon direct mijn kennis van aankopen inzetten. Wat ik bij NSI aantref bevalt me. Een no-nonsense cultuur die goed bij me past.
De markt blijft uitdagend, maar toch wist NSI haar resultaten in 2015 te verbeteren. Bovendien zette NSI belangrijke stappen in de uitvoering van de strategie. CEO Johan Buijs, CFO Daniël van Dongen en de nieuwe CIO Anne de Jong vertellen hoe het NSI lukt om de kansen díe er zijn te grijpen.
Goede, authentieke mensen en een strategie die klopt. Wat verder bij NSI opvalt, is de hoge mate van creativiteit en ondernemerschap. Alle ingrediënten om succesvol zaken te doen zijn aanwezig."
Johan Buijs: "Asset-rotatie is cruciaal, dus daar blijven we ons op concentreren. De nog steeds moeilijke markt dwingt ons tot een hele duidelijke strategie. Ook het voortdurend blijven aanvoelen wat de klant wil is essentieel. De kantorenmarkt ís al sterk veranderd. Aan het succes van HNK zie je dat het NSI lukt om in te spelen op de nieuwste wensen van kantoorgebruikers. Nu is de winkelmarkt volop in beweging. Hoewel de winkelier onze klant is, moeten we ons gelijktijdig verdiepen in de consument. Wat wil de consument online doen en wat offline? Dat is lastig om te voorspellen. Toch denken we dat onze duidelijke keuze voor het wijkwinkelcentrum de juiste is. In de afgelopen maanden stonden de kranten weer vol nieuws over het faillissement van meerdere winkelketens. De wijkwinkelcentra van NSI, die draaien om de dagelijkse boodschappen, zijn nauwelijks geraakt door deze faillissementen.
NSI ziet een grote overeenkomst tussen kantoren en winkels. We investeren in goede plekken, waar mensen graag en gemakkelijk komen en die NSI snel kan aanpassen aan de wensen van de huurder. Met HNK bouwen we aan een merk. Met haar winkelcentra beweegt NSI eenzelfde kant op. We geloven dat winkelen vooral easy moet zijn: gratis parkeren, gratis wifi, veel service en een aanbod dat ook online te bestellen is. Daarom blijven we, ook in 2016, werken aan de invulling van het winkelconcept Easy Shopping."
Anne de Jong: "De verhuur verder verbeteren. Eind 2016 willen we een bezettingsgraad van ten minste 80% in de kantorenportefeuille bereiken.
Dat is onze ambitie, en ik ben ervan overtuigd dat we de juiste aanpak hebben om dat te realiseren. Zeker als je ziet hoeveel we in 2015 uit leegstand hebben verhuurd, 50.000 m², dan is dat vier keer beter dan het landelijk gemiddelde. Het doel is om nog meer onderscheid te maken. In de kwaliteit van de locaties, de gebouwen én in de kwaliteit van de service. Dit is waar ons vak om draait: weten wat de gebruiker wil en daarop anticiperen. Institutionele beleggers in kantoren staan meer op afstand, zonder actief management. NSI is eigenaar van het vastgoed en doet zelf het beheer. Daardoor weten we waar onze huurders tegenaan lopen en waar ze behoefte aan hebben. NSI zit er bovenop."
Daniel van Dongen: "Om te groeien en onze asset management strategie uit te voeren moeten we goed kijken naar de financiële implicaties van iedere (des-) investering en dient de financiering solide te zijn. Finance moet in dienst staan van -en grip houden op- de strategie en bedrijfsvoering. Dat gaat samen met een heldere communicatie. Daar ligt altijd, dus ook in 2016, mijn focus. Als je terugblikt op onze plannen voor de afgelopen twee jaar, dan kun je de lijst bijna letterlijk afvinken. Wat NSI heeft beloofd, hebben we gedaan. Hierdoor sloten we 2015 af met duidelijk betere financiële resultaten en een gezonde balans. NSI staat er goed voor, maar we zijn nog
NSI in het kort 10 Kerncijfers 12
Algemeen - NSI N.V. is een beursgenoteerde vastgoedmaatschappij met een belegd vermogen van € 1,2 miljard.
Missie - NSI creëert met en voor haar klanten inspirerende omgevingen om succesvol te ontmoeten, te werken en te ondernemen.
Verdeling naar belegd vermogen
NSI belegt hoofdzakelijk in kantoren en winkels op kwalitatief hoogwaardige en bedrijvige locaties in Nederland. NSI focust in haar beleggingen op objecten waar NSI op basis van haar actieve management strategie en door 'asset rotatie' waarde toe kan voegen. NSI is een actieve verhuurder en beheerder van de eigen vastgoedportefeuille. NSI beheert een vastgoedportefeuille met een waarde van € 1,2 miljard. Daarnaast hield NSI een belang in het Belgische beursgenoteerde Intervest Offices & Warehouses (IOW). In 2015 heeft NSI het belang in IOW afgebouwd van 50,2% naar 15,2%. In 2016 heeft NSI het resterende belang verkocht.
In de kantorenmarkt onderscheidt NSI zich met het full service en flexibele huisvestingsconcept HNK (www.hnk.nl).
HNK (Het Nieuwe Kantoor) is een concept met werkplekken, kantoorruimtes en vele diensten voor ieder type huurder, van ZZP-er tot multinationals, in een inspirerende eigentijdse omgeving.
In de retailmarkt richt NSI zich op het dagelijkse boodschappencentrum waarin het gemak van de consument centraal staat; een compleet aanbod, goede bereikbaarheid, faciliteiten en een perfecte service. Deze uitgangspunten heeft NSI vormgegeven in haar Easy Shopping concept (www.easyshopping.nl).
De bedrijfsgebouwenportefeuille (€ 61 miljoen) is per 31 december 2015 als 'held for sale' gerubriceerd.
NSI kwalificeert als fiscale beleggingsinstelling (FBI) in de zin van artikel 28 van de Wet op de Vennootschapsbelasting en betaalt over haar Nederlandse beleggingsresultaat 0% vennootschapsbelasting. De wet stelt hieraan echter voorwaarden zoals een maximale verhouding van schulden versus fiscaal vermogen van 60%, een maximering van het aandeelhouderschap van één (rechts)persoon en volledige uitkering van de fiscale winst door middel van dividend.
Sinds 1 januari 2014 is een wet in werking getreden die het mogelijk maakt dat een FBI binnen zekere grenzen ondernemingsmatige werkzaamheden mag verrichten. De werkzaamheden moeten worden verricht door een normaal belastingplichtige dochtervennootschap en dienstbaar zijn aan de exploitatie van het eigen vastgoed.
Verdeling naar m2
Verdeling naar bruto huuropbrengsten
NSI is sinds 3 april 1998 genoteerd op de Officiële Markt van de door Euronext N.V. gehouden Effectenbeurs in Amsterdam.
NSI geeft eenieder de mogelijkheid, om door middel van de aankoop van aandelen, in de vennootschap te beleggen in een kwalitatief hoogwaardige vastgoedportefeuille.
De aandelen van NSI zijn genoteerd aan Euronext Amsterdam en geregistreerd onder code 29232 (ISIN-code: NL0000292324, ticker symbol 'NSI').
Via de optie-en termijnbeurs Euronext Liffe worden opties op het aandeel NSI verhandeld.
| * 2015 |
2014 | 2013 | 2012 | 2011 | |
|---|---|---|---|---|---|
| Resultaten (x € 1.000) | |||||
| Brutohuuropbrengsten | 113.835 | 133.599 | 144.564 | 160.545 | 119.964 |
| Nettohuuropbrengsten | 91.324 | 109.160 | 121.791 | 137.334 | 101.497 |
| Direct beleggingsresultaat | 50.575 | 48.451 | 46.272 | 63.405 | 56.030 |
| Indirect beleggingsresultaat | 13.219 | - 185.348 | - 180.345 | - 166.522 | 6.675 |
| Resultaat na belastingen | 63.794 | - 136.897 | - 134.075 | - 103.117 | 62.705 |
| Bezettingsgraad (in %) | 77,3 | 79,9 | 79,5 | 81,1 | 84,1 |
| Balansgegevens (x € 1.000) | |||||
| Vastgoedbeleggingen | 1.203.465 | 1.668.176 | 1.808.768 | 2.106.091 | 2.321.813 |
| Eigen vermogen | 660.720 | 788.948 | 932.915 | 789.788 | 909.620 |
| Eigen vermogen aandeelhouders NSI | 660.748 | 632.758 | 801.159 | 666.850 | 781.218 |
| Netto schulden aan kredietinstellingen | |||||
| (exclusief overige beleggingen) | 542.332 | 815.483 | 821.854 | 1.226.432 | 1.329.166 |
| Beleningsgraad (schulden aan krediet | |||||
| instellingen/vastgoedbeleggingen in %) | 43.2 | 48,9 | 45,4 | 58,2 | 57,2 |
| Geplaatst kapitaal (in stuks) | |||||
| Gewone aandelen met een nominale waarde van | |||||
| € 0,46 ultimo boekjaar | 143.201.841 | 143.201.841 | 143.201.841 | 68.201.841 | 60.282.917 |
| Gemiddeld aantal uitstaande gewone aandelen | |||||
| in boekjaar | 143.201.841 | 143.201.841 | 75.804.581 | 64.288.818 | 46.978.800 |
| Gegevens per gemiddeld uitstaand gewoon | |||||
| aandeel (x € 1) | |||||
| Direct beleggingsresultaat | 0,35 | 0,34 | 0,61 | 0,99 | 1,19 |
| Indirect beleggingsresultaat | 0,09 | - 1,30 |
- 2,38 |
- 2,59 |
0,14 |
| Totaal beleggingsresultaat | 0,44 | - 0,96 |
- 1,77 |
- 1,60 |
1,33 |
| Gegevens per aandeel (x € 1) | |||||
| (Interim-) dividend | 0,27 | 0,25 | 0,28 | 0,86 | 1,19 |
| Intrinsieke waarde | 4,61 | 4,42 | 5,59 | 9,78 | 12,96 |
| Intrinsieke waarde conform EPRA | 4,79 | 4,69 | 5,85 | 10,95 | 14,02 |
| Gemiddelde beursomzet | |||||
| (stuks per dag, zonder dubbeltelling) | 251.506 | 177.660 | 199.858 | 92.580 | 77.675 |
| Hoogste koers | 4,56 | 5,04 | 7,00 | 9,70 | 15,34 |
| Laagste koers | 3,43 | 3,57 | 4,51 | 5,95 | 8,28 |
| Ultimo koers | 3,98 | 3,68 | 4,60 | 6,08 | 9,45 |
* NSI heeft in 2015 haar belang in het Belgische IOW verkleind van 50,2% naar 15,2% (per 31 december 2015). Dientengevolge is IOW vanaf het 3e kwartaal van 2015 niet meer in de resultatenrekening en per 30 juni 2015 niet meer in de balans geconsolideerd.
Raad van commissarissen 13 Bericht van de raad van commissarissen 14 Remuneratiecommissie en remuneratierapport 18 Selectie- en benoemingscommissie 19 Auditcommissie 20 Vastgoedcommissie 21 Gegevens Raad van commissarissen 24
De raad van commissarissen heeft tot taak toezicht te houden op het beleid van de directie en op de algemene gang van zaken in de vennootschap en de met haar verbonden onderneming(en). De raad van commissarissen staat de directie met raad terzijde.1
Als raad van commissarissen van NSI N.V. (NSI) bieden wij u het door de directie opgestelde jaarverslag van NSI over het verslagjaar 2015 aan. De jaarrekening is door KPMG Accountants N.V. gecontroleerd en voorzien van een goedkeurende controleverklaring (bladzijde 133-137). In de algemene vergadering van aandeelhouders zullen wij u voorstellen deze jaarrekening vast te stellen. De décharge van de directie voor het in 2015 gevoerde beleid en van de commissarissen voor het door hen in 2015 gehouden toezicht worden, onverminderd wat hieromtrent in de wet is bepaald, als aparte agendapunten behandeld op de algemene vergadering van aandeelhouders van vrijdag 29 april 2016.
De raad van commissarissen heeft tot taak toezicht te houden op het beleid van de directie en op de algemene gang van zaken in de vennootschap en de met haar verbonden onderneming(en). De raad van commissarissen staat de directie met raad terzijde. Bij de vervulling van de opgedragen taak richten de commissarissen zich naar het belang van de vennootschap en de met haar verbonden onderneming(en) en wegen daartoe de in aanmerking komende belangen van bij de vennootschap betrokkenen af. De raad van commissarissen hecht eraan te vermelden dat hij de belangen van alle stakeholders in zijn taakopvatting en in zijn overwegingen betrekt. De manier waarop de raad van commissarissen de hem opgedragen taken vervult en de interactie tussen de raad en andere organen van de vennootschap worden verder beschreven in het hoofdstuk Corporate Governance.
De raad van commissarissen van NSI is een zelfstandig orgaan van de vennootschap, onafhankelijk van de directie binnen de kaders van het two-tier systeem. De samenstelling van de raad van commissarissen dient zodanig te zijn dat de raad zijn taak naar behoren kan vervullen (Principe III.3 van de Corporate Governance Code). Daarbij dienen alle commissarissen het totale beleid van de onderneming op hoofdlijnen te kunnen beoordelen. De raad van commissarissen als geheel dient zodanig samengesteld te zijn dat de leden ten opzichte van elkaar, de directie en welk deelbelang dan ook onafhankelijk en kritisch kunnen opereren. Daarnaast dient iedere commissaris te beschikken over specifieke deskundigheden die voor de vennootschap relevant zijn. Welke deskundigheden gewenst zijn, is opgenomen in de profielschets van de raad van commissarissen die op de website van NSI is geplaatst. De specifieke deskundigheid van de huidige commissarissen is:
Commissarissen worden in beginsel benoemd voor een periode van vier jaar en treden af in de algemene vergadering van aandeelhouders die gehouden wordt in het vierde jaar na de benoeming. Een commissaris kan maximaal twee keer herbenoemd worden.
1 Corporate Governance Code III.1 en art. 3.1 van het Reglement van de raad van commissarissen.
Het rooster van aftreden ziet er als volgt uit:
| Eerste benoeming | Einde huidige termijn | Uiterste termijn | |
|---|---|---|---|
| De heer Van den Bosch | 2006 | 2018 | 2018 |
| De heer De Greef | 2008 | 2016 | 2020 |
| De heer Breukink | 2011 | 2017 | 2021 |
| De heer Van der Ploeg | 2014 | 2018 | 2026 |
| De heer Tates | 2014 | 2018 | 2026 |
De heer De Greef zal aftreden in de algemene vergadering van aandeelhouders van 29 april 2016 en heeft zich niet beschikbaar gesteld voor een herbenoeming. Gelet op zijn specifieke deskundigheid heeft de raad tijdens het selectie proces van een mogelijke opvolger gezocht naar een kandidaat met een brede vastgoedkennis. Ter uitvoering van het in artikel 4.4 van zijn profiel geformuleerde streven naar een evenwichtige verdeling tussen mannen en vrouwen, waarbij ten minste 30% van de zetels door vrouwen bezet worden heeft de raad gedurende het selectieproces tevens bij uitstek gezocht naar vrouwelijke kandidaten. In de algemene vergadering van aandeelhouders zal een voorstel worden gedaan voor de benoeming mevrouw Karin Koks als nieuwe commissaris ter vervulling van de vacature. Mevrouw Koks beschikt over een brede internationale ervaring in de bouw, projectontwikkeling, vastgoed- en vermogensbeheer en internationaal management bij een wereldwijd opererende vermogensbeheerder.
De Raad van commissarissen bestaat thans uit vijf personen. Als beursgenoteerde vennootschap zijn (institutionele) beleggers belangrijke stakeholders voor NSI. In dit verband acht de raad het dienstig als kennis en het perspectief vanuit de kapitaalmarkt in de raad vertegenwoordigd is. In de algemene vergadering van aandeelhouders zal daarom een voorstel worden gedaan voor de benoeming van de heer Harm Meijer als commissaris.
De heer Meijer is medeoprichter van het beleggingsfonds ICAMAP en heeft leiding gegeven aan de Real Estate Research afdelingen van JP Morgan en ABN AMRO. Hij beschikt over een uitgebreid internationaal netwerk van investeerders en over een brede internationale ervaring in het investeren in vastgoed. Deze deskundigheid sluit goed aan op de profielschets van de leden van de raad van commissarissen.
Gedurende het verslagjaar is de raad van commissarissen zeven maal bijeengekomen voor reguliere vergaderingen en hebben twee telefonische conferenties plaatsgevonden. De raad van commissarissen was tijdens deze vergaderingen altijd voltallig vertegenwoordigd, behoudens één commissaris die één keer afwezig was en één commissaris die twee keer afwezig was. Alle vergaderingen zijn bijgewoond door de leden van de directie, behalve tijdens het vooroverleg van de raad, dat altijd buiten aanwezigheid van de directie plaatsvindt.
In alle reguliere vergaderingen is de algemene gang van zaken en de financiële positie van de onderneming aan de orde geweest. Voorts is diverse keren met de directie gesproken over de doelstellingen, de relatie met de aandeelhouders, de strategie en de implementatie van die strategie en de voornaamste risico's verbonden aan de onderneming. De ontwikkelingen op de vastgoedmarkten en de gevolgen daarvan voor de nationale en internationale samenstelling van de vastgoedportefeuille en de bezettingsgraad werden veelvuldig besproken en geëvalueerd. Daarnaast hebben onderwerpen als vastgoedwaarderingen en waarderingsmethodiek, het systeem van interne controle en risicobeheersingsprocedures en het corporate governancebeleid de voortdurende aandacht van de raad.
De vergaderingen van de raad van commissarissen zijn zodanig gestructureerd dat naast de hiervoor genoemde algemene thema's in iedere vergadering een specifiek thema aan de orde komt. Deze thema's zijn de volgende:
| Vergadering van | Thema |
|---|---|
| Februari | Resultaten afgelopen jaar, evaluatie functioneren Directie |
| Maart | Vergadering met de accountant over jaarrekening Jaarverslag, voorbereiding algemene vergadering van aandeelhouders, evaluatie functioneren Raad van Commissarissen |
| April | Algemene vergadering van aandeelhouders |
| Mei | Resultaten eerste kwartaal, site visits, opleiding |
| Augustus | Resultaten halfjaar en update strategie |
| Oktober | Resultaten eerste drie kwartalen, Risicobeheersings- en controlesystemen |
| December | Strategie van de onderneming, meerjarenplan en de begroting voor komend jaar |
De raad heeft in maart 2016 zijn functioneren, dat van zijn commissies en van de individuele commissarissen over het verslagjaar geëvalueerd. Deze evaluatie heeft plaatsgevonden door middel van een zelfonderzoek aan de hand van een vragenlijst. Daarbij is gekeken naar het functioneren van de raad als geheel en de individuele leden, naar de samenstelling van de raad mede getoetst aan de profielschets, de kwaliteit en efficiency van de vergaderingen en de informatievoorziening, het functioneren van de voorzitter van de raad, en de samenwerking met het bestuur.
Gedurende het verslagjaar hebben geen transacties plaatsgevonden die hier vermeld dienen te worden in het kader van de tegenstrijdig belang regelgeving. Situaties als bedoeld in de bepalingen III.6.1 tot en met III.6.3 en bepaling III.6.5 van de Corporate Governance Code hebben zich gedurende het verslagjaar niet voorgedaan.
Er waren geen transacties tussen de vennootschap en een aandeelhouder met ten minste 10% van de aandelen in de vennootschap.
De raad van commissarissen heeft vier commissies ingesteld teneinde het functioneren van de raad te optimaliseren. De auditcommissie, de remuneratiecommissie, de selectie- en benoemingscommissie en de vastgoedcommissie doen op de volgende pagina's verslag van hun werkzaamheden.
Anticiperend op een wettelijk verplichte accountantswissel is in 2015 een tenderprocedure gevolgd voor de selectie van een nieuwe accountant. In het verslag van de Auditcommissie wordt hierop meer in detail ingegaan. Aan de Algemene Vergadering van aandeelhouders zal worden verzocht om PWC opdracht te verlenen met ingang van het boekjaar 2016 het onderzoek van de jaarrekening te verrichten.
Per 1 mei 2015 is de heer Anne de Jong als Chief Investment Officer bij NSI in dienst getreden als opvolger van de per eind 2014 vertrokken Operationeel Directeur. De taken van de CIO zijn het in nauwe samenwerking met de algemeen directeur en de financieel directeur verder uitwerken van de strategie van de onderneming en het dagelijks leiding geven aan het managen van de portefeuille van NSI. In de Algemene Vergadering van Aandeelhouders zal de benoeming van de heer De Jong tot statutair directeur worden voorgelegd.
De raad van commissarissen hecht waarde aan een transparante structuur, een helder beleid en het afleggen van verantwoording aan de aandeelhouders en andere stakeholders. Dit betekent dat het verder ontwikkelen en uitdragen van de corporate governance structuur van de vennootschap de permanente aandacht heeft. Gedurende het verslagjaar heeft de raad haar Reglement herzien. Het nieuwe Reglement bevat thans ook een bepaling waarmee wordt voldaan aan best practice bepaling III.6.5.
De Auditcommissie evalueert jaarlijks of er behoefte bestaat aan een interne auditor. Daarbij wordt aandacht besteed aan de volgende aspecten:
De vennootschap heeft gezien de beperkte omvang van haar organisatie geen interne auditafdeling. De auditcommissie en de raad van commissarissen bespreken de bevindingen van de externe accountant betreffende de controleomgeving van de vennootschap met de directie en de externe accountant. De auditcommissie is van mening dat hierdoor voldoende wordt zorggedragen voor deskundig toezicht op de opzet en werking van het risicobeheersingssysteem. Aan de hand van deze evaluatie heeft de raad van commissarissen op voorstel van de auditcommissie de directie de aanbeveling gedaan om de huidige praktijk te continueren.
Er zijn geen beschermingsmaatregelen van toepassing.
De raad van commissarissen gaat voortdurend en nauwkeurig na of NSI aan alle best practice bepalingen van de Nederlandse Corporate Governance Code voldoet. De raad van commissarissen is van mening dat de vennootschap voldoet aan alle eisen van de Nederlandse Corporate Governance Code.
Met ingang van het verslagjaar luidt het door de algemene vergadering van aandeelhouders vastgestelde dividendbeleid
• Een dividendbeleid dat ten minste 75% van het directe resultaat uitkeert in contanten.
Het inhouden van een gedeelte van het directe resultaat om te herinvesteren in de portefeuille zal in combinatie met dividend in contanten uiteindelijk voor aandeelhouders het hoogste totale rendement opleveren. In de veranderende dynamiek in de vastgoedmarkt is het cruciaal om de bestaande portefeuille op het vereiste kwaliteitsniveau te houden of te brengen. Met name in de kantorenmarkt, waar een situatie van structureel overaanbod bestaat, moeten huurders worden verleid met een onderscheidend en aantrekkelijk product. Het beste alternatief voor prijsconcurrentie is het aanbieden van kwaliteit en unieke producten en diensten. Zo laat bijvoorbeeld HNK bovengemiddelde huurniveaus en opname zien, maar ook een bovengemiddeld niveau aan reguliere investeringen. Dit laat zien dat de kantorenmarkt om een structureel hoger niveau van reguliere investeringen vraagt.
In deze context en na een fundamentele analyse van de portefeuille heeft NSI een langjarig investeringsplan voor haar bestaande portefeuille gemaakt, dat is gericht op het inspelen op de veranderende behoefte van de huurdersmarkt en op het creëren van waarde in de portefeuille. NSI heeft onderzocht hoe de benodigde investeringen op de meest waarde toevoegende manier gefinancierd kunnen worden; de conclusie is dat het – gedeeltelijk- herinvesteren van het directe resultaat de meest efficiënte manier is.
Uit praktische overwegingen zal het dividend op twee momenten per jaar worden uitgekeerd: een interim-dividend na verstrijken van het halve jaar en een slotdividend.
In lijn met het geldende dividendbeleid (pay-out van ten minste 75% van het directe resultaat), stelt NSI een slotdividend voor van € 0,14 per aandeel in contanten. Dit brengt het totale dividend over 2015 op € 0,27 per aandeel, waarvan € 0,13 per aandeel reeds is uitgekeerd als interim-dividend.
De raad van commissarissen wil bij deze zijn erkentelijkheid uitspreken voor de door de directie en medewerkers geleverde inspanningen gedurende het verslagjaar.
Hoofddorp, 15 maart 2016
De raad van commissarissen,
Drs. H.W. Breukink, voorzitter Drs. N. Tates, vicevoorzitter Drs. H.J. van den Bosch RA Mr. G.L.B. de Greef MRE Drs. L.A.S. van der Ploeg RA RC
De taken van de remuneratiecommissie zijn:
De remuneratiecommissie heeft in het verslagjaar twee keer vergaderd. De onderwerpen die daarbij aan de orde waren, betreffen de remuneratie van de raad van commissarissen, de remuneratie van de Directie en het lange termijn aandelenplan van de Directie.
De bezoldiging van de leden van de raad van commissarissen wordt door de algemene vergadering van aandeelhouders vastgesteld. De bezoldiging van de commissarissen is niet afhankelijk van de resultaten van de vennootschap.
De in de algemene vergadering van aandeelhouders van 25 april 2014 vastgestelde bezoldiging van een commissaris is € 30.000 per jaar en van de voorzitter € 45.000. Het lidmaatschap van de auditcommissie en de vastgoedcommissie van de raad van commissarissen wordt gehonoreerd met € 7.500 per jaar. Het lidmaatschap van de remuneratiecommissie en de selectie & benoemingscommissie wordt gehonoreerd met € 3.750.
In de algemene vergadering van aandeelhouders van 27 april 2012 is het thans geldende remuneratiebeleid van de directie aangenomen.
De integrale tekst van het remuneratiebeleid is te raadplegen via de website van NSI.
Het doel van het remuneratiebeleid is:
• het stimuleren van waardecreatie voor de onderneming en haar belanghebbenden.
De beloning van de directie bestaat uit een vast jaarsalaris, een variabele beloning en secundaire arbeidsvoorwaarden.
De algemeen directeur, de heer Buijs, ontving in 2015 een vast jaarsalaris van € 463.000. De financieel directeur de heer Van Dongen ontving in 2014 een vaste beloning van € 303.000. De variabele beloning bestaat met ingang van 1 januari 2012 uitsluitend uit een lange termijn aandelenplan (LTAP). De korte termijn variabele beloning die tot voor 2012 jaarlijks werd vastgesteld, is afgeschaft.
Het LTAP beslaat een periode van drie jaar. De uitkering uit hoofde van het LTAP is gemaximeerd: voor de CEO geldt een maximum van 120% van het gemiddelde vaste jaarsalaris over de looptijd van het LTAP, voor de CFO is dit maximum 90%.
80% van de beloning uit hoofde van het LTAP wordt gebaseerd op het gerealiseerde totale rendement voor de aandeelhouders over de looptijd van het LTAP (total shareholder return, TSR). Hierbij wordt de koers van het aandeel NSI aan het begin van de periode en aan het eind van de periode in aanmerking genomen alsmede de uitgekeerde dividenden. Vervolgens wordt de TSR van NSI vergeleken met de TSR van een benchmark. Deze benchmark bestaat uit Wereldhave, VastNed Retail, Alstria, Befimmo, Confinimmo en Eurocommercial Properties. Afhankelijk van de relatieve prestatie van NSI ten opzichte van de benchmark zal de hoogte van de beloning onder het LTAP worden vastgesteld. Hierbij zal een staffel worden gehanteerd.
20% van de beloning uit hoofde van het LTAP wordt gebaseerd op persoonlijke doelen voor het directielid in kwestie die door de raad van commissarissen worden vastgesteld en beoordeeld.
De huidige LTAP-periode van de algemeen directeur en de financieel directeur loopt op 31 december 2017 af. Uitkering van de beloning uit hoofde van het LTAP zal plaatsvinden in contanten. Van het netto uit te keren bedrag is de betreffende directeur verplicht voor 2/3 deel aandelen NSI te kopen. Ten aanzien van deze aandelen zal een lock-up periode van drie jaar gelden.
De remuneratiecommissie
Drs. H.W. Breukink Drs. H.J. van den Bosch RA, voorzitter
De taken van de selectie- en benoemingscommissie zijn:
De selectie- en benoemingscommissie heeft in het verslagjaar twee keer vergaderd. De belangrijkste onderwerpen die daarbij aan de orde kwamen, waren de wervings- en selectieprocedure voor de nieuwe operationeel directeur en voor een nieuwe commissaris.
Hoofddorp, 15 maart 2016
De selectie en benoemingscommissie,
Drs. H.W. Breukink Drs. N. Tates, voorzitter
De taak van de auditcommissie is om de besluitvorming van de raad van commissarissen voor te bereiden op het terrein van:
De auditcommissie is in het verslagjaar acht keer voor een vergadering bijeen geweest waarvan één een gezamenlijke vergadering van de vastgoedcommissie en de auditcommissie was.
De auditcommissie overlegt met de accountant, deels buiten aanwezigheid van de directie.
De auditcommissie evalueert jaarlijks of er behoefte bestaat aan een interne auditor en doet een voorstel aan de raad van commissarissen voor een aanbeveling aan de directie.
Naast de hierboven beschreven meer algemene taken heeft de auditcommissie zich in 2015 in het bijzonder gericht op de beoordeling van
Anticiperend op een wettelijk verplichte accountantswissel is in 2015 een tenderprocedure gevolgd voor de selectie van een nieuwe accountant.
Hiertoe zijn in de vergadering van de raad van commissarissen van 6 mei 2015 de volgende selectiecriteria vastgesteld:
Er zijn offertes aangevraagd bij en gesprekken gevoerd met diverse accountantskantoren. Drie kantoren zijn gevraagd om zich met twee partners en hun controleteam te presenteren aan de selectiecommissie, bestaande uit de Auditcommissie, de CFO , het hoofd controle en administratie en de secretaris van de vennootschap.
Op basis van de scores op de vooraf gedefinieerde criteria, de geprojecteerde kosten en de presentatie door de diverse teams was de auditcommissie van mening dat PWC de meest geëigende kandidaat is om de nieuwe controlerend accountant van NSI te worden. Deze keuze is door de raad van commissarissen bekrachtigd. De huidige accountant KPMG is ingelicht over de gekozen opvolger. Beide kantoren zullen zich inzetten om een vlekkeloze transitie te bewerkstelligen.
De auditcommissie,
Drs. H.J. van den Bosch RA, voorzitter Drs. L.A.S. van der Ploeg RA RC
De vastgoedcommissie ondersteunt de raad van commissarissen bij het uitvoeren van het toezicht op vastgoedgerelateerde onderwerpen in de breedste zin van het woord en bereidt besluitvorming van de raad van commissarissen op dit terrein voor. Daarnaast vervult de vastgoedcommissie een klankbordfunctie voor de directie. Goedkeuring van besluitvorming ten aanzien van voorgenomen besluiten van de directie met betrekking tot vastgoedtransacties (aankopen, verkopen, investeringen) met een waarde tussen € 1,5 miljoen en € 7,5 miljoen is aan de vastgoedcommissie gedelegeerd. Besluiten over voorgenomen besluiten van de directie met betrekking tot vastgoedtransacties met een waarde boven € 7,5 miljoen worden door de raad van commissarissen genomen nadat de raad van commissarissen dienaangaande door de vastgoedcommissie is geadviseerd.
In de praktijk betekent dit dat de vastgoedcommissie met de directie alle substantiële aankopen, verkopen en investeringen bespreekt. Het spreekt vanzelf dat daarbij ook aandacht wordt besteed aan de algemene trends en ontwikkelingen in de vastgoedmarkt en aan regionale ontwikkelingen alsmede de invloed daarvan op de portefeuille van NSI. Daarmee is de vastgoedcommissie een belangrijk klankbord voor de directie op vastgoedkundig gebied.
Alleen leden van de raad van commissarissen kunnen lid zijn van de vastgoedcommissie. De raad van commissarissen benoemt en ontslaat de leden. De leden van de vastgoedcommissie worden op grond van hun vastgoedkennis geselecteerd.
De vastgoedcommissie is in het verslagjaar acht keer met de directie bijeen geweest en er heeft één gezamenlijke vergadering van de vastgoedcommissie en de auditcommissie plaatsgevonden.
Verder heeft de vastgoedcommissie samen met de directie een Retail-dag gehouden om zich te oriënteren op de ontwikkelingen in de winkelmarkt waarin NSI belegt. Verschillende retail experts hebben een presentatie gegeven en een supermarkthuurder heeft zijn visie gegeven op de ontwikkelingen in dit sub-segment.
De vastgoedcommissie heeft de objectplannen van retailobjecten met een waarde boven de € 4 miljoen besproken. Deze objectplannen vormen de basis van het Investment plan voor het jaar 2016.
Verder heeft de vastgoedcommissie samen met de directie een Retail-dag gehouden om zich te orienteren op de ontwikkelingen in de winkelmarkt waarin NSI belegt. Verschillende retail experts hebben een presentatie gegeven en een supermarkthuurder heeft zijn visie gegeven over de ontwikkelingen in dit sub-segment.
Hoofddorp, 15 maart 2016
De vastgoedcommissie,
Drs. N. Tates, voorzitter Mr. G.L.B. de Greef MRE
22 NSI Jaarverslag 2015
Door asset rotatie ontwikkelt de kantorenportefeuille van NSI zich naar een hoger kwaliteitsniveau en richting geselecteerde regio's. NSI focust in haar investeringen op 18 regio's waar NSI gelooft in een fundamenteel gezonde kantorenmarkt, op panden met een minimale omvang van circa 5.000 m2 zodat de kantoren geschikt zijn voor 'multi-tenant' en multifunctioneel gebruik.
Een goed voorbeeld is het in 2015 geacquireerde pand aan de Barbara Strozzilaan in Amsterdam.
| Nationaliteit | Nederlandse |
|---|---|
| Huidige functie | Professioneel toezichthouder en coach |
| Voormalige functies | Financiële en managementfuncties bij F&C Asset Management Plc., Boer & Croon, Royal Dutch Shell en commissaris bij VastNed Offices |
| Nevenfuncties | Coach van senior executives |
| Commissariaten | ING Groep, Brink Groep en Hogeschool Inholland (voorzitter raad van toezicht), lid Raad van Toezicht Gemeentemuseum Den Haag |
| Eerste benoeming | 2011 |
| Lopende termijn | Tot 2017 |
| Nederlandse |
|---|
| Managing Director, Head of Investment Management bij Prelios Deutschland GmbH Lid van de Raad van Bestuur van Intervest Offices en Warehouses |
| European Strategic Advisor bij Aberdeen Asset Management, Hoofd direct vastgoed voor Continentaal Europa bij Aberdeen Asset Management, Oprichter en CEO van Aberdeen Property Investors Europe B.V, diverse functies bij ABN, Aegon, SPP Reim, en Celexa Real Estate Investment Management bestuurslid IVBN |
| 2014 |
| Tot 2018 |
| Nationaliteit | Nederlandse |
|---|---|
| Huidige functie | Zelfstandig gevestigd bestuursadviseur |
| Voormalige functies | Financieel directeur van Blokker B.V. |
| Nevenfuncties | Bestuurslid maatschap Alliance, bestuurslid stichting Landgoed 't Loo en voorzitter van de auditcommissie van Bugaboo Holding B.V. |
| Commissariaten | Terberg Group B.V. (voorzitter), Antea Participaties IV (voorzitter) en Wooninvest |
| Eerste benoeming | 2006 |
| Lopende termijn | Tot 2018 |
| Nationaliteit | Nederlandse |
|---|---|
| Huidige functie | Zelfstandig ondernemer op het gebied van vastgoedbeleggingen en projectontwikkeling en partner in Gemini Development B.V. |
| Voormalige functies | Directiefuncties bij Jones Lang Wootton, MDC (Multi Vastgoed), William Properties en Fortis Vastgoed Ontwikkeling |
| Eerste benoeming | 2008 |
| Lopende termijn | Tot 2016 |
| Nationaliteit | Nederlandse |
|---|---|
| Huidige functie | CFO van VolkerWessels Bouw en Vastgoedontwikkeling B.V. |
| Voormalige functies | CFO en CEO a.i Vesteda Investment Management B.V., CFO Multi Corporation B.V., diverse accountancy functies bij Ernst & Young in Nederland, Australië en de Verenigde Staten |
| Nevenfuncties | Commissielid Vereniging Toezichthouders Woningcorporaties |
| Commissariaten | Dunea N.V., Woningstichting Meer Wonen, Woningstichting Haag Wonen (voorzitter) en Stichting Alrijne Zorggroep |
| Eerste benoeming | 2014 |
| Lopende termijn | Tot 2018 |
| Nationaliteit | Nederlandse |
|---|---|
| Voormalige functies | Statutair directeur Wereldhave N.V., hoofd afdeling bouwzaken en statutair directeur Wereldhave Management Holding B.V., projectmanager en directeur D3BN Rotterdam en directeur D3BN infrastructuur, constructeur/projectleider Koninklijk architecten en ingenieursbureau Haskoning (Royal Haskoning), Constructeur Adviesbureau D3BN Civiel Ingenieurs |
| Opleiding | Civiele techniek aan de Technische Universiteit Delft |
| Eerste benoeming | 2008 |
| Lopende termijn | Tot 31 december 2016 |
| Nationaliteit | Nederlandse |
|---|---|
| Voormalige functies | Group controller Wereldhave NV (lid van het MT), Senior controller Wereldhave NV, Finance manager TNT Logistics France, Financial controller TNT Logistics Netherlands & TNT Italy, Manager corporate finance TNT Post Group, Corporate finance advisor KPN |
| Opleiding | Bedrijfseconomie, richting corporate finance, aan de Rijksuniversiteit Groningen en de Universidad de Salamanca (Spanje), Postdoctorale opleiding tot Register Controller aan de Universiteit van Amsterdam, Opleiding Commissarissen & Toezichthouders, Erasmus Universiteit Rotterdam |
| Eerste benoeming | 2009 |
| Lopende termijn | Tot 31 december 2017 |
| Operationeel Directeur | |
|---|---|
| Nationaliteit | Nederlandse |
| Voormalige functies | Portfolio Director CBRE Dutch Office fund, Portfolio Manager Offices CBRE Global Investors, Portfolio Manager Offices ING Real Estate Investment management, verschillende posities bij MN Services |
| Opleiding | Econonomie, Universiteit van Amsterdam, Investment management (VBA) post-doctoraal Universiteit van Amsterdam |
| Eerste benoeming | Voorstel tot benoeming in AvA 2016* |
* In dienst sedert 1 mei 2015.
| Gegevens van de directie | 26 |
|---|---|
| Directieverslag | 27 |
| 2015 in beeld | 28 |
| Strategie en Doelstellingen | 30 |
| Dividend | 33 |
| Vooruitzichten | 36 |
| Financiële resultaten | 37 |
| Financiering | 44 |
| Ontwikkelingen in de portefeuille | 47 |
| - Ontwikkelingen in de kantorenportefeuille | 52 |
| - Ontwikkelingen in de winkelportefeuille | 58 |
| - Ontwikkelingen in de overige portefeuille | 64 |
| Bestuur & organisatie | 65 |
| Maatschappelijk verantwoord ondernemen | 66 |
| Corporate governance | 68 |
| Risicomanagement | 72 |
| Het aandeel NSI | 76 |
| EPRA prestatie-indicatoren | 77 |
NSI Jaarverslag 2015 27
Door middel van 'asset rotatie' verbetert NSI de gemiddelde kwaliteit van de portefeuille. Door panden te verkopen die geoptimaliseerd zijn waar de benodigde investeringen niet tot het vereiste rendement leiden maakt NSI middelen vrij om te kunnen herinvesteren op locaties waar NS gelooft in een fundamenteel gezonde kantorenmarkt.
In 2015 heeft NSI 27 niet strategische panden verkocht, waaronder 24 kantoorpanden, en 8 kwalitatief hoogwaardige kantoorpanden gekocht. Als gevolg van deze verkopen en aankopen het aandeel van de regio Randstad in de kantorenportefeuille van NSI toegenomen van 42,5% naar 52,5%, en in de regio Amsterdam zelfs van 11,8% naar 24,7%. De gemiddelde kwaliteit van de kantorenportefeuille (op basis van de onafhankelijke ranking van JLL) nam in 2015 toe van 49,3% naar 57,8 %.
NSI heeft haar belang in het Belgische beursgenoteerde Intervest Offices & Warehouses ("IOW") in juni 2015 verkleind van 50,2% naar 15,2 %, om kapitaal vrij te maken om kansen in de Nederlandse kantorenmarkt te benutten, in lijn met de strategie. In oktober 2015 heeft NSI de vrijgemaakte middelen geherinvesteerd met de aankoop van acht kwalitatief hoogwaardige Nederlandse kantoorpanden. In 2016 heeft NSI het resterende belang in IOW (15,2%) volledig verkocht.
NSI heeft in 2015 haar geografische focus aangescherpt in de kantorenportefeuille. NSI heeft 18 steden geïdentificeerd waarvan NSI gelooft in een fundamentele sterke kantorenmarkt. Door middel van de gerealiseerde asset rotatie in 2015 is de portefeuille vergroot in deze geselecteerde regio's en afgenomen in de regio's buiten deze focus.
In 2015 zijn drie nieuwe HNK's geopend (HNK Den Bosch, HNK Ede en HNK Utrecht Centraal Station), wat betekent dat er per jaareinde 10 HNK vestigingen operationeel zijn. HNK blijft commercieel sterk presteren; in 2015 vond 43% van de opname van kantoorruimte bij NSI plaats in HNK. De uitrol van HNK naar 20 vestigingen in 2016 ligt op schema.
De portefeuille van NSI heeft in 2015 een sterk stijgende lijn in verhuur uit leegstand (opname) laten zien. In de Nederlandse kantorenmarkt steeg de opname met 13%, terwijl de opname in de kantorenportefeuille van NSI met 48% steeg. Dit vertegenwoordigt een aandeel van 2,3% van de totale opname in de Nederlandse kantorenmarkt, terwijl de portefeuille van NSI 1,2% van de totale Nederlandse kantorenmarkt uitmaakt. Dit succes komt vooral voort uit de strategische keuzes van NSI, zoals onder andere door met HNK in te spelen op de vraag naar flexibele en full service huisvestingsconcepten.
HNK is door het Nationale Business Succes Award (NBSA) Instituut uitgeroepen tot branchewinnaar 2016 in de Kantoorruimteverhuurbranche. Volgens de Nominatiecommissie heeft HNK zich ontwikkeld tot een toonaangevend bedrijf, met een zeer sterke positionering en een klinkende reputatie. 'HNK geldt als een van de belangrijkste bedrijven op het gebied van verhuur van kantoorruimte en weet haar grote vakkennis uitstekend te combineren met een innovatieve aanpak, waardoor zij zeer hoog scoort op klanttevredenheid', aldus het juryrapport.
In de winkelmarkt richt NSI zich op het wijkwinkelcentrum voor dagelijkse boodschappen waarin het gemak van de consument; een compleet aanbod, goede bereikbaarheid, faciliteiten en een perfecte service centraal staan. Deze uitgangspunten heeft NSI vormgegeven in haar Easy Shopping concept (www.easyshopping.nl). Easy Shopping is een marketingtool voor het winkelcentrum, waarmee NSI inzet op clicks én bricks.
Het concept is in 2015 getest met een pilot in winkelcentrum Zevenkamp. Lees maar op pagina 62.
De netto financieringslasten in het directe resulaat namen in 2015 significant verder af (van € 42,2 miljoen tot € 28,2 miljoen) door onder andere de effectuering van de herfinanciering tegen gunstigere voorwaarden en de verdere afname van de netto uitstaande schuld. Met de herfinanciering van € 550 miljoen heeft NSI invulling gegeven aan de belangrijkste doelstelling in haar financieringsstrategie, waaronder diversificatie van financieringsbronnen en verlengen van de looptijd. NSI heeft in 2015 de gemiddelde rentekosten verlaagd naar van 4,6% ultimo 2014 naar 3,7% per 31 december 2015.
De missie van NSI - NSI creëert met en voor haar klanten inspirerende omgevingen om succesvol te ontmoeten, te werken en te ondernemen.
Markten en activiteiten - NSI beheert een vastgoedportefeuille met een waarde van € 1,2 miljard. De focus van NSI ligt op beleggen in kantoren en winkels in Nederland. De vastgoedportefeuille van NSI was per 31 december 2015 onderverdeeld in een kantorenportefeuille van circa € 715 miljoen, een winkelportefeuille van circa € 360 miljoen, en € 130 miljoen overig (bedrijfsgebouwen en grootschalige detailhandel).
De kantorenvastgoedmarkt is sterk in beweging. Er treedt een sterke verandering op in de vraag naar kantoorruimte. Trends als 'het nieuwe werken' en veranderende technologie hebben geleid tot meer vraag naar flexibiliteit en services en een afname in de benodigde ruimte per medewerker. Met het HNK ("Het Nieuwe Kantoor") concept richt NSI zich specifiek op de groeiende behoefte aan full service en flexibele concepten. NSI rolt het HNK concept verder uit van 10 vestigingen per jaareinde 2015 (met een portefeuille waarde van € 125 miljoen) naar ten minste 20 vestigingen met een landelijke dekking.
Ook in de 'traditionele' kantorenportefeuille richt NSI zich op het huisvesten van meerdere huurders in één object (zogenaamde 'multi-tenant' aanpak), waarmee de verhuurbaarheid van objecten wordt vergroot en het risico van expiraties in contracten wordt gespreid. Dat betekent dat NSI zich richt op panden met een minimale omvang van circa 5.000 m2 die geschikt zijn voor multifunctioneel gebruik.
NSI richt zich in haar Nederlandse kantorenportefeuille op regio's waar NSI gelooft in een fundamenteel gezonde kantorenmarkt. Door asset rotatie zal de kantorenportefeuille van NSI zich steeds sterker naar deze geselecteerde regio's ontwikkelen. Door de focus op multi-tenant zal de gemiddelde omvang van de objecten toenemen en het aantal objecten in de kantorenportefeuille van NSI afnemen.
In de winkelmarkt richt NSI zich op het wijkwinkelcentrum voor dagelijkse boodschappen waarin het gemak van de consument; een compleet aanbod, goede bereikbaarheid, faciliteiten en een perfecte service centraal staan. In 2015 is NSI gestart om ook de online elementen vorm te geven in haar Easy Shopping concept (www.easyshopping.nl). NSI streeft in haar winkelportefeuille naar een goede balans tussen landelijke winkelketens en lokale ondernemers, met een compleet aanbod voor dagelijkse boodschappen, waaronder minimaal 2 supermarkten.
De bedrijfsgebouwenportefeuille (€ 61 miljoen) is per 31 december 2015 als 'held for sale' gerubriceerd.
