Annual Report • Apr 3, 2014
Annual Report
Open in ViewerOpens in native device viewer
Mr. A.R. baron van Heemstra Mw. C. Lucet, mba Mr. R.E. Rogaar Drs. ing. H.P. Spruijt
Directeur Drs. H.A. Pabbruwe
koninklijke brill nv Plantijnstraat 2 po box 9000 2300 pa Leiden The Netherlands
Dit jaarverslag is als pdf document beschikbaar via de website www.brill.com
t +31 71 53 53 500
Brill kijkt terug op een redelijk goed jaar. Dat in 2013 het hoge winstniveau van het jaar daarvoor niet zou worden geëvenaard was bij voorbaat al duidelijk. De verkoop van een strategisch minder goed passend bedrijfsonderdeel (tijdschriften en een boekenfonds in de natuurwetenschappen) leverde de Leidse onderneming in 2012 de hoogste winst in haar lange geschiedenis op. Met de door deze desinvestering verkregen extra middelen werden de kerngebieden van de uitgeverij versterkt en vervangende omzet geacquireerd. De vlakke omzet van gedrukte boeken in 2012, veroorzaakt door een forse voorraadreductie door een zeer grote Noord-Amerikaanse distributeur, herstelde zich in 2013. De verkoop van monografieën en naslagwerken groeide weer aanzienlijk ten opzichte van 2012. Wel stond de marge dit jaar onder druk. De kostprijs van de verkoop steeg flink door de vrijwel integrale overschakeling naar printing on demand (POD) en de daarmee samenhangende toename van de verzendkosten.
Het jaar 2013 stemt dus tot enige tevredenheid. De trends van sterke verkopen in het vierde kwartaal en de toenemende opmars van het digitale product bleven zich doorzetten. De verkoop van elektronische boeken ontwikkelde zich goed, terwijl de tijdschriften enigszins achter bleven bij 2012. De oorzaak daarvan ligt in fasering. Bij een klein aantal tijdschriften viel een aflevering over de jaargrens heen. Omdat Brill het imago van een duurzame kwaliteitsuitgever heeft, is aan goede kopij voor boeken en tijdschriften bepaald geen gebrek. Om deze reden en door de toepassing van verschillende verdienmodellen zoals Open Access, is Brill goed gepositioneerd. Het management van Brill is optimistisch en het bedrijf is gezond, heeft geen leningen en kan expanderen door een gunstige kaspositie. Het convenant met de huisbankier is ruim, zodat Brill in geval van acquisities snel kan opereren. In de loop van 2013 waren er diverse acquisities, die uit eigen kas werden betaald. De belangrijkste
hiervan werd tegen het eind van het jaar aangekondigd: Hes & De Graaf, een zeer respectabele Nederlandse uitgever op het gebied van cartografie en boekgeschiedenis. De acquisities hadden in 2013 slechts een marginale invloed op omzet en resultaat, maar zullen in 2014 daaraan bijdragen.
Ook in het jaar 2013 werd een groot aantal monografieën, naslagwerken (major reference works) en tijdschriften gepubliceerd. Daarnaast lanceerde de onderneming ook nieuwe omvangrijke digitale bronnen-collecties, zoals Cold War Intelligence, The Secret War between the U.S. and the U.S.S.R., 1945-1991 en History of Afghanistan Online. Brill blijft actief investeren in nieuwe producten die op termijn zullen bijdragen aan een goed resultaat. Ofschoon vele uitgebrachte titels vermeldenswaardig zijn, kan hier slechts een beperkt aantal genoemd worden.
Binnen het fonds Religie verscheen zowel digitaal als in gedrukte vorm het veertiende deel van Religion Past & Present, waarmee deze reeks compleet is. Ook werd de Encyclopedia of Hebrew Languages and Linguistics uitgebracht. Bij Geschiedenis bleef de tijdschriftenportefeuille en het programma voor handboeken en kleinere naslagwerken groeien. Fascism. Journal of Comparative Fascist Studies is een succesvol Open Access tijdschrift, terwijl op het gebied van Natural History The Frit Files of Fennoscandia and Denmark aandacht trok. Islamwetenschappers zagen in 2013 vijf nieuwe tijdschriften verschijnen, waaronder Studia Islamica en Intellectual History of the Islamicate World. Het fonds Internationaal Recht werd versterkt met de overname van het tijdschrift Climate Law, terwijl ook het boek International Maritime Security Law verscheen. Het Nederlands Kunsthistorisch Jaarboek werd verworven door Brill en is ook als archiefcollectie een belangrijke toevoeging aan het fonds.
Het gaat goed met de onderneming. De producten werden in 2013 grotendeels gezet in de eigen letter de "Brill", die in 2012 met bijbehorende software werd gelanceerd. De daarbij horende efficiencyvoordelen gelden niet alleen voor uitgever, maar ook voor auteur en redacteur. Terwijl in 2013 ook werd gewerkt aan verbetering van de elektronische uitgeefplatformen voor boeken, tijdschriften en naslagwerken, werd in het voorjaar een nieuw platform van primaire bronnen in gebruik genomen.
De voortgang op het terrein van printing on demand ging door in 2013. Hoewel deze vorm van drukken niet noodzakelijk goedkoper is dan offset drukken, zijn de voordelen op langere termijn evident: minder voorraadvorming en een kleiner kapitaalbeslag.
Brill voert een beleid van duurzaam en maatschappelijk verantwoord ondernemen (zie ook pagina 23).
Vele personen en bedrijven zijn rechtstreeks en constructief betrokken bij de onderneming, als vaste of tijdelijke werknemer, zelfstandige zonder personeel, toeleverancier of strategische partner. De medewerkers op de kantoren van Brill in Leiden en Boston, maar ook daarbuiten, verdienen voor hun creativiteit, productiviteit en efficiency een groot compliment. Door het faciliteren van management development, training en begeleiding, blijft Brill investeren in hun verdere ontwikkeling.
Op basis van het positieve totaalresultaat en de beschikbare middelen zal voorgesteld worden over 2013 een licht hoger dividend van eur 1,12 uit te keren. Het eerder behaalde resultaat uit de verkoop van activa blijft vooralsnog vooral bestemd voor aankoop van vervangende activa en uitbreiding van de reeds bestaande activiteiten. Het dividend zal in het voorstel opnieuw geheel in contanten zijn.
Brill gaat in 2014 haar 331ste jaar in en koppelt traditiegetrouw ondernemingszin aan behoedzaamheid, met als doel het realiseren van voortgaande en duurzame groei. De onderneming verricht zijn werkzaamheden in een voortdurend veranderende omgeving. Voor 2014 is het nog te vroeg in het jaar om concrete verwachtingen uit te spreken.
Ik dank onze auteurs, klanten, certificaathouders, medewerkers en alle andere stakeholders voor het in ons gestelde vertrouwen.
Leiden, 19 maart 2014
Drs. H.A. Pabbruwe Directeur Koninklijke Brill nv Aan de rijke geschiedenis van de Leidse academische uitgeverij Brill werd in 2013 ruimschoots aandacht besteed. Het 330-jarig oude bedrijf was dat jaar flink in de publiciteit. In artikelen en een fraaie tentoonstelling in Museum Boerhaave kregen de namen van de familie Luchtmans, haar nazaten en directeur Evert Jan Brill (1812-1871) de aandacht die zij verdienden. Jordaan Luchtmans (1652-1708), academisch drukker aan het Leidse Rapenburg, richtte de uitgeverij op in 1683, in 1848 werd Evert Jan Brill eigenaar. In 1896 werd Brill een naamloze vennootschap, en precies honderd jaar later, in 1996, werd daaraan het predicaat 'koninklijk' toegevoegd. Brill was toen al lang een belangrijke internationale uitgever. Tegenwoordig is Brill een breed georiënteerde uitgeverij, die zich richt op de humaniora, het internationale recht en de natuurlijke historie. De onderneming heeft veel weg van een internationale universiteitspers. De behaalde rendementen blijven in de pas met de grote uitgeefconcerns. Het bedrijf heeft zet- en drukwerk uitbesteed aan derden, investeert alleen in kernactiviteiten en past bewezen succesvolle technologieën toe.
Brill publiceert boeken, tijdschriften en naslagwerken in de alfawetenschappen in papieren en elektronische vorm. Bij dit duale uitgeefbeleid speelt het boek nog steeds een grote rol. Brill biedt e-versies van zijn producten zelf maar ook via derden aan. De klant bepaalt uiteindelijk zelf hoe de informatie wordt afgenomen en wordt daarbij geholpen door Brills digitale uitgeefproces en het multimediale bestandsformaat. De levensduur van de producten is lang, zodat Brill nog steeds flinke hoeveelheden oude titels uit voorraad verkoopt of deze on demand laat herdrukken. Brill garandeert zijn auteurs dat hun boeken altijd leverbaar blijven.
Brill is in de loop van haar bestaan niet alleen autonoom gegroeid, maar heeft ook diverse andere uitgeverijen en fondsonderdelen overgenomen.
Zoals VSP, IDC Publishers, Humanities Press, Index Islamicus, Gieben, Koninklijke Van Gorcum, Transnational, Forsten, Emerald, KITLV, Martinus Nijhoff Publishers, Hotei en Global Oriental. Van de laatste drie heeft Brill het gebruik van de imprints behouden. Met de overname van Nijhoff, uitgever van The Hague Academy of International Law, heeft Brill zich een leidende positie op het gebied van het internationaal recht verworven. Met de acquisitie van IDC in 2005 is Brill een leverancier van wetenschappelijk belangrijke primaire bronnen geworden.
Uitgeverij Brill is vanaf het begin een internationaal actieve speler geweest. Afzet en auteurs bevinden zich nu voor meer dan 95% buiten Nederland en 80% van de clientèle komt uit Europa en Noord-Amerika. Brill heeft contacten met alle belangrijke academische onderzoekscentra in de wereld, maar koestert de traditioneel sterke band met de Leidse universiteit. Mede door de sterke positie van Brill in een aantal Leidse specialiteiten zoals Islam studies, kleine talen, archeologie en sinologie zijn de in Leiden actieve wetenschappers goed vertegenwoordigd bij Brill.
Brill concentreert zich voor haar afzet op de bibliotheken van grote universiteiten. Ondanks de aanhoudende budgettaire druk voor de humaniora, is er tot op heden bij de universiteitsbibliotheken een tamelijk stabiel verzamelbeleid en een bestendige vraag gebleven. De reputatie van Brill en vooral die van haar producten is van grote invloed op de toekomstmogelijkheden van de uitgeverij. De gevestigde marktpositie in de humaniora draagt belangrijk bij aan het succes van Brill. Hoewel Brill altijd uitziet naar vernieuwing en verbreding van haar producten en productvormen, bewaakt de onderneming streng het uitgangspunt niet in teveel verschillende, niet met elkaar samenhangende disciplines terecht te komen. Groei door productontwikkeling en acquisitie wordt
juist gezocht in humaniora, internationaal recht, biologie en wetenschapsgeschiedenis.
De uitgeefstrategie van Brill bestaat uit het koesteren en beschermen van haar sterke merken en het volgen van ontwikkelingen in het wetenschappelijk onderzoek in specifieke vakgebieden. Met auteurs wordt door middel van standaardovereenkomsten een redelijke en juridisch solide basis voor exploitatie afgesproken, waardoor een gecontroleerde verspreiding van de research door de auteurs zelf of hun instituten mogelijk gemaakt wordt. Dit kan door overdracht van rechten of het overeenkomen van een licentie. Brill maakt zich steeds nieuwe technologische mogelijkheden eigen en gebruikt deze bij het bedienen van haar klanten. Brill volgt met belangstelling de ontwikkelingen met betrekking tot Open Access en Institutional Repositories en ondervindt hierbij vrijwel geen problemen bij het regelen van auteursrechtelijke aspecten. De spreiding van Brills portefeuille is goed: qua disciplines, verkoopkanalen, productformaten, samenstelling van de omzet uit oud en nieuw fonds en geografie. Het kantoor in Boston vergemakkelijkt de toegang tot de Amerikaanse markten. Sinds 2012 werkt Brill gericht aan het vergroten van de marktkennis en het direct marketing bereik in Zuidoost Azië.
De marketing- en verkooptactiek behelst een mondiale verspreiding van Brills producten, dus niet uitsluitend binnen de door de auteur beoogde primaire doelgroep van vakgenoten. Samenwerking met Google en een groot aantal andere partners draagt bij aan de "discoverability" (vindbaarheid) van Brills publicaties en daarmee aan het succesvol en met gezond rendement opereren in de huidige informatiemaatschappij.
Brill is een centraal geleide onderneming met een aantal gemeenschappelijke en een aantal gedelegeerde functies. De algehele dagelijkse leiding van Brill berust bij de directeur, die tevens verantwoordelijk is voor business development en personeelsbeleid. De primaire ondernemingsfunctie is gelegd bij uitgeefeenheden (publishing units) die gericht zijn op de hoofddisciplines waarin Brill actief is. Uitgevers zijn verantwoordelijk voor de multimediale fondsontwikkeling en het commerciële contact met hun redacties en auteurs. Zij worden actief ondersteund door twee centrale afdelingen: Sales & Marketing en Finance & Operations, beide geleid door een eigen Executive Vice President.
De afdeling Operations ziet toe op uitbesteed zet-, druk- en bindwerk, voorraadbeheer, bureauredactie, metadatabeheer, elektronische uitgeeftechniek en automatisering.
De menselijke factor in het bedrijf is uiterst belangrijk. De hoog opgeleide en gemotiveerde medewerkers van Brill houden niet alleen de speurtocht naar nieuw wetenschappelijk onderzoek gaande, maar hebben handhaving en zo mogelijk aanscherping van kwaliteitsnormen en vergroting van het gebruik van de producten als strategisch uitgangspunt. Het klimaat binnen Brill wordt tenslotte in toenemende mate bepaald door een maatschappelijk verantwoorde wijze van ondernemen. Brill sluit aan op een traditie die evenwicht nastreeft tussen handel en wetenschap en die juist die verhoudingen in het maatschappelijke verkeer voorop stelt die van belang zijn bij het bestendig toevoegen van waarde.
| 2013 | 2012 | 2011* | 2011 | 2010 | 2009 | ||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Resultaten | |||||||
| 1) ebitda = Earnings Before | Omzet | 29.284 | 27.527 | 27.397 | 28.639 | 27.054 | 26.124 |
| Interest, Taxes, Depreciation | Brutowinst | 19.361 | 18.433 | 18.287 | 19.063 | 17.555 | 17.567 |
| and Amortization. Dit is het | ebitda1) | 4.504 | 4.235 | 4.587 | 5.260 | 4.614 | 3.613 |
| bedrijfsresultaat voor rente, | Winst voor rente en belasting | 3.478 | 3.238 | 3.745 | 4.418 | 3.669 | 2.804 |
| belastingen en afschrij | Winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten | 2.461 | 2.318 | 2.779 | 3.284 | 2.761 | 2.140 |
| vingen op immateriële en | Totale winst | 2.461 | 5.733 | 3.284 | 3.284 | 2.761 | 2.140 |
| materiële vaste activa. | |||||||
| Vrije kasstroom2) | 2.634 | 5.616 | 4.292 | 4.292 | 4.388 | 1.232 | |
| 2) Vrije kasstroom = | Totaal netto investeringen in vaste activa | -1.185 | 1.554 | -1.691 | -1.691 | -1.032 | -2.285 |
| operationele kasstroom | Gemiddeld geïnvesteerd vermogen3) | 26.942 | 24.542 | 21.734 | 21.734 | 20.517 | 18.925 |
| – investeringskasstroom. | |||||||
| Groei ten opzichte van vorig jaar | |||||||
| 3) Gemiddeld geïnvesteerd | Omzet | 6,4% | 0,5% | 1,3% | 5,9% | 3,6% | 1,6% |
| vermogen = gemiddelde van | Brutowinst | 5,0% | 0,8% | 4,2% | 8,6% | -0,1% | 2,4% |
| (vaste en vlottende | ebitda | 6,4% | -7,7% | -0,6% | 14,0% | 27,7% | 69,2% |
| activa – kort- en langlopende | Winst voor rente en belasting | 7,4% | -13,5% | 2,1% | 20,4% | 30,8% | 99,1% |
| schulden). | Winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten | 6,2% | -16,6% | 0,7% | 18,9% | 29,0% | 1.096,9% |
| Totale winst | -57,1% | 74,6% | 18,9% | 18,9% | 29,0% | 1.096,9% | |
| Rendementscijfers | |||||||
| Brutowinst als % van de omzet | 66,1% | 67,0% | 66,7% | 66,6% | 64,9% | 67,2% | |
| ebitda als % van de omzet | 15,4% | 15,4% | 16,7% | 18,4% | 17,1% | 13,8% | |
| Winst voor rente en belasting als % van de omzet |
11,9% | 11,8% | 13,7% | 15,4% | 13,6% | 10,7% | |
| Winst als % van de omzet | 8,4% | 20,8% | 12,0% | 11,5% | 10,2% | 8,2% | |
| Omzet/gemiddeld geïnvesteerd vermogen | 1,1 | 1,1 | 1,3 | 1,3 | 1,3 | 1,4 | |
| Winst in % van het gemiddeld geïnvesteerd vermogen |
9,1% | 23,4% | 15,1% | 15,1% | 13,5% | 11,3% | |
| Winst in % van het eigen vermogen | 9,0% | 21,5% | 14,6% | 14,6% | 13,1% | 10,7% | |
| Balansverhoudingen | |||||||
| Eigen vermogen/totaal vermogen | 61,4% | 62,6% | 61,1% | 61,1% | 57,1% | 53,6% | |
| Vlottende activa/kortlopende verplichtingen | 2,01 | 2,03 | 1,69 | 1,69 | 1,51 | 1,36 | |
| Personeel | |||||||
| Gemiddelde bezetting (fte's) | 123 | 123 | 118 | 118 | 114 | 121 | |
| Omzet per werknemer | 238 | 223 | 242 | 242 | 237 | 217 | |
| Bijdrage per werknemer (ebitda per fte) | 37 | 34 | 39 | 44 | 40 | 30 | |
| Gemiddelde loonkosten per werknemer | 65 | 62 | 59 | 59 | 55 | 58 |
* Gewijzigde presentatie ten opzichte van jaarrekening 2011 vanwege in 2012 verkochte bedrijfsactiviteiten.
In duizenden euro's, op basis van het gewogen gemiddeld aantal uitstaande aandelen
| 2013 | 2012 | 2011* | 2011 | 2010 | 2009 | |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Gewogen gemiddelde aantal gewone aandelen |
1.874.444 | 1.874.444 | 1.874.444 | 1.874.444 | 1.874.444 | 1.874.444 |
| Eigen vermogen per aandeel | 14,51 | 14,23 | 11,95 | 11,95 | 11,24 | 10,65 |
| Toename in % | 2,0% | 19,1% | 6,3% | 6,3% | 5,5% | 11,1% |
| ebitda per aandeel | 2,40 | 2,26 | 2,45 | 2,81 | 2,46 | 1,93 |
| Toename in % | 6,2% | -7,7% | -12,8% | 14,2% | 27,7% | 68,4% |
| Winst per aandeel | 1,31 | 3,06 | 1,75 | 1,75 | 1,47 | 1,14 |
| Toename in % | -57,1% | 74,6% | 18,9% | 18,9% | 29,0% | 1.091,3% |
| Vrije kasstroom per aandeel | 1,40 | 2,99 | 2,29 | 2,29 | 2,34 | 0,66 |
| Toename in % | -53,0% | 30,6% | -2,1% | -2,1% | 256,2% | 232,2% |
| Dividend per aandeel | 1,12 | 1,08 | 1,05 | 1,05 | 0,90 | 0,90 |
| Toename in % | 3,7% | 2,9% | 16,7% | 16,7% | 0,00% | n.v.t. |
| Pay-out ratio | 85,3% | 35,3% | 60,0% | 60,0% | 61,2% | 78,8% |
| Aantal uitstaande aandelen per jaar | 1.874.444 | 1.874.444 | 1.874.444 | 1.874.444 | 1.874.444 | 1.874.444 |
| Hoogste aandelenkoers in het jaar | 22,90 | 20,50 | 15,20 | 15,20 | 13,85 | 12,63 |
| Laagste aandelenkoers in het jaar | 19,25 | 13,50 | 12,00 | 12,00 | 10,20 | 9,20 |
| Aandelenkoers per einde jaar | 22,14 | 19,50 | 13,50 | 13,50 | 13,16 | 10,22 |
* Gewijzigde presentatie ten opzichte van jaarrekening 2011 vanwege in 2012 verkochte bedrijfsactiviteiten.
De Raad van Commissarissen heeft de balans, de winst- en verliesrekening en de daarbij horende toelichting van Koninklijke Brill nv over het boekjaar 2013 laten onderzoeken door Ernst & Young Accountants LLP, die een goedkeurende controleverklaring hebben verstrekt (zie pagina 77). Mede op grond van deze verklaring heeft de Raad samen met de Directie de jaarrekening ondertekend. Wij adviseren aandeelhouders de aldus opgemaakte jaarrekening ongewijzigd vast te stellen. Wij stellen voor over het jaar 2013 een dividend van eur 1,12 per (certificaat van) aandeel uit te keren.
Naast de gebruikelijke gedetailleerde kwartaalrapporten ontving de Raad van de Directie tussentijds op onderdelen rapportages, veelal ter voorbereiding van de vergaderingen. In het verslagjaar heeft de Raad zevenmaal voltallig vergaderd met de Directie, waarbij regelmatig is overlegd over onder andere risicomanagement, de lange termijn strategie van de onderneming, kostenbeheersing, de voortgang en afwikkeling van binnen Brill gestarte projecten, waaronder de nieuwe uitgeefplatforms, diverse investeringen en acquisities. Daarnaast vergaderde de Raad tweemaal telefonisch met de Directie. De doelen in het kader van de variabele beloningsregeling van Directie en staf werden bepaald en geëvalueerd. De eerder vastgestelde strategie, gericht op de kwaliteit van de winst behaald met kernactiviteiten, groei door productontwikkeling, exploitatie van elektronische uitgaven en het realiseren van grote projectacquisities, is onverkort voortgezet en wordt waar mogelijk verankerd in gestelde doelen. Tussentijds vond ook informeel overleg plaats tussen leden van de Raad en de Directie. De Raad vergadert steeds ook buiten aanwezigheid van de Directie mede teneinde het functioneren van de Raad, van haar individuele leden en dat van de Directie te bespreken. Met de externe accountant vond het jaarlijkse overleg
plaats, in aanwezigheid van Directie en staf. Zoals te doen gebruikelijk vond ook met de Ondernemingsraad twee keer overleg plaats.
De Raad van Commissarissen dient zodanig te zijn samengesteld dat elk lid van de Raad en de Raad als geheel in staat is haar taak, inhoudende het uitoefenen van toezicht op het beleid van het bestuur en op de algemene gang van zaken in de vennootschap en de met haar verbonden ondernemingen alsmede het geven van advies aan de Directie, adequaat uit te oefenen. Gezien de internationale spreiding van de activiteiten van de vennootschap en van de met haar verbonden ondernemingen, dienen alle leden van de Raad te beschikken over internationale ervaring. Daarnaast is het noodzakelijk dat tenminste één lid in het bijzonder op de hoogte is van de gang van zaken in een uitgeverij en ervaring heeft als uitgever. Voorts dient één lid van de Raad financieel deskundig te zijn, hetgeen inhoudt dat deze persoon relevante kennis en ervaring heeft opgedaan op financieel administratief/ accountinggebied bij beursgenoteerde vennootschappen en/of bij andere grote rechtspersonen. De Raad als geheel fungeert als audit committee.
De leden van de Raad dienen te beschikken over voldoende tijd om hun taak adequaat te kunnen uitoefenen. Dit geldt meer in het bijzonder voor de President Commissaris van de Raad. De Raad van Commissarissen bestaat in beginsel uit drie personen. In het verslagjaar waren er vier leden van de raad benoemd teneinde de overdracht van de kennis van de portefeuillehouder "uitgever" te waarborgen. Tot deze tijdelijke uitbreiding was ook besloten in 2000 bij het aantreden van de heer Spruijt als opvolger van dr. mr.
J. Kist. Nadere gegevens van de leden van de Raad staan vermeld op pagina 10. De leden van de Raad zijn onafhankelijk in de zin van de Nederlandse Corporate Governance Code.
In dit jaarverslag wordt op pagina 11 uiteengezet op welke wijze de vennootschap is omgegaan met implementatie van de Nederlandse Corporate Governance Code. De Raad van Commissarissen toetst haar werkwijze jaarlijks aan de code. Zij heeft in 2013 opnieuw besloten van de code af te wijken voor wat betreft het gebruik van certificering als mogelijk beschermingsinstrument (nader toegelicht op pagina 11). Er hebben zich met betrekking tot de Raad van Commissarissen en de Directie geen transacties met tegenstrijdige belangen voorgedaan.
Op 16 mei 2013 vond in het kantoor van de vennootschap in Leiden de Algemene Vergadering van Aandeelhouders plaats. Alle voorliggende besluiten werden na kort beraad genomen, met inbegrip van het dividendvoorstel (eur 1,08 per aandeel).
Brill heeft in 2013 laten zien dat zij bestendig is en vast kan houden aan de gekozen strategie. Met mogelijke tegenwind, veroorzaakt door tegenvallende boekverkopen, bezuinigingen op wetenschappelijk onderwijs en bibliotheken, wordt rekening gehouden. Daarnaast volgt Brill de veranderingen in het aankoopgedrag en de daarmee samenhangende veranderingen in business- en verdienmodellen op de voet. Op dit moment wordt voorzichtig ervaring opgedaan met de wens van bibliotheken om te kunnen kiezen binnen de aangeboden elektronische collecties (�pick and choose�) en tijdelijk toegang tot digitale uitgaven te verkrijgen (�rentals� en �time slots�). De vooral in Europa door overheden en research councils gepropageerde Open Access biedt mogelijkheden auteurs tegen betaling maximale en voor hun lezers gratis verspreiding van hun digitale uitgave te offreren. Brill doet al jaren ervaring op met deze praktijk, zowel in tijdschriften als in boekpublicaties. Een bedrijf dat in staat is
praktische maatregelen te nemen voor aanpassingen op korte termijn, maar tegelijkertijd vasthoudt aan een kansrijke lange termijn strategie van optimale dienstverlening en ondernemerschap werkt in de visie van de Raad in het belang van alle stakeholders. Het streven blijft wat de Raad betreft gericht op gezonde groei en voortdurende beheersing van kosten en risico's. Door aandacht voor deze aspecten en een evenwichtig prijsbeleid kan verder gewerkt worden aan groei van de activiteiten en verbetering van de resultaten. Brill is er tot nu toe in geslaagd de migratie van papier naar digitaal succesvol te laten verlopen en is goed gepositioneerd voor een multimediale toekomst. Hoewel de informatievoorziening binnen het bedrijf sterk verbeterd is, blijven wij hier structurele aandacht voor vragen. De kwartaalrapporten zijn van goed financieel niveau, maar kunnen nog verder worden aangevuld met andere relevante kwalitatieve en kwantitatieve gegevens en analyses. De primaire processen binnen de onderneming worden met standaard werkmethodes ondersteund. De op deze wijze ontstane infrastructuur zal een gezonde ontwikkeling en een voortgaande groei van het bedrijf stimuleren. Wij menen dat de uitgangspositie van Brill ook in 2013 verder is versterkt en wij danken vanzelfsprekend alle medewerkers voor hun bijdrage aan het realiseren van de resultaten in 2013.
Leiden, 19 maart 2014
Mr. A.R. baron van Heemstra Mw. C. Lucet, mba Mr. R.E. Rogaar Drs. ing. H.P. Spruijt
President Commissaris Koninklijke Brill nv sinds 2008, termijn loopt tot 2016 Voorzitter van het Netherlands Network of Global Compact (GCNL) Voorzitter Stichting MEARC (Modern East Asia Research Center) Vicevoorzitter van de Academy of Business in Society (EABIS) Bestuurslid van Netherlands Senior Experts (PUM) Lid van de Raad van Advies van het Platform for International Education (PIE)
Lid van de Raad van Commissarissen Koninklijke Brill nv sinds 2013, termijn loopt tot 2017 Directeur van Editis Education & Réference Vice President van Cap Digital Bestuurslid van Casino (retailer)
Lid van de Raad van Commissarissen Koninklijke Brill nv sinds 2007, termijn loopt tot 2015 Lid van de Raad van Commissarissen van Darlin nv Penningmeester van Koninklijke Hollandsche Maatschappij der Wetenschappen, Haarlem Penningmeester van Stichting Jan Brouwer Fonds Bestuurslid van Stichting Erik Hazelhoff Roelfzema Prijs Bestuurslid van Sirtema Stichting
Lid van de Raad van Commissarissen Koninklijke Brill nv sinds 2000, termijn loopt tot 2014 Voorzitter van de Raad van Commissarissen van M&R De Monchy nv Voorzitter van de Raad van Commissarissen van Koninklijke Jumbo bv Voorzitter van de Raad van Commissarissen van Koninklijke BDU Holding bv Bestuurslid van Stichting Luchtmans Bestuurslid van Vereniging AEGON
Koninklijke Brill nv is een naamloze vennootschap naar Nederlands recht, statutair gevestigd te Leiden. Het maatschappelijk kapitaal van de vennootschap is verdeeld in gewone aandelen en cumulatief preferente aandelen. Er zijn momenteel geen cumulatief preferente aandelen uitgegeven. Van de geplaatste gewone aandelen is ongeveer 99% gecertificeerd en ondergebracht bij de Stichting Administratiekantoor Koninklijke Brill. Alleen certificaten van aandelen zijn genoteerd op de beurs van Euronext Amsterdam. De meerderheid van het kapitaal is in handen van Nederlandse, veelal particuliere beleggers. Naar schatting wordt ruim 60% van de certificaten gehouden in pakketten van 3% of meer.
Omdat Brill een relatief kleine, zeer specialistische en goed renderende uitgeverij is, en bovendien activiteiten ontplooit op gebieden waarop diverse zeer grote uitgeverijen werkzaam zijn, wordt bescherming tegen onvriendelijke overnames noodzakelijk geacht. Daarom heeft de vennootschap een aantal beschermingsconstructies. In de eerste plaats bestaat de mogelijkheid preferente aandelen uit te geven. In geval van uitgifte worden deze geplaatst bij de Stichting Luchtmans, waarmee is overeengekomen dat de stichting uit te geven preferente aandelen zal verwerven tot maximaal 100% van het aantal aan gewone aandelen geplaatste kapitaal. Daarnaast worden de (met medewerking van de vennootschap) uitgegeven certificaten van aandelen ook gezien als beschermingsmogelijkheid omdat de Stichting Administratiekantoor zich het recht voorbehoudt ingeval van een zogenaamde onvriendelijke overname geen stemvolmachten te geven en evenmin bindende steminstructies te aanvaarden. De omzetting van certificaten van aandelen is beperkt mogelijk door een in de statuten van de vennootschap opgenomen
limiet tot 1%, terwijl bovendien het aandeelhouderschap alleen openstaat voor natuurlijke personen, de vennootschap zelf, het administratiekantoor en vennootschappen die in het verleden (vóór 29 juli 1997) reeds aandeelhouder waren. Daarenboven is een aantal rechten toegekend aan de Gecombineerde Vergadering, zijnde de vergadering van Raad van Commissarissen en Directie tezamen. De rechten van de Gecombineerde Vergadering betreffen onder meer het doen van bindende voordrachten voor de benoeming van bestuurders en commissarissen en het doen van voorstellen tot statutenwijziging. Brill is hiermee sterk beschermd tegen eventuele onvriendelijke overnames.
De vennootschap wordt bestuurd door een Directie die bestaat uit één persoon, bijgestaan door een managementteam. De vennootschap heeft een Raad van Commissarissen die thans tijdelijk bestaat uit vier personen. De Raad heeft geen aparte commissies ingesteld en is niet voornemens dit op korte termijn te doen. De aanbevelingen van de Commissies Peters, Tabaksblat en Frijns op het gebied van corporate governance maken deel uit van de corporate governance structuur van Brill, met uitzondering van standpunten over bescherming van de vennootschap.
Raad en Directie bespreken jaarlijks op welke wijze uitvoering gegeven zal worden aan de best practice bepalingen en aan de geldende wettelijke eisen. Zij stellen thans vast dat de corporate governance structuur van de vennootschap in hoofdlijnen in overeenstemming is gebracht met de principes zoals deze zijn verwoord in de Nederlandse Corporate Governance Code, met uitzondering van het gebruik van certificaten als beschermingsconstructie.
Op het terrein van transparantie zijn tussen Raad en Directie en tussen commissarissen onderling duidelijke afspraken gemaakt, onder andere over het omgaan met financiële en andersoortige belangen. Een en ander is vastgelegd in reglementen en gedragsregels. De arbeidsovereenkomst met de directeur is opgesteld volgens de best practice bepalingen van de Code. Binnen de onderneming bestaan strikte gedragsregels en regelingen, waaronder regelingen inzake insider trading, seksuele intimidatie en klokkenluiders.
Brill is relatief kwetsbaar ten aanzien van fusies en overnames die vaak worden beheerst door primair op schaalvergroting gerichte investeerders uit financiële dan wel collegiale hoek. Schaalvoordelen spelen een beperkte rol bij een bedrijf waarvan een deel van de waarde juist besloten ligt in de onbetwiste reputatie bij afnemers en auteurs in binnen- en buitenland. Auteurs in nauw omschreven marktnissen leggen de basis van toekomstige groei door hun medewerking aan seriewerken, tijdschriften, handboeken en encyclopedieën. Als onderzoekers geven zij de impuls tot aankoop, veelal via hun bibliotheken en instituten. De bibliothecarissen op hun beurt blijven alleen dan geabonneerd op vervolgwerken wanneer zij vertrouwen op de toekomstige kwaliteit en prijsstelling van te verschijnen publicaties. Door deze niet vanzelfsprekende verhouding met zulke belangrijke stakeholders, zijn en blijven de Raad en Directie van mening dat de vennootschap maximaal dient te worden beschermd. Raad en Directie zijn zich ervan bewust dat bescherming van de onderneming in de regel slechts tijdelijk van aard kan zijn en primair tot doel heeft ruimte te scheppen de strategische alternatieven voor het bedrijf zorgvuldig af te wegen en deze zo nodig met de belangrijkste stakeholders te beoordelen. Aan alle stakeholders en met name aan aandeelhouders moet daarom duidelijk worden gemaakt wat de strategie van het bedrijf behelst en
welke waardevolle elementen uit verleden, heden en toekomst in het bedrijf besloten liggen. Het streven van het bestuur is de onderneming een aantrekkelijke belegging te doen zijn voor aandeelhouders die een voorkeur hebben voor een strategie die op duurzame groei is gericht. Duurzame groei is voor de onderneming in grote mate afhankelijk van de gunst van klanten en auteurs. Een actieve investor relations agenda is erop gericht deze samenhangende boodschap uit te dragen en het behouden van vertrouwen en sympathie van aandeelhouders is een basiselement van het corporate governance beleid.
Zolang en voor zover certificaten een rol kunnen spelen in het geheel van maatregelen die een maximale bescherming verzekeren met het doel tot een afgewogen besluit te komen over de toekomst van de onderneming, worden zij daarom gehandhaafd.
Het bestuur van de Stichting Administratiekantoor bestaat uit drie onafhankelijke leden. Het bestuur van de Stichting Administratiekantoor deelt de mening van Directie en Raad omtrent het gebruik van certificaten als beschermingsconstructie. Zie het verslag van de Stichting op pagina 25 van dit jaarverslag.
Wat betreft de best practice bepalingen voor zover niet relevant voor de bescherming zijn Directie en Raad altijd van mening geweest dat deze kunnen worden gezien als een nadere invulling en verfijning van de reeds bestaande corporate governance structuur. De ervaring die de vennootschap heeft opgedaan bij het invoeren van bepalingen ter zake van corporate governance, is een gunstige geweest.
Het bedrijf heeft ondervonden dat een beursgenoteerde onderneming van bescheiden schaal goed in staat is de moeite en kosten op te brengen die nodig zijn om goede uitvoering aan de Code te geven.
Commissarissen en Directie zijn van mening dat de aangescherpte regels en de uitgebreide plicht verantwoording af te leggen duidelijk bijdragen aan de verbetering van het bestuur van de onderneming.
De Raad van Commissarissen en de Directie verklaren dat de bepalingen II.3.1 tot en met II.3.4 en III.6.1 tot en met III.6.4 van de Code zijn nageleefd.
Raad van Commissarissen
Directie
De beloning van de voorzitter en de leden van de Raad van Commissarissen is bepaald op een jaarlijkse vaste vergoeding en bevat geen variabele elementen. Zij ontvangen geen prestatie gerelateerde beloning of aandelen en bouwen geen pensioenrechten bij de onderneming op. Zij ontvangen bij vertrek geen ontslagvergoeding. De beloning van de Raad wordt regelmatig beoordeeld, eventueel na advies van een deskundige derde. Eventueel aandelenbezit van leden van de Raad is ter belegging op lange termijn. De onderneming kent strikte regels ten aanzien van bezit van en transacties in effecten door commissarissen anders dan die uitgegeven door Brill.
De beloning van de directeur wordt vastgesteld door de Raad van Commissarissen op basis van de hoofdlijnen van het beloningsbeleid, die in lijn zijn met de principes en de best practice bepalingen van de Nederlandse Corporate Governance Code. Het beleid inzake de beloning van de Directie is erop gericht aan de directeur een beloning voor zijn werkzaamheden toe te kennen die wat betreft hoogte en structuur zodanig is dat een gekwalificeerde en deskundige bestuurder kan worden aangetrokken en behouden. De marktconformiteit van de beloning wordt jaarlijks door de Raad getoetst, eventueel met behulp van een externe deskundige. De beloning voor 2013 en volgende jaren kent een vaste en een tweetal prestatieafhankelijke variabele componenten. De Raad heeft besloten de vaste beloning per 1 januari 2013 met 1,7% te verhogen. Voorts houdt het beleid in dat de vennootschap de pensioenpremie voor de directeur deels voor zijn rekening neemt, en dat de directeur een eigen bijdrage betaalt van 30% van de verschuldigde premie. De vennootschap verstrekt geen leningen, voorschotten of garanties aan de directeur.
Ten aanzien van het beloningsbeleid kan het volgende worden opgemerkt:
a De Raad van Commissarissen ziet variabele beloning als een belangrijk onderdeel van het beloningspakket van de Directie. De doelstellingen en prestatievoorwaarden zijn een afspiegeling van de belangrijkste factoren voor waardegroei en groei van de aandeelhouderswaarde op korte en middellange termijn. De totale beloning bestaat dan ook voor een aanzienlijk deel uit variabele beloning, waarvan de hoogte afhankelijk is van prestatiemaatstaven. Vanaf het jaar 2009 is het variabele deel van de beloning voor de korte termijn doelstellingen maximaal 40% (in 2004-2008 maximaal 50%) en voor de driejaars lange termijn doelstelling maximaal 40% van de vaste beloning (in 2004-2008 20%) in het jaar dat het doel werd overeengekomen.
b Het beleid van de vennootschap met betrekking tot de arbeidsovereenkomst ligt in lijn met de best practice bepaling II.2.8 van de Code. De geldende opzegtermijn bedraagt vier maanden en is in lijn met hetgeen gebruikelijk is.
c De prestatiecriteria voor de korte termijn in 2013 waren (1) winst per aandeel en daarnaast (2) de invoering van dashboards voor alle continuiteitsproducten waarin relevante stuurinformatie voor uitgevers wordt bijgehouden en (3) het bereiken van omzetdoelen voor vijf in 2012 gestarte fondsuitbreidingen in diverse vakgebieden. Voor deze elementen zijn passende en meetbare criteria gehanteerd en kon begin 2014 33% worden toegekend. Voor de lange termijn 2011-2013 kon geen variabele beloning worden toegekend.
d Aan de directeur zijn geen rechten gegeven op het verwerven van opties of aandelen. Het aandelenbezit in Brill van de Directie is ter belegging op lange termijn. e De Raad van Commissarissen heeft een reglement opgesteld waarin regels worden gesteld ten aanzien van het bezit en transacties in effecten door de Directie anders dan die uitgegeven door Brill.
Raad van Commissarissen
In het jaar 2013 bestond Brill 330 jaar. Het bedrijf, dat sinds de datum van oprichting in de universiteitsstad Leiden is gevestigd, heeft een eenvoudige maar effectieve strategie: er is consistente aandacht voor behoud en vergroting van Brills unieke reputatie. Tegelijkertijd is de onderneming ervan overtuigd dat uitbreiding door autonome groei en acquisities meer succes zal genereren dan verbreding en daardoor verwatering van de activiteiten. Brill blijft daarom uitgeven in nauw gedefinieerde marktnissen van alfawetenschappen, internationaal recht en biologie. Zij streeft naar vergroting van de concurrentiekracht door voortdurende verbetering van dienstverlening.