De strategie is er op gericht om met de juiste beleggingsfocus, actief management van de portefeuille en via 'asset rotatie' waarde toe te voegen aan de portefeuille. Hier liggen de volgende fundamentele keuzes aan ten grondslag:
Focus op totaal beleggingsrendement ('total return' strategie), wat inhoudt dat de focus is op zowel waardeontwikkeling als dividendrendement, wordt uitgevoerd door middel van een 'core portefeuille' en een 'value add portefeuille'. De 'core portefeuille' levert de solide kasstroom die zowel het dividendrendement als de benodigde middelen genereert om in de 'value-add portefeuille' te investeren. De value-add portefeuille bestaat uit objecten waar door actief management en/of investeringen waarde tot ontwikkeling kan worden gebracht.
Het actief aan- en verkopen van objecten. Deze 'asset rotatie' strategie houdt in dat objecten die geoptimaliseerd zijn of waarin de benodigde investeringen niet tot het vereiste rendement zullen leiden, worden verkocht om de middelen te herinvesteren in objecten waar NSI op basis van haar strategie waarde kan ontwikkelen.
In de uitvoering van de strategie lag in 2015 de focus op het verbeteren van de kwaliteit van de portefeuille door 'asset rotatie' en 'operational performance'. In 2016 zal worden doorgegaan met het verbeteren van de kwaliteit en de performance van de portefeuille. De focus ligt daarbij op het autonoom laten groeien van de kantorenportefeuille en de verdere uitrol van het HNK concept naar 20 vestigingen aan het eind van 2016.
• Afronding herfinanciering van € 550 miljoen, wat 80% van de leningenportefeuille is, waardoor de gemiddelde rentekosten zijn afgenomen van 4,6% per jaareinde 2014 naar 3,7% per jaareinde 2015 en de gemiddelde looptijd werd verlengd van 2,0 jaar per jaareinde 2014 naar circa 3,9 jaar per jaareinde 2015
Door middel van 'asset rotatie' verbetert NSI de gemiddelde kwaliteit van de portefeuille. Door panden te verkopen die geoptimaliseerd zijn of waar de benodigde investeringen niet tot het vereiste rendement leiden, maakt NSI middelen vrij om te kunnen herinvesteren.
De investeringsfocus van NSI ligt op de Nederlandse kantorenmarkt, waar NSI de beste mogelijkheden ziet om waarde te creëren op basis van haar actieve management strategie, op locaties waar NSI gelooft in een fundamenteel gezonde kantorenmarkt.
In 2015 heeft NSI middelen vrijgemaakt uit de verkoop van 27 niet strategische panden met een totale verkoopopbrengst van € 49,4 miljoen. Daarnaast heeft NSI haar belang in het Belgische beursgenoteerde Intervest Offices & Warehouses ("IOW") verkleind van 50,2% naar 15,2% om zodoende € 111 miljoen aan kapitaal vrij te maken. In 2016 heeft NSI het resterende belang in IOW volledig verkocht. NSI heeft in 2015 in totaal voor € 168,8 miljoen 8 kantoorpanden gekocht. Hiermee geeft NSI invulling aan haar strategie om te groeien in Nederlandse kantoren in geselecteerde regio's met aanzienlijke, kwalitatief hoogstaande panden. Als gevolg van deze acquisities is het aandeel van de regio Randstad in de kantorenportefeuille van NSI toegenomen van 42,5% naar 52,5%, en in de regio Amsterdam zelfs van 11,8% naar 24,7%. Het aandeel 'core' panden in de portefeuille van NSI neemt door deze acquisities toe van 54% naar 65% hetgeen een grote stap is in de richting van het bereiken van de strategische doelstelling van 70% core per jaareinde 2016.
Voortgang in waarde creatie door operational performance – HNK De uitrol van HNK naar 20 vestigingen in 2016 ligt op schema. In 2015 zijn drie nieuwe HNK's geopend (HNK Den Bosch, HNK Ede en HNK Utrecht Centraal Station), wat betekent dat er per jaareinde 2015 10 HNK vestigingen operationeel zijn. De voorbereidingen voor een 2e HNK vestiging in Rotterdam, en een vestiging in Dordrecht en in Amsterdam Zuidoost zijn in volle gang en zullen in het 1e halfjaar van 2016 worden geopend.
NSI heeft in 2015 € 9,5 miljoen geïnvesteerd in HNK, waarmee de totale cumulatieve investering in de uitrol van HNK € 21,8 miljoen bedraagt. Voor de verdere uitrol naar 20 vestigingen in 2016 wordt ten behoeve van de transformatie naar HNK een investering voorzien van circa € 15 miljoen.
De portefeuille van NSI heeft in 2015 een sterk stijgende lijn in verhuur uit leegstand (opname) laten zien. In de Nederlandse kantorenmarkt steeg de opname met 13% (bron: DTZ), terwijl de opname in de kantorenportefeuille van NSI met 48% steeg naar een totaal van 28.000 m2 . Dit vertegenwoordigt een aandeel van 2,3% de totale opname in de Nederlandse kantorenmarkt (1.206.000 m2 volgens DTZ), terwijl de portefeuille van NSI 1,2% van de totale Nederlandse kantorenmarkt uitmaakt. Dit succes komt vooral voort uit de strategische keuzes van NSI, zoals onder andere door met HNK in te spelen op de vraag naar flexibele en full service huisvestingsconcepten.
In 2015 is met het concept Easy Shopping gestart op winkelcentrum Zevenkamp in Rotterdam. Met Easy Shopping wordt zowel online als fysiek een merk gecreëerd voor wijkwinkelcentra. Nadruk ligt hierbij op gemak en service. Een Easy Shopping winkelcentrum is dus zowel fysiek als online herkenbaar. Met deze vernieuwende aanpak richt NSI zich onder andere op het vergroten van bezoekersaantallen, het vergroten van het inzicht in consumentengedrag en het versterken van de kracht van het winkelcentrum. In de testfase in winkelcentrum Zevenkamp is het concept intensief getest om zodoende het concept verder te ontwikkelen en uit te rollen. De bezoekersaantallen lieten in de testperiode een significante stijging zien.
De belangrijkste doelstellingen van de herfinanciering waren het bereiken van meer diversificatie in financieringsbronnen, het verlengen van de gemiddelde looptijd van de leningenportefeuille en het verlagen van de financieringslasten. Bovendien streefde NSI naar een vereenvoudiging en standaardisatie van de documentatie en de structuur.
Met de afgesloten faciliteit van € 550 miljoen heeft NSI invulling gegeven aan alle bovengenoemde doelstellingen.
Conform het dividendbeleid zoals aangenomen in de aandeelhoudersvergadering gehouden op 25 april 2014, keert NSI ten minste 75% van het directe resultaat uitkeert in contanten. Hiermee voldoet NSI aan haar uitdelingsverplichting als FBI (Fiscale Beleggingsinstelling).
De gedeeltelijke inhouding van het directe resultaat wordt gebruikt wordt gebruikt om te herinvesteren in de portefeuille en zal in combinatie met dividend in contanten uiteindelijk voor aandeelhouders het hoogste totale rendement opleveren.
In de veranderende dynamiek in de vastgoedmarkt is het cruciaal om de bestaande portefeuille op het vereiste kwaliteitsniveau te houden of te brengen. In deze context en na een fundamentele analyse van de portefeuille heeft NSI een langjarig investeringsplan voor haar bestaande portefeuille gemaakt, dat is gericht op het inspelen op de veranderende behoefte van de huurdersmarkt en op het creëren van waarde in de portefeuille, zoals onder andere met de uitrol van het HNK concept.
Op basis van deze analyse is geconcludeerd dat hieraan grotendeels invulling kan worden gegeven met de pay-out 75%
NSI keert twee keer paar jaar dividend uit; na de halfjaarcijfers wordt een interim-dividend uitgekeerd en na vaststelling van het dividendvoorstel in de aandeelhoudersvergadering wordt het slotdividend uitgekeerd.
Gebaseerd op het huidige geldende dividendbeleid, stelt NSI een slotdividend voor van € 0,14 per aandeel in contanten. Dit brengt het totale dividend over 2015 op € 0,27 per aandeel, waarvan € 0,13 per aandeel is uitgekeerd als interim dividend na de halfjaarcijfers.
Deze satellietfoto laat een ander beeld zien dan wat menigeen verwacht. Niet Londen, Parijs of de maak-industrie in Noord Italië, maar de driehoek Nederland, Vlaanderen en het Duitse Ruhrgebied is het gebied dat het sterkst oplicht.
Vanuit het perspectief van Tristate City tekenen de economische zones binnen Nederland zich af langs een patroon van ringen en assen. De ringen laten een economische clustering zien van regio's die ieder binnen een uur reistijd van elkaar verwijderd liggen. De assen zijn sterk gecorreleerd met de krachtige logistieke infrastructuur, en verbinden de Nederlandse markt verbinden met het Europese achterland. De sterke positie van de Rotterdamse haven en Schiphol zijn daarin essentieel, maar ook de nabijheid van kleinere luchthavens, zoals de vliegvelden van Brussel en Dusseldorf, zorgen voor een compact en effectief logistiek netwerk.
34 NSI Jaarverslag 2015
Kantorenportefeuille van NSI vanuit het perspectief van Tristate City
NSI heeft in 2015 haar geografische focus aangescherpt in de kantorenportefeuille. NSI heeft 18 steden geïdentificeerd waarvan NSI gelooft in een fundamentele sterke kantorenmarkt. Deze geografische focus komt overeen met de visie van Tristate City, waarin de aantrekkelijke locaties zich bevinden op de (knooppunten) van de assen en de ringen. In onderstaande figuur is de kantorenportefeuille van NSI weergegeven.
Vestigingen NSI
Nederland is sterk gepositioneerd om de kern te vormen van een nieuwe metropool: Tristate City, bestaande uit de Randstad, de Vlaamse Stedenruit en het Ruhrgebied.
Door de economische kracht in dit gebied te mobiliseren en te presenteren als een economische regio, ontstaat er een krachtig tegenwicht aan de opkomende nieuwe economische centra in de wereld. Door de krachten te bundelen ontstaat een kansrijker investerings- en vestigingsklimaat waardoor de concurrentiepositie verbetert. Met in totaal 25 miljoen inwoners, € 150 miljard interne handel, en sterke infrastructuur heeft deze regio alles in huis om de collectieve kracht als Europese metropool te benutten. Dat is de missie van 'Tristate City', het initiatief van Peter Savelberg. NSI is sponsor van Tristate City, om zodoende bij te dragen aan een sterkere positionering van Nederland, en daarmee samenhangend de Nederlandse kantorenmarkt.
NSI Jaarverslag 2015 35
Naar verwachting zullen de in 2015 ingezette verbeterde economische omstandigheden in Nederland verder doorzetten. Zoals ook de hoge opnamecijfers in 2015 lieten zien, zorgt dit voor meer dynamiek in de kantorenmarkt. In combinatie met de verbeteringen die NSI in de kantorenportefeuille heeft gerealiseerd door asset-rotatie en de verdere uitrol van HNK, verwacht NSI de bezettingsgraad in de kantorenportefeuille te kunnen verbeteren.
De winkelmarkt verkeert ondanks de toegenomen consumentenbestedingen in zwaar weer. Dankzij haar focus op wijkwinkelcentra, verwacht NSI niettemin een stabiele ontwikkeling van de bezettingsgraad in haar winkelportefeuille. Per saldo verwacht NSI overall de bezettingsgraad van de totale portefeuille te verbeteren.
In de afgelopen jaren zijn grote stappen gezet met het verbeteren van de kwaliteit van de portefeuille. Het aandeel kantoren in de G4 (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) en de Randstad steeg in 2015 naar 52,5% (2014: 42,5%) en de kwaliteit op basis van de onafhankelijke ranking van JLL nam toe naar 57,8 % (2014: 49,0%). In 2016 zal worden doorgegaan met het verbeteren van de kwaliteit en de performance van de portefeuille. De focus ligt daarbij op het autonoom laten groeien van de kantorenportefeuille en de verdere uitrol van het HNK concept naar 20 vestigingen aan het eind van 2016.
Het totale beleggingsresultaat, bestaande uit het saldo van het directe en het indirecte beleggingsresultaat bedroeg in 2015 € 63,8 miljoen (2014: -€ 136,9 miljoen) voornamelijk als gevolg van een positief operationeel resultaat en positieve waardemutaties financiële derivaten en nettoverkoopresultaat. In onderstaande grafieken is een overzicht weergegeven van de ontwikkeling van het beleggingsresultaat over de afgelopen 5 jaar.
NSI hanteert het directe resultaat (huuropbrengsten minus exploitatiekosten, niet doorberekende servicekosten, algemene kosten, financieringskosten en belastingen over de winst) als maatstaf voor de kernactiviteiten en voor het dividendbeleid.
Het directe beleggingsresultaat bedroeg in 2015 € 50,6 miljoen (2014: € 48,5 miljoen), vooral dankzij lagere financieringskosten die de lagere bijdrage uit het verkleinde belang in IOW compenseerden. Daarnaast werd het resultaat beïnvloed door 2 eenmalige posten. IOW ontving een wederinstaatstellingsvergoeding (€ 2,5 miljoen) in verband met het aanstaande vertrek van een huurder. Daarnaast ontving NSI een eenmalige rentevergoeding uit hoofde van in het verleden teveel betaalde bronbelasting op Belgische dividenduitkeringen, welke is verantwoord als financieringsbate (€ 2,5 miljoen). Het directe resultaat van Nederland nam toe van € 35,8 miljoen in 2014 naar € 40,0 miljoen in 2015.
NSI heeft op 18 juni 2015 haar belang in het Belgische Intervest Offices & Warehouses ("IOW") verkleind van 50,2% naar 15,2% per 31 december 2015. In 2016 heeft NSI het resterende belang in IOW volledig verkocht.De impact van de verwerking van het belang over het verslagjaar 2015 is als volgt:
Per 30 juni 2015 is IOW niet meer in de balans van NSI geconsolideerd. Het resterende belang van 15,2% in IOW (2.476.241 aandelen) is per 18 juni geherwaardeerd volgens de fair value per aandeel (beurskoers IOW: € 20,02). Vanaf 18 juni 2015 wordt IOW als geassocieerde deelneming aangemerkt en wordt de 'equity'-methode toegepast. Dit houdt in dat de waarde van de deelneming de fluctuaties in de intrinsieke waarde (NAV) van IOW zal volgen. Bij deze methode worden de waarderings grondslagen van NSI gehanteerd.
In de resultatenrekening over het eerste halfjaar 2015 is het 50,2% belang in IOW tot en met 30 juni mee geconsolideerd (€ 7,1 miljoen). Na deze tijd wordt het partiële gedeelte van het IOW resultaat verwerkt in de post "Resultaat deelneming".
Het totale beleggingsresultaat, bestaande uit het saldo van het direct en het indirect beleggingsresultaat bedroeg over het 2015 € 63,8 miljoen (2014: -€ 136,9 miljoen).
| (x € 1.000) | Nederland | Nederland | Totaal | Totaal |
|---|---|---|---|---|
| 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | |
| Brutohuuropbrengsten | 90.796 | 93.333 | 113.835 | 133.599 |
| Niet doorberekende servicekosten | - 5.216 |
- 5.027 |
- 5.796 |
- 5.828 |
| Exploitatiekosten | - 17.377 | - 16.253 | - 16.715 | - 18.611 |
| Nettohuuropbrengsten | 68.203 | 72.053 | 91.324 | 109.160 |
| Financieringsbaten | 2.540 | 112 | 2.541 | 176 |
| Financieringslasten | - 24.694 | - 30.509 | - 30.777 | - 42.391 |
| Aandeel in resultaat deelnemingen | - | - | 2.337 | - |
| Administratieve kosten | - 6.018 |
- 5.833 |
- 6.914 |
- 7.711 |
| Direct beleggingsresultaat voor belastingen | 40.031 | 35.823 | 58.511 | 59.234 |
| Belastingen over de winst | 18 | - 7 |
- 125 |
-111 |
| Direct beleggingsresultaat na belastingen | 40.049 | 35.816 | 58.386 | 59.123 |
| Direct beleggingsresultaat toekomend aan | ||||
| minderheidsbelangen | - | - | - 7.811 |
- 10.672 |
| Direct beleggingsresultaat | 40.049 | 35.816 | 50.575 | 48.451 |
De totale brutohuuropbrengsten daalden in 2015 naar € 113,8 miljoen (2014: € 133,6 miljoen), voornamelijk door de verkleining van het belang in, en de daarmee samenhangende deconsolidatie van, het Belgische Intervest Offices & Warehouses (IOW). Deze daling wordt in onderstaande tabel verklaard.
De brutohuuropbrengsten per segment in Nederland en België bedroegen:
| x € 1.000 | 2014 | Aankopen | Verkopen | Autonome ontwikkeling |
Transformatie HNK |
Deconsolidatie IOW |
2015 | |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Nederland | ||||||||
| Kantoren | 45.921 | 2.591 | - | 1.909 | - 5.262 |
1.736 | - | 43.077 |
| HNK | 8.223 | - | - | 1.526 | - 1.736 |
- | 8.013 | |
| Winkels | 26.772 | - | - | 67 | 1.150 | - | - | 27.855 |
| Volumineuze detailhandel | 5.366 | - | - | 529 | - | - | 5.895 | |
| Bedrijfsgebouwen | 6.931 | - | - | 372 | - 603 |
- | 5.956 | |
| Woningen | 120 | - | - | 120 | - | - | - | |
| Totaal | 93.333 | 2.591 | - | 2.468 | - 2.660 |
- | - | 90.796 |
| België | ||||||||
| Kantoren | 24.740 | - | - | - | - | - 12.077 | 12.663 | |
| Bedrijfsgebouwen | 15.526 | - | - | - | - | - 5.150 |
10.376 | |
| Totaal | 40.266 | - | - | - | - | - 17.227 | 23.039 | |
| Totaal NSI | 133.599 | 2.591 | - | 2.468 | - 2.660 |
- | - 17.227 | 113.835 |
In 2015 heeft de aankoop van 8 kantoorgebouwen in Amsterdam, Rotterdam, Den Bosch en Leiden (totaal 65.970 m²) plaatsgevonden voor een bedrag van € 168,8 miljoen. Het effect op de huurstroom van de acquisities in 2015 bedroeg € 2,6 miljoen (jaarlijkse huurstroom € 13,4 miljoen).
In 2015 zijn in Nederland 24 kantoorgebouwen, 2 bedrijfsgebouwen en een winkelcentrum verkocht. In 2014 zijn in Nederland 3 kantoorgebouwen, 48 appartementen en 3 bedrijfsgebouwen verkocht. De jaarlijkse huurstroom van de in 2015 verkochte objecten vertegenwoordigde een jaarlijkse huurstroom van € 3,3 miljoen (effect in 2015: € 1,7 miljoen).
De bezettingsgraad van de Nederlandse portefeuille steeg van 77,1% per 31 december 2014 naar 77,3% per 31 december 2015. Per sector bedroeg de financiële bezettingsgraad per 31 december 2015: 73,6% in kantoren, 77,1% in bedrijfsgebouwen en 85,5% in winkels.
Door nieuwe huurcontracten namen de huuropbrengsten in Nederland toe met € 4,9 miljoen. De afname van huuropbrengsten als gevolg van beëindigde contracten leidde tot € 8,3 miljoen minder huuropbrengsten.
De indexeringen (€ 0,6 miljoen), huurvrij en huurkortingen (€ 0,3 miljoen) en overige mutaties door onder andere huurverlagingen, wijzigingen en gehuurde oppervlaktes (-€ 0,2 miljoen) vertaalden zich in een negatieve ontwikkeling van de autonome huuropbrengst, die met € 2,7 miljoen daalde.
In de kantorenportefeuille bedroeg de like-for-like huurontwikkeling - 6,9%.
In de Nederlandse kantorenportefeuille had de expiratie van een aantal grote contracten per 31 december 2014 impact op autonome (like-for-like) groei in alle kwartalen van 2015. De impact van de expiratie van deze contracten met onder andere de Rijksgebouwendienst (5.000 m²), ROC Amsterdam (5.000 m²) en Prorail (9.200 m²) bedroeg € 3,2 miljoen in 2015.
Bij de berekening van de like-for-like groei voor HNK geldt dat zodra een HNK gereed is na transformatie, deze wordt meegerekend in de HNK portefeuille. Indien nog zittende huurders aanwezig waren die voorafgaand aan de transformatie zijn vertrokken, dan wordt dit effect in Kantoren meegenomen. In 2015 werden HNK Utrecht Centraal Station, HNK Ede en HNK Den Bosch getransformeerd, waarin voor transformatie de zittende huurders een totale huurstroom van € 1,7 miljoen vertegenwoordigden.
De autonome groei in de Nederlandse winkelportefeuille wordt gedreven door de verhuringen in het Zuiderterras in Rotterdam, na een periode van strategische leegstand ten behoeve van herontwikkeling.
| x € 1.000 | 2015 | 2014 |
|---|---|---|
| Gemeentelijke belastingen | 3.571 | 4.135 |
| Verzekeringspremies | 807 | 792 |
| Onderhoudskosten | 4.703 | 4.175 |
| Bijdrage vereniging van eigenaren | 957 | 676 |
| Beheer van vastgoed (inclusief toegerekende administratieve kosten) | 3.984 | 4.676 |
| Verhuurkosten | 1.592 | 2.975 |
| Overige kosten | 1.101 | 1.182 |
| Totaal | 16.715 | 18.611 |
De exploitatiekosten daalden van € 18,6 miljoen in 2014 naar € 16,7 miljoen in 2015 door een eenmalige ontvangen wederinstaatstellingsvergoeding in België van € 2,5 miljoen in het 1ste kwartaal en de deconsolidatie van IOW. De exploitatiekosten van de Nederlandse portefeuille stegen van € 16,3 miljoen naar € 17,4 miljoen door onderhoud en eenmalige hogere bijdragen aan VVE's.
Van de exploitatiekosten maken de kosten van het beheer van vastgoed deel uit. Dit betreft externe kosten en administratieve kosten, welke worden toegerekend aan de exploitatiekosten (3,5% van de brutohuuropbrengsten).
De niet- doorberekende servicekosten bleven stabiel in 2015 op € 5,8 miljoen, maar daalden in de 2e helft van 2015 (€ 2,5 miljoen) ten opzichte van het 1ste halfjaar van 2015 (€ 3,3 miljoen) door de deconsolidatie van IOW en de verkoop van de non-core portefeuille. Daarnaast slaagde NSI erin om de kosten te verlagen door inkoopvoorwaarden verder te verbeteren.
De netto financieringslasten in het directe resulaat namen in 2015 verder af tot € 28,2 miljoen, ten opzichte € 42,2 miljoen in 2014, onder andere door de effectuering van de herfinanciering van € 550 miljoen tegen gunstigere voorwaarden in mei 2015 en de verdere afname van de netto uitstaande schuld. Verder werd de derivatenportefeuille herschikt, in lijn met de veranderingen in de vastgoed- en leningenportefeuilles, waarbij de looptijd van renteswaps werd verlengd tegen lagere kosten. Beide zaken leidden tot een significante daling van de financieringslasten voor de Nederlandse portefeuille van 19%. Daarnaast werden
de financieringsinkomsten verhoogd door een eenmalige financieringsbate (circa € 2,5 miljoen) resulterend uit de verrekening van rentevergoedingen door de Belgische fiscus met betrekking tot in het verleden teveel betaalde bronbelasting in België.
De administratieve kosten daalden van € 7,7 miljoen naar € 6,9 miljoen door de deconsolidatie van IOW. In Nederland bedroegen de administratieve kosten € 6,0 miljoen (2014: € 5,8 miljoen).
| 2015 | 2014 | 2013 | 2012 | 2011 | |
|---|---|---|---|---|---|
| Huuropbrengsten | 0,80 | 0,93 | 1,91 | 2,50 | 2,55 |
| Niet doorberekende servicekosten | - 0,04 |
- 0,04 |
- 0,06 |
- 0,07 |
- 0,06 |
| Exploitatiekosten | - 0,12 |
- 0,13 |
- 0,24 |
- 0,29 |
- 0,33 |
| Netto-inkomsten uit exploitatie | 0,64 | 0,76 | 1,61 | 2,14 | 2,16 |
| Administratieve kosten | - 0,05 |
- 0,05 |
- 0,09 |
- 0,10 |
- 0,09 |
| Financieringsresultaat | - 0,20 |
- 0,30 |
- 0,76 |
- 0,87 |
- 0,82 |
| Aandeel in resultaat deelnemingen | 0,02 | - | - | - | - |
| Direct beleggingsresultaat | 0,41 | 0,41 | 0,76 | 1,17 | 1,25 |
| Minderheidsbelangen | - 0,06 |
- 0,07 |
- 0,15 |
0,18 | - 0,06 |
| Direct beleggingsresultaat per | |||||
| gemiddeld uitstaand aandeel | 0,35 | 0,34 | 0,61 | 0,99 | 1,19 |
Het indirecte beleggingsresultaat in 2015 bedroeg € 13,2 miljoen (2014: -€ 185,3 miljoen). Het indirecte resultaat bestaat naast de gerealiseerde herwaardering (netto verkoopresultaten op verkochte beleggingen) ook uit ongerealiseerde herwaardering. Deze ongerealiseerde herwaardering heeft betrekking op de wijzigingen in de marktwaarde van de vastgoedportefeuille
(€ 1,3 miljoen), de rentedekkingsinstrumenten (€ 7,5 miljoen) de gedeeltelijke verkoop van het belang in IOW (€ 2,9 miljoen) en herwaardering overige beleggingen (bijzondere waardevermindering vordering 't Loon, groot; € 2,2 miljoen). Dit is een eenmalige post in verband met in het verleden geleden schade en kosten. De gerealiseerde herwaardering omvat het verkoopresultaat van panden (€ 5,2 miljoen).
| X € 1.000 | 2015 | 2014 | 2013 | 2012 | 2011 |
|---|---|---|---|---|---|
| Herwaardering vastgoed beleggingen | 376 | - 183.075 | - 192.314 | - 146.219 | - 37.753 |
| Herwaardering overige beleggingen | - 2.153 |
- | - 3.536 |
- | - 2.443 |
| Eliminatie huurincentives | 921 | - 54 |
1.049 | 140 | - |
| Netto verkoopresultaat beleggingen | 5.225 | - 1.358 |
- 3.649 |
- 7.870 |
835 |
| Overige opbrengsten | 2.858 | - | - | - | - |
| Aandeel in resultaat deelnemingen | - 538 |
- | - | - | - |
| Waardemutaties in marktwaarde derivaten | 7.467 | - 1.842 |
25.705 | - 19.369 | - 13.608 |
| Valutakoersverschillen | 502 | 72 | - 287 |
- 127 |
106 |
| Toegerekende beheerkosten | - 2.085 |
- 2.261 |
- 2.546 |
- 2.554 |
- 1.592 |
| Acquisitiekosten | - | - | - | - 8.141 |
|
| Boekwinst als gevolg van verworven bedrijfscombinaties |
- | - | - | 68.161 | |
| Belasting over de winst | - 116 |
- 22 |
95 | 1.526 | - 722 |
| Totaal | 12.457 | - 188.540 | - 175.483 | - 174.473 | 4.641 |
| Minderheidsbelangen | 762 | 3.192 | 4.864 | 7.951 | 2.034 |
| Indirect beleggingsresultaat | 13.219 | - 185.348 | - 180.347 | - 166.522 | 6.675 |
Een belangrijk onderdeel van het indirecte resultaat is de waardeontwikkeling van de vastgoedportefeuille. De herwaardering van de vastgoedbeleggingen bedroeg € 0,4 miljoen (2014 -€ 183,1 miljoen). De waarde van de Nederlandse portefeuille liet stijging zien van € 1,4 miljoen, bestaande uit een positieve herwaardering van € 9,1 miljoen in de kantorenportefeuille en € 4,3 miljoen
in de volumineuze detailhandel, en een negatief
herwaarderingsresultaat in de winkelportefeuille
(€ 9,4 miljoen) en de bedrijfsgebouwen portefeuille
(€ 2,6 miljoen).
Het herwaarderingsresultaat in België was per saldo € 1,0 miljoen negatief.
De positieve herwaardering in de kantorenportefeuille werd gedreven door een lichte daling in marktyields en markthuren. In de winkelportefeuille werd de negatieve herwaardering in het bijzonder veroorzaakt door stijgende yields.
| Nederland | 2015 | 2014 | 2013 | 2012 | 2011* | 2010* |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Kantoren | 9.082 | - 122.519 | - 131.658 | - 102.090 | - 31.400 | - 21.435 |
| Winkels | - 9.385 |
- 41.604 | - 38.812 | - 11.304 | - 72 |
- 668 |
| Volumineuze Detailhandel | 4.283 | - 13.645 | - 11.284 | - 5.120 |
- 550 |
- 511 |
| Bedrijfsgebouwen | - 2.599 |
- 109 |
- 11.024 | - 6.094 |
- 1.351 |
- 2.416 |
| Woningen | - | - | - 575 |
- 155 |
135 | - 1.747 |
| Totaal | 1.381 | - 177.877 | - 193.353 | - 124.763 | - 33.238 | - 26.777 |
| België | - 1.005 |
- 5.198 |
1.205 | - 13.953 | - 3.571 |
|
| Totaal | 376 | - 183.075 | - 192.148 | - 138.716 | - 36.809 |
- 26.777 |
*) In overeenstemming met IFRS zijn de cijfers van voor de fusie met VastNed Offices/Industrial (van 2008 tot en met 1ste drie kwartalen 2011) niet aangepast en representeren alleen de cijfers van NSI. Vanaf het 4e kwartaal van 2011 zijn de cijfers van VNOI volledig geconsolideerd.
In 2015 werden in totaal 24 kantoorpanden, 2 bedrijfsgebouwen en een winkelcentrum verkocht met een totaal verkoopresultaat van € 5,2 miljoen. De totale verkoopopbrengst van de in 2015 afgeronde transacties bedroeg € 49,4 miljoen.
NSI heeft 5,7 miljoen aandelen IOW (wat een belang van 35% in IOW vertegenwoordigde) verkocht waarmee een verkoopresultaat behaald werd van € 2,9 miljoen (IFRS).
Het effect van rentedekkingsinstrumenten op het indirecte beleggingsresultaat bedroeg € 7,5 miljoen in 2015 als gevolg van de gestegen lange EURIBOR rente.
NSI hanteert rentederivaten louter ter afdekking van aanwezige operationele renterisico's. De nominale waarde van derivaten is lager dan de nominale waarde van de rentedragende schuld. Er is geen sprake van een "overdekkingssituatie" en NSI staat niet bloot aan 'margin calls' en hoeft geen additionele kasstortingen te doen bij een verandering in de waarde van deze instrumenten. De waarde van deze instrumenten loopt gedurende de looptijd automatisch terug naar nul.
NSI doet goed onderzoek naar wat de HNK-gebruiker belangrijk vindt aan een werkplek, en anticipeert daarop met de juiste producten en services.
Door 'het nieuwe werken' is kantoor niet per se de ruimte waar het werk gedaan moet worden. Het kantoor is steeds vaker een fysieke ontmoetingsplek, waar communicatie en samenwerken centraal staan. Daarom kent iedere HNK een 'sociaal hart'.
+ Café
+ Co working & members space
= Social hart
De vaste kantooruren vervagen. Het ouderwetse van 9 tot 5 model volstaat voor veel kantoorwerkers niet meer. Steeds meer werkgevers faciliteren dat hun medewerkers hun eigen tijd kunnen indelen. HNK faciliteert flexibiliteit voor zowel werkgevers als werknemers.
Met de trend dat werken steeds onafhankelijker wordt van plaats, groeit ook de behoefte aan kunnen werken op meerdere locaties. Zoals dichtbij huis, op weg naar een klant, of gewoon op kantoor. Dankzij het landelijke netwerk van HNK is er altijd wel een locatie in de buurt.
Wifi is voor de kantoorgebruiker een soort eerste levensbehoefte. HNK biedt in al haar vestigingen wifi via een supersnel glasvezelnetwerk.
Gebruikers eisen steeds meer dat zaken 'smart', door middel van technologie, georganiseerd kunnen worden. Zoals vergaderruimte die geboekt kan worden via de HNK app.
En 'last but not least'; sommige dingen veranderen niet, goede koffie is nog steeds een belangrijk aspect voor de klanttevredenheid van kantoorgebruikers.
HNK biedt voor iedere huurder en iedere situatie een oplossing. HNK biedt het hele scala aan huisvestingswensen onder 1 dak, en dat is uniek. Van een flexplek tot een langjarig huurcontract, en alles er tussen in. In een inspirerende eigentijdse omgeving, met alle denkbare faciliteiten, biedt HNK exact de ruimte en het serviceniveau dat past bij de situatie. En verandert de situatie, dan biedt HNK alle mogelijkheden om daar in mee te bewegen.
Managed Offices
Tailored Offices
Connected
HNK is door het Nationale Business Succes Award (NBSA) Instituut uitgeroepen tot branchewinnaar 2016 in de Kantoorruimteverhuurbranche. 'Dicht bij de gebruiker blijven, creatief zijn en flexibel met de klantvraag kunnen omgaan zijn de kernbegrippen die HNK maken tot total service provider in werkplekken', aldus het juryrapport.
NSI Jaarverslag 2015 43
In 2015 heeft NSI haar financieringsstrategie verder geïmplementeerd ter ondersteuning van de algemene strategie. In mei 2015 is een grote herfinanciering afgerond (€ 550 miljoen) op groepsniveau, hetgeen circa 80% van de uitstaande leningen representeerde. Er werd een revolving Credit facility van € 250 miljoen ingericht, waardoor er financiële flexibiliteit werd gecreëerd ten behoeve van de strategie van asset rotatie. Hiermee werd in belangrijke mate invulling gegeven aan een aantal doelstellingen, waaronder het verlagen van de financieringskosten, het verlengen van de looptijd, en het vergroten van de mogelijkheden voor diversificatie. Door de vereenvoudigde structuur en documentatie is NSI flexibeler in het uitvoeren van haar portefeuille strategie.
NSI voert een actief treasurybeleid. Dit beleid staat in dienst van de kernactiviteiten; de verhuur, de exploitatie en de aan- en verkoop van objecten. Het treasurybeleid is gericht op het beheersen van risico's op het financieringsvlak en het vergroten van de voorspelbaarheid en stabiliteit van kasstromen. Het treasurybeleid heeft tot doel om de resultaten van de onderneming te optimaliseren, onder de voorwaarde van een conservatieve financieringsstructuur tegen concurrerende tarieven. Het is niet toegestaan om speculatieve posities in te nemen.
Het overgrote deel van de huidige financiering van NSI is op dit moment variabel rentend gefinancierd. Het doel van het rentebeleid is om de rentelasten te beheersen zonder dat de onderneming speculatieve posities inneemt. Om dit doel te bereiken heeft NSI de mogelijkheid delen van de variabele rente af te dekken door gebruik te maken van leningen met een gefixeerde rente, alsmede rentederivaten en "collars" (instrument dat de bandbreedte definieert waarbinnen de rente zich ontwikkelt). De ingedekte posities dienen vier achtereenvolgende kwartalen, inclusief rapportagemoment, aan de volgende vereisten te voldoen:
Conform het beleid heeft NSI in 2015 geen speculatieve posities ingenomen en voldoet aan de vereisten van het rentebeleid.
Doelstelling van het financieringsbeleid is het management van de financiële risico's van de onderneming in combinatie met een passende financiering van de bedrijfsactiviteiten tegen een zo laag mogelijke kostenvoet. Hierbij beoogt het management een gebalanceerde afweging te maken tussen het managen van deze financiële risico's en de daaraan verbonden kosten, waaronder bijvoorbeeld de afweging tussen de duration/looptijd van lening- en derivatencontracten en additionele marginale kosten van langere termijn financiering. In dit kader kan het financieringsbeleid worden uitgesplitst in de volgende componenten: (i) het diversificeren van de bronnen van financiering teneinde de relatieve afhankelijkheid van een specifieke financieringsbron (in casu bancaire financiering) te verminderen, (ii) het opstellen van en waar mogelijk vasthouden aan uniformeleningsdocumentatie, zodat toetreding van nieuwe financiers op transparante wijze kan geschieden, (iii) het optimaliseren van de rentelasten op basis van marktconforme afspraken en tarieven, (iv) het optimaliseren van de gemiddelde looptijd van de financieringsportefeuille, waarbij gestreefd wordt naar verdere verlenging, (v) realiseren van financiering op concernniveau en (vi) zo de mogelijkheid creëren om van een gedekte (hypothecaire) financiering over te stappen naar een overwegend niet-hypothecair gedekte financiering zodat de mogelijkheden tot diversificatie van financieringsbronnen kan worden gefaciliteerd.
Met de in 2015 afgeronde herfinanciering van € 550 miljoen heeft NSI in belangrijke mate invulling gegeven aan deze doelstellingen. Deze financiering bestaat uit een bankfinanciering van € 450 miljoen door een internationaal bankensyndicaat en een institutionele faciliteit van € 100 miljoen. Door de deelname van internationale banken en de introductie van een institutionele faciliteit is diversificatie van financieringsbronnen gerealiseerd. Daarnaast is de financieringsstructuur vereenvoudigd doordat twee gesyndiceerde faciliteiten en meerdere bilaterale overeenkomsten werden samengevoegd in één financieringsfaciliteit waarbij leningsvoorwaarden werden geharmoniseerd. Onder andere door de toevoeging van de institutionele faciliteit is de gemiddelde looptijd van de leningenportefeuille significant verlengd.
De verlaging van de rentemarges op deze faciliteit heeft geleid tot structureel lagere gemiddelde financieringslasten. Verder creëert de nieuwe faciliteit expliciet de mogelijkheid tot het vrijgeven van zekerheden op termijn en zal, na het vrijgeven van zekerheden, het grootste deel van de financiering worden voortgezet als een senior ongedekte faciliteit.
Met de nieuwe financieringsstructuur, en door de migratie van leningen van object- naar geconsolideerd asset niveau, wordt meer flexibiliteit geboden aan de uitvoering van de strategie van NSI, waaronder asset rotatie. De acquisities in oktober 2015 van de kwalitatief hoogwaardige panden is hier een voorbeeld van.
NSI vindt het belangrijk om doorlopend in gesprek te zijn en te blijven met financiers. Door een open, frequente en transparante communicatie, ook in tijden dat er geen financiering nodig is, blijven de relatiebanken en potentiele financiers op de hoogte van de omstandigheden binnen NSI en kunnen zij daardoor effectiever inspelen op het financieringsbeleid van NSI. Deze wijze van communicatie is één van de factoren die hebben bijgedragen aan de succesvolle herfinanciering in mei 2015.
250 200 150 100 Vervaldata geldleningen 300 350
2016 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024 2025
De leningen namen af van € 792,9 miljoen per eind 2014 naar € 564,6 miljoen per eind 2015, met name door de deconsolidatie van IOW. De gemiddelde looptijd van de leningen bedraagt 3,9 jaar (31 december 2014: 2,0 jaar).
Met de faciliteit van € 550 miljoen zijn de bankfinancieringen voor de periode 2016 – 2017 al geherfinancierd. De resterende herfinancieringen in 2016 en 2017 hebben betrekking op twee "pfandbriefe"-bank financieringen.
Het vastrentende gedeelte van de leningenportefeuille, inclusief rentederivaten, steeg van 77,2% per 31 december 2014 naar 80,4 % per 31 december 2015. Dit is vooral een gevolg van de vergroting van de Nederlandse vastgoedportefeuille door de acquisities in oktober 2015. Het percentage valt ruimschoots binnen de gestelde bandbreedte van 70% - 100%.
De derivaten hebben een gemiddelde looptijd van 4,0 jaar (2014: 3,1 jaar)
| X € 1.000 | Vastrentende leningen |
Variabele leningen |
Totaal leningen | Kredietfaciliteit | Swaps variabele rente ingeruild voor vaste rente |
% vastrentend na swaps |
Rente % |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Totaal 2015 | 72.054 | 492.564 | 564.618 | 40.000 | 414.300* | 80,4% | 3,7% |
| Totaal 2014** | 214.213 | 578.659 | 792.872 | 63.250 | 446.625 | 77,2% | 4,6% |
* Exclusief derivaten die na 1 januari 2016 ingaan.
**Inclusief België
50
0
In de afgesloten derivaten contracten van NSI is geen sprake van zogenaamde "margin calls" die zouden kunnen leiden tot kasstortingen in geval van veranderingen in de marktwaarde van derivaten.
Bij het afsluiten van de nieuwe financieringsfaciliteit is een analyse gemaakt van de gewenste omvang van gecommitteerde, ongetrokken/beschikbare faciliteiten. Gecommitteerde ongetrokken faciliteiten kosten geld, echter bieden de vennootschap een grote flexibiliteit in de financiering van potentiele acquisities. Deze flexibiliteit wordt ook gebruikt om andere kortlopende financieringsbehoeften op te vangen als overbrugging tot het tijdstip waarop eigen vermogen of lang vreemd vermogen wordt aangetrokken.
Gekozen is voor € 250 miljoen aan gecommitteerde meerjarige revolverende kredietfaciliteiten binnen de syndicaatsfinanciering inclusief een rekening-courant faciliteit van € 40,0 miljoen (ultimo 2014: € 63,3 miljoen). Daarnaast heeft NSI nog de beschikking over een niet-gecommitteerde faciliteit van € 50,0 miljoen.
De financieringsruimte onder de gecommitteerde faciliteiten bedroeg per 31 december 2015 € 78,0 miljoen (31 december 2014: € 201,0 miljoen, waarvan circa € 75,0 miljoen betrekking had op IOW). Hiervan had € 40 miljoen betrekking op de gecommitteerde rekening courant faciliteit. Per 31 december 2015 beschikte NSI over ruim € 22 miljoen aan liquiditeiten op haar balans, met name voortkomende uit verkopen van onroerend goed in december. Deze liquiditeiten zijn begin januari gebruikt om de beschikbare financieringsruimte verder te vergroten.
De netto financieringslasten in het directe resultaat namen in 2015 significant af naar € 28,2 miljoen vergeleken met € 42,2 miljoen in 2014 als gevolg van lagere rentemarges op de nieuwe faciliteit, door gebruik te maken van de actuele lage rentepercentages op nieuwe derivaten (ter vervanging van aflopende derivatenovereenkomsten) en het niet meer mee consolideren van de financieringslasten van de deelneming in IOW (€ 5,7 miljoen). Daarnaast werden de financieringsinkomsten verhoogd door een eenmalige financieringsbate (€ 2,5 miljoen) resulterend uit de verrekening van rentevergoedingen door de Belgische fiscus met betrekking tot historisch betaalde bronbelasting in België.
Het gewogen gemiddelde rentepercentage van de leningen en rentedekkingsinstrumenten daalde significant van 4,6% op 31 december 2014 naar 3,7% per 31 december 2015. Dit is gebaseerd op de vigerende rentemarges per jaareinde, hetgeen niet de gemiddelde rentemarge over de periode weergeeft. De rentedekkingsratio bedroeg op 31 december 2015 3,2. Hiermee behaalde NSI eerder dan verwacht de doelstelling van een gemiddeld renteniveau kleiner dan 4%. Het streven en de verwachting is deze gemiddelde rentekosten in de toekomst verder te verlagen.
NSI heeft als beleid om de beleningsgraad van de portefeuille ("loan-to-value") tussen de 40% en de 50% te houden, met een voorkeur voor een LTV kleiner dan 45% gezien de in die
bandbreedte gunstigere prijszetting van de LTV-afhankelijke rentemarges in de hiervoor besproken 2015 leningsfaciliteit.
De waarde van de vastgoedbeleggingen en financiële vaste activa bedroeg op 31 december 2015 van € 1.254,9 miljoen (2014: € 1.668,2 miljoen) door onder andere de deconsolidatie van IOW en de aan- en verkoop van panden. Bij een netto schuld aan kredietinstellingen van € 542,3 miljoen per 31 december 2015 (31 december 2014: € 815,5 miljoen) bedroeg de beleningsgraad 43,2% (2014: 48,9%).
In de leningsdocumentatie is overeengekomen dat NSI periodiek de status van specifieke afspraken (convenanten) aan haar financiële instellingen rapporteert. Op basis hiervan behouden financiële instellingen inzicht in de ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de onderneming gedurende de looptijd van de financieringen.
Het raamwerk van aan de leningen gerelateerde convenanten, dat per financiële instelling en overeenkomst verschilt, wordt door NSI nauwlettend gemonitord. Door de nieuwe financiering is het aantal leningen van NSI beperkt en is de diversiteit aan convenanten terug gebracht en de beheersbaarheid vereenvoudigd.
In lijn met het financieringsbeleid worden convenanten proactief gemonitord. Minimaal per kwartaal (en indien nodig frequenter) worden naast de gerealiseerde convenanten de mogelijke gevolgen van strategische keuzes en veranderende marktomstandigheden op toekomstige uitkomsten van de convenanten berekend.
Gedurende het jaar 2015 voldeed NSI aan alle overeengekomen convenanten uit hoofde van alle individuele leningsovereenkomsten.
Het eigen vermogen nam in 2015 toe tot € 660,7 miljoen (Ultimo 2014: € 632,8 miljoen), voornamelijk als gevolg van het saldo van het positieve totale beleggingsresultaat van€ 63,8 miljoen, de uitkering van dividend in contanten (€ 35,8 miljoen). De waarde van minderheidsbelangen is gedaald door de partiële verkoop van het belang in IOW (naar 15,2% per 31 december 2015) waardoor IOW niet meer wordt geconsolideerd.
De intrinsieke waarde per aandeel (met inbegrip van de marktwaarde van de derivaten) steeg naar € 4,61 per 31 december 2015 ten opzichte van € 4,42 per 31 december 2014. Exclusief de marktwaarde van derivaten (intrinsieke waarde op basis van EPRA) bedroeg de intrinsieke waarde per aandeel € 4,79 (31 december 2014: € 4.69).
Het aantal uitstaande aandelen bedroeg 143,2 miljoen per jaareinde 2015.
Het investeringsvolume in de Nederlandse vastgoedmarkt steeg in 2015 naar 10,7 miljard (bron: JLL), naar het investeringsniveau van voor de financiële crisis in 2007. De onzekerheid op de internationale beleggingsmarkten en de lage rente zorgden voor een grote toestroom van internationaal kapitaal naar de Nederlandse vastgoedmarkt. Daarnaast werden de prijsniveaus als aantrekkelijk beoordeeld (bron: DTZ). Ook wees het onderzoek van DTZ uit dat het beleggersvertrouwen weer terug is op het niveau van 2007.
De gebruikersmarkt wordt sterk beïnvloed door een aantal trends die de vraag in alle vastgoedsegmenten wezenlijk verandert, waardoor succes sterker bepaald wordt door het vermogen hier goed op in te spelen dan door de algemene economische ontwikkeling.