Brill biedt een gevarieerd fonds van boeken(series), tijdschriften, naslagwerken en primaire bronnencollecties. Alle publicaties die in druk verschijnen worden in beginsel ook aangeboden als digitaal product, zo mogelijk verrijkt met hyperlinks en verwijzingen naar andere publicaties en bronnen. Van groot belang voor Brill zijn de naslagwerken (meerdelige encyclopedieën en handboeken, woordenboeken, concordanties, registers en indices). Digitale naslagwerken en bibliografieën zijn dikwijls continu en worden geactualiseerd en uitgebreid. De verkoopresultaten van gedrukte en online versies van deze werken dragen in grote mate bij aan de reputatie van Brill als wetenschappelijk uitgever. Concurrenten wagen zich niet snel aan dergelijke langdurige uitgaven waarvoor grote investeringen en eigen gespecialiseerde redacties (ter handhaving van kwaliteit en consistentie) nodig zijn. Bovendien wordt hiervoor een specifieke verkoopstrategie gehanteerd. Tot de bekendste werken worden onder andere Brills New Pauly, de encyclopedieën van de Islam, Arabische taal en Hindoeïsme, de Supplementum Epigraphicum Graecum en de Linguistic Bibliography gerekend.
Het uitgeven van monografieën blijft voor Brill een strategisch essentiële activiteit, waarbij uiteraard wordt gelet op marges en verkooppatronen. In 2013 verschenen er 781 nieuwe titels, die grotendeels (net als bij de tijdschriften) volgens de productiemethode Printing on Demand (POD) worden vervaardigd. Hierdoor kunnen te allen tijde uitverkochte boeken opnieuw worden aangeboden. Door aankoop en lancering van nieuwe titels zal de tijdschriftenportefeuille van Brill de komende jaren blijven groeien. Door een gunstige marge en vooruitbetaling dragen tijdschriftabonnees bij aan de financiering van de onderneming. Bij het zelf ontwikkelen van nieuwe tijdschriften duurt het gemiddeld vijf of meer jaren voordat de investering gaat renderen. De waarde die op termijn door een goede tijdschriftenportefeuille wordt gecreëerd is echter doorslaggevend. Die waarde van zelf ontwikkelde titels is op de balans van Brill niet terug te vinden, omdat daar conform de regelgeving alleen overgenomen titels als actief worden gewaardeerd. Het digitale archief van alle tot op heden verschenen afleveringen van Brill-tijdschriften is vrij toegankelijk voor institutionele abonnees en daarnaast kunnen (inkoopcombinaties van) bibliotheken het archief eenmalig aanschaffen.
Met de voortdurende concentratie op de kernactiviteiten als internationaal uitgever is er bij Brill sprake van een tot op heden doorlopend proces van afstoting en uitbesteding van taken en een professionalisering van de ondersteunende operationele afdelingen. De leiding van de onderneming acht strategische controle over uitbesteding belangrijker dan het verrichten van werkzaamheden in eigen beheer. Bezoekers van het moderne kantoorpand aan de Leidse Plantijnstraat zullen tevergeefs zoeken naar een antiquariaat, magazijn of productiestraat. Automatisering is grotendeels uitbesteed. In plaats van de bouw van op maat gemaakte programmatuur en rapportagemodules is gekozen voor standaardsoftware van firma's zoals Klopotek, CODA, Aries en Business Objects.
Orderverwerking en distributie vinden plaats in het Verenigd Koninkrijk (Turpin) en de Verenigde Staten (Books International), waar zich ook de voorraden van Brill bevinden.
De Raad van Commissarissen en de Directie evalueren van tijd tot tijd de beursnotering en of deze nog in het belang is van de onderneming. De gespreide eigendomsstructuur, voortvloeiend uit een beursnotering, past goed bij Brills oriëntatie op een veelheid aan stakeholders. Brill nam in 2013 deel aan roadshows en andere ontmoetingen met potentiële beleggers. De uitgeverij volgt een lange termijn koers, die continuïteit en objectieve kwaliteit koppelt aan bestendige groei en een gezond rendement, wat in het belang van de aandeelhouders is. Certificaathouders van Brill genieten door de notering een zekere liquiditeit die met name voor kleinere certificaathouders belangrijk is. Liquiditeitsverschaffer SNS neemt posities in, vergroot de verhandelbaarheid van het aandeel en zorgt zo voor voortdurende prijsvorming, waardoor de kans op al te forse koersschommelingen enigszins wordt beperkt. Grote koersuitslagen naar beneden leveren immers een eigen ongewenste dynamiek die geheel los kan staan van de werkelijke waardeontwikkeling binnen Brill. Net als in 2012 zijn in 2013 de koersmutaties vrij klein gebleven, zij het dat ook het handelsvolume in deze periode beperkt was.
Sinds 2009 is het dividendbeleid gestoeld op een aantrekkelijk dividendrendement, winst, kapitaalsbehoefte en solvabiliteit. Indien mogelijk wordt ook op een zekere bestendigheid van het dividend gelet. Over 2011 en 2012 kon een ruim dividend worden betaald van eur 1,05 respectievelijk eur 1,08. Wij zijn verheugd dat het dividendbeleid en de goede resultaten de mogelijkheid bieden om aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders op 15 mei 2014 voor te stellen over 2013 tot een licht hoger dividend te besluiten van eur 1,12
per aandeel, in dit geval een hogere pay-out (85%), geheel in contanten te voldoen. De door de verkoop van activiteiten in 2012 verkregen middelen worden vooralsnog vooral bestemd voor strategisch gekozen acquisities.
Lezers van jaarverslagen van Brill zijn niet gewend concrete uitspraken van het bedrijf te zien over de toekomstige ontwikkeling van omzet en resultaat. Er blijken zich regelmatig mogelijkheden voor te doen om tegen aanvaardbare prijzen te acquireren en het uitgeefprogramma ontwikkelt zich voorspoedig. De omzet van boeken zal ondanks een verhoogde productie waarschijnlijk wel onder druk blijven staan, maar voor alle andere productvormen is er enige ruimte voor gematigd optimisme. De onderneming blijft daarom op groei van omzet en resultaat sturen en blijft daarbij actief hedge accounting toepassen, waarmee de gevoeligheid voor koerswisselingen van de US-dollar vermindert.
De totale omzetgroei van ruim 6% was mede te danken aan de wederom sterke verkoopcijfers in het vierde kwartaal, herstel van de verkopen van gedrukte boeken en een voortgaande opmars van het digitale product. De nettowinst was 6,2% hoger dan de genormaliseerde winst over 2012. De omzet tijdschriften kwam iets lager uit door incidentele vertragingen in publicatie. De marge kwam onder enige druk te staan in 2013 doordat vrijwel integraal is overgegaan op printing on demand (POD).
De omzet van Brill vertoonde in 2013 een groei van 6,4% tot eur 29,3 miljoen (2012: eur 27,5 miljoen). Deze omzetontwikkeling is voor een groot deel te danken aan hogere verkopen van gedrukte boeken in de Verenigde Staten, nadat deze in 2012 tegengevallen waren. De onverwacht grote uitval van bestellingen en de vele retourzendingen door Brills grootste klant in de VS van 2012 heeft zich niet herhaald in 2013. De verkoop van elektronische boeken steeg met 25%. De omzet van elektronische boeken maakt nu bijna 34% van de totale boekenomzet uit. Ten gevolge van enige vertraging bij de publicatie van enkele titels daalde de totale omzet van de tijdschriften (gedrukt en elektronisch) met 1,9%. De omzet van elektronische tijdschriften maakt momenteel 78% van de totale omzet tijdschriften uit. De verkoop van alle elektronische producten steeg met 11% en bedraagt nu 48% van de totale omzet. De ontwikkeling van de koers van de US-dollar in 2013 had een geringe invloed op de omzet, mede door het toepassen van hedge accounting. De overnames in de loop van 2013 hadden nog nauwelijks effect op de omzet.
Zoals verwacht bij de hogere omzet steeg de kostprijs van de omzet in 2013 ten opzichte van 2012, maar ook de kostprijs als percentage van de omzet steeg naar 33,9% (2012: 33,0%). De stijging werd in belangrijke mate veroorzaakt door twee specifieke redenen. Het inmiddels breed toegepaste printing on demand heeft een licht hogere kostprijs per boek. Daarnaast stegen de verzendkosten in 2013 aanzienlijk door eenzijdig opgelegde hogere postale tarieven en door verdubbeling van kosten bij gemengde orders (POD en offsetdruk). POD verkleint het risico op een plotselinge versnelling van de transitie naar elektronische boeken. Bovendien zorgt POD voor lagere voorraden gereed product en dus een lager kapitaalbeslag. De onderneming heeft maatregelen getroffen om de situatie rond de toegenomen verzendkosten aan te pakken.
De personeelskosten stegen in 2013 met 3,6% (2012: 9,4%). Deze stijging is het gevolg van verhogingen, gestegen pensioen- en sociale lasten en een beperkte uitbreiding van het aantal fte's (fulltime equivalents) van gemiddeld 122,6 naar 123,0. De overige operationele kosten stegen met eur 0,4 miljoen (5,8%). De afschrijvingskosten bleven constant op eur 1,0 miljoen in 2013 en bevatten kosten van de vernieuwde uitgeefplatformen voor boeken, tijdschriften, naslagwerken en primaire bronnen. De financieringskosten waren hoger dan in 2012 door het valutaresultaat.
De operationele marge (EBITDA/omzet) bleef net als in 2012 15,4%. De winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten bedroeg 8,4% van de omzet. Het aantal uitstaande aandelen bleef gelijk ten opzichte van 2012. De winst per aandeel bedroeg eur 1,31 (2012: eur 1,24 voor voortgezette bedrijfsonderdelen).
Het saldo van voorraden, debiteuren en overige vorderingen alsmede crediteuren en overige te betalen posten daalde in 2013 met eur 0,3 miljoen. De voorraden (inclusief onderhanden werk) stegen met eur 1,0 miljoen, vooral door investeringen in grote nieuwe projecten die zullen bijdragen aan toekomstige organische groei. De post debiteuren en overige vorderingen per einde jaar steeg licht tot eur 7,2 miljoen (2012: eur 7,1 miljoen). De voorziening voor dubieuze debiteuren bedraagt eur 0,2 miljoen (2012: eur 0,3 miljoen). De vrije kasstroom bedroeg eur 2,6 miljoen. De investering in acquisities bedroeg eur 0,5 miljoen en betrof betalingen voor de overname van Hes & De Graaf (Nederland) en een aantal kleinere acquisities.
Het balanstotaal (eur 44,3 miljoen) steeg ten opzichte van 2012 (eur 42,6 miljoen). De vaste activa daalden met eur 0,1 miljoen en de vlottende activa stegen met eur 1,8 miljoen. Het eigen vermogen steeg door toevoeging van de onverdeelde winst over 2013 en bedroeg ultimo 2013 eur 27,2 miljoen (2012: eur 26,7 miljoen). De solvabiliteit handhaafde zich op een hoog niveau en bedroeg 61,4%.
De belangrijkste interne factor die het succes van de onderneming bepaalt is het personeel. Het aantrekken en behouden van vakkundige en positief ingestelde professionals is dan ook van groot belang. Het beleid van Brill, dat gericht is op beheersing van de kosten van het personeel in vaste dienst, optimalisatie van werkprocessen, taakafbakening en competentieversterking, wordt nauwlettend gevolgd door Directie en Commissarissen. Het managementteam van Brill bestaat uit de Directeur (Chief Executive Officer (CEO) en twee Executive Vice Presidents (EVP's), voor Sales & Marketing (tevens president van Brill USA) en voor Finance & Operations (tevens treasurer van Brill USA). De functie van EVP Publishing wordt tot nader order ingevuld door de CEO. Het managementteam, dat tweewekelijks vergadert, richt zich op het uitzetten van de strategische organisatiedoelen en de coördinatie op hoofdlijnen tussen uitgeefactiviteiten, verkoop en marketing, operaties, financiering, administratie, automatisering van werkprocessen, managementinformatie en personeelsbeleid. In het primaire proces van Brill, de uitgeefactiviteiten, spelen de Publishing Directors (4,0 fte's) een cruciale rol. Zij geven leiding aan teams van uitgevers en uitgeefassistenten, zijn (roulerend) verantwoordelijk voor afstemming en optimalisatie van de samenwerking met andere afdelingen, en voor afdeling overschrijdende bedrijfsprocessen. Het aantal uitgevers daalde in 2013 van 24,2 naar 23,2 fte's.
Het Training & Workshop programma, gedoceerd door externe opleiders en eigen medewerkers, is voortgezet in 2013: centraal staat de ontwikkeling van medewerkers en hun competenties. Brill investeert regelmatig in het personeel van de uitgeefeenheden ter bevordering van autonome ontwikkeling en nieuwe uitgeefinitiatieven. De verzekerde pensioenregeling van Brill is sinds 2009 ondergebracht bij Interpolis Solidair Pensioen. In het verslagjaar kon op grond van het pensioenreglement geen toeslag (indexatie) worden verleend.
De personele sterkte in 2013 steeg licht ten opzichte van het vorige jaar en bedroeg gemiddeld 123,0 fte's (2012: 122,6 fte's). Ultimo 2013 verrichtten 23,2 fte's (2012: 24,1 fte's) structurele werkzaamheden buiten Nederland (de VS, Canada, het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Zwitserland). Het totale personeelsbestand op fulltime basis steeg met 0,1 fte's van 124,30 fte's per ultimo 2012 naar 124,4 fte's per ultimo 2013.
Uitgeefactiviteiten 45,1 36,3% Operations*) 41,2 33,1% Sales & Marketing 26,3 21,1% Overige**) 11,7 9,4%
Uitgeefactiviteiten 46,0 37,0% Operations*) 41,2 33,1% Sales & Marketing 25,4 20,4% Overige**) 11,7 9,4%
Fte's ultimo 2013:
Fte's ultimo 2012:
| 20 – 29 jaar | 10,5% | 14,3% |
|---|---|---|
| 30 – 39 jaar | 25,6% | 20,3% |
| 40 – 49 jaar | 26,3% | 27,8% |
| 50 – 59 jaar | 27,8% | 30,1% |
| Ouder dan 60 jaar | 9,8% | 7,5% |
De gemiddelde leeftijd steeg in het verslagjaar licht van 44,5 jaar ultimo 2012 naar 45,0 jaar ultimo 2013. De uitstroom van personeel bedroeg in 2013 5,5%, de instroom 5,6%.
Leeftijdcategorie 2013 2012
| Uitstroom in fte's | 2013 | 2012 |
|---|---|---|
| VUT-regeling | 0,0 | 1,0 |
| Overlijden | 0,9 | 0,0 |
| Initiatief Brill | ||
| Tijdelijke functie | 2,0 | 2,0 |
| Overige | 1,9 | 3,0 |
| Eigen initiatief | ||
| Dienstverband 2 – 5 jaar | 0,0 | 1,0 |
| Dienstverband 5 – 10 jaar | 2,0 | 2,0 |
| Dienstverband 10 – 15 jaar | 0,0 | 1,0 |
| Totale uitstroom in fte's | 6,8 | 10,0 |
| Totale uitstroom in % | 5,5 | 8,2 |
| Instroom in fte's | 2013 | 2012 |
| Tijdelijke functie | 5,0 | 2,6 |
| Tijdelijk contract | 0,9 | 2,9 |
| Vaste dienst | 1,0 | 6,6 |
| Totale instroom in fte's | 6,9 | 12,1 |
| Totale instroom in % | 5,5 | 9,8 |
* Afdelingen voor bureauredactie, bibliografische ondersteuning, elektronische uitgeeftechnologie, voorraadbeheer, productiebegeleiding en automatisering.
** General Management en afdelingen Finance & Control, Legal en Human Resources.
De onderneming onderkent het grote belang van diversiteit en streeft naar evenwichtige samenstelling van staf, management en toezicht. In de verhouding tussen mannen en vrouwen steeg het aandeel vrouwen licht in 2013, van 61,7 naar 63,9%. Het bestanddeel parttime medewerkers bedroeg 32,3% in 2013. Het ziekteverzuim steeg naar 2,7% (in 2012 1,7% en in 2011 2,5%). De leeftijdsopbouw van het personeel wijzigde ten opzichte van 2012 en was als volgt:
In 2013 heeft de ondernemingsraad zich vooral geconcentreerd op de aandachtsgebieden personeelsbeleid (vacaturebeleid, bedrijfscultuur en preventie), en de implementatie en kwaliteitsbewaking van de online platformen. Ook heeft de OR een aantal belangrijke zaken betreffende solidariteit, maatschappelijk verantwoord ondernemen en leidinggeven op de agenda gezet. Daarnaast heeft de OR een positief advies gegeven over een herschikking binnen de afdeling Publishing. In de tweede helft van 2013 is er veel aandacht besteed aan een verlenging van de uitvoeringsovereenkomst voor pensioenen voor 2014, en het pensioenstelsel, een vraagstuk waar de OR zich ook in 2014 uitvoerig mee bezig zal houden. Aan deze verlenging van de uitvoeringsovereenkomst in 2014 heeft de OR haar instemming verleend. Deze onderwerpen zijn in goed overleg besproken met de Directie en in het onderhoud met de Raad van Commissarissen. De contacten met de belangenvereniging van gepensioneerden zijn verder aangehaald en geformaliseerd door middel van een adviesorgaan waarin de OR en een vertegenwoordiging van gepensioneerden deelnemen.
De missie van Brill is een vooraanstaande internationaal opererende uitgeverij te zijn op het gebied van de humaniora, het internationale recht, de biologie en de natuurlijke historie. De uitgeverij voorziet daartoe in de multimediale informatiebehoefte van gespecialiseerde academische doelgroepen en markten en wil daarbij waarde toevoegen voor alle betrokkenen. Dienstverlening aan auteurs en gebruikers staat daarbij centraal. Brill gebruikt hierbij in de uitgeefsector breed gebruikte informatiesystemen als Klopotek, Aries en CODA. Het gebruik van algemeen aanvaarde standaarden vergemakkelijken redactionele automatisering en een breed vertakte distributie. Om de missie te realiseren moet de onderneming bestendig groeien, vooral door uitbreiding van het marktaandeel in bestaande en aanpalende markten. Dat kan bereikt worden door optimale dienstverlening aan auteurs en klanten, uitbreiding van de uitgeefportfolio met abonnementsgebonden uitgaven (zoals tijdschriften) en boekenseries, naslagwerken, woordenboeken en primaire bronnen, acquisities en partnerships. De genoemde dienstverlening is de kerncompetentie van het bedrijf. Brill maakt hierbij gebruik van meerdere analoge en elektronische distributiekanalen en werkt samen met externe digitale platforms. Ook zijn er licentieafspraken voor elektronische levering aan bibliotheekconsortia. Brills elektronische producten blijven ook op langere termijn bruikbaar en toegankelijk. Brill beschouwt Open Access, waarbij niet eindgebruikers, maar auteurs of instellingen betalen voor gratis elektronische verspreiding, als een levensvatbare nieuwe vorm van wetenschappelijke informatievoorziening. Behoud van de onafhankelijke rol als toevoeger van kwaliteit en waarde is de enige principiële voorwaarde die daarbij voor Brill centraal staat. Het uitgeefbeleid van Brill beperkt zich tot specifieke (deel)markten van het academische wetenschappelijk onderzoek die voldoende uitzicht op winst bieden. In die wetenschapsgebieden zijn voldoende kwalitatief goede en uitgeefwaardige publicaties te contracteren. De kwalitatieve beoordeling vindt plaats door toetsing in het peer review proces. Brill biedt individuele wetenschappers de mogelijkheid de door hen beoogde doelgroep van vakgenoten te bereiken en levert hen (en bibliotheken) een breed aanbod van hoogstaande vakliteratuur.