De focus van NSI ligt op beleggen in kantoren en winkels in Nederland. De Nederlandse vastgoedportefeuille van NSI was per 31 december 2015 € 1.200,2 miljoen, onderverdeeld in een kantorenportefeuille van € 713,8 miljoen (waarvan € 123,2 miljoen HNK), een winkelportefeuille van € 356,9 miljoen, en € 129,5 miljoen overig (bedrijfsgebouwen en grootschalige detailhandel). De bedrijfsgebouwenportefeuille (€ 61,2 miljoen) is per 31 december 2015 als 'vastgoed aangehouden voor verkoop' gerubriceerd.
De waarde van de totale vastgoedportefeuille daalde in 2015 naar € 1.203,5 miljoen (31 december 2014: € 1.668,2 miljoen). In 2015 heeft NSI haar belang in het Belgische beursgenoteerde Intervest Offices & Warehouses ("IOW") verkleind van 50,2% naar 15,2%. Als gevolg hiervan wordt IOW niet langer geconsolideerd in de cijfers van NSI en derhalve niet meer in de portefeuille van NSI meegerekend. Deze transactie verklaart € 635,7 miljoen van de daling van de portefeuille van NSI. Daarnaast hadden acquisities (€ 198,9 miljoen), verkopen (€ 47,0 miljoen), herwaarderingen (€ 0,4 miljoen) en investeringen (€ 18,7 miljoen) effect op de waarde van de vastgoedportefeuille.
| Aantal objecten | Verhuurbare m² |
Theoretische jaarhuur |
Bezettingsgraad % |
Marktwaarde (x € 1.000) |
In % | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Nederland België |
193 1 |
973.881 2.365 |
130.194 304 |
77,3 16,8 |
1.200.155 3.310 |
100 - |
| Totaal | 194 | 976.246 | 130.498 | 77,1 | 1.203.465 | 100 |
| Kantoren | 120 | 488.570 | 69.751 | 76,7 | 593.863 | 49 |
| HNK | 10 | 100.214 | 15.128 | 59,6 | 123.200 | 10 |
| Winkels | 35 | 180.923 | 31.079 | 84,4 | 356.934 | 30 |
| Volumineuze detailhandel | 6 | 90.046 | 6.626 | 90,5 | 68.240 | 6 |
| Bedrijfsgebouwen | 23 | 116.493 | 7.914 | 77,1 | 61.228 | 5 |
| Totaal | 194 | 976.246 | 130.498 | 77,1 | 1.203.465 | 100 |
De marktwaarde van de vastgoedbeleggingen wordt binnen NSI bepaald op basis van een professioneel taxatiemanagementsysteem. De gehele Nederlandse portefeuille wordt jaarlijks extern getaxeerd door gerenommeerde taxateurs (50% per 30 juni en 50% per 31 december). Op basis van de externe taxaties wordt zo ook twee keer per jaar het overige deel van de panden (50%) intern gewaardeerd. NSI heeft haar proces op basis van de 'good practice bepalingen' van de PTA (Platform Taxateurs & Accountants) ingericht. Deze externe taxaties worden vergeleken met de interne waarderingen en geanalyseerd op gebruikte methoden, gehanteerde aannames en uitkomsten.
De waarde van de Nederlandse portefeuille bleef na jaren van grote afwaarderingen in 2015 relatief stabiel (positief herwaarderingsresultaat van € 1,4 miljoen ten opzichte van -€ 177,9 miljoen in 2014), met name dankzij de ontwikkeling in de kantorenportefeuille. De waarde van de kantorenportefeuille liet in 2015 voor het eerst, na een lange aaneengesloten periode van afwaarderingen, een positieve waarde ontwikkeling zien van € 9,1 miljoen door een lichte daling in yields en markthuren.
In de winkelportefeuille werd de negatieve herwaardering (-€ 9,4 miljoen, 2014: -€ 41,6 miljoen) met name veroorzaakt door stijgende yields.
De volumineuze detailhandel liet een herwaarderingsresultaat zien van € 4,3 miljoen (2014: -€ 13,6 miljoen) en de bedrijfsgebouwen portefeuille een afwaardering van € 2,6 miljoen (-€ 0,1 miljoen).
| Nederland x € 1.000 |
België x € 1.000 |
Totaal x € 1.000 |
Bruto yield in % |
Netto yield in % |
|
|---|---|---|---|---|---|
| Kantoren | 9.082 | - 1.026 |
8.056 | 11,9 | 8,9 |
| Winkels | - 9.385 |
- | - 9.385 |
8,7 | 7,1 |
| Volumineuze detailhandel | 4.283 | - | 4.283 | 9,7 | 8,3 |
| Bedrijfsgebouwen | - 2.599 |
21 | - 2.578 |
12,9 | 10,6 |
| Totaal | 1.381 | - 1.005 |
376 | 10,9 | 8,4 |
Binnen de kantorenportefeuille richten herontwikkelingen zich voornamelijk op transformaties naar het HNK concept, renovaties, het verbeteren van de verhuurpropositie, of ze zijn toegesneden op een specifieke verhuring.
In de winkelportefeuille richten herontwikkelingen zich veelal
op uitbreidingen, revitalisatie en optimalisatie. De relatie met de gemeente of provincie speelt in veel gevallen een rol, onder meer op het gebied van vergunningen. De kennis en expertise van NSI op dit gebied is soms doorslaggevend om nieuwe mogelijkheden te identificeren en te realiseren.
In 2015 had NSI de volgende kantoorobjecten in (her)ontwikkeling.
| Kantorenportefeuille | Totale Investering x € 1.000 | Upgrading m² | (Verwachte) oplevering | |
|---|---|---|---|---|
| HNK's | ||||
| Bennekomseweg | Ede | 975 | 5.100 | 2015 |
| Europalaan | 's-Hertogenbosch | 990 | 1.150 | 2015 |
| Arthur van Schendelstraat | Utrecht | 4.440 | 9.040 | 2015 |
In 2015 zijn drie panden van in totaal circa 27.000 m2 (Ede, 's Hertogenbosch, en Utrecht Centraal Station) getransformeerd tot HNK's. Verder is in 2015 het voorbereidende werk gedaan voor de transformaties naar HNK's in Dordrecht, een tweede vestiging in Rotterdam, en in Amsterdam Zuidoost die in het eerste halfjaar van 2016 zullen worden opgeleverd.
NSI heeft in 2015 € 9,5 miljoen geïnvesteerd in HNK, waarmee de totale cumulatieve investering in de uitrol van HNK sinds de start in 2014 € 21,8 miljoen bedraagt. Voor de resterende uitrol naar 20 HNK's wordt een budget van € 15 miljoen voorzien.
In 2015 had NSI de volgende winkelobjecten in (her)ontwikkeling.
| Winkelportefeuille | Totale investering x € 1.000 | Uitbreiding/renovatie m² | (Verwachte) oplevering | |
|---|---|---|---|---|
| 't Loon | Heerlen | 8.000 | 2.400 | 2015 |
| Keizerslanden | Deventer | 11.000 | 2018 |
Op 5 maart 2015 werd het vernieuwde 'shoppingcenter 't Loon' feestelijk geopend. De werkzaamheden ten behoeve van C&A verliep in een aantal fasen. Medio 2014 werd het nieuwbouwgedeelte opgeleverd. Daarna werd de bestaande winkel verbouwd en vervolgens samengevoegd met het nieuwbouwgedeelte. Verder werd de routing en indeling van het winkelcentrum verbeterd en de entree vernieuwd. De herbouw is binnen budget en conform planning afgerond.
NSI en gemeente Deventer zijn een herontwikkelingsplan overeengekomen voor winkelcentrum Keizerslanden. Het winkelcentrum wordt gerenoveerd en er wordt circa 4.000 m2 aan het huidige vloeroppervlakte van 7.000 m2 toegevoegd. Winkelcentrum Keizerslanden wordt ingrijpend gemoderniseerd en aangepast aan de consumentenbehoefte. Verder worden het aantal parkeerplekken uitgebreid en de openbare ruimte gemoderniseerd. De voorbereidende werkzaamheden starten begin 2016. De bouwwerkzaamheden starten naar verwachting medio 2016 en worden medio 2018 afgerond. De totale investering bedraagt circa € 11 miljoen.
In HNK's vind je reuring, de hele dag door. De dynamiek komt voort uit de verschillende vormen van huisvesting en services die HNK biedt. De hele dag door komen mensen werken, netwerken en ontmoeten, zoals hier in HNK Utrecht Centraal Station. Cafe Soof, gevestigd in het sociale hart, biedt een breed assortiment, van lekkere koffie met taart, een gezonde lunch tot een borrel om de dag mee af te sluiten.
Voor het eerst sinds 2008 is de leegstand op de kantorenmarkt licht afgenomen. Sinds 2008 liet de leegstand een stijgende lijn zien van 12% in 2008 naar het hoogtepunt van 16% eind 2014, naar 15,8% van de kantorenvoorraad (van 49,5 miljoen m²) in 2015. Dit betekent dat de leegstand met 140.000 m² is afgenomen tot 7,8 miljoen m² (bron: DTZ). Deze ontwikkeling vindt volgens DTZ haar oorsprong aan zowel de aanbod- als de vraagzijde. In 2015 is het opnameniveau met 13% gestegen ten opzichte van 2014, wat neerkomt op 1,2 miljoen m². De effectieve opname blijft desondanks gering doordat er overwegend sprake is van een vervangingsmarkt waarbij kantoorgebruikers vaak meer vloeroppervlakte achterlaten dan men opneemt in de nieuwe verhuring.
Aan de aanbodzijde vinden er nauwelijks nieuwe ontwikkelingen plaats. In 2012 bestond nog 12% van het totale aanbod uit nieuwbouw, nu is dit teruggelopen tot 2% (bron: Dynamis). Volgens Dynamis heeft het transformatievolume in 2015 een recordhoogte bereikt. Kantorenpanden worden getransformeerd naar (studenten) woningen, hotels, multifunctionele complexen of noodopvang voor vluchtelingen. Over een vijfjaarsperiode is intussen ruim 2,1 miljoen m² kantoorruimte onttrokken aan de markt. Per saldo is in 2015 het aanbod door transformaties en onttrekkingen met 1,9% afgenomen (bron: DTZ). Ondanks dat nog steeds 7 keer meer kantoorruimte wordt aangeboden dan in een jaar wordt opgenomen, heeft de verhouding zich tussen vraag en aanbod zich voor het eerst sinds 2007 positief ontwikkeld.
De kantorenmarkt heeft te maken met een aantal structurele trends die een grotere impact hebben dan de conjuncturele ontwikkeling. De belangrijkste thema's in het veranderende kantorenlandschap zijn: veranderende eisen en behoeften van klanten, een veranderend klantenprofiel en hogere geografische concentratie. Er is sprake van een vervangingsmarkt, waarbij huurders de lagere huren gebruiken om te verhuizen naar hoogwaardigere kantoorruimte.
plaatsgebonden en stelt dus andere eisen aan het vastgoed. 'Het nieuwe werken', ondersteund door technologie, leidt tot een afname van de benodigde hoeveelheid werkplekken en tot een grotere behoefte aan flexibiliteit.
Het kantoor is steeds vaker een fysieke ontmoetingsplek, waar communicatie en samenwerken centraal staan. Organisaties die zich richten op het nieuwe werken faciliteren minder werkplekken dan het aantal werknemers dat zij in dienst hebben, waardoor het ruimteaanbod per werknemer afneemt. Naar verwachting zal in de komende jaren de economische groei niet voldoende zijn om dit effect te compenseren. Bovendien versterkt een grotere behoefte aan flexibiliteit dit effect.
Werken is niet meer kantoor gebonden en daarom dient een kantoor ook meerwaarde te leveren in beleving, productiviteit en ontmoeten van collega's; het kantoor moet meer bieden dan alleen een bureau om het centrale schakelpunt te zijn in de organisatie. De kwaliteit van het kantoor voor het stimuleren van productiviteit en versterking van beleving en ontmoeting neemt in belang toe waardoor het bieden van de juiste service een succesfactor wordt.
De voorkeur van eindgebruikers voor goede flexibele voorzieningen gecombineerd met de voortdurende focus op kostenbesparingen heeft de interesse in multi-tenant gebouwen de laatste jaren versterkt. De beschikbaarheid van de voorzieningen is belangrijker geworden dan het hebben van die voorzieningen in eigen beheer. Restauratieve voorzieningen, vergaderfaciliteiten en andere hospitality services worden in toenemende mate bij voorkeur gedeeld.
Het aantal bedrijven is in de afgelopen 20 jaar meer dan verdubbeld, van 600.000 in 1996 naar 1,4 miljoen bedrijven in 2015. De sterke toename is met name een gevolg van de opkomst van de zelfstandige zonder personeel (zzp'er). Het grootste deel (96%) van de bedrijven heeft maximaal 9 werkzame personen in dienst. Het aandeel van het grootbedrijf (> 250 werkzame personen) op het totale aantal bedrijven bedraagt 0,2%.
De verwachting is dat het aantal bedrijven de komende tien jaar verder zal toenemen, mede door een verdere groei van het aantal zzp'ers. Steeds meer Nederlanders kiezen bewust voor het zelfstandig ondernemerschap.
Deze ontwikkeling wordt gestimuleerd door: lagere drempels om een eigen bedrijf te beginnen, nieuwe technologische ontwikkelingen, nieuwe verdienmodellen en een drang naar meer vrijheid onder nieuwe generaties die de arbeidsmarkt betreden (bron: Economisch bureau ING).
Zelfstandigen en kleinere organisaties werken in toenemende mate in uiteenlopende ondernemersvormen samen.
Deze beweging vertaalt zich in een afnemende vraag naar grote metrages en een toenemende vraag naar kleinere en flexibelere kantoorruimten met ondersteunende diensten.
HNK geeft antwoord op alle bovengenoemde trends; het full service flexibele huisvestingsconcept waarmee NSI inspeelt op de groeiende behoefte aan services en flexibiliteit. In 2015 heeft NSI haar HNK concept verder uitgerold van 7 vestigingen in 2014 naar in totaal 10 vestigingen door heel Nederland, op schema naar de strategische doelstelling van 20 locaties in 2016. Op pagina 42 wordt de propositie van HNK verder toegelicht.
Migratie naar stedelijke gebieden is een wereldwijde trend. In Nederland betekent deze urbanisatie een grotere trek naar de Randstad. Net als vorig jaar is een duidelijke concentratiebeweging zichtbaar: 47% van de landelijke opname wordt in de vier grootste steden van Nederland gerealiseerd, vorig jaar was dat nog 43%. Amsterdam zorgt voor een aandeel van 23% van de landelijke dynamiek, gevolgd door Rotterdam met 10%, Den Haag 7% en Utrecht 7%. Ook in de portefeuille van NSI was deze trends zichtbaar.
Toenemende urbanisatie zorgt ervoor dat de steden blijven groeien, ten koste van perifeer gelegen gebieden. Daarnaast zet ook de consolidatietrend in kantoorruimte door. Organisaties kiezen er steeds vaker voor activiteiten op minder locaties te concentreren, waarbij gekozen wordt voor de sterkere locaties.
Door middel van de asset rotatie strategie evolueert de portefeuille van NSI naar een hoger kwaliteitsniveau. Een van de kenmerken van deze kwaliteitsverbetering is een hogere concentratie van kantoorpanden in gebieden die NSI heeft geïdentificeerd als structureel gezonde kantoorlocaties. De locatie is dan ook een van de leidende criteria in de aan- en verkoopstrategie van NSI. In 2015 is het aandeel van panden in deze geselecteerde kantoorlocaties in de portefeuille gegroeid van 70,3% naar 79,9%. Het aandeel van panden in G4 steden (Amsterdam, Rotterdam, Den Haag en Utrecht) is in 2015 in de portefeuille gegroeid van 41,9% naar 51,5%.
De totale opname van kantoorruimte in Nederland kwam in 2015 uit op 1,2 miljoen m2 wat ten opzichte van 2014 een stijging van 13% is. Echter gekeken naar de opnameaanbodratio, betreft dit een stijging van maar 2% naar 14,7%. Dit is te verklaren doordat het aanbod maar met 1,9% is afgenomen. NSI heeft met 49.145 m2 opname significant sterker gepresteerd ten opzichte van 2014 (23.674 m2 ) en ten opzichte van de markt. Met een aanbod van 2,4% van het landelijke aanbod heeft NSI 4,1% van de landelijke opname voor haar rekening genomen, terwijl de portefeuille van NSI 1,2% van de markt vertegenwoordigd.
De opname-aanbodratio in de portefeuille van NSI bedroeg dan ook 24,8%, bijna een verdubbeling ten opzichte van de landelijke opname-aanbodratio van 14,7% en een stijging van 11,5% ten opzichte van vorig jaar (bron: DTZ). Het aandeel van de opname in de G4 steden is ten opzichte van 2014 gestegen met 19,5% naar 57,5%. Het grootste aandeel vond plaats in Amsterdam, namelijk 26% van de opname, gevolgd door Utrecht met 16% van de totale opname. Ten opzichte van de landelijke kantorenmarkt heeft NSI in de G4 steden beter gepresteerd, waar 47% van de opname in de G4-steden werd gerealiseerd. Vooral Amsterdam (+3%) en Utrecht (+9%) hadden een groter aandeel, ook in Rotterdam presteerde NSI beter (+1%). In Den Haag presteerde de markt iets beter (+2,5%).
De opname van kantoorruimte bij NSI vond voor 43% plaats in HNK, wat in absolute termen een opname is van 21.139 m² vergeleken met 4.855 m² in 2014, waarbij aangetekend moet worden dat ook het aanbod van HNK met de verdere uitrol van 7 naar 10 vestigingen is toegenomen. Toch is ook de opname-aanbodratio fors toegenomen naar 45,2% (2014: 26,2%). Dit bevestigt de focus van NSI op haar fullserviceconcept HNK en verdere ontwikkeling en uitbreiding hiervan.
Exclusief HNK bedroeg de opname in kantorenmarkt 28.006 m2 ten opzichte van 18.910 m² in 2014. De opname/ aanbodratio bedroeg 18,5%. De gemiddelde grootte van een transactie in traditionele kantoorruimte was 468 m2 , met een totaal van 66 transacties. In HNK was de gemiddelde transactie 162 m2 , met een totaal van 150 transacties. Van de totale opname betroffen 18 transacties grote transacties van meer dan 500 m2 , verantwoordelijk voor 63% van de totale opname. Dit is een stijging van 18% ten opzichte van 2014. 132 transacties betroffen 100 m2 of minder, bij elkaar 10% van de totale opname. De gemiddelde transactiegrootte van de totale opname steeg hierdoor met 55 m2 per transactie naar 255 m2 , tevens nam het aantal transacties toe met bijna 60% tot totaal 216 transacties in 2015.
De effectieve huur over de gehele portefeuille bedroeg € 161 per m² per 31 december 2015, ten opzichte van € 149 per m² per 31 december 2014, uit te splitsen naar € 157 per m² voor kantoren en € 188 per m² voor HNK.
In een markt met teruglopende vraag en oplopend aanbod zijn huurders zich bewust van hun gunstige uitgangspositie. In 2015 is de markthuur licht gedaald (0,8% volgens DTZ). De effectieve huur van nieuwe verhuringen bedroeg in 2015 € 135 per m2 , wat een stijging is ten opzichte van 2014 (€ 129 per m2 ).
Het effectieve huurniveau van nieuwe verhuringen in de kantorenportefeuille exclusief HNK bedroeg € 107 per m2 (2014: € 113 per m2 ) en € 165 per m2 in de HNK portefeuille (2014: € 169 per m2 ).
Als gevolg van de acquisities steeg het gemiddelde huurniveau in de kantorenportefeuille van € 149 per m2 per 31 december 2015 naar € 161 m2 per 31 december 2015 (€ 157 ex HNK). In HNK was dit € 188 per m2 ten opzichte van € 160 per m2 in 2014, met name doordat een aantal contracten met een relatief lage huur per m2 expireerden.
De bezettingsgraad verbeterde van 71,5% per 31 december 2014 naar 73,6% per 31 december 2015, mede dankzij de aankoop van goed verhuurde kwalitatief hoogwaardige kantoren in oktober 2015.
Exclusief HNK daalde de bezettingsgraad licht van 77,3% per 31 december 2014 naar 76,7% per 31 december 2015.
De gemiddelde bezettingsgraad steeg naar 59,6% per 31 december 2015 ten opzichte van 55,6% per 31 december 2014. De bezettingsgraad wordt doorlopend beïnvloed door de toevoeging van nieuwe HNK's die bij de start doorgaans een lage bezettingsgraad kennen waardoor de ontwikkeling van de bezettingsgraad geen onderliggende trend laat zien. Daarnaast werd de bezettingsgraad in het 4e kwartaal beïnvloed doordat 2 grote huurders uit HNK wegvielen; door het faillissement van Imtech werd het huurcontract in HNK Den Haag (3.695 m2 ) beëindigd. Daarnaast expireerde het contract van een overheidsdienst in HNK Rotterdam (3.855 m2 ). Deze overheidsdienst was al in HNK Rotterdam gehuisvest voor het pand getransformeerd werd, en is in een nieuw ontwikkeld pand gecentraliseerd met andere overheidsdiensten. In alle andere HNK vestigingen liet de bezettingsgraad een stijgende lijn zien.
In 2015 expireert 9% van de kantorencontracten (exclusief HNK) en 20% van de contracten in HNK. Mede door het vroegtijdig heronderhandelen van contracten, ruimschoots voor expiratiedatum, zorgt NSI voor een betere spreiding van contractexpiraties.
| Kantoren (ex HNK) | HNK | Kantoren totaal | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | |
| Bezettingsgraad | 76,7% | 77,3% | 59,6% | 56,6% | 73,6% | 71,5% |
| Opname in m² (verhuur uit leegstand) | 28.006 | 18.910 | 21.139 | 4.855 | 49.145 | 23.764 |
| Opname/aanbod ratio | 18,5% | 10,5% | 45,2% | 26,2% | 24,8% | 13,3% |
| Effectieve huur niveau per m² nieuwe verhuringen (over 12 maanden) | € 107 | € 113 | € 165 | € 169 | € 135 | € 129 |
| Effectieve huur niveau per m² totale portefeuille | € 157 | € 143 | € 188 | € 160 | € 161 | € 149 |
| Like-for-like groei brutohuuropbrengsten | - 11,5% | - 4,0% | 18,6% | 25,5% | -6,9% | -1,7% |
| WAULT (gemiddelde resterende looptijd van huurcontacten in jaren) | 5,0 | 4,3 | 3,1 | 2,4 | 3,4 | 3,9 |
20.000 15.000 10.000 5.000 0 25.000 kantoren HNK
Regionale verdeling van de NL kantoren portefeuille (in waarde)
| Kantoren (exclusief HNK) | HNK | Kantoren totaal | |
|---|---|---|---|
| Brutohuuropbrengsten 2014 | 45.921 | 8.223 | 54.144 |
| Aankopen in 2015 en 2014 | 2.591 | - | 2.591 |
| Verkopen in 2015 en 2014 | 1.909 - |
- | - 1.909 |
| Transformatie naar HNK | 1.736 | - 1.736 |
- |
| Like-for-like, index en overige huurmutaties | 5.262 - |
1.526 | - 3.736 |
| Brutohuuropbrengsten 2015 | 43.077 | 8.013 | 51.090 |
In de kantorenportefeuille werd de autonome groei (like-for-like) beïnvloed door de expiratie van een aantal grote contracten per 31 december 2014. De impact van de expiratie van deze contracten met onder andere de Rijksgebouwendienst (5.000 m²), ROC Amsterdam (5.000 m²) en Prorail (9.000 m²) bedroeg € 3,2 miljoen in 2015. Inmiddels is het pand waarin Prorail gehuisvest was (Arthur van Schendelstraat in Utrecht) succesvol getransformeerd naar HNK Utrecht Centraal Station. Het pand waarin ROC Amsterdam gehuisvest was (Wilhelminaplein in Amsterdam) is langjarig verhuurd ten behoeve van studentenhuisvesting. Hiermee laat NSI zien met een actieve strategie een goede herbestemming te kunnen ontwikkelen voor deze grotere metrages.
Verder had de asset rotatie per saldo een positief effect op de bezettingsgraad en een effect van € 0,7 miljoen op de brutohuuropbrengsten door de verkoop van 24 niet strategische kantoorpanden en de aankoop van 8 kwalitatief hoogwaardige panden.
Bij de berekening van de like-for-like groei voor HNK geldt dat zodra een HNK gereed is na transformatie, deze wordt meegerekend in de HNK portefeuille. Indien nog zittende huurders aanwezig waren die voorafgaand aan de transformatie zijn vertrokken, dan wordt dit effect in Kantoren meegenomen. In 2015 werden HNK Utrecht Centraal Station, HNK Ede en HNK Den Bosch getransformeerd, waarin voor transformatie de zittende huurders een totale huurstroom van € 1,7 miljoen vertegenwoordigden.
De 10 grootste huurders in de Nederlandse kantorenportefeuille zijn:
| Naam | jaarhuur | # huurcontracten | % van de kantorenhuur |
|---|---|---|---|
| (x € 1 miljoen) | opbrengsten | ||
| Spaces | 6,8 | 3 | 11,0% |
| Crucell Holland B.V. | 1,6 | 1 | 2,6% |
| Stichting de Thuiszorg Icare | 1,5 | 2 | 2,4% |
| Staples International Group Services B.V. | 1,3 | 1 | 2,0% |
| UWV Uitv. Inst. Werken | 1,2 | 1 | 1,9% |
| Rijksgebouwendienst | 1,1 | 1 | 1,7% |
| Gemeente Heerlen | 1,0 | 4 | 1,7% |
| Ziggo B.V. | 0,8 | 1 | 1,3% |
| SDL Netherlands B.V. | 0,8 | 1 | 1,2% |
| Rijksvastgoedbedrijf Eindhoven | 0,7 | 1 | 1,1% |
| Totaal | 16,8 | 16 | 26,9% |
| Overzicht kantoren | Kantoren | HNK | Totaal Kantoren |
|---|---|---|---|
| Verhuurbare oppervlak (m²) | 486.206 | 100.214 | 586.420 |
| Bezettingsgraad (%) | 76,7 | 59,6 | 73,6 |
| Marktwaarde portefeuille (x € 1.000) | 590.552 | 123.200 | 713.752 |
| Totale theoretische huur (€ 1.000) | 69.447 | 15.128 | 84.575 |
| Effectieve huur per m² per jaar (€) | 157 | 188 | 161 |
Door middel van 'asset rotatie' verbetert NSI de gemiddelde kwaliteit van de portefeuille. Door panden te verkopen die geoptimaliseerd zijn waar de benodigde investeringen niet tot het vereiste rendement leiden maakt NSI middelen vrij om te kunnen herinvesteren op locaties waar NS gelooft in een fundamenteel gezonde kantorenmarkt.
In 2015 heeft NSI middelen 27 niet strategische panden verkocht, waaronder 24 kantoorpanden, en 8 kwalitatief hoogwaardige kantoorpanden gekocht. Als gevolg van deze verkopen en aankopen het aandeel van de regio Randstad in de kantorenportefeuille van NSI toegenomen van 42,5% naar 52,5%, en in de regio Amsterdam zelfs van 11,8% naar 24,7%. De gemiddelde kwaliteit van de kantorenportefeuille (op basis van de onafhankelijke ranking van JLL) nam in 2015 toe van 49,3% naar 57,8 %.
| Ypsilon | |
|---|---|
| lokatie | Leiden, Bio Science Park |
| oppervlakte | 9.418 m2 |
| Alexanderhof | |
| lokatie | Rotterdam Alexander |
| oppervlakte | 3.120 m2 |
| Alexanderpoort | |
| lokatie | Rotterdam Alexander |
| oppervlakte | 9.408 m2 |
| Centerpoint 1 | |
| lokatie | Amsterdam zuid-oost |
| oppervlakte | 9.011 m2 |
| Centerpoint 2 | |
| lokatie | Amsterdam zuid-oost |
| oppervlakte | 6.249 m2 |
| Vivaldi 1 | |
| lokatie | Amsterdam Zuidas |
| oppervlakte | 9.592 m2 |
| Vivaldi 2 | |
| lokatie | Amsterdam Zuidas |
| oppervlakte | 8.687 m2 |
| het Binnenhof | |
| lokatie | Den Bosch, Paleiskwartier |
| 10.442 m2 |
NSI Jaarverslag 2015 57
Het consumentenvertrouwen is in 2015 voor het eerst weer positief sinds 7,5 jaar. Tegelijkertijd verbeterde de koopkracht als gevolg van een stijging van het reële inkomen. Dit heeft zich vertaald in toegenomen consumentenbestedingen met circa 0,9% in 2015. De verkoopvolumes liggen echter nog altijd 10,5% lager dan acht jaar terug. De consumentenbestedingen liggen nu 2,7% onder het niveau van voor de crisis. Bovendien is het consumentengedrag structureel veranderd. Een steeds groter deel van de consumentenuitgaven wordt nu op internet besteed. In de afgelopen acht jaar zijn de online bestedingen ruimschoots verdrievoudigd. Winkels die zich niet succesvol weten aan te passen aan het veranderende koopgedrag van de consument zullen uit het winkelbeeld verdwijnen. In combinatie met de economische omstandigheden heeft dit een grote impact op de detailhandel: sinds de crisis uitbrak gingen 5.200 bedrijven in de sector failliet (bron: ABN AMRO research). Ook 2015 was in dat opzicht een turbulent jaar; een aantal ketens met een lange staat van dienst ging failliet.
Consumenten zijn prijsbewuster geworden, geholpen door de transparantie die internet biedt. Ze eisen meer van de retailer. Het credo is zorgen dat je als retailer relevant blijft.
De belangrijkste trends in de winkelmarkt zijn:
Aankopen worden in toenemende mate via internet gedaan en het aandeel van internet groeit in alle product categorieën. Zowel het aantal consumenten dat online koopt als de bestedingen nemen toe. In 2015 kocht 87% van de consumenten online ten opzichte van 75% in 2014. De bestedingen namen met ruim 18% toe. Winkelen wordt steeds meer onafhankelijk van tijd en plaats. Online en 'offline' verkoopkanalen zullen steeds meer met elkaar verweven raken.
• Multichanneling: versmelting van online en offline De consument oriënteert zich zowel online als offline op aankopen; en vice versa. Daarbij blijft de behoefte aan expertise en persoonlijke benadering in de fysieke winkel bestaan. Retailers die daar de juiste mix in weten aan te bieden profiteren het sterkst. Deze zogenaamde 'multichannelers' realiseerden een hogere omzetgroei dan de pure online-spelers in 2015.
Binnen het online segment is een sterke opkomst van bezorgdiensten te zien, waarbij vaak directer aan de consument geleverd wordt. Met name de maaltijdboxen zijn sterk in opkomst, waarmee voor het eerst ook de food categorie een sterkere online vertegenwoordiging kent. Deze concepten spelen in op de behoefte aan gemak en de aandacht voor gezondheid en duurzaamheid. Maar ook in andere productcategorieën komt de bezorgdienst op als kanaal, bijvoorbeeld voor bloemen waarbij rechtstreeks vanaf de kweker geleverd wordt.
Daarnaast is er een trend gaande waarbij (grote) online retailers zich nadrukkelijker gaan manifesteren als platform en ook namens andere retailers gaan leveren. Hiermee lijkt een nieuwe fase aan te breken op het vlak van online aankopen: de platformfase. De strijd om de consument draait steeds meer om de logistieke slagkracht wie is het beste in staat om spullen zo snel mogelijk bij consumenten te brengen. Dat is ook zichtbaar in het veranderende landschap van de vervoerders. Nieuwe aanbieders betreden de markt met onderscheidende dienstverlening.
Traditioneel golden de Randstad en de grote steden als de meest favoriete winkellocaties. Door het toenemende belang van internet, de geringe economische groei en de toenemende urbanisatie, waarbij de jongeren naar de stad trekken, wordt het gat tussen aantrekkelijke en minder aantrekkelijke vestigingslocaties steeds groter. Hierdoor wordt het voor veel winkelcentra in met name de perifere gebieden lastiger om aantrekkelijk te blijven en voldoende publiek aan te trekken. Ook plaatsen die in de schaduw liggen van een grote stad hebben het zwaar.
Uit onderzoek blijkt dat de lokale binding voor de niet dagelijkse goederen daalt, en bestedingen dus in grotere mate elders worden gedaan. Voor wat betreft de dagelijkse boodschappen blijken ook de kleinere winkelgebieden in staat lokale koopkracht aan zich te binden.
Als consumenten kiezen voor het bezoeken van een fysieke winkel, dan zoeken ze naar een bepaalde toegevoegde waarde. In het aanbod van winkelcentra treedt een polarisatie op.
Winkelcentra in het hoge segment bedienen de consument die geïnspireerd wil raken en op zoek is naar 'beleving', met het hele scala aan aanbod wat bij een dagje uit hoort. Winkelen hoort 'fun' te zijn.
Aan de andere kant van het spectrum bevindt zich het winkelen dat op functionaliteit gericht is. Het aanbod richt zich met name op dagelijkse boodschappen, en de faciliteiten zijn gericht op het bieden van gemak. Zoals een efficiënte infrastructuur en goede parkeergelegenheden, maar ook online verkoopmogelijkheden.
Winkelcentra in het middensegment of zonder uitgesproken positionering zullen het gezien deze trends steeds moeilijker krijgen.
Bovenstaande trends, met name de verdere groei van aankopen via internet en het achterblijven van de bestedingen, zorgen er voor dat er een overschot aan winkelmeters op minder gewilde locaties ontstaat.
De leegstand in de Nederlandse winkelmarkt is voor het 7e opeenvolgende jaar toegenomen van circa 6,9% naar 7,5% (bron: Locatus).
Het veranderende winkellandschap zal zorgen voor een andere (toekomstige) vraag naar winkellocaties. De portefeuille van NSI is van oudsher sterk vertegenwoordigd in het type lokale wijkwinkelcentra; het type winkelcentrum dat uitstekend past in het eerder besproken spectrum van 'gemak'. Daar ligt de kracht van NSI, die NSI een sterke uitgangspositie geeft haar positie in dit segment verder te verstevigen. Dit betekent focus op functionaliteit, een goede indeling en het juiste aanbod dat vooral gericht is op dagelijkse boodschappen.
NSI richt zich op winkelcentra met een sterke wijk of regionale functie (stadsdeelwinkelcentra en wijkwinkelcentra). Naast de sterke branchering, is de kracht van deze centra de nabijheid voor de consument, de sociale functie en het gemak.
NSI richt zich in haar winkelcentra op een combinatie van landelijke winkelformules en lokale ondernemers. De landelijke winkelformules gelden als publiekstrekkers en bieden stabiliteit. De lokale ondernemers geven een winkelcentrum meer identiteit, stimuleren het lokale ondernemerschap en vormen vaak een goede aanvulling in de diversiteit van het aanbod.
Supermarkten zorgen voor een dagelijkse bezoekersstroom die essentieel is voor de dynamiek en het succes van een winkelcentrum. Op dit moment besteedt de consument van de uitgaven aan voedingsmiddelen slechts 2% online (Thuiswinkel Marktmonitor, GfK). De hoge winkeldichtheid en ruime openingstijden zijn onder andere de reden dat het online aandeel nog relatief beperkt is.
Door het gewijzigde consumentengedrag ontstaan er ook binnen het supermarktsegment verdere segmentering plaats naar de concepten discount, fullservice en online. NSI streeft naar een vertegenwoordiging van ten minste 2 supermarkten in haar winkelcentra, bij voorkeur een 'full service' supermarkt en een 'discount' formule. Daarnaast onderzoekt NSI in haar Easy Shopping concept hoe haar winkelcentra en haar retailers in kunnen spelen op de trend naar online.
In 2015 heeft NSI een nieuw winkelconcept in een van haar winkelcentra getest: Easy Shopping. Met dit concept beoogt NSI een merk te creëren voor gemakswinkelcentra, zowel fysiek als online. Easy Shopping biedt alle kenmerken die een winkelcentrum tot een gemakscentrum maken. Dit betekent onder andere een compleet aanbod, goede bereikbaarheid, sterke faciliteiten en aanvullende services. Van gratis parkeren en Wifi tot een webshop waar de retailers in het winkelcentrum op kunnen aansluiten. Daarnaast wordt met een actieve social media strategie een betrokken 'community' gecreëerd en wordt het bereik van het winkelcentrum vergroot. Verder worden er veel evenementen in het winkelcentrum georganiseerd, waar met behulp van social media veel aandacht voor wordt gegenereerd. In het winkelcentrum Zevenkamp in Rotterdam is in 2015 gestart met de pilot om het Easy Shopping concept te testen en verder door te ontwikkelen. Zo is er in de pilot getest met maaltijdboxen die met producten van verschillende retailers werden samengesteld, met een thuisbezorgservice en met een klusservice. Op basis van de resultaten uit de pilot wordt het Easy Shopping concept verder uitgerold naar andere wijkwinkelcentra. In de pilot periode was al een duidelijke toename te zien van het aantal bezoekers van het winkelcentrum Zevenkamp.
Zie pagina 62-63 voor meer informatie over Easy Shopping.
De waarde van de Nederlandse winkelportefeuille van NSI bedraagt per 31 december 2015 € 425,2 miljoen (31 december 2014 € 431,1 miljoen), onder te verdelen in € 356,9 miljoen winkels en € 68,2 miljoen volumineuze detailhandel.
| Winkels | Volumineuze detailhandel | |
|---|---|---|
| Verhuurbare oppervlak (m²) | 180.923 | 90.046 |
| Bezettingsgraad (%) | 84,4 | 90,5 |
| Marktwaarde portefeuille (x € 1.000) | 356.934 | 68.240 |
| Totale theoretische huur (€ 1.000) | 31.079 | 6.627 |
| Effectieve huur per m² per jaar (€) | 178 | 75 |
Ontwikkelingen in winkelverhuur NSI in 2015
De financiële bezettingsgraad van de winkelportefeuille daalde van 88,4% per 31 december 2014 naar 84,8%, mede als gevolg van de expiratie van een boven een winkelcentrum gelegen kantoorruimte en de verkoop van een volledig
verhuurd winkelcentrum (Zevenkampse Ring in Rotterdam). De volumineuze detailhandel liet een sterke verbetering van de bezettingsgraad zien van 84,5% per 31 december 2014 naar 90,5% per jaareinde 2015.
| Winkels | Volumineuze detailhandel | |||
|---|---|---|---|---|
| 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | |
| Bezettingsgraad | 84,4% | 88,4% | 90,5% | 84,5% |
| Opname in m² (verhuur uit leegstand) | 5.029 | 10.310 | 2.191 | 18.422 |
| Opname/aanbod ratio | 14,7% | 41,1% | - | - |
| Effectieve huur niveau per m² nieuwe verhuringen (over 12 maanden) | € 215 | € 135 | € 42 | € 30 |
| Effectieve huur niveau per m² totale portefeuille | € 178 | € 183 | € 75 | € 81 |
| Wault | 4,6 | 4,5 | 3,7 | 4,3 |
De 10 grootste huurders (winkels/volumineuze detailhandel) zijn:
| Naam | jaarhuur (x € 1 miljoen) |
Aantal locaties | % van de winkelhuur opbrengsten |
|---|---|---|---|
| Ahold Vastgoed | 2,9 | 11 | 11,0% |
| Blokker Holding | 1,4 | 16 | 5,4% |
| Lidl Nederland GmbH | 1,2 | 6 | 4,6% |
| Primark Netherlands B.V. | 1,0 | 1 | 3,8% |
| Eijkerkamp Veenendaal B.V. | 0,9 | 1 | 3,6% |
| Jumbo | 0,8 | 5 | 3,1% |
| A.S. Watson Property Continental Europe B.V. | 0,8 | 10 | 3,0% |
| Action Non Food | 0,6 | 7 | 2,4% |
| V.O.F. Wooncentrum | 0,5 | 1 | 1,9% |
| Goedhart Bouwmarkt | 0,5 | 1 | 1,8% |
| Totaal | 10,6 | 59 | 40,6% |
In 2015 is het aandeel supermarkten in de totale huurstroom afgenomen van 23% (38.089 m2 ) in 2014 naar 20% (38.439 m2 ) onder andere door de verkoop van winkelcentrum Zevenkamspe ring in Rotterdam.
In onderstaande tabel zijn de belangrijkste huurders van de winkelportefeuille, de supermarktvestigingen weergegeven.
| Supermarktvestigingen | in aantallen | in m² |
|---|---|---|
| Ahold | 10 | 16.234 |
| Aldi | 2 | 1.788 |
| Bas van der Heijden, Dirk van der Broek | 1 | 1.510 |
| Jumbo | 1 | 2.025 |
| Lidl | 6 | 7.749 |
| Plus | 1 | 1.195 |
| Overig | 9 | 7.938 |
| Totaal | 30 | 38.439 |
De brutohuuropbrengsten van de winkelportefeuille steeg van € 26,7 miljoen in 2014 naar € 27,9 miljoen in 2015. De autonome (like-for-like) huurontwikkeling van 4,3% werd vooral gedreven door de verhuringen in het Zuiderterras in Rotterdam (Primark, Q-park, Dirk) na de afronding van de herontwikkeling in 2014.
De brutohuuropbrengsten in de volumineuze detailhandel stegen van € 5,4 miljoen in 2014 naar € 5,9 miljoen in 2015.
| (x €1.000) | Winkels | Volumineuze detailhandel |
|---|---|---|
| Brutohuuropbrengsten 2014 | 26.772 | 5.366 |
| Aankopen in 2015 en 2014 | - | - |
| Verkopen in 2015 en 2014 | - 67 |
- |
| Like-for-like, index en overige huurmutaties | 1.150 | 529 |
| Brutohuuropbrengsten 2015 | 27.855 | 5.895 |
(x € 1.000 huuromzet)
Easy Shopping is een belangrijke marketingtool voor het winkelcentrum. De inzet op clicks én bricks, het vergoten van de lokale betrokkenheid en het verrassingselement versterken de verbinding met het verzorgingsgebied. Hierdoor wordt het winkelcentrum steeds meer het sociale (winkel)hart, de huiskamer voor de wijk. Bovendien verbindt Easy Shopping de ondernemers onderling door op laagdrempelige wijze gezamenlijke activiteiten te initiëren of te faciliteren.
Richard Van Batenburg , filiaalmanager van Coop in Winkelcentrum Zevenkamp over Easy Shopping Easyshopping zorgt voor meer reuring in het winkelcentrum; het leeft weer in winkelcentrum Zevenkamp!
Als supermarkt is het van groot belang een sterke binding met het directe marktgebied te hebben. Dit doen we met eigen lokale acties, die we kunnen versterken door samen te werken met het Easy Shopping team. Door gebruik te maken van het online én offline platform dat Easy Shopping biedt, wordt ons bereik en het effect van deze activiteiten vergroot. Interactie
62 NSI Jaarverslag 2015
Easy Shopping team
Winkelcentrum Zevenkamp in Rotterdam is de pilotlocatie voor het concept Easy Shopping. Door dagelijks content te plaatsen via social media en iedere maand een nieuwsbrief uit te brengen, is een online community ontstaan rondom dit winkelcentrum. Daarnaast is er een webshop voor het gehele winkelcentrum, waarbij de consument online producten van diverse winkels in één winkelmand afrekent en dezelfde dag kan laten bezorgen. Ophalen in de winkel kan natuurlijk ook. De respons op het concept Easyshopping is positief, zowel van de consument als de retailer. De bezoekersaantallen en –duur zijn toegenomen sinds de start van de pilot. Dat zien de retailers ook terug in een positieve ontwikkeling in hun omzet.
Online community
Nieuwsbrief
Interactie
Winkel akties
Easy Shopping maakt de afstand tot het winkelcentrum kleiner. En met de website en social media worden meer mensen bereikt, ook de consumenten die hier voorheen niet kwamen. En dat werkt ook de andere kant op; er worden meer suggesties vanuit de klant ontvangen, en het inzicht in wat er leeft in de wijk in het winkelcentrum wordt vergroot. Daardoor wordt de klant nog beter bediend!
De totale voorraad bedrijfsruimte in Nederland beslaat 267,5 miljoen m². Hoewel aan de vraagzijde van de bedrijfsruimtemarkt sprake is van groei, neemt ook het beschikbare aanbod van bedrijfsruimte met 1,4% licht toe. Dit komt omdat veel bestaande bedrijfsruimten niet voldoen aan de vraag van moderne, veelal logistieke, organisaties, waardoor een deel van de vraag door nieuwbouw wordt ingevuld. Momenteel wordt 9,7 miljoen m2 aan bedrijfsruimte op de markt aangeboden, wat circa 3 keer zoveel is als de opname. De opname steeg in 2015 met 18% naar 3,2 miljoen m2 , wat ook ruim (23%) boven het langjarig gemiddelde (2008 – 2015) ligt. Vooral logistieke dienstverleners zijn actief geweest (bron: DTZ)
De logistieke vastgoedmarkt in Nederland profiteert van de e-commerce groei en de opkomst van stadsdepots en consolidatiecentra aan de randen van steden. Door verdere groei van online verkopen neemt de vraag naar met name distributiecentra toe. Deze distributiecentra zijn veelal 'builtto-suit' ontwikkelingen op strategische locaties, welke sterk zijn verbonden met de infrastructuur nabij stedelijke agglomeraties. De locatie is van groot belang om het logistieke proces efficiënt en effectief te laten verlopen omdat de consument steeds kortere levertijden verlangt. Het aanbod van kwalitatief goede bedrijfsruimte is laag in Nederland. Bestaand aanbod voldoet vaak niet meer aan hedendaagse eisen ten aanzien van locatie en technische kenmerken. Doordat nieuwbouwlocaties voor logistieke doeleinden schaars zijn, wordt er nadrukkelijker gekeken naar herontwikkeling van verouderde bedrijventerreinen.
De bezettingsgraad van de Nederlandse bedrijfsgebouwenportefeuille van NSI steeg van 76,6% per 31 december 2014 naar 77,1% per 31 december 2015.