De onderneming onderkent een aantal strategische en operationele risico's, die streng gemonitord worden. Voor de uitgeverij is het auteursrecht fundamenteel. Dagelijkse controle op de volledigheid van rechten voor het publiceren en op eigendomsrechten en licenties is daarom noodzakelijk. Piraterij en in mindere mate plagiaat worden in de digitale wereld zoveel mogelijk tegengegaan door wetgeving, geautomatiseerde detectie en juridische hulpdiensten. Zogeheten Green Open Access is vooral in theorie een risico voor Brill. Met deze term wordt bedoeld dat universiteiten of universitaire netwerken de digitale versie van de publicaties van hun wetenschappers gratis toegankelijk mogen maken in zogenaamde repositories, veelal na verloop van een embargoperiode. Behalve wanneer deze embargoperiodes door overheden of research counsils sterk zouden worden beperkt, wordt van deze gratis toegankelijkheid weinig gevaar voor de exploitatie van betaalde abonnementen of de exploitatie van gedrukte versies verwacht. Gold Open Access is een model waarbij de uitgever wordt betaald voor zijn diensten. Daarbij wordt voor het publiek gratis toegang tot elektronische publicaties afgekocht. Dit model biedt goede uitzichten op een duurzame exploitatie en Brill is actief in deze zich ontwikkelende praktijk. Zowel bij losse monografieën als bij tijdschriften en boekenreeksen is de laatste jaren succes geboekt. Brill heeft ervaren dat met dit model een hoogwaardig wetenschappelijk product tot stand gebracht kan worden en heeft het daarom aan het
palet van diensten toegevoegd. In 2013 werd voor het eerst de Open Access Award, die Brill samen met de International Federation of Library Associations and Institutions (IFLA) heeft ingesteld, uitgereikt. Brill ziet de grootschalige digitalisering en indexering van boeken die uitgevoerd wordt door Google niet als bedreiging, maar neemt zelfs expliciet hieraan deel. Omdat Brills boeken op deze wijze digitaal eenvoudig vindbaar en gemakkelijker verkoopbaar worden, dient dit zowel het belang van de auteur (zichtbaarheid en verspreiding) als dat van Brill.
Afhankelijkheid van het functioneren van externe leveranciers en partners maakt het uitbesteden van bedrijfsprocessen tot een potentieel risico. Brill heeft zetten, drukken en binden, orderverwerking, opslag en distributie, onderhoud van digitale databases en software, incasso, systeembeheer en bureauredactie uitbesteed, maar bewaakt deze activiteiten nauwkeurig door middel van gedetailleerde Service Level Agreements en scherpe controle op geleverde diensten. Andere operationele risico's als calamiteiten, computerstoringen, cyber attacks en personele- en debiteuren risico's worden geminimaliseerd door een breed pakket aan verzekeringen (inclusief een kredietverzekering), firewalls en uitwijkplannen voor IT.
Brill streeft als uitgeverij bestendigheid in het contact met klanten en auteurs na, en acht daarnaast de beschikking over cruciale expertise van groot belang. Naast alle activiteiten die zijn gericht op de ontwikkeling van de aanwezige staf, wordt elk jaar de personele organisatie grondig doorgelicht. Dit inzicht wordt besproken met de Raad van Commissarissen waarbij ook wordt ingegaan op een sterkte/zwakte analyse en bevorderings- en opvolgingsvragen.
Naast de evidente financiële risico's van de onderneming (valuta-, rente- en kredietrisico) bestaan er nog andere. Er bestaat een beperkt risico op afwaardering van gekochte uitgavenrechten en/of goodwill. De overnameprijs van deze rechten (en dus de boekwaarde) is nooit hoger dan de netto contante waarde van de met de overname verwachte toekomstige kasstromen. Deze waardering wordt jaarlijks opnieuw getoetst. Het risico van het ontstaan van incourante voorraden wordt verkleind door het ontmoedigen van het fenomeen van te hoge oplages, enerzijds door Printing on Demand en door een op verkooppatronen gebaseerd systeem van voorraadwaardering. Incourante voorraden betreffen derhalve doorgaans oudere titels.
De voorraden in de magazijnen worden periodiek gecontroleerd en daar waar mogelijk gereduceerd. Brill besteedt veel aandacht aan de verdere verbetering van de interne risicobeheersing- en controlesystemen, die tot doel hebben de significante risico's die de onderneming loopt op te sporen en optimaal te beheersen. Absolute zekerheid tegen het niet realiseren van ondernemingsdoelstellingen, onjuistheden van materieel belang, verlies, fraude, menselijke fouten en overtredingen van wetten of regels kan niet geboden worden. Brill kent echter uitvoerige regels en voorschriften op het gebied van functiescheiding, het aangaan van verplichtingen, het betalingsverkeer, beveiliging van toegang en systemen, naleving van verslagleggingregels, fiscale regelgeving en regelgeving vanwege de beursnotering. Daarnaast vindt interne controle plaats binnen de planning en control cyclus, bestaande uit het jaarlijkse strategisch plan, de jaarbegroting en maandelijkse en kwartaalrapportages over financiële en niet-financiële aandachtspunten (inclusief analyses). De medewerker operational audit analyseert risico's, efficiency en effectiviteit van de bedrijfsprocessen en voert jaarlijkse (door management letters van de accountant ingegeven) brede risicoanalyses volgens het COSO-IC model uit.
Deze worden besproken met de Raad van Commissarissen. Hiernaast heeft Brill een klokkenluidersregeling en twee vertrouwenspersonen. Ook moeten hier uiteraard controle door de externe accountant en periodieke IT audits genoemd worden.
De directie verklaart dat de interne risicobeheersingen controlesystemen een zodanige mate van zekerheid geven dat de financiële verslaggeving over 2013 geen onjuistheden van materieel belang bevat. De externe accountant heeft opnieuw over 2013 de opzet en werking van de belangrijkste financiële processen en controles beoordeeld. Daarbij zijn geen materiële of urgente risico's geïdentificeerd. Tevens verklaart de directie dat de risicobeheersing- en controlesystemen in het verslagjaar adequaat hebben gewerkt en dat er geen indicaties zijn dat deze systemen in het lopende jaar niet naar behoren zullen werken.
Een kernwaarde van Brill is breed maatschappelijk verantwoord ondernemen (MVO). Brill is van mening dat maatschappelijk verantwoord ondernemen ook de eigen medewerkers motiveert. De uitgeverij wil duurzaam, betrouwbaar, eerlijk, voorspelbaar en coöperatief zijn en heeft waarde toevoeging en duurzame relaties met auteurs en gebruikers als speerpunten. Auteurs kunnen ervan uitgaan dat hun boeken en artikelen goed vindbaar en altijd leverbaar zullen blijven. Het onafhankelijke Brill wil een constructieve bijdrage leveren aan de totstandkoming van de vrije en objectieve informatiemaatschappij, waarin de behoefte aan betrouwbare en op kwaliteit en objectiviteit gecontroleerde informatie zeer groot is. Het bedrijf onderneemt voor eigen rekening en risico, en is daardoor geen verantwoording schuldig aan enige overheid of maatschappelijke instantie over haar besluitvorming over het al dan niet publiceren
van een werk. Brill vraagt actief de mening van internationaal actieve bibliothecarissen en onderzoekers (Library Advisory Committees). De onderneming hanteert een zelf ontwikkeld universeel lettertype de "Brill", een zuinige en dus papiervriendelijke letter.
Brill maakt gebruik van op prijs en kwaliteit gekozen internationale leveranciers en distributeurs, die alle FSC (Forest Stewardship Council) gecertificeerd zijn. In de contracten van Brill met deze preferred suppliers staan niet mis te verstane afspraken over sociale omstandigheden (bijvoorbeeld uitsluiting van kinderarbeid) en te gebruiken stoffen en materialen. Betalingen aan vertegenwoordigers en dergelijke moeten te allen tijde vastgelegd en gespecificeerd worden, zodat schemerige praktijken in verkoopbevordering zijn uitgesloten.
De onderneming streeft actief naar duurzame kostenbeheersing (cost leadership), ofwel het vermogen concurrerend te kunnen produceren. Dit bevordert winstgroei, nodig voor de beloning van de kapitaalverschaffers, het kunnen aanvaarden van ondernemersrisico's en het kunnen bieden van carrièreperspectief aan de medewerkers. Deze uitstekende en gemotiveerde internationale staf kent een grote mate van individuele vrijheid. Een medewerker van Brill dient geïnteresseerd te zijn in de wetenschap, maar moet tegelijk oog hebben voor de dienstverlening aan auteurs en klanten en de commerciële belangen van Brill. De onderneming geeft de medewerkers waar mogelijk verantwoordelijkheid ten behoeve van een optimale ontplooiing en ondernemerschap, waardoor autonome groei bevorderd wordt. Tijdens bedrijfsbijeenkomsten (zoals de jaarlijkse Brill Dag) worden de medewerkers actief betrokken bij de strategie van het bedrijf.
Brill koestert haar historische reputatie in binnen- en buitenland en een bijzondere plaats wordt daarbij ingenomen door Leiden. Het bedrijf geeft haar
loyaliteit met stad en universiteit onder andere vorm door het Brill Fellowship bij de Scaliger Stichting (bestudering van de bijzondere collecties van de Leidse Universiteitsbibliotheek), financiering van het jaarlijkse symposium van De Veerstichting, en haar goede relatie met Museum Boerhaave. Daarnaast streeft Brill ernaar om met alle belangrijke Nederlandse erfgoedinstituten goede betrekkingen te onderhouden.
Drs. H.A. Pabbruwe, directeur van Koninklijke Brill nv, verklaart dat de jaarrekening een getrouw beeld geeft van de activa, de passiva, de financiële positie en de winst van Brill en de gezamenlijk in de consolidatie opgenomen ondernemingen. Tevens geeft het jaarverslag een getrouw beeld omtrent de toestand op de balansdatum, de gang van zaken gedurende het boekjaar van Brill en van de met haar verbonden ondernemingen waarvan de gegevens in haar jaarrekening zijn opgenomen en de verwachte gang van zaken, waarbij, voor zover gewichtige belangen zich hiertegen niet verzetten, in het bijzonder aandacht wordt besteed aan de investeringen en de omstandigheden waarvan de ontwikkeling van de omzet en van de rentabiliteit afhankelijk is.
Leiden, 19 maart 2014
Drs. H.A. Pabbruwe Directeur
Van het totaal aantal uitstaande aandelen per 31 december 2013 (nominale waarde eur 0,60) zijn 1.829.801 certificaten aan toonder uitgegeven en 44.643 aandelen op naam in het aandelenregister opgenomen. Deze certificaten zijn uitgegeven in coupures van 1 x eur 0,60, 10 x eur 0,60, 100 x eur 0,60 en 1.000 x eur 0,60 nominaal in cf-vorm. De werkzaamheden verbonden aan de administratie van de aandelen worden verricht door de administrateur van de Stichting, te weten, ANT Trust & Corporate Services nv (Claude Debussylaan 24, 1082 MD te Amsterdam). De kosten van de administratie bedroegen in 2013 eur 26,7 duizend.
De bestuursleden van de Stichting ontvangen elk een bezoldiging van eur 5 duizend op jaarbasis. In het verslagjaar kwam het bestuur één keer bij elkaar, op 1 mei 2013. In deze vergadering werd de agenda voor de Algemene Vergadering van Aandeelhouders besproken en werd besloten op welke wijze het bestuur stem zou uitbrengen in de vergadering. Besloten werd voor alle ter tafel liggende voorstellen te stemmen.
Het bestuur van de Stichting was ultimo 2013 als volgt samengesteld:
| benoemd | termijn tot | functie | |
|---|---|---|---|
| Dr. J.C.M. Hovers | 2000 | 2013 | Voorzitter |
| Mr. J.M. Boll | 2005 | 2016 | Lid |
| Mr. Y.C.M.Th. van Rooy | 2009 | 2016 | Lid |
Als opvolger van de heer Hovers heeft het bestuur benoemd de heer mr. J.C. Kuiper (1947). De heer Kuiper heeft grote ervaring met het bestuur van ondernemingen, met name in de financiële sector. Het bestuur is de heer Hovers veel dank verschuldigd voor de voortreffelijke wijze waarop hij heeft bijgedragen aan het werk van de stichting, eerst als lid en vervolgens als voorzitter van ons bestuur.
Het Stichtingsbestuur volgt niet het principe van de Nederlandse Corporate Governance Code omtrent het beschermingskarakter van de certificaten.
Het Stichtingsbestuur neemt dit standpunt in omdat zij van mening is dat goede bescherming tegen ongewenste overnames voor een onderneming met de omvang en de bijzondere positionering van Brill van essentieel belang is.
De Stichting zal aan certificaathouders steeds ten behoeve van vergaderingen van aandeelhouders stemvolmacht geven of van hen bindende steminstructies aanvaarden, behalve in overvalsituaties e.d. zoals genoemd in artikel 2:118a. lid 2 BW. Dezelfde procedure zal van toepassing zijn op een eventuele herroeping van een reeds gegeven volmacht. Het bestuur is bereid aanbevelingen van certificaathouders in overweging te nemen in het geval er sprake is van vacatures in het bestuur. Dergelijke aanbevelingen zal het bestuur echter niet in de besluitvorming meenemen indien naar de mening van het bestuur een voorgedragen kandidaat het boven omschreven belang van de beschermingsfunctie van de certificaten niet onderschrijft. Voorts zal het bestuur een zo praktisch mogelijke werkwijze voor eventuele aanbevelingen hanteren, inhoudende dat elk jaar in het rapport van de Stichting zal worden meegedeeld of en zo ja welke vacature(s) er in het daarop volgende jaar zal (zullen) ontstaan zodat certificaathouders buiten vergadering eventuele aanbevelingen kenbaar kunnen maken.
Het bestuur volgt de Corporate Governance Code, echter met uitzondering van de wijze waarop het bestuur stemrecht uitoefent. In afwijking van de Nederlandse Corporate Governance Code is de bepaling gehandhaafd: 'De Stichting zal de aan de aandelen verbonden rechten uitoefenen op zodanige wijze dat de belangen van de vennootschap en die van de met haar verbonden onderneming en alle daarbij betrokkenen zo goed mogelijk worden gewaarborgd'. Het bestuur is van mening dat het standpunt inzake het handhaven van het beschermingskarakter van de certificaten inhoudt dat het primaat bij de stemuitoefening niet uitsluitend bij het belang van de certificaathouders kan liggen. Uiteraard is het bestuur bereid onder normale omstandigheden te allen tijde te luisteren naar certificaathouders en met door hen geuite meningen rekening te houden. Dit houdt ook in dat het bestuur de aandeelhoudersvergaderingen van de vennootschap zal bijwonen en daarin desgewenst een verklaring zal afleggen over het voorgenomen stemgedrag. Het bestuur is niet voornemens – bijzondere omstandigheden daargelaten – vergaderingen van certificaathouders bijeen te roepen.
Het Bestuur van de Stichting Administratiekantoor Koninklijke Brill verklaart hiermede, dat naar haar oordeel voldaan is aan de ten aanzien van de onafhankelijkheid van de bestuurders van de Stichting Administratiekantoor Koninklijke Brill gestelde eisen als bedoeld in artikel 5:71 lid 1 onder d van de Wet Financieel Toezicht.
Stichting Administratiekantoor Koninklijke Brill Het Bestuur
De Stichting Luchtmans (genoemd naar de oprichter van het bedrijf) heeft tot doel het verwerven van cumulatief preferente aandelen in het aandelenpakket van de vennootschap en het beheren daarvan, daaronder met name ook begrepen het uitoefenen van het, aan die cumulatief preferente aandelen verbonden, stemrecht. De Stichting Luchtmans is in het bezit van een optie om in geval van (dreiging van) overname van de vennootschap evenveel cumulatief preferente aandelen te nemen als overeenkomt met 100% van de (certificaten van) aandelen die zijn geplaatst op het tijdstip van de uitoefening van de optie. Bij uitoefening van de optie behoeft slechts 25% te worden volgestort. De uitoefenkoers is gelijk aan de nominale waarde. Met de Stichting Luchtmans is door de vennootschap overeengekomen dat de optie tot 100% van het geplaatste kapitaal kan worden uitgeoefend indien en zolang er (certificaten van) aandelen zijn genoteerd aan de Euronext Amsterdam nv.
Het bestuur van de Stichting Luchtmans bestaat uit drie bestuursleden B, te weten de heer prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (voorzitter), de heer jhr. mr. J.P. Backer en de heer mr. R.P. Voogd en twee bestuursleden A, te weten de heer drs. ing. H.P. Spruijt (vicevoorzitter) en de heer drs. H.A. Pabbruwe (secretaris/ penningmeester). Bestuursleden B zijn onafhankelijk van de vennootschap in de zin van artikel 5:71 lid 1 onder c van de Wet Financieel Toezicht.
De Stichting streeft ernaar minstens eenmaal per jaar bijeen te komen. In 2013 vond er één vergadering plaats, op 22 april.
Het Bestuur van Stichting Luchtmans verklaart hiermee dat naar haar oordeel is voldaan aan de ten aanzien van de onafhankelijkheid van de bestuurders van de Stichting Luchtmans gestelde eisen als bedoeld in artikel 5:71 lid 1 onder c van de Wet Financieel Toezicht.
Leiden, 19 maart 2014
Stichting Luchtmans Het Bestuur
| 32 | Geconsolideerd overzicht financiële positie per 31 december 2013 |
|---|---|
| 33 | Geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten over 2013 |
| 34 | Geconsolideerd kasstroomoverzicht |
| 35 | Geconsolideerd mutatieoverzicht van het eigen vermogen |
| 36 | Algemene toelichting |
| 36 | 1. Informatie over de vennootschap |
| 36 | 2. Grondslagen bij de opstelling van de jaarrekening |
| 44 | Toelichting op de geconsolideerde jaarrekening |
| 44 | 3. Acquisities en desinvesteringen |
| 45 | 4. Materiële vaste activa |
| 46 | 5. Immateriële vaste activa |
| 48 | 6. Winstbelasting |
| 49 | 7. Voorraden |
| 50 | 8. Debiteuren en overige vorderingen |
| 51 | 9. Liquide middelen |
| 51 | 10. Geplaatst kapitaal en reserves |
| 52 | 11. Rentedragende leningen |
| 52 | 12. Crediteuren en overige te betalen posten |
| 53 | 13. Financiële instrumenten |
| 56 | 14. Financieel risicomanagement |
| 59 | 15. Gesegmenteerde informatie |
| 61 | 16. Kosten |
| 63 | 17. Financieringskosten |
| 63 | 18. Winst per aandeel |
| 64 | 19. Uitgekeerd en voorgesteld dividend |
| 65 | Overige gegevens |
| 65 | 20. Niet uit de balans blijkende verplichtingen |
66
Voor bestemming resultaat; in duizenden euro's
| Activa | 31-12-2013 | 31-12-2012 | ||
|---|---|---|---|---|
| Vaste activa | ||||
| Materiële vaste activa [4] | 1.187 | 1.641 | ||
| Immateriële vaste activa [5] | 16.436 | 16.067 | ||
| 17.623 | 17.708 | |||
| Vlottende activa | ||||
| Voorraden [7] | 12.699 | 11.674 | ||
| Debiteuren en overige vorderingen [8] | 7.210 | 7.133 | ||
| Valutatermijncontracten [13] | 209 | 135 | ||
| Te vorderen belasting | 41 | 0 | ||
| Liquide middelen [9] | 6.531 | 5.960 | ||
| 26.690 | 24.902 | |||
| Totaal activa | 44.313 | 42.610 | ||
| Passiva | ||||
| Totaal eigen vermogen toe te rekenen aan aandeelhouders van Koninklijke Brill nv |
||||
| Geplaatst kapitaal [10] | 1.125 | 1.125 | ||
| Agio | 343 | 343 | ||
| Ingehouden winst | 23.172 | 19.463 | ||
| Overige reserves [10] | 102 | 18 | ||
| Onverdeelde winst | 2.461 | 5.733 | ||
| 27.203 | 26.682 | |||
| Langlopende verplichtingen | ||||
| Uitgestelde belastingverplichtingen [6] | 3.788 | 3.656 | ||
| 3.788 | 3.656 | |||
| Kortlopende verplichtingen | ||||
| Crediteuren en overige te betalen posten [12] | 13.322 | 11.882 | ||
| Te betalen belasting | 0 | 390 | ||
| 13.322 | 12.272 | |||
| Totaal passiva | 44.313 | 42.610 |
In duizenden euro's
| 31-12-2013 | 31-12-2012 | |||
|---|---|---|---|---|
| Brutowinst | ||||
| Netto-omzet [15] | 29.284 | 27.527 | ||
| Kostprijs van de omzet [16] | –9.923 | –9.094 | ||
| 19.361 | 18.433 | |||
| Bedrijfslasten | ||||
| Verkoopkosten [16] | –5.503 | –5.295 | ||
| Algemene beheerskosten | ||||
| Algemene operationele kosten [16] | –9.354 | –8.903 | ||
| Afschrijving op immateriële vaste activa [5] | –312 | –346 | ||
| Afschrijving op materiële vaste activa [4] | –714 | –651 | ||
| –15.883 | –15.195 | |||
| Winst voor rente en belasting | 3.478 | 3.238 | ||
| Financieringsopbrengsten [17] | 0 | 13 | ||
| Financieringskosten [17] | –131 | –115 | ||
| Winst voor belasting | 3.347 | 3.136 | ||
| Belastinglast [6] | –886 | –818 | ||
| Winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten ter beschik king van aandeelhouders van Koninklijke Brill nv |
2.461 | 2.318 | ||
| Beëindigde bedrijfsactiviteiten | ||||
| Winst na belasting uit beëindigde bedrijfsactiviteiten [3] | 0 | 3.415 | ||
| Winst ter beschikking van aandeelhouders van | 2.461 | 5.733 | ||
| Koninklijke Brill nv | ||||
| Niet gerealiseerde resultaten voor belasting die in de toekomstige periode ten gunste/laste van de gerealiseerde resultaten kunnen komen |
||||
| Koersresultaten op buitenlandse deelnemingen [10] | 10 | 1 | ||
| Kasstroom hedges [10] | 74 | 642 | ||
| 84 | 643 | |||
| Niet gerealiseerde resultaten na belasting | ||||
| Belasting over niet gerealiseerde resultaten | 0 | –127 | ||
| 84 | 516 | |||
| Totaal gerealiseerd en niet gerealiseerd resultaat na | ||||
| belasting ter beschikking van aandeelhouders van | 2.545 | 6.249 | ||
| Koninklijke Brill nv | ||||
| Winst per aandeel (WPA) [18] | ||||
| Gewone/verwaterde winst per aandeel toe te rekenen aan aandeelhouders van Koninklijke Brill nv |
1,31 | 3,06 |
| 2013 | 2012 | |||
|---|---|---|---|---|
| Kasstroom uit bedrijfsactiviteiten | ||||
| Winst voor belasting uit voortgezette bedrijfsactiviteiten |
3.347 | 3.136 | ||
| Winst voor belasting uit beëindigde bedrijfsactiviteiten |
0 | 4.554 | ||
| Correcties voor niet kasgerelateerde mutaties: |
||||
| Aanpassing boekwinst verkoop fonds [3] | 0 | –4.653 | ||
| Financieringsopbrengsten [17] | 0 | –13 | ||
| Financieringskosten [2.11] | 131 | 115 | ||
| Afschrijvingen vaste activa | 1.228 | 1.246 | ||
| Valutatermijncontracten | 9 | –145 | ||
| Overige mutaties | 0 | –13 | ||
| Wijzigingen in het werkkapitaal | 289 | 95 | ||
| Betaalde winstbelasting | –1.185 | –260 | ||
| Netto kasstroom uit bedrijfsactiviteiten | 3.819 | 4.062 | ||
| Kasstroom uit investeringsactiviteiten | ||||
| Investeringen in materiële vaste activa [4] | –261 | –661 | ||
| Investeringen in immateriële vaste activa [5] | –427 | –205 | ||
| Desinvestering ontvangen in kasgeld [3] | 0 | 4.881 | ||
| Acquisities gedaan met kasgeld [3] | –497 | –2.461 | ||
| Netto kasstroom uit investeringsactiviteiten | –1.185 | 1.554 | ||
| Kasstroom uit financieringsactiviteiten | ||||
| Ontvangen rente [17] | 0 | 13 | ||
| Betaalde financieringslasten | –38 | –58 | ||
| Betaald contant dividend over het vorig boekjaar [19] |
–2.024 | –1.968 | ||
| Netto kasstroom uit financieringsactiviteiten |
–2.062 | –2.013 | ||
| Mutatie liquide middelen | 572 | 3.603 | ||
| Liquide middelen per 1 januari | 5.960 | 2.367 | ||
| Mutatie liquide middelen | 572 | 3.603 | ||
| Netto valuta omrekeningsverschillen | –1 | –10 | ||
| Liquide middelen per 31 december [9] | 6.531 | 5.960 |
| Kas | Totaal | ||||||
|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Geplaatst kapitaal |
Agio | Inge houden winst |
Valuta omrek. reserve |
stroom hedge reserve |
Onver deelde winst |
eigen ver mogen |
|
| Stand eigen vermogen per 31 december 2011 |
1.125 | 343 | 18.147 | –118 | –380 | 3.284 | 22.401 |
| Winst over het boekjaar | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 5.733 | 5.733 |
| Niet gerealiseerde resultaten | 0 | 0 | 0 | 1 | 515 | 0 | 516 |
| Totaal gerealiseerd en niet gerealiseerd resultaat |
0 | 0 | 0 | 1 | 515 | 5.733 | 6.249 |
| Betaald contant dividend over vorig boekjaar |
0 | 0 | 0 | 0 | 0 | –1.968 | –1.968 |
| Winst vorig boekjaar toegevoegd aan ingehouden winst |
0 | 0 | 1.316 | 0 | 0 | –1.316 | 0 |
| Stand eigen vermogen per 31 december 2012 |
1.125 | 343 | 19.463 | –117 | 135 | 5.733 | 26.682 |
| Winst over het boekjaar | 0 | 0 | 0 | 0 | 0 | 2.461 | 2.461 |
| Niet gerealiseerde resultaten | 0 | 0 | 0 | 10 | 74 | 0 | 84 |
| Totaal gerealiseerd en niet gerealiseerd resultaat |
0 | 0 | 0 | 10 | 74 | 2.461 | 2.545 |
| Betaald contant dividend over vorig boekjaar |
0 | 0 | 0 | 0 | 0 | –2.024 | –2.024 |
| Winst vorig boekjaar toegevoegd aan ingehouden winst |
0 | 0 | 3.709 | 0 | 0 | –3.709 | 0 |
| Stand eigen vermogen per 31 december 2013 |
1.125 | 343 | 23.172 | –107 | 209 | 2.461 | 27.203 |
De geconsolideerde jaarrekening van Koninklijke Brill nv per 31 december 2013 is goedgekeurd voor publicatie als gevolg van het besluit van de Raad van Commissarissen en de Directie van 19 maart 2014. Brill is een in Nederland opgerichte en gevestigde vennootschap waarvan de aandelen openbaar worden verhandeld bij Euronext te Amsterdam. De activiteiten van de vennootschap worden uiteengezet op pagina 4 en verder van dit jaarverslag.
De geconsolideerde jaarrekening bevat de jaarrekening van Brill en haar dochterondernemingen per 31 december 2013. De jaarrekeningen van de dochterondernemingen zijn opgesteld voor hetzelfde verslagjaar als dat van de moedermaatschappij, waarbij consistente waarderingsgrondslagen zijn toegepast. In noot 21 bij de geconsolideerde jaarrekening wordt een overzicht gegeven van de dochterondernemingen.
Alle saldi, transacties, baten en lasten binnen de groep en winsten en verliezen voorvloeiend uit transacties binnen de groep die zijn opgenomen in de activa, worden volledig geëlimineerd. Dochterondernemingen worden geconsolideerd vanaf overnamedatum, zijnde de datum waarop feitelijke zeggenschap over de overgenomen partij wordt verworven. Consolidatie wordt voortgezet tot het moment dat de feitelijke zeggenschap ophoudt te bestaan.
Wijzigingen in het eigendomsbelang in een dochteronderneming die niet tot een verlies van zeggenschap leiden, worden administratief verwerkt als eigen vermogenstransactie. Mocht Brill de zeggenschap over een dochteronderneming verliezen dan zal de onderneming:
Bij het opstellen van de vennootschappelijke jaarrekening is ten aanzien van de winst- en verliesrekening gebruik gemaakt van de vrijstelling op basis van artikel 402 van Titel 9 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek.
Wijzigingen in de grondslagen die geen effect hebben op de financiële positie:
De volgende wijzigingen en improvements in de grondslagen die naar verwachting geen effect zullen hebben op de financiële positie worden per 1 januari 2014 of daarna doorgevoerd:
Bij de jaarlijkse vaststelling of uitgavenrechten en goodwill onderhevig zijn geweest aan bijzondere waardeverminderingen (impairments) wordt de bedrijfswaarde van de kasstroom genererende eenheden waaraan uitgavenrechten en goodwill worden toegerekend geschat. Bij de schatting van de toekomstige kasstromen van de kasstroom genererende eenheid en wordt tevens de disconteringsvoet bepaald en de contante waarde van die kasstromen berekend. Zie voor toelichting noot 5 bij de geconsolideerde jaarrekening.
Voordat content- en informatiesystemen worden geactiveerd, wordt een schatting gemaakt van de economische voordelen die deze zullen genereren. De content gerelateerde activa worden afgeschreven op basis van een verwacht verkooppatroon. Dit verkooppatroon wordt jaarlijks getoetst. De belangrijkste groep activa bestaat uit de content gerelateerde productiekosten die tot de voorraden worden gerekend. Door mediumneutraal uitgeven heeft content een andere levensduur dan de mediumgerelateerde productiekosten. Deze verschillen kunnen per product/marktcombinatie anders zijn.
Latente belastingvorderingen worden alleen opgenomen als het waarschijnlijk is dat er in de toekomst fiscale winsten zijn waarmee deze vorderingen kunnen worden vereffend. De voorziening voor afwaardering debiteuren wordt waar mogelijk individueel bepaald. Als dit niet mogelijk is, vindt collectieve waardering plaats aan de hand van de historische kans op afwaardering van debiteuren. De reële waarde van termijncontracten, valuta opties en renteswaps wordt bepaald aan de hand van de mark-to-market waarde van deze contracten per balansdatum. Subsidies aan een uitgeefproject worden pas opgenomen als er een redelijke mate van zekerheid is dat de subsidie zal worden ontvangen en aan alle relevante voorwaarden zal worden voldaan.
De geconsolideerde jaarrekening luidt in euro's, die tevens de functionele en rapporteringvaluta van de vennootschap is. Transacties in vreemde valuta worden bij de eerste opname verantwoord tegen de koers van de functionele valuta per de datum van de transactie. Monetaire activa en verplichtingen die luiden in vreemde valuta's worden omgerekend tegen de koers van de functionele valuta per balansdatum. Eventuele verschillen worden ten gunste of ten laste van de winst- en verliesrekening gebracht. Niet-monetaire posten die worden gewaardeerd tegen historische kostprijs in een vreemde valuta worden omgerekend tegen de koersen per de datum van de oorspronkelijke transacties.
De functionele valuta van de deelneming in de Verenigde Staten is de US-dollar. Per balansdatum worden de activa en passiva van deze dochterondernemingen omgerekend naar de euro tegen de koers per balansdatum en de winst- en verliesrekeningen worden omgerekend tegen de gewogen gemiddelde koers voor het jaar. De koersverschillen die voortkomen uit de omrekening worden verwerkt in de niet gerealiseerde resultaten. Bij de afstoting van een buitenlandse entiteit wordt het uitgestelde cumulatieve bedrag dat is opgenomen in het eigen vermogen voor die betreffende buitenlandse activiteit in de winst- en verliesrekening verantwoord.
Materiële vaste activa worden tegen kostprijs opgenomen, onder aftrek van de cumulatieve afschrijving en de cumulatieve bijzondere waardeverminderingen. Afschrijving wordt lineair berekend op basis van de gebruiksduur van de betreffende activa en rekening houdend met een eventuele restwaarde. De boekwaarde van de materiële vaste activa wordt getoetst op bijzondere waardevermindering indien gebeurtenissen of veranderingen in de omstandigheden erop wijzen dat de boekwaarde mogelijk niet realiseerbaar is. Ook de restwaarde en de gebruiksduur worden jaarlijks beoordeeld en zo nodig herzien. Een materieel vast actief wordt niet meer op de balans opgenomen in geval van afstoting of indien er geen toekomstige economische voordelen van het gebruik of de afstoting worden verwacht. Een eventuele opbrengst of verlies, voortvloeiend uit de verwijdering van het actief op de balans, wordt op het moment van verwijdering ten gunste of ten laste van de winst- en verliesrekening gebracht.
De geschatte gebruiksduur van activa is (in 2013 en 2012) tien jaar voor verbouwingen en drie tot tien jaar voor overige materiële vaste activa (ICT-investeringen en kantoorinrichting).
Van derden verworven uitgavenrechten en goodwill worden geactiveerd tegen verkrijgingprijs. Deze immateriële vaste activa hebben een onbepaalbare gebruiksduur en er wordt niet op afgeschreven. De boekwaarde ervan wordt jaarlijks getoetst, waarbij wordt beoordeeld of er sprake is van bijzondere waardeverminderingen op het niveau van de kasstroom genererende eenheid en of de onbepaalbare gebruiksduur nog gefundeerd is. Zo nodig wordt de gebruiksduur omgezet van onbepaalbaar in bepaalbaar.
Content en al dan niet in eigen beheer vervaardigde informatiesystemen worden eveneens tot de immateriële vaste activa gerekend. Deze worden gewaardeerd tegen verkrijgingprijs respectievelijk vervaardigingkosten. De afschrijvingen worden berekend volgens de lineaire methode op basis van de geschatte gebruiks- duur. Indien de realiseerbare waarde lager is dan de aldus berekende boekwaarde, vinden aanvullende afwaarderingen plaats. Jaarlijks wordt de gebruiksduur geëvalueerd.
De vennootschap beoordeelt per verslagdatum of er aanwijzingen zijn dat een actief een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Indien een dergelijke aanwijzing aanwezig is, of indien de jaarlijkse toetsing op bijzondere waardevermindering van een actief vereist is, maakt de vennootschap een schatting van de realiseerbare waarde van het actief.
De realiseerbare waarde van een actief is de hoogte van de reële waarde van een actief na aftrek van de verkoopkosten of de bedrijfswaarde. In het geval dat het actief geen inkomende kasstromen genereert die grotendeels onafhankelijk zijn van de stromen van
(groepen van) activa dan wordt de waarde geacht gelijk te zijn aan de bedrijfswaarde. Indien de boekwaarde van een actief de realiseerbare waarde overschrijdt, wordt het actief geacht een bijzondere waardevermindering te hebben ondergaan en wordt deze afgewaardeerd tot de realiseerbare waarde. Bij de bepaling van de bedrijfswaarde worden de aangenomen toekomstige kasstromen contant gemaakt, waarbij een disconteringsvoet vóór belasting wordt toegepast die rekening houdt met de huidige marktbeoordelingen van de tijdswaarde van geld en de specifieke risico's van het actief. Bijzondere waardeverminderingsverliezen van voortgezette bedrijfsactiviteiten worden opgenomen in de winsten verliesrekening in de kostencategorie die overeenkomt met de functie van het betreffende actief.
Op elke verslagdatum wordt beoordeeld of er aanwijzingen zijn dat een voorheen opgenomen bijzonder waardeverminderingsverlies niet langer bestaat of is verminderd. Indien een dergelijke aanwijzing bestaat, wordt de realiseerbare waarde geschat. Een voorheen opgenomen verlies vanwege bijzondere waardevermindering wordt slechts teruggenomen indien er een wijziging is opgetreden in de schatting die wordt gebruikt ter bepaling van de realiseerbare waarde van het actief sinds de opname van het laatste bijzondere waardeverminderingsverlies. Indien dit het geval is, wordt de boekwaarde van het actief verhoogd naar de realiseerbare waarde. Dit verhoogde bedrag kan niet hoger zijn dan de boekwaarde die zou zijn bepaald (na aftrek van afschrijving) indien er geen bijzonder waardeverminderingsverlies voor het actief in eerdere jaren zou zijn opgenomen. Een dergelijke terugneming wordt verantwoord in de winst of het verlies. Na een dergelijke terugneming wordt de afschrijvingslast aangepast om de herziene boekwaarde van het actief (na aftrek van een eventuele restwaarde) over de resterende gebruiksduur systematisch toe te rekenen aan toekomstige perioden.
Voorraden gereed product en onderhanden werk worden gewaardeerd tegen vervaardigingprijs, waaronder begrepen de intern toegerekende personeelskosten. De intern toegerekende personeelskosten zijn exclusief een opslag voor overhead. De voorraden grond- en hulpstoffen worden gewaardeerd tegen inkoopprijs of lagere opbrengstwaarde.
De productiekosten van een boektitel bestaan uit content- en medium gerelateerde kosten. Bij het gereedkomen van een titel worden de content gerelateerde kosten (zetwerk, illustraties en redactie) geactiveerd en afgeschreven. De geactiveerde kosten zijn deel van de voorraad gereed product op de balans. De afschrijvingskosten komen ten laste van de kostprijs van de omzet. De afschrijving vindt niet lineair plaats, maar op basis van het geschatte verkooppatroon. De medium gerelateerde kosten (vooral druk- en bindwerk) worden gedeeld door het aantal geproduceerde exemplaren en vormen de kostprijs per titel (unit costs), welke op de balans staan als voorraad gereed product en bij uitlevering ten laste van de kostprijs van de omzet komen. De voorraadwaarde wordt bepaald aan de hand van het geschatte verkooppatroon per segment. Voorraad waarvan wordt geschat dat deze niet verkocht zal kunnen worden, wordt volledig voorzien als incourant.
Debiteuren worden initieel opgenomen tegen de reële waarde en vervolgens tegen geamortiseerde kostprijs. Overwegend worden deze vorderingen opgenomen tegen nominale waarde van de tegenprestatie minus een voorziening voor oninbare bedragen. Een dergelijke voorziening wordt opgenomen indien er objectief bewijs is dat de vennootschap niet in staat zal zijn de openstaande bedragen in zijn geheel te innen. Dubieuze debiteuren worden afgeschreven zodra de oninbaarheid is vastgesteld.
De liquide middelen op de balans (en in het geconsolideerde kasstroomoverzicht) bestaan uit banktegoeden, kasgeld en korte termijn deposito's met een oorspronkelijke looptijd van drie maanden of minder. De financieringskosten in het geconsolideerde kasstroomoverzicht bevatten de rentelasten. De herwaarderingen van leningen in vreemde valuta, herwaardering van de valutatermijn contracten en de renteswap hebben geen invloed op het kasstroomoverzicht.
Alle leningen en andere schulden worden bij de eerste opname opgenomen tegen de reële waarde van de ontvangen tegenprestatie onder aftrek van de direct toerekenbare transactiekosten. Na deze eerste opname worden deze schulden vervolgens gewaardeerd tegen de geamortiseerde kostprijs op basis van de effectieve-rentemethode. Winsten en verliezen worden opgenomen in het nettoresultaat zodra de schulden niet langer op de balans worden opgenomen, alsmede via het afschrijvingsproces.
Financiële activa worden niet langer opgenomen zodra (i) de entiteit geen recht meer heeft op de kasstromen uit dit actief, (ii) de vennootschap het recht heeft behouden om de kasstromen uit dit actief te ontvangen, maar een verplichting is aangegaan om deze volledig zonder belangrijke vertraging te betalen aan een derde ingevolge een bijzondere afspraak, of (iii) de vennootschap haar rechten op de kasstromen uit dit actief heeft overgedragen en grotendeels alle risico's en voordelen van dan wel de zeggenschap over dit actief heeft overgedragen. Financiële passiva worden niet langer op de balans opgenomen zodra aan de prestatie ingevolge de verplichting is voldaan, deze is opgeheven of is verlopen.
De vennootschap bepaalt voor elke balansdatum of een financieel actief of een groep van financiële activa een bijzondere waardevermindering heeft ondergaan. Indien er objectief bewijs voorhanden is dat een verlies is opgetreden vanwege bijzondere waardeverminderingen, dan wordt de boekwaarde van het actief direct verlaagd. Het bedrag van het verlies zal in de winst- en verliesrekening worden opgenomen.
Een voorziening wordt opgenomen indien (i) de vennootschap een huidige (contractuele of feitelijke) verplichting heeft als gevolg van een gebeurtenis in het verleden, (ii) het waarschijnlijk is dat een uitstroom van middelen die economische voordelen in zich bergen, vereist zal zijn om de verplichting af te wikkelen en (iii) een betrouwbare schatting gemaakt kan worden van het bedrag van de verplichting. Als verwacht wordt dat (een deel van) een voorziening gedeeltelijk wordt vergoed, bijvoorbeeld ingevolge een verzekeringscontract, dan wordt de vergoeding opgenomen als een afzonderlijk actief indien de vergoeding vrijwel zeker is. De last die met een voorziening samenhangt, wordt opgenomen in de winsten verliesrekening na aftrek van een eventuele vergoeding. Indien het effect van de tijdswaarde van geld materieel is, worden de voorzieningen contant gemaakt tegen een disconteringsvoet vóór belasting die, indien noodzakelijk, met de specifieke risico's van de verplichting rekening houdt.