De brutohuuropbrengsten in de Nederlandse bedrijfsgebouwenportefeuille namen af van € 6,9 miljoen in 2014 naar € 6,0 miljoen in 2015, onder andere door verkopen. Het gemiddelde huurniveau in de portefeuille daalde licht van € 70 per m2 in 2014 naar € 68 per m2 in 2015.
| Verhuurbare oppervlak (m²) | 116.493 |
|---|---|
| Bezettingsgraad (%) | 77,1 |
| Marktwaarde portefeuille (x € 1.000) | 61.228 |
| Totale theoretische huur (€ 1.000) | 7.914 |
| Effectieve huur per m² per jaar (€) | 68 |
| (x € 1.000) | ||
|---|---|---|
| Brutohuuropbrengsten 2014 | 6.931 | |
| Aankopen in 2015 en 2014 | - | |
| Verkopen in 2015 en 2014 | - | 372 |
| Like-for-like, index en overige huurmutaties | - | 603 |
| Brutohuuropbrengsten 2015 | 5.956 |
Focus op de operatie en streven naar 'operational excellence' zijn belangrijke pijlers onder de strategie van NSI om huurders optimaal te kunnen bedienen. Daartoe heeft NSI gekozen voor een operationeel model met alle vastgoeddisciplines die nodig zijn voor actief en integraal vastgoedbeheer in eigen huis. De afgelopen jaren heeft NSI succesvol gebouwd aan deze klantgerichte organisatie, onder andere door te investeren in de capaciteit en de specialisatie van de verhuurteams, het opzetten van een bouw- en ontwikkelingsteam en door het voorheen extern uitbestede onderhoudsmanagement in te sourcen.
Daarnaast heeft NSI geïnvesteerd in kennis en ervaring op het gebied van marketing, business intelligence en innovatie.
Het streven naar 'operational excellence' vraagt om een cultuur waarin een continu streven naar verdere verbeteringen en professionalisering is verankerd. NSI moedigt medewerkers aan zichzelf te ontwikkelen door het aanbieden van opleidingsmogelijkheden en het stimuleren van doorstroom binnen de organisatie.
De directie van NSI bestaat uit drie door de algemene vergadering van aandeelhouders benoemde bestuurders: de heer Johan Buijs is algemeen directeur (CEO) en de heer Daniël van Dongen is financieel directeur (CFO). In 2015 is de directie versterkt met Anne de Jong in de positie van CIO ('Chief Investment Officer'). De benoeming van Anne de Jong wordt in de aandeelhoudersvergadering van 29 april 2015 aan de aandeelhouders voorgelegd.
In Nederland waren ultimo 2015 78 medewerkers (71 fte) werkzaam bij NSI, ten opzichte van 68 medewerkers (65,9 fte) in 2014. Bijna 45% van de medewerkers is vrouw (35 vrouwen ten opzichte van 43 mannen). Het management team bestaat voor 25% uit vrouwen en voor 75% uit mannen.
Visie - NSI is bezig haar visie, beleid en ambitie ten aanzien van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) te herijken. Hierover zal NSI in 2016 nader communiceren.
Als vastgoedbelegger met een actieve asset management strategie, geeft NSI invulling aan haar MVO beleid vanuit 3 verschillende perspectieven: in de rol van verhuurder, eigenaar en belegger. Voor wat betreft haar verantwoordelijkheid voor duurzaamheid vertaalt zich dat als volgt:
Als verhuurder streeft NSI in samenspraak met huurders naar het optimaliseren van energieprestaties. Doordat NSI de expertise in huis heeft om verbeteringen in de energielabel te realiseren, wordt dit aspect in contact met zowel nieuwe als bestaande huurders proactief besproken. Zo maakt NSI voor haar huurders inzichtelijk hoe investeringen renderen in kostenbesparingen.
Daarnaast heeft NSI de visie om verbinding tot stand te brengen in haar winkels en kantoren door het faciliteren van een ' sociaal hart'. Vooral HNK is hier een voorbeeld van.
Als eigenaar ondersteunt NSI diverse maatschappelijke doelen door een actieve bijdrage te leveren aan initiatieven die de aantrekkelijkheid van de woon- en werkomgeving verhogen, maar bijvoorbeeld ook door ruimtes tijdelijk beschikbaar te stellen voor maatschappelijke activiteiten.
Als belegger streeft NSI naar de optimale beleggingswaarde, waarbij de aandacht voor milieu en omgeving, huurderstevredenheid en waardeontwikkeling op een verantwoorde manier in balans zijn. NSI werkt hierbij actief samen met alle partijen in de vastgoedmarkt: huurders, overheid, marktpartijen en brancheorganisaties.
NSI richt zich op het gebied van duurzaamheid niet alleen op de eigen gebouwen en de openbare ruimte daaromheen, maar ook op de samenwerking met huurders en marktpartijen.
De aanpak van NSI is gebaseerd op een aantal pijlers:
Het verduurzamen van gebouwen in de NSI portefeuille vraagt om concrete acties op het gebied van energiebesparing, vergroening van de energievoorziening en beperking van de milieubelasting. NSI streeft ernaar in 2020 met haar vastgoedportefeuille de volgende doelen te hebben gerealiseerd:
Door huurders te informeren en te adviseren creëert NSI meer inzicht in en bewustwording van energieverbruik en bedrijfsvoering. De activiteiten van NSI richten zich onder meer op:
NSI wil vanuit haar ketenverantwoordelijkheid als vastgoedeigenaar de verduurzaming van de totale vastgoedketen stimuleren en samen met andere partijen innovaties tot stand brengen door:
NSI streeft ernaar de aantrekkelijkheid van de woon- en werkomgeving te verbeteren en bij te dragen aan het vergroten van de lokale verbondenheid en doet dit onder meer door.
Energiebesparingsplannen op pandniveau: voor alle gebouwen van NSI zijn energiebesparingsplannen opgesteld, die verder in samenwerking met huurders worden uitgewerkt. Concrete voorbeelden van de samenwerkingen met huurders op het gebied van gebouwverbeteringen/ energiebesparing zijn renovaties gericht op verduurzaming en verbetering van de installaties. Dit heeft geleid tot de volgende resultaten:
In 2015 zijn onder andere door bovengenoemde initiatieven de volgende resultaten gerealiseerd:
Duurzame, lokale energieopwekking in samenwerking met partners: NSI is in 2015 gestart met een langjarige samenwerking met partners voor het installeren van zonnepanelen op daken van gebouwen van NSI. De verwachting is dat in 2016 tot circa 10% van het elektraverbruik lokaal kan worden opgewekt.
Vanaf 2017: inkoop: elektra 100% windenergie, gas wordt volledig CO2 gecompenseerd
Ook in 2015 heeft NSI ruimte beschikbaar gesteld aan stichtingen en organisaties met een maatschappelijk doel, waaronder stichting echtWaar en de Voedselbank.
NSI is een beursgenoteerde naamloze vennootschap die genoteerd is aan Euronext Amsterdam, met een directie en een afzonderlijke raad van commissarissen (two tier structuur). Het hoogste orgaan van de vennootschap is de algemene vergadering van aandeelhouders die ten minste één keer per jaar wordt gehouden. De algemene vergadering van aandeelhouders benoemt de directeuren en commissarissen en stelt hun beloning vast. De directie en raad van commissarissen zijn onder meer verantwoordelijk voor de corporate governance van NSI. Als Nederlandse beursgenoteerde naamloze vennootschap is NSI onderworpen aan de Nederlandse Corporate Governance Code. Corporate governance ziet op goed ondernemerschap, waaronder begrepen transparant handelen door de directie, evenals goed toezicht hierop, met inbegrip van het afleggen van verantwoording over het uitgeoefende toezicht.
Naast de Wet is de Nederlandse Corporate Governance Code de belangrijkste bron voor de corporate governance. In dit hoofdstuk wordt in overeenstemming met best practice bepaling I.1 in grote lijnen de corporate governancestructuur van de vennootschap uiteengezet.
De directie is belast met het besturen van de vennootschap, hetgeen onder meer inhoudt dat de directie verantwoordelijk is voor de strategie met het bijbehorende risicoprofiel, realisatie van de doelstellingen van de vennootschap, de resultaatontwikkeling en de voor de onderneming relevante maatschappelijke aspecten van ondernemen. De directie legt hierover verantwoording af aan de raad van commissarissen en aan de algemene vergadering van aandeelhouders. De directie richt zich bij de vervulling van zijn taak naar het belang van de vennootschap en de met haar verbonden ondernemingen en weegt daartoe de in aanmerking komende belangen van de bij de vennootschap betrokkenen af. De directie is verantwoordelijk voor de naleving van alle relevante wet- en regelgeving, het beheersen van de risico´s verbonden aan de ondernemingsactiviteiten en voor de financiering van de vennootschap. De directie rapporteert hierover aan en bespreekt de interne risicobeheersings- en controlesystemen met de raad van commissarissen en de auditcommissie.
De directie is verantwoordelijk voor de kwaliteit en de volledigheid van de openbaar gemaakte financiële berichten. De raad van commissarissen ziet erop toe dat de directie deze verantwoordelijkheid vervult. De directie heeft, met instemming van de raad van commissarissen, de strategie vastgesteld.
De directie bestaat uit minimaal twee statutaire directeuren, die door de algemene vergadering van aandeelhouders worden benoemd. De directie bestaat op dit moment uit twee leden, een algemeen directeur en een financieel directeur. De taakverdeling van de directie, evenals de werkwijze, is neergelegd in de statuten en een directiereglement. De statuten en het reglement zijn op de website van NSI geplaatst. Aan de aandeelhouders zal in de Algemene Vergadering worden voorgesteld om de heer Anne de Jong, Chief Investment Officer, als derde statutaire directeur te benoemen ter vervulling van een vacature.
De bezoldiging van de directieleden wordt bepaald in overeenstemming met het beleid dat is uiteengezet in het document 'beloningsbeleid voor leden van de directie van NSI'. Het bezoldigingsbeleid voor de directie wordt ter goedkeuring voorgelegd aan de algemene vergadering van aandeelhouders. De raad van commissarissen heeft in 2008 een bezoldigingsbeleid opgesteld, dat door de algemene vergadering van aandeelhouders is aangenomen. In de algemene vergadering van aandeelhouders van 27 april 2012 is een aangepast bezoldigingsbeleid vastgesteld. Dit bezoldigingsbeleid is nog steeds onverkort van kracht.
Een besluit van de algemene vergadering van aandeelhouders tot ontslag of schorsing van een directeur kan worden genomen bij een twee derde meerderheid van stemmen, in een vergadering die meer dan 50% van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigt.
De raad van commissarissen heeft als voornaamste taak om toezicht te houden op het beleid van de directie en op de algemene gang van zaken in de vennootschap en de met haar verbonden onderneming en staat het bestuur met raad ter zijde. De raad van commissarissen richt zich bij de vervulling van zijn taak naar het belang van de vennootschap en weegt daartoe de in aanmerking komende belangen van de bij de vennootschap betrokkenen. De raad betrekt daarbij ook de voor de onderneming relevante maatschappelijke aspecten van ondernemen.
De raad van commissarissen richt zich bij zijn toezicht op het behalen van de doelstellingen en de hiervoor geformuleerde strategie. Verder houdt de raad van commissarissen toezicht op een juiste uitvoering van risicobeheer- en interne controlesystemen, het vastgoed- en financiële rapportageproces en naleving van wet- en regelgeving. Ten slotte is de raad van commissarissen betrokken bij het opstellen van het bezoldigingsbeleid van de vennootschap en bepaalt hij de individuele bezoldiging van de directeuren binnen de kaders van het door de algemene vergadering goedgekeurde beloningsbeleid.
Het streven van de raad van commissarissen is erop gericht de ervaring en deskundigheid van zijn eigen leden goed te doen aansluiten op de activiteiten en strategie van NSI. De raad van commissarissen is zodanig samengesteld dat de leden ten opzichte van elkaar, de directie en welk deelbelang dan ook onafhankelijk en kritisch kunnen opereren. Thans zijn alle commissarissen onafhankelijk. Een commissaris geldt als onafhankelijk indien de in de code genoemde afhankelijkheidscriteria niet op hem van toepassing zijn. De raad van commissarissen heeft een profielschets. Deze profielschets staat op de website van NSI. De raad van commissarissen toetst continue de samenstelling van de raad, met name met het oog op diversiteit, heterogeniteit en aanwezige competenties, kwaliteiten en deskundigheden teneinde nog beter te kunnen voldoen aan de eisen die de wet aan bestuur en toezicht stelt.
De raad van commissarissen is verantwoordelijk voor de kwaliteit van zijn eigen functioneren. De raad van commissarissen bestaat statutair uit ten minste drie leden.
De raad van commissarissen is verantwoordelijk voor de besluitvorming over het omgaan met (potentiële) tegenstrijdige belangen van directieleden, commissarissen en de externe accountant in relatie tot de vennootschap. In de jaarrekening wordt onder 'verbonden partijen' als gevolg van de Wet op het financieel toezicht en op basis van IFRS gerapporteerd over transacties tussen de vennootschap en verbonden partijen, daaronder begrepen de directie en de commissarissen, evenals over transacties waarbij een of meer verbonden partijen betrokken zijn. Daarbij wordt vermeld in hoeverre de transacties zijn verricht tegen marktconforme voorwaarden. In het verslagjaar 2015 hebben zich dergelijke situaties niet voorgedaan.
De algemene vergadering benoemt de commissarissen en stelt hun beloning vast. Voorstellen aan de algemene vergadering van aandeelhouders tot benoeming of herbenoeming worden deugdelijk onderbouwd. In het geval van een herbenoeming wordt rekening gehouden met de prestaties en het functioneren van de kandidaat in de hoedanigheid van commissaris. De statuten en het reglement van de raad van commissarissen bepalen dat een commissaris maximaal voor een periode van twaalf jaar zitting kan hebben in de raad van commissarissen. Een besluit van de algemene vergadering van
aandeelhouders tot ontslag of schorsing van een commissaris kan worden genomen bij een twee derde meerderheid van stemmen in een vergadering die meer dan 50% van het geplaatste kapitaal vertegenwoordigt.
De taakverdeling van de raad van commissarissen, evenals de werkwijze, is neergelegd in de statuten van de vennootschap en het reglement van de raad van commissarissen, te raadplegen via de website van de vennootschap. De raad heeft een auditcommissie, een remuneratiecommissie, een selectie- en benoemingscommissie en een vastgoedcommissie ingesteld. De reglementen van deze commissies zijn eveneens via de website toegankelijk.
De raad van commissarissen komt volgens een vast rooster ten minste viermaal per jaar bijeen. Doorgaans zijn er meer vergaderingen dan slechts vier. Daarnaast is er een speciale bijeenkomst waarin in afwezigheid van de directie het eigen functioneren van de raad van commissarissen en de ingestelde commissies, de relatie met de directie en de samenstelling, functioneren en bezoldiging van de directie wordt besproken. Het profiel waaraan de commissarissen dienen te voldoen, wordt jaarlijks beoordeeld en waar nodig aangepast.
De vennootschap heeft gezien haar omvang geen interne auditafdeling. De auditcommissie en de raad van commissarissen bespreken de bevindingen van de externe accountant betreffende de interne controle-omgeving van de vennootschap met de directie en de externe accountant.
De raad van commissarissen houdt toezicht op de interne controlestructuur en procedures en de beoordeling van risico's waar de vennootschap en haar dochtervennootschappen mee worden geconfronteerd. Gedurende het boekjaar is er geen aanleiding geweest om te twijfelen aan het functioneren van de systemen en procedures in overeenstemming met hun beoogde doelen.
Aandeelhoudersvergaderingen worden bijeengeroepen door de directie of door de raad van commissarissen. De directie is verplicht een algemene vergadering bijeen te roepen binnen zes weken nadat dat door aandeelhouders die gezamenlijk ten minste 10% van het geplaatste aandelenkapitaal vertegenwoordigen, schriftelijk en met opgave van de te behandelen onderwerpen wordt gevorderd.
In 2015 heeft één aandeelhoudersvergadering plaatsgevonden. De reguliere jaarvergadering vond plaats op 30 april 2015. In deze vergadering van aandeelhouders werd onder andere besproken: het jaarverslag alsmede de toepassing van het remuneratiebeleid, vaststelling van de jaarrekening, bestemming van de winst, décharge van de directie en van de raad van commissarissen en diverse machtigingen verleend door de vergadering aan directie en raad van commissarissen om een beperkte hoeveelheid aandelen uit te geven indien aan bepaalde voorwaarden is voldaan onder beperking of uitsluiting van voorkeursrechten alsmede de machtiging om als aan bepaalde voorwaarden is voldaan een gelimiteerd aantal aandelen in te kopen.
Aandeelhouders hebben recht één stem uit te brengen voor elk door hen gehouden gewoon aandeel en zij kunnen desgewenst bij volmacht stemmen.
Besluiten van de algemene vergadering van aandeelhouders worden genomen met een gewone meerderheid van de uitgebrachte stemmen, tenzij de wet of de statuten een andere meerderheid voorschrijven. Teneinde aandeelhouders die hun stem op afstand willen uitbrengen, voldoende in staat te stellen een gedegen analyse uit te voeren, geldt een wettelijke termijn van ten minste 42 dagen tussen de dag van oproeping van een aandeelhoudersvergadering en de dag van die vergadering zelf.
De concept notulen van de algemene vergadering van aandeelhouders worden binnen drie maanden na de vergadering op de website van de vennootschap geplaatst. Aandeelhouders worden daarbij gedurende drie maanden uitgenodigd om commentaar te geven op de conceptnotulen. Na deze periode worden de notulen op zijn eerstvolgende vergadering vastgesteld door de raad van commissarissen waarbij de raad van commissarissen rekening houdt met voornoemd commentaar. De directie en de raad van commissarissen verschaffen de algemene vergadering van aandeelhouders alle verlangde informatie, tenzij een zwaarwichtig belang van de vennootschap zich daartegen verzet.
De externe accountant wordt benoemd door de algemene vergadering van aandeelhouders en woont de vergadering van de raad van commissarissen met de directie bij waarin de jaarrekening wordt besproken en vastgesteld. NSI publiceert de door de accountant gecontroleerde jaarcijfers en door de accountant beoordeelde halfjaarcijfers, die de
basis vormen waarop het dividend kan worden bepaald. NSI publiceert over het 1e en 3e kwartaal een 'trading update', die niet door de accountant worden beoordeeld of gecontroleerd
De algemene vergadering van aandeelhouders is bevoegd om de accountant vragen te stellen over zijn verklaring betreffende de getrouwheid van de jaarrekening. De externe accountant is bevoegd tijdens de aandeelhoudersvergadering daarover het woord te voeren.
Naar aanleiding en als gevolg van de Nederlandse Corporate Governance Code heeft de vennootschap verschillende codes en reglementen opgesteld en ingevoerd voor de vennootschap en haar dochtermaatschappijen. De vraag of de vennootschap aan de Corporate Governance Code beantwoordt, wordt regelmatig getoetst en vervolgens geborgd.
De vennootschap voldoet aan alle best practice bepalingen van de Code.
NSI heeft een maatschappelijk kapitaal van 216.453.385 gewone aandelen. Op 31 december 2014 evenals op 31 december 2015 waren 143.201.841 aandelen met een nominale waarde van € 0,46 geplaatst en volgestort. Per aandeel kan één stem worden uitgebracht. De vennootschap kent geen beperking voor de overdracht van haar aandelen.
Krachtens de Wet melding zeggenschap en kapitaalbelang in effectenuitgevende instellingen is een melding ontvangen van een houder van gewone aandelen met een kapitaalbelang van meer dan 3% in de vennootschap. Volgens de meest recente melding was dit belang als volgt:
| Per 31 december 2015 | Per 15 maart 2016 | |
|---|---|---|
| Cohen & Steers Capital Management, Inc. | 12,3% | 8,4% |
| ICAMAP Investments S.à.r.l. | - | 5,0% |
| CBRE Clarion Securities, LLC | 5,0% | 5,0% |
| BNP Paribas Investment Partners SA | 4,9% | 4,6% |
| Phoenix Insurance Company Ltd. | 3,7% | 3,7% |
| BlackRock, Inc. | 3,0% | 3,0% |
| Norges Bank | 3,0% | 3,0% |
| Voya Financial, Inc. | 3,0% | 3,0% |
Een besluit tot statutenwijziging of tot ontbinding van de vennootschap kan door de algemene vergadering van aandeelhouders slechts bij gekwalificeerde meerderheid worden genomen.
In de overeenkomsten die NSI heeft met haar geldverstrekkers is de bepaling opgenomen dat indien er een wijziging is in de controle over NSI, de geldverstrekkers de mogelijkheid hebben de verstrekte leningen vervroegd op te eisen. Dit zou bijvoorbeeld het geval zijn na een geslaagd openbaar bod op de aandelen NSI.
NSI bewaakt de risico's waaraan zij wordt blootgesteld, zijnde strategische risico's, operationele risico's, financiële risico's en compliance risico's.
De strategische risico´s hebben vooral betrekking op de vastgoedsector en landenallocatie alsmede de timing van aankopen, investeringen en verkopen en de daarbij behorende financieringen. Onder operationele risico´s vallen onder andere de selectie van vastgoed en huurders, de technische staat van het vastgoed, fiscale risico´s, maar ook de prestaties van de eigen organisatie en haar systemen. De financiële risico´s betreffen rente-, liquiditeits- en kredietrisico's alsmede (her)financieringsrisico´s.
NSI heeft een adequaat risicobeheer- en intern beheersingssysteem. Belangrijke onderdelen van het interne beheersingssysteem zijn een managementstructuur die erop gericht is effectief en in overleg beslissingen te nemen. Er worden strikte procedures gevolgd voor het periodiek opstellen van maand-, kwartaal-, en jaarcijfers op basis van de gehanteerde grondslagen. Het interne managementrapportagesysteem is ontworpen om ontwikkelingen in huuropbrengsten, de waarde van beleggingen, huurachterstanden en dubieuze debiteuren, leegstand, de voortgang van (her)ontwikkelingen/ uitbreidingen en de ontwikkeling van de financiële resultaten over de afgelopen periode, in vergelijking met het budget en per aandeel te volgen. Hiertoe wordt gebruik gemaakt van elektronische gegevensverwerking in een geautomatiseerd informatiesysteem. Er is een back-up- en een herstelplan, zodat gegevens in geval van calamiteiten niet verloren gaan.
De auditcommissie bespreekt de bevindingen van de externe accountant betreffende de interne controleomgeving van NSI met de directie en de externe accountant. De auditcommissie houdt toezicht op de interne controlestructuur en procedures en de beoordeling van risico's waar de vennootschap en haar dochtervennootschappen mee worden geconfronteerd.
NSI heeft voor de vastgoedbeleggingen een langetermijnbeleggingsstrategie en bewaakt de risico's die voortvloeien uit het beleggingsbeleid. Er zijn controlemaatregelen ingevoerd met betrekking tot de uitvoering van het beleid en het toezicht op de daarmee verband houdende resultaten en gevolgen.
Er is een stelsel van beleid, richtlijnen, rapportagesystemen en functiescheidingen opgezet en in gebruik om de hiervoor genoemde controlemaatregelen te effectueren.
De organisatiestructuur en bedrijfsstrategie zijn gericht op een maximale aandeelhouderswaarde tegen minimale risico's.
Alle belangrijke beslissingen ten aanzien van de aan- en verkoop van vastgoed worden besproken en beoordeeld tijdens regelmatige bijeenkomsten van de vastgoedcommissie met de directie. De vastgoedcommissie, bestaande uit vastgoeddeskundigen, is betrokken bij de beoordeling van aankopen, verkopen en grote uitbreidingsinvesteringen.
Jaarlijks wordt de strategie door de directie geëvalueerd en zo nodig bijgesteld en vastgelegd in een ondernemingsplan. De strategie heeft een horizon van vijf jaar waarbij het eerste jaar gedetailleerd in budgetvoorstellen wordt uitgewerkt. Vervolgens wordt de strategie vertaald in concrete taakstellingen en ondernemingsacties. Tijdens dit proces worden kansen en belangrijke ondernemingsrisico's geïnventariseerd en vindt de evaluatie en eventuele bijstelling van de doelstellingen en strategie van de vennootschap plaats. De strategie wordt besproken met en goedgekeurd door de raad van commissarissen.
NSI belegt in Nederland. De vennootschap investeert voornamelijk in winkels en kantoren. Door het aantal en het type sectoren waarin NSI actief is te beperken, heeft de directie te allen tijde een zeer goed begrip van en inzicht in de prestaties van het vastgoed, waardoor het risico wordt beperkt. Anderzijds wordt het risico verder verminderd door de diversificatie, welke wordt bereikt door binnen deze landen in verschillende steden en sectoren te beleggen, maar ook door de spreiding over een groot aantal huurders met een relatief kleine blootstelling aan een enkele huurder (grootste exposure op een enkele huurder is 6,8% van de totale portefeuille huur).
In het ondernemingsplan zijn ten aanzien van het beleggingsbeleid criteria opgesteld die erop gericht zijn de risico's zo goed mogelijk te spreiden en te beheersen:
De operationele risico's doen zich voor bij asset management, propertymanagement en financiering evenals bij de ondersteunende processen zoals informatiemanagement en fiscaliteit.
NSI past een zorgvuldige (des)investeringsselectie- en beslissingsprocedure toe. Alle aankopen, investeringen, uitbreidingen/(her)ontwikkelingen en verkopen worden beoordeeld op basis van een (des)investeringsvoorstel. Alle (des)investeringsbeslissingen worden besproken met de vastgoedcommissie.
NSI hanteert een intern rekenmodel op basis waarvan het verwachte toekomstige rendement van een mogelijk te verwerven object of uitbreiding/(her)ontwikkeling wordt berekend. Dit verwachte rendement wordt afgezet tegen het rendement dat de directie eist op basis van het ingeschatte risicoprofiel. Alvorens tot een aankoop of uitbreiding/ (her)ontwikkeling over te gaan, onderwerpt de directie de vastgoedbelegging aan een zorgvuldig due diligenceonderzoek waarbij technische risico's en verhuurbaarheid centraal staan. Daarin kan de directie bijgestaan worden door externe partijen, zoals vastgoedadviseurs, advocaten, taxateurs en belastingadviseurs.
In 2015 heeft NSI haar Nederlandse portefeuille twee keer per jaar extern laten taxeren; 50% per 30 juni en 50% per 31 december. Per halfjaar vindt er een update van de waarderingen plaats voor objecten welke op dat moment niet extern zijn gewaardeerd op basis van de nettoaanvangrendementen, rekening houdend met (substantiële) veranderingen in de markt- en de verhuursituatie.
Voor de externe taxaties worden opdrachten verstrekt aan meerdere ter zake kundige en gerenommeerde taxateurs. NSI heeft haar proces op basis van de 'good practice bepalingen' van de PTA (Platform Taxateurs & Accountants) ingericht. De externe waarderingen worden vergeleken met de interne waarderingen en geanalyseerd op gebruikte methoden, gehanteerde aannames en uitkomsten. Interne waarderingen zijn gebaseerd op een consistente en uniforme methode in de tijd en per land. Deze waarderingen vormen onderdeel van een geïntegreerd ERP-systeem dat aansluit op huurregisters en overige onderliggende bedrijfsdata.
Het risico van de waardeontwikkeling van het vastgoed betreft de mogelijk dalende waarde van het vastgoed die een negatieve invloed heeft op de vermogenspositie van NSI. Indien een herwaardering van de vastgoedportefeuille met 1% plaatsvindt, zal dit een invloed hebben van circa € 12,0 miljoen op het indirecte beleggingsresultaat (op basis van de ultimo 2015 uitstaande aandelen circa € 0,08 per aandeel).
Deze risico's worden ondervangen door tijdig te anticiperen op naderende expiraties en contract- en huurprijsherzieningen, nieuwe huurders te screenen op kredietwaardigheid en actief de debiteurensaldi en huurdersmix te bewaken. NSI hanteert een strikt debiteurenbeheer en incassobeleid. NSI beperkt de potentiële negatieve effecten van een mogelijke nietnakoming door van huurders waarborgsommen, vooruitbetalingen of bankgaranties te verlangen om de huurbetalingen voor een bepaalde periode te dekken.
NSI beschikt over een technische afdeling die verantwoordelijk is voor de (technische) kwaliteit van de objecten en zorgt voor tijdig onderhoud en investeringen evenals aan het voldoen aan wijzigende wet- en regelgeving betrekking hebbende op deze objecten. De asset manager is verantwoordelijk voor de beheersing van de exploitatie- en servicekosten. Het onderhoud bestaat uit werkzaamheden die vanwege wet- of andere regelgeving dwingend zijn, maatregelen die vanwege veiligheid nodig zijn, werkzaamheden die de duurzaamheid en lange termijnwaarde in stand houden en werkzaamheden die vanuit commercieel oogpunt wenselijk zijn en direct dan wel indirect leiden tot een verbetering van de operationele kasstroom.
Uitbreidingen en renovaties vinden alleen doorgang als er een vergunning voor is verkregen, de financiering rond is, het grootste deel van het object is voorverhuurd en belangrijke huurders (met grote aantrekkingskracht) zich hebben gecommitteerd. De afdeling Bouw en Ontwikkeling laat zich begeleiden en adviseren door een extern projectteam. De bouwwerkzaamheden worden uitbesteed aan een aannemer met solide reputatie. NSI sluit aanvullende schadeen aansprakelijkheidsverzekeringen voor de duur van de werkzaamheden.
NSI is op de in de branche gebruikelijke condities verzekerd tegen schade aan het vastgoed, aansprakelijkheid en huurderving gedurende de periode waarin het vastgoed opnieuw wordt opgebouwd en verhuurd. Dekking tegen terrorisme, overstromingen en aardbevingen is beperkt door de huidige marktomstandigheden. Jaarlijks wordt de dekking van risico's vergeleken met de premiekosten.
NSI bewaakt voortdurend de belangrijkste risico's met betrekking tot de fiscale positie. In Nederland heeft NSI de status van fiscale beleggingsinstelling op grond van de Nederlandse wetgeving. Het behoud van de status heeft de voortdurende aandacht van de directie. De uitdelingsverplichting, de samenstelling van het aandeelhoudersbestand en de financieringslimieten worden periodiek en bij herfinanciering berekend. Gedurende 2015 heeft NSI ruimschoots voldaan aan de vereisten die verbonden zijn aan de fiscale status van beleggingsinstelling.
NSI minimaliseert de risico's verbonden aan mogelijke nietnakoming door haar tegenpartijen door transacties met gerenommeerde en kredietwaardige banken aan te gaan voor al haar leningen en financiële derivaten. Het tegenpartijrisico uit hoofde van deze transacties is beperkt tot de kosten ter vervanging van deze overeenkomsten tegen het actuele markttarief in geval van niet-nakoming. NSI acht echter het risico van verliezen als gevolg van niet-nakoming zeer gering.
Gezien het beleid van NSI om langetermijnbeleggingen aan te houden hebben de leningen die voor de financiering ervan worden gebruikt eveneens een lange looptijd (bij voorkeur drie tot vier jaar). NSI maakt gebruik van renteswaps om haar renterisico's te beheersen. Het beleid van NSI ten aanzien van afdekking van renterisico is defensief om zich te beschermen tegen stijgende rentetarieven. NSI is tegen een gemiddelde rente van 3,7% afgedekt terwijl voor slechts 13,9% van de bestaande leningen een variabele rente geldt. Indien de rente met 1% stijgt, heeft dit een effect van € 0,8 miljoen op het directe beleggingsresultaat (€ 0,01 per aandeel, op basis van de ultimo 2015 uitstaande aandelen).
Ter beperking van liquiditeitsrisico's hanteert NSI een strategie van spreiding van het looptijdenprofiel voor haar leningen en de aflossingsdata. Daarnaast heeft NSI de beschikking over flexibele langetermijnleningen (die boetevrije aflossingen en heropname van middelen tot overeengekomen bedragen toestaan) en toegezegde kredietfaciliteiten.
Een analyse van risico's verbonden aan bewegingen in de reële waarde van toekomstige kasstromen van financiële instrumenten vanwege wijzigingen in marktprijzen wordt gegeven in toelichting 22 (financiële instrumenten) bij de geconsolideerde jaarrekening.
NSI voldoet aan de Nederlandse Corporate Governance Code en de Wet op het financieel toezicht. Alle medewerkers zijn bekend met de regelgeving en er zijn procedures ingesteld die waarborgen dat medewerkers de regels naleven. Ter voorkoming en bewustwording van tegenstrijdige belangen worden medewerkers en nieuwe directieleden en leden van de raad van commissarissen bij hun indiensttreding gewezen op de van toepassing zijnde reglementen, waaronder de Gedragscode, Compliance Code, directiereglement en het reglement van de raad van commissarissen. Vervolgens wordt dit gemonitord.
NSI stelt jaarlijks een begroting op, die ieder kwartaal wordt vergeleken met de daadwerkelijke resultaten. Daarnaast worden budgetten voor investeringen en liquiditeitsprognoses opgesteld. De halfjaarcijfers worden voor publicatie beoordeeld door de externe accountant en bekendgemaakt door middel van een persbericht. De jaarrekening wordt door de externe accountant gecontroleerd en de halfjaarcijfers worden door de externe accountant aan een beperkte beoordeling onderworpen.
In overeenstemming met de Europese en nationale wet- en regelgeving heeft NSI de jaarrekening over het boekjaar 2015 opgesteld op basis van IFRS. Het resultaat na belastingen (totaal beleggingsresultaat) voor het boekjaar over 2015 steeg van een bedrag van -€ 136,9 miljoen in 2014 naar € 63,8 miljoen in 2015. Het IFRS-resultaat na belastingen omvat tevens ongerealiseerde mutaties in de waarde van het vastgoed alsmede de mutaties in de reële waarde van derivaten.
NSI heeft er echter voor gekozen naast het IFRSresultaat ook het direct beleggingsresultaat en het indirect beleggingsresultaat te blijven rapporteren, die naar haar overtuiging een belangrijk onderscheid weergeven, aangezien het direct beleggingsresultaat volgens de directie relevante informatie voor investeerders en aandeelhouders is en een beter inzicht verschaft in de structurele, onderliggende resultaten dan het IFRS-resultaat waartoe ook nietgerealiseerde mutaties behoren. Deze resultaten zijn opgenomen in een overzicht dat geen deel uitmaakt van de IFRS-overzichten.
In het kader van de Wet op het financieel toezicht en het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen verklaart de vennootschap dat zij over een beschrijving van de administratieve organisatie en interne beheersing beschikt die voldoet aan de eisen zoals gesteld in de Wet en het Besluit.
Gedurende 2015 heeft NSI verschillende aspecten van de administratieve organisatie en interne beheersing beoordeeld en er kwamen geen bevindingen aan het licht op grond waarvan zou moeten worden geconcludeerd dat de beschrijving van de opzet van de administratieve organisatie en interne beheersing niet voldoet aan de vereisten zoals opgenomen in het Besluit en daaraan gerelateerde regelgeving. Ook zijn er geen aanwijzingen geweest dat de administratieve organisatie en de maatregelen van interne beheersing van de vennootschap gedurende 2015 niet effectief en niet in overeenstemming met de beschrijving functioneerden. De vennootschap verklaart met redelijke mate van zekerheid dat de bedrijfsvoering effectief en in overeenstemming met de beschrijving heeft gefunctioneerd. Voor het boekjaar 2016 wordt geen significante wijziging in de opzet van de administratieve organisatie en interne beheersing van NSI verwacht.
Gezien de aard en de beperkte omvang van de vennootschap bestaan er inherente beperkingen aan de interne controle, zoals beperkte mogelijkheden tot functiescheiding, onevenredig hoge kosten ten opzichte van de baten van interne controle en het risico op calamiteiten,
samenspanning en dergelijke. De risicomanagement- en interne beheersingssystemen reduceren risico's tot een aanvaardbaar niveau, maar door deze beperkingen kan geen absolute zekerheid gegeven worden.
De directie is van mening dat de opzet van de interne risicobeheersings- en controlesystemen over de financiële rapportage een redelijke mate van zekerheid biedt (i) dat de jaarrekening van de vennootschap over 2015, zoals opgenomen in dit Jaarverslag, geen onjuistheden van materieel belang bevat en (ii) dat de interne risicobeheersingsen controlesystemen, zoals hiervoor beschreven, in het verslagjaar naar behoren hebben gewerkt. Er zijn geen indicaties dat dit in 2016 niet eveneens het geval is.
Met verwijzing naar de Transparantierichtlijn van de Europese Unie en de Wet op het financieel toezicht verklaart de directie dat voor zover haar bekend:
| Toename | Geschatte invloed op beleggings resultaat |
Effect op direct resultaat per aandeel |
Effect op indirect resultaat per aandeel |
|
|---|---|---|---|---|
| Bezettingsgraad | 1% | € 1,3 miljoen | € 0,01 | |
| Rentevoet* | 1% | € 0,8 miljoen | € 0,01 | |
| Herwaardering vastgoedbeleggingen | 1% | € 12,0 miljoen | € 0,08 |
*) bij huidige stand van dekkingsinstrumenten en financiering
Het aandeel NSI is sinds 3 april 1998 genoteerd aan Euronext Amsterdam (geregistreerd onder code 29232.
ISIN-code: NL0000292324, Ticker symbool: NSI). In 2013 kreeg het aandeel NSI ook een optienotering aan Euronext Liffe, de derivatenbeurs van Euronext (Tickersymbool: NSI).
Het totaal aantal uitstaande aandelen is in 2015 ongewijzigd gebleven en bedraagt ultimo 2014 143.201.841 stuks van € 0,46 nominaal.
De koers van het aandeel sloot ultimo 2015 op € 3,98 ten opzichte van € 3,68 ultimo 2014. Het voorgestelde dividend over 2015 bedraagt € 0,27 per aandeel (waarvan € 0,13 per aandeel is uitgekeerd als interim-dividend en € 0,14 per aandeel als slotdividend aan de aandeelhoudersvergadering wordt voorgesteld). Op basis van de slotkoers per 31 december 2015 en het in 2015 uitgekeerd dividend bedraagt het dividend rendement 6,3% en het totale rendement (TSR) 13,8%.
De gemiddelde beursomzet van het aandeel was in 2015 251.0506 stukken per dag (2014: 177.660 stukken per dag). De marktkapitalisatie op basis van de beurskoers ultimo 2015 bedroeg € 569,9 miljoen ten opzichte van de € 527,0 miljoen ultimo 2013. De hoogste slotkoers in 2015 was € 4,56 en de laagste slotkoers was € 3,43.
Het aandeel NSI is opgenomen in de AMX-index (Amsterdam Mid Cap Index). NSI is in deze index opgenomen met een wegingsfactor van 1,85%. Opname in de midkap-index draagt over het algemeen bij aan de verhandelbaarheid en liquiditeit van het aandeel, mede doordat het aandeel dan ook toegankelijk wordt voor institutionele beleggers die alleen handelen in fondsen die in de Euronext AMX- of de AEX-index zijn opgenomen. Daarnaast maakt het aandeel NSI ook deel uit van andere indexen waaronder de European Real Estate Association (EPRA)-index.
Conform het dividendbeleid zoals aangenomen in de aandeelhoudersvergadering gehouden op 25 april 2014, keert NSI ten minste 75% van het directe resultaat uit in contanten.
De gedeeltelijke inhouding van het directe resultaat om te herinvesteren in de portefeuille zal in combinatie met dividend in contanten uiteindelijk voor aandeelhouders het hoogste totale rendement opleveren.
NSI streeft naar een hoge mate van transparantie en voortdurende communicatie met (potentiële) aandeelhouders en andere stakeholders. De vennootschap hecht waarde aan het verstrekken van informatie door middel van roadshows, presentaties, persberichten, trading updates, jaarverslagen, andere publicaties evenals informatieverstrekking via de website van de vennootschap. De jaarverslagen en alle relevante publicaties zijn zowel in het Nederlands als in het Engels bij de vennootschap te verkrijgen en worden allen op de website geplaatst.
NSI informeert alle aandeelhouders en andere partijen op de financiële markt gelijk en gelijktijdig. Koersgevoelige informatie wordt altijd via persberichten aan het algemene publiek bekend gemaakt, gemeld aan de financiële autoriteiten (AFM en NYSE Euronext) en op de website www.nsi.nl geplaatst. Dit geldt ook voor de reguliere financiële rapportage en overige persberichten. In contacten met de pers, individuele beleggers en analisten wordt uitsluitend al openbaar gemaakte informatie nader toegelicht. Bij de publicatie van halfjaarcijfers en jaarcijfers houdt NSI een analisten- bijeenkomst. Kort voor de publicatie van de financiële rapportages vinden geen analistenbijeenkomsten, presentaties aan en directe besprekingen met beleggers plaats.
Momenteel wordt NSI gevolgd door (sell-side) analisten van onderstaande banken.
Een overzicht van de aandeelhouders die krachtens de Wet melding zeggenschap en kapitaalbelang in effectenuitgevende instellingen een melding hebben gedaan met een kapitaalbelang van meer dan 3% is opgenomen op pagina 71 in het hoofdstuk Corporate Governance.
In december 2014 heeft EPRA's Reporting and Accounting Committee de geactualiseerde EPRA Best Practices Recommendations ('BPR') gepubliceerd. Deze BPR bevatten de aanbevelingen betreffende de bepaling van belangrijke prestaties-indicatoren voor de prestaties van de vastgoedportefeuille. NSI onderschrijft het belang van standaardisering van de rapportage van prestatie-indicatoren uit oogpunt van vergelijkbaarheid en verbetering van de kwaliteit van de informatie aan beleggers en andere gebruikers van het jaarverslag. Vanwege deze reden heeft NSI er voor gekozen om de belangrijkste prestatie-indicatoren op te nemen in een apart hoofdstuk van het jaarverslag. De EPRA BPR Checklist is te vinden op de website van NSI: www.nsi.nl
| 2015 | 2014 | ||||
|---|---|---|---|---|---|
| EPRA prestatie-inidcatoren 1) | Tabel | x € 1.000 | per aandeel (x € 1) |
x € 1.000 | per aandeel (x € 1) |
| EPRA Earnings (direct beleggingsresultaat) | 1 | 50.575 | 0,35 | 48.451 | 0,34 |
| EPRA NAV | 2 | 685.515 | 4,78 | 672.054 | 4,69 |
| EPRA NNNAV | 2 | 661.085 | 4,61 | 640.260 | 4,47 |
| EPRA Net Initial Yield (NIY) | 3 | 7,8% | 8,3% | ||
| EPRA Gross Initial Yield (GIY) | 3 | 6,3% | 6,5% | ||
| EPRA 'topped-up' NIY | 3 | 6,3% | 6,7% | ||
| EPRA Vacancy Rate | 4 | 23,3% | 21,4% | ||
| EPRA Cost Ratio | 5 | 25,7% | 23,9% |
1) De EPRA prestatie-indicatoren zijn berekend op basis van de definities zoals gepubliceerd door de EPRA.
Periodieke resultaten uit operationele kernactiviteiten, oftewel het direct beleggingsresultaat.
Het directe beleggingsresultaat bestaat uit de huuropbrengsten minus exploitatiekosten, niet doorberekende servicekosten, administratieve kosten, directe financieringskosten, de belastingen over het directe beleggingsresultaat en het aan de minderheidsbelangen toe te rekenen gedeelte van deze opbrengsten en kosten.
Het indirecte beleggingsresultaat bestaat uit de herwaardering van vastgoedbeleggingen, netto verkoopresultaat van beleggingen, de mutatie in de reële waarde van financiële instrumenten, valutakoersverschillen, toegerekende beheerkosten, de belastingen over het indirecte beleggingsresultaat en het aan de minderheidsbelangen toe te rekenen gedeelte van deze posten.
(x € 1.000)
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Brutohuuropbrengsten | 113.835 | 133.599 |
| Niet doorberekende servicekosten | - 5.796 |
- 5.828 |
| Exploitatiekosten | - 16.715 | - 18.611 |
| Nettohuuropbrengsten | 91.324 | 109.160 |
| Financieringsbaten | 2.541 | 176 |
| Financieringslasten | - 30.777 | - 42.391 |
| Aandeel in resultaat deelnemingen | 2.337 | - |
| Administratieve kosten | - 6.914 |
- 7.711 |
| Direct beleggingsresultaat voor belastingen | 58.511 | 59.234 |
| Belastingen over de winst | - 125 |
-111 |
| Direct resultaat na belastingen | 58.386 | 59.123 |
| Direct resultaat toekomend aan minderheidsbelangen | - 7.811 |
- 10.672 |
| Direct beleggingsresultaat | 50.575 | 48.451 |
| Herwaardering vastgoedbeleggingen | 376 | - 183.075 |
| Eliminatie huurincentives | 921 | -54 |
| Herwaardering overige beleggingen | - 2.153 |
- |
| Overige opbrengsten | 2.858 | - |
| Aandeel in resultaat deelnemingen | - 538 |
- |
| Nettoverkoopresultaat beleggingen | 5.225 | - 1.358 |
| Waardemutaties financiële derivaten | 7.467 | - 1.842 |
| Valutakoersverschillen | 502 | 72 |
| Toegerekende beheerkosten | - 2.085 |
- 2.261 |
| Indirect beleggingsresultaat voor belastingen | 12.573 | -188.164 |
| Belastingen over de winst | - 116 |
-22 |
| Indirect resultaat na belastingen | 12.457 | -188.540 |
| Indirect resultaat toekomend aan minderheidsbelangen | 762 | 3.192 |
| Indirect beleggingsresultaat | 13.219 | - 185.348 |
| Totaal beleggingsresultaat | 63.794 | - 136.897 |
| Gegevens per gemiddeld uitstaand aandeel (x €1) | ||
| Direct beleggingsresultaat | 0,35 | 0,34 |
| Indirect beleggingsresultaat | 0,09 | -1,30 |
| Totaal beleggingsresultaat | 0,44 | -0,96 |
De EPRA NAV geeft de reële waarde weer van het eigen vermogen op de lange termijn. Posten die op de lange termijn geen invloed hebben op de vennootschap, zoals de marktwaarde van de derivaten en de uitgestelde belastingverplichtingen, zijn daarom niet in aanmerking genomen.
EPRA NNNAV is de EPRA NAV aangepast voor op de reële waarde op te nemen financiële instrumenten, schulden en belastingverplichtingen.
| 2015 | 2014 | ||||
|---|---|---|---|---|---|
| x € 1.000 | per aandeel (x € 1) | x € 1.000 | per aandeel (x € 1) | ||
| Eigen vermogen toe te rekenen aan aandeelhouders | 660.748 | 4,62 | 632.758 | 4,42 | |
| Marktwaarde van financiële instrumenten | 24.767 | 0,17 | 39.296 | 0,27 | |
| EPRA NAV | 685.515 | 4,78 | 672.054 | 4,69 | |
| Marktwaarde van financiële instrumenten | - 24.767 |
- 0,17 |
- 39.296 |
- 0,27 |
|
| Mutatie in marktwaarde van leningen | 337 | - | 7.502 | 0,05 | |
| EPRA NNNAV | 661.085 | 4,61 | 640.260 | 4,47 |
EPRA Net Initial Yield zijn de geannualiseerde huurinkomsten op jaarbasis op de balansdatum, minus de niet doorbelaste exploitatie- en servicekosten, gedeeld door de marktwaarde van het vastgoed in exploitatie, vermeerderd met de (geschatte) transactiekosten.
EPRA topped-up Net Intitial Yield wordt berekend aan de hand van de EPRA NIY gecorrigeerd voor aflopen huurincentives.
| Nederland | Nederland | |
|---|---|---|
| 2015 | 2014 | |
| Vastgoedbeleggingen | 1.200.155 | 1.056.730 |
| Vastgoedbeleggingen in ontwikkeling | - 1.000 | - 17.330 |
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 1.199.155 | 1.039.400 |
| Geschatte transactiekosten | 83.941 | 72.758 |
| Investeringswaarde vastgoedbeleggingen in exploitatie (B) | 1.283.096 | 1.112.158 |
| Geannualiseerde bruto huuropbrengsten | 99.946 | 91.890 |
| Niet verrekenbare exploitatiekosten | - 19.491 | - 19.427 |
| Geannualiseerde netto huuropbrengsten (A) | 80.455 | 72.463 |
| Effect van huurvrije periode en andere huurincentives | 659 | 1.624 |
| Topped-up netto jaarhuuropbrengsten (C) | 81.114 | 74.087 |
| EPRA Gross Yield | 7,8% | 8,3% |
| (i) EPRA net initial yield (A/B) | 6,3% | 6,5% |
| (ii) EPRA topped-up net initial yield (C/B) | 6,3% | 6,7% |
EPRA Vacancy Rate wordt berekend door de geschatte markthuurwaarde (ERV) van leegstaand vastgoed gedeeld door de geschatte markthuurwaarde van de gehele portefeuille.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Kantoren | 28,3 | 29,9 |
| Winkels | 14,0 | 12,8 |
| Bedrijfsgebouwen | 21,3 | 20,9 |
| Totaal | 23,3 | 23,8 |
(x € 1.000)
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Administratieve kosten | 6.914 | 7.711 |
| Exploitatiekosten | 16.715 | 18.611 |
| Niet doorberekende servicekosten | 5.796 | 5.828 |
| Betaalde erfpacht | - 183 | - 243 |
| EPRA kosten (inclusief directe leegstandskosten) (A) | 29.242 | 31.907 |
| Directe leegstandskosten | - 133 | - 527 |
| EPRA kosten (exclusief directe leegstandskosten) (B) | 29.109 | 31.380 |
| Brutohuuropbrengsten zonder betaalde erfpacht | 113.652 | 133.356 |
| EPRA brutohuuropbrengsten (C) | 113.652 | 133.356 |
| EPRA Cost Ratio (inclusief directe leegstandskosten) (AIC) | 25,7% | 23,9% |
| EPRA Cost Ratio (exclusief directe leegstandskosten) (BIC) | 25,6% | 23,5% |
| Overhead en exploitatiekosten gekapitaliseerd | 300 | 300 |
| 82 |
|---|
| 83 |
| 84 |
| 85 |
| 98 |
| 126 |
| 127 |
| 128 |
(x € 1.000)
| Toelichting | 2015 | 2014 | |||
|---|---|---|---|---|---|
| Brutohuuropbrengsten | 2 | 113.835 | 133.599 | ||
| Servicekosten door belast aan huurders | 19.445 | 21.104 | |||
| Servicekosten | - 25.241 | - 26.932 | |||
| Niet doorberekende servicekosten | 2 | - 5.796 |
- 5.828 |
||
| Exploitatiekosten | 3 | - 16.715 | - 18.611 | ||
| Nettohuuropbrengsten | 2 | 91.324 | 109.160 | ||
| Herwaardering beleggingen | 4 | - 856 |
- 183.129 | ||
| Overige opbrengsten | 5 | 2.858 | - | ||
| Opbrengst verkopen | 52.246 | 14.876 | |||
| Boekwaarde verkopen | - 47.021 | - 16.234 | |||
| Nettoverkoopresultaat vastgoedbeleggingen | 6 | 5.225 | - 1.358 |
||
| Totaal netto-opbrengsten uit beleggingen | 98.551 | - 75.327 | |||
| Administratieve kosten | 7 | - 8.999 | - 9.972 |
||
| Financieringsbaten | 8 | 2.968 | 244 | ||
| Financieringslasten | 8 | - 30.295 | - 42.072 | ||
| Waardemutaties afgeleide financiële instrumenten | 8 | 7.060 | - 2.157 | ||
| Nettofinancieringslasten | - 20.267 | - 43.985 | |||
| Aandeel in resultaat deelnemingen | 1.799 | - | |||
| Resultaat voor belastingen | 71.084 | - 129.284 | |||
| Winstbelastingen | 9 | - 241 |
- 133 |
||
| Resultaat na belastingen | 70.843 | - 129.417 | |||
| Omrekeningsverschillen op buitenlandse deelnemingen | - 4 |
- | |||
| Totaal niet gerealiseerde resultaten | - 4 |
- | |||
| Totaal gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten | 70.839 | - 129.417 | |||
| Resultaat na belastingen toe te rekenen aan: | |||||
| Aandeelhouders NSI Minderheidsbelangen |
63.794 7.049 |
- 136.897 7.480 |
|||
| Resultaat na belastingen | 70.843 | - 129.417 | |||
| Totaal gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten toe | |||||
| te rekenen aan: | |||||
| Aandeelhouders NSI | 63.790 | - 136.897 | |||
| Minderheidsbelangen | 7.049 | 7.480 | |||
| Totaal gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten | 70.839 | - 129.417 | |||
| Gegevens per gemiddeld uitstaand aandeel (x € 1) | 0,44 | ||||
| Zowel niet als wel verwaterd resultaat na belastingen | 10 | - 0,96 |
De toelichting op pagina 86 t/m 125 is integraal onderdeel van deze geconsolideerde jaarrekening.
vóór verwerking voorstel winstverdeling 2015
| Toelichting | 31-12-2015 | 31-12-2014 | |
|---|---|---|---|
| Activa | |||
| Vastgoedbeleggingen | 11 | 1.134.617 | 1.645.271 |
| Financiële vaste activa | 12 | 51.405 | - |
| Materiële vaste activa | 13 | 1.692 | 1.952 |
| Immateriële activa | 14 | 8.407 | 8.449 |
| Totaal vaste activa | 1.196.121 | 1.655.672 | |
| Vastgoed bestemd voor verkoop | 15 | 68.848 | 22.905 |
| Debiteuren en overige vorderingen | 16 | 1.269 | 11.374 |
| Liquide middelen | 17 | 22.306 | 10.235 |
| Totaal vlottende activa | 92.423 | 44.514 | |
| Totaal activa | 1.288.544 | 1.700.186 | |
| Eigen vermogen | |||
| Geplaatst aandelenkapitaal | 18 | 65.872 | 65.872 |
| Agioreserve | 18 | 923.435 | 923.435 |
| Overige reserves | 18 | - 392.353 | - 219.652 |
| Resultaat boekjaar | 63.794 | - 136.897 | |
| Totaal eigen vermogen toe te rekenen aan aandeelhouders | 660.748 | 632.758 | |
| Minderheidsbelangen | - 28 |
156.190 | |
| Totaal eigen vermogen | 660.720 | 788.948 | |
| Verplichtingen | |||
| Leningen | 19 | 517.571 | 492.046 |
| Afgeleide financiële instrumenten | 22 | 24.767 | 37.866 |
| Totaal langlopende verplichtingen | 542.338 | 529.912 | |
| Aflossingsverplichting langlopende leningen | 19 | 47.047 | 300.826 |
| Afgeleide financiële instrumenten | 22 | - | 1.430 |
| Schulden aan kredietinstellingen | 20 | 20 | 32.846 |
| Overige schulden en overlopende passiva | 21 | 38.419 | 46.224 |
| Totaal kortlopende verplichtingen | 85.486 | 381.326 | |
| Totaal verplichtingen | 627.824 | 911.238 | |
| Totaal eigen vermogen en verplichtingen | 1.288.544 | 1.700.186 |
De toelichting op pagina 86 t/m 125 is integraal onderdeel van deze geconsolideerde jaarrekening.
(x € 1.000)
| Toelichting | 2015 | 2014 | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Resultaat na belastingen | 70.843 | - 129.417 | ||||
| Aanpassing voor: | ||||||
| Herwaardering vastgoedbeleggingen | 4 | - | 376 | 183.075 | ||
| Nettoverkoopresultaat beleggingen | 6 | - | 5.225 | 1.358 | ||
| Aandeel in resultaat deelneming verwerkt | ||||||
| volgens de 'equity'-methode na belastingen | 12 | - | 1.799 | - | ||
| Overige opbrengsten | 5 | - | 2.858 | - | ||
| Boekwinst op verkoop materiële vaste activa | - | - 18 |
||||
| Nettofinancieringslasten | 8 | 20.267 | 43.985 | |||
| Winstbelastingen | 9 | - | 241 | - 133 |
||
| Afschrijvingen | 280 | 408 | ||||
| 10.048 | 228.675 | |||||
| Mutatie in: | ||||||
| Debiteuren en overige vorderingen | - 10.405 |
2.903 | ||||
| Overige schulden en overlopende passiva | 18.367 | 1.109 | ||||
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten: | ||||||
| Ontvangen rente | 3.043 | 244 | ||||
| Betaalde rente | - 35.077 |
- 38.013 |
||||
| Betaalde winstbelastingen | 1.264 | 465 | ||||
| Kasstroom uit operationele activiteiten | 58.083 | 65.966 | ||||
| Aankoop vastgoedbeleggingen en investeringen in | ||||||
| bestaande objecten | 11 | - 217.659 | - 58.717 |
|||
| Opbrengst van verkoop vastgoedbeleggingen | 52.246 | 14.876 | ||||
| Opbrengst verkoop belang IOW (inclusief verkoopkosten en geldmiddelen en schulden aan kredietinstellingen) |
12 | 139.674 | - | |||
| Investeringen materiële vaste activa | 13 | - 167 |
- 185 |
|||
| Desinvesteringen materiële vaste activa | 13 | - | 774 | |||
| Investeringen immateriële activa | 14 | - 109 |
- 33 |
|||
| Desinvesteringen immateriële activa | 14 | 50 | - | |||
| Kasstroom uit investeringsactiviteiten | - 25.965 |
- 43.285 |
||||
| Uitgekeerd dividend | - 44.270 |
- 38.415 | ||||
| Aandelenemissie | 18 | - | 23.865 | |||
| Afwikkeling van derivaten | - 3.131 |
- | ||||
| Opname leningen | 19 | 521.337 | 116.325 | |||
| Aflossing leningen | 19 | - 457.406 | - 138.165 | |||
| Betaalde financieringskosten | 19 | - 3.747 |
- 927 |
|||
| Kasstroom uit financieringsactiviteiten | 12.783 | - 37.317 | ||||
| Netto kasstroom | 44.901 | - 14.636 | ||||
| Valutakoersverschillen | - 4 |
- | ||||
| Liquide middelen en schulden aan | ||||||
| kredietinstellingen per 1 januari | - 22.611 |
- 7.975 |
||||
| Liquide middelen en schulden aan | ||||||
| kredietinstellingen per 31 december | 22.286 | - 22.611 |
De toelichting op pagina 86 t/m 125 is integraal onderdeel van deze geconsolideerde jaarrekening.
Het verloop van de post eigen vermogen in het boekjaar 2015 was als volgt:
| Toelichting | Geplaatst aandelen kapitaal |
Agioreserve | Overige reserves |
Resultaat boekjaar |
Totaal eigen vermogen toe te rekenen aan aandeel houders |
Minderheids belangen |
Totaal eigen vermogen |
|
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Stand op 1 januari 2015 | 65.872 | 923.435 | - 219.652 | - 136.897 | 632.758 | 156.190 | 788.948 | |
| Resultaat na belastingen boekjaar 2015 Omrekeningsverschillen op buitenlandse deelnemingen |
- - |
- - |
- | - 63.794 | 63.794 | 7.049 | 70.843 | |
| - 4 |
- | - 4 |
- | - 4 |
||||
| Totaal gerealiseerde en niet - gerealiseerde resultaten 2015 |
- | - | - 4 |
63.794 | 63.790 | 7.049 | 70.839 | |
| Uitgekeerd contant slotdividend 2014 | - | - | - 17.184 | - | - 17.184 | - 8.470 |
- 25.654 | |
| Winstbestemming 2014 | 18 | - | - | - 136.897 | 136.897 | - | - | - |
| Uitgekeerd contant interim-dividend 2015 | 18 | - | - | - 18.616 | - | - 18.616 | - | - 18.616 |
| Deconsolidatie IOW | - | - | - | - | - | - 154.797 | - 154.797 | |
| Totaal bijdragen van en uitkeringen aan aandeelhouders |
- | - | - 172.697 | - 136.897 |
- 35.800 |
- 163.267 | - 199.067 | |
| Stand op 31 december 2015 | 65.872 | 923.435 | - 392.353 | 63.794 | 660.748 | - 28 |
660.720 |
Het verloop van de post eigen vermogen in het boekjaar 2014 was als volgt:
| Toelichting | Geplaatst aandelen kapitaal |
Agioreserve | Overige reserves |
Resultaat boekjaar |
Totaal eigen vermogen toe te rekenen aan aandeel houders |
Minderheids belangen |
Totaal eigen vermogen |
|
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Stand op 1 januari 2014 | 65.872 | 923.435 | - 54.073 | - 134.075 | 801.159 | 131.756 | 932.915 | |
| Resultaat na belastingen boekjaar 2014 | - | - | - 136.897 | - 136.897 | 7.480 | - 129.417 | ||
| Omrekeningsverschillen op buitenlandse deelnemingen |
- | - | - | - | - | - | - | |
| Totaal gerealiseerde en niet - | ||||||||
| gerealiseerde resultaten 2014 | - | - | - | - 136.897 | - 136.897 | 7.480 | - 129.417 | |
| Uitgekeerd contant slotdividend 2013 | - | - | - 12.888 | - | - 12.888 | - 6.911 |
- 19.799 | |
| Winstbestemming 2013 | 18 | - | - | - 134.075 | - 134.075 | - | - | - |
| Uitgekeerd contant interim-dividend 2014 | 18 | - | - | - 18.616 | - | - 18.616 | - | - 18.616 |
| Aandelenemissie | - | - | - | - | - | 23.865 | 23.865 | |
| Totaal bijdragen van en uitkeringen | ||||||||
| aan aandeelhouders | - | - | - 165.579 | - 134.075 | - 31.504 | 16.954 | - 14.550 | |
| Stand op 31 december 2014 | 65.872 | 923.435 | - 219.652 | - 136.897 | 632.758 | 156.190 | 788.948 |
De toelichting op pagina 86 t/m 125 is integraal onderdeel van deze geconsolideerde jaarrekening.
4
NSI N.V. (hierna aangeduid als "NSI" of de "vennootschap"), kantoorhoudend in Hoofddorp is statutair gevestigd in Amsterdam. De geconsolideerde jaarrekening 2015 heeft betrekking op de vennootschap en haar dochterondernemingen (tezamen aangeduid als de "groep") en de belangen van de groep in geassocieerde deelnemingen.
De vennootschap beschikt over een vergunning op grond van de Wet op het financiële toezicht. NSI is genoteerd aan de NYSE Euronext in Amsterdam.
De geconsolideerde jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de International Financial Reporting Standards (IFRS) zoals aanvaard binnen de Europese Unie (EU-IFRS), en met artikel 2: 362 lid 9 van Burgerlijk Wetboek (BW).
De jaarrekening is opgesteld door de directie en goedgekeurd door de raad van commissarissen op 15 maart 2016. De jaarrekening zal voor vaststelling worden voorgelegd aan de algemene vergadering van aandeelhouders op 29 april 2016.
Onder verwijzing naar de vennootschappelijke jaarrekening van NSI, is gebruik gemaakt van de vrijstelling op grond van artikel 402, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
De jaarrekening wordt gepresenteerd in de euro, die fungeert als de functionele valuta van de vennootschap. Tenzij anders wordt aangegeven, zijn alle bedragen in euro's afgerond op het dichtsbijzijnde duizendtal.
De jaarrekening is opgesteld op basis van historische kosten, met uitzondering van de volgende activa en verplichtingen die tegen reële waarden met mutaties via de winst- en verliesrekening zijn gewaardeerd: vastgoedbeleggingen, vastgoed bestemd voor verkoop en afgeleide financiële instrumenten.
Bij het opstellen van deze geconsolideerde jaarrekening heeft het management oordelen gevormd en schattingen en veronderstellingen gemaakt, die van invloed zijn op de toepassing van grondslagen en de gerapporteerde waarde van activa, verplichtingen, opbrengsten en kosten. De daadwerkelijke uitkomsten kunnen afwijken van deze schattingen. De schattingen en onderliggende veronderstellingen worden voortdurend beoordeeld. Herzieningen van schattingen worden prospectief verwerkt.
De activa van de vennootschap en haar groepsmaatschappijen bestaan nagenoeg geheel uit de vastgoedbeleggingen. Voor de bepaling van de waarde van de objecten in deze portefeuille kan geen gebruik worden gemaakt van officiële noteringen of prijslijsten. Een waardering op basis van "reële waarde" is een tijd- en plaatsgebonden inschatting.
Die inschatting geschiedt tegen een prijsniveau waarop twee goed geïnformeerde partijen onder normale omstandigheden op de datum van waardering een verkooptransactie voor dat specifieke object kunnen verrichten. De reële waarde in de markt van een object kan slechts met zekerheid worden vastgesteld op het moment van een daadwerkelijke verkoop van dat object.
De externe taxateur baseert zich voor zijn waardering op reële waarde op zijn eigen marktkennis en informatie, waar nodig aangevuld met detailinformatie van NSI. De door de externe taxateur opgestelde waardering wordt door NSI geverifieerd en de waardering wordt door NSI vastgesteld.
Het aantal geëffectueerde vastgoedtransacties is sinds het begin van de financiële crisis significant gedaald, waardoor er minder vergelijkingsmateriaal is voor de bepaling van marktelementen in de waardering van het vastgoed. Door verminderd aanwezig zijn van concreet bewijsmateriaal is de invloed van aannames in de waardering toegenomen. Gedwongen verkopen kunnen daarnaast niet als referentiewaarde worden gebruikt voor de waardering van vastgoed op basis van continuïteit van de onderneming (going concern). De financiële situatie van NSI is goed, op basis waarvan zij uit kan gaan van waardering van vastgoed op basis van continuïteit.
Voor een aantal van de waarderingsgrondslagen en toelichtingen is het bepalen van de reële waarde vereist, voor zowel financiële als niet-financiële activa en verplichtingen.
De vennootschap heeft een vast raamwerk van beheersmaatregelen ten aanzien van de bepaling van de reële waarden. Dit omvat onder meer een waarderingsteam met algehele verantwoordelijkheid voor het toezicht op alle belangrijke bepalingen van de reële waarden, inclusief van reële waarden van niveau 3. Het waarderingsteam rapporteert direct aan de directie.
Het waarderingsteam beoordeelt periodiek belangrijke niet-waarneembare inputgegevens en waardecorrecties. Als voor de waardering tegen reële waarde gebruik wordt gemaakt van informatie van derden, beoordeelt en documenteert het waarderingsteam het van derden verkregen bewijs om te verifiëren of deze waarderingen en de rubricering ervan in de niveaus van de reële-waardehiërarchie voldoen aan de vereisten van de IFRS.
Belangrijke waarderingsaangelegenheden worden gerapporteerd aan de auditcommissie van de vennootschap.
Bij het bepalen van de reële waarde van een actief of een verplichting maakt de vennootschap zo veel mogelijk gebruik van in de markt waarneembare gegevens. Waarderingen tegen reële waarde worden gerubriceerd naar verschillende niveaus van een reële-waardehiërarchie, afhankelijk van de inputs op basis waarvan de waarderingstechnieken zijn toegepast. De verschillende niveaus zijn als volgt gedefinieerd.
Niveau 1: waardering op basis van genoteerde marktprijzen in actieve markten voor identieke activa of verplichtingen. Niveau 2: waardering van een actief of verplichting gebaseerd op (extern) waarneembare informatie. Niveau 3: waardering van een actief of verplichting geheel of gedeeltelijk op niet (extern) waarneembare informatie.
Indien de inputs voor de bepaling van de reële waarde van een actief of verplichting binnen verschillende niveaus van de reële-waardehiërarchie vallen, wordt de waardering tegen reële waarde in zijn geheel gerubriceerd naar het laagste niveau van de reële-waardehiërarchie dat een input bevat die van belang is voor de waardebepaling als geheel.
De vennootschap verwerkt eventuele herrubriceringen tussen de niveaus van de reële-waardehiërarchie aan het einde van de verslagperiode waarin de wijziging zich heeft voorgedaan.
Nadere informatie over de veronderstellingen voor de bepaling van de reële waarde is opgenomen in de volgende toelichtingen: Toelichting 11 – vastgoedbeleggingen;
Toelichting 15 – vastgoed aangehouden voor verkoop; en
Toelichting 22 – afgeleide financiële instrumenten.
Dochterondernemingen zijn die entiteiten, waarover de vennootschap zeggenschap heeft. De groep heeft zeggenschap over een entiteit indien zij op basis van haar betrokkenheid bij de entiteit is blootgesteld aan, dan wel recht heeft op, variabele rendementen en het vermogen heeft die rendementen te beïnvloeden aan de hand van haar zeggenschap over de entiteit.
De cijfers van dochterondernemingen zijn in de geconsolideerde jaarrekening opgenomen vanaf de datum waarop voor het eerst sprake is van zeggenschap, tot aan het moment waarop deze eindigt.
Minderheidsbelangen worden in de balans in het eigen vermogen afzonderlijk opgenomen. Minderheidsbelangen in het resultaat van de groep worden eveneens afzonderlijk in het overzicht van gerealiseerde en niet- gerealiseerde resultaten vermeld.
Wijzigingen in het belang van een dochteronderneming die niet leiden tot verlies van zeggenschap, worden verwerkt als eigen vermogenstransacties.
De belangen van de groep in deelnemingen verwerkt volgens de "equity"-methode bestaat uit belangen in geassocieerde deelnemingen.
Geassocieerde deelnemingen zijn die entiteiten waarin de groep invloed van betekenis heeft op het financiële en operationele beleid, maar waarover zij geen zeggenschap heeft.
De geassocieerde deelnemingen worden verantwoord op basis van de 'equity'-methode en worden bij de eerste verwerking gewaardeerd tegen kostprijs. In die kostprijs van de deelneming zijn de transactiekosten inbegrepen. Na de eerste verwerking bevat de geconsolideerde jaarrekening het aandeel van de groep in de gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten van de deelnemingen verwerkt volgens de 'equity'-methode, tot aan de datum waarop voor het laatst sprake is van invloed van betekenis.
De geconsolideerde jaarrekening heeft betrekking op NSI N.V., de volgende dochtermaatschappijen en geassocieerde deelnemingen (*) die verwerkt volgens de "equity"-methode:
| Belang 2015 | Belang 2014 | ||
|---|---|---|---|
| NSI Bedrijfsgebouwen B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Beheer B.V | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Beheer II B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Development B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI German Holding B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI International B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Kantoren B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Management B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Monument B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Volumineuze Detailhandel B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Winkels B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Woningen B.V. | Hoofddorp, Nederland | 100% | 100% |
| VastNed Offices Benelux Holding B.V. | Rotterdam, Nederland | 100% | 100% |
| VastNed Offices Monumenten B.V. (geliquideerd) | Rotterdam, Nederland | 0% | 100% |
| De Rode Olifant B.V. (geliquideerd) | Rotterdam, Nederland | 0% | 100% |
| VastNed Industrial B.V. (gefuseerd) | Rotterdam, Nederland | 0% | 100% |
| VastProduct C.V. (ontbonden) | Rotterdam, Nederland | 0% | 100% |
| NSI HNK B.V. | Amsterdam, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Services HNK B.V. | Amsterdam, Nederland | 100% | 100% |
| VastNed Offices Belgium Holdings B.V. | Rotterdam, Nederland | 100% | 100% |
| NSI Luxembourg Holding S.à.r.l. | Luxemburg, Luxemburg | 100% | 100% |
| NSI Switzerland S.à.r.l. | Luxemburg, Luxemburg | 100% | 100% |
| Hans-Böckler-Straße S.à.r.l. | Luxemburg, Luxemburg | 99,7% | 99,7% |
| Nieuwe Steen Investments (Swiss) II AG | Zug, Zwitserland | 100% | 100% |
| Nieuwe Steen Investments (Swiss) III AG | Zug, Zwitserland | 100% | 100% |
| Nieuwe Steen Investments (Swiss) IV AG | Zug, Zwitserland | 100% | 100% |
| NSI Management Switzerland GmbH | Zug, Zwitserland | 100% | 100% |
| Intervest Offices & Warehouses N.V. | Antwerpen, België | 15,2%* | 50,2% |
| VastNed Offices Belgium N.V. | Antwerpen, België | 100% | 100% |
| Cocoon Offices Park N.V. | Antwerpen, België | 100% | 100% |
| Belle Etoile N.V. | Antwerpen, België | 100% | 100% |
| Aartselaar Business Center N.V. | Antwerpen, België | 1% | 50,2% |
| Mechelen Business Center N.V. | Antwerpen, België | 1% | 50,2% |
| Mechelen Research Park N.V. | Antwerpen, België | 0,1% | 50,2% |
| Hans-Böckler-Straße GmbH & Co KG | Frankfurt, Duitsland | 94,9% | 94,9% |
Intragroepsaldi en -transacties alsmede eventuele niet-gerealiseerde winsten en verliezen uit intragroeptransacties worden geëlimineerd. Niet-gerealiseerde winsten uit hoofde van transacties met deelnemingen verwerkt volgens de "equity"-methode worden geëlimineerd naar rato van het belang dat NSI in de deelneming heeft. Niet-gerealiseerde verliezen worden op dezelfde wijze geëlimineerd als niet-gerealiseerde winsten, maar alleen voor zover er geen aanwijzing is voor een bijzondere waardevermindering.
Activa en verplichtingen die in vreemde valuta luiden, worden op de balansdatum omgerekend in euro tegen de op de balansdatum geldende wisselkoers. Transacties in vreemde valuta worden omgerekend in euro tegen de op de transactiedatum geldende wisselkoers. Wisselkoersverschillen die uit omrekening voortvloeien worden in de gerealiseerde resultaten verantwoord.
Vastgoedbeleggingen omvatten het vastgoed in exploitatie dat wordt aangehouden om huuropbrengsten, een waardegroei of een combinatie te realiseren, maar dat niet is bestemd voor de verkoop in het kader van de normale bedrijfsvoering.
Vastgoedbeleggingen worden op het moment van aankoop opgenomen tegen de integrale kostprijs (inclusief alle aan de aankoop toe te rekenen kosten, zoals bijvoorbeeld juridische kosten, overdrachtsbelasting, makelaarskosten, de kosten van due diligence onderzoeken, geactiveerde rente en andere transactiekosten) tot aan de eerste rapporteringsdatum (ieder halfjaar, 30 juni en 31 december), vanaf welke datum de reële waarde wordt toegepast. De waarde van de vastgoedbelegging wordt vermeerderd met de gedane investeringen, gevolgd door aanpassing aan reële waarde per eerstvolgende rapporteringsdatum.
De vastgoedbeleggingen worden opgenomen tegen de reële waarde op balansdatum. De reële waarde van de Nederlandse beleggingen wordt twee keer per jaar extern getaxeerd; 50% per 30 juni en 50% per 31 december door onafhankelijke, beëdigde taxateurs. Deze waarderingen worden vergeleken met de interne waarderingen en geanalyseerd op gebruikte methoden, gehanteerde aannames en uitkomsten. Indien er geen externe taxaties van de vastgoedbeleggingen per balansdatum aanwezig zijn, dan wordt de interne waardering gehanteerd.
Indien een bestaande vastgoedbelegging wordt gerenoveerd en/of uitgebreid voor voortgezet gebruik ervan als vastgoedbelegging, vindt waardering eveneens plaats tegen reële waarde. De renovatiekosten omvatten alle direct toerekenbare kosten die nodig zijn om het project gebruiksklaar te maken.
De reële waarde wordt gebaseerd op de marktwaarde (kosten koper, dus gecorrigeerd voor aankoopkosten, zoals overdrachtsbelasting), dat wil zeggen het geschatte bedrag waarvoor een vastgoedbelegging op waarderingsdatum kan worden verhandeld tussen een tot een transactie bereid zijnde koper en een verkoper in een zakelijke, objectieve transactie voorafgegaan door gedegen onderhandeling waarbij de partijen goed geïnformeerd en tot een transactie bereid waren.
Op vastgoedbeleggingen wordt niet afgeschreven, aangezien zij zijn opgenomen tegen reële waarde.
Wijzigingen in de reële waarde van de vastgoedbeleggingen worden opgenomen in de niet-gerealiseerde resultaten in de periode waarin zij zich voordoen. Winsten of verliezen op de verkoop van een vastgoedbelegging worden in de periode waarin de verkoop plaatsvindt verantwoord als het verschil tussen de nettoverkoopopbrengst en de door NSI meest recent vastgestelde reële waarde. Wanneer een eerder als materieel vast actief geclassificeerde vastgoedbelegging wordt verkocht, wordt het gerelateerde bedrag uit de herwaarderingsreserve overgeheveld naar de post ingehouden winsten.
Als het gebruik van vastgoed verandert en herclassificatie als materiële vaste activa noodzakelijk is, wordt de reële waarde per de datum van de herclassificatie de kostprijs voor de administratieve verwerking.
Wanneer geen actuele marktprijzen in een actieve markt beschikbaar zijn, komen de waarderingen tot stand op basis van een nettoaanvangsrendementsberekening, waarbij de nettomarkthuren worden gekapitaliseerd. De gehanteerde rendementen zijn specifiek voor het land, type vastgoed, locatie, staat van onderhoud en de verhuurbaarheid van ieder object. De basis voor de bepaling van de rendementen wordt gevormd door vergelijkbare transacties, aangevuld met markt- en objectspecifieke kennis.
In de waardebepaling wordt eveneens rekening gehouden met toekomstige (onderhouds)investeringen. Er worden per huurder en per leegstaande ruimte veronderstellingen gemaakt van de kans op (her-)verhuur, aantal maanden leegstand, incentives en verhuurkosten. Voor de contante waarde van verschillen tussen de markthuren en contractuele huren worden correcties aangebracht. Hierbij wordt geen rekening gehouden met eventuele toekomstige inflatiecorrecties. De waardering geschiedt na aftrek van verkoopkosten die ten laste van de koper komen.
Voor de bepaling van de reële waarde van de Nederlandse beleggingen maakt NSI gebruik van een taxatiemanagementsysteem. In dit systeem wordt van alle objecten ieder halfjaar op uniforme en consistente basis de reële waarde bepaald. De belangrijkste kenmerken van het taxatiemanagementsysteem zijn:
Vastgoed in ontwikkeling wordt ten behoeve van toekomstige verhuur aangemerkt als "vastgoed in ontwikkeling". Vastgoed in ontwikkeling waarvan een substantieel gedeelte van de projectrisico's is gereduceerd of geëlimineerd en waarvan de reële waarde betrouwbaar kan worden bepaald, is op reële waarde gewaardeerd.
Projectrisico's worden geacht te zijn gereduceerd indien alle noodzakelijke vergunningen zijn verkregen, bindende contracten zijn afgesloten met de hoofdaannemers en het object voor een substantieel deel is voorverhuurd. In overige gevallen is vastgoed in ontwikkeling gewaardeerd op kostprijs, inclusief gekapitaliseerde rente, verminderd met eventuele cumulatieve bijzondere waardeverminderingsverliezen. De kosten van vastgoed in ontwikkeling omvatten alle direct toerekenbare kosten die nodig zijn om het project gebruiksklaar te maken.
Vastgoedbeleggingen worden geherclassificeerd naar vastgoed aangehouden voor verkoop wanneer wordt verwacht dat de boekwaarde zal worden gerealiseerd door verkoop en niet door voortgezet gebruik. Dit kan alleen zo zijn wanneer het vastgoedobject in zijn toestand vanaf dat moment beschikbaar is voor onmiddellijke verkoop tegen marktconforme en in vergelijkbare gevallen gebruikelijke voorwaarden. Voorts moet verkoop waarschijnlijk zijn op basis van een actief verkoopprogramma.
Dit betekent dat het actief op de markt moet worden aangeboden voor een prijs die in redelijke verhouding tot de actuele marktwaarde staat en de verkoop moet naar verwachting binnen 1 jaar na 31 december 2015 worden geëffectueerd. Bij een herclassificatie blijft een vastgoedbelegging die wordt gewaardeerd tegen reële waarde ook na herclassificatie op deze basis gewaardeerd.
De post materiële vaste activa omvat het vastgoed (kantoorgebouw) in eigen gebruik, de kantoorinventarissen en vervoermiddelen. De waardering vindt plaats tegen kostprijs minus geaccumuleerde afschrijvingen en eventuele geaccumuleerde waardeverminderingen.
Wanneer vastgoed voor eigen gebruik wijzigt in een vastgoedbelegging, wordt het vastgoed geherwaardeerd op basis van de reële waarde en geclassificeerd als vastgoedbelegging. Een eventuele uit deze herwaardering voortvloeiende winst wordt verwerkt in het resultaat voor zover deze winst leidt tot een terugboeking van een eerder opgenomen bijzonder waardeverminderingsverlies voor dat specifiek vastgoed. Een eventueel resterende winst wordt opgenomen in nietgerealiseerde resultaten en verantwoord in de herwaarderings verlies wordt verwerkt in het resultaat.
Afschrijvingen op materiële vaste activa worden ten laste van de winst- en verliesrekening gebracht volgens de lineaire methode op basis van de geschatte gebruiksduur en restwaarde van de desbetreffende activa. Op grond wordt niet afgeschreven.
De geschatte verwachte gebruiksduur is als volgt:
Afschrijvingsmethoden, gebruiksduren en restwaarde worden op het einde van ieder boekjaar opnieuw beoordeeld en zo nodig aangepast.
Goodwill, betreft het verschil tussen de verkrijgingsprijs van verworven activiteiten en de reële waarde van de identificeerbare activa en verplichtingen van de verworven activiteiten. Negatieve goodwill wordt direct in de gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten verantwoord. In de balans wordt goodwill verantwoord als immateriële activa en gewaardeerd tegen kostprijs minus geaccumuleerde bijzondere waardeverminderingsverliezen. Goodwill wordt jaarlijks op bijzondere waardeverminderingen beoordeeld, of tussentijds als daar aanleiding toe bestaat. Bijzondere waardeverminderingen worden niet teruggenomen.
Ontwikkelings- en implementatiekosten met betrekking tot aangeschafte en/of ontwikkelde software worden geactiveerd op basis van de kosten die nodig zijn geweest om de software aan te schaffen en in werkende staat te krijgen. De geactiveerde kosten worden verminderd met cumulatieve amortisaties en cumulatieve bijzondere waardeverminderingsverliezen.
Ontwikkelings- en implementatiekosten van het handelsmerk worden gewaardeerd tegen kostprijs verminderd met cumulatieve amortisaties en waardeverminderingsverliezen. Kosten na eerste opname worden uitsluitend geactiveerd wanneer hierdoor de toekomstige economische voordelen die zijn besloten in het actief toenemen. Alle overige uitgaven inclusief uitgaven voor het intern gegenereerde handelsmerk, worden verwerkt in de winst- en verliesrekening.
Amortisatie wordt berekend om de kosten van immateriële vaste activa minus hun geschatte restwaarde liniair af te schrijven over hun geschatte gebruiksduur. Amortisatie wordt verwerkt in de winst- en verliesrekening. De geschatte gebruiksduur luidt als volgt:
Op iedere verslagdatum wordt de boekwaarde van de niet-financiële activa van de groep, uitgezonderd vastgoedbeleggingen en uitgestelde belastingvorderingen, opnieuw bezien om te bepalen of er aanwijzingen zijn voor bijzondere waardeverminderingen. Indien dergelijke aanwijzingen bestaan, wordt een schatting gemaakt van de realiseerbare waarde van het actief. Goodwill wordt jaarlijks getoetst op bijzondere waardevermindering.
De realiseerbare waarde van een actief of een kasstroomgenererende eenheid is de hoogste van de gebruikswaarde of de reële waarde minus verkoopkosten. Bij het bepalen van de gebruikswaarde wordt de contante waarde van de geschatte toekomstige kasstromen berekend met behulp van een disconteringsvoet vóór belasting die een afspiegeling is van zowel de actuele marktinschattingen van de tijdswaarde van geld als van de specifieke risico's met betrekking tot het actief of kasstroomgenererende eenheid.
Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt verwerkt als de boekwaarde van het actief of de kasstroomgenererende eenheid, waartoe het actief behoort, hoger is dan de geschatte realiseerbare boekwaarde.
Bijzondere waardeverminderingsverliezen worden verwerkt in de winst of het verlies. Voor de toerekening van een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt eerst de boekwaarde van eventueel aan de kasstroomgenererende eenheid toegerekende goodwill verlaagd en vervolgens toegerekend aan de andere activa naar rato van de boekwaarde van elk van deze activa in de kasstroomgenererende eenheid.
Bijzondere waardeverminderingsverliezen met betrekking tot goodwill worden niet teruggenomen. Voor andere activa wordt een bijzonder waardeverminderingsverlies uitsluitend teruggenomen voor zover de boekwaarde van het actief niet hoger wordt dan de boekwaarde, na aftrek van afschrijvingen of amortisatie, die zou zijn vastgesteld als geen bijzondere waardeverminderingsverlies was opgenomen.
Financiële activa die niet zijn aangewezen als gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de winst of het verlies, worden op iedere verslagdatum beoordeeld om te bepalen of er objectieve aanwijzingen bestaan dat zij een bijzondere waardevermindering hebben ondergaan.
Objectieve aanwijzingen dat financiële activa onderhevig zijn aan een bijzondere waardevermindering zijn onder meer:
Daarnaast geldt voor een belegging in eigenvermogensinstrumenten dat een significante of langdurige daling van de reële waarde ervan tot onder de kostprijs een objectieve aanwijzing is van een bijzondere waardevermindering. De groep is van oordeel dat een afname met 20% als significant kan worden beschouwd, en dat een periode van negen maanden als langdurig kan worden beschouwd.
Aanwijzingen voor bijzondere waardeverminderingen van deze activa worden door de groep zowel op het niveau van individuele activa als op collectief niveau in aanmerking genomen. Van alle individueel significante activa wordt individueel beoordeeld of deze onderhevig zijn aan bijzondere waardevermindering. Activa waarvan is vastgesteld dat deze niet individueel onderhevig zijn aan een bijzondere waardevermindering, worden vervolgens collectief beoordeeld op een eventuele bestaande bijzondere waardevermindering die nog niet op individueel niveau kan worden vastgesteld. Activa die niet individueel significant zijn, worden eveneens collectief beoordeeld op een eventuele bijzondere waardevermindering. De collectieve beoordeling vindt plaats door samenvoeging van activa met vergelijkbare risicokenmerken.
Bij de beoordeling van de collectieve waardevermindering gebruikt de groep historische trends met betrekking tot het tijdsbestek waarbinnen incassering plaatsvindt en de hoogte van gemaakte verliezen. De uitkomsten worden bijgesteld als het management van oordeel is dat de huidige economische en kredietomstandigheden zodanig zijn dat het waarschijnlijk is dat de daadwerkelijke verliezen hoger dan wel lager zullen zijn dan historische trends suggereren.
Een bijzonder waardeverminderingsverlies wordt berekend als het verschil tussen de boekwaarde van het actief en de contante waarde van de verwachte toekomstige kasstromen, contant gemaakt tegen de oorspronkelijke effectieve rentevoet van het actief. Verliezen worden verwerkt in de winst of het verlies en worden tot uitdrukking gebracht in een voorzieningsrekening. Indien de groep van oordeel is dat er geen realistische vooruitzichten zijn op het realiseren van het actief, worden de desbetreffende bedragen afgewaardeerd. Als het bedrag van het bijzondere waardeverminderingsverlies afneemt en deze afname objectief kan worden gerelateerd aan een gebeurtenis die heeft plaatsgevonden na de verwerking van het bijzondere waardeverminderingsverlies in de winst of het verlies, dan wordt het eerder verwerkte bijzondere waardeverminderingsverlies teruggenomen via de winst of het verlies.
NSI classificeert niet-afgeleide financiële activa in de volgende categorieën: leningen, vorderingen en liquide middelen.
NSI bezit de volgende niet-afgeleide financiële verplichtingen: rentedragende schulden, schulden aan kredietinstellingen en overige schulden.
NSI verwerkt leningen en vorderingen initieel op de datum waarop ze ontstaan. Alle overige financiële activa (inclusief activa die zijn aangemerkt als gewaardeerd tegen reële waarde met verwerking van waardeveranderingen in de gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten) en financiële verplichtingen worden initieel verwerkt op de transactiedatum.
NSI neemt een financieel actief niet langer op in de balans als de contractuele rechten op de kasstromen uit het actief aflopen, of als NSI de contractuele rechten op de ontvangst van de kasstromen uit het financieel actief overdraagt door middel van een transactie waarbij nagenoeg alle aan het eigendom van dit actief verbonden risico's en voordelen worden overgedragen, dan als NSI de aan het eigendom van dit actief verbonden risico's en voordelen overdraagt noch behoudt, maar evenmin zeggenschap heeft over het overgedragen actief. Indien NSI een belang behoudt of creëert in de overgedragen financiële activa, dan wordt dit belang afzonderlijk als actief of verplichting opgenomen.
NSI neemt een financiële verplichting niet langer op in de balans als de contractuele verplichtingen worden kwijtgescholden of geannuleerd of verlopen.
Financiële activa en verplichtingen worden uitsluitend gesaldeerd en het resulterende nettobedrag wordt uitsluitend in de balans gepresenteerd indien NSI een wettelijk afdwingbaar recht heeft op deze saldering en indien zij voornemens is om te salderen op nettobasis dan wel voornemens is het actief en de verplichting gelijktijdig te realiseren.
Niet-afgeleide financiële activa - waardering
Deze activa worden bij eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde plus eventuele direct toerekenbare transactiekosten. Na eerste opname worden leningen en vorderingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs met behulp van de effectieve rentemethode.
Liquide middelen bestaan uit kas- en banksaldi. Rekening-courantkredieten die direct opeisbaar zijn en die een integraal deel van het middelenbeheer van NSI vormen, maken in het kasstroomoverzicht deel uit van liquide middelen en schulden aan kredietinstellingen.
Leningen worden aanvankelijk tegen reële waarde opgenomen, onder aftrek van toerekenbare transactiekosten. Na de eerste opname worden leningen verantwoord tegen de geamortiseerde kosten met behulp van de effectieve rentemethode.
Het totaal van de leningen bestaat uit zowel vastrentende als variabel rentende hypothecaire leningen. In beginsel is de reële waarde van de variabel rentende leningen gelijk aan de geamortiseerde kostprijs. Voor een deel van de variabel rentende leningen worden renteswaps afgesloten om de renterisico's af te dekken.
In beginsel is de reële waarde van de vastrentende leningen niet gelijk aan de geamortiseerde kostprijs. In de toelichting op de post leningen is de reële waarde van de vastrentende leningen vermeld. De reële waarde van de vastrentende leningen is berekend volgens de netto contante waarde methode, tegen de op 31 december 2015 geldende marktrente (inclusief marge).
Aflossingen op de leningen binnen één jaar worden verantwoord onder de kortlopende schulden.
Overige schulden en overlopende passiva worden bij eerste opname gewaardeerd tegen reële waarde plus eventuele direct toerekenbare transactiekosten. Na eerste opname worden deze financiële verplichtingen gewaardeerd tegen geamortiseerde kostprijs met behulp van de effectieve rentemethode.
NSI maakt gebruik van afgeleide financiële instrumenten om de aan de financieringsactiviteiten gerelateerde renterisico's (gedeeltelijk) af te dekken. Deze afgeleide financiële instrumenten worden niet voor handelsdoeleinden aangehouden of uitgegeven.
Afgeleide financiële instrumenten worden aanvankelijk tegen kostprijs opgenomen. Na de eerste opname worden afgeleide financiële instrumenten opgenomen tegen reële waarde. Winsten of verliezen die voortvloeien uit wijzigingen in de reële waarden van de afgeleide financiële instrumenten worden onmiddellijk verantwoord in de winst- en verliesrekening. Hedge-accounting wordt niet toegepast.
De reële waarde van de financiële instrumenten is het bedrag dat de groep verwacht te ontvangen of te betalen indien het financiële derivaat op balansdatum wordt beëindigd, waarbij op de balansdatum actuele rente en het actuele kredietrisico van de betreffende tegenpartijen en het kredietrisico van de groep in aanmerking worden genomen. De te betalen interest wordt onder de "overige schulden" opgenomen. Een afgeleid financieel instrument wordt als vlottend actief of kortlopende schuld verantwoord, indien de resterende looptijd minder dan één jaar is of de verwachting bestaat dat het afgeleide financiële instrument binnen één jaar zal worden gerealiseerd of afgewikkeld.
In contracten besloten derivaten worden gescheiden van het basiscontract en apart verantwoord indien de economische kenmerken en risico's van het basiscontract en het daarin besloten derivaat niet nauw verwant zijn. Veranderingen in de reële waarde van gesepareerde in contracten besloten derivaten worden rechtstreeks in de winst- en verliesrekening verantwoord.
Gewone aandelen worden geclassificeerd als eigen vermogen. Externe kosten die direct kunnen worden toegerekend aan de uitgifte van nieuwe aandelen worden in mindering gebracht op de winstreserve.
De toename van het gestorte en opgevraagd kapitaal in verband met de uitgifte van aandelen uit hoofde van stockdividend wordt ten laste van de agioreserve verantwoord evenals de kosten die samenhangen met het stockdividend.
Bij inkoop van eigen aandelen wordt het bedrag van de betaalde vergoeding, met inbegrip van rechtstreeks toerekenbare kosten, als mutatie in het eigen vermogen opgenomen.
Dividenden in contanten worden ten laste van de overige reserves gebracht in de periode waarin de dividenden worden vastgesteld.
De huuropbrengsten uit vastgoedbeleggingen, die verhuurd zijn op basis van operationele huurovereenkomsten, worden op tijdsevenredige basis over de looptijd van de huurovereenkomst in de winst- en verliesrekening verantwoord.
Huurvrije perioden, huurkortingen en andere huurincentives worden verwerkt als een integraal deel van de totale nettohuuropbrengsten. Deze huurincentives worden toegerekend over de looptijd van de huurovereenkomst tot het eerste moment waarop de huurovereenkomst contractueel kan worden beëindigd. De hieruit voortkomende overlopende activa maakt onderdeel uit van de reële waarde van de betreffende vastgoedbeleggingen.
De ontvangen vergoedingen voor vroegtijdig verbroken huurovereenkomsten worden onmiddellijk in de gerealiseerde resultaten genomen in de periode waarin ze definitief verworven zijn.