De pensioenregelingen voor de medewerkers in zowel Nederland als de Verenigde Staten zijn ondergebracht bij een verzekeraar en zijn aan te merken als een toegezegde bijdrageregeling. De pensioenpremies worden als lasten verantwoord in de winst- en verliesrekening.
De bepaling of een regeling een leaseovereenkomst vormt of deze bevat, is gebaseerd op de inhoud van de overeenkomst en vereist een beoordeling of de uitvoering van de overeenkomst afhankelijk is van het gebruik van een bepaald actief of bepaalde activa en of de overeenkomst het recht toekent om het actief te gebruiken. Operationele leasebetalingen worden gedurende de leaseperiode lineair opgenomen als last in de winst- en verliesrekening.
Opbrengsten worden verantwoord voor zover het waarschijnlijk is dat de economische voordelen ten goede zullen komen aan de vennootschap en de opbrengsten betrouwbaar kunnen worden bepaald. Dit gebeurt op het moment dat de belangrijkste risico's en voordelen van eigendom zijn overgedragen aan de koper. De volgende specifieke verantwoordingscriteria zijn van toepassing:
Hieronder wordt verstaan de opbrengst uit levering van boeken (inclusief primaire bronnen) en tijdschriften aan derden. Ontvangen abonnementsgelden worden niet verantwoord als opbrengst maar als kortlopende schuld, indien nog geen levering heeft plaatsgevonden. Levering vindt plaats in gedrukte of digitale vorm. Onder digitale levering valt ook het recht van toegang tot een database. Verder behoren daartoe verstrekte (licentie-)rechten. Van de opbrengsten worden de korting en de over de omzet geheven belastingen afgetrokken.
De opbrengsten worden verantwoord naar gelang de rente aangroeit (via de effectieve-rentemethode, oftewel de rentevoet die bij contantmaking van de geschatte toekomstige kasontvangsten, gedurende de verwachte levensduur van het financiële instrument, uitkomt op de netto boekwaarde van het financieel actief).
Indien een boek gereed is, worden de totale kosten opgenomen onder de voorraad gereed product. De content gerelateerde kosten komen ten laste van de kostprijs van de omzet op basis van het geschatte verkooppatroon. De medium gerelateerde kosten worden gedeeld door het aantal geproduceerde exemplaren en vormen de kostprijs per titel (unit costs). Bij uitlevering komen deze ten laste van de kostprijs van de omzet. Indien een aflevering van een tijdschrift gereed is, worden de bijbehorende kosten direct verantwoord in de winst- en verliesrekening. De kosten van een tijdschrift bestaan uit de directe productiekosten, afschrijvingskosten van content- en informatiesystemen, royalty's en verzendkosten.
Een subsidie wordt volledig toegerekend aan het uitgeefproject waarvoor de subsidie wordt ontvangen. Indien een subsidie betrekking heeft op een kostenpost wordt de subsidie onder de kostprijs van de omzet verrekend.
Verschuldigde en verrekenbare belastingvorderingen en -verplichtingen voor lopende en voorgaande jaren worden gewaardeerd op het bedrag dat naar verwachting zal worden teruggevorderd van of betaald aan de Belastingdienst. Het belastingbedrag wordt berekend op basis van de bij wet vastgestelde belastingtarieven en geldende belastingwetgeving.
Voor uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen wordt een voorziening gevormd op basis van de tijdelijke verschillen per balansdatum tussen de fiscale boekwaarde van activa en passiva en hun in deze jaarrekening opgenomen boekwaarde. Uitgestelde belastingvorderingen worden opgenomen voor alle verrekenbare tijdelijke verschillen voor zover het waarschijnlijk is dat er fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee het verrekenbare tijdelijke verschil kan worden verrekend. Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden verantwoord voor alle belastbare tijdelijke verschillen, behalve:
Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gewaardeerd tegen de belastingtarieven die naar verwachting van toepassing zullen zijn op de periode waarin de vordering wordt gerealiseerd of de verplichting wordt afgewikkeld, op basis van de bij wet vastgestelde belastingtarieven en geldende
belastingwetgeving. Uitgestelde belastingvorderingen en -verplichtingen worden gesaldeerd indien er een in rechte afdwingbaar recht bestaat om belastingvorderingen te salderen met belastingverplichtingen en de uitgestelde belastingen verband houden met dezelfde belastbare entiteit en dezelfde belastingautoriteit.
Opbrengsten, kosten en activa worden opgenomen na aftrek van de omzetbelasting. Het netto bedrag van de omzetbelasting dat kan worden teruggevorderd van of betaalbaar is aan de Belastingdienst wordt opgenomen als een onderdeel van de vorderingen of verplichtingen in de balans.
De vennootschap heeft afgeleide financiële instrumenten zoals termijncontracten en opties voor valutatransacties en renteswaps voor het afdekken van risico's die samenhangen met vreemde valuta respectievelijk rente. Deze afgeleide financiële instrumenten worden op transactiedatum gewaardeerd tegen de reële waarde en worden opgenomen als een actief indien de reële waarde positief is en als een passief indien de reële waarde negatief is.
De reële waarde van de termijncontracten en opties op valutaverkopen wordt bepaald aan de hand van de marktwaarde van gelijksoortige instrumenten. Hedge accounting wordt toegepast op termijncontracten en opties waar deze voldoen aan de voorwaarde voor hedge accounting. Bij het afsluiten van afdekkingtransacties worden de relatie tussen het afdekkinginstrument en de afgedekte positie, alsmede risicobeheersingsdoelstellingen en uitgangspunten gedocumenteerd. Het effectieve gedeelte van de verandering in reële waarde van de afdekkinginstrumenten wordt, onder aftrek van een reservering voor latente belastingvordering of -verplichting verwerkt
in het eigen vermogen. De bedragen die in het eigen vermogen zijn opgenomen, worden ten gunste of ten laste van het resultaat gebracht op het moment dat de afgedekte positie de winst- en verliesrekening beïnvloedt. De verantwoording vindt plaats onder opbrengsten. Indien het instrument niet langer als afdekkinginstrument kan worden aangemerkt, of indien het afdekkinginstrument afloopt of wordt verkocht, blijven de cumulatieve bedragen in het eigen vermogen totdat de verwachte transactie zich voordoet.
Indien de betreffende transactie zich naar verwachting niet zal voordoen, wordt het bedrag ten gunste of ten laste van de winst- en verliesrekening gebracht. Op afdekkinginstrumenten die niet voldoende effectief zijn in het bereiken van compensatie van het risico van verandering in de reële waarde van de afgedekte positie wordt geen hedge accounting toegepast. De waarde-mutaties op niet effectieve contracten worden verwerkt in de winst- en verliesrekening.
In april 2013 is een aantal uitgeefactiviteiten overgenomen van WBooks (Nederland), die in 2014 een bijdrage in de omzet zal leveren van eur 30 duizend (2013: eur 19 duizend). Van het in mei 2013 van Imprint Academic Ltd (Verenigd Koninkrijk) gekochte tijdschrift Polis – Journal for Ancient Greek Political Thought wordt in 2014 een omzet van eur 17 duizend verwacht (2013: nihil).
In december 2013 zijn de wetenschappelijke uitgeefactiviteiten van Hes & De Graaf Publishers bv (Nederland) overgenomen. Naar verwachting zal hierdoor de omzet in 2014 toenemen met eur 500 duizend (2013: nihil).
Alle acquisities, die volledig uit eigen kasmiddelen zijn betaald, betreffen uitgavenrechten. Alleen bij Hes & De Graaf zijn ook voorraden gekocht.
In mei 2012 is de database The Foreign Law Guide (FLG) gekocht van Flores and Reynolds Partnership (Verenigde Staten), met een verwachte bijdrage in de omzet van 2013 van eur 700 duizend (2012: eur 256 duizend).
In september 2012 is het taalkundefonds van de Engelse Emerald Group Publishing Ltd overgenomen, met een verwachte omzet in 2013 van eur 230 duizend (2012: eur 38 duizend).
Hiernaast vonden er in 2012 drie kleinere overnames plaats, met een verwachte jaaromzet vanaf 2013 van eur 244 duizend, waarvan de bijdrage aan de omzet in 2012 nihil was.
Alle acquisities, die volledig uit eigen kasmiddelen zijn betaald, betreffen uitgavenrechten. Alleen bij Emerald zijn ook voorraden gekocht.
In februari 2012 is een strategisch minder goed passend bedrijfsonderdeel (een aantal tijdschriften en een boekenfonds in de natuurwetenschappen) verkocht aan Taylor & Francis Group (Verenigd Koninkrijk).
De winst toe te rekenen aan aandeelhouders voor de verkochte beëindigde bedrijfsactiviteiten bedroeg in 2012 eur 3.415 duizend (2013: nihil) en de winst per aandeel was in 2012 was eur 1,82 (2013: nihil). Voor deze verkoop werd in 2012 eur 4.881 duizend in kas ontvangen.
| 2013 | 2012 | |
|---|---|---|
| Uitstroom kasmiddelen bij acquisities |
||
| Betaald of nog te betalen overnamebedragen |
–680 | –856 |
| Waarvan nog te betalen met kasmiddelen |
321 | 137 |
| Netto kasmiddelen acquisities in boekjaar |
–359 | –2.461 |
| Betalingen behorend bij acquisities vorig boekjaar |
–138 | 0 |
| Netto kasmiddelen acquisities in boekjaar |
–497 | –2.461 |
| 2013 | Verbouwingen | Overig | Totaal |
|---|---|---|---|
| Boekwaarde op 1 januari 2013 | 130 | 1.511 | 1.641 |
| Investeringen | 0 | 261 | 261 |
| Afschrijvingen | –62 | –652 | –714 |
| Omrekenverschillen | 0 | –1 | –1 |
| Boekwaarde op 31 december 2013 | 68 | 1.119 | 1.187 |
| 1 januari 2013 | |||
| Kostprijs | 612 | 7.103 | 7.715 |
| Cumulatieve afschrijvingen | –482 | –5.592 | –6.074 |
| Boekwaarde | 130 | 1.511 | 1.641 |
| 31 december 2013 | |||
| Kostprijs | 612 | 7.363 | 7.975 |
| Cumulatieve afschrijvingen | –544 | –6.244 | –6.788 |
| Boekwaarde | 68 | 1.119 | 1.187 |
| 2012 | Verbouwingen | Overig | Totaal |
| Boekwaarde op 1 januari 2012 | 191 | 1.442 | 1.633 |
| Investeringen | 0 | 661 | 661 |
| Afschrijvingen | –61 | –590 | –651 |
| Omrekenverschillen | 0 | –2 | –2 |
| Boekwaarde op 31 december 2012 | 130 | 1.511 | 1.641 |
| 1 januari 2012 | |||
| Kostprijs | 612 | 6.444 | 7.056 |
| Cumulatieve afschrijvingen | –421 | –5.002 | –5.423 |
| Boekwaarde | 191 | 1.442 | 1.633 |
| 31 december 2012 | |||
| Kostprijs | 612 | 7.103 | 7.715 |
| Cumulatieve afschrijvingen | –482 | –5.592 | –6.074 |
| 2013 | Uitgavenrechten | Goodwill | Content- en informatie systemen |
Totaal |
|---|---|---|---|---|
| Boekwaarde op 1 januari 2013 | 13.177 | 1.879 | 1.011 | 16.067 |
| Investeringen | 456 | 0 | 427 | 883 |
| Desinvesteringen | 0 | 0 | 0 | 0 |
| Afschrijvingen | 0 | 0 | –514 | –514 |
| Boekwaarde op 31 december 2013 | 13.633 | 1.879 | 924 | 16.436 |
| 1 januari 2013 | ||||
| Kostprijs | 13.177 | 1.879 | 6.032 | 21.088 |
| Cumulatieve afschrijvingen | 0 | 0 | –5.021 | –5.021 |
| Boekwaarde | 13.177 | 1.879 | 1.011 | 16.067 |
| 31 december 2013 | ||||
| Kostprijs | 13.633 | 1.879 | 6.459 | 21.971 |
| Cumulatieve afschrijvingen | 0 | 0 | –5.535 | –5.535 |
| Boekwaarde | 13.633 | 1.879 | 924 | 16.436 |
| 2012 | Uitgavenrechten | Goodwill | Content- en informatie systemen |
Totaal |
| Boekwaarde op 1 januari 2012 | 11.481 | 1.879 | 1.401 | 14.761 |
| Investeringen | 2.631 | 0 | 205 | 2.836 |
| Bijzondere waardeverminderingen | -935 | 0 | 0 | –935 |
| Afschrijvingen | 0 | 0 | –595 | –595 |
| Boekwaarde op 31 december 2012 | 13.177 | 1.879 | 1.011 | 16.067 |
| 1 januari 2012 | ||||
| Kostprijs | 11.481 | 1.879 | 5.827 | 19.187 |
| Cumulatieve afschrijvingen | 0 | 0 | –4.426 | –4.426 |
| Boekwaarde | 11.481 | 1.879 | 1.401 | 14.761 |
| 31 december 2012 | ||||
| Kostprijs | 13.177 | 1.879 | 6.032 | 21.088 |
| Cumulatieve afschrijvingen | 0 | 0 | –5.021 | –5.021 |
| Boekwaarde | 13.177 | 1.879 | 1.011 | 16.067 |
Uitgaverechten en goodwill hebben betrekking op verworven auteursrechten. Eind 2013 was de boekwaarde daarvan eur 15,5 miljoen (2012: eur 15,1 miljoen). Deze activa hebben in principe een onbepaalbare levensduur en hun waarde wordt jaarlijks getoetst op de realiseerbare waarde en/of bijzondere waardeverminderingen, door berekening van de contante waarde over vijf jaar plus 75% van de contant gemaakte restwaarde. De kasstroom voor belasting wordt verdisconteerd tegen 8,9% (2012: 9,0%), gebaseerd op marktgegevens. De belangrijkste veronderstellingen die zijn toegepast hebben betrekking op de omzetgroei en de ontwikkeling van de kostprijs van de omzet. Deze veronderstellingen zijn gebaseerd op inschattingen van het management, die een analyse heeft gemaakt van kasstroomcalculaties, rekening houdend met tegenvallende economische scenario's. De scenario's zijn per segment uitgevoerd en waren gebaseerd op een stijging van de disconteringsvoet
na belasting van 1,5% en een lagere stijging (1% in plaats van 2%) van de verwachte kasstroom op de eeuwige kasstroom. Deze analyse heeft aangetoond dat er onder dergelijke omstandigheden geen afwaardering op de activa hoeft plaats te vinden. In geval van grotere economische tegenvallers houdt Brill rekening met de mogelijkheid van impairment van een of meerdere segmenten. De onderneming blijft dit risico monitoren.
In onderstaande tabel wordt de boekwaarde van de grootste kasstroom genererende eenheden, de operationele segmenten, aangegeven (zie voor verdere toelichting noot 15). De activa van de kasstroom genererende eenheden zijn beoordeeld op bijzondere waardevermindering, conform bovenstaande methodiek.
De boekwaarde, bestaande uit uitgaverechten en goodwill, van deze activa was:
| Uitgaverechten | Goodwill | Totaal | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| Segmenten | 2013 | 2012 | 2013 | 2012 | 2013 | 2012 |
| Law | 10.447 | 10.447 | 787 | 787 | 11.234 | 11.234 |
| Middle East, Islam and African studies | 604 | 604 | 278 | 278 | 882 | 882 |
| History | 955 | 550 | 345 | 345 | 1.300 | 895 |
| Religion | 417 | 399 | 285 | 35 | 702 | 434 |
| Classical studies | 417 | 384 | 0 | 0 | 417 | 384 |
| Overig | 793 | 793 | 184 | 434 | 977 | 1.227 |
| Boekwaarde | 13.633 | 13.177 | 1.879 | 1.879 | 15.512 | 15.056 |
Naast immateriële activa met een onbepaalde levensduur zijn er immateriële activa met een bepaalde levensduur. Daartoe behoren content- en informatiesystemen. Deze worden afhankelijk van hun economische levensduur in drie of vijf jaar afgeschreven. De afschrijvingslasten van content- en informatiesystemen waren in 2013 eur 514 duizend (2012: eur 595 duizend) en worden in de winst- en verliesrekening verantwoord onder de kostprijs van de omzet eur 202 duizend (2012: eur 249 duizend, zie noot 16) en onder afschrijving immateriële activa eur 312 duizend (2012: eur 346 duizend).
| Winstbelasting opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening |
2013 | 2012 |
|---|---|---|
| Winstbelasting over voortgezette bedrijfsactiviteiten |
||
| • Actuele belastinglast | 754 | 586 |
| • Aanpassing belastinglast voorgaande jaren |
0 | –22 |
| Uitgestelde belastingen met betrekking tot herkomst en terugboeking van tijdelijke |
132 | 254 |
| verschillen | 886 | 818 |
De onderstaande tabel geeft de aansluiting tussen de belastingdruk en de uitkomst van de berekening van de winst voor belasting tegen het lokale belastingtarief van Nederland per 31 december 2013 en 2012.
| Winstbelasting opgenomen in de geconsolideerde winst- en verliesrekening |
2013 | 2012 |
|---|---|---|
| Winst uit voortgezette bedrijfsactiviteiten voor belasting |
3.347 | 3.136 |
| Wettelijke Nederlandse belastingtarief | 25,0% | 25,0% |
| Winstbelasting | 837 | 784 |
| • Aanpassing belastinglast voorgaande jaren |
0 | –22 |
| • Effect van afwijkend belastingtarief in de Verenigde Staten |
43 | 50 |
| • Effect van verschil commerciële en fiscale kosten |
6 | 6 |
| 886 | 818 | |
| Effectieve belastingdruk | 26,5% | 26,1% |
| Geconsolideerde balans |
Geconsolideerde winst en verliesrekening |
|||
|---|---|---|---|---|
| Uitgestelde belastingen | 31-12-2013 | 31-12-2012 | 2013 | 2012 |
| Versnelde fiscale afschrijving | –3.256 | –2.969 | 287 | 699 |
| Vertraagde fiscale afschrijving | 90 | 49 | –41 | –18 |
| Herinvesteringsreserve | –622 | –736 | –114 | 736 |
| –3.788 | –3.656 | 132 | 1.417 |
De uitgestelde belastingen verwerkt in de geconsolideerde winst- en verliesrekening in 2012 bevatten een bedrag van eur 1,1 miljoen dat toe te rekenen is aan winst uit beëindigde bedrijfsactiviteiten. Dit bedrag is verwerkt voor eur 736 duizend in de herinvesteringsreserve en voor eur 427 in versnelde fiscale afschrijvingen.
De uitgestelde belasting is gecalculeerd op basis van 25%, dat gelijk is aan het belastingpercentage dat geldt in het volgend boekjaar.
| 2013 | 2012 | |
|---|---|---|
| Onderhanden werk | 2.821 | 2.259 |
| Gereed product | 9.878 | 9.415 |
| 12.699 | 11.674 |
Voorraad gereed product bevat zowel content als fysieke voorraad. Hierin is een voorziening voor onverkoopbaarheid opgenomen. Deze voorziening is in 2013 verhoogd met eur 226 duizend (2012: eur 310 duizend).
| vorderingen | 2013 | 2012 |
|---|---|---|
| Debiteuren | 5.999 | 6.029 |
| Minus: voorziening dubieuze debiteuren | –182 | –266 |
| Debiteuren | 5.817 | 5.763 |
| Overige vorderingen | 1.393 | 1.370 |
| 7.210 | 7.133 |
Debiteuren en overige vorderingen zijn kortlopend van karakter. Debiteuren zijn niet-rentedragend en hebben over het algemeen een betalingstermijn van dertig tot negentig dagen, afhankelijk van het land
van vestiging van de debiteur. De voorziening voor dubieuze debiteuren wordt bepaald aan de hand van ervaringscijfers. Een analyse van het kredietrisico is te vinden bij noot 14.
| 2013 | 2012 | |
|---|---|---|
| Voorziening dubieuze debiteuren | ||
| Op 1 januari | 266 | 420 |
| Aangewend | –10 | –31 |
| Dotatie | 11 | 0 |
| Vrijval | –85 | –123 |
| 182 | 266 |
| Ouderdom van debiteuren | Betalings termijn |
Betalingstermijn verstreken maar niet afgewaardeerd | ||||
|---|---|---|---|---|---|---|
| niet | 30-60 | 60-90 | ||||
| verstreken | < 30 dagen | dagen | dagen | > 90 dagen | Totaal | |
| 31 december 2013 | 4.909 | 644 | 165 | 29 | 70 | 5.817 |
| 31 december 2012 | 4.910 | 549 | 110 | 92 | 102 | 5.763 |
Ultimo 2013 bedroegen de liquide middelen van Brill eur 6.531 duizend (ultimo 2012: eur 5.960 duizend). Liquide middelen die langer ter beschikking staan,
worden waar mogelijk omgezet in bankdeposito's met een hoger variabel tarief.
Het aantal gewone aandelen van eur 0,60 per aandeel bedroeg in 2013 1.874.444 stuks (in 2012 1.874.444 stuks). Het geplaatst kapitaal was in 2013 eur 1.125 duizend (in 2012 eur 1.125 duizend). De overige reserves bestaan uit een valuta omrekeningsreserve (omvat koersverschillen
voortvloeiend uit omrekening van de jaarrekening van de buitenlandse dochteronderneming) en een valuta hedge reserve (omvat het aandeel in de waardestijging of -daling van een cashflow hedge waarvan is vastgesteld dat het een effectieve afdekking betreft). De specificatie is als volgt:
| Overige reserves | Valuta omrekenings reserve |
Kasstroom hedge reserve |
Totaal |
|---|---|---|---|
| 1 januari 2012 | –118 | –380 | –498 |
| Resultaat herwaardering | 1 | 642 | 643 |
| Belasting over herwaarderingsresultaat | 0 | 127 | –127 |
| 31 december 2012 | –117 | 135 | 18 |
| Resultaat herwaardering | 10 | 740 | 840 |
| 31 december 2013 | –107 | 209 | 102 |
Brill kende op balansdatum geen bankleningen. Op 31 december 2013 was er een onbenutte toegezegde kredietruimte van eur 12,5 miljoen beschikbaar (2012: eur 12,5 miljoen). De kredietovereenkomst geeft Brill de beschikking over een multi valuta rekeningcourantkrediet van in totaal eur 10 miljoen en een (in vijf jaar af te lossen) extra stand-by rekeningcourantkrediet van eur 2,5 miljoen. De overeenkomst is tot wederopzegging, maar kan tot maximaal drie jaar worden gecommitteerd, waarvan tot nu toe geen gebruik wordt gemaakt. Pandrecht op voorraden en debiteuren – met een totale boekwaarde per ultimo
2013 van eur 18,5 miljoen (2012: eur 17,4 miljoen) – is verstrekt als zekerheid op eventuele leningen. Verder is bepaald dat de totale netto schuld niet meer dan drie keer EBITDA mag bedragen, dat het interestdekking kengetal (bedrijfsresultaat voor interest en belasting gedeeld door rentelasten) niet lager dan 3,0 mag zijn en dat kasstroomdekking kengetal (vrije kasstroom gedeeld door financieringslasten) hoger dan 1,1 moet zijn. Per eind 2013 voldeed de onderneming ruimschoots aan alle ratio's verbonden aan de leningen.
| 1 2 . C r e d i t e u r e n e n o v e r i g e t e | 2013 | 2012 |
|---|---|---|
| betalen posten | ||
| Crediteuren | 3.433 | 2.974 |
| Vooruitontvangen omzet | 6.338 | 5.758 |
| Belasting en sociale premies | 268 | 172 |
| Overlopende passiva | 1.710 | 1.726 |
| Overige te betalen posten | 1.573 | 1.252 |
| 13.322 | 11.882 |
Crediteuren zijn niet-rentedragend en hebben normaliter een betalingstermijn van dertig dagen. Vooruit ontvangen omzet (abonnementsgelden) wordt gedurende het jaar als omzet genomen naar rato van
uitgeleverde abonnementen. Belastingen, sociale premies en overige te betalen posten worden gedurende het boekjaar afgerekend
Brill sluit valutatermijncontracten en andere financiële instrumenten uitsluitend af met tegenpartijen met een uitstekende kredietwaardigheid. De bepaling van de reële waarde van de financiële instrumenten is gebaseerd op de marktwaarde waarbij rekening wordt gehouden met huidige en toekomstige ontwikkelingen op het gebied van interest en valutakoersen. De waarde van de valutatermijncontracten per balansdatum is exclusief enige risicoafslag toe te wijzen aan de tegenpartij. Veranderingen in de kredietwaardigheid van de
tegenpartij hadden geen invloed op de effectiviteitsbeoordeling van de financiële instrumenten. De reële waarde van de financiële instrumenten is het bedrag dat zou worden ontvangen bij verkoop van het actief of zou worden betaald bij overdracht van de verplichting in een regelmatige transactie tussen marktdeelnemers op de waarderingsdatum. De reële waarde van de liquide middelen, debiteuren, crediteuren en overige kortlopende posten benadert de boekwaarde, hoofdzakelijk vanwege hun korte looptijd.
| Boekwaarde | Reële waarde | |||
|---|---|---|---|---|
| Reële waarde | ||||
| 31-12-2013 | 31-12-2012 | 31-12-2013 | 31-12-2012 | |
| Financiële activa | ||||
| Liquide middelen | 6.531 | 5.960 | 6.531 | 5.960 |
| Debiteuren en overige vorderingen | 7.210 | 7.133 | 7.210 | 7.133 |
| Valutatermijncontracten | 209 | 135 | 209 | 135 |
| Financiële verplichtingen | ||||
| Crediteuren en overige te betalen bedragen | –13.322 | –11.882 | –13.322 | –11.882 |
Brill maakt uitsluitend gebruik van cashflow hedging met behulp van synthetische en reguliere valuta termijncontracten. Op balansdatum was voor US-dollar 8,3 miljoen (2012 US-dollar 8,4 miljoen) aan termijncontracten afgesloten met een looptijd van maximaal twaalf maanden en waarvan de marktwaarde op balansdatum eur 209 duizend was (2012 eur 135 duizend). Het doel van de cashflow hedge is om de zeer waarschijnlijke verwachte toekomstige verkoop van US-dollar kasstroom af te dekken tegen schommelingen in de valutakoers tot en met het verwachte moment van afwikkeling door ontvangst van vordering. De toekomstige US-dollar kasstroom zal binnen twaalf maanden na balansdatum plaatsvinden. Resultaten van afgelopen termijncontracten worden verantwoord in de resultaten onder de post netto-omzet. De resultaten van nog lopende financiële instrumenten zullen geheel in het boekjaar 2014 vallen. In 2013 is er nihil opgenomen in de winst- en verliesrekening vanwege ineffectiviteit van hedge contracten (2012 negatief eur 12 duizend). In 2013 is er
voor eur 74 duizend (2012: negatief eur 642 duizend) aan reële waardemutaties op de cashflow hedge geboekt in het eigen vermogen. Uit toetsing van de termijncontracten gebruikt voor de cashflow hedge is gebleken dat op balansdatum de hedge effectief is.
Per 31 december 2013 hield Brill de onderstaande tegen reële waarde opgenomen financiële instrumenten, te onderscheiden naar waarderingsmethode:
Niveau 1: genoteerde (niet-aangepaste) koersen op actieve markten voor identieke activa of verplichtingen.
Niveau 2: gehanteerde variabelen hebben een significant effect op de verwerkte reële waarde en zijn direct of indirect waarneembaar. Niveau 3: gehanteerde variabelen hebben een significant effect op de verwerkte reële waarde, maar zijn niet gebaseerd op waarneembare marktgegevens.
| Valutatermijncontracten | ||||
|---|---|---|---|---|
| Tegen reële waarde opgenomen activa / verplichtingen |
31-12-2013 | 31-12-2012 | ||
| Niveau 1 | 0 | 0 | ||
| Niveau 2 | 209 | 135 | ||
| Niveau 3 | 0 | 0 | ||
| Totaal | 209 | 135 |
Ieder jaar wordt op balansdatum de hiërarchische indeling van regelmatig terugkerende financiële instrumenten opnieuw vastgelegd.
| Classificatie van de financiële instrumenten per 31 december 2013 |
Leningen en vor deringen (tegen geamortiseerde kostprijs) |
Tegen reële waarde met waardeverande ringen verwerkt in overzicht niet gerealiseerde resulaten |
Tegen reële waarde met waardeverande ringen verwerkt in overzicht gerealiseerde resultaten |
Totaal |
|---|---|---|---|---|
| Activa | ||||
| Debiteuren en overige vorderingen | 7.210 | 0 | 0 | 7.210 |
| Liquide middelen | 6.531 | 0 | 0 | 6.531 |
| Valutatermijncontracten | 0 | 209 | 0 | 209 |
| 13.741 | 209 | 0 | 13.950 | |
| Passiva | ||||
| Crediteuren en overige te betalen posten | 13.322 | 0 | 0 | 13.322 |
| 13.322 | 0 | 0 | 13.322 |
| Per 31 december 2012 | Leningen en vor deringen (tegen geamortiseerde kostprijs) |
Tegen reële waarde met waardeverande ringen verwerkt in overzicht niet gerealiseerde resulaten |
Tegen reële waarde met waardeverande ringen verwerkt in overzicht gerealiseerde resultaten |
Totaal |
|---|---|---|---|---|
| Activa | ||||
| Debiteuren en overige vorderingen | 7.133 | 0 | 0 | 7.133 |
| Liquide middelen | 5.960 | 0 | 0 | 5.960 |
| Valutatermijncontracten | 0 | 135 | 0 | 135 |
| 13.093 | 135 | 0 | 13.228 | |
| Passiva | ||||
| Crediteuren en overige te betalen posten | 11.882 | 0 | 0 | 11.882 |
| Valutatermijncontracten | 0 | 0 | 0 | 0 |
| 11.882 | 0 | 0 | 11.882 |
Brills financiële rapportage is gebaseerd op de euro. Voor Brill is de US-dollar de enig andere relevante munteenheid. In 2013 komt ongeveer 38% (2012: 39%) van de in US-dollars gefactureerde inkomsten van Brill uit Noord-Amerika. De US-dollarprijzen moeten voorafgaand aangekondigd worden en worden in de regel één keer per jaar aangepast. Bij het bepalen van de prijzen in US-dollar wordt het wisselkoersrisico verdisconteerd. Het merendeel van de kasuitgaven is in euro's, waardoor er een overschot aan US-dollars ontstaat. Brill voert het beleid om ongeveer 90% van
de verwachte vrije kasstroom voor de komende twaalf maanden in US-dollars af te dekken met termijncontracten of valutaopties. De termijncontracten worden bruto afgewikkeld. Hiernaast streeft Brill ernaar het valutarisico te beperken door natural hedging, oftewel het vervangen van uitgaven van euro's door uitgaven in US-dollars en door het aangaan van schulden in US-dollars ter compensatie van vorderingen in US-dollars. Per saldo blijft er een beperkt valutarisico. In 2013 was er een valutaresultaat van negatief eur 93 duizend (2012: positief eur 76 duizend).
Onderstaande tabel geeft het effect van een waardemutatie van de US-dollar ten opzichte van de Euro op de winst en het eigen vermogen:
| effect op winst voor belastingen in |
effect op eigen vermo gen per ultimo |
|
|---|---|---|
| 2013 | ||
| eur : usd + 5% | –83 | 252 |
| eur : usd – 5% | 91 | –418 |
| 2012 | ||
| eur : usd + 5% | –73 | 322 |
| eur : usd – 5% | 81 | –356 |
Het effect op winst voor belasting wordt voornamelijk veroorzaakt door de verandering van de waarde van activa en passiva in US-dollars. Het effect op het eigen vermogen wordt voornamelijk veroorzaakt door de
aanpassing in waarde van de investeringen in deelneming in de Verenigde Staten en de aanpassing in waarde van de kasstroom hedge indekkingsinstrumenten (zie noot 2.22).
Per ultimo 2013 waren er geen lang- en kortlopende bankkredieten of deposito's. De risico's van een wijziging in de rente op winst- en verliesrekening en eigen vermogen zijn derhalve nihil. Het beleid van
Brill is dat in geval van een langlopend krediet een renteswap wordt afgesloten, indien op basis van renteverwachtingen voor de geld- en kapitaalmarkt het redelijk zeker is dat door de swap de totale rentelasten lager zullen zijn.
De activiteiten van de vennootschap concentreren zich in West-Europa, de Verenigde Staten en Japan. Ruim 80% van Brills verkopen loopt via derden, zoals verzendboekhandels en tijdschriftenagenten. In de markt is een verdere concentratie van handelsklanten gaande. Hoewel de kans op een faillissement van een handelsklant onveranderd is, nemen door deze concentratie wel de gevolgen van een mogelijk faillissement toe. Om deze gevolgen beheersbaar te houden, is een kredietverzekering afgesloten die een deel van het kredietrisico op handelsklanten afdekt. Voor de levering van boeken en primaire bronnen heeft Brill ook een passende kredietcontrole beschikbaar. Gestelde krediettermijnen, kredietlimieten, het sturen van herinneringen en het inschakelen van incassobureaus zijn belangrijke onderdelen van dit beleid. De kasstroom is gevoelig voor de betalingstermijn van debiteuren. De betalingstermijnen worden nauwkeurig bewaakt. In 2013 was de gemiddelde omloopsnelheid van de debiteuren in Noord-Amerika 96 dagen (2012: 98 dagen) en in de rest van de wereld 77 dagen (2012: 81 dagen).
Bij de levering van tijdschriften bestaat in beginsel geen debiteurenrisico, omdat levering van tijdschriftnummers pas na ontvangst van betaling door de abonnees plaatsvindt. Het is in het belang van de uitgever de abonnee nieuwe afleveringen ononderbroken te bezorgen en om die reden kan de uitgever in een enkel geval geneigd zijn te leveren voordat betaling plaatsvindt. In dit kader bestaat er een beperkt risico met betrekking tot abonnementsgelden die door de afnemende bibliotheek zijn afgegeven aan een tijdschriftenagent, maar die nog niet zijn overgemaakt naar de uitgever. Bij levering van online producten bestaat in beginsel geen risico, omdat de toegang tot de aangeschafte online data te allen tijde kan worden stopgezet.
De inbaarheid van debiteuren die niet onder de kredietverzekering vallen, wordt periodiek beoordeeld. Op basis daarvan wordt de hoogte van de voorziening voor afwaardering handelsdebiteuren vastgesteld. Beoordeling vindt plaats met de individuele methode, dat wil zeggen dat per factuur een oordeel wordt gevormd over de inbaarheid daarvan. Objectieve oordeelsvorming over de inbaarheid is gebaseerd op het historisch betaalgedrag van de debiteur en informatie van derden over de kredietwaardigheid van de debiteur.
Daarnaast vindt beoordeling met de collectieve methode plaats: te verwachten verliezen op uitstaande handelsdebiteuren worden statistisch bepaald op basis van ervaringscijfers. Het maximale risico op handels- en overige vorderingen is gelijk aan het totaalbedrag uitstaande per balansdatum.
De liquiditeitspositie wordt regelmatig beoordeeld aan de hand van het seizoenspatroon in de kasstroom, evenals de verwachte ontwikkeling van ontvangsten en uitgaven. Vooral het beheer van het werkkapitaal is een belangrijk instrument voor verbetering van de liquiditeit. Het beleid is gericht op waarborging van de continuïteit van de onderneming door flexibel gebruik te kunnen maken van kredietfaciliteiten en langlopend vreemd vermogen of door eigen vermogen aan te trekken ter financiering van structurele maatregelen die waarde toevoegen.
Het financieel beleid is gericht op solide financiering van de groeidoelstellingen van de onderneming, waarbij de vrije kasstroom voldoende moet zijn om de kosten en aflossing van vreemd vermogen en het contant dividend te kunnen betalen. Uitgegaan wordt van een solvabiliteit tussen 40 en 60%.
Onderstaande tabel geeft aan wanneer contractuele financiële verplichtingen betaald moeten worden.
| Betaling financiële verplichtingen Per 31 december 2013 |
Per direct |
< 3 maanden |
3 tot 12 maanden |
1 tot 5 jaar |
> 5 jaren |
Totaal |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Crediteuren en overige te betalen posten |
10.275 | 1.832 | 1.215 | 0 | 0 | 13.322 |
| 10.275 | 1.832 | 1.215 | 0 | 0 | 13.322 | |
| Betaling financiële verplichtingen Per 31 december 2012 |
Per direct |
< 3 maanden |
3 tot 12 maanden |
1 tot 5 jaar |
> 5 jaren |
Totaal |
| Crediteuren en overige te betalen posten |
8.950 | 1.722 | 1.210 | 0 | 0 | 11.882 |
| 8.950 | 1.722 | 1.210 | 0 | 0 | 11.882 |
Gesegmenteerde gegevensverstrekking vindt plaats op de volgende gebieden: omzet, resultaat en activa per uitgeefactiviteit, omzet per productsoort, omzet per afzetgebied en geografische verdeling van het eigendom van de activa. De afschrijvingen, financieringskosten en -opbrengsten worden niet naar operationele segmenten gealloceerd.
De uitgeefactiviteiten van Brill zijn verdeeld in vakgebieden welke worden beschouwd als de volgende operationele segmenten;
Law: internationale rechtswetenschappen.
Middle East, Islam and African Studies (MIA): geschiedenis, cultuur, literatuur, economie en politiek van het Midden-Oosten, de Islam en Afrika, en Language & Linguistics.
Het management van Brill beoordeelt de resultaten van de individuele segmenten ten einde beslissingen te kunnen nemen over het toewijzen van middelen. Segmentresultaten worden beoordeeld op winstgevendheid welke in lijn is met de resultaten zoals gepresenteerd in het geconsolideerd overzicht van gerealiseerde en niet gerealiseerde resultaten.
Het eigendom van de activa ligt in Nederland.
| Segmenten | LAW | MIA | HIS | REL | CS | OV | aanpas singen |
Totaal |
|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
| Omzet 2013 | 6.658 | 4.964 | 6.159 | 5.229 | 2.162 | 4.112 | 0 | 29.284 |
| Omzet 2012 | 5.595 | 4.111 | 6.007 | 5.782 | 2.331 | 3.701 | 0 | 27.527 |
| Winst voor belasting 2013 | 1.359 | 885 | 650 | 903 | 527 | 180 | –1.157 | 3.347 |
| Winst voor belasting 2012 | 815 | 755 | 885 | 1.190 | 668 | -79 | –1.098 | 3.136 |
| Activa 31 december 2013 | 17.169 | 5.690 | 7.439 | 5.443 | 2.323 | 5.999 | 250 | 44.313 |
| Activa 31 december 2012 | 16.642 | 4.511 | 6.725 | 5.803 | 2.641 | 6.153 | 135 | 42.610 |
| Aansluiting omzet en winst voor belasting | 2013 | 2012 |
|---|---|---|
| Omzet | 29.284 | 27.527 |
| Kostprijs van de omzet | –9.923 | –9.094 |
| Verkoopkosten | –5.503 | –5.295 |
| Algemene operationele kosten | –9.354 | –8.903 |
| 4.504 | 4.235 | |
| Aanpassingen | ||
| Afschrijving op immateriële vaste activa | –312 | –346 |
| Afschrijving op materiële vaste activa | –714 | –651 |
| Financieringsopbrengsten | 0 | 13 |
| Financieringskosten | –131 | –115 |
| Winst voor belasting | 3.347 | 3.136 |
| Aansluiting activa | 2013 | 2012 |
|---|---|---|
| Segment activa | 44.004 | 42.475 |
| Aanpassingen | ||
| Te vorderen belasting | 41 | 0 |
| Valutatermijncontracten | 209 | 135 |
| Activa | 44.254 | 42.610 |
De producten van Brill bestaan uit boeken (inclusief primaire bronnen) en tijdschriften. Beide producten bevatten zowel de folio- als de online versies.
De segmentering naar producten is als volgt:
| Omzet per product | Boeken | Tijdschriften | Totaal |
|---|---|---|---|
| Verkoop producten 2013 | 21.113 | 8.171 | 29.284 |
| Verkoop producten 2012 | 19.202 | 8.325 | 27.527 |
De geografische verdeling van de omzet (gebaseerd op de locatie van de klant) is:
| Omzet per regio | 2013 | *) 2012 |
|---|---|---|
| Europa | 12.896 | 12.096 |
| Noord-Amerika | 11.155 | 10.673 |
| Rest van de wereld | 5.233 | 4.758 |
| 29.284 | 27.527 |
*) Gewijzigde presentatie ten opzichte van jaarrekening 2012 vanwege een verbetering in het regio-allocatie model.