Opbrengsten voortvloeiend uit de verkoop van vastgoedbeleggingen worden verwerkt indien:
De winsten of verliezen op de verkoop van vastgoedbeleggingen worden bepaald als het verschil tussen de nettoverkoopopbrengsten en de boekwaarde van de vastgoedbeleggingen op de door NSI laatst gepubliceerde (interim-) balans.
In het kader van de servicekosten treedt NSI op als principaal, waarbij de ontvangen kosten worden doorberekend aan de huurders. Servicekosten hebben betrekking op kosten van gas, water en licht, schoonmaak, bewaking en dergelijke, die op grond van de huurovereenkomst kunnen worden doorberekend aan huurders. De niet doorberekende servicekosten omvatten lasten in het geval van leegstaande ruimten en/of andere oninbare servicekosten als gevolg van contractuele beperkingen of servicekosten die niet verhaalbaar zijn op huurders.
De exploitatiekosten bestaan uit de direct met de exploitatie van de vastgoedgoedbeleggingen samenhangende kosten, zoals vastgoedbeheer, gemeentelijke belastingen, verzekeringspremies, onderhoudskosten, verhuurkosten en andere zakelijke lasten. Deze kosten worden ten laste van het resultaat gebracht wanneer ze zich voordoen.
De financieringslasten/-baten bestaan uit de aan de periode toe te rekenen rentelasten op leningen en schulden, rentebaten op uitstaande leningen en vorderingen, inclusief de rentebaten en -lasten op basis van renteruil ("renteswaps") en dividendopbrengsten. Als gevolg van de waardering van rentedragende schulden op basis van geamortiseerde kosten wordt in de financieringslasten tevens begrepen de oprenting van de rentedragende schulden op basis van de effectieve rentevoet per lening. Financieringskosten direct toerekenbaar aan de aankoop, renovatie of uitbreiding van een vastgoedbelegging worden gekapitaliseerd als onderdeel van de integrale kostprijs van een dergelijk object. De hierbij gehanteerde rentevoet is de gemiddelde door de groep betaalde rente in de desbetreffende valuta.
Dividendbaten worden in de winst- en verliesrekening opgenomen op het moment dat het recht van de entiteit op betaling wordt gevestigd. In geval van genoteerde effecten is dit normaliter de datum waarop het aandeel ex-dividend gaat.
Onder de netto financieringslasten/-baten zijn tevens opgenomen de winsten en verliezen die voortvloeien uit wijzigingen in de reële waarden van de financiële derivaten.
Valutakoerswinsten en -verliezen worden gesaldeerd verantwoord.
Onder administratieve kosten vallen advieskosten, kantoorkosten, bezoldiging commissarissen en de kosten van het fondsmanagement.
Kosten die verband houden met het commerciële, technische en administratieve beheer van vastgoed worden opgenomen in de exploitatiekosten. Kosten die verband houden met toezicht en controle op investeringsprojecten worden gekapitaliseerd op basis van bestede uren.
Verplichtingen in verband met bijdragen aan pensioenregelingen op basis van toegezegde bijdrageregelingen worden als kosten wanneer de gerelateerde prestaties worden verricht. Vooruitbetaalde bedragen worden opgenomen als actief voor zover een terugbetaling in contanten of een verlaging van toekomstige betalingen beschikbaar is. De pensioenregelingen zijn extern verzekerd.
NSI heeft de status van fiscale beleggingsinstelling in de zin van artikel 28 van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969. Dit houdt in dat onder bepaalde voorwaarden geen vennootschapsbelasting behoeft te worden betaald. De belangrijkste voorwaarden betreffen de beleggingseis, het als dividend uitkeren van de fiscale winst, beperkingen met betrekking tot de financiering van beleggingen met vreemd vermogen en de samenstelling van het aandeelhoudersbestand. Vervreemdingswinsten van beleggingen behoeven niet tot de uit te keren winst te worden gerekend.
Voor zover de directie bekend, voldoet de groep aan de wettelijke vereisten. Zolang de groep aan de voorwaarden blijft voldoen en daarmee de status van fiscale beleggingsinstelling behouden blijft, wordt noch bij de bepaling van de winst noch bij de bepaling van de reserves rekening gehouden met belastingdruk.
Over de fiscale resultaten van de Nederlandse (NSI Development B.V. en NSI Service HNK B.V.) en buitenlandse dochtervennootschappen die niet de status van fiscale beleggingsinstelling genieten, kan evenwel vennootschapsbelasting verschuldigd zijn.
Belastingen over het resultaat van het jaar omvatten de verschuldigde en uitgestelde winstbelastingen. Deze belastingen worden in de gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten opgenomen.
De verschuldigde belastingen omvatten het bedrag van de verwachte te betalen of te ontvangen belastingen over de belastbare resultaten van het jaar, rekening houdend met vrijgestelde winstbestanddelen en niet aftrekbare kosten en waarbij de belastingtarieven worden gehanteerd die op balansdatum van kracht zijn dan wel wijzigingen die op balansdatum reeds bekend zijn. Daarnaast omvatten deze verschuldigde belastingen eventuele aanpassingen in de belastingafdrachten van voorgaande jaren.
Kasstromen uit operationele activiteiten zijn weergegeven op basis van de indirecte methode. De liquide middelen en schulden aan kredietinstellingen omvatten tevens rekening-courantkredieten die onderdeel zijn van het beleid van NSI ten aanzien van het beheer van liquide middelen. Koersverschillen inzake geldmiddelen worden afzonderlijk in het overzicht getoond.
Een operationeel segment is een onderdeel van NSI dat bedrijfsactiviteiten uitvoert die kunnen resulteren in opbrengsten en kosten, waaronder opbrengsten en kosten in verband met transacties met de andere onderdelen van NSI.
Alle operationele resultaten van een operationeel segment worden periodiek beoordeeld door de directie ten behoeve van de besluitvorming over de toekenning van middelen aan het segment en ter beoordeling van de prestatie, op basis van beschikbare vertrouwelijke financiële informatie.
Een aantal nieuwe standaarden, wijzigingen op standaarden en interpretaties is pas van kracht voor boekjaren die beginnen na 1 januari 2015. De groep heeft echter bij het opstellen van deze geconsolideerde jaarrekening de volgende nieuwe en aangepaste standaarden niet toegepast.
IFRS 9, gepubliceerd in juli 2014, dient ter vervanging van de bestaande richtlijn zoals opgenomen in IAS 39 Financiële instrumenten: opname en waardering. IFRS 9 bevat herziene bepalingen ten aanzien van de classificatie en waardering van financiële instrumenten, een nieuw model voor verwachte kredietverliezen ten behoeve van de berekening van de waardevermindering van financiële activa en de nieuwe algemene vereisten voor hedge accounting. Verder zijn in IFRS 9 de leidraden over uit IAS 39 overgenomen ten aanzien van de opname en niet langer opnemen van financiële instrumenten. IFRS 9 moet worden toegepast voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2018. Eerdere toepassing is toegestaan. Echter, IFRS 9 is momenteel nog niet aanvaard door de EU.
De groep beoordeelt momenteel het mogelijke effect van de toepassing van IFRS 9 op de geconsolideerde jaarrekening.
IFRS 15 introduceert in een uitgebreid raamwerk om te bepalen of, hoeveel en wanneer opbrengsten moeten worden verantwoord. De standaard vervangt de bestaande leidraden voor het verwerken van opbrengsten, met inbegrip van IAS 18 Opbrengsten, IAS 11 Onderhanden projecten in opdracht van derden en IFRIC 13 Loyaliteitsporgramma's. IFRS 15 is van kracht voor boekjaren die beginnen op of na 1 januari 2018. Eerdere toepassing is toegestaan.
De groep beoordeelt momenteel het mogelijke effect van de toepassing van IFRS 15 op de geconsolideerde jaarrekening.
De volgende nieuwe of gewijzigde standaarden hebben naar verwachtingen geen significant effect op de geconsolideerde jaarrekening van de groep.
NSI heeft drie segmenten waarover gerapporteerd wordt die tezamen de strategische bedrijfsonderdelen van NSI vormen. De strategische bedrijfsonderdelen opereren in verschillende landen en worden apart beheerd omdat zij verschillende marktstrategieën behoeven. Voor alle strategische bedrijfsonderdelen worden managementrapportages opgesteld die op kwartaalbasis of vaker worden beoordeeld door de directie.
Onderstaand is een overzicht opgenomen van de resultaten en de balansposten van elk van de te rapporteren segmenten.
| Nederland | Zwitserland | België | Totaal | |||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | |
| Brutohuuropbrengsten | 90.796 | 93.333 | - | - | 23.039 | 40.266 | 113.835 | 133.599 |
| Servicekosten doorbelast aan huurders |
12.344 | 12.422 | - | - | 7.101 | 8.682 | 19.445 | 21.104 |
| Servicekosten | - 17.560 | - 17.449 | - | - | - 7.681 |
- 9.483 |
- 25.241 | - 26.932 |
| Exploitatiekosten | - 17.377 | - 16.253 | 309 | 40 | 353 | - 2.398 |
- 16.715 | - 18.611 |
| Nettohuuropbrengsten | 68.203 | 72.053 | 309 | 40 | 22.812 | 37.067 | 91.324 | 109.160 |
| Herwaarderingsresultaat | 136 | - 177.314 | - | - | - 992 |
- 5.815 |
- 856 |
- 183.129 |
| Overige opbrengsten | - | - | - | - | 2.858 | - | 2.858 | - |
| Nettoverkoopresultaat | 5.105 | - 769 |
- | - | 120 | - 589 |
5.225 | - 1.358 |
| Segment resultaat | 73.444 | - 106.030 | 309 | 40 | 24.798 | 30.663 | 98.551 | - 75.327 |
| Administratieve kosten | - 8.019 | - 7.932 |
11 | - 25 |
- 991 |
- 2.015 |
- 8.999 | - 9.972 |
| Nettofinancieringskosten | - 14.913 | - 32.087 | - | 2 | - 5.354 |
- 11.900 | - 20.267 | - 43.985 |
| Aandeel in resultaat deelnemingen | - | - | - | - | 1.799 | - | 1.799 | - |
| Resultaat voor belastingen | 50.512 | - 146.049 | 320 | 17 | 20.252 | 16.748 | 71.084 | - 129.284 |
| Winstbelastingen | - 98 |
- 29 |
4 | 26 | - 147 |
- 130 |
- 241 |
- 133 |
| Resultaat na belastingen | 50.414 | - 146.078 | 324 | 43 | 20.105 | 16.618 | 70.843 | - 129.417 |
| Minderheidsbelangen | - | - | - | - | - 7.049 |
- 7.480 |
- 7.049 |
- 7.480 |
| Beleggingsresultaat toekomend aan aandeelhouders NSI |
50.414 | - 146.078 | 324 | 43 | 13.056 | 9.138 | 63.794 | - 136.897 |
| Nederland | Zwitserland | België | Totaal | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | ||
| Vastgoedbeleggingen | 1.200.155 | 1.056.730 | - | - | 3.310 | 611.446 | 1.203.465 | 1.668.176 | |
| Overige activa | 75.403 | 18.372 | 1.053 | 3.883 | 8.500 | 9.618 | 84.956 | 31.873 | |
| Niet toegerekende activa | 124 | 137 | |||||||
| Totale activa | 1.288.544 | 1.700.186 | |||||||
| Langlopende verplichtingen | 542.338 | 353.747 | - | - | - | 176.165 | 542.338 | 529.912 | |
| Kortlopende verplichtingen | 85.177 | 253.073 | 88 | 349 | 143 | 127.904 | 85.408 | 381.326 | |
| Niet toegerekende passiva | 78 | - | |||||||
| Totaal verplichtingen | 627.824 | 911.238 | |||||||
| Aankopen en investeringen in | |||||||||
| bestaande objecten | 185.399 | 22.125 | - | - | 32.260 | 36.592 | 217.659 | 58.717 |
| Bruto huuropbrengsten |
Niet doorberekende servicekosten |
Exploitatiekosten | Netto huuropbrengsten |
||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | ||
| Winkels | 33.750 | 32.258 | 886 | 1.066 | 5.050 | 5.123 | 27.814 | 26.069 | |
| Kantoren | 51.090 | 54.659 | 4.142 | 3.823 | 11.434 | 10.407 | 35.514 | 40.429 | |
| Bedrijfsgebouwen | 5.956 | 6.416 | 188 | 138 | 893 | 723 | 4.875 | 5.555 | |
| Nederland | 90.796 | 93.333 | 5.216 | 5.027 | 17.377 | 16.253 | 68.203 | 72.053 | |
| Zwitserland | - | - | - | - | - 309 |
- 40 |
309 | 40 | |
| België | 23.039 | 40.266 | 580 | 801 | - 353 |
2.398 | 22.812 | 37.067 | |
| Totaal | 113.835 | 133.599 | 5.796 | 5.828 | 16.715 | 18.611 | 91.324 | 109.160 |
In de brutohuuropbrengsten zijn geen bedragen (2014: nihil) aan ontvangen huurgaranties opgenomen.
In de nettohuuropbrengsten is een bedrag van -€ 0,4 miljoen (2014: -€ 1,2 miljoen) aan huurincentives verwerkt.
NSI verhuurt haar vastgoedbeleggingen op basis van operationele huurovereenkomsten met een verscheidenheid aan looptijden. De huurovereenkomst specificeert de ruimte, de huurprijs, de overige rechten en verplichtingen van de verhuurder en huurder, inclusief opzegtermijnen, opties tot huurverlenging alsmede servicekostenbepalingen. In het algemeen wordt de huur tijdens de looptijd van de huurovereenkomst jaarlijks geïndexeerd.
De toekomstige te ontvangen totale minimum jaarhuur uit operationele huurovereenkomsten kan als volgt worden gespecificeerd:
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Eerste jaar | € 96,5 miljoen | € 129,7 miljoen |
| Tweede tot en met vierde jaar | € 200,2 miljoen | € 248,0 miljoen |
| Vanaf het vijfde jaar | € 164,8 miljoen | € 136,7 miljoen |
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Gemeentelijke belastingen | 3.571 | 4.135 |
| Verzekeringspremies | 807 | 792 |
| Onderhoudskosten | 4.703 | 4.175 |
| Bijdrage vereniging van eigenaren | 957 | 676 |
| Beheer van vastgoed (inclusief toegerekende administratieve kosten) | 3.984 | 4.676 |
| Verhuurkosten | 1.592 | 2.975 |
| Overige kosten | 1.101 | 1.182 |
| Totaal | 16.715 | 18.611 |
| Toe te rekenen aan verhuurde objecten | 16.581 | 18.084 |
| Toe te rekenen aan onverhuurde objecten | 134 | 527 |
| Totaal | 16.715 | 18.611 |
Onder de overige kosten zijn de afwaarderingen met betrekking tot de debiteuren opgenomen.
3,5% van de brutohuuropbrengsten bestaande uit externe beheerkosten en administratieve kosten worden toegerekend aan het beheer van vastgoed.
| positief | negatief | 2015 totaal |
positief | negatief | 2014 totaal |
|
|---|---|---|---|---|---|---|
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 49.367 | - 48.991 | 376 | 17.587 | - 200.662 | - 183.075 |
| Eliminatie huurincentives | 921 | - 54 |
||||
| Bijzondere waardeverminderingen | - 2.153 |
- | ||||
| Totaal | 49.367 | - 48.991 | - 856 |
17.587 | - 200.662 | - 183.129 |
Bijzondere waardeverminderingen is een eenmalige post in verband met historisch geleden schade en kosten die voorheen op de balans werden verantwoord, welke onderdeel zijn van een juridische claimprocedure. Het resultaat van een dergelijke juridische procudure is van nature onzeker. Dit actief wordt op basis van de relevante IAS regelgeving en vanuit het voorzichtigheidsbeginsel omgevormd tot een niet uit de balans blijkend recht.
Overige opbrengsten betreft een deelverkoop van het belang in IOW. Met deze transactie is een totaal resultaat uit hoofde van verkoop en uit hoofde van herwaardering van het resterend belang op € 20,02 per aandeel (kostprijs/fair value volgens IFRS) behaald van € 2,9 miljoen. De gemaakte verkoopkosten voor de realisatie van deze transactie bedraagt € 2,4 miljoen. Deze maken onderdeel uit van het behaalde resultaat.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Verkoopopbrengst vastgoedbeleggingen | 53.119 | 15.121 |
| Boekwaarde op moment van verkoop | 47.021 | 16.234 |
| Totaal | 6.098 | - 1.113 |
| Verkoopkosten | - 873 |
- 245 |
| Totaal | 5.225 | - 1.358 |
De verkoopkosten zijn inclusief de makelaarskosten en juridische kosten.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Managementkosten | 11.993 | 12.599 |
| Accountantskosten | 293 | 307 |
| Advieskosten | 467 | 1.268 |
| Taxatiekosten | 443 | 539 |
| Bezoldiging commissarissen | 247 | 202 |
| Overige kosten | 638 | 683 |
| Totaal | 14.081 | 15.598 |
| Toegerekend aan exploitatiekosten | - 4.782 |
- 5.326 |
| Toegerekend aan vastgoedportefeuille | - 300 |
- 300 |
| Totaal | 8.999 | 9.972 |
Daar waar beheerkosten direct betrekking hebben op de exploitatie van de vastgoedportefeuille worden deze doorbelast aan de exploitatiekosten. Daar waar beheerkosten direct betrekking hebben op de ontwikkeling van de vastgoedportefeuille worden deze geactiveerd.
De toegerekende beheerkosten aan het assetmanagement bedragen € 2,1 miljoen (2014: € 2,3 miljoen).
Toelichting op de managementkosten
Deze kosten betreffen:
De samenstelling van de managementkosten was als volgt:
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Salarissen | 7.119 | 7.086 |
| Sociale lasten | 908 | 989 |
| Pensioenkosten | 518 | 554 |
| Overige personeelskosten | 582 | 672 |
| Afschrijvingen op materiële en immateriële vaste activa | 280 | 388 |
| Overige bedrijfskosten | 2.586 | 2.910 |
| Totaal | 11.993 | 12.599 |
Bij NSI waren gedurende het verslagjaar 71 personeelsleden (inclusief directie) in dienst (2014: 66). Voor de personeelsleden geldt een pensioenregeling op basis van het beschikbare premiestelsel.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Financieringsbaten | ||
| Leningen en vorderingen | - 2.541 |
- 176 |
| Valutakoersverschillen | - 427 |
- 68 |
| Totaal | - 2.968 |
- 244 |
| Financieringslasten | ||
| Rentelasten | 30.295 | 42.072 |
| Totaal | 30.295 | 42.072 |
| Waardemutaties afgeleide financiële derivaten | ||
| Mutatie reële waarde instrumenten | - 7.060 |
2.157 |
| Totaal | - 7.060 |
2.157 |
| Totaal nettofinancieringslasten | 20.267 | 43.985 |
Over de verslagperiode verschuldigde belastingen over het resultaat.
| 2015 | 2014 | ||
|---|---|---|---|
| Lopend boekjaar | 241 | 133 |
NSI kwalificeert als fiscale beleggingsinstelling als bedoeld in artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969. Dit houdt in dat heffing van vennootschapsbelasting over de door haar behaalde winst in Nederland onder voorwaarden achterwege blijft. Deze voorwaarden betreffen voornamelijk de beleggingseis, de fiscale financieringsverhoudingen, de samenstelling van het aandeelhoudersbestand en het tijdig als contant dividend uitkeren van het fiscale resultaat.
De dochtervennootschappen NSI Development B.V. en NSI Service HNK B.V. maken in fiscale zin geen deel uit van de fiscale beleggingsinstelling NSI N.V. en is als zodanig vennootschapsbelasting verschuldigd.
| 2015 | 2014 | |||
|---|---|---|---|---|
| Resultaat voor belastingen | 71.084 | - 129.284 | ||
| Belasting volgens Nederlands tarief | 25,0% | 17.771 | 25,0% | - 32.321 |
| Vrijgesteld vanwege fiscale status | - 13.860 | 36.459 | ||
| Effect lager belastingtarief van dochtermaatschappijen | ||||
| vallend onder ander belastingregime | - 3.670 |
- 4.005 |
||
| Totaal | 241 | 133 |
Bij de berekening van de winst per aandeel op 31 december 2015 is uitgegaan van het aan de gewone aandeelhouders toe te rekenen resultaat van € 63,8 miljoen (2014: -€ 136,9 miljoen) en een gewogen gemiddelde van het uitstaande aantal gewone aandelen gedurende het jaar 2015 van 143.201.841 (2014: 143.201.841).
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen | 143.201.841 | 143.201.841 |
| Aantal uitstaande aantal gewone aandelen per 31 december | 143.201.841 | 143.201.841 |
| 2015 | 2014 | |||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| winst | verwaterde winst | winst | verwaterde winst | |||
| Direct beleggingsresultaat | 0,35 | 0,35 | 0,34 | 0,34 | ||
| Indirect beleggingsresultaat | 0,09 | 0,09 | - 1,30 |
- 1,30 |
||
| Totaal beleggingsresultaat | 0,44 | 0,44 | - 0,96 |
- 0,96 |
De onderverdeling naar de vastgoedbeleggingen in exploitatie en ontwikkeling was als volgt:
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 1.133.617 | 1.627.321 |
| Vastgoedbeleggingen in ontwikkeling | 1.000 | 17.950 |
| Totaal | 1.134.617 | 1.645.271 |
Vastgoedbeleggingen in exploitatie en vastgoedbeleggingen in ontwikkeling worden opgenomen tegen reële waarde. De reële waarde is vastgesteld op basis van één van de volgende niveaus van de hiërarchie reële waarde:
Niveau 3: waardering geheel of gedeeltelijk op niet (extern) observeerbare informatie.
De vastgoedbeleggingen zijn van niveau 3. De reële waarde van de Nederlandse vastgoedbeleggingen wordt twee keer per jaar extern getaxeerd; 50% per 30 juni en 50% per 31 december door onafhankelijke, beëdigde taxateurs. Deze waarderingen worden vergeleken met de interne waarderingen en geanalyseerd op gebruikte methoden, gehanteerde aannames en uitkomsten. Indien er externe waarderingen van de vastgoedbeleggingen aanwezig zijn, worden deze op de balans opgenomen.
Per 31 december 2015 is 42,7% (30 juni 2015: 100% en 2014: 66,5%) van de vastgoedbeleggingen getaxeerd door onafhankelijke, beëdigde taxateurs. Eventuele afwijkingen tussen interne en externe waarderingen zijn beperkt en dienen op halfjaarbasis verklaard en onderbouwd te zijn. De reële waarde is gebaseerd op de marktwaarde (kosten koper, dus gecorrigeerd voor aankoopkosten, zoals overdrachtsbelasting), dat wil zeggen het geschatte bedrag waarvoor een vastgoedbelegging op waarderingsdatum kan worden verhandeld tussen een tot een transactie bereid zijnde koper en een verkoper in een zakelijke, objectieve transactie voorafgegaan door gedegen onderhandeling waarbij de partijen goed geïnformeerd en tot een transactie bereid waren.
Wanneer geen actuele marktprijzen in een actieve markt beschikbaar zijn, komen de waarderingen tot stand op basis van een nettoaanvangsrendementsberekening, waarbij de nettomarkthuren worden gekapitaliseerd. De gehanteerde rendementen zijn specifiek voor het land, type vastgoed, locatie, staat van onderhoud en de verhuurbaarheid van ieder object. De basis voor de bepaling van de rendementen wordt gevormd door vergelijkbare transacties, aangevuld met markten objectspecifieke kennis.
De onderstaande tabel toont de waarderingstechniek die gebruikt wordt voor de bepaling van de reële waarde van de vastgoedbeleggingen, evenals de significante niet-waarneembare inputs die daarbij zijn gebruikt.
niet-waarneembare input en de bepaling van de reële waarde
De geschatte reële waarde zal toenemen (afnemen) naargelang:
De rendementen geven de marktpraktijk weer en worden berekend door de (theoretische) nettohuur van het vastgoed te delen door de reële waarde van de vastgoedbeleggingen uitgedrukt in een percentage. Het totale nettorendement per 31 december 2015 bedroeg 8,4% (2014: 8,7%). De netto yield bedroeg 8,4% voor Nederland (2014: 9,0). De gehanteerde rendementen zijn specifiek voor het land, type vastgoed, locatie, staat van onderhoud en de verhuurbaarheid van ieder object. De basis voor de bepaling van de rendementen wordt gevormd door vergelijkbare transacties, aangevuld met markten object specifieke kennis.
Deze varieerden van 5,5% tot 17,3% voor Nederland (2014: van 5,9% tot 14,8%). Bij de waardebepaling is ook rekening gehouden met vergelijkbare transacties in de markt.
De belangrijkste aannames met betrekking tot de waardering zijn:
| Nederland | ||
|---|---|---|
| 2015 | 2014 | |
| Gemiddelde effectieve contractuele huuropbrengst per m² (in €) | ||
| Kantoren | 161 | 149 |
| Winkels | 142 | 151 |
| Bedrijfsgebouwen | 68 | 70 |
| Gemiddelde markthuur per m² (in €) | ||
| Kantoren | 135 | 129 |
| Winkels | 136 | 137 |
| Bedrijfsgebouwen | 61 | 58 |
| Gemiddelde theoretische bruto yield (in %) | 10,9 | 11,7 |
| Gemiddelde theoretische netto yield (in %) | 8,4 | 9,0 |
| Leegstandspercentage | 22,7 | 22,9 |
Er worden per object, per huurder en per leegstaande ruimte veronderstellingen gemaakt van de kans op (her)verhuur, aantal maanden leegstand, incentives en verhuurkosten.
Het verloop van de vastgoedbeleggingen per land is als volgt:
| 2015 | 2014 | |||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Nederland | België | Totaal | Nederland | België | Totaal | |
| Balans op 1 januari | 1.016.495 | 610.826 | 1.627.321 | 1.215.519 | 582.059 | 1.797.578 |
| Aankopen | 168.833 | 30.107 | 198.940 | - | 33.033 | 33.033 |
| Investeringen | 13.094 | 2.139 | 15.233 | 22.125 | 3.559 | 25.684 |
| Herclassificatie van/naar vastgoedbeleggingen | ||||||
| in ontwikkeling | 21.980 | - | 21.980 | - 10.515 | - | - 10.515 |
| Herclassificatie naar vastgoed bestemd voor verkoop | - 65.538 | - 1.350 |
- 66.888 | - 22.905 | - | - 22.905 |
| Verkopen | - 19.930 | - 3.666 |
- 23.596 | - 12.107 | - 2.627 |
- 14.734 |
| Herwaarderingen | - 1.317 |
- 2.331 |
- 3.648 |
- 175.622 | - 5.198 |
- 180.820 |
| Deconsolidatie belang Intervest Offices & Warehouses | - | - 635.725 | - 635.725 | - | - | - |
| Balans op 31 december | 1.133.617 | - | 1.133.617 | 1.016.495 | 610.826 | 1.627.321 |
In de taxatiewaarde per 31 december 2015 zijn opgenomen:
| Nederland | België | Totaal 2015 |
Nederland | België | Totaal 2014 |
|
|---|---|---|---|---|---|---|
| Overlopende activa in verband met huurincentives | 5.834 | - | 5.834 | 6.742 | 4.002 | 10.744 |
Het verloop van de vastgoedbeleggingen per type vastgoed:
| winkels | kantoren | bedrijfs gebouwen |
totaal 2015 |
winkels | kantoren | bedrijfs gebouwen |
woningen | totaal 2014 |
|
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Balans op 1 januari | 431.075 | 855.866 | 340.380 | 1.627.321 | 473.960 | 1.006.707 | 313.161 | 3.750 | 1.797.578 |
| Aankopen | - | 168.833 | 30.107 | 198.940 | - | - | 33.033 | - | 33.033 |
| Investeringen | 3.431 | 11.345 | 457 | 15.233 | 12.364 | 12.024 | 1.296 | - | 25.684 |
| Herclassificatie categorie Herclassificatie van/naar vastgoed-beleggingen in |
- | - 1.655 |
1.655 | - | - | - | - | - | - |
| ontwikkeling Herclassificatie naar activa |
- | 21.980 | - | 21.980 | - | - 9.995 |
- 520 |
- | - 10.515 |
| bestemd voor verkoop | - | - 5.660 |
- 61.228 | - 66.888 | - | - 22.905 | - | - | - 22.905 |
| Verkopen | - 4.230 | - 13.830 | - 5.536 |
- 23.596 | - | - 2.730 |
- 8.254 |
- 3.750 |
- 14.734 |
| Herwaarderingen | - 5.102 | 4.032 | - 2.578 |
- 3.648 |
- 55.249 | - 127.235 | 1.664 | - | - 180.820 |
| Deconsolidatie belang Intervest Offices & |
|||||||||
| Warehouses | - | - 332.468 | - 303.257 | - 635.725 | - | - | - | - | - |
| Balans op 31 december | 425.174 | 708.443 | - | 1.133.617 | 431.075 | 855.866 | 340.380 | - | 1.627.321 |
De vastgoedportefeuille is procentueel als volgt samengesteld:
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 2015 | 2014 |
|---|---|---|
| Nederland | 100% | 64% |
| België | - | 36% |
| Totaal | 100% | 100% |
| Vastgoedbeleggingen in exploitatie | 2015 | 2014 |
| Winkels en volumineuze detailhandel | 38% | 26% |
| Kantoren | 62% | 53% |
| Bedrijfsgebouwen | - | 21% |
| Totaal | 100% | 100% |
Op 31 december 2015 waren objecten met een boekwaarde van € 1.009,3 miljoen (2014: € 1.031,2 miljoen) hypothecair tot zekerheid verstrekt voor opgenomen leningen en kredietfaciliteiten in rekening-courant bij banken ten bedrage van € 604,6 miljoen ultimo 2015 (2014: € 572,0 miljoen). De mate van zekerheidsstelling kan worden gevarieerd binnen bancaire afspraken, waardoor additioneel kan worden geleend onder de bestaande faciliteiten, ofwel een deel van de zekerheidsstelling aan een andere financiering kan worden gealloceerd.
De waarde van de vastgoedbeleggingen impliceert een gemiddelde netto theoretische yield van 8,4% (2014: 8,7%). Indien op 31 december 2015 de rendementen die gebruikt zijn bij het tot stand komen van de waarderingen van de vastgoedbeleggingen 100 basispunten lager zouden zijn uitgevallen dan thans gehanteerd, zou de waarde van de vastgoedbeleggingen toenemen met 13,8% (2014: 13,0%). Het eigen vermogen van NSI zou in die situatie € 165 miljoen (2014: € 217 miljoen) hoger uitkomen als gevolg van een hoger positief resultaat. De loan-to-value daalt in dat geval van 43,2% (2014: 48,9%) naar 38,3% (2014: 43,3%).
Indien op 31 december 2015 de yields die gebruikt zijn bij het tot stand komen van de waarderingen van de vastgoedbeleggingen 100 basispunten hoger zouden zijn uitgevallen, dan thans gehanteerd, zou de waarde van de vastgoedbeleggingen afnemen met 10,4% (2014: 10,3%). Het eigen vermogen van NSI zou in die situatie € 125 miljoen (2014: € 172 miljoen) lager uitkomen. De loanto-value stijgt in dat geval van 43,2% (2014: 48,9%) naar 48,1% (2014: 54,5%).
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Balans per 1 januari | 17.950 | 11.190 |
| Herclassificatie van/naar vastgoedbeleggingen in exploitatie | - 21.980 | 10.515 |
| Herclassificatie naar vastgoed bestemd voor verkoop | - 620 |
- |
| Investeringen | 3.472 | - |
| Verkopen | - 520 |
- 1.500 |
| Herwaarderingen | 2.698 | - 2.255 |
| Stand per 31 december | 1.000 | 17.950 |
Onder de vastgoedbeleggingen in ontwikkeling is per 31 december 2015 een grondpositie opgenomen. De waarde van de grondpositie aan het Cosunpark in Breda, Nederland is intern bepaald.
NSI heeft op 18 juni 2015 haar belang in het Belgische Intervest Offices & Warehouses ("IOW") verkleind van 50,2% naar 15,2%. De impact op de verwerking van het belang is als volgt:
Per 18 juni 2015 wordt IOW niet meer in de balans van NSI geconsolideerd.
Het resterende belang van 15,2% in IOW (2.476.241 aandelen) is per 18 juni 2015 geherwaardeerd volgens de fair value per aandeel (beurskoers IOW: € 20,02).
Vanaf 18 juni 2015 wordt IOW als geassocieerde deelneming aangemerkt en wordt de 'equity'-methode toegepast. Dit houdt in dat de waarde van de deelneming de fluctuaties in de intrinsieke waarde (NAV) van IOW zal volgen. Bij deze methode worden de waarderingsgrondslagen van NSI gehanteerd.
In de resultatenrekening over het eerste halfjaar 2015 heeft het 50,2% belang in IOW tot en met 18 juni 2015 bijgedragen aan het resultaat (€ 7,1 miljoen).
NSI heeft 5,7 miljoen aandelen (hetgeen een belang van 35% in IOW vertegenwoordigt) verkocht tegen € 19,50 per aandeel. In totaliteit is met deze transactie en herwaardering een resultaat behaald van € 3,0 miljoen. De verkoopkosten voor de realisatie van deze transactie bedroegen € 2,4 miljoen. Deze maken onderdeel uit van het behaalde resultaat.
Als gevolg van de transactie zijn de liquide middelen medio 2015 met € 110,8 miljoen toegenomen. De waarde van de vastgoedbeleggingen is door de transactie gedaald met € 635,7 miljoen en het balanstotaal van NSI is gedaald met € 656,1 miljoen. De impact op de schulden aan kredietinstellingen bedraagt -€ 320,4 miljoen. De beleningsgraad (loan-tovalue) nam per 30 juni 2015 af tot 35,1% ten opzichte van ultimo 2014: 48,9%), met name als gevolg van de deconsolidatie van IOW. Het eigen vermogen is met € 154,8 miljoen gedaald door het wegvallen van het minderheidsbelang.
De volgende tabel geeft een samenvatting van de financiële gegevens van Intervest Offices & Warehouses, zoals opgenomen in de jaarrekening van Intervest Offices & Warehouses. De tabel bevat tevens een aansluiting van de samengevatte financiële gegevens op de boekwaarde van het belang van de groep in Intervest Offices & Warehouses. De informatie over 2015 betreft de resultaten van Intervest Offices & Warehouses over de periode 18 juni 2015 tot en met 31 december 2015, omdat Intervest Offices & Warehouses met ingang van 18 juni 2015 een geassocieerde deelneming is geworden. Er zijn geen vergelijkende cijfers opgenomen. De resultaten over de periode 1 januari 2015 tot en met 18 juni 2015 zijn opgenomen in het geconsolideerde overzicht van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten van NSI.
| 2015 | |
|---|---|
| Percentage eigendomsbelang | 15,2% |
| Vaste activa | 635.217 |
| Vlottende activa | 13.182 |
| Langlopende schulden | - 231.467 |
| Kortlopende schulden | - 95.196 |
| Minderheidsbelangen | - 32 |
| Nettoactiva (100%) | 321.704 |
| Aandeel in nettoactiva van Intervest Offices &Warehouses (15,2%) | 49.055 |
| Overige niet-materiële geassocieerde deelnemingen | 32 |
| Herwaardering | 2.318 |
| Boekwaarde van belang in geassocieerde deelneming | 51.405 |
| Brutohuuropbrengsten | 23.125 |
| Winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten (100%) | 11.792 |
| Niet geraliseerde resultaten (100%) | - |
| Minderheidsbelangen | 1 |
| Totaal van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten (100%) | 11.793 |
| Aandeel in gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten van Intervest Offices & Warehouses (15,2%) | 1.798 |
| Aandeel in overige niet-materiële geasscocieerde deelnemingen | 1 |
| Aandeel van groep in totaal van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten | 1.799 |
Materiële vaste activa betreffen vervoermiddelen, kantoorinrichting en inventaris alsmede het kantoor van de groep aan de Antareslaan 69-75 in Hoofddorp.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Boekwaarde op 1 januari | 1.952 | 2.865 |
| Investeringen | 167 | 185 |
| Desinvesteringen | - | - 755 |
| Afschrijvingen | - 187 |
- 343 |
| Deconsolidatie belang IOW | - 240 |
- |
| Boekwaarde op 31 december | 1.692 | 1.952 |
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Balans op 1 januari | 8.205 | 8.205 |
| Bijzondere waardeverminderingen | - | - |
| Balans op 31 december | 8.205 | 8.205 |
De goodwill ontstond door de verwerving van het externe propertymanagement in 2007. De goodwill heeft hoofdzakelijk betrekking op kostenbesparingen van het externe propertymanagement door de overname.
De groep toetst jaarlijks de goodwill op bijzondere waardevermindering door het relevante kasstroomgenererende bedrijfsonderdeel te beoordelen. De waardeverminderingstoets van het kasstroomgenererende bedrijfsonderdeel is gebaseerd op de besparing van het externe propertymanagement (gebruikswaarde).
De gehanteerde disconteringsfactor ultimo 2015 bedroeg 12,0% (ultimo 2014: 12,0%). De groeifactor is impliciet opgenomen in de disconteringsvoet. Er is geen einddatum bepaald voor de kasstromen.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Balans op 1 januari | 244 | 276 |
| Investeringen | 109 | 33 |
| Desinvesteringen | - 50 |
- |
| Afschrijvingen | - 93 |
- 65 |
| Deconsolidatie belang IOW | - 8 |
- |
| Balans op 31 december | 202 | 244 |
In 2009 en 2010 zijn externe implementatie- en ontwikkelkosten voor een nieuw managementinformatiesysteem geactiveerd. Het managementinformatiesysteem is in 2010 in gebruik genomen en wordt in de komende jaren verder ontwikkeld.
In 2014 en 2015 zijn externe implementatie- en ontwikkelkosten voor een nieuw handelsmerk 'Easy shopping' geactiveerd.
Onder vastgoed bestemd voor verkoop zijn per 31 december 2015 vier kantoren, een grondpositie en de bedrijfsportefeuille opgenomen.
De focus van NSI ligt op de operational performance en het transformeren van de huidige portefeuille naar een kwalitatief hoogwaardige kernportefeuille en een 'value add' portefeuille. De kernportefeuille waarborgt een solide kasstroom (en dividend) die de groep in staat stelt te investeren in de 'value add' portefeuille. In combinatie met de stabiele prestaties van de kernportefeuille, levert het benutten van het waardepotentieel in de 'value add' portefeuille uiteindelijk het hoogste totale rendement. Dit houdt onder meer in dat er geen managementtijd en kapitaal besteed worden aan objecten die niet renderen. Deze objecten worden gerubriceerd onder "vastgoed bestemd voor verkoop" en zullen naar verwachting binnen een jaar worden verkocht.
De boekwaarde van vastgoed bestemd voor verkoop is de verwachte opbrengst van de verkoop die de reële waarde vertegenwoordigt.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Balans op 1 januari | 22.905 | - |
| Herclassificatie van vastgoedbeleggingen in exploitatie en ontwikkeling | 67.508 | 22.905 |
| Investeringen | 14 | - |
| Verkopen | - 22.905 | - |
| Herwaardering | 1.326 | - |
| Balans per 31 december | 68.848 | 22.905 |
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Totaal debiteuren | 3.724 | 8.526 |
| Voorziening dubieuze debiteuren | - 3.083 | - 3.325 |
| Debiteuren | 641 | 5.201 |
| Vooruitbetalingen op uitbreidingen en aankopen | - | 153 |
| Winstbelastingen | 28 | 1.610 |
| Omzetbelasting | - | 8 |
| Lening huurders | 196 | 448 |
| Overige vorderingen en overlopende activa | 404 | 3.954 |
| Totaal | 1.269 | 11.374 |
| Vast | 196 | 3.997 |
| Vlottend | 1.073 | 7.377 |
| Totaal | 1.269 | 11.374 |
De post debiteuren betreft vervallen vorderingen op huurders en wordt getoond na aftrek van een voorziening voor bijzondere waardeverminderingen.
Informatie over de met debiteuren en overige vorderingen samenhangende kredietrisico's van de groep alsmede de bijzondere waarderverminderingsverliezen is te vinden in toelichting 22.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Banksaldi | 22.305 | 10.232 |
| Kas | 1 | 3 |
| Totaal | 22.306 | 10.235 |
De banksaldi betreffen de banktegoeden, die vrij opneembaar zijn.
Het maatschappelijk kapitaal is verdeeld in 216.453.385 gewone aandelen met een nominale waarde van € 0,46 waarvan 143.201.841 aandelen op 31 december 2015 (2014: 143.201.841) zijn geplaatst en volgestort.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Stand op 31 december | 65.872 | 65.872 |
| Aantal geplaatste aandelen: | ||
| 2015 | 2014 | |
| Stand op 31 december | 143.201.841 | 143.201.841 |
De houders van gewone aandelen zijn gerechtigd tot het ontvangen van het door de groep gedeclareerde dividend en hebben het recht tot het uitbrengen van één stem per aandeel in de algemene vergadering van aandeelhouders. Alle rechten met betrekking tot aandelen in de vennootschap die door de groep worden gehouden, zijn opgeschort totdat deze aandelen opnieuw worden uitgegeven.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Stand op 31 december | 923.435 | 923.435 |
Het agio bestaat uit het op aandelen gestorte kapitaal dat de nominale waarde te boven gaat. De agioreserve wordt voor de Nederlandse belasting als fiscaal erkend gestort kapitaal aangemerkt.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Stand op 1 januari | - 219.652 | - 54.073 |
| Winstbestemming 2014 respectievelijk 2013 | - 136.897 | - 134.075 |
| Uitgekeerd contant slotdividend 2014 respectievelijk 2013 | - 17.184 | - 12.888 |
| Uitgekeerd contant interim-dividend 2015 respectievelijk 2014 | - 18.616 | - 18.616 |
| Valutakoersverschillen | - 4 |
- |
| Stand op 31 december | - 392.353 | - 219.652 |
Na balansdatum is het volgende slotdividend uit te keren in contanten, in aandelen of een combinatie van beiden voorgesteld door de directie, onder voorbehoud van goedkeuring door de algemene vergadering van aandeelhouders op 29 april 2016. Dit voorstel is nog niet als verplichting opgenomen in de balans op 31 december 2015.
| per aandeel | totaal per aandeel 2015 |
totaal 2014 |
||
|---|---|---|---|---|
| Uitgekeerd interim-dividend | € 0,13 | 18.616 | € 0,13 | 18.616 |
| Voorgesteld slotdividend | € 0,14 | 20.048 | € 0,12 | 17.184 |
| Totaal | € 0,27 | 38.664 | € 0,25 | 35.800 |
De uitdelingsverplichting over 2015 bedraagt € 38 miljoen (2014: € 36 miljoen).
De doelstelling van NSI met betrekking tot het beheren van eigen vermogen (zoals gepresenteerd in de jaarrekening) is het veilig stellen van de continuïteit van de groep, het bieden van rendement aan de aandeelhouders, toegevoegde waarde leveren aan overige belanghebbenden alsmede een zodanige vermogensstructuur aan te houden dat de totale vermogenskosten geoptimaliseerd worden. Verder bewaakt NSI haar fiscale vermogen om zeker te stellen dat aan fiscale wet- en regelgeving wordt voldaan. NSI heeft de mogelijkheid om de hoogte van het dividend aan te passen, vermogen terug te geven aan de aandeelhouders, nieuwe aandelen uit te geven of activa te verkopen om de vermogensstructuur in stand te houden dan wel aan te passen.
De directie bewaakt het rendement op het eigen vermogen, dat door NSI wordt gedefinieerd als het directe beleggingsresultaat gedeeld door het eigen vermogen. De directie bewaakt tevens het niveau van het aan gewone aandeelhouders uit te keren dividend.
De directie streeft naar een evenwicht tussen een hoger rendement dat mogelijk zou zijn met een hoger niveau aan vreemd vermogen enerzijds en de voordelen en zekerheid van een solide vermogenspositie anderzijds. Daarnaast bewaakt de directie het kapitaal door te letten op de verhouding leningen/vastgoedwaarden en de verhouding schulden aan kredietinstellingen/eigen vermogen.
De verhouding schulden aan kredietinstellingen en vastgoedbeleggingen op 31 december 2015 was: 43,2% (2014: 48,9%). De verhouding tussen schulden aan kredietinstellingen en eigen vermogen op 31 december 2015 was: 45%-55% (2014: 49%-51%).
Allle bankconvenanten worden periodiek en proactief bewaakt. De belangrijkste convenanten voor NSI hebben betrekking op:
Tevens verschillen leningen in het al dan niet gebruik van onderpand, (openbare) verhandelbaarheid en mogelijke andere eigenschappen zoals converteerbaarheid, gelieerdheid aan indexen en inflatie.
In het geval van NSI is het relevant dat zowel NSI N.V. als haar Belgische deelneming Intervest Offices & Warehouses, waarin NSI een minderheidsbelang houdt, een beursnotering hebben.
Intervest Offices & Warehouses brengt separaat periodiek rapportages uit waarin zij verantwoording aflegt over de voor haar vennootschap relevante convenanten.
NSI heeft een tweetal convenanten op het gebied van de beleningsgraad:
De volgende tabel geeft een splitsing van de beleningsgraden op landenniveau en op groepsniveau:
| Land | Omvang beleningsgraad in % | Individuele beleningsgraden voldoen aan de norm |
|||
|---|---|---|---|---|---|
| 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | ||
| België | - | 46,6 | - | ja | |
| Nederland | 43,2 | 50,9 | ja | ja | |
| NSI op groepsniveau | 43,2 | 48,9 | ja | ja |
NSI en haar dochtermaatschappijen voldoen in het jaar 2015 zowel op individuele beleningsgraden als op de geconsolideerde beleningsgraad aan de norm die met financiers zijn overeengekomen.
Om de status van een fiscale beleggingsinstelling (FBI) te verkrijgen c.q. te behouden dient aan een aantal vereisten te worden voldaan. Eén hiervan is de beleningsgraad (norm: ≤ 60%).
De grondslag voor de berekening van de beleningsgraad is hier fundamenteel anders dan de grondslag voor de financiële instellingen. Bij deze laatste groep maakt NSI gebruik van de commerciële cijfers. Voor de berekeningen van de FBI-status dienen de fiscale cijfers gebruikt te worden.
NSI heeft een tweetal convenanten op het gebied van rentedekkingsratio (ICR):
De volgende tabel geeft een splitsing van de rentedekkingsratio's op landenniveau:
| Land | Rentedekkingsratio % | Individuele ICR voldoen aan de norm |
|||
|---|---|---|---|---|---|
| 2015 | 2014 | 2015 | 2014 | ||
| België | - | 3,1 | - | ja | |
| Nederland | 3,2 | 2,4 | ja | ja | |
| NSI op groepsniveau | 3,2 | 2,6 | ja | ja |
NSI en haar dochtermaatschappijen voldoen in het jaar 2015 zowel op individuele rentedekkigsratio's als op geconsolideerde rentedekkingsratio's aan de norm die met financiers zijn overeengekomen.