De kostprijs van de omzet bestaat uit de volgende kostensoorten: technische productiekosten, afschrijving op immateriële vaste activa, verzendkosten en royalty's.
| Kostprijs van de omzet | 2013 | 2012 |
|---|---|---|
| Technische productiekosten | 8.569 | 7.816 |
| Afschrijving immateriële vaste activa | 202 | 249 |
| Verzendkosten | 487 | 295 |
| Royalty's | 666 | 734 |
| 9.923 | 9.094 |
| 2013 | 2012 | |
|---|---|---|
| Verkoopkosten | 5.503 | 5.295 |
| Algemene operationele kosten | 9.354 | 8.903 |
| 14.857 | 14.198 | |
| Personeelskosten | 7.965 | 7.685 |
| Operationele kosten | 6.892 | 6.513 |
| 14.857 | 14.198 |
De operationele kosten ad. eur 6.892 duizend (2012: eur 6.513 duizend) bevatten alle niet aan de technische kostprijs en directe verkoop gerelateerde kosten. De specificatie van de personeelskosten is als volgt:
| Personeelskosten | 2013 | 2012 |
|---|---|---|
| Salarissen en lonen | 7.211 | 7.159 |
| Sociale verzekeringen | 935 | 910 |
| Toegezegde bijdrage pensioenregelingen | 773 | 667 |
| Overige toegezegde bijdrage regelingen | 306 | 305 |
| 9.225 | 9.041 | |
| Salarissen en lonen geboekt op onderhanden werk |
–1.260 | –1.356 |
| 7.965 | 7.685 |
| 2013 | 2012 | |
|---|---|---|
| Betaalde interest / kosten kredietfaciliteit | –38 | –39 |
| Koersverschillen uit termijncontracten in vreemde valuta |
0 | –12 |
| Resultaat koersaanpassingen van overige activa en passiva |
–93 | –64 |
| –131 | –115 |
De winst per aandeel is berekend door de winst na belastingen toe te rekenen aan de houders van gewone aandelen en te delen door het gewogen gemiddeld aantal gewone uitstaande aandelen. Op balansdatum stonden er geen aandelenopties of aflosbare preferente aandelen uit die kunnen leiden tot verwatering van de winst per aandeel. Na balansdatum hebben zich geen transacties in aandelen voorgedaan.
| 2013 | 2012 | |
|---|---|---|
| Winst (in duizenden euro's) | 2.461 | 5.733 |
| Gewogen gemiddeld aantal gewone aandelen | 1.874.444 | 1.874.444 |
| Gewone winst per aandeel ter beschikking van aandeelhouders van Koninklijke Brill nv |
1,31 | 3,06 |
| 2013 | 2012 | |
|---|---|---|
| Dividend op gewone aandelen | ||
| Vastgesteld en uitgekeerd dividend | ||
| Betaald dividend voor 2011: eur 1,05 | 1.968 | |
| Betaald dividend voor 2012: eur 1,08 | 2.024 | |
| Voorgesteld dividend voor 2013 ter goedkeuring (niet opgenomen als verplichting per 31 december 2013) |
||
| Te betalen dividend voor 2013: eur 1,12 | 2.099 | |
| Voorgestelde winstverdeling 2013 | 2013 | |
| Dividend op gewone aandelen | 2.099 | |
| Toevoeging aan winstreserve | 362 | |
| Winst | 2.461 |
Voor het kantoorgebouw Plantijnstraat 2 in Leiden bestaat een huurovereenkomst met een looptijd tot en met september 2023. Hiervoor is een bankgarantie verstrekt van eur 115 duizend. Daarnaast huurt de dochteronderneming kantoorruimte in Milk Street in Boston. De overeenkomst voor de huur van de kantoorruimte in Boston loopt tot en met februari 2014. Tevens zijn er voor bedrijfsauto's (operationele) leasecontracten met een looptijd van vier jaar. De financiële verplichtingen vanwege leasing en huur zijn:
| Per 31 december 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 e.v. |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Bedrijfsauto's | 58 | 30 | 9 | 2 | 0 | 0 |
| Huur | 460 | 374 | 385 | 397 | 409 | 421 |
| 518 | 404 | 394 | 399 | 409 | 421 | |
| Per 31 december 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 e .v. |
| Bedrijfsauto's | 75 | 46 | 21 | 1 | 0 | 0 |
| Huur | 481 | 416 | 415 | 321 | 0 | 0 |
| 556 | 462 | 436 | 322 | 0 | 0 |
De geconsolideerde jaarrekening bevat de jaarrekening van Koninklijke Brill nv en de (enige) dochteronderneming Brill USA, Inc. (in Boston, MA). Brill had in 2013, net als in 2012, een 100% belang in Brill USA, Inc., dat als taak heeft verkoop van boeken en online publicaties in Noord-Amerika. De folioboeken worden van Koninklijke Brill nv gekocht met een marktconforme korting op het moment dat er een verkoop aan derden plaatsvindt. Voor de verkoop van de online publicaties ontvangt Brill USA een marktconforme commissie.
De vennootschap wordt bestuurd door één statutair directeur onder toezicht van de Raad van Commissarissen. De commissarissen ontvangen uit hoofde van hun functie jaarlijks een beloning. Er is geen sprake van een bonusuitkering of een beloning op termijn, zoals opties in aandelen. Er worden geen pensioenrechten opgebouwd die ten laste van de vennootschap komen. De beloning van de directeur, zoals toegelicht in het remuneratiebeleid, bestaat uit een vast en een variabel deel. Het variabel deel bestaat uit een korte termijn variabele beloning van maximaal 40% van de vaste beloning en een driejaars lange termijn variabele beloning van maximaal 40% van de vaste beloning. De directeur heeft geen beloning in opties of aandelen. Daarnaast bouwt de directeur onder voorwaarde van een eigen bijdrage ten laste van de vennootschap pensioenrechten op. Naast deze vaste beloning is er in 2013 ook een variabele beloning – betrekking hebbend op doelstellingen uit het jaar 2012 – uitgekeerd aan de directeur van eur 61 duizend (2011: eur 81 duizend). In 2013 is voor een bedrag van eur 24 duizend aan crisisheffing in de kosten opgenomen. Dit is niet in de bezoldiging opgenomen.
Voor wat betreft de doelstellingen van het huidige rapportagejaar is er begin 2014 voor de variabele beloning een bedrag van eur 79 duizend vastgesteld.
| Bezoldiging van de leden van de Raad | 2013 | 2012 |
|---|---|---|
| van Commissarissen | ||
| Mr. R.E. Rogaar | 25.000 | 25.000 |
| Drs. Ing. H.P. Spruijt | 25.000 | 25.000 |
| Mw. C. Lucet, mba (vanaf mei 2013) | 16.667 | 0 |
| Mr. A.R. baron van Heemstra | 30.000 | 30.000 |
| 96.667 | 80.000 |
| Vaste bezoldiging van de Directeur | 2013 | 2012 |
|---|---|---|
| Salaris | 240.000 | 235.000 |
| Pensioenlasten | 83.360 | 74.778 |
| 323.360 | 309.778 |
Er zijn geen gebeurtenissen na balansdatum die invloed hebben op de normale bedrijfsvoering.
Vennootschappelijke balans per 31 december 2013 72
74 75 75
Voor bestemming resultaat; in duizenden euro's
| 31-12-2013 | 31-12-2012 | |||
|---|---|---|---|---|
| Activa | ||||
| Vaste activa | ||||
| Materiële vaste activa | 1.156 | 1.593 | ||
| Immateriële vaste activa | 16.436 | 16.067 | ||
| Financiële vaste activa [3] | 595 | 400 | ||
| 18.187 | 18.060 | |||
| Vlottende activa | ||||
| Voorraden | 12.699 | 11.674 | ||
| Debiteuren en overige vorderingen [4] | 7.210 | 7.142 | ||
| Valutatermijncontracten | 209 | 135 | ||
| Te vorderen belasting | 53 | 0 | ||
| Liquide middelen [5] | 6.421 | 5.703 | ||
| 26.592 | 24.654 | |||
| Totaal activa | 44.779 | 42.714 | ||
| Passiva | ||||
| Eigen vermogen | ||||
| Geplaatst kapitaal | 1.125 | 1.125 | ||
| Agio | 343 | 343 | ||
| Ingehouden winst | 23.172 | 19.463 | ||
| Overige reserves | 102 | 18 | ||
| Onverdeelde winst | 2.461 | 5.733 | ||
| 27.203 | 26.682 | |||
| Voorzieningen | ||||
| Uitgestelde belastingverplichtingen | 3.776 | 3.638 | ||
| 3.776 | 3.638 | |||
| Kortlopende verplichtingen | ||||
| Crediteuren en overige te betalen posten [6] | 13.800 | 12.105 | ||
| Te betalen belasting | 0 | 289 | ||
| 13.800 | 12.394 | |||
| Totaal passiva | 44.779 | 42.714 | ||
In duizenden euro's
| Winst uit voortgezette en beëindigde bedrijfsactiviteiten |
2013 | 2012 |
|---|---|---|
| Resultaat deelnemingen na belastingen | 185 | 188 |
| Overig resultaat na belastingen | 2.276 | 5.545 |
| 2.461 5.733 |
De vennootschappelijke jaarrekening van Koninklijke Brill nv op 31 december 2013 is goedgekeurd voor publicatie ingevolge het besluit van de Raad van Commissarissen en de directie van 19 maart 2014. Brill is een in Nederland opgerichte en gevestigde vennootschap waarvan de aandelen openbaar worden verhandeld bij Euronext in Amsterdam.
De vennootschappelijke jaarrekening wordt opgesteld op basis van Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. Daarbij wordt gebruik gemaakt van de mogelijkheid om de grondslagen van waardering en resultaatbepaling (waaronder de grondslagen voor
de classificatie van financiële instrumenten en eigen of vreemd vermogen) te baseren op de International Financial Reporting Standards (IFRS), zoals goedgekeurd door de Europese Unie. Daarom wordt voor de grondslagen voor waardering en resultaatbepaling verwezen naar noot 2 (grondslagen) bij de geconsolideerde jaarrekening. De deelnemingen worden verantwoord onder de financiële vaste activa en zijn gewaardeerd tegen de netto vermogenswaarde. Als de verschillen tussen enkelvoudige noten en de geconsolideerde noten geen aanvullende informatie laten zien, is er voor gekozen om te verwijzen naar de geconsolideerde noten.
Dit betreft Brill USA, Inc. In Boston, Verenigde Staten (100% eigendom van Koninklijke Brill nv).
Debiteuren en overige vorderingen zijn kortlopend van karakter. Debiteuren zijn niet-rentedragend en hebben over het algemeen een betalingstermijn van dertig tot negentig dagen, afhankelijk van het land van vestiging van de debiteur. Zie voor ouderdom van debiteuren en mutaties in de voorziening voor afwaardering debiteuren de toelichting onder noot 8 van de geconsolideerde jaarrekening.
| 2013 | 2012 | |
|---|---|---|
| Debiteuren | 5.817 | 5.763 |
| Overige vorderingen | 1.393 | 1.379 |
| 7.210 | 7.142 |
Ultimo 2013 bedroegen de liquide middelen van Brill eur 6.421 duizend (ultimo 2012: eur 5.703 duizend). De liquide middelen staan vrij ter beschikking van Brill.
| 2013 | 2012 | |
|---|---|---|
| Crediteuren | 3.439 | 2.967 |
| Schulden aan dochterondernemingen | 500 | 290 |
| Vooruitontvangen omzet | 6.338 | 5.758 |
| Belasting en sociale premies | 266 | 170 |
| Overlopende passiva | 1.711 | 1.722 |
| Overige te betalen posten | 1.546 | 1.198 |
| 13.800 | 12.105 |
Zie voor verdere toelichting noot 12 van de geconsolideerde jaarrekening.
Voor het kantoorgebouw Plantijnstraat 2 in Leiden bestaat een huurovereenkomst met een looptijd tot en met september 2023. Hiervoor is een bankgarantie verstrekt van eur 115 duizend. Tevens zijn er voor
bedrijfsauto's (operationele) leasecontracten met een looptijd van vier jaar. De financiële verplichtingen vanwege leasing en huur zijn:
| Per 31 december 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 | 2019 e.v. |
|---|---|---|---|---|---|---|
| Bedrijfsauto's | 58 | 30 | 9 | 2 | 0 | 0 |
| Huur | 363 | 374 | 385 | 397 | 409 | 421 |
| 421 | 404 | 394 | 399 | 409 | 421 | |
| Per 31 december 2012 | 2013 | 2014 | 2015 | 2016 | 2017 | 2018 e.v. |
| Bedrijfsauto's | 75 | 46 | 21 | 1 | 0 | 0 |
| Huur | 391 | 403 | 415 | 320 | 0 | 0 |
| 466 | 449 | 436 | 321 | 0 | 0 |
| 8 . Accountantskosten | 2013 | 2012 | |
|---|---|---|---|
| Controle jaarrekening | 75 | 75 | |
| Andere controleopdrachten | 5 | 5 | |
| Overige niet-controle diensten | 21 | 21 | |
| 101 | 101 |
Dit betreft uitsluitend kosten van Ernst & Young Accountants LLP Nederland. Er wordt geen gebruik gemaakt van de firma Ernst & Young in andere landen.
Zie voor materiële vaste activa, immateriële vaste activa, voorraden, eigen vermogen, rentedragende schulden, financiële instrumenten en financieel risicomanagement de toelichting onder de noten 4, 5, 7, 10, 11, 13 en 14 van de geconsolideerde jaarrekening.
Zie toelichting onder noot 22 van de geconsolideerde jaarrekening.
De winstbestemming vindt plaats overeenkomstig artikel 30 van de statuten, waarin is bepaald dat de winst als volgt wordt verdeeld:
Aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders wordt een dividend voorgesteld van eur 1,12 per (certificaat van) aandeel van nominaal eur 0,60 in contanten. Zie verder bij "Informatie voor Aandeelhouders" op pagina 79. Indien de Algemene Vergadering van Aandeelhouders dit voorstel aanvaardt, wordt de winst over 2013 ad eur 2.461 duizend als volgt verdeeld:
| Voorgestelde winstverdeling | 2013 |
|---|---|
| Dividend op gewone aandelen | 2.099 |
| Toevoeging aan winstreserve | 362 |
| Winst | 2.461 |
Mr. A.R. baron van Heemstra Mr. R.E. Rogaar Mw. C. Lucet, mba Drs. ing. H.P. Spruijt
Directeur Drs. H.A. Pabbruwe
Aan: de Algemene Vergadering van Aandeelhouders en de Raad van Commissarissen van Koninklijke Brill nv
Wij hebben de in dit rapport opgenomen jaarrekening 2013 van Koninklijke Brill nv te Leiden gecontroleerd. De jaarrekening omvat de geconsolideerde en de enkelvoudige jaarrekening. De geconsolideerde jaarrekening bestaat uit de geconsolideerde balans per 31 december 2013, het geconsolideerde overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten, mutatieoverzicht eigen vermogen en kasstroomoverzicht over 2013 en de toelichting waarin zijn opgenomen een overzicht van de belangrijke grondslagen voor financiële verslaggeving en overige toelichtingen. De enkelvoudige jaarrekening bestaat uit de enkelvoudige balans per 31 december 2013 en de enkelvoudige winst-en verliesrekening over 2013 met de toelichting, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen.
Het bestuur van de vennootschap is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die het vermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met Titel 9 Boek 2 van het in Nederland geldende Burgerlijk Wetboek (BW), alsmede voor het opstellen van het jaarverslag in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Het bestuur is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico's dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten.
Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de vennootschap. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van de door het bestuur van de vennootschap gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening.
Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Naar ons oordeel geeft de geconsolideerde jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van Koninklijke Brill nv per 31 december 2013 en van het resultaat en de kasstromen over 2013 in overeenstemming met International Financial Reporting Standards zoals aanvaard binnen de Europese Unie en met Titel 9 Boek 2 BW.
Naar ons oordeel geeft de enkelvoudige jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en samenstelling van het vermogen van Koninklijke Brill nv per 31 december 2013 en van het resultaat over 2013 in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW.
Ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder e en f BW vermelden wij dat ons geen tekortkomingen zijn gebleken naar aanleiding van het onderzoek of het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, overeenkomstig Titel 9 Boek 2 BW is opgesteld, en of de in artikel 2:392 lid 1 onder b tot en met h BW vereiste gegevens zijn toegevoegd. Tevens vermelden wij dat het jaar- verslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening zoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW.
Den Haag, 19 maart 2014
Ernst & Young Accountants LLP w.g. H. Hollander RA
Koninklijke Brill nv is sinds juli 1997 genoteerd aan Euronext Amsterdam. Het register van aandeelhouders Koninklijke Brill nv wordt beheerd door:
nv Algemeen Nederlands Trustkantoor ANT Postbus 11063 1001 gb Amsterdam t +31 20 52 22 555
ANT treedt ook op als administrateur van de Stichting Administratiekantoor Koninklijke Brill. Aandeelhouders op naam kunnen zich met vragen over aandelenbezit, adreswijzigingen of dividendbetalingen eveneens wenden tot voornoemd trustkantoor.
Het aantal uitstaande aandelen met een nominale waarde van eur 0,60 bedroeg op 31 december 2013 1.874.444 (op 31 december 2012 1.874.444). De wijzigingen ten opzichte van voorgaand jaar in het aantal uitstaande aandelen zijn aangegeven bij de toelichting op de vennootschappelijke rekening. Van het totaal aantal uitstaande aandelen per 31 december 2013 zijn 1.829.801 certificaten uitgegeven en 44.643 aandelen op naam in het aandelenregister opgenomen.
Aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders wordt op 15 mei 2014 voorgesteld een dividend van eur 1,12 per (certificaat van) aandeel in contanten uit te keren.
| Drs. H.A. Pabbruwe (directeur) | 8.311 stuks |
|---|---|
| Drs. ing. H.P. Spruijt (commissaris) | 260 stuks |
Met instemming van de Raad van Commissarissen heeft de directeur voor zijn indiensttreding voor eigen rekening en risico certificaten van aandelen Brill via zijn bank verworven. Met de Raad is afgesproken dat de directeur deze certificaten, vermeerderd met stockdividend waarvoor een standaardinstructie is gegeven, niet zal vervreemden of belasten gedurende zijn actieve dienst.
In het kader van de Wet Melding Zeggenschap 2006 hebben de volgende certificaathouders, voor zover op 31 december 2013 bekend bij de onderneming, een belang van 3% of meer:
| Gemelde belangen | Omvang | Meldingsdatum |
|---|---|---|
| Mont Cervin Sarl | 22% | 22 juni 2012 |
| Kempen Oranje Participaties nv | 14% | 20 juni 2012 |
| Todlin nv | 6% | 22 februari 2013 |
| Brokat Media Support bv | 5% | 18 december 2012 |
| Boron Investments nv | 5% | 21 december 2007 |
| Jan Plas S.A. | 5% | 22 maart 2010 |
| Dr. E.M. Aarts | 3% | 22 februari 2013 |
| SVB Capital Management | 3% | 26 juni 2012 |
Algemene Vergadering van Aandeelhouders 15 mei 2014 (14.30 uur ten kantore van de vennootschap)
Bekendmaking resultaat eerste halfjaar 2014 21 augustus 2014, nabeurs
Trading update derde kwartaal 2014 13 november 2014, nabeurs
Brill voorziet (potentiële) aandeelhouders en andere belangstellenden graag zo goed mogelijk van relevante informatie. Exemplaren van (half-)jaarverslagen zijn te vinden op het internet onder www.brill.com, Resources, Corporate, sectie Investor Relations. Daarnaast kunnen deze worden aangevraagd via onderstaand adres.
koninklijke brill nv Investor Relations Postbus 9000 2300 pa Leiden
t + 31 71 53 53 500 e [email protected] www.brill.com
Dit jaarverslag is als pdf-document beschikbaar via de website www.brill.com.
Daarnaast wordt een brochure uitgegeven, waarin uittreksels van de financiële verslaglegging worden samengevoegd met het Directieverslag en een speciaal artikel, vormgegeven in de vertrouwde huisstijl.
Deze brochure, Brill in 2013, zal tevens via de website www.brill.com (Resources, Corporate, sectie Investor Relations) beschikbaar zijn.
Ontwerp en lay-out André van de Waal Coördesign, Leiden
Building tools?
Free accounts include 100 API calls/year for testing.
Have a question? We'll get back to you promptly.