Het gecorrigeerd eigen vermogen op groepsniveau dient op basis van de convenanten minimaal 40% te bedragen. Voor 2015 bedroeg deze 53,0% (2014: 48,5%) en voldoet daarmee aan de norm.
Er zijn het afgelopen jaar geen wijzigingen aangebracht in de kapitaalbeheerbenadering van NSI.
Afgezien van de vereisten uit hoofde van haar status als fiscale beleggingsinstelling, zijn noch de vennootschap noch haar dochterondernemingen onderworpen aan van buitenaf opgelegde kapitaalvereisten.
Het verloop van de leningen in de verslagperiode was als volgt:
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Balans op 1 januari | 792.872 | 813.879 |
| Opnamen | 521.337 | 116.325 |
| Aflossingen | - 457.406 | - 138.165 |
| Amortisatie financieringskosten | - 3.069 |
833 |
| Deconsolidatie belang IOW | - 289.116 | - |
| Stand op 31 december | 564.618 | 792.872 |
| Aflossingsverplichtingen langlopende verplichtingen | 47.047 | 300.826 |
| Balans op 31 december | 517.571 | 492.046 |
De restantschuld van de geldleningen na 5 jaar bedraagt € 100,0 miljoen (2014: € 18,4 miljoen).
Het deel van de indexleningen (totaal € 54,0 miljoen) dat als amortisatie Deutsche Bank financiering is aangemerkt, bedraagt € 0,2 miljoen (2014: € 0,6 miljoen).
De resterende looptijd van de leningen was als volgt:
| Vaste | Variabele | 2015 | Vaste | Variabele | 2014 | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| rente | rente | totaal | rente | rente | totaal | |
| Tot 1 jaar | 600 | 46.447 | 47.047 | 75.605 | 225.221 | 300.826 |
| Vanaf 1 tot 2 jaar | 17.280 | - | 17.280 | 54.582 | 130.651 | 185.233 |
| Vanaf 2 tot 5 jaar | 54.174 | 346.628 | 400.802 | 42.552 | 209.326 | 251.878 |
| Vanaf 5 tot 10 jaar | - | 99.489 | 99.489 | 41.474 | 13.461 | 54.935 |
| Meer dan 10 jaar | - | - | - | - | - | - |
| Totaal leningen | 72.054 | 492.564 | 564.618 | 214.213 | 578.659 | 792.872 |
| Gemiddeld rentepercentage (exclusief renteswaps) |
3,8% | 2,0% | 4,3% | 2,3% |
| Leningen met zeker heidsstelling |
Leningen zonder zeker heidsstelling |
2015 totaal |
Leningen met zeker heidsstelling |
Leningen zonder zeker heidsstelling |
2014 totaal |
|
|---|---|---|---|---|---|---|
| Leningen met variabele rente | 495.376 | - | 495.376 | 451.171 | 127.717 | 578.888 |
| Leningen met vaste rente | 72.055 | - | 72.055 | 73.162 | 142.000 | 215.162 |
| Kosten van leningen | - 2.813 |
- | - 2.813 |
- | - 1.178 |
- 1.178 |
| Totaal leningen | 564.618 | - | 564.618 | 524.333 | 268.539 | 792.872 |
In 2016 vervalt € 44,1 miljoen (2015: € 300,8 miljoen) aan financieringen. De leningen die in 2015 vervallen, worden afgedekt door de beschikbare financieringsfaciliteit.
Met de financiers zijn resterende looptijden van gemiddeld 3,9 jaar (2014: 2,0 jaar) overeengekomen. De gewogen gemiddelde rente over de ultimo 2015 uitstaande leningen en renteswaps bedraagt 3,7% per jaar inclusief marge (ultimo 2014: 4,6%).
Gedurende het boekjaar 2015 is € 3,7 miljoen aan financieringskosten geactiveerd (2014: € 0,9 miljoen). De financieringskosten worden op tijdsevenredige basis over de looptijd van de financiering in de winst- en verliesrekening verantwoord.
Als zekerheid voor leningen (tot € 564,6 miljoen) en de rekening-courantfaciliteiten (tot € 40,0 miljoen) bij de banken zijn hypotheken gevestigd op vastgoed met een waarde van € 1.009,3 miljoen (2014: € 1.031,2 miljoen) alsmede in een aantal gevallen pandrecht en op de huuropbrengsten.
Op 31 december 2015 heeft de groep niet benutte leningsfaciliteiten tot haar beschikking voor een totaalbedrag van € 78,0 miljoen (2014: € 201,0 miljoen).
De reële waarde van de leningen op 31 december 2015 bedraagt € 565 miljoen (2014: € 800 miljoen). De reële waarde wordt berekend als de contante waarde van kasstromen verdisconteerd met de relevante marktrenten inclusief opslag 0,5% (2014: 3,5%).
De post schulden aan kredietinstellingen betreft kasgeldleningen en schulden in rekening-courant bij banken. Met een aantal banken heeft NSI kredietovereenkomsten afgesloten. Waar de groep gebruik maakt van een cashpool-arrangement, worden de liquide middelen en de schulden aan kredietinstellingen met elkaar verrekend.
De gewogen gemiddelde rente over de ultimo beschikbare kredietfaciliteiten bedraagt 1,5% (2014: 1,7%) per jaar inclusief marge.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Kredietfaciliteiten | 40.000 | 63.250 |
| Waarvan niet gebruikt | 39.980 | 30.404 |
| Stand op 31 december | 20 | 32.846 |
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Crediteuren | 2.043 | 3.410 |
| Belastingen | 5.510 | 3.211 |
| Dividend | - | 187 |
| Interest | 3.653 | 9.038 |
| Exploitatiekosten | 13.848 | 14.256 |
| Waarborgsommen | 2.562 | 2.410 |
| Te betalen op aangekochte beleggingen en investeringen | 685 | 1.067 |
| Vooruitontvangen huren | 7.962 | 10.394 |
| Overige schulden | 2.156 | 2.251 |
| Totaal | 38.419 | 46.224 |
De volgende tabel geeft een overzicht van de boekwaarden en de reële waarde van financiële activa en verplichtingen, alsmede hun rubricering in reële-waardehiërarchie. De tabel geeft geen informatie over de reële waarde van financiële activa en verplichtingen die niet worden gewaardeerd tegen reële waarde indien de boekwaarde een redelijke benadering van de reële waarde is.
| 31-12-2015 | 31-12-2014 | ||||
|---|---|---|---|---|---|
| Toelichting | Reële waarde | Reële waarde | Reële waarde | Reële waarde | |
| niveau | totaal | niveau | totaal | ||
| Financiële activa niet gewaardeerd tegen reële waarde | |||||
| Debiteuren en overige vorderingen | 16 | - | 1.269 | - | 11.374 |
| Liquide middelen | 17 | - | 22.306 | - | 10.235 |
| Financiële verplichtingen gewaardeerd tegen reële waarde | |||||
| Leningen | 19 | 2 | 564.956 | 2 | 800.374 |
| Afgeleide financiële instrumenten | 22 | 2 | 24.767 | 2 | 39.296 |
| Financiële verplichtingen niet gewaardeerd tegen reële waarde | |||||
| Schulden aan kredietinstellingen | 20 | - | 20 | - | 32.846 |
| Overige schulden | 21 | - | 30.457 | - | 35.830 |
In de normale uitoefening van de activiteiten is de groep onderworpen aan kredietrisico, liquiditeitsrisico, renterisico en valutarisico. Het totale risicomanagement richt zich op de onvoorspelbaarheid van de financiële markten en streeft ernaar om eventuele negatieve effecten op de financiële bedrijfsprestaties te minimaliseren. De groep houdt de financiële risico's verbonden aan de activiteiten en de financiële instrumenten nauwlettend in de gaten. De groep is een lange termijn vastgoedbelegger en hanteert derhalve het principe dat de financiering van de beleggingen eveneens op langetermijnbasis gepland dient te worden in overeenstemming met het risicoprofiel van de activiteiten.
Voor de risico's in samenhang met de waardering van de vastgoedbeleggingen wordt verwezen naar toelichting 11. Het beleid en de bewaking van de risico's worden regelmatig geëvalueerd en waar nodig aangepast aan veranderingen in de marktomstandigheden en de activiteiten van de groep.
Het kredietrisico is het risico van financieel verlies voor de groep indien een afnemer of tegenpartij van een financieel instrument de aangegane contractuele verplichtingen niet nakomt. Kredietrisico's vloeien met name voort uit vorderingen op huurders.
De boekwaarde van de financiële activa vertegenwoordigt de maximale blootstelling aan het kredietrisico. Het maximale kredietrisico op balansdatum was als volgt:
| Toelichting | 2015 | 2014 | |
|---|---|---|---|
| Debiteuren en overige vorderingen | 16 | 1.269 | 11.374 |
| Liquide middelen | 17 | 22.306 | 10.235 |
| Totaal | 23.575 | 21.609 |
De risico's verbonden aan mogelijke niet-nakoming door de wederpartijen worden beperkt door het aangaan van transacties met diverse gerenommeerde banken voor financiële derivaten en leningen, die een kredietwaardigheid hebben van ten minste BAA2 van Moody's en BBB van Standard & Poor's. Het management houdt actief oog op de kredietbeoordelingen.
De kredietwaardigheid van huurders wordt nauwlettend gevolgd door huurders vooraf zorgvuldig te screenen op kredietwaardigheid en actief de debiteurensaldi te bewaken. Daarnaast wordt de ingegane huur in het algemeen bij vooruitbetaling voldaan en worden van huurders zekerheden voor de huurbetalingen voor een beperkte periode van 3 maanden verlangd in de vorm van waarborgsommen of bankgaranties. Doordat het huurderbestand uit een groot aantal verschillende partijen bestaat, is er geen sprake van een concentratie van kredietrisico.
De ouderdomsopbouw van de (bruto) debiteuren was als volgt:
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Nederland | 3.724 | 4.129 |
| Zwitserland | - | 127 |
| België | - | 4.270 |
| Totaal | 3.724 | 8.526 |
| 2015 | 2014 | |
| Tot 1 maand vervallen | 660 | 3.659 |
| 1 maand tot 3 maanden vervallen | 5 | 1.609 |
| 3 maanden tot 1 jaar vervallen | 782 | 1.259 |
| Meer dan 1 jaar vervallen | 2.277 | 1.999 |
| Totaal | 3.724 | 8.526 |
Ten aanzien van de debiteuren zijn er naast bankgaranties voor € 2,6 miljoen (2014: € 2,4 miljoen) waarborgsommen gestort.
Het verloop van de voorziening voor bijzondere waardeverminderingen voor debiteuren is als volgt:
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Stand op 1 januari | 3.325 | 4.668 |
| Toevoeging aan voorziening | 540 | 755 |
| Afschrijving dubieuze debiteuren | - 543 |
- 2.098 |
| Deconsolidatie belang Intervest Offices & Warehouses | - 239 |
- |
| Stand op 31 december | 3.083 | 3.325 |
Het bijzondere waardeverminderingsverlies op 31 december 2015 houdt verband met diverse huurders die hebben aangegeven te verwachten de uitstaande saldi niet te kunnen voldoen, vanwege de economische omstandigheden op basis van historisch betalingsgedrag en uitgebreide analyses van de beoordelingen van de onderliggende kredietwaardigheid van de huurders. NSI is van mening dat de meer dan één maand vervallen bedragen die geen bijzondere waardevermindering hebben ondergaan, nog altijd inbaar zijn.
Liquiditeitsrisico is het risico dat de groep problemen krijgt om te voldoen aan haar verplichtingen uit hoofde van in contanten of andere financiële activa af te wikkelen financiële verplichtingen. De uitgangspunten van het liquiditeitsrisicobeheer zijn dat er voor zover mogelijk voldoende liquiditeiten worden aangehouden om te kunnen voldoen aan de huidige en toekomstige financiële verplichtingen, in normale en moeilijke omstandigheden en zonder dat daarbij onaanvaardbare verliezen worden gelopen of de reputatie van de groep gevaar komt.
Het management van het liquiditeitsrisico behelst de zekerstelling van de beschikbaarheid van een adequaat bedrag aan kredietfaciliteiten. Om het liquiditeitsrisico te spreiden heeft de groep de activiteiten gefinancierd met diverse leningen en eigen vermogen. Daarnaast zijn er maatregelen gericht op het streven naar een hoge bezettingsgraad en het voorkomen van financiële schade als gevolg van faillissementen van huurders. Fluctuaties in de liquiditeitsbehoefte worden opgevangen door het niet getrokken deel van de gecommitteerde kredietfaciliteiten van € 78,0 miljoen (2014: € 201,0 miljoen).
Op basis van de aanwezige gecommitteerde faciliteiten, verlenging van financieringen en huurcontracten zijn de rente- en aflossingsverplichtingen voor 2016 gewaarborgd. Ter beperking van het liquiditeitsrisico worden de afloopdata gespreid in de tijd. De gemiddelde resterende looptijd van de langlopende schulden is 3,9 jaar (2014: 2,0 jaar).
Ultimo 2015 had NSI € 40,0 miljoen aan kredietfaciliteiten in rekening courant bij banken tot haar beschikking, waarvan de groep € 0,02 miljoen had opgenomen. Het nog niet getrokken deel van de gecommitteerde kredietfaciliteiten van de rentedragende leningen en rekening-courant kredieten bedroeg per 31 december 2015 € 78,0 miljoen. Daarnaast beschikte NSI op 31 december 2015 over € 22,3 miljoen aan liquide middelen. Het totaal per 31 december 2015 aan niet gebruikte kredietfaciliteiten en liquide middelen bedroeg derhalve € 100,3 miljoen.
Hieronder volgen de contractuele looptijden van de financiële verplichtingen, inclusief de geschatte rentebetalingen en exclusief het effect van verrekeningsovereenkomsten:
| 31-12-2015 | Boek | Contractuele | 6 maanden | 6 -12 | 1 – 2 jaar | 2- 5 jaar | >5 jaar |
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| waarde | kasstromen | of minder | maanden | ||||
| Niet-afgeleide financiële verplichtingen | |||||||
| Leningen | 564.618 | 612.426 | 7.759 | 50.672 | 27.837 | 422.988 | 103.170 |
| Schulden aan kredietinstellingen | 20 | 20 | 20 | - | - | - | - |
| Overige schulden | 30.457 | 31.457 | 30.457 | 500 | 500 | - | - |
| Totaal | 595.095 | 643.903 | 38.236 | 51.172 | 28.337 | 422.988 | 103.170 |
| Afgeleide financiële verplichtingen | |||||||
| Voor afdekking gebruikte renteswaps | |||||||
| 24.767 | 28.451 | 4.042 | 4.042 | 6.457 | 10.477 | 3.433 | |
| Totaal | 619.862 | 672.354 | 42.278 | 55.214 | 34.794 | 433.465 | 106.603 |
| 31-12-2014 | Boek | Contractuele | 6 maanden | 6 -12 | 1 – 2 jaar | 2- 5 jaar | >5 jaar |
| waarde | kasstromen | of minder | maanden | ||||
| Niet-afgeleide financiële verplichtingen | |||||||
| Leningen | 792.872 | 836.655 | 111.998 | 208.636 | 197.310 | 262.063 | 56.648 |
| Schulden aan kredietinstellingen | 32.846 | 32.846 | 32.846 | - | - | - | - |
| Overige schulden | 35.830 | 36.830 | 35.830 | 500 | 500 | - | - |
| Totaal | 861.548 | 906.331 | 180.674 | 209.136 | 197.810 | 262.063 | 56.648 |
| Afgeleide financiële verplichtingen | |||||||
| Voor afdekking gebruikte renteswaps | |||||||
| 39.296 | 40.942 | 6.721 | 6.384 | 10.575 | 11.674 | 5.588 | |
| Totaal | 900.844 | 947.273 | 187.395 | 215.520 | 208.385 | 273.737 | 62.236 |
De in de voorgaande tabel weergegeven bruto-instroom/(-uitstroom) geeft de niet contant gemaakte contractuele kasstromen weer met betrekking tot de afgeleide financiële verplichtingen, die worden aangehouden voor risicobeheerdoeleinden en die doorgaans niet vóór het einde van de contractuele looptijd worden afgewikkeld. De informatie toont de nettokastroombedragen voor derivaten die netto in contanten worden afgewikkeld en de bruto contante in- en uitstroom voor derivaten die gelijktijdig bruto in contanten worden afgewikkeld.
De rentebetalingen op in de voorgaande tabel weergegeven leningen met een variabele rente en voor afdekking gebruikte renteswaps zijn gebaseerd op marktrentes aan het einde van de verslagperiode en de bedragen kunnen veranderen naargelang de marktrentes wijzigen.
Verwacht wordt niet dat de in de looptijdenanalyse opgenomen kasstromen significant eerder kunnen optreden of tegen significant andere bedragen.
Marktrisico is het risico dat veranderingen in huurprijzen, aantal maanden leegstand en incentives invloed hebben op de inkomsten van de groep of de waarde van de beleggingen. Het doel van het marktrisicobeheer is het beheren en beheersen van de marktrisicopositie binnen aanvaardbare grenzen over het gelijktijdig optimaliseren van het rendement.
Voor de beheersing van het marktrisico in rentevoeten gebruikt de groep derivaten. Dergelijke transacties vinden plaats binnen de richtlijnen die zijn vastgesteld in het treasury beleid.
NSI dient te allen tijde te voldoen aan haar verplichtingen onder de opgenomen leningen en de rentedekkingsratio geeft aan in hoeverre de groep daartoe in staat is. De rentedekkingsratio wordt berekend door de nettohuuropbrengsten te delen door de rentebaten en -lasten. Deze uitkomst mag niet lager zijn dan 2,0.
Tevens moet NSI voldoen aan de eisen gesteld aan de loan-to-value (schulden aan kredietinstellingen in verhouding tot de beleggingen). Het totaalbedrag aan opgenomen leningen mag niet meer bedragen dan 65% van het ondergezette vastgoed. Als de loan-to-value onder druk komt te staan, zullen de rentelasten toenemen. De bewaking van de ratio's waartoe de vennootschap zich in de leningsovereenkomsten heeft gecommitteerd vindt minimaal per kwartaal plaats.
Indien NSI niet aan deze ratio's zou voldoen en hierover geen overeenstemming met betreffende financiers wordt bereikt, kunnen de financieringsovereenkomsten heronderhandeld, opgezegd of vervroegd afgelost worden. Ultimo 2015 bedraagt de rentedekkingsgraad 3,2 (ultimo 2014: 2,6) wat boven de 2,0 ligt, die met de banken overeengekomen is. Ultimo 2015 bedraagt de loan-to-value 43,2% (ultimo 2014: 48,9%), hetgeen betekent dat voldaan wordt aan deze convenanten op uitstaande leningsovereenkomsten.
Leningen met een variabele rente stellen NSI bloot aan onzekere rentekosten. Het risico van stijgende rentetarieven wordt afgedekt door middel van afgeleide financiële instrumenten. NSI beoogt de meerderheid van de uitstaande leningen voor de middellange tot lange termijn af te dekken. Op 31 december 2015 heeft NSI om het renterisico op leningen te beheersen, financiële derivaten gesloten voor een nominale waarde van € 474,3 miljoen (2014: € 500,6 miljoen).
Ingeval de variabele rente ten opzichte van 31 december 2015 met 1% zou stijgen, nemen de rentelasten over 2016 toe en het eigen vermogen af met € 0,8 miljoen (2014: € 0,9 miljoen) bij een ongewijzigde samenstelling van de portefeuille en financieringen (inclusief marges). De financiële derivaten zijn in deze berekening verdisconteerd, maar een eventuele waardeverandering in de reële waarde van de derivaten niet.
De onderstaande tabel toont de effectieve rente (de variabele rente is gebaseerd op de Euribor/Libor op 31 december) van financiële activa en passiefposten waarover rente verschuldigd is op de balansdatum, alsmede de termijnen waarop de rentes herzien zullen worden.
| 2015 | Effectieve rente % | Totaal | < 1 jaar | 1-2 jaar | 2- 5 jaar | >5 jaar |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Vastrentende leningen | 3,8 | 72.054 | 600 | 17.280 | 54.174 | - |
| Variabel rentende leningen | 2,0 | 18.264 | 18.264 | - | - | - |
| Vastrentende leningen als gevolg van swaps* | 1,6 | 474.300 | - | 125.000 | 270.000 | 79.300 |
| Totaal | 3,7 | 564.618 | 18.864 | 142.280 | 324.174 | 79.300 |
| Aflossingsverplichtingen | 47.047 | 47.047 | - | - | - | |
| Balans op 31 december | 517.571 | - 28.183 |
142.280 | 324.174 | 79.300 | |
*swaprente exclusief marge
| 2014 | Effectieve rente % | Totaal | < 1 jaar | 1-2 jaar | 2- 5 jaar | >5 jaar |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Vastrentende leningen | 4,3 | 214.213 | 75.605 | 54.582 | 42.552 | 41.474 |
| Variabel rentende leningen | 2,3 | 132.034 | 132.034 | - | - | - |
| Vastrentende leningen als gevolg van swaps* | 3,1 | 446.625 | 50.000 | 92.325 | 225.000 | 79.300 |
| Totaal | 4,6 | 792.872 | 257.639 | 146.907 | 267.552 | 120.774 |
| Aflossingsverplichtingen | 300.826 | 300.826 | - | - | - | |
| Balans op 31 december | 492.046 | - 43.187 |
146.907 | 267.552 | 120.774 | |
*swaprente exclusief marge
De categorieën van financiële instrumenten zijn: A. activa en passiva tegen reële waarde met waardeveranderingen door de winst- en verliesrekening, B. leningen en vorderingen, C. financiële activa aangehouden voor verkoop, D. liquide middelen en soortgelijke posten en E. financiële verplichtingen.
De in de balans opgenomen boekwaarde van de financiële instrumenten en de reële waarden zijn als volgt weer te geven:
| Toelichting | Categorieën | Boek waarde |
2015 reële waarde |
Boek waarde |
2014 reële waarde |
|
|---|---|---|---|---|---|---|
| Financiële activa | ||||||
| Debiteuren en overige vorderingen | 16 | B | 1.269 | 1.269 | 11.374 | 11.374 |
| Liquide middelen | 17 | D | 22.306 | 22.306 | 10.235 | 10.235 |
| Totaal | 23.575 | 23.575 | 21.609 | 21.609 | ||
| Financiële verplichtingen | ||||||
| Leningen | 19 | E | 564.618 | 564.955 | 792.872 | 800.374 |
| Afgeleide financiële instrumenten | 22 | A | 24.767 | 24.767 | 39.296 | 39.296 |
| Kortlopende verplichtingen | 20, 21 | E | 38.439 | 38.441 | 79.070 | 79.070 |
| Totaal | 627.824 | 628.163 | 911.238 | 918.740 |
In de navolgende tabel wordt een overzicht gegeven van tegen reële waarde gewaardeerde financiële activa en financiële verplichtingen. Deze waarderingen tegen reële waarde worden gerubriceerd naar verschillende niveaus van de hiërarchie reële waarde, afhankelijk van de inputs op basis waarvan waarderingstechnieken zijn toegepast. De verschillende niveaus zijn als volgt gedefinieerd.
Niveau 1: waardering op basis van genoteerde marktprijzen in actieve markten. Niveau 2: waardes gebaseerd op (extern) observeerbare informatie. Niveau 3: waardering geheel of gedeeltelijk op niet (extern) observeerbare informatie.
Alle afgeleide financiële instrumenten zijn van niveau 2: het model waarbij de reële waarde wordt vastgesteld op basis van direct of indirect waarneembare marktgegevens.
In niveau twee wordt de reële waarde van 'over-the-counter' derivaten gebaseerd op opgaven van banken ('broker quotes'). Deze opgaven worden periodiek op redelijkheid gecontroleerd door discontering van kasstromen op basis van de marktente op de waarderingsdatum voor een vergelijkbaar instrument. Reële waarden bevatten een afspiegeling van het kredietrisico van het instrument en omvatten waar nodig aanpassingen die rekening houden met het kredietrisico van de groepsentiteit en de tegenpartij.
De afgeleide financiële instrumenten hebben op balansdatum de volgende looptijden:
| 2015 | 2014 | |||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| vervaldata | aantal contracten |
nominaal | reële waarde |
reële waarde |
aantal contracten |
nominaal | reële waarde |
reële waarde |
| activa | passiva | activa | passiva | |||||
| Binnen 1 jaar | - | - | - | - | 5 | 50.000 | - | 1.430 |
| Vanaf 1 jaar tot 5 jaar | 21 | 395.000 | - | 11.103 | 16 | 317.325 | - | 22.281 |
| Vanaf 5 jaar tot 10 jaar | 3 | 79.300 | - | 13.664 | 3 | 79.300 | - | 15.585 |
| Totaal swaps | 24 | 474.300 | - | 24.767 | 24 | 446.625 | - | 39.296 |
| Totaal derivaten index leningen | 2 | 54.000 | - | - | 2 | 54.000 | - | - |
| Totaal derivaten | 26 | 528.300 | - | 24.767 | 26 | 500.625 | - | 39.296 |
NSI beperkt haar renterisico door de variabele rente die zij betaalt op het overgrote deel van haar leningen om te ruilen tegen een vaste rente. Hiertoe zijn contracten afgesloten met een vaste rente variërend 0,182% tot 4,445% (2014: 1,2725% tot 4,613%) en afloopdata van 2017 tot en met 2022 (2014: 2015 tot en met 2022).
De gewogen gemiddelde resterende looptijd van de derivaten bedraagt 4,0 jaar (2014: 3,1 jaar). NSI is tegen een gewogen gemiddelde rente van 1,6% (2014: 3,1%) (exclusief marge) afgedekt. Voor 13,9% (2014: 5,8%) van de huidige leningen geldt een variabele rente en deze zijn derhalve niet afgedekt.
De gemeente Deventer en NSI zijn in september 2015 een herontwikkelingsplan overeengekomen voor de herontwikkeling en uitbreiding van winkelcentrum 'Keizerslanden' in Deventer. Het winkelcentrum wordt gerenoveerd en er komt voor circa 4.000 m² aan vloeroppervlakte bij. De voorbereidende werkzaamheden starten begin 2016. De bouwwerkzaamheden starten naar verwachting medio 2016 en worden medio 2018 afgerond. De uitvoering van het plan vindt gefaseerd plaats. De totale investering bedraagt € 11,0 miljoen.
Door de Nederlandse belastingdienst zijn aan VastNed Offices/Industrial N.V. ("VNOI") naheffingsaanslagen overdrachtsbelasting alsmede navorderingsaanslagen vennootschapsbelasting opgelegd ter zake van vermeende belastingplichtigen van door VNOI in het verleden overgenomen vennootschappen. In het vierde kwartaal van 2007 is met de belastingdienst een schikking getroffen voor een bedrag van in totaal € 4,2 miljoen. NSI tracht dit bedrag te verhalen op de verkoper en een garantiegever en is momenteel nog verwikkeld in een juridische procedure tegen de verkoper. In een rechtszaak tegen de garantiegever met betrekking tot de overdrachtsbelasting heeft de rechtbank in december 2008 de vordering van VNOI van in totaal € 3,3 miljoen volledig toegewezen. NSI tracht de toegewezen bedragen te incasseren. In de rechtszaak tegen de verkoper heeft de Rechtbank te Amsterdam op 22 juli 2015 vonnis gewezen en daarbij circa € 3,9 miljoen in hoofdsom en circa € 3,6 miljoen wettelijke rente toegewezen. Tegen dit vonnis heeft verkoper op 22 oktober 2015 hoger beroep aangetekend bij het Gerechtshof te Amsterdam.
Medio mei en medio november 2015 zijn koopovereenkomsten gesloten voor de levering van twee kantoorgebouwen. De levering zal naar verwachting begin januari 2016 en uiterlijk half oktober 2016 plaatsvinden. De totale verkoopprijs bedraagt € 2,5 miljoen.
Begin december 2011 deed zich plotseling een grote lokale grondverzakking voor onder winkelcentrum 't Loon. Deze grondverzakking is vaak aangeduid als "sinkhole". Als gevolg van deze sinkhole is op last van de gemeente Heerlen een deel van het winkelcentrum gesloopt (5.041 m² van de oorspronkelijke 25.312 m²).
Na een fase van herstellen van een zijgevel, het plaatsen van een nieuwe entree en parkeerdek en in aantrekkelijke staat brengen van het winkelcentrum, hebben op 11 februari 2012 40 van de 50 winkels hun deuren weer voor het publiek geopend. Na deze eerste hectische periode heeft de Vereniging van Eigenaren (VvE) van 't Loon, waarvan NSI lid is, zich gericht op het onderzoeken van de oorzaak van de sinkhole en op het ontwikkelen van een herstel- c.q. herontwikkelingsprogramma voor winkelcentrum 't Loon.
In november 2012 heeft de VvE de resultaten van dit onderzoek gepresenteerd. Dit onderzoek en alle daarmee samenhangende onderzoeksgegevens zijn publiek beschikbaar gesteld via de website www.onderzoektloon.nl.
De conclusie is dat de sinkhole heeft kunnen optreden omdat 't Loon zich direct boven de ondiepe mijnwinning van de Oranje-Nassau bevindt waarbij grote openingen zijn achtergebleven nadat de mijnbouwactiviteiten in de jaren 50 van de vorige eeuw waren beëindigd. Na beëindiging van de mijnbouwactiviteiten heeft men het mijndak gecontroleerd laten instorten wat tot verticale en schuine breuken in de ondergrond onder 't Loon heeft geleid. Dat de sinkhole kon optreden is ook een gevolg van het feit dat bodemmateriaal zich door de breuken verticaal heeft kunnen verplaatsen. Begin 2013 heeft NSI een bouwvergunning ingediend om een deel van het gesloopte deel van winkelcentrum 't Loon te herbouwen. Tegelijkertijd met de herbouw heeft het gehele winkelcentrum een upgrade gekregen.
NSI heeft schade geleden door het optreden van de sinkhole en de als gevolg daarvan opgelegde verplichting tot het slopen van een deel van het winkelcentrum. De belangrijkste schadeposten worden gevormd door de waarde van het vastgoed dat door de sloop verloren is gegaan en gederfde huurinkomsten doordat de winkeliers die in het gesloopte deel gehuisvest waren hun winkel verloren en daardoor geen huurpenningen meer betaalden. De schade als gevolg van de sloop wordt momenteel vastgesteld door experts. NSI is voornemens haar schade te verhalen. Aansprakelijke partijen om aan te spreken zijn onder andere de gemeente Heerlen, de verzekeringsmaatschappijen van de VvE en van NSI en het voormalige mijnbedrijf. Afwikkelingen van de geleden schade tussen de betrokkenen partijen zal een langdurig proces worden, waarbij het management inschat dat de lasten van NSI beperkt zullen zijn.
De verzekeraar van één van de huurders heeft een aantal partijen, waaronder NSI op 20 januari 2016, aansprakelijk gesteld voor door haar gedekte omzetschade ter hoogte van € 1,6 miljoen in hoofdsom.
NSI heeft de aansprakelijkheidstelling op 15 februari 2016 doorgeleid aan haar verzekeraar. Deze heeft nog geen standpunt ingenomen omtrent de verzekeringsdekking.
Voorzover blijkt dat NSI aansprakelijk is voor deze schade en haar verzekeraar geen dekking verleent, is NSI voornemens de schade te verhalen op de in de vorige alinea genoemde aansprakelijke partijen.
Als verbonden partijen zijn aan te merken: de vennootschap en haar groepsmaatschappijen, haar raad van commissarissen, directieleden en beleggingsraad.
Krachtens de Wet melding zeggenschap in ter beurze genoteerde vennootschappen is een melding ontvangen van een houder van gewone aandelen met een kapitaalbelang van meer dan 3% in de vennootschap. Volgens de meest recente melding was dit belang als volgt:
| Per 31 december 2015 | Per 15 maart 2016 |
|---|---|
| 12,3% | 8,4% |
| - | 5,0% |
| 5,0% | 5,0% |
| 4,9% | 4,6% |
| 3,7% | 3,7% |
| 3,0% | 3,0% |
| 3,0% | 3,0% |
| 3,0% | 3,0% |
De leden van de raad van commissarissen en de directie van NSI N.V. hebben geen direct persoonlijk belang in de door NSI N.V. gedane beleggingen, noch hebben zij op enig moment in het afgelopen jaar een dergelijk belang gehad. De groep is op de hoogte van vastgoedbeleggingstransacties in het verslagjaar met personen of instellingen die geacht kunnen worden een directe relatie met de groep te hebben.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| H.W. Breukink (voorzitter) | 52 | 53 |
| H.J. van den Bosch | 41 | 41 |
| G.L.B. de Greef | 38 | 38 |
| L.A.S. van der Ploeg | 38 | 28 |
| N. Tates | 41 | 31 |
| Totaal | 210 | 191 |
De beloning van de commissarissen is inclusief de vergoeding als lid van de audit-, remuneratie- en selectie- en benoemingscommissie.
De commissarissen houden ultimo 2015 geen (2014: geen) aandelen in de groep.
| 2015 | salaris | variabel* | pensioenlasten | sociale lasten | totaal | aandelenbezit ultimo 2015 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| J. Buijs | 463 | 148 | 60 | 20 | 691 | 69.423 |
| D.S.M. van Dongen | 303 | 73 | 39 | 15 | 430 | 15.961 |
| Totaal | 766 | 221 | 99 | 35 | 1.121 | 85.384 |
* Variabel, betreft reservering voor variabele beloning over de periode 2015-2017.
| 2014 | salaris | variabel | pensioenlasten | sociale lasten (incl. crisisheffing) |
totaal | aandelenbezit ultimo 2014 |
|---|---|---|---|---|---|---|
| J. Buijs | 458 | 80 | 60 | 21 | 619 | 63.023 |
| D.S.M. van Dongen | 287 | 49 | 35 | 14 | 385 | 10.061 |
| M.R. Siezen | 225 | - | 27 | 11 | 263 | - |
| Totaal | 970 | 129 | 122 | 47 | 1.287 | 73.084 |
De heer M.R. Siezen is benoemd in de aandeelhoudersvergadering van 25 april 2014 tot operationeel directeur (COO) en heeft per 30 september 2014 NSI verlaten. De beloning betreft de periode van 1 januari 2014 tot en met september 2014.
In de algemene vergadering van aandeelhouders van 27 april 2012 is een gewijzigd remuneratiebeleid van de directie aangenomen. De redenen om het remuneratiebeleid te wijzigen waren de sterk toegenomen omvang en schaalgrootte en de algemene maatschappelijke opvatting over beloning van directies in het algemeen en die over (korte termijn) variabele beloning in het bijzonder. Daarnaast bestond de behoefte om het remuneratiebeleid meer te laten aansluiten bij het rendement van de aandeelhouders.
De beloning van de directie bestaat uit een vast jaarsalaris, een variabele beloning en secundaire arbeidsvoorwaarden.
De variabele beloning bestaat met ingang van 1 januari 2012 uitsluitend uit een lange termijn aandelenplan (LTAP).
Het LTAP beslaat een periode van drie jaar. De uitkering uit hoofde van het LTAP is gemaximeerd: voor de algemeen directeur geldt een maximum van 120% van het gemiddelde vaste jaarsalaris over de looptijd van het LTAP, voor de financieel directeur is dit maximum 90%.
80% van de beloning uit hoofde van het LTAP wordt gebaseerd op het gerealiseerde totale rendement voor de aandeelhouders over de looptijd van het LTAP (total shareholder return, TSR).
Hierbij wordt de koers van het aandeel NSI aan het begin van de periode en aan het eind van de periode in aanmerking genomen alsmede de uitgekeerde dividenden. Vervolgens wordt de TSR van NSI vergeleken met de TSR van een benchmark.
Deze benchmark bestaat uit Wereldhave, VastNed Retail, Alstria, Befimmo, Confinimmo en Eurocommercial Properties. Afhankelijk van de relatieve presentatie van NSI ten opzichte van de benchmark zal de hoogte van de beloning onder het LTAP worden vastgesteld. Hierbij zal een staffel worden gehanteerd.
20% van de beloning uit hoofde van het LTAP wordt gebaseerd op persoonlijke doelen voor het directielid in kwestie die door de raad van commissarissen zullen worden vastgesteld en beoordeeld.
Het LTAP betreft een in geldmiddelen afgewikkelde, op aandelen gebaseerde betalingstransactie. Uitkering van de beloning uit hoofde van het LTAP zal plaatsvinden in contanten. Van het netto uit te keren bedrag is de betreffende directeur verplicht voor 2/3 deel aandelen NSI te kopen. Ten aanzien van deze aandelen zal een lock-up periode van drie jaar gelden.
De reservering in het kader van de LTAP over het boekjaar 2015 is € 221.000 (uitbetaald in 2015 over de periode 2012-2014: € 129.000).
De leden van de directie en de leden van de raad van commissarissen bezitten geen optierechten NSI N.V. Aan de leden van de directie en de leden van de raad van commissarissen zijn door NSI N.V. geen leningen, voorschotten of garanties verstrekt.
De Wet financieel toezicht vereist vermelding van de verhouding van de kosten tot de intrinsieke waarde van NSI. Deze verhouding bedraagt 4,4% (2014: 4,0%). Deze wordt berekend als de totale kosten (exploitatiekosten, niet doorberekende servicekosten, administratieve kosten en belastingen over de winst) gedeeld door de gewogen gemiddelde intrinsieke waarde over het laatste boekjaar.
| toelichting | 31-12-2015 | 31-12-2014 | |
|---|---|---|---|
| Activa | |||
| Financiële vaste activa | 3 | 1.248.637 | 1.064.982 |
| Materiële vaste activa | 153 | 156 | |
| Immateriële vaste activa | 57 | 138 | |
| Totaal vaste activa | 1.248.847 | 1.056.276 | |
| Overige vorderingen | 140 | 148 | |
| Liquide middelen | 1.873 | 3.042 | |
| Totaal vlottende activa | 2.013 | 3.190 | |
| Totaal activa | 1.250.860 | 1.068.466 | |
| Eigen vermogen | |||
| Geplaatst aandelenkapitaal | 4 | 65.872 | 65.872 |
| Agioreserve | 4 | 923.435 | 923.435 |
| Reserve deelnemingen | 4 | 35.021 | 55.704 |
| Reserve koersverschillen | 4 | - 4 |
- |
| Winstreserve | 4 | - 427.370 | - 275.356 |
| Resultaat boekjaar | 4 | 63.794 | - 136.897 |
| Totaal eigen vermogen toe te wijzen aan aandeelhouders | 660.748 | 632.758 | |
| Verplichtingen | |||
| Leningen | 517.571 | 194.338 | |
| Financiële derivaten | 18.266 | 21.831 | |
| Totaal langlopende verplichtingen | 535.837 | 216.169 | |
| Aflossingsverplichting langlopende verplichtingen | 47.047 | 203.388 | |
| Financiële derivaten | - | 414 | |
| Schulden aan kredietinstellingen | 20 | 9.481 | |
| Overige schulden en overlopende passiva | 7.208 | 6.256 | |
| Totaal kortlopende verplichtingen | 54.275 | 219.539 | |
| Totaal verplichtingen | 590.112 | 435.708 | |
| Totaal eigen vermogen en verplichtingen | 1.250.860 | 1.068.466 |
(x € 1.000)
| toelichting | 2015 | 2014 | |
|---|---|---|---|
| Vennootschappelijk resultaat na belastingen | - 23.642 | - 30.538 | |
| Resultaat deelnemingen | 3 | 87.436 | - 106.359 |
| Resultaat na belastingen | 63.794 | - 136.897 |
NSI N.V. verricht uitsluitend holdingactiviteiten. De structuur van NSI, zoals opgenomen in de toelichting op de geconsolideerde jaarrekening, is ook van toepassing op de vennootschappelijke jaarrekening.
De vennootschappelijke jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de bepalingen van Titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek inzake de financiële verslaggeving. Overeenkomstig artikel 402, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek, laat de winst- en verliesrekening van de vennootschap alleen de resultaten van de dochtervennootschappen na belasting als aparte post zien.
Bij het opstellen van haar jaarrekening heeft de vennootschap ook de voorschriften voor de inhoud van financiële verslagen van beleggingsinstellingen uit hoofde van de Wet financieel toezicht toegepast.
Bij het opstellen van de vennootschappelijke jaarrekening is gebruik gemaakt van artikel 362 lid 8 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Dat betekent dat de uitgangspunten voor verwerking en waardering van activa en passiva en resultaatbepalingen zoals beschreven in de toelichting op de geconsolideerde jaarrekening ook van toepassing zijn op de vennootschappelijk jaarrekening, tenzij anders vermeld. Verwezen wordt naar pagina 86 tot en met 97 voor een beschrijving van deze grondslagen. Voor zover verplichte toelichtingen reeds zijn opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening, zijn deze hier niet opnieuw opgenomen.
De deelnemingen worden gewaardeerd tegen nettovermogenswaarde. Om de nettovermogenswaarde te bepalen zijn met toepassing van de faciliteit van artikel 362 lid 8 laatste zin van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek alle activa, passiva en winsten en verliezen onderworpen aan de grondslagen die van toepassing zijn op de geconsolideerde jaarrekening.
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Deelnemingen | - 200.873 |
- 216.563 |
| Vorderingen op deelnemingen | 1.449.510 | 1.281.545 |
| Totaal | 1.248.637 | 1.064.982 |
De mutaties in deelnemingen in groepsmaatschappijen zijn als volgt:
| deelnemingen | vorderingen | 2015 | deelnemingen | vorderingen | 2014 | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Stand op 1 januari | - 216.563 | 1.281.545 | 1.064.982 | - 21.042 | 1.284.971 | 1.263.929 |
| Resultaten deelnemingen | 87.436 | - | - 87.436 | - 106.359 | - | - 106.359 |
| Dividend ontvangen van deelnemingen | - 71.746 | - | - 71.746 | - 89.162 | - | - 89.162 |
| Mutaties vorderingen | - | - 167.965 | - 167.965 | - | - 3.426 |
- 3.426 |
| Stand op 31 december | - 200.873 | 1.449.510 | 1.248.637 | 216.563 | 1.281.545 | 1.064.982 |
Voor het merendeel zijn aan de deelnemingen langlopende leningen verstrekt en de gemiddelde rente van deze leningen is 3,7% (2014: 4,6%).
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Kostprijs op 31 december | 314.411 | 314.411 |
| Cumulatieve resultaten deelnemingen | - 515.284 | - 530.974 |
| Stand op 31 december | - 200.874 | - 216.563 |
Het verloop van de post eigen vermogen in het verslagjaar is als volgt:
| Geplaatst aandelen |
Agioreserve | (Wettelijke) reserve |
(Wettelijke) reserve |
Winst reserve |
Resultaat boekjaar |
Totaal eigen vermogen |
|
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| kapitaal | deelnemingen | koers | |||||
| verschillen | |||||||
| Stand op 1 januari 2015 | 65.872 | 923.435 | 55.704 | - | - 275.356 | - 136.897 | 632.758 |
| Resultaat na belastingen boekjaar 2015 | - | - | - | - | - | 63.794 | 63.794 |
| Omrekeningsverschillen op buitenlandse | |||||||
| deelnemingen | - | - | - | - 4 |
- | - | - 4 |
| Totaal resultaat 2015 | - | - | - | - 4 |
- | 63.794 | 63.790 |
| Uitgekeerd contant slotdividend 2014 | - | - | - | - | - 17.184 | - | - 17.184 |
| Winstbestemming 2014 | - | - | - 20.683 | - | - 116.214 | 136.897 | - |
| Uitgekeerd contant interim-dividend 2015 | - | - | - | - | - 18.616 | - | - 18.616 |
| Stand op 31 december 2015 | 65.872 | 923.435 | 35.021 | - 4 |
- 427.370 | 63.794 | 660.748 |
Het verloop van de post eigen vermogen in het voorgaande boekjaar is als volgt:
| Geplaatst aandelen kapitaal |
Agioreserve | (Wettelijke) reserve deelnemingen |
(Wettelijke) reserve koers verschillen |
Winst reserve |
Resultaat boekjaar |
Totaal eigen vermogen |
|
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Stand op 31 december 2013 | 65.872 | 923.435 | 102.145 | 805 | - 157.023 | - 134.075 |
801.159 |
| Resultaat boekjaar 2014 | - | - | - | - | - | - 136.897 | - 136.897 |
| Totaal resultaat 2014 | - | - | - | - | - | - 136.897 | - 136.897 |
| Uitgekeerd contant slotdividend 2013 | - | - | - | - | - 12.888 | - | - 12.888 |
| Winstbestemming 2013 | - | - | - 46.441 | - 805 |
- 86.829 | - 134.075 | - |
| Uitgekeerd contant interim-dividend 2014 | - | - | - | - | - 18.616 | - | - 18.616 |
| Stand op 31 december 2014 | 65.872 | 923.435 | 55.704 | - | - 275.356 | - 136.897 | 632.758 |
Voor de dividenduitkering zijn zowel de winstreserve als de agioreserve beschikbaar.
Voor nadere gegevens betreffende de mutaties in het eigen vermogen wordt verwezen naar de geconsolideerde jaarrekening (zie toelichting 18 op de geconsolideerde jaarrekening).
Wettelijke reserves op de vennootschappelijke balans zijn reserves die volgens het Burgerlijk Wetboek moeten worden aangehouden en bestaan uit herwaarderingsreserve en reserve koersverschillen.
De reserve deelnemingen heeft betrekking op vastgoedbeleggingen van de deelnemingen en omvat de cumulatieve positieve (ongerealiseerde) herwaarderingen van de vastgoedbeleggingen. Deze (wettelijke) reserve deelnemingen is een gebonden reserve volgens het Burgerlijk Wetboek. De reserve deelnemingen ultimo 2015 en 2014 is op objectniveau bepaald.
De post reserve koersverschillen omvat alle valutakoersverschillen als gevolg van de omrekening van de jaarrekening van buitenlandse activiteiten in Zwitserse franken en van de omrekening van verplichtingen en transacties die zijn aangewezen als dekking voor valutaverschillen op de netto-investeringen in de deelnemingen in Zwitserland en de omrekeningsverschillen op resultaten in vreemde valuta (verschil tussen ultimo koersen en gemiddelde koersen).
Met inachtneming van het eerder uitgekeerde interim-dividend, € 0,13 (2014: € 0,13) per aandeel, wordt een slotdividend van € 0,14 (2014: € 0,12) per aandeel in contanten voorgesteld. Aan de herwaarderingsreserve zal € 15,9 miljoen (2014: € 20,7 miljoen) worden toegevoegd, hetgeen op objectniveau is bepaald. Het restant van het resultaat zal worden toegevoegd aan de winstreserve.
NSI heeft voor haar 100% Nederlandse dochtervennootschappen garantieverklaringen afgegeven conform artikel 403, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
NSI N.V. staat aan het hoofd van een fiscale eenheid voor vennootschapsbelasting en omzetbelasting en is uit dien hoofde hoofdelijk aansprakelijk voor de belastingschuld van de fiscale eenheid als geheel.
De volgende honoraria van KPMG Accountants N.V. zijn ten laste van NSI en haar dochtermaatschappijen opgenomen:
| 2015 | 2014 | |
|---|---|---|
| Onderzoek naar jaarrekening | 207 | 193 |
| Andere controle-opdrachten (review kwartaalcijfers en prospectus) | 39 | 5 |
| Adviesdiensten op fiscaal terrein | - | - |
| Andere niet-controlediensten | - | - |
| Totaal | 246 | 198 |
| Directie | Raad van commissarissen |
|---|---|
| ir. J. Buijs, algemeen directeur | drs. H.W. Breukink, voorzitter |
| drs. D.S.M. van Dongen RC, financieel directeur | drs. H.J. van den Bosch RA |
| mr. G.L.B. de Greef MRE | |
| drs. L.A.S. van der Ploeg RA RC | |
| drs. N. Tates, vice-voorzitter |
Overige gevens 132 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant 133 Adviseurs 138 Overzicht vastgoedbeleggingen op 1 januari 2016 139
De winstbestemming is geregeld in artikel 21 van de statuten van de vennootschap. De winst staat ter beschikking van de algemene vergadering van aandeelhouders. De vennootschap kan aan de aandeelhouders slechts uitkeringen doen voor zover het eigen vermogen groter is dan het bedrag van het gestorte en opgevraagde kapitaal, vermeerderd met de reserves die krachtens de Wet of de statuten moeten worden aangehouden. Voor zover mogelijk en rechtens geoorloofd, mag de vennootschap interim-dividend uitkeren op voorstel van de directie onder goedkeuring van de raad van commissarissen.
De statuten van NSI N.V. bepalen dat de verdeling van het resultaat na belastingen over het boekjaar wordt vastgesteld door de algemene vergadering van aandeelhouders. Voor het financiële jaar 2015 stelt de directie, in overeenstemming met de raad van commissarissen, voor een slotdividend in contanten uit te keren van € 0,14 per aandeel, bovenop het interimdividend van € 0,13 per aandeel resulterend in een totaal dividend van € 0,27 aandeel over 2015.
Het totaalbedrag aan slotdividend, gebaseerd op het aantal uitstaande aandelen (143.201.841) is € 20,0 miljoen en zal aan de winstreserve worden onttrokken.
Het verloop van het voorstel tot winstverdeling is als volgt:
| (x € 1.000) | |
|---|---|
| Resultaat 2015 | 63.794 |
| Slotdividend 2015 | 20.048 |
| Per saldo toegevoegd aan de winstreserve | 43.746 |
NSI biedt de aandeelhouders dit slotdividend in contanten te ontvangen. In afwachting van het daartoe te nemen besluit van de algemene vergadering van aandeelhouders, is het nog niet bestemde resultaat na belastingen over het boekjaar afzonderlijk opgenomen als resultaat boekjaar binnen het eigen vermogen.
NSI heeft op 22 februari 2016 1,68 miljoen aandelen van Intervest Offices & Warehouses (IOW) verkocht aan institutionele beleggers door middel van een onderhandse plaatsing. In 2016 heeft NSI het resterende belang in IOW (15,2%) volledig verkocht.
Begin 2016 heeft NSI koopovereenkomsten gesloten voor de levering van 21 bedrijfsgebouwen en een kantoorgebouw in Nederland en grond in België. De levering zal naar verwachting in het tweede kwartaal van 2016 plaatsvinden.
Aan: de Algemene Vergadering van Aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van NSI N.V.
Naar ons oordeel:
Wij hebben de jaarrekening 2015 van NSI N.V. (de vennootschap) te Hoofddorp (statutair gevestigd in Amsterdam) gecontroleerd. De jaarrekening omvat de geconsolideerde en de vennootschappelijke jaarrekening. De geconsolideerde jaarrekening bestaat uit:
Wij hebben onze controle uitgevoerd volgens het Nederlands recht, waaronder ook de Nederlandse controlestandaarden vallen. Onze verantwoordelijkheden op grond hiervan zijn beschreven in de sectie 'Onze verantwoordelijkheden voor de controle van de jaarrekening'.
Wij zijn onafhankelijk van NSI N.V. zoals vereist in de Verordening inzake de onafhankelijkheid van accountants bij assurance-opdrachten (ViO) en andere voor de opdracht relevante onafhankelijkheidsregels in Nederland. Verder hebben wij voldaan aan de Verordening gedrags- en beroepsregels accountants (VGBA).
Wij vinden dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
Afwijkingen kunnen ontstaan als gevolg van fraude of fouten en zijn materieel indien redelijkerwijs kan worden verwacht dat deze, afzonderlijk of gezamenlijk, van invloed kunnen zijn op de economische beslissingen die gebruikers op basis van deze jaarrekening nemen. De materialiteit beïnvloedt de aard, timing en omvang van onze controlewerkzaamheden en de evaluatie van het effect van onderkende afwijkingen op ons oordeel.
Op basis van onze professionele oordeelsvorming hebben wij de materialiteit voor de jaarrekening als geheel bepaald op EUR 6.600.000 (2014: EUR 7.800.000). Voor de bepaling van de materialiteit wordt uitgegaan van 1% van het groepsvermogen. Voor de jaarrekeningposten welke van invloed zijn op de netto huuropbrengsten gecorrigeerd voor administratieve kosten en financieringsbaten en lasten hebben wij een materialiteit bepaald van EUR 2.300.000, wat neerkomt op circa 4% van de netto huuropbrengsten gecorrigeerd voor administratieve kosten en financieringsbaten en lasten. Wij beschouwen het groepsvermogen en de netto huuropbrengsten gecorrigeerd voor administratieve kosten en financieringsbaten en lasten als de meest geschikte benchmarks, gezien de aard en omvang van de bedrijfsactiviteiten van NSI N.V. en de relevantie van de betreffende benchmarks voor de gebruikers van de jaarrekening. Wij houden ook rekening met afwijkingen en/of mogelijke afwijkingen die naar onze mening voor de gebruikers van de jaarrekening om kwalitatieve redenen materieel zijn.
Wij hebben met de Raad van Commissarissen afgesproken dat wij aan de raad tijdens onze controle geconstateerde afwijkingen boven de EUR 330.000 voor de jaarrekening als geheel en geconstateerde afwijkingen boven de EUR 115.000 voor jaarrekeningposten die van invloed zijn op netto huuropbrengsten gecorrigeerd voor administratieve kosten en financieringsbaten en lasten rapporteren alsmede kleinere afwijkingen die naar onze mening om kwalitatieve redenen relevant zijn.
NSI N.V. staat aan het hoofd van een groep van entiteiten (groepsonderdelen). De groep heeft activiteiten in Nederland en België. De financiële informatie van deze groep is opgenomen in de geconsolideerde jaarrekening van NSI N.V.
Gegeven onze eindverantwoordelijkheid voor het oordeel zijn wij verantwoordelijk voor de aansturing van, het toezicht op en de uitvoering van de groepscontrole. In dit kader hebben wij de aard en omvang bepaald van de uit te voeren werkzaamheden voor de groepsonderdelen. Bepalend hierbij zijn de omvang en/of het risicoprofiel van de groepsonderdelen of de activiteiten. Op grond hiervan hebben wij de groepsonderdelen geselecteerd waarbij een controle of beoordeling van de volledige financiële informatie of specifieke posten noodzakelijk was.
De groepscontrole heeft zich met name gericht op de significante onderdelen en met name die onderdelen welke individueel financieel significant zijn voor de groep. Wij hebben alle controlewerkzaamheden zelf uitgevoerd met uitzondering van de controlewerkzaamheden van de cijfers van de significante deelneming Intervest Offices & Warehouses N.V. ('Intervest'). Een andere accountant heeft de controlewerkzaamheden op de cijfers van Intervest uitgevoerd. Wij hebben instructies verstuurd naar de andere accountant. In het kader van deze instructies hebben wij de voor onze controle relevante risico's met de andere accountant gedeeld. De uitkomsten van de werkzaamheden van de lokale accountant zijn direct aan ons gerapporteerd. Naar aanleiding van de rapportages hebben wij met de andere accountant zijn gehanteerde controleaanpak en controlebevindingen ten aanzien van de voor ons relevante controle risico's besproken. Tevens hebben wij cijferbeoordelingen uitgevoerd op de gecontroleerde cijfers van Intervest. De gecontroleerde cijfers van de deelneming zijn gebruikt ter onderbouwing van de waardering van de deelneming en het aandeel in resultaat van Intervest. Afsluitend hebben wij de controlebevindingen besproken met de directie van NSI N.V.
Door bovengenoemde werkzaamheden bij groepsonderdelen, gecombineerd met aanvullende werkzaamheden op groepsniveau, hebben wij voldoende en geschikte controle-informatie met betrekking tot de financiële informatie van de groep verkregen om een oordeel te geven over de jaarrekening. De door ons uitgevoerde werkzaamheden in het kader van de groepscontrole hebben een 100% dekking van de groepsonderdelen.
In de kernpunten van onze controle beschrijven wij zaken die naar ons professionele oordeel het meest belangrijk waren tijdens onze controle van de jaarrekening. De kernpunten van onze controle hebben wij met de Raad van Commissarissen gecommuniceerd, maar vormen geen volledige weergave van alles wat is besproken.
Wij hebben onze controlewerkzaamheden met betrekking tot deze kernpunten bepaald in het kader van de jaarrekeningcontrole als geheel. Onze bevindingen ten aanzien van de individuele kernpunten moeten in dat kader worden bezien en niet als afzonderlijke oordelen over deze kernpunten.
De post vastgoedbeleggingen bedraagt per 31 december 2015 88,1% van het balanstotaal van NSI N.V. Vastgoedbeleggingen worden gewaardeerd tegen reële waarde wat vereist dat het management oordelen vormt en schattingen en veronderstellingen maakt en daarmee inherent een zekere mate van subjectiviteit kennen. De reële waarde wordt, zoals toegelicht in onderdeel 11 van de toelichting op de jaarrekening 2015 van NSI N.V, bepaald aan de hand van taxaties van onafhankelijke externe taxateurs en interne taxaties. Voor de waardering is een inschatting gemaakt van verwachte toekomstige kasstromen en risico's.
Aangezien de waardering van de vastgoedbeleggingen complex is en sterk afhankelijk van schattingen en veronderstellingen (onder andere markthuur, leegstandsverwachtingen, interest percentages en status van onderhoud) beschouwen wij de waardering van de vastgoedbeleggingen als kernpunt voor onze controle.
Wij hebben de objectiviteit, onafhankelijkheid en deskundigheid van de externe taxateurs geëvalueerd. Wij hebben de geschiktheid van de aan vastgoedbeleggingen gerelateerde en in de taxaties opgenomen gegevens met inbegrip van schattingen die de externe taxateur maakt geëavalueerd (onder andere markthuur, leegstandsverwachtingen, interest percentages en status van onderhoud).
De uitkomsten van de taxatie hebben wij geanalyseerd en de hierboven genoemde factoren die van invloed zijn op de taxatiewaarde besproken met de het management en de taxateur.. Aanvullend hebben wij onze waarderingsspecialisten ingeschakeld welke ons hebben bijgestaan bij de analyse van de onderliggende veronderstellingen, de juiste toepassing van de gehanteerde waarderingsmethodiek en de waardeontwikkelingen.
Over het geheel bezien zijn wij van mening dat de gehanteerde veronderstellingen tot een evenwichtige uitkomst hebben geleid. De toelichtingen over de waardering van de vastgoedbeleggingen zoals opgenomen in onderdeel 11 van de toelichting op de jaarrekening 2015 van NSI N.V. voldoen aan de vereisten die IFRS stelt.
Op 18 juni 2015 heeft NSI N.V. een deel van haar belang in het Belgische Intervest Offices & Warehouses N.V. ('Intervest') verkocht. Het aandelenbelang van NSI N.V. in Intervest is hiermee verlaagd van 50,2% naar 15,2%. NSI N.V. heeft sinds 18 juni 2015 geen controlerende zeggenschap op het zakelijk en financieel beleid van Intervest met als gevolg het deconsolideren van Intervest in de geconsolideerde jaarrekening 2015 van NSI N.V. Tot 18 juni 2015 zijn de resultaten van Intervest opgenomen in het geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten. Aangezien 18 juni geen formele rapportage datum is heeft NSI N.V. gebruik gemaakt van de mogelijkheid onder IFRS 3 om een datum te hanteren welke dicht in de buurt van de transactie datum ligt. NSI N.V. heeft 30 juni gehanteerd als datum voor het verwerken van de transactie. Deze transactie is in meer detail toegelicht op in onderdeel 12 van de toelichting op de jaarrekening 2015 van NSI N.V.
Aangezien de boekhoudkundige verwerking in overeenstemming met de verslaggevingsvereisten niet routinematig en complex is beschouwen wij dit als kernpunt voor onze controle.
Wij hebben deze transactie en de analyse van het verlies van controlerende zeggenschap besproken met de directie van NSI N.V. Om de juiste boekhoudkundige verwerking in overeenstemming met de verslaggevingsvereisten te kunnen vaststellen hebben wij alle relevante onderliggende documentatie, zoals contracten aangaande de transactie, geïnspecteerd om te bepalen of de boekhoudkundige verwerking aansluit met de onderliggende documentatie. Voor de juiste verwerking van de resultaten van Intervest zoals opgenomen in het geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten hebben wij aansluiting gemaakt met de cijfers van Intervest over 2015. Tevens hebben wij beoordeeld of de toelichting in de jaarrekening 2015 van NSI N.V. in overeenstemming is met de verslaggevingsvereisten.
Wij kunnen ons vinden in de analyse van het verlies van controlerende zeggenschap en de daarmee samenhangende boekhoudkundige verwerking van de transactie. De toelichtingen over de waardering van de deelneming alsmede de toelichting op de transactie Intervest zoals opgenomen in onderdeel 12 van de toelichting op de jaarrekening 2015 van NSI N.V. voldoen aan de vereisten die IFRS stelt.
NSI N.V. heeft de status van fiscale beleggingsinstelling in de zin van artikel 28 van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969. Dit houdt in dat, onder specifieke strikte voorwaarden, geen vennootschapsbelasting betaald hoeft te worden. Specifieke activiteiten zoals (her)ontwikkeling en het uitvoeren operationele activiteiten in het kader van het "Het nieuwe Kantoor (HNK)" concept kunnen van invloed zijn op de status van fiscale beleggingsinstelling.
Vanuit het perspectief van de jaarrekening 2015 van NSI N.V. en gebruikers van deze jaarrekening is het strikt naleven van de vereisten voor het behoud van de status van fiscale beleggingsinstelling essentieel. Het niet naleven van deze vereisten kan van materiele invloed zijn op de resultaten van NSI N.V.
Wij hebben de vereisten zoals omschreven in artikel 28 van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969 geanalyseerd en geëvalueerd of NSI N.V. aan deze vereisten voldoet. In het kader van deze evaluatie hebben wij deze vereisten besproken met de directie en legal officer van NSI N.V.. Wij hebben onder andere de financieringsstructuur, het dividend beleid ('uitdelingsverplichting') en de door NSI N.V. uitgevoerde activiteiten beoordeeld in het licht van artikel 28 van de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969. Teneinde de juistheid van onze interpretatie van de wetgeving te bevestigen hebben wij gebruik gemaakt van de kennis en ervaring van onze belastingspecialisten. Daarnaast hebben wij de correspondentie, inclusief de ruling, met de belastingdienst geïnspecteerd in het licht van de juiste toepassing hiervan voor het behoud van de FBI status.
Wij kunnen ons vinden in het standpunt van de directie met betrekking tot de fiscale status zoals is opgenomen in onderdeel 9 van de toelichting op de jaarrekening 2015 van NSI N.V.
De directie is verantwoordelijk voor het opmaken en het getrouw weergeven van de jaarrekening in overeenstemming met EU-IFRS en met Titel 9 Boek 2 BW en voor het opstellen van het directieverslag in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. In dit kader is de directie verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing die de directie noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fouten of fraude. Bij het opmaken van de jaarrekening moet de directie afwegen of de onderneming in staat is om haar werkzaamheden in continuïteit voort te zetten. Op grond van genoemde verslaggevingsstelsels moet de directie de jaarrekening opmaken op basis van de continuïteitsveronderstelling, tenzij de directie het voornemen heeft om de vennootschap te liquideren of de bedrijfsactiviteiten te beëindigen of als beëindiging het enige realistische alternatief is. De directie moet gebeurtenissen en omstandigheden waardoor gerede twijfel zou kunnen bestaan of de onderneming haar bedrijfsactiviteiten in continuïteit kan voortzetten, toelichten in de jaarrekening.
De Raad van Commissarissen is verantwoordelijk voor het uitoefenen van toezicht op het proces van financiële verslaggeving van de vennootschap.
Onze verantwoordelijkheid is het zodanig plannen en uitvoeren van een controleopdracht dat wij daarmee voldoende en geschikte controle-informatie verkrijgen voor het door ons af te geven oordeel.
Onze controle is uitgevoerd met een hoge mate maar geen absolute mate van zekerheid waardoor het mogelijk is dat wij tijdens onze controle niet alle fouten en fraude ontdekken.
Voor een nadere beschrijving van onze verantwoordelijkheid ten aanzien van een controle van de jaarrekening verwijzen wij naar de website van de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA). www.nba.nl/standaardteksten-controleverklaring.
Wij vermelden op basis van de wettelijke verplichtingen onder Titel 9 Boek 2 BW (betreffende onze verantwoordelijkheid om te rapporteren over het directieverslag en de overige gegevens):
Wij zijn door de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 26 maart 2009 benoemd als accountant van NSI N.V. voor de controle van het boekjaar 2009 en zijn sindsdien de externe accountant. De benoeming wordt jaarlijks bevestigd en vastgelegd in een opdrachtbrief, voor 2015 gedateerd 6 november 2015.
Amstelveen, 15 maart 2016
KPMG Accountants N.V.
H.D. Grönloh RA
Loyens & Loeff N.V. Frederik Roeskestraat 100 1076 ED Amsterdam
Voor de waardering van de beleggingen is gebruik gemaakt van de navolgende onafhankelijke externe taxateurs:
ABN AMRO Bank N.V. Gustav Mahlerlaan 10 1082 PP Amsterdam
Kempen & Co N.V. Beethovenstraat 300 1077 WZ Amsterdam
De aan NYSE Euronext Amsterdam genoteerde aandelen zijn geregistreerd bij het Centrum voor Fondsenadministratie B.V. onder code 29232 ISIN-code: NL0000292324
Voor dit product (aandelen NSI) is een financiële bijsluiter opgesteld met informatie over het product, de kosten en de risico's. De financiële bijsluiter kan bij de vennootschap worden opgevraagd.
(Bedragen x € 1.000)
| Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ | aankoop | aantal | aantal | P.P. | bezettings- | jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| renovatie | datum | huur- | m² | graad | |||||
| contracten | |||||||||
| Nederland | |||||||||
| Kantoren | |||||||||
| Amersfoort | Hoefse Wing | Printerweg | 1991 | 1999 | 12 | 9.134 | 141 | 79 | 897 |
| Orion | Spaceshuttle | 2003 | 2006 | 4 | 3.661 | 87 | 86 | 480 | |
| Stationsplein | 1980 | 1998 | 1 | 958 | 6 | 100 | 160 | ||
| Gebouw | |||||||||
| Amsterdam | Westhaghe | Anthony Fokkerstraat | 1990 | 1997 | 13 | 5.342 | 59 | 78 | 791 |
| Solaris Eclips | Arlandaweg** | 2001 | 2001 | 2 | 4.257 | 36 | 95 | 459 | |
| Vivaldi I | Barbara Strozzilaan** | 2009 | 2015 | 1 | 9.592 | 124 | 100 | 2.441 | |
| Vivaldi II | Barbara Strozzilaan** | 2009 | 2015 | 1 | 8.687 | 114 | 100 | 2.685 | |
| Burg.Stramanweg | 1989 | 1997 | 29 | 11.151 | 224 | 58 | 1.730 | ||
| Cruquiusweg | 2006 | 2007 | 7 | 3.276 | 32 | 99 | 543 | ||
| Donauweg ** | 2001 | 2001 | 2 | 4.606 | 119 | 67 | 479 | ||
| Hettenheuvelweg ** | 1988 | 1997 | 3 | 2.530 | 79 | 94 | 390 | ||
| Hettenheuvelweg** | 1987 | 1997 | 3 | 2.485 | 66 | 47 | 356 | ||
| Hogehilweg** | 1985 | 1997 | 1 | 3.128 | 62 | 100 | 642 | ||
| Centerpoint I | Hoogoorddreef** | 2007 | 2015 | 6 | 9.011 | 190 | 99 | 1.935 | |
| Centerpoint II | Hoogoorddreef** | 2009 | 2015 | 1 | 6.290 | 98 | 100 | 1.269 | |
| Koningin | |||||||||
| Wilhelminaplein** | 1995 | 1997 | 1 | 5.019 | 25 | 100 | 336 | ||
| Osdorperban** | 1990 | 1997 | 12 | 3.462 | 104 | 57 | 455 | ||
| Strekkerweg** | 1990 | 1998 | 1 | 1.255 | 34 | 0 | 0 | ||
| HNK | Van Diemenstraat** | 1912 | 1999 | 46 | 10.664 | 5 | 94 | 1.594 | |
| Apeldoorn | HNK | Boogschutterstraat | 2003 | 2002 | 33 | 14.115 | 342 | 55 | 1.894 |
| Le Beaufort | De Linie | 2003 | 2003 | 6 | 3.320 | 59 | 44 | 393 | |
| Arnhem | L'Aimant | Delta 1 | 2002 | 2002 | 3 | 5.722 | 102 | 90 | 718 |
| Mr. E.N. van | |||||||||
| Kleffensstraat | 1997 | 1997 | 1 | 2.873 | 75 | 100 | 302 | ||
| Assen | Balkendwarsweg | 2001 | 2005 | 2 | 2.116 | 116 | 99 | 289 | |
| Spectrium | Industrieweg | 1999 | 1999 | 2 | 4.515 | 79 | 6 | 336 |
| Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ | aankoop | aantal | aantal | P.P. | bezettings- | jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| renovatie | datum | huur- | m² | graad | |||||
| contracten | |||||||||
| Breda | Cosunpark | 1975 | 2000 | 3 | 5.033 | 88 | 6 | 454 | |
| Cosunpark | 2002 | 2002 | 4 | 2.244 | 48 | 100 | 275 | ||
| Gebouw Londen | Lage Mosten | 2000 | 2000 | 6 | 3.187 | 76 | 93 | 419 | |
| Gebouw Frankfurt | Lage Mosten | 2000 | 2000 | 2 | 3.830 | 75 | 100 | 604 | |
| Capelle a/d IJssel | Rivium Boulevard Rivium Westlaan |
1992 | 1997 | 2 | 4.820 | 90 | 100 | 410 | |
| Delft | Delftechpark | Delftechpark | 2001 | 2002 | 2 | 2.819 | 65 | 100 | 487 |
| De Meern | Rijnzathe | Rijnzathe | 1991 | 2000 | 5 | 4.566 | 112 | 82 | 486 |
| Den Bosch | HNK | Europalaan | 1990 | 1997 | 15 | 7.839 | 190 | 53 | 1.104 |
| Het Binnenhof | Magistratenlaan | 2004 | 2015 | 6 | 10.440 | 116 | 91 | 1.656 | |
| Pettelaarpark | 1990 | 2001 | 2 | 2.456 | 80 | 100 | 429 | ||
| Den Haag | Bezuidenhoutseweg | 1986 | 1996 | 1 | 1.895 | 15 | 100 | 229 | |
| Koninginnegracht | 1900 | 2008 | 1 | 2.464 | 18 | 1 | 373 | ||
| Neuhuyskade | 1928 | 2008 | 2 | 2.555 | 35 | 100 | 532 | ||
| HNK | Oude Middenweg | 2002 | 2008 | 34 | 13.894 | 363 | 35 | 2.129 | |
| Parkstraat | 1920 | 2007 | 1 | 2.954 | 41 | 29 | 470 | ||
| De Rode Olifant | Zuid-Hollandlaan | 1924 | 2007 | 1 | 10.113 | 69 | 100 | 1.716 | |
| Deventer | Hanze Staede D | Zutphenseweg | 2004 | 2003 | 1 | 3.427 | 93 | 100 | 351 |
| Doetinchem | Terborgseweg | 1999 | 1999 | 2 | 2.281 | 54 | 77 | 274 | |
| Dordrecht | Burg. De Raadtsingel | 2004 | 2008 | 1 | 5.705 | 45 | 26 | 767 | |
| Ede | HNK | Bennekomseweg | 2002 | 2007 | 20 | 9.628 | 226 | 68 | 1.489 |
| De Vallei | Copernicuslaan | 2004 | 2004 | 6 | 4.726 | 117 | 53 | 542 | |
| Pallazo Cathedrale, |
|||||||||
| Pallazo Alfa | Horapark | 2003 | 1998 | 12 | 14.010 | 293 | 59 | 1.628 | |
| Elst | Aamsestraat | 1997 | 2000 | 1 | 1.587 | 42 | 100 | 170 | |
| Emmen | Boermarkeweg | 2000 | 2005 | 1 | 1.999 | 48 | 38 | 248 |
| Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ | aankoop | aantal | aantal | P.P. | bezettings- | jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| renovatie | datum | huur- | m² | graad | |||||
| contracten | |||||||||
| Eindhoven | Beukenlaan | 1988 | 2008 | 1 | 7.306 | 122 | 1 | 965 | |
| Hooghuisstraat/ Keizersgracht |
1970 | 2008 | 9 | 10.977 | 256 | 78 | 1.715 | ||
| Fellenoord | 1987 | 1996 | 3 | 4.113 | 75 | 47 | 551 | ||
| Larixplein | 1997 | 1997 | 4 | 3.846 | 97 | 100 | 574 | ||
| Enschede | Hoedemakerplein | 1991 | 1991 | 4 | 2.150 | 8 | 79 | 281 | |
| Goes | Stationsplein | 1992 | 1998 | 1 | 5.282 | 91 | 1 | 557 | |
| Gouda | Molenwieck | Groningerweg Hanzeweg |
1985 | 2001 | 1 | 6.072 | 104 | 8 | 578 |
| Hanzepoort | Kampenringweg | 1991 | 1997 | 3 | 3.722 | 101 | 25 | 357 | |
| Hanzeweg | |||||||||
| Stavorenweg | 1986 | 2000 | 10 | 5.187 | 78 | 44 | 361 | ||
| Groningen | HNK | Zernikepark | 2003 | 2002 | 30 | 2.563 | 68 | 73 | 393 |
| TTR Gebouw | Zernikelaan | 2002 | 2002 | 3 | 1.043 | 0 | 56 | 113 | |
| Haarlem | Leidsevaart | 2010 | 1997 | 1 | 3.430 | 35 | 100 | 501 | |
| Heemstede | Berkenhof | Herenweg | 1989 | 1989 | 5 | 1.039 | 20 | 76 | 127 |
| Heerlen | Geerstraat | 1992 | 1994 | 3 | 3.049 | 46 | 100 | 446 | |
| Geleenstraat | 1973 | 2001 | 4 | 10.072 | 32 | 100 | 1.049 | ||
| Hengelo | De Baron | Demmersweg | 2007 | 2007 | 0 | 3.169 | 61 | 0 | 386 |
| Hoevelaken | De Wel | 2002 | 2006 | 4 | 8.534 | 156 | 100 | 1.306 | |
| Hoofddorp | City House II | Antareslaan | 1998 | 1998 | 2 | 3.414 | 93 | 12 | 471 |
| HNK | Antareslaan | 1998 | 1998 | 9 | 3.414 | 63 | 78 | 611 | |
| Kruisweg | 1998 | 1998 | 1 | 995 | 36 | 100 | 145 | ||
| Kruisweg | 2000 | 2000 | 1 | 1.621 | 31 | 77 | 181 | ||
| Beukenhaghe | Neptunusstraat | 1991 | 1991 | 11 | 4.758 | 169 | 79 | 685 | |
| Wegalaan | 1997 | 2006 | 1 | 2.972 | 62 | 67 | 408 | ||
| Hoogeveen | Dr. G.H. Amshoffweg | 2000 | 2005 | 2 | 2.561 | 0 | 55 | 317 | |
| Houten | De Molen | 1999 | 2000 | 1 | 1.045 | 10 | 100 | 130 | |
| De Molen | 1992 | 1992 | 2 | 2.259 | 54 | 100 | 304 | ||
| Kokermolen | 1991 | 1997 | 0 | 2.477 | 74 | 0 | 251 |
| Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ | aankoop | aantal | aantal | P.P. | bezettings- | jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| renovatie | datum | huur- | m² | graad | |||||
| contracten | |||||||||
| Leiden | Archimedes | Archimedesweg | 2001 | 2001 | 3 | 2.504 | 50 | 100 | 485 |
| Haagse Schouwweg | 1989 | 2008 | 4 | 4.244 | 80 | 47 | 621 | ||
| Newtonweg | 1992 | 2015 | 1 | 9.421 | 198 | 100 | 1.596 | ||
| Stationade II | Schipholweg | 1991 | 1998 | 4 | 2.294 | 42 | 100 | 413 | |
| Lelystad | Veerstaete | Meentweg | 1979 | 1997 | 3 | 1.137 | 0 | 55 | 108 |
| Leusden | Plesmanstraat | 1997 | 1999 | 2 | 1.350 | 23 | 73 | 173 | |
| Maarssen | High Flex Center | Industrieweg | 1989 | 1999 | 3 | 3.284 | 18 | 29 | 242 |
| Meppel | Blankenstein | 2001 | 2005 | 1 | 6.500 | 100 | 100 | 1.365 | |
| Naarden | De Aalscholver | Gooimeer | 1991 | 1996 | 14 | 4.481 | 103 | 67 | 466 |
| Nieuwegein | Krijtwal | 1990 | 1990 | 2 | 3.960 | 15 | 100 | 408 | |
| La Residence | Weverstede | 2002 | 2002 | 9 | 6.392 | 43 | 44 | 744 | |
| Nieuwerkerk a/d IJssel |
De Saffier | Kleinpolderlaan | 1997 | 1998 | 2 | 3.531 | 63 | 100 | 515 |
| Ridderkerk | Nikkelstraat | 1999 | 2000 | 1 | 2.650 | 45 | 100 | 291 | |
| Rotterdam | Albert Plesmanweg ** | 2003 | 1997 | 0 | 2.045 | 63 | 0 | 192 | |
| Folkert Elsingastraat | 1991 | 1999 | 7 | 1.942 | 14 | 67 | 216 | ||
| Haringvliet | 1999 | 2009 | 1 | 3.440 | 20 | 82 | 508 | ||
| Hoofdveste | Hoofdweg ** | 1994 | 1996 | 2 | 2.428 | 47 | 99 | 355 | |
| Port Alexander | Hoofdweg ** | 1994 | 2000 | 3 | 1.981 | 36 | 62 | 269 | |
| K.P. van der | |||||||||
| Park Office | Mandelelaan ** | 1989 | 2006 | 2 | 7.367 | 162 | 99 | 1.228 | |
| Alexanderpoort | Marten Meesweg | 2010 | 2015 | 11 | 9.409 | 221 | 88 | 1.718 | |
| Alexanderhof | Marten Meesweg | 1987 | 2015 | 5 | 3.120 | 61 | 94 | 540 | |
| Max Euwelaan ** | 2000 | 2000 | 1 | 2.652 | 62 | 100 | 583 | ||
| Max Euwelaan ** | 1988 | 2006 | 4 | 2.243 | 70 | 100 | 408 | ||
| Vareseweg ** | 2001 | 2001 | 2 | 6.306 | 148 | 45 | 773 | ||
| HNK | Vaste Land | 1975 | 2008 | 99 | 25.492 | 135 | 52 | 3.381 | |
| Veerhaven | 2002 | 1996 | 1 | 1.627 | 9 | 100 | 319 | ||
| Veerkade | 1915 | 2000 | 25 | 5.634 | 85 | 82 | 1.171 | ||
| Westblaak** | 1991 | 2001 | 10 | 8.460 | 110 | 46 | 1.292 | ||
| Schiedam | Nieuwpoortweg ** | 1991 | 2000 | 1 | 2.715 | 48 | 78 | 337 |
| Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ | aankoop | aantal | aantal | P.P. | bezettings- | jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| renovatie | datum | huur- | m² | graad | |||||
| contracten | |||||||||
| Son | Ekkersrijt | 2000 | 2008 | 3 | 4.368 | 105 | 4 | 463 | |
| Science Park | 1990 | 1997 | 1 | 2.110 | 101 | 100 | 353 | ||
| Dr. Hub van | |||||||||
| Tilburg | Doorneweg | 2001 | 1997 | 12 | 2.655 | 88 | 28 | 348 | |
| Arthur van | |||||||||
| Utrecht | HNK | Schendelstraat ** | 1995 | 2006 | 21 | 9.549 | 82 | 51 | 1.843 |
| Kanaalweg | 1993 | 1998 | 1 | 770 | 39 | 100 | 97 | ||
| Weg der Verenigde | |||||||||
| HNK | Naties ** | 1991 | 2007 | 29 | 3.057 | 68 | 95 | 690 | |
| Venlo | Paviljoengebouw | Prinsessingel | 1994 | 1998 | 2 | 1.480 | 0 | 56 | 148 |
| Kopgebouw | Prinsessingel | 1994 | 1998 | 1 | 2.167 | 0 | 100 | 213 | |
| Vianen | Le Marronnier | Lange Dreef | 2004 | 2003 | 1 | 2.355 | 60 | 100 | 399 |
| Vlaardingen | Churchillsingel ** | 1991 | 1999 | 10 | 2.174 | 0 | 72 | 324 | |
| Woerden | Korenmolenlaan | 1993 | 1993 | 1 | 3.291 | 98 | 100 | 518 | |
| Pelmolenlaan | 1992 | 1998 | 4 | 2.258 | 56 | 32 | 237 | ||
| Pelmolenlaan | 1995 | 1997 | 4 | 2.276 | 52 | 58 | 244 | ||
| Zoetermeer | Eleanor Rooseveltlaan | 1992 | 1997 | 2 | 3.845 | 70 | 52 | 420 | |
| Eleanor Rooseveltlaan | 1991 | 1997 | 1 | 3.845 | 75 | 100 | 611 | ||
| Il Classico | Europaweg | 1991 | 1997 | 1 | 2.945 | 20 | 11 | 333 | |
| Europaweg | 1991 | 1997 | 1 | 7.172 | 117 | 100 | 1.089 | ||
| Koraalrood | 2002 | 1998 | 1 | 2.438 | 66 | 100 | 317 | ||
| Zutphen | Vijverstaete | Piet Heinstraat | 1997 | 1997 | 2 | 2.953 | 76 | 67 | 413 |
| Zwaagdijk-Oost | Agri-gebouw | Graanmarkt | 1993 | 1993 | 10 | 2.236 | 57 | 30 | 194 |
| Zwolle | Leickert | Dr. Klinkertweg | 2001 | 2001 | 3 | 3.334 | 80 | 45 | 363 |
| Monet | Dr. Spanjaardweg | 1998 | 1998 | 2 | 2.304 | 45 | 32 | 262 | |
| Frans Hals | Dr. Van Deenweg | 1995 | 2001 | 3 | 2.262 | 74 | 41 | 266 | |
| Le Verseau | Dr. Van Deenweg | 2004 | 2004 | 13 | 7.256 | 218 | 86 | 1.134 | |
| Totaal kantoren | 792 | 586.420 | 10.437 | 74 | 84.575 |
| Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ | aankoop | aantal | aantal | P.P. | bezettings- | jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| renovatie | datum | huur- | m² | graad | |||||
| contracten | |||||||||
| Bedrijfsgebouwen | |||||||||
| Almere | Antenneweg | 1990 | 1995 | 12 | 4.894 | 0 | 96 | 334 | |
| Palmpolstraat | 2007 | 2007 | 2 | 1.412 | 25 | 100 | 212 | ||
| Amersfoort | Beeldschermweg | 1991 | 1998 | 1 | 1.843 | 30 | 100 | 150 | |
| Barendrecht | Zuideinde | 1986 | 1995 | 0 | 1.439 | 16 | 0 | 83 | |
| Breda | Zinkstraat | 1999 | 1992 | 2 | 4.007 | 34 | 32 | 290 | |
| Capelle a/d IJssel | Hoofdweg | 1990 | 1991 | 2 | 4.186 | 62 | 100 | 385 | |
| Dedemsvaart | Marconistraat | 2000 | 2006 | 1 | 6.108 | 22 | 62 | 280 | |
| Den Bosch | Ertveldweg | 1997 | 2000 | 1 | 6.063 | 85 | 9 | 300 | |
| Ertveldweg | 1997 | 2000 | 0 | 2.180 | 85 | 0 | 262 | ||
| Ertveldweg | 2002 | 2000 | 0 | 2.215 | 0 | 0 | 219 | ||
| Deventer | Deventerweg | 2004 | 1997 | 9 | 6.009 | 0 | 84 | 329 | |
| Roermondstraat | |||||||||
| Diemen | Stammerhove | 1987 | 1997 | 1 | 7.489 | 66 | 100 | 578 | |
| Stammerkamp | |||||||||
| Duiven | TSC Duiven | Impact | 1999 | 1999 | 7 | 8.360 | 84 | 67 | 672 |
| Eersel | Meerheide | 1998 | 2005 | 6 | 26.242 | 106 | 100 | 1.553 | |
| Gorinchem | Techniekweg | 1982 | 1999 | 0 | 2.143 | 40 | 0 | 150 | |
| Hoofddorp | Kruisweg | 2004 | 1989 | 2 | 1.690 | 22 | 100 | 138 | |
| Moordrecht | Westbaan | 2009 | 2009 | 2 | 4.873 | 95 | 100 | 599 | |
| Nieuwegein | Groningenhaven | 1993 | 1998 | 2 | 5.276 | 59 | 100 | 351 | |
| Marconibaan | 1990 | 1998 | 11 | 4.776 | 0 | 68 | 313 | ||
| Ravenswade | 1979 | 1988 | 1 | 1.748 | 0 | 100 | 69 |
| Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ renovatie |
aankoop datum |
aantal huur- contracten |
aantal m² |
P.P. | bezettings- graad |
jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Weesp | Pampuslaan | 1970 | 1997 | 2 | 2.400 | 0 | 54 | 105 | |
| Wormerveer | Premium Point | Vrijheidsweg | 2001 | 2004 | 3 | 2.500 | 47 | 55 | 175 |
| Zeewolde Totaal bedrijfsgebouwen |
Edisonweg | 2005 | 2005 | 1 68 |
8.640 116.493 |
65 943 |
100 77 |
367 7.914 |
| Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ | aankoop | aantal | aantal | P.P. bezettings- |
jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| renovatie | datum | huur- | m² | graad | ||||
| contracten | ||||||||
| Volumineuze Detailhandel | ||||||||
| Alphen a/d Rijn | Novicenter | Euromarkt | 1993 | 1997 | 11 | 10.000 | 100 | 1.150 |
| Apeldoorn | Het Rietveld | Het Rietveld | 2005 | 1994 | 11 | 23.553 | 89 | 1.529 |
| Leiderdorp | Meubelplein | 2002 | 2005 | 4 | 6.229 | 33 | 372 | |
| Middelburg | Mortiere | Torenweg | 2006 | 1905 | 12 | 20.363 | 100 | 1.703 |
| Roosendaal | Oostplein | Oostplein | 1993 | 1996 | 7 | 10.250 | 74 | 847 |
| Veenendaal | Einsteinstraat | 2005 | 2007 | 3 | 19.651 | 100 | 1.026 | |
| Totaal volumineuze detailhandel | 48 | 90.046 | 90 | 6.627 |
| renovatie datum huur- m² graad contracten Winkels Almelo Hagenborgh Hagenborgh 1990 2000 8 9.230 49 Amsterdam Ganzenpoort Annie Romeinplein 2002 2004 32 5.701 96 Bijlmerdreef Harriet Freezerstraat* Apeldoorn Brinklaan 1991 1999 2 1.033 100 Beverwijk Breestraat 1985 2002 7 2.054 85 Meerstraat Raadhuisstraat |
Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ | aankoop | aantal | aantal | P.P. bezettings- |
jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| 849 | |||||||||
| 1.223 | |||||||||
| 104 | |||||||||
| 399 | |||||||||
| Capelle a/d IJssel Oostgaarde Schermerhoek 1999 1995 0 1.125 0 |
128 | ||||||||
| Den Haag Houtwijk Hildo Kroplaan 1985 1994 7 2.488 91 |
484 | ||||||||
| Hof ter Haghe Kerkplein 1998 1998 11 4.029 96 |
750 | ||||||||
| Nobelstraat | |||||||||
| Torenstraat | |||||||||
| Deventer Keizerslanden Karel de Groteplein 1965 1996 20 6.973 92 Hardonk T.G. Gibsonstraat 1990 2000 1 3.695 2 |
1.431 434 |
||||||||
| Harderwijk De Bleek De Bleek 2002 2007 6 2.345 100 |
348 | ||||||||
| Luttekepoortstraat | |||||||||
| Heerlen Geleenstaat 2000 2001 0 1.847 0 |
92 | ||||||||
| t Loon Apollolaan 2003 2002 24 22.583 71 |
2.331 | ||||||||
| Homeruspassage | |||||||||
| Homerusplein | |||||||||
| Laren Hamdorff De Brink 1998 2002 23 1.979 97 |
651 | ||||||||
| Nieuweweg | |||||||||
| Zomertuin | |||||||||
| Maastricht De Heeg Roserije 1984 1999 15 3.536 98 |
557 | ||||||||
| Oldenzaal De Driehoek De Driehoek 1999 2005 32 12.176 91 Nagelstraat |
2.956 | ||||||||
| Markt |
Vervolg winkels
| Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ | aankoop | aantal | aantal | P.P. bezettings- |
jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| renovatie | datum | huur- | m² | graad | ||||
| contracten | ||||||||
| Oss | De Wal | De Wal | 1996 | 1997 | 4 | 1.653 | 57 | 241 |
| Walstraat | ||||||||
| De Wal en Het | ||||||||
| Raalte | Schip | De Waag | 2003 | 2002 | 7 | 2.778 | 89 | 423 |
| Grote Markt | ||||||||
| Marktstraat | ||||||||
| Ridderkerk | Jorishof | Sint Jorisplein | 1992 | 2001 | 23 | 7.871 | 89 | 1.915 |
| Rijswijk | In de Boogaard | Pr. J.F. Promenade | 1994 | 2010 | 28 | 10.543 | 68 | 2.607 |
| Pr. W.A. Promenade | ||||||||
| Steenvoordelaan | ||||||||
| Rotterdam | Beverwaard | Fleringenstraat* | 2006 | 2006 | 17 | 6.810 | 60 | 1.124 |
| Loevesteinsingel* | ||||||||
| Oude Watering* | ||||||||
| Rhijnauwensingel* | ||||||||
| Boulevard-Zuid | Beijerlandselaan | 1998 | 2005 | 9 | 4.379 | 100 | 795 | |
| Kreeftstraat** | 1983 | 2000 | 11 | 1.810 | 100 | 347 | ||
| Voermanweg** | ||||||||
| Mariniersweg ** | 1985 | 1998 | 5 | 825 | 46 | 132 | ||
| Het Lage Land | Samuel Esmeyerplein | 1969 | 1994 | 15 | 2.745 | 91 | 525 | |
| Zevenkamp | Ambachtsplein** | 1983 | 2002 | 37 | 10.093 | 91 | 1.531 | |
| Griendwerkerstraat** | ||||||||
| Imkerstraat ** | ||||||||
| Spinet** | ||||||||
| Rietdekkerweg** | ||||||||
| Zevenkampsering** | ||||||||
| Zuidplein | Zuidplein** | 2001 | 2001 | 63 | 8.275 | 93 | 2.041 | |
| Zuidplein | Zuidplein Hoog** | 1992 | 2011 | 2 | 2.290 | 100 | 487 | |
| Zuidplein | Zuidplein Hoog** | 2003 | 2011 | 1 | 180 | 100 | 72 | |
| Zuiderterras | Zuiderterras | 1995 | 2011 | 8 | 10.879 | 95 | 1.987 |
Vervolg winkels
| Locatie | Naam | Straatnaam | bouwjaar/ renovatie |
aankoop datum |
aantal huur- contracten |
aantal m² |
P.P. bezettings- graad |
jaarhuur |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Schiedam | Nieuwland | Mgr. Nolenslaan* | 1962 | 1998 | 22 | 5.637 | 99 | 700 |
| Spijkenisse | t Plateau | t Plateau | 1995 | 2001 | 22 | 5.483 | 84 | 778 |
| Ulft | De Issel | Kerkstraat | 1995 | 2000 | 14 | 4.852 | 96 | 670 |
| Middelgraaf | ||||||||
| Amsterdamse | ||||||||
| Utrecht | De Plantage | straatweg | 1995 | 2000 | 20 | 6.527 | 89 | 924 |
| Minosastraat | ||||||||
| Ondiep Zuidzijde | ||||||||
| Plantage | ||||||||
| Vasco da Gama | Columbuslaan | 2009 | 1998 | 11 | 3.294 | 100 | 495 | |
| Marco Pololaan | ||||||||
| Vasco da Gamalaan | ||||||||
| Zutphen | De Leesten | Rudolf Steinerlaan | 2007 | 2006 | 8 | 3.205 | 82 | 548 |
| Totaal winkels | 515 | 180.923 | 84 | 31.079 | ||||
| Totaal Nederland | 973.882 | 77 | 130.195 | |||||
| Grond | ||||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Nederland | Breda | Cosunpark |
* De winkels maken deel uit van een winkelcentrum. De winkels zijn 100% eigendom.
** Erfpacht, niet eeuwigdurend afgekocht.
Alle objecten zijn gelegen op eigen grond, tenzij anders vermeld.
Jaarhuren en metrages zijn vermeld op basis van eigendom van NSI.
De jaarhuur (exclusief de omzetgerelateerde huur) is de per 1 januari 2016 geldende contracthuur, waarbij voor onverhuurde ruimten de actuele markthuur wordt toegevoegd.
De bezettingsgraad is berekend op basis van de financiële bezetting en weerspiegelt de verhuursituatie per 1 januari 2016.
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